driemaandelijks Barmhartigheid
Frater Kees Backx - Fraters
Frater Kees Backx - Fraters
- No tags were found...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Inhoud
column van de
rond frater
andreas
algemene overste 4 5
Mission statement
Barmhartigheid is van alle tijden en plaatsen.
Barmhartigheid staat centraal in alle
wereldgodsdiensten: hindoeïsme, boeddhisme,
jodendom, christendom en islam.
De beweging van barmhartigheid heeft een
spoor getrokken in de geschiedenis.
De verschillende vormen waarin zij verschijnt,
zijn uitdrukking van de samenleving waarin zij
ontstond en van de spiritualiteit die haar draagt.
De Congregatie van de Fraters van Onze Lieve
Vrouw, Moeder van Barmhartigheid is geworteld
in de christelijke barmhartigheid.
Colofon
Fraters CMM (voorheen Ontmoetingen) is het driemaandelijks
contactblad van de Congregatie van de
Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid
(‘Fraters van Tilburg’ of ‘Fraters CMM’).
Een abonnement is gratis (aanvragen via adres
hieronder). ISSN 1574-9193
Redactie: Rien Vissers (hoofdredacteur), frater
Edward Gresnigt, frater Ad de Kok, frater
Lawrence Obiko, frater Ronald Randang, frater
Jan Smits, Peter van Zoest (eindredacteur)
Ontwerp
en opmaak: Heldergroen
www.heldergroen.nl
Druk:
DekoVerdivas, Tilburg
Contact: Fraters CMM, Gasthuisring 54
5041 DT Tilburg
tel.: 013 5432777 (Rien Vissers)
fax: 013 5441405
e-mail: magazine@cmmbrothers.nl
website: www.cmmbrothers.org
Een vrijwillige bijdrage als tegemoetkoming
in de kosten is welkom op ING-bankrekening
106 85 17 t.n.v. Fraters CMM Tilburg
Foto omslag voor: Gaby Heymen, receptioniste
van het CMM-generalaat, heet bezoekers welkom.
Zie fotoreportage pagina 11-14 (foto: Peter van Zoest).
Verloren zoon, Rembrandt
Foto omslag achter: Dolomieten, Italië
(foto: frater Ad de Kok).
2
Frater Sigebertus
Rombouts
St. Boniface
6 College 7 Nieuw onderkomen Belgische fraters 8
Van de redactie
Het hart van deze zomereditie van Fraters
CMM bestaat uit een fotoreportage van
het generalaat. Daarmee opent een nieuwe
rubriek: ‘Bestuurshuizen in beeld’. De buitenwacht
heeft vaak geen idee vanuit welke
plekken de congregatie wordt aangestuurd.
Met een reeks fotoreportages wil de redactie
er aan bijdragen dat de lezers zich er wat bij
kunnen voorstellen als er sprake is van het
‘generalaat’ in Tilburg of de huizen van de
provinciale en regionale besturen. Het hoofdkwartier
van de congregatie komt als eerste
aan bod. Ook vier personen worden geportretteerd:
de algemene overste en drie vrouwen
die een aanspreekpunt vormen voor bezoekers
van het generalaat en daarmee het ‘gezicht’
ervan bepalen. Deze uitgave bevat verder
weer het vertrouwde overzicht van nieuws
en achtergronden uit en rond de congregatie.
De algemene overste staat in zijn column stil
bij het generaal kapittel dat van 23 mei tot
en met 7 juni 2014 plaatsvindt in Tilburg.
Het speciale ‘kapittelgebed’ waarvoor hij
aandacht vraagt, is op pagina 10 opgenomen.
Verder besteedt Fraters CMM ruim aandacht
aan de intensieve spirituele voorbereiding op
de komende Wereldjongerendagen in Rio de
Janeiro van de honderd jongeren uit zeven
landen die deel uitmaken van het CMM-jongerennetwerk
‘Ambassadeurs van een wereldwijde
broederschap’. In Rio komen ze samen
“met vele anderen uit de hele wereld die zich
geroepen voelen door God en door elkaar,
om te komen tot een wereldwijde broederen
zusterschap”, noteert Nathalie Bastiaansen
die het netwerk coördineert. Meer hierover in
het herfstnummer van Fraters CMM!
Frater
Kees Backx
Bestuurshuizen
in beeld
Klaar voor
Brazilië
In Memoriam
9
Kort
nieuws
GEBED VOOR HET
GENERAAL KAPITTEL 2014
11
Beweging van
Barmhartigheid
God, onze Vader,
U die ons met liefde en wijsheid omringt,
u was het die bisschop Zwijsen ingaf
om met een fratercongregatie te beginnen.
In uw naam nodigde hij ons uit
om te doen wat Jezus had gedaan:
dienen en verlichten,
een verlossend woord spreken,
een helpende hand zijn.
Vincentiaanse
Familie
‘Dichtbij is
zijn genade’
10
17 20
21
15
23
3
Column
VAn de algemene overste
Van 23 mei tot en met 7 juni 2014 vindt in Tilburg het generaal kapittel van de Fraters CMM plaats.
Een zesjaarlijkse vergadering van afgevaardigden van fraters uit de gehele wereld. Het is de belangrijkste
gebeurtenis binnen de congregatie. Tijdens die bijeenkomst wordt het beleid bepaald en wordt een nieuw
generaal bestuur gekozen voor de volgende bestuursperiode van zes jaar. De geassocieerde leden kiezen
een eigen afgevaardigde. Het is de eerste keer in de CMM-geschiedenis dat een leek gekozen wordt als
lid van het generaal kapittel.
Onlangs heb ik in een brief aan alle fraters en geassocieerde
leden het generaal kapittel aangekondigd.
Onze constituties bepalen dat dit een jaar van tevoren
moet gebeuren. En in dat jaar vinden kapittels en beraadslagingen
plaats in de verschillende gebieden van
de congregatie, worden afgevaardigden gekozen en
worden voorstellen ingediend die vervolgens tijdens het
generaal kapittel worden besproken. Ook het huidige
generaal bestuur bereidt zich voor op dat kapittel.
Van de algemene overste wordt onder andere verwacht
dat hij een verantwoording geeft van de manier waarop
hij, samen met het generaal bestuur, de afgelopen zes
jaar de congregatie heeft geleid. Het bestuur kan ook
zelf voorstellen doen, hoe verder te gaan. Het is belangrijk
dat de voorbereiding goed gebeurt. Zo zijn we dus
nu het ‘kapitteljaar’ ingegaan. We vragen u om met ons
mee te bidden dat het een goed en vruchtbaar kapittel
mag worden.
Voor mij persoonlijk is het volgende kapittel een bijzonder
moment. Na twee periodes van zes jaar de congregatie
te hebben geleid als algemene overste, draag ik
het stokje over aan iemand anders. Want ook dát regelen
de constituties: na één keer te zijn herkozen, kan de
algemene overste niet opnieuw die taak op zich nemen.
Voor mij dus een bijzonder jaar: een jaar van afscheid
nemen. Afscheid van plekken waar ik waarschijnlijk
nooit meer kom; afscheid van medebroeders
en medewerkers die ik misschien nooit meer zal ontmoeten.
Naast gevoelens van dankbaarheid voor al die
bezoeken en ontmoetingen, betekent het ook een gevoel
van weemoed. Ik bereid mij dus voor op het afsluiten
van een lange en intensieve periode van de dienst van
het leiding geven.
Maar ik heb nog een jaar te gaan en het werk gaat
gewoon door. Ik was eind mei in Rome voor de halfjaarlijkse
vergadering van de vereniging van algemene
oversten. Zo’n 110 algemene oversten van congregaties/ordes
van broeders, fraters en paters kwamen bij
elkaar om ervaringen uit te wisselen. Deze keer ging het
specifiek over leiding geven in de wereld van vandaag.
Een wereld die gekenmerkt wordt door onzekerheden
en crisissen. Hoe kunnen we onze missie van bevrijding
en barmhartigheid in die context zo goed mogelijk
uitvoeren? Meer dan ooit werd tijdens die vergadering
duidelijk, dat we dit alleen maar kunnen als religieuzen
samenwerken met leken, met niet-religieuzen. Ook als
congregatie van Fraters CMM willen we, meer nog dan
we nu al doen, meegaan in die beweging.
frater Broer Huitema
4
ond frater andreas
Een kleine
voorsprong
De inrichting van een fraterhuis kon nog zo sober zijn, er waren altijd veel klokken. In de
recreatiezaal, de gang, de keuken, de kapel, de klaslokalen ... overal kon je zien hoe laat het
was. Als er iemand was die al die klokken nauwlettend in de gaten hield, dan was het wel
frater Andreas. Hij wilde altijd en overal op tijd zijn, dat was bij iedereen bekend.
Medebroeders en leerlingen plaagden hem wel eens
met zijn reputatie van stiptheid. Hij lachte dan niet,
maar zei serieus: “Als ik te laat kom, is mijn medebroeder
misschien ongerust of geërgerd. En als ik te
vroeg kom, denkt hij misschien dat ik zijn lestijd wil
overnemen. Het is niet fijn om altijd zo op de tijd te
letten, maar het is de enige manier om de ander recht
te doen en niets te ontnemen.”
Frater Crispinus vertelt dat Frater Andreas ook in de
liturgie zeer stipt was. Als hij de oudste in de kapel
was en over de stilte moest waken, hield hij de tijd
angstvallig in de gaten. Precies na een kwartier stilte,
op de seconde af, maakte hij het kruisteken. Met het
horloge in de hand. Ja, dat horloge had zijn leven
veranderd. Rond 1870 was er een nieuw model zakhorloge
op de markt gekomen, dat zowel goedkoop als
betrouwbaar was. Ook frater Andreas kreeg toen zijn
eigen uurwerk. Hij was er ongemakkelijk onder en sprak
daar met zijn overste over. “Ik laat me te veel door
mijn horloge bepalen. Ik ben bang dat ik er te veel aan
gehecht raak.” Frater Frumentius antwoordde echter:
“Er zijn voor Onze Lieve Heer belangrijker dingen dan
dat horloge van jou.”
Om overal op tijd te zijn, moest frater Andreas alles
ruim plannen. Eigenlijk kwam hij niet op tijd, maar
overal een paar minuten te vroeg. Dan stond hij rustig
even te wachten. Dat was een van de geheimen van
zijn leven. Die kleine voorsprong gaf hem overzicht en
scherpte zijn aandacht. Er was ruimte voor een schietgebed.
Een paar hartelijke woorden voor een medebroeder.
Snel iets opruimen. Een handje helpen.
Het was een kostbaar moment: aanwezig zijn voor
God en voor de ander. Het was quality time voor
de dienstbare frater Andreas.
Lokaal met één van de talloze klokken op Ruwenberg.
Charles van Leeuwen
5
Nederland
‘Frater Rombouts
was zijn tijd ver
vooruit’
Frater Sigebertus Rombouts (1883-1962) was tientallen jaren als leraar verbonden aan de kweekschool van
de fraters in Tilburg. In 2012 publiceerde Marjoke Rietveld-van Wingerden een artikel over hem in ‘Lessen’,
het twee keer per jaar verschijnend periodiek van het Nationaal Onderwijsmuseum in Dordrecht. Hier volgen
enkele citaten uit haar artikel, getiteld: ‘Frater Rombouts en zijn bemoeienis met dyslexie’.
Frater Sigebertus Rombouts in zijn werkkamer.
“Rombouts heeft een enorm pedagogisch oeuvre aan
boeken en artikelen op zijn naam staan. Bovendien
richtte hij in 1913 met twee confraters een eigen
onderwijstijdschrift op, Ons Eigen Blad, en begon in
1922 met de Pedagogische Brochurereeks, waarin
talloze boekjes verschenen over pedagogische en
didactische onderwerpen. ... Een belangrijk accent in
het oeuvre van Rombouts vormt het taal- en leesonderwijs.
Hij was enorm actief op het gebied van
spelling van de Nederlandse taal waarin hij streefde
naar een moderne vorm met een heldere structuur en
logica. Zijn Ons Eigen Blad bevat menig artikel over
de ontwikkeling van de taal bij het kind, de didactiek
en methodes in het taal- en leesonderwijs. De vele
artikelen die verschenen bij jubilea van Rombouts,
of net na zijn dood, verwijzen echter zelden naar zijn
verdienste op het gebied van het bespreekbaar maken
van dyslexie. Dat zegt niet zozeer veel over Rombouts,
integendeel juist, maar het is meer een teken dat er van
de zijde van de psychologie en pedagogiek tot ver in de
tweede helft van de twintigste eeuw nauwelijks aandacht
voor dyslexie was. ... Rombouts was de eerste die
in de pedagogische literatuur aandacht aan dyslexie
besteedde. In 1919 verscheen van hem een artikel in het
Tijdschrift voor Zielkunde en Opvoedingsleer onder de
titel ‘Kongenitale alexie’. ... Hij was in pedagogen- en
psychologenland echter een roepende in de woestijn. ...
Pas na de Tweede Wereldoorlog kwam het onderwerp
dyslexie in de belangstelling. ... Ondertussen verbaasde
Rombouts zich over het lange stilzwijgen en vooral over
het feit dat zijn artikel uit 1919 nauwelijks is opgemerkt.
Ook toen waren er kinderen die moeite hadden met
leren lezen en schrijven en eigenlijk woordblind waren,
zo stelde hij. Rombouts weet dit aan het onjuist inschatten
van het probleem: ‘lees- en schrijfachterlijkheid’ zou
ver oorzaakt zijn door domheid waartegen toch geen
kruid gewassen was. ... Rombouts was in 1919 zijn
tijd ver vooruit.”
Rien Vissers
6
Namibië
St. Boniface College
een modelschool
De fraters Edward Gresnigt en Ronald Randang, leden van het generaal CMM-bestuur, brachten
van 7 tot en met 27 februari een werkbezoek aan Namibië. Op 18 februari vertrokken beiden naar
Sambyu, waar de CMM-communiteit gevestigd is en het veelgeprezen St. Boniface College, dat
dankzij de inspanningen van de fraters tot de beste school van het land uitgroeide.
De regionale CMM-overste van Namibië, frater
Hermenegildus Beris, begeleidde de twee generale
bestuursleden. In Sambyu vond een bijzondere bijeenkomst
plaats met de schoolleiding. Mary Phillis
Yesudas, hoofd van het St. Boniface College, nodigde
het drietal uit een diner bij te wonen in een nabijgelegen
hotel. Het schoolbestuur wilde hiermee de
leraren bedanken voor hun harde werk, dat tot uitstekende
resultaten van de leerlingen had geleid.
Het college was voor het achtste jaar op rij uitgeroepen
tot best presterende school van Namibië. In 2012
waren zeven van de tien topleerlingen van het land
afkomstig van het St. Boniface College.
Grote voldoening
De Fraters CMM begonnen de school in 1995.
Frater Piet Dilissen werd het eerste hoofd. Frater
Hermenegildus Beris was een van de grondleggers.
Hij sprak tijdens het diner zijn grote voldoening uit
over de resultaten en zei dat het oorspronkelijke idee
van de fraters om van het St. Boniface College een
modelschool te maken, werkelijkheid was geworden.
Hij feliciteerde Mary Phillis Yesudas en de leraren.
Op 5 maart overleed geheel onverwacht Kochukarottu
Matthai Yesudas, de 66-jarige echtgenoot van Mary
Phillis Yesudas. Het generaal CMM-bestuur heeft haar
namens de congregatie het medeleven van de fraters
betuigd met dit verlies.
Links: De achttienjarige
Annastasia
Mukanda, leerlinge
van het St. Boniface
College, kwam als
beste examenkandidaat
van
Namibië uit de bus.
Onder: Het St.
Boniface College
in Sambyu.
Peter van Zoest
7
België
Het nieuwe onderkomen van de fraters.
Nieuw onderkomen
voor Belgische fraters
De Belgische fraters verhuisden 18 februari naar woonzorgcentrum ‘Het Dorpvelt’. Het verrees in de tuin van
hun oude fraterhuis, dat momenteel wordt gesloopt om er een parkeerplaats te realiseren. De tien fraters
zijn de eerste bewoners van het centrum, een onderdeel van de VZW (vereniging zonder winstoogmerk)
Christelijke Woon- en Zorgcentra.
De CMM-regio België werd op 1 augustus 2012 opgeheven
vanwege het sterk teruglopend aantal fraters.
Sindsdien vallen de fraters in België rechtstreeks onder
het generaal bestuur. De regio nam als kleinere bestuurlijke
eenheid in 2002 al de plaats in van de in
1970 opgerichte Belgische provincie.
De eerste communiteit in België van Fraters CMM werd
in 1851 opgericht in Maaseik. Later volgden vestigingen
in Hasselt, Houthalen, Lanaken en Zonhoven.
In 1967 werd de vice-provincie België-Congo opgericht.
Vanuit deze vice-provincie werden ook enkele
communiteiten in Congo bestuurd. De fraters in België
waren actief in het onderwijs, in jeugdwerk en op
sociaal gebied. Op het fraterhuis Zonhoven na werden
hun communiteiten geleidelijk opgeheven. In een
komende editie van Fraters CMM wordt stilgestaan
bij het werk en de verdiensten van enkele markante
Belgische fraters.
Rien Vissers
Foto links: Het oude complex van de Fraters
CMM te Zonhoven in vogelvlucht, met geheel
rechts het fraterhuis dat nu wordt gesloopt.
8
Nederland
Dankbare herinnering
aan frater Kees Backx
Paul Overman is organist bij de fraters op het generalaat en in woonzorgcentrum Joannes Zwiisen in
Tilburg. Hij sprak op 13 april tijdens de uitvaart van frater Kees Backx in de kapel van het woonzorgcentrum.
De overleden frater heeft veel voor hem betekend. Enkele passages uit het bijzondere in memoriam, waarin
hij terugblikt op zijn ervaringen met de frater in het Tilburgse muzikale parochieleven.
Frater Kees Backx achter het orgel in de kapel
van het CMM-generalaat.
Paul Overman bespeelt het orgel in de kapel
van het CMM-generalaat.
Mijn eerste herinneringen aan hem dateren uit de tweede
helft van de jaren zeventig. Het was de tijd waarin hij
vaste organist was van het Gemengd Koor De Goede
Herder. Ik was toen een beginnend organistje en richtte
tijdens de vieringen mijn aandacht vooral op het orgelspel.
Als frater Backx speelde zat ik altijd ademloos in het
spiegeltje van het orgel naar zijn gelaatsuitdrukking te
kijken. Ik zag hoe hij geconcentreerd de partituur volgde,
registraties wisselde, de dirigent nauwlettend in de gaten
hield, de bladzijdes omsloeg terwijl zijn voeten over de
pedaalstokken leken te dansen.
Grootste gemak
Onvergetelijk zijn voor mij de vieringen van Kerstmis en
Pasen. Dan was frater Backx op zijn allerbest! Op Eerste
Kerstdag en Eerste Paasdag zong het Gemengd Koor een
mis van Mozart of Schubert, vaak aangevuld met orkest
en solisten en aan het orgel ... frater Backx. Zijn techniek
was feilloos, zelfs de moeilijkste loopjes kwamen er
met het grootste gemak uit. Ook zijn registraties waren
smaakvol en zeer herkenbaar. Zelfs uit het meest dorre
orgel wist hij moeiteloos een straaltje zon te toveren. Op
Tweede Kerstdag en Tweede Paasdag zong het parochieel
herenkoor Gregoriaanse gezangen. Tijdens de communie
speelde hij eerst een stuk orgelliteratuur en dan gebeurde
er iets wonderlijks. Hoewel het stuk eigenlijk al was
afgelopen, improviseerde frater Backx in de stijl van de
componist nog even door totdat het beginmotief van
de Gregoriaanse communio in zijn improvisatie opdook.
De heren van het koor gingen in één beweging staan
om enkele ogenblikken later aan het gezang te beginnen.
Kostbaar kleinood
Geweldig!! Zo dienstbaar, zo alert en ... zo vakkundig.
Dit was Frater Backx op zijn allerbest! Vele jaren later
had ik het voorrecht om met hem samen te mogen
werken. De dirigent van het Gemengd Koor was enkele
weken verhinderd en men had mij benaderd om hem
tijdelijk te vervangen. Tijdens de repetities speelde frater
Backx op de piano de partijen mee en gaf subtiel en
stilzwijgend soms met een kort motiefje op de piano aan
waar er bij de alten of sopranen nog iets niet ‘lekker’ zat.
Gaandeweg ontspande ik hierdoor, want ik was ontzettend
nerveus. Toen we enkele weken later in de Sint
Lucaskerk een mooie uitvoering verzorgden van de Missa
Brevis in G van Mozart (KV 140) sprak frater Kees Backx
na afloop de voor mij historische woorden: “Goed gedaan
Paul. Ge het een mooie slag mar ge moet proberen niet
teveel te huppen met je voeten.” Mijn dag kon niet meer
stuk. Hoewel onze gesprekjes schaars waren, heb ik
alles wat we toen ooit op muziekgebied met elkaar
bespraken als een kostbaar kleinood bewaard in
mijn geheugen en in mijn hart.
Paul Overman
9
kort nieuws
In deze tijd van ons kapittel bidden we tot u:
zend uw Geest over ons
geef leiding aan onze werkzaamheden
verlicht onze gesprekken
en verleen ons inzicht.
We vragen u dat ieder van ons
door mee te bidden en mee te werken
een bijdrage kan geven.
Maak ons aandachtig
als we naar uw Woord luisteren.
Open ons als we met medebroeders en –zusters
in gesprek zijn. Raak ons in de diepte
en help ons om de weg voor ons
helder te kunnen zien.
Geef dat we in dit kapittel
onze verbondenheid mogen ervaren
en steun vinden bij elkaar.
Geef dat we hoopvol en trouw
de weg gaan van barmhartigheid.
GEBED VOOR HET
GENERAAL KAPITTEL 2014
God, onze Vader,
U die ons met liefde en wijsheid omringt,
u was het die bisschop Zwijsen ingaf
om met een fratercongregatie te beginnen.
In uw naam nodigde hij ons uit
om te doen wat Jezus had gedaan:
dienen en verlichten,
een verlossend woord spreken,
een helpende hand zijn.
We bidden u om uw zegen
voor onze communiteiten, onze missie
en ons aanwezig zijn in de wereld.
We vertrouwen erop dat ons kapittel
plaatsvindt onder de bescherming van
Maria, Moeder van Barmhartigheid,
en onze schutspatroon Vincentius.
We vertrouwen ook op het gebed van onze medebroeders
die al in uw heerlijkheid zijn opgenomen.
We bidden dat we mogen zijn:
vurig in ons geloof
vreugdevol in onze hoop
en barmhartig in onze liefde.
We vragen u dit in de naam van Jezus,
onze Barmhartige Broeder.
Amen.
‘Hoopvol en trouw de weg gaan van barmhartigheid’.
Zo luidt het motto van het generaal kapittel van de
Fraters CMM dat van 23 mei tot en met 7 juni 2014
plaatsvindt op het generalaat in Tilburg. In een brief
aan alle fraters en geassocieerde leden, die in mei is
uitgegaan, roept de algemene overste, frater Broer
Huitema, hen op om in het jaar voorafgaand aan het
kapittel “regelmatig te bidden om zegen over onze
gemeenschap, over alle medebroeders en over de
zending van barmhartigheid en broederschap die ons
is toe vertrouwd”, zo schrijft hij. De brief ging vergezeld
van een kaart met daarop een speciaal voor het
kapittel samengesteld gebed (hierboven opgenomen).
De afbeelding is van de hand van de Belgische frater
Humberto Wouters (1920-1999).
Jubilea in 2013
75 jaar frater
8 september: frater
Godfried Kanen
65 jaar frater
19 maart: frater
Nicácio Huiskamp,
frater Louis Mommers
29 augustus: frater
Joop van Dooremaal,
frater Jan Verheijen
60 jaar frater
29 augustus: frater Piet
van Leeuwarden, frater
Ger Oomens, frater
Frans van Pinxteren,
frater Rob Swinkels
50 jaar frater
29 augustus: frater
Rinus Romme
25 jaar frater
1 juni: frater Valerius
Halawa
10
Bestuurshuizen in beeld
Het generalaat
De volgende vier pagina’s bevatten foto’s van het generalaat van de Fraters CMM. Dit onderdeel is de eerste
aflevering van een nieuwe rubriek: ‘Bestuurshuizen in beeld’. Daarin worden panden gepresenteerd van waaruit
de congregatie wordt bestuurd in de verschillende landen waar de fraters actief zijn. In beeld komen ook enkele
personen die betreffende huis een ‘gezicht’ geven. De rubriek gaat van start met het ‘hoofdkwartier’ van de
congregatie in Tilburg. Foto’s: Peter van Zoest. (foto algemene overste: frater Lawrence Obiko).
Zicht op het generalaat vanaf de Gasthuisring.
Rechts: woonzorgcentrum Joannes Zwijsen.
Close-up koepel kapel
met klokkentorentje.
Zuidkant van het generalaat, met rechts de oostvleugel.
Noordkant van het generalaat met koepel van
kapel en klokkentorentje.
Galerij zuidkant generalaat.
11
Bestuurshuizen in beeld
Zicht op woonzorgcentrum Joannes
Zwijsen vanaf zuidkant generalaat,
met links de oostvleugel.
Close-up tabernakel kapel
generalaat.
Interieur kapel.
Graf van frater Andreas in kapel
generalaat.
Kapittelzaal.
12
Schilderij van Joannes Zwijsen, stichter
van de congregatie, in kapittelzaal.
Kruisbeeld in gang.
Monumentaal trappenhuis.
Buste van de eerste algemene overste
Franciscus Salesius de Beer in kapittelzaal.
Ingang Fratermuseum
in generalaat.
13
Bestuurshuizen in beeld
De algemene overste, frater Broer
Huitema, in zijn werkkamer.
Gaby Heymen, receptioniste,
heet bezoekers welkom.
Marij Uppenkamp, receptioniste,
beantwoordt de telefoon.
Carien de Leuw, kokkin en receptioniste,
druk doende in de keuken.
14
Nederland
Landelijke dag
Beweging van
Barmhartigheid
De ‘Beweging van Barmhartigheid’ is een initiatief van de Fraters CMM, ontstaan uit een landelijke
publiciteits- en wervingscampagne in 1998. Inmiddels telt de beweging zo’n 1.200 participanten, van
wie het overgrote deel woonachtig is in Nederland. Jaarlijks zijn er twee landelijke dagen. De eerste
vond in 2013 plaats op 27 april in bezinningscentrum ZIN in Vught. Een persoonlijke impressie van
deelnemer Sjef Jansen.
Fie Gommers, coördinator van de beweging, vraagt
steevast bij de opening van een landelijke dag of er ook
nieuwe mensen zijn. Bijna een kwart steekt de hand op
en meestal blijkt, dat ze door mond-tot-mondreclame
de aanzet hebben gemaakt tot deelname. Maar ook
vele ‘oudgedienden’ en medewerkenden zijn zichtbaar
blij om elkaar te zien.
Op weg gezet
Voorzitter Marius Buiting neemt het thema ‘Trouw zijn’
van de dag in zijn bezinnend openingswoord mee door te
verwijzen naar de lijdenstijd, die we met Pasen zojuist
achter ons gelaten hebben. In zijn gedachten over het
lijden, sterven en verrijzen van Jezus ziet hij zoveel
verwoord over trouw en ontrouw, dat het voor hem een
kerngedachte is van het leven, zelfs in de diepste nood.
Trouw en ontrouw wisselen elkaar af. Ontrouw bij Judas
en Pilatus omdat er ontrouw is aan de menselijkheid.
Maar dan de trouw bij het gewone volk, bij de vrouw
die Veronica heet, bij Jozef van Arimathea, die bij het
martelende geweld een graf regelt, een plaats van rust,
trouw blijven aan het leven. En dan onder het kruis niet
opgeven om het leven voort te zetten in de ontmoeting
van Maria, de moeder van Jezus, en Johannes, de meest
intieme vriend van hem. Bij de verrijzenis is de dikwijls
verguisde vrouw Maria Magdalena als eerste bij het graf
aanwezig. Zij geeft niet op om te blijven geloven in het
goede: trouw aan leven. Zo zijn we op weg gezet een
hele dag tegemoet met een thema dat ons raakt.
Aansluitend is er aandacht voor een DVD over barmhartigheid
die is uitgekomen. De inspirator van de
Beweging van Barmhartigheid, frater Wim Verschuren,
weet op deze beeld/geluidsdrager het ideaal ervan in
woord en beeld aan het licht te brengen, hetgeen
uitloopt op de overbekende slogan van de beweging:
‘Zien, bewogen worden, in beweging komen’ (de DVD
kost € 12,50 (excl. verzendkosten) en is te bestellen
bij het secretariaat van de beweging: e-mail;
secretariaat@barmhartigheid.nl, tel.: 073 6577044).
Diepste verlangen
Marjolein Hamer neemt ons vervolgens geboeid
mee om het kleinood ‘trouw’ in handen te nemen, te
koesteren, te beschouwen en te delen met je naaste op
deze dag. Het is haar werk om mensen en bedrijven te
ondersteunen om hun dagelijkse werk- en zienswijze
onder de loep te nemen. Met speelse levensechte
voorbeelden en verhalen weet ze bij de deel nemers
gevoelens bij trouw los te peuteren. De ontmoeting
en het gesprek met elkaar zijn zeer levendige elementen
om wat vertrouwder te raken met de trouw die
ons leven beheerst en voedt. Is trouw aan jezelf
alleen maar doen waar je zin in hebt? Is het puur
verlangen? Ben je misschien alleen maar
aangestuurd door een heilig ‘moeten’, omdat
je dat nu eenmaal zo geleerd hebt of omdat je
vindt dat regels regels zijn? Moet ik van
mezelf van alles, aan gestuurd door mijn
15
Nederland
opvoeding, mijn normen en heb ik geen durf om in
mijn diepste verlangen daarvan af te wijken?
Benedictus, de vader van het Europese kloosterleven,
begint zijn kloosterregel met het woord “Luister”,
maar dan ook naar alles. En als belangrijk voegt hij
eraan toe: “Zorg, dat je met je hart erbij blijft in het
leven.” En vooral: “Wacht niet op later om het anders
te doen in het leven.” Immers, als je nu los laat wat je
belangrijk vindt, dan heb je een grote kans een cynicus
te worden. Trouw mag immers een vertrekpunt in jezelf
hebben, maar ook vooral een rustpunt in jezelf zijn.
De deelnemers worden steeds meer geboeid door de
vragen door Marjolein gesteld. Is trouw alleen doen
waar je zin in hebt, is het alleen verlangen en die koers
volgen? Ze benadrukt dat trouw verbinding heeft met
het hoofd: ‘wat denk ik ervan’. Maar ook met je handen:
‘wat doe ik en wat wil ik’. Echter, verken vooral
je hart, want daarin zit je meest eerlijke en diepste
verlangen naar menswaardigheid en levenswaardigheid.
Ludiek moment
Vol van zoveel aangereikte vragen is het tijd voor
een creatief ludiek moment en daar staat dan
Reinier Sijpkens met een draaiorgeltje en behangen
met allerhande toeters en bellen. Hij maakt van ons
met zijn muziek een dansende menigte en we worden
geestelijk en lichamelijk opgefrist en dat geeft samen
met de lunch een luchtige aanzet tot ontmoeting.
De zon doet ons goed in de pauze en velen proeven
het natuurlijke geschenk van het mooie landgoed, dat
ons mensen zomaar aangeboden wordt. We voelen de
lente en de ontmoeting met soms wildvreemde mensen
is een ervaring van trouw. Dikwijls luistert men in
verwondering naar elkaar.
Foto boven: Presentatie van de schildergroep.
Foto onder: Een ludiek moment met Reinier Sijpkens.
Afdalen
Na deze pauze gaan we in de middag uiteen in groepen
om meer te doen dan denken. Ons hoofd heeft in de
voormiddag alle mogelijkheid gehad om bezig te zijn.
Maar het is een kunst in het leven om de energie van
het hoofd af te laten dalen naar onze handen en dat
alles gevoed door ons hart. Dat afdalen wordt in
groepen gestuurd naar het ‘woord’, naar het ‘beeld’,
naar ‘gebaar’, naar ‘klank’. Wat dat is, besef je pas, als
je er gewoon aan begint. Inspirerende begeleiding van
bezielde mensen stuwden deze samenkomsten tot
verrassende hoogte. Mooie boetseerwerken en schilderkunst,
bijzondere gedachten komen tot leven.
Er was ook een indrukwekkende uitdrukking van een
gebaar van liefde en trouw. Men maakte voelbaar, wat
het leven aangenamer zou doen zijn, als men echt van
‘solitair’ naar ‘solidair’ zou gaan leven. En dan nog de
muziek, de klank, die het in die korte tijd presteerde
met zoveel klanken tot een ‘samenklank’ te komen.
Dat zette aan tot zingen zelfs met begeleiding en dat
niet alleen als een koor voor het volk, maar ieder werd
geroerd om het lied ten gehore te brengen: “Open your
heart and see. Love is the way to be in harmony. Yes I
am born to love, born to be. I am born to be free.”
Sjef Jansen
Informatie over de Beweging van Barmhartigheid:
www.barmhartigheid.nl.
16
Internationaal
Ambassadeurs in Kenia delen ervaringen.
Klaar voor Brazilië
In juli 2013 vindt in Belo Horizonte, Brazilië, een bijeenkomst plaats van ‘Ambassadeurs van een wereldwijde
broederschap’, een internationaal CMM-jongerennetwerk. Aansluitend gaan de deelnemers naar de
Wereldjongerendagen in Rio de Janeiro (23 tot en met 28 juli). Voorafgaand aan deze evenementen in Brazilië
zijn er in de landen waar de ambassadeurs vandaan komen vanaf januari 2013 voorbereidende bijeenkomsten
geweest. Nathalie Bastiaansen coördineert voor de Fraters CMM het ambassadeursproject en bericht hierover.
Tijdens de voorbereidende bijeenkomsten worden de
jongeren uitgedaagd hun specifieke kwaliteiten te
ontdekken en verder te ontwikkelen: op het gebied van
leiderschap, creativiteit, het ontwikkelen en uitwerken
van nieuwe landelijke projecten, communicatie, spiritualiteit,
enzovoorts. Het werkthema van deze bijeenkomsten
is: ‘Getuigen van ...’. Deze bijeenkomsten worden net als
de internationale ontmoeting georganiseerd en begeleid
door de Fraters CMM.
Lectio Divina
In de bijeenkomsten vormen ‘meditaties’ een centraal
onderdeel. Voor die meditaties is binnen het ambassadeursproject
een eigen methode ontwikkeld, gebaseerd
op ‘Lectio Divina’, een door religieuzen veel gebruikte
methode voor persoonlijke verdieping. De Lectio Divina
voor de regionale bijeenkomsten werd geschreven door de
diakens Vincent de Haas en Cor Sinnema. Lezing van een
bijbeltekst en ‘contemplatie’, het ‘overwegen’ ervan, zijn
vaste onderdelen, maar het bijzondere van de methode
die de ambassadeurs volgen, is dat er ook ruimte is voor
uitwisseling met elkaar, voor samenwerking en actief
handelen. Bijzonder is ook dat de deelnemers uit zeven
landen allemaal dezelfde voorbereiding volgen.
Daartoe werden de meditaties vanuit het Nederlands
vertaald naar het Engels, Portugees, en Indonesisch.
Zeven stappen
Om internationaal dezelfde termen te gebruiken,
worden de klassieke Latijnse termen uit de Lectio Divina
als uitgangspunt genomen. In totaal bestaat de meditatie
uit zeven stappen. De eerste stap heet ‘lectio’: ‘lezen’.
Een bijbeltekst wordt zowel in stilte als hardop door een
van de groepsleden gelezen. De tweede stap is ‘meditatio’.
Dit gedeelte omvat een uitleg van de bijbelpassage en
enige achtergrondinformatie bij de tekst. De derde
stap heet ‘contemplatio’: ‘overwegen’, ‘beschouwen’.
De centrale vraag hierbij is: wat raakt ons in deze tekst,
nu? Deze stap verbindt de bijbeltekst met het eigen leven.
De vierde stap is ‘collatio’: ‘delen’. Aan de hand van een
aantal vragen gaan de deelnemers met elkaar in gesprek
over de bijbeltekst. De vijfde stap heet ‘oratio’. In deze
stap wordt gezocht naar een gebed dat aansluit bij de
thematiek van de tekst en van het besprokene. Dit kan
een bestaand gebed zijn, maar het is ook mogelijk dat de
deelnemers hun eigen gebed formuleren. De zesde stap is
‘creatio’. In deze fase wordt een en ander op een creatieve
manier verwerkt. De ambassadeurs krijgen hiertoe een
inhoudelijke opdracht en een werkvorm aangereikt.
De resultaten van deze creatieve verwerking
worden uitgewisseld via de groepspagina op
www.facebook.com/AmbassadorsWWB. Op deze
manier ontstaat ook binnen het landenprogramma
17
Getuigen van broederschap
Het centrale thema voor de Wereldjongerendagen van
Rio 2013 is de oproep van Jezus uit het evangelie van
Matteüs: “Ga op weg en maak alle volken tot mijn
leerlingen” (28,19). Het thema van de voorbereidende
ambassadeursbijeenkomsten is daarvan afgeleid, en
luidt: ‘Getuigen van ...’. In elke bijeenkomst werd dit
thema ingevuld aan de hand van een specifieke bijbeltekst.
In de eerste bijeenkomst was dit: ‘Getuigen van
broederschap’. Dat gebeurde aan de hand van het
verhaal in Genesis 4,1-16. In het onderdeel ‘contemplatio’
werd onder andere ingegaan op de betekenis van
de naam ‘Abel’: dat betekent zoiets als ‘een zuchtje’;
‘niets’. God heeft oog voor wie niemand oog heeft.
Dat lijkt vanzelfsprekend. Maar wie nu om zich heen
kijkt, ziet dat vaak vooral de winnaars gezien worden,
degenen die het gemaakt hebben. God vraagt ons om
naar elkaar om te zien, in het bijzonder naar hen die
niets voorstellen. We leven in een competitieve wereld
en God vraagt ons daar niet aan mee te doen. In het
onderdeel ‘collatio’ (delen) werden onder andere de
volgende vragen behandeld: “Is er wel eens een appèl
op jou gedaan om in de bijbelse zin broeder of zuster
van iemand te zijn?” En: “Hoe beantwoord jij de
bijbelse vraag: waar is je broeder/zuster?” De opdracht
in het onderdeel ‘creatio’ luidde: “Hoe begroet jij je
broeder of zuster?” Door middel van filmpjes of foto’s
lieten de ambassadeurs elkaar zien hoe er dat in hun
land/cultuur aan toe gaat.
Foto boven: Eerste bijeenkomst Braziliaanse
ambassadeurs. Foto onder: Eerste bijeenkomst
Indonesische ambassadeurs.
al een internationale uitwisseling. De zevende en
laatste stap wordt ‘operatio’ genoemd: elke deelnemer
noteert voor zichzelf een aantal punten waarmee hij of
zij het behandelde thema concreet wil vormgeven in
het eigen leven. Tijdens de volgende bijeenkomst is er
gelegenheid om te vertellen wat men heeft kunnen
doen, thuis of op school, op het werk of in de parochie.
Getuigen van hoop
De tweede bijeenkomst draaide om ‘Getuigen van
hoop’ (1 Petrus 3,3-22). Naast het begrip ‘hoop’
kwamen hier ook begrippen als ‘lijden’ en ‘doop’
aan de orde. Als creatieve verwerking maakten de
ambassadeurs een filmpje met als thema ‘Water’.
De opdracht was om verschillende aspecten van
water (destructie, hoop, vernieuwing, zuivering) te
laten zien. In het laatste deel van de bijeenkomst
(‘operatio’) kregen de deelnemers twee opdrachten
mee. Ten eerste: “Probeer deze maand eens tijd vrij te
maken om lijden van mensen in ogenschouw te nemen.
Welke concrete bijdrage kun jij geven om mensen in
hun lijden bij te staan?” En ten tweede: “Wij dagen je
uit om elke dag even stil te staan bij je eigen doopsel:
hoe is jouw leven een weerspiegeling van je doopsel?”
Getuigen van barmhartigheid
In de derde bijeenkomst stond ‘Getuigen van barmhartigheid’
centraal (Tobit 2,1-8). Stilgestaan werd bij
de zeven werken van barmhartigheid, met speciale
aandacht voor het begraven van de doden (naar
aanleiding van de tekst in Tobit). De onderdelen
‘creatio’ en ‘operatio’ werden voor deze bijeenkomst
samengevoegd. De ambassadeurs werd gevraagd om
diezelfde middag nog één van de werken van barmhartigheid
te realiseren, en daarvan verslag te doen in
een fotoreportage of video. Zo bezochten de Keniaanse
ambassadeurs een gevangenis. De ambassadeurs uit
Nederland hebben voor Amnesty International brieven
geschreven aan gevangenen die in het buitenland -
vaak onder erbarmelijke omstandigheden - vastzitten.
18
Internationaal
De Indonesische groep bezocht een blindeninstituut en
bracht er veel vrolijkheid door samen met kinderen
daar te zingen en te dansen.
Getuigen van het Woord van God
De vierde bijeenkomst ging over ‘Getuigen van het
Woord van God’ (Lucas 1,1-4; 5,1-11 en 11,27-28).
Velen kennen een tekst uit de Schrift die bij hun leven
past of het heeft veranderd. Een van de vragen die aan
bod kwam was dan ook: “Heb jij ook zo’n tekst (die jou
helpt of steunt in jouw leven)? Vertel er eens iets meer
van.” Als verwerkingsopdracht werd de ambassadeurs
gevraagd na te denken over hoe je kunt getuigen van
het Woord, op zo’n manier dat die getuigenis aansluit
bij de leefwereld van een specifieke doelgroep (voorbeelden:
jonge kinderen, tieners, natuurlief hebbers,
atheïsten). De opdracht was vervolgens om, uitgaande
van je eigen favoriete bijbeltekst, een kort verhaal of
beeldverhaal te maken, geschikt voor deze specifieke
doelgroep.
herinnerd dat God heeft beloofd dat Hij met ons
meegaat. In Jezus heeft Hij laten zien hoe Hij dat
doet. Tijdens de bijeenkomst werd ook gesproken over
de vraag wat je tegenhoudt in jouw dagelijks leven om
te getuigen van het evangelie. Een andere vraag luidde:
“De naam ‘God-met-ons’ gaat overal met ons mee.
Wat betekent die naam voor jou?” In deze laatste
bijeenkomst werden de ambassadeurs voorbereid om
daadwerkelijk op weg te gaan: naar de internationale
bijeenkomst in Belo Horizonte, waar ze hun medeambassadeurs
voor het eerst ‘in het echt’ zullen
ontmoeten, en naar Rio de Janeiro, waar ze samenkomen
met vele anderen uit de hele wereld die zich
geroepen voelen door God en door elkaar, om te
komen tot een wereldwijde broeder- en zusterschap.
Nathalie Bastiaansen
Getuigen van gerechtigheid en vrede
De vijfde bijeenkomst richtte zich op ‘Getuigen van
gerechtigheid en vrede’ (Psalm 85). Er werd gesproken
over gerechtigheid en vrede wereldwijd, maar ook de
eigen ervaringswereld werd onderzocht. Zo was er
onder andere de volgende vraag: “De psalmist vraagt
of God niet langer kwaad wil blijven en ons tot leven
brengt. Lukt het jou gemakkelijk om niet kwaad te
blijven op anderen, en kun je hen nieuwe kansen
geven? Wanneer lukt dat het beste?” De eerste
meer concrete opdracht bij deze bijeenkomst was:
“Oriënteer je eens op de afdeling van Justitia et Pax in
je eigen omgeving. Zijn er activiteiten in jouw bisdom
of in jouw land waar je aan mee zou kunnen doen?”
En ten tweede: “Werken aan gerechtigheid en vrede
kun je ook in je directe omgeving doen. Zet je de
komende maand hiervoor in. En breng de volgende
keer verslag uit van je bevindingen. Wat bracht
vreugde? Wat riep tegenstand op?”
Als getuigen op weg
De zesde en laatste bijeenkomst kreeg als titel:
‘Als getuigen op weg’ (Matteüs 28,1-3,5-10 en 16-19).
“Wees niet bang’”, klinkt het tot tweemaal toe in deze
tekst. Het is een veel gehoorde uitspraak in het evangelie.
Angst is een sterke kracht in ons: angst behoedt
ons om fouten te maken, maar diezelfde angst houdt
ons ook tegen om in actie te komen. Jezus roept
mensen op om zich niet door de angst te laten beheersen.
In deze meditatie werden de ambassadeurs er aan
Foto boven: Wandeling tijdens derde ontmoeting
Nederlandse ambassadeurs. Foto onder:
Resultaat van een ‘creatio’ tijdens de vierde
ontmoeting van Nederlandse ambassadeurs.
19
Nederland
Vincentiaanse Familie
bijeen in Tilburg
Op 9 april 2013 kwamen 95 leden van verschillende congregaties van de Vincentiaanse Familie bijeen in de aula
van het woonzorgcentrum Mater Misericordiae van de Zusters SCMM in Tilburg. Deze bijeenkomsten wordt in
het voor- en najaar gehouden in het kader van inspiratie en ontmoeting.
van Liefde, de Vincentiusvereniging-Nederland en de
Fraters CMM. In een tijd van religieuze krimp vinden de
initiatiefnemers het belangrijk om, geïnspireerd door het
erfgoed van Vincentius, toch iets nieuws te beginnen.
Het Vincent de Paul Center besteedt niet alleen aandacht
aan de praktijk van de diaconie, maar ook aan
vorming en theorie vanuit de Vincentiaanse spiritualiteit.
Onlangs zijn twee programma’s opgezet: levensbeschouwelijke
oriëntatie voor mensen met een beperking en de
‘Vincent leergang’. Deze laatste betreft een reeks
verdiepingsbijeenkomsten over ‘bronnen van sociale
spiritualiteit’, in het bijzonder die van Vincent de Paul.
Banier van de
inlooplunch
voor het
fraterhuis van de
Elimcommuniteit
in Tilburg.
Na het openingswoord door frater Ad de Kok, voorzitter
van de Vincentiaanse Familie in Nederland, sprak
Paul Monchen, vice-voorzitter van de Vincentiusvereniging-Nederland,
over de energie van Fréderic
Ozanam, stichter van de Vincentiusvereniging en over
verschillende projecten in Nederland, zoals ‘Leergeld’,
het ‘Maatjes-project’ en het ‘Exodus-project’.
Vincent de Paul Center
Marieke van de Ven, medewerkster van het pas gestarte
‘Vincent de Paul Center’ in Nijmegen, gaf aan welke
ontwikkelingen dit centrum heeft doorgemaakt. Er zijn
veel contacten gelegd met leden van de Vincentiaanse
Familie die onder meer bestaat uit de Lazaristen, Dochters
Inlooplunch
Hanny van de Rijt, pastoraal assistente van de parochie
Frater Andreas in Tilburg, vertelde hoe de ‘inlooplunch’
in de Tilburgse Elimcommuniteit van de
Fraters CMM de laatste vier jaar gestalte heeft
gekregen. Zij is coördinator van dit project. Elke
dinsdag- en donderdagmiddag bereiden bij toerbeurt
zo’n 35 vrijwilligers van de parochie Frater Andreas,
zusters SCMM en fraters van de Elimcommuniteit met
grote zorg een brood- en soepmaaltijd klaar voor
gemiddeld zo’n dertig personen. Het is voor velen een
warme plek waar mensen op verhaal kunnen komen.
Nelleke Wijngaard-Serrarens, bestuurslid van de
Vincentiusvereniging Arnhem, hield een presentatie,
getiteld: ‘Veerkracht en problemen van mensen in
crisis’. Ze belichtte de problemen waar de tien procent
van de Nederlandse bevolking mee kampt die op of
onder de armoedegrens leeft. Daarbij drong ze aan op
solidariteit met deze groep armen en gebruikte daarbij
de bekende CMM-drieslag ‘zien - bewogen worden -
in beweging komen’.
Frater Edward Gresnigt
20
in memoriam
Frater
Richard (J.J.) Baeten
Frater
Kees (A.C.) Backx
Hij werd geboren te Zonhoven op 15 november 1919
en trad in de Congregatie van de Fraters van Onze
Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid te Tilburg op
19 maart 1936. Hij legde zijn professie voor het leven
af op 10 augustus 1941. Hij overleed op 20 maart 2013
in de communiteit van de fraters te Zonhoven (België)
en werd begraven op het kerkhof Zonhoven-Centrum.
Hij was het derde kind in het gezin van Michel Baeten
en Rosalie Revis, groeide op in de katholieke traditie en
ging naar de lagere school van de fraters. In 1936 trad
hij in als novice te Tilburg, Nederland. Hij werd onderwijzer
en gaf les in Maaseik, Lanaken, Zonhoven en
Hasselt. Na zijn pensionering werkte hij als vrijwilliger
op het Missiecentrum van het bisdom Hasselt. Frater
Richard was een tevreden mens en sprak nooit een
onvertogen woord over anderen. Je kon een beroep op
hem doen, omdat je wist dat hij altijd bereid was een
helpende hand uit te steken. Binnen zijn grote familie
had hij een bijzonder plekje. Men zag hem erg graag.
Frater Richard was ook een natuurvriend. Hij trok er
graag op uit en thuis kon je hem aantreffen in de
bloementuin of serre. Zijn gekweekte bloemen en
planten vonden hun weg naar de graven van de fraters,
de kapel van de communiteit en naar zijn familie.
Langzaam kwam er een grijze wolk over het leven van
frater Richard. Zo werd hij nog stiller dan voorheen.
Zoals frater Richard geleefd heeft, zo is hij ook overgegaan
naar het andere leven: in stilte. Zijn leven heeft
hij als een mooi boeket neergelegd aan de voeten van
zijn Heer.
Hij werd geboren te Teteringen op 3 februari 1921
en trad in de Congregatie van de Fraters van Onze
Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid te Tilburg
op 8 september 1938. Hij legde zijn professie voor het
leven af op 15 augustus 1944. Hij overleed op 9 april
2013 in het TweeSteden Ziekenhuis in Tilburg en werd
begraven op het kerkhof van de fraters op landgoed
‘Huize Steenwijk’ in Vught.
Kees groeide op in de muzikale familie Backx te
Teteringen. Zijn jeugdjaren bracht hij door in Tilburg.
Daar leerde hij de fraters kennen. Na zijn intrede werd
hij onderwijzer. Van 1943 tot 1983 was hij werkzaam
op basisscholen in Tilburg, Oss, Medemblik, Sint-Michielsgestel
en Goirle. Frater Kees was niet iemand die
veel aandacht voor zichzelf opeiste. Hij participeerde in
het ritme van het communiteitsleven en maakte deel
uit van het communiteitsbestuur. Zijn gezondheid is
nooit erg optimaal geweest. Wanneer hij daardoor
gedwongen rust moest nemen, waren zo nu en dan
toch pianoklanken te horen, want zonder muziek was
het leven voor hem kil en droog. Was hij na een lange
of korte rustperiode voldoende hersteld, dan zag men
hem weer actief als organist of dirigent in eigen
communiteit en parochiekerk. Kinderkoren, bejaardenkoren,
kerkkoren en dameskoren, ze konden allen
gebruik maken van zijn muzikale talenten. De afgelopen
jaren moest frater Kees steeds meer inleveren.
Hij heeft altijd geprobeerd aanwezig te zijn op momenten
dat de communiteit van Joannes Zwijsen bijeen
was. Frater Kees vond zijn leven voltooid. Hij zag
uit naar de ontmoeting met God. Mag hij nu
gelukkig zijn in het huis van zijn en onze Vader.
21
in memoriam
Frater
Sebastianus (M.H.)
van Seters
Hij werd geboren te Veghel op 29 december 1930 en
trad in de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve
Vrouw, Moeder van Barmhartigheid te Tilburg op
29 augustus 1950. Hij legde zijn professie voor het
leven af op 15 augustus 1955. Hij overleed op 18 april
2013 in het TweeSteden Ziekenhuis in Tilburg en werd
begraven op het kerkhof van de fraters op landgoed
‘Huize Steenwijk’ in Vught.
Marius werkte op het belastingkantoor in Waalwijk.
Hij voelde zich geroepen frater te worden. In 1950
werd hij novice en kreeg de naam frater Sebastianus.
Nadat hij het onderwijzersdiploma had behaald, gaf hij
onderwijs op basisscholen in Deurne en ’s-Gravenhage.
In 1961 werd hij gevraagd voor onderwijstaken in
South-West Africa, het huidige Namibië. Daarnaast
zette hij zich in voor de zwembond en voor de kerk in
het land. In 1989 ontving hij de pauselijke onderscheiding
‘Pro Ecclesia et Pontifice’ voor zijn inzet ten
behoeve van de katholieke geloofsgemeenschap in
Namibië. Zes jaar later mocht hij de ‘Orde van Oranje-
Nassau’ ontvangen. Frater Sebastianus was religieus in
hart en nieren. Als lid van het regionaal bestuur van
Namibië, als vormingsleider en als econoom, steeds
was hij bereid te dienen, ook toen hem gevraagd werd
in Sambyu een nieuwe communiteit én het St. Boniface
College (1995) op te richten. Terug in Nederland (2009)
kon hij nog meer inhoud geven aan zijn verering voor
frater Andreas van den Boer. Iedere dag bezocht hij
zijn graf in de kapel van het generalaat. Frater Sebastianus
was klaar voor zijn laatste reis. Hij vertrouwde
op de Heer van het Leven. Wij weten hem nu veilig bij
de barmhartige God.
Frater
Marius (M.J.F.M.) Tra
Hij werd geboren te Goirle op 10 februari 1923 en
trad in de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve
Vrouw, Moeder van Barmhartigheid te Tilburg op 29
augustus 1940. Hij legde zijn professie voor het leven
af op 15 augustus 1945. Hij overleed op 24 april 2013
in de communiteit van Joannes Zwijsen in Tilburg
en werd begraven op het kerkhof van de fraters op
landgoed ‘Huize Steenwijk’ in Vught.
Marius werd geboren in een grote familie waarin
het katholieke geloof als vanzelfsprekend gold.
Daar kon ook zijn roeping tot het religieuze leven
gedijen. Als zeventienjarige trad hij in bij de fraters
te Tilburg. Hierna volgde hij een interne opleiding tot
verpleger. Frater Marius stond klaar voor zijn medebroeders
en voor de kinderen die aan de zorg van de
congregatie toevertrouwd waren. Hij deed dat in alle
eenvoud, was attent en had daarbij aandacht voor het
welbevinden van mensen. Hij behaalde diploma’s in
kinderbescherming en later ook in creatieve handvaardigheid.
Als verpleger en/of groepsleider zette hij zich
in voor de ‘regeringsjongens’ op Huize Nazareth in
Tilburg, zijn zieke medebroeders in het sanatorium te
Loon op Zand, het internaat te Oss, Ruwenberg te
Sint-Michielsgestel, het blindeninstituut Henricus te
Nijmegen. Vanaf 1969 deelde frater Marius in de
zending van de Broeders van de Christelijke Scholen.
In Stevensbeek was hij zestien jaar werkzaam op het
internaat De la Salle. Vanaf 1985 woonde hij in de
broedergemeenschap te Cuijk. In 2010 verhuisde hij
naar woonzorgcentrum Joannes Zwijsen in Tilburg.
Mag frater Marius nu thuis gekomen zijn bij God.
Zijn twee broers, die hem onlangs zijn voorgegaan,
frater Canisius Tra en pater Jan Tra, hebben hem zeker
welkom geheten.
22
‘Dichtbij is zijn genade’
(uit de leefregel van de Fraters CMM)
Vleugels
“Soms zie ik vleugels bij mensen. Engelen vind ik hen dan. Ik zag ze ook bij jou. Jij bent een
engel. Je bent pas klaar als je bij iedereen vleugels ziet.” In de prachtige film ‘As it is in Heaven’
zegt Lena dit tegen Daniël. Het raakte me toen ik deze intrigerende woorden voor de eerste keer
hoorde. En ik merk dat ik niet de enige ben.
Je begrijpt het en tegelijk is niet zo eenvoudig aan te
geven wat het betekent. “Dat is toch wel heel moeilijk
om bij iedereen vleugels te zien”, zei laatst iemand
tegen me. Als je meent dat je iedereen aardig moet
vinden, is dat niet alleen moeilijk, maar onmogelijk
en onnatuurlijk. Nee, dat is niet wat bedoeld wordt.
Dat bedoelde Jezus ook niet, toen hij zei dat we onze
vijanden lief moeten hebben. En toch is de kunst ook
bij hen, die je niet mag, of die jou niet zien zitten, ja
misschien zelfs krenken, vleugels te zien.
De volgende passages uit onze leefregel helpen me om
te vatten wat hier bedoeld wordt: “Bij iedere ontmoeting
leggen we ons erop toe onze aandacht te richten
op het goede dat God in de ander gelegd heeft (52).
Wij proberen de ander te verstaan en hem te aanvaarden
zoals hij is. Het komt ons niet toe een oordeel over
hem uit te spreken (55-56).” Is dat niet proberen bij de
ander vleugels te zien? ‘Ons erop toeleggen’ staat er.
Het gaat niet vanzelf. Je kunt het met vallen en
opstaan wel leren. De neiging om naar de negatieve
kant van de ander te kijken en negatieve feedback te
geven zit ons ingebakken. Het is de ander met
barmhartige liefde bejegenen en je niet blind staren
op zijn gebrokenheid. Waarachtig niet eenvoudig.
Maar probeer het maar en er gebeuren wonderen.
In ieder geval aan jezelf.
En ben je in staat bij jezelf vleugels te zien? Veel
mensen hebben daar moeite mee. Zelf heb ik de
ervaring, dat ik daar anderen bij nodig heb. Die mij
zeggen dat ik de moeite waard ben. Je helpt elkaar
meer dan je denkt door bewust het mooie en goede
in de ander te benoemen.
Een paar maanden voor zijn dood kreeg ik van mijn
trouwe vriend Jan Verhallen een klein schilderij, waarin
hij de tekst uit de film verwerkt had. Het hangt op
mijn kamer. Het is een herinnering aan hem, maar ook
een uitnodiging. Misschien om voor ik naar bed ga me
af te vragen: heb ik vandaag bij degenen die ik heb
ontmoet, vleugels gezien?
frater Wim Verschuren
23
Door ons geloof in de
verrijzenis van de Heer
weten wij dat door
mislukking en lijden heen
uiteindelijk alleen het
goede toekomst heeft.
(uit de leefregel van de Fraters CMM)
Blad van de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid