Buitengebied Kampsestraat 21 en Houtsestraat 2 Boven-Leeuwen
Toelichting - Gemeente West Maas en Waal
Toelichting - Gemeente West Maas en Waal
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Bestemmingsplan<br />
<strong>Buit<strong>en</strong>gebied</strong>, <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> <strong>en</strong><br />
<strong>Houtsestraat</strong> 2 Bov<strong>en</strong>-Leeuw<strong>en</strong><br />
toelichting<br />
Geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal<br />
Datum: 5 november 2010<br />
Projectnummer: 90856<br />
ID: NL.IMRO.0668.Houtst2Kampsest<strong>21</strong>-ON01
INHOUD<br />
1 Inleiding 3<br />
1.1 Aanleiding 3<br />
1.2 Ligging plangebied 3<br />
1.3 Bij het plan hor<strong>en</strong>de stukk<strong>en</strong> 5<br />
1.4 Viger<strong>en</strong>de bestemmingsplan 5<br />
1.5 Leeswijzer 6<br />
2 Bestaande situatie 7<br />
2.1 Omgeving plangebied 7<br />
2.2 Plangebied 7<br />
3 Beleidskader 9<br />
3.1 Rijksbeleid 9<br />
3.2 Provinciaal <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>telijk beleid 9<br />
4 Planbeschrijving 13<br />
4.1 Ontwikkelingslocatie 13<br />
4.2 Inrichtingsvoorstel 13<br />
5 Onderzoek <strong>en</strong> verantwoording 14<br />
5.1 Geluidhinder 14<br />
5.2 Bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> milieuzonering 14<br />
5.3 Geur 15<br />
5.4 Bodem 16<br />
5.5 Landschap 17<br />
5.6 Archeologische <strong>en</strong> cultuurhistorische waard<strong>en</strong> 17<br />
5.7 Watertoets 20<br />
5.8 Flora <strong>en</strong> fauna 24<br />
5.9 Luchtkwaliteit 25<br />
5.10 Externe veiligheid 27<br />
5.11 Verkeer <strong>en</strong> parker<strong>en</strong> 28<br />
6 Juridische planopzet 29<br />
6.1 Algeme<strong>en</strong> 29<br />
6.2 Dit bestemmingsplan 30<br />
7 Economische uitvoerbaarheid 32
8 Overleg <strong>en</strong> inspraak 33<br />
8.1 Inspraak 33<br />
8.2 Overleg 33<br />
8.3 Zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> 33<br />
Bijlag<strong>en</strong><br />
− Bijlage 1: Memo milieutechnische belemmering<strong>en</strong><br />
− Bijlage 2: Verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>d milieukundig bodemonderzoek<br />
− Bijlage 3: Bureauonderzoek <strong>en</strong> Inv<strong>en</strong>tariser<strong>en</strong>d Veldonderzoek, karter<strong>en</strong>d<br />
booronderzoek<br />
− Bijlage 4: Flora- <strong>en</strong> faunaonderzoek<br />
− Bijlage 5: Inspraakverslag
1 Inleiding<br />
1.1 Aanleiding<br />
De geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal heeft beslot<strong>en</strong> planologische medewerking te verl<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
aan e<strong>en</strong> initiatief, waarbij op basis van het regionale VAB-beleid “Beleidskader<br />
hergebruik vrijgekom<strong>en</strong> agrarische bedrijfsbebouwing in het buit<strong>en</strong>gebied” van de Regio<br />
Rivier<strong>en</strong>land het volg<strong>en</strong>de is beoogd:<br />
− de sloop van agrarische bedrijfsbebouwing <strong>en</strong> de beëindiging van de agrarische<br />
bedrijfsvoering aan de <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong>, die e<strong>en</strong> woonbestemming zal krijg<strong>en</strong>;<br />
− de herbouw van e<strong>en</strong> vervall<strong>en</strong> dubbelwoning aan de <strong>Houtsestraat</strong> 2, waarbij de<br />
bouwrecht<strong>en</strong> zijn verworv<strong>en</strong> met de sloop van agrarische bedrijfsbebouwing conform<br />
het VAB-beleid 1 .<br />
<strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong><br />
Aan de <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> word<strong>en</strong> de agrarische activiteit<strong>en</strong> in zijn geheel beëindigd.<br />
Na de sloop van onder andere de aanwezige pluimveestal zal het perceel e<strong>en</strong> woonbestemming<br />
krijg<strong>en</strong>. Door middel van het slop<strong>en</strong> agrarische bedrijfsbebouwing word<strong>en</strong><br />
bouwrecht<strong>en</strong> verworv<strong>en</strong> in het kader van het VAB-beleid. Deze recht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet<br />
om aan de <strong>Houtsestraat</strong> 2 het dubbele woonhuis te herbouw<strong>en</strong>.<br />
<strong>Houtsestraat</strong> 2<br />
Aan de <strong>Houtsestraat</strong> 2 in Bov<strong>en</strong>-Leeuw<strong>en</strong> staat het dubbelwoonhuis ‘Huize Bronckhorst’<br />
dater<strong>en</strong>d uit ongeveer 1890, al ruim 50 jaar leeg. Inmiddels is het woonhuis vervall<strong>en</strong><br />
tot e<strong>en</strong> ruïne <strong>en</strong> is er niet veel meer van over. De eig<strong>en</strong>aar van het (mom<strong>en</strong>teel<br />
agrarische) perceel wil op de rest<strong>en</strong> van dit pand e<strong>en</strong> nieuw dubbel woonhuis met oprijlaan<br />
<strong>en</strong> tuin realiser<strong>en</strong>.<br />
Voor beide locaties is het bestemmingsplan “<strong>Buit<strong>en</strong>gebied</strong> integrale herzi<strong>en</strong>ing” van<br />
toepassing. De beoogde ontwikkeling<strong>en</strong> zijn niet in overe<strong>en</strong>stemming met dit bestemmingsplan.<br />
Om het plan te kunn<strong>en</strong> realiser<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> nieuw bestemmingsplan<br />
noodzakelijk. Voor de bouw van het woongebouw is tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> omgevingsvergunning<br />
vereist. De omgevingsvergunning kan pas word<strong>en</strong> verle<strong>en</strong>d op het mom<strong>en</strong>t dat het<br />
bestemmingsplan onherroepelijk is geword<strong>en</strong>.<br />
1.2 Ligging plangebied<br />
Het plangebied van dit bestemmingsplan bestaat uit de locatie aan de <strong>Kampsestraat</strong><br />
<strong>21</strong> <strong>en</strong> locatie aan de <strong>Houtsestraat</strong> 2. Hemelsbreed ligg<strong>en</strong> beide locaties circa 275 meter<br />
van elkaar af.<br />
<strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong><br />
De locatie aan de <strong>Kampsestraat</strong> is geleg<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>gebied van de geme<strong>en</strong>te<br />
West Maas <strong>en</strong> Waal, t<strong>en</strong> noordoost<strong>en</strong> van de kern Bov<strong>en</strong>-Leeuw<strong>en</strong>. In de omgeving<br />
van het plangebied zijn agrarische bedrijv<strong>en</strong> gesitueerd. T<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>st het plangebied<br />
aan e<strong>en</strong> vark<strong>en</strong>shouderij. T<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> <strong>en</strong> zuid<strong>en</strong> is agrarisch gebied geleg<strong>en</strong>.<br />
1<br />
Beleidskader hergebruik vrijgekom<strong>en</strong> agrarische bedrijfsbebouwing in het buit<strong>en</strong>gebied.<br />
SAB 3
Het west<strong>en</strong> van de locatie wordt begr<strong>en</strong>sd <strong>en</strong> ontslot<strong>en</strong> door de <strong>Kampsestraat</strong>. De locatie<br />
heeft e<strong>en</strong> omvang van circa 4.500 m².<br />
<strong>Houtsestraat</strong> 2<br />
De locatie aan de <strong>Houtsestraat</strong> is ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s geleg<strong>en</strong> t<strong>en</strong> noordoost<strong>en</strong> van Bov<strong>en</strong>-<br />
Leeuw<strong>en</strong>, in het buit<strong>en</strong>gebied van de geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal. Rondom de locatie<br />
zijn e<strong>en</strong> aantal agrarische bedrijv<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>. In het noord<strong>en</strong> wordt de locatie begr<strong>en</strong>sd<br />
door de <strong>Houtsestraat</strong>. T<strong>en</strong> oost<strong>en</strong>, zuid<strong>en</strong> <strong>en</strong> west<strong>en</strong> is agrarisch gebied geleg<strong>en</strong>.<br />
Op de navolg<strong>en</strong>de luchtfoto’s is de ligging van beide locaties aangegev<strong>en</strong>. De locatie<br />
aan de <strong>Kampsestraat</strong> is daarbij met rood omcirkeld. De locatie aan de <strong>Houtsestraat</strong><br />
gro<strong>en</strong>. De exacte begr<strong>en</strong>zing van de locaties <strong>en</strong> derhalve het plangebied van dit bestemmingsplan<br />
is op de verbeelding van het bestemmingsplan weergegev<strong>en</strong>.<br />
Ligging van de locaties (Google Maps, 2009)<br />
Ligging van de locaties (Google Maps, 2009)<br />
SAB 4
1.3 Bij het plan hor<strong>en</strong>de stukk<strong>en</strong><br />
Dit bestemmingsplan bestaat uit e<strong>en</strong> verbeelding, regels <strong>en</strong> deze toelichting. De bijlag<strong>en</strong><br />
mak<strong>en</strong> deel uit van de toelichting. In de toelichting zijn onder andere de conclusies<br />
van de verschill<strong>en</strong>de onderzoeksrapport<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De regels <strong>en</strong> de verbeelding<br />
vorm<strong>en</strong> de juridisch bind<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van dit bestemmingsplan.<br />
1.4 Viger<strong>en</strong>de bestemmingsplan<br />
Beide locaties mak<strong>en</strong> deel uit van het geld<strong>en</strong>de bestemmingsplan “<strong>Buit<strong>en</strong>gebied</strong> integrale<br />
herzi<strong>en</strong>ing”, zoals dat op 12 november 1997 is vastgesteld door de raad van de<br />
geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal <strong>en</strong> op 6 juli 1998 is goedgekeurd door Gedeputeerde<br />
Stat<strong>en</strong> van Gelderland. Het bestemmingsplan is gedeeltelijk onherroepelijk geword<strong>en</strong><br />
op <strong>21</strong> januari 2000 <strong>en</strong> geheel<br />
onherroepelijk geword<strong>en</strong> op<br />
19 juli 2001. Voor de locaties<br />
geldt tev<strong>en</strong>s het bestemmingsplan<br />
“bestemmingsplan<br />
buit<strong>en</strong>gebied herzi<strong>en</strong>ing<br />
2006”. Dit bestemmingsplan is<br />
op 11 december 2008 vastgesteld.<br />
Op de navolg<strong>en</strong>de afbeelding<br />
is e<strong>en</strong> uitsnede van de plankaart<br />
van het geld<strong>en</strong>de bestemmingsplan<br />
“<strong>Buit<strong>en</strong>gebied</strong>”<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De ligging<br />
van beide locaties is hier ook<br />
op aangegev<strong>en</strong>.<br />
Uitsnede verbeelding viger<strong>en</strong>d<br />
bestemmingsplan<br />
Voor zowel de locatie aan de <strong>Kampsestraat</strong> als aan de <strong>Houtsestraat</strong> geldt de bestemming<br />
“Agrarisch gebied”. Grond<strong>en</strong> met de bestemming “Agrarisch gebied” zijn<br />
bestemd voor de uitoef<strong>en</strong>ing van het agrarisch bedrijf <strong>en</strong> de watergang<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve<br />
van de waterhuishouding. Daarnaast zijn de grond<strong>en</strong> bestemd voor ext<strong>en</strong>sieve dagrecreatie.<br />
Binn<strong>en</strong> het agrarisch bouwperceel mag de bedrijfsbebouwing waaronder één di<strong>en</strong>stwoning<br />
word<strong>en</strong> gebouwd. Het agrarisch bouwperceel mag volledig word<strong>en</strong> bebouwd.<br />
Voor de bedrijfsbebouwing geldt hierbij e<strong>en</strong> maximale bouwhoogte van 12,5 meter.<br />
Voor de di<strong>en</strong>stwoning geldt e<strong>en</strong> maximale inhoud van 500 m 3 <strong>en</strong> e<strong>en</strong> maximale goot<strong>en</strong><br />
bouwhoogte van respectievelijk 4,5 meter <strong>en</strong> 9 meter. Bijgebouw<strong>en</strong> bij de di<strong>en</strong>stwoning<br />
mog<strong>en</strong> e<strong>en</strong> maximale oppervlakte hebb<strong>en</strong> van 80 m 2 <strong>en</strong> e<strong>en</strong> maximale goot<strong>en</strong><br />
bouwhoogte van respectievelijk 3 meter <strong>en</strong> 6 meter. Bouwwerk<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> gebouw<strong>en</strong><br />
zijnde, mog<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het bouwperceel e<strong>en</strong> maximale bouwhoogte hebb<strong>en</strong> van 6 meter.<br />
SAB 5
<strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong><br />
Het initiatief aan de <strong>Kampsestraat</strong> voorziet in het slop<strong>en</strong> van onder andere e<strong>en</strong> pluimveestal<br />
<strong>en</strong> het omzett<strong>en</strong> van de agrarische bestemming in e<strong>en</strong> woonbestemming op<br />
het bouwperceel. Het geld<strong>en</strong>de bestemmingsplan voorziet niet in de mogelijkheid van<br />
e<strong>en</strong> functiewijziging naar e<strong>en</strong> woonbestemming. E<strong>en</strong> nieuw bestemmingsplan is dan<br />
ook noodzakelijk om de functieverandering mogelijk te mak<strong>en</strong>.<br />
<strong>Houtsestraat</strong> 2<br />
Aan de <strong>Houtsestraat</strong> wordt e<strong>en</strong> woongebouw gerealiseerd op e<strong>en</strong> agrarische bestemming,<br />
waar mom<strong>en</strong>teel ge<strong>en</strong> bouwperceel aanwezig is. Het geld<strong>en</strong>de bestemmingsplan<br />
voorziet niet in de mogelijkheid van e<strong>en</strong> functiewijziging naar e<strong>en</strong> woonbestemming<br />
met daarop e<strong>en</strong> woongebouw. E<strong>en</strong> nieuw bestemmingsplan is dan ook<br />
noodzakelijk om de functieverandering mogelijk te mak<strong>en</strong>.<br />
1.5 Leeswijzer<br />
De toelichting is opgebouwd uit 8 hoofdstukk<strong>en</strong>. Na het inleid<strong>en</strong>de hoofdstuk wordt in<br />
hoofdstuk 2 ingegaan op de bestaande situatie. In hoofdstuk 3 wordt het beleidskader<br />
weergegev<strong>en</strong>, waarna in hoofdstuk 4 de planbeschrijving aan de orde komt. In hoofdstuk<br />
5 wordt de haalbaarheid van het plan aangetoond voor wat betreft milieuaspect<strong>en</strong>,<br />
water, archeologie <strong>en</strong> flora <strong>en</strong> fauna. Hoofdstuk 6 geeft e<strong>en</strong> toelichting op de juridische<br />
planopzet <strong>en</strong> hoofdstuk 7 geeft informatie over de economische<br />
uitvoerbaarheid. Hoofdstuk 8 t<strong>en</strong> slotte gaat in op de resultat<strong>en</strong> van overleg <strong>en</strong> inspraak.<br />
SAB 6
2 Bestaande situatie<br />
2.1 Omgeving plangebied<br />
Regio Rivier<strong>en</strong>land wordt gek<strong>en</strong>merkt door het karakteristieke rivier<strong>en</strong>landschap met<br />
zijn rivier<strong>en</strong>, uiterwaard<strong>en</strong>, dijk<strong>en</strong>, oeverwall<strong>en</strong> <strong>en</strong> komgebied<strong>en</strong>. Beide plangebied<strong>en</strong><br />
zijn geleg<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> oeverwalgebied. Oeverwall<strong>en</strong> zijn grond<strong>en</strong> die - voor de bedijking -<br />
door de afzetting van de rivier op het mom<strong>en</strong>t dat deze buit<strong>en</strong> haar oevers trad hoger<br />
zijn geleg<strong>en</strong>. Oeverwall<strong>en</strong> bestaan uit zavel <strong>en</strong> lichte klei <strong>en</strong> zijn zeer geschikt voor<br />
akker- <strong>en</strong> tuinbouw. Van oudsher werd<strong>en</strong> de oeverwall<strong>en</strong> door hun hoge ligging al<br />
bewoond, als bescherming teg<strong>en</strong> het water. In deze hoger geleg<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> is het<br />
karakter kleinschalig, is er e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>de mozaïekachtige blokverkaveling <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
historisch gegroeid weg<strong>en</strong>patroon.<br />
Komgebied<strong>en</strong> zijn laaggeleg<strong>en</strong>, relatief natte gebied<strong>en</strong> die van oudsher niet geschikt<br />
war<strong>en</strong> voor bebouwing. Ook voor landbouw war<strong>en</strong> de grond<strong>en</strong> te nat, wat als gevolg<br />
had dat de kleiige komgrond<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gebruikt als grasland. In de jar<strong>en</strong> vijftig <strong>en</strong> zestig<br />
van de vorige eeuw zijn als gevolg van de ruilverkaveling lint<strong>en</strong> van boerderij<strong>en</strong><br />
gebouwd in de komm<strong>en</strong>. De agrarische bedrijv<strong>en</strong> die in de komgebied<strong>en</strong> zijn gevestigd<br />
zijn veelal relatief omvangrijke melkveehouderij<strong>en</strong>. Op de oeverwall<strong>en</strong> zijn veel<br />
agrarische bedrijv<strong>en</strong> gestopt, doordat ontwikkelingsmogelijkhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> beperkt<br />
door de aanwezigheid van geurgevoelige object<strong>en</strong>.<br />
2.2 Plangebied<br />
<strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong><br />
De locatie aan de <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> ligt e<strong>en</strong> kleine kilometer buit<strong>en</strong> de kern Bov<strong>en</strong>-<br />
Leeuw<strong>en</strong> <strong>en</strong> ligt in e<strong>en</strong> gebied met voornamelijk agrarische functies. De agrarische<br />
functie van de locatie wordt beëindigd <strong>en</strong> e<strong>en</strong> deel van de opstall<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gesloopt.<br />
Op de locatie is bedrijfsbebouwing met erfverharding van het agrarische bedrijf aanwezig.<br />
De bedrijfsbebouwing bestaat uit één grote pluimveestal met e<strong>en</strong> oppervlakte<br />
van 654 m 2 , e<strong>en</strong> drietal kleine schuurtjes <strong>en</strong> één di<strong>en</strong>stwoning.<br />
<strong>Houtsestraat</strong> 2<br />
Aan de <strong>Houtsestraat</strong> 2 is rond 1890 ‘Huize Bronckhorst’ gebouwd. Tot aan het jaar<br />
1946 is het pand in bezit <strong>en</strong> gebruik door de familie die ‘Huize Bronckhorst’ ook bouwde.<br />
In deze periode zijn de eig<strong>en</strong>domm<strong>en</strong> (naast ‘Huize Bronckhorst’ circa 25 hectare<br />
grond, verspreid over Bov<strong>en</strong>-Leeuw<strong>en</strong>) echter niet optimaal onderhoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> beheerd.<br />
In de periode .In de jar<strong>en</strong> 1946-1958 is het huis verhuurd aan diverse families <strong>en</strong> is er<br />
nag<strong>en</strong>oeg ge<strong>en</strong> onderhoud aan het pand (<strong>en</strong> de overige landerij<strong>en</strong>) gepleegd, daar de<br />
eig<strong>en</strong>aar slechts vruchtgebruik nam <strong>en</strong> weinig tot ge<strong>en</strong> investering<strong>en</strong> in de eig<strong>en</strong>domm<strong>en</strong><br />
deed. Sindsdi<strong>en</strong> staat het huis ruim 50 jaar leeg. Het vervall<strong>en</strong> woonhuis is<br />
verder in verval geraakt <strong>en</strong> anno 2008 was er niet veel meer van over, zoals navolg<strong>en</strong>de<br />
foto laat zi<strong>en</strong>.<br />
SAB 7
In 2008 heeft de initiatiefnemer dit object in eig<strong>en</strong>dom verkreg<strong>en</strong>. Mom<strong>en</strong>teel k<strong>en</strong>t het<br />
perceel e<strong>en</strong> landbouwfunctie, met daarop de restant<strong>en</strong> van het woonhuis <strong>en</strong> <strong>en</strong>ige<br />
erfbeplanting. Het perceel is kadastraal bij de geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal bek<strong>en</strong>d<br />
onder sectie B nummer 4<strong>21</strong>9 <strong>en</strong> sectie B nummer 1460.<br />
SAB 8
3 Beleidskader<br />
3.1 Rijksbeleid<br />
Nota Ruimte<br />
De Nota Ruimte bevat de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland<br />
<strong>en</strong> bevat de ruimtelijke bijdrage aan e<strong>en</strong> sterke economie, e<strong>en</strong> veilige <strong>en</strong> leefbare<br />
sam<strong>en</strong>leving <strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantrekkelijk land. Het kabinet schept ruimte voor ontwikkeling,<br />
uitgaande van het motto ‘dec<strong>en</strong>traal wat kan, c<strong>en</strong>traal wat moet’ <strong>en</strong> verschuift het<br />
acc<strong>en</strong>t van het stell<strong>en</strong> van ruimtelijke beperking<strong>en</strong> naar het stimuler<strong>en</strong> van gew<strong>en</strong>ste<br />
ontwikkeling<strong>en</strong>. De Nota Ruimte ondersteunt gebiedsgerichte ontwikkeling, waarin alle<br />
betrokk<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> participer<strong>en</strong>. Het Rijk richt zijn aandacht met name op de<br />
Nationale ruimtelijke hoofdstructuur. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om versterking van<br />
de dynamiek in de Nationale stedelijke netwerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> om waarborging van de kwaliteit<br />
van de ecologische hoofdstructuur <strong>en</strong> de Nationale landschapp<strong>en</strong>.<br />
De c<strong>en</strong>trale doelstelling<strong>en</strong> van de Nota Ruimte zijn: versterking van de internationale<br />
concurr<strong>en</strong>tiepositie van Nederland, bevordering van krachtige sted<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vitaal<br />
platteland, de borging <strong>en</strong> ontwikkeling van belangrijke (inter-)nationale waard<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />
borging van veiligheid.<br />
Toets plan<br />
Het plangebied maakt ge<strong>en</strong> onderdeel uit van de Nationale ruimtelijke hoofdstructuur.<br />
Voorligg<strong>en</strong>d plan past echter wel binn<strong>en</strong> het rijksbeleid, omdat het omvorm<strong>en</strong> van<br />
voormalige agrarische bedrijfsbebouwing naar won<strong>en</strong> bijdraagt aan e<strong>en</strong> vitaal platteland.<br />
3.2 Provinciaal <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>telijk beleid<br />
3.2.1 Provinciaal beleid<br />
Streekplan Gelderland 2005<br />
Het ruimtelijk beleid van de provincie Gelderland tot 2015 is vastgelegd in het Streekplan<br />
Gelderland 2005. Met de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing per 1<br />
juli 2008 heeft het streekplan Gelderland 2005 de status van structuurvisie gekreg<strong>en</strong>.<br />
Dat betek<strong>en</strong>t dat de inhoud van het streekplan voor de provincie de basis blijft voor<br />
haar eig<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> in de ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing.<br />
Daarbij heeft de provincie e<strong>en</strong> tweeledige provinciale hoofdstructuur waarbij Gelderland<br />
<strong>en</strong>erzijds ‘hoog dynamische’ functies met e<strong>en</strong> int<strong>en</strong>sieve vorm van ruimtegebruik<br />
k<strong>en</strong>t, zoals stedelijke functies <strong>en</strong> int<strong>en</strong>sieve vorm<strong>en</strong> van recreatie/leisure. Anderzijds<br />
k<strong>en</strong>t de provincie ‘laag dynamische’ functies. Deze gebied<strong>en</strong> zijn kwetsbaar voor int<strong>en</strong>sieve<br />
vorm<strong>en</strong> van ruimte gebruik, zoals de ecologische hoofdstructuur (EHS),<br />
waardevolle op<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> ruimte voor water moet word<strong>en</strong> gecreëerd. Het provinciaal<br />
planologisch beleid is er op gericht deze gebied<strong>en</strong> te vrijwar<strong>en</strong> van int<strong>en</strong>sieve<br />
gebruiksvorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt ook het gro<strong>en</strong>blauwe raamwerk g<strong>en</strong>oemd.<br />
SAB 9
Het multifunctioneel gebied beslaat het grootste deel van de provincie. Dit gebied omvat<br />
de sted<strong>en</strong>, dorp<strong>en</strong>, buurtschapp<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de provinciaal ruimtelijke hoofdstructuur,<br />
waardevolle landschapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> het multifunctioneel platteland. In het provinciaal planologisch<br />
beleid wordt op deze gebied<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> expliciete provinciale sturing gericht.<br />
Op de streekplankaart ligt het plangebied in het ‘multifunctioneel platteland’.<br />
De vitaliteit van het multifunctionele platteland wordt bevorderd door planologische beleidsvrijheid<br />
te gev<strong>en</strong> aan geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> wat betreft de grondgebond<strong>en</strong> landbouw <strong>en</strong><br />
nieuwe economische dragers voor vrijkom<strong>en</strong>de agrarische bebouwing.<br />
De provincie geeft wat betreft functieverandering van gebouw<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>gebied<br />
de voorkeur aan het vervull<strong>en</strong> van de behoefte aan landelijk won<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> hergebruik<br />
van de aanwezige gebouw<strong>en</strong> niet mogelijk is, kan na sloop van alle bedrijfsgebouw<strong>en</strong><br />
vervang<strong>en</strong>de nieuwbouw plaatsvind<strong>en</strong>, met e<strong>en</strong> omvang van maximaal 50% van de<br />
gesloopte bebouwing in vierkante meters. Het provinciaal beleid biedt daarbij ruimte<br />
voor nadere beleidsinvulling in regionaal verband. Hier wordt in de volg<strong>en</strong>de paragraaf<br />
nader op ingegaan.<br />
Toets plan<br />
Voorligg<strong>en</strong>d plan past binn<strong>en</strong> het provinciaal beleid, omdat het omvorm<strong>en</strong> van voormalige<br />
agrarische bedrijfsbebouwing naar won<strong>en</strong> bijdraagt aan e<strong>en</strong> vitaal platteland.<br />
Daarnaast wordt met onderhavige ontwikkeling ingespeeld op de behoefte aan landelijk<br />
won<strong>en</strong>.<br />
3.2.2 Regionaal <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>telijk beleid<br />
VAB-beleid: beleidskader hergebruik vrijgekom<strong>en</strong> agrarische bedrijfsbebouwing in het<br />
buit<strong>en</strong>gebied<br />
Het VAB-beleid is sam<strong>en</strong>gesteld door de sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in de regio Rivier<strong>en</strong>land<br />
opgesteld <strong>en</strong> is van kracht in het buit<strong>en</strong>gebied van onder andere de geme<strong>en</strong>te<br />
West Maas <strong>en</strong> Waal. Vrijgekom<strong>en</strong> agrarische bedrijfsbebouwing kan word<strong>en</strong><br />
hergebruikt voor woondoeleind<strong>en</strong> of verscheid<strong>en</strong>e bedrijfsmatige doeleind<strong>en</strong>. Daarnaast<br />
word<strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> gebod<strong>en</strong> voor sloop van de vrijgekom<strong>en</strong> agrarische bedrijfsbebouwing<br />
<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong>de nieuwbouw.<br />
Het agrarisch buit<strong>en</strong>gebied van de regio Rivier<strong>en</strong>land is voornamelijk in gebruik voor<br />
de melkveehouderij <strong>en</strong> relatief int<strong>en</strong>sieve teelt<strong>en</strong> zoals de fruit- <strong>en</strong> boomteelt (Betuwe)<br />
<strong>en</strong> de champignonteelt (Bommelerwaard). De int<strong>en</strong>sieve teelt<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gek<strong>en</strong>merkt<br />
door relatief moderne bedrijfsgebouw<strong>en</strong> die qua omvang <strong>en</strong> materiaalgebruik niet in<br />
het landschap pass<strong>en</strong>. De binn<strong>en</strong> de regio Rivier<strong>en</strong>land sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
will<strong>en</strong> vanuit het strev<strong>en</strong> de landschappelijke kwaliteit te vergrot<strong>en</strong>, dan ook stimuler<strong>en</strong><br />
dat deze agrarische bedrijfsgebouw<strong>en</strong> gesloopt word<strong>en</strong> wanneer ze hun agrarische<br />
functie hebb<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong>. Om dit te stimuler<strong>en</strong> wordt de mogelijkheid gebod<strong>en</strong> – in ruil<br />
voor de sloop van alle voormalige agrarische bedrijfsgebouw<strong>en</strong> – e<strong>en</strong> woongebouw<br />
op te richt<strong>en</strong>. Door de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van de extra bouwrecht<strong>en</strong> te gebruik<strong>en</strong> voor het<br />
dekk<strong>en</strong> van de sloopkost<strong>en</strong> van vrijgekom<strong>en</strong> agrarische bedrijfsbebouwing <strong>en</strong> de kost<strong>en</strong><br />
van landschappelijke inpassing van nieuwe bebouwing, d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> de sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>de<br />
geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de ruimtelijke <strong>en</strong> landschappelijke kwaliteit van het buit<strong>en</strong>gebied per<br />
saldo te kunn<strong>en</strong> vergrot<strong>en</strong>.<br />
Sloop <strong>en</strong> vervang<strong>en</strong>de nieuwbouw zijn alle<strong>en</strong> toegestaan wanneer geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van<br />
m<strong>en</strong>ing zijn dat verbouw van de vrijgekom<strong>en</strong> agrarische bedrijfsruimte tot woonruimte<br />
SAB 10
niet mogelijk of w<strong>en</strong>selijk is. Monum<strong>en</strong>tale bebouwing mag niet word<strong>en</strong> gesloopt <strong>en</strong><br />
ook bebouwing die door de geme<strong>en</strong>te is bestemd als karakteristiek of beeldbepal<strong>en</strong>d<br />
komt niet voor deze regeling in aanmerking.<br />
De sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van de regio Rivier<strong>en</strong>land legg<strong>en</strong> in vergelijking met<br />
het streekplanbeleid meer nadruk op sloop van vrijgekom<strong>en</strong> agrarische bedrijfsbebouwing<br />
<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong>de nieuwbouw, met uitzondering van monum<strong>en</strong>tale <strong>en</strong> karakteristieke/beeldbepal<strong>en</strong>de<br />
bebouwing. Aan deze keuze ligt e<strong>en</strong> aantal red<strong>en</strong><strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
grondslag:<br />
− e<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijk deel van de agrarische bedrijfsgebouw<strong>en</strong> in de regio Rivier<strong>en</strong>land<br />
(met name in de fruit- <strong>en</strong> champignonteelt) heeft eerder e<strong>en</strong> industriële dan e<strong>en</strong><br />
traditionele landbouwkundige uitstraling. De ruimtelijke <strong>en</strong> landschappelijke kwaliteit<br />
van het buit<strong>en</strong>gebied zijn dan ook meer gedi<strong>en</strong>d met vervang<strong>en</strong>de nieuwbouw<br />
onder strikte voorwaard<strong>en</strong> dan met hergebruik;<br />
− e<strong>en</strong> deel van de agrarische bedrijfsgebouw<strong>en</strong> in de regio Rivier<strong>en</strong>land is sterk verpauperd<br />
<strong>en</strong> daardoor ongeschikt voor hergebruik of r<strong>en</strong>dabele verbouw tot woonof<br />
bedrijfsruimte;<br />
− e<strong>en</strong> deel van de agrarische bedrijfsgebouw<strong>en</strong> in de regio Rivier<strong>en</strong>land is door hun<br />
vormgeving of doordat zij agrarisch in gebruik zijn geweest simpelweg ongeschikt<br />
voor andere functies.<br />
VAB-regeling woongebouw<strong>en</strong><br />
Op grond van het VAB-beleid is de volg<strong>en</strong>de regeling is van toepassing op de sloop<br />
<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong>de nieuwbouw voor woongebouw<strong>en</strong>:<br />
Gesloopte oppervlakte<br />
Comp<strong>en</strong>satie woning<strong>en</strong><br />
0-500 m 2 gesloopte bedrijfsgebouw<strong>en</strong> Ge<strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> voor bouw woongebouw<br />
500-1.000 m 2 gesloopte bedrijfsgebouw<strong>en</strong> Bouw woongebouw van maximaal 750 m 3<br />
1.000-2.500 m 2 gesloopte bedrijfsgebouw<strong>en</strong> Bouw woongebouw van maximaal 1.200 m 3<br />
Meer dan 2.500 m 2 gesloopte bedrijfsgebouw<strong>en</strong> Bouw woongebouw van maximaal 1.600 m 3<br />
Daarnaast geldt de voorwaarde dat de oppervlakte van e<strong>en</strong> nieuw woongebouw<br />
maximaal 50% bedraagt van de oppervlakte van de gesloopte bedrijfsgebouw<strong>en</strong> (reductie<br />
bebouwd oppervlak van minimaal 50%).<br />
De binn<strong>en</strong> de regio Rivier<strong>en</strong>land sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> will<strong>en</strong> bij functieverandering<br />
de realisatie van woongebouw<strong>en</strong> stimuler<strong>en</strong>. Met de realisatie van kleinschalige<br />
woongebouw<strong>en</strong>, will<strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> minder draagkrachtige groep<strong>en</strong> (starters,<br />
jonge gezinn<strong>en</strong>) meer mogelijkhed<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> om zich in het buit<strong>en</strong>gebied te vestig<strong>en</strong>.<br />
Doordat de grondprijs minder zwaar doordrukt in de kostprijs van e<strong>en</strong> woning <strong>en</strong> binn<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> woongebouw gediffer<strong>en</strong>tieerd (grote <strong>en</strong> kleine woone<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>) kan word<strong>en</strong><br />
gebouwd, zull<strong>en</strong> woning<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> woongebouw in veel gevall<strong>en</strong> goedkoper zijn<br />
dan individuele vrijstaande woning<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>gebied.<br />
SAB 11
VAB-regeling bijgebouw<strong>en</strong><br />
Bij e<strong>en</strong> woongebouw met meerdere woone<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> geld de volg<strong>en</strong>de regeling voor<br />
bijgebouw<strong>en</strong>:<br />
Woongebouw<br />
Woongebouw met 2 woone<strong>en</strong>hed<strong>en</strong><br />
Woongebouw met 3 woone<strong>en</strong>hed<strong>en</strong><br />
Woongebouw met 4 of meer woone<strong>en</strong>hed<strong>en</strong><br />
Bijgebouw<strong>en</strong><br />
80 m 2 (in 1 bijgebouw)<br />
120 m 2 (verdeeld over 2 bijgebouw<strong>en</strong>)<br />
150 m 2 (verdeeld over 2 bijgebouw<strong>en</strong>)<br />
Sloop bedrijfsgebouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> nieuwbouw in onderhavig plan<br />
Voor onderhavige ontwikkeling wordt in totaal 687 m 2 aan bedrijfsgebouw<strong>en</strong> gesloopt<br />
aan de <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> in Bov<strong>en</strong>-Leeuw<strong>en</strong>. In ruil hiervoor wordt e<strong>en</strong> woongebouw<br />
van maximaal 750 m 3 gebouwd, met e<strong>en</strong> bijgebouw van 80 m 2 . Deze inhoud is door de<br />
geme<strong>en</strong>te vastgesteld. Nieuwbouw van dit woon- <strong>en</strong> bijgebouw vindt plaats op de locatie<br />
aan de <strong>Houtsestraat</strong> 2.<br />
Toets plan<br />
De regio stelt als eis bij functieverandering dat door de initiatiefnemer verbetering van<br />
de omgevingskwaliteit di<strong>en</strong>t plaats te vind<strong>en</strong>. In het huidige plan wordt hier aan voldaan.<br />
Er wordt in totaal 687 m 2 aan agrarische bedrijfsbebouwing met e<strong>en</strong> lage ruimtelijke<br />
<strong>en</strong> landschappelijke kwaliteit gesloopt. Dit komt het landschap t<strong>en</strong> goede, aangezi<strong>en</strong><br />
bebouwing met e<strong>en</strong> lage kwaliteit afbreuk do<strong>en</strong> aan het landschap <strong>en</strong> deze<br />
beeldverstor<strong>en</strong>de bebouwing in onderhavig initiatief wordt geamoveerd. De bouwrecht<strong>en</strong><br />
die in het kader van het VAB-beleid word<strong>en</strong> verworv<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> daarbij ingezet om<br />
op de restant<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> woongebouw uit circa 1890 e<strong>en</strong> zelfde soort woongebouw te<br />
realiser<strong>en</strong>. Dit aspect versterkt de landschappelijke kwaliteit, waardoor het initiatief in<br />
zijn geheel de ruimtelijke <strong>en</strong> landschappelijke kwaliteit van het landschap vergroot.<br />
Onderhavig plan voorziet in het bouw<strong>en</strong> van één woongebouw van maximaal 750 m 3<br />
met 80 m 2 aan bijgebouw<strong>en</strong>.<br />
3.2.3 Conclusie<br />
De planontwikkeling past in het ruimtelijk beleid van het Rijk, de provincie Gelderland,<br />
de regio Rivier<strong>en</strong>land <strong>en</strong> de Geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal. Op basis van het VABbeleid<br />
wordt functieverandering toegepast, waarbij reductie van het aantal vierkante<br />
meters bebouwd oppervlak plaatsvindt. Er wordt vervolg<strong>en</strong>s op e<strong>en</strong> verantwoorde wijze<br />
e<strong>en</strong> nieuw woongebouw in het landschap ingepast. Bijzonder hierbij is het feit dat<br />
dit woongebouw wordt herbouwd op het voormalige ‘Huize Bronckhorst’, dater<strong>en</strong>d uit<br />
circa 1890 <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> zelfde soort stijl wordt teruggebouwd. Het beleid van de rijksoverheid,<br />
de provincie Gelderland, de regio Rivier<strong>en</strong>land <strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te West Maas<br />
<strong>en</strong> Waal staan de realisatie van het plan niet in de weg.<br />
SAB 12
4 Planbeschrijving<br />
4.1 Ontwikkelingslocatie<br />
<strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong><br />
Op de locatie is agrarische bedrijfsbebouwing met e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>stwoning geleg<strong>en</strong>. De<br />
agrarische bedrijfsgebouw<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijke oppervlakte van 687 m 2 , exclusief<br />
de bestaande di<strong>en</strong>stwoning. Op het perceel is weinig erfbeplanting aanwezig.<br />
<strong>Houtsestraat</strong> 2<br />
Deze locatie heeft mom<strong>en</strong>teel e<strong>en</strong> agrarische functie, met daarop de vervall<strong>en</strong> restant<strong>en</strong><br />
van ‘Huize Bronckhorst’ <strong>en</strong> weinig erfbeplanting.<br />
4.2 Inrichtingsvoorstel<br />
<strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong><br />
Voorligg<strong>en</strong>d plan betreft de herzi<strong>en</strong>ing van de agrarische bestemming in e<strong>en</strong> woonbestemming,<br />
waarbij de di<strong>en</strong>stwoning behoud<strong>en</strong> blijft. De bedrijfsbebouwing aan de<br />
<strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> wordt gesloopt, met e<strong>en</strong> totale oppervlakte van 687 m 2 . Dit betreft<br />
de grote pluimveestal met e<strong>en</strong> oppervlakte van 654 m 2 <strong>en</strong> e<strong>en</strong> klein schuurtje van<br />
33 m 2 . Er mag 80 m 2 aan bijgebouw<strong>en</strong><br />
blijv<strong>en</strong> staan bij recht.<br />
In het plan wordt e<strong>en</strong> ontheffingsmogelijkheid<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
tot 120 m 2 . Dit betreff<strong>en</strong> de<br />
schur<strong>en</strong> t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> <strong>en</strong> zuidoost<strong>en</strong><br />
van de woning. Bijgevoegde<br />
afbeelding geeft de huidige<br />
situatie weer, waarbij de<br />
rood gemarkeerde schur<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> gesloopt. De te slop<strong>en</strong> schur<strong>en</strong> aan de <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong><br />
<strong>Houtsestraat</strong> 2<br />
De initiatiefnemer wil aan de <strong>Houtsestraat</strong> 2 het<br />
uit 1890 dater<strong>en</strong>de dubbelwoonhuis ‘Huize<br />
Bronkhorst’ herbouw<strong>en</strong>. Daarvoor di<strong>en</strong>t de huidige<br />
bestemming agrarisch gebied te word<strong>en</strong><br />
omgezet in e<strong>en</strong> woonbestemming. Het plan betreft<br />
het realiser<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> woongebouw met<br />
e<strong>en</strong> maximale inhoud van 750 m 3 <strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijgebouw<br />
van maximaal 80 m 2 in het kader van het<br />
regionale VAB-beleid. Het woongebouw wordt<br />
herbouwd ter plaatse van de restant<strong>en</strong> van het<br />
voormalige ‘Huize Bronkhorst’. Op bijgevoegde<br />
afbeelding is deze situatie inzichtelijk gemaakt.<br />
De toekomstige situatie <strong>Houtsestraat</strong> 2<br />
SAB 13
5 Onderzoek <strong>en</strong> verantwoording<br />
5.1 Geluidhinder<br />
Inleiding<br />
Wanneer in e<strong>en</strong> plan nieuwe geluidsgevoelige ruimt<strong>en</strong>, zoals woning<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gerealiseerd,<br />
stelt de Wet geluidhinder (Wgh) de verplichting akoestisch onderzoek uit te<br />
voer<strong>en</strong> naar de geluidsbelasting op de nieuwe woning<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gevolge van omligg<strong>en</strong>de<br />
weg<strong>en</strong>. Deze geluidsbelasting mag de 48 dB niet overschrijd<strong>en</strong>.<br />
In de Wgh staat dat voor e<strong>en</strong> bestemmingsplan inzichtelijk moet word<strong>en</strong> gemaakt welke<br />
geluidsbronn<strong>en</strong> in het gebied aanwezig zijn <strong>en</strong> wat de geluidsbelasting is voor geluidsgevoelige<br />
bestemming<strong>en</strong>. Op basis van Wgh moet bij ruimtelijke ontwikkeling<strong>en</strong><br />
rek<strong>en</strong>ing word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> met drie geluidsbronn<strong>en</strong>: wegverkeers-, railverkeers- <strong>en</strong><br />
industrielawaai.<br />
Onderzoek<br />
Voor onderhavige ontwikkeling is e<strong>en</strong> memo omtr<strong>en</strong>t milieutechnische belemmering<strong>en</strong><br />
door de geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal opgesteld 2 . De nieuw te realiser<strong>en</strong> woning aan<br />
de <strong>Houtsestraat</strong> 2 is e<strong>en</strong> geluidsgevoelig object. Uit de memo blijkt dat alle<strong>en</strong> de invloedssfeer<br />
van wegverkeerslawaai geldt, aangezi<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het onderzoeksgebied de<br />
Bernhardstraat <strong>en</strong> de <strong>Houtsestraat</strong> ligg<strong>en</strong>. Zodo<strong>en</strong>de word<strong>en</strong> railverkeers- <strong>en</strong> industrielawaai<br />
niet verder uitgewerkt.<br />
De nieuw te bouw<strong>en</strong> woning aan de <strong>Houtsestraat</strong> zal word<strong>en</strong> gesitueerd op meer dan<br />
50 meter van beide weg<strong>en</strong>. Uit e<strong>en</strong> indicatieve berek<strong>en</strong>ing blijkt dat de geluidsbelasting<br />
t<strong>en</strong> gevolge van het wegverkeer op de Bernhardstraat <strong>en</strong> <strong>Houtsestraat</strong> ter plaatse<br />
van gevel van de nieuw te realiser<strong>en</strong> woning op 50 meter afstand 39,3 dB zal bedrag<strong>en</strong>,<br />
inclusief de aftrek volg<strong>en</strong>s artikel 110 Wgh. Inmiddels is bek<strong>en</strong>d waar de nieuw te<br />
bouw<strong>en</strong> woning wordt gesitueerd. Dit is op circa 70 meter van beide weg<strong>en</strong>.<br />
De <strong>Kampsestraat</strong> heeft e<strong>en</strong> 30 km/uur-regime, waardoor deze niet onderzoeksplichtig<br />
voor de Wgh is. Hieruit blijkt dat het aspect verkeerslawaai de woning aan de<br />
<strong>Kampsestraat</strong> ge<strong>en</strong> part<strong>en</strong> speelt.<br />
Conclusie<br />
Het aspect geluidhinder vormt ge<strong>en</strong> belemmering voor het plan.<br />
5.2 Bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> milieuzonering<br />
Inleiding<br />
Indi<strong>en</strong> door middel van e<strong>en</strong> plan nieuwe, milieuhindergevoelige functies mogelijk word<strong>en</strong><br />
gemaakt, di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> aangetoond dat deze niet word<strong>en</strong> gerealiseerd binn<strong>en</strong><br />
de hinderzone van omligg<strong>en</strong>de bedrijv<strong>en</strong>. Anderzijds mog<strong>en</strong> milieuhindergevoelige<br />
functies in de directe omgeving van het plangebied niet negatief word<strong>en</strong> beïnvloed<br />
door de ontwikkeling<strong>en</strong> die met e<strong>en</strong> plan mogelijk word<strong>en</strong> gemaakt.<br />
2<br />
Geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal (4 maart 2009) Memo milieutechnische belemmering<strong>en</strong><br />
Bov<strong>en</strong>-Leeuw<strong>en</strong>, <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> / Bernardsstraat 40.<br />
SAB 14
Onderzoek<br />
Het plan voorziet in nieuwe gevoelige functie in de vorm e<strong>en</strong> woongebouw aan de<br />
<strong>Houtsestraat</strong> 2. In de directe nabijheid van de locatie zijn diverse bedrijv<strong>en</strong> gevestigd.<br />
Wat betreft de aanbevol<strong>en</strong> afstand<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> bedrijvigheid <strong>en</strong> gevoelige functies, zoals<br />
won<strong>en</strong>, is de VNG-brochure ‘Bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> milieuzonering’ 3 geraadpleegd. Hierin word<strong>en</strong><br />
richtafstand<strong>en</strong> voor zowel het omgevingstype ‘gem<strong>en</strong>gd gebied’ als ‘rustige<br />
woonwijk’ <strong>en</strong> ‘rustig buit<strong>en</strong>gebied’ aanbevol<strong>en</strong>. Gem<strong>en</strong>gde gebied<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong><br />
die langs hoofdinfrastructuur ligg<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of gebied<strong>en</strong> met matige tot sterke functiem<strong>en</strong>ging.<br />
In e<strong>en</strong> rustige woonwijk <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>gebied kom<strong>en</strong> vrijwel ge<strong>en</strong> andere functies<br />
voor. De richtafstand<strong>en</strong> geld<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> gemiddeld nieuw bedrijf <strong>en</strong> gaan uit van het<br />
gebiedstype ‘rustig woongebied’. Voor gem<strong>en</strong>gde gebied<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> de richtafstand<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> verminderd. De afstand wordt gemet<strong>en</strong> vanaf het op de verbeelding aangeduide<br />
deel voor de bedrijfsmatige activiteit tot aan de gevel van nieuwe of bestaande<br />
woning<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>d perceel.<br />
De locatie maakt gezi<strong>en</strong> de omligg<strong>en</strong>de functies deel uit van e<strong>en</strong> ‘rustig buit<strong>en</strong>gebied’.<br />
Het dichtstbijzijnde bedrijf is e<strong>en</strong> rioolgemaal aan de <strong>Houtsestraat</strong> 4 op circa 70 meter<br />
van de locatie. De locatie ligt buit<strong>en</strong> de invloedssfeer (milieucontour) van dit bedrijf.<br />
Voor wat betreft de functieverandering naar won<strong>en</strong> aan de <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> k<strong>en</strong>t de<br />
nieuwe woonfunctie, gekek<strong>en</strong> naar de VNG-Brochure ‘Bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> milieuzonering’,<br />
dezelfde bescherming t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van omligg<strong>en</strong>de bedrijv<strong>en</strong> als de vroegere agrarische<br />
di<strong>en</strong>stwoning. Slechts op de aspect<strong>en</strong> akoestiek <strong>en</strong> geur geld<strong>en</strong> afwijk<strong>en</strong>de richtlijn<strong>en</strong>.<br />
Deze word<strong>en</strong> respectievelijk in de paragraf<strong>en</strong> 5.1 <strong>en</strong> 5.3 behandeld.<br />
Conclusie<br />
Het aspect bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> milieuzonering vormt ge<strong>en</strong> belemmering voor het plan.<br />
5.3 Geur<br />
Inleiding<br />
De Wet geurhinder <strong>en</strong> veehouderij (Wgv) vormt in eerste instantie het wettelijk kader<br />
bij de beoordeling van e<strong>en</strong> aanvraag om e<strong>en</strong> milieuvergunning voor dier<strong>en</strong>verblijv<strong>en</strong><br />
van veehouderij<strong>en</strong>. De Wet geurhinder <strong>en</strong> veehouderij geeft hiervoor geurbelastings<strong>en</strong><br />
afstandsnorm<strong>en</strong> in relatie met geurgevoelige object<strong>en</strong> in de nabijheid van de (geprojecteerde)<br />
veehouderij.<br />
De Wgv heeft betrekking op twee aspect<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste speelt de geurbelasting e<strong>en</strong><br />
rol bij de beoordeling of er in het kader van e<strong>en</strong> goede ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing e<strong>en</strong> goed<br />
woon- <strong>en</strong> leefklimaat kan word<strong>en</strong> gegarandeerd. T<strong>en</strong> tweede moet bij de belang<strong>en</strong>afweging<br />
t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> zorgvuldige besluitvorming word<strong>en</strong> nagegaan of e<strong>en</strong><br />
partij niet onev<strong>en</strong>redig in haar belang<strong>en</strong> wordt geschaad.<br />
3<br />
Bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> milieuzonering, Ver<strong>en</strong>iging van Nederlandse Geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, 2009,<br />
ISBN: 978901<strong>21</strong>30813.<br />
SAB 15
Onderzoek<br />
Het geuraspect wordt behandeld in e<strong>en</strong> memo omtr<strong>en</strong>t milieutechnische belemmering<strong>en</strong>,<br />
opgesteld door de geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal 4 . Uit deze memo blijkt dat op<br />
het perceel aan de <strong>Kampsestraat</strong> 19 vark<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>. Voor de individuele<br />
beoordeling van geur di<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> geurbelastingsberek<strong>en</strong>ing te word<strong>en</strong> uitgevoerd. Omdat<br />
het hier echter gaat om het beëindig<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bedrijf aan de <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> <strong>en</strong><br />
er ge<strong>en</strong> nieuwe woning voor terugkomt, kan dit achterwege blijv<strong>en</strong>. Ook di<strong>en</strong>t volg<strong>en</strong>d<br />
artikel 3, lid 2 van de Wgv e<strong>en</strong> minimale afstand van 50 meter te word<strong>en</strong> aangehoud<strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> de geurgevoelige object<strong>en</strong> van twee agrarische bedrijv<strong>en</strong>. Aan deze afstand,<br />
gemet<strong>en</strong> vanaf het dichtstbijzijnde punt van de stal, wordt niet voldaan.<br />
De huidige woning staat namelijk al binn<strong>en</strong> de hindercirkel van 50 meter. Dit is e<strong>en</strong> in<br />
het verled<strong>en</strong> ontstane situatie. Artikel 8.4 van de Wet milieubeheer geeft aan dat het<br />
bevoegd gezag de recht<strong>en</strong> die de vergunninghouder (<strong>Kampsestraat</strong> 19) aan de al<br />
eerder verle<strong>en</strong>de vergunning<strong>en</strong> ontle<strong>en</strong>de, niet kan wijzig<strong>en</strong> anders dan met afdeling<br />
8.1.2. van de Wgv) E<strong>en</strong> dergelijke wijziging houdt bijvoorbeeld het wijzig<strong>en</strong> of intrekk<strong>en</strong><br />
van de vergunning in.<br />
Het bedrijf aan de <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> wordt gesloopt, maar dit levert ge<strong>en</strong> nadel<strong>en</strong> op<br />
voo het naastgeleg<strong>en</strong> bedrijf aan de <strong>Kampsestraat</strong> 19. De woning wordt volg<strong>en</strong>s artikel<br />
14, lid 2 van de Wgv beschouwd als e<strong>en</strong> woning bij e<strong>en</strong> agrarische bedrijf waarvoor<br />
e<strong>en</strong> vaste afstand geldt van 50 meter. Deze afstand blijft dus gelijk, alle<strong>en</strong> het<br />
toetsingskader (artikel van de Wgv) veranderd. Dit levert voor het bedrijf aan de<br />
<strong>Kampsestraat</strong> 19 ge<strong>en</strong> belemmering<strong>en</strong> op.<br />
Conclusie<br />
Het aspect geurhinder vormt ge<strong>en</strong> belemmering voor het plan.<br />
5.4 Bodem<br />
Inleiding<br />
Wanneer in e<strong>en</strong> bestemmingsplan of met e<strong>en</strong> vrijstelling milieugevoelige functies word<strong>en</strong><br />
mogelijk gemaakt, moet word<strong>en</strong> aangetoond dat de bodem <strong>en</strong> het grondwater vrij<br />
zijn van verontreiniging <strong>en</strong> geschikt zijn voor de beoogde functie.<br />
Onderzoek<br />
Voor het omzett<strong>en</strong> van de bestemming op het perceel <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> heeft geme<strong>en</strong>te<br />
West Maas <strong>en</strong> Waal aangegev<strong>en</strong> dat bodemonderzoek niet noodzakelijk is. In<br />
navolging hiervan heeft UDM in januari 2010 e<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>d milieukundig bodemonderzoek<br />
uitgevoerd 5 .<br />
Uit het vooronderzoek zijn ge<strong>en</strong> bijzonderhed<strong>en</strong> naar vor<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong> die duid<strong>en</strong> op<br />
de mogelijke aanwezigheid van bodemverontreiniging. De onderzoekshypothese is<br />
dan ook op ‘onverdacht gesteld’. Er di<strong>en</strong>t daarbij wel opgemerkt te word<strong>en</strong> dat gezi<strong>en</strong><br />
het gebruik van het perceel in het verled<strong>en</strong> als boomgaard, het analysepakket van de<br />
bov<strong>en</strong>grond is aangevuld met OBC’s.<br />
4<br />
5<br />
Geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal (4 maart 2009) Memo milieutechnische belemmering<strong>en</strong> Bov<strong>en</strong>-Leeuw<strong>en</strong>,<br />
<strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> / Bernardsstraat 40.<br />
UDM midd<strong>en</strong> B.V. (12 januari 2010) Verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>d milieukundig bodemonderzoek.<br />
SAB 16
De bodem ter plaatse van de onderzoekslocatie bestaat tot e<strong>en</strong> diepte van 1,0 à 2,0<br />
meter b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> maaiveld (m-mv) uit klei. Daaronder bevindt zich tot circa 3,0 m-mv<br />
(de maximale boordiepte) matig fijn zand. Het grondwater bevond zich t<strong>en</strong> tijde van de<br />
grondwatermonsteropname op circa 1,1 m-mv. De pH <strong>en</strong> EC van het grondwater duid<strong>en</strong><br />
niet op bijzondere omstandighed<strong>en</strong> in de bodem.<br />
In het omhooggebrachte bodemmateriaal is ge<strong>en</strong> asbestverdacht materiaal waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> ook bijm<strong>en</strong>ging<strong>en</strong> met bodemvreemd zijn niet waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
In de zintuiglijke schone kleiige bov<strong>en</strong>- <strong>en</strong> ondergrond overschrijd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> van de onderzochte<br />
parameter de (landelijke) achtergrondwaarde.<br />
In het freatisch grondwater is e<strong>en</strong> licht verhoogd gehalte barium gemet<strong>en</strong> (bov<strong>en</strong> de<br />
landelijke streefwaarde) <strong>en</strong> daarom di<strong>en</strong>t de gestelde onderzoekshypothese ‘onverdachte<br />
locatie’ formeel te word<strong>en</strong> verworp<strong>en</strong>.<br />
Op basis van voorligg<strong>en</strong>d onderzoek kan inzi<strong>en</strong>s UDM word<strong>en</strong> geconcludeerd dat t<strong>en</strong><br />
aanzi<strong>en</strong> van de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem <strong>en</strong> het grondwater ge<strong>en</strong> belemmering<strong>en</strong><br />
aanwezig zijn voor het beoogd gebruik of (her)ontwikkeling van de locatie.<br />
Conclusie<br />
Het aspect bodem vormt ge<strong>en</strong> belemmering voor het plan.<br />
5.5 Landschap<br />
Voorligg<strong>en</strong>d plan betreft e<strong>en</strong> verandering in de feitelijke ruimtelijke <strong>en</strong> landschappelijke<br />
situatie, namelijk de sloop van voormalig agrarische bedrijfsbebouwing aan de<br />
<strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> <strong>en</strong> de bouw van e<strong>en</strong> woongebouw aan de <strong>Houtsestraat</strong> 2. Ondanks<br />
het gegev<strong>en</strong> dat de locatie <strong>en</strong> de directe omgeving ge<strong>en</strong> landschappelijke waard<strong>en</strong><br />
herberg<strong>en</strong>, wordt met de nieuwbouw aan de <strong>Houtsestraat</strong> het voormalige ‘Huize Bronckhorst’<br />
in ere hersteld. Daarnaast gaat de reductie van de aanwezige bedrijfsbebouwing<br />
verrommeling teg<strong>en</strong> <strong>en</strong> vergroot het de ruimtelijke kwaliteit van de locatie <strong>en</strong> de<br />
omgeving.<br />
5.6 Archeologische <strong>en</strong> cultuurhistorische waard<strong>en</strong><br />
5.6.1 Archeologische waard<strong>en</strong><br />
Bij ingrep<strong>en</strong> waarbij de ondergrond wordt geroerd, di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> aangetoond dat de<br />
ev<strong>en</strong>tueel aanwezige archeologische waard<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong> aangetast. Archeologisch<br />
onderzoek zal moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd indi<strong>en</strong> sprake is van e<strong>en</strong> hoge of middelhoge<br />
trefkans, of indi<strong>en</strong> het plangebied niet is gekarteerd.<br />
Bij de planontwikkeling aan de <strong>Houtsestraat</strong> 2 word<strong>en</strong> niet verstoorde grond<strong>en</strong> verstoord,<br />
waardoor mogelijk archeologische rest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>. Uit de archeologische<br />
waard<strong>en</strong>kaart van de provincie Gelderland, blijkt dat deze locatie e<strong>en</strong> hoge<br />
<strong>en</strong> middelhoge trefkans op archeologische heeft (zie navolg<strong>en</strong>de kaart). Bij de planontwikkeling<br />
word<strong>en</strong> niet verstoorde grond<strong>en</strong> verstoord, waardoor mogelijk archeologische<br />
rest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>. Daarom is archeologisch onderzoek noodzakelijk.<br />
SAB 17
Uitsnede archeologische waard<strong>en</strong>kaart (Provincie Gelderland, 2009)<br />
Archeologisch bureau- <strong>en</strong> inv<strong>en</strong>tariser<strong>en</strong>d veldonderzoek<br />
In januari 2010 heeft Synthegra e<strong>en</strong> archeologisch bureau- <strong>en</strong> inv<strong>en</strong>tariser<strong>en</strong>d veldonderzoek<br />
6 uitgevoerd. In alle boring<strong>en</strong> bestaat de diepere ondergrond, vanaf 90-180<br />
cm b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> maaiveld, uit matig siltig tot uiterst siltig, matig fijn zand. In boring 3 <strong>en</strong> 5<br />
zijn twee zandig niveaus waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Waarschijnlijk is het diepere zandige niveau<br />
(boring 1, 2, 3, 4 <strong>en</strong> 6) vanaf 140 cm b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> maaiveld tot eind boring het beddingzand<br />
van de stroomgordel van Leeuw<strong>en</strong> <strong>en</strong> is het ondiep geleg<strong>en</strong> zandige niveau in<br />
boring 3 <strong>en</strong> 5 toe te schrijv<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> crevasseafzetting (oeverwaldoorbraakafzetting)<br />
die mogelijk afkomstig is van e<strong>en</strong> voorloper van de Waal. Bov<strong>en</strong> het beddingzand <strong>en</strong><br />
het zand van de crevasseafzetting<strong>en</strong> zijn meestal zandige klei<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong> die te<br />
interpreter<strong>en</strong> zijn als oeverafzetting<strong>en</strong> van de stroomgordel van Leeuw<strong>en</strong> dan wel van<br />
de crevasseafzetting<strong>en</strong>. Daarbov<strong>en</strong> zijn matig siltige tot uiterts siltige klei<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong><br />
die reik<strong>en</strong> tot aan het maaiveld. In de boring<strong>en</strong> 1, 2 <strong>en</strong> 6 is de klei onderin matig<br />
siltig <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>in sterk tot uiterst siltig. De matig siltig klei is geïnterpreteerd als e<strong>en</strong><br />
komafzetting. De erbov<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong> sterk tot uiterst siltige klei heeft e<strong>en</strong> rommelig uiterlijk,<br />
waardoor het onduidelijk is of deze grond is verstoord of dat er mogelijk sprake is<br />
van e<strong>en</strong> antropog<strong>en</strong>e laag, komgrond, e<strong>en</strong> overslaggrond of ev<strong>en</strong>tueel e<strong>en</strong> crevasse/oeverafzetting<br />
van de Waal. De grond is niet zandige g<strong>en</strong>oeg om tot e<strong>en</strong> duidelijke<br />
oeverafzetting te kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gerek<strong>en</strong>d. In boring 1 <strong>en</strong> 6 is zeker e<strong>en</strong> antropog<strong>en</strong>e<br />
laag (boring 1) of woongrond (boring 6) aanwezig, wat blijkt uit de aangetroff<strong>en</strong> indicator<strong>en</strong><br />
bakste<strong>en</strong>, houtskool, fosfaat <strong>en</strong> leemspikkels in deze lag<strong>en</strong> <strong>en</strong> het vuile uiterlijk<br />
van de laag. Er is tev<strong>en</strong>s fosfaat in de onderligg<strong>en</strong>de C-horizont van de bodem bij boring<br />
6 aangetroff<strong>en</strong>. Dit fosfaat is afkomstig uit de bov<strong>en</strong>ligg<strong>en</strong>de woonlaag/ophogingslaag<br />
<strong>en</strong> hieruit uitgespoeld <strong>en</strong> weer gebond<strong>en</strong> aan de onderligg<strong>en</strong>de<br />
laag. De vuilige laag in boring 1 op e<strong>en</strong> diepte van 90 tot 110 cm b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> maaiveld<br />
bevat ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s houtskool <strong>en</strong> fosfaat <strong>en</strong> wordt ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s geïnterpreteerd als oude<br />
woonlaag. In boring 3 kan de rommelige laag in verband word<strong>en</strong> gebracht met de lo-<br />
6<br />
Synthegra (6 april 2010) Bureauonderzoek <strong>en</strong> Inv<strong>en</strong>tariser<strong>en</strong>d Veldonderzoek, karter<strong>en</strong>d<br />
booronderzoek.<br />
SAB 18
catie van e<strong>en</strong> eerder aanwezig huis (afbeelding 2.6). In boring 2 is op e<strong>en</strong> diepte van<br />
120-160 cm b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> maaiveld e<strong>en</strong> v<strong>en</strong>ig kleipakket met plant<strong>en</strong>rest<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>,<br />
wat kan wijz<strong>en</strong> op de aanwezigheid van e<strong>en</strong> greppel dan wel e<strong>en</strong> geultje, die mogelijk<br />
aan de oude woongrond kan word<strong>en</strong> gekoppeld. In de andere boring<strong>en</strong> blijft het onduidelijk<br />
of er sprake is van e<strong>en</strong> antropog<strong>en</strong>e laag, e<strong>en</strong> komgrond, e<strong>en</strong> overslaggrond<br />
of ev<strong>en</strong>tueel e<strong>en</strong> crevasseafzetting. De bov<strong>en</strong>ste 30-50 cm van de bodem is meestal<br />
sterk geroerd dan wel verploegd <strong>en</strong> bevat veel puin <strong>en</strong> bakste<strong>en</strong>. In de boring<strong>en</strong> die<br />
niet vanaf de top antropoge<strong>en</strong> verstoord war<strong>en</strong> (boring 2, 3, 4 <strong>en</strong> 6) is e<strong>en</strong> Aphorizont<br />
aangetroff<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> bruingrijze C-horizont bestaande uit siltige klei<strong>en</strong>. Hoewel de<br />
klei<strong>en</strong> niet zandig zijn, zoals aangegev<strong>en</strong> bij de verwachte ooivaaggrond<strong>en</strong>, zijn deze<br />
vanwege de bruingrijze kleur toch geïnterpreteerd als e<strong>en</strong> ooivaaggrond.<br />
In het plangebied is e<strong>en</strong> oude woonlaag/ophogingslaag aangetroff<strong>en</strong>, die wordt gek<strong>en</strong>merkt<br />
door e<strong>en</strong> vuile kleur, houtskool- <strong>en</strong> leempikkels <strong>en</strong> fosfaatverkleuring<strong>en</strong>.<br />
De oude woonlaag is in boring 1 <strong>en</strong> boring 6 aangetroff<strong>en</strong>. De oude woonlaag/ophogingpakket<br />
is vanaf 70 cm b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> maaiveld aangetroff<strong>en</strong> <strong>en</strong> reikt tot e<strong>en</strong><br />
diepte van 110 cm b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> maaiveld. De verstoringsdiepte t<strong>en</strong> plaatse van de huidige<br />
bebouwing bedraagt circa 1 m zodat geconcludeerd kan word<strong>en</strong> dat ter plaatse<br />
van de bebouwing e<strong>en</strong> restant van de oude woonlaag/ophogingpakket aanwezig kan<br />
zijn. Spor<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> tot in het onderligg<strong>en</strong>de kleipakket van de C-horizont van de bodem<br />
word<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>.<br />
Er word<strong>en</strong> nederzettingsrest<strong>en</strong> verwacht. Er zijn echter ge<strong>en</strong> dateerbare archeologische<br />
indicator<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>. Op grond van de landschappelijke <strong>en</strong> geologische situatie<br />
word<strong>en</strong> er nederzettingsrest<strong>en</strong> verwacht uit de Romeinse tijd tot <strong>en</strong> met de vroege<br />
middeleeuw<strong>en</strong>. Hoewel het acc<strong>en</strong>t waarschijnlijk zal ligg<strong>en</strong> op de vroege middeleeuw<strong>en</strong>.<br />
De archeologische rest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verwacht direct onder de overslaggrond/komgrond<br />
op e<strong>en</strong> diepte vanaf circa 70 cm b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> maaiveld. De kans is groot<br />
dat bij de geplande nieuwbouw het archeologische niveau wordt verstoord.<br />
De lage archeologische verwachting uit het bureauonderzoek voor zowel vuurste<strong>en</strong>vindplaats<strong>en</strong><br />
uit het laatpaleolithicum <strong>en</strong> mesolithicum als nederzettingsspor<strong>en</strong> uit het<br />
neolithicum tot <strong>en</strong> met de midd<strong>en</strong> bronstijd kan op grond van de resultat<strong>en</strong> van het<br />
veldonderzoek word<strong>en</strong> gehandhaafd. De middelhoge verwachting voor de late bronstijd<br />
tot <strong>en</strong> met de ijzertijd kan op grond van de onderzoeksresultat<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bijgesteld<br />
naar laag. De hoge archeologische verwachting uit het bureauonderzoek voor nederzettingsspor<strong>en</strong><br />
uit de Romeinse tijd tot <strong>en</strong> met de vroege middeleeuw<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong><br />
gehandhaafd, waarbij het acc<strong>en</strong>t vermoedelijk zal ligg<strong>en</strong> op de vroege middeleeuw<strong>en</strong>.<br />
De hoge archeologische verwachting op het aantreff<strong>en</strong> van rest<strong>en</strong> uit de late middeleeuw<strong>en</strong><br />
tot <strong>en</strong> met de nieuwe tijd kan vanwege de grot<strong>en</strong>deels afgegrav<strong>en</strong> terp naar<br />
laag word<strong>en</strong> bijgesteld.<br />
Selectiebesluit geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal<br />
De geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal komt in haar selectiebesluit tot de conclusie dat het<br />
advies uit het archeologisch onderzoek niet door de geme<strong>en</strong>te wordt overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
De resultat<strong>en</strong> van het onderzoek, in relatie tot de beoogde ontwikkeling, rechtvaardig<strong>en</strong><br />
ge<strong>en</strong> nader onderzoek. De geme<strong>en</strong>te is van m<strong>en</strong>ing dat de nieuwe woning zonder<br />
nader archeologisch onderzoek kan word<strong>en</strong> gebouwd, zij het dat de woning met geboorde<br />
archeologiespar<strong>en</strong>de schroefpal<strong>en</strong> in plaats van traditionele, grondverdring<strong>en</strong>de<br />
geheide pal<strong>en</strong> wordt gefundeerd. Er zijn ge<strong>en</strong> nadere gebruiksbeperking<strong>en</strong> nood-<br />
SAB 19
zakelijk. Het proces van Archeologische Monum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>Zorg wordt hiermee beëindigd<br />
<strong>en</strong> het terrein vrijgegev<strong>en</strong> voor ontwikkeling.<br />
De onderbouwing van dit selectiebesluit is de volg<strong>en</strong>de.<br />
Aangezi<strong>en</strong> de nieuwe woning op dezelfde locatie wordt gebouwd als de rec<strong>en</strong>te woning<br />
vindt er op zijn hoogst slechts e<strong>en</strong> geringe aanvull<strong>en</strong>de verstoring plaats. Het onderzoeksrapport<br />
geeft aan dat er ter plekke mogelijk, doch niet aangetoond, nog 10<br />
cm (onder de reeds verstoorde 100 cm) van de woongrond aanwezig is. Daarnaast is<br />
de woongrond niet in alle boring<strong>en</strong> aangetoond (alle<strong>en</strong> in boring<strong>en</strong> 1 <strong>en</strong> 6) wat e<strong>en</strong><br />
nadere bodemverstoring indiceert. Aangezi<strong>en</strong> de restant<strong>en</strong> van de woongrond op circa<br />
70 tot 110 cm diepte vanaf maaiveld verwacht zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, zal normaal<br />
gebruik van het terrein bijvoorbeeld gro<strong>en</strong>voorzi<strong>en</strong>ing zonder meer mogelijk zijn.<br />
Als laatste staan de maatschappelijke kost<strong>en</strong> van verder archeologisch onderzoek <strong>en</strong><br />
de verwachte k<strong>en</strong>niswinst niet in verhouding tot elkaar.<br />
5.6.2 Cultuurhistorische waard<strong>en</strong><br />
Het plangebied of de directe omgeving daarvan herbergt ge<strong>en</strong> cultuurhistorische<br />
waard<strong>en</strong> waar in dit bestemmingsplan rek<strong>en</strong>ing mee gehoud<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong>. Wel<br />
wordt er op de exacte plaats aan de <strong>Houtsestraat</strong> 2 het voormalige ‘Huize Bronckhorst’,<br />
dater<strong>en</strong>d uit circa 1890, e<strong>en</strong> nieuw woongebouw gerealiseerd met e<strong>en</strong> zelfde<br />
soort uitstraling.<br />
5.6.3 Conclusie<br />
De aspect<strong>en</strong> archeologie <strong>en</strong> cultuurhistorie vorm<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> belemmering voor het plan.<br />
5.7 Watertoets<br />
5.7.1 Rijksbeleid<br />
Nationaal Waterplan<br />
In december 2009 is het Nationaal Waterplan vastgesteld. Het Nationaal Waterplan is<br />
de opvolger van de Vierde Nota Waterhuishouding uit 1998 <strong>en</strong> vervangt alle voorgaande<br />
nota's waterhuishouding. Op basis van de Wet ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing heeft het<br />
Nationaal Waterplan voor de ruimtelijke aspect<strong>en</strong> de status van structuurvisie.<br />
Het Nationaal Waterplan geeft op hoofdlijn<strong>en</strong> aan welk beleid het Rijk in de periode<br />
2009 - 2015 voert om te kom<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> duurzaam waterbeheer. Het Nationaal Waterplan<br />
richt zich op bescherming teg<strong>en</strong> overstroming<strong>en</strong>, voldo<strong>en</strong>de <strong>en</strong> schoon water <strong>en</strong><br />
diverse vorm<strong>en</strong> van gebruik van water. Ook word<strong>en</strong> de maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd die<br />
hiervoor word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Het projectgebied ligt in het gebied ‘Rivier<strong>en</strong>’. De grote rivier<strong>en</strong> bestaan uit het Nederlandse<br />
deel van de Rijn inclusief de aftakking<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Maas <strong>en</strong> wordt onderscheid<strong>en</strong><br />
in bov<strong>en</strong>rivier<strong>en</strong>, b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong>rivier<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Maas. De Rijn- <strong>en</strong> Maasmonding hebb<strong>en</strong> andere<br />
hydraulische k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> dan het bov<strong>en</strong>rivier<strong>en</strong>gebied. De rivier<strong>en</strong> zijn breder <strong>en</strong><br />
strom<strong>en</strong> trager <strong>en</strong> staan onder invloed van het getij. Bij het rivier<strong>en</strong>gebied gaat het om<br />
de rivier zelf, het rivierbed <strong>en</strong> de ruimte binn<strong>en</strong>dijks die nodig is voor rivierverruiming.<br />
De rivier <strong>en</strong> het rivierbed vorm<strong>en</strong> het ‘buit<strong>en</strong>dijks’ gebied. Iedere rivier(tak) heeft eig<strong>en</strong><br />
k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>.<br />
SAB 20
In de afgelop<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong> is door de verschill<strong>en</strong>de gebruiksfuncties veel ruimte aan de<br />
rivier<strong>en</strong> ontnom<strong>en</strong>, met als gevolg dat de rivier<strong>en</strong> zijn ingeklemd tuss<strong>en</strong> de dijk<strong>en</strong>, die<br />
steeds hoger zijn gemaakt. Door de bevolkingsontwikkeling <strong>en</strong> economische groei zijn<br />
de te bescherm<strong>en</strong> waard<strong>en</strong> sterk toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Deze kwetsbaarheid van ons land, tezam<strong>en</strong><br />
met ongunstige verwachting<strong>en</strong> over klimaatverandering <strong>en</strong> zeespiegelstijging,<br />
mak<strong>en</strong> duidelijk dat e<strong>en</strong> duurzame bescherming teg<strong>en</strong> hoogwater, zowel nu als in de<br />
toekomst, hoge prioriteit moet houd<strong>en</strong>.<br />
5.7.2 Provinciaal beleid<br />
Waterplan Gelderland 2010-2015<br />
Het Waterplan bevat het waterbeleid van de provincie <strong>en</strong> is de opvolger van het derde<br />
Waterhuishoudingsplan (WHP3). Het beleid uit WHP3 wordt grot<strong>en</strong>deels voortgezet.<br />
Het Waterplan is tegelijk opgesteld met de water(beheer)plann<strong>en</strong> van het Rijk <strong>en</strong> de<br />
waterschapp<strong>en</strong>. In onderlinge sam<strong>en</strong>werking zijn de plann<strong>en</strong> zo goed mogelijk op elkaar<br />
afgestemd. Het Waterplan Gelderland 2010-2015 is op 1 januari 2010 in werking<br />
getred<strong>en</strong>.<br />
In het plan staan de doel<strong>en</strong> voor het waterbeheer, de maatregel<strong>en</strong> die daarvoor nodig<br />
zijn <strong>en</strong> wie ze gaat uitvoer<strong>en</strong>. Voor oppervlaktewaterkwaliteit, hoogwaterbescherming,<br />
regionale wateroverlast, watertekort <strong>en</strong> waterbodems geld<strong>en</strong> provinciebrede doel<strong>en</strong>.<br />
Voor e<strong>en</strong> aantal functies, zoals landbouw, natte natuur, waterbergingsgebied<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
grondwaterbeschermingsgebied<strong>en</strong>, zijn specifieke doel<strong>en</strong> geformuleerd.<br />
Het plangebied heeft op grond van het Waterplan de basisfunctie landbouw. Aan de<br />
noordoostzijde gr<strong>en</strong>st het plangebied aan e<strong>en</strong> natte ecologische verbindingszone <strong>en</strong><br />
beschermingszone natte landnatuur.<br />
De gebied<strong>en</strong> met de basisfunctie landbouw geldt voor die gebied<strong>en</strong> waar de hoofdfunctie<br />
landbouw is. Binn<strong>en</strong> deze functie komt natte natuur verspreid in kleine elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
voor. In de gebied<strong>en</strong> met de functie landbouw is de inrichting <strong>en</strong> het beheer van<br />
het watersysteem allereerst gericht op:<br />
− e<strong>en</strong> ontwateringsdiepte met aanvaardbare risico’s voor wateroverlast <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s<br />
minimale vochttekort<strong>en</strong>;<br />
− oppervlaktewaterpeil<strong>en</strong> die het meest voorkom<strong>en</strong>de landbouwkundige grondgebruik<br />
accommoder<strong>en</strong>;<br />
− beschikbaarheid van oppervlaktewater voor het op peil houd<strong>en</strong> van de grondwaterstand<br />
<strong>en</strong> voor bereg<strong>en</strong>ing;<br />
− (zeer) lokale afstemming op verspreid ligg<strong>en</strong>de natuurelem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> waardevolle<br />
ecologie (viss<strong>en</strong>, waterplant<strong>en</strong>);<br />
− e<strong>en</strong> grondwaterpeil in de ve<strong>en</strong>weidegebied<strong>en</strong> dat niet verlaagd wordt t<strong>en</strong> opzichte<br />
van het maaiveld (wel het volg<strong>en</strong> van maaivelddaling). De maximale drooglegging<br />
in ve<strong>en</strong>weidegebied<strong>en</strong> is 60 cm onder maaiveld.<br />
SAB <strong>21</strong>
5.7.3 Regionaal beleid<br />
Waterbeheersplan 2010-2015<br />
Het beleid uit het Waterbeheerplan 2010-2015 van Waterschap Rivier<strong>en</strong>land is er op<br />
gericht schoon hemelwater niet af te voer<strong>en</strong> naar de riolering. In het kader van duurzaam<br />
waterbeheer is het gew<strong>en</strong>st om bij alle nieuwbouw maximale afkoppeling van<br />
het hemelwater toe te pass<strong>en</strong>. Hierbij hanteert het waterschap de drietrapsstrategie<br />
vasthoud<strong>en</strong>, berg<strong>en</strong> <strong>en</strong> afvoer<strong>en</strong>. Het schone hemelwater di<strong>en</strong>t geïnfiltreerd te word<strong>en</strong><br />
in de bodem of anders via e<strong>en</strong> bodempassage afgevoerd te word<strong>en</strong> naar het oppervlaktewater.<br />
5.7.4 Geme<strong>en</strong>telijk beleid<br />
Waterplan West Maas <strong>en</strong> Waal<br />
De geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal <strong>en</strong> Waterschap Rivier<strong>en</strong>land strev<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk<br />
naar e<strong>en</strong> gezond <strong>en</strong> veerkrachtig watersysteem <strong>en</strong> e<strong>en</strong> duurzame waterket<strong>en</strong>. Het<br />
Waterplan di<strong>en</strong>t als input voor nieuw op te stell<strong>en</strong> wijzigingsplann<strong>en</strong> <strong>en</strong> de waterparagraaf.<br />
In de geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal speelt e<strong>en</strong> aantal problem<strong>en</strong> met betrekking tot<br />
de afvoer van kwel- <strong>en</strong> rioolwater via het watergang<strong>en</strong>stelsel <strong>en</strong> de waterkwaliteit in<br />
watergang<strong>en</strong>. In het waterplan staan de volg<strong>en</strong>de uitgangspunt<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd:<br />
− Drietrapsstrategie WB<strong>21</strong>(niet afw<strong>en</strong>tel<strong>en</strong> van waterproblem<strong>en</strong>):<br />
− vasthoud<strong>en</strong>, berg<strong>en</strong>, afvoer<strong>en</strong> (waterkwantiteit);<br />
− schoonhoud<strong>en</strong>, scheid<strong>en</strong>, schoonmak<strong>en</strong> (waterkwaliteit).<br />
− Uitgaan van stroomgebiedb<strong>en</strong>adering <strong>en</strong> waterket<strong>en</strong>b<strong>en</strong>adering; onderling in balans;<br />
− Gezonde <strong>en</strong> veerkrachtige watersystem<strong>en</strong>:<br />
− juiste hoeveelheid water, van de juiste kwaliteit, op het juiste mom<strong>en</strong>t <strong>en</strong> op de<br />
juiste plek voor m<strong>en</strong>s, dier <strong>en</strong> plant;<br />
− watersysteem moet op orde zijn (voldo<strong>en</strong> aan Normering regionale wateroverlast);<br />
− ecologisch gezond water <strong>en</strong> (natte) landnatuur, ook in stedelijk gebied.<br />
− Ruimte voor water:<br />
− in het kader van veiligheid;<br />
− water als medeord<strong>en</strong><strong>en</strong>d, dan wel stur<strong>en</strong>d principe bij ruimtelijke plann<strong>en</strong>;<br />
− met water de id<strong>en</strong>titeit van de plek zichtbaar mak<strong>en</strong>.<br />
− Uitvoer<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> laagst mogelijke maatschappelijke kost<strong>en</strong>;<br />
− Goede interne <strong>en</strong> externe communicatie;<br />
− Sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> afstemming (planvorming <strong>en</strong> uitvoering).<br />
SAB 22
5.7.5 Situatie plangebied<br />
Per saldo br<strong>en</strong>gt onderhavige ontwikkeling ge<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame van het verhard oppervlak<br />
met zich mee. Het verharde oppervlak neemt als gevolg van de reductie van de bebouwing<br />
juist af.<br />
Voor de bestaande woning aan de <strong>Kampsestraat</strong> blijft de waterhuishoudkundige situatie<br />
ongewijzigd. De voormalige di<strong>en</strong>stwoning krijgt slechts e<strong>en</strong> nieuwe bestemming.<br />
Dit maakt voor het aspect water echter ge<strong>en</strong> verschil. Wel vindt er e<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijke afname<br />
van het verhard oppervlak op het perceel plaats, aangezi<strong>en</strong> de voormalige agrarische<br />
bedrijfsbebouwing wordt gesloopt.<br />
Wat betreft de nieuw te bouw<strong>en</strong> woning aan de <strong>Houtsestraat</strong> wordt het vuilwater afgevoerd<br />
via het in de straat aanwezige gem<strong>en</strong>gd afvoerstelsel. Voor de aansluiting van<br />
dit nieuwe pand op het rioolstelsel moet e<strong>en</strong> rioolaansluitvergunning word<strong>en</strong> aangevraagd.<br />
Bij het beoordel<strong>en</strong> van die aanvraag zal het Team Op<strong>en</strong>bare Ruimte beoordel<strong>en</strong><br />
op welke wijze kan word<strong>en</strong> aangeslot<strong>en</strong> <strong>en</strong> of e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> pompput voor dit perceel<br />
nodig is. Alle kost<strong>en</strong> voor het aansluit<strong>en</strong> op het rioolstelsel kom<strong>en</strong> volledig voor rek<strong>en</strong>ing<br />
van de aanvrager.<br />
Afvloei<strong>en</strong>d reg<strong>en</strong>water van dit perceel moet word<strong>en</strong> afgevoerd naar oppervlaktewater<br />
in de directe omgeving. Reg<strong>en</strong>water mag niet geloosd word<strong>en</strong> op het rioolstelsel.<br />
Grondwater<br />
Het plan is niet geleg<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> grondwaterbeschermingsgebied. In <strong>en</strong> om het plangebied<br />
is ge<strong>en</strong> grondwateroverlast bek<strong>en</strong>d. Ingrep<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>d uit dit plan zull<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />
bodemlag<strong>en</strong> aantast<strong>en</strong> als gevolg waarvan het grondwatersysteem verandert.<br />
Oppervlaktewater<br />
Het plan ligt niet binn<strong>en</strong> de kern- of beschermingzone van e<strong>en</strong> waterkering. Het is<br />
daarom niet te verwacht<strong>en</strong> dat het plan van invloed zal zijn op de veiligheid van e<strong>en</strong><br />
waterkering.<br />
Naar aanleiding van dit plan zal ge<strong>en</strong> extra oppervlaktewater word<strong>en</strong> gecreëerd dat in<br />
verbinding staat met het hoofdwatersysteem.<br />
Het plan heeft ge<strong>en</strong> nadelige gevolg<strong>en</strong> voor waterkwaliteit in de omgeving. Geme<strong>en</strong>te<br />
streeft ernaar om het gebruik van uitlog<strong>en</strong>de bouwmaterial<strong>en</strong> (zoals zink<strong>en</strong> dakgot<strong>en</strong>)<br />
te voorkom<strong>en</strong>. Het plan veroorzaakt ge<strong>en</strong> nadelige gevolg<strong>en</strong> voor of door het oppervlaktewatersysteem<br />
in de omgeving.<br />
Natuur<br />
Het plan ligt niet in e<strong>en</strong> gebied met bijzondere natuurwaard<strong>en</strong>. Verstoring van natuurwaard<strong>en</strong><br />
als gevolg van het plan word<strong>en</strong> daarom niet aannemelijk geacht.<br />
Conclusie<br />
Het aspect water vormt op basis ge<strong>en</strong> belemmering voor de uitvoerbaarheid van het<br />
plan.<br />
SAB 23
5.8 Flora <strong>en</strong> fauna<br />
Algeme<strong>en</strong><br />
Bij ruimtelijke ingrep<strong>en</strong> moet rek<strong>en</strong>ing word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> met de natuurwaard<strong>en</strong> ter<br />
plaatse. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tuss<strong>en</strong> gebiedsbescherming <strong>en</strong> soort<strong>en</strong>bescherming.<br />
Gebiedsbescherming kan volg<strong>en</strong> uit de aanwijzing van e<strong>en</strong> gebied in<br />
het kader van bijvoorbeeld de Habitat- of Vogelrichtlijn. Wat betreft soort<strong>en</strong>bescherming<br />
is de Flora- <strong>en</strong> faunawet van toepassing. Hier wordt onder andere de bescherming<br />
van dier- <strong>en</strong> plant<strong>en</strong>soort<strong>en</strong> geregeld.<br />
Voor het plan is e<strong>en</strong> flora- <strong>en</strong> faunaonderzoek uitgevoerd 7 door Faunaconsult. Hierin<br />
zijn op basis van e<strong>en</strong> gebiedsanalyse (ruimtelijk ecologisch), beschikbare soortgegev<strong>en</strong>s<br />
<strong>en</strong> e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>malige veldverk<strong>en</strong>ning uitsprak<strong>en</strong> zijn gedaan over de mogelijke<br />
aanwezigheid van beschermde plant<strong>en</strong>, zoogdier<strong>en</strong>, vogels, reptiel<strong>en</strong> <strong>en</strong> amfibieën in<br />
het projectgebied. Het gebied is beoordeeld op geschiktheid voor beschermde plant<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> diersoort<strong>en</strong> <strong>en</strong> de verwachte effect<strong>en</strong> op deze soort<strong>en</strong>. Dit heeft geresulteerd in<br />
conclusies <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong>. Het onderzoek is uitgevoerd op basis van de mom<strong>en</strong>teel<br />
geld<strong>en</strong>de uitwerking <strong>en</strong> interpretatie van beleid <strong>en</strong> wetgeving. Hierna is het resultaat<br />
van het onderzoek beschrev<strong>en</strong>.<br />
Gebiedsbescherming<br />
Bij gebiedsbescherming is er onderscheid gemaakt tuss<strong>en</strong> de Natuurbeschermingswet<br />
<strong>en</strong> de Ecologische Hoofdstructuur. In de Natuurbeschermingswet word<strong>en</strong> Vogel<strong>en</strong><br />
Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> beschermde Natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> beschermd. De Ecologische<br />
Hoofdstructuur (EHS) is niet opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de natuurwetgeving, maar di<strong>en</strong>t<br />
bij de planologische afweging te word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Het plangebied ligt niet in e<strong>en</strong> gebied dat is aangewez<strong>en</strong> in het kader van de Natuurbeschermingwet.<br />
Het dichtstbijzijnde beschermde gebied in het kader van de Natuurbeschermingswet<br />
bevindt zich op e<strong>en</strong> paar honderd meter van het projectgebied, te<br />
wet<strong>en</strong> het Natura 2000 gebied “Uiterwaard<strong>en</strong> Waal”. Ter hoogte van het plangebied<br />
bestaat dit Natura 2000 gebied alle<strong>en</strong> uit Vogelrichtlijn<strong>en</strong>gebied (tev<strong>en</strong>s EHS). Het<br />
deel dat als Habitatrichtlijngebied is aangewez<strong>en</strong> bevindt zich op <strong>en</strong>kele kilometers afstand<br />
van het plangebied.<br />
Soort<strong>en</strong>bescherming<br />
In het kader van de Flora- <strong>en</strong> faunawet di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> nagegaan of vaste rust- <strong>en</strong><br />
verblijfsplaats<strong>en</strong> door de ingreep word<strong>en</strong> aangetast (verwijderd, ongeschikt gemaakt)<br />
of dier<strong>en</strong> opzettelijk word<strong>en</strong> verontrust. De beoogde ontwikkeling<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> tijdelijk biotoopverlies<br />
of verstoring (indirect biotoopverlies) tot gevolg hebb<strong>en</strong>. Invloed<strong>en</strong> die leid<strong>en</strong><br />
tot e<strong>en</strong> verminderde geschiktheid van het plangebied als bijvoorbeeld foerageergebied<br />
zijn niet ontheffingsplichtig, t<strong>en</strong>zij het e<strong>en</strong> zodanig belang betreft dat bij het<br />
wegvall<strong>en</strong> van deze functie ook de vaste rust- <strong>en</strong> verblijfsplaats<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> niet<br />
langer kunn<strong>en</strong> functioner<strong>en</strong>.<br />
7<br />
Faunaconsult (november 2009), Flora- <strong>en</strong> faunaonderzoek op twee locaties in<br />
Bov<strong>en</strong>-Leeuw<strong>en</strong>.<br />
SAB 24
Door de sloop, de grondbewerking <strong>en</strong> de nieuwbouw zull<strong>en</strong> alle aanwezige soort<strong>en</strong><br />
negatieve effect<strong>en</strong> ondervind<strong>en</strong> van de ingreep. Voor de meeste soort<strong>en</strong> is dit tijdelijk<br />
van aard. Verder wijst het onderzoek uit dat er ge<strong>en</strong> (strikt) beschermde soort<strong>en</strong> zijn<br />
aangetroff<strong>en</strong>. Er is dan ook ge<strong>en</strong> ontheffing noodzakelijk in het kader van de Flora- <strong>en</strong><br />
fauna wet.<br />
Het verwijder<strong>en</strong> van vegetatie <strong>en</strong> de sloop van de stal aan de <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
wel buit<strong>en</strong> het broedseizo<strong>en</strong> (buit<strong>en</strong> de periode 15 maart - 15 juli) plaats te vind<strong>en</strong>.<br />
Doordat de bestaande bebouwing<strong>en</strong> <strong>en</strong> beplanting buit<strong>en</strong> het broedseizo<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
verwijderd, is er ge<strong>en</strong> schade aan vogels, hun eier<strong>en</strong>, jong<strong>en</strong> of nest<strong>en</strong> te verwacht<strong>en</strong>.<br />
Voor alle soort<strong>en</strong> biedt de directe omgeving van het plangebied voldo<strong>en</strong>de andere<br />
foerageergebied<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zal de hoeveelheid foerageergebied door de sloop van<br />
de stal to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>.<br />
Aan de hand van de resultat<strong>en</strong> van het flora- <strong>en</strong> faunaonderzoek aangaande de locaties<br />
aan de <strong>Houtsestraat</strong> <strong>en</strong> de <strong>Kampsestraat</strong> concludeert Faunaconsult dat aanvull<strong>en</strong>d<br />
onderzoek of het aanvrag<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ontheffing in het kader van de Flora- <strong>en</strong><br />
faunawet niet noodzakelijk is.<br />
Conclusie<br />
Het aspect flora <strong>en</strong> fauna vormt ge<strong>en</strong> belemmering voor het plan.<br />
5.9 Luchtkwaliteit<br />
Inleiding<br />
De Wet luchtkwaliteit (verankerd in de Wet Milieubeheer hoofdstuk 5, titel 5.2) is e<strong>en</strong><br />
implem<strong>en</strong>tatie van diverse Europese richtlijn<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t luchtkwaliteit waarin onder<br />
andere gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> voor vervuil<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> in de buit<strong>en</strong>lucht zijn vastgesteld ter<br />
bescherming van m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> milieu. In Nederland zijn stikstofdioxide (NO2) <strong>en</strong> zwev<strong>en</strong>de<br />
deeltjes als PM10 (fijn stof) de maatgev<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> waar de conc<strong>en</strong>trati<strong>en</strong>iveaus<br />
het dichts bij de gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong>. Overschrijding<strong>en</strong> van de gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>,<br />
uitzonderlijke situaties daargelat<strong>en</strong>, bij andere stoff<strong>en</strong> niet voor.<br />
Hoewel de luchtkwaliteit de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> flink is verbeterd kan Nederland niet voldo<strong>en</strong><br />
aan de luchtkwaliteitseis<strong>en</strong> die in 2010 van kracht word<strong>en</strong>. De EU heeft Nederland<br />
derogatie (uitstel) verle<strong>en</strong>d op grond van het Nationaal Sam<strong>en</strong>werkingsprogramma<br />
Luchtkwaliteit (NSL). Dit betreft e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schappelijke aanpak van het Rijk <strong>en</strong><br />
diversie regio’s om sam<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> schonere lucht waarbij ruimte wordt gebod<strong>en</strong><br />
aan noodzakelijke ruimtelijke ontwikkeling<strong>en</strong>. Project<strong>en</strong> die in betek<strong>en</strong><strong>en</strong>de mate<br />
bijdrag<strong>en</strong> aan luchtverontreiniging word<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het NSL in de provincies<br />
c.q. regio’s waar overschrijding<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>. Het maatregel<strong>en</strong>pakket in het NSL is<br />
hiermee in ev<strong>en</strong>wicht <strong>en</strong> zodanig dat op termijn de luchtkwaliteit in heel Nederland<br />
onder de gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> ligt. Project<strong>en</strong> die ‘niet in betek<strong>en</strong><strong>en</strong>de mate’ bijdrag<strong>en</strong> aan<br />
luchtverontreiniging hoev<strong>en</strong> niet langer individueel getoetst te word<strong>en</strong> aan de Europese<br />
gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong> deze niet leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> significante verslechtering van de<br />
luchtkwaliteit. Deze gr<strong>en</strong>s is in de ministeriële regeling ‘NIBM’ gelegd bij 3% van de<br />
gr<strong>en</strong>swaarde van e<strong>en</strong> stof: Voor NO2 <strong>en</strong> PM10 betek<strong>en</strong>t dit dat aannemelijk moet<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> gemaakt dat het project tot maximaal 1,2 ųg/m³ verslechtering leidt. Voor e<strong>en</strong><br />
aantal functies (o.a. woning<strong>en</strong>, kantor<strong>en</strong>, tuin- <strong>en</strong> akkerbouw) is dit gekwantificeerd in<br />
de ministeriële regeling NIBM.<br />
SAB 25
Uit het oogpunt van e<strong>en</strong> goede ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing wordt afgewog<strong>en</strong> of het aanvaardbaar<br />
is het project op deze plaats te realiser<strong>en</strong>. Hierbij kan de blootstelling aan<br />
luchtverontreiniging e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>, ook als het project ‘niet in betek<strong>en</strong>de mate’ bijdraagt<br />
aan de luchtverontreiniging. Gevoelige bestemming<strong>en</strong> als schol<strong>en</strong>, kinderdagverblijv<strong>en</strong>,<br />
bejaard<strong>en</strong>- <strong>en</strong> zorgtehuiz<strong>en</strong> g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong> op grond van de gelijknamige AMvB<br />
extra bescherming: Substantiële uitbreiding of nieuwsvestiging binn<strong>en</strong> 50 meter van<br />
e<strong>en</strong> provinciale weg of 300 meter van e<strong>en</strong> Rijksweg is alle<strong>en</strong> toegestaan aan de conc<strong>en</strong>traties<br />
luchtvervuil<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> zich onder de gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> bevind<strong>en</strong> waardoor<br />
ge<strong>en</strong> onacceptabele gezondheidsrisico’s optred<strong>en</strong>.<br />
Onderzoek<br />
Wat betreft de toets Wet luchtkwaliteit maakt onderhavig plan de realisatie van e<strong>en</strong><br />
woongebouw mogelijk aan de <strong>Houtsestraat</strong> 2. Tev<strong>en</strong>s krijgt e<strong>en</strong> bestaande di<strong>en</strong>stwoning<br />
aan de <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> e<strong>en</strong> woonbestemming. Op grond van de ministeriële regeling<br />
NIBM draagt e<strong>en</strong> woningbouwplan van deze omvang niet in betek<strong>en</strong><strong>en</strong>de mate<br />
bij aan de luchtverontreiniging. Toetsing aan de gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> is op grond van de Wet<br />
milieubeheer (Wm) niet noodzakelijk.<br />
Bij het onderhavige project wordt ge<strong>en</strong> mogelijkheid gebod<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> school, kinderdagverblijf<br />
of bejaard<strong>en</strong>-, verpleeg- of verzorgingstehuis te realiser<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> deze bestemming<strong>en</strong><br />
zijn in de AMvB Gevoelige Bestemming<strong>en</strong> aangemerkt als ‘gevoelige bestemming’.<br />
Volg<strong>en</strong>s de criteria uit de Wm inzake luchtkwaliteitseis<strong>en</strong> kan er daardoor<br />
ge<strong>en</strong> sprake van e<strong>en</strong> gevoelige bestemming langs drukke infrastructuur. Toetsing aan<br />
de gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> is op grond van de Wm niet noodzakelijk.<br />
Wat betreft de toets t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> goede ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing word<strong>en</strong> bij woning<strong>en</strong>,<br />
op grond van de regeling Beoordeling luchtkwaliteit 2007, m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> blootgesteld<br />
aan luchtverontreiniging gedur<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> significante periode t<strong>en</strong> opzichte van<br />
e<strong>en</strong> etmaal. Om onacceptabele gezondheidsrisico’s uit te sluit<strong>en</strong>, is de lokale luchtkwaliteit<br />
onderzocht.<br />
Uit de “Jaarrapportage luchtkwaliteit 2007 - luchtkwaliteit in de Geme<strong>en</strong>te West Maas<br />
<strong>en</strong> Waal” is af te leid<strong>en</strong> dat de conc<strong>en</strong>traties luchtvervuil<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> in het plangebied<br />
onder de gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong>. Het RIVM verwacht dat de emissiefactor<strong>en</strong> van wegverkeer<br />
<strong>en</strong> de conc<strong>en</strong>traties stikstofdioxide <strong>en</strong> fijn stof zull<strong>en</strong> afnem<strong>en</strong>. De blootstelling<br />
aan luchtverontreiniging in het plangebied is hierdoor beperkt <strong>en</strong> leidt niet tot onaanvaardbare<br />
gezondheidsrisico’s.<br />
Conclusie<br />
Zowel vanuit de Wet milieubeheer als vanuit e<strong>en</strong> goede ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing (Wro)<br />
vormt het aspect luchtkwaliteit ge<strong>en</strong> belemmering voor het plan.<br />
SAB 26
5.10 Externe veiligheid<br />
Inleiding<br />
Externe veiligheid gaat over het beheers<strong>en</strong> van de risico’s die ontstaan voor de omgeving<br />
bij het gebruik, de opslag <strong>en</strong> het vervoer van gevaarlijke stoff<strong>en</strong> als vuurwerk,<br />
LPG <strong>en</strong> munitie over weg, water, spoor <strong>en</strong> door buisleiding<strong>en</strong>. Productie, vervoer <strong>en</strong><br />
opslag van gevaarlijke stoff<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> risico’s op voor m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> milieu, zeker in e<strong>en</strong><br />
dichtbevolkt land als Nederland.<br />
Het externe veiligheidsbeleid wil burgers in hun woonomgeving e<strong>en</strong> minimum beschermingsniveau<br />
teg<strong>en</strong> gevaarlijke stoff<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>. Het Besluit externe veiligheid inrichting<strong>en</strong><br />
is op 27 oktober 2004 in werking getred<strong>en</strong> <strong>en</strong> op 13 februari 2009 aangepast.<br />
In het besluit zijn milieukwaliteitseis<strong>en</strong> voor externe veiligheid geformuleerd. Het<br />
besluit heeft als doel zowel individuele als groep<strong>en</strong> burgers e<strong>en</strong> minimum beschermingsniveau<br />
te garander<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ongeval met gevaarlijke stoff<strong>en</strong>. Om dit doel te<br />
bereik<strong>en</strong> verplicht het besluit de bevoegde gezag<strong>en</strong> Wet milieubeheer (Wm) <strong>en</strong> Wet<br />
ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing (Wro) afstand te houd<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> gevoelige object<strong>en</strong> <strong>en</strong> risicovolle<br />
bedrijv<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s beperkt het besluit het totale aantal aanwezige person<strong>en</strong> in de directe<br />
omgeving van e<strong>en</strong> risicovol bedrijf. Het beleid hanteert als basisnorm dat het risico<br />
om te overlijd<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> ongeluk met e<strong>en</strong> gevaarlijke stof voor omwon<strong>en</strong>d<strong>en</strong> niet<br />
hoger mag zijn dan één op de miljo<strong>en</strong> (10 -6 ). Dat betek<strong>en</strong>t dat op e<strong>en</strong> bepaalde plek<br />
e<strong>en</strong> omwon<strong>en</strong>de ge<strong>en</strong> grotere kans op e<strong>en</strong> dergelijk ongeluk mag hebb<strong>en</strong> dan e<strong>en</strong>s<br />
per 1 miljo<strong>en</strong> jaar. Dit is het zog<strong>en</strong>aamde plaatsgebond<strong>en</strong> risico.<br />
Onderzoek<br />
Op grond van de memo omtr<strong>en</strong>t milieutechnische belemmering<strong>en</strong> 8 wordt gesteld dat<br />
er ge<strong>en</strong> risicobronn<strong>en</strong>, als bedoeld in artikel 2, eerste lid van het Besluit externe veiligheid<br />
inrichting<strong>en</strong> in de omgeving van de <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> of de <strong>Houtsestraat</strong> 2 geleg<strong>en</strong><br />
zijn, zoals is weergegev<strong>en</strong> op de risicokaart van de provincie Gelderland. De<br />
woning is niet geprojecteerd binn<strong>en</strong> de 10 -6 contour voor het plaatsgebond<strong>en</strong> risico.<br />
Het gestelde artikel 5, eerste lid van het Besluit externe veiligheid inrichting<strong>en</strong> verzet<br />
zich niet teg<strong>en</strong> de gevraagd wijziging van het planologisch regime. Doordat de ontwikkeling<br />
e<strong>en</strong> dubbelwoonhuis <strong>en</strong> e<strong>en</strong> herbestemming van e<strong>en</strong> bestaande woning betreft,<br />
is ook het groepsrisico niet in het geding.<br />
Conclusie<br />
Het aspect externe veiligheid vormt ge<strong>en</strong> belemmering voor het plan.<br />
8<br />
Geme<strong>en</strong>te West Maas <strong>en</strong> Waal (4 maart 2009) Memo milieutechnische belemmering<strong>en</strong><br />
Bov<strong>en</strong>-Leeuw<strong>en</strong>, <strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong> / Bernardsstraat 40.<br />
SAB 27
5.11 Verkeer <strong>en</strong> parker<strong>en</strong><br />
Verkeer<br />
De locatie <strong>Houtsestraat</strong> 2 wordt voor autoverkeer op de <strong>Houtsestraat</strong> ontslot<strong>en</strong> via<br />
e<strong>en</strong> te realiser<strong>en</strong> erftoegangsweg. Het aantal verkeersbeweging<strong>en</strong> zal in vergelijking<br />
met de huidige situatie to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, aangezi<strong>en</strong> in de huidige situatie ge<strong>en</strong> sprake is van<br />
verkeersbeweging<strong>en</strong>. Om e<strong>en</strong> inschatting te mak<strong>en</strong> van het extra aantal verkeersbeweging<strong>en</strong><br />
is gebruik gemaakt van de rek<strong>en</strong>tool op de website verkeersg<strong>en</strong>eratie 9 . Deze<br />
rek<strong>en</strong>tool is door Goudappel Coff<strong>en</strong>g in overleg met CROW 10 opgesteld. Berek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> gemaakt aan de hand van de k<strong>en</strong>getall<strong>en</strong> van het CROW 11 . Op basis<br />
van de rek<strong>en</strong>tool is gerek<strong>en</strong>d met het gebiedstype landelijk won<strong>en</strong> <strong>en</strong> het woningtype<br />
‘woning, koop 2-onder-1 kap, met garage’. Voor twee woning<strong>en</strong> zijn 17 motorvoertuigbeweging<strong>en</strong><br />
per etmaal (gemiddelde weekdag). Het extra verkeer kan word<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
in het heers<strong>en</strong>de verkeersbeeld van de <strong>Houtsestraat</strong>.<br />
Voor de locatie aan de <strong>Kampsestraat</strong> wordt e<strong>en</strong> afname het aantal motorvoertuigbeweging<strong>en</strong><br />
verwacht, aangezi<strong>en</strong> de bedrijfsactiviteit<strong>en</strong> hier word<strong>en</strong> beëindigd.<br />
Parker<strong>en</strong><br />
Het aantal b<strong>en</strong>odigde parkeerplaats<strong>en</strong> wordt bepaald door de aard <strong>en</strong> omvang van de<br />
activiteit waarin het plan voorziet. Om de parkeerbehoefte te bepal<strong>en</strong>, is gebruik gemaakt<br />
van de k<strong>en</strong>getall<strong>en</strong> van het CROW 12 .<br />
Op basis van de publicatie van het CROW ligt de locatie aan de <strong>Houtsestraat</strong> in e<strong>en</strong><br />
niet stedelijk gebied, met het gebiedstype ‘schil/overloopgebied’. Voor de woning<strong>en</strong>, is<br />
uitgegaan van middeldure woning<strong>en</strong>. Op basis hiervan wordt e<strong>en</strong> parkeernorm van<br />
gemiddeld 1,85 parkeerplaats per woning, inclusief 0,3 parkeerplaats voor bezoekers.<br />
Bij twee woning<strong>en</strong> ontstaat e<strong>en</strong> parkeerbehoefte van circa 4 parkeerplaats<strong>en</strong>.<br />
In het plangebied is voldo<strong>en</strong>de ruimte aanwezig om de parkeerbehoefte op eig<strong>en</strong> terrein<br />
op te loss<strong>en</strong>.<br />
De locatie aan de <strong>Kampsestraat</strong> ligt op basis van de publicatie van het CROW ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s<br />
in e<strong>en</strong> niet stedelijk gebied, met het gebiedstype ‘schil/overloopgebied’. Gekek<strong>en</strong><br />
naar het middeldure woningtype kan op basis hiervan e<strong>en</strong> parkeernorm van gemiddeld<br />
1,85 parkeerplaats per woning word<strong>en</strong> aangehoud<strong>en</strong>, inclusief 0,3 parkeerplaats<br />
voor bezoekers. In het plangebied is voldo<strong>en</strong>de ruimte aanwezig om de parkeerbehoefte<br />
op eig<strong>en</strong> terrein op te loss<strong>en</strong>.<br />
Conclusie<br />
Het aspect verkeer <strong>en</strong> parker<strong>en</strong> vormt ge<strong>en</strong> belemmering voor de uitvoerbaarheid van<br />
het plan.<br />
9<br />
10<br />
11<br />
12<br />
www.verkeersg<strong>en</strong>eratie.nl.<br />
Het nationale k<strong>en</strong>nisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer <strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare ruimte.<br />
CROW-publicaties 256 ‘Verkeersg<strong>en</strong>eratie woon- <strong>en</strong> werkgebied<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> 272<br />
‘Verkeersg<strong>en</strong>eratie voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>’.<br />
CROW, ‘publicatie 182, Parkeerk<strong>en</strong>cijfers – basis voor parkeernormering’, 2007.<br />
SAB 28
6 Juridische planopzet<br />
6.1 Algeme<strong>en</strong><br />
6.1.1 Wat is e<strong>en</strong> bestemmingsplan?<br />
Het geme<strong>en</strong>telijke bestemmingsplan is e<strong>en</strong> middel waarmee functies aan grond<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> toegek<strong>en</strong>d. Het gaat dus om het toek<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van gebruiksmogelijkhed<strong>en</strong>. Vanuit<br />
de Wet ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing volgt e<strong>en</strong> belangrijk principe: het gaat om toelatingsplanologie.<br />
Het wordt de grondgebruiker (eig<strong>en</strong>aar, huurder etc.) toegestaan om de<br />
functie die het bestemmingsplan geeft, uit te oef<strong>en</strong><strong>en</strong>. Dit houdt in dat:<br />
− de grondgebruiker niet kan word<strong>en</strong> verplicht om e<strong>en</strong> in het bestemmingsplan aangewez<strong>en</strong><br />
bestemming ook daadwerkelijk te realiser<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
− de grondgebruiker ge<strong>en</strong> andere functie mag uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> in strijd met de gegev<strong>en</strong><br />
bestemming (de overgangsbepaling<strong>en</strong> zijn hierbij mede van belang).<br />
E<strong>en</strong> bestemmingsplan regelt derhalve:<br />
− het toegestane gebruik van grond<strong>en</strong> (<strong>en</strong> de bouwwerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebouw<strong>en</strong>);<br />
<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bestemmingsplan kan daarbij regels gev<strong>en</strong> voor:<br />
− het bebouw<strong>en</strong> van de grond<strong>en</strong>;<br />
− het verricht<strong>en</strong> van werk<strong>en</strong> (aanlegg<strong>en</strong>).<br />
Het bestemmingsplan is e<strong>en</strong> belangrijk instrum<strong>en</strong>t voor het voer<strong>en</strong> van ruimtelijk beleid,<br />
maar het is zeker niet het <strong>en</strong>ige instrum<strong>en</strong>t. Andere ruimtelijke wett<strong>en</strong> <strong>en</strong> regels<br />
zoals bijvoorbeeld de Woningwet, de Monum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>wet 1988, de Algem<strong>en</strong>e Plaatselijke<br />
Verord<strong>en</strong>ing, de Wet milieubeheer <strong>en</strong> de Bouwverord<strong>en</strong>ing zijn ook erg belangrijk voor<br />
het uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> van ruimtelijk beleid.<br />
6.1.2 Over bestemm<strong>en</strong>, dubbelbestemm<strong>en</strong> <strong>en</strong> aanduid<strong>en</strong><br />
Op de verbeelding wordt aangegev<strong>en</strong> welke bestemming grond<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Dit gebeurt<br />
via e<strong>en</strong> bestemmingsvlak. Voor het op de verbeelding aangegev<strong>en</strong> bestemmingsvlak<br />
geld<strong>en</strong> de gebruiksmogelijkhed<strong>en</strong> zoals die in de bijbehor<strong>en</strong>de regels word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>.<br />
Die toegek<strong>en</strong>de gebruiksmogelijkhed<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> op twee manier<strong>en</strong> nader word<strong>en</strong><br />
ingevuld:<br />
1 Via e<strong>en</strong> dubbelbestemming. E<strong>en</strong> dubbelbestemming is, zoals de naam al zegt, e<strong>en</strong><br />
bestemming die óók aan de grond<strong>en</strong> wordt toegek<strong>en</strong>d. Voor grond<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> dus<br />
meerdere bestemming<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>. Er geldt altijd één ‘<strong>en</strong>kel’ bestemming (dat is dé<br />
bestemming) <strong>en</strong> soms geldt er e<strong>en</strong> dubbelbestemming (soms zelfs meerdere). In<br />
de regels van de dubbelbestemming wordt omschrev<strong>en</strong> wat er voor de onderligg<strong>en</strong>de<br />
grond<strong>en</strong> geldt aan extra bepaling<strong>en</strong> in aanvulling, of ter beperking, van de<br />
mogelijkhed<strong>en</strong> van de onderligg<strong>en</strong>de bestemming<strong>en</strong>.<br />
2 Via e<strong>en</strong> aanduiding. E<strong>en</strong> aanduiding is e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> op de verbeelding. Dat tek<strong>en</strong> kan<br />
bestaan uit e<strong>en</strong> lijn, e<strong>en</strong> figuur, of e<strong>en</strong> lettercode etc. Via e<strong>en</strong> aanduiding wordt in<br />
de regels ‘iets’ geregeld. Dat ‘iets’ kan betrekking hebb<strong>en</strong> op extra mogelijkhed<strong>en</strong><br />
of extra beperking<strong>en</strong> voor het gebruik <strong>en</strong>/of de bebouwing <strong>en</strong>/of het aanlegg<strong>en</strong> van<br />
werk<strong>en</strong>. Aanduiding<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> bestemmingsregel, in meerdere<br />
bestemmingsregels <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> regel hebb<strong>en</strong>.<br />
SAB 29
6.1.3 Hoofdstukindeling van de regels<br />
De regels zijn verdeeld over 4 hoofdstukk<strong>en</strong>:<br />
1 Inleid<strong>en</strong>de regels. In dit hoofdstuk word<strong>en</strong> begripp<strong>en</strong> verklaard die in de regels<br />
word<strong>en</strong> gebruikt (artikel 1). Dit gebeurt om e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>duidige uitleg <strong>en</strong> toepassing<br />
van de regels te waarborg<strong>en</strong>. Ook is bepaald de wijze waarop gemet<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong><br />
bij het toepass<strong>en</strong> van de regels (artikel 2).<br />
2 Bestemmingsregels. In dit tweede hoofdstuk zijn de regels van de bestemming<strong>en</strong><br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Dit gebeurt in alfabetische volgorde. Per bestemming is het toegestane<br />
gebruik geregeld <strong>en</strong> zijn bouwregels <strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>tueel, ook e<strong>en</strong> aanlegvergunningstelsel<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Als er dubbelbestemming<strong>en</strong> zijn word<strong>en</strong> die ook in dit hoofdstuk<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Die kom<strong>en</strong>, ook in alfabetische volgorde, achter de<br />
bestemmingsregels. Ieder artikel k<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> vaste opzet. Eerst wordt het toegestane<br />
gebruik geformuleerd in de bestemmingsomschrijving. Vervolg<strong>en</strong>s zijn bouwregels<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Aansluit<strong>en</strong>d volg<strong>en</strong> afwijkingsregels met betrekking tot bouw- <strong>en</strong>/of<br />
gebruiksregels. Belangrijk om te vermeld<strong>en</strong> is dat naast de bestemmingsregels<br />
ook in andere artikel<strong>en</strong> relevante informatie staat die mede gelez<strong>en</strong> <strong>en</strong> geïnterpreteerd<br />
moet word<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> zo ontstaat e<strong>en</strong> volledig beeld van hetge<strong>en</strong> is geregeld.<br />
3 Algem<strong>en</strong>e regels. In dit hoofdstuk zijn regels opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> karakter.<br />
Ze geld<strong>en</strong> dus voor het hele plan. In voorligg<strong>en</strong>d plan is e<strong>en</strong> anti-dubbeltelbepaling<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
4 Overgangs- <strong>en</strong> slotregels. In het laatste hoofdstuk is het overgangsrecht <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
slotregel opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Hoewel het hier in wez<strong>en</strong> ook algem<strong>en</strong>e regels betreft, zijn<br />
deze vanwege hun meer bijzondere karakter in e<strong>en</strong> apart hoofdstuk opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
6.2 Dit bestemmingsplan<br />
Dit bestemmingsplan bestaat uit e<strong>en</strong> verbeelding, regels <strong>en</strong> e<strong>en</strong> toelichting. De verbeelding<br />
<strong>en</strong> de regels vorm<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> het juridisch bind<strong>en</strong>de gedeelte van het bestemmingsplan.<br />
Beide planonderdel<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> in onderlinge sam<strong>en</strong>hang te word<strong>en</strong><br />
bezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> toegepast. Op de verbeelding zijn de bestemming<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong>. Aan deze<br />
bestemming<strong>en</strong> zijn bouwregels <strong>en</strong> regels betreff<strong>en</strong>de het gebruik gekoppeld.<br />
De toelichting heeft ge<strong>en</strong> rechtskracht, maar vormt niettemin e<strong>en</strong> belangrijk onderdeel<br />
van het plan. De toelichting van dit bestemmingsplan geeft e<strong>en</strong> weergave van de beweegred<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
de onderzoeksresultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> de beleidsuitgangspunt<strong>en</strong> die aan het bestemmingsplan<br />
t<strong>en</strong> grondslag ligg<strong>en</strong>. Tot slot is de toelichting van wez<strong>en</strong>lijk belang<br />
voor e<strong>en</strong> juiste interpretatie <strong>en</strong> toepassing van het bestemmingsplan.<br />
Het bestemmingsplan heeft de volg<strong>en</strong>de bestemming<strong>en</strong>: “Agrarisch”, “Won<strong>en</strong>” <strong>en</strong><br />
“Won<strong>en</strong> - Woongebouw”. De inhoud van de bestemmingsregels is afgestemd op de<br />
landelijke RO-standaard<strong>en</strong>, het bestemmingsplan “<strong>Buit<strong>en</strong>gebied</strong>” <strong>en</strong>, wat de bestemming<br />
“Won<strong>en</strong> - Woongebouw” betreft, op de mogelijkhed<strong>en</strong> van het VAB-beleid.<br />
SAB 30
<strong>Kampsestraat</strong> <strong>21</strong><br />
Grond<strong>en</strong> met de bestemming “Agrarisch” zijn bestemd voor de uitoef<strong>en</strong>ing van het<br />
agrarisch bedrijf <strong>en</strong> watergang<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve van de waterhuishouding, met daaraan<br />
ondergeschikt ext<strong>en</strong>sieve dagrecreatie. Voor deze grond<strong>en</strong> is ge<strong>en</strong> agrarisch bouwperceel<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Uitsluit<strong>en</strong>d bouwwerk<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> gebouw<strong>en</strong> zijnde met e<strong>en</strong> bouwhoogte<br />
van maximaal 2 m, met di<strong>en</strong> verstande dat ge<strong>en</strong> gleufsilo’s <strong>en</strong> mestopslagplaats<strong>en</strong><br />
mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgericht.<br />
Grond<strong>en</strong> met de bestemming “Won<strong>en</strong>” zijn bestemd voor woning<strong>en</strong> met bijbehor<strong>en</strong>de<br />
tuin<strong>en</strong> <strong>en</strong> erv<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan huis verbond<strong>en</strong> beroep<strong>en</strong> in zowel de woning als de daarbij<br />
behor<strong>en</strong>de (vrijstaande) bijgebouw<strong>en</strong>. Bij deze bestemming is één bouwvlak op de<br />
verbeelding opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong> het bouwvlak mag één woning word<strong>en</strong> gebouwd met<br />
e<strong>en</strong> maximale inhoud van 500 m 3 dan wel de bestaande inhoud in geval van e<strong>en</strong> grotere<br />
inhoud. De maximale goot- <strong>en</strong> bouwhoogte bedrag<strong>en</strong> respectievelijk 4,5 meter <strong>en</strong><br />
9 meter, dan wel in geval van e<strong>en</strong> grotere goot- <strong>en</strong> bouwhoogte, de bestaande goot<strong>en</strong><br />
bouwhoogte. Bijgebouw<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> woning zijn toegestaan binn<strong>en</strong> het<br />
bouwvlak. Hiervoor geldt e<strong>en</strong> bebouwd oppervlak van maximaal 80 m² <strong>en</strong> e<strong>en</strong> maximale<br />
bouwhoogte <strong>en</strong> goothoogte van respectievelijk 6 meter <strong>en</strong> 3 meter. Bouwwerk<strong>en</strong>,<br />
ge<strong>en</strong> gebouw<strong>en</strong> zijnde mog<strong>en</strong> zowel in het bouwvlak als daarbuit<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebouwd.<br />
De bouwhoogte bedraagt niet meer dan 2 meter, met di<strong>en</strong> verstande dat de<br />
bouwhoogte van verlichting maximaal 4 meter mag bedrag<strong>en</strong>.<br />
<strong>Houtsestraat</strong> 2<br />
Voor dit perceel geldt de bestemming “Won<strong>en</strong> - Woongebouw”. De bestemmingsomschrijving<br />
is gelijk aan die bij de bestemming “Won<strong>en</strong>”. De bouwregels zijn specifiek<br />
afgestemd op de VAB-regeling zoals beschrev<strong>en</strong> in paragraaf 3.2.2. Binn<strong>en</strong> het op de<br />
verbeelding aangegev<strong>en</strong> bouwvlak is één woongebouw met e<strong>en</strong> inhoud van 750 m³<br />
toegestaan. De maximale oppervlakte van het woongebouw bedraagt 327 m². De<br />
goot- <strong>en</strong> bouwhoogte is afgestemd op hetge<strong>en</strong> in het bestemmingsplan <strong>Buit<strong>en</strong>gebied</strong><br />
is toegestaan, respectievelijk 6 meter <strong>en</strong> 9 meter. Bij het woongebouw mag één bijgebouw<br />
word<strong>en</strong> gerealiseerd met e<strong>en</strong> maximale oppervlakte van 80 m². De goot- <strong>en</strong><br />
bouwhoogte is afgestemd op hetge<strong>en</strong> in het bestemmingsplan <strong>Buit<strong>en</strong>gebied</strong> is toegestaan,<br />
respectievelijk 3 meter <strong>en</strong> 6 meter. Bouwwerk<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> gebouw<strong>en</strong> zijnde mog<strong>en</strong><br />
zowel in het bouwvlak als daarbuit<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebouwd. De bouwhoogte bedraagt niet<br />
meer dan 2 meter, met di<strong>en</strong> verstande dat de bouwhoogte van verlichting maximaal 4<br />
meter mag bedrag<strong>en</strong>.<br />
SAB 31
7 Economische uitvoerbaarheid<br />
Voorligg<strong>en</strong>d bestemmingsplan maakt e<strong>en</strong> bouwplan mogelijk, dat is b<strong>en</strong>oemd in artikel<br />
3.2.1 van het Besluit ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing. Dit betek<strong>en</strong>t dat tegelijkertijd met dit bestemmingsplan<br />
e<strong>en</strong> exploitatieplan moet word<strong>en</strong> vastgesteld, waarmee de geme<strong>en</strong>te<br />
de door haar te mak<strong>en</strong> kost<strong>en</strong> kan verhal<strong>en</strong> op de initiatiefnemer.<br />
De kost<strong>en</strong> van de exploitatie betreff<strong>en</strong> bij dit plan de kost<strong>en</strong> voor het opstell<strong>en</strong> van het<br />
bestemmingplan <strong>en</strong> de haalbaarheidsonderzoek<strong>en</strong>. De ontwikkeling van voorligg<strong>en</strong>d<br />
plan betreft e<strong>en</strong> particulier initiatief dat op particulier grondeig<strong>en</strong>dom plaatsvindt. De<br />
kost<strong>en</strong> voor het opstell<strong>en</strong> van het bestemmingsplan <strong>en</strong> de haalbaarheidsonderzoek<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> op de initiatiefnemer verhaald op basis van e<strong>en</strong> exploitatieovere<strong>en</strong>komst.<br />
Hierbij zull<strong>en</strong> ook afsprak<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gemaakt over de sloop van de opstall<strong>en</strong>.<br />
De geme<strong>en</strong>te neemt niet deel aan de ontwikkeling van het plan. De geme<strong>en</strong>te verzorgt<br />
de planologische kaders na toetsing van de planontwikkeling. De geme<strong>en</strong>te<br />
maakt ge<strong>en</strong> kost<strong>en</strong> voor exploitatie van het plan die niet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verhaald via<br />
de exploitatieovere<strong>en</strong>komst.<br />
SAB 32
8 Overleg <strong>en</strong> inspraak<br />
8.1 Inspraak<br />
Het voorontwerpbestemmingsplan heeft met ingang van 22 april 2010 voor e<strong>en</strong> periode<br />
van zes wek<strong>en</strong> voor belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ter inzage geleg<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s de inzage termijn<br />
is er één inspraakreactie binn<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>.<br />
De inhoud <strong>en</strong> behandeling van deze reactie is weergegev<strong>en</strong> in het inspraakverslag,<br />
dat als bijlage aan dit bestemmingsplan is toevoegd.<br />
8.2 Overleg<br />
Gelijktijdig met de ter inzage legging is het voorontwerpbestemmingsplan in het kader<br />
van het artikel 3.1.1 Besluit ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing (Bro) overleg toegezond<strong>en</strong> aan de<br />
volg<strong>en</strong>de instanties:<br />
− Waterschap Rivier<strong>en</strong>land;<br />
− Brandweer West Maas <strong>en</strong> Waal.<br />
De inhoud <strong>en</strong> behandeling van het overleg is weergegev<strong>en</strong> in het inspraakverslag, dat<br />
als bijlage aan dit bestemmingsplan is toegevoegd.<br />
8.3 Zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong><br />
In deze paragraaf of in e<strong>en</strong> separate bijlage word<strong>en</strong> te zijner tijd de resultat<strong>en</strong> van de<br />
zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
SAB 33