02.05.2013 Views

TRIgonum TRI - Mariaziekenhuis

TRIgonum TRI - Mariaziekenhuis

TRIgonum TRI - Mariaziekenhuis

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

igonum<br />

trigonum<br />

tri<br />

oktober - november - december 2009<br />

spine unit<br />

<strong>Mariaziekenhuis</strong><br />

Noord-Limburg<br />

medisch informatieblad voor artsen<br />

3e jaargang l nr.3<br />

kindermishandeling<br />

kindermishandeling heeft grote gevolgen<br />

spine-unit: multidisciplinaire behandeling van rugproblemen<br />

dienst in de kijker: psychologen in het mariaziekenhuis<br />

over de grens: samenwerking met het uZ ‘ayder teaching<br />

referral hostpital’ in mekelle, ethiopië.


trigonum<br />

tri<br />

colofon<br />

trigonum is het medisch<br />

tijdschrift van het maria-<br />

Ziekenhuis vZw.<br />

algemeen<br />

mariaziekenhuis vzw<br />

maesensveld 1 i b-3900 overpelt<br />

tel. +32 11 826 000<br />

fax +32 11 826 001<br />

www.mariaziekenhuis.be<br />

info@mznl.be<br />

algemeen directeur<br />

roger luyten<br />

hoofdgeneesheer<br />

dr. griet vander velpen<br />

redactie<br />

trigonum@mznl.be<br />

hebben meegewerkt<br />

aan dit nummer<br />

dr. jos christens<br />

dr. lieve swinnen<br />

dr. veerle dirckx<br />

dr. diederik peuskens<br />

dr. thomas daenekindt<br />

dr. peter vorlat<br />

dr. donald bobbaers<br />

dr. stephan claessens<br />

psychologen<br />

foto’s<br />

sabine van bree<br />

verantwoordelijke uitgever<br />

roger luyten<br />

inhoud<br />

3 voorwoord<br />

4 symposium:<br />

kindermishandeling heeft grote gevolgen<br />

6 dossier 1: de neurobiologische gevolgen<br />

van kindermishandeling<br />

9 dossier 2: ‘gekwetst. blijvend gekwetst?’<br />

14 symposium:<br />

spine-unit: multidisciplinaire behandeling van<br />

rugproblemen<br />

18 dossier 1: facettair syndroom<br />

21 dossier 2: lumbo-ischialgie bij discushernia,<br />

what to do<br />

24 dossier 3: plaats van chirurgische ingrepen<br />

voor degeneratief lijden van de lumbale<br />

wervelkolom<br />

29 dossier 4: lumbale kanaalstenose:<br />

een update<br />

33 dossier 5: evoluties in de rugrevalidatie<br />

36 dienst in de kijker<br />

43 over de grens: ethiopië


Dr. Jos Verbeek<br />

Nucleaire geneeskunde<br />

trigonum in een<br />

nieuw jasje<br />

<strong>Mariaziekenhuis</strong><br />

Noord-Limburg<br />

trigonum steekt in een nieuw jasje. we hopen dat het u bevalt.<br />

het is niet de bedoeling om met deze trendy outfit onze<br />

verkoopcijfers op te krikken. neen, het heeft alles te maken<br />

met inhoud.<br />

nu onze digitale nieuwsbrief voor huisartsen goed is ingeburgerd,<br />

en u zo op de hoogte wordt gehouden van de laatste nieuwe<br />

weetjes in ons ziekenhuis, hebben we van de gelegenheid gebruikt<br />

gemaakt om trigonum voor te behouden voor meer diepgang.<br />

door het aanbod aan artikels te beperken scheppen we meer<br />

ruimte om de besproken onderwerpen uitgebreider aan bod te<br />

laten komen.<br />

het is een open deur intrappen als we zeggen dat een goede<br />

medische behandeling onmogelijk nog gedaan kan worden door<br />

één persoon. multidisciplinaire benadering is het orderwoord. dit<br />

komt zeer goed tot uiting in de twee behandelde onderwerpen<br />

zoals u verderop kunt lezen.<br />

kindermishandeling is niet alleen een fysisch en emotioneel<br />

gebeuren. ook socio-economische en sociopsychologische<br />

factoren spelen een rol. Zowel in het<br />

ontstaan als in de aanpak van deze complexe materie.<br />

eenzelfde conclusie geldt voor de ogenschijnlijk louter<br />

fysische aangelegenheid van de rugproblematiek. en<br />

alhoewel hier de materiële behandelingsmogelijkheden<br />

een zeer grote rol spelen, zijn zij niet alléén zaligmakend.<br />

immers dé succesoplossing lijkt niet te bestaan en een<br />

uitgebreide interdisciplinaire samenwerking is nodig<br />

om het resultaat voor de patiënt en zijn omgeving te<br />

optimaliseren.<br />

als sluitstuk wordt de taak van de psychologen in dit radarwerk<br />

belicht. voor hen die er niet vertrouwd mee zijn valt hun<br />

aanwezigheid niet op. toch bewegen ze zich geruisloos en<br />

onopvallend in het labyrint van de multidisciplinaire aanpak. Ze<br />

zijn een onmisbaar en een zeer belangrijk onderdeel geworden in<br />

de aanpak van problemen en in het aanbieden van een optimale<br />

behandeling. Zonder hen zou ons ziekenhuis niet zo een goede<br />

dienstverlening kunnen bieden aan de bevolking en daar is het<br />

uiteindelijk allemaal om te doen.<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 3<br />

voorwoord


symposium<br />

compilatie<br />

4 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

donderdag 25 juni 2009<br />

de opstart van een nieuw protocol<br />

rond kindermishandeling vormde<br />

een gelegenheid om tijdens<br />

een symposium alle betrokken<br />

hulpverleners te verzamelen.<br />

de sprekers lichtten vanuit hun<br />

betrokkenheid en vakgebied het<br />

nieuwe protocol toe en gaven een<br />

woordje uitleg over de gevolgen<br />

van kindermishandeling.<br />

De neurobiologische gevolgen van<br />

kindermishandeling.<br />

Dr. Jos Christens,<br />

kinderarts en vertrouwensarts<br />

‘gekwetst. blijvend gekwetst?’<br />

over de psychische gevolgen van<br />

kindermishandeling bij het kind.<br />

Dr. Lieve Swinnen,<br />

kinderpsychiater<br />

1.<br />

Kindermishandeling<br />

heeft grote gevolgen


kindermishandeling en -misbruik<br />

zijn traumatische ervaringen, het<br />

slachtoffer is ernstig gekwetst.<br />

kindermishandeling dient zoveel<br />

mogelijk voorkomen, snel gedetecteerd<br />

en adequaat behandeld<br />

te worden, opdat herstel mogelijk<br />

is. dat is het doel van het protocol<br />

kindermishandeling.<br />

beweren dat kindermishandeling<br />

schadelijk is voor een kind, en dat<br />

het negatieve gevolgen kan hebben<br />

voor zijn ontwikkeling, is een open<br />

deur intrappen. iedereen weet dat.<br />

toch is het zinvol om stil te staan<br />

bij wat eigenlijk de gevolgen dan<br />

wel zijn; zowel op neurobiologisch<br />

(dossier 1) als op sociaal-emotioneel<br />

vlak (dossier 2). Ons bewust worden<br />

van de mogelijke ernst van de<br />

gevolgen, zal ons ertoe aanzetten<br />

meer aandacht te schenken aan de<br />

problematiek, en sneller te zoeken<br />

naar gepaste hulp.<br />

protocol<br />

kindermishandeling:<br />

aandacht hebben voor<br />

kindermishandeling of<br />

risicosituaties, om tijdig<br />

hulpverlening op te<br />

starten en een gezonde<br />

ontwikkeling (opnieuw)<br />

te bevorderen.<br />

kindermishandeling:<br />

definitie en voorkomen<br />

kindermishandeling of misbruik omvat alle vormen van<br />

fysieke en/of emotionele mishandeling, seksueel misbruik,<br />

verwaarlozing of nalatigheid, commerciële of andere exploitatie;<br />

die feitelijke of mogelijke schade toebrengt aan de gezondheid<br />

en/of overlevingskansen van een kind, de ontwikkeling en<br />

waardigheid ervan; en dit binnen een context van een relatie met<br />

verantwoordelijkheid, vertrouwen of macht.<br />

vormen van kindermishandeling:<br />

• Mishandeling (lichamelijk, emotioneel): daden met een actief<br />

karakter; door iets te doen wordt er geweld gepleegd.<br />

• Seksueel misbruik: elk seksueel contact tussen een volwassene<br />

en een kind; men onderscheidt extrafamiliair misbruik en incest.<br />

ook betrokken worden bij seksueel getinte activiteiten die niet<br />

aan de leeftijd van het kind zijn aangepast, behoort hiertoe.<br />

• Verwaarlozing (lichamelijk, emotioneel): kinderen tekort doen in<br />

hun elementaire behoeften.<br />

• Munchausen bij proxy syndroom: het kind wordt opzettelijk ziek<br />

gemaakt door de ouder.<br />

• Huiselijk geweld (kan reeds prenataal optreden!): kinderen zijn<br />

geen getuige van geweld, ze worden er aan blootgesteld; ze<br />

zijn erbij betrokken, kunnen het horen, zien, aanvoelen of aan<br />

den lijve ondervinden.<br />

kindermishandeling is niet zeldzaam. meldingen op de<br />

vertrouwenscentra (5.000 per jaar) betreffen vooral de jongere<br />

kinderen van 0 tot 6 jaar, meisjes (seksueel misbruik) en risicogezinnen<br />

(relationele en materiële problemen, pedagogische onmacht,<br />

persoonlijke problematiek ouder, …). In werkelijkheid vermoedt men<br />

dat het voorkomen veel hoger ligt, tot 20.000 kinderen per jaar.<br />

50% van de slachtoffers van fysieke kindermishandeling en 75%<br />

van emotioneel-affectieve verwaarlozing wordt ongemoeid gelaten,<br />

omdat ze ‘licht tot matig’ zijn.<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 5


dossier 1<br />

dr. jos christens<br />

kinderarts & vertrouwensarts<br />

birth 3 months 2 years<br />

Fig. 1: ontwikkeling van de hersenen<br />

6 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

de neurobiologische gevolgen<br />

van kindermishandeling<br />

de ontwikkeling van de hersenen<br />

de eerste 3 tot 4 levensjaren van een kind zijn essentieel in de<br />

ontwikkeling van de hersenen. de hersenmassa neemt dan sterk<br />

toe. nochtans ligt het aantal neuronen ongeveer vast bij de geboorte.<br />

de toename van de hersenmassa is te wijten aan het vormen van<br />

dendrieten, die synapsen leggen, en zo ontelbare hersenbanen<br />

vormen. (Fig. 1)<br />

bij het vormen van deze synapsen en hersenbanen, zijn de stimuli<br />

en de ervaringen die een kind opdoet essentieel. kinderen die aan<br />

ernstige verwaarlozing zijn blootgesteld, zullen minder synapsen<br />

maken omdat ze minder stimuli krijgen. het is dan ook aangetoond dat<br />

dergelijke kinderen ook een beduidend kleinere hersenmassa kunnen<br />

hebben. daarenboven kunnen de synapsen ook op een verkeerde<br />

manier gelegd worden (verkeerde verbindingen), wat aanleiding kan<br />

geven tot gedragsstoornissen op latere leeftijd.<br />

hersenstructuren<br />

de hersenen vormen verschillende structuren, die verschillende<br />

functies hebben. maar tussen die structuren lopen ook verbanden,<br />

van boven naar beneden en vice versa. de verschillende hersendelen<br />

hebben dan ook een invloed op elkaar. dit kan met volgend voorbeeld<br />

>>


geïllustreerd worden: een flashback<br />

(cortex) van een traumatisch feit,<br />

kan angst oproepen (limbisch<br />

systeem) waardoor men sneller gaat<br />

ademen (hersenstam) of andersom,<br />

door joga en biofeedbackoefeningen<br />

(limbisch systeem),<br />

komt het lichaam ook lichamelijk tot<br />

rust (middenhersenen) en kan men<br />

de aandacht terug gaan richten<br />

(cortex).<br />

door de verbanden tussen de<br />

verschillende hersendelen, vormen<br />

zich ook een aantal schema’s.<br />

die vormen patronen, wetmatigheden,<br />

verwachtingen, …<br />

die terugkomen. we hebben elk<br />

duizenden van die schema’s<br />

opgeslagen in onze hersenen. Ze<br />

bepalen eigenlijk onze kennis van<br />

de wereld rond ons, en worden<br />

gevormd door de ervaringen die<br />

we opdoen. de eerste schema’s die<br />

we vormen zijn bepalend voor later.<br />

kindermishandeling, -misbruik<br />

of -verwaarlozing leidt tot het vormen<br />

van gestoorde of verwrongen<br />

schema’s. vergelijk het met het<br />

schrijven van een boek; het begint<br />

met een leeg blad, dan komen er<br />

volgende pagina’s bij. de eerste<br />

hoofdstukken zijn bepalend voor<br />

het verder verloop van het boek.<br />

belangrijk bij de hersenstructuren<br />

is het limbisch systeem. dit zijn<br />

eigenlijk de emotionele hersenen.<br />

Ze hebben een belangrijke<br />

beoordelingsfunctie. het bevat<br />

onder andere de amygdalae, die<br />

het emotioneel geheugen bevatten,<br />

de hippocampus, die het expliciet<br />

geheugen bevat, en het ruimtelijk<br />

geheugen, dat een herinnering<br />

plaatst in tijd en ruimte. dit is<br />

ook een essentieel deel voor het<br />

leerproces.<br />

het corpus callosum vormt de<br />

verbinding tussen de linker en de<br />

rechter hersenhelft. links is vooral<br />

belangrijk voor taal, spraak,<br />

verstand en logica, rechts voor de<br />

negatieve emoties en het ruimtelijk<br />

en visueel geheugen<br />

het alarmmechanisme<br />

bij gevaar zetten de hersenen<br />

een dubbel alarmmechanisme<br />

in gang. het bevat een eerste, zeer<br />

snel mechanisme: de fight, flight,<br />

freeze reactie. dit is een zeer snelle<br />

lichamelijke reactie, waarbij er een<br />

stijging optreedt van adrenaline.<br />

dit brengt het lichaam in een staat<br />

van paraatheid om snel te reageren<br />

(vluchten, vechten, ...). (fig. 2)<br />

tezelfdertijd wordt een tweede,<br />

trager verlopend mechanisme<br />

in gang gezet, via de hpa axis<br />

(hypothalamus - hypofyse - bijnier).<br />

deze zorgt voor een verhoging van<br />

cortisol, (fig. 3), die als belangrijkste<br />

functie hier heeft de snelle stress<br />

e 2<br />

hypertension<br />

a 1 , e 2<br />

alertness<br />

vasodilation<br />

in muscle<br />

e 1<br />

e 2<br />

peripheral<br />

vasoconstriction<br />

e 2<br />

decrease<br />

in digestion<br />

reactie van het lichaam te temperen<br />

(dit naast de andere functies in het<br />

lichaam zoals immunosuppressie,<br />

regulering van glycemie, ...).<br />

bij repetitieve of langdurige<br />

gevaarsituaties, zoals in het<br />

geval van kindermishandeling,<br />

functioneert dit alarmsysteem<br />

niet meer goed. men komt tot<br />

toestanden met een chronisch<br />

verhoogde adrenaline spiegel,<br />

wat aanleiding geeft tot een hyper<br />

arrousal toestand, met motorische<br />

onrust, overprikkelbaarheid, en<br />

impulsiviteit. anderzijds veroorzaakt<br />

een chronisch verhoogde cortisol<br />

spiegel een immunosuppressie, wat<br />

leidt tot verhoogde vatbaarheid<br />

voor ziektes, een stoornis in<br />

de groei, en een verminderde<br />

vruchtbaarheid. daarenboven is<br />

een hoge cortisolspiegel toxisch<br />

voor de hippocampus en het<br />

e 1 , e 2<br />

pupilary<br />

dilatation<br />

e 1 , e 2<br />

bronchiolar<br />

dilatation<br />

>><br />

e 1 , e 2<br />

tachycardia<br />

e 1 , e 2<br />

elevated<br />

blood sugar &<br />

metabolic rate<br />

‘fight or<br />

flicht<br />

reaction’<br />

Fig. 2: snelle stressreactie met stijging adrenaline<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 7


corpus callosum. dit leidt dus tot<br />

geheugenstoornissen, leermoeilijkheden, en<br />

een gestoorde verbinding tussen linker<br />

en rechter hersenhelft, waarbij de rechter<br />

hersenhelft gaat domineren.<br />

8 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

Fig. 3: HPA axis<br />

besluit<br />

kindermishandeling en -verwaarlozing kan leiden tot een<br />

gestoorde hersenontwikkeling, waarbij de delen niet<br />

op de juiste manier connecteren, en elkaar niet op de juiste<br />

manier beïnvloeden en modifiëren. vooral jonge kinderen<br />

zijn, gezien het stadium van hersenontwikkeling, hiervoor<br />

zeer kwetsbaar.<br />

tevens leiden de neurobiologische effecten tot heel wat<br />

functionele stoornissen. stoornissen in de affect regulatie,<br />

motorische onrust en impulsiviteit, leerstoornissen en<br />

geheugenproblemen, groeistoornissen, slaapstoornissen,<br />

verminderde immuniteit en seksuele stoornissen zijn maar<br />

enkele om op te noemen.<br />

blijft tot slot nog de vraag of dit reversiebel is. gelukkig<br />

zijn hersenen plastisch en kunnen er nog nieuwe<br />

synapsen en banen gevormd worden. emotionele warmte,<br />

voorspelbaarheid, rust en regelmaat bevorderen het herstel.<br />

door positieve ervaringen worden goede verbanden gelegd.<br />

echter de plasticiteit neemt snel af met de leeftijd. het is dus<br />

belangrijk zo snel mogelijk te starten met herstel.


‘gekwetst. blijvend gekwetst?’<br />

over de psychische gevolgen van kindermishandeling bij het kind<br />

hoe overleven bij geweld?<br />

Bij kindermishandeling is de jongere het kind van de rekening: om<br />

geweld te overleven offert het kind door splitsing, zelfbeschuldiging en<br />

zich verantwoordelijk voelen zijn normale ontwikkelingskansen op.<br />

elke schokkende gebeurtenis wordt gevolgd door een proces dat<br />

schokverwerking wordt genoemd. de eerste fase is gekenmerkt<br />

door verdoving. de reacties van het slachtoffer zijn gecontroleerd,<br />

men vertelt honderduit, vaak met de glimlach. kortom, het lijkt nogal<br />

mee te vallen. in de daaropvolgende fase wisselen momenten van<br />

herbeleving – met huilbuien, hyperalert gedrag, concentratieproblemen<br />

en woedeaanvallen – af met periodes van ontkenning. hierbij kan<br />

amnesie optreden, maar ook zien we dat slachtoffers de aandacht<br />

verplaatsen en zich extreem gaan bemoeien met anderen, of dat<br />

ze in apathie verzeilen en overal afhaken. deze fase is nodig om<br />

de gebeurtenissen een plaats te kunnen geven. in een derde fase<br />

heeft integratie plaats: de traumatische ervaring krijgt een plaats in<br />

het zelfbeeld. het kind of de jongere verwerft een beter zicht op de<br />

eigen reacties op de gebeurtenis, kan die beter begrijpen, maakt<br />

zichzelf minder verwijten. de gevoelens tegenover de dader worden<br />

realistischer - zijn verantwoordelijkheid komt op de voorgrond<br />

- en dienen verwerkt. lang niet ieder slachtoffer slaagt erin tot een<br />

goede traumaverwerking te komen. het normale proces daartoe kan<br />

verstoord worden, bijvoorbeeld wanneer het trauma niet onderkend<br />

wordt, geheimhouding centraal staat, ...<br />

>><br />

dossier 2<br />

dr. lieve swinnen<br />

kinderpsychiater<br />

hoe reageren kinderen op<br />

dergelijke trauma’s en welke<br />

zijn de gevolgen voor hun<br />

ontwikkeling? niet ieder<br />

kind reageert identiek, naast<br />

kwetsbaarheid mag de term<br />

veerkracht - het dynamisch proces<br />

van goede adaptatie in een<br />

context van belangrijke risico’s -<br />

niet ontbreken.<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 9


inadequate mechanismen van<br />

overleving zijn de volgende:<br />

• Splitsing: terwijl in de normale<br />

ontwikkeling het kind een<br />

zelfbeeld ontwikkelt waarbij<br />

het aanvaardt dat eenieder,<br />

ook hijzelf, zowel goede als<br />

slechte eigenschappen heeft,<br />

komt dit vroegtijdige proces van<br />

integratie door de traumatische<br />

ervaringen niet op gang. het<br />

slechte is te beangstigend<br />

en ondermijnend. het kind<br />

blijft hangen in zwart/wit<br />

denken, kan niet nuanceren.<br />

relaties worden gekleurd<br />

door aantrekken en afstoten,<br />

agressiviteit.<br />

• Dissociatie: wat gevoeld, gehoord<br />

en gezien wordt tijdens<br />

een situatie van mishandeling<br />

of misbruik, wordt losgekoppeld<br />

van het gewone bewustzijn.<br />

• Amnesie: geheugenverlies voor<br />

wat gebeurd is.<br />

• Hardnekkige herbelevingen -<br />

overvalt je, je bent niet zomaar<br />

toeschouwer, zit er middenin<br />

- en triggers: gebeurtenis in<br />

het heden die verbinding legt<br />

met het verleden en de daarbij<br />

horende desastruese emotionele<br />

ervaringen.<br />

• Een identiteit in fragmenten:<br />

men ontwikkelt geen harmonieuse<br />

persoonlijkheid, maar<br />

deelpersoonlijkheden. ook hier<br />

lukt de integratie niet. te vergelijken<br />

met een boom waarvan<br />

de stam zich opsplitst in veel<br />

delen die elk een eigen groei<br />

hebben.<br />

kinderen vertonen een verhoogd<br />

risico op een verstoorde traumaverwerking.<br />

dit door hun speciale<br />

positie, namelijk de afhankelijkheid<br />

van de ouder/volwassene. de term<br />

loyauteit (= trouw aan aangegane<br />

verplichtingen) staat hierbij centraal.<br />

10 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

de ouder-kind-relatie ontstaat van<br />

voor de geboorte, de zeer intense<br />

afhankelijkheidsrelatie die de start<br />

van het leven kenmerkt, versterkt<br />

die verbondenheid. de behoefte<br />

aan bescherming botst met de angst<br />

voor de mishandelende ouder. dit<br />

innerlijke conflict maakt het kind<br />

nog afhankelijker en loyaler. vaak<br />

hanteert de mishandelende ouder<br />

pedagogische motieven: het slechte<br />

kind lokt zijn gedrag uit, het kind<br />

mag blij zijn dat er nog mensen om<br />

hem geven. dader en slachtoffer<br />

vormen zo een traumatische tweeeenheid.<br />

de prijs voor<br />

overleven is hoog<br />

mishandeling heeft een negatieve<br />

invloed op belangrijke<br />

basisprocessen binnen de ontwikkeling.<br />

mishandeling op zeer<br />

jonge leeftijd tast het veiligheidsgevoel<br />

aan. het vertrouwen in<br />

volwassenen ontbreekt, wat het<br />

hechtingsproces bemoeilijkt tot onmogelijk<br />

maakt. dit hypothekeert<br />

het aangaan van stabiele relaties<br />

nu èn in de toekomst.<br />

de regulatie van emoties en<br />

gedrag verloopt verstoord. de<br />

ouder reageert op gedrag en<br />

uitingen van emoties van een<br />

kind, deze leert op zijn beurt<br />

uit die - veelal stabiele - sturing<br />

van de ouder. bij mishandeling<br />

maakt het kind erg verwarrende<br />

situaties mee: ouders die<br />

impulsief reageren, zich agressief<br />

gedragen, onvoorspelbaar zijn,…<br />

dit bemoeilijkt het begrijpen,<br />

benoemen en reguleren van eigen<br />

emoties. gedrags- en emotionele<br />

problemen van het kind zijn hierbij<br />

een weerspiegeling van het falen<br />

van de ouders op deze domeinen.<br />

daarnaast belemmert mishandeling<br />

de sociale ontwikkeling. modelling<br />

(als ouder leef je het leven voor)<br />

het is belangrijk dat we dit<br />

voor ogen houden: kinderen<br />

die vanaf jong leeftijd<br />

mishandelinger varingen<br />

hebben, worden niet op een<br />

normale manier voorbereid<br />

op het leven als volwassene,<br />

op een zelfstandig leven.<br />

zorgt ervoor dat het kind leert<br />

dat geweld een manier is om met<br />

anderen om te gaan, problemen<br />

op te lossen. daarbij leven deze<br />

gezinnen vaak geïsoleerd, zodat<br />

andere modellen ontbreken.<br />

de kans dat schade blijft bestaan<br />

wordt groter naarmate de mishandeling<br />

op jongere leeftijd start,<br />

de feiten die gepleegd worden<br />

ernstiger zijn, het geweld langer<br />

duurde, de plicht op geheimhouding<br />

sterker was, de hechting van het<br />

kind zwaarder getroffen werd en<br />

de afhankelijkheidsrelatie groter is.<br />

>>


jonge kind puber volwassene<br />

leerproces ontwikkelingtaken worden lange termijngevolgen:<br />

- alle energie gaat naar overleven bemoeilijkt - 30% van de slachtoffers<br />

- verstoorde ik-functies: - ontwikkeling van identiteit ontwikkelt ernstige problemen:<br />

concentratie, geheugen, - aangaan van vriendschappen depressie, eetstoornissen,<br />

zelfcontrole, probleemoplossend - aangaan van intieme en verslaving, psychosomatische<br />

vermogen seksuele relaties klachten, posttraumatische<br />

- beperkte sociale vaardigheden stressstoornis, persoonlijkheidsstoornis<br />

(borderline),<br />

delinquent gedrag<br />

gevoelsleven gedrag/emoties cfr. lange termijngevolgen<br />

- wat slecht voelt noemt men goed - beschadiging op jonge leeftijd<br />

- beperkt zelfvertrouwen, leidt tot meer gedrags- en<br />

negatief zelfbeeld emotionele problemen<br />

- woede naar zichzelf uit zich als - leven in gewelddadig gezin leidt<br />

agressief gedrag naar anderen tot meer depressie, agressie en<br />

- beperkt empathisch vermogen jeugdcriminaliteit<br />

relationeel relationeel relationeel<br />

- autonomie verstoord: langer ontwikkelingtraject tot ouderschap<br />

afhankelijk - dader (meer bij jongens) - 1/3 hervalt als ouder in zelfde<br />

- tast verbondenheid tussen - slachtoffer (meer bij meisjes) opvoedingspatroon<br />

mensen aan: belemmert - mishandelende ouder:<br />

samenwerking, leerproces bij maximum 50% spelen<br />

- van allemansvriendjes tot angst gelijkaardige ervaringen in de<br />

voor en afzetten tegen jeugd een rol<br />

volwassenen<br />

veerkracht<br />

Veerkracht betekent de mogelijkheid<br />

om met stress en moeilijke<br />

levensomstandigheden om te gaan<br />

op een wijze waardoor de ontwikkeling<br />

van zelfvertrouwen en<br />

sociale competentie bevorderd<br />

wordt. Veerkracht verwijst dus naar<br />

de mogelijkheden waarop mensen<br />

problemen in hun ontwikkeling<br />

overwinnen en van trauma’s kunnen<br />

herstellen.<br />

Tabel 1: de gevolgen van kindermishandeling voor de ontwikkeling<br />

niet ieder kind reageert op<br />

dezelfde manier. sommigen<br />

lijken beter bestand tegen de negatieve<br />

gevolgen van traumatische gebeurtenissen.<br />

men duidt dit aan met<br />

veerkracht: het dynamisch proces<br />

van ‘goede’ adaptatie in een context<br />

van belangrijke risico’s. in het<br />

ontwikkelen van veerkracht spelen<br />

neurobiologische (neuroplasticiteit,<br />

cardiovasculaire processen, immuunsysteem,…)<br />

en psychologische mechanismen<br />

een rol. deze laatsten<br />

kunnen eigen zijn aan het kind, of<br />

bepaald worden door de omgeving.<br />

individuele factoren die de veerkracht<br />

bevorderen:<br />

• Temperament: flexibele zelfregulatie,<br />

sociaal ingesteld zijn,<br />

taakgerichtheid<br />

• Executieve functies: inhibitiecontrole,<br />

planning, problemsolving,<br />

emotie-regulatie<br />

• Cognitieve vaardigheden: leerbaarheid,<br />

informatieverwerking<br />

(cave kwetsbaarheid minder begaafde<br />

kinderen!)<br />

>><br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 11


omgevingsfactoren die de veerkracht<br />

bevorderen:<br />

• Veilige hechting<br />

• Goed functionerend gezin<br />

• Netwerk van sociale ondersteuning<br />

lange tijd is ‘temperament’ aanzien<br />

als één van de belangrijkste<br />

factoren in het ontwikkelen van<br />

veerkracht. nu ligt de nadruk op<br />

de wisselwerking tussen factoren.<br />

het genetisch bepaald temperament<br />

lokt een vorm van aandacht<br />

wie gewond is<br />

moet verZorgd<br />

worden<br />

een kind dat mishandeld is, heeft<br />

nood aan zorg.<br />

veiligheid is een basisvoorwaarde<br />

om tot hulpverlening te komen.<br />

in de verdere hulp moet het kind<br />

centraal staan - wat heeft dìt kind<br />

nodig - opdat het zich ook herkent<br />

in de hulp die men aanbiedt.<br />

het kind heeft daarnaast zijn<br />

gezin nodig. een kind bouwt zijn<br />

12 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

en stimulatie uit dat effect van risicofactoren<br />

kan beperken/versterken.<br />

kwaliteit van ouderschap blijkt de<br />

kritische factor in het ontwikkelen<br />

van veerkracht.<br />

veerkracht kan versterkt worden<br />

door positieve ervaringen van kinderen<br />

– met zichzelf en in relaties<br />

- te stimuleren hen op te vangen<br />

wanneer zij negatieve ervaringen<br />

ondergaan. een stevig, positief<br />

gekleurd zelfbeeld bevordert veerkracht.<br />

evenals het leren uit wat<br />

Heling na geweld<br />

wortelt in<br />

respect voor de beleving van het slachtoffer,<br />

verkeerd loopt en het steun durven<br />

aanvaarden en gebruiken.<br />

na mishandeling kan veerkracht<br />

zich alsnog ontplooien. gunstig<br />

hierbij zijn: een interventie in de<br />

jeugdjaren, het kunnen terugkeren<br />

met het gezin naar een veilig samenleven,<br />

het steunen van een<br />

kind (vanuit familie, omgeving).<br />

ook blijvende contacten met leeftijdsgenoten<br />

en veilige, affectieve,<br />

zorgende volwassenen buiten het<br />

gezin, werken helend.<br />

de erkenning van de gevoelens van het slachtoffer,<br />

de inspanning om er samen over te praten en wat aan te doen.<br />

bestaansrecht op binnen zijn gezin:<br />

van daaruit moet gekeken worden<br />

of er kansen zijn tot herstel en groei.<br />

de zorg voor mishandelde kinderen<br />

en jongeren is echter vaak veel<br />

specifieker dan hier beschreven<br />

via de algemene termen van<br />

bevorderen van veerkracht, steunen<br />

van het kind, contact houden met<br />

volwassenen, … traumatherapie,<br />

behandeling van gedrags- en<br />

emotionele problemen, sociaal<br />

disfunctioneren en psychiatrische<br />

problematieken vragen deskundige<br />

hulp. ik verwijs naar specialistische<br />

literatuur hierover.<br />

>>


esluit<br />

mishandeling werkt in<br />

op basisprocessen<br />

binnen de ontwikkeling van<br />

kinderen, de gevolgen voor<br />

het jonge kind, de puber en<br />

later de volwassene zijn dan<br />

ook vaak ernstig. de speciale<br />

positie van kinderen -<br />

afhankelijkheid en loyauteit<br />

- versterkt dit nogmaals. hoe<br />

jonger het kind, hoe langer<br />

het misbruik en hoe ernstiger<br />

de feiten; hoe groter de<br />

schade.<br />

niet ieder kind reageert<br />

hetzelfde, de elementen die<br />

veerkracht bepalen en bevorderen<br />

werden besproken.<br />

duidelijk is alleszins dat mishandeling<br />

zo snel mogelijk<br />

moet onderkend worden. dit<br />

om de schade te beperken<br />

en de kans op herstel groter<br />

te maken. het installeren van<br />

een protocol kindermishandeling<br />

binnen het ziekenhuis<br />

is een belangrijke aanzet<br />

daartoe.<br />

Verdrietig<br />

Boos<br />

boos: vader schreeuwt tegen hem:<br />

‘Als hij (= broer) wil timmeren,<br />

waarom timmert hij dan niet op<br />

u!!!!<br />

verdrietig: vader heeft gedreigd<br />

zijn konijn dood te schieten.<br />

Bang<br />

jongen van 10 jaar die thuis (vooral emotioneel) mishandeld wordt.<br />

Blij<br />

bang: ’s avonds in bed denkt hij<br />

aan wat er de volgende dag gaat<br />

komen.<br />

blij: wanneer hij met papa op de<br />

motor door europa zou rijden. de<br />

loyauteit is hier heel duidelijk.<br />

literatuur<br />

• Adriaenssens P, Smeyers L, Ivens C<br />

en Vanbeckevoort B. In vertrouwen<br />

genomen. Leuven, Lannoo. 1998.<br />

• Broos D. & Van Dun K.(Red). Hou me<br />

(niet) vast. Leuven, Garant. 1997.<br />

• De Groof K & De Gendt T (Red.). Kans<br />

op slagen .Leuven, Lannoo.2007.<br />

• Herman J.L. Trauma en herstel. Am-<br />

sterdam, Wereldbibliotheek. 1993.<br />

• Slachtofferhulp, Steunpunt Algemeen<br />

Welzijnswerk. Kinderen helpen na<br />

een schokkende gebeurtenis. Leuven,<br />

Lannoo. 2003.<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 13


symposium<br />

compilatie<br />

14 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

Zaterdag 25 april 2009<br />

de spine-unit staat in voor de multidisciplinaire aanpak van ruglijden<br />

in al zijn facetten. het is een samenwerkingsinitiatief tussen de<br />

bestaande disciplines orthopedie, neurochirurgie, anesthesie en fysische<br />

geneeskunde.<br />

met de oprichting van de spine-unit wil het mariaziekenhuis een referentiecentrum<br />

worden voor de behandeling van rugproblemen in limburg.<br />

Facettair Syndroom<br />

Dr. Veerle Dirckx, anesthesiste - pijntherapeute<br />

acute lumbo-ischialgie op basis<br />

van discushernia<br />

Dr. Thomas Daenekindt, neurochirurg<br />

lumbale fusie: zin en onzin<br />

Dr. Diederik Peuskens, neurochirurg<br />

lumbale spinaal stenose<br />

Dr. Peter Vorlat, orthopedisch chirurg<br />

evoluties in de revalidatie van<br />

rugpijn<br />

Dr. Donald Bobbaers, revalidatiearts<br />

2.<br />

spine-unit: multidisciplinaire<br />

behandeling van rugproblemen


de ontwikkeling van een<br />

spine unit heeft geleid<br />

tot een uitbreiding, een<br />

verbetering en een betere<br />

toegankelijkheid van<br />

de bestaande behandelingsmogelijkheden.<br />

de spine unit werkt samen<br />

met alle artsen die<br />

patiënten met rugpro-<br />

blemen behandelen.<br />

rugpijn:<br />

frequent voorkomend<br />

probleem<br />

rugpijn vormt een frequent voorkomend probleem waarmee<br />

patiënten consulteren bij zowel de huisarts als bij verschillende<br />

specialismen binnen het ziekenhuis. tot 30% van de werkende<br />

bevolking wordt jaarlijks getroffen door deze aandoening met een<br />

life-time prevalentie van 70% tot 80%.<br />

Bij 90% is de ergste pijn voorbij is na 6 weken (met weliswaar hoog<br />

recidiefpercentage).<br />

patiënten die nadien nog niet beter zijn, vormen vaak een moeilijk<br />

behandelbare groep.<br />

daarom beschikt het mariaziekenhuis - als een van de eerste en<br />

enige in vlaanderen - over een samenwerking van alle artsen die<br />

zich op rugaandoeningen toeleggen. elke patiënt heeft hiermee<br />

toegang tot het volledige gamma van behandelingen dat voor zijn<br />

aandoening voorhanden is. hij wordt nu ook sneller en efficiënter<br />

geholpen. bovendien brengt de spine unit ook een uitbreiding en<br />

een verbetering van het bestaande therapeutische aanbod met zich<br />

mee.<br />

>><br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 15


voor de meeste ziekten bestaat<br />

er na de eerstelijnsverzorging,<br />

één specialisme in de tweede lijn.<br />

een eczeem wordt naar een dermatoloog<br />

doorverwezen. iemand met<br />

een aandoening van de wervelkolom,<br />

kan echter verwezen worden<br />

naar fysische geneeskunde, naar<br />

het pijncentrum of naar een chirurg.<br />

deze specialisten hebben allen hun<br />

eigen inzichten, therapeutische benadering<br />

en arsenaal. wanneer<br />

de verwijzer en de patiënt bewust<br />

kiezen voor de specifieke benadering<br />

van één specialisme, is dit een<br />

ideale situatie.<br />

iemand met musculaire rugpijn,<br />

kan het meest gebaat zijn bij revalidatie.<br />

iemand met symptomatisch<br />

facetlijden, is vaak goed geholpen<br />

met facetinfiltraties. lokale instabiliteit<br />

van de wervelkolom is dikwijls<br />

enkel met chirurgie te verhelpen. al<br />

deze aandoening presenteren zich<br />

als rugpijn. het is bovendien eerder<br />

regel dan uitzondering dat ze<br />

in meer of mindere mate tegelijk bij<br />

één patiënt voorkomen. de beleving<br />

van de rugpijn en de impact ervan<br />

op het leven en functioneren van<br />

de patiënt, is bovendien nog sterk<br />

afhankelijk van persoonlijke en<br />

omgevingsfactoren. dit leidt soms<br />

tot complexe problemen. wanneer<br />

een arts geconfronteerd wordt met<br />

zo’n complex probleem, is het nuttiger<br />

dat hij overlegt met collega’s<br />

eerder dan zijn therapeutisch arsenaal<br />

uit te putten en de patiënt nadien<br />

door te verwijzen.<br />

onder andere om dit overleg<br />

te organiseren werd de spine<br />

unit opgericht. het is een formele<br />

en systematische samenwerking<br />

tussen fysische geneeskunde, het<br />

pijncentrum, neurochirurgie en orthopedie<br />

voor alle aspecten van<br />

diagnose en behandeling van<br />

wervelaandoeningen. hoewel in<br />

enkele vlaamse universitaire<br />

ziekenhuizen een aanzet tot een<br />

dergelijke samenwerking bestaat,<br />

bijv. door de integratie van de<br />

16 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

diensten fysische geneeskunde en<br />

orthopedie, is geen van deze centra<br />

al zo ver dat een systematisch<br />

overleg tussen al deze diensten<br />

over dit onderwerp bestaat. met<br />

onze spine unit wordt een dergelijk<br />

overleg wel op systematische<br />

wijze georganiseerd; en dat op<br />

twee manieren. om de 14 dagen<br />

is er een formele patiëntenbespreking<br />

met in principe alle leden van<br />

de unit. er is ook het onmiddellijk<br />

overleg tussen twee artsen van<br />

verschillende disciplines tijdens<br />

hun consultatie. dit overleg wordt<br />

mogelijk gemaakt door de artsen<br />

van verschillende disciplines zoveel<br />

mogelijk gelijktijdig op dezelfde<br />

plaats te laten consulteren. dergelijke<br />

overlegmomenten laten toe onmiddellijk<br />

de meest efficiënte therapie<br />

voor de patiënt te kiezen, een<br />

behandelingstraject op te stellen of<br />

verschillende behandelingen tegelijk<br />

in te stellen. het laat ook toe onnodige<br />

consultaties te vermijden en<br />

veel sneller te verwijzen naar een<br />

collega die bovendien reeds op de<br />

hoogte is van alle aspecten van het<br />

probleem. Zo wordt ook ‘medical<br />

shopping’ vermeden.<br />

waar het laatste hiaat in<br />

diagnostische mogelijkheden<br />

met de komst van de magnetische<br />

resonantie (NMR) in ons<br />

ziekenhuis verdwenen is, krijgen<br />

alle patiënten nu ook toegang tot het<br />

volledige gamma aan mogelijke behandelingen.<br />

de oprichting van een<br />

spine unit heeft de uitbouw van het<br />

pijncentrum gestimuleerd. Zo kunnen<br />

patiënten met rugproblemen nu<br />

in ons eigen ziekenhuis terecht voor<br />

gespecialiseerde behandelingen<br />

zoals radiofrequente facetdenervaties<br />

en transforaminale injecties.<br />

een ander voorbeeld is het rugreconditioneringsprogrammawaarvoor<br />

ons ziekenhuis samenwerkt<br />

met het Ziekenhuis maas en kempen.<br />

door de samenwerking komt<br />

dit programma eenvoudiger binnen<br />

het bereik van patiënten die initieel<br />

niet naar fysische geneeskunde<br />

verwezen werden. dit is een belangrijk<br />

pluspunt omdat in bree de<br />

artsen bijgestaan worden door een<br />

team van paramedici; bestaande<br />

uit een ergotherapeut, kinesisten en<br />

een psycholoog. in dit programma<br />

worden de patiënten gedurende 12<br />

weken intensief getraind om niet alleen<br />

betere rompspieren, maar ook<br />

een betere algemene conditie te<br />

bekomen. de combinatie met een<br />

gedragsmatige aanpak maakt dat<br />

patiënten beter leren omgaan met<br />

hun probleem en zo beter leren<br />

functioneren.<br />

ook op chirurgisch vlak brengt de<br />

spine unit vooruitgang. de schaalvergroting<br />

die ontstaat door de samenwerking<br />

van drie rugchirurgen,<br />

maakt de aankoop van apparatuur<br />

mogelijk die anders niet binnen<br />

ons bereik zou liggen. Zo kunnen<br />

de chirurgen nu al beschikken over<br />

een topmodel operatiemicroscoop.<br />

de aankoop van een nieuw performant<br />

fluoroscopietoestel staat<br />

op stapel en de aankoop van een<br />

chirurgisch navigatietoestel en een<br />

driedimensioneel fluoroscopietoestel<br />

wordt onderzocht. de goede<br />

verstandhouding tussen de chirurgen<br />

stimuleert ook het verwerven<br />

van nieuwe en de uitwisseling<br />

van bestaande technische knowhow.<br />

op termijn kan dit leiden tot<br />

verdere subspecialisering.<br />

>>


de spine unit stimuleert ook<br />

een meer uniforme ‘evidence<br />

based’ benadering van de rugaandoeningen<br />

door de leden de spine<br />

unit. het continue overleg en de<br />

laagdrempelige toegang tot elkaars<br />

therapeutische arsenaal maakt dat<br />

vaste behandelingsschema’s zich<br />

stilaan ontwikkelen. een mooi voorbeeld<br />

hiervan is de aanpak van de<br />

lumbale discushernia. alle leden<br />

van de spine unit behandelen<br />

deze aandoening initieel conservatief<br />

met voorzichtige mobilisatie en<br />

activatie van de patiënt, aangevuld<br />

met peridurale infiltraties. enkel<br />

in geval van parese, of wanneer<br />

deze aanpak niet werkt, wordt een<br />

microdiscectomie voorgesteld.<br />

de spine unit werkt samen met alle<br />

artsen die patiënten met rugproblemen<br />

behandelen. Zowel huisartsen<br />

als de orthopedisch chirurgen van<br />

ons ziekenhuis sturen patiënten,<br />

specifiek voor voorstelling in de<br />

spine unit. ook wanneer een lid<br />

vindt dat een patiënt in aanmerking<br />

komt voor doorverwijzing naar een<br />

collega, komt hij bijna automatisch<br />

op de agenda van de spine unit.<br />

agenderen van een patiënt kan<br />

door verwijzing naar één van de<br />

leden:<br />

• dr. Donald Bobbaers<br />

(fysische geneeskunde)<br />

• dr. Thomas Daenekindt<br />

(neurochirurgie)<br />

• dr. Veerle Dirckx<br />

(pijncentrum)<br />

• dr. Diederik Peuskens<br />

(neurochirurgie)<br />

• dr. Peter Vorlat<br />

(orthopedische heelkunde)<br />

de voordelen<br />

van de spine unit<br />

het proces van patiënten die pas<br />

doorgeschoven worden als ze uitbehandeld<br />

zijn, wordt vermeden.<br />

vermeden wordt dat patiënten zich vastzetten<br />

in een enge visie over hun probleem<br />

en het voorkomt tegenspraak tussen de<br />

behandelaars.<br />

patiënten kunnen simultaan behandeld<br />

worden door verschillende disciplines.<br />

wachttijden worden sterk verkort. dat<br />

vermindert de kans op chroniciteit.<br />

het maakt de behandeling minder afhankelijk<br />

van het specialisme waar de patiënt als eerste<br />

terechtkomt.<br />

meer informatie maakt dat we met meer<br />

achtergrond kunnen beslissen om een<br />

behandeling wel of niet uit te voeren.<br />

snel informeel advies is mogelijk over<br />

welbepaalde onderwerpen waar een ander<br />

misschien meer bekend mee is (beeldvorming,<br />

verzekeringstechnische kwesties, medicatie,<br />

…)<br />

er is een combinatie van medische en<br />

paramedische behandelingen mogelijk.<br />

door de vele specialisten die meewerken,<br />

zijn zowat alle behandelingen mogelijk<br />

binnen het mariaziekenhuis.<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 17


dossier 1<br />

dr. veerle dirckx<br />

anesthesiste-pijntherapeute<br />

Fig. 1: facetgewricht<br />

18 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

anatomie<br />

facettair syndroom<br />

het facetgewricht is het enige beenderige element van het axiale<br />

skelet waar de wervels elkaar raken. Ze worden bezenuwd<br />

door de mediale tak van de ramus dorsalis van de spinale zenuw.<br />

voor elk facetgewricht zijn er twee verschillende spinale niveaus<br />

verantwoordelijk voor de bezenuwing en dit speelt een belangrijke rol<br />

in de therapeutische benadering.<br />

pathofysiologie<br />

facet gemedieerde pijn is pijn op mechanische basis. elke structuur<br />

van het facetgewricht kan een oorzaak zijn van de pijn. trauma,<br />

degeneratie of repetitieve belasting kan een faciliterende factor zijn. het<br />

gewrichtje van het facet vult met vloeistof, zet uit en kan zo aanleiding<br />

geven tot pijn. ook kan de nabij gelegen spinale zenuw geïrriteerd<br />

worden en zo aanleiding geven tot ischialgie-achtige klachten.<br />

>>


indicatoren<br />

door de jaren heen is er fel<br />

gediscussieerd of er zoiets bestaat<br />

als het facettair syndroom. recent<br />

heeft een panel van experten een<br />

lijst van indicatoren vooropgesteld<br />

die de diagnose van facet<br />

gemedieerde pijn kunnen doen<br />

vermoeden. de lijst is opgesteld in<br />

dalende orde van belangrijkheid.<br />

• Pijnverlichting na medial branch<br />

bloks<br />

• Gelokaliseerde unilaterale lage<br />

rugpijn<br />

• Geen radiculaire symptomen<br />

• Pijntoename door unilaterale<br />

druk op het facetgewricht of op<br />

de proc.transversus<br />

• Pijn bij extensie, lateroflexie of<br />

rotatie naar de ipsilaterale zijde<br />

• Unilaterale spierhypertonie<br />

ter hoogte van de betrokken<br />

facetgewrichten<br />

• Gerefereerde pijn in het been<br />

beperkt tot boven de knie<br />

• Pijn in extensie<br />

• Bij palpatie: locale unilaterale<br />

beweging toont een beperking<br />

of toegenomen stijfheid aan de<br />

kant van de facetpijn<br />

• De voorgeschiedenis laat niet toe<br />

pijn als oorzaak te weerhouden<br />

• Pijn wordt verlicht door flexie<br />

de lijst is redelijk aspecifiek en vele<br />

lage ruglijders zullen zich in één<br />

van de indicatoren terugvinden.<br />

er is dus geen enkel teken<br />

pathognomonisch voor het stellen<br />

van de diagnose. dit zowel voor<br />

wat betreft de symptomen als voor<br />

het klinisch onderzoek.<br />

Zijn er bijkomende technische<br />

onderzoeken noodzakelijk?<br />

een rX van de wervelzuil zou<br />

een idee kunnen geven van de<br />

graad van degeneratie over het<br />

algemeen, maar heeft verder geen<br />

echte toegevoegde waarde. een<br />

ct toont het best de degeneratie,<br />

maar toch blijft een nmr<br />

superieur voor wat de anatomische<br />

detailweergave betreft. een botscan<br />

kan hyperactieve spots<br />

geven op het niveau van de<br />

facetaantasting. let wel, de graad<br />

van radiografische aantasting komt<br />

niet altijd overeenkomt met de<br />

ernst van de pijn. dit omdat vaak<br />

de meest aangetaste niveaus het<br />

minst mobiel zijn en dus het minst<br />

verantwoordelijk zijn voor de pijn.<br />

wel zijn bijkomende technische<br />

onderzoeken nuttig om eventuele<br />

red flags uit te sluiten. natuurlijk<br />

heeft de huisarts hierin ook een zeer<br />

belangrijke rol. meestal kent hij de<br />

patiënt en zijn voorgeschiedenis<br />

beter dan wie ook en zullen<br />

belangrijke veranderingen in de<br />

gezondheidstoestand van de patiënt<br />

het snelst door hem gedetecteerd of<br />

gesignaleerd kunnen worden.<br />

medial branch<br />

bloks<br />

de belangrijkste indicator die<br />

een facettair lijden kan doen<br />

vermoeden is een pijnverlichting<br />

na een medial branch blok. het<br />

is een toediening van een lokaal<br />

anestheticum (meestal Marcaïne<br />

0,5% 1cc per facetgewricht) ter<br />

hoogte van de mediale tak van de<br />

ramus dorsalis die verantwoordelijk<br />

is voor de bezenuwing van het<br />

aangetaste facetgewricht en dit<br />

op drie verschillende niveaus. na<br />

een 60-tal minuten wordt opnieuw<br />

de pijnscore geëvalueerd en indien<br />

de vas-score met meer dan 50%<br />

afneemt, dan wordt het proefblok<br />

als positief beschouwd. let wel dat<br />

er een vals positieve ratio is van<br />

11% en een vals negatieve ratio van<br />

15 à 40%. het eerste kan te wijten<br />

zijn aan aberrante bezenuwing,<br />

technisch falen of vasculaire uptake<br />

van het lokale anestheticum. de<br />

vals positieve resultaten kunnen te<br />

wijten zijn aan het placebo effect,<br />

gebruik van sedatie of excess van<br />

lokaal anethesticum.<br />

>><br />

Fig. 2: Medical branch block<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 19


therapeutische<br />

opties<br />

de behandeling van facet gemedieerde<br />

pijn kan conservatief<br />

zijn. deze omvat dan onder andere<br />

een cognitief gedragsmatige<br />

therapie, manuele therapie, revalidatiebehandeling,<br />

oefentherapie,<br />

psychiatrische evaluatie, farmacologische<br />

therapie, … dit allen met<br />

als doel reïntegratie en reactivatie<br />

van de patiënt in zijn thuis- en werksituatie.<br />

het interventionele behandelluik<br />

kan intra-articulair corticoïdinfiltraties<br />

omvatten of radiofrequente<br />

denervatie. dit met vooral pijnstilling<br />

voor ogen. geen van beide<br />

technieken is superieur. de medial<br />

branch bloks worden het meest uitgevoerd.<br />

voor de heelkundige behandelingstechnieken<br />

bestaat er geen enkele<br />

evidentie voor de efficiëntie ervan.<br />

het is enkel bij spinaal kanaalstenosering<br />

of bij toenemende instabiliteit,<br />

listhesis dat een ingrijpen<br />

verantwoord kan worden. meestal<br />

gaat het immers over een oudere<br />

patiëntenpopulatie met multilevellijden<br />

waarbij de spontane evolutie<br />

restabilisatie zal zijn omwille<br />

van de toenemende immobiliteit<br />

en daardoor vermindering van de<br />

pijn.<br />

welke behandelingsstategie er<br />

ook gevolgd wordt, een multidisciplinaire<br />

aanpak is steeds beter met<br />

het oog op blijvend resultaat. hierin<br />

heeft de huisarts een belangrijke<br />

rol, want hij zal de patiënt moeten<br />

blijven motiveren en begeleiden bij<br />

zijn revalidatie, met oog voor de<br />

behoeften van de patiënt.<br />

20 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

radiofrequente<br />

denervatie van het<br />

facetgewricht<br />

na een positief proefblok kan<br />

de patiënt een radiofrequente<br />

ablatie van de medial branch ondergaan.<br />

tijdens deze procedure<br />

wordt er een hittelaesie ter hoogte<br />

van de mediale tak van de ramus<br />

dorsalis aangebracht en dit ook<br />

steeds weer op drie verschillende<br />

niveaus.<br />

deze procedure vindt plaats onder<br />

een lichte sedatie. de patiënt kan<br />

de eerste weken na de behandeling<br />

een neuritis of na-pijn ontwikkelen<br />

in het behandelde gebied. deze<br />

zal echter na enkele weken spontaan<br />

verdwijnen. de patiënt mag<br />

hiervoor een pijnstiller nemen (type<br />

NSAID’s). Het pijnstillend effect<br />

van de behandeling laat een 8-tal<br />

weken op zich wachten. na een<br />

eerste periode met toegenomen<br />

pijn, zal het analgetisch effect langzaam<br />

optreden. deze behandeling<br />

kan in principe herhaald worden,<br />

maar het analgetsich effect kan<br />

toch 6 tot 12 maanden aanhouden.<br />

microelectrode<br />

inserted<br />

radiofrequency<br />

applied<br />

Fig. 3: radiofrequente denervatie van het<br />

facetgewricht<br />

besluit<br />

w e kunnen dus stellen<br />

dat er geen gouden<br />

standaard bestaat om facet<br />

gemedieerde pijn te diagnostiseren<br />

of te behandelen.<br />

wel kan beroep gedaan<br />

worden op de vooropgestelde<br />

indicatoren, om de<br />

diagnose zo waarschijnlijk<br />

mogelijk te maken. als er<br />

een sterk vermoeden is dat<br />

de pijn facet gemedieerd is,<br />

kan de behandeling op multidisciplinaire<br />

wijze aangepakt<br />

worden, waar zowel de<br />

conservatieve technieken en<br />

de interventionele technieken<br />

hun plaats hebben afhankelijk<br />

van het beoogde doel.


lumbo-ischialgie bij discushernia<br />

what to do?<br />

lage rugpijn is een zeer frequent voorkomende klacht van de<br />

bevolking op alle leeftijden. in 85% van de gevallen kan zelfs<br />

geen specifieke diagnose gevonden worden. studies toonden<br />

aan dat 90% van deze klachten spontaan beteren na één maand.<br />

toch ligt lage rugpijn nog steeds voor 15% aan de basis van de<br />

totale werkonbekwaamheid.<br />

in dit artikel gaan we dieper in op de aanpak van acute lumbo-<br />

ischialgie veroorzaakt door een lumbale discushernia. hierin<br />

speelt de eerstelijns opvang door de huisartsen een cruciale<br />

rol. door de multidisciplinaire samenwerking in de spine unit<br />

van het mariaziekenhuis, kunnen patiënten bij wie deze eerste<br />

conservatieve aanpak lijkt te falen, snel gezien en geholpen<br />

worden.<br />

dossier 2<br />

dr. thomas daenekindt<br />

neurochirurg<br />

klinische presentatie<br />

Bij patiënten die zich presenteren<br />

met lumbo-ischialgie,<br />

pijn-uitstraling vanuit de rug naar<br />

het been, wordt telkens gekeken of<br />

er argumenten zijn voor een specifieke<br />

radiculopathie. Hierbij wordt<br />

nagegaan of pijnuitstraling, krachtsverlies,<br />

gevoelsverlies en reflexveranderingen<br />

toegewezen kunnen<br />

worden aan dysfunctie van één<br />

of meerdere lumbale zenuwen.<br />

Bij een paramediane discushernia<br />

op L3-L4 krijgen we compressie van<br />

L4, op L4-L5 compressie van L5 en<br />

op L5-S1 compressie van S1. Bij<br />

foraminale en laterale (extraforaminale)<br />

discushernia’s wordt meestal<br />

de uittredende zenuw van dat<br />

niveau geraakt, waardoor we een<br />

L3 compressie krijgen op L3-L4, L4<br />

compressie op L4-L5 en L5 compressie<br />

op L5-S1.<br />

Achtereenvolgens worden de radiculaire<br />

syndromen besproken volgens<br />

L4, L5 en S1.<br />

>><br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 21


een l4-radiculopathie komt voor<br />

in 5% van de lumbale discushernia’s.<br />

de pijnuitstraling verloopt<br />

dan typisch via de posterolaterale<br />

zijde van het bovenbeen tot in het<br />

scheenbeen. krachtsuitval mogen<br />

we verwachten van de musculus<br />

quadriceps (knie extensie) en<br />

gevoelsverlies komt meestal goed<br />

overeen met de pijnverdeling,<br />

namelijk scheenbeen en ook vaak<br />

mediale malleolus. wat de reflexen<br />

betreft, zien we meestal een verzwakking<br />

van de kniepeesreflex.<br />

bij een l5-radiculopathie, die ongeveer<br />

40-45% uitmaakt van de<br />

presentatie van lumbale discushernia’s,<br />

verloopt de pijn meestal via<br />

posterolateraal bovenbeen naar<br />

de buitenzijde van het onderbeen<br />

tot aan de buitenenkel of soms<br />

voetwreef. krachtsuitval zien we<br />

meestal ter hoogte van de musculus<br />

extensor hallucis longus (grote teenheffer)<br />

en musculus tibialis anterior<br />

(voetdorsiflexie). Het gevoelsverlies<br />

komt mooi overeen met de pijnzones<br />

en bij een l5-radiculopathie<br />

zien we meestal geen reflexuitval.<br />

de s1-radiculopathie wordt in ongeveer<br />

45-50% van de gevallen<br />

van een lumbale discushernia gezien.<br />

hierbij straalt de pijn vooral<br />

uit via de posterieure zijde van<br />

boven – en onderbeen tot in de hiel<br />

en voetzool. krachtsuitval zien we<br />

ter hoogte van de musculus gastrocnemius<br />

(teengang) en ook ditmaal<br />

is het te verwachten gevoelsverlies<br />

mooi overeenkomstig met de<br />

pijnzones. typisch mogen we een<br />

verminderde of afwezige achillespeesreflex<br />

verwachten bij een<br />

s1-radiculopathie.<br />

om na te gaan of er een werkelijke<br />

prikkeling is van de zenuwwortel,<br />

zijn er enkele klinische testen die<br />

ons hierbij kunnen helpen zoals de<br />

proeven van lasègue en bragard,<br />

waarbij het been in rugligging<br />

gestrekt wordt opgeheven. ter differentiatie<br />

met heupproblemen is de<br />

22 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

patrick-faber test hulpzaam, hierbij<br />

wordt de hiel van het ene been op<br />

de knie van het andere been geplaatst<br />

en wordt er door de onderzoeker<br />

een exorotatie uitgevoerd<br />

met de geplooide knie. dit zorgt<br />

voor meer stress op het heupgewricht<br />

zonder exacerbatie van de<br />

ischialgie.<br />

op klinische basis kan meestal<br />

al een vrij goede voorspelling<br />

gemaakt worden van het niveau<br />

van een discushernia, een radiologische<br />

staving is uiteraard altijd<br />

nodig bij rugpijn die niet spontaan<br />

betert of bij ischialgie.<br />

anatomie<br />

en normale<br />

radiologie<br />

de wervelkolom bestaat eigenlijk<br />

uit drie stevige pijlers. de<br />

sterkste pijler bestaat uit de opeenstapeling<br />

van wervellichamen<br />

met daartussen telkens een tussenwervelschijf,<br />

zijdelings en meer<br />

naar achter heb je de twee laterale<br />

pijlers die bestaan uit de opeenstapeling<br />

van de verschillende facetgewrichten.<br />

de tussenwervelschijf<br />

of discus bestaat uit een sterke fibrotische<br />

ring, annulus fibrosus, met<br />

daarin centraal een zwakkere kern,<br />

de nucleus pulposus. een discushernia<br />

is dan ook een herniatie van<br />

dit zachtere weefsel doorheen een<br />

scheur in de annulus naar buiten.<br />

het ligamentum longitudinale posterius<br />

is een pijngevoelig ligament<br />

dat posterieur van de wervelkolom<br />

loopt en de discus van het spinaalkanaal<br />

afscheidt. bij ontstaan van<br />

een discushernia krijgen we druk<br />

op dit ligament en dit veroorzaakt<br />

hevige pijn, met soms een acute<br />

lumbago tot gevolg. bij perforatie<br />

door de hernia van dit ligament of<br />

bij subligamentaire uitbreiding van<br />

de discushernia, krijgen we druk op<br />

de passerende zenuwwortels met<br />

radiculaire prikkeling en al dan niet<br />

radiculaire uitval tot gevolg.<br />

op ct beelden kunnen we vooral<br />

goed de beenderige structuren<br />

evalueren. dit is vooral handig bij<br />

de evaluatie van de degeneratie<br />

van de facetgewrichten en wervel-<br />

lichamen. de zenuwwortels en<br />

weke structuren kunnen het best<br />

gezien worden op nmr beelden<br />

(fig. 1 en 2). het ene onderzoek sluit<br />

het andere onderzoek niet uit.<br />

omwille van deze complementaire<br />

informatie, vaak worden ze dan<br />

ook beide gevraagd indien de<br />

eerste beeldvorming geen duide-<br />

lijke informatie biedt overeenkomstig<br />

met de kliniek.<br />

behandeling<br />

en meerwaarde<br />

spine-unit<br />

wanneer patiënten met rugpijn<br />

aankloppen bij de huisarts,<br />

is een grondige anamnese en<br />

klinisch onderzoek primordiaal.<br />

hierbij wordt specifiek gelet op de<br />

zogenaamde red flags, symptomen<br />

of tekens verdacht voor onderliggende<br />

ernstige pathologie zoals<br />

carcinoma’s en infecties. ook het<br />

klinisch onderzoek is van groot belang<br />

om krachtsverlies, gevoelsverlies<br />

en reflexuitval te documenteren.<br />

indien dit geruststellend is, wordt<br />

er best gestart met adequate pijnstilling,<br />

nsaid en eventueel een<br />

spierontspanner. hiermee zullen de<br />

meeste patiënten goed geholpen<br />

zijn. indien de pijnklachten echter<br />

hiermee niet goed onder controle<br />

kunnen gebracht worden of bij<br />

bestaan van een duidelijke radiculopathie,<br />

wordt best beeldvorming<br />

gevraagd en kan het advies van<br />

de spine-unit ingewonnen worden.<br />

hierbij wordt de patiënt gezien<br />

door de neurochirurg, orthopedist,<br />

fysisch geneesheer of pijnspecialist<br />

en nadien multidisciplinair besproken.<br />

afhankelijk van de duur en<br />

>>


de ernst van de symptomen, krijgt<br />

de patiënt een epidurale infiltratie,<br />

intensief revalidatieprogramma, ingreep<br />

of een combinatie van deze<br />

mogelijkheden. deze beslissing<br />

wordt uiteraard met de patiënt en<br />

verwijzende huisarts besproken.<br />

cauda equina syndroom, een<br />

acuut ontstane en progressieve<br />

parese en oncontroleerbare pijn<br />

zijn indicaties voor een snelle<br />

microchirurgische decompressie<br />

met resectie van de discushernia.<br />

Fig. 1a: normale CT Fig. 2a: sagittale beeld<br />

Fig. 1b: NMR lumbale wervelkolom Fig. 2b: axiale beeld<br />

Fig. 1a & 1b: Het CT beeld (1a) toont<br />

duidelijker de verkalkte structuren,<br />

durazak en beide zenuwwortels zijn<br />

hier mooi te onderscheiden. Het<br />

NMR beeld (1b) toont duidelijker de<br />

weke delen zoals de paravertebrale<br />

spieren, durazak met zenuwwortels<br />

en de uittredende zenuwwortels bilateraal.<br />

Fig. 2a & 2b: NMR beelden van een<br />

grote geperforeerde discushernia<br />

op L5-S1 rechts met compressie van<br />

zenuwwortel S1 rechts. Op het sagittale<br />

beeld (2a) is op L5-S1 een subligamentaire<br />

bulging zichtbaar met<br />

daarbovenop een geperforeerd stuk<br />

discushernia. Het axiale beeld (2b)<br />

toont de posterieure verplaatsing van<br />

de zenuwwortel S1 door de forse discushernia<br />

rechts.<br />

besluit<br />

lumbo-ischialgie op basis<br />

van een lumbale discushernia<br />

is slechts een klein<br />

deel van het brede spectrum<br />

van lage rugpijn bij<br />

onze patiënten. mits een<br />

gestroomlijnde opvang kunnen<br />

de meeste patiënten snel<br />

en goed geholpen worden,<br />

zodat de werkongeschiktheid,<br />

fysische en psychische<br />

belasting voor de patiënten<br />

beperkt blijven.<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 23


dossier 3<br />

dr. diederik peuskens<br />

neurochirurg<br />

plaats van chirurgische ingrepen<br />

voor degeneratief lijden van de lumbale wervelkolom<br />

Fig. 1: aspect van een lumbale discus op NMR<br />

ig.1:Aspect van een lumbale discus op MRI<br />

a: nucleus pulposus, b: annulus fibrosus,<br />

c: werveleindplaat (kraakbeen en bot)<br />

1: Nucleus pulposus, 2: annulus fibrosus, 3:<br />

Werveleindplaat (kraakbeen en bot)<br />

24 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

a<br />

b<br />

c<br />

1<br />

2<br />

3<br />

chronische lagerugpijn van degeneratieve origine is één van<br />

de belangrijkste oorzaken van arbeidsongeschiktheid in de<br />

westerse wereld. de kost van medische behandelingen in het<br />

algemeen en chirurgische technieken in het bijzonder, is de laatste<br />

20 jaar exponentieel gestegen. nochtans bestaat er geen bewezen<br />

vermindering van invaliditeit na heelkundige ingrepen ondanks de<br />

enorme financiële investering vanwege de gezondheidszorg, zodat<br />

zich terecht de vraag stelt welke plaats kan worden gegeven aan<br />

operatieve behandelingen voor lagerugpijn.<br />

er bestaat algemene consensus in de wereldliteratuur om de<br />

behandeling van aanslepende rugpijn volgens een multidisciplinair<br />

model te benaderen, omdat invaliditeit bij patiënten de resultante is<br />

van verschillende factoren waarvan slechts een deel chirurgisch te<br />

benaderen zijn.<br />

pathogenese degeneratief lijden<br />

lumbale wervelkolom<br />

het wordt aangenomen dat het ontstaan van degeneratieve<br />

afwijkingen in de wervelkolom ontstaat met vroegtijdige<br />

degeneratie van de tussenwervelschijf of discus.<br />

>>


de normale tussenwervelschijf (fig. 1)<br />

fungeert als een schokdemper tussen<br />

wervellichamen en is opgebouwd<br />

uit een stevige circulaire<br />

buitenrand van concentrische bindweefselbanden<br />

(annulus fibrosus).<br />

binnenin bevindt zich de nucleus<br />

pulposus die bestaat uit een gelatineuze<br />

massa van osmotisch actieve<br />

glycoproteïnen. in onbelaste<br />

toestand rehydrateert de nucleus<br />

pulposus zich met verhoogde druk<br />

op de annulus fibrosus, vergelijkbaar<br />

met de werking van een<br />

autoband. vrij snel na het bereiken<br />

van de volwassen leeftijd, ontstaan<br />

echter progressieve degeneratieve<br />

afwijkingen, sneller dan in om het<br />

even welk gewricht van het menselijk<br />

lichaam. er treedt onomkeerbaar<br />

verlies van glycoproteinen<br />

op met daardoor onvoldoende<br />

schokabsorptie en ongelijkmatige<br />

drukverdeling op de annulus fibrosus<br />

en werveleindplaten. ook in de<br />

annulus fibrosus treedt er beschadiging<br />

op met fissuratie. in de meeste<br />

gevallen gaat deze beginnende slijtage<br />

niet gepaard met symptomen,<br />

soms echter ondervinden patiënten<br />

acute hevige rugpijn, zogenaamde<br />

acute lumbago, vermoedelijk na<br />

optreden van een scheur in de annulus<br />

fibrosus. indien de nucleus<br />

pulposus doorheen zulk een scheur<br />

naar buiten wordt geduwd, ontstaat<br />

een uitpuiling die discushernia<br />

wordt genoemd. in dit laatste geval<br />

kan druk op de zenuwen optreden<br />

met uitstralende pijn in het been<br />

(ischias). In sommige gevallen is er<br />

dermate druk op de zenuw zodat<br />

een operatieve resectie van de hernia<br />

wordt uitgevoerd (discectomie).<br />

met of zonder ingreep wordt in de<br />

meeste gevallen vrij vlot herstel gezien;<br />

bij de meeste patiënten in de<br />

loop van enkele weken met nadien<br />

normaal functioneren.<br />

over verloop van vele jaren treedt<br />

verdere evolutie op met verlies van<br />

de hoogte van de tussenwervel-<br />

Fig.2: Verschillende (vlnr) acutestadia discushernia, van degeneratie chronische aantasting (vlnr)acute met inzakking discushernia, discus en<br />

chronische h i h osteofytaire aantasting t ti degeneratie, met t iinzakking uitgebreide kki di discus arthrose en over osteofytaire tverschillende f t i ddegeneratie, segmententi<br />

uitgebreide arthrose over verschillende segmenten<br />

schijven, beschadiging van het<br />

kraakbeen dat de wervels zelf<br />

aflijnt en ontsteking in het wervelbot<br />

zelf (fig. 2).<br />

ook de kleine facetgewrichten<br />

krijgen door inzakken van de discusruimte<br />

meer druk te verwerken.<br />

het proces van arthrose van deze<br />

kleine gewrichten is vergelijkbaar<br />

met dat van andere kleinere gewrichten<br />

met optreden van verdikking,<br />

verstijving en pijn. de meerderheid<br />

van de volwassenen van<br />

middelbare leeftijd voelen met de<br />

jaren toenemende verstijving van<br />

Fig. 2: Verschillende stadia van degeneratie<br />

de wervelkolom en pijn bij overbelasting<br />

optreden. het verlies in<br />

lichaamshoogte is vooral toe te<br />

schrijven aan discushoogteverlies<br />

en toegenomen kromming van de<br />

wervelkolom. tenslotte zal verzwakking<br />

van de rug- en buikspieren een<br />

zeer belangrijke rol spelen en zijn<br />

ook de sociale omstandigheden<br />

waarin mensen functioneren bepalend<br />

hoeveel pijn en beperking<br />

ze voelen. Zoals voorgesteld in<br />

figuur 3, is het logisch dat de oorzaak<br />

van chronische lagerugpijn in<br />

de meeste gevallen multifactorieel<br />

is.<br />

RADICULOPATHIE<br />

FACETARTHROSE DISCOGENE PIJN<br />

CLRP<br />

MUSCULOLIGAMENTAIR PSYCHOSOCIALE FACTOREN<br />

POSTURALE INBALANS<br />

Fig. 3: verschillende factoren die meespelen in het ontstaan<br />

van chronsiche lagerugpijn (CLRP)<br />

Fi Fig.3:Verschillende 3 V hill d ffactoren t di die meespelen l iin hhet t ontstaan t t van llagerugpijn ij<br />

>><br />

Fig. 2: Medical branch block<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 25


chirurgische<br />

mogelijkheden in<br />

de behandeling<br />

van lagerugpijn<br />

er bestaat een zeer brede waaier<br />

van ingrepen die beogen<br />

klachten van de lumbale wervelkolom<br />

te verbeteren. het is belangrijk<br />

een verschil te maken tussen operaties<br />

die welomlijnde problemen<br />

aanpakken en ingrepen die interfereren<br />

met het multifactorieel slijtageproces.<br />

tot de eerste categorie horen de<br />

operaties voor ischias of claudicatio<br />

op basis van zenuwcompressie,<br />

alsook voor instabiliteit door<br />

fractuur of spondylolyse. bij deze<br />

specifieke oorzaken van pijn wordt<br />

breed aanvaard dat operatieve behandelingswijzen<br />

bij aanslepende<br />

pijn een duidelijke meerwaarde<br />

hebben, vergeleken met niet-operatieve<br />

behandelingen.<br />

de tweede groep van ingrepen gebeurt<br />

voor wat voorheen als ‘aspecifieke’<br />

rugpijn werd bestempeld.<br />

er wordt hier aangenomen dat pijn<br />

ontstaat bij normale belasting van<br />

de wervelkolom, vooral ter hoogte<br />

van de tussenwervelschijf en/of de<br />

facetgewrichten. in essentie kan<br />

er geopteerd worden voor operaties<br />

die de beweeglijkheid volledig<br />

opheffen dan wel technieken waarbij<br />

beweeglijkheid bewaard/hersteld<br />

wordt.<br />

initieel werden enkel stabilisaties<br />

uitgevoerd die de wervels aan<br />

elkaar fixeerden (fusie-ingrepen).<br />

omdat de precieze effecten hiervan<br />

erg betwist bleken, bestond<br />

er decennia lang weinig enthousiasme<br />

voor het veralgemeend<br />

uitvoeren van deze ingrepen. pas<br />

nadat gerandomiseerde studies enkele<br />

jaren terug een duidelijk effect<br />

op pijn konden aantonen, minstens<br />

even efficiënt als een doorgedreven<br />

revalidatie, kon de lumbale fusie<br />

26 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

Fig. 4: Verschillende soorten van stabiliserende ingrepen<br />

Fig.4: Verschillende (v.l.n.r.): fusie, soorten discusprothese, van stabiliserende dynamische ingrepen stabilisatie<br />

(vlnr): fusie,<br />

discusprothese discusprothese, dynamische stabilisatie<br />

ook wetenschappelijk een plaats<br />

verwerven in de behandeling van<br />

chronische aspecifieke lagerugpijn.<br />

gelijklopend met de behandeling<br />

van andere gewrichten, waar<br />

een aanzienlijke verbetering werd<br />

gezien na invoeren van gewrichtssparende<br />

en prothesechirurgie,<br />

gaat de laatste jaren veel aandacht<br />

uit naar technieken die de<br />

tussenwervelschijf/facetgewrichten<br />

vervangen of ondersteunen.<br />

discusprothesen vervangen de<br />

tussenwervelschijf na uitgebreide<br />

resectie van de discus en ondersteunende<br />

ligamenten. andere<br />

technieken als nucleusprothesen<br />

(vervanging van enkel de nucleus<br />

pulposus) en ‘dynamische fusiesystemen’<br />

die alleen van extern<br />

ondersteuning verlenen, werden eveneens<br />

gecommercialiseerd (fig. 4).<br />

heden ten dage wordt in vele<br />

ziekenhuizen het hele gamma van<br />

ingrepen aangeboden, daar de<br />

technische aspecten hiervan niet<br />

onoverkomelijk complex zijn. de<br />

wetenschappelijke onderbouw van<br />

al deze nieuwe technieken wordt<br />

echter belemmerd door verschillende<br />

factoren.<br />

gezien aanslepende rugpijn een<br />

multifactorieel bepaalde aandoening<br />

is, kan natuurlijk om het even<br />

welke chirurgische ingreep maar<br />

een gedeeltelijk effect hebben op<br />

de problematiek.<br />

een ander voornaam obstakel is<br />

het bepalen van de meerwaarde<br />

van chirurgisch ingrepen in vergelijking<br />

met minder invasieve behandelingen.<br />

alle nieuwere technieken<br />

werden vergeleken met de effecten<br />

van fusie, zonder de meerwaarde<br />

ervan te (willen) bewijzen vooral<br />

omwille van de grote patiëntaantallen<br />

die dit zou vereisen (onbetaalbare<br />

studie). Bovendien worden de<br />

meeste gerandomiseerde onderzoeken<br />

opgezet in het kader van<br />

erkenning voor de amerikaanse<br />

fda, die enkel een gelijkwaardigheid<br />

van technieken vereist.<br />

Zo ontstaan er geregeld nieuwe<br />

veelbelovende technieken die na<br />

enige tijd weer vervangen werden<br />

door andere, zonder dat ooit de<br />

meerwaarde van deze verandering<br />

in medische opinie kan bewezen<br />

worden.<br />

tenslotte zijn de patiënten met invaliderende<br />

rugpijn gemiddeld vele<br />

tientallen jaren jonger en ook veel<br />

actiever dan bijvoorbeeld bij knie-<br />

of heupprothesen. het ligt in de lijn<br />

der verwachtingen dat slijtage van<br />

het implantaat zelf en de interactie<br />

met het degeneratief proces op<br />

lange termijn problemen zal stellen.<br />

in de medische wereld bestaat<br />

er dus veel discussie of technische<br />

nieuwigheden wel de verbetering<br />

brengen die er theoretisch van<br />

verwacht wordt, temeer daar veel<br />

studies betreffende nieuwe implantaten<br />

onvoldoende gecontroleerd<br />

zijn en op korte termijn afgesloten.<br />

>>


plaats van operatieve<br />

behandeling<br />

voor aspecifieke<br />

lagerugpijn<br />

het type behandeling voor<br />

patiënten met aspecifieke rugpijn<br />

hangt in het algemeen af van<br />

de duur van de klachten en de<br />

graad van slijtage die de wervelkolom<br />

vertoont.<br />

het is alom aanvaard bij acute<br />

problemen (minder dan zes weken)<br />

de nadruk te leggen op de voorbijgaande<br />

aard van de meeste<br />

pijnsyndromen en werkongeschiktheid<br />

zoveel als mogelijk te vermijden.<br />

de overgrote meerderheid<br />

van de patiënten zal immers herstellen<br />

zonder operatieve ingreep.<br />

aanslepende arbeidsongeschiktheid<br />

blijkt daarenboven een belangrijke<br />

negatieve predictor van<br />

succes bij om het even welke therapievorm.<br />

Bij dreigende chronificatie (tussen<br />

3 en 6 maanden) moet actief werk<br />

gemaakt wordt van specifieke musculaire<br />

revalidatie en socioprofessionele<br />

re-integratie, ondanks de<br />

beperkingen die patiënten vaak<br />

nog voelen.<br />

slechts bij falen hiervan kan gedacht<br />

worden in de richting van<br />

een operatieve ingreep, echter na<br />

overleg met patiënt over de realistisch<br />

te verwachten resultaten.<br />

voor patiënten is rugpijn desalniettemin<br />

een groot obstakel in<br />

het dagelijks leven met dat hun<br />

de kans op normaal functioneren<br />

ontneemt met dreigend verlies van<br />

werk en belangrijke sociale repercussies.<br />

omdat ook andere therapieën<br />

(fysiotherapie, medicatie)<br />

geen genezing brengen, is er de<br />

wens naar een ‘definitieve’ oplossing.<br />

patiënten zijn doorgaans de<br />

mening toegedaan dat chirurgie<br />

bijna steeds goede en blijvende<br />

resultaten oplevert (‘genezing’) en<br />

een mooie kans biedt op werkhervatting.<br />

wanneer men echter de<br />

aard van lumbale degeneratie en<br />

de beperkingen van de operatieve<br />

ingrepen in acht neemt, kan begrepen<br />

worden dat slechts de helft<br />

van de geopereerde patiënten min<br />

of meer normaal kunnen functioneren.<br />

patiënten moeten dus goed<br />

begrijpen dat de vergelijking, tussen<br />

het behandelen van heup- of<br />

knieproblemen en de operaties<br />

voor rugpijn, niet opgaat. voor de<br />

vervanging van bijvoorbeeld een<br />

heupgewricht, dat mechanisch eerder<br />

eenvoudig is, bestaat er reeds<br />

Heelkunde<br />

Cognitieve Gedragstherapie-<br />

Coping: Kinesiofobie-<br />

Stressoren<br />

vele tientallen jaren ervaring met<br />

resultaten van implantaten. de lumbale<br />

wervelkolom is qua functie en<br />

structuur echter veel meer complex,<br />

de bestaande implantaten bootsen<br />

slechts een deel hiervan na en<br />

omdat erg veel kracht ontwikkeld<br />

wordt in de lendenwervelkolom<br />

staan ze ook meer bloot aan slijtage-effecten.<br />

het verschil in visie tussen wat<br />

patiënten verwachten en wat medisch<br />

de meest aangewezen therapie<br />

is, wordt geïllustreerd in figuren<br />

5 en 6.<br />

• Pijnbestrijding:<br />

• Interventioneel<br />

• Medicamenteus<br />

Kinesitherapeutisch-<br />

Functionaliteit:<br />

Reactivatie-Revalidatie<br />

Fig. Fig.5: 5: g plaats Plaats van verschillende verschillende behandelingen behandelingen g voor rugpijn voor gp j rugpijn volgens g volgens ppatient:<br />

de patiënt:<br />

operatieve behandeling<br />

operatieve<br />

lijkt<br />

behandeling<br />

vaak de enige<br />

lijkt<br />

oplossing<br />

vaak de enige oplossing.<br />

Heelkundig<br />

Interventioneel<br />

Medicamenteus<br />

Cognitieve Gedragstherapie-Coping:<br />

Kinesiofobie Kinesiofobie-Stressoren<br />

Stressoren<br />

Kinesitherapeutisch-Functionaliteit:<br />

Reactivatie-Revalidatie<br />

Evidence<br />

Fig.6: Wetenschappelijke evidentie relativeert erg de idee die bij patiënten<br />

Fig. lleeft 6: ft wetenschappelijke over dde werkzaamheid k h evidentie id van operatieve relativeert ti iingrepen, erg het di die idee een dat rol l bij kkrijgen ij patiënten iin<br />

leeft<br />

over de een werkzaamheid multidisciplinair van behandelingsmodel<br />

operatieve ingrepen, die een rol krijgen<br />

in een multidisciplinair behandelingsmodel.<br />

>><br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 27


de meest aangewezen techniek<br />

bij ingreep hangt vooral af van<br />

de graad van slijtage en de nog<br />

aanwezige mobiliteit. bij vergevorderde<br />

slijtage, wordt meestal<br />

een operatie uitgevoerd die het<br />

pijnlijke segment volledig fixeert.<br />

deze ingrepen kunnen op verscheidene<br />

manieren worden uitgevoerd,<br />

zowel via anterieur (anterieure<br />

lumbale intercorporiële fusie<br />

(ALIF)), lateraal als via posterieur<br />

(posterieur of transforaminale intercorporiële<br />

fusie (PLIF of TLIF)), waarbij<br />

gekozen wordt voor de meeste<br />

KeyPoINTS<br />

28 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

stabiliteit op de minst invasieve<br />

werkwijze.<br />

wanneer er nog veel beweeglijkheid<br />

resteert, komen patiënten in<br />

aanmerking voor een ‘dynamische<br />

stabilisatie’.<br />

omdat elke actueel bestaande techniek<br />

de werking van de wervelkolom<br />

onherroepelijk verandert, zullen<br />

ingrepen op drie niveaus of meer in<br />

het algemeen worden ontmoedigd:<br />

onvoorspelbare resultaten met zelfs<br />

verslechtering van de toestand kan<br />

optreden.<br />

bij veel patiënten leeft het idee dat chirurgie de beste<br />

oplossing is voor aanslepende lagerugpijn. nochtans leert de<br />

wetenschappelijke literatuur dat alleen bij uitgesproken problemen<br />

operaties kunnen worden overwogen, dat chirurgie zelden het<br />

probleem blijvend oplost en dat de lange termijneffecten van<br />

ingrepen niet altijd veel verschillen van het natuurlijk verloop.<br />

aspecifieke chronische lagerugpijn is geen aandoening die actueel<br />

of in de nabije toekomst ‘genezen’ kan worden en patiënten<br />

moeten hiervan voldoende op de hoogte gebracht worden.<br />

het type ingreep dat gekozen wordt voor een specifieke patiënt<br />

hangt af van graad van slijtage van de wervelkolom en een<br />

aantal factoren die patiëntgebonden zijn en kan bestaan uit<br />

een fusie-ingreep, dan wel een of andere vorm van dynamische<br />

ondersteuning.<br />

besluit<br />

chronische lagerugpijn<br />

is een belangrijke oorzaak<br />

van pijn en beperkingen<br />

in onze huidige maatschappij.<br />

de recente evolutie<br />

in heelkundige technieken,<br />

maakt dat een aantal patiënten<br />

met zogenaamde aspecifieke<br />

pijn kunnen worden<br />

behandeld. omdat de oorzaak<br />

van pijnklachten en<br />

beperkingen in essentie multifactorieel<br />

is, wordt chirurgie<br />

best als een deel van een<br />

globale en multidisciplinaire<br />

aanpak gezien, waarbij op<br />

elk ogenblik de nadruk moet<br />

worden gelegd op verhogen<br />

van zelfredzaamheid en<br />

aanvaarden van residuele<br />

klachten.


lumbale kanaalstenose: een update<br />

steeds vaker worden we<br />

geconfronteerd met de<br />

vraag naar een adequate<br />

aanpak van lumbale<br />

kanaalstenose. hoewel de<br />

behandelingsmogelijkheden<br />

weinig veranderd zijn de<br />

laatste jaren, is er wel steeds<br />

meer informatie beschikbaar<br />

over de waarde van de<br />

verschillende behandelingen.<br />

pathogenese<br />

Wanneer we spreken over<br />

lumbale kanaalstenose, gaat<br />

het over een vernauwing van het<br />

centrale lumbale neurale kanaal<br />

over één of meer segmenten vaak<br />

gecombineerd met vernauwing<br />

van de laterale recessus. Dit heeft<br />

neurogene claudicatio tot gevolg.<br />

Focale stenose van de laterale<br />

recessus of van het neuroforamen<br />

resulteert in een monoradiculair<br />

lijden. Een congenitale stenose is<br />

het gevolg van een verminderde<br />

diameter van het beenderige kanaal,<br />

vooral door korte pedikels. Dit ziet<br />

men vrij vaak bij dwergen. Ook ten<br />

gevolge van de ziekte van Paget en<br />

door trauma kan het beenderige<br />

kanaal vernauwen. Dit artikel gaat<br />

echter over degeneratieve stenose.<br />

Hierbij is het beenderige kanaal op<br />

zich groot genoeg, maar verkleint<br />

dossier 4<br />

dr. peter vorlat<br />

orthopedisch chirurg<br />

de diameter door degeneratieve<br />

processen. Klassiek wordt gesteld<br />

dat die degeneratie start in de discus.<br />

Door veroudering ontstaat eerst een<br />

dehydratatie en een hoogteverlies<br />

van de discus. Deze gaat hierdoor<br />

niet alleen uitpuilen (bulging), maar<br />

ook de oorzaak zijn van een microinstabiliteit.<br />

Door deze instabiliteit<br />

en door het hoogteverlies vooraan,<br />

gaan de facetgewrichten posterieur<br />

overbelast geraken. Hierdoor ontstaat<br />

facethypertrofie en facetdegeneratie<br />

met ook osteophytvorming. Hierdoor<br />

verkleint het kanaal verder. De lokale<br />

instabiliteit en het hoogteverlies<br />

brengen bovendien een ontspannen<br />

en een soms vrij spectaculaire<br />

hypertrofie van het ligamentum<br />

flavum mee, waardoor het kanaal<br />

opnieuw nauwer wordt. Indien de<br />

lokale instabiliteit belangrijk is,<br />

kan bovendien een degeneratieve<br />

anterolisthesis ontstaan, waardoor<br />

de passage voor de durazak<br />

opnieuw afneemt. Al deze factoren<br />

zijn verantwoordelijk voor een<br />

>><br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 29


mechanische druk op de inhoud van<br />

het neurale kanaal. Of de schade<br />

aan de neurologische structuren<br />

en de symptomen zuiver hierdoor<br />

veroorzaakt worden of dat ook de<br />

verstoring van de lokale circulatie<br />

die deze druk met zich meebrengt,<br />

een rol speelt, is een academische<br />

discussie.<br />

symptomen<br />

Klachten ontstaan het vaakst in<br />

de vijfde tot en met de achtste<br />

decade van het leven. Deze klachten<br />

kunnen gaan van een vaag ongemak<br />

in de rug of de benen tot echte<br />

pijn, paresthesieën en krampen.<br />

65% van de mensen met een stenose<br />

klaagt over z’n rug, 85% over de<br />

benen. Typisch is dat deze klachten<br />

erger worden tijdens het stappen en<br />

weer verbeteren in rust. Een neurogene<br />

claudicatio onderscheidt zich<br />

van een vasculaire door het feit<br />

dat het niet zozeer het stoppen van<br />

het stappen is, maar wel lumbale<br />

flexie (waardoor het kanaal een<br />

klein beetje vergroot) die de klachten<br />

doet verbeteren. Het is daarom dat<br />

iemand met een arteriële claudicatio<br />

gewoon blijft staan om te recupereren<br />

terwijl iemand met een neurogene<br />

gewoonlijk gaat zitten. Gebogen<br />

lopen, gebukt blijven staan of<br />

tegen een muur of bank leunen doen<br />

de neurogene klachten echter ook<br />

verminderen. Een typisch verhaal is<br />

dat stappen erg moeilijk is terwijl<br />

fietsen, lopen met een winkelkarretje<br />

of de trap oplopen (allen met<br />

lumbale flexie) veel beter gaan. Bij<br />

ernstige stenose (bij ongeveer 10%<br />

van de patiënten) zijn er ook urinaire<br />

incontinentie, urineweginfectie<br />

of urineretentie.<br />

klinisch onderZoek<br />

Het klinisch onderzoek is weinig<br />

spectaculair. Er zijn de tekenen<br />

30 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

geassocieerd met facetlijden, namelijk<br />

verminderde amplitude en soms<br />

ook pijn bij extensie en rotatie van<br />

de lumbale wervelzuil. Het neurologisch<br />

onderzoek toont verminderde<br />

tot afwezige reflexen in de benen.<br />

Soms zijn er gevoelsstoornissen in<br />

de benen. Zelden is er een krachtverlies.<br />

Het teken van Lasègue is zelden<br />

positief. Omdat de belangrijkste differentiaaldiagnose<br />

arterieel lijden<br />

is, moeten steeds de pulsaties in de<br />

benen nagekeken worden.<br />

technische<br />

onderZoeken<br />

Om de diagnose te bevestigen,<br />

volstaat meestal een CT zonder<br />

contrast. Omdat stenose boven L3<br />

niet zó zeldzaam is, wordt best de<br />

hele lumbale wervelzuil gescand.<br />

Voor het gedetailleerd beoordelen<br />

van de laterale recessus is een NMR<br />

nuttiger. Een bijkomend voordeel van<br />

dit onderzoek is dat myelografiebeelden<br />

bekomen kunnen worden<br />

zonder dat contrast gebruikt wordt.<br />

Een klassieke myelografie zelfs met<br />

CT, is dan ook niet meer van deze<br />

tijd. Voor deze onderzoeken valt op<br />

te merken dat er geen grenswaarden<br />

voor de oppervlakte of de diameter<br />

van het kanaal bestaat vanaf<br />

dewelke men kan spreken over een<br />

absolute of zekere lumbale kanaalstenose.<br />

Sommige mensen verdragen<br />

een ernstige constrictie van het<br />

kanaal terwijl andere bij veel minder<br />

stenose al symptomen krijgen. Onze<br />

indruk is bovendien dat dit fenomeen<br />

leeftijdsgebonden is: oudere<br />

patiënten klagen pas bij veel ergere<br />

vernauwingen dan jongere.<br />

Een EMG is vooral nuttig voor de<br />

differentiaaldiagnose van andere<br />

oorzaken van polyradiculair lijden,<br />

zoals polyneuropathie - een vrij<br />

frequente aandoening bij oudere<br />

mensen. EMG is positief bij tot 80%<br />

van de patiënten met een lumbale<br />

stenose.<br />

Vermits pijn een frequente klacht is,<br />

worden vaak pijnstillers gegeven.<br />

Niet-steroidale anti-inflammatoire<br />

middelen zijn niet beter op dit vlak<br />

dan andere pijnstillers. Zeker bij<br />

een oudere populatie zijn de nevenwerkingen<br />

wel verschillend!<br />

conservatieve<br />

behandeling<br />

Aan de evolutie van de aandoening<br />

verandert medicatie niets.<br />

Patiënten die enkel met analgetica<br />

behandeld worden zijn na vier jaar<br />

in 70% van de gevallen onveranderd,<br />

15% is wat beter, 15% is<br />

slechter. Bij EMG onderzoek blijkt<br />

38% er slechter aan toe na vier jaar.<br />

Trage progressie lijkt dus de regel1 .<br />

Daarom lijkt pijnstilling alleen nuttig<br />

bij pijnopstoten.<br />

Kinesitherapie wordt vaak voorgeschreven<br />

bij lumbale problemen.<br />

Over het nut ervan bij lumbale<br />

kanaalstenose bestaan echter geen<br />

aanwijzingen in de literatuur. Als er<br />

al melding van gemaakt wordt, vermeldt<br />

men dat ze posturaal, therapeutisch<br />

of versterkend is. Of dit<br />

beter is dan niets doen is geenszins<br />

aangetoond. Kinesitherapie dient<br />

dan ook zelden voorgeschreven te<br />

worden voor dit probleem.<br />

Dit kan niet gezegd worden over<br />

lumbale peridurales. Hoewel klassiek<br />

wordt aangenomen dat voor de efficiëntie<br />

ervan geen bewijzen bestaan,<br />

heeft menig clinicus de sterke<br />

overtuiging dat ze bij veel patiënten<br />

de klachten voor lange tijd kunnen<br />

doen verdwijnen of verminderen.<br />

Deze overtuiging werd recent ook<br />

onderbouwd door een literatuuroverzicht<br />

waarin gesteld werd voor lumbale<br />

kanaalstenose wel degelijk een<br />

therapeutisch effect aangetoond kan<br />

worden en dat bij die patiënten bij<br />

wie er een respons is op deze behandeling<br />

(meer dan de helft), de<br />

pijnvermindering zelfs na 30 weken<br />

50% is en dat bij hen de disability<br />

met 40% verbetert2 .<br />

>>


chirurgische<br />

behandeling<br />

Op het vlak van de chirurgie zijn<br />

er twee benaderingen: er is de<br />

decompressieve chirurgie en de nieuwere<br />

zogenaamde conservatieve<br />

chirurgie. Van de decompressieve<br />

chirurgie bestaan er verschillende<br />

varianten. De gouden standaard is<br />

de laminectomie, waarbij de processus<br />

spinosi van de betrokken segmenten<br />

samen met het middenstuk<br />

van de wervelboog weggenomen<br />

worden om toegang te krijgen tot<br />

het kanaal. Vanuit deze toegang<br />

kunnen dan het hypertrofische liga-<br />

mentum flavum en eventuele osteophyten<br />

van de facetten weggenomen<br />

worden. Uit vrees voor destabilisatie<br />

van de wervelzuil werden alternatieven<br />

ontwikkeld. Eén ervan is de al<br />

dan niet partiële hemilaminectomie<br />

van waaruit eventueel ook de contralaterale<br />

kant gedecomprimeerd<br />

kan worden. Een andere is de ladderlaminectomie<br />

waarbij de decompressie<br />

vanuit de interlaminaire<br />

ruimtes gebeurt terwijl de bogen<br />

min of meer intact gelaten worden.<br />

Hoewel met deze alternatieven bij<br />

dierproeven (met een normale - niet<br />

degeneratieve - wervelzuil) een betere<br />

stabiliteit aangetoond werd,<br />

wordt bij de mens geen betere kli-<br />

nische uitkomst bekomen.<br />

De conservatieve heelkunde bestaat<br />

uit het plaatsen van spacers tussen de<br />

spinosi. Dit kan zelfs percutaan. De<br />

bedoeling is om de functionele diameter<br />

van het kanaal te vergroten<br />

door de wervels ten opzichte van<br />

elkaar wat in flexie te brengen. Zoals<br />

vaak bij nieuwigheden in de rugchirurgie<br />

waren de eerste resultaten<br />

van deze techniek bemoedigend. De<br />

recent gemelde resultaten zijn dat<br />

niet 3 .<br />

Over de resulaten van decompressieve<br />

chirurgie bestaan nauwelijks<br />

vergelijkende studies. Slechts<br />

recent werd een dergelijk onderzoek<br />

gemeld, waarbij hard gemaakt<br />

wordt dat de resultaten van chirur-<br />

gie op korte termijn beter zijn voor<br />

pijn en disability dan die van een<br />

conservatieve behandeling 4 . Niet<br />

vergelijkende studies rapporteren<br />

dat 60 tot 80% van de patiënten<br />

minder pijn en een betere ADL-score<br />

hebben na chirurgie en dat drie<br />

kwart van de patiënten tevreden is.<br />

Door de vergrijzing worden we<br />

steeds vaker geconfronteerd met erg<br />

oude mensen met neurogene claudicatio.<br />

Omdat de levensverwachting<br />

en ook de functionele eisen van deze<br />

groep toegenomen zijn is er dan ook<br />

een toenemende vraag naar een afdoende<br />

behandeling. In een recente<br />

studie waarbij 39 patiënten van<br />

meer dan 80 geopereerd werden,<br />

steeg het aantal patiënten zonder<br />

gangproblemen met meer dan 30%<br />

door chirurgie 5 . Het aantal dat 50<br />

meter of minder kon stappen verminderde<br />

met 28%. De gemiddelde<br />

visuele analoge pijnscore daalde<br />

van 8,9 naar 3,6. Drie kwart van<br />

de geopereerden was tevreden met<br />

het bereikte resultaat en de Barthelindex<br />

(voor disability) steeg van<br />

63 preoperatief naar 77% postop.<br />

Hoewel dit geen vergelijkende studie<br />

is, zijn de resultaten toch van een andere<br />

orde dan die van conservatieve<br />

behandeling. Bij deze 39 patiënten<br />

werden in de helft van de gevallen<br />

perioperatieve complicaties gemeld,<br />

waarvan de helft banaal was. Er vielen<br />

ook geen doden te betreuren tot<br />

er is in toenemende mate informatie beschikbaar over de waarde<br />

van de verschillende behandelingen.<br />

door de toenemende functionele eisen van ouderen en door de<br />

vergrijzing, worden we meer dan vroeger geconfronteerd met de<br />

vraag naar een adequate behandeling, ook bij erg oude mensen.<br />

ook bij erge oude mensen is een beperkte en doelgerichte<br />

heelkundige decompressie mogelijk.<br />

3 maanden na de ingreep. De ergste<br />

complicatie was een CVA, 4 weken<br />

na de ingreep. Deze studie illustreert<br />

dat ook bij erge oude mensen,<br />

beperkte en doelgerichte heelkunde<br />

met goede resultaten mogelijk is.<br />

Een vaak gestelde vraag is of een<br />

fusie geassocieerd moet worden aan<br />

decompressieve heelkunde. Dit is enkel<br />

geïndiceerd bij manifeste lokale<br />

instabiliteit. Zoals gezegd kan deze<br />

zich uiten in een degeneratieve anterolisthese.<br />

In alle andere gevallen<br />

kon tot nu toe niet bewezen worden<br />

dat de resultaten verbeteren door de<br />

toevoeging van een fusie. De complicaties<br />

nemen er wel door toe.<br />

>><br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 31


Fig. 1:<br />

A: een voorbeeld van axiale CT-beelden van een matige lumbale stenose: het beenderige<br />

kanaal is congenitaal wat nauw. Bovendien is er hypertrofie van de facetten<br />

(gele cirkels) en hpertrofie van het ligamentum flavum (pijlen).<br />

B: Dezelfde beelden na een klassieke laminectomie: het kanaal werd geopend en het<br />

hypertrofische flavum werd weggenomen. De facetten konden ongemoeid gelaten<br />

worden. De wervelzuil blijft hierdoor stabiel.<br />

Fig. 2: Sagittale beelden in botvenster van dezelfde patiënt als die van figuur 1<br />

A: preoperatief<br />

B: postoperatief<br />

literatuur<br />

1 Johnsson Ke, Rosen I, Uden A: The<br />

natural course of lumbar spinal stenosis.<br />

Clin orthop 1992;279:82-86.<br />

2 Conn A, Buenaventura RM, Datta S,<br />

et al. Systematic review of caudal epidural<br />

injections in the management of<br />

chronic low back pain. Pain Physician<br />

2009;12:109-135.<br />

3 Brussee P, Hauth J, Donk RD, et al.<br />

Self-rated evaluation of outcome<br />

of the implantation of interspinous<br />

32 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

proces distraction (X-stop) for neurogenic<br />

claudication. eur Spine J<br />

2008;17:200-203.<br />

4 Malmivaara A, Slätis P, Heliovaara M<br />

et al. Surgery reduced pain and disability<br />

in lumbar spinal stenosis better<br />

than nonoperative treatment. J Bone<br />

Joint Surg 2007;89-A:1872.<br />

5 Shabat S et al. Long-term outcome<br />

of decompressive surgery for lumbar<br />

spinal stenosis in octogenarioans. eur<br />

Spine J 2008;17:193-8<br />

besluit<br />

steeds vaker worden<br />

we geconfronteerd met<br />

mensen met claudicatioklachten.<br />

wanneer aangetoond<br />

wordt dat deze het<br />

gevolg zijn van lumbale<br />

kanaalstenose, staan verschillendebehandelingsmogelijkheden<br />

ter beschikking.<br />

behalve chirurgie is<br />

géén ervan in staat de (meestal<br />

trage) evolutie naar verergering<br />

van de compressie<br />

van de neurologische structuren<br />

te stoppen of te vertragen.<br />

indien de stenose niet<br />

te erg is, of indien er contraindicaties<br />

voor heelkunde<br />

zijn, kunnen de symptomen<br />

met peridurales vaak langdurig<br />

onderdrukt worden.<br />

een hoge leeftijd is op zich<br />

geen onoverkomelijk probleem<br />

voor decompressieve<br />

chirurgie.


evoluties in de rugrevalidatie<br />

babelonische<br />

spraakverwarring<br />

Ondanks dat rugpijn een zeer frequent<br />

en belangrijk probleem<br />

is, slaagden we er tot op heden niet<br />

in om onze patiënten een min of meer<br />

uniform behandelplan aan te bieden.<br />

Dat er zoveel behandelaars bestaan<br />

(huisarts, fysische geneeskunde,<br />

neurochirurgie, orthopedie, reumatologie,<br />

anesthesie, kinesitherapeuten,<br />

en meer alternatieve geneeswijzen),<br />

elk met een eigen visie op<br />

etiologie en behandelwijze, is al een<br />

aanwijzing dat deze aandoening<br />

eigenlijk aan ieders controle ontsnapt.<br />

Globaal kunnen we stellen dat er<br />

twee grote stromingen zijn, de medisch-technische<br />

benadering en de<br />

functionele. Taal is hierbij een belangrijk<br />

hulpmiddel om het probleem als<br />

onderdeel van de eigen specialiteit<br />

te claimen. Typisch voor de medisch-<br />

technische benadering is dat het<br />

anatomische substraat dat verondersteld<br />

wordt mee te spelen in de etiologie,<br />

voorkomt in de naam. Denk<br />

hierbij maar aan hypermobiliteitssyndroom,<br />

facettair syndroom, discopathie,<br />

laterale recessusstenose, …<br />

De naam leidt dan automatisch naar<br />

een behandeling die meestal betrekking<br />

heeft op een bepaalde specialistische<br />

invalshoek.<br />

Dit heeft twee wat perverse voor-<br />

delen. Ten eerste kan je door een<br />

goede naamkeuze de ander beter<br />

uitsluiten. Wat vast zit moet los, wat<br />

instabiel is moet gefusioneerd, een<br />

stenose moet opengemaakt en door<br />

deze cocktail van medicamenteuze<br />

antagonisten en fysische zenuwblokkades<br />

is er geen pijnprikkel die<br />

nog uw sensorische cortex bereikt.<br />

Technische onderzoeken en een<br />

goede selectie van outcome-parameters<br />

zijn hierbij een belangrijke hulp.<br />

Vrijliggen van de zenuwwortel op<br />

NMR, afname VAS na facetbloks of<br />

toename kracht na revalidatie, per-<br />

dossier 5<br />

dr. donald bobbaers<br />

revalidatiearts<br />

centage beenderige fusie, … in het<br />

belang van het eigen gelijk.<br />

Verder maakt een goede naamkeuze<br />

het ook gemakkelijker het resterend<br />

probleem te kunnen doorverwijzen<br />

naar de andere collega’s. “De mobiliteit<br />

en kracht zijn toegenomen<br />

maar uw tussenwervelschijf is nog<br />

versleten…” of omgekeerd.<br />

“En kan ik dan gaan werken?” …<br />

“Dat moet je maar aan de huisarts<br />

vragen.” Dat het attest ongeschikt<br />

voor rugbelastende arbeid kan leiden<br />

tot jarenlange werkloosheid, een<br />

aldus gemiddeld twee jaar kortere<br />

levensverwachting en minder kansen<br />

voor de kinderen van de getroffenen,<br />

is dankzij de splitsing medisch-<br />

sociaal luik ons probleem toch niet?<br />

Eigenlijk weten we allemaal wel dat<br />

het probleem complexer is dan een<br />

louter anatomisch substraat. Maar<br />

het gemak van een houvast voor onszelf<br />

als cartesiaanse denkers of voor<br />

de patiënt die een duidelijk antwoord<br />

wenst, is vaak te verleidelijk.<br />

Rugpijn zonder technische afwijking<br />

>><br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 33


blijft in dit model een probleem, net<br />

zoals de resterende klachten na het<br />

oplossen van de vermeende afwijking<br />

op beeldvorming of wat nog het<br />

snelst vergeten wordt, het niet hebben<br />

van klachten ondanks afwijkingen op<br />

beeldvorming. Anderzijds verklaart<br />

een dergelijk model wel dat verschillende<br />

pathologieën een verschillende<br />

outcome kennen.<br />

Ook de typische gevallen uit de<br />

dagdagelijkse praktijk waarbij op<br />

basis van anamnese en kliniek, bijna<br />

met zekerheid de afwijking op beeldvorming<br />

kan voorspeld worden, sterkt<br />

ons in deze medisch-technische visie.<br />

Denk hierbij aan de 35-jarige met<br />

een acute rugpijn en later een ischialgie<br />

met parese wat een discushernia<br />

is tot het tegendeel bewezen is.<br />

Als reactie op deze medicalisering<br />

van het probleem, is er een beweging<br />

op gang gekomen die rugpijn bijna<br />

louter ziet als een functionele klacht.<br />

Beeldvorming heeft geen relatie<br />

met pijn, aan een failed back surgery<br />

heeft het weinig zin nog iets te<br />

onderzoeken of te doen, het is een<br />

aspecifieke lage rugpijn, … dit zijn<br />

allemaal gedachten of begrippen<br />

die in dit kader thuishoren. Niet de<br />

anatomie moet gewijzigd, maar de<br />

relatie belasting-belastbaarheid moet<br />

terug in evenwicht gebracht door een<br />

ruim aanbod van maatregelen met de<br />

nadruk op het aanpassen van de omgeving<br />

aan de mens.<br />

Taal definieert hier eerder het functioneren<br />

of de prognose.<br />

Dit soort benaderingen hoor je meer<br />

in de huisartsgeneeskunde of sociale<br />

geneeskunde.<br />

Het voordeel is dat dit model wel<br />

meer open staat voor een multidisciplinaire<br />

aanpak van het probleem.<br />

De talrijke studies hebben nu opvallend<br />

andere variabelen en outcomeparameters<br />

die bestudeerd<br />

worden. Relaties tussen rugpijn en<br />

werkomstandigheden of vergoedingstelsels,<br />

rookgedrag, psycho-sociale<br />

kenmerken, percentage werkhervatting<br />

etc. staan hier op de voorgrond.<br />

34 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

Degeneratie zonder pijn is perfect<br />

verklaarbaar net zoals rugpijn met<br />

normale NMR en ook het vaak onvoorspelbare<br />

effect van infiltraties te<br />

verklaren binnen dit model.<br />

Dagdagelijks zien we echter dat ook<br />

dit model, indien te strikt toegepast,<br />

fouten genereert.<br />

Een 35-jarige met uitval heeft nu<br />

eenmaal een hernia tot het tegendeel<br />

bewezen is en waarom werken epidurales<br />

dan vaak wel?<br />

Beide zijn dus nodig voor een vollediger<br />

begrip. De ruimte ontbreekt<br />

hier, maar Google eens op ‘ICF - Core<br />

Sets - Low back pain’ en u zal zien<br />

dat er wel degelijk gewerkt wordt aan<br />

oplossingen voor dit probleem.<br />

De terminologie die we gebruiken<br />

is dus niet alleen een basis voor onbegrip<br />

maar bepaalt ook de actoren<br />

die van belang zijn in de aanpak én<br />

de financiering.<br />

Op dit laatste vlak volgt de overheid<br />

een wat dubbel spoor. Interventionele<br />

pijntherapieën worden beter vergoed<br />

net zoals er een nomenclatuurnummer<br />

kwam voor rugrevalidatie. Er<br />

is ook het project via het Fonds van<br />

Beroepsziekten waarbij patiënten<br />

het volledige remgeld en de reiskos-<br />

ten kunnen terugbetaald krijgen op<br />

voorwaarde van onder andere een<br />

overleg tussen arbeidsgeneesheer en<br />

behandelend arts (zie http://www.<br />

fmp-fbz.fgov.be/prev/RUGPREVEN-<br />

TIE/index.html).<br />

Een deel van deze verwarring, in de<br />

hand gewerkt door de terminologie,<br />

ligt waarschijnlijk in het feit dat de<br />

relaties tussen verschillende componenten<br />

van rugklachten minder<br />

evident zijn dan je spontaan zou<br />

aannemen (fig 1). Ook wat betreft de<br />

gekende prognostische factoren voor<br />

lage rugpijn, zien we dat deze slechts<br />

beperkt kunnen beïnvloed worden<br />

door ons medisch handelen (Overzicht 1).<br />

rugrevalidatie<br />

Voor vele collega’s is de inhoud<br />

van een revalidatiebehandeling<br />

vaak onbekend.<br />

Wat veralgemeend gesteld zien we<br />

dat ook in dit type van behandelingen<br />

het concept etiologie van belang is:<br />

door fango en massage wordt spierspanning<br />

weggenomen, TENS maakt<br />

gebruikt van de poorttheorie, tracties<br />

en manipulaties doen een gestoorde<br />

mechanica veronderstellen en bij een<br />

verminderde stabiliteit moet je aan<br />

core training doen.<br />

Ook hier dus soms vrij enge visies als<br />

achtergrond bij een behandeling.<br />

Vaak is het wel zo dat de bewezen<br />

effect-size van een dergelijke behandeling<br />

in strikte zin vaak nogal<br />

beperkt is. Want de hoop dat bijvoorbeeld<br />

louter door het geven van<br />

ergonomie-adviezen, we de frequentie<br />

van het optreden van rugklachten<br />

veel kunnen beïnvloeden, is al langer<br />

ijdel gebleken.<br />

Van belang voor ons als voorschrijvers<br />

van onder andere kinesitherapie-behandelingen,<br />

is dat we zelf<br />

eerst een keuze dienen te maken in<br />

het doel dat we wensen te bereiken.<br />

Het effect van een behandeling is<br />

namelijk grotendeels therapiespecifiek.<br />

Het is weinig waarschijnlijk dat<br />

de belastbaarheid veel zal toenemen<br />

met een goede massage en als een<br />

werkhervatting tot uw doelstellingen<br />

behoort, is het wenselijk dat ook uw<br />

medebehandelaar dit aanhaalt op<br />

eenzelfde wijze.<br />

Er is namelijk een wezenlijk verschil<br />

tussen “U heeft arthrose” of “Na<br />

gemiddeld 6 weken kan u terug gaan<br />

werken”.<br />

Gelukkig gebeurt er tijdens zo’n monodisciplinaire<br />

behandeling ook veel<br />

meer. Dit echter al te vaak impliciet.<br />

Zo maken we gebaseerd op onze<br />

ervaring een globale inschatting<br />

van de patiënt en passen onze verbale<br />

en non-verbale communicatie<br />

hierop aan. We kiezen ook op basis<br />

>>


LBP: Matige correlaties<br />

7%<br />

Performance<br />

muscle power, ROM etc.<br />

25%<br />

Pain<br />

Disability (RMQ)<br />

20%<br />

26%<br />

Psychology<br />

stress, fear-avoidance etc.<br />

Total Variance explained (Disability): 51,4%<br />

36%<br />

Fig. 1: Interrelationship between performance, psychological, psychological, pain factors, and pain disability factors, and<br />

(explained proportion of variance using multiple regression analyses)<br />

disability (explained proportion of variance using multiple regression analyses)<br />

Prognostische factoren bij rugpijn<br />

Positief<br />

Negatief<br />

Jong<br />

GGeen comorbiditeiten bidit it<br />

Hoger inkomen<br />

Werkvreugde<br />

Actieve levensstijl<br />

(Interne locus of control)<br />

Samenwonend<br />

…<br />

Arbeider<br />

RRoker k<br />

Hogere leeftijd<br />

Vrouw<br />

Werkstress<br />

Zwaar tillen<br />

Werkloos/part-time p werk<br />

Obesitas<br />

Lange duurtijd pijn<br />

Depressie<br />

Modic veranderingen<br />

Fusie (vgl met discectomie)<br />

…<br />

Overzicht 1: Prognostische factoren bij rugpijn<br />

van dit fingerspitzengefühl een welbepaalde<br />

behandeling en tot slot<br />

creëren we zo bepaalde verwachtingen<br />

bij die patiënt ten aanzien van<br />

de prognose van zijn rugklachten.<br />

Echter het systematisch navragen en<br />

meten van prognostische factoren,<br />

helpt om het probleem beter te kunnen<br />

inschatten en dus ook om de<br />

behandeling beter te kunnen sturen.<br />

Dit is al een eerste doel van een multidisciplinair<br />

revalidatieprogramma.<br />

Het gebeurt door een grondige anamnese,<br />

een psychometrische testing<br />

waar nodig aangevuld met een psychologisch<br />

consult, samen met een<br />

krachttesting en een submaximale<br />

inspanningstest.<br />

Zo kan al de kans op verbetering ingeschat<br />

worden.<br />

Iemand met rugklachten en de aanwezigheid<br />

van een discopathie, met<br />

hoge scores op depressie- en angstschalen,<br />

kinesiofobie, een zwakke<br />

conditie en wat arbeidsproblematiek,<br />

heeft een ander perspectief dan<br />

iemand met dezelfde type afwijkingen<br />

op beeldvorming, maar die<br />

overal goed scoort op deze punten.<br />

Ook voor multidisciplinaire revalidatiebehandelingen<br />

kunnen we dezelfde<br />

vragen stellen als voor elke<br />

andere behandeling. Wat is de te<br />

verwachten effect-size, voor wie geïndiceerd,<br />

wat zijn betrouwbare testen<br />

en wat zijn de bepalende variabelen?<br />

Wat betreft de multidisciplinaire programma’s<br />

tonen goed uitgevoerde<br />

studies een vergelijkbaar effect met<br />

chirurgische interventies. Studies<br />

tussen revalidatiebehandelingen en<br />

bijv. infiltratietechnieken zijn niet<br />

voorhanden.<br />

De onderdelen uit waaruit een programma<br />

moet bestaan zijn zeker<br />

stretching en training en een cognitief-gedragstherapeutische<br />

aanpak<br />

bij langer bestaand lijden. Een langere<br />

duurtijd van behandeling en de<br />

adherence zijn eveneens belangrijk.<br />

Gesuperviseerde groepstherapie<br />

blijkt even efficiënt als individuele<br />

>><br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 35


ehandeling en zo nodig worden best<br />

de concrete werkomstandigheden mee<br />

betrokken.<br />

Er is echter geen verschil aangetoond<br />

tussen specifieke en algemene<br />

oefentherapie. Rekening houdend met<br />

de algemene prognostische factoren<br />

voor lage rugpijn bestaat een programma<br />

quasi steeds uit een combinatie van<br />

aerobe reconditionering, graded rugspecifieke<br />

reconditionering, educatie,<br />

ergonomie, gedragsmatige aanpak,<br />

fear avoidance en demedicalisering.<br />

Het doel van een dergelijk programma is<br />

dus niet in de eerste plaats pijnreductie,<br />

maar wel het verbeteren van de andere<br />

variabelen (functioneren, kinesiofoie,<br />

pijnvermijding, kracht en conditie, …).<br />

De capaciteit om patiënten op te<br />

vangen in dergelijk programma is ook<br />

relatief beperkt door de lange duurtijd<br />

ervan en de kostprijs (remgeld in<br />

range 60-180 euro) zodat dit best<br />

geschikt is voor personen met rugklachten<br />

vanaf de subacute fase (meer<br />

dan zes weken) met een functioneel<br />

deficit én voldoende motivatie.<br />

Het is dus geen starttherapie, maar belangrijker<br />

ook geen ‘einde stroom’ behandeling<br />

als al de rest al eens geprobeerd is.<br />

Het programma dat wij aanbieden gaat<br />

patiënten in kleine groepjes gedurende<br />

12 weken à rato van 3 keer per week<br />

begeleiden. Naar het einde van het<br />

programma proberen we op het fysieke<br />

vlak een belasting te bereiken die reële<br />

omstandigheden simuleert. Er wordt<br />

geprobeerd een realistische verwachting<br />

te creëren ten aanzien van rugklachten<br />

door het breder kader waarin deze zich<br />

bevinden bespreekbaar te maken. Ook<br />

de potentiële effecten van medische interventies<br />

worden in deze bredere context<br />

geplaatst om een grotere interne locus of<br />

controle te bereiken. Zo nodig worden<br />

ook contacten gelegd met arbeidsgeneesheren<br />

en huisartsen of worden<br />

doorverwijzingen naar externen voorzien<br />

voor verdere psychologische<br />

bijstand. Hertestingen vinden plaats in<br />

week zes en bij het beëindigen van het<br />

programma om het effect te valideren.<br />

36 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

<strong>Mariaziekenhuis</strong><br />

Noord-Limburg<br />

rugrevalidatie in het<br />

mariaZiekenhuis<br />

het programma dat wij aanbieden begeleidt patiënten<br />

gedurende 12 weken à rato van 3 keer per week<br />

waarbij de zwaarte van de oefeningen aangepast wordt<br />

aan de individuele krachtscores bij de initiële testing. naar<br />

het einde van het programma toe proberen we een belasting<br />

te bereiken die reële omstandigheden simuleert.<br />

het doel van zo een programma is in eerste plaats geen<br />

pijnnreductie, maar wel het verbeteren van de andere<br />

variabelen (functioneren, kinesiofobie, pijnvermijding,<br />

conditie, coping en een correcte educatie).<br />

hertestingen vinden plaats in de zesde week en bij het<br />

beëindigen van het programma. dit meten is uitermate<br />

belangrijk om teveel subjectiviteit te vermijden.<br />

gezien de beperkte capaciteit door de lange duur van het<br />

programma en de kostprijs (remgeld in range 60 tot 180<br />

euro voor een gemiddeld programma), is dit best geschikt<br />

voor personen met rugklachten vanaf de subacute fase (meer<br />

dan zes weken) met een functionele deficit én voldoende<br />

motivatie.<br />

Op basis van de anamnese (waarbij het beoordelen van<br />

prognostische factoren een belangrijk onderdeel vormt),<br />

psychometrische testing en functietesten, wordt vooraf de<br />

kans op verbetering ingeschat. het is dus geen starttherapie<br />

of lost cause behandeling.<br />

het beeld dat we op deze manier van een patiënt krijgen, is<br />

merkelijk anders dan dit van beeldvorming. een voorbeeld:<br />

een discopathie bij een persoon met hoge scores op<br />

depressie- en angstschalen, veel kinesiofobie, een zwakke<br />

conditie en arbeidsproblematiek, heeft - in gelijk welke<br />

behandeling - een ander perspectief dan iemand met<br />

dezelfde type afwijkingen op beeldvorming, maar die overal<br />

goed scoort op deze punten.


in de KijKer<br />

dienst<br />

sinds 1 juni 2009 telt het<br />

mariaziekenhuis 8 psychologen,<br />

elk met hun eigen expertise. het<br />

psychologisch team engageert<br />

zich binnen het ziekenhuis voor<br />

een veelheid aan initiatieven<br />

en multidisciplinaire teams,<br />

dit alles uiteraard in nauwe<br />

samenwerking met de betrokken<br />

artsen en/of onder supervisie<br />

van de psychiaters. hoewel het<br />

werkgebied van de psychologie<br />

zich voortdurend uitbreidt binnen<br />

het ziekenhuis, is de huidige<br />

situatie zeker de moeite waard<br />

om even onder de loep te nemen.<br />

3.<br />

psychologen in het mariazieKenhuis<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 37


in de kijker<br />

v.r.n.l.: sigrid claes, isabelle hermans,<br />

esther beckers, karlien kuyken, sarah<br />

mangelschots, elke bussels, christof<br />

van baekel en laure rubens.<br />

38 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

psychologen in het mariaZiekenhuis<br />

een groeiend team vol diversiteit<br />

doelgroep<br />

het grootste misverstand is dat enkel patiënten die op de psychiatrische<br />

afdeling opgenomen zijn, kunnen rekenen op psychologische<br />

ondersteuning. echter, dankzij de diversiteit binnen ons team<br />

en de verschillende gebieden van expertise, valt geen enkele patiënt<br />

uit de boot. iedereen die ingeschreven wordt in het mariaziekenhuis<br />

en psychologische ondersteuning nodig heeft, kan na overleg met de<br />

liaisonpsychiater beroep doen op een van de psychologen binnen het<br />

team.<br />

voorstelling en werkveld van de<br />

teamleden<br />

Naast de specifieke taken, bestaat het werk van een psycholoog<br />

uiteraard ook uit andere taken, die soms als vanzelfsprekend beschouwd<br />

worden. Deze taken omvatten onder andere: vertrouwensfunctie<br />

voor personeel, crisisopvang van allerlei aard binnen het ziekenhuis,<br />

obesitasraadpleging, diabeteseducatie, verslaggeving, multidisciplinaire<br />

samenwerking en –overleg, contact met externe hulpverleners en andere<br />

betrokken partijen, psycho-educatie (zowel door middel van vormingen<br />

als via brochures), …<br />

Het is bijna onmogelijk om alle werkzaamheden van de psychologen tot<br />

in de details uit te werken. Ze werken immers doorheen het hele ziekenhuis<br />

en interveniëren in de meest uiteenlopende situaties. Om deze reden<br />

>>


worden enkel de taken die het grootste<br />

deel van de tijd in beslag nemen<br />

uitgebreid toegelicht.<br />

cardiale revalidatie<br />

De psychologen verbonden aan<br />

de cardiale revalidatie staan<br />

enerzijds in voor het ondersteunen<br />

van cardiale patiënten met psychologische<br />

problemen, anderzijds voor<br />

gezondheidspreventie.<br />

Na een hartinfarct kampt ongeveer<br />

één op vier patiënten met psychologische<br />

problemen. De psychologe<br />

maakt meestal kennis met de patiënt<br />

tijdens zijn opname in het ziekenhuis.<br />

Zij peilt in eerste instantie<br />

naar psychiatrische antecedenten,<br />

en naar zijn leefgewoonten (vooral<br />

roken en stress). Meestal worden in<br />

dit eerste gesprek ook enkele tips<br />

aangereikt om leefgewoonten te<br />

verbeteren. Wanneer de patiënten<br />

ambulant komen revalideren, kunnen<br />

zij verder beroep doen op<br />

ondersteuning door de psychologe.<br />

Vooral wanneer zij ten gevolge van<br />

hun hartinfarct depressief worden, of<br />

kampen met angst, krijgen zij deze<br />

ondersteuning. Indien nodig wordt<br />

ook de partner hierbij betrokken.<br />

Naast individuele gesprekken verzorgt<br />

de psychologe samen met de<br />

sociaal verpleegkundige twee infosessies;<br />

een over risicofactoren en<br />

een ander over de psychologische<br />

gevolgen bij hart- en vaatziekten.<br />

Tot slot organiseren de psychologen<br />

meerdere keren per jaar het rookstopprogramma<br />

en de stressmanagementcursus.<br />

Deze programma’s<br />

worden ook opengesteld voor het<br />

brede publiek.<br />

De psychologen werkzaam binnen<br />

dit team zijn Sigrid Claes en Karlien<br />

Kuyken.<br />

coördinatie therapeutisch<br />

project<br />

noord-limburg<br />

De psycholoog leidt het Therapeutisch<br />

Project dagelijks in<br />

goede banen. De werking van het<br />

Therapeutisch Project werd uitgebreid<br />

beschreven in de Trigonum van<br />

mei 2008. Om het geheugen even<br />

op te frissen, wordt de werking hieronder<br />

kort toegelicht.<br />

Het Therapeutisch Project richt zich<br />

enkel op die personen met een chronische<br />

psychiatrische problematiek<br />

die voor de hulpverlening moeilijk<br />

bereikbaar of zorgmijdend zijn.<br />

Deze doelgroep ervaart moeilijkheden<br />

op diverse levensdomeinen en<br />

heeft vaak een complexe (indirecte)<br />

zorgvraag.<br />

Doorgaans krijgen mensen met een<br />

psychiatrische problematiek reeds<br />

hulp van verschillende hulpverleners<br />

en organisaties, denk maar<br />

aan de huisarts, psychiater, CGG/<br />

DAGG, thuisbegeleidingsdiensten,<br />

OCMW’s, dagactiviteitencentra, begeleide<br />

woonvormen, etc. Ongewild<br />

komen deze verschillende hulpverleningsinstanties<br />

echter soms niet of te<br />

weinig met elkaar in contact, met als<br />

gevolg dat de hulpverlening niet optimaal<br />

afgestemd of georganiseerd<br />

geraakt. Het Therapeutisch Project<br />

stelt zich tot doel gecoördineerd<br />

overleg te organiseren, om de samenwerking<br />

en communicatie tussen<br />

alle betrokken hulpverleningsinstanties<br />

te verbeteren. De cliënt staat<br />

hierin centraal; op die manier kan<br />

een meer aangepaste en kwaliteitsvolle<br />

zorg geboden worden, zodat<br />

hij continuïteit van zorg geniet. Zorg<br />

op maat en zorgcontinuïteit worden<br />

mogelijk doordat de verschillende<br />

hulpverleners samen rond de tafel<br />

zitten en samen de hulpverlening afstemmen<br />

op de cliënt.<br />

Personen kunnen door iedere zorg-<br />

of hulpverlener aangemeld worden<br />

via een van de betrokken projectpartners<br />

(PAAZ <strong>Mariaziekenhuis</strong>,<br />

Psychiatrische Thuiszorg NET Thuis,<br />

DAGG Lommel, CGG Overpelt, SIT<br />

Listel, SIT Lommel) of rechtstreeks<br />

aan de psycholoog/projectcoördinator.<br />

Wanneer de cliënt in kwestie<br />

zijn toestemming geeft, kan er<br />

overgegaan worden tot een eerste<br />

overleg (inclusievergadering), zodat<br />

bepaald kan worden of de cliënt<br />

inderdaad een geschikte kandidaat<br />

is voor het Therapeutisch Project en<br />

welke zorg- en hulpverleners betrokken<br />

dienen te worden voor verder<br />

overleg.<br />

De psychologe die deze taak normaliter<br />

uitvoert, is Sarah Mangelschots.<br />

Zij wordt nu tijdelijk vervangen<br />

door Süreyya Yayla.<br />

dagkliniek<br />

psychiatrie<br />

De psychiatrische dagbehandeling<br />

biedt een psychotherapeutisch<br />

programma aan voor volwassen<br />

die disfunctioneren in hun<br />

familiale, sociale of professionele<br />

(werk/studies) leven en voor wie een<br />

beperkte ambulante behandeling<br />

ontoereikend is en/of een residentiële<br />

opname onnodig. De patiënt<br />

bevindt zich niet meer in een crisissituatie<br />

en beschikt over voldoende<br />

mogelijkheden om zich buiten de<br />

therapie-uren te handhaven. Daarnaast<br />

biedt de psychiatrische dagbehandeling<br />

intensieve nazorg aan<br />

na een psychiatrische opname.<br />

Concrete indicaties kunnen zijn:<br />

depressie, wisselende stemmingen,<br />

sociale angst, relationele problemen,<br />

psychosomatische klachten, levensloopproblemen,<br />

afhankelijkheid<br />

(medicatie/alcohol), moeilijkheden<br />

in de organisatie van dagdagelijkse<br />

activiteiten,…<br />

>><br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 39


De psycholoog is verantwoordelijk<br />

voor de individuele en groepspsychotherapeutische<br />

sessies in de<br />

a-dagkliniek.<br />

De vaste psychologe op deze dienst<br />

is Esther Beckers<br />

geheugenkliniek<br />

De geheugenkliniek maakt deel uit<br />

van het geriatrisch dagziekenhuis<br />

en wordt aangestuurd door de<br />

gerontopsychiater. De doelpopulatie<br />

bestaat uit ouderen met cognitieve<br />

en/of emotionele en gedragsproblemen.<br />

Patiënten worden verwezen door<br />

de huisarts, een andere specialist<br />

of komen op eigen initiatief. Het<br />

intakegesprek wordt gevoerd door<br />

de gerontopsychiater. Zij maakt een<br />

eerste inschatting van de aard en<br />

ernst van de problemen en beslist<br />

welke onderzoeken dienen te gebeuren.<br />

De terugkoppeling van de<br />

resultaten van deze onderzoeken<br />

aan de patiënt en de familie gebeurt<br />

opnieuw door de gerontopsychiater.<br />

Tijdens dit gesprek wordt ook het<br />

behandelvoorstel meegedeeld. De<br />

behandeling kan zowel medicamenteus<br />

als niet-medicamenteus zijn.<br />

Behalve een diagnostisch luik bestaat<br />

er binnen de geheugenkliniek<br />

ook een therapeutisch luik. Patiënten<br />

kunnen er terecht voor individuele<br />

cognitieve training en/of emotionele<br />

ondersteuning. Daarnaast bestaat<br />

er ook een groepsprogramma.<br />

Patiënten komen dan een voormiddag<br />

naar de geheugenkliniek. Ook<br />

mantelzorgers kunnen in de geheugenkliniek<br />

terecht voor educatie en<br />

emotionele ondersteuning.<br />

Een eerste taak van de psycholoog<br />

bestaat uit het uitvoeren van neuropsychologische<br />

diagnostiek. Dit<br />

betreft een anamnese, hetero-<br />

anamnese, observatie, gedragsneu-<br />

40 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

rologische taken en psychometrische<br />

testen. Aan de hand hiervan maakt<br />

de psycholoog een inschatting van<br />

de aard, de ernst en het verloop van<br />

de symptomen. De psycholoog heeft<br />

hierbij zowel oog voor de sterktes als<br />

de zwaktes van de patiënt. De cognitieve<br />

functies worden in kaart gebracht<br />

en ook eventuele co-morbide<br />

psychische of psychiatrische problemen.<br />

Behalve het in kaart brengen van<br />

de symptomen dient de psycholoog<br />

ook oog te hebben voor het systeem<br />

waarvan de patiënt deel uitmaakt.<br />

Vragen die hierbij gesteld kunnen<br />

worden zijn: Is er voldoende zorg?<br />

Hoe zijn de relaties binnen het systeem?<br />

Hoe zit het met de verhouding<br />

tussen de draagkracht en de<br />

draaglast bij de mantelzorger? Welke<br />

invloed hebben de problemen op<br />

het alledaags functioneren (sociaal,<br />

huishoudelijke taken, hobby’s, ...)?<br />

De psycholoog doet echter niet enkel<br />

aan diagnostiek maar engageert<br />

zich ook voor het geven van psychoeducatie,<br />

individuele cognitieve<br />

training en individuele begeleiding.<br />

Ook de mantelzorger kan bij de psycholoog<br />

terecht voor psycho-educatie<br />

en individuele ondersteuning.<br />

De vaste psychologe in dit team is<br />

Isabelle Hermans.<br />

interne<br />

geriatrische<br />

liaison<br />

De Interne Geriatrische Liaison<br />

richt zich vooral op patiënten<br />

boven de 75 jaar, die op een nietgeriatrische<br />

dienst opgenomen zijn.<br />

De opgenomen patiënten worden gescreend<br />

aan de hand van een aantal<br />

risicofactoren. Wanneer er sprake<br />

is van een geriatrische risicopatiënt,<br />

probeert het multidisciplinaire team<br />

van de interne geriatrische liaison<br />

de betrokken patiënt zoveel mogelijk<br />

geriatrische hulp te brengen op de<br />

dienst waar hij verblijft.<br />

De psychologe binnen dit team voert<br />

enerzijds, samen met de coördinator,<br />

de verkennende gesprekken om na te<br />

gaan welke hulp een patiënt kan gebruiken,<br />

anderzijds staat zij in voor<br />

de cognitieve onderzoeken en voor<br />

ondersteunende gesprekken. De<br />

cognitieve onderzoeken gebeuren<br />

meestal als er een schatting nodig is<br />

van het cognitieve functioneren voor<br />

een aanvraag tot revalidatie of wanneer<br />

er twijfel is over de haalbaarheid<br />

van de thuissituatie omwille<br />

van het cognitieve functioneren. Indien<br />

nodig, kan er een uitgebreider<br />

neuropsychologisch onderzoek uitgevoerd<br />

worden. Dit gebeurt steeds<br />

in overleg met de behandelende arts<br />

en de gerontopsychiater.<br />

De ondersteunende gesprekken<br />

worden eveneens aangeboden in<br />

samenspraak met de gerontopsychiater.<br />

Het thema van deze gesprekken<br />

is zeer wisselend. Het gaat erom de<br />

patiënt te laten spreken over wat<br />

voor hem op dat moment het meest<br />

emotioneel belastend is, ongeacht of<br />

er een verband is met de reden van<br />

opname.<br />

De vaste psychologe in dit team is<br />

Elke Bussels.<br />

kinderpsychiatrie<br />

De dienst kinderpsychiatrie<br />

richt zich tot kinderen tot 18<br />

jaar, en voorziet momenteel binnen<br />

het ziekenhuis in twee vormen<br />

van dienstverlening: liaisonwerking<br />

(kinderpsychiatrische ondersteuning<br />

op de kinderafdeling en kinderpsychiatrisch<br />

advies op andere diensten)<br />

en consultaties (crisisconsultaties<br />

en consulten). Het team op de<br />

dienst kinderpsychiatrie bestaat momenteel<br />

uit een kinderpsychiater en<br />

een orthopedagoge.<br />

>>


Op vraag van de kinderartsen kunnen<br />

patiënten, opgenomen op de<br />

kinderafdeling, gescreend worden.<br />

Er wordt een inschatting gemaakt<br />

van de psychische factoren die<br />

meespelen in het somatische ziekteproces.<br />

Dit leidt tot diagnosestelling<br />

en voorstel tot behandeling.<br />

Hierbij dient veelal doorverwezen<br />

naar een ambulante dienst of in<br />

mindere mate naar een residentiële<br />

setting. Een aantal protocollen voor<br />

bepaalde patiëntengroepen, zijn<br />

reeds uitgewerkt: bijv. huilbaby’s of<br />

dubbelsporenbeleid bij psychosomatische<br />

klachten. Daarnaast is er<br />

betrokkenheid bij het globale functioneren<br />

van de dienst via deelname<br />

aan briefings, stafvergadering en het<br />

managementteam. Hierbij komen<br />

thema’s als kindvriendelijkheid,<br />

voorbereiding van kinderen op ingrepen,<br />

… aan bod.<br />

Op de ambulante raadpleging is<br />

diagnostiek en/of behandeling<br />

mogelijk bij kinderen en jongeren<br />

met dringende vragen, veelal met<br />

een crisisaspect. Deze begeleiding is<br />

beperkt in tijd, doorverwijzing naar<br />

andere begeleidingsdiensten is de<br />

regel. Daarnaast is kinderpsychiatrisch<br />

advies mogelijk wanneer een<br />

kind of jongere reeds elders begeleid<br />

wordt. De aanmeldingsklachten<br />

kunnen erg verscheiden zijn: angstig<br />

gedrag, schoolweigering, slaapmoeilijkheden,<br />

vermoeden van<br />

ontwikkelingsstoornissen, suïcidedreiging,<br />

sociale strubbelingen,<br />

concentratieproblemen, hechtingsmoeilijkheden,<br />

enz.<br />

Binnen de dienst gebeurt een ontwikkelingsscreening,<br />

neurologisch<br />

onderzoek en psychiatrische diagnostiek<br />

door de kinderpsychiater.<br />

Het psychodiagnostisch onderzoek,<br />

als onderdeel van de kinderpsychiatrische<br />

diagnostiek of bij een<br />

psychologische problematiek, is in<br />

handen van de orthopedagoge. Dit<br />

onderzoek richt zich enerzijds op het<br />

functionele (IQ, concentratie, …) en<br />

anderzijds op het socio-emotionele<br />

luik (beleving, sociaal, inzicht, …).<br />

Behandeling in de vorm van medicatie<br />

en gezinstherapie, is veelal<br />

de taak van de kinderpsychiater.<br />

Opvoedingsondersteuning, psychoeducatie<br />

en individuele begeleiding<br />

wordt verder door de orthopedagoge<br />

opgenomen. De kinderpsychiater<br />

is eindverantwoordelijke en<br />

superviseert.<br />

De orthopedagoge in dit team is<br />

Laure Rubens.<br />

oncologisch<br />

begeleidingsteam<br />

De psychologen worden door de<br />

arts of verpleging ingeschakeld<br />

na de diagnosemededeling. Het doel<br />

hiervan is laagdrempeligheid te bewerkstelligen,<br />

zodat de patiënt (vrijblijvend)<br />

de psycholoog leert kennen<br />

en niet zelf die stap moet zetten. In<br />

een eerste gesprek wordt vooral kennis<br />

gemaakt, nagegaan welke de<br />

draagkracht en omgevingssteun van<br />

de patiënt zijn, of er psychiatrische<br />

antecedenten waren, … Wanneer<br />

er kleine kinderen in het gezin zijn,<br />

worden er tips en boekjes op kindermaat<br />

gegeven over hoe zij dit<br />

aan de kinderen kunnen overbrengen.<br />

Na dit eerste gesprek worden<br />

vooral de patiënten met psychologische<br />

problemen (angst, depressie,<br />

verwerking, …) verder opgevolgd,<br />

wanneer zij naar het ziekenhuis<br />

komen voor chemotherapie. De nazorg<br />

wordt momenteel verder uitgebouwd,<br />

omdat ervaring ons leert dat<br />

patiënten het dikwijls na het stopzetten<br />

van de behandeling, wanneer ze<br />

door iedereen als ‘genezen’ worden<br />

beschouwd, het moeilijk krijgen.<br />

De psychologen van het oncologisch<br />

begeleidingsteam werken ook voor<br />

het palliatief support team. Hiervoor<br />

is bewust gekozen om de continuïteit<br />

in de psychologische zorg voor de<br />

patiënt te garanderen. Het oncolo-<br />

gisch begeleidingsteam is pas recent<br />

officieel opgestart.<br />

De vaste psychologen binnen dit<br />

team zijn Sigrid Claes, Esther Beckers<br />

en Karlien Kuyken.<br />

palliatief support<br />

team<br />

De psychologen ondersteunen de<br />

palliatieve patiënt en zijn omgeving<br />

vanaf de slecht-nieuws-mededeling.<br />

Ook hier wordt laagdrempelig<br />

gewerkt. Ze doen dit in nauwe<br />

samenwerking met de verpleegkundige<br />

coördinator van het palliatief<br />

support team, die vooral aandacht<br />

besteedt aan de pijn- en symptoomcontrole<br />

maar ook oog heeft voor de<br />

emotionele beleving van de patiënt.<br />

De taken van de psycholoog binnen<br />

het palliatief support team zijn vooral<br />

het bieden van emotionele ondersteuning<br />

tijdens het hele ziekteproces<br />

van de patiënt. Ze geven de patiënt<br />

de gelegenheid gevoelens, zoals verdriet,<br />

angst, woede en hulpeloosheid<br />

te uiten. De psycholoog peilt naar<br />

de coping van de patiënt, eventuele<br />

angst of depressie, mogelijke communicatieproblemen<br />

met partner of<br />

familie, … De psycholoog tracht ook<br />

de familie bij deze ondersteuning te<br />

betrekken en biedt soms na het overlijden<br />

van de patiënt de mogelijkheid<br />

tot rouwzorg.<br />

Verder zorgen de psychologen, in<br />

samenwerking met de coördinator<br />

van het palliatief support team, voor<br />

intervisiemomenten voor de referentieverpleegkundigen<br />

palliatieve<br />

zorg binnen het ziekenhuis. Ook<br />

worden er regelmatig bijscholingen<br />

georganiseerd waarin de palliatieve<br />

zorgcultuur binnen het hele ziekenhuis<br />

uitgedragen wordt.<br />

De vaste psychologen binnen dit<br />

team zijn Sigrid Claes, Esther Beckers<br />

en Karlien Kuyken.<br />

>><br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 41


psychiatrie<br />

De PAAZ richt zich naar volwassenen<br />

die lijden onder een psychosociale<br />

crisissituatie. Hierbij kan<br />

psychopathologie optreden of bestaande<br />

pathologie zwaarder doorwegen.<br />

De PAAZ tracht als team een<br />

biopsychosociale visie te hanteren.<br />

De psychologen op de PAAZ verrichten<br />

een aantal diverse taken.<br />

De hoofdtaak bestaat uit het ondersteunen<br />

en begeleiden van de<br />

patiënten op individuele basis, in<br />

groepsgesprekken en in eventuele<br />

koppelgesprekken. Hierbij wordt<br />

veel aandacht besteedt aan de subtiele<br />

wisselwerking tussen enerzijds<br />

de bewuste representatie van de<br />

klacht en anderzijds de somatische<br />

uitingen van onbewuste gevoelens.<br />

We trachten factoren die een diepgaand<br />

emotioneel contact belemmeren<br />

weg te nemen met een bijzondere<br />

aandacht voor de individuele<br />

tolerantie om diepgaande gevoelens<br />

te beleven.<br />

Diagnostiek rond cognitieve stoornissen,<br />

psychopathologie of persoonlijkheidsmoeilijkheden<br />

is een<br />

belangrijke andere taak waarin gebruik<br />

gemaakt wordt van testmateriaal<br />

en de klinische bevindingen.<br />

De vaste psychologen op deze dienst<br />

zijn Christof Van Baekel en Karlien<br />

Kuyken.<br />

42 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

de psychologen in het mariaziekenhuis willen zich in<br />

de komende jaren als team steeds meer ontplooien,<br />

maar ook als team naar buiten treden. er zijn de afgelopen<br />

maanden meerdere ideeën naar voren gebracht, die uiteraard<br />

nog verder overleg vergen om de haalbaarheid ervan te<br />

achterhalen. de rode draad doorheen de toekomstvisie<br />

van de psychologen is zoveel mogelijk mensen, die op de<br />

één of andere manier met het ziekenhuis in contact komen,<br />

bereiken en begeleiden, waar dat nodig blijkt. indien nieuwe<br />

projecten opgestart worden, zal u daar uiteraard van op de<br />

hoogte gehouden worden.<br />

<strong>Mariaziekenhuis</strong><br />

Noord-Limburg<br />

ToeKoMSTVISIe


samenwerking<br />

over de grens<br />

✔<br />

het ‘ayder teaching referral<br />

hospital’ is het universitaire<br />

Ziekenhuis van mekelle. het<br />

ziekenhuis, dat qua grootte<br />

vergelijkbaar is met het mariaziekenhuis,<br />

staat in voor de zorg<br />

van 5 miljoen mensen.<br />

4. samenwerKing met het<br />

uz ‘ayder teaching referral hostpital’<br />

in meKelle, ethiopië.<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 43


ethiopie<br />

dr. stephan claessens<br />

orthopedist<br />

samenwerking met het universitaire ziekenhuis ‘ayder<br />

teaching referral hostpital’ in mekelle, ethiopië<br />

Fig. 1: Mekelle is de hoofdstad van de<br />

provincie Tigray en ligt in het noorden van<br />

ethiopië. De stad telt ongeveer 300.000<br />

inwoners; Tigray zelf telt vijf miljoen inwoners.<br />

44 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

De Katholieke Universiteit Leuven heeft een groots project aan de faculteit landbouw<br />

in Mekelle, en is eigenlijk de motor geweest van de ontwikkeling van<br />

de universiteit. Het project wordt geleid door de universiteit van Leuven, maar is<br />

in feite een interuniversitair project van de vier Vlaamse universiteiten, gesteund<br />

door de VLIR (Vlaamse Interuniversitaire Raad). En het is langs deze weg dat dr.<br />

Claessens in contact kwam met Mekelle.<br />

✔<br />

>><br />

>>


Foto 1:<br />

De werkgroep ethiopië samen<br />

met dr. Wendaferaw<br />

Wendemu Dea en Dr.<br />

Abdulkadir Mohammed<br />

Said<br />

V.l.n.r. Tine Nelis (ziekenhuishygiëne),<br />

dr. Stephan<br />

Claessens (orthopedist),<br />

Marc Vanderbeeken (beleidsadviseur),<br />

dr. Wendaferaw<br />

Wendemu Dea,<br />

dr. Griet Van der Velpen<br />

(hoofdgeneesheer), Jef<br />

Stinkens (diensthoofd), Dr.<br />

Abdulkadir Mohammed<br />

Said en Koen in ‘t Ven (pastoraal<br />

werker)<br />

Mekelle heeft sinds vijftien jaar een<br />

universiteit. Het is uitgegroeid van<br />

een bescheiden instituut tot een<br />

volwaardige universiteit met op<br />

dit ogenblik 20.000 studenten. De<br />

universiteit is verspreid over verschillende<br />

campussen, waarvan de<br />

‘Ayder Campus’ met de faculteit geneeskunde<br />

er één is.<br />

De eerste geneesheren zijn dit jaar<br />

gepromoveerd aan de universiteit.<br />

Het ziekenhuis, verbonden aan de<br />

universiteit, is een jaar geleden officieel<br />

geopend en werkt nu op halve<br />

kracht. Het is een mooi gebouw<br />

langs buiten, maar binnenin is het<br />

nog maagdelijk; er is nog zeer veel<br />

werk aan de winkel.<br />

ondersteuning<br />

De steun die het universitair<br />

ziekenhuis vraagt is gestoeld op<br />

drie pijlers.<br />

Vooreerst is er de materiële hulp. Het<br />

ziekenhuis kan bijna alles gebruiken.<br />

Dit gaat van materialen voor<br />

de operatiezalen tot medicamenten,<br />

boeken, computers, …<br />

Ten tweede is er ondersteuning nodig<br />

voor de organisatie en uitbouw<br />

van het ziekenhuis, zoals management,<br />

personeelsorganisatie, ziekenhuishygiëne,<br />

…<br />

Een derde belangrijke peiler is opleiding,<br />

en dit zowel geneesheren,<br />

verpleegkundigen als paramedici.<br />

Dit kan gerealiseerd worden wederzijdse<br />

uitwisseling; door zowel<br />

mensen naar hier te laten overkomen<br />

als door ze naar ginder te zenden.<br />

In het <strong>Mariaziekenhuis</strong> is een Werkgroep<br />

Ethiopië opgericht. Samen<br />

werken ze actieplannen uit die<br />

stoelen op de drie pijlers. Momenteel<br />

zijn er ook al verschillende organisaties<br />

die willen meewerken aan<br />

het project, o.a. de K.U.Leuven, de<br />

gemeentes Overpelt en Neerpelt, de<br />

VLIR etc.<br />

>><br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 45


beZoek uit mekelle<br />

De eerste grote stap was het uitnodigen<br />

van twee geneesheren<br />

om enkele weken mee te draaien in<br />

het <strong>Mariaziekenhuis</strong>.<br />

Dr. Abdulkadir Mohammed Said,<br />

pediater en decaan van de faculteit<br />

geneeskunde, en dr. Wendaferaw<br />

Wendemu Dea, orthopedist, waren<br />

te gast in het <strong>Mariaziekenhuis</strong> van<br />

23 juli tot 6 augustus.<br />

Zij werden ontvangen door bijna<br />

alle diensten van het ziekenhuis<br />

en hebben een gedegen uitleg<br />

gekregen over de werking ervan.<br />

Dr. Wendaferaw Wendemu Dea<br />

heeft verschillende orthopedische<br />

ingrepen meegedaan. Tevens<br />

46 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

hebben ze andere zorgverlenende<br />

instellingen bezocht en hebben ze<br />

kennis gemaakt met onze streek.<br />

Ze bezochten verschillende steden<br />

waaronder Antwerpen, Brugge,<br />

Brussel en Hasselt.<br />

Op donderdag 19 augustus werd er<br />

een infoavond georganiseerd met<br />

henzelf, waarop een afvaardiging<br />

van de KUL, het Virga Jesse<br />

ziekenhuis, het Salvatorziekenhuis<br />

en de gemeenten Overpelt en<br />

Neerpelt aanwezig waren. Het<br />

was een interessante en vruchtbare<br />

avond.<br />

Een afvaardiging van het ziekenhuis<br />

zal op het einde van dit jaar een<br />

bezoek brengen aan Mekelle, in het<br />

kader van de wederzijdse uitwisseling.<br />

Dr. Abdulkadir Mohammed Said<br />

en dr. Wendaferaw Wendemu Dea<br />

waren erg onder de indruk van onze<br />

organisatie en hopen op een verder<br />

doorgevoerde samenwerking.<br />

Wij zijn er ons terdege van bewust<br />

dat het pad van de samenwerking<br />

niet op rozen zal verlopen, maar<br />

we houden ons aan de leuze “start<br />

small, end big”.<br />

Foto 2:<br />

Dr. Wendaferaw<br />

Wendemu Dea<br />

volgt een orthopedische<br />

ingreep<br />

>>


uniek theaterconcert<br />

Zondag 18 oktober 2009 om 14.30 uur<br />

in het cc dommelhof te neerpelt.<br />

kaarten kosten 8 euro en kunnen nu reeds gekocht worden bij koen<br />

in ’t ven op het nummer 011 826 087.<br />

De pastorale dienst van het <strong>Mariaziekenhuis</strong><br />

nodigt jullie van harte uit op een<br />

Uniek Theaterconcert<br />

van<br />

Miel Cools & GeBak<br />

Een programma om van te smullen ... met vitamientjes voor je hart!<br />

datum zondag 18 oktober 2009<br />

aanvang om 14.30 uur<br />

plaats CC Dommelhof te Neerpelt<br />

inkom 8 euro<br />

miel cools & GeBak<br />

Snel zijn is de boodschap want de kaarten vliegen de deur uit!<br />

van<br />

harte<br />

welkom!<br />

genummerde plaatsen • reservatie noodzakelijk op weekdagen tussen 9 en 12 uur, 011 826 087<br />

De opbrengst van dit concert gaat integraal naar het goede doel!<br />

Een samenwerkingsproject van het <strong>Mariaziekenhuis</strong> vzw<br />

met het ziekenhuis van Mekelle in Ethiopië.<br />

financiële steun is welkom op het rekeningnummer:<br />

735-0223274-65<br />

(IBAN: BE18 73502232 7465, BIC-CODE KREDBEBB)<br />

vermeld duidelijk uw naam, adres, woonplaats en uw e-mailadres.<br />

<br />

<br />

<br />

fondswerving<br />

een groot probleem is<br />

het werven van fondsen<br />

ter ondersteuning van het<br />

ziekenhuis in ethiopië. een<br />

eerste stap naar het verzamelen<br />

van financiële steun, was<br />

het optreden van miel cools,<br />

georganiseerd door koen in<br />

’t ven en de pastorale dienst.<br />

de zanger stond op 7 juni<br />

op de planken van een volledig<br />

uitverkocht dommelhof.<br />

het overdonderende succes<br />

van dit eerste concert, gaf<br />

aanleiding tot de organisatie<br />

van een tweede concert<br />

van de vlaamse troubadour.<br />

dit gaat door op zondag 18<br />

oktober 2009.<br />

een ander initiatief is<br />

het oprichten van een<br />

vriendenkring voor mekelle.<br />

door lid te worden, kunt u<br />

zelf een financieel steentje<br />

bijdragen aan het samenwerkingsproject.<br />

het lidgeld<br />

bedraagt 10 euro, een hoger<br />

bedrag mag natuurlijk altijd.<br />

het lidgeld wordt volledig<br />

gebruikt bij de ondersteuning<br />

van de talrijke projecten die<br />

ons ziekenhuis op poten zet.<br />

als lid van de vriendenkring<br />

wordt u vier keer per jaar op<br />

de hoogte gebracht over de<br />

activiteiten voor het universitaire<br />

Ziekenhuis te mekelle.<br />

eenmaal per jaar ontvangt u<br />

ook een financieel rapport.<br />

oktober 2009 l trigonum<br />

tri 47


dhr. <br />

<br />

<br />

trigonum<br />

tri<br />

48 trigonum<br />

tri l oktober 2009<br />

medisch informatieblad voor artsen<br />

<strong>Mariaziekenhuis</strong><br />

Noord-Limburg<br />

mariaziekenhuis vzw ■ maesensveld ■ b-3900 overpelt ■ www.mariaziekenhuis.be<br />

belgië-belgique<br />

p.b. - p.p.<br />

3900 overpelt<br />

bc 13638<br />

3-maandelijks tijdschrift • editie oktober - november - december • Erk.nr. P910661 • Afgiftekantoor 3900 Overpelt • V.U. Roger Luyten, Maesensveld 1, 3900 Overpelt

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!