Authentieke versie downloaden (pdf)
Authentieke versie downloaden (pdf)
Authentieke versie downloaden (pdf)
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Tactiek 2.3 Gerichte communicatie<br />
Ter ondersteuning van de voorgaande tactieken 2.1 en 2.2 is gerichte communicatie, als<br />
ondersteunend instrument, volgens de projectgroep noodzakelijk. Deze communicatie kent twee<br />
verschillende doelgroepen en boodschappen:<br />
• Communicatie met opdrachtgevers van sloopwerken. Het slopen van een gebouw is één van<br />
de vele stappen in een nieuwbouw- of renovatieproces. Vaak proberen opdrachtgevers kosten<br />
te besparen op het slopen, omdat zij het beschikbare geld liever besteden aan de nieuwbouw<br />
of renovatie zelf. De eenvoudigste manier om kosten te besparen is het stellen van niet al te<br />
veel eisen aan de sloop. De zorg voor een adequate omgang met in het sloopwerk aanwezige<br />
schadelijke stoffen leggen opdrachtgevers veelal bij de aannemer van het sloopwerk. Via<br />
communicatie met opdrachtgevers van sloopwerken, waaronder projectontwikkelaars en<br />
woningcorporaties, kan worden overgebracht dat (a) het niet selectief verwijderen van<br />
schadelijke stoffen voorafgaand aan de sloop problemen oplevert en (b) opdrachtgevers van<br />
sloopwerken hiervoor medeverantwoordelijkheid dragen en deze medeverantwoordelijkheid<br />
inhoud kunnen geven door het stellen van kwaliteitseisen aan de sloop waarvoor zij opdracht<br />
geven.<br />
• Communicatie met de sloopbranche c.q. -bedrijven. Door met de sloopbranche te communiceren<br />
over tactiek 2.1 en tactiek 2.2 kan deze branche alert worden gemaakt op het feit dat gemeenten<br />
de sloopvergunningen en het toezicht daarop meer gaan richten op het vooraf selectief<br />
verwijderen uit sloopwerken van bepaalde schadelijke stoffen. Deze communicatie kan een<br />
positief effect hebben op het gedrag dat je wilt bewerkstelligen (preventieve handhaving).<br />
In de projectgroep is het idee van een kliklijn geopperd om zicht te krijgen op bedrijven die de<br />
regels overtreden. Dit idee wordt meegepakt bij de uitwerking van tactiek 2.3.<br />
Tactiek 2.4 Ketenhandhaving<br />
De bij sloop vrijkomende materiaalstromen worden afgevoerd, rechtstreeks of via een<br />
sorteerbedrijf, naar een (eind)verwerker. Aan de hand van afleverbonnen kan op de slooplocatie<br />
worden gecontroleerd of dit op de juiste wijze (Euralcodes, VIHB, et cetera) en naar een vergunde<br />
(sorteer)inrichting, welke de genoemde Euralcodes mag accepteren, heeft plaatsgevonden.<br />
Meestal is de provincie bevoegd gezag voor deze (sorteer)inrichtingen, alhoewel met de recente<br />
wijziging van het IVB gemeenten in meer gevallen dan voorheen bevoegd gezag zijn. Bij<br />
controles van de (sorteer)inrichtingen kan aan de hand van dezelfde afleverbonnen worden<br />
nagegaan of de aangevoerde materialen (met unieke Euralcodes) apart zijn aangevoerd,<br />
apart zijn gehouden en weer apart zijn afgevoerd. Daarnaast kan bij sorteerinrichtingen ook<br />
aan de hand van aangevoerde partijen (on)gesorteerd BSA worden gecontroleerd, of er nog<br />
(bepaalde) schadelijke materialen in het afval aanwezig zijn. Indien deze materialen bij een<br />
controle worden aangetroffen, kan terug in de keten – bij de ontdoener of leverancier van het<br />
afval – worden nagegaan of deze op de voorgeschreven wijze en met een sloopvergunning heeft<br />
gesloopt. Indien er bij een sorteerinrichting of een puinbreker schadelijke materialen worden<br />
aangetroffen in het (uitgesorteerde) BSA (puin), zoals dakleer, dakgrind, gipshoudend materiaal,<br />
asbest, et cetera), dan is er sprake van een overtreding, omdat de inrichting op grond van zijn<br />
acceptatiereglement (BRL 2506) visueel geen van de genoemde materialen in zijn puin mag<br />
accepteren.<br />
Tactiek 2.4 komt gezien het voorgaande neer op ketenhandhaving (toezicht houden op de<br />
keten voorwaarts en weer terug). Hierbij zullen verschillende partijen moeten samenwerken<br />
en concrete informatie moeten uitwisselen willen zij deze ketenhandhaving succesvol kunnen<br />
realiseren. Dit zijn in ieder geval de VROM-Inspectie, de gemeenten, de provincies en eventueel<br />
de certificerende instellingen (vanwege BRL 2506).<br />
Operationele acties voor tactiek 2.1, 2.2, 2.3 en 2.4 – Wie moet wat doen?<br />
Actie 2.1.1 Factsheets maken over de bij sloop selectief te verwijderen schadelijke stoffen ➜<br />
VROM/SenterNovem i.s.m. de VNG en de branche<br />
Op dit moment bestaat er een globaal beeld van de schadelijke stoffen die voor selectieve<br />
verwijdering voorafgaand aan sloop in aanmerking komen. De projectgroep vindt dat dit beeld<br />
Aanpak risicomomenten BSA-keten<br />
35