05.05.2013 Views

Lente 2008 - Stichting Tubereuze Sclerosis Nederland

Lente 2008 - Stichting Tubereuze Sclerosis Nederland

Lente 2008 - Stichting Tubereuze Sclerosis Nederland

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Dagelijks bestuur STSN

Hans Ploegmakers, voorzitter

Marlies van Zuilen, secretaris

Theo Rijkelijkhuizen, penningmeester

Secretariaat STSN

Marlies van Zuilen

Telefoon: 030-7070554

Couwenhoven 53-09, 3703 ES Zeist

E-mailadres: info@stsn.nl

Website: www.stsn.nl

Redactie

Haike Doornbos

Corinne Kijl

Mieke Kroondijk

Cora Moret

Monique Müller

Tamara Visser

Adres TSC Contact

Hoogstraat 20

4285 AH Woudrichem

E-mailadres:

TSC-Poli UMC Utrecht

Polikliniek Interne Geneeskunde:

Telefoon: 088-7555555

Dr. B.A. Zonnenberg:

Telefoon: 088-7559111, zoemer 1154

TSC-Poli: elke week op afspraak

Telefoon: 088-7558399

Sylvia Tóth Centrum Utrecht

Wilhelmina Kinderziekenhuis

Secretariaat telefoon: 088-7553898

Klinische Genetica

Erasmus MC, Rotterdam

Dr. Anneke Maat-Kievit

Telefoon: 010-4636915

(maandag, dinsdag en donderdag)

Bank

Rabobank rekeningnummer: 11.89.41.127

ABN-AMRO Bank

rekeningnummer: 56.84.43.640

Voor België:

KBC Bank Turnhout

rekeningnummer: 730-1401238-69,

t.n.v. STSN

2

inhoud

4 | Bestuursmededelingen

6 | Lotgenotenrubriek:

Verslag MBO/HBO contact in

november 2007

8 | Sponsor de STSN

10 | Op stap voor de STSN

12 | Tandheelkundige aspecten bij kinderen

en volwassenen met TSC

15 | De belevenissen van Lucas

16 | Nervus Vagus Stimulatie

20 | Speelkamp Abrona

22 | Epilepsieonderzoek en ontwikkelings-

stoornissen

26 | Mijn verhaal

28 | Ketogeen dieet

30 | Camouflerende cosmetica

32 | STSN-er in beeld

34 | Tip en truc hoek

Lente 2008 | TSC Contact


Van de redactie

Beste lezers,

Onze jongste dochter zit op voetbal. Het team

bestaat uit een stel leuke meiden van 16 en 17

jaar. Niveau Nederlands elftal is nog niet

bereikt, maar ze hebben heel veel plezier

samen en dat is het belangrijkste.

Zaterdag spelen ze ‘uit’ en het is mijn beurt om

te rijden. Eén uur heen, spelen en dan weer één

uur terug; kortom weg zaterdagmiddag.

Ik houd veel van mijn kinderen dus ik rijd.

Ik plaag mijn dochter een beetje en zeg:

“Zonde van mijn zaterdagmiddag. Ik neem wel

een boek mee”. De reactie van mijn dochter is

een heftige: “Dat kun je niet maken! Alle ouders

staan altijd langs de lijn en dan zit jij daar met

een boek!” Natuurlijk zit het hem niet in dat

boek, maar in anders zijn dan anderen.

Anders zijn, je anders voelen, er anders uitzien;

de meeste mensen houden daar niet van.

Niet opvallen; doe maar gewoon dan doe je al

gek genoeg. Anders zijn dan de rest; dat heb je

niet altijd zelf voor het zeggen. Mensen met

TSC weten als geen ander wat dat betekent;

zij zijn anders, gedragen zich soms anders en

hebben soms te maken met verstandelijke,

psychische of fysieke beperkingen. Dat is niet

altijd fijn. In dit nummer van TSC Contact staan

we stil bij dit thema en tegelijkertijd willen we

laten zien dat anders zijn niet altijd hoeft te

betekenen dat er geen mogelijkheden zijn.

Mogelijkheden op het gebied van verzorging,

behandelingen, genieten tijdens vakanties en

kansen voor de toekomst door middel van

onderzoek.

Of je nu speelt bij het Nederlands elftal of bij

een plaatselijke voetbalvereniging, je bent

samen een team en speelt tegen de ‘anderen’.

Ouders en andere supporters staan langs de

zijlijn om je aan te moedigen. Het is de bedoeling

dat de bal vooruit, richting doel gaat.

Dat lukt niet altijd. Soms rolt de bal de verkeerde

kant uit of struikel je over de bal. Dat is

vervelend, maar je bent samen en samen ga

je er voor, op weg naar het voor jou bereikbare

doel!

Namens de redactie,

Haike Doornbos

TSC Contact

Lente 2008 | jaargang 26

nummer 102 | ISSN 1570 - 5145

TSC Contact | Lente 2008 3


4

bestuursmededelingen

Speerpunten 2008

De kop is er al weer af van 2008! Ik spreek hier

graag de verwachting uit dat we er met z'n

allen weer een uitstekend STSN-jaar van gaan

maken. Er staat weer het nodige op de rol.

Zonder uitputtend te willen en kunnen zijn

noem ik enkele markante punten: de nieuwe

website is zojuist gelanceerd; er komt een huisartsenbrochure

over TSC samen met de VSOP;

er komt een herstart van de medische werkgroep

met vrijwilligers van de STSN; er wordt

hard gewerkt aan uitbreiding van de faciliteiten

voor mensen met TSC naast de poli bij het UMC

Utrecht, het Sylvia Tóthcentrum voor diagnose

en de Expertisegroep Gedrag; het lotgenotencontact

krijgt nieuwe impulsen, incl. contactdag

en gezinsdag. En niet te vergeten verdere

promotie van de STSN en bekendheid van TSC.

En uiteraard allerlei sponsoringinitiatieven om

onze ambities ook te kunnen realiseren. Voor

deze plannen en al die andere zaken waarmee

we 'gewoon' energiek doorgaan, hebben we

jullie hulp hard nodig. Ik reken weer op ieders

bijdrage! Een goed 2008!

Nieuwe website

Op 5 februari is de nieuwe site www.stsn.nl

gelanceerd. Wij danken ook vanaf deze plaats

Inge Tol en haar team van harte voor het

prachtige resultaat. De site zal meer dan de

bekende site ook gericht zijn op de STSN’ers

zelf met o.a. een forum, nieuwsberichten en

een agenda. Daarnaast blijft de site een bron

van informatie voor iedereen die geïnteresseerd

is in TSC en de STSN.

Huisartsenbrochure over TSC

Er zal zoals eerder aangekondigd binnenkort

over TSC een huisartsenbrochure worden ontwikkeld

samen met de VSOP (Alliantie voor

erfelijkheidsvraagstukken). In januari is de

arts/auteur met ons materiaal aan de slag

gegaan. Verwachting is dat de brochure deze

zomer klaar zal zijn.

Betalende leden

De STSN had per 31 December 2007 totaal 449

door Hans Ploegmakers

betalende leden/donateurs, dat is een netto

vooruitgang van 30 donateurs of wel 6%.

Ook de hoogte van de donaties is het afgelopen

jaar gestegen, en wel met 7%.

Bijdrage 2008

De STSN penningmeester zal rond 1 mei a.s.

de nota/acceptgirokaart weer aan alle

leden/donateurs toezenden. Hierop staat het

bedrag vermeld dat de STSN het afgelopen

jaar van u mocht ontvangen. Als u een ander

bedrag wilt overmaken kunt u dat uiteraard

gewoon doen. Mocht u hiervoor de acceptgirokaart

gebruiken, dan is het doorhalen van het

afgedrukte bedrag voldoende. U kunt dan het

gewenste bedrag erboven invullen.

Uw lidmaatschap van de STSN

vergoed door uw zorgverzekeraar?

Wist u dat veel Zorgverzekeraars in hun aanvullende

verzekering een vergoeding kennen voor

contributie van een patiëntenvereniging voor

chronische aandoeningen, met een maximum

van € 20,= per kalenderjaar? U kunt hiervoor

de STSN nota/acceptgirokaart gebruiken.

Giften en de belasting

Giften zijn met ingang 1 januari 2008 alleen

nog aftrekbaar van de belasting, als de ontvanger

van de gift is aangemerkt als een

algemeen nut beogende instelling (ANBI).

Dit geldt voor de giftenaftrek van de inkomstenbelasting,

vennootschapbelasting en successie.

Ook de STSN heeft bij de

Belastingdienst een verzoek ingediend om

te worden aangewezen als een ANBI.

Deze aanvraag is inmiddels gehonoreerd door

de Belastingdienst. De STSN staat ook als

zodanig vermeld op de website van de

Belastingdienst. Giften aan de STSN zijn dus

aftrekbaar! Het is maar dat u het weet!

Stichting Michelle

De Stichting Michelle (ook aangemerkt als ANBI)

zet zich in om het wetenschappelijk onderzoek

naar TSC financieel te ondersteunen. Eind 2007

werden aanvullende subsidies (á €17.000,00)

Lente 2008 | TSC Contact


toegekend aan het onderzoek van dr. Ype

Elgersma (zie TSC Contact nummer 100) van

het Erasmus Medisch Centrum en het onderzoek

van dr. Eleonora Aronica (zie elders in dit

nummer) van de Universiteit van Amsterdam.

Op www.stichtingmichelle.nl vindt u hierover

meer informatie. De STSN en de Stichting

Michelle werken op diverse gebieden nauw

samen.

TSC en STSN in Wisselwerking

In Wisselwerking, het tweemaandelijks magazine

van de Nierpatiënten Vereniging Nederland

verscheen recent een artikel over TSC van de

hand van dr. Zonnenberg, vergezeld van een

interview met Hans Ploegmakers over zijn

dochter Joyce.

Nieuwe STSN publicatie

De STSN heeft een artikel van Arni Hubbeling

opgenomen in zijn reeks publicaties. De titel

is ‘Gemiddelde intelligentie: bovengemiddelde

problematiek; arbeidshandicaps door cognitieve

problemen met mensen met TSC en een

gemiddelde intelligentie’. Het is bij het secretariaat

of via de site op te vragen.

Een pluim voor Jaap!

bestuursmededelingen

Beurzen nieuws

Van woensdag 16 t/m zaterdag 19 april 2008

staat de STSN met een stand op de Supportbeurs

in de Jaarbeurs te Utrecht. Via de site

www.supportbeurs.nl kunt u gratis toegangskaarten

aanvragen.

Op dinsdag 13 mei 2008 zijn we present op

de informatiemarkt bij het Publiekssymposium

‘het Nationale Geneesmiddelendebat’.

De Nederlandse Vereniging voor Farmacologie

organiseert dit. Plaats: Beatrixgebouw,

Jaarbeurs te Utrecht.

Comité van Aanbeveling

Het bestuur is doende een Comité van

Aanbeveling te vormen. Monique Velzeboer,

oud Olympisch kampioen shorttrack heeft zich

inmiddels bereid verklaard. Wij zijn daar heel

blij mee. Monique leverde in 2006 een bijdrage

aan de STSN Contactdag. Zij is ook bekend als

fotograaf en ambassadeur van het Lilianefonds.

In Spant! in Bussum loopt momenteel een

mooie expositie van haar.

De tweede toezegging is van de voorzitter van

de Stichting Michelle, Tim Noortman.

Wij houden u op de hoogte over het vervolg.

Jaap den Hollander heeft zo'n 10 jaar de STSN site

beheerd. In 1998 werd vooral door zijn inspanningen

en vakmanschap de eerste site voor de STSN

gebouwd en in 2004 werd deze aangepast aan de

toen ingevoerde huisstijl. Hiermee heeft hij een

geweldige bijdrage geleverd aan de professionele

en representatieve uitstraling van de

STSN. De sitemeter wees uit dat er steeds

meer mensen op onze site terecht kwamen. Het feit dat we recent met de site een heel

nieuwe weg zijn ingeslagen, doet niets af aan onze grote erkentelijkheid voor wat Jaap heeft

neergezet. Jaap bedankt!

TSC Contact | Lente 2008 5


6

lotgenotenrubriek

Verslag MBO/HBO contact in

november 2007

Zaterdag 24 november 2007 waren de deelnemers aan het MBO/HBO Contact weer bij elkaar in

Dronten. Er waren drie nieuwe deelnemers en vier partners waren meegekomen naar Dronten.

De groep breidt zich dus uit en voorziet kennelijk in een behoefte.

We zijn begonnen met een kennismakingsgesprek

en daarna hebben we in groepjes

gepraat over verschillende onderwerpen:

nierproblemen, kinderen, werk, relaties en

vrije tijd. Op het gebied van de nieren zijn er

positieve en minder positieve ervaringen bij de

deelnemers. Op het gebied van ‘kinderen en

TSC’ zijn hele gelukkige ontwikkelingen te

melden: de geboorte van een tweeling en van

een dochter; beide zonder TSC.

Na de lunch en een wandeling hebben we uitgewisseld

wat voor ieder die dag belangrijk

was geweest. Iedereen zat zichtbaar te genieten

van de onderlinge herkenning en het familiegevoel,

ook ik. Toen ik met de voor mij kenmerkende

aarzeling begon over wel of niet

stoppen met de begeleiding stelde de gastheer

resoluut voor dat hij en zijn vrouw voortaan de

organisatie en het verslag zouden regelen

zodat ik alleen maar de opzet van de dag en de

begeleiding op de dag zelf voor mijn rekening

hoef te nemen. Ik word als een soort moeder

van de groep beschouwd en eigenlijk is dat

ook zoals ik me voel.

De opdracht die de deelnemers meekregen

voor het verslag was: aangeven waarom het

MBO/HBO contact voor hen waardevol is.

Hieronder een aantal reacties:

Als je voor het eerst naar zo’n contact gaat is

de drempel hoog. Zodra je er bent merk je dat

je niet de enige bent in de groep. Dat sterkt je

tekst Arni Hubbeling

zelfvertrouwen. Mijn advies aan mensen die het

moeilijk vinden om deze stap te zetten is: zet

deze stap en laat je meenemen in de wereld die

TSC heet. We zijn een grote familie bij elkaar.

Harma Koopal

Je kunt vaak heel veel kennis van iets hebben,

maar niet weten hoe iets voelt. Op het

MBO/HBO contact tref ik mensen die het echt

begrijpen, ze zijn namelijk ervaringsdeskundigen.

Marcel Scoltens

Het MBO/HBO contact is voor mij waardevol,

omdat ik met anderen op een prettige manier

over TSC kan praten en ervaringen met hen

kan delen. We zijn een hechte groep en mede

daardoor vind ik een jaarlijks contact erg

waardevol. Verder word ik door het bijwonen

van dit contact gesteund in het feit dat wij het

eigenlijk wel ‘getroffen’ hebben wat TSC

betreft. De ziekte had veel erger uit kunnen

pakken, maar ik troost mij altijd met het feit

dat deze groep daar in zekere zin geluk mee

heeft gehad.

Anouk Doornbos

De contactdag is een belangrijke bron van

informatie, lol, gedeelde smart, samen delen en

begrip krijgen voor dingen waar vele anderen

je niet snappen.

Marjon Wanders

Lente 2008 | TSC Contact


Omdat ik dan ook herkenbare dingen hoor en

weet dat ik dat niet alleen heb. Of ergens last

van heb, en hoor dat dat normaal is bij TSC.

Sabine Oltheten

Een warm bad van herkenning. Ik leer er

anderen en mezelf kennen. Uitwisselen van

ervaringen, begrijpen en begrepen worden.

Doordat je verschillende mensen steeds terug

ziet, ben je ook heel benieuwd naar hoe het

verder met ze gaat.

Jennie Fijnekam


activiteitenkalender lotgenotencontact

Ondanks dat iedereen anders is die deze dag

bijwoont, zie je ook heel veel overeenkomsten.

Het is leuk om te horen hoe anderen met TSC

omgaan. En hierdoor weet je dat je niet alleen

staat in je problemen en ideeën.

Vandaar dat ik dit contact nog lang wil bijwonen.

Steven Kammenga

Zaterdag 19 april 2008

Bijeenkomst voor ouders van kinderen met TSC in de leeftijd van 0-12 jaar

Onderwerp: Op vakantie met een kind met TSC. Naar het buitenland of juist niet. Vliegen of

met de auto. Welke medische zaken moet je van tevoren regelen? Hoe reageert je kind op al

de veranderingen tijdens de vakantie? Hoe ga je daar mee om? Waarschijnlijk is er ook tijd om

over andere onderwerpen te praten. Wij vragen daarom jullie inbreng door onderwerpen aan

Jacquelien te mailen!

Lokatie: In Parc Spelderholt te Beekbergen van 13.30-17.00 uur

Er zijn geen kosten aan verbonden. Deze middag wordt geleid door Gerda de Boer en

Jacquelien van der Ploeg. Na aanmelding krijgt u rond 12 april een persoonlijke uitnodiging.

Opgeven vòòr 1 april 2008 bij Jacquelien van der Ploeg, contactpersoon lotgenotencontact

STSN; of tel: 0252-222482

Zaterdag 21 juni 2008

STSN gezinsdag

Inmiddels voor de derde keer de jaarlijkse gezinsdag. Dit jaar ontmoeten wij elkaar in de

Apenheul in Apeldoorn. De lunch zal zeker een belangrijke plaats innemen zodat er ruim de

gelegenheid is om elkaar te spreken. Let op: in het vorige blad stond 14 juni vermeld als

gezinsdag. Wijzig en noteer de juiste datum alvast in uw agenda en houd de website in de

gaten voor meer informatie!

Huiskamerbijeenkomsten in de regio

Start na de zomer

Na de zomer wordt er gestart met huiskamerbijeenkomsten. Het is de bedoeling dat een

kleine groep (max. 10 personen) uit een bepaalde regio, die met TSC te maken heeft, de

mogelijkheid geboden wordt om elkaar te ontmoeten en ervaringen uit te wisselen.

Houdt de website in de gaten voor meer informatie.

Zaterdag 4 oktober 2008

Contactdag STSN

Zie voor meer informatie elders in het TSC Contact

TSC Contact | Lente 2008 7


Sponsor de STSN

In dit nummer van het TSC Contact voor de derde keer de rubriek ‘Sponsor de STSN’.

Opnieuw geweldig nieuws

De familie Kormelink uit Haaksbergen kwam op

het geweldige idee om bij het feest ter gelegenheid

van het 90-jarig bestaan van aannemers

bedrijf Kormelink twee goede doelen onder

de aandacht te brengen. Naast een Enschedese

school was dat de STSN. Dat leverde vele

donaties op, in totaal zo’n € 15.000.

Dit bedrag werd aangevuld door de familie tot

€ 20.000, waarvan de STSN de helft tegemoet

mag zien. Over de besteding werden we het al

gauw eens. Daarover later meer. Op een gepast

moment (bij de gezinsdag?) zal de cheque wor-

8

sponsoring

den overhandigd en op de foto gezet. Komt dan

vast nog in het TSC Contact!

Donatie Haaksbergse kunstenaressen

De Haaksbergse kunstenaressen Petra van

Lochem en Carine Lammers hebben onlangs

een expositie gehouden bij Aannemersbedrijf

Kormelink te Rietmolen. Deze expositie genaamd

“Kunst met Karakter” doet deze twee

dames zeker eer aan. Zij kwamen met het idee

de opbrengst van hun eerst verkochte schilderij

te doneren aan KWF Kankerbestrijding en

Stichting Tubereuze Sclerosis Nederland.

De Haaksbergse kunstenaressen Petra van Lochem en Carine Lammers

Lente 2008 | TSC Contact


Kaartenverkoop

In het vorige blad vertelden we al over de

verkoop van kunstkaarten voor de STSN.

Dat loopt goed.

‘Nu nog iemand die de productie van de volgende

kaart wil sponsoren….’ was onze wens

toen. Nou die wens is in vervulling gegaan.

We kregen namenlijk € 400 van twee

Haaksbergse kunstenaressen. We hopen de

nieuwe kaarten spoedig op onze site te kunnen

presenteren.

Koninginnedagproject

Van Femke kregen we een bijzonder leuk

bericht: ‘Ik ben op dit moment druk bezig met

mijn Koninginnedagproject. Ik heb inmiddels

een hele reeks spullen genaaid die ik dan ga

verkopen met Koninginnedag en waarvan de

helft wordt gedoneerd aan de STSN. Het is niet

zo indrukwekkend als de webshop 4youfashion,

maar ik hoop toch hiermee mijn steentje

bij te dragen!!’. Hartstikke goed en succes!

Overlijden

Kort na de jaarwisseling kregen we het droeve

bericht van een lid uit het Brabantse plaatsje

Zeeland dat haar man enkele dagen daarvoor

was overleden aan kanker en dat het zijn wens

was dat de donatie na de crematie naar het

goede doel de STSN zou gaan. Wij wensen de

familie veel sterkte toe met het verlies en zijn

dankbaar voor de mooie donatie.

Periodieke schenking

Onlangs kregen we het bericht dat een van

onze leden met een ‘akte van schenking periodieke

uitkering’ via de notaris een schenking

geregeld had van vijf jaar achtereen € 2000

voor de STSN. Hartstikke goed. Overweegt u

ook zo’n periodieke schenking, dan kunt u voor

informatie altijd contact opnemen met onze

penningmeester Theo Rijkelijkhuizen. Inmiddels

heeft de STSN van de Belastingdienst de status

van een algemeen nut beogende instelling

(ANBI) toegewezen gekregen. Dit maakt dat

schenkers hun gift fiscaal voordelig kunnen

doen.

De eerste advertenties

Onze actie om adverteerders te vinden voor

het TSC Contact heeft de eerste resultaten

opgeleverd. In dit blad de eerste advertenties

uit de geschiedenis van het TSC Contact:

de Hersenstichting en de Stichting Michelle.

Wij zijn hier erg blij mee. Mocht het u op

ideeën brengen, neemt u dan contact op met

het bestuur.

Cadeautip

Geef ons laatste jubileumboek ‘Sterke portretten.

Wij hebben TSC’ cadeau aan familieleden,

vrienden, bekenden, buren, leerkrachten, begeleiders

enz. Te bestellen bij ons secretariaat en

via de site www.stsn.nl voor € 15.

Nieuwe ideeën voor sponsoring blijven welkom!

CONTACTDAG

ZATERDAG 4 OKTOBER 2008

Houdt u deze dag in uw agenda vrij?

Wij zijn druk bezig met het programma en dat zal zo snel mogelijk volgen.

Wij hopen u allen weer te mogen begroeten, dit jaar op een

bijzondere locatie!

CONTACTDAGCONTACTDA

Houdt u de website in de gaten?

TSC Contact | Lente 2008 9


10

op pad voor de STSN

Nursing Event in Utrecht

Bekendheid geven aan TSC is een van de doelstellingen van de STSN en dus zijn we op de Nursing

Event in de Beatrixhal in Utrecht. Willem Verheij de grote voortrekker van het beursgebeuren is al op

tijd aanwezig om de stand op te bouwen. De grote zorgverzekeraars staan in de hal waar de verlich-

ting op en top is. De kleinere patiëntenverenigingen moeten het doen met een donker gangetje aan de

rand van de beurs. Maar Willem is een ervaren beursganger en heeft in de loop van de tijd de juiste

spullen verzameld waarmee hij in alle omstandigheden de aandacht trekt.

Ruim voordat de deuren opengaan staan wij

klaar met onze informatie. Els den Hollander is

inmiddels ook gearriveerd om haar kennis en

ervaring te verspreiden. Onder het genot van

een kopje koffie delen we eerst ons eigen lief

en leed, om vervolgens de bezoekers ermee te

verrijken. Veel studenten, maar ook ervaren verpleegkundigen

horen onze verhalen met grote

belangstelling aan. “Nog nooit van gehoord,

maar wat goed om te weten”, is een veel

gehoorde kreet. Met een tas vol folders, pennen

en notitieblokjes vervolgen de dames en een

enkele heer hun tocht over de beurs op zoek

naar nog meer “goed om te weten” dingen.

tekst en foto Inge Tol

Als STSNer heb ik het als een zinvolle dag

ervaren. Ik vertel vaak aan familie, vrienden en

collega’s wat de ziekte behelst, dus het verhaal

is gesneden koek. En het is heel prettig om het

aan mensen te vertellen die beroepsmatig dicht

bij de patiënt staan en een verschil kunnen

maken in het stellen van een vroege diagnose.

Voor wie dat ook wil ervaren is er een gelegenheid

in april en in mei.

Voor informatie over de beurzen verwijzen wij

u naar de ‘Bestuursmededelingen’, rubriek:

Beurzen nieuws. Je kunt je aanmelden bij

Willem Verheij, ■

Els den Hollander en Willem Verheij in de stand van de STSN

Lente 2008 | TSC Contact


Van goed naar groter

Fonds PGO, Dexter Communicatie en Newcom

Research & Consultancy hebben opdracht gegeven

een onderzoek te doen naar het imago van patiënten-

en gehandicaptenorganisaties. Achterliggende

gedachte is dat deze organisaties in het algemeen

maar een relatief klein percentage van de doelgroep

aan zich weten te binden, zonder dat bekend is wat

hiervan de oorzaak is. Inzicht in de oorzaak kan

belangrijke aangrijpingspunten bieden voor behoud

van de bestaande achterban en bij werving van

nieuwe leden/donateurs. Dit onderzoek heeft de

naam ‘Van goed naar groter’ gekregen. Na afronding

van het onderzoek is een aantal workshops georganiseerd. Doel daarvan was de onderzoeksresultaten

van het project te vertalen naar de alledaagse praktijk van de organisaties.

Steven Kammenga en Anouk Doornbos gingen voor de STSN op pad.

Op 19 oktober startte de workshop Jongeren

Community bij Seats2Meet in Maarssen.

In een prachtige vergaderlocatie werd in de

eerste bijeenkomst verteld op welke manieren

jongeren te bereiken zijn. De nadruk werd

vooral gelegd op het internet en het algemene

idee over een eindproduct was een website

voor één van de deelnemende patiëntenorganisaties.

Bij de tweede bijeenkomst was de

opkomst minder dan bij de eerste bijeenkomst.

Dit kwam doordat er onduidelijkheid was ontstaan

over het uiteindelijk te bereiken resultaat.

Wellicht was dit ook de reden dat Fonds PGO

de opdracht van Dexter Communicatie had

overgedragen naar Zenith, een ander trainingsbureau.

Dit bureau had een andere manier van

aanpakken en ging meer uit van scenariodenken.

Om jongeren te bereiken moet je goed

nadenken over hoe de jongeren in de toekomst

moeten worden bereikt. De jeugd van nu is

namelijk niet de jeugd met wie je in de toekomst

te maken krijgt.

In de derde bijeenkomst werd uiteindelijk aandacht

besteed aan het maken van een plan

voor het vergroten van de Jongeren Community

tekst en foto Steven Kammenga en Anouk Doornbos

binnen de eigen organisatie. Niet op de gebruikelijke

manier maar door omgekeerd te denken.

Welk doel (missie) heb je, wat wil je voor

resultaten (strategische doelen) bereiken, op

welke manier ga je dit doen (tactische doelen)

en wat heb je nodig om deze doelen te bereiken

(operationele doelen). Door op deze manier

te denken krijg je, voordat je aan een plan

begint, een goed beeld of het doel dat je jezelf

gesteld hebt ook haalbaar is.

Bij de vierde en tevens laatste bijeenkomst werden

door de aanwezige organisaties presentaties

gehouden. De bedoeling was met plannen

te komen hoe de patiëntenorganisaties jongeren

zullen proberen te bereiken.

Voor Fonds PGO is het lastig om aan te geven

wat het uiteindelijke eindproduct zal zijn, waar

ook de niet aanwezige organisaties mee uit te

voeten kunnen. De workshops hebben ons in

ieder geval gestimuleerd na te denken over

mogelijke toekomstscenario’s voor onze eigen

organisatie. Iets waar we in de toekomst wellicht

van kunnen profiteren. ■

TSC Contact | Lente 2008 11


12

tandheelkunde

Tandheelkundige aspecten

bij kinderen en

volwassenen met TSC

Drs. Margriet Hoff

Inleiding

Tubereuze Sclerosis is een ingewikkeld ziektebeeld

en daarom wordt tegenwoordig de term

Tubereuze Sclerosis Complex (TSC) gebruikt.

Veel specialisten, zoals de (kinder-)neuroloog,

kinderarts, dermatoloog, internist, gedragsdeskundige

en klinisch geneticus zijn betrokken bij

het gezin met een kind met TSC.

In de jaren zeventig toen mijn collega tandarts

Marcel van Grunsven en ik onderzoek deden

naar de gebitstoestand van een grote groep

mensen met een verstandelijke beperking die

in een instelling woonde, viel het ons op, bij

het gebitsonderzoek van bewoners met TSC,

dat zij allemaal in het tandglazuur van al hun

tanden en kiezen kleine putjes (glazuurhypoplasieën)

hadden. Wij hebben dit later meer

nauwkeurig onderzocht en - omdat het een

geheel nieuwe bevinding was - is dit onderzoek

in artikelvorm aangeboden aan een Amerikaans

tandheelkundig tijdschrift en daarin is het ook

gepubliceerd. (Hoff M, Grunsven MF van,

Jongebloed WL, ’s-Gravenmade EJ. Enamel

defects in tuberous sclerosis: a clinical and

scanning-electron-microscope study. Oral Surg

Oral Med Oral Pathol 1975; 40: 261-269).

Later publiceerden wij ook in het Nederlandse

tijdschrift voor kinderartsen onze tandheelkun-

enkele aandachtspunten

tekst en foto’s Drs. Margriet Hoff,

tandarts Universitair Medisch Centrum Groningen

dige bevindingen omdat het van belang is

ook van de kant van de tandheelkunde een

bijdrage te kunnen leveren aan de vroegtijdige

diagnostiek van TSC.

(Hoff M, Grunsven MF van, Poel ACM van de,

Anders GJPA. Glazuurdefecten bij tubereuze

sclerose: harde feiten van diagnostische betekenis.

Tijdschr Kindergeneesk 1984; 52: 175-

180).

TSC is een complex syndroom waarvan veel

incomplete vormen voorkomen, hetgeen het

herkennen van de ziekte ernstig kan bemoeilijken.

Het stellen van de diagnose TCS is in het

kader van erfelijkheidsvoorlichting van belang.

Symptomen die kunnen bijdragen tot het vaststellen

van de diagnose zijn daarom van veel

betekenis.

Glazuurdefecten zoals die bij TSC voorkomen,

ontstaan direct bij de vorming van het glazuur

van de melk- en de blijvende gebitselementen.

Bij de doorbraak van de tanden en kiezen zijn

de putjes in het glazuur te constateren. Deze

zogenaamde ‘dental pits’ zijn als ‘minor symptoms’

op de TSC consensus conferentie opgenomen

in de diagnostische criteria voor de diagnose

TSC. (Roach ES, Gomez MR, Northrup H.

Tuberous sclerosis complex consensus conference:

revised clinical diagnostic criteria. J Child

Lente 2008 | TSC Contact


Neurol 1998; 13:624-628).

Door de afdeling Klinische Genetica van het

UMCG worden familieleden van kinderen met

TSC naar het Centrum voor Bijzondere

Tandheelkunde (UMCG) voor gebitsonderzoek

doorverwezen. In mijn functie als tandarts verbonden

aan dit Centrum, doe ik regelmatig

gebitsonderzoek bij familieleden en hun kind

dat (mogelijk) TSC heeft. Ik bekijk dan of er bij

hen ‘putjes in het glazuur’ aanwezig zijn, die

zouden kunnen wijzen op een familiair voorkomen

van TSC of dat er sprake is van een

spontane mutatie; de bevindingen worden

teruggekoppeld naar de verwijzende klinisch

geneticus.

Gebitsgezondheid van kinderen en

volwassenen met TSC

Tandbederf (cariës) en tandvleesaandoeningen

(parodontopathieën)

Het hebben en houden van een gezond gebit

hangt van veel factoren af. In de eerste plaats

van gezond gedrag wat betreft de voeding

(verstandige eet-, drink- en snoepgewoonten),

vervolgens van een goede reiniging van het

gebit (op de juiste wijze en voldoende lange

tijd poetsen van de tanden en de kiezen, liefst

met fluoride-tandpasta) en regelmatige gebitscontrole

door de tandarts/mondhygiënist.

Uiteraard speelt ook de algemene gezondheid

een belangrijke rol; ziekte en medicijngebruik

kunnen de gebitsgezondheid nadelig beïnvloeden.

Putjes in het tandglazuur bij TSC

De putjes in het tandglazuur, in de literatuur

bekend als ‘dental pits’, speldenprikgrote putjes

in het glazuur, zijn op zichzelf niet extra

cariësgevoelig. Soms zijn de putjes echter zo

groot, dat er wat tandplak in blijft zitten, dat

na verloop van tijd donker van kleur wordt.

Als deze putjes esthetisch storend zijn, kan de

tandarts ze iets uitslijpen en opvullen met

kunststofmateriaal in de kleur van de tand.

Tandvleesaandoeningen en TSC

Wanneer kinderen/volwassenen door hun meer

of minder ernstige verstandelijke beperking

zelf niet in staat zijn voor hun mondgezondheid

zorg te dragen, dan kunnen zich tandheelkundige

problemen voordoen. Ouders en/of

begeleidend personeel zullen de zorgtaak voor

het gebit over moeten nemen. Wanneer er sprake

is van een ernstige tot zeer ernstige verstandelijke

handicap met mogelijk bijkomende

gedragsproblemen (Autisme Spectrum Stoornis,

PDD-NOS, ADHD,) kan ook de dagelijkse mondhygiëne

soms erg moeilijk en moeizaam verlopen.

Niet zo zeer de tandcariës, maar de gezondheid

van het tandvlees (parodontium) is veelal

het belangrijkste aandachtspunt bij ernstig verstandelijk

gehandicapte mensen.

In de praktijk blijkt dat het vaak moeilijk is een

ander goed te poetsen en dat dit voor de verzorgende

veel oefening en geduld vraagt.

De eigen tandarts en/of mondhygiënist kan de

ouders/begeleiders het beste informeren en

instrueren hoe er bij het betreffende kind/de

volwassene met de beperking gepoetst kan

worden.

Tandvleeszwelling en epilepsie bij TSC

Het gebruik van anti-epileptica, zoals fenytoïne

en/of fenobarbital kan aanleiding geven tot

gingiva-overgroei (tandvleeszwelling). Soms is

in overleg met de (kinder-) neuroloog een ander

anti-epilepticum, dat geen tandvleeszwelling

Gebitsbehandeling

TSC Contact | Lente 2008 13


als bijwerking heeft, mogelijk.

Bij mensen met TSC kunnen in verschillende

organen goedaardige tumoren voorkomen;

zo kunnen er ook in de mond kleine fibromen

(goedaardige bindweefselgroei) voorkomen op

het tandvlees, op de tong en in het wangslijmvlies,

die geen verband hebben met het gebruik

van anti-epileptica maar die, zoals ook de putjes

in het tandglazuur, een tandheelkundig

symptoom van TSC zijn.

Gebitsbeschadigingen en epilepsie bij TSC

Wanneer iemand epileptisch is, bestaat de kans

dat bij een insult het gebit beschadigd raakt.

Traumatische gebitsbeschadigingen in de vorm

van een fractuur (breuk) van tanden en kiezen

komen regelmatig voor bij personen met moeilijk

in te stellen epilepsie. Door een val kunnen

de tanden een zodanige klap krijgen, dat ze los

gaan staan (luxatie) of soms zelfs worden uitgeslagen

(avulsie). Tandheelkundige hulp moet

dan zo snel mogelijk geboden worden.

Tandarts en gedragsproblemen en TSC

Voor het goed uitoefenen van de tandheelkunde

is het van groot belang dat de tandarts op

de juiste wijze met zijn patiënten omgaat. Een

vertrouwensbasis is hiervoor van essentieel

belang. Dit geldt in het bijzonder in de omgang

met mensen met beperkingen en gedragsproblemen.

14

Het kan echter wel eens voorkomen dat een

gewenste orthodontische behandeling niet

gerealiseerd kan worden, omdat bijvoorbeeld

de ASS (Autisme Spectrum Stoornis) van de

patiënt de orthodontische behandeling in de

weg staat.

Soms kunnen ernstige gedragsproblemen er

ook toe leiden, dat de tandarts genoodzaakt is

van een uitgebreide tandheelkundige behandeling

van bijvoorbeeld een kies achter in de

mond af te zien en dat er in overleg met de

familie gekozen moet worden voor extractie

van de kies; voor ouderen met een ernstige

verstandelijke beperking kan het laten maken,

c.q. het dragen van een gebitsprothese

(kunstgebit) een zeer moeilijke tot onmogelijke

opgave zijn.

Tenslotte

De tandheelkundige zorg voor mensen met een

beperking is een gezamenlijke verantwoordelijkheid,

waarbij betrokkene, zijn/haar familie

en het tandheelkundige team ieder met zijn

eigen inbreng een belangrijke rol speelt.

In goed gezamenlijk overleg zal voor elke

patiënt de tandheelkundig meest optimale conditie

nagestreefd moeten worden. ■

Hersenen: een hoofdzaak!

Eén op de vijf Nederlanders wordt in zijn leven geconfronteerd

met een hersenaandoening. Een beroerte,

dementie, hersenletsel, schizofrenie: het dagelijks leven

wordt in de war geschopt door neurologische of psychiatrische

aandoeningen. De problemen met bijvoorbeeld

denken, planning en geheugen zijn groot, maar vaak

onzichtbaar aan de buitenkant.

Alleen wetenschappelijk onderzoek kan èchte oplossingen

bieden. Daarom financiert de Hersenstichting Nederland

het hersenonderzoek. Ook goede voorlichting over

hersenaandoeningen is belangrijk. Laat de hersenen ook

úw zorg zijn. Word donateur, help mee met de collecte of

maak een gift over.

Koediefstraat 5, 2511 CG Den Haag

telefoon 070-360 48 16 - giro 860

info@hersenstichting.nl

www.hersenstichting.nl

Lente 2008 | TSC Contact


column

De belevenissen van Lucas

Vakantie!

Geschreven door Lieseth Kormelink.

Getrouwd met Walter en samen hebben ze twee kinderen: Laura van zeven jaar

Bepakt en bezakt (zoals gewoonlijk weer teveel

meegenomen) staan we voor de check-in balie

op Schiphol. We gaan één week naar Egypte!

Het lijkt wel of heel Nederland hetzelfde plan

heeft. Even ertussen uit. We hebben een druk

jaar achter de rug en nu gaan we met ons viertjes

genieten van de zon.

Na een vijf uur durende vlucht en nog steeds

lieve kinderen stappen we in de bus naar onze

accommodatie. Inmiddels is het donker en rijden

we door de woestijn. Lucas zit helemaal

voorin de bus bij de chauffeur. Hij vindt het

prachtig. Niet veel later zijn we er en kunnen

de kinderen lekker naar bed. Het is een lange

dag geweest….

De volgende ochtend 09.00 uur: de zon schijnt

en we zijn er klaar voor! Eerst uitgebreid ontbijten

-het is tenslotte vakantie- en daarna het

zwembad in. Lucas weet niet hoe snel hij zijn

kleren uit moet krijgen. Normaal duurt dit een

eeuwigheid, maar meneer klaart de klus nu erg

snel. Bandjes om, duikbril op en de komende

uren is hij niet meer uit het water te krijgen.

Hij noemt zichzelf “de duiker”. Hij blijft wel

twee seconden onder water hahaha!

’s Avonds is er kinderdisco. Laura en Lucas

kijken eerst de kat uit de boom, maar daarna

doen ze driftig mee met alle danspasjes op het

podium. Zo leuk om te zien! Ik krijg een brok in

m’n keel als ik zie hoeveel plezier ze hebben.

Lucas op vakantie

en Lucas van vijf. Lucas heeft TSC.

Lucas doet erg goed mee en als je niet beter

zou weten, merk je niets aan hem. Even valt

zijn TSC helemaal weg. Dit gevoel heb ik

steeds vaker. Het gevoel van: wat lijkt hij nu

“normaal”. Raar is dat, terwijl je gewoon weet

dat het zo weer kan omslaan. Dat hij twee

stappen terug kan doen. Het leven met een

“zekere onzekerheid” kan ik (nog) geen plek

geven. Vooral als ik menigeen hoor zeggen:

“Wat is hij veranderd!” Hij groeit in een razend

tempo op alle vlakken. Pluk de dag! Daar hou ik

het bij. ■

TSC Contact | Lente 2008 15


16

actueel

Nervus Vagus Stimulatie

Wanneer er sprake is van een moeilijk instelbare epilepsie en anti-epileptica onvoldoende werken, kan

plaatsing van een Nervus Vagus Stimulator een aanvullende therapie zijn. Dit artikel gaat over plaat-

sing van een NVS bij Shelley Klijn. Tijdens de opname en over de tijd daarna hield haar moeder een

dagboek bij.

Shelley Klijn

Dit verhaal gaat over mijn dochter Shelley.

Shelley is 19 jaar en woont in een woonvoorziening

voor meervoudig gehandicapten.

Zij woont daar samen met vijf andere jong volwassenen

en heeft het daar erg naar haar zin.

Sinds ze drie maanden oud was heeft ze al

epilepsie, haar aanvallen zijn toen ze twee jaar

oud was onder controle geweest met Sabril,

wat toen net op de markt was. Een aantal jaren

later, toen de bijwerking ‘kokerzicht’ bekend

werd, zijn we daar mee gestopt. Ondanks alle

anti-epileptica, zijn haar aanvallen in de loop

der jaren vermeerderd en verergerd. Ze heeft

ongeveer alle medicijnen die er zijn uitgeprobeerd.

Bij sommige kreeg ze last van bijwerkin-

tekst en foto’s Hannie Dane

gen; van Lamictal kreeg ze huiduitslag, van

Topamax verdween haar eetlust en is ze kilo’s

afgevallen.

Op een gegeven moment ga je op zoek naar

alternatieven; die hopen we gevonden te hebben

in de vorm van Nervus Vagus Stimulatie.

In december 2006 is het hele traject in werking

gezet.

Voor het plaatsen van een NVS moet een protocol

gevolgd worden. Je moet door een bepaalde

neuroloog worden aangemeld en de operatie

zelf wordt maar in een paar ziekenhuizen uitgevoerd

en door bepaalde neurochirurgen.

Deze ziekenhuizen en neurochirurgen zijn te

vinden op de website van de EVN (Epilepsie

Vereniging Nederland).

Eind november kregen we het bericht dat

Shelley maandag 3 december 2007 geopereerd

gaat worden. In eerste instantie willen ze dat

ze op vrijdag daarvoor al wordt opgenomen.

Dat zag ik niet zitten en heb gevraagd of het

eventueel anders zou kunnen. De chirurg kwam

zelf met een oplossing: hij stelde voor haar

operatie van 08.00 uur naar 11.00 uur te verplaatsen.

Dat betekende dat ze pas op maandagochtend

om 08.00 uur in het ziekenhuis

hoefde te zijn.

3 december - De operatie

We komen aan op de afdeling neurochirurgie

van het AMC. We worden opgevangen door een

Lente 2008 | TSC Contact


verpleegster. We mogen kiezen uit een éénpersoonskamer

of op zaal. In eerste instantie denk

ik aan de éénpersoonskamer, maar even later

bedenk ik me dat er op een zaal meer zicht is

op haar. Ik ben namelijk erg bang dat ze wegloopt,

in kasten duikt, wasbakken laat overstromen

of iets dergelijks.

Er wordt na het intake gesprek, waar ze erg blij

zijn met de omschrijving van Shelley door de

woonvoorziening, bloed afgenomen.

Hierna nog bloeddruk en temperatuur opgenomen.

Dan naar de zaal en afwachten maar.

Shelley heeft inmiddels erge honger, maar ze

moet nuchter blijven.

Om 11.00 uur krijgt ze een pilletje om wat

slaperig te worden en mag ze naar de OK.

Ik mag er bij blijven tot ze onder narcose is.

Om 11.45 uur start de operatie.

Anderhalf uur later mag ik naar de recover

kamer, ze is dan al weer bij, en 10 minuten

later mogen we alweer naar zaal.

Ze heeft een grote pleister op haar nek en één

bij haar linker sleutelbeen. Het valt me mee,

ik dacht dat het grotere incisies zouden zijn.

De rest van de middag is ze wakker en vrij

helder, ik heb niet het idee dat ze pijn heeft.

Ze wil al snel wat eten en drinken en dat mag

met kleine beetjes.

Toen ze uit de OK kwam, had ze een infuus in

de holte van haar arm maar omdat ze haar arm

steeds boog kwam er geen vocht binnen, dus

eruit met dat ding.

Onder haar kussen ligt een pakketje; hierin zitten

twee magneten: één met een polsbandje en

één met een clip.

Verder nog een gebruiksaanwijzing van 30

pagina’s en een formulier waarop vermeld staat

dat de NVS met een bepaald serienummer in

Shelley is geïmplanteerd.

‘s Avonds ga ik naar huis (Shelley is nog steeds

wakker) en ik heb de verpleging gevraagd of ze

regelmatig bij haar gaan kijken en of ze haar

nog drinken willen geven. Ze verzekeren mij

dat er tijd genoeg is om even bij haar te gaan

zitten om haar drinken te geven.

Maar helaas, als ik laat op de avond nog even

bel hoe het gaat, krijg ik te horen dat het met

Shelley goed gaat, maar dat ze niet wil drinken.

Tja, het is ook een kind met gebruiksaanwijzing

en dat blijkt weer.

4 december - Naar huis

Om 06.00 uur gebeld hoe de nacht was

gegaan, de nachtzuster had haar net van de

gang opgepikt en weer terug gelegd in haar

bed…

Om 08.00 uur was ik weer in het ziekenhuis en

heb geholpen bij het wassen, aankleden en

eten. Ze was goed te spreken en had geen pijn.

Om 10.30 uur na de dokters ronde mochten we

weer naar huis.

5 december - Sinterklaas

Shelley is weer terug in haar woonvoorziening.

Ik bel hoe het met haar is.

Ze is vrolijk en er is bijna niet aan haar te merken

dat ze net geopereerd is.

Wel heeft ze van de wond in haar nek de grote

pleister en alle zwaluwstaartjes afgepulkt.

Er zit nu dus niets meer overheen, dat vind ik

wel een eng idee. Maar als we er weer een

pleister overdoen gaat ze weer proberen hem

eraf te halen. Nu blijft ze er tenminste van af.

Vanavond komt ze thuis om Sinterklaas te

vieren, gelukkig kan ze er bij zijn.

Over twee weken moeten we naar de epilepsie

verpleegkundige om de NVS aan te laten zetten.

Hij is trouwens ook bij Shelley’s operatie

geweest, heel apart.

19 december - De NVS wordt aangezet

Vandaag gaan we naar Rob Klahn, epilepsieverpleegkundige

bij SEIN.

Hij laat eerst een NVS zien (zie foto).

Het apparaatje is 5cm groot en 0,7 cm dik.

Het instellen gebeurd met een klein handcomputertje

waarop hij wel zes of zeven verschillende

instellingen maakt. Ik mag een apparaat

dat verbonden is met de computer, op de NVS

houden. Nu kan hij alles instellen.

Nervus Vagus Stimulator

TSC Contact | Lente 2008 17


De eerste instelling wordt 0.25 en de magneet

0.50. Hij gaat om de 5 minuten 30 seconden

aan. Shelley begint gelijk te kuchen, ze voelt

het dus!

10 januari 2008 - Afwachten

We merken er nog weinig van dat de NVS aanstaat.

Alleen het kuchen van Shelley als we de

magneet gebruiken, duidt daarop. Ze heeft nog

steeds dezelfde hoeveelheid aanvallen.

Maar dat is ook niet verwonderlijk, de instelling

is nog heel laag.

16 januari - Naar de epilepsieverpleegkundige

Vandaag is de NVS een standje hoger gezet:

0.50 voor de NVS en 0.75 voor de magneet.

Ik heb nu ook de derde bijbestelde magneet

enthousiast ben over dit eerste succesje.

gekregen, want ik had er zelf geen.

We moeten immers nog maar afwachten of het

De twee magneten die er bij zaten, heb ik aan stand houdt. ■


tekst Rob Klahn

Even voorstellen

Ik ben Rob Klahn, epilepsieverpleegkundige bij Stichting Epilepsie Instellingen Nederland (SEIN).

SEIN is gespecialiseerd in observatie, diagnose en (voortgezette) behandeling van epilepsie. Daarnaast biedt SEIN woonvormen

voor mensen met complexe epilepsie en een lichamelijke of verstandelijke handicap in Cruquius en Heemstede. In de zomer

van 2008 gaan veertig cliëntenappartementen open in de wijk Stadshagen in Zwolle. Wetenschappelijk onderzoek, dat van

belang is om een beter en begrijpelijker inzicht te verkrijgen in epilepsie, is tevens een essentieel onderdeel van de instelling.

18

Instructies over het gebruik van de NVS

de dag- en woonvoorziening gegeven.

Nog in de kamer bij Rob kreeg ze een korte

aanval. Op weg naar huis in de auto bleef ze

om de 2 minuten een aanval krijgen. Toen heb

ik voor het stoplicht de net gekregen magneet

gebruikt, en het werkte! De aanval was gelijk

over. Thuis na het eten kreeg Shelley een ander

soort aanval waarbij ze heel wild is in haar

bewegingen en ook gilt. Gelijk de magneet

gebruikt, en ook deze aanval werd gelijk

gestopt! Ik was helemaal verbaasd en blij

natuurlijk. Ik had helemaal niet verwacht dat

het al zou werken bij deze lage instelling.

Gelijk Rob gemaild over deze gebeurtenis en

ook hij vond het leuk om te horen. Ik vind het

erg hoopgevend, maar hoop dat ik niet te

Lente 2008 | TSC Contact


SEIN heeft twee klinieken in Heemstede en in Zwolle, en tien poliklinieken. Deze zijn gevestigd in Amsterdam, Arnhem,

Cruquius, Den Haag, Groningen, Heemstede, Leeuwarden, Rotterdam, Utrecht en Zwolle.

Ik werk in de functie van epilepsieverpleegkundige op twee poliklinieken, namelijk de poli in Heemstede en de poli op

De Cruquiushoeve in Cruquius. De poli op De Cruquiushoeve heeft als kenmerk dat deze speciaal is voor mensen met een

verstandelijke beperking en epilepsie. Veel bewoners van De Cruquiushoeve komen hier op het spreekuur bij een van de

neurologen en/of bij een van de epilepsieverpleegkundigen/nurse practititoner, die aan de poli zijn verbonden. De werkzaamheden

van de epilepsieverpleegkundigen zijn zeer gevarieerd. Zo geven wij lessen en voorlichting over epilepsie aan verschillende

doelgroepen. Veiligheidsadviezen in de woonomgeving, adviezen technische devices om aanvallen bijvoorbeeld ‘s nachts

te detecteren en kunnen wij door middel van van mobiele videosets te plaatsen in de woonomgeving, zicht krijgen op nachtelijke

aanvallen, hetgeen een hulpmiddel is bij de diagnose of het geven van adviezen met betrekking tot veiligheid. Ook het

instellen van de NVS (Nervus Vagus stimulator) is een taakgebied. Wij werken daarbij nauw samen met de neurologen en hebben

frequent overleg hoe bij de individuele patiënt verder te gaan in de behandeling met de NVS. Als epilepsieverpleegkundige

hebben wij scholing gehad in dit specifieke onderdeel met betrekking tot de behandeling van mensen met epilepsie.

Sinds een aantal jaren is de NVS beschikbaar voor mensen met een moeilijk te behandelen epilepsie. Mensen die meerdere

medicatie hebben gebruikt tegen de epileptische aanvallen en hier onvoldoende baat bij hebben, kunnen in aanmerking komen

voor een NVS, dus ook mensen met epilepsie en een verstandelijke beperking. Aanmelding geschiedt via een traject waarbij

neurologen binnen SEIN de screening uitvoeren. Niet iedereen met epilepsie komt in aanmerking, er zijn een aantal contra

indicaties. Zo mag men bijvoorbeeld geen hart-of longklachten hebben. Mocht je in aanmerking komen verwijst de neuroloog

door naar één van de aangesloten ziekenhuizen die betrokken zijn bij het uitvoeren van de operatie, dat wil zeggen de

implantatie van de stimulator. Deze centra voldoen aan de hoge kwaliteitseisen die gesteld zijn. Vooronderzoek door een

anesthesist vindt onder meer plaats in verband met het ondergaan van een narcose. De operatie zelf wordt uitgevoerd door

een neurochirurg.

Het implanteren van de stimulator en het aansluiten van de geleidingsdraad op de linker nervus vagus duurt ongeveer een uur.

Deze nervus vagus is een grote hersenzenuw (de tiende hersenzenuw) die door de hals loopt in de buurt van de halsslagader

(de carotis). Er wordt een incisie gemaakt in de hals en op borsthoogte links.

Tijdens de operatie wordt de stimulator en de geleidingsdraad drie maal getest zowel buiten als binnen in het lichaam.

Dit testen heb ik in het geval van Shelly Klijn eens gedaan toen ik aanwezig was bij haar operatie in december in het AMC.

Als de implantatie procedure klaar is, staat de stimulator uit. Eerst moet de wond genezen. Er blijft in de regel na een half jaar

een onopvallend litteken achter.

Na ongeveer twee weken wordt de NVS aangezet, wat op de polikliniek gebeurt. Hiervoor gebruik ik een speciale programmerwand

en een handheld computer waarmee je van buiten het lichaam de stimulator kunt regelen. Shelley, haar moeder en een

begeleidster van de woning komen dan langs op de poli.

Na langdurig onderzoek en op basis van ervaring worden de instellingen van de NVS aangepast, afhankelijk hoe de individuele

patiënt hier op reageert. Wij werken volgens een vastgesteld instel protocol.

De ouders en de begeleiding rondom de patiënt krijgen uitvoerig instructie over het gebruik van de bijgeleverde magneet warmee

je de NVS extra kan laten werken of, in het geval dat men het nodig acht, geheel kan uitzetten.

Per keer kijken we dan naar het effect van de instellingen op de aanvallen en het algehele welzijn. Eventuele bijwerkingen

kunnen zijn: overmatig hoesten en een droge keel. Soms is er sprake van heesheid bij het praten. Zeker bij mensen met een

verstandelijke beperking is het verhaal van de ouders en begeleiders belangrijk om het effect van zowel medicatie als van de

NVS goed te blijven volgen.

Per polibezoek bekijken we hoe de behandeling verloopt waarbij centraal staat: zo goed mogelijk effect bereiken met zo min

mogelijk bijwerkingen. Dit kan, zeker daar waar het mensen met een verstandelijke beperking betreft, een langdurig proces

zijn. Wij gaan toch al gauw uit van een traject van twee jaar, waarin we elkaar regelmatig zien. Een garantie dat de epilepsie

volkomen onder controle is, kan niet gegeven worden. Wel is gebleken dat er na verloop van tijd een effect te zien is op de

hoeveelheid aanvallen en de frequentie. Tevens is gebleken dat aanvallen die zich nog voordoen vaak milder verlopen en er

een positief effect is op de stemming, het geheugen en het algehele welbevinden.

TSC Contact | Lente 2008 19


20

vakantie

Speelkamp Abrona

Op zoek naar een leuke vakantiebesteding voor een kind met een verstandelijke beperking? Kom dan

naar speelkamp Abrona op locatie Sterrenberg in Huis ter Heide (Utrecht). Kinderen en jongvolwasse-

nen van 6 tot 25 jaar worden er vermaakt met boswandelingen, een bezoek aan het zwembad of de

kinderboerderij, een zeskamp, knutselen of samen liedjes zingen. Voor kinderen is speelkamp Abrona

een plek waar ze echt vakantie kunnen vieren en helemaal zichzelf mogen zijn. Voor veel ouders is

het een welkome vorm van opvang tijdens de vakantieperiode.

Algemene informatie

Abrona is een organisatie voor dienstverlening

aan mensen met een verstandelijke beperking.

De vakantieopvang wordt georganiseerd voor

kinderen en jongeren met een verstandelijke

beperking die onderwijs voor ZMLK volgen.

Locatie Sterrenberg is een veilig terrein met

veel speelmogelijkheden.

Ervaren en enthousiaste vrijwilligers en

beroepskrachten begeleiden de kinderen.

Er wordt gewerkt in maximaal vier groepen van

vijf tot tien kinderen. Elke groep heeft twee tot

vier begeleiders. Dat biedt de mogelijkheid om

soms in kleinere groepjes te werken.

Voorwaarde is wel dat een kind in een groep

kan functioneren.

Abrona biedt al tien jaar een speelkamp aan.

Door de grote belangstelling is besloten een

extra speelkamp in Huis ter Heide te organiseren.

Speelkamp weken 2008

Het speelkamp vind plaats in de laatste drie

weken van de zomervakantie.

Week 1: 11-08-08 t/m 15-08-08

Week 2: 18-08-08 t/m 22-08-08

Week 3: 25-08-08 t/m 29-08-08

Indicatie

Om deel te kunnen nemen aan het speelkamp

is een geldige indicatie nodig van het Centrum

Indicatiestelling Zorg (CIZ). Het gaat om de

tekst Kathinka van Zuilen

functie OB-dag tien dagdelen voor de periode

waaraan uw kind deelneemt. De indicatie kan

afgegeven zijn in natura of in PGB. Daarnaast

vraagt Abrona een eigen bijdrage van € 25,per

week.

Vervoer

Vervoer naar het speelkamp is geen schoolvervoer.

Het kind dat deelneemt aan het speelkamp

moet door de ouders of contactpersoon

gebracht en gehaald worden. Voor vragen met

betrekking tot de indicatie en vervoer kunt u

contact opnemen met Jacolien Buijze,

Informatiecentrum Abrona, (0346) 359356

Indeling vakantiedag

09:30 Ontvangst kinderen, vrijspel

10:00 Start en welkom

10:30 Activiteit bv. Speurtocht, knutselen,

zeskamp

12:30 Lunch

13:00 Rust, vrijspel

13:30 Activiteit: bv. Kinderboerderij,

speeltuin, zwembad, bos

15:00 Gezamenlijke afronding van de dag

15:45 Weer naar huis

Wanneer u interesse heeft in deelname van uw

kind(eren) dan kunt u een aanmeldingsformulier

aanvragen. Aanmelden kan tot 15 juni

2008. Het thema voor het speelkamp 2008 is:

Sport

Meer informatie over de organisatie Abrona is

te vinden op www.abrona.nl

Lente 2008 | TSC Contact


Informatie speelkamp en aanmelding:

Informatiecentrum Abrona

Monique Zielman

T: (0346) 359360

Ervaring

Ik ben Kathinka van Zuilen, 16 jaar en ik heb

afgelopen zomervakantie twee weken speelkamp

gedraaid bij Abrona. De manier waarop

er met de kinderen wordt omgegaan is heel

normaal en ze moeten bij ons niks wat ze niet

willen. Zelf merkte ik gewoon dat kinderen die

het aan het begin van de week allemaal een

beetje eng vonden, aan het eind van de week

niet meer naar huis wilden. Ouders worden ook

betrokken bij wat de kinderen allemaal doen.

Zo is er aan het begin van de eerste dag een

kennismakings-uurtje voor de ouders zodat ze

de leiding en het speelkamp zelf een beetje

beter kunnen leren kennen. Aan het eind van

de week sluiten we altijd af met een playbackshow

waarbij de ouders ook altijd zijn uitgenodigd

om te komen kijken. De hele week hangt

Collectieve belangenbehartiging

Doorbraak Wet Sociale werkvoorziening!

Het Persoonsgebonden Budget voor de Wet

Sociale werkvoorziening (PGB-Wsw) komt eraan.

Op 1 november 2007 stemde een ruime meerderheid

van de Tweede Kamer voor het PGB-

Wsw.

Per 1 januari 2008 hebben mensen de mogelijkheid

om bij een reguliere werkgever aan de

slag te gaan met een PGB-Wsw. Dit heet

‘Begeleid werken’. De CG-Raad heeft hier jaren

voor gelobbied. Nu is slechts 3% van de Wswgerechtigden

in dienst bij een reguliere werkgever.

Budget

Een Persoonsgebonden Budget voor de Wsw

bedraagt tussen de € 24.000 en € 30.000 per

jaar, afhankelijk van de indicatie die iemand

heeft gekregen. Het budget kan gebruikt wor-

er een gezellige sfeer tussen de leiding maar

ook tussen de kinderen.

Als u verdere vragen heeft over mijn ervaring

met Speelkamp Abrona kunt u mij mailen:

tinkebell27@hotmail.com.

Omdat de ziekte TSC voor zover ik weet niet

bekend is bij de leiding zal ik er zelf voor

zorgen dat er schriftelijk informatie aan de leiding

wordt verstrekt als u uw kind aanmeldt

voor het kamp. ■

redactie-adres

STSN-Contactblad

Haike Doornbos

Hoogstraat 20

4285 AH Woudrichem

sluitingsdatum kopij nummer

9 mei 2008

van de CG-raad

den voor:

• een vergoeding van een deel van het loon;

• begeleiding;

• werkplekaanpassingen;

• vervoer.

De Wsw-gerechtigde krijgt het geld niet echt in

handen, maar hij/zij kan zelf aangeven waar de

gemeente het bedrag aan moet besteden.

Voorlichting over de nieuwe regeling

De CG-Raad en Programma VCP starten binnenkort

een campagne om mensen die recht hebben

op de Wsw en hun eventuele wettelijk vertegenwoordigers

te informeren over deze nieuwe

mogelijkheid. De redactie zou graag in

contact komen met mensen die ervaring

hebben aangaande het Persoonsgebonden

Budget voor de Wet Sociale werkvoorziening.

Het zou fijn zijn wanneer zij hun ervaring willen

delen met de lezers van het TSC Contact.

TSC Contact | Lente 2008 21


interview

Epilepsieonderzoek en

ontwikkelingsstoornissen

Stap voor stap dichterbij een therapie voor epilepsie

Epilepsie is vaak het gevolg van ontwikkelingsstoornissen in de hersenen. Het merendeel van

patiënten met TSC heeft epilepsie, vaak zeer moeilijk behandelbaar met medicatie.

Chronische epilepsie veroorzaakt kleine beschadigingen in de hersenen, ook wel laesies genoemd.

Om het aantal laesies te beperken, is het van belang epilepsie op jeugdige leeftijd onder controle te

krijgen.

22

Dr. Eleonora Aronica

tekst en foto Corinne Kijl

Dr. Eleonora Aronica, neuropatholoog en wetenschappelijk

onderzoeker van het AMC (uva),

onderzoekt de ontwikkeling van de hersenen

en het verloop ervan.

Eén van haar onderzoeken richt zich met name

op het vinden van een oorzaak waarom chronische

epilepsie bij kinderen, in sommige gevallen,

onbehandelbaar is.

In dit onderzoek is gekeken naar de ontwikkeling

van de hersenschors, de buitenste laag van

de hersenen. Gezonde cellen werden vergeleken

met beschadigde cellen en hun biochemische

en moleculaire processen in de cel geanalyseerd.

“Heel belangrijk bij een afwijkende ontwikkeling

van de hersenschors zijn de zogenaamde

gliacellen”, zegt dr. Aronica. Gliacellen zijn de

cellen die het steunweefsel van het zenuwstelsel

vormen, ze komen overal in de hersenen

voor en zijn een essentieel onderdeel van de

hersenen.

Als deze gliacellen in de hersenschors in hun

ontwikkeling verstoord zijn, kunnen ze een rol

spelen bij de processen die gepaard gaan bij

het ontstaan van moeilijk behandelbare epilepsie,

aldus dr. Aronica.

Uit recent neurofysiologisch onderzoek is

gebleken dat gliacellen een veel actievere rol

Lente 2008 | TSC Contact


ij de informatieverwerking van de hersenen

spelen dan gedacht. Is de gliacel in zijn

ontwikkeling verstoord dan zal dit dus invloed

hebben op de informatieverwerking van dat

deel van de hersenen.

Neuropathologisch onderzoek van de hersenen

van TSC-patienten toont karakteristieke hersenafwijkingen

(tubers en subependymale

noduli) die het resultaat zijn van verstoringen

van de ontwikkeling van de hersenschors.

Noduli kunnen uitgroeien tot een reuscelastrocytoma,

de zogenaamde SEGA. Beide afwijkingen

bevatten abnormale gliacellen en zenuwcellen.

In deze gebieden kun je dus een verstoring

in de informatieoverdracht verwachten.

Het ziet ernaar uit dat het immuunsysteem ook

een rol speelt bij moeilijk behandelbare epilepsie.

De onderzoekers hebben in de gliacellen van

mensen, die al jarenlang deze vorm van epilepsie

hebben, een verhoogde concentratie van

bepaalde stoffen gevonden.

Dr. Aronica: ”We hebben stoffen aangetroffen

die voorkomen bij ontstekingen. Deze stoffen

vind je ook in de tubers bij TSC-patienten.

Misschien hebben we een andere ingang

gevonden bij de ontwikkeling van nieuwe

behandelmethoden door gebruik te maken van

processen die ontstekingen remmen.

Deze waarden zijn gevonden bij volwassenen.

Hersenen in ontwikkeling, zoals bij kinderen,

zijn nog complexer, we hebben dus nog een

lange weg te gaan. Maar met de kennis die we

op basis van dit onderzoek hebben gedaan

kunnen we weer volgende onderzoeken in

gang zetten.

Als we begrijpen waardoor de ontwikkeling van

de hersenen wordt verstoord, kunnen we vervolgens

onderzoeken welke behandelingen op

dit gebied mogelijk zijn.”

Dr. Aronica en haar team hebben ook gekeken

naar de interactie van geneesmiddelen en hersenen

bij moeilijk behandelbare epilepsie.

Waarom geneesmiddelen niet werken; daarover

bestaat nog veel onduidelijkheid. Maar toch

zijn er een paar gedachtenlijnen die om nader

onderzoek vragen en reeds plaats vinden.

De eerste gedachte is dat door beschadiging de

eigenschappen van de cellen zijn veranderd en

daardoor de anti-epileptica niet meer kunnen

ingrijpen op die beschadigde plaatsen waar de

epileptische aanval wordt veroorzaakt in de

hersenen. Medicatie richt hier dus niets uit.

De tweede gedachte is dat het transport van de

werkzame stoffen van de anti-epileptica naar

het gebied in de hersenen waar de verstoring

zit, niet goed verloopt.

De hersenen van mensen met epilepsie en ook

mensen met TSC bevatten grotere hoeveelheden

transportmoleculen dan andere mensen.

Gedacht wordt dat de transportmoleculen de

doorvoer van anti-epileptica naar het beschadigde

gebied belemmeren.

In een dierenexperimenteel onderzoek is het

gelukt om hierop in te grijpen. De anti-epileptica

konden nu wel het beschadigde gebied

bereiken en hun werk doen.

Medicijnen worden doorgaans ontwikkeld om

deze neurotransmitters te beïnvloeden, wat

niet altijd werkt.

Wij gaan verder met het onderzoek naar nieuwe

therapieën, die geen gebruik maken van die

transportmoleculen, maar op een andere

manier het beschadigde deel van de hersenen

binnenkomen, vertelt dr. Aronica.

Ook bij de Michelle Stichting is dr. Aronica geen

onbekende. Ze heeft, samen met Floor Jansen

(afdeling kinderneurologie in het UMC te

Utrecht) en Mark Nellist (afdeling medische

genetica van het Erasmus Medisch Centrum te

Rotterdam) een donatie gekregen voor verder

onderzoek naar de oorsprong van de ontwikkeling

van tubers. De projecten zijn nog niet

afgerond.

Onderzocht wordt welk mechanisme anders is

bij een tuber en een tumor buiten het centrale

zenuwstelsel en welke mechanismen betrokken

zijn bij het ontstaan van epilepsie.

Bij het onderzoek wordt ook gekeken naar het

omliggende gebied, komt epilepsie hier vandaan

of uit de tuber? Het idee is dat epilepsie

deels ontstaat in de tuber, maar op basis van

o.a. elektrofysiologische data weten we dat de

cortex, de hersenschors, die bij TSC vaak afwijkend

is, rondom de tuber ook een belangrijke

TSC Contact | Lente 2008 23


ol speelt.

Bij ontwikkelingsstoornissen van de hersenen

en in tubers bevinden zich veel ontstekingscellen

en ontstekingsstoffen, van deze ontstekingsstoffen

is uit eerder onderzoek bekend

dat ze epilepsie kunnen opwekken. Ze zijn

epileptogeen. Als je deze moleculen blokkeert,

kan epilepsie afnemen.

Verder blijkt dat een tuber niet stabiel is,

inflammatie, onsteking, kan een rol spelen bij

de verandering in de tuber. In de loop van de

tijd kan een niet-actieve tuber, actief worden en

een bron van epilepsie worden en omgekeerd.

Ook bij het volledige klinische beeld (mentale

retardatie, autisme, gedragsproblemen e.d. )

speelt de cortex een rol.

In het cerebellum , de kleine hersenen, vind je

ook tubers en zie je grote veranderingen.

Chronische epilepsie, die niet onder controle is,

veroorzaakt ook schade in andere gebieden bv.

in de hippocampus (een deel van de hersenen,

gelegen aan de binnenzijde van de zgn. slaapkwab)

vertelt dr. Aronica. Epilepsie is zeer

slecht voor de psychomotorische ontwikkeling.

Daarom is het zo belangrijk om epilepsie op

jonge leeftijd onder controle te krijgen, met

name in de eerste drie jaar.

In de toekomst kunnen we misschien genen

vinden die aangrijppunt kunnen zijn voor nieuwe

medicijnen. Of bijvoorbeeld gliacellen, zij

kunnen evt. target zijn voor een farmacologische

ingreep.

Gliacellen in tubers zijn anders, daarom is er

voor TSC weer een andere farmacologische

benadering nodig.

Een therapie vinden is dus erg ingewikkeld en

tijdrovend. Zo kun je een therapie voor volwassen

niet toepassen op kinderen, omdat de hersenen

van kinderen totaal anders zijn dan die

van volwassenen. En in het geval van ontwikkelingsstoornissen

heb je ook nog te maken met

een andere structuur, daarom is het belangrijk

je onderzoek te richten op kinderen en/of op

bepaalde ziekten. Leeftijd van het kind is ook

van belang, de cellen zijn ook dan weer anders,

aldus dr. Aronica.

Al met al zeer ingewikkeld, maar dankzij mensen

als dr. Aronica, komen we stapje voor stap-

24

je verder in het ontrafelen van de complexiteit

van epilepsie en dichterbij een therapie voor

epilepsie.

Dr. Aronica is opgegroeid in Italië en heeft haar

opleiding tot neuroloog in Italie en tot neuropatholoog

hier gevolgd en ze was zeer geïnteresseerd

in onderzoek en neurofarmacologie.

In 1993 heeft ze haar promotieonderzoek bij

het herseneninstituut en Universiteit van

Amsterdam afgerond.

Na haar promotieonderzoek is ze vertrokken

naar Amerika. Ze heeft drie jaar als onderzoeker

in New York gewerkt.

In 1998 is dr. Aronica gestart, eerst als onderzoeker

en later als neuropatholoog, bij het

Academisch Medisch Centrum (AMC) in

Amsterdam.

Dr. Aronica is getrouwd en heeft twee jongens,

12 en 9 jaar. Haar jongste zoon heeft een ontwikkelingsachterstand.

Het feit dat ze zelf een

kind kreeg met een ontwikkelingsstoornis heeft

haar interesse en gedrevenheid alleen maar

doen toenemen. ■

"Wat we niet weten

kunnen we niet genezen"

Stichting Michelle (partner van de STSN)

steunt projecten die één of meer

van de volgende doelstellingen nastreven:

| de diagnostiek van TSC verbeteren

| het TSC-ziekteproces leren kennen

en doorgronden

| gerichte behandeling van de

aandoening

stichting michelle

WAT WE NIET WETEN KUNNEN WE NIET GENEZEN

www.stichtingmichelle.nl

Lente 2008 | TSC Contact


Schenken

met belastingvoordeel

Wanneer u giften vastlegt in een notariële akte,

kunt u de STSN zeer voordelig structureel

ondersteunen. De STSN is namelijk een

zogeheten ‘Algemeen Nut Beogende Instelling’,

ofwel een ANBI.

U mag uw gift aan een ANBI volledig aftrekken

bij uw aangifte voor de inkomstenbelasting.

Zonder notariële akte is aftrek van inkomstenof

vennootschapsbelasting maar beperkt mogelijk.

Dan mag u namelijk alleen giften aftrekken

als die gezamenlijk een bedrag van één tot tien

procent van uw verzamelinkomen bedragen.

Alleen het gedeelte dat uitkomt boven de één

procent is dan aftrekbaar.

Notarieel vastleggen

Als u uw schenkingen notarieel in een schenkingsakte

laat vastleggen, zijn uw giften

volledig aftrekbaar, ongeacht de omvang.

De Belastingdienst betaalt fors mee aan uw

schenking (tot 52 procent); u kunt uw gift dus

verhogen zonder dat dit u extra geld kost.

U bent netto hetzelfde bedrag kwijt, maar de

STSN houdt er per saldo meer aan over.

De STSN kan dat extra geld goed besteden aan

bijvoorbeeld lobby-activiteiten, ondersteuning

en informatie aan leden of onderzoek. Kortom:

aan activiteiten waar leden van belangen- en

patiëntenorganisaties hun voordeel mee doen.

De hoogte van het bedrag dat u van de fiscus

terugkrijgt, hangt af van de belastingschijf

waarin u zit. Het kan variëren van 34,4 procent

(vanaf het 65e levensjaar 16,5 procent) tot 52

procent.

Een notariële akte: wat is dat?

Een notariële akte is een door een notaris

van de CG-raad

opgesteld document. Hierin legt u als donateur

vast dat u gedurende minimaal vijf jaar een

vaste schenking wilt doen aan de STSN.

De STSN neemt de notariskosten op zich bij

een schenking van tenminste € 150 per jaar.

Voorbeeldberekening

U verdient bruto € 40.000 en uw tarief voor de

inkomstenbelasting is 42 procent. U wilt netto

€ 100 schenken. Dat bedrag is lager dan

1 procent van uw bruto-inkomen en daarom

niet fiscaal aftrekbaar.

Het wordt echter een ander verhaal als u een

notariële akte laat opstellen.

Jaarlijkse Jaarlijkse

schenking schenking

zonder akte met akte

€ 100 € 172

Teruggave

belasting

€ 0 € 72

Netto

schenking

€ 100 € 100

Dit voorbeeld nader uitgelegd: de schenking

kost u in beide gevallen (zonder en met akte)

netto € 100. In het geval van een schenking

met notariële akte gaat er maar liefst € 172

naar de STSN en u ontvangt € 72 terug van de

Belastingdienst.

Voor uitgebreide informatie over schenkingen

kunt u terecht op www.anbi.nl of bij de

belastingtelefoon: 0800 - 0543 (gratis). ■

TSC Contact | Lente 2008 25


26

mijn verhaal

De familie Maassen, dat zijn wij!

Het verhaal van een gewoon gezin, dat woont in een dorpje aan de Vecht. Of toch niet zo gewoon?

De jongste zoon en broer van het gezin is bekend met TSC. Daar wordt op een heel positieve manier

mee om gegaan. Er zijn soms beperkingen. Het verhaal van een moeder.

De familie Maassen. Dat zijn wij. Een gezin van

vijf personen, vader, moeder en drie jongens.

Wij zijn een gewoon gezin. Of toch niet zo heel

gewoon. We wonen in Maarssen, een dorp aan

de rivier de Vecht. Bas, de vader, is 46 jaar oud

en werkt in Amsterdam bij een participatie

maatschappij. Bauke, de moede, - dat ben ikis

44 jaar oud en reilt en zeilt het gezin

Maassen. Ik werk één dag in de week als vrijwilliger

op de school van onze jongste zoon.

Ik leer dan de oudere kinderen koken. Daan is

tekst en foto Bauke Maassen

Familie Maassen in de Efteling

de oudste van de drie jongens. Hij is 14 jaar

oud. Dan komt Luc; hij is 13 jaar oud. Het is

een stel echte pubers en die kennen soms heftige

momenten. Ze zitten allebei in Breukelen

op school. In de tweede en derde klas van het

VWO. Hockeyen is hun sport en ze spelen

graag allerlei spellen op de computer. Zelf

vinden ze dat ze ook erg veel huiswerk moeten

maken.

Jaap is de jongste van het stel, 11 jaar oud.

Hij is bekend met Tubereuze Sclerose. Bij Jaap

Lente 2008 | TSC Contact


uit zich dat door een flinke ontwikkelingsachterstand

en epilepsie. Hij slikt twee soorten

anti-epileptica. De epilepsie is erg vervelend

daar er altijd met spoed een ambulance moet

komen i.v.m. apneus die dan optreden.

Gelukkig is hij vijf jaar aanvalsvrij. Wat een

feest.

Jaap heeft een beperkt spraakvermogen en een

laag intelligentieniveau. En hij heeft ook zeker

autistische kenmerken. Motorisch heeft hij

vrijwel geen beperkingen (alleen zijn rechterarm/hand

functie blijft wat achter). Hij is lid

van een atletiekvereniging in Utrecht: Hellas.

Ze hebben daar een apart groepje met allemaal

atleten met een verstandelijke beperking.

Jaap kan erg hard lopen en heeft al veel medailles

gewonnen.

Elke dag gaat hij naar een ZMLK school in

Utrecht met een taxi. Om half vier is hij dan

weer thuis en woensdagmiddag is hij vrij.

Sinds twee jaar gaat hij om het weekend naar

Melchior, een logeerhuis dat onderdeel is van

stichting Christophorus te Bosch en Duin.

Verder zeilen we allemaal graag en gaan in de

zomer dan ook bijna elke zondag naar de

Loosdrechtse plassen. De mannen van dit gezin

houden ook erg van vissen. Ik baal wel eens

van de maden die altijd en eeuwig in de ijskast

moeten staan. Bah, wat een vieze beestjes.

Uitgebreid en lekker eten vinden we ook allemaal

gezellig.

Maar wat maakt ons nou zo anders dan andere

"gewone" gezinnen. Als je het stukje hier boven

leest heb je dat toch niet in de gaten.

Toch is het wel zo, zeker voor Daan en Luc.

Want de stemming van Jaap is erg bepalend

voor het wel en wee in het gezin iedere dag.

Hij kan heel dominant zijn, vooral als dingen

hem niet bevallen. Hij kan ook alsmaar door

blijven vragen en zeuren wanneer er iets wat

hij wil niet gebeurt. Het blijft maar in zijn

hoofdje zitten. Je moet ook al lang van te voren

veranderingen steeds weer aankondigen zodat,

als het zover is, hij er klaar voor is. Soms lukt

het dan nog niet. Jaap kan dan soms agressief

reageren.

We treden Jaap dan ook wel eens anders tegemoet

dan Daan en Luc. Toen ze klein waren,

was dat voor hen niet altijd goed te begrijpen;

nu ze wat ouder worden gaat dat beter. Soms

schamen ze zich voor Jaap (nu ze in de puberteit

zijn, is dit wat erger geworden) wanneer

andere mensen met Jaap te maken krijgen terwijl

zij er ook zijn. Jaap praat en roept namelijk

naar iedereen. Vriendjes vinden Jaap soms een

beetje raar of misschien wel eng.

Als gezin volgen we een redelijk vast stramien

en zijn we niet flexibel. We moeten alles altijd

goed voorbereiden. Sommige dingen kunnen

niet met Jaap erbij (bijv.: de film of een hapje

buitenshuis eten etc.).

Vakantiebestemmingen worden ook bepaald

door onze Jaap. Niet dat hij zelf kiest waar we

heen gaan! Maar wij kiezen wel iets waar het

het fijnste, veiligste en makkelijkste met Jaap is

en dat komt niet altijd overheen met de wensen

van alle familieleden.

Daan en Luc gaan op een positieve manier om

met hun broertje. We zijn trots op ze. Want het

is niet altijd even makkelijk. Ze houden van

hun broertje en wanneer Jaap onrecht wordt

aangedaan dan komen ze onmiddellijk voor

hem op.

Ze worden steeds ouder, die twee. Jaap natuurlijk

ook, maar de afstand in termen van ontwikkeling

wordt steeds groter. Het leven met Jaap

zal steeds gemakkelijker worden. Ze leren te

accepteren dat hij bepaalde gebreken heeft.

Kortom ze worden volwassener.

Jaap gaat al twee jaar om het weekend naar

een logeerhuis en dat is een stuk rustiger thuis.

We weten zeker dat ze altijd bijzonder veel van

hem zullen houden. Heel veel groetjes van ons

allemaal. ■

TSC Contact | Lente 2008 27


28

ketogeen dieet

Vet helpt kinderen met epilepsie

Medicijnen werken niet bij zo’n twintig tot dertig procent van de kinderen met epilepsie. Deze kinde-

ren hebben vaak wel baat bij een speciaal dieet, waarin de koolhydraten grotendeels vervangen zijn

door vetten. Een deel van hen wordt zelfs helemaal aanvalsvrij.

Niels en patat...

Een dieet tegen een ernstige neurologische aandoening.

Het klinkt magisch, maar de bewijzen

stapelen zich op dat slecht behandelbare epilepsie

bij kinderen via een dieet aan te pakken

is. Kinderdiëtist Dorine van den Hurk van het

UMC Utrecht stelde samen met collega

Elles van der Louw van het Erasmus MC een

nationale richtlijn op voor de behandeling van

epilepsie met een zogeheten ketogeen dieet.

In dit dieet zijn de koolhydraten grotendeels

vervangen door vetten. Het lichaam gaat hierdoor

over tot het maken van ketonen, afbraakproducten

van vetzuren. Ketonen zijn de

belangrijkste energiebron voor de hersenen en

remmen daarnaast, via een nog onbegrepen

tekst Rinze Benedictus foto Tamara Visser

bron Uniek nr. 1 januari 2008

mechanisme, epileptische aanvallen. Bij veertig

tot negentig procent van de kinderen die zo’n

ketogeen dieet volgen, nemen de aanvallen af.

Zeven tot veertig procent wordt zelfs helemaal

aanvalsvrij.

Vetdrankje

Het is niet te voorspellen bij welke kinderen

het dieet zal aanslaan. Na een proefperiode van

drie maanden beoordelen de neuroloog en de

diëtist samen met de ouders of de werkzaamheid

van het dieet opweegt tegen de nadelen

ervan. Na twee tot drie jaar kan het langzaam

afgebouwd worden, als de epilepsie

uitgedoofd lijkt te zijn. Van het dieet bestaan

twee varianten, vertelt Van den Hurk.

Het klassieke dieet, gebaseerd op het eten van

vette voedingsmiddelen zoals boter, mayonaise

en spek. Het nuttigen van koolhydraten, bijvorbeeld

brood of aardappelen, is hierbij uit den

boze. Zodoende komt negentig procent van de

energie uit vet, bij gezonde voeding is dat

slechts vijfendertig procent.

In het UMC Utrecht behandelt Van den Hurk

kinderen met het MCT-dieet (middellange keten

vetzuren). In deze variant is wel beperkt ruimte

voor brood, fruit en aardappel, maar

vast onderdeel van iedere maaltijd is een glaasje

vetemulsie, olie met water. Gemengd met

drinkyoghurt zonder suiker krijgt het vetdrankje

een betere smaak. Bij deze variant komt

zeventig procent van de energie uit vetten.

Lente 2008 | TSC Contact


Ingrijpend

Het UMC Utrecht heeft de capaciteit om tien

kinderen per jaar op deze wijze te behandelen.

Dit is zeer arbeidsintensief omdat de diëtist

een individueel dieet berekent dat aansluit

bij de voedingsgewoonten, mogelijkheden en

smaak van het kind. Gezien de complicaties die

zich kunnen voordoen (diarree, obstipatie of

spugen), is intensieve begeleiding door het

behandelteam gewenst. De ouders krijgen een

computerprogramma waarmee ze zelf maaltijden

kunnen samenstellen die voldoen aan de

eisen. Het succes van het dieet hangt sterk af

van de ‘therapietrouw’. Eén keer verzaken, te

veel chips of brood eten, kan al leiden tot meer

epileptische aanvallen. Van den Hurk: ‘Voor de

start van de behandeling beoordelen we ook of

een gezin het aankan.’ De afgelopen tien jaar

heeft ze al meer dan honderd kinderen begeleid.

‘Ouders moeten continu rekening houden

met het dieet. Tijdens feestjes, op vakantie en

in restaurants. Het is zeer ingrijpend.’

De richtlijn van Van den Hurk en Van der Louw

is een uitvloeisel van het Multidisciplinair

Samenwerkingsverband Ketogeen Dieet

Nederland, dat in 2004 onder leiding van prof.

dr. Onno van Nieuwenhuizen van het UMC

Utrecht tot stand kwam: een alliantie van artsen,

diëtisten en andere betrokkenen bij

de behandeling van epilepsie. Behalve naamsbekendheid

voor het dieet, heeft deze samenwerking

geleid tot het opzetten van een

landelijke database waarin anoniem gegevens

en dieetbehandelresultaten van Nederlandse

epilepsiepatiënten worden

geregistreerd. Het moet de basis vormen voor

een gedegen wetenschappelijke analyse van de

werkzaamheid van het dieet.

Onbekend maakt onbemind

In Nederland worden momenteel per jaar veertig

tot vijftig kinderen ingesteld op een ketogeen

dieet. Dat zouden er circa honderd kunnen

zijn. ‘Onbekend maakt onbemind’, stelt Van

den Hurk. ‘Ouders kennen het dieet niet, artsen

vaak ook niet. Wanneer artsen het wel kennen,

zijn ze sceptisch over de effectiviteit ervan.

Via de richtlijn en de analyse van gegevens in

de database hopen we duidelijk te maken,

dat een behandeling met een ketogeen

dieet werkzaam kan zijn bij moeilijk behandelbare

epilepsie.’ ■

oproep oproep oproep oproep oproep

Gespreksgroep voor begeleiders van mensen met TSC

Op 4 oktober a.s zal de jaarlijkse contactdag plaatsvinden.

In de middag organiseren wij voor begeleiders/leerkrachten van mensen met

TSC een aparte gespreksgroep met het thema

TSC: kwetsbaar in het contact

Er is ruimte voor 20 personen. Graag ontvangen wij van u e-mail adressen/post

adressen van begeleiders en anderen aan wie wij een uitnodiging voor

deze gespreksgroep kunnen sturen.

De gegevens kunt u mailen naar: info@stsn.nl

of sturen naar STSN, Couwenhoven 53-09, 3703 ES Zeist.

Voor uitgebreide informatie over deze gespreksgroep verwijzen wij u naar

de website van de STSN: www.stsn.nl

TSC Contact | Lente 2008 29


30

camouflerende cosmetica

Een bezoek aan Huidkliniek

Aqua Mare in Rotterdam

Er is niet echt een afdoende behandeling voor de angiofibromen die bij veel mensen met TSC in het

gezicht voorkomen. De lasertechniek heeft zich de laatste jaren snel ontwikkeld en gelukkig hebben

velen daar baat bij. Toch is de behandeling met laserstralen niet voor iedereen een optie. Dat kan een

persoonlijke keus zijn. Een manier om tijdelijk de plekjes minder te laten opvallen is het gebruik van

een camouflerende crème. Er is een make-up voor mensen met een huidaandoening, die zo goed

mogelijk op ieder individu kan worden afgestemd. Een informatief bezoek en proefbehandeling bij

huidkliniek Aqua Mare.

Met een huidaandoening in je gezicht weet je

maar al te goed hoe vervelend het is om aangestaard

en nagekeken te worden. Niks vragen,

alleen kijken. Zo voelde ik eens in de rij bij de

kassa de prikkende blikken van een vrouw achter

ons. Toen we naar buiten liepen, sprak ze

ons aan en vertelde dat ze in een huidkliniek

werkte. Met een camouflerende behandeling

zouden de plekjes er veel minder opvallend uitzien,

verzekerde ze ons. Ik was aangenaam verrast

dat deze vrouw ons aansprak en heb haar

aanbod om eens langs te komen altijd in het

achterhoofd gehouden. Sian, een jonge vrouw

die veel last ondervindt van haar huid, wilde wel

meegaan en als proefkonijn fungeren.

De website van Aqua Mare geeft een duidelijk en

tekst en foto’s Cora Moret

informatief overzicht van de mogelijkheden.

De privékliniek van Ria en Peter Zee is in 25 jaar

uitgegroeid tot een modern behandelcentrum

waar huidtherapeuten samenwerken met een

team van specialisten (o.a. een dermatoloog,

plastisch chirurg en fleboloog) om een optimaal

resultaat te realiseren.

De opleiding huidtherapie bestaat sinds een jaar

of 5 als een voltijd 4-jarige HBO opleiding aan de

Hogeschool Utrecht. Huidtherapie valt onder de

paramedische beroepen.

Sian is een beetje zenuwachtig als ik haar op

een dinsdagavond ophaal. Logisch natuurlijk.

Ria Zee geeft ons eerst informatie en uitleg over

huidtherapie en de camouflerende behandeling.

Sian voor de behandeling Ria en Sian in de behandelkamer

Lente 2008 | TSC Contact


Ze is meteen eerlijk over het effect van de

behandeling bij angiofibromen. “Het kan de

roodheid tijdelijk minder zichtbaar en opvallend

maken, maar de verdikkingen blijf je wel zien.

Die kan je niet wegmoffelen”, zegt ze.

Wat zijn nu de voordelen van speciale camouflerende

crème ten opzichte van regulier verkrijgbare

make-up crèmes?

• Nauwkeurige kleurbepaling. Samen met de

huidtherapeut stel je een kleur samen die zo

goed mogelijk in overeenstemming is met je

eigen huidskleur.

• Je kan de dikte van de crème individueel

afstemmen. Een te dikke crème ziet er snel

pasta-achtig en onnatuurlijk uit.

• De crème is waterbestendig en geeft niet af op

je kleding. Je kunt er dus gewoon mee zwemmen.

En het blijft een hele dag goed zitten.

• Optimale bescherming tegen zon- en daglicht.

Sian heeft in het verleden verschillende laserbehandelingen

gehad. De laatste jaren heeft de

lasertechniek zich enorm ontwikkeld en verbeterd.

Nadelige gevolgen, bijvoorbeeld depigmentatie

van de huid zoals bij Sian wel te zien is,

komen nu niet of veel minder voor.

Het eerste wat Ria Zee bij Sian doet, is de kleur

van de huid bekijken. Ze maakt een mengsel van

2 kleuren en brengt die aan op de rode plekjes

op de rechterwang. Voor de andere wang maakt

ze een iets andere kleur. De juiste manier om de

crème aan te brengen is door deze met je vingertoppen

zachtjes in de poriën te stampen. Sian

kijkt mee in de spiegel, de 2e kleur komt duidelijk

het meest overeen met haar eigen huidskleur.

Een dun laagje poeder zorgt er voor dat

de crème wordt vastgezet. Sian bekijkt zichzelf

met kritische blik. Ondanks de verdikkingen

heeft haar huid een mooie egale kleur gekregen,

waardoor de angiofibromen minder opvallen. Ria

pakt nog een nat watje en dept daarmee voorzichtig

het gezicht af. “Dat haalt de dofheid weg

en geeft de huid weer een natuurlijke glans”,

zegt ze. Tenslotte maak ik nog een foto om het

eindresultaat vast te leggen. Sian haar mooie

ogen komen goed uit, ze kan er wel om lachen.

Nog wat praktische vragen:

• Wat zijn de kosten en worden deze vergoed?

Sian na de behandeling

Camouflagetherapie wordt in Nederland door

de meeste verzekeringen vergoed als je aanvullend

bent verzekerd. De hoogte van de jaarlijkse

vergoeding kan iets verschillen, maar

bedraagt over het algemeen €150 tot 200

euro. Voor dat bedrag kun je 1 of 2 instructie

behandelingen krijgen en een aantal producten

kopen.

• Als je dit regelmatig zou doen, hoe lang ben je

dan ‘s ochtends bezig met het aanbrengen van

de crème? Ria Zee: “Als je wat routine hebt,

hoeft dat niet veel tijd te kosten. Met een paar

minuten ben je echt klaar. Voor je gaat slapen

moet je het er wel weer afhalen, dat doe je

met een vettige zalf en een watje.”

Ria Zee wint er geen doekjes om dat de camouflagebehandeling

voor mensen met TSC niet het

ei van Columbus is. “Je kan alleen de roodheid

tijdelijk weghalen, de verdikkingen blijven wel

zichtbaar al vallen deze wel minder op” aldus

Ria. Ze benadrukt dat ieder mens zijn eigen keus

moet maken. De een zal zich prettiger en minder

bekeken voelen als de huidaandoening minder

zichtbaar is en voor een ander zal dat niet zo

zijn. Ze geeft ons nog een goede tip mee: benadruk

vooral de sterke kanten van je gezicht.

Die heldere blauwe ogen van Sian spreken voor

zich! ■

Huidkliniek Aqua Mare, Laan op Zuid 656,

Rotterdam, Tel: 010-5016166, www.aquamare.nl

TSC Contact | Lente 2008 31


Zou jij je aan de lezers willen voorstellen?

Ik ben Arni Hubbeling, psycholoog en psychotherapeut,

63 jaar en getrouwd met Hein

Streefkerk.

In 1974 is ons dochtertje Tessa tien dagen na

de geboorte overleden. In 1975 werd Marte

geboren. Na acht maanden diagnosticeerde de

neuroloog bij haar TSC, toen nog Bourneville-

Pringle. Marte ontwikkelde zich uiteindelijk heel

erg goed. Zij overleed in 1995 toen zij 20 jaar

oud was.

Kun je je zelf in vier woorden

omschrijven?

Ik kan wel vier woorden geven maar heb niet

het idee dat de lezer daarmee een beeld krijgt

van wie ik echt ben. Intuïtief, analytisch,

invoelend en gevoel voor humor zou ik in

eerste instantie zeggen. Maar of dat het meest

kenmerkend is? Misschien beschrijft het wel

een deel van mij. Om dat te checken heb ik een

vriendin gebeld die mij ook in mijn werk kent.

Ik vroeg haar hoe ze mij in vier woorden zou

omschrijven. Zij dacht nauweljks na en zei:

“helder inzicht, ondeugend, invoelend en professioneel.”

Grappig dat er toch overeenkomsten

zijn.

32

interview

STSN-er in beeld

Arni Hubbeling

Wat is je relatie met de STSN?

In 1989 leerde ik Remco en zijn ouders kennen.

Remco had ook TSC en zat op dezelfde zwemclub

als Marte. We gingen daar op bezoek en

het deed Marte heel goed om iemand te zien

bij wie de TSC ook heel zichtbaar was. Het

deed mij enorm veel goed om andere ouders te

spreken en zoveel in elkaars verhaal en ervaringen

te herkennen. In 1990 ging ik op hun aanraden

mee naar de contactdag van de STSN.

Ik stelde een vraag over gedrag en werd ter

plekke ingelijfd in de op te richten werkgroep

‘Gedrag’.

Werk je ook en hoe geef je daar

invulling aan?

Ik heb sinds 1987 een eigen praktijk voor

Integratieve Psychotherapie en houd enorm

veel van dat werk. Ik heb cliënten die na een

paar keer klaar zijn maar ook mensen die heel

veel moeite hebben om los te komen van oude,

diep ingeslepen patronen en onvrijheden in

denken, voelen en reageren. Ik heb veel begrip

en respect voor de weg die mensen gaan.

Het is prachtig om te zien hoe cliënten gaandeweg

steeds meer zichzelf worden, hun eigen

waarde hervinden en gaan staan voor wat ze

innerlijk weten.

Heb je nog tijd voor hobby’s?

Nee. Door fysieke problemen kan ik een aantal

sporten niet meer doen en ik heb, of neem, te

weinig tijd om te wandelen. Misschien moet ik

een hond nemen, dan moet ik wel naar buiten.

Wel lees en mediteer ik veel, maar het is een

beetje gek om dat een hobby te noemen.

Het is meer een ontwikkelingsweg waarin ik

steeds meer leer om aanwezig te zijn in het

nu en contact te krijgen met de innerlijke stilte,

waarin de neiging wegvalt om over van alles en

nog wat een oordeel of waardering te moeten

uitspreken.

Lente 2008 | TSC Contact


Hoe breng je het liefst de vakantie door?

Het liefst trek ik rond met het openbaar vervoer,

met lichte bagage in een prettig of interessant

land zonder veel vaste reisplannen

maar geleid door mijn gevoel van het moment.

Staat de wind naar het zuiden? O.k., dan gaan

we naar het zuiden en zien we wel waar we uitstappen

en terechtkomen. Het vervelende van

ouder worden is dat je zoveel dingen gaat menemen

en met te zware bagage zeulen vind ik

geen pretje. Wild kamperen heb ik ook altijd

heerlijk gevonden: wakker worden met de geur

van gras in je neus en dat prettige gevoel van

‘verwilderen’. De laatste jaren genoot ik in ons

buitenhuisje in Salland, in het gebied van de

heide en de jeneverbes.

Wat was de aanleiding dat je je als vrijwilliger

aanmeldde bij de STSN?

Toen ik voor het eerst op de contactdag kwam

was er alleen maar informatie over de medische

kanten van TSC terwijl ik met Marte juist

heel erg bezig was met alle eigenaardigheden

en problemen in haar psychische en sociaalemotionele

ontwikkeling. Die aspecten werden

ook door Marte’s neuroloog volstrekt verwaarloosd

ern ik liep al jaren tegen een pijnlijke

muur van onbegrip en ontkenning op. Ik heb

zelf moeten uitvinden wat voor Marte goed was

en dat is tegelijkertijd ook voor mezelf een

ingrijpend ontwikkelingsproces geweest.

Hoe denk je over de STSN?

Goede, gemotiveerde club met mensen met

veel diverse deskundigheden die veel bereikt

heeft en zich blijft ontwikkelen. Ik denk dat

nog wat explicieter tegemoet zou gekomen

kunnen worden aan de behoeften van de

verschillende deelgroepen van de leden.

Dat vraagt maatwerk voor kleine groepen

leden, maar die kunnen door de onderlinge

herkenbaarheid daar dan ook veel aan hebben.

Zo functioneren al het MBO/HBO contact en het

LBO contact en de bijeenkomsten voor ouders

met jonge kinderen. Maar het zou bijvoorbeeld

ook voor mensen met een ouder kind in een

instelling fijn kunnen zijn om bij elkaar te

komen. Zo zijn er vele subgroepen binnen de

STSN te onderscheiden omdat TSC

zich op zoveel manieren manifesteert.

Wie zou je graag als volgende persoon

willen aanmelden voor deze rubriek en

waarom?

Ik geef het stokje door aan Edda Kammenga

omdat zij het LBO contact gaat begeleiden. ■

Hulpmiddelen,

net even anders...

Elastische veters waardoor je schoenen

instappers worden, ritssluitingringen,

waardoor je ze net iets makkelijker kunt

dicht doen als je fijne motoriek beperkt

is, thermometerspeen, hulpmiddelen bij

knopen dichtdoen enz.

www.st-nu.nl

van de CG-raad

Belastingaangifte in 2008:

wat betekent dat voor mij?

De Tweede Kamer heeft in november 2007 het

Belastingplan 2008 behandeld. Vanaf 2009

kunt u een aantal veranderingen verwachten

op het gebied van buitengewone uitgaven. Ook

voor mensen met een Wajong-uitkering verandert

er het een en ander. Voor deze groep is

het recht op de jonggehandicaptenkorting uitgebreid.

Wij zetten voor u op een rij wat deze

wijzigingen voor uw belastingaangifte betekenen.

Tot nu toe maken té weinig mensen met

een handicap of chronische ziekte gebruik van

hun fiscale aftrekmogelijkheden. Wellicht kunt

ook u belastingvoordeel halen. Zelfs als u geen

aantoonbare kosten hebt gemaakt.

U kunt heel gemakkelijk inzicht krijgen in uw

aftrekposten via de CGRaad websites:

www.belastingvoordeelvoorgehandicapten.nl of

www.belastingvoordeelvoorchronischzieken.nl.

Vanaf eind januari 2008 zijn deze sites weer

bijgewerkt. Via de websites kunt u stap

voor stap uw aangifte over 2007 in beeld brengen.

TSC Contact | Lente 2008 33


Nieuwe Rubriek!

Iedere ouder en iedere TSC patient kent wel het gevoel telkens het wiel uit te moeten vinden.

Deze rubriek is in het leven geroepen om aan elkaar tips en trucs door te geven en om antwoord uit

de praktijk te geven op vragen die ons bezighouden.

34

tip en truc hoek

tip en truc hoek

De informatie kan over van alles gaan.

Het kan gaan over praktische dingen als vakantie,

sport facaliteiten, vervoer, school, hulpmiddelen

en financiën, maar ook over “gevoels

zaken” als pesten, omgang met andere kinderen,

gezin en familie.

Het idee is om in elk contactblad een thema

of een vraag aan u voor te leggen.

Als u over dat onderwerp een tip of truc heeft,

nemen we die mee in het volgende contactblad.

Zo kunnen we een zo compleet mogelijk

beeld geven van wat er mogelijk is of wat

oplossingen kunnen zijn. Ook zijn vragen

welkom, die kunnen we in deze rubriek vermelden

zodat daarop ook gereageerd kan worden

met antwoorden uit de praktijk.

Omdat sommige dingen misschien gevoelig

liggen, kunt u anoniem inzenden.

U kunt reageren via de post of de mail bij het

redactieadres; voor gegevens zie colofon.

Natuurlijk kunt u ook reageren via het nieuwe

forum op de vernieuwde STSN website!

tekst Tamara Visser

Het eerste thema is vakantie.

Heeft u positieve of negatieve ervaringen, of

weet u goede vakantie adressen in binnen- of

buitenland, laat het ons weten! U kunt er een

ander kind en ouders mee helpen!

Lente 2008 | TSC Contact


Stichting Tubereuze Sclerosis Nederland

De Stichting Tubereuze Sclerosis Nederland (STSN) is een landelijke, internationaal samenwerkende

organisatie van mensen met Tubereuze Sclerosis Complex (TSC), hun partners, ouders of verzorgers

en familieleden en van bij de STSN aangesloten deskundigen.

De STSN behartigt de belangen van alle

mensen in Nederland die te maken hebben met

TSC en de gevolgen daarvan. De STSN is een

krachtige belangenbehartiger en serviceorganisatie

die mensen met TSC informatie geeft en

ondersteuning biedt bij het vinden van zorg op

maat en bij het omgaan met de aandoening. En

dat door:

• Belangenbehartiging;

• Voorlichting;

• Lotgenotencontact.

De kennis die hiervoor nodig is verkrijgt de

STSN in de eerste plaats van mensen met TSC

(zijn niet altijd patiënten), hun ouders en verzorgers

en daarnaast van zorgverleners (artsen,

gedragsdeskundigen) en van wetenschappers.

De STSN verzamelt en bundelt deze kennis die

het fundament vormt van belangenbehartiging,

voorlichting en lotgenotencontact. De STSN wil

de functie van landelijk bekend 'marktplein'

vervullen voor mensen met TSC hun ouders,

verzorgers, partners en andere betrokkenen

zoals zorgverleners en wetenschappers. Hier

ontmoeten zij elkaar en vinden direct betrokkenen

informatie en ondersteuning.

De STSN behartigt de belangen van alle

mensen met TSC. Zo staat zij bij zorgaanbieders

op de bres voor kwaliteit van zorg door te

pleiten voor een gedifferentieerd en goed zorgaanbod

dat uitgaat van de vraag van de gebruiker.

Aansluitend daaraan streeft de STSN In

haar contacten met zorgverzekeraars naar een

ideaal pakket van verzekerde zorg. Samen met

andere patiëntenorganisaties voert de STSN een

krachtig pleidooi voor de belangen van mensen

met TSC.

De STSN geeft voorlichting over de vele

aspecten van leven met TSC. Onder meer in

goed leesbare brochures, een eigen tijdschrift,

of via de website. Zodat betrokkenen beter in

staat zijn zelfstandig en bewust beslissingen te

nemen.

De STSN organiseert lotgenotencontacten.

Zo staat niemand alleen en wordt bevorderd

dat ervaringsdeskundigheid wordt gebruikt bij

het verbeteren van de kwaliteit van zorg en van

leven van mensen met TSC.

Samenwerken is voor de STSN van groot

belang. Voor haar partners is de STSN een

waardevolle organisatie vanwege haar kennis

van het omgaan en leven met TSC. De STSN

zoekt de samenwerking omdat door de bundeling

van krachten meer resultaten kunnen worden

geboekt. In samenwerking benutten partners

over en weer kennis, ervaring en relaties.

Voor wat betreft overstijgende vraagstukken

zoals wachtlijsten of financiering (persoonsgebonden

budgetten) wordt samengewerkt met

organisaties die op deze terreinen actief zijn.

Zo werkt de STSN samen met de Vereniging

van Samenwerkende Ouder- en

Patiëntenorganisaties (VSOP), de Chronisch zieken

en Gehandicapten Raad Nederland (CG-

Raad) en de Nederlandse Patiënten

Consumenten Federatie (NPCF). Organisaties

die zich op landelijk niveau richten op de bredere

patiëntenbeweging als geheel. Daarnaast

wordt samengewerkt met patiëntenorganisaties

die actief zijn op verwante terreinen, zoals de

Epilepsievereniging Nederland en de

Nierpatiëntenvereniging.

De STSN zoekt ook de samenwerking met

partners zoals zorginstellingen, hulpverleners,

zorgverzekeraars en de wetenschappelijke

wereld. Zo vervult de STSN een rol bij de ontwikkeling

van effectieve zorg, medische- en

sociale begeleiding of de bevordering van betere

voorlichting en van wetenschappelijk onderzoek.

En dat vereist goede contacten met onder

meer de desbetreffende specialisten. Deze

samenwerking had tot nu toe onder andere tot

resultaat de oprichting van een polikliniek en

van een expertiseteam ‘gedrag’, onderzoek

naar de genetische oorsprong van TSC en

gedragskundig onderzoek.

De STSN stelt zich vooral tot doel de realisatie

van een optimale kwaliteit van leven en van

zorg voor mensen met TSC, waarbij bovendien

de verdere overerving van TSC zo veel mogelijk

kan worden voorkomen. Hiertoe zijn nodig

goede en volledige informatie, snelle diagnose,

tijdige behandeling, zorg op maat en goede,

persoonlijke begeleiding en ondersteuning bij

het leren omgaan met deze aandoening. De

STSN vindt verder dat mensen met TSC zoveel

als hun aandoening toestaat zelf de regie in

eigen hand moeten kunnen houden.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!