Spijkenisse Buitengebied - Ruimtelijkeplannen.nl
Spijkenisse Buitengebied - Ruimtelijkeplannen.nl
Spijkenisse Buitengebied - Ruimtelijkeplannen.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Afweging sectorale wensbeelden 78<br />
heer zoveel mogelijk dienen aan te sluiten op de natuurlijke omstandigheden. Hiermee ontstaat<br />
een veerkrachtig en robuust watersysteem met voldoende berging en voldoende water van de<br />
juiste kwaliteit en worden de ecologische potenties benut. Ruimtelijke plannen waarbij de inrichting<br />
van het watersysteem verandert, zoals de aa<strong>nl</strong>eg van het zoetwatertracé en de scheiding<br />
tussen zoete en zoute waterstromen, worden daar waar mogelijk meegenomen in dit bestemmingsplan.<br />
Ten tijde van het watertoetsoverleg waren deze plannen niet voldoende concreet.<br />
Daarom vindt de afstemming met de laatste stand van zaken plaats in het kader van het overleg<br />
ex artikel 10 Bro. Ook de bestemmingslegging van de waterkeringen wordt op deze wijze nader<br />
overlegd.<br />
Daarnaast wordt rekening gehouden met de bestaande functies in het plangebied. Het bestemmingsplan<br />
kan het streven naar duurzaam waterbeheer ondersteunen door bepaalde (ruimtelijk<br />
relevante) ingrepen (bijvoorbeeld onderbemaling) niet toe te laten.<br />
Een ander belangrijk uitgangspunt van een meer natuurlijk watersysteem, is het zoveel mogelijk<br />
aansluiten bij de peilfluctuaties van de seizoenen. Hierdoor is men in droge perioden minder afhankelijk<br />
van wateraanvoer en hoeft er in natte perioden minder water uit het gebied te worden<br />
gemalen. Daarbij is voldoende waterbergend vermogen van belang. Het bestemmingsplan kan<br />
hierop inspelen door bijvoorbeeld ruimte te reserveren voor waterberging of het dempen van<br />
waterlopen te verbieden.<br />
Er zijn verschillende ideeën over het verweze<strong>nl</strong>ijken van een meer duurzaam watersysteem in<br />
het plangebied. Paragraaf 3.4.2 gaat hier uitgebreid op in. Het gaat onder andere om zoekgebieden<br />
voor waterberging, het tegengaan van peilverlaging, het realiseren van brakwatersystemen<br />
en kreekherstel.<br />
Overigens is de rol van het bestemmingsplan binnen het waterbeheer beperkt. In de beleidsmatige<br />
afweging tussen functies en het waterbeheer speelt het bestemmingsplan wel een rol. In<br />
de zin van concrete beheersmaatregelen zijn de Keur en de peilbesluiten de aangewezen instrumenten.<br />
Afstemming met het bestemmingsplan is een vereiste. Een belangrijk onderscheid<br />
tussen beide instrumenten is de breedte van de belangenafweging: het bestemmingsplan betrekt<br />
alle ruimtelijk relevante belangen in haar afweging terwijl bijvoorbeeld de Keur primair de<br />
belangen van het waterbeheer dient.<br />
Eisen vanuit de verschillende hoofdfuncties<br />
De waterhuishouding is van grote invloed op zowel landbouw als natuur en landschap. Ook<br />
speelt de waterhuishouding een rol bij het voorkomen van wateroverlast.<br />
Het grootste deel van het plangebied is in agrarisch gebruik. Goede externe productieomstandigheden<br />
zijn van groot belang voor de grondgebonden landbouw. Door de hoge grondwaterstanden<br />
is de draagkracht van de veengronden gering. Door drooglegging van deze gronden<br />
kan deze draagkracht verbeteren.<br />
Daarnaast kan er behoefte zijn aan het dempen van sloten (om een efficiënte kavelgrootte te<br />
verkrijgen), of het verruimen of aa<strong>nl</strong>eggen van sloten (om de waterberging en afwatering te verbeteren).<br />
Tevens is de landbouw gebaat bij een gereguleerd peil: voldoende aanvoer bij watertekorten,<br />
voldoende afwatering bij een wateroverschot en voldoende waterberging om wateroverlast<br />
te voorkomen.<br />
Op langere termijn is de landbouw gebaat bij een niet te grote drooglegging van de veengronden,<br />
omdat dit tot bodemdaling (inklinking) leidt, waardoor de externe productiefactoren verslechteren.<br />
Ook aan de waterkwaliteit stelt de landbouw eisen, met name aan de chloridenconcentraties.<br />
De chloridenconcentraties in het oppervlakte- en grondwater zijn bepalend voor de te verbouwen<br />
gewassen en de mogelijkheden voor beregening uit het oppervlaktewater. Het scheiden<br />
van zoete en zoute waterstromen en de beschikbaarheid van voldoende zoetwater zijn voor de<br />
landbouw dan ook van groot belang.<br />
Voor de actuele en potentiële natuurwaarden in het plangebied (de bestaande en te realiseren<br />
natuurgebieden) is een hoge grondwaterstand en een goede waterkwaliteit een eerste vereiste.<br />
In het algemeen kan worden gesteld dat door ingrepen in de grondwaterstand (verlagen peilen)<br />
Adviesbureau RBOI<br />
Rotterdam / Middelburg<br />
231.12764.01<br />
<strong>Spijkenisse</strong>