Productie - Technische Universiteit Eindhoven
Productie - Technische Universiteit Eindhoven
Productie - Technische Universiteit Eindhoven
Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!
Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.
M AT R ix<br />
k w a r T a a l b l a d v a n d e T e c h n i s c h e U n i v e r s i T e i T e i n d h o v e n<br />
3TU.federaTie officieel van sTarT gegaan<br />
J a a r g a n g 1 4<br />
vo o r J a a r / 2 0 0 7<br />
<strong>Productie</strong><br />
flexibele<br />
zonnecellen<br />
nieUw onderwiJsinsTiTUUT samen meT fonTys hogescholen<br />
meTen van driedimensionale obJecTen op nanoschaal
<strong>Technische</strong> <strong>Universiteit</strong><br />
<strong>Eindhoven</strong><br />
Communicatie Service<br />
Centrum<br />
Postbus 513<br />
5600 MB <strong>Eindhoven</strong><br />
homepage: http://www.tue.nl<br />
e-mail: matrix@tue.nl<br />
Hoofdredactie<br />
Drs. Han Konings<br />
Telefoon (040) 247 33 30/<br />
247 29 61<br />
Telefax (040) 245 60 33<br />
Informatie over adverteren<br />
H&J Uitgevers<br />
Telefoon (010) 451 55 10<br />
Telefax (010) 451 53 80<br />
Medewerkers aan dit nummer<br />
Cora van den Berg<br />
Chris van de Graaf<br />
Joep Huiskamp<br />
Paula van de Riet<br />
Gerard Verhoogt<br />
Jim Heirbaut<br />
Marianne Vincken<br />
Enith Vlooswijk<br />
Eindredactie en coördinatie<br />
Communicatiebureau<br />
Corine Legdeur<br />
Foto’s en illustraties<br />
Peter Cox<br />
Vincent van den Hoogen<br />
Rien Meulman<br />
OGC<br />
Bart van Overbeeke<br />
Sam Rentmeester<br />
Bram Saeys<br />
Rob Stork<br />
Basisvormgeving<br />
Proforma,<br />
grafisch ontwerp & advies, bno<br />
Vormgeving<br />
Onnink Grafische Comm. bv,<br />
Oudenbosch<br />
Druk<br />
E.M. de Jong, Baarle-Nassau<br />
Redactieadviesgroep<br />
Mr.drs. B.C. Donders<br />
Drs. W.F. Gaasendam<br />
Prof.dr.ir. G.M.W. Kroesen<br />
Prof.dr. L.H.J. Verhoef<br />
Ir. W. Wagemans<br />
Matrix wordt gemaakt door het<br />
Communicatie Service Centrum<br />
van de TU/e en verschijnt vier<br />
keer per jaar. Het blad wordt<br />
(na schriftelijk verzoek) kosteloos<br />
toegezonden aan TU/eingenieurs<br />
en aan een scala<br />
van andere, externe relaties.<br />
Gehele of gedeeltelijke<br />
overname van artikelen uit<br />
Matrix is alleen toegestaan<br />
na overleg met de redactie en<br />
met bronvermelding. Voor het<br />
gebruik van de foto’s of andere<br />
illustraties is toestemming van<br />
de maker nodig.<br />
Het eerstvolgende nummer van<br />
Matrix verschijnt in juni 2007.<br />
2<br />
Colofon<br />
ISSN 1380-247X<br />
M a T R I X / 1 / 2 0 0 7<br />
F oto : b a rt va n o v e r b e e k e<br />
T U/ e - C O N G R E S T I P<br />
(14e) Applied Probability Society of INFORMS Conference<br />
Sharmistha<br />
Bhattacharyya<br />
Datum:<br />
Van 9 tot en met 11 juli 2007.<br />
Plaats:<br />
TU/e-auditorium.<br />
Inhoud:<br />
‘INFORMS applied Probability’ is een tweejaarlijks internationaal<br />
congres op het gebied van de kansrekening en haar toepassing.<br />
Traditioneel ligt hierbij de nadruk op toepassingen van de stochastiek<br />
binnen de mathematische besliskunde, bijvoorbeeld de<br />
optimalisering van logistieke netwerken waarin onzekerheid een<br />
rol speelt, de controle van voorraadsystemen, en de prestatie-analyse<br />
van communicatienetwerken.<br />
Doelgroep:<br />
academici werkzaam op het gebied van de toegepaste kansrekening.<br />
Organisatie:<br />
EURaNDOM, wiskundig onderzoeksinstituut opgericht door NWO<br />
en TU/e.<br />
Meer informatie en aanmelden:<br />
http://appliedprob.society.informs.org/INFORMS2007/Index.html<br />
Sluitstuk<br />
Afstudeerders vertellen over hun afstudeeronderzoek<br />
Sharmistha Bhattacharyya rondde recent als eerste haar<br />
masteropleiding Sustainable Energy Technology af. Zij<br />
onderzocht de invloed van duurzame energiebronnen op de<br />
betrouwbaarheid en kwaliteit van het elektriciteitsnet.<br />
Wat houdt je afstudeerwerk in? ‘Om de CO 2-uitstoot terug te dringen, zal er meer<br />
windenergie en zonne-energie worden ingezet. De elektriciteitsproductie wordt<br />
dus gedecentraliseerd.Traditionele elektriciteitscentrales kunnen inspelen op de<br />
vraag: wanneer er meer energie nodig is, produceren ze meer. Bij windmolens of<br />
zonnecellen gaat dat niet. Om de netkwaliteit te waarborgen, zul je bijvoorbeeld<br />
geproduceerde energie moeten kunnen opslaan. In mijn opdracht heb ik uitgezocht<br />
hoeveel opslag nodig is en op welke plekken in het netwerk je die moet inzetten.<br />
Ik heb me op een klein deel geconcentreerd en een simulatiemodel ontwikkeld<br />
waarmee je de kwaliteit van gedecentraliseerde energienetwerken en hun invloed<br />
op het centrale elektriciteitsnet kunt berekenen. Het blijkt dat de inzet van opslag de<br />
betrouwbaarheid en kwaliteit flink verbetert.’<br />
Wat doe je nu? ‘Inmiddels werk ik aan een promotieproject op hetzelfde gebied:<br />
duurzame energiebronnen beïnvloeden de spanningskwaliteit van het net.<br />
Computers en andere apparatuur kunnen niet tegen grote fluctuaties. Ik onderzoek<br />
of je beter kunt investeren in een stabieler elektriciteitsnet of in minder gevoelige<br />
elektronische apparatuur.’
Op de cover:<br />
Dr.ir. Menno van den<br />
Donker verbeterde het<br />
productieproces van<br />
microkristallijn silicium.<br />
Lees verder op pagina 18.<br />
Foto: Bart van Overbeeke<br />
4<br />
12<br />
22<br />
inhoud<br />
b E l E I d<br />
3TU.Federatie<br />
2 6<br />
3 0<br />
De federatie van de drie technische universiteiten in Nederland is sinds<br />
begin februari een feit. Onder de noemer 3TU.Federatie gaan de TU Delft, de<br />
TU <strong>Eindhoven</strong> en de <strong>Universiteit</strong> Twente de concurrentie aan met het buitenland.<br />
O N d E R w I j S<br />
Nieuw onderwijsinstituut samen met Fontys<br />
De <strong>Eindhoven</strong> School of Education. Zo heet het nieuwe onderwijsinstituut,<br />
een samenwerking tussen de TU/e en Fontys Hogescholen, dat vorig jaar van<br />
start is gegaan. Het herbergt de lerarenopleiding nieuwe stijl én promovendi<br />
die onderzoek doen op het gebied van onderwijswetenschap en -innovatie.<br />
O N d E R z O E k<br />
Vervuild gas zuiveren: een kwestie van vertalen<br />
Een technologie bedenken is één ding, een systeem bouwen dat het ook nog<br />
doet, is andere koek. Promovendus Ralph van Wissen moest bewijzen dat<br />
een nieuw centrifugesysteem om aardgas te zuiveren uiteindelijk toepasbaar<br />
en rendabel is voor de gasindustrie.<br />
vONk<br />
Hoogleraar van de interfacultaire samenwerking/ Samenwerken met<br />
onderzoekers uit verschillende disciplines vindt hij het leukste wat er<br />
is. Vorig jaar was Anton van Steenhoven een van de initiatiefnemers<br />
van MiTS, een uitdagend interdisciplinair project op het gebied van<br />
microtransportsystemen.<br />
ONdERzOEk<br />
Gaan we naast belminuten ook mobiliteitkilometers kopen?/ De<br />
Stichting Natuur en Milieu formuleerde de uitgangspunten en vroeg de<br />
drie technische universiteiten de uitvoering van het project ‘Auto in de<br />
toekomst’ voor hun rekening te nemen. Hoe gaan wij in 2020 om met<br />
mobiliteit? Op de AutoRAI zijn eind maart de resultaten te zien.<br />
en verder in dit nummer<br />
• TU/e in de pers / 7 • In gesprek met Pauline Krikke, lid van de Raad van<br />
Toezicht van de TU/e / 8 • Nieuws bedrijfsleven / 11 • Op stage / 14 • Nieuws<br />
over onderwijs / 16 • Nieuws over onderzoek/ 24 • Nieuws over alumni / 29<br />
• Knutselen met fluorescerende eiwitten / 34 • Steeds op zoek naar nieuwe<br />
markten / 36 • TU/e gooit deur open voor bouw /38 • Tasten op nanoschaal/40<br />
• Ingenieur in wonen / 42 • Ontwerper in opleiding / 45 • 3TU.<br />
Centre for Ethics / 46 • Xootic link tussen generaties alumni / 48 • agenda<br />
en service-rubriek /50<br />
M a T R I X / 1 / 2 0 0 7 3
4<br />
XBX EX LXE XI XD X X X X X<br />
F OTO : B a r T v a N O v E r B E E k E<br />
De federatie van de drie technische universiteiten in Nederland is sinds begin februari een feit.<br />
Onder de noemer 3TU.Federatie gaan de TU Delft, de TU <strong>Eindhoven</strong> en de <strong>Universiteit</strong> Twente de<br />
concurrentie aan met het buitenland. ‘We staan nog aan het begin, maar er zit spirit in’, zo meent<br />
ook Laurent Nelissen, voorzitter van de <strong>Eindhoven</strong>se universiteitsraad.<br />
D e p a p i e r e n t i j g e r b e g i n t t e b e w e g e n<br />
3TU.Federatie<br />
Het heeft even geduurd, maar begin februari<br />
was het dan zo ver: drie jaar nadat de<br />
plannen voor het eerst op schrift werden<br />
gesteld, zetten de voorzitters van de drie<br />
technische universiteiten hun handtekening<br />
onder de gemeenschappelijke<br />
regeling 3tU.Federatie. Daarmee is de federatie<br />
definitief een feit. en de stemming<br />
zit erin, zo blijkt tijdens een rondgang op<br />
M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
de drie instellingen langs enkele personen<br />
die nauw betrokken zijn bij het integratieproces.<br />
‘De papieren tijger begint eindelijk<br />
te bewegen’, stelt Kees Daleboudt, voorzitter<br />
van de ondernemingsraad in Delft,<br />
tevreden vast. ‘we hebben vertrouwen in<br />
het proces’, meldt universiteitsraadvoorzitter<br />
Dick Meijer vanuit enschede. en zijn<br />
collega in eindhoven, Laurent nelissen,<br />
meent: ‘we staan nog aan het begin, maar<br />
er zit spirit in.’<br />
Smartmix<br />
Dat is wel eens anders geweest. na een<br />
ambitieuze start in 2004 zakte het enthousiasme<br />
voor de federatievorming begin<br />
2005 volledig weg. De drie universiteiten<br />
hadden gehoopt dat hun vooruitstrevende
plannen, die 210 miljoen euro moesten<br />
gaan kosten, de overheid zouden bewegen<br />
tot het verstrekken van een flinke subsidie.<br />
Maar het ministerie van Onderwijs kwam<br />
aanvankelijk met ‘slechts’ zes miljoen over<br />
de brug. pas nadat de instellingen medio<br />
2005 uitzicht hadden gekregen op nog<br />
eens vijftig miljoen, nam de bereidheid<br />
om knopen door te hakken weer toe. Dat<br />
moest ook wel, want het kabinet stelde als<br />
voorwaarde voor de toekenning van het<br />
geld dat de federatie er al in 2007 moest<br />
zijn, in plaats van in 2010, zoals eerder de<br />
bedoeling was.<br />
Vijftig miljoen euro is natuurlijk nog altijd<br />
slechts een kleine kwart van wat in 2004<br />
als benodigde geldsom werd becijferd.<br />
toch zijn de betrokkenen bij de officiële<br />
start optimistisch over wat de federatie kan<br />
gaan betekenen. Dat komt onder meer, zo<br />
legt beleidsmedewerker ben Donders van<br />
de tU/e uit, doordat de samenwerking<br />
ook geld binnen brengt ‘dat niet direct<br />
een 3tU-label heeft’. ‘neem de Smartmix<br />
van de ministeries van Onderwijs en<br />
economische Zaken. Dat zijn subsidiegelden<br />
die worden toegekend aan samen-<br />
F OTO : B a r T v a N O v E r B E E k E<br />
Hoe de 3TU.Federatie tot stand kwam<br />
Februari 2004: In het sectorplan Slagkracht<br />
in innovatie! formuleren de TU Delft,<br />
de TU <strong>Eindhoven</strong> en de <strong>Universiteit</strong> Twente<br />
voor het eerst de ambitie om in 2010 te<br />
komen tot een federatie van technische<br />
universiteiten.<br />
Maart 2004: Staatssecretaris Nijs van<br />
OCW is enthousiast over de plannen, maar<br />
legt niet de gevraagde 210 miljoen euro<br />
op tafel.<br />
Augustus 2004: OCW maakt alsnog zes<br />
miljoen voor de federatieplannen vrij. Het<br />
geld is bedoeld voor het samenbrengen<br />
van gezamenlijke masteropleidingen van<br />
de drie TU’s in een Graduate School.<br />
Januari 2005: Collegevoorzitters en leiders<br />
van de medezeggenschapsorganen worden<br />
het na maanden eens over de ‘gemeenschappelijke<br />
regeling’, de grondwet die de<br />
basis moet vormen voor de 3TU-samenwerking.<br />
Maar door het uitblijven van een<br />
substantiële financiële overheidsbijdrage<br />
ebt op de instellingen het enthousiasme<br />
voor 3TU weg.<br />
April 2005: In het ‘paasakkoord’ stelt het<br />
kabinet de TU’s vijftig miljoen euro voor de<br />
samenwerking in het vooruitzicht. voorwaarde<br />
is dat de federatie niet in 2010,<br />
maar al in 2007 haar beslag krijgt. De universiteiten<br />
moeten uiterlijk half december<br />
met concrete plannen komen.<br />
December 2005: De drie TU’s dienen hun<br />
plannen voor vérgaande samenwerking in.<br />
De collegevoorzitters van TU/e,<br />
TUD en UT bekijken samen de<br />
nieuwe 3TU-website.<br />
Op onderzoeksgebied zullen vijf Centres of<br />
Excellence worden gevormd, waarin onder<br />
leiding van tophoogleraren grensverleggend<br />
onderzoek moet worden verricht<br />
rond thema’s als duurzame energie en<br />
nanotechnologie.<br />
Februari 2006: De ministerraad stemt met<br />
de 3TU-plannen in; de universiteiten krijgen,<br />
verdeeld over vijf jaarlijkse tranches,<br />
vijftig miljoen euro voor de vorming van<br />
vijf Centres of Excellence.<br />
Maart 2006: De TU’s besluiten op eigen<br />
kosten een zesde Centre of Excellence te<br />
beginnen, dat zich moet gaan bezighouden<br />
met ethiek en technologie. aan het eind<br />
van de maand wordt de gezamenlijke website<br />
www.3tu.nl gelanceerd.<br />
April 2006: De TU’s stellen een commissie<br />
in die bekijkt in hoeverre een gezamenlijke<br />
bedrijfsvoering mogelijk is.<br />
September 2006: De eerste gezamenlijke<br />
masteropleidingen - Embedded Systems<br />
en Sustainable Energy Technology - gaan<br />
van start.<br />
Oktober 2006: Met paginagrote advertenties<br />
in binnen- en buitenlandse media<br />
begint de wervingscampagne voor dertig<br />
hoogleraren voor de Centres of Excellence.<br />
Januari 2007: De Stichting 3TU.Federatie,<br />
die de samenwerking vastlegt, wordt opgericht.<br />
De officiële start van de federatie<br />
wordt vastgesteld op 7 februari 2007.<br />
M A t r i X / 1 / 2 0 0 7 5
F OTO : S a M r E N T M E E S T E r<br />
B E L E i D<br />
werkingsverbanden. De drie tU’s zijn<br />
betrokken bij de helft van de zestien projectvoorstellen<br />
die verder mogen worden<br />
uitgewerkt. ik weet zeker dat het feit dat<br />
wij gezamenlijk in zulke projecten meedoen,<br />
een pre is bij de beoordeling door<br />
OCw/eZ.’<br />
Ook Hans van Luijk, collegevoorzitter in<br />
Delft, is positief gestemd over de impact<br />
die het samenwerkingsverband kan hebben.<br />
‘Financieel gezien is vijftig miljoen<br />
weinig, maar qua organisatieontwikkeling<br />
zet dat geld toch heel veel in beweging.<br />
Zonder die startsubsidie zouden we de<br />
Centres of excellence - een concrete mijlpaal<br />
- nooit zo snel hebben kunnen opzetten.<br />
Zo bezien is die vijftig miljoen een<br />
heel belangrijke injectie.’<br />
Zwaardere stem<br />
Zijn collega in twente, anne Flierman,<br />
denkt overigens dat er nog wel meer in<br />
het vat zit. ‘wij zijn nu aan zet om te laten<br />
zien dat de federatie werkt. als we daarin<br />
slagen, geeft ons dat een claim op geld,<br />
vind ik. en deze samenwerking moet ons<br />
ook een zwaardere stem in Den Haag<br />
opleveren. als 3tU straks iets zegt over<br />
bijvoorbeeld innovatie, dan ga ik ervan uit<br />
dat dat ook gezag heeft in Den Haag. als<br />
6 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
De ondertekening van de gemeenschappelijke Regeling 3TU.Federatie door vlnr Anne Flierman (UT),<br />
Hans van Luijk (TUD) en Amandus Lundqvist (TU/e).<br />
zij een europese topspeler willen, nou,<br />
dan moeten wij ook als zodanig behandeld<br />
worden.’<br />
Ook de eindhovense collegevoorzitter,<br />
amandus Lundqvist, gaat ervan uit dat de<br />
toegekende subsidie ‘geen eenmalige actie’<br />
was. ‘Over vijf jaar doen we een nieuw<br />
voorstel, voor uitbreiding van de huidige<br />
Centres of excellence, of voor nieuwe<br />
Centres of excellence. ik verwacht dat de<br />
overheid daar dan opnieuw in zal willen<br />
investeren.’<br />
Dat 3tU daadwerkelijk een internationale<br />
topspeler kan worden, daar lijkt niemand<br />
aan te twijfelen. ‘Zeker, we moeten daar<br />
nog aan werken’, geeft Van Luijk toe. ‘Maar<br />
op de europese ranglijsten doen de tU’s<br />
afzonderlijk het niet slecht; we zitten alle<br />
drie bij de eerste twintig. De logica vertelt<br />
je dan dat het bevorderend zal werken als<br />
je je capaciteiten bundelt. Kijk naar de<br />
Centres of excellence: in het onderzoek<br />
komt er een betere focus, meer massa, er<br />
gaat extra geld in, er komt internationaal<br />
toptalent bij. Het is een uitdaging voor<br />
3tU om te bewijzen dat met al die factoren<br />
een hogere positie op de ranglijsten<br />
mogelijk is. Lukt dat niet, dan hebben we<br />
gefaald.’<br />
aan de sfeer onderling zal het niet liggen.<br />
De collegevoorzitters, zo is op alle drie de<br />
universiteiten te horen, zijn de afgelopen<br />
twee jaar naar elkaar toegegroeid. en ook<br />
op lagere niveaus in de drie organisaties is<br />
samenwerking vanzelfsprekender geworden.<br />
tU/e-beleidsmedewerker Donders<br />
noemt als voorbeeld het zesde Centre of<br />
excellence, ethics and technology, dat<br />
eind januari officieel van start ging. ‘Dat<br />
is een idee geweest van de filosofen in de<br />
drie instellingen zelf. Zij zijn elkaar gaan<br />
opzoeken, hebben uit zichzelf gedacht: hoe<br />
kunnen wij nou gaan samenwerken? Die<br />
houding zie je bij steeds meer mensen.’<br />
Gezamenlijk actieplan<br />
Ook in de medezeggenschapsorganen<br />
heeft het zo gewerkt, vertellen vertegenwoordigers<br />
van alle drie de universiteiten.<br />
De eindhovense U-raadvoorzitter nelissen<br />
herinnert zich nog hoe het ‘vroeger’ ging<br />
als de medezeggenschapsorganen aanwezig<br />
mochten zijn bij een vergadering van<br />
de drie collegevoorzitters. ‘Dan kwamen we<br />
een halfuur van tevoren bij elkaar en dan<br />
begon iedereen zijn individuele punten<br />
op te noemen.’ Zo gaat het inmiddels niet<br />
meer. tegenwoordig is er een - weliswaar<br />
informeel - gezamenlijk medezeggenschapsorgaan.<br />
Onder de noemer 3tU.M
ontmoeten vertegenwoordigers uit Delft,<br />
eindhoven en enschede elkaar maandelijks.<br />
‘we stellen een gezamenlijk actieplan<br />
op, waarmee we vervolgens naar de<br />
Cvb-voorzitters toegaan’, vertelt nelissen.<br />
De maandelijkse bijeenkomsten hebben<br />
een gunstig effect gehad op de kwaliteit<br />
van de medezeggenschap, zeggen<br />
vertegenwoordigers van alle drie de universiteiten.<br />
Dat is een onvermoed effect<br />
van het 3tU-proces. want aanvankelijk<br />
was de angst dat medezeggenschap in<br />
een zo grote organisatie met zo’n aparte<br />
structuur, niet veel meer zou voorstellen.<br />
‘we waren bang dat de colleges zich op<br />
het absolute minimum van medezeggenschap<br />
zouden terugtrekken’, aldus<br />
Daleboudt (Or Delft). Maar dat is niet<br />
gebeurd. ‘Sterker nog’, vertelt Daleboudt,<br />
‘de verschillende medezeggenschapsorganen<br />
hebben elkaar met hun kennis en<br />
ervaringen kunnen helpen in gesprekken<br />
met het eigen college. goede processen<br />
TU/e in de pers<br />
berichten uit landelijke en regionale bladen<br />
‘HEt Ligt voor DE HAnD DAt<br />
EEn onDErnEMEr MEt zijn<br />
vrAAg EErst Bij DE KAMEr<br />
vAn KoopHAnDEL AAnKLopt.<br />
DAt is vErtrouwD tErrEin<br />
voor HEM.’<br />
Ir. WIm Bens, direc-<br />
teur innovation Lab tu/e,<br />
in het artikel ‘Midden- en<br />
kleinbedrijf ontdekt veel-<br />
zijdigheid van tu/e’ in<br />
het eIndhovens<br />
dagBlad van 19 januari<br />
2007.<br />
‘BEtEr onDErwijs<br />
nEDErLAnD is niEt DE<br />
vErEniging vAn ontEvrEDEn<br />
LEErKrAcHtEn.’<br />
Prof.dr.Ir. hans<br />
van duIjn, rector magni-<br />
ficus, in het artikel ‘ik voor-<br />
spel: het onderwijs gaat naar<br />
de verdommenis’, in nrC<br />
handelsBlad van 22<br />
januari 2007.<br />
‘DE nEDErLAnDsE ovErHEiD<br />
HEEft zicH zEEr onBEtrouw-<br />
BAAr gEtoonD tEn opzicHtE<br />
vAn invEstEErDErs in Duur-<br />
zAME EnErgiE.’<br />
Prof.dr. johan<br />
sChot, hoogleraar<br />
geschiedenis van de techniek<br />
in het artikel ‘Biobrandstof<br />
wil er niet in’ van de<br />
telegraaf van 14 februari<br />
2007.<br />
op de ene universiteit zijn zo, via ons gezamenlijke<br />
overleg, doorgesijpeld naar de<br />
andere instellingen.’<br />
Internationale profilering<br />
een en al goed nieuws dus. Zijn er dan helemaal<br />
geen kanttekeningen meer te plaatsen<br />
bij het integratieproces? toch wel. ‘De<br />
internationale profilering van 3tU wordt<br />
nog een lastige’, meent Daleboudt. ‘want<br />
we hebben elk internationaal een goede<br />
naam. we moeten enorm uitkijken dat we<br />
die niet overboord gooien.’<br />
Ook de bestuurders hebben niet een-tweedrie<br />
een oplossing voorhanden. ‘Dit onderwerp<br />
zal nog verdere discussie vergen’,<br />
zegt Flierman uit twente. en ook Van Luijk<br />
spreekt van een ‘lastig punt’. ‘Voorlopig<br />
blijven we voor marketingdoeleinden<br />
ieder ons eigen brand gebruiken.’ De<br />
eindhovense collegevoorzitter Lundqvist<br />
denkt dat het ‘merk’ 3tU vooral binnenlands<br />
zal worden gebruikt. ‘je moet je als<br />
‘DE HuiDigE trEnD LEiDt<br />
tot EEn ‘vEiLigHEiDscoM-<br />
MunisME’ wAArBij DE vEr-<br />
MEEnDE vEiLigHEiDsBELAngEn<br />
vAn HEt coLLEctiEf DE inDivi-<br />
DuELE vEiLigHEiDsBELAngEn<br />
En DAArvoor nooDzAKELijKE<br />
privAcy ovErstEMMEn.’<br />
Prof.dr. Bart<br />
jaCoBs, hoogleraar<br />
computerveiligheid, in<br />
het artikel ‘ons veiligheidscommunisme’<br />
in de<br />
volkskrant van 27<br />
januari 2007.<br />
‘wAt HEt ingEwiKKELD<br />
MAAKt, is DAt HEt pLAsMA<br />
LEttErLijK ongrijpBAAr is. jE<br />
Kunt HEt niEt BEEtpAKKEn.’<br />
Prof.dr.Ir.<br />
rIChard van der<br />
sanden, hoogleraar<br />
plasmatechnologie, in<br />
het artikel ‘Laseren van<br />
lastig plasma, in nrC<br />
handelsBlad van 9<br />
januari 2007.<br />
‘HEt nivEAu vAn DE HBo-<br />
AfgEstuDEErDEn BAArt ons<br />
zorgEn.’<br />
3tU profileren daar waar dat zinvol en toepasselijk<br />
is. Dat is het vooral in de contacten<br />
met de overheid en het bedrijfsleven.’<br />
Verder sluiten programma’s en roosters<br />
in de drie steden nog niet goed op elkaar<br />
aan, waardoor het voor studenten nog niet<br />
erg aantrekkelijk is om delen van hun<br />
studie op een van de andere universiteiten<br />
te volgen. ‘in beleidsstukken staan mooie<br />
woorden over samenwerking en afstemming’,<br />
zegt U-raadvoorzitter Meijer. ‘Maar<br />
in de praktijk constateren we dat zaken<br />
helemaal niet worden afgestemd. Op het<br />
punt van roosters bijvoorbeeld is men het<br />
afgelopen jaar zelfs meer uit de pas gaan<br />
lopen.’ Ook Daleboudt meent dat 3tU voor<br />
de student ‘nog onvoldoende meerwaarde<br />
oplevert’. Het zijn zaken die de komende<br />
tijd zullen moeten worden opgelost. Maar<br />
de wil daartoe lijkt overal aanwezig te zijn.<br />
Zoals Flierman het verwoordt: ‘ik merk<br />
overal het gevoel: er hangt iets in de lucht.<br />
iedereen wil erbij zijn.’<br />
M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
F OTO : B a r T v a N O v E r B E E k E<br />
Prof.dr.ir. Richard van der Sanden<br />
dr.Ir. Bram de<br />
kraker, opleidingsdirecteur<br />
opleiding<br />
werktuigbouwkunde, in het<br />
artikel ‘Minor als springplank<br />
naar master’ in de Cursor<br />
van 15 februari 2007.<br />
7
XI XN XGX EX SX PX rX EX kX<br />
X<br />
Pauline Krikke is<br />
onder de indruk<br />
van de veelzijdigheid<br />
van techniek.<br />
F OTO ’ S : B a r T v a N O v E r B E E k E<br />
p aU L i n e K r i K K e ,<br />
b U r g e M e e S t e r Va n a r n H e M<br />
L i D Va n D e r a a D Va n t O e Z i C H t<br />
Va n D e t U/ e<br />
‘Ondernemerschap<br />
verdient een plaats<br />
in het onderwijs’<br />
Een achtergrond in techniek heeft ze allerminst, maar ze geniet met volle teugen van de<br />
TU/e. En de TU/e van haar, want Pauline krikke heeft als lid van de raad van Toezicht in<br />
korte tijd het vertrouwen van de <strong>Universiteit</strong>sraad gewonnen. De huidige burgemeester van<br />
arnhem spreekt over de rol van inspraak aan de TU/e, vrouwen in de wetenschap en het<br />
belang van ondernemende studenten.<br />
De raad van toezicht (rvt) is belast met het toezicht<br />
op het bestuur en het beheer van een universiteit.<br />
Krikke heeft daarbij onder meer de contacten met de<br />
<strong>Universiteit</strong>sraad in haar portefeuille. Mogelijk vanwege<br />
het politieke karakter van de functie, want Krikke is een<br />
politica in hart en nieren. enkele jaren na een studie<br />
rechten aan de Vrije <strong>Universiteit</strong> van amsterdam, had<br />
ze tien jaar een eigen bedrijf en kwam ze daarna in de<br />
amsterdamse gemeenteraad. een functie die ze zes<br />
8 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
jaar bekleedde. ‘ik vind het belangrijk dat er vanuit alle<br />
geledingen inspraak is op de universiteit. ik heb daar natuurlijk<br />
affiniteit mee; ik heb hier in arnhem ook een gemeenteraad.<br />
Het is ook goed dat iemand uit de raad van<br />
toezicht contact heeft met de <strong>Universiteit</strong>sraad. ik moet<br />
signalen uit de U-raad doorgeven aan het bestuur van de<br />
universiteit. al ben ik geen buffer, want het College van<br />
bestuur moet gewoon dagelijks de contacten onderhouden.<br />
wij kijken alleen met regelmaat of dat goed gaat.’
Ondanks de nieuwe rol van universiteiten waarin ze als<br />
concurrerende organisaties opereren is inspraak voor<br />
de VVD-politica van groot belang. ‘er is concurrentie en<br />
een soms wat bedrijfsmatiger aanpak van de universiteit,<br />
maar het blijft goed dat er een inspraakorgaan is als de<br />
<strong>Universiteit</strong>sraad. Ook in het bedrijfsleven is er een ondernemingsraad<br />
die meepraat met bestuurders. Het Cvb<br />
en de U-raad hoeven elkaar helemaal in de weg te zitten.<br />
De U-raad is juist een plek waar ideeën worden besproken<br />
en getoetst.’<br />
Goed technisch onderwijs<br />
‘wat buiten de vergaderingen leuk is aan de rvt is dat we<br />
bijeenkomsten hebben met studenten waarin ze presenteren<br />
waar ze mee bezig zijn. Dat doen ze op een goede<br />
manier en vooral zo dat het ook te begrijpen is voor mensen<br />
die niet goed zijn ingevoerd in de materie. Dat is leuk<br />
omdat het besturen van een universiteit anders alleen iets<br />
van cijfers en studentenaantallen blijft. wanneer je weet<br />
wat er op een universiteit gebeurt, kleurt dat het beeld.’<br />
Ze is onder de indruk van de veelzijdigheid van techniek.<br />
Die is breder dan ze had verwacht toen ze vier jaar geleden<br />
toetrad tot de raad. Ze is overigens onlangs voor een<br />
tweede termijn van vier jaar benoemd. ‘ik lees natuurlijk<br />
veel over de techniek en de diversiteit, maar dat het gaat<br />
van het maken van nieuwe huid tot het vormgeven van<br />
producten, is telkens weer verbazingwekkend. Het is heel<br />
inspirerend om studenten te horen vertellen over hun<br />
ideeën en werkwijze. Het is mooi om te zien hoe de geesten<br />
gescherpt worden door onderwijs en de dingen die ze<br />
met elkaar doen.’<br />
Over de reden van haar aanwezigheid aan de tU/e is<br />
Krikke: ‘Als wij willen dat de<br />
Nederlandse economie goed<br />
blijft draaien dan zullen we<br />
techniekstudenten moeten<br />
opleiden.’<br />
Krikke duidelijk: ‘ik ben in de rvt gaan zitten omdat ik<br />
het belangrijk vind dat er goed technisch onderwijs wordt<br />
gegeven. Het is prachtig dat er mooie communicatiestudies<br />
zijn, maar als wij willen dat de nederlandse economie<br />
goed blijft draaien dan zullen we techniekstudenten<br />
moeten opleiden. Door mijn zitting in de raad van<br />
toezicht kan ik mijn bestuurlijke kwaliteiten inzetten.<br />
Maar ik kan ook in contacten met anderen mijn kennis<br />
van de technische universiteit gebruiken om te vertellen<br />
over de noodzaak van goed technisch onderwijs en de behoefte<br />
aan meer geschoolde technici.’<br />
Afspiegeling van de samenleving<br />
toen ze voor het eerst op de tU/e kwam, verdwaalde ze in<br />
de gebouwen. ‘je hebt niet snel het overzicht – veel lange<br />
gangen en veel gebouwen. Het is goed dat nu geherstructureerd<br />
wordt en dat gebouwen worden aangepast op hun<br />
functie. Hopelijk wordt het daarmee ook een prettiger<br />
plek om te verblijven. Op een universiteit moet je niet<br />
alleen fijn les krijgen, je moet er ook graag zijn. Het is<br />
in de concurrentie tussen universiteiten belangrijk dat<br />
studenten graag naar jou toekomen. Ze zullen er dan ook<br />
langer blijven. Daarom is het goed dat de tU/e de omgeving<br />
aantrekkelijker en functioneler maakt.’<br />
een ander project dat haar aandacht heeft, is woman in<br />
Science. in dit programma gaat de tU/e op zoek naar<br />
vrouwen die een carrière in de wetenschap ambiëren<br />
en die meteen kunnen instromen op een onderzoeksplaats.<br />
Dit om het aantal vrouwen op hoge posities in<br />
de technische wetenschappen te verhogen. ‘Dat is voor<br />
mij zeker een thema, maar ik heb er bezwaar tegen dat<br />
altijd met vrouwen wordt gesproken over vrouweneman-<br />
M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
9
I N G E S P r E k<br />
cipatie. Het gaat mannen net zo goed aan. al moet ik<br />
zeggen dat dit aan de tU/e zeker het geval is, want het<br />
programma wordt door mannen gedragen. Het is ook gewoon<br />
een goed idee, want als je vrouwelijke hoogleraren<br />
hebt, dan kunnen zij een voorbeeld zijn voor meisjes en<br />
vrouwen die zonder een rolmodel zichzelf niet in hoge<br />
wetenschappelijke posities hadden voorgesteld. juist in<br />
techniek is dat heel goed. Het geldt overigens niet alleen<br />
voor vrouwen. Ook allochtonen moeten hoger in de wetenschap<br />
terecht komen. ik denk dat een universiteit een<br />
afspiegeling van de samenleving moet zijn. als dat niet<br />
vanzelf gebeurt, zul je programma’s moeten starten om<br />
de kloof te dichten.’<br />
Ondernemerschap<br />
een belangrijke missie van Krikke is het stimuleren van<br />
ondernemerschap onder studenten. ‘wij leggen in onze<br />
bezoeken erg de nadruk op de vraag of er studenten<br />
zijn die overwegen ondernemer te worden. Dat heeft<br />
echt prioriteit. je ziet op amerikaanse universiteiten dat<br />
ondernemerschap een keuze is. in nederland lijkt het<br />
wel of je voor van alles wordt opgeleid, maar niet voor<br />
ondernemerschap. terwijl de economie van eindhoven<br />
ondernemingen nodig heeft. we kennen de voorbeelden<br />
van de ‘bill gates-en’ en ‘Hewlett-packards’ van deze wereld<br />
die in een garage begonnen en na het eerste succes<br />
er nog een garage bij huurden om na jaren van groei tot<br />
de grootste van de wereld te behoren. Dat zijn uitzonderingen,<br />
maar je hebt kleine bedrijven nodig om de kans<br />
hierop te vergroten. Met de kennis die in eindhoven aanwezig<br />
is, móet je zorgen dat je actief bent op die markt<br />
van innovatieve producten.’<br />
Ze ziet in het hele onderwijs dat ondernemerschap een<br />
ondergeschoven kindje is. ‘Studenten zijn aan het eind<br />
van hun studie zeer bekend met het fenomeen onder-<br />
1 0 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
Krikke: ‘Er zal altijd concurrentie tussen de<br />
universiteiten blijven.’<br />
zoeker. Het concept ondernemer is hen echter in veel<br />
gevallen vreemd. De tU/e is daar nu goed mee bezig. we<br />
kunnen veel vooruitgang boeken door te blijven hameren<br />
op ondernemerschap en door aan studenten faciliteiten<br />
beschikbaar te stellen. Het opzetten van een bedrijf is<br />
eenvoudig: je gaat naar de Kamer van Koophandel en je<br />
kunt van start. wat het ingewikkeld maakt, is dat je na de<br />
eerste drie jaar moet kunnen doorgroeien. Daar moet je<br />
als universiteit ondersteuning bij geven door ze bijvoorbeeld<br />
in contact te brengen met banken.’<br />
Aan de slag<br />
Krikke is erg enthousiast over de samenwerking tussen<br />
de drie universiteiten. ‘nederland is niet zo groot, niet<br />
alle universiteiten hoeven alles te hebben. Het is ook heel<br />
goed als studenten gemakkelijk op andere universiteiten<br />
colleges kunnen volgen. Ze zullen dit wel lastig vinden,<br />
want ze zijn in geest erg flexibel, maar nemen niet zo<br />
snel de trein naar een andere stad om daar onderwijs te<br />
volgen.’<br />
De samenwerking kan onderzoekers ook inspireren,<br />
meent de burgemeester. ‘er zal altijd concurrentie blijven.<br />
Dat is prima, want daar groeit een universiteit van.<br />
Hoe meer wetenschappers van elkaar weten, hoe scherper<br />
ze zullen zijn. Of het tot een fusie tussen de drie tU’s<br />
gaat leiden, is nu nog niet aan de orde. De essentie is samenwerking.<br />
Het heeft niet veel zin om nu te wachten op<br />
de ideale bestuurlijke structuur van de toekomst. Dat kan<br />
nog heel lang duren. eerst aan de slag en dan blijkt later<br />
wel wat de beste structuur is.’<br />
Overflow aan geld<br />
De rol van de universiteit in het scheppen van bedrijvigheid<br />
zal overigens altijd beperkt zijn. ‘als bestuurder ben<br />
je louter voorwaardenscheppend. je moet zorgen voor<br />
huisvesting, voor een vraagbaak voor studenten en een<br />
voor medewerkers, je moet zorgen voor een netwerk en<br />
je moet zorgen dat ondernemers elkaar ontmoeten. Om<br />
steun aan elkaar te hebben, maar ook om ideeën uit te<br />
wisselen, want of je nu heel klein bent of heel groot: je<br />
hebt een netwerk nodig voor inspiratie en ideeën.’<br />
een onderneming heeft natuurlijk ook geld nodig. er<br />
wordt veel geklaagd over het gebrek aan investeerders,<br />
zeker in vergelijking met amerika. Krikke is minder<br />
pessimistisch. ‘geld is lastig, maar er is veel geld in de<br />
markt, zeker op dit moment. pensioenfondsen bijvoorbeeld<br />
hebben een overflow aan geld. er zijn ook best<br />
mensen die willen investeren. Daarvoor moeten ondernemers<br />
met financiers gaan praten. Die hebben het netwerk.<br />
een gemeente moet daar geen geld insteken. Onze<br />
core business is het runnen van een gemeente.’
edrijfsleven<br />
nieuws<br />
Op zOek naar bredere<br />
samenwerking<br />
Een delegatie van philips Medical systems was<br />
eind januari op bezoek bij de tu/e-faculteit<br />
Biomedische technologie. Dit als onderdeel<br />
van het structureel aanhalen van de banden<br />
met het bedrijfsleven, waarmee de tu/e momenteel<br />
bezig is. Doel hiervan is te bekijken of<br />
samenwerkingen met bedrijven aangeknoopt of<br />
uitgebreid kunnen worden. ongeveer tien medewerkers<br />
van de technologische disciplines binnen<br />
philips Medical systems (pMs) kregen een<br />
rondleiding en luisterden naar presentaties van<br />
zeven verschillende kennisgebieden binnen BMt.<br />
Bedoeling van de presentaties en bijbehorende<br />
vragenrondes was om af te tasten waar de mogelijkheden<br />
voor nauwere samenwerking liggen.<br />
overigens werkt pMs al samen met BMt, onder<br />
meer met de groep van prof.dr.ir. Bart ter Haar<br />
romeny (Biomedical image Analysis) en die van<br />
prof.dr.ir. frans van de vosse (cardio-vascular<br />
Biomechanics). Drs.ir. pieter de Bock is speciaal<br />
aangesteld door de tu/e om de contacten met<br />
bedrijven uit te bouwen. Hij zal, na evaluatie<br />
van deze contactdag, de contacten met philips<br />
Medical doortrekken naar andere faculteiten.<br />
De Bock is ook doende om op dezelfde manier<br />
bedrijven als AsML, shell, DAf en rabobank te<br />
benaderen.<br />
Lab vOOr akOestiek wOrdt<br />
OpLeidingsinstituut<br />
Akoestisch adviseur ir. renz van Luxemburg is<br />
samen met de tu/e het bedrijf LeveL Acoustics<br />
gestart. Daarmee gaat hij, vanuit het Lab voor<br />
Akoestiek van de tu/e, akoestische kennis<br />
voor externe partijen aanbieden. Het Lab voor<br />
Akoestiek blijft daarnaast het akoestiek-onderwijs<br />
voor de faculteit Bouwkunde verzorgen.<br />
Het lab dat ongeveer 25 jaar oud is en gerund<br />
wordt door dr.ir. Heiko Martin en ir. constant<br />
Hak, vervult al jaren een onderwijsfunctie aan de<br />
tu/e. studenten Bouwkunde doen er practica op<br />
het gebied van de akoestiek in gebouwen. van<br />
Luxemburg kwam op het idee de goede faciliteiten<br />
in combinatie met de aanwezige ervaring beschikbaar<br />
te stellen voor externe klanten. Het lab<br />
moet een opleidingsinstituut worden voor akoestisch<br />
adviseurs. Daarvoor zijn meerdere ruimtes<br />
ingericht voor colleges of instructies. ook zijn er<br />
drie meetkamers aanwezig die dienen voor het<br />
goed leren uitvoeren van akoestische metingen.<br />
LeveL Acoustics biedt onderwijs op verschillende<br />
Medewerkers van<br />
Phillips Medical<br />
Systems op bezoek<br />
bij de TU/e.<br />
niveaus aan. zo zijn al practica gegeven voor de<br />
hbo-opleiding Audiologie. Maar ook komen er<br />
masterclasses, gericht op de beginnende akoestisch<br />
adviseur. Daarnaast gaat het bedrijf ook ‘in<br />
company’ cursussen verzorgen. van Luxemburg<br />
werkte voorheen als akoestisch adviseur bij het<br />
nederlandse ingenieursbureau DHv. Hij is in die<br />
hoedanigheid vooral bekend als de vaste adviseur<br />
van architect rem Koolhaas. Level Acoustics<br />
werk nauw samen met DHv voor advieswerk in<br />
grote projecten. wilt u meer weten van dit lab<br />
dan kunt u kijken op www.levelacoustics.nl. u<br />
kunt ook contact opnemen met van Luxemburg:<br />
L.c.j.v.Luxemburg@tue.nl.<br />
technOstars investeert in<br />
innOvatieve Ondernemingen<br />
Een technostarter is een jonge onderneming<br />
die een technologisch innovatief product op de<br />
markt wil brengen. technostarters zijn het verse<br />
bloed voor de economie. vaak beschikken deze<br />
jonge ondernemers over weinig kapitaal, terwijl<br />
zij voor de ontwikkeling van producten en markten<br />
juist veel kapitaal nodig hebben. Maar niet<br />
F OTO : B a r T v a N O v E r B E E k E<br />
Ondernemen en Technologie<br />
D r i e L e Z i n g e n i n H e t V O O r j a a r<br />
alleen kapitaal. startende ondernemers moeten<br />
vaak hun koers nog uitstippelen en hun bedrijfsprocessen<br />
inrichten. technostars investeert in<br />
deze innovatieve, jonge ondernemingen die zich<br />
toeleggen op het ontwikkelen en distribueren<br />
van nieuwe producten. Er zijn criteria die van<br />
belang zijn om in aanmerking te komen, onder<br />
andere moet het bedrijf producten, processen of<br />
diensten (geen adviesdiensten) verkopen, die<br />
zijn gebaseerd op een nieuwe technische vinding<br />
of een nieuwe toepassing van bestaande technologie<br />
en is de onderneming niet langer dan<br />
vijf jaar ingeschreven in het KvK-register. ook<br />
behoort de onderneming tot het segment starter<br />
of MKB en is het actief op het gebied van de<br />
High tech industrie. technostars is een samenwerking<br />
tussen de nv Brabantse ontwikkelings<br />
Maatschappij (BoM), nv industriebank Liof,<br />
nv rede, fortis Bank, rabobank <strong>Eindhoven</strong><br />
veldhoven, zeeuws participatiefonds, simac en<br />
de tu/e. technostars is gevestigd op de tu/ecampus<br />
in het Multimedia paviljoen, samen met<br />
de stichting incubator3+. Bent u geïnteresseerd<br />
in technostars? Dan kunt u kijken op www.<br />
technostars.nl. u kunt ook contact opnemen: tel.<br />
040-237 2194, e-mail starten@technostars.nl<br />
Jaarlijks organiseert de TU/e de lezingenreeks ‘Ondernemen en Technologie’, bedoeld voor mensen<br />
uit het bedrijfsleven. De lezingen vinden plaats in de vergaderzaal van kennispoort, aan de<br />
rand van de TU/e-campus en beginnen om 17.00 uur. voor meer informatie: www.tue.nl/ondernemen<br />
of www.kennispoort.nl. Daaronder vindt u een overzicht van de lezingen die dit collegejaar<br />
gegeven worden. Op donderdag 12 april 2007 spreekt prof.dr.ir. Bob Mattheij, hoogleraar bij de<br />
afdeling Wiskunde over ‘Oplossingen met wiskundige modellen’. Op donderdag 10 mei spreekt<br />
prof.dr.ir. Hans Niemantsverdriet over ‘Chemie en technologie’. Prof.dr. Sytse Douma houdt op 7<br />
juni een lezing met als titel ‘Innovatiekracht bundelen’. De toegang tot de lezingen is gratis.<br />
M A t r i X / 1 / 2 0 0 7 1 1
XoX nX dX eX rX wX Xi jXs X X<br />
de eindhoven school of education. Zo heet het nieuwe onderwijsinstituut, een samenwerking tussen<br />
de TU/e en Fontys Hogescholen, dat vorig jaar van start is gegaan. Het herbergt de lerarenopleiding<br />
nieuwe stijl én promovendi die onderzoek doen op het gebied van onderwijswetenschap en -<br />
innovatie. ‘Zowel de docenten in opleiding als de onderzoekers zullen veel in de klas te vinden zijn.’<br />
V E E L a a n D a c H T V O O r O n D E r W I J s W E T E n s c H a p p E n<br />
nieuw onderwijsinstituut<br />
samen met Fontys<br />
‘De handtekeningen zijn in november vorig<br />
jaar gezet’, vertelt prof.dr. Wim Jochems,<br />
hoogleraar onderwijsinnovatie aan de TU/e<br />
en directeur van de <strong>Eindhoven</strong> school of<br />
Education (EsoE). ‘De school valt nu onder<br />
een bestuursraad die paritair is samengesteld<br />
uit bestuurders van de TU/e en<br />
Fontys.’<br />
De eerste activiteit binnen het instituut is<br />
het vormgeven van een lerarenopleiding<br />
F oTo : b a r T v a n o v e r b e e k e<br />
1 2 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
nieuwe stijl. Dat gebeurt in de vorm van<br />
een masteropleiding science Education and<br />
communication. Deze tweejarige master<br />
past binnen de BaMa-structuur en moet<br />
studenten opleiden tot leraar scheikunde,<br />
wiskunde, natuurkunde of informatica in<br />
het voortgezet onderwijs.<br />
Met de opleiding zal de TU Lerarenopleiding<br />
(TULO) komen te vervallen, maar<br />
niet de samenwerking in drie TU-verband.<br />
In de TULO werkte de TU/e daarnaast al<br />
jaren samen met Fontys. ‘De opleiding is<br />
eenvoudig te klein om kwaliteit te bieden<br />
voor een zelfstandige lerarenopleiding’,<br />
zegt Jochems. ‘Er zijn maar zo’n 25 à 30<br />
studenten per jaar. Het is echt een kleine<br />
tak van sport. Weinig studenten betekent<br />
ook een kleine staf. Met als gevolg dat we<br />
niet alle disciplines konden bieden die<br />
nodig zijn om leraren op te leiden. Vandaar
dat destijds al is besloten tot samenwerking<br />
met Fontys. De universiteit is goed in bèta-<br />
en techniekonderwijs, en Fontys heeft veel<br />
meer onderwijskundige kennis in huis. Een<br />
samenwerking is dan goed op zijn plaats.’<br />
De studenten aan de lerarenopleiding volgen<br />
dit studiejaar nog de opleiding oude<br />
stijl. In september 2007 gaat de nieuwe<br />
master van start. Dan zullen ook studenten<br />
van buiten instromen. De nieuwe opleiding<br />
is voor accreditatie voorgedragen. De master<br />
kan gevolgd worden met elke TU/e-bachelor<br />
als vooropleiding.<br />
Ontwerpgericht<br />
‘Voor de studenten brengt de master geen<br />
ingrijpende veranderingen mee’, zegt<br />
Jochems. ‘Het curriculum blijft in grote lijnen<br />
hetzelfde. We gaan het alleen actualiseren<br />
en hier en daar wat accenten verleggen.<br />
Zo vinden we het belangrijk dat het onderwijs<br />
ontwerpgericht is, net als de opleiding<br />
voor ingenieur aan de TU/e. Daar leren de<br />
studenten hoe ze een systematische analyse<br />
kunnen maken van een probleem, het ontwerp<br />
kunnen implementeren en vervolgens<br />
kunnen optimaliseren.’ Zo zou het onderwijs<br />
er ook meer uit moeten zien, volgens<br />
Jochems. ‘Dat betekent dat een docent<br />
voorafgaand aan de les een ontwerp daarvoor<br />
maakt. Een beginnend docent zal dat<br />
nog uitgebreid op papier moeten doen. Een<br />
ervaren docent heeft al allerlei ontwerpen<br />
in zijn hoofd zitten. Dit is een manier van<br />
denken die niet erg gebruikelijk is in het<br />
onderwijs. Veel docenten bereiden de les<br />
vooral inhoudelijk voor, zonder veel na te<br />
denken over vormgeving van leeractiviteiten<br />
of de aard van de interactie.’<br />
Deze manier van werken is ook toe te passen<br />
bij de ontwikkeling van lesmateriaal.<br />
‘Ook daar gaat het in de praktijk meestal<br />
meer om de inhoud dan om de vormgeving<br />
van het leerproces. Daarnaast vinden we het<br />
belangrijk om de aankomende bètaleraren<br />
een opvatting over het vak bij te brengen.<br />
Ze ontwikkelen natuurlijk kennis en vaardigheden,<br />
maar dat vinden wij niet genoeg.<br />
Daarom besteden we ook aandacht aan ‘enculturatie’:<br />
het eigen maken van normen en<br />
waarden die bij het beroep en bij het vakgebied<br />
horen. Dat is een nieuw accent binnen<br />
de lerarenopleiding.’<br />
Ook is er een belangrijke rol weggelegd<br />
voor IcT. ‘De opleiding vindt voor een<br />
groot deel plaats in scholen voor voortgezet<br />
onderwijs. De studenten zullen veel voor<br />
de klas staan. Daar kan IcT ons goed bij<br />
helpen. Met behulp daarvan kunnen we<br />
studenten op afstand begeleiden. In de klas<br />
wordt uiteraard ook IcT gebruikt. Maar<br />
hoe precies is afhankelijk van de methode<br />
op de betreffende school en van de docent.<br />
Onze studenten passen zich aan. Ze zijn<br />
tenslotte te gast.’<br />
Grensvlak<br />
naast een lerarenopleiding biedt de EsoE<br />
werk aan onderzoekers op het gebied van<br />
de onderwijswetenschappen. ‘Er zijn sinds<br />
de start van het instituut al acht promovendi<br />
werkzaam’, vertelt Jochems. ‘Dit jaar<br />
moeten daar nog ongeveer tien onderzoekers<br />
bijkomen. De selectie daarvoor is in<br />
volle gang. Op termijn willen we nog meer<br />
groeien. De onderzoekspoot van ons instituut<br />
wordt daarmee zo groot dat we het<br />
onderzoeksmanagement eromheen goed<br />
moeten organiseren. Daar zijn we nu ook<br />
mee bezig.’<br />
De aio’s kunnen uit de technische hoek<br />
komen, maar ook uit de richting van de<br />
onderwijskunde, meestal een afstudeerrichting<br />
binnen een gedragswetenschap. ‘De<br />
onderzoeksthema’s bevinden zich ook op<br />
dat grensvlak’, geeft Jochems aan. ‘Zo doet<br />
één van de promovendi momenteel onder-<br />
M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
1 3
1 42<br />
o n d e r w i j s<br />
zoek naar de redenen waarom techniek in<br />
het basisonderwijs zo moeilijk van de grond<br />
komt. Jonge kinderen vinden techniek vaak<br />
heel leuk, maar op een gegeven leeftijd gaat<br />
het mis. In nederland verdwijnt de belangstelling<br />
voor techniek sneller dan in het<br />
buitenland. als we weten waarom dat zo is,<br />
kunnen we er wat aan doen.’<br />
Een ander voorbeeld van een onderzoek is<br />
de vernieuwing van het scheikundeonderwijs<br />
in het voortgezet onderwijs.<br />
‘Deze innovatie is landelijk al voor enkele<br />
onderdelen van de scheikunde in gang<br />
gezet. Eén van onze aio’s onderzoekt hoe<br />
het proces uitwerkt in de praktijk.’ De eerste<br />
proefschriften van de promovendi aan de<br />
EsoE zijn over een jaar of drie te verwachten.<br />
Jochems verwacht dat veel promovendi<br />
na voltooiing van hun promotie een baan<br />
zullen vinden bij Fontys. ‘net als alle andere<br />
instellingen voor hoger onderwijs vergrijst<br />
ook Fontys. Het heeft hard verse instroom<br />
0p stage<br />
vijf maanden geleden begon bas Fleskens, student<br />
<strong>Technische</strong> natuurkunde, aan zijn stage aan het<br />
Lawrence berkeley national Laboratory in het<br />
studentenstadje berkeley, ingeklemd tussen san<br />
Francisco en oakland. een progressieve oase, waar<br />
op het hoogste niveau onderzoek wordt gedaan.<br />
nodig. Het bestuur van Fontys heeft ingezet<br />
op meer gepromoveerden als docenten. Het<br />
doel daarvan is kwaliteitsverhoging. De hogeschool<br />
heeft de werving van promovendi<br />
in eerste instantie zelf ter hand genomen.<br />
Een tweede manier die Fontys gebruikt, is<br />
deze samenwerking met de TU/e en daarnaast<br />
voor andere disciplines sinds kort ook<br />
met de <strong>Universiteit</strong> Maastricht.’<br />
Onderwijsinnovatie<br />
Jochems noemt de samenwerking van TU/e<br />
met Fontys binnen de EsoE uniek. ‘Bij mijn<br />
weten is dit het eerste instituut gevormd<br />
uit een hbo- en een wo-instelling. Ook is dit<br />
de eerste keer dat onderwijs en onderzoek<br />
over onderwijsinnovatie zo geïntegreerd<br />
wordt aangepakt. Het is sterk op de praktijk<br />
gericht. Zowel de docenten in opleiding als<br />
de onderzoekers zullen veel in de klas te<br />
vinden zijn.’ Op termijn wordt onderwijsinnovatie<br />
de derde poot van het instituut.<br />
ervaringen van een TU/e-student in het buitenland<br />
‘een stage van wereldniveau’<br />
‘Mijn stage bestaat uit het kalibreren<br />
van diagnostisch materiaal<br />
wat hier gebruikt wordt ter<br />
bepaling van de intensiteit en<br />
energie van elektronenbundels<br />
die ze versnellen (tot bijna de<br />
lichtsnelheid) door middel van<br />
zeer intense en ultrakorte laserpulsen.’<br />
Het is een mondvol,<br />
beseft de natuurkundestudent,<br />
maar eenvoudiger kan hij het<br />
niet zeggen.<br />
De uitkomsten van zijn onderzoek<br />
verwerkt hij met software<br />
die hij zelf heeft geschreven. ‘De<br />
resultaten zijn zodanig dat er<br />
alweer nieuwe experimenten met<br />
een alternatieve aanpak op het<br />
programma staan.’<br />
De stage is van wereldniveau,<br />
zegt hij. ‘Het Berkeley Lab is niet<br />
voor niets de leverancier van elf<br />
Nobelprijswinnaars in de fysica,<br />
om over de andere disciplines<br />
nog maar te zwijgen.’<br />
Het grootste verschil met de<br />
<strong>Eindhoven</strong>se universiteit is het<br />
onderzoeksbudget. ‘Je bent<br />
slechts gebonden door je eigen<br />
fantasie, hoewel je uiteraard wel<br />
alles moet kunnen verantwoorden.<br />
Dankzij de ruime middelen<br />
M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
Bas Fleskens<br />
in Berkeley<br />
zijn hier dingen mogelijk waar<br />
je op de tU/e alleen maar van<br />
kunt dromen. Daarnaast hebben<br />
de mensen in de vakgroep hier<br />
erg veel hart voor de zaak, mijn<br />
begeleider voorop. ik geloof dat<br />
hij makkelijk zo’n vijftig uur per<br />
week aan het werk is.’<br />
Met Berkeley heeft hij misschien<br />
wel de meest roemruchte studentenstad<br />
van de wereld gevonden.<br />
‘ruim veertig jaar geleden was<br />
dit de plaats van de eerste studentenopstanden<br />
en de geboorteplaats<br />
van de hippies, waar je<br />
nog wel wat van merkt. Over het<br />
‘Denk aan het platform Bèta Techniek of<br />
andere vernieuwende projecten binnen<br />
de regio’, zegt Jochems. ‘Bijvoorbeeld een<br />
onderwijsinstelling die haar onderwijs ingrijpend<br />
wil veranderen. Wij kunnen dan<br />
onderzoeken of zo’n drastische aanpassing<br />
oplevert wat de school ervan verwacht. Voor<br />
zulke evaluaties of effectmetingen hebben<br />
wij de deskundigheid, als de andere partij er<br />
geld voor heeft.’<br />
Dit onderdeel van het instituut staat overigens<br />
nog in de kinderschoenen. ‘Zoiets<br />
heeft tijd nodig. Het is nu niet onze eerste<br />
prioriteit. We willen eerst de andere activiteiten<br />
goed op de rails hebben.’ al met al is<br />
Jochems tevreden over wat er tot nu toe is<br />
bereikt. ‘Vooral de bestuurlijke samenwerking<br />
tussen Fontys en TU/e gaat heel goed.<br />
Dat is geen vanzelfsprekende zaak. Vooral<br />
omdat er voor zo’n samenwerking tussen<br />
hbo en wo nogal wat juridische drempels<br />
genomen moeten worden.’<br />
algemeen is men hier nog steeds<br />
erg progressief in vergelijking met<br />
de rest van de Verenigde Staten.’<br />
Aan de andere kant blijft het wel<br />
Amerikaans, vertelt Fleskens. ‘Veel<br />
zwervers, veel en vooral grote<br />
auto’s, alles in véél te grote porties<br />
en aardig wat hypocrisie en oppervlakkigheid.<br />
toch onderscheidt<br />
deze regio zich van de rest van de<br />
VS. Je vindt hier bijvoorbeeld bijna<br />
geen fastfood-ketens. Wat mij persoonlijk<br />
het meeste bevalt, is dat<br />
je alleen jonge mensen over straat<br />
ziet lopen. in mijn straat wonen<br />
werkelijk alleen maar studenten.’
TOPIC Embedded Systems:<br />
embedded in your future?<br />
Gedreven software- of hardware engineer?<br />
Bij ons krijg je uitdaging als arbeidsvoorwaarde!<br />
TOPIC Embedded Systems in Best is gespecialiseerd in embedded software ontwikkeling, services rondom ontwikkeling en hardware design.<br />
Bijna 150 gedreven software- en hardware specialisten, die behoren tot de besten in hun vakgebied, werken bij TOPIC aan state-of-the-art en<br />
gevarieerde projecten in de consumentenelectronica, medische- en professionele systemen. TOPIC onderscheidt zich door de persoonlijke<br />
benadering van medewerkers en opdrachtgevers, de kwaliteit en professionaliteit van onze TOPIC’ers en daardoor het niveau van onze projecten.<br />
Vanwege de succesvolle groei van TOPIC Embedded Systems hebben wij uitdagende functies voor ervaren<br />
embedded software engineers, hardware designers, software testers en confi guration managers.<br />
Beschik jij over minimaal 2 jaar werkervaring in bijvoorbeeld C, C++, C#, Windows, UNIX, UML, RUP,<br />
O.O., ISEB, TMap, CMMi, TPI, CMSynergy, DSP’s, VHDL, ASIC’s, FPGA’s, real-time en embedded software?<br />
En wil jij je blijven ontwikkelen in projecten en via ons Personal Improvement Program? En wil je graag<br />
arbeidsvoorwaarden op maat? Mail dan snel je motivatie met CV naar recruitment@topic.nl of bel eerst<br />
met Frank de Roo, manager recruitment, (0499) 336 979.<br />
Voor meer informatie: WWW.TOPIC.NL
1 6<br />
onderwijs<br />
nieuws<br />
RoboticawoRkshop vooR<br />
12- en 13-jaRigen<br />
Waar de meeste middelbare scholieren in hun<br />
eerste jaar nog niet mogen ruiken aan vakken<br />
als natuurkunde en scheikunde, zetten de<br />
brugklassers van het Sondervick College al<br />
meteen hun tanden in het vak robotica. in<br />
het kader daarvan waren twee klassen van de<br />
Veldhovense school in januari op bezoek bij de<br />
tU/e. Om te bekijken hoe robots er in het echt<br />
uitzien, wat je er allemaal mee kan en vooral<br />
wat erbij komt kijken om ze te maken en aan te<br />
sturen. Er was een overvol programma voor de<br />
52 leerlingen uit de brugklassen met de noemer<br />
vwo-plus. Dit zijn de twee klassen met de beste<br />
leerlingen. Het programma startte met een<br />
college over robotica door promovendus ir. roel<br />
Merry. Verder kregen de leerlingen in noodtempo<br />
te zien hoe breed het terrein van de robotica<br />
is. Voetballende robots, rijdende marsrobots,<br />
pizzaverplaatsers, humanoids, precisierobots. En<br />
Leerlingen van het<br />
Sondervickcollege<br />
op bezoek<br />
bij de TU/e.<br />
Design Your Own Future<br />
4 - 5 April 2007, High Tech Campus <strong>Eindhoven</strong>, The Netherlands<br />
For technical and scientifi c professionals, technology students<br />
Simplicity is developing your career in a way that benefi ts other people as well as yourself. At Philips we believe that<br />
technology should be advanced and simple to experience at the same time. We also believe it should be true for<br />
your career development.<br />
If you’re a qualifi ed professional with a science, engineering, technology or mathematics degree (in fact any -subject),<br />
or you’re a student about to graduate in electronic engineering, software engineering or information technology,<br />
visiting ‘Design Your Own Future 2007’ could be the simplest way to realize your ambitions. Organized on the High<br />
Tech Campus in <strong>Eindhoven</strong> (The Netherlands) it’s your chance to see fi rst-hand what working for the Philips<br />
organization could mean for you.<br />
You could even walk away from the event with a job offer or internship at Philips,<br />
or win yourself a place on Philips’ highly acclaimed European Business Course.<br />
For registration and more information visit: www.philips.nl/future<br />
M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
F oTo : r i e n M e U L M a n<br />
gaandeweg mochten de twaalf- en dertienjarigen<br />
proberen zelf een schakeling in elkaar te<br />
solderen.<br />
Het Sondervick College is een middelbare<br />
school waar relatief veel leerlingen voor het<br />
profiel Natuur en techniek kiezen. Landelijk<br />
kiest gemiddeld 15 procent van de vwo’ers<br />
hiervoor; op het Sondervick is dat 25 procent.<br />
Hoe dit precies komt, is niet onderzocht. Maar<br />
wiskundedocente Hetty van Hees heeft wel<br />
een verklaring: de aanwezigheid van ASML in<br />
Veldhoven, en de nabijheid van de High tech<br />
Campus <strong>Eindhoven</strong>.<br />
tiasnimbas achtste in<br />
Ft Ranking<br />
tiasNimbas, waar de tU/e Postgraduatie School<br />
onderdeel van is, heeft een achtste plaats gekre-<br />
REGISTER<br />
NOW<br />
WWW.PHILIPS.NL/FUTURE
gen in de jaarlijkse ranking van de Engelse zaken-<br />
krant Financial times (Ft) van de top 55 Europese<br />
business schools. tiasNimbas steeg vanaf een<br />
twintigste plaats in 2005.<br />
De beste Europese business school is volgens<br />
de Ft het HEC Paris. Op twee staat de London<br />
Business School en op drie iMD in Zwitserland.<br />
Nederland staat met twee scholen in de top tien,<br />
de rotterdam School of Management van de<br />
Erasmus <strong>Universiteit</strong> staat op de zevende plaats.<br />
Nijenrode moet het doen met een 48e plaats. Het<br />
postgraduate onderwijs van de gerenommeerde<br />
University of Oxford eindigde op een 24e plaats.<br />
Het tilburgse tias Business School nam enkele<br />
jaren geleden de tU/e Postgraduate School over.<br />
in september vorig jaar veranderde de naam in<br />
tiasNimbas Business School na de overname<br />
van de <strong>Universiteit</strong> Nimbas in Utrecht. Daarmee<br />
is tiasNimbas de grootste van Nederland geworden.<br />
De Belgische hoogleraar dr.ir. Philippe<br />
Naert bleef directeur van de gefuseerde business<br />
school. De plaats in de Ft top-10 is volgens het<br />
commentaar in verschillende Nederlandse en<br />
Belgische dagbladen aan zijn beleid te danken.<br />
tegenover het Financieele Dagblad ontkende hij<br />
niet dat hij in de top drie wil komen, eventueel<br />
met nieuwe acquisities in de toekomst.<br />
bouwkunde wil<br />
bacheloRvaRiant<br />
installatietechnologie<br />
De faculteit Bouwkunde wil opnieuw beginnen<br />
met een bachelor installatietechnologie. Dit keer<br />
moet het een speciaal programma worden van de<br />
bachelor Bouwkunde, dus geen zelfstandige opleiding.<br />
Het streven is om het komend collegejaar<br />
van start te gaan. De oude, zelfstandige bachelor<br />
installatietechnologie (iNS) werd na twee jaar<br />
stopgezet (na collegejaar 2004/2005) omdat het<br />
College van Bestuur de instroom te klein vond.<br />
Die lag in het laatste jaar op veertien starters.<br />
Het CvB vond dat te mager en legde de lat op minimaal<br />
35 nieuwe studenten, wat het einde betekende<br />
voor de opleiding. De visitatiecommissie,<br />
die de opleidingen van de faculteit Bouwkunde<br />
begin 2006 onder de loep nam, zegt in haar eindrapportage<br />
dat ze het stopzetten van de bachelor<br />
‘betreurt’. De nu beoogde opleidingsvariant<br />
komt voor ongeveer zestig procent overeen met<br />
de bachelor Bouwkunde. De rest wordt ingevuld<br />
met vakken van vooral Werktuigbouwkunde en<br />
Elektrotechniek. Deze opzet komt sterk overeen<br />
met de opzet van de oude, zelfstandige bachelor.<br />
Het belangrijkste verschil is dat de projecten,<br />
die ongeveer eenderde van de studie vormen, nu<br />
bouwkundeprojecten zijn. Voorheen waren het<br />
specifiek iNS-projecten.<br />
gezamenlijk<br />
entRepReneuRship met uvt<br />
De tU/e heeft plannen om samen met de<br />
<strong>Universiteit</strong> van tilburg (Uvt) en mogelijk<br />
ook een van de Brabantse hogescholen een<br />
zogenaamd ‘Center of Entrepreneurship’ op te<br />
richten, dat in collegejaar 2007/2008 van start<br />
moet gaan. Zo’n centrum moet het ondernemerschapsonderwijs<br />
van de drie instellingen bundelen<br />
en uitbreiden. De drie gaan samen hun<br />
plan indienen in een tender van het ministerie<br />
van Economische Zaken (EZ), dat twaalf miljoen<br />
euro beschikbaar stelt voor de oprichting van<br />
dit soort centra, voor een periode van vier jaar.<br />
EZ hoopt dat de centra Nederlandse studenten<br />
zullen aanzetten om eerder ondernemer<br />
te worden. Volgens het ministerie levert het<br />
Nederlandse hoger onderwijs nu nog mensen<br />
af met te weinig ondernemerszin en te weinig<br />
kennis op dit terrein. Doel is om vier tot twaalf<br />
plannen te belonen met een subsidie die de<br />
helft van de kosten draagt en maximaal drie<br />
miljoen euro per initiatief bedraagt. De onderwijsinstellingen<br />
moeten zelf zorg dragen voor<br />
Vereniging Beter Onderwijs Nederland<br />
de recent opgerichte vereniging beter onderwijs<br />
nederland (bon) heeft kritiek op het<br />
onderwijssysteem in nederland, met name op<br />
twee punten: het schoolmanagement heeft, ten<br />
koste van de vakdocenten, teveel invloed op de<br />
organisatie van de lessen en de filosofie van het<br />
nieuwe Leren werkt in de praktijk niet. bon gaat<br />
een eigen keurmerk lanceren. eerst zal bon de<br />
middelbare scholen onder de loep nemen. een<br />
jaar later volgen de hogescholen. dat heeft het<br />
bestuur van beter onderwijs nederland recent<br />
op de algemene ledenvergadering aan de TU/e<br />
Mark Peletier<br />
gezegd. de vereniging wil niet alleen zeuren over<br />
het nieuwe leren, maar waar mogelijk ook complimenten uitdelen. ‘er zijn<br />
in nederland genoeg pareltjes tussen de instellingen te vinden’, zegt Paul<br />
bezembinder, secretaris van de vereniging, en beleidsmedewerker van de<br />
TU/e-faculteit <strong>Technische</strong> natuurkunde. ‘die willen we een steuntje in de<br />
rug geven.’ ook Mark Peletier, hoogleraar bij de faculteit wiskunde & informatica,<br />
is betrokken bij bon. de vereniging heeft alleen niet de capaciteit<br />
om alle scholen en hbo-instellingen te bezoeken. daarom moeten geïnteresseerde<br />
scholen een aanvraag indienen. ‘we verwachten niet meteen duizend<br />
brieven’, aldus bezembinder, ‘Het moet groeien.’ de inhoud van het<br />
onderwijs komt centraal te staan, belooft bon. bovendien zullen de vrijheid<br />
van de leraar en het aantal lesuren meewegen. de leraar moet uiteraard<br />
bevoegd zijn. een keurmerk voor universiteiten staat voorlopig niet in het<br />
programma. op die opleidingen is minder mis, meent bezembinder.<br />
de andere helft van de bekostiging. Er volgt voor<br />
de zomer een eerste schifting. Een definitieve<br />
beslissing over honorering valt aan het einde van<br />
2007.<br />
Volgens Wim Bens, directeur van het tU/einnovation<br />
Lab, zullen ook de tU’s van twente en<br />
Delft meedoen in de tender. De initiatieven van de<br />
tU’s zijn volgens Bens op elkaar afgestemd en inhoudelijk<br />
identiek. in alledrie de gevallen gaat het<br />
om een tU die samenwerkt met een universiteit<br />
met een sterke economische of bedrijfskundige<br />
afdeling (Delft met Leiden en rotterdam, twente<br />
met Groningen).<br />
tu/e en tud weRven samen<br />
De tU/e en de tU Delft bundelen hun inspanningen<br />
op het gebied van de techniekpromotie voor<br />
scholieren tot veertien jaar. in Delft komt waarschijnlijk<br />
een dependance van de <strong>Eindhoven</strong>se<br />
stichting techniekpromotie. De <strong>Universiteit</strong> twente<br />
ziet weinig in de samenwerkingsplannen. De<br />
besturen van de tU/e en de tUD gingen akkoord<br />
met een plan tot intensievere samenwerking<br />
rondom de techniekpromotie. Het plan behelst<br />
onder andere structurele steun van jaarlijks vijftigduizend<br />
euro per universiteit aan de stichting<br />
techniekpromotie.<br />
M A t r i X / 1 / 2 0 0 7 1 7<br />
F oTo : r o b s To r k
O N D E r Z O E k<br />
1 8 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
<strong>Productie</strong>proces<br />
flexibele<br />
zonnecellen<br />
onder de loep
Het productieproces<br />
van microkristallijn<br />
silicium is sterk<br />
verbeterd.<br />
de meest bekende silicium zonnecellen zijn nog van stijf materiaal<br />
gemaakt en daardoor breekbaar en beperkt toepasbaar. door de<br />
actieve laag van een zonnecel steeds dunner te maken, is er minder<br />
materiaal nodig en nemen tegelijkertijd de mogelijkheden flink toe.<br />
de zonnecel wordt immers flexibel. Maar het productieproces van<br />
deze dunne zonnecellen heeft men nog niet volledig in de hand.<br />
Promovendus ir. Menno van den donker werkte eraan bij een duits<br />
onderzoekscentrum.<br />
Bestonden de eerste silicium zonnecellen<br />
nog uit één groot kristal, al snel bleek dat<br />
ze goedkoper te produceren waren door<br />
een bak vloeibaar silicium te laten afkoelen<br />
en daar de actieve laag van een zonnecel<br />
uit te zagen. Gevolg van dit proces was dat<br />
het materiaal ‘multi-kristallijn’ werd: het<br />
bestond uit meerdere, nog steeds grote<br />
kristallen. ‘Dit zijn de bekende blauwige<br />
zonnecellen met de duidelijk zichtbare<br />
grove structuur erin’, vertelt ir. Menno<br />
van den Donker, promovendus bij de<br />
groep plasma & Materials processing van<br />
<strong>Technische</strong> natuurkunde. ‘Groot nadeel<br />
hiervan was het verlies aan materiaal.<br />
silicium is niet goedkoop en bij het zagen<br />
van lagen van tweehonderd micrometer<br />
dik uit het grote blok, raakte je misschien<br />
wel de helft kwijt.’ Vandaar dat men de<br />
stap zette naar het opdampen van dunne<br />
lagen silicium. In eerste instantie waren<br />
deze lagen nog amorf, dat wil zeggen<br />
zonder dat de atomen zich in de nette ordening<br />
van een kristal bevonden. Hierdoor<br />
waren de elektrische eigenschappen weliswaar<br />
iets slechter (rendementen tot acht<br />
procent), maar de lagen konden wel heel<br />
dun worden gefabriceerd. Een dikte van<br />
driehonderd nanometer was heel normaal.<br />
Wat een enorme materiaalbesparing opleverde.<br />
Microkristallijn silicium is een relatief<br />
nieuwe vorm van het materiaal. Van den<br />
Donker, die zijn onderzoekswerk deed<br />
bij het Forschungszentrum in het Duitse<br />
Jülich: ‘Het lijkt op de amorfe versie, maar<br />
dat heeft als nadeel dat het steeds minder<br />
goed gaat werken onder invloed van zonlicht.<br />
Doordat we waterstofgas toevoegen,<br />
gaan er kleine kristalletjes ontstaan. De<br />
waterstof schudt als het ware de bindingen<br />
van de siliciumatomen door elkaar. Overal<br />
waar waterstofdeeltjes geweest zijn, laten<br />
ze een spoor van kristalletjes achter in het<br />
silicium, zo’n vijftig nanometer groot.’<br />
Plasmareactor<br />
Het opdampen van de actieve siliciumlaag<br />
van een zonnecel gebeurt in een plasmareactor.<br />
In deze goed afgesloten ruimte<br />
zit onder lage druk (tien millibar) een<br />
mengsel van waterstofgas en silaan (siH4). Wanneer je over twee elektrodes een specifieke<br />
wisselspanning zet, ontstaat een<br />
plasma. ‘De wisselspanning trekt elektronen<br />
weg van de voorheen neutrale gasatomen.<br />
De aldus ontstane hete elektronen<br />
veranderen het gasmengsel in een grote<br />
brij van verschillende moleculen, ionen en<br />
radicalen.’<br />
Met name de radicalen – deeltjes met een<br />
onverzadigde binding – blijven gemakkelijk<br />
op een oppervlak plakken. Op een substraat<br />
in de reactor zet zich zo een laag silicium<br />
af. Maar niet alleen daar, overal in de<br />
ruimte bevinden zich de reactieve deeltjes.<br />
Van den Donker: ‘De samenstelling van<br />
deze brij is enorm ingewikkeld. siH4 valt<br />
bijvoorbeeld uiteen in waterstof en siH3, maar de laatste valt zelf ook weer uit el-<br />
M A t r i X / 1 / 2 0 0 7 1 9
O N D E r Z O E k<br />
kaar. Zo krijg je een waterval van reacties.<br />
Wij waren niet zozeer geïnteresseerd in de<br />
precieze samenstelling van de brij, maar<br />
wilden juist weten aan welke ‘knoppen’ we<br />
zouden moeten draaien om het proces te<br />
verbeteren.’<br />
Want het proces had men nog niet volledig<br />
in de hand. De voorganger van Van<br />
den Donker in Jülich had in zijn promotieonderzoek<br />
het proces in kaart gebracht<br />
door verschillende parameters te variëren.<br />
‘Daarbij moet je denken aan de temperatuur,<br />
de concentraties van de gassen voor<br />
het plasma, de afstand tussen de elektroden<br />
enzovoort. Maar bij hem was het nog<br />
een soort van ‘trial-and-error’. Zo van: wanneer<br />
we dit doen, gebeurt er dat.’ Van den<br />
Donker begon tijdens zijn promotie meer<br />
in de reactor te kijken. In overdrachtelijke<br />
zin dan. Hij bouwde de plasmareactor zodanig<br />
om dat verschillende meetapparaten<br />
in de reactor konden meten. Met een zogeheten<br />
pyrometer bepaalde hij steeds op<br />
afstand de temperatuur van het substraat.<br />
En met een optische spectrometer kon hij<br />
de samenstelling van het plasma bekijken.<br />
Zo kwam hij erachter dat bij het opstarten<br />
van het plasma de eerste minuut zeer<br />
belangrijk is. ‘In de eerste minuut verandert<br />
de samenstelling van het plasma<br />
ingrijpend. In feite komt er dan snel veel<br />
waterstof vrij uit het silaan. Waterstof dat<br />
nodig is aan het oppervlak om te helpen<br />
bij het vormen van de nodige siliciumkristallen.<br />
na die minuut wordt het zaakje<br />
constant. nogal een ontdekking, want<br />
voorheen voerden we altijd honderd keer<br />
2 0 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
F oTo : b a r T v a n o v e r b e e k e<br />
Menno van den Donker<br />
met de flexibele<br />
zonnecel die hij in<br />
zijn promotietijd<br />
ontwikkelde.<br />
meer waterstofgas dan silaan toe aan het<br />
plasma. Maar nu blijkt dus dat dat alleen<br />
de eerste minuut nodig is, om de boel op<br />
gang te helpen. Daarna kan het plasma zelf<br />
voldoende waterstof leveren.’ Een enorme<br />
vooruitgang, want -hoewel niet duur- wordt<br />
hiermee op waterstof bespaard. Bijkomend<br />
voordeel is dat de stevige waterstofstroom<br />
zware eisen stelde aan het ontwerp van<br />
de depositiereactor. En, misschien wel het<br />
belangrijkste, het silaan wordt nu wél volledig<br />
gebruikt, doordat de overvloed aan<br />
waterstof niet meer in de weg zit.<br />
Ideale temperatuur<br />
Een andere ontdekking die Van den<br />
Donker deed, is dat het substraat langzaam<br />
warmer wordt onder invloed van het<br />
plasma. Een ongewenst effect, want een<br />
andere temperatuur betekent een andere<br />
kwaliteit van de laag. ‘constant houden<br />
bleek de beste oplossing. De hoogte van de<br />
temperatuur speelt ook een belangrijke rol.<br />
Is die te hoog, dan stuiteren de silaanmoleculen<br />
terug. En is de temperatuur te laag,<br />
dan vormt het silicium zich meteen op de<br />
eerste de beste plek waar het silaandeeltje<br />
het oppervlak raakt. Op de ideale temperatuur<br />
(zo’n tweehonderd graden) gaat een<br />
silaandeeltje een stukje wandelen over het<br />
oppervlak, tot het een mooi passend plekje<br />
vindt. Een beetje zoals bij het computerspel<br />
Tetris’, aldus de promovendus.<br />
Deze fikse verbetering van het productieproces<br />
van microkristallijn silicium betekent<br />
niet dat het gebruik van de amorfe<br />
variant nu helemaal voorbij is. Van den<br />
Donker: ‘amorf silicium absorbeert een<br />
ander deel van het spectrum, meer bij<br />
blauw en groen. Microkristallijn silicium<br />
profiteert van een breder spectrum, helemaal<br />
tot in het infrarode. Zo vullen ze<br />
elkaar aan.’ Het loont dan ook de moeite<br />
de twee lagen op elkaar te zetten om zo<br />
het rendement van de cel te verhogen.<br />
En dat lukt: reikt een amorfe siliciumzonnecel<br />
nog maar tot zo’n acht procent<br />
rendement, samen met een versie met<br />
microkristallen (in zijn eentje goed voor<br />
negen procent) levert dat een rendement<br />
van twaalf procent op.<br />
Hoewel Van den Donker bij zijn onderzoek<br />
steeds glas heeft gebruikt om de zonnecel<br />
op af te zetten, is in de praktijk een<br />
flexibel materiaal mogelijk voor het substraat.<br />
Dat heeft verschillende voordelen.<br />
Voor de prijs is het het belangrijkste dat<br />
de flexibele zonnecel op rol te produceren<br />
is in een continu proces. ‘Maar doordat<br />
volledig plastic zonnecellen erg licht zijn,<br />
zijn ze ook goedkoop te vervoeren en prettig<br />
te installeren. Je rolt gewoon een rol<br />
folie ergens op uit. Maar in de toekomst<br />
zitten grote zonnecellen misschien wel<br />
in het doek van je tentje verwerkt, of in je<br />
jas’, aldus Van den Donker.<br />
Duurzame energie<br />
De promovendus was al vóór zijn promotie<br />
erg enthousiast over zonne-energie.<br />
per 1 januari is hij in dienst getreden<br />
bij solland solar Energy in Heerlen.<br />
‘Volgens mij is zonne-energie de enige<br />
mogelijkheid voor duurzame energie die<br />
op korte termijn interessant is. Voor een<br />
deel is dat een gevoel, want in alle berekeningen<br />
zitten zoveel aannames. Maar<br />
alleen windmolens en biomassa kunnen<br />
nooit voor honderd procent aan de vraag<br />
voldoen. Zonnecellen kun je bijna overal<br />
opplakken zonder dat je er last van hebt.<br />
En zonlicht is er altijd.’ Daarmee zijn<br />
zonnecellen volgens Van den Donker ook<br />
een goede optie voor ontwikkelingslanden.<br />
Maar dan zal wel de prijs van zonnestroom<br />
omlaag moeten. ‘Die is nu in<br />
nederland nog drie keer zo hoog als die<br />
van ‘gewone’ stroom. Maar met alweer decennialang<br />
een groei van veertig procent<br />
per jaar verwacht ik dat zonne-energie<br />
over tien jaar goedkoper is dan gewone<br />
stroom. En dan is volgens mij het hek van<br />
de dam.’ En kernfusie dan? ‘Daar moeten<br />
we op hopen voor centrale energieopwekking.<br />
Maar zonne-energie kan iedereen lokaal<br />
opwekken, zodat je het niet ver hoeft<br />
te transporteren.’
O N D E r Z O E k<br />
kaar. Zo krijg je een waterval van reacties.<br />
Wij waren niet zozeer geïnteresseerd in de<br />
precieze samenstelling van de brij, maar<br />
wilden juist weten aan welke ‘knoppen’ we<br />
zouden moeten draaien om het proces te<br />
verbeteren.’<br />
Want het proces had men nog niet volledig<br />
in de hand. De voorganger van Van<br />
den Donker in Jülich had in zijn promotieonderzoek<br />
het proces in kaart gebracht<br />
door verschillende parameters te variëren.<br />
‘Daarbij moet je denken aan de temperatuur,<br />
de concentraties van de gassen voor<br />
het plasma, de afstand tussen de elektroden<br />
enzovoort. Maar bij hem was het nog<br />
een soort van ‘trial-and-error’. Zo van: wanneer<br />
we dit doen, gebeurt er dat.’ Van den<br />
Donker begon tijdens zijn promotie meer<br />
in de reactor te kijken. In overdrachtelijke<br />
zin dan. Hij bouwde de plasmareactor zodanig<br />
om dat verschillende meetapparaten<br />
in de reactor konden meten. Met een zogeheten<br />
pyrometer bepaalde hij steeds op<br />
afstand de temperatuur van het substraat.<br />
En met een optische spectrometer kon hij<br />
de samenstelling van het plasma bekijken.<br />
Zo kwam hij erachter dat bij het opstarten<br />
van het plasma de eerste minuut zeer<br />
belangrijk is. ‘In de eerste minuut verandert<br />
de samenstelling van het plasma<br />
ingrijpend. In feite komt er dan snel veel<br />
waterstof vrij uit het silaan. Waterstof dat<br />
nodig is aan het oppervlak om te helpen<br />
bij het vormen van de nodige siliciumkristallen.<br />
na die minuut wordt het zaakje<br />
constant. nogal een ontdekking, want<br />
voorheen voerden we altijd honderd keer<br />
2 0 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />
F oTo : b a r T v a n o v e r b e e k e<br />
Menno van den Donker<br />
met de flexibele<br />
zonnecel die hij in<br />
zijn promotietijd<br />
ontwikkelde.<br />
meer waterstofgas dan silaan toe aan het<br />
plasma. Maar nu blijkt dus dat dat alleen<br />
de eerste minuut nodig is, om de boel op<br />
gang te helpen. Daarna kan het plasma zelf<br />
voldoende waterstof leveren.’ Een enorme<br />
vooruitgang, want -hoewel niet duur- wordt<br />
hiermee op waterstof bespaard. Bijkomend<br />
voordeel is dat de stevige waterstofstroom<br />
zware eisen stelde aan het ontwerp van<br />
de depositiereactor. En, misschien wel het<br />
belangrijkste, het silaan wordt nu wél volledig<br />
gebruikt, doordat de overvloed aan<br />
waterstof niet meer in de weg zit.<br />
Ideale temperatuur<br />
Een andere ontdekking die Van den<br />
Donker deed, is dat het substraat langzaam<br />
warmer wordt onder invloed van het<br />
plasma. Een ongewenst effect, want een<br />
andere temperatuur betekent een andere<br />
kwaliteit van de laag. ‘constant houden<br />
bleek de beste oplossing. De hoogte van de<br />
temperatuur speelt ook een belangrijke rol.<br />
Is die te hoog, dan stuiteren de silaanmoleculen<br />
terug. En is de temperatuur te laag,<br />
dan vormt het silicium zich meteen op de<br />
eerste de beste plek waar het silaandeeltje<br />
het oppervlak raakt. Op de ideale temperatuur<br />
(zo’n tweehonderd graden) gaat een<br />
silaandeeltje een stukje wandelen over het<br />
oppervlak, tot het een mooi passend plekje<br />
vindt. Een beetje zoals bij het computerspel<br />
Tetris’, aldus de promovendus.<br />
Deze fikse verbetering van het productieproces<br />
van microkristallijn silicium betekent<br />
niet dat het gebruik van de amorfe<br />
variant nu helemaal voorbij is. Van den<br />
Donker: ‘amorf silicium absorbeert een<br />
ander deel van het spectrum, meer bij<br />
blauw en groen. Microkristallijn silicium<br />
profiteert van een breder spectrum, helemaal<br />
tot in het infrarode. Zo vullen ze<br />
elkaar aan.’ Het loont dan ook de moeite<br />
de twee lagen op elkaar te zetten om zo<br />
het rendement van de cel te verhogen.<br />
En dat lukt: reikt een amorfe siliciumzonnecel<br />
nog maar tot zo’n acht procent<br />
rendement, samen met een versie met<br />
microkristallen (in zijn eentje goed voor<br />
negen procent) levert dat een rendement<br />
van twaalf procent op.<br />
Hoewel Van den Donker bij zijn onderzoek<br />
steeds glas heeft gebruikt om de zonnecel<br />
op af te zetten, is in de praktijk een<br />
flexibel materiaal mogelijk voor het substraat.<br />
Dat heeft verschillende voordelen.<br />
Voor de prijs is het het belangrijkste dat<br />
de flexibele zonnecel op rol te produceren<br />
is in een continu proces. ‘Maar doordat<br />
volledig plastic zonnecellen erg licht zijn,<br />
zijn ze ook goedkoop te vervoeren en prettig<br />
te installeren. Je rolt gewoon een rol<br />
folie ergens op uit. Maar in de toekomst<br />
zitten grote zonnecellen misschien wel<br />
in het doek van je tentje verwerkt, of in je<br />
jas’, aldus Van den Donker.<br />
Duurzame energie<br />
De promovendus was al vóór zijn promotie<br />
erg enthousiast over zonne-energie.<br />
per 1 januari is hij in dienst getreden<br />
bij solland solar Energy in Heerlen.<br />
‘Volgens mij is zonne-energie de enige<br />
mogelijkheid voor duurzame energie die<br />
op korte termijn interessant is. Voor een<br />
deel is dat een gevoel, want in alle berekeningen<br />
zitten zoveel aannames. Maar<br />
alleen windmolens en biomassa kunnen<br />
nooit voor honderd procent aan de vraag<br />
voldoen. Zonnecellen kun je bijna overal<br />
opplakken zonder dat je er last van hebt.<br />
En zonlicht is er altijd.’ Daarmee zijn<br />
zonnecellen volgens Van den Donker ook<br />
een goede optie voor ontwikkelingslanden.<br />
Maar dan zal wel de prijs van zonnestroom<br />
omlaag moeten. ‘Die is nu in<br />
nederland nog drie keer zo hoog als die<br />
van ‘gewone’ stroom. Maar met alweer decennialang<br />
een groei van veertig procent<br />
per jaar verwacht ik dat zonne-energie<br />
over tien jaar goedkoper is dan gewone<br />
stroom. En dan is volgens mij het hek van<br />
de dam.’ En kernfusie dan? ‘Daar moeten<br />
we op hopen voor centrale energieopwekking.<br />
Maar zonne-energie kan iedereen lokaal<br />
opwekken, zodat je het niet ver hoeft<br />
te transporteren.’
O n d E R z O E k<br />
Een technologie bedenken is één ding, een systeem bouwen dat het<br />
ook nog doet, is andere koek. Promovendus Ralph van Wissen moest<br />
bewijzen dat een nieuw centrifugesysteem om aardgas te zuiveren<br />
uiteindelijk toepasbaar en rendabel is voor de gasindustrie.<br />
Als de prognoses kloppen, dan is de gasbel in Slochteren over<br />
twintig jaar op, evenals de meeste voorraden bruikbaar aardgas<br />
elders op de wereld. Wat rest, is onbruikbaar aardgas: methaan<br />
vervuild met gassen zoals koolstofdioxide (CO 2) en waterstofsulfide<br />
(H 2S). Het zuiveren van dit aardgas kost vaak zoveel energie dat de<br />
opbrengst het niet waard is.<br />
Vervuild gas zuiveren:<br />
een kwestie van vertalen<br />
Binnen de onderzoeksgroep Procestechnologie<br />
van de faculteit Werktuigbouwkunde<br />
wordt al een aantal jaren onderzoek gedaan<br />
naar een scheidingsmethode die wél<br />
rendabel zou kunnen zijn. Energiegigant<br />
Ralph van Wissen met een deel van de<br />
Rotating Particle Separator.<br />
2 2 M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
F OtO : b A R t V A n O V E R b E E k E<br />
Shell is bij het onderzoek betrokken en er<br />
zijn reeds verschillende octrooien verleend.<br />
Het onderzoek draait om de zogenoemde<br />
Rotating Particle Separator (RPS). De RPS<br />
is een cilinder met een doorsnede van zo’n<br />
dertig centimeter, bestaande uit honderden<br />
smalle kanaaltjes. Hij werkt als een centrifuge:<br />
met een snelheid van circa vijftig<br />
meter per seconde draait hij om zijn as.<br />
Koelt een met waterstofsulfide of koolstofdioxide<br />
vervuild methaangas sterk af, dan<br />
ontstaat er een mengsel van methaangas<br />
met kleine, vloeibare deeltjes CO 2 of H 2S.<br />
Wanneer dat mengsel de RPS ingaat,<br />
wordt het door de middelpuntvliedende<br />
kracht tegen de wanden van de kanaaltjes<br />
gestuwd. Hoe zwaarder de deeltjes, des te<br />
verder belanden ze van het centrum af. Op<br />
grond van hun massa komen de gasdeeltjes<br />
en de vloeistofdeeltjes dus op verschillende<br />
plaatsen in de centrifuge terecht. Aldus<br />
worden ze van elkaar gescheiden.<br />
De RPS is het geesteskind van prof.dr.ir.<br />
Bert Brouwers, eerste promotor van Van<br />
Wissen en in de jaren zeventig werkzaam<br />
bij het ultracentrifugeproject van Urenco.<br />
Het eerste deel van Van Wissens onderzoek<br />
bestond dan ook uit een studie naar de<br />
werking van de ultracentrifuge. Is de RPS<br />
werkelijk rendabeler dan het systeem dat<br />
gebruikt wordt om uranium te verrijken?<br />
‘Puur uit de berekeningen bleek dat er honderdduizenden<br />
tot één miljoen ultracentrifuges<br />
nodig zouden zijn om één gasveld<br />
te zuiveren’, vertelt Van Wissen. ‘Nu hoef je<br />
van uranium maar weinig te hebben om het<br />
te laten lonen. Maar aardgas is veel minder<br />
waard, je stookt het zo op.’ Het einde van de<br />
ultracentrifuge dus.<br />
Met behulp van de RPS berekende Van<br />
Wissen hoe met zuurstofdioxide of waterstofsulfide<br />
vervuild gas wél relatief snel gezuiverd<br />
kan worden. ‘Voor een normaal gasveld zou<br />
één RPS voldoende moeten zijn. Voor een<br />
heel groot veld misschien een paar.’<br />
Koelkast<br />
F OtO : O G C<br />
Een gasmengsel - bijvoorbeeld methaan met<br />
koolstofdioxide - komt meestal heet en onder<br />
hoge druk uit een bron. Het koolstofdioxide<br />
moet echter in ijskoude, vloeibare toestand<br />
de RPS in. Het systeem dat dit bewerkstelligt<br />
is vergelijkbaar met een klassiek koelsysteem<br />
zoals dat van een koelkast. Met behulp van<br />
een compressor wordt het vervuilde methaangas<br />
allereerst tot een druk van 145 bar<br />
gebracht. Het gas, dat aanvankelijk 180 graden<br />
Celsius warm is, koelt vervolgens af tot<br />
-5 graden Celsius doordat het respectievelijk<br />
door een waterkoeler en een warmtewisselaar<br />
stroomt. Daarna arriveert het gasmengsel bij<br />
een ventiel, waaruit het door de hoge druk<br />
met zeer hoge snelheid ontsnapt.<br />
Hierbij koelt het snel verder af tot bijna vijftig<br />
graden onder nul. Het koolstofdioxide is nu<br />
veranderd in een mist van microscopisch<br />
kleine druppeltjes, zwevend in het nog altijd<br />
gasvormige methaan.
‘Die druppeltjes zouden samen na verloop<br />
van tijd zwaardere druppels kunnen vormen<br />
die bezinken tot een vloeistof’, vertelt<br />
Van Wissen. ‘Maar de bezinktijd is zo lang<br />
dat er enorme tanks voor nodig zouden<br />
zijn. De truc is nu dat de RPS-deeltjes van<br />
slechts één micrometer kan afvangen. De<br />
druppeltjes kunnen dus direct de RPS in,<br />
waardoor de doorlooptijd kort blijft en het<br />
systeem compact.’ De ijskoude CO 2-rijke<br />
vloeistof die de RPS verlaat, stroomt vervolgens<br />
terug naar de warmtewisselaar voor de<br />
koeling van het gas.<br />
Vertaalproblemen<br />
Een industriële variant van de opstelling<br />
zou tientallen meters lang zijn. Het ventiel<br />
zou uitkomen op een grote turbine, waardoor<br />
de snelheid van het gas kan worden<br />
omgezet in bewegingsenergie in plaats van<br />
in warmte. Zo zou de temperatuur van het<br />
ontsnappende gas/vloeistofmengsel lager<br />
blijven. De schaal waarop Van Wissen het<br />
systeem moest testen, was qua vermogen<br />
echter duizenden keren kleiner dan in de<br />
werkelijkheid. Logisch, gezien de inves-<br />
teringen die de bouw van zo’n systeem<br />
vereisen, maar dat bracht wel de nodige<br />
‘vertaalproblemen’ met zich mee. ‘Turbines<br />
zijn op deze kleine schaal niet te koop’,<br />
vertelt Van Wissen. ‘Er zelf een maken, zou<br />
teveel tijd kosten, dus we hebben het zonder<br />
turbine moeten doen. Daardoor koelt<br />
het gas minder af en condenseert er een<br />
kleiner gedeelte van.’<br />
De RPS, die normaal een doorsnede<br />
heeft van zo’n dertig centimeter, zou op<br />
schaal zo’n drie centimeter breed zijn.<br />
Onmogelijk klein, vertelt Van Wissen. ‘Als<br />
oplossing hebben we een stalen cilinder<br />
gemaakt met een diameter van zo’n acht<br />
centimeter. In de wand zijn gleufjes gefreesd<br />
en daaromheen is een wand geperst.<br />
Er zijn dus veel minder kanaaltjes, maar<br />
de condities in de kanaaltjes zijn vergelijkbaar.’<br />
Het industriële RPS-systeem zal vooral<br />
gericht zijn op de verwijdering van waterstofsulfide.<br />
Waterstofsulfide bevriest<br />
minder snel dan koolstofdioxide, waardoor<br />
de temperatuur verder omlaag kan en het<br />
rendement van het systeem groter zal zijn:<br />
hoe lager de temperatuur, des te meer het<br />
gas condenseert. Bevriezen de deeltjes,<br />
dan kost het meer moeite ze met de RPS<br />
te scheiden. ‘Hoe groter het percentage<br />
waterstofsulfide is, des te makkelijker zal<br />
het zijn ze te scheiden van het methaan’,<br />
vertelt Van Wissen. Toch is bij de proefopstelling<br />
een mengsel van methaan met<br />
CO 2 gebruikt. ‘Waterstofsulfide is nogal<br />
giftig’, legt Van Wissen uit. ‘Bij het kleinste<br />
lek kunnen er mensen doodgaan. Dus<br />
pas als we weten dat ons systeem veilig<br />
is, kunnen we overstappen op giftiger<br />
componenten.’ Van Wissen heeft een<br />
prototype gebouwd dat goed lijkt te werken.<br />
Aan een nieuwe promovendus nu<br />
de taak om te meten of de berekeningen<br />
van Van Wissen kloppen. ‘We verwachten<br />
dat we in één stap van vijftig naar tachtig<br />
procent methaangas kunnen gaan’, zegt<br />
Van Wissen. ‘Nu moeten we meten of dat<br />
klopt. Daarna moeten we het systeem op<br />
iets grotere schaal maken.’<br />
De zuivering van onbruikbare gasvelden<br />
is, kortom, nog enige vertaalslagen verwijderd<br />
van de werkelijkheid.<br />
M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
2 3
2 4<br />
onderzoek<br />
nieuws<br />
Rollenbank nadeRt<br />
voltooiing<br />
in een grote hal op de tU/e staat een fonkel-<br />
nieuwe elektromotor. Het 2,7 ton wegende<br />
gevaarte drijft twee grote metalen rollen aan,<br />
waarop een vrachtwagen of personenauto ge-<br />
test kan worden door het rijden op de weg na<br />
te bootsen. Met een vermogen van 275 kilowatt<br />
kan de motor de rollen van twee meter door-<br />
snede en samen goed voor 1500 kilogram laten<br />
draaien met een maximumsnelheid van twee-<br />
honderd kilometer per uur. Het bijzondere van<br />
de elektromotor is dat hij niet alleen aandrijft,<br />
maar bij het remmen het grootste deel van de<br />
energie in de rollen terugwint door als een dy-<br />
namo te werken.<br />
Zo stroomt er elektriciteit terug het lichtnet in.<br />
‘Een groene oplossing. Geen doel op zich, maar<br />
wel een elegante oplossing om de remenergie<br />
kwijt te raken’, aldus onderwijs- en onderzoeks-<br />
medewerker Erwin Meinders van de faculteit<br />
Werktuigbouwkunde.<br />
Gesteld<br />
‘Life on Earth is a miracle, but it does not stand<br />
alone.’<br />
(Stelling bij het proefschrift ‘The Basic Angle<br />
Monitoring System: Picometer Stability with<br />
Silicon Carbide Optics’ van Mariëlle van Veggel)<br />
‘Simulatie is helaas ook een goed middel om van<br />
elke drol (model) een mooi gebakje (visualisatie)<br />
te maken.’<br />
(Stelling bij het proefschrift ‘Integrated Heat Air<br />
and Moisture Modeling and Simulation’ van Jos<br />
van Schijndel)<br />
F OtO : d E b by G A W l i t tA<br />
Pipetteren van<br />
spiersamples<br />
in een steriele<br />
kast.<br />
M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
De testopstelling van de rollenbank<br />
in het Automotive Lab van de<br />
faculteit Werktuigbouwkunde.<br />
De rollenbank wordt nog uitgerust met extra re-<br />
geltechniek en komt binnenkort gereed. Dan kan<br />
hij worden ingezet, onder andere voor een geza-<br />
menlijk onderzoek van de tU/e met tNO en DAF<br />
naar het gedrag van hybride trucks. De rollen<br />
kunnen ook dienen om het dynamische gedrag<br />
van banden onder de loep te nemen.<br />
StilleRe vliegtuigen<br />
Het geluid van vliegtuigmotoren kan stiller. Op<br />
allerlei manieren wordt daar in de industrie en in<br />
onderzoekscentra aan gewerkt, zoals bij de ca-<br />
paciteitsgroep Gasdynamica en aero-akoestiek<br />
van de faculteit technische Natuurkunde.<br />
oveR het doodgaan van cellen<br />
‘De titellengte van een artikel of proefschrift is<br />
omgekeerd evenredig met de omvang van het<br />
probleem dat wordt opgelost.’<br />
(Stelling bij het proefschrift ‘Energy<br />
Management for Automotive Power Nets’ van<br />
John Kessels)<br />
‘Routine in het leven is een uitstekend<br />
wapen tegen verrassingen (vrij naar Herman<br />
Brusselmans)’<br />
(Stelling bij het proefschrift ‘Tandem Catalysis in<br />
Polymer Chemistry’ van Bart van As)<br />
ir. Gerben Kooijman is eind januari gepromoveerd<br />
op zijn proefschrift ‘Acoustical response<br />
of Shear Layers’. Hij deed onderzoek hoe en<br />
onder welke omstandigheden geluidsdempers in<br />
vliegtuigmotoren werken. Aero-akoestiek is een<br />
discipline binnen de stromingsleer, die de interactie<br />
tussen stroming en geluid onderzoekt. in<br />
Patiënten die lang in het ziekenhuis liggen kunnen drukwonden krijgen op de plekken waarop ze veel<br />
en lang liggen. Debby Gawlitta, promovenda bij de faculteit Biomedische technologie onderzocht hoe<br />
doorligwonden ontstaan. Deze doorligwonden bevatten dode spiercellen. Om te kijken hoe de spiercellen<br />
doodgaan onderzocht Gawlitta levende spiercellen onder de microscoop. Om het onderzoek te<br />
kunnen uitvoeren, had ze echt spierweefsel nodig. Met behulp van zelfgekweekte muizenspiercellen<br />
kon ze spierweefsel vormen. Daarna heeft Gawlitta ruim een jaar lang experimenten uitgevoerd,<br />
waarbij ze met een microscoop de stukjes weefsel bestudeerde. Een van de doodsoorzaken van cellen<br />
is zuurstoftekort. Maar bij de experimenten bleken de cellen in eerste instantie niet door zuurstoftekort<br />
dood te gaan. De onderzoekster kwam erachter dat de vloeistof waarin het spierweefsel lag,<br />
ervoor zorgde dat de cellen niet dood gingen. Gawlitta paste de experimenten aan en kon vervolgens<br />
haar bevindingen vastleggen. Zij deed dit in een schema, waaraan te zien is welke gebeurtenissen<br />
leiden tot een doorligwond.<br />
‘De kracht van een goede onderzoeker ligt in het<br />
ombuigen van een onverhoopt resultaat in iets<br />
positiefs.’<br />
(Stelling bij het proefschrift ‘Compressioninduced<br />
Factors Influencing the Damage of<br />
Engineered Skeletal Muscle’ van Debby Gawlitta)<br />
‘Beeldschermen zijn nog niet plat geworden, of<br />
men probeert er al weer diepte aan toe te voegen.’<br />
(Stelling bij het proefschrift ‘Flat Panel Display<br />
Signal Processing’ van Michiel Klompenhouwer)<br />
F OtO : b A R t V A n O V E R b E E k E
F OtO : b A R t V A n O V E R b E E k E<br />
vliegtuigen is het motorcompartiment bekleed<br />
met acoustic liners – geperforeerde platen<br />
waar de lucht langs stroomt – met daarachter<br />
een honingraatstructuur. Kooijman onderzocht<br />
met name de processen in de perforatiegaatjes<br />
van de acoustic liners. Daar zou het geluid<br />
geabsorbeerd moeten worden als de luchtstro-<br />
ming over de opening van het perforatiegat<br />
gaat. Daar, in de schuiflagen, ontstaan name-<br />
lijk wervels. in het stromingsprofiel bevindt<br />
zich een punt waar de langsstromende lucht en<br />
de stilstaande lucht die achter de perforaties<br />
zit, elkaar ontmoeten. De schuiflaag is het<br />
overgangsgebied van de langsstromende lucht<br />
naar de stilstaande lucht. in die schuiflaag zelf<br />
zit een werveling en hier vindt de interactie<br />
tussen de luchtstroming en het geluid plaats.<br />
Hier ontstaat óf akoestische versterking, óf<br />
absorptie. Uit het onderzoek blijkt bijvoorbeeld<br />
dat de vorm van de randen van de perforatiegaten<br />
bepalen hoe sterk of zwak het geluid<br />
geabsorbeerd dan wel versterkt wordt. Een<br />
scherpe rand geeft meer werveling en daarmee<br />
een sterkere interactie met het geluid. De mate<br />
van geluidsabsorptie of -versterking wordt dus<br />
Gerben Kooijman bij zijn proefopstelling.<br />
voor een groot deel bepaald door de vorm van<br />
de perforatie, in combinatie met de frequentie<br />
van het geluid, de stroomsnelheid van de<br />
lucht, en de vorm en dikte van de schuiflaag.<br />
Op basis van de onderzoeksgegevens heeft hij<br />
een universele schaling gemaakt, die aangeeft<br />
wanneer het geluid versterkt of geabsorbeerd<br />
wordt.<br />
tu/e tRekt 25 extRa<br />
poStdocS aan<br />
De tien profileringsgebieden van de tU/e gaan<br />
op korte termijn 25 extra postdocs aantrekken.<br />
Een matrijs uit duizenden<br />
MatRijS veRandeRt binnen vijf Minuten van voRM<br />
Matrijzen voor het vervormen van metaalplaat<br />
zijn duur. Voor kleine productseries meestal<br />
té duur. Werktuigbouwkundige ir. Sebastiaan<br />
Boers ontwierp een matrijs die binnen vijf minuten<br />
van vorm kan veranderen. Daarbij liet de<br />
promovendus zich inspireren door een 75 jaar<br />
oude uitvinding van een Duitse arts voor het<br />
maken van steunzolen. in december is Boers<br />
hierop gepromoveerd. Het grote voordeel van<br />
een instelbare matrijs is de flexibiliteit. Voor<br />
kleine aantallen producten of prototypes is een<br />
normale, vaste matrijs veel te duur. De matrijs<br />
van Boers is weliswaar nog duurder, maar kan<br />
wel steeds opnieuw worden gebruikt. De matrijs<br />
kan worden gebruikt voor staal of aluminium<br />
plaat, maar zou ook als onderdeel in een<br />
spuitgietmatrijs voor polymeren gebruikt kunnen<br />
worden of zelfs als gietmal voor kunststof.<br />
Boers’ promotie bestond naast het ontwikkelen<br />
van de flexibele matrijs uit meer fundamenteel<br />
onderzoek naar het vervormen van plaatmateriaal,<br />
waarbij het ontwikkelde apparaat als<br />
‘research tool’ diende. Doel was het opstellen<br />
van een model dat voorspelt hoe plaatmateriaal<br />
zich gedraagt wanneer het wordt vervormd. Het<br />
computermodel van Boers heeft als bijzondere<br />
eigenschap dat het de deformatiegeschiedenis<br />
van een bepaald type staal kan beschrijven.<br />
Het bijzondere aan het door hem ontwikkelde<br />
model is dat het de ideale route kan voorspellen<br />
om een bepaalde vorm uit plaatmateriaal<br />
te maken. Door verschillende tussenstappen te<br />
kiezen bij het vervormen, kan zo zelfs worden<br />
voorkomen dat breuk optreedt. De parameters<br />
in het model bepaalde Boers onder andere<br />
door het uitvoeren van eenvoudige buigproeven.<br />
Om het model te checken, stelde hij een<br />
Het College van Bestuur betaalt deze postdocs<br />
en stelt hiervoor over de komende twee jaar<br />
ruim twee miljoen euro ter beschikking. De wervingscampagne<br />
is in januari gestart. De tU/e wil<br />
met deze ‘postdoc-impuls’ hooggekwalificeerde<br />
jonge onderzoekers aantrekken. De wervingscampagne<br />
zal daarom ook internationaal zijn.<br />
Het is de bedoeling om zo de interfacultaire<br />
profileringsgebieden, die enkele jaren terug zijn<br />
bepaald, een extra impuls te geven. De nieuwe<br />
postdocs moeten in principe de potentie hebben<br />
om Veni-subsidies van het NWO binnen te halen.<br />
Het is de bedoeling dat het grootste deel van de<br />
groep eind april hier in dienst is.<br />
De nieuwe onderzoekers krijgen een aanstelling<br />
F OtO : b A R t V A n O V E R b E E k E<br />
Sebastiaan Boers bij zijn instelbare matrijs.<br />
flink aantal verschillende routes op voor het<br />
vervaardigen van een simpele proef-geometrie.<br />
Elke route kwam via verschillende tussenstappen<br />
uiteindelijk bij hetzelfde eindresultaat uit. Het<br />
gecheckte model kan dienen om de beste route<br />
te voorspellen voor het vervormen van een stuk<br />
plaatmateriaal. Dus zonder scheurvorming en<br />
met een optimaal eindresultaat. Al tijdens Boers’<br />
promotie toonden bedrijven belangstelling voor<br />
zijn vinding. reden voor hem om een bedrijfje te<br />
beginnen: Optimal Forming Solutions. Met deze<br />
eenmanszaak is hij op zoek naar bedrijven om<br />
samen een project rond de matrijs op te zetten.<br />
voor twee jaar. in het kader van het streven om<br />
meer vrouwelijke onderzoekers aan te trekken,<br />
gaat de tU/e nog bekijken of er voor de vrouwelijke<br />
kandidaten een tweede ronde van ‘Women<br />
in Science’ kan komen. in dit programma krijgen<br />
vrouwelijke onderzoekers een aanstelling met<br />
de bedoeling dat ze doorgroeien naar minimaal<br />
de positie van universitair hoofddocent.<br />
De werving zal naar verwachting grotendeels<br />
verlopen via netwerken van de onderzoeksgroepen.<br />
De tU/e wil echter ook adverteren in<br />
bladen als Nature en Science. Niet alleen om<br />
sollicitanten te trekken, maar ook om de tU/e<br />
en haar plannen wereldwijd onder de aandacht<br />
te brengen.<br />
M A t r i x / 1 / 2 0 0 7 2 5
F OtO ’ S : V i n C E n t V A n d E n H O O G E n<br />
d E V O n k<br />
Samenwerken met<br />
onderzoekers uit<br />
verschillende disciplines<br />
vindt hij het leukste<br />
wat er is. zelf maakte<br />
hij als natuurkundige<br />
al vroeg de overstap<br />
naar de faculteit<br />
Werktuigbouwkunde.<br />
Vorig jaar was Anton<br />
van Steenhoven een van<br />
de initiatiefnemers van<br />
MitS, een uitdagend<br />
interdisciplinair project<br />
op het gebied van<br />
microtransportsystemen.<br />
Hoogleraar van de<br />
interfacultaire<br />
samenwerking<br />
‘Ik ben geboren in Kruisland in West-Brabant. De enige<br />
drukte kwam daar van het verkeer op weg naar de veerboot<br />
Anna Jacoba Polder-Zijpe. Mijn vader had een schildersbedrijf,<br />
maar omdat er nog twee concurrenten in dat dorp<br />
van tweeduizend inwoners waren, maakte hij in 1951 de<br />
overstap naar Philips Roosendaal. Mijn moeder zette de<br />
verf- en behangwinkel voort, totdat alle vijf de kinderen<br />
hun opleiding af hadden. De huisarts en het hoofd van de<br />
lagere school vonden dat ik best de middelbare school in<br />
Oudenbosch zou aankunnen. Maar ik had last van astmatische<br />
bronchitis en het was vijftien kilometer fietsen -vaak<br />
tegen de straffe westenwind in- naar Oudenbosch. Dus<br />
vonden mijn ouders het beter dat ik naar het internaat van<br />
de broeders van Saint-Louis in die plaats verhuisde. Van<br />
daaruit was het niet ver lopen naar de HBS. De docenten<br />
wiskunde en natuurkunde, toevallig alle twee broeders,<br />
hebben op mij het plezier in de bètavakken overgedragen.<br />
Relatief was er in het internaat weinig afleiding en ik heb<br />
2 6 M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
er de nodige discipline geleerd. Ik heb goede herinneringen<br />
aan die tijd. Het werd gestimuleerd dat je een krant<br />
las. Als jongen van vijftien had ik al een abonnement op de<br />
Volkskrant.<br />
Corpsmentaliteit<br />
Eind jaren zestig was het tijdperk van de televisie, de bandrecorder<br />
en de pick-up. Het Evoluon was net open. Mijn<br />
natuurkundeleraar adviseerde me om elektrotechniek te<br />
gaan studeren, de richting met de meeste toekomst. Ik<br />
kreeg een studiebeurs van Philips, ging in <strong>Eindhoven</strong> kijken<br />
en vond het aan de THE meteen prima. Maar aan het<br />
eind van het eerste jaar begon ik te twijfelen. De applicaties<br />
waren wat beperkter dan ik gedacht had. Verder vond ik de<br />
cultuur bij de faculteit Elektrotechniek nogal hiërarchisch.<br />
De tweedejaarsstudenten die ons begeleidden, hadden een<br />
corpsmentaliteit en knepen ons af. Na de vakantie ben ik<br />
overgestapt naar Natuurkunde. Dat ging naadloos, omdat
de propedeuses voor alle studies toen vrij breed waren.<br />
Met Natuurkunde klikte het vanaf de eerste dag: de verhoudingen<br />
waren wat informeler en in de studie leerde je<br />
om complexe zaken in korte tijd te doorgronden. Was dat<br />
gelukt, dan kreeg je weer iets anders voor je kiezen. Dat<br />
trok me aan.<br />
Demos en Thomas<br />
In het eerste jaar was ik lid geworden van Demos. Tijdens<br />
de introductie moesten we als groenen een week in de<br />
meubelfabriek van Bruynzeel in Bergen op Zoom werken.<br />
Dat betekende om vier uur opstaan, de hele dag deuren<br />
in elkaar zetten en dan ‘s avonds nog eens het introprogramma<br />
volgen. Demos was net verhuisd naar de Bunker<br />
en had blijkbaar dringend geld nodig. Het salaris dat we<br />
bij Bruynzeel verdienden ging rechtstreeks naar de verenigingskas.<br />
Na twee weken hield ik het voor gezien. Vrij<br />
snel daarna ben ik overgestapt naar Thomas Morus. Ik<br />
wilde graag wat buiten het universitaire wereldje doen.<br />
Thomas Morus ondersteunde toen activiteiten in buurthuizen<br />
in Stratum en Tongelre, wijken in <strong>Eindhoven</strong>,<br />
en er waren vrijwilligers nodig voor het jongerenwerk.<br />
Avondactiviteiten en zomerkampen organiseren, dat soort<br />
dingen. Later ging ik werken met kansarme jongeren. Ik<br />
heb ook meegewerkt aan de Kerst-inn in de Bunker, waar<br />
Jan en alleman kon binnenlopen om op een alternatieve<br />
manier de kerstdagen te vieren.<br />
In mijn studie was ik geïnteresseerd in fundamentele<br />
aspecten, maar ook in de toepassing van kennis. Via<br />
Rini van Dongen ging ik stage lopen bij de faculteit<br />
Werktuigbouwkunde, waar ik later ook ben afgestudeerd<br />
P R O f . D R . I R . A N T O N VA N S T E E N H O V E N ( 5 5 ) ,<br />
H O O g L E R A A R E N E R g I E T E C H N O L O g I E<br />
op stromingsonderzoek aan hartkleppen. Dat was uitdagend<br />
pionierswerk. Mijn onderzoek lag precies in het<br />
spanningsveld tussen werktuigbouwkunde, natuurkunde<br />
en elektrotechniek. Ik ben gepromoveerd bij prof. Veenstra<br />
en prof. Reneman (<strong>Universiteit</strong> Maastricht) en daarna<br />
kreeg ik in 1979 bij de faculteit een plaats aangeboden als<br />
wetenschappelijk medewerker. Onder leiding van prof.<br />
Jan Janssen heb ik me verdiept in de eindige-elementenmethode<br />
en in optische meetmethodes. Samen met de<br />
partners in het hartkleppenproject zochten we naar een<br />
interessant nieuw onderwerp. Zo is de onderzoekslijn<br />
atherosclerose ontstaan, waar het ging om de interactie<br />
tussen stroming en het ontstaan van allerlei kalkafzettingen<br />
in de bloedvaten. We zijn methoden gaan ontwikkelen<br />
waarmee we de ingewikkelde stromingen in die gekromde<br />
elastische pijpen, die bloedvaten in feite zijn, konden<br />
berekenen. Achteraf bekeken is, naast het verkregen wetenschappelijke<br />
inzicht, een belangrijk resultaat van deze<br />
projecten het grote aantal ingenieurs en promovendi dat<br />
aan de hand van uitdagende problemen en de nieuwste<br />
methoden is opgeleid. Veel promovendi die op hartklepprojecten<br />
of aderverkalkingprojecten zijn gepromoveerd,<br />
zijn uiteindelijk terecht gekomen bij DSM, Shell of Philips.<br />
Met hun kennis van stromingsleer, optische meetmethoden<br />
en numerieke methoden zijn ze optimaal inzetbaar. Ik<br />
was UHD op het gebied van de bio-stromingsleer, toen ik<br />
de vraag kreeg of ik interesse had voor de leerstoel energietechnologie.<br />
Stroming en warmte zijn altijd de hoofdlijnen<br />
in mijn werk geweest. Kennis op dat gebied kun je in het<br />
menselijke lichaam toepassen, maar ook in technologie.<br />
In zeventien jaar had ik een groot netwerk opgebouwd. Na<br />
M A t r i x / 1 / 2 0 0 7 2 7
2 8<br />
d E V O n k<br />
mijn overstap naar de energietechnologie moest ik weer<br />
helemaal opnieuw beginnen. Qua netwerk viel ik terug op<br />
het niveau van een beginnende promovendus. gelukkig<br />
was rond dezelfde tijd gert Jan van Heijst benoemd als<br />
hoogleraar in de Stromingsgroep van Natuurkunde. Hij<br />
was een werktuigbouwer die bij Natuurkunde terechtkwam<br />
en ik vice versa. We hebben vanaf het begin optimaal samengewerkt<br />
en via het BurgersCentrum heb ik veel internationale<br />
contacten opgebouwd.<br />
Uitdaging<br />
Energietechnologie heeft alles met warmte te maken en<br />
warmteverschijnselen bestaan op alle schalen. Hoe uiteenlopend<br />
het ook lijkt, het is een heel coherent gebied. Van<br />
moleculair niveau tot turbines: het gaat er om methodes te<br />
ontwikkelen en toepassingen te bedenken.<br />
In grote turbines gaat het om turbulente stromen die interacteren<br />
met turbinebladen. Op kleinere schaal gaat het<br />
over transitiestromen in warmtewisselaars, maar ook over<br />
elektronicakoeling. Op een schaal daar weer onder gaat<br />
het over micro-warmteoverdracht. En uiteindelijk kom je<br />
terecht op nanoschaal.<br />
De TU/e heeft een lange traditie op het gebied van interfacultaire<br />
samenwerking. Dat is op onderzoeksgebied echt<br />
het leukste wat er is. De belangstelling voor duurzame<br />
energie is in onze groep al aanwezig sinds de dagen van<br />
Chris van Koppen, de ‘zonneprof’, die in de jaren zeventig<br />
bezig was met energieopslagvragen. In 1973 vonden<br />
Van Koppen, Smulders (windmolens), Prasad (biomassa),<br />
Visscher (brandstofcellen) en Rietjens (magneto hydrodynamische<br />
energieomzetting) elkaar. Die vijf gingen samenwerken<br />
rond duurzame energie en daar is het keuzevak<br />
Blijvende Energiebronnen uit ontstaan. Vanuit het centrum<br />
Techniek voor Duurzame Ontwikkeling hebben we<br />
later de contacten versterkt en zijn we de masteropleiding<br />
Sustainable Energy Technology (SET) begonnen waarin zes<br />
M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
Steenhoven: ‘We proberen de studenten<br />
duidelijk te maken dat technologie eerst door<br />
de samenleving geaccepteerd moet worden.’<br />
faculteiten participeren. Sinds kort hebben we ook een gezamenlijk<br />
laboratorium voor biomassaonderzoek.<br />
We proberen de SET-studenten duidelijk te maken dat<br />
technologie, hoe goed die inhoudelijk ook is, eerst door de<br />
samenleving geaccepteerd moet worden. Als dat niet lukt,<br />
komt nieuwe technologie niet van de grond. Veel mensen<br />
vinden windmolens prima, maar dan liever wel buiten<br />
hun blikveld. En energie uit biomassa is aardig, maar de<br />
installaties moeten vanwege mogelijke stank wel op grote<br />
afstand staan. Of je het leuk vindt of niet, dertig procent<br />
van de energie die in Nederland wordt geconsumeerd,<br />
wordt opgewekt in franse en Belgische kerncentrales. Dat<br />
wordt niet zichtbaar, omdat er geen label aanhangt, zoals<br />
bij groene energie. De laatste tijd suggereren collega’s dat<br />
het verstandig zou zijn om weer over kernenergie na te<br />
denken. Uit wetenschappelijk oogpunt is het verstandig<br />
om a-priori geen opties uit te sluiten. Of het politiek haalbaar<br />
is, weet ik niet.<br />
MiTS<br />
Wetenschappelijke uitdagingen zijn er genoeg. In 2006<br />
zijn we met een groep onderzoekers van verschillende<br />
faculteiten gestart met het MiTS initiatief, dat staat voor<br />
microtransportsystemen. Samen kunnen we het hele traject<br />
op dat gebied overzien: van fundamentele kennis tot<br />
het maken van concrete apparaten. Denk bijvoorbeeld aan<br />
microreactoren waarin chemische processen plaatsvinden<br />
in apparaten met een schaal van honderd micrometer,<br />
een tiende van een millimeter. Denk ook aan het lab-on-achipconcept,<br />
waarmee je een bloedmonster meteen kunt<br />
analyseren. Een gezamenlijke postdoc gaat proberen om<br />
het hele stuk van de kleinste tot de grootste schalen in<br />
numerieke modellen te vangen. Een tweede experimentele<br />
postdoc gaat de grensvlakken tussen de verschillende fasen<br />
in een micro-reactor met behulp van optische technieken<br />
en analytische modellen beschrijven. Dat is echte ingenieurswetenschap.<br />
In Philips en DSM denken we industriële<br />
partners te vinden. Een voorwaarde voor goede samenwerking<br />
tussen onderzoekers van verschillende richtingen is<br />
dat het zonder competentiedrang gebeurt. Dat heeft ook<br />
met karakters te maken: een dominant gen komt de samenwerking<br />
meestal niet ten goede.<br />
Van scratch af aan met een onderzoeksgebied beginnen<br />
vind ik zelf het leukste. Dat heb ik nu in mijn loopbaan<br />
een aantal keren gedaan. De ervaring leert dat veel van die<br />
initiatieven een stevige verankering hebben gekregen. Ik<br />
verwacht dat we met MiTS over tien jaar ook terug kunnen<br />
kijken op een geslaagd initiatief. Echter het uitdagende van<br />
het werken aan de TU/e blijft het samenwerken met jonge<br />
mensen. Ieder jaar weer krijg ik een nieuwe generatie<br />
afstudeerders en promovendi aan tafel die met spannende<br />
ideeën voor methoden en toepassingen komt!
alumni<br />
nieuws<br />
philipS bedRijfSkRing<br />
van tu/e aluMni<br />
recent kwam de Philips bedrijfskring van<br />
tU/e alumni (inmiddels met 350 leden) bij<br />
elkaar. Het onderwerp van de bijeenkomst was<br />
‘Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen’.<br />
Natuurkundige ton van Veen werkzaam als<br />
‘Sustainability Officer’ bij Philips Domestic<br />
Appliances & Personal Care hield een lezing<br />
over de smokeless woodstove, onder andere<br />
beproefd in india en Brazilië. Emeritus hoogleraar<br />
en tU/e-alumnus Cees Daey Ouwens hield<br />
een lezing met als titel ‘Overgang op een duurzame<br />
energievoorziening in dertig jaar.’ Voor<br />
details kunt u kijken op www.tue.nl/alumnus,<br />
klik op ‘archief’ en ‘nieuws items’.<br />
in navolging van de bedrijfskring bij Philips is<br />
het alumnibureau van de tU/e bezig met het<br />
opzetten van bedrijfskringen bij Shell, ASML,<br />
DSM en Essent.<br />
StudieveReniging<br />
uitvoeRingStechniek<br />
houdt aluMnidag<br />
Op 25 maart houdt de studievereniging<br />
Uitvoeringstechniek SUPport van de faculteit<br />
Bouwkunde vanwege haar dertigjarig bestaan<br />
een alumnidag. Voor alumni is er ’s middags<br />
een programma samengesteld waarbij er uiteraard<br />
veel ruimte is om oude bekenden te ontmoeten<br />
en bij te praten.<br />
De alumnimiddag vindt plaats in het gebouw<br />
Vertigo op de tU/e-campus. Hebt u interesse<br />
en wilt u zich aanmelden, dat kan via www.<br />
supporttue.nl.<br />
Gezocht<br />
F OtO : O G C<br />
Camiel Eurlings, TU/e-alumnus <strong>Technische</strong><br />
Bedrijfskunde, is in het Kabinet Balkenende IV<br />
minister van Verkeer en Waterstaat.<br />
lintje vooR oud-decaan bMt<br />
Prof.dr.ir. Jan Janssen, tU/e-alumnus<br />
en voormalig decaan van de faculteit<br />
Biomedische technologie, heeft een koninklijke<br />
onderscheiding gekregen. Hij kreeg zijn lintje<br />
in december aan het einde van de Super tU/<br />
esday van BMt is. Janssen is nu ‘officier in de<br />
orde van Oranje-Nassau’. Janssen staat te boek<br />
als een markant persoon met visie. Hij werd<br />
in 1968, op 27-jarige leeftijd, tot hoogleraar<br />
benoemd aan de faculteit Werktuigbouwkunde.<br />
Als één van de eersten in Nederland zag hij het<br />
belang en de mogelijkheden van toepassing<br />
van moderne technische mechanica op<br />
biomedische problemen. Dit leidde uiteindelijk<br />
tot internationaal toonaangevende posities op<br />
het gebied van botmechanica, botsveiligheid en<br />
tissue engineering. Hij legde de basis voor wat<br />
in 1999 de faculteit Biomedische technologie<br />
zou worden en creëerde daarmee een nieuw<br />
beroep in de Nederlandse gezondheidszorg. Hij<br />
werd de eerste faculteitsdecaan, en is dat tot<br />
Van de onderstaande alumni zoeken wij een actueel adres. Kunt u ons hieraan helpen,<br />
dan kunt u de gegevens telefonisch (040-247 3490) of per e-mail (alumninet@<br />
tue.nl) aan ons doorgeven. Alvast hartelijk dank.<br />
Naam Studierichting Jaar van afstuderen<br />
Johan Meuwissen Elektrotechniek 1995<br />
F.W. Oosterhuis Elektrotechniek 1990<br />
Patrick van de rijt Elektrotechniek 1994<br />
Bas van Deursen Scheikundige technologie 1999<br />
Luc van Dijck technische Natuurkunde 1990<br />
ingeborg Entrop technische Natuurkunde 1999<br />
Marc Jongen technische Natuurkunde 1994<br />
Wouter den Otter technische Natuurkunde 1993<br />
F OtO : b R A M S A E y S<br />
aan zijn emeritaat in 2003 gebleven. tot op de<br />
dag van vandaag is hij één dag in de week actief<br />
als beleidsadviseur bij de faculteit BMt.<br />
aluMniveRenigingen Maken<br />
gebRuik van aluMninet<br />
Alumninet, de centrale database voor alumni<br />
van de tU/e is onlangs uitgebreid met een<br />
speciale beheersmodule die het de alumniverenigingen<br />
mogelijk maakt hun ledenadministratie<br />
via dit systeem te voeren. Voor u<br />
betekent dit onder andere dat uw persoonlijke<br />
gegevens op één centrale plek kunnen worden<br />
bijgehouden. Ook het aanmelden bij een aangesloten<br />
alumnivereniging kan rechtstreeks<br />
in Alumninet. De ledengegevens van de<br />
alumniverenigingen Eduna (Elektrotechniek),<br />
VENi (technische Natuurkunde) en VSi<br />
(Scheikundige technologie) zijn onlangs toegevoegd.<br />
VBi (technische Bedrijfskunde ) en WiE<br />
(Werktuigbouwkunde) zullen op korte termijn<br />
volgen. Bent u lid van een van deze laatste twee<br />
verenigingen dan krijgt u daar vooraf een bericht<br />
over.<br />
tu/e-aluMni ondeR elkaaR<br />
Het Alumnibureau heeft blauwe shawls laten<br />
maken die elke student die afstudeert ontvangt.<br />
ir. ramon Jongen ontvangt de eerste shawl van<br />
alumnus prof.dr.ir. Klaas Kopinga. Hiermee wil<br />
het Alumnibureau de oud-studenten meteen<br />
introduceren in de alumnigemeenschap van de<br />
tU/e. tijdens de alumnidag in april 2006 bleek<br />
al dat alumni de shawl met plezier dragen.<br />
M A t r i x / 1 / 2 0 0 7 2 9
3 0<br />
o n d e r z o e k<br />
de stichting natuur en Milieu formuleerde de uitgangspunten en vroeg de drie technische<br />
universiteiten de uitvoering van het project ‘Auto in de Toekomst’ voor hun rekening<br />
te nemen. Hoe gaan wij in 2020 om met mobiliteit? op de AutorAI zijn eind maart de<br />
spannende resultaten te zien.<br />
Gaan we naast belminuten ook<br />
mobiliteitkilometers kopen?<br />
‘Bij de vorige AutoRAI in 2005 hebben<br />
we een grote advertentie gezet in enkele<br />
landelijke dagbladen’, begint ir. Willem-Jan<br />
van Grondelle van de Stichting Natuur en<br />
Milieu het gesprek. ‘Daarin stond, ‘Beste<br />
autofabrikanten, Toyota laat het zien met<br />
de Prius, maar waar blijven jullie met je<br />
zuinige en schone auto’s? Wij zullen er<br />
zijn, de volgende AutoRAI. Jullie ook?’<br />
Op de AutoRAI 2007 die op 29 maart aanstaande<br />
van start gaat is op een centraal<br />
punt een compleet paviljoen ingericht<br />
gewijd aan de ‘Auto in de Toekomst’. Daar<br />
zal het resultaat van het project te zien<br />
zijn dat Natuur en Milieu in 2005 in gang<br />
heeft gezet. De stichting stelde de randvoorwaarden<br />
op en vroeg vervolgens aan<br />
de drie technische universiteiten om een<br />
auto te ontwerpen. Het moest een veilige,<br />
duurzame, mooie en comfortabele auto<br />
worden, waar consumenten in geïnteresseerd<br />
zijn. In eerste instantie was het project<br />
opgezet als een soort ontwerpwedstrijd<br />
tussen de drie TU’s, maar al snel bleek<br />
dat hun activiteiten eerder complementair<br />
dan competitief waren en werd de wedstrijd<br />
omgedoopt in een uitdaging. Elke<br />
universiteit draagt bij waar die goed in<br />
is. Het project wordt door een team van<br />
twaalf studenten uitgevoerd. Ze komen<br />
regelmatig bijeen om te overleggen. Met<br />
de naderende deadline wordt de agenda<br />
steeds voller en het team enthousiaster. In<br />
Twente houdt men zich bezig met bestuurderondersteunende<br />
systemen die de taak<br />
van de bestuurder eenvoudiger en de auto<br />
steeds veiliger maken. In Delft werkt de faculteit<br />
Industrieel Ontwerpen aan het ontwerp<br />
van auto en interieur, en de faculteit<br />
Werktuigbouwkunde in <strong>Eindhoven</strong> maakt<br />
van dat ontwerp een rijdende auto.<br />
Duurzame mobiliteit<br />
M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
Hoewel op de AutoRAI, die toch vooral op<br />
het voertuig zelf gericht is, een auto te zien<br />
is, omvat het project veel meer dan dat.<br />
Vlnr: Willem-Jan<br />
van Grondelle,<br />
Bram Veenhuizen en<br />
Martin Leegwater.<br />
F oTo : b r A M S A e y S<br />
Op een duurzame manier met mobiliteit<br />
omgaan, noemt Van Grondelle het. ‘Op<br />
de AutoRAI zal er een fantastisch mooie<br />
auto te zien zijn, maar ook een ermee samenhangend<br />
mobiliteitsconcept voor een<br />
duurzame samenleving in 2020.’<br />
‘Toen het project van start ging was er nog<br />
niet veel duidelijk, het was erg zoeken in<br />
het begin’, weet dr. Bram Veenhuizen, die<br />
vanuit de faculteit Werktuigbouwkunde<br />
bij het project betrokken is. ‘Het was erg<br />
zoeken naar wat nu echt belangrijk is. Wij<br />
hebben bijvoorbeeld vele energiebronnen<br />
onderzocht en daarna een keuze gemaakt.<br />
Uiteindelijk hebben we gekozen voor<br />
brandstofcellen. Daarvan zullen er, zo<br />
denken wij, in 2020 voldoende aantallen<br />
tegen een redelijke prijs beschikbaar zijn.<br />
Het elektrisch vermogen wordt in vier<br />
elektromotoren in de wielen omgezet in<br />
mechanisch vermogen. Dat betekent dat je<br />
de ingewikkelde mechanische aandrijving<br />
van de huidige auto niet meer nodig hebt.<br />
De auto kan er daardoor ook heel anders<br />
uitzien.’<br />
Dat de auto er anders uitziet speelt ook<br />
een rol in de communicatie die Natuur en<br />
Milieu ermee voor ogen heeft. De Stichting<br />
wil nadrukkelijk het publiek laten meedenken<br />
over de rol die de auto in 2020 in<br />
onze straten speelt. De manier waarop<br />
we met de auto omgaan zal afwijken van<br />
de huidige. Van Grondelle: ‘Je hebt dan<br />
misschien wel niet meer een grote auto<br />
die je eigenlijk alleen nodig hebt om met<br />
je gezin op vakantie te gaan en waar je de<br />
rest van de tijd in je eentje in zit. Je koopt<br />
mobiliteit bij een dienstverlener. Die past<br />
de auto die hij levert aan de wensen van<br />
dat moment aan: een relatief kleine auto<br />
voor gebruik in je eentje, en een grote auto<br />
als je er met het gezin op uittrekt. De auto<br />
die op de RAI wordt getoond is relatief<br />
klein. Je kunt er wel met vier man in, maar
voor de vakantie zou je tijdelijk een andere<br />
kunnen gebruiken. Omdat de auto toch<br />
een statussymbool is, zou je aan het soort<br />
auto moeten zien dat je er slim mee bezig<br />
bent. In californië werkt dat al een tijdje<br />
zo. Filmsterren rijden er tegenwoordig liever<br />
in de Toyota Prius dan in een SUV om<br />
aan te geven dat zij milieu van groot belang<br />
vinden. ‘<br />
S T U D E N T E N VA N D E D R I E T U ’ S V O E R E N S A M E N<br />
E E N P R O J E c T VA N N AT U U R E N M I l I E U U I T<br />
Martin leegwater, een van de studenten<br />
die vanuit de TU/e bij het project betrokken<br />
is, zegt: ‘Wat opvalt is dat het een heel<br />
open ontwerp is. De auto bevat veel glas<br />
en er is veel contact met de buitenwereld.’<br />
Van Grondelle vult aan: ‘Het idee van het<br />
studententeam, toch een nieuwe generatie<br />
die anders denkt, is ook geweest om dit<br />
project als een open-source-project aan<br />
te pakken. Dat geeft het project een extra<br />
impuls en daar zijn we heel enthousiast<br />
over. Iedereen die goede ideeën heeft kan<br />
ze inbrengen. Dat weerspiegelt het ontwerp<br />
en dat willen we op de AutoRAI ook<br />
uitstralen.’ Daar blijft het niet bij. Na de<br />
RAI hoopt de projectgroep via een website<br />
geïnteresseerden aan het project te binden<br />
die meedenken en meedoen. Nu al dragen<br />
3 7<br />
M A t r i x / 1 / 2 0 0 7 3 1
o n d e r z o e k<br />
de hoofdsponsors Rabobank en Athlon car<br />
lease Nederland en enkele tientallen andere<br />
sponsors geld en middelen in natura,<br />
componenten voor het prototype, bij. Van<br />
Grondelle verwacht dat die groep alleen<br />
maar zal uitbreiden.<br />
Behalve zuinig en aantrekkelijk moet de<br />
auto ook comfortabel zijn. Daar is de bijdrage<br />
van Martin leegwater op gericht. Hij<br />
houdt zich bezig met de wielophanging en<br />
hoopt daar over enkele maanden op af te<br />
studeren. ‘Als een auto door de bocht gaat,<br />
staan de wielen scheef ten opzichte van<br />
het asfalt en dat gaat ten koste van de wegligging.<br />
Nu hebben sommige auto’s van<br />
vandaag wel een actieve wielophanging die<br />
dat compenseert, maar het nadeel daarvan<br />
is dat het relatief veel energie kost. Mijn<br />
oplossing kost nauwelijks energie. Het<br />
komt erop neer dat we twee veren gebruiken,<br />
één die het gewicht draagt en voor<br />
voldoende comfort zorgt en één die<br />
voorgespannen is. Van die laatste kunnen<br />
we de plek waar die zijn kracht uitoefent<br />
variëren. Daarmee kunnen we het wiel<br />
harder of minder hard tegen het asfalt<br />
drukken, waardoor de auto vlak blijft.<br />
3 2 M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
F oTo : b r A M S A e y S<br />
Het gehele team van<br />
het project ‘Auto in de<br />
toekomst’.<br />
Deze combinatie komt de veiligheid en het<br />
comfort ten goede.’ Een extra voordeel van<br />
deze veel eenvoudiger wielophanging is<br />
dat die veel minder plek inneemt dan de<br />
huidige. Ook dat levert weer voordeel op,<br />
de auto kan kleiner zijn, ondervindt minder<br />
weerstand en is dus zuiniger. Je vraagt<br />
je af waarom dat niet al in de huidige<br />
auto’s zit als het zoveel eenvoudiger is.<br />
leegwater weet de reden wel: ‘Op dit moment<br />
worden er veel oplossingen voor een<br />
probleem of mogelijkheden om het comfort<br />
te vergroten toegevoegd aan bestaande<br />
systemen. Begin je helemaal opnieuw met<br />
een ontwerp dan moet je van alle componenten<br />
weer apart gaan bewijzen dat het<br />
een veilig systeem oplevert en dat kost tijd<br />
en geld. Voor autofabrikanten is het dan<br />
vaak makkelijker om uit te gaan van een<br />
beproefd systeem.’ Het is dus eigenlijk wel<br />
verfrissend om helemaal opnieuw met een<br />
ontwerp te beginnen, niet gehinderd door<br />
de historie.<br />
Kleine series<br />
Op de AutoRAI worden verschillende<br />
aspecten van de ‘Auto in de Toekomst’<br />
getoond. Het ontwerp is er, er zijn opengewerkte<br />
delen die de gekozen technische<br />
oplossingen laten zien. Er zijn simulaties<br />
die aantonen dat die oplossingen en de<br />
bestuurderondersteunende systemen ook<br />
de beoogde resultaten opleveren in de<br />
verschillende omstandigheden. Maar een<br />
complete auto die kan rijden is er dan nog<br />
niet. Desgevraagd meldt Veenhuizen: ‘Als<br />
een autofabrikant zich echt kwaad zou<br />
maken, dan zou je in twee jaar een prototype<br />
kunnen hebben dat ook al enigszins<br />
getest is. Maar die moet er een heleboel<br />
geld in stoppen. Elk onderdeel moet namelijk<br />
apart gemaakt worden. Het duurt<br />
minstens tien jaar voor je daaruit een auto<br />
hebt ontwikkeld die je in grote series kunt<br />
produceren.’<br />
Dus dan ben je nu al bijna te laat met beginnen<br />
te denken over de auto van 2020.<br />
‘Dat valt wel mee’, zegt Van Grondelle,<br />
‘Een belangrijk aspect in dit project is dat<br />
we misschien helemaal niet meer in grote<br />
series gaan produceren. Kleinere series<br />
kunnen veel sneller tot stand komen.’<br />
leegwater vult aan: ‘Je kunt de auto dan<br />
veel beter afstemmen op degene die erin<br />
gaat rijden. Mensen die alleen in de stad<br />
rijden zouden zonder brandstofcel toekunnen<br />
en af en toe naar een oplaadpunt<br />
kunnen rijden. Daar is het ontwerp ook al<br />
op ingesteld en het maakt de elektrische<br />
aandrijving veel eenvoudiger.’<br />
Emotioneel product<br />
De auto is en blijft een emotioneel product.<br />
Naast al de technische kanten van<br />
de auto wordt daarom ook veel aandacht<br />
besteed aan de emotionele kanten. Het<br />
ontwerp is dus spannend en afwijkend.<br />
Op die manier kun je laten zien dat je<br />
aan een nieuwe ontwikkeling deelneemt.<br />
Misschien wordt het wel een systeem<br />
waarbij je – vergelijkbaar met de mobiele<br />
telefonie − mobiliteitskilometers koopt.<br />
De ene keer consumeer je die in de trein,<br />
dan weer in een energiezuinige kleinere<br />
auto en weer een andere keer heb je een<br />
grote auto ter beschikking. Duurzaamheid<br />
staat voorop in die keuze. Van Grondelle<br />
hoopt dat de half miljoen bezoekers op de<br />
RAI enthousiast worden van alle ideeën<br />
die er te zien zijn en dat zij zelf ook mee<br />
gaan denken. Mogelijkheden voor een<br />
vervolg van het project zijn er volop. De<br />
partners staan in de startblokken om het<br />
vervolg op te pakken.<br />
Nieuwsgierig naar de Auto in de Toekomst?<br />
Vanaf 29 maart tot en met 9 april kunt u deze live<br />
bekijken op de AutoRAI, paviljoen nummer 01.000<br />
of binnenkort op www.autoindetoekomst.nl.
Matrix-brecht.indd 1 08-02-2007 22:39:43
o n d e r z o e k<br />
de stoffen koolmonoxide, stikstofmonoxide en zink komen in zeer kleine<br />
concentraties voor in het menselijk lichaam. om de werking en functie van<br />
deze stoffen beter te kunnen begrijpen, is het belangrijk ze goed te kunnen<br />
detecteren. Maar dat is lastig, omdat de moleculen erg klein zijn en de<br />
concentraties laag. Promovendus drs. Toon evers werkte aan eiwitten die<br />
als sensoren voor deze stoffen fungeren. Is er een molecuul in de buurt<br />
dan licht het eiwit door fluorescentie op in een specifieke kleur.<br />
knutselen met<br />
fluorescerende<br />
eiwitten<br />
Koolmonoxide (cO in chemische termen) is vooral bekend<br />
als geruisloze sluipmoordenaar. Het reukloze gas<br />
veroorzaakt elke winter wel een paar doden door haperende<br />
ouderwetse kachels op slecht geventileerde zoldertjes.<br />
Dat het gas ook in een gezond lichaam voorkomt, is<br />
minder bekend. In minuscule hoeveelheden weliswaar,<br />
maar toch. ‘De concentratie van het koolmonoxide in bepaalde<br />
cellen van je lichaam verloopt met een op- en neer-<br />
gaande cyclus, parallel aan je dag- en nachtritme’, legt promovendus<br />
drs. Toon Evers van de faculteit Biomedische<br />
Technologie uit. ‘Een andere stof die als boodschapper<br />
fungeert, is stikstofmonoxide (NO). Ook dit wordt in zeer<br />
kleine hoeveelheden door je lichaam aangemaakt. NO<br />
zorgt voor verwijding van de bloedvaten. Viagra ‘triggert’<br />
bijvoorbeeld de aanmaak van deze stof.’<br />
Evers deed zijn promotieonderzoek in de groep Protein<br />
Engineering naar verschillende eiwitten voor het detecteren<br />
van kool- en stikstofmonoxide en zink in de cellen van<br />
het menselijk lichaam.<br />
Dat het lichaam zelf de genoemde giftige stoffen NO en<br />
cO aanmaakt, werd pas in de jaren tachtig ontdekt. Evers:<br />
‘Het gaat om zodanig lage concentraties dat ze niet schadelijk<br />
zijn. Ze hebben alleen de functie van boodschapper.<br />
Het is daardoor wel erg moeilijk om onderzoek te doen<br />
aan deze stoffen. Er komt nog bij dat de moleculen erg<br />
klein zijn, wat het niet eenvoudiger maakt.’ Evers richtte<br />
zijn pijlen op cO en NO vanwege de belangrijke functie in<br />
het lichaam en omdat er nog geen sensoreiwit voor deze<br />
stoffen bestond.<br />
Daarnaast richtte hij zich op zink. Dat is belangrijk voor<br />
een goede gezondheid. Het heeft een katalytische werking:<br />
het versnelt reductie- of oxidatiereacties. Reacties<br />
waarbij elektronen een belangrijke rol spelen. ‘Deze<br />
reacties zijn in heel veel processen in je lichaam belangrijk.<br />
Bijvoorbeeld in je hersenen’, vertelt Evers. ‘Of bij het<br />
3 4 M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
F oTo : r I e n M e u l M A n<br />
ontstaan van de ziekte van Alzheimer. Dat hangt samen<br />
met ophopingen van zink.’ Maar dat je lichaam zink nodig<br />
heeft, dat staat wel vast. ‘We begrijpen alleen het mechanisme<br />
nog niet precies waarmee het vanuit de voeding in<br />
de cel terechtkomt. Mijn onderzoek levert gereedschap om<br />
dit soort vragen te gaan beantwoorden. De sensoreiwitten<br />
die ik heb gemaakt, zijn een gereedschap voor andere wetenschappers<br />
om zink beter zichtbaar te maken in de cel.’<br />
Sleutelen aan eiwitten<br />
De groep Protein Engineering waarin Evers promoveerde,<br />
doet precies wat de naam zegt: sleutelen aan bestaande<br />
eiwitten en nieuwe soorten ontwerpen en maken. Doel<br />
daarvan is altijd het maken van eiwitten met nieuwe<br />
functies. Evers: ‘We knopen twee eiwitten bijvoorbeeld<br />
aan elkaar, waardoor je een nieuw eiwit krijgt dat beide<br />
functies in zich verenigt. Of we veranderen één of meer<br />
van de elkaar opvolgende aminozuren, wat ook weer een<br />
andere functie oplevert. Eigenlijk doen we letterlijk aan<br />
genetische manipulatie.’<br />
Eiwitten zijn enorm belangrijke stoffen voor het functioneren<br />
van het menselijk lichaam. Het zijn de werkpaarden<br />
en tegelijkertijd de boodschappers van de cel. Elke<br />
cel is een fabriekje voor eiwitten, een opeenvolging van<br />
aminozuren. Ze worden continu gevormd naar voorbeeld<br />
van een stukje DNA. Tussen mensen onderling zijn de<br />
meeste eiwitten hetzelfde. Zit er een klein foutje in je<br />
DNA, dan kan je lichaam een specifiek eiwit niet goed<br />
aanmaken en is er sprake van een bepaalde ziekte.<br />
De keuze voor juist eiwitten als sensoren voor de genoemde<br />
stoffen valt te verklaren doordat andere materialen<br />
maar moeilijk door het celmembraan heen kunnen<br />
dringen. Een optie is dan de sensormoleculen ter plekke<br />
in de cel aan te maken. Je bouwt dan een stuk DNA en<br />
brengt dat in de cel. Bij de celdeling begint dat DNA
vervolgens in de cel de gewenste eiwitten aan te maken.<br />
‘Je hoeft er dan verder niets meer aan te doen’, aldus de<br />
promovendus.<br />
Lange streng<br />
Provendus Toon Evers maakte sersoreiwitten om<br />
CO, NO en Zink te detecteren.<br />
De twee eiwitten in het sensormolecuul zitten permanent<br />
met een soort van lange streng aan elkaar vast. Het<br />
linkerdeel is fluorescent in de kleur cyaan (fluorescent wil<br />
zeggen: het zendt licht uit nadat er eerder licht van een<br />
andere kleur op is gevallen, red.), het rechterdeel in het<br />
geel. Komen de twee delen dicht bij elkaar, dan gaat hele<br />
molecuul in resonantie, wat ervoor zorgt dat de energie<br />
wordt overgedragen aan het rechterdeel. Daardoor wordt<br />
er vervolgens meer geel dan cyaan licht uitgezonden.<br />
De truc van de sensor zit er nu in dat Evers beide delen<br />
van het grote molecuul zo heeft aangepast dat beide zich<br />
graag aan zink binden. Komt het molecuul dus al rondzwervend<br />
toevallig een zinkmolecuul tegen, dan trekt dit<br />
de twee helften naar elkaar toe, resulterend in een veran-<br />
dering van de lichtkleur. Een teken van de aanwezigheid<br />
van zink. Door goed naar de veranderende lichtkleur te<br />
kijken, is de concentratie aan zink te bepalen. De twee eiwitten<br />
die voor het meten van zink worden gebruikt, zijn<br />
afkomstig uit een kwal. De gewenste fluorescentiekleuren<br />
werden verkregen door aan dit kwallen-DNA te sleutelen.<br />
De twee eiwitten werden vervolgens aan elkaar geknoopt.<br />
Evers: ‘Het lijkt op knutselen met moleculen. Inmiddels<br />
hebben we bacteriën aan het werk gezet om het verbouwde<br />
DNA te reproduceren en de eiwitten te maken.’<br />
‘Het uiteindelijke doel is het meten van de zinkconcentratie<br />
in levende cellen met behulp van een fluorescentiemicroscoop.<br />
En de veranderingen daarin’, legt Evers uit.<br />
‘Een sensoreiwit is trouwens pas echt goed als het alleen<br />
de stof meet die je zoekt. Bij de zinksensor is dat het<br />
geval. Het reageert helemaal niet op bijvoorbeeld calcium<br />
of magnesium.’ De ondergrens voor het aantonen ligt bij<br />
zink rond de 10-8 mol per liter. En daarvoor geldt: hoe<br />
sterker het molecuul aan zink bindt, hoe lager de ondergrens<br />
komt te liggen. En hoe hoger dus de gevoeligheid<br />
voor het meten van de stof. Evers: ‘Maar we willen precies<br />
te weten komen hoe en waarom dit molecuul zink bindt.<br />
Weten we dat eenmaal, dan kunnen we het mechanisme<br />
beter maken.’<br />
M A t r i x / 1 / 2 0 0 7 3 5
s a m e n w e r k i n g m e t g r o o t b e d r i j f<br />
steeds op<br />
zoek naar<br />
nieuwe<br />
markten<br />
3 6 M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
Van een introvert duits<br />
familiebedrijf naar een<br />
internationale speler van<br />
betekenis op allerlei markten.<br />
Van brandstofpompen<br />
en boormachines tot<br />
bewegingstechnologie op<br />
immens grote en immens kleine<br />
schaal. Zie hier de ontwikkeling<br />
van bosch. steeds op zoek<br />
naar nieuwe markten, met<br />
technologie hoog in het vaandel<br />
en veel aandacht voor r&d.<br />
bij zo’n investeringsdrang<br />
hoort samenwerking met<br />
kennisinstellingen als de tU/e,<br />
onder meer in het programma<br />
Point one.<br />
Het project Micro & Nano Motion binnen<br />
het bredere programma Point One is het<br />
vervolg op het project NewMotion. Dat<br />
was een samenwerking tussen de faculteit<br />
Werktuigbouwkunde van de TU/e en<br />
Nyquist uit <strong>Eindhoven</strong>, specialist in motion<br />
control systemen. Het project was gericht<br />
op het maken van een besturingssysteem<br />
om elektromotoren op de nanometer<br />
nauwkeurig te kunnen laten bewegen. Dat<br />
is bijvoorbeeld interessant voor hightech<br />
bedrijven als ASML die hoogwaardige en<br />
complexe machines bouwen. NewMotion<br />
startte in 2004 met subsidie uit het<br />
Europese Stimulus-fonds (zie Vector najaar<br />
2005).<br />
In 2005 werd Nyquist overgenomen door<br />
het bedrijf Bosch. Dat was één van de stappen<br />
in de expansiedrift van dit oorspronkelijk<br />
Duitse bedrijf. De laatste tien jaar is de<br />
omzet van Bosch verdubbeld van twintig<br />
naar veertig miljard euro. Het is nu één<br />
van de grootste private industriële ondernemingen<br />
in de wereld, actief in onder meer<br />
elektronische componenten in de automo-
tive industrie, automatiseringstechniek,<br />
elektrisch gereedschap, huishoudelijke<br />
apparaten en beveiligings- en verwarmingstechniek.<br />
‘Het bedrijf is gestart als<br />
familiebedrijf en is dat nog steeds’, zegt<br />
ing. Eric Hezemans, vice-president Product<br />
Area van Bosch Rexroth in <strong>Eindhoven</strong><br />
(voorheen Nyquist). ‘Robert Bosch richtte<br />
het bedrijf eind negentiende eeuw op in<br />
Stuttgart. Deze Zuid-Duitse regio staat bekend<br />
om zijn spaarzaamheid en discipline.<br />
Zo is Bosch ook altijd geweest: degelijk,<br />
gericht op de lange termijn, de winst laten<br />
terugvloeien in het bedrijf, als een goede<br />
huisvader die de toekomst van zijn kinderen<br />
veiligstelt. Het bedrijf is nooit naar de<br />
beurs gegaan. De familie heeft altijd haar<br />
uitgaven uit eigen zak betaald.’<br />
Oprichter Robert Bosch was techneut en<br />
uitvinder. ‘Hij was bijvoorbeeld bezig om<br />
bougies van auto’s steeds beter te maken.<br />
Momenteel is Bosch marktleider op het<br />
gebied van elektronica voor auto’s, met<br />
een omzet van 27 miljard euro. Denk aan<br />
brandstofpompen, diesel-elektrosystemen,<br />
de elektronica voor de powertrain aan de<br />
onderkant van de auto.’<br />
Grote thema’s<br />
Voor de hardwerkende familie bleek de<br />
automotive industrie al snel niet genoeg te<br />
zijn. Er moesten nieuwe markten aangeboord<br />
worden. Dat betekende in de praktijk<br />
veel overnames van andere bedrijven, ook<br />
in het buitenland. ‘Van een introvert Duits<br />
familiebedrijf is het een grote internatio-<br />
Xxxxxx nale firma geworden. In Nederland alleen<br />
al is Bosch de laatste tien jaar verzevenvoudigd,<br />
van duizend naar zevenduizend<br />
medewerkers.’<br />
Naast de divisie automotive componenten<br />
kwam er de divisie Verbruiksgoederen en<br />
Bouwtechnologie, waar VDT in Tilburg onderdeel<br />
van uitmaakt. ‘Bekend van de boormachines<br />
die bij iedere bouwmarkt liggen’,<br />
zegt Hezemans. Ook Skil in Breda behoort<br />
tot deze groep zogeheten power tools.<br />
‘Denk ook aan veiligheidssystemen en verwarmingsketels,<br />
onder meer gemaakt door<br />
het van oorsprong Nederlandse bedrijf<br />
Nefit. Eerder kocht Bosch in <strong>Eindhoven</strong> de<br />
veiligheidscameragroep van Philips. Bosch<br />
anticipeert daarmee op de grote thema’s<br />
in de wereld, zoals energie en veiligheid,<br />
naast bekende thema’s als gezondheid en<br />
brandstoffen.’<br />
Het bedrijf heeft technologie altijd hoog<br />
in het vaandel gehad. ‘Het kent een groot<br />
aandeel voor R&D van zes procent’, geeft<br />
Hezemans aan. ‘In Duitsland heeft het al<br />
decennia lang een soort Natlab. Bosch staat<br />
Eric Hezemans<br />
is vice-president<br />
Product Area van<br />
Bosch Rexroth.<br />
nummer 1 in Europa als het gaat om patenten,<br />
vergelijkbaar met Philips.’<br />
In 2001 stortte Bosch zich definitief op de<br />
markt van bewegingstechnologie, met de<br />
aankoop van het bedrijf Rexroth. ‘Rexroth<br />
was oorspronkelijk een Duits staalbedrijf,<br />
gespecialiseerd in hydrauliek. Dat is de<br />
kunst om met olie grote zware objecten in<br />
beweging te krijgen, bijvoorbeeld sluizen,<br />
baggerschepen en boorplatforms. Met<br />
name deze projecten worden uitgevoerd<br />
bij Bosch Rexroth in Boxtel. Rexroth was<br />
marktleider in deze tak van sport.’<br />
Na de overname door Bosch bleef de<br />
naam Rexroth bewaard in Bosch Rexroth,<br />
vanwege de naamsbekendheid. Bosch<br />
ging zich daarnaast richten op pneumatiek,<br />
bewegen met lucht, en op lineaire<br />
bewegingstechnologie. Ook kennen we in<br />
Nederland de verpakkingsmachine groep<br />
in Weert, onderdeel van de divisie verpakkingsmachines.’<br />
Stapje verder<br />
f oto : b a r t V a n o V e r b e e k e<br />
Op zoek naar weer een nieuwe markt<br />
kwam het bedrijf uit bij Nyquist in<br />
<strong>Eindhoven</strong>. ‘Bewegen van immens grote<br />
dingen of bewegen van immens kleine dingen:<br />
het is een heel andere wereld, maar<br />
in essentie blijft het om bewegen gaan.<br />
Vandaar dat Bosch ook dit bedrijf heeft<br />
overgenomen in november 2005.’<br />
Nyquist, inmiddels dus ook Bosch Rexroth,<br />
was als kleiner formaat bedrijf heel erg<br />
gewend om samen te werken met andere<br />
bedrijven en bijvoorbeeld de TU/e. ‘Bosch<br />
is van huis uit niet zo gericht geweest op<br />
samenwerking, ook vanwege de sterke<br />
R&D-afdeling’, zegt Hezemans. ‘Maar een<br />
bedrijf als Nyquist bracht hen in aanraking<br />
met die cultuur, vanuit de sfeer die<br />
in <strong>Eindhoven</strong> sinds 2002 sterk is gegroeid<br />
met de komst van de High Tech Campus<br />
<strong>Eindhoven</strong>. Deze samenwerking tussen<br />
Bosch Rexroth en de regio blijft gewoon<br />
bestaan.’<br />
Voorbeeld daarvan is de hernieuwde samenwerking<br />
met de TU/e in het project<br />
Micro & No Motion binnen het programma<br />
Point One, een vervolg op NewMotion.<br />
Daar zijn niet alleen dezelfde hoogleraren<br />
van de faculteit Werktuigbouwkunde bij<br />
betrokken, prof.dr.ir. Maarten Steinbuch<br />
en prof.dr. Henk Nijmeijer , maar ook de<br />
faculteit Elektrotechniek (prof.dr.ir. André<br />
Vandenput) en een aantal nieuwe partners<br />
zoals FEI en Technolution B.V. ‘De onderzoekers<br />
gaan dit keer een stapje verder in<br />
het onderzoek naar uiterst nauwkeurig<br />
bewegen’, geeft Hezemans aan. ‘Op nanoniveau<br />
blijkt dat luchtdeeltjes hinderlijk in<br />
de weg zitten. Alles vacuüm maken zou<br />
een oplossing zijn, maar dat brengt weer<br />
heel andere problemen met zich mee. Die<br />
willen de onderzoekers oplossen met dit<br />
project. Het is eind vorig jaar gestart, met<br />
een looptijd van twee jaar.’ Kortom, innoveren<br />
zit Bosch in het bloed, vanuit haar<br />
grondbeginselen. ‘Continu nadenken waar<br />
je morgen je boterham mee wilt verdienen,<br />
en wat je daar dan voor moet doen, dat is<br />
de drijfveer van het bedrijf. Het is daarbij<br />
belangrijk alleen research te doen voor<br />
de kerntaken van het bedrijf. Je kunt niet<br />
alles zelf doen. Open innovatie heet dat.<br />
Samenwerking moet je leren.’<br />
M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 3 7
f oto : f r a n k e a r C h i t e C t e n<br />
3 8<br />
s a M e n w e r k i n g M e t M k B<br />
tU/e gooit deur open<br />
de bouwwereld heeft nooit op<br />
grote schaal samengewerkt<br />
met de universiteit. maar als<br />
het aan ir. mark Cox van de<br />
leerstoel Product development<br />
van de faculteit bouwkunde ligt,<br />
komt daar snel verandering in.<br />
ongeveer veertig ondernemers<br />
met kennisvouchers hebben<br />
bij zijn groep aangeklopt voor<br />
hulp bij de ontwikkeling van<br />
producten. met het concept van<br />
‘slimbouwen’ hoopt hij hen op<br />
weg te helpen.<br />
Een voorbeeld van een Passiefhuis.<br />
M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
‘De bouw staat met zijn grote aantallen<br />
MKB’ers en zijn traditionele werkwijzen<br />
niet bekend als bijzonder innovatief. Dit<br />
is deels te wijten aan de structuur van de<br />
bouwketen waarin veel kleine bedrijven<br />
met minimale onderzoeksbudgetten actief<br />
zijn, 75 procent van hen heeft helemaal<br />
geen onderzoeksbudget. Veel MKB’ers zijn<br />
echter uitermate innovatieve ondernemers<br />
die met een steuntje in de rug juist in<br />
staat zijn nieuwe producten te bedenken.<br />
De innovatievoucher kan zo’n steun zijn’,<br />
legt Cox uit. Het is de bedoeling van de<br />
leerstoel dat SlimBouwen een raamwerk<br />
wordt voor fundamenteel onderzoek naar<br />
efficiënter, lichter en beter bouwen en de<br />
consequenties daarvan. Binnen dit raamwerk<br />
worden deelonderzoeken uitgevoerd<br />
voor bedrijven.<br />
Cox: ‘Ik voorspel dat bouwproducten complexer<br />
gaan worden. Er komen meer kanten-klaar<br />
producten, zoals vloeren met ingebouwde<br />
elektra of daken met ingebouwde<br />
isolatie. Meer industrieel vervaardigde<br />
half- of eindproducten. We gaan ook meer<br />
variatie zien in gevels, gevels zullen door<br />
de toegenomen mogelijkheden meer aan<br />
mode onderhevig zijn.’<br />
Hij zou dan ook graag een onafhankelijk<br />
kennisinstituut opgericht zien dat alle<br />
bouwprocessen kent maar tegelijkertijd zo<br />
onafhankelijk is dat concurrentiebelangen<br />
geen beperkende factor zijn in het stimuleren<br />
van innovaties in de bouw.<br />
In het bouwproces moet gekeken worden<br />
naar veiligheid, energie, regelgeving, procedures,<br />
aansprakelijkheid enzovoorts, enzovoorts.<br />
Door de complexiteit en het grote
voor bouw<br />
aantal deelnemers aan de afzonderlijke<br />
bouwprocessen is de bouw in een soort impasse<br />
van het denken geraakt. Innovaties<br />
krijgen onvoldoende kans. Daar zouden<br />
wij vanuit een onafhankelijk instituut verandering<br />
in willen brengen.’<br />
Passiefhuis<br />
Op dit moment lopen er interessante<br />
projecten met ondernemers in de bouw.<br />
Een voorbeeld is het Passiefhuis van<br />
Erik Franke van Franke Architekten uit<br />
Sliedrecht. Hij is al sinds de energiecrisis<br />
in de zeventiger jaren bezig met energiezuinig<br />
bouwen. Sinds tien jaar maakt<br />
hij gebruik van ‘passief technologie’. Een<br />
Passiefhuis is op allerlei manieren energiezuinig<br />
gebouwd en is ook gebruiksvriendelijk.<br />
TU/e onderzoekt nu samen<br />
met de Stichting Passiefhuis Holland (zie<br />
www.passiefhuis.nl) de luchtkwaliteit en<br />
de luchtdichtheid in woonhuizen bij een<br />
dergelijke bouwwijze. Er zijn momenteel<br />
vijftien Passiefhuizen in Nederland. Maar<br />
dat gaat veranderen’, voorspelt Franke.<br />
Landelijk wil de overheid mogelijk tien<br />
projecten ondersteunen die als voorbeeld<br />
moeten gaan dienen voor het op korte termijn<br />
stimuleren van hoog efficiënte, energiezuinige<br />
woningbouw en renovatie.<br />
Metingen door TU/e<br />
Bij toepassing van deze technologie bij<br />
renovatie kunnen woningen van meer dan<br />
veertig jaar oud zelfs zeven tot tien keer<br />
energiezuiniger worden als het gaat om<br />
ruimteverwarming. Een gemiddeld nieuwbouwhuis<br />
wordt drie tot vijf keer zuiniger.<br />
Franke wil nu samen met de TU/e een<br />
reële prognose proberen te maken voor de<br />
kosten van zo’n kwaliteitssprong. Ook wil<br />
hij inzicht krijgen in de verbetering van de<br />
luchtkwaliteit na renovatie.<br />
De TU/e heeft metingen verricht in drie<br />
bestaande Passiefhuizen in Duiven,<br />
Dalen en Sliedrecht. De komende tijd<br />
zullen metingen worden gedaan in twee<br />
projecten waar gewone huurhuizen zullen<br />
worden gerenoveerd met gebruik van<br />
Passiefhuistechnologie. Na de hoogefficiënte<br />
renovatie van deze proefhuizen<br />
wordt opnieuw gemeten om het verschil te<br />
kunnen duiden. ‘Met deze strategie wordt<br />
een deel van de verbetering van de woon-<br />
kwaliteit gekwantificeerd’, zegt Franke.<br />
‘Wij willen erachter komen wat het zou<br />
kosten om een gemiddeld ouder huis te<br />
verbouwen tot Passiefhuis. De woningbouwverenigingen<br />
staan de komende<br />
jaren voor grote beslissingen in renovatieprojecten.<br />
Het huizenbestand wordt<br />
veel meer waard met toepassing van<br />
Passiefhuistechnologie.’<br />
Franke ziet steeds meer belangstelling voor<br />
een gezond binnenmilieu. ‘Waarom zou je<br />
thuis genoegen nemen met minder comfort<br />
en luchtkwaliteit dan op kantoor of in<br />
je auto? Wij moeten onze installaties en<br />
apparaten die het binnenmilieu bepalen,<br />
beter afstemmen op de vraag. Een gezond<br />
binnenmilieu heeft invloed op de gezondheid<br />
en productiviteit van de mensen en<br />
natuurlijk op het energieverbruik.’<br />
Experimenten met daken<br />
Op het terrein van de TU/e experimenteren<br />
de mensen van Product Development<br />
van de faculteit Bouwkunde voor een<br />
aantal bedrijven met verschillende soorten<br />
daken die water kunnen leiden naar een<br />
buffer, om bijvoorbeeld ruimtes te koelen<br />
of juist om warmte op te slaan.<br />
Cox: ‘Eén MKB’er bedacht een waterbufferend<br />
dak en vroeg ons om zijn idee verder<br />
te ontwikkelen. Dat dak was weliswaar geschikt<br />
voor waterbuffering, maar meer nog<br />
voor energieopvang of koeling. Een andere<br />
MKB’er die ervan hoorde wilde daarna<br />
met behulp van een voucher onderzocht<br />
hebben of een sedumdak of groendak ook<br />
f oto : P r o C o n<br />
Experimenten met<br />
verschillende soorten daken<br />
op het TU/e-terrein.<br />
geschikt is voor een dergelijke toepassing.<br />
Een leverancier van dakfolies bedacht<br />
daarop dat zijn folies misschien mechanisch<br />
aan elkaar verbonden kunnen worden<br />
en wilde ook dat onderzocht hebben.’<br />
‘De toepassingen zijn legio’, zegt Rens<br />
Swiebert, directeur van Procon in Tilburg.<br />
Procon ontwikkelt woningbouwprojecten<br />
en renovatieprojecten voor eigen rekening<br />
en voor derden. Swiebert: ‘Van grijswatersysteem<br />
tot koelingssysteem, van<br />
vermindering van de druk op het riool tot<br />
energie-aftappunt. Het water kun je laten<br />
weglopen of je kunt het pompen naar een<br />
residuvat op het dak of in de grond waar<br />
het op natuurlijke wijze warmer of kouder<br />
wordt. Daar komen veel aspecten bij kijken.<br />
Bijvoorbeeld: hoe minder lichtdoorlatend<br />
de folies die je op het dak gebruikt,<br />
hoe minder verdamping er plaatsvindt.’ In<br />
de verschillende mogelijkheden van dakbedekkingen<br />
is Procon zeer geïnteresseerd.<br />
Swiebert leidt een werkgroep met verschillende<br />
bedrijven die betrokken zijn bij de<br />
proeven met daken op de TU/e en coördineert<br />
de contacten. De proeven met de<br />
verschillende daken lopen nu ongeveer een<br />
jaar. ‘De eerste testresultaten zijn positief.<br />
We hebben in ieder geval onlangs gezien<br />
dat de folies op platte daken bestand zijn<br />
tegen zware storm. De volgende stap is een<br />
Europees patent.’<br />
Voor meer informatie over samenwerken met de<br />
TU/e en over innovatievouchers, kunt u kijken op<br />
www.unitedbrains.nl.<br />
M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 3 9
4 0<br />
s t a r t e r s<br />
M E T E N VA N D R I E D I M E N S I O N A L E O B J E C T E N<br />
tasten op nanoschaal<br />
het begon met een promotieonderzoek aan de faculteit<br />
werktuigbouwkunde en inmiddels is de technologie uitgegroeid tot<br />
een bedrijf met potentie. XPress Precision engineering maakt tasters<br />
voor coördinatenmeetmachines die worden gebruikt bij het meten van<br />
driedimensionale objecten. met de gepatenteerde techniek kan dit nu<br />
zelfs op nanoschaal. de oprichter: ‘toen ik het product in 2003 zag,<br />
dacht ik meteen dat het potentie heeft voor een bedrijf.’<br />
Het belangrijkste product van XPRESS<br />
Precision Engineering, een spin-off bedrijf<br />
van de TU/e, is de Gannen-XP, een taster<br />
voor een coördinatenmeetmachine (CMM).<br />
Deze meetmachine beweegt de taster, een<br />
heel dun naaldje, in een driedimensionaal<br />
vlak op en neer om een object te verbeelden,<br />
als een blinde die met een stok de<br />
wereld aftast en zo een beeld van de omgeving<br />
maakt. CMM’s zijn de afgelopen jaren<br />
steeds nauwkeuriger geworden, maar de<br />
nauwkeurigheid van tasters bleef daarbij<br />
achter. XPRESS maakt die achterstand goed<br />
door significant betere resultaten te boeken<br />
dan de bestaande oplossingen. De kern<br />
van de vinding is een driehoek die op de<br />
De taster voor coördinatenmeetmachines.<br />
f oto ’ s : b a r t V a n o V e r b e e k e<br />
M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
punten vasthangt op drie sprieten. Wanneer<br />
de punt van de taster iets tegenkomt, beweegt<br />
de driehoek de sprieten. De rek die<br />
op de sprieten komt, wordt gemeten met<br />
rekstroken. Dit type meting bestaat al, maar<br />
de taster van de startende onderneming is<br />
nauwkeuriger en beter dan al het bestaande.<br />
‘De nauwkeurigheid was tot een halve micrometer<br />
en met onze taster kom je tot 50<br />
nanometer’, zegt de 29-jarige promovendus<br />
ir. Edwin Bos. Hij kwam vier jaar geleden<br />
met de taster in aanraking toen hij er als<br />
promovendus onderzoek aan ging doen.<br />
‘De punt waarmee we meten is heel klein,<br />
zodat we in kleinere gaatjes kunnen. We<br />
kunnen een voelspriet van 50 micrometer<br />
maken, nog minder dan de dikte van een<br />
haar, waarmee we bijvoorbeeld microsystemen<br />
bemeten. De botsende massa en de<br />
stijfheden van de taster zijn ook veel lager.<br />
Dat maakt de kracht van de botsing van de<br />
taster met een object veel kleiner, wat belangrijk<br />
is als je bijvoorbeeld zeer gevoelige<br />
lenzen voor satellieten meet. Daar mogen<br />
zeker geen deuken in of beschadigingen<br />
aan komen.’<br />
Bedrijvencommissie<br />
Bos doet zijn promotieonderzoek bij het<br />
IOP Precisietechnologie (Innovatiegericht<br />
Onderzoek Programma, een initiatief van<br />
het ministerie van Economische Zaken).<br />
‘Het mooie van een IOP-project is dat er<br />
een bedrijvencommissie is waardoor je<br />
direct in contact staat met ondernemers<br />
uit het veld. In mijn geval zaten er onder<br />
meer het Nederlands Meet Instituut, TNO<br />
Industrie en Te Strake in. Zij hadden<br />
meteen interesse in de techniek.’<br />
De bedrijven lieten aan Bos weten dat hij<br />
iets bijzonders in handen heeft. Hij startte<br />
daarom in 2004 zijn onderneming. Het<br />
uitbouwen van de onderneming kwam<br />
tot stand toen het onderzoek aan de taster<br />
werd ondergebracht in een programma<br />
voor entrepreneurschap. In dit programma,<br />
ondersteund door het Innovation Lab van<br />
de TU/e, studeren studenten van verschillende<br />
faculteiten af op een deelprobleem<br />
binnen een nieuw bedrijf. Ernst Treffers,<br />
student <strong>Technische</strong> Bedrijfskunde, deed<br />
het programma en kwam zo in contact met<br />
Bos. Treffers: ‘Ik heb altijd de droom gehad<br />
om zelf een leuke onderneming te hebben.<br />
Ik wil liever niet voor een baas werken.<br />
En als ik ergens zes of zeven dagen per<br />
week bezig ben, dan wil ik daar later zelf<br />
de vruchten van plukken. Het zelfstandig<br />
ondernemen geeft ook vrijheid die me aanspreekt.’<br />
Treffers brengt bedrijfskundige<br />
kennis in, terwijl Bos zich bezighoudt met<br />
de techniek.<br />
Producenten<br />
De twee verwachten elk moment te kunnen<br />
beginnen met de productie van de tasters.<br />
Treffers: ‘We willen de tasters leveren aan<br />
de producenten van coördinatenmeetmachines.<br />
Zij kunnen het verkopen aan klanten<br />
die het bijvoorbeeld gebruiken voor het<br />
meten van de gaatjes in een inktjet printer,<br />
inspuitkanalen bij brandstofinjectie, complexe<br />
3D-onderdelen die kleine features bevatten<br />
of die nauwkeurig bemeten moeten<br />
worden.’ Er zijn gesprekken met fabrikanten<br />
die grote interesse hebben in het product.<br />
Volgens Bos zijn de fabrikanten zelfs<br />
nog enthousiaster dan hij had verwacht.<br />
Een jaar geleden zei een potentiële klant<br />
op een beurs: ‘ik geloof niet dat jullie de<br />
geclaimde nauwkeurigheid kunnen halen,<br />
maar als het lukt, wil ik dat product meteen<br />
hebben.’ Treffers: ‘We zijn nu met hem in<br />
gesprek. Dat is leuk. Zo zijn er nog meer<br />
opties. Als er al maar één een handtekening<br />
zet, dan kan er geproduceerd gaan<br />
worden.’<br />
Wanneer de eerste bestellingen worden<br />
geplaatst, moeten de ondernemers aan de<br />
slag om de producten te leveren. XPRESS<br />
Precision Engineering is op de eerste<br />
plaats een ontwikkelbedrijf, geen productiebedrijf.<br />
Het bedrijf zal de research en<br />
development samen met de TU/e blijven<br />
voortzetten, de productie samen met partners<br />
in de regio oppakken en voor de ont
Ernst Treffers (l) en Edwin Bos.<br />
wikkeling van de chip samenwerken met<br />
MESA+, een onderzoeksinstituut van de<br />
<strong>Universiteit</strong> Twente.<br />
Droom uitgekomen<br />
Hoeveel stuks ze van de Gannen-XP<br />
gaan verkopen, is moeilijk te voorspellen.<br />
Treffers: ‘Dat is helemaal afhankelijk<br />
van de deals die we met machinebouwers<br />
sluiten. Er zijn een paar grote bouwers die<br />
samen het overgrote deel van de markt<br />
in handen hebben. Een contract kan per<br />
bouwer zomaar per jaar een tiental tot tientallen<br />
verkochte tasters opleveren.’ Binnen<br />
een aantal maanden kunnen de twee<br />
fulltime aan de slag met hun bedrijf. Dan<br />
is Treffers klaar met zijn studie en zit het<br />
promotieonderzoek van Bos erop. Voor de<br />
laatste is dan een droom uitgekomen. ‘Ik<br />
heb altijd een eigen bedrijf willen hebben.<br />
Ik had ook bij een bedrijf onderzoek kunnen<br />
gaan doen, maar het is veel leuker om<br />
iets voor jezelf te beginnen. Mijn ouders<br />
hadden een bedrijf en ik heb zelf ook al<br />
kleine bedrijfjes gehad. De negen tot vijfmentaliteit<br />
spreekt me niet aan. Ik wil dat<br />
ik voor goed werk beloond word en ik ben<br />
bereid de consequentie te dragen wanneer<br />
het slechter gaat. Zolang ik niet onder een<br />
brug hoef te slapen, natuurlijk.’<br />
M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 4 1
L O O P B a a n<br />
Ir. Ingrid de Boer<br />
is algemeen<br />
directeur van<br />
Woonbedrijf.<br />
f oto : b a r t V a n o V e r b e e k e<br />
ingenieur<br />
in wonen<br />
Ze zat aan alle kanten van de tafel waar het gaat om woningbouw: ze was adviseur,<br />
opdrachtgever en overheid. sinds 2006 is stadsvernieuwer ir. ingrid de boer (45) terug<br />
in eindhoven, in de functie van algemeen directeur van woonbedrijf, ontstaan door een<br />
fusie van woonstichting hhvl en woningstichting sws. ‘ik was er aan toe om koers te<br />
zetten met een organisatie.’<br />
‘Ik begon in 1980 met de studie Bouwkunde en studeerde<br />
af in 1986. Das was voor die tijd snel. Mijn stage bij de<br />
gemeente Breda zorgde voor een tempoverhoging. Die<br />
stage begon met drie maanden, maar werd een half jaar.<br />
De confrontatie tussen theorie en praktijk was heel interessant.<br />
Ik wilde ideeën toetsen aan de werkelijkheid.<br />
Het gevolg was wel dat ik bij terugkomst op TU/e zo snel<br />
mogelijk klaar wilde zijn.<br />
Ik ben afgestudeerd in de stadsvernieuwing. Dat was toen<br />
de klassieke aanpak waarbij gebouwen behoorlijk werden<br />
gestript en bewoners moesten verhuizen. Ik had sterke affiniteit<br />
met die complexe processen. Ik ben goed in staat<br />
te voorspellen welke stappen je moet zetten om ergens uit<br />
te komen. Het proces van stadsvernieuwing was daarom<br />
voor mij erg interessant. Ik weet dat ik geen geniaal ontwerper<br />
ben. Om mij heen zag ik dat er mensen zijn die<br />
4 2 M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
dat veel beter kunnen. Ik heb het dus ook nooit meer gedaan<br />
– ik ken mijn beperkingen.’<br />
Bestaande bouw<br />
‘Mijn eerste baan was bij de nationale woningraad, een<br />
koepelorganisatie voor woningcorporaties. Dat was al<br />
heel mooi in die jaren, want de markt voor afgestudeerden<br />
was dramatisch. Ik had de functie van bestuurs- en<br />
organisatieconsulent. Na drie jaar vond ik dat ik er te<br />
weinig van mijn opleiding in kwijt kon. Ik ging naar<br />
INBO Architecten/Adviseurs op het hoofdkantoor in<br />
Woudenberg. Daar werd ik adviseur renovatie en onderhoud.<br />
Ik zat weer in de bestaande bouw, maar nu was het<br />
heel bouwkundig: van het opstellen van renovatieplannen<br />
en haalbaarheidsplannen, tot directievoering op de<br />
bouw, de steiger op. Het waren grote projecten door het
hele land. Het was voor mij geen probleem dat ik een<br />
vrouw was op een bouwplaats. Ik heb me nooit aangepast.<br />
Daardoor heb ik altijd grote lol gehad.<br />
Ik wilde leiding gaan geven aan een groep mensen. Ik<br />
merkte aan de reactie van anderen dat ik er aanleg voor<br />
had en ik merkte aan mezelf dat ik er veel plezier in heb.<br />
Er was een vacature bij een corporatie in Breda. Ik werd<br />
hoofd woondiensten. Dat was in 1991, ik was nog geen<br />
dertig. De afdeling die ik leidde, bestond uit zestien mensen.<br />
We waren bezig met alles wat met klanten te maken<br />
heeft. Bewoners zijn erg leuk. Ze hebben ook bijna altijd<br />
gelijk. Ze worden nogal eens als lastig gezien, maar zij<br />
verblijven in de wijken. Als je goed luistert naar bewoners<br />
kun je daar veel aan hebben. Ik ging vaak naar bewonersavonden.<br />
Soms om te luisteren en soms om te vertellen<br />
over onze plannen. Daar kan veel emotie loskomen. Dat<br />
moet je de ruimte geven, maar wel kanaliseren. Als er<br />
twintig schreeuwende bewoners staan die allemaal iets<br />
anders willen, dan zul je dat nooit allemaal kunnen realiseren.<br />
Dat begrijpen ze overigens prima. Je moet ze alleen<br />
niet als kinderen behandelen. Dan gaat het mis. Daar heb<br />
ik nooit last van gehad; ik neem de bewoners heel serieus.<br />
Ik had nooit bedacht dat ik ambtenaar zou worden. Ik had<br />
er een heel slecht beeld van; een luie, trage organisatie.<br />
Mijn beeld is nu helemaal veranderd: ik ben nooit zulke<br />
hardwerkende mensen tegengekomen. Ik zat blijkbaar<br />
ergens in een bak van een headhunter en werd gevraagd<br />
om hoofd stadsontwikkeling bij de gemeente Nijmegen<br />
te worden. De cultuur van die organisatie moest veranderen.<br />
Er moest gekeken gaan worden naar wat de stad en<br />
de mensen nodig hadden, in plaats van paternalistisch<br />
bepalen waar de mensen behoefte aan hebben. Dat is een<br />
proces van drie tot vijf jaar.<br />
De Boer: ‘Bewoners zijn<br />
erg leuk. Zij hebben ook bijna<br />
altijd gelijk.’<br />
Ik vind het heel leuk om een organisatie beter te maken.<br />
Het wordt daarmee voor de mensen die er werken ook<br />
beter. Hoewel er altijd enkelen zijn die zich echt niet willen<br />
aanpassen. Daar zul je afscheid van moeten nemen.’<br />
Consument centraal<br />
‘Per 1 maart 2006 ben ik directeur van Woonbedrijf. Ik<br />
moest de vastgoedportefeuille gaan beheren, er moest<br />
een netwerk worden opgezet en er moest veel worden<br />
samengewerkt. Woonbedrijf is een grote corporatie en<br />
zaken die je doet hebben betekenis voor de stad. De club<br />
zit er financieel goed bij wat mogelijkheden geeft. Dat<br />
alles maakte het voor mij tot een ideale nieuwe baan. Ik<br />
was er ook aan toe om koers te zetten met een organisatie.<br />
Ik wil graag de verantwoordelijkheid dragen. Ons<br />
speerpunt is: beter naar de consument luisteren. Dat<br />
moet ons handelen bepalen. We moeten weten hoe onze<br />
klanten wonen ervaren. Het is mijn heilige overtuiging<br />
dat we daardoor tevredener bewoners krijgen, en dat<br />
is het doel van ons bedrijf. We hebben een aantal grote<br />
herstructureringsprojecten. De Barrier is een heel eind<br />
op streek, we hebben Lakerlopen, Drents Dorp. Er zijn<br />
een aantal nieuwbouwprojecten, bijvoorbeeld Strijp S<br />
dat net bouwrijp wordt gemaakt.<br />
We zijn ook bezig met de leefbaarheid in de buurt. Zo<br />
vragen we in Doornakkers deur aan deur wat ze van<br />
hun buurt vinden, wat ze missen en wat ze vinden dat<br />
wij zouden moeten doen. Een heel mooie aanpak is in<br />
Woensel, waarbij we mensen heel direct betrekken bij<br />
hun buurt en vragen om zelf met plannen te komen. Dat<br />
levert geweldige ideeën op, maar het brengt ook bewoners<br />
onderling in contact, en geeft cohesie. Dat is heel<br />
bevredigend.’<br />
M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
4 3
Hoogvliegers<br />
gezocht!<br />
Ready for take off?<br />
De stap van de schoolbanken naar een<br />
multinational. Het lijkt eenvoudig. Je wilt je<br />
vleugels uitslaan. Kansen pakken. En kennis<br />
ontwikkelen. Waar kun je dat nou echt? Wie<br />
biedt je meer dan luchtkastelen? Echte kansen<br />
en mogelijkheden. Want de vraag is of je op<br />
gebakken lucht ook daadwerkelijk je vleugels<br />
kunt uitslaan. Wij denken van niet. Daarom<br />
bieden wij je geen uniforme startersfunctie,<br />
maar een baan die bij je past. Alleen dan haal<br />
je het maximale uit jezelf.<br />
Want laten we eerlijk zijn met een beetje wind<br />
in de zeilen stijgen hoogvliegers tot ongekende<br />
hoogtes.<br />
Ben je geïnteresseerd in een carrière in tech-<br />
nology & innovations of IT business process<br />
management, kijk dan op www.altran.com/nl<br />
of stuur je CV en een korte motivatie naar<br />
recruitment@altran.nl<br />
Voor meer infomatie bel je met 023 - 569 40 90.
ontwerper in opleiding<br />
Tiberiu Muntean (26)<br />
Tiberiu Muntean volgde aan de <strong>Universiteit</strong> van Boekarest zijn<br />
bachelor- en masteropleiding. Tijdens zijn promotieonderzoek<br />
raadde zijn begeleider hem aan om het postdoctorale programma<br />
Mathematics for Industry aan de TU/e te gaan volgen om zijn<br />
opleiding te completeren. In september 2005 startte hij met deze<br />
opleiding en op dit moment voert hij zijn ontwerpopdracht uit bij<br />
Wärtsila een bedrijf dat onder andere propellors, schroeven voor<br />
grote schepen, produceert.<br />
Het bedrijf wil de efficiency van de propellors nauwkeurig meten,<br />
om daarmee het design van de scheepsschroeven te verbeteren,<br />
zodat het brandstofgebruik van het schip vermindert. Munteans<br />
onderzoek richt zich op het ontwikkelen van een model om de<br />
zogenaamde wake fraction – het geheel van verstoringen rondom<br />
het schip – in kaart te brengen.<br />
Hij zal sensoren op een scheepsschroef aanbrengen, waarna het<br />
schip daadwerkelijk gaat varen. Met de data die hij daarmee ver-<br />
zamelt en de methode die hij ontwikkelt kan Muntean het bedrijf<br />
aanbevelingen doen voor verbetering van het design van de<br />
scheepsschroef. Na afronding van zijn opleiding vervolgt Muntean<br />
zijn promotie-onderzoek in Roemenië.<br />
O N T W e R P e N<br />
M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 4 5<br />
F OTO : B a R T v a N O v e R B e e k e
B E L E i D<br />
3TU. Centre for ethics<br />
‘Stel je voor dat je, met alle<br />
ontwikkelingen bij de faculteit<br />
Biomedische Technologie, van<br />
iemand een sprinter kunt maken<br />
die een wereldrecord op de 100<br />
meter loopt. Die Übermensch<br />
is nu nog sciencefiction. Maar<br />
als de maakbaarheid van de<br />
mens zo toeneemt, moeten<br />
onderzoekers samen met<br />
filosofen goed nadenken over<br />
dit soort ontwikkelingen en<br />
partij zijn in een openbaar<br />
debat hierover. Hun opvattingen<br />
moeten ze baseren op<br />
fundamenteel en toegepast<br />
onderzoek.’<br />
4 6 M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
Met deze beschrijving schetst prof.<br />
dr.ir. Anthonie Meijers, TU/e-hoogleraar<br />
Filosofie en Ethiek van de Techniek meteen<br />
in grote lijnen de doelstellingen van het<br />
3TU Centre for Ethics, dat eind januari officieel<br />
van start is gegaan. Het Centre for<br />
Ethics is geen fysieke entiteit, maar bestaat<br />
virtueel als één centre. Het daadwerkelijke<br />
onderzoek zal aan de drie TU’s worden gedaan,<br />
onder de vlag en aansturing van het<br />
centre. Aanleiding voor de oprichting zijn de<br />
vele en grote maatschappelijke veranderingen<br />
die gaande zijn. De technische ontwik-<br />
kelingen, vaak de motor van maatschappelijke<br />
veranderingen, gaan snel en spelen zich op<br />
een ongekende schaal af. Prof.dr. Christian<br />
Illies, medewerker van het nieuwe Centre for<br />
Ethics en van de afdeling Filosofie van de<br />
TU/e-faculteit Technologie Management:<br />
‘Denk aan de invloed van de nieuwe media,<br />
of beter, de computer in het algemeen in relatie<br />
tot bijvoorbeeld de persoonsidentificatie.<br />
Privacy en autonomie zijn in onze maatschappij<br />
zeer belangrijke waarden, wordt daarmee<br />
rekening gehouden bij de ontwikkeling van<br />
producten? En in hoeverre? Hetzelfde geldt
een feit<br />
voor ontwikkelingen binnen de nanotechnologie<br />
en bij BMT, daar gelden die waarden<br />
evenzeer.’<br />
Meijers: ‘Ook in het algemeen zie je dat de<br />
aandacht voor ethische zaken toeneemt, want<br />
de huidige technische ontwikkelingen zetten<br />
sommige morele kwesties op scherp. Een<br />
complicerende factor is dat er na de ontzuiling<br />
geen gemeenschappelijk of vanzelfsprekend<br />
kader meer is; iedereen is veel individualistischer<br />
geworden. Sommigen maken zich<br />
druk over privacy op internet, zoals adressen<br />
die je op websites achterlaat, anderen minder<br />
of niet. Maar welke risico’s wil je nemen,<br />
hoe belangrijk is die vrijheid? Daar is geen<br />
consensus meer over.’<br />
De afdelingen filosofie van de TU/e en de<br />
TU Delft werken al zo’n vijf jaar samen,<br />
ook op het gebied van onderzoek. Op dit<br />
moment werken drie onderzoekers zowel in<br />
Delft als in <strong>Eindhoven</strong>. Samenwerking betekent<br />
schaalvergroting voor beide afdelingen,<br />
die relatief klein zijn ten opzichte van faculteiten.<br />
Met de 3TU werd ook de <strong>Universiteit</strong><br />
Twente bij de samenwerking betrokken en<br />
zo ontstond het Centre for Ethics, dat in de<br />
universitaire wereld de grootste groep is<br />
die zich bezighoudt met de filosofie van de<br />
techniek.<br />
De gezamenlijke Colleges van Bestuur hebben<br />
anderhalf miljoen euro voor vijf jaar beschikbaar<br />
gesteld voor het centre. Het is de<br />
bedoeling om met dat geld meer geld voor<br />
onderzoek binnen te halen. Meijers gaat<br />
ervan uit dat bedrijven, maar ook NWO, geinteresseerd<br />
zijn in onderzoek naar ethische<br />
aspecten van de techniek: ‘Maatschappelijke<br />
inbedding en vertrouwen in de techniek<br />
wordt een steeds belangrijkere voorwaarde<br />
voor de implementatie van producten. Denk<br />
bijvoorbeeld aan kernenergie, genetisch gemanipuleerd<br />
voedsel, maar ook windenergie.<br />
Hoe beter je op reacties en potentiële<br />
problemen kunt anticiperen, hoe groter de<br />
kans van slagen een product heeft.’<br />
Illies: ‘Het bedrijfsleven heeft steeds meer<br />
behoefte aan mensen die ethisch problemen<br />
kunnen analyseren en oplossingen<br />
daarvoor kunnen vinden. Het opstellen<br />
van een ethische code is allang niet meer<br />
genoeg. Bovendien is dat vaak window<br />
dressing. Maar de economische noodzaak<br />
voor ethisch ondernemen neemt toe en<br />
mensen zijn kritisch genoeg om door een<br />
pr-praatje heen te kijken.’<br />
Voortraject<br />
Het fundamenteel en toegepast onderzoek<br />
binnen het centre zal gedaan worden door<br />
aio’s en postdocs. Er komt ook een internationale<br />
PhD-opleiding. Via workshops,<br />
seminars en congressen zal het onderzoek<br />
een rol gaan spelen in het publieke debat.<br />
Dat zelf overigens ook weer onderwerp<br />
van studie kan zijn. Meijers: ‘Je kunt leren<br />
van dingen uit het verleden, bijvoorbeeld<br />
door een analyse van de publieke debatten<br />
over kernenergie die in de jaren zeventig<br />
gevoerd werden. Je kunt niet alleen de argumenten<br />
analyseren, maar ook de emoties<br />
die er een rol bij spelen. Conclusies kun je<br />
Christian Illies (links) en Anthonie Meijers.<br />
dan – voorzichtig – doortrekken naar belangrijke<br />
thema’s van nu, zoals genetisch gemodificeerd<br />
voedsel.’ Kenmerkend voor het Centre<br />
for Ethics is dat het onderzoek wordt gedaan<br />
parallel aan het onderzoek van de Centres of<br />
Excellence van de 3TU. Aan de TU/e zal het<br />
onderzoek zich concentreren op sustainable<br />
energy, nano-biotechnology en hightech<br />
systemen. Zo kan er in een vroeg stadium<br />
onderzoek worden gedaan naar morele problemen<br />
die zich kunnen voordoen bij technologische<br />
ontwikkelingen. En die kunnen op<br />
hun beurt weer een rol spelen bij het verloop<br />
van het technologische onderzoek. Illies: ‘Je<br />
kunt nu al in het voortraject onderzoeken<br />
welke waarden en normen in het geding<br />
kunnen zijn. Neem de opslag en het vervoer<br />
van waterstof, een schone en veelbelovende<br />
energiebron. Wordt er in het voortraject rekening<br />
met risico’s gehouden, zo ja, welke en<br />
in hoeverre? Welke waarden worden daarbij<br />
gehanteerd? Vaak zijn die namelijk conflicterend:<br />
iets moet goedkoop zijn én duurzaam<br />
én veilig. Maar wat is veilig genoeg?’<br />
Naast toegepast onderzoek gaat het centre<br />
ook fundamenteel onderzoek doen. Illies:<br />
‘Het gaat om onderzoek naar algemene<br />
waarden en uitgangspunten. Neem de volgende<br />
vraag: Is respect voor het milieu goed<br />
omdat het een waarde in zichzelf is of alleen<br />
maar omdat het goed voor de mens is? Het<br />
antwoord maakt een groot verschil voor hoe<br />
je met het milieu omgaat.’ Een apart item is<br />
de regelgeving, die vaak ontbreekt of achterloopt<br />
bij nieuwe technische ontwikkelingen.<br />
Meijers is ervan overtuigd dat er op de departementen<br />
van ministeries zeker aandacht is<br />
voor ethische aspecten bij regelgeving.<br />
Wereldwijd<br />
Eind januari was de officiële opening van het<br />
Centre for Ethics in Den Haag. Daar komt<br />
een ‘campus’ waar ook het centre een kantoor<br />
krijgt. De campus is een initiatief van de<br />
TUD, de <strong>Universiteit</strong> Leiden en de gemeente<br />
Den Haag. Het moet een soort pied-à-terre<br />
voor de universiteiten worden, als een interface<br />
naar de beleidswereld. Zo wil men niet<br />
alleen bekendheid aan studies en onderzoek<br />
geven, maar ook opdrachten binnenhalen.<br />
Meijers denkt daarbij aan de ministeries van<br />
VROM, Justitie en Binnenlandse Zaken.<br />
Op dit moment worden de eerste aio’s geworven<br />
voor de PhD-opleiding. Meijers: ‘We adverteren<br />
wereldwijd want we willen de beste<br />
onderzoekers. Wij zoeken aio’s met een dubbele<br />
achtergrond, die filosofie en een technische<br />
studie hebben gecombineerd. Dat zijn<br />
vaak de betere studenten, ze spreken de taal<br />
van de onderzoeker en kunnen gemakkelijk<br />
zaken met elkaar in verband brengen.’<br />
M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 4 7
4 8<br />
a L U M N i<br />
A L U M N I V E R E N I g I N g VA N O N T W E R P E R S O P L E I D I N g O O T I<br />
Xootic link<br />
tussen generaties alumni<br />
Het netwerk levend houden. Dat is het belangrijkste<br />
doel van Xootic, de alumnivereniging van de<br />
Ontwerpersopleiding voor <strong>Technische</strong> Informatica (OOTI).<br />
‘Je krijgt bij OOTI vanaf de eerste dag een uitgebreid<br />
netwerk, daar hoef je niet eens veel voor te doen’, vertelt<br />
voorzitter Laci Posta. ‘Xootic maakt meteen contact en<br />
helpt graag. Waarom niet? Het kost niet veel tijd of geld.’<br />
De tweehonderd leden van de alumnivereniging komen<br />
uit twintig landen. Niet alleen uit Oost- en West-Europa<br />
maar ook uit China, Japan, India, Nepal, Afrika en de VS.<br />
Bij OOTI is doorgaans zestig tot zeventig procent van de<br />
ontwerpers in opleiding buitenlander. Dit jaar was dat<br />
aantal zelfs 75 procent. Volgens Posta komt een aantal<br />
van hen niet alleen vanwege de goede opleiding naar de<br />
TU/e, maar ook voor de ‘western experience’. Die overigens<br />
soms behoorlijk isolerend kan werken voor een<br />
buitenlandse IT’er alleen op een kamertje in een spacebox<br />
(kleine appartementen op de TU/e-campus – red.)<br />
Iedereen die de opleiding doet is automatisch aspirant-lid<br />
van de vereniging, na het afstuderen kunnen ze een volwaardig<br />
lid van Xootic worden.<br />
Kennis doorgeven<br />
Voorzitter Posta is een Roemeen en woont al vijf jaar in<br />
Nederland. Na zijn tweejarige doctorale ontwerpersopleiding<br />
besloot hij een baan te aanvaarden bij Verum, een<br />
klein softwarebedrijf dat zich bezighoudt met ‘validatie’,<br />
ofwel het vóór implementatie voorspellen of en hoe een<br />
systeem zal functioneren. Hij heeft zijn vrouw naar<br />
Nederland over laten komen. Laci Posta wil graag blijven,<br />
net als veel van zijn OOTI-collega’s. Zeker nog een jaar of<br />
vijf. Maar voor de toekomst kan hij zich ook voorstellen<br />
dat hij in Roemenië aan de universiteit zou gaan werken.<br />
‘Ik wil graag de kennis doorgeven in mijn land, waar ze<br />
zo hard nodig is’, vertelt hij. ‘Ik woon en werk hier met<br />
plezier, maar ik mis ook mijn familie en vrienden in<br />
Roemenië.’<br />
Xootic is voor veel buitenlandse software-ontwerpers dan<br />
ook het begin van een Nederlandse vriendenkring én<br />
werkkring. Een actieve groep van ongeveer twintig mensen<br />
organiseert een grote hoeveelheid activiteiten, zowel<br />
in de vrijetijdssfeer als op informatief vlak. Een keer per<br />
jaar is er een grootschalige activiteit, de zogenaamde<br />
M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />
F OTO : B a R T v a N O v e R B e e k e<br />
X-day. In het verleden brachten de ontwerpers bezoeken<br />
aan steden, gingen skiën, mountainbiken, snowboarden,<br />
zeilen, bowlen, kanoën en grotten bezoeken. ‘Het moeten<br />
vooral dingen zijn die je normaal niet doet, iets extreems<br />
waar je samen mee bezig bent’, vertelt Posta.<br />
Ondersteuning<br />
Xootic houdt ook contact met een brede kring werkgevers<br />
waar stages en projecten gedaan kunnen worden. Soms<br />
zoekt een bedrijf via het Xootic-netwerk naar een persoon<br />
of een onderneming met een bepaalde specialisatie. Soms<br />
vindt een Xootic-lid via het netwerk een nieuwe baan of<br />
informatie waar hij of zij naar op zoek was. ‘We hebben<br />
een netwerk van partners en sponsors die ons ondersteu-
nen op allerlei manieren. Bedrijven krijgen via ons mogelijkheden<br />
voor marketing en publicity. Dat levert hen ook<br />
wat op.’ Ook de opleiding ondersteunt de activiteiten met<br />
bijvoorbeeld hulp bij de administratie.<br />
Symposium en nieuwsbrief<br />
Leden van de Xootic alumnivereniging zien elkaar vergeleken<br />
met andere verenigingen erg vaak. ‘We houden niet<br />
alleen schriftelijk contact met elkaar, we ontmoeten elkaar<br />
verschillende keren per jaar. Bij een lezing, een etentje of<br />
een andere activiteit. Elke maand is er wel iets te doen’,<br />
zegt Posta. Naast de gebruikelijke activiteiten, organiseert<br />
Xootic elke vijf jaar een symposium over nieuwe ontwikkelingen<br />
in software technologie. Elke twee jaar is er een<br />
Laci Posta te midden van andere leden van Xootic.<br />
uitgebreide enquête onder de alumni over waar ze terecht<br />
zijn gekomen in hun werk en om de gegevens up-to-date<br />
te houden. ‘We willen graag weten hoe onze kennis in de<br />
industrie wordt gewaardeerd. Wat moet OOTI beter doen,<br />
wat doen ze goed? Maken mensen makkelijker carrière<br />
vanwege OOTI?’, aldus Posta.<br />
Een groep leden verzorgt twee keer per jaar een nieuwsbrief<br />
en houdt de website bij. Eens per jaar maakt Xootic<br />
een ‘technical magazine’. ‘Als voorzitter houd ik het overzicht<br />
over de administratie en alles wat we doen. Ik ben<br />
al drie jaar voorzitter, en dat bevalt me wel. Xootic is een<br />
link tussen de generaties afstudeerders. Het is goed om<br />
te weten wat er bij OOTI gebeurt. De vereniging werd in<br />
1990 opgericht en een aantal van de mensen van het eerste<br />
uur is nog lid, waaronder de eerste voorzitter.’<br />
Meer informatie over deze alumnivereniging van de postdoctorale<br />
ontwerpersopleiding Software Technology is te<br />
vinden op www.xootic.nl.<br />
M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 4 9
F oTo : G e e r T v a n K e s T e r e n<br />
5 0<br />
service<br />
nieuws<br />
nIeuw logo voor<br />
vIruSFeStIvAl<br />
Een ontwerp van Ferdy Remijn, vierdejaars student<br />
aan Sint Lucas te Boxtel, is begin februari<br />
uitgekozen als het logo voor het Virus Festival<br />
2007, dat zondag 3 juni plaatsvindt op de campus<br />
van de TU/e. Van tien bands zijn inmiddels<br />
de namen bekend. Vijf daarvan hebben hun<br />
roots in Brabant: LEFT (rock), Autonon (alternatieve<br />
digitale muziek van Peter van Drunen),<br />
The Eaves (piano, elektrische en akoestische<br />
gitaar), Woody & Paul (blues) en MC Drama<br />
(rap). Daarnaast staan ook Melomanics (divers),<br />
Commodore 64 Orchestra (combinatie van<br />
nieuwe media, gaming en klassieke muziek),<br />
About (electronic pop), Jason Forrest (breakcore)<br />
en AuxRaus (happyhardcorepunk) op de rol. Die<br />
laatstgenoemde band wordt wellicht de afsluiter<br />
van de Virus-editie van dit jaar.<br />
eIndhoven StudentenStAd<br />
De TU/e wil dit jaar een actieplan klaar hebben<br />
ter versterking van de positionering en profilering<br />
van <strong>Eindhoven</strong> als studentenstad. Het plan<br />
moet samen met Fontys, de gemeente <strong>Eindhoven</strong><br />
en studentenverenigingen tot stand komen. Dit<br />
staat te lezen in de Bestuurlijke Agenda van het<br />
College van Bestuur voor 2007. Een beleidsmedewerker<br />
van de universiteit is benoemd<br />
als coördinator en gaat werken aan een visie,<br />
beleid en een actieprogramma. Hierover zijn al<br />
Het nieuwe<br />
logo van het<br />
Virusfestival dat<br />
dit jaar op zondag<br />
3 juni plaatsvindt.<br />
Fototentoonstelling op de TU/e-campus<br />
20-01-04, Iraq, Samara is de titel van deze foto die onderdeel uitmaakt<br />
van de fototentoonstelling Why Mister, Why? in het Hoofdgebouw van<br />
de TU/e van 3 april t/m 4 mei.<br />
M A T R I x / 1 / 2 0 0 7<br />
gesprekken gevoerd met zowel de verantwoordelijk<br />
wethouder als met ambtenaren van de<br />
gemeente. Ook is er al gepraat met studenten.<br />
Het doel is dat zowel de universiteit als de gemeente<br />
tot concrete acties komen, zo staat te<br />
lezen in een memo over de te maken plannen.<br />
Daarin staat ook dat wat de universiteit betreft<br />
‘vervlechting’ een sleutelwoord is. De TU/e zou<br />
nadrukkelijker aanwezig moeten zijn in de promotie<br />
van de stad <strong>Eindhoven</strong>, en de stad zou een<br />
grotere rol moeten spelen in de uitingen van de<br />
universiteit. Het initiatief van de TU/e moet de<br />
gemeente een duwtje in de juiste richting geven.<br />
Volgens universiteitssecretaris ir. Harry Roumen<br />
heeft de gemeente recent een projectleider<br />
Bravo Compagny<br />
1/8 Infantry on a<br />
raid after a tip off<br />
by an informant.<br />
The tip was not<br />
correct, though<br />
one person was<br />
arrested, as he<br />
knew the suspects<br />
hide out.<br />
aangewezen die zich met het thema ‘<strong>Eindhoven</strong><br />
studentenstad’ gaat bezighouden.<br />
Koonen Ieee Fellow<br />
Prof.ir. Ton Koonen, leerstoelhouder van de<br />
groep Electro-Optische Communicatie van de<br />
faculteit Elektrotechniek is door beroepsorgani-<br />
satie IEEE benoemd tot ‘Fellow’. Koonen werkte<br />
eerder bij Lucent Technologies in Huizen en werd<br />
in 1998 als de eerste niet-Amerikaan benoemd<br />
tot ‘Bell Labs Fellow’. Hij krijgt de IEEE-onder-<br />
scheiding voor zijn prestaties op het gebied van<br />
access systems. Dit zijn de netwerken die thuis-<br />
netwerken aan het grotere glasvezelnet knopen.<br />
Bij de faculteit Elektrotechniek hebben nu vier<br />
‘voltijders’ een IEEE Fellow-onderscheiding.<br />
Naast Koonen zijn dat prof.dr.ir. Meint Smit,<br />
prof.ir. Djan Khoe en dr.ir. Frans Willems. In de<br />
‘Fellow Class of 2007’ heeft bij Elektrotechniek<br />
ook een aantal deeltijdhoogleraren IEEE Fellow-<br />
onderscheidingen gekregen. Het betreft hier<br />
prof.dr. Ronald Aarts, prof.dr.ir. Peter de With en<br />
prof.dr.ir. Roel Baets.<br />
BenoemIng BIj eAmBeS<br />
Prof.dr. Dick Slaaf, deeltijdhoogleraar Vital<br />
microscopy and imaging van de faculteit BMT,<br />
is gekozen als secretaris-generaal van EAMBES<br />
(European Alliance for Medical and Biological<br />
Engineering & Science). De organisatie<br />
brengt het belang van de biomedische ingenieurswetenschappen<br />
onder de aandacht van<br />
de Europese politiek in Brussel en coördineert<br />
Biomedical Engineering in Europa. Het doel van
F oTo : p e T e r c o x<br />
EAMBES is onder andere Europese subsidies<br />
te verwerven voor biomedisch technologische<br />
onderzoeksprojecten die de gezondheid en het<br />
welzijn bevorderen.<br />
tu/e-AlumnuS ontwerpt<br />
pAvIljoen voor expo 2010<br />
Een ‘achtbaan-te-voet’, zo typeert TU/ealumnus<br />
ir. John Körmeling zijn ontwerp<br />
voor het Nederlandse paviljoen op de<br />
Wereldtentoonstelling van 2010, in Shanghai. De<br />
beoordelingscommissie, met als voorzitter rijksbouwmeester<br />
ir. Mels Crouwel, vond zijn ontwerp,<br />
met de naam ‘Happy Street’, het beste van de<br />
zes geselecteerde kandidaten. Bij het project zijn<br />
medewerkers van de TU/e-faculteit Bouwkunde<br />
betrokken. Het plan van Körmeling behelst een<br />
slingerende weg op poten. Aan die weg liggen<br />
huisjes waarin de exposities staan, die het<br />
beeld van de Nederlandse ‘creatieve economie’<br />
moeten gaan uitdragen. Kunstenaar Körmeling<br />
denkt hierbij aan huisjes met elk een verschillende<br />
architectonische stijl uit de Nederlandse<br />
architectuurtraditie. De basis van het idee is<br />
het thema van de Expo: ‘Better City, Better Life’.<br />
Daarom heeft het paviljoen zelf de vorm van een<br />
‘city’. Happy Street moet een feestelijke attractie<br />
worden, wat de kunstenaar betreft. De geschatte<br />
bouwkosten bedragen tien miljoen euro.<br />
unIverSIteItSFondS<br />
SponSort mASterclASS<br />
Het <strong>Universiteit</strong>sfonds <strong>Eindhoven</strong> (UFe) sponsort<br />
de Masterclass die de faculteit Wiskunde op 5<br />
april a.s. organiseert voor leerlingen van 5 en 6<br />
vwo. De sponsorgelden zijn bijeengebracht door<br />
alumni via de verkoop van de Wiskunde cd-rom<br />
met wiskunde dictaten van 1956-1982.<br />
Wilt u alsnog in het bezit komen van deze cdrom?<br />
Surf naar http://www.tue.nl/alumnus en<br />
klik op ‘bestellen Wiskunde CD’.<br />
agenda<br />
3 april t/m 4 mei, 9.00 – 18.00 uur,<br />
Hoofdgebouw TU/e: Fototentoonstelling Why<br />
Mister, Why? Foto’s van Geert van Kesteren over de<br />
Amerikaanse invasie in Irak. Op zaterdag en zondag<br />
van 12.00 – 17.00 uur geopend.<br />
3 april, 10.00 – 18.00 uur, Kennedytoren<br />
<strong>Eindhoven</strong>: Brainport Embedded House Day, speciaal<br />
voor ondernemers in het MKB. Meer informatie: www.<br />
unitedbrains.nl, ga naar agenda. De toegang is gratis.<br />
12 april, 07.45 uur, Hoofdgebouw TU/e:<br />
Ontbijtsessie getiteld ‘Oplossingen met wiskundige<br />
modellen’ met gastheren prof.dr.ir. Bob Mattheij en<br />
prof.dr. Anton Stoorvogel van de faculteit Wiskunde<br />
en Informatica. Meer informatie en aanmelden:<br />
www.tue.nl/ondernemen of www.kennispoort.nl.<br />
23 april, vanaf 9.00 uur, Hoofdgebouw<br />
TU/e: Voorlichtingsdag voor vwo’ers. Leerlingen<br />
van 4, 5 en 6 vwo kunnen twee opleidingen van de<br />
TU/e bezoeken. Meer informatie en aanmelden via<br />
www.tue.nl/studievoorlichting.<br />
24 april, 16.00 – 18.00 uur, TNO Industrie<br />
en Techniek, TU/e-campus: Lezing in het kader van<br />
‘Samen innoveren’ van Philip de Goey en Rik Baert<br />
over nieuwe, schone, zuinige verbrandingsconcep-<br />
ten zoals Premixed Charge Compression Ignition<br />
(PCCI). Meer informatie en aanmelden: www.tue.<br />
nl/ondernemen, klik op ‘Samen innoveren’ of kijk<br />
op www.bzw.nl.<br />
26 april, 17.00 uur, Vergaderzaal<br />
Kennispoort: Technologielezing ‘Beelddiagnose<br />
met de computer: afkijken van het brein’ van<br />
prof.dr.ir. Bart ter Haar Romeny van de faculteit<br />
Biomedische Technologie. Meer informatie<br />
en aanmelden: www.tue.nl/ondernemen of<br />
www.kennispoort.nl.<br />
10 mei, 07.45 uur, Gebouw Helix op de<br />
TU/e-campus: Ontbijtsessie getiteld ‘Chemie<br />
en technologie’ met gastheer prof.dr.ir. Hans<br />
Niemantsverdriet van de faculteit Scheikundige<br />
Technologie. Meer informatie en aanmelden:<br />
www.tue.nl/ondernemen of www.kennispoort.nl.<br />
25 mei, TU/e-Auditorium: Intreerede van<br />
prof.dr. Jan de Jonge van de faculteit Technologie<br />
Management. Voor meer informatie: www.tue.nl,<br />
ga naar agenda.<br />
3 juni, <strong>Universiteit</strong>sterrein TU/e: Virusfestival.<br />
Met optredens van verschillende muziekgroepen.<br />
Meer informatie: www.virusfestival.nl.<br />
5 juni, Hoofdgebouw TU/e: Late beslissersdag voor<br />
6 vwo’ers die een technische studie willen gaan volgen,<br />
maar nog niet weten welke. Er kan één opleiding be-<br />
zocht worden. Meer informatie en aanmelden kan via<br />
www.tue.nl/studievoorlichting.<br />
7 juni, 07.45 uur, Gebouw Paviljoen van de<br />
TU/e: Ontbijtsessie getiteld ‘Innovatiekracht bundelen’<br />
met gastheer prof.dr. Sytse Douma van de faculteit<br />
Technologie Management. Meer informatie en aanmel-<br />
den: www.tue.nl/ondernemen of www.kennispoort.nl.<br />
8 juni, 16.00 uur, TU/e-Auditorium: Intreerede<br />
van prof.dr.ir. Henk Swagten van de faculteit <strong>Technische</strong><br />
Natuurkunde. Voor meer informatie: www.tue.nl, ga<br />
naar agenda.<br />
15 juni, 16.00 uur, TU/e-Auditorium:<br />
Afscheidscollege van prof.dr.ir. Dick van Campen van<br />
de faculteit Werktuigbouwkunde. Voor meer informatie:<br />
www.tue.nl, ga naar agenda.<br />
19 juni, 16.00 – 18.00 uur, Gebouw<br />
Kennispoort op de TU/e-campus: Lezing in het kader<br />
van ‘Samen innoveren’ met Henk Corporaal van de TU/e<br />
en Jo de Boeck van het Holst Centre over netwerken<br />
van draadloze microsystemen. Meer informatie en aanmelden<br />
via www.tue.nl/ondernemen, klik op ‘Samen<br />
innoveren’ of kijk op www.bzw.nl.<br />
22 juni, 16.00 uur, TU/e-Auditorium: Intreerede<br />
van prof.dr. Dieter Armbruster van de faculteit<br />
Werktuigbouwkunde. Voor meer informatie: www.tue.nl,<br />
ga naar agenda.<br />
26 juni, Faculteit Elektrotechniek: Super TU/esday<br />
met als thema: ‘Elektrotechniek al basis voor duurzame<br />
energieontwikkeling.’<br />
Meer informatie: www.ele.tue.nl/nl/.<br />
29 juni, 16.00 uur, TU/e-Auditorium: Intreerede<br />
van prof.dr. Paul Koenraad van de faculteit <strong>Technische</strong><br />
Natuurkunde. Voor meer informatie: www.tue.nl, ga<br />
naar agenda.<br />
M A T R I x / 1 / 2 0 0 7<br />
5 1
<strong>Technische</strong> <strong>Universiteit</strong> <strong>Eindhoven</strong><br />
Den Dolech 2<br />
Postbus 513<br />
5600 MB <strong>Eindhoven</strong><br />
Telefoon (040) 247 91 11<br />
e-mail: voorlichting@tue.nl<br />
Internet: http://www.tue.nl<br />
Anton van Steenhoven<br />
Samenwerken<br />
met jonge<br />
mensen blijft<br />
een uitdaging