21.08.2013 Views

Productie - Technische Universiteit Eindhoven

Productie - Technische Universiteit Eindhoven

Productie - Technische Universiteit Eindhoven

SHOW MORE
SHOW LESS

Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!

Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.

M AT R ix<br />

k w a r T a a l b l a d v a n d e T e c h n i s c h e U n i v e r s i T e i T e i n d h o v e n<br />

3TU.federaTie officieel van sTarT gegaan<br />

J a a r g a n g 1 4<br />

vo o r J a a r / 2 0 0 7<br />

<strong>Productie</strong><br />

flexibele<br />

zonnecellen<br />

nieUw onderwiJsinsTiTUUT samen meT fonTys hogescholen<br />

meTen van driedimensionale obJecTen op nanoschaal


<strong>Technische</strong> <strong>Universiteit</strong><br />

<strong>Eindhoven</strong><br />

Communicatie Service<br />

Centrum<br />

Postbus 513<br />

5600 MB <strong>Eindhoven</strong><br />

homepage: http://www.tue.nl<br />

e-mail: matrix@tue.nl<br />

Hoofdredactie<br />

Drs. Han Konings<br />

Telefoon (040) 247 33 30/<br />

247 29 61<br />

Telefax (040) 245 60 33<br />

Informatie over adverteren<br />

H&J Uitgevers<br />

Telefoon (010) 451 55 10<br />

Telefax (010) 451 53 80<br />

Medewerkers aan dit nummer<br />

Cora van den Berg<br />

Chris van de Graaf<br />

Joep Huiskamp<br />

Paula van de Riet<br />

Gerard Verhoogt<br />

Jim Heirbaut<br />

Marianne Vincken<br />

Enith Vlooswijk<br />

Eindredactie en coördinatie<br />

Communicatiebureau<br />

Corine Legdeur<br />

Foto’s en illustraties<br />

Peter Cox<br />

Vincent van den Hoogen<br />

Rien Meulman<br />

OGC<br />

Bart van Overbeeke<br />

Sam Rentmeester<br />

Bram Saeys<br />

Rob Stork<br />

Basisvormgeving<br />

Proforma,<br />

grafisch ontwerp & advies, bno<br />

Vormgeving<br />

Onnink Grafische Comm. bv,<br />

Oudenbosch<br />

Druk<br />

E.M. de Jong, Baarle-Nassau<br />

Redactieadviesgroep<br />

Mr.drs. B.C. Donders<br />

Drs. W.F. Gaasendam<br />

Prof.dr.ir. G.M.W. Kroesen<br />

Prof.dr. L.H.J. Verhoef<br />

Ir. W. Wagemans<br />

Matrix wordt gemaakt door het<br />

Communicatie Service Centrum<br />

van de TU/e en verschijnt vier<br />

keer per jaar. Het blad wordt<br />

(na schriftelijk verzoek) kosteloos<br />

toegezonden aan TU/eingenieurs<br />

en aan een scala<br />

van andere, externe relaties.<br />

Gehele of gedeeltelijke<br />

overname van artikelen uit<br />

Matrix is alleen toegestaan<br />

na overleg met de redactie en<br />

met bronvermelding. Voor het<br />

gebruik van de foto’s of andere<br />

illustraties is toestemming van<br />

de maker nodig.<br />

Het eerstvolgende nummer van<br />

Matrix verschijnt in juni 2007.<br />

2<br />

Colofon<br />

ISSN 1380-247X<br />

M a T R I X / 1 / 2 0 0 7<br />

F oto : b a rt va n o v e r b e e k e<br />

T U/ e - C O N G R E S T I P<br />

(14e) Applied Probability Society of INFORMS Conference<br />

Sharmistha<br />

Bhattacharyya<br />

Datum:<br />

Van 9 tot en met 11 juli 2007.<br />

Plaats:<br />

TU/e-auditorium.<br />

Inhoud:<br />

‘INFORMS applied Probability’ is een tweejaarlijks internationaal<br />

congres op het gebied van de kansrekening en haar toepassing.<br />

Traditioneel ligt hierbij de nadruk op toepassingen van de stochastiek<br />

binnen de mathematische besliskunde, bijvoorbeeld de<br />

optimalisering van logistieke netwerken waarin onzekerheid een<br />

rol speelt, de controle van voorraadsystemen, en de prestatie-analyse<br />

van communicatienetwerken.<br />

Doelgroep:<br />

academici werkzaam op het gebied van de toegepaste kansrekening.<br />

Organisatie:<br />

EURaNDOM, wiskundig onderzoeksinstituut opgericht door NWO<br />

en TU/e.<br />

Meer informatie en aanmelden:<br />

http://appliedprob.society.informs.org/INFORMS2007/Index.html<br />

Sluitstuk<br />

Afstudeerders vertellen over hun afstudeeronderzoek<br />

Sharmistha Bhattacharyya rondde recent als eerste haar<br />

masteropleiding Sustainable Energy Technology af. Zij<br />

onderzocht de invloed van duurzame energiebronnen op de<br />

betrouwbaarheid en kwaliteit van het elektriciteitsnet.<br />

Wat houdt je afstudeerwerk in? ‘Om de CO 2-uitstoot terug te dringen, zal er meer<br />

windenergie en zonne-energie worden ingezet. De elektriciteitsproductie wordt<br />

dus gedecentraliseerd.Traditionele elektriciteitscentrales kunnen inspelen op de<br />

vraag: wanneer er meer energie nodig is, produceren ze meer. Bij windmolens of<br />

zonnecellen gaat dat niet. Om de netkwaliteit te waarborgen, zul je bijvoorbeeld<br />

geproduceerde energie moeten kunnen opslaan. In mijn opdracht heb ik uitgezocht<br />

hoeveel opslag nodig is en op welke plekken in het netwerk je die moet inzetten.<br />

Ik heb me op een klein deel geconcentreerd en een simulatiemodel ontwikkeld<br />

waarmee je de kwaliteit van gedecentraliseerde energienetwerken en hun invloed<br />

op het centrale elektriciteitsnet kunt berekenen. Het blijkt dat de inzet van opslag de<br />

betrouwbaarheid en kwaliteit flink verbetert.’<br />

Wat doe je nu? ‘Inmiddels werk ik aan een promotieproject op hetzelfde gebied:<br />

duurzame energiebronnen beïnvloeden de spanningskwaliteit van het net.<br />

Computers en andere apparatuur kunnen niet tegen grote fluctuaties. Ik onderzoek<br />

of je beter kunt investeren in een stabieler elektriciteitsnet of in minder gevoelige<br />

elektronische apparatuur.’


Op de cover:<br />

Dr.ir. Menno van den<br />

Donker verbeterde het<br />

productieproces van<br />

microkristallijn silicium.<br />

Lees verder op pagina 18.<br />

Foto: Bart van Overbeeke<br />

4<br />

12<br />

22<br />

inhoud<br />

b E l E I d<br />

3TU.Federatie<br />

2 6<br />

3 0<br />

De federatie van de drie technische universiteiten in Nederland is sinds<br />

begin februari een feit. Onder de noemer 3TU.Federatie gaan de TU Delft, de<br />

TU <strong>Eindhoven</strong> en de <strong>Universiteit</strong> Twente de concurrentie aan met het buitenland.<br />

O N d E R w I j S<br />

Nieuw onderwijsinstituut samen met Fontys<br />

De <strong>Eindhoven</strong> School of Education. Zo heet het nieuwe onderwijsinstituut,<br />

een samenwerking tussen de TU/e en Fontys Hogescholen, dat vorig jaar van<br />

start is gegaan. Het herbergt de lerarenopleiding nieuwe stijl én promovendi<br />

die onderzoek doen op het gebied van onderwijswetenschap en -innovatie.<br />

O N d E R z O E k<br />

Vervuild gas zuiveren: een kwestie van vertalen<br />

Een technologie bedenken is één ding, een systeem bouwen dat het ook nog<br />

doet, is andere koek. Promovendus Ralph van Wissen moest bewijzen dat<br />

een nieuw centrifugesysteem om aardgas te zuiveren uiteindelijk toepasbaar<br />

en rendabel is voor de gasindustrie.<br />

vONk<br />

Hoogleraar van de interfacultaire samenwerking/ Samenwerken met<br />

onderzoekers uit verschillende disciplines vindt hij het leukste wat er<br />

is. Vorig jaar was Anton van Steenhoven een van de initiatiefnemers<br />

van MiTS, een uitdagend interdisciplinair project op het gebied van<br />

microtransportsystemen.<br />

ONdERzOEk<br />

Gaan we naast belminuten ook mobiliteitkilometers kopen?/ De<br />

Stichting Natuur en Milieu formuleerde de uitgangspunten en vroeg de<br />

drie technische universiteiten de uitvoering van het project ‘Auto in de<br />

toekomst’ voor hun rekening te nemen. Hoe gaan wij in 2020 om met<br />

mobiliteit? Op de AutoRAI zijn eind maart de resultaten te zien.<br />

en verder in dit nummer<br />

• TU/e in de pers / 7 • In gesprek met Pauline Krikke, lid van de Raad van<br />

Toezicht van de TU/e / 8 • Nieuws bedrijfsleven / 11 • Op stage / 14 • Nieuws<br />

over onderwijs / 16 • Nieuws over onderzoek/ 24 • Nieuws over alumni / 29<br />

• Knutselen met fluorescerende eiwitten / 34 • Steeds op zoek naar nieuwe<br />

markten / 36 • TU/e gooit deur open voor bouw /38 • Tasten op nanoschaal/40<br />

• Ingenieur in wonen / 42 • Ontwerper in opleiding / 45 • 3TU.<br />

Centre for Ethics / 46 • Xootic link tussen generaties alumni / 48 • agenda<br />

en service-rubriek /50<br />

M a T R I X / 1 / 2 0 0 7 3


4<br />

XBX EX LXE XI XD X X X X X<br />

F OTO : B a r T v a N O v E r B E E k E<br />

De federatie van de drie technische universiteiten in Nederland is sinds begin februari een feit.<br />

Onder de noemer 3TU.Federatie gaan de TU Delft, de TU <strong>Eindhoven</strong> en de <strong>Universiteit</strong> Twente de<br />

concurrentie aan met het buitenland. ‘We staan nog aan het begin, maar er zit spirit in’, zo meent<br />

ook Laurent Nelissen, voorzitter van de <strong>Eindhoven</strong>se universiteitsraad.<br />

D e p a p i e r e n t i j g e r b e g i n t t e b e w e g e n<br />

3TU.Federatie<br />

Het heeft even geduurd, maar begin februari<br />

was het dan zo ver: drie jaar nadat de<br />

plannen voor het eerst op schrift werden<br />

gesteld, zetten de voorzitters van de drie<br />

technische universiteiten hun handtekening<br />

onder de gemeenschappelijke<br />

regeling 3tU.Federatie. Daarmee is de federatie<br />

definitief een feit. en de stemming<br />

zit erin, zo blijkt tijdens een rondgang op<br />

M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

de drie instellingen langs enkele personen<br />

die nauw betrokken zijn bij het integratieproces.<br />

‘De papieren tijger begint eindelijk<br />

te bewegen’, stelt Kees Daleboudt, voorzitter<br />

van de ondernemingsraad in Delft,<br />

tevreden vast. ‘we hebben vertrouwen in<br />

het proces’, meldt universiteitsraadvoorzitter<br />

Dick Meijer vanuit enschede. en zijn<br />

collega in eindhoven, Laurent nelissen,<br />

meent: ‘we staan nog aan het begin, maar<br />

er zit spirit in.’<br />

Smartmix<br />

Dat is wel eens anders geweest. na een<br />

ambitieuze start in 2004 zakte het enthousiasme<br />

voor de federatievorming begin<br />

2005 volledig weg. De drie universiteiten<br />

hadden gehoopt dat hun vooruitstrevende


plannen, die 210 miljoen euro moesten<br />

gaan kosten, de overheid zouden bewegen<br />

tot het verstrekken van een flinke subsidie.<br />

Maar het ministerie van Onderwijs kwam<br />

aanvankelijk met ‘slechts’ zes miljoen over<br />

de brug. pas nadat de instellingen medio<br />

2005 uitzicht hadden gekregen op nog<br />

eens vijftig miljoen, nam de bereidheid<br />

om knopen door te hakken weer toe. Dat<br />

moest ook wel, want het kabinet stelde als<br />

voorwaarde voor de toekenning van het<br />

geld dat de federatie er al in 2007 moest<br />

zijn, in plaats van in 2010, zoals eerder de<br />

bedoeling was.<br />

Vijftig miljoen euro is natuurlijk nog altijd<br />

slechts een kleine kwart van wat in 2004<br />

als benodigde geldsom werd becijferd.<br />

toch zijn de betrokkenen bij de officiële<br />

start optimistisch over wat de federatie kan<br />

gaan betekenen. Dat komt onder meer, zo<br />

legt beleidsmedewerker ben Donders van<br />

de tU/e uit, doordat de samenwerking<br />

ook geld binnen brengt ‘dat niet direct<br />

een 3tU-label heeft’. ‘neem de Smartmix<br />

van de ministeries van Onderwijs en<br />

economische Zaken. Dat zijn subsidiegelden<br />

die worden toegekend aan samen-<br />

F OTO : B a r T v a N O v E r B E E k E<br />

Hoe de 3TU.Federatie tot stand kwam<br />

Februari 2004: In het sectorplan Slagkracht<br />

in innovatie! formuleren de TU Delft,<br />

de TU <strong>Eindhoven</strong> en de <strong>Universiteit</strong> Twente<br />

voor het eerst de ambitie om in 2010 te<br />

komen tot een federatie van technische<br />

universiteiten.<br />

Maart 2004: Staatssecretaris Nijs van<br />

OCW is enthousiast over de plannen, maar<br />

legt niet de gevraagde 210 miljoen euro<br />

op tafel.<br />

Augustus 2004: OCW maakt alsnog zes<br />

miljoen voor de federatieplannen vrij. Het<br />

geld is bedoeld voor het samenbrengen<br />

van gezamenlijke masteropleidingen van<br />

de drie TU’s in een Graduate School.<br />

Januari 2005: Collegevoorzitters en leiders<br />

van de medezeggenschapsorganen worden<br />

het na maanden eens over de ‘gemeenschappelijke<br />

regeling’, de grondwet die de<br />

basis moet vormen voor de 3TU-samenwerking.<br />

Maar door het uitblijven van een<br />

substantiële financiële overheidsbijdrage<br />

ebt op de instellingen het enthousiasme<br />

voor 3TU weg.<br />

April 2005: In het ‘paasakkoord’ stelt het<br />

kabinet de TU’s vijftig miljoen euro voor de<br />

samenwerking in het vooruitzicht. voorwaarde<br />

is dat de federatie niet in 2010,<br />

maar al in 2007 haar beslag krijgt. De universiteiten<br />

moeten uiterlijk half december<br />

met concrete plannen komen.<br />

December 2005: De drie TU’s dienen hun<br />

plannen voor vérgaande samenwerking in.<br />

De collegevoorzitters van TU/e,<br />

TUD en UT bekijken samen de<br />

nieuwe 3TU-website.<br />

Op onderzoeksgebied zullen vijf Centres of<br />

Excellence worden gevormd, waarin onder<br />

leiding van tophoogleraren grensverleggend<br />

onderzoek moet worden verricht<br />

rond thema’s als duurzame energie en<br />

nanotechnologie.<br />

Februari 2006: De ministerraad stemt met<br />

de 3TU-plannen in; de universiteiten krijgen,<br />

verdeeld over vijf jaarlijkse tranches,<br />

vijftig miljoen euro voor de vorming van<br />

vijf Centres of Excellence.<br />

Maart 2006: De TU’s besluiten op eigen<br />

kosten een zesde Centre of Excellence te<br />

beginnen, dat zich moet gaan bezighouden<br />

met ethiek en technologie. aan het eind<br />

van de maand wordt de gezamenlijke website<br />

www.3tu.nl gelanceerd.<br />

April 2006: De TU’s stellen een commissie<br />

in die bekijkt in hoeverre een gezamenlijke<br />

bedrijfsvoering mogelijk is.<br />

September 2006: De eerste gezamenlijke<br />

masteropleidingen - Embedded Systems<br />

en Sustainable Energy Technology - gaan<br />

van start.<br />

Oktober 2006: Met paginagrote advertenties<br />

in binnen- en buitenlandse media<br />

begint de wervingscampagne voor dertig<br />

hoogleraren voor de Centres of Excellence.<br />

Januari 2007: De Stichting 3TU.Federatie,<br />

die de samenwerking vastlegt, wordt opgericht.<br />

De officiële start van de federatie<br />

wordt vastgesteld op 7 februari 2007.<br />

M A t r i X / 1 / 2 0 0 7 5


F OTO : S a M r E N T M E E S T E r<br />

B E L E i D<br />

werkingsverbanden. De drie tU’s zijn<br />

betrokken bij de helft van de zestien projectvoorstellen<br />

die verder mogen worden<br />

uitgewerkt. ik weet zeker dat het feit dat<br />

wij gezamenlijk in zulke projecten meedoen,<br />

een pre is bij de beoordeling door<br />

OCw/eZ.’<br />

Ook Hans van Luijk, collegevoorzitter in<br />

Delft, is positief gestemd over de impact<br />

die het samenwerkingsverband kan hebben.<br />

‘Financieel gezien is vijftig miljoen<br />

weinig, maar qua organisatieontwikkeling<br />

zet dat geld toch heel veel in beweging.<br />

Zonder die startsubsidie zouden we de<br />

Centres of excellence - een concrete mijlpaal<br />

- nooit zo snel hebben kunnen opzetten.<br />

Zo bezien is die vijftig miljoen een<br />

heel belangrijke injectie.’<br />

Zwaardere stem<br />

Zijn collega in twente, anne Flierman,<br />

denkt overigens dat er nog wel meer in<br />

het vat zit. ‘wij zijn nu aan zet om te laten<br />

zien dat de federatie werkt. als we daarin<br />

slagen, geeft ons dat een claim op geld,<br />

vind ik. en deze samenwerking moet ons<br />

ook een zwaardere stem in Den Haag<br />

opleveren. als 3tU straks iets zegt over<br />

bijvoorbeeld innovatie, dan ga ik ervan uit<br />

dat dat ook gezag heeft in Den Haag. als<br />

6 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

De ondertekening van de gemeenschappelijke Regeling 3TU.Federatie door vlnr Anne Flierman (UT),<br />

Hans van Luijk (TUD) en Amandus Lundqvist (TU/e).<br />

zij een europese topspeler willen, nou,<br />

dan moeten wij ook als zodanig behandeld<br />

worden.’<br />

Ook de eindhovense collegevoorzitter,<br />

amandus Lundqvist, gaat ervan uit dat de<br />

toegekende subsidie ‘geen eenmalige actie’<br />

was. ‘Over vijf jaar doen we een nieuw<br />

voorstel, voor uitbreiding van de huidige<br />

Centres of excellence, of voor nieuwe<br />

Centres of excellence. ik verwacht dat de<br />

overheid daar dan opnieuw in zal willen<br />

investeren.’<br />

Dat 3tU daadwerkelijk een internationale<br />

topspeler kan worden, daar lijkt niemand<br />

aan te twijfelen. ‘Zeker, we moeten daar<br />

nog aan werken’, geeft Van Luijk toe. ‘Maar<br />

op de europese ranglijsten doen de tU’s<br />

afzonderlijk het niet slecht; we zitten alle<br />

drie bij de eerste twintig. De logica vertelt<br />

je dan dat het bevorderend zal werken als<br />

je je capaciteiten bundelt. Kijk naar de<br />

Centres of excellence: in het onderzoek<br />

komt er een betere focus, meer massa, er<br />

gaat extra geld in, er komt internationaal<br />

toptalent bij. Het is een uitdaging voor<br />

3tU om te bewijzen dat met al die factoren<br />

een hogere positie op de ranglijsten<br />

mogelijk is. Lukt dat niet, dan hebben we<br />

gefaald.’<br />

aan de sfeer onderling zal het niet liggen.<br />

De collegevoorzitters, zo is op alle drie de<br />

universiteiten te horen, zijn de afgelopen<br />

twee jaar naar elkaar toegegroeid. en ook<br />

op lagere niveaus in de drie organisaties is<br />

samenwerking vanzelfsprekender geworden.<br />

tU/e-beleidsmedewerker Donders<br />

noemt als voorbeeld het zesde Centre of<br />

excellence, ethics and technology, dat<br />

eind januari officieel van start ging. ‘Dat<br />

is een idee geweest van de filosofen in de<br />

drie instellingen zelf. Zij zijn elkaar gaan<br />

opzoeken, hebben uit zichzelf gedacht: hoe<br />

kunnen wij nou gaan samenwerken? Die<br />

houding zie je bij steeds meer mensen.’<br />

Gezamenlijk actieplan<br />

Ook in de medezeggenschapsorganen<br />

heeft het zo gewerkt, vertellen vertegenwoordigers<br />

van alle drie de universiteiten.<br />

De eindhovense U-raadvoorzitter nelissen<br />

herinnert zich nog hoe het ‘vroeger’ ging<br />

als de medezeggenschapsorganen aanwezig<br />

mochten zijn bij een vergadering van<br />

de drie collegevoorzitters. ‘Dan kwamen we<br />

een halfuur van tevoren bij elkaar en dan<br />

begon iedereen zijn individuele punten<br />

op te noemen.’ Zo gaat het inmiddels niet<br />

meer. tegenwoordig is er een - weliswaar<br />

informeel - gezamenlijk medezeggenschapsorgaan.<br />

Onder de noemer 3tU.M


ontmoeten vertegenwoordigers uit Delft,<br />

eindhoven en enschede elkaar maandelijks.<br />

‘we stellen een gezamenlijk actieplan<br />

op, waarmee we vervolgens naar de<br />

Cvb-voorzitters toegaan’, vertelt nelissen.<br />

De maandelijkse bijeenkomsten hebben<br />

een gunstig effect gehad op de kwaliteit<br />

van de medezeggenschap, zeggen<br />

vertegenwoordigers van alle drie de universiteiten.<br />

Dat is een onvermoed effect<br />

van het 3tU-proces. want aanvankelijk<br />

was de angst dat medezeggenschap in<br />

een zo grote organisatie met zo’n aparte<br />

structuur, niet veel meer zou voorstellen.<br />

‘we waren bang dat de colleges zich op<br />

het absolute minimum van medezeggenschap<br />

zouden terugtrekken’, aldus<br />

Daleboudt (Or Delft). Maar dat is niet<br />

gebeurd. ‘Sterker nog’, vertelt Daleboudt,<br />

‘de verschillende medezeggenschapsorganen<br />

hebben elkaar met hun kennis en<br />

ervaringen kunnen helpen in gesprekken<br />

met het eigen college. goede processen<br />

TU/e in de pers<br />

berichten uit landelijke en regionale bladen<br />

‘HEt Ligt voor DE HAnD DAt<br />

EEn onDErnEMEr MEt zijn<br />

vrAAg EErst Bij DE KAMEr<br />

vAn KoopHAnDEL AAnKLopt.<br />

DAt is vErtrouwD tErrEin<br />

voor HEM.’<br />

Ir. WIm Bens, direc-<br />

teur innovation Lab tu/e,<br />

in het artikel ‘Midden- en<br />

kleinbedrijf ontdekt veel-<br />

zijdigheid van tu/e’ in<br />

het eIndhovens<br />

dagBlad van 19 januari<br />

2007.<br />

‘BEtEr onDErwijs<br />

nEDErLAnD is niEt DE<br />

vErEniging vAn ontEvrEDEn<br />

LEErKrAcHtEn.’<br />

Prof.dr.Ir. hans<br />

van duIjn, rector magni-<br />

ficus, in het artikel ‘ik voor-<br />

spel: het onderwijs gaat naar<br />

de verdommenis’, in nrC<br />

handelsBlad van 22<br />

januari 2007.<br />

‘DE nEDErLAnDsE ovErHEiD<br />

HEEft zicH zEEr onBEtrouw-<br />

BAAr gEtoonD tEn opzicHtE<br />

vAn invEstEErDErs in Duur-<br />

zAME EnErgiE.’<br />

Prof.dr. johan<br />

sChot, hoogleraar<br />

geschiedenis van de techniek<br />

in het artikel ‘Biobrandstof<br />

wil er niet in’ van de<br />

telegraaf van 14 februari<br />

2007.<br />

op de ene universiteit zijn zo, via ons gezamenlijke<br />

overleg, doorgesijpeld naar de<br />

andere instellingen.’<br />

Internationale profilering<br />

een en al goed nieuws dus. Zijn er dan helemaal<br />

geen kanttekeningen meer te plaatsen<br />

bij het integratieproces? toch wel. ‘De<br />

internationale profilering van 3tU wordt<br />

nog een lastige’, meent Daleboudt. ‘want<br />

we hebben elk internationaal een goede<br />

naam. we moeten enorm uitkijken dat we<br />

die niet overboord gooien.’<br />

Ook de bestuurders hebben niet een-tweedrie<br />

een oplossing voorhanden. ‘Dit onderwerp<br />

zal nog verdere discussie vergen’,<br />

zegt Flierman uit twente. en ook Van Luijk<br />

spreekt van een ‘lastig punt’. ‘Voorlopig<br />

blijven we voor marketingdoeleinden<br />

ieder ons eigen brand gebruiken.’ De<br />

eindhovense collegevoorzitter Lundqvist<br />

denkt dat het ‘merk’ 3tU vooral binnenlands<br />

zal worden gebruikt. ‘je moet je als<br />

‘DE HuiDigE trEnD LEiDt<br />

tot EEn ‘vEiLigHEiDscoM-<br />

MunisME’ wAArBij DE vEr-<br />

MEEnDE vEiLigHEiDsBELAngEn<br />

vAn HEt coLLEctiEf DE inDivi-<br />

DuELE vEiLigHEiDsBELAngEn<br />

En DAArvoor nooDzAKELijKE<br />

privAcy ovErstEMMEn.’<br />

Prof.dr. Bart<br />

jaCoBs, hoogleraar<br />

computerveiligheid, in<br />

het artikel ‘ons veiligheidscommunisme’<br />

in de<br />

volkskrant van 27<br />

januari 2007.<br />

‘wAt HEt ingEwiKKELD<br />

MAAKt, is DAt HEt pLAsMA<br />

LEttErLijK ongrijpBAAr is. jE<br />

Kunt HEt niEt BEEtpAKKEn.’<br />

Prof.dr.Ir.<br />

rIChard van der<br />

sanden, hoogleraar<br />

plasmatechnologie, in<br />

het artikel ‘Laseren van<br />

lastig plasma, in nrC<br />

handelsBlad van 9<br />

januari 2007.<br />

‘HEt nivEAu vAn DE HBo-<br />

AfgEstuDEErDEn BAArt ons<br />

zorgEn.’<br />

3tU profileren daar waar dat zinvol en toepasselijk<br />

is. Dat is het vooral in de contacten<br />

met de overheid en het bedrijfsleven.’<br />

Verder sluiten programma’s en roosters<br />

in de drie steden nog niet goed op elkaar<br />

aan, waardoor het voor studenten nog niet<br />

erg aantrekkelijk is om delen van hun<br />

studie op een van de andere universiteiten<br />

te volgen. ‘in beleidsstukken staan mooie<br />

woorden over samenwerking en afstemming’,<br />

zegt U-raadvoorzitter Meijer. ‘Maar<br />

in de praktijk constateren we dat zaken<br />

helemaal niet worden afgestemd. Op het<br />

punt van roosters bijvoorbeeld is men het<br />

afgelopen jaar zelfs meer uit de pas gaan<br />

lopen.’ Ook Daleboudt meent dat 3tU voor<br />

de student ‘nog onvoldoende meerwaarde<br />

oplevert’. Het zijn zaken die de komende<br />

tijd zullen moeten worden opgelost. Maar<br />

de wil daartoe lijkt overal aanwezig te zijn.<br />

Zoals Flierman het verwoordt: ‘ik merk<br />

overal het gevoel: er hangt iets in de lucht.<br />

iedereen wil erbij zijn.’<br />

M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

F OTO : B a r T v a N O v E r B E E k E<br />

Prof.dr.ir. Richard van der Sanden<br />

dr.Ir. Bram de<br />

kraker, opleidingsdirecteur<br />

opleiding<br />

werktuigbouwkunde, in het<br />

artikel ‘Minor als springplank<br />

naar master’ in de Cursor<br />

van 15 februari 2007.<br />

7


XI XN XGX EX SX PX rX EX kX<br />

X<br />

Pauline Krikke is<br />

onder de indruk<br />

van de veelzijdigheid<br />

van techniek.<br />

F OTO ’ S : B a r T v a N O v E r B E E k E<br />

p aU L i n e K r i K K e ,<br />

b U r g e M e e S t e r Va n a r n H e M<br />

L i D Va n D e r a a D Va n t O e Z i C H t<br />

Va n D e t U/ e<br />

‘Ondernemerschap<br />

verdient een plaats<br />

in het onderwijs’<br />

Een achtergrond in techniek heeft ze allerminst, maar ze geniet met volle teugen van de<br />

TU/e. En de TU/e van haar, want Pauline krikke heeft als lid van de raad van Toezicht in<br />

korte tijd het vertrouwen van de <strong>Universiteit</strong>sraad gewonnen. De huidige burgemeester van<br />

arnhem spreekt over de rol van inspraak aan de TU/e, vrouwen in de wetenschap en het<br />

belang van ondernemende studenten.<br />

De raad van toezicht (rvt) is belast met het toezicht<br />

op het bestuur en het beheer van een universiteit.<br />

Krikke heeft daarbij onder meer de contacten met de<br />

<strong>Universiteit</strong>sraad in haar portefeuille. Mogelijk vanwege<br />

het politieke karakter van de functie, want Krikke is een<br />

politica in hart en nieren. enkele jaren na een studie<br />

rechten aan de Vrije <strong>Universiteit</strong> van amsterdam, had<br />

ze tien jaar een eigen bedrijf en kwam ze daarna in de<br />

amsterdamse gemeenteraad. een functie die ze zes<br />

8 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

jaar bekleedde. ‘ik vind het belangrijk dat er vanuit alle<br />

geledingen inspraak is op de universiteit. ik heb daar natuurlijk<br />

affiniteit mee; ik heb hier in arnhem ook een gemeenteraad.<br />

Het is ook goed dat iemand uit de raad van<br />

toezicht contact heeft met de <strong>Universiteit</strong>sraad. ik moet<br />

signalen uit de U-raad doorgeven aan het bestuur van de<br />

universiteit. al ben ik geen buffer, want het College van<br />

bestuur moet gewoon dagelijks de contacten onderhouden.<br />

wij kijken alleen met regelmaat of dat goed gaat.’


Ondanks de nieuwe rol van universiteiten waarin ze als<br />

concurrerende organisaties opereren is inspraak voor<br />

de VVD-politica van groot belang. ‘er is concurrentie en<br />

een soms wat bedrijfsmatiger aanpak van de universiteit,<br />

maar het blijft goed dat er een inspraakorgaan is als de<br />

<strong>Universiteit</strong>sraad. Ook in het bedrijfsleven is er een ondernemingsraad<br />

die meepraat met bestuurders. Het Cvb<br />

en de U-raad hoeven elkaar helemaal in de weg te zitten.<br />

De U-raad is juist een plek waar ideeën worden besproken<br />

en getoetst.’<br />

Goed technisch onderwijs<br />

‘wat buiten de vergaderingen leuk is aan de rvt is dat we<br />

bijeenkomsten hebben met studenten waarin ze presenteren<br />

waar ze mee bezig zijn. Dat doen ze op een goede<br />

manier en vooral zo dat het ook te begrijpen is voor mensen<br />

die niet goed zijn ingevoerd in de materie. Dat is leuk<br />

omdat het besturen van een universiteit anders alleen iets<br />

van cijfers en studentenaantallen blijft. wanneer je weet<br />

wat er op een universiteit gebeurt, kleurt dat het beeld.’<br />

Ze is onder de indruk van de veelzijdigheid van techniek.<br />

Die is breder dan ze had verwacht toen ze vier jaar geleden<br />

toetrad tot de raad. Ze is overigens onlangs voor een<br />

tweede termijn van vier jaar benoemd. ‘ik lees natuurlijk<br />

veel over de techniek en de diversiteit, maar dat het gaat<br />

van het maken van nieuwe huid tot het vormgeven van<br />

producten, is telkens weer verbazingwekkend. Het is heel<br />

inspirerend om studenten te horen vertellen over hun<br />

ideeën en werkwijze. Het is mooi om te zien hoe de geesten<br />

gescherpt worden door onderwijs en de dingen die ze<br />

met elkaar doen.’<br />

Over de reden van haar aanwezigheid aan de tU/e is<br />

Krikke: ‘Als wij willen dat de<br />

Nederlandse economie goed<br />

blijft draaien dan zullen we<br />

techniekstudenten moeten<br />

opleiden.’<br />

Krikke duidelijk: ‘ik ben in de rvt gaan zitten omdat ik<br />

het belangrijk vind dat er goed technisch onderwijs wordt<br />

gegeven. Het is prachtig dat er mooie communicatiestudies<br />

zijn, maar als wij willen dat de nederlandse economie<br />

goed blijft draaien dan zullen we techniekstudenten<br />

moeten opleiden. Door mijn zitting in de raad van<br />

toezicht kan ik mijn bestuurlijke kwaliteiten inzetten.<br />

Maar ik kan ook in contacten met anderen mijn kennis<br />

van de technische universiteit gebruiken om te vertellen<br />

over de noodzaak van goed technisch onderwijs en de behoefte<br />

aan meer geschoolde technici.’<br />

Afspiegeling van de samenleving<br />

toen ze voor het eerst op de tU/e kwam, verdwaalde ze in<br />

de gebouwen. ‘je hebt niet snel het overzicht – veel lange<br />

gangen en veel gebouwen. Het is goed dat nu geherstructureerd<br />

wordt en dat gebouwen worden aangepast op hun<br />

functie. Hopelijk wordt het daarmee ook een prettiger<br />

plek om te verblijven. Op een universiteit moet je niet<br />

alleen fijn les krijgen, je moet er ook graag zijn. Het is<br />

in de concurrentie tussen universiteiten belangrijk dat<br />

studenten graag naar jou toekomen. Ze zullen er dan ook<br />

langer blijven. Daarom is het goed dat de tU/e de omgeving<br />

aantrekkelijker en functioneler maakt.’<br />

een ander project dat haar aandacht heeft, is woman in<br />

Science. in dit programma gaat de tU/e op zoek naar<br />

vrouwen die een carrière in de wetenschap ambiëren<br />

en die meteen kunnen instromen op een onderzoeksplaats.<br />

Dit om het aantal vrouwen op hoge posities in<br />

de technische wetenschappen te verhogen. ‘Dat is voor<br />

mij zeker een thema, maar ik heb er bezwaar tegen dat<br />

altijd met vrouwen wordt gesproken over vrouweneman-<br />

M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

9


I N G E S P r E k<br />

cipatie. Het gaat mannen net zo goed aan. al moet ik<br />

zeggen dat dit aan de tU/e zeker het geval is, want het<br />

programma wordt door mannen gedragen. Het is ook gewoon<br />

een goed idee, want als je vrouwelijke hoogleraren<br />

hebt, dan kunnen zij een voorbeeld zijn voor meisjes en<br />

vrouwen die zonder een rolmodel zichzelf niet in hoge<br />

wetenschappelijke posities hadden voorgesteld. juist in<br />

techniek is dat heel goed. Het geldt overigens niet alleen<br />

voor vrouwen. Ook allochtonen moeten hoger in de wetenschap<br />

terecht komen. ik denk dat een universiteit een<br />

afspiegeling van de samenleving moet zijn. als dat niet<br />

vanzelf gebeurt, zul je programma’s moeten starten om<br />

de kloof te dichten.’<br />

Ondernemerschap<br />

een belangrijke missie van Krikke is het stimuleren van<br />

ondernemerschap onder studenten. ‘wij leggen in onze<br />

bezoeken erg de nadruk op de vraag of er studenten<br />

zijn die overwegen ondernemer te worden. Dat heeft<br />

echt prioriteit. je ziet op amerikaanse universiteiten dat<br />

ondernemerschap een keuze is. in nederland lijkt het<br />

wel of je voor van alles wordt opgeleid, maar niet voor<br />

ondernemerschap. terwijl de economie van eindhoven<br />

ondernemingen nodig heeft. we kennen de voorbeelden<br />

van de ‘bill gates-en’ en ‘Hewlett-packards’ van deze wereld<br />

die in een garage begonnen en na het eerste succes<br />

er nog een garage bij huurden om na jaren van groei tot<br />

de grootste van de wereld te behoren. Dat zijn uitzonderingen,<br />

maar je hebt kleine bedrijven nodig om de kans<br />

hierop te vergroten. Met de kennis die in eindhoven aanwezig<br />

is, móet je zorgen dat je actief bent op die markt<br />

van innovatieve producten.’<br />

Ze ziet in het hele onderwijs dat ondernemerschap een<br />

ondergeschoven kindje is. ‘Studenten zijn aan het eind<br />

van hun studie zeer bekend met het fenomeen onder-<br />

1 0 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

Krikke: ‘Er zal altijd concurrentie tussen de<br />

universiteiten blijven.’<br />

zoeker. Het concept ondernemer is hen echter in veel<br />

gevallen vreemd. De tU/e is daar nu goed mee bezig. we<br />

kunnen veel vooruitgang boeken door te blijven hameren<br />

op ondernemerschap en door aan studenten faciliteiten<br />

beschikbaar te stellen. Het opzetten van een bedrijf is<br />

eenvoudig: je gaat naar de Kamer van Koophandel en je<br />

kunt van start. wat het ingewikkeld maakt, is dat je na de<br />

eerste drie jaar moet kunnen doorgroeien. Daar moet je<br />

als universiteit ondersteuning bij geven door ze bijvoorbeeld<br />

in contact te brengen met banken.’<br />

Aan de slag<br />

Krikke is erg enthousiast over de samenwerking tussen<br />

de drie universiteiten. ‘nederland is niet zo groot, niet<br />

alle universiteiten hoeven alles te hebben. Het is ook heel<br />

goed als studenten gemakkelijk op andere universiteiten<br />

colleges kunnen volgen. Ze zullen dit wel lastig vinden,<br />

want ze zijn in geest erg flexibel, maar nemen niet zo<br />

snel de trein naar een andere stad om daar onderwijs te<br />

volgen.’<br />

De samenwerking kan onderzoekers ook inspireren,<br />

meent de burgemeester. ‘er zal altijd concurrentie blijven.<br />

Dat is prima, want daar groeit een universiteit van.<br />

Hoe meer wetenschappers van elkaar weten, hoe scherper<br />

ze zullen zijn. Of het tot een fusie tussen de drie tU’s<br />

gaat leiden, is nu nog niet aan de orde. De essentie is samenwerking.<br />

Het heeft niet veel zin om nu te wachten op<br />

de ideale bestuurlijke structuur van de toekomst. Dat kan<br />

nog heel lang duren. eerst aan de slag en dan blijkt later<br />

wel wat de beste structuur is.’<br />

Overflow aan geld<br />

De rol van de universiteit in het scheppen van bedrijvigheid<br />

zal overigens altijd beperkt zijn. ‘als bestuurder ben<br />

je louter voorwaardenscheppend. je moet zorgen voor<br />

huisvesting, voor een vraagbaak voor studenten en een<br />

voor medewerkers, je moet zorgen voor een netwerk en<br />

je moet zorgen dat ondernemers elkaar ontmoeten. Om<br />

steun aan elkaar te hebben, maar ook om ideeën uit te<br />

wisselen, want of je nu heel klein bent of heel groot: je<br />

hebt een netwerk nodig voor inspiratie en ideeën.’<br />

een onderneming heeft natuurlijk ook geld nodig. er<br />

wordt veel geklaagd over het gebrek aan investeerders,<br />

zeker in vergelijking met amerika. Krikke is minder<br />

pessimistisch. ‘geld is lastig, maar er is veel geld in de<br />

markt, zeker op dit moment. pensioenfondsen bijvoorbeeld<br />

hebben een overflow aan geld. er zijn ook best<br />

mensen die willen investeren. Daarvoor moeten ondernemers<br />

met financiers gaan praten. Die hebben het netwerk.<br />

een gemeente moet daar geen geld insteken. Onze<br />

core business is het runnen van een gemeente.’


edrijfsleven<br />

nieuws<br />

Op zOek naar bredere<br />

samenwerking<br />

Een delegatie van philips Medical systems was<br />

eind januari op bezoek bij de tu/e-faculteit<br />

Biomedische technologie. Dit als onderdeel<br />

van het structureel aanhalen van de banden<br />

met het bedrijfsleven, waarmee de tu/e momenteel<br />

bezig is. Doel hiervan is te bekijken of<br />

samenwerkingen met bedrijven aangeknoopt of<br />

uitgebreid kunnen worden. ongeveer tien medewerkers<br />

van de technologische disciplines binnen<br />

philips Medical systems (pMs) kregen een<br />

rondleiding en luisterden naar presentaties van<br />

zeven verschillende kennisgebieden binnen BMt.<br />

Bedoeling van de presentaties en bijbehorende<br />

vragenrondes was om af te tasten waar de mogelijkheden<br />

voor nauwere samenwerking liggen.<br />

overigens werkt pMs al samen met BMt, onder<br />

meer met de groep van prof.dr.ir. Bart ter Haar<br />

romeny (Biomedical image Analysis) en die van<br />

prof.dr.ir. frans van de vosse (cardio-vascular<br />

Biomechanics). Drs.ir. pieter de Bock is speciaal<br />

aangesteld door de tu/e om de contacten met<br />

bedrijven uit te bouwen. Hij zal, na evaluatie<br />

van deze contactdag, de contacten met philips<br />

Medical doortrekken naar andere faculteiten.<br />

De Bock is ook doende om op dezelfde manier<br />

bedrijven als AsML, shell, DAf en rabobank te<br />

benaderen.<br />

Lab vOOr akOestiek wOrdt<br />

OpLeidingsinstituut<br />

Akoestisch adviseur ir. renz van Luxemburg is<br />

samen met de tu/e het bedrijf LeveL Acoustics<br />

gestart. Daarmee gaat hij, vanuit het Lab voor<br />

Akoestiek van de tu/e, akoestische kennis<br />

voor externe partijen aanbieden. Het Lab voor<br />

Akoestiek blijft daarnaast het akoestiek-onderwijs<br />

voor de faculteit Bouwkunde verzorgen.<br />

Het lab dat ongeveer 25 jaar oud is en gerund<br />

wordt door dr.ir. Heiko Martin en ir. constant<br />

Hak, vervult al jaren een onderwijsfunctie aan de<br />

tu/e. studenten Bouwkunde doen er practica op<br />

het gebied van de akoestiek in gebouwen. van<br />

Luxemburg kwam op het idee de goede faciliteiten<br />

in combinatie met de aanwezige ervaring beschikbaar<br />

te stellen voor externe klanten. Het lab<br />

moet een opleidingsinstituut worden voor akoestisch<br />

adviseurs. Daarvoor zijn meerdere ruimtes<br />

ingericht voor colleges of instructies. ook zijn er<br />

drie meetkamers aanwezig die dienen voor het<br />

goed leren uitvoeren van akoestische metingen.<br />

LeveL Acoustics biedt onderwijs op verschillende<br />

Medewerkers van<br />

Phillips Medical<br />

Systems op bezoek<br />

bij de TU/e.<br />

niveaus aan. zo zijn al practica gegeven voor de<br />

hbo-opleiding Audiologie. Maar ook komen er<br />

masterclasses, gericht op de beginnende akoestisch<br />

adviseur. Daarnaast gaat het bedrijf ook ‘in<br />

company’ cursussen verzorgen. van Luxemburg<br />

werkte voorheen als akoestisch adviseur bij het<br />

nederlandse ingenieursbureau DHv. Hij is in die<br />

hoedanigheid vooral bekend als de vaste adviseur<br />

van architect rem Koolhaas. Level Acoustics<br />

werk nauw samen met DHv voor advieswerk in<br />

grote projecten. wilt u meer weten van dit lab<br />

dan kunt u kijken op www.levelacoustics.nl. u<br />

kunt ook contact opnemen met van Luxemburg:<br />

L.c.j.v.Luxemburg@tue.nl.<br />

technOstars investeert in<br />

innOvatieve Ondernemingen<br />

Een technostarter is een jonge onderneming<br />

die een technologisch innovatief product op de<br />

markt wil brengen. technostarters zijn het verse<br />

bloed voor de economie. vaak beschikken deze<br />

jonge ondernemers over weinig kapitaal, terwijl<br />

zij voor de ontwikkeling van producten en markten<br />

juist veel kapitaal nodig hebben. Maar niet<br />

F OTO : B a r T v a N O v E r B E E k E<br />

Ondernemen en Technologie<br />

D r i e L e Z i n g e n i n H e t V O O r j a a r<br />

alleen kapitaal. startende ondernemers moeten<br />

vaak hun koers nog uitstippelen en hun bedrijfsprocessen<br />

inrichten. technostars investeert in<br />

deze innovatieve, jonge ondernemingen die zich<br />

toeleggen op het ontwikkelen en distribueren<br />

van nieuwe producten. Er zijn criteria die van<br />

belang zijn om in aanmerking te komen, onder<br />

andere moet het bedrijf producten, processen of<br />

diensten (geen adviesdiensten) verkopen, die<br />

zijn gebaseerd op een nieuwe technische vinding<br />

of een nieuwe toepassing van bestaande technologie<br />

en is de onderneming niet langer dan<br />

vijf jaar ingeschreven in het KvK-register. ook<br />

behoort de onderneming tot het segment starter<br />

of MKB en is het actief op het gebied van de<br />

High tech industrie. technostars is een samenwerking<br />

tussen de nv Brabantse ontwikkelings<br />

Maatschappij (BoM), nv industriebank Liof,<br />

nv rede, fortis Bank, rabobank <strong>Eindhoven</strong><br />

veldhoven, zeeuws participatiefonds, simac en<br />

de tu/e. technostars is gevestigd op de tu/ecampus<br />

in het Multimedia paviljoen, samen met<br />

de stichting incubator3+. Bent u geïnteresseerd<br />

in technostars? Dan kunt u kijken op www.<br />

technostars.nl. u kunt ook contact opnemen: tel.<br />

040-237 2194, e-mail starten@technostars.nl<br />

Jaarlijks organiseert de TU/e de lezingenreeks ‘Ondernemen en Technologie’, bedoeld voor mensen<br />

uit het bedrijfsleven. De lezingen vinden plaats in de vergaderzaal van kennispoort, aan de<br />

rand van de TU/e-campus en beginnen om 17.00 uur. voor meer informatie: www.tue.nl/ondernemen<br />

of www.kennispoort.nl. Daaronder vindt u een overzicht van de lezingen die dit collegejaar<br />

gegeven worden. Op donderdag 12 april 2007 spreekt prof.dr.ir. Bob Mattheij, hoogleraar bij de<br />

afdeling Wiskunde over ‘Oplossingen met wiskundige modellen’. Op donderdag 10 mei spreekt<br />

prof.dr.ir. Hans Niemantsverdriet over ‘Chemie en technologie’. Prof.dr. Sytse Douma houdt op 7<br />

juni een lezing met als titel ‘Innovatiekracht bundelen’. De toegang tot de lezingen is gratis.<br />

M A t r i X / 1 / 2 0 0 7 1 1


XoX nX dX eX rX wX Xi jXs X X<br />

de eindhoven school of education. Zo heet het nieuwe onderwijsinstituut, een samenwerking tussen<br />

de TU/e en Fontys Hogescholen, dat vorig jaar van start is gegaan. Het herbergt de lerarenopleiding<br />

nieuwe stijl én promovendi die onderzoek doen op het gebied van onderwijswetenschap en -<br />

innovatie. ‘Zowel de docenten in opleiding als de onderzoekers zullen veel in de klas te vinden zijn.’<br />

V E E L a a n D a c H T V O O r O n D E r W I J s W E T E n s c H a p p E n<br />

nieuw onderwijsinstituut<br />

samen met Fontys<br />

‘De handtekeningen zijn in november vorig<br />

jaar gezet’, vertelt prof.dr. Wim Jochems,<br />

hoogleraar onderwijsinnovatie aan de TU/e<br />

en directeur van de <strong>Eindhoven</strong> school of<br />

Education (EsoE). ‘De school valt nu onder<br />

een bestuursraad die paritair is samengesteld<br />

uit bestuurders van de TU/e en<br />

Fontys.’<br />

De eerste activiteit binnen het instituut is<br />

het vormgeven van een lerarenopleiding<br />

F oTo : b a r T v a n o v e r b e e k e<br />

1 2 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

nieuwe stijl. Dat gebeurt in de vorm van<br />

een masteropleiding science Education and<br />

communication. Deze tweejarige master<br />

past binnen de BaMa-structuur en moet<br />

studenten opleiden tot leraar scheikunde,<br />

wiskunde, natuurkunde of informatica in<br />

het voortgezet onderwijs.<br />

Met de opleiding zal de TU Lerarenopleiding<br />

(TULO) komen te vervallen, maar<br />

niet de samenwerking in drie TU-verband.<br />

In de TULO werkte de TU/e daarnaast al<br />

jaren samen met Fontys. ‘De opleiding is<br />

eenvoudig te klein om kwaliteit te bieden<br />

voor een zelfstandige lerarenopleiding’,<br />

zegt Jochems. ‘Er zijn maar zo’n 25 à 30<br />

studenten per jaar. Het is echt een kleine<br />

tak van sport. Weinig studenten betekent<br />

ook een kleine staf. Met als gevolg dat we<br />

niet alle disciplines konden bieden die<br />

nodig zijn om leraren op te leiden. Vandaar


dat destijds al is besloten tot samenwerking<br />

met Fontys. De universiteit is goed in bèta-<br />

en techniekonderwijs, en Fontys heeft veel<br />

meer onderwijskundige kennis in huis. Een<br />

samenwerking is dan goed op zijn plaats.’<br />

De studenten aan de lerarenopleiding volgen<br />

dit studiejaar nog de opleiding oude<br />

stijl. In september 2007 gaat de nieuwe<br />

master van start. Dan zullen ook studenten<br />

van buiten instromen. De nieuwe opleiding<br />

is voor accreditatie voorgedragen. De master<br />

kan gevolgd worden met elke TU/e-bachelor<br />

als vooropleiding.<br />

Ontwerpgericht<br />

‘Voor de studenten brengt de master geen<br />

ingrijpende veranderingen mee’, zegt<br />

Jochems. ‘Het curriculum blijft in grote lijnen<br />

hetzelfde. We gaan het alleen actualiseren<br />

en hier en daar wat accenten verleggen.<br />

Zo vinden we het belangrijk dat het onderwijs<br />

ontwerpgericht is, net als de opleiding<br />

voor ingenieur aan de TU/e. Daar leren de<br />

studenten hoe ze een systematische analyse<br />

kunnen maken van een probleem, het ontwerp<br />

kunnen implementeren en vervolgens<br />

kunnen optimaliseren.’ Zo zou het onderwijs<br />

er ook meer uit moeten zien, volgens<br />

Jochems. ‘Dat betekent dat een docent<br />

voorafgaand aan de les een ontwerp daarvoor<br />

maakt. Een beginnend docent zal dat<br />

nog uitgebreid op papier moeten doen. Een<br />

ervaren docent heeft al allerlei ontwerpen<br />

in zijn hoofd zitten. Dit is een manier van<br />

denken die niet erg gebruikelijk is in het<br />

onderwijs. Veel docenten bereiden de les<br />

vooral inhoudelijk voor, zonder veel na te<br />

denken over vormgeving van leeractiviteiten<br />

of de aard van de interactie.’<br />

Deze manier van werken is ook toe te passen<br />

bij de ontwikkeling van lesmateriaal.<br />

‘Ook daar gaat het in de praktijk meestal<br />

meer om de inhoud dan om de vormgeving<br />

van het leerproces. Daarnaast vinden we het<br />

belangrijk om de aankomende bètaleraren<br />

een opvatting over het vak bij te brengen.<br />

Ze ontwikkelen natuurlijk kennis en vaardigheden,<br />

maar dat vinden wij niet genoeg.<br />

Daarom besteden we ook aandacht aan ‘enculturatie’:<br />

het eigen maken van normen en<br />

waarden die bij het beroep en bij het vakgebied<br />

horen. Dat is een nieuw accent binnen<br />

de lerarenopleiding.’<br />

Ook is er een belangrijke rol weggelegd<br />

voor IcT. ‘De opleiding vindt voor een<br />

groot deel plaats in scholen voor voortgezet<br />

onderwijs. De studenten zullen veel voor<br />

de klas staan. Daar kan IcT ons goed bij<br />

helpen. Met behulp daarvan kunnen we<br />

studenten op afstand begeleiden. In de klas<br />

wordt uiteraard ook IcT gebruikt. Maar<br />

hoe precies is afhankelijk van de methode<br />

op de betreffende school en van de docent.<br />

Onze studenten passen zich aan. Ze zijn<br />

tenslotte te gast.’<br />

Grensvlak<br />

naast een lerarenopleiding biedt de EsoE<br />

werk aan onderzoekers op het gebied van<br />

de onderwijswetenschappen. ‘Er zijn sinds<br />

de start van het instituut al acht promovendi<br />

werkzaam’, vertelt Jochems. ‘Dit jaar<br />

moeten daar nog ongeveer tien onderzoekers<br />

bijkomen. De selectie daarvoor is in<br />

volle gang. Op termijn willen we nog meer<br />

groeien. De onderzoekspoot van ons instituut<br />

wordt daarmee zo groot dat we het<br />

onderzoeksmanagement eromheen goed<br />

moeten organiseren. Daar zijn we nu ook<br />

mee bezig.’<br />

De aio’s kunnen uit de technische hoek<br />

komen, maar ook uit de richting van de<br />

onderwijskunde, meestal een afstudeerrichting<br />

binnen een gedragswetenschap. ‘De<br />

onderzoeksthema’s bevinden zich ook op<br />

dat grensvlak’, geeft Jochems aan. ‘Zo doet<br />

één van de promovendi momenteel onder-<br />

M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

1 3


1 42<br />

o n d e r w i j s<br />

zoek naar de redenen waarom techniek in<br />

het basisonderwijs zo moeilijk van de grond<br />

komt. Jonge kinderen vinden techniek vaak<br />

heel leuk, maar op een gegeven leeftijd gaat<br />

het mis. In nederland verdwijnt de belangstelling<br />

voor techniek sneller dan in het<br />

buitenland. als we weten waarom dat zo is,<br />

kunnen we er wat aan doen.’<br />

Een ander voorbeeld van een onderzoek is<br />

de vernieuwing van het scheikundeonderwijs<br />

in het voortgezet onderwijs.<br />

‘Deze innovatie is landelijk al voor enkele<br />

onderdelen van de scheikunde in gang<br />

gezet. Eén van onze aio’s onderzoekt hoe<br />

het proces uitwerkt in de praktijk.’ De eerste<br />

proefschriften van de promovendi aan de<br />

EsoE zijn over een jaar of drie te verwachten.<br />

Jochems verwacht dat veel promovendi<br />

na voltooiing van hun promotie een baan<br />

zullen vinden bij Fontys. ‘net als alle andere<br />

instellingen voor hoger onderwijs vergrijst<br />

ook Fontys. Het heeft hard verse instroom<br />

0p stage<br />

vijf maanden geleden begon bas Fleskens, student<br />

<strong>Technische</strong> natuurkunde, aan zijn stage aan het<br />

Lawrence berkeley national Laboratory in het<br />

studentenstadje berkeley, ingeklemd tussen san<br />

Francisco en oakland. een progressieve oase, waar<br />

op het hoogste niveau onderzoek wordt gedaan.<br />

nodig. Het bestuur van Fontys heeft ingezet<br />

op meer gepromoveerden als docenten. Het<br />

doel daarvan is kwaliteitsverhoging. De hogeschool<br />

heeft de werving van promovendi<br />

in eerste instantie zelf ter hand genomen.<br />

Een tweede manier die Fontys gebruikt, is<br />

deze samenwerking met de TU/e en daarnaast<br />

voor andere disciplines sinds kort ook<br />

met de <strong>Universiteit</strong> Maastricht.’<br />

Onderwijsinnovatie<br />

Jochems noemt de samenwerking van TU/e<br />

met Fontys binnen de EsoE uniek. ‘Bij mijn<br />

weten is dit het eerste instituut gevormd<br />

uit een hbo- en een wo-instelling. Ook is dit<br />

de eerste keer dat onderwijs en onderzoek<br />

over onderwijsinnovatie zo geïntegreerd<br />

wordt aangepakt. Het is sterk op de praktijk<br />

gericht. Zowel de docenten in opleiding als<br />

de onderzoekers zullen veel in de klas te<br />

vinden zijn.’ Op termijn wordt onderwijsinnovatie<br />

de derde poot van het instituut.<br />

ervaringen van een TU/e-student in het buitenland<br />

‘een stage van wereldniveau’<br />

‘Mijn stage bestaat uit het kalibreren<br />

van diagnostisch materiaal<br />

wat hier gebruikt wordt ter<br />

bepaling van de intensiteit en<br />

energie van elektronenbundels<br />

die ze versnellen (tot bijna de<br />

lichtsnelheid) door middel van<br />

zeer intense en ultrakorte laserpulsen.’<br />

Het is een mondvol,<br />

beseft de natuurkundestudent,<br />

maar eenvoudiger kan hij het<br />

niet zeggen.<br />

De uitkomsten van zijn onderzoek<br />

verwerkt hij met software<br />

die hij zelf heeft geschreven. ‘De<br />

resultaten zijn zodanig dat er<br />

alweer nieuwe experimenten met<br />

een alternatieve aanpak op het<br />

programma staan.’<br />

De stage is van wereldniveau,<br />

zegt hij. ‘Het Berkeley Lab is niet<br />

voor niets de leverancier van elf<br />

Nobelprijswinnaars in de fysica,<br />

om over de andere disciplines<br />

nog maar te zwijgen.’<br />

Het grootste verschil met de<br />

<strong>Eindhoven</strong>se universiteit is het<br />

onderzoeksbudget. ‘Je bent<br />

slechts gebonden door je eigen<br />

fantasie, hoewel je uiteraard wel<br />

alles moet kunnen verantwoorden.<br />

Dankzij de ruime middelen<br />

M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

Bas Fleskens<br />

in Berkeley<br />

zijn hier dingen mogelijk waar<br />

je op de tU/e alleen maar van<br />

kunt dromen. Daarnaast hebben<br />

de mensen in de vakgroep hier<br />

erg veel hart voor de zaak, mijn<br />

begeleider voorop. ik geloof dat<br />

hij makkelijk zo’n vijftig uur per<br />

week aan het werk is.’<br />

Met Berkeley heeft hij misschien<br />

wel de meest roemruchte studentenstad<br />

van de wereld gevonden.<br />

‘ruim veertig jaar geleden was<br />

dit de plaats van de eerste studentenopstanden<br />

en de geboorteplaats<br />

van de hippies, waar je<br />

nog wel wat van merkt. Over het<br />

‘Denk aan het platform Bèta Techniek of<br />

andere vernieuwende projecten binnen<br />

de regio’, zegt Jochems. ‘Bijvoorbeeld een<br />

onderwijsinstelling die haar onderwijs ingrijpend<br />

wil veranderen. Wij kunnen dan<br />

onderzoeken of zo’n drastische aanpassing<br />

oplevert wat de school ervan verwacht. Voor<br />

zulke evaluaties of effectmetingen hebben<br />

wij de deskundigheid, als de andere partij er<br />

geld voor heeft.’<br />

Dit onderdeel van het instituut staat overigens<br />

nog in de kinderschoenen. ‘Zoiets<br />

heeft tijd nodig. Het is nu niet onze eerste<br />

prioriteit. We willen eerst de andere activiteiten<br />

goed op de rails hebben.’ al met al is<br />

Jochems tevreden over wat er tot nu toe is<br />

bereikt. ‘Vooral de bestuurlijke samenwerking<br />

tussen Fontys en TU/e gaat heel goed.<br />

Dat is geen vanzelfsprekende zaak. Vooral<br />

omdat er voor zo’n samenwerking tussen<br />

hbo en wo nogal wat juridische drempels<br />

genomen moeten worden.’<br />

algemeen is men hier nog steeds<br />

erg progressief in vergelijking met<br />

de rest van de Verenigde Staten.’<br />

Aan de andere kant blijft het wel<br />

Amerikaans, vertelt Fleskens. ‘Veel<br />

zwervers, veel en vooral grote<br />

auto’s, alles in véél te grote porties<br />

en aardig wat hypocrisie en oppervlakkigheid.<br />

toch onderscheidt<br />

deze regio zich van de rest van de<br />

VS. Je vindt hier bijvoorbeeld bijna<br />

geen fastfood-ketens. Wat mij persoonlijk<br />

het meeste bevalt, is dat<br />

je alleen jonge mensen over straat<br />

ziet lopen. in mijn straat wonen<br />

werkelijk alleen maar studenten.’


TOPIC Embedded Systems:<br />

embedded in your future?<br />

Gedreven software- of hardware engineer?<br />

Bij ons krijg je uitdaging als arbeidsvoorwaarde!<br />

TOPIC Embedded Systems in Best is gespecialiseerd in embedded software ontwikkeling, services rondom ontwikkeling en hardware design.<br />

Bijna 150 gedreven software- en hardware specialisten, die behoren tot de besten in hun vakgebied, werken bij TOPIC aan state-of-the-art en<br />

gevarieerde projecten in de consumentenelectronica, medische- en professionele systemen. TOPIC onderscheidt zich door de persoonlijke<br />

benadering van medewerkers en opdrachtgevers, de kwaliteit en professionaliteit van onze TOPIC’ers en daardoor het niveau van onze projecten.<br />

Vanwege de succesvolle groei van TOPIC Embedded Systems hebben wij uitdagende functies voor ervaren<br />

embedded software engineers, hardware designers, software testers en confi guration managers.<br />

Beschik jij over minimaal 2 jaar werkervaring in bijvoorbeeld C, C++, C#, Windows, UNIX, UML, RUP,<br />

O.O., ISEB, TMap, CMMi, TPI, CMSynergy, DSP’s, VHDL, ASIC’s, FPGA’s, real-time en embedded software?<br />

En wil jij je blijven ontwikkelen in projecten en via ons Personal Improvement Program? En wil je graag<br />

arbeidsvoorwaarden op maat? Mail dan snel je motivatie met CV naar recruitment@topic.nl of bel eerst<br />

met Frank de Roo, manager recruitment, (0499) 336 979.<br />

Voor meer informatie: WWW.TOPIC.NL


1 6<br />

onderwijs<br />

nieuws<br />

RoboticawoRkshop vooR<br />

12- en 13-jaRigen<br />

Waar de meeste middelbare scholieren in hun<br />

eerste jaar nog niet mogen ruiken aan vakken<br />

als natuurkunde en scheikunde, zetten de<br />

brugklassers van het Sondervick College al<br />

meteen hun tanden in het vak robotica. in<br />

het kader daarvan waren twee klassen van de<br />

Veldhovense school in januari op bezoek bij de<br />

tU/e. Om te bekijken hoe robots er in het echt<br />

uitzien, wat je er allemaal mee kan en vooral<br />

wat erbij komt kijken om ze te maken en aan te<br />

sturen. Er was een overvol programma voor de<br />

52 leerlingen uit de brugklassen met de noemer<br />

vwo-plus. Dit zijn de twee klassen met de beste<br />

leerlingen. Het programma startte met een<br />

college over robotica door promovendus ir. roel<br />

Merry. Verder kregen de leerlingen in noodtempo<br />

te zien hoe breed het terrein van de robotica<br />

is. Voetballende robots, rijdende marsrobots,<br />

pizzaverplaatsers, humanoids, precisierobots. En<br />

Leerlingen van het<br />

Sondervickcollege<br />

op bezoek<br />

bij de TU/e.<br />

Design Your Own Future<br />

4 - 5 April 2007, High Tech Campus <strong>Eindhoven</strong>, The Netherlands<br />

For technical and scientifi c professionals, technology students<br />

Simplicity is developing your career in a way that benefi ts other people as well as yourself. At Philips we believe that<br />

technology should be advanced and simple to experience at the same time. We also believe it should be true for<br />

your career development.<br />

If you’re a qualifi ed professional with a science, engineering, technology or mathematics degree (in fact any -subject),<br />

or you’re a student about to graduate in electronic engineering, software engineering or information technology,<br />

visiting ‘Design Your Own Future 2007’ could be the simplest way to realize your ambitions. Organized on the High<br />

Tech Campus in <strong>Eindhoven</strong> (The Netherlands) it’s your chance to see fi rst-hand what working for the Philips<br />

organization could mean for you.<br />

You could even walk away from the event with a job offer or internship at Philips,<br />

or win yourself a place on Philips’ highly acclaimed European Business Course.<br />

For registration and more information visit: www.philips.nl/future<br />

M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

F oTo : r i e n M e U L M a n<br />

gaandeweg mochten de twaalf- en dertienjarigen<br />

proberen zelf een schakeling in elkaar te<br />

solderen.<br />

Het Sondervick College is een middelbare<br />

school waar relatief veel leerlingen voor het<br />

profiel Natuur en techniek kiezen. Landelijk<br />

kiest gemiddeld 15 procent van de vwo’ers<br />

hiervoor; op het Sondervick is dat 25 procent.<br />

Hoe dit precies komt, is niet onderzocht. Maar<br />

wiskundedocente Hetty van Hees heeft wel<br />

een verklaring: de aanwezigheid van ASML in<br />

Veldhoven, en de nabijheid van de High tech<br />

Campus <strong>Eindhoven</strong>.<br />

tiasnimbas achtste in<br />

Ft Ranking<br />

tiasNimbas, waar de tU/e Postgraduatie School<br />

onderdeel van is, heeft een achtste plaats gekre-<br />

REGISTER<br />

NOW<br />

WWW.PHILIPS.NL/FUTURE


gen in de jaarlijkse ranking van de Engelse zaken-<br />

krant Financial times (Ft) van de top 55 Europese<br />

business schools. tiasNimbas steeg vanaf een<br />

twintigste plaats in 2005.<br />

De beste Europese business school is volgens<br />

de Ft het HEC Paris. Op twee staat de London<br />

Business School en op drie iMD in Zwitserland.<br />

Nederland staat met twee scholen in de top tien,<br />

de rotterdam School of Management van de<br />

Erasmus <strong>Universiteit</strong> staat op de zevende plaats.<br />

Nijenrode moet het doen met een 48e plaats. Het<br />

postgraduate onderwijs van de gerenommeerde<br />

University of Oxford eindigde op een 24e plaats.<br />

Het tilburgse tias Business School nam enkele<br />

jaren geleden de tU/e Postgraduate School over.<br />

in september vorig jaar veranderde de naam in<br />

tiasNimbas Business School na de overname<br />

van de <strong>Universiteit</strong> Nimbas in Utrecht. Daarmee<br />

is tiasNimbas de grootste van Nederland geworden.<br />

De Belgische hoogleraar dr.ir. Philippe<br />

Naert bleef directeur van de gefuseerde business<br />

school. De plaats in de Ft top-10 is volgens het<br />

commentaar in verschillende Nederlandse en<br />

Belgische dagbladen aan zijn beleid te danken.<br />

tegenover het Financieele Dagblad ontkende hij<br />

niet dat hij in de top drie wil komen, eventueel<br />

met nieuwe acquisities in de toekomst.<br />

bouwkunde wil<br />

bacheloRvaRiant<br />

installatietechnologie<br />

De faculteit Bouwkunde wil opnieuw beginnen<br />

met een bachelor installatietechnologie. Dit keer<br />

moet het een speciaal programma worden van de<br />

bachelor Bouwkunde, dus geen zelfstandige opleiding.<br />

Het streven is om het komend collegejaar<br />

van start te gaan. De oude, zelfstandige bachelor<br />

installatietechnologie (iNS) werd na twee jaar<br />

stopgezet (na collegejaar 2004/2005) omdat het<br />

College van Bestuur de instroom te klein vond.<br />

Die lag in het laatste jaar op veertien starters.<br />

Het CvB vond dat te mager en legde de lat op minimaal<br />

35 nieuwe studenten, wat het einde betekende<br />

voor de opleiding. De visitatiecommissie,<br />

die de opleidingen van de faculteit Bouwkunde<br />

begin 2006 onder de loep nam, zegt in haar eindrapportage<br />

dat ze het stopzetten van de bachelor<br />

‘betreurt’. De nu beoogde opleidingsvariant<br />

komt voor ongeveer zestig procent overeen met<br />

de bachelor Bouwkunde. De rest wordt ingevuld<br />

met vakken van vooral Werktuigbouwkunde en<br />

Elektrotechniek. Deze opzet komt sterk overeen<br />

met de opzet van de oude, zelfstandige bachelor.<br />

Het belangrijkste verschil is dat de projecten,<br />

die ongeveer eenderde van de studie vormen, nu<br />

bouwkundeprojecten zijn. Voorheen waren het<br />

specifiek iNS-projecten.<br />

gezamenlijk<br />

entRepReneuRship met uvt<br />

De tU/e heeft plannen om samen met de<br />

<strong>Universiteit</strong> van tilburg (Uvt) en mogelijk<br />

ook een van de Brabantse hogescholen een<br />

zogenaamd ‘Center of Entrepreneurship’ op te<br />

richten, dat in collegejaar 2007/2008 van start<br />

moet gaan. Zo’n centrum moet het ondernemerschapsonderwijs<br />

van de drie instellingen bundelen<br />

en uitbreiden. De drie gaan samen hun<br />

plan indienen in een tender van het ministerie<br />

van Economische Zaken (EZ), dat twaalf miljoen<br />

euro beschikbaar stelt voor de oprichting van<br />

dit soort centra, voor een periode van vier jaar.<br />

EZ hoopt dat de centra Nederlandse studenten<br />

zullen aanzetten om eerder ondernemer<br />

te worden. Volgens het ministerie levert het<br />

Nederlandse hoger onderwijs nu nog mensen<br />

af met te weinig ondernemerszin en te weinig<br />

kennis op dit terrein. Doel is om vier tot twaalf<br />

plannen te belonen met een subsidie die de<br />

helft van de kosten draagt en maximaal drie<br />

miljoen euro per initiatief bedraagt. De onderwijsinstellingen<br />

moeten zelf zorg dragen voor<br />

Vereniging Beter Onderwijs Nederland<br />

de recent opgerichte vereniging beter onderwijs<br />

nederland (bon) heeft kritiek op het<br />

onderwijssysteem in nederland, met name op<br />

twee punten: het schoolmanagement heeft, ten<br />

koste van de vakdocenten, teveel invloed op de<br />

organisatie van de lessen en de filosofie van het<br />

nieuwe Leren werkt in de praktijk niet. bon gaat<br />

een eigen keurmerk lanceren. eerst zal bon de<br />

middelbare scholen onder de loep nemen. een<br />

jaar later volgen de hogescholen. dat heeft het<br />

bestuur van beter onderwijs nederland recent<br />

op de algemene ledenvergadering aan de TU/e<br />

Mark Peletier<br />

gezegd. de vereniging wil niet alleen zeuren over<br />

het nieuwe leren, maar waar mogelijk ook complimenten uitdelen. ‘er zijn<br />

in nederland genoeg pareltjes tussen de instellingen te vinden’, zegt Paul<br />

bezembinder, secretaris van de vereniging, en beleidsmedewerker van de<br />

TU/e-faculteit <strong>Technische</strong> natuurkunde. ‘die willen we een steuntje in de<br />

rug geven.’ ook Mark Peletier, hoogleraar bij de faculteit wiskunde & informatica,<br />

is betrokken bij bon. de vereniging heeft alleen niet de capaciteit<br />

om alle scholen en hbo-instellingen te bezoeken. daarom moeten geïnteresseerde<br />

scholen een aanvraag indienen. ‘we verwachten niet meteen duizend<br />

brieven’, aldus bezembinder, ‘Het moet groeien.’ de inhoud van het<br />

onderwijs komt centraal te staan, belooft bon. bovendien zullen de vrijheid<br />

van de leraar en het aantal lesuren meewegen. de leraar moet uiteraard<br />

bevoegd zijn. een keurmerk voor universiteiten staat voorlopig niet in het<br />

programma. op die opleidingen is minder mis, meent bezembinder.<br />

de andere helft van de bekostiging. Er volgt voor<br />

de zomer een eerste schifting. Een definitieve<br />

beslissing over honorering valt aan het einde van<br />

2007.<br />

Volgens Wim Bens, directeur van het tU/einnovation<br />

Lab, zullen ook de tU’s van twente en<br />

Delft meedoen in de tender. De initiatieven van de<br />

tU’s zijn volgens Bens op elkaar afgestemd en inhoudelijk<br />

identiek. in alledrie de gevallen gaat het<br />

om een tU die samenwerkt met een universiteit<br />

met een sterke economische of bedrijfskundige<br />

afdeling (Delft met Leiden en rotterdam, twente<br />

met Groningen).<br />

tu/e en tud weRven samen<br />

De tU/e en de tU Delft bundelen hun inspanningen<br />

op het gebied van de techniekpromotie voor<br />

scholieren tot veertien jaar. in Delft komt waarschijnlijk<br />

een dependance van de <strong>Eindhoven</strong>se<br />

stichting techniekpromotie. De <strong>Universiteit</strong> twente<br />

ziet weinig in de samenwerkingsplannen. De<br />

besturen van de tU/e en de tUD gingen akkoord<br />

met een plan tot intensievere samenwerking<br />

rondom de techniekpromotie. Het plan behelst<br />

onder andere structurele steun van jaarlijks vijftigduizend<br />

euro per universiteit aan de stichting<br />

techniekpromotie.<br />

M A t r i X / 1 / 2 0 0 7 1 7<br />

F oTo : r o b s To r k


O N D E r Z O E k<br />

1 8 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

<strong>Productie</strong>proces<br />

flexibele<br />

zonnecellen<br />

onder de loep


Het productieproces<br />

van microkristallijn<br />

silicium is sterk<br />

verbeterd.<br />

de meest bekende silicium zonnecellen zijn nog van stijf materiaal<br />

gemaakt en daardoor breekbaar en beperkt toepasbaar. door de<br />

actieve laag van een zonnecel steeds dunner te maken, is er minder<br />

materiaal nodig en nemen tegelijkertijd de mogelijkheden flink toe.<br />

de zonnecel wordt immers flexibel. Maar het productieproces van<br />

deze dunne zonnecellen heeft men nog niet volledig in de hand.<br />

Promovendus ir. Menno van den donker werkte eraan bij een duits<br />

onderzoekscentrum.<br />

Bestonden de eerste silicium zonnecellen<br />

nog uit één groot kristal, al snel bleek dat<br />

ze goedkoper te produceren waren door<br />

een bak vloeibaar silicium te laten afkoelen<br />

en daar de actieve laag van een zonnecel<br />

uit te zagen. Gevolg van dit proces was dat<br />

het materiaal ‘multi-kristallijn’ werd: het<br />

bestond uit meerdere, nog steeds grote<br />

kristallen. ‘Dit zijn de bekende blauwige<br />

zonnecellen met de duidelijk zichtbare<br />

grove structuur erin’, vertelt ir. Menno<br />

van den Donker, promovendus bij de<br />

groep plasma & Materials processing van<br />

<strong>Technische</strong> natuurkunde. ‘Groot nadeel<br />

hiervan was het verlies aan materiaal.<br />

silicium is niet goedkoop en bij het zagen<br />

van lagen van tweehonderd micrometer<br />

dik uit het grote blok, raakte je misschien<br />

wel de helft kwijt.’ Vandaar dat men de<br />

stap zette naar het opdampen van dunne<br />

lagen silicium. In eerste instantie waren<br />

deze lagen nog amorf, dat wil zeggen<br />

zonder dat de atomen zich in de nette ordening<br />

van een kristal bevonden. Hierdoor<br />

waren de elektrische eigenschappen weliswaar<br />

iets slechter (rendementen tot acht<br />

procent), maar de lagen konden wel heel<br />

dun worden gefabriceerd. Een dikte van<br />

driehonderd nanometer was heel normaal.<br />

Wat een enorme materiaalbesparing opleverde.<br />

Microkristallijn silicium is een relatief<br />

nieuwe vorm van het materiaal. Van den<br />

Donker, die zijn onderzoekswerk deed<br />

bij het Forschungszentrum in het Duitse<br />

Jülich: ‘Het lijkt op de amorfe versie, maar<br />

dat heeft als nadeel dat het steeds minder<br />

goed gaat werken onder invloed van zonlicht.<br />

Doordat we waterstofgas toevoegen,<br />

gaan er kleine kristalletjes ontstaan. De<br />

waterstof schudt als het ware de bindingen<br />

van de siliciumatomen door elkaar. Overal<br />

waar waterstofdeeltjes geweest zijn, laten<br />

ze een spoor van kristalletjes achter in het<br />

silicium, zo’n vijftig nanometer groot.’<br />

Plasmareactor<br />

Het opdampen van de actieve siliciumlaag<br />

van een zonnecel gebeurt in een plasmareactor.<br />

In deze goed afgesloten ruimte<br />

zit onder lage druk (tien millibar) een<br />

mengsel van waterstofgas en silaan (siH4). Wanneer je over twee elektrodes een specifieke<br />

wisselspanning zet, ontstaat een<br />

plasma. ‘De wisselspanning trekt elektronen<br />

weg van de voorheen neutrale gasatomen.<br />

De aldus ontstane hete elektronen<br />

veranderen het gasmengsel in een grote<br />

brij van verschillende moleculen, ionen en<br />

radicalen.’<br />

Met name de radicalen – deeltjes met een<br />

onverzadigde binding – blijven gemakkelijk<br />

op een oppervlak plakken. Op een substraat<br />

in de reactor zet zich zo een laag silicium<br />

af. Maar niet alleen daar, overal in de<br />

ruimte bevinden zich de reactieve deeltjes.<br />

Van den Donker: ‘De samenstelling van<br />

deze brij is enorm ingewikkeld. siH4 valt<br />

bijvoorbeeld uiteen in waterstof en siH3, maar de laatste valt zelf ook weer uit el-<br />

M A t r i X / 1 / 2 0 0 7 1 9


O N D E r Z O E k<br />

kaar. Zo krijg je een waterval van reacties.<br />

Wij waren niet zozeer geïnteresseerd in de<br />

precieze samenstelling van de brij, maar<br />

wilden juist weten aan welke ‘knoppen’ we<br />

zouden moeten draaien om het proces te<br />

verbeteren.’<br />

Want het proces had men nog niet volledig<br />

in de hand. De voorganger van Van<br />

den Donker in Jülich had in zijn promotieonderzoek<br />

het proces in kaart gebracht<br />

door verschillende parameters te variëren.<br />

‘Daarbij moet je denken aan de temperatuur,<br />

de concentraties van de gassen voor<br />

het plasma, de afstand tussen de elektroden<br />

enzovoort. Maar bij hem was het nog<br />

een soort van ‘trial-and-error’. Zo van: wanneer<br />

we dit doen, gebeurt er dat.’ Van den<br />

Donker begon tijdens zijn promotie meer<br />

in de reactor te kijken. In overdrachtelijke<br />

zin dan. Hij bouwde de plasmareactor zodanig<br />

om dat verschillende meetapparaten<br />

in de reactor konden meten. Met een zogeheten<br />

pyrometer bepaalde hij steeds op<br />

afstand de temperatuur van het substraat.<br />

En met een optische spectrometer kon hij<br />

de samenstelling van het plasma bekijken.<br />

Zo kwam hij erachter dat bij het opstarten<br />

van het plasma de eerste minuut zeer<br />

belangrijk is. ‘In de eerste minuut verandert<br />

de samenstelling van het plasma<br />

ingrijpend. In feite komt er dan snel veel<br />

waterstof vrij uit het silaan. Waterstof dat<br />

nodig is aan het oppervlak om te helpen<br />

bij het vormen van de nodige siliciumkristallen.<br />

na die minuut wordt het zaakje<br />

constant. nogal een ontdekking, want<br />

voorheen voerden we altijd honderd keer<br />

2 0 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

F oTo : b a r T v a n o v e r b e e k e<br />

Menno van den Donker<br />

met de flexibele<br />

zonnecel die hij in<br />

zijn promotietijd<br />

ontwikkelde.<br />

meer waterstofgas dan silaan toe aan het<br />

plasma. Maar nu blijkt dus dat dat alleen<br />

de eerste minuut nodig is, om de boel op<br />

gang te helpen. Daarna kan het plasma zelf<br />

voldoende waterstof leveren.’ Een enorme<br />

vooruitgang, want -hoewel niet duur- wordt<br />

hiermee op waterstof bespaard. Bijkomend<br />

voordeel is dat de stevige waterstofstroom<br />

zware eisen stelde aan het ontwerp van<br />

de depositiereactor. En, misschien wel het<br />

belangrijkste, het silaan wordt nu wél volledig<br />

gebruikt, doordat de overvloed aan<br />

waterstof niet meer in de weg zit.<br />

Ideale temperatuur<br />

Een andere ontdekking die Van den<br />

Donker deed, is dat het substraat langzaam<br />

warmer wordt onder invloed van het<br />

plasma. Een ongewenst effect, want een<br />

andere temperatuur betekent een andere<br />

kwaliteit van de laag. ‘constant houden<br />

bleek de beste oplossing. De hoogte van de<br />

temperatuur speelt ook een belangrijke rol.<br />

Is die te hoog, dan stuiteren de silaanmoleculen<br />

terug. En is de temperatuur te laag,<br />

dan vormt het silicium zich meteen op de<br />

eerste de beste plek waar het silaandeeltje<br />

het oppervlak raakt. Op de ideale temperatuur<br />

(zo’n tweehonderd graden) gaat een<br />

silaandeeltje een stukje wandelen over het<br />

oppervlak, tot het een mooi passend plekje<br />

vindt. Een beetje zoals bij het computerspel<br />

Tetris’, aldus de promovendus.<br />

Deze fikse verbetering van het productieproces<br />

van microkristallijn silicium betekent<br />

niet dat het gebruik van de amorfe<br />

variant nu helemaal voorbij is. Van den<br />

Donker: ‘amorf silicium absorbeert een<br />

ander deel van het spectrum, meer bij<br />

blauw en groen. Microkristallijn silicium<br />

profiteert van een breder spectrum, helemaal<br />

tot in het infrarode. Zo vullen ze<br />

elkaar aan.’ Het loont dan ook de moeite<br />

de twee lagen op elkaar te zetten om zo<br />

het rendement van de cel te verhogen.<br />

En dat lukt: reikt een amorfe siliciumzonnecel<br />

nog maar tot zo’n acht procent<br />

rendement, samen met een versie met<br />

microkristallen (in zijn eentje goed voor<br />

negen procent) levert dat een rendement<br />

van twaalf procent op.<br />

Hoewel Van den Donker bij zijn onderzoek<br />

steeds glas heeft gebruikt om de zonnecel<br />

op af te zetten, is in de praktijk een<br />

flexibel materiaal mogelijk voor het substraat.<br />

Dat heeft verschillende voordelen.<br />

Voor de prijs is het het belangrijkste dat<br />

de flexibele zonnecel op rol te produceren<br />

is in een continu proces. ‘Maar doordat<br />

volledig plastic zonnecellen erg licht zijn,<br />

zijn ze ook goedkoop te vervoeren en prettig<br />

te installeren. Je rolt gewoon een rol<br />

folie ergens op uit. Maar in de toekomst<br />

zitten grote zonnecellen misschien wel<br />

in het doek van je tentje verwerkt, of in je<br />

jas’, aldus Van den Donker.<br />

Duurzame energie<br />

De promovendus was al vóór zijn promotie<br />

erg enthousiast over zonne-energie.<br />

per 1 januari is hij in dienst getreden<br />

bij solland solar Energy in Heerlen.<br />

‘Volgens mij is zonne-energie de enige<br />

mogelijkheid voor duurzame energie die<br />

op korte termijn interessant is. Voor een<br />

deel is dat een gevoel, want in alle berekeningen<br />

zitten zoveel aannames. Maar<br />

alleen windmolens en biomassa kunnen<br />

nooit voor honderd procent aan de vraag<br />

voldoen. Zonnecellen kun je bijna overal<br />

opplakken zonder dat je er last van hebt.<br />

En zonlicht is er altijd.’ Daarmee zijn<br />

zonnecellen volgens Van den Donker ook<br />

een goede optie voor ontwikkelingslanden.<br />

Maar dan zal wel de prijs van zonnestroom<br />

omlaag moeten. ‘Die is nu in<br />

nederland nog drie keer zo hoog als die<br />

van ‘gewone’ stroom. Maar met alweer decennialang<br />

een groei van veertig procent<br />

per jaar verwacht ik dat zonne-energie<br />

over tien jaar goedkoper is dan gewone<br />

stroom. En dan is volgens mij het hek van<br />

de dam.’ En kernfusie dan? ‘Daar moeten<br />

we op hopen voor centrale energieopwekking.<br />

Maar zonne-energie kan iedereen lokaal<br />

opwekken, zodat je het niet ver hoeft<br />

te transporteren.’


O N D E r Z O E k<br />

kaar. Zo krijg je een waterval van reacties.<br />

Wij waren niet zozeer geïnteresseerd in de<br />

precieze samenstelling van de brij, maar<br />

wilden juist weten aan welke ‘knoppen’ we<br />

zouden moeten draaien om het proces te<br />

verbeteren.’<br />

Want het proces had men nog niet volledig<br />

in de hand. De voorganger van Van<br />

den Donker in Jülich had in zijn promotieonderzoek<br />

het proces in kaart gebracht<br />

door verschillende parameters te variëren.<br />

‘Daarbij moet je denken aan de temperatuur,<br />

de concentraties van de gassen voor<br />

het plasma, de afstand tussen de elektroden<br />

enzovoort. Maar bij hem was het nog<br />

een soort van ‘trial-and-error’. Zo van: wanneer<br />

we dit doen, gebeurt er dat.’ Van den<br />

Donker begon tijdens zijn promotie meer<br />

in de reactor te kijken. In overdrachtelijke<br />

zin dan. Hij bouwde de plasmareactor zodanig<br />

om dat verschillende meetapparaten<br />

in de reactor konden meten. Met een zogeheten<br />

pyrometer bepaalde hij steeds op<br />

afstand de temperatuur van het substraat.<br />

En met een optische spectrometer kon hij<br />

de samenstelling van het plasma bekijken.<br />

Zo kwam hij erachter dat bij het opstarten<br />

van het plasma de eerste minuut zeer<br />

belangrijk is. ‘In de eerste minuut verandert<br />

de samenstelling van het plasma<br />

ingrijpend. In feite komt er dan snel veel<br />

waterstof vrij uit het silaan. Waterstof dat<br />

nodig is aan het oppervlak om te helpen<br />

bij het vormen van de nodige siliciumkristallen.<br />

na die minuut wordt het zaakje<br />

constant. nogal een ontdekking, want<br />

voorheen voerden we altijd honderd keer<br />

2 0 M A t r i X / 1 / 2 0 0 7<br />

F oTo : b a r T v a n o v e r b e e k e<br />

Menno van den Donker<br />

met de flexibele<br />

zonnecel die hij in<br />

zijn promotietijd<br />

ontwikkelde.<br />

meer waterstofgas dan silaan toe aan het<br />

plasma. Maar nu blijkt dus dat dat alleen<br />

de eerste minuut nodig is, om de boel op<br />

gang te helpen. Daarna kan het plasma zelf<br />

voldoende waterstof leveren.’ Een enorme<br />

vooruitgang, want -hoewel niet duur- wordt<br />

hiermee op waterstof bespaard. Bijkomend<br />

voordeel is dat de stevige waterstofstroom<br />

zware eisen stelde aan het ontwerp van<br />

de depositiereactor. En, misschien wel het<br />

belangrijkste, het silaan wordt nu wél volledig<br />

gebruikt, doordat de overvloed aan<br />

waterstof niet meer in de weg zit.<br />

Ideale temperatuur<br />

Een andere ontdekking die Van den<br />

Donker deed, is dat het substraat langzaam<br />

warmer wordt onder invloed van het<br />

plasma. Een ongewenst effect, want een<br />

andere temperatuur betekent een andere<br />

kwaliteit van de laag. ‘constant houden<br />

bleek de beste oplossing. De hoogte van de<br />

temperatuur speelt ook een belangrijke rol.<br />

Is die te hoog, dan stuiteren de silaanmoleculen<br />

terug. En is de temperatuur te laag,<br />

dan vormt het silicium zich meteen op de<br />

eerste de beste plek waar het silaandeeltje<br />

het oppervlak raakt. Op de ideale temperatuur<br />

(zo’n tweehonderd graden) gaat een<br />

silaandeeltje een stukje wandelen over het<br />

oppervlak, tot het een mooi passend plekje<br />

vindt. Een beetje zoals bij het computerspel<br />

Tetris’, aldus de promovendus.<br />

Deze fikse verbetering van het productieproces<br />

van microkristallijn silicium betekent<br />

niet dat het gebruik van de amorfe<br />

variant nu helemaal voorbij is. Van den<br />

Donker: ‘amorf silicium absorbeert een<br />

ander deel van het spectrum, meer bij<br />

blauw en groen. Microkristallijn silicium<br />

profiteert van een breder spectrum, helemaal<br />

tot in het infrarode. Zo vullen ze<br />

elkaar aan.’ Het loont dan ook de moeite<br />

de twee lagen op elkaar te zetten om zo<br />

het rendement van de cel te verhogen.<br />

En dat lukt: reikt een amorfe siliciumzonnecel<br />

nog maar tot zo’n acht procent<br />

rendement, samen met een versie met<br />

microkristallen (in zijn eentje goed voor<br />

negen procent) levert dat een rendement<br />

van twaalf procent op.<br />

Hoewel Van den Donker bij zijn onderzoek<br />

steeds glas heeft gebruikt om de zonnecel<br />

op af te zetten, is in de praktijk een<br />

flexibel materiaal mogelijk voor het substraat.<br />

Dat heeft verschillende voordelen.<br />

Voor de prijs is het het belangrijkste dat<br />

de flexibele zonnecel op rol te produceren<br />

is in een continu proces. ‘Maar doordat<br />

volledig plastic zonnecellen erg licht zijn,<br />

zijn ze ook goedkoop te vervoeren en prettig<br />

te installeren. Je rolt gewoon een rol<br />

folie ergens op uit. Maar in de toekomst<br />

zitten grote zonnecellen misschien wel<br />

in het doek van je tentje verwerkt, of in je<br />

jas’, aldus Van den Donker.<br />

Duurzame energie<br />

De promovendus was al vóór zijn promotie<br />

erg enthousiast over zonne-energie.<br />

per 1 januari is hij in dienst getreden<br />

bij solland solar Energy in Heerlen.<br />

‘Volgens mij is zonne-energie de enige<br />

mogelijkheid voor duurzame energie die<br />

op korte termijn interessant is. Voor een<br />

deel is dat een gevoel, want in alle berekeningen<br />

zitten zoveel aannames. Maar<br />

alleen windmolens en biomassa kunnen<br />

nooit voor honderd procent aan de vraag<br />

voldoen. Zonnecellen kun je bijna overal<br />

opplakken zonder dat je er last van hebt.<br />

En zonlicht is er altijd.’ Daarmee zijn<br />

zonnecellen volgens Van den Donker ook<br />

een goede optie voor ontwikkelingslanden.<br />

Maar dan zal wel de prijs van zonnestroom<br />

omlaag moeten. ‘Die is nu in<br />

nederland nog drie keer zo hoog als die<br />

van ‘gewone’ stroom. Maar met alweer decennialang<br />

een groei van veertig procent<br />

per jaar verwacht ik dat zonne-energie<br />

over tien jaar goedkoper is dan gewone<br />

stroom. En dan is volgens mij het hek van<br />

de dam.’ En kernfusie dan? ‘Daar moeten<br />

we op hopen voor centrale energieopwekking.<br />

Maar zonne-energie kan iedereen lokaal<br />

opwekken, zodat je het niet ver hoeft<br />

te transporteren.’


O n d E R z O E k<br />

Een technologie bedenken is één ding, een systeem bouwen dat het<br />

ook nog doet, is andere koek. Promovendus Ralph van Wissen moest<br />

bewijzen dat een nieuw centrifugesysteem om aardgas te zuiveren<br />

uiteindelijk toepasbaar en rendabel is voor de gasindustrie.<br />

Als de prognoses kloppen, dan is de gasbel in Slochteren over<br />

twintig jaar op, evenals de meeste voorraden bruikbaar aardgas<br />

elders op de wereld. Wat rest, is onbruikbaar aardgas: methaan<br />

vervuild met gassen zoals koolstofdioxide (CO 2) en waterstofsulfide<br />

(H 2S). Het zuiveren van dit aardgas kost vaak zoveel energie dat de<br />

opbrengst het niet waard is.<br />

Vervuild gas zuiveren:<br />

een kwestie van vertalen<br />

Binnen de onderzoeksgroep Procestechnologie<br />

van de faculteit Werktuigbouwkunde<br />

wordt al een aantal jaren onderzoek gedaan<br />

naar een scheidingsmethode die wél<br />

rendabel zou kunnen zijn. Energiegigant<br />

Ralph van Wissen met een deel van de<br />

Rotating Particle Separator.<br />

2 2 M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

F OtO : b A R t V A n O V E R b E E k E<br />

Shell is bij het onderzoek betrokken en er<br />

zijn reeds verschillende octrooien verleend.<br />

Het onderzoek draait om de zogenoemde<br />

Rotating Particle Separator (RPS). De RPS<br />

is een cilinder met een doorsnede van zo’n<br />

dertig centimeter, bestaande uit honderden<br />

smalle kanaaltjes. Hij werkt als een centrifuge:<br />

met een snelheid van circa vijftig<br />

meter per seconde draait hij om zijn as.<br />

Koelt een met waterstofsulfide of koolstofdioxide<br />

vervuild methaangas sterk af, dan<br />

ontstaat er een mengsel van methaangas<br />

met kleine, vloeibare deeltjes CO 2 of H 2S.<br />

Wanneer dat mengsel de RPS ingaat,<br />

wordt het door de middelpuntvliedende<br />

kracht tegen de wanden van de kanaaltjes<br />

gestuwd. Hoe zwaarder de deeltjes, des te<br />

verder belanden ze van het centrum af. Op<br />

grond van hun massa komen de gasdeeltjes<br />

en de vloeistofdeeltjes dus op verschillende<br />

plaatsen in de centrifuge terecht. Aldus<br />

worden ze van elkaar gescheiden.<br />

De RPS is het geesteskind van prof.dr.ir.<br />

Bert Brouwers, eerste promotor van Van<br />

Wissen en in de jaren zeventig werkzaam<br />

bij het ultracentrifugeproject van Urenco.<br />

Het eerste deel van Van Wissens onderzoek<br />

bestond dan ook uit een studie naar de<br />

werking van de ultracentrifuge. Is de RPS<br />

werkelijk rendabeler dan het systeem dat<br />

gebruikt wordt om uranium te verrijken?<br />

‘Puur uit de berekeningen bleek dat er honderdduizenden<br />

tot één miljoen ultracentrifuges<br />

nodig zouden zijn om één gasveld<br />

te zuiveren’, vertelt Van Wissen. ‘Nu hoef je<br />

van uranium maar weinig te hebben om het<br />

te laten lonen. Maar aardgas is veel minder<br />

waard, je stookt het zo op.’ Het einde van de<br />

ultracentrifuge dus.<br />

Met behulp van de RPS berekende Van<br />

Wissen hoe met zuurstofdioxide of waterstofsulfide<br />

vervuild gas wél relatief snel gezuiverd<br />

kan worden. ‘Voor een normaal gasveld zou<br />

één RPS voldoende moeten zijn. Voor een<br />

heel groot veld misschien een paar.’<br />

Koelkast<br />

F OtO : O G C<br />

Een gasmengsel - bijvoorbeeld methaan met<br />

koolstofdioxide - komt meestal heet en onder<br />

hoge druk uit een bron. Het koolstofdioxide<br />

moet echter in ijskoude, vloeibare toestand<br />

de RPS in. Het systeem dat dit bewerkstelligt<br />

is vergelijkbaar met een klassiek koelsysteem<br />

zoals dat van een koelkast. Met behulp van<br />

een compressor wordt het vervuilde methaangas<br />

allereerst tot een druk van 145 bar<br />

gebracht. Het gas, dat aanvankelijk 180 graden<br />

Celsius warm is, koelt vervolgens af tot<br />

-5 graden Celsius doordat het respectievelijk<br />

door een waterkoeler en een warmtewisselaar<br />

stroomt. Daarna arriveert het gasmengsel bij<br />

een ventiel, waaruit het door de hoge druk<br />

met zeer hoge snelheid ontsnapt.<br />

Hierbij koelt het snel verder af tot bijna vijftig<br />

graden onder nul. Het koolstofdioxide is nu<br />

veranderd in een mist van microscopisch<br />

kleine druppeltjes, zwevend in het nog altijd<br />

gasvormige methaan.


‘Die druppeltjes zouden samen na verloop<br />

van tijd zwaardere druppels kunnen vormen<br />

die bezinken tot een vloeistof’, vertelt<br />

Van Wissen. ‘Maar de bezinktijd is zo lang<br />

dat er enorme tanks voor nodig zouden<br />

zijn. De truc is nu dat de RPS-deeltjes van<br />

slechts één micrometer kan afvangen. De<br />

druppeltjes kunnen dus direct de RPS in,<br />

waardoor de doorlooptijd kort blijft en het<br />

systeem compact.’ De ijskoude CO 2-rijke<br />

vloeistof die de RPS verlaat, stroomt vervolgens<br />

terug naar de warmtewisselaar voor de<br />

koeling van het gas.<br />

Vertaalproblemen<br />

Een industriële variant van de opstelling<br />

zou tientallen meters lang zijn. Het ventiel<br />

zou uitkomen op een grote turbine, waardoor<br />

de snelheid van het gas kan worden<br />

omgezet in bewegingsenergie in plaats van<br />

in warmte. Zo zou de temperatuur van het<br />

ontsnappende gas/vloeistofmengsel lager<br />

blijven. De schaal waarop Van Wissen het<br />

systeem moest testen, was qua vermogen<br />

echter duizenden keren kleiner dan in de<br />

werkelijkheid. Logisch, gezien de inves-<br />

teringen die de bouw van zo’n systeem<br />

vereisen, maar dat bracht wel de nodige<br />

‘vertaalproblemen’ met zich mee. ‘Turbines<br />

zijn op deze kleine schaal niet te koop’,<br />

vertelt Van Wissen. ‘Er zelf een maken, zou<br />

teveel tijd kosten, dus we hebben het zonder<br />

turbine moeten doen. Daardoor koelt<br />

het gas minder af en condenseert er een<br />

kleiner gedeelte van.’<br />

De RPS, die normaal een doorsnede<br />

heeft van zo’n dertig centimeter, zou op<br />

schaal zo’n drie centimeter breed zijn.<br />

Onmogelijk klein, vertelt Van Wissen. ‘Als<br />

oplossing hebben we een stalen cilinder<br />

gemaakt met een diameter van zo’n acht<br />

centimeter. In de wand zijn gleufjes gefreesd<br />

en daaromheen is een wand geperst.<br />

Er zijn dus veel minder kanaaltjes, maar<br />

de condities in de kanaaltjes zijn vergelijkbaar.’<br />

Het industriële RPS-systeem zal vooral<br />

gericht zijn op de verwijdering van waterstofsulfide.<br />

Waterstofsulfide bevriest<br />

minder snel dan koolstofdioxide, waardoor<br />

de temperatuur verder omlaag kan en het<br />

rendement van het systeem groter zal zijn:<br />

hoe lager de temperatuur, des te meer het<br />

gas condenseert. Bevriezen de deeltjes,<br />

dan kost het meer moeite ze met de RPS<br />

te scheiden. ‘Hoe groter het percentage<br />

waterstofsulfide is, des te makkelijker zal<br />

het zijn ze te scheiden van het methaan’,<br />

vertelt Van Wissen. Toch is bij de proefopstelling<br />

een mengsel van methaan met<br />

CO 2 gebruikt. ‘Waterstofsulfide is nogal<br />

giftig’, legt Van Wissen uit. ‘Bij het kleinste<br />

lek kunnen er mensen doodgaan. Dus<br />

pas als we weten dat ons systeem veilig<br />

is, kunnen we overstappen op giftiger<br />

componenten.’ Van Wissen heeft een<br />

prototype gebouwd dat goed lijkt te werken.<br />

Aan een nieuwe promovendus nu<br />

de taak om te meten of de berekeningen<br />

van Van Wissen kloppen. ‘We verwachten<br />

dat we in één stap van vijftig naar tachtig<br />

procent methaangas kunnen gaan’, zegt<br />

Van Wissen. ‘Nu moeten we meten of dat<br />

klopt. Daarna moeten we het systeem op<br />

iets grotere schaal maken.’<br />

De zuivering van onbruikbare gasvelden<br />

is, kortom, nog enige vertaalslagen verwijderd<br />

van de werkelijkheid.<br />

M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

2 3


2 4<br />

onderzoek<br />

nieuws<br />

Rollenbank nadeRt<br />

voltooiing<br />

in een grote hal op de tU/e staat een fonkel-<br />

nieuwe elektromotor. Het 2,7 ton wegende<br />

gevaarte drijft twee grote metalen rollen aan,<br />

waarop een vrachtwagen of personenauto ge-<br />

test kan worden door het rijden op de weg na<br />

te bootsen. Met een vermogen van 275 kilowatt<br />

kan de motor de rollen van twee meter door-<br />

snede en samen goed voor 1500 kilogram laten<br />

draaien met een maximumsnelheid van twee-<br />

honderd kilometer per uur. Het bijzondere van<br />

de elektromotor is dat hij niet alleen aandrijft,<br />

maar bij het remmen het grootste deel van de<br />

energie in de rollen terugwint door als een dy-<br />

namo te werken.<br />

Zo stroomt er elektriciteit terug het lichtnet in.<br />

‘Een groene oplossing. Geen doel op zich, maar<br />

wel een elegante oplossing om de remenergie<br />

kwijt te raken’, aldus onderwijs- en onderzoeks-<br />

medewerker Erwin Meinders van de faculteit<br />

Werktuigbouwkunde.<br />

Gesteld<br />

‘Life on Earth is a miracle, but it does not stand<br />

alone.’<br />

(Stelling bij het proefschrift ‘The Basic Angle<br />

Monitoring System: Picometer Stability with<br />

Silicon Carbide Optics’ van Mariëlle van Veggel)<br />

‘Simulatie is helaas ook een goed middel om van<br />

elke drol (model) een mooi gebakje (visualisatie)<br />

te maken.’<br />

(Stelling bij het proefschrift ‘Integrated Heat Air<br />

and Moisture Modeling and Simulation’ van Jos<br />

van Schijndel)<br />

F OtO : d E b by G A W l i t tA<br />

Pipetteren van<br />

spiersamples<br />

in een steriele<br />

kast.<br />

M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

De testopstelling van de rollenbank<br />

in het Automotive Lab van de<br />

faculteit Werktuigbouwkunde.<br />

De rollenbank wordt nog uitgerust met extra re-<br />

geltechniek en komt binnenkort gereed. Dan kan<br />

hij worden ingezet, onder andere voor een geza-<br />

menlijk onderzoek van de tU/e met tNO en DAF<br />

naar het gedrag van hybride trucks. De rollen<br />

kunnen ook dienen om het dynamische gedrag<br />

van banden onder de loep te nemen.<br />

StilleRe vliegtuigen<br />

Het geluid van vliegtuigmotoren kan stiller. Op<br />

allerlei manieren wordt daar in de industrie en in<br />

onderzoekscentra aan gewerkt, zoals bij de ca-<br />

paciteitsgroep Gasdynamica en aero-akoestiek<br />

van de faculteit technische Natuurkunde.<br />

oveR het doodgaan van cellen<br />

‘De titellengte van een artikel of proefschrift is<br />

omgekeerd evenredig met de omvang van het<br />

probleem dat wordt opgelost.’<br />

(Stelling bij het proefschrift ‘Energy<br />

Management for Automotive Power Nets’ van<br />

John Kessels)<br />

‘Routine in het leven is een uitstekend<br />

wapen tegen verrassingen (vrij naar Herman<br />

Brusselmans)’<br />

(Stelling bij het proefschrift ‘Tandem Catalysis in<br />

Polymer Chemistry’ van Bart van As)<br />

ir. Gerben Kooijman is eind januari gepromoveerd<br />

op zijn proefschrift ‘Acoustical response<br />

of Shear Layers’. Hij deed onderzoek hoe en<br />

onder welke omstandigheden geluidsdempers in<br />

vliegtuigmotoren werken. Aero-akoestiek is een<br />

discipline binnen de stromingsleer, die de interactie<br />

tussen stroming en geluid onderzoekt. in<br />

Patiënten die lang in het ziekenhuis liggen kunnen drukwonden krijgen op de plekken waarop ze veel<br />

en lang liggen. Debby Gawlitta, promovenda bij de faculteit Biomedische technologie onderzocht hoe<br />

doorligwonden ontstaan. Deze doorligwonden bevatten dode spiercellen. Om te kijken hoe de spiercellen<br />

doodgaan onderzocht Gawlitta levende spiercellen onder de microscoop. Om het onderzoek te<br />

kunnen uitvoeren, had ze echt spierweefsel nodig. Met behulp van zelfgekweekte muizenspiercellen<br />

kon ze spierweefsel vormen. Daarna heeft Gawlitta ruim een jaar lang experimenten uitgevoerd,<br />

waarbij ze met een microscoop de stukjes weefsel bestudeerde. Een van de doodsoorzaken van cellen<br />

is zuurstoftekort. Maar bij de experimenten bleken de cellen in eerste instantie niet door zuurstoftekort<br />

dood te gaan. De onderzoekster kwam erachter dat de vloeistof waarin het spierweefsel lag,<br />

ervoor zorgde dat de cellen niet dood gingen. Gawlitta paste de experimenten aan en kon vervolgens<br />

haar bevindingen vastleggen. Zij deed dit in een schema, waaraan te zien is welke gebeurtenissen<br />

leiden tot een doorligwond.<br />

‘De kracht van een goede onderzoeker ligt in het<br />

ombuigen van een onverhoopt resultaat in iets<br />

positiefs.’<br />

(Stelling bij het proefschrift ‘Compressioninduced<br />

Factors Influencing the Damage of<br />

Engineered Skeletal Muscle’ van Debby Gawlitta)<br />

‘Beeldschermen zijn nog niet plat geworden, of<br />

men probeert er al weer diepte aan toe te voegen.’<br />

(Stelling bij het proefschrift ‘Flat Panel Display<br />

Signal Processing’ van Michiel Klompenhouwer)<br />

F OtO : b A R t V A n O V E R b E E k E


F OtO : b A R t V A n O V E R b E E k E<br />

vliegtuigen is het motorcompartiment bekleed<br />

met acoustic liners – geperforeerde platen<br />

waar de lucht langs stroomt – met daarachter<br />

een honingraatstructuur. Kooijman onderzocht<br />

met name de processen in de perforatiegaatjes<br />

van de acoustic liners. Daar zou het geluid<br />

geabsorbeerd moeten worden als de luchtstro-<br />

ming over de opening van het perforatiegat<br />

gaat. Daar, in de schuiflagen, ontstaan name-<br />

lijk wervels. in het stromingsprofiel bevindt<br />

zich een punt waar de langsstromende lucht en<br />

de stilstaande lucht die achter de perforaties<br />

zit, elkaar ontmoeten. De schuiflaag is het<br />

overgangsgebied van de langsstromende lucht<br />

naar de stilstaande lucht. in die schuiflaag zelf<br />

zit een werveling en hier vindt de interactie<br />

tussen de luchtstroming en het geluid plaats.<br />

Hier ontstaat óf akoestische versterking, óf<br />

absorptie. Uit het onderzoek blijkt bijvoorbeeld<br />

dat de vorm van de randen van de perforatiegaten<br />

bepalen hoe sterk of zwak het geluid<br />

geabsorbeerd dan wel versterkt wordt. Een<br />

scherpe rand geeft meer werveling en daarmee<br />

een sterkere interactie met het geluid. De mate<br />

van geluidsabsorptie of -versterking wordt dus<br />

Gerben Kooijman bij zijn proefopstelling.<br />

voor een groot deel bepaald door de vorm van<br />

de perforatie, in combinatie met de frequentie<br />

van het geluid, de stroomsnelheid van de<br />

lucht, en de vorm en dikte van de schuiflaag.<br />

Op basis van de onderzoeksgegevens heeft hij<br />

een universele schaling gemaakt, die aangeeft<br />

wanneer het geluid versterkt of geabsorbeerd<br />

wordt.<br />

tu/e tRekt 25 extRa<br />

poStdocS aan<br />

De tien profileringsgebieden van de tU/e gaan<br />

op korte termijn 25 extra postdocs aantrekken.<br />

Een matrijs uit duizenden<br />

MatRijS veRandeRt binnen vijf Minuten van voRM<br />

Matrijzen voor het vervormen van metaalplaat<br />

zijn duur. Voor kleine productseries meestal<br />

té duur. Werktuigbouwkundige ir. Sebastiaan<br />

Boers ontwierp een matrijs die binnen vijf minuten<br />

van vorm kan veranderen. Daarbij liet de<br />

promovendus zich inspireren door een 75 jaar<br />

oude uitvinding van een Duitse arts voor het<br />

maken van steunzolen. in december is Boers<br />

hierop gepromoveerd. Het grote voordeel van<br />

een instelbare matrijs is de flexibiliteit. Voor<br />

kleine aantallen producten of prototypes is een<br />

normale, vaste matrijs veel te duur. De matrijs<br />

van Boers is weliswaar nog duurder, maar kan<br />

wel steeds opnieuw worden gebruikt. De matrijs<br />

kan worden gebruikt voor staal of aluminium<br />

plaat, maar zou ook als onderdeel in een<br />

spuitgietmatrijs voor polymeren gebruikt kunnen<br />

worden of zelfs als gietmal voor kunststof.<br />

Boers’ promotie bestond naast het ontwikkelen<br />

van de flexibele matrijs uit meer fundamenteel<br />

onderzoek naar het vervormen van plaatmateriaal,<br />

waarbij het ontwikkelde apparaat als<br />

‘research tool’ diende. Doel was het opstellen<br />

van een model dat voorspelt hoe plaatmateriaal<br />

zich gedraagt wanneer het wordt vervormd. Het<br />

computermodel van Boers heeft als bijzondere<br />

eigenschap dat het de deformatiegeschiedenis<br />

van een bepaald type staal kan beschrijven.<br />

Het bijzondere aan het door hem ontwikkelde<br />

model is dat het de ideale route kan voorspellen<br />

om een bepaalde vorm uit plaatmateriaal<br />

te maken. Door verschillende tussenstappen te<br />

kiezen bij het vervormen, kan zo zelfs worden<br />

voorkomen dat breuk optreedt. De parameters<br />

in het model bepaalde Boers onder andere<br />

door het uitvoeren van eenvoudige buigproeven.<br />

Om het model te checken, stelde hij een<br />

Het College van Bestuur betaalt deze postdocs<br />

en stelt hiervoor over de komende twee jaar<br />

ruim twee miljoen euro ter beschikking. De wervingscampagne<br />

is in januari gestart. De tU/e wil<br />

met deze ‘postdoc-impuls’ hooggekwalificeerde<br />

jonge onderzoekers aantrekken. De wervingscampagne<br />

zal daarom ook internationaal zijn.<br />

Het is de bedoeling om zo de interfacultaire<br />

profileringsgebieden, die enkele jaren terug zijn<br />

bepaald, een extra impuls te geven. De nieuwe<br />

postdocs moeten in principe de potentie hebben<br />

om Veni-subsidies van het NWO binnen te halen.<br />

Het is de bedoeling dat het grootste deel van de<br />

groep eind april hier in dienst is.<br />

De nieuwe onderzoekers krijgen een aanstelling<br />

F OtO : b A R t V A n O V E R b E E k E<br />

Sebastiaan Boers bij zijn instelbare matrijs.<br />

flink aantal verschillende routes op voor het<br />

vervaardigen van een simpele proef-geometrie.<br />

Elke route kwam via verschillende tussenstappen<br />

uiteindelijk bij hetzelfde eindresultaat uit. Het<br />

gecheckte model kan dienen om de beste route<br />

te voorspellen voor het vervormen van een stuk<br />

plaatmateriaal. Dus zonder scheurvorming en<br />

met een optimaal eindresultaat. Al tijdens Boers’<br />

promotie toonden bedrijven belangstelling voor<br />

zijn vinding. reden voor hem om een bedrijfje te<br />

beginnen: Optimal Forming Solutions. Met deze<br />

eenmanszaak is hij op zoek naar bedrijven om<br />

samen een project rond de matrijs op te zetten.<br />

voor twee jaar. in het kader van het streven om<br />

meer vrouwelijke onderzoekers aan te trekken,<br />

gaat de tU/e nog bekijken of er voor de vrouwelijke<br />

kandidaten een tweede ronde van ‘Women<br />

in Science’ kan komen. in dit programma krijgen<br />

vrouwelijke onderzoekers een aanstelling met<br />

de bedoeling dat ze doorgroeien naar minimaal<br />

de positie van universitair hoofddocent.<br />

De werving zal naar verwachting grotendeels<br />

verlopen via netwerken van de onderzoeksgroepen.<br />

De tU/e wil echter ook adverteren in<br />

bladen als Nature en Science. Niet alleen om<br />

sollicitanten te trekken, maar ook om de tU/e<br />

en haar plannen wereldwijd onder de aandacht<br />

te brengen.<br />

M A t r i x / 1 / 2 0 0 7 2 5


F OtO ’ S : V i n C E n t V A n d E n H O O G E n<br />

d E V O n k<br />

Samenwerken met<br />

onderzoekers uit<br />

verschillende disciplines<br />

vindt hij het leukste<br />

wat er is. zelf maakte<br />

hij als natuurkundige<br />

al vroeg de overstap<br />

naar de faculteit<br />

Werktuigbouwkunde.<br />

Vorig jaar was Anton<br />

van Steenhoven een van<br />

de initiatiefnemers van<br />

MitS, een uitdagend<br />

interdisciplinair project<br />

op het gebied van<br />

microtransportsystemen.<br />

Hoogleraar van de<br />

interfacultaire<br />

samenwerking<br />

‘Ik ben geboren in Kruisland in West-Brabant. De enige<br />

drukte kwam daar van het verkeer op weg naar de veerboot<br />

Anna Jacoba Polder-Zijpe. Mijn vader had een schildersbedrijf,<br />

maar omdat er nog twee concurrenten in dat dorp<br />

van tweeduizend inwoners waren, maakte hij in 1951 de<br />

overstap naar Philips Roosendaal. Mijn moeder zette de<br />

verf- en behangwinkel voort, totdat alle vijf de kinderen<br />

hun opleiding af hadden. De huisarts en het hoofd van de<br />

lagere school vonden dat ik best de middelbare school in<br />

Oudenbosch zou aankunnen. Maar ik had last van astmatische<br />

bronchitis en het was vijftien kilometer fietsen -vaak<br />

tegen de straffe westenwind in- naar Oudenbosch. Dus<br />

vonden mijn ouders het beter dat ik naar het internaat van<br />

de broeders van Saint-Louis in die plaats verhuisde. Van<br />

daaruit was het niet ver lopen naar de HBS. De docenten<br />

wiskunde en natuurkunde, toevallig alle twee broeders,<br />

hebben op mij het plezier in de bètavakken overgedragen.<br />

Relatief was er in het internaat weinig afleiding en ik heb<br />

2 6 M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

er de nodige discipline geleerd. Ik heb goede herinneringen<br />

aan die tijd. Het werd gestimuleerd dat je een krant<br />

las. Als jongen van vijftien had ik al een abonnement op de<br />

Volkskrant.<br />

Corpsmentaliteit<br />

Eind jaren zestig was het tijdperk van de televisie, de bandrecorder<br />

en de pick-up. Het Evoluon was net open. Mijn<br />

natuurkundeleraar adviseerde me om elektrotechniek te<br />

gaan studeren, de richting met de meeste toekomst. Ik<br />

kreeg een studiebeurs van Philips, ging in <strong>Eindhoven</strong> kijken<br />

en vond het aan de THE meteen prima. Maar aan het<br />

eind van het eerste jaar begon ik te twijfelen. De applicaties<br />

waren wat beperkter dan ik gedacht had. Verder vond ik de<br />

cultuur bij de faculteit Elektrotechniek nogal hiërarchisch.<br />

De tweedejaarsstudenten die ons begeleidden, hadden een<br />

corpsmentaliteit en knepen ons af. Na de vakantie ben ik<br />

overgestapt naar Natuurkunde. Dat ging naadloos, omdat


de propedeuses voor alle studies toen vrij breed waren.<br />

Met Natuurkunde klikte het vanaf de eerste dag: de verhoudingen<br />

waren wat informeler en in de studie leerde je<br />

om complexe zaken in korte tijd te doorgronden. Was dat<br />

gelukt, dan kreeg je weer iets anders voor je kiezen. Dat<br />

trok me aan.<br />

Demos en Thomas<br />

In het eerste jaar was ik lid geworden van Demos. Tijdens<br />

de introductie moesten we als groenen een week in de<br />

meubelfabriek van Bruynzeel in Bergen op Zoom werken.<br />

Dat betekende om vier uur opstaan, de hele dag deuren<br />

in elkaar zetten en dan ‘s avonds nog eens het introprogramma<br />

volgen. Demos was net verhuisd naar de Bunker<br />

en had blijkbaar dringend geld nodig. Het salaris dat we<br />

bij Bruynzeel verdienden ging rechtstreeks naar de verenigingskas.<br />

Na twee weken hield ik het voor gezien. Vrij<br />

snel daarna ben ik overgestapt naar Thomas Morus. Ik<br />

wilde graag wat buiten het universitaire wereldje doen.<br />

Thomas Morus ondersteunde toen activiteiten in buurthuizen<br />

in Stratum en Tongelre, wijken in <strong>Eindhoven</strong>,<br />

en er waren vrijwilligers nodig voor het jongerenwerk.<br />

Avondactiviteiten en zomerkampen organiseren, dat soort<br />

dingen. Later ging ik werken met kansarme jongeren. Ik<br />

heb ook meegewerkt aan de Kerst-inn in de Bunker, waar<br />

Jan en alleman kon binnenlopen om op een alternatieve<br />

manier de kerstdagen te vieren.<br />

In mijn studie was ik geïnteresseerd in fundamentele<br />

aspecten, maar ook in de toepassing van kennis. Via<br />

Rini van Dongen ging ik stage lopen bij de faculteit<br />

Werktuigbouwkunde, waar ik later ook ben afgestudeerd<br />

P R O f . D R . I R . A N T O N VA N S T E E N H O V E N ( 5 5 ) ,<br />

H O O g L E R A A R E N E R g I E T E C H N O L O g I E<br />

op stromingsonderzoek aan hartkleppen. Dat was uitdagend<br />

pionierswerk. Mijn onderzoek lag precies in het<br />

spanningsveld tussen werktuigbouwkunde, natuurkunde<br />

en elektrotechniek. Ik ben gepromoveerd bij prof. Veenstra<br />

en prof. Reneman (<strong>Universiteit</strong> Maastricht) en daarna<br />

kreeg ik in 1979 bij de faculteit een plaats aangeboden als<br />

wetenschappelijk medewerker. Onder leiding van prof.<br />

Jan Janssen heb ik me verdiept in de eindige-elementenmethode<br />

en in optische meetmethodes. Samen met de<br />

partners in het hartkleppenproject zochten we naar een<br />

interessant nieuw onderwerp. Zo is de onderzoekslijn<br />

atherosclerose ontstaan, waar het ging om de interactie<br />

tussen stroming en het ontstaan van allerlei kalkafzettingen<br />

in de bloedvaten. We zijn methoden gaan ontwikkelen<br />

waarmee we de ingewikkelde stromingen in die gekromde<br />

elastische pijpen, die bloedvaten in feite zijn, konden<br />

berekenen. Achteraf bekeken is, naast het verkregen wetenschappelijke<br />

inzicht, een belangrijk resultaat van deze<br />

projecten het grote aantal ingenieurs en promovendi dat<br />

aan de hand van uitdagende problemen en de nieuwste<br />

methoden is opgeleid. Veel promovendi die op hartklepprojecten<br />

of aderverkalkingprojecten zijn gepromoveerd,<br />

zijn uiteindelijk terecht gekomen bij DSM, Shell of Philips.<br />

Met hun kennis van stromingsleer, optische meetmethoden<br />

en numerieke methoden zijn ze optimaal inzetbaar. Ik<br />

was UHD op het gebied van de bio-stromingsleer, toen ik<br />

de vraag kreeg of ik interesse had voor de leerstoel energietechnologie.<br />

Stroming en warmte zijn altijd de hoofdlijnen<br />

in mijn werk geweest. Kennis op dat gebied kun je in het<br />

menselijke lichaam toepassen, maar ook in technologie.<br />

In zeventien jaar had ik een groot netwerk opgebouwd. Na<br />

M A t r i x / 1 / 2 0 0 7 2 7


2 8<br />

d E V O n k<br />

mijn overstap naar de energietechnologie moest ik weer<br />

helemaal opnieuw beginnen. Qua netwerk viel ik terug op<br />

het niveau van een beginnende promovendus. gelukkig<br />

was rond dezelfde tijd gert Jan van Heijst benoemd als<br />

hoogleraar in de Stromingsgroep van Natuurkunde. Hij<br />

was een werktuigbouwer die bij Natuurkunde terechtkwam<br />

en ik vice versa. We hebben vanaf het begin optimaal samengewerkt<br />

en via het BurgersCentrum heb ik veel internationale<br />

contacten opgebouwd.<br />

Uitdaging<br />

Energietechnologie heeft alles met warmte te maken en<br />

warmteverschijnselen bestaan op alle schalen. Hoe uiteenlopend<br />

het ook lijkt, het is een heel coherent gebied. Van<br />

moleculair niveau tot turbines: het gaat er om methodes te<br />

ontwikkelen en toepassingen te bedenken.<br />

In grote turbines gaat het om turbulente stromen die interacteren<br />

met turbinebladen. Op kleinere schaal gaat het<br />

over transitiestromen in warmtewisselaars, maar ook over<br />

elektronicakoeling. Op een schaal daar weer onder gaat<br />

het over micro-warmteoverdracht. En uiteindelijk kom je<br />

terecht op nanoschaal.<br />

De TU/e heeft een lange traditie op het gebied van interfacultaire<br />

samenwerking. Dat is op onderzoeksgebied echt<br />

het leukste wat er is. De belangstelling voor duurzame<br />

energie is in onze groep al aanwezig sinds de dagen van<br />

Chris van Koppen, de ‘zonneprof’, die in de jaren zeventig<br />

bezig was met energieopslagvragen. In 1973 vonden<br />

Van Koppen, Smulders (windmolens), Prasad (biomassa),<br />

Visscher (brandstofcellen) en Rietjens (magneto hydrodynamische<br />

energieomzetting) elkaar. Die vijf gingen samenwerken<br />

rond duurzame energie en daar is het keuzevak<br />

Blijvende Energiebronnen uit ontstaan. Vanuit het centrum<br />

Techniek voor Duurzame Ontwikkeling hebben we<br />

later de contacten versterkt en zijn we de masteropleiding<br />

Sustainable Energy Technology (SET) begonnen waarin zes<br />

M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

Steenhoven: ‘We proberen de studenten<br />

duidelijk te maken dat technologie eerst door<br />

de samenleving geaccepteerd moet worden.’<br />

faculteiten participeren. Sinds kort hebben we ook een gezamenlijk<br />

laboratorium voor biomassaonderzoek.<br />

We proberen de SET-studenten duidelijk te maken dat<br />

technologie, hoe goed die inhoudelijk ook is, eerst door de<br />

samenleving geaccepteerd moet worden. Als dat niet lukt,<br />

komt nieuwe technologie niet van de grond. Veel mensen<br />

vinden windmolens prima, maar dan liever wel buiten<br />

hun blikveld. En energie uit biomassa is aardig, maar de<br />

installaties moeten vanwege mogelijke stank wel op grote<br />

afstand staan. Of je het leuk vindt of niet, dertig procent<br />

van de energie die in Nederland wordt geconsumeerd,<br />

wordt opgewekt in franse en Belgische kerncentrales. Dat<br />

wordt niet zichtbaar, omdat er geen label aanhangt, zoals<br />

bij groene energie. De laatste tijd suggereren collega’s dat<br />

het verstandig zou zijn om weer over kernenergie na te<br />

denken. Uit wetenschappelijk oogpunt is het verstandig<br />

om a-priori geen opties uit te sluiten. Of het politiek haalbaar<br />

is, weet ik niet.<br />

MiTS<br />

Wetenschappelijke uitdagingen zijn er genoeg. In 2006<br />

zijn we met een groep onderzoekers van verschillende<br />

faculteiten gestart met het MiTS initiatief, dat staat voor<br />

microtransportsystemen. Samen kunnen we het hele traject<br />

op dat gebied overzien: van fundamentele kennis tot<br />

het maken van concrete apparaten. Denk bijvoorbeeld aan<br />

microreactoren waarin chemische processen plaatsvinden<br />

in apparaten met een schaal van honderd micrometer,<br />

een tiende van een millimeter. Denk ook aan het lab-on-achipconcept,<br />

waarmee je een bloedmonster meteen kunt<br />

analyseren. Een gezamenlijke postdoc gaat proberen om<br />

het hele stuk van de kleinste tot de grootste schalen in<br />

numerieke modellen te vangen. Een tweede experimentele<br />

postdoc gaat de grensvlakken tussen de verschillende fasen<br />

in een micro-reactor met behulp van optische technieken<br />

en analytische modellen beschrijven. Dat is echte ingenieurswetenschap.<br />

In Philips en DSM denken we industriële<br />

partners te vinden. Een voorwaarde voor goede samenwerking<br />

tussen onderzoekers van verschillende richtingen is<br />

dat het zonder competentiedrang gebeurt. Dat heeft ook<br />

met karakters te maken: een dominant gen komt de samenwerking<br />

meestal niet ten goede.<br />

Van scratch af aan met een onderzoeksgebied beginnen<br />

vind ik zelf het leukste. Dat heb ik nu in mijn loopbaan<br />

een aantal keren gedaan. De ervaring leert dat veel van die<br />

initiatieven een stevige verankering hebben gekregen. Ik<br />

verwacht dat we met MiTS over tien jaar ook terug kunnen<br />

kijken op een geslaagd initiatief. Echter het uitdagende van<br />

het werken aan de TU/e blijft het samenwerken met jonge<br />

mensen. Ieder jaar weer krijg ik een nieuwe generatie<br />

afstudeerders en promovendi aan tafel die met spannende<br />

ideeën voor methoden en toepassingen komt!


alumni<br />

nieuws<br />

philipS bedRijfSkRing<br />

van tu/e aluMni<br />

recent kwam de Philips bedrijfskring van<br />

tU/e alumni (inmiddels met 350 leden) bij<br />

elkaar. Het onderwerp van de bijeenkomst was<br />

‘Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen’.<br />

Natuurkundige ton van Veen werkzaam als<br />

‘Sustainability Officer’ bij Philips Domestic<br />

Appliances & Personal Care hield een lezing<br />

over de smokeless woodstove, onder andere<br />

beproefd in india en Brazilië. Emeritus hoogleraar<br />

en tU/e-alumnus Cees Daey Ouwens hield<br />

een lezing met als titel ‘Overgang op een duurzame<br />

energievoorziening in dertig jaar.’ Voor<br />

details kunt u kijken op www.tue.nl/alumnus,<br />

klik op ‘archief’ en ‘nieuws items’.<br />

in navolging van de bedrijfskring bij Philips is<br />

het alumnibureau van de tU/e bezig met het<br />

opzetten van bedrijfskringen bij Shell, ASML,<br />

DSM en Essent.<br />

StudieveReniging<br />

uitvoeRingStechniek<br />

houdt aluMnidag<br />

Op 25 maart houdt de studievereniging<br />

Uitvoeringstechniek SUPport van de faculteit<br />

Bouwkunde vanwege haar dertigjarig bestaan<br />

een alumnidag. Voor alumni is er ’s middags<br />

een programma samengesteld waarbij er uiteraard<br />

veel ruimte is om oude bekenden te ontmoeten<br />

en bij te praten.<br />

De alumnimiddag vindt plaats in het gebouw<br />

Vertigo op de tU/e-campus. Hebt u interesse<br />

en wilt u zich aanmelden, dat kan via www.<br />

supporttue.nl.<br />

Gezocht<br />

F OtO : O G C<br />

Camiel Eurlings, TU/e-alumnus <strong>Technische</strong><br />

Bedrijfskunde, is in het Kabinet Balkenende IV<br />

minister van Verkeer en Waterstaat.<br />

lintje vooR oud-decaan bMt<br />

Prof.dr.ir. Jan Janssen, tU/e-alumnus<br />

en voormalig decaan van de faculteit<br />

Biomedische technologie, heeft een koninklijke<br />

onderscheiding gekregen. Hij kreeg zijn lintje<br />

in december aan het einde van de Super tU/<br />

esday van BMt is. Janssen is nu ‘officier in de<br />

orde van Oranje-Nassau’. Janssen staat te boek<br />

als een markant persoon met visie. Hij werd<br />

in 1968, op 27-jarige leeftijd, tot hoogleraar<br />

benoemd aan de faculteit Werktuigbouwkunde.<br />

Als één van de eersten in Nederland zag hij het<br />

belang en de mogelijkheden van toepassing<br />

van moderne technische mechanica op<br />

biomedische problemen. Dit leidde uiteindelijk<br />

tot internationaal toonaangevende posities op<br />

het gebied van botmechanica, botsveiligheid en<br />

tissue engineering. Hij legde de basis voor wat<br />

in 1999 de faculteit Biomedische technologie<br />

zou worden en creëerde daarmee een nieuw<br />

beroep in de Nederlandse gezondheidszorg. Hij<br />

werd de eerste faculteitsdecaan, en is dat tot<br />

Van de onderstaande alumni zoeken wij een actueel adres. Kunt u ons hieraan helpen,<br />

dan kunt u de gegevens telefonisch (040-247 3490) of per e-mail (alumninet@<br />

tue.nl) aan ons doorgeven. Alvast hartelijk dank.<br />

Naam Studierichting Jaar van afstuderen<br />

Johan Meuwissen Elektrotechniek 1995<br />

F.W. Oosterhuis Elektrotechniek 1990<br />

Patrick van de rijt Elektrotechniek 1994<br />

Bas van Deursen Scheikundige technologie 1999<br />

Luc van Dijck technische Natuurkunde 1990<br />

ingeborg Entrop technische Natuurkunde 1999<br />

Marc Jongen technische Natuurkunde 1994<br />

Wouter den Otter technische Natuurkunde 1993<br />

F OtO : b R A M S A E y S<br />

aan zijn emeritaat in 2003 gebleven. tot op de<br />

dag van vandaag is hij één dag in de week actief<br />

als beleidsadviseur bij de faculteit BMt.<br />

aluMniveRenigingen Maken<br />

gebRuik van aluMninet<br />

Alumninet, de centrale database voor alumni<br />

van de tU/e is onlangs uitgebreid met een<br />

speciale beheersmodule die het de alumniverenigingen<br />

mogelijk maakt hun ledenadministratie<br />

via dit systeem te voeren. Voor u<br />

betekent dit onder andere dat uw persoonlijke<br />

gegevens op één centrale plek kunnen worden<br />

bijgehouden. Ook het aanmelden bij een aangesloten<br />

alumnivereniging kan rechtstreeks<br />

in Alumninet. De ledengegevens van de<br />

alumniverenigingen Eduna (Elektrotechniek),<br />

VENi (technische Natuurkunde) en VSi<br />

(Scheikundige technologie) zijn onlangs toegevoegd.<br />

VBi (technische Bedrijfskunde ) en WiE<br />

(Werktuigbouwkunde) zullen op korte termijn<br />

volgen. Bent u lid van een van deze laatste twee<br />

verenigingen dan krijgt u daar vooraf een bericht<br />

over.<br />

tu/e-aluMni ondeR elkaaR<br />

Het Alumnibureau heeft blauwe shawls laten<br />

maken die elke student die afstudeert ontvangt.<br />

ir. ramon Jongen ontvangt de eerste shawl van<br />

alumnus prof.dr.ir. Klaas Kopinga. Hiermee wil<br />

het Alumnibureau de oud-studenten meteen<br />

introduceren in de alumnigemeenschap van de<br />

tU/e. tijdens de alumnidag in april 2006 bleek<br />

al dat alumni de shawl met plezier dragen.<br />

M A t r i x / 1 / 2 0 0 7 2 9


3 0<br />

o n d e r z o e k<br />

de stichting natuur en Milieu formuleerde de uitgangspunten en vroeg de drie technische<br />

universiteiten de uitvoering van het project ‘Auto in de Toekomst’ voor hun rekening<br />

te nemen. Hoe gaan wij in 2020 om met mobiliteit? op de AutorAI zijn eind maart de<br />

spannende resultaten te zien.<br />

Gaan we naast belminuten ook<br />

mobiliteitkilometers kopen?<br />

‘Bij de vorige AutoRAI in 2005 hebben<br />

we een grote advertentie gezet in enkele<br />

landelijke dagbladen’, begint ir. Willem-Jan<br />

van Grondelle van de Stichting Natuur en<br />

Milieu het gesprek. ‘Daarin stond, ‘Beste<br />

autofabrikanten, Toyota laat het zien met<br />

de Prius, maar waar blijven jullie met je<br />

zuinige en schone auto’s? Wij zullen er<br />

zijn, de volgende AutoRAI. Jullie ook?’<br />

Op de AutoRAI 2007 die op 29 maart aanstaande<br />

van start gaat is op een centraal<br />

punt een compleet paviljoen ingericht<br />

gewijd aan de ‘Auto in de Toekomst’. Daar<br />

zal het resultaat van het project te zien<br />

zijn dat Natuur en Milieu in 2005 in gang<br />

heeft gezet. De stichting stelde de randvoorwaarden<br />

op en vroeg vervolgens aan<br />

de drie technische universiteiten om een<br />

auto te ontwerpen. Het moest een veilige,<br />

duurzame, mooie en comfortabele auto<br />

worden, waar consumenten in geïnteresseerd<br />

zijn. In eerste instantie was het project<br />

opgezet als een soort ontwerpwedstrijd<br />

tussen de drie TU’s, maar al snel bleek<br />

dat hun activiteiten eerder complementair<br />

dan competitief waren en werd de wedstrijd<br />

omgedoopt in een uitdaging. Elke<br />

universiteit draagt bij waar die goed in<br />

is. Het project wordt door een team van<br />

twaalf studenten uitgevoerd. Ze komen<br />

regelmatig bijeen om te overleggen. Met<br />

de naderende deadline wordt de agenda<br />

steeds voller en het team enthousiaster. In<br />

Twente houdt men zich bezig met bestuurderondersteunende<br />

systemen die de taak<br />

van de bestuurder eenvoudiger en de auto<br />

steeds veiliger maken. In Delft werkt de faculteit<br />

Industrieel Ontwerpen aan het ontwerp<br />

van auto en interieur, en de faculteit<br />

Werktuigbouwkunde in <strong>Eindhoven</strong> maakt<br />

van dat ontwerp een rijdende auto.<br />

Duurzame mobiliteit<br />

M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

Hoewel op de AutoRAI, die toch vooral op<br />

het voertuig zelf gericht is, een auto te zien<br />

is, omvat het project veel meer dan dat.<br />

Vlnr: Willem-Jan<br />

van Grondelle,<br />

Bram Veenhuizen en<br />

Martin Leegwater.<br />

F oTo : b r A M S A e y S<br />

Op een duurzame manier met mobiliteit<br />

omgaan, noemt Van Grondelle het. ‘Op<br />

de AutoRAI zal er een fantastisch mooie<br />

auto te zien zijn, maar ook een ermee samenhangend<br />

mobiliteitsconcept voor een<br />

duurzame samenleving in 2020.’<br />

‘Toen het project van start ging was er nog<br />

niet veel duidelijk, het was erg zoeken in<br />

het begin’, weet dr. Bram Veenhuizen, die<br />

vanuit de faculteit Werktuigbouwkunde<br />

bij het project betrokken is. ‘Het was erg<br />

zoeken naar wat nu echt belangrijk is. Wij<br />

hebben bijvoorbeeld vele energiebronnen<br />

onderzocht en daarna een keuze gemaakt.<br />

Uiteindelijk hebben we gekozen voor<br />

brandstofcellen. Daarvan zullen er, zo<br />

denken wij, in 2020 voldoende aantallen<br />

tegen een redelijke prijs beschikbaar zijn.<br />

Het elektrisch vermogen wordt in vier<br />

elektromotoren in de wielen omgezet in<br />

mechanisch vermogen. Dat betekent dat je<br />

de ingewikkelde mechanische aandrijving<br />

van de huidige auto niet meer nodig hebt.<br />

De auto kan er daardoor ook heel anders<br />

uitzien.’<br />

Dat de auto er anders uitziet speelt ook<br />

een rol in de communicatie die Natuur en<br />

Milieu ermee voor ogen heeft. De Stichting<br />

wil nadrukkelijk het publiek laten meedenken<br />

over de rol die de auto in 2020 in<br />

onze straten speelt. De manier waarop<br />

we met de auto omgaan zal afwijken van<br />

de huidige. Van Grondelle: ‘Je hebt dan<br />

misschien wel niet meer een grote auto<br />

die je eigenlijk alleen nodig hebt om met<br />

je gezin op vakantie te gaan en waar je de<br />

rest van de tijd in je eentje in zit. Je koopt<br />

mobiliteit bij een dienstverlener. Die past<br />

de auto die hij levert aan de wensen van<br />

dat moment aan: een relatief kleine auto<br />

voor gebruik in je eentje, en een grote auto<br />

als je er met het gezin op uittrekt. De auto<br />

die op de RAI wordt getoond is relatief<br />

klein. Je kunt er wel met vier man in, maar


voor de vakantie zou je tijdelijk een andere<br />

kunnen gebruiken. Omdat de auto toch<br />

een statussymbool is, zou je aan het soort<br />

auto moeten zien dat je er slim mee bezig<br />

bent. In californië werkt dat al een tijdje<br />

zo. Filmsterren rijden er tegenwoordig liever<br />

in de Toyota Prius dan in een SUV om<br />

aan te geven dat zij milieu van groot belang<br />

vinden. ‘<br />

S T U D E N T E N VA N D E D R I E T U ’ S V O E R E N S A M E N<br />

E E N P R O J E c T VA N N AT U U R E N M I l I E U U I T<br />

Martin leegwater, een van de studenten<br />

die vanuit de TU/e bij het project betrokken<br />

is, zegt: ‘Wat opvalt is dat het een heel<br />

open ontwerp is. De auto bevat veel glas<br />

en er is veel contact met de buitenwereld.’<br />

Van Grondelle vult aan: ‘Het idee van het<br />

studententeam, toch een nieuwe generatie<br />

die anders denkt, is ook geweest om dit<br />

project als een open-source-project aan<br />

te pakken. Dat geeft het project een extra<br />

impuls en daar zijn we heel enthousiast<br />

over. Iedereen die goede ideeën heeft kan<br />

ze inbrengen. Dat weerspiegelt het ontwerp<br />

en dat willen we op de AutoRAI ook<br />

uitstralen.’ Daar blijft het niet bij. Na de<br />

RAI hoopt de projectgroep via een website<br />

geïnteresseerden aan het project te binden<br />

die meedenken en meedoen. Nu al dragen<br />

3 7<br />

M A t r i x / 1 / 2 0 0 7 3 1


o n d e r z o e k<br />

de hoofdsponsors Rabobank en Athlon car<br />

lease Nederland en enkele tientallen andere<br />

sponsors geld en middelen in natura,<br />

componenten voor het prototype, bij. Van<br />

Grondelle verwacht dat die groep alleen<br />

maar zal uitbreiden.<br />

Behalve zuinig en aantrekkelijk moet de<br />

auto ook comfortabel zijn. Daar is de bijdrage<br />

van Martin leegwater op gericht. Hij<br />

houdt zich bezig met de wielophanging en<br />

hoopt daar over enkele maanden op af te<br />

studeren. ‘Als een auto door de bocht gaat,<br />

staan de wielen scheef ten opzichte van<br />

het asfalt en dat gaat ten koste van de wegligging.<br />

Nu hebben sommige auto’s van<br />

vandaag wel een actieve wielophanging die<br />

dat compenseert, maar het nadeel daarvan<br />

is dat het relatief veel energie kost. Mijn<br />

oplossing kost nauwelijks energie. Het<br />

komt erop neer dat we twee veren gebruiken,<br />

één die het gewicht draagt en voor<br />

voldoende comfort zorgt en één die<br />

voorgespannen is. Van die laatste kunnen<br />

we de plek waar die zijn kracht uitoefent<br />

variëren. Daarmee kunnen we het wiel<br />

harder of minder hard tegen het asfalt<br />

drukken, waardoor de auto vlak blijft.<br />

3 2 M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

F oTo : b r A M S A e y S<br />

Het gehele team van<br />

het project ‘Auto in de<br />

toekomst’.<br />

Deze combinatie komt de veiligheid en het<br />

comfort ten goede.’ Een extra voordeel van<br />

deze veel eenvoudiger wielophanging is<br />

dat die veel minder plek inneemt dan de<br />

huidige. Ook dat levert weer voordeel op,<br />

de auto kan kleiner zijn, ondervindt minder<br />

weerstand en is dus zuiniger. Je vraagt<br />

je af waarom dat niet al in de huidige<br />

auto’s zit als het zoveel eenvoudiger is.<br />

leegwater weet de reden wel: ‘Op dit moment<br />

worden er veel oplossingen voor een<br />

probleem of mogelijkheden om het comfort<br />

te vergroten toegevoegd aan bestaande<br />

systemen. Begin je helemaal opnieuw met<br />

een ontwerp dan moet je van alle componenten<br />

weer apart gaan bewijzen dat het<br />

een veilig systeem oplevert en dat kost tijd<br />

en geld. Voor autofabrikanten is het dan<br />

vaak makkelijker om uit te gaan van een<br />

beproefd systeem.’ Het is dus eigenlijk wel<br />

verfrissend om helemaal opnieuw met een<br />

ontwerp te beginnen, niet gehinderd door<br />

de historie.<br />

Kleine series<br />

Op de AutoRAI worden verschillende<br />

aspecten van de ‘Auto in de Toekomst’<br />

getoond. Het ontwerp is er, er zijn opengewerkte<br />

delen die de gekozen technische<br />

oplossingen laten zien. Er zijn simulaties<br />

die aantonen dat die oplossingen en de<br />

bestuurderondersteunende systemen ook<br />

de beoogde resultaten opleveren in de<br />

verschillende omstandigheden. Maar een<br />

complete auto die kan rijden is er dan nog<br />

niet. Desgevraagd meldt Veenhuizen: ‘Als<br />

een autofabrikant zich echt kwaad zou<br />

maken, dan zou je in twee jaar een prototype<br />

kunnen hebben dat ook al enigszins<br />

getest is. Maar die moet er een heleboel<br />

geld in stoppen. Elk onderdeel moet namelijk<br />

apart gemaakt worden. Het duurt<br />

minstens tien jaar voor je daaruit een auto<br />

hebt ontwikkeld die je in grote series kunt<br />

produceren.’<br />

Dus dan ben je nu al bijna te laat met beginnen<br />

te denken over de auto van 2020.<br />

‘Dat valt wel mee’, zegt Van Grondelle,<br />

‘Een belangrijk aspect in dit project is dat<br />

we misschien helemaal niet meer in grote<br />

series gaan produceren. Kleinere series<br />

kunnen veel sneller tot stand komen.’<br />

leegwater vult aan: ‘Je kunt de auto dan<br />

veel beter afstemmen op degene die erin<br />

gaat rijden. Mensen die alleen in de stad<br />

rijden zouden zonder brandstofcel toekunnen<br />

en af en toe naar een oplaadpunt<br />

kunnen rijden. Daar is het ontwerp ook al<br />

op ingesteld en het maakt de elektrische<br />

aandrijving veel eenvoudiger.’<br />

Emotioneel product<br />

De auto is en blijft een emotioneel product.<br />

Naast al de technische kanten van<br />

de auto wordt daarom ook veel aandacht<br />

besteed aan de emotionele kanten. Het<br />

ontwerp is dus spannend en afwijkend.<br />

Op die manier kun je laten zien dat je<br />

aan een nieuwe ontwikkeling deelneemt.<br />

Misschien wordt het wel een systeem<br />

waarbij je – vergelijkbaar met de mobiele<br />

telefonie − mobiliteitskilometers koopt.<br />

De ene keer consumeer je die in de trein,<br />

dan weer in een energiezuinige kleinere<br />

auto en weer een andere keer heb je een<br />

grote auto ter beschikking. Duurzaamheid<br />

staat voorop in die keuze. Van Grondelle<br />

hoopt dat de half miljoen bezoekers op de<br />

RAI enthousiast worden van alle ideeën<br />

die er te zien zijn en dat zij zelf ook mee<br />

gaan denken. Mogelijkheden voor een<br />

vervolg van het project zijn er volop. De<br />

partners staan in de startblokken om het<br />

vervolg op te pakken.<br />

Nieuwsgierig naar de Auto in de Toekomst?<br />

Vanaf 29 maart tot en met 9 april kunt u deze live<br />

bekijken op de AutoRAI, paviljoen nummer 01.000<br />

of binnenkort op www.autoindetoekomst.nl.


Matrix-brecht.indd 1 08-02-2007 22:39:43


o n d e r z o e k<br />

de stoffen koolmonoxide, stikstofmonoxide en zink komen in zeer kleine<br />

concentraties voor in het menselijk lichaam. om de werking en functie van<br />

deze stoffen beter te kunnen begrijpen, is het belangrijk ze goed te kunnen<br />

detecteren. Maar dat is lastig, omdat de moleculen erg klein zijn en de<br />

concentraties laag. Promovendus drs. Toon evers werkte aan eiwitten die<br />

als sensoren voor deze stoffen fungeren. Is er een molecuul in de buurt<br />

dan licht het eiwit door fluorescentie op in een specifieke kleur.<br />

knutselen met<br />

fluorescerende<br />

eiwitten<br />

Koolmonoxide (cO in chemische termen) is vooral bekend<br />

als geruisloze sluipmoordenaar. Het reukloze gas<br />

veroorzaakt elke winter wel een paar doden door haperende<br />

ouderwetse kachels op slecht geventileerde zoldertjes.<br />

Dat het gas ook in een gezond lichaam voorkomt, is<br />

minder bekend. In minuscule hoeveelheden weliswaar,<br />

maar toch. ‘De concentratie van het koolmonoxide in bepaalde<br />

cellen van je lichaam verloopt met een op- en neer-<br />

gaande cyclus, parallel aan je dag- en nachtritme’, legt promovendus<br />

drs. Toon Evers van de faculteit Biomedische<br />

Technologie uit. ‘Een andere stof die als boodschapper<br />

fungeert, is stikstofmonoxide (NO). Ook dit wordt in zeer<br />

kleine hoeveelheden door je lichaam aangemaakt. NO<br />

zorgt voor verwijding van de bloedvaten. Viagra ‘triggert’<br />

bijvoorbeeld de aanmaak van deze stof.’<br />

Evers deed zijn promotieonderzoek in de groep Protein<br />

Engineering naar verschillende eiwitten voor het detecteren<br />

van kool- en stikstofmonoxide en zink in de cellen van<br />

het menselijk lichaam.<br />

Dat het lichaam zelf de genoemde giftige stoffen NO en<br />

cO aanmaakt, werd pas in de jaren tachtig ontdekt. Evers:<br />

‘Het gaat om zodanig lage concentraties dat ze niet schadelijk<br />

zijn. Ze hebben alleen de functie van boodschapper.<br />

Het is daardoor wel erg moeilijk om onderzoek te doen<br />

aan deze stoffen. Er komt nog bij dat de moleculen erg<br />

klein zijn, wat het niet eenvoudiger maakt.’ Evers richtte<br />

zijn pijlen op cO en NO vanwege de belangrijke functie in<br />

het lichaam en omdat er nog geen sensoreiwit voor deze<br />

stoffen bestond.<br />

Daarnaast richtte hij zich op zink. Dat is belangrijk voor<br />

een goede gezondheid. Het heeft een katalytische werking:<br />

het versnelt reductie- of oxidatiereacties. Reacties<br />

waarbij elektronen een belangrijke rol spelen. ‘Deze<br />

reacties zijn in heel veel processen in je lichaam belangrijk.<br />

Bijvoorbeeld in je hersenen’, vertelt Evers. ‘Of bij het<br />

3 4 M A t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

F oTo : r I e n M e u l M A n<br />

ontstaan van de ziekte van Alzheimer. Dat hangt samen<br />

met ophopingen van zink.’ Maar dat je lichaam zink nodig<br />

heeft, dat staat wel vast. ‘We begrijpen alleen het mechanisme<br />

nog niet precies waarmee het vanuit de voeding in<br />

de cel terechtkomt. Mijn onderzoek levert gereedschap om<br />

dit soort vragen te gaan beantwoorden. De sensoreiwitten<br />

die ik heb gemaakt, zijn een gereedschap voor andere wetenschappers<br />

om zink beter zichtbaar te maken in de cel.’<br />

Sleutelen aan eiwitten<br />

De groep Protein Engineering waarin Evers promoveerde,<br />

doet precies wat de naam zegt: sleutelen aan bestaande<br />

eiwitten en nieuwe soorten ontwerpen en maken. Doel<br />

daarvan is altijd het maken van eiwitten met nieuwe<br />

functies. Evers: ‘We knopen twee eiwitten bijvoorbeeld<br />

aan elkaar, waardoor je een nieuw eiwit krijgt dat beide<br />

functies in zich verenigt. Of we veranderen één of meer<br />

van de elkaar opvolgende aminozuren, wat ook weer een<br />

andere functie oplevert. Eigenlijk doen we letterlijk aan<br />

genetische manipulatie.’<br />

Eiwitten zijn enorm belangrijke stoffen voor het functioneren<br />

van het menselijk lichaam. Het zijn de werkpaarden<br />

en tegelijkertijd de boodschappers van de cel. Elke<br />

cel is een fabriekje voor eiwitten, een opeenvolging van<br />

aminozuren. Ze worden continu gevormd naar voorbeeld<br />

van een stukje DNA. Tussen mensen onderling zijn de<br />

meeste eiwitten hetzelfde. Zit er een klein foutje in je<br />

DNA, dan kan je lichaam een specifiek eiwit niet goed<br />

aanmaken en is er sprake van een bepaalde ziekte.<br />

De keuze voor juist eiwitten als sensoren voor de genoemde<br />

stoffen valt te verklaren doordat andere materialen<br />

maar moeilijk door het celmembraan heen kunnen<br />

dringen. Een optie is dan de sensormoleculen ter plekke<br />

in de cel aan te maken. Je bouwt dan een stuk DNA en<br />

brengt dat in de cel. Bij de celdeling begint dat DNA


vervolgens in de cel de gewenste eiwitten aan te maken.<br />

‘Je hoeft er dan verder niets meer aan te doen’, aldus de<br />

promovendus.<br />

Lange streng<br />

Provendus Toon Evers maakte sersoreiwitten om<br />

CO, NO en Zink te detecteren.<br />

De twee eiwitten in het sensormolecuul zitten permanent<br />

met een soort van lange streng aan elkaar vast. Het<br />

linkerdeel is fluorescent in de kleur cyaan (fluorescent wil<br />

zeggen: het zendt licht uit nadat er eerder licht van een<br />

andere kleur op is gevallen, red.), het rechterdeel in het<br />

geel. Komen de twee delen dicht bij elkaar, dan gaat hele<br />

molecuul in resonantie, wat ervoor zorgt dat de energie<br />

wordt overgedragen aan het rechterdeel. Daardoor wordt<br />

er vervolgens meer geel dan cyaan licht uitgezonden.<br />

De truc van de sensor zit er nu in dat Evers beide delen<br />

van het grote molecuul zo heeft aangepast dat beide zich<br />

graag aan zink binden. Komt het molecuul dus al rondzwervend<br />

toevallig een zinkmolecuul tegen, dan trekt dit<br />

de twee helften naar elkaar toe, resulterend in een veran-<br />

dering van de lichtkleur. Een teken van de aanwezigheid<br />

van zink. Door goed naar de veranderende lichtkleur te<br />

kijken, is de concentratie aan zink te bepalen. De twee eiwitten<br />

die voor het meten van zink worden gebruikt, zijn<br />

afkomstig uit een kwal. De gewenste fluorescentiekleuren<br />

werden verkregen door aan dit kwallen-DNA te sleutelen.<br />

De twee eiwitten werden vervolgens aan elkaar geknoopt.<br />

Evers: ‘Het lijkt op knutselen met moleculen. Inmiddels<br />

hebben we bacteriën aan het werk gezet om het verbouwde<br />

DNA te reproduceren en de eiwitten te maken.’<br />

‘Het uiteindelijke doel is het meten van de zinkconcentratie<br />

in levende cellen met behulp van een fluorescentiemicroscoop.<br />

En de veranderingen daarin’, legt Evers uit.<br />

‘Een sensoreiwit is trouwens pas echt goed als het alleen<br />

de stof meet die je zoekt. Bij de zinksensor is dat het<br />

geval. Het reageert helemaal niet op bijvoorbeeld calcium<br />

of magnesium.’ De ondergrens voor het aantonen ligt bij<br />

zink rond de 10-8 mol per liter. En daarvoor geldt: hoe<br />

sterker het molecuul aan zink bindt, hoe lager de ondergrens<br />

komt te liggen. En hoe hoger dus de gevoeligheid<br />

voor het meten van de stof. Evers: ‘Maar we willen precies<br />

te weten komen hoe en waarom dit molecuul zink bindt.<br />

Weten we dat eenmaal, dan kunnen we het mechanisme<br />

beter maken.’<br />

M A t r i x / 1 / 2 0 0 7 3 5


s a m e n w e r k i n g m e t g r o o t b e d r i j f<br />

steeds op<br />

zoek naar<br />

nieuwe<br />

markten<br />

3 6 M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

Van een introvert duits<br />

familiebedrijf naar een<br />

internationale speler van<br />

betekenis op allerlei markten.<br />

Van brandstofpompen<br />

en boormachines tot<br />

bewegingstechnologie op<br />

immens grote en immens kleine<br />

schaal. Zie hier de ontwikkeling<br />

van bosch. steeds op zoek<br />

naar nieuwe markten, met<br />

technologie hoog in het vaandel<br />

en veel aandacht voor r&d.<br />

bij zo’n investeringsdrang<br />

hoort samenwerking met<br />

kennisinstellingen als de tU/e,<br />

onder meer in het programma<br />

Point one.<br />

Het project Micro & Nano Motion binnen<br />

het bredere programma Point One is het<br />

vervolg op het project NewMotion. Dat<br />

was een samenwerking tussen de faculteit<br />

Werktuigbouwkunde van de TU/e en<br />

Nyquist uit <strong>Eindhoven</strong>, specialist in motion<br />

control systemen. Het project was gericht<br />

op het maken van een besturingssysteem<br />

om elektromotoren op de nanometer<br />

nauwkeurig te kunnen laten bewegen. Dat<br />

is bijvoorbeeld interessant voor hightech<br />

bedrijven als ASML die hoogwaardige en<br />

complexe machines bouwen. NewMotion<br />

startte in 2004 met subsidie uit het<br />

Europese Stimulus-fonds (zie Vector najaar<br />

2005).<br />

In 2005 werd Nyquist overgenomen door<br />

het bedrijf Bosch. Dat was één van de stappen<br />

in de expansiedrift van dit oorspronkelijk<br />

Duitse bedrijf. De laatste tien jaar is de<br />

omzet van Bosch verdubbeld van twintig<br />

naar veertig miljard euro. Het is nu één<br />

van de grootste private industriële ondernemingen<br />

in de wereld, actief in onder meer<br />

elektronische componenten in de automo-


tive industrie, automatiseringstechniek,<br />

elektrisch gereedschap, huishoudelijke<br />

apparaten en beveiligings- en verwarmingstechniek.<br />

‘Het bedrijf is gestart als<br />

familiebedrijf en is dat nog steeds’, zegt<br />

ing. Eric Hezemans, vice-president Product<br />

Area van Bosch Rexroth in <strong>Eindhoven</strong><br />

(voorheen Nyquist). ‘Robert Bosch richtte<br />

het bedrijf eind negentiende eeuw op in<br />

Stuttgart. Deze Zuid-Duitse regio staat bekend<br />

om zijn spaarzaamheid en discipline.<br />

Zo is Bosch ook altijd geweest: degelijk,<br />

gericht op de lange termijn, de winst laten<br />

terugvloeien in het bedrijf, als een goede<br />

huisvader die de toekomst van zijn kinderen<br />

veiligstelt. Het bedrijf is nooit naar de<br />

beurs gegaan. De familie heeft altijd haar<br />

uitgaven uit eigen zak betaald.’<br />

Oprichter Robert Bosch was techneut en<br />

uitvinder. ‘Hij was bijvoorbeeld bezig om<br />

bougies van auto’s steeds beter te maken.<br />

Momenteel is Bosch marktleider op het<br />

gebied van elektronica voor auto’s, met<br />

een omzet van 27 miljard euro. Denk aan<br />

brandstofpompen, diesel-elektrosystemen,<br />

de elektronica voor de powertrain aan de<br />

onderkant van de auto.’<br />

Grote thema’s<br />

Voor de hardwerkende familie bleek de<br />

automotive industrie al snel niet genoeg te<br />

zijn. Er moesten nieuwe markten aangeboord<br />

worden. Dat betekende in de praktijk<br />

veel overnames van andere bedrijven, ook<br />

in het buitenland. ‘Van een introvert Duits<br />

familiebedrijf is het een grote internatio-<br />

Xxxxxx nale firma geworden. In Nederland alleen<br />

al is Bosch de laatste tien jaar verzevenvoudigd,<br />

van duizend naar zevenduizend<br />

medewerkers.’<br />

Naast de divisie automotive componenten<br />

kwam er de divisie Verbruiksgoederen en<br />

Bouwtechnologie, waar VDT in Tilburg onderdeel<br />

van uitmaakt. ‘Bekend van de boormachines<br />

die bij iedere bouwmarkt liggen’,<br />

zegt Hezemans. Ook Skil in Breda behoort<br />

tot deze groep zogeheten power tools.<br />

‘Denk ook aan veiligheidssystemen en verwarmingsketels,<br />

onder meer gemaakt door<br />

het van oorsprong Nederlandse bedrijf<br />

Nefit. Eerder kocht Bosch in <strong>Eindhoven</strong> de<br />

veiligheidscameragroep van Philips. Bosch<br />

anticipeert daarmee op de grote thema’s<br />

in de wereld, zoals energie en veiligheid,<br />

naast bekende thema’s als gezondheid en<br />

brandstoffen.’<br />

Het bedrijf heeft technologie altijd hoog<br />

in het vaandel gehad. ‘Het kent een groot<br />

aandeel voor R&D van zes procent’, geeft<br />

Hezemans aan. ‘In Duitsland heeft het al<br />

decennia lang een soort Natlab. Bosch staat<br />

Eric Hezemans<br />

is vice-president<br />

Product Area van<br />

Bosch Rexroth.<br />

nummer 1 in Europa als het gaat om patenten,<br />

vergelijkbaar met Philips.’<br />

In 2001 stortte Bosch zich definitief op de<br />

markt van bewegingstechnologie, met de<br />

aankoop van het bedrijf Rexroth. ‘Rexroth<br />

was oorspronkelijk een Duits staalbedrijf,<br />

gespecialiseerd in hydrauliek. Dat is de<br />

kunst om met olie grote zware objecten in<br />

beweging te krijgen, bijvoorbeeld sluizen,<br />

baggerschepen en boorplatforms. Met<br />

name deze projecten worden uitgevoerd<br />

bij Bosch Rexroth in Boxtel. Rexroth was<br />

marktleider in deze tak van sport.’<br />

Na de overname door Bosch bleef de<br />

naam Rexroth bewaard in Bosch Rexroth,<br />

vanwege de naamsbekendheid. Bosch<br />

ging zich daarnaast richten op pneumatiek,<br />

bewegen met lucht, en op lineaire<br />

bewegingstechnologie. Ook kennen we in<br />

Nederland de verpakkingsmachine groep<br />

in Weert, onderdeel van de divisie verpakkingsmachines.’<br />

Stapje verder<br />

f oto : b a r t V a n o V e r b e e k e<br />

Op zoek naar weer een nieuwe markt<br />

kwam het bedrijf uit bij Nyquist in<br />

<strong>Eindhoven</strong>. ‘Bewegen van immens grote<br />

dingen of bewegen van immens kleine dingen:<br />

het is een heel andere wereld, maar<br />

in essentie blijft het om bewegen gaan.<br />

Vandaar dat Bosch ook dit bedrijf heeft<br />

overgenomen in november 2005.’<br />

Nyquist, inmiddels dus ook Bosch Rexroth,<br />

was als kleiner formaat bedrijf heel erg<br />

gewend om samen te werken met andere<br />

bedrijven en bijvoorbeeld de TU/e. ‘Bosch<br />

is van huis uit niet zo gericht geweest op<br />

samenwerking, ook vanwege de sterke<br />

R&D-afdeling’, zegt Hezemans. ‘Maar een<br />

bedrijf als Nyquist bracht hen in aanraking<br />

met die cultuur, vanuit de sfeer die<br />

in <strong>Eindhoven</strong> sinds 2002 sterk is gegroeid<br />

met de komst van de High Tech Campus<br />

<strong>Eindhoven</strong>. Deze samenwerking tussen<br />

Bosch Rexroth en de regio blijft gewoon<br />

bestaan.’<br />

Voorbeeld daarvan is de hernieuwde samenwerking<br />

met de TU/e in het project<br />

Micro & No Motion binnen het programma<br />

Point One, een vervolg op NewMotion.<br />

Daar zijn niet alleen dezelfde hoogleraren<br />

van de faculteit Werktuigbouwkunde bij<br />

betrokken, prof.dr.ir. Maarten Steinbuch<br />

en prof.dr. Henk Nijmeijer , maar ook de<br />

faculteit Elektrotechniek (prof.dr.ir. André<br />

Vandenput) en een aantal nieuwe partners<br />

zoals FEI en Technolution B.V. ‘De onderzoekers<br />

gaan dit keer een stapje verder in<br />

het onderzoek naar uiterst nauwkeurig<br />

bewegen’, geeft Hezemans aan. ‘Op nanoniveau<br />

blijkt dat luchtdeeltjes hinderlijk in<br />

de weg zitten. Alles vacuüm maken zou<br />

een oplossing zijn, maar dat brengt weer<br />

heel andere problemen met zich mee. Die<br />

willen de onderzoekers oplossen met dit<br />

project. Het is eind vorig jaar gestart, met<br />

een looptijd van twee jaar.’ Kortom, innoveren<br />

zit Bosch in het bloed, vanuit haar<br />

grondbeginselen. ‘Continu nadenken waar<br />

je morgen je boterham mee wilt verdienen,<br />

en wat je daar dan voor moet doen, dat is<br />

de drijfveer van het bedrijf. Het is daarbij<br />

belangrijk alleen research te doen voor<br />

de kerntaken van het bedrijf. Je kunt niet<br />

alles zelf doen. Open innovatie heet dat.<br />

Samenwerking moet je leren.’<br />

M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 3 7


f oto : f r a n k e a r C h i t e C t e n<br />

3 8<br />

s a M e n w e r k i n g M e t M k B<br />

tU/e gooit deur open<br />

de bouwwereld heeft nooit op<br />

grote schaal samengewerkt<br />

met de universiteit. maar als<br />

het aan ir. mark Cox van de<br />

leerstoel Product development<br />

van de faculteit bouwkunde ligt,<br />

komt daar snel verandering in.<br />

ongeveer veertig ondernemers<br />

met kennisvouchers hebben<br />

bij zijn groep aangeklopt voor<br />

hulp bij de ontwikkeling van<br />

producten. met het concept van<br />

‘slimbouwen’ hoopt hij hen op<br />

weg te helpen.<br />

Een voorbeeld van een Passiefhuis.<br />

M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

‘De bouw staat met zijn grote aantallen<br />

MKB’ers en zijn traditionele werkwijzen<br />

niet bekend als bijzonder innovatief. Dit<br />

is deels te wijten aan de structuur van de<br />

bouwketen waarin veel kleine bedrijven<br />

met minimale onderzoeksbudgetten actief<br />

zijn, 75 procent van hen heeft helemaal<br />

geen onderzoeksbudget. Veel MKB’ers zijn<br />

echter uitermate innovatieve ondernemers<br />

die met een steuntje in de rug juist in<br />

staat zijn nieuwe producten te bedenken.<br />

De innovatievoucher kan zo’n steun zijn’,<br />

legt Cox uit. Het is de bedoeling van de<br />

leerstoel dat SlimBouwen een raamwerk<br />

wordt voor fundamenteel onderzoek naar<br />

efficiënter, lichter en beter bouwen en de<br />

consequenties daarvan. Binnen dit raamwerk<br />

worden deelonderzoeken uitgevoerd<br />

voor bedrijven.<br />

Cox: ‘Ik voorspel dat bouwproducten complexer<br />

gaan worden. Er komen meer kanten-klaar<br />

producten, zoals vloeren met ingebouwde<br />

elektra of daken met ingebouwde<br />

isolatie. Meer industrieel vervaardigde<br />

half- of eindproducten. We gaan ook meer<br />

variatie zien in gevels, gevels zullen door<br />

de toegenomen mogelijkheden meer aan<br />

mode onderhevig zijn.’<br />

Hij zou dan ook graag een onafhankelijk<br />

kennisinstituut opgericht zien dat alle<br />

bouwprocessen kent maar tegelijkertijd zo<br />

onafhankelijk is dat concurrentiebelangen<br />

geen beperkende factor zijn in het stimuleren<br />

van innovaties in de bouw.<br />

In het bouwproces moet gekeken worden<br />

naar veiligheid, energie, regelgeving, procedures,<br />

aansprakelijkheid enzovoorts, enzovoorts.<br />

Door de complexiteit en het grote


voor bouw<br />

aantal deelnemers aan de afzonderlijke<br />

bouwprocessen is de bouw in een soort impasse<br />

van het denken geraakt. Innovaties<br />

krijgen onvoldoende kans. Daar zouden<br />

wij vanuit een onafhankelijk instituut verandering<br />

in willen brengen.’<br />

Passiefhuis<br />

Op dit moment lopen er interessante<br />

projecten met ondernemers in de bouw.<br />

Een voorbeeld is het Passiefhuis van<br />

Erik Franke van Franke Architekten uit<br />

Sliedrecht. Hij is al sinds de energiecrisis<br />

in de zeventiger jaren bezig met energiezuinig<br />

bouwen. Sinds tien jaar maakt<br />

hij gebruik van ‘passief technologie’. Een<br />

Passiefhuis is op allerlei manieren energiezuinig<br />

gebouwd en is ook gebruiksvriendelijk.<br />

TU/e onderzoekt nu samen<br />

met de Stichting Passiefhuis Holland (zie<br />

www.passiefhuis.nl) de luchtkwaliteit en<br />

de luchtdichtheid in woonhuizen bij een<br />

dergelijke bouwwijze. Er zijn momenteel<br />

vijftien Passiefhuizen in Nederland. Maar<br />

dat gaat veranderen’, voorspelt Franke.<br />

Landelijk wil de overheid mogelijk tien<br />

projecten ondersteunen die als voorbeeld<br />

moeten gaan dienen voor het op korte termijn<br />

stimuleren van hoog efficiënte, energiezuinige<br />

woningbouw en renovatie.<br />

Metingen door TU/e<br />

Bij toepassing van deze technologie bij<br />

renovatie kunnen woningen van meer dan<br />

veertig jaar oud zelfs zeven tot tien keer<br />

energiezuiniger worden als het gaat om<br />

ruimteverwarming. Een gemiddeld nieuwbouwhuis<br />

wordt drie tot vijf keer zuiniger.<br />

Franke wil nu samen met de TU/e een<br />

reële prognose proberen te maken voor de<br />

kosten van zo’n kwaliteitssprong. Ook wil<br />

hij inzicht krijgen in de verbetering van de<br />

luchtkwaliteit na renovatie.<br />

De TU/e heeft metingen verricht in drie<br />

bestaande Passiefhuizen in Duiven,<br />

Dalen en Sliedrecht. De komende tijd<br />

zullen metingen worden gedaan in twee<br />

projecten waar gewone huurhuizen zullen<br />

worden gerenoveerd met gebruik van<br />

Passiefhuistechnologie. Na de hoogefficiënte<br />

renovatie van deze proefhuizen<br />

wordt opnieuw gemeten om het verschil te<br />

kunnen duiden. ‘Met deze strategie wordt<br />

een deel van de verbetering van de woon-<br />

kwaliteit gekwantificeerd’, zegt Franke.<br />

‘Wij willen erachter komen wat het zou<br />

kosten om een gemiddeld ouder huis te<br />

verbouwen tot Passiefhuis. De woningbouwverenigingen<br />

staan de komende<br />

jaren voor grote beslissingen in renovatieprojecten.<br />

Het huizenbestand wordt<br />

veel meer waard met toepassing van<br />

Passiefhuistechnologie.’<br />

Franke ziet steeds meer belangstelling voor<br />

een gezond binnenmilieu. ‘Waarom zou je<br />

thuis genoegen nemen met minder comfort<br />

en luchtkwaliteit dan op kantoor of in<br />

je auto? Wij moeten onze installaties en<br />

apparaten die het binnenmilieu bepalen,<br />

beter afstemmen op de vraag. Een gezond<br />

binnenmilieu heeft invloed op de gezondheid<br />

en productiviteit van de mensen en<br />

natuurlijk op het energieverbruik.’<br />

Experimenten met daken<br />

Op het terrein van de TU/e experimenteren<br />

de mensen van Product Development<br />

van de faculteit Bouwkunde voor een<br />

aantal bedrijven met verschillende soorten<br />

daken die water kunnen leiden naar een<br />

buffer, om bijvoorbeeld ruimtes te koelen<br />

of juist om warmte op te slaan.<br />

Cox: ‘Eén MKB’er bedacht een waterbufferend<br />

dak en vroeg ons om zijn idee verder<br />

te ontwikkelen. Dat dak was weliswaar geschikt<br />

voor waterbuffering, maar meer nog<br />

voor energieopvang of koeling. Een andere<br />

MKB’er die ervan hoorde wilde daarna<br />

met behulp van een voucher onderzocht<br />

hebben of een sedumdak of groendak ook<br />

f oto : P r o C o n<br />

Experimenten met<br />

verschillende soorten daken<br />

op het TU/e-terrein.<br />

geschikt is voor een dergelijke toepassing.<br />

Een leverancier van dakfolies bedacht<br />

daarop dat zijn folies misschien mechanisch<br />

aan elkaar verbonden kunnen worden<br />

en wilde ook dat onderzocht hebben.’<br />

‘De toepassingen zijn legio’, zegt Rens<br />

Swiebert, directeur van Procon in Tilburg.<br />

Procon ontwikkelt woningbouwprojecten<br />

en renovatieprojecten voor eigen rekening<br />

en voor derden. Swiebert: ‘Van grijswatersysteem<br />

tot koelingssysteem, van<br />

vermindering van de druk op het riool tot<br />

energie-aftappunt. Het water kun je laten<br />

weglopen of je kunt het pompen naar een<br />

residuvat op het dak of in de grond waar<br />

het op natuurlijke wijze warmer of kouder<br />

wordt. Daar komen veel aspecten bij kijken.<br />

Bijvoorbeeld: hoe minder lichtdoorlatend<br />

de folies die je op het dak gebruikt,<br />

hoe minder verdamping er plaatsvindt.’ In<br />

de verschillende mogelijkheden van dakbedekkingen<br />

is Procon zeer geïnteresseerd.<br />

Swiebert leidt een werkgroep met verschillende<br />

bedrijven die betrokken zijn bij de<br />

proeven met daken op de TU/e en coördineert<br />

de contacten. De proeven met de<br />

verschillende daken lopen nu ongeveer een<br />

jaar. ‘De eerste testresultaten zijn positief.<br />

We hebben in ieder geval onlangs gezien<br />

dat de folies op platte daken bestand zijn<br />

tegen zware storm. De volgende stap is een<br />

Europees patent.’<br />

Voor meer informatie over samenwerken met de<br />

TU/e en over innovatievouchers, kunt u kijken op<br />

www.unitedbrains.nl.<br />

M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 3 9


4 0<br />

s t a r t e r s<br />

M E T E N VA N D R I E D I M E N S I O N A L E O B J E C T E N<br />

tasten op nanoschaal<br />

het begon met een promotieonderzoek aan de faculteit<br />

werktuigbouwkunde en inmiddels is de technologie uitgegroeid tot<br />

een bedrijf met potentie. XPress Precision engineering maakt tasters<br />

voor coördinatenmeetmachines die worden gebruikt bij het meten van<br />

driedimensionale objecten. met de gepatenteerde techniek kan dit nu<br />

zelfs op nanoschaal. de oprichter: ‘toen ik het product in 2003 zag,<br />

dacht ik meteen dat het potentie heeft voor een bedrijf.’<br />

Het belangrijkste product van XPRESS<br />

Precision Engineering, een spin-off bedrijf<br />

van de TU/e, is de Gannen-XP, een taster<br />

voor een coördinatenmeetmachine (CMM).<br />

Deze meetmachine beweegt de taster, een<br />

heel dun naaldje, in een driedimensionaal<br />

vlak op en neer om een object te verbeelden,<br />

als een blinde die met een stok de<br />

wereld aftast en zo een beeld van de omgeving<br />

maakt. CMM’s zijn de afgelopen jaren<br />

steeds nauwkeuriger geworden, maar de<br />

nauwkeurigheid van tasters bleef daarbij<br />

achter. XPRESS maakt die achterstand goed<br />

door significant betere resultaten te boeken<br />

dan de bestaande oplossingen. De kern<br />

van de vinding is een driehoek die op de<br />

De taster voor coördinatenmeetmachines.<br />

f oto ’ s : b a r t V a n o V e r b e e k e<br />

M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

punten vasthangt op drie sprieten. Wanneer<br />

de punt van de taster iets tegenkomt, beweegt<br />

de driehoek de sprieten. De rek die<br />

op de sprieten komt, wordt gemeten met<br />

rekstroken. Dit type meting bestaat al, maar<br />

de taster van de startende onderneming is<br />

nauwkeuriger en beter dan al het bestaande.<br />

‘De nauwkeurigheid was tot een halve micrometer<br />

en met onze taster kom je tot 50<br />

nanometer’, zegt de 29-jarige promovendus<br />

ir. Edwin Bos. Hij kwam vier jaar geleden<br />

met de taster in aanraking toen hij er als<br />

promovendus onderzoek aan ging doen.<br />

‘De punt waarmee we meten is heel klein,<br />

zodat we in kleinere gaatjes kunnen. We<br />

kunnen een voelspriet van 50 micrometer<br />

maken, nog minder dan de dikte van een<br />

haar, waarmee we bijvoorbeeld microsystemen<br />

bemeten. De botsende massa en de<br />

stijfheden van de taster zijn ook veel lager.<br />

Dat maakt de kracht van de botsing van de<br />

taster met een object veel kleiner, wat belangrijk<br />

is als je bijvoorbeeld zeer gevoelige<br />

lenzen voor satellieten meet. Daar mogen<br />

zeker geen deuken in of beschadigingen<br />

aan komen.’<br />

Bedrijvencommissie<br />

Bos doet zijn promotieonderzoek bij het<br />

IOP Precisietechnologie (Innovatiegericht<br />

Onderzoek Programma, een initiatief van<br />

het ministerie van Economische Zaken).<br />

‘Het mooie van een IOP-project is dat er<br />

een bedrijvencommissie is waardoor je<br />

direct in contact staat met ondernemers<br />

uit het veld. In mijn geval zaten er onder<br />

meer het Nederlands Meet Instituut, TNO<br />

Industrie en Te Strake in. Zij hadden<br />

meteen interesse in de techniek.’<br />

De bedrijven lieten aan Bos weten dat hij<br />

iets bijzonders in handen heeft. Hij startte<br />

daarom in 2004 zijn onderneming. Het<br />

uitbouwen van de onderneming kwam<br />

tot stand toen het onderzoek aan de taster<br />

werd ondergebracht in een programma<br />

voor entrepreneurschap. In dit programma,<br />

ondersteund door het Innovation Lab van<br />

de TU/e, studeren studenten van verschillende<br />

faculteiten af op een deelprobleem<br />

binnen een nieuw bedrijf. Ernst Treffers,<br />

student <strong>Technische</strong> Bedrijfskunde, deed<br />

het programma en kwam zo in contact met<br />

Bos. Treffers: ‘Ik heb altijd de droom gehad<br />

om zelf een leuke onderneming te hebben.<br />

Ik wil liever niet voor een baas werken.<br />

En als ik ergens zes of zeven dagen per<br />

week bezig ben, dan wil ik daar later zelf<br />

de vruchten van plukken. Het zelfstandig<br />

ondernemen geeft ook vrijheid die me aanspreekt.’<br />

Treffers brengt bedrijfskundige<br />

kennis in, terwijl Bos zich bezighoudt met<br />

de techniek.<br />

Producenten<br />

De twee verwachten elk moment te kunnen<br />

beginnen met de productie van de tasters.<br />

Treffers: ‘We willen de tasters leveren aan<br />

de producenten van coördinatenmeetmachines.<br />

Zij kunnen het verkopen aan klanten<br />

die het bijvoorbeeld gebruiken voor het<br />

meten van de gaatjes in een inktjet printer,<br />

inspuitkanalen bij brandstofinjectie, complexe<br />

3D-onderdelen die kleine features bevatten<br />

of die nauwkeurig bemeten moeten<br />

worden.’ Er zijn gesprekken met fabrikanten<br />

die grote interesse hebben in het product.<br />

Volgens Bos zijn de fabrikanten zelfs<br />

nog enthousiaster dan hij had verwacht.<br />

Een jaar geleden zei een potentiële klant<br />

op een beurs: ‘ik geloof niet dat jullie de<br />

geclaimde nauwkeurigheid kunnen halen,<br />

maar als het lukt, wil ik dat product meteen<br />

hebben.’ Treffers: ‘We zijn nu met hem in<br />

gesprek. Dat is leuk. Zo zijn er nog meer<br />

opties. Als er al maar één een handtekening<br />

zet, dan kan er geproduceerd gaan<br />

worden.’<br />

Wanneer de eerste bestellingen worden<br />

geplaatst, moeten de ondernemers aan de<br />

slag om de producten te leveren. XPRESS<br />

Precision Engineering is op de eerste<br />

plaats een ontwikkelbedrijf, geen productiebedrijf.<br />

Het bedrijf zal de research en<br />

development samen met de TU/e blijven<br />

voortzetten, de productie samen met partners<br />

in de regio oppakken en voor de ont


Ernst Treffers (l) en Edwin Bos.<br />

wikkeling van de chip samenwerken met<br />

MESA+, een onderzoeksinstituut van de<br />

<strong>Universiteit</strong> Twente.<br />

Droom uitgekomen<br />

Hoeveel stuks ze van de Gannen-XP<br />

gaan verkopen, is moeilijk te voorspellen.<br />

Treffers: ‘Dat is helemaal afhankelijk<br />

van de deals die we met machinebouwers<br />

sluiten. Er zijn een paar grote bouwers die<br />

samen het overgrote deel van de markt<br />

in handen hebben. Een contract kan per<br />

bouwer zomaar per jaar een tiental tot tientallen<br />

verkochte tasters opleveren.’ Binnen<br />

een aantal maanden kunnen de twee<br />

fulltime aan de slag met hun bedrijf. Dan<br />

is Treffers klaar met zijn studie en zit het<br />

promotieonderzoek van Bos erop. Voor de<br />

laatste is dan een droom uitgekomen. ‘Ik<br />

heb altijd een eigen bedrijf willen hebben.<br />

Ik had ook bij een bedrijf onderzoek kunnen<br />

gaan doen, maar het is veel leuker om<br />

iets voor jezelf te beginnen. Mijn ouders<br />

hadden een bedrijf en ik heb zelf ook al<br />

kleine bedrijfjes gehad. De negen tot vijfmentaliteit<br />

spreekt me niet aan. Ik wil dat<br />

ik voor goed werk beloond word en ik ben<br />

bereid de consequentie te dragen wanneer<br />

het slechter gaat. Zolang ik niet onder een<br />

brug hoef te slapen, natuurlijk.’<br />

M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 4 1


L O O P B a a n<br />

Ir. Ingrid de Boer<br />

is algemeen<br />

directeur van<br />

Woonbedrijf.<br />

f oto : b a r t V a n o V e r b e e k e<br />

ingenieur<br />

in wonen<br />

Ze zat aan alle kanten van de tafel waar het gaat om woningbouw: ze was adviseur,<br />

opdrachtgever en overheid. sinds 2006 is stadsvernieuwer ir. ingrid de boer (45) terug<br />

in eindhoven, in de functie van algemeen directeur van woonbedrijf, ontstaan door een<br />

fusie van woonstichting hhvl en woningstichting sws. ‘ik was er aan toe om koers te<br />

zetten met een organisatie.’<br />

‘Ik begon in 1980 met de studie Bouwkunde en studeerde<br />

af in 1986. Das was voor die tijd snel. Mijn stage bij de<br />

gemeente Breda zorgde voor een tempoverhoging. Die<br />

stage begon met drie maanden, maar werd een half jaar.<br />

De confrontatie tussen theorie en praktijk was heel interessant.<br />

Ik wilde ideeën toetsen aan de werkelijkheid.<br />

Het gevolg was wel dat ik bij terugkomst op TU/e zo snel<br />

mogelijk klaar wilde zijn.<br />

Ik ben afgestudeerd in de stadsvernieuwing. Dat was toen<br />

de klassieke aanpak waarbij gebouwen behoorlijk werden<br />

gestript en bewoners moesten verhuizen. Ik had sterke affiniteit<br />

met die complexe processen. Ik ben goed in staat<br />

te voorspellen welke stappen je moet zetten om ergens uit<br />

te komen. Het proces van stadsvernieuwing was daarom<br />

voor mij erg interessant. Ik weet dat ik geen geniaal ontwerper<br />

ben. Om mij heen zag ik dat er mensen zijn die<br />

4 2 M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

dat veel beter kunnen. Ik heb het dus ook nooit meer gedaan<br />

– ik ken mijn beperkingen.’<br />

Bestaande bouw<br />

‘Mijn eerste baan was bij de nationale woningraad, een<br />

koepelorganisatie voor woningcorporaties. Dat was al<br />

heel mooi in die jaren, want de markt voor afgestudeerden<br />

was dramatisch. Ik had de functie van bestuurs- en<br />

organisatieconsulent. Na drie jaar vond ik dat ik er te<br />

weinig van mijn opleiding in kwijt kon. Ik ging naar<br />

INBO Architecten/Adviseurs op het hoofdkantoor in<br />

Woudenberg. Daar werd ik adviseur renovatie en onderhoud.<br />

Ik zat weer in de bestaande bouw, maar nu was het<br />

heel bouwkundig: van het opstellen van renovatieplannen<br />

en haalbaarheidsplannen, tot directievoering op de<br />

bouw, de steiger op. Het waren grote projecten door het


hele land. Het was voor mij geen probleem dat ik een<br />

vrouw was op een bouwplaats. Ik heb me nooit aangepast.<br />

Daardoor heb ik altijd grote lol gehad.<br />

Ik wilde leiding gaan geven aan een groep mensen. Ik<br />

merkte aan de reactie van anderen dat ik er aanleg voor<br />

had en ik merkte aan mezelf dat ik er veel plezier in heb.<br />

Er was een vacature bij een corporatie in Breda. Ik werd<br />

hoofd woondiensten. Dat was in 1991, ik was nog geen<br />

dertig. De afdeling die ik leidde, bestond uit zestien mensen.<br />

We waren bezig met alles wat met klanten te maken<br />

heeft. Bewoners zijn erg leuk. Ze hebben ook bijna altijd<br />

gelijk. Ze worden nogal eens als lastig gezien, maar zij<br />

verblijven in de wijken. Als je goed luistert naar bewoners<br />

kun je daar veel aan hebben. Ik ging vaak naar bewonersavonden.<br />

Soms om te luisteren en soms om te vertellen<br />

over onze plannen. Daar kan veel emotie loskomen. Dat<br />

moet je de ruimte geven, maar wel kanaliseren. Als er<br />

twintig schreeuwende bewoners staan die allemaal iets<br />

anders willen, dan zul je dat nooit allemaal kunnen realiseren.<br />

Dat begrijpen ze overigens prima. Je moet ze alleen<br />

niet als kinderen behandelen. Dan gaat het mis. Daar heb<br />

ik nooit last van gehad; ik neem de bewoners heel serieus.<br />

Ik had nooit bedacht dat ik ambtenaar zou worden. Ik had<br />

er een heel slecht beeld van; een luie, trage organisatie.<br />

Mijn beeld is nu helemaal veranderd: ik ben nooit zulke<br />

hardwerkende mensen tegengekomen. Ik zat blijkbaar<br />

ergens in een bak van een headhunter en werd gevraagd<br />

om hoofd stadsontwikkeling bij de gemeente Nijmegen<br />

te worden. De cultuur van die organisatie moest veranderen.<br />

Er moest gekeken gaan worden naar wat de stad en<br />

de mensen nodig hadden, in plaats van paternalistisch<br />

bepalen waar de mensen behoefte aan hebben. Dat is een<br />

proces van drie tot vijf jaar.<br />

De Boer: ‘Bewoners zijn<br />

erg leuk. Zij hebben ook bijna<br />

altijd gelijk.’<br />

Ik vind het heel leuk om een organisatie beter te maken.<br />

Het wordt daarmee voor de mensen die er werken ook<br />

beter. Hoewel er altijd enkelen zijn die zich echt niet willen<br />

aanpassen. Daar zul je afscheid van moeten nemen.’<br />

Consument centraal<br />

‘Per 1 maart 2006 ben ik directeur van Woonbedrijf. Ik<br />

moest de vastgoedportefeuille gaan beheren, er moest<br />

een netwerk worden opgezet en er moest veel worden<br />

samengewerkt. Woonbedrijf is een grote corporatie en<br />

zaken die je doet hebben betekenis voor de stad. De club<br />

zit er financieel goed bij wat mogelijkheden geeft. Dat<br />

alles maakte het voor mij tot een ideale nieuwe baan. Ik<br />

was er ook aan toe om koers te zetten met een organisatie.<br />

Ik wil graag de verantwoordelijkheid dragen. Ons<br />

speerpunt is: beter naar de consument luisteren. Dat<br />

moet ons handelen bepalen. We moeten weten hoe onze<br />

klanten wonen ervaren. Het is mijn heilige overtuiging<br />

dat we daardoor tevredener bewoners krijgen, en dat<br />

is het doel van ons bedrijf. We hebben een aantal grote<br />

herstructureringsprojecten. De Barrier is een heel eind<br />

op streek, we hebben Lakerlopen, Drents Dorp. Er zijn<br />

een aantal nieuwbouwprojecten, bijvoorbeeld Strijp S<br />

dat net bouwrijp wordt gemaakt.<br />

We zijn ook bezig met de leefbaarheid in de buurt. Zo<br />

vragen we in Doornakkers deur aan deur wat ze van<br />

hun buurt vinden, wat ze missen en wat ze vinden dat<br />

wij zouden moeten doen. Een heel mooie aanpak is in<br />

Woensel, waarbij we mensen heel direct betrekken bij<br />

hun buurt en vragen om zelf met plannen te komen. Dat<br />

levert geweldige ideeën op, maar het brengt ook bewoners<br />

onderling in contact, en geeft cohesie. Dat is heel<br />

bevredigend.’<br />

M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

4 3


Hoogvliegers<br />

gezocht!<br />

Ready for take off?<br />

De stap van de schoolbanken naar een<br />

multinational. Het lijkt eenvoudig. Je wilt je<br />

vleugels uitslaan. Kansen pakken. En kennis<br />

ontwikkelen. Waar kun je dat nou echt? Wie<br />

biedt je meer dan luchtkastelen? Echte kansen<br />

en mogelijkheden. Want de vraag is of je op<br />

gebakken lucht ook daadwerkelijk je vleugels<br />

kunt uitslaan. Wij denken van niet. Daarom<br />

bieden wij je geen uniforme startersfunctie,<br />

maar een baan die bij je past. Alleen dan haal<br />

je het maximale uit jezelf.<br />

Want laten we eerlijk zijn met een beetje wind<br />

in de zeilen stijgen hoogvliegers tot ongekende<br />

hoogtes.<br />

Ben je geïnteresseerd in een carrière in tech-<br />

nology & innovations of IT business process<br />

management, kijk dan op www.altran.com/nl<br />

of stuur je CV en een korte motivatie naar<br />

recruitment@altran.nl<br />

Voor meer infomatie bel je met 023 - 569 40 90.


ontwerper in opleiding<br />

Tiberiu Muntean (26)<br />

Tiberiu Muntean volgde aan de <strong>Universiteit</strong> van Boekarest zijn<br />

bachelor- en masteropleiding. Tijdens zijn promotieonderzoek<br />

raadde zijn begeleider hem aan om het postdoctorale programma<br />

Mathematics for Industry aan de TU/e te gaan volgen om zijn<br />

opleiding te completeren. In september 2005 startte hij met deze<br />

opleiding en op dit moment voert hij zijn ontwerpopdracht uit bij<br />

Wärtsila een bedrijf dat onder andere propellors, schroeven voor<br />

grote schepen, produceert.<br />

Het bedrijf wil de efficiency van de propellors nauwkeurig meten,<br />

om daarmee het design van de scheepsschroeven te verbeteren,<br />

zodat het brandstofgebruik van het schip vermindert. Munteans<br />

onderzoek richt zich op het ontwikkelen van een model om de<br />

zogenaamde wake fraction – het geheel van verstoringen rondom<br />

het schip – in kaart te brengen.<br />

Hij zal sensoren op een scheepsschroef aanbrengen, waarna het<br />

schip daadwerkelijk gaat varen. Met de data die hij daarmee ver-<br />

zamelt en de methode die hij ontwikkelt kan Muntean het bedrijf<br />

aanbevelingen doen voor verbetering van het design van de<br />

scheepsschroef. Na afronding van zijn opleiding vervolgt Muntean<br />

zijn promotie-onderzoek in Roemenië.<br />

O N T W e R P e N<br />

M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 4 5<br />

F OTO : B a R T v a N O v e R B e e k e


B E L E i D<br />

3TU. Centre for ethics<br />

‘Stel je voor dat je, met alle<br />

ontwikkelingen bij de faculteit<br />

Biomedische Technologie, van<br />

iemand een sprinter kunt maken<br />

die een wereldrecord op de 100<br />

meter loopt. Die Übermensch<br />

is nu nog sciencefiction. Maar<br />

als de maakbaarheid van de<br />

mens zo toeneemt, moeten<br />

onderzoekers samen met<br />

filosofen goed nadenken over<br />

dit soort ontwikkelingen en<br />

partij zijn in een openbaar<br />

debat hierover. Hun opvattingen<br />

moeten ze baseren op<br />

fundamenteel en toegepast<br />

onderzoek.’<br />

4 6 M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

Met deze beschrijving schetst prof.<br />

dr.ir. Anthonie Meijers, TU/e-hoogleraar<br />

Filosofie en Ethiek van de Techniek meteen<br />

in grote lijnen de doelstellingen van het<br />

3TU Centre for Ethics, dat eind januari officieel<br />

van start is gegaan. Het Centre for<br />

Ethics is geen fysieke entiteit, maar bestaat<br />

virtueel als één centre. Het daadwerkelijke<br />

onderzoek zal aan de drie TU’s worden gedaan,<br />

onder de vlag en aansturing van het<br />

centre. Aanleiding voor de oprichting zijn de<br />

vele en grote maatschappelijke veranderingen<br />

die gaande zijn. De technische ontwik-<br />

kelingen, vaak de motor van maatschappelijke<br />

veranderingen, gaan snel en spelen zich op<br />

een ongekende schaal af. Prof.dr. Christian<br />

Illies, medewerker van het nieuwe Centre for<br />

Ethics en van de afdeling Filosofie van de<br />

TU/e-faculteit Technologie Management:<br />

‘Denk aan de invloed van de nieuwe media,<br />

of beter, de computer in het algemeen in relatie<br />

tot bijvoorbeeld de persoonsidentificatie.<br />

Privacy en autonomie zijn in onze maatschappij<br />

zeer belangrijke waarden, wordt daarmee<br />

rekening gehouden bij de ontwikkeling van<br />

producten? En in hoeverre? Hetzelfde geldt


een feit<br />

voor ontwikkelingen binnen de nanotechnologie<br />

en bij BMT, daar gelden die waarden<br />

evenzeer.’<br />

Meijers: ‘Ook in het algemeen zie je dat de<br />

aandacht voor ethische zaken toeneemt, want<br />

de huidige technische ontwikkelingen zetten<br />

sommige morele kwesties op scherp. Een<br />

complicerende factor is dat er na de ontzuiling<br />

geen gemeenschappelijk of vanzelfsprekend<br />

kader meer is; iedereen is veel individualistischer<br />

geworden. Sommigen maken zich<br />

druk over privacy op internet, zoals adressen<br />

die je op websites achterlaat, anderen minder<br />

of niet. Maar welke risico’s wil je nemen,<br />

hoe belangrijk is die vrijheid? Daar is geen<br />

consensus meer over.’<br />

De afdelingen filosofie van de TU/e en de<br />

TU Delft werken al zo’n vijf jaar samen,<br />

ook op het gebied van onderzoek. Op dit<br />

moment werken drie onderzoekers zowel in<br />

Delft als in <strong>Eindhoven</strong>. Samenwerking betekent<br />

schaalvergroting voor beide afdelingen,<br />

die relatief klein zijn ten opzichte van faculteiten.<br />

Met de 3TU werd ook de <strong>Universiteit</strong><br />

Twente bij de samenwerking betrokken en<br />

zo ontstond het Centre for Ethics, dat in de<br />

universitaire wereld de grootste groep is<br />

die zich bezighoudt met de filosofie van de<br />

techniek.<br />

De gezamenlijke Colleges van Bestuur hebben<br />

anderhalf miljoen euro voor vijf jaar beschikbaar<br />

gesteld voor het centre. Het is de<br />

bedoeling om met dat geld meer geld voor<br />

onderzoek binnen te halen. Meijers gaat<br />

ervan uit dat bedrijven, maar ook NWO, geinteresseerd<br />

zijn in onderzoek naar ethische<br />

aspecten van de techniek: ‘Maatschappelijke<br />

inbedding en vertrouwen in de techniek<br />

wordt een steeds belangrijkere voorwaarde<br />

voor de implementatie van producten. Denk<br />

bijvoorbeeld aan kernenergie, genetisch gemanipuleerd<br />

voedsel, maar ook windenergie.<br />

Hoe beter je op reacties en potentiële<br />

problemen kunt anticiperen, hoe groter de<br />

kans van slagen een product heeft.’<br />

Illies: ‘Het bedrijfsleven heeft steeds meer<br />

behoefte aan mensen die ethisch problemen<br />

kunnen analyseren en oplossingen<br />

daarvoor kunnen vinden. Het opstellen<br />

van een ethische code is allang niet meer<br />

genoeg. Bovendien is dat vaak window<br />

dressing. Maar de economische noodzaak<br />

voor ethisch ondernemen neemt toe en<br />

mensen zijn kritisch genoeg om door een<br />

pr-praatje heen te kijken.’<br />

Voortraject<br />

Het fundamenteel en toegepast onderzoek<br />

binnen het centre zal gedaan worden door<br />

aio’s en postdocs. Er komt ook een internationale<br />

PhD-opleiding. Via workshops,<br />

seminars en congressen zal het onderzoek<br />

een rol gaan spelen in het publieke debat.<br />

Dat zelf overigens ook weer onderwerp<br />

van studie kan zijn. Meijers: ‘Je kunt leren<br />

van dingen uit het verleden, bijvoorbeeld<br />

door een analyse van de publieke debatten<br />

over kernenergie die in de jaren zeventig<br />

gevoerd werden. Je kunt niet alleen de argumenten<br />

analyseren, maar ook de emoties<br />

die er een rol bij spelen. Conclusies kun je<br />

Christian Illies (links) en Anthonie Meijers.<br />

dan – voorzichtig – doortrekken naar belangrijke<br />

thema’s van nu, zoals genetisch gemodificeerd<br />

voedsel.’ Kenmerkend voor het Centre<br />

for Ethics is dat het onderzoek wordt gedaan<br />

parallel aan het onderzoek van de Centres of<br />

Excellence van de 3TU. Aan de TU/e zal het<br />

onderzoek zich concentreren op sustainable<br />

energy, nano-biotechnology en hightech<br />

systemen. Zo kan er in een vroeg stadium<br />

onderzoek worden gedaan naar morele problemen<br />

die zich kunnen voordoen bij technologische<br />

ontwikkelingen. En die kunnen op<br />

hun beurt weer een rol spelen bij het verloop<br />

van het technologische onderzoek. Illies: ‘Je<br />

kunt nu al in het voortraject onderzoeken<br />

welke waarden en normen in het geding<br />

kunnen zijn. Neem de opslag en het vervoer<br />

van waterstof, een schone en veelbelovende<br />

energiebron. Wordt er in het voortraject rekening<br />

met risico’s gehouden, zo ja, welke en<br />

in hoeverre? Welke waarden worden daarbij<br />

gehanteerd? Vaak zijn die namelijk conflicterend:<br />

iets moet goedkoop zijn én duurzaam<br />

én veilig. Maar wat is veilig genoeg?’<br />

Naast toegepast onderzoek gaat het centre<br />

ook fundamenteel onderzoek doen. Illies:<br />

‘Het gaat om onderzoek naar algemene<br />

waarden en uitgangspunten. Neem de volgende<br />

vraag: Is respect voor het milieu goed<br />

omdat het een waarde in zichzelf is of alleen<br />

maar omdat het goed voor de mens is? Het<br />

antwoord maakt een groot verschil voor hoe<br />

je met het milieu omgaat.’ Een apart item is<br />

de regelgeving, die vaak ontbreekt of achterloopt<br />

bij nieuwe technische ontwikkelingen.<br />

Meijers is ervan overtuigd dat er op de departementen<br />

van ministeries zeker aandacht is<br />

voor ethische aspecten bij regelgeving.<br />

Wereldwijd<br />

Eind januari was de officiële opening van het<br />

Centre for Ethics in Den Haag. Daar komt<br />

een ‘campus’ waar ook het centre een kantoor<br />

krijgt. De campus is een initiatief van de<br />

TUD, de <strong>Universiteit</strong> Leiden en de gemeente<br />

Den Haag. Het moet een soort pied-à-terre<br />

voor de universiteiten worden, als een interface<br />

naar de beleidswereld. Zo wil men niet<br />

alleen bekendheid aan studies en onderzoek<br />

geven, maar ook opdrachten binnenhalen.<br />

Meijers denkt daarbij aan de ministeries van<br />

VROM, Justitie en Binnenlandse Zaken.<br />

Op dit moment worden de eerste aio’s geworven<br />

voor de PhD-opleiding. Meijers: ‘We adverteren<br />

wereldwijd want we willen de beste<br />

onderzoekers. Wij zoeken aio’s met een dubbele<br />

achtergrond, die filosofie en een technische<br />

studie hebben gecombineerd. Dat zijn<br />

vaak de betere studenten, ze spreken de taal<br />

van de onderzoeker en kunnen gemakkelijk<br />

zaken met elkaar in verband brengen.’<br />

M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 4 7


4 8<br />

a L U M N i<br />

A L U M N I V E R E N I g I N g VA N O N T W E R P E R S O P L E I D I N g O O T I<br />

Xootic link<br />

tussen generaties alumni<br />

Het netwerk levend houden. Dat is het belangrijkste<br />

doel van Xootic, de alumnivereniging van de<br />

Ontwerpersopleiding voor <strong>Technische</strong> Informatica (OOTI).<br />

‘Je krijgt bij OOTI vanaf de eerste dag een uitgebreid<br />

netwerk, daar hoef je niet eens veel voor te doen’, vertelt<br />

voorzitter Laci Posta. ‘Xootic maakt meteen contact en<br />

helpt graag. Waarom niet? Het kost niet veel tijd of geld.’<br />

De tweehonderd leden van de alumnivereniging komen<br />

uit twintig landen. Niet alleen uit Oost- en West-Europa<br />

maar ook uit China, Japan, India, Nepal, Afrika en de VS.<br />

Bij OOTI is doorgaans zestig tot zeventig procent van de<br />

ontwerpers in opleiding buitenlander. Dit jaar was dat<br />

aantal zelfs 75 procent. Volgens Posta komt een aantal<br />

van hen niet alleen vanwege de goede opleiding naar de<br />

TU/e, maar ook voor de ‘western experience’. Die overigens<br />

soms behoorlijk isolerend kan werken voor een<br />

buitenlandse IT’er alleen op een kamertje in een spacebox<br />

(kleine appartementen op de TU/e-campus – red.)<br />

Iedereen die de opleiding doet is automatisch aspirant-lid<br />

van de vereniging, na het afstuderen kunnen ze een volwaardig<br />

lid van Xootic worden.<br />

Kennis doorgeven<br />

Voorzitter Posta is een Roemeen en woont al vijf jaar in<br />

Nederland. Na zijn tweejarige doctorale ontwerpersopleiding<br />

besloot hij een baan te aanvaarden bij Verum, een<br />

klein softwarebedrijf dat zich bezighoudt met ‘validatie’,<br />

ofwel het vóór implementatie voorspellen of en hoe een<br />

systeem zal functioneren. Hij heeft zijn vrouw naar<br />

Nederland over laten komen. Laci Posta wil graag blijven,<br />

net als veel van zijn OOTI-collega’s. Zeker nog een jaar of<br />

vijf. Maar voor de toekomst kan hij zich ook voorstellen<br />

dat hij in Roemenië aan de universiteit zou gaan werken.<br />

‘Ik wil graag de kennis doorgeven in mijn land, waar ze<br />

zo hard nodig is’, vertelt hij. ‘Ik woon en werk hier met<br />

plezier, maar ik mis ook mijn familie en vrienden in<br />

Roemenië.’<br />

Xootic is voor veel buitenlandse software-ontwerpers dan<br />

ook het begin van een Nederlandse vriendenkring én<br />

werkkring. Een actieve groep van ongeveer twintig mensen<br />

organiseert een grote hoeveelheid activiteiten, zowel<br />

in de vrijetijdssfeer als op informatief vlak. Een keer per<br />

jaar is er een grootschalige activiteit, de zogenaamde<br />

M a t r i x / 1 / 2 0 0 7<br />

F OTO : B a R T v a N O v e R B e e k e<br />

X-day. In het verleden brachten de ontwerpers bezoeken<br />

aan steden, gingen skiën, mountainbiken, snowboarden,<br />

zeilen, bowlen, kanoën en grotten bezoeken. ‘Het moeten<br />

vooral dingen zijn die je normaal niet doet, iets extreems<br />

waar je samen mee bezig bent’, vertelt Posta.<br />

Ondersteuning<br />

Xootic houdt ook contact met een brede kring werkgevers<br />

waar stages en projecten gedaan kunnen worden. Soms<br />

zoekt een bedrijf via het Xootic-netwerk naar een persoon<br />

of een onderneming met een bepaalde specialisatie. Soms<br />

vindt een Xootic-lid via het netwerk een nieuwe baan of<br />

informatie waar hij of zij naar op zoek was. ‘We hebben<br />

een netwerk van partners en sponsors die ons ondersteu-


nen op allerlei manieren. Bedrijven krijgen via ons mogelijkheden<br />

voor marketing en publicity. Dat levert hen ook<br />

wat op.’ Ook de opleiding ondersteunt de activiteiten met<br />

bijvoorbeeld hulp bij de administratie.<br />

Symposium en nieuwsbrief<br />

Leden van de Xootic alumnivereniging zien elkaar vergeleken<br />

met andere verenigingen erg vaak. ‘We houden niet<br />

alleen schriftelijk contact met elkaar, we ontmoeten elkaar<br />

verschillende keren per jaar. Bij een lezing, een etentje of<br />

een andere activiteit. Elke maand is er wel iets te doen’,<br />

zegt Posta. Naast de gebruikelijke activiteiten, organiseert<br />

Xootic elke vijf jaar een symposium over nieuwe ontwikkelingen<br />

in software technologie. Elke twee jaar is er een<br />

Laci Posta te midden van andere leden van Xootic.<br />

uitgebreide enquête onder de alumni over waar ze terecht<br />

zijn gekomen in hun werk en om de gegevens up-to-date<br />

te houden. ‘We willen graag weten hoe onze kennis in de<br />

industrie wordt gewaardeerd. Wat moet OOTI beter doen,<br />

wat doen ze goed? Maken mensen makkelijker carrière<br />

vanwege OOTI?’, aldus Posta.<br />

Een groep leden verzorgt twee keer per jaar een nieuwsbrief<br />

en houdt de website bij. Eens per jaar maakt Xootic<br />

een ‘technical magazine’. ‘Als voorzitter houd ik het overzicht<br />

over de administratie en alles wat we doen. Ik ben<br />

al drie jaar voorzitter, en dat bevalt me wel. Xootic is een<br />

link tussen de generaties afstudeerders. Het is goed om<br />

te weten wat er bij OOTI gebeurt. De vereniging werd in<br />

1990 opgericht en een aantal van de mensen van het eerste<br />

uur is nog lid, waaronder de eerste voorzitter.’<br />

Meer informatie over deze alumnivereniging van de postdoctorale<br />

ontwerpersopleiding Software Technology is te<br />

vinden op www.xootic.nl.<br />

M a t r i x / 1 / 2 0 0 7 4 9


F oTo : G e e r T v a n K e s T e r e n<br />

5 0<br />

service<br />

nieuws<br />

nIeuw logo voor<br />

vIruSFeStIvAl<br />

Een ontwerp van Ferdy Remijn, vierdejaars student<br />

aan Sint Lucas te Boxtel, is begin februari<br />

uitgekozen als het logo voor het Virus Festival<br />

2007, dat zondag 3 juni plaatsvindt op de campus<br />

van de TU/e. Van tien bands zijn inmiddels<br />

de namen bekend. Vijf daarvan hebben hun<br />

roots in Brabant: LEFT (rock), Autonon (alternatieve<br />

digitale muziek van Peter van Drunen),<br />

The Eaves (piano, elektrische en akoestische<br />

gitaar), Woody & Paul (blues) en MC Drama<br />

(rap). Daarnaast staan ook Melomanics (divers),<br />

Commodore 64 Orchestra (combinatie van<br />

nieuwe media, gaming en klassieke muziek),<br />

About (electronic pop), Jason Forrest (breakcore)<br />

en AuxRaus (happyhardcorepunk) op de rol. Die<br />

laatstgenoemde band wordt wellicht de afsluiter<br />

van de Virus-editie van dit jaar.<br />

eIndhoven StudentenStAd<br />

De TU/e wil dit jaar een actieplan klaar hebben<br />

ter versterking van de positionering en profilering<br />

van <strong>Eindhoven</strong> als studentenstad. Het plan<br />

moet samen met Fontys, de gemeente <strong>Eindhoven</strong><br />

en studentenverenigingen tot stand komen. Dit<br />

staat te lezen in de Bestuurlijke Agenda van het<br />

College van Bestuur voor 2007. Een beleidsmedewerker<br />

van de universiteit is benoemd<br />

als coördinator en gaat werken aan een visie,<br />

beleid en een actieprogramma. Hierover zijn al<br />

Het nieuwe<br />

logo van het<br />

Virusfestival dat<br />

dit jaar op zondag<br />

3 juni plaatsvindt.<br />

Fototentoonstelling op de TU/e-campus<br />

20-01-04, Iraq, Samara is de titel van deze foto die onderdeel uitmaakt<br />

van de fototentoonstelling Why Mister, Why? in het Hoofdgebouw van<br />

de TU/e van 3 april t/m 4 mei.<br />

M A T R I x / 1 / 2 0 0 7<br />

gesprekken gevoerd met zowel de verantwoordelijk<br />

wethouder als met ambtenaren van de<br />

gemeente. Ook is er al gepraat met studenten.<br />

Het doel is dat zowel de universiteit als de gemeente<br />

tot concrete acties komen, zo staat te<br />

lezen in een memo over de te maken plannen.<br />

Daarin staat ook dat wat de universiteit betreft<br />

‘vervlechting’ een sleutelwoord is. De TU/e zou<br />

nadrukkelijker aanwezig moeten zijn in de promotie<br />

van de stad <strong>Eindhoven</strong>, en de stad zou een<br />

grotere rol moeten spelen in de uitingen van de<br />

universiteit. Het initiatief van de TU/e moet de<br />

gemeente een duwtje in de juiste richting geven.<br />

Volgens universiteitssecretaris ir. Harry Roumen<br />

heeft de gemeente recent een projectleider<br />

Bravo Compagny<br />

1/8 Infantry on a<br />

raid after a tip off<br />

by an informant.<br />

The tip was not<br />

correct, though<br />

one person was<br />

arrested, as he<br />

knew the suspects<br />

hide out.<br />

aangewezen die zich met het thema ‘<strong>Eindhoven</strong><br />

studentenstad’ gaat bezighouden.<br />

Koonen Ieee Fellow<br />

Prof.ir. Ton Koonen, leerstoelhouder van de<br />

groep Electro-Optische Communicatie van de<br />

faculteit Elektrotechniek is door beroepsorgani-<br />

satie IEEE benoemd tot ‘Fellow’. Koonen werkte<br />

eerder bij Lucent Technologies in Huizen en werd<br />

in 1998 als de eerste niet-Amerikaan benoemd<br />

tot ‘Bell Labs Fellow’. Hij krijgt de IEEE-onder-<br />

scheiding voor zijn prestaties op het gebied van<br />

access systems. Dit zijn de netwerken die thuis-<br />

netwerken aan het grotere glasvezelnet knopen.<br />

Bij de faculteit Elektrotechniek hebben nu vier<br />

‘voltijders’ een IEEE Fellow-onderscheiding.<br />

Naast Koonen zijn dat prof.dr.ir. Meint Smit,<br />

prof.ir. Djan Khoe en dr.ir. Frans Willems. In de<br />

‘Fellow Class of 2007’ heeft bij Elektrotechniek<br />

ook een aantal deeltijdhoogleraren IEEE Fellow-<br />

onderscheidingen gekregen. Het betreft hier<br />

prof.dr. Ronald Aarts, prof.dr.ir. Peter de With en<br />

prof.dr.ir. Roel Baets.<br />

BenoemIng BIj eAmBeS<br />

Prof.dr. Dick Slaaf, deeltijdhoogleraar Vital<br />

microscopy and imaging van de faculteit BMT,<br />

is gekozen als secretaris-generaal van EAMBES<br />

(European Alliance for Medical and Biological<br />

Engineering & Science). De organisatie<br />

brengt het belang van de biomedische ingenieurswetenschappen<br />

onder de aandacht van<br />

de Europese politiek in Brussel en coördineert<br />

Biomedical Engineering in Europa. Het doel van


F oTo : p e T e r c o x<br />

EAMBES is onder andere Europese subsidies<br />

te verwerven voor biomedisch technologische<br />

onderzoeksprojecten die de gezondheid en het<br />

welzijn bevorderen.<br />

tu/e-AlumnuS ontwerpt<br />

pAvIljoen voor expo 2010<br />

Een ‘achtbaan-te-voet’, zo typeert TU/ealumnus<br />

ir. John Körmeling zijn ontwerp<br />

voor het Nederlandse paviljoen op de<br />

Wereldtentoonstelling van 2010, in Shanghai. De<br />

beoordelingscommissie, met als voorzitter rijksbouwmeester<br />

ir. Mels Crouwel, vond zijn ontwerp,<br />

met de naam ‘Happy Street’, het beste van de<br />

zes geselecteerde kandidaten. Bij het project zijn<br />

medewerkers van de TU/e-faculteit Bouwkunde<br />

betrokken. Het plan van Körmeling behelst een<br />

slingerende weg op poten. Aan die weg liggen<br />

huisjes waarin de exposities staan, die het<br />

beeld van de Nederlandse ‘creatieve economie’<br />

moeten gaan uitdragen. Kunstenaar Körmeling<br />

denkt hierbij aan huisjes met elk een verschillende<br />

architectonische stijl uit de Nederlandse<br />

architectuurtraditie. De basis van het idee is<br />

het thema van de Expo: ‘Better City, Better Life’.<br />

Daarom heeft het paviljoen zelf de vorm van een<br />

‘city’. Happy Street moet een feestelijke attractie<br />

worden, wat de kunstenaar betreft. De geschatte<br />

bouwkosten bedragen tien miljoen euro.<br />

unIverSIteItSFondS<br />

SponSort mASterclASS<br />

Het <strong>Universiteit</strong>sfonds <strong>Eindhoven</strong> (UFe) sponsort<br />

de Masterclass die de faculteit Wiskunde op 5<br />

april a.s. organiseert voor leerlingen van 5 en 6<br />

vwo. De sponsorgelden zijn bijeengebracht door<br />

alumni via de verkoop van de Wiskunde cd-rom<br />

met wiskunde dictaten van 1956-1982.<br />

Wilt u alsnog in het bezit komen van deze cdrom?<br />

Surf naar http://www.tue.nl/alumnus en<br />

klik op ‘bestellen Wiskunde CD’.<br />

agenda<br />

3 april t/m 4 mei, 9.00 – 18.00 uur,<br />

Hoofdgebouw TU/e: Fototentoonstelling Why<br />

Mister, Why? Foto’s van Geert van Kesteren over de<br />

Amerikaanse invasie in Irak. Op zaterdag en zondag<br />

van 12.00 – 17.00 uur geopend.<br />

3 april, 10.00 – 18.00 uur, Kennedytoren<br />

<strong>Eindhoven</strong>: Brainport Embedded House Day, speciaal<br />

voor ondernemers in het MKB. Meer informatie: www.<br />

unitedbrains.nl, ga naar agenda. De toegang is gratis.<br />

12 april, 07.45 uur, Hoofdgebouw TU/e:<br />

Ontbijtsessie getiteld ‘Oplossingen met wiskundige<br />

modellen’ met gastheren prof.dr.ir. Bob Mattheij en<br />

prof.dr. Anton Stoorvogel van de faculteit Wiskunde<br />

en Informatica. Meer informatie en aanmelden:<br />

www.tue.nl/ondernemen of www.kennispoort.nl.<br />

23 april, vanaf 9.00 uur, Hoofdgebouw<br />

TU/e: Voorlichtingsdag voor vwo’ers. Leerlingen<br />

van 4, 5 en 6 vwo kunnen twee opleidingen van de<br />

TU/e bezoeken. Meer informatie en aanmelden via<br />

www.tue.nl/studievoorlichting.<br />

24 april, 16.00 – 18.00 uur, TNO Industrie<br />

en Techniek, TU/e-campus: Lezing in het kader van<br />

‘Samen innoveren’ van Philip de Goey en Rik Baert<br />

over nieuwe, schone, zuinige verbrandingsconcep-<br />

ten zoals Premixed Charge Compression Ignition<br />

(PCCI). Meer informatie en aanmelden: www.tue.<br />

nl/ondernemen, klik op ‘Samen innoveren’ of kijk<br />

op www.bzw.nl.<br />

26 april, 17.00 uur, Vergaderzaal<br />

Kennispoort: Technologielezing ‘Beelddiagnose<br />

met de computer: afkijken van het brein’ van<br />

prof.dr.ir. Bart ter Haar Romeny van de faculteit<br />

Biomedische Technologie. Meer informatie<br />

en aanmelden: www.tue.nl/ondernemen of<br />

www.kennispoort.nl.<br />

10 mei, 07.45 uur, Gebouw Helix op de<br />

TU/e-campus: Ontbijtsessie getiteld ‘Chemie<br />

en technologie’ met gastheer prof.dr.ir. Hans<br />

Niemantsverdriet van de faculteit Scheikundige<br />

Technologie. Meer informatie en aanmelden:<br />

www.tue.nl/ondernemen of www.kennispoort.nl.<br />

25 mei, TU/e-Auditorium: Intreerede van<br />

prof.dr. Jan de Jonge van de faculteit Technologie<br />

Management. Voor meer informatie: www.tue.nl,<br />

ga naar agenda.<br />

3 juni, <strong>Universiteit</strong>sterrein TU/e: Virusfestival.<br />

Met optredens van verschillende muziekgroepen.<br />

Meer informatie: www.virusfestival.nl.<br />

5 juni, Hoofdgebouw TU/e: Late beslissersdag voor<br />

6 vwo’ers die een technische studie willen gaan volgen,<br />

maar nog niet weten welke. Er kan één opleiding be-<br />

zocht worden. Meer informatie en aanmelden kan via<br />

www.tue.nl/studievoorlichting.<br />

7 juni, 07.45 uur, Gebouw Paviljoen van de<br />

TU/e: Ontbijtsessie getiteld ‘Innovatiekracht bundelen’<br />

met gastheer prof.dr. Sytse Douma van de faculteit<br />

Technologie Management. Meer informatie en aanmel-<br />

den: www.tue.nl/ondernemen of www.kennispoort.nl.<br />

8 juni, 16.00 uur, TU/e-Auditorium: Intreerede<br />

van prof.dr.ir. Henk Swagten van de faculteit <strong>Technische</strong><br />

Natuurkunde. Voor meer informatie: www.tue.nl, ga<br />

naar agenda.<br />

15 juni, 16.00 uur, TU/e-Auditorium:<br />

Afscheidscollege van prof.dr.ir. Dick van Campen van<br />

de faculteit Werktuigbouwkunde. Voor meer informatie:<br />

www.tue.nl, ga naar agenda.<br />

19 juni, 16.00 – 18.00 uur, Gebouw<br />

Kennispoort op de TU/e-campus: Lezing in het kader<br />

van ‘Samen innoveren’ met Henk Corporaal van de TU/e<br />

en Jo de Boeck van het Holst Centre over netwerken<br />

van draadloze microsystemen. Meer informatie en aanmelden<br />

via www.tue.nl/ondernemen, klik op ‘Samen<br />

innoveren’ of kijk op www.bzw.nl.<br />

22 juni, 16.00 uur, TU/e-Auditorium: Intreerede<br />

van prof.dr. Dieter Armbruster van de faculteit<br />

Werktuigbouwkunde. Voor meer informatie: www.tue.nl,<br />

ga naar agenda.<br />

26 juni, Faculteit Elektrotechniek: Super TU/esday<br />

met als thema: ‘Elektrotechniek al basis voor duurzame<br />

energieontwikkeling.’<br />

Meer informatie: www.ele.tue.nl/nl/.<br />

29 juni, 16.00 uur, TU/e-Auditorium: Intreerede<br />

van prof.dr. Paul Koenraad van de faculteit <strong>Technische</strong><br />

Natuurkunde. Voor meer informatie: www.tue.nl, ga<br />

naar agenda.<br />

M A T R I x / 1 / 2 0 0 7<br />

5 1


<strong>Technische</strong> <strong>Universiteit</strong> <strong>Eindhoven</strong><br />

Den Dolech 2<br />

Postbus 513<br />

5600 MB <strong>Eindhoven</strong><br />

Telefoon (040) 247 91 11<br />

e-mail: voorlichting@tue.nl<br />

Internet: http://www.tue.nl<br />

Anton van Steenhoven<br />

Samenwerken<br />

met jonge<br />

mensen blijft<br />

een uitdaging

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!