BEZUINIGINGENRAKEN - Limburgse Jagers
BEZUINIGINGENRAKEN - Limburgse Jagers
BEZUINIGINGENRAKEN - Limburgse Jagers
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
42 BLJ draait pilot-oefening op Oirschotse Heide<br />
Foto’s: Kpl1 Joshua Laisina<br />
EFFICIëNTER TE wERk DOOR<br />
‘HET NIEUwE OEFENEN’<br />
Er is een nieuw tijdperk aangebroken bij Defensie. we moeten het namelijk doen met<br />
veel minder middelen. Dat zorgt ervoor dat men binnen Defensie bewuster om moet<br />
gaan met de middelen die er wél zijn. Oefeningen zullen er anders uit gaan zien. Dat<br />
wordt ‘het nieuwe oefenen’ genoemd. 42 BLJ had de pilot van deze manier van oefenen,<br />
tijdens ‘Fire Flight’ op de Oirschotse Heide.<br />
“We moeten goed nadenken over de invulling van oefeningen”<br />
In het kort betekent ‘het nieuwe oefenen’ dat er op een andere<br />
manier naar oefeningen wordt gekeken. Hoofdvragen daarbij zijn<br />
‘wie?, waar? en wanneer?’ “We zijn flink gekort op het budget voor<br />
opleiding en training, we hebben flink wat manoefendagen in<br />
moeten leveren”, zegt brigadecommandant brigadegeneraal Michiel<br />
van der Laan. “We moeten dus goed nadenken over de invulling van<br />
oefeningen om toch ons niveau hoog te krijgen en te houden.”<br />
Bij een oefening ‘oude stijl’ werd iedereen die erbij betrokken was<br />
een week, of soms wel drie weken in het oefengebied gezet. Dat is<br />
het grootste verschil met ‘het nieuwe oefenen’. In deze vorm oefent<br />
een eenheid (dat kan iedere eenheid van de brigade zijn) in de directe<br />
omgeving. Andere eenheden kunnen dan op dagbasis deelnemen aan<br />
die oefening, ‘van 8 tot 5’. Trainingsdoelen kunnen op die manier<br />
worden gehaald, zonder dat dat oefenmandagen kost.<br />
Niveau 4 en 5-oefeningen zijn in principe altijd opgebouwd uit drie<br />
elementen: voorbereiden, ‘indribbelen’ op niveau 2 of 3 en dan de<br />
daadwerkelijke trainingen. De brigadegeneraal vindt dat we die<br />
elementen los moeten koppelen. “Bij die drie onderdelen moet apart<br />
gekeken worden wie precies waar en wanneer moet zijn. Ik kan me<br />
voorstellen dat een eenheid bijvoorbeeld het indribbelen hier op de<br />
heide doet, vervolgens het MCTC omhangt en dan pas voor het<br />
niveau 4-gedeelte naar Bergen-Hohne gaat.” Het nieuwe oefenen<br />
betekent dus niet dat er alleen nog maar op de Oirschotse heide of in<br />
Budel geoefend wordt.<br />
De generaal vindt verder dat er combinaties kunnen worden gemaakt<br />
van de verschillende hoofdtrainingsdoelen: schieten, tactische en<br />
fysieke training. “Je hebt een primair trainingsdoel, maar er moet<br />
gekeken worden of je dat kunt combineren met de andere twee. Bij<br />
inzet zijn die elementen ook nauw met elkaar verbonden. Het<br />
primaire trainingsdoel mag er natuurlijk niet onder lijden. Een<br />
voorbeeld hiervan is dat er tactisch wordt verplaatst naar de<br />
schietbaan. Op die manier is schieten het primaire trainingsdoel,<br />
maar train je ook de tactische verplaatsing. Daarbovenop pak je<br />
fysieke en mentale training mee.”<br />
Om een oefening te kunnen draaien heb je drie dingen nodig: een<br />
LDO (leider der oefening), een tactisch scenario en infrastructuur (een<br />
oefenterrein of een simulator). “Als je die onderdelen in een open,<br />
flexibele structuur plaatst, kan iedere eenheid aanhaken als die dat<br />
wil”, legt de generaal uit. “We moeten natuurlijk ervaring opdoen met<br />
deze werkwijze en gevoel krijgen voor het op de nieuwe manier<br />
omgaan met tijd, ruimte en middelen. Maar ik verwacht dat we er<br />
straks vooral sterker door worden. We zullen veel vaker dan dat we<br />
nu gewend zijn met andere eenheden samenwerken. De commandanten<br />
zullen regelmatig te maken krijgen met wisselende onderbevelstellingen.<br />
‘Het nieuwe oefenen’ is in principe door nood geboren,<br />
maar ik verwacht dat we er als brigade en als Defensie sterker uit<br />
komen. De bezuinigingen zijn er om onze organisatie weer gezond te<br />
maken. Mochten we in de toekomst weer meer middelen tot onze<br />
beschikking hebben, gaan we wat mij betreft op deze manier van<br />
oefenen verder.”<br />
Overste Marc Jacops,<br />
commandant 42 Bataljon <strong>Limburgse</strong> <strong>Jagers</strong>:<br />
In maart draaide 42 BLJ een niveau IV-oefening op de<br />
Oirschotse Heide.<br />
“Tijdens het schrijven van de oefening ontstond het plan om<br />
andere brigade-eenheden uit te nodigen om deel te nemen op<br />
‘dagjesbasis’. We zagen dat als een versterking van de oefening<br />
en een kans voor hen om mee te oefenen zonder dat het<br />
oefenmandagen kost. Uiteindelijk hebben daar het decentraal<br />
transportpeloton van 100 B&Tbat, ‘ons’ Hppel van 13 Gnkcie en<br />
een Tankkpel van 11 Tkbat gebruik van gemaakt.”<br />
“We moeten op een dusdanige manier onze oefeningen<br />
schrijven, dat we ruimte laten voor andere eenheden om aan te<br />
kunnen haken. Hoe eerder een eenheid aangeeft mee te willen<br />
liften op een scenario, hoe beter dat scenario op hun behoeftes<br />
qua training afgestemd kan worden. Maar op het laatste<br />
moment aanhaken, moet wat mij betreft ook altijd kunnen.<br />
Alles is mogelijk”, vertelt luitenant-kolonel Jacops.<br />
Ondanks de problemen waarop werd gestuit tijdens de oefening,<br />
is de overste zeer enthousiast over ‘het nieuwe oefenen’: “Ook al<br />
krijgen we morgen een zak met geld, ik vind dat we op deze<br />
manier onze oefeningen moeten blijven inrichten. We hebben<br />
het over belastinggeld; daar moet je zuinig mee omgaan. Door<br />
de nieuwe manier van oefenen gaan we efficiënter te werk en<br />
halen we toch onze oefendoelstellingen.”<br />
8 9 > RINO APR 2011 RINO APR 2011 < 89