Rookafvoersystemen voor gascondensatieketels752 KB - Viessmann
Rookafvoersystemen voor gascondensatieketels752 KB - Viessmann
Rookafvoersystemen voor gascondensatieketels752 KB - Viessmann
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
TopTechniek<br />
Beknopte installatiehandleiding rookgassystemen – <strong>voor</strong> de<br />
perfecte werking van een gesloten gascondensatietoestel<br />
Gesloten systemen met de aanvoer van<br />
verbrandingslucht via een ringspleet hebben<br />
al miljoenen keren hun succes bewezen. Een<br />
dergelijk systeem is onontbeerlijk in een<br />
volledig geïsoleerd gebouw.<br />
De coaxiale aanvoer van rookgas/lucht brengt<br />
bij montagefouten wel het risico op rookgashercirculatie<br />
(het binnendringen van rookgas<br />
in de luchtaanvoerstroom) met zich mee,<br />
zowel bij kokerdoorvoering als bij bestaande<br />
systeemschoorstenen.<br />
In deze editie van Toptechniek leest u hoe<br />
montagefouten en dus ook rookgashercirculatie<br />
vermeden kunnen worden.
Toptechniek Inhoud<br />
1. Voorwoord<br />
2. De effecten van rookgashercirculatie en het controleren van de dichtheid van de rookgasleiding<br />
2.1. Effecten op het condensatietoestel<br />
2.2. Het herkennen van ondichtheden in de rookgas-/luchtaanvoerinstallaties<br />
3. De meest <strong>voor</strong>komende oorzaken van rookgashercirculatie<br />
3.1. Fouten bij de montage van rookgas-/luchtaanvoersystemen<br />
3.1.1. Het niet-respecteren van de lengte-uitzetting<br />
3.1.2. Andere vaak <strong>voor</strong>komende montagefouten<br />
3.2. Gemeenschappelijke koker met andere warmtebronnen (koker met meerdere functies)<br />
Te kleine veiligheidsafstand tot andere uitlaten<br />
Afdekking van de schoorsteen (Meidingerkap) niet uitgesneden<br />
4. Rookgashercirculatie bij systeemschoorstenen<br />
4.1. Werking van lucht/rookgasschoorstenen - een overzicht<br />
4.2. Werking van de lucht/rookgasschoorsteen met onderdruk<br />
Enkelvoudig gebruik<br />
Dubbel gebruik<br />
Minimale afstand tot stookruimte en overstroomopeningen bij meervoudig gebruik<br />
Meervoudig gebruik (meer dan twee toestellen)<br />
1. Voorwoord<br />
Al bijna twee decennia is de condensatietechniek<br />
een vaste waarde op de Belgische<br />
verwarmingsmarkt. Sinds 2001 werden in België<br />
meer condensatietoestellen dan verwarmingstoestellen<br />
verkocht - en dat al na slechts<br />
tien jaar condensatietechniek. Naast de<br />
efficiëntere en emissiearmere warmteopwekking<br />
zijn ook de gemakkelijke installatie en de<br />
risicoarme werking doorslaggevende factoren<br />
<strong>voor</strong> het succes van deze techniek:<br />
Geen maatregelen nodig m.b.t. rookgascondensatie<br />
Geen beperking van de toepassingsmogelijkheden<br />
m.b.t. minimale ketelwatertemperatuur<br />
(beschermingsmaatregelen <strong>voor</strong><br />
de ketel)<br />
Geen vereisten <strong>voor</strong> voldoende verluchting<br />
aangezien de toestellen meestal een gesloten<br />
werking hebben<br />
Geen vereisten m.b.t. beperkingen door<br />
rookgasinstallaties aangezien het om een<br />
vochtongevoelige bouwwijze gaat<br />
Bestaande rookgasinstallaties (schoorstenen)<br />
kunnen op een <strong>voor</strong>delige manier<br />
vervangen worden door lucht/rookgassystemen<br />
(kokerdoorvoering)<br />
Gesloten systemen met de aanvoer van<br />
verbrandingslucht via een ringspleet hebben<br />
al miljoenen keren hun succes bewezen. Een<br />
dergelijk systeem is onontbeerlijk in een volledig<br />
geïsoleerd gebouw.<br />
De coaxiale aanvoer van rookgas/lucht brengt<br />
bij montagefouten wel het risico op rookgashercirculatie<br />
(het binnendringen van rookgas<br />
in de luchtaanvoerstroom) met zich mee,<br />
zowel bij kokerdoorvoering als bij bestaande<br />
systeemschoorstenen.<br />
2<br />
3<br />
3<br />
3<br />
4<br />
4<br />
8<br />
9<br />
9<br />
9<br />
10<br />
10<br />
10<br />
10<br />
10<br />
11<br />
11
2.1. Effecten op het<br />
condensatietoestel<br />
Het indringen van rookgas in de coaxiale<br />
rookgas-/luchtaanvoerinstallaties beperkt het<br />
zuurstofgehalte en verhoogt het koolstofdioxidegehalte<br />
in de verbrandingslucht (aanvoerlucht).<br />
Als de hoeveelheid rookgas stijgt,<br />
kan het zuurstofgehalte zo laag zijn, dat de<br />
verbranding plaatsvindt in de nastoichiometrische<br />
zone (luchtgetal bijna 1) en het koolstofdioxidegehalte<br />
ontoelaatbaar hoog wordt.<br />
2.2. Het herkennen van<br />
ondichtheden in de rookgas-/<br />
luchtaanvoerinstallaties<br />
De meeste condensatietoestellen reageren<br />
niet of heel laat op rookgashercirculatie, zodat<br />
het lang duurt <strong>voor</strong> de ongezonde verbranding<br />
opgemerkt wordt.<br />
Bij de verplichte tweejaarlijkse CO-meting<br />
kan de installateur een verhoogd CO-gehalte<br />
vaststellen en noteert dit vanaf een waarde<br />
van 500 ppm in het verslag <strong>voor</strong> de gebruiker.<br />
Pas vanaf een waarde van 1000 ppm moeten<br />
maatregelen genomen worden.<br />
Een eerste controle op rookgashercirculatie<br />
kan uitgevoerd worden via een CO2-meting in<br />
de ringspleet van de toevoerluchtleiding van<br />
het rookgas-/toevoerluchtsysteem. Normaal<br />
gesproken geldt een CO2-gehalte van meer<br />
dan 2 procent als een duidelijke aanwijzing<br />
van een ondicht systeem.<br />
2. De effecten van rookgashercirculatie en<br />
het controleren van de dichtheid van de<br />
rookgasleiding<br />
Vanaf 20 % rookgas spreken we van ongezonde verbranding<br />
Luchtgetal (-)<br />
0<br />
1,3<br />
1,2<br />
1,1<br />
1<br />
0,9<br />
0,8<br />
0<br />
CO 2-aandeel in verbrandingslucht (%)<br />
0,57 1,13 1,7 2,26 2,83 3,4<br />
2500<br />
toelaatbare rookgashercirculatie<br />
0<br />
5 10 15 20 25 30<br />
Aandeel rookgas in verbrandingslucht (%)<br />
Luchtgetal<br />
CO in het rookgas<br />
niet-toelaatbare<br />
Opmerking:<br />
2000<br />
rookgashercirculatie<br />
1500<br />
Gezondheid<br />
1000<br />
500<br />
CO in het rookgas (ppm)<br />
Dankzij de Lambda Pro<br />
Control-regeling, waarmee<br />
sinds 2007 alle condensatietoestellen<br />
van <strong>Viessmann</strong><br />
uitgerust zijn, wordt<br />
eventuele rookgashercirculatie<br />
al gedetecteerd vanaf<br />
een rookgasaandeel in de<br />
verbrandingslucht van 20<br />
procent. De veiligheidsuitschakeling<br />
van het toestel<br />
wordt geactiveerd om een<br />
permanent propere en<br />
veilige verbranding en een<br />
optimale efficiëntie te garanderen.<br />
De oorzaak wordt<br />
duidelijk weergegeven via<br />
foutmelding E9 of Eb. Hierdoor<br />
wordt de vorming van<br />
een teveel aan schadelijk<br />
koolstofmonoxide vermeden<br />
en kan het probleem<br />
snel hersteld worden.<br />
2/3
Toptechniek<br />
Opmerking:<br />
De lengte-uitzetting is<br />
afhankelijk van de opwarming<br />
van de rookgasbuis.<br />
3. De meest <strong>voor</strong>komende oorzaken van rookgashercirculatie<br />
3.1. Fouten bij de montage van<br />
rookgas-/luchtaanvoersystemen<br />
Heel vaak gaat het om montagefouten bij de<br />
kokerdoorvoering, hoewel alle onderdelen<br />
getest zijn op pasvorm en dichtheid en het<br />
systeem gecertificeerd is.<br />
Er zijn meestal twee mogelijke oorzaken <strong>voor</strong><br />
montagefouten:<br />
Het niet-respecteren van de lengte-uitzetting<br />
van de rookgasbuizen<br />
Montagefout bij het invoeren van de rookgasbuis<br />
in de koker<br />
De onderschatte lengte-uitzetting<br />
Lengte (mm)<br />
1011<br />
1000<br />
0<br />
Lengte-uitzettingscoëfficiënt: 0,16 (mm/m K)<br />
Lengte-uitzetting (mm)<br />
3<br />
5<br />
6,5<br />
3.1.1. Het niet-respecteren van<br />
de lengte-uitzetting<br />
Tijdens de werking van het systeem zijn de<br />
rookgasbuizen permanent onderhevig aan<br />
opwarming en afkoeling. Bij een opwarming<br />
tot 70 Kelvin, zet de kunststofbuis zo'n 11<br />
millimeter per meter uit. Dit betekent dat<br />
<strong>voor</strong> een buis van 9 meter er rekening moet<br />
worden gehouden met een lengte-uitzetting<br />
van ongeveer 10 centimeter! Dit wordt vaak<br />
onderschat.<br />
Om de lengte-uitzetting op te vangen, moeten<br />
de buizen zich op elke plaats vrij kunnen<br />
bewegen. Is dit niet het geval, dan bestaat<br />
het risico dat de kunststofbinnenbuis aan de<br />
mof scheurt en er rookgas in de toevoerlucht<br />
terechtkomt.<br />
20 30 40 50 60 70<br />
8<br />
9,5<br />
11<br />
ΔT (Kelvin)
Het effect van vaste punten (<strong>voor</strong>wandmontage)<br />
Opwarmingsfase:<br />
Afkoelfase:<br />
Vast punt<br />
Lengte-uitzetting<br />
Vast punt<br />
Lengte-inkrimping<br />
Lengte-uitzetting<br />
Lengte-inkrimping<br />
Lengte-uitzetting<br />
Lengte-inkrimping<br />
Bij uitzetting schuift de<br />
rookgasbuis in de moffen<br />
en daarna in het vaste punt.<br />
Bij het afkoelen krimpt de<br />
buis weer - bij <strong>voor</strong>keur in<br />
de moffen. Het vaste punt<br />
kan ertoe leiden dat de<br />
moffen scheuren.<br />
Opgelet!<br />
Hou bij het monteren van<br />
de moffen rekening met<br />
de uitzettingsbereiken.<br />
Gebruik geen bevestigingen<br />
met krachtige verbindingen<br />
(vaste punten).<br />
4/5
Toptechniek 3. De meest <strong>voor</strong>komende oorzaken van rookgashercirculatie<br />
Afstandhouder<br />
Opmerking:<br />
De afstandhouders moeten<br />
met de vleugels naar boven<br />
gemonteerd worden,<br />
anders haken ze zich vast<br />
in elk uitstekend gedeelte<br />
in de schoorsteenwand en<br />
vormen ze een vast punt.<br />
Ongewenste vaste punten bij montage<br />
van de buis door een koker (kokerdoorvoering)<br />
Afstandhouder<br />
Afstandhouder<br />
fout goed<br />
Te veel afstandhouders<br />
Worden er te veel afstandhouders – op<br />
minder dan 2 meter – geplaatst, dan wordt<br />
de bewegingsmogelijkheid van de buis beperkt.<br />
De minimale afstand tussen twee<br />
afstandhouders is 2 meter.<br />
Plaats de afstandhouders op de rechte<br />
stukken van de buis, niet aan de moffen.<br />
Te weinig afstandhouders<br />
Worden er te weinig afstandhouders geplaatst,<br />
dan kan de buis op de plaats van de<br />
mof wegschuiven. Door vervorming aan de<br />
mof ontstaan ondichtheden. De maximale<br />
afstand tussen twee afstandhouders<br />
bedraagt 5 meter.<br />
Verkeerd gemonteerde afstandhouders<br />
De afstandhouders dienen om de rookgasbuis<br />
in de koker te centreren en de afstand<br />
tot de schoorsteenwand te garanderen. Ze<br />
moeten in de koker glijden en mogen niet<br />
kantelen.
Gekantelde buizen in vervormde<br />
schoorstenen<br />
Bestaande schoorstenen hebben vaak<br />
vervormingen. In dergelijke schoorstenen<br />
moet een flexibel rookgassysteem gebruikt<br />
worden in plaats van een stijve rookgasbuis.<br />
Dit <strong>voor</strong>komt dat de buis aan de<br />
kokerwand blijft hangen.<br />
Inbouw in te nauwe luchtkokers<br />
Als de buizen in te nauwe kokers geplaatst<br />
worden, stijgt het risico op kantelen.<br />
Een voldoende brede koker wordt<br />
aanbevolen volgens de tabel hiernaast en<br />
garandeert ook een voldoende grote<br />
toevoer van verbrandingslucht.<br />
Plaatsen van solaire leidingen in de<br />
koker <strong>voor</strong> rookgas/toevoerlucht<br />
Solaire leidingen worden steeds vaker in<br />
bestaande kokers geplaatst. In combinatie<br />
met rookgasbuizen houdt dit volgende<br />
risico's in:<br />
– Vasthaken van rookgasbuizen aan de<br />
klemmen van de solaire leidingen<br />
– Beperkte bewegingsmogelijkheden van<br />
de rookgasbuis door nauwere spleet<br />
– Niet-respecteren van de minimumdiameters-<br />
en afstanden in de koker<br />
Het plaatsen van solaire leidingen in<br />
rookgaskokers is volgens de brand<strong>voor</strong>schriften<br />
verboden. Conform de richtlijnen<br />
van NBN B61002.<br />
Asymmetrisch gemonteerde<br />
kokerafdekking<br />
De opening van de kokerafdekking moet<br />
altijd in het midden van de schoorsteenopening<br />
geïnstalleerd worden. Onjuist<br />
geplaatste kokerafdekkingen houden een<br />
risico in op kanteling van de rookgasbuizen<br />
en functioneren als vast punt.<br />
Gekantelde buizen in vervormde schoorstenen<br />
Installatieafmeting Rechthoekige koker Ronde koker<br />
rookgasbuis<br />
mm<br />
Ø mm<br />
60 112 x 112 112<br />
80 120 x 120 135<br />
100 150 x 150 165<br />
Asymmetrisch gemonteerde kokerafdekking<br />
6/7
Toptechniek 3. De meest <strong>voor</strong>komende oorzaken van rookgashercirculatie<br />
Opgelet!<br />
Geen silicone gebruiken,<br />
geen spieën hout of dergelijke<br />
gebruiken.<br />
Geen beweegruimte in de spleet van de<br />
kokerafdekking<br />
Oplossing van de lengte-uitzetting bij rookgas-/luchttoevoersystemen<br />
Lengte-uitzetting<br />
Opmerking:<br />
Bij het plaatsen van een<br />
rookgas/luchttoevoersysteem<br />
is de uitzetting van<br />
de binnenbuis uit kunststof<br />
constructief berekend.<br />
vrije spleet > 2 mm<br />
Stevige verbinding van rookgasbuis<br />
en luchttoevoerbuis<br />
Constructief berekend<br />
uitzettingsbereik<br />
Geen beweegruimte in de spleet van de<br />
kokerafdekking<br />
Tussen de rookgasbuis en de luchttoevoerbuis<br />
zit een smalle spleet die er<strong>voor</strong> zorgt<br />
dat de rookgasbuis voldoende beweegruimte<br />
heeft. De rookgasbuis mag niet vastgemaakt<br />
worden in de spleet (vast punt).<br />
Dakdoorvoer te kort afgesneden<br />
De rookgasbuis moet zover uit de kokerafdekking<br />
steken dat een lengtekrimping opgevangen<br />
kan worden.<br />
Ongeveer:<br />
buislengte (m) x 1,1 = lengte boven de<br />
kokerafdekking (cm)<br />
Voorbeeld:<br />
Rookgasbuis van 9 m lang: 9 m x 1,1 = 9,9 cm<br />
(~ 10 cm) boven de kokerafdekking<br />
Oplossing van de lengte-uitzetting bij<br />
rookgas-/luchttoevoersystemen<br />
Om scheuren door lengte-uitzetting en<br />
-krimping te vermijden, moeten in alle moffen<br />
uitzettingszones <strong>voor</strong>zien worden die de<br />
verschillen kunnen opvangen en tegelijkertijd<br />
de dichtheid garanderen. Als er geen vast punt<br />
aangebracht wordt, is deze compensatiefunctie<br />
gegarandeerd.<br />
Is er wel een vast punt dat de uitzetting verhindert,<br />
dan moet de volgende mof al een dubbel<br />
zo grote uitzetting opvangen!<br />
Daarom mogen <strong>voor</strong> de bevestiging van<br />
rookgas-/luchttoevoerbuizen enkel klemmen<br />
gebruikt worden die de buis voldoende beweegruimte<br />
bieden. De steun wordt aangebracht aan<br />
het onderste gedeelte, bv. het steunbochtstuk.<br />
3.1.2. Andere vaak <strong>voor</strong>komende<br />
montagefouten<br />
Na het afzagen niet afgebraamd<br />
Kunststofbuizen met scherpe kanten kunnen<br />
de dichtheid van de volgende buis in rij<br />
beschadigen. Dit brengt de dichtheid van de<br />
rookgasbuis in gevaar. Na het afzagen moet de<br />
rookgasbuis afgebraamd worden en moet het<br />
meegeleverde glijmiddel aangebracht worden.<br />
Handhaving van flexibele buizen<br />
De wanddikte van flexibele buizen bedraagt<br />
0,5 tot 0,6 mm en is hiermee aanzienlijk<br />
kleiner dan die van stijve buizen met een<br />
wanddikte van ongeveer 1,2 mm.<br />
Bij het afrollen, tijdens het transport en bij de<br />
plaatsing moet rekening gehouden worden<br />
met het volgende:<br />
Niet plooien. Geplooide stukken buis uitsnijden en de<br />
buisuiteinden via een mof opnieuw met elkaar verbinden<br />
Bij het monteren en het plaatsen, de buizen niet over<br />
scherpe randen trekken (bv. dakvensters)
3.2. Gedeelde koker met andere<br />
warmtebronnen (koker met meerdere<br />
functies)<br />
Te kleine veiligheidsafstand tot andere<br />
uitlaten<br />
Als meerdere warmtebronnen in dezelfde<br />
koker geplaatst worden (koker met meerdere<br />
functies), kan het rookgas van de tweede<br />
warmtebron aangezogen worden via de opening<br />
<strong>voor</strong> de toevoerlucht aan de kokermonding.<br />
Bij gebruik van de kokerafdekking uit<br />
kunststof:<br />
De schoorsteen <strong>voor</strong> vaste brandstoffen moet<br />
minstens 1000 mm hoger zijn dan de rookgasbuis<br />
van de Vitodens. Om de schoorsteen te<br />
verlengen, mogen enkel schoorsteenbrandbestendige<br />
onderdelen gebruikt worden.<br />
Kokerafdekking uit kunststof<br />
Houtketel Gasketel<br />
≥ 1000<br />
Bij gebruik van de kokerafdekking uit<br />
metaal:<br />
De schoorsteen <strong>voor</strong> vaste brandstoffen<br />
moet minstens 2 x Ø (diameter) langer zijn<br />
dan de rookgasbuis van de Vitodens. Om<br />
de schoorsteen te verlengen, mogen enkel<br />
schoorsteenbrandbestendige onderdelen<br />
gebruikt worden.<br />
Kokerafdekking uit metaal<br />
Houtketel Gasketel<br />
Ø<br />
Schoorsteenafdekking<br />
(Meidingerkap) niet uitgesneden<br />
Het rookgas moet altijd ver uit de buurt van<br />
de spleet <strong>voor</strong> de toevoerlucht gehouden<br />
worden. In de Meidingerkap, die nog vaak<br />
gebruikt wordt om schoorstenen af te dekken,<br />
moet een opening gemaakt worden <strong>voor</strong> de<br />
rookgasbuis, zodat het rookgas dat naar boven<br />
gevoerd wordt zich niet verzamelt onder de<br />
kap en opnieuw aangezogen wordt.<br />
≥ 2 x Ø<br />
Schoorsteenafdekking (Meidingerkap)<br />
fout goed<br />
8/9
Toptechniek 4. Rookgashercirculatie bij systeemschoorstenen<br />
Opmerking: Systeemschoorstenen met overstroomopening<br />
Lucht/rookgasschoorstenen<br />
worden normaal<br />
gezien samen met een<br />
overstroomopening geleverd,<br />
zowel <strong>voor</strong> werking<br />
bij onder- als bij bovendruk.<br />
Systeemschoorstenen (lucht/rookgasschoorstenen)<br />
worden door de toonaangevende<br />
schoorsteenfabrikanten verkocht en toegelaten<br />
als rookgas/luchttoevoersystemen. Ze<br />
zijn meestal uitgevoerd met een keramische<br />
rookgasbuis en een betonnen buitenkoker. Na<br />
vakkundige berekening kunnen de condensatietoestellen<br />
van <strong>Viessmann</strong> op systeemschoorstenen<br />
aangesloten worden.<br />
Lucht/rookgasschoorstenen zijn over het algemeen<br />
uitgerust met overstroomopeningen en<br />
zorgen <strong>voor</strong> evenwichtige drukverhoudingen<br />
aan alle toestelaansluitingen. De doorsnede<br />
van een overstroomopening bedraagt tussen<br />
de 15 en 25 % van de doorsnede van de rookgaskoker.<br />
Bij installaties met een koker met<br />
meerdere functies dient de overstroomopening<br />
om de druk bij de opstart na een lange<br />
periode van stilstand te compenseren (bewegen<br />
van de koudeluchtzuil in de rookgasbuis).<br />
4.1. Werking van lucht/rookgasschoorstenen<br />
bij overdruk<br />
Bij alle rookgassystemen die met overdruk<br />
moeten werken, moet de overstroomopening<br />
gesloten worden. Een open overstroomopening<br />
leidt in dit geval onvermijdelijk tot het<br />
ontsnappen van rookgas.<br />
Aangezien schoorsteenfabrikanten altijd een<br />
overstroomopening meeleveren, moet deze<br />
met de juiste materialen afgesloten worden.<br />
4.2. Werking van lucht/rookgasschoorstenen<br />
bij onderdruk<br />
Enkelvoudig gebruik<br />
Bij enkelvoudig gebruik van de koker wordt<br />
de overstroomopening niet gebruikt en moet<br />
ze afgesloten worden. Ervaring leert dat de<br />
overstroomopening bij werking bij onderdruk<br />
zelden afgesloten wordt en dus gecontroleerd<br />
moet worden.<br />
Tweevoudig gebruik<br />
Bij tweevoudig gebruik (onderdruk) moet<br />
het afsluiten van de overstroomopening aan<br />
volgende <strong>voor</strong>waarden voldoen:<br />
De rookgasbuis is dicht (systeemvereiste <strong>voor</strong><br />
overdruk)<br />
De verticale afstand tot de overstroomopening<br />
bedraagt > 2,5 m (condensatietoestellen)<br />
De veiligheid van het toestel bij een koker<br />
met meervoudige functie moet getest worden<br />
(is gegarandeerd bij de condensatietoestellen<br />
van <strong>Viessmann</strong>)
Minimale afstand tussen stookplaatsen<br />
en overstroomopeningen bij kokers met<br />
meerdere functies<br />
Volgens DIN V 18160-1 moet de verticale<br />
minimumafstand tussen stookplaatsen en<br />
overstroomopeningen bij condensatietoestellen<br />
minimum 2,5 m en bij verwarmingstoestellen<br />
minimum 1,5 m bedragen.<br />
Voor een veilige werking moeten de opgegeven<br />
minimumafstanden tussen stookplaatsen<br />
en overstroomopeningen gerespecteerd<br />
worden. In de praktijk worden deze afstanden<br />
echter zelden gerespecteerd.<br />
Meervoudig gebruik (meer dan twee<br />
toestellen)<br />
In bepaalde gevallen kan de overstroomopening<br />
ook bij meervoudig gebruik van de koker<br />
tot drie toestellen afgesloten worden. Hier<strong>voor</strong><br />
is de toestemming van de installateur<br />
en de fabrikant van de systeemschoorsteen<br />
vereist.<br />
In elk geval is het gebruik van een terugstroomklep<br />
van een toegelaten type mogelijk.<br />
Ze kan in principe altijd gebruikt worden.<br />
De plaatsing van een dergelijke klep moet<br />
afgestemd worden met de installateur van het<br />
district.<br />
Meervoudig gebruik (twee toestellen)<br />
< 2,5 m = te weinig!<br />
➜ 45°-profielstuk,<br />
terugstroomklep of<br />
grendel<br />
Terugstroomklep<br />
> 2,5 m = OK<br />
➜ overstroomklep<br />
open, indien nodig<br />
afsluiten met terugstroomklep<br />
fout goed<br />
Meervoudig gebruik (meer dan twee toestellen)<br />
< 2,5 m = te weinig!<br />
➜ Terugstroomklep<br />
> 2,5 m = OK<br />
➜ overstroomopening<br />
indien mogelijk<br />
met terugstroomklep<br />
afsluiten<br />
fout goed<br />
10/11
9450 000 Bfl 11/2011<br />
Inhoud auteursrechtelijk beschermd.<br />
Kopiëren en ander gebruik enkel met <strong>voor</strong>afgaande goedkeuring.<br />
Wijzigingen <strong>voor</strong>behouden.<br />
<strong>Viessmann</strong> België bvba<br />
Hermesstraat 14<br />
1930 Zaventem (Nossegem)<br />
Tel.: 0800/999 40<br />
Fax: 02/7251239<br />
info@viessmann.be<br />
www.viessmann.be<br />
Uw installateur:<br />
<strong>Viessmann</strong> Nederland B.V.<br />
Lisbaan 8<br />
2908 LN Capelle a/d Ijssel<br />
Postbus 322<br />
2900 AH Capelle a/d Ijssel<br />
Tel.: 010-458 44 44<br />
Fax: 010-458 70 72<br />
E-mail : info@viessmann.nl<br />
www.viessmann.nl