Mens & Vogel - Vogelbescherming Vlaanderen
Mens & Vogel - Vogelbescherming Vlaanderen
Mens & Vogel - Vogelbescherming Vlaanderen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
2
Kerkuilwerkgroep
Kerkuilwerkgroep Vlaanderen
Voorzitter
Ludo Smets
T. 016 44 83 34 (14.00 – 20.00 uur)
kerkuilwerkgroep@vogelbescherming.be
Afgevaardigden kernbestuur
Paul Laeveren
T. 014 54 77 66
paul_laeveren@hotmail.com
Philippe Smets
T. 0475 60 55 43
philippe.smets3@telenet.be
West-Vlaanderen
Aurel Vande Walle
T. 0497 32 45 06
aurel.vandewalle@natuurwetenschappen.be
Kris Degraeve
T. 058 31 45 88
kris.degraeve@skynet.be
Vlaams-Brabant
Philippe Smets
T. 0475 60 55 43
philippe.smets3@telenet.be
Stany Cerulis
T. 0495 42 84 98
s_cerulis@hotmail.com
Limburg
Peter Gabriëls
gabrielspeter@hotmail.com
Stijn Keunen
T. 089 86 77 33
Correspondentieadres
Kerkuilwerkgroep Vlaanderen
t.a.v. Ludo Smets
Schuttershof 14
9100 Sint-Niklaas (Nieuwkerken-Waas)
Website
www.kerkuilwerkgroep.be
Steunfonds
744-3291552-44
Verantwoordelijke uitgever van ‘Kerkuilnieuws’: Ludo Smets, Schuttershof 14, 9100 Sint-Niklaas
PROVINCIALE AFGEVAARDIGDEN EN
VERTEGENWOORDIGERS RAAD VAN BESTUUR
Oost-Vlaanderen
Johan Lefebvre
T. 0486 14 04 80
johan-lefebvre@hotmail.com
Geert De Smet
T. 03 766 73 20
g.de.smet@skynet.be
Antwerpen
Ludo Smets
T. 016 44 83 34 (14.00 – 20.00 uur)
kerkuilwerkgroep@vogelbescherming.be
Eddy D’Huyvetter
T. 03 309 31 78
eddhuyvetter@skynet.be
AFDELING VAN VOGELBESCHERMING VLAANDEREN vzw
de
juli 2011
13jaargang
Inhoud
Voorpagina
Kerkuil met prooi ....................................... 1
Adressenlijst ....................................... 2
Inhoud ................................................... 3
Voorwoord
Woordje van de voorzitter ......................... 4
Provinciale resultaten
Resultaten van West-Vlaanderen .............. 6
Resultaten van Oost-Vlaanderen ............. 10
Resultaten van Antwerpen ...................... 12
Resultaten van Vlaams-Brabant .............. 18
Resultaten van Limburg .......................... 20
Resultaten op Vlaams niveau
Resultaten van Vlaanderen ..................... 28
Nieuws uit de provincies
Nieuws uit West-Vlaanderen .................... 34
Nieuws uit Oost-Vlaanderen .................... 42
Nieuws uit Antwerpen .............................. 46
Nieuws uit Vlaams-Brabant ..................... 50
Kerkuilrapport
Braakballen analyseren ........................... 52
Invloed van het weer
Weer versus Kerkuilen ............................. 54
Onnatuurlijke doodsoorzaak
Kerkuil en wegverkeer ............................. 56
VOC adressenlijst .......................... 62
Vogelbescherming Vlaanderen .... 64
3
Inhoud
4
Ludo Smets
Voorzitter
Voorwoord
Voorwoord
Woordje van de voorzitter
Onze werking trachten samen te vatten in een vijftal korte paragraafjes lukt al lang niet
meer. Binnen alle activiteiten van de broedvogelinventarisatie alleen al worden naast vertrouwde
ervaringen jaarlijks ook heel wat verrassende bevindingen en gebeurtenissen
vastgesteld. In Kerkuilnieuws proberen we daarvan de meest interessante te bundelen in
het provinciale nieuws. De veelzijdigheid aan situaties brengt ieder jaar een variatie aan
onderwerpen met zich mee. Het inventariseren en opvolgen van Kerkuilen blijft boeiend
en mysterieus, zelfs na meer dan 30 jaar.
Niet verwonderlijk dat vele locatie-eigenaars jaarlijks uitkijken naar het moment dat die
‘mannen van de Kerkuilen’ weer eens langskomen. Sommige locatiehouders beschouwen
dat evenement zelfs als een hoogtepunt waar ze met veel spanning naar uitkijken.
Over de jaren heen zijn heel wat sterke vertrouwensrelaties en zelfs vriendschapsbanden
opgebouwd. In sommige gevallen is het ringen van de jonge uilen uitgegroeid tot een
jaarlijks tuinfeest – zelfs met barbecue – waarop familie, vrienden en kennissen van de
locatie-eigenaars worden uitgenodigd om dat ‘moment’ mee te beleven. Van educatie
gesproken! Ik kan je garanderen dat die momenten je niet onberoerd laten! De diversiteit
mag dan misschien erg groot zijn, het enthousiasme is overal aanwezig, en zeker ook een
warme ontvangst en heel veel bewondering en respect voor onze medewerkers. Beste
locatiehouders, wij willen jullie daarvoor ook wel eens van harte bedanken!
Streng winterweer maakt opnieuw deel uit van heel wat interpretaties bij de bespreking
en beoordeling van de resultaten. In de vorige nieuwsbrief was dit een rode draad die
doorheen de verschillende artikels liep en in 2010 zette die trend zich gewoon verder. De
gemiddelde temperatuur in Vlaanderen (België) van november tot eind maart lag lager
dan 7° C. Dit betekent ’s morgens en ’s avonds temperaturen rond het vriespunt of eronder.
De afgelopen winters waren niet alleen erg koud maar vooral sneeuwrijk. In de winter
van 2009-2010 viel gedurende 33 dagen veel sneeuw. Vanaf eind november begon het
al opnieuw te winteren. In totaal werden in 2010 maar liefst 53 sneeuwdagen genoteerd,
een absoluut record! Wat het gevolg zal zijn voor het broedseizoen 2011 valt af te wachten.
Ondanks de strenge winter van 2009-2010 werden in 2010 in ieder geval toch nog verrassend
positieve resultaten opgetekend!
Wat het wetenschappelijk onderzoek betreft, werkten we vorig jaar vooral achter de schermen
verder. Naast het samenwerkingsverband met de Universiteit Antwerpen ging onze
aandacht voornamelijk naar het DNA-project, waarbij we het gevaar van mogelijke genencontaminatie
(door ontsnapte en/of vrijgelaten kweekvogels) in onze natuurlijke populatie
Kerkuilen willen onderzoeken. In de vorige editie van ‘Mens & Vogel’ – het ledenblad van
Vogelbescherming Vlaanderen – verscheen een uitgebreid artikel over dit bijzondere luik
van ons onderzoek.
In deze nieuwsbrief hebben we dan opnieuw plaatsgemaakt voor een verslag over de
vele verkeersslachtoffers onder Kerkuilen. In onze gegevensbank hebben we sinds 2001
al 825 data van slachtoffers – gevonden op onze Vlaamse wegen – ingevoerd. Uit de analyse
van deze gegevens komen stilaan duidelijke knelpunten naar voor.
De mooiste en tevens meest pakkende gebeurtenis van 2010 voor mezelf was het moment
dat ik postuum de ‘Zilveren Kerkuil Oeuvreprijs’ mocht uitreiken aan de echtgenote
van Sylvain Wuyts, medeoprichter van de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen. We herdachten
de vijftienjarige verjaardag van zijn overlijden.
Ik wens jou veel leesplezier en een fijne vakantie.
Langs deze weg willen wij alle locatiehouders in Vlaanderen speciaal bedanken
voor hun bijdrage aan de bescherming van de Kerkuil en voor hun jarenlange
vertrouwen en warme onthaal van al onze medewerkers!
Eregalerij
Lifetime Achievement Award – 30 jaar Kerkuilwerkgroep
Ludo Smets – 12 oktober 2008 – Wachtebeke (Oost-Vlaanderen)
Postuum – Zilveren Kerkuil Oeuvreprijs
Sylvain Wuyts – 03 april 2010 – Hallaar (Antwerpen)
Zilveren Kerkuil
Swa Heylen – 28 maart 2009 – Hallaar (Antwerpen)
Jozef Van Hoe – 11 december 2009 – Roeselare (West-Vlaanderen)
Herman Ceusters – 03 april 2010 – Zichem (Vlaams-Brabant)
Oorkonde van Verdienste
Paul Laeveren – 28 maart 2009 – Hallaar (Antwerpen)
Carlo Verheyen – 28 maart 2009 – Hallaar (Antwerpen)
Philippe Smets – 24 april 2010 – Brussel (Vlaams-Brabant)
Pirre & Leen Ackermans-Ballet – 13 juni 2010 – Houwaart (Vlaams-Brabant)
5
Voorwoord
6
Aurel Vande Walle
Provinciaal afgevaardigde
Resultaten 2010 West-Vlaanderen
Resultaten 2010
Provincie West-Vlaanderen
2010 was een uitstekend jaar voor de Kerkuil in West-Vlaanderen. Jarenlang waren we met
onze provincie – vergeleken met de andere provincies – het zwakke broertje qua aantallen.
Sinds een viertal jaar hebben we echter onze collega’s van Oost-Vlaanderen voorbijgestoken.
Ik weet het, dit is hier geen wedstrijd, maar toch. Enerzijds leveren we in heel
Vlaanderen al meer dan dertig jaar ernstige inspanningen om de Kerkuilen te inventariseren
en te beschermen; dan ga je gewild of ongewild resultaten vergelijken. Hoe hebben
de andere regio’s het gedaan? Anderzijds ga je niet alleen onderling per jaar vergelijken,
maar probeer je ook een evolutie te zien over de jaren heen: gaat de Kerkuil vooruit, zijn er
regionale verschillen en waarom, enz.
Controleplaatsen 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Broedgeval 49 45 61 85 33 120 104 75 109
Aanwezig 12 6 17 20 47 27 28 40 28
Oude sporen 1 8 0 0 0 0 0 0 0
Niets 78 130 256 330 387 356 328 446 337
Totaal 140 189 334 435 467 503 460 561 474
Het was dus een goed jaar. Met 109 geregistreerde
broedgevallen komen we dicht
in de buurt van het absolute topjaar 2007
met 120 gekende broedsels in West-
Vlaanderen. Onder die 109 broedgevallen
telden we bovendien nog eens 7 tweede
broedsels. Het toeval wil dat we ook nog
7 mislukte broedgevallen moesten noteren.
Verder kunnen we nog meegeven:
88 gecontroleerde broedsels waarvan de
Aantal uitgevoerde controles (2002-2010)
jongen zijn gekend en/of geringd en 14
vastgestelde broedsels, d.w.z. dat we zeker
zijn van het broedkoppel maar geen
reproductieaantallen kennen.
Ken je plekje
Het is geen geheim meer, de Kerkuil
wordt steeds minder afhankelijk van ker-
foto: Yves Adams / Vilda
Leie
ken. Meer en meer vinden we de koppels
terug op andere broedplaatsen. Ook
onze kustprovincie ontsnapt niet aan die
tendens: slechts 9 koppels broedden in
een kerk of kapel; 90 daarentegen vonden
een onderkomen in een boerderij
of schuur. Nog 7 andere in een loods of
fabriek en de overige 3 gekende koppels
zochten hun toevlucht onder een brug, in
een toren en in een schouw. Indrukwekkend
is de toename van in nestkasten
broedende koppeltjes: 86% van de West-
Vlaamse populatie broedt reeds in een
speciale nestkast.
Detail locaties 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Kerk / Kapel 8 4 3 5 2 9 7 5 9
Kasteel / Abdij / Fort 2 1 4 3 0 1 0 0 0
Woning / Schouw 3 2 1 3 0 5 0 1 0
Boerderij / Schuur 28 28 46 66 25 88 90 63 90
Fabriek / Loods 4 4 3 3 3 10 3 2 7
Andere 4 6 4 5 3 7 4 4 3
Totaal 49 45 61 85 33 120 104 75 109
Aard van de gebouwen waarin Kerkuilen broedden (2002-2010)
8
Reproductie
Ook het reproductiecijfer mag er zijn.
Heel vaak staan we wat het reproductiegemiddelde
betreft bovenaan de lijst in
Vlaanderen. Ook in 2010 scoren we met
3,22 jongen per nest heel hoog. Braakballenonderzoek
leert ons nochtans dat
de Kerkuil in West-Vlaanderen veel moeite
moet doen om zijn kostje bij elkaar te
zoeken én zijn kroost groot te brengen.
In een partij braakballen van in West-
Vlaanderen levende Kerkuilen vinden we
een veel grotere verscheidenheid aan
prooisoorten dan elders in Vlaanderen:
de Kerkuil moet dus goed zoeken en elke
prooi is welkom!
Prooidieren zijn schaarser in West-Vlaanderen
dan in andere provincies: het landschap
is er ook eenzijdiger, zeg maar
armer of monotoon. Vandaar dat de Kerkuilen
verder van elkaar verwijderd zitten
en er minder koppels per km² leven. Het
landschap, of biotoop als je wil, kan die
hogere druk niet aan. Ergens speelt dat in
de kaart van de West-Vlaamse populatie.
De volwassen vogels moeten zich verder
van de broedplaats verwijderen om voedsel
te zoeken. Anderzijds is er minder
voedselconcurrentie, dus slagen zij erin
om grotere nesten voort te brengen. Heel
dikwijls merken we dat een bepaald koppeltje
maar één, maximaal twee jaar op
Reproductie 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Aantal pulli 84 54 112 165 64 266 225 148 283
Aantal nesten 27 18 30 52 20 71 80 53 88
Gemiddeld P/N 3,11 3,00 3,73 3,17 3,20 3,75 2,81 2,79 3,22
Resultaten 2010 West-Vlaanderen
dezelfde plaats verblijft en dan gewoon
verdwijnt. Dat kan niet aan de broedplaats
liggen want die is niet veranderd!
Aantal pulli (nestjongen) in West-Vlaanderen (2002-2010)
foto: Arno ten Hoeve / BuitenBeeld
Kerkuil
De regio’s in West-Vlaanderen
Niet alleen tussen de provincies onderling,
maar ook nog eens in de provincies
zelf zijn er belangrijke regionale verschillen
qua broedresultaten. In onze provincie
spant ‘Het Houtland’ (streek rond Brugge)
de kroon: met 47 broedsels op 109 is
ongeveer de helft van de West-Vlaamse
broedpopulatie daar te vinden. Tellen we
daarbij nog eens de andere kant van de
provincie ‘IJzer en Polderstreek’ erbij, dan
komen we aan een totaal van 72 koppels
die in het polderlandschap tot broeden
komen. Een vergelijking met Nederland
(Friesland) dringt zich dan ook op.
Regioverantwoordelijken
• Regio IJzer en Polder: Kris Degraeve, e-mail: Kris.Degraeve@skynet.be, tel. 0498/64 50 23
• Regio Middenkust: Hans Haghebaert, e-mail: Hans.Haghebaert@telenet.be, tel. 059/30 42 44
• Regio Houtland: Rik Van De Kerckhove, e-mail: rikvandekerchove@telenet.be, tel. 050/35 40 44
• Regio Mandel: Koen Vandepitte, e-mail: vandepitte.koen@skynet.be, tel. 0478/39 46 77
• Regio Tielt: Aurel Vande Walle, e-mail: aurel.vande.walle@detorenvalk.be, tel. 0497/32 45 06
• Regio Leie-Schelde: Richard Beernaert, tel. 0497/32 45 06
Het Tieltse landschap en ‘De Leiestreek’
doen het niet onaardig en leunen aan bij
het Oost-Vlaamse, kleinschalig Meetjesland
en gevarieerd ‘Leielandschap’. De
‘Mandelstreek’ en ook gedeeltelijk het
Tieltse hebben echter veel te lijden onder
de intensieve groenteteelt. Groenten en
dan vooral prei worden heel intensief bespoten
met pesticiden en dat heeft zeer
nadelige gevolgen voor de plaatselijke
broedpaartjes. Prooidieren die op die
bespoten velden rondlopen, krijgen een
deel van het gif binnen en dit stapelt zich
verder op in de voedselketen.
Regio’s 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2009
IJzer en Polder 9 9 18 24 8 35 34 25 25
Middenkust 0 1 0 4 3 6 8 4 7
Houtland 20 10 19 25 13 47 40 25 47
Tielt 6 4 3 4 3 7 7 5 8
Mandel 4 1 1 3 2 2 1 2 4
Leie-Schelde 4 5 5 9 3 11 9 6 11
West-Vlaamse Heuvels 6 15 15 16 1 12 5 8 7
Totaal 49 45 61 85 33 120 104 75 109
Verdeling van de broedsels volgens regio in West-Vlaanderen (2002-2010)
• Regio West-Vlaamse Heuvels: Erwin Verfaillie, e-mail: erwin.verfaillie@telenet.be, tel. 0497/62 24 85
9
Resultaten 2010 West-Vlaanderen
10
Johan Lefebvre
Provinciaal afgevaardigde
Resultaten 2010 Oost-Vlaanderen
Resultaten 2010
Provincie Oost-Vlaanderen
De Oost-Vlaamse kerkuilendatabank werd aan een grondige opkuis onderworpen. Van
de meer dan 600 locaties geregistreerd in de voorbije 24 jaar, werden enkel nog die
locaties actief geplaatst waarvan de voorbije 10 jaar nog gegevens binnenkwamen. Dat
maakte dat er nog 385 locaties overbleven. Deze locaties werden teruggekoppeld naar
de regioverantwoordelijken om de broedresultaten van 2010 op te halen. Hiervan kwamen
319 controles binnen. Dit leverde 79 gegevens van kerkuilkoppels op. Er waren 6 mislukte
broedsels (bedreigingen die genoteerd werden, zijn o.a. kauwen, marter en het wegblijven
van de oudervogels). Het jaar ervoor werden slechts 52 broedsels genoteerd waarvan
2 mislukten. 2010 is dus weer een sprong vooruit.
Broedgevallen 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Gecontroleerd 7 13 34 31 26 40 55 29 67 42 44 55
Vastgesteld 19 24 11 11 19 22 21 4 12 18 4 14
Mislukt 0 2 2 3 1 3 2 6 1 0 2 6
Vermoedelijk 0 5 0 3 2 0 4 2 6 2 2 2
Totaal 26 44 47 48 48 65 82 41 86 62 52 77
In het noordwesten van de provincie zijn
de Kauwen veelvuldig als kastenkraker
gemeld. Dit is nefast voor de Kerkuil die
op zoek is naar een geschikte broedplaats.
Positief aldaar is dat de door het
Regionaal Landschap Meetjesland geplaatste
nestkasten zijn toebedeeld aan
kerkuilmedewerkers voor na controle. De
8 genoteerde broedkoppels aldaar kunnen
zich zeker uitbreiden over de vele
Aantal uitgevoerde controles (2002-2010)
nestkasten in de buurt. In het noordoosten
van de provincie stelt de Kerkuil het
ook goed. Er is daar een fikse toename
vastgesteld: 9 koppels extra op de 6 van
2009. In het zuidwesten van de provincie
is een verdubbeling van het aantal koppels
genoteerd (totaal 16).
De stijging van het aantal broedkoppels
loopt niet door in het gebruik van
foto: Paul Hobson / FotoNatura
Kerkuil op jacht
Detail locaties Vrije broedsels In nestkast Aantal controles
Kerk/kapel 22 11 93
Kasteel 0 0 2
Woning 3 2 42
Boerderij/schuur 41 29 143
Fabriek/loods 2 1 12
Andere 9 4 16
Totaal 77 47 308
Aard van de gebouwen waarin Kerkuilen broedden (2010)
de nestkasten. Hierin is een daling van
65% in 2009 naar 61% in 2010. Het aantal
nestjongen (3,22) daarentegen lag
dan weer hoger dan in 2009 (2,36). Voor
Oost-Vlaanderen is een gemiddeld aan-
tal jongen dat groter is dan 3 uitzonderlijk
en beïnvloedt dit zeker het aantal koppels
voor het komende jaar. Hopelijk treffen we
ze dit jaar in een van onze nestkasten aan.
Reproductie 1 pullus 2 pulli 3 pulli 4 pulli 5 pulli 6 pulli Totaal:
Aantal nesten 2 15 18 11 7 2 55
Totaal 2 30 54 44 35 12 177
Aantal pulli (nestjongen) per nest in Oost-Vlaanderen (2010)
11
Resultaten 2010 Oost-Vlaanderen
12
Ludo Smets
Provinciaal afgevaardigde
Het blijft een hele klus om jaarlijks uit 16 verschillende regio’s alle gegevens volledig en
liefst ook tijdig in te zamelen; onze regiocoördinatoren hebben er hun handen mee vol.
Wanneer ik de gegevens ontvang, kan ik beginnen met ze in te voeren in onze database,
de zogenaamde SIF-masterlijst waarin alle provinciale locaties zijn opgelijst. De eerste
resultaten liepen spontaan binnen op 30 augustus 2010, waardoor het invoeren kon beginnen.
De laatste pas op 22 maart 2011 na telefonisch opvragen.
Resultaten 2010 Antwerpen
2
5
Door controle van de masterlijst na invoering
van de gegevens uit alle regio’s bleek
van een aantal locaties de resultaten nog
te ontbreken. Ergens is dit te begrijpen
omdat na het broedseizoen met leuk
veldwerk er verwacht wordt van onze medewerkers
dat ze ook nog heel wat saai-
0
2
0
15
27
Resultaten 2010
0 9 5
7
21
4
38
19
0
16
23
13
13
19
0
Provincie Antwerpen
11
17
17
17
18
4
16
18
19
22
38
5
25
29
17
18
24
0
16
43
35
37
19
2
18
23
47
23
Uitgevoerde controles in Antwerpen (2010)
4
5
30
17 2
ere administratie volgens een standaard
afwerken. Het hoort er nu echter eenmaal
bij willen we een globaal provinciaal resultaat
kunnen weergeven. Hartelijk dank
en proficiat aan alle provinciale medewerkers
voor het feit dat we daar samen dan
toch al zoveel jaren in slagen!
foto: Wouter Pattyn / BuitenBeeld
Kerkuil
Concrete resultaten
Had de winter 2008-2009 een duidelijke
impact op de broedresultaten 2009
(slechtste van de afgelopen 10 jaar), dan
is het bijna onbegrijpelijk dat de Kerkuil
na de winter 2009-2010 er vorig jaar wel
is in geslaagd om zelfs het vierde beste
resultaat ooit te bereiken! Het getuigt van
een enorme flexibiliteit van de populatie
om snel in te spelen op gunstig omslaande
omstandigheden. Maar waar dan de
echte verschillen liggen tussen de winters
is ons niet echt duidelijk.
Detail locaties 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Kerk / kapel 46 49 52 74 51 89 73 29 64
Kasteel 13 14 21 23 10 15 10 5 6
Woning / schouw 90 101 118 160 124 204 179 95 170
Fabriek / loods 2 4 5 10 5 12 6 6 7
Andere 3 9 10 16 6 11 8 4 7
Totaal 154 177 206 283 196 331 276 139 254
Aard van de gebouwen waarin Kerkuilen broedden (2002-2010)
13
Resultaten 2010 Antwerpen
foto: Yves Adams / Vilda
14
Er werden 874 locaties (738 nestkasten
en 136 vrije locaties) onderworpen
aan een controle, 47 locaties ook op 2 de
broedsels. Er werden 254 broedgevallen
(29% van alle controleplaatsen) opgetekend.
Verder was de Kerkuil nog op 79
plaatsen niet broedend aanwezig (nog
eens 9% van alle controleplaatsen). 232
koppels (91%) maakten gebruik van een
nestkast en 22 koppels verkozen een vrije
broedlocatie. Op 541 locaties werd niets
gevonden, buiten hier en daar een ‘nestkastkraker’.
Resultaten 2010 Antwerpen
Het nestgemiddelde van 3,5 P/N (786 pulli
op 223 gecontroleerde nesten) overstijgt
het langjarige gemiddelde wat eveneens
een parameter is voor een succesvol jaar!
Alleen in bezetting en spreiding werd niet
de hoogste score bereikt met 16 broedgevallen
per 80 km² in twee hokken. De
voornaamste toename was zowel te vinden
op woningen, kerken als in boerderijen.
Er werd één tweede broedsel vastgesteld.
2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Aantal broedgevallen 154 177 206 283 196 331 276 139 254
Aantal in nestkast 114 136 156 218 173 282 245 129 232
Procentueel aandeel 74% 77% 76% 77% 88% 85% 89% 93% 91%
Aantal pulli per nest 3,1 2,8 3,2 3,4 2,6 4,0 2,7 2,5 3,5
Steenmarter
Overzicht aantal broedparen in nestkasten en aantal pulli per nest
foto: Kerkuilwerkgroep
Hoornaarnest
Verwarde organist
Enkele provinciale nieuwtjes belichten we
uitgebreider in een aparte bijdrage. Maar
ieder jaar zijn er wel een paar ‘bizarre’ berichten
die ons bereiken of speciale vaststellingen
die worden gedaan. Zo werd
ik eind 2010 opgebeld door een organist
die me volgend verhaal deed: “Vroeger
heb ik op de zolder van de kerk waar ik orgel
speel, eens twee jonge Kerkuiltjes gevonden
die er slecht aan toe waren. Ik heb
toen niks ondernomen en twee dagen later
lagen ze dood. Om dat goed te maken,
wil ik iets doen om de uilen te helpen”.
Ik vroeg hem of er al een nestkast van
de Kerkuilwerkgroep stond en over welke
kerk het precies ging? Het werd even stil
aan de andere kant van de lijn… “Dat
weet ik niet, waarom een nestkast en waar
zou die dan moeten staan?” Toen begon
hij een reeks vragen af te vuren over hoe
hij ervoor kon zorgen dat de uilen op de
kerkzolder zouden blijven – en hij bedoelde
dat letterlijk – zonder dat ze nog naar
buiten zouden kunnen …
Ik zei hem dat dit niet zomaar kon en dat
dit niet wettelijk is. Ik kreeg een kort antwoord:
“Er is zoveel dat niet mag en ‘nooit’
is een woord waar ik een hekel aan heb.
Dat woord bestaat niet en het stimuleert
me temeer om het juist wel te proberen. Ik
ben immers ‘ne rare’, zegt men wel eens
van mij”. Deze oproep noodzaakte een
andere aanpak: voorzichtigheid in het
geven van advies en proberen iets concreet
af te spreken. Ik stelde hem voor
om samen ter plaatse de mogelijkheden
te gaan bekijken. Hierop antwoordde hij:
“Om een nestkast te plaatsen dan?” Dat
15
Resultaten 2010 Antwerpen
foto: Kerkuilwerkgroep
16
paste duidelijk niet in zijn plan! Hij begon
opnieuw vragen te stellen waarom zijn
idee niet zou lukken. Ik probeerde hem
duidelijk te maken dat de uilen zouden
doodgaan van honger en dat ze zich niet
zouden voortplanten. Dit lachte hij echter
weg: “Het krioelt daarbinnen van de muizen”.
Toen ik een rekensommetje maakte
over hoeveel muizen een koppel uilen nodig
heeft, vond hij dat toch wel veel.
Na nog wat overtuigende argumenten
van mijn kant waarom zijn ‘plan’ niet zou
lukken, kreeg ik als finaal antwoord dat
hij dat wel begreep, maar dat hij nu toch
meer wist en eens zou bekijken wat hij
kon gaan doen. Ik kon niet anders dan er
toch nog op aan te dringen onze hulp te
aanvaarden en vroeg hem opnieuw om
Jonge Steenmarters
Resultaten 2010 Antwerpen
welke kerk het ging. Uiteindelijk liet hij los
over welke kerk het ging. Het is er zelfs
een die wij al jaren opvolgen! Ik hoorde
verwondering en ontgoocheling in zijn
stem, waarna hij me kort bedankte en
vervolgens inhaakte. Ik kan je garanderen
dat je dan met een ongemakkelijk gevoel
blijft zitten. Onze regionale medewerker is
op de hoogte en volgt dit verder op.
Vleermuis op menu
Toevallig wist diezelfde medewerker,
regiocoördinator uit de Antwerpse Zuiderkempen,
mij een al even vreemd verhaal
te vertellen. Een tiener uit zijn eigen
dorp houdt een ‘Zwarte Kerkuil’ (vermoedelijk
een kweekmutatie) in gevangen
foto: Rollin Verlinde / Vilda
Hoornaar
schap. Om het beestje ‘te plezieren’ geven
ze hem om de veertien dagen een
‘levende’ vleermuis die ze zelf vangen op
een kerkzolder in de buurt waar een kolonie
huist! Mensen zijn toch rare wezens, niet?
Bij de controle van nestkasten komen we
soms ook voor verrassingen te staan. We
weten dat de Steenmarter de laatste ja-
Provinciale Stuurgroep Antwerpen
Carlo Verheyen 014/85 04 06 carloverheyen@skynet.be
Paul Laeveren 014/54 77 66 paul_laeveren@hotmail.com
Eddy D’Huyvetter 03/309 31 78 eddhuyvetter@skynet.be
Ludo Oris 014/58 47 03 ludo.oris@pandora.be
ren aan een comeback bezig is. In een
schuurtje stootte een medewerker op jonge
Steenmarters in een kerkuilnestkast.
De jongen waren al duidelijk herkenbaar
aan hun witte bef. Ook Hoornaars zijn bekende
nestkastkrakers, echter vorig jaar
was ik getuige van een nieuw begrip, namelijk
het ‘dichtmetselen’ van een kerkuilnestkast.
Ludo Smets 016/44 83 34 kerkuilwerkgroep@vogelbescherming.be
17
Resultaten 2010 Antwerpen
18
Philippe Smets
Provinciaal afgevaardigde
Detail locaties Vrije broedplaats Controles In nestkast Controles
Kerk/kapel 7 20 42 165
Kasteel/abdij 8 9 4 19
Woning/schouw 4 9 10 37
Boerderij/schuur 2 8 78 191
Molen/andere 2 3 3 9
Totaal 23 49 137 421
Resultaten 2010 Vlaams-Brabant
Resultaten 2010
Provincie Vlaams-Brabant
In 2010 werden in Vlaams-Brabant 160 broedgevallen geregistreerd, 127 gecontroleerde,
24 vastgestelde, 7 mislukte en 2 vermoedelijke. Naar mijn bescheiden mening een zeer
mooi resultaat! Alleen 2007 was beter met 237 broedgevallen maar dat was te wijten
aan het feit dat er toen veel tweede broedsels waren. Gelukkig hebben vele Kerkuilen in
Vlaams-Brabant de strenge winter 2009-2010 overleefd en waren er veel muizen zodat er
weinig nesten mislukten. Niet minder dan 86% van de broedgevallen werd geregistreerd
in een nestkast. Er staan in onze provincie nu al 504 speciale nestkasten voor Kerkuil.
Recent werden er nog 11 bijgeplaatst met de steun van de stad Zoutleeuw en in samenwerking
met het Regionaal Landschap Zuid-Hageland.
Aard van de gebouwen waarin Kerkuilen broedden (2010)
Er waren veel grote nesten met als gevolg
dat het nestgemiddelde goed was,
namelijk 3,33 pulli per nest. Zomaar even
423 pulli werden voorzien van een wetenschappelijke
ring om de poot zodat ze in
hun verdere leven gevolgd kunnen worden.
Reproductie 1 pullus 2 pulli 3 pulli 4 pulli 5 pulli Totaal:
Aantal nesten 3 19 47 49 9 127
Totaal 3 38 141 196 45 423
Aantal pulli (nestjongen) per nest in Vlaams-Brabant (2010)
foto: Gerrit van Ommering / BuitenBeeld
470 plaatsen werden gecontroleerd door
67 medewerkers. Nestkasten op kerktorens
controleren is niet meer zo gemakkelijk.
Vroeger ging je naar de pastorie
naast de kerk aanbellen en kreeg je
van mijnheer pastoor de sleutel. Nu zijn
er bijna geen pastoors meer en moet je
de sleutel bij iemand van de kerkfabriek
gaan halen. Het bestuur wisselt daar regelmatig,
zodat het steeds een zoektocht
wordt. Bovendien moet er bijna altijd iemand
meegaan om het alarmsysteem af
te zetten. Wij hebben nu vaak meer tijd
nodig om in de kerk binnen te geraken
dan dat we nodig hebben om de nestkast
Kerkuilveer
en haar inhoud te controleren. Maar het
is dankzij deze personen en de inzet van
mijn medewerkers dat ik deze resultaten
kan mededelen. Waarvoor dank!
Broedgevallen 160
Aanwezig / waargenomen 16
Verse sporen 22
Niets 272
Totaal 470
Aantal uitgevoerde controles (2010)
19
Resultaten 2010 Vlaams-Brabant
foto: Jan Baks / FotoNatura
Peter Gabriëls
Provinciaal afgevaardigde
Resultaten 2010
Provincie Limburg
Ook in Limburg hebben de Kerkuilen het vorig jaar behoorlijk goed gedaan. Met 114 geregistreerde
broedsels op 299 controleplaatsen is dit zeker één van de betere jaren sinds
de voorbije twee decennia. Er werden drie 2 de broedsels geteld, wat uitzonderlijk is en
enkel in zeer goede jaren voorkomt. In totaal werden 356 jongen geteld. Dat is een hoog
nestgemiddelde van 3,9 en zelfs één pullus per nest meer dan in het zwakke jaar 2009. Er
werden 3 nesten van 6 pulli geteld en in een hoeve te Hamont-Achel, in het noorden van
de provincie, telde een medewerker zelfs 7 pulli. Het is nog maar de vierde keer dat een
dergelijk hoog aantal jongen in één nest wordt aangetroffen.
Dit gebeurde eveneens in de zeer goede
kerkuiljaren 1993 (2 x) en 2005 (1 x). Als
nestplaatskeuze blijven kerken en kapel-
Kerkuilkuikens om te ringen
len nog steeds belangrijke gebouwen:
hier werden 55 broedsels (48% van het
totaal) geteld, dubbel zoveel als in 2009.
Boerderijen en schuren waren goed voor
31%, woonzolders 13% en in mindere
mate werden ook enkele kastelen (4%) en
andere gebouwen (4%) uitgekozen. In het
Domein van Bokrijk werden gelijktijdig 2
nesten van 3 jongen aangetroffen op
slechts een paar honderd meter van elkaar.
Op 22 locaties waren solitaire Kerkuilen
aanwezig en was er geen broedzekerheid.
In 2009 was dat nog een recordaantal
van 70 locaties. Daarvan werden er het
voorbije jaar 34 bewoond. Opvallend is
dat de getelde populatie (136), zijnde de
broedende en niet-broedende Kerkuilen,
nauwelijks verbeterd is tegenover het
zwakke jaar 2009 (135). Bijna 90% van de
gecontroleerde populatie broedt in een
nestkast. Twee kasten werden gekraakt
door bijen en op slechts één plaats kwam
Evolutie van de gecontroleerde populatie
Grafiek: evolutie Limburgse populatie gedurende (1990-2010)
een Steenmarter uit de kast gekropen. In
onze provincie hangen nu 339 nestkasten
waarvan er vorig jaar 264 geinspecteerd
werden.
Toestand per gemeente
Vorig jaar werden in 39 van de 44 gemeenten
één of meerdere locaties bezocht op
de aanwezigheid van Kerkuilen. In 23 gemeenten
werden meer broedsels geteld
dan in 2009, in 8 was dit een status-quo
en in 8 andere was er een afname of zelfs
geen enkel broedsel. In 5 gemeenten,
zijnde Hechtel-Eksel, Houthalen-Helchteren,
Leopoldsburg, Zonhoven en Zutendaal,
gebeurde er geen enkele controle.
Onderstaande tabel geeft een overzicht
van 19 gemeenten die het best gecon-
21
Resultaten 2010 Limburg
22
Resultaten 2010 Limburg
Gemeente
Broedsels
2010
Broedsels
2009
Broedsels
2008
Broedsels in
nestkast 2010
Controleplaatsen
2010
Sint-Truiden 12 4 12 12 32 30
Hasselt 10 2 11 6 21 15
Tongeren 6 4 7 6 21 18
Riemst 3 0 4 3 18 18
Gingelom 5 5 5 3 16 11
Bocholt 4 4 6 4 12 12
Borgloon 3 5 5 3 12 12
Hamont-Achel 3 3 4 3 12 11
Voeren 1 1 4 1 12 11
Bilzen 6 2 2 5 11 11
Heers 5 2 4 5 11 11
Overpelt 2 1 3 2 9 4
Kortessem 4 3 4 4 8 8
Bree 2 3 6 2 8 7
Neerpelt 2 0 2 1 8 5
Alken 2 1 0 1 8 6
Maaseik 5 7 3 4 7 6
Maasmechelen 5 3 3 5 7 7
Wellen 3 1 2 3 7 7
Totaal 83 51 87 73 240 210
Tabel: overzicht van de best gecontroleerde gemeenten
troleerd worden. Ze vertegenwoordigen
80% van alle controles en 7% van de
broedsels in Limburg. In deze gemeenten
staan voldoende kasten voor de Kerkuil.
Helaas zijn er nog veel niet onderzochte
regio’s en is er nog veel potentieel in onze
provincie om bijkomende locaties te inspecteren
en te beschermen.
Gecontroleerde
nestkasten 2010
In de twee best onderzochte gemeenten,
namelijk de kerngebieden in Hasselt en
Sint-Truiden met respectievelijk 21 en 32
controleplaatsen, deed de Kerkuil het
opvallend beter dan in 2009. Hasselt
ging er op vooruit van 2 naar 10 broedsels
en Sint-Truiden van 4 naar 12. In de
5 gemeenten van Maasvallei werden 15
foto: Ronald Messemaker / BuitenBeeld
broedsels aangetroffen, 1 minder dan in
2009. De Kerkuil verdween op twee locaties
na er 11 opeenvolgende jaren gebroed
te hebben.
Niet overal waren de resultaten goed.
Een opvallende tegenvaller was de afwezigheid
van de Kerkuil in de Voerstreek
ofschoon hier, door het recent plaatsen
van nestkasten, de verwachtingen groot
waren. Slechts 1 broedgeval op 12 onderzochte
locaties werd gevonden terwijl
er dit in 2009 nog 4 waren. Wel werden
op 3 andere plaatsen Kerkuilen waargenomen
en/of verse braakballen gevonden
maar was er geen broedzekerheid.
Een mogelijke verklaring zou de strenge
winter in 2010 kunnen zijn. De sneeuw is
Kerkuil wordt geringd
in deze regio wat langer blijven liggen en
de veldmuizenpopulatie was (nog) niet
voldoende hersteld. Een tweede en latere
controle is hier echter niet gebeurd.
Gerevalideerde Kerkuilen
In het Natuurhulpcentrum van Opglabbeek,
één van de grootste Europese opvangcentra
voor wilde dieren, werden in
de periode tussen 1979 en 2011 liefst 586
Kerkuilen al dan niet binnengebracht. Een
gedeelte daarvan, vast in een loods of
schouw, kon direct ter plaatse vrijgelaten
worden. De opgevangen Kerkuilen zijn
niet alleen afkomstig uit Limburg maar
vaak ook uit de omringende provincies en
24
zelfs uit Nederlands Limburg. Het merendeel
van de Kerkuilen (ca. 80%) kon opnieuw
aan de natuur toevertrouwd worden.
De belangrijkste reden van opname zijn
vooral jonge, niet-zelfstandige vogels
(122). Eénmaal vliegvlug worden ze nog
een tijdje getraind op het vangen van levende
muizen door ze in een grote vliegkooi
onder te brengen. Meestal worden
ze terug vrijgelaten in de omgeving waar
ze zijn opgegroeid. Naast de vele jonge
Resultaten 2010 Limburg
Reden van opname Aantal
Jonge vogels 122 11 99 12
Uitputting – ondervoeding 113 29 68 16
Breuk 62 14 41 7
Wonde 57 16 38 3
Verkeersslachtoffer 56 20 32 4
Vast in loods, kippenren, gebouw, ed. 42 2 37 3
Andere oorzaak 42 2 36 4
Vast in schouw 31 26 5
Ontsnapt , gedumpt (vanaf 01.01.07) 20 4 11 5
Ziekte (parasieten, ontstekingen…) 12 2 8 2
Prikkeldraad (e.a. draden, touwen …) 9 3 4 2
Venster 6 6
Vergiftiging 5 2 3
Klemkwetsuur 3 1 2
Inbeslagname 2 1 1
Stookolie, frietvet 2 2
Schotwonde 1 1
vogels is er een hoog aantal (113) slachtoffers
door uitputting of ondervoeding.
Vooral in een periode van langdurige
sneeuw stijgt dit aantal sterk. Kerkuilen
kunnen maar 5 tot 8 dagen zonder voedsel
aangezien ze nauwelijks een vetreserve
kunnen opbouwen.
Sinds 2007 werden ook 20 ontsnapte of
tamme Kerkuilen binnengebracht. Om
genetische vervuiling te vermijden, worden
ze niet vrijgelaten in de natuur maar
Vervuiling 1 1
Totaal 586 110 412 64
(*) Onbekend = de status ‘dood of levend’ werd niet genoteerd of de vogel is nog in revalidatie
Dood
Levend
Onbekend (*)
foto: Jan Vink / FotoNatura
worden ze, indien mogelijk, terugbezorgd
aan de rechtmatige eigenaar. Als dat niet
lukt zullen ze in een dierentuin geplaatst
worden. Breuken (62) en wonden (57)
zijn meestal het gevolg van aanvaringen
met auto’s. Relatief veel Kerkuilen raken
accidenteel opgesloten in gebouwen (42)
of in schoorstenen (31) en konden tijdig
gered worden. Maar waarschijnlijk zal
een groot deel van ‘verdwaalde’ Kerkuilen
nooit of te laat gevonden worden. Bij
Kerkuilen
Opmerking
5 slachtoffers was de doodsoorzaak rattenvergif
en drie individuen raakten met
hun poten vast in een rattenklem.
Ringwerk
Tussen 1986 en 2010 werden 266 Kerkuilen
geringd in het Natuurhulpcentrum van
Opglabbeek door de Ringgroep Bokrijk
en hiervan werden 34 individuen terugge-
Geringd in
het NHC
Elders
geringd
Terug los na revalidatie 3 34
Gecontroleerd door een ringer 5 23
Dood in opvangcentrum 0 12
Dood gevonden < 1 week 12 73
Dood gevonden > 1 week 3 5
Verkeersslachtoffer < 1 week 11 32
Verkeersslachtoffer > 1 week 0 1
Totaal: 34 180
foto: Dries Damiaens / NHC
26
meld. Twee Kerkuilen werden zelfs tweemaal
gerevalideerd. Daarnaast werden
ook nog 180 reeds geringde Kerkuilen
binnengebracht.
Veel reeds geringde Kerkuilen worden
door particulieren gemeld. Het grootste
gedeelte echter betrof dode vogels. De
verste melding kwam uit Duitsland: een
adulte vogel geringd op 13 juni 2005 werd
9 maanden later dood en 270 km verder
Operatie van Kerkuil
teruggevonden in Bocholt. De oudste gerevalideerde
Kerkuil bereikte een leefijtd
van 12 jaar en 8 maanden. Een bijzondere
terugmelding is een jonge Kerkuil,
geringd in Wezel (Antwerpen) op 25 juni
2005. Deze verliet op 27 maart 2006 een
gebouw in Stokkem en vloog zich te pletter
tegen een ladder van de brandweer,
op dat moment bezig met het blussen
van een brand!
Ringnr.
Ringdatum
Ringplaats
Vinddatum
Vindplaats
Omstandigheden
H39194 17/08/82 Achel 25/07/89 25/07/89 terug los na revalidatie 3 6j 11m 8d
H74494 20/09/93 Bree 20/11/93 20/11/93 dood gevonden < 1 week 44 2m
H74496 20/09/93 Bree 04/01/94 04/01/94 dood gevonden < 1 week 152 3m 14d
H81140 15/06/95 Stokrooie 03/04/97 03/04/97 stervende gevonden 26 1j 9m 19d
H30795 14/07/93 Leopoldsburg 08/09/97 08/09/97 terug los na revalidatie 38 4j 1m 25d
H30795 14/07/93 Leopoldsburg 16/04/98 16/04/98 terug los na revalidatie 26 4j 9m 2d
H92651 24/06/98 Hulshout 09/02/00 09/02/00 dood langs spoorweg 48 1j 7m 17d
H111582 09/09/00 Heusden-Zolder 06/07/02 06/07/02 dood gevonden < 1 week 8 1j 9m 27d
H30796 14/07/93 Leopoldsburg 23/11/04 23/11/04 vast in boom, terug los 8 11j 4m 9d
H124033 10/10/02 Opglabbeek 04/06/05 04/06/05 terug los na revalidatie 35 2j 7m 25d
H30796 14/07/93 Leopoldsburg 20/03/06 20/03/06 dood gevonden < 1 week 8 12j 8m 6d
H136290 17/10/05 Opglabbeek 29/08/06 29/08/06 verkeersslachtoffer 11 10m 12d
Een veelgestelde vraag is of jonge gerevalideerde
Kerkuilen wel voldoende
overlevingskans hebben na hun vrijlating
in de natuur. Ze missen immers de ‘opleiding’
van hun ouders. Uit enkele bovenstaande
terugmeldingen blijkt dat deze
jonge vogels toch een voldoende jachtinstinct
hebben om te overleven.
Enkele bijzondere
terugmeldingen
• Uit Bree werden 3 jonge Kerkuilen binnengebracht
die op 20 september, na
een tijdje vliegoefeningen in een grote
kooi, terug de vrijheid kregen op hun
nestplaats. Eén individu werd echter al na
2 maanden dood teruggevonden in Het
Meerdal, Nederland (afstand 44 km). Een
Afstand (km)
Ouderdom
broer of zus vloog naar Wallonië en had
evenmin geluk: na 3 maanden en 152 km
verder werd ook deze dood teruggevonden.
• Uit Leopoldsburg werden 3 grote pulli
binnengebracht. Op 14 juli kregen ze op
hun vertrouwde nestplaats de vrijheid.
Eén vogel werd na 4 jaar gekwetst gevonden
in Lanaken. Na enkele maanden
revalidatie werd deze terug gelost. Maar
ca. 6 maanden later werd deze opnieuw
gekwetst gevonden en voor een tweede
maal gerevalideerd! Een broer of zus
werd na 11 jaar en 4 maanden gekwetst
gevonden in Koersel. Deze hing vast in
een boom en was verstrikt geraakt in een
koord. Een jaar en 4 maanden later werd
deze dood gevonden in Koersel en bereikte
deze ooit revalideerde vogel een
leeftijd van 12 jaar en 8 maanden.
27
Resultaten 2010 Limburg
28
Ludo Smets
Algemeen coördinator
Resultaten 2010 Vlaanderen
Resultaten 2010
De Kerkuil in Vlaanderen
De Kerkuil mag dan wel een van de meest intensief onderzochte vogelsoorten ter wereld
zijn, nog heel wat facetten in zijn mysterieus bestaan blijven voorlopig quasi onbekend.
Dat er een ernstig verband bestaat tussen weersomstandigheden, voedselaanbod en
broedsucces hoeft geen twijfel meer. Na een strenge winter verwacht je een crash van
de muizenpopulaties en op zijn minst een povere start van het broedseizoen. Blijven de
voedselomstandigheden ontoereikend, dan zal ook het broedsucces van dat seizoen
mager uitvallen. Anderzijds weten we dat Kerkuilen opportunisten zijn en snel kunnen
inspelen op gunstige omstandigheden.
Aantal geregistreerde broedgevallen per atlashok van 8 x 10 km
Bij de jaarlijkse beoordeling van de resultaten
kijk ik al eens graag over de
grenzen heen en probeer ik onze bevindingen
te kaderen. Moeder Natuur bracht
eind 2009 immers terug een strenge en
sneeuwrijke winter in het land die behoorlijk
bleef aanhouden. De vrees dat dit zich
opnieuw zou vertalen in een armetierig
2010 zat er dus zeker in. Niet ongegrond
zo blijkt aangezien de winter in bijvoor-
eeld Denemarken de broedpopulatie
van 500 paar (2009) terugschroefde tot
50 paar in 2010!
Ook uit Nederland kennen we voorbeelden
uit het verleden. Na de winter
van 1979 werd het broedbestand er van
foto: Duncan Usher / FotoNatura
1.800 paar teruggeslagen naar slechts
104. De impact van zo’n winter kan dus
zeer groot zijn. Colin Shawyer (The Hawk
and Owl Trust) uit Groot-Brittannië wist
me te vertellen dat van meer dan 1.600
paar die jaarlijks door BTO-vrijwilligers
worden opgevolgd slechts een fractie
Aantal geregistreerde broedgevallen van de Kerkuil in Vlaanderen (1981-2010)
Kerkuilen
29
Resultaten 2010 Vlaanderen
30
tot broeden kwam. Waar er in mei en juni
dan toch nesten waren, werden amper levende
jongen aangetroffen. De sterfte in
het nest was enorm, slechts hier en daar
vlogen enkele jongen uit! Heel wat paartjes
(een derde van het totaal) waren zelfs
niet begonnen aan eileg en vertoonden
vleugelrui, wat een indicatie geeft dat een
koppel het seizoen voor bekeken houdt.
Vrouwtjes die op dat ogenblik gewogen
werden, zaten ook ver onder het
minimumgewicht om aan een optimaal
broedproces te beginnen. Verrassend
genoeg werden in augustus-september
toch op heel wat locaties gezonde, wel
doorvoede jongen gevonden. Zelfs nesten
met 4 tot 6 jongen, ook op traditionele
broedplaatsen waar in juni Kerkuilen ontbraken!
Tot laat in het jaar werden nog
nesten gevonden. Dit bewijst temeer dat
je nooit weet wat je met Kerkuilen mag
verwachten. Het is duidelijk dat er later
op het seizoen zich een plotse ommekeer
heeft voorgedaan in Groot-Brittannië
Resultaten 2010 Vlaanderen
waar de Kerkuilen onmiddellijk én perfect
wisten op in te spelen. Uiteindelijk is het
broedseizoen 2010 daardoor nog niet zo
slecht geweest, en zeker niet zoals oorspronkelijk
gevreesd. De natuur beslist en
de Kerkuil blijft ons verrassen!
Hoe verging het ‘Tyto flandria’
Vergelijken mag, maar we weten dat we
daarmee moeten opletten. Immers, in
Vlaanderen kunnen zelfs provinciaal of
regionaal grote verschillen optreden.
Hoge verwachtingen hadden we niet
na de lange winterperiode 2009-2010.
In sommige regio’s werd de impact van
deze winter al snel duidelijk en waren de
resultaten magertjes. Anderzijds boekten
andere regio’s nooit geziene resultaten. In
enkele kilometerhokken (80 km²) werden
10 broedgevallen vastgesteld terwijl er in
2009 geen enkel werd gevonden! In de
traditionele bakermatgebieden deed de
Kerkuil het behoorlijk goed maar niet top.
Broedgeval 109 77 254 160 114 714
Aanwezig 28 11 60 16 22 137
Oude sporen 0 2 19 22 8 51
Niets 335 148 541 272 155 1451
Totaal 472 238 874 470 299 2353
Tweede broedsels 7 1 1 0 3 12
Aantal broedgevallen per provincie en in heel Vlaanderen (2010)
W-Vlaanderen
O-Vlaanderen
Antwerpen
Vl.-Brabant
Limburg
Vlaanderen
Kerk / kapel 9 22 64 49 55 199
Kasteel / abdij / fort 0 0 6 12 4 22
Woning / schouw 0 3 59 14 16 92
Boerderij / schuur 90 41 111 80 35 357
Fabriek / loods 7 2 7 1 0 17
Andere 3 9 7 4 4 27
Totaal 109 77 254 160 114 714
W-Vlaanderen
O-Vlaanderen
Antwerpen
Nestplaatskeuze per provincie en in heel Vlaanderen
Laten we het supergoede jaar 2007 even
buiten beschouwing, dan kunnen we stellen
dat de globale populatie in 2010 toch
stabiel is gebleven, weliswaar met hier en
daar opvallende verschuivingen. Met een
nestgemiddelde van 3,5 pulli per nest bewijst
de Kerkuil dat 2010 helemaal geen
slecht jaar was, integendeel. We tekenden
het vierde beste resultaat op dat ooit
werd bereikt! Dat is vergelijkbaar met het
niveau van de piekjaren 2005 en 2008.
Vl.-Brabant
Limburg
Vlaanderen
Het is dus terecht om de Kerkuil te bestempelen
als een specialistopportunist,
een soort die in staat is om in welke periode
van het jaar ook te profiteren van
omstandigheden die op korte tijd gunstig
kunnen omslaan. Dat dit heel regionaal
kan gebeuren, bewijzen de tweede
broedsels in één bepaalde regio in West-
Vlaanderen.
Aantal pulli 283 177 786 423 356 2025
Aantal nesten 88 55 223 127 91 584
Gemiddelde P/N 3,2 3,2 3,5 3,3 3,9 3,5
Nestgemiddelde 3.5
W-Vlaanderen
O-Vlaanderen
Antwerpen
Vl.-Brabant
Aantal pulli (nestjongen) per provincie en in heel Vlaanderen
Limburg
Vlaanderen
31
Resultaten 2010 Vlaanderen
32
Volgend broedseizoen?
Het is al gezegd, de noemenswaardige
winters beginnen elkaar op te volgen,
zo ook de winter met aanzet in november
2010. Heel veel sneeuw en ijzig koud
weer. In tegenstelling tot de vorige winters
liepen plots heel wat meldingen binnen
van winterslachtoffers. Kerkuilen vielen
soms letterlijk uit de lucht! Op tijd van
enkele weken werd een 40-tal kadavers
Resultaten 2010 Vlaanderen
ingezameld, vogels met een lichaamsgewicht
van nog net 200 gram of minder.
Voornamelijk in de provincies Antwerpen
en Vlaams-Brabant vielen vele slachtoffers
(zie tabel). Bijna 90% betrof jonge
onervaren vogels in hun eerste winter, geboren
in 2010, wat logisch lijkt. Benieuwd
of de Kerkuilen deze laatste winter evengoed
weten te trotseren en in 2011 voor
voldoende nageslacht kunnen zorgen!
Ringnummer Plaats Datum Provincie
L133277 Oostkamp 27/11/2010 West-Vlaanderen
Arnhem 5313467 Merksplas 28/11/2010 Antwerpen
Niet geringd Sint-Katelijne-Waver 05/12/2010 Antwerpen
L78626 Beveren 05/12/2010 Oost-Vlaanderen
L132908 Boutersem 06/12/2010 Vlaams-Brabant
L119355 Vissenaken 10/12/2010 Vlaams-Brabant
L128227 Kessel 12/12/2010 Antwerpen
L93420 Oud-Turnhout 23/12/2010 Antwerpen
L132826 Winksele-Delle 25/12/2010 Vlaams-Brabant
L129562 Kessel 25/12/2010 Antwerpen
L137606 Arendonk 26/12/2010 Antwerpen
L132511 Binkom 27/12/2010 Vlaams-Brabant
Niet geringd Binkom 27/12/2010 Vlaams-Brabant
L132806 Rotselaar 27/12/2010 Vlaams-Brabant
L132602 Oplinter 27/12/2010 Vlaams-Brabant
H124076 Hoeselt 27/12/2010 Limburg
L125834 Putte 27/12/2010 Antwerpen
L123087 Lummen 28/12/2010 Limburg
H120254 Grazen-Geetbets 29/12/2010 Vlaams-Brabant
L119351 Zoutleeuw 29/12/2010 Vlaams-Brabant
L132194 Overrepen 30/12/2010 Limburg
Niet geringd Overrepen 30/12/2010 Limburg
L132605 Neerlinter 02/01/2011 Vlaams-Brabant
foto: Wil Meinderts / BuitenBeeld
Ringnummer Plaats Datum Provincie
L129164 Poppel 02/01/2011 Antwerpen
L129489 Lummen 03/01/2011 Limburg
Arnhem 5443329 Gingelom 03/01/2011 Limburg
L132002 Pulderbos 05/01/2011 Antwerpen
L125535 Vosselaar 06/01/2011 Antwerpen
L122750 Tielt-Winge 08/01/2011 Vlaams-Brabant
L137407 Schoonbroek 08/01/2011 Antwerpen
Niet geringd Geel 10/01/2011 Antwerpen
L128629 Herenthout 10/01/2011 Antwerpen
L122086 Oud-Turnhout 12/01/2011 Antwerpen
L129559 Wiekevorst 15/01/2011 Antwerpen
L50526 Zeebrugge 17/01/2011 West-Vlaanderen
L112260 Boortmeerbeek 17/01/2011 Vlaams-Brabant
H111707 Langdorp 21/01/2011 Vlaams-Brabant
L114114 Geetbets 25/01/2011 Vlaams-Brabant
L129581 Lier 25/01/2011 Antwerpen
L127968 Zemst-Laar 30/01/2011 Vlaams-Brabant
Kerkuiljongen
Winterslachtoffers: dit overzicht geeft slechts een minuscule fractie weer
van de werkelijke aantallen die gesneuveld zijn in de winter 2010-2011
33
Resultaten 2010 Vlaanderen
34
Kris Degraeve
Aurel Vande Walle
Yves Hoebeke
Marc Pottier
Provinciaal nieuws West-Vlaanderen
Provinciaal nieuws
Uit de provincie West-Vlaanderen
Het is augustus 2000 wanneer we op een grote, historische hoeve in Oostkerke (Diksmuide)
een nestkast voor Kerkuilen plaatsen in een halfopen schuur. We zetten de nestkast
hoog op de balken, boven het gedeelte waar de koeien staan. Het andere gedeelte wordt
immers ingenomen door hoog gestapeld stro. Boer Pierre twijfelt aan mijn deskundigheid
en komt boven controleren of alles wel goed vast zit. “Ge moet zien dat diene bak niet
op mijn beesten valt hé”. Ik ben onder de indruk van de kordaatheid van boer Pierre en
geef mijn gereedschap uit handen. De omgeving is ideaal voor de Kerkuil: verschillende
gebouwen op de boerderij, een donkere oude schuur waar hij ook overdag kan roesten.
Het zal wellicht niet lang duren vooraleer de kast bewoond wordt, mijn gedacht…
2001, 2002, 2003 … 2009: telkens niks,
hoewel sommige jaren een broedende
Holenduif er haar intrek in nam. Recentelijk
zijn de koeien verhuisd en is het stro
niet meer zo hoog gestapeld. Vrij spel
voor de uilen? Vrijdag 18 juni 2010, Christiaan
Decap en Ben Bruynooghe doen
hun jaarlijkse controle van de nestkasten
in Diksmuide en dus ook in de hoeve te
Oostkerke. Tot hun grote verbazing troffen
ze er een nest met twee kleine, pas uit
het ei gekomen kerkuiljongen en vijf eieren
aan. Merkwaardig is de aanwezigheid
van een opgedroogde Egel in de kast, ongetwijfeld
het werk van een Steenmarter.
Het nest bevindt zich in het eerste, relatief
smalle gedeelte van de nestkast, alsof er
niet meer plaats is in de grote, donkere
nestruimte. Agorafobie bij Kerkuilen? Afwachten
wat dat zal worden …
28 juli 2010, le moment suprême: wordt
het, voor het eerst, een nest van zeven
jonge Kerkuilen of heeft de natuur het
broedsel al wat uitgedund? Tot tevredenheid
van alle aanwezigen haalt ringer
Ludo Leper zeven jonge Kerkuilen uit
de kast, ze worden op de wagen gelegd
en een voor een geringd. Iedereen kijkt
nieuwsgierig toe. De oudste van het nest
is reeds 45 dagen oud, de volgende 42
dagen en vervolgens 41, 38, 36, 33 dagen
en de jongste net geen maand (28
dagen). Alle pulli zijn goed doorvoed,
foto: Kerkuilwerkgroep
het magerste jong weegt 300 gram, het
zwaarste 346 gram. Van voedselgebrek
dus zeker geen sprake.
Bijna alle aanwezigen krijgen een jonge
Kerkuil in de hand, een gevulde foto. Bij
het terugzetten, plaatst Ludo de zeven
jongen in het grote nestgedeelte zodat
het kroostrijke gezin wat extra ruimte krijgt
en de pulli zo minder risico lopen om uit
het nest te vallen. Het zal in ieder geval
toch nog ‘bakske vol’ zijn. Benieuwd wat
volgend jaar zal geven: een vervolg of terug
een decennium wachten?
Het bewogen leven
van een Kerkuil
Ergens halfweg juni 2010, een zondagnamiddag.
Ik word gebeld door een van
de jongere gasten in onze vereniging. Via
een vriend is hij ‘in bezit gekomen’ van
twee jonge Kerkuilen en hij vraagt me om
hulp. ‘t Is te zeggen: zijn vriend woont op
een varkenskwekerij en in een loods hebben
ze die morgen twee erg jonge Kerkuiltjes
gevonden. Die zijn ergens tussenuit
de isolatie gevallen die aan het plafond
bevestigd is.
35
Provinciaal nieuws West-Vlaanderen
foto: Kerkuilwerkgroep
De “witte dame”
36
We spreken ter plaatse af om de situatie
wat beter te kunnen inschatten en inderdaad,
als ik ter plaatse kom zijn de twee
jongeren er reeds. De zoon van de eigenaar
uiteraard en de vriend die me heeft
opgebeld. Ze hebben twee donskuikens
bij die hoogstens een week oud zijn. Maar
de zoon des huizes vertelt dat het niet de
eerste twee zijn, een week geleden zijn er
reeds twee naar beneden gekomen. De
eigenaars hadden geprobeerd om die in
leven te houden, maar dat mislukte (verkeerde
methode ongetwijfeld of verkeerd
voedsel, wie zal het zeggen?). Maar met
die negatieve ervaring in het achterhoofd
en met twee nieuwe slachtoffertjes hadden
ze deze maal wijselijk besloten hulp
te zoeken.
Provinciaal nieuws West-Vlaanderen
De isolatie tegen het plafond bestaat uit
een soort piepschuimen platen die op
metalen frames rusten, met overal gaten
in gebeten. “Van de ratten”, zegt de zoon.
Die ratten komen op het meel af dat daar
opgestapeld ligt. Ik besluit tussen de
isolatie te gaan kijken, want ik wil zeker
zijn of er al dan niet nog jongen aanwezig
zijn. Na wat zoekwerk vind ik er nog
twee; deze maal twee reeds flink uit de
kluiten gewassen jonge Kerkuilen, het
dons reeds bijna ontgroeid en al aardig
in de pluimen.
Bij collega Marc van de Kerkuilwerkgroep
vinden we een oud model kerkuilnestkast,
maar dat is beter dan niks. Marc
foto: Yves Adams / Vilda
Steenmarter
foto: Kerkuilwerkgroep
besluit om mee te gaan en we slagen
erin op korte tijd de nestkast omhoog te
hangen aan de balk, dichtbij de opening
in de isolatie waarlangs de oudervogels
duidelijk in- en uitvliegen. Het is de bedoeling
de nestkast open te laten, zonder
deksel dus. De oudervogels moeten bij
het in- en uitvliegen langsheen hun jongen,
dat moet lukken …
Een weekje later gaan we kijken, ook met
de bedoeling om de jongen te ringen. Al-
Jong van “witte dame”
leen de twee grootste zitten nog in het
nest, de kleinere kuikens die naar beneden
waren gevallen, zijn verdwenen…
Maar goed, we hebben er een nieuw
broedgeval bij voor onze streek. Jammer
dat er voorlopig slechts twee jongen van
de zes overblijven.
De zomer gaat stilaan voorbij. In de regionale
pers verschijnt een artikel over
een brand op dat bedrijf: door een kortsluiting
in een generator in die loods is
foto: Jan Baks / FotoNatura
Kerkuilkuiken op weegschaal
er ‘s nachts brand uitgebroken. De hele
loods is verwoest, veel schade voor de
eigenaars, nog net op tijd een vrachtwagen
kunnen redden uit de brand. Maar
wat met de Kerkuilen? Onze nestkast is in
rook opgegaan.
In samenspraak met de eigenaars besluiten
we een nieuwe nestkast te plaatsen.
Dat wordt een werkje voor Roland
en schoonbroer Luc op de ‘Dag van de
Natuur’. Op 1 oktober 2010 krijg ik een
terugmelding binnen op de ringdienst
van het KBIN: de Kerkuil met ringnummer
L63349, geringd als pullus uit een
nest van zes te Tielt op 30 juni 2010, is
dood teruggevonden te Gistel. We hopen
het beste voor het allerlaatste jong van dit
nest. Wordt ongetwijfeld vervolgd …
Het raadsel van de witte dame
Toen medewerker Marcel Bloeyaert bij
het controleren van een nestkast in de regio
Zuid-West-Vlaanderen de ladder opkroop
om er de jongen uit te halen – op
maar liefst 7 meter hoogte – probeerde
een Kerkuil bij het openen van de kast te
ontsnappen langs de invliegopening. Op
het nippertje kon Marcel de uil grijpen en
in de uilenzak stoppen. Hij dacht immers
dat het – omwille van de zichtbare bleke
kleur – een jong was. Terug beneden zagen
we echter dat het om een volwassen
uil ging met grijs-witte, zilverkleurige vleugels
en een zeer witte, gespikkelde borst.
Dit hadden we nog nooit gezien. Ook de
ogen waren verschillend van kleur.
39
Provinciaal nieuws West-Vlaanderen
foto: Jan Baks / FotoNatura
Kerkuilkuiken wordt gemeten
40
Daarna terug naar boven om de drie jongen
op te halen en te ringen. Twee van de
drie jongen vertoonden dezelfde kleurafwijking
als de volwassene, het derde jong
had normale kleuren. Wij denken dat de
volwassen uil een vrouwtje van het jaar
voordien was, omdat ze geen enkele
slagpen geruid had. We stelden ook vast
dat het mannetje de laatste drie jaren telkens
van partner veranderde. We hadden
immers op deze locatie al drie jaar na el-
Provinciaal nieuws West-Vlaanderen
kaar een broedgeval en telkens troffen we
een andere, ongeringde volwassen vogel
aan bij de jongen. De aanwezige volwassen
vogels werden telkens geringd.
Kerkuilennestkasten outdoor
In de regio Leie-Schelde staan momenteel
vier nestkasten buiten opgesteld, bij
gebrek aan plaats aan de binnenzijde
van de gebouwen. Het succes bleef niet
uit! De eerste nestkast outdoor plaatsten
we naar aanleiding van de sloop van een
gebouw met een bezette nestkast. De afbraak
kwam niet onverwacht en we zochten
dus naar een alternatief voor het aanwezige
broedpaar. Bij de buur, die nogal
fan was van broedende Kerkuilen, kregen
we in maart 2007 de mogelijkheid om een
nestkast te plaatsen tegen de hoge gevel
van zijn huis onder de dakgoot. Met de
nodige, kleine aanpassingen lukte dat.
Aangezien de nieuwe kast amper 10
meter van de oude nestkast verwijderd
stond, waar hij al enkele jaren in broedde,
was de transfer voor de Kerkuil eerder
beperkt. We twijfelden er niet aan dat
de uil snel de weg zou vinden naar zijn
nieuwe stek. Begin juni 2009 was het zover:
het gebouw moest worden gesloopt,
net in de broedtijd! We dachten dat we
de broedvogels kwijt waren, maar nee.
Ondanks al het lawaai en de drukte van
de afbraak en de nieuwbouw, stoorde het
koppel zich niet aan de werkzaamheden
en kreeg het in juli 2009 4 pulli in de outdoor-nestkast.
Transfer geslaagd!
Op een tweede locatie zijn er reeds sporen
op de kast, die er pas sedert juli 2010
staat. We hopen dan ook op een verdere
uitbreiding van dit succesverhaal in de regio
Leie-Schelde.
Steenmarters in de kast
Op 29 mei 2008 controleerden we een
kast in een hangar in de Noordhoek van
Jabbeke. Er vloog een adulte Kerkuil uit
en in de kast lagen zes warme eieren. We
verheugden ons al op een tweede broedgeval
op deze locatie (in 2006 was er een
geslaagd broedgeval met vier jongen).
Zowat een week later belde de eigenaar
mij op met de mededeling dat er lawaai
en geschreeuw te horen was in de kast.
Toen ik ‘s anderendaags een kijkje ging
nemen, zag ik tot mijn verbijstering dat
alle eieren kapot gebeten waren en … dat
er ook twee kapotte kippeneieren in de
nestkast lagen. Wat kon er hier gebeurd
zijn? Ik dacht toen nog niet meteen aan
een Steenmarter maar eerder aan een
Ekster of Kraai. Een week later ging ik nog
even kijken. Toen vond ik in de kast het
karkas van een duif.
Eind juni 2008 controleerden we een nestkast
in de Kwetshage, dicht bij het kanaal
Brugge-Oostende op zowat anderhalve
kilometer van de vorige locatie. Hier hangt
de kast in de schuur van een klein boerderijtje
dat als buitenverblijf dienst doet.
Nu lagen er een karkas van een Haas en
een vleugel van een Kokmeeuw in. Op
de grond vonden we een half opgevreten
Wulp en een stuk van een eend. Ook in
2009 en 2010 vonden we er prooiresten.
Na raadpleging van de literatuur en deskundig
advies van Bob Vandendriessche
van de Zoogdierenwerkgroep kwam ik tot
inzicht dat het hier telkens om een Steenmarter
ging. Ik wil er nog aan toevoegen
dat ik op 18 november 2010 een dode
Steenmarter vond langs het kanaal Brugge-Oostende,
grondgebied Meetkerke. In
de streek rond Brugge werden de laatste
vijf jaar al meerdere waarnemingen van
Steenmarters gedaan.
41
Provinciaal nieuws West-Vlaanderen
foto: Yves Adams / Vilda
Johan Lefebvre
Provinciaal afgevaardigde
Provinciaal nieuws
Uit de provincie Oost-Vlaanderen
Ooit in het verre agrarische verleden van het Oost-Vlaamse Zwijnaarde was er een boerke
dat een hoevetje bewoonde nabij drassige weilanden. Stelselmatig werd er meer en meer
terrein ontwaterd. Door de vele kikkers die sedertdien op zijn erf sprongen, doopte hij
zijn hoeve tot het ‘Kikkerhof’. Vele jaren gingen voorbij en het boerke boerde voort. Tot er
generaties later geen opvolging was voor de boerenstiel. De eigendom kwam te koop.
Grote monoculturen van maïs hadden het hof al omsloten.
Een man met visie en wilskracht kocht de
eigendom. Hij zag ook de kans om stelselmatig
de vrijkomende maïsculturen
op te kopen. Hij herstelde de gronden in
Bruine Kikker
hun oorspronkelijke toestand door een
enorme vijver aan te leggen. Hij eerde
de naam van het hof en zag al overal kikkers
springen. Na enkele aanvaringen
foto: Lesley van Loo / FotoNatura
Kerkuil
met Ruimtelijke Ordening van wat kon en
niet kon, is er toch getracht heel wat natuurwaarde
terug te winnen. Zo ook werd
gedacht aan een nestkast voor Kerkuilen.
En zo geschiedde. Tot ieders verrassing
werd heel snel resultaat geboekt. Alleen
werd dit op een treurige manier vastgesteld.
Op een avond na het thuiskomen van een
verre reis, stelde hij onderaan de schuur,
waar de schapen eten, een dood kerkuiljong
van amper 3 weken oud vast. Hier
was iets vreemds aan de hand. Waren
de oudervogels weggebleven? Was er
nestverstoring? Inspectie van de situatie
leerde ons dat er nog twee goed doorvoede
jongen in de kast zaten. Maar
er was iets mis met de kast. Die zag er
nochtans technisch gezien goed uit. Al-
foto: Kerkuilwerkgroep
foto: Jan Rodts
leen de plaatsing was niet ideaal, namelijk
de kast stond ondersteboven (!). Het
jong is dus onwetend door zijn broertjes
of zusjes uit het nest geduwd. Er werd beslist
om de zaak op zijn beloop te laten en
in een latere fase de kast te vervangen.
Het broedsel werd door de eigenaars
opgevolgd. Zij hebben nog lang kunnen
nagenieten van de twee jongen die zijn
uitgevlogen. Die hebben bij het verlies
van het ene jong de schrik van hun leven
opgelopen en dus hun lesje geleerd. In
oktober werd de kast vervangen en de
oude kast in de nabijheid geplaatst maar
dan niet meer ondersteboven. Er werden
braakballen ingezameld voor analyse.
De voedselsamenstelling vertoonde veel
Braakballendeterminatietabel
foto: Rollin Verlinde / Vilda
Groene Kikker
prooiresten van Bosmuizen. Die zijn vermoedelijk
in het nabije kasteelpark gevangen.
In de braakballen werden ook
fragmenten van amfibieën gevonden. En
jawel hoor, de kikkers zijn terug!
foto: Rollin Verlinde / Vilda
Bosmuis
Korte berichten
uit Oost-Vlaanderen
• In Bachte-Maria-Leerne is men teleurgesteld
over een broedkoppel dat in 2010
zijn nestplaats niet meer kon innemen
door verbouwingswerken. De buren hebben
de handen samen moeten steken om
zelf de rattenplaag van weleer de baas te
blijven.
• In Meldert is in september een onfortuinlijke
jonge Kerkuil van 3 maanden oud
in een kachelbuis gesukkeld. Gelukkig
kon de asgrauwe uil op tijd ontdekt en
met een wetenschappelijke ring terug vrijgelaten
worden. De ringgegevens leren
ons dat hij uit een gezin van 5 uit de onmiddellijke
omgeving kwam.
• In Oudenaarde mochten we een tweede
geval van een ‘brugbroedsel’ noteren.
Blijkbaar zijn de wachtbuizen voor leidingen
onderaan bruggen wel in trek als
broedplaats voor Kerkuilen. Er is wel één
nadeel, de jongen kunnen niet bereikt
worden om ze te ringen.
• Benieuwd hoe het met onze Kerkuilen
uit de Dendervallei zal gaan. Hun jachtgebieden
zijn tweemaal na elkaar voor
enkele dagen onder water gezet door
Moeder Natuur of was het toch een ondoordacht
afwateringsysteem? Zullen de
muizenpopulaties al terug op hun normale
peil staan om een Kerkuilkoppel met
jongen van voedsel te voorzien?
45
Provinciaal nieuws Oost-Vlaanderen
Ludo Smets
Provinciaal afgevaardigde
Provinciaal nieuws
Uit de provincie Antwerpen
Al verschillende jaren loopt er een samenwerkingsverband met providers zoals Eandis
en Iveka in het noorden van de provincie Antwerpen. Buiten gebruik gestelde hoogspanningscabines
worden ingericht voor Kerkuilen. Eandis ontmantelt de gebouwen (zolderverdieping)
en Sibelco stelt ze ter beschikking van de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen. Deze
locaties zijn zeer succesvol met een bezettingsgraad van bijna 100%. Om deze samenwerking
in de kijker te plaatsen, organiseren de plaatselijke regio’s jaarlijks ringdemonstraties
met groot succes.
Aan de demonstratie gaat een wandeling
vooraf tot aan de cabine. De lokale
medewerkers gaan dan samen met de
foto: Kerkuilwerkgroep
plaatselijke ringer de jonge Kerkuilen uit
de nestkast halen zodat iedereen kan
meegenieten van dit mooie moment. Tijdens
het ringen krijgen de deelnemers
deskundige uitleg. Op het succes wordt
een glaasje gedronken en soms volgt
nog een filmvoorstelling over de Kerkuil
en de werking van de Kerkuilwerkgroep.
Kortom, een formule die vele geïnteresseerden
aantrekt en een prachtig samenwerkingsverband
vormt! Langs deze
weg willen we de verantwoordelijken van
Eandis en Sibelco, die ervoor gezorgd
hebben dat deze samenwerking tot stand
kwam, hier nogmaals van harte voor bedanken.
Leerlingen gaan uit hun dak
Er zijn zo van die ervaringen waar je echt
‘kippenvel’ van krijgt. Op vrijdag 22 oktober
2010 mochten de leerlingen van
foto: Kerkuilwerkgroep
‘SBSO De Mast’ uit Kasterlee getuige zijn
van het vrijlaten van twee Kerkuilen uit het
Opvangcentrum voor Vogels en Wilde
Dieren te Herenthout. Het was een reuzenervaring
voor ze. Onze plaatselijke regiocoördinator
Carlo Verheyen had deze
vrijlating samen met medewerker Swa
Heylen op poten gezet. Na het lossen
van de uilen kregen ze nog een film gepresenteerd
over het leven van de Kerkuil.
Nog nooit had Carlo zo’n enthousiast
publiek en euforische reacties gezien of
gekregen, werkelijk schitterend en hartverwarmend!
Als afsluiter liet Carlo het lied van de
Kerkuilwerkgroep Vlaanderen horen. Er
werd uit volle borst meegezongen. Kort
na deze activiteit kreeg Carlo een bedankingsbrief
van deze leerlingen, een samenvatting
van ‘weetjes over de Kerkuil’
die ze uit het verhaal hadden opgepikt en
enkele sfeerbeelden van de vrijlating. Als
verrassing hadden ze op het liedje van
de Kerkuil ook een collage gemaakt met
foto’s die ze van het Internet plukten. Van
een mooie verrassing gesproken! Daar
word je even stil van.
foto: Kerkuilwerkgroep
Ringer Herman Berghmans
47
Provinciaal nieuws Antwerpen
foto: Kerkuilwerkgroep
48
Kerkuil in visdraden
Op 25 augustus 2010 werd een Kerkuil
opgehaald te Beerse bij een visvijver die
overspannen is met visdraad om reigers
te weren. De Kerkuil hing stevig vast in de
visdraden waarbij hij ernstige verwondingen
had opgelopen aan vleugel en poot.
De vogel droeg een wetenschappelijke
pootring met nummer H107798 en werd
overgebracht naar het VOC in Herenthout.
Het lukte amper om de visdraden te verwijderen
en daarbij werd pas duidelijk
hoe ernstig de verwondingen waren. Helaas
stierf deze Kerkuil kort nadien.
Onze verontwaardiging was groot maar
werd nog groter toen op 20 maart 2011
een tweede, ditmaal ongeringde Kerkuil
uit Beerse werd binnengebracht in het
VOC van Brasschaat. Ook deze Kerkuil
had zich vast gevlogen in de visdraad die
Kerkuil met visdraad
Provinciaal nieuws Antwerpen
over deze vijver gespannen is. Zodoende
kwam de vogel in het water te hangen.
Doornat, onderkoeld en met zijn linkervleugel
volledig met visdraad omwikkeld
werd de uil opgevangen, opgewarmd en
goed gevoed. Bij het verwijderen van de
visdraad werden geen noemenswaardige
verwondingen vastgesteld, enkel wat
schaafwonden en beschadigde veren.
Zes dagen later kon deze Kerkuil gelukkig
vrijgelaten worden nadat Robert Wijnants
hem voorzien had van ring L78630.
Kerkuilen in waterton
Medewerkers Rosette en Frederik Simons-De
Roeck (regio Lier) meldden ons
dat er twee dode Kerkuilen gevonden
werden in Lint. Ze verdronken samen in
een regenwaterton. Op zich allemaal
mogelijk. Naast een paardenstal staan
foto: Michel Viskens
Kerkuilkuikens ringen
drie plastic vaten om het regenwater op
te vangen en in de middelste werden de
Kerkuilen door de huurder van de stal gevonden.
Die man was er zodanig kapot
van dat hij er onmiddellijk een gaasdraad
over spande zodat dit zich niet meer zou
herhalen. Een van de Kerkuilen droeg
een ring met nummer L128497. Beide
kadavers werden door onze werkgroep
opgehaald.
Bij het zien van de kadavers en na overleg
met collega’s uit naburige regio’s begon
er toch ernstige twijfel te rijzen over deze
‘toevalligheid’; twee Kerkuilen die gelijktijdig
in eenzelfde ton verdrinken? Lint ligt
naast Kontich en de trouwe lezers van
Kerkuilnieuws zullen zich onze berichtgeving
nog wel herinneren over de vergiftigde
Kerkuilen in die regio. Het spreekt
vanzelf dat wij deze kadavers zullen laten
onderzoeken om uitsluitsel te krijgen over
de juiste doodsoorzaak. Uit ervaring weten
we intussen echter dat ons buikgevoel
ons zelden in de steek laat. Wordt verder
opgevolgd!
foto: Kerkuilwerkgroep
50
Philippe Smets
Provinciaal afgevaardigde
Provinciaal nieuws Vlaams-Brabant
Provinciaal nieuws
Uit de provincie Vlaams-Brabant
Enkele jaren geleden heeft de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen een trofee in het leven geroepen
voor medewerkers die zich op een bijzondere wijze inzetten voor de Kerkuil. Iedereen
zet zich in naar eigen vermogen. Ik heb medewerkers met kleine kinderen of een drukke
job die toch tijd vrijmaken voor de bescherming van de Kerkuil. Iemand in de bloemetjes
zetten, is echter vaak delicaat. Je ‘passeert’ altijd een aantal andere medewerkers. Toch
heb ik besloten, omdat het in andere provincies ook gebeurt, eens iemand speciaal te
onderscheiden.
Reproductie 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Aantal broedsels 3 5 10 11 15 25 14 34 30 22 31
Michel De Keersmaeker is sinds 1994 actief
bij de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen.
Van 1992 tot 1999 waren er één soms twee
broedgevallen in ‘zijn’ regio Merchtem. Er
hingen nog maar enkele nestkasten. Eind
jaren ’90 is Michel overal nestkasten beginnen
te plaatsen. Momenteel staan er
al 107. Zijn werkingsgebied omvat de gemeenten
Asse, Grimbergen, Kapelle-opden
Bos, Londerzeel, Merchtem, Meise,
Opwijk en Zemst. In Steenokkerzeel gaat
hij ook de jonge Kerkuilen ringen. Dankzij
zijn inspanningen – de nestkasten worden
elk jaar gecontroleerd – is de populatie
Kerkuilen enorm gegroeid in zijn omgeving.
Evolutie aantal broedgevallen in de regio Merchtem
De laatste jaren kunnen we in zijn werkingsgebied
spreken van minstens 22
(2009) en maximum 34 (2007) geregistreerde
broedgevallen. 2007 was wel het
jaar met enkele tweede broedsels; 2008
en 2010 waren echter ook schitterend
met respectievelijk 30 en 31 broedgevallen.
Michel is ook elk jaar aanwezig op de
provinciale bijeenkomst, hetgeen ik ten
zeerste apprecieer. Bedankt Michel en
proficiat, je hebt de Zilveren Kerkuil dubbel
en dik verdiend!
foto: Chris van Rijswijck / BuitenBeeld
Kerkuil
51
Provinciaal nieuws Vlaams-Brabant
52
Johan Lefebvre
Kerkuilrapport
Kerkuilrapport
Braakballen analyseren – Methodiek
Naast de bestaande determinatietabellen is er nu ook een handleiding die de methodiek
uitlegt voor het analyseren van braakballen. Het is een uitgave in de vorm van een
zogenaamd ‘Kerkuilrapport’. Het is bedoeld voor iedereen die meer wilt weten over hoe
je best braakballen analyseert. Hierin wordt uitgelegd welke de braakbalkarakteristieken
zijn, hoe je het stapelvoedsel afbakent, welke het minimale aantal braakballen is dat je
best inzamelt voor analyse. Je kan deze uitgave bekomen door contact op te nemen met
je provinciale verantwoordelijke. De kostprijs bedraagt slechts 5 euro per stuk en 2 euro
voor de verzendkosten. Het is een bloedmooie uitgave.
Vanaf heden wordt het pluizen van braakballen
nog interessanter. Op de website
van de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen is er
namelijk een module geplaatst die toelaat
om je braakbalresultaten af te wegen ten
opzichte van historische, regionale data
(http://www.kerkuilwerkgroep.be/ingavebraakbal.html).
Je hebt de keuze tussen
het ingeven van de gegevens per braakbal
of de eindresultaten. Uiteraard bekom
je meer informatie wanneer je de resultaten
ingeeft per braakbal.
Dit zijn onder meer:
• de braakbalverhouding per soort;
• het gemiddeld aantal individuen van
een soort per braakbal;
• de spreiding van het aantal prooien
per braakbal;
• de spreiding van het prooigewicht per
braakbal.
Dit zijn uiteraard gegevens die we niet
kunnen afwegen t.o.v. de historische data
aangezien het precies deze informatie is
die ons ontbreekt.
Wat we wel kunnen afwegen t.o.v. de
historische data zijn:
• de spreiding van de gevonden soorten;
• de relatie tussen het aantal soorten en
het totaal aantal prooidieren;
• de relatie tussen het aantal kleine prooi-
dieren en het gemiddeld prooigewicht;
• de verhouding van enkele typerende
soorten t.o.v. vooraf bepaalde groepen;
• de verhouding naar biomassagroepen;
• de verhouding naar indeling van 3
biotoopklassen (grasland, struweel,
bewoning).
Er is ook nog de indicatie van welke soorten
tot het stapelvoedsel behoren. Dat is
al heel wat meer informatie dan het standaardlijstje
van aantallen en procenten.
De module is zo opgebouwd dat wanneer
je het e-mailadres van de verzamelaar
ingeeft, hij een bericht krijgt wanneer
de laatste braakbal of data zijn ingegeven
zodat hijzelf online de resultaten kan
raadplegen.
De Kerkuilwerkgroep Vlaanderen is enkele
jaren geleden gestart met een samenwerking
met de Zoogdierenwerkgroep
van Natuurpunt. De samenwerking bestaat
erin dat uit vooraf bepaalde regio’s
(vier per provincie) braakballen tijdens
de nestkastcontrole worden ingezameld
door de Kerkuilwerkgroep en geplozen
worden door leden van de Zoogdierwerkgroep.
De bedoeling is om hiermee
enkele regiotypische soorten te kunnen
monitoren alsook informatie in te zamelen
over het voedselaanbod van de Kerkuil
tijdens het broedseizoen.
Deze schitterende uitgave is opgemaakt, uitgegeven en gefinancierd door Vogelbescherming
Vlaanderen met de steun van de Nationale Loterij, het Departement Leefmilieu,
foto: Peter Eekelder / BuitenBeeld
We weten dat het voedselaanbod uiterst
belangrijk is voor het broedsucces van
de Kerkuil. Tot op heden baseren we ons
hiervoor wat er in de literatuur is vermeld.
Maar uit braakbalanalyses, gebruikt voor
de zoogdieratlassen, weten we dat de
alom geprezen Veldmuizen in Vlaanderen
niet zo uitbundig aanwezig zijn (enkel in
het Haspengouwse en de Polderstreken,
inclusief de Scheldepolders). Benieuwd
of we de interactie voedselaanbod broedsucces
in Vlaanderen kunnen doorgronden.
Natuur en Energie en het Agentschap voor Natuur en Bos.
53
Kerkuilrapport
54
Paul Laeveren
Weer versus Kerkuil
Weer versus Kerkuil
Weersomstandigheden hebben invloed
Onze Kerkuilen hebben ook hun deel van de winterellende gehad. Zowel de winter van
2009-2010 als die van 2010-2011 was niet mals voor de vogels en zeker niet voor de
muisetende dag- en nachtroofvogels. Januari en februari 2010 waren streng met in
februari een 15 cm dik sneeuwtapijt. Alle medewerkers van de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen
hielden hun hart vast. Gelukkig waren er voldoende muizen, gelet op het aantal
broedgevallen. De provincies Antwerpen en Limburg kregen het grootste deel van de
sneeuw over zich heen.
Maar wat nu met deze winter? Hier in de
Kempen lag een sneeuwtapijt van meer
dan 30 cm dik. De Kerkuilen vielen bij manier
van spreken bij bosjes uit de lucht.
Gaan ze zich kunnen handhaven zoals
in 2010? Laten we de vier seizoenen van
2010 alvast even bekijken.
Januari: deze wintermaand werd gekenmerkt
door 14 sneeuwdagen (tegenover
een gemiddelde van 5,2). Het was iets
kouder dan normaal en met een zeer laag
gemiddelde wat windsnelheid betreft.
Februari was een sombere maand met
een uitzonderlijk lage zonneschijnduur.
Temperatuur en neerslag waren normaal
met wel nog 10 sneeuwdagen. Maart kon
op alle vlakken een normale maand genoemd
worden. April kende een zeer abnormaal
laag neerslagtotaal van 15 liter/
m² t.o.v. 53,1 liter en een zeer abnormaal
hoge zonneschijnduur: 223 uur t.o.v. 156
uur. Temperatuur en wind waren eerder
normaal. Mei was dan weer een zeer normale
maand in alle opzichten.
Juni: de eerste maand van de zomer was
op alle vlakken zeer abnormaal maar
dan in positieve zin, de zonneschijnduur
bedroeg 258 uur t.o.v. 195 uur normaal;
de temperatuur lag gemiddeld 2° C hoger
dan normaal. Er was weinig neerslag
met 30 liter/m² t.o.v. 67,4 liter. Juli had een
zonneschijnduur van 252 uur t.o.v. 193
uur. De gemiddelde maximumtemperatuur
bedroeg 25,8° C t.o.v. 21,6° C normaal.
Neerslag en windsnelheid waren
gewoon. Augustus werd gekenmerkt
door een uitzonderlijk hoge neerslaghoeveelheid:
187,4 liter/m² t.o.v. 74,4 liter. De
zonneschijnduur was laag: 136 uur i.p.v. 190
uur. Wind en temperatuur waren normaal.
foto: Yves Adams / Vilda
September: de gemiddelde windsnelheid
lag abnormaal laag en de neerslag
abnormaal hoog met 109,8 liter/m² t.o.v.
69 liter. Temperatuur en zonneschijn waren
normaal. Oktober was eerder een
normale maand. November had een zeer
lage waarde van zonneschijnduur, namelijk
23 uur t.o.v. 63 uur in normale omstandigheden.
De neerslag was abnormaal
hoog met 124,7 liter/m² t.o.v. 68 liter. Wind
en temperatuur waren normaal. December
werd gekenmerkt door 23 sneeuwda-
gen, een lage gemiddelde windsnelheid,
abnormaal lage gemiddelde temperaturen
maar normale neerslaghoeveelheden
en zonneschijnduur.
Wat ons opvalt in het jaar 2010 is de wind
die abnormaal weinig gewaaid heeft. Dit
is een tendens die zich al enkele jaren
doorzet. Dit gegeven speelt in het voordeel
van de Kerkuil als hij op muizenjacht gaat.
Bron: KMI, Het Laatste Nieuws
56
Aantal
Kris Degraeve
Kerkuil en wegverkeer
Kerkuil en wegverkeer
Meldpunt verkeersslachtoffers Kerkuilen 2009-2010
Het jaar 2008 staat in ons meldpunt bekend als het zwartste jaar ooit sinds onze start in
2002. Het hart van iedere kerkuilmedewerker bloedde dat jaar hevig bij het vinden van de
talrijke Kerkuilen, slachtoffer van ons drukke wegverkeer. Het drama speelde zich af het
jaar na het meest fantastische kerkuilenjaar ooit met bijna 1.000 broedgevallen en met
vele tweede broedsels. Van euforie gleden we af naar verdriet. Ondertussen zijn we twee
jaar verder. Hoe het ondertussen verging met onze verkeersslachtoffers kan je lezen in
onderstaand relaas.
Meldingen
De zwarte tijden voor de Kerkuil op de
Vlaamse wegen zijn voorlopig achter de
rug. Het aantal gemelde verkeersslachtoffers
daalde de laatste twee jaar spectaculair.
Terwijl we in het zwarte jaar 2008
nog 184 dode Kerkuilen moesten betreuren,
was dit in 2009 met 136 individuen
Aantal meldingen 2002-2010
Jaar
(-26%) en vooral in 2010 met 86 slachtoffers
(-37%) een pak minder. We moeten
er direct bij vertellen dat het nog relatief
hoge cijfer in 2009 grotendeels een uitloper
was van het historische jaar 2008
aangezien 75 Kerkuilen van de 136 tijdens
de eerste drie maanden van 2009
vielen. De lagere cijfers in het najaar van
2009 en het voorjaar 2010 kunnen gerela-
Aantal
teerd worden aan de lagere broedresultaten
in 2009. Met slechts 411 broedgevallen
werd het slechtste resultaat behaald
sinds het jaar 2000 (397). Een geringer
aantal jonge Kerkuilen die rondvliegen
in het Vlaamse land, betekent vooral een
pak minder potentiële slachtoffers want
het zijn vooral die jonge, onervaren uilen
op zoek naar een stek die in het verkeer
omkomen.
foto: Jan Rodts
Kerkuil
Vinddatum 2008 + 2009 + 2010
Maand
Vinddatum
Wanneer je de gegevens van de verkeersslachtoffers
analyseert volgens
vinddatum, dan zie je traditioneel twee
golfbewegingen, enerzijds een herfststerfte
door uitvliegende jonge, onervaren
vogels met een piek in de maand oktober
en anderzijds een piek in de vroege
57
Kerkuil en wegverkeer
lente, vaak in de maanden maart en april
wanneer de baltsperiode aanbreekt en
tal van mannetjes hun voorzichtigheid
verliezen om vrouwlief een muisje aan te
bieden.
In de grafiek op pagina 57 zie je die golfbewegingen
tijdens de afgelopen drie
jaar inclusief dus het dramajaar 2008 als
vergelijkingspunt. We startten in 2009
nog negatief met zware verliescijfers tijdens
de eerste drie maanden met een
enorme piek van 40 slachtoffers in de
maand maart 2009, het hoogste maandcijfer
in onze gegevensreeks. Een combinatie
van baltspiek en gebrek aan muizen
met blijvend rondzwerven van Kerkuilen
in ongekend gebied?
Daarna is het ergste leed geleden. We
kennen in de herfst van 2009 opnieuw
een piek in de maand oktober met 13
slachtoffers maar tijdens de winter van
2009-2010 vielen relatief weinig verkeersslachtoffers
ondanks de strenge winter.
Wellicht door het lage broedsucces in
2009? Een nieuwe piek werd pas bereikt
tijdens de baltsperiode 2010 met in de
maand maart 21 slachtoffers en in de
maand april nog eens 14. De piek in de
herfst van 2010 was eerder beperkt met
maandcijfers onder de tien, wat wellicht
wijst op een goede muizensituatie.
Provincie
De grafiek met de verdeling van de
slachtoffers over de Vlaamse provincies
leert ons dat in de provincie Antwerpen
nog steeds de meeste slachtoffers vallen.
Dit is niet verwonderlijk: de grootste
Vlaamse kerkuilenpopulatie bevindt zich
precies in deze provincie. Gelukkig is de
reusachtige piek uit 2008 weggevallen en
belandden we in eerder normale en dalende
cijfers (van 41 naar 28 slachtoffers).
De provincie met de op één na hoogste
verkeersmortaliteit is nog steeds de polderprovincie
West-Vlaanderen met haar
open E-40 traject. Al dient gezegd dat
de provincie Vlaams-Brabant de kustprovincie
in 2010 voorbijstak (20 slachtoffers
tegenover 19). Voor deze provincie is de
daling de laatste twee jaar niet in verhouding
met wat we in de andere provincies
zien, zeker wanneer je dit vergelijkt met
vroeger (in 2007 waren er amper 7 slachtoffers).
Misschien is de hogere aandacht
voor verkeersslachtoffers een mogelijke
verklaring van dit cijfer?
Aantal verkeersslachtoffers per provincie
De kerkuilenmannen uit Limburg prijzen
zich ‘gelukkig’ met amper 8 slachtoffers
op de Limburgse wegen, evenveel dan
in het muizenrijke jaar 2007. Ook Oost-
Vlaanderen doet nauwelijks slechter met
11 dode uilen in 2010.
Zwarte wegen
De zwarte wegen in Vlaanderen blijven
min of meer dezelfde met voorop de
E-40, gevolgd door de E-34. Opvallend
is de opmars van de E-313 in het rijtje
van dodenwegen: in 2009 was die verantwoordelijk
voor 16 verkeersslachtoffers,
gelukkig daalde dit in 2010 tot 10.
De zogenaamde EAR-wegen waren in
2009/2010 goed voor ongeveer 55% van
de slachtoffers, in 2008 was dit nog twee
derde. De klemtoon is de laatste twee
59
Kerkuil en wegverkeer
foto: Bendiks Westerink / BuitenBeeld
Kerkuil
Zwarte wegen 2009 + 2010
Aantal
jaar meer verschoven naar de N-wegen
(respectievelijk 39 en 19 slachtoffers) en
de andere (gemeentelijke) wegen. Ieder
jaar wordt ook een aantal spoorslachtoffers
gevonden, waarschijnlijk een fractie
van het reële aantal.
Het is van belang om bij de melding van
slachtoffers op autosnelwegen ook het
hectometerpaaltje aan te geven. Door
deze gegevens hebben we reeds een
‘mooie’ databank aangelegd die ons in
de toekomst in staat stelt om ‘knelpunten’
aan te duiden. Volgend jaar, met 10 jaar
gegevens in ons bezit, proberen we deze
punten in kaart te brengen.
Geringde Kerkuilen
Het aantal met zekerheid ongeringde
slachtoffers daalde in verhouding fors
tussen 2009 en 2010. Het laatste jaar stak
de categorie ‘onbekend’ erbovenuit. Vaak
Geringde verkeersslachtoffers
zijn de omstandigheden dermate gevaarlijk
dat medewerkers van de Kerkuilwerkgroep
Vlaanderen niet in de mogelijkheid
verkeren om te verifiëren of het slachtoffer
al dan niet geringd is. Terwijl in 2009 bij
één derde van de gevallen het onbekend
was of de Kerkuil geringd was, steeg dit
in 2010 tot meer dan de helft (52%). Het
percentage geringde Kerkuilen bedroeg
in 2009 slechts 29%, in 2010 steeg dit tot
34%. Opvallend is dat in 2010 geen enkele
in Nederland geringde Kerkuil werd
geregistreerd, het jaar voordien waren er
dat nog 6. Er is niemand rouwig om dat
geen enkele Kerkuil met een kweekring
werd gevonden.
Melders
Een speciaal dankwoordje aan iedereen
die één of meerdere kerkuilslachtoffers
meldde op ons meldpunt of via de invoermodule
www.dierenonderdewielen.be.
61
Kerkuil en wegverkeer
62
Opvangcentra voor Vogels en wilde Dieren
Enkel Opvangcentra voor Vogels en Wilde Dieren die aangesloten zijn bij Vogelbescherming
zijn bekwaam en uitgerust om een wild dier in nood met grote kans op redding op te
nemen. De centra beschikken eveneens over de nodige officiële vergunningen om
beschermde vogels en andere wilde dieren ter verzorging onder zich te houden. De
centrumverantwoordelijke en de meewerkende dierenartsen belasten zich met de
verzorging, de revalidatie en het opnieuw vrijlaten van noodlijdende wilde dieren en dit in
de beste omstandigheden.
Coördinatie: Vlaamse opvangcentra: Schuttershof 14, 9100 Sint-Niklaas
Tel. 03 296 26 80 fax 03 296 26 82
Waalse opvangcentra: Veeweydestraat 43-45, 1070 Brussel
Tel. 02 521 28 50 fax 02 527 09 89
Provincie West-Vlaanderen
• VOC Oostende
Provinciaal Domein Raversijde
Nieuwpoortsesteenweg 642
8400 Oostende
Tel. 059 80 67 66
• Katrien Werbrouck
Provinciaal Domein
Bulskampveld 8
8730 Beernem
Tel. 050 79 09 59
Provincie Oost-Vlaanderen
• Nick De Meulemeester
Liedermeersweg 14
9820 Merelbeke
Tel. 09 230 46 46
• Nancy Van Liefferinge
Filip Berlengee
Hoge Buizemont 211
9500 Geraardsbergen
Gsm 0478 88 47 74
Gsm 0475 25 40 75
• Eddy De Koning
Kreek 52
9130 Kieldrecht
Tel. 03 773 34 86
Gsm 0472 36 51 03
Opvangcentra voor Vogels en Wilde Dieren
Provincie Vlaams-Brabant
• Marc Van de Voorde
Boeksheide 51
1840 Malderen
Tel. 052 33 64 10
Provincie Antwerpen
• Marcel Peeters
Floris Verbraekenlei 32
2930 Brasschaat
Gsm 0473 48 48 97
• Mieke De Wit
Boeyendaal 74
2270 Herenthout
Tel. 014 51 40 41
Provincie Limburg
• Rudi Oyen
Strabroekweg 32
3550 Heusden-Zolder
Tel. 011 43 70 89
• Sil Janssen
Industrieweg Zuid 2051
3660 Opglabbeek
Tel. 089 85 49 06
foto: Jan Rodts
Foto cover Jan Baks / FotoNatura
Redactiecomité Kris Degraeve, Eddy
D’Huyvetter, Paul Laeveren, Johan Lefebvre,
Jan Rodts, Ludo Smets, Philippe Smets,
Aurel Vande Walle
Druk Drukkerij Van Lijsebetten,
Entrepotstraat 27, B-9100 Sint-Niklaas
Opmaak www.prospector.be
Uitvoering met de steun van de Vlaamse
overheid en de leden van Vogelbescherming
Vlaanderen
Hoofd- en eindredactie Jan Rodts
Oplage 12.000 exemplaren
Inhoud de redactie kan niet verantwoordelijk
worden gesteld voor de inhoud van bijdragen
van derden
Milieu dit magazine is gedrukt op houtvrij en
chloorvrij gebleekt papier en wordt – samen
met ‘Mens & Vogel’ verzonden in een biologisch
afbreekbare folie, voor een minimale
belasting van het leefmilieu
Werkten mee aan dit nummer
Yves Adams, Jan Baks, Dries Damiaens,
Kris Degraeve, Peter Eekelder, Peter Gabriëls,
Ludo Goossens, Paul Hobson, Yves
Hoebeke, Paul Laeveren, Johan Lefebvre,
Will Meinderts, Ronald Messemaker, Wouter
Pattyn, Jan Rodts, Ludo Smets, Philippe
Smets, Arno ten Hoeve, Aurel Vande Walle,
Lesley van Loo, Gerrit van Ommering, Marc
Pottier, Chris van Rijswijk, Rollin Verlinde,
Duncan Usher, Jan Vink, Michel Viskens en
Bendiks Westerink.
Nog geen lid van Vogelbescherming Vlaanderen vzw?
Word nu lid van Vogelbescherming Vlaanderen en ontvang vier maal
per jaar het populairwetenschappelijk ledentijdschrift ‘Mens & Vogel’
en een gratis uniek welkomstgeschenk! Bovendien heb je als lid recht
op 10% korting op alle artikelen uit de ‘Groene Winkel’ van Vogel-
bescherming Vlaanderen. Schrijf vandaag nog het verschuldigde bedrag
(zie www.vogelbescherming.be) over op rekeningnummer met IBAN:
BE61001409877317 en BIC: GEBABEBB van Vogelbescherming Vlaanderen,
Schuttershof 14, 9100 Sint-Niklaas met als mededeling ‘NIEUW LID’, en
vind je welkomstpakketje weldra in de brievenbus!