2011-06-15 - Excursie Ganzenhoek.pdf - Knnv
2011-06-15 - Excursie Ganzenhoek.pdf - Knnv
2011-06-15 - Excursie Ganzenhoek.pdf - Knnv
Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!
Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.
<strong>Ganzenhoek</strong><br />
Regen bij vertrek, regen bij aankomst bij Hotel-restaurant Duinoord aan de Wassenaarseslag.<br />
We kiezen mede daarom voor de oranjepaaltjes rondwandeling door de<br />
<strong>Ganzenhoek</strong>. Het bos biedt wellicht voldoende beschutting samen met onze paraplu’s.<br />
Het gebied werd in de crisisjaren van de vorige eeuw beplant met Corsicaanse en<br />
Oostenrijkse den. Het beleid van Staatsbosbeheer was er later<br />
op gericht er een natuurlijker bos van te maken, dus met meer<br />
loofbomen. Een deel van de waterwinplassen werd omgevormd<br />
tot duinterrein. Slangenkruid staat volop in bloei, druk bezocht<br />
door hommels en andere insecten. Ook zijn naaste familielid de<br />
Kromhals bloeit. Altijd leuk om de oorsprong van de naam te<br />
showen: de blauwe bloemkroon heeft een knievormig gebogen<br />
buis. Andere aanwezige Ruwbladigen zijn: Gewone smeerwortel,<br />
Vergeet-mij-nietje (niet altijd zin te determineren) en Veldhondstong,<br />
reeds bezig met zaadvorming. Talrijk aanwezig is<br />
ook de Welriekende salomonszegel. De stengel heeft duidelijke<br />
lijsten. De bloeiwijze is 1-of 2- (soms 3-5-) bloemig. Hier is al<br />
besvorming, nu extra mooi door de druppels, die blijven hangen.<br />
Keizerskaars<br />
Hij behoort tot de Aspergefamilie. Asperge zelf staat in bloei,<br />
tenminste de vrouwelijke planten, want de plant is tweehuizig.<br />
Naast planten, die opvallen door kleur en grootte, zoals de<br />
Toorts en Teunisbloem, vallen ook de voor mij niet zo bekende planten op, zoals de<br />
Nachtsilene. Volgens Heukels is hij alleen s’ avonds of bij donker weer geopend en<br />
dan sterk geurend. Hij is nu open. Hij groeit op droge, kalkrijke, grazige grond en in<br />
laag struikgewas, vooral op hellingen. Deze “korte nacht plant” is bij uitstek een bloem<br />
voor nachtvlinders (Oec. Flora). Haar bloemen bloeien drie nachten achtereen, eer zij<br />
verwelken. De eerste nacht is de eerste krans van vijf meeldraden<br />
rijp, de tweede nacht de tweede krans. De derde nacht zijn<br />
de stijlen, die dan ver uit de bloemen steken, voor bestuiving<br />
ontvankelijk. Ook is de Nachtsilene een typische zoomplant: ze<br />
bloeit gewoonlijk daar, waar grazige vegetaties grenzen aan<br />
struweel. Opvallend is ook de Duindoorn, overal aanwezig. Hebben<br />
we hier te maken met de plantengemeenschap van Duindoorn<br />
en Liguster of van Duindoorn en Vlier of mengvormen?<br />
Het Duindoorn-Liguster struweel wordt gekenmerkt door het samen<br />
voorkomen van Duindoorn, Wilde liguster, beide dominant,<br />
en Egelantier. Ook de Wilde vorm van asperge is kenmerkend.<br />
Andere klasse kensoorten, die relatief veel voorkomen zijn:<br />
Eenstijlige meidoorn, Gewone vlier en Heggenrank. Frequent<br />
begeleidende soorten zijn: Dauwbraam, Duinriet, Grote brand-<br />
netel en Veldhondstong. Daarvan hebben we alleen Duinriet gemist.<br />
Verder Gewoon dikkopmos, Zandzegge, Veldbeemdgras,<br />
Nachtsilene<br />
Wilde kamperfoelie, Geel walstro en Kruipwilg. De andere associatie beschrijf ik maar<br />
niet, anders gaat het duizelen. We hebben gezelschap van een klein hondje, met de<br />
mooie naam “Vriend’’, maar dan in het russisch. “Droeg” loopt onze weg een aantal
<strong>Ganzenhoek</strong><br />
malen en af en toe schurkt hij langs de grond. Hij heeft het naar zijn zin, evenals wij.<br />
Zelfs de zon is tevoorschijn gekomen. Op het open duin zien we Kleine leeuwentand<br />
naast Buntgras. Vroeger heette hij Thrincia en die naam heeft een bijzonder achtergrond.<br />
De plant is een schoolvoorbeeld van heterocarpie<br />
onder de inheemse composieten. Geen andere<br />
plant heeft zo duidelijk twee soorten nootjes in één<br />
hoofdje. De nootjes, die aan de rand van het hoofdje<br />
staan, zijn vrij dik, gekromd en ongesnaveld en dragen<br />
als pappus een kroontje van schubben. Dit kroontje<br />
lijkt op de tinnen van een kasteeltoren. Daarop berust<br />
de oude naam Thrincia (het Griekse thrinkos be-<br />
Rimpelroos<br />
tekent tinne).Muursla, een composiet, ijl in zijn bloeiwijze,<br />
komt hier veel voor. In de duinstreek staat ze op drogere grond dan elders, wat<br />
wellicht met de hogere luchtvochtigheid nabij de zee samenhangt. In Nederland komt<br />
ze minder vaak op muren voor dan je op grond van de naam zou verwachten, althans<br />
volgens de Oecologische flora. Maar een week later zie ik hem wel volop op de muren<br />
van Amersfoort. We lopen om een duinmeer heen. Het duinmeer ligt er stil bij. De bomen<br />
weerspiegelen zich in het water. Vrediger oord is niet denkbaar. Een dodaars verdedigt<br />
zijn jongen tegen een Meerkoet, dus toch<br />
nog iets van oorlog. Karel geeft een demonstratie<br />
van het wassen der handen met Zeepkruid. “Goed<br />
wrijven, en daarna Heermoes voor het tanden poetsen”.<br />
Dat laatste moet ik nog maar eens navragen.<br />
Ik zou bijna zeggen “nu Schaafstro nog, dan kunnen<br />
we nagels vijlen”. Op de terugweg zien we nog<br />
de “Blote billetjeszwam” (neen, dit hoort niet meer<br />
bij het toilet maken), officieel Bloedweizwam gehe-<br />
Akkerwinde<br />
ten. Hij behoort tot de Slijmzwammen. Als laatste<br />
plant Sophiekruid en daar had ik zelfs nooit van gehoord, maar Frouke bracht hem,<br />
evenals die paddenstoel, op naam. De parapluutjes-plant, nee geen mos, was duidelijk<br />
bedoeld om kinderen te plezieren, vijf ijsco-parapluutjes op een rij. Sommigen hadden<br />
nog het geluk een vrouwtje Zandhagedis te zien. Wachtte ons nog wat klein fileleed,<br />
maar daar konden we nu, zo gelaafd met natuur, wel tegen.<br />
Plantenlijst:<br />
Acer campestre (Spaanse aak); Achillea millefolium (Duizendblad); Ammophila arenaria<br />
(Helm); Anchusa arvensis (Kromhals); Anisantha sterilis (IJle dravik); Anthriscus sylvestris<br />
(Fluitenkruid); Arctium minus (Gewone klit); Arrhenatherum elatius
<strong>Ganzenhoek</strong><br />
(Glanshaver); Artemisia campestris subsp. maritima (Duinaveruit); Artemisia vulgaris<br />
(Bijvoet); Asparagus officinalis subsp. officinalis (Asperge); Berberis vulgaris (Zuurbes);<br />
Bryonia dioica (Heggenrank); Carex arenaria<br />
(Zandzegge); Cerastium fontanum subsp. vulgare<br />
(Gewone hoornbloem); Ceratochloa carinata (Gekielde<br />
dravik); Chamerion angustifolium (Wilgenroosje); Cirsium<br />
arvense (Akkerdistel); Cirsium vulgare (Speerdistel);<br />
Clematis vitalba (Bosrank); Convolvulus arvensis<br />
(Akkerwinde); Corynephorus canescens (Buntgras);<br />
Cotoneaster integerrimus (Wilde dwergmispel)?; Cra-<br />
Zeepkruid<br />
taegus monogyna (Eenstijlige meidoorn); Dactylis glomerata<br />
(Kropaar); Datura stramonium (Doornappel);<br />
Descurainia sophia (Sophiekruid); Diplotaxis tenuifolia (Grote zandkool); Dryopteris dilatata<br />
(Brede stekelvaren); Dryopteris filix-mas(Mannetjesvaren); Echium vulgare<br />
(Slangenkruid); Epilobium sp. (Wilgenroosje); Erodium cicutarium (Reigersbek); Euonymus<br />
europaeus (Wilde kardinaalsmuts); Eupatorium cannabinum (Koninginnekruid);<br />
Fraxinus excelsior (Es); Galium aparine (Kleefkruid); Galium mollugo (Glad walstro);<br />
Galium verum (Geel walstro); Geranium robertianum (Robertskruid); Geum urbanum<br />
(Geel nagelkruid); Glechoma hederacea (Hondsdraf); Heracleum sphondylium<br />
(Gewone berenklauw); Hippophae rhamnoides (Duindoorn); Holcus lanatus<br />
(Gestreepte witbol); Hypericum perforatum (Sint-Janskruid); Hypochaeris radicata<br />
(Gewoon biggenkruid); Impatiens parviflora (Klein springzaad); Jacobaea vulgaris<br />
subsp. Dunensis (Duinkruiskruid); Jacobaea vulgaris subsp. vulgaris<br />
(Jakobskruiskruid); Kruipertje (Hordeum murinum); Leontodon autumnalis (Vertakte<br />
leeuwentand); Leontodon saxatilis (Kleine leeuwentand); Ligustrum vulgare (Wilde Liguster);<br />
Linaria vulgaris (Vlasbekje); Lolium perenne<br />
(Engels raaigras); Lonicera periclymenum (Wilde kamperfoelie);<br />
Look-zonder-look (Alliaria petiolata); Lotus<br />
corniculatus (Gewone rolklaver); Mentha aquatica<br />
(Watermunt); Moehringia trinerva (Drienerfmuur); Mycelis<br />
muralis (Muursla); Myosotis sp. (Vergeet-mijnietje);<br />
Oenothera biennis (Middelste teunisbloem);<br />
Ononis repens subsp. repens (Kruipend stalkruid); maculosa<br />
(Perzikkruid); Phalaris arundinacea (Rietgras); Wilde Kamperfoelie<br />
Pinus nigra var. nigra (Oostenrijkse den); Pinus nigra var. maritima (Corsicaanse den);<br />
Plantago major (Grote weegbree); Polygonatum odoratum (Welriekende salomonszegel);<br />
Polypodium vulgare (Gewone eikvaren); Populus alba (Witte abeel); Populus nigra<br />
(Zwarte populier); Populus tremula (Ratelpopulier); Prunus serotina (Amerikaanse
vogelkers); Quercus robur (Zomereik); Ranunculus acris (Scherpe boterbloem); Ranunculus<br />
repens (Kruipende boterbloem); Ranunculus scleratus (Blaartrekkende boterbloem):<br />
Rhinanthus angustifolius (Grote ratelaar); Ribes rubrum (Aalbes); Robinia<br />
pseudoacacia (Robinia); Rosa canina (Hondsroos); Rosa rubiginosa (Egelantier); Rosa<br />
rugosa (Rimpelroos); Rubus caesius (Dauwbraam); Rubus fruticosus (Gewone<br />
braam); Rumex crispus (Krulzuring); Rumex obtusifolius (Ridderzuring); Salix repens<br />
(Kruipwilg); Saponaria officinalis (Zeepkruid); Scrophularia nodosa<br />
(Knopig helmkruid); Senecio inaequidens<br />
(Bezemkruiskruid); Silene dioica (Dagkoekoeksbloem); Silene<br />
nutans (Nachtsilene); Sisymbrium officinale (Gewone raket); Solanum<br />
dulcamara (Bitterzoet); Sonchus arvensis<br />
(Akkermelkdistel); Sonchus asper (Gekroesde melkdistel); Sorbus<br />
aucuparia (Wilde lijsterbes);Sorbus intermedia (Zweedse<br />
lijsterbes); Stellaria media (Vogelmuur); Torilis japonica<br />
(Heggendoornzaad); Typha latifolium (Grote lisdodde); Urtica<br />
dioica (Grote brandnetel); Verbascum phlomoides<br />
(Keizerskaars); Veronica beccabunga (Beekpunge);<br />
Slangenkruid<br />
Paddenstoelen: Zadelzwam, Bloedweizwam, Witte bultzwam.<br />
(Korst)Mossen: Groot duinsterretje (Tortula ruralis), Gewoon eikenmos (Evernia prunastri),<br />
Baardmos (Usnea subfloridana)?<br />
Vogels: Vink, Nachtegaal, Tjif-tjaf, Fitis, Grote bonte specht, Dodaars met jongen,<br />
Amfibie: Kikker, Zandhagedis ♀,<br />
Overig: Bruin zandoogje?, Koevlinder, Atalanta, Rups van Sint -Jakobsvlinder,<br />
Schuimcicade, Bladmineerder esdoorn, Vierbandsmalbok (Leptura quadrifasciata));<br />
Lantaarntje, Hondsdrafgal (Liposthenes glechomae), Mierenhopen.<br />
Deelnemers: Ab, Gerda, Cor, Anton, Frouke, Karel en Priscelline.<br />
Verslag en foto’s: Priscelline van de Pas.<br />
<strong>Ganzenhoek</strong>