02.09.2013 Views

Odeon 88 - start - De Nederlandse Opera

Odeon 88 - start - De Nederlandse Opera

Odeon 88 - start - De Nederlandse Opera

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

ODEON<br />

Magazine van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

23ste jaargang / nr. <strong>88</strong> mrt/apr/mei 2013<br />

<strong>88</strong><br />

8<br />

L’amour des trois<br />

oranges<br />

Sergej Prokofjev<br />

14 Die Walküre<br />

Richard Wagner<br />

24 La traviata<br />

Giuseppe Verdi


Zowel voor als na de voorstelling serveren wij speciaal voor u het theatermenu<br />

a € 32,50. U bent uiteraard ook van harte welkom voor de lunch.<br />

Tegen inlevering van deze advertentie ontvangt u<br />

één glas bubbels in combinatie met het theater menu.<br />

Één glas per persoon. Geldig tot 31-3-2013.<br />

Openingstijden keuken: Lunch: maandag t/m vrijdag van 12.00 - 15.00 uur zondag vanaf 13.00 uur. | Diner: zondag t/m woensdag van 17.30 - 23.30 uur donderdag t/m zaterdag van 17.30 - 24.00 uur.<br />

Brasserie FLO Amsterdam | Amstelstraat 9, 1017 DA Amsterdam | Tel.: +31 (0)20 890 4757 | Mail: info@fl oamsterdam.nl | www.fl oamsterdam.nl<br />

FLO-theatermenu-odeon-17okt.indd 1 18-10-12 11:54<br />

u bent geïnteresseerd in opera?<br />

u bent een regelmatig bezoeker van dno?<br />

u wilt daarom graag meer betrokken zijn bij dno?<br />

<strong>De</strong> Vereniging Vrienden van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> biedt u<br />

daartoe de gelegenheid. <strong>De</strong> Vereniging is nauw betrokken bij<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>, steunt DNO op allerlei manieren en<br />

wil de belangstelling voor opera in het algemeen bevorderen.<br />

Contributie per seizoen:<br />

Individueel lidmaatschap € 35,-<br />

Gezinslidmaatschap (2 personen) € 65,-<br />

Donateur (minimaal) € 100,-<br />

Fidelio (t/m 29 jaar) € 20,-<br />

ABN Amro: 43.40.57.207<br />

Vrienden van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Waterlooplein 22<br />

1011 PG Amsterdam<br />

telefoon: (020) 5518282<br />

fax: (020) 6250920<br />

e-mail: vrienden@dno.nl<br />

www.vriendenvdopera.demon.nl<br />

2<br />

Het lidmaatschap van<br />

de Vrienden biedt u:<br />

* Exclusief Vriendenabonnement<br />

* Voorbespreking plaatskaarten<br />

* <strong>Opera</strong>filmavonden<br />

* Literaire avonden<br />

* Eendaagse operareizen<br />

* Meerdaagse operareizen<br />

* Vriendenbulletin<br />

* Prix d’Amis | Kerstmatinee<br />

* Fotojaarboek DNO<br />

vrienden van de nederlandse opera<br />

Fidelio, dé vereniging voor jonge<br />

operafans<br />

Jonge mensen t/m 29 jaar kunnen<br />

lid worden van Fidelio, Jonge<br />

Vrienden van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong>. Voor deze groep worden<br />

speciale activiteiten georganiseerd.<br />

Column<br />

Zin in stilte…<br />

Ik sprak onlangs in de foyer van de<br />

Stopera een wat oudere vrouw. Tijdens<br />

de pauze van Die Zauberflöte stapte ze<br />

op mij en mijn vrouw af en vroeg: ‘Wat<br />

doet een opera met u?’<br />

Ik moest een beetje lachen want ik<br />

vond het een nogal directe vraag. Ook<br />

een vraag waar je niet meteen een<br />

antwoord op zou weten. Wat doet een<br />

opera met me? Ik stelde een wedervraag:<br />

‘Waarom wilt u dat weten?’<br />

<strong>De</strong> vrouw antwoordde: ‘Ik ben met een<br />

onderzoek bezig over het nut van opera.<br />

Zo’n voorstelling als vanavond kost<br />

ontzettend veel geld en als bezoekers<br />

van zo’n voorstelling het nut er niet van<br />

inzien, is het gewoon weggegooid geld.<br />

Ik ben zelf niet tegen opera maar ik vind<br />

bijvoorbeeld kinderopvang veel belangrijker.<br />

En op de zorg voor demente<br />

bejaarden mag ook niet bezuinigd worden.<br />

En nou nog een keer mijn vraag:<br />

wat doet opera met u?’<br />

Ik keek mijn vrouw aan en beiden<br />

beseften we dat we hier met een<br />

damesdrammer te maken hadden.<br />

Ik vroeg zo vriendelijk mogelijk: ‘Vindt<br />

u dat opera nut moet hebben?’<br />

<strong>De</strong> vrouw werd ongeduldig en zei:<br />

‘Ja, vind ik wel. Het moet je iets doen,<br />

je moet er een beter mens van worden<br />

waardoor je in de maatschappij ook<br />

beter functioneert. Op die manier breng<br />

je geld in het laatje van de maatschappij.<br />

Er gaat heel veel subsidie naar de<br />

opera en als de opera voor het publiek<br />

geen nut heeft dan is het weggegooid<br />

geld. U weet net zo goed als ik dat we<br />

in deze tijd allemaal de broekriem aan<br />

moeten halen. Maar goed, als u geen<br />

antwoord wilt geven op mijn simpele<br />

vraag wat opera met u doet, dan trek<br />

ik zelf mijn conclusie: het doet u niks.<br />

U bent hier alleen maar om wat met<br />

anderen te kwekken, om te netwerken,<br />

om te lanterfanten.’<br />

<strong>De</strong> dramvrouw sprak op een zeurderige,<br />

scherpe dreuntoon en zij wist<br />

met haar betoog woede in mij op te<br />

wekken. Ik wilde wat zeggen maar mijn<br />

vrouw Geurtie was eerder: ‘Wat bent<br />

u een opdringerig wezen en wat trekt<br />

u snel foute conclusies. Ik vraag me af<br />

wat u hier eigenlijk doet, hoe u hier<br />

binnengekomen bent en waarom u onze<br />

pauze wilt verpesten.’<br />

<strong>De</strong> ogen van de vrouw spuwden vuur.<br />

‘Ik stel gewoon een hele simpele vraag<br />

en u weigert daar antwoord op te<br />

geven. U bent bezig mijn werk te verpesten<br />

want ik had nog veel meer<br />

mensen willen vragen. Ik verpest niet<br />

uw pauze maar u verpest mijn pauze.’<br />

Mijn vrouw kon zich niet inhouden<br />

en zei: ‘U bent niet goed bij uw hoofd<br />

en daar wil ik het bij laten.’ <strong>De</strong> vrouw<br />

raakte buiten zinnen, er verschenen<br />

schuimvlokken rondom haar lippen en<br />

ze maakte aanstalten om mijn vrouw<br />

te slaan. Nog net op tijd kon ik haar in<br />

3<br />

bedwang houden. Van alle kanten<br />

schoten mensen ons te hulp. <strong>De</strong> vrouw<br />

begon te tieren over recht op vrijheid<br />

van meningsuiting en dat ik een dominee<br />

van lik-me-reet was en mijn vrouw<br />

een hoer. Het werd een onverkwikkelijke<br />

gebeurtenis die ik eigenlijk zo gauw<br />

mogelijk had willen vergeten, ware het<br />

niet dat deze vrouw symbool staat voor<br />

drammerige mensen die alles maar<br />

onder woorden willen brengen en<br />

overal het nut van in willen zien. En<br />

voortdurend appels met peren verge-<br />

lijken. En ook altijd een snel antwoord<br />

van je eisen. En als je wat aarzelt, dan<br />

vinden ze je verdacht en al gauw een<br />

lamlul.<br />

Hebt u dat ook, dat je de neiging<br />

krijgt om tegenovergesteld te reageren<br />

van wat er van je verwacht wordt? ‘Wat<br />

is het nut van opera?’ ‘Nul!’ ‘Bent u<br />

gelukkig?’ ‘Nee!’ Helemaal niets zeggen<br />

kan ook fijn zijn. Niet zeggen wat<br />

er door je heen gaat tijdens en na<br />

afloop van een indrukwekkende opera,<br />

zoals Die Zauberflöte. Zoals het ook<br />

zo fijn is om niet te vertellen wat er<br />

door je heen gaat na een heerlijke liefdesnacht.<br />

Wat er door je heen gaat bij<br />

het aanschouwen van een mooi kunstwerk.<br />

Het lijkt me heerlijk om in 2013<br />

veel te zwijgen. Veel mensen hebben<br />

tegenwoordig de neiging om essentiële<br />

gevoelens kapot te praten. Probeer<br />

niet alles onder woorden te brengen.<br />

En geef een ander ook de ruimte om te<br />

zwijgen. Als iemand ’s wat stil is, vraag<br />

dan niet meteen: ‘Is er wat?’ Geef geen<br />

antwoord op impertinente vragen. Loop<br />

weg bij mensen die jouw pauze willen<br />

bederven. Loop ook weg bij mensen<br />

die jouw leven willen bederven. Durf<br />

jezelf te beschermen. Durf ook in 2013<br />

grenzeloos en met volle teugen te<br />

genieten.<br />

Ik wens u een fijne voortzetting en<br />

een aangenaam etensmaal.<br />

Dominee Eppe Gremdaat<br />

PS: gelukkig zaten we op tijd in de<br />

zaal om het gedeelte na de pauze<br />

te aanschouwen.


Das Rheingold (Foto: Marco Borggreve)<br />

Die Wälkure (Foto: Ruth Walz)<br />

Wagner 200<br />

Hein van Eekert<br />

Muziek om lang mee te leven<br />

<strong>De</strong> radiomaker, de Tolkienkenner, het orkestlid, de Rijndochter, het koorlid en twee Wagnernovicen:<br />

Wagner bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> vanuit zeven verschillende oogpunten.<br />

Lang. Luid. Bombastisch. Zwaar. Moeilijk.<br />

Richard Wagner. Radio4-presentator Hans<br />

Haffmans vertelt: ‘Laatst kocht ik een donker-<br />

rode en loodzware wijn bij mijn plaatselijke<br />

specialist. Met hem heb ik het vaak over het<br />

karakter van wijn, waarvan hij meer weet<br />

dan ik en we vertalen dat dan wel eens naar<br />

muziek, waar ik weer iets vaker in duik. Hij<br />

typeerde de fles als een Wagner. Voor hen<br />

die Wagner niet gehoord hebben, is hij voorbaat<br />

al zwaar. <strong>De</strong> Ring bij DNO bewijst voor<br />

mij keer op keer het tegendeel.’<br />

Richard Wagner jubileert in 2013: tweehonderd<br />

jaar geleden werd hij geboren. <strong>De</strong><br />

echte liefhebbers zagen in de loop der jaren<br />

de meeste van zijn opera’s bij DNO voorbij<br />

komen. En het aantal liefhebbers breidde<br />

zich daarbij flink uit. Hans Haffmans zei het<br />

al: Wagner is niet zwaar. Of in elk geval niet<br />

té zwaar en dat hebben nieuwe luisteraars<br />

ontdekt. Zoals de zestienjarige Laura Laman.<br />

Met een voorliefde voor alternatieve rock,<br />

independent, punk-rock en klassieke muziek,<br />

zette Laura haar zinnen op Das Rheingold,<br />

de eerste van de vier opera’s die samen<br />

<strong>De</strong>r Ring des Nibelungen vormen: ‘Mijn<br />

ouders zouden er sowieso al heen gaan en<br />

waren daar erg enthousiast over. Ze dachten<br />

dat het te ingewikkeld voor mij zou zijn, maar<br />

ik was zo benieuwd door alle verhalen die<br />

ik erover hoorde dat ik ze heb overgehaald<br />

mij mee te nemen.’ Het werd een spannende<br />

avond: ‘Een moment waar ik bijna vergat te<br />

ademen was toen we afdaalden naar de<br />

smederij, met prachtige licht- en geluidseffecten<br />

van metaal (heavy metal!). Ook een<br />

kippenvelmoment was de opkomst van Erda:<br />

dat was echt onbeschrijfelijk mooi, heel erg<br />

indrukwekkend. Ik kan me nu heel goed het<br />

gevoel voorstellen als er een echte godin<br />

voor je komt te staan, zo voelde het toen<br />

Erda opkwam.’<br />

Enkeltje orkestbak<br />

Volgens Haffmans speelt de productie een<br />

grote rol in de aantrekkingskracht van de<br />

Ring op het publiek: ‘Pierre Audi duidt de<br />

karakters met meesterlijke hand en decorontwerper<br />

George Tsypin maakt van de toeschouwer-op-afstand<br />

een deelgenoot van<br />

het drama. <strong>De</strong> decors zijn geen zetstukken<br />

op een of ander toneel, de hele zaal is het<br />

toneel. Waar je ook zit, lijkt het wel een<br />

adventure seat te zijn. Je moet luisteren en<br />

kijken en erbij zijn. Er is geen andere optie.’<br />

Ook niet voor de zangers, die in deze Ring<br />

wel heel dicht bij het publiek komen. Sopraan<br />

Lisette Bolle, vorig seizoen Knappe en<br />

Blumenmädchen in Parsifal, stond dit seizoen<br />

in Das Rheingold als Woglinde, een van<br />

de drie Rijndochters: ‘Ik ben me ervan<br />

bewust dat er publiek is, maar probeer me<br />

toch te concentreren op dat wat er op het<br />

podium speelt. Er is slechts één moment dat<br />

ik het publiek zie en dat is als ik op die enorme<br />

glasplaat op mijn rug lig en naar boven<br />

kijk. Die mensen daar, in die adventure seats,<br />

dat moet toch wel een bijzondere operaervaring<br />

voor ze zijn.’<br />

Bolle zwom en rende als waternimf energiek<br />

en in hoge snelheid over die wel akelig<br />

schuin hangende glasplaat. Was ze niet<br />

bang weg te glijden richting het beneden<br />

haar zittende orkest? ‘Om eerlijk te zijn:<br />

bang niet, maar er zijn wel momenten<br />

geweest dat ik bijna een enkeltje orkestbak<br />

te pakken had en dan realiseer je je hoe<br />

hoog het daar boven in die rechterhoek is.<br />

We hebben tijdens de repetitieperiode op<br />

een houten plaat gerepeteerd en de spieren<br />

kunnen laten wennen. Die glasplaat was<br />

weer een heel andere ervaring. Zodra daar<br />

wat stof op ligt wordt die, met de kostuums<br />

aan, spekglad. Ook was hij een flink stuk<br />

groter en steiler. Gelukkig hebben we de tijd<br />

gehad eraan te wennen om alle bewegingen<br />

heel bewust uit te voeren. Het lijkt misschien<br />

niet zo – wat ik hoop – maar de scène van<br />

Alberich met de Rheintöchter is zoiets als<br />

een uur flinke fitness en daarbij moet je dan<br />

zo mooi mogelijk proberen te zingen. Pierre<br />

Audi’s regie is hier prachtig maar ook veeleisend<br />

en als dan blijkt dat je dat kunt, is dat<br />

een mooie overwinning.’<br />

4 5<br />

Orkest en koor<br />

Geen enkeltje orkestbak voor Lisette Bolle,<br />

maar daar is het volgens Hike Graafland,<br />

eerste violiste bij het Nederlands Philharmonisch<br />

Orkest, al spannend genoeg: ‘Ik<br />

vond het een unieke ervaring om telkens<br />

ergens anders te zitten bij de Ring. Vooral<br />

bij Siegfried en Walküre zaten we als orkest<br />

echt op het podium en raakte je vanzelf op<br />

een andere manier erbij betrokken. We konden<br />

opeens van alles zien! Vaak was dat heel<br />

spectaculair, dus soms moest je jezelf ertoe<br />

dwingen om vooral maar niet te kijken. <strong>De</strong><br />

muziek van Wagner is te lastig om je telkens<br />

te laten afleiden.’<br />

Veeleisend kan het ook zijn voor de koorleden,<br />

vertelt tenor Ruud Fiselier, lid van het<br />

Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>. <strong>De</strong> scène<br />

waarin het leger van de Gibichungen naar<br />

voren komt in Götterdämmerung, ziet er<br />

imposant uit voor het publiek, maar hijzelf<br />

heeft vooral herinneringen aan ‘de dikke<br />

schuimrubberen pakken waarin we ons kruipend<br />

onder luid geweld, beschenen door een<br />

zee van warme lichtspots, soppend door de<br />

dichte rook, half op de tast achter een gaasmasker<br />

rond moesten bewegen.’ Fiselier<br />

maakte in de loop der jaren diverse producties<br />

mee. Is de gedragen sfeer van Parsifal<br />

voor koorleden al heel anders dan de levendigheid<br />

van Die Meistersinger (‘Je gaat met<br />

een heel andere energie de bühne op.’), de<br />

opvatting van de regisseur speelt natuurlijk<br />

ook mee: ‘Wat bij de vorige productie van<br />

Die Meistersinger opviel, was dat ondanks<br />

het massale aspect iedereen van regisseur<br />

Harry Kupfer een taak en een doel kreeg in<br />

zijn enscenering – totaal logisch met de<br />

tekst en de muziek van Wagner en dat bleef<br />

eigenlijk de hele lange opera door zo.’<br />

Opvallende verschijning in die productie<br />

was de inmiddels overleden tenor Gösta<br />

Winbergh, die er aanvankelijk te oud uitzag<br />

voor de rol van de jonge Walther von<br />

Stolzing en die tot aan de generale maar<br />

niet uit wilde zingen: 'Tijdens Walthers<br />

prijslied, de grote zangerstest in het stuk,<br />

stonden wij allemaal strak van de spanning<br />

en liet de oudere Walther stralend vol zelfvertrouwen<br />

zijn innerlijke muzikale ervaring<br />

op ons los. Toen werd voor menigeen de<br />

euforie van de finalekandidaat in deze<br />

ouderwetse The voice of... pure realiteit op<br />

de bühne van het Muziektheater. Het gaf<br />

mij persoonlijk voor altijd het besef dat elke<br />

voorstelling voor elke solist een niet vanzelfsprekende<br />

prestatie of overwinning blijft.'<br />

Andere dimensie<br />

Ruud Fiselier maakte twee Parsifalensceneringen<br />

mee. <strong>De</strong> tweede, die van<br />

Pierre Audi, werd voor de negentienjarige<br />

student geschiedenis Pascal Leroi zijn<br />

‘geweldige eerste ontmoeting met een<br />

Wagneropera’: ‘In 2010 speelde ik op de middelbare<br />

school mee in het toneelstuk Merlijn<br />

of het barre land van Tankred Dorst, als<br />

Parsifal. Ik heb er erg veel goede herinneringen<br />

aan over gehouden. Al tijdens de repetities<br />

was bekend dat in 2012 de opera Parsifal<br />

van Wagner zou worden opgevoerd door <strong>De</strong><br />

<strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>. Ik ben er samen met het<br />

meisje dat mijn moeder Herzeloide speelde<br />

naartoe geweest. Vooral als Parsifal vertelt<br />

over het weggaan bij zijn moeder, en zijn<br />

binnenkomst bij de Graalridders zijn mij het<br />

meest bij gebleven. Dit vond ik heel mooie<br />

en ontroerende momenten. Het viel me op<br />

dat er niet echt een heel erg bombastisch<br />

decor was: het was eerder eenvoudig. Ik<br />

vond het heel knap hoe de solisten hun<br />

karakter zeer levendig lieten overkomen.’<br />

Dat decor, van Anish Kapoor, wekte interessante<br />

associaties op bij vertaalster en<br />

schrijfster Renée Vink. Ze vertaalde onder<br />

meer J.R.R. Tolkiens The Legend of Sigurd<br />

and Gudrun en publiceerde onlangs Wagner<br />

and Tolkien: Mythmakers, waarin ze een aantal<br />

heersende misverstanden over de relatie<br />

tussen het werk van Wagner en Tolkien<br />

rechtzet en overeenkomsten tussen de werken<br />

van beide kunstenaars laat zien. <strong>De</strong><br />

derde akte van Parsifal vond ze bijzonder<br />

memorabel: Als het om een enkele scène<br />

gaat, kies ik voor het begin van de derde akte<br />

van Parsifal, met dat zwarte gat van Anish<br />

Kapoor dat zo ontzettend goed bij de muziek<br />

paste. Ik kreeg ook prompt sciencefictionassociates,<br />

waarvoor de weg misschien wel<br />

was geplaveid door het zum Raum wird hier<br />

die Zeit uit akte I. Een space-time-continuüm<br />

met een gat dat misschien wel een wormgat<br />

is naar een andere dimensie... Zoiets<br />

spreekt enorm tot mijn verbeelding.’ Voor<br />

Renée Vink staat vast dat je Wagner pas echt<br />

kunt beleven in de zaal: YouTube of een dvd<br />

geven gewoonweg niet dezelfde ervaring.<br />

‘<strong>De</strong> drie ensceneringen die me het beste zijn<br />

bijgebleven, zijn de Tristan van 2008, de<br />

Parsifal van 2012 en de Götterdämmerung<br />

van 2005. Als geheel ga ik denk ik voor de<br />

laatstgenoemde. Het was de laatste voorstelling,<br />

iedereen ging er nog eens vol in,<br />

alles werkte mee en de sfeer was fantastisch.<br />

Vooral de tweede akte, met onder<br />

andere die stierenhoorns op de zijbalkons,<br />

en het slot – Linda Watson als een geweldige<br />

Brünnhilde tussen de wapperende rode<br />

doeken – vond ik fantastisch. Het was zo’n<br />

uitvoering waarbij het begrip Gesamtkunstwerk<br />

helemaal tot zijn recht kwam.’<br />

Tolkienfans raadt ze aan om allereerst<br />

Die Walküre te gaan proberen.<br />

Ideale Wagnerdirigent<br />

Voor violiste Hike Graafland bevat deze<br />

opera een fraai hoogtepunt: ‘Het slot uit de<br />

Walküre (derde akte, derde scène met Wotan<br />

en Brünnhilde) is zo prachtig en bezorgt mij<br />

nog altijd rillingen. Het allermeest is mij bijgebleven<br />

de Treurmars van Siegfried in<br />

Götterdämmerung. <strong>De</strong> manier waarop<br />

Hartmut Haenchen dat elke keer dirigeerde<br />

was onvergetelijk.’ En daar noemt ze meteen<br />

Siegfried (Foto: Ruth Walz) Götterdämmerung (Foto: Monika Rittershaus)<br />

een andere held uit het Wagnerfirmament<br />

van DNO: ‘Hartmut Haenchen is voor mij<br />

de ideale Wagnerdirigent, zeker in dit soort<br />

megaproducties als de Ring. Hij houdt altijd<br />

het grote overzicht, maar met oog voor<br />

detail. Hij is trouw aan de partituur, kent die<br />

grandioos van binnen en van buiten en weet<br />

de repetitietijd heel goed in te delen.<br />

Zangers werken niet voor niets graag met<br />

hem en dat merk je ook in het orkest. Vooral<br />

tijdens de voorstellingen is zijn manier van<br />

dirigeren groots en meeslepend. Je kunt<br />

bijna niet anders dan daarin meegaan, ook<br />

al heb je nog zo’n hekel aan Wagner of aan<br />

het spelen van Wagner. Zelfs de langste<br />

opera (Götterdämmerung) vloog daardoor<br />

voorbij. Hij heeft respect voor de musici en<br />

hij beseft hoe zwaar en moeilijk het is om<br />

alles zo goed mogelijk te spelen. Hij benadert<br />

opera echt vanuit de muziek.’<br />

Muziek waar je volgens Hans Haffmans<br />

heel lang mee kunt leven om die helemaal<br />

te doorgronden: ‘Ik ben nog te jong als<br />

Wagnerliefhebber om te spreken over de<br />

betekenis van zijn muziek. Voor mijn gevoel<br />

zit ik voorlopig nog in het stadium van luisteren,<br />

heel veel en vooral langdurig luisteren.<br />

Over Berlioz, Tsjaikovski en Verdi heb ik<br />

een mening of zie ik een of ander perspectief,<br />

maar Wagner is me vooralsnog te machtig.<br />

Hij is groter dan ik, voorlopig tenminste.’


Adv_SAAR_ODEON_V2_92x133 09-01-13 13:02 Page 1<br />

<strong>De</strong><br />

Stilte<br />

van<br />

Saar<br />

2012 2013<br />

MAARt 2013<br />

5 Peter Lockwood (piano)<br />

Bouw mee aan het <strong>De</strong>coratelier<br />

en kom het resultaat met eigen ogen bekijken!<br />

<strong>De</strong> renovatie van het <strong>De</strong>coratelier van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> is in volle gang. U kunt nog meebouwen!<br />

Doneer en draag bij aan duurzaam vakmanschap!<br />

Kijk op www.dno.nl/decoratelier voor filmpjes over de ambachten in het <strong>De</strong>coratelier, meer informatie en om online te doneren.<br />

U vindt hier ook meer informatie over de fiscale voordelen van schenken.<br />

6 7<br />

12 Marieke Reuten (alt)<br />

John van Halteren (tenor)<br />

Jean-Claude Ohms (bariton)<br />

Brian Fieldhouse (piano)<br />

19 Myra Kroese (alt-mezzo)<br />

Nathalie Doucet (piano)<br />

(NB: in de Boekmanzaal)<br />

26 Adva Tas (sopraan)<br />

Mirsa Adami (piano)<br />

APRIL 2013<br />

2 Geen concert<br />

9 Hiroko Mogaki (mezzosopraan)<br />

Mitsuyoshi Ikegaya (shakuhachi)<br />

Brian Masuda (piano)<br />

elke dinsdag | 12:30 - 13:00<br />

TOEGANG GRATIS<br />

16 Michaëla Karadjian (sopraan)<br />

Anneleen Bijnen (alt-mezzo)<br />

NN (piano)<br />

23 Tadeu Duarte (piano)<br />

30 Geen concert<br />

MEI 2013<br />

7 Dutch National <strong>Opera</strong> Academy<br />

14 Tomoko Makuuchi (sopraan)<br />

Harry Teeuwen (bariton)<br />

Ryoko Kondo (piano)<br />

21 Geen concert<br />

28 Frank Engel (tenor)<br />

Rende Luitjes (piano)<br />

Open Huis 2013<br />

Ook tijdens het komende Open Huis<br />

zullen de verschillende ambachten in<br />

het Muziektheater centraal staan.<br />

<strong>De</strong> kostuumafdeling van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> en Het Nationale Ballet, de afdeling<br />

rekwisieten en de kap- en grimeafdeling<br />

stellen hun deuren open. Verder kunt u<br />

die dag genieten van optredens en andere<br />

activiteiten.<br />

Zaterdag 23 maart 2013<br />

Van 11.00 tot 16.00 uur<br />

Toegang gratis<br />

Kijk op www.muziektheater.nl<br />

voor het volledige programma.<br />

Open Dag 2012 (Foto’s: Hans van den Bogaard)


L’amour des trois oranges (Foto’s: Hans van den Bogaard)<br />

L’amour des trois oranges<br />

Hierbij vervloek ik je tot<br />

liefde voor drie sinaasappelen!<br />

Ondanks ontberingen en gevaren<br />

zul je dag en nacht op zoek gaan<br />

naar de drie sinaasappelen!<br />

Begeer ze! Begeer ze! (Fata Morgana)<br />

Proloog<br />

Het publiek debatteert over de vraag wat<br />

voor voorstelling er moet worden opgevoerd.<br />

Er zijn voorstanders van de tragedie, van de<br />

komedie, van de farce en van het lyrische<br />

drama. <strong>De</strong> ‘Zonderlingen’ winnen het pleit,<br />

en kondigen de opvoering van ‘<strong>De</strong> liefde<br />

voor de drie sinaasappelen’ aan.<br />

I<br />

<strong>De</strong> zoon van de Klaverkoning lijdt aan ongeneeslijke<br />

zwaarmoedigheid. Er blijkt slechts<br />

één medicijn te bestaan: een flinke lachbui.<br />

<strong>De</strong> koning geeft opdracht aan de nar<br />

trouffaldino om festiviteiten te organiseren<br />

die dit moeten bewerkstelligen. Het gewenste<br />

resultaat wordt niet bereikt.<br />

8<br />

II<br />

Pas als de heks Fata Morgana – een<br />

beschermelinge van de vijandige<br />

Schoppenkoning, die er belang bij heeft<br />

dat de prins niet geneest – struikelt, barst<br />

de Prins in luid gelach uit. Fata Morgana is<br />

ziedend en spreekt een vloek uit: de Prins<br />

zal verliefd worden op drie sinaasappelen.<br />

<strong>De</strong>ze bevinden zich in het kasteel van de<br />

heks Créonte.<br />

III<br />

<strong>De</strong> Prins en trouffaldino stelen de sinaasappelen<br />

uit de keuken van Créonte, waar een<br />

angstaanjagende kokkin hen met een grote<br />

pollepel bedreigt. <strong>De</strong> vruchten mogen uitsluitend<br />

in aanwezigheid van water worden<br />

geopend. Maar midden in de woestijn kan<br />

de dorstige trouffaldino zich niet bedwingen,<br />

en als gevolg daarvan sterven twee<br />

prinsessen die in de vruchten verborgen<br />

zitten. Een derde, Ninette, wordt gered.<br />

IV<br />

Pas na talrijke complicaties, waarbij onder<br />

meer Ninette in een rat wordt veranderd en<br />

de Prins bijna huwt met Sméraldine, een<br />

vertrouwelinge van Fata Morgana, komt<br />

alles toch nog goed. <strong>De</strong> Prins en Ninette<br />

trouwen met elkaar, en zij leven nog lang<br />

en gelukkig!<br />

vr 1 mrt 2013 première<br />

20.00 uur<br />

di 5 mrt 20.00 uur<br />

do 7 mrt 20.00 uur<br />

zo 10 mrt 13.30 uur<br />

di 12 mrt 20.00 uur<br />

vr 15 mrt 20.00 uur<br />

ma 18 mrt 20.00 uur<br />

do 21 mrt 20.00 uur<br />

Het Muziektheater Amsterdam<br />

Kaartverkoop is reeds begonnen.<br />

Bij het ter perse gaan van deze <strong>Odeon</strong> zijn er<br />

nog kaarten verkrijgbaar.<br />

Bel het Kassa-bespreekbureau: 020-625 5455<br />

Online reserveren: www.dno.nl<br />

Inleidingen door Willem Bruls<br />

Plaats: Muziektheater (foyer 2de balkon)<br />

Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere<br />

voorstelling, dus 19.15 uur (avond)/12.45 uur<br />

(matinee)<br />

Lengte: ± 30 minuten<br />

Toegang: gratis op vertoon van een plaatsbewijs<br />

voor de voorstelling van die dag<br />

Met steun van de Vereniging Vrienden<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Uitzenddatum<br />

Radio 4, NTR <strong>Opera</strong> Live:<br />

zaterdag 23 maart, 19.00 uur<br />

Dinerbuffetten<br />

Bij elke avondvoorstelling van DNO kunt u<br />

ge nie ten van een diner buffet in de foyer van het<br />

Muziektheater. Zo kunt u rustig eten en bent u op<br />

tijd voor de opera. Reserveren: 020-625 5455<br />

of via www.muziektheater.nl/kaarten.<br />

9<br />

Sergej Prokofjev 1891-1953<br />

L’amour des trois<br />

oranges<br />

Opéra en quatre actes<br />

avec prologue<br />

libretto<br />

Sergej Prokofjev<br />

muzikale leiding<br />

tomásˇ Netopil<br />

regie/kostuums<br />

Laurent Pelly<br />

decor<br />

Chantal thomas<br />

licht<br />

Joël Adam<br />

choreografie<br />

Laura Scozzi<br />

Le Roi de Trèfle<br />

Philippe Rouillon<br />

Le Prince<br />

Martial <strong>De</strong>fontaine<br />

La Princesse Clarice<br />

Letitia Singleton<br />

Léandre<br />

Nahuel di Pierro<br />

Trouffaldino<br />

Serghei Khomov<br />

Pantalon<br />

Quirijn de Lang<br />

Le Magicien Tchélio<br />

Kurt Gysen<br />

Fata Morgana<br />

Anna Shafajinskaja<br />

Linette<br />

Florieke Beelen<br />

Nicolette<br />

Julia Westendorp<br />

Ninette<br />

Elizabeth Cragg<br />

La Cuisinière<br />

Lukas Jakobski<br />

Farfarello/Le Héraut<br />

Alexander Vassiliev<br />

Sméraldine<br />

Olivia Vermeulen<br />

Residentie Orkest<br />

Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

instudering Ms Ching-Lien Wu<br />

<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 2 uur en 30 minuten.<br />

Er is 1 pauze.<br />

<strong>De</strong> opera wordt in het Frans gezongen,<br />

Nederlands en Engels boventiteld.<br />

Het operaboek L’amour des trois oranges is<br />

verkrijgbaar in het Muziek theater.<br />

Daarin staan onder meer een uitgebreide<br />

synopsis en het libretto in het Frans en het<br />

Neder lands. <strong>De</strong> prijs is 8.<br />

Reprise


Sergej Prokofjev (1918)<br />

Achtergrond L'amour des trois oranges<br />

Kees Arntzen<br />

Reis om de wereld<br />

met drie sinaasappelen<br />

‘Heeft u ooit in de gevangenis gezeten?’ vroeg de immigratiebeambte aan Sergej Prokofjev, toen die voor<br />

het eerst voet op Amerikaanse bodem probeerde te zetten. ‘Ja, zeker!’ ‘Da’s niet zo best,’ antwoordde de<br />

agent. ‘Waar was dat dan wel?’ ‘Hier op uw eiland...’ ‘Geen grapjes, dit is een serieuze ondervraging!’<br />

was de barse repliek.<br />

Op 21 augustus 1918 meerde de ‘s.s. Grotius’<br />

af in de haven van San Francisco, maar<br />

omdat in de Verenigde Staten juist de ‘war<br />

on Bolshevism’ in alle hevigheid woedde,<br />

werden Russische passagiers aan de<br />

scherpste controles onderworpen. Dat<br />

gebeurde tijdens een driedaagse detentie<br />

op Angel Island, vlak voor de kust. Na een<br />

droomverblijf op het bloemenrijke Honolulu<br />

kort daarvoor viel deze ontvangst de zevenentwintigjarige<br />

pianocoryfee wat rauw op<br />

het dak. Pas na een verklaring van de<br />

Russische consul mocht Prokofjev inreizen:<br />

het enige geweld dat Prokofjev volgens die<br />

verklaring in Amerika zou gaan gebruiken,<br />

zou dat van zijn vingers op pianotoetsen<br />

zijn. Dat liet de ‘kozakken-Chopin’ zoals de<br />

pers hem spoedig doopte, zich geen twee<br />

keer zeggen.‘Zijn vingers zijn van staal, zijn<br />

polsen zijn van staal, zijn biceps en triceps,<br />

zijn schouderblad, allemaal staal,’ wist de<br />

criticus van The New York Times over de pianist<br />

te melden. En volgens Prokofjev zelf<br />

voelde zelfs de zwarte liftboy van het hotel<br />

bewonderend aan zijn spieren, omdat hij<br />

hem voor een bokser hield.<br />

Met pianorecitals en hulp van industriële<br />

bewonderaars en Russische immigranten<br />

wist Prokofjev zich die eerste tijd in Amerika<br />

aardig staande houden. In plaats van een<br />

buitenlands verblijf van negen maanden,<br />

waarop hij zich had voorbereid, zou het uiteindelijk<br />

wel negen jaar duren voordat hij<br />

oude vrienden in het inmiddels totaal veranderde<br />

Rusland zou terugzien. Na enkele<br />

voorzichtige Rusland-bezoeken in de late<br />

jaren ’20 besloot Prokofjev in 1936 zich weer<br />

metterwoon met zijn gezin in Moskou te<br />

vestigen. Waarschijnlijk te zeer door heimwee<br />

gedreven, slaagde hij er niet in het<br />

ware karakter van het Stalinregime juist<br />

in te schatten. Hij moest meemaken hoe<br />

al binnen drie jaar, in juni 1939, een van<br />

zijn belangrijke artistieke vrienden uit de<br />

Revolutiejaren ten prooi viel aan Stalins<br />

‘zuiveringen’. Dat was de visionaire dramaturg<br />

Vsevolod Meyerhold (1874-1940), die aan<br />

de basis stond van minstens drie Prokofjevopera’s<br />

en die ze graag had willen ensceneren.<br />

Tot de regie van zelfs maar één ervan is<br />

het nooit gekomen. In 1939 leek het eindelijk<br />

zover, maar midden onder de repetities van<br />

Prokofjevs Semyon Kotko werd Meyerhold<br />

gearresteerd en afgevoerd.<br />

theaterconventies<br />

Meyerhold was het ook geweest, die Prokofjev<br />

op het spoor zette van de opera L’amour des<br />

trois oranges – zijn eerste grote theatersucces.<br />

In een toneeltekst van de 18de-eeuwse<br />

Venetiaanse toneelschrijver Carlo Gozzi<br />

had Meyerhold voor zichzelf een goudmijn<br />

ontdekt. Hij voelde zich er vooral door aan-<br />

getrokken, omdat hij de daarin aanwezige<br />

elementen uit de commedia dell’arte wilde<br />

gebruiken bij zijn pogingen het Russische<br />

theater te vernieuwen. Tegen de laatromantische,<br />

superrealistische manier van theatermaken<br />

die Stanislavski in Rusland had<br />

ingevoerd, wilde Meyerhold zich bewust<br />

afzetten. <strong>De</strong> tekst sprak hem extra aan<br />

omdat ook Gozzi de theaterconventies van<br />

zijn tijd op de hak nam. Dat deed de Italiaan<br />

aan de hand van een volkssprookje: een<br />

prins wordt wegens zijn lamlendigheid door<br />

een hogere macht veroordeeld tot de liefde<br />

voor drie sinaasappelen. Dat uit die sinaasappelen<br />

drie mooie meisjes groeien waarvan<br />

de laatste zelfs tot prinses wordt uitverkoren,<br />

was voor het publiek fijn, maar niet<br />

direct Gozzi’s doel. Hij wilde vooral de twist<br />

tussen twee literaire grootheden uit zijn tijd<br />

opstoken: die tussen Carlo Goldoni en Pietro<br />

Chiari. <strong>De</strong> prins uit het sprookje is bij Gozzi<br />

dan ook niet zomaar ziek, maar ziek door een<br />

bepaald soort lectuur – de ‘martelliaanse ver-<br />

zen’ waarvan Chiari zich placht te bedienen.<br />

Meyerhold had het goed te pakken: niet<br />

alleen bewerkte hij de tekst, in de jaren pal<br />

voor de revolutie gaf hij zelfs een aantal tijdschriften<br />

uit onder de naam <strong>De</strong> liefde voor<br />

de drie sinaasappelen. Prokofjev was ermee<br />

bekend, toen hij na omzwervingen door de<br />

Kaukasus begin 1918 terugkeerde in Sint-<br />

10 11<br />

Petersburg, dat nog woelig was, maar vol<br />

artistiek élan. ‘Lenin stond volledig achter<br />

ons,’ schreef componist Arthur Lourié over<br />

die tijd. ‘Niemand belemmerde de futuristische<br />

kunstenaar in zijn decoratieve escapades.<br />

Tijdens de Revolutie werden alle<br />

omheiningen, bruggen en muren op de<br />

onwaarschijnlijkste wijze beschilderd met<br />

de onwaarschijnlijkste fantasie.’ Toch wilde<br />

Prokofjev daar toen niet blijven. Hij had in<br />

de Kaukasus een Amerikaanse industrieel<br />

ontmoet, die hem overzeese kansen bood:<br />

het Westen lonkte.<br />

Naar Amerika<br />

Van een rechterhand van Lenin, Loenatsjarski,<br />

inderhaast gebombardeerd tot ‘Commissaris<br />

voor Volkseducatie en Cultuur’, kreeg<br />

Prokofjev relatief gemakkelijk toestemming<br />

het land te verlaten, maar dwars door de<br />

frontlinies naar het Westen te reizen was in<br />

die dagen onmogelijk. Met de allerlaatste<br />

Transsiberië Express – vlak voordat ook die<br />

route door Tsjechische troepen werd afgesneden<br />

– wist Prokofjev naar Vladivostok te<br />

komen; vervolgens ging het naar Japan, naar<br />

Honolulu, naar Amerika. In zijn bagage: de<br />

door Meyerhold bewerkte Gozzi-tekst, van<br />

revolutionair gehalte, maar niet als zodanig<br />

herkend door de immigratiedienst.<br />

Het zou nog even duren voordat Prokofjev<br />

de zegetocht van deze burleske en zo ver-<br />

frissende opera kon meemaken. Al snel<br />

krijgt hij dankzij invloedrijke vrienden de<br />

opdracht een opera te schrijven voor Chicago.<br />

Over de keus hoeft hij niet lang te talmen.<br />

Tijdens het vele maanden durende reizen<br />

had hij er al vaak over nagedacht. <strong>De</strong><br />

Italiaanse dirigent Campanini, directeur<br />

van de Chicago <strong>Opera</strong> Company, is meteen<br />

enthousiast en zwijmelt zelfs bij het idee<br />

aan muziektheater op tekst von ‘onze lieve<br />

Gozzi’. Maar hij sterft voortijdig en ook de<br />

jonge Prokofjev zelf lijkt in die zomer aan<br />

ziektes te bezwijken. Maar ondanks een aanval<br />

van roodvonk, gecombineerd met difterie<br />

en een abces in de keel, levert hij de partituur<br />

op de afgesproken datum in, op 1 oktober 1919.<br />

Dan volgen teleurstellingen en pas in 1921<br />

kan de opera eindelijk in première gaan: met<br />

succes in Chicago, maar met een nog koele<br />

respons in New York. Europa betoont zich<br />

ontvankelijker. In 1922 keert Prokofjev naar<br />

het oude continent terug en vestigt zich op<br />

het platteland in Beieren. Naast symfonieën<br />

en concerten worden ook de Sinaasappelen<br />

uit Prokofjevs oeuvre gretig geplukt. Uitvoeringen<br />

van de opera vinden plaats in Keulen<br />

(1925), Berlijn (1926), Leningrad (1926) en<br />

Moskou (1927).<br />

Enthousiast is Prokofjev vooral over de<br />

uitvoering in de stad waar hij als dertienjarige<br />

aan het conservatorium kwam en<br />

waar hij zoveel herinneringen hervond. In<br />

1927 bezoekt hij voor het eerst sinds jaren<br />

zijn oude vrienden in Leningrad en natuurlijk<br />

ook het theater aldaar. Prokofjev is zeer<br />

lovend over de uitvoering van zijn Oranges<br />

daar: ‘Het was niet alleen de beste van alle<br />

ensceneringen die ik heb gezien, maar ook<br />

in zoverre de beste, dat de andere zich daarbij<br />

vergeleken als uitgesproken provinciaals<br />

voordoen.’<br />

Het is duidelijk: Prokofjev is eindelijk<br />

weer thuisgekomen, ook al onderbouwt hij<br />

zijn oordeel met talloze toelichtende waarnemingen:<br />

‘<strong>De</strong> glans en de lichtheid van de<br />

proloog, het fantastische van de scène in<br />

de hel, de rennende voeten van Trouffaldino,<br />

de trapeze, de kooi met Fata Morgana, de<br />

duizelingwekkende tempi en de precisie van<br />

de toneelmachinerie vlak voor het verschijnen<br />

van de Kokkin – dat alles kon slechts bereikt<br />

worden dankzij het buitengewoon hoge<br />

artistiek niveau van dit operahuis.’<br />

Modern en bijzonder<br />

Net als in Mozarts Zauberflöte staan er in<br />

deze sprookjesopera achter de voornaamste<br />

protagonisten universele machten van goed<br />

en kwaad. Tovenaar Tchélio is op de hand<br />

van de Prins en vertegenwoordigt het goede;<br />

de boze fee Fata Morgana steunt echter de<br />

snode samenspanners Léandre, Clarice en<br />

Sméraldine. Ook de buffo-karakters zijn<br />

verdeeld als bij de Zauberflöte: Papageno<br />

vinden we terug in de komische Trouffaldino,<br />

die alles doet om de Prins aan het lachen te<br />

krijgen en die ook fungeert als metgezel bij<br />

de speurtocht naar de drie sinaasappelen.<br />

Die worden bewaakt door een pendant van<br />

Monostatos uit Mozarts laatste Singspiel:<br />

dit keer niet een neger, maar een vrouw, een<br />

enorme kokkin, gewapend met een soeplepel<br />

maar door de geringste flikkering van een<br />

sieraad afgeleid en verkocht.<br />

Nieuw en revolutionair is echter vooral<br />

de rol van het koor, als een soort derde laag<br />

in het verhaal. Het neemt op beslissende<br />

momenten deel aan de actie, maar vecht<br />

onderling ook een huilerige strijd om het<br />

alleenrecht op het theater uit. Aanhangers<br />

van de komedie, de tragedie, van het lyrisch<br />

theater of juist van de klucht bestoken<br />

elkaar voor open doek met ‘moderne’<br />

wapens als parapluutjes en zweepjes. Het<br />

zijn juist dit gelaagde concept en de veelheid<br />

aan theatrale actie, die deze opera in<br />

de jaren ’20 zo modern en bijzonder maakten,<br />

al moest Prokofjev wel het nodige aan<br />

de oorspronkelijke Meyerhold-tekst<br />

bijstellen.<br />

Hij verkortte de handeling en pepte het<br />

verhaal op door juist aan het bizarre zijn<br />

bijzondere aandacht te geven: de enorme<br />

soeplepel waarmee de Kokkin als een echte<br />

dragonder woest in het rond zwaait. En het<br />

uitverkoren derde sinaasappelmeisje wordt<br />

door kwade machten van gedaante veranderd,<br />

juist als de Prins met zijn koninklijke<br />

vader terugkomt, om haar aan hem voor te<br />

stellen. Maar Prokofjev kiest niet, zoals<br />

Gozzi en Meyerhold, voor een witte duif,<br />

maar voor een mansgrote, zwarte rat, die<br />

prinsheerlijk op het fluweel van de troon<br />

zit en zijn snorharen op en neer laat gaan.<br />

Subtiele verwijzingen<br />

Opvallend ook de namen die Prokofjev voor<br />

de drie sinaasappelmeisjes kiest: Linette,<br />

Nicolette en Ninette. Zijn eerste vrouw<br />

Caroline, die Prokofjev na een concert in<br />

New York bij de artiestenuitgang had leren<br />

kennen, noemde zich als zangeres Lina, en<br />

bleek vereerd dat Prokofjev haar naam in de<br />

opera vereeuwigde, ook al sterft dit meisje<br />

als eerste van de dorst. Maar wist ze ook dat<br />

Prokofjev als negentienjarige in Rusland<br />

kennis had aan een veertienjarige Nina uit<br />

een welgestelde Petersburger familie, met<br />

wie hij wilde uitbreken? Ook al verandert het<br />

derde meisje, ‘Ninette’, in de opera tijdelijk<br />

in een vette rat, zij wordt tijdig teruggetransformeerd<br />

en is op de keper beschouwd het<br />

enige van de drie meisjes dat overblijft en<br />

een vorstelijke toekomst tegemoet gaat...<br />

Hoeveel elementen uit zijn eigen wereld-<br />

Prokofjev in de opera verstopte, zullen we<br />

nooit precies weten, maar zeker is dat hijzich<br />

naar hartenlust kon uitleven en zijn<br />

pijlen daarbij ook op de operatraditie richtte.<br />

Het is bijvoorbeeld niet moeilijk in de figuren<br />

van de complotterende Léandre en Clarice<br />

afspiegelingen van Wagners Telramund en<br />

Ortrud uit Lohengrin te herkennen. Door dit<br />

soort subtiele verwijzingen spat het makersplezier<br />

er soms van af. Uiterst trefzeker was<br />

Prokofjev erin om – net als bij zijn latere ballet<br />

Romeo en Julia – één enkele markante<br />

melodie tot handelsmerk en herkenningspunt<br />

van de hele opera te maken: de onvergetelijke<br />

marsmuziek die voor het eerst<br />

klinkt als de festiviteiten op komst zijn die<br />

de larmoyante Prins aan het lachen moeten<br />

brengen.<br />

L’amour des trois oranges (Foto: Hans van den Bogaard)


Kom mee op een prikkelende ontdekkingsreis. Met <strong>Opera</strong>Flirt beleef je een exclusieve<br />

opera-avond. Maak kans op een van de veelgevraagde plaatsen die we voor dit bijzondere<br />

programma gereserveerd hebben. Samen met anderen geniet je van een unieke voorstelling.<br />

<strong>Opera</strong>Flirt-avonden 2012 - 2013<br />

L’amour des trois oranges<br />

do 7 maart 2013<br />

Mijn eerste opera-ervaring…<br />

Lena Vizy – <strong>Opera</strong>Flirter<br />

30 jaar, Amsterdam<br />

La traviata<br />

wo 8 mei 2013<br />

Wat was je eerste opera?<br />

Die Zauberflöte, geënsceneerd voor kinderen. Dat was in Berlijn toen ik nog<br />

maar vijf jaar oud was.<br />

Met wie ben je gegaan?<br />

Mijn vader en mijn vriendje (die nog steeds mijn beste vriend is).<br />

Hoe heb je het ervaren?<br />

Toen we naar huis liepen zong ik Pa-Pa-Pa-Pa-Pa-Papagena!<br />

Wat is je lievelingsopera?<br />

Ik hou wel heel erg van Puccini’s Madama Butterfly, daar krijg ik aan het<br />

eind altijd kippenvel van en een paar traantjes in mijn ogen. Maar bij<br />

DNO is het zeker A Dog’s Heart – toen ben ik echt van mijn stoel gevallen.<br />

Zo verrassend anders!<br />

Waarom vind je opera zo’n bijzondere kunstvorm?<br />

Het kan me raken als geen andere kunstvorm. Er bestaat zoiets als een speciaal<br />

operamoment, dat niet makkelijk in woorden is te vatten. Een zanger<br />

staat op het podium te presteren en ineens is er een moment van intense<br />

intimiteit. Je hebt het gevoel dat deze persoon alleen voor jou zingt en je<br />

begrijpt hem/haar volledig. Het is een universeel en verbindend moment dat<br />

je deelt met de zanger maar ook met het hele publiek. Het maakt helemaal<br />

niet uit of de opera 400 jaar oud is of één jaar en of er 10 mensen in de zaal<br />

zitten of 2.000. Dit is de reden waarom ik verliefd ben geworden op opera en<br />

altijd weer opnieuw verliefd zal worden.<br />

Interview L’amour des trois oranges<br />

Marianne Broeder<br />

Strikt en straight<br />

Met L’amour des trois oranges maakt de Tsjechische dirigent Tomáš Netopil zijn debuut bij<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>. Een gesprek over de ‘eenvoud’ van Prokofjevs complexe partituur<br />

en de cinematografische vaart van het burleske libretto.<br />

Hij is pas 35 jaar maar heeft de grote operahuizen<br />

en concertzalen al lang veroverd. <strong>De</strong><br />

Tsjechische dirigent Tomáš Netopil leidde<br />

vele Mozarts, Frans repertoire en vanzelfsprekend<br />

werken van zijn landgenoten<br />

Dvorˇák, Smetana, Suk en Janáček. <strong>De</strong>zer<br />

dagen maakt hij zijn debuut bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> met L’amour des trois oranges.<br />

Wat minder bekend is: Netopil is ook violist.<br />

Ten tijde van ons gesprek is hij volop in<br />

beslag genomen door de repetities van Die<br />

Zauberflöte, een productie van de Vlaamse<br />

<strong>Opera</strong> Antwerpen in de regie van David<br />

Hermann. ‘Spectaculair,’ verklapt hij met<br />

groot enthousiasme. Met moeite maar terecht<br />

laat hij er vóór de première nog niets<br />

over los. Een voorkeur voor opera heeft<br />

Netopil ‘beslist niet’. Concertrepertoire en<br />

opera zijn voor hem als een Siamese tweeling,<br />

ze kunnen niet zonder elkaar. Voor zijn<br />

uitvoeringen brengt hij beide genres zorgvuldig<br />

in evenwicht. ‘Het is altijd fiftyfifty,’<br />

verzekert hij. ‘Symfonische muziek bergt<br />

óók drama in zich. Een dirigent moet het<br />

verhaal van de muziek over het voetlicht<br />

kunnen brengen, ook als er geen tekst is.’<br />

Vlucht uit de werkelijkheid<br />

Tijdens gestolen uurtjes tussen de repetities<br />

door buigt Netopil zich over de partituur van<br />

Oranges, die nieuw voor hem is. ‘Een geweldige<br />

uitdaging,’ vindt hij, ‘maar een complex<br />

werk en erg lastig voor de uitvoerders, ijzersterk<br />

met krachtige muziek.’ Oranges verbeeldt<br />

een komisch, absurdistisch sprookje over<br />

een zwaarmoedige Prins die veroordeeld<br />

wordt tot liefde voor drie sinaasappels die<br />

elk een potentiële bruid bergen. Het verhaal<br />

combineert personages uit verschillende<br />

werelden. Naast de hoofdpersonen de Prins,<br />

de Klaverkoning en zijn hofhouding figureren<br />

surrealistische onderaardse wezens: een<br />

heks, een tovenaar en andere boze geesten.<br />

Ook een kritisch publiek van Tragici, Komici,<br />

Lyrici, Leeghoofden en Zonderlingen neemt<br />

deel aan de handeling.<br />

Prokofjev ontleende zijn libretto voor<br />

Lyubov k Trem Apelsinam aan het gelijknamige<br />

tijdschrift van zijn geestverwant,<br />

theaterregisseur Vsevolod Meyerhold, die<br />

het naturalistische Moskouse theater van<br />

zijn tijd bekritiseerde. In Oranges keerde<br />

Prokofjev zich navenant tegen de laatroman-<br />

tische, superrealistische traditie in de opera.<br />

In 1918 week hij uit naar de Verenigde Staten,<br />

uit angst voor de toenemende beknotting<br />

van avant-gardekunst en vrijheid van denken<br />

in zijn vaderland. Een jaar later voltooide hij<br />

Oranges, aanvankelijk in het Russisch. Later<br />

vertaalde hij zijn libretto in het Frans. Heeft<br />

Prokofjev met zijn emigratie en zijn vrolijke<br />

opera de harde Russische politieke werkelijk-<br />

heid willen ontvluchten? Netopil vermoedt<br />

van wel: ‘Prokofjevs houding doet denken<br />

aan die van Sjostakovitsj. Beiden bleven de<br />

Russische muziektraditie trouw, maar trokken<br />

hun idioom en soms hun teksten in het<br />

absurde. Grotesk, tegendraads en met<br />

bijtend sarcasme.’<br />

13<br />

Neoklassiek idioom<br />

We spreken over Prokofjevs partituur, een<br />

meesterlijke uitbeelding van de burleske<br />

verhaallijnen. In totaal uiteenlopende muzikale<br />

stijlen, geniaal samengevoegd tot een<br />

fascinerend geheel. Soms klinken contemplatief<br />

lyrische lijnen, dan weer absurdistische<br />

avant-garde met hortende ritmiek,<br />

dissonante intervallen en botsende toonsoorten.<br />

Herinnerend aan de Klassieke<br />

symfonie, maar ook aan de Scythische suite<br />

met echo’s van Stravinsky’s neoclassicisme.<br />

Netopil knikt: ‘Alle stijlen van Prokofjev<br />

zitten in deze opera. Ik heb zijn Eerste symfonie<br />

geleid, de pianoconcerten en ik speelde<br />

een van zijn vioolsonates.’ (grinnikend)<br />

‘Misschien is dat een voordeel. Die ongelofelijke<br />

veelzijdigheid is dé grote moeilijkheid<br />

voor de dirigent. Alle stijlen moeten<br />

helder uitkomen, maar we moeten ze tegelijk<br />

tot een eenheid smeden. <strong>De</strong> componist helpt<br />

ons daarbij door de manier waarop hij de<br />

muziek schreef. Zijn idioom is hier in principe<br />

neoklassiek. Wanneer je de partituur<br />

oppervlakkig bekijkt, doet ze denken aan<br />

Mozart of Haydn: eenvoudig, strak, niet<br />

modern. Pas als je haar preciezer bestudeert,<br />

zie je de vreemde modulaties, de<br />

ongebruikelijke intervallen en natuurlijk<br />

de bijzondere bezetting. Een beetje à la<br />

Stravinsky in zijn neoklassieke periode.<br />

Klassiek zijn ook de dansen: de mars en<br />

de vele passages in 6/8ste maat. Voor mij<br />

is het, zeker na Die Zauberflöte, fascinerend<br />

om een 20ste-eeuwse partituur te zien die<br />

zo helder en eenvoudig oogt.’<br />

Dialogen<br />

In Oranges gaf Prokofjev de voorkeur aan<br />

snelle, levendige dialogen boven aria’s,<br />

die hij onnatuurlijk vond. Ze zouden bovendien,<br />

meende hij, de vaart uit het verhaal<br />

halen. Netopil is het hier volledig met<br />

Prokofjev eens. ‘Aria’s leggen soms een<br />

rem op de verhaallijn,’ vindt hij, ‘ze vragen<br />

extra aandacht voor de stemmingen en<br />

emoties. Je ziet deze vernieuwing vaker<br />

in de 20ste eeuw. Bij Janáček bijvoorbeeld,<br />

die in zijn opera’s ook geen aria’s schrijft<br />

en altijd een hecht doorlopend verhaal vertelt.<br />

Of in de krachtige dialogen in Richard<br />

Strauss’ Salome. Oranges heeft een enorm<br />

krachtige tekst, spannend van het begin<br />

tot het einde ruim twee uur lang. Prokofjev<br />

bracht er op een geweldige manier vaart in,<br />

bijna als in een film. Ook door het klassieke<br />

karakter van het idioom. Zonder de schaduwen<br />

van de romantiek: geen ritardando, geen agitato,<br />

geen rubato. <strong>De</strong> muziek blijft strikt en<br />

straight.’<br />

Oranges stelt hoge eisen aan de strijkers.<br />

Voor Netopil blijkt het bij zijn directie een<br />

groot voordeel dat hij zelf viool speelt. ‘Voor-<br />

afgaand aan elke uitvoering, ook van concert-<br />

repertoire, bepaal ik de lijnen en de frasering<br />

van het orkest. Ik doe suggesties over<br />

stokvoering, frasering en articulatie. We<br />

bespreken die van te voren nauwkeurig,<br />

daarmee besparen we veel tijd bij de repetities.<br />

Daar krijg ik natuurlijk weerwoord op.<br />

<strong>De</strong> musici hebben elk hun eigen fysiek,<br />

bovendien is wat ik bedacht heb soms te<br />

ingewikkeld. Met wat compromissen zijn<br />

we er meestal snel uit. Dat zal nu met jullie<br />

Residentie Orkest vast weer het geval zijn.’<br />

Tomáš Netopil (Foto: Peter Adamik)


L'amour des trois oranges<br />

<strong>Opera</strong> in beeld<br />

14 15<br />

<strong>De</strong> zoon van Klaverkoning heeft<br />

allerlei kwalen. <strong>De</strong> artsen stellen<br />

vast: de Prins lijdt aan chronische<br />

zwaarmoedigheid en hypochondrie.<br />

Alleen een stevige lachbui<br />

kan hem genezen...<br />

Maar niets vindt hij leuk. <strong>De</strong> hofhouding<br />

besluit een groot feest<br />

te organiseren om de Prins op te<br />

vrolijken.<br />

Daar duikt een ongewenste gast op:<br />

de heks Fata Morgana. Ze wordt<br />

weggejaagd en struikelt. <strong>De</strong> Prins<br />

lacht! Fata Morgana is woedend:<br />

voor straf zal hij verliefd worden<br />

op drie sinaasappelen, die hij<br />

moet gaan zoeken.<br />

<strong>De</strong> Prins en de nar Trouffaldino<br />

vinden de sinaasappelen in de<br />

keuken van de heks Créonte.<br />

Een vervaarlijke kokkin bedreigt<br />

hen met een grote pollepel, maar<br />

laat zich afleiden door een mooi<br />

lint.<br />

Trouffaldino heeft dorst en opent<br />

twee sinaasappelen. Daaruit<br />

komen twee prinsessen, die echter<br />

weldra sterven van de dorst.<br />

In de derde sinaasappel zat<br />

prinses Ninette, die net op tijd<br />

een slok water kreeg. Na allerlei<br />

onheil, aangesticht door Fata<br />

Morgana, kan de Prins haar tot<br />

zijn bruid maken.<br />

L’amour des trois oranges (Foto’s: Hans van den Bogaard)


Scènes uit Die Walküre (Foto’s: Ruth Walz)<br />

Die Walküre<br />

<strong>De</strong> vloek waarvoor ik vluchtte,<br />

Wijkt nu niet van mij:<br />

wat mij lief is, moet ik loochenen,<br />

vermoorden wie ik bemin,<br />

vals verraden<br />

wie mij vertrouwt! (Wotan)<br />

I<br />

Gevlucht na een verloren strijd vindt een<br />

man beschutting in Hundings huis. Diens<br />

vrouw verzorgt hem. Hunding keert huiswaarts,<br />

verlangt een maaltijd voor hemzelf<br />

en zijn ongenode gast, die hij naar afkomst<br />

en bezigheden vraagt. Dan wordt duidelijk<br />

dat zij in diezelfde strijd tegenstanders<br />

waren. Het gastrecht beschermt de vreemdeling<br />

voor de nacht; morgen zullen beide<br />

mannen vechten. ’s Nachts wijst Hundings<br />

vrouw haar gast op een zwaard dat een<br />

grijsaard op haar huwelijksdag achterliet<br />

voor een held. Zij voelt dat dit wapen voor<br />

deze man bestemd is. Zij vertelt hem haar<br />

geschiedenis, hij vraagt haar hem een<br />

naam te geven: Siegmund. Hij grijpt het<br />

zwaard, bevrijdt het. <strong>De</strong> vrouw vertelt<br />

hem wie zij is: Sieglinde. Als Siegmunds<br />

tweelingzuster én geliefde valt zij in zijn<br />

II<br />

<strong>De</strong> god Wotan wil Siegmund – zijn buitenechtelijke<br />

zoon – in het tweegevecht helpen<br />

overwinnen. Zijn dochter, de Walküre<br />

Brünnhilde, zal Siegmund bijstaan. Maar<br />

Fricka, Wotans in haar eer gekrenkte echtgenote<br />

en godin van het huwelijk, doorziet<br />

dit plan. Niet Siegmund zal zegevieren,<br />

maar Hunding, zo eist zij. Wotan, verslagen,<br />

geeft Fricka zijn woord van eer. Brünnhilde<br />

probeert haar vader te troosten, die haar<br />

over zichzelf en Siegmund vertelt. Wotan<br />

moet de held die niet door Alberichs vloek<br />

belast is, en die voor hem de almacht<br />

schenkende ring had moeten bemachtigen,<br />

nu als hoop voor de toekomst opgeven. Hij<br />

gebiedt Brünnhilde voor Hunding te kiezen.<br />

Brünnhilde kondigt Siegmund diens<br />

dood aan. Als hij de slapende Sieglinde wil<br />

doden, om niet zonder haar te zijn, houdt<br />

Brünnhilde hem tegen en zegt aan zijn<br />

16<br />

17<br />

zijde te staan. Hunding en Siegmund strijden.<br />

Brünnhilde spoort Siegmund aan, maar<br />

Wotan grijpt in. Siegmund sterft, Brünnhilde<br />

vlucht met Sieglinde, en Hundings leven<br />

wordt door Wotan aan Fricka’s eer geofferd.<br />

za 20 apr 2013 première 18.00 uur<br />

wo 24 apr 18.00 uur<br />

zo 28 apr 13.30 uur<br />

wo 1 mei 18.00 uur<br />

zo 5 mei 13.30 uur<br />

do 9 mei 18.00 uur<br />

zo 12 mei 13.30 uur<br />

Het Muziektheater Amsterdam<br />

Kaartverkoop is reeds begonnen.<br />

Bij het ter perse gaan van deze <strong>Odeon</strong> zijn er<br />

nog kaarten verkrijgbaar.<br />

Bel het Kassa-bespreekbureau: 020-625 5455<br />

Online reserveren: www.dno.nl<br />

III<br />

Inleidingen door Hein van Eekert<br />

Plaats: Muziektheater (foyer 2de balkon)<br />

<strong>De</strong> Walküren verzamelen gevallen strijders<br />

Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere<br />

voor Wotans leger. Brünnhilde zoekt samen<br />

voorstelling, dus 17.15 uur (avond)/12.45 uur<br />

met Sieglinde bij haar zusters bescherming<br />

(matinee)<br />

voor Wotans toorn. Zij stuurt de zwangere<br />

Lengte: ± 30 minuten<br />

Sieglinde naar Fafners woud. Als Wotan<br />

Toegang: gratis op vertoon van een plaatsbewijs<br />

de Walküren dreigt, laten zij hun zuster<br />

voor de voorstelling van die dag<br />

in de steek. Hij komt om Brünnhilde te<br />

Met steun van de Vereniging Vrienden<br />

straffen, nu zij tegen zijn gebod handelde.<br />

Brünnhilde houdt hem voor dat zij niet<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

tegen zijn wil heeft gehandeld, en vraagt<br />

Uitzenddatum<br />

om een milde straf. Verscheurd door woede<br />

Radio 4, NTR <strong>Opera</strong> Live:<br />

en liefde legt hij haar te slapen in een ring<br />

van vuur. Alleen de man die Wotans speer<br />

zaterdag 20 april, 19.00 uur<br />

armen. niet vreest, zal dit vuur trotseren!<br />

Dinerbuffetten<br />

Bij elke avondvoorstelling van DNO kunt u<br />

ge nie ten van een diner buffet in de foyer van het<br />

Muziektheater. Zo kunt u rustig eten en bent u op<br />

tijd voor de opera. Reserveren: 020-625 5455<br />

of via www.muziektheater.nl/kaarten.<br />

Richard Wagner 1813 -1<strong>88</strong>3<br />

<strong>De</strong>r Ring des Nibelungen<br />

Erster Tag<br />

Die Walküre<br />

In drei Aufzügen<br />

libretto<br />

Richard Wagner<br />

muzikale leiding<br />

Hartmut Haenchen<br />

regie<br />

Pierre Audi<br />

decor<br />

George tsypin<br />

kostuums<br />

Eiko Ishioka †<br />

Robby Duiveman<br />

licht<br />

Wolfgang Göbbel<br />

Cor van den Brink<br />

dramaturgie<br />

Klaus Bertisch<br />

video<br />

Maarten van der Put<br />

Siegmund<br />

Christopher Ventris<br />

Hunding<br />

Günther Groissböck<br />

Wotan<br />

thomas Johannes Mayer<br />

Sieglinde<br />

Catherine Naglestad<br />

Brünnhilde<br />

Catherine Foster<br />

Fricka<br />

Doris Soffel<br />

Gerhilde<br />

Marion Ammann<br />

Ortlinde<br />

Martina Prins<br />

Waltraute<br />

Lien Haegeman<br />

Schwertleite<br />

Julia Faylenbogen<br />

Helmwige<br />

Elaine McKrill<br />

Siegrune<br />

Wilke te Brummelstroete<br />

Grimgerde<br />

Helena Rasker<br />

Rossweisse<br />

Cécile van de Sant<br />

Nederlands Philharmonisch Orkest<br />

<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 5 uur.<br />

Er zijn 2 pauzes.<br />

<strong>De</strong> opera wordt in het Duits gezongen,<br />

Nederlands en Engels boventiteld.<br />

Het operaboek Die Walküre is verkrijgbaar<br />

in het Muziek theater.<br />

Daarin staan onder meer een uitgebreide<br />

synopsis en het libretto in het Duits en het<br />

Neder lands. <strong>De</strong> prijs is 8.<br />

Reprise


Achtergrond Die Walküre<br />

Kasper van Kooten<br />

Viering van het leven<br />

Hoe triomfantelijk de slotmaten van Das Rheingold ook mogen klinken, in werkelijkheid laten<br />

Wotan en zijn familie een ravage achter die niet een-twee-drie is opgeruimd. In Die Walküre<br />

worden de eerste stappen gezet naar een betere wereld, waarin liefde het wint van machtswellust.<br />

Dit levert een van de meest gepassioneerde drama’s uit de operageschiedenis op,<br />

en mede door de lyrische, zinderende muziek vormt Die Walküre voor velen het meest<br />

geliefde Ring-deel.<br />

Dat het tweede deel van de tetralogie het<br />

hart van menigeen sneller doet kloppen, valt<br />

deels te verklaren door Wagners eigen<br />

enthousiasme. Tijdens de totstandkoming<br />

van het werk (1852-1856) is hij volledig<br />

bezield door de stof, en hij typeert deze periode<br />

dan ook grotendeels als een extatische roes.<br />

Een mogelijke verklaring vormen de grote<br />

overeenkomsten tussen het verhaal en<br />

Wagners eigen leven in deze periode. Na<br />

zijn verbanning vlucht Wagner naar Zürich,<br />

en wordt hij verliefd op Mathilde Wesendonk,<br />

de vrouw van de man die hem onderdak en<br />

financiële steun biedt. In Zürich raakt hij<br />

teleurgesteld door de revolutie, en verandert<br />

hij geleidelijk van een activist in een beschou-<br />

welijk, meer passief persoon. Het is opvallend<br />

dat vluchten, overspelige liefdesgevoelens<br />

jegens de vrouw van je gastheer en postrevolutionaire<br />

hoofdbrekens ook in Die<br />

Walküre centraal staan.<br />

Een tweede reden voor Wagners fascinatie<br />

is de wereldbeschouwelijke diepgang van de<br />

handeling, getuige een brief uit mei 1852 aan<br />

zijn vriend Theodor Uhlig: ‘Meer dan ooit<br />

word ik gegrepen door de allesomvattende<br />

grootsheid en schoonheid van het verhaal;<br />

mijn volledige wereldbeschouwing komt<br />

hierin op de meest volmaakte, kunstzinnige<br />

wijze tot uiting.’ <strong>De</strong> wereldbeschouwelijke<br />

teneur van het werk is des te interessanter<br />

omdat zowel zijn oude als zijn nieuwe<br />

inzichten in Die Walküre nadrukkelijk naar<br />

voren komen.<br />

Toen Wagner in 1848 begon met het<br />

schrijven van zijn Nibelungen-epos, was hij<br />

vervuld van revolutionaire gedachten. <strong>De</strong>ze<br />

komen duidelijk tot uiting in zijn manifest<br />

Die Kunst und die Revolution (1849). Hierin<br />

typeert hij de moderne, christelijke cultuur<br />

als een huichelachtige wereld, waarin de<br />

mens zich vijandig verhoudt tot zijn eigen<br />

lijf en de natuur. Levenslust en seksualiteit<br />

worden volgens Wagner ten onrechte als<br />

boze demonen verworpen, met verkniptheid<br />

tot gevolg. Bovendien nemen mensen<br />

genoegen met hun leefomstandigheden in<br />

de hoop dat ze in het hiernamaals een beter<br />

leven zullen krijgen. Het kapitalisme, dat in<br />

Das Rheingold zo’n belangrijke rol speelt,<br />

bedient zich van dezelfde argumentatie, met<br />

uitbuiting van het proletariaat tot gevolg.<br />

Als alternatief voor deze miezerige levenshouding<br />

propageert Wagner de antieke<br />

Griekse wereldbeschouwing, die in de grote<br />

tragedies tot uiting komt. <strong>De</strong>ze kunstwerken<br />

vormen in zijn ogen een viering van het<br />

leven, en Wagner wil dat zijn eigen muziekdrama’s<br />

dat ook zijn.<br />

Wotans dilemma's<br />

<strong>De</strong> viering van het leven en verwerping van<br />

de belofte van een hiernamaals zien we<br />

duidelijk terug in de tweede akte van Die<br />

Walküre. Hier verschijnt Brünnhilde als<br />

schikgodin aan Siegmund, en kondigt ze<br />

hem zijn heldendood aan. Ze stelt Siegmund<br />

eeuwige roem en een royaal bestaan in<br />

Walhalla in het vooruitzicht, maar wanneer<br />

hij hoort dat zijn geliefde Sieglinde hem niet<br />

zal vergezellen, wijst hij Brünnhildes aanbod<br />

af. Hij weigert zijn tweelingzuster en bruid<br />

alleen op aarde achter te laten, omdat hij<br />

nog lief en leed met haar wil delen. Wanneer<br />

Brünnhilde hem echter aangeeft dat zijn<br />

dood onvermijdelijk is, en wanneer blijkt dat<br />

zijn vader Wälse (Wotan) hem verraden<br />

heeft, verkiest hij de hel boven de eeuwige<br />

heerlijkheid. <strong>De</strong>ze vastbeslotenheid brengt<br />

Brünnhildes wereldbeeld aan het wankelen,<br />

en vormt de aanzet tot haar menswording.<br />

In Wotans overpeinzingen gedurende<br />

de tweede akte komt een andere wereldbeschouwing<br />

naar voren. Hoewel hij geniet<br />

van Siegmund en Sieglindes liefdesgeluk,<br />

dat bovendien volledig door hemzelf gearrangeerd<br />

is, houdt de angst voor het door<br />

Erda aangekondigde einde hem in zijn greep.<br />

Wotan realiseert zich steeds meer dat hij<br />

het lot van de wereld niet zelf naar zijn hand<br />

kan zetten, maar moet hopen dat een volgende<br />

generatie de juiste keuzes zal maken.<br />

Enerzijds is Wotans bereidwilligheid om<br />

plaats te maken voor een nieuwe generatie<br />

in lijn met Wagners revolutionaire gedachtegoed.<br />

Wotan vertegenwoordigt immers het<br />

ancien régime, dat plaats moet maken voor<br />

de revolutie.<br />

Anderzijds valt op hoezeer Wagner zich<br />

gaandeweg met Wotans dilemma’s vereenzelvigt.<br />

Zo schrijft hij in januari 1854 aan zijn<br />

goede vriend August Röckel het volgende<br />

over Wotans problematiek: ‘We moeten<br />

leren te sterven, in de volle zin van het<br />

woord. <strong>De</strong> angst voor het einde is de bron<br />

van alle liefdeloosheid.’ Wotans voornemen<br />

om niet langer de wereld naar zijn hand te<br />

zetten vormt een voorbeeld van passieve<br />

acceptatie, en is daardoor juist in strijd met<br />

Wagners revolutionaire gedachten. Wagners<br />

nieuwe, in Wotans karakter tot uitdrukking<br />

gebrachte opvatting krijgt kort daarop een<br />

impuls door Arthur Schopenhauer. In de<br />

herfst van 1854 leert Wagner diens filosofie<br />

kennen, waarin passiviteit, acceptatie en<br />

medelijden centraal staan. Hoewel het Ringlibretto<br />

op dat moment al voor 99% vaststaat,<br />

beschrijft hij deze kennismaking later<br />

in Mein Leben (1865) als een waar aha-erlebnis:<br />

‘Ik bekeek mijn Nibelungentekst, en ontdekte<br />

tot mijn verbazing dat Schopenhauers<br />

theorie in feite al in mijn eigen poëtische<br />

concept besloten lag. Nu pas begreep ik het<br />

karakter van mijn Wotan ten volle.’<br />

18 19<br />

Schopenhauers gedachtegoed zou in Tristan<br />

und Isolde en Parsifal nog nadrukkelijker tot<br />

uiting komen.<br />

Menselijke trekken<br />

Wanneer we Das Rheingold en Die Walküre<br />

vergelijken, valt allereerst op dat er flink wat<br />

tijd is verstreken. Van een wereld bemand<br />

door goden, reuzen, dwergen en nimfen<br />

verplaatst de handeling zich naar de mensenwereld.<br />

Tegelijkertijd krijgen we in Die<br />

Walküre in werkelijkheid slechts één mens<br />

te zien, Hunding. <strong>De</strong> overige karakters zijn<br />

stuk voor stuk goden of afstammelingen van<br />

de godenfamilie, hoewel een deel van de<br />

laatstgenoemden dit niet weet. Ondanks<br />

deze nuance valt wel op dat de karakters in<br />

Die Walküre meer menselijke trekken hebben<br />

dan in het voorgaande deel.<br />

In Das Rheingold belichamen de hoofdpersonen<br />

bovenal politieke principes, economische<br />

drijfveren en morele dilemma’s,<br />

maar is het moeilijk om werkelijk met hen<br />

te sympathiseren. Wotan bijvoorbeeld is er<br />

in het eerste Ring-deel vooral op uit om zijn<br />

macht te vergroten en zijn eigen hachje te<br />

redden. In Die Walküre komt zijn liefde, het<br />

element dat hem van de haatdragende<br />

Alberich onderscheidt, en de met zijn liefde<br />

gepaard gaande tragiek veel duidelijker naar<br />

voren. Door het dragen van de ring heeft<br />

Alberichs vloek vat op hem gekregen.<br />

Daarom moet hij ‘loochenen wat hem lief is,<br />

vermoorden wie hij bemint, en verraden wie<br />

hem vertrouwt.’ Geketend door de verdragen<br />

die hij heeft gesloten en achtervolgd door<br />

fouten uit het verleden, zit hij gevangen in<br />

zijn eigen situatie, en sleept hij bovendien<br />

zijn dierbaren mee de afgrond in. Dit alles<br />

maakt de oppergod in Die Walküre tot een<br />

uitgesproken tragische figuur, die – ondanks<br />

zijn verre van ideale gedrag – wel sympathie<br />

wekt bij de toeschouwer, omdat zijn worstelingen<br />

van diepmenselijke aard zijn.<br />

Niet alleen geven de karakters in Die<br />

Walküre de toeschouwer meer aanleiding tot<br />

sympathie en medeleven, maar ook binnen<br />

het verhaal zelf spelen begrip, begaandheid<br />

met het lot van de ander en liefde een sleutelrol.<br />

In dit opzicht wijkt het tweede deel<br />

van Wagners Ring eveneens af van zijn voorganger.<br />

<strong>De</strong> belangrijkste tekortkoming van<br />

de hoofdpersonen in Das Rheingold is de<br />

wijze waarop ze macht en bezit boven liefde<br />

verkiezen. Dit zien we duidelijk terug bij<br />

Alberich en Fafner, en in minder nadrukkelijke<br />

mate ook bij Wotan. In Die Walküre<br />

wordt de liefde gepresenteerd als mogelijke<br />

oplossing voor de misstanden in de wereld.<br />

Dit komt in eerste instantie tot uiting in de<br />

band tussen Siegmund en Sieglinde, die in<br />

een wereld vol vervreemding, afwijzing en<br />

vijandigheid eindelijk een zielsverwant vinden.<br />

Hun liefde en compassie brengt een<br />

kettingreactie teweeg; Brünnhilde trotseert<br />

Wotans gebod uit medelijden met hun lot, en<br />

haar gedwongen menswording vormt de<br />

aanzet tot haar latere liefdesverbond met<br />

Siegfried.<br />

Natuurlijkheid en heroïek<br />

Dat de liefde tussen Siegmund en Sieglinde<br />

overspel vormt en bovendien incestueus is,<br />

vormt voor Wotan geen bezwaar, getuige zijn<br />

discussie met zijn echtgenote Fricka in de<br />

tweede akte. Voor hem geldt vooral dat de<br />

twee elkaar oprecht liefhebben, en dat<br />

Sieglindes huwelijk met Hunding was gebaseerd<br />

op roof en dwang. Fricka neemt meer<br />

aanstoot aan het verliefde tweelingspaar, en<br />

ook voor de gemiddelde 19de-eeuwse theaterbezoeker<br />

was de openlijke incestscène<br />

aan het eind van de eerste akte ongebruikelijk,<br />

zo niet verwerpelijk. Daar droeg<br />

Wagners vormgeving van de scène, die langzaam<br />

naar een overweldigende climax werkt<br />

en daarmee veel van de liefdesdaad wegheeft,<br />

zeker aan bij. <strong>De</strong> voortstuwende, sensuele<br />

kracht van de muziek wijst vooruit<br />

naar die van Tristan und Isolde, maar het verlangen<br />

(en daarmee de muziek) is minder<br />

koortsachtig en ‘ziekelijk’ dan in Wagners<br />

latere werk. Opmerkelijk genoeg geeft de<br />

componist de ‘Geschwisterliebe’ van<br />

Siegmund en Sieglinde niet weer als een<br />

gemankeerde geestesgesteldheid, maar als<br />

een explosie van natuurlijkheid en heroïek,<br />

geheel in lijn met zijn idealisering van de<br />

antieke Griekse geesteshouding. In zijn<br />

laatste muziekdrama Parsifal zal Wagner<br />

incest veel problematischer weergeven,<br />

wanneer Kundry de titelheld bijna verleidt<br />

door zich als zijn moeder voor te doen.<br />

Het einde van Die Walküre is, net als dat<br />

van Das Rheingold, ambivalent. In de ontroerende<br />

dialoog tussen Brünnhilde en Wotan<br />

vinden bestraffing, verzoening en afscheid<br />

plaats. Wotan neemt bovendien niet alleen<br />

afscheid van zijn lievelingsdochter, maar<br />

ook van zijn wereldheerschappij.<br />

Tegelijkertijd gloort er hoop: alleen de<br />

‘grootste, vrije held, die Wotans speerpunt<br />

niet vreest’, zal door de vuurzee kunnen<br />

dringen die de tot jarenlange slaap veroordeelde<br />

Brünnhilde tegen lafaards<br />

beschermt. En de muziek maakt duidelijk dat<br />

‘Siegfriedmotiv’<br />

‘Schicksalsmotiv’<br />

Siegfried, de nog ongeboren liefdesvrucht<br />

van het tweelingpaar, deze held zal zijn<br />

(Muziekvoorbeeld 1). <strong>De</strong> muziek vertelt ons<br />

echter nog meer. In de slotmaten klinkt – als<br />

een dreigende wolk die een schaduw over de<br />

idylle werpt – het ‘Schicksalsmotiv’<br />

(Muziekvoorbeeld 2). Dit motief hoorden we<br />

voor het eerst toen Brünnhilde in de tweede<br />

akte Siegmunds dood aankondigde. En zo<br />

eindigt Die Walküre, deze ‘viering van het<br />

leven’, toch met een vooruitwijzing naar het<br />

onvermijdelijke einde.<br />

Die Walküre (Foto: Ruth Walz)<br />

Muziekvoorbeeld 1<br />

Muziekvoorbeeld 2


Ruud Sloos<br />

Interview Die Walküre<br />

Joke Dame<br />

Als een lopend vuurtje<br />

'Kun jij dat maken?' was ruim 25 jaar geleden de vraag aan Ruud Sloos. Het ging om een zwerm<br />

vogels die verschrikt opvliegt als het theaterdoek opgaat. ‘Tuurlijk,’ blufte de net aangestelde<br />

rekwisiteur bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>. Hij had geen idee, maar met radiografische besturing is<br />

het hem wel gelukt. Sindsdien is Ruud Sloos de Willie Wortel van vele speciale effecten die ons<br />

op verzoek van regisseurs en toneelontwerpers op het operapodium verbluffen.<br />

‘Waar Pierre is, is vuur,’ zeggen ze backstage<br />

op de rekwisietenafdeling. Pierre Audi houdt<br />

wel van een brandje. ‘Het is ook een spectaculair<br />

ding op toneel,’ vindt special-effectman<br />

Ruud Sloos, ‘het werkt altijd. Regisseurs<br />

vragen erom. ‘Hoeveel dan?' – 'Nou, zo groot.’<br />

‘En hoelang?’ – ‘Een paar minuten.’ Dan weet<br />

ik: dat wordt in de praktijk een paar seconden<br />

en de helft kleiner, want vuur is een showkiller:<br />

iedereen zit alleen maar naar dat vuurtje<br />

te kijken, het trekt alle aandacht van de<br />

actie weg. Vandaar dat Pierre het ook altijd<br />

spaarzaam inzet, als een accent: een leuning<br />

waar een vlammenspel langs loopt of een<br />

vuurlijn zoals in Das Rheingold en helemaal<br />

in Die Walküre. Daar heb je een soort vuurdans<br />

– het vuur ontstaat en wordt vervolgens<br />

weer uitgeblazen: je ziet dat vuur zich voortbewegen<br />

in het decor.’ Spaarzaam of niet, de<br />

vlammen kunnen in de Ring oplaaien tot vlak<br />

onder de adventure seats boven het podium<br />

– stoelen voor onverschrokken toeschouwers<br />

die op hun wenkbrauwen moeten passen.<br />

triomf<br />

Ruud Sloos was 26 toen hij begon bij <strong>De</strong><br />

<strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>. Net afgestudeerd als<br />

leraar handvaardigheid, had hij een baan<br />

voor klas, maar koos al snel voor de rekwisie-<br />

tenafdeling van de <strong>Opera</strong> waar hij opviel<br />

door zijn handigheid. Nu, meer dan 25 jaar<br />

later, is hij hoofd van de afdeling special<br />

effects, research and development en hij<br />

geniet er nog steeds van. Het bedenken hoe<br />

hij de wensen van een regisseur kan realiseren,<br />

vindt hij het leukst. ‘Bij elke nieuwe productie<br />

denk ik: zo, kom maar op, ik ben<br />

benieuwd wat ze nu weer willen.’<br />

Soms plaatst een artistiek team hem voor<br />

schier onmogelijke opgaven. Bouw maar<br />

eens een toren van één bij één en vierenhalve<br />

meter hoog waaruit een tafel moet komen<br />

van anderhalf bij zes meter. ‘Ja, hoe kan<br />

dat? Er moesten ook nog eens vijf mensen<br />

uitrollen. Qua volume kan dat dus niet.<br />

Uiteindelijk kwamen we op een tafel van dun<br />

buigtriplex die je kon oprollen. En zodra die<br />

tafel eruit kwam klapten er flanken op het<br />

blad neer om hem de nodige stijfheid te<br />

geven.’ Of bouw een levensecht paard, zoals<br />

voor ROSA, a Horse Drama van Louis<br />

Andriessen. Er was geen toestemming om<br />

een echt paard over het podium te laten<br />

galopperen. Triomf beleefde Sloos toen de<br />

Dierenbescherming na de première op hoge<br />

poten een bezwaarschrift afleverde.<br />

Terug naar het vuur waar het Muziektheater<br />

bepaald deskundig in is geworden, in nauw<br />

contact met de brandweer die bij elk vuur<br />

komt kijken. Sloos: ‘Het grote voordeel van<br />

Amsterdam is dat de brandweer ooit heeft<br />

gezegd: gas op het toneel..., nou ja oké. <strong>De</strong><br />

meeste operahuizen zijn mordicus tegen<br />

het gebruik van gas. Wij hebben kunnen<br />

20<br />

aantonen dat het relatief veilig is. Een gasfles<br />

kan natuurlijk ontploffen, when the shit<br />

hits the fan. Het alternatief is fakkels met<br />

fakkelvloeistof of brandpasta. Maar brandstof<br />

op het podium is minder controleerbaar,<br />

dat moet gewoon uitbranden. Wij werken<br />

liever met gas – geen methaan maar propaan,<br />

dat mooi geel brandt – en snel afkoppelbare<br />

slangen en automatisch sluitende ventielen.’<br />

Geel poeder<br />

Maar soms brandt er toch iets anders op het<br />

Amsterdamse toneel. Sloos: ‘In Die Walküre<br />

staat een huisje in het decor, half boven het<br />

orkest, en Pierre wilde daar een enorme<br />

vuurkolking uit laten komen. Daarvoor<br />

gebruiken we geen gas maar lycopodium,<br />

een natuurproduct: stuifmeel van een plant<br />

die alleen in Kazachstan groeit, of daar<br />

ergens. We blazen dat spul met perslucht<br />

eruit en dan krijg je een mooie vuurbal. Onze<br />

grootste angst is dat het lycopodium niet zal<br />

ontbranden, waarna de orkestmusici onder<br />

een laag geel poeder komen te zitten, inclusief<br />

hun instrumenten. Dat moesten we te<br />

allen tijde zien te voorkomen, want dan ligt<br />

de show wel stil. Nee, het is gelukkig nooit<br />

gebeurd. We hebben er allerlei elektronische<br />

beveiligingen opgezet: als de waakvlam niet<br />

brandt, dan gaat het poeder de lucht niet in.<br />

Maar het blijft een spannend moment. Want<br />

het huisje met dat vuur moet ook nog eens<br />

heel snel naar achteren schieten, het podium<br />

af. Alleen, het weegt een ton – zeg maar een<br />

kleine middenklasser. Dat was een probleem.<br />

Uiteindelijk hebben we het opgelost<br />

met gewoon elastiek – maar wel heel veel<br />

elastiek, een streng van zo’n tien centimeter<br />

in diameter. Die streng wordt een paar minuten<br />

van tevoren aangespannen – zwaar werk,<br />

het gaat heel langzaam – en op de cue<br />

Huisje nu! wordt het losgelaten en trekt het<br />

elastiek het huisje met een rotvaart naar<br />

achteren. Met de zender steek ik op hetzelfde<br />

moment het vuur aan boven het orkest –<br />

de musici voelen de hitte. Nee, ze hebben<br />

nooit geprotesteerd, maar ik heb ze ook<br />

nooit verteld wat er in de orkestbak gebeurt<br />

als het niet goed gaat.’<br />

Interview Die Walküre<br />

Michel Khalifa<br />

Van de verpleging naar de opera<br />

Sevilla, Amsterdam en binnenkort Bayreuth: de Engelse sopraan Catherine Foster is dé Brünnhilde<br />

van dit moment. Een gesprek met een nuchtere en leergierige zangeres die geroemd wordt om haar<br />

gloedvolle vertolkingen.<br />

Toen Catherine Foster tien jaar oud was,<br />

moest ze voor school in een schriftje<br />

opschrijven wat ze later wilden worden.<br />

‘Verpleegster en zangeres,’ was haar antwoord.<br />

<strong>De</strong>ze tweevoudige voorspelling is<br />

uitgekomen. Na een verpleegopleiding kreeg<br />

Catherine een voltijdbaan als vroedvrouw.<br />

Pas zes jaar later ging ze serieus zang<br />

studeren. Om rond te komen moest ze wel<br />

blijven werken: door de week een bacheloropleiding<br />

aan het conservatorium van<br />

Birmingham, in het weekend bevallingen.<br />

Er leken betere tijden aan te breken toen<br />

ze na haar afstuderen de Dame Eva Turner<br />

Prize voor veelbelovende dramatische<br />

sopranen won. Dankzij een gulle sponsor<br />

kon ze zich verder in het operavak bekwamen<br />

aan de London <strong>Opera</strong> Studio.<br />

<strong>De</strong> echte doorbraak liet op zich wachten.<br />

In eigen land kon Catherine Foster maar<br />

geen werk vinden. Grijnzend: ‘Iedereen zei<br />

dat ik te lang was en dat mijn stem te groot<br />

was. Toen ben ik mijn geluk in Duitsland<br />

gaan zoeken. Bij de opera van Weimar kreeg<br />

ik direct een contract. Een betere vervolgopleiding<br />

had ik me niet kunnen wensen.<br />

Ik heb daar als ensemblelid fantastische<br />

jaren gehad met een geweldige intendant,<br />

een prachtig orkest en rollen die bij me pasten.<br />

Ik heb er wel keihard voor moeten werken,<br />

zeker nadat ik in januari 2003 een baby<br />

had gekregen. Maar met doorzettingsvermogen<br />

kom je er wel. Steeds weer opstaan<br />

nadat je gevallen bent, daar ligt het verschil<br />

tussen succes en mislukking.’<br />

In 2004 begon ze voorzichtig elders op te<br />

treden als gastsolist. <strong>De</strong> laatste jaren is<br />

haar carrière in een stroomversnelling<br />

terechtgekomen. Steeds meer operahuizen<br />

ontdekken haar stem én haar dramatische<br />

talent. Foster blinkt uit in Wagnerrollen die<br />

tot de meest veeleisende van het repertoire<br />

behoren, zoals Isolde en vooral Brünnhilde,<br />

de jeugdige heldin die in achtereenvolgens<br />

Die Walküre, Siegfried en Götterdämmerung<br />

op de voorgrond staat. Komende zomer<br />

maakt ze als Brünnhilde haar debuut in<br />

Bayreuth met de complete Ring.<br />

Brünnhilde als catalysator<br />

Ten tijde van ons skypegesprek eind november<br />

verblijft Catherine Foster in Sevilla,<br />

waar ze Siegfried repeteert. Volgens haar<br />

vervult haar personage een sleutelfunctie<br />

binnen Wagners Ring: ‘Brünnhilde maakt als<br />

mens een diepgaande ontwikkeling door. Zij<br />

is aanvankelijk een verlengstuk van haar<br />

vader, maar ontpopt zich tot een catalysator<br />

van gebeurtenissen met verregaande gevolgen.<br />

Dit is kennelijk haar lot: ze werd geboren<br />

opdat de aarde vooruit kon. Een vrouw die de<br />

wereld redt, dat vind ik opmerkelijk.’<br />

‘Er zijn natuurlijk meer personages in de<br />

Ring die voortvarend handelen, bijvoorbeeld<br />

om de ring te bemachtigen, maar Brünnhilde<br />

is de enige die vrijwillig haar leven opoffert.<br />

Dankzij haar offer kan de macht van de vloek<br />

21<br />

gebroken worden. Iemand als Alberich daarentegen<br />

kan overleven, omdat hij een deel<br />

van zichzelf heeft verloochend. Hij blijft in<br />

de duisternis leven.’<br />

Als Alberich de duisternis symboliseert,<br />

vertegenwoordigt Brünnhilde dan het licht in<br />

de wereld? ‘Zo eenvoudig is het niet,’ zegt<br />

Catherine Foster. 'Alberich heeft de ondergang<br />

van de oude orde geïnitieerd, Brünnhilde<br />

voltooit deze missie als kind van het lot.<br />

Wotan had van alles geprobeerd, maar zijn<br />

liefde voor de macht brengt hem gewoonweg<br />

niet verder. Wat hij Brünnhilde meegeeft, is<br />

juist de macht van de liefde, waarmee zij kan<br />

groeien.’<br />

tegenspelers<br />

Catherine Foster verwacht veel van de<br />

Amsterdamse reprise. Al jaren hoort ze<br />

lovende berichten over de regie en de aankleding<br />

van Pierre Audi’s Ring. Bovendien<br />

heeft ze al vaker samengewerkt met een<br />

deel van de cast: ‘Het wordt bijvoorbeeld<br />

mijn vierde Walküre met Thomas Mayer, die<br />

Wotan zingt. Bij eerdere producties was hij<br />

steeds in een laat stadium ingevallen, nu<br />

hebben we gelukkig de tijd om onze rollen<br />

samen te ontwikkelen.’<br />

<strong>De</strong> rol van Brünnhilde in Die Walküre heeft<br />

ze naar eigen zeggen al 56 keer op de bühne<br />

vertolkt, maar zingen op routine is niet aan<br />

haar besteed. In elke productie laat Foster<br />

zich graag verrassen door haar eigen personage.<br />

Dat heeft mede met haar tegenspelers<br />

in de Ring te maken. ‘Elke Wotan is anders,<br />

elke Siegfried is anders. Daardoor ontdek ik<br />

in elke productie nieuwe verbindingen met<br />

de andere personages. En uiteraard is elke<br />

regisseur ook anders, wat dan weer gevolgen<br />

heeft voor de emotionele huishouding.<br />

Iedereen kent dat uit zijn sociale leven: met<br />

elk van je vrienden heb je een andere relatie.’<br />

Wat is het geheim om vocaal fit te blijven<br />

bij loodzware rollen als Brünnhilde?<br />

Catherine Foster denkt even na: ‘Een degelijke<br />

zangtechniek is een absolute voorwaarde.<br />

Daar moet je altijd op terug kunnen vallen.<br />

Je moet ook je beperkingen kennen en<br />

alleen de rollen aannemen die je werkelijk<br />

aankunt. Maar de techniek is het allerbelangrijkste<br />

om te overleven in dit vak. Mijn dokter<br />

is tevreden: hij zei begin vorig jaar dat ik<br />

voor een Brünnhilde bijzonder gezonde<br />

stembanden heb.’<br />

Catherine Foster (Foto: Kevin Maltby)


Rolando Villazón tenor<br />

Tsjechisch Nationaal Symfonie Orkest<br />

Guerassim Voronkov dirigent<br />

Aria’s van Verdi<br />

22 CMS – Europees partner van DNO<br />

23<br />

wo 12 jun<br />

Grote Zaal<br />

Bestel nu<br />

kaarten<br />

Amstelhoeck kunt u gewoonweg niet missen!<br />

Ons grand café bevindt zich namelijk op één van de mooiste<br />

plekjes van Amsterdam: op de hoek langs de Amstel, direct onder<br />

het stadhuis en pal naast het Muziektheater. Een bijzondere plek<br />

met enorm veel historie en een grote hoeveelheid dynamiek vandaag<br />

de dag. Bij Amstelhoeck kunt u heerlijk eten en drinken in<br />

een moderne, huiselijke sfeer. Met uitzicht op de gezellige Amstel<br />

en de prachtige Munttoren. Prima vertoeven dus!<br />

ONTBIJTEN LUNCHEN DINEREN BORRELEN<br />

foto: GABO<br />

<strong>Opera</strong>maand<br />

NOVEMBER<br />

CMS_LawTax_CMYK_from101.eps<br />

Doe mee met<br />

‘The Quest for<br />

Gold’<br />

en win!<br />

OPERAMAAND<br />

Om ook onze medewerkers extra te laten<br />

genieten van opera organiseren wij, sinds<br />

wij partner zijn van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>,<br />

ieder jaar een heuse <strong>Opera</strong>maand binnen<br />

ons kantoor. November 2012 stond daarom<br />

bij ons geheel in het teken van opera. Op<br />

onze vestigingen was van alles te zien en<br />

te beleven.<br />

DNO stelt ieder jaar weer een prachtige<br />

expositie voor ons samen. In Amsterdam<br />

pronkte zo bijvoorbeeld een prachtige troon<br />

uit Les Troyens in ons restaurant, samen<br />

met grote gouden attributen uit deze opera.<br />

Bij onze receptie was het kostuum van een<br />

kleurrijk bloemenmeisje uit Parsifal te<br />

bewonderen. In Utrecht stonden mooie<br />

schilden uit Iphigénie tentoongesteld. Ook<br />

had DNO voor ons een aangeschoten hert<br />

uit <strong>De</strong>idamia uitgezocht, dit hert leek echter<br />

zo echt dat menigeen er aanstoot aan nam.<br />

Het hert heeft de publieke ruimtes dus niet<br />

gehaald. Het pièce de résistance was een<br />

camouflagejurk uit Iphigénie. Ook was er<br />

een prachtig kostuum van een schotse<br />

strijder uit Lucia di Lammermoor. Dat laatste<br />

zou niet misstaan op de catwalk in Milaan of<br />

Parijs. Daarnaast waren er diverse vakkundig<br />

gemaakte pruiken, schoenen en kleurrijke<br />

hoeden uit diverse opera’s te zien. Helaas<br />

werden deze objecten aan het einde van<br />

onze operamaand weer opgehaald, we<br />

hadden er graag blijvend van genoten.<br />

Een vast onderdeel van de <strong>Opera</strong>maand<br />

is de DNO-CMS <strong>Opera</strong>prijsvraag. Onze<br />

medewerkers konden dit jaar deelnemen<br />

aan ‘The Quest for Gold’ gekoppeld aan<br />

Das Rheingold van Wagner. Door het beantwoorden<br />

van een aantal lastige vragen over<br />

Wagner, Das Rheingold en <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> maakten zij kans op prachtige prijzen.<br />

Een van onze notarissen trok de winnaars<br />

uit de inzenders van de correcte antwoorden.<br />

Vijf van hen wonnen een fantastische hoofd-<br />

prijs: een compleet verzorgde avond voor<br />

twee naar Das Rheingold met een heerlijk<br />

diner vooraf, een inleiding op de opera en<br />

een borrel ter afsluiting. <strong>De</strong> reacties waren<br />

enthousiast. Ook andere inzenders wonnen<br />

mooie prijzen, zoals opera-dvd’s en -cd’s,<br />

boeken en DNO-paraplu’s.<br />

Een aantal jaar achtereen hebben wij onze<br />

vrijdagmiddagborrels tijdens de <strong>Opera</strong>maand<br />

omgedoopt tot <strong>Opera</strong>borrel. Tijdens deze<br />

operaborrels werden spontaan aria’s gezongen<br />

en werden heuse privéconcerten gegeven.<br />

Dit jaar kozen wij voor een andere, meer<br />

inhoudelijk aanpak. Met teasers als<br />

‘Bratwurst en Wagner’ kondigden wij de speciale<br />

operalunchlezingen aan. Tijdens deze<br />

lezingen werden geheel passend bij het<br />

thema van de operamaand typisch Duitse<br />

hapjes geserveerd. Dramaturg Willem Bruls,<br />

die regelmatig samenwerkt met DNO’s<br />

artistiek directeur Pierre Audi, heeft ons<br />

versteld doen staan bij alles wat er nodig is<br />

om een opera tot stand te laten komen.<br />

Van concept tot regie: het aanlooptraject<br />

tot de daadwerkelijke uitvoering van een<br />

opera is indrukwekkend. Zo leerden wij<br />

bijvoorbeeld dat DNO gemiddeld ruim vier<br />

tot drie jaar van te voren het repertoire<br />

samenstelt en ook de betrokken dirigent,<br />

regisseur en cast vastlegt. Daarna is het<br />

aan de regisseur om keuzes te maken voor<br />

het decor-, kostuum- en lichtontwerp. <strong>De</strong><br />

dirigent maakt op zijn beurt keuzes voor<br />

het orkest, koor en alle andere betrokkenen.<br />

Ongeveer twee jaar van te voren is de definitieve<br />

samenstelling en benoeming van het<br />

team dan een feit en gaat men het concept<br />

voor een productie verder ontwikkelen.<br />

DNO doet dit allemaal in eigen huis, in<br />

het decorcentrum, kostuumatelier en het<br />

Muziektheater. Zo worden de decors, kostuums,<br />

rekwisieten en pruiken, door DNO<br />

zelf gemaakt.<br />

Ruim zes weken van te voren begint men<br />

vervolgens met de repetities, scenisch met<br />

het team, de solisten onder pianobegeleiding<br />

en daarnaast oefent de muziek, het orkest,<br />

met het koor en de solisten. Waarna het in<br />

de laatste week allemaal samenkomt op het<br />

toneel met decorbouwers en technici, met<br />

een voorgenerale begeleid op piano, de<br />

echte generale met het orkest en daarna<br />

natuurlijk het hoogtepunt: de première.<br />

<strong>De</strong> première van Das Rheingold was zo’n<br />

hoogtepunt. Ook onze gewaardeerde cliënten<br />

en relaties hebben wij mee laten genieten<br />

van onze <strong>Opera</strong>maand. Op 15 november<br />

waren wij getuige van de première en hebben<br />

wij na een diner in het voorgebouw van<br />

het Muziektheater gezamenlijk genoten van<br />

de voorstelling. Prachtig om te zien hoe<br />

alles resulteert in een topperformance.<br />

Ik kijk met veel genoegen terug op weer<br />

een geslaagde <strong>Opera</strong>maand.<br />

Dolf Segaar<br />

Managing Partner


Scènes uit La traviata (Foto’s: Klaus Lefebvre)<br />

La traviata<br />

Altijd vrij, wil ik me storten<br />

in een roes van vrolijkheid,<br />

heel mijn leven moet zo voortgaan<br />

over wegen van plezier. (Violetta Valéry)<br />

I<br />

<strong>De</strong> Parijse courtisane Violetta Valéry geeft<br />

een groot feest. Een jonge bewonderaar<br />

van haar, Alfredo Germont, is een van de<br />

gasten. Als het gezelschap zich naar een<br />

andere kamer begeeft om te gaan dansen,<br />

voelt Violetta – die lijdt aan tuberculose –<br />

zich niet goed. Alfredo ontfermt zich over<br />

haar en vertelt haar dat hij verliefd op haar<br />

is. Hoewel Violetta niet echt in de liefde<br />

gelooft en altijd vrij wil zijn, maakt Alfredo's<br />

ontboezeming grote indruk op haar.<br />

II<br />

Alfredo en Violetta zijn in een buitenhuis<br />

gaan wonen, waar ze erg gelukkig zijn.<br />

Maar Annina, de dienstmeid, verklapt<br />

Alfredo dat Violetta bezig is haar bezittingen<br />

te verkopen om hun dure levenswijze<br />

te kunnen bekostigen. Onmiddellijk vertrekt<br />

hij naar Parijs om hier een stokje voor te<br />

steken. Violetta krijgt een uitnodiging voor<br />

een feest bij haar vriendin Flora die avond.<br />

Zij is niet van plan te gaan. Een heer laat<br />

zich aandienen: het is Giorgio Germont,<br />

Alfredo's vader. Hij wil een eind maken aan<br />

hun 'ongepaste' verbintenis, zodat Alfredo's<br />

zuster met een goede partij kan trouwen.<br />

Germont zet Violetta dermate onder druk<br />

dat zij toegeeft. Ze schrijft Alfredo een<br />

afscheidsbrief en vertrekt naar Parijs, om<br />

alsnog naar Flora's feest te gaan. Alfredo<br />

ziet de uitnodiging en denkt dat Violetta<br />

hem heeft verlaten voor een ander. Hij is<br />

woedend en wil zijn gram halen op het feest.<br />

Bij Flora wordt gespeeld om hoge inzetten.<br />

Violetta wordt vergezeld door baron<br />

Douphol, van wie Alfredo een flinke som<br />

geld wint. Als Violetta een uitbarsting<br />

tussen de twee mannen vreest, neemt ze<br />

Alfredo apart. <strong>De</strong>ze dwingt haar te bekennen<br />

dat ze van Douphol houdt; Violetta<br />

24<br />

25<br />

ziet geen andere mogelijkheid dan te doen<br />

alsof dat zo is. Alfredo roept de anderen<br />

erbij en werpt zijn gewonnen geld op de<br />

grond voor Violetta's voeten. Om deze<br />

grove belediging daagt Douphol Alfredo<br />

uit tot een duel.<br />

III<br />

Violetta's leven loopt ten einde. Germont<br />

schreef haar dat Douphol gewond werd<br />

in het duel en dat Alfredo nu weet waarom<br />

zij hem had verlaten. Alfredo is op weg naar<br />

haar om het weer goed te maken, maar zij<br />

voelt dat het te laat is. Buiten passeert<br />

een joelende menigte carnavalsvierders.<br />

Als Alfredo eindelijk arriveert, maken de<br />

geliefden plannen voor de toekomst.<br />

Giorgio Germont komt binnen, met de<br />

dokter. Na een laatste, korte opleving sterft<br />

Violetta.<br />

ma 6 mei 2013 première 20.00 uur<br />

wo 8 mei 20.00 uur<br />

vr 10 mei 20.00 uur<br />

di 14 mei 20.00 uur<br />

vr 17 mei 20.00 uur<br />

ma 20 mei 13.30 uur<br />

do 23 mei 20.00 uur<br />

zo 26 mei 13.30 uur<br />

wo 29 mei 20.00 uur<br />

vr 31 mei 20.00 uur<br />

Het Muziektheater Amsterdam<br />

Kaartverkoop is reeds begonnen.<br />

Bij het ter perse gaan van deze <strong>Odeon</strong> zijn er<br />

nog kaarten verkrijgbaar.<br />

Bel het Kassa-bespreekbureau: 020-625 5455<br />

Online reserveren: www.dno.nl<br />

Inleidingen door Joke Dame<br />

Plaats: Muziektheater (foyer 2de balkon)<br />

Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere<br />

voorstelling, dus 19.15 uur (avond)/12.45 uur<br />

(matinee)<br />

Lengte: ± 30 minuten<br />

Toegang: gratis op vertoon van een<br />

plaatsbewijs voor de voorstelling van die dag<br />

Met steun van de Vereniging Vrienden<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Uitzenddatum<br />

Radio 4, NTR <strong>Opera</strong> Live:<br />

zaterdag 25 mei, 19.00 uur<br />

Dinerbuffetten<br />

Bij elke avondvoorstelling van DNO kunt u<br />

ge nie ten van een diner buffet in de foyer van het<br />

Muziektheater. Zo kunt u rustig eten en bent u op<br />

tijd voor de opera. Reserveren: 020-625 5455<br />

of via www.muziektheater.nl/kaarten.<br />

Giuseppe Verdi 1813-1901<br />

La traviata<br />

<strong>Opera</strong> in tre atti<br />

libretto<br />

Francesco Maria Piave<br />

muzikale leiding<br />

Giuliano Carella<br />

regie<br />

Willy <strong>De</strong>cker<br />

decor<br />

Wolfgang Gussmann<br />

kostuums<br />

Wolfgang Gussmann<br />

Susana Mendoza<br />

licht<br />

Hans toelstede<br />

choreografie<br />

Athol Farmer<br />

dramaturgie<br />

Klaus Bertisch<br />

Violetta Valéry<br />

Marina Poplavskaya<br />

Joyce el Khoury 17 20 mei<br />

Flora Bervoix<br />

Karin Strobos<br />

Annina<br />

Diane Pilcher<br />

Alfredo Germont<br />

Ismael Jordi<br />

Giorgio Germont<br />

Dimitris tiliakos<br />

Gastone de Létorières<br />

Iain Paton<br />

Barone Douphol<br />

Roger Smeets<br />

Marchese d’Obigny<br />

Jérémie Brocard<br />

Dottor Grenvil<br />

Luigi Roni<br />

Giuseppe<br />

Richard Prada<br />

Commissionario<br />

Leo Geers<br />

Domestico di Flora<br />

Sander Heutinck<br />

Un Cavaliere<br />

Peter Arink<br />

Radio Kamer Filharmonie<br />

Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

instudering Nicholas Jenkins<br />

Originele productie<br />

Salzburger Festspiele 2005<br />

<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 2 uur en 45 minuten.<br />

Er is 1 pauze.<br />

<strong>De</strong> opera wordt in het Italiaans gezongen,<br />

Nederlands en Engels boventiteld.<br />

Reprise<br />

Het operaboek La traviata is verkrijgbaar in<br />

het Muziek theater.<br />

Daarin staan onder meer een uitgebreide synopsis<br />

en het libretto in het Italiaans en het Neder lands.<br />

<strong>De</strong> prijs is 8.


Giuseppe Verdi (Foto: André Adolphe Disderi)<br />

Achtergrond La traviata<br />

Frits Vliegenthart<br />

Een ‘zedeloze’ vrouw<br />

Het is onvoorstelbaar maar waar: een van de meest geliefde opera’s uit het hele repertoire was een<br />

regelrechte flop bij de wereldpremière. Het betrof hier La traviata, een inmiddels alom erkend meesterwerk,<br />

waarin Giuseppe Verdi zijn tragische heldin met zoveel liefde en inspiratie volgde als nog nooit eerder een<br />

operacomponist had gedaan.<br />

‘Beste Ricordi,<br />

Het spijt me je een treurig bericht te moeten<br />

overbrengen, maar ik kan je de waarheid niet<br />

verhelen. La traviata is een fiasco geworden.<br />

Laten we niet gissen naar de oorzaken. Het<br />

is niet anders. Addio. Addio.’ Met deze woorden<br />

bracht Verdi op 7 maart 1853 aan zijn uitgever<br />

Giovanni Ricordi verslag uit van de<br />

wereldpremière van La traviata in het Venetiaanse<br />

Teatro La Fenice, die daar een dag<br />

eerder had plaatsgevonden. Wat was er gebeurd<br />

met dit werk, dat de meest geliefde<br />

opera van Verdi zou worden? Hoewel Verdi<br />

daar in zijn brief kennelijk niet nader op<br />

wilde ingaan, waren er wel degelijk een paar<br />

oorzaken aan te wijzen. Zo had de componist<br />

zich, weliswaar in een vrij laat stadium,<br />

verzet tegen het bezetten van de hoofdrol<br />

met de flink uit de kluiten gewassen sopraan<br />

Fanny Salvini-Donatelli.<br />

Muzikale bezwaren speelden hier geen<br />

enkele rol, maar het ging hem erom dat deze<br />

primadonna totaal niet beantwoorde aan het<br />

physique du rôle. <strong>De</strong> datum waarop Salvini’s<br />

contract zonder juridische consequenties<br />

nog had kunnen worden verbroken, was echter<br />

al verstreken. <strong>De</strong> componist had weer<br />

eens blijk gegeven van een feilloos dramatisch<br />

instinct, want wat hij vreesde, gebeurde:<br />

het publiek moest lachen bij het zien van<br />

een mollige dame als de aan tuberculose<br />

wegkwijnende courtisane. Ook lieten de<br />

prestaties van Ludovico Graziani (Alfredo)<br />

en Felice Varesi (Giorgio Germont) veel te<br />

wensen over. Verdi zou zijn revanche krijgen<br />

bij een nieuwe reeks uitvoeringen in 1854.<br />

<strong>De</strong>ze werd eveneens in Venetië gegeven,<br />

niet in La Fenice, maar in het Teatro San<br />

Benedetto en met andere zangers. Toen<br />

kreeg het hier en daar herziene werk wél<br />

het succes dat het verdiende.<br />

Hedendaags onderwerp<br />

Toen Verdi in april 1852 had ingestemd met<br />

het verzoek van La Fenice een nieuwe opera<br />

te componeren voor het carnavalsseizoen<br />

1853, stond vast dat Francesco Maria Piave<br />

het libretto zou schrijven, maar een onderwerp<br />

moest nog worden gevonden. Er is<br />

welbeweerd dat Verdi al in 1851 dacht aan<br />

La dame aux camélias van Alexandre Dumas<br />

fils, maar dat is onjuist. Dit misverstand<br />

komt voort uit een zinsnede in een brief aan<br />

Salvatore Cammarano, de librettist van<br />

Il trovatore, waarin de componist spreekt<br />

over ‘een onderwerp, dat eenvoudig en teder<br />

is’, voor het geval hij met het Trovatoregegeven<br />

niet uit de voeten zou kunnen.<br />

‘Eenvoudig en teder’ is het verhaal over de<br />

teloorgang van een courtisane echter allerminst:<br />

in Italië tijdens het begin van de jaren<br />

1850 was het gegeven zelfs behoorlijk schokkend,<br />

bovendien niet iets waarmee Cammarano<br />

mee had kunnen behalen, omdat het<br />

hem niet lag. In februari 1852 was in Parijs<br />

de toneelbewerking van Dumas’ roman in<br />

première gegaan. Mogelijk bracht dat Verdi,<br />

die toen in Parijs was, op het idee om zijn<br />

volgende nieuwe opera – die wat hem betrof<br />

een ‘primadonna-opera’ moest worden – te<br />

baseren op dit tragische, diep-menselijke<br />

verhaal.<br />

La traviata (‘<strong>De</strong> zedeloze’) ontstond in een<br />

schrikbarend korte tijd. Pas in oktober 1852<br />

lukte het Piave, door een nerveuze theaterdirectie<br />

naar Verdi’s nieuwe huis in Sant’<br />

Agata gestuurd, om de componist te dwingen<br />

een onderwerp te kiezen, want deze schoof<br />

de beslissing telkens voor zich uit. <strong>De</strong><br />

synopsis werd aan de censuur voorgelegd,<br />

die opmerkelijk soepel reageerde: als de<br />

werktitel Amore e morte werd veranderd,<br />

zou toestemming worden verleend. En zo<br />

kon Verdi op 1 januari 1853 – terwijl hij nog<br />

de laatste hand legde aan Il trovatore, dat<br />

diezelfde maand in première moest gaan! –<br />

aan zijn vriend Cesare <strong>De</strong> Sanctis schrijven:<br />

‘Voor Venetië doe ik La dame aux camélias,<br />

dat wellicht La traviata zal heten. Het is een<br />

hedendaags onderwerp. Een ander zou het<br />

26 27<br />

misschien niet gedaan hebben vanwege de<br />

kostuums, vanwege de periode of duizend<br />

andere domme bedenkingen, maar ik schrijf<br />

het met veel plezier. Iedereen zette een<br />

grote keel op, toen ik voorstelde een gebochelde<br />

op het toneel te brengen. Welnu, ik<br />

schreef Rigoletto met veel genoegen.<br />

Hetzelfde geldt voor Macbeth, etc.’ Verdi<br />

wilde dat de kostuums voor La traviata eigentijds<br />

zouden zijn, maar dat ging voor<br />

de censuur te ver: de enscenering diende te<br />

worden gesitueerd in het begin van de achttiende<br />

eeuw. Gelukkig wordt dit eigenlijk<br />

nooit zo gedaan, want het zou ten koste<br />

gaan van de tijdloosheid van het verhaal en<br />

afleiden van de directe expressie van de<br />

emoties. Ook het piano-uittreksel van<br />

Ricordi vermeldt gewoon dat het stuk zich<br />

afspeelt omstreeks 1850.<br />

Hartstochtelijke verhouding<br />

<strong>De</strong> ongelukkige heldin Violetta Valéry gaat<br />

terug op een bestaande figuur: de demimondaine<br />

Alphonsine Plessis (alias Marie<br />

Duplessis), bij Dumas Marguerite Gautier<br />

genoemd. Zij was afkomstig van het platteland<br />

en vestigde zich op haar vijftiende in<br />

Parijs, waar zij overdag als winkelmeisje<br />

werkte en zich ’s avonds aansloot bij de<br />

zogeheten ‘grisettes’: artiesten- en studentenliefjes.<br />

Later zou Puccini zich door datzelfde<br />

milieu laten inspireren voor La bohème.<br />

Alphonsine was mooi en slank, met een<br />

ovaal gezicht en prachtige donkere ogen.<br />

Zij had voortreffelijke manieren en werd<br />

al gauw geliefd bij heren uit de hogere kringen,<br />

zoals de oude graaf Stackelberg, die<br />

haar een prachtig appartement in de rue<br />

Madeleine gaf. Als Alphonsine zich in het<br />

openbare leven begaf, droeg zij een witte<br />

camelia om aan te geven dat ze ‘beschikbaar’<br />

was, een rode in de dagen dat ze dat<br />

niet was vanwege haar maandelijkse cyclus.<br />

<strong>De</strong> affaire tussen Alphonsine en Alexan-<br />

dre Dumas begon min of meer zoals die tussen<br />

Violetta en Alfredo in de opera: tijdens<br />

een ontvangst in haar huis hoestte zij bloed<br />

op en Dumas volgde haar bezorgd naar de<br />

slaapkamer om haar bij te staan. Dit ontroerde<br />

haar zeer en er ontstond tussen hen een<br />

hartstochtelijke verhouding, die echter niet<br />

lang standhield. Zoals Dumas zelf in zijn<br />

afscheidsbrief schreef: ‘Ik ben niet rijk genoeg<br />

om je lief te hebben zoals ik zou wensen<br />

en niet arm genoeg om te worden bemind<br />

zoals jij dat zou willen.’ Na een mislukt huwelijk<br />

met een burggraaf (1846) ging Alphonsines<br />

gezondheid snel achteruit en zij stierf<br />

in 1847 in haar Parijse woning, slechts 23<br />

jaar oud.<br />

Samenhangend geheel<br />

La traviata is als het ware een vrouwelijke<br />

tegenhanger van het meer robuuste Il trova-<br />

tore, wat des te meer opvalt omdat beide<br />

werken vlak na elkaar zijn voltooid. Het<br />

scheppingsproces verliep grotendeels<br />

parallel. Zoals wel vaker bij Verdi is de<br />

Traviata, ondanks de vele en grote koor-<br />

scènes, intiem van sfeer, geheel gefocust<br />

op de interactie tussen de drie hoofdpersonen:<br />

Violetta, Alfredo en diens vader<br />

Giorgio. In de Preludio passeren drie episodes<br />

van Violetta’s verhaal in een notendop<br />

de revue, en wel in omgekeerde chronologische<br />

volgorde. IJle, chromatische strijkers-<br />

klanken schilderen het sterven van Violetta,<br />

zoals zich dat in de derde akte voltrekt.<br />

Daarna klinkt in een brede melodie het<br />

motief van de liefde van Violetta voor<br />

Alfredo, en vervolgens horen we in snelle<br />

noten die deze lijnen versieren de uitbundige,<br />

frivole Violetta die in haar huis een<br />

groot feest geeft. <strong>De</strong>rgelijke herinneringsmotieven<br />

maken La traviata tot een fraai<br />

samenhangend geheel. Het veelvuldig voorkomende<br />

walsritme plaatst de opera in het<br />

wufte Parijs uit de tijd van ontstaan; het in<br />

dit verband quasi-vrolijke karakter van deze<br />

dans draagt bij tot het navrant-ontroerende<br />

karakter van de opera.<br />

Is het verhaal geloofwaardig? Voor een<br />

operalibretto zeker, en Verdi’s muziek doet<br />

de rest. Violetta (die haar cynisme opzij zet)<br />

en de ietwat naïeve Alfredo houden oprecht<br />

van elkaar, Giorgio (misschien een hypocriet<br />

te noemen) komt op voor het belang van zijn<br />

familie. Het is niet moeilijk zich in hun<br />

gevoelens te verplaatsen. Enigszins onbegrijpelijk<br />

is hooguit de snelheid waarmee<br />

Violetta aan Giorgio belooft Alfredo op te<br />

geven. Dat heeft daarmee te maken dat er<br />

in een opera eenvoudig geen tijd is voor de<br />

psychologische ontwikkeling zoals die in<br />

een roman voldoende ruimte kan krijgen.<br />

Muzikale hoogtepunten zijn er te over.<br />

<strong>De</strong> provinciaal Alfredo, nieuw in de groep,<br />

wordt als het ware ingewijd wanneer hij<br />

op verzoek van Violetta, de gastvrouw, een<br />

drinklied aanheft, waarbij de anderen zich<br />

aansluiten (‘Libiamo...’). Lyrisch is zijn liefdesverklaring<br />

‘Un dì felice... Di quell’amor...’.<br />

Na zijn vertrek is Violetta’s stemming eerst<br />

verbaasd en ontroerd: bestaat de ware liefde<br />

dan toch? (‘Ah fors’è lui... A quell’amor...’),<br />

maar dan besluit ze toch altijd vrij te blijven<br />

en te genieten (‘Sempre libera...’), terwijl<br />

Alfredo op straat zijn gevoelens nogmaals<br />

uit. Het grote duet tussen Giorgio Germont<br />

en Violetta in de tweede akte is het moment<br />

dat het verhaal zijn fatale wending neemt;<br />

Violetta’s wanhoop klinkt in ‘Amami, Alfredo’,<br />

als ze de nietsvermoedende Alfredo vaarwel<br />

zegt, wetend dat hij haar afscheidsbrief<br />

spoedig zal ontvangen. Met ‘Di Provenza<br />

il mar...’ probeert Giorgio Alfredo te troosten<br />

voor het vertrek van Violetta. <strong>De</strong> derde akte<br />

opent met de ijle strijkersmuziek uit de<br />

allereerste maten van de opera. In haar<br />

laatste uren leest Violetta een brief van<br />

Giorgio waarin hij vertelt dat Alfredo alles<br />

weet en dat ze weldra bij haar zullen komen.<br />

Intussen klinkt in het orkest het motief<br />

‘Di quell’amor’. Ze weet dat het te laat is<br />

en neemt verdrietig afscheid van het leven<br />

(‘Addio del passato’). <strong>De</strong> twee geliefden<br />

dromen van een nieuw leven op het land<br />

(‘Parigi, o cara/o, noi lasceremo’), maar<br />

Violetta beseft dat dit niet meer zal gebeuren<br />

(‘Ah! gran Dio!… morir sì giovine’) en terwijl<br />

ze Alfredo haar portretje geeft, klinkt een<br />

doodsmotief in het orkest, dat tijdens haar<br />

laatste opleving nogmaals ‘Di quell’amor’<br />

laat horen.<br />

Het graf van Alphonsine Plessis in Parijs


als hEt DOEk OpENgaat.....<br />

...is het tijd om te acteren.<br />

CMS_LawTax_CMYK_from101.eps<br />

Europees partner van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Dat geldt voor DNO maar ook voor u en uw onderneming op het<br />

turbulente bedrijfstoneel.<br />

Als Europees partner van DNO helpen wij hen bij het realiseren van<br />

hun ambities.<br />

Ook u helpen wij als juridisch adviseur en business partner graag met<br />

het realiseren van uw bedrijfsdoelstellingen en ambities. Of dat nu in<br />

Nederland is of internationaal.<br />

U bent dan altijd klaar voor het moment dat het doek opengaat.<br />

Amsterdam | Berlin | Brussels | Lisbon | London | Madrid | Paris | Rome | Vienna | Zurich | Aberdeen | Algiers | Antwerp | Barcelona | Beijing | Belgrade |<br />

Bratislava | Bristol | Bucharest | Budapest | Casablanca | Cologne | Dresden | Duesseldorf | Edinburgh | Frankfurt | Hamburg | Kyiv | Leipzig | Ljubljana | Luxembourg<br />

| Lyon | Milan | Moscow | Munich | Prague | Rio de Janeiro | Sarajevo | Seville | Shanghai | Sofia | Strasbourg | Stuttgart | Tirana | Utrecht | Warsaw and Zagreb.<br />

www.cms-dsb.com<br />

La traviata<br />

Bart Boone<br />

Dodendans in driekwartsmaat<br />

Een veertiendaagse cruise langs de Caraïben. Dat bood een wanhopige fan in 2005 aan voor één plaats voor<br />

de stampvolle première van La traviata bij de Salzburger Festspiele. Tickets voor de andere voorstellingen?<br />

Die werden soms voor exorbitante bedragen verpatst op de zwarte markt. Zelfs het nuchtere Holland kende<br />

mini-excessen nadat <strong>De</strong> Nederlands <strong>Opera</strong> de productie van Salzburg overnam. Om op dag 1 van de kaartverkoop<br />

nog goeie zitjes te scoren schoven de eerste gegadigden al aan vanaf half vijf ’s nachts!<br />

Waarom loopt het overal storm voor die indringende Verdi-lezing van regisseur Willy <strong>De</strong>cker?<br />

Wereldwijd kwamen op de een of andere<br />

manier al twee miljoen mensen in contact<br />

met de in 2005 door de Salzburger Festspiele<br />

geconcipieerde La traviata. Zelfs al<br />

is die raming met de natte vinger wat opgeschroefd,<br />

dan nog zal de werkelijke omloop<br />

overrompelend zijn. Uiteraard joegen vooral<br />

de vele radio- en televisie-uitzendingen<br />

overal ter wereld, live of in uitgesteld relais,<br />

de teller op hol, alsook een openluchtprojectie<br />

en een cd-opname. Want de productie<br />

live genieten? Dat kon op slechts drie speelplekken.<br />

Telkens één voorstellingenreeks in<br />

Salzburg en Amsterdam, drie reeksen in<br />

New York. Ook het vastleggen van de productie<br />

op dvd deed de teller der massaverspreiding<br />

op volle toeren draaien. <strong>De</strong> regie<br />

had Peter Ruzicka, in 2005 nog Festspieleintendant,<br />

toevertrouwd aan Willy <strong>De</strong>cker.<br />

Hoeveel films met zijn La traviata-interpretatie<br />

er wereldwijd reeds over de toonbank<br />

gingen én – om te vergelijken – wat een<br />

opera-dvd normaliter doet qua verkoop,<br />

wilde <strong>De</strong>utsche Grammophon om obscure<br />

redenen niet kwijt. ‘Maar,’ aldus de perschef<br />

van de legendarische platenfirma, ‘een<br />

fenomenale verkoophit ís het!’<br />

Focus op de regie<br />

Ook bij DNO werd <strong>De</strong>ckers regie in april<br />

2009 een fenomenale hit. Toch verschilde de<br />

receptie hier van die tijdens de Festspiele.<br />

Niet bij het publiek. Dat sloot deze Traviataversie<br />

zowel in Salzburg als in Amsterdam<br />

meteen in het hart. Maar in de lof die de<br />

lokale en de internationale pers over de<br />

Verdi-productie op de bühne van het Großes<br />

Festspielhaus zong, werd <strong>De</strong>ckers werk vaak<br />

overschaduwd door een eenzijdige aandacht<br />

voor de operasterren Anna Netrebko en<br />

Rolando Villazón. Dé verklaring voor de<br />

excessen met tickets en het begeesteren<br />

van twee miljoen mensen in de zaal en via<br />

allerlei media? Het toen inderdaad excellent<br />

presterende Traumpaar, zoals de pers de<br />

Violetta- en Alfredo-vertolkers doopte.<br />

Toch loofde menige serieuze criticus zeker<br />

ook de Duitse regisseur.<br />

Hoewel in 2009 niet één recensent het sensationele<br />

roldebuut van de jonge Russische<br />

sopraan Marina Poplavskaya als Violetta<br />

onvermeld liet – ‘Marina is hartverscheurend!’<br />

kopte Het Parool, lag in Nederland de focus<br />

met beduidend meer krantenregels toch op<br />

de regie. En die kerfde diep in. Het publiek<br />

viel ‘collectief gebiologeerd en ontroerd’<br />

stil, getuigde Trouw. Dat deed Willy <strong>De</strong>cker<br />

dankzij het hem typerende procedé. <strong>De</strong><br />

complexiteit van een opera herleiden tot<br />

één abstract, maar toegankelijk idee, theatraal<br />

vertaald in één machtig beeld. Weg<br />

originele setting. Weg uiterlijke actie. Weg<br />

rekwisieten. Alleen het innerlijke drama<br />

29<br />

rest: de figuren en hun onderlinge dramatische<br />

conflicten en emoties. Vanuit dat ene<br />

beeld bouwt hij dan gaandeweg met zijn<br />

geraffineerde muzikale personenregie een<br />

enorme psychologische gelaagdheid op.<br />

Resultaat? Zelfs wie het verhaal niet kent,<br />

kan alles volgen. En wie een opera grondig<br />

beheerst, krijgt van <strong>De</strong>cker voer om op te<br />

kauwen.<br />

Centraal in <strong>De</strong>ckers La traviata staat<br />

Violetta’s wanhopige schreeuw ‘È tardi!’<br />

Voor haar komt alles te laat. Daartoe zette<br />

de Duitse regisseur een immense klok op<br />

het toneel. Al van begin af aan is de aan tbc<br />

lijdende courtisane visueel gedoemd te<br />

sterven. Genadeloos tikt de klok verder.<br />

Ook voor de liefde is het te laat. Toch geeft<br />

Violetta zich nog over aan Alfredo en lijkt<br />

de klok even gestopt. Tot Alfredo’s vader die<br />

waan brutaal vermorzelt, qua personenregie<br />

het hoogtepunt in <strong>De</strong>ckers regie. Violetta’s<br />

vlucht? Een immense zelfdestructieve<br />

levenslust. Verpletterend eenzaam, uitgebeeld<br />

door de kale ruimte met torenhoge<br />

ondoordringbare muren, zuipt, danst en<br />

feest ze tot ze erbij neervalt in het bijzijn<br />

van één blok virtuoos geregisseerde burgermannetjes<br />

die haar verafgoden, opjagen of<br />

begeren en in wezen innerlijk slopen. Tijdens<br />

die dodendans in Verdi’s driekwartsmaat is<br />

de dokter de enige die haar steunt. Hem zet<br />

<strong>De</strong>cker haast constant op het toneel als <strong>De</strong><br />

Tijd. Of als <strong>De</strong> Dood.<br />

Geen boegeroep!<br />

Op Nieuwjaarsavond 2010 was het bij The<br />

New York Metropolitan <strong>Opera</strong> (de Met) bang<br />

affiche La traviata in New York<br />

afwachten of ook het oerconservatieve<br />

Amerikaanse publiek en dito pers <strong>De</strong>ckers<br />

La traviata wel zouden lusten. Een stijl zoals<br />

die van <strong>De</strong>cker mag in de Lage Landen ingeburgerd<br />

zijn, in de Nieuwe Wereld ligt een<br />

Europese oriëntatie qua operatheater nog –<br />

zacht uitgedrukt – lastig. Toen bijvoorbeeld<br />

de Belgische operagoeroe Gerard Mortier<br />

dreigde de scepter te zullen gaan zwaaien<br />

over The New York City <strong>Opera</strong>, bombardeerde<br />

de Amerikaanse pers diens benoeming<br />

tot een daad van operaterreur 9/11 waardig.<br />

‘The end of Western civilization as we know<br />

it!’ jammerde een journalist. Ook los daarvan<br />

speelde Peter Gelb, directeur bij de Met,<br />

met vuur door de DNO-productie te huren.<br />

<strong>De</strong>ckers eenvoud moest opboksen tegen de<br />

aloude Met-regie van Franco Zeffirelli vol<br />

somptueuze naturalistische decors en kostuums,<br />

en – dát wel – met een sterke personenregie.<br />

<strong>De</strong> uiteindelijke reacties? Bijval<br />

voor ‘onze’ Marina en ook de regie werd door<br />

pers en publiek goed verdragen tot zelfs<br />

warm onthaald. ‘Verrassend genoeg klonk er<br />

nauwelijks boegeroep toen meneer <strong>De</strong>cker<br />

boog!’ meldde The New York Times. Maar in<br />

vele recensies kreeg hij felle kritiek te verteren:<br />

‘geforceerd concept’, ‘te modern’, of<br />

neuzelde men dat een en ander niet spoorde<br />

met Piaves libretto. Toch signaleerden vier<br />

critici dat Gelb met producties als deze het<br />

theatrale niveau bij de Met langzaam maar<br />

zeker opkrikt tot het hoge vocale en muzikale<br />

niveau in het huis. <strong>De</strong> teller? Die tikt in mei<br />

de twee miljoen ver voorbij. Even genadeloos<br />

als <strong>De</strong>ckers klok.


Sander Heutinck<br />

Leo Geers (Foto’s: Sander van der Duin)<br />

Peter Arink<br />

Richard Prada<br />

Interview La traviata<br />

Carine Alders<br />

Kunstvorm der compromissen<br />

vraagt flexibele zangers<br />

Vier koorzangers – Richard Prada, Peter Arink, Leo Geers en Sander Heutinck – wachten op hun<br />

beurt in de pianovoorgenerale voor Mozarts Zauberflöte. In kostuum volgen ze straks de aanwijzingen<br />

van de regisseur op het toneel, maar nog niet met het orkest erbij. Door de catacomben galmt een<br />

oproep voor Thomas Oliemans, die de rol van Papageno zingt. ‘Het kon wel eens een lange dag<br />

worden,’ voorspelt tenor Richard Prada. Gelukkig loopt nu Das Rheingold van Wagner, daarin is geen<br />

rol voor het koor weggelegd. Het maakt het leven iets minder hectisch. We hebben even tijd om te<br />

praten over de wereldbaan van koorzanger bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> en hun aandeel in La traviata.<br />

Elk jaar presenteert <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

tien tot twaalf producties. ‘Daarvan zijn er<br />

maar twee of drie zonder koor,’ schat bariton<br />

Sander Heutinck. Dat betekent dat tijdens<br />

een voorstellingsperiode van de ene opera<br />

de volgende opera alweer in de regiefase is<br />

en er bovendien muzikale repetities zijn voor<br />

opera’s die verder in de toekomst liggen. Is<br />

dit dus een normale werkdag voor koorleden?<br />

Lachend: ‘Normale werkdagen kennen we<br />

eigenlijk niet. Je moet voortdurend omschakelen.<br />

Daarbij hebben we steeds te maken<br />

met verschillende dirigenten en regisseurs,<br />

elk met hun eigen wensen. En dan heb je ook<br />

nog te maken met kappers, grimeurs en kostuumontwerpers.<br />

Flexibiliteit wordt bij ons<br />

met hoofdletters geschreven.’ Met soms drie<br />

of meer verschillende producties in voorbereiding<br />

wordt er ook zangtechnisch de<br />

nodige flexibiliteit gevraagd. Richard: ‘Voor<br />

de opera Billy Budd van Benjamin Britten<br />

gebruik je een heel andere techniek dan bij<br />

een avondje Rameau of Puccini’s Turandot.<br />

Om je te blijven ontplooien moet je je plooibaarheid<br />

onderhouden.’<br />

Fysiek en emotioneel<br />

Zingen in het Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> is echt een vak apart. Collega-bariton<br />

Leo Geers: ‘<strong>De</strong> meeste mensen hebben<br />

geen idee hoe fysiek ons beroep is. Ik ga<br />

veel naar de sportschool, anders hou ik het<br />

gewoon niet vol. Een gezond lijf is een voorwaarde.’<br />

Sander, lachend maar met een serieuze<br />

ondertoon: ‘We knielen en hollen heel<br />

wat af. Gezond leven is inderdaad een must.<br />

<strong>De</strong> meeste mensen kunnen met een verkoudheid<br />

gewoon doorwerken, wij niet. Het<br />

is ook belangrijk dat je rusttijden inbouwt.<br />

Het vak van koorzanger is onregelmatig.<br />

Vanavond werken we tot tien uur, morgenochtend<br />

staan we om half elf weer fris aan<br />

de <strong>start</strong> voor een muziekrepetitie van<br />

Rossini’s Guillaume Tell. Daarnaast werk je<br />

thuis ook aan het onderhoud van je stem en<br />

je fysiek. Veel zangers blijven altijd lessen<br />

volgen of worden gecoacht.’ Zingen in een<br />

operakoor is bovendien een emotioneel vak.<br />

‘Je hebt best een intieme relatie met je collega’s.<br />

Je kleedt je samen om en fysiek contact<br />

wordt op het toneel ook niet geschuwd.’<br />

Leo herinnert zich een vergadering waar het<br />

nogal fel aan toe ging. Hij reageerde volgens<br />

zeggen te emotioneel. ‘Maar dat is juist mijn<br />

vak, ik word betaald om emotioneel te zijn!’<br />

Geboren als zanger<br />

Er zijn maar weinig mensen die van jongs af<br />

30<br />

aan weten dat ze zanger willen worden.<br />

Maar Leo – met zijn 25-jarige carrière in het<br />

koor de nestor van het gezelschap aan tafel<br />

– is daar heel duidelijk over: ‘Ik ben als zanger<br />

geboren. Ik was lid van het jongenskoor<br />

in Oosterhout en zingen vond ik geweldig.<br />

Ik had het geluk dat mensen om mij heen<br />

iets in mij zagen, zo kon mijn talent langzaam<br />

groeien en werd mij de weg gewezen<br />

naar het conservatorium.’ Sander had als<br />

kleine jongen ook een droom, hij wilde<br />

acteur worden. ‘<strong>De</strong> toneelschool leek mij het<br />

einde, maar ik speelde ook piano. Toen ik ook<br />

nog een goede zangstem bleek te hebben,<br />

was de combinatie snel gemaakt. Ik heb zo’n<br />

beetje alles gedaan waarin zang en theater<br />

gecombineerd wordt: musical, operette en<br />

natuurlijk opera.’ Ook bij bariton Peter Arink<br />

viel alles pas later op zijn plek. ‘Eigenlijk<br />

heb ik heel onbewust stap na stap gemaakt.<br />

Ik ging naar het conservatorium in Enschede<br />

om trompet te studeren. Wij hadden het<br />

geluk dat er in Enschede ook een operahuis<br />

was. Via Forum Jong maakte ik kennis met<br />

opera. Ik had letterlijk voor die tijd nog nooit<br />

een opera gezien! Ik begon dus heel blanco<br />

met zingen. Ik was verkocht door de theatercultuur,<br />

veel minder calvinistisch dan de<br />

concertcultuur.’ Richard Prada wilde eigenlijk<br />

klavecinist en organist worden. ‘Oude<br />

muziek is mijn passie. Ik kwam ervoor van<br />

Brazilië naar Nederland om te studeren aan<br />

het Koninklijk Conservatorium in <strong>De</strong>n Haag.<br />

Daar begon ik ook met het zingen van oude<br />

muziek. Van het een kwam het ander, maar ik<br />

heb nog steeds een zwak voor muziek uit de<br />

middeleeuwen.’<br />

<strong>De</strong> kunst van de kleine rol<br />

Alle vier zijn ze gevraagd om in La traviata<br />

een kleine rol te zingen. Dat is geen vanzelfsprekendheid.<br />

Geïnteresseerde koorleden<br />

kunnen auditie doen voor kleine rollen in een<br />

opera, maar of je een rol ook krijgt hangt van<br />

allerlei factoren af. <strong>De</strong> regisseur kan op<br />

zoek zijn naar een bepaald fysiek (groot,<br />

klein, dun of dik) of een bepaald stemgeluid.<br />

Het moet ook mogelijk zijn om naast je kleine<br />

rol ook je rol als koorlid te kunnen blijven<br />

vervullen. Met ingewikkelde kostuums kan<br />

dat lastig zijn. En tenslotte zijn er rollen –<br />

hoe klein ook – die technisch lastig zijn.<br />

Sander herinnert zich wel dat hij met vier<br />

collega’s auditeerde. ‘Dan zing je allemaal<br />

hetzelfde mopje en voel je toch wel enige<br />

onderlinge concurrentie.’ En hoe klein ook,<br />

het is en blijft een solo. ‘Er is niets zo lastig<br />

als het zingen van een kleine rol,’ beaamt<br />

Richard, ‘maar je levert wel een visitekaartje<br />

af voor het koor. Je hebt geen tijd om erin te<br />

komen, in een paar zinnen is het gedaan.’<br />

Sander: ‘In vier woorden! Ik kom dronken<br />

op en dan zing ik vier woorden. En ik kan me<br />

daar vooraf niet op concentreren, want dan<br />

ben ik bezig met mijn rol in het koor. Het<br />

geeft absoluut extra spanning. Maar het zijn<br />

wel de krenten in de pap. Het doet een appèl<br />

op je eigen verantwoordelijkheid.’ Peter:<br />

‘<strong>De</strong> druk is enorm, je doet wel je mond open<br />

naast een grote solist, het mag niet uit de<br />

toon vallen.’ En toch beseft iedereen dat het<br />

geen recht is om als koorlid kleine rollen te<br />

mogen zingen. ‘<strong>De</strong> artistieke leiding moet de<br />

vrijheid hebben om voor een productie te<br />

kiezen voor de beste invulling.’<br />

Misbruikte deuntjes en<br />

jeugdsentiment<br />

Leo verheugt zich op La traviata. Ondanks<br />

zijn lange staat van dienst is het de eerste<br />

keer dat hij de opera van Verdi in Amsterdam<br />

zingt. ‘Ik heb heel vaak de rol van Germont<br />

in concertante uitvoeringen gedaan, maar<br />

vreemd genoeg heb ik alle eerdere producties<br />

hier gemist.’ Voor Richard is het jeugdsentiment:<br />

‘Mijn Italiaanse vader draaide vroeger<br />

langspeelplaten met opera’s van Verdi.’ <strong>De</strong><br />

opera zit zo in zijn genen, dat hij met een<br />

klein gezelschap (OperArmida) een kamervariant<br />

speelt, bedacht door Adva Tas.<br />

‘Samen met een regisseuse hebben we de<br />

opera teruggebracht tot de drie grote rollen,<br />

begeleid door een pianiste.’ Zelf neemt<br />

Richard in deze voorstellingen de rol van<br />

Alfredo voor zijn rekening. Ook Peter is een<br />

echte Verdiliefhebber, van hem mag de<br />

Italiaanse componist wel vaker op het programma<br />

staan. Leo vindt het wel jammer<br />

dat zoveel deuntjes van Verdi misbruikt zijn.<br />

‘<strong>De</strong> muziek is prachtig, en in de context van<br />

de opera valt het ook helemaal op zijn plek,<br />

31<br />

maar helaas hoor je zo’n Drinklied of Slaven-<br />

koor vaak heel slecht uitgevoerd, als ringtone<br />

of zelfs lallend in een stadion.’ Het deert<br />

Richard niet. ‘<strong>De</strong> muziek is geniaal. Hoe<br />

Verdi de neergang en de vermoeidheid van<br />

Violetta symboliseert… met één akkoord dat<br />

steeds zachter herhaald wordt, of de melodieën<br />

van Violetta die steeds naar beneden<br />

lopen. Je voelt hoe moe ze is.’<br />

Droombaan<br />

<strong>De</strong> mannen zijn het er over eens: zingen in<br />

het Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> is een<br />

droombaan. In de woorden van Richard: ‘Het<br />

is een goed huis’. Peter vult aan: ‘Er zijn in<br />

Nederland nauwelijks alternatieven en ook<br />

internationaal gezien is de kwaliteit goed.’<br />

Ze weten waar ze het over hebben, want<br />

samen hebben ze bijna een halve eeuw ervaring<br />

in dit koor. En allemaal hebben ze ook<br />

ervaring als freelancer. Sander zingt in de<br />

zomer in het koor van de Bayreuther Festspiele.<br />

‘Een geweldige festivalervaring, met<br />

130 tot soms wel 180 zangers van verschillende<br />

nationaliteiten in een snelkookpan.<br />

Dan ontkom je niet aan de Wagneritis.’<br />

Richard vertelt dat hij als freelancer een<br />

keer zes weken naar het buitenland moest<br />

toen zijn zoontje Paolo net geboren was.<br />

‘Dan kom je terug en denk je: wat is mijn<br />

baby veranderd!’ Peter heeft zelfs de<br />

geboorte van zijn kind gemist. ‘Als je jong<br />

bent, is het allemaal prachtig, dat reizen en<br />

avontuur, maar na een aantal jaar vraag je<br />

je toch af of je zo wilt blijven leven,’ geeft<br />

Sander toe. ‘Je levert vrijheid in, maar je<br />

krijgt er ook een andere vrijheid voor terug.’<br />

Publiekstrekker<br />

Het Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> telt<br />

zo’n zestig vaste leden. Anders dan bij een<br />

concertkoor werken de sopranen, alten,<br />

tenoren en bassen door elkaar heen. ‘Je<br />

hebt geen vaste plek naast vaste collega’s,<br />

dat is een van de leuke dingen van ons koor.<br />

Het is heel aangenaam om steeds met verschillende<br />

mensen samen te zingen,’ vindt<br />

Peter. Iedereen is aangenomen op zijn of<br />

haar individuele kwaliteiten, maar net zo<br />

belangrijk is dat je je in het collectief kunt<br />

voegen. ‘Grappig is dat koorleden bijna<br />

altijd met “jullie” aangesproken worden,<br />

terwijl we toch echt individuen zijn,’ merkt<br />

Sander op. Het koor is een echte publiekstrekker,<br />

het heeft een enorme impact op het<br />

publiek. Solisten komen en gaan, het koor<br />

draagt voor een belangrijk deel de kwaliteit<br />

en de continuïteit van ‘het bedrijf’.<br />

Peter: ‘Het vak is nog steeds in ontwikkeling,<br />

en ook de individuele kwaliteiten van<br />

de zangers groeien. We staan open voor uitdaging<br />

en vernieuwing, we zitten nog niet<br />

aan de grens van wat mogelijk is.’ ‘Nou ja,<br />

behalve die ene keer dan, toen we kostuums<br />

aan moesten waarin je het gevoel kreeg dat<br />

je te lang in de sauna had gezeten. We<br />

moesten houterig bewegen. Eigenlijk ging<br />

het net over de grens van wat mogelijk is,<br />

maar het zag er wel indrukwekkend uit,’<br />

geeft Sander toe. Leo: ‘Ons koor lijkt soms<br />

een zootje ongeregeld, maar als alle neuzen<br />

dezelfde kant op staan, sta je versteld!’<br />

La traviatai (Foto: Klaus Lefebvre)


V.U. Peter de Caluwe © Maarten Vanden Abeele<br />

PELLéAS ET MéLISANDE<br />

CLAUDE DEBUSSY<br />

LUDOVIC MORLOT / PIERRE AUDI<br />

14, 16, 17, 18, 19, 20, 23, 24 & 25 APRIL 2013<br />

DE MUNT LA MONNAIE<br />

32<br />

CONCERTO<br />

uw specialist in opera,<br />

klassieke muziek en nog veel meer<br />

www.concertomania.nl<br />

DNO abonnementhouders 10% korting<br />

in Concerto en de Plato winkels.<br />

CONCERTO Utrechtsestraat 52-60 1017 VP Amsterdam 020-6235228<br />

PLATO • Apeldoorn • <strong>De</strong>venter • Enschede • Groningen • Leiden • Rotterdam • Utrecht • Zwolle<br />

DECORS<br />

ANISH<br />

KAPOOR<br />

+32 2 210 85 05 www.demunt.be<br />

annonce Pelleas.indd 1 21/01/13 12:12<br />

Persstemmen I<br />

Das Rheingold<br />

Na vijftien jaar is Das Rheingold in de<br />

visionaire regie van Pierre Audi en met<br />

de grootse decors van George Tsypin –<br />

ontstaan in 1997 en twee maal hernomen<br />

– een feest van herkenning en een ervaring<br />

die fris imponeert. Wagners operavierluik<br />

met al zijn goden, machtswellust en liefde<br />

wordt sprookjesachtig tijdloos, maar<br />

ook modern gebracht, en blijft daardoor<br />

een wonder van theatrale verbeeldingskracht<br />

en technisch vernuft.<br />

***** (regie)**** (muziek)<br />

Mischa Spel, NRC Handelsblad<br />

(16 november 2012)<br />

Vooral aan het slot, als de goden op de<br />

achtergrond majestueus naar Walhalla<br />

vertrekken, liet Haenchen zijn orkest<br />

grandioos uitpakken. Bij de kleinere<br />

goden en de drie Rijndochters is ook<br />

alles dik in orde, maar in haar korte<br />

optreden maakt Marina Prudenskaja als<br />

oergodin Erda de allermeeste indruk.***<br />

Peter van der Lint, Trouw<br />

(19 november 2012)<br />

Dirigent Hartmut Haenchen en het<br />

Nederlands Philharmonisch Orkest<br />

weten het Muziektheater bij de première<br />

ruim twee uur lang los van de aarde te<br />

tillen. Onder de zangers excelleert<br />

Werner Van Mechelen als de neveling<br />

Alberich, de dief van het Rijngoud.<br />

Joost Galema, Elsevier<br />

(24 november 2012)<br />

(Foto: Marco Borggreve)<br />

Die Zauberflöte<br />

33<br />

<strong>De</strong> nieuwe enscenering van Die Zauberflöte<br />

is een van die zeldzame producties<br />

waarop niets valt af te dingen. Wonderschoon<br />

was het. Een zinnenprikkelende<br />

opera-ervaring zoals je die zelden meemaakt.<br />

<strong>De</strong> voortreffelijke prestaties van<br />

dirigent Marc Albrecht en van de prachtige<br />

solisten niet te na gesproken, was deze<br />

Zauberflöte de triomf van de Britse<br />

regisseur Simon McBurney. *****<br />

Erik Voermans, Het Parool<br />

(8 december 2012)<br />

In Mozarts Märchenoper zeigt<br />

McBurney wie ein Zauberkünstler<br />

gleich zu Beginn alle profanen<br />

Werkzeuge vor, mit denen er betören<br />

will. Gerade weil McBurney offen zeigt,<br />

wie er seine Zaubertricks anrichtet,<br />

stellt sich Magie ein. Das gilt auch für<br />

die subtile, nie aufdringliche<br />

Personenregie. <strong>De</strong>r Leichtigkeit der<br />

Bühnenaktion korrespondiert das<br />

Orchesterspiel, angeleitet von<br />

Amsterdams Musikchef Marc Albrecht.<br />

Reinhard J. Brembeck, Süddeutsche Zeitung<br />

(14 december 2012)<br />

McBurney’s set designer, Michael<br />

Levine, offers essentially an empty<br />

space, modern-dressed by Nicky<br />

Gillibrand, atmospherically lit by Jean<br />

Kalman, and filled with magical video<br />

images by Finn Ross, who conjures perhaps<br />

the most effective trials by fire and<br />

water I have ever seen (in the latter,<br />

Pamina and Tamino appear to float, submerged,<br />

thanks to Ross’s film work and<br />

old-fashioned theatre-flying techniques).<br />

In Amsterdam, McBurney had a likeminded<br />

collaborator in the mercurial<br />

new music director, Marc Albrecht who<br />

conjured magic from the Netherlands<br />

Chamber Orchestra.<br />

Hugh Canning, Sunday Times<br />

(30 december 2012)<br />

(Foto: Clärchen & Matthias Baus)<br />

Einstein on the Beach<br />

Onvergetelijk beeld: de glazen lift die<br />

met stationsklok en reiziger doelloos op<br />

en neer gaat. En dan blijkt Einstein on the<br />

Beach toch gewoon opera: een stuk dat<br />

handelt over de mens, gevangen in ruimte<br />

en tijd, die worstelt met liefde en dood.<br />

*****<br />

Guido van Oorschot, de Volkskrant<br />

(7 januari 2013)<br />

Einstein on the Beach was ooit vernieuwend.<br />

Nu is het een museumstuk, maar<br />

het leeft nog steeds, getuige de extreme<br />

reacties. ***1/2<br />

Eddie Vetter, <strong>De</strong> Telegraaf<br />

(7 januari 2013)<br />

<strong>De</strong> legendarische status heeft Einstein<br />

aan die ongrijpbare interactie van architectonische<br />

tableaus, obsessief repeterende<br />

danspasjes en meedogenloos<br />

denderende toonladderfragmenten te<br />

danken. Bewondering wekt de discipline<br />

van de uitvoerenden. Een hoogtepunt is<br />

de nachtelijke scène waar twee geliefden<br />

op het achterbalkon van een trein staan.<br />

Ze zingen in ademloze frasen, een liefdesduet<br />

waarin woorden irrelevant zijn.<br />

<strong>De</strong> opera sluit af met een bijna kinderlijk<br />

romantische anekdote. Dát is de onsterfelijke<br />

ziel van Einstein: een buiten de<br />

tijd geplaatste verklaring van oeverloze<br />

liefde. ****<br />

Floris Don, NRC Handelsblad<br />

(7 januari 2013)<br />

<strong>De</strong>ze recensies zijn ingekort.<br />

Zie ook www.dno.nl/archief<br />

(Foto: Lucie Jansch)


Persstemmen II<br />

Guillaume tell<br />

Een briljante enscenering die zo ongeveer<br />

aan alle kanten klopt. Aan het slot<br />

vangt Audi de bühne in een goudgeel<br />

licht, de kleur van het jubelende C-groot<br />

waarmee de opera eindigt. Magnifiek en<br />

meeslepend. Zoals verwacht, stal tenor<br />

John Osborn de show als Arnold. <strong>De</strong><br />

zaal ontplofte na zijn beruchte aria in<br />

de vierde akte. Eigenlijk was de Letse<br />

Marina Rebeka dé ontdekking van de<br />

avond. Een stem die prettig scherp<br />

klinkt en die machtig kan penetreren<br />

in de volle klankweefsels. In deze<br />

sublieme sterrencast was werkelijk<br />

geen enkele zwakke plek te ontdekken.<br />

Maar de echte hoofdrollen waren voor<br />

het koor en het Nederlands Philharmonisch<br />

Orkest, hier vakkundig en precies<br />

opgezweept door Paolo Carignani.<br />

Grote, grote klasse! *****<br />

Peter van der Lint, Trouw<br />

(30 januari 2013)<br />

Muziektheaterwinkel<br />

Cd/dvd-aanbevelingen<br />

L'amour des trois oranges<br />

Cd<br />

L’amour des trois oranges<br />

componist: Sergej Prokofjev<br />

met Gabriel Bacquier en<br />

Jean-Luc Viala<br />

Opéra National de Lyon<br />

o.l.v. Kent Nagano<br />

EMI € 19,95<br />

Dvd<br />

L’amour des trois oranges<br />

componist: Sergej Prokofjev<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

met Martial <strong>De</strong>fontaine en<br />

Alain Vernhes<br />

Rotterdams Philharmonisch<br />

Orkest o.l.v. Stéphane<br />

<strong>De</strong>nève, regie: Laurent Pelly<br />

Opus Arte € 39,95<br />

Voor het eerst werkt <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> samen met de Metropolitan. Het<br />

is voor de New Yorkers te hopen dat ze<br />

niet alleen de enscenering maar ook de<br />

uitzonderlijk goed gekozen solisten uit<br />

Amsterdam krijgen. Zeker de Amerikaanse<br />

tenor John Osborn straalt<br />

oerkracht uit in zijn rol van de verliefde<br />

Arnold Melcthal. Hij combineert lyrische<br />

Cd/dvd-aanbevelingen<br />

Die Walküre<br />

Cd<br />

Die Walküre<br />

componist: Richard Wagner<br />

dirigent: Hartmut Haenchen<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

regie: Pierre Audi<br />

Challenge Records<br />

€ 36,95<br />

Dvd box<br />

<strong>De</strong>r Ring des Nibelungen<br />

dirigent: Hartmut Haenchen<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

met John Brocheler, Kurt<br />

Rydl, Nadine Secunde en<br />

Henk Smit<br />

regie: Pierre Audi<br />

Opus Arte € 69,95<br />

34 35<br />

lijnen met hoogte en kracht. <strong>De</strong> basis van<br />

deze topprestaties ligt bij het Nederlands<br />

Philharmonisch Orkest, dat onder leiding<br />

van dirigent Paolo Carignani tintelend<br />

licht en fabelachtig ritmisch een echte<br />

Rossinisfeer oproept. Met de bevrijding<br />

van het Zwitserse volk schudden ook<br />

Audi en Tsypin het juk van de letterlijke<br />

invulling van het operaverhaal van zich<br />

af – een schitterende vondst die de<br />

ontknoping een extra lading geeft en de<br />

productie naar een indrukwekkend niveau<br />

tilt. *****<br />

Biëlla Luttmer, de Volkskrant<br />

(30 januari 2013)<br />

<strong>De</strong>ze recensies zijn ingekort.<br />

Zie ook www.dno.nl/archief<br />

Cd/dvd-aanbevelingen<br />

La traviata<br />

(Foto’s: Ruth Walz)<br />

Cd<br />

La traviata<br />

componist: Giuseppe Verdi<br />

met Anna Netrebko en<br />

Rolando Villazón<br />

Wiener Philharmoniker<br />

o.l.v. Carlo Rizzi<br />

DGG € 39,95<br />

Dvd<br />

La traviata<br />

componist: Giuseppe Verdi<br />

met Thomas Hampson,<br />

Anna Netrebko en<br />

Rolando Villazón<br />

Wiener Philharmoniker<br />

o.l.v. Carlo Rizzi<br />

<strong>De</strong>utsche Grammophon<br />

€ 24,95<br />

Bovenstaande cd’s en dvd’s zijn ver krijgbaar in de Muziek theaterwinkel en bij alle vesti gingen van Concerto/Plato. Op vertoon van hun abonne ments kaart krijgen<br />

DNO-abonnees 10% korting bij Concerto/Plato en in de Muziektheaterwinkel. Alle prijzen zijn onder voorbehoud.<br />

Seizoen 2013 2014<br />

Op 26 februari 2013 maakt DNO haar nieuwe<br />

seizoen bekend. Zet deze datum alvast in uw<br />

agenda, want vanaf dit moment kunt u weer<br />

een abonnement voor het komende seizoen<br />

bestellen.<br />

Algemene informatie<br />

Prijzen losse kaarten<br />

Seizoen 2012-2013<br />

Het Muziektheater Amsterdam<br />

L’amour des trois oranges / Die Walküre /<br />

La traviata<br />

maandag t/m vrijdag t/m zondag|<br />

donderdag feestdagen<br />

standaard CJP/ standaard CJP/<br />

Stadspas Stadspas<br />

1ste rang 130 120 140 130<br />

2de rang 105 95 115 105<br />

3de rang 90 80 100 90<br />

4de rang 75 70 85 80<br />

5de rang • 60 55 70 65<br />

6de rang 45 40 55 50<br />

7de rang • 30 30 40 40<br />

8ste rang 15 15 25 25<br />

• Plaatsen zonder zicht op de boventiteling<br />

Verkoop kaarten<br />

Precies drie maanden vóór de première<br />

van een productie gaan alle voor stellingen<br />

daarvan in de verkoop. U kunt kaarten kopen:<br />

– online via www.dno.nl;<br />

– bij het Kassa-bespreekbureau van<br />

Het Muziektheater Amsterdam: Amstel 3,<br />

Amsterdam, 020-625 5455. Openingstijden:<br />

maandag t/m vrijdag 12:00-18:00 of aanvang<br />

voorstelling; zaterdag, zon- en feestdagen<br />

12:00-15:00 of aanvang voorstelling; zon- en<br />

feestdagen zonder voorstelling gesloten.<br />

Colofon<br />

OdeOn<br />

Magazine van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Nummer <strong>88</strong> mrt / apr/mei 2013<br />

ISBN: 0926-0684<br />

Oplage 25.000 exemplaren<br />

<strong>Odeon</strong> is een uitgave van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Afdeling Communicatie<br />

Waterlooplein 22, 1011 PG Amsterdam.<br />

telefoon 020-551 8922<br />

e-mail info@dno.nl<br />

advertenties 020-551 8953<br />

abonnementen 020-625 5455<br />

internet www.dno.nl<br />

<strong>Odeon</strong> is gratis verkrijgbaar in het Muziektheater.<br />

<strong>Odeon</strong> 89 verschijnt op 21 mei 2013<br />

Met een abonnement bent u verzekerd van<br />

de beste plaatsen voor de laagste prijs.<br />

Alles is vooraf goed geregeld, u hoeft<br />

niet in de rij te staan en mist geen van<br />

uw favoriete voorstellingen.<br />

Wagner 200<br />

Om de 200ste geboortedag van Richard<br />

Wagner (1813-1<strong>88</strong>3) te vieren gaat de legendarische<br />

DNO-productie van <strong>De</strong>r Ring des<br />

Nibelungen tussen 2012 en 2014 voor het<br />

laatst in reprise. Dit seizoen volgt na Das<br />

Rheingold in april Die Walküre. In juni 2013<br />

presenteert DNO een nieuwe productie van<br />

Die Meistersinger von Nürnberg. In het kader<br />

van Wagner 200 is de kaartverkoop van beide<br />

producties reeds van <strong>start</strong> gegaan.<br />

Studentenkorting<br />

Voor niet-uitverkochte voorstellingen kunnen<br />

studenten vanaf anderhalf uur voor aanvang<br />

op vertoon van een geldige college-/studentenkaart<br />

voor 15 een plaatskaart aan de<br />

kassa kopen.<br />

Uitverkocht?<br />

Bij uitverkochte voorstel lingen kunt u vanaf<br />

een uur vóór aanvang een volgnummer afhalen<br />

bij het Kassa-bespreekbureau. Van af een<br />

halfuur vóór aanvang worden niet-afgehaalde<br />

kaarten te koop aangeboden. Per volgnummer<br />

kunt u maxi maal twee kaarten voor de betreffende<br />

voorstelling kopen.<br />

Hoofdredactie<br />

Sandra Eikelenboom<br />

Eindredactie, vertalingen en plotteksten<br />

Frits Vliegent hart<br />

Bijdragen<br />

Carine Alders, Kees Arntzen, Bart Boone,<br />

Marianne Broeder, Joke Dame, Hein van<br />

Eekert, Paul Haenen, Michel Khalifa,<br />

Kasper van Kooten, Dolf Segaar en<br />

Frits Vliegenthart<br />

Basisontwerp en lay-out, omslag<br />

Lex Reitsma<br />

Opmaak<br />

Bibi de Bruijn<br />

Productie en advertenties<br />

Marjolijn Vis, Salwa Jabli<br />

Lithografie<br />

MediaTraffic Press, Amsterdam<br />

Druk<br />

SDA Print+Media<br />

Als abonnementhouder ontvangt u <strong>Odeon</strong><br />

thuis en krijgt u 10% korting bij de Muziektheaterwinkel<br />

en in de winkels van<br />

Concerto/Plato.<br />

Boventiteling<br />

<strong>De</strong> voorstellingen van DNO worden Nederlands<br />

en Engels boventiteld. Plaatsen in de<br />

5de en 7de rang in het Muziektheater bieden<br />

echter geen zicht op de boventiteling. Wilt u<br />

verzekerd zijn van zicht op de boventiteling,<br />

informeer dan bij het Kassa-bespreekbureau.<br />

Openbaar vervoer<br />

Vanaf Amsterdam Centraal Station of<br />

Amsterdam Amstel brengen metro’s 53 en<br />

54 en sneltram 51 u naar het Water loo plein.<br />

Tram 9 gaat vanaf het CS rechtstreeks naar<br />

het Muziektheater.<br />

Parkeren bij het Muziektheater<br />

Onder het Muziektheater bevindt zich de<br />

parkeer garage ‘Het Muziektheater’. <strong>De</strong>ze<br />

is echter vaak al vroeg vol. Andere parkeergarages<br />

in de buurt: ‘Waterlooplein’ aan de<br />

Valkenburgerstraat en ‘Markenhoven’ tegenover<br />

politiebureau IJtunnel.<br />

Rechthebbenden die menen aan deze uitgave aan-<br />

spraken te kunnen ontlenen, wordt verzocht contact<br />

op te nemen met de uitgever. Niets uit deze uitgave<br />

mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar<br />

ge maakt zonder voorafgaande toestemming van<br />

de uitgever.<br />

Abonnementhouders van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

krijgen <strong>Odeon</strong> gratis thuisgestuurd. Wilt u <strong>Odeon</strong><br />

ook ontvangen? Voor 15 ontvangt u alle vier<br />

nummers van het betreffende seizoen thuis.<br />

Losse nummers kosten 4 incl. porto per stuk.<br />

Geef uw naam, adres, postcode en woonplaats<br />

op per (brief)kaart, e-mail of telefonisch. Zie linkerkolom.


FESTIVAL<br />

D’AIX-EN-PROVENCE<br />

4 - 27 JUILLET 2013<br />

+33 (0)4 34 08 02 17 Booking<br />

www.festival-aix.com<br />

Francisco Infante, Artifacts, from the series Pilgrimage of the Square, 1977<br />

RIGOLETTO<br />

Giuseppe Verdi<br />

DON GIOVANNI<br />

Wolfgang Amadeus Mozart<br />

world premiere<br />

THE HOUSE TAKEN OVER<br />

Vasco Mendonça<br />

ELENA<br />

Francesco Cavalli<br />

ELEKTRA<br />

Richard Strauss<br />

Concerts<br />

Académie européenne<br />

de musique

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!