Odeon 88 - start - De Nederlandse Opera
Odeon 88 - start - De Nederlandse Opera
Odeon 88 - start - De Nederlandse Opera
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
ODEON<br />
Magazine van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
23ste jaargang / nr. <strong>88</strong> mrt/apr/mei 2013<br />
<strong>88</strong><br />
8<br />
L’amour des trois<br />
oranges<br />
Sergej Prokofjev<br />
14 Die Walküre<br />
Richard Wagner<br />
24 La traviata<br />
Giuseppe Verdi
Zowel voor als na de voorstelling serveren wij speciaal voor u het theatermenu<br />
a € 32,50. U bent uiteraard ook van harte welkom voor de lunch.<br />
Tegen inlevering van deze advertentie ontvangt u<br />
één glas bubbels in combinatie met het theater menu.<br />
Één glas per persoon. Geldig tot 31-3-2013.<br />
Openingstijden keuken: Lunch: maandag t/m vrijdag van 12.00 - 15.00 uur zondag vanaf 13.00 uur. | Diner: zondag t/m woensdag van 17.30 - 23.30 uur donderdag t/m zaterdag van 17.30 - 24.00 uur.<br />
Brasserie FLO Amsterdam | Amstelstraat 9, 1017 DA Amsterdam | Tel.: +31 (0)20 890 4757 | Mail: info@fl oamsterdam.nl | www.fl oamsterdam.nl<br />
FLO-theatermenu-odeon-17okt.indd 1 18-10-12 11:54<br />
u bent geïnteresseerd in opera?<br />
u bent een regelmatig bezoeker van dno?<br />
u wilt daarom graag meer betrokken zijn bij dno?<br />
<strong>De</strong> Vereniging Vrienden van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> biedt u<br />
daartoe de gelegenheid. <strong>De</strong> Vereniging is nauw betrokken bij<br />
<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>, steunt DNO op allerlei manieren en<br />
wil de belangstelling voor opera in het algemeen bevorderen.<br />
Contributie per seizoen:<br />
Individueel lidmaatschap € 35,-<br />
Gezinslidmaatschap (2 personen) € 65,-<br />
Donateur (minimaal) € 100,-<br />
Fidelio (t/m 29 jaar) € 20,-<br />
ABN Amro: 43.40.57.207<br />
Vrienden van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
Waterlooplein 22<br />
1011 PG Amsterdam<br />
telefoon: (020) 5518282<br />
fax: (020) 6250920<br />
e-mail: vrienden@dno.nl<br />
www.vriendenvdopera.demon.nl<br />
2<br />
Het lidmaatschap van<br />
de Vrienden biedt u:<br />
* Exclusief Vriendenabonnement<br />
* Voorbespreking plaatskaarten<br />
* <strong>Opera</strong>filmavonden<br />
* Literaire avonden<br />
* Eendaagse operareizen<br />
* Meerdaagse operareizen<br />
* Vriendenbulletin<br />
* Prix d’Amis | Kerstmatinee<br />
* Fotojaarboek DNO<br />
vrienden van de nederlandse opera<br />
Fidelio, dé vereniging voor jonge<br />
operafans<br />
Jonge mensen t/m 29 jaar kunnen<br />
lid worden van Fidelio, Jonge<br />
Vrienden van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />
<strong>Opera</strong>. Voor deze groep worden<br />
speciale activiteiten georganiseerd.<br />
Column<br />
Zin in stilte…<br />
Ik sprak onlangs in de foyer van de<br />
Stopera een wat oudere vrouw. Tijdens<br />
de pauze van Die Zauberflöte stapte ze<br />
op mij en mijn vrouw af en vroeg: ‘Wat<br />
doet een opera met u?’<br />
Ik moest een beetje lachen want ik<br />
vond het een nogal directe vraag. Ook<br />
een vraag waar je niet meteen een<br />
antwoord op zou weten. Wat doet een<br />
opera met me? Ik stelde een wedervraag:<br />
‘Waarom wilt u dat weten?’<br />
<strong>De</strong> vrouw antwoordde: ‘Ik ben met een<br />
onderzoek bezig over het nut van opera.<br />
Zo’n voorstelling als vanavond kost<br />
ontzettend veel geld en als bezoekers<br />
van zo’n voorstelling het nut er niet van<br />
inzien, is het gewoon weggegooid geld.<br />
Ik ben zelf niet tegen opera maar ik vind<br />
bijvoorbeeld kinderopvang veel belangrijker.<br />
En op de zorg voor demente<br />
bejaarden mag ook niet bezuinigd worden.<br />
En nou nog een keer mijn vraag:<br />
wat doet opera met u?’<br />
Ik keek mijn vrouw aan en beiden<br />
beseften we dat we hier met een<br />
damesdrammer te maken hadden.<br />
Ik vroeg zo vriendelijk mogelijk: ‘Vindt<br />
u dat opera nut moet hebben?’<br />
<strong>De</strong> vrouw werd ongeduldig en zei:<br />
‘Ja, vind ik wel. Het moet je iets doen,<br />
je moet er een beter mens van worden<br />
waardoor je in de maatschappij ook<br />
beter functioneert. Op die manier breng<br />
je geld in het laatje van de maatschappij.<br />
Er gaat heel veel subsidie naar de<br />
opera en als de opera voor het publiek<br />
geen nut heeft dan is het weggegooid<br />
geld. U weet net zo goed als ik dat we<br />
in deze tijd allemaal de broekriem aan<br />
moeten halen. Maar goed, als u geen<br />
antwoord wilt geven op mijn simpele<br />
vraag wat opera met u doet, dan trek<br />
ik zelf mijn conclusie: het doet u niks.<br />
U bent hier alleen maar om wat met<br />
anderen te kwekken, om te netwerken,<br />
om te lanterfanten.’<br />
<strong>De</strong> dramvrouw sprak op een zeurderige,<br />
scherpe dreuntoon en zij wist<br />
met haar betoog woede in mij op te<br />
wekken. Ik wilde wat zeggen maar mijn<br />
vrouw Geurtie was eerder: ‘Wat bent<br />
u een opdringerig wezen en wat trekt<br />
u snel foute conclusies. Ik vraag me af<br />
wat u hier eigenlijk doet, hoe u hier<br />
binnengekomen bent en waarom u onze<br />
pauze wilt verpesten.’<br />
<strong>De</strong> ogen van de vrouw spuwden vuur.<br />
‘Ik stel gewoon een hele simpele vraag<br />
en u weigert daar antwoord op te<br />
geven. U bent bezig mijn werk te verpesten<br />
want ik had nog veel meer<br />
mensen willen vragen. Ik verpest niet<br />
uw pauze maar u verpest mijn pauze.’<br />
Mijn vrouw kon zich niet inhouden<br />
en zei: ‘U bent niet goed bij uw hoofd<br />
en daar wil ik het bij laten.’ <strong>De</strong> vrouw<br />
raakte buiten zinnen, er verschenen<br />
schuimvlokken rondom haar lippen en<br />
ze maakte aanstalten om mijn vrouw<br />
te slaan. Nog net op tijd kon ik haar in<br />
3<br />
bedwang houden. Van alle kanten<br />
schoten mensen ons te hulp. <strong>De</strong> vrouw<br />
begon te tieren over recht op vrijheid<br />
van meningsuiting en dat ik een dominee<br />
van lik-me-reet was en mijn vrouw<br />
een hoer. Het werd een onverkwikkelijke<br />
gebeurtenis die ik eigenlijk zo gauw<br />
mogelijk had willen vergeten, ware het<br />
niet dat deze vrouw symbool staat voor<br />
drammerige mensen die alles maar<br />
onder woorden willen brengen en<br />
overal het nut van in willen zien. En<br />
voortdurend appels met peren verge-<br />
lijken. En ook altijd een snel antwoord<br />
van je eisen. En als je wat aarzelt, dan<br />
vinden ze je verdacht en al gauw een<br />
lamlul.<br />
Hebt u dat ook, dat je de neiging<br />
krijgt om tegenovergesteld te reageren<br />
van wat er van je verwacht wordt? ‘Wat<br />
is het nut van opera?’ ‘Nul!’ ‘Bent u<br />
gelukkig?’ ‘Nee!’ Helemaal niets zeggen<br />
kan ook fijn zijn. Niet zeggen wat<br />
er door je heen gaat tijdens en na<br />
afloop van een indrukwekkende opera,<br />
zoals Die Zauberflöte. Zoals het ook<br />
zo fijn is om niet te vertellen wat er<br />
door je heen gaat na een heerlijke liefdesnacht.<br />
Wat er door je heen gaat bij<br />
het aanschouwen van een mooi kunstwerk.<br />
Het lijkt me heerlijk om in 2013<br />
veel te zwijgen. Veel mensen hebben<br />
tegenwoordig de neiging om essentiële<br />
gevoelens kapot te praten. Probeer<br />
niet alles onder woorden te brengen.<br />
En geef een ander ook de ruimte om te<br />
zwijgen. Als iemand ’s wat stil is, vraag<br />
dan niet meteen: ‘Is er wat?’ Geef geen<br />
antwoord op impertinente vragen. Loop<br />
weg bij mensen die jouw pauze willen<br />
bederven. Loop ook weg bij mensen<br />
die jouw leven willen bederven. Durf<br />
jezelf te beschermen. Durf ook in 2013<br />
grenzeloos en met volle teugen te<br />
genieten.<br />
Ik wens u een fijne voortzetting en<br />
een aangenaam etensmaal.<br />
Dominee Eppe Gremdaat<br />
PS: gelukkig zaten we op tijd in de<br />
zaal om het gedeelte na de pauze<br />
te aanschouwen.
Das Rheingold (Foto: Marco Borggreve)<br />
Die Wälkure (Foto: Ruth Walz)<br />
Wagner 200<br />
Hein van Eekert<br />
Muziek om lang mee te leven<br />
<strong>De</strong> radiomaker, de Tolkienkenner, het orkestlid, de Rijndochter, het koorlid en twee Wagnernovicen:<br />
Wagner bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> vanuit zeven verschillende oogpunten.<br />
Lang. Luid. Bombastisch. Zwaar. Moeilijk.<br />
Richard Wagner. Radio4-presentator Hans<br />
Haffmans vertelt: ‘Laatst kocht ik een donker-<br />
rode en loodzware wijn bij mijn plaatselijke<br />
specialist. Met hem heb ik het vaak over het<br />
karakter van wijn, waarvan hij meer weet<br />
dan ik en we vertalen dat dan wel eens naar<br />
muziek, waar ik weer iets vaker in duik. Hij<br />
typeerde de fles als een Wagner. Voor hen<br />
die Wagner niet gehoord hebben, is hij voorbaat<br />
al zwaar. <strong>De</strong> Ring bij DNO bewijst voor<br />
mij keer op keer het tegendeel.’<br />
Richard Wagner jubileert in 2013: tweehonderd<br />
jaar geleden werd hij geboren. <strong>De</strong><br />
echte liefhebbers zagen in de loop der jaren<br />
de meeste van zijn opera’s bij DNO voorbij<br />
komen. En het aantal liefhebbers breidde<br />
zich daarbij flink uit. Hans Haffmans zei het<br />
al: Wagner is niet zwaar. Of in elk geval niet<br />
té zwaar en dat hebben nieuwe luisteraars<br />
ontdekt. Zoals de zestienjarige Laura Laman.<br />
Met een voorliefde voor alternatieve rock,<br />
independent, punk-rock en klassieke muziek,<br />
zette Laura haar zinnen op Das Rheingold,<br />
de eerste van de vier opera’s die samen<br />
<strong>De</strong>r Ring des Nibelungen vormen: ‘Mijn<br />
ouders zouden er sowieso al heen gaan en<br />
waren daar erg enthousiast over. Ze dachten<br />
dat het te ingewikkeld voor mij zou zijn, maar<br />
ik was zo benieuwd door alle verhalen die<br />
ik erover hoorde dat ik ze heb overgehaald<br />
mij mee te nemen.’ Het werd een spannende<br />
avond: ‘Een moment waar ik bijna vergat te<br />
ademen was toen we afdaalden naar de<br />
smederij, met prachtige licht- en geluidseffecten<br />
van metaal (heavy metal!). Ook een<br />
kippenvelmoment was de opkomst van Erda:<br />
dat was echt onbeschrijfelijk mooi, heel erg<br />
indrukwekkend. Ik kan me nu heel goed het<br />
gevoel voorstellen als er een echte godin<br />
voor je komt te staan, zo voelde het toen<br />
Erda opkwam.’<br />
Enkeltje orkestbak<br />
Volgens Haffmans speelt de productie een<br />
grote rol in de aantrekkingskracht van de<br />
Ring op het publiek: ‘Pierre Audi duidt de<br />
karakters met meesterlijke hand en decorontwerper<br />
George Tsypin maakt van de toeschouwer-op-afstand<br />
een deelgenoot van<br />
het drama. <strong>De</strong> decors zijn geen zetstukken<br />
op een of ander toneel, de hele zaal is het<br />
toneel. Waar je ook zit, lijkt het wel een<br />
adventure seat te zijn. Je moet luisteren en<br />
kijken en erbij zijn. Er is geen andere optie.’<br />
Ook niet voor de zangers, die in deze Ring<br />
wel heel dicht bij het publiek komen. Sopraan<br />
Lisette Bolle, vorig seizoen Knappe en<br />
Blumenmädchen in Parsifal, stond dit seizoen<br />
in Das Rheingold als Woglinde, een van<br />
de drie Rijndochters: ‘Ik ben me ervan<br />
bewust dat er publiek is, maar probeer me<br />
toch te concentreren op dat wat er op het<br />
podium speelt. Er is slechts één moment dat<br />
ik het publiek zie en dat is als ik op die enorme<br />
glasplaat op mijn rug lig en naar boven<br />
kijk. Die mensen daar, in die adventure seats,<br />
dat moet toch wel een bijzondere operaervaring<br />
voor ze zijn.’<br />
Bolle zwom en rende als waternimf energiek<br />
en in hoge snelheid over die wel akelig<br />
schuin hangende glasplaat. Was ze niet<br />
bang weg te glijden richting het beneden<br />
haar zittende orkest? ‘Om eerlijk te zijn:<br />
bang niet, maar er zijn wel momenten<br />
geweest dat ik bijna een enkeltje orkestbak<br />
te pakken had en dan realiseer je je hoe<br />
hoog het daar boven in die rechterhoek is.<br />
We hebben tijdens de repetitieperiode op<br />
een houten plaat gerepeteerd en de spieren<br />
kunnen laten wennen. Die glasplaat was<br />
weer een heel andere ervaring. Zodra daar<br />
wat stof op ligt wordt die, met de kostuums<br />
aan, spekglad. Ook was hij een flink stuk<br />
groter en steiler. Gelukkig hebben we de tijd<br />
gehad eraan te wennen om alle bewegingen<br />
heel bewust uit te voeren. Het lijkt misschien<br />
niet zo – wat ik hoop – maar de scène van<br />
Alberich met de Rheintöchter is zoiets als<br />
een uur flinke fitness en daarbij moet je dan<br />
zo mooi mogelijk proberen te zingen. Pierre<br />
Audi’s regie is hier prachtig maar ook veeleisend<br />
en als dan blijkt dat je dat kunt, is dat<br />
een mooie overwinning.’<br />
4 5<br />
Orkest en koor<br />
Geen enkeltje orkestbak voor Lisette Bolle,<br />
maar daar is het volgens Hike Graafland,<br />
eerste violiste bij het Nederlands Philharmonisch<br />
Orkest, al spannend genoeg: ‘Ik<br />
vond het een unieke ervaring om telkens<br />
ergens anders te zitten bij de Ring. Vooral<br />
bij Siegfried en Walküre zaten we als orkest<br />
echt op het podium en raakte je vanzelf op<br />
een andere manier erbij betrokken. We konden<br />
opeens van alles zien! Vaak was dat heel<br />
spectaculair, dus soms moest je jezelf ertoe<br />
dwingen om vooral maar niet te kijken. <strong>De</strong><br />
muziek van Wagner is te lastig om je telkens<br />
te laten afleiden.’<br />
Veeleisend kan het ook zijn voor de koorleden,<br />
vertelt tenor Ruud Fiselier, lid van het<br />
Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>. <strong>De</strong> scène<br />
waarin het leger van de Gibichungen naar<br />
voren komt in Götterdämmerung, ziet er<br />
imposant uit voor het publiek, maar hijzelf<br />
heeft vooral herinneringen aan ‘de dikke<br />
schuimrubberen pakken waarin we ons kruipend<br />
onder luid geweld, beschenen door een<br />
zee van warme lichtspots, soppend door de<br />
dichte rook, half op de tast achter een gaasmasker<br />
rond moesten bewegen.’ Fiselier<br />
maakte in de loop der jaren diverse producties<br />
mee. Is de gedragen sfeer van Parsifal<br />
voor koorleden al heel anders dan de levendigheid<br />
van Die Meistersinger (‘Je gaat met<br />
een heel andere energie de bühne op.’), de<br />
opvatting van de regisseur speelt natuurlijk<br />
ook mee: ‘Wat bij de vorige productie van<br />
Die Meistersinger opviel, was dat ondanks<br />
het massale aspect iedereen van regisseur<br />
Harry Kupfer een taak en een doel kreeg in<br />
zijn enscenering – totaal logisch met de<br />
tekst en de muziek van Wagner en dat bleef<br />
eigenlijk de hele lange opera door zo.’<br />
Opvallende verschijning in die productie<br />
was de inmiddels overleden tenor Gösta<br />
Winbergh, die er aanvankelijk te oud uitzag<br />
voor de rol van de jonge Walther von<br />
Stolzing en die tot aan de generale maar<br />
niet uit wilde zingen: 'Tijdens Walthers<br />
prijslied, de grote zangerstest in het stuk,<br />
stonden wij allemaal strak van de spanning<br />
en liet de oudere Walther stralend vol zelfvertrouwen<br />
zijn innerlijke muzikale ervaring<br />
op ons los. Toen werd voor menigeen de<br />
euforie van de finalekandidaat in deze<br />
ouderwetse The voice of... pure realiteit op<br />
de bühne van het Muziektheater. Het gaf<br />
mij persoonlijk voor altijd het besef dat elke<br />
voorstelling voor elke solist een niet vanzelfsprekende<br />
prestatie of overwinning blijft.'<br />
Andere dimensie<br />
Ruud Fiselier maakte twee Parsifalensceneringen<br />
mee. <strong>De</strong> tweede, die van<br />
Pierre Audi, werd voor de negentienjarige<br />
student geschiedenis Pascal Leroi zijn<br />
‘geweldige eerste ontmoeting met een<br />
Wagneropera’: ‘In 2010 speelde ik op de middelbare<br />
school mee in het toneelstuk Merlijn<br />
of het barre land van Tankred Dorst, als<br />
Parsifal. Ik heb er erg veel goede herinneringen<br />
aan over gehouden. Al tijdens de repetities<br />
was bekend dat in 2012 de opera Parsifal<br />
van Wagner zou worden opgevoerd door <strong>De</strong><br />
<strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>. Ik ben er samen met het<br />
meisje dat mijn moeder Herzeloide speelde<br />
naartoe geweest. Vooral als Parsifal vertelt<br />
over het weggaan bij zijn moeder, en zijn<br />
binnenkomst bij de Graalridders zijn mij het<br />
meest bij gebleven. Dit vond ik heel mooie<br />
en ontroerende momenten. Het viel me op<br />
dat er niet echt een heel erg bombastisch<br />
decor was: het was eerder eenvoudig. Ik<br />
vond het heel knap hoe de solisten hun<br />
karakter zeer levendig lieten overkomen.’<br />
Dat decor, van Anish Kapoor, wekte interessante<br />
associaties op bij vertaalster en<br />
schrijfster Renée Vink. Ze vertaalde onder<br />
meer J.R.R. Tolkiens The Legend of Sigurd<br />
and Gudrun en publiceerde onlangs Wagner<br />
and Tolkien: Mythmakers, waarin ze een aantal<br />
heersende misverstanden over de relatie<br />
tussen het werk van Wagner en Tolkien<br />
rechtzet en overeenkomsten tussen de werken<br />
van beide kunstenaars laat zien. <strong>De</strong><br />
derde akte van Parsifal vond ze bijzonder<br />
memorabel: Als het om een enkele scène<br />
gaat, kies ik voor het begin van de derde akte<br />
van Parsifal, met dat zwarte gat van Anish<br />
Kapoor dat zo ontzettend goed bij de muziek<br />
paste. Ik kreeg ook prompt sciencefictionassociates,<br />
waarvoor de weg misschien wel<br />
was geplaveid door het zum Raum wird hier<br />
die Zeit uit akte I. Een space-time-continuüm<br />
met een gat dat misschien wel een wormgat<br />
is naar een andere dimensie... Zoiets<br />
spreekt enorm tot mijn verbeelding.’ Voor<br />
Renée Vink staat vast dat je Wagner pas echt<br />
kunt beleven in de zaal: YouTube of een dvd<br />
geven gewoonweg niet dezelfde ervaring.<br />
‘<strong>De</strong> drie ensceneringen die me het beste zijn<br />
bijgebleven, zijn de Tristan van 2008, de<br />
Parsifal van 2012 en de Götterdämmerung<br />
van 2005. Als geheel ga ik denk ik voor de<br />
laatstgenoemde. Het was de laatste voorstelling,<br />
iedereen ging er nog eens vol in,<br />
alles werkte mee en de sfeer was fantastisch.<br />
Vooral de tweede akte, met onder<br />
andere die stierenhoorns op de zijbalkons,<br />
en het slot – Linda Watson als een geweldige<br />
Brünnhilde tussen de wapperende rode<br />
doeken – vond ik fantastisch. Het was zo’n<br />
uitvoering waarbij het begrip Gesamtkunstwerk<br />
helemaal tot zijn recht kwam.’<br />
Tolkienfans raadt ze aan om allereerst<br />
Die Walküre te gaan proberen.<br />
Ideale Wagnerdirigent<br />
Voor violiste Hike Graafland bevat deze<br />
opera een fraai hoogtepunt: ‘Het slot uit de<br />
Walküre (derde akte, derde scène met Wotan<br />
en Brünnhilde) is zo prachtig en bezorgt mij<br />
nog altijd rillingen. Het allermeest is mij bijgebleven<br />
de Treurmars van Siegfried in<br />
Götterdämmerung. <strong>De</strong> manier waarop<br />
Hartmut Haenchen dat elke keer dirigeerde<br />
was onvergetelijk.’ En daar noemt ze meteen<br />
Siegfried (Foto: Ruth Walz) Götterdämmerung (Foto: Monika Rittershaus)<br />
een andere held uit het Wagnerfirmament<br />
van DNO: ‘Hartmut Haenchen is voor mij<br />
de ideale Wagnerdirigent, zeker in dit soort<br />
megaproducties als de Ring. Hij houdt altijd<br />
het grote overzicht, maar met oog voor<br />
detail. Hij is trouw aan de partituur, kent die<br />
grandioos van binnen en van buiten en weet<br />
de repetitietijd heel goed in te delen.<br />
Zangers werken niet voor niets graag met<br />
hem en dat merk je ook in het orkest. Vooral<br />
tijdens de voorstellingen is zijn manier van<br />
dirigeren groots en meeslepend. Je kunt<br />
bijna niet anders dan daarin meegaan, ook<br />
al heb je nog zo’n hekel aan Wagner of aan<br />
het spelen van Wagner. Zelfs de langste<br />
opera (Götterdämmerung) vloog daardoor<br />
voorbij. Hij heeft respect voor de musici en<br />
hij beseft hoe zwaar en moeilijk het is om<br />
alles zo goed mogelijk te spelen. Hij benadert<br />
opera echt vanuit de muziek.’<br />
Muziek waar je volgens Hans Haffmans<br />
heel lang mee kunt leven om die helemaal<br />
te doorgronden: ‘Ik ben nog te jong als<br />
Wagnerliefhebber om te spreken over de<br />
betekenis van zijn muziek. Voor mijn gevoel<br />
zit ik voorlopig nog in het stadium van luisteren,<br />
heel veel en vooral langdurig luisteren.<br />
Over Berlioz, Tsjaikovski en Verdi heb ik<br />
een mening of zie ik een of ander perspectief,<br />
maar Wagner is me vooralsnog te machtig.<br />
Hij is groter dan ik, voorlopig tenminste.’
Adv_SAAR_ODEON_V2_92x133 09-01-13 13:02 Page 1<br />
<strong>De</strong><br />
Stilte<br />
van<br />
Saar<br />
2012 2013<br />
MAARt 2013<br />
5 Peter Lockwood (piano)<br />
Bouw mee aan het <strong>De</strong>coratelier<br />
en kom het resultaat met eigen ogen bekijken!<br />
<strong>De</strong> renovatie van het <strong>De</strong>coratelier van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> is in volle gang. U kunt nog meebouwen!<br />
Doneer en draag bij aan duurzaam vakmanschap!<br />
Kijk op www.dno.nl/decoratelier voor filmpjes over de ambachten in het <strong>De</strong>coratelier, meer informatie en om online te doneren.<br />
U vindt hier ook meer informatie over de fiscale voordelen van schenken.<br />
6 7<br />
12 Marieke Reuten (alt)<br />
John van Halteren (tenor)<br />
Jean-Claude Ohms (bariton)<br />
Brian Fieldhouse (piano)<br />
19 Myra Kroese (alt-mezzo)<br />
Nathalie Doucet (piano)<br />
(NB: in de Boekmanzaal)<br />
26 Adva Tas (sopraan)<br />
Mirsa Adami (piano)<br />
APRIL 2013<br />
2 Geen concert<br />
9 Hiroko Mogaki (mezzosopraan)<br />
Mitsuyoshi Ikegaya (shakuhachi)<br />
Brian Masuda (piano)<br />
elke dinsdag | 12:30 - 13:00<br />
TOEGANG GRATIS<br />
16 Michaëla Karadjian (sopraan)<br />
Anneleen Bijnen (alt-mezzo)<br />
NN (piano)<br />
23 Tadeu Duarte (piano)<br />
30 Geen concert<br />
MEI 2013<br />
7 Dutch National <strong>Opera</strong> Academy<br />
14 Tomoko Makuuchi (sopraan)<br />
Harry Teeuwen (bariton)<br />
Ryoko Kondo (piano)<br />
21 Geen concert<br />
28 Frank Engel (tenor)<br />
Rende Luitjes (piano)<br />
Open Huis 2013<br />
Ook tijdens het komende Open Huis<br />
zullen de verschillende ambachten in<br />
het Muziektheater centraal staan.<br />
<strong>De</strong> kostuumafdeling van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />
<strong>Opera</strong> en Het Nationale Ballet, de afdeling<br />
rekwisieten en de kap- en grimeafdeling<br />
stellen hun deuren open. Verder kunt u<br />
die dag genieten van optredens en andere<br />
activiteiten.<br />
Zaterdag 23 maart 2013<br />
Van 11.00 tot 16.00 uur<br />
Toegang gratis<br />
Kijk op www.muziektheater.nl<br />
voor het volledige programma.<br />
Open Dag 2012 (Foto’s: Hans van den Bogaard)
L’amour des trois oranges (Foto’s: Hans van den Bogaard)<br />
L’amour des trois oranges<br />
Hierbij vervloek ik je tot<br />
liefde voor drie sinaasappelen!<br />
Ondanks ontberingen en gevaren<br />
zul je dag en nacht op zoek gaan<br />
naar de drie sinaasappelen!<br />
Begeer ze! Begeer ze! (Fata Morgana)<br />
Proloog<br />
Het publiek debatteert over de vraag wat<br />
voor voorstelling er moet worden opgevoerd.<br />
Er zijn voorstanders van de tragedie, van de<br />
komedie, van de farce en van het lyrische<br />
drama. <strong>De</strong> ‘Zonderlingen’ winnen het pleit,<br />
en kondigen de opvoering van ‘<strong>De</strong> liefde<br />
voor de drie sinaasappelen’ aan.<br />
I<br />
<strong>De</strong> zoon van de Klaverkoning lijdt aan ongeneeslijke<br />
zwaarmoedigheid. Er blijkt slechts<br />
één medicijn te bestaan: een flinke lachbui.<br />
<strong>De</strong> koning geeft opdracht aan de nar<br />
trouffaldino om festiviteiten te organiseren<br />
die dit moeten bewerkstelligen. Het gewenste<br />
resultaat wordt niet bereikt.<br />
8<br />
II<br />
Pas als de heks Fata Morgana – een<br />
beschermelinge van de vijandige<br />
Schoppenkoning, die er belang bij heeft<br />
dat de prins niet geneest – struikelt, barst<br />
de Prins in luid gelach uit. Fata Morgana is<br />
ziedend en spreekt een vloek uit: de Prins<br />
zal verliefd worden op drie sinaasappelen.<br />
<strong>De</strong>ze bevinden zich in het kasteel van de<br />
heks Créonte.<br />
III<br />
<strong>De</strong> Prins en trouffaldino stelen de sinaasappelen<br />
uit de keuken van Créonte, waar een<br />
angstaanjagende kokkin hen met een grote<br />
pollepel bedreigt. <strong>De</strong> vruchten mogen uitsluitend<br />
in aanwezigheid van water worden<br />
geopend. Maar midden in de woestijn kan<br />
de dorstige trouffaldino zich niet bedwingen,<br />
en als gevolg daarvan sterven twee<br />
prinsessen die in de vruchten verborgen<br />
zitten. Een derde, Ninette, wordt gered.<br />
IV<br />
Pas na talrijke complicaties, waarbij onder<br />
meer Ninette in een rat wordt veranderd en<br />
de Prins bijna huwt met Sméraldine, een<br />
vertrouwelinge van Fata Morgana, komt<br />
alles toch nog goed. <strong>De</strong> Prins en Ninette<br />
trouwen met elkaar, en zij leven nog lang<br />
en gelukkig!<br />
vr 1 mrt 2013 première<br />
20.00 uur<br />
di 5 mrt 20.00 uur<br />
do 7 mrt 20.00 uur<br />
zo 10 mrt 13.30 uur<br />
di 12 mrt 20.00 uur<br />
vr 15 mrt 20.00 uur<br />
ma 18 mrt 20.00 uur<br />
do 21 mrt 20.00 uur<br />
Het Muziektheater Amsterdam<br />
Kaartverkoop is reeds begonnen.<br />
Bij het ter perse gaan van deze <strong>Odeon</strong> zijn er<br />
nog kaarten verkrijgbaar.<br />
Bel het Kassa-bespreekbureau: 020-625 5455<br />
Online reserveren: www.dno.nl<br />
Inleidingen door Willem Bruls<br />
Plaats: Muziektheater (foyer 2de balkon)<br />
Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere<br />
voorstelling, dus 19.15 uur (avond)/12.45 uur<br />
(matinee)<br />
Lengte: ± 30 minuten<br />
Toegang: gratis op vertoon van een plaatsbewijs<br />
voor de voorstelling van die dag<br />
Met steun van de Vereniging Vrienden<br />
van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
Uitzenddatum<br />
Radio 4, NTR <strong>Opera</strong> Live:<br />
zaterdag 23 maart, 19.00 uur<br />
Dinerbuffetten<br />
Bij elke avondvoorstelling van DNO kunt u<br />
ge nie ten van een diner buffet in de foyer van het<br />
Muziektheater. Zo kunt u rustig eten en bent u op<br />
tijd voor de opera. Reserveren: 020-625 5455<br />
of via www.muziektheater.nl/kaarten.<br />
9<br />
Sergej Prokofjev 1891-1953<br />
L’amour des trois<br />
oranges<br />
Opéra en quatre actes<br />
avec prologue<br />
libretto<br />
Sergej Prokofjev<br />
muzikale leiding<br />
tomásˇ Netopil<br />
regie/kostuums<br />
Laurent Pelly<br />
decor<br />
Chantal thomas<br />
licht<br />
Joël Adam<br />
choreografie<br />
Laura Scozzi<br />
Le Roi de Trèfle<br />
Philippe Rouillon<br />
Le Prince<br />
Martial <strong>De</strong>fontaine<br />
La Princesse Clarice<br />
Letitia Singleton<br />
Léandre<br />
Nahuel di Pierro<br />
Trouffaldino<br />
Serghei Khomov<br />
Pantalon<br />
Quirijn de Lang<br />
Le Magicien Tchélio<br />
Kurt Gysen<br />
Fata Morgana<br />
Anna Shafajinskaja<br />
Linette<br />
Florieke Beelen<br />
Nicolette<br />
Julia Westendorp<br />
Ninette<br />
Elizabeth Cragg<br />
La Cuisinière<br />
Lukas Jakobski<br />
Farfarello/Le Héraut<br />
Alexander Vassiliev<br />
Sméraldine<br />
Olivia Vermeulen<br />
Residentie Orkest<br />
Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
instudering Ms Ching-Lien Wu<br />
<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 2 uur en 30 minuten.<br />
Er is 1 pauze.<br />
<strong>De</strong> opera wordt in het Frans gezongen,<br />
Nederlands en Engels boventiteld.<br />
Het operaboek L’amour des trois oranges is<br />
verkrijgbaar in het Muziek theater.<br />
Daarin staan onder meer een uitgebreide<br />
synopsis en het libretto in het Frans en het<br />
Neder lands. <strong>De</strong> prijs is 8.<br />
Reprise
Sergej Prokofjev (1918)<br />
Achtergrond L'amour des trois oranges<br />
Kees Arntzen<br />
Reis om de wereld<br />
met drie sinaasappelen<br />
‘Heeft u ooit in de gevangenis gezeten?’ vroeg de immigratiebeambte aan Sergej Prokofjev, toen die voor<br />
het eerst voet op Amerikaanse bodem probeerde te zetten. ‘Ja, zeker!’ ‘Da’s niet zo best,’ antwoordde de<br />
agent. ‘Waar was dat dan wel?’ ‘Hier op uw eiland...’ ‘Geen grapjes, dit is een serieuze ondervraging!’<br />
was de barse repliek.<br />
Op 21 augustus 1918 meerde de ‘s.s. Grotius’<br />
af in de haven van San Francisco, maar<br />
omdat in de Verenigde Staten juist de ‘war<br />
on Bolshevism’ in alle hevigheid woedde,<br />
werden Russische passagiers aan de<br />
scherpste controles onderworpen. Dat<br />
gebeurde tijdens een driedaagse detentie<br />
op Angel Island, vlak voor de kust. Na een<br />
droomverblijf op het bloemenrijke Honolulu<br />
kort daarvoor viel deze ontvangst de zevenentwintigjarige<br />
pianocoryfee wat rauw op<br />
het dak. Pas na een verklaring van de<br />
Russische consul mocht Prokofjev inreizen:<br />
het enige geweld dat Prokofjev volgens die<br />
verklaring in Amerika zou gaan gebruiken,<br />
zou dat van zijn vingers op pianotoetsen<br />
zijn. Dat liet de ‘kozakken-Chopin’ zoals de<br />
pers hem spoedig doopte, zich geen twee<br />
keer zeggen.‘Zijn vingers zijn van staal, zijn<br />
polsen zijn van staal, zijn biceps en triceps,<br />
zijn schouderblad, allemaal staal,’ wist de<br />
criticus van The New York Times over de pianist<br />
te melden. En volgens Prokofjev zelf<br />
voelde zelfs de zwarte liftboy van het hotel<br />
bewonderend aan zijn spieren, omdat hij<br />
hem voor een bokser hield.<br />
Met pianorecitals en hulp van industriële<br />
bewonderaars en Russische immigranten<br />
wist Prokofjev zich die eerste tijd in Amerika<br />
aardig staande houden. In plaats van een<br />
buitenlands verblijf van negen maanden,<br />
waarop hij zich had voorbereid, zou het uiteindelijk<br />
wel negen jaar duren voordat hij<br />
oude vrienden in het inmiddels totaal veranderde<br />
Rusland zou terugzien. Na enkele<br />
voorzichtige Rusland-bezoeken in de late<br />
jaren ’20 besloot Prokofjev in 1936 zich weer<br />
metterwoon met zijn gezin in Moskou te<br />
vestigen. Waarschijnlijk te zeer door heimwee<br />
gedreven, slaagde hij er niet in het<br />
ware karakter van het Stalinregime juist<br />
in te schatten. Hij moest meemaken hoe<br />
al binnen drie jaar, in juni 1939, een van<br />
zijn belangrijke artistieke vrienden uit de<br />
Revolutiejaren ten prooi viel aan Stalins<br />
‘zuiveringen’. Dat was de visionaire dramaturg<br />
Vsevolod Meyerhold (1874-1940), die aan<br />
de basis stond van minstens drie Prokofjevopera’s<br />
en die ze graag had willen ensceneren.<br />
Tot de regie van zelfs maar één ervan is<br />
het nooit gekomen. In 1939 leek het eindelijk<br />
zover, maar midden onder de repetities van<br />
Prokofjevs Semyon Kotko werd Meyerhold<br />
gearresteerd en afgevoerd.<br />
theaterconventies<br />
Meyerhold was het ook geweest, die Prokofjev<br />
op het spoor zette van de opera L’amour des<br />
trois oranges – zijn eerste grote theatersucces.<br />
In een toneeltekst van de 18de-eeuwse<br />
Venetiaanse toneelschrijver Carlo Gozzi<br />
had Meyerhold voor zichzelf een goudmijn<br />
ontdekt. Hij voelde zich er vooral door aan-<br />
getrokken, omdat hij de daarin aanwezige<br />
elementen uit de commedia dell’arte wilde<br />
gebruiken bij zijn pogingen het Russische<br />
theater te vernieuwen. Tegen de laatromantische,<br />
superrealistische manier van theatermaken<br />
die Stanislavski in Rusland had<br />
ingevoerd, wilde Meyerhold zich bewust<br />
afzetten. <strong>De</strong> tekst sprak hem extra aan<br />
omdat ook Gozzi de theaterconventies van<br />
zijn tijd op de hak nam. Dat deed de Italiaan<br />
aan de hand van een volkssprookje: een<br />
prins wordt wegens zijn lamlendigheid door<br />
een hogere macht veroordeeld tot de liefde<br />
voor drie sinaasappelen. Dat uit die sinaasappelen<br />
drie mooie meisjes groeien waarvan<br />
de laatste zelfs tot prinses wordt uitverkoren,<br />
was voor het publiek fijn, maar niet<br />
direct Gozzi’s doel. Hij wilde vooral de twist<br />
tussen twee literaire grootheden uit zijn tijd<br />
opstoken: die tussen Carlo Goldoni en Pietro<br />
Chiari. <strong>De</strong> prins uit het sprookje is bij Gozzi<br />
dan ook niet zomaar ziek, maar ziek door een<br />
bepaald soort lectuur – de ‘martelliaanse ver-<br />
zen’ waarvan Chiari zich placht te bedienen.<br />
Meyerhold had het goed te pakken: niet<br />
alleen bewerkte hij de tekst, in de jaren pal<br />
voor de revolutie gaf hij zelfs een aantal tijdschriften<br />
uit onder de naam <strong>De</strong> liefde voor<br />
de drie sinaasappelen. Prokofjev was ermee<br />
bekend, toen hij na omzwervingen door de<br />
Kaukasus begin 1918 terugkeerde in Sint-<br />
10 11<br />
Petersburg, dat nog woelig was, maar vol<br />
artistiek élan. ‘Lenin stond volledig achter<br />
ons,’ schreef componist Arthur Lourié over<br />
die tijd. ‘Niemand belemmerde de futuristische<br />
kunstenaar in zijn decoratieve escapades.<br />
Tijdens de Revolutie werden alle<br />
omheiningen, bruggen en muren op de<br />
onwaarschijnlijkste wijze beschilderd met<br />
de onwaarschijnlijkste fantasie.’ Toch wilde<br />
Prokofjev daar toen niet blijven. Hij had in<br />
de Kaukasus een Amerikaanse industrieel<br />
ontmoet, die hem overzeese kansen bood:<br />
het Westen lonkte.<br />
Naar Amerika<br />
Van een rechterhand van Lenin, Loenatsjarski,<br />
inderhaast gebombardeerd tot ‘Commissaris<br />
voor Volkseducatie en Cultuur’, kreeg<br />
Prokofjev relatief gemakkelijk toestemming<br />
het land te verlaten, maar dwars door de<br />
frontlinies naar het Westen te reizen was in<br />
die dagen onmogelijk. Met de allerlaatste<br />
Transsiberië Express – vlak voordat ook die<br />
route door Tsjechische troepen werd afgesneden<br />
– wist Prokofjev naar Vladivostok te<br />
komen; vervolgens ging het naar Japan, naar<br />
Honolulu, naar Amerika. In zijn bagage: de<br />
door Meyerhold bewerkte Gozzi-tekst, van<br />
revolutionair gehalte, maar niet als zodanig<br />
herkend door de immigratiedienst.<br />
Het zou nog even duren voordat Prokofjev<br />
de zegetocht van deze burleske en zo ver-<br />
frissende opera kon meemaken. Al snel<br />
krijgt hij dankzij invloedrijke vrienden de<br />
opdracht een opera te schrijven voor Chicago.<br />
Over de keus hoeft hij niet lang te talmen.<br />
Tijdens het vele maanden durende reizen<br />
had hij er al vaak over nagedacht. <strong>De</strong><br />
Italiaanse dirigent Campanini, directeur<br />
van de Chicago <strong>Opera</strong> Company, is meteen<br />
enthousiast en zwijmelt zelfs bij het idee<br />
aan muziektheater op tekst von ‘onze lieve<br />
Gozzi’. Maar hij sterft voortijdig en ook de<br />
jonge Prokofjev zelf lijkt in die zomer aan<br />
ziektes te bezwijken. Maar ondanks een aanval<br />
van roodvonk, gecombineerd met difterie<br />
en een abces in de keel, levert hij de partituur<br />
op de afgesproken datum in, op 1 oktober 1919.<br />
Dan volgen teleurstellingen en pas in 1921<br />
kan de opera eindelijk in première gaan: met<br />
succes in Chicago, maar met een nog koele<br />
respons in New York. Europa betoont zich<br />
ontvankelijker. In 1922 keert Prokofjev naar<br />
het oude continent terug en vestigt zich op<br />
het platteland in Beieren. Naast symfonieën<br />
en concerten worden ook de Sinaasappelen<br />
uit Prokofjevs oeuvre gretig geplukt. Uitvoeringen<br />
van de opera vinden plaats in Keulen<br />
(1925), Berlijn (1926), Leningrad (1926) en<br />
Moskou (1927).<br />
Enthousiast is Prokofjev vooral over de<br />
uitvoering in de stad waar hij als dertienjarige<br />
aan het conservatorium kwam en<br />
waar hij zoveel herinneringen hervond. In<br />
1927 bezoekt hij voor het eerst sinds jaren<br />
zijn oude vrienden in Leningrad en natuurlijk<br />
ook het theater aldaar. Prokofjev is zeer<br />
lovend over de uitvoering van zijn Oranges<br />
daar: ‘Het was niet alleen de beste van alle<br />
ensceneringen die ik heb gezien, maar ook<br />
in zoverre de beste, dat de andere zich daarbij<br />
vergeleken als uitgesproken provinciaals<br />
voordoen.’<br />
Het is duidelijk: Prokofjev is eindelijk<br />
weer thuisgekomen, ook al onderbouwt hij<br />
zijn oordeel met talloze toelichtende waarnemingen:<br />
‘<strong>De</strong> glans en de lichtheid van de<br />
proloog, het fantastische van de scène in<br />
de hel, de rennende voeten van Trouffaldino,<br />
de trapeze, de kooi met Fata Morgana, de<br />
duizelingwekkende tempi en de precisie van<br />
de toneelmachinerie vlak voor het verschijnen<br />
van de Kokkin – dat alles kon slechts bereikt<br />
worden dankzij het buitengewoon hoge<br />
artistiek niveau van dit operahuis.’<br />
Modern en bijzonder<br />
Net als in Mozarts Zauberflöte staan er in<br />
deze sprookjesopera achter de voornaamste<br />
protagonisten universele machten van goed<br />
en kwaad. Tovenaar Tchélio is op de hand<br />
van de Prins en vertegenwoordigt het goede;<br />
de boze fee Fata Morgana steunt echter de<br />
snode samenspanners Léandre, Clarice en<br />
Sméraldine. Ook de buffo-karakters zijn<br />
verdeeld als bij de Zauberflöte: Papageno<br />
vinden we terug in de komische Trouffaldino,<br />
die alles doet om de Prins aan het lachen te<br />
krijgen en die ook fungeert als metgezel bij<br />
de speurtocht naar de drie sinaasappelen.<br />
Die worden bewaakt door een pendant van<br />
Monostatos uit Mozarts laatste Singspiel:<br />
dit keer niet een neger, maar een vrouw, een<br />
enorme kokkin, gewapend met een soeplepel<br />
maar door de geringste flikkering van een<br />
sieraad afgeleid en verkocht.<br />
Nieuw en revolutionair is echter vooral<br />
de rol van het koor, als een soort derde laag<br />
in het verhaal. Het neemt op beslissende<br />
momenten deel aan de actie, maar vecht<br />
onderling ook een huilerige strijd om het<br />
alleenrecht op het theater uit. Aanhangers<br />
van de komedie, de tragedie, van het lyrisch<br />
theater of juist van de klucht bestoken<br />
elkaar voor open doek met ‘moderne’<br />
wapens als parapluutjes en zweepjes. Het<br />
zijn juist dit gelaagde concept en de veelheid<br />
aan theatrale actie, die deze opera in<br />
de jaren ’20 zo modern en bijzonder maakten,<br />
al moest Prokofjev wel het nodige aan<br />
de oorspronkelijke Meyerhold-tekst<br />
bijstellen.<br />
Hij verkortte de handeling en pepte het<br />
verhaal op door juist aan het bizarre zijn<br />
bijzondere aandacht te geven: de enorme<br />
soeplepel waarmee de Kokkin als een echte<br />
dragonder woest in het rond zwaait. En het<br />
uitverkoren derde sinaasappelmeisje wordt<br />
door kwade machten van gedaante veranderd,<br />
juist als de Prins met zijn koninklijke<br />
vader terugkomt, om haar aan hem voor te<br />
stellen. Maar Prokofjev kiest niet, zoals<br />
Gozzi en Meyerhold, voor een witte duif,<br />
maar voor een mansgrote, zwarte rat, die<br />
prinsheerlijk op het fluweel van de troon<br />
zit en zijn snorharen op en neer laat gaan.<br />
Subtiele verwijzingen<br />
Opvallend ook de namen die Prokofjev voor<br />
de drie sinaasappelmeisjes kiest: Linette,<br />
Nicolette en Ninette. Zijn eerste vrouw<br />
Caroline, die Prokofjev na een concert in<br />
New York bij de artiestenuitgang had leren<br />
kennen, noemde zich als zangeres Lina, en<br />
bleek vereerd dat Prokofjev haar naam in de<br />
opera vereeuwigde, ook al sterft dit meisje<br />
als eerste van de dorst. Maar wist ze ook dat<br />
Prokofjev als negentienjarige in Rusland<br />
kennis had aan een veertienjarige Nina uit<br />
een welgestelde Petersburger familie, met<br />
wie hij wilde uitbreken? Ook al verandert het<br />
derde meisje, ‘Ninette’, in de opera tijdelijk<br />
in een vette rat, zij wordt tijdig teruggetransformeerd<br />
en is op de keper beschouwd het<br />
enige van de drie meisjes dat overblijft en<br />
een vorstelijke toekomst tegemoet gaat...<br />
Hoeveel elementen uit zijn eigen wereld-<br />
Prokofjev in de opera verstopte, zullen we<br />
nooit precies weten, maar zeker is dat hijzich<br />
naar hartenlust kon uitleven en zijn<br />
pijlen daarbij ook op de operatraditie richtte.<br />
Het is bijvoorbeeld niet moeilijk in de figuren<br />
van de complotterende Léandre en Clarice<br />
afspiegelingen van Wagners Telramund en<br />
Ortrud uit Lohengrin te herkennen. Door dit<br />
soort subtiele verwijzingen spat het makersplezier<br />
er soms van af. Uiterst trefzeker was<br />
Prokofjev erin om – net als bij zijn latere ballet<br />
Romeo en Julia – één enkele markante<br />
melodie tot handelsmerk en herkenningspunt<br />
van de hele opera te maken: de onvergetelijke<br />
marsmuziek die voor het eerst<br />
klinkt als de festiviteiten op komst zijn die<br />
de larmoyante Prins aan het lachen moeten<br />
brengen.<br />
L’amour des trois oranges (Foto: Hans van den Bogaard)
Kom mee op een prikkelende ontdekkingsreis. Met <strong>Opera</strong>Flirt beleef je een exclusieve<br />
opera-avond. Maak kans op een van de veelgevraagde plaatsen die we voor dit bijzondere<br />
programma gereserveerd hebben. Samen met anderen geniet je van een unieke voorstelling.<br />
<strong>Opera</strong>Flirt-avonden 2012 - 2013<br />
L’amour des trois oranges<br />
do 7 maart 2013<br />
Mijn eerste opera-ervaring…<br />
Lena Vizy – <strong>Opera</strong>Flirter<br />
30 jaar, Amsterdam<br />
La traviata<br />
wo 8 mei 2013<br />
Wat was je eerste opera?<br />
Die Zauberflöte, geënsceneerd voor kinderen. Dat was in Berlijn toen ik nog<br />
maar vijf jaar oud was.<br />
Met wie ben je gegaan?<br />
Mijn vader en mijn vriendje (die nog steeds mijn beste vriend is).<br />
Hoe heb je het ervaren?<br />
Toen we naar huis liepen zong ik Pa-Pa-Pa-Pa-Pa-Papagena!<br />
Wat is je lievelingsopera?<br />
Ik hou wel heel erg van Puccini’s Madama Butterfly, daar krijg ik aan het<br />
eind altijd kippenvel van en een paar traantjes in mijn ogen. Maar bij<br />
DNO is het zeker A Dog’s Heart – toen ben ik echt van mijn stoel gevallen.<br />
Zo verrassend anders!<br />
Waarom vind je opera zo’n bijzondere kunstvorm?<br />
Het kan me raken als geen andere kunstvorm. Er bestaat zoiets als een speciaal<br />
operamoment, dat niet makkelijk in woorden is te vatten. Een zanger<br />
staat op het podium te presteren en ineens is er een moment van intense<br />
intimiteit. Je hebt het gevoel dat deze persoon alleen voor jou zingt en je<br />
begrijpt hem/haar volledig. Het is een universeel en verbindend moment dat<br />
je deelt met de zanger maar ook met het hele publiek. Het maakt helemaal<br />
niet uit of de opera 400 jaar oud is of één jaar en of er 10 mensen in de zaal<br />
zitten of 2.000. Dit is de reden waarom ik verliefd ben geworden op opera en<br />
altijd weer opnieuw verliefd zal worden.<br />
Interview L’amour des trois oranges<br />
Marianne Broeder<br />
Strikt en straight<br />
Met L’amour des trois oranges maakt de Tsjechische dirigent Tomáš Netopil zijn debuut bij<br />
<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>. Een gesprek over de ‘eenvoud’ van Prokofjevs complexe partituur<br />
en de cinematografische vaart van het burleske libretto.<br />
Hij is pas 35 jaar maar heeft de grote operahuizen<br />
en concertzalen al lang veroverd. <strong>De</strong><br />
Tsjechische dirigent Tomáš Netopil leidde<br />
vele Mozarts, Frans repertoire en vanzelfsprekend<br />
werken van zijn landgenoten<br />
Dvorˇák, Smetana, Suk en Janáček. <strong>De</strong>zer<br />
dagen maakt hij zijn debuut bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />
<strong>Opera</strong> met L’amour des trois oranges.<br />
Wat minder bekend is: Netopil is ook violist.<br />
Ten tijde van ons gesprek is hij volop in<br />
beslag genomen door de repetities van Die<br />
Zauberflöte, een productie van de Vlaamse<br />
<strong>Opera</strong> Antwerpen in de regie van David<br />
Hermann. ‘Spectaculair,’ verklapt hij met<br />
groot enthousiasme. Met moeite maar terecht<br />
laat hij er vóór de première nog niets<br />
over los. Een voorkeur voor opera heeft<br />
Netopil ‘beslist niet’. Concertrepertoire en<br />
opera zijn voor hem als een Siamese tweeling,<br />
ze kunnen niet zonder elkaar. Voor zijn<br />
uitvoeringen brengt hij beide genres zorgvuldig<br />
in evenwicht. ‘Het is altijd fiftyfifty,’<br />
verzekert hij. ‘Symfonische muziek bergt<br />
óók drama in zich. Een dirigent moet het<br />
verhaal van de muziek over het voetlicht<br />
kunnen brengen, ook als er geen tekst is.’<br />
Vlucht uit de werkelijkheid<br />
Tijdens gestolen uurtjes tussen de repetities<br />
door buigt Netopil zich over de partituur van<br />
Oranges, die nieuw voor hem is. ‘Een geweldige<br />
uitdaging,’ vindt hij, ‘maar een complex<br />
werk en erg lastig voor de uitvoerders, ijzersterk<br />
met krachtige muziek.’ Oranges verbeeldt<br />
een komisch, absurdistisch sprookje over<br />
een zwaarmoedige Prins die veroordeeld<br />
wordt tot liefde voor drie sinaasappels die<br />
elk een potentiële bruid bergen. Het verhaal<br />
combineert personages uit verschillende<br />
werelden. Naast de hoofdpersonen de Prins,<br />
de Klaverkoning en zijn hofhouding figureren<br />
surrealistische onderaardse wezens: een<br />
heks, een tovenaar en andere boze geesten.<br />
Ook een kritisch publiek van Tragici, Komici,<br />
Lyrici, Leeghoofden en Zonderlingen neemt<br />
deel aan de handeling.<br />
Prokofjev ontleende zijn libretto voor<br />
Lyubov k Trem Apelsinam aan het gelijknamige<br />
tijdschrift van zijn geestverwant,<br />
theaterregisseur Vsevolod Meyerhold, die<br />
het naturalistische Moskouse theater van<br />
zijn tijd bekritiseerde. In Oranges keerde<br />
Prokofjev zich navenant tegen de laatroman-<br />
tische, superrealistische traditie in de opera.<br />
In 1918 week hij uit naar de Verenigde Staten,<br />
uit angst voor de toenemende beknotting<br />
van avant-gardekunst en vrijheid van denken<br />
in zijn vaderland. Een jaar later voltooide hij<br />
Oranges, aanvankelijk in het Russisch. Later<br />
vertaalde hij zijn libretto in het Frans. Heeft<br />
Prokofjev met zijn emigratie en zijn vrolijke<br />
opera de harde Russische politieke werkelijk-<br />
heid willen ontvluchten? Netopil vermoedt<br />
van wel: ‘Prokofjevs houding doet denken<br />
aan die van Sjostakovitsj. Beiden bleven de<br />
Russische muziektraditie trouw, maar trokken<br />
hun idioom en soms hun teksten in het<br />
absurde. Grotesk, tegendraads en met<br />
bijtend sarcasme.’<br />
13<br />
Neoklassiek idioom<br />
We spreken over Prokofjevs partituur, een<br />
meesterlijke uitbeelding van de burleske<br />
verhaallijnen. In totaal uiteenlopende muzikale<br />
stijlen, geniaal samengevoegd tot een<br />
fascinerend geheel. Soms klinken contemplatief<br />
lyrische lijnen, dan weer absurdistische<br />
avant-garde met hortende ritmiek,<br />
dissonante intervallen en botsende toonsoorten.<br />
Herinnerend aan de Klassieke<br />
symfonie, maar ook aan de Scythische suite<br />
met echo’s van Stravinsky’s neoclassicisme.<br />
Netopil knikt: ‘Alle stijlen van Prokofjev<br />
zitten in deze opera. Ik heb zijn Eerste symfonie<br />
geleid, de pianoconcerten en ik speelde<br />
een van zijn vioolsonates.’ (grinnikend)<br />
‘Misschien is dat een voordeel. Die ongelofelijke<br />
veelzijdigheid is dé grote moeilijkheid<br />
voor de dirigent. Alle stijlen moeten<br />
helder uitkomen, maar we moeten ze tegelijk<br />
tot een eenheid smeden. <strong>De</strong> componist helpt<br />
ons daarbij door de manier waarop hij de<br />
muziek schreef. Zijn idioom is hier in principe<br />
neoklassiek. Wanneer je de partituur<br />
oppervlakkig bekijkt, doet ze denken aan<br />
Mozart of Haydn: eenvoudig, strak, niet<br />
modern. Pas als je haar preciezer bestudeert,<br />
zie je de vreemde modulaties, de<br />
ongebruikelijke intervallen en natuurlijk<br />
de bijzondere bezetting. Een beetje à la<br />
Stravinsky in zijn neoklassieke periode.<br />
Klassiek zijn ook de dansen: de mars en<br />
de vele passages in 6/8ste maat. Voor mij<br />
is het, zeker na Die Zauberflöte, fascinerend<br />
om een 20ste-eeuwse partituur te zien die<br />
zo helder en eenvoudig oogt.’<br />
Dialogen<br />
In Oranges gaf Prokofjev de voorkeur aan<br />
snelle, levendige dialogen boven aria’s,<br />
die hij onnatuurlijk vond. Ze zouden bovendien,<br />
meende hij, de vaart uit het verhaal<br />
halen. Netopil is het hier volledig met<br />
Prokofjev eens. ‘Aria’s leggen soms een<br />
rem op de verhaallijn,’ vindt hij, ‘ze vragen<br />
extra aandacht voor de stemmingen en<br />
emoties. Je ziet deze vernieuwing vaker<br />
in de 20ste eeuw. Bij Janáček bijvoorbeeld,<br />
die in zijn opera’s ook geen aria’s schrijft<br />
en altijd een hecht doorlopend verhaal vertelt.<br />
Of in de krachtige dialogen in Richard<br />
Strauss’ Salome. Oranges heeft een enorm<br />
krachtige tekst, spannend van het begin<br />
tot het einde ruim twee uur lang. Prokofjev<br />
bracht er op een geweldige manier vaart in,<br />
bijna als in een film. Ook door het klassieke<br />
karakter van het idioom. Zonder de schaduwen<br />
van de romantiek: geen ritardando, geen agitato,<br />
geen rubato. <strong>De</strong> muziek blijft strikt en<br />
straight.’<br />
Oranges stelt hoge eisen aan de strijkers.<br />
Voor Netopil blijkt het bij zijn directie een<br />
groot voordeel dat hij zelf viool speelt. ‘Voor-<br />
afgaand aan elke uitvoering, ook van concert-<br />
repertoire, bepaal ik de lijnen en de frasering<br />
van het orkest. Ik doe suggesties over<br />
stokvoering, frasering en articulatie. We<br />
bespreken die van te voren nauwkeurig,<br />
daarmee besparen we veel tijd bij de repetities.<br />
Daar krijg ik natuurlijk weerwoord op.<br />
<strong>De</strong> musici hebben elk hun eigen fysiek,<br />
bovendien is wat ik bedacht heb soms te<br />
ingewikkeld. Met wat compromissen zijn<br />
we er meestal snel uit. Dat zal nu met jullie<br />
Residentie Orkest vast weer het geval zijn.’<br />
Tomáš Netopil (Foto: Peter Adamik)
L'amour des trois oranges<br />
<strong>Opera</strong> in beeld<br />
14 15<br />
<strong>De</strong> zoon van Klaverkoning heeft<br />
allerlei kwalen. <strong>De</strong> artsen stellen<br />
vast: de Prins lijdt aan chronische<br />
zwaarmoedigheid en hypochondrie.<br />
Alleen een stevige lachbui<br />
kan hem genezen...<br />
Maar niets vindt hij leuk. <strong>De</strong> hofhouding<br />
besluit een groot feest<br />
te organiseren om de Prins op te<br />
vrolijken.<br />
Daar duikt een ongewenste gast op:<br />
de heks Fata Morgana. Ze wordt<br />
weggejaagd en struikelt. <strong>De</strong> Prins<br />
lacht! Fata Morgana is woedend:<br />
voor straf zal hij verliefd worden<br />
op drie sinaasappelen, die hij<br />
moet gaan zoeken.<br />
<strong>De</strong> Prins en de nar Trouffaldino<br />
vinden de sinaasappelen in de<br />
keuken van de heks Créonte.<br />
Een vervaarlijke kokkin bedreigt<br />
hen met een grote pollepel, maar<br />
laat zich afleiden door een mooi<br />
lint.<br />
Trouffaldino heeft dorst en opent<br />
twee sinaasappelen. Daaruit<br />
komen twee prinsessen, die echter<br />
weldra sterven van de dorst.<br />
In de derde sinaasappel zat<br />
prinses Ninette, die net op tijd<br />
een slok water kreeg. Na allerlei<br />
onheil, aangesticht door Fata<br />
Morgana, kan de Prins haar tot<br />
zijn bruid maken.<br />
L’amour des trois oranges (Foto’s: Hans van den Bogaard)
Scènes uit Die Walküre (Foto’s: Ruth Walz)<br />
Die Walküre<br />
<strong>De</strong> vloek waarvoor ik vluchtte,<br />
Wijkt nu niet van mij:<br />
wat mij lief is, moet ik loochenen,<br />
vermoorden wie ik bemin,<br />
vals verraden<br />
wie mij vertrouwt! (Wotan)<br />
I<br />
Gevlucht na een verloren strijd vindt een<br />
man beschutting in Hundings huis. Diens<br />
vrouw verzorgt hem. Hunding keert huiswaarts,<br />
verlangt een maaltijd voor hemzelf<br />
en zijn ongenode gast, die hij naar afkomst<br />
en bezigheden vraagt. Dan wordt duidelijk<br />
dat zij in diezelfde strijd tegenstanders<br />
waren. Het gastrecht beschermt de vreemdeling<br />
voor de nacht; morgen zullen beide<br />
mannen vechten. ’s Nachts wijst Hundings<br />
vrouw haar gast op een zwaard dat een<br />
grijsaard op haar huwelijksdag achterliet<br />
voor een held. Zij voelt dat dit wapen voor<br />
deze man bestemd is. Zij vertelt hem haar<br />
geschiedenis, hij vraagt haar hem een<br />
naam te geven: Siegmund. Hij grijpt het<br />
zwaard, bevrijdt het. <strong>De</strong> vrouw vertelt<br />
hem wie zij is: Sieglinde. Als Siegmunds<br />
tweelingzuster én geliefde valt zij in zijn<br />
II<br />
<strong>De</strong> god Wotan wil Siegmund – zijn buitenechtelijke<br />
zoon – in het tweegevecht helpen<br />
overwinnen. Zijn dochter, de Walküre<br />
Brünnhilde, zal Siegmund bijstaan. Maar<br />
Fricka, Wotans in haar eer gekrenkte echtgenote<br />
en godin van het huwelijk, doorziet<br />
dit plan. Niet Siegmund zal zegevieren,<br />
maar Hunding, zo eist zij. Wotan, verslagen,<br />
geeft Fricka zijn woord van eer. Brünnhilde<br />
probeert haar vader te troosten, die haar<br />
over zichzelf en Siegmund vertelt. Wotan<br />
moet de held die niet door Alberichs vloek<br />
belast is, en die voor hem de almacht<br />
schenkende ring had moeten bemachtigen,<br />
nu als hoop voor de toekomst opgeven. Hij<br />
gebiedt Brünnhilde voor Hunding te kiezen.<br />
Brünnhilde kondigt Siegmund diens<br />
dood aan. Als hij de slapende Sieglinde wil<br />
doden, om niet zonder haar te zijn, houdt<br />
Brünnhilde hem tegen en zegt aan zijn<br />
16<br />
17<br />
zijde te staan. Hunding en Siegmund strijden.<br />
Brünnhilde spoort Siegmund aan, maar<br />
Wotan grijpt in. Siegmund sterft, Brünnhilde<br />
vlucht met Sieglinde, en Hundings leven<br />
wordt door Wotan aan Fricka’s eer geofferd.<br />
za 20 apr 2013 première 18.00 uur<br />
wo 24 apr 18.00 uur<br />
zo 28 apr 13.30 uur<br />
wo 1 mei 18.00 uur<br />
zo 5 mei 13.30 uur<br />
do 9 mei 18.00 uur<br />
zo 12 mei 13.30 uur<br />
Het Muziektheater Amsterdam<br />
Kaartverkoop is reeds begonnen.<br />
Bij het ter perse gaan van deze <strong>Odeon</strong> zijn er<br />
nog kaarten verkrijgbaar.<br />
Bel het Kassa-bespreekbureau: 020-625 5455<br />
Online reserveren: www.dno.nl<br />
III<br />
Inleidingen door Hein van Eekert<br />
Plaats: Muziektheater (foyer 2de balkon)<br />
<strong>De</strong> Walküren verzamelen gevallen strijders<br />
Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere<br />
voor Wotans leger. Brünnhilde zoekt samen<br />
voorstelling, dus 17.15 uur (avond)/12.45 uur<br />
met Sieglinde bij haar zusters bescherming<br />
(matinee)<br />
voor Wotans toorn. Zij stuurt de zwangere<br />
Lengte: ± 30 minuten<br />
Sieglinde naar Fafners woud. Als Wotan<br />
Toegang: gratis op vertoon van een plaatsbewijs<br />
de Walküren dreigt, laten zij hun zuster<br />
voor de voorstelling van die dag<br />
in de steek. Hij komt om Brünnhilde te<br />
Met steun van de Vereniging Vrienden<br />
straffen, nu zij tegen zijn gebod handelde.<br />
Brünnhilde houdt hem voor dat zij niet<br />
van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
tegen zijn wil heeft gehandeld, en vraagt<br />
Uitzenddatum<br />
om een milde straf. Verscheurd door woede<br />
Radio 4, NTR <strong>Opera</strong> Live:<br />
en liefde legt hij haar te slapen in een ring<br />
van vuur. Alleen de man die Wotans speer<br />
zaterdag 20 april, 19.00 uur<br />
armen. niet vreest, zal dit vuur trotseren!<br />
Dinerbuffetten<br />
Bij elke avondvoorstelling van DNO kunt u<br />
ge nie ten van een diner buffet in de foyer van het<br />
Muziektheater. Zo kunt u rustig eten en bent u op<br />
tijd voor de opera. Reserveren: 020-625 5455<br />
of via www.muziektheater.nl/kaarten.<br />
Richard Wagner 1813 -1<strong>88</strong>3<br />
<strong>De</strong>r Ring des Nibelungen<br />
Erster Tag<br />
Die Walküre<br />
In drei Aufzügen<br />
libretto<br />
Richard Wagner<br />
muzikale leiding<br />
Hartmut Haenchen<br />
regie<br />
Pierre Audi<br />
decor<br />
George tsypin<br />
kostuums<br />
Eiko Ishioka †<br />
Robby Duiveman<br />
licht<br />
Wolfgang Göbbel<br />
Cor van den Brink<br />
dramaturgie<br />
Klaus Bertisch<br />
video<br />
Maarten van der Put<br />
Siegmund<br />
Christopher Ventris<br />
Hunding<br />
Günther Groissböck<br />
Wotan<br />
thomas Johannes Mayer<br />
Sieglinde<br />
Catherine Naglestad<br />
Brünnhilde<br />
Catherine Foster<br />
Fricka<br />
Doris Soffel<br />
Gerhilde<br />
Marion Ammann<br />
Ortlinde<br />
Martina Prins<br />
Waltraute<br />
Lien Haegeman<br />
Schwertleite<br />
Julia Faylenbogen<br />
Helmwige<br />
Elaine McKrill<br />
Siegrune<br />
Wilke te Brummelstroete<br />
Grimgerde<br />
Helena Rasker<br />
Rossweisse<br />
Cécile van de Sant<br />
Nederlands Philharmonisch Orkest<br />
<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 5 uur.<br />
Er zijn 2 pauzes.<br />
<strong>De</strong> opera wordt in het Duits gezongen,<br />
Nederlands en Engels boventiteld.<br />
Het operaboek Die Walküre is verkrijgbaar<br />
in het Muziek theater.<br />
Daarin staan onder meer een uitgebreide<br />
synopsis en het libretto in het Duits en het<br />
Neder lands. <strong>De</strong> prijs is 8.<br />
Reprise
Achtergrond Die Walküre<br />
Kasper van Kooten<br />
Viering van het leven<br />
Hoe triomfantelijk de slotmaten van Das Rheingold ook mogen klinken, in werkelijkheid laten<br />
Wotan en zijn familie een ravage achter die niet een-twee-drie is opgeruimd. In Die Walküre<br />
worden de eerste stappen gezet naar een betere wereld, waarin liefde het wint van machtswellust.<br />
Dit levert een van de meest gepassioneerde drama’s uit de operageschiedenis op,<br />
en mede door de lyrische, zinderende muziek vormt Die Walküre voor velen het meest<br />
geliefde Ring-deel.<br />
Dat het tweede deel van de tetralogie het<br />
hart van menigeen sneller doet kloppen, valt<br />
deels te verklaren door Wagners eigen<br />
enthousiasme. Tijdens de totstandkoming<br />
van het werk (1852-1856) is hij volledig<br />
bezield door de stof, en hij typeert deze periode<br />
dan ook grotendeels als een extatische roes.<br />
Een mogelijke verklaring vormen de grote<br />
overeenkomsten tussen het verhaal en<br />
Wagners eigen leven in deze periode. Na<br />
zijn verbanning vlucht Wagner naar Zürich,<br />
en wordt hij verliefd op Mathilde Wesendonk,<br />
de vrouw van de man die hem onderdak en<br />
financiële steun biedt. In Zürich raakt hij<br />
teleurgesteld door de revolutie, en verandert<br />
hij geleidelijk van een activist in een beschou-<br />
welijk, meer passief persoon. Het is opvallend<br />
dat vluchten, overspelige liefdesgevoelens<br />
jegens de vrouw van je gastheer en postrevolutionaire<br />
hoofdbrekens ook in Die<br />
Walküre centraal staan.<br />
Een tweede reden voor Wagners fascinatie<br />
is de wereldbeschouwelijke diepgang van de<br />
handeling, getuige een brief uit mei 1852 aan<br />
zijn vriend Theodor Uhlig: ‘Meer dan ooit<br />
word ik gegrepen door de allesomvattende<br />
grootsheid en schoonheid van het verhaal;<br />
mijn volledige wereldbeschouwing komt<br />
hierin op de meest volmaakte, kunstzinnige<br />
wijze tot uiting.’ <strong>De</strong> wereldbeschouwelijke<br />
teneur van het werk is des te interessanter<br />
omdat zowel zijn oude als zijn nieuwe<br />
inzichten in Die Walküre nadrukkelijk naar<br />
voren komen.<br />
Toen Wagner in 1848 begon met het<br />
schrijven van zijn Nibelungen-epos, was hij<br />
vervuld van revolutionaire gedachten. <strong>De</strong>ze<br />
komen duidelijk tot uiting in zijn manifest<br />
Die Kunst und die Revolution (1849). Hierin<br />
typeert hij de moderne, christelijke cultuur<br />
als een huichelachtige wereld, waarin de<br />
mens zich vijandig verhoudt tot zijn eigen<br />
lijf en de natuur. Levenslust en seksualiteit<br />
worden volgens Wagner ten onrechte als<br />
boze demonen verworpen, met verkniptheid<br />
tot gevolg. Bovendien nemen mensen<br />
genoegen met hun leefomstandigheden in<br />
de hoop dat ze in het hiernamaals een beter<br />
leven zullen krijgen. Het kapitalisme, dat in<br />
Das Rheingold zo’n belangrijke rol speelt,<br />
bedient zich van dezelfde argumentatie, met<br />
uitbuiting van het proletariaat tot gevolg.<br />
Als alternatief voor deze miezerige levenshouding<br />
propageert Wagner de antieke<br />
Griekse wereldbeschouwing, die in de grote<br />
tragedies tot uiting komt. <strong>De</strong>ze kunstwerken<br />
vormen in zijn ogen een viering van het<br />
leven, en Wagner wil dat zijn eigen muziekdrama’s<br />
dat ook zijn.<br />
Wotans dilemma's<br />
<strong>De</strong> viering van het leven en verwerping van<br />
de belofte van een hiernamaals zien we<br />
duidelijk terug in de tweede akte van Die<br />
Walküre. Hier verschijnt Brünnhilde als<br />
schikgodin aan Siegmund, en kondigt ze<br />
hem zijn heldendood aan. Ze stelt Siegmund<br />
eeuwige roem en een royaal bestaan in<br />
Walhalla in het vooruitzicht, maar wanneer<br />
hij hoort dat zijn geliefde Sieglinde hem niet<br />
zal vergezellen, wijst hij Brünnhildes aanbod<br />
af. Hij weigert zijn tweelingzuster en bruid<br />
alleen op aarde achter te laten, omdat hij<br />
nog lief en leed met haar wil delen. Wanneer<br />
Brünnhilde hem echter aangeeft dat zijn<br />
dood onvermijdelijk is, en wanneer blijkt dat<br />
zijn vader Wälse (Wotan) hem verraden<br />
heeft, verkiest hij de hel boven de eeuwige<br />
heerlijkheid. <strong>De</strong>ze vastbeslotenheid brengt<br />
Brünnhildes wereldbeeld aan het wankelen,<br />
en vormt de aanzet tot haar menswording.<br />
In Wotans overpeinzingen gedurende<br />
de tweede akte komt een andere wereldbeschouwing<br />
naar voren. Hoewel hij geniet<br />
van Siegmund en Sieglindes liefdesgeluk,<br />
dat bovendien volledig door hemzelf gearrangeerd<br />
is, houdt de angst voor het door<br />
Erda aangekondigde einde hem in zijn greep.<br />
Wotan realiseert zich steeds meer dat hij<br />
het lot van de wereld niet zelf naar zijn hand<br />
kan zetten, maar moet hopen dat een volgende<br />
generatie de juiste keuzes zal maken.<br />
Enerzijds is Wotans bereidwilligheid om<br />
plaats te maken voor een nieuwe generatie<br />
in lijn met Wagners revolutionaire gedachtegoed.<br />
Wotan vertegenwoordigt immers het<br />
ancien régime, dat plaats moet maken voor<br />
de revolutie.<br />
Anderzijds valt op hoezeer Wagner zich<br />
gaandeweg met Wotans dilemma’s vereenzelvigt.<br />
Zo schrijft hij in januari 1854 aan zijn<br />
goede vriend August Röckel het volgende<br />
over Wotans problematiek: ‘We moeten<br />
leren te sterven, in de volle zin van het<br />
woord. <strong>De</strong> angst voor het einde is de bron<br />
van alle liefdeloosheid.’ Wotans voornemen<br />
om niet langer de wereld naar zijn hand te<br />
zetten vormt een voorbeeld van passieve<br />
acceptatie, en is daardoor juist in strijd met<br />
Wagners revolutionaire gedachten. Wagners<br />
nieuwe, in Wotans karakter tot uitdrukking<br />
gebrachte opvatting krijgt kort daarop een<br />
impuls door Arthur Schopenhauer. In de<br />
herfst van 1854 leert Wagner diens filosofie<br />
kennen, waarin passiviteit, acceptatie en<br />
medelijden centraal staan. Hoewel het Ringlibretto<br />
op dat moment al voor 99% vaststaat,<br />
beschrijft hij deze kennismaking later<br />
in Mein Leben (1865) als een waar aha-erlebnis:<br />
‘Ik bekeek mijn Nibelungentekst, en ontdekte<br />
tot mijn verbazing dat Schopenhauers<br />
theorie in feite al in mijn eigen poëtische<br />
concept besloten lag. Nu pas begreep ik het<br />
karakter van mijn Wotan ten volle.’<br />
18 19<br />
Schopenhauers gedachtegoed zou in Tristan<br />
und Isolde en Parsifal nog nadrukkelijker tot<br />
uiting komen.<br />
Menselijke trekken<br />
Wanneer we Das Rheingold en Die Walküre<br />
vergelijken, valt allereerst op dat er flink wat<br />
tijd is verstreken. Van een wereld bemand<br />
door goden, reuzen, dwergen en nimfen<br />
verplaatst de handeling zich naar de mensenwereld.<br />
Tegelijkertijd krijgen we in Die<br />
Walküre in werkelijkheid slechts één mens<br />
te zien, Hunding. <strong>De</strong> overige karakters zijn<br />
stuk voor stuk goden of afstammelingen van<br />
de godenfamilie, hoewel een deel van de<br />
laatstgenoemden dit niet weet. Ondanks<br />
deze nuance valt wel op dat de karakters in<br />
Die Walküre meer menselijke trekken hebben<br />
dan in het voorgaande deel.<br />
In Das Rheingold belichamen de hoofdpersonen<br />
bovenal politieke principes, economische<br />
drijfveren en morele dilemma’s,<br />
maar is het moeilijk om werkelijk met hen<br />
te sympathiseren. Wotan bijvoorbeeld is er<br />
in het eerste Ring-deel vooral op uit om zijn<br />
macht te vergroten en zijn eigen hachje te<br />
redden. In Die Walküre komt zijn liefde, het<br />
element dat hem van de haatdragende<br />
Alberich onderscheidt, en de met zijn liefde<br />
gepaard gaande tragiek veel duidelijker naar<br />
voren. Door het dragen van de ring heeft<br />
Alberichs vloek vat op hem gekregen.<br />
Daarom moet hij ‘loochenen wat hem lief is,<br />
vermoorden wie hij bemint, en verraden wie<br />
hem vertrouwt.’ Geketend door de verdragen<br />
die hij heeft gesloten en achtervolgd door<br />
fouten uit het verleden, zit hij gevangen in<br />
zijn eigen situatie, en sleept hij bovendien<br />
zijn dierbaren mee de afgrond in. Dit alles<br />
maakt de oppergod in Die Walküre tot een<br />
uitgesproken tragische figuur, die – ondanks<br />
zijn verre van ideale gedrag – wel sympathie<br />
wekt bij de toeschouwer, omdat zijn worstelingen<br />
van diepmenselijke aard zijn.<br />
Niet alleen geven de karakters in Die<br />
Walküre de toeschouwer meer aanleiding tot<br />
sympathie en medeleven, maar ook binnen<br />
het verhaal zelf spelen begrip, begaandheid<br />
met het lot van de ander en liefde een sleutelrol.<br />
In dit opzicht wijkt het tweede deel<br />
van Wagners Ring eveneens af van zijn voorganger.<br />
<strong>De</strong> belangrijkste tekortkoming van<br />
de hoofdpersonen in Das Rheingold is de<br />
wijze waarop ze macht en bezit boven liefde<br />
verkiezen. Dit zien we duidelijk terug bij<br />
Alberich en Fafner, en in minder nadrukkelijke<br />
mate ook bij Wotan. In Die Walküre<br />
wordt de liefde gepresenteerd als mogelijke<br />
oplossing voor de misstanden in de wereld.<br />
Dit komt in eerste instantie tot uiting in de<br />
band tussen Siegmund en Sieglinde, die in<br />
een wereld vol vervreemding, afwijzing en<br />
vijandigheid eindelijk een zielsverwant vinden.<br />
Hun liefde en compassie brengt een<br />
kettingreactie teweeg; Brünnhilde trotseert<br />
Wotans gebod uit medelijden met hun lot, en<br />
haar gedwongen menswording vormt de<br />
aanzet tot haar latere liefdesverbond met<br />
Siegfried.<br />
Natuurlijkheid en heroïek<br />
Dat de liefde tussen Siegmund en Sieglinde<br />
overspel vormt en bovendien incestueus is,<br />
vormt voor Wotan geen bezwaar, getuige zijn<br />
discussie met zijn echtgenote Fricka in de<br />
tweede akte. Voor hem geldt vooral dat de<br />
twee elkaar oprecht liefhebben, en dat<br />
Sieglindes huwelijk met Hunding was gebaseerd<br />
op roof en dwang. Fricka neemt meer<br />
aanstoot aan het verliefde tweelingspaar, en<br />
ook voor de gemiddelde 19de-eeuwse theaterbezoeker<br />
was de openlijke incestscène<br />
aan het eind van de eerste akte ongebruikelijk,<br />
zo niet verwerpelijk. Daar droeg<br />
Wagners vormgeving van de scène, die langzaam<br />
naar een overweldigende climax werkt<br />
en daarmee veel van de liefdesdaad wegheeft,<br />
zeker aan bij. <strong>De</strong> voortstuwende, sensuele<br />
kracht van de muziek wijst vooruit<br />
naar die van Tristan und Isolde, maar het verlangen<br />
(en daarmee de muziek) is minder<br />
koortsachtig en ‘ziekelijk’ dan in Wagners<br />
latere werk. Opmerkelijk genoeg geeft de<br />
componist de ‘Geschwisterliebe’ van<br />
Siegmund en Sieglinde niet weer als een<br />
gemankeerde geestesgesteldheid, maar als<br />
een explosie van natuurlijkheid en heroïek,<br />
geheel in lijn met zijn idealisering van de<br />
antieke Griekse geesteshouding. In zijn<br />
laatste muziekdrama Parsifal zal Wagner<br />
incest veel problematischer weergeven,<br />
wanneer Kundry de titelheld bijna verleidt<br />
door zich als zijn moeder voor te doen.<br />
Het einde van Die Walküre is, net als dat<br />
van Das Rheingold, ambivalent. In de ontroerende<br />
dialoog tussen Brünnhilde en Wotan<br />
vinden bestraffing, verzoening en afscheid<br />
plaats. Wotan neemt bovendien niet alleen<br />
afscheid van zijn lievelingsdochter, maar<br />
ook van zijn wereldheerschappij.<br />
Tegelijkertijd gloort er hoop: alleen de<br />
‘grootste, vrije held, die Wotans speerpunt<br />
niet vreest’, zal door de vuurzee kunnen<br />
dringen die de tot jarenlange slaap veroordeelde<br />
Brünnhilde tegen lafaards<br />
beschermt. En de muziek maakt duidelijk dat<br />
‘Siegfriedmotiv’<br />
‘Schicksalsmotiv’<br />
Siegfried, de nog ongeboren liefdesvrucht<br />
van het tweelingpaar, deze held zal zijn<br />
(Muziekvoorbeeld 1). <strong>De</strong> muziek vertelt ons<br />
echter nog meer. In de slotmaten klinkt – als<br />
een dreigende wolk die een schaduw over de<br />
idylle werpt – het ‘Schicksalsmotiv’<br />
(Muziekvoorbeeld 2). Dit motief hoorden we<br />
voor het eerst toen Brünnhilde in de tweede<br />
akte Siegmunds dood aankondigde. En zo<br />
eindigt Die Walküre, deze ‘viering van het<br />
leven’, toch met een vooruitwijzing naar het<br />
onvermijdelijke einde.<br />
Die Walküre (Foto: Ruth Walz)<br />
Muziekvoorbeeld 1<br />
Muziekvoorbeeld 2
Ruud Sloos<br />
Interview Die Walküre<br />
Joke Dame<br />
Als een lopend vuurtje<br />
'Kun jij dat maken?' was ruim 25 jaar geleden de vraag aan Ruud Sloos. Het ging om een zwerm<br />
vogels die verschrikt opvliegt als het theaterdoek opgaat. ‘Tuurlijk,’ blufte de net aangestelde<br />
rekwisiteur bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>. Hij had geen idee, maar met radiografische besturing is<br />
het hem wel gelukt. Sindsdien is Ruud Sloos de Willie Wortel van vele speciale effecten die ons<br />
op verzoek van regisseurs en toneelontwerpers op het operapodium verbluffen.<br />
‘Waar Pierre is, is vuur,’ zeggen ze backstage<br />
op de rekwisietenafdeling. Pierre Audi houdt<br />
wel van een brandje. ‘Het is ook een spectaculair<br />
ding op toneel,’ vindt special-effectman<br />
Ruud Sloos, ‘het werkt altijd. Regisseurs<br />
vragen erom. ‘Hoeveel dan?' – 'Nou, zo groot.’<br />
‘En hoelang?’ – ‘Een paar minuten.’ Dan weet<br />
ik: dat wordt in de praktijk een paar seconden<br />
en de helft kleiner, want vuur is een showkiller:<br />
iedereen zit alleen maar naar dat vuurtje<br />
te kijken, het trekt alle aandacht van de<br />
actie weg. Vandaar dat Pierre het ook altijd<br />
spaarzaam inzet, als een accent: een leuning<br />
waar een vlammenspel langs loopt of een<br />
vuurlijn zoals in Das Rheingold en helemaal<br />
in Die Walküre. Daar heb je een soort vuurdans<br />
– het vuur ontstaat en wordt vervolgens<br />
weer uitgeblazen: je ziet dat vuur zich voortbewegen<br />
in het decor.’ Spaarzaam of niet, de<br />
vlammen kunnen in de Ring oplaaien tot vlak<br />
onder de adventure seats boven het podium<br />
– stoelen voor onverschrokken toeschouwers<br />
die op hun wenkbrauwen moeten passen.<br />
triomf<br />
Ruud Sloos was 26 toen hij begon bij <strong>De</strong><br />
<strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>. Net afgestudeerd als<br />
leraar handvaardigheid, had hij een baan<br />
voor klas, maar koos al snel voor de rekwisie-<br />
tenafdeling van de <strong>Opera</strong> waar hij opviel<br />
door zijn handigheid. Nu, meer dan 25 jaar<br />
later, is hij hoofd van de afdeling special<br />
effects, research and development en hij<br />
geniet er nog steeds van. Het bedenken hoe<br />
hij de wensen van een regisseur kan realiseren,<br />
vindt hij het leukst. ‘Bij elke nieuwe productie<br />
denk ik: zo, kom maar op, ik ben<br />
benieuwd wat ze nu weer willen.’<br />
Soms plaatst een artistiek team hem voor<br />
schier onmogelijke opgaven. Bouw maar<br />
eens een toren van één bij één en vierenhalve<br />
meter hoog waaruit een tafel moet komen<br />
van anderhalf bij zes meter. ‘Ja, hoe kan<br />
dat? Er moesten ook nog eens vijf mensen<br />
uitrollen. Qua volume kan dat dus niet.<br />
Uiteindelijk kwamen we op een tafel van dun<br />
buigtriplex die je kon oprollen. En zodra die<br />
tafel eruit kwam klapten er flanken op het<br />
blad neer om hem de nodige stijfheid te<br />
geven.’ Of bouw een levensecht paard, zoals<br />
voor ROSA, a Horse Drama van Louis<br />
Andriessen. Er was geen toestemming om<br />
een echt paard over het podium te laten<br />
galopperen. Triomf beleefde Sloos toen de<br />
Dierenbescherming na de première op hoge<br />
poten een bezwaarschrift afleverde.<br />
Terug naar het vuur waar het Muziektheater<br />
bepaald deskundig in is geworden, in nauw<br />
contact met de brandweer die bij elk vuur<br />
komt kijken. Sloos: ‘Het grote voordeel van<br />
Amsterdam is dat de brandweer ooit heeft<br />
gezegd: gas op het toneel..., nou ja oké. <strong>De</strong><br />
meeste operahuizen zijn mordicus tegen<br />
het gebruik van gas. Wij hebben kunnen<br />
20<br />
aantonen dat het relatief veilig is. Een gasfles<br />
kan natuurlijk ontploffen, when the shit<br />
hits the fan. Het alternatief is fakkels met<br />
fakkelvloeistof of brandpasta. Maar brandstof<br />
op het podium is minder controleerbaar,<br />
dat moet gewoon uitbranden. Wij werken<br />
liever met gas – geen methaan maar propaan,<br />
dat mooi geel brandt – en snel afkoppelbare<br />
slangen en automatisch sluitende ventielen.’<br />
Geel poeder<br />
Maar soms brandt er toch iets anders op het<br />
Amsterdamse toneel. Sloos: ‘In Die Walküre<br />
staat een huisje in het decor, half boven het<br />
orkest, en Pierre wilde daar een enorme<br />
vuurkolking uit laten komen. Daarvoor<br />
gebruiken we geen gas maar lycopodium,<br />
een natuurproduct: stuifmeel van een plant<br />
die alleen in Kazachstan groeit, of daar<br />
ergens. We blazen dat spul met perslucht<br />
eruit en dan krijg je een mooie vuurbal. Onze<br />
grootste angst is dat het lycopodium niet zal<br />
ontbranden, waarna de orkestmusici onder<br />
een laag geel poeder komen te zitten, inclusief<br />
hun instrumenten. Dat moesten we te<br />
allen tijde zien te voorkomen, want dan ligt<br />
de show wel stil. Nee, het is gelukkig nooit<br />
gebeurd. We hebben er allerlei elektronische<br />
beveiligingen opgezet: als de waakvlam niet<br />
brandt, dan gaat het poeder de lucht niet in.<br />
Maar het blijft een spannend moment. Want<br />
het huisje met dat vuur moet ook nog eens<br />
heel snel naar achteren schieten, het podium<br />
af. Alleen, het weegt een ton – zeg maar een<br />
kleine middenklasser. Dat was een probleem.<br />
Uiteindelijk hebben we het opgelost<br />
met gewoon elastiek – maar wel heel veel<br />
elastiek, een streng van zo’n tien centimeter<br />
in diameter. Die streng wordt een paar minuten<br />
van tevoren aangespannen – zwaar werk,<br />
het gaat heel langzaam – en op de cue<br />
Huisje nu! wordt het losgelaten en trekt het<br />
elastiek het huisje met een rotvaart naar<br />
achteren. Met de zender steek ik op hetzelfde<br />
moment het vuur aan boven het orkest –<br />
de musici voelen de hitte. Nee, ze hebben<br />
nooit geprotesteerd, maar ik heb ze ook<br />
nooit verteld wat er in de orkestbak gebeurt<br />
als het niet goed gaat.’<br />
Interview Die Walküre<br />
Michel Khalifa<br />
Van de verpleging naar de opera<br />
Sevilla, Amsterdam en binnenkort Bayreuth: de Engelse sopraan Catherine Foster is dé Brünnhilde<br />
van dit moment. Een gesprek met een nuchtere en leergierige zangeres die geroemd wordt om haar<br />
gloedvolle vertolkingen.<br />
Toen Catherine Foster tien jaar oud was,<br />
moest ze voor school in een schriftje<br />
opschrijven wat ze later wilden worden.<br />
‘Verpleegster en zangeres,’ was haar antwoord.<br />
<strong>De</strong>ze tweevoudige voorspelling is<br />
uitgekomen. Na een verpleegopleiding kreeg<br />
Catherine een voltijdbaan als vroedvrouw.<br />
Pas zes jaar later ging ze serieus zang<br />
studeren. Om rond te komen moest ze wel<br />
blijven werken: door de week een bacheloropleiding<br />
aan het conservatorium van<br />
Birmingham, in het weekend bevallingen.<br />
Er leken betere tijden aan te breken toen<br />
ze na haar afstuderen de Dame Eva Turner<br />
Prize voor veelbelovende dramatische<br />
sopranen won. Dankzij een gulle sponsor<br />
kon ze zich verder in het operavak bekwamen<br />
aan de London <strong>Opera</strong> Studio.<br />
<strong>De</strong> echte doorbraak liet op zich wachten.<br />
In eigen land kon Catherine Foster maar<br />
geen werk vinden. Grijnzend: ‘Iedereen zei<br />
dat ik te lang was en dat mijn stem te groot<br />
was. Toen ben ik mijn geluk in Duitsland<br />
gaan zoeken. Bij de opera van Weimar kreeg<br />
ik direct een contract. Een betere vervolgopleiding<br />
had ik me niet kunnen wensen.<br />
Ik heb daar als ensemblelid fantastische<br />
jaren gehad met een geweldige intendant,<br />
een prachtig orkest en rollen die bij me pasten.<br />
Ik heb er wel keihard voor moeten werken,<br />
zeker nadat ik in januari 2003 een baby<br />
had gekregen. Maar met doorzettingsvermogen<br />
kom je er wel. Steeds weer opstaan<br />
nadat je gevallen bent, daar ligt het verschil<br />
tussen succes en mislukking.’<br />
In 2004 begon ze voorzichtig elders op te<br />
treden als gastsolist. <strong>De</strong> laatste jaren is<br />
haar carrière in een stroomversnelling<br />
terechtgekomen. Steeds meer operahuizen<br />
ontdekken haar stem én haar dramatische<br />
talent. Foster blinkt uit in Wagnerrollen die<br />
tot de meest veeleisende van het repertoire<br />
behoren, zoals Isolde en vooral Brünnhilde,<br />
de jeugdige heldin die in achtereenvolgens<br />
Die Walküre, Siegfried en Götterdämmerung<br />
op de voorgrond staat. Komende zomer<br />
maakt ze als Brünnhilde haar debuut in<br />
Bayreuth met de complete Ring.<br />
Brünnhilde als catalysator<br />
Ten tijde van ons skypegesprek eind november<br />
verblijft Catherine Foster in Sevilla,<br />
waar ze Siegfried repeteert. Volgens haar<br />
vervult haar personage een sleutelfunctie<br />
binnen Wagners Ring: ‘Brünnhilde maakt als<br />
mens een diepgaande ontwikkeling door. Zij<br />
is aanvankelijk een verlengstuk van haar<br />
vader, maar ontpopt zich tot een catalysator<br />
van gebeurtenissen met verregaande gevolgen.<br />
Dit is kennelijk haar lot: ze werd geboren<br />
opdat de aarde vooruit kon. Een vrouw die de<br />
wereld redt, dat vind ik opmerkelijk.’<br />
‘Er zijn natuurlijk meer personages in de<br />
Ring die voortvarend handelen, bijvoorbeeld<br />
om de ring te bemachtigen, maar Brünnhilde<br />
is de enige die vrijwillig haar leven opoffert.<br />
Dankzij haar offer kan de macht van de vloek<br />
21<br />
gebroken worden. Iemand als Alberich daarentegen<br />
kan overleven, omdat hij een deel<br />
van zichzelf heeft verloochend. Hij blijft in<br />
de duisternis leven.’<br />
Als Alberich de duisternis symboliseert,<br />
vertegenwoordigt Brünnhilde dan het licht in<br />
de wereld? ‘Zo eenvoudig is het niet,’ zegt<br />
Catherine Foster. 'Alberich heeft de ondergang<br />
van de oude orde geïnitieerd, Brünnhilde<br />
voltooit deze missie als kind van het lot.<br />
Wotan had van alles geprobeerd, maar zijn<br />
liefde voor de macht brengt hem gewoonweg<br />
niet verder. Wat hij Brünnhilde meegeeft, is<br />
juist de macht van de liefde, waarmee zij kan<br />
groeien.’<br />
tegenspelers<br />
Catherine Foster verwacht veel van de<br />
Amsterdamse reprise. Al jaren hoort ze<br />
lovende berichten over de regie en de aankleding<br />
van Pierre Audi’s Ring. Bovendien<br />
heeft ze al vaker samengewerkt met een<br />
deel van de cast: ‘Het wordt bijvoorbeeld<br />
mijn vierde Walküre met Thomas Mayer, die<br />
Wotan zingt. Bij eerdere producties was hij<br />
steeds in een laat stadium ingevallen, nu<br />
hebben we gelukkig de tijd om onze rollen<br />
samen te ontwikkelen.’<br />
<strong>De</strong> rol van Brünnhilde in Die Walküre heeft<br />
ze naar eigen zeggen al 56 keer op de bühne<br />
vertolkt, maar zingen op routine is niet aan<br />
haar besteed. In elke productie laat Foster<br />
zich graag verrassen door haar eigen personage.<br />
Dat heeft mede met haar tegenspelers<br />
in de Ring te maken. ‘Elke Wotan is anders,<br />
elke Siegfried is anders. Daardoor ontdek ik<br />
in elke productie nieuwe verbindingen met<br />
de andere personages. En uiteraard is elke<br />
regisseur ook anders, wat dan weer gevolgen<br />
heeft voor de emotionele huishouding.<br />
Iedereen kent dat uit zijn sociale leven: met<br />
elk van je vrienden heb je een andere relatie.’<br />
Wat is het geheim om vocaal fit te blijven<br />
bij loodzware rollen als Brünnhilde?<br />
Catherine Foster denkt even na: ‘Een degelijke<br />
zangtechniek is een absolute voorwaarde.<br />
Daar moet je altijd op terug kunnen vallen.<br />
Je moet ook je beperkingen kennen en<br />
alleen de rollen aannemen die je werkelijk<br />
aankunt. Maar de techniek is het allerbelangrijkste<br />
om te overleven in dit vak. Mijn dokter<br />
is tevreden: hij zei begin vorig jaar dat ik<br />
voor een Brünnhilde bijzonder gezonde<br />
stembanden heb.’<br />
Catherine Foster (Foto: Kevin Maltby)
Rolando Villazón tenor<br />
Tsjechisch Nationaal Symfonie Orkest<br />
Guerassim Voronkov dirigent<br />
Aria’s van Verdi<br />
22 CMS – Europees partner van DNO<br />
23<br />
wo 12 jun<br />
Grote Zaal<br />
Bestel nu<br />
kaarten<br />
Amstelhoeck kunt u gewoonweg niet missen!<br />
Ons grand café bevindt zich namelijk op één van de mooiste<br />
plekjes van Amsterdam: op de hoek langs de Amstel, direct onder<br />
het stadhuis en pal naast het Muziektheater. Een bijzondere plek<br />
met enorm veel historie en een grote hoeveelheid dynamiek vandaag<br />
de dag. Bij Amstelhoeck kunt u heerlijk eten en drinken in<br />
een moderne, huiselijke sfeer. Met uitzicht op de gezellige Amstel<br />
en de prachtige Munttoren. Prima vertoeven dus!<br />
ONTBIJTEN LUNCHEN DINEREN BORRELEN<br />
foto: GABO<br />
<strong>Opera</strong>maand<br />
NOVEMBER<br />
CMS_LawTax_CMYK_from101.eps<br />
Doe mee met<br />
‘The Quest for<br />
Gold’<br />
en win!<br />
OPERAMAAND<br />
Om ook onze medewerkers extra te laten<br />
genieten van opera organiseren wij, sinds<br />
wij partner zijn van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>,<br />
ieder jaar een heuse <strong>Opera</strong>maand binnen<br />
ons kantoor. November 2012 stond daarom<br />
bij ons geheel in het teken van opera. Op<br />
onze vestigingen was van alles te zien en<br />
te beleven.<br />
DNO stelt ieder jaar weer een prachtige<br />
expositie voor ons samen. In Amsterdam<br />
pronkte zo bijvoorbeeld een prachtige troon<br />
uit Les Troyens in ons restaurant, samen<br />
met grote gouden attributen uit deze opera.<br />
Bij onze receptie was het kostuum van een<br />
kleurrijk bloemenmeisje uit Parsifal te<br />
bewonderen. In Utrecht stonden mooie<br />
schilden uit Iphigénie tentoongesteld. Ook<br />
had DNO voor ons een aangeschoten hert<br />
uit <strong>De</strong>idamia uitgezocht, dit hert leek echter<br />
zo echt dat menigeen er aanstoot aan nam.<br />
Het hert heeft de publieke ruimtes dus niet<br />
gehaald. Het pièce de résistance was een<br />
camouflagejurk uit Iphigénie. Ook was er<br />
een prachtig kostuum van een schotse<br />
strijder uit Lucia di Lammermoor. Dat laatste<br />
zou niet misstaan op de catwalk in Milaan of<br />
Parijs. Daarnaast waren er diverse vakkundig<br />
gemaakte pruiken, schoenen en kleurrijke<br />
hoeden uit diverse opera’s te zien. Helaas<br />
werden deze objecten aan het einde van<br />
onze operamaand weer opgehaald, we<br />
hadden er graag blijvend van genoten.<br />
Een vast onderdeel van de <strong>Opera</strong>maand<br />
is de DNO-CMS <strong>Opera</strong>prijsvraag. Onze<br />
medewerkers konden dit jaar deelnemen<br />
aan ‘The Quest for Gold’ gekoppeld aan<br />
Das Rheingold van Wagner. Door het beantwoorden<br />
van een aantal lastige vragen over<br />
Wagner, Das Rheingold en <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />
<strong>Opera</strong> maakten zij kans op prachtige prijzen.<br />
Een van onze notarissen trok de winnaars<br />
uit de inzenders van de correcte antwoorden.<br />
Vijf van hen wonnen een fantastische hoofd-<br />
prijs: een compleet verzorgde avond voor<br />
twee naar Das Rheingold met een heerlijk<br />
diner vooraf, een inleiding op de opera en<br />
een borrel ter afsluiting. <strong>De</strong> reacties waren<br />
enthousiast. Ook andere inzenders wonnen<br />
mooie prijzen, zoals opera-dvd’s en -cd’s,<br />
boeken en DNO-paraplu’s.<br />
Een aantal jaar achtereen hebben wij onze<br />
vrijdagmiddagborrels tijdens de <strong>Opera</strong>maand<br />
omgedoopt tot <strong>Opera</strong>borrel. Tijdens deze<br />
operaborrels werden spontaan aria’s gezongen<br />
en werden heuse privéconcerten gegeven.<br />
Dit jaar kozen wij voor een andere, meer<br />
inhoudelijk aanpak. Met teasers als<br />
‘Bratwurst en Wagner’ kondigden wij de speciale<br />
operalunchlezingen aan. Tijdens deze<br />
lezingen werden geheel passend bij het<br />
thema van de operamaand typisch Duitse<br />
hapjes geserveerd. Dramaturg Willem Bruls,<br />
die regelmatig samenwerkt met DNO’s<br />
artistiek directeur Pierre Audi, heeft ons<br />
versteld doen staan bij alles wat er nodig is<br />
om een opera tot stand te laten komen.<br />
Van concept tot regie: het aanlooptraject<br />
tot de daadwerkelijke uitvoering van een<br />
opera is indrukwekkend. Zo leerden wij<br />
bijvoorbeeld dat DNO gemiddeld ruim vier<br />
tot drie jaar van te voren het repertoire<br />
samenstelt en ook de betrokken dirigent,<br />
regisseur en cast vastlegt. Daarna is het<br />
aan de regisseur om keuzes te maken voor<br />
het decor-, kostuum- en lichtontwerp. <strong>De</strong><br />
dirigent maakt op zijn beurt keuzes voor<br />
het orkest, koor en alle andere betrokkenen.<br />
Ongeveer twee jaar van te voren is de definitieve<br />
samenstelling en benoeming van het<br />
team dan een feit en gaat men het concept<br />
voor een productie verder ontwikkelen.<br />
DNO doet dit allemaal in eigen huis, in<br />
het decorcentrum, kostuumatelier en het<br />
Muziektheater. Zo worden de decors, kostuums,<br />
rekwisieten en pruiken, door DNO<br />
zelf gemaakt.<br />
Ruim zes weken van te voren begint men<br />
vervolgens met de repetities, scenisch met<br />
het team, de solisten onder pianobegeleiding<br />
en daarnaast oefent de muziek, het orkest,<br />
met het koor en de solisten. Waarna het in<br />
de laatste week allemaal samenkomt op het<br />
toneel met decorbouwers en technici, met<br />
een voorgenerale begeleid op piano, de<br />
echte generale met het orkest en daarna<br />
natuurlijk het hoogtepunt: de première.<br />
<strong>De</strong> première van Das Rheingold was zo’n<br />
hoogtepunt. Ook onze gewaardeerde cliënten<br />
en relaties hebben wij mee laten genieten<br />
van onze <strong>Opera</strong>maand. Op 15 november<br />
waren wij getuige van de première en hebben<br />
wij na een diner in het voorgebouw van<br />
het Muziektheater gezamenlijk genoten van<br />
de voorstelling. Prachtig om te zien hoe<br />
alles resulteert in een topperformance.<br />
Ik kijk met veel genoegen terug op weer<br />
een geslaagde <strong>Opera</strong>maand.<br />
Dolf Segaar<br />
Managing Partner
Scènes uit La traviata (Foto’s: Klaus Lefebvre)<br />
La traviata<br />
Altijd vrij, wil ik me storten<br />
in een roes van vrolijkheid,<br />
heel mijn leven moet zo voortgaan<br />
over wegen van plezier. (Violetta Valéry)<br />
I<br />
<strong>De</strong> Parijse courtisane Violetta Valéry geeft<br />
een groot feest. Een jonge bewonderaar<br />
van haar, Alfredo Germont, is een van de<br />
gasten. Als het gezelschap zich naar een<br />
andere kamer begeeft om te gaan dansen,<br />
voelt Violetta – die lijdt aan tuberculose –<br />
zich niet goed. Alfredo ontfermt zich over<br />
haar en vertelt haar dat hij verliefd op haar<br />
is. Hoewel Violetta niet echt in de liefde<br />
gelooft en altijd vrij wil zijn, maakt Alfredo's<br />
ontboezeming grote indruk op haar.<br />
II<br />
Alfredo en Violetta zijn in een buitenhuis<br />
gaan wonen, waar ze erg gelukkig zijn.<br />
Maar Annina, de dienstmeid, verklapt<br />
Alfredo dat Violetta bezig is haar bezittingen<br />
te verkopen om hun dure levenswijze<br />
te kunnen bekostigen. Onmiddellijk vertrekt<br />
hij naar Parijs om hier een stokje voor te<br />
steken. Violetta krijgt een uitnodiging voor<br />
een feest bij haar vriendin Flora die avond.<br />
Zij is niet van plan te gaan. Een heer laat<br />
zich aandienen: het is Giorgio Germont,<br />
Alfredo's vader. Hij wil een eind maken aan<br />
hun 'ongepaste' verbintenis, zodat Alfredo's<br />
zuster met een goede partij kan trouwen.<br />
Germont zet Violetta dermate onder druk<br />
dat zij toegeeft. Ze schrijft Alfredo een<br />
afscheidsbrief en vertrekt naar Parijs, om<br />
alsnog naar Flora's feest te gaan. Alfredo<br />
ziet de uitnodiging en denkt dat Violetta<br />
hem heeft verlaten voor een ander. Hij is<br />
woedend en wil zijn gram halen op het feest.<br />
Bij Flora wordt gespeeld om hoge inzetten.<br />
Violetta wordt vergezeld door baron<br />
Douphol, van wie Alfredo een flinke som<br />
geld wint. Als Violetta een uitbarsting<br />
tussen de twee mannen vreest, neemt ze<br />
Alfredo apart. <strong>De</strong>ze dwingt haar te bekennen<br />
dat ze van Douphol houdt; Violetta<br />
24<br />
25<br />
ziet geen andere mogelijkheid dan te doen<br />
alsof dat zo is. Alfredo roept de anderen<br />
erbij en werpt zijn gewonnen geld op de<br />
grond voor Violetta's voeten. Om deze<br />
grove belediging daagt Douphol Alfredo<br />
uit tot een duel.<br />
III<br />
Violetta's leven loopt ten einde. Germont<br />
schreef haar dat Douphol gewond werd<br />
in het duel en dat Alfredo nu weet waarom<br />
zij hem had verlaten. Alfredo is op weg naar<br />
haar om het weer goed te maken, maar zij<br />
voelt dat het te laat is. Buiten passeert<br />
een joelende menigte carnavalsvierders.<br />
Als Alfredo eindelijk arriveert, maken de<br />
geliefden plannen voor de toekomst.<br />
Giorgio Germont komt binnen, met de<br />
dokter. Na een laatste, korte opleving sterft<br />
Violetta.<br />
ma 6 mei 2013 première 20.00 uur<br />
wo 8 mei 20.00 uur<br />
vr 10 mei 20.00 uur<br />
di 14 mei 20.00 uur<br />
vr 17 mei 20.00 uur<br />
ma 20 mei 13.30 uur<br />
do 23 mei 20.00 uur<br />
zo 26 mei 13.30 uur<br />
wo 29 mei 20.00 uur<br />
vr 31 mei 20.00 uur<br />
Het Muziektheater Amsterdam<br />
Kaartverkoop is reeds begonnen.<br />
Bij het ter perse gaan van deze <strong>Odeon</strong> zijn er<br />
nog kaarten verkrijgbaar.<br />
Bel het Kassa-bespreekbureau: 020-625 5455<br />
Online reserveren: www.dno.nl<br />
Inleidingen door Joke Dame<br />
Plaats: Muziektheater (foyer 2de balkon)<br />
Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere<br />
voorstelling, dus 19.15 uur (avond)/12.45 uur<br />
(matinee)<br />
Lengte: ± 30 minuten<br />
Toegang: gratis op vertoon van een<br />
plaatsbewijs voor de voorstelling van die dag<br />
Met steun van de Vereniging Vrienden<br />
van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
Uitzenddatum<br />
Radio 4, NTR <strong>Opera</strong> Live:<br />
zaterdag 25 mei, 19.00 uur<br />
Dinerbuffetten<br />
Bij elke avondvoorstelling van DNO kunt u<br />
ge nie ten van een diner buffet in de foyer van het<br />
Muziektheater. Zo kunt u rustig eten en bent u op<br />
tijd voor de opera. Reserveren: 020-625 5455<br />
of via www.muziektheater.nl/kaarten.<br />
Giuseppe Verdi 1813-1901<br />
La traviata<br />
<strong>Opera</strong> in tre atti<br />
libretto<br />
Francesco Maria Piave<br />
muzikale leiding<br />
Giuliano Carella<br />
regie<br />
Willy <strong>De</strong>cker<br />
decor<br />
Wolfgang Gussmann<br />
kostuums<br />
Wolfgang Gussmann<br />
Susana Mendoza<br />
licht<br />
Hans toelstede<br />
choreografie<br />
Athol Farmer<br />
dramaturgie<br />
Klaus Bertisch<br />
Violetta Valéry<br />
Marina Poplavskaya<br />
Joyce el Khoury 17 20 mei<br />
Flora Bervoix<br />
Karin Strobos<br />
Annina<br />
Diane Pilcher<br />
Alfredo Germont<br />
Ismael Jordi<br />
Giorgio Germont<br />
Dimitris tiliakos<br />
Gastone de Létorières<br />
Iain Paton<br />
Barone Douphol<br />
Roger Smeets<br />
Marchese d’Obigny<br />
Jérémie Brocard<br />
Dottor Grenvil<br />
Luigi Roni<br />
Giuseppe<br />
Richard Prada<br />
Commissionario<br />
Leo Geers<br />
Domestico di Flora<br />
Sander Heutinck<br />
Un Cavaliere<br />
Peter Arink<br />
Radio Kamer Filharmonie<br />
Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
instudering Nicholas Jenkins<br />
Originele productie<br />
Salzburger Festspiele 2005<br />
<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 2 uur en 45 minuten.<br />
Er is 1 pauze.<br />
<strong>De</strong> opera wordt in het Italiaans gezongen,<br />
Nederlands en Engels boventiteld.<br />
Reprise<br />
Het operaboek La traviata is verkrijgbaar in<br />
het Muziek theater.<br />
Daarin staan onder meer een uitgebreide synopsis<br />
en het libretto in het Italiaans en het Neder lands.<br />
<strong>De</strong> prijs is 8.
Giuseppe Verdi (Foto: André Adolphe Disderi)<br />
Achtergrond La traviata<br />
Frits Vliegenthart<br />
Een ‘zedeloze’ vrouw<br />
Het is onvoorstelbaar maar waar: een van de meest geliefde opera’s uit het hele repertoire was een<br />
regelrechte flop bij de wereldpremière. Het betrof hier La traviata, een inmiddels alom erkend meesterwerk,<br />
waarin Giuseppe Verdi zijn tragische heldin met zoveel liefde en inspiratie volgde als nog nooit eerder een<br />
operacomponist had gedaan.<br />
‘Beste Ricordi,<br />
Het spijt me je een treurig bericht te moeten<br />
overbrengen, maar ik kan je de waarheid niet<br />
verhelen. La traviata is een fiasco geworden.<br />
Laten we niet gissen naar de oorzaken. Het<br />
is niet anders. Addio. Addio.’ Met deze woorden<br />
bracht Verdi op 7 maart 1853 aan zijn uitgever<br />
Giovanni Ricordi verslag uit van de<br />
wereldpremière van La traviata in het Venetiaanse<br />
Teatro La Fenice, die daar een dag<br />
eerder had plaatsgevonden. Wat was er gebeurd<br />
met dit werk, dat de meest geliefde<br />
opera van Verdi zou worden? Hoewel Verdi<br />
daar in zijn brief kennelijk niet nader op<br />
wilde ingaan, waren er wel degelijk een paar<br />
oorzaken aan te wijzen. Zo had de componist<br />
zich, weliswaar in een vrij laat stadium,<br />
verzet tegen het bezetten van de hoofdrol<br />
met de flink uit de kluiten gewassen sopraan<br />
Fanny Salvini-Donatelli.<br />
Muzikale bezwaren speelden hier geen<br />
enkele rol, maar het ging hem erom dat deze<br />
primadonna totaal niet beantwoorde aan het<br />
physique du rôle. <strong>De</strong> datum waarop Salvini’s<br />
contract zonder juridische consequenties<br />
nog had kunnen worden verbroken, was echter<br />
al verstreken. <strong>De</strong> componist had weer<br />
eens blijk gegeven van een feilloos dramatisch<br />
instinct, want wat hij vreesde, gebeurde:<br />
het publiek moest lachen bij het zien van<br />
een mollige dame als de aan tuberculose<br />
wegkwijnende courtisane. Ook lieten de<br />
prestaties van Ludovico Graziani (Alfredo)<br />
en Felice Varesi (Giorgio Germont) veel te<br />
wensen over. Verdi zou zijn revanche krijgen<br />
bij een nieuwe reeks uitvoeringen in 1854.<br />
<strong>De</strong>ze werd eveneens in Venetië gegeven,<br />
niet in La Fenice, maar in het Teatro San<br />
Benedetto en met andere zangers. Toen<br />
kreeg het hier en daar herziene werk wél<br />
het succes dat het verdiende.<br />
Hedendaags onderwerp<br />
Toen Verdi in april 1852 had ingestemd met<br />
het verzoek van La Fenice een nieuwe opera<br />
te componeren voor het carnavalsseizoen<br />
1853, stond vast dat Francesco Maria Piave<br />
het libretto zou schrijven, maar een onderwerp<br />
moest nog worden gevonden. Er is<br />
welbeweerd dat Verdi al in 1851 dacht aan<br />
La dame aux camélias van Alexandre Dumas<br />
fils, maar dat is onjuist. Dit misverstand<br />
komt voort uit een zinsnede in een brief aan<br />
Salvatore Cammarano, de librettist van<br />
Il trovatore, waarin de componist spreekt<br />
over ‘een onderwerp, dat eenvoudig en teder<br />
is’, voor het geval hij met het Trovatoregegeven<br />
niet uit de voeten zou kunnen.<br />
‘Eenvoudig en teder’ is het verhaal over de<br />
teloorgang van een courtisane echter allerminst:<br />
in Italië tijdens het begin van de jaren<br />
1850 was het gegeven zelfs behoorlijk schokkend,<br />
bovendien niet iets waarmee Cammarano<br />
mee had kunnen behalen, omdat het<br />
hem niet lag. In februari 1852 was in Parijs<br />
de toneelbewerking van Dumas’ roman in<br />
première gegaan. Mogelijk bracht dat Verdi,<br />
die toen in Parijs was, op het idee om zijn<br />
volgende nieuwe opera – die wat hem betrof<br />
een ‘primadonna-opera’ moest worden – te<br />
baseren op dit tragische, diep-menselijke<br />
verhaal.<br />
La traviata (‘<strong>De</strong> zedeloze’) ontstond in een<br />
schrikbarend korte tijd. Pas in oktober 1852<br />
lukte het Piave, door een nerveuze theaterdirectie<br />
naar Verdi’s nieuwe huis in Sant’<br />
Agata gestuurd, om de componist te dwingen<br />
een onderwerp te kiezen, want deze schoof<br />
de beslissing telkens voor zich uit. <strong>De</strong><br />
synopsis werd aan de censuur voorgelegd,<br />
die opmerkelijk soepel reageerde: als de<br />
werktitel Amore e morte werd veranderd,<br />
zou toestemming worden verleend. En zo<br />
kon Verdi op 1 januari 1853 – terwijl hij nog<br />
de laatste hand legde aan Il trovatore, dat<br />
diezelfde maand in première moest gaan! –<br />
aan zijn vriend Cesare <strong>De</strong> Sanctis schrijven:<br />
‘Voor Venetië doe ik La dame aux camélias,<br />
dat wellicht La traviata zal heten. Het is een<br />
hedendaags onderwerp. Een ander zou het<br />
26 27<br />
misschien niet gedaan hebben vanwege de<br />
kostuums, vanwege de periode of duizend<br />
andere domme bedenkingen, maar ik schrijf<br />
het met veel plezier. Iedereen zette een<br />
grote keel op, toen ik voorstelde een gebochelde<br />
op het toneel te brengen. Welnu, ik<br />
schreef Rigoletto met veel genoegen.<br />
Hetzelfde geldt voor Macbeth, etc.’ Verdi<br />
wilde dat de kostuums voor La traviata eigentijds<br />
zouden zijn, maar dat ging voor<br />
de censuur te ver: de enscenering diende te<br />
worden gesitueerd in het begin van de achttiende<br />
eeuw. Gelukkig wordt dit eigenlijk<br />
nooit zo gedaan, want het zou ten koste<br />
gaan van de tijdloosheid van het verhaal en<br />
afleiden van de directe expressie van de<br />
emoties. Ook het piano-uittreksel van<br />
Ricordi vermeldt gewoon dat het stuk zich<br />
afspeelt omstreeks 1850.<br />
Hartstochtelijke verhouding<br />
<strong>De</strong> ongelukkige heldin Violetta Valéry gaat<br />
terug op een bestaande figuur: de demimondaine<br />
Alphonsine Plessis (alias Marie<br />
Duplessis), bij Dumas Marguerite Gautier<br />
genoemd. Zij was afkomstig van het platteland<br />
en vestigde zich op haar vijftiende in<br />
Parijs, waar zij overdag als winkelmeisje<br />
werkte en zich ’s avonds aansloot bij de<br />
zogeheten ‘grisettes’: artiesten- en studentenliefjes.<br />
Later zou Puccini zich door datzelfde<br />
milieu laten inspireren voor La bohème.<br />
Alphonsine was mooi en slank, met een<br />
ovaal gezicht en prachtige donkere ogen.<br />
Zij had voortreffelijke manieren en werd<br />
al gauw geliefd bij heren uit de hogere kringen,<br />
zoals de oude graaf Stackelberg, die<br />
haar een prachtig appartement in de rue<br />
Madeleine gaf. Als Alphonsine zich in het<br />
openbare leven begaf, droeg zij een witte<br />
camelia om aan te geven dat ze ‘beschikbaar’<br />
was, een rode in de dagen dat ze dat<br />
niet was vanwege haar maandelijkse cyclus.<br />
<strong>De</strong> affaire tussen Alphonsine en Alexan-<br />
dre Dumas begon min of meer zoals die tussen<br />
Violetta en Alfredo in de opera: tijdens<br />
een ontvangst in haar huis hoestte zij bloed<br />
op en Dumas volgde haar bezorgd naar de<br />
slaapkamer om haar bij te staan. Dit ontroerde<br />
haar zeer en er ontstond tussen hen een<br />
hartstochtelijke verhouding, die echter niet<br />
lang standhield. Zoals Dumas zelf in zijn<br />
afscheidsbrief schreef: ‘Ik ben niet rijk genoeg<br />
om je lief te hebben zoals ik zou wensen<br />
en niet arm genoeg om te worden bemind<br />
zoals jij dat zou willen.’ Na een mislukt huwelijk<br />
met een burggraaf (1846) ging Alphonsines<br />
gezondheid snel achteruit en zij stierf<br />
in 1847 in haar Parijse woning, slechts 23<br />
jaar oud.<br />
Samenhangend geheel<br />
La traviata is als het ware een vrouwelijke<br />
tegenhanger van het meer robuuste Il trova-<br />
tore, wat des te meer opvalt omdat beide<br />
werken vlak na elkaar zijn voltooid. Het<br />
scheppingsproces verliep grotendeels<br />
parallel. Zoals wel vaker bij Verdi is de<br />
Traviata, ondanks de vele en grote koor-<br />
scènes, intiem van sfeer, geheel gefocust<br />
op de interactie tussen de drie hoofdpersonen:<br />
Violetta, Alfredo en diens vader<br />
Giorgio. In de Preludio passeren drie episodes<br />
van Violetta’s verhaal in een notendop<br />
de revue, en wel in omgekeerde chronologische<br />
volgorde. IJle, chromatische strijkers-<br />
klanken schilderen het sterven van Violetta,<br />
zoals zich dat in de derde akte voltrekt.<br />
Daarna klinkt in een brede melodie het<br />
motief van de liefde van Violetta voor<br />
Alfredo, en vervolgens horen we in snelle<br />
noten die deze lijnen versieren de uitbundige,<br />
frivole Violetta die in haar huis een<br />
groot feest geeft. <strong>De</strong>rgelijke herinneringsmotieven<br />
maken La traviata tot een fraai<br />
samenhangend geheel. Het veelvuldig voorkomende<br />
walsritme plaatst de opera in het<br />
wufte Parijs uit de tijd van ontstaan; het in<br />
dit verband quasi-vrolijke karakter van deze<br />
dans draagt bij tot het navrant-ontroerende<br />
karakter van de opera.<br />
Is het verhaal geloofwaardig? Voor een<br />
operalibretto zeker, en Verdi’s muziek doet<br />
de rest. Violetta (die haar cynisme opzij zet)<br />
en de ietwat naïeve Alfredo houden oprecht<br />
van elkaar, Giorgio (misschien een hypocriet<br />
te noemen) komt op voor het belang van zijn<br />
familie. Het is niet moeilijk zich in hun<br />
gevoelens te verplaatsen. Enigszins onbegrijpelijk<br />
is hooguit de snelheid waarmee<br />
Violetta aan Giorgio belooft Alfredo op te<br />
geven. Dat heeft daarmee te maken dat er<br />
in een opera eenvoudig geen tijd is voor de<br />
psychologische ontwikkeling zoals die in<br />
een roman voldoende ruimte kan krijgen.<br />
Muzikale hoogtepunten zijn er te over.<br />
<strong>De</strong> provinciaal Alfredo, nieuw in de groep,<br />
wordt als het ware ingewijd wanneer hij<br />
op verzoek van Violetta, de gastvrouw, een<br />
drinklied aanheft, waarbij de anderen zich<br />
aansluiten (‘Libiamo...’). Lyrisch is zijn liefdesverklaring<br />
‘Un dì felice... Di quell’amor...’.<br />
Na zijn vertrek is Violetta’s stemming eerst<br />
verbaasd en ontroerd: bestaat de ware liefde<br />
dan toch? (‘Ah fors’è lui... A quell’amor...’),<br />
maar dan besluit ze toch altijd vrij te blijven<br />
en te genieten (‘Sempre libera...’), terwijl<br />
Alfredo op straat zijn gevoelens nogmaals<br />
uit. Het grote duet tussen Giorgio Germont<br />
en Violetta in de tweede akte is het moment<br />
dat het verhaal zijn fatale wending neemt;<br />
Violetta’s wanhoop klinkt in ‘Amami, Alfredo’,<br />
als ze de nietsvermoedende Alfredo vaarwel<br />
zegt, wetend dat hij haar afscheidsbrief<br />
spoedig zal ontvangen. Met ‘Di Provenza<br />
il mar...’ probeert Giorgio Alfredo te troosten<br />
voor het vertrek van Violetta. <strong>De</strong> derde akte<br />
opent met de ijle strijkersmuziek uit de<br />
allereerste maten van de opera. In haar<br />
laatste uren leest Violetta een brief van<br />
Giorgio waarin hij vertelt dat Alfredo alles<br />
weet en dat ze weldra bij haar zullen komen.<br />
Intussen klinkt in het orkest het motief<br />
‘Di quell’amor’. Ze weet dat het te laat is<br />
en neemt verdrietig afscheid van het leven<br />
(‘Addio del passato’). <strong>De</strong> twee geliefden<br />
dromen van een nieuw leven op het land<br />
(‘Parigi, o cara/o, noi lasceremo’), maar<br />
Violetta beseft dat dit niet meer zal gebeuren<br />
(‘Ah! gran Dio!… morir sì giovine’) en terwijl<br />
ze Alfredo haar portretje geeft, klinkt een<br />
doodsmotief in het orkest, dat tijdens haar<br />
laatste opleving nogmaals ‘Di quell’amor’<br />
laat horen.<br />
Het graf van Alphonsine Plessis in Parijs
als hEt DOEk OpENgaat.....<br />
...is het tijd om te acteren.<br />
CMS_LawTax_CMYK_from101.eps<br />
Europees partner van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
Dat geldt voor DNO maar ook voor u en uw onderneming op het<br />
turbulente bedrijfstoneel.<br />
Als Europees partner van DNO helpen wij hen bij het realiseren van<br />
hun ambities.<br />
Ook u helpen wij als juridisch adviseur en business partner graag met<br />
het realiseren van uw bedrijfsdoelstellingen en ambities. Of dat nu in<br />
Nederland is of internationaal.<br />
U bent dan altijd klaar voor het moment dat het doek opengaat.<br />
Amsterdam | Berlin | Brussels | Lisbon | London | Madrid | Paris | Rome | Vienna | Zurich | Aberdeen | Algiers | Antwerp | Barcelona | Beijing | Belgrade |<br />
Bratislava | Bristol | Bucharest | Budapest | Casablanca | Cologne | Dresden | Duesseldorf | Edinburgh | Frankfurt | Hamburg | Kyiv | Leipzig | Ljubljana | Luxembourg<br />
| Lyon | Milan | Moscow | Munich | Prague | Rio de Janeiro | Sarajevo | Seville | Shanghai | Sofia | Strasbourg | Stuttgart | Tirana | Utrecht | Warsaw and Zagreb.<br />
www.cms-dsb.com<br />
La traviata<br />
Bart Boone<br />
Dodendans in driekwartsmaat<br />
Een veertiendaagse cruise langs de Caraïben. Dat bood een wanhopige fan in 2005 aan voor één plaats voor<br />
de stampvolle première van La traviata bij de Salzburger Festspiele. Tickets voor de andere voorstellingen?<br />
Die werden soms voor exorbitante bedragen verpatst op de zwarte markt. Zelfs het nuchtere Holland kende<br />
mini-excessen nadat <strong>De</strong> Nederlands <strong>Opera</strong> de productie van Salzburg overnam. Om op dag 1 van de kaartverkoop<br />
nog goeie zitjes te scoren schoven de eerste gegadigden al aan vanaf half vijf ’s nachts!<br />
Waarom loopt het overal storm voor die indringende Verdi-lezing van regisseur Willy <strong>De</strong>cker?<br />
Wereldwijd kwamen op de een of andere<br />
manier al twee miljoen mensen in contact<br />
met de in 2005 door de Salzburger Festspiele<br />
geconcipieerde La traviata. Zelfs al<br />
is die raming met de natte vinger wat opgeschroefd,<br />
dan nog zal de werkelijke omloop<br />
overrompelend zijn. Uiteraard joegen vooral<br />
de vele radio- en televisie-uitzendingen<br />
overal ter wereld, live of in uitgesteld relais,<br />
de teller op hol, alsook een openluchtprojectie<br />
en een cd-opname. Want de productie<br />
live genieten? Dat kon op slechts drie speelplekken.<br />
Telkens één voorstellingenreeks in<br />
Salzburg en Amsterdam, drie reeksen in<br />
New York. Ook het vastleggen van de productie<br />
op dvd deed de teller der massaverspreiding<br />
op volle toeren draaien. <strong>De</strong> regie<br />
had Peter Ruzicka, in 2005 nog Festspieleintendant,<br />
toevertrouwd aan Willy <strong>De</strong>cker.<br />
Hoeveel films met zijn La traviata-interpretatie<br />
er wereldwijd reeds over de toonbank<br />
gingen én – om te vergelijken – wat een<br />
opera-dvd normaliter doet qua verkoop,<br />
wilde <strong>De</strong>utsche Grammophon om obscure<br />
redenen niet kwijt. ‘Maar,’ aldus de perschef<br />
van de legendarische platenfirma, ‘een<br />
fenomenale verkoophit ís het!’<br />
Focus op de regie<br />
Ook bij DNO werd <strong>De</strong>ckers regie in april<br />
2009 een fenomenale hit. Toch verschilde de<br />
receptie hier van die tijdens de Festspiele.<br />
Niet bij het publiek. Dat sloot deze Traviataversie<br />
zowel in Salzburg als in Amsterdam<br />
meteen in het hart. Maar in de lof die de<br />
lokale en de internationale pers over de<br />
Verdi-productie op de bühne van het Großes<br />
Festspielhaus zong, werd <strong>De</strong>ckers werk vaak<br />
overschaduwd door een eenzijdige aandacht<br />
voor de operasterren Anna Netrebko en<br />
Rolando Villazón. Dé verklaring voor de<br />
excessen met tickets en het begeesteren<br />
van twee miljoen mensen in de zaal en via<br />
allerlei media? Het toen inderdaad excellent<br />
presterende Traumpaar, zoals de pers de<br />
Violetta- en Alfredo-vertolkers doopte.<br />
Toch loofde menige serieuze criticus zeker<br />
ook de Duitse regisseur.<br />
Hoewel in 2009 niet één recensent het sensationele<br />
roldebuut van de jonge Russische<br />
sopraan Marina Poplavskaya als Violetta<br />
onvermeld liet – ‘Marina is hartverscheurend!’<br />
kopte Het Parool, lag in Nederland de focus<br />
met beduidend meer krantenregels toch op<br />
de regie. En die kerfde diep in. Het publiek<br />
viel ‘collectief gebiologeerd en ontroerd’<br />
stil, getuigde Trouw. Dat deed Willy <strong>De</strong>cker<br />
dankzij het hem typerende procedé. <strong>De</strong><br />
complexiteit van een opera herleiden tot<br />
één abstract, maar toegankelijk idee, theatraal<br />
vertaald in één machtig beeld. Weg<br />
originele setting. Weg uiterlijke actie. Weg<br />
rekwisieten. Alleen het innerlijke drama<br />
29<br />
rest: de figuren en hun onderlinge dramatische<br />
conflicten en emoties. Vanuit dat ene<br />
beeld bouwt hij dan gaandeweg met zijn<br />
geraffineerde muzikale personenregie een<br />
enorme psychologische gelaagdheid op.<br />
Resultaat? Zelfs wie het verhaal niet kent,<br />
kan alles volgen. En wie een opera grondig<br />
beheerst, krijgt van <strong>De</strong>cker voer om op te<br />
kauwen.<br />
Centraal in <strong>De</strong>ckers La traviata staat<br />
Violetta’s wanhopige schreeuw ‘È tardi!’<br />
Voor haar komt alles te laat. Daartoe zette<br />
de Duitse regisseur een immense klok op<br />
het toneel. Al van begin af aan is de aan tbc<br />
lijdende courtisane visueel gedoemd te<br />
sterven. Genadeloos tikt de klok verder.<br />
Ook voor de liefde is het te laat. Toch geeft<br />
Violetta zich nog over aan Alfredo en lijkt<br />
de klok even gestopt. Tot Alfredo’s vader die<br />
waan brutaal vermorzelt, qua personenregie<br />
het hoogtepunt in <strong>De</strong>ckers regie. Violetta’s<br />
vlucht? Een immense zelfdestructieve<br />
levenslust. Verpletterend eenzaam, uitgebeeld<br />
door de kale ruimte met torenhoge<br />
ondoordringbare muren, zuipt, danst en<br />
feest ze tot ze erbij neervalt in het bijzijn<br />
van één blok virtuoos geregisseerde burgermannetjes<br />
die haar verafgoden, opjagen of<br />
begeren en in wezen innerlijk slopen. Tijdens<br />
die dodendans in Verdi’s driekwartsmaat is<br />
de dokter de enige die haar steunt. Hem zet<br />
<strong>De</strong>cker haast constant op het toneel als <strong>De</strong><br />
Tijd. Of als <strong>De</strong> Dood.<br />
Geen boegeroep!<br />
Op Nieuwjaarsavond 2010 was het bij The<br />
New York Metropolitan <strong>Opera</strong> (de Met) bang<br />
affiche La traviata in New York<br />
afwachten of ook het oerconservatieve<br />
Amerikaanse publiek en dito pers <strong>De</strong>ckers<br />
La traviata wel zouden lusten. Een stijl zoals<br />
die van <strong>De</strong>cker mag in de Lage Landen ingeburgerd<br />
zijn, in de Nieuwe Wereld ligt een<br />
Europese oriëntatie qua operatheater nog –<br />
zacht uitgedrukt – lastig. Toen bijvoorbeeld<br />
de Belgische operagoeroe Gerard Mortier<br />
dreigde de scepter te zullen gaan zwaaien<br />
over The New York City <strong>Opera</strong>, bombardeerde<br />
de Amerikaanse pers diens benoeming<br />
tot een daad van operaterreur 9/11 waardig.<br />
‘The end of Western civilization as we know<br />
it!’ jammerde een journalist. Ook los daarvan<br />
speelde Peter Gelb, directeur bij de Met,<br />
met vuur door de DNO-productie te huren.<br />
<strong>De</strong>ckers eenvoud moest opboksen tegen de<br />
aloude Met-regie van Franco Zeffirelli vol<br />
somptueuze naturalistische decors en kostuums,<br />
en – dát wel – met een sterke personenregie.<br />
<strong>De</strong> uiteindelijke reacties? Bijval<br />
voor ‘onze’ Marina en ook de regie werd door<br />
pers en publiek goed verdragen tot zelfs<br />
warm onthaald. ‘Verrassend genoeg klonk er<br />
nauwelijks boegeroep toen meneer <strong>De</strong>cker<br />
boog!’ meldde The New York Times. Maar in<br />
vele recensies kreeg hij felle kritiek te verteren:<br />
‘geforceerd concept’, ‘te modern’, of<br />
neuzelde men dat een en ander niet spoorde<br />
met Piaves libretto. Toch signaleerden vier<br />
critici dat Gelb met producties als deze het<br />
theatrale niveau bij de Met langzaam maar<br />
zeker opkrikt tot het hoge vocale en muzikale<br />
niveau in het huis. <strong>De</strong> teller? Die tikt in mei<br />
de twee miljoen ver voorbij. Even genadeloos<br />
als <strong>De</strong>ckers klok.
Sander Heutinck<br />
Leo Geers (Foto’s: Sander van der Duin)<br />
Peter Arink<br />
Richard Prada<br />
Interview La traviata<br />
Carine Alders<br />
Kunstvorm der compromissen<br />
vraagt flexibele zangers<br />
Vier koorzangers – Richard Prada, Peter Arink, Leo Geers en Sander Heutinck – wachten op hun<br />
beurt in de pianovoorgenerale voor Mozarts Zauberflöte. In kostuum volgen ze straks de aanwijzingen<br />
van de regisseur op het toneel, maar nog niet met het orkest erbij. Door de catacomben galmt een<br />
oproep voor Thomas Oliemans, die de rol van Papageno zingt. ‘Het kon wel eens een lange dag<br />
worden,’ voorspelt tenor Richard Prada. Gelukkig loopt nu Das Rheingold van Wagner, daarin is geen<br />
rol voor het koor weggelegd. Het maakt het leven iets minder hectisch. We hebben even tijd om te<br />
praten over de wereldbaan van koorzanger bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> en hun aandeel in La traviata.<br />
Elk jaar presenteert <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
tien tot twaalf producties. ‘Daarvan zijn er<br />
maar twee of drie zonder koor,’ schat bariton<br />
Sander Heutinck. Dat betekent dat tijdens<br />
een voorstellingsperiode van de ene opera<br />
de volgende opera alweer in de regiefase is<br />
en er bovendien muzikale repetities zijn voor<br />
opera’s die verder in de toekomst liggen. Is<br />
dit dus een normale werkdag voor koorleden?<br />
Lachend: ‘Normale werkdagen kennen we<br />
eigenlijk niet. Je moet voortdurend omschakelen.<br />
Daarbij hebben we steeds te maken<br />
met verschillende dirigenten en regisseurs,<br />
elk met hun eigen wensen. En dan heb je ook<br />
nog te maken met kappers, grimeurs en kostuumontwerpers.<br />
Flexibiliteit wordt bij ons<br />
met hoofdletters geschreven.’ Met soms drie<br />
of meer verschillende producties in voorbereiding<br />
wordt er ook zangtechnisch de<br />
nodige flexibiliteit gevraagd. Richard: ‘Voor<br />
de opera Billy Budd van Benjamin Britten<br />
gebruik je een heel andere techniek dan bij<br />
een avondje Rameau of Puccini’s Turandot.<br />
Om je te blijven ontplooien moet je je plooibaarheid<br />
onderhouden.’<br />
Fysiek en emotioneel<br />
Zingen in het Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />
<strong>Opera</strong> is echt een vak apart. Collega-bariton<br />
Leo Geers: ‘<strong>De</strong> meeste mensen hebben<br />
geen idee hoe fysiek ons beroep is. Ik ga<br />
veel naar de sportschool, anders hou ik het<br />
gewoon niet vol. Een gezond lijf is een voorwaarde.’<br />
Sander, lachend maar met een serieuze<br />
ondertoon: ‘We knielen en hollen heel<br />
wat af. Gezond leven is inderdaad een must.<br />
<strong>De</strong> meeste mensen kunnen met een verkoudheid<br />
gewoon doorwerken, wij niet. Het<br />
is ook belangrijk dat je rusttijden inbouwt.<br />
Het vak van koorzanger is onregelmatig.<br />
Vanavond werken we tot tien uur, morgenochtend<br />
staan we om half elf weer fris aan<br />
de <strong>start</strong> voor een muziekrepetitie van<br />
Rossini’s Guillaume Tell. Daarnaast werk je<br />
thuis ook aan het onderhoud van je stem en<br />
je fysiek. Veel zangers blijven altijd lessen<br />
volgen of worden gecoacht.’ Zingen in een<br />
operakoor is bovendien een emotioneel vak.<br />
‘Je hebt best een intieme relatie met je collega’s.<br />
Je kleedt je samen om en fysiek contact<br />
wordt op het toneel ook niet geschuwd.’<br />
Leo herinnert zich een vergadering waar het<br />
nogal fel aan toe ging. Hij reageerde volgens<br />
zeggen te emotioneel. ‘Maar dat is juist mijn<br />
vak, ik word betaald om emotioneel te zijn!’<br />
Geboren als zanger<br />
Er zijn maar weinig mensen die van jongs af<br />
30<br />
aan weten dat ze zanger willen worden.<br />
Maar Leo – met zijn 25-jarige carrière in het<br />
koor de nestor van het gezelschap aan tafel<br />
– is daar heel duidelijk over: ‘Ik ben als zanger<br />
geboren. Ik was lid van het jongenskoor<br />
in Oosterhout en zingen vond ik geweldig.<br />
Ik had het geluk dat mensen om mij heen<br />
iets in mij zagen, zo kon mijn talent langzaam<br />
groeien en werd mij de weg gewezen<br />
naar het conservatorium.’ Sander had als<br />
kleine jongen ook een droom, hij wilde<br />
acteur worden. ‘<strong>De</strong> toneelschool leek mij het<br />
einde, maar ik speelde ook piano. Toen ik ook<br />
nog een goede zangstem bleek te hebben,<br />
was de combinatie snel gemaakt. Ik heb zo’n<br />
beetje alles gedaan waarin zang en theater<br />
gecombineerd wordt: musical, operette en<br />
natuurlijk opera.’ Ook bij bariton Peter Arink<br />
viel alles pas later op zijn plek. ‘Eigenlijk<br />
heb ik heel onbewust stap na stap gemaakt.<br />
Ik ging naar het conservatorium in Enschede<br />
om trompet te studeren. Wij hadden het<br />
geluk dat er in Enschede ook een operahuis<br />
was. Via Forum Jong maakte ik kennis met<br />
opera. Ik had letterlijk voor die tijd nog nooit<br />
een opera gezien! Ik begon dus heel blanco<br />
met zingen. Ik was verkocht door de theatercultuur,<br />
veel minder calvinistisch dan de<br />
concertcultuur.’ Richard Prada wilde eigenlijk<br />
klavecinist en organist worden. ‘Oude<br />
muziek is mijn passie. Ik kwam ervoor van<br />
Brazilië naar Nederland om te studeren aan<br />
het Koninklijk Conservatorium in <strong>De</strong>n Haag.<br />
Daar begon ik ook met het zingen van oude<br />
muziek. Van het een kwam het ander, maar ik<br />
heb nog steeds een zwak voor muziek uit de<br />
middeleeuwen.’<br />
<strong>De</strong> kunst van de kleine rol<br />
Alle vier zijn ze gevraagd om in La traviata<br />
een kleine rol te zingen. Dat is geen vanzelfsprekendheid.<br />
Geïnteresseerde koorleden<br />
kunnen auditie doen voor kleine rollen in een<br />
opera, maar of je een rol ook krijgt hangt van<br />
allerlei factoren af. <strong>De</strong> regisseur kan op<br />
zoek zijn naar een bepaald fysiek (groot,<br />
klein, dun of dik) of een bepaald stemgeluid.<br />
Het moet ook mogelijk zijn om naast je kleine<br />
rol ook je rol als koorlid te kunnen blijven<br />
vervullen. Met ingewikkelde kostuums kan<br />
dat lastig zijn. En tenslotte zijn er rollen –<br />
hoe klein ook – die technisch lastig zijn.<br />
Sander herinnert zich wel dat hij met vier<br />
collega’s auditeerde. ‘Dan zing je allemaal<br />
hetzelfde mopje en voel je toch wel enige<br />
onderlinge concurrentie.’ En hoe klein ook,<br />
het is en blijft een solo. ‘Er is niets zo lastig<br />
als het zingen van een kleine rol,’ beaamt<br />
Richard, ‘maar je levert wel een visitekaartje<br />
af voor het koor. Je hebt geen tijd om erin te<br />
komen, in een paar zinnen is het gedaan.’<br />
Sander: ‘In vier woorden! Ik kom dronken<br />
op en dan zing ik vier woorden. En ik kan me<br />
daar vooraf niet op concentreren, want dan<br />
ben ik bezig met mijn rol in het koor. Het<br />
geeft absoluut extra spanning. Maar het zijn<br />
wel de krenten in de pap. Het doet een appèl<br />
op je eigen verantwoordelijkheid.’ Peter:<br />
‘<strong>De</strong> druk is enorm, je doet wel je mond open<br />
naast een grote solist, het mag niet uit de<br />
toon vallen.’ En toch beseft iedereen dat het<br />
geen recht is om als koorlid kleine rollen te<br />
mogen zingen. ‘<strong>De</strong> artistieke leiding moet de<br />
vrijheid hebben om voor een productie te<br />
kiezen voor de beste invulling.’<br />
Misbruikte deuntjes en<br />
jeugdsentiment<br />
Leo verheugt zich op La traviata. Ondanks<br />
zijn lange staat van dienst is het de eerste<br />
keer dat hij de opera van Verdi in Amsterdam<br />
zingt. ‘Ik heb heel vaak de rol van Germont<br />
in concertante uitvoeringen gedaan, maar<br />
vreemd genoeg heb ik alle eerdere producties<br />
hier gemist.’ Voor Richard is het jeugdsentiment:<br />
‘Mijn Italiaanse vader draaide vroeger<br />
langspeelplaten met opera’s van Verdi.’ <strong>De</strong><br />
opera zit zo in zijn genen, dat hij met een<br />
klein gezelschap (OperArmida) een kamervariant<br />
speelt, bedacht door Adva Tas.<br />
‘Samen met een regisseuse hebben we de<br />
opera teruggebracht tot de drie grote rollen,<br />
begeleid door een pianiste.’ Zelf neemt<br />
Richard in deze voorstellingen de rol van<br />
Alfredo voor zijn rekening. Ook Peter is een<br />
echte Verdiliefhebber, van hem mag de<br />
Italiaanse componist wel vaker op het programma<br />
staan. Leo vindt het wel jammer<br />
dat zoveel deuntjes van Verdi misbruikt zijn.<br />
‘<strong>De</strong> muziek is prachtig, en in de context van<br />
de opera valt het ook helemaal op zijn plek,<br />
31<br />
maar helaas hoor je zo’n Drinklied of Slaven-<br />
koor vaak heel slecht uitgevoerd, als ringtone<br />
of zelfs lallend in een stadion.’ Het deert<br />
Richard niet. ‘<strong>De</strong> muziek is geniaal. Hoe<br />
Verdi de neergang en de vermoeidheid van<br />
Violetta symboliseert… met één akkoord dat<br />
steeds zachter herhaald wordt, of de melodieën<br />
van Violetta die steeds naar beneden<br />
lopen. Je voelt hoe moe ze is.’<br />
Droombaan<br />
<strong>De</strong> mannen zijn het er over eens: zingen in<br />
het Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> is een<br />
droombaan. In de woorden van Richard: ‘Het<br />
is een goed huis’. Peter vult aan: ‘Er zijn in<br />
Nederland nauwelijks alternatieven en ook<br />
internationaal gezien is de kwaliteit goed.’<br />
Ze weten waar ze het over hebben, want<br />
samen hebben ze bijna een halve eeuw ervaring<br />
in dit koor. En allemaal hebben ze ook<br />
ervaring als freelancer. Sander zingt in de<br />
zomer in het koor van de Bayreuther Festspiele.<br />
‘Een geweldige festivalervaring, met<br />
130 tot soms wel 180 zangers van verschillende<br />
nationaliteiten in een snelkookpan.<br />
Dan ontkom je niet aan de Wagneritis.’<br />
Richard vertelt dat hij als freelancer een<br />
keer zes weken naar het buitenland moest<br />
toen zijn zoontje Paolo net geboren was.<br />
‘Dan kom je terug en denk je: wat is mijn<br />
baby veranderd!’ Peter heeft zelfs de<br />
geboorte van zijn kind gemist. ‘Als je jong<br />
bent, is het allemaal prachtig, dat reizen en<br />
avontuur, maar na een aantal jaar vraag je<br />
je toch af of je zo wilt blijven leven,’ geeft<br />
Sander toe. ‘Je levert vrijheid in, maar je<br />
krijgt er ook een andere vrijheid voor terug.’<br />
Publiekstrekker<br />
Het Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> telt<br />
zo’n zestig vaste leden. Anders dan bij een<br />
concertkoor werken de sopranen, alten,<br />
tenoren en bassen door elkaar heen. ‘Je<br />
hebt geen vaste plek naast vaste collega’s,<br />
dat is een van de leuke dingen van ons koor.<br />
Het is heel aangenaam om steeds met verschillende<br />
mensen samen te zingen,’ vindt<br />
Peter. Iedereen is aangenomen op zijn of<br />
haar individuele kwaliteiten, maar net zo<br />
belangrijk is dat je je in het collectief kunt<br />
voegen. ‘Grappig is dat koorleden bijna<br />
altijd met “jullie” aangesproken worden,<br />
terwijl we toch echt individuen zijn,’ merkt<br />
Sander op. Het koor is een echte publiekstrekker,<br />
het heeft een enorme impact op het<br />
publiek. Solisten komen en gaan, het koor<br />
draagt voor een belangrijk deel de kwaliteit<br />
en de continuïteit van ‘het bedrijf’.<br />
Peter: ‘Het vak is nog steeds in ontwikkeling,<br />
en ook de individuele kwaliteiten van<br />
de zangers groeien. We staan open voor uitdaging<br />
en vernieuwing, we zitten nog niet<br />
aan de grens van wat mogelijk is.’ ‘Nou ja,<br />
behalve die ene keer dan, toen we kostuums<br />
aan moesten waarin je het gevoel kreeg dat<br />
je te lang in de sauna had gezeten. We<br />
moesten houterig bewegen. Eigenlijk ging<br />
het net over de grens van wat mogelijk is,<br />
maar het zag er wel indrukwekkend uit,’<br />
geeft Sander toe. Leo: ‘Ons koor lijkt soms<br />
een zootje ongeregeld, maar als alle neuzen<br />
dezelfde kant op staan, sta je versteld!’<br />
La traviatai (Foto: Klaus Lefebvre)
V.U. Peter de Caluwe © Maarten Vanden Abeele<br />
PELLéAS ET MéLISANDE<br />
CLAUDE DEBUSSY<br />
LUDOVIC MORLOT / PIERRE AUDI<br />
14, 16, 17, 18, 19, 20, 23, 24 & 25 APRIL 2013<br />
DE MUNT LA MONNAIE<br />
32<br />
CONCERTO<br />
uw specialist in opera,<br />
klassieke muziek en nog veel meer<br />
www.concertomania.nl<br />
DNO abonnementhouders 10% korting<br />
in Concerto en de Plato winkels.<br />
CONCERTO Utrechtsestraat 52-60 1017 VP Amsterdam 020-6235228<br />
PLATO • Apeldoorn • <strong>De</strong>venter • Enschede • Groningen • Leiden • Rotterdam • Utrecht • Zwolle<br />
DECORS<br />
ANISH<br />
KAPOOR<br />
+32 2 210 85 05 www.demunt.be<br />
annonce Pelleas.indd 1 21/01/13 12:12<br />
Persstemmen I<br />
Das Rheingold<br />
Na vijftien jaar is Das Rheingold in de<br />
visionaire regie van Pierre Audi en met<br />
de grootse decors van George Tsypin –<br />
ontstaan in 1997 en twee maal hernomen<br />
– een feest van herkenning en een ervaring<br />
die fris imponeert. Wagners operavierluik<br />
met al zijn goden, machtswellust en liefde<br />
wordt sprookjesachtig tijdloos, maar<br />
ook modern gebracht, en blijft daardoor<br />
een wonder van theatrale verbeeldingskracht<br />
en technisch vernuft.<br />
***** (regie)**** (muziek)<br />
Mischa Spel, NRC Handelsblad<br />
(16 november 2012)<br />
Vooral aan het slot, als de goden op de<br />
achtergrond majestueus naar Walhalla<br />
vertrekken, liet Haenchen zijn orkest<br />
grandioos uitpakken. Bij de kleinere<br />
goden en de drie Rijndochters is ook<br />
alles dik in orde, maar in haar korte<br />
optreden maakt Marina Prudenskaja als<br />
oergodin Erda de allermeeste indruk.***<br />
Peter van der Lint, Trouw<br />
(19 november 2012)<br />
Dirigent Hartmut Haenchen en het<br />
Nederlands Philharmonisch Orkest<br />
weten het Muziektheater bij de première<br />
ruim twee uur lang los van de aarde te<br />
tillen. Onder de zangers excelleert<br />
Werner Van Mechelen als de neveling<br />
Alberich, de dief van het Rijngoud.<br />
Joost Galema, Elsevier<br />
(24 november 2012)<br />
(Foto: Marco Borggreve)<br />
Die Zauberflöte<br />
33<br />
<strong>De</strong> nieuwe enscenering van Die Zauberflöte<br />
is een van die zeldzame producties<br />
waarop niets valt af te dingen. Wonderschoon<br />
was het. Een zinnenprikkelende<br />
opera-ervaring zoals je die zelden meemaakt.<br />
<strong>De</strong> voortreffelijke prestaties van<br />
dirigent Marc Albrecht en van de prachtige<br />
solisten niet te na gesproken, was deze<br />
Zauberflöte de triomf van de Britse<br />
regisseur Simon McBurney. *****<br />
Erik Voermans, Het Parool<br />
(8 december 2012)<br />
In Mozarts Märchenoper zeigt<br />
McBurney wie ein Zauberkünstler<br />
gleich zu Beginn alle profanen<br />
Werkzeuge vor, mit denen er betören<br />
will. Gerade weil McBurney offen zeigt,<br />
wie er seine Zaubertricks anrichtet,<br />
stellt sich Magie ein. Das gilt auch für<br />
die subtile, nie aufdringliche<br />
Personenregie. <strong>De</strong>r Leichtigkeit der<br />
Bühnenaktion korrespondiert das<br />
Orchesterspiel, angeleitet von<br />
Amsterdams Musikchef Marc Albrecht.<br />
Reinhard J. Brembeck, Süddeutsche Zeitung<br />
(14 december 2012)<br />
McBurney’s set designer, Michael<br />
Levine, offers essentially an empty<br />
space, modern-dressed by Nicky<br />
Gillibrand, atmospherically lit by Jean<br />
Kalman, and filled with magical video<br />
images by Finn Ross, who conjures perhaps<br />
the most effective trials by fire and<br />
water I have ever seen (in the latter,<br />
Pamina and Tamino appear to float, submerged,<br />
thanks to Ross’s film work and<br />
old-fashioned theatre-flying techniques).<br />
In Amsterdam, McBurney had a likeminded<br />
collaborator in the mercurial<br />
new music director, Marc Albrecht who<br />
conjured magic from the Netherlands<br />
Chamber Orchestra.<br />
Hugh Canning, Sunday Times<br />
(30 december 2012)<br />
(Foto: Clärchen & Matthias Baus)<br />
Einstein on the Beach<br />
Onvergetelijk beeld: de glazen lift die<br />
met stationsklok en reiziger doelloos op<br />
en neer gaat. En dan blijkt Einstein on the<br />
Beach toch gewoon opera: een stuk dat<br />
handelt over de mens, gevangen in ruimte<br />
en tijd, die worstelt met liefde en dood.<br />
*****<br />
Guido van Oorschot, de Volkskrant<br />
(7 januari 2013)<br />
Einstein on the Beach was ooit vernieuwend.<br />
Nu is het een museumstuk, maar<br />
het leeft nog steeds, getuige de extreme<br />
reacties. ***1/2<br />
Eddie Vetter, <strong>De</strong> Telegraaf<br />
(7 januari 2013)<br />
<strong>De</strong> legendarische status heeft Einstein<br />
aan die ongrijpbare interactie van architectonische<br />
tableaus, obsessief repeterende<br />
danspasjes en meedogenloos<br />
denderende toonladderfragmenten te<br />
danken. Bewondering wekt de discipline<br />
van de uitvoerenden. Een hoogtepunt is<br />
de nachtelijke scène waar twee geliefden<br />
op het achterbalkon van een trein staan.<br />
Ze zingen in ademloze frasen, een liefdesduet<br />
waarin woorden irrelevant zijn.<br />
<strong>De</strong> opera sluit af met een bijna kinderlijk<br />
romantische anekdote. Dát is de onsterfelijke<br />
ziel van Einstein: een buiten de<br />
tijd geplaatste verklaring van oeverloze<br />
liefde. ****<br />
Floris Don, NRC Handelsblad<br />
(7 januari 2013)<br />
<strong>De</strong>ze recensies zijn ingekort.<br />
Zie ook www.dno.nl/archief<br />
(Foto: Lucie Jansch)
Persstemmen II<br />
Guillaume tell<br />
Een briljante enscenering die zo ongeveer<br />
aan alle kanten klopt. Aan het slot<br />
vangt Audi de bühne in een goudgeel<br />
licht, de kleur van het jubelende C-groot<br />
waarmee de opera eindigt. Magnifiek en<br />
meeslepend. Zoals verwacht, stal tenor<br />
John Osborn de show als Arnold. <strong>De</strong><br />
zaal ontplofte na zijn beruchte aria in<br />
de vierde akte. Eigenlijk was de Letse<br />
Marina Rebeka dé ontdekking van de<br />
avond. Een stem die prettig scherp<br />
klinkt en die machtig kan penetreren<br />
in de volle klankweefsels. In deze<br />
sublieme sterrencast was werkelijk<br />
geen enkele zwakke plek te ontdekken.<br />
Maar de echte hoofdrollen waren voor<br />
het koor en het Nederlands Philharmonisch<br />
Orkest, hier vakkundig en precies<br />
opgezweept door Paolo Carignani.<br />
Grote, grote klasse! *****<br />
Peter van der Lint, Trouw<br />
(30 januari 2013)<br />
Muziektheaterwinkel<br />
Cd/dvd-aanbevelingen<br />
L'amour des trois oranges<br />
Cd<br />
L’amour des trois oranges<br />
componist: Sergej Prokofjev<br />
met Gabriel Bacquier en<br />
Jean-Luc Viala<br />
Opéra National de Lyon<br />
o.l.v. Kent Nagano<br />
EMI € 19,95<br />
Dvd<br />
L’amour des trois oranges<br />
componist: Sergej Prokofjev<br />
<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
met Martial <strong>De</strong>fontaine en<br />
Alain Vernhes<br />
Rotterdams Philharmonisch<br />
Orkest o.l.v. Stéphane<br />
<strong>De</strong>nève, regie: Laurent Pelly<br />
Opus Arte € 39,95<br />
Voor het eerst werkt <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />
<strong>Opera</strong> samen met de Metropolitan. Het<br />
is voor de New Yorkers te hopen dat ze<br />
niet alleen de enscenering maar ook de<br />
uitzonderlijk goed gekozen solisten uit<br />
Amsterdam krijgen. Zeker de Amerikaanse<br />
tenor John Osborn straalt<br />
oerkracht uit in zijn rol van de verliefde<br />
Arnold Melcthal. Hij combineert lyrische<br />
Cd/dvd-aanbevelingen<br />
Die Walküre<br />
Cd<br />
Die Walküre<br />
componist: Richard Wagner<br />
dirigent: Hartmut Haenchen<br />
<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
regie: Pierre Audi<br />
Challenge Records<br />
€ 36,95<br />
Dvd box<br />
<strong>De</strong>r Ring des Nibelungen<br />
dirigent: Hartmut Haenchen<br />
<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
met John Brocheler, Kurt<br />
Rydl, Nadine Secunde en<br />
Henk Smit<br />
regie: Pierre Audi<br />
Opus Arte € 69,95<br />
34 35<br />
lijnen met hoogte en kracht. <strong>De</strong> basis van<br />
deze topprestaties ligt bij het Nederlands<br />
Philharmonisch Orkest, dat onder leiding<br />
van dirigent Paolo Carignani tintelend<br />
licht en fabelachtig ritmisch een echte<br />
Rossinisfeer oproept. Met de bevrijding<br />
van het Zwitserse volk schudden ook<br />
Audi en Tsypin het juk van de letterlijke<br />
invulling van het operaverhaal van zich<br />
af – een schitterende vondst die de<br />
ontknoping een extra lading geeft en de<br />
productie naar een indrukwekkend niveau<br />
tilt. *****<br />
Biëlla Luttmer, de Volkskrant<br />
(30 januari 2013)<br />
<strong>De</strong>ze recensies zijn ingekort.<br />
Zie ook www.dno.nl/archief<br />
Cd/dvd-aanbevelingen<br />
La traviata<br />
(Foto’s: Ruth Walz)<br />
Cd<br />
La traviata<br />
componist: Giuseppe Verdi<br />
met Anna Netrebko en<br />
Rolando Villazón<br />
Wiener Philharmoniker<br />
o.l.v. Carlo Rizzi<br />
DGG € 39,95<br />
Dvd<br />
La traviata<br />
componist: Giuseppe Verdi<br />
met Thomas Hampson,<br />
Anna Netrebko en<br />
Rolando Villazón<br />
Wiener Philharmoniker<br />
o.l.v. Carlo Rizzi<br />
<strong>De</strong>utsche Grammophon<br />
€ 24,95<br />
Bovenstaande cd’s en dvd’s zijn ver krijgbaar in de Muziek theaterwinkel en bij alle vesti gingen van Concerto/Plato. Op vertoon van hun abonne ments kaart krijgen<br />
DNO-abonnees 10% korting bij Concerto/Plato en in de Muziektheaterwinkel. Alle prijzen zijn onder voorbehoud.<br />
Seizoen 2013 2014<br />
Op 26 februari 2013 maakt DNO haar nieuwe<br />
seizoen bekend. Zet deze datum alvast in uw<br />
agenda, want vanaf dit moment kunt u weer<br />
een abonnement voor het komende seizoen<br />
bestellen.<br />
Algemene informatie<br />
Prijzen losse kaarten<br />
Seizoen 2012-2013<br />
Het Muziektheater Amsterdam<br />
L’amour des trois oranges / Die Walküre /<br />
La traviata<br />
maandag t/m vrijdag t/m zondag|<br />
donderdag feestdagen<br />
standaard CJP/ standaard CJP/<br />
Stadspas Stadspas<br />
1ste rang 130 120 140 130<br />
2de rang 105 95 115 105<br />
3de rang 90 80 100 90<br />
4de rang 75 70 85 80<br />
5de rang • 60 55 70 65<br />
6de rang 45 40 55 50<br />
7de rang • 30 30 40 40<br />
8ste rang 15 15 25 25<br />
• Plaatsen zonder zicht op de boventiteling<br />
Verkoop kaarten<br />
Precies drie maanden vóór de première<br />
van een productie gaan alle voor stellingen<br />
daarvan in de verkoop. U kunt kaarten kopen:<br />
– online via www.dno.nl;<br />
– bij het Kassa-bespreekbureau van<br />
Het Muziektheater Amsterdam: Amstel 3,<br />
Amsterdam, 020-625 5455. Openingstijden:<br />
maandag t/m vrijdag 12:00-18:00 of aanvang<br />
voorstelling; zaterdag, zon- en feestdagen<br />
12:00-15:00 of aanvang voorstelling; zon- en<br />
feestdagen zonder voorstelling gesloten.<br />
Colofon<br />
OdeOn<br />
Magazine van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
Nummer <strong>88</strong> mrt / apr/mei 2013<br />
ISBN: 0926-0684<br />
Oplage 25.000 exemplaren<br />
<strong>Odeon</strong> is een uitgave van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
Afdeling Communicatie<br />
Waterlooplein 22, 1011 PG Amsterdam.<br />
telefoon 020-551 8922<br />
e-mail info@dno.nl<br />
advertenties 020-551 8953<br />
abonnementen 020-625 5455<br />
internet www.dno.nl<br />
<strong>Odeon</strong> is gratis verkrijgbaar in het Muziektheater.<br />
<strong>Odeon</strong> 89 verschijnt op 21 mei 2013<br />
Met een abonnement bent u verzekerd van<br />
de beste plaatsen voor de laagste prijs.<br />
Alles is vooraf goed geregeld, u hoeft<br />
niet in de rij te staan en mist geen van<br />
uw favoriete voorstellingen.<br />
Wagner 200<br />
Om de 200ste geboortedag van Richard<br />
Wagner (1813-1<strong>88</strong>3) te vieren gaat de legendarische<br />
DNO-productie van <strong>De</strong>r Ring des<br />
Nibelungen tussen 2012 en 2014 voor het<br />
laatst in reprise. Dit seizoen volgt na Das<br />
Rheingold in april Die Walküre. In juni 2013<br />
presenteert DNO een nieuwe productie van<br />
Die Meistersinger von Nürnberg. In het kader<br />
van Wagner 200 is de kaartverkoop van beide<br />
producties reeds van <strong>start</strong> gegaan.<br />
Studentenkorting<br />
Voor niet-uitverkochte voorstellingen kunnen<br />
studenten vanaf anderhalf uur voor aanvang<br />
op vertoon van een geldige college-/studentenkaart<br />
voor 15 een plaatskaart aan de<br />
kassa kopen.<br />
Uitverkocht?<br />
Bij uitverkochte voorstel lingen kunt u vanaf<br />
een uur vóór aanvang een volgnummer afhalen<br />
bij het Kassa-bespreekbureau. Van af een<br />
halfuur vóór aanvang worden niet-afgehaalde<br />
kaarten te koop aangeboden. Per volgnummer<br />
kunt u maxi maal twee kaarten voor de betreffende<br />
voorstelling kopen.<br />
Hoofdredactie<br />
Sandra Eikelenboom<br />
Eindredactie, vertalingen en plotteksten<br />
Frits Vliegent hart<br />
Bijdragen<br />
Carine Alders, Kees Arntzen, Bart Boone,<br />
Marianne Broeder, Joke Dame, Hein van<br />
Eekert, Paul Haenen, Michel Khalifa,<br />
Kasper van Kooten, Dolf Segaar en<br />
Frits Vliegenthart<br />
Basisontwerp en lay-out, omslag<br />
Lex Reitsma<br />
Opmaak<br />
Bibi de Bruijn<br />
Productie en advertenties<br />
Marjolijn Vis, Salwa Jabli<br />
Lithografie<br />
MediaTraffic Press, Amsterdam<br />
Druk<br />
SDA Print+Media<br />
Als abonnementhouder ontvangt u <strong>Odeon</strong><br />
thuis en krijgt u 10% korting bij de Muziektheaterwinkel<br />
en in de winkels van<br />
Concerto/Plato.<br />
Boventiteling<br />
<strong>De</strong> voorstellingen van DNO worden Nederlands<br />
en Engels boventiteld. Plaatsen in de<br />
5de en 7de rang in het Muziektheater bieden<br />
echter geen zicht op de boventiteling. Wilt u<br />
verzekerd zijn van zicht op de boventiteling,<br />
informeer dan bij het Kassa-bespreekbureau.<br />
Openbaar vervoer<br />
Vanaf Amsterdam Centraal Station of<br />
Amsterdam Amstel brengen metro’s 53 en<br />
54 en sneltram 51 u naar het Water loo plein.<br />
Tram 9 gaat vanaf het CS rechtstreeks naar<br />
het Muziektheater.<br />
Parkeren bij het Muziektheater<br />
Onder het Muziektheater bevindt zich de<br />
parkeer garage ‘Het Muziektheater’. <strong>De</strong>ze<br />
is echter vaak al vroeg vol. Andere parkeergarages<br />
in de buurt: ‘Waterlooplein’ aan de<br />
Valkenburgerstraat en ‘Markenhoven’ tegenover<br />
politiebureau IJtunnel.<br />
Rechthebbenden die menen aan deze uitgave aan-<br />
spraken te kunnen ontlenen, wordt verzocht contact<br />
op te nemen met de uitgever. Niets uit deze uitgave<br />
mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar<br />
ge maakt zonder voorafgaande toestemming van<br />
de uitgever.<br />
Abonnementhouders van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />
krijgen <strong>Odeon</strong> gratis thuisgestuurd. Wilt u <strong>Odeon</strong><br />
ook ontvangen? Voor 15 ontvangt u alle vier<br />
nummers van het betreffende seizoen thuis.<br />
Losse nummers kosten 4 incl. porto per stuk.<br />
Geef uw naam, adres, postcode en woonplaats<br />
op per (brief)kaart, e-mail of telefonisch. Zie linkerkolom.
FESTIVAL<br />
D’AIX-EN-PROVENCE<br />
4 - 27 JUILLET 2013<br />
+33 (0)4 34 08 02 17 Booking<br />
www.festival-aix.com<br />
Francisco Infante, Artifacts, from the series Pilgrimage of the Square, 1977<br />
RIGOLETTO<br />
Giuseppe Verdi<br />
DON GIOVANNI<br />
Wolfgang Amadeus Mozart<br />
world premiere<br />
THE HOUSE TAKEN OVER<br />
Vasco Mendonça<br />
ELENA<br />
Francesco Cavalli<br />
ELEKTRA<br />
Richard Strauss<br />
Concerts<br />
Académie européenne<br />
de musique