02.09.2013 Views

EMO 2005 - Deltalinqs

EMO 2005 - Deltalinqs

EMO 2005 - Deltalinqs

SHOW MORE
SHOW LESS

Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!

Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.

Milieu jaarverslag <strong>2005</strong><br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 1 van 21


<strong>2005</strong><br />

Het jaar <strong>2005</strong> was een goed jaar voor <strong>EMO</strong>, ook al hebben we minder gelost en minder<br />

gemanipuleerd, de resultaten zijn verbeterd.<br />

<strong>EMO</strong> is al enkele jaren aan de slag met het automatiseren van installaties, het opzetten van<br />

een andere bedrijfscultuur met ISO en verantwoordelijkheden laag in de organisatie te<br />

plaatsen.<br />

De afgelopen jaren zijn de volgende hoeveelheden behandeld:<br />

1999 2000 2001 2002 2003 2004 <strong>2005</strong><br />

Lossen 29,9 mt 36,4 mt 34,6 mt 33,2 mt 35,0 34,8 33,3<br />

Manipulatie 52,1 mt 63,3 mt 61,1 mt 59,6 mt 61,5 61,0 57,8<br />

Deze prestatie is neergezet met een kleinere organisatie met minder mors, minder stof enz.<br />

70<br />

60<br />

50<br />

40<br />

30<br />

20<br />

10<br />

0<br />

1975 1980 1985 1990 1992 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 <strong>2005</strong><br />

Aanvoer ijzererts Aanvoer kolen Aanvoer totaal Totaal manipulatie<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 2 van 21


Beleidsverklaring KAM-systeem<br />

<strong>EMO</strong> is een grootschalig bedrijf met een toonaangevende rol in de drogebulksector. Zij dankt haar<br />

goede reputatie aan de gunstige ligging aan diep water, goede verbindingen met het achterland,<br />

hoogwaardige machines en vakkundig personeel. <strong>EMO</strong> verricht haar diensten vanuit eigen kracht, met<br />

respect voor het individu en aandacht voor de omgeving.<br />

De continuïteit van onze onderneming kan alleen worden gegarandeerd door het leveren van een<br />

constant hoge kwaliteit van dienstverlening aan onze klanten. Dit is hetgeen de klanten doet besluiten<br />

om gebruik te blijven maken van onze los- en laadfaciliteiten.<br />

Op het gebied van Arbo streeft <strong>EMO</strong> naar een veilige en prettige omgeving om te werken. Hierbij wordt<br />

rekening gehouden met de aard en omvang van de arbo-risico’s die de medewerkers lopen. Dit wordt<br />

bereikt door een open communicatie, het maken van betrouwbare afspraken en individueel, heldere<br />

taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden vast te stellen. Het duidelijk opstellen van regels waarbij<br />

minimaal wordt uitgegaan van de overheidsregels en zorgdragen voor veilige en goede<br />

arbeidsomstandigheden werken hier aan mee.<br />

Zorg voor het milieu heeft bij <strong>EMO</strong> altijd hoog in het vaandel gestaan, de aard echter van de uit te<br />

voeren werkzaamheden levert een belasting voor het milieu op. Wij streven ernaar om deze belasting<br />

voor de omgeving zo laag mogelijk te houden. Hierbij is een goede relatie met de overheden en de<br />

omgeving van groot belang.<br />

Om die redenen heeft <strong>EMO</strong> een KAM-systeem volgens ISO 9001/14001 en OHSAS 18001 ingevoerd.<br />

Dit systeem leidt ertoe dat de uniformiteit en efficiëntie in onze manier van werken zal toenemen.<br />

Daarmee kunnen we de kwaliteit van onze dienstverlening en onze prestaties op Arbo- en milieugebied<br />

continu verbeteren en daardoor zal ook onze slagkracht toenemen. Bij de uitvoering van het beleid op<br />

het gebied van de kwaliteit, Arbo en milieu worden de principes van ALARA (As Low As Reasonable<br />

Achievable) en EVABAT (Economically Viable Application of Best Available Technology) gehanteerd.<br />

Door haalbare en meetbare doelstellingen te formuleren en interne afspraken te maken over onze<br />

dienstverlening bereiken we dat alle medewerkers dezelfde duidelijkheid hebben, dezelfde opvattingen<br />

delen over kwaliteit, Arbo en milieu en op dezelfde manier met bezieling kunnen werken aan de<br />

dienstverlening. Om dit ook aan onze klanten en overheden duidelijk te maken, hebben wij de<br />

onderdelen kwaliteit en milieu in ons KAM-systeem laten certificeren door een onafhankelijk deskundig<br />

bureau.<br />

De zorg voor kwaliteit, arbeidsomstandigheden en milieu is een gezamenlijke zorg. Het is noodzakelijk<br />

dat alle medewerkers een bijdrage leveren aan het streven van <strong>EMO</strong> om optimale prestaties op deze<br />

gebieden te leveren. Dit is een continu proces; telkens moeten de doelen en de afspraken over de<br />

realisering van die doelen worden bekeken op hun nut en effect. Pas dan kan het leiden tot echte<br />

verbetering: nieuwe of bijgestelde doelen, afspraken en procedures.<br />

Het KAM-systeem heeft echter pas waarde als het niet als bedreigend, bureaucratisch of benauwend<br />

wordt ervaren. <strong>EMO</strong> streeft een systeem na wat kan worden gezien als een plezierig hanteerbaar<br />

hulpmiddel, dat stimuleert, motiveert en ruimte laat voor creativiteit en groei. Dit is geen gemakkelijke<br />

opgave, maar wij twijfelen niet aan de noodzaak ervan en zullen de benodigde middelen en energie<br />

vrijmaken om dit systeem tot een succes te maken. Het succes hangt af van geloof, enthousiasme en<br />

bezieling van alle medewerkers.<br />

Van u als medewerker wordt verwacht kennis te hebben genomen van die delen die relevant zijn voor<br />

de eigen werkzaamheden en deze als maatgevend te beschouwen. Omdat de dienstverlening zich<br />

voortdurend dient te ontwikkelen, verwachten wij van u aan te geven wanneer het systeem voor<br />

verbetering vatbaar is. De directie zal deze voorstellen serieus in overweging nemen en uiteindelijk de<br />

beslissing nemen over de aanpassing van het KAM-systeem.<br />

Wij vertrouwen erop dat vakbekwame, kwaliteits-, veiligheids- en milieubewuste medewerkers trots<br />

zullen zijn op het voortdurend realiseren van een goede dienstverlening en werken aan de continuïteit<br />

van de onderneming!<br />

De directie en het management<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 3 van 21


De belangrijke zaken die in <strong>2005</strong> hebben plaatsgevonden<br />

Kam Systeem (ISO 9001 / 14001 en OHSAS)<br />

In <strong>2005</strong> hebben we het certificaat OHSAS behaald, het veiligheidsbeheerssysteem beschreven,<br />

(aankomend ISO 18001) en zijn we doorgegaan met het optimaliseren van ISO 9001 en ISO 14001. Al<br />

met al een enorme klus met veel procedure en instructieaanpassingen. Er zijn de nodige interne audits<br />

gehouden. Verder zijn we gestart met het houden van externe audits bij kritische toeleveranciers door<br />

gecertificeerde interne leadauditors.<br />

In dit KAM-(Kwaliteit Arbo Milieu) systeem is de beleidsverklaring opgenomen die voor deze drie<br />

gebieden geldt.<br />

De interne structuurverandering volop in gang<br />

In <strong>2005</strong> zijn we verder gegaan met de wijziging van de organisatiestructuur, waaraan we in 2004 zijn<br />

begonnen. Vele functies zijn gewijzigd, alle medewerkers in die functies hebben opnieuw moeten<br />

solliciteren, ook anderen konden en hebben gesolliciteerd. Het officiële beoordelingsproces is per<br />

persoon en functie doorlopen, vele medewerkers zijn ook omgespild en twee externe leidinggevenden<br />

zijn aangenomen. Het gevolg is goed merkbaar, vele werkwijzen zijn gestructureerd en vernieuwd, frisse<br />

gezichten en ideeën, nieuwe punten ter verbetering worden aangedragen.<br />

Nieuwbouw beveiligingsloge en toegang <strong>EMO</strong><br />

Al vele jaren werden er plannen gemaakt en leefde de wens om de entree van <strong>EMO</strong> te vernieuwen en te<br />

verfraaien. Afgelopen jaar was het eindelijk zover en zoals op de voorzijde van dit document zichtbaar er<br />

is een moderne nieuwe toegang gecreëerd, die volledig voldoet aan de huidige voorwaarden en wensen<br />

van <strong>EMO</strong>. Ook de reactie van omliggende bedrijven, bewoners uit de omgeving en overheden zijn<br />

bijzonder positief. Op deze manier willen we een extra bijdrage leveren aan de uitstraling van <strong>EMO</strong> en<br />

onze bedrijfsdoelstellingen benadrukken.<br />

Uitgevoerde milieu verbeterpunten<br />

Er zijn fijnvernevel sproeiers gemonteerd langs drie kombibanen die sectie gestuurd de weg nat<br />

houden;<br />

Er is een nieuwe stuurplaat ontwikkeld met een andere vorm en ander slijtmateriaal waardoor de<br />

ladingstroon beter begeleid wordt met als gevolg minder mors;<br />

De eerste nieuwe aangepaste langsgeleiding is gemonteerd met als gevolg sterke morsreductie,<br />

deze geleiding als geleidelijk verder ingevoerd worden;<br />

Op enkele transportbanden zijn een nieuw type stuurrol geplaatst om scheefloop tegen te gaan,<br />

ook hier goede resultaten.<br />

Vervolg uitvoering convenant stofmeetsysteem <strong>EMO</strong>, DCMR en EECV .<br />

Toepassing van verbeterde watersproei installatie in de bunker van brug 3;<br />

Ingebruikname van extra sproeiwagen nr. 3 om in te zetten tijdens extreme droogte of bij<br />

calamiteiten;<br />

Deelname aan Platform Hinder en Veiligheid Westvoorne en Hoek van Holland;<br />

Vervolg onderzoek naar geluidsproductie transportband 010;<br />

Meten en registreren<br />

De gegevens in het jaarverslag worden door verschillende afdelingen aangeleverd:<br />

• de monitoring van emissies naar lucht, bodem en water door derden<br />

• afvoer van afval en het verbruik van water, gas en elektriciteit intern.<br />

De informatie in dit verslag geeft een compleet beeld van de emissies naar lucht en water, van het afval<br />

en van het water- en energieverbruik. Verder wordt er inzicht gegeven in het verloop van de contacten<br />

met de overheden en de omgeving, de bedrijfsbezoeken, het overleg met de omwonenden en de<br />

vergunningverlening. Tevens worden eventuele klachten en bekeuringen die er zijn geweest genoemd<br />

en uitgelegd welke gevolgen deze hebben gehad voor het bedrijf.<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 4 van 21


Het Bedrijfs Milieu Plan (BMP)<br />

Het BMP 3 (Bedrijfs Milieu Plan) is ontwikkeld en in hoofdlijnen gereed. In BMP is per thema<br />

aangegeven wat de inspanningen van <strong>EMO</strong> zijn voor de vermindering van de milieubelasting. De<br />

milieuparagrafen in dit jaarverslag dienen tevens als voortgangsrapportage voor het BMP.<br />

Emissies naar de lucht<br />

Eigen stofmeetnet<br />

Om de stofemissie van <strong>EMO</strong> dag en nacht zichtbaar te maken en om deze in de toekomst beter te<br />

kunnen onderbouwen, is in 2004 een stofmeetnet rond <strong>EMO</strong> (drie eigen meetpunten) gerealiseerd. Dit<br />

stofmeetnet heeft geheel <strong>2005</strong> gefunctioneerd. Het hoofddoel van dit meetnet is een<br />

stofbewakingssysteem waarmee intern het bedrijfsproces kan worden aangestuurd om stofemissies te<br />

voorkomen of te minimaliseren. De meetgegevens worden m.b.v. een door Vrins ontwikkeld<br />

berekeningsprogramma gepresenteerd op de Lichtwacht (controlekamer <strong>EMO</strong>).<br />

Bovenstaand is een schermafdruk (real Time) van 25-03-05 om 11.00 uur. Op dit scherm wordt volgens<br />

de huidige metingen en ervaringcijfers weergegeven wat de vermoedelijke totale stofverspreiding is van<br />

<strong>EMO</strong>. Met DCMR is in het convenant duidelijk afgesproken dat dit systeem wordt gebruikt voor<br />

bedrijfssturing. Werken de genomen maatregelen, wat is de huidige status en moeten er extra acties<br />

worden ondernomen. De groene pluim geeft de huidige stofverspreiding weer van +/- 5 gr/sec. Bureau<br />

Vrins heeft bepaald dat de kleur groen aan geeft dat <strong>EMO</strong> op dat moment goed functioneert en de<br />

waarden veilig zijn. Bij grotere waarden verkleurt de pluim van groen naar geel naar oranje en<br />

uiteindelijk naar rood. Dit is direct in de controlekamer zichtbaar en geeft aan dat wij op dat moment<br />

meer stof verspreiden dan wenselijk. Bij oplopende waarden is dat dan direct zichtbaar en moeten er<br />

extra maatregelen worden genomen.<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 5 van 21


Ook in <strong>2005</strong> zijn wij verder gegaan met het actief uitvoeren en toepassen van maatregelen . Een<br />

belangrijk actiepunt was de aanschaf / inhuur van een derde sproeiwagen, waardoor er meer capaciteit<br />

is bijgekomen voor besproeien van de wegen en lege opslagvelden. De reden is hoofdzakelijk om<br />

calamiteiten beter te kunnen bestrijden tijdens grote droogte of bij technische storingen van overige<br />

installaties. Het gebruik van bindmiddel is ook afgelopen jaar daar waar nodig toegepast. In samenhang<br />

met de vochtigere weersomstandigheden laat dit zien dat er iets minder verbruik is van papiercellulose<br />

en minder ingenomen oppervlaktewater. (Zie tabel pag. 10)<br />

800<br />

600<br />

400<br />

200<br />

0<br />

Papiercellulose verbruik<br />

JAN<br />

FEB<br />

MAART<br />

APRIL<br />

MEI<br />

JUNI<br />

JULI<br />

AUG<br />

SEPT<br />

OKT<br />

NOV<br />

DEC<br />

2002 2003 2004 <strong>2005</strong><br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 6 van 21<br />

5000<br />

4000<br />

3000<br />

2000<br />

1000<br />

0<br />

Papiercelluloseverbruik<br />

<strong>EMO</strong>-Terrein<br />

In <strong>2005</strong> is 3932 ton cellulose geleverd (korstvormer) geleverd om de opslaghopen af te dekken, iets<br />

minder dan in 2004. In de tabel is goed te zien dat het verbruik cellulose in de laatste drie maanden<br />

enorm is gedaald. De oorzaak hiervan is dat dit erg natte maanden waren waardoor de noodzaak tot<br />

afdekken minimaal aanwezig was. In de stofemissie tabellen is een gelijkmatig beeld te zien van<br />

verspreiding. De verhouding gebruik bindmiddel water en regen is een continu proces van aandacht.<br />

1 Inleiding<br />

VERLOOP VAN DE STOFEMISSIE VAN <strong>EMO</strong><br />

VAN 1996 TOT EN MET <strong>2005</strong><br />

Om het effect van de genomen stofbestrijdingsmaatregelen op de stofemissie van <strong>EMO</strong> te evalueren is<br />

getracht om inzicht te krijgen in het verloop van de stofemissie gedurende de laatste jaren.<br />

In de loop van 1996 en 1997 is een uitgebreid stofemissie-onderzoek met grofstofrecorders uitgevoerd<br />

bij <strong>EMO</strong> (ICES-onderzoek). Dit leidde tot een geschatte grofstofemissie van 2800 ± 1000 ton/jaar. Hierbij<br />

werd opgemerkt, dat de weersomstandigheden tijdens de meetperioden relatief ongunstig waren (o.a.<br />

droog, vriezend weer en harde wind), waardoor de schatting waarschijnlijk aan de hoge kant ligt.<br />

Na 1997 zijn geen metingen met grofstofrecorders uitgevoerd. Er zijn wel metingen van DCMR met de<br />

Digitel beschikbaar op de d’Arcyweg en in Oostvoorne. De metingen op de d’Arcyweg zijn op 1<br />

september 2004 beëindigd. Om een zo goed mogelijke schatting van de stofemissie van <strong>EMO</strong> te<br />

verkrijgen gedurende deze periode, worden de emissieschattingen op basis van de Digitel-metingen<br />

over de periode 1996-2004 beschouwd als een relatieve maat, waardoor ze vergeleken kunnen worden<br />

met de grofstofemissies uit het ICES-onderzoek.<br />

In deze periode zijn er geen fijnstofmetingen beschikbaar om de trend in de fijnstofemissie te<br />

onderzoeken. In plaats daarvan wordt gebruik gemaakt van de fijnstof/grofstof verhouding en de<br />

grofstofemissies.<br />

Wegens beëindiging van de stofmetingen door DCMR in <strong>2005</strong> op de d’Arcyweg zijn er geen<br />

stofmetingen beschikbaar. Aangezien we met nieuwe metingen met drie meetapparaten bij <strong>EMO</strong> tijdig<br />

waren gestart met het Osiris/Opas stofmeetnet van <strong>EMO</strong> en wat ook de aankomende jaren doorgezet<br />

wordt, is besloten om de gegevens van deze metingen te gaan gebruiken. Voor dit jaar is daar voor het<br />

eerst gebruik van gemaakt. Hierbij is gebruik gemaakt van de groottefractie van 2,5 tot 10 µm. Dit is in<br />

feite de fijnstoffractie van het door <strong>EMO</strong> uitgestoten stof. Met gebruik van de fijnstof/grofstofverhouding<br />

is hieruit de grofstofemissie berekend.<br />

Vanaf <strong>2005</strong> is de berekeningswijze dus beduidend gewijzigd. Vooralsnog is er geen overlappende<br />

periode, die beide methodes goed kan vergelijken. Er is dus een risico van trendbreuk, waarbij beide<br />

methodes niet goed op elkaar aansluiten.<br />

2002<br />

2003<br />

2004<br />

<strong>2005</strong>


2 Werkwijze en resultaten<br />

1996 – 2004<br />

Van de periode van 1 januari 1996 tot 31 augustus 2004 zijn daggemiddelde stofconcentratiemetingen<br />

met de Digitel beschikbaar van de d’Arcyweg en van Oostvoorne. Voor iedere dag is het verschil<br />

berekend tussen deze twee locaties (d’Arcyweg – Oostvoorne).<br />

Figuur 1 Meetlocaties en brongebieden.<br />

Bij een positief verschil wordt er van uitgegaan, dat dit de bijdrage van <strong>EMO</strong> op de d’Arcyweg is.<br />

Over dezelfde periode zijn uurgemiddelde waarden van windsnelheid en windrichting in Hoek van<br />

Holland beschikbaar. Met behulp van het Fugitive Dust Model (FDM) zijn hiermee voor elk uur<br />

dispersiefactoren berekend voor het brongebied <strong>EMO</strong> en de receptor d’Arcyweg. De dispersiefactor<br />

geeft de verhouding tussen de bijdrage aan de stofconcentratie op de meetplek en de stofemissie van<br />

het brongebied. Hierbij is uitgegaan van een neutrale stabiliteit, een hoge menghoogte en een constante<br />

temperatuur (10 graden Celsius), omdat daarvoor geen meetgegevens beschikbaar waren. Gemiddeld<br />

over langere tijd leidt dit overigens niet tot sterk afwijkende resultaten.<br />

De uurgemiddelde dispersiefactoren zijn vervolgens gemiddeld over een dag. De stofemissie per<br />

kwartaal is vervolgens berekend met lineaire regressie:<br />

stofemissie = dispersiefactor x stofconcentratie<br />

Omdat om eerdergenoemde redenen (tijdsresolutie, afstand, meetmethode) dit niet de werkelijke<br />

stofemissie oplevert, wordt dit beschouwd als een relatieve maat ten opzichte van het ICES-onderzoek.<br />

Met een stofemissie van 2800 ton/jaar tijdens het ICES-onderzoek zijn de emissies in de andere<br />

perioden berekend.<br />

Er zijn geen fijnstofmetingen beschikbaar om de trend in de fijnstofemissie te onderzoeken. In het ICESonderzoek<br />

is wel onderzocht, wat de grootteverdeling is van het op het terrein aanwezige stof. Daaruit<br />

bleek, dat dit voor 19 % uit fijn stof bestaat en voor 81 % uit grof stof. Met deze verhouding is het<br />

mogelijk om de fijnstofemissie te berekenen op basis van de grofstofemissie.<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 7 van 21


<strong>2005</strong><br />

Vanaf <strong>2005</strong> is een andere methode gebruikt, ook worden vanaf 01-01-<strong>2005</strong> voor de stofemissie de<br />

stofmeetapparaten van <strong>EMO</strong> gebruikt. Rond <strong>EMO</strong> staan 3 stofmeters (Osiris, Topas), die continu de<br />

stofconcentratie in diverse groottefracties meten. Uit eerder onderzoek bleek, dat de groottefractie < 2,5<br />

µm vooral van buiten het bedrijf kwam en dat de fractie van 2,5 tot 10 µm vooral afkomstig was van<br />

<strong>EMO</strong>. Deze fractie is dan ook gebruikt om de fijnstofemissie van <strong>EMO</strong> te berekenen. Hieruit is<br />

vervolgens weer de grofstofemissie berekend op basis van de bekende grootteverdeling.<br />

De resultaten staan in tabel 1.<br />

Tabel 1<br />

Relatieve fijn- en grofstofemissieschattingen van 1996 tot <strong>2005</strong>.<br />

jaar kwartaal grofstofemissie fijnstofemissie<br />

in ton/jaar in ton jaar<br />

1996 1 3220 740<br />

2 2150 490<br />

3 1380 320<br />

4 1700 390<br />

1997 1 2290 530<br />

2 2750 630<br />

3 3130 720<br />

4 2780 640<br />

1998 1<br />

2<br />

2380 550<br />

3 1700 390<br />

4 930 210<br />

1999 1 720 170<br />

2 1030 240<br />

3 1660 380<br />

4 1450 330<br />

2000 1 370 85<br />

2 770 180<br />

3 750 170<br />

4 1260 290<br />

2001 1 810 190<br />

2 1630 370<br />

3 1850 430<br />

4 990 230<br />

2002 1 810 190<br />

2 630 140<br />

3 490 110<br />

4 1520 350<br />

2003 1 610 140<br />

2 650 150<br />

3 770 180<br />

4 810 200<br />

2004 1 770 180<br />

2 720 170<br />

3*<br />

4<br />

1140 260<br />

<strong>2005</strong> 1 403 129<br />

2 447 143<br />

3 459 147<br />

4 481 154<br />

* alleen juli en augustus<br />

Over de gehele periode is een afname in de stofemissie waar te nemen.<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 8 van 21


Figuur 1 De grofstofemissie per kwartaal van 1996 t/m <strong>2005</strong> met trendlijn<br />

grofstofemissie in ton/jaar<br />

3500<br />

3000<br />

2500<br />

2000<br />

1500<br />

1000<br />

500<br />

0<br />

Figuur 2 De fijnstofemissie per kwartaal van 1996 t/m <strong>2005</strong> met trendlijn<br />

fijnstofemissie in ton/jaar<br />

800<br />

700<br />

600<br />

500<br />

400<br />

300<br />

200<br />

100<br />

0<br />

1996-1<br />

1997-1<br />

1998-1<br />

1999-1<br />

2000-1<br />

2001-1<br />

2002-1<br />

2003-1<br />

2004-1<br />

<strong>2005</strong>-1<br />

Aangezien we in <strong>2005</strong> gestart zijn met het maken van de emissie gegevens met de waarden uit de<br />

stofmeetapparaten van <strong>EMO</strong> hebben we de balken voorzien van andere kleur. Een trendlijn toevoegen<br />

is nog niet mogelijk.<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 9 van 21


Kooldioxide, koolmonoxide, (di)stikstofoxide en koolwaterstoffen (fijn stof)<br />

Milieuthema’s: klimaatverandering, verzuring en verspreiding<br />

Dit onderwerp is nauwelijks gewijzigd ten opzichte van voorgaande jaren. Huisbrandolie wordt gebruikt<br />

voor de verwarming van de gebouwen, voor de warmwatervoorzieningen en door het gebruik van<br />

dieselolie door het materieel komt er CO₂ en NOx vrij.<br />

De nieuwe beveiligingsloge wordt verwarmd door butagas.<br />

Door het goed onderhouden van het equipement en het regelmatig vervangen van de machines wordt<br />

de stand der techniek gevolgd waardoor de uitstoot redelijkerwijs niet lager kan.<br />

Broei:<br />

Bij diverse soorten kolen komt natuurlijke broei voor. Er komen dan diverse gassen vrij, zoals hierboven<br />

genoemd. Door het controleren, het infrarood monitoren van de opslagpartijen op temperatuur en het<br />

tijdig nemen van corrigerende acties (vervroegde afslag, inwalsen en uitrijden van partijen) wordt<br />

eventuele broei geminimaliseerd.<br />

Acties:<br />

In <strong>2005</strong> zijn twee laadschoppen Caterpillar 988 vernieuwd.<br />

Diverse partijen kolen zijn ingewalst tegen broeivorming.<br />

De nieuwe beveiligingsloge wordt verwarmd door butagas.<br />

Geur<br />

Milieuthema: verstoring<br />

Geur of stank is geen bron van hinder voor omwonenden bij onze bedrijfsvoering. Wat voorkomt, is de<br />

hinder bij omliggende bedrijven. Ook in 2004 hebben wij diverse partijen kolen opgeslagen gehad die<br />

door broei de nodige verbrandingsgassen produceerden. Om dit tegen te gaan zijn deze partijen<br />

behandeld door inwalsen en uitrijden, waarna de overlast was verdwenen. Tijdens broei van kolen en de<br />

bestrijding daarvan is het mogelijk dat een dergelijke partij extra hinder kan geven.<br />

Acties<br />

Tweewekelijkse temperatuurmetingen;<br />

Aanwalsen en uitrijden indien nodig.<br />

Kolen in de broei<br />

Dezelfde partij maar dan ingewalst waardoor broei onder controle<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 10 van 21


Geluid<br />

Milieuthema: verstoring<br />

<strong>EMO</strong> levert een bijdrage aan geluid in de woonomgeving, waardoor klachten kunnen ontstaan. Om dit<br />

zo goed mogelijk binnen de bedrijfsvoering mee te nemen, is geluidsvermindering een vast punt van<br />

aandacht bij vernieuwingen en renovaties van installaties. Ook in <strong>2005</strong> is het onderzoek naar de<br />

veroudering van transportbandrollen in relatie tot geluidsvermeerdering vervolgd. We meten nu vanaf<br />

oktober 2001, echter er zijn nog geen conclusies uit te trekken. <strong>EMO</strong> heeft het geluidsconvenant<br />

Rijnmond-West ondertekend. In dit convenant hebben overheid en industrie in gezamenlijk overleg een<br />

denkbeeldige lijn getrokken rondom de industrie in het westelijk deel van het Rijnmondgebied (Botlek,<br />

Europoort en Maasvlakte). Buiten die lijn mag het geluid van de industrie een bepaalde waarde niet<br />

overschrijden; geredeneerd vanuit de woonkern betreft het hier de 55 dB(A) (decibel) contour. De<br />

bedrijven hebben zich via het convenant verplicht om, in samenwerking met DCMR, mee te werken aan<br />

dit project, waarbij mogelijke reducties worden bekeken en vergunningen, indien nodig, worden<br />

aangepast. Na onderzoek is gebleken dat <strong>EMO</strong> geen reducerende maatregelen hoeft te treffen. De<br />

geluidswaarden en de toekomstplannen van <strong>EMO</strong> zijn door DCMR verwerkt en geaccepteerd. <strong>EMO</strong><br />

voldoet aan alle gestelde vergunningsnormen.<br />

Geluidmeetplan: in <strong>2005</strong> is een start gemaakt op initiatief van <strong>EMO</strong> en DCMR om tot een plan van<br />

aanpak te komen voor het meten van de geluidshinder naar de omgeving, waarbij de<br />

klimaattypologische omstandigheden meegenomen worden. In 2006 zal dit verder worden uitgewerkt in<br />

samenwerking met TNO, Ing. bureau DHV, Ing. bureau Kuiper en Burger, Ing. bureau DGMR en het<br />

Havenbedrijf Rotterdam<br />

In <strong>2005</strong> is een aanvang gemaakt met het verplaatsen en het aansluiten van de kolenwagonbelader op<br />

het bestaande transportbandensysteem. In 2006 zal deze in bedrijf genomen worden. De opdracht tot<br />

vervaardigen en plaatsen van een extra kombi met bijbehorende transportbanden is gegeven, de<br />

aanvang zal in 2006 plaatsvinden. Deze uitbreidingen vallen allemaal binnen de<br />

vergunningsvoorwaarden.<br />

Acties<br />

Driemaandelijkse geluidsmeting van B-010 om te volgen hoe de geluidsvermeerdering verloopt<br />

na het geheel vernieuwen van alle transportbandrollen in 2001;<br />

Test met kunststof rollen op twee plaatsen;<br />

Verlaging toegestane geluidsproductie nieuwe transportbanden bij de uitbreiding met 5 dB(A)<br />

bronvermogen;<br />

Aanpassingen aan bestaande diverse aandrijvingen van transportbanden, zodat deze<br />

snelheidsafhankelijk gemaakt kunnen gaan worden. (Frequentiesturing)<br />

Foto Energie ketting<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 11 van 21


Energie<br />

Milieuthema: klimaatverandering<br />

De energie die nodig is voor de bedrijfsvoering van <strong>EMO</strong> wordt geleverd door elektriciteit en dieselolie.<br />

Zoals in de tabel zichtbaar is, houden wij al jaren het verbruik hiervan bij en is de verhouding tot de<br />

manipulatie zichtbaar gemaakt. Om het milieu minder te belasten, is het van groot belang om het<br />

energieverbruik per ton terug te dringen. Immers hoe minder energie er wordt verbruikt, hoe lager de<br />

uitstoot van vooral CO zal zijn en hoe minder dus de negatieve invloed op het klimaat.<br />

Grafiek: Energieverbruik van <strong>EMO</strong>.<br />

Gasolieverbruik per<br />

gemanipuleerde ton (l/ton)<br />

0,08<br />

0,07<br />

0,06<br />

0,05<br />

0,04<br />

0,03<br />

0,02<br />

0,01<br />

0<br />

1991<br />

1993<br />

Gasolie (m3) "E" Verbruik<br />

1995<br />

1997<br />

1999<br />

2001<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 12 van 21<br />

2003<br />

<strong>2005</strong><br />

1,6<br />

1,4<br />

1,2<br />

1<br />

0,8<br />

0,6<br />

0,4<br />

0,2<br />

0<br />

Electrisch energieverbruik per<br />

gemanipuleerde ton (kWh/ton)<br />

In bovenstaande tabel is duidelijk te zien dat het verbruik gasolie in <strong>2005</strong> is gestegen. De tabel maakt<br />

zichtbaar dat in 1998 en 1999 de verhouding nog ongunstiger lag. Ook in die jaren hadden we meer<br />

opslag dan wat onder kombibereik mogelijk was. Dit is gelegen in het feit dat er door ruimtegebrek veel<br />

dubbele handelingen hebben plaatsgevonden. Het gevolg hiervan laat zich vertalen in de onderstaande<br />

tabel waaruit blijkt dat het gasolieverbruik per gemanipuleerde ton sterk is gestegen. De verwachting is<br />

dat we ook in 2006 veer tonnen kolen moeten verplaatsen wegens ruimtegebrek. In 2007 wordt een 6 e<br />

kombi gerealiseerd, waardoor de logistiek verbeterd.<br />

Grafiek verhouding energieverbruik t.o.v. manipulatie<br />

GJ totaal<br />

800.000<br />

700.000<br />

600.000<br />

500.000<br />

400.000<br />

300.000<br />

200.000<br />

100.000<br />

0<br />

GJ totaal GJ per ton<br />

1991<br />

1992<br />

1993<br />

1994<br />

1995<br />

1996<br />

1997<br />

1998<br />

1999<br />

2000<br />

2001<br />

2002<br />

2003<br />

2004<br />

<strong>2005</strong><br />

16.000<br />

14.000<br />

12.000<br />

10.000<br />

8.000<br />

6.000<br />

4.000<br />

2.000<br />

0<br />

GJ per gemanipuleerde ton


Uit onderstaande tabel blijkt dat de opslag in m2 over <strong>2005</strong> sterk is gestegen. Aangezien de opslag<br />

groter was dan de ruimte op de opslagterreinen die behandeld worden door de geautomatiseerde<br />

kombi’s (op en afslagmachines), waren we genoodzaakt om veel kolen te transporteren m.b.v.<br />

laadschoppen, dumpers en vrachtwagens.<br />

Verbruik oppervlaktewater<br />

Milieuthema: verdroging<br />

<strong>EMO</strong> gebruikt via Brielse Meerwater B.V. oppervlaktewater uit het Brielse meer om stof te bestrijden en<br />

installaties te reinigen. Voor het verbruik: zie de tabel. Voor een reductie van het verbruik van<br />

oppervlaktewater is tot heden geen norm gesteld, aangezien stofbestrijding op de eerste plaats komt en<br />

dit tot voor kort hoofdzakelijk door het sproeien van water werd bereikt.<br />

700000<br />

600000<br />

200000<br />

100000<br />

0<br />

Oppervlaktewater verbruik<br />

500000<br />

405553 420365<br />

400000<br />

361884<br />

324609<br />

300000<br />

690772687154<br />

410244<br />

314773<br />

1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 <strong>2005</strong><br />

Boven: tabel ingenomen water Brielse meer;<br />

Boven rechts: foto beregening opslagterrein.<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 13 van 21


Vorig jaar gaven wij al aan dat er steeds meer wordt gewerkt met bindmiddel, waardoor er verwacht<br />

werd dat er minder oppervlaktewater nodig zou zijn voor besproeiing. Mede door verhoogde en<br />

regelmatige regenval hebben wij meer water kunnen opslaan en minder hoeven te sproeien. Hierdoor is<br />

in <strong>2005</strong> ten opzichte van 2004 de inname weer verder gedaald (+/- 25 %). Uiteraard is dit nog niet te<br />

voorspellen over 2006. De hoeveelheden zijn erg afhankelijk van het weer dat we zullen krijgen in 2006.<br />

Drinkwater wordt gebruikt voor de menselijke hygiëne, de keuken en het reinigen van voertuigen. Bij<br />

verbouwingen of het vernieuwen van installaties wordt de mogelijkheid om het waterverbruik te<br />

verminderen meegenomen in de besluitvorming.<br />

Acties<br />

Verhogen van het gebruik van bindmiddel op opslag in plaats van water;<br />

Toepassen van oppervlaktespanningverlagend middel met fijne verneveling in de stortbunkers,<br />

brug 3 i.p.v. grof sproeien;<br />

Twee kombibanen (lengte 1350 meter) geheel voorzien fijne verneveling;<br />

Verminderd sproeien met automatische sproeipalen door bovenstaande maatregelen.<br />

Lozing naar oppervlaktewater<br />

Milieuthema verspreiding: vermesting<br />

Voor de verwerking van het afvalwater maakt <strong>EMO</strong> gebruik van een gesloten rioolstelsel, waarin het<br />

huishoudelijk water via septictanks en het hemelwater via slibputten terechtkomt. Dit water wordt eerst<br />

opgevangen in een 20.000 m³ opvangbassin, waar het vuil de tijd krijgt om te bezinken. Als het water<br />

voldoende schoon is van zwevende deeltjes, wordt het overgepompt in het 20.000 m³ schoonwater-<br />

opvangbassin. Dit gereinigde water wordt via een UV-installatie die de bacteriën doodt, hergebruikt voor<br />

sproeien en schoonmaken. Bij overvloedige regenval komt het voor dat de opvangbassins vol zijn. Dan<br />

wordt gereinigd water volgens vergunningsvoorschriften geloosd op de Mississippihaven.<br />

80000<br />

70000<br />

60000<br />

50000<br />

40000<br />

30000<br />

20000<br />

10000<br />

0<br />

2000 2001 2002 2003 2004 <strong>2005</strong><br />

Lozing bedrijfswater<br />

Logaritmisch (Lozing<br />

bedrijfswater)<br />

Tabel boven: hoeveelheid geloosd gereinigd bedrijfswater. Lozing in <strong>2005</strong> beduidend lager dan in 2004<br />

iets hoger dan in 2003. De gemiddelde hoeveelheid (zie de trendlijn) over de afgelopen jaren daalt<br />

echter, terwijl de neerslag in Nederland alleen maar toeneemt.<br />

Actie<br />

Vanwege de toename in neerslag en de wens om de waterkwaliteit verder te verbeteren, zijn wij<br />

voornemens om bij de realisatie van de uitbreidingsplannen de twee opvangbassins te verplaatsen<br />

en een derde opvangbassin bij te bouwen. Op deze wijze ontstaat meer opslagcapaciteit en een<br />

betere mogelijkheid om het vuil in het hemelwater te laten bezinken (bezinking in drie stappen). Er<br />

is hierdoor meer gelegenheid de bassins te reinigen, aangezien dan de mogelijkheid bestaat om<br />

tijdelijk een bassin buiten werking te stellen. In 2006 – 2007 zijn er verdergaande plannen tot<br />

realisatie hiervan. Een definitief besluit hierover is nog niet genomen;<br />

In 2006 wordt het rioleringswater van de gebouwen aangesloten op het persriool van de gemeente.<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 14 van 21


Onderwaterbodem monitoring<br />

<strong>EMO</strong> krijgt de diepte gegevens van de havens door van het Havenbedrijf. In deze gegevens is verwerkt<br />

hoeveel kubieke meter toenamen of afname de diepte betekend t.o.v. de norm diepte.<br />

Op deze manier kan je wat zeggen over aanslibben door stroming of door het minder diep worden door<br />

mors. Bij verondieping en de noodzaak dat er moet worden gebaggerd worden er door het Havenbedrijf<br />

monsters van het sediment genomen. De uitkomsten hiervan bepalen de eventuele kosten voor <strong>EMO</strong>,<br />

evenredig aan het aandeel erts of kolen.<br />

Het afgelopen jaar is er wederom niet gebaggerd. In<br />

gem. diepte in m tov 21.65<br />

gem. diepte in m tov 23.65<br />

0<br />

-0,25<br />

-0,5<br />

-0,75<br />

-1<br />

-1,25<br />

-1,5<br />

-1,75<br />

-2<br />

-2,25<br />

-2,5<br />

-2,75<br />

-3<br />

24-jul-98<br />

1,00<br />

0,75<br />

0,50<br />

0,25<br />

0,00<br />

-0,25<br />

-0,50<br />

-0,75<br />

-1,00<br />

19-sep-91<br />

31-jan-93<br />

6-dec-99<br />

15-jun-94<br />

28-okt-95<br />

Amazonehaven<br />

oppervlakte 6400 m2 (0,01m = 64 m3)<br />

19-apr-01<br />

1-sep-02<br />

Mississippihaven<br />

oppervlakte 3800 m2 (0,01m = 38 m3)<br />

11-mrt-97<br />

24-jul-98<br />

6-dec-99<br />

19-apr-01<br />

1-sep-02<br />

14-jan-04<br />

14-jan-04<br />

28-mei-05<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 15 van 21<br />

28-mei-05<br />

10-okt-06<br />

In 2002-2003 is de Beerdam tussen de Hartelhaven/kanaal en de Mississippihaven verwijderd. Na die<br />

tijd is de haven wat dieper geworden. De oorzaak moet gezocht worden in de enorme stroming die er<br />

sinds die tijd door de open verbinding met zee van het Hartelkanaal is ontstaan.


Gevaarlijk afval en niet-gevaarlijk afval<br />

Milieuthema: verwijdering<br />

De termen gevaarlijk en niet-gevaarlijk afval worden onderscheiden in de Wet Milieubeheer. In het<br />

Besluit Aanwijzing Gevaarlijke Afvalstoffen (BAGA) worden deze stoffen aangegeven op basis van de<br />

herkomst van het proces waarin een stof is gebruikt. <strong>EMO</strong> is geen productiebedrijf waarbij afvalstoffen<br />

vrijkomen.<br />

Mors<br />

Er ontstaan morsverliezen bij het overslaan, de opslag en het transport van massagoederen. Hiervan<br />

creëren wij mengerts (kolen en ijzererts door elkaar) dat in een scheidingsinstallatie verwerkt wordt tot<br />

bruikbare kolen, ijzererts en het restproduct Slam. Het opruimen en scheiden van het mengerts kost veel<br />

energie en kan stofvorming veroorzaken. <strong>EMO</strong> streeft er naar om het ontstaan hiervan zoveel mogelijk<br />

aan de bron te voorkomen De onderstaande tabel laat duidelijk zien dat de inspanningen van de<br />

afgelopen jaren succes hebben gehad. Ook afgelopen jaar heeft de dalende trend doorgezet en wij<br />

hebben ons voor aankomend jaar tot doel gesteld de mors verder terug te dringen. Het getal 0,23 staat<br />

voor procentuele mors per gemanipuleerde ton.<br />

tabel mors<br />

0,60<br />

0,50<br />

0,40<br />

0,30<br />

0,20<br />

0,10<br />

0,00<br />

0,41<br />

0,47<br />

% mengerts per gemanipuleerde ton 1995-<strong>2005</strong><br />

0,54<br />

0,50<br />

0,39<br />

1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 <strong>2005</strong><br />

0,38<br />

Actie<br />

Het vervangen van bandschrapers door, volgens de laatste stand der techniek, vernieuwde<br />

bandschrapers;<br />

Scheefloop verbeterproject d.m.v. toepassing nieuw type stuurrollen;<br />

Nieuw ontworpen stuurplaat in stortbunkers met betere geleiding materiaal waardoor minder mors;<br />

Verder onderzoek en testen van nieuwe slijtmiddelen in stortbunkers;<br />

Proef met nieuw type langsgeleiding stortpunten;<br />

Diverse transportband modificaties o.a. het laten vervallen van kniktrommels waardoor minder<br />

mors, en minder geluidsproductie;<br />

Opzetten van milieuprocedures en instructies (ISO 14001);<br />

Verdergaande begeleiding en instructie machinisten m.b.t. mors en stof vermindering;<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 16 van 21<br />

0,34<br />

0,31<br />

0,29<br />

0,26<br />

0,23


Bedrijfsafval<br />

<strong>EMO</strong> heeft alleen afval dat ontstaat door de bedrijfsvoering zelf, zoals kantoorafval en afval van<br />

onderhoudswerkzaamheden. Dit afval wordt gescheiden ingezameld en afgevoerd.<br />

Onderstaand de tabellen afval algemeen met als doelstelling: afval zoveel mogelijk beperken.<br />

Tonnen<br />

Tonnen<br />

Tonnen<br />

300,00<br />

250,00<br />

200,00<br />

150,00<br />

100,00<br />

50,00<br />

0,00<br />

1200,00<br />

1000,00<br />

800,00<br />

600,00<br />

400,00<br />

200,00<br />

10,00<br />

8,00<br />

6,00<br />

4,00<br />

2,00<br />

0,00<br />

0,00<br />

Bedrijfsafval<br />

Oud ijzer/Staaldraad<br />

Klein chemisch afval<br />

1995<br />

1996<br />

1997<br />

1998<br />

1999<br />

2000<br />

2001<br />

2002<br />

2003<br />

2004<br />

<strong>2005</strong><br />

200,00<br />

150,00<br />

100,00<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 17 van 21<br />

Tonnen<br />

Tonnen<br />

Tonnen<br />

50,00<br />

0,00<br />

500,00<br />

400,00<br />

300,00<br />

200,00<br />

100,00<br />

0,00<br />

100,00<br />

80,00<br />

60,00<br />

40,00<br />

20,00<br />

0,00<br />

Bouw /sloopafval<br />

Rubber<br />

Afgew erkte olie / vetten<br />

Bijna alles is keurig stabiel of lager dan voorgaande jaren. Klein chemisch afval springt er negatief uit. Bij<br />

navraag is gebleken dat dit ook komt door het te lang bewaren van restanten door diverse afdelingen,<br />

die dat dan bij een opruimactie ineens wegdoen. Ook bij het gebruik van chemicaliën is niet veel<br />

vermindering te halen. De afvoerstroom is een samenstelling van E-apparaten, brandbare vloeistoffen,<br />

absorptie materiaal, olie filters, lijmen, kitten en harsen, batterijen, lood accu's, TL buizen, hogedruk<br />

lampen en kantoor afval. Deze diversiteit geeft aan dat, afgezet tegen de omvang van het bedrijf, deze<br />

afvalstroom klein is.


Bodem<br />

Milieuthema: bodembescherming en –sanering<br />

Bodemonderzoeken: op het gehele terrein zijn op de plaatsen waar eventuele bodemverontreiniging kan<br />

plaatsvinden, pijlbuizen geplaatst. Jaarlijks worden deze gemonsterd en geanalyseerd. Er zijn geen<br />

verontreinigingen aangetroffen.<br />

Actie<br />

Bij de laatste controle is gebleken dat diverse pijlbuizen slecht te vinden zijn, in 2006 zullen deze<br />

op tekening worden gezet en voorzien van markeringen.<br />

Vloeistofdichte vloeren<br />

De tankplaatsen voor voertuigen zijn voorzien van vloeistofdichte vloeren. De afvoer van het hemelwater<br />

van deze vloeren gaat via olie afscheiders naar het gesloten rioolstelsel.<br />

Straling<br />

Röntgenstraling, radioactieve straling<br />

Op het terrein zijn drie radioactieve bronnen aanwezig. Eén voor de meting van de vloeistofdikte in de<br />

kolenwasserij, twee voor het meten van de vloeistofdikte in de mengertswasserij.<br />

<strong>EMO</strong> beheert de vergunning.<br />

Vergunningen<br />

In <strong>2005</strong> zijn er geen aanpassingen geweest m.b.t. de milieuvergunningen.<br />

<strong>EMO</strong> beschikt over de volgende milieuvergunningen:<br />

Wet Milieubeheer vergunning (WM-vergunning Nr. 283300) Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland<br />

Revisievergunning van kracht: 19 april 2002<br />

Fase 1 optie B van kracht: 23 augustus 2002<br />

Fase 2 optie B van kracht: 07 maart 2003<br />

Optie Noord (1 en 2) van kracht: 06 september 2004<br />

Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren vergunning (WVO-vergunning) AWU/2000.118091<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 18 van 21


Milieu-incidenten en klachten<br />

Milieuthema: verstoring<br />

Meldingen in het kader van de Wet Milieubeheer:<br />

Bij <strong>EMO</strong> zijn de onderstaande milieu-incidenten voorgekomen, waarbij de nodige meldingen van <strong>EMO</strong><br />

aan het bevoegd gezag zijn gedaan en waarbij diverse meldingen van het bevoegd gezag aan <strong>EMO</strong> zijn<br />

gedaan. Er zijn twee stankoverlast meldingen geweest van omliggende bedrijven, waarop direct<br />

adequaat is gereageerd door extra maatregelen te treffen m.b.v. het uitreiden en aanwalsen van<br />

opslaghopen. Zo zijn er ook twee stofklachten geweest. Ook hierop zijn direct maatregen getroffen om<br />

deze klachten weg te nemen.<br />

Klachten <strong>EMO</strong><br />

1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 <strong>2005</strong><br />

Lucht-stof 0 5 4 7 4 1 2 0 4 1 63 3 2 2 2<br />

Lucht-broei 0 11 0 1 2 8 0 0 1 0 1 5 0 1 2<br />

Geluid 3 143 25 47 39 13 47 29 1 79 23 14 68 28 23<br />

Water 0 0 2 7 5 0 0 0 0 0 3 1 0 2 2<br />

Totaal 3 159 31 62 50 22 49 29 6 80 90 23 70 33 29<br />

Er zijn 23 klachten binnengekomen over geluidsoverlast, waarbij door de ambulante dienst van DCMR is<br />

vastgesteld dat <strong>EMO</strong> ter plaatse van de klagers te horen was. <strong>EMO</strong> kon ook na onderzoek hiertegen<br />

geen directe acties ondernemen. De installatie is technisch in goede staat, veranderingen aan de<br />

installatie om het geluid terug te dringen zijn te kostbaar om uit te kunnen voeren. Uiteraard zullen<br />

mogelijke verbeteringen tijdens nieuwbouw en renovatie meegenomen worden. Er zijn twee klachten<br />

(incidenten ) geweest waarbij het oppervlaktewater verontreinigde. Van deze klachten is een procesverbaal<br />

opgemaakt. Het aantal geluidsklachten over de Maasvlakte zakte van 145 naar 129.<br />

Klachten in <strong>2005</strong> zijn terug te zien in de bijgevoegde tabel<br />

180<br />

160<br />

140<br />

120<br />

100<br />

80<br />

60<br />

40<br />

20<br />

0<br />

Lucht-stof Lucht-broei Geluid Water Totaal<br />

1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 <strong>2005</strong><br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 19 van 21


Meldingen aan bevoegd gezag<br />

Meldingen in het kader van de Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren<br />

<strong>EMO</strong> heeft één meldingen aan Rijkswaterstaat gedaan met betrekking tot oppervlaktewater-<br />

verontreiniging. Deze melding betrof een overstort van ons hemelwater verontreinigd met kolen en<br />

ijzererts. De overstort vond plaats doordat het hevig geregend had, waardoor het rioolstelsel met<br />

pompen verstopt raakte, met als gevolg dat we moesten lozen richting haven. Verder zijn er drie<br />

meldingen gedaan m.b.t. het lozen van gereinigd bedrijfswater vanwege opslagruimte tekort<br />

hemelwater.<br />

Meldingen in het kader van de wetmilieubeheer<br />

<strong>EMO</strong> heeft 18 meldingen aan DCMR gedaan m.b.t stof en broei. De meldingen stof hadden betrekking<br />

op stof bij lossing door het ontbreken van sproeimogelijkheden en verwaaiing van opslaghopen tijdens<br />

vorst. De meldingen broei worden gedaan, zodra er mogelijk hinder van kan zijn buiten de<br />

terreingrenzen. Dit komt voornamelijk voor tijdens het behandelen van de broeikolen (verplaatsen,<br />

afgraven, uitrijden en aanwalsen).<br />

DCMR<br />

De DCMR heeft afgelopen jaar het verslag van <strong>EMO</strong> over 2004 beoordeeld op de milieucompartimenten<br />

die door DCMR worden gecontroleerd.<br />

Op grond van een steekproefsgewijze beoordeling van de milieuzaken zijn geen onjuistheden en slechts<br />

enkele tekortkomingen geconstateerd. Met name de volledigheid is beoordeeld. Op grond van deze<br />

beoordeling is de DCMR van mening dat het jaarverslag een volledig beeld geeft van de milieubelasting<br />

door <strong>EMO</strong>.<br />

Ten aanzien van de volledigheid adviseert DCMR onderstaande verbeterpunten. De punten zullen we<br />

stuksgewijs behandelen en voorzien van commentaar.<br />

Constateringen DCMR<br />

1. In de grafieken de gebruikte eenheden specificeren;<br />

In het huidige jaarverslag zijn diverse grafieken aangepast. Ook volgend jaar zullen we hier mee<br />

verder gaan om meer duidelijkheid te verschaffen.<br />

2. Verzoek om analyse naar relatie gebruik bindmiddel en stofemissie;<br />

<strong>EMO</strong> wijst deze analyse af. De gegevens die we presenteren zijn directe gegevens uit onze<br />

registraties. Indien DCMR meer relaties aangetoond wil zien zal DCMR deze zelf moeten<br />

analyseren.<br />

3. Verzoek tot analyse of het nieuwe stofmeetnet kan leiden tot het bepalen van de stofemissie van<br />

<strong>EMO</strong>.<br />

<strong>EMO</strong> heeft in het uw voorliggende jaarverslag gebruik moeten maken van de gegevens van het<br />

eigen stofmeetnet (is bij de tabellen stofemissie uitgelegd). Analyse wordt hiermee overbodig.<br />

4. Verzoek tot grondige analyse verbruik papiercellulose en relatie stofemissie met in acht genomen<br />

de gegevens eigen stofmeetnet statistieken windsnelheid en windrichting.<br />

Dit zien we gelijk aan punt 2. <strong>EMO</strong> is vrijwillig het convenant aangegaan m.b.t. het stofmeetnet en<br />

gebruikt dit zoals afgesproken om zijn bedrijfssturing te kunnen aanpassen. Wij zijn hierin<br />

koploper van de massagoedoverslagbedrijven. Verdere analyse zal bekeken worden na aflopen<br />

van het convenant, specifiek ook van hoe nu verder.<br />

5. De Cin-meldingen zijn in de omschrijving van milieu-incidenten niet gespecificeerd.<br />

<strong>EMO</strong> heeft de afgelopen jaren geen CIN-meldingen gedaan m.b.t milieu. Alle Cin-meldingen<br />

betroffen brand.<br />

6. Er ontbreekt een overzichtstabel van milieumaatregelen, met vermelding van de voortgang en de<br />

behaalde resultaten.<br />

<strong>EMO</strong> heeft ervoor gekozen om dit voor de acties op het gebied van milieu niet vast te zetten maar<br />

flexibel te houden. Mede daardoor zie je bij elk milieucompartiment of er acties zijn uitgevoerd die<br />

positief uitwerken op het milieu. Het presenteren van vaste lijsten wat we gaan doen wijzen we<br />

dan ook af.<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 20 van 21


7. Het meet-en registratiesysteem van milieugegevens is te summier omschreven.<br />

<strong>EMO</strong> gaat er van uit dat de door hun aangeleverde gegevens voldoende informatie verschaffen<br />

om een duidelijk beeld te verkrijgen. Het gebruiken van de elektronische aangifte (FO-industrie)<br />

wordt nog niet overwogen. De kwantitatieve stof emissiegegevens zijn toegevoegd (per kwartaal).<br />

De stof emissiegegevens m.b.t de verbranding van huisbrandolie en gasolie zijn niet bekend. Het<br />

zijn de verwarmingsketels van de gebouwen en de transportmiddelen (inc Drijfkraan) die deze<br />

oliën gebruiken waardoor het vaststellen van hoeveel stofemissie dit oplevert altijd een<br />

theoretische benadering zal zijn. <strong>EMO</strong> is niet van plan om dit verder uit te werken. Zoals in dit<br />

rapport gesteld wordt er gebruik gemaakt van de modernste technieken en gaan we zelf in 2006<br />

de eerste grote machines (laadschoppen) inzetten met roetfilters.<br />

Handhavingacties<br />

<strong>EMO</strong> is twee keer bezocht door de ambulante dienst van DCMR in verband met geluidsklachten, één<br />

keer i.v.m stankklachten en twee keer door DCMR handhaving inzake de controle van de vergunning.<br />

DCMR vergunningsverlening heeft <strong>EMO</strong> een keer bezocht.<br />

Alle klachten zijn doorgenomen; op geluidsproblematiek konden er geen maatregelen worden getroffen,<br />

de stankklacht kwam door broei die nog niet onder controle was. Hier werd echter al aan gewerkt en<br />

was dan ook korte tijd later verholpen.<br />

Milieu jaarverslag <strong>EMO</strong> <strong>2005</strong> Arend Vrijma 10-5-2006 21 van 21

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!