Gemeente Boxtel

Boxtel
De foto van 2008
Startpunt voor een strategische visie Boxtel 2010 - 2020
Boxtel, de foto van 2008 1. 1.

Inhoud 1.0
1 Inleiding 1
2 Het boeiende van Boxtel Boeit 2
3 De foto; een globale schets 6
4 Economische duurzaamheid 7
4.1 Economie en arbeidsmarkt 7
4.2 Centrumontwikkeling 8
4.3 Toerisme, recreatie en verbrede landbouw 11
5 Sociale duurzaamheid 14
5.1 Wet maatschappelijke ondersteuning 14
5.2 Sociale zaken, participatie en integratie 14
5.3 Welzijn 17
5.3.1 Jongeren en Onderwijs 17
5.3.2 Sport(ief) in Boxtel 19
5.3.3 Kunst en Cultuur 20
5.3.4 Veiligheid en leefbare wijken 21
6 Ecologische duurzaamheid 24
6.1 Natuur, landschap, milieu en duurzaamheid 24
6.2 Ruimtelijke ontwikkeling, verkeer en woningbouw 25
7 Liempde en Lennisheuvel 28
8 Bestuurlijke Positie 30
9 Van foto naar visie. 32
Opdrachtgever: Gemeente Boxtel
Inhoud en projectbegeleiding: KplusV organisatieadvies
Inleiding
De gemeenteraad van Boxtel heeft besloten om een nieuwe strategische visie op te gaan stellen.
De vorige, “Boxtel boeit, samen op weg naar 2010”, komt aan het eind van zijn levensloop en de
raad vindt het belangrijk dat er een nieuw perspectief ontstaat, een nieuw punt aan de horizon dat
inspirerend is voor het toekomstig handelen en tevens als richtinggever en als toetssteen voor het
te ontwikkelen beleid fungeert.
Bij het maken van een nieuwe strategische visie komen altijd drie met elkaar samenhangende
vragen naar voren:
• wat heeft de vorige visie betekend?
• hoe is de huidige situatie te typeren?
• wat wordt de inhoud van de nieuwe strategische visie en hoe maken we die?
In dit boekje wordt de eerste twee stappen gezet op weg naar dat nieuwe perspectief door
de eerste twee vragen te beantwoorden. Vandaar dat de titel refereert aan het Boxtel van nu.
Aan het eind schetsen we het proces dat, vertrekkend bij deze foto, doorlopen gaat worden om
daadwerkelijk een strategische visie vast te kunnen stellen. Daarbij zal de inbreng van de Boxtelse
gemeenschap onmisbaar zijn. Immers, het gemeentebestuur is van de inwoners en is er vóór de
inwoners. De opvattingen die zij hebben over hoe Boxtel zich moet ontwikkelen en over de sfeer
die Boxtel moet kenmerken, zullen daarom ook door moeten klinken in deze visie.
Maar eerst dus terug naar verleden en heden. In de volgende paragraaf wordt stilgestaan bij de
betekenis van “Boxtel Boeit”. Daarna wordt het Boxtel van nu beschreven om als het ware een
gemeenschappelijk startpunt te hebben voor de discussie over de strategische visie. Daarom zal
in deze foto waar mogelijk ook aangegeven worden welke nu al bestaande vragen straks in het
visieproces zullen moeten worden beantwoord.
Concept & vormgeving: CRAGT communicatie & creatie
2. 3.

2.0
Het boeiende
van ‘Boxtel Boeit’
Het hebben van een strategische visie hoort bij Boxtel. “Boxtel Boeit” was al de tweede nadat
10 jaar eerder “Boxtel aan de Dommel” het licht zag als een strategische visie van het
gemeentebestuur voor de periode tot 2000. Met deze visies onderscheidde Boxtel zich al in
positieve zin: het was voor gemeenten van de omvang van Boxtel zeker geen usance om over
dit soort integrale visiedocumenten te beschikken. Het is goed om dit als vertrekpunt te zien
bij de komende beschouwing.
Om een beeld te krijgen van de waarde en de betekenis van “Boxtel Boeit” is dit onderwerp aan de
orde gesteld in de gesprekken die met de leden van het college en met de ambtelijke organisatie
gevoerd zijn om het Boxtel van 2008 in beeld te kunnen krijgen. Daarnaast hebben korte telefonische
interviews plaatsgevonden met de fractievoorzitters uit de raad en met een tiental voorzitters
of directeuren van maatschappelijke groeperingen of organisaties die betekenis hebben in de
Boxtelse samenleving en het Boxtelse publieke domein. En tenslotte is bij de deskresearch die ten
behoeve van het maken van de foto heeft plaatsgevonden, gezocht naar de effecten en de doorwerkingen
van “Boxtel boeit”.
Deze analyse - die gelet op de plaats die er aan toegekend is in de totaalopdracht voor het maken
van een strategische visie eerder als globaal dan als diepgaand kan worden getypeerd - leidt tot
observaties en conclusies.
Wij analyseren Boxtel Boeit op drie manieren. Allereerst kijken wij naar de feitelijkheid. De centrale
vraag die dan gesteld wordt is: Is hetgeen in de strategische visie vermeld staat, werkelijkheid
geworden? De tweede invalshoek is meer virtueel van karakter en gaat over de betekenis en de
zingeving van de visie: Wat is de functie van de visie geweest en welke betekenis heeft of had de
visie? De derde manier om er naar te kijken is met de blik van de externe professional: Wat was dit
voor een visie? Kan ze de professionele toets der kritiek doorstaan? Hoe richtinggevend was de
visie? Wat valt er te zeggen over het proces waarlangs de visie tot stand is gekomen.
De feitelijke analyse
Boxtel Boeit is een visie op hoofdlijnen en heeft daarmee een algemeen karakter. Om die reden is
het nog niet zo gemakkelijk om na te gaan of de visie ook echt werkelijkheid is geworden. Maar
gelukkig is de visie impliciet en expliciet uitgewerkt. Er is van een expliciete uitwerking sprake
omdat er enkele maanden na de vaststelling een uitvoeringsprogramma gemaakt is, dat overigens
niet goed bekend is in de ambtelijke organisatie. In dit uitvoeringsprogramma worden zo’n 40
activiteiten gemarkeerd. Er heeft binnen de organisatie geen feitelijke en formele evaluatie van dit
uitvoeringsprogramma plaatsgevonden. Een reden hiervoor kon niet worden aangegeven. Als we
er met de blik van vandaag naar kijken zien we overigens dat veel van de genoemde activiteiten
daadwerkelijk zijn uitgevoerd. Een kleine bloemlezing levert het volgende beeld op:
• Boxtel is gegroeid in inwonertal en in woningvoorraad. Sinds 1-1-2001 groeide het aantal
inwoners met 1000 tot 30.240 per 1-1-2008 en nam de woningvoorraad toe met 800 tot
12.218. Er werd wel meer gebouwd (in totaal 972 woningen oftewel 140 per jaar) maar er
werden ook 172 woningen vooral door sloop aan de woningvoorraad ontrokken.
De gemiddelde bezettingsgraad per woning daalde van 2,56 naar 2,47;
• Ter versterking van de wijkgerichte benadering zijn er 4 brede scholen gekomen.
De aandacht voor wijkgericht werken is sowieso verstevigd en kent nu een goede infrastructuur;
• Daarnaast kwam er een nieuw zwembad, werden HAVO en VWO samengevoegd, werd de
sportinfrastructuur verbeterd en kwam een jongerencentrum tot stand. Ook ontstonden vormen
van regionale samenwerking (bibliotheek, MIK, openbaar onderwijs);
• Recreatie, toerisme en plattelandsvernieuwing hebben in de context van het nationaal
landschap Het Groene Woud een impuls gekregen en deze ontwikkeling is nog volop gaande;
• De revitalisering van Ladonk en de ontwikkeling van Vorst zijn in de afgelopen periode ook
voortvarend ter hand genomen;
• De kantoorautomatisering en de elektronische dienstverlening hebben forse impulsen gekregen,
maar hier zijn nog stappen te zetten.
4. 5.

2.0
Niet op alle terreinen zijn de voornemens werkelijkheid geworden. Zo is de noordelijke rondweg
verder weg dan toen en is de regionale samenwerking op meer terreinen in intenties blijven steken
dan toen gehoopt. Het onderzoek naar de sociale problematiek is wel uitgevoerd maar heeft niet
het verwachte gevolg gekregen. De komst van de WMO is een belangrijkere motor in het sociale
domein geworden.
Naast de expliciete uitwerking in dit uitvoeringsprogramma is er de impliciete uitwerking in
collegeprogramma’s. Zowel in het programma dat in 2002 is opgesteld als in het programma van
2006 wordt aangegeven dat de visie “Boxtel Boeit” een belangrijk uitgangspunt is. Veel van de in
deze programma’s opgenomen actiepunten zijn dan ook als uitwerking van de visie te zien. Het
collegeprogramma 2002-2006 is geëvalueerd tegen het eind van de periode. Het overgrote deel
van de erin opgenomen punten blijkt uitgevoerd of gerealiseerd te zijn. Van het nu lopende
programma is in 2008 geen formele “mid-term review” opgesteld, maar uit het eerste hoofdstuk
van de programmabegroting 2009 mag worden afgeleid dat het college “op koers” ligt.
De betekenis van de visie
Uit de gesprekken met de medewerkers uit de organisatie blijkt dat “Boxtel Boeit” niet of nauwelijks
leeft. Velen zijn na 2000 in dienst getreden en weten alleen dat “het boekje” bestaat. Degenen die
destijds wel in dienst waren, kunnen zich het proces herinneren en ook nog wel een aantal inhoudelijke
zaken (met name de keuze voor de “kleine plus”). Zij zijn van mening dat de betrokkenheid
van de ambtelijke organisatie destijds beter had gekund. Het was vooral een bestuurlijk proces en
een proces met en voor de buitenwereld. Er was wel ambtelijke betrokkenheid bij de gesprekken
met die buitenwereld, maar intern was het geen thema, ook niet na de vaststelling. Collegeprogramma’s
vormden, meer dan de visie, het richtsnoer voor het doen en laten van de ambtelijke
organisatie.
Van het huidige college hebben twee wethouders die periode intensief beleefd. Zij wijzen op het
grote belang dat de visie en dan met name de unanieme vaststelling ervan heeft gehad voor de
onderlinge verbondenheid in politiek en bestuurlijk Boxtel. Daarnaast vinden zij dat Boxtel in dat
document voor het eerst als een duurzame gemeente “neergezet” wordt (vooral in sociaal en
ecologisch opzicht). Tenslotte wordt de grote mate van participatie door de Boxtelse samenleving
als belangrijk gezien waar het de legitimatie van het bestuur en het bestuurlijk handelen betreft.
Fractievoorzitters zijn in de regel goed bekend met Boxtel Boeit. Een meerderheid van de fractievoorzitters
kent er in overgrote mate een positieve waarde aan toe, zowel in de betekenis bindend
binnen het bestuur als inhoudelijk richtinggevend.
De interviews met de 10 directeuren en voorzitters van maatschappelijke organisaties geven een
wisselend beeld. Personen die na 2001 in hun functie actief zijn geworden hebben geen associaties
bij de term “Boxtel Boeit”. Voor degenen die er in 2000 al wel bij waren, varieert het beeld van
redelijk tot goed op de hoogte van de term Boxtel Boeit en de inhoud, naar de term kennen maar
geen inhoud of deze niet juist benoemen tot onbekendheid met term en inhoud.
Een externe beoordeling
Het structureel opnemen in de beleidscyclus van integrale strategische visies met een reikwijdte die
een regeerperiode van een college aanmerkelijk te boven gaan, is een kenmerk van professioneel
bestuur. In die zin valt het te prijzen dat Boxtel nu aan de derde strategische visie begint. Maar was
de nu expirerende visie ook een goede visie? Deze vraag zal in de nu volgende analyse centraal
staan.
In zijn algemeenheid kan worden gesteld dat een strategische visie een heldere keuze over
de toekomstige koers moet weergeven en daarnaast bindend en inspirerend moet zijn.
De strategische visie “Boxtel Boeit” voldoet maar gedeeltelijk aan deze criteria. Er zijn wel veel
punten in genoemd die in de periode na 2000 aandacht moeten krijgen, maar deze zijn lang niet
allemaal als echte keuzen te benoemen omdat niet expliciet gemaakt wordt waarom je het een wel
doet en het ander niet of waarom je bijvoorbeeld linksaf gaat en niet rechtsaf. Daarvoor was de
visie te algemeen en te weinig expliciet. In dat opzicht is het opvallend dat bestuurders aan het in
de visie neerzetten van Boxtel als een duurzame gemeente een stevige plaats toekennen, terwijl in
de feitelijke teksten wel over duurzaamheid gesproken wordt maar niet met die veronderstelde
indringendheid. De enige expliciet beredeneerde keuze betreft de beoogde groei van de gemeente
6. 7.

2.0
(“een kleine plus” bovenop de natuurlijke groei). Maar omdat dit de tussenvariant was van stabiliseren
en stevig doorgroeien was deze keuze min of meer voor de hand liggend en dus niet zo
spannend. Hierbij dient wel aangetekend te worden dat het voor een gemeente overigens nog niet
zo eenvoudig is om een groot aantal expliciete keuzes te maken. Een groot deel van het gemeentelijk
domein ligt vast of is zo voor de hand liggend dat fundamentele keuzes niet in beeld komen.
Veel taken worden in medebewind uitgevoerd en voor een aantal belangrijke domeinen is de
richting helder: iedereen wil efficiënte en klantvriendelijke dienstverlening, een goed voorzieningenniveau,
leefbare wijken, een dynamisch centrum en samenwerken met de buurgemeenten waar
dat loont. Of, anders gezegd, je zult maar in een gemeente wonen waar het gemeentebestuur niet
nastreeft dat men er goed kan wonen, werken en recreëren.
Voor wat betreft het bindend vermogen en zijn er verschillende conclusies te trekken. De visie is in
het politiek bestuurlijke domein zonder twijfel bindend geweest en leeft daar ook het beste voort.
In de relatie met de buitenwereld is dat bindende er waarschijnlijk ook wel geweest, gelet op het
enthousiasme waarmee de Boxtelse bevolking aan het interactieve proces heeft deelgenomen.
Voor zover valt na te gaan is hier echter weinig “nazorg” op geweest, waardoor het bindend
vermogen naar de samenleving verdampt is. Voor de ambtelijke organisatie tenslotte is dat
bindende vermogen ook beperkt geweest. Men identificeert zich overigens wel met het
collegeprogramma dat nog gedeeltelijk op de strategische visie gestoeld is. Het bindend vermogen
van de strategische visie zou groter zijn geweest als er op dit onderdeel qua communicatie meer in
de ambtelijke organisatie geïnvesteerd zou zijn. De mate waarin de visie inspirerend is geweest is
deels een kwestie van smaak, maar hangt toch ook samen met het bindend vermogen.
Samenvattend is de conclusie als
volgt weer te geven:
• Boxtel Boeit is nogal algemeen geformuleerd en bevat weinig echte strategische keuzes;
• Boxtel Boeit is na de vaststelling concreet vertaald en grotendeels gerealiseerd;
• Boxtel boeit heeft in het politiek-bestuurlijke domein zeker een bindende en inspirerende
werking gehad;
• deze bindende en inspirerende werking is naar het maatschappelijk middenveld minder geweest
en in elk geval kortstondiger;
• naar de ambtelijke organisatie toe is deze bindende en inspirerende werking beperkt gebleven;
men richtte zich meer op het collegeprogramma;
• meer nazorg en communicatie vanuit het politiek-bestuurlijke domein naar het maatschappelijk
middenveld en de ambtelijke organisatie zouden de hiergenoemde beperkingen waarschijnlijk
op hebben kunnen heffen.
8. 9.

10.
3.0
De foto; een
globale schets
Het liefst zou je van Boxtel één grote foto maken waarop alles in zijn onderlinge samenhang te zien
is. Maar een dergelijke poging is tot mislukken gedoemd en daarom zullen wij het Boxtel van nu in
onderdelen presenteren. Onze hoofdindeling is die van de Telos-driehoek omdat die ook in het
collegeprogramma 2006-2010 gebruikt is en omdat het streven van de gemeente naar de balans
tussen economische, sociale en ecologische duurzaamheid er in tot uitdrukking komt. Maar wij
starten dit hoofdstuk met een algemene beschrijving van Boxtel.
Boxtel ligt in het midden van de stedenruit die gevormd wordt door Eindhoven,Tilburg, Den Bosch
en het stedelijk gebied Uden-Veghel . Het is een verstedelijkte plattelandsgemeente met 30.248
inwoners en bestaat uit de kernen Boxtel, Liempde en Lennisheuvel. De oppervlakte bedraagt 6500
hectare. Iedere kern heeft zijn eigen karakter. Boxtel is met 24.000 inwoners een verstedelijkte kern,
Lennisheuvel is een kerkdorp met een agrarisch karakter en 1130 inwoners en Liempde is een
authentiek en beschermd dorp met vele rijksmonumenten en met 4850 inwoners.
Boxtel ligt centraal in het nationaal landschap “het Groene Woud” en is dus omgeven door
natuurgebieden. De aanwezige heiden, beekdalen, akkercomplexen en de kern Liempde zijn
cultuurhistorisch als een geheel te beschouwen. Dat is in Brabant uniek. De Dommel verbindt
Boxtel met het buitengebied en heeft daar een belangrijke landschappelijke waarde. In het
buitengebied neemt de betekenis van de landbouw af en die van de (extensieve) recreatie toe.
Boxtel heeft qua voorzieningenaanbod (winkels, onderwijs) een belangrijke functie voor de
omliggende gemeenten en is met de bedrijventerreinen Ladonk en Vorst (in ontwikkeling) qua
economische bedrijvigheid een factor van betekenis. Boxtel ligt aan de A2 en wordt door twee
belangrijke spoorlijnen ( Amsterdam-Maastricht en Rotterdam-Venlo) doorsneden. De gemeente
heeft sinds 2000 een gestage groei doorgemaakt: Het inwonertal groeide met 1000, het aantal
woningen met 800 tot 12.218 en het aantal arbeidsplaatsen nam met ongeveer 1000 toe tot
15.000 in 2008. Deze ontwikkeling (een kleine plus op de natuurlijke groei) werd ook nagestreefd
in de strategische visie “Boxtel Boeit” die in 2000 is opgesteld.
De samenstelling van de bevolking wijkt enigszins af van wat je zou verwachten: er zijn relatief iets
meer jongeren en iets meer ouderen. We zeggen dan dat de groene en de grijze druk iets boven
het gemiddelde liggen. Het gemiddeld opleidingsniveau is iets bovengemiddeld. De beroepsbevolking
bedraagt 14.000 en er zijn ruim 15.000 arbeidsplaatsen. De werkloosheid is relatief laag en er
is meer inkomende (5000) dan uitgaande pendel (4000). In het profiel dat Boxtel naar de buitenwereld
heeft, nemen de termen ecologie en duurzaamheid een belangrijke plaats in. Bij het
opstellen van een strategische visie behoort het beantwoorden van een aantal vragen over de
positionering en het profiel van Boxtel. Voorbeelden hiervan, die verderop in deze foto meer en
detail terugkomen, zijn:
Welk profiel streeft Boxtel voor de 2020 na? Meer of minder de nadruk op duurzaamheid? Het belang
van de ligging in het Groene Woud? Een stedelijk of een dorps profiel? Nadruk op cultuurhistorie of juist
de nadruk op het eigentijdse cq de nieuwe tijd. Wil Boxtel een centrumfunctie hebben voor een beperkte
of voor een veel grotere omgeving?
11.

4.1
Economische
duurzaamheid
4.1 Economie en arbeidsmarkt
De gemeente Boxtel heeft een stabiele bovengemiddelde economische positie in de regio.
De wekgelegenheid is sinds de vaststelling van Boxtel Boeit gestegen van 14.000 naar 15.000
arbeidsplaatsen. Het aantal arbeidzame inwoners van Boxtel bedraagt 14.000. Van hen werken
er 4.000 buiten de gemeente Boxtel. Dit wil dus zeggen dat de zogenaamde inkomende pendel
5.000 bedraagt. In vergelijking met de andere gemeenten in het Coropgebied Noord-Brabant
Noordoost is het opleidingsniveau en de participatiegraad van de bevolking hoog en de werkloosheid
laag.
De 15.000 arbeidsplaatsen is 3.000 meer dan op grond van het inwonertal van Boxtel verwacht
mag worden. Er is sprake van veel kennisintensieve bedrijvigheid: de drie kansrijke sectoren uit de
beleidsnota van de minister van Economische zaken “Pieken in de Delta”, te weten life-sciences,
food and nutrition en technology zijn in Boxtel goed vertegenwoordigd. Uit het regionale werkgelegenheidsonderzoek
blijkt dat de werkgelegenheid in 2007 redelijk gegroeid is (2,5%), maar dat
over de periode 2003-2007 de groei maar 2,2% bedraagt. Met dat cijfer bezet Boxtel slechts de
15e plaats van de 21 gemeenten in de regio. Voor wat betreft de productiestructuur is Boxtel
oververtegenwoordigd in de sector industrie en ondervertegenwoordigd in handel en reparatie
maar ook in zakelijke dienstverlening. Toch zat daar in 2007 de grootste groei (11,6%). Vanaf 2003
gemeten had de sector vervoer, opslag en communicatie de meeste werkgelegenheidsgroei (20,6%).
Boxtel werkt, mede vanuit het duurzaamheidsperspectief, aan revitalisering van het bedrijventerrein
Ladonk en aan de ontwikkeling van het terrein De Vorst waar de vestiging van het datacenter van
de Rabobank het meest in het oog springt. In samenwerking met de werkgeversvereniging WEB is
in 2007 het Parkmanagement opgericht; hierin werken ondernemers en gemeente samen op het
gebied van groenbeheer, veiligheid, revitalisering en inkoop. Maar economie is meer dan wat op
de bedrijventerreinen gebeurt. Ook de werkgelegenheidsontwikkeling in het centrum en bestaande
en nieuwe vormen van werkgelegenheid in het buitengebied zijn van belang voor de economische
positie van Boxtel. Deze onderwerpen komen in volgende hoofdstukken aan de orde.
Naast de werkgelegenheidsontwikkeling is het arbeidsmarktbeleid van de gemeente Boxtel
belangrijk voor de economie. Aan de oprichting van een Lokaal Arbeidsmarkt Beraad wordt de
laatste hand gelegd. Daarin voeren de gemeente, het CWI/UWV en de werkgevers overleg op
strategisch niveau. Daarbinnen functioneert op meer operationeel niveau het PDC (Personeels
Diensten Centrum). Binnen deze structuur zijn de drie partners intensief met elkaar bezig om op de
drie relevante taakgebieden (HRM en scholing, bemiddeling en scholing en participatie) de
gewenste resultaten te bereiken. Daarnaast neemt Boxtel als pilotgemeente deel aan het landelijk
InnovatieProgramma Werk en Bijstand (IPW) waarin op basis van gerichtere analyses van het
functioneren van de arbeidsmarkt getracht wordt de effectiviteit van het arbeidsmarktbeleid te
vergroten. Het bijzondere van de positie van Boxtel daarbij is dat Boxtel midden tussen 3 stedelijke
gebieden in ligt en ondanks de historische en bestuurlijke oriëntatie qua arbeidsmarkt niet expliciet
bij het stadsgewest Den Bosch hoort.
Dit omdat aan het criterium dat meer dan 20% van de beroepsbevolking in de centrumstad werkt
niet (meer) wordt voldaan. Eindhoven en (in mindere mate Tilburg) zijn voor Boxtel ook belangrijk.
Vragen voor de toekomst:
• streeft Boxtel actief naar uitbreiding van de werkgelegenheid door bedrijven te acquireren of ligt
het meer voor de hand om, gelet op de beperkte ruimte, een zekere stabilisatie na te streven en
ruimte te reserveren voor “groei van binnenuit”?
• als naar uitbreiding gestreefd wordt, wat voor type bedrijvigheid wordt dan belangrijk
gevonden?
• is er een gemeentelijk antwoord nodig op de sterke groei van het aantal zzp’ers,
bijvoorbeeld door meer dan nu beperkte economische activiteit in de woonomgeving
toe te staan?
12. 13.

4.2
4.2 Centrumontwikkeling
De kracht, de kwaliteit en het imago van het centrum zijn van grote betekenis voor de ontwikkeling
van Boxtel. In verschillende beleidsdocumenten komt het centrum dan ook ter sprake.
In het provinciale uitwerkingsplan van het streekplan (2004) wordt gesteld dat versterking en
structuurverbetering van het centrum aan de orde is. Ook de detailhandels- en horecastructuurvisie
uit 2002 van Boxtel noemt al een aantal te verbeteren punten voor het centrum.
Boxtel is zich terdege bewust van de kansen die een krachtig en vitaal centrum biedt en van de
tekortkomingen die een dergelijke situatie nog verhinderen. Om die redenen zijn niet alleen al
projecten ter hand genomen die de structuur van het centrum versterken (o.a. plan “de Croon” en
de studie naar de parkeergarage) maar is ook in de vorm van het “citymanagement” een gestructureerde
vorm van samenwerking tot stand gebracht met winkeliers en horeca. In deze samenwerking
staat niet alleen het centrum van de kern Boxtel centraal. Het overleg richt zich ook op de
ontwikkeling en verbetering van de overige centra (Liempde, Oosterhof en Selissen). Daarnaast is
veel energie gestoken in een nieuw bestemmingsplan voor het centrum dat recent is vastgesteld.
Bestaande analyses zijn verdiept en verder uitgewerkt en typeringen van het centrum en de
gewenste centrumontwikkeling zijn er duidelijk in verwoord. Samengevat en beginnend met de
knelpunten geeft dit het volgende beeld:
Het belangrijkste knelpunt is dat in de loop der jaren de historische structuur niet meer logisch
aansluit op de verkeersstructuur en functionele structuur. Door wisselende verkeersfunctie worden
ruimtelijke eenheden versnipperd en de oriëntatie verstoord. Tevens zorgen een aantal grootschalige
ontwikkelingen voor een afwijkend beeld binnen het centrum. Boxtel heeft een stedelijk
centrum maar wel met een kleinschalig historisch karakter.
Een knelpunt in de verkeersstructuur wordt gevormd door het ontbreken van een heldere routing
door het centrum die de verschillende belangrijke centrumfuncties en parkeerterreinen bereikbaar
maakt en met elkaar verbindt. Dit komt door het ontbreken van een centrumring met een zuidelijke
verbinding tussen het oostelijk en westelijk centrumdeel. Tevens is maar een beperkt deel van
het centrum autovrij wat zorgt voor veel verkeersbewegingen in het centrum. Het betreft veel
‘kruip-door-sluip-door’ verkeer over de Markt en van Fellenoord via Van Helvoorstraat naar Duinen-
daal en Clarissenstraat. Daarnaast is de verkeersstructuur in het noordwesten van het centrum
onhelder. Er is geen heldere routing aanwezig vanuit het centrum in de richting Oisterwijk (via de
dubbele spoorwegovergang). Het centrum heeft een slechte verdeling tussen betaald en vrij
parkeren. Hierdoor worden de terreinen Achter ’t Strijpt slechts op vrijdag tijdens de weekmarkt
gebruikt en worden gebieden met vrijparkeren, zoals rond de kerk, overbelast. Tevens doet het
parkeren op veel plaatsen afbreuk aan de cultuurhistorische en ruimtelijke kwaliteit. Dit geldt met
name op de Markt en bij het rondje om de kerk.
Functioneel is de winkelstructuur in Boxtel te langgerekt waarbij een circuit ontbreekt en verschillende
verkeerskundige inrichtingen aanwezig zijn. Tevens zijn de kwaliteit en uitstraling van de
winkels voor verbetering vatbaar. Het station is hierbij een solitaire voorzieningenconcentratie in het
verlengde van het winkelgebied. Daarbij is het Stationsplein niet als verblijfsgebied ingericht, maar
neemt de auto nog steeds een dominante plaats in. Er is een matige relatie met de Dommel en
Smalwater. De rivieren zijn maar beperkt zichtbaar door de inrichting van de oevers. Hierbij vormt
de Zwaanse Brug tevens een ecologische barrière. De Binnendommel liep vroeger om de kerk en
door het gebied Achter ’t Strijpt. Deze is echter uit het straatbeeld verdwenen.
Het centrum mist aan de Brederodeweg een presentatie van het centrum en ruimtelijke begelei-
ding. Het is een restgebied met een groene inrichting in het noordelijk deel en enkele grootschalige
functies in het zuidelijk deel. Achter ’t Strijpt is hierbij een belangrijke entree. Hier domineert echter
de inrichting als parkeerterrein en zorgt samen met de grote diversiteit aan bebouwing waaronder
achterkanten voor een onsamenhangend gebied.
Maar er zijn ook sterke kanten die benut kunnen worden om het centrum te versterken:
De heldere historische wegenstructuur van een kruising van wegen is nog steeds aanwezig. Het zijn
veelal smalle straten met aaneengesloten bebouwing. Aan randen staan vrijstaande woningen in
een groene setting. De bebouwing is veelal nog historisch, waaronder zich ook veel monumenten
bevinden. Het geheel van bebouwing en openbare ruimte maakt van het centrum een stedelijk
gebied, maar wel met een kleinschalig karakter door de individuele gevelbenadering.
14. 15.

4.2
Aan het historische assenkruis zijn de belangrijkste centrumfuncties gesitueerd zoals het park
Stapelen, de St. Petruskerk met het processiepark, het winkelcentrum en het station.
Het centrum heeft een grote diversiteit aan woonmilieus en dichtheden. Hierbij heeft het zuidelijke
deel een goede samenhang tussen de historische structuur en er zijn nog veel monumenten.
Drager voor de groenstructuur is de Dommel met aan de noord- en zuidzijde een landschappelijke
ligging. Met name het park Stapelen is een uniek groenelement dat onderdeel vormt van het
centrum. De Dommel heeft niet alleen een beeldbepalende en ecologische waarde maar ook een
recreatieve mogelijkheid voor kanovaren. Het Smalwater is eveneens een ecologische verbindingszone
met hoge natuurlijke waarden, maar is minder dominant aanwezig dan de Dommel.
Naast het aanwezige water heeft het centrum vooral een stedelijk karakter. Hierbij is het groen
aanwezig in enkele solitaire monumentale bomen en bomenrijen in zowel openbaar gebied als
privétuinen. Wat betreft verkeer is de Brederodeweg een belangrijke drager. Deze weg ontsluit het
centrum en staat direct in verbinding met de A2. Het station is een kwaliteit op het gebied van
openbaar vervoer, omdat hiermee een goede bereikbaarheid van Boxtel voor de regio gewaarborgd
is en omliggende steden als Den Bosch, Tilburg en Eindhoven goed bereikbaar zijn.
In het bestemmingsplan centrum wordt de ontwikkelingsrichting als volgt geduid:
Vanuit de verschillende beleidsuitgangspunten van de gemeente Boxtel en de kwaliteiten en
knelpunten in de huidige situatie is de basis gelegd voor de centrumvisie. Deze heeft als doel het
centrum van Boxtel van een heldere en leesbare structuur te voorzien en meer aandacht te vestigen
op de aanwezige kwaliteiten. Uitgangspunt is het realiseren van een vitale kern met een samenhangend
en krachtig centrum, gebaseerd op de cultuurhistorische kwaliteiten met ruime aandacht
voor hedendaagse ontwikkelingen. De identiteit van Boxtel moet opnieuw leesbaar en op aantrekkelijke
wijze beleefbaar worden gemaakt.
Verkeersstructuur en functionele structuur moeten hierbij op een heldere wijze afgestemd zijn op
de ruimtelijke structuur en het ruimtelijk beeld versterken. De centrumvisie heeft als doel een frame
te bieden waarbinnen toekomstige ontwikkelingen beoordeeld en uitgevoerd kunnen worden
zodat het gebied kan uitgroeien tot een aantrekkelijk en hoogwaardig centrum van Boxtel. Alle
lopende ontwikkelingen binnen Boxtel, van herontwikkelingslocaties tot herinrichting van de
openbare ruimte, moeten dan ook binnen deze visie ontwikkeld worden.
Bij nieuwe ontwikkelingen binnen het cultuurhistorisch waardevolle deel van het centrum staat het
in stand houden en versterken van de aanwezige waarden voorop. Met name gaat het hierbij om
het historische assenkruis en de Dommel. Het centrum van Boxtel heeft zich gevormd rond het
assenkruis van Stationsstraat - Rechtersstraat in oost-west richting en Burgakker - Kruisstraat - Clarissenstraat
in noord-zuid richting. Beide assen hebben binnen het centrum nog steeds een bepalende
waarde t.a.v. de cultuurhistorische kwaliteit, de functionele structuur, de diverse ruimtelijke
en architectonische waarden, de duurzaamheid en de beleving van de woonomgeving. Door op
cruciale plaatsen met een grote zorgvuldigheid nieuwe ontwikkelingen te realiseren kan de eenheid
binnen het centrum worden versterkt en zelfs het waardevolle deel worden uitgebreid. Er ontstaat
een groter weefsel wat de samenhang, herkenbaarheid en aantrekkelijkheid van het centrum
vergroot.
Bij de noord-zuid as, de cultuurhistorische as, gaat de aandacht uit naar een versterking van de
cultuurhistorische waarde. Deze richt zich op de beeldkwaliteit van de bebouwing, op de verschillende
bijzondere functies die aan de as zijn gesitueerd en de inrichting van de openbare ruimte.
Het vormt het beeldmerk van Boxtel. De studie naar de cultuurhistorische as van Boxtel (voorlopig
ontwerp november 2003, H+N+S Landschapsarchitecten) geeft een leidraad en toetsingskader aan
voor de ontwikkelingen aan de as. Belangrijke ontwikkelingen die aan deze as spelen zijn:
Bij de oost-west as, de commerciële as, gaat de aandacht uit naar andere aspecten. Ook hier spelen
cultuurhistorie en het versterken van het kenmerkende bebouwingsbeeld van Boxtel een bepalende
rol. Deze gaan samen met een versterking van de detailhandelsfunctie door concentratie gebieden
te benoemen. Binnen het centrum van Boxtel wordt gestreefd naar nieuw vestiging van kwaliteitswinkels
en winkels van landelijke ketens die als trekker binnen centrum kunnen fungeren. Aansluitend
hierop is het van belang een adequaat parkeerbeleid in te voeren dat zich richt op een goede
verdeling van de parkeerplaatsen en vergunningsysteem.
16. 17.

4.2
Met zowel een versterking van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden als een versterking van
de winkelstructuur, de kwaliteit en aanbod van de winkels en een adequaat parkeerbeleid moet de
aantrekkelijkheid van het centrum als winkel- en verblijfsgebied worden versterkt en vergroot.
Een tweede structuur die van belang is voor het centrum van Boxtel is die van de Dommel, een
waterstructuur die buiten het centrum begeleid wordt door natuurwaarden, maar in het centrum
nauwelijks zichtbaar is. Het doel is dan ook om de Dommel hier beter beleefbaar en meer zichtbaar
te maken. Dit zal samen moeten gaan met het verbeteren van de ecologische waarde van de
Dommel en de oevers en het vergroten van de ruimte voor het water. Uitgangspunten voor de
Dommel zijn vastgelegd in het Waterplan Boxtel en de Dommelvisie. Belangrijke toevoeging voor
het centrum vormt het terugbrengen van de Binnendommel. Deze wordt teruggebracht bij de
kerkheuvel en wordt verder doorgetrokken in het gebied Achter ’t Strijpt.
Bij de diverse ontwikkelingen in het centrum spelen niet alleen de cultuurhistorische waarden een
belangrijke rol. Ook de uitgangspunten vanuit het volkshuisvestingsbeleid, de duurzaamheid,
milieuaspecten, verkeer en parkeren zijn van belang. Alleen een totaal ontwikkeling waarbij alle
aspecten zorgvuldig worden afgewogen kan leiden tot een duurzame ontwikkeling die een
waardevolle toevoeging vormt voor het centrum van Boxtel voor een lange termijn. Een afgestemd
beleid vormt de basis voor de centrumvisie, de uitgangspunten voor de diverse ontwikkelingslocaties
binnen het centrum van Boxtel en voor het bestemmingsplan.
Na de vaststelling van het bestemmingsplan voor het centrum is in juni 2008 met een vijftigtal
geïnteresseerde Boxtelaren volgens de methode van de “creatieve pyramide” op een meer concreet
niveau gebrainstormd over de toekomst van het centrum. De resultaten van deze brainstorm
zijn ook bruikbaar voor de op te stellen strategische visie, zij het dat een en ander wellicht in een
ruimer perspectief geplaatst moet worden omdat een optimale ontwikkeling van het centrum ook
moet aansluiten bij de positie en de rol die Boxtel voor zichzelf in de regio ziet.
Vragen voor de toekomst:
• Hoe ver reikt de ambitie: wil Boxtel een aantrekkelijk centrum bieden voor eigen inwoners,
bezoekers uit de nabije omgeving en de toeristen die door de combinatie verkwikkende natuur
bruisend centrum Boxtel bezoeken? Of wil Boxtel ook een trekker voor een grotere regio
worden en daarmee (bijvoorbeeld door de combinatie van sfeer en kleinschaligheid) een
concurrent worden voor de steden in de omgeving?
18. Boxtel, de foto van 2008 Boxtel, de foto van 2008 19.

4.3
4.3 Toerisme, recreatie en verbrede landbouw
Wie aan Boxtel denkt, denkt aan de natuurgebieden die Boxtel omringen of aan het nationaal
Landschap “Het Groene Woud” waar deze natuurgebieden ook weer onderdeel van uitmaken en
waar Boxtel een strategische positie in inneemt. In dit buitengebied van de gemeente Boxtel zijn
op dit moment veel ontwikkelingen gaande. Al een aantal jaren geleden heeft de gemeente met de
nota “Plattelandsvernieuwing, ruimte voor Boeren, Burgers en Buitenlui” de richting geschetst
waarin deze ontwikkelingen plaats moeten vinden. Ook in de structuurvisieplus wordt uitgebreid
aandacht geschonken aan de ontwikkeling van het buitengebied. Het gedachtegoed uit deze twee
Boxtelse nota’s past binnen het beleid dat provincie en rijk voor ogen staat en dat is neergelegd in
documenten als het streekplan, het reconstructieplan en de nota ruimte. Nog niet zo lang geleden
(in 2006) is een en ander verder uitgewerkt in het nieuwe bestemmingsplan voor het buitengebied.
Daarnaast is de afgelopen periode hard gewerkt aan de voorbereiding van een toeristisch recreatief
beleidsplan dat weer aansluit bij deze buitengebiedvisie, maar daarnaast natuurlijk ook ingaat op de
rol die een vitaal en dynamisch centrum van Boxtel hierbij kan spelen. In essentie is de opgave van
de gemeente om de landbouw een ontwikkelingsmogelijkheid te geven die bij de huidige inzichten
past en gelijktijdig het natuurrijke cultuurlandschap en de natuurwaarden te versterken en tevens
(extensieve en groene) recreatieve ontwikkelingen mogelijk te maken. In het bestemmingsplan
buitengebied wordt dit streven van de gemeente als volgt omschreven:
Dit betekent dat de gemeente enerzijds streeft naar:
• het behouden én versterken van de essentiële cultuurhistorische waarde van het natuurrijke
cultuurlandschap. Bebouwing en erfinrichting moeten in maat en vorm zoveel mogelijk aansluiten
bij de kleinschaligheid en de cultuurhistorie van het landschap. De historische (land) wegen,
structuur en waardevolle morfologie moeten zoveel mogelijk worden behouden evenals de
bestaande groenstructuren en perceelsscheidingen;
• het beschermen en versterken van de natuurwaarden. Beheer van bos moet zoveel mogelijk op
ecologische basis plaatsvinden. Biodiversiteit moet zoveel mogelijk worden vergroot;
• het verbeteren van de recreatieve gebruiksmogelijkheden (waarbij vooral wordt gedacht aan
‘groene’ vormen van recreatie). De gemeente wil actief meewerken aan bevordering van
extensief recreatief gebruik via de ontsluiting van het gebied voor voetgangers en fietsers;
• het verbeteren van de ecologische relaties tussen de natuurgebieden. Bestaande en geplande
ecologische verbindingszones langs beken moeten worden versterkt/ontwikkeld. Ontsnippering
draagt eveneens bij aan het verbeteren van de ecologische relaties.
Anderzijds erkent de gemeente de belangrijke rol van de landbouw in het buitengebied. Gestreefd
wordt naar een duurzaam perspectief voor de landbouwsector waarbij “multifunctionaliteit” en
“kwaliteitsproductie” voorop staan. Deze beleidsuitgangspunten passen goed binnen de ontwikkeling
van Het Groene Woud als Nationaal Landschap: bij behoud en/of versterking van de kernkwaliteiten
van het gebied, zijn ruimtelijke ontwikkelingen binnen het plangebied mogelijk. Ten aanzien
van de ontwikkelingskansen in de agrarische sector wordt gestreefd naar extensivering van grondgebonden
bedrijven en het creëren van mogelijkheden voor zowel verbrede als (reguliere) duurzame
landbouw. Intensievere vormen van landbouw passen minder in het buitengebied van Boxtel,
maar worden gerespecteerd binnen de randvoorwaarden van duurzaamheid.
Meer specifiek kan voor de landbouw en de recreatieve sector nog het volgende opgemerkt
worden:
De veranderingen in de landbouw zijn met de reconstructieplannen in een stroomversnelling
geraakt: Bedrijven worden verplaatst naar intensiveringsgebieden, houden op te bestaan of kiezen
voor extensievere voortzetting in combinatie met functieverbreding- of verandering (kamperen, bij
de boer, zorgboerderij, B&B e.d.).
Met betrekking tot toerisme en recreatie was het buitengebied van Boxtel al langer in trek, maar er
zijn nog veel mogelijkheden om de aantrekkelijkheid van het gebied te versterken. De Dommel en
de Kampina waren al bekende dragers van het gebied maar door de verdere ontwikkeling van het
nationaal landschap, het ontsnipperingsbeleid, het beter ontsluiten van het gebied voor de
wandelaars en fietsers en het bieden van overnachtingsmogelijkheden en, niet te vergeten, de
verhoging van de toeristische aantrekkelijkheid van het centrum van Boxtel zelf, ontstaan mogelijkheden
om toerisme en recreatie een economische drager van betekenis te maken met een daarmee
corresponderende imagoversterking.
Vragen voor de toekomst:
• Hoeveel toerisme kan het buitengebied “bevatten”?
• In welke mate kunnen landbouw en toerisme zich gelijktijdig en gelijkwaardig ontwikkelen?
Waar ligt de grens en als er gekozen moet worden, wat krijgt dan prioriteit?
20. 21.

5.0/5.2
Sociale
duurzaamheid
“Op het gebied van sociale duurzaamheid gaat het om het scheppen van voldoende voorwaarden
en het leggen van verbindingen tussen (groepen van) burgers om te bevorderen dat iedereen op
zijn of haar manier volwaardig kan deelnemen aan de samenleving”, zo staat geschreven in de
strategische visie Boxtel Boeit. In de visie is sociale participatie dan ook als speerpunt benoemd. Er
gaat extra aandacht uit naar de groeiende vraag naar zorg door de vergrijzing, het jongerenvraagstuk
en de integratie van inwoners van Boxtel met een buitenlandse afkomst. De gemeente Boxtel
investeert in sociale participatie door waar mogelijk het voorzieningenniveau op een hoger peil te
brengen. Daartoe hanteert zij een integrale aanpak. Thema’s zoals sociale zaken, participatie en
integratie en welzijn (onderwijs, jeugd, sport, kunst en cultuur en veiligheid en leefbare wijken)
kunnen niet los van elkaar worden gezien. Zij vormen samen de stukjes van de hele puzzel van een
sociaal duurzaam Boxtel.
5.1 Wet maatschappelijke ondersteuning
Een belangrijke ontwikkeling op de weg naar een sociaal duurzaam Boxtel is de totstandkoming
van het plan wet maatschappelijke ondersteuning 2008 – 2011 (Wmo). Het plan is in samenspraak
met maatschappelijke instanties en bewoners, vertegenwoordigd in de Wmo adviesraad, tot stand
gekomen. De gemeente Boxtel wil met de komst van de Wmo het sociale beleid, zaken op het
gebied van leefbaarheid, wonen, jeugd en gezondheidzorg steviger op de kaart zetten. Drie
hoofddoelen worden in het sociale wmo beleid nagestreefd, te weten:
• actieve inwoners zetten zich ervoor in dat iedereen kan meedoen aan de samenleving;
• inwoners zijn (eventueel met ondersteuning) zo lang mogelijk in staat om zelfstandig
te blijven wonen;
• inwoners kunnen prettig samenleven in sterke wijken met voldoende toegankelijke infrastructuur,
gebouwen, diensten en voorzieningen.
Uit de landelijke Wmo benchmark (2007) blijkt dat de cliënten in de gemeente Boxtel tevreden zijn
over de uitvoering van de Wmo. De gemeente scoort hier een 7.5, terwijl vergelijkbare gemeenten
een 7.15 scoren. Zaken waar de gemeente Boxtel bovengemiddeld op scoort zijn: de kwaliteit (de
verplichte klachtenregistraties en vooral de keuze bij ‘hulp bij het huishouden’ voor kwaliteit boven
de laagste prijs, zorgen voor deze hogere score), samenhang in het beleid, het betrekken van
doelgroepen (de Wmo adviesraad speelt een belangrijke rol in deze goede score), het maken en
uitvoeren van ketenafspraken en de klantencontacten bij het Wmo loket (loket Wegwijs). Daarnaast
scoort Boxtel weer lager waar het gaat om de eigen bijdrage en de Wmo uitgave per inwoner.
5.2 Sociale zaken, participatie en integratie
“De beste sociale voorziening is een baan”, dat is kortweg waar de sociale dienst van de gemeente
Boxtel voor staat. De sociale dienst van de gemeente Boxtel is sinds 2006 samengegaan met de
sociale dienst van de gemeente Haaren. Samen streven zij naar het (pro-actief) terugdringen van de
uitkeringsafhankelijkheid van inwoners van de gemeente. De sociale dienst hanteert hierin een
persoonlijke aanpak en biedt mensen een op maat gesneden begeleiding naar de arbeidsmarkt.
Dit wordt vertaald in een goede startkwalificatie en een passende baan. In Boxtel ontvangt 7% van
de inwoners een uitkering (WAO, WW of bijstand), aldus de leefbaarheidsmonitor 2007 – 2008 (in
2007 hield de gemeente voor de vierde keer, na 1989, 1995 en 2002, een leefbaarheidsonderzoek).
Dat percentage is gelijk aan het jaar 2002.
De gemeente voert haar taken uit in samenwerking met re-integratiebedrijven, de sociale werkvoorziening
WSD en het Personeelsdienstencentrum, een samenwerkingsverband van 59 ondernemers.
Andere partners zijn uitkeringsinstantie UVW, het (werkbedrijf) Centrum Werk en Inkomen
en scholingsinstituten. Inwoners die van een uitkering afhankelijk zijn, of anderszins op het bestaansminimum
leven, kunnen beroep doen op het minimumbeleid van de gemeente. Zeshonderd
mensen in Boxtel staan bij de gemeente geregistreerd als cliënt van sociale zaken met een inkomen
tot 100% van het minimum.
22. 23.

5.2
Voor vragen over en hulp bij inkomensondersteuning kunnen mensen terecht bij het Loket Wegwijs,
gevestigd aan het Liduinahof in Boxtel. Loket Wegwijs biedt schuldhulpverlening, hulp bij
problemen veroorzaakt door financiële achterstanden en geeft antwoord op vragen over bijstandsuitkeringen,
maatschappelijke participatie, budgettering en kwijtschelding van belastingen.
Daarnaast kunnen inwoners van Boxtel hier terecht voor al hun vragen over (aangepast) wonen,
welzijn en zorg. Loket Wegwijs denkt mee, adviseert, lost op, begeleidt, verwijst en regelt. De
gemeente Boxtel werkt in de uitvoering van het gecombineerd zorgloket samen met zorg- en
welzijnsinstellingen en de woonstichting Sint Joseph. Kenmerkend voor het Loket Wegwijs is de
persoonlijke aanpak en daaruit voortvloeiende advisering op maat. Loket Wegwijs wordt positief
gewaardeerd, zo blijkt uit de Wmo benchmark 2007. In vergelijking met andere vergelijkbare
gemeenten scoort Boxtel hoog op het klantencontact bij het Wmo loket.
Om te voorkomen dat mensen de weg naar de hulpverlening niet vinden worden doelgroepgerichte
voorlichtingsactiviteiten georganiseerd via maandelijkse publicaties en het netwerk armoedebestrijding.
Ruim twintig organisaties, instellingen en verenigingen zijn aangesloten bij dit netwerk en
hebben gezamenlijk een intentieverklaring ondertekend waarin ze beloven actie te ondernemen
wanneer zij signalen krijgen over mensen die in armoede leven. Speciale doelgroepen voor het
minimumbeleid zijn minimagezinnen met meerdere kinderen en ouderen boven de 65 jaar.
Voor de doelgroep ouderen boven de 65 jaar, zo’n 14% van het totaal aantal inwoners in Boxtel,
is het speerpunt in het beleid om deze mensen zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen. Andere
aandachtspunten vormen: meer bewegen voor ouderen, voorkomen van eenzaamheid, de positie
van allochtone senioren, begaanbare wegen, fietspaden en trottoirs, voldoende en toegankelijk
vervoer, een hospice, voldoende welzijnsactiviteiten en het voorkomen van huiselijk geweld.
Projecten die in dit kader door de gemeente zijn opgepakt zijn onder meer de ‘ouderenwijzer’,
een sociale kaart voor ouderen, de ‘ouderenadviseur’ in Boxtel als backofficefunctie van het Loket
Wegwijs en het project ‘beter een goede buur(t)’, gericht op het terugdringen van eenzaamheid
onder ouderen. Partners die in de uitvoering van het ouderenbeleid een rol spelen zijn onder meer
de Zorggroep Elde, een samenwerkingsverband van verzorgings- en verpleeghuizen in Boxtel, Sint
Michielsgestel en Haaren. Binnen de gemeente Boxtel vallen de tehuizen Molenwijde, Simeonshof,
Emmaus en de Vlaswiek in Liempde onder Zorggroep Elde. Andere partners zijn de woonstichting
Sint Joseph, thuiszorgorganisaties en overige maatschappelijke instellingen. Over de Thuiszorg en
‘Welzijn Ouderen’ uiten respondenten van de leefbaarheidsmonitor 2007–2008 zich meer tevreden
dan in 2002 (in 1989, 1995 en 2002 zijn ook bevolkingsonderzoeken rondom leefbaarheid
uitgevoerd). Naast Zorggroep Elde en de thuiszorg speelt de Delta Stichting Welzijn een belangrijke
rol in de activering van doelgroepen, waaronder ouderen, door ondersteuning van ouderen,
het steunpunt mantelzorg en door de inzet van vrijwilligers: Het steunpunt mantelzorg biedt
mantelzorgers informatie en advies en praktische ondersteuning door de inzet van vrijwilligers.
Voor vrijwilligers fungeert Delta als intermediair tussen hen en organisaties die vrijwilligerswerk
aanbieden. Naast het activeren van de doelgroep ouderen richt de Delta Stichting Welzijn zich op
opbouwwerk en jongerenwerk. Verder biedt Delta hulpverlening aan doelgroepen via algemeen
maatschappelijk werk, het buro sociaal raadslieden (voor sociaal juridische dienstverlening,
inlichtingen en advies op het gebied van wet- en regelgeving) en het buro nieuwkomers.
Inwoners van Boxtel zijn over het algemeen tevreden over de bereikbaarheid en kwaliteit van de
voorzieningen in Boxtel (algemeen maatschappelijk werk, thuiszorg, buro sociaal raadslieden, buro
nieuwkomers en welzijn ouderen). Alleen de bereikbaarheid van het buro Nieuwkomers vormt een
uitzondering met een lagere score in de leefbaarheidsmonitor 2007 - 2008 dan in het jaar 2002 op
tevredenheid en een hogere score op ‘niet tevreden’.
Het buro nieuwkomers biedt maatschappelijke begeleiding en is erop gericht dat mensen uit een
ander land na twee jaar zelfstandig kunnen meedoen in de Boxtelse samenleving en de Nederlanse
taal redelijk spreken. In totaal herbergt de gemeente Boxtel meer dan negentig nationaliteiten.
Een volwaardige deelname van deze mensen aan de Boxtelse samenleving betekent dat tweespalt
tussen groepen mensen moet worden voorkomen. In het kader van “eenheid in verscheidenheid”
zijn projecten opgezet om de integratie en participatie van mensen van buitenlandse afkomst te
bevorderen. Voorbeelden hiervan zijn de jaarlijkse Bazaar in Selissenwal of “De smaak van Boxtel”,
waar mensen van verschillende nationaliteiten samen het kookgerei ter hand nemen en gerechten
maken. Een ander voorbeeld is het project Breedtesport (zie §2.2.4) en het contactouderproject.
In het kader van het contactouderproject vervullen moeders van Nederlandse en buitenlandse
afkomst een intermediairrol tussen het gezin, het onderwijs en instellingen. Al deze projecten
leveren een positieve bijdrage aan de integratie en participatie van alle doelgroepen in de Boxtelse
24. 25.

5.2
samenleving. Ook in de toekomst blijft dit vraagstuk belangrijk en moet er in het bijzonder aandacht
blijven voor de arbeidsmarktpositie van inwoners van Boxtel met een buitenlandse afkomst
en het gemengd gebruik (door álle doelgroepen) van voorzieningen binnen de gemeente.
Organisaties op het terrein van sociale zaken,
participatie en integratie
Welzijnsinstellingen Delta Stichting Welzijn, Stichting Voedselbank Steunpunt Boxtel,
Wegwijs Boxtel, Tripade (hulp op sociaal emotioneel gebied),
Praktijk OBSA (stress regulerende methoden), Vincentius Vereniging
Boxtel (hulp bij (financiële) achterstand)
Thuiszorgorganisaties Bureau Fischer/Florance, Standby, Zorggroep Elde, Vivent,
Vrijwillige thuishulp
Voorzieningen gericht op gezondheid
Apotheken (4), Huisartsenpraktijken (6), EHBO en reanimatie (3),
Diagnostisch centrum (1), Diëtisten en voedingsdeskundigen (3),
Fysiotherapie (9), Geestelijke gezondheidzorg: algemeen (4),
psychologie (4), psychotherapie (2), Logopedie (4), Natuur en
alternatieve geneeswijzen (25), Oefentherapie (2), Optometrie (1),
Patiëntenbelangen (3), Rode Kruis (1), Tandzorg (14), Ziekenhuis Locatie
Luidina (1), Verloskunde (2)
Arbeidsvoorzieningen Sterk in Werk (re-integratiebedrijf), WSD-groep
Uitvoeringsorganisaties sociale zekerheid
Cliëntenraad sociale zaken Boxtel-Haaren, Stichting WAO/WSW Advies
Vragen voor de toekomst:
• hoe kan de gemeente Boxtel in de trend van de individualisering, de maatschappelijke
solidariteit van de inwoners versterken?
• hoe bevordert de gemeente, met een rijkdom aan nationaliteiten, het harmonieus samenleven
van verschillende bevolkingsgroepen en een gemengde deelname aan maatschappelijke
activiteiten?
Belangenorganisaties Belangenorganisaties gericht op allochtone Boxtelaren (2),
Belangenorganisaties gericht op ouderen (6), Belangenorganisaties
gericht op gehandicapten (2)
26. 27.

28.
5.3
5.3 Welzijn
5.3.1 Jongeren en Onderwijs
“Eén beleid voor onderwijs, welzijn en zorg” luidt het devies van de gemeente Boxtel.
Het beleid op de terreinen onderwijs, jeugdwelzijn en jeugdzorg wordt dan ook zoveel
mogelijk in samenhang uitgevoerd.
Een sprekend voorbeeld van deze integrale aanpak is de realisatie van vier Brede Scholen in
Selissenwal, Boxtel Oost, Liempde en Lennisheuvel. Het doel van de Brede Scholen is de ontwikkelkansen
van kinderen te vergroten door onderwijsachterstanden te bestrijden/voorkomen en de
leefbaarheid en sociale cohesie in wijken te vergroten door de wijk en de school bij elkaar te
betrekken. De scholen zijn in de breedte opgeschaald met voorzieningen gericht op welzijn en
zorg. Een opschaling in fysieke zin heeft tevens plaatsgevonden binnen het voortgezet onderwijs in
Boxtel. Het VWO en de Bracbant Havo zijn samengevoegd in het Jacob Roelandslyceum, en
daarvoor zijn ook de Wilgenbroek Mavo en het VBO samengegaan in het scholengemeenschap
VMBO Den Tijber. Over de kwaliteit en de bereikbaarheid van de onderwijsvoorzieningen in Boxtel
uiten de respondenten van de leefbaarheidsmonitor 2007 – 2008 zich gemiddeld genomen zeer
tevreden.
De realisatie van Brede Scholen in Boxtel is onderdeel van de uitvoering het thema ‘school en wijk’
uit de Lokaal Educatieve Agenda van de gemeente Boxtel. Verder staat in de Agenda het thema
‘zorg in en om school’ centraal, hetgeen is uitgewerkt in projecten in het kader van vroegsignalering
van ontwikkelachterstanden, opvang van jeugd die uit de boot dreigt te vallen en organisatie
van de zorg. Een ander thema is de ‘doorgaande ontwikkellijnen’, ter bevordering van een optimale
afstemming om kinderen passend onderwijs te kunnen bieden. In de notitie Maatschappelijk
Welzijn 2008 is de Lokaal Educatieve Agenda verder in de volgende concrete speerpunten uitgewerkt:
• De sociale samenstelling van de populatie van scholen is een afspiegeling van de veelkleurige
Boxtelse samenleving;
• Taal- en leerachterstanden worden op scholen bestreden;
• De jeugd krijgt kwalitatief goede cultuur- en natuur- en milieueducatie;
• De jeugd krijgt lessen schuldpreventie binnen het onderwijs;
• Er wordt ontmoedigingsbeleid gevoerd ten aanzien van verslavende middelen
via het onderwijs en overig jeugdbeleid;
• Spijbelen en voortijdig schoolverlaten wordt actief tegengaan;
• Er is goede kinderopvang voor kinderen in de leeftijd van 0 tot 12 jaar.
Naast de uitvoering van de Lokaal Educatieve Agenda van Boxtel, toonde de gemeente haar
ambitie op het terrein opvoedingsondersteuning van ouders door als experimentgemeente deel te
nemen aan de proefimplementatie van het Positive Parenting Programme (triple P). Het triple P is
in Australië ontwikkeld en richt zich op de preventie van psychosociale problematiek bij kinderen
door opvoedingsondersteuning aan ouders. Bij de proefimplementatie van het programma waren
professionals vanuit verschillende werkvelden betrokken, allen met het doel emotionele en gedragsproblemen
bij kinderen te voorkomen, door kennis, vaardigheden en zelfvertrouwen van ouders te
versterken. De proefimplementatie is succesvol verlopen en gekeken wordt naar een bredere
toepassing van deze vorm van opvoedingsondersteuning.
Andere voorbeelden van opvoedingsondersteuning zijn de cursus “Jij bent belangrijk” met het doel
de interactie tussen ouders en hun kinderen te verrijken, het project “Home Start” waarbij ouders
vrijwillige opvoedkundige ondersteuning kunnen krijgen en het project “Ouders van tegendraadse
jeugd”, wat een pakket biedt van lichte tot zware interventies voor ouderbegeleiding binnen het
justitiële circuit.
29.

30.
5.3
Sinds de komst van de Wet op de jeugdzorg in 2005 is de gemeente verantwoordelijk voor het
preventieve jeugdbeleid en de verwijzing naar het aanbod in de jeugdzorg. Schoolmaatschappelijk
werk is daarbij een speerpunt. In de komende beleidsperiode dienen de participanten in het
Meldpunt Jeugdzorg Boxtel te komen tot heldere afspraken en een taakverdeling die het mogelijk
maken dat de gemeente haar regierol in deze waar kan maken en een sluitende keten kan opzetten.
Het Meldpunt Jeugdzorg zal verder uitgroeien tot een centrum voor Jeugd en Gezin (CJG).
Het CJG is een coördinatiepunt van (gemeentelijke) organisaties die betrokken zijn bij preventief
jeugdbeleid en jeugdgezondheidszorg. Ouders en hun kinderen kunnen hier terecht voor vragen of
hulp aangaande opgroeien en opvoeden. Op dezelfde locatie, het St Ursula terrein, is het Jongerencentrum
De Steeg gevestigd. Het Jongerencentrum is er speciaal voor jongeren tussen de 12 en 24
jaar. Zij kunnen er terecht voor informatie en advies, maar ook voor ontspanning en om elkaar te
ontmoeten. Het Jongerencentrum is een welkome aanvulling in Boxtel, waar een merendeel van de
respondenten van de leefbaarheidsmonitor 2007 – 2008 zich matig tevreden tot ontevreden uit
over de bereikbaarheid en de kwaliteit van voorzieningen voor de jeugd. Andere initiatieven gericht
op de jongeren in Boxtel zijn de (geplande) lancering van de website www.jongin.Boxtel.nl en de
benoeming van een twaalftal jongerenambassadeurs welke de gemeente (on)gevraagd van advies
voorzien.
Organisaties op het terrein van Jongeren en Onderwijs
Organisaties gericht op jongeren
Jongerencentrum de Steeg (1), Centrum Jeugd en Gezin (1), Meldpunt
Jeugdzorg (2), Consultatiebureau Vivent (2), de la Salle (behandeling/
begeleiding jongeren met verstandelijke handicap en gedragsproblemen),
Educadora praktijk voor ouder- en kindbegeleiding, praktijk Bloesem
(begeleiding kinderen bij verwerken van verlies), stichting Leergeld Boxtel
(hulp bij armoede schoolgaande kinderen), stichting OQBA (hulp bij
vroegtijdig schoolverlaten)
Onderwijsinstellingen Kinderdagverblijven (5), Kinderopvang (11), Peuterzalen (6), Basisscholen
(6), Brede Scholen (4), Voortgezet Onderwijs (2), Beroepsonderwijs,
inclusief ROC & AOC (5), Speciaal onderwijs (3), Onderwijsondersteunende
instellingen (6)
Vragen voor de toekomst:
• Wat staat op dit moment gelijke kansen ontwikkeling voor jongeren in Boxtel in de weg
en wat kan de gemeente hieraan doen?
31.

5.3
5.3.2 Sport(ief) in Boxtel
In de gemeente Boxtel is er volop gelegenheid om sporten op individueel, dan wel in groepsverband
uit te oefenen. Uit ‘de staat van de gemeente’ (2008) komt naar voren dat de gemeente
Boxtel gemiddeld scoort op het aanbod van sportvoorzieningen en het aantal verenigingen en
clubs. Het aanbod wordt gekenmerkt door traditionele sporten, met daarbinnen een breed aanbod
en diversiteit van sportvoorzieningen. Het aandeel jongeren dat in verenigingenverband sport is in
Boxtel verhoudingsgewijs hoog, aldus de Brabantse jeugdmonitor 12 tot en met 17-jarigen van
2007.
Sporten in Boxtel kenmerkt zich dan ook door een hecht verenigingenleven, veelal steunend op de
inzet van een aantal actieve (oud)leden. Vanuit de verenigingen worden veel initiatieven genomen
om sport (nog) beter op de kaart te zetten. De gemeente Boxtel stimuleert deze inzet door middel
van subsidieverstrekking, maar ook de bouw van nieuwe sportfaciliteiten zoals het Dommelbad aan
de Schijndelseweg, de nieuwe sporthal in het VMBO college en de op handen zijnde verplaatsing
van de voetbalvereniging ODC naar de Esschebaan. Kijkend naar de leefbaarheidsmonitor dan zijn
de inwoners van Boxtel over het algemeen positief over de bereikbaarheid en kwaliteit van het
zwembad, sporthallen en sportvelden in Boxtel.
Sporten is gezond maar niet vanzelfsprekend voor iedere Boxelaar. Daarom schenkt de gemeente
naast de versterking van het lokale sportaanbod, aandacht aan bewegingsstimulering voor
ouderen, mensen met een beperking en de (schoolgaande) jeugd en jongeren in diverse wijken.
Zo voert de gemeente actief beleid op de ontwikkeling van gehandicaptensport en voerde de
gemeente in samenwerking met lokale partners in het kader van de subsidieregeling Breedtesportimpuls
vier bewegingsprogramma’s uit.
Het gemeenschappelijke doel van de programma’s “Ouderen in Beweging”, “Wijk in Beweging”
en “School in Beweging” is de interesse in sport en uiteindelijk de sportdeelname van verschillende
doelgroepen (ouderen, gehandicapten, (allochtone) jongeren, schooljeugd) te stimuleren.
Een groter aanbod van sporters vraagt ook (nog) beter functionerende sportverenigingen en
daar is het programma “Vereniging in Beweging” voor ingezet.
De impuls die Breedtesport heeft gegeven aan sport en bewegen is aanleiding om via de ‘Buurt
Onderwijs Sport (BOS) impuls’ van het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport in de
toekomst te zorgen voor verbreding, verduurzaming en verankering van de resultaten. Sport draagt
niet alleen bij aan gezonde en energieke Boxtelse inwoners, maar geeft tevens een impuls aan de
sociale cohesie en de leefbaarheid van Boxtelse buurten en wijken.
Organisaties op het terrein van Sport
Sportparken Munsel, Den Wielakker, Molenwijk, Essche Heike I, Essche Heike II,
Lennisheuvel, Roode Bleek, Bolakkers
Sportaccommodaties Maneges (3), Sporthallen (3), Sportscholen en fitness (4), Zwembaden (1)
Sportverenigingen Atletiek (1), Badminton (3), Basketbal (1), Biljartsport (3), Boogschieten (3),
Bowlen en Kegelen (1), Denksport (1), Gymnastiek en turnen (4),
Handbal (2), Hengelsport (3), Hockey (3), Honk- en softbal (1), IJssport (1),
Jeu de Boule en Boccia (3), Kaartspelen (4), Motorsport (1), Omnisport (1),
Paardensport (6), Rugby (1), Schietsport (1), Skatesport (1), Tafeltennis (1),
Tennis (4), Traditionele sporten (2), Vecht- en zelfverdediging (6),
Voetbal (4), Volleybal (4), Wandelsport (2), Watersport (6), Wielersport (8),
Zaalvoetbal (2)
Vragen voor de toekomst:
• hoe kunnen de gemeente Boxtel en de sportverenigingen binnen de (ruimtelijke en financiële)
grenzen blijven voldoen aan een gevarieerd sportaanbod, aansprekend voor alle inwoners van
de gemeente?
• moet het niveau en het aanbod van sportvoorzieningen in Boxtel gelijk blijven of naar boven of
beneden worden bijgesteld?
• wat kunnen verenigingen en de gemeente doen om het dreigend tekort aan vrijwilligers te
ondervangen?
32. 33.

5.3
5.3.3 Kunst en Cultuur
In ‘de staat van de gemeente’ (2008) scoort de gemeente Boxtel beneden het gemiddelde waar
het gaat om het aanbod van culturele voorzieningen in de gemeente. Respondenten van de
leefbaarheidsmonitor 2007 – 2008 geven aan met name een bioscoop/theater in de gemeente te
missen.
De gemeente Boxtel kent enkele culturele ontmoetingsplekken. Een belangrijke daarvan is de
openbare bibliotheek in de Burgakker. De bibliotheek maakt sinds 2005 onderdeel uit van de
Bibliotheek de Meierij, het overkoepelend orgaan van de bibliotheken in de gemeente Boxtel,
Haaren, Schijndel, Sint Michielsgestel, Sint Oedenrode en Vught. Met de opschaling is de bibliotheek
beter in staat om de kwaliteit van de dienstverlening op peil te houden en verder te versterken.
Voor Boxtel wordt bekeken hoe de dienstverlening, binnen de huidige financiële kaders
uitgebreid kan worden. Hierbij kan gedacht worden aan een verbreding van de dienstverlening in
kleine kernen of dienstverlening via servicepunten in bijvoorbeeld multifunctionele accommodaties,
verzorgingstehuizen of brede scholen.
De bibliotheek is een laagdrempelige culturele instelling en speelt een rol bij de vormgeving van
kunst- en cultuureducatie in de gemeente Boxtel. Kunst- en cultuureducatie heeft tot doel kinderen
op jonge leeftijd structureel in aanraking te brengen met kunst en cultuur om zodoende een
blijvend vergroot cultuurbereik te realiseren. Spil in de vormgeving en uitvoering hiervan is
de onafhankelijke organisatie Marktplaats Cultuureducatie. In een map, “de cultuurbox”, is het aanbod
aan activiteiten weergegeven. De coördinatie van activiteiten is ondergebracht bij de Meierijse
Instelling voor Kunsteducatie (MIK). De stichting MIK komt voort uit een fusie tussen de stichting
Regionaal Centrum voor de Kunsten en de stichting Centrum voor Kunsteducatie De Meierij.
Kunst- en cultuurparticipatie vraagt om een zaalvoorziening om kunstvormen te kunnen beoefenen
(actief) en te consumeren (passief). Het Podium, een initiatief van het mbo vakcollege Sint Lucas en
de MIK, vervult deze functie binnen de gemeente Boxtel. Een andere instantie die belangrijk is in
de kunst- en cultuurparticipatie is de Kunststichting Boxtel, welke middels gemeentelijke ondersteuning
in staat wordt gesteld om deelname aan passieve en actieve kunstbeleving te bevorderen en
kunst en culturele waarden te ontwikkelen en in stand te houden. Verder beschikt Boxtel over een
cultureel platform, de stichting Kinderboerderij Boxtel en een eigen Omroep: Omroep Dommelland.
Het Uitpunt Boxtel biedt kunst-, cultuur- en uitgaansinformatie via de website www.uitinboxtel.nl
en het fysieke UITpunt in de bibliotheeklocatie in Boxtel.
Daarnaast ontplooien Boxtelse kunstenaars verenigd in de vereniging Kunstlicht ‘99 activiteiten op
het gebied van Kunst, Cultuur en Educatie en is de gemeente rijk aan tal van evenementen – jaarlijks
zo’n 500! - zoals Poptocht XXL, Bockesprongen, Bazaar Selissenwal, Boerenmèrt Liempde en de
Heilige Bloedprocessie. Enkele evenementen krijgen extra ‘cachet’ doordat zij het label “Boxtel
Beleeft” mogen dragen. Boxtel Beleeft is een marketingconcept. Het biedt organisatoren van
evenementen onder meer ondersteuning op het gebied van PR en communicatie. Voorwaarden om
het label te dragen zijn een aantoonbare samenwerking tussen meerdere organisaties, het matchen
van thema’s die interessant zijn voor jong en oud en de aansluiting bij de kernkwaliteiten van Boxtel
waaronder de drie dimensies van duurzaamheid: economisch, ecologisch en sociaal.
Tenslotte, betekent ‘cultuur’ in de gemeente Boxtel ook het behoud van cultuurerfgoed en cultuurwaarden.
De uitvoering wordt onder andere gegeven door de realisatie van de cultuurhistorische as.
De cultuurhistorische as verbindt de St. Petruskerk in het Noorden met kasteel Stapelen in het
Zuiden. Langs de as liggen tal van monumenten. Bovendien wordt door de realisatie van het
nationaal landschap Het Groene Woud de landschappelijke waarde versterkt. Hierbij is er onmiskenbaar
aandacht voor het historisch landschap.
34. 35.

5.3/5.4
Organisaties op het terrein van Kunst en Cultuur
Bibliotheken Bibliotheek de Meierij, Bibliotheek voor 50+ en mindervaliden Kloosterhof
Liempde, Loket aangepast lezen, Servicepunt Liempde
Culturele Centra Multiculturele accommodatie De Serenade, Podium Boxtel
Verenigingen voor dans en zang
Verenigingen voor dans (4), Zangverenigingen (21)
Vereniging Gilden en Schutterijen
Gilde St. Antonius, Gilde St. Barbara en St. Joris
Vereniging Heemkunde en Historie
Heemkunde (2), Historie (3)
Kunstcentra en Musea
Ateliers (2), Kunstuitleen (1), Kunstzinnige vorming (4), Musea (7)
Muziek- en toneelverenigingen
Harmoniekorpsen, drumbands en fanfares (4), Orkesten (2),
Muziekverenigingen (18), Toneel, theater en cabaretvereniging (3)
Vragen voor de toekomst:
• hoe kan de gemeente Boxtel, in het licht van verdere regionalisering van het aanbod van Kunst
en Cultuur voorzieningen, lokale accenten behouden?
• in hoeverre dienen culturele voorzieningen en het aanbod van culturele activiteiten in de
gemeente Boxtel te worden uitgebreid?
• wat voor gemeente wil Boxtel zijn: de gemeente van Hendrik Verhees en de cultuurhistorie
of de gemeente van Sint Lucas, CircoCircolo en de Design Academy?
5.3.4 Veiligheid en leefbare wijken
Een ander aspect van sociale duurzaamheid is veiligheid en leefbare wijken. Voor de kwaliteit van
leven in Boxtel is het belangrijk dat het veilig is, dat de inwoners zich ook veilig voelen en dat het
goed gaat met de leefbaarheid in de wijken in de kernen.
De integrale veiligheid is in 2005 stevig op de Boxtelse agenda gekomen door de vaststelling van het
Integrale Veiligheidsplan (IVP). Boxtel is pilot-gemeente voor IV-POWER, een methode om structureel
meer aandacht te geven aan integrale veiligheid. De doelstellingen uit het IVP zijn vertaald naar
jaarprogramma’s. In het jaarprogramma 2007/2008 zijn de prioriteiten benoemd, plus en wat er
voor de uitvoering daarvan moet gebeuren. Er zijn drie gebieden onderscheiden:
• veilige woon- en leefomgeving, waarin een gebiedsgerichte aanpak centraal staat;
• jeugd en veiligheid;
• fysieke Veiligheid (voorlopig beperkt tot externe veiligheid).
De onderwerpen die het meest in het oog springen zijn de jeugdproblematiek, fietsendiefstal en
autodiefstal; deze onderwerpen hebben dan ook de hoogste prioriteit in de veiligheidsaanpak.
In de onlangs verschenen Binnenlands Bestuur publicatie over veilige en onveilige gemeenten kwam
Boxtel er relatief slecht uit. Boxtel was nummer 60 op de lijst meest onveilige gemeenten en daarmee
onveiliger dan Oirschot (112), Oisterwijk (108) Best (121) en Schijndel (149). Bij dit soort lijstjes
kunnen overigens altijd kanttekeningen geplaatst worden voor wat betreft de gehanteerde methodiek.
Maar dat er op dit: vanwege de centrumfunctie die Boxtel heeft is een score die negatiever is
dan die van de hierboven genoemde gemeenten niet onlogisch en dus ook niet onverwacht.
De gemeente Boxtel zet sterk in op een integrale wijkaanpak om zo bij te dragen aan leefbare wijken
en kernen. Op verschillende manieren wordt hieraan vorm gegeven en worden initiatieven die
hieraan bijdragen gestimuleerd. Zo heeft de gemeente voor elk van de zes wijken (Boxtel-Oost,
Centrum, Breukelen, Munsel / Selissen, Selissenwal en In Goede Aarde) een wijkteam ingericht
36. 37.

5.3/5.4
waarin: gemeentevertegenwoordigers (inclusief de wethouder), bewoners (in 5 van de 6 teams)
en maatschappelijke partners als politie, opbouwwerk en woonstichting (in 4 van de 6 teams)
participeren. In vijf van de zes wijken functioneert een bewonersorganisatie. De gemeente stelt zich
ten doel dat er voor elk van de wijken een wijkontwikkelingsplan komt. De aanpak is integraal en
richt zich zowel op de kwaliteit van het openbaar gebied (groen, speelvoorzieningen, onderhoud)
als ook op de sociale samenhang. De extra impuls die aan het openbaar gebied in Boxtel is
gegeven heeft al een positieve uitwerking. Daarnaast loopt het ‘elkaar ontmoeten’ als een rode
draad door alle beleid van de gemeente heen. Onder meer de brede basisscholen en de buurt- en
gemeenschapshuizen, zoals de Rots in Boxtel Oost, de Orion in Lennisheuvel en de Walnoot op
Selissenwal, vervullen hierin een functie.
De algemene conclusies uit de leefbaarheidsmonitor 2007 – 2008 zijn:
• er is sprake van een toename van de tevredenheid over het leven en wonen in Boxtel in
het algemeen;
• er is sprake van een toename van de tevredenheid over de eigen woning, de buurt en de
voorzieningen;
• de meest - en vaker dan in 2002 - genoemde problemen zijn de verkeersveiligheid en parkeerproblemen.
Criminaliteit heeft ook nog steeds een hoge score maar is iets minder vaak
genoemd dan in 2002;
• 70% van de respondenten ziet, net als in 2002, de toekomst vol vertrouwen tegemoet;
• respondenten zijn even tevreden over hun sociale contacten als in 2002 en 1995;
• gevoelens van eenzaamheid zijn gestegen met ruim 10% (van 23,3 naar 26,2%);
• respondenten uit Noord zijn het minst tevreden over woning, buurt, voorzieningen en sociale
contacten en de score is slechter dan in 2002;
• schoonhouden van Boxtel of eigen wijk en de kwaliteit van het openbaar vervoer zijn twee
nieuwe problemen die respondenten opvallend vaak noemen.
Het leefbaarheidsonderzoek heeft op wijkniveau plaatsgevonden en laat uiteraard ook de verschillen
per wijk zien. Het biedt daarmee een goede basis om wijkgericht aan verbetering te werken. Een wijk
die extra aandacht krijgt in Boxtel is de wijk Selissenwal. In deze wijk wonen verhoudingsgewijs veel
mensen met lage inkomens. De gemeente Boxtel startte in 1996, in samenwerking met de woonstichting
Sint Joseph en de inwoners van de wijk, een revitaliseringstraject om de leefbaarheid in de
wijk te vergroten. Concreet wordt ingezet op differentiatie in woningbouw, het verbeteren van de
kwaliteit van de leefomgeving en het versterken van de sociale structuur.
Vragen voor de toekomst:
• wat zijn op langere termijn de veiligheids- en leefbaarheidsthema waar Boxtel op in moet zetten?
38. 39.

6.0
Ecologische
duurzaamheid
6.1 Natuur, landschap, milieu en duurzaamheid
Als er ièts is wat het Boxtelse profiel naar buiten toe kenmerkt dan is het wel de belangrijke plaats
die het begrip “duurzaamheid” in het Boxtelse beleid inneemt. Al in 2000 stelde de gemeente een
nota duurzame ontwikkeling vast en in 2008 zag de opvolger ervan het levenslicht. Het accent dat
op duurzaamheid werd en wordt gelegd is dan ook niet onopgemerkt gebleven. “Prins Willem
Alexander (2x) en koningin Beatrix (1x) bezochten Boxtel vanwege duurzaamheid”, zo lezen wij in
de onlangs vastgestelde nieuwe duurzaamheidsnota. Maar ook kreeg de wethouder vanwege dit
beleid en de invulling die hij er aan gegeven heeft, de Brabantse duurzaamheidsprijs en won de
gemeente de 2e prijs in de landelijke competitie van de groenste gemeente, waarbij de jury de
brede benadering van duurzaamheid door de gemeente prees.
De nota duurzaamheid geeft een lange lijst wapenfeiten van wat er op duurzaamheidsgebied
inmiddels is bereikt. Een kleine selectie hieruit:
• Boxtel loopt voorop in de uitvoering van het waterbeleid in Noord-Brabant;
• samenwerkingsovereenkomsten met maatschappelijke partners (waterschap, woningbouwverenigingen,
parkmanagement) waarin duurzaamheidselementen zijn opgenomen;
• Smalwater-Zuid als het voorbeeld voor de reconstructie van het buitengebied;
• de wijk “In Goede Aarde” als het voorbeeld voor duurzaam bouwen in Nederland;
• de gemeente Boxtel rijdt CO2-neutraal en koopt als eerste gemeente daadwerkelijk biologisch
plantmateriaal in;
• het nieuwe bestemmingsplan buitengebied dat natuurwaarden versterkt en ontwikkeling
van een meer duurzame landbouw mogelijk maakt.
Het duurzaamheidsbeleid is gebaseerd op de Telos-driehoek die uitgaat van de balans tussen het
sociale, economische en ecologische kapitaal. Men spreekt ook wel over de balans tussen de drie P’s
(People, Planet, Prosperity/Profit). De gemeente wil het al eerder op hoog niveau ingezette beleid
voortzetten om op die manier een bijdrage te leveren aan een wereld waarin de mens in voldoende
mate in zijn levensonderhoud kan voorzien, met respect voor anderen en de natuurlijke leefomgeving.
Het gaat om balans tussen mensen onderling, tussen mens en natuur, mens en bedrijf en
bedrijf en natuur. Hierbij bestaat er geen grens in de zin van het “hier” en het “nu”. Het handelen
richt zich ook op het “daar” en het “later”.
Dat natuur, landschap en milieu in dit duurzaamheidsbeleid de plaats krijgen die ze verdienen,
spreekt vanzelf. In het grote en mooie buitengebied van Boxtel worden natuurwaarden en cultuurhistorische
waarden geoptimaliseerd. Er wordt onder andere door waterbeheer, beekontwikkeling,
ontsnippering en ecologische verbindingszones gewerkt aan de verdere ontwikkeling van het Groene
Woud. Maar ook binnen Boxtel klinkt de duurzaamheid op veel terreinen door, zoals bij het bouwen,
de afvalverwerking, het verkeer- en vervoersbeleid, de revitalisering van het bestaande bedrijventerreinterrein
en de ontwikkeling van het nieuwe bedrijventerrein.
Vragen voor de toekomst:
• blijft duurzaamheid een belangrijk profielkenmerk voor Boxtel?
• hoe vang je op dat een economisch slechter tij het duurzaamheidsbeleid remt?
40. 41.

6.1
6.2 Ruimtelijke ontwikkeling, verkeer en woningbouw
Ruimtelijke ontwikkeling
Het ruimtelijk beleid is vastgelegd in de structuurvisieplus en in het provinciale uitwerkingsplan van
het streekplan, dat van recentere datum is (2004), maar goed aansluit op de structuurvisieplus.
De in het uitwerkingsplan geschetste opgaven zijn herkenbaar in de huidige ontwikkelingen:
• bouwen binnen het migratiesaldo nul;
• benutten van restcapaciteiten binnen het stedelijk gebied;
• pas tegen 2010 voorbereiden van mogelijke uitbreidingen (Oksel en/of Selissenwal);
• versterken en structuurverbetering van het centrum;
• herstructurering van de woonwijk Selissenwal en van het industrieterrein Ladonk;
• in samenhang met de herstructurering van Ladonk ontwikkelen van Vorst;
• in Liempde is er ruimte voor inbreiding en een kleine uitbreiding aan de zuidkant;
• geen mogelijkheden voor uitbreiding van Lennisheuvel;
• in het kader van Het Groene Woud komen tot één groot afwisselend natuurlandschap.
Verkeer en vervoer
Verkeer, en dan met name de wegenstructuur, is in Boxtel een thema dat al geruime tijd op de
agenda staat. De leefbaarheid in Boxtel staat onder druk als gevolg van de verkeersdruk. Verkeer
van de A2 naar Schijndel en omgekeerd rijdt door Boxtel. Mede als gevolg daarvan is de noordzuid
as te druk; deze vormt een barrière in Boxtel. Het industrieterrein Ladonk is alleen maar
bereikbaar via de zuidelijke ontsluiting. Dit is een risico maar heeft ook als gevolg dat de oost west
verbinding in het centrum als “alternatieve” route gebruikt wordt, waardoor te veel vrachtverkeer
over deze weg rijdt. Daarnaast neemt de oversteekbaarheid van het spoor ook af omdat de
intensiteit van het treinverkeer toeneemt.
Het aanleggen van een noordelijke rondweg is vaak als oplossing genoemd maar eigenlijk ontbreekt
het aan realistische varianten daartoe. Op dit moment ligt een nieuw Gemeentelijk Verkeersen
Vervoersplan ter besluitvorming voor; de daarin opgenomen oplossing voor de wegenstructuur
voorziet in:
• verbetering van de zuidelijke toegang tot de kern van Boxtel en het industrieterrein;
• een nieuwe beperkte ontsluiting van Ladonk aan de westzijde;
• aansluiting van de N 618 op de A2 (rechtstreeks of via een parallelstructuur ten westen
van de A2.
Maar verkeer is meer dan wegenstructuur. De Boxtelse verkeerssituatie anno 2008 kan als volgt
geduid worden: Gebruik en bereikbaarheid per vervoerswijze: Vergeleken met andere Brabantse
gemeenten is het autobezit in Boxtel relatief laag en wordt er veel gefietst ondanks een verouderd
fietsnetwerk. Er wordt meer dan gemiddeld gebruik gemaakt van het openbaar vervoer en dan met
name van de trein. Het busgebruik blijft achter bij het gemiddelde. Deze cijfers zijn goed verklaarbaar
gegeven de ligging van Boxtel aan twee belangrijke spoorverbindingen en het beperkte (hiermee
samenhangende?) aanbod van busvervoer. De bereikbaarheid van het station per auto wordt
overigens wel als een knelpunt ervaren.
Parkeren: Vorig jaar is het parkeerplan voor het centrum vastgesteld waarin het voornemen tot het
realiseren van een parkeergarage voor 400-450 auto’s is opgenomen. Daarbij is echter nog geen flankerend
beleid ten behoeve van optimaal gebruik van die parkeergarage opgenomen.
Verkeersveiligheid: Het aantal verkeersongevallen is vergelijkbaar met andere Brabantse gemeenten.
De verkeersveiligheid voor fietsers is per inwoner slechter maar per gereden fietskilometer beter dan
gemiddeld. Het aantal slachtoffers neemt af vanwege investeringen in een duurzaam veilige inrichting,
het verbeteren van fietsvoorzieningen en het veiliger worden van het wagenpark.
Woningbouw
Voor wat betreft de woningbouw zijn de jaren vanaf 2001 nader beschouwd. Er zijn in die periode
972 woningen gebouwd (dus 140 per jaar) en 172 woningen aan de voorraad onttrokken. Een
toename dus van 800 ofwel 115 woningen per jaar. Dit komt overeen met de visie uit Boxtel Boeit.
De bevolking steeg in die periode met 1000 inwoners, waarvan 621 als gevolg van geboorteoverschot
en 378 als gevolg van vestigingsoverschot. Met name over de drie jaren 2005, 2006 en 2007
was er een totaal vestigingsoverschot van 500. Bij het migratiesaldo nul uit het uitwerkingsplan van
het streekplan past dus enige relativering. Het aantal inwoners per woning daalde in deze periode
van 2,56 naar 2,47. Als deze daling zich doorzet, en dat is zeker te verwachten, moet bij een
42. 43.

6.1 7.0
gelijkblijvend inwonertal de woningvoorraad met 550 woningen worden uitgebreid. Bij een
natuurlijke bevolkingsgroei van 2% in 10 jaar, hetgeen geen onredelijke prognose is, moeten er
netto nog 250 woningen bijkomen. Als ook nog 15% van de nieuwbouw vervangingsbehoefte is
dan komt de taakstelling voor de periode tot 2020 op ongeveer 1000 woningen bij migratiesaldo
nul en nog bijna 200 meer als ook nog gestreefd wordt naar een vestigingsoverschot dat gelijk is
aan de periode vanaf 2001. Er is geen informatie bekend over de hoeveelheid starters- en seniorenwoningen
die in die periode gebouwd zijn.
Vragen voor de toekomst:
• welke groeistrategie kiest Boxtel voor de komende 10 jaar: alleen bouwen voor de eigen
bevolking (dus voor natuurlijke groei plus gezinsverdunning)? of,net als de afgelopen 10 jaar,
ook een zekere ruimte bieden voor groei van buiten (bijvoorbeeld ivm werkgelgenheidsontwikkeling?
• Als er geen binnenstedelijke locaties meer zijn, komt dan eerst de locatie “het oksel” of eerst de
locatie Selissenwal” aan bod? Of is er aanleiding om nog naar nieuwe locaties te zoeken.
Liempde en
Lennisheuvel
De kernen Liempde en Lennisheuvel nemen in Boxtel een bijzondere positie in. Het zijn kleine
gemeenschappen, die ook weer onderdeel zijn van een grotere gemeenschap. Om die reden
nemen we ze hier apart onder de loep.
Liempde is sinds de herindeling van 1996 onderdeel van de gemeente Boxtel. Naast de kern Liempde
zijn er enkele gehuchten die ook tot deze voormalige gemeente behoorden, te weten Vrilkhoven,
Kasteren, Den Berg en Hezelaar. Liempde is een kern van 4.851 inwoners, waarvan 4.120 in de kern
wonen. Er woont een relatief kleinere groep 65+ (11%) en een grotere groep 0 tot 15 jarigen (22%).
Het aandeel ouderen zal in de toekomst fors toenemen gezien het huidig aantal 45 - 65 jarigen
(29%).
De zelfwerkzaamheid van de kern Liempde is relatief groot, doordat er veel vrijwilligers voor de
gemeenschap actief zijn en de Stichting Behoud Gemeenschap Liempde geïnde parkeergelden van
landgoed Velder zelf, ten gunste van de gemeenschap, beheert en exploiteert. Binnen de gemeente
Liempde is een dorpsraad en een wijkraad actief, welke (afzonderlijk van elkaar) met de gemeente
meepraten over thema’s zoals wonen, werken, verkeer en verenigingen.
Verder is de kern rijk aan voorzieningen. Naast voorzieningen voor dagelijkse boodschappen beschikt
Liempde over een woonzorgcentrum met inbegrip van een verpleegunit, een dienstencentrum wat
fungeert als ontmoetingsruimte voor ouderen en onderdak biedt aan verenigingen, dagopvang voor
niet geïndiceerde ouderen, een bibliotheek voor 50-plussers en een uitleencentrum voor medische
hulpmiddelen. Voor gehandicapten zijn er twee begeleid wonen complexen. Andere voorzieningen
voor de inwoners van Liempde zijn het multicultureel centrum De Serenade, Jeugdhuis annex
Sporthal Pius X, het voormalig Raadhuis, Cockpit de Kloosterhof (een glazen uitbouw aan de
Kloosterhof) en de onlangs gerealiseerde Brede School.
44. 45.

7.0 8.0
Tenslotte, heeft Liempde een rijke historie, zichtbaar in een aantal rijks- en gemeentelijke monumenten,
oude langgevelboerderijen, beschermde dorpsgezichten (omgeving Raadshuisplein en
Kerk/Kapelstraat) en een oude duiventoren (in Kasteren). Jaarlijks laten de Liempdenaren de
geschiedenis herleven op de Liempdse Boerenmèrt. Het buitengebied van Liempde is van grote
toeristische waarde, evenals het landgoed Velder waar met regelmaat evenementen plaatsvinden,
zoals het Flevofestival, de nationale Jamboree en onlangs het Circo Circolo.
Lennisheuvel telt 1.133 inwoners. Evenals in de kern Liempde is het aantal 65+ kleiner dan gemiddeld
in de gemeente (11%) en het aantal 0 tot 15 jarigen groter (24%). Het aantal 45 tot 65
jarigen is 27%. Lennisheuvel is een autonoom kerkdorp: veel mensen wonen er al heel hun leven.
Het aantal voorzieningen in Lennisheuvel is beperkt. De basisschool St. Theresia is omgevormd tot
‘smalle’ brede school, er staat een kerk, een kiosk, het gemeenschapshuis Orion en Lennisheuvel
beschikt over een sportcomplex en een aantal speelvoorzieningen. Daarnaast kunnen inwoners
voor een kleine boodschap terecht bij een supermarkt en groenteboer.
Ook de bewoners van Lennisheuvel zijn erg betrokken bij hun woonkern. De bewoners houden
hun woonomgeving netjes en vrijwilligers zetten zich in om activiteiten te organiseren in gemeenschapshuis
de Orion. Zorgpunt is het behoud en het werven van (nieuwe) vrijwilligers. Een ander
zorgpunt van de bewoners van de dorpskern is het oprukkende industrieterrein Ladonk en Vorst en
de groeiende verkeersstroom die dat met zich meebrengt.
Vragen voor de toekomst
• Wat is voor Liempde en Lennisheuvel de optimale verhouding tussen behoud en versterking
van de eigen identiteit enerzijds en deel uitmaken van de gemeente Boxtel anderzijds?
• Hoe kan het voorzieningenniveau in de kernen in stand worden gehouden?
Bestuurlijke
Positie
De gemeentelijke overheid treedt op als democratisch orgaan, als dienstverlener voor haar burgers
en als partner voor maatschappelijke organisaties en binnen de regio.
Inwoners verwachten van de gemeente als democratisch orgaan dat het goed naar hen luistert en in
het algemeen waarmaakt wat zij belooft en plant. In de gemeentemonitor “De staat van de gemeente”
(2008) scoorde de gemeente Boxtel gemiddeld op deze punten. Uit het rekenkameronderzoek
“Lokale democratie in Boxtel nader beschouwd” (2008) komt naar voren dat de lokale politiek als
toegankelijk en lokale politici als goed benaderbaar worden ervaren. Desondanks wordt de invloed
van burgers door bewoners van de gemeente laag ingeschat, aldus het Rekenkameronderzoek.
Ter verbetering van de interactie met de bevolking en het betrekken van de raadsleden bij het
opzetten van nieuw beleid en nieuwe activiteiten zijn in het bestuursprogramma 2006 – 2010 de
termen ‘beginspraak’ (voorafgaand aan een plan wordt informatie uit de gemeente, wijk of buurt
gehaald) en ‘taakgroepen’ (een groep van raads-, commissie-, collegeleden en externe deskundigen
bediscussiëren op een beleidsthema oplossingsrichtingen met elkaar) geïntroduceerd. Andere
instrumenten die de gemeente Boxtel inzet zijn de opiniepolls op www.boxtel.nl en de Boxtelse
participatieladder. Aan de hand van de participatieladder kan het gemeentebestuur bepalen op welk
niveau, variërend van meeweten (informeren) tot meebeslissen, bewoners kunnen participeren.
Het meest zichtbaar voor de inwoners van Boxtel is de gemeente in haar rol als dienstverlener. Uit
‘De staat van de gemeente’ (2008) blijkt dat de inwoners van Boxtel kritisch oordelen over de prijs
van de dienstverlening, de mate waarin de gemeente haar begroting waarmaakt en het voorzieningenniveau
binnen de gemeente. De gemeente scoort hier net lager dan gemiddeld. Positief zijn
inwoners over de klantvriendelijkheid, de dienstverlening in geval van klachten en meldingen, de
46. 47.

8.0
vakkundigheid en snelheid van dienstverlening en de openingstijden van het loket. De gemeente
Boxtel scoort hier vergelijkbaar met de andere deelnemende gemeenten. De gemeente treedt
steeds meer naar voren als de wegwijzer die, zo overzichtelijk en snel mogelijk, helpt een weg te
vinden in het woud van wetten en regels. Het loket Wegwijs, het horecaloket en het bedrijvenloket
zijn hier een concrete uitwerking van. De gemeente werkt aan de verdere doorontwikkeling van de
dienstverlening en heeft in de notitie STIP een doorkijk gegeven tot 2015.
De dienstverlening moet zich ontwikkelen naar beter, sneller en goedkoper. Speerpunten hierbij
zijn: dienstverlening als één logisch geheel, aansluiting bij de klantvraag, gebruik maken van alle
mogelijke kanalen voor contact met de klant en het leveren van eenduidige en makkelijk toegankelijke
informatie.
De derde rol van de gemeente is de rol van partner. Zo is het gemeentebestuur actief op zoek naar
samenwerking met maatschappelijke partijen en burgers op de terreinen van welzijn, zorg, natuur,
milieu, economie en ruimtelijke ontwikkeling. Parkmanagement, citymanagement, de wijkorganen
en de lokale agenda 21 zijn concrete uitwerkingen hiervan. Daarnaast is de gemeente partner van
andere gemeenten. Een voorbeeld is de samenwerking tussen de afdelingen Sociale Zaken van
Haaren en Boxtel en de verkenning naar samenwerkingsmogelijkheden binnen de regio Brabant
Noord-Oost op het terrein van inkoop. Ten derde opereert de gemeente Boxtel als aanjager en
centraal punt in regionale ontwikkelingen. De gemeente is actief participant in de Duurzame
Driehoek, een samenwerkingsverband tussen gemeenten, waterschappen en provincie met het
doel de duurzaamheid in de Meierij te vergroten. Boxtel participeert in de reconstructiecommissie
Meierij, ter uitvoering van de reconstructiewet, en een ander schoolvoorbeeld van effectieve
interbestuurlijke samenwerking met brede betrokkenheid van burgers, bedrijven en instellingen is
het Groene Woud.
Tenslotte ligt Boxtel precies tussen ’s Hertogenbosch, Eindhoven en Tilburg in, met van oudsher
een sterke gerichtheid (in elk geval bestuurlijk vanwege het stadsgewest) op ‘s Hertogenbosch.
Hiervoor is al aangegeven wat een dergelijke ligging aan voor- èn nadelen heeft en dat de gerichtheid
op Eindhoven aan het toenemen is. Deze bijzondere positie van Boxtel vraagt ook om een
heldere strategie voor wat betreft de relatie met deze steden.
Vragen voor de toekomst
• welke rol krijgen de inwoners van Boxtel en maatschappelijke partijen toegedicht binnen het
democratisch stelsel in de gemeente Boxtel?
• hoe ontwikkelt de gemeente haar rol als dienstverlener? Betekent verdere digitalisering steeds
meer een rol op afstand?
• wil de gemeente Boxtel vooral een “regie-gemeente” of een “doe-gemeente” zijn?
• welke koers volgt Boxtel ten aanzien van de intergemeentelijke samenwerking en de strategische
oriëntatie: houdt Boxtel het vizier vooral op ’s Hertogenbosch gericht of kijkt het ook naar
Eindhoven en Tilburg en wat betekent dit?
• Welke rol streeft Boxtel na in de samenwerking met de omliggende gemeenten: een stimulator in
brede zin vanuit geloof in de meerwaarde van regionale samenwerking of een calculerende
partner die alleen kiest voor samenwerking waar de meerwaarde “uit te rekenen” is?
• hoe profileert Boxtel zich: als bruisend centrum in Het Groene Woud of als het groene hart van
Brabantstad?
48. 49.

9.0
Van foto
naar visie.
De foto die u net gelezen heeft, is zowel het startpunt alsook het basisdocument voor een gesprek
met de samenleving van Boxtel over een door ons allen gewenste toekomst. De toekomst ontstaat
vanzelf maar over een gewenste toekomst moet je het met elkaar hebben en je moet er vervolgens
ook veel voor doen en laten. Een goed gesprek met de samenleving is voor de gemeente Boxtel
dan ook een absolute voorwaarde voor het opstellen van een strategische visie voor de periode
2010-2020. Dit gesprek zal in de komende maanden als volgt worden vormgegeven:
In januari vinden er 18 ronde tafelgesprekken plaats met vertegenwoordigers van het maatschappelijk
middenveld, met raads- en collegeleden, met ambtenaren en met externe deskundigen. De
“oogst” van deze gesprekken wordt in februari verwerkt. Afhankelijk van de resultaten van deze
gesprekken, zullen er enkele scenario’s ontstaan, danwel een eerste contour van een strategische
visie met daarin nog een aantal belangrijke discussiepunten of keuzemomenten.
In maart en april komt er een tweede ronde met daarin de volgende activiteiten:
• Terugkoppeling naar de deelnemers aan de ronde tafelgesprekken en bespreking van de
resultaten met een deelverzameling van deze personen.
• Organisatie van een internetpanel waarin aan plm 400 inwoners van Boxtel een aantal stellingen
en vragen zullen worden voorgelegd.
• Het houden van 15-20 huiskamergesprekken waarin geïnteresseerde inwoners van Boxtel op
een avond hun huiskamer vullen met familie, buren en vrienden en dan met twee raadsleden als
gespreksleider de gewenste toekomst van Boxtel bespreken.
In mei wordt het gesprek met de samenleving afgesloten met een feestelijk avond met entertainment
en ruimte voor debat. Alle tot dan toe betrokkenen worden hiervoor uitgenodigd.
Daarna wordt de strategische visie opgesteld en wordt deze via de regiegroep waarin alle fractievoorzitters
zitting hebben, aan de raad voorgelegd. In een extra raadsvergadering in de maand juli
zal de strategische visie van de gemeente Boxtel voor de periode 2010-2020 worden vastgesteld.
50. 51.

Gemeente Boxtel
Kastanjelaan 1 - 5283 WE Boxtel
Postbus 10.000 - 5280 DA Boxtel
T (0411) 676 878 - www.boxtel.nl