de atheh-oorloö - Acehbooks.org
de atheh-oorloö - Acehbooks.org
de atheh-oorloö - Acehbooks.org
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
KXT.L.V.-LEiübN<br />
Het kalme bivakleven werd nu en dan<br />
on<strong>de</strong>rbroken door een evenement.<br />
Zoals op 16 juli, toen <strong>de</strong> bevelhebber<br />
van <strong>de</strong> expeditie, generaal-majoor<br />
J.A. Vetter, door <strong>de</strong> raja van Lombok<br />
werd ontvangen, "t Was een volslagen<br />
theater', schreef officier P.A. Alting von<br />
Geusau. In optocht wer<strong>de</strong>n Vetter en<br />
zijn staf naar het paleis in Mataram<br />
gevoerd: <strong>de</strong> lijfwacht van <strong>de</strong> vorst ging<br />
voorop, voorzien van 'een pet met<br />
zilverband, zoals een ouwe portierspet'<br />
en met 'een Winchesterrepeteerkarabijn<br />
over <strong>de</strong>n schou<strong>de</strong>r'; dan volg<strong>de</strong>n vijftig<br />
lansdragers, gekleed in blauwe sarongs,<br />
en het gamelan-orkest van <strong>de</strong> vorst, dat<br />
op zijn beurt werd gevolgd door <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlandse militaire muziek, 'lustig<br />
spelen<strong>de</strong> van taraboemdiaie.' Achter<br />
<strong>de</strong>ze kakofonie schre<strong>de</strong>n Vetter en zijn<br />
staf, begeleid door een '<strong>de</strong>ftige rijks-<br />
groote', met 'een woest kostbaren kris.'<br />
Hoogtepunt van <strong>de</strong> ontvangst was <strong>de</strong><br />
DE ATHEH-OORLOÖ<br />
Het leek in het begin nog zo makkelijk. De koloniale troepen die in juli 1894 op<br />
Lombok waren geland, werd geen strobreed in <strong>de</strong> weg gelegd. De landing bij<br />
Ampenan was goed verlopen en <strong>de</strong> opmars over <strong>de</strong> bre<strong>de</strong> weg naar Mataram en<br />
Tjakranegara, een kilometer of vijf landinwaarts, had geen problemen opgeleverd.<br />
Het doel van <strong>de</strong> expeditie was <strong>de</strong> macht die <strong>de</strong> Balinese vorst Gusti Djilantik over<br />
<strong>de</strong> Sasakse bevolking van Lombok uitoefen<strong>de</strong> te breken en het eiland on<strong>de</strong>r<br />
Ne<strong>de</strong>rlands gezag te brengen. Gevochten werd er niet; het leek alsof het doel ook<br />
met praten en on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>len bereikt kon wor<strong>de</strong>n.<br />
maaltijd die <strong>de</strong> officieren kregen voor<br />
gezet, bestaan<strong>de</strong> uit vijftig gerechten,<br />
gepresenteerd op gou<strong>de</strong>n en zilveren<br />
schotels. De raja had zijn best gedaan,<br />
vond Alting von Geusau.<br />
Zo ging alles rustig zijn gang. Tot zater<br />
dag 25 augustus althans.<br />
Het 'verraad van Lombok'<br />
Op <strong>de</strong> avond van die dag speel<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
officieren in het bivak te Tjakranegara<br />
als gewoonlijk een partijtje kaart.<br />
Generaal Vetter verliet het gezelschap<br />
om een uur of elf en ging naar bed. Een<br />
kwartier verstreek, toen barstte <strong>de</strong> hel<br />
los: <strong>de</strong> Balinese troepen van Gusti<br />
Djilantik leg<strong>de</strong>n een moor<strong>de</strong>nd vuur<br />
over het kampement. Het was het begin<br />
van een massale aanval. Tot tweemaal<br />
toe on<strong>de</strong>rnamen ze zelfs een stormaan<br />
val op het bivak, on<strong>de</strong>r een bloed<br />
stollend en oorverdovend krijgs<br />
geschreeuw, terwijl in <strong>de</strong> kampongs <strong>de</strong><br />
angstaanjagen<strong>de</strong> slag van <strong>de</strong> oorlogs<br />
trom weerklonk. In het hel verlichte<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse bivak vielen onmid<strong>de</strong>llijk<br />
tientallen do<strong>de</strong>n en gewon<strong>de</strong>n. De<br />
troepen, die <strong>de</strong> vijand in het duister niet<br />
kon<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n, vuur<strong>de</strong>n in het<br />
wil<strong>de</strong> weg op alles wat bewoog,<br />
rientallen dwangarbei<strong>de</strong>rs, die buiten<br />
liet eigenlijke bivak waren gelegerd en<br />
in paniek het kamp binnen trachtten te<br />
komen, wer<strong>de</strong>n voor vijan<strong>de</strong>n aange<br />
zien en on<strong>de</strong>r vuur genomen. Na een<br />
nelse nacht besloot Vetter terug te<br />
trekken in een nabijgelegen versterkte<br />
tempel. De toestand werd onhoudbaar<br />
ioor gebrek aan munitie en levensmid<br />
<strong>de</strong>len, terwijl er geen ruimte meer was<br />
M het stijgend aantal zwaargewon<strong>de</strong>n<br />
te verplegen. Nog altijd hield het snel<br />
vuur van <strong>de</strong> Balinezen onvermin<strong>de</strong>rd<br />
aan. Op zondagmiddag sneuvel<strong>de</strong><br />
generaal-majoor P.P.H. van Ham. De<br />
Dp <strong>de</strong> omslag: Vooral in<br />
iet begin van het conflict<br />
n Atjeh werd aan <strong>de</strong> artilerie<br />
nog een grote waar<strong>de</strong><br />
vegekend. De troepen<br />
md<strong>de</strong>n echter meer last<br />
lan gemak van het zware<br />
geschut. Later werd steeds<br />
neer <strong>de</strong> nadruk gelegd op<br />
nobiliteit en snelheid,<br />
:odat <strong>de</strong> artillerie een<br />
nin<strong>de</strong>r belangrijke rol<br />
'Jng spelen. Op <strong>de</strong> foto het<br />
irtilleriepark van één van<br />
le bivaks, keurig in rij<br />
opgesteld. (Bronbeek)<br />
nzel omslag:<br />
On<strong>de</strong>rscheiding voor<br />
lappere krijgsverrichtingen<br />
met eervolle vermelling<br />
(kroontje) geduren<strong>de</strong><br />
le eerste prio<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
Mjeh-oorlog. (Bronbeek)<br />
Dp <strong>de</strong> linker pagina:<br />
Dfficieren van het <strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
ntaljon infanterie poseren<br />
rots voor <strong>de</strong> muren van <strong>de</strong><br />
iraton na <strong>de</strong> moeizame<br />
nname in 1874. De legereiding<br />
meen<strong>de</strong> dat met <strong>de</strong><br />
verovering van hel paleis<br />
le oorlog was beslist, maar<br />
le praktische betekenis<br />
•rvan was gering.<br />
Jnksboven: Generaal<br />
.H.R. Kohier sneuvel<strong>de</strong><br />
n het harnas. Hij werd<br />
ij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> eerste expeditie<br />
hor een Atjehse scherpschutter<br />
doodgeschoten.<br />
Jnks: De Atjehers waren<br />
vrucht om hun plotselinge<br />
iewangaanvallen op<br />
vlonnes en patrouilles<br />
mn het leger. De beste<br />
ver<strong>de</strong>diging daartegen was<br />
\et innemen van <strong>de</strong> 'egeltelling',<br />
zoals op <strong>de</strong> foto<br />
'e<strong>de</strong>monstreerd wordt. De<br />
•ajonet op het geweer en<br />
ront naar alle zij<strong>de</strong>n. De<br />
welvoerend luitenant<br />
taat veilig in het mid<strong>de</strong>n.
Hierboven: Kaart van<br />
Lombok met <strong>de</strong> plaatsen<br />
waar 'het verraad van<br />
Lombok' op 25 augustus<br />
1894 plaats vond. (GM)<br />
Rechtsboven: Zon<strong>de</strong>r<br />
enige tegenstand kon<strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong> troepen in <strong>de</strong> vroege<br />
ochtend van 6 juli 1894<br />
op het verlaten strand van<br />
Lombok lan<strong>de</strong>n. Met niet<br />
min<strong>de</strong>r dan 20 schepen<br />
van <strong>de</strong> Koninklijke<br />
Paketvaart Maatschappij<br />
(KPM) en <strong>de</strong> marine<br />
waren <strong>de</strong> manschappen en<br />
voorra<strong>de</strong>n uit Surabaya<br />
naar Lombok vervoerd.<br />
Met behulp van sloepen<br />
werd alles - verpakt in<br />
tonnen en kratten-aan<br />
wal gebracht. De dwangarbei<strong>de</strong>rs<br />
(op <strong>de</strong> vo<strong>org</strong>rond,<br />
met hoe<strong>de</strong>n op) droegen <strong>de</strong><br />
bagage vervolgens landinwaarts.<br />
Rechtson<strong>de</strong>r: De felle strijd<br />
om Tjakranegara is op <strong>de</strong>ze<br />
beroem<strong>de</strong> schoolplaat met<br />
veel gevoel voor dramatiek<br />
in beeld gebracht. Op 19<br />
november 1894 viel het in<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse han<strong>de</strong>n.<br />
(Bronbeek)<br />
832<br />
dood van <strong>de</strong> op één na hoogste officier<br />
maakte een verpletteren<strong>de</strong> indruk op<br />
<strong>de</strong> mannen. Om aan totale vernietiging<br />
te ontkomen, zat er niets an<strong>de</strong>rs op dan<br />
terug te trekken naar het strand, hoe<br />
gevaarlijk dat ook zou zijn. Op maandagochtend<br />
werd on<strong>de</strong>r bevel van<br />
majoor M.B. Rost van Tonningen <strong>de</strong><br />
terugtocht aanvaard. Slechts met hulp<br />
van Sasakse gidsen bereikten <strong>de</strong> restanten<br />
van het leger het veilige Ampenan.<br />
De tocht naar Lombok was uitgelopen<br />
op <strong>de</strong> totale ontluistering van het leger.<br />
Er ging een schok door Indië en<br />
Ne<strong>de</strong>rland. De journalist P. Brooshooft<br />
was <strong>de</strong> eerste die het woord 'verraad' in<br />
<strong>de</strong> mond nam. Het leek <strong>de</strong> enig mogelijke<br />
verklaring voor <strong>de</strong>ze ramp. In<br />
vrijwel elke Ne<strong>de</strong>rlandse plaats wer<strong>de</strong>n<br />
'Lombok-comités' opgericht; geld werd<br />
ingezameld; vrijwilligers gaven zich op<br />
voor <strong>de</strong> koloniale dienst. De bevolking<br />
ontwaakte uit haar koloniale lethargie.<br />
Nu moesten er maar eens korte metten<br />
gemaakt wor<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> 'trouweloze<br />
vijand'. 'Lombok' beteken<strong>de</strong> een<br />
ommekeer in <strong>de</strong> politiek en in <strong>de</strong><br />
publieke opinie. Nog voor het eind van<br />
het jaar werd het eiland tij<strong>de</strong>ns een<br />
twee<strong>de</strong> expeditie on<strong>de</strong>rworpen.<br />
Mataram en Tjakranegara wer<strong>de</strong>n met<br />
<strong>de</strong> grond gelijk gemaakt.<br />
Lombok was on<strong>de</strong>rworpen. Er was<br />
echter nog een probleem, een 'Lombok'<br />
op veel grotere schaal, waar het leger<br />
keer op keer verslagen was en voortdurend<br />
werd verne<strong>de</strong>rd: Atjeh.<br />
Uitzichtloze strijd<br />
De oorlog daar duur<strong>de</strong> al meer dan<br />
twintig jaar en nog was er geen enkel<br />
uitzicht op een spoedige beëindiging<br />
ervan. Talloze malen was van strategie<br />
veran<strong>de</strong>rd, er was afwisselend voor een<br />
offensieve en <strong>de</strong>fensieve bena<strong>de</strong>ring<br />
gekozen, elke <strong>de</strong>nkbare aanpak was<br />
geprobeerd - niets had geholpen.<br />
In 1873 was het leger voor <strong>de</strong> eerste maal<br />
op <strong>de</strong> Atjehse kust geland, optimistisch<br />
als altijd ('<strong>de</strong> geest van <strong>de</strong> troepen is<br />
uitmuntend'), maar met <strong>de</strong> staart tussen<br />
<strong>de</strong> benen weer vertrokken. Met heel<br />
veel moeite was het leger er in <strong>de</strong> loop<br />
van <strong>de</strong> jaren zeventig in geslaagd een
soort bruggehoofd te veroveren in het<br />
uiterste noor<strong>de</strong>n van Atjeh. In <strong>de</strong> jaren<br />
1880 had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> troepen zich daar<br />
verschanst achter een linie van wacht<br />
torens en een ijzeren hek in afwachting<br />
van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerping van Atjeh. Zo<br />
was <strong>de</strong> situatie nog steeds toen <strong>de</strong> strijd<br />
op Lombok plaats vond. Maar 'Lombok'<br />
bracht <strong>de</strong> ommekeer, ook in Atjeh.<br />
Ware doodsverachting<br />
De eerste expeditie naar Atjeh was afge<br />
lopen voor ze goed en wel begonnen<br />
was. Op 26 maart 1873 overhandig<strong>de</strong><br />
F.N. Nieuwenhuizen, vice-presi<strong>de</strong>nt<br />
van <strong>de</strong> Raad van Indië, <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />
oorlogsverklaring. Op 8 april zetten <strong>de</strong><br />
eerste troepen voet aan land. Zes dagen<br />
later, na onverwacht zware gevechten,<br />
sneuvel<strong>de</strong> <strong>de</strong> bevelhebber, generaal-<br />
majoor J.H.R. Kohier. Op <strong>de</strong> 17<strong>de</strong> blies<br />
zijn vervanger, kolonel E.C. van Daalen,<br />
ge<strong>de</strong>sillusioneerd <strong>de</strong> expeditie af. Het<br />
leger verliet Atjeh op 25 april. Van <strong>de</strong><br />
4.500 man waren er 56 gesneuveld en<br />
430 gewond. De on<strong>de</strong>rwerping van<br />
Atjeh was jammerlijk mislukt.<br />
Van Oost tot West, van Zuid tot Noord,<br />
Door heel ons Va<strong>de</strong>rland<br />
Wordt thans <strong>de</strong> mare weer gehoord,<br />
Men strijdt aan Atjeh's strand.<br />
En Toekoe Oemars lage daad<br />
Kost ons weer hel<strong>de</strong>nbloed,<br />
Hij tart ons door zijn laf verraad { nog<br />
Zoodat hij vallen moet! 5 eens.<br />
Refrein:<br />
En Toekoe Oemar, die zal beven;<br />
Naar Atjeh toe! Naar Atjeh toe!<br />
En Toekoe Oemar doen wij sneven,<br />
Naar Atjeh toe! Naar Atjeh toe!<br />
Wat was er allemaal misgegaan? Vanaf<br />
<strong>de</strong> eerste minuut waren <strong>de</strong> troepen op<br />
een verrassend sterke tegenstand<br />
gestuit. De 'Atjinezen' kwamen 'van<br />
alle zij<strong>de</strong>n aangesneld' en wierpen zich<br />
'met <strong>de</strong> klewang in <strong>de</strong> vuist in dolle<br />
woe<strong>de</strong> op <strong>de</strong> bajonetten', herinner<strong>de</strong><br />
zich een officier. De ware doodsverach<br />
ting waarmee <strong>de</strong> Atjehers zich massaal<br />
tegen het Ne<strong>de</strong>rlandse vuur verzetten,<br />
sloeg <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs met stomheid.<br />
Met klewang en lans stortten <strong>de</strong><br />
Atjehers zich 'la ilaha illa'llah' schreeu<br />
wend ('er is geen god dan god') op <strong>de</strong><br />
militairen. Nog voor <strong>de</strong> soldaten goed<br />
en wel beseften wat er aan <strong>de</strong> hand was,<br />
vielen links en rechts <strong>de</strong> eerste slacht<br />
offers. 'Het ging allemaal zo snel, dat<br />
we ons nauwelijks realiseer<strong>de</strong>n', schrijft<br />
een officier, 'dat het werkelijkheid en<br />
geen droom was.' Het weerstands<br />
vermogen van <strong>de</strong> Atjehers was ernstig<br />
on<strong>de</strong>rschat.<br />
16. Naar Atjeh toe !<br />
Kolonialen-lied in <strong>de</strong> dagen van April 1896.<br />
Wijze : Hip! Hip! Hoera':<br />
Toen <strong>de</strong> troepen met veel moeite een<br />
provisorisch strandbivak had<strong>de</strong>n weten<br />
op te slaan, rees <strong>de</strong> vraag: waarheen?<br />
Het doel was op te rukken naar het<br />
paleis (kraton) van <strong>de</strong> sultan en naar <strong>de</strong><br />
z.<br />
Wie suft nog langer stil tehuis,<br />
Nu men weer kloppen gaat?<br />
Voor Va<strong>de</strong>rland en Vorstenhuis<br />
Vecht ie<strong>de</strong>r flink soldaat.<br />
En waar <strong>de</strong> strijd ons roepen mag,<br />
Hier of aan 't Indisch strand,<br />
Wij zwaaien fier oud-Neerlands (nog<br />
Voor Koningin en Land! {vlagi eens.<br />
Refrein.<br />
En Toekoe Oemar, die zal beven;<br />
Naar Atjeh toe! Naar Atjeh toe!<br />
En Toekoe Oemar doen wij sneven,<br />
Naar Atjeh toe! Naar Atjeh toe!<br />
N. N.<br />
vijan<strong>de</strong>lijke ver<strong>de</strong>digingswerken. Maar<br />
waar lagen die? Verkenningscolonnes<br />
wer<strong>de</strong>n uitgezon<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong> dichte<br />
bossen wer<strong>de</strong>n versterkte en ommuur<strong>de</strong><br />
gebouwen en terreinen ont<strong>de</strong>kt. Was<br />
het <strong>de</strong> kraton van <strong>de</strong> sultan? Waren het<br />
versterkingen van <strong>de</strong> stad Kota Radja?<br />
Generaal Kohier beschikte niet over<br />
kaarten van het oorlogsterrein en<br />
evenmin over betrouwbare inlichtingen<br />
over <strong>de</strong> politieke situatie in Atjeh. Dat<br />
was overigens niet ongewoon, want<br />
ook bij expedities el<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> Archipel<br />
waren kaarten en informatie over <strong>de</strong><br />
tegenstan<strong>de</strong>rs maar zel<strong>de</strong>n aanwezig<br />
geweest.<br />
Maar in dit geval was het gemis pijn<br />
lijker. Atjeh was vanouds een machtig<br />
en onafhankelijk sultanaat en het werd<br />
bewoond door mensen die bereid<br />
waren voor die onafhankelijkheid hun<br />
leven te offeren. Het was ongeveer<br />
an<strong>de</strong>rhalf keer zo groot als Ne<strong>de</strong>rland<br />
(ca. 51.000 vierkante kilometer) en<br />
tel<strong>de</strong> vermoe<strong>de</strong>lijk 500.000 a 600.000<br />
inwoners.<br />
Boven: Schets van het<br />
gebied waar <strong>de</strong> eerste expedities<br />
uit <strong>de</strong> Atjeh-oorlog<br />
plaats von<strong>de</strong>n. (GM)<br />
Linksmid<strong>de</strong>n: De krijgsgebeurtenissen<br />
op Lombok en<br />
in Atjeh bez<strong>org</strong><strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
tekstdichters van<br />
Ne<strong>de</strong>rland han<strong>de</strong>nvol<br />
werk. Het soldatenlied<br />
beleef<strong>de</strong> gou<strong>de</strong>n tij<strong>de</strong>n.<br />
Hier is het lied afgedrukt<br />
dat werd gecomponeerd uit<br />
verontwaardiging over het<br />
'verraad van teuku Unmr'<br />
in 1896. Umar had eerst<br />
Ne<strong>de</strong>rland gesteund, maar<br />
was - na ontvangst van een<br />
grote partij Ne<strong>de</strong>rlandse<br />
wapens - overgelopen naar<br />
<strong>de</strong> Atjehse kant. Dat leid<strong>de</strong><br />
in Ne<strong>de</strong>rland tot een golf<br />
van nationalistische en<br />
militaristische sentimenten.<br />
Wie wil er nog langer<br />
thuis zitten suffen, 'nu<br />
men weer kloppen gaat?'<br />
Linkson<strong>de</strong>r: Binnenaanzicht<br />
van <strong>de</strong> benteng<br />
Penajoeng in <strong>de</strong> jaren<br />
tachtig van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw.<br />
Zulke bentengs wer<strong>de</strong>n in<br />
heel Atjeh gebouwd. Het<br />
waren <strong>de</strong> centra van <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlandse militaire<br />
macht, van waaruithet<br />
leger <strong>de</strong> omgeving on<strong>de</strong>r<br />
controle probeer<strong>de</strong> te<br />
brengen. De foto geeft<br />
een indruk van <strong>de</strong> wijze<br />
waarop <strong>de</strong> versterking is<br />
aangelegd: met palissa<strong>de</strong>n,<br />
versterkt met zandzakken<br />
en op <strong>de</strong> verhoog<strong>de</strong> hoeken<br />
een stuk geschut.<br />
833
Rechtsboven: De oorlog<br />
hield <strong>de</strong> gemoe<strong>de</strong>ren in<br />
Ne<strong>de</strong>rland en Indië sterk<br />
bezig. Het gebrek aan militaire<br />
successen, <strong>de</strong> onverwacht<br />
felle tegenstand van<br />
<strong>de</strong> bevolking, ruziën<strong>de</strong><br />
militairen: dat alles leid<strong>de</strong><br />
ertoe dat <strong>de</strong> oorlog even<br />
hard werd uitgevochten<br />
op het slagveld als in <strong>de</strong><br />
publieke opinie. Dit is het<br />
omslag van het boek dat <strong>de</strong><br />
journalist P. Brooshooft,<br />
hoofdredacteur van het<br />
Semarangse dagblad De<br />
Locomotief, in 1886<br />
publiceer<strong>de</strong>.<br />
Rechts: De befaam<strong>de</strong><br />
waringin vlakbij <strong>de</strong> moskee<br />
waar op 14 april 1873<br />
generaal Kohier door een<br />
Atjehse schutter do<strong>de</strong>lijk<br />
werd getroffen.<br />
834<br />
Moesson-kolonels<br />
Over het mislukken van <strong>de</strong> eerste expeditie (trouwens, over <strong>de</strong><br />
Atjeh-oorlog in zijn geheel) is heel wat afgeschreven. Vrijwel direct<br />
brak een felle polemiek uit over <strong>de</strong> oorzaken van <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rlaag.<br />
Voor- en tegenstan<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> oorlog lieten in kranteartikelen en<br />
brochures geen spaan van elkaar heel. Aanvallen op <strong>de</strong> persoon en<br />
slagen on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> gor<strong>de</strong>l wer<strong>de</strong>n niet geschuwd.<br />
Eén van <strong>de</strong> meest geharnaste strij<strong>de</strong>rs<br />
met <strong>de</strong> pen was Conrad Busken Huet,<br />
ex-dominee, journalist, schrijver, pole<br />
mist. In <strong>de</strong> beginjaren van <strong>de</strong> Atjeh-<br />
oorlog was hij hoofdredacteur van het<br />
Algemeen Dagblad van Ne<strong>de</strong>rlandsch-<br />
Indië. Hij kon <strong>de</strong> 'sma<strong>de</strong>lijken terug<br />
tocht' uit Atjeh niet verkroppen. De<br />
troepen waren teruggekeerd met 'in<br />
plaats van <strong>de</strong>n oudva<strong>de</strong>rlandschen<br />
bezem in <strong>de</strong> mast, eene breikous op het<br />
hoofd en het merk van <strong>de</strong>n Atsjinees op<br />
<strong>de</strong> wang.' Om je dood te schamen! In <strong>de</strong><br />
krant luchtte hij zijn gemoed.<br />
Ne<strong>de</strong>rland heeft een 'onbegrijpelijk mal<br />
figuur in <strong>de</strong> wereldgeschie<strong>de</strong>nis<br />
gemaakt', liet hij weten. De troepen<br />
had<strong>de</strong>n die Atjehers weg moeten<br />
vagen, vond hij. Wfj vertegenwoordi<br />
gen <strong>de</strong> beschaving en <strong>de</strong> techniek, niet<br />
zij! Hij <strong>de</strong>ed een beroep op het hero-<br />
ische verle<strong>de</strong>n van Ne<strong>de</strong>rland, op <strong>de</strong><br />
herinnering aan Michiel <strong>de</strong> Ruyter en<br />
Johan <strong>de</strong> Wit, en op <strong>de</strong> mannelijkheid<br />
die vroeger in ons land nog zo gewoon<br />
was. Nu resteer<strong>de</strong>n nog slechts laffe<br />
militairen die zich laten ringeloren door<br />
een onbeschaaf<strong>de</strong> tegenstan<strong>de</strong>r, kolo<br />
nels 'die voor een mousson terug<strong>de</strong>in<br />
zen', generaals die te onkundig zijn om<br />
een expeditie te lei<strong>de</strong>n. Uit naam van<br />
'het beleedigd va<strong>de</strong>rlandsch gevoel' en<br />
uit naam van <strong>de</strong> mannelijkheid protes<br />
teer<strong>de</strong> hij fel tegen <strong>de</strong> afgang in Atjeh.<br />
Tij<strong>de</strong>ns hun tocht naar <strong>de</strong> kraton stuitten<br />
<strong>de</strong> troepen op 10 april op een zwaar<br />
versterkte moskee. Met zijn twee en een<br />
halve meter hoge en 65 centimeter<br />
dikke muren van glad afgebikte klip<br />
steen en cement, die bovendien nog<br />
voorzien waren van extra omheiningen<br />
en versperringen, was het een geducht<br />
obstakel. Het gebouw moest tot twee<br />
maal toe wor<strong>de</strong>n bestormd. Pas vier<br />
dagen later werd het veroverd, ten<br />
koste van ruim 100 do<strong>de</strong>n en gewon<br />
<strong>de</strong>n. Bij een inspectie, kort na <strong>de</strong> vero-
vering, werd Kohier, staand on<strong>de</strong>r een<br />
waringin aan <strong>de</strong> oostkant van <strong>de</strong><br />
moskee, door een vijan<strong>de</strong>lijke kogel<br />
do<strong>de</strong>lijk getroffen. Als <strong>de</strong> 'Köhlerboom'<br />
is <strong>de</strong> waringin <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis in<br />
gegaan. Kolonel Van Daalen, die het<br />
commando overnam, wil<strong>de</strong> het offen<br />
sief koste wat kost voortzetten. Hij had<br />
zijn zinnen gezet op <strong>de</strong> verovering van<br />
het paleis van <strong>de</strong> sultan. Maar alleen al<br />
<strong>de</strong> bestorming van <strong>de</strong> versterkingen die<br />
tussen <strong>de</strong> moskee en <strong>de</strong> kraton waren<br />
opgeworpen, kostte het leger 120 do<strong>de</strong>n<br />
en gewon<strong>de</strong>n. Bovendien belaag<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
Atjehers <strong>de</strong> verbindingsweg met het<br />
strand, zodat het contact met <strong>de</strong><br />
schepen en <strong>de</strong> voorra<strong>de</strong>n dreig<strong>de</strong> te<br />
wor<strong>de</strong>n verbroken. Het werd Van<br />
Daalen te heet on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> voeten. Op <strong>de</strong><br />
17<strong>de</strong> trok hij terug naar het strand-<br />
bivak.<br />
Gemist oorlogsdoel<br />
Het was dui<strong>de</strong>lijk dat het leger zich aan<br />
Atjeh had vertild. De troepen waren<br />
uitgeput ten gevolge van <strong>de</strong> hitte, <strong>de</strong><br />
regenbuien en <strong>de</strong> doorstane vermoeie<br />
nissen. Het terrein was drassig, achter<br />
het strand lag een bre<strong>de</strong> lagune, waar<br />
door het transport van <strong>de</strong> troepen,<br />
vooral dat van <strong>de</strong> artillerie, veel vertra<br />
ging had opgelopen. Bovendien had<strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong> militairen het oorlogsdoel eigenlijk<br />
niet kunnen ont<strong>de</strong>kken. De kraton, die<br />
men zich voorstel<strong>de</strong> als het bestuurs<br />
centrum van Atjeh, had<strong>de</strong>n ze niet<br />
bereikt en <strong>de</strong> hoofdstad, Kota Radja,<br />
was onvindbaar. 'Eene aaneenge-<br />
bouw<strong>de</strong> stad', zo constateer<strong>de</strong> een offi<br />
cier, 'schijnt niet te bestaan.' Vanaf het<br />
strand strekte zich een reeks van met<br />
elkaar verbon<strong>de</strong>n, maar toch onafhan<br />
kelijke kampongs uit. Elke kampong<br />
was een op zichzelf staan<strong>de</strong> en tot <strong>de</strong><br />
tan<strong>de</strong>n bewapen<strong>de</strong> eenheid. De<br />
kampongs lagen verscholen in het bos<br />
en waren omgeven door dichte heggen,<br />
met nauwelijks zichtbare openingen die<br />
toegang gaven tot smalle bospa<strong>de</strong>n. De<br />
huizen met erven en tuinen waren op<br />
hun beurt ook weer omheind.<br />
De politieke structuur van Atjeh was<br />
uitermate versplinterd. Een aantal<br />
dorpen bij elkaar vorm<strong>de</strong> een district,<br />
meestal moekim genoemd, dat on<strong>de</strong>r het<br />
gezag van een imam stond. De werke<br />
lijke heersers van Atjeh waren <strong>de</strong> zoge<br />
noem<strong>de</strong> uleebalangs, wier gezag zich<br />
over een wisselend aantal moekims uit<br />
strekte. De Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs duid<strong>de</strong>n die<br />
dan aan met een rangtelwoord, bijvoor<br />
beeld: <strong>de</strong> moekims IV, <strong>de</strong> moekims VI, of<br />
<strong>de</strong> moekims XIX. De uleebalangs waren<br />
<strong>de</strong> aanvoer<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> oorlog tegen<br />
Ne<strong>de</strong>rland, <strong>de</strong> panglima perang (krijgs<br />
oversten), <strong>de</strong> spil waarom het verzet<br />
draai<strong>de</strong>. Zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> inzet van grote<br />
<strong>de</strong>len van <strong>de</strong> bevolking waren <strong>de</strong><br />
aanvoer<strong>de</strong>rs echter niet ver gekomen.<br />
De islam was en Èleef <strong>de</strong> voornaamste<br />
bron van inspiratie voor <strong>de</strong> bevolking.<br />
De Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs waren kafir, ongelovi<br />
gen. Te moeten gehoorzamen aan <strong>de</strong><br />
ulanda setan (<strong>de</strong> Hollandse duivels)<br />
was voor <strong>de</strong> meeste Atjehers een onver<br />
draaglijke gedachte. Hoe sterk dit<br />
speel<strong>de</strong>, blijkt uit <strong>de</strong> brief die één van<br />
oorlogslei<strong>de</strong>rs, teuku di Tiro in 1885 aan<br />
<strong>de</strong> commandant van het koloniale leger<br />
schreef. Hij wil<strong>de</strong> best vre<strong>de</strong> sluiten, zei<br />
hij, maar dan moesten <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs<br />
zich eerst bekeren tot <strong>de</strong> islam.<br />
Twee<strong>de</strong> expeditie<br />
Terwijl <strong>de</strong> Atjehers na het vertrek van<br />
<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs in ijltempo <strong>de</strong> noord-<br />
Links: Evenals el<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong><br />
archipel waren in Atjeh<br />
'voorvechters' aanwezig,<br />
die voor <strong>de</strong> troepen uit<br />
liepen en door hun provoceren<strong>de</strong><br />
krijgsdansen <strong>de</strong><br />
koloniale militairen<br />
uitdaag<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong> 'strijd.<br />
(Bronbeek)<br />
Hierboven: Na <strong>de</strong> inname<br />
van <strong>de</strong> kraton op 24<br />
januari 1874 poseren generaal<br />
Van Swieten en zijn<br />
staf voor een overwinningsfoto.<br />
Van Swieten zit<br />
links; kaarsrecht en enigszins<br />
plechtig blikt hij<br />
waardig opzij. Zijn twee<strong>de</strong><br />
man, generaal-majoor<br />
CM. Verspyck, zit rechts<br />
en kijkt, met <strong>de</strong> hand op <strong>de</strong><br />
knie, gemoe<strong>de</strong>lijk in <strong>de</strong><br />
camera.<br />
835
Boven: Op <strong>de</strong> vo<strong>org</strong>rond<br />
<strong>de</strong> zogenoem<strong>de</strong><br />
Coehoornmortier. Dit<br />
wapen, dat al in <strong>de</strong> 17<strong>de</strong><br />
eeuw door Menno baron<br />
van Coehoorn, <strong>de</strong><br />
beroem<strong>de</strong> vestingbouwer<br />
en belegeraar, was ontworpen,<br />
werd in Atjeh tot na<br />
1900 gebruikt. Het wapen,<br />
waarmee granaten wor<strong>de</strong>n<br />
afgeworpen, was eigenlijk<br />
meer geschikt als belegeringswapen,<br />
maar vol<strong>de</strong>ed<br />
in Indië toch goed omdat<br />
het klein en gemakkelijk te<br />
bedienen was.<br />
Rechts: De re<strong>de</strong> van<br />
Olehleh, <strong>de</strong> aanvoerhaven<br />
van Atjeh, waar <strong>de</strong> militaire<br />
voorra<strong>de</strong>n aan land<br />
wer<strong>de</strong>n gebracht.<br />
836<br />
kust van nieuwe veldversterkingen In Batavia werd een grote legermacht<br />
voorzagen, werkte het leger in Batavia samengetrokken. Een <strong>de</strong>el ervan werd<br />
even koortsachtig aan <strong>de</strong> voorbereiding uitgerust met pas uit Europa geïmpor-<br />
van een twee<strong>de</strong> expeditie. De marine teer<strong>de</strong> Beaumontgeweren. De gepensio-<br />
verken<strong>de</strong> <strong>de</strong> kust; in <strong>de</strong> loop van het neer<strong>de</strong> generaal J. van Swieten, die als<br />
jaar kwamen vijf ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong> kaarten jong luitenant nog on<strong>de</strong>r De Koek in <strong>de</strong><br />
ter beschikking van <strong>de</strong> legerstaf. Java-oorlog had gediend, werd 'we<strong>de</strong>r<br />
Tnlandsche berichtgevers' hielpen een in actieven dienst gesteld' om <strong>de</strong> on<strong>de</strong>r<br />
handje mee en verstrekten inlichtingen neming tot een goed ein<strong>de</strong> te brengen,<br />
over <strong>de</strong> wegen en <strong>de</strong> rivieren en over Het Ne<strong>de</strong>rlandsch-Indische Roo<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong> locatie en bewapening van <strong>de</strong> kraton. Kruis tenslotte schonk zijn zegen aan <strong>de</strong><br />
tocht en voorzag het leger van tabak,<br />
chocola en an<strong>de</strong>re 'voor <strong>de</strong> krijgsman<br />
nuttige zaken.'<br />
Een reusachtige amfibische operatie<br />
kwam op gang. Met een vloot van<br />
22 schepen werd een strijdmacht van<br />
8.000 militairen en 5.000 man on<strong>de</strong>r<br />
steunend personeel naar Atjeh gebracht.<br />
De landing vond plaats op 14 <strong>de</strong>cember<br />
1873. Op eerste kerstdag lagen <strong>de</strong><br />
troepen voor <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> maal in een jaar<br />
voor <strong>de</strong> moskee. Pas op 6 januari 1874<br />
viel het gebouw in Ne<strong>de</strong>rlandse han<strong>de</strong>n<br />
ten koste van 215 do<strong>de</strong>n en gewon<strong>de</strong>n.<br />
Generaal Van Swieten wissel<strong>de</strong> strijd af<br />
met diplomatie. Vlak voor <strong>de</strong> jaarwisse<br />
ling had hij een gezant naar <strong>de</strong> sultan<br />
gestuurd met een vre<strong>de</strong>saanbod. Het<br />
was slecht afgelopen met <strong>de</strong>ze man:<br />
'Geboeid en van alles beroofd, naar<br />
het binnenland gebracht. Brieven<br />
verscheurd en niet aan Sultan gegeven,<br />
volk regeert', zo telegrafeer<strong>de</strong> Van<br />
Swieten verontwaardigd aan Batavia.<br />
An<strong>de</strong>rzijds kon hij toch ook niet nalaten<br />
zijn bewon<strong>de</strong>ring uit te spreken voor <strong>de</strong><br />
Atjehers: 'Wat vijand gewerkt heeft en<br />
energie getoond om ons tegen te<br />
hou<strong>de</strong>n is ongeloofbaar', maar, zo liet<br />
hij weten, 'wij zijn ook niet stil; sappen-<br />
arbeid [het aanleggen van loopgraven],
atterijbouw en an<strong>de</strong>re wachten en<br />
veiligheidsdiensten en bloedige gevech<br />
ten gaan hand aan hand.'<br />
De verovering van <strong>de</strong> kraton, ongeveer<br />
vijf kilometer landinwaarts, kwam als<br />
een anticlimax. Tot op het moment van<br />
<strong>de</strong> verovering, op 24 januari 1874,<br />
had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> militairen geen dui<strong>de</strong>lijk<br />
zicht op het gebouw en zijn omgeving.<br />
Het hele complex lag verb<strong>org</strong>en achter<br />
dicht struikgewas en bomen en werd<br />
nog extra aan het oog onttrokken door<br />
een vier a vijf meter dikke, ondoor<br />
dringbare heg van bamboe doeri. De<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse aanval werd ingeleid dooi<br />
een artilleriebeschieting van enkele<br />
dagen, terwijl gelijktijdig <strong>de</strong> omtrekken<br />
van het gebouw wer<strong>de</strong>n verkend. De<br />
kraton bleek afgeschermd te zijn door<br />
een aar<strong>de</strong>n wal van 600 x 250 meter.<br />
Afgezien van <strong>de</strong> bamboe-versperring,<br />
waren er nog een gracht (vijf meter<br />
breed, drie meter diep) en een aantal<br />
ronrf/oe-versperringen (valkuilen met<br />
voetangels). Binnen <strong>de</strong> omwalling<br />
had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Atjehers borstweringen<br />
aangelegd met ingegraven zitplaatsen<br />
voor scherpschutters en voorzien van<br />
ongeveer 40 stukken geschut. Deze<br />
laatste verkeer<strong>de</strong>n overigens in slechte<br />
staat. De meeste lagen gewoon op <strong>de</strong><br />
wallen, aan <strong>de</strong> achterkant vastgehou<br />
<strong>de</strong>n door palen; slechts weinig kanon<br />
nen ston<strong>de</strong>n op affuiten. Na veel<br />
wikken en wegen en na het uitvoeren<br />
van een omtrekken<strong>de</strong> beweging<br />
ston<strong>de</strong>n <strong>de</strong> militairen dan toch voor <strong>de</strong><br />
kraton - om tot <strong>de</strong> ont<strong>de</strong>kking te komen<br />
dat <strong>de</strong> Atjehers <strong>de</strong> vesting 's nachts in<br />
alle stilte had<strong>de</strong>n ontruimd!<br />
De on<strong>de</strong>rneming had een record aantal<br />
slachtoffers gekost. Het begon ermee<br />
dat op <strong>de</strong> schepen waarmee <strong>de</strong> troepen<br />
wer<strong>de</strong>n aangevoerd cholera was uitge<br />
broken. De ziekte had al aan tientallen<br />
militairen het leven gekost nog voordat<br />
<strong>de</strong> strijd goed en wel begonnen was.<br />
Vanaf <strong>de</strong> aankomst tot en met het<br />
vertrek van <strong>de</strong> hoofdmacht in april 1874<br />
waren 28 officieren en 1700 an<strong>de</strong>re mili<br />
tairen gesneuveld of aan <strong>de</strong> gevolgen<br />
van ziekte en uitputting overle<strong>de</strong>n. De<br />
verliezen wer<strong>de</strong>n ruimschoots gecom<br />
penseerd door <strong>de</strong> resultaten, vond Van<br />
Swieten. De verovering van <strong>de</strong> kraton<br />
stel<strong>de</strong> hij voor als een weergaloze over<br />
winning - en velen met hem. 'De kraton<br />
is ons!', schal<strong>de</strong> het door Indië en<br />
Ne<strong>de</strong>rland.<br />
Bezetting in bentengs<br />
Op 31 januari 1874 werd Atjeh gean<br />
nexeerd. Van Swieten werd benoemd<br />
tot militair en civiel gouverneur. Ruim<br />
3.100 militairen en 128 officieren bleven<br />
als bezettingsmacht in Atjeh achter. De<br />
troepen installeer<strong>de</strong>n zich zo goed en<br />
zo kwaad als het ging. Het wachten was<br />
nu op <strong>de</strong> vrijwillige overgave van <strong>de</strong><br />
Atjehers. Ongeduldig speur<strong>de</strong> Van<br />
Swieten naar tekenen van opgave. Het<br />
verlies van <strong>de</strong> kraton moest <strong>de</strong> Atjehers<br />
toch aan het <strong>de</strong>nken hebben gezet. 'Nog<br />
geen tekenen van toena<strong>de</strong>ring', moest<br />
hij tot zijn spijt steeds weer aan Batavia<br />
berichten.<br />
Generaal Van Swieten werd opgevolgd<br />
door kolonel J.L.J.H. Pel. On<strong>de</strong>r zijn<br />
leiding werd begonnen met <strong>de</strong> aanleg<br />
van een ver<strong>de</strong>digingslinie rondom Kota<br />
Radja. Een gebied van enkele kilome<br />
ters rondom <strong>de</strong> plaats werd voorzien<br />
van bentengs. Het doel was Kota Radja<br />
af te schermen van het binnenland en te<br />
beveiligen tegen aanslagen. Alleen met<br />
zee was een open verbinding. In <strong>de</strong><br />
loop van 1874 en 1875 wer<strong>de</strong>n 38<br />
bentengs aangelegd, die bezet wer<strong>de</strong>n<br />
gehou<strong>de</strong>n door ruim 2.700 militairen.<br />
Van oorlogvoering, laat staan van een<br />
offensief, kon echter volstrekt geen<br />
sprake zijn. De troepen had<strong>de</strong>n al<br />
moeite genoeg om zich staan<strong>de</strong> te<br />
hou<strong>de</strong>n in het afgescherm<strong>de</strong> gebied<br />
rondom Kota Radja.<br />
De bouw, bevoorrading en ver<strong>de</strong>diging<br />
van <strong>de</strong> bentengs verg<strong>de</strong>n het uiterste<br />
van <strong>de</strong> militairen. De aanleg ervan was<br />
een voortduren<strong>de</strong> worsteling met<br />
klimaat en terrein; door <strong>de</strong> overvloe<br />
dige regenval liep <strong>de</strong> hele vallei van <strong>de</strong><br />
Linksboven: Vanaf april<br />
1874 was generaal<br />
J.L.J.H. Pel bevelhebber in<br />
Atjeh. Aanvankelijk zette<br />
hij <strong>de</strong> politiek van Van<br />
Swieten voort: afwachten<br />
tot <strong>de</strong> Atjehers hun on<strong>de</strong>rwerping<br />
vrijwillig zou<strong>de</strong>n<br />
komen aanbie<strong>de</strong>n. Toen<br />
bleek dat <strong>de</strong> Atjehers daar<br />
niet over pieker<strong>de</strong>n,<br />
lanceer<strong>de</strong> Pel in <strong>de</strong>cember<br />
1875 een groot offensief.<br />
Enkele weken later bezweek<br />
hij in het bivak bij Tonga<br />
aan een 'slaga<strong>de</strong>rbreuk'.<br />
Rechtsboven: Het postenstelsel<br />
aan <strong>de</strong> kust van<br />
Atjeh. (GM)<br />
Hierboven: Wat <strong>de</strong>ze foto<br />
zo interessant maakt, is<br />
wat er niet op staat. Hier<br />
zit een groepje officieren<br />
om <strong>de</strong> 'kletstafel' in een<br />
Atjehs bivak, maar <strong>de</strong><br />
jenever ontbreekt! Op zo'n<br />
'kletstafel' hoor<strong>de</strong> een grote<br />
fles Bols Jenever. Zoals<br />
bekend was het koloniale<br />
leger een grootverbruiker.<br />
837
Rechtsmid<strong>de</strong>n en on<strong>de</strong>r:<br />
De medische verz<strong>org</strong>ing<br />
van zieke en gewon<strong>de</strong> militairen<br />
vorm<strong>de</strong> een groot<br />
probleem. Het onherbergzame<br />
terrein maakte het<br />
transport van gewon<strong>de</strong>n<br />
en zieken moeilijk. Tij<strong>de</strong>ns<br />
<strong>de</strong> lange patrouilles in <strong>de</strong><br />
rimboe lever<strong>de</strong>n <strong>de</strong> officieren<br />
van gezondheid een<br />
heroïsch gevecht om <strong>de</strong><br />
militairen gezond te<br />
hou<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> zieken te<br />
verplegen. Om het transport<br />
te vergemakkelijken<br />
en vooral om het wat<br />
comfortabeler te maken,<br />
bedachten officieren van<br />
gezondheid allerlei nieuwe<br />
hulpmid<strong>de</strong>len die van<br />
natuurlijke materialen<br />
(bamboe bijvoorbeeld)<br />
waren gemaakt. De beste<br />
manier van transport bleef<br />
<strong>de</strong> draagbaar, <strong>de</strong> tandoe<br />
(rechts). Twee of vier<br />
dragers, een bamboe<br />
draagbaar, een afdakje van<br />
bla<strong>de</strong>ren of doek; dat was al<br />
voldoen<strong>de</strong>. Voor grotere<br />
transporten wer<strong>de</strong>n soms<br />
karren gebruikt, getrokken<br />
door paar<strong>de</strong>n of ossen<br />
(on<strong>de</strong>r).<br />
Atjeh-rivier in <strong>de</strong> loop van 1874 on<strong>de</strong>r<br />
water. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> werkzaamhe<strong>de</strong>n<br />
wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> militairen permanent door<br />
Atjehers aangevallen en bestookt. Dit<br />
gebeur<strong>de</strong> bij voorkeur 's nachts, zodat<br />
<strong>de</strong> militairen geen enkel moment van<br />
rust werd gegund.<br />
Het leven in <strong>de</strong> bentengs was niet<br />
gemakkelijk. De stemming was er<br />
gedrukt. In feite waren <strong>de</strong> aanvallen<br />
van <strong>de</strong> Atjehers en <strong>de</strong> acties daartegen<br />
<strong>de</strong> enige afwisseling in het eentonige en<br />
primitieve bestaan. Opgesloten in <strong>de</strong><br />
bentengs, was het leger niet in staat tot<br />
het lanceren van een offensief. Het kon<br />
slechts reageren op <strong>de</strong> Atjehse aanvallen.<br />
En die kwamen er, bij hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n.<br />
Verwoed poog<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Atjehers <strong>de</strong><br />
'ongelovigen' van hun grondgebied te<br />
jagen. Onophou<strong>de</strong>lijk wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
bentengs aangevallen en transporten en<br />
patrouilles vanuit hin<strong>de</strong>rlagen bestookt.<br />
Jarenlang fungeer<strong>de</strong> het leger daar in<br />
het noor<strong>de</strong>lijkste puntje van Atjeh als<br />
<strong>de</strong> kop van jut.<br />
Jan <strong>de</strong> Nikker tegen<br />
Jan Fuselier<br />
In belangrijke opzichten verschil<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
oorlogvoering in Atjeh met die van<br />
el<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> archipel. Het meest in het<br />
oog lopen<strong>de</strong> verschil was dat <strong>de</strong><br />
Atjehers altijd in het offensief waren.<br />
Was het el<strong>de</strong>rs meestal zo dat <strong>de</strong> vijand<br />
voor een <strong>de</strong>fensieve opstelling koos en<br />
noest wor<strong>de</strong>n opgezocht, in Atjeh nam<br />
lij zelf het initiatief. Ontelbaar waren<br />
ie verrassingsaanvallen op bentengs en<br />
ransporten, nachtelijke overvallen en<br />
jverrompelingen van geïsoleer<strong>de</strong> <strong>de</strong>ta-<br />
:hementen. Het was hit-and-run, <strong>de</strong><br />
ypische guerrilla-aanpak. Even snel als<br />
ie Atjehers kwamen, verdwenen ze ook<br />
/veer. Maar altijd vielen er slachtoffers<br />
jn<strong>de</strong>r <strong>de</strong> militairen, <strong>de</strong> dwangarbeiiers,<br />
<strong>de</strong> patiënten in <strong>de</strong> bewteng-hospita-<br />
en en <strong>de</strong> vrouwen van <strong>de</strong> militairen;<br />
paren <strong>de</strong><strong>de</strong>n <strong>de</strong> Atjehers niemand. En<br />
Itijd maakten ze bij zulke onverhoedse<br />
lanvallen wapens buit, essentieel voor<br />
le voortzetting van <strong>de</strong> strijd. Deze<br />
anpak bracht <strong>de</strong> militairen ook in<br />
>sychologisch opzicht een gevoelige<br />
lag toe. Behendig wisten <strong>de</strong> Atjehers te<br />
irofiteren van elk moment van onopletendheid.<br />
Verslapte <strong>de</strong> waakzaamheid<br />
•an <strong>de</strong> wachtposten op een benteng ook<br />
naar een ogenblik, dan sloegen ze toe.<br />
Varen <strong>de</strong> versperringen te gering, <strong>de</strong><br />
imheiningen te laag, of <strong>de</strong> verlichting<br />
an het gebied rondom <strong>de</strong> benteng<br />
involdoen<strong>de</strong>, ze wisten er onmid<strong>de</strong>llijk<br />
an te profiteren. Nooit kon<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
roepen zeker van hun zaak zijn, nooit<br />
on<strong>de</strong>n ze zich veilig voelen. Dat was<br />
.et grote succes van <strong>de</strong> Atjehers.<br />
chijnbaar vre<strong>de</strong>lieven<strong>de</strong> inwoners<br />
:on<strong>de</strong>n zich plotseling ontpoppen als<br />
;uerrillastrij<strong>de</strong>rs en <strong>de</strong> niets vermoelen<strong>de</strong><br />
militairen in een oogwenk om<br />
eep helpen. De lessen over wat we<br />
2genwoordig guerrilla-oorlog noemen,<br />
lie <strong>de</strong> officier P.F. Vermeulen Krieger al<br />
11829 te boek had gesteld, waren in<br />
ergetelheid geraakt en moesten<br />
leront<strong>de</strong>kt wor<strong>de</strong>n. Een <strong>de</strong>rgelijke<br />
iorlog, had hij gezegd, eist een verdub-<br />
•eling van moed en waakzaamheid van<br />
ie militair. Niet alleen tegen mannelijke<br />
sgenstan<strong>de</strong>rs had Vermeulen Krieger<br />
ijn collega's <strong>de</strong>stijds gewaarschuwd.<br />
1 rouwen mochten ook in dit opzicht
niet over het hoofd wor<strong>de</strong>n gezien. In<br />
<strong>de</strong> guerrilla vochten zij even hard mee<br />
als hun mannen, beweer<strong>de</strong> hij. Dat<br />
on<strong>de</strong>rvon<strong>de</strong>n <strong>de</strong> militairen in Atjeh aan<br />
<strong>de</strong>n lijve. Vrouwen <strong>de</strong><strong>de</strong>n mee aan<br />
kleine en grote gevechtsacties en speel<br />
<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> mobilisering van het verzet<br />
een nog grotere rol. Er zijn hier, volgens<br />
een officier, 'Kenau Hasselaars bij<br />
dozijnen.'<br />
Een twee<strong>de</strong> verschil met <strong>de</strong> oorlogvoe<br />
ring el<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> archipel lag in <strong>de</strong><br />
bewapening van <strong>de</strong> Atjehers. Niet<br />
zel<strong>de</strong>n beschikten ze over meer en<br />
mo<strong>de</strong>rner vuurwapens dan <strong>de</strong> kolo<br />
niale troepen. Grootscheepse invoer uit<br />
Penang z<strong>org</strong><strong>de</strong> er voor dat <strong>de</strong> wapen-<br />
voorraad op peil bleef. Bovendien<br />
maakten <strong>de</strong> Atjehers veel vuurwapens<br />
buit bij overvallen op Ne<strong>de</strong>rlandse<br />
bentengs en transporten. En tenslotte<br />
werd ook het kleine werk door <strong>de</strong><br />
Atjehers niet geschuwd: ijverig verza<br />
mel<strong>de</strong>n ze elke lege huls die ze op het<br />
slagveld of in <strong>de</strong> buurt van bentengs<br />
kon<strong>de</strong>n vin<strong>de</strong>n om die later opnieuw te<br />
vullen. De legerautoriteiten loof<strong>de</strong>n<br />
daarom al gauw premies uit aan <strong>de</strong><br />
soldaten voor elke lege huls die ze mee<br />
terug brachten. De Atjehers waren<br />
bovendien goe<strong>de</strong> schutters. Eén Atjeher<br />
in het bijzon<strong>de</strong>r, die in 1875 <strong>de</strong> bentengs<br />
rond Kota Radja voortdurend en uiterst<br />
trefzeker on<strong>de</strong>r vuur nam, kreeg al<br />
gauw <strong>de</strong> bijnaam 'Jan <strong>de</strong> Mikker'.<br />
Uniek was dat <strong>de</strong> Atjehers ook bedre<br />
ven waren in het afgeven van salvo-<br />
vuur. Verschei<strong>de</strong>ne malen wer<strong>de</strong>n zelfs<br />
Europese vuurcommando's vernomen:<br />
'an'.. 'pir' ('aan'..'vuur'). Dat het<br />
Atjehse vuur effectief was, bewijzen <strong>de</strong><br />
aantallen door geweervuur gewon<strong>de</strong> en<br />
gesneuvel<strong>de</strong> militairen. In <strong>de</strong> eerste<br />
twee oorlogsjaren leg<strong>de</strong>n 369 militairen<br />
het loodje door Atjehs geweervuur en<br />
wer<strong>de</strong>n er 4.998 verwond. Dat wil<br />
zeggen dat Atjehs geweervuur verant<br />
woor<strong>de</strong>lijk was voor 83% van alle in <strong>de</strong><br />
strijd gevallen doelen en gewon<strong>de</strong>n.<br />
Vergeleken daarbij was het percentage<br />
dat door klewanghouwen gewond<br />
raakte of sneuvel<strong>de</strong>, waarover in <strong>de</strong><br />
krijgsliteratuur vaak zo veel ophef<br />
wordt gemaakt, bijna te verwaarlozen,<br />
namelijk 8%. Overigens was het aantal<br />
militairen dat overleed ten gevolge van<br />
ziekten (met name cholera, tyfus en<br />
dysenterie) een veelvoud van <strong>de</strong> hier<br />
genoem<strong>de</strong> aantallen. Een sterftepercen<br />
tage van 25% ten gevolge van ziekte<br />
was in <strong>de</strong> eerste drie jaar van <strong>de</strong> oorlog<br />
normaal. Pas vanaf 1877 trad enige<br />
verbetering in: het percentage lag toen<br />
op 10 of min<strong>de</strong>r. Dat meer militairen<br />
stierven aan ziekte dan ten gevolge van<br />
krijgshan<strong>de</strong>lingen was ook in Franse en<br />
Britse koloniale legers het geval. Pas na<br />
1900 werd dat an<strong>de</strong>rs, na <strong>de</strong> succesvolle<br />
toepassing van <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>rne medische<br />
ont<strong>de</strong>kkingen in <strong>de</strong> koloniale legers.<br />
De oorlog bracht een polarisatie<br />
teweeg in <strong>de</strong> Atjehse<br />
samenleving. Sommige<br />
lei<strong>de</strong>rs kozen voor samenwerking<br />
met <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs. Zo'n<br />
'bevriend hoofd' staat op <strong>de</strong><br />
illustratie links. Hij nam<br />
met zijn volgelingen, die<br />
met Ne<strong>de</strong>rlandse wapens<br />
waren uitgerust, <strong>de</strong>el aan<br />
<strong>de</strong> strijd. An<strong>de</strong>ren bo<strong>de</strong>n<br />
verzet en bleven tot het<br />
bittere ein<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs bevechten.<br />
Zo iemand was panglima<br />
Polim. Pas toen zijn<br />
moe<strong>de</strong>r, zuster en vrouw<br />
in 1903 gevangen waren<br />
genomen (foto mid<strong>de</strong>n),<br />
gaf hij zich over. Een<br />
an<strong>de</strong>re verzetslei<strong>de</strong>r,<br />
teuku Umar, die tot 1896<br />
met het koloniale leger<br />
samenwerkte, maar vanaf<br />
dat jaar tot <strong>de</strong> onverzettelijke<br />
tegenstan<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs behoor<strong>de</strong>,<br />
werd in 1899 in een<br />
hin<strong>de</strong>rlaag gelokt en<br />
gedood. De foto linkson<strong>de</strong>r<br />
toont Umar, omgeven door<br />
zijn voornaamste volgelingen.
Boven: Mid<strong>de</strong>n jaren<br />
zeventig waag<strong>de</strong>n <strong>de</strong> koloniale<br />
troepen zich buiten<br />
het postenstelsel rond Kota<br />
Radja; <strong>de</strong> oorlog breid<strong>de</strong><br />
zich uit. (GM)<br />
Rechtsmid<strong>de</strong>n en on<strong>de</strong>r:<br />
Generaal Karei van <strong>de</strong>r<br />
Hey<strong>de</strong>n is één van <strong>de</strong><br />
meest legendarische generaals<br />
van Ne<strong>de</strong>rlands-<br />
Indiëgeiveest. Een houw<strong>de</strong>gen,<br />
met <strong>de</strong> reputatie<br />
van onkwetsbaarheid, ook<br />
wel bekend als generaal<br />
Eenoog doordat hij tij<strong>de</strong>ns<br />
<strong>de</strong> vergeefse bestorming<br />
van <strong>de</strong> bergvesting Batoe<br />
Iliq in 1880 - onkwetsbaar<br />
of niet - een oog was kwijtgeraakt.<br />
Hij was van Indo-<br />
Europese komaf, geboren<br />
in 1826 en al se<strong>de</strong>rt 1841<br />
in dienst van het leger.<br />
Ondanks zijn vele verdiensten<br />
eindig<strong>de</strong> zijn actieve<br />
militaire carrière in<br />
mineur. In 1881 kreeg hij<br />
(eervol) ontslag nadat er<br />
een publiek schandaal was<br />
uitgebroken over <strong>de</strong> meedogenloze<br />
behan<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong><br />
dwangarbei<strong>de</strong>rs in Atjeh<br />
tij<strong>de</strong>ns het bestuur van<br />
Van <strong>de</strong>r Heij<strong>de</strong>n. Hij werd<br />
commandant van Bronbeek<br />
in Arnhem, het in 1863<br />
door koning Willem III<br />
opgerichte Koloniaal<br />
Militair Invali<strong>de</strong>nhuis. Bij<br />
zijn zeventigste verjaardag<br />
kreeg hij een erevaan<strong>de</strong>l<br />
aangebo<strong>de</strong>n.<br />
840<br />
'Voorbeeldlooze<br />
tuchtiging'<br />
Gesteund door <strong>de</strong> autoriteiten in<br />
Batavia, besloot Pel, inmid<strong>de</strong>ls tot gene-<br />
raal-majoor bevor<strong>de</strong>rd, tot het lanceren<br />
van een offensief ten zui<strong>de</strong>n van Kota<br />
Radja, het gebied van <strong>de</strong> moekims IV, VI<br />
en XIX. Voor het eerst kwamen <strong>de</strong><br />
troepen dus buiten <strong>de</strong> postenlinie in<br />
actie. Pel maakte slechts het begin van<br />
<strong>de</strong> campagne mee; in februari 1876<br />
overleed hij plotseling.<br />
De toestand bleef min of meer stabiel<br />
tot mid<strong>de</strong>n 1878. Toen vielen Atjehse<br />
strijdgroepen on<strong>de</strong>r Habib<br />
Abdurrahman <strong>de</strong> moekims IV en VI<br />
binnen, gebied dat door Pel twee jaar<br />
eer<strong>de</strong>r was veroverd. Het was aan gene-<br />
raal-majoor K. van <strong>de</strong>r Heij<strong>de</strong>n om aan<br />
<strong>de</strong> Atjehse invallen voor eens en voor<br />
altijd een eind te maken. Hij kreeg<br />
vergaan<strong>de</strong> volmachten van Batavia.<br />
Gouverneur-generaal J. W. van<br />
Lansberge, die al enkele malen het<br />
spoedige ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> oorlog aan Den<br />
Haag had gemeld, eiste van Van <strong>de</strong>r<br />
Heij<strong>de</strong>n een 'voorbeeldlooze tuchti<br />
ging'. De legersterkte, al jaren on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
maat, werd tot meer dan 10.000 militai<br />
ren en 3.000 dwangarbei<strong>de</strong>rs opge<br />
voerd. Van <strong>de</strong>r Heij<strong>de</strong>n stel<strong>de</strong> een<br />
ambitieus plan op dat voorzag in <strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rwerping van Groot-Atjeh, dat wil<br />
zeggen, <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Atjeh- rivier,<br />
met het 30 kilometer landinwaarts<br />
gelegen Indrapoeri als uiterste grens.<br />
Het was niet alleen voor <strong>de</strong> geloofwaar<br />
digheid van <strong>de</strong> militairen, maar ook<br />
voor het moreel en <strong>de</strong> fysieke toestand<br />
van het leger gewenst dat nu ein<strong>de</strong>lijk<br />
eens succes werd geboekt.<br />
In maart 1879 was het zo ver. In drie<br />
colonnes trok Van <strong>de</strong>r Heij<strong>de</strong>ns leger<br />
macht het gebied van <strong>de</strong> moekims XXII<br />
en XXVI binnen. In totaal namen zo'n<br />
80 officieren, 1.800 manschappen en<br />
1.600 koelies en dwangarbei<strong>de</strong>rs aan <strong>de</strong><br />
opmars <strong>de</strong>el. De tocht verliep moei<br />
zaam; <strong>de</strong> enige begaanbare route liep<br />
langs <strong>de</strong> linkeroever van <strong>de</strong> Atjeh-<br />
rivier. De secties bergartillerie en<br />
mortieren z<strong>org</strong><strong>de</strong>n voor veel vertra<br />
ging, terwijl hun bijdrage aan <strong>de</strong> strijd<br />
gering was. Onmisbaar waren <strong>de</strong> lokale<br />
gidsen. Gekleed als inheemse militai<br />
ren, namen ze ook daadwerkelijk aan<br />
<strong>de</strong> strijd <strong>de</strong>el, bijvoorbeeld door het in<br />
brand steken van kampongs. Van <strong>de</strong>r<br />
Heij<strong>de</strong>ns dagor<strong>de</strong>r van 21 maart 1879,<br />
<strong>de</strong> dag waarop <strong>de</strong> expeditie officieel<br />
begon, had ten aanzien van het gedrag<br />
te vel<strong>de</strong> bepaald dat kampongs pas na<br />
overleg tussen <strong>de</strong> officieren en Atjehse<br />
hoof<strong>de</strong>n, die <strong>de</strong> expeditie vergezel<strong>de</strong>n,<br />
in brand gestoken mochten wor<strong>de</strong>n.<br />
Sommige kampongs langs <strong>de</strong> rivier<br />
ston<strong>de</strong>n als 'bevriend' bekend; die<br />
moesten natuurlijk gespaard blijven.<br />
An<strong>de</strong>re kampongs, die zich niet al te<br />
nadrukkelijk had<strong>de</strong>n verzet, kon<strong>de</strong>n<br />
vernietiging afkopen door betaling van<br />
een bepaald bedrag. Dorpen die bekend<br />
ston<strong>de</strong>n als 'haar<strong>de</strong>n van verzet'<br />
mochten aan <strong>de</strong> vlammen wor<strong>de</strong>n<br />
prijsgegeven. Veel gewicht heeft <strong>de</strong>ze<br />
dagor<strong>de</strong>r niet in <strong>de</strong> schaal gelegd.<br />
Kampongs en sawahs wer<strong>de</strong>n op grote<br />
schaal verwoest en verbrand. De pacifi<br />
catie was evenals el<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> archipel<br />
vooral een kwestie van economische<br />
oorlogvoering.<br />
Vijf dagen na het vertrek werd<br />
Indrapoeri bereikt; <strong>de</strong> imam kwam <strong>de</strong><br />
overgave aanbie<strong>de</strong>n. Daarmee was <strong>de</strong><br />
expeditie echter niet afgelopen. Tot juni<br />
bleven <strong>de</strong> troepen in <strong>de</strong> omtrek van<br />
Indrapoeri acties uitvoeren tegen<br />
kampongs die <strong>de</strong> strijd gewoon voort<br />
zetten. Een permanente bezetting van<br />
<strong>de</strong> hele vallei van Anak Galoeng tot<br />
Indrapoeri was nodig; vele malen<br />
rukten colonnes uit om het bezette<br />
gebied te zuiveren. De veldtocht werd<br />
na een pauze van enkele weken voort<br />
gezet met optre<strong>de</strong>n tegen <strong>de</strong> moekims<br />
XXVI. Ook zij bo<strong>de</strong>n hun on<strong>de</strong>rwerping<br />
aan. Daarmee was in september 1879
een ein<strong>de</strong> gekomen aan het offensief.<br />
Een aantal verzetslei<strong>de</strong>rs had zich over<br />
gegeven; <strong>de</strong> meesten waren uitgewe<br />
ken, ver<strong>de</strong>r het binnenland in.<br />
Het was tijd voor nieuwe vre<strong>de</strong>sgeba-<br />
ren. 'Krijgsbewegingen van grooten<br />
omvang zullen vermoe<strong>de</strong>lijk niet meer<br />
noodig zijn', verklaar<strong>de</strong> generaal Van<br />
<strong>de</strong>r Heij<strong>de</strong>n. Wel moesten nog 'ein<strong>de</strong>-<br />
looze patrouilleeringen' plaats vin<strong>de</strong>n,<br />
maar <strong>de</strong> legersterkte kon wel omlaag.<br />
De sterkte van <strong>de</strong> bezettingsmacht<br />
werd bepaald op ongeveer 6.000 man<br />
(voor <strong>de</strong> helft Europeanen), nog altijd<br />
een fors aantal. Gouverneur-generaal<br />
Van Lansberge bood het Atjehse volk<br />
royaal een nieuwe moskee aan ter<br />
vervanging van het in 1873 afgebran<strong>de</strong><br />
en later gesloopte gebouw. Van <strong>de</strong>r<br />
Heij<strong>de</strong>n leg<strong>de</strong> <strong>de</strong> eerste steen en<br />
verklaar<strong>de</strong> tegenover <strong>de</strong> verzamel<strong>de</strong><br />
imams dat <strong>de</strong> bouw ervan 'opnieuw een<br />
handtastelijk bewijs' was van<br />
Ne<strong>de</strong>rlands goe<strong>de</strong> bedoelingen met <strong>de</strong><br />
islam. De autoriteiten in Batavia en Den<br />
Haag wil<strong>de</strong>n nu zo snel mogelijk van <strong>de</strong><br />
oorlog af. Het werd hoog tijd het mes te<br />
zetten in <strong>de</strong> torenhoge <strong>de</strong>fensielasten.<br />
In 1881 arriveer<strong>de</strong> <strong>de</strong> eerste civiele<br />
gouverneur, A. Pruys van <strong>de</strong>r Hoeven.<br />
De perio<strong>de</strong> van bestuur door militairen<br />
was voorbij.<br />
Geen oorlog, geen vre<strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rland zat in het begin van <strong>de</strong> jaren<br />
1880 flink met <strong>de</strong> situatie in Atjeh in zijn<br />
maag. Het was een oorlog die het leger<br />
verre boven zijn krachten ging en <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlands-Indische schatkist in<br />
recordtempo uitputte. Jaarlijks kostte<br />
<strong>de</strong> strijd zo'n twintig miljoen gul<strong>de</strong>n<br />
(een <strong>de</strong>r<strong>de</strong> van het totale <strong>de</strong>fensiebud<br />
get en een zeven<strong>de</strong> van <strong>de</strong> totale over<br />
heidsuitgaven in Indië). Bovendien<br />
monopoliseer<strong>de</strong> 'Atjeh' alle troepen, er<br />
bleven nauwelijks nog militairen over<br />
voor taken el<strong>de</strong>rs. Er moest iets gebeu<br />
ren. Het was <strong>de</strong> minister van Oorlog,<br />
A.W.P. Weitzel die, als interim-minister<br />
van Koloniën, een beslissing forceer<strong>de</strong><br />
die even verstrekkend als noodlottig<br />
was. Hij besloot tot inkrimping van <strong>de</strong><br />
troepen in Atjeh, het terugtrekken uit<br />
het grootste <strong>de</strong>el van het verover<strong>de</strong><br />
gebied en het afsluiten van <strong>de</strong> vesting<br />
Kota Radja door mid<strong>de</strong>l van een zwaar<br />
versterkte linie van posten. Tegelijker<br />
tijd moest <strong>de</strong> kust door <strong>de</strong> marine<br />
geblokkeerd wor<strong>de</strong>n, zodat er geen<br />
schip meer in of uit kon. Zo moest Atjeh<br />
door mid<strong>de</strong>l van het 'concentratiestel-<br />
sel' op <strong>de</strong> knieën gedwongen wor<strong>de</strong>n.<br />
Simpel, goedkoop, realistisch en, zo<br />
verwachtte hij, doeltreffend.<br />
On<strong>de</strong>r leiding van kolonel H. Demmeni<br />
werd in augustus 1884 met <strong>de</strong> aanleg<br />
van <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>digingslinie begonnen.<br />
Het werd een waar pronkstuk, dat<br />
bestond uit zestien bentengs, met een<br />
bezetting van ruim hon<strong>de</strong>rd man elk.<br />
Ze waren met Kota Radja verbon<strong>de</strong>n<br />
door mid<strong>de</strong>l van <strong>de</strong> telefoon en bereik<br />
baar via een trambaan. Het gebied werd<br />
afgeschermd door een ijzeren hek met<br />
wachthuisjes.<br />
De oorlog in Atjeh<br />
bestond hoofdzakelijk<br />
uit patrouille-lopen. In<br />
groepen van 20 a 30 man<br />
werd het patrouillegebied<br />
in alle richtingen doorkruist,<br />
op zoek naar <strong>de</strong><br />
vijand. De drie afbeeldingen<br />
op <strong>de</strong>ze pagina betreffen<br />
scènes uit het<br />
patrouille-leven: het doorzoeken<br />
van een kampongwoning<br />
(linksboven); het<br />
doorwa<strong>de</strong>n van een rivier<br />
waarbij dwangarbei<strong>de</strong>rs<br />
door militairen aan <strong>de</strong><br />
hand wor<strong>de</strong>n genomen<br />
(mid<strong>de</strong>n); en <strong>de</strong> lunchpauze,<br />
waarbij <strong>de</strong> in eetketeltjes<br />
meegebrachte lunch<br />
wordt genuttigd (on<strong>de</strong>r).<br />
Het kaartje (CM) hierboven<br />
en <strong>de</strong> daarop aangegeven<br />
schaal laten zien<br />
dat <strong>de</strong> oorlog in een eigenlijk<br />
maar betrekkelijk klein<br />
gebied plaats vond.<br />
841
Boven: Begin jaren tachtig<br />
werd dui<strong>de</strong>lijk dat <strong>de</strong><br />
oorlog <strong>de</strong> fysieke en vooral<br />
financiële krachten van<br />
Ne<strong>de</strong>rland te boven ging.<br />
Om toch het uitein<strong>de</strong>lijke<br />
doel - on<strong>de</strong>rwerping van<br />
Atjeh - te bereiken en <strong>de</strong><br />
kosten in <strong>de</strong> hand te<br />
hou<strong>de</strong>n, ontsproot het<br />
zogenoem<strong>de</strong> concentratiestelsel<br />
aan het brein van<br />
<strong>de</strong> minister van Koloniën,<br />
A.W.P. Weitzel. Een<br />
gebied van vijftig vierkante<br />
kilometer werd hermetisch<br />
afgesloten. Achter die<br />
imposante linie werd<br />
gespannen gewacht op <strong>de</strong><br />
vrijwillige overgave van<br />
Atjeh. Tevergeefs: <strong>de</strong><br />
'opstan<strong>de</strong>lingen' zagen in<br />
het stelsel van bentengs,<br />
wachthuisjes, ijzeren<br />
hekken, telefoon- en<br />
tramlijnen een prachtig<br />
mikpunt voor nog meer<br />
aanslagen. Pas na tien jaar<br />
gaf het leger <strong>de</strong> rampzalige<br />
tactiek van <strong>de</strong> geconcentreer<strong>de</strong><br />
linie op. (GM)<br />
Rechtsmid<strong>de</strong>n en rechtson<strong>de</strong>r:<br />
Was het leven in <strong>de</strong><br />
bentengs, die her en <strong>de</strong>r<br />
wer<strong>de</strong>n opgericht, primitief<br />
en <strong>de</strong>primerend, in <strong>de</strong><br />
hoofdplaats Kota Radja<br />
was het bestaan heel wat<br />
draaglijker. De hoofdofficieren<br />
had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> beschikking<br />
over comfortabele<br />
woningen (rechtsmid<strong>de</strong>n).<br />
Ontspanningsmogelijkhe<strong>de</strong>n<br />
waren er ook; rechtson<strong>de</strong>r<br />
<strong>de</strong> sociëteit voor<br />
on<strong>de</strong>rofficieren.<br />
842<br />
Gewacht werd op <strong>de</strong> vrijwillige on<strong>de</strong>r<br />
werping van <strong>de</strong> Atjehers. Die zagen<br />
echter in <strong>de</strong> aanleg van <strong>de</strong> geconcen<br />
treer<strong>de</strong> linie hun aanvallen beloond en<br />
verdubbel<strong>de</strong>n hun inspanningen. Aan<br />
opgeven dachten ze niet. Waarom zou<br />
<strong>de</strong>n ze ook? Het door <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs<br />
bezette stuk was ongeveer 50 vierkante<br />
kilometer groot, dat wil zeggen 0,1%<br />
van het Atjehse grondgebied. Ook <strong>de</strong><br />
kustblokka<strong>de</strong> werd een mislukking.<br />
Het werd allemaal nog veel erger. De<br />
militairen, opgesloten als ze zaten in<br />
het uiterste puntje van Atjeh, wer<strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong>pressief van het nietsdoen. Boven<br />
dien brak in 1884 een beri-beri-epi<strong>de</strong>-<br />
mie uit, die het sterftepercentage on<strong>de</strong>r<br />
<strong>de</strong> militairen op het niveau van <strong>de</strong><br />
vroege jaren zeventig terugbracht. Het<br />
'concentratiestelsel' was, kortom, een<br />
kolossale vergissing. Na tien jaar - men<br />
kan niet zeggen dat men het gauw<br />
opgaf - werd het systeem verlaten. Het<br />
nieuwe beleid richtte zich op <strong>de</strong> inscha<br />
keling van omvangrijke Atjehse hulp<br />
troepen; het was een soort 'Atjehisering'<br />
van <strong>de</strong> strijd.<br />
Kaartenhuis van<br />
Deijkerhoff<br />
De gedachte dat Atjehers het beste met<br />
Atjehers gevangen kon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n,<br />
nam <strong>de</strong> nieuwe gouverneur, generaal-<br />
majoor C. Deijkerhoff, tot uitgangspunt<br />
van zijn beleid. Niemand min<strong>de</strong>r dan<br />
<strong>de</strong> grote Atjehse lei<strong>de</strong>r teuku Umar<br />
bood <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs zijn diensten<br />
aan. Het leg<strong>de</strong> hem geen win<strong>de</strong>ieren.<br />
Nog in 1893 verleen<strong>de</strong> Deijkerhoff hem<br />
<strong>de</strong> eretitel panglima perang besar (grote<br />
oorlogslei<strong>de</strong>r) en voorzag hij hem<br />
royaal van geld en wapens. Met<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse hulp slaag<strong>de</strong> Umar erin<br />
zijn persoonlijke aspiraties en ambities<br />
te verwezenlijken. Drie jaar lang was hij<br />
Deijkerhoffs meest loyale bondgenoot.<br />
Hij mocht er een eigen keurkorps op na<br />
hou<strong>de</strong>n (door Ne<strong>de</strong>rland betaald) en<br />
kreeg zelfs handvuurwapens van <strong>de</strong><br />
mo<strong>de</strong>rnste soort. Deijkerhoff, die zwaar<br />
bekritiseerd werd om zijn beleid ('een<br />
kaartenhuis', vond gouverneur-gene<br />
raal jhr. C.H.A. van <strong>de</strong>r Wijck), kon alle<br />
aanvallen echter moeiteloos pareren<br />
door trots op Umar te wijzen. Als<br />
iemand <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse zaak was<br />
toegedaan, was het teuku Umar wel.
In 1896 werd een offensief in <strong>de</strong> moekims<br />
XXII voorbereid, waarbij Umar het<br />
voortouw zou nemen. Deijkerhoff<br />
wil<strong>de</strong> hem er natuurlijk niet met lege<br />
han<strong>de</strong>n op af sturen. Daarom rustte hij<br />
Umar uit met 380 achterlaadgeweren,<br />
500 voorla<strong>de</strong>rs, 25.000 Beaumont-<br />
patronen, 500 kilo buskruit, 5000 kilo<br />
lood en 120.000 slaghoedjes. Ooit komt<br />
het moment, had één van Deijkerhoffs<br />
critici gezegd, dat we al die wapens nog<br />
eens 'bloedig moeten terughalen.' In<br />
1896 was het zover: amper had Umar<br />
<strong>de</strong> wapens in han<strong>de</strong>n, of hij viel <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlandse zaak af. Hij stuur<strong>de</strong> nog<br />
enkele excuusbrieven naar Deijkerhoff,<br />
waarin hij zich beklaag<strong>de</strong> geen rid<strong>de</strong>r<br />
or<strong>de</strong> te hebben gekregen (waardoor hij<br />
zich 'zeer beschaamd' had gevoeld) en<br />
waarin hij tevens vroeg om 150.000<br />
gul<strong>de</strong>n per maand voor het on<strong>de</strong>rhoud<br />
van zijn troepen. Deijkerhoff was totaal<br />
verbijsterd. Nog jaren lang hebben <strong>de</strong><br />
militairen zich het hoofd gebroken over<br />
Umars beweegre<strong>de</strong>nen. Het moest wel<br />
het 'sluimeren<strong>de</strong> verra<strong>de</strong>rsinstinct' zijn,<br />
waarvan Umar al eer<strong>de</strong>r blijk had<br />
gegeven. Feit was dat Umar dankzij <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlandse militaire hulp <strong>de</strong> machtig<br />
ste lei<strong>de</strong>r van Atjeh was gewor<strong>de</strong>n.<br />
In 1896 leek hem het juiste moment<br />
gekomen om die politieke en militaire<br />
steun te verzilveren en voor zichzelf te<br />
beginnen. Het leger had er van <strong>de</strong> ene<br />
dag op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re een formidabel bewa<br />
pen<strong>de</strong> tegenstan<strong>de</strong>r bij gekregen. Het<br />
bleef niet bij Umar alleen; talloze<br />
hoof<strong>de</strong>n, die Ne<strong>de</strong>rland eerst had<strong>de</strong>n<br />
gesteund, kozen partij voor Umar en<br />
liepen over. Een verrassen<strong>de</strong>r wending<br />
was nauwelijks <strong>de</strong>nkbaar. Het effect<br />
ervan was minstens zo dramatisch als<br />
dat van het 'verraad van Lombok' twee<br />
jaar eer<strong>de</strong>r. Het jaar 1896 beteken<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>finitieve ommekeer in <strong>de</strong> oorlog.<br />
Korps Marechaussee<br />
In <strong>de</strong> jaren dat Deijkerhoff zijn 'kaarten<br />
huis' overeind trachtte te hou<strong>de</strong>n, was<br />
er echter al veel veran<strong>de</strong>rd. Het belang<br />
rijkste was dat een speciale militaire<br />
eenheid in het leven was geroepen die<br />
in <strong>de</strong> rest van <strong>de</strong> oorlog een doorslag<br />
geven<strong>de</strong> rol zou spelen: het 'Korps<br />
Marechaussee te voet'. Het was opge<br />
richt in 1890, op voorstel van een<br />
Atjehse rechter bij <strong>de</strong> rechtbank in Kota<br />
Radja. Het moesten militairen zijn,<br />
vond hij, die zich in het hol van <strong>de</strong><br />
leeuw durf<strong>de</strong>n wagen en bewust <strong>de</strong><br />
confrontatie met <strong>de</strong> Atjehers zou<strong>de</strong>n<br />
zoeken; alleen <strong>de</strong> besten uit het leger<br />
mochten <strong>de</strong>el uitmaken van het korps.<br />
Ze moesten vooral 's nachts in actie<br />
komen. Met zulke soldaten zou het<br />
gebied binnen <strong>de</strong> linie pas echt bevei<br />
ligd kunnen wor<strong>de</strong>n. Het korps, dat<br />
on<strong>de</strong>r leiding stond van kapitein<br />
G.G.J. Notten, kwam voor het eerst in<br />
actie in oktober 1890. In <strong>de</strong> drie jaar dat<br />
Het 'verraad van teuku<br />
Umar' z<strong>org</strong><strong>de</strong> in Indië en<br />
Ne<strong>de</strong>rland voor een schok.<br />
Johan Braakensiek teken<strong>de</strong><br />
voor <strong>de</strong> Amsterdammer<br />
van 5 april 1896 een prent<br />
waarop verbijster<strong>de</strong> veteranen<br />
in Bronbeek aan hun<br />
commandant (Van <strong>de</strong>r<br />
Heij<strong>de</strong>n) om uitleg vragen<br />
(linksmid<strong>de</strong>n). Na het<br />
sneuvelen van Umar in<br />
1899 werd diens kampement<br />
ont<strong>de</strong>kt (boven).<br />
Koloniale militairen<br />
poseren voor <strong>de</strong> ingang.<br />
Er staan uitkijktorens,<br />
links en rechts barakken en<br />
achterin het woonhuis van<br />
Umar.
Het Korps Marechaussee<br />
nam het voortouw bij <strong>de</strong><br />
uitein<strong>de</strong>lijke 'pacificatie'<br />
van Atjeh na 1895. Het<br />
was een elite-eenheid die<br />
offensief, mobiliteit, snelheid<br />
en verrassing hoog in<br />
het vaan<strong>de</strong>l had staan. Een<br />
korps dat zich, om het<br />
mo<strong>de</strong>rn te zeggen, specialiseer<strong>de</strong><br />
in 'counter-insurgency'.<br />
Voor het eerst had<br />
het koloniale leger een<br />
antwoord gevon<strong>de</strong>n op <strong>de</strong><br />
guerrilla-oorlog zoals die<br />
door <strong>de</strong> Atjehers werd<br />
toegepast. De marechaussees<br />
waren bewapend met<br />
karabijn en klewang. Op<br />
<strong>de</strong> foto boven een briga<strong>de</strong><br />
marechaussees (ongeveer<br />
120 man). Rechts een<br />
eenheid die achter een<br />
spoordijk voor het oog van<br />
<strong>de</strong> camera welwillend het<br />
leggen van een hin<strong>de</strong>rlaag<br />
<strong>de</strong>monstreert.<br />
hij <strong>de</strong> Marechaussees aanvoer<strong>de</strong>, z<strong>org</strong><strong>de</strong><br />
Notten er voor dat het een echte elite<br />
groep werd. Het korps was ver<strong>de</strong>eld in<br />
kleine, zelfstandige eenhe<strong>de</strong>n, waarvan<br />
<strong>de</strong> mannen elkaar goed ken<strong>de</strong>n; er<br />
heerste een sterk esprit <strong>de</strong> corps. De<br />
soldaten wer<strong>de</strong>n intensief getraind, ze<br />
waren bewapend met karabijn en<br />
klewang, licht gekleed om zich snel en<br />
soepel in het bos te kunnen voortbewe<br />
gen en voorzien van vivres voor slechts<br />
drie of vier dagen. Door zijn beperkte<br />
taak - bewaking en beveiliging binnen<br />
<strong>de</strong> linie - bleven <strong>de</strong> Marechaussees<br />
aanvankelijk een enigszins curieuze<br />
mengvorm van politieagenten en<br />
'commando's'. Ook getalsmatig stel<strong>de</strong>n<br />
ze nog niet zo veel voor: het korps tel<strong>de</strong><br />
246 man, voor <strong>de</strong> helft Ambonezen,<br />
voor <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re helft Javanen, en werd<br />
aangevoerd door inheemse, Afrikaanse<br />
en Europese on<strong>de</strong>rofficieren.<br />
In 1895 kregen <strong>de</strong> Marechaussees een<br />
nieuwe lei<strong>de</strong>r, kapitein jhr. G.J.W.C.H.<br />
Graafland. Zijn aantre<strong>de</strong>n beteken<strong>de</strong><br />
een omwenteling in het bestaan van het<br />
nog jonge korps. Hij introduceer<strong>de</strong> een<br />
nieuw tactisch concept, dat uitging van<br />
het offensief, het gebruik van het blanke<br />
wapen en het uitvoeren van onophou<br />
<strong>de</strong>lijke patrouilles en achtervolgingen.<br />
Hij maakte er een keurtroep van met<br />
een hoge gevechtswaar<strong>de</strong>, een eenheid<br />
die uitblonk in snelle acties en die <strong>de</strong><br />
contra-guerrilla met succes in <strong>de</strong> prak<br />
tijk bracht. Toen in 1896 <strong>de</strong> strijd weer<br />
in alle hevigheid losbarstte, ston<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
Marechaussees gereed. Graafland liet<br />
zien hoe <strong>de</strong> Atjehers aangepakt<br />
moesten wor<strong>de</strong>n. De offensieve tactiek<br />
en <strong>de</strong> mobiliteit van <strong>de</strong> Marechaussees<br />
wer<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> jaren na 1896 overgeno<br />
men door <strong>de</strong> gewone troepen. Het<br />
Korps Marechaussee fungeer<strong>de</strong> als leer<br />
school van <strong>de</strong> nieuwe tactiek.<br />
De oprichting van het Korps liet zien<br />
dat er op militair en politiek gebied<br />
veran<strong>de</strong>ringen op til waren. De onvre<strong>de</strong><br />
over het verloop van <strong>de</strong> oorlog bereikte<br />
in <strong>de</strong>ze jaren een hoogtepunt. Officieren<br />
braken zich het hoofd over mid<strong>de</strong>len<br />
tot herstel van <strong>de</strong> offensieve aanpak.<br />
Tot hen behoor<strong>de</strong> ook majoor J.B. van<br />
Heutsz, die met enige regelmaat van<br />
zich <strong>de</strong>ed spreken. In artikelen in het<br />
Indisch Militair Tijdschrift en in <strong>de</strong><br />
brochure De on<strong>de</strong>rwerping van Atjeh<br />
drong hij krachtig aan op een nieuwe<br />
aanpak. Wat hij te zeggen had, was<br />
overigens niet uniek of spectaculair. In<br />
zijn brochure zijn nauwelijks concrete<br />
aanwijzingen te vin<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> manier<br />
waarop <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerping moest plaats<br />
vin<strong>de</strong>n. Het is meer een psychologisch<br />
traktaat, een oproep tot krachtdadig<br />
heid. De Atjeher, aldus Van Heutsz,<br />
luistert alleen naar hem die zijn kracht<br />
toont en die hem '<strong>de</strong>n voet op <strong>de</strong>n nek<br />
zet.' Hard toeslaan, zon<strong>de</strong>r wankelmoe-
digheid, dat was het <strong>de</strong>vies, en vooral:<br />
<strong>de</strong> 'ontelbare mooie praatjes' van 'dien<br />
meesterlijken vleier' niet geloven. Dan<br />
zou alles goed komen. Ook an<strong>de</strong>ren<br />
verspreid<strong>de</strong>n die boodschap. Het was<br />
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> geweldsretoriek die ook in <strong>de</strong><br />
Engelse en Franse koloniën te horen<br />
viel.<br />
Pax Neerlandica<br />
De militairen kregen trouwens in <strong>de</strong>ze<br />
jaren ook hulp van <strong>de</strong> wetenschap, in<br />
<strong>de</strong> persoon van <strong>de</strong> Leidse islam-kenner<br />
en arabist Chr. Snouck Hurgronje. Deze<br />
geleer<strong>de</strong> fungeer<strong>de</strong> min of meer als een<br />
soort eenmans-inlichtingendienst. Voor<br />
het eerst kregen <strong>de</strong> officieren (als ze<br />
tenminste wil<strong>de</strong>n luisteren) iets meer<br />
over <strong>de</strong> Atjehers te horen dan <strong>de</strong> sim<br />
plistische frases over 'kwaadwilligen'<br />
en 'roovers', waarin gewoonlijk over <strong>de</strong><br />
vijand werd gesproken. Evenals Van<br />
Heutsz benadrukte hij dat het vooral<br />
een kwestie van psychologie was. Op<br />
basis van een verblijf in Atjeh in 1891<br />
en 1892 - het eerste antropologische<br />
on<strong>de</strong>rzoek daar - was Snouck tot <strong>de</strong><br />
conclusie gekomen dat <strong>de</strong> Atjehers een<br />
heilige oorlog vochten en dat ze het<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse gezag pas zou<strong>de</strong>n<br />
aanvaar<strong>de</strong>n, wanneer ze <strong>de</strong> 'voet op<br />
<strong>de</strong>n nek' zou<strong>de</strong>n voelen.<br />
Het allerbelangrijkste was echter <strong>de</strong><br />
ommekeer in het politieke <strong>de</strong>nken over<br />
Indië. Op alle niveaus van <strong>de</strong> Indische<br />
en Ne<strong>de</strong>rlandse politiek manifesteer<strong>de</strong><br />
zich in <strong>de</strong> loop van <strong>de</strong> jaren negentig <strong>de</strong><br />
wil ernst te maken met het invoeren van<br />
Ne<strong>de</strong>rlands bestuur tot in <strong>de</strong> verste<br />
uithoeken van <strong>de</strong> archipel. De officiële<br />
reacties op <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rlaag op Lombok in<br />
1894 en op het Atjeh-fiasco in 1896<br />
maakten dat dui<strong>de</strong>lijk. Om or<strong>de</strong>lijk<br />
bestuur in te voeren was krachtig mili<br />
tair ingrijpen nodig. Eerst moest een<br />
eind wor<strong>de</strong>n gemaakt aan <strong>de</strong> - in<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse ogen - politieke chaos in<br />
<strong>de</strong> archipel. De dreigen<strong>de</strong> internatio<br />
nale situatie maakte dit bovendien<br />
gewenst. Afrika werd opge<strong>de</strong>eld en wat<br />
in Azië (buiten China en Japan) nog<br />
'over' bleef, trok <strong>de</strong> belangstelling van<br />
<strong>de</strong> in koloniaal opzicht min<strong>de</strong>r<br />
be<strong>de</strong>el<strong>de</strong> Europese naties. Wanneer<br />
Ne<strong>de</strong>rland geen ernst maakte met het<br />
opleggen van <strong>de</strong> Pax Neerlandica,<br />
zou<strong>de</strong>n an<strong>de</strong>re staten zich wel eens met<br />
'ons Indië' kunnen gaan bemoeien. De<br />
politieke wil was er, <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>len waren<br />
er ook. Aan het eind van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw<br />
bleek <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>rne tech<br />
niek. Was <strong>de</strong> technologische ontwikke<br />
ling tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw heel lang<br />
meer belofte dan werkelijkheid<br />
geweest, tegen het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> eeuw<br />
bleek ineens wat zij kon betekenen.<br />
Repeteergeweren en mitrailleurs<br />
versterkten <strong>de</strong> vuurkracht van het<br />
leger; stoomschepen verklein<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
afstan<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> archipel, <strong>de</strong> Koninklijke<br />
Mid<strong>de</strong>nhoven: De militaire<br />
kleding en uitrusting was<br />
in het algemeen ondoelmatig,<br />
veel te zwaar en te dik.<br />
Met <strong>de</strong> regelmaat van <strong>de</strong><br />
klok wer<strong>de</strong>n veran<strong>de</strong>ringen<br />
aangebracht, die echter<br />
meestal toch geen verbeteringen<br />
bleken. In 1894<br />
werd een compleet nieuwe<br />
uniform ingevoerd.<br />
Afgebeeld is <strong>de</strong> helmhoed<br />
voor officieren.<br />
Linkson<strong>de</strong>r: Het was Van<br />
Heutsz die <strong>de</strong> Atjehers<br />
uitein<strong>de</strong>lijk op <strong>de</strong> knieën<br />
kreeg. Zijn eerste grote<br />
succes was <strong>de</strong> expeditie<br />
naar Pedir in 1898. Deze<br />
tocht herstel<strong>de</strong> het zelfvertrouwen<br />
van het leger.<br />
Het persoonlijke lei<strong>de</strong>rschap<br />
van Van Heutsz<br />
droeg daar veel toe bij.<br />
Hier zit hij blakend van<br />
zelfvertrouwen temid<strong>de</strong>n<br />
van zijn staf tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />
veldtocht door Pedir.<br />
Rechtsboven: Het populaire<br />
blad Eigen Haard<br />
besteed<strong>de</strong> regelmatig<br />
aandacht aan <strong>de</strong> oorlog.<br />
Hier een aflevering uit<br />
1896, nog voor het optre<strong>de</strong>n<br />
van Van Heutsz, toen<br />
teuku Umar <strong>de</strong> gemoe<strong>de</strong>ren<br />
bezighield.<br />
845
Boven: Samalangan aan <strong>de</strong><br />
noordkust bleek een uiterst<br />
moeilijk te veroveren<br />
gebied. In <strong>de</strong> jaren zeventig<br />
was <strong>de</strong> verovering mislukt.<br />
In 1880 had Karei van <strong>de</strong>r<br />
Heij<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> versterkte<br />
heuvelvestingen 'bloedig<br />
echec' gele<strong>de</strong>n, zoals het<br />
toen heette. Hij had er<br />
trouwens ook een oog<br />
achtergelaten. In 1901<br />
probeer<strong>de</strong> Van Heutsz het<br />
nog een keer, ditmaal met<br />
meer succes. In een grote<br />
actie van marine en leger<br />
wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> vijan<strong>de</strong>lijke stellingen<br />
veroverd. Als laatste<br />
werd <strong>de</strong> bergstelling Batoe<br />
Iliq ingenomen, op 3 februari,<br />
<strong>de</strong> vijftigste verjaardag<br />
van Van Heutsz. Het<br />
schil<strong>de</strong>rij van fules Garnier<br />
toont het Ne<strong>de</strong>rlandsch<br />
Indisch Leger bij<br />
Samalangan op 26 augustus<br />
1877. Het werd aangebo<strong>de</strong>n<br />
aan koning<br />
Willem III, die overigens<br />
geen interesse voor <strong>de</strong> koloniën<br />
had. (Bronbeek)<br />
Rechtsmid<strong>de</strong>n: Van Heutsz<br />
werd voor zijn beëindiging<br />
van <strong>de</strong> Atjeh-oorlog<br />
beloond met het hoogste<br />
ambt in Ne<strong>de</strong>rlands-Indië:<br />
van 1904 tot 1909 was hij<br />
gouverneur-generaal.<br />
846<br />
Paketvaart Maatschappij vervoer<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
troepen snel en re<strong>de</strong>lijk comfortabel<br />
naar elke bestemming; verbeteringen in<br />
<strong>de</strong> medische z<strong>org</strong> hiel<strong>de</strong>n <strong>de</strong> soldaat<br />
gezond. Bovendien nam in <strong>de</strong>ze jaren<br />
<strong>de</strong> werving van inheemse militairen<br />
sterk toe, zodat het leger voor twee<br />
<strong>de</strong>r<strong>de</strong> uit inheemse militairen kwam te<br />
bestaan. Bij <strong>de</strong> strijd in <strong>de</strong> jaren 1890 en<br />
in het eerste <strong>de</strong>cennium van <strong>de</strong> 20ste<br />
eeuw gingen <strong>de</strong> inheemse soldaten<br />
voorop.<br />
De koloniale staat in wording profi<br />
teer<strong>de</strong> van al <strong>de</strong> nieuwe hulpmid<strong>de</strong>len.<br />
De combinatie van <strong>de</strong> nieuwe offen<br />
sieve militaire geest, <strong>de</strong> grotere <strong>de</strong>el<br />
name van <strong>de</strong> inheemse militairen, <strong>de</strong><br />
politieke wil om met <strong>de</strong> Indonesische<br />
vorsten af te rekenen en <strong>de</strong> in principe<br />
ongelimiteer<strong>de</strong> hoeveelheid mo<strong>de</strong>rne<br />
technische hulpmid<strong>de</strong>len z<strong>org</strong><strong>de</strong> ervoor<br />
dat <strong>de</strong> koloniale staat in verrassend<br />
korte tijd met <strong>de</strong> zwakke inheemse<br />
staten kon afrekenen. Zo brak dan <strong>de</strong><br />
laatste fase in <strong>de</strong> oorlog om Atjeh aan.<br />
Overrompelend offensief<br />
In 1896 en 1897 werd het kerngebied<br />
van Atjeh <strong>de</strong>finitief on<strong>de</strong>r controle<br />
gebracht. In <strong>de</strong> moekims XXII, XXV en<br />
XXVI, waar <strong>de</strong> strijd twee <strong>de</strong>cennia lang<br />
had gewoed, werd het ein<strong>de</strong>lijk rustig.<br />
Het leger stond nu voor <strong>de</strong> taak <strong>de</strong> rest<br />
van Atjeh te on<strong>de</strong>rwerpen. Het 'concen-<br />
tratiestelsel' was inmid<strong>de</strong>ls vervangen<br />
door het zogenoem<strong>de</strong> 'stelsel van<br />
actieve beheersing'. Drie mobiele colon<br />
nes trokken het binnenland van Atjeh in<br />
op jacht naar teuku Umar, panglima<br />
Polim en an<strong>de</strong>re aanvoer<strong>de</strong>rs. Het was<br />
vooral Pedir, met <strong>de</strong> hoofdplaats Sigli,<br />
aan <strong>de</strong> noordkust, waar het Atjehse<br />
verzet zich concentreer<strong>de</strong>. Daar moest<br />
eerst mee wor<strong>de</strong>n afgerekend.<br />
De expeditie naar Pedir stond on<strong>de</strong>r<br />
leiding van - inmid<strong>de</strong>ls - kolonel Van<br />
Heutsz. Het was voor <strong>de</strong> eerste keer dat<br />
hij het commando over zo'n omvang<br />
rijke troepenmacht voer<strong>de</strong>: 125 officie<br />
ren, 3.300 militairen, 2.400 dwangarbei<br />
<strong>de</strong>rs en enkele hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n bedien<strong>de</strong>n.<br />
Snouck Hurgronje vergezel<strong>de</strong> hem als<br />
'adviseur-honorair voor Inlandsche<br />
Zaken.' Van Heutsz mocht nu laten zien<br />
wat hij waard was. Met voortvarend<br />
heid pakte hij aan. Hij vervroeg<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
expeditie met een maand na berichten<br />
dat teuku Umar <strong>de</strong> leiding van het<br />
verzet in Pedir op zich zou nemen. Op<br />
1 juni 1898 werd het startsein gegeven.<br />
Met grote snelheid trok hij door het<br />
land; <strong>de</strong> ene vijan<strong>de</strong>lijke sterkte na <strong>de</strong><br />
an<strong>de</strong>re werd ingenomen zon<strong>de</strong>r<br />
noemenswaardige verliezen aan<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse kant; aan Atjehse zij<strong>de</strong><br />
vielen hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n do<strong>de</strong>n. Hardnekkig<br />
volg<strong>de</strong> hij het spoor van <strong>de</strong> Atjehers,<br />
die zich steeds ver<strong>de</strong>r in het binnenland<br />
terugtrokken. Na twaalf dagen splitste<br />
hij zijn troepenmacht in twee colonnes<br />
om <strong>de</strong> achtervolging met <strong>de</strong>s te meer<br />
effect te kunnen uitvoeren. In min<strong>de</strong>r<br />
dan een maand waren <strong>de</strong> verzetsgroe<br />
pen in Pedir uiteengeslagen. De eerste<br />
expeditie on<strong>de</strong>r Van Heutsz' leiding<br />
was een groot militair en vooral
psychologisch succes gewor<strong>de</strong>n voor<br />
het leger.<br />
De campagne had een paar dingen<br />
dui<strong>de</strong>lijk gemaakt. Voor het eerst waren<br />
er geen kampongs en sawahs in brand<br />
gestoken en waren <strong>de</strong> eigendommen<br />
van <strong>de</strong> bevolking ontzien. Als gevolg<br />
daarvan had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> rondtrekken<strong>de</strong><br />
guerrillastrij<strong>de</strong>rs weinig steun van <strong>de</strong><br />
bevolking on<strong>de</strong>rvon<strong>de</strong>n. Zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong>ze<br />
steun kon<strong>de</strong>n zij niet veel an<strong>de</strong>rs doen<br />
dan zich steeds ver<strong>de</strong>r terugtrekken. Zij<br />
had<strong>de</strong>n zich door Van Heutsz het initia<br />
tief laten ontnemen en wer<strong>de</strong>n steeds<br />
ver<strong>de</strong>r opgejaagd. Van Heutsz had ook<br />
laten zien dat het leger wel <strong>de</strong>gelijk tot<br />
een overrompelend offensief in staat<br />
was. Snelheid en verrassing waren <strong>de</strong><br />
mid<strong>de</strong>len om <strong>de</strong> guerrilla's mee te<br />
verslaan. Het Korps Marechaussee gaf<br />
het voorbeeld en nam een groot <strong>de</strong>el<br />
van <strong>de</strong> strijd voor zijn rekening. Het<br />
persoonlijke lei<strong>de</strong>rschap van Van<br />
Heutsz is eveneens van groot belang<br />
geweest. Zijn aanwezigheid inspireer<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong> troepen. In het verover<strong>de</strong> gebied<br />
wer<strong>de</strong>n meteen bestuursposten opge<br />
richt en <strong>de</strong> lokale hoof<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n<br />
'uitgenodigd' met het Ne<strong>de</strong>rlandse<br />
bestuur samen te werken.<br />
Laatste verzet gebroken<br />
Van 1898 tot 1903 werd in een aantal<br />
korte campagnes <strong>de</strong>finitief met het<br />
Atjehse verzet afgerekend. Mobiele<br />
colonnes doorkruisten Atjeh tot in alle<br />
hoeken en gaten. Overal voel<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
Atjehers '<strong>de</strong> voet op <strong>de</strong> nek'. 'Snel en<br />
krachtig toegebrachte slagen moeten<br />
het zijn', had Van Heutsz ooit geschre<br />
ven. Hij had bewezen dat het kon. De<br />
overgebleven guerrillalei<strong>de</strong>rs vielen <strong>de</strong><br />
één na <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r in Ne<strong>de</strong>rlandse han<strong>de</strong>n.<br />
In 1899 slaag<strong>de</strong> Van Heutsz er bij<br />
verrassing in teuku Umar in een hin<strong>de</strong>r<br />
laag te lokken en te do<strong>de</strong>n. Het was een<br />
grote klap voor het verzet, al nam één<br />
van Umars vrouwen, <strong>de</strong> legendarisch<br />
gewor<strong>de</strong>n Tjut Na Dinh, het lei<strong>de</strong>r<br />
schap op zich. Onverzoenlijk, maar<br />
vergezeld van een slinkend aantal<br />
volgelingen zette zij <strong>de</strong> strijd nog jaren<br />
lang voort. Soms leef<strong>de</strong> het verzet<br />
ineens op en concentreer<strong>de</strong> het zich op<br />
een bepaald punt. Zo was er <strong>de</strong><br />
befaam<strong>de</strong> 'bergstelling' Batoe Iliq in<br />
Samalanga aan <strong>de</strong> noordkust. Het was<br />
een reusachtig versterkte vesting, die<br />
herinneringen opriep aan Bonjol, het<br />
bergdorp van <strong>de</strong> Padri's in Sumatra. In<br />
januari 1901 sloeg Van Heutsz het beleg<br />
voor <strong>de</strong> vesting. Uitein<strong>de</strong>lijk moesten<br />
<strong>de</strong> troepen, <strong>de</strong> Marechaussees voorop,<br />
tot <strong>de</strong> stormaanval overgaan; toen was<br />
ook dit bolwerk gevallen. In 1903 werd<br />
een laatste succes geboekt met <strong>de</strong> over<br />
gave van panglima Polim aan kapitein<br />
H. Colijn. De oorlog was zo goed als<br />
voorbij.<br />
Wat overbleef, waren acties in geïso<br />
leer<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n in het binnenland.<br />
Enkele malen werd opgetre<strong>de</strong>n in <strong>de</strong><br />
Gajo- en Alaslan<strong>de</strong>n, diep in centraal-<br />
Atjeh. Een colonne on<strong>de</strong>r kapitein<br />
G.C.E. van Daalen trok van februari tot<br />
juli 1904 een verwoestend spoor door<br />
<strong>de</strong> dorpen in het binnenland. Mannen,<br />
vrouwen en kin<strong>de</strong>ren wer<strong>de</strong>n bij<br />
hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n doodgeschoten; <strong>de</strong> kam<br />
pongs gingen onveran<strong>de</strong>rlijk in<br />
vlammen op. In totaal kwamen bijna<br />
3.000 Atjehers om het leven. Het was<br />
weer het ou<strong>de</strong> pacificatie-werk met zijn<br />
vaak willekeurige toepassing van<br />
geweld. Het was niet wat Van Heutsz<br />
en Snouck Hurgronje ooit bedoeld<br />
had<strong>de</strong>n met '<strong>de</strong> voet op <strong>de</strong>n nek'. De<br />
'metho<strong>de</strong>-Van Heutsz' was flink uit <strong>de</strong><br />
hand gelopen, om niet te zeggen, geper-<br />
Boven: Hendrik Colijn,<br />
minister-presi<strong>de</strong>nt van<br />
Ne<strong>de</strong>rland in <strong>de</strong> jaren<br />
<strong>de</strong>rtig, is zijn loopbaan<br />
begonnen als officier in het<br />
Indische leger. Hij dien<strong>de</strong><br />
van 1892 tot 1907 en<br />
bracht lange tijd door in<br />
Atjeh. Hij maakte naam<br />
met <strong>de</strong> overgave van<br />
panglima Polim, die zich<br />
op 6 september 1903 met<br />
zijn gevolg bij Colijn<br />
meld<strong>de</strong>. Op <strong>de</strong> foto staat<br />
Colijn uiterst links, met<br />
naast hem zittend zijn<br />
vrouw. Rechts van<br />
mevrouw Colijn staat<br />
luitenant J.C. Lamster, die<br />
later een biografie over<br />
Van Heutsz zou publiceren.<br />
Links: De 'kolonialen' in<br />
min<strong>de</strong>r krijgshaftig tenue.<br />
Het leven in het bivak kon<br />
ook iets gemoe<strong>de</strong>lijks<br />
hebben. De Europese militairen,<br />
gehuld in 'slaapbroek',<br />
koken hun potje<br />
rijst.<br />
847
Rechtson<strong>de</strong>r: De Gajo- en<br />
Alaslan<strong>de</strong>n in het binnenland<br />
van Atjeh waren het<br />
laatste gebied dat veroverd<br />
moest wor<strong>de</strong>n. Een<br />
kolonne on<strong>de</strong>r overste Van<br />
Daalen trok in 1904 dwars<br />
door het gebied. Tot <strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>elnemen<strong>de</strong> officieren<br />
behoor<strong>de</strong> luitenant Hans<br />
Christoffel. De opdracht<br />
van <strong>de</strong> kolonne luid<strong>de</strong> het<br />
Gajo-gebied aan <strong>de</strong> Laut<br />
Tawar te verkennen en<br />
'het verzet te breken'. Van<br />
Daalen vatte dat nogal<br />
letterlijk op: <strong>de</strong> militairen<br />
trokken een verwoestend<br />
spoor door het land. Op 14<br />
juni 1904 werd kampong<br />
Koeteu Reh uitgemoord:<br />
313 mannen en 248<br />
vrouwen en kin<strong>de</strong>ren<br />
von<strong>de</strong>n <strong>de</strong> dood; 94<br />
vrouwen en kin<strong>de</strong>ren<br />
overleef<strong>de</strong>n het bloedbad<br />
(waarvan 31 gewond). Na<br />
afloop wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> lijken<br />
geteld en werd <strong>de</strong> foto<br />
genomen die rechtson<strong>de</strong>r<br />
staat afgedrukt. Overste<br />
Van Daalen staat er ook<br />
op, links bovenaan. Van<br />
Heutsz' beslissing om het<br />
karwei te laten afinaken<br />
door Van Daalen, tegen het<br />
uitdrukkelijke advies van<br />
Snouck Hungronje in, bleek<br />
een bloedige vergissing.<br />
Boven en rechtsmid<strong>de</strong>n:<br />
Ook in 1906 werd nog een<br />
tocht door <strong>de</strong> Gajo- en<br />
Alasvallei on<strong>de</strong>rnomen.<br />
Deze verliep zon<strong>de</strong>r veel<br />
inci<strong>de</strong>nten. De tocht werd<br />
z<strong>org</strong>vuldig voorbereid; een<br />
groot aantal voorra<strong>de</strong>n<br />
werd in kisten meegevoerd.<br />
Op <strong>de</strong> foto staat een rij<br />
dragers met kisten bestemd<br />
voor <strong>de</strong>ze expeditie. Boven<br />
valt te zien hoe een<br />
patrouille met hulp van<br />
een motorbootje <strong>de</strong> Laut<br />
Tawar oversteekt.<br />
848<br />
verteerd. De offensieve aanpak werd nu<br />
met willekeur en wreedheid gecombineerd.<br />
Moordgeschie<strong>de</strong>nis<br />
Het werd nog erger toen Van Daalen,<br />
<strong>de</strong> commandant van <strong>de</strong> Gajo- en Alasexpeditie,<br />
zelf gouverneur van Atjeh<br />
werd. In een poging om het toenemen<strong>de</strong><br />
aantal terroristische aanslagen <strong>de</strong> kop<br />
in te drukken, nam hij zijn toevlucht tot<br />
<strong>de</strong> har<strong>de</strong> aanpak. In <strong>de</strong> Twee<strong>de</strong> Kamer<br />
en in <strong>de</strong> pers werd schan<strong>de</strong> gesproken<br />
van <strong>de</strong> gebruikte metho<strong>de</strong>n in Atjeh.<br />
Het katholieke kamerlid Victor <strong>de</strong><br />
Stuers ontpopte zich als Van Daalens<br />
scherpste criticus. De door Van Daalen<br />
gelei<strong>de</strong> tocht door <strong>de</strong> Gajo- en Alaslan<strong>de</strong>n<br />
had hij 'een moordgeschie<strong>de</strong>nis'<br />
genoemd. De 'tij<strong>de</strong>n van Djenzis-Khan<br />
en Timoer-Lenk' waren teruggekeerd,<br />
zo riep hij uit in <strong>de</strong> Kamer. Zelfs militairen<br />
schaar<strong>de</strong>n zich aan zijn zij<strong>de</strong>. Het<br />
kamerlid L.W.J.K. Thomson, zelf oudofficier<br />
van het koloniale leger, <strong>de</strong>el<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong> kritiek van De Stuers en <strong>de</strong> oud-<br />
Marechaussee-officier W.A. van<br />
Oorschot publiceer<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r het pseudoniem<br />
'Wekker' een onthutsend relaas<br />
over <strong>de</strong> contra-terreur die door het<br />
leger werd toegepast in <strong>de</strong> laatste jaren<br />
van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerping van Atjeh.<br />
De Atjeh-oorlog was het toneel geweest<br />
van malaise en triomf. Vijfentwintig<br />
jaar waren voorbij gegaan waarin het<br />
leger een pover figuur had geslagen.<br />
Het was niet bij machte geweest <strong>de</strong><br />
strijd in zijn voor<strong>de</strong>el te beslissen. Het<br />
had te kijk gestaan als een amateuristische<br />
strijdmacht, die niets wist aan te<br />
vangen met een stelletje 'kwaadwilligen'<br />
en 'roovers'. Maar dan was <strong>de</strong><br />
omslag gekomen en kort voor <strong>de</strong> eeuwwisseling<br />
was een nieuwe geest in het<br />
koloniale leger gevaren. Met zijn op<br />
mobiliteit en verrassing gerichte aanpak<br />
had Van Heutsz in korte tijd succes<br />
weten te boeken. Van Heutsz en <strong>de</strong>
Atjeh-oorlog wer<strong>de</strong>n het symbool van<br />
het Ne<strong>de</strong>rlandse imperialisme, van <strong>de</strong><br />
wil <strong>de</strong> hele archipel aan het<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse bestuur te on<strong>de</strong>rwerpen.<br />
De oorlog had zware offers geëist van<br />
Atjeh en Ne<strong>de</strong>rland. Naar schatting zijn<br />
minimaal 60.000 Atjehers omgekomen,<br />
dat wil zeggen 10% van <strong>de</strong> bevolking.<br />
Van het leger sneuvel<strong>de</strong>n ongeveer<br />
2.000 militairen en kwamen er 10.500<br />
om door ziekte. Van <strong>de</strong> dwangarbei<br />
<strong>de</strong>rs, die tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> oorlog op grote<br />
schaal wer<strong>de</strong>n ingezet, stierven er zeker<br />
25.000. Daarbij komen nog <strong>de</strong> verwoes<br />
tingen die vooral in Groot-Atjeh<br />
wer<strong>de</strong>n aangericht. Het heeft tientallen<br />
jaren geduurd voordat <strong>de</strong> ecologische<br />
en economische gevolgen van <strong>de</strong> oorlog<br />
ongedaan waren gemaakt.<br />
Afronding van het<br />
imperium<br />
Pas na 1900 volg<strong>de</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerping<br />
van <strong>de</strong> nog niet on<strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlands<br />
gezag gebrachte <strong>de</strong>len van <strong>de</strong> archipel.<br />
Dat waren er nog heel wat. De talrijke<br />
expedities uit het verle<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> buiten<br />
gewesten waren meestal niet gevolgd<br />
door vestiging van het bestuur.<br />
De traditionele conflicthaar<strong>de</strong>n, zoals<br />
Zuidoost-Borneo en Zuid-Celebes<br />
waren nooit echt on<strong>de</strong>rworpen. Veel<br />
eilan<strong>de</strong>n in het oostelijk <strong>de</strong>el van <strong>de</strong><br />
archipel had<strong>de</strong>n nog maar amper met<br />
het Ne<strong>de</strong>rlandse bestuur kennis<br />
gemaakt. De succesvolle on<strong>de</strong>rwerping<br />
van Atjeh rond 1900 gaf het startsignaal<br />
voor grootscheeps militair optre<strong>de</strong>n in<br />
<strong>de</strong> hele archipel. De 'vliegen<strong>de</strong> colon<br />
nes' van <strong>de</strong> Marechaussee gingen bij <strong>de</strong><br />
gezagsvestiging voorop. Marechaussee<br />
officieren als H. Christoffel en<br />
Vliegen<strong>de</strong> Zwitser<br />
De grootste ster in <strong>de</strong> jacht op Atjehse 'kwaadwilligen' was ongetwijfeld<br />
<strong>de</strong> uit Zwitserland afkomstige kapitein <strong>de</strong>r Marechaussees,<br />
Hans Christoffel (1865-1962). Om zijn persoon heeft zich een ware<br />
legen<strong>de</strong> gevormd: <strong>de</strong> taaie 'woudloper', <strong>de</strong> onverwoestbare<br />
'rimboe-officier', <strong>de</strong> populaire 'vliegen<strong>de</strong> Zwitser', die aan alle<br />
belangrijke expedities in Atjeh had meegedaan en altijd in het<br />
voorste gelid had gestre<strong>de</strong>n. De expeditie naar Pedir, <strong>de</strong> bestorming<br />
van Batoe Iliq, <strong>de</strong> tocht door <strong>de</strong> Gajo- en Alas-lan<strong>de</strong>n, hij was overal<br />
bij geweest!<br />
Een man die hoge protectie genoot (van<br />
Van Heutsz zelf namelijk) en razend<br />
snel <strong>de</strong> rang van kapitein had bereikt.<br />
Als militair een beetje een afwijkend<br />
type: van drank (en vrouwen?) hield hij<br />
niet, roken <strong>de</strong>ed hij niet, hij at zelfs geen<br />
vlees. Vermoe<strong>de</strong>lijk was hij één van <strong>de</strong><br />
weinige vegetariërs in het koloniale<br />
leger. Hij leef<strong>de</strong> als een asceet, <strong>de</strong>ze<br />
bijna mythologische krijger, die opoffe<br />
ringsgezindheid combineer<strong>de</strong> met<br />
strijdbaarheid en volharding. Een<br />
krijger ook, voor wie hardheid, zelfs<br />
wreedheid <strong>de</strong>ug<strong>de</strong>n waren. Hij had wel<br />
iets weg van <strong>de</strong> figuur van kapitein<br />
Westerling, zoals we die kennen uit <strong>de</strong><br />
nadagen van het Ne<strong>de</strong>rlandse koloniale<br />
rijk.<br />
Het was Christoffel die in 1907 en 1908<br />
Flores on<strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlands gezag bracht.<br />
Met zijn 'eigen' Marechaussees, <strong>de</strong><br />
'Tijger colonne' (colonne matjan), door<br />
kruiste hij het onherbergzame eiland in<br />
alle richtingen. Met <strong>de</strong> vinger aan <strong>de</strong><br />
trekker hield hij 'grooten schoonmaak'.<br />
Hij betoon<strong>de</strong> zich een eigenzinnig<br />
imperialist. Soms was hij maan<strong>de</strong>nlang<br />
'zoek'. Zon<strong>de</strong>r dui<strong>de</strong>lijke instructies<br />
voer<strong>de</strong> hij dan langdurige pacificatie<br />
campagnes uit in het binnenland,<br />
waarbij hij van <strong>de</strong> Marechaussees fysiek<br />
en mentaal bijna het onmogelijke eiste.<br />
Voortdurend maakte hij ruzie met <strong>de</strong><br />
ambtenaren van het Binnenlands<br />
Bestuur, die hem liever kwijt dan rijk<br />
waren. Zijn militaire superieuren steun<br />
<strong>de</strong>n hem echter door dik en dun. In<br />
Ne<strong>de</strong>rland genoot hij een enorme popu<br />
lariteit. Kranten en tijdschriften publi<br />
ceer<strong>de</strong>n veel over hem en zijn portret<br />
was zelfs in winkeletalages te bewon<br />
<strong>de</strong>ren.<br />
Toen <strong>de</strong> strijd in Atjeh<br />
voorhij was, liet Van<br />
Heutsz <strong>de</strong> sultan in zijn<br />
waardigheid herstellen. De<br />
sultan leg<strong>de</strong> <strong>de</strong> eed van<br />
trouw af aan het<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse gouvernement.<br />
Hij wordt hier<br />
geflankeerd door Van<br />
Heutsz (rechts) en Van<br />
Daalen (<strong>de</strong> twee<strong>de</strong> officier<br />
links naast <strong>de</strong> sultan). Het<br />
is een merkwaardig heeld.<br />
Het gezag van <strong>de</strong> sultan<br />
bestond allang niet meer<br />
en zijn positie stel<strong>de</strong> niets<br />
voor. Van Heutsz<br />
probeer<strong>de</strong> het Atjehse<br />
sultanaat, dat allang dood<br />
en vergeten was, nieuw<br />
leven in te blazen.<br />
849
Ter nagedachtenis aan<br />
Van Heutsz, die in 1924<br />
op 73-jarige leeftijd in<br />
Montreux overleed, werd<br />
in Kota Radja een groot<br />
monument opgericht. Van<br />
Heutsz is het symbool<br />
gewor<strong>de</strong>n van het<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse imperialisme.<br />
Hij is het die <strong>de</strong> archipel<br />
met zijn duizend eilan<strong>de</strong>n<br />
tot een eenheid aaneen<br />
heeft gesmeed. Hij is <strong>de</strong><br />
schepper van Ne<strong>de</strong>rlands-<br />
Indië en daarmee ook van<br />
Indonesië. In het he<strong>de</strong>ndaagse<br />
Indonesië wordt<br />
Van Heutsz daarom<br />
bewon<strong>de</strong>rd.<br />
850<br />
Puputan op Bali<br />
Dat ze onverschrokken waren, had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> inwoners van Bali al<br />
eer<strong>de</strong>r bewezen. De drie expedities die het leger in het mid<strong>de</strong>n van<br />
<strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw naar het eiland had uitgevoerd, waren door het krachtige<br />
verzet van <strong>de</strong> bevolking op niets uitgelopen. Generaal Michiels<br />
had er zelfs in 1849 <strong>de</strong> dood gevon<strong>de</strong>n. De Balinezen gaven zich niet<br />
zo maar gewonnen.<br />
Dat bleek nog eens op een gruwelijke<br />
manier tij<strong>de</strong>ns één van <strong>de</strong> laatste episo<br />
<strong>de</strong>s van <strong>de</strong> strijd op Bali, in september<br />
1906. De vorsten die nog onafhankelijk<br />
waren, on<strong>de</strong>r wie <strong>de</strong> raja's van Badoeng<br />
(Denpasar) en het daarbij horen<strong>de</strong><br />
Pametjutan in het uiterste zui<strong>de</strong>n van<br />
het eiland, dien<strong>de</strong>n het Ne<strong>de</strong>rlands<br />
gezag te aanvaar<strong>de</strong>n. Met 4.000 man -<br />
het leger was gewaarschuwd! - trok<br />
generaal-majoor Rost van Tonningen<br />
tegen <strong>de</strong> twee vorsten op. De strijd zou<br />
een an<strong>de</strong>r verloop hebben dan hij had<br />
verwacht. De Balinezen had<strong>de</strong>n zich<br />
voorbereid op een collectieve dood. Ze<br />
had<strong>de</strong>n zich in hun mooiste gewa<strong>de</strong>n<br />
gekleed en zich bewapend met hun<br />
heilige krissen. Massaal liepen ze <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlandse artillerie en infanterie<br />
tegemoet: <strong>de</strong> vorst voorop, prinsen en<br />
e<strong>de</strong>len, met lans en kris bewapend,<br />
omring<strong>de</strong>n hem en <strong>de</strong> vrouwen en<br />
kin<strong>de</strong>ren volg<strong>de</strong>n. Toen ze <strong>de</strong> militairen<br />
in het zicht kregen, versnel<strong>de</strong>n ze hun<br />
pas. Zon<strong>de</strong>r een moment van aarzeling<br />
ren<strong>de</strong>n ze steeds sneller op <strong>de</strong> vuren<strong>de</strong><br />
militairen af, een wisse dood tegemoet.<br />
Niemand gaf zich over. Voor het oog<br />
van <strong>de</strong> troepen stapel<strong>de</strong> zich een berg<br />
lijken op. De gewon<strong>de</strong> Balinezen staken<br />
zich zelf met hun kris dood of wer<strong>de</strong>n<br />
door an<strong>de</strong>ren gedood. Kin<strong>de</strong>ren<br />
wer<strong>de</strong>n door hun ou<strong>de</strong>rs gedood. Het<br />
gehuil en geschreeuw overstem<strong>de</strong> het<br />
schieten. Van <strong>de</strong> militairen maakte zich<br />
ontzetting meester. Zo gingen bei<strong>de</strong><br />
vorstenhuizen ten on<strong>de</strong>r, in <strong>de</strong> rituele<br />
puputan, <strong>de</strong> gewij<strong>de</strong> zelfvernietiging<br />
van <strong>de</strong> dynastie. Minstens 600<br />
Balinezen von<strong>de</strong>n <strong>de</strong> dood. Het was<br />
20 september 1906. Het is, zei het<br />
Twee<strong>de</strong> Kamerlid H.H. van Kol, 'een<br />
datum die ik wel zou willen wegwissen<br />
uit onze historie.'<br />
H.N.A. Swart verwierven een legen<br />
darische reputatie met hun 'krachtda<br />
dige aanpak' van <strong>de</strong> inheemse guerrilla.<br />
Borneo was het eerst aan <strong>de</strong> beurt. Het<br />
leger leed daar tussen 1902 en 1904 nog<br />
forse verliezen. Een commissie on<strong>de</strong>r<br />
voorzitterschap van luitenant-kolonel<br />
Van Daalen pleitte voor een har<strong>de</strong><br />
aanpak van het verzet. In januari 1905<br />
land<strong>de</strong>n drie Marechaussee-briga<strong>de</strong>s<br />
on<strong>de</strong>r luitenant Christoffel in het<br />
Banjarmasinse rijk. In vijf maan<strong>de</strong>n tijds<br />
trok hij in vliegen<strong>de</strong> vaart door het<br />
binnenland, sloeg het verzet uiteen,<br />
nam <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs gevangen en bracht het<br />
gebied <strong>de</strong>finitief on<strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlands<br />
gezag. Het jaar daarop was Christoffel<br />
op Celebes te vin<strong>de</strong>n. De ou<strong>de</strong> dynas<br />
tieën van Boni en Goa, waarmee <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs al sinds <strong>de</strong> dagen van <strong>de</strong><br />
VOC in een politieke haat-lief<strong>de</strong><br />
verhouding verwikkeld waren, wer<strong>de</strong>n<br />
vo<strong>org</strong>oed onttroond. In 1905 was een<br />
grote expeditiemacht op Celebes<br />
geland. Boni en Goa waren snel versla<br />
gen, maar voor <strong>de</strong> achtervolging van <strong>de</strong><br />
vorsten en hun getrouwen was meer<br />
tijd en vooral meer doorzettingsvermo<br />
gen nodig. De 'Bonieren' trokken zich<br />
terug in ongenaakbare rotsvestingen,<br />
die door <strong>de</strong> Marechaussees van<br />
Christoffel stormen<strong>de</strong>rhand moesten<br />
wor<strong>de</strong>n genomen.<br />
Hierna waren <strong>de</strong> kleinere eilan<strong>de</strong>n in<br />
het oosten aan <strong>de</strong> beurt. Het onherberg<br />
zame Ceram was vanaf 1905 het toneel<br />
van een vier jaar duren<strong>de</strong> strijd tussen<br />
<strong>de</strong> bevolking en <strong>de</strong> mobiele colonnes<br />
van <strong>de</strong> Marechaussee en het leger.<br />
Luitenant-kolonel Swart voer<strong>de</strong> in 1908<br />
een jaar lang campagne tegen <strong>de</strong> bevol<br />
king van Sumbawa. Vrijwel elke<br />
kampong op het eiland verzette zich<br />
hevig; Swart rapporteer<strong>de</strong> 'zeer fana<br />
tieke aanvallen' van <strong>de</strong> dorpelingen.<br />
Dezelf<strong>de</strong> taferelen speel<strong>de</strong>n zich af op<br />
Flores, waar Christoffel in 1907 <strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>finitieve on<strong>de</strong>rwerping afdwong in<br />
een uiterst gewelddadig offensief.<br />
Tussen 1906 en 1908 wer<strong>de</strong>n ook <strong>de</strong><br />
laatste onafhankelijke vorsten op Bali<br />
on<strong>de</strong>rworpen, die se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> expedities<br />
in <strong>de</strong> jaren 1840 met rust waren gelaten.<br />
Dit alles speel<strong>de</strong> zich in korte tijd af.<br />
Het leek alsof een soort overmoed, een<br />
roes van geweld, zich van het koloniale<br />
leger meester had gemaakt. Het resul<br />
taat was dat tussen 1900 en 1910 <strong>de</strong> hele<br />
archipel daadwerkelijk on<strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>r<br />
lands gezag werd gebracht. Met recht<br />
kon nu van 'Ne<strong>de</strong>rlands Indië' wor<strong>de</strong>n<br />
gesproken. Het is een ironie van <strong>de</strong><br />
geschie<strong>de</strong>nis dat <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> van effec<br />
tief koloniaal bestuur over het hele<br />
grondgebied dus amper veertig jaar<br />
heeft geduurd.
Voor wie ver<strong>de</strong>r wil lezen:<br />
Holz, G.D.E.J., Beknopt geschiedkundig overzicht van <strong>de</strong>n<br />
Atjeh-oorlog. Breda, 1924.<br />
Lamster, J.C., J.B.van Heutsz. Amsterdam, 1942.<br />
Veer, Paul van 't, De Atjeh-Oorlog. Amsterdam, 1980.<br />
Wekker (= W.A. van Oorschot), Hoe beschaafd Ne<strong>de</strong>rland<br />
in <strong>de</strong> twintigste eeuw vre<strong>de</strong> en or<strong>de</strong> schiep op Atjeh.<br />
's-Gravenhage, 1907.<br />
Bronvermelding illustraties:<br />
De afbeeldingen in <strong>de</strong>ze aflevering zijn afkomstig van het<br />
Koninklijk Instituut voor <strong>de</strong> Tropen, Amsterdam, tenzij<br />
an<strong>de</strong>rs vermeld.<br />
Bronbeek: Museum Bronbeek, Arnhem<br />
CM :G.J.<strong>de</strong>Moor,Goes<br />
COLOFON<br />
Redactie dr. Martin Bossenbroek, drs. Francine<br />
Brinkgreve, Janneke van Dijk, drs. Piet van Id<strong>de</strong>kinge,<br />
prof. dr. Peter Klein, drs. Siebrand Krul, drs. Ian Muller<br />
Tekst Jaap <strong>de</strong> Moor<br />
Redactie-adres Waan<strong>de</strong>rs Uitgevers, Postbus 1129,<br />
8001 BC Zwolle<br />
Vormgeving Roelof Koebrugge bNO<br />
Druk Waan<strong>de</strong>rs Drukkers, Zwolle<br />
©1995 Uitgeverij Waan<strong>de</strong>rs b.v., Zwolle<br />
De uit gever heeft er naar gestreefd, <strong>de</strong> rechten m.b.t.<br />
<strong>de</strong> illustraties volgens <strong>de</strong> wettelijke bepalingen te<br />
regelen. Degenen die <strong>de</strong>sondanks menen na<strong>de</strong>re<br />
rechten te kunnen doen gel<strong>de</strong>n, kunnen zich alsnog<br />
tot <strong>de</strong> uitgever wen<strong>de</strong>n.<br />
Losse nummers zijn verkrijgbaar bij <strong>de</strong> boek- en tijdschriftenhan<strong>de</strong>l.<br />
Prijs fl. 7,95 (prijswijzigingen voorbehou<strong>de</strong>n).<br />
Een abonnement kost fl. 29,- per vier afleveringen.<br />
Voor abonnementsopgave, inlichtingen en adreswijzigingen<br />
kunt u zich wen<strong>de</strong>n tot:<br />
Media Expresse bij u in <strong>de</strong> buurt. De gegevens van<br />
Media Expresse vindt u op uw acceptgirokaart, <strong>de</strong><br />
adressticker op uw tijdschrift, het Media Expresse<br />
Magazine en in <strong>de</strong> Gou<strong>de</strong>n Gids on<strong>de</strong>r boeken en tijdschriften.<br />
Medianet B.V. antwoordnummer 50.300,2000 VK<br />
Haarlem (geen postzegel nodig), of bel 023-173541.<br />
Voor abonnementen in het buitenland wor<strong>de</strong>n prijzen<br />
en condities op aanvraag bij Medianet verstrekt (tel.<br />
023-173541).<br />
Het abonnementsgeld dient bij vooruitbetaling te<br />
wor<strong>de</strong>n voldaan. Voor betaling daarvan ontvangt u<br />
een acceptgirokaart. De minimale abonnementstermijn<br />
beslaat 12 afleveringen. De totale serie bestaat uit 52<br />
afleveringen. Desgewenst kan een abonnement met<br />
een opzegtermijn van minimaal zes weken schriftelijk<br />
wor<strong>de</strong>n beëindigd.<br />
Eer<strong>de</strong>r verschenen nummers zijn verkrijgbaar bij <strong>de</strong><br />
boek en tijdschriftenhan<strong>de</strong>l, maar kunnen door nieuwe<br />
abonnees ook wor<strong>de</strong>n besteld via Media Expresse bij u<br />
in <strong>de</strong> buurt. Of bij Media Post: dat kan door overmaking<br />
van fl. 7,25 (per aflevering) op giro 670.500 of<br />
banknr. 56.15.24.246 ten name van Medianet, on<strong>de</strong>r<br />
vermelding van 'Weerzien met Indië' en <strong>de</strong> te bestellen<br />
aflevering(en).<br />
Verzamelban<strong>de</strong>n kunt u bestellen bij Media Expresse<br />
bij u in <strong>de</strong> buurt of door overmaking van fl. 17,95 op<br />
giro 9229 of banknr. 56.15.22.782 t.n.v. Medianet o.v.v.<br />
verzamelband en artikelnr. 30327.<br />
Wij maken abonnees er op attent dat wij enkele verstrekte<br />
gegevens zoals naam, adres en telefoonnummer<br />
opnemen in ons gegevensbestand. Dit bestand is<br />
aangemeld bij <strong>de</strong> Registratiekamer te Rijswijk on<strong>de</strong>r<br />
nummer P 0001113. Wij willen het gebruiken om u in<br />
<strong>de</strong> toekomst te informeren over abonnementen, voor<strong>de</strong>elaanbiedingen<br />
en <strong>de</strong>rgelijke.<br />
In aflevering 36<br />
Links: Zo eindig<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
strijd op Bali: een stapel<br />
lijken. De gewij<strong>de</strong> en<br />
collectieve zelfmoord van<br />
<strong>de</strong> weinige zelfstandige<br />
vorstenhuizen die er nog<br />
op Bali waren, schokte <strong>de</strong><br />
troepen, die zich gedwongen<br />
zagen te vuren op een<br />
weerloze menigte. Het was<br />
een dramatisch slotsalvo<br />
van een eeuw koloniale<br />
oorlogvoering.<br />
Op <strong>de</strong> omslag: Verklaring<br />
van on<strong>de</strong>rwerping door<br />
Toengkoe Bin tara Peken<br />
ibn Toengkoe Bintara Setia<br />
Moeda dja, radja van<br />
Djolok hesar aan <strong>de</strong><br />
gouverneur van Atjeh en<br />
On<strong>de</strong>rhorighe<strong>de</strong>n. De akte<br />
is opgemaakt in Kota<br />
Radja op 16 mei 1884 in<br />
Arabisch schrift met<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse stempels.<br />
Vrouwen<br />
en hun<br />
emancipatie<br />
Njai en halfbloe<strong>de</strong>n<br />
Rol Europese vrouw<br />
Emancipatie<br />
851
tre<strong>de</strong>n, dan na aflegging van don eed van trouw aan<br />
Z. M. <strong>de</strong>n Koning en aan Z. E. <strong>de</strong>n Gouverneur-<br />
Generaa] van Se<strong>de</strong>rt nvdsch-1' ndie zoomo<strong>de</strong> van stipte<br />
naleving <strong>de</strong>r artikelen Aan <strong>de</strong>ze verklaring.<br />
De aanwijzing van mijn opvolger zal echtej- be<br />
schouwd wor<strong>de</strong>n, als geenerlei govolg to hebben,<br />
zoolang zij niet zal zijn bekrachtigd door het Xe<strong>de</strong>r-<br />
landsch-Indisch Gouvernement.<br />
Bij verschil van gevoelen tusschen mij en <strong>de</strong> hoof<strong>de</strong>n<br />
en oudsten in mijn gebied, zal <strong>de</strong> zaak <strong>de</strong>r opvol<br />
ging door mij wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rworpen aan <strong>de</strong> beslissing<br />
van hel Gouvernement, waaraan ik mij onvoorwaar<br />
<strong>de</strong>lijk zal on<strong>de</strong>rwerpen.<br />
Ten achttien<strong>de</strong>: QmWuuii uit» «alraniuhiairin aiut. >«<br />
-v-eymehh nul ik mij tot imri(!io..gugolini» verstaan met<br />
<strong>de</strong> vertegen svoordigers van hot Ne<strong>de</strong>rlandsch-Indisch<br />
Gouvernement.<br />
Voorts verklaar ik « ^ - t , , ^ A:.*e ts£?.~*.-*, j? i<br />
/> . Jij») • y-<br />
van het iinii)ii' c u. * * " *« - **» > ' L /*' ^ c