Over de waarde van repeterend oefenen - Brandweeronderwijsraad
Over de waarde van repeterend oefenen - Brandweeronderwijsraad
Over de waarde van repeterend oefenen - Brandweeronderwijsraad
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
-‐‑ associatieve fase: in <strong>de</strong>ze fase wordt <strong>de</strong> taak tot een eenheid gesmeed.<br />
Deelbewegingen wor<strong>de</strong>n versmolten. Er ontstaan relaties (associaties) tussen<br />
informatie en actie (bewegingen) die niet langer bewust tot stand wor<strong>de</strong>n<br />
gebracht. De nadruk ligt hier op het verkrijgen <strong>van</strong> impliciete kennis. Het<br />
leerproc<br />
ia<br />
door<br />
herhaling. Door het herhaald <strong>oefenen</strong> verloopt <strong>de</strong> bewegingsuitvoering<br />
steeds meer automatisch en vergt <strong>de</strong>ze steeds min<strong>de</strong>r bewuste aandacht<br />
-‐‑ autonome fase: <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> fase <strong>van</strong> het leerproces is bereikt wanneer <strong>de</strong><br />
beweging vergaand is geautomatiseerd, zon<strong>de</strong>r bewuste controle en <strong>de</strong> aandacht<br />
gericht kan wor<strong>de</strong>n op an<strong>de</strong>re zaken, zoals het uitvoeren <strong>van</strong> een beweging<br />
en een gesprek met iemand. De taakuitvoering is niet langer op regels<br />
gebaseerd, maar berust om impliciete kennis die <strong>de</strong> leerling niet kan<br />
verwoor<strong>de</strong>n.<br />
Om <strong>de</strong> fasen in het mo<strong>de</strong>l te doorlopen, wordt traditionele training voorgeschreven,<br />
oftewel het inslijpen <strong>van</strong> <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ale gewenste beweging door ein<strong>de</strong>-<br />
<br />
Ondanks dat bij het leren <strong>van</strong> bewegingen nog vaak wordt teruggegrepen op dit<br />
mo<strong>de</strong>l <strong>van</strong> traditionele training, zijn er <strong>de</strong> afgelopen perio<strong>de</strong> nieuwe inzichten<br />
ontstaan, zo ook over <strong>de</strong> wenselijkheid <strong>van</strong> het ein<strong>de</strong>loos herhalen <strong>van</strong> een<br />
beweging zodat <strong>de</strong>ze zo compleet mogelijk wordt geautomatiseerd. In plaats<br />
<strong>van</strong> traditionele training wordt variabiliteit in het <strong>oefenen</strong> voorgesteld. Het gaat<br />
om het introduceren <strong>van</strong> zoveel variatie in een training dat het gebruik <strong>van</strong><br />
regels - <strong>de</strong> opbouw <strong>van</strong> expliciete kennis (kennis over feiten en regels waar we<br />
ons bewust <strong>van</strong> zijn en die we kunnen verbaliseren) weinig zin meer heeft.<br />
Van Beek beschrijft twee leermetho<strong>de</strong>n: contextuele interferentie (variatie in<br />
<strong>de</strong> volgor<strong>de</strong>) en differentieel leren (variatie in <strong>de</strong> uitvoering).<br />
Contextuele interferentie gaat over het aanbrengen <strong>van</strong> variatie in <strong>de</strong> volgor<strong>de</strong><br />
waarin verschillen<strong>de</strong> motorische taken geleerd wor<strong>de</strong>n. Je kunt bijvoorbeeld<br />
verschillen<strong>de</strong> manieren <strong>van</strong> <strong>oefenen</strong> be<strong>de</strong>nken om iemand te leren lopen. We<br />
gaan in dit voorbeeld er <strong>van</strong>uit dat leren lopen bestaat uit: opstaan uit een stoel,<br />
doorstappen, wen<strong>de</strong>n en het ontwijken <strong>van</strong> obstakels. Er zijn acht oefensessies<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong>rtig minuten beschikbaar. Bij geblokt <strong>oefenen</strong> wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> eerst twee<br />
sessies besteed aan <strong>de</strong> eerste taak (opstaan), <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> twee sessies aan <strong>de</strong><br />
twee<strong>de</strong> taak (doorstappen) enzovoort. Bij serieel <strong>oefenen</strong> wordt in ie<strong>de</strong>re sessie<br />
in blokjes <strong>van</strong> 7,5 minuut aandacht besteed aan elke taak in een vaste volgor<strong>de</strong>.<br />
Bij random <strong>oefenen</strong> wordt steeds een paar minuten aan het <strong>oefenen</strong> <strong>van</strong> een<br />
bepaal<strong>de</strong> taak gewijd, waarbij <strong>de</strong> volgor<strong>de</strong> waarin <strong>de</strong>ze taken wor<strong>de</strong>n geoefend<br />
op toeval berust, maar aan elke taak wordt wel een uur besteed (zie figuur 2).<br />
17