04.09.2013 Views

STS'en over hout herzien - TCHN

STS'en over hout herzien - TCHN

STS'en over hout herzien - TCHN

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>hout</strong>nieuws 168<br />

20<br />

•teChnisChe FiChe•<br />

STS’en <strong>over</strong> <strong>hout</strong> <strong>herzien</strong><br />

De vorige – inmiddels voorbijgestreefde<br />

– versies dateren uit de jaren 1989-1990.<br />

Ze werden dus aan een diepgaande <strong>herzien</strong>ing<br />

onderworpen, waarbij het laatste deel<br />

in december 2009 gepubliceerd werd. We<br />

<strong>over</strong>lopen stelselmatig de nieuwigheden in<br />

deze officiële teksten.<br />

Algemeen<br />

Voorheen waren de referenties naar de<br />

grondstof ‘<strong>hout</strong>’ verspreid <strong>over</strong> verschillende<br />

documenten en waren ze dus moeilijk<br />

na te gaan: STS 00.13 handelde <strong>over</strong><br />

‘Proeven – Hout en <strong>hout</strong>en structuren’,<br />

STS 04 richtte zich op ‘Hout en plaatmaterialen<br />

op basis van <strong>hout</strong>’ en STS 31<br />

behandelde ‘Timmerwerk’. Voor een voorschrijver<br />

of aannemer was het niet bepaald<br />

gemakkelijk om de geschikte specificatie<br />

te vinden!<br />

Daarom werd beslist om de informatie <strong>over</strong><br />

de grondstof ‘<strong>hout</strong>’ in twee verschillende<br />

documenten te groeperen: STS 04 ‘Hout<br />

en plaatmaterialen op basis van <strong>hout</strong>’,<br />

waar het gaat <strong>over</strong> de grondstof zelf, en<br />

STS 31 ‘Timmerwerk’, die nu meer betrekking<br />

heeft op de berekeningsmethodes.<br />

Binnenkort is STS 23 ‘Houten structuren’<br />

beschikbaar, waarin de toepassing aan bod<br />

komt. STS 52.1 ‘Houten buitenschrijnwerk’<br />

wordt momenteel herwerkt door het WTCB<br />

in samenwerking met het CTIB-<strong>TCHN</strong>.<br />

sts 04<br />

Het is z<strong>over</strong>: de Eengemaakte technische specificaties (STS) ‘Hout’, in<br />

het kader van een globale benadering, zijn <strong>herzien</strong> en bijgewerkt. Conreet<br />

heeft het CTIB-<strong>TCHN</strong>, op initiatief van de FOD Economie, de reeks STS<br />

00.13, STS 04 en STS 31 <strong>herzien</strong>. Deze documenten, die eigenlijk speciale<br />

lastenboeken zijn voor de correcte toepassing van <strong>hout</strong> en afgeleide<br />

materialen in <strong>over</strong>heidswerken, hebben als doel de werkzaamheden van de<br />

De nieuwe STS 04 bestaat uit vier delen:<br />

STS 04.1 Structuur<strong>hout</strong><br />

STS 04.2 Schrijnwerk<strong>hout</strong><br />

STS 04.3 Behandelingen van het <strong>hout</strong><br />

STS 04.4 Platen op basis van <strong>hout</strong><br />

Dankzij de hergroepering van de items<br />

‘<strong>hout</strong>’, is het document nu coherenter en<br />

leest het heel wat vlotter.<br />

actoren van de bouwsector gemakkelijker te maken.<br />

Het is dus uiterst belangrijk om ze regelmatig bij te werken, zodat ze de<br />

nieuwste trends weergeven op het vlak van oplossingen,<br />

materialen, specificaties en technische eisen.<br />

Te k s T: M. Va n le e M P u T, Ve r a n T W O O r D e li j k e ‘PrO D u C T C er T i Fi C ering’ B i j h e T CTiB-TChn<br />

STS 04.1 Structuur<strong>hout</strong><br />

Het eerste deel van STS 04 legt de specificaties<br />

vast voor de grondstof ‘<strong>hout</strong>’. Het<br />

vermeldt eerst de relevante Europese normen<br />

inzake terminologie, genormaliseerde<br />

identificatie van de <strong>hout</strong>soorten, nominale<br />

afmetingen en voorkeursafmetingen voor<br />

loof<strong>hout</strong> en naald<strong>hout</strong>, onvolkomenheden<br />

en <strong>hout</strong>gebreken en ten slotte het bepalen<br />

van het vochtgehalte en van de droogkwaliteit.<br />

Het belangrijkste deel van het document<br />

gaat <strong>over</strong> de sterktesortering van structuur<strong>hout</strong>,<br />

bedoeld om rekenwaarden te<br />

bepalen voor de ingenieur (zie STS 31).<br />

De inleiding van dit hoofdstuk geeft een<br />

<strong>over</strong>zicht, in de vorm van een tabel, van<br />

de genormaliseerde nomenclatuur voor<br />

naald<strong>hout</strong> – zowel Europees als niet-Europees<br />

– gebruikt voor structuren.<br />

Volgt een hoofdstuk dat de rekenwaarden<br />

opgeeft voor elk van de weerstandsklassen<br />

(van C16 tot C40 voor naald<strong>hout</strong> en van<br />

D30 tot D60 voor loof<strong>hout</strong>).<br />

In het volgende hoofdstuk worden de visuele<br />

sorteerregels uitgelegd die eigen zijn<br />

aan het Belgische systeem, dat nauw aanleunt<br />

bij het Britse en het Franse systeem.<br />

Vier visuele sorteerklassen (S4, S6, S8 et<br />

S10) worden in <strong>over</strong>eenstemming gebracht<br />

met de sterkteklassen voor de <strong>hout</strong>soorten<br />

die in België veel worden toegepast.<br />

De methodologie van de visuele sortering<br />

wordt uitvoerig uiteengezet, met vermelding<br />

van alle relevante criteria en de manier<br />

waarop men ermee rekening dient te houden<br />

bij het sorteren van structuur<strong>hout</strong>.<br />

STS 04.2 Schrijnwerk<strong>hout</strong><br />

Het tweede deel handelt <strong>over</strong> schrijnwerk<strong>hout</strong>.<br />

Voor deze toepassingen die niet-dragend<br />

zijn, primeert gewoonlijk het esthetisch<br />

uitzicht van de oppervlakten op de<br />

mechanische weerstand van de elementen.<br />

De sorteringen naar uitzicht worden echter<br />

niet beschreven, aangezien de criteria en<br />

specificaties evenzeer afhankelijk zijn van<br />

het product (parket, lambrisering, deuren,<br />

ramen,…) als van de gebruikte <strong>hout</strong>soort.<br />

Het document verwijst dan ook naar de<br />

verschillende Europese normen die van<br />

toepassing zijn en geeft tevens een <strong>over</strong>zicht<br />

van de Belgische normen die voorbijgestreefd<br />

zijn en niet meer mogen worden<br />

gebruikt.<br />

STS 04.3 Behandelingen van het <strong>hout</strong><br />

Dit deel handelt <strong>over</strong> de verduurzamingsbehandelingen<br />

van <strong>hout</strong>. Men onderscheidt<br />

drie grote thema’s:<br />

- preventieve behandelingen van <strong>hout</strong><br />

tegen de aantasting door zwammen en<br />

insecten;<br />

- curatieve behandelingen van <strong>hout</strong> tegen<br />

de aantasting door zwammen en insecten;<br />

- behandelingen voor een betere brandreactie.<br />

Wat de preventieve behandelingen betreft,<br />

hebben de redacteurs erop gelet de meest<br />

recente procédés op te nemen die op<br />

© Cras


© Lignum<br />

Europees vlak ontwikkeld zijn: de norm EN<br />

335 heeft het begrip van de gebruiksklassen<br />

ingevoerd, ter vervanging van dat van de<br />

risicoklassen, dat soms verkeerd geïnterpreteerd<br />

werd door de voorschrijvers. Deze<br />

classificatie onderscheidt 5 gebruiksklassen<br />

voor <strong>hout</strong>, elk gekenmerkt door omgevingsvoorwaarden<br />

die het optreden van<br />

bepaalde biologische <strong>hout</strong>aantastingen in<br />

de hand kunnen werken.<br />

In functie van deze gebruiksklassen stelt<br />

de STS <strong>hout</strong>behandelingsprocédés voor<br />

die aangepast zijn aan de verschillende<br />

situaties en waarvan de systematiek ook<br />

duidelijker werd gemaakt:<br />

- vijf procédés voor de behandeling van<br />

timmer<strong>hout</strong> (procédés A1 tot A5), met in<br />

sommige gevallen subgroepen;<br />

- drie procédés voor de preventieve behandeling<br />

van schrijnwerk<strong>hout</strong> (B voor binnenschrijnwerk,<br />

C1 en C3 voor buitenschrijnwerk);<br />

- twee procédés voor de afwerking van buitenschrijnwerk<br />

(C2 en CTOP, afhankelijk<br />

van het harsgehalte van de producten).<br />

Zowel voorschrijver als aannemer vinden<br />

op de markt een heel gamma uitstekende<br />

producten met technisch goedkeuring ATG,<br />

uitgeleverd door de BUtGb op basis van<br />

dezelfde classificatie.<br />

Verder handelt deel 3 van STS 04 <strong>over</strong> de<br />

procédés voor de curatieve behandeling<br />

van <strong>hout</strong> en metselwerk:<br />

- de D1-procédés, met insectendodende<br />

werking;<br />

- de D2-procédés, tegen de <strong>hout</strong>aantasting<br />

door zwammen.<br />

D1-procédés worden hoofdzakelijk toegepast<br />

op <strong>hout</strong>, maar D2-procédés zijn<br />

bestemd voor de behandeling van aangetast<br />

metselwerk. Dat document bepaalt<br />

en beschrijft niet alleen de toe te passen<br />

procédés, maar geeft ook een <strong>over</strong>zicht van<br />

het geheel van handelingen die nodig zijn<br />

om aantasting door insecten of zwammen<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<strong>hout</strong>nieuws 168<br />

21


<strong>hout</strong>nieuws 168<br />

22<br />

•teChnisChe FiChe•<br />

te verhelpen. Het stelt ook een taakverdeling<br />

voor tussen bouwheer en aanbrenger<br />

van de behandeling. Ten slotte wordt ook<br />

aandacht besteed aan aantastingen in historische<br />

gebouwen.<br />

Het laatste hoofdstuk van STS 04.3 heeft<br />

betrekking op de behandelingen ter verbetering<br />

van de brandreactie. Dat deel<br />

is volledig nieuw en werd ontwikkeld als<br />

antwoord op een steeds dringendere vraag<br />

van <strong>over</strong>heid en architecten om te beantwoorden<br />

aan de wettelijke normen inzake<br />

brandbeveiliging van gebouwen.<br />

In de eerste plaats moeten de producten<br />

uiteraard conform de specificaties van de<br />

normen NBN S21-203 en NBN EN 13501-1<br />

zijn. STS 04.3 gaat echter verder door drie<br />

klassen van procédés te vermelden, naargelang<br />

het toegepaste product geschikt is om<br />

gebruikt te worden in klimaatklasse 1, 2 of<br />

3, zoals beschreven in NBN ENV 1995-1-1<br />

(Eurocode 5).<br />

De STS onderscheidt aldus de procédés<br />

F1, F2 en F3, die respectievelijk toegepast<br />

mogen worden in Klimaatklasse 1 (binnenklimaat),<br />

Klimaatklasse 2 (beschermd<br />

buitenklimaat) en Klimaatklasse 3 (andere<br />

gevallen). Naar alle waarschijnlijkheid worden<br />

deze procédés binnenkort gecommercialiseerd,<br />

liefst gedekt door een technische<br />

goedkeuring ATG.<br />

STS 04.4 Platen op basis van <strong>hout</strong><br />

Deel 4 van STS 04 werd sterk vereenvoudigd,<br />

aangezien het materiaal ‘platen<br />

op basis van <strong>hout</strong>’ tegenwoordig volledig<br />

gedekt is door een Europese geharmoniseerde<br />

norm (NBN EN 13 896) en alle<br />

producten bestemd voor de bouw verplicht<br />

moeten voorzien zijn van de CE-markering<br />

(Bouwproductenrichtlijn 89/106/CE)<br />

die aangeeft dat ze conform zijn aan de<br />

Europese specificaties.<br />

De STS maakt een onderscheid tussen<br />

platen die bestemd zijn om te worden<br />

toegepast in dragende structuren en platen<br />

voor niet-dragende structuren.<br />

Een tweede classificatieniveau betreft de<br />

brandreactie van de platen, die al dan niet<br />

kan worden verbeterd. Op basis van deze<br />

dubbele classificatie vermeldt de STS de<br />

verantwoordelijkheden van respectievelijk<br />

de producent en het genotificeerd organisme<br />

om te waarborgen dat het product<br />

conform is aan de norm.<br />

Verder geeft de STS een beslissingsboom<br />

aan de hand waarvan men kan nagaan<br />

welke Europese specificaties van toepassing<br />

zijn voor de verschillende plaattypes<br />

op basis van <strong>hout</strong>, in functie van de klimaatklasse<br />

waarvoor het product voorzien<br />

is. Ten slotte is een hoofdstuk gewijd aan<br />

de proefmethodes gebruikt om de sterkteklasse<br />

van een plaat te bepalen in functie<br />

van het plaattype.<br />

sts 31<br />

De STS 31 heeft betrekking op alle werken<br />

of gedeelten van werken in <strong>hout</strong>, die<br />

onderworpen zijn aan krachten en waarvan<br />

de afmetingen van de onderdelen bepaald<br />

worden door de regels der sterkteleer van<br />

de materialen. Het document heeft in het<br />

bijzonder betrekking op vloerbalken, spanten<br />

en balken, gelijmd gelamelleerde elementen,<br />

geïndustrialiseerde spanten, constructiekits,<br />

wand- en vloerplaten, lichte en<br />

zelfdragende samengestelde platen,…<br />

Dit onderwerp komt reeds ruim aan bod in<br />

de Europese normalisatie, in het bijzonder<br />

in Eurocode 5 waarvan hierboven sprake. Al<br />

deze producten zijn onderworpen aan de<br />

CE-markering.<br />

In een beknopt eerste gedeelte verwijst het<br />

document naar de andere STS’en waar de<br />

lezer specifieke informatie kan vinden <strong>over</strong><br />

het materiaal (massief <strong>hout</strong>, platen,…) en<br />

<strong>over</strong> de toe te passen behandeling (verduurzaming,<br />

behandelingen ter verbetering<br />

van de brandreactie,…)<br />

Vervolgens komt een opsomming van<br />

specificaties die van toepassing zijn voor<br />

elk van voorgenoemde producten, met<br />

inbegrip van de referentie naar relevante<br />

Europese normen.<br />

Het hoofddeel van de STS beschrijft de<br />

twee methodes die toegepast kunnen worden<br />

in de berekeningsnota die voor een<br />

project werd opgesteld. Aan de hand van<br />

de twee berekeningsmethodes kan worden<br />

nagegaan of het bouwwerk in zijn geheel<br />

en in zijn onderdelen met een voldoende<br />

veiligheid kan weerstaan aan alle lasten die<br />

zich zouden kunnen voordoen tijdens zijn<br />

bestaan en opbouw en dit zonder de toe-<br />

gelaten vervormingen te <strong>over</strong>schrijden. Elk<br />

van deze methodes maakt echter gebruik<br />

van een andere benadering.<br />

Berekeningsmethode volgens de uiterste<br />

grenstoestanden<br />

De berekeningen tonen aan dat het bouwwerk,<br />

in zijn geheel of in een van zijn onderdelen,<br />

en onder invloed van een aantal<br />

belastingscombinaties (permanente belastingen,<br />

klimaatsbelastingen, gebruiksbelastingen),<br />

geen ‘grenstoestand’ zal bereiken.<br />

Men moet noodzakelijkerwijze een ‘uiterste<br />

grenstoestand’ controleren die gekenmerkt<br />

wordt door het <strong>over</strong>schrijden van het draagvermogen<br />

van het bouwwerk en in het<br />

algemeen een ‘gebruiksgrenstoestand’, die<br />

gekenmerkt wordt door het <strong>over</strong>schrijden<br />

van de toegelaten vervormingen.<br />

De tekst vermeldt ook de waarden die voor<br />

de grondstof <strong>hout</strong> gebruikt dienen te worden<br />

bij de berekening van structuren.<br />

Berekeningsmethode volgens de<br />

toelaatbare spanningen<br />

De berekeningen tonen aan dat, onderworpen<br />

aan de meest ongunstige combinatie<br />

van belastingen, de maximaal optredende<br />

spanningen de toelaatbare spanningen<br />

niet <strong>over</strong>schrijden en dat de vervormingen<br />

onder de toegelaten waarden blijven.<br />

De tekst vermeldt ook de waarden die voor<br />

de grondstof <strong>hout</strong> en de voor verbindingselementen<br />

gebruikt dienen te worden bij de<br />

berekening van structuren.<br />

Het laatste deel van STS 31 handelt <strong>over</strong><br />

plaatsingsvoorschriften en brandweerstand.<br />

© Shutterstock

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!