vac. Relatieve vochtafsluiting - SchildersVAK
vac. Relatieve vochtafsluiting - SchildersVAK
vac. Relatieve vochtafsluiting - SchildersVAK
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Titel : Relatie tussen buiten- en binnenschilderwerk van houten<br />
klimaatscheidende gevelelementen<br />
Auteur : Verf Advies Centrum B.V.<br />
Bron : Expertise rapport<br />
Tab: 1 Verf<br />
Code/volgnr: V1/254<br />
Datum: januari 2006<br />
Inleiding<br />
In dit artikel zal de relatie worden weergegeven tussen het buitenschilderwerk en het binnenschilderwerk<br />
op klimaatscheidende gevelelementen. Centraal in dit artikel staan de volgende vragen:<br />
• In welke relatie staat de conditie van het binnenschilderwerk tot de conditie van het<br />
buitenschilderwerk en het eventueel ontstaan van houtrotschade?<br />
• Heeft de conditie van het binnenschilderwerk van de gevelelementen direct invloed op de cycli van<br />
het buitenschilderwerk?<br />
• Is het mogelijk om de bovengenoemde relaties inzichtelijk te maken, zowel in levensduur als in kosten<br />
gedurende de levensduur van de elementen.<br />
<strong>Relatieve</strong> <strong>vochtafsluiting</strong> (de theorie)<br />
Onder binnenschilderwerk wordt in deze rapportage verstaan het schilderwerk aan de binnenzijde van de<br />
klimaatscheidende elementen. Over dit fenomeen is door de jaren heen vrij veel gepubliceerd. In de jaren<br />
1960-1965 is door dr. I. J. van Loon veel onderzoek verricht naar het vochtransport door geschilderde<br />
kozijnen. In de artikelen is ook het begrip ‘relatieve <strong>vochtafsluiting</strong>’ geïntroduceerd. Dit houdt in dat aan<br />
de binnenzijden van de te schilderen objecten verfsystemen met een lage waterdampdoorlatendheid en aan<br />
de buitenzijden verfsystemen met een hoge waterdampdoorlatendheid moeten worden toegepast om een<br />
opeenhoping van vocht in het hout te voorkomen.<br />
Het principe van relatieve <strong>vochtafsluiting</strong> is afkomstig van Watt. Die heeft vastgesteld dat indien men van<br />
twee met water gevulde gesloten glazen bollen met elkaar verbonden door een buis, een bol verwarmd en<br />
de ander koelt, er een waterdamptransport optreedt van de warme naar de koude bol.<br />
Het principe van de relatieve <strong>vochtafsluiting</strong> van Watt is de basis geweest voor de onderzoeken van J. van<br />
Loon. De onderzoeken werden uitgevoerd in zogenaamde vochthuisjes en blarenkasten. Binnen werd een<br />
relatieve luchtvochtigheid gecreëerd van 100% en een temperatuur van 20 tot 25°C. Bij toepassing van<br />
onvoldoende damp-open systemen aan de buitenzijde werd aangetoond dat aan de buitenzijde sterke<br />
blaarvorming optrad.<br />
Latere onderzoeken van het Verfinstituut TNO toonden aan dat de invloed van een dampremmend systeem<br />
aan de binnenzijde van minder belang is bij lagere waarden van relatieve vochtigheid in ruimten met<br />
centrale verwarming. Door dr. J.Van der Kooi is midden jaren zeventig nader laboratoriumonderzoek<br />
uitgevoerd. In tegenstelling tot eerdere onderzoeken van J. van Loon met extreem hoge vochtwaarden<br />
binnen, is dit onderzoek uitgevoerd onder normaal in de praktijk optredende klimaatomstandigheden. De<br />
conclusie van dit onderzoek luidde dat kozijnen het beste aan de binnen- en buitenzijde kunnen worden<br />
afgewerkt met een damp-open systeem. Volgens de onderzoeker moet het gebruikte systeem echter<br />
voldoende dampdiffusieweerstand bezitten om scheurvorming door snelle vochtwisselingen te voorkomen.<br />
<strong>Relatieve</strong> vochtafsluitng (de praktijk)<br />
Door C.W. Blom werden begin jaren tachtig de resultaten van 6 jaar praktijkonderzoek gepubliceerd.<br />
Systematische inspectie van duizenden houten gevelelementen toonde aan dat de hoogste<br />
©Verf Advies Centrum B.V. 1
Tab: 1 Verf<br />
Code/volgnr: V1/254<br />
Datum: januari 2006<br />
houtvochtwaarden voorkomen bij de verbindingen van de aan het onderste gedeelte van het glasoppervlak<br />
grenzende dorpel. Naast vochtmetingen werden verflaagdikte metingen uitgevoerd aan de buitenzijde. Uit<br />
dit onderzoek bleek dat vooral bovendorpels aan de buitenzijde een hogere verflaagdikte hadden dan de<br />
onderdorpels. De conclusie van dit onderzoek luidde dat de oorzaken van een verhoogd houtvochtgehalte<br />
in houten kozijnen en het hieruit ontstaan van houtrotschade nauwelijks verband hield met de toepassing<br />
van dampremmende verven aan de binnenzijde en damp-open verven aan de buitenzijde, maar dat de<br />
oorzaken gezocht moeten worden in condensatie van vocht aan de binnenzijde van de gevelelementen. Via<br />
open naden en slechte glasafdichtingen kan het vloeibare condensvocht in de onderdorpel penetreren en<br />
houtrot veroorzaken.<br />
Ook uit jarenlang onderzoek van het Verf Advies Centrum blijkt dat de invloed van dampremmende of<br />
damp-open systemen aan de binnenzijde gering te zijn. Kennelijk is de dampdiffusieweerstand van het<br />
geschilderde element te hoog en het verschil in dampspanning te laag onder normale<br />
praktijkomstandigheden om voldoende vochttransport te veroorzaken in het kozijn.<br />
Volgens ing. Melsen ondervindt het waterdamptransport een bepaalde weerstand die afhankelijk is van het<br />
materiaal en de dikte ervan. De hoeveelheid vocht die door een constructie dringt is:<br />
• waterdamptransport (g) [kg/(m 2 . s)]= dampspanningsverschil (∆p) [Pa] gedeeld door de<br />
dampdifussie-weerstand van de laag (Rd) [m/s].<br />
Een uitzondering geldt voor ruimten waar gedurende een langere periode een extreem hoge<br />
luchtvochtigheid heerst en een hoge temperatuur, zoals in (niet geventileerde) keukens en doucheruimte,<br />
zwembaden e.d.<br />
Het belangrijkste is dat penetratie van vloeibaar condensvocht aan de binnenzijde in kozijn- en<br />
raamdorpelswordt voorkomen. Onderstaand enkele praktijkvoorbeelden van het onstaan van houtrotschade<br />
door penetratie van vloeibaar condensvocht.<br />
©Verf Advies Centrum B.V. 2
Vochtpenetratie door ruimte tussen verdampingsprofiel en<br />
raamstijl<br />
Vochtpenetratie door niet aan de uiteinden afgedichte<br />
condensprofielen<br />
Tab: 1 Verf<br />
Code/volgnr: V1/254<br />
Datum: januari 2006<br />
Vochtpenetratie in de raamsponning door verharde<br />
welpasta en het glas<br />
Houtrotschade aan de binnenzijde door open<br />
kozijnverbinding in combinatie met het overlopen van het<br />
verdampingsprofiel<br />
Conclusie<br />
De relatie tussen de kwaliteit van het buitenschilderwerk en binnenschilderwerk is onder normale<br />
praktijkomstandigheden gering. Het goed schilderen van de binnenzijde zal bij normale condities<br />
nauwelijks invloed hebben op de kwaliteit van het buitenschilderwerk of het wel of niet ontstaan van<br />
houtrotschade. Van grote invloed is de afdichting aan de binnenzijde tegen vloeibaar condensvocht.<br />
Penetratie van dit vocht is een van de grootste veroorzakers van houtrotschade in naaldhouten<br />
gevelelementen. Praktijkproblemen zijn:<br />
• Niet opgedamde condensprofielen.<br />
• Niet in de kit gewelde profielen, zodat onder het profiel door capillaire werking langdurig vocht blijft<br />
staan.<br />
• Open kozijn- en raamverbindingen bij de uiteinden van condens- en verdampingsprofielen.<br />
• Slechte beglazingskitafdichtingen.<br />
Bij het uitvoeren van preventieve maatregelen aan de binnenzijde om penetratie van vloeibaar vocht tegen<br />
te gaan kan het om esthetische redenen wel wenselijk zijn binnenschilderwerk uit te voeren.<br />
Bij extreme omstandigheden, zoals een langdurige hoge R.V. (>90%) en hogere temperaturen (>20°C),<br />
©Verf Advies Centrum B.V. 3
Tab: 1 Verf<br />
Code/volgnr: V1/254<br />
Datum: januari 2006<br />
kan een slechte afwerking aan de binnenzijde wel van invloed zijn op de kwaliteit van het<br />
buitenschilderwerk en het ontstaan van houtrotschade. Onder deze extreme condities zou het wenselijk<br />
zijn het binnenschilderwerk met een dampremmend systeem te behandelen. In deze tijd is het echter alleen<br />
toegestaan binnen een watergedragen verfsysteem toe te passen. Watergedragen verfsystemen hebben een<br />
vrij hoge waterdampdoorlatendheid in vergelijking met die van alkydharssystemen. Bij dergelijke extreme<br />
omstandigheden is de oplossing niet het uitvoeren van schilderwerk, maar het verhogen van de<br />
ventilatievoud.<br />
Invloed van het binnenschilderwerk op de cyclus van het buitenschilderwerk<br />
De invloed van het binnenschilderwerk op de cyclus van het buitenschilderwerk is onder normale<br />
praktijkomstandigheden te verwaarlozen. Zoals reeds vermeld is de invloed van de penetratie van<br />
vloeibaar vocht van groot belang, omdat dit houtrotschade zowel aan de binnen- als buitenzijde van de<br />
elementen kan veroorzaken.<br />
Invloed op de levensduur en de totale onderhoudskosten van de gevelelementen<br />
Hier geldt uiteraard hetzelfde als bovengenoemd. Het zal duidelijk zijn dat houtrotschade ontstaan door<br />
penetratie van vloeibaar condensvocht aan de binnenzijde een significante invloed heeft op de levensduur<br />
van de elementen en dus op de totale onderhoudskosten. In de praktijk komt het er vaak op neer dat<br />
wanneer geen preventieve maatregelen aan de binnenzijde worden getroffen de levensduur van de<br />
gevelelementen met de helft wordt verminderd, dus vervanging na een periode van 20 tot 25 jaar. Dit<br />
geldt uiteraard alleen voor gevelelementen in een bepaalde risicoklasse. Deze risicoklasse kan worden<br />
vastgesteld aan de hand van een aantal factoren namelijk de initiële materiaalkwaliteit, de constructie en<br />
de mate van belasting.<br />
Aanbevelingen<br />
Met betrekking tot het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden aan de binnenzijde van woningen wordt<br />
geadviseerd eerst een risico-inventarisatie uit te voeren.<br />
Tot de hoogste risicoklasse behoren woningen met de navolgende specificatie:<br />
Omschrijving<br />
Bouwperiode van 1955 tot 1980.<br />
Naaldhouten gevelelementen zoals Vuren en Noordeuropees grenen.<br />
Enkelglas<br />
Niet geventileerd beglazingsysteem en aanwezigheid van condes- en verdampingsprofielen waarbij niet opgedamde<br />
profielen een groot risico vormen.<br />
Ontbreken of onvoldoende functioneren van mechanische of natuurlijke ventilatie.<br />
©Verf Advies Centrum B.V. 4
Tab: 1 Verf<br />
Code/volgnr: V1/254<br />
Datum: januari 2006<br />
Na deze inventarisatie kunnen enkele gerichte vochtmetingen de noodzaak van de investering in<br />
preventieve maatregelen aantonen. Na uitvoering van deze maatregelen kan besloten worden om<br />
esthetische redenen binnenschilderwerk uit te laten voeren.<br />
Trefwoorden:<br />
Binnenschilderwerk<br />
<strong>Relatieve</strong> <strong>vochtafsluiting</strong><br />
Waterdampdoorlatendheid<br />
©Verf Advies Centrum B.V. 5