06.09.2013 Views

Het Opleidingsfonds - LVAG

Het Opleidingsfonds - LVAG

Het Opleidingsfonds - LVAG

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

4<br />

19e jaargang december 2008<br />

<strong>Opleidingsfonds</strong>: heb je er baat bij?


Financiële expertise vind je bij<br />

veel banken. <strong>Het</strong> AIOS-pakket niet.<br />

Als arts in opleiding tot medisch specialist verkeer je financieel gezien in een<br />

bij zondere positie. <strong>Het</strong> inkomen stijgt nauwelijks terwijl relatief hoge kosten<br />

worden gemaakt. CenE Bankiers beseft dat als geen ander. Daarom is er het<br />

AIOS-pakket: een breed pakket met bancaire diensten en verzekeringen,<br />

speciaal voor AIOS. Aantrekkelijke voordelen van het pakket zijn o.a. een<br />

kosteloze rekening-courant met ruime kredietmogelijkheden en gunstige op<br />

de toekomst afgestemde hypotheekvoorwaarden. Tijdens je periode als AIOS<br />

is deze hypotheek volledig aflossingsvrij, zodat je kosten zo laag mogelijk blijven.<br />

Wil je meer weten, bel dan Susanne Versteege, via telefoon (030) 659 90 35<br />

of kijk op www.cenebankiers.nl.<br />

CenE Bankiers is onderdeel van Van Lanschot Bankiers.<br />

VOOR PROFESSIONALS IN DE MEDISCHE SECTOR


Colofon<br />

Redactie<br />

Erna Beers, hoofdredacteur<br />

Daniëlle Jansen, eindredacteur<br />

Saskia Bulk<br />

Nanda Glimmerveen<br />

Lisette Kunz<br />

Jocea Michels<br />

Robert Minnee<br />

Janine Nuver<br />

Ralph Hartman, adviseur<br />

Redactieadres<br />

Bureau LAD<br />

public relations<br />

Postbus 20058<br />

3502 LB Utrecht<br />

T (030) 670 27 02<br />

F (030) 670 27 00<br />

E aios@lad-info.nl<br />

Dagelijks bestuur <strong>LVAG</strong><br />

Ronne Mairuhu, voorzitter<br />

Bram Jacobs, vicevoorzitter<br />

Ingrid Desar, secretaris<br />

Floris Ferenschild, penningmeester<br />

Miraude Adriaensen, lid<br />

Babette van Hees, lid<br />

Addy van de Luijtgaarden, lid<br />

Renske Scheenstra, lid<br />

Ilja de Vreede, lid<br />

Secretariaat <strong>LVAG</strong><br />

Postbus 20058<br />

3502 LB Utrecht<br />

T (030) 670 27 01<br />

F (030) 670 27 00<br />

E secretariaat@lvag.nl<br />

I www.lvag.nl<br />

Uitgever<br />

<strong>LVAG</strong>, Utrecht<br />

Pre-press en drukwerk<br />

Drukkerij <strong>Het</strong> Centrum Utrecht BV<br />

Fotografie omslag<br />

Jeroen van den Boer Ontwerp<br />

Advertentie-exploitatie<br />

Toverspreuk Creatieve Communicatie<br />

Sabine Kaim<br />

Marieke Stegenga<br />

Hooghiemstraplein 121<br />

3514 AZ Utrecht<br />

T (030) 271 43 30<br />

F (030) 271 02 65<br />

M 06 21 81 57 88<br />

E info@toverspreuk.com<br />

I www.toverspreuk.com<br />

Mijn eerste voorwoord, en meteen mijn laatste. Kort was de duur<br />

van mijn voorzitterschap. De mogelijkheid om wetenschappelijke<br />

ervaring op te doen in het Beth Israel Deaconess Medical Center<br />

(House of God) in Boston, USA, wilde ik echter niet laten liggen.<br />

In januari 2009 zal ik mijn opleiding onderbreken om daar een<br />

tot anderhalf jaar te gaan werken. Ik realiseer me dat er op dit<br />

moment veel gaande is en dat ik de <strong>LVAG</strong> in de hectiek van de<br />

dag achterlaat. Deze drukte zal aankomende jaren niet veel minder<br />

worden. Ik vertrouw erop dat de huidige bestuursleden het<br />

goed zullen aanpakken.<br />

Jullie moeten geïnformeerd blijven worden over zaken als het <strong>Opleidingsfonds</strong>, kwaliteitsindicatoren<br />

en de toewijzing van opleidingsplaatsen. Immers, het gaat om jullie<br />

opleiding, werkomstandigheden en toekomst.<br />

De <strong>LVAG</strong> zet zich hier voor de volle honderd procent voor in. Wij houden je op de<br />

hoogte van de nieuwste ontwikkelingen, peilen je mening via enquêtes en bestuursvergaderingen<br />

en organiseren de Aios-dagen en het symposium Teach the aios. Met een<br />

geheel vernieuwde website maken we de belangrijkste informatie nog toegankelijker.<br />

In deze editie van AIOS bespreken we (wederom) het <strong>Opleidingsfonds</strong>. De berichtgeving<br />

in de media en op de werkvloer is uitermate negatief van aard. Ik vind juist dat het probleem<br />

niet alleen aan het systeem ligt, maar ook voor een belangrijk deel aan de door het<br />

veld gemaakte keuzes en aannames. In het artikel wordt deze gedachtegang uiteengezet.<br />

Verder hebben we het Verenigingsnieuws een vaste indeling gegeven: voortaan vind je<br />

hier nieuws over arbeidsomstandigheden, opleiding en kwaliteit en wetenschap. <strong>Het</strong><br />

tweede symposium Teach the aios passeert de revue; met name aan het beste opleidingsinitiatief<br />

besteden we veel aandacht.<br />

Om aan te sluiten bij de kerstsfeer vind je in dit nummer de Verhalen voor de donkere<br />

dagen. Zeggen jou ´christmas disease´ en ´christmas tree rash´ iets? Nee? Lees meer<br />

hierover in deze editie.<br />

Veel leesplezier!<br />

Ronne Mairuhu<br />

Inhoud<br />

VOORWOORD<br />

pag.<br />

<strong>LVAG</strong>-nieuws 2<br />

Nieuw bestuurslid stelt zich voor 2<br />

Problemen op of vragen over je werk en/of opleiding? 3<br />

<strong>Het</strong> <strong>Opleidingsfonds</strong>: zegen of vloek? 4<br />

LAD geeft aios ´smoel´ 9<br />

Bijtanken met … Jasper van Aalst 10<br />

De Meester en de Leerling 12<br />

Tweede symposium Teach the aios wederom een succes 14<br />

Aios wint camera op Aios-dag 16<br />

Hoofdredacteur m/v gezocht 16<br />

Grote verschillen in opleidingsbudget 17<br />

Verhalen voor aan het kerstdiner 18<br />

Hun zorg – onze zorg deel 2 20<br />

Geneesheer: Burrill Bernard Crohn 22<br />

Column: ‘Evidence based positiveness’ 24<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

1


VERENIGINGSNIEUWS<br />

Arbeidsomstandigheden<br />

Met het afscheid van een aantal oudgedienden en de komst van een groep<br />

enthousiastelingen heeft het bestuur van de <strong>LVAG</strong> gemeend de taken te moeten<br />

(her)verdelen. We kijken daarbij niet meer naar wie in welke commissie zit, maar<br />

naar de drie belangrijke pijlers waarop de <strong>LVAG</strong> zich focust:<br />

arbeidsomstandigheden, opleiding en kwaliteit & wetenschap. Een korte<br />

samenvatting van het belangrijkste nieuws op elk van die vlakken.<br />

Ouderschapsverlof<br />

In de vorige editie van AIOS spraken<br />

wij over de consequenties van<br />

het verhuizen van perifere naar<br />

academische ziekenhuizen en vice<br />

versa. In het artikel werd aangegeven<br />

dat in de Cao UMC ouderschapsverlof<br />

mogelijk is waarbij je<br />

deels doorbetaald krijgt tijdens het<br />

verlof. Dit blijkt bij nader inzien<br />

niet te kloppen. De werkgever hoeft<br />

geen vergoeding te betalen voor<br />

het ouderschapsverlof.<br />

Europese regelgeving t.a.v.<br />

werktijden<br />

De Europese Raad wil een aantal<br />

aanpassingen aan de European Working<br />

Time Directive doorvoeren. De<br />

belangrijkste wijzigingen betreffen<br />

het onderscheid tussen actieve en<br />

inactieve ‘on-call tijd’ en introductie<br />

2 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

<strong>LVAG</strong>-nieuws<br />

van de beruchte ‘opt-out’. Samen<br />

met de LAD en KNMG maakt de<br />

<strong>LVAG</strong> bezwaar tegen deze aanpassingen.<br />

Immers, bij invoering van de<br />

op-outmogelijkheid als voorgesteld<br />

wordt het machtsevenwicht tussen<br />

werkgever en werknemer ten nadele<br />

van deze laatste ernstig verstoord.<br />

Opleiding<br />

Opleidingsmodernisering<br />

Al vaker rapporteerde het bestuur<br />

over de voortgang van medisch<br />

specialistische vervolgopleidingen.<br />

<strong>Het</strong> proces is nog steeds in volle<br />

gang en steeds meer wetenschappelijke<br />

verenigingen leggen hun<br />

vernieuwde opleidingsplan aan het<br />

Centraal College Medische Specialismen<br />

(CCMS) voor.<br />

Inmiddels zijn er diverse plannen binnen<br />

het CCMS besproken en goedge-<br />

keurd. <strong>Het</strong> betreft hier de volgende<br />

specialismen: klinische geriatrie,<br />

maag-darm-leverziekten, longziekten,<br />

radiologie, klinische genetica,<br />

anesthesiologie, heelkunde, reumatologie,<br />

KNO en SEH-geneeskunde.<br />

In een eerder stadium waren de<br />

plannen van gynaecologie en kindergeneeskunde<br />

al gemoderniseerd. Een<br />

score van twaalf uit 27 medische<br />

specialismen (28 inclusief SEH).<br />

De vaart zit er nu goed in en het<br />

CCMS met de daaraan verbonden<br />

werkgroep verwachten het traject<br />

begin 2009 af te ronden. Hierna zal<br />

vanzelfsprekend een implementatietraject<br />

volgen.<br />

Regelgeving opleidingen: het<br />

Kaderbesluit<br />

De regelgeving omtrent de medisch<br />

specialistische vervolgopleidingen,<br />

Nieuw bestuurslid stelt zich<br />

voor<br />

Addy van de Luijtgaarden (26 jaar) rondde in 2006 zijn geneeskundestudie aan de Radboud Universiteit Nijmegen<br />

af. Tijdens zijn opleiding maakte hij zich binnen de Medische Faculteits Vereniging Nijmegen (MFVN) sterk<br />

voor EHBO-onderwijs aan medisch studenten.<br />

Na het artsexamen werkte hij kort als anios interne geneeskunde in het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis in Nijmegen.<br />

Daarna begon hij aan een promotietraject op de afdeling Medische Oncologie van het UMC St Radboud.<br />

Daar is hij bestuurslid van de Clinical PhD Council i.o.<br />

Vanaf april 2008 is Addy betrokken bij de <strong>LVAG</strong>; sinds september als lid van het dagelijks bestuur. Zijn speerpunt<br />

binnen de <strong>LVAG</strong> is de kwaliteit van medische vervolgopleidingen.


vastgelegd in het Kaderbesluit<br />

CCMS, dient als gevolg van de<br />

opleidingsmodernisering te worden<br />

aangepast. Hierdoor zal er bijvoorbeeld<br />

meer over het kwaliteitsbeleid<br />

binnen opleidingen worden<br />

geregeld.<br />

De <strong>LVAG</strong> heeft reacties van aios,<br />

mede naar aanleiding van problemen<br />

waar zij dagelijks tegenaan<br />

lopen, op het Kaderbesluit verzameld.<br />

Deze opmerkingen hebben we<br />

tijdens de wijzigingsprocedure<br />

gebruikt om het CCMS van advies<br />

te voorzien. Mede door tips van de<br />

<strong>LVAG</strong> zijn er diverse clausules in het<br />

Kaderbesluit aangepast.<br />

<strong>Het</strong> nieuwe Kaderbesluit zal naar<br />

alle waarschijnlijkheid eind 2008,<br />

begin 2009 in werking treden.<br />

Nieuw college<br />

In de loop van 2009 zal het CCMS<br />

met het College voor Huisartsgeneeskunde,Verpleeghuisgeneeskunde<br />

en medische zorg voor verstandelijk<br />

gehandicapten (CHVG) en het<br />

College voor Sociaal Geneeskundigen<br />

(CSG) worden samengevoegd<br />

tot een overkoepelend college.<br />

In dit nieuwe college was in eerste<br />

instantie geen plek voor een aios<br />

(van welk specialisme dan ook)<br />

ingeruimd. Hierop heeft de <strong>LVAG</strong><br />

met succes, en met steun van de<br />

juniorverenigingen van de AVG’s<br />

(Arts voor Verstandelijk Gehandicapten)<br />

en sociaal geneeskundigen,<br />

geageerd. Er zal in dit nieuwe college<br />

nu wél plaats zijn voor een aios.<br />

Deze aios zal door de <strong>LVAG</strong> en de<br />

bovengenoemde juniorverenigingen<br />

(inclusief de huisartsen en verpleeghuisartsen)<br />

moeten worden<br />

voorgedragen. De <strong>LVAG</strong> zal hierin<br />

het voortouw nemen, zodat ook de<br />

medisch specialisten i.o. blijvend<br />

worden vertegenwoordigd.<br />

Kwaliteit & wetenschap<br />

Symposium Teach the aios<br />

In het kader van de opleidingsmodernisering<br />

organiseerde de <strong>LVAG</strong><br />

samen met de KNMG/ CCMS en het<br />

College voor de Beroepen en Opleidingen<br />

in de Gezondheidszorg<br />

(CBOG) voor de tweede keer het<br />

symposium Teach the aios. In verband<br />

met het succes en gezien de<br />

huidige ontwikkelingen heeft de<br />

organisatie besloten dit de aankomende<br />

jaren te blijven initiëren.<br />

VERENIGINGSNIEUWS<br />

Hierover en over de dag zelf lees je<br />

meer verderop in deze AIOS.<br />

Kwaliteitsindicatoren opleiding<br />

Er wordt veel gesproken over de<br />

kwaliteitsindicatoren voor medisch<br />

specialistische vervolgopleidingen.<br />

<strong>Het</strong> veld is huiverig om een prematuur<br />

systeem te gebruiken voor het<br />

toewijzen van nieuwe opleidingsplaatsen<br />

aan interne geneeskunde<br />

en heelkunde.<br />

<strong>Het</strong> CBOG en het ministerie van<br />

VWS hebben op aandringen van<br />

verschillende veldpartijen besloten<br />

dit vooralsnog niet aan elkaar te<br />

koppelen. De projectgroep die zich<br />

bezighoudt met het ontwikkelen<br />

van de kwaliteitsindicatoren zal de<br />

aankomende maanden gebruiken<br />

om haar werk af te ronden. Begin<br />

2009 denken we met het raamwerk<br />

klaar te zijn.<br />

Ronne Mairuhu, voorzitter<br />

Bram Jacobs, vicevoorzitter en<br />

adviserend lid CCMS<br />

Ingrid Desar, secretaris<br />

Caroline Lindemans, adviserend<br />

lid CCMS<br />

Problemen op of vragen over<br />

je werk en/of opleiding?<br />

De <strong>LVAG</strong> vertegenwoordigt aios en anios in verschillende gremia. Hierdoor zijn wij in staat problemen waar je<br />

op je werk en/of tijdens je opleiding tegenaan loopt, bij de juiste personen aan te kaarten. Heb je vragen over of<br />

problemen op één of meerdere van onderstaande gebieden?<br />

• werktijden en regelgeving (bijvoorbeeld: parttime werken en zwangerschapsverlof);<br />

• opleidingsfonds en toewijzing van opleidingsplaatsen;<br />

• problemen tijdens de opleiding en/of met de opleider;<br />

• regelgeving van medisch specialistische vervolgopleidingen;<br />

• de vernieuwde opleidingsplannen en kwaliteitsindicatoren van opleidingen.<br />

Neem dan contact op met een van de leden van het dagelijks bestuur of ons secretariaat: per telefoon (030)<br />

670 27 05 of per e-mail secretariaat@lvag.nl.<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

3


VERENIGINGSNIEUWS<br />

De vergoedingen voor de opleidingsinstellingen om aios op te leiden zijn op dit<br />

moment een ‘hot item’. Op verschillende symposia, in wetenschappelijke<br />

besprekingen, op de werkvloer en in nagenoeg alle medische tijdschriften wordt er<br />

wel iets gezegd, dan wel geschreven over het <strong>Opleidingsfonds</strong>.<br />

Doorgaans is de teneur negatief<br />

van aard. De dupe, onzorgvuldig,<br />

funest, chaotisch zijn veel gebezigde<br />

termen waarmee het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

wordt omschreven. Wie heeft<br />

dit fonds in het leven geroepen en<br />

waarom? Hier gaan we in op de<br />

achtergrond en problemen van het<br />

<strong>Opleidingsfonds</strong> en geven we antwoorden<br />

op veelgestelde vragen<br />

over het fonds.<br />

I. Achtergrond <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

Sinds 1 januari 2007 verloopt de<br />

bekostiging van alle medisch specialistische<br />

vervolgopleidingen<br />

(behalve psychiatrie) via het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

1 . Met de nieuwe manier<br />

van bekostigen streeft het ministerie<br />

van VWS een effectiever capaciteitsbeleid<br />

na. Daarnaast worden de<br />

volgende redenen aangedragen om<br />

het <strong>Opleidingsfonds</strong> te introduceren:<br />

• Bij meer marktwerking/concurrentie<br />

op de zorgmarkt<br />

kunnen de kosten van het<br />

opleiden van medisch specialisten<br />

in toenemende mate<br />

marktverstorend gaan werken.<br />

Aangezien niet alle ziekenhuizen<br />

in gelijke mate opleiden,<br />

zou opleiden grote verschillen<br />

kunnen geven in de DBCtarieven.<br />

4 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

<strong>Het</strong> <strong>Opleidingsfonds</strong>:<br />

zegen of vloek?<br />

• De bestaande bekostigingssystematiek<br />

was complex en niet<br />

transparant.<br />

• De soort en het aantal opleidingsplaatsen<br />

in een zorginstelling<br />

zijn dikwijls onbekend.<br />

Dit geldt ook voor de kostprijs<br />

van een opleidingsplaats.<br />

Opbouw <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

Bij het opzetten van het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

was de aanname van de veldpartijen<br />

dat aios productieneutraal<br />

zijn (productie aios kan men wegstrepen<br />

tegen het productieverlies<br />

van een medisch specialist). Daarnaast<br />

is men ervan uitgegaan dat de<br />

kosten voor alle specialismen en<br />

voor alle opleidingsjaren gelijk zijn.<br />

<strong>Het</strong> veld, Zorgverzekeraars Nederland<br />

(ZN), de Nederlandse Federatie<br />

van Universitair Medische Centra<br />

(NFU), de Nederlandse Vereniging<br />

van Ziekenhuizen (NVZ) en de Orde<br />

van Medisch Specialisten, heeft in<br />

2005 naar een onderbouwing<br />

gezocht voor de kosten van het<br />

opleiden van aios. Een daartoe ingestelde<br />

werkgroep heeft geconcludeerd<br />

dat de opleidingskosten per<br />

aios zijn opgebouwd uit een aantal<br />

componenten: salariskosten, materiële<br />

kosten, overhead, handelingseffect,<br />

leereffect en niet patiëntgebonden<br />

opleidingskosten (zie tabel<br />

1 op de volgende pagina). 2<br />

Onder materiële kosten worden verstaan<br />

de kosten voor het gebruik<br />

van een bureau, computer, papier,<br />

pieper, et cetera (circa 5.000,- euro<br />

per jaar per aios). Hieronder vallen<br />

ook de kosten voor het volgen van<br />

cursussen en de kosten van studieboeken<br />

(circa 1.000,- euro per jaar<br />

per aios). De kosten van overhead<br />

betreffen de kosten voor de afdeling<br />

P&O, de financiële administratie, de<br />

bestuurskosten, et cetera (circa<br />

19.500,- euro per jaar per aios).<br />

<strong>Het</strong> handelingseffect betreft de<br />

directe werkzaamheden van de aios<br />

die meerkosten genereren. Deze<br />

kosten worden ook wel de vertragingskosten<br />

genoemd. Deze ontstaan<br />

met name op de OK en worden<br />

geschat op circa 26.000,- euro<br />

per jaar per aios.<br />

<strong>Het</strong> leereffect komt tot uitdrukking<br />

in het aanvraaggedrag van aios. Dit<br />

aanvraaggedrag (extra diagnostiek<br />

zoals labbepalingen, beeldvormende<br />

onderzoeken, nucleair geneeskundig<br />

onderzoek en functieonderzoeken)<br />

heeft tot gevolg dat elders in<br />

het ziekenhuis meerproductie door<br />

anderen wordt gerealiseerd. De<br />

meerproductie op ondersteunende<br />

afdelingen dient de opleidingsdoelen,<br />

maar wordt niet beschouwd als<br />

kosteneffectief (circa 15.500,- euro<br />

per jaar per aios). De omvang van<br />

het handelings- en leereffect per


Tabel 1. Opleidingskosten per aios per jaar (in 2006)*<br />

Ziekenhuis Type 1 Type 2 Type 3<br />

0 – 49 aios 50 – 149 aios > 150 aios<br />

Component<br />

Loonkosten 59.000 59.000 59.000<br />

Materiële kosten + overhead 25.000 25.000 25.000<br />

Niet patiëntgebonden kosten 9.000 9.000 9.000<br />

Handelingseffect/leereffect 52.000 42.000 15.000<br />

Totaal 145.000 135.000 108.000<br />

* Ambtelijk werkdocument van NVZ, NFU, Orde en ZN. Opleidingsorgaan en -<br />

fonds voor erkende Medisch Specialistische Vervolgopleidingen, 8 maart 2005.<br />

aios is afhankelijk van de mate<br />

waarin begeleiding mogelijk is. In<br />

grotere ziekenhuizen (bijvoorbeeld<br />

de umc’s) zou door de omvang, de<br />

opleiding efficiënter ingericht moeten<br />

(kunnen) zijn. Dit resulteert dan<br />

in een lager bedrag voor het handelings-<br />

en leereffect.<br />

De kosten voor niet-patiëntgebonden<br />

opleidingskosten betreffen de<br />

kosten met betrekking tot cursorisch<br />

onderwijs, de beoordeling en<br />

supervisie van aios en hun begeleiders<br />

en de kosten van extra inzet<br />

van overig opleidingsondersteunend<br />

personeel (circa 9.000,- euro per<br />

jaar per aios). Ook bij deze kosten<br />

zal er sprake zijn van een schaaleffect<br />

en zullen vooral de kleinere en<br />

startende opleidingsziekenhuizen<br />

relatief meer kwijt zijn.<br />

<strong>Het</strong> ministerie van VWS stelt de<br />

totaalbedragen voor de opleidingskosten<br />

vast. Zij maakt hierin geen<br />

onderscheid tussen de verschillende<br />

componenten aangezien zij van<br />

mening is dat dit onvoldoende<br />

bekend is. Dit is ooit de reden<br />

geweest om een kostprijsonderzoek<br />

te doen (het productieonderzoek<br />

van Berenschot). De totaalbedragen<br />

voor de opleidingskosten zijn voor<br />

2008 als volgt vastgesteld 3 :<br />

• algemene ziekenhuizen met<br />

1-50 opleidingsplaatsen<br />

149.000,- euro per fulltime aios;<br />

• algemene ziekenhuizen met<br />

50-150 opleidingsplaatsen<br />

138.700,- euro per fulltime aios;<br />

• algemene ziekenhuizen met<br />

150 of meer opleidingsplaatsen<br />

111.000,- euro per fulltime aios;<br />

• academische ziekenhuizen<br />

111.600,- euro per fulltime aios.<br />

II. Problemen <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

Na de introductie van het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

is een aantal problemen<br />

in het veld ontstaan. De casussen<br />

op de volgende pagina zijn geen<br />

zeldzaamheid. De <strong>LVAG</strong> wordt frequent<br />

over vergelijkbare situaties<br />

benaderd. <strong>Het</strong> gaat daarbij om vragen<br />

als: staat het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

het switchen van een stage/opleidingsinstelling<br />

in de weg? Hoe vaak<br />

mag je switchen van het <strong>Opleidingsfonds</strong>?<br />

Is de productieneutraliteit<br />

van aios wel terecht? Hoe is<br />

de financiering geregeld voor uitval<br />

van een aios?<br />

Ondanks alle berichtgeving in de<br />

media, lijken de problemen niet<br />

veroorzaakt te worden door het<br />

door ‘Den Haag’ geïntroduceerde/<br />

gewenste systeem en regelgeving,<br />

maar juist door de keuzes en aannames<br />

die door ziekenhuizen en<br />

beroepsverenigingen zijn gemaakt.<br />

Terugkijkend blijken namelijk veel,<br />

zo niet alle problemen gerelateerd<br />

te zijn aan de aanname dat aios<br />

VERENIGINGSNIEUWS<br />

productieneutraal zijn; aan de<br />

onduidelijkheid hoe vaak een aios<br />

mag veranderen van opleidingsplaats/stageplaats<br />

en aan de keuze<br />

het salaris van aios op te nemen in<br />

het <strong>Opleidingsfonds</strong>.<br />

Aios niet productieneutraal<br />

<strong>Het</strong> zien van veel, dan wel zoveel<br />

mogelijk patiënten is essentieel om<br />

goed opgeleid te worden. Dit is<br />

mogelijk met het verrichten van<br />

(kleine) ingrepen, het zien van<br />

(nieuwe) patiënten op de poliklinieken<br />

en de spoedeisende hulp, het<br />

managen van de zaal en het doen<br />

van weekend-, avond- en nachtdiensten.<br />

Aangezien de opleidingsactiviteiten<br />

verweven zijn met de productieactiviteiten<br />

nemen aios een positie in<br />

waardoor de continuïteit van zorg<br />

is gewaarborgd en waardoor het<br />

mogelijk is dat in een ziekenhuis of<br />

op een afdeling productie gedraaid<br />

kan worden. Aios zorgen niet alleen<br />

voor (een deel van de) productie,<br />

maar zorgen er ook voor dat de<br />

medisch specialist zijn eigen productie<br />

kan maken. De zaalarts die<br />

alle dagelijkse gang van zaken op<br />

zich neemt, is daarvan een mooi<br />

voorbeeld. Mede dankzij de activiteiten<br />

van deze zaalarts kan een<br />

medisch specialist zijn polikliniek<br />

draaien of andere zaken ter hand<br />

nemen.<br />

Veranderen van opleidingsplaats<br />

mogelijk<br />

Door de huidige systematiek is het<br />

inzichtelijker geworden waar aios<br />

´zitten´ en hoeveel aios iedere<br />

instelling telt. Elke opleidingsinstelling<br />

moet duidelijk kunnen maken<br />

welke aios en van wanneer tot<br />

wanneer deze aios in de instelling<br />

werkzaam zijn. Immers, er is een<br />

directe koppeling tussen de opleidingsschema’s<br />

van aios en de vergoeding<br />

voor instellingen.<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

5


VERENIGINGSNIEUWS<br />

Casus 1<br />

Een aios wil graag een nietreguliere<br />

stage lopen, omdat het<br />

onderwerp onvoldoende binnen<br />

de reguliere stages wordt aangeboden.<br />

Een mooie toegevoegde<br />

waarde zou je zeggen. <strong>Het</strong><br />

regelen van een niet-reguliere<br />

stage blijkt echter moeilijk tot<br />

onmogelijk. De financiering van<br />

de stage c.q. het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

wordt hierbij, door de opleider<br />

als een (zo niet het grootste)<br />

probleem aangehaald. Er blijft<br />

daarnaast een ‘gat’ in de roostering<br />

achter, als er niet bijtijds<br />

vervanging wordt geregeld. Ook<br />

dit laatstgenoemde argument is<br />

voor de opleider een reden om<br />

de aios niet te laten gaan.<br />

Wordt het switchen dan onmogelijk<br />

door het <strong>Opleidingsfonds</strong>? Dicteert<br />

het <strong>Opleidingsfonds</strong> hoe vaak een<br />

aios mag switchen? <strong>Het</strong> ministerie<br />

van VWS is hierin kraakhelder: “<strong>Het</strong><br />

<strong>Opleidingsfonds</strong> staat veranderingen<br />

van stageplaatsen/opleidingsplaatsen<br />

niet in de weg, mits dit in<br />

het opleidingsschema opgenomen<br />

is.” Indien in dit schema is opgenomen<br />

dat een aios wel tien keer van<br />

instelling verandert, dan volgt het<br />

geld en is er geen probleem. Een<br />

wijziging van het opleidingsschema<br />

is mogelijk, maar alleen vóór 31<br />

6 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

oktober van elk jaar (tussentijdse<br />

wijzigingen van het opleidingsschema<br />

zijn ook mogelijk, maar dan<br />

volgt het geld niet). Dit ondervond<br />

de collega waarvan het verhaal in<br />

casus 2 werd beschreven.<br />

Waarom het veranderen van opleidingsplaats<br />

en het elders een stage<br />

volgen zo moeizaam gaan, zal zeker<br />

mede veroorzaakt worden door de<br />

grote financiële vergoedingen die<br />

gekoppeld zijn aan het opleiden van<br />

aios. Een grote opleidingsinstelling<br />

met meer dan vierhonderd aios<br />

ontvangt bijvoorbeeld makkelijk<br />

meer dan 40 miljoen euro in 2008<br />

voor het opleiden van aios. 4<br />

Verlies van een aios betekent verlies<br />

van geld. Daarnaast moet er toestemming<br />

zijn van de (hoofd)opleider<br />

om het opleidingsschema te<br />

veranderen. Een opleider die het<br />

wel makkelijk vindt om een ervaren<br />

aios op zijn werkvloer te hebben,<br />

zou bij het wijzigen van een opleidingsschema<br />

zich kunnen realiseren<br />

dat dit het verlies van een ervaren<br />

werkkracht kan betekenen. Om dit<br />

verlies te compenseren moet een<br />

andere, vaak onervaren anios aangenomen<br />

worden. Dit moet uit het<br />

eigen budget betaald worden, aangezien<br />

er voor een anios geen<br />

opleidingsfonds is.<br />

Salaris van aios<br />

Voor productie is materiaal en<br />

mankracht nodig. Hoe een zieken-<br />

huis of afdeling dit invult, is een<br />

eigen keuze. Medisch specialisten<br />

zouden dit allemaal zelf kunnen<br />

doen, maar veel grote afdelingen<br />

hebben assistentie nodig om de<br />

boel draaiende te houden. Dit laatste<br />

kan in de vorm van basisartsen<br />

(al dan niet in opleiding) of een van<br />

de nieuwe beroepskrachten, zoals<br />

een physician assistant of nurse<br />

practitioner. Deze werknemers<br />

behoren gewoon betaald te worden<br />

door de werkgevers, in casu de ziekenhuizen.<br />

<strong>Het</strong> ziekenhuis betaalt<br />

ook de schoonmaker, de receptioniste,<br />

de beveiligingsbeambte en de<br />

verpleegkundige. Waarom dit voor<br />

aios niet opgaat is vreemd. De<br />

indrukwekkende financiële vergoedingen<br />

die opleidingsinstellingen<br />

voor aios krijgen (zie tabel 1), zullen<br />

hierbij zeker een rol spelen.<br />

Door de bovengenoemde keuze<br />

wordt het salaris van aios doorgaans<br />

niet in een jaarplan van een<br />

ziekenhuis opgenomen. Ook zal er in<br />

de jaarplannen niet opgegeven zijn<br />

hoeveel basisartsen er nodig zijn om<br />

de productie te handhaven. Hierdoor<br />

zal men bij uitval van een aios<br />

bijvoorbeeld vanwege het veranderen<br />

van opleidingsplaats, geen reden<br />

zien om leeggevallen plaatsen op te<br />

vullen met anios of andere beroepskrachten.<br />

Immers, men heeft niet<br />

gedefinieerd hoeveel basisartsen<br />

men nodig heeft. Daarnaast is er<br />

geen financiële ruimte om vervan-<br />

Casus 2<br />

In verband met familieomstandigheden moet een aios in de zomer van 2008 acuut verhuizen naar een heel<br />

andere opleidingsregio. Zij kan door de afstand niet meer naar haar oude opleidingsinstelling en wil graag helemaal<br />

over naar een andere opleidingsregio die dichter bij haar nieuwe woonplaats ligt.<br />

De aios overlegt met het nieuwe instituut en er lijkt ruimte te zijn om de laatste drie jaren van de opleiding<br />

aldaar te doen. In verband met onduidelijkheid over het <strong>Opleidingsfonds</strong> wil het nieuwe instituut de aios echter<br />

niet meteen overnemen.<br />

Na enkele maanden onderhandelen ziet het ernaar uit dat de aios per 1 januari 2009 over kan gaan naar het<br />

nieuwe instituut. Aan de ene kant opluchting; aan de andere kant moest de aios meer dan zes maanden onbetaald<br />

verlof opnemen, omdat er geen andere oplossing te vinden was. De opleiding moet nu ook worden verlengd<br />

vanwege de maandenlange inactiviteit.


ging te zoeken. Deze problematiek<br />

wordt dagelijks ondervonden.<br />

In het beleidsplan van alle ziekenhuizen<br />

zou opgenomen moeten<br />

worden hoeveel productie men zou<br />

willen draaien en met hoeveel verpleegkundigen<br />

en specialisten dit<br />

moet gebeuren. Zo zal ook in het<br />

beleidsplan moeten worden aangeven<br />

hoeveel basisartsen men nodig<br />

denkt te hebben en hoeveel geld<br />

voor het salaris men daarvoor moet<br />

reserveren: onafhankelijk of die<br />

basisartsen in opleiding zijn of niet.<br />

Hoe zit het dan met<br />

vergoedingen?<br />

De tijd die een medisch specialist<br />

aan een aios besteedt in het kader<br />

van de opleiding dient vergoed te<br />

worden met geld uit het <strong>Opleidingsfonds</strong>.<br />

Als een medisch specialist<br />

gemiddeld 10 uur per week aan<br />

het opleiden van een enkele aios<br />

zou besteden, dan zou hij hiervoor<br />

een vergoeding moeten krijgen:<br />

132,50 euro (uurloon medisch specialist)<br />

* 10 uur/week * 52 weken =<br />

68.900,- euro per jaar. Dit bedrag is<br />

dan nog exclusief materiële kosten,<br />

leereffect en handelingseffect.<br />

Maar met dit bedrag wordt wel het<br />

verlies aan productie gecompenseerd.<br />

De vraag is of dit helemaal<br />

vergoed moet worden, aangezien<br />

een anios in het kader van goede<br />

patiëntenzorg ook begeleiding dient<br />

te krijgen. Daarnaast moet er rekening<br />

worden gehouden met het feit<br />

dat een eerstejaars aios veel meer<br />

begeleidingstijd nodig heeft dan<br />

een ouderejaars.<br />

Krijgen medisch specialisten dan<br />

deze vergoeding? In de praktijk zien<br />

we dat het budget niet aan de<br />

medisch specialist wordt verstrekt.<br />

Er is amper discussie tussen opleiders<br />

en raad van bestuur over de<br />

kosten die de opleider maakt in termen<br />

van begeleidingstijd. De discussie<br />

die op dit niveau zou moeten<br />

plaatsvinden, verplaatst zich naar<br />

het niveau opleider-aios: een voor<br />

de aios nadelige situatie, aangezien<br />

het doorgaans leidt tot de situatie<br />

waarbij er geen geld is voor vervanging<br />

van een uitgevallen aios.<br />

Conclusie<br />

<strong>Het</strong> recente schrijven van dr. Valentijn<br />

in Medisch Contact 5 is het<br />

zoveelste voorbeeld van gemotiveerde<br />

opleiders die bijna geen lol<br />

meer hebben aan het opleiden. De<br />

uitgebreide recente berichtgeving<br />

suggereert dat het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

de belangrijkste oorzaak hiervan is.<br />

Grotendeels onterecht! <strong>Het</strong> zijn<br />

juist de door het veld gedane aannames<br />

en gemaakte keuzes die<br />

ervoor zorgdragen dat het complex<br />

ís en blíjft.<br />

Om dit te veranderen zullen er<br />

andere afspraken gemaakt moeten<br />

worden: salaris uit het <strong>Opleidingsfonds</strong>,<br />

vergoedingen voor het handelingseffect<br />

en leereffect aan de<br />

aios koppelen (het ‘rugzak-model’)<br />

en de vergoedingen voor het opleiden<br />

door medisch specialisten<br />

daadwerkelijk naar de medisch specialisten<br />

sturen. Of dit uiteindelijk<br />

de oplossing is blijft natuurlijk de<br />

vraag, maar er is voldoende geoefend<br />

met de huidige systematiek.<br />

III. Tien meestgestelde vragen<br />

Wat is het <strong>Opleidingsfonds</strong>?<br />

<strong>Het</strong> is een subsidieregeling voor<br />

opleidingsinstellingen waaruit de<br />

kosten gemaakt voor het opleiden<br />

van artsen in opleiding tot specialist<br />

(aios) worden vergoed. Deze<br />

kosten betreffen het salaris van<br />

aios, de kosten voor een afdeling<br />

om een opleiding draaiende te houden<br />

(secretariaat, computers, administratie)<br />

en een vergoeding voor<br />

het financiële verlies dat optreedt<br />

door de tijdsinvestering door<br />

medisch specialisten in het opleiden<br />

van aios.<br />

VERENIGINGSNIEUWS<br />

Waarom is het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

ingevoerd?<br />

De financiering van de medisch<br />

specialistische opleidingen was<br />

voorheen opgenomen in de instellingsbudgetten.<br />

Hoewel iedere<br />

instelling een bijdrage diende te<br />

leveren aan het opleiden van zorgprofessionals,<br />

deed niet iedere<br />

instelling dat. Daarnaast werkte de<br />

opleidingskosten marktverstorend.<br />

Immers een opleidingsinstelling zou<br />

vanwege de kosten die gepaard<br />

gaan met opleiden hogere DBCtarieven<br />

in rekening moeten brengen<br />

en dat zou voor deze instellingen<br />

nadelig werken op de<br />

DBC-markt.<br />

Deze punten vormden de aanleiding<br />

om de financiering van opleidingen<br />

los te koppelen van de instellingsbudgetten<br />

in een apart <strong>Opleidingsfonds</strong>.<br />

Daarmee wordt de financiering<br />

direct gekoppeld aan het<br />

product: alleen die instellingen krijgen<br />

het geld die ook daadwerkelijk<br />

binnen de toegewezen aantallen<br />

opleiden.<br />

Speelt het <strong>Opleidingsfonds</strong> een<br />

werkgeversrol?<br />

Nee. Aios krijgen een aanstelling bij<br />

de opleidingsinrichting (umc’s of<br />

algemene ziekenhuizen/zorginstellingen).<br />

Dit in tegenstelling tot de<br />

situatie bij artsen in opleiding tot<br />

huisarts. Hier is wel gekozen voor<br />

een centraal werkgeverschap, aangezien<br />

het voor kleine huisartspraktijken<br />

organisatorisch te ingrijpend<br />

is om de werkgeversfunctie te vervullen.<br />

Kan ik nog wel in andere<br />

Nederlandse ziekenhuizen/<br />

zorginstellingen stages lopen nu<br />

het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

geïntroduceerd is?<br />

Uitgangspunt van het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

is dat de financiering het<br />

opleidingsschema van de aios bij de<br />

Medisch Specialisten Registratie<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

7


VERENIGINGSNIEUWS<br />

Commissie (MSRC) volgt. Doel is<br />

immers om die instelling te financieren<br />

die ook daadwerkelijk de<br />

inspanning levert voor het opleiden.<br />

<strong>Het</strong> <strong>Opleidingsfonds</strong> houdt een<br />

stage in andere dan door de MSRCerkende<br />

Nederlandse ziekenhuizen/zorginstellingen<br />

daarom niet<br />

tegen.<br />

Klopt het dat door het<br />

<strong>Opleidingsfonds</strong> parttime<br />

opleiden niet mogelijk is?<br />

Als je bent begonnen op een door<br />

de minister toegewezen instroomplaats,<br />

volgt de subsidie in de volgende<br />

jaren het opleidingsschema<br />

van de aios, zoals dat op 31 oktober<br />

bij de MSRC bekend is. Bij het volgen<br />

van de opleiding in deeltijd<br />

wordt de duur van de opleiding<br />

naar rato aangepast, verlengd. Een<br />

instelling krijgt bijvoorbeeld voor<br />

een half jaar langer opleiden extra<br />

geld uit het <strong>Opleidingsfonds</strong>. De<br />

instelling moet wel de deeltijdfactor<br />

opgeven bij het vaststellen van<br />

de subsidie. <strong>Het</strong> <strong>Opleidingsfonds</strong> als<br />

argument om niet parttime de<br />

opleiding te kunnen volgen is daarom<br />

niet terecht.<br />

Hoe zit het met de relatie tussen<br />

de kwaliteit van de opleiding en<br />

het <strong>Opleidingsfonds</strong>?<br />

VWS wil graag zo spoedig mogelijk<br />

de instroom van nieuwe aios verdelen<br />

op basis van de kwaliteit van<br />

een opleiding in een bepaalde<br />

instelling. Hoe beter de opleiding,<br />

hoe meer aios ter plaatse opgeleid<br />

zouden moeten worden, en dus hoe<br />

meer geld uit het <strong>Opleidingsfonds</strong>.<br />

Dit gaat uiteraard op binnen een<br />

bepaalde bandbreedte, aangezien<br />

verdubbeling van de opleidingscapaciteit<br />

niet altijd positieve gevolgen<br />

heeft voor de kwaliteit van een<br />

opleiding. Naar verwachting zal het<br />

kwaliteitssysteem voor onze opleidingen<br />

in 2009 beschikbaar zijn.<br />

8 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

Kan ik nog een fellowship volgen<br />

met het geld uit het<br />

<strong>Opleidingsfonds</strong>?<br />

Indien dit in het kader van de opleiding<br />

is, is dit mogelijk. <strong>Het</strong> <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

is niet bestemd voor fellowships<br />

die gedaan worden buiten<br />

de opleiding om.<br />

Kan ik met het geld uit het<br />

<strong>Opleidingsfonds</strong> stage lopen in<br />

het buitenland?<br />

In de huidige regelgeving is het<br />

mogelijk een gedeelte van de opleiding<br />

in het buitenland te volgen.<br />

Hiervoor dien je wel voorafgaand<br />

toestemming van de MSRC te hebben.<br />

Echter de MSRC erkent geen<br />

instellingen in het buitenland. Ze<br />

keurt het opleidingsschema goed,<br />

althans, op advies van de wetenschappelijke<br />

verenigingen, maar de<br />

instelling wordt als zodanig niet<br />

erkend. Dit betekent dat er geen<br />

geld beschikbaar is voor buitenlandse<br />

instellingen en dat het op<br />

dit moment niet mogelijk is om in<br />

het buitenland een opleiding te volgen<br />

met geld uit het <strong>Opleidingsfonds</strong>.<br />

Wordt zwangerschapsverlof ook<br />

vergoed met geld uit het<br />

<strong>Opleidingsfonds</strong>?<br />

Nee. Voor iedere Nederlandse die<br />

met zwangerschapsverlof gaat,<br />

ontvangt de werkgever een vergoeding<br />

van het UWV. De opleiding ligt<br />

op dat moment stil; daarom stopt<br />

het <strong>Opleidingsfonds</strong> de betaling.<br />

Geld uit het <strong>Opleidingsfonds</strong> is niet<br />

bestemd voor invalkrachten/waarnemers.<br />

Dat is immers de reguliere<br />

zorgverplichting waar de instelling<br />

zelf verantwoordelijk voor is.<br />

Is geld uit het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

een soort persoonlijk budget?<br />

<strong>Het</strong> geld wordt gezien als vergoeding<br />

voor opleidingsinstellingen/<br />

opleiders. Aios kunnen het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

indirect via hun oplei-<br />

dingsschema beheren. <strong>Het</strong> in het<br />

verleden genoemde ‘rugzak-model’<br />

is (nog) niet aan de orde.<br />

Heb je nog andere vragen over het<br />

<strong>Opleidingsfonds</strong>? Neem dan contact<br />

op met het secretariaat<br />

(secretariaat@lvag.nl).<br />

Ronne Mairuhu, voorzitter<br />

Referenties<br />

1. www.cbog.nl<br />

2. Ambtelijk werkdocument van NVZ,<br />

NFU, Orde en ZN. Opleidingsorgaan<br />

en -fonds voor erkende<br />

Medisch Specialistische Vervolgopleidingen.<br />

8 maart 2005.<br />

3. Regeling van de Minister van<br />

Volksgezondheid, Welzijn en Sport<br />

van 13 december 2007.<br />

MEVA/NBO-2811715, houdende<br />

wijziging van de subsidieregeling<br />

zorgopleidingen 1e tranche in verband<br />

met de verduidelijking van<br />

een aantal begrippen en de subsidiëring<br />

in 2008. www.minvws.nl<br />

4. www.minvws.nl/dossiers/opleidingsfonds/<br />

5. Op dood spoor. Dr. R.M. Valentijn.<br />

Medisch Contact nr. 45, 7 november<br />

2008.


geeft aios ‘smoel’<br />

Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit. Je hebt er vast wel eens van gehoord.<br />

Maar wat heb je als aios hiermee van doen? Dat er in is vastgelegd hoeveel uur je<br />

per dag mag werken en wanneer je recht hebt op pauze. <strong>Het</strong> zijn beschermende<br />

maatregelen die zorgen dat je niet al te lange werkdagen en -nachten maakt en je<br />

op tijd je rust neemt. <strong>Het</strong> is dus in het belang van jezelf en van je werk.<br />

De LAD hecht er veel waarde aan dat aios hun werk goed<br />

kunnen doen. Een balans tussen werk en rust is een van<br />

de randvoorwaarden om dat voor elkaar te krijgen. Daarom<br />

houdt de artsen-werknemersorganisatie wijzigingen<br />

in de regelgeving op dat gebied nauwlettend in de gaten.<br />

Dat is een van haar prioriteiten voor aios.<br />

Ongenoegen<br />

En de LAD doet meer. Samen met de <strong>LVAG</strong> heeft de<br />

artsen-werknemersorganisatie, vooral dit jaar, haar<br />

ongenoegen over de Europese Werktijdenregeling geuit<br />

(het is de bedoeling dat deze regeling de Arbeidstijdenwet<br />

en het Arbeidstijdenbesluit gaat vervangen). Naar<br />

de ministers Klink en Donner, de vaste commissie van<br />

Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Europarlementariërs.<br />

Kritiek hebben beide vertegenwoordigers van<br />

aios op de maximale werkweek die van 48 naar 58 uur<br />

gaat; het niet als werktijd meetellen van inactieve uren<br />

tijdens aanwezigheidsdiensten; het handhaven van de<br />

opt-outmogelijkheid; het invoeren van een referentieperiode<br />

van twaalf maanden voor de berekening van de<br />

maximale werkweek en het invoeren van de mogelijkheid<br />

om via nationale wetgeving of cao’s rusttijden te<br />

compenseren binnen een redelijke tijd.<br />

Politici wakker schudden<br />

<strong>Het</strong> Europees Parlement neemt op 17 december een<br />

beslissing over het voorstel tot aanpassing van de Europese<br />

Werktijdenregeling. Voor die tijd, op 15 december,<br />

zullen organisaties als CPME (Europese artsenorganisatie<br />

waarbij ook de KNMG is aangesloten), PWG (waarvan<br />

de LAD lid is en die meer dan 150.000 artsen in<br />

opleiding in 26 Europese landen vertegenwoordigt) en<br />

FEMS (Europese vertegenwoordiger van artsen in<br />

dienstverband) actie voeren in Straatsburg.<br />

Of het allemaal wat uithaalt? Dat zal nog moeten blijken.<br />

Wel heeft een aantal Europarlementariërs al laten<br />

weten tegen de voorstellen te zullen stemmen. Begin<br />

december zal de LAD nog een laatste oproep aan<br />

betrokken Europarlementariërs doen.<br />

De artsen-werknemersorganisatie heeft, in samenwerking<br />

met andere (nationale en internationale) vertegen-<br />

LAD-PRIORITEITEN VOOR AIOS<br />

• Bovenmatige werkbelasting moet worden teruggedrongen.<br />

• Controle op naleving van ATW/ATB.<br />

• Extra vergoedingen voor het uitvoeren van alle diensten.<br />

• Correcte uitbetaling van de ORT in de universitair medische centra.<br />

• Drie periodieken bovenop de aios-salarisschalen in de ziekenhuizen.<br />

• Uniformering van de inschalingsregelingen in de ggz-instellingen, en meetellen van<br />

alle ervaringsjaren.<br />

• Invoeren van een aparte salarisschaal voor de aios in de ggz.<br />

• Bijzondere aandacht voor de parttime werkende (veelal vrouwelijke) aios.<br />

• Geen eigen bijdragen in de studiekosten die samenhangen met de opleiding.<br />

• Waarborgen van de kwaliteit van de opleiding door middel van kwaliteitsindicatoren.<br />

• Duidelijke afbakening van opleidingsmomenten.<br />

• <strong>Het</strong> salaris in het laatste opleidingsjaar dient aan te sluiten op het inkomensniveau van de AMS en<br />

van de HAMS.<br />

• De Arbeidsvoorwaardenregeling Medisch Specialisten en de Honoreringsregeling Academisch<br />

Medisch Specialisten moeten worden uitgebreid naar alle artsenfuncties.<br />

• ................................................................................................................................................................................................................<br />

Graag vernemen wij ook jouw ideeën voor verbetering van je specifieke (rechts)positie.<br />

woordigers van aios, in ieder geval haar ‘stinkende’ best<br />

gedaan om de verantwoordelijke politici wakker te<br />

schudden. Daarmee geeft ze de aios ‘smoel’.<br />

Daniëlle Jansen<br />

Check je rooster!<br />

De Arbeidstijdenwet en het Arbeidstijdenbesluit zijn<br />

bepalend voor jouw arbeids- en rusttijden. En dus<br />

ook voor jouw rooster. Heb je het idee dat je veel te<br />

veel uren maakt en weinig rust tussendoor kunt<br />

nemen? Laat dan je rooster checken door de juristen<br />

van LAD’s Team Individuele Rechtshulp. Zij weten of<br />

het rooster overeenkomt met de regelgeving.<br />

Dus als je het zeker wilt weten … Vul dan het ‘Juridisch<br />

vragenformulier’ op www.artsennet.nl/lad in<br />

(het formulier vind je onder het kopje ‘Contact’) of<br />

bel (030) 670 27 02 (tussen 9.30 uur en 12.30 uur<br />

kun je de juristen het beste bereiken).<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

9


BIJTANKEN<br />

… met Jasper van Aalst<br />

Als negenjarig jongetje zag Jasper voor het eerst een cello, tijdens een open<br />

dag op de muziekschool. “Daar zag ik een grote meneer met een hele grote<br />

cello. <strong>Het</strong> eerste wat ik dacht was: dat wil ik ook.”<br />

Tijdens de middelbare<br />

school ging<br />

Jasper naar het<br />

conservatorium in<br />

Utrecht. “Dat deed<br />

ik naast m’n school.<br />

Ik vond cello spelen<br />

leuk en het was een<br />

soort logisch vervolg<br />

op mijn<br />

muziekschooltijd.”<br />

Daarna verhuisde<br />

hij naar Maastricht,<br />

voor zijn studie<br />

geneeskunde.<br />

“Vanaf het tweede<br />

jaar geneeskunde<br />

ben ik naar het<br />

conservatorium<br />

gegaan. Daar kreeg<br />

ik les van Alexander Petrasch, een Rus, solocellist bij<br />

het Limburgs Symfonie Orkest (LSO), gepromoveerd in<br />

de muziekgeschiedenis. Hij is een echte muzikant. Hij<br />

leert je van noten muziek te maken.”<br />

“Ik liep steeds één jaar voor met mijn opleiding geneeskunde.<br />

Die eerste jaren werkte ik eigenlijk harder aan<br />

mijn conservatoriumopleiding dan aan m’n studie<br />

geneeskunde. Ik had veel vrije uren door het probleemgestuurd<br />

onderwijs. Natuurlijk moest ik naar college,<br />

onderwijsgroepen en snijzaal, maar ik had ook veel<br />

vaste uren op het conservatorium. Dat is een hboopleiding.<br />

Ik kreeg wel wat vrijstellingen, omdat ik meteen<br />

ging voor de UM-richting [uitvoerend musicus i.t.t.<br />

docerend musicus (DM) - red.]. Ik hoefde daarom bijvoorbeeld<br />

niet naar onderwijspsychologie.”<br />

Neuroanatomie<br />

Al vroeg kwam hij erachter dat hij neurochirurg wilde<br />

worden. “In mijn derde jaar geneeskunde ben ik op professor<br />

Beuls [toenmalig hoogleraar neurochirurgie in<br />

10 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

het AzM - red.] afgestapt. Ik zei: “Professor, ik denk dat<br />

ik neurochirurg wil worden.” “Oké”, was zijn reactie. “Ik<br />

heb altijd contact met hem gehouden, en samen met<br />

hem een artikel geschreven. Waarom neurochirurgie,<br />

kan ik niet goed uitleggen. Ik vind het leuk om met m’n<br />

handen te werken. De neuroanatomie boeit me heel<br />

erg. Er ligt altijd wel een neuroanatomieboek in m’n<br />

buurt. En het brein vind ik net wat mysterieuzer dan de<br />

rest van het lichaam.”<br />

“Er ligt altijd wel een<br />

neuroanatomieboek in m’n buurt.”<br />

Een heel jaar cello<br />

“In mijn eindexamenjaar aan het conservatorium wilde ik<br />

even stoppen met geneeskunde, vóór mijn coschappen. Ik<br />

heb een brief aan de rector magnificus geschreven. Dat<br />

was Arie Nieuwenhuijzen Kruseman; hij is de nieuwe<br />

voorzitter van de KNMG. In eerste instantie was het een<br />

probleem. Toen heb ik hem gebeld. Ik wist dat Arie ook<br />

cello speelde. Hij heeft me uiteindelijk geholpen.”<br />

“Dat jaar heb ik alleen maar cello gespeeld. Ik heb veel<br />

concerten gegeven, met allerlei ensembles. Samen met<br />

mijn leraar heb ik een aantal cd’s opgenomen en in heel<br />

Nederland opgetreden. Ik heb in het Amati Ensemble


gespeeld. Daarmee hebben we ook meerdere radio- en<br />

tv-opnames gemaakt.”<br />

“Mijn cellostudie heb ik afgesloten met een negen. Ik<br />

heb het papiertje nog waarop staat dat ik ben toegelaten<br />

tot de tweede fase [soort masterstudie, waarmee je<br />

tot solocellist wordt opgeleid - red.]. Dat ligt al negen<br />

jaar in mijn kast!”<br />

“Na dat jaar ging ik coschappen lopen. Ik was veel<br />

medische kennis kwijt, vooral tijdens het eerste<br />

coschap. Dat kwam gelukkig snel goed. In die tijd<br />

speelde ik veel cello. Ik gaf vaak concerten; dat verdiende<br />

erg goed! Ik heb ook gespeeld voor koningin<br />

Beatrix, toen de universiteit 25 jaar bestond. We speelden<br />

het pianotrio van Mendelssohn in d-klein in het<br />

theater aan het Vrijthof.”<br />

“Ik heb het papiertje nog waarop staat<br />

dat ik ben toegelaten tot de tweede<br />

fase. Dat ligt al negen jaar in mijn kast!”<br />

In opleiding<br />

“In 2001 haalde ik mijn artsenbul. Twee weken na m’n<br />

examen ben ik begonnen als agnio neurochirurgie. Sinds<br />

2003 ben ik in opleiding. Nadat ik wat artikelen had<br />

gepubliceerd, hebben we besloten dat ik daar eigenlijk<br />

wel een proefschrift over kon schrijven. Dit was echter<br />

geen vooropgezet plan. De meeste artikelen gaan over<br />

de dermale sinus en andere complexe neurale-buisdefecten.<br />

Kinderen met gekke dimpels, haartjes, dubbele<br />

ruggenmergen. <strong>Het</strong> gaat om de extreem zeldzame afwijkingen.<br />

Ik heb bijvoorbeeld net de grootste serie epidermoïden<br />

ter wereld verzameld. Dat zijn er achttien.”<br />

Vader<br />

Begin 2008 is Jasper vader geworden van zoon Wouter.<br />

“<strong>Het</strong> is heel druk. Sinds de geboorte van Wouter werk ik<br />

vier dagen per week. Daardoor duurt m’n opleiding 15<br />

maanden langer. Mijn vriendin is agiko. Zij werkt nu<br />

fulltime, in het lab.”<br />

Vol enthousiasme vertelt Jasper over de grote verandering:<br />

“<strong>Het</strong> is een cliché, maar je leven verandert enorm.<br />

Ik vind het echt geweldig. Wouter is al tien maanden.<br />

Hij staat, kruipt en brabbelt.”<br />

“Ik heb net de grootste serie<br />

epidermoïden ter wereld verzameld.<br />

Dat zijn er achttien”<br />

“Ik speel nog wel cello, in een dienstweek, overdag, of<br />

in het weekend. Dan ga ik een paar uur lekker Bach<br />

spelen of echt mijn vingers trainen. <strong>Het</strong> is absolute<br />

ontspanning.”<br />

“<strong>Het</strong> laatste concert dat ik heb gegeven is helaas<br />

alweer lang geleden, zeker twee jaar. Een kwintet van<br />

Shostakovich bij mensen thuis in Laren, in hun privéconcertzaaltje.”<br />

En dan blijkt dat Jasper ook lesgeeft. “Ik geef celloles<br />

aan twee leerlingen. De ene is een meisje van veertien<br />

jaar, dat ik al twee jaar lesgeef. De ander is een hoogleraar<br />

hier, die ik zie als we allebei tijd hebben. Soms ben<br />

ik gewoon te moe. Als ik om half zeven van de poli<br />

kom, trek ik het niet om om half acht nog anderhalf<br />

uur les te gaan geven, zonder tussendoor te hebben<br />

gegeten. Dat halen we in het weekend in, op zondagochtend,<br />

zoiets.”<br />

Op de vraag of Jasper nog iets graag zou willen doen,<br />

volgt een lange stilte. En dan: “Tja, dat doe ik al. Echt<br />

waar! Ik vind het vak ontzettend leuk, ik werk met heel<br />

veel plezier. Er zijn geen dingen die ik mis. Da’s eigenlijk<br />

wel heel mooi, hè?”<br />

Erna Beers<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

11


PERSONALIA<br />

WERKADRES<br />

STUDIE<br />

OPLEIDING<br />

PROEFSCHRIFT<br />

BEWONDERT<br />

ERGERT ZICH AAN<br />

KLEINE GENOEGENS<br />

GAAT IN TWEEDE LEVEN<br />

MEEST ONTSPANNENDE<br />

ACTIVITEIT<br />

ONHEBBELIJKHEDEN<br />

BESTE EIGENSCHAP<br />

12 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

De meester & De leerling<br />

Dees Brandjes, 57 jaar<br />

Getrouwd, twee kinderen<br />

Slotervaartziekenhuis, afdeling Inwendige<br />

Geneeskunde, sinds 1981<br />

1972-1980 geneeskunde Universiteit van<br />

Amsterdam (UvA)<br />

1981-1986 inwendige geneeskunde Slotervaartziekenhuis<br />

1995 Venous thromboembolic disease<br />

Opleider Statius van Eps, omdat hij de<br />

‘spirit of discovery’ had. Als je met een<br />

goed onderzoeksplan kwam, kreeg je alle<br />

ruimte om het verder uit te zoeken. Daarnaast<br />

had hij bij elk ziektebeeld een fantastische<br />

anekdote, waardoor het je je<br />

leven lang bijbleef. Jan Wouter ten Cate,<br />

mijn opleider hemostase/trombose,<br />

bewonder ik vanwege zijn aanstekelijke<br />

enthousiasme en werklust.<br />

Kletsverhalen en de kreet ‘ik heb geen tijd’.<br />

Op een drukke dag toch tijd vrijmaken om<br />

iets voor me zelf te doen. Ik versta de<br />

kunst om ‘tijd te stelen’.<br />

Zeker iets anders ondernemen, aangezien<br />

ik nooit hetzelfde pad wil bewandelen.<br />

Als ik mijn gedachten de vrije loop kan<br />

laten gaan.<br />

Mijn grootste onhebbelijkheid schijnt mijn<br />

eigenwijsheid te zijn.<br />

Mijn optimisme.<br />

Ronne Mairuhu, 35 jaar<br />

Getrouwd, een dochter<br />

AMC, afdeling Inwendige Geneeskunde,<br />

sinds oktober 2008<br />

Per januari 2009 postdoc in Boston, Verenigde<br />

Staten<br />

1991-1999 geneeskunde Universiteit van<br />

Amsterdam (UvA)<br />

2005-heden aios inwendige geneeskunde<br />

AMC en Slotervaartziekenhuis<br />

2006 Studies on clinical and pathophysiological<br />

aspects of Dengue virus infection<br />

Zowel gepromoveerd in Nederland als in<br />

Indonesië.<br />

Mensen die vol enthousiasme en energie<br />

(goede) veranderingen willen doorvoeren<br />

en zich niet van de wijs laten brengen<br />

door negatieve kritiek en tegenspel.<br />

Mensen die tot op de minuut uitrekenen<br />

hoeveel ze gewerkt hebben en bij dreigende<br />

overuren alle activiteiten staken.<br />

Mijn eerste Nespresso van de dag met<br />

melkschuim uit de aeroccino.<br />

Eerst wereldkampioen squashen worden<br />

en daarna precies hetzelfde vak kiezen.<br />

Op een donkere herfstochtend bij 4ºC in<br />

het Vondelpark rennen. Daarna de hele<br />

dag met mijn dochter spelen en een beetje<br />

gitaar spelen. En natuurlijk de Nespresso<br />

niet te vergeten.<br />

Eigenwijs.<br />

Duidelijke prioriteiten stellen en bij alles<br />

proberen het goede eruit te halen of ervan<br />

in te zien.


Wat maakt het vak inwendige geneeskunde zo<br />

boeiend?<br />

Brandjes: In de zeilerij is het mogelijk om boten door<br />

nieuwe technologieën en lichter materiaal steeds sneller<br />

te laten varen. Dat gevoel van maakbaarheid heb ik<br />

ook bij geneeskunde en in het bijzonder bij de inwendige<br />

geneeskunde. Met name over dit specialisme kan ik<br />

me blijven verbazen en mezelf steeds afvragen: waarom<br />

gebeurt dit of ontstaat dat? <strong>Het</strong> perfectioneren van<br />

bestaande diagnostiek en therapie - vaak door te zoeken<br />

naar vereenvoudiging - is mij op het lijf geschreven.<br />

Dat zorgt ervoor dat ik inwendige geneeskunde<br />

boeiend vind.<br />

Mairuhu: De meeste specialisaties houden zich bezig<br />

met één specifiek onderwerp. Als internist heb je met<br />

vrijwel alle aspecten van de geneeskunde te maken.<br />

Door de diversiteit van aandoeningen en (daardoor de)<br />

complexiteit van het vak speelt de internist in het ziekenhuis<br />

een centrale rol. Dit maakt het vak uitdagend,<br />

interessant en boeiend.<br />

Wat is over tien jaar de belangrijkste ontwikkeling<br />

in de inwendige geneeskunde?<br />

Brandjes: De toepasbaarheid van de genetica zal een<br />

enorme vlucht nemen. Hiermee bedoel ik dat we straks<br />

op DNA-niveau mensen preventief kunnen helpen door<br />

de ‘genetische make-up’ aan te passen om zo ziekten te<br />

voorkomen. Hierdoor kunnen mensen in een veel eerder<br />

stadium geholpen worden.<br />

Mairuhu: Behandeling op maat. In tegenstelling tot de<br />

huidige praktijk, waarbij iedere patiënt eenzelfde<br />

behandelingsprotocol ondergaat (‘one size fits all’), verwacht<br />

ik dat de geïndividualiseerde behandeling, die<br />

rekening houdt met biologische verschillen tussen<br />

patiënten en hun ziekte, over tien jaar de standaard zal<br />

zijn. Je ziet deze ontwikkelingen nu al opkomen binnen<br />

de hemato-oncologie, maar het zal zeker uitwaaieren<br />

naar andere vakgebieden.<br />

Onderzoek, onderwijs of patiëntenzorg?<br />

Brandjes: In ons ziekenhuis proberen we elk onderdeel<br />

evenveel aandacht te geven, waardoor optimale zorg<br />

verleend kan worden. Echter, patiëntenzorg staat altijd<br />

op nummer één; hier draait alles om.<br />

Mairuhu: Patiëntenzorg staat op nummer één. Dit is de<br />

spil waar alles om draait. De patiëntenzorg leidt tot<br />

onderzoeksvragen en is de basis voor het onderwijs.<br />

Hoe omschrijft u uw assistententijd?<br />

Brandjes: Wim Statius van Eps had een goede neus<br />

voor de selectie van assistenten. In mijn assistentenperiode<br />

zat ik samen met o.a. Sander van Deventer, Harry<br />

Büller en John Kastelein. Dit was een zeer inspirerende<br />

en leuke periode, waarbij we elkaar tot grote hoogten<br />

stimuleerden. Op een positieve manier staken we elkaar<br />

de loef af door te eerder achter de diagnose te komen<br />

dan de ander. Overigens werk ik nog steeds met deze<br />

club op dezelfde manier samen …… in feite is mijn<br />

assistententijd nog steeds niet afgelopen. Ik leer elke<br />

dag bij en niet in het minst van mijn eigen leerlingen.<br />

Mairuhu: Intensief, uitdagend en leerzaam. De leercurve<br />

waar ik in zit is nooit zo steil geweest. Met toenemende<br />

verantwoordelijkheid, maar vooralsnog geen<br />

eindverantwoordelijkheid, zit je volgens mij eigenlijk<br />

‘op rozen’ vergeleken met de medisch specialist. Met<br />

het afronden van mijn proefschrift, de geboorte van<br />

mijn dochter en het bestuurlijk actief zijn voor de<br />

<strong>LVAG</strong>, vraag ik me wel eens af of het allemaal te combineren<br />

is. Dat is tot nu toe gelukt.<br />

Hoe omschrijft u de ander?<br />

Brandjes: Ronne is een zeer leergierige, hardwerkende<br />

assistent. Bij hem staat kennisoverdracht hoog in het<br />

vaandel.<br />

Mairuhu: Een van de meest bevlogen medisch specialisten<br />

in Nederland. Hij heeft hart voor de zaak en gaat<br />

door het vuur voor zijn patiënten, zijn a(n)ios en zijn<br />

ziekenhuis.<br />

Hoe ziet de ideale leerling resp. meester eruit?<br />

Brandjes: Allereerst moet de meester leerlingen aannemen<br />

die beter en slimmer zijn dan hijzelf. Bovenal moet<br />

hij het vak goed beheersen en een empathische dokter<br />

zijn. En wanneer hij ze mag opleiden, moet hij ervoor<br />

zorgen dat zij de ruimte krijgen om hun talenten te<br />

kunnen benutten en ontwikkelen. De meester moet<br />

tevens zijn enthousiasme, verbazing en nieuwsgierigheid<br />

overbrengen op zijn aios. Van de aios wordt meer<br />

dan honderd procent inzet verwacht.<br />

Mairuhu: Als meester zijn kunde, toegankelijkheid en<br />

betrokkenheid vereiste eigenschappen. Binnen de ideale<br />

leersituatie gebruikt de meester deze eigenschappen<br />

om aios te faciliteren. Als aios is het belangrijk dat je<br />

initiatief toont, en zelf de verantwoordelijkheid neemt<br />

om de opleiding goed af te ronden. Kortom, de meester<br />

moet ervoor zorgen dat het gras op het veld goed<br />

bespeelbaar is, de lijnen op het veld getrokken zijn en<br />

de juiste personen op de juiste positie staan. De leerling,<br />

als speler, bepaalt zelf het spel. Als er maar<br />

gewonnen wordt!<br />

Robert Minnee<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

&<br />

13


VERENIGINGSNIEUWS<br />

De modernisering van de medisch specialistische vervolgopleidingen raakt meer en meer in een<br />

stroomversnelling. Reden voor de <strong>LVAG</strong> om, samen met de KNMG en het College voor de Beroepen<br />

en Opleidingen in de Gezondheidszorg (CBOG), aios te informeren over de stand van zaken en<br />

alles waar aios mee in aanraking komen. Dat resulteerde in het eerste onderwijssymposium Teach<br />

the aios op 26 september vorig jaar. Dat er behoefte was aan die informatie bleek uit het grote<br />

aantal aios dat op het symposium afkwam. Aangezien steeds meer specialistische opleidingen hun<br />

gemoderniseerde opleidingsplan voltooid hebben, is besloten het symposium te herhalen en tot<br />

een jaarlijks fenomeen te maken.<br />

Tweede symposium Teach the<br />

aios wederom een succes<br />

Op woensdag 17 september 2008<br />

waren in totaal tweehonderd aios in<br />

de Domus Medica aanwezig om het<br />

tweede symposium Teach the aios te<br />

volgen. De voorzitter van het Centraal<br />

College Medische Specialismen<br />

(CCMS), prof. dr. J.J. Roord (die een<br />

groot voetbalfan bleek te zijn) benadrukte<br />

hoeveel commissies, werkgroepen<br />

en andere overheidsinstanties<br />

over aios beslissen. Volgens hem<br />

zouden juist aios de spelers moeten<br />

zijn die in het (voetbal)veld de wedstrijd<br />

spelen. Op een ludieke manier<br />

gaf hij hier aandacht aan, door<br />

meerdere malen een voetbal de zaal<br />

in te gooien. Rumoer alom. Degenen<br />

die de bal vingen, mochten vertellen<br />

wat zij allemaal al wisten van het<br />

nieuwe opleidingssysteem. Die kennis<br />

was groter dan een jaar geleden.<br />

Blijkbaar leeft het gemoderniseerde<br />

opleidingssysteem bij veel opleidingsinstituten.<br />

Dat is begrijpelijk:<br />

bij sommige opleidingen als gynaecologie<br />

(HOOG) en kindergeneeskunde<br />

(GOED) worden de gemoderniseerde<br />

opleidingsplannen al enige<br />

tijd toegepast.<br />

Ervaringen delen<br />

Een aios gynaecologie (Cor de<br />

Kroon) en een opleider kindergeneeskunde<br />

(dhr. dr. Frenkel) deelden<br />

hun ervaringen met aios in de zaal.<br />

14 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

Als twee RTL4-presentatoren liepen<br />

ze met microfoon door de ruimte<br />

om zo alle ervaringen te bespreken:<br />

portfolio’s, (persoonlijke) opleidingsplannen<br />

en KPB’s (Klinische Praktijk<br />

Beoordeling). De meeste aios hadden<br />

er al wat ervaring mee.<br />

Beste opleidingsinitiatieven<br />

Na de koffiepauze was het de beurt<br />

aan de opleiders en aios die genomineerd<br />

waren voor de vier beste<br />

opleidingsinitiatieven. Zij vertelden<br />

welke leuke, innoverende ideeën zij<br />

op de werkvloer hebben toegepast<br />

om de opleiding te verbeteren.<br />

Twee opleiders mw. dr. M.A. ten<br />

Kate-Booij (Amphia Ziekenhuis in<br />

Breda) en dhr. M.F. Schutte (OLVG in<br />

Amsterdam) hadden een cursus respectievelijk<br />

workshop opgezet voor<br />

opleiders en aios. De opleiders radiologie<br />

(dhr. dr. Coerkamp) uit het<br />

Medisch Centrum Haaglanden geven<br />

bekwaam bevonden aios meer<br />

bevoegdheden, zodat alle gemaakte<br />

scans en foto’s sneller in verslagen<br />

terechtkomen. Daar is natuurlijk het<br />

hele ziekenhuis mee gebaat!<br />

De winnaars waren mw. dr. Reesink-<br />

Peeters, aios gynaecologie en dhr.<br />

prof. Mourits, opleider gynaecologie,<br />

die in het UMC Groningen een<br />

internetomgeving voor aios hebben<br />

weten te creëren. Alle aios kunnen<br />

hier bij en kunnen gegevens met<br />

elkaar uitwisselen (zoals standaard<br />

dicteerbrieven, protocollen, presentaties,<br />

et cetera). Als prijs kreeg de<br />

afdeling 500,- euro, op voorwaarde<br />

dat zij dit besteden aan een leuke<br />

activiteit voor aios.<br />

Workshops<br />

Veel belangstelling was er voor de<br />

verschillende workshops, waaronder<br />

de workshop Balanceren tussen<br />

opleiding, werk en privé, die gegeven<br />

werd door Corry den Rooyen.<br />

Zij gaf toehoorders inzicht in waar<br />

het in de balans fout kan gaan en<br />

op welk niveau je gedrag kunt veranderen.<br />

Hoeveel stress heb jij? De<br />

aios werden hierdoor aan het denken<br />

gezet.<br />

Aios kwamen met allerlei interessante<br />

vragen. In ieder geval werd<br />

duidelijk dat je niet één niveau van<br />

stress hebt. <strong>Het</strong> gaat om een dynamisch<br />

geheel met pieken in situaties<br />

als je veel dingen tegelijk doet<br />

en er aan verschillende kanten aan<br />

je wordt getrokken. Bijvoorbeeld als<br />

je baas je vraagt toch nog even een<br />

interessante ingreep te doen, juist<br />

op het moment dat je naar huis<br />

wilde gaan en je beloofd had dit<br />

keer écht op tijd thuis te zijn.<br />

Jongerejaars aios laten zich veel<br />

vaker tot het ‘nablijven’ verleiden dan


Beste opleidingsinitiatief: E-learning voor en door aios<br />

ouderejaars aios. Heeft dat te maken<br />

met het minder gedreven zijn? <strong>Het</strong><br />

vaker “nee” durven zeggen? Of heeft<br />

het te maken met partnerkeuze?<br />

Een andere goed bezochte workshop<br />

ging over het opleiden van<br />

coassistenten. Als aios word je<br />

natuurlijk opgeleid; niet altijd realiseren<br />

we ons dat we zelf natuurlijk<br />

ook opleiders zijn. Wij zijn DE opleiders<br />

van de coassistenten. Deze<br />

nieuwe collega’s hangen als een<br />

soort ´vliegen´ om je heen, achtervolgen<br />

je en zijn soms nog handig<br />

ook. Pim Teunissen en Clarke Boor,<br />

beiden promovendi op het gebied<br />

van onderwijs, lieten ons zien dat je<br />

de perfecte co kunt creëren door ze<br />

op de juiste manier op te leiden.<br />

Een kijkje in de keuken van de<br />

teach-the-teacher trainingen.<br />

D-RECT-vragenlijst<br />

In de afsluitende plenaire sessie<br />

kwam een aantal ‘hot topics’ aan<br />

de orde. Clarke Boor hield een voordracht<br />

over de inmiddels alom<br />

bekende D-RECT-vragenlijst. Middels<br />

deze vragenlijst wordt het<br />

opleidingsklimaat zoals de aios dat<br />

ervaart, beoordeeld.<br />

Maar waarom zoveel heisa rondom<br />

een vragenlijst? Dhr. prof. Van der<br />

Veen, voorzitter van het CBOG,<br />

besprak de wens van het ministerie<br />

van VWS om de resultaten van de<br />

vragenlijst te koppelen aan de verdeling<br />

van opleidingsplekken. Een<br />

slecht beoordeelde opleiding zou<br />

dan minder opleidingsplaatsen<br />

(minder aios = minder geld) krijgen.<br />

Moeten we die vragenlijst dan wel<br />

invullen? Wat als we onze opleiding<br />

slecht beoordelen? Krijgen we dan<br />

minder collega’s en moeten we dan<br />

meer diensten doen? Prof. Van der<br />

Veen gaf aan dat de D-RECT-vragenlijst<br />

nog verder ontwikkeld zal<br />

worden. Er is op dit moment geen<br />

sprake van dat er opleidingsplaatsen<br />

mee verdeeld worden. <strong>Het</strong> is<br />

VERENIGINGSNIEUWS<br />

Een van de onderdelen van het drukbezochte symposium Teach the aios was de verkiezing van het beste opleidingsinitiatief<br />

van het jaar. Uit een totaal van 28 inzendingen waren de vier meest veelbelovende initiatieven voorgeselecteerd. De<br />

bedenkers ervan mochten tijdens het symposium hun project presenteren. De aanwezige aios verkozen vervolgens E-learning<br />

voor en door aios, ingediend door het UMC Groningen, tot het beste opleidingsinitiatief van 2008.<br />

Nathalie Reesink-Peeters, aios obstetrie en gynaecologie, en haar opleider Marian Mourits vonden met hun collega’s en<br />

het Wenckebach Instituut een oplossing voor een aantal voor aios zeer herkenbare situaties. Zij zetten een elektronische<br />

leeromgeving op die in een aantal deelgebieden uiteenvalt: een omgeving waarin onderwijsdocumenten worden bewaard;<br />

een deel waar werkafspraken, voorbeeldbrieven en -verslagen en inwerkdocumenten per stage kunnen worden gevonden;<br />

een verzameling van opleidingsdocumenten ten behoeve van bijvoorbeeld KPB’s (Klinische Praktijk Beoordeling), stagebeoordelingen,<br />

360 graden feedbacks, et cetera; een besloten omgeving voor assistenten waar zij vergadernotulen kunnen<br />

bewaren.<br />

Overal toegankelijk<br />

De elektronische omgeving is overal toegankelijk, ook vanuit thuis. Dit initiatief heeft tot veel efficiencywinst geleid: het<br />

inwerken van aios verloopt sneller en eenvoudiger; fouten en dubbele werkzaamheden worden voorkomen.<br />

Verder is het niet langer nodig om een eigen archief van e-mails aan te houden: alle belangrijke informatie is altijd op één<br />

plek terug te vinden.<br />

Aan de verkiezing was een geldprijs van 500,- euro verbonden. Dit bedrag zal worden besteed aan een borrel voor aios en<br />

hun partners.<br />

uiteraard wel een goede stimulans<br />

voor de opleider om de uitdaging<br />

aan te gaan een zo goed mogelijke<br />

opleiding aan te bieden.<br />

De vele vragen die aios hebben<br />

rondom de modernisering van<br />

medisch specialistische opleidingen<br />

van aios en het grote aantal aios<br />

tijdens het symposium hebben<br />

<strong>LVAG</strong>, CCMS en CBOG doen besluiten<br />

het symposium Teach the aios<br />

de komende jaren te blijven organiseren.<br />

Er zijn veel ontwikkelingen<br />

gaande en aios dienen daarvan op<br />

de hoogte gebracht te worden.<br />

Immers, als aios heb je met het<br />

nieuwe opleidingsplan alle touwtjes<br />

voor je eigen toekomst in handen!<br />

Renske Scheenstra, lid dagelijks<br />

bestuur<br />

Addy van de Luijtgaarden, lid<br />

dagelijks bestuur<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

15


VACATURE<br />

Aios wint camera op<br />

Aios-dag<br />

In november heeft voor de tweede keer van dit jaar<br />

de Aios-dag plaatsgevonden. Circa 85 aios lieten zich<br />

volop voorlichten over welke richting je op kunt gaan<br />

als medisch specialist. Wil je werken in loondienst of<br />

in de vrije praktijk? En: wat zijn de verschillen hiertussen?<br />

Bij de stand van Sibbing & Wateler konden aios meedoen<br />

aan de aios-prijsvraag. De artsen in opleiding<br />

tot medisch specialist kregen drie multiple choicevragen<br />

en één schattingsvraag, t.w. ‘Hoeveel medisch<br />

specialisten zijn er vandaag exact geregistreerd bij de<br />

MSRC [Medisch Specialisten Registratie Commissie -<br />

red.]?’, voorgelegd.<br />

Mevrouw C.M. Boomkamp-Snoeren beantwoordde<br />

alle drie de vragen juist en zat het dichtst bij het aantal<br />

geregistreerde medisch specialisten (om precies te<br />

zijn 18.689). Zij wint daarmee een digitale spiegelreflexcamera<br />

van Canon. Van harte gefeliciteerd!<br />

Hoofdredacteur m/v gezocht<br />

AIOS is het tijdschrift voor alle artsen<br />

in opleiding tot medisch specialist<br />

in Nederland. <strong>Het</strong> kwartaalblad<br />

van de <strong>LVAG</strong> besteedt aandacht aan<br />

onderwerpen die alle aios aangaan:<br />

arbeidsomstandigheden, opleiding,<br />

rechtspositie en onderzoek. Over<br />

deze onderwerpen schrijven de<br />

bestuursleden van de <strong>LVAG</strong>.<br />

Daarnaast is er een redactie van<br />

enthousiaste aios, die elk nummer<br />

artikelen schrijven tot lering ende<br />

vermaak. Interviews, columns,<br />

thema-artikelen, het komt allemaal<br />

aan bod.<br />

De redactie bestaat uit zes redacteuren,<br />

een hoofdredacteur en een eindredacteur.<br />

Deze laatste coördineert<br />

de totstandkoming van het tijdschrift<br />

en bewaakt de productiestroom en<br />

de deadlines. Hij of zij is ook verant-<br />

16 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

woordelijk voor de juistheid en foutloosheid<br />

van een uitgave.<br />

Taken: Als hoofdredacteur geef je<br />

leiding aan de redacteuren en de<br />

eindredacteur. De hoofdredacteur<br />

en redacteuren werken allen op<br />

vrijwillige basis (onkosten worden<br />

vergoed). Je zet het beleid uit voor<br />

het blad, zoveel mogelijk samen<br />

met de redactie. Je bepaalt welke<br />

artikelen worden geplaatst. Ook<br />

beoordeel je de artikelen op<br />

(medisch-) inhoudelijke correctheid.<br />

Vier maal per jaar zit je de redactievergadering<br />

in Utrecht voor. Je<br />

schrijft zoveel mogelijk zelf mee<br />

aan het blad. Je bepaalt samen met<br />

de redactie de onderwerpen voor de<br />

verschillende aankomende nummers.<br />

Daarnaast onderhoud je contact<br />

met de eindredacteur. De<br />

werkbelasting verloopt in pieken,<br />

gezien het feit dat het tijdschrift<br />

vier keer per jaar verschijnt. Reken<br />

op vier keer circa veertig uur per<br />

jaar.<br />

Profiel: je bent een enthousiaste<br />

arts met schrijfervaring, die zijn/haar<br />

gedachten helder kan verwoorden<br />

en inspirerend leiding kan geven aan<br />

een groep gedreven collegae. Een<br />

vlotte schrijfstijl is een must, evenals<br />

een sociaal karakter. Tot slot is een<br />

dosis humor een pré, gezien de<br />

ongedwongen sfeer waarin de<br />

redactie altijd vergadert.<br />

Interesse? Mail vóór 31 januari je<br />

sollicitatiebrief met cv naar<br />

aios@lad-info.nl.<br />

Meer informatie? Neem dan contact<br />

op met Erna Beers, hoofdredacteur,<br />

via ernabeers@hotmail.com.


Een inventarisatie onder vertegenwoordigers<br />

van juniorverenigingen<br />

laat een groot verschil zien in hoeverre<br />

opleidingsinstellingen kosten<br />

voor het volgen van verplichte en<br />

(niet-verplichte) gewenste cursussen,<br />

symposia en congressen vergoeden.<br />

Doorgaans worden verplichte<br />

cursussen en bijeenkomsten<br />

voor honderd procent vergoed,<br />

maar dit is geen algemeen goed.<br />

Daarnaast worden zeer gewenste,<br />

voor het Kaderbesluit niet-verplichte<br />

cursussen, niet of onvolledig vergoed.<br />

Ook zijn er helaas wetenschappelijke<br />

verenigingen en<br />

opleidingsinstellingen die slechts<br />

enkele honderden euro’s voor opleidingskosten<br />

beschikbaar stellen.<br />

Weer andere wetenschappelijke<br />

verenigingen hebben<br />

het wél goed geregeld: elke<br />

verplichte bijeenkomst en<br />

cursus wordt vergoed en er<br />

is een ‘acceptabel’ budget<br />

beschikbaar.<br />

Onacceptabel<br />

De <strong>LVAG</strong> vindt een minimaal<br />

opleidingsbudget (van<br />

200 tot 300 euro per jaar)<br />

voor aios onacceptabel.<br />

Binnen het <strong>Opleidingsfonds</strong><br />

is meer dan voldoende geld<br />

beschikbaar om de voor<br />

aios verplichte cursussen<br />

en bijeenkomsten volledig<br />

te vergoeden. Probleem is<br />

dat de raden van bestuur<br />

en opleiders geen inzicht<br />

hebben of willen geven van<br />

wat ze allemaal met het<br />

opleidingsgeld doen. Wel te<br />

verstaan: jullie opleidingsgeld!<br />

Meer over de problemen met<br />

het opleidingsbudget lees je<br />

in de brief die wij je binnenkort<br />

sturen.<br />

Ronne Mairuhu, voorzitter<br />

VERENIGINGSNIEUWS<br />

Sinds 1 januari 2007 verloopt de bekostiging van alle medisch specialistische vervolgopleidingen<br />

via het <strong>Opleidingsfonds</strong>. Met de nieuwe manier van bekostigen streeft het ministerie van VWS<br />

een effectiever capaciteitsbeleid na. Datzelfde ministerie stelt de totaalbedragen voor de<br />

opleidingskosten vast, maar geeft daarbij niet aan hoe het geld verdeeld moet worden.<br />

Grote verschillen in<br />

opleidingsbudget<br />

Ondervind je problemen met je<br />

opleidingsbudget? Schakel dan<br />

de juristen van LAD’s Team Individuele<br />

Rechtshulp in. Vul het<br />

‘Juridisch vragenformulier’ op<br />

www.artsennet.nl/lad in (zie het<br />

kopje ‘Contact’) of bel (030) 670<br />

27 02 (tussen 9.30 uur en 12.30<br />

uur).<br />

IK WIL EEN PRAKTIJK<br />

OVERNEMEN, MAAR WIE<br />

WIJST ME DE WEG OP<br />

HET OVERNAMEPAD?!<br />

Adviseurs voor het medische beroep:<br />

financiering, verzekeringen, pensioen,<br />

financiële planning, fiscaal advies.<br />

Meer weten?<br />

Bel 0318 509910 en vraag<br />

naar Geert Richter of<br />

Rob Nuberg of kijk op<br />

www.kuijkhoven.nl.<br />

T. 0318 509910 E. info@kuijkhoven.nl I. www.kuijkhoven.nl<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

17


Verhalen voor aan het kerstdiner<br />

De donkere dagen van het jaar zijn aangebroken. Lange avonden die zich prima<br />

lenen voor het doen van spelletjes, of het vertellen van verhalen rond de open<br />

haard. Voor de diehard medicus die tijdens het kerstdiner zijn tafelgenoten wil<br />

imponeren met medische of hieraan gerelateerde anekdotes, volgt hier een aantal<br />

suggesties.<br />

In de loop van de jaren zijn de vormen van anticonceptie<br />

veranderd. De Egyptenaren wisten al dat krokodillenmest<br />

en ongegist deeg werkten als spermadodend middel,<br />

mogelijk door de zuurgraad.<br />

Cola als spermicide?<br />

In de jaren `50 van de vorige eeuw dacht men dat de<br />

bekende Coca-cola effectief zou zijn als spermicide door<br />

het te gebruiken als vaginale douche na de coïtus: het<br />

koolzuur in cola zou het zaad doden, de suikers deden de<br />

spermacellen ontploffen en de bubbels zorgden na schudden<br />

voor een flinke straal de vagina in. De toenmalige<br />

kleine flesjes waren genoeg voor één ‘behandeling’ 1 .<br />

In 1985 hebben Harvard-wetenschappers de spermicide<br />

werking van cola, cafeïnevrije cola, cola-light en Pepsi<br />

onderzocht. <strong>Het</strong> bleek dat cola-light de beweeglijkheid van<br />

sperma volledig kon stoppen als sperma en cola gemengd<br />

werden. Dit in tegenstelling tot Pepsi, dat nauwelijks effect<br />

had 2 . Coca-cola reageerde droog dat geen van hun producten<br />

bedoeld is voor medische behandelingen.<br />

Enkele jaren later werd het onderzoek door Taiwanese<br />

onderzoekers in twijfel getrokken. Cola en sperma werden<br />

gescheiden door een membraan, waarbij cola het membraan<br />

kon passeren. Geen van de cola-soorten kon de<br />

spermabeweeglijkheid tot minder dan zeventig procent<br />

terugbrengen in een uur vergeleken met ‘controle<br />

sperma’ 3 . Beide onderzoeken wonnen de Ig Nobel-prijzen<br />

2008 voor de scheikunde.<br />

<strong>Het</strong> gebruik van cola als post-coïtus vaginale douche lijkt<br />

dus ineffectief en kan leiden tot complicaties zoals vaginale<br />

infecties, terwijl er betere zaaddodende middelen op<br />

de markt zijn. Cola kan je gewoon het beste gebruiken om<br />

je dagelijkse anticonceptiepil mee door te slikken!<br />

Niezen op de OK<br />

Hatsjie! Een vervelend moment als je moet niezen terwijl<br />

je steriel aangekleed op de OK staat. Hoe kan je het beste<br />

18 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

niezen? Recht<br />

vooruit of draai<br />

je toch je<br />

hoofd uit<br />

hygiënisch<br />

oogpunt weg?<br />

Dit is al jaren<br />

onderwerp van<br />

gesprek onder<br />

OK-personeel.<br />

Er zijn maar<br />

enkele grote<br />

onderzoeken<br />

geweest die<br />

een relatie<br />

aantoonden<br />

tussen het dragen<br />

van mondkapjes<br />

en het<br />

aantal postoperatieve<br />

infecties, met<br />

tegenstrijdige<br />

resultaten 4 .<br />

Tijdens de coschappen word je geleerd in de wond te niezen,<br />

zodat de fijne druppeltjes naar achteren kunnen ontsnappen<br />

via de zijkanten van het mondkapje. Op de foto’s<br />

is te zien wat er gebeurt als een chirurg niest zonder<br />

mondkapje. De druppeltjes sproeien echt alle kanten op.<br />

Als het mondkapje wél wordt gedragen, zijn er een paar<br />

spetters die aan de onderzijde van het mondkapje ontsnappen.<br />

De druppels die achter het hoofd zouden verdwijnen,<br />

zijn niet te zien 5 .<br />

Volg dus je instinct bij niezen op de OK: draai je hoofd<br />

weg! En mocht je mondkapje van binnen vochtig worden<br />

door niezen of langdurig dragen, dan leidt dit niet tot vermindering<br />

van de luchtfiltering door het kapje 6 .


Kerst-misère<br />

Kerstmis wordt doorgaans geassocieerd met gezelligheid<br />

en hoop op goede tijden, maar dezelfde benaming<br />

wordt ook gebruikt in twee minder aangename situaties:<br />

in ‘christmas disease’ en in ‘christmas tree rash’.<br />

‘Christmas disease’, ook wel hemofilie B, is een stoornis<br />

in de bloedstolling die is vernoemd naar een vijfjarig<br />

Brits jongetje met de naam Stephen Christmas. Bij hem<br />

ontstonden vanaf de leeftijd van twintig maanden tijdens<br />

het spelen verschillende malen bloedingen. De<br />

bloedingen stopten telkens na een bloedtransfusie.<br />

Een onderzoek naar de aandoening van deze jongen, en<br />

van zes andere kinderen en jong volwassenen, werd<br />

voor het eerst beschreven in het kerstnummer van de<br />

British Medical Journal in 1952 7 . Niet het zogenaamde<br />

antihemofilie globuline ontbrak (zoals bij klassieke<br />

hemofilie A), maar de stolling was gestoord door een<br />

tekort aan een factor in het bloed die de ‘christmas<br />

factor’ werd genoemd. Deze ‘christmas factor’ is nu<br />

beter bekend als stollingsfactor IX.<br />

‘Christmas disease’ is een geslachtsgebonden erfelijke<br />

aandoening (via het X-chromosoom): mannen zijn aangedaan,<br />

vrouwen zijn draagster. In Nederland hebben<br />

ongeveer 1600 mannen hemofilie, van wie vijftien procent<br />

hemofilie B 8 . Als er vrijwel geen stollingsfactor IX in<br />

het bloed aanwezig is, krijgen patiënten spontane bloedingen<br />

in spieren en gewrichten (vooral in enkels, knieën<br />

en ellebogen), waardoor deze beschadigd en misvormd<br />

raken. Als er nog wel stollingsfactor IX aanwezig is, maar<br />

in een lagere concentratie dan normaal, ontstaan minder<br />

snel bloedingen, bijvoorbeeld alleen na trauma of bij een<br />

operatie.<br />

‘Christmas tree rash’<br />

‘Christmas tree rash’ is geen allergische reactie op dennenbomen,<br />

maar een jeukende huiduitslag op vooral de<br />

romp, waarvan de oorzaak niet bekend<br />

is 9 . De officiële naam is pityriasis rosea,<br />

terwijl ook wel de term ‘huidgriep’ wordt<br />

gebruikt.<br />

De uitslag begint met een roze (‘rosea’)<br />

ovale plek met schilfering aan de randen<br />

(‘pityriasis’ of zemelenuitslag). Binnen een<br />

paar dagen breidt de uitslag zich uit met<br />

vergelijkbare maar kleinere plekken die de<br />

huidlijnen volgen. Hierdoor ontstaat een<br />

soort kerstboom-patroon. De uitslag ontstaat<br />

plotseling en verdwijnt vanzelf weer<br />

na enkele weken. Mogelijk is een virus<br />

(humaan herpesvirus type 6 of 7) of een<br />

schimmel de oorzaak van de uitslag, maar<br />

dit is nooit bewezen.<br />

Opvallend genoeg<br />

komt de uitslag<br />

vier keer vaker<br />

voor bij dermatologen<br />

dan bij<br />

andere artsen!<br />

Daarnaast is wel<br />

een verband<br />

gelegd tussen<br />

pityriasis en gebruik van bepaalde medicijnen. Vooral jong<br />

volwassenen worden getroffen door de huiduitslag, met<br />

name in de lente en winter.<br />

Lisette Kunz<br />

Janine Nuver<br />

Referenties<br />

1. www.snopes.com/cokelore/sperm.asp<br />

2. S.A. Umpierre, J.A. Hill, en anderen. Effect of ‘coke’on<br />

sperm motility. N Engl J Med 1985; 313(21): 1351.<br />

3. C.Y. Hong, C.C. Shieh, en anderen. The spermicidal potency<br />

of Coca-Cola and Pepsi-Cola. Hum Toxicol 1987; 6(5):<br />

395-6.<br />

4. M.G. Romney. Surgical face masks in the operating theatre:<br />

re-examining the evidence. J Hosp Infect 2001; 47:<br />

251-6.<br />

5. J. Granville-Chapman, R.L. Dunne. Excuse me! BMJ<br />

december 2007; 335: 1293.<br />

6. P. Dineen. Microbial filtration by surgical masks. Surg<br />

Gyne Obstet 1974; 133: 812–814.<br />

7. Christmas disease. A condition previously mistaken for<br />

haemophilia. Biggs R, Douglas AS, Macfarlane RG et al.<br />

BMJ 1952; 2(4799):1378-1382.<br />

8. Handboek Hematologie. Löwenberg B, Ossenkoppele GJ,<br />

de Witte T, Boogaerts MA (red.).<br />

9. www.emedicine.com/med/topic1840.htm<br />

Abonnementen<br />

AIOS is het tijdschrift van de Landelijke Vereniging voor Medisch Specialisten in opleiding (<strong>LVAG</strong>). <strong>Het</strong><br />

wordt vier keer per jaar uitgegeven en is gratis voor alle aios in Nederland. Als u AIOS niet ontvangt ,<br />

neem dan contact op per email secretariaat@lvag.nl. Abonnementen: Nederland € 18,15 incl. btw.<br />

Overig buitenland € 25. Losse nummers € 5,67 incl. btw, excl. verzendkosten. Abonnementen kunnen<br />

op elk gewenst tijdstip ingaan. De eerste abonnementsperiode loopt tot het eind van het kalenderjaar.<br />

Daarna wordt het abonnement telkens stilzwijgend met een jaar verlengd. Opzeggingen dienen ten minste<br />

twee maanden voor de aanvang van een nieuwe abonnementsperiode te worden gericht aan het<br />

redactie-adres.<br />

Oplage: 5.000 ISSN: 0928-611X.<br />

© 2007 <strong>LVAG</strong>. Alle rechten voorbehouden. Artikelen geven de mening weer van auteurs en niet noodzakelijkerwijs<br />

van <strong>LVAG</strong> c.q. AIOS. Niets uit dit tijdschrift mag openbaar worden gemaakt door middel van<br />

druk, microfilm of welke wijze dan ook, zonder toestemming van de uitgever.<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

19


Hun zorg - onze zorg deel 2<br />

Kinderartsen in spé: opgelet!<br />

Bij de redactie van AIOS komen met enige regelmaat mailtjes binnen met het<br />

verzoek tot plaatsing. Ingezonden brieven, ideeën voor interviews, enzovoort. <strong>Het</strong><br />

ene verzoek maakt meer indruk dan het andere. Hieronder het verhaal achter een<br />

bijzonder verzoek. Geen verzoek aan de redactie, maar aan u! En dan in het<br />

bijzonder de kinderartsen i.o.<br />

Een jaar geleden besteedden we aandacht aan een bijzonder<br />

project van dokter Michael Siwabessy, namelijk<br />

het opzetten van een ziekenhuis op het Molukse eiland<br />

Seram. Hierdoor kan er permanente zorg worden geboden<br />

aan de bevolking. Alide Parera bezocht dokter<br />

Michael. In dit nummer vertelt ze wat er in het afgelopen<br />

jaar is gebeurd.<br />

<strong>Het</strong> is inmiddels anderhalf jaar geleden dat ik een<br />

bezoek bracht aan de Molukken in Indonesië. Ik ontmoette<br />

dr. Michael Siwabessy die op dat moment bezig<br />

was met de bouw van een nieuw ziekenhuis op Seram<br />

in Piru. In het gesprek dat ik met hem had sprak hij de<br />

wens uit, dat artsen/specialisten (ook pas afgestudeerden)<br />

uit Nederland zich een paar maanden als vrijwilliger<br />

voor het ziekenhuis willen inzetten, zodat ze hun<br />

kennis op artsen en verpleegkundigen kunnen overgedragen.<br />

Zijn verwachting was toen dat het ziekenhuis in de<br />

loop van 2008 zijn deuren zou openen. Ik zocht onlangs<br />

weer contact met hem en vroeg hem naar de huidige<br />

situatie.<br />

20 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

Ambtelijke molens<br />

<strong>Het</strong> algemeen ziekenhuis in Piru heeft in april van dit<br />

jaar zijn deuren geopend, zij het nog kleinschalig. Dr.<br />

Michael vertelde dat het realiseren van zaken zeer<br />

moeizaam verloopt; ambtelijke molens lopen in Nederland<br />

niet snel, maar in Indonesië staan ze vaak tijden<br />

stil. Dit vraagt veel geduld en doorzettingsvermogen.<br />

De bevolking in de nabije omgeving is zeer ingenomen<br />

met de komst van het ziekenhuis, zelfs in de huidige<br />

hoedanigheid.<br />

Zelf behandelen of doorsturen?<br />

Dr. Michael geeft aan dat het ziekenhuis zoveel mogelijk<br />

werkt volgens het principe van de holistische geneeskunde:<br />

de patiënt wordt bij zijn eigen genezing betrokken.<br />

Ook de omgeving wordt zoveel mogelijk ingezet bij het<br />

ondersteunen van het genezingsproces van de patiënt.<br />

“Onontbeerlijk voor een snel herstel”, aldus dr. Michael.<br />

Over het algemeen wordt er geroeid met de riemen die<br />

ze hebben. Soms is het echter moeilijk als je geconfronteerd<br />

wordt met een situatie van een ernstig zieke<br />

patiënt en dan toch niet de nodige zorg kan bieden. De<br />

patiënt moet dan worden doorgestuurd naar het ziekenhuis<br />

op het eiland Ambon. Dit betekent een reis van<br />

ongeveer vier uur door het oerwoud van Seram en een<br />

minimaal twee uur durende reis met de veerpont naar<br />

Ambon (in de hoop dat de toestand van de patiënt stabiel<br />

genoeg blijft). Dit is moeilijk te verkroppen voor de<br />

artsen en verpleegkundigen. Ze zouden zo graag de<br />

nodige voorzieningen in het ziekenhuis in Piru willen<br />

hebben, zodat deze patiënten door henzelf behandeld<br />

kunnen worden.<br />

Ontbrekende faciliteiten<br />

Zaken als een ECG-unit, een DC-shock, een operatielamp,<br />

simpele stethoscopen, thermometers, een tensiemeter,<br />

een incubator voor baby’s, een vacuümpomp,


een weegschaal voor het wegen van baby’s zouden<br />

zoveel meer mogelijk maken. Dan hebben we het nog<br />

niet over het ontbreken van laboratorium- en röntgenfaciliteiten.<br />

Deze zouden het diagnosticeren van de<br />

gezondheidsproblemen vereenvoudigen en op een<br />

hoger kwalitatief niveau brengen.<br />

Wat er wel is<br />

<strong>Het</strong> ziekenhuis kent op dit moment de volgende afdelingen:<br />

een EHBO, Interne Geneeskunde met twee zalen<br />

(mannen en vrouwen apart), Obstetrie en Gynaecologie,<br />

Kindergeneeskunde, poliklinieken Tandheelkunde en<br />

Diëtetiek en een apotheek. Dr. Michael benadrukt dat<br />

hij zowel extramurale als intramurale zorg wil bieden,<br />

vandaar de poli’s. In de eerste plaats aan de kwetsbaarsten<br />

onder de bevolking, zoals baby’s, kinderen en<br />

ouderen. Moeder en kind worden zo goed mogelijk<br />

begeleid en gevolgd in de ontwikkeling via een eenvoudig<br />

consultatiebureau.<br />

Artsen zijn hard nodig<br />

In de huidige situatie is er één algemeen arts in dienst<br />

die door de overheid wordt gesubsidieerd. Daarnaast<br />

zijn er twee algemeen artsen en één tandarts die een<br />

contract met het ziekenhuis hebben. Verder werken er<br />

achttien verpleegkundigen.<br />

Zoals ik in het artikel van vorig jaar heb aangegeven<br />

(AIOS nr. 4, december 2007), hebben zowel de artsen<br />

als verpleegkundigen dringend behoefte aan ondersteuning<br />

van artsen die zich gespecialiseerd hebben in een<br />

bepaalde richting. Vanuit de overheid hoeft het ziekenhuis<br />

voorlopig niet op specialisten te rekenen, omdat<br />

het ziekenhuis financieel onvoldoende draagkrachtig is.<br />

Om draagkrachtig te worden, moet dr. Michael zijn<br />

principe dat zorg voor iedereen is, met en zonder geld,<br />

overboord gooien. Dat wil en kan hij niet. Hij spreekt de<br />

wens uit dat het ziekenhuis de komende jaren op een<br />

hoger niveau zorg kan gaan bieden. De realiteit is dat<br />

dit alleen kan met behulp van steun van buitenaf.<br />

Eén computer<br />

De infrastructuur is nog steeds op hetzelfde niveau als<br />

anderhalf jaar geleden. <strong>Het</strong> opvragen van informatie via<br />

internet en e-mailverkeer zijn daardoor nog niet mogelijk.<br />

Wel is het ziekenhuis nu in het bezit van één computer.<br />

Die wordt voor allerlei zaken gebruikt; uitbreiding van<br />

het aantal computers zou dan ook zeer wenselijk zijn.<br />

Wil je jouw collegae aan de overkant van de oceaan<br />

iets laten ervaren van die rijkdom, dan kan dat op verschillende<br />

manieren:<br />

• Drie maanden als vrijwilliger in het ziekenhuis<br />

werken om kennis over te dragen (incl. kost en<br />

inwoning). Natuurlijk is dit een geweldige levenservaring<br />

en een prachtige aanvulling op je cv.<br />

• Financiële ondersteuning ten behoeve van het ziekenhuis<br />

in het algemeen of voor de aanschaf van<br />

materialen. Materialen kunnen soms wel vanuit o.a.<br />

Australië ingekocht worden, maar hier is een flinke<br />

financiële injectie voor nodig. Huidige inkomsten<br />

van het ziekenhuis gaan geheel op aan salarissen,<br />

simpele medicatie en overige verpleegartikelen en<br />

onderhoud van gebouwen.<br />

• <strong>Het</strong> schenken van materialen zoals ik hierboven<br />

heb genoemd.<br />

Wil je iets betekenen voor de bevolking op Seram én<br />

voor je collegae aan de andere kant van de oceaan?<br />

Mail dan naar: seramvolunteers@gmail.com.<br />

Alide Parera<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

21


GENEESHEER<br />

Burrill Bernard Crohn<br />

Bij de naam Crohn denken we allemaal aan de gelijknamige chronische inflammatoire darmziekte, maar<br />

wie weet dat we dit aan het alfabet te danken hebben?<br />

“Op dertienjarige leeftijd werd Burrill<br />

toegelaten tot de City University.”<br />

Burrill Bernard Crohn werd in 1884 in New York City<br />

geboren. Zijn vader had zich in die stad als beurshandelaar<br />

gevestigd. Burrill was een van de twaalf kinderen<br />

van deze Duits-Joodse immigrant.<br />

Op dertienjarige leeftijd werd Burrill toegelaten tot de<br />

City University in New York [verzameling high schools<br />

en universiteiten - red.], waar hij op achttienjarige<br />

leeftijd zijn diploma haalde. De vier jaar durende<br />

geneeskundestudie volgde hij aan de Columbia University<br />

College of Physicians and Surgeons.<br />

Na het afronden van deze opleiding kon Crohn beginnen<br />

aan een internship en fellowship aan het Mount<br />

Sinai Hospital in New York. In dit ziekenhuis bleef hij<br />

de rest van zijn carrière werken.<br />

Hét artikel<br />

In 1928 verscheen een boek van zijn hand getiteld<br />

Affections of the Stomach. Hierin werd uitgebreid de<br />

anatomie en pathologie van aandoeningen aan de<br />

maag beschreven.<br />

22 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

Dit lijvige boek verscheen vier jaar eerder dan het artikel<br />

dat Burrill Crohn wereldberoemd maakte: Regional Ileitis,<br />

a Pathological and Clinical Entity in de Journal of the<br />

American Medical Association. Hij schreef het samen<br />

met Leon Ginzburg en Gordon Oppenheimer. Burrill was<br />

de minst ervaren van de drie, maar in die tijd werden<br />

auteurs op alfabetische volgorde weergegeven. Burrill B.<br />

Crohn werd de eerste auteur en ging als ontdekker van<br />

deze darmziekte de geschiedenisboeken in.<br />

<strong>Het</strong> artikel doet verslag van de presentatie die Crohn,<br />

Gitzburg en Oppenheimer gaven op het jaarlijkse Gastro-enterologie<br />

en Proktologie Congres van de American<br />

Medical Association op 13 mei 1932. Ze beschreven<br />

veertien patiënten met een necrotiserende en verlittekende<br />

ontsteking van het terminale ileum.<br />

“Dankzij het alfabet ging Crohn als<br />

ontdekker de geschiedenisboeken in.”<br />

De ziekte<br />

Crohn, Ginzburg en Oppenheimer waren niet de eersten<br />

die dit ziektebeeld beschreven. Giovanni Battista Morgagni<br />

(1682-1771) beschreef als eerste een geval van<br />

granulomateuze enterocolitis. In 1898 verscheen een<br />

ziektebeschrijving van John Berg in Zweden en in 1904<br />

verscheen er een van Lesniowsky uit Polen. In 1913<br />

beschreef Kennedy Dalziel op de vergadering van de<br />

British Medical Association negen casussen van verdikking<br />

van met name het distale deel van de dunne darm,<br />

maar soms ook van de rechter colonhelft.<br />

In 1923 beschreven twee andere artsen, Eli Moschowitz<br />

en A.O. Wilensky, uit het Mount Sinai Ziekenhuis al een<br />

patiënt met granulomen in de darmen, verdikking van


het terminale ileum en fistelvorming van de darm naar<br />

de huid. Aangezien Crohn, Ginzburg en Oppenheimer<br />

hun artikel in een wijdverspreid tijdschrift publiceerden,<br />

dat vervolgens veel aandacht kreeg, werden zij als<br />

beschrijvers van de ziekte gezien.<br />

De dokter<br />

Crohn was er vast van overtuigd dat de regionale enteritis<br />

alleen voorkwam in de dunne darm. Zijn vaste<br />

radioloog, dr. Richard Marshak, deed zijn uiterste best<br />

om hem ervan te overtuigen dat de regionale enteritis<br />

ook in het colon kon voorkomen. Pas toen de rest van<br />

de wereld dit geaccepteerd had, ging Crohn overstag.<br />

Anderzijds was hij bescheiden over zijn rol ten aanzien<br />

van de ontdekkingen. Zelf bleef hij altijd spreken over<br />

regionale enteritis en sprak hij nooit over de ziekte van<br />

Crohn.<br />

Burrill Crohn wordt beschreven als allround gastroenteroloog<br />

met een goed inzicht in de psyche van de<br />

patiënt. Hierdoor was hij bijzonder goed in staat de<br />

functionele gastro-intestinale aandoeningen te behandelen.<br />

Zijn behandeling van de naar hem genoemde<br />

darmziekte baseerde hij op zijn eigen gedetailleerde<br />

waarnemingen.<br />

Hij was een hartstochtelijk vertegenwoordiger van de<br />

behandeling met steroïden voor zowel de regionale<br />

enteritis als colitis ulcerosa. Volgens Crohn was de oorzaak<br />

van beide ziekten een infectie, mogelijk veroorzaakt<br />

door een virus. <strong>Het</strong> leek hem ook mogelijk dat<br />

beide inflammatoire darmaandoeningen zich manifesteren<br />

bij één patiënt, hoewel dit dan wel zeldzaam zou<br />

zijn.<br />

“Pas toen de hele wereld ervan<br />

overtuigd was dat regionale enteritis<br />

ook in het colon voor kon komen, ging<br />

Crohn overstag.”<br />

Na het werk<br />

Na zijn pensioen verhuisde Crohn naar Connecticut. Hij<br />

leefde hier bijna als een kluizenaar, aangezien alle<br />

communicatie via de afdeling Public Relations van het<br />

Mount Sinai Ziekenhuis in New York verliep. Aangezien<br />

Burrill Crohn het belangrijkste uithangbord was van de<br />

pr-machine van het ziekenhuis, werd hij met alle<br />

egards behandeld.<br />

In 1983 overleed Burrill Bernard Crohn op 99-jarige<br />

leeftijd. Na zijn dood richtte zijn familie de Burrill B.<br />

Crohn Research Foundation op om het onderzoek naar<br />

de ziekte van Crohn in het Mount Sinai Ziekenhuis te<br />

ondersteunen. Vlak voor haar overlijden bood Rose<br />

Crohn, weduwe van Burrill, de Burrill B. Crohn Chair in<br />

Gastroenterology aan het hoofd van de afdeling<br />

Gastro-enterologie aan. Sinds 1999 wordt deze leerstoel<br />

bezet door Steven H. Itzkowitz.<br />

De dochter van Burrill Crohn is voorzitter van de eerder<br />

genoemde Research Foundation en zijn zoon is arts in<br />

‘upstate’ New York.<br />

Nanda Glimmerveen<br />

Bronnen<br />

1. Janowitz HD. Burrill B Crohn (1884-1983). The Mount<br />

Sinai Journal of Medicine Vol 67 No 1 January 2000: 12-3.<br />

2. Crohn BB, Ginzburg L, Oppenheimer GD. Regional ileitis;<br />

a pathological and clinical entity. JAMA; 1932<br />

(99):1323-9.<br />

3. www.whonamedit.com<br />

4. www.wikipedia.nl<br />

5. www.mountsinai.org<br />

AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

23


COLUMN<br />

De overdracht. Ik heb er al eens eerder over geschreven<br />

en dit onderwerp vormt ook nu weer het inspiratiemoment<br />

voor deze column. <strong>Het</strong> blijft een enerverende<br />

bezigheid, voer voor psychologen en communicatiedeskundigen.<br />

Vanmiddag was weer een mooi staaltje. Een zieke<br />

patiënt wordt overgedragen door de ASAS (ofwel<br />

superco, semi-arts, you name it) die deze patiënt<br />

eigenlijk niet onder haar hoede heeft. Zoals gebruikelijk<br />

op de interne geneeskunde is het een gevalletje ‘Multiproblematiek’.<br />

Ze probeert alleen het hoognodige over<br />

te dragen, maar dat levert alleen maar de ene na de<br />

andere kritisch afgevuurde vraag van zowel collegaassistenten<br />

als internisten op.<br />

De laatste vraag wordt gesteld door een van de opleiders.<br />

Hij leidt hem als volgt in: “Je doet het fantastisch<br />

en weet je goed door het spervuur heen te worstelen,<br />

maar mag ik nog één kritische vraag stellen?” Hierop<br />

zie ik haar glimlachen en een beetje ontspannen.<br />

Ook ik moet glimlachen; typisch iets voor hem en een<br />

minuut eerder dacht ik nog: “Nou, nou, nou dat is nogal<br />

wat, als ASAS even dit vragenvuur doorstaan, terwijl je<br />

de patiënt niet eens goed kent.” Ik kijk de zaal rond en<br />

zie wisselend glimlachjes en lichte ongemakkelijkheid<br />

van het kaliber: “Jajaja, moet dat nou weer?”<br />

<strong>Het</strong> verrassendste is nog wel dat dit incident mij<br />

genoeg prikkelt om er een column over te schrijven.<br />

Blijkbaar zijn dit soort kleine, openbare complimenten<br />

een rariteit in ons dagelijkse bestaan. Nu zul je mij niet<br />

horen over afzeikpraktijken of schreeuwende bazen<br />

door de telefoon; eerlijk gezegd maak ik dat niet mee.<br />

Maar om nou te zeggen dat iemand eens gewoon een<br />

compliment maakt, behalve tijdens je beoordelingsgesprek,<br />

nee, dat is toch ook geen standaard praktijk.<br />

Soms krijg je wel eens een “lekker gewerkt” of “keurig”<br />

te horen, maar een zo’n openbaar compliment als in<br />

mijn voorbeeld heb ik nog nooit gehad.<br />

24 AIOS 4 - 19e jaargang december 2008<br />

‘Evidence based positiveness’<br />

Jocea Michels is bezig met haar opleiding tot reumatoloog. In<br />

deze column houdt ze ons op de hoogte van het wel en wee<br />

tijdens haar werk als aios.<br />

Waarom niet? Waarom wordt dat niet gedaan? <strong>Het</strong> is<br />

immers bewezen dat ook volwassenen beter leren door<br />

positieve feedback. Maar wij worden daar toch allemaal<br />

giechelig van, zo niet nerveus en iebelig. Al dat gecommuniceer<br />

en elkaar complimentjes geven, brrrr. Gewoon<br />

je werk doen.<br />

Deels voel ik dat zelf ook zo, het soort vak dat wij hebben,<br />

ons ambacht, leer je alleen maar door het te doen,<br />

waarbij je vaak wel aanvoelt of het goed gaat of niet.<br />

Maar ik ben er toch van overtuigd dat een welgemeend<br />

compliment heel goed werkt; het is gewoon leuk, geeft<br />

zelfvertrouwen en - eerlijk is eerlijk - het geeft een<br />

soort gezond competitiegevoel. Dat de aandacht eens<br />

uitgaat naar de uitblinkers in plaats van naar diegene<br />

die ‘er moeite mee hebben’.<br />

Natuurlijk is het gevaar dat we verzanden in een soort<br />

van Amerikaanse onechtheden van het kaliber ‘bumpersticker-employee-of-the-month’.<br />

Dat zal dan weer de<br />

kunst moeten zijn van de opleiders; juiste dosering,<br />

juiste persoon, juiste moment.<br />

Rest mij slechts mijn opleider te complimenteren met<br />

zijn mooie actie van vanmiddag.<br />

Jocea Michels


• Praktijkvestigingen<br />

• Maatschapscontracten<br />

• Praktijkfinancieringen<br />

• Financiële planning<br />

• Verzekeringen<br />

• Pensioenen<br />

• Hypotheken<br />

Sibbing & Wateler:<br />

financieel adviseurs voor medisch specialisten<br />

Sibbing & Wateler is een onafhankelijk financieel adviesbureau, gespecialiseerd in<br />

de praktijkbegeleiding van vrije medische beroepsbeoefenaren, waaronder medisch<br />

specialisten. Wij bieden u een gevarieerd dienstenpakket voor al uw financiële<br />

zaken, nu en in de toekomst.<br />

S IBBING &W<br />

ATELER C.S.<br />

‘n hele zorg minder®<br />

Storkstraat 33 • 3905 KX Veenendaal<br />

Postbus 915 • 3900 AX Veenendaal<br />

Als medicus komt u op verschillende momenten in uw carrière in aanraking met de<br />

financieel-juridische kanten van uw beroep.<br />

Raadgevers Medische Beroepen geeft al ruim 35 jaar persoonlijk advies op maat<br />

aan beoefenaars van (para)medische beroepen. Wij begeleiden u bij uw fi nanciële<br />

planning, verzekeringen, financieringen, hypotheken en pensioenen.<br />

Ook zorgeloos uw beroep uitoefenen?<br />

Neem voor meer informatie contact op met adviseurs W. van der Meer,<br />

J. van den Biggelaar, R. Meijer, N. ter Kuile of C.M.J.M. Hoek of kijk op<br />

www.raadgevers.nl<br />

Telefoon: (0318) 544 044 • Fax: (0318) 543 843<br />

E-mail: info@sibbing.nl • Internet: www.sibbing.nl<br />

Een gezonde fi nanciële toekomst<br />

Dorpsstraat 118<br />

3732 HL De Bilt<br />

Telefoon 030 220 41 14<br />

Telefax 030 220 27 95<br />

E-mail info@raadgevers.nl<br />

www.raadgevers.nl<br />

lid NVA-sectie medische beroepen<br />

Erkend Hypotheekadviseur

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!