08.09.2013 Views

jaargang 18 bulletin no.2 (2008) Peter Hecht - Vereniging Rembrandt

jaargang 18 bulletin no.2 (2008) Peter Hecht - Vereniging Rembrandt

jaargang 18 bulletin no.2 (2008) Peter Hecht - Vereniging Rembrandt

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

ulletin van de vereniging rembrandt Jaargang <strong>18</strong> n0 2 zomer <strong>2008</strong><br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

grote liefdes<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

In deze speciale jubileumuitgave:<br />

p <strong>Peter</strong> <strong>Hecht</strong>: 125 jaar <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

p Henk van os feliciteert het particuliere initiatief in kunstenland<br />

p aanwinsten voor het Stedelijk museum, Teylers museum, museum Stad<br />

appingedam, het rijksmuseum en Simon van gijn-museum aan huis<br />

p nieuws over de lustrum activiteiten<br />

p Wie wordt het 10.000ste lid van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt?


ereleden<br />

Mevrouw Dr E. Frederiks, 1994<br />

Mr W. Baron van Dedem, 2002<br />

Beschermvrouwe H.M. de Koningin<br />

BeSTuur<br />

Mr J.M. Boll, voorzitter<br />

Dr M. Sanders, vice-voorzitter<br />

Mevrouw Mr A.A. van Berge,<br />

secretaris<br />

Drs H.B. van Wijk, penningmeester<br />

Mr H.G. Boumeester<br />

Prof. Dr R.E.O. Ekkart<br />

Prof. Dr P.A. <strong>Hecht</strong><br />

Dr J.R. ter Molen<br />

Drs C.O.A. baron Schimmelpenninck<br />

van der Oije<br />

Dr C.B. Smithuijsen<br />

Dr E.J. van Straaten<br />

Mevrouw L.C.E. van Tets-van<br />

Tienhoven<br />

Mr J.G. de Vries Robbé<br />

Jhr M.A. van Weede<br />

LuSTrumcommiSSie<br />

Mr J.G. de Vries Robbé voorzitter<br />

Drs H.M. Blankenberg secretaris<br />

Drs H.B. van Wijk penningmeester<br />

Mevr. Drs F.M. Bijl de Vroe-Verloop<br />

Prof. Dr R.E.O. Ekkart<br />

Prof. Dr P.A. <strong>Hecht</strong><br />

A. Rüger<br />

Dr M. Sanders<br />

Prof. Dr P. Schnabel<br />

Drs P.J. Schoon<br />

<strong>Vereniging</strong> remBrandT<br />

Lange Voorhout 15<br />

2514 ea Den Haag<br />

T: 070-4271720<br />

F: 070-4271940<br />

E: bureau@verenigingrembrandt.nl<br />

www.verenigingrembrandt.nl<br />

raad Van adViSeurS<br />

Dr J.N.M. van Adrichem<br />

Prof. Dr J. Th. M. Bank<br />

Prof. Dr C. Blotkamp<br />

Mevrouw Prof. Dr C.A. Chavannes-<br />

Mazel<br />

Prof. Dr T.M. Eliëns<br />

Drs A.A. Fock<br />

Prof. Dr M. Forrer<br />

J.A. de Gier<br />

Mr Th. Groenewald<br />

Mr H.F. Heerkens Thijssen<br />

Drs J.J. Heij<br />

Drs J.H. van Heijningen Nanninga<br />

Drs B.F. van Ittersum<br />

Mevrouw M. baronesse Lambert<br />

J.M.N. Leighton<br />

Mevrouw Drs D.H.A.C. Lokin<br />

Prof. Dr V. Manuth<br />

Drs H.J.A.T. Meertens<br />

rekeningen<br />

Bank Mees Pierson, Amsterdam<br />

25 22 00 861 (voor betaling contributie)<br />

Bank Mees Pierson, Amsterdam<br />

21 33 99 385<br />

Postbank 11 71 21<br />

ten name van de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong>, Den Haag<br />

Bureau (9 – 13 uur)<br />

Drs H.M. Blankenberg, directeur<br />

contacten musea/Pr<br />

Mevrouw Drs F.M. Bijl de Vroe-<br />

Verloop<br />

Ledenadministratie<br />

Mevrouw A.J.M. Devilee<br />

Colofon:<br />

Samenstelling en redactie: Teio meedendorp<br />

ontwerp: van rosmalen & Schenk,<br />

amsterdam<br />

druk: drukkerij onkenhout BV, almere<br />

Drs R.C.J. Meijer<br />

Mr A.R.T. Odle<br />

Dr D. Overbosch<br />

Mevrouw Dr H.H. Pijzel-Dommisse<br />

Mr L. R. J. ridder van Rappard<br />

Mr S.A. Reinink<br />

M.J.M. van Rooy<br />

Prof. Dr P. Schnabel<br />

Drs P.J. Schoon<br />

Mevrouw Dr M.F. Simon Thomas<br />

A.L. Stal<br />

A.G.L. Strengers<br />

Drs C. baron van Tuyll van<br />

Serooskerken<br />

E.W. Veen<br />

Mevrouw Ir M.L.W. Vehmeijer-<br />

Verloop<br />

Mevrouw Mr P.H.E. Voûte<br />

Drs M.J.F. Weck<br />

kLacHTencommiSSie<br />

FondSenWerVing<br />

Mr S. Royer, voorzitter<br />

Mevrouw Mr A.M.C. Marius-van<br />

Eeghen, secretaris<br />

Mevrouw Mr M.C. Scholten<br />

Dr J.M. de Groot<br />

Mr H. baron van Imhoff<br />

Leden van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

kunnen bij het secretariaat extra<br />

Bulletins bestellen voor € 7,- per stuk<br />

(excl. portokosten).<br />

illustratie omslag:<br />

de liefdesbrief (detail)<br />

Johannes Vermeer<br />

rijksmuseum,<br />

amsterdam


de <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

is een particuliere organisatie,<br />

opgericht in <strong>18</strong>83. zij heeft<br />

als doel door het beschikbaar<br />

stellen van geldelijke middelen<br />

musea en andere openbare<br />

verzamelingen effectieve hulp<br />

te bieden bij het verwerven<br />

van kunstvoorwerpen.<br />

4<br />

5<br />

voorwoord<br />

mr J.g. de Vries robbé<br />

125 jaar en een agenda die nog altijd actueel is<br />

<strong>Peter</strong> <strong>Hecht</strong><br />

Sinds haar oprichting in <strong>18</strong>83 voert de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

een nog altijd actuele agenda die vraagt om steun. <strong>Peter</strong> <strong>Hecht</strong><br />

– samensteller van de tentoonstelling 125 grote liefdes en auteur<br />

van 125 jaar openbaar kunstbezit – beziet in vogelvlucht de<br />

ontwikkeling van de vereniging en doet een oproep.<br />

8 Ogenblik: Proficiat vr en KOg<br />

Prof. dr Henk van os<br />

Ook het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap viert dit jaar<br />

<strong>Vereniging</strong> een jubileum, zijn 150-jarig <strong>Rembrandt</strong><br />

bestaan. Henk van Os feliciteert<br />

al 125 jaar het sponsor genootschap van het en openbaar zijn iets jongere kunstbezit zusje, de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong>, en huldigt het bijzondere particuliere initiatief<br />

dat aan beide clubs ten grondslag ligt.<br />

32<br />

i n h O u d a a n W i n s t e n<br />

titus Cirkel<br />

Rectificatie<br />

in de bespreking van de<br />

33 nieuws van de vereniging rembrandt / lustrum nieuws<br />

aanwinst Rustende boer<br />

met spade van Jan Toorop<br />

voor museum Het Valkhof in<br />

nijmegen, verschenen in het<br />

38 algemeen<br />

Bulletin van afgelopen zomer<br />

grote liefdes<br />

(jrg 17, nr 2, pp.17-19),<br />

ontbrak een danknoot van 13 Sjarel ex<br />

de auteur ruud Priem, die we<br />

21 <strong>Peter</strong> Schoon<br />

bij deze alsnog vermelden:<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

‘met dank aan gerard van 30 ernst Veen<br />

Wezel, die een oeuvrecatalogus<br />

over de kunstenaar<br />

voorbereidt en ruimhartig de<br />

37 rudi ekkart <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

informatie ter beschikking<br />

stelde waarop dit stuk werd<br />

gebaseerd.’ in de bespreking<br />

De laatste aflevering van de rubriek over de geschiedenis van<br />

de <strong>Vereniging</strong> grote liefdes <strong>Rembrandt</strong> – periode 2003-<strong>2008</strong> – door Fusien<br />

werd verder genoemd (op p.<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

Bijl de Vroe zal verschijnen in het laatste Bulletin van dit<br />

17) dat de <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

pas recentelijk voor<br />

jubileumjaar.<br />

het eerst werk van Jan Toorop<br />

voor aankoop heeft gesteund,<br />

maar dat is niet juist.<br />

Wie wordt <strong>Vereniging</strong> het <strong>Rembrandt</strong> 10.000ste lid van de vereniging rembrandt?<br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

De <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> telt momenteel ongeveer 9700 leden<br />

in Toorops jaar van overlijden en streeft ernaar in dit bijzondere jubileumjaar de 10.000 grens<br />

(1928) werden twaalf schet- te slechten. U kunt zich als lid (of donateur) aanmelden, of<br />

sen van hem met steun van <strong>Vereniging</strong> iemand als lid opgeven, <strong>Rembrandt</strong><br />

middels diverse antwoordkaarten die<br />

de vereniging verworven voor<br />

al 125 jaar in sponsor dit Bulletin van zijn het bijgevoegd. openbaar kunstbezit U kunt zich ook rechtstreeks<br />

het rijksprentenkabinet (met<br />

aanmelden via de website www.verenigingrembrandt.nl. Het<br />

dank aan gerard van Wezel<br />

die de redactie hierop attent<br />

10.000ste lid wacht een bijzondere verrassing, zie hiervoor de<br />

maakte).<br />

nieuwsrubriek elders in dit Bulletin.<br />

10<br />

14<br />

<strong>18</strong><br />

22<br />

26<br />

TeyLerS muSeum, HaarLem<br />

de vernieling van het altaar van baäl<br />

Pieter aertsen, ca. 1550<br />

muSeum STad aPPingedam<br />

brandewijnkom<br />

reinder Pieters Frima, 3de kwart <strong>18</strong>de eeuw<br />

Simon Van giJn - muSeum aan HuiS, dordrecHT<br />

Portret van de familie de bruijn de neve in<br />

een interieur<br />

Pieter christoffel Wonder, ca. <strong>18</strong>13<br />

riJkSmuSeum, amSTerdam<br />

Portretten<br />

Johannes cornelisz. Verspronck<br />

STedeLiJk muSeum, amSTerdam<br />

drei häuser mit schlitzen (drieluik)<br />

martin kippenberger, 1985


VoorWoord<br />

Website<br />

Het samenstellen van de nieuwe website met daarop alle kunstwerken<br />

die mede met steun van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt zijn verworven is een<br />

enorme klus. dat duidt op een luxeprobleem: kennelijk heeft de vereniging<br />

in de afgelopen 125 jaar aan heel veel aankopen kunnen bijdragen.<br />

dat is juist, het waren er ongeveer 2500 en daarbij tellen we de veeldelige<br />

serviezen, tegel- en keramiekcollecties en mappen met soms tientallen<br />

tekeningen telkens als niet meer dan één aankoop. Het is goed<br />

dat dit alles straks voor iedereen virtueel toegankelijk en zichtbaar zal<br />

zijn. intussen worden al die werken permanent aan het publiek getoond.<br />

ruim 100 musea vragen dit jaar extra aandacht voor de rol die de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt bij de verwerving van die stukken heeft gespeeld.<br />

Waarom maken we zoveel werk van dit lustrum? is het om<br />

te laten zien wat particulieren met elkaar tot stand kunnen<br />

brengen en hoe mooi het is om lid van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt te zijn? zeker, en dat mag best eens worden<br />

onderstreept. Waar het ons echter vooral om gaat is dat wij<br />

goed nadenken over het verzamelen van kunst en over het<br />

totstandbrengen van openbare<br />

collecties in het bijzonder.<br />

Het lijkt allemaal vanzelfsprekend<br />

maar dat is het niet. We<br />

willen kritisch blijven over het<br />

doen en laten van onze vereniging<br />

en met name over de<br />

besteding van de gelden die<br />

wij, de leden, en andere begunstigers<br />

bijeen brengen.<br />

als u elders in dit Bulletin leest<br />

over lustrumactiviteiten van onze vereniging, dan zult u zien<br />

dat deze kwesties steeds terugkomen: in de nieuwe website,<br />

in het boek van <strong>Peter</strong> <strong>Hecht</strong>, in de presentaties van veel musea<br />

in het hele land, in de grote tentoonstelling 125 grote liefdes<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> en in het symposium<br />

‘Bondgenoten of Tegenpolen?’. Het symposium biedt een platform<br />

voor reflectie en discussie. maar uiteindelijk gaat het<br />

erom dat we genieten van het lustrum. een bezoek aan de 125<br />

grote liefdes…in het Van gogh museum zal een feest zijn!<br />

mr J.g. de Vries robbé<br />

Bestuurslid van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt en voorzitter<br />

lustrumcommissie <strong>Vereniging</strong> rembrandt 125 jaar<br />

4 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

125 jaar en<br />

eind vorig jaar kon het mauritshuis<br />

een van de mooiste marines van<br />

Jan van de cappelle verwerven.<br />

dat zou zeker een schilderij zijn<br />

geweest naar het hart en de smaak<br />

van de oprichters van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt. ook de manier waarop<br />

het na jaren van stille diplomatie<br />

naar nederland kon worden<br />

teruggebracht zouden zij hebben<br />

toegejuicht.<br />

Zeegezicht met schepen<br />

Jan van de cappelle<br />

ca. 1660. den Haag,<br />

koninklijk kabinet van<br />

Schilderijen mauritshuis,<br />

aankoop 2007


<strong>Peter</strong> hecht<br />

een agenda die nog altijd actueel is<br />

maar nieuw voor de liefhebbers van<br />

toen zou zijn, dat negen verschillende<br />

partijen nodig waren om de aankoop<br />

van dit werk te financieren. de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt was daar uiteraard<br />

bij, maar zij kan zoiets niet meer alleen.<br />

Toen het rijksmuseum in 1900 zijn<br />

eerste rembrandt, Het landschap met<br />

de stenen brug, in eigendom verwierf,<br />

kon het daar zelf niet aan meebetalen.<br />

de Staat – in de persoon van Victor de<br />

Stuers – bleek echter tot een bijdrage<br />

van 16.000 gulden bereid toen de<br />

<strong>Vereniging</strong> er 10.000 ter beschikking<br />

stelde. abraham Bredius, het bestuurslid<br />

van de <strong>Vereniging</strong> dat het museum<br />

op het idee van deze aankoop had gebracht,<br />

stelde zich garant voor de rest.<br />

dat bleek op de veiling in Londen nog<br />

eens twee mille. rembrandts Portret<br />

van een oude man, het wellicht be-<br />

5 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

langrijkste schilderij van een oude<br />

meester dat na 1945 voor een nederlands<br />

museum is gekocht, kostte in<br />

1999 zo’n 32 miljoen gulden. Tien<br />

sponsors en enkele niet nader genoemde<br />

particulieren stelden het<br />

mauritshuis in staat dat meesterwerk<br />

aan zijn verzameling toe te voegen.<br />

Wie zich afvraagt wat er in die 125<br />

jaar sinds de oprichting van de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt is veranderd,<br />

ziet dus al snel dat de kunstwerken die<br />

zij helpt verwerven heel veel duurder<br />

zijn geworden en dat zij – gelukkig –<br />

gezelschap heeft gekregen. maar wie<br />

wil weten of haar oorspronkelijke<br />

doelstellingen nog geldig zijn, ontdekt<br />

al even gauw dat haar agenda van het<br />

eerste uur nog altijd functioneert.<br />

Behoud en terugkeer van het<br />

nederlands erfgoed is nog even relevant<br />

als toen, al kan dat tegenwoordig<br />

ook om een Pyke koch uit zürich of<br />

een mondriaan uit new york gaan.<br />

ook de kunst van de gouden eeuw<br />

waar het ooit om begon, heeft inmiddels<br />

gezelschap gekregen.<br />

op dit moment wordt er campagne<br />

gevoerd om een schilderij uit de<br />

amsterdamse tijd van max Beckmann<br />

te verwerven voor museum Boijmans.<br />

ook dat is een kwestie van miljoenen,<br />

en ook daartoe moeten velen de handen<br />

ineenslaan. maar anders dan in<br />

de 19de eeuw zijn er nu ook wettelijke<br />

mogelijkheden om zo’n aankoop te<br />

bevorderen – door een gedeeltelijke<br />

verrekening met de belastingaanslag<br />

of het successierecht, en soms ook<br />

door een beroep te doen op de Wet<br />

Behoud cultuurbezit, waarmee de<br />

dreigende export van belangrijke<br />

kunstwerken uit nederland tijdelijk<br />

kan worden geblokkeerd. als zulke<br />

eminente stukken (in goed overleg<br />

met de eigenaar) zijn geregistreerd, is<br />

de overheid verplicht een poging tot<br />

aankoop te doen. in het pauselijke<br />

Portret van de familie lütjens<br />

max Beckmann<br />

1944. Particuliere collectie,<br />

beoogde aankoop rotterdam,<br />

museum Boijmans Van<br />

Beuningen


‘De <strong>Vereniging</strong> steunt in principe alle musea…’<br />

rome was de export van kunst uit de<br />

klassieke oudheid al in de 16de eeuw<br />

aan banden gelegd, maar elders duurde<br />

het langer voordat de overheid zich met<br />

het roerend kunstbezit ging bemoeien.<br />

in nederland werd pas in 1984 een Wet<br />

Behoud cultuurbezit aanvaard – nadat<br />

er een jaar of dertig over was vergaderd.<br />

Vanaf 2000 zijn er ook middelen<br />

voor de uitvoering ervan gereserveerd<br />

en sindsdien kwam hij al meer dan eens<br />

van pas.<br />

een beetJe gesChiedenis<br />

in <strong>18</strong>83 was er zo goed als niks dat<br />

het openbaar kunstbezit had kunnen<br />

helpen. er was geen regelgeving en<br />

geen geld. Buitenlandse particulieren<br />

en musea deden daar hun voordeel<br />

mee en kochten wat zij wilden. Totdat<br />

de aanstaande veiling van een van<br />

de belangrijkste verzamelingen uit<br />

amsterdam, de collectie tekeningen<br />

van Jacob de Vos, enkele van diens<br />

6 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

het koor van de<br />

sint Pieter in den bosch<br />

Pieter Saenredam<br />

1632. amsterdam,<br />

rijksmuseum, rijksprentenkabinet,<br />

aankoop <strong>18</strong>83<br />

vrienden motiveerde om te zien of<br />

zij niet in overleg met het ministerie<br />

althans een deel daarvan voor het<br />

rijksprentenkabinet zouden kunnen<br />

kopen. zij wilden daartoe geld inzamelen,<br />

maar de Stuers, hun bondgenoot<br />

op het departement, dacht dat<br />

renteloos lenen gemakkelijker zou<br />

zijn. de Staat zou het geleende dan<br />

later terugbetalen. de Stuers meende<br />

ook, dat het initiatief in kwestie een<br />

vervolg zou moeten krijgen, want<br />

eenmalig actie voeren had volgens<br />

hem geen zin. Binnen enkele weken<br />

hadden de vrienden van de Vos bijna<br />

70.000 gulden opgehaald. de veiling<br />

werd een feest. in één avond<br />

werd de verzameling oude tekeningen<br />

van het rijksprentenkabinet<br />

verdubbeld en met meer dan 500<br />

bladen verrijkt – met werk van<br />

rembrandt, Saenredam, goltzius<br />

en wat niet al. er werd op die 23ste<br />

mei <strong>18</strong>83 voor 50.000 gulden voor<br />

het rijksprentenkabinet gekocht. dit<br />

moest voor herhaling vatbaar zijn.<br />

Vier maanden later waren de statuten<br />

van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt bij<br />

koninklijk besluit goedgekeurd en in<br />

december van dat jaar aanvaardde<br />

koning Willem iii het beschermheerschap.<br />

de afbetaling van het voorschot<br />

voor de tekeningen uit de verzameling<br />

de Vos liet vervolgens jaren op<br />

zich wachten, maar de <strong>Vereniging</strong><br />

zette door. zij kreeg vrienden die<br />

schenkingen deden, zoals daniël<br />

Franken, die haar in <strong>18</strong>95 een ton<br />

gaf zodat zij niet met lege handen<br />

zou staan als de familie Six Vermeers<br />

Melkmeisje of zijn Straatje zou verkopen,<br />

en zij probeerde de Staat te<br />

verleiden tot een loterij om middelen<br />

voor het openbaar kunstbezit te genereren.<br />

die ton van Franken was in<br />

1907 het middel waarmee de overheid<br />

kon worden overtuigd dat Het<br />

Melkmeisje voor het rijksmuseum<br />

moest worden aangekocht. de loterij<br />

was destijds nog een brug te<br />

ver – maar inmiddels weten wij wat<br />

zoiets kan betekenen. Toen de overheid<br />

in 1960 eindelijk besloot dat<br />

een deel van haar eigen loterijgelden<br />

aan culturele doelen moest worden<br />

besteed, werd tien procent van dat<br />

geld via het Prins Bernhard Fonds aan<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt toegekend.<br />

Het jaar daarop betekende dat onder<br />

andere: een delacroix voor Boijmans,<br />

een stilleven van Pieter claesz voor<br />

het mauritshuis en tien schetsboekbladen<br />

van Jan van goyen voor het<br />

rijksprentenkabinet. inmiddels subsidieert<br />

de Bankgiro Loterij een hele<br />

reeks musea met meer dan 50 miljoen<br />

euro per jaar, en daardoor is zij ook<br />

dikwijls een van de partijen die belangrijke<br />

aankopen mogelijk maakt<br />

– indien een museum tenminste bij<br />

haar in de prijzen valt.


de vereniging nu<br />

de <strong>Vereniging</strong> steunt in principe alle<br />

musea, dat wil zeggen, zij beoordeelt<br />

de aanvraag die een museum doet<br />

op de kwaliteit van het object, de<br />

plaats die het er in kan nemen, en<br />

meer in het algemeen op zijn relevantie<br />

voor het nederlands openbaar<br />

kunstbezit. zij zegt dus nooit op de<br />

wijze van de Bankgiro Loterij: het<br />

Stedelijk museum in amsterdam of<br />

het dordrechts museum krijgt nu gedurende<br />

een paar jaar niets. en gelukkig<br />

maar, want daardoor kan zij naar<br />

bevind van zaken handelen en doen<br />

wat nodig is.<br />

ineens moest dordrecht in zes<br />

maanden 3,6 miljoen euro bijeen zien<br />

te brengen voor Van goyens Gezicht<br />

op Dordrecht. dat is de meest relevante<br />

verbeelding van die stad die er<br />

bestaat en een van de mooiste schilderijen<br />

van Van goyen bovendien. dat<br />

stuk hoort in dordrecht en is voor heel<br />

7 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

nederland een voorbeeld aan de hand<br />

waarvan je uit kunt leggen dat grote<br />

kunstenaars ons leren zien, want Van<br />

goyens beeld van het Hollandse water<br />

en de Hollandse lucht is onze werkelijkheid<br />

geworden. maar hoe kon het<br />

dordrechts museum met zijn aankoopbudget<br />

van nog geen ton per<br />

jaar nu binnen enkele maanden 3,6<br />

miljoen op tafel leggen? Welnu, het<br />

kon om te beginnen de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt om een bijdrage vragen,<br />

en het kon naar de mondriaan<br />

Stichting gaan, die een deel van haar<br />

rijkssubsidie ook voor dergelijke belangrijke<br />

aankopen mag gebruiken.<br />

dat was twee keer raak. dordrecht<br />

begon zijn actie dus met de steun<br />

van de <strong>Vereniging</strong> en de mondriaan<br />

Stichting en had daarmee al bijna een<br />

derde van het noodzakelijke bedrag<br />

bijeen. zoiets is een magneet voor<br />

meer. Particulieren – vrienden van het<br />

dordrechts museum, leden van de<br />

gezicht op dordrecht<br />

Jan van goyen<br />

1651. erven goudstikker,<br />

beoogde aankoop dordrecht,<br />

dordrechts museum<br />

<strong>Vereniging</strong> – gaven individueel en de<br />

inwoners van dordrecht deden mee aan<br />

een loterij. met deze publieksacties<br />

werd ruim vier ton opgehaald. Bedrijven<br />

en politici sloten zich aan. inmiddels is<br />

de aankoop bijna rond.<br />

de oprichters van de <strong>Vereniging</strong><br />

zouden zoiets prachtig hebben<br />

gevonden. en terecht. als tenminste<br />

400.000 nederlanders ieder jaar twee<br />

kwartjes zouden geven, schreef<br />

abraham Bredius in <strong>18</strong>91, zou men<br />

jaarlijks twee ton aan een of meer topstukken<br />

voor het openbaar kunstbezit<br />

kunnen besteden. onder die werken<br />

zou dan kunnen staan dat wij die aan<br />

onszelf hebben gegeven als ‘geschenk<br />

van het nederlandsche volk.’ Stel je<br />

voor dat zoiets was gelukt – destijds,<br />

toen Vermeers Liefdesbrief nog geen<br />

50.000 gulden kostte en een meesterwerk<br />

als Saenredams Sint Pieter in<br />

Den Bosch voor 320 gulden werd<br />

gekocht!


• O G E N B L I K •<br />

Proficiat vr en KOg<br />

P r O f. d r H . W . va N O s<br />

tegelijk met de viering van het 25ste lustrum van onze vereniging<br />

viert het Koninklijk Oudheidkundig genootschap zijn 150-jarig be -<br />

staan. net als de vr werd het KOg gesticht door particulieren. tien<br />

vooraanstaande amsterdammers richtten een club op om ‘de kennis<br />

der Oudheden te bevorderen, inzonderheid als bronnen geschie de nis,<br />

Kunst en nijverheid.’ al gauw kwam er geld, veel geld van particuliere<br />

schenkers. met dat geld werd onder andere verzameld. de<br />

collecties van het KOg zijn van zoveel belang gebleken, dat er nu<br />

nog steeds van de 35.000 objecten waarover het genootschap<br />

beschikt niet minder dan 2500 in langdurig bruikleen zijn gegeven<br />

aan nederlandse musea.<br />

toen het KOg 75 jaar bestond, formuleerde de voorzitter in zijn<br />

feestrede de relatie van het genootschap met de vr als volgt: ‘al is<br />

de vereeniging rembrandt niet onmiddellijk uit ons midden voortgekomen,<br />

toch wil ik er aan herinneren, dat de aanleiding tot haar<br />

stichting de verzameling van den mede-oprichter van ons genootschap,<br />

Jacob de vos is geweest… en hoe zou de vereeniging rembrandt<br />

meer in den geest van het genootschap kunnen werken dan door<br />

het toonen van de particuliere belangstelling op kunstgebied.’ die<br />

‘particuliere belangstelling’ is tot de tweede Wereldoorlog van cruciaal<br />

belang geweest voor de vorming van publieke verzamelingen<br />

en heeft ook in hoge mate het cultuurbeleid van de overheid bepaald.<br />

na de oorlog hebben overheden de zorg voor het verzamelen van<br />

voorwerpen van geschiedenis, kunst en nijverheid en voor het<br />

behoud van monumenten van kunst en geschiedenis als hun taak<br />

beschouwd. Wat voorheen te danken was aan particulier initiatief<br />

werd zo een onderdeel van de verzorgingsstaat. toen ik ten tijde van<br />

het voorzitterschap van hans de Koster lid werd van het bestuur van<br />

onze vereniging, stond dan ook het bestaan van de vereniging<br />

rembrandt in politieke kringen voortdurend ter discussie. men<br />

vroeg zich af: ‘Wat moeten we toch met zo’n club regenten, die<br />

zichzelf heeft overleefd. Zo’n tuttig gezelschap dat veel te veel te<br />

zeggen heeft over museale aankopen. Zij bepalen, wij betalen.’ het<br />

is de grote verdienste van het bestuur van de vereniging rembrandt,<br />

dat deze geluiden nu zijn verstomd en dat het aan deze vereniging<br />

van patriciërs van weleer in het heden betekenis heeft gegeven. dat<br />

was ook mogelijk, omdat we ons de laatste jaren – of we nu politiek<br />

rechts of links zijn of waren – opnieuw bewust zijn geworden van<br />

het belang van particulier initiatief. Zonder dat gaat het niet in de<br />

culturele sector van vandaag. vandaar dat uw columnist bij de jubilea<br />

van genootschap en vereniging uit volle overtuiging wil uitroepen:<br />

‘Proficiat KOg en vr. leve het particulier initiatief in kunstenland!’<br />

• O G E N B L I K •<br />

twee<br />

tempelwachters<br />

Japans,<br />

veertiede eeuw.<br />

amsterdam,<br />

rijksmuseum,<br />

aankoop <strong>2008</strong><br />

maar zo gemakkelijk ging dat geven<br />

van die kwartjes niet. de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt had tientallen jaren lang<br />

maar een stuk of tweehonderd leden,<br />

later enkele duizenden. nu zijn het er<br />

bijna tienduizend. Toch gaan miljoenen<br />

bezoekers jaarlijks naar de vele<br />

honderden musea die nederland rijk<br />

is en waarvan er inmiddels zo’n 150<br />

door de <strong>Vereniging</strong> rembrandt met<br />

enkele duizenden aankopen zijn gesteund.<br />

aanvankelijk gold die steun<br />

pogingen om belangrijke kunst voor<br />

nederland te behouden en die terug<br />

naar nederland te brengen, maar<br />

vanaf 1912 spande de <strong>Vereniging</strong> zich<br />

ook in om oude meesters van elders<br />

en aziatische kunst te helpen kopen.<br />

in de jaren vijftig van de afgelopen<br />

eeuw kwam daar de moderne en de<br />

eigentijdse kunst nog bij. in 1933<br />

vierde de <strong>Vereniging</strong> haar vijftigste


verjaardag met twee rembrandts<br />

voor het rijksmuseum, in 1983 haar<br />

eeuwfeest met twee de koonings<br />

voor het Stedelijk.<br />

dat zijn grote namen en nu ook<br />

onwaarschijnlijk kostbare zaken.<br />

de tijd dat een Vermeer kon worden<br />

gekocht is voorbij, en rembrandts<br />

van belang in particulier bezit zijn<br />

er zo goed als nauwelijks meer. de<br />

moderne klassieken, die in de jaren<br />

zestig nog enkele tonnen kostten,<br />

brengen tegenwoordig tientallen<br />

miljoenen op. Had de <strong>Vereniging</strong> de<br />

musea niet al 125 jaar geholpen, het<br />

openbaar kunstbezit in nederland<br />

was een treurige boel. en nog helpt<br />

zij als vanouds met het grote werk,<br />

door mee te betalen aan zo’n Van de<br />

cappelle of aan Beckmann, of aan die<br />

prachtige Japanse tempelwachters die<br />

het rijksmuseum onlangs heeft ge-<br />

9 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

kocht. maar ook de aankoop van een<br />

zeldzame tegel voor het Tegelmuseum<br />

in otterlo wordt door de <strong>Vereniging</strong><br />

gesteund. die Japanse beelden kostten<br />

een fortuin, zo’n tegel kan uit enkele<br />

tientallen contributies worden betaald<br />

– wat iets buitengewoon bevredigends<br />

heeft.<br />

omdat het repertoire van de<br />

<strong>Vereniging</strong> zo breed is geworden als<br />

het openbaar kunstbezit zelf, geeft zij<br />

haar leden inmiddels de kans voor een<br />

bepaald soort bestemming te kiezen<br />

als zij een grotere schenking willen<br />

doen. de liefhebber van zilver of glas<br />

of werken op papier kan zijn middelen<br />

beschikbaar stellen voor aankopen op<br />

het gebied van zijn voorkeur, en wie<br />

een fonds op naam wil stichten kan<br />

zelfs nog specifieker zijn. een groep<br />

jonge liefhebbers heeft zich verenigd<br />

in de zogenaamde Titus cirkel, een<br />

‘Als u in onze<br />

musea graag het beste<br />

ziet, en u bent nog geen<br />

lid van de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong>, wordt<br />

het dan nu.’<br />

gezelschap vrienden, waarvan de leden<br />

jaarlijks de twintigvoudige con-tributie<br />

of meer betalen om daarmee vooral het<br />

verzamelen van moderne en eigentijdse<br />

kunst te stimuleren. en juist omdat de<br />

<strong>Vereniging</strong> alle nederlandse musea met<br />

hun aanvragen welkom heet en uitsluitend<br />

weegt op kwaliteit en relevantie,<br />

heeft dat soort verbijzondering zin. zij<br />

staat open voor zilver uit appingedam<br />

en een zeldzame tekening van Pieter<br />

aertsen, zoals u in dit nummer van het<br />

Bulletin kunt zien, maar ook voor twee<br />

van de mooiste portretten van<br />

Verspronck of een grimmig werk van<br />

kippenberger.<br />

dit is een oproep. Want nog geen<br />

tienduizend leden van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt, terwijl alleen al het Van gogh<br />

museum het afgelopen jaar 1,6 miljoen<br />

gasten ontving – dat klopt natuurlijk<br />

niet. de tentoonstellingen die u zo<br />

graag bezoekt, kunnen alleen worden<br />

gemaakt op basis van collecties. Had<br />

het rijksmuseum geen rembrandt, het<br />

kon ook geen caravaggio lenen. als u<br />

in onze musea graag het beste ziet, en<br />

u bent nog geen lid van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt, wordt het dan nu. Bent u<br />

het al, moedig dan uw vrienden aan het<br />

ook te worden. en help daarmee elkaar<br />

te geven wat anders onbetaalbaar is.<br />

Want zo werkt het, al 125 jaars<br />

speltegel<br />

Vermoedelijk gemaakt in tegelbakkerij<br />

Het Wapen van Dantzig, rotterdam,<br />

ca. 1765-1780. otterlo, nederlands<br />

Tegelmuseum, aankoop 2006


Teylers museum<br />

Haarlem<br />

10 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

de vernieling van het altaar van baäl<br />

Pieter aertsen (amsterdam 1507/08 – 1575 amsterdam)<br />

ca. 1550. Pen en bruine inkt, penseel en grijze inkt, 270 x 271 mm.<br />

Herkomst: particuliere verzameling new york, aangekocht via kunsthandel<br />

monroe Warshaw, new york (<strong>2008</strong>)


Tot voor een jaar geleden hing deze tekening van Pieter<br />

Aertsen op een donkere overloop in een New Yorks stadshuis,<br />

ergens hoog aan een volle wand. Ze heeft daar misschien<br />

wel tien, twintig jaar gehangen. Kort nadat het belang<br />

van de tekening was herkend,* heeft Teylers Museum<br />

deze kunnen verwerven met steun van de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong>, de Mondriaan Stichting en een gulle bijdrage<br />

van de heer Matthijs de Clercq, New York. Daarmee keert<br />

een van de mooiste en interessantste glas-in-lood ontwerpen<br />

van Pieter Aertsen terug naar Nederland. Dit is nog<br />

eens extra verheugend omdat tekeningen van Aertsen<br />

uiterst zeldzaam zijn.<br />

* de toeschrijving aan Pieter<br />

aertsen werd gedaan door<br />

monroe Warshaw, new<br />

york, terwijl het onderwerp<br />

werd herkend door<br />

constance Scholten, rkd,<br />

den Haag.<br />

Pieter aertsen<br />

Pieter Aertsen geldt als één van de belangrijkste 16deeeuwse<br />

Nederlandse kunstenaars. Geboren in Amsterdam<br />

zou hij al op zijn zeventiende naar Antwerpen zijn gegaan.<br />

Bekende grote altaarstukken die hij in zijn Zuid-Nederlandse<br />

tijd vervaardigde zijn de drieluiken in Antwerpen,<br />

in het Maagdenhuismuseum, en die in Zoutleeuw voor<br />

de St.-Leonarduskerk. In deze altaren is wel invloed bespeurd<br />

van de maniëristische schilder Jan Sanders van<br />

Hemessen.<br />

Rond 1557 kwam Aertsen terug naar Amsterdam,<br />

waarschijnlijk in verband met belangrijke kerkelijke<br />

opdrachten in diezelfde stad, zoals het hoogaltaar van<br />

de Nieuwe Kerk – waarvoor hij een destijds astronomisch<br />

bedrag ontving – en het altaar voor het Vrouwenkoor van<br />

de Oude Kerk. Ook voor kerken in Delft en Warmerhuizen<br />

schilderde Aertsen imposante stukken. De aanbidding<br />

der koningen in het Rijksmuseum (bruikleen van de<br />

Stichting P. en N. de Boer) was waarschijnlijk gemaakt<br />

voor een Delftse kerk. Hoewel veel van dit late religieuze<br />

werk verloren is gegaan door de beeldenstorm, wordt<br />

algemeen aangenomen dat het krachtig naturalisme en<br />

de felle kleuren in De aanbidding der koningen kenmerkend<br />

is voor deze periode van Aertsen. In ieder geval<br />

zien we dit ook in zijn monumentale genreschilderijen,<br />

waarmee hij trendsetter was in de Nederlanden en misschien<br />

ook wel in Europa.<br />

Van Aertsen is maar een beperkt aantal tekeningen<br />

overgeleverd. Wouter Kloeks catalogus uit 1989 telt<br />

slechts achttien bladen (hiervan zijn bovendien vijf nog<br />

eens atelierwerk). Ondertussen zijn er zo’n vijf bladen<br />

bijgekomen. Maar dan nog moet er veel verloren zijn<br />

gegaan. Karel van Mander noemde in Het schilder-boeck<br />

11 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

de aanbidding der koningen<br />

(middenpaneel van een drieluik),<br />

Pieter aertsen<br />

ca. 1560. Paneel 167,5 x 179 cm<br />

riJkSmuSeum, amSTerdam<br />

(bruikleen van de Stichting<br />

P. en n. de Boer, amsterdam)<br />

uit 1604 25 kartons van Aertsen. Wat we nu kennen zijn<br />

hoofdzakelijk ontwerptekeningen voor schilderijen en<br />

voor gebrandschilderd glas. Ondanks de afwijkende<br />

functie verschillen ze nauwelijks in stijl. Kenmerkend<br />

voor Aertsen is de combinatie van lijntekening in pen<br />

met brede wassingen in verschillende lagen, terwijl de<br />

spaarzame arceringen zowel met de pen uitgevoerd zijn<br />

als met het penseel. Zijn manier van tekenen is soms bijzonder<br />

vrij, soms meer geacheveerd, zoals in De vernieling<br />

van het altaar van Baäl. De verworven tekening lijkt het<br />

beste aan te sluiten bij tekeningen die algemeen rond<br />

1550-55 worden gedateerd.<br />

glassChilderKunst<br />

De vernieling van het altaar van Baäl laat een belangrijke<br />

episode zien uit het leven van Gideon, een oudtestamentische<br />

leider van het Joodse volk, zoals dat beschreven<br />

staat in het Bijbelboek Richteren (6: 27-28). Het volk is<br />

het beloofde land ingetrokken, maar heeft door tegenslag<br />

moeite op het rechte pad te blijven. Op een gegeven<br />

moment zoekt het toevlucht tot de Baäl-verering.<br />

Gideon, de geroepene, krijgt dan van God de opdracht<br />

om met zijn knechten het altaar van Baäl af te breken,<br />

diens heilige bos om te hakken en om op het gekapte<br />

hout twee jonge stieren te offeren. Interventie vrezend<br />

van familie en stadgenoten voert Gideon de opdracht<br />

’s nachts uit. Aertsen maakt dat laatste goed duidelijk<br />

door de prominent aanwezige fakkels. De drie momenten<br />

uit het bijbelverhaal heeft hij op ingenieuze wijze in<br />

één compositie bijeengebracht.<br />

De vernieling van het altaar van Baäl is stellig een ontwerp<br />

voor een gebrandschilderd ruitje, een zogenaamd<br />

glasrondje. De ronde vorm van de tekening wijst


daarop, evenals de heldere contouren. Ook de aandacht<br />

voor krachtige licht/donker contrasten is een indicatie.<br />

Het nachtelijk duister van Gideons actie is de<br />

kunstenaar dus vermoedelijk goed uitgekomen. Deze<br />

tekening en het bijbehorende, niet meer bekende, glasrondje<br />

zullen niet op zichzelf gestaan hebben, maar<br />

deel hebben uitgemaakt van een reeks, waarschijnlijk<br />

één die het leven van Gideon verbeeldde. Vermoedelijk<br />

zijn er bij voorbeeld ook tekeningen en glasrondjes<br />

geweest van Gideon en het wollen vlies en Gideon als<br />

overwinnend veldheer. Hiervan zijn tot op heden echter<br />

geen sporen gevonden.<br />

Het onderzoek naar Aertsens activiteiten als ontwerper<br />

van gebrandschilderd glas is nog jong. In Kloeks<br />

catalogus uit 1989 worden vier glasontwerpen genoemd.<br />

In de daaropvolgende jaren zijn er vier ‘nieuwe’ boven<br />

water gekomen, zodat in het artikel van Zsuzsanna van<br />

Ruyven-Zemans uit 2007 dat speciaal over Aertsen en de<br />

glasschilderkunst gaat, het aantal is verdubbeld. Al met<br />

al kennen we nu zes ontwerpen voor kerkglazen en twee<br />

voor glasrondjes. Het ziet er naar uit, zoals Van Ruyven-<br />

Zeman concludeerde, dat Aertsen in de glasschilderkunst<br />

een beduidend belangrijker rol heeft gespeeld<br />

dan tot nog toe werd vermoed. Verder blijkt ook dat het<br />

onderhavige werk kwalitatief een vergelijking met de<br />

overige zeven prima doorstaat. De vlakverdeling is zeldzaam<br />

goed geslaagd, de figuren zijn trefzeker getekend<br />

en de prachtige licht/donker werking maakt het altaar<br />

en de gestalten eromheen bijna tastbaar. De conditie van<br />

de tekening is goed. Uitzonderlijk is dat de tekening niet<br />

langs de kaderlijn is uitgeknipt. Bij dit soort ontwerpen<br />

voor glasrondjes komt het maar zelden voor dat het papier<br />

integraal bewaard is gebleven.<br />

12 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

Portret van Jan govertsen<br />

Hendrick goltzius<br />

1606. Verschillende tinten krijt,<br />

gedoezeld, 472 x 376 mm<br />

TeyLerS muSeum, HaarLem<br />

het belang vOOr teylers museum<br />

en vOOr de COlleCtie nederland<br />

Teylers Museum bezit een fraaie<br />

collectie Nederlandse tekeningen uit<br />

diverse eeuwen. Van de 17de, <strong>18</strong>de<br />

en 19de eeuw kan het museum een<br />

prachtig overzicht bieden. Voor de<br />

16de eeuw en de modernere tijd is<br />

dat echter niet het geval. Vooral de<br />

16de eeuw is in dit verband interessant.<br />

Teylers Museum bezit namelijk<br />

een weergaloze reeks van meer dan<br />

honderd tekeningen van Hendrick<br />

Goltzius (1558-1617). Deze zijn<br />

voor een belangrijk deel afkomstig<br />

uit de collectie van koningin Christina van Zweden<br />

(1626-1689), maar het museum heeft in de lange<br />

loop van zijn geschiedenis ook Goltzius-tekeningen<br />

in de Nederlandse kunsthandel gekocht, waaronder<br />

in 1984, met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>, het<br />

indrukwekkende Portret van Jan Govertsen. Van Goltzius’<br />

tijdgenoten kan Teylers Museum evenwel bijzonder<br />

weinig laten zien. Van oudsher zijn er respectievelijk<br />

negen en zes bladen van Jacques de Gheyn II en<br />

van Jan van der Straet (een leerling van Aertsen), en<br />

individuele bladen van Dirck Crabeth, Maerten van<br />

Heemskerck, Karel van Mander, Lambert van Noort en<br />

Joachim Wtewael. Maar daarmee is het wel zo’n beetje<br />

gezegd. Directeuren en casteleyns van Teylers Museum<br />

lijken nadrukkelijk om de ‘gotische tekeningen’ te<br />

zijn heengelopen. Uiteraard is de laatste jaren geprobeerd<br />

hierin verandering aan te brengen en kon van<br />

de volgende kunstenaars (of directe omgeving) werk<br />

worden aangekocht: Dirck Barendsz (met steun van de<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>), Crispijn van de Broeck, Pieter<br />

Coecke van Aelst en Lambert Sustris. Het moge duidelijk<br />

zijn dat in dit nog kleine gezelschap Pieter Aertsen<br />

met open armen is ontvangen.<br />

Het werk van Aertsen past des te beter in de collectie<br />

van Teylers Museum daar er zich onder de 16deeeuwse<br />

tekeningen al twee glasontwerpen bevinden,<br />

namelijk de hierboven genoemde bladen van Dirck<br />

Crabeth en Lambert van Noort. De Scorel-achtige<br />

Aanbidding der koningen van Dirk Crabeth dateert van<br />

ca. 1540. Het theatrale blad van Lambert van Noort<br />

met De Opstanding en de Graflegging van Christus draagt<br />

het jaartal 1561. Wat betreft datering past de nieuwe<br />

de aanbidding der koningen<br />

dirck crabeth<br />

ca. 1540. Pen en bruine inkt,<br />

penseel en grijsbruine inkt,<br />

343 x 272 mm<br />

TeyLerS muSeum, HaarLem<br />

ontwerp voor een<br />

gebrandschilderd glas met<br />

de graflegging en<br />

de opstanding<br />

Lambert van noort<br />

1561. Pen en penseel in bruine<br />

inkt, 534 x 379 mm<br />

TeyLerS muSeum, HaarLem<br />

Literatuur:<br />

Tent.cat. Kunst voor de beeldenstorm.<br />

Noordnederlandse kunst<br />

1525­1580, amsterdam<br />

(rijksmuseum) 1986 (hierin zijn<br />

de teksten over Pieter aertsen<br />

geschreven door J.c.H. Buijs,<br />

W.Th. kloek en z. van ruyvenzeman).<br />

Wouter kloek, ‘de tekeningen van<br />

Pieter aertsen en Joachim<br />

Beuckelaer’, Nederlands<br />

Kunsthistorisch Jaarboek 40<br />

(1989), pp. 129-166.<br />

zsuzsanna van ruyven-zeman,<br />

‘Pieter aertsen als ontwerper voor<br />

gebrandschilderd glas’, Delineavit<br />

et Sculpsit. Tijdschrift voor<br />

Nederlandse prent­ en tekenkunst<br />

tot omstreeks <strong>18</strong>50, nr.31<br />

(december 2007), pp. 23-36.


tekening er prachtig tussenin: 1550-55. Met het ontwerp<br />

van Aertsen heeft Teylers Museum een voortreffelijk<br />

derde voorbeeld van een tekening gerelateerd aan de<br />

voor de 16de eeuw zo uiterst belangrijke kunstvorm<br />

van het glasschilderen.<br />

Daarnaast zijn er nog diverse andere redenen te<br />

noemen waarom dit een bijzonder welkome aanvulling<br />

van Teylers verzameling is. Zo kan het museum een<br />

zeer goed overzicht bieden van Nederlandse landschapstekeningen<br />

uit diverse eeuwen. Een echt vroeg<br />

voorbeeld, waar het landschap ondergeschikt is aan de<br />

historievoorstelling, ontbrak tot nog toe. Deze ‘buitenscène’<br />

van Aertsen vult die leemte prachtig. Verder<br />

bezit het museum enkele fraaie voorbeelden van tekeningen<br />

met dramatisch clair-obscur, zoals van Pieter<br />

van Laer, Gerard Segers, <strong>Rembrandt</strong> en Adriaen van<br />

Ostade. Een uitzonderlijk vroeg voorbeeld hiervan –<br />

vanuit de Nederlandse traditie, van vóór de Italiaanse<br />

inbreng via de Utrechtse Caravaggisti – geeft deze<br />

groep ineens extra diepte.<br />

Dit is uiteraard niet alleen een stapje in de goede<br />

richting voor de Kunstverzamelingen van Teylers Museum,<br />

maar ook voor de ‘Collectie Nederland’. 16de-eeuwse<br />

ontwerptekeningen voor glasrondjes van dit kaliber zijn<br />

zeldzaam en ze komen dan ook maar incidenteel voor in<br />

Nederlandse openbare collecties. Verder is het werk van<br />

Aertsen schaars in Nederland. Bij schilderijen gaat het<br />

om ca. 15 stuks. Tekeningen van zijn hand zijn er nog<br />

aanzienlijk minder. Vóór deze aanwinst waren er slechts<br />

drie in Nederlands museaal bezits<br />

michiel Plomp<br />

conservator kunstverzamelingen Teylers museum<br />

13 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

Als <strong>Rembrandt</strong> belt<br />

grote liefdes<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

Sjarel ex<br />

Directeur Museum<br />

Boijmans Van Beuningen<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

een aanvraag bij rembrandt heeft<br />

altijd iets bijzonders. om niet te<br />

zeggen deftigs. een beetje een<br />

verzoek bereid je maanden voor,<br />

is een pagina of drie lang en zo<br />

zorgvuldig geformuleerd dat je<br />

van het kunstwerk in kwestie<br />

gaat houden. in de nu twee<br />

decennia dat ik in musea de scepter<br />

zwaai heb ik er zo vele op de<br />

bus gedaan. ik herinner mij nog<br />

goed de periode waarin als eerste<br />

gunstig teken de voorzitter van de<br />

<strong>Vereniging</strong> onaangekondigd door<br />

je museum scharrelde om poolshoogte te nemen of eerder<br />

gesteunde aankopen wel permanent werden getoond. en<br />

de <strong>Vereniging</strong> adequaat vermeld. nooit zal ik ook vergeten<br />

hoe, dit lang voor de introductie van de mobiele telefoon,<br />

een bevriend directeur van een groot, nationaal museum,<br />

staande de vergadering, op fluistertoon om actuele<br />

informatie vroeg om zo het pleit te kunnen beslechten.<br />

Het was geen schilderij uit de 17de eeuw. de <strong>Vereniging</strong><br />

maakte qua communicatie een belangrijke stap in de 20ste<br />

eeuw toen er een fax in huis kwam, ik schat zo ongeveer<br />

toen iedereen die had afgeschaft. maar ook dat was,<br />

bedenk ik mij nu, eigenlijk heel sjiek. Tot op de dag van<br />

vandaag kleeft aan contact met rembrandt namelijk iets<br />

geheimzinnigs. zo is de techniek van de e-mail naar mijn<br />

waarneming nog niet tot de <strong>Vereniging</strong> doorgedrongen.<br />

Want wat moet ze er ook mee. de echte beloning van een<br />

aanvraag bij rembrandt is dat magische moment in de<br />

staart. daar heb ik stille bewondering voor. als rembrandt<br />

belt s


museum Stad appingedam<br />

Appingedam<br />

14 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

brandewijnkom<br />

reinder Pieters Frima (appingedam 1714 – ca. 1784 appingedam)<br />

derde kwart <strong>18</strong>de eeuw. zilver, H 12,3 cm, B 25,5 cm, d 13,5 cm (inclusief oren)<br />

merken: onderaan, in de voet, meesterteken rF in rechthoek; een pelikaan met jongen<br />

(damster stadswapen)<br />

Herkomst: particuliere collectie (<strong>2008</strong>)<br />

In april <strong>2008</strong> heeft Museum Stad Appingedam twee zilveren<br />

brandewijnkommen verworven van de Damster zilversmid Reinder<br />

Pieters Frima. Eén kom kon worden aangekocht met steun van de<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>, de ander werd in permanent bruikleen<br />

verkregen van het SNS-fonds Eemsmond. Beide kommen vormen<br />

een belangrijke aanwinst voor de collectie van Museum Stad<br />

Appingedam. Ze passen uitstekend in het beleid van het museum<br />

om een zo compleet mogelijk overzicht te geven van edelsmeedwerk<br />

van Damster zilversmeden tegen de achtergrond van het zilver<br />

dat van de 16de tot de 19de eeuw in de provincie Groningen werd<br />

vervaardigd. Dat tot nog toe een Damster brandewijnkom in dit<br />

overzicht ontbrak is nu ruimschoots goedgemaakt. In dit artikel<br />

zal de nadruk liggen op de kom die met steun van de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong> is verworven.


andeWiJnKOm<br />

Het gaat om een vrij forse brandewijnkom, voorzien<br />

van gravering, en gemerkt met het meesterteken van<br />

Reinder Frima en het Damster stadswapen: de pelikaan<br />

met jongen. Dit stadswapen sloeg Reinder Frima in<br />

meerdere werkstukken, zodat het de suggestie wekt een<br />

stadskeur te zijn. Maar daarvan is geen sprake omdat<br />

andere Damster zilversmeden uit dezelfde periode dit<br />

merk niet gebruikten; het lijkt daarom eerder een<br />

uiting van burgertrots. De kom zelf is een traditioneel<br />

vormgegeven ovale, achtlobbige kom met zogenaamde<br />

‘staande’ oren met drakenkoppen. De voet is eveneens<br />

ovaal met acht lobben. De lob midden tussen beide<br />

oren is met een gravering versierd, die bestaat uit twee<br />

cartouches onder een kroon, waarin de initialen A en S,<br />

waarvan onduidelijk is of ze contemporain zijn en die<br />

(nog) niet met een mogelijke opdrachtgever of voormalige<br />

eigenaar in verband konden worden gebracht.<br />

Daaromheen en op de voet zijn gestileerde krullen<br />

aangebracht. De kom wordt gedateerd op het derde<br />

kwart van de <strong>18</strong>de eeuw.<br />

Dit type brandewijnkom werd in de provincie<br />

Groningen vanaf het midden van de 17de eeuw tot ver in<br />

de 19de eeuw vervaardigd. De meestal met acht lobben<br />

versierde ovale kom met gelobde voet en staande oren<br />

ontwikkelde zich uit een rond of meerhoekig model met<br />

liggende oren. Brandewijnkommen waren populair in<br />

het hele Noord-Nederlandse en Noord-Duitse kustgebied.<br />

Behalve in zilver werden ze ook in tin of ander metaal<br />

uitgevoerd.<br />

Brandewijnkommen werden gebruikt bij belangrijke<br />

gebeurtenissen, zoals de aankondiging van een geboorte,<br />

geboorten zelf, huwelijken en huwelijksjubilea, maar ze<br />

kwamen ook wel tevoorschijn op verjaardagen, kerkelijke<br />

feestdagen en nieuwjaarsdag. De gastheer bracht een<br />

heildronk uit, waarna de kom rondging langs de gasten.<br />

Er bestaat enige discussie over de drank die eruit gecon-<br />

15 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

sumeerd werd. Brandewijn zal er zeker in geserveerd<br />

zijn, maar er zijn ook (familie)tradities bekend waarbij<br />

er in brandewijn gewelde rozijnen uit de kom werden<br />

gelepeld.<br />

Zilver in aPPingedam<br />

In de 13de eeuw kwam op de zuidelijke oever van de<br />

Delf, het latere Damsterdiep, de handelsnederzetting<br />

Appingedam tot bloei. De omstandigheden waren uiter-<br />

mate gunstig: de Delf had een open verbinding met de<br />

Eems en een goede aansluiting op het achterland, en<br />

langs de nederzetting voerden een paar belangrijke<br />

handelsroutes. Het plaatsje ontwikkelde zich in razend<br />

tempo tot een regionale markt van betekenis, waar naast<br />

de wekelijkse markten ook jaarmarkten plaatsvonden.<br />

De welvaart laat zich nog altijd aflezen van de fraaie<br />

brandewijnkom<br />

reinder Frima, 1763, zilver<br />

muSeum STad aPPingedam<br />

in bruikleen gekregen van<br />

het SnS-fonds eemsmond,<br />

<strong>2008</strong><br />

in de rand van de voet<br />

van de kom zijn twee<br />

merken aangebracht: het<br />

meesterteken RF en het<br />

damster stadswapen.


Nicolaïkerk en de vele middeleeuwse stenen woonhuizen<br />

die bewaard zijn gebleven.<br />

In 1327 werd de handelsnederzetting zelfstandig<br />

ten opzichte van het omringende gebied. Bij het<br />

verbond van de Upstalboom, waarin de Friese landen<br />

verenigd waren, kreeg Appingedam stadsrechten:<br />

de zogenaamde Buurbrief. Hierin werden de rechten<br />

en plichten van de inwoners duidelijk omschreven.<br />

In de stad ontstonden gilden, maar omdat het aantal<br />

leden per beroepsgroep vaak klein was, vormden verwante<br />

beroepsgroepen gezamenlijk een gilde. Dat gold<br />

bijvoorbeeld voor het smedengilde, waarin zilversmeden,<br />

hoefsmeden, koperslagers, tingieters maar ook uurwerkmakers<br />

actief waren. De oudste vermelding van het<br />

smedengilde in Appinge dam gaat terug op de Gildebrief<br />

uit 15<strong>18</strong>.<br />

Vanaf de 16de eeuw zijn er uit archieven Damster<br />

zilversmeden met name bekend, maar omdat zij hun werk<br />

niet voorzagen van een meesterteken is niet bekend<br />

welke smid voor welk object verantwoordelijk is en wanneer<br />

dit gemaakt is. Soms kan zilver door middel van inscripties<br />

gedateerd worden. Dat geldt bijvoorbeeld voor<br />

twee vroege stukken uit de collectie. Het eerste is een<br />

ongemerkte zilveren schuttersgaai met op de vergulde<br />

halsband de inscriptie STAT VAN DAM en op de uiteinden<br />

van de tak waarop de pootjes rusten het jaartal 1546.<br />

Het tweede stuk is de regimentsstaf van het Smedengilde<br />

waarvan de eerste band door middel van een inscriptie<br />

gedateerd is met 1617: hoewel hierop de namen van<br />

verschillende smeden zijn gegraveerd, is er geen meesterteken<br />

op aangebracht. Pas vanaf het einde van de 17de<br />

eeuw slaan de meeste zilversmeden hun meesterteken<br />

in het werk. Omdat er geen systeem van jaarletters werd<br />

gebruikt blijft het lastig Damster zilver exact te dateren.<br />

Gelukkig is een aantal stukken door middel van ingegraveerde<br />

jaartallen te dateren.<br />

De <strong>18</strong>de eeuw lijkt de bloeitijd van de Damster zilversmeden<br />

te zijn geweest. Het leeuwendeel van het overgeleverde<br />

zilverwerk stamt uit deze periode. Over het<br />

algemeen bleef de vormgeving traditioneel. Modellen<br />

en vormen die in de stad Groningen al lang niet meer<br />

in de mode waren, werden nog lang gebezigd. Het zilver<br />

is over het algemeen vrij eenvoudig van vorm, met een<br />

spaarzaam gebruik van versieringen. De overdadige<br />

rococo en de strakke empire lijken op een enkele uitzondering<br />

na aan de Damster zilversmeden voorbij te<br />

zijn gegaan. In die <strong>18</strong>de eeuw was een aantal families als<br />

zilversmid actief, vaak meerdere generaties lang, met als<br />

16 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

belangrijkste de families Frima en Van der Ley. Van de<br />

eerste zijn drie generaties zilversmeden in Appingedam<br />

terug te vinden, van de andere twee generaties. Daarbij<br />

waren beide families door huwelijken ook nog eens aan<br />

elkaar gelieerd.<br />

meester reinder Frima<br />

Reinder Pieters Frima werd geboren op 31 oktober 1714.<br />

Hij was de tweede zoon van Pieter Frima, die overleed<br />

in of voor 1722, de eerste generatie van deze Damster<br />

zilversmedenfamilie. Zijn moeder Frouke Reinders van<br />

Eenum hertrouwde in 1722 met Jan Willem van der Ley,<br />

op dat moment een leerling-zilversmid. Waarschijnlijk<br />

heeft Reinder in de werkplaats van zijn stiefvader het<br />

vak geleerd. Reinders sterfdatum is onbekend maar ligt<br />

waarschijnlijk rond 1784. Zijn zoons Jacob en Pieter<br />

volgden hem op.<br />

Het bewaard gebleven oeuvre van Reinder Frima omvat<br />

divers werk: van brandewijnkommen en een theepot tot<br />

verschillende lepels. De objecten verraden zijn vakmanschap.<br />

Het duidelijkst is dit te illustreren aan de hand<br />

van de brandewijnkommen.<br />

De brandewijnkom die het museum met steun van<br />

de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> heeft verworven is een forse<br />

Zilveren theepot<br />

op basis van recent<br />

onderzoek toe te schrijven<br />

aan reinder Frima,<br />

derde kwart <strong>18</strong>de eeuw.<br />

muSeum STad aPPingedam<br />

Literatuur:<br />

J.P.H.W.a. van reijen,<br />

Groninger Keur ­ Zilver<br />

uit Stad en Ommelanden,<br />

groningen/Schoonhoven<br />

1997<br />

a. Hoft en P. Schepel, Damster<br />

Goud­ en Zilversmeden,<br />

appingedam 1994<br />

a. Hoft, Vissen rond de Floem,<br />

groningen 1990


maar traditioneel vormgegeven kom. Vergelijken we<br />

deze met Frima’s brandewijnkom die het museum van<br />

het SNS-Fonds Eemsmond in bruikleen heeft gekregen,<br />

dan valt het verschil direct op. Die laatste is uitbundig<br />

versierd met gestileerde plantenranken en bloemen,<br />

allemaal gedreven werk. De traditionele vormgeving is<br />

slechts ten dele gehandhaafd: de kom heeft de bekende<br />

oren en min of meer dezelfde proporties. Maar de opdeling<br />

van de cuppa en voet in acht lobben is losgelaten en<br />

vervangen door een weelderige, laatbarokke versiering<br />

die de hele cuppa en hele voet bedekt. Beide kommen<br />

tonen dus perfect aan wat Reinder Frima in huis had: hij<br />

vervaardigde prachtige, traditionele brandewijnkommen,<br />

maar kon (waarschijnlijk op bestelling) ook met fraai<br />

drijfwerk versierde kommen maken.<br />

stedeliJKe trOts<br />

De zilveren brandewijnkom die nu met steun van de<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> kon worden verworven, vormt<br />

een goede aanvulling op de zilvercollectie die Museum<br />

Stad Appingedam de laatste jaren heeft opgebouwd.<br />

De <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> heeft in<br />

zijn 125-jarig bestaan vele musea de<br />

mogelijkheid geboden om kunstvoorwerpen<br />

te verwerven, waarmee<br />

de collectie van de instelling kwalitatief<br />

kon worden verbeterd. Zeker<br />

voor de kunstnijverheid geldt, dat<br />

het hierbij bepaald niet altijd om<br />

uitermate kostbare aanwinsten voor<br />

de grote musea gaat, maar dat het<br />

ook bijzonder zinvol kan zijn om<br />

een kleine instelling met een zeer<br />

bescheiden budget in staat te stellen<br />

om een object aan te kopen, dat in<br />

de betreffende plaats of regio ontstaan<br />

is of dat vanuit de historische<br />

context daarmee verbonden is.<br />

Een goed voorbeeld daarvan<br />

is de eenvoudige zilveren brandewijnkom,<br />

die in de <strong>18</strong>de eeuw werd<br />

vervaardigd door een zilversmid<br />

17 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

in Appingedam, een stadje in het<br />

noordoosten van de provincie<br />

Groningen, letterlijk in een uithoek<br />

van ons land. Het voorwerp is van<br />

een type dat in de stad Groningen<br />

al meer dan een eeuw bekend was<br />

en in de tijd van ontstaan eigenlijk<br />

al als ouderwets werd beschouwd.<br />

Maar de opdrachtgever uit de stad<br />

Appingedam of van het omliggende<br />

platteland, die zich een dergelijk<br />

relatief kostbaar pronkstuk kon<br />

veroorloven, bekommerde zich daar<br />

niet om. Daarin verschilde hij van de<br />

meeste bewoners van kleine steden<br />

en dorpen, die een dergelijke ‘aankoop<br />

voor het leven’ in de grote stad<br />

deden vanuit de overtuiging dat het<br />

vakmanschap daar op een hoger peil<br />

stond en men er beter op de hoogte<br />

was van de heersende smaak.<br />

Hoewel het museum twee <strong>18</strong>de-eeuwse brandewijnkommen<br />

in de collectie heeft, is geen van beide van een<br />

Damster zilversmid. Bovendien verkeert de kom in goed<br />

gezelschap: in het verleden is een zilveren tabaksdoos<br />

van de Damster zilversmid Albert van der Ley verworven<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>. Ook past de<br />

kom uitstekend bij de wens om het Damster zilver zo<br />

breed en compleet mogelijk aan het publiek te presenteren.<br />

Het museum werkt aan de inrichting van een<br />

speciale kamer waar de zilvercollectie gepresenteerd<br />

zal worden. De inrichting hiervan en de presentatie<br />

van het Damster zilver in de context van het Groninger<br />

zilver vormt een van de speerpunten op het terrein<br />

van de collectievorming. De recente verwerving van<br />

twee unieke kommen is een prachtige aanvulling op de<br />

museale collectie en inhoudelijk een belangrijke stap<br />

dichter bij de realisering van een compleet ingerichte<br />

zilverkamers<br />

matthijs driebergen<br />

directeur/conservator museum Stad appingedam<br />

Steun voor erfgoed uit de groninger ommelanden<br />

En dat maakt deze brandewijnkom<br />

nu juist zo bijzonder. Zeer traditioneel<br />

in zijn vorm en decoratie, maar<br />

voorzien van het meesterteken van<br />

een van de weinige zilversmeden die<br />

in Appingedam werkzaam waren.<br />

Bovendien heeft de maker er vanuit<br />

zijn lokale trots nog een – alleen<br />

door hemzelf gebruikt – ‘stedelijk<br />

keur’ aan toegevoegd: het stadswapen<br />

van Appingedam met de pelikaan<br />

die haar jongen voedt met haar<br />

eigen bloed, een symbool voor de<br />

offerdood van Christus uit liefde<br />

voor de mensheid.<br />

Met dit uiterst zeldzame voorbeeld<br />

van zilver uit Appingedam<br />

heeft het museum ter plaatse een<br />

boeiende aanwinst verworvens<br />

Joh.r. ter molen


Met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> heeft<br />

SIMON VAN GIJN – museum aan huis een bijzonder<br />

familieportret van de Utrechtse schilder Pieter<br />

Christoffel Wonder kunnen verwerven. Niet alleen<br />

betreft het hier een Dordtse familie die in haar<br />

woonomgeving is weergegeven, ook door het uitgewerkte<br />

interieur sluit dit paneel mooi aan bij de<br />

verzameling en het woonhuis van Simon van Gijn<br />

(<strong>18</strong>36 -1922). Deze bankier en verzamelaar, aan wie<br />

het museum met interieurs uit de 17de, <strong>18</strong>de en de<br />

late 19de eeuw zijn naam dankt, kende het schilderij<br />

<strong>18</strong> <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

bovendien zelf. Daarnaast vormt het groepsportret<br />

ook een fraaie aanvulling op de al in Dordrecht<br />

aanwezige portretten van de hand van Wonder.<br />

In het Dordrechts Museum worden de portretten<br />

bewaard die hij maakte van zijn collega schilders,<br />

de broers Abraham (1753-<strong>18</strong>26) en Jacob van Strij<br />

(1756-<strong>18</strong>15) en Martinus Schouman (1779-<strong>18</strong>48).<br />

De aanwinst geeft een prachtig beeld van de manier<br />

waarop een welgestelde Dordtse familie zich rond<br />

<strong>18</strong>13 wilde laten zien en tegelijkertijd inzicht in de<br />

band van P.C. Wonder met Dordrecht.


Simon van gijn –<br />

museum aan huis<br />

Dordrecht<br />

Portret van de familie de bruijn de neve in een interieur<br />

Pieter christoffel Wonder (utrecht 1780-<strong>18</strong>52 amsterdam)<br />

ca. <strong>18</strong>13. olieverf op paneel, 61,7 x 75,0 cm.<br />

gesigneerd, rechtsonder: PC Wonder: f<br />

Herkomst: Veiling christie’s, amsterdam, 9 mei 2007, nr. 132<br />

Familie<br />

Het schilderij toont een welvarend koopmansgezin in<br />

de intimiteit van hun huiselijke omgeving. De op het<br />

paneel voorkomende personen zijn, op één na, in een<br />

actieve relatie tot elkaar afgebeeld. Slechts de oudere<br />

dame kijkt de toeschouwer aan en verbindt op deze<br />

wijze de kijker met de groep mensen op het schilderij.<br />

De identiteit van de afgebeelde personen is bekend<br />

dankzij een op de achterzijde van het paneel aangebracht<br />

en in een latere periode vernieuwd etiket. Het zijn de in<br />

Amsterdam geboren Willem Jacob de Bruijn de Neve<br />

(1759-<strong>18</strong>34), zijn echtgenote, de uit een Dordtse familie<br />

stammende Agatha Agneta Ouboter (1756-<strong>18</strong>34), en<br />

hun drie dochters, respectievelijk Johanna Petronella<br />

(1788-<strong>18</strong>14), Helena Suzanna (1789-<strong>18</strong>70) en Jacoba<br />

Margaretha (1791-<strong>18</strong>49). De jonge man die met zijn<br />

echtgenote, de oudste dochter, het vertrek binnenkomt<br />

is Johannes Moll (1780-<strong>18</strong>46). Op het etiket wordt vermeld<br />

dat het schilderij in <strong>18</strong>13 is vervaardigd. Dat jaartal<br />

lijkt in overeenstemming te zijn met de leeftijden van de<br />

voorgestelde personen en tevens met de periode waarin<br />

Wonder in Dordrecht werkzaam was. Willem Jacob de<br />

Bruijn de Neve wordt in notariële akten vermeld als<br />

koopman. In <strong>18</strong>11 laat hij zich echter registreren als<br />

suikerraffinadeur, een bedrijfstak die op dat moment<br />

tot grote bloei was gekomen. 1<br />

Op het moment dat de oudste dochter in het huwelijk<br />

treedt, in <strong>18</strong>07, woont het gezin De Bruijn de Neve nog<br />

op de Kuipershaven in Dordrecht, maar vanaf <strong>18</strong>11 wordt<br />

steeds Groenmarkt A 292, het tegenwoordige huisnummer<br />

63-71, als adres opgegeven. Aangezien het schilderij<br />

in <strong>18</strong>13 ontstaan zal zijn, zal het afgebeelde vertrek een<br />

kamer van het huis aan de Groenmarkt weergeven.<br />

Opvallend in het interieur is de positionering van een<br />

gangdeur naast de schoorsteenpartij, een niet gebruikelijke<br />

architectonische combinatie in Hollandse kamers<br />

in de <strong>18</strong>de eeuw, en mogelijk een eigen aanpassing van<br />

de schilder om tot een betere compositie te komen.<br />

Aangezien het woonhuis aan de Groenmarkt in de 20ste<br />

eeuw inwendig grondig is verbouwd is een identificatie<br />

van de afgebeelde kamer met één van de vertrekken in<br />

het huis niet meer mogelijk.<br />

babbelstuK<br />

Familie- of gezelschapstukken waarop de afgebeelde<br />

personen in een actief tot elkaar betrokken situatie staan,<br />

hebben vooral in Engeland opgang gemaakt in de <strong>18</strong>de<br />

eeuw. Aan het einde van die eeuw verliezen ze aan po-<br />

19 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

pulariteit ten gunste van het levensgrote portret dat dan<br />

in de mode raakt. Men noemt deze gezelschapstukken<br />

conversation pieces en in het Nederlands conversatiestukken,<br />

of ook wel babbelstukken. Onder deze term verstaat<br />

men groepsportretten met figuren die in gesprek lijken,<br />

vaak rond een tafel.<br />

In Dordrecht is dit genre een enkele maal uitgevoerd<br />

door de schilders Abraham van Strij en Pieter Fontijn<br />

(1773-<strong>18</strong>39). Waarom De Bruijn de Neve desondanks de<br />

opdracht voor dit groepsportret aan een Utrechtse schilder<br />

heeft gegund is niet geheel duidelijk. P.C. Wonder<br />

had in ieder geval contact met Dordtse schilders en<br />

moet één of twee maal in Dordrecht zijn geweest rond<br />

<strong>18</strong>12. In dat jaar schilderde hij de al eerder genoemde<br />

portretten van de rond <strong>18</strong>00 toonaangevende Dordtse<br />

kunstschilders Abraham en Jacob van Strij, en de zee- en<br />

rivierschilder Martinus Schouman.<br />

WOnder<br />

Pieter Christoffel Wonder, die grotendeels zichzelf vormde<br />

als kunstschilder, werkte aanvankelijk in Utrecht. In die<br />

stad richtte hij in <strong>18</strong>07 samen met de schilder Jan Kobell<br />

(1779-<strong>18</strong>14) en enkele ‘beoefenaars der kunst’ een nieuw<br />

tekengezelschap op dat sinds <strong>18</strong>14 als het Genootschap<br />

onder de zinspreuk Kunstliefde actief is. In <strong>18</strong>19 werd hij opgemerkt<br />

door de Schotse kunstliefhebber en verzamelaar<br />

Sir John Murray, Baronet, een beroepsofficier die het tot<br />

generaal in het Britse leger bracht. Murray maakte in dat<br />

jaar een kunstreis door Nederland, waarvan het reisverslag<br />

in <strong>18</strong>24 onder de titel Tour in Holland in the year <strong>18</strong>19<br />

werd uitgegeven. Door bezoeken aan ateliers van werkende<br />

meesters maakte Murray kennis met de toen moderne<br />

Nederlandse schilderkunst en kon hij zijn eigen<br />

collectie door aankopen verrijken. Het werk van P.C.<br />

Wonder was Murray in verschillende Nederlandse verzamelingen<br />

opgevallen, onder andere bij een heer<br />

Oudewater of Onderwater in Dordrecht. Uit deze verzameling<br />

beschreef hij een interieur met een dammende<br />

dame en officier dat nu deel uitmaakt van de collectie<br />

van het Gemeentemuseum Den Haag.<br />

Op aanraden van Murray vertrok Wonder in <strong>18</strong>23<br />

naar Engeland waar hij zich vervolgens ook vestigde. In<br />

Engeland was Wonder geliefd vanwege zijn ’fraaije wijze<br />

van behandeling der Hollandsche School met het coloriet<br />

der oude meesters’, en droeg hij bij aan de herleving van<br />

het groepsportret of conversation piece. 2 De groepering<br />

van de figuren in zijn conversation pieces ontleende Wonder<br />

vaak aan 17de-eeuwse voorbeelden, met name aan het<br />

Portret van abraham van strij<br />

Pieter christoffel Wonder (1780-<strong>18</strong>52)<br />

<strong>18</strong>12. olieverf op doek, 64,3 x 54,0 cm<br />

dordrecHTS muSeum, dordrecHT<br />

Portret van Jacob van strij<br />

Pieter christoffel Wonder (1780-<strong>18</strong>52)<br />

<strong>18</strong>12. olieverf op doek, 64,0 x 53,7 cm<br />

dordrecHTS muSeum, dordrecHT


werk van Ter Borgh en Metsu. Zijn meesterwerk is echter<br />

de Kunstgalerij van Sir John Murray uit <strong>18</strong>29 dat zich in<br />

een Engelse particuliere verzameling bevindt. In <strong>18</strong>31<br />

keerde Wonder terug naar Utrecht en hij overleed te<br />

Amsterdam in <strong>18</strong>52.<br />

simOn van giJn<br />

De Dordtse verzamelaar Simon van Gijn kende het schilderij<br />

met de familie De Bruijn de Neve. Hij nam in zijn<br />

topografisch-historische atlas Dordracum Illustratum – een<br />

verzameling kaarten, prenten, aquarellen, tekeningen en<br />

foto’s met betrekking op Dordrecht en het omringende<br />

eiland – een foto op van het paneel in de rubriek ‘bijzondere<br />

personen’. Als commentaar bij de foto van het<br />

schilderij vermeldt Van Gijn in de beschrijvende catalogus<br />

dat het werk belangrijk is als kostuumstuk. Helena Suzanna<br />

de Bruijn de Neve springt inderdaad in het oog in haar<br />

kostbare met hermelijnbont gevoerde blauwe mantel.<br />

Deze op Dordrecht betrekking hebbende atlas heeft<br />

Van Gijn in de jaren 1908 tot 1912 beschreven en gepubliceerd.<br />

Na het verschijnen van de catalogus schonk Van<br />

Gijn zijn atlas vervolgens aan de gemeente Dordrecht ter<br />

20 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

plaatsing in het stadsarchief. De uitgebreide algemene<br />

historische atlas van Van Gijn, de Historia Batava Illustrata,<br />

bleef achter in het huis aan de Nieuwe Haven en vormt<br />

de kern van de collectie van SIMON VAN GIJN – museum<br />

aan huis.<br />

Voor het museum vertegenwoordigt het paneel een<br />

zeldzaam kijkje in een interieur in Dordrecht aan het<br />

begin van de 19de eeuw. De kamerbetimmering en het<br />

aanwezige meubilair dateren echter uit het derde kwart<br />

van de <strong>18</strong>de eeuw en zijn uitgevoerd in de Lodewijk XVI<br />

stijl. De meubelen zal het echtpaar De Bruijn de Neve<br />

hebben verworven na hun huwelijk in 1784, terwijl de<br />

kamerbetimmering in het huis aanwezig was toen zij het<br />

aan het begin van de 19de eeuw betrokken. Deze betimmering<br />

is eenvoudig uitgevoerd en geverfd. Opvallend<br />

zijn de schildering in grisaille boven de deur en het<br />

dramatische schilderij van een bergbeek dat als schoorsteenstuk<br />

dient. Op de schoorsteenboezem treffen we de<br />

gebruikelijke verguld houten wandarmen voor kaarsen<br />

aan. De vloer wordt bedekt door een kamerbreed Smyrna’s<br />

tapijt en hierop ligt, onder de tafel, een zogenaamd<br />

morskleed dat aan twee zijden voorzien is van gestreepte<br />

interieur met het gezin van<br />

hendrik Weymans (1760 – <strong>18</strong>31)<br />

abraham van Strij (1753-<strong>18</strong>26)<br />

<strong>18</strong>16. olieverf op paneel, 70,5 x 85 cm<br />

ParTicuLiere coLLecTie<br />

Noten<br />

1 Stadsarchief dordrecht, archief 4, inv.nr.<br />

169 (Liste civique), Wijk B, <strong>18</strong>3.<br />

2 ch. kramm, De levens en werken der<br />

Hollandsche en Vlaamsche kunstschilders,<br />

beeldhouwers, graveurs en<br />

bouwmeesters, van den vroegsten tot<br />

op onzen tijd., dl. 5, amsterdam <strong>18</strong>61,<br />

p. <strong>18</strong>84, vertaald citaat uit de Times and<br />

Morning­Post, 21 februari <strong>18</strong>29.


Portret van simon van gijn<br />

Jan Willem (‘Willy’) Sluiter (<strong>18</strong>73-1949)<br />

1911. olieverf op doek, 90,5 x 81 cm.<br />

Simon Van giJn – muSeum aan HuiS,<br />

dordrecHT<br />

randen. Rechts van de schoorsteenpartij staat een strak<br />

gelijnde, mahonie gefineerde secretaire. Hierop prijkt<br />

een modieuze, gedeeltelijk vergulde bronzen pendule<br />

onder een glazen stolp. Een mahoniehouten tafel, bedekt<br />

door een ruim vallend groen kleed en gebroken wit<br />

gelakte Lodewijk XVI stoelen completeren de inrichting.<br />

Het huiselijke van de kamer wordt versterkt door de aanwezigheid<br />

van een vogelkooitje aan de wand, de boeken<br />

op de schoorsteenmantel en het kopje dat op de secretaire<br />

is weggezet. De blauwe hyacint in de cache-pot die<br />

eveneens op de schoorsteenmantel staat, is een indicatie<br />

voor het jaargetijde waarin het schilderij werd gemaakt:<br />

dat moet bijna wel in maart of april <strong>18</strong>13 zijn geweest.<br />

Het interieur vertegenwoordigt een kamerinrichting<br />

die niet in het museale woonhuis van Van Gijn wordt<br />

aangetroffen. Vanuit dat gezichtspunt vormt dit schilderij<br />

als het ware een schakel tussen de vroegere <strong>18</strong>deeeuwse<br />

en laat 19de-eeuwse interieurs die SIMON VAN GIJN<br />

– museum aan huis rijk iss<br />

chris m. de Bruyn<br />

conservator Simon Van giJn – museum aan huis<br />

21 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

Met dank aan de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong><br />

grote liefdes<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

<strong>Peter</strong> Schoon<br />

directeur Dordrechts Museum<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

in de afgelopen 125 jaar zijn meer dan 2500<br />

kunstwerken met steun van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt aangekocht, waaronder topstukken<br />

als De Liefdesbrief van Johannes Vermeer.<br />

niet alleen de grote musea werden met raad<br />

(advies) en daad (financieel) ondersteund:<br />

ook de middelgrote musea in ons land konden<br />

een beroep doen op de vereniging. zo heeft<br />

het dordrechts museum zijn collectie dankzij<br />

financiële steun flink kunnen uitbreiden met<br />

kunstwerken van nationale allure.<br />

Het dordrechts museum is één van de<br />

oudste gemeentelijke musea van ons land. Het<br />

werd in <strong>18</strong>42 opgericht. Het museum heeft<br />

zich de afgelopen decennia een eigen plaats verworven in het rijk geschakeerde<br />

culturele landschap van ons land. deze gunstige ontwikkeling<br />

is mede te danken aan de rijke collectie van het museum. Vanaf het allereerste<br />

begin is er voor wat betreft het verzamelbeleid een voorkeur af te<br />

lezen voor nederlandse schilderkunst en het is deze gelukkige specialisatie<br />

die het museum zijn kracht heeft gegeven. de keuze heeft geleid tot<br />

verzamelingen die een tijdperk bestrijken van de 16de eeuw tot heden.<br />

daarbij is het eigen, sterk artistieke verleden van de stad richtinggevend.<br />

ondanks de diverse hoogtepunten van nationaal belang waren en<br />

zijn er in de dordtse collectie nog immer lacunes te vullen. de hulp van<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt is daarbij onmisbaar. als resultaat van bijna 50<br />

jaar gezamenlijke inspanningen – de periode 1958-<strong>2008</strong> – konden niet<br />

minder dan 24 aanwinsten in het dordrechts museum worden gepresenteerd,<br />

waaronder werk van nicolaes maes, Samuel van Hoogstraten, de<br />

gebroeders Van Strij, ary Scheffer en Pyke koch.<br />

een hoogtepunt in de reeks dordtse aanwinsten met steun van de<br />

vereniging kon worden geboekt in 2004, toen het fraaie schilderij Portret<br />

van de eend Sijctghen van aelbert cuyp van een particulier werd aangekocht.<br />

op een klein paneel heeft cuyp met een vlotte toets een eend levensgroot<br />

en zeer natuurgetrouw weergegeven. misschien wel het meest<br />

bijzondere is dat cuyp zijn schilderij heeft voorzien van een gedicht met<br />

prachtig gekalligrafeerde letters. in het vers lezen we over de uitzonderlijke<br />

levenswandel van de hoogproductieve eend, die ook nog eens<br />

bij naam bekend is: Sijctghen. de aanwinst vult de werken van aelbert<br />

cuyp in het dordrechts museum prachtig aan en met Sijctghen heeft het<br />

museum een publiekstrekker in huis: een lokeend die niet alleen kunstliefhebbers<br />

zal aanspreken.<br />

deze aanwinst mag een succes worden genoemd, zowel voor het museum<br />

als voor de <strong>Vereniging</strong> rembrandt: niet alleen hoort de aankoop tot de<br />

top van de dordtse collectie, ook in het nationale kunstbezit heeft deze<br />

cuyp een belangrijke lacune gevuld. Het is dan ook niet zonder reden<br />

dat het dordrechts museum, net als vele andere musea, het 125-jarig<br />

bestaan van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt in <strong>2008</strong> feestelijk zal vierens


Portret van adriana Croes<br />

1644. olieverf op doek,<br />

93 x 75 cm<br />

gesigneerd en gedateerd:<br />

JvSpronck ano . 1644<br />

rijksmuseum Amsterdam<br />

Portretten van adriana Croes, eduard Wallis,<br />

maria van strijp en dirck, Jacobus of Johannes Wallis<br />

Johannes cornelisz Verspronck (Haarlem 1600/03-1662 Haarlem)<br />

Herkomst: particulier bezit, nederland.<br />

In het voorjaar van <strong>2008</strong> kon het Rijksmuseum<br />

mede dankzij steun van het Fonds Cleyndert<br />

en het Stortenbeker Fonds van de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong> een uniek ensemble van vier<br />

por tret ten door Johannes Cornelisz Verspronck<br />

(Haarlem 1600/03-1662 Haarlem) uit particulier<br />

bezit verwerven. De schilderijen stammen<br />

uit de 17de-eeuwse Haarlemse familie Wallis<br />

van Strijp en tonen Eduard Wallis, zijn echtgenote<br />

Maria van Strijp, zijn schoonmoeder<br />

Adriana Croes en een van zijn broers Dirck,<br />

Jacobus of Johannes Wallis.<br />

22 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

Het Portret van eduard Wallis en<br />

het Portret van maria van strijp<br />

werden verworven ter voldoening<br />

van successierechten en met steun<br />

van het Fonds cleyndert en het<br />

Stortenbekerfonds van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt, de Bankgiro Loterij en<br />

het rijksmuseum Fonds. de andere<br />

twee werden verworven door het<br />

rijksmuseum.<br />

De pendantportretten van Eduard Wallis en Maria van<br />

Strijp bevonden zich al sinds de legendarische tentoonstelling<br />

Drie eeuwen portret in Nederland in 1952 in<br />

langdurig bruikleen in het Rijksmuseum. Tegenwoordig<br />

behoren de twee schilderijen tot de selectie van circa<br />

100 meesterwerken van de Nederlandse 17de-eeuwse<br />

schilder kunst die in de Philipsvleugel gepresenteerd<br />

wordt. De portretten van Adriana Croes en de tweede<br />

broer Wallis werden slechts één keer eerder aan het<br />

publiek getoond; in 1979 tijdens de monografische tentoonstelling<br />

over Verspronck in het Frans Hals Museum<br />

in Haarlem.<br />

Bruiklenen zoals de pendantportretten van Eduard<br />

Wallis en Maria van Strijp die al sinds jaar en dag deel


Portret van eduard Wallis<br />

1652. olieverf op paneel,<br />

97 x 75 cm<br />

gesigneerd en gedateerd:<br />

·Joh·C·vSpronck f anº 1652<br />

Portret van maria van strijp<br />

1652. olieverf op paneel,<br />

97 x 75 cm<br />

gesigneerd en gedateerd:<br />

Joh C vSpronck f anº 1652<br />

uitmaken van de vaste opstelling van het museum, gaan<br />

willens en wetens een beetje deel uitmaken van de verzameling.<br />

Juist daarom is het belangrijk ons continu te<br />

realiseren dat deze werken er zijn bij de gratie van de<br />

particulieren die het publiek willen laten meegenieten<br />

van hun bezit. Kort na het overlijden van de dochter<br />

van de oorspronkelijke bruikleengeefster, die het bruikleen<br />

van haar moeder had voortgezet, zochten de erfgenamen<br />

contact met het museum. In hun familie bleken<br />

ook een portret van de moeder van Maria van Strijp en<br />

van een van de broers van Eduard Wallis te zijn, beide<br />

ook door Verspronck geschilderd. Zich bewust van het<br />

belang van deze kleine ‘familiegalerij’ bespraken de<br />

erfgenamen met het museum hoe deze werken een<br />

23 V ereniging remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

definitieve plaats in het openbaar kunstbezit konden<br />

krijgen.<br />

JOhannes COrnelisZ versPrOnCK<br />

De maker van de portretten, Johannes Verspronck, behoorde<br />

met Frans Hals en Jan de Bray tot de belangrijkste<br />

portretschilders van Haarlem in de Gouden Eeuw.<br />

Zijn werk karakteriseert zich door een eigen, relatief<br />

sobere en rustige stijl. Hij geeft veel ruimte aan zijn<br />

modellen, die hij meestal niet centraal op het beeldvlak<br />

zet, waardoor de achtergrond een belangrijke rol gaat<br />

spelen, zoals men in het vroege werk van Frans Hals vaak<br />

ziet. Ook bij drie van de vier onderhavige portretten<br />

gaat de opzet met de van achter geziene stoelleuning


terug op Hals’ composities, maar in tegenstelling tot zijn<br />

stadgenoot koos Verspronck ervoor de stoel steeds uit<br />

het midden te plaatsen. Verspronck onderscheidt zich<br />

ook van Hals door de nauwkeurigheid en gedetailleerdheid<br />

waarmee hij zijn modellen schildert.<br />

Van de ongeveer 100 portretten die er van Verspronck<br />

bekend zijn, weten we van ongeveer 40 exemplaren wie<br />

er is afgebeeld. Het merendeel van deze geportretteerden<br />

is afkomstig uit Haarlem en behoort tot calvinistische<br />

re gen tengeslachten. Zo ook de families Van Strijp en<br />

Wallis.<br />

adriana CrOes<br />

Toen Adriana Croes zich in 1644 door Verspronck liet<br />

portretteren was zij 45 en al vijf jaar weduwe. Zij werd in<br />

1599 in Haarlem geboren als dochter van Vincent Croes<br />

en Catharina Moens. In 16<strong>18</strong> huwde zij op 19-jarige<br />

leeftijd te Haarlem met de negen jaar oudere Hendrick<br />

Pietersz van Strijp (Haarlem 1590-1639). De familie<br />

Van Strijp was actief in de lakenhandel en had zich<br />

omstreeks 1600 vanuit ’s-Hertogenbosch in Haarlem<br />

gevestigd, op dat moment een bloeiend centrum van<br />

de lakenhandel in de Republiek. Adriana Croes en<br />

Hendrick van Strijp kregen vijf dochters. Adriana Croes<br />

stierf 17 jaar na het overlijden van haar man, in 1656<br />

op 57-jarige leeftijd. Haar oudere broer Willem Croes<br />

(overleden 1666) werd in de eerste helft van de jaren<br />

’60 geportretteerd door Frans Hals (Alte Pinakothek,<br />

München).<br />

Het portret van Adriana Croes uit 1644 is een goed<br />

voorbeeld van het rond 1640 door Verspronck ontwikkelde<br />

type vrouwenportretten. In vergelijking met<br />

Versproncks vroegere werk en diens tijdgenoten, is het<br />

lichaam van de geportretteerde wat meer afgewend van<br />

de kijker, en bevinden de handen zich veel meer links in<br />

het beeldvlak dan gebruikelijk.<br />

eduard Wallis en maria van striJP<br />

Waarschijnlijk was de keuze van Eduard Wallis en zijn<br />

vrouw Maria van Strijp om zich door Verspronck te<br />

laten portretteren, ingegeven door het portret dat de<br />

Haarlemse schilder acht jaar daarvoor van Maria’s moeder<br />

Adriana Croes had geschilderd. Een goede keuze,<br />

want het resulteerde in het fraaiste portrettenpaar dat<br />

Verspronck op het hoogtepunt van zijn carrière voortbracht.<br />

De geraffineerde en ingetogen schilderstijl<br />

waarmee Verspronck levendigheid aan zijn modellen<br />

verleent, bereikt hier zijn climax.<br />

24 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

Portret van dirck, Jacobus<br />

of Johannes Wallis<br />

1653. olieverf op paneel,<br />

84 x 68 cm<br />

gesigneerd en gedateerd:<br />

Johan C vSpronck. ao 1653<br />

Eduard Wallis werd in 1621 in Haarlem geboren als<br />

zoon van Willem Wallis en Suzanna van Wisselt. Wallis<br />

was een geslacht van Schotse wolhandelaren, die in de<br />

16de eeuw via Zeeland naar Haarlem gingen, waar ze<br />

vanaf ongeveer 1600 in de archieven worden vermeld.<br />

Evenals zijn vader was Eduard lakenkoper te Haarlem.<br />

In 1647 huwde hij met zijn zes jaar jongere stadsgenote<br />

Maria van Strijp (Haarlem 1627-1707), dochter van<br />

Hendrick van Strijp en Adriana Croes, die ook in de<br />

textiel zaten.<br />

Behalve op het portret van Verspronck uit 1652 werd<br />

Eduard afgebeeld op een groepsportret uit 1658 door<br />

Jacob van Loo van de regenten van het Aalmoezeniers-,<br />

Arm- en Werkhuis te Haarlem (Frans Hals Museum,<br />

Haarlem). Eduard Wallis overleed in Haarlem in 1684.<br />

Zijn echtgenote Maria van Strijp overleefde hem 23 jaar.<br />

Zij stierf in 1707. Uit de boedelinventaris die werd opgemaakt<br />

na haar dood, en waarin ook deze pendanten<br />

genoemd worden, blijkt dat het echtpaar een schilderijenverzameling<br />

van tientallen stukken had, vrijwel uitsluitend<br />

door Haarlemse kunstenaars geschilderd.<br />

dirCK, JOhannes OF JaCObus Wallis<br />

De banden tussen de families Wallis en Van Strijp waren


innig. Behalve Eduard traden ook twee van zijn drie<br />

broers in het huwelijk met dochters Van Strijp. Johannes<br />

Wallis (Haarlem 1617-1665), regent van het Haarlemse<br />

Oudemannenhuis en in die functie geportretteerd door<br />

Frans Hals, trouwde met Catharina van Strijp (Haarlem,<br />

geb. 1621), de oudere zus van Maria. Jacobus Wallis<br />

(Haarlem 1619-1675) liet zich in de echt verbinden met<br />

haar zus Hester van Strijp (Haarlem 1625-1662). Eduard<br />

Wallis’ derde broer, Dirck (Haarlem, geb. 1612), bleef<br />

waarschijnlijk ongehuwd. Het is niet zeker wie van de<br />

drie broers zich een jaar na Eduard liet portretteren<br />

door Verspronck. Als het Johannes of Jacobus zou zijn,<br />

dan zou het voor de hand liggen dat er oorspronkelijk<br />

een tegenhanger van hun echtgenote bij het portret<br />

bestond die verloren is gegaan. Maar omdat de familie<br />

deze vier portretten zo zorgvuldig bij elkaar heeft bewaard,<br />

lijkt het onwaarschijnlijk dat een vijfde schilderij<br />

niet is overgeleverd. Vandaar dat het wel erg verleidelijk<br />

is om Dirck als kandidaat voor het losse mansportret aan<br />

te wijzen.<br />

In tegenstelling tot het portret van Adriana Croes uit<br />

1644, dat op doek is, zijn de schilderijen van de jongere<br />

generatie uit 1652-1653 op paneel geschilderd. Panelen<br />

komen bij Verspronck tussen 1636 en 1650 slechts sporadisch<br />

voor, terwijl zijn meeste portretten na 1650 juist<br />

weer op paneel zijn geschilderd. Alle vier de werken<br />

zijn ongeveer op hetzelfde formaat, dat groter is dan<br />

de gemiddelde afmetingen van Versproncks portretten.<br />

Ze zijn voluit gesigneerd en gedateerd.<br />

Bijzondere regeling<br />

De verwerving van de twee portretten<br />

van Johannes Verspronck voor<br />

het Rijksmuseum is het resultaat van<br />

een nog vrij nieuwe combinatie van<br />

financieringsvormen, namelijk de<br />

inzet van eigen middelen van het<br />

museum en van fondsen, en daarnaast<br />

gebruikmaking van de successieregeling.<br />

Sinds ruim tien jaar kent ons land<br />

een regeling waarbij het mogelijk is<br />

successierechten over nalatenschappen<br />

geheel of gedeeltelijk te betalen<br />

met voorwerpen van nationaal cultuurhistorisch<br />

of historisch belang.<br />

Niet zelden moeten voorwerpen of<br />

gehele collecties van museaal niveau<br />

na het overlijden van de eigenaar<br />

worden verkocht om de successierechten<br />

op de nalatenschap te kunnen<br />

25 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

betalen. Vele kunstwerken zijn in de<br />

loop der tijden daardoor buiten het<br />

bereik van de Nederlandse musea<br />

geraakt en vaak hebben musea<br />

stukken die al tientallen jaren als<br />

particulier bruikleen een plaats in de<br />

collectie hadden gekregen node zien<br />

vertrekken, omdat op dat ogenblik<br />

geen middelen voor aankoop voorhanden<br />

waren. De in 1998 getroffen<br />

regeling maakt het erfgenamen<br />

echter mogelijk te verzoeken om successierechten<br />

geheel of gedeeltelijk<br />

in natura te betalen. Verzoeken<br />

daartoe worden beoordeeld door<br />

een door de Ministers van Financiën<br />

en Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen<br />

gezamenlijk ingestelde<br />

adviescommissie. Bij goedkeuring<br />

kan 120% van de taxatiewaarde van<br />

versPrOnCK in het riJKsmuseum<br />

Het Rijksmuseum was al in het bezit van vier portretten<br />

van Verspronck, waaronder zijn beroemdste schilderij,<br />

het Meisje in het blauw (1641), dat in 1928 met steun<br />

van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> werd verworven. Met de<br />

nieuwe aanwinst van nog eens vier portretten worden<br />

niet alleen belangrijke werken uit het hoogtepunt van<br />

Versproncks carrière (de jaren ’50) toegevoegd, maar de<br />

portretten van Eduard Wallis en Maria van Strijp vertegenwoordigen<br />

ook een wezenlijk aspect van zijn oeuvre<br />

en van de Nederlandse 17de-eeuwse portretkunst in het<br />

algemeen: dat van de pendanten. Een ‘familiegalerij’ als<br />

deze is niet alleen binnen Versproncks oeuvre een unicum,<br />

maar ook binnen de portretschilderkunst van de<br />

Gouden Eeuw is het zeer uitzonderlijk dat vier portretten<br />

van deze kwaliteit van één kunstenaar al die eeuwen<br />

samen in de familie bewaard zijn gebleven.<br />

Nu, meer dan een halve eeuw nadat de portretten<br />

van Eduard Wallis en Maria van Strijp in bruikleen kwamen,<br />

heeft dit prachtige ensemble van vier schilderijen<br />

voorgoed een museaal onderkomen gevonden en kan<br />

het publiek blijven genieten van deze sprekende beelden<br />

van Haarlemse regenten uit de 17de eeuw die vanuit<br />

historisch perspectief onlosmakelijk met elkaar zijn<br />

verbondens<br />

Taco dibbits, directeur collecties rijksmuseum<br />

met dank aan Pieter roelofs, conservator 17de-eeuwse<br />

schilderkunst<br />

de aangeboden (kunst)werken van de<br />

successieaanslag worden afgetrokken.<br />

Die premie van 20% is ingevoerd om<br />

gebruik van de regeling te stimuleren,<br />

aangezien bij verkoop via een veiling<br />

altijd de kans bestaat op een hogere<br />

opbrengst dan de taxatiewaarde. De<br />

verworven objecten worden eigendom<br />

van de Staat, maar kunnen via<br />

het Instituut Collectie Nederland ook<br />

in bruikleen worden gegeven aan<br />

niet-rijksmusea.<br />

In een volgend nummer van het<br />

Bulletin zal een uitvoeriger toelichting<br />

op deze successieregeling en op<br />

de in de afgelopen jaren bereikte<br />

resultaten ervan worden opgenomen.<br />

rudi ekkart


Stedelijk museum<br />

Amsterdam<br />

26 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

drei häuser mit schlitzen<br />

(betty Ford Klinik; stammheim; Jüdische grundschule) drieluik<br />

martin kippenberger (1953-1997)<br />

1985. olieverf, lakverf en siliconen op doek, 125 x circa 450 cm (elk 125 x 150 cm)<br />

Herkomst: estate martin kippenberger, via galerie gisela capitain, keulen (2007)<br />

Eind 2007 kocht het Stedelijk Museum<br />

Am ster dam – met steun van de Mondriaan<br />

Stichting, het VSBfonds en de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong>, mede dankzij het Prins Bernhard<br />

Cultuurfonds, en dankzij het Titus Fonds van<br />

de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> – Drei Häuser mit<br />

Schlitzen (Betty Ford Klinik; Stammheim; Jüdische<br />

Grundschule) van de Duitse kunstenaar Martin<br />

Kippenberger. Het museum had dit drieluik<br />

al enige jaren in het vizier en slaagde erin het<br />

te reserveren kort voordat het door de Keulse<br />

Galerie Gisela Capitain in juni 2007 werd<br />

getoond in Art Basel.<br />

Op deze belangrijkste internationale<br />

vlootschouw van galeries van moderne<br />

en eigentijdse kunst kreeg het triptiek<br />

veel positieve aandacht van het vak-<br />

publiek. Daar bleef het niet bij. Kort<br />

na verwerving leidde een bezoek van<br />

een conservator van het New Yorkse<br />

Museum of Modern Art aan het<br />

Stedelijk, die het werk er zag, vrijwel<br />

direct tot een bruikleenverzoek voor<br />

de grote overzichtstentoonstelling die<br />

het MoMA momenteel (samen met<br />

het MOCA in Los Angeles en het Musée<br />

d’Art Moderne de la Ville de Paris)<br />

van Kippenbergers werk voorbereidt.


Het bruikleen is inmiddels toegezegd,<br />

en zo onderstreept het drieluik straks in<br />

New York wat het Nederlands nationaal<br />

bezit aan recente internationale kunst<br />

kan vertegenwoordigen. Hoewel kunst<br />

geen wedstrijd is, onderscheidt<br />

Nederland zich aldus positief in internationale<br />

context. Dat heeft verdere consequenties:<br />

het drieluik – als onderdeel<br />

van het nationaal kunstbezit – is op te<br />

vatten als cultureel kapitaal: zoals ook<br />

het geval is met ander belangrijk werk<br />

in Nederlands bezit, schept Drei Häuser<br />

mit Schlitzen mogelijkheden prominente<br />

stukken van elders voor de museumbe-<br />

27 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

zoekers van Nederland in bruikleen te<br />

verkrijgen.<br />

Drei Häuser mit Schlitzen is om de<br />

intrinsieke kwaliteit een bijzondere<br />

aanwinst, maar is ook belangrijk omdat<br />

er van Kippenberger, wiens naam als<br />

beeldend kunstenaar de laatste jaren<br />

internationaal sterk stijgende is, in<br />

Nederland verder geen schilderijen in<br />

openbare verzamelingen aanwezig zijn. 1<br />

Voor het overige bezit Museum<br />

Boijmans Van Beuningen van hem Ohne<br />

Titel (1993/1994) (een sculptuur van<br />

een kerstman van 235 x <strong>18</strong>0 x 50 cm)<br />

en Happy End in Kafka’s ‘Amerika’ (1996)<br />

(een editie van een tafel en twee stoelen<br />

met daarop een print), en heeft het<br />

Groninger Museum van hem een kleuren-<br />

foto Helmut Newton für arme Leute (1985).<br />

Daarnaast bezit het Stedelijk Museum<br />

van Kippenberger een groot aantal<br />

kunstenaars affiches, een medium waarin<br />

hij vanaf 1977 veelvuldig werkte, en verschillende<br />

kunstenaarsboeken. Met de<br />

aankoop van het drieluik is het beeld<br />

dat de Nederlandse musea van zijn werk<br />

kunnen bieden nog niet representatief<br />

(daarvoor ontbreekt een voorbeeld van<br />

zijn latere installaties), maar toch zeer<br />

verbeterd.


Noot:<br />

1. in nederland heeft<br />

kippenberger twee<br />

belang rijke, grote museumpre<br />

sentaties gehad: in<br />

museum Boijmans Van<br />

Beuningen in 1994, rond de<br />

installatie The Happy End<br />

of Franz Kafka’s ‘Amerika’,<br />

en postuum in 2003 in het<br />

Van abbemuseum Nach<br />

Kippenberger/After<br />

Kippenberger. in 2006<br />

organiseerden de Tate<br />

gallery, Londen, en k21 in<br />

düsseldorf een belangrijke<br />

kippenberger-retrospectieve.<br />

COmPOsitOrisChe disCOntinuïteiten<br />

Binnen Kippenbergers veelzijdig<br />

oeuvre vormen zijn schilderijen een<br />

hoofdbestanddeel. Ze laten zien hoe<br />

er vaak foto’s en collageprincipes aan<br />

ten grondslag liggen. Zijn schilderijen<br />

kunnen in de gevarieerde oppervlaktebehandelingen<br />

zeer schilderachtig zijn,<br />

maar stilistische samenhang en picturale<br />

eenheid moesten voor Kippenberger<br />

juist vaak opzettelijk verstoord worden.<br />

Hij richtte zich aldus op processen<br />

waarmee de beeldvorming tegen zichzelf<br />

kon worden gekeerd, met als consequenties<br />

nadrukkelijk verbrokkelde,<br />

discontinu werkende schilderijen met<br />

velerlei picturale tegenstellingen. Drei<br />

Häuser mit Schlitzen is hiervan een goed<br />

voorbeeld. Het ambitieuze drieluik uit<br />

Kippenbergers vroege, maar al gerijpte<br />

jaren heeft monumentale allure en een<br />

expansieve werking. Tegelijk vertoont<br />

het schilderkunstige en compositorische<br />

discontinuïteiten. Kippenberger heeft<br />

de drie schilderijen – waarschijnlijk op<br />

basis van foto’s van gebouwen – georganiseerd<br />

in heldere en donkere vlakken,<br />

maar gaf ze alle drie een grote variatie<br />

in de oppervlaktebehandeling. Op rudimentaire<br />

wijze heeft hij gebouwen aangeduid<br />

met rechthoekige en trapeziumvormige<br />

vlakken, wat ieder schilderij een<br />

nadrukkelijk imperfecte ruimtelijkheid<br />

verleent: niet het illusoire beeld, maar<br />

de schilderachtige behandeling krijgt<br />

accent. De gebruikte verf- en laksoorten<br />

zijn in een gevarieerd handschrift opgebracht<br />

in verschillende richtingen, deels<br />

uitbundig druipend en reflecterend<br />

in het licht. Sommige witte en zwarte<br />

contourlijnen omschrijven vlakken van<br />

de gebouwen en lichtbundels, andere<br />

verbeelden grafisch weergegeven elektriciteitskabels.<br />

Het geheel krijgt extra<br />

picturale variatie door gewilde ‘toevalligheden’<br />

en direct uit de tube geknepen<br />

strakke lijnen die plastisch op het<br />

linnen staan en waarmee lantarens zijn<br />

28 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

aangeduid. Het in heldere geelgroenen,<br />

okers en gevarieerde grauwe en vaalwitte<br />

tonen geschilderde drieluik bezit een<br />

verfrissende visuele variatie. Toch is het<br />

– getuige ook de titel – een monumentale<br />

projectie van ongenoegen, die tegelijk<br />

Kippenbergers rusteloze scheppingsdrift<br />

accentueert.<br />

Junge Wilden<br />

Martin Kippenberger ontwikkelde zich<br />

samen met Albert en Markus Oehlen en<br />

Werner Büttner tot representant van een<br />

speciaal segment van de Junge Wilden:<br />

kunstenaars uit de BRD die begin<br />

jaren tachtig een als ‘Heftige Malerei’<br />

omschreven nieuwe schilderkunst ontwikkelden.<br />

De Junge Wilden manifesteerden<br />

zich in formaties als de Keulse<br />

Mülheimer Freiheit, de Düsseldorfse<br />

Gruppe Normal en in groepen die actief<br />

waren in Berlijn en Hamburg (waar<br />

Kippenberger in 1977 Büttner en Albert<br />

Oehlen leerde kennen) met een opvallend<br />

directe, losse, vormvrije, figuratieve<br />

en in thematisch opzicht onbekommerd<br />

gevarieerde schilderkunst. Ze golden<br />

rond 1980 als de West-Duitse tak van<br />

een bredere beweging die zich ook aftekende<br />

in Italië, Oostenrijk, Nederland<br />

en de VS en die zich richtte tegen de<br />

iconoclastisch-intellectuele geest van de<br />

conceptuele kunst en de performance,<br />

tendensen die in de kunst van de late<br />

jaren zestig en de jaren zeventig belangrijke<br />

nieuwe impulsen aan het avant-garde<br />

kunstbegrip hadden gegeven.<br />

Waar Junge Wilden meestal een<br />

oriëntatiepunt vonden in de verschillende<br />

vormen van Duits expressionisme<br />

die in de loop van de 20ste eeuw waren<br />

ontstaan, ging het Kippenberger, de<br />

gebroeders Oehlen en Büttner vooral<br />

om de rebelse geest van dada en om<br />

aandacht voor het werk van Gerhard<br />

Richter en Sigmar Polke. Deze laatste<br />

kunstenaars hadden in de jaren zestig<br />

de Amerikaanse pop art ontdekt en rea-<br />

martin Kippenberger is great, tremendous,<br />

Fabulous, everything<br />

affiche met portret van martin kippenberger<br />

ontwerp Jeff koons<br />

Luhring augustine Hetzler gallery, Santa monica<br />

1990, uit de affichemap van martin kippenberger<br />

Pop It Out, zeefdruk, 94,7 x 68,8 cm<br />

STedeLiJk muSeum amSTerdam<br />

geerden daarop vanuit een eigen, West-<br />

Duitse optiek. Waar de schilderkunst<br />

van de pop art en van Polke en Richter<br />

na 1960 een gecalculeerde, deels ironische<br />

reflectie op de beeldcultuur van de<br />

eigentijdse (consumptie)maatschappij<br />

inhield (en daarmee een parafrase was<br />

op de wijze waarop communicatiemedia<br />

en reclame het industrieel vervaardigd<br />

massaproduct voor grootschalige consumptie<br />

aanprezen), werd het schilderij<br />

voor Kippenberger en zijn vrienden na<br />

1980 een medium om uiting te geven<br />

aan een tegendraadse, subversieve houding<br />

tegenover de eigentijdse beeldende<br />

kunst, de commerciële beeldcultuur en<br />

de maatschappelijke werkelijkheid, die<br />

zij van conventies verstikt achtten. Voor<br />

Kippenberger fungeerden naast schilderijen<br />

ook foto’s, collages, affiches, boekjes,<br />

tijdschriften, sculpturen, acties en<br />

performances, en later ook installaties,<br />

als middelen om gevestigde oordelen in<br />

twijfel te trekken en daartegenover zijn<br />

weerspannige geest te stellen. Durch die<br />

Pubertät zum Erfolg, zoals Kippenberger<br />

in de titel van een publicatie uit 1981<br />

zijn artistieke credo rebels en toch ambitieus<br />

omschreef.<br />

WeersPannig<br />

Kippenbergers recalcitrante houding<br />

ten aanzien van conventionele denkbeelden<br />

en overtuigingen, gerespecteerde<br />

mensen, instituties en machten in de<br />

kunstwereld en daarbuiten is zeker ook<br />

een Leitmotiv in Drei Häuser mit Schlitzen<br />

(Betty Ford Klinik; Stammheim; Jüdische<br />

Grundschule). Het drieluik verbeeldt<br />

instanties die onderwijs, verslavingsontwenning<br />

en detentie verschaffen, of<br />

anders gezegd, die aanpassing en correctie<br />

afdwingen. Het drieluik brengt<br />

zo ‘vormingsinstituten’ in kaart waar<br />

Kippenberger – ter bescherming van<br />

zijn artistieke persona en tot behoud<br />

van zijn creativiteit – beducht voor was,<br />

maar waar hij – in zijn ongeremdheid –


desondanks mee te maken zou kunnen<br />

krijgen.<br />

De referentie aan dergelijke instellingen<br />

is een sardonische verwijzing naar<br />

de creatieve, scheppende factoren die<br />

voor Kippenberger schuilgingen in onaangepast<br />

gedrag. Zijn afwijzing van al<br />

te beschaafd, sociaal wenselijk handelen<br />

– zijn opstelling als enfant terrible binnen<br />

de Duitse kunstscène – gaf hem juist de<br />

ruimte om zijn creatieve energie en<br />

tegendraadsheid de vrije teugel te laten.<br />

29 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

En dat was bepaald geen afwijzing van het<br />

leven zelf, maar veeleer een bruisende<br />

acceptatie ervan.<br />

OnbehaagliJK maatsChaPPiJbeeld<br />

Maar het drieluik is nog anders op te vatten.<br />

Kippenberger omschreef sommige<br />

architectuur vanwege de expressieve aspecten<br />

als ‘Psychobuildings’ (gebouwen<br />

die de geestelijke gesteldheid van mensen<br />

kunnen vertolken). Daarmee zijn gebouwen<br />

als metaforen voor zijn persoonlijke<br />

biografie (als mens en kunstenaar) op te<br />

vatten. Zo beschouwd etaleerde hij zichzelf<br />

in Drei Häuser mit Schlitzen (Betty Ford<br />

Klinik; Stammheim; Jüdische Grundschule)<br />

met ironie als bohemien en mateloze<br />

randfiguur: drankzuchtig, in de tang<br />

genomen, niet ongevaarlijk en continu<br />

op de grens van de overspannenheid<br />

levend.<br />

Tegelijk echter refereren de titels van<br />

de afzonderlijke delen van het drieluik<br />

aan gebouwen die gedeeltelijk beladen<br />

aspecten representeren van het recente<br />

Duitse verleden. En daarmee valt een<br />

metaforisch zelfportret samen met een<br />

veel breder, weinig behaaglijk maatschappijbeeld<br />

van de BRD dat Kippenberger<br />

treiterig en kritisch naar voren brengt.<br />

De referenties aan een Joodse onderwijsinstelling,<br />

de Stammheim gevangenis<br />

(waar leden van de Baader Meinhof-groep<br />

gevangen zaten) en een ontwennings-<br />

kliniek accentueren een breed levend<br />

collectief schuldgevoel (ten aanzien van<br />

de Jodenvervolging uit de Nazitijd), de<br />

problematische verhouding van de Duitse<br />

overheid tot links-radicalen, en de (veronderstelde)<br />

psychische druk en stress<br />

van het dagelijks leven in toenmalig Duitsland.<br />

Het triptiek gaat daarmee mede<br />

over het inprenten van ongenoegen.<br />

veelZiJdig Kunstenaar<br />

Kippenberger, die zich met vallen en<br />

opstaan vanuit de punkcultuur van de<br />

jaren zeventig tot beeldend kunstenaar<br />

had ontwikkeld, cultiveerde naast zijn<br />

dadaïstische interesse voor provocatie<br />

en verzet en voor de rafelranden van de<br />

eigentijdse cultuur, een interesse voor<br />

de kunsthistorische tradities waarin hijzelf<br />

wortelde en voor de plaats die hij in<br />

de kunstwereld innam. Vanuit die ambitieuze<br />

houding ontwikkelde hij zich als<br />

een veelzijdig kunstenaar. Zijn ideeënrijkdom,<br />

grillige fantasie, bijtende ironie<br />

en (zelf)spot brachten hem vaker tot<br />

metaforische projecties van zijn persoon-


<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> 125 jaar jong,<br />

een felicitatie waard!<br />

grote liefdes<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

ernst W. Veen<br />

Directeur De Nieuwe Kerk en<br />

Hermitage Amsterdam<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt speelt een voorhoederol in de<br />

relatie tussen beheerders van ons cultureel erfgoed – de<br />

musea – en hun bezoekers. zij draagt zorg voor het behoud<br />

en de verrijking van de collecties en stimuleert met velerlei<br />

initiatieven het publiek tot een bezoek aan musea. Het is<br />

onze gemeenschappelijke verantwoordelijkheid zorgzaam<br />

om te gaan met ons openbaar kunstbezit voor de huidige<br />

en volgende generaties.de privé verzamelaar speelt<br />

eveneens een belangrijke rol in het roerende cultureel<br />

erfgoed van ons land. Veel door verzamelaars aangekochte<br />

kunst werken blijven zo voor ons behouden, ofschoon buiten ons blikveld. gelukkig vinden<br />

echter vele werken hun weg naar de openbare collecties. de particuliere organisatie de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt en de particuliere verzamelaar vormen zo de ruggengraat van ons<br />

unieke kunstbezit. de musea en andere tentoonstellingshuizen maken het zichtbaar voor<br />

een miljoenen publiek. om aandacht te vragen voor de betekenis van het openbaar<br />

kunstbezit en de rol van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt daarbij, stelt de nieuwe kerk zich voor<br />

een tentoonstelling te organiseren met werk uit privé collecties.<br />

de nieuwe kerk in amsterdam is al ruim 27 jaar de locatie voor een breed en gevarieerd<br />

tentoonstellingsprogramma. in de programmering probeert zij aansluiting te zoeken<br />

bij de actualiteit, of – en dat maakt de nieuwe kerk zo uniek – bijzondere collecties te<br />

presenteren, die om plausibele redenen hun weg naar de musea niet vinden. de nieuwe<br />

kerk kan vrije keuzes maken, niet gehinderd door structurele subsidies of een eigen<br />

collectie en onderzoeksgebied. in combinatie met een fantastisch gebouw dat weinig<br />

drempels kent, geeft dit de nieuwe kerk veel speelruimte.<br />

een privé verzamelaar zal dat gevoel herkennen. anders dan een museum kan de<br />

verzamelaar zelf beslissen aan welke verlangens hij toegeeft. Hij kan zijn collectie<br />

aanvullen gedreven door de wens tot verbreding van zijn specialisme of puur uit<br />

emotionele overwegingen. Heel wat prachtige verzamelingen zijn zo tot stand gekomen.<br />

Sommige komen later in musea terecht, maar lang niet alle. een perfecte aansluiting op<br />

bestaande museum collecties is namelijk niet altijd te vinden.<br />

Van die verborgen collecties is de nieuwe kerk gefascineerd geraakt. Welke schatten hangen<br />

en staan er in de huiskamers in nederland; welke verzamelaars willen hun kunst, kennis en<br />

hartstocht voor verzamelen met ons delen? en hoe groot is de rol van particuliere<br />

verzamelaars ten opzichte van het behoud en beheer van belangrijke kunstwerken? ook<br />

de vraag naar de positie van de mecenas die als particulier vermogensfonds als stimulator<br />

functioneert is interessant, terwijl het eveneens belangwekkend is te onderzoeken welke<br />

musea nou juist zijn ontstaan uit particuliere verzamelingen.<br />

in samenwerking met renée Steenbergen, specialist in deze materie en auteur van het<br />

zojuist verschenen boek De Nieuwe Mecenas. Cultuur en de terugkeer van het particuliere<br />

geld, onderzoekt de nieuwe kerk de mogelijkheden om in de zomer van 2011 een tentoonstelling<br />

te organiseren met werk uit privé-collecties. doel is om topstukken uit nederlands<br />

particulier en voormalig particulier kunstbezit te tonen, waarbij vooral wordt gestreefd werken<br />

te selecteren die nog nooit of niet vaak in het openbaar te zien zijn geweest. Te denken valt<br />

daarbij aan een ruime selectie kunstvormen en genres uit de beeldende kunsten van de<br />

17de eeuw tot heden. dit alles voor een groot publiek en wellicht ook ter inspiratie voor<br />

toekomstige verzamelaars. als ‘verjaarscadeau’ wil de nieuwe kerk de leden van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt met hun kaart graag uitnodigen voor een bezoek aan deze tentoonstellings<br />

lijke, vaak chaotische levensgeschiedenis.<br />

Daarom getuigt het drieluik - achteraf<br />

beschouwd - van Kippenbergers status als<br />

complexe kunstenaarspersoonlijkheid in<br />

het Duitsland van de late decennia van<br />

de 20ste eeuw.<br />

Dat laatste was niet altijd evident. Dat<br />

Kippenberger spontaan en met veel misbaar<br />

geïmproviseerde acties opzette en<br />

zich graag als poseur in het middelpunt<br />

van de aandacht plaatste, heeft lang verhuld<br />

hoe rijk en verscheiden zijn oeuvre<br />

was. Hoewel hij medio jaren tachtig tal<br />

van galerie- en museumtentoonstellingen<br />

had, heeft Kippenberger, die 44 jaar<br />

oud aan leverkanker overleed, bij leven<br />

nooit de doorbraak beleefd waar hij als<br />

kuns te naar op hoopte. Cynisch en scherp<br />

als hij kon zijn, raakte hij in twijfel over<br />

zijn artistieke status tegenover Duitse<br />

grootheden als Gerhard Richter en<br />

Günther Förg. Het maakte hem onvoorspelbaar<br />

en compromisloos in zijn uitingen:<br />

zowel artistiek als in zijn verhouding<br />

tot anderen.<br />

Drei Häuser mit Schlitzen is uiteindelijk een<br />

complex, anti-utopisch werk, een radicale,<br />

laat 20ste-eeuwse tegenhanger van het<br />

utopisch avant-gardisme van Malevich,<br />

Mondriaan, De Stijl en het Bauhaus<br />

– hoogtepunten van de 20ste-eeuwse<br />

visionaire kunst die in de collectie van<br />

het Stedelijk Museum sterk aanwezig is.<br />

De relativering van het utopisch avantgardisme<br />

is een programmatisch punt<br />

van meer West-Duitse kunst van de jaren<br />

tachtig, zoals bijvoorbeeld blijkt uit het<br />

werk van Georg Herold. De kritische stellingname<br />

tegenover idealisme en vooruitgangsgeloof<br />

in Kippenbergers drieluik<br />

maakt dat het werk niet alleen een bijzondere<br />

aanvulling is op het overzicht dat<br />

het Stedelijk Museum kan bieden van de<br />

beeldende kunst uit West-Duitsland, maar<br />

ook dat het drieluik het panorama aan<br />

houdingen dat het Stedelijk Museum te<br />

bieden heeft van nieuwe uitersten en<br />

perspectieven voorziets<br />

Jan van adrichem<br />

Hoofd collecties Stedelijk museum


Onze grote liefde<br />

Johannes Vermeer - De liefdesbrief - ca.1669 - Olieverf op doek – 44 x 38 cm - Rijksmuseum, Amsterdam<br />

Wij zijn elkaars grote liefde. Maar we hebben er samen nog één: ‘De liefdesbrief’ van Vermeer.<br />

Dat is een liefde die we graag met iedereen delen. En gelukkig kan dat. Want het openbaar<br />

kunstbezit is echt van ons allemaal. De <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> helpt al 125 jaar onze musea<br />

verder te verrijken. Daarom zijn wij lid van <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>. U zou dat ook moeten zijn.<br />

Kunt u mooi naar de tentoonstelling 125 Grote Liefdes: De mooiste aankopen met steun van de<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>. Gratis. Te zien van 3 oktober t/m <strong>18</strong> januari in het Van Gogh Museum<br />

Amsterdam.<br />

Lid worden kan al vanaf € 60,- / jaar. U ontvangt de <strong>Rembrandt</strong>kaart en daarmee heeft u gratis<br />

toegang tot meer dan 110 musea in Nederland. Kijk op www. verenigingrembrandt.nl<br />

125<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>, al 125 jaar sponsor van het openbare kunstbezit


Titus cirkel<br />

ook dit voorjaar heeft de<br />

Titus cirkel weer een<br />

aantal activiteiten voor<br />

haar leden georganiseerd.<br />

in april werd het traditionele<br />

jaardiner gehouden, in<br />

mei werden speciale<br />

rondleidingen verzorgd<br />

tijdens de art amsterdam,<br />

en in juni vond er tijdens<br />

de art Basel een speciaal<br />

verzamelaarsdiner plaats,<br />

georganiseerd samen met<br />

de kenner van hedendaagse<br />

kunst kai van Hasselt.<br />

32 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

het Jaardiner <strong>2008</strong><br />

op 24 april vond het jaardiner van de Titus<br />

cirkel plaats. Hiervoor wordt telkens weer<br />

een nieuwe locatie gezocht en na het<br />

Stedelijk museum, de kunsthal en het cobra<br />

museum werden wij nu in de gelegenheid<br />

gesteld ons diner in het rijksmuseum te<br />

lokaliseren. en wel in de prachtige rembrandtzalen,<br />

onder het toeziend oog van onder<br />

andere rembrandts De staalmeesters, Het<br />

Joodse bruidje en Titus, en werken van<br />

andere beroemdheden uit de gouden eeuw.<br />

een groot aantal van deze schilderijen werd<br />

ooit verworven met de steun van de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt.<br />

de opkomst was overweldigend. Voorafgaand<br />

aan het diner werden boeiende<br />

rondleidingen gegeven door medewerkers<br />

van het rijksmuseum. na het dessert was<br />

er een korte terugblik op het afgelopen jaar.<br />

Twee belangrijke ondersteuningen werden<br />

in 2007 via het Titus Fonds gerealiseerd,<br />

waaronder een collectie foto’s van Sanne<br />

Sannes aangekocht door het rijksmuseum.<br />

martijn Sanders, aankomend voorzitter van<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt, vertelde over de<br />

in het verschiet liggende lustrumactiviteiten<br />

en vervolgens gaf mattie Boom, conservator<br />

fotografie van het rijksmuseum, een inspirerende<br />

voordracht over het werk van<br />

Sanne Sannes.<br />

Jaardiner Titus cirkel in het rijksmuseum<br />

Ontvangst art amsterdam<br />

in mei was er een speciale ontvangst voor<br />

de leden van de Titus cirkel en de young<br />

collectors van Sotheby’s tijdens art<br />

amsterdam. Hier toonden 125 galerieën<br />

uit binnen- en buitenland schilderijen,<br />

fotografie, beelden, video’s en installaties<br />

van zo’n 750 kunstenaars.<br />

anneke oele, directeur art amsterdam,<br />

verzorgde een inleiding, die werd gevolgd<br />

door rondleidingen onder leiding van<br />

martijn Sanders, Jan van adrichem en<br />

matthijs erdman.<br />

diner art basel<br />

Van 4 tot en met 8 juni werd de art Basel<br />

gehouden. op de 39ste editie van deze<br />

kunstbeurs waren 300 toonaangevende<br />

kunstgaleries uit dertig landen vertegenwoordigd<br />

met 20ste en 21ste-eeuwse kunst<br />

van ruim 2.000 kunstenaars. de Titus cirkel<br />

organiseerde samen met kai van Hasselt,<br />

medeorganisator van de verzamelaarcursus<br />

in tentoonstellingsruimte W139, een speciaal<br />

diner op een schitterende locatie direct<br />

aan de rijn. naast leden van de Titus cirkel<br />

schoof een interessant gezelschap van verzamelaars,<br />

kunstenaars, museumdirecteuren<br />

en galeriehouders aan. een verzamelaarster<br />

uit Japan en enkele duitse verzamelaars<br />

vertelden over hun op die dag gelanceerde<br />

internetsite (www.independent-collectors.<br />

com), waarop verzamelaars met elkaar van<br />

gedachten kunnen wisselen. Tijdens het<br />

diner werden ervaringen uitgewisseld over<br />

de kunstbeurs en het afgelopen kunstjaar,<br />

en werden nieuwe plannen gesmeed voor<br />

de toekomst.<br />

in het najaar zal weer een aantal Titusevenementen<br />

worden georganiseerd zoals<br />

de kinderdag en de ontvangst op de Pan<br />

amsterdam. dit alles naast de activiteiten<br />

in het kader van het lustrum van de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt.<br />

Quirine cleton,<br />

namens de activiteitencommissie


n i e u W s v a n d e v e r e n i g i n g<br />

nog geen lid van de vereniging rembrandt?<br />

dit is dé gelegenheid…<br />

omdat de <strong>Vereniging</strong> rembrandt dit jaar 125 jaar be staat wordt dit<br />

jubileum<strong>bulletin</strong> in een aanzienlijk grotere oplage verspreid dan normaal.<br />

Behalve aan leden en relaties van de vereniging wordt het Bulletin<br />

ditmaal bijvoorbeeld meegestuurd aan alle abonnees van het<br />

Museumtijdschrift. ook zal het Bulletin te koop zijn in het Van gogh<br />

museum gedurende de tentoonstelling 125 grote liefdes met steun van<br />

de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>.<br />

als u nog geen lid van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt bent is dit het uitgelezen<br />

moment om het te worden. niet alleen ontvangt u dan drie maal<br />

per jaar ons Bulletin maar ook de rembrandtkaart, die gratis toegang<br />

geeft tot de vaste collecties van 110 nederlandse musea. in ons jubileumjaar<br />

kunt u als lid bovendien profiteren van de activiteiten die elders in dit<br />

nummer uitgebreid worden beschreven. Het allerbelangrijkste is echter<br />

dat u met uw lidmaatschap bijdraagt aan de verrijking van ons openbaar<br />

kunstbezit. en dat allemaal vanaf € 60,- per jaar. elders in dit Bulletin<br />

vindt u een aanmeldingskaart voor het lidmaatschap. maak er gebruik<br />

van, u zult er geen spijt van hebben.<br />

leden maken leden<br />

zoals bekend streeft de <strong>Vereniging</strong> rembrandt ernaar in haar lustrumjaar<br />

de grens van 10.000 leden te passeren. in <strong>2008</strong> zijn wij gestart met<br />

9642 leden. de nodige acties worden gelanceerd, maar het meest effectief<br />

blijkt toch steeds weer de overtuigingskracht van de eigen leden. We<br />

doen daarom opnieuw een oproep aan de leden om vrienden en familieleden<br />

lid te maken. zeker in dit lustrumjaar heeft de vereniging veel te<br />

bieden. zo wordt de leden gelegenheid geboden om voor een speciale<br />

prijs in te tekenen op de luxe editie van het boek 125 jaar openbaar<br />

kunstbezit met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> door prof. dr <strong>Peter</strong><br />

<strong>Hecht</strong>, en kunnen zij gratis de tentoonstelling 125 grote liefdes met steun<br />

van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> in het Van gogh museum bezoeken.<br />

vlnr: Fusien Bijl-de Vroe, dr gijs van der Ham,<br />

<strong>Peter</strong> de Boer en Willem Baron van dedem.<br />

33 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

vereniging rembrandt<br />

en de teFaF<br />

op de kunst- en antiekbeurs<br />

TeFaF die van 6 tot 16 maart<br />

jl. in maastricht werd<br />

gehouden presenteerde de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt zich in een eigen stand. Heel bijzonder was het<br />

gebaar van de TeFaF om de <strong>Vereniging</strong> rembrandt ter gelegenheid van<br />

haar 125-jarig bestaan een bedrag van € 50.000,- te schenken, bestemd<br />

voor een aankoop voor een van onze musea. op de stand van<br />

kunsthandel de Boer kon, mede dankzij de bemiddeling van ons erelid<br />

mr W. Baron van dedem, nog tijdens de beurs een fraai miniatuurportret<br />

door michiel van musscher en een gouden penning worden aangekocht,<br />

die straks een plaats zullen krijgen in Het nieuwe rijksmuseum.<br />

Het dubbelportretje is in 1689 geschilderd. Hierop is te zien, zo blijkt<br />

uit een Latijnse inscriptie op de voorzijde, hoe isaac Pontanus zijn klein-<br />

zoon Hendrik van Beek ter gelegenheid van zijn achtste verjaardag een<br />

gouden penning geeft. deze gouden penning is in zijn oorspronkelijke<br />

doosje bewaard gebleven en maakt deel uit van het ensemble, dat reeds<br />

getoond werd op de tentoonstelling Twaalf jaar aanwinsten ter gelegenheid<br />

van het afscheid van ronald de Leeuw als hoofddirecteur van het<br />

rijksmuseum.<br />

Oprichting grootouder gezelschap<br />

Tijdens een feestelijke bijeenkomst in het<br />

Haags Historisch museum is op 4 april <strong>2008</strong><br />

het grootouder gezelschap opgericht met als<br />

prachtige start 31 aanmeldingen. inmiddels<br />

heeft ook de eerste bijeenkomst van de grootouders<br />

met hun kleinkinderen plaatsgevonden op 24 mei jl. in museum<br />

Boijmans Van Beuningen. Het was een bijzonder geanimeerde bijeenkomst<br />

met kinderen in de leeftijd van 5 tot 12 jaar, die zich niet onbetuigd<br />

lieten tijdens de rondleiding langs de tentoonstelling Vroege<br />

Hollanders. daarbij bleken verschillende kinderen tijdens het ‘praktijkgedeelte’<br />

van de bijeenkomst talentvolle pigmentenmengers en schilders<br />

te zijn. zie voor deelname aan het grootouder gezelschap elders in dit<br />

Bulletin onder ‘lidmaatschap’.<br />

Fonds Cleyndert en stortenbekerfonds helpen bij de<br />

verwerving van verspronck-portretten<br />

Het rijksmuseum wist in het afgelopen jaar, onder andere met behulp<br />

van een gunstige successieregeling, twee fraaie portretten van Johannes<br />

cornelisz Verspronck te verwerven. Hierover wordt elders in dit Bulletin<br />

geschreven. er was echter nog een fors bedrag nodig om de aankoop te<br />

realiseren. mede dankzij twee Fondsen op naam van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt, het Fonds cleyndert en het Stortenbekerfonds, maken de<br />

portretten nu voorgoed deel uit van ons openbaar kunstbezit. de Fondsen<br />

op naam maken het verschil!<br />

nalatenschap mevrouw erna everts<br />

op 14 juni 2007 overleed ons lid mevrouw erna everts. uit haar testament<br />

bleek dat zij een zeer substantieel deel van haar nalatenschap voor de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt had bestemd. de vereniging heeft deze nalatenschap<br />

in grote dankbaarheid aanvaard en zal door middel van steun aan<br />

toekomstige kunstaankopen voor een optimale bestemming van de<br />

ontvangen gelden zorg dragen.<br />

augustinus op het strand<br />

Wij willen onze leden er graag op attent maken<br />

dat een flink aantal van de columns die professor<br />

Henk van os in de rubriek Ogenblik voor het<br />

Bulletin schrijft, zijn gebundeld in diens eerder dit<br />

jaar verschenen publicatie Augustinus op het strand.<br />

Henk van os, Augustinus op het strand,<br />

uitgeverij Balans, amsterdam <strong>2008</strong>, 300 pagina’s,<br />

iSBn 978 90 50<strong>18</strong> 666 7


tentoonstelling in het van gogh museum: 125 grote liefdes<br />

met steun van de vereniging rembrandt<br />

Hoewel het lustrumjaar van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt heel <strong>2008</strong> beslaat zal het zwaartepunt<br />

vooral in het najaar liggen, gedurende de tentoonstelling<br />

125 grote liefdes met steun van de<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> in het Van gogh museum.<br />

in een vorig Bulletin (2007, nr 3) heeft samensteller<br />

<strong>Peter</strong> <strong>Hecht</strong> al een tipje van de sluier over de tentoonstelling<br />

opgelicht. inmiddels is duidelijk dat<br />

– dankzij de ruimhartige medewerking van ruim 40<br />

musea – een schitterende parade van topstukken<br />

uit nederlands museaal bezit te zien zal zijn. de<br />

vormgeving door Wim crouwel zal daar spectaculair<br />

op aansluiten.<br />

advertentiecampagne<br />

in september start een landelijke advertentiecampagne met de oproep<br />

lid te worden van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt. De liefdesbrief van<br />

Vermeer, een van de blikvangers op de tentoonstelling 125 grote liefdes<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>, is hiervoor als beelddrager gekozen.<br />

in dit Bulletin vindt u de primeur van de campagne.<br />

boek: 125 jaar openbaar kunstbezit met<br />

steun van de vereniging rembrandt<br />

Tegelijk met de opening van de tentoonstelling zal<br />

de publicatie 125 jaar openbaar kunstbezit met<br />

steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> van <strong>Peter</strong><br />

<strong>Hecht</strong> verschijnen. dit boek is een uitermate boeiende<br />

geschiedenis van ons openbaar kunstbezit,<br />

waarin de <strong>Vereniging</strong> rembrandt een centrale<br />

plaats inneemt. Het zal rijk worden geïllustreerd, vooral met afbeeldingen<br />

van kunstwerken die met steun van onze vereniging zijn verworven<br />

en waarvan er vele ook in de tentoonstelling te zien zullen zijn, maar het<br />

boek is meer dan een catalogus bij de tentoonstelling. de publicatie<br />

wordt verzorgd door Waanders uitgevers in zwolle. aan de leden van<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt is inmiddels een brochure toegestuurd voor<br />

een exclusieve voorintekening op de uitgave in een speciale cassette.<br />

Wie wordt het 10.000ste lid?<br />

Het moment waarop de <strong>Vereniging</strong> rembrandt haar 10.000ste lid kan<br />

verwelkomen nadert met rasse schreden. Het zou een fraaie mijlpaal in<br />

ons lustrumjaar betekenen. Het 10.000-ste lid willen wij graag met een<br />

bijzonder cadeau verwelkomen: een exemplaar van de speciale editie<br />

van het boek 125 jaar openbaar kunstbezit met steun van de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong> van <strong>Peter</strong> <strong>Hecht</strong>. deze uitgave in een fraaie linnen cassette<br />

was tot 1 augustus alleen voor leden van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt op<br />

voorintekening verkrijgbaar. de namen van de intekenaren zijn achterin<br />

het boek opgenomen. Het ‘10.000ste lid’ staat al op deze lijst. Wie zal<br />

dit zijn? u misschien?<br />

34 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

n i e u W s v a n<br />

Jubileumpostzegel 125 jaar<br />

vereniging rembrandt<br />

Ter gelegenheid van het 125-jarig bestaan<br />

van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

heeft TnT Post op 13 juni een speciale<br />

postzegel uitgegeven naar ontwerp<br />

van het duo cobbenhagen en<br />

Hendriksen. Het gaat om een vel met<br />

één zegel van € 6,65, waarop signaturen<br />

zijn te zien van een groot aantal<br />

kunstenaars wier werk de <strong>Vereniging</strong> rembrandt sinds<br />

<strong>18</strong>83 heeft helpen aankopen. de eerste postzegel is op<br />

13 juni door katja Veen namens TnT Post overhandigd<br />

aan de scheidend directeur van het<br />

rijksmuseum, ronald de Leeuw,<br />

staande voor één van zijn favoriete<br />

aanwinsten, de drie portretten van<br />

Jacob Jordaens.<br />

in de eerstedag-envelop voor verzamelaars<br />

is een brief meegestuurd van<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt, waarin de<br />

filatelisten uiteraard worden opgeroepen<br />

lid te worden. zie voor verdere<br />

informatie www.tntpost.nl.<br />

met de postzegel verschijnt een fraai vormgegeven boekje, dat ook het<br />

postzegelvelletje bevat, over de <strong>Vereniging</strong> rembrandt. Het is uitgegeven<br />

door uitgeverij daVo in deventer. Voor informatie: www.davo.nl<br />

nieuwe website<br />

Het lustrum vormde de aanleiding om de website van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt geheel te vernieuwen en uit te breiden. de vernieuwde<br />

website wordt financieel mogelijk gemaakt door het Prins Bernhard<br />

cultuurfonds. een belangrijk nieuw element is een overzicht van alle<br />

werken die in de afgelopen 125 jaar mede met steun van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt zijn verworven. zo krijgt u per museum, of op jaar van aanschaf,<br />

of op kunstenaar, of op verzamelgebied een overzicht van al die<br />

werken die zonder u niet deel<br />

hadden kunnen uitmaken van<br />

‘ons’ nationaal openbaar<br />

kunst bezit. deze virtuele catalogus<br />

is belangeloos mogelijk<br />

gemaakt door The art<br />

document company (Tadc).<br />

deze firma is gespecialiseerd in<br />

het samenstellen van kunstcatalogi<br />

voor particulieren. een<br />

pilot van de website was al te<br />

zien op de TeFaF in maastricht.<br />

www.verenigingrembrandt.nl


d e v e r e n i g i n g<br />

lustrumsymposium bondgenoten of tegenpolen?<br />

Ter gelegenheid van het 125-jarig verzamelen voor het openbaar kunstbezit<br />

door de <strong>Vereniging</strong> rembrandt, op 14 oktober <strong>2008</strong> in utrecht,<br />

duisenberg auditorium rabobank nederland<br />

thema<br />

Het openbaar kunstbezit in nederland is relatief jong. naast de traditioneel<br />

aanwezige particuliere kunstverzamelingen zijn de meeste museale<br />

verzamelingen die dit openbaar kunstbezit huisvesten pas aan het eind<br />

van de 19de eeuw verschenen. Vanaf <strong>18</strong>83 ijvert de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt voor het behoud en de verrijking van de nederlandse openbare<br />

kunstcollectie, zoals te zien in onze musea. daarnaast bestaan traditioneel<br />

de particuliere collecties, die vanouds de basis vormen van ons<br />

openbaar kunstbezit. in de laatste decennia zijn er bovendien privé<br />

musea gesticht, denk aan musea als stichting de Pont (Tilburg), annex<br />

Huis marseille (amsterdam), museum Beelden aan zee (Scheveningen)<br />

en het Scheringa museum voor realisme (Spanbroek). deze musea spelen<br />

mee in het openbare domein en het museumbestel, maar hoeven<br />

geen politiek-bestuurlijke verantwoording af te leggen, zoals een door<br />

de overheid gesubsidieerd museum dat wel moet doen.<br />

Van toenemend belang zijn ook de bedrijfsverzamelingen. in de bedrijfscollecties<br />

zitten stukken die primair zijn aangekocht om het verblijf van<br />

de betrokkenen in de kamers en vergaderzalen op een kwalitatief verantwoorde<br />

wijze te veraangenamen, maar de collecties zijn geleidelijk<br />

aan naast een economische waarde ook een kunsthistorische waarde<br />

gaan vertegenwoordigen, waardoor ze ook voor de (brede) ‘collectie<br />

nederland’ van belang kunnen zijn.<br />

Hoe verhouden deze verschillende spelers in de beeldende kunst zich tot<br />

elkaar; vullen zij elkaar aan of lopen zij elkaar voor de voeten. zijn zij,<br />

kortom, bondgenoten of tegenpolen? en (hoe) zouden de verschillende<br />

verzamelaars, particulieren, musea en bedrijven beter gebruik kunnen<br />

maken van elkaars daadkracht en expertise?<br />

Dagvoorzitter<br />

Paul Schnabel (directeur Sociaal en Cultureel Planbureau)<br />

Voor wie?<br />

Het lustrumsymposium is bestemd voor verzamelaars en iedereen die<br />

geïnteresseerd is in het nederlands openbaar kunstbezit en/of werkzaam<br />

is binnen de cultuursector, het bedrijfsleven, de wetenschap, journalistiek<br />

en de politiek.<br />

Waar?<br />

duisenberg auditorium rabobank nederland. croeselaan <strong>18</strong>, utrecht<br />

Wanneer?<br />

dinsdag 14 oktober <strong>2008</strong>, van 9.15 uur tot <strong>18</strong>.00 uur<br />

Kosten en inschrijving<br />

€ 50 voor <strong>Vereniging</strong> rembrandtleden<br />

€ 75 voor niet-leden (als u zich bij aanmelding ook als lid van de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt aanmeldt, betaalt u € 50,-)<br />

35 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer 2006<br />

Programma<br />

09.15 uur aanmelden en koffie<br />

10.00 uur welkomstwoord door gastheer namens de rabobank,<br />

Hans ten cate (Raad van Bestuur)<br />

10.15 uur key-note speech carel Blotkamp<br />

(emeritus hoogleraar kunstgeschiedenis VU)<br />

10.50 uur coreferent Sjarel ex<br />

(directeur Museum Boijmans Van Beuningen)<br />

11.15 uur pauze<br />

11.45 uur foruminterviews met verzamelaars van moderne kunst<br />

12.30 uur lezing over mecenaat door renée Steenbergen<br />

(kunsthistorica, publicist, journalist)<br />

13.00 uur lunch<br />

14.00 uur lezing door emilie gordenker (directeur Mauritshuis)<br />

14.30 uur foruminterview met particuliere verzamelaars van klassiek<br />

moderne en oude kunst<br />

15.15 uur pauze<br />

15.45 uur rondetafelgesprek met vertegenwoordigers bedrijfscollecties<br />

16.30 uur afsluiting door minister Plasterk<br />

17.00 uur Borrel<br />

u kunt zich aanmelden via www.boekman.nl of middels de bijgevoegde<br />

antwoordkaart elders in dit Bulletin. Toewijzing vindt plaats op volgorde<br />

van aanmelding. Het entreebewijs krijgt u t.z.t. samen met het verzoek<br />

tot betaling per post toegestuurd.<br />

Het symposium wordt financieel mogelijk gemaakt door de mondriaan<br />

Stichting, Stimuleringsfonds voor beeldende kunst, vormgeving en cultureel<br />

erfgoed. met dank aan rabobank nederland voor het beschikbaar<br />

stellen van het duisenberg auditorium. mediapartner Het Financieele<br />

dagblad<br />

110 musea besteden aandacht aan de vereniging rembrandt<br />

‘Een beeld van verzamelen’<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt hanteert een drietal belangrijke criteria bij het<br />

verlenen van steun bij de aankoop van een kunstwerk, en steunt nooit<br />

meer dan 50% van de totale aankoopsom:<br />

1 het moet gaan om een autonoom kunsthistorisch werk;<br />

2 het werk moet passen in de collectie van de aanvrager en van dermate<br />

belang zijn dat deze kan garanderen het werk in de vaste collectie<br />

op te nemen. de aanvrager verplicht zich werken die om technische<br />

redenen niet permanent getoond kunnen worden tenminste één keer in<br />

de vijf jaar te tonen;<br />

3 het werk moet een hiaat vullen in de collectie nederland. mocht een<br />

bepaalde kunstenaar al ruim vertegenwoordigd zijn in de collectie<br />

nederland, dan moet het een lacune opvullen in het reeds te tonen<br />

oeuvre van die kunstenaar.


in de afgelopen 125 jaar hebben meer dan 2500 kunstwerken aan deze<br />

criteria voldaan waardoor zij met steun van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

konden worden aangekocht voor meer dan honderd musea. Het zijn belangrijke<br />

kunsthistorische werken, die zich nauwelijks als nieuwkomer in<br />

een bestaande collectie hoefden in te vechten, maar vaak zo snel assimileerden,<br />

dat niemand zich nog kon voorstellen dat dat bepaalde werk er<br />

ooit niet was te zien. een keuze uit de topstukken, vaak ook de topstukken<br />

van de collectie nederland en het nederlands erfgoed – zeg maar,<br />

de visitekaartjes van de nederlandse musea – worden ter gelegenheid<br />

van het 125-jarig bestaan van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt in het Van<br />

gogh museum getoond. dat is dan nog maar de top van deze belangrijke<br />

‘virtuele’ verzameling, waarbij vooral het eerste criterium van het<br />

autonome kunstwerk spreekt.<br />

Het tweede criterium – passen in de collectie – is minstens even belangrijk,<br />

niet alleen voor de <strong>Vereniging</strong> rembrandt om wel of geen steun<br />

te verlenen, maar zeker ook voor het museum dat<br />

nu juist dat kunstwerk begeerde om zijn vaste collectie<br />

naar een hoger of beter niveau te kunnen<br />

tillen. en ook al gelden die aankopen wellicht niet<br />

als de absolute top, voor de musea zelf zijn die<br />

aankopen onmisbaar voor het completeren en<br />

verrijken van hun vaste collectie. zo verwierf het<br />

zeeuws museum in middelburg in 2002 een klein,<br />

laat 16de-eeuws, in goud en bergkristal gevat<br />

portretmedaillon van koningin elizabeth i van engeland, dat volgens de<br />

inscriptie op de achterzijde door de graaf van Leicester namens zijn vorstin<br />

aan de thesaurier-generaal van zeeland, adriaan manmaker, was<br />

overhandigd. dit vorstelijk geschenk, dat naast de kunsthistorische<br />

waarde ook een eigen verhaal vertelt over de banden tussen de engelsen<br />

en zeeuwen aan het einde van de 16de eeuw, heeft in het hernieuwde<br />

zeeuws museum een vaste plaats gekregen in de wandtapijtenzaal, de<br />

topstukken van het museum die vertellen over de strijd tegen de<br />

Spanjaarden in de Tachtigjarige oorlog. de tapijten maken onderdeel uit<br />

van een unieke serie vervaardigd tussen 1593 en 1604 in opdracht van<br />

de Staten van zeeland.<br />

een ander voorbeeld uit de vele steunverleningen is de aankoop in<br />

2003 van het portretje van Theodorus Schrevelius door Frans Hals voor<br />

het Frans Hals museum in Haarlem. Het museum<br />

was weliswaar al in het bezit van acht groepsportretten,<br />

pendantportretten en een enkel portret van<br />

Frans Hals, maar een miniatuurportret van zijn<br />

hand was nog niet aanwezig. Het is daarmee het<br />

twaalfde werk van deze meester in de museumcollectie.<br />

in andere nederlandse musea bevinden zich<br />

geen miniatuurportretten van Hals en daarmee is<br />

de aankoop tevens een belangrijke verrijking van<br />

het nationale kunstbezit. Frans Hals schilderde verschillende kleine portretten<br />

van geleerden, dominees en andere belangrijke publieke figuren,<br />

die als voorbeeld dienden voor gravures, in totaal 35 stuks. de gravures<br />

werden tegenover de titelpagina afgebeeld in publicaties van de betref-<br />

36 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

n i e u W s v a n d e<br />

fende persoon of als bijvoegsel eraan toegevoegd. Het feit dat Schrevelius<br />

in 1648 een geschiedschrijving over Haarlem in druk uitgaf, maakte de<br />

aanvrager, het Frans Hals museum, tot de plek waar dit portretje ook echt<br />

thuis hoort.<br />

om een goed beeld te kunnen geven van de virtuele verzameling van<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt zoals die zich de afgelopen 125 jaar heeft gevormd,<br />

is dus juist de vaste collectie van de musea, waarbinnen dat bepaalde<br />

object zijn plaats heeft verworven, onontbeerlijk. daarom is de<br />

musea dit jaar gevraagd de werken in hun vaste collectie die gesteund zijn<br />

door de Verenging rembrandt gedurende een korte periode, bij voorkeur<br />

gelijktijdig met de grote tentoonstelling in het Van gogh museum, nog eens<br />

extra ‘uit te lichten’. door al deze werken, of het nu een zilveren theeservies,<br />

een sarcofaag, een tekening of een schilderij betreft, te accentueren,<br />

wordt in één oogopslag niet alleen duidelijk welke werken gesteund zijn<br />

door de <strong>Vereniging</strong> rembrandt, maar ook hoe belangrijk nu juist dat ene<br />

kunstwerk is binnen de vaste collectie van dat bepaalde museum.<br />

Twee voorbeelden van de speciale aandacht die u kunt verwachten:<br />

bijzondere presentatie kunstnijverheid in het<br />

gemeentemuseum den haag<br />

Het gemeentemuseum den Haag grijpt het jubileum van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt aan om vanaf 13 september in de Stijlkamers een overzicht<br />

te geven van de maar liefst circa 50 voorwerpen van kunstnijverheid<br />

die het museum in de loop der jaren met steun van de <strong>Vereniging</strong> heeft<br />

aangekocht.<br />

Kan en bekken<br />

Batavia, zilver, ca. 1700.<br />

kan H 29 cm, B 28 cm; bekken H 7,5 cm,<br />

diam. 56,5 cm<br />

gemeenTemuSeum den Haag,<br />

verworven in 1975 met steun van de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

schoteltje<br />

china, emailbeschildering op metaal, goud,<br />

ca. 1730-1740 (yongzheng/ vroeg<br />

Qianlong), H 2,9 cm, diam. 14,9 cm<br />

gemeenTemuSeum den Haag,<br />

verworven in 1955 met steun van de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

Concert te hattem<br />

in het kader van het 125-jarig bestaan van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

organiseert de Stichting. kunstkring Hattem in samenwerking met het<br />

Voerman museum Hattem op donderdag 6 november in de grote- of<br />

andreaskerk te Hattem, het: ‘bosboom’concert<br />

Werken van Britten, Bach, reijseger, dvorák en Sjostakovitsj, uitgevoerd<br />

door het autunno ensemble o.l.v. marien van Staalen, m.m.v. ernst<br />

reijseger, cello.<br />

de directe aanleiding voor het feestelijk concert vormt de financiële<br />

steun van de <strong>Vereniging</strong> aan het Voerman museum Hattem bij de aan


v e r e n i g i n g<br />

schaf in 1985 van het schilderij Interieur van de Grote­ of Andreaskerk<br />

te Hattem, door Johannes Bosboom (<strong>18</strong>17-<strong>18</strong>91).<br />

naast de première van een compositie van ernst reijseger voor cello en<br />

strijkorkest, door hemzelf uitgevoerd, staan op het programma:<br />

Prelude en fuga, Benjamin Britten<br />

Sinfonie nr. 3, carl Philipp emanuel Bach<br />

Notturno, antonín dvorák<br />

Kammersymphonie nr. 10, dmitri Sjostakovitsj.<br />

Het concert vindt plaats op donderdag 6 november in de grote- of<br />

andreaskerk te Hattem en begint om 20.15 uur. kaarten à 10 euro zijn<br />

in de voorverkoop verkrijgbaar bij het Voerman museum Hattem,<br />

tel. 038 444 28 97<br />

sponsordiner in het rijksmuseum<br />

op 10 oktober vindt in de eregalerij van het vernieuwde, nog lege<br />

rijks museum een sponsordiner plaats voor bedrijven, ten behoeve van het<br />

werk van de jarige <strong>Vereniging</strong> rembrandt. Het inmiddels gerestaureerde<br />

cuypers-interieur zal bij die gelegenheid spectaculair worden verlicht, als<br />

schitterend decor voor een avond vol verrassingen, geheel in het teken van<br />

de kunst. de netto opbrengst van de avond komt vanzelfsprekend ten<br />

goede aan het openbaar kunstbezit. Hoofdsponsor van het diner is aegon<br />

nederland. Voor informatie: sponsordiner@verenigingrembrandt.nl<br />

avrO maakt televisiedocumentaire<br />

Ter gelegenheid van het lustrum zal de aVro een 6-delige televisiedocumentaire<br />

uitzenden, waarin wordt getoond wat er allemaal bij komt kijken<br />

voordat de tentoonstelling 125 grote liefdes met steun van de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong> kan worden geopend. eerst moet er een keuze worden gemaakt<br />

uit de rijkdom van door de vereniging gesteunde werken, die het verhaal<br />

van 125 jaar verzamelen voor het openbaar kunstbezit duidelijk vertelt.<br />

aan een flink aantal musea wordt vervolgens gevraagd hun topstukken<br />

voor drie maanden af te staan. Vervoer en verzekering dienen te worden<br />

geregeld. Tenslotte wordt naar ontwerp van vormgever Wim crouwel de<br />

tentoonstelling in het Van gogh museum opgebouwd en ingericht. kortom,<br />

een kijkje achter de schermen, dat vanaf 4 oktober tot en met 8 november,<br />

elke zaterdag wordt uitgezonden onder de titel: 125 grote liefdes met<br />

steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>.<br />

sponsoren<br />

Voor de realisatie van de lustrumviering heeft de <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

een gewillig oor gevonden bij een aantal sponsoren. Financiële steun werd<br />

ontvangen van het SnS reaal Fonds, het Prins Bernhard cultuurfonds,<br />

aegon nederland, de raBo Bank, de mondriaan Stichting, de nS, het<br />

kF Heinfonds en de ottema-kingma Stichting. Het Van gogh museum<br />

kan worden gezien als de hoofdsponsor in natura omdat dit museum de<br />

kosten op zich neemt van de tentoonstelling 125 grote liefdes, met steun<br />

van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>. Het rijksmuseum stelt zijn gebouw om<br />

niet beschikbaar voor het intekendiner en The art document company<br />

investeert belangeloos in de nieuwe website.<br />

37 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

De <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

betekent voor mij…<br />

grote liefdes<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

rudi ekkart<br />

directeur Rijksbureau voor<br />

Kunsthistorische<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

Documentatie (RKD), Den<br />

Haag, en bestuurslid van<br />

de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt is<br />

naar mijn stellige overtuiging<br />

een onmisbaar vliegwiel voor<br />

de uitbreiding van het openbaar<br />

nederlands kunstbezit. Bij<br />

vrijwel alle grotere en ook bij<br />

tal van kleinere kunstaankopen<br />

door nederlandse musea<br />

vervult de vereniging een<br />

niet te verwaarlozen rol.<br />

die rol heeft rembrandt gedurende de afgelopen 125 jaar<br />

vrijwel ononderbroken vervuld en ondanks het feit dat de<br />

hulpmiddelen voor de verwerving van kunstwerken vooral<br />

in de afgelopen tien jaar enorm zijn toegenomen, is die taak<br />

nog even actueel als in <strong>18</strong>83.<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt is in financieel opzicht zeker<br />

niet meer de grootste speler bij de realisering van museale<br />

aankopen, maar is nog wel altijd een onmisbare partij. in<br />

feite is rembrandt de nationale bundeling van het particulier<br />

initiatief op dit gebied, die samen met de vriendenorganisaties<br />

van de individuele musea – en uiteraard samen met de<br />

gelukkig nog altijd talrijke particuliere schenkers van kunstwerken<br />

– de betrokkenheid van de nederlandse bevolking<br />

bij het openbaar kunstbezit tot uitdrukking brengt. dat<br />

gebeurt door een zorgvuldige kwalitatieve selectie van voor<br />

steun in aanmerking komende objecten. anderzijds strekt<br />

het werkterrein zich uit over een zeer breed gebied, want het<br />

omvat alle uitingen van beeldende kunst uit de gehele wereld<br />

uit alle tijden en varieert bovendien van topkunst tot werken<br />

van toonaangevende kunstenaars van locaal en regionaal<br />

niveau.<br />

zonder de voortdurende inspanningen van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt in de afgelopen 125 jaar zou het nederlandse<br />

openbaar kunstbezit beduidend armer zijn dan nu het geval<br />

is, zonder dergelijke inspanningen in de komende decennia<br />

zal de groei van datzelfde openbaar kunstbezit in omvang,<br />

kwaliteit en onderlinge afstemming terugvallens


algemeen<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt werd<br />

onder de naam Vereeniging<br />

<strong>Rembrandt</strong> tot behoud in<br />

Nederland van kunstschatten<br />

opgericht op 24 september <strong>18</strong>83.<br />

Het doel van de vereniging is het behouden en<br />

uitbreiden van kunstschatten voor nederland, en<br />

het verrijken van het openbare bezit aan kunstschatten<br />

in nederland, het daartoe vergroten van<br />

de publieke belangstelling voor en het verhogen<br />

van de kennis van het roerend cultureel erfgoed, in<br />

het bijzonder in nederlandse openbare collecties.<br />

de vereniging is ingeschreven bij de kamer van<br />

koophandel te amsterdam, no. V40531<strong>18</strong>6.<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt is bij de Belastingdienst<br />

gerangschikt als een algemeen nut Beogende<br />

instelling en heeft daardoor de zgn. anBi-status.<br />

dit betekent dat de vereniging over ontvangen<br />

Op welke wijze levert uw schenking meer op?<br />

p een gift is een schenking uit vrijgevigheid<br />

zonder dat daar op geld waardeerbare aanspraken<br />

tegen over staan. de <strong>Vereniging</strong> rembrandt is<br />

gebaat bij elke gift. de gift kan in geld of natura<br />

(w.o. kunstvoorwerpen) geschieden en als<br />

eenmalige of peri o -dieke schenking gedaan<br />

worden. Fiscaal is het het aantrekkelijkst voor u<br />

om de schenking in vijf of meer vaste termijnen<br />

te voldoen. Voor een dergelijke gift is, evenals bij<br />

erfstellingen of legaten, het inschakelen van een<br />

notaris nodig. de Vere ni ging rembrandt is bereid<br />

de notariële kosten voor haar rekening te nemen<br />

bij periodieke giften vanaf € 200,- per termijn.<br />

p door erfstelling of legaat kunt u uw vermogen,<br />

een bedrag en/of kunstvoorwerpen nalaten aan<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt. de bestemming van<br />

de kunstvoorwerpen kan worden bepaald in<br />

overleg met de <strong>Vereniging</strong> rembrandt. Hiervoor<br />

geldt onder bepaalde voorwaarden de genoemde<br />

vrijstelling van successierechten.<br />

p Ten slotte noemen wij de bijzondere mogelijkheid<br />

dat erfgenamen het successierecht gedeelte-<br />

38 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

schenkingen en/of nalatenschappen geen<br />

(successie)belasting verschuldigd is.<br />

lidmaatsChaP<br />

p gewoon lidmaatschap:<br />

(tenminste) € 60,- per jaar<br />

p echtpaar/partners lidmaatschap (twee personen):<br />

(tenminste) € 85,- per jaar<br />

p jongerenlidmaatschap (t/m 25 jaar):<br />

(tenminste) € 20,- per jaar<br />

p lidmaatschap voor het leven:<br />

vanaf € 1.200,- (eenmalig)<br />

p partnerlidmaatschap: (twee personen) voor het<br />

leven: vanaf € 2.000,- (eenmalig)<br />

p Titus cirkel:<br />

gedurende vijf jaar jaarlijks minimaal € 1000,p<br />

grootouder gezelschap:<br />

lidmaatschap € 60,- per jaar plus 1) gedurende<br />

vijf jaar jaarlijks € 500, of 2) eenmalig € 1500,-<br />

lijk voldoen door overdracht van kunstvoorwerpen<br />

aan de Staat. u kunt ons hierover raadplegen.<br />

Waaraan draagt u bij?<br />

u draagt bij aan de realisatie van de algemene<br />

doelstelling van de <strong>Vereniging</strong> rembrandt:<br />

verrijking van ons openbaar kunstbezit in<br />

algemene zin, of aan de verwerving van kunst<br />

werken op een be - paald verzamelgebied. nieuwe<br />

mogelijkheden zijn: een rembrandtfonds op<br />

naam of een Themafonds.<br />

Wat is een rembrandtfonds op naam?<br />

een persoonlijke manier van schenken of nalaten.<br />

Het is een apart fonds, waarvan de oprichter in<br />

samenspraak met de <strong>Vereniging</strong> rembrandt de<br />

naam bepaalt (bijvoorbeeld de naam van de<br />

stichter[s]), de doelstelling en de wijze van<br />

besteding. Voor een rembrandtfonds op naam<br />

geldt een minimum bedrag van € 75.000.<br />

Wat is een themafonds?<br />

deze fondsen worden in het leven geroepen voor<br />

p bedrijfslidmaatschap:<br />

(tenminste) € 1.000,- per jaar<br />

Leden die in aanvulling op de contributie een gift<br />

van (tenminste) € 250,- doen, kunnen voor dat<br />

jaar de status van donateur verkrijgen.<br />

de leden hebben op vertoon van hun lidmaatschapskaart<br />

gratis toegang tot de permanente<br />

collecties van de ruim honderd musea waaraan de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt steun heeft verleend, alsmede<br />

tot de ledenvergaderingen en de bijzondere<br />

ledenbijeenkomsten. Voorts ontvangen de leden<br />

het Bulletin met actuele informatie en beschouwingen<br />

door experts en fraaie afbeeldingen van<br />

de kunstwerken die met steun van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt zijn verworven (echtpaar/partnersleden<br />

ontvangen één Bulletin). Voor nadere informatie<br />

kunt u contact opnemen met het bureau van de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt.<br />

g e v e n O m K u n s t ? d e K u n s t v a n h e t g e v e n !<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt steunt kunstaankopen van musea<br />

ten behoeve van ons openbaar kunstbezit. Van overheidswege<br />

wordt dit particulier initiatief fiscaal ondersteund. Voor giften<br />

van particulieren gelden onder bepaalde voorwaarden aftrek-<br />

mogelijkheden voor de inkomsten- en successiebelasting.<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt is geheel vrijgesteld van schenkings-<br />

en successierechten. zo kan zij optimaal profiteren van uw<br />

gift tijdens uw leven of bij erfstelling.<br />

degenen die geïnteresseerd zijn in een bepaald<br />

verzamelgebied. u kunt bijdragen aan een<br />

afzonderlijk Themafonds, bedoeld om bepaalde<br />

onderdelen van de openbare collecties te steunen,<br />

bijvoorbeeld 17de-eeuwse schilderkunst, religieuze<br />

kunst, prenten en tekeningen, beeldhouwkunst,<br />

kunstnijverheid of moderne kunst. op deze wijze<br />

kunt u daadwerkelijk bijdragen aan kunstaankopen<br />

in bepaalde richtingen. de <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

kent inmiddels de volgende Themafondsen:<br />

Themafonds zilver, Themafonds Prenten en<br />

Tekeningen, Themafonds glas en Themafonds<br />

Schilderkunst 17de eeuw.<br />

nadere informatie<br />

Wij geven u graag nadere informatie over de<br />

vermelde mogelijkheden. Hiervoor is een speciale<br />

brochure geven om kunst? de kunst van het<br />

geven samengesteld, die wij u desgevraagd<br />

toezenden. Wij nodigen u uit om hierover<br />

contact op te nemen met het Bureau (drs<br />

H.m. Blankenberg, telefoon 070-427 17 20,<br />

e-mail: blankenberg@verenigingrembrandt.nl).


de leden van de vereniging rembrandt hebben op vertoon van het bewijs van lidmaatschap vrije toegang tot de vaste collecties van de<br />

musea die sinds de oprichting van de vereniging in <strong>18</strong>83 zijn gesteund bij de aankoop van kunstwerken. dit zijn:<br />

alKmaar • Stedelijk museum<br />

aPPingedam • museum Stad appingedam<br />

amerOngen • kasteel amerongen<br />

amersFOOrt • museum Flehite<br />

amstelveen • cobra museum<br />

amsterdam • allard Pierson museum<br />

• amsterdams Historisch museum<br />

• Bijbels museum<br />

• Joods Historisch museum<br />

• museum amstelkring<br />

• museum het rembrandthuis<br />

• museum Willet-Holt huysen<br />

• nederlands Scheep vaartmuseum<br />

• Pijpenkabinet & Smokania<br />

• rijksmuseum<br />

• Stedelijk museum<br />

• Stedelijk museum Bureau<br />

amsterdam<br />

• Tropenmuseum<br />

• Van gogh museum<br />

aPeldOOrn • Paleis Het Loo-nationaal museum<br />

aPPingedam • museum Stad appingedam<br />

arnhem • gemeentemusea<br />

assen • drents museum<br />

asten • Beiaard- en natuurmuseum asten<br />

berg en dal • afrika museum<br />

bergen OP ZOOm • Het markiezenhof<br />

beverWiJK • museum kennemerland<br />

breda • Breda’s museum<br />

brielle • Historisch museum den Briel<br />

delFt • museum Lambert van meerten<br />

• Stedelijk museum Het Prinsen hof<br />

• Volkenkundig museum nusan ta r a<br />

deventer • gemeentemusea<br />

dOrdreCht • dordrechts museum<br />

• museum mr. Simon van gijn<br />

eindhOven • museum kempenland<br />

• Stedelijk Van abbemuseum<br />

enKhuiZen • Stg rijksmuseum zuiderzeemuseum<br />

ensChede • rijksmuseum Twenthe<br />

gOrinChem • gorcums museum<br />

gOuda • Stedelijke musea<br />

’s-gravenhage • gemeentemuseum den Haag<br />

• Haags Historisch museum<br />

• koninklijk kabinet van<br />

39 <strong>Vereniging</strong> remBrandT zomer <strong>2008</strong><br />

Schilderijen mauritshuis<br />

• museum meermanno<br />

• museum mesdag<br />

grOningen • groninger museum<br />

haarlem • Frans Halsmuseum<br />

• Teylers museum<br />

• Historisch museum Haarlem<br />

harlingen • gemeentemuseum Het<br />

Hannemahuis<br />

hattem • Voerman museum<br />

’s-heerenberg • kasteel Huis Bergh<br />

helmond • gemeentemuseum Helmond<br />

’s-hertOgenbOsCh • museum het kruithuis<br />

• noordbrabants museum<br />

heusden a/d maas • Het gouverneurshuis<br />

hilversum • goois museum<br />

hOOrn • Westfries museum<br />

KatWiJK • katwijks museum<br />

laren • Singer museum<br />

leeK • nationaal rijtuigenmuseum<br />

leens • Borg Verhildersum<br />

leerdam • nationaal glasmuseum<br />

leeuWarden • Fries museum<br />

• ceramiekmuseum /Princessehof<br />

leiden • museum Boerhaave<br />

• Prenten ka binet der rijks-<br />

univer si teit<br />

• rijksmuseum van oudheden<br />

• rijksmuseum voor Volken kunde<br />

• Stedelijk museum de Lakenhal<br />

lOOsdreCht • kasteel-museum Sypestyn<br />

maarssen • Slot zuylen<br />

maastriCht • Bonnefantenmuseum<br />

marKen • marker museum<br />

middelburg • zeeuws museum<br />

niJmegen • museum Het Valkhof<br />

OtterlO • kröller-müller museum<br />

• nederlands Tegelmuseum<br />

Purmerend • Purmerends museum<br />

ridderKerK • Huys ten donck (alleen de tuinen)<br />

rOermOnd • Stedelijk museum roermond<br />

rOtterdam • atlas van Stolk/Het Schielandhuis<br />

(Historisch museum rotterdam)<br />

• kunsthal rotterdam<br />

• maritiem museum rotterdam<br />

• museum Boijmans Van Beuningen<br />

• Wereldmuseum rotterdam/<br />

museum voor Volkenkunde<br />

• nai nederlands architec tuur-<br />

in sti tuut<br />

rOZendaal • kasteel rosendael<br />

de riJP • rijper museum in ‘t Houten Huis<br />

riJsWiJK (Zh) • museum Het Tollenshuis<br />

sChiedam • Stedelijk museum<br />

sChOOnhOven • goud-, zilver-, en klokkenmuseum<br />

sluis • oudheidkundige Verzameling<br />

Belfort Sluis<br />

sneeK • Fries Scheepvaart museum<br />

tiel • Streekmuseum de groote<br />

Sociëteit<br />

tilburg • de Pont, Stichting voor<br />

hedendaagse kunst<br />

uden • museum voor religieuze kunst<br />

uithuiZen • menkemaborg<br />

utreCht • centraal museum<br />

• geldmuseum<br />

• nationaal museum van<br />

Speelklok tot Pierement<br />

• museum catharijneconvent<br />

vaassen • kasteel de cannenburch<br />

velsen-Zuid • museum Beeckestijn<br />

vlissingen • zeeuws maritiem muzeeum<br />

vOOrburg • museum Swaensteyn<br />

WeesP • gemeentemuseum<br />

WiJhe • kasteel het nijenhuis<br />

WOerden • Stadsmuseum Woerden.<br />

Zaandam • museum van het nederlandse<br />

uurwerk<br />

ZaltbOmmel • maarten van rossummuseum<br />

ZieriKZee • maritiem museum zierikzee<br />

• Stadhuismuseum<br />

ZutPhen • museum Henriëtte Polak in<br />

de Wildeman<br />

• Stedelijk museum<br />

zwolle • Stedelijk museum


Z At e r D A G 4 O K t O B e r , O B r e c h t K e r K , A M S t e r D A M<br />

aLgemene LedenVergadering<br />

met inleidingen door Prof. dr Henk van os en Prof. dr <strong>Peter</strong><br />

<strong>Hecht</strong>; aansluitend ledenontvangst in het van gogh museum<br />

met bezichtiging van de tentoonstelling 125 grote liefdes<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

al 125 jaar sponsor van het openbaar kunstbezit<br />

op zaterdag 4 oktober vindt de algemene Ledenvergadering van de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt plaats in de obrechtkerk, Jacob obrechtstraat 28, amsterdam. na de<br />

vergadering worden de leden uitgenodigd voor een exclusieve bezichtiging van de<br />

lustrumtentoonstelling 125 grote liefdes met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> in<br />

het Van gogh museum, Paulus Potterstraat 7, amsterdam. de tentoonstelling vertelt<br />

de geschiedenis van ons openbaar kunstbezit aan de hand van 125 topwerken,<br />

afkomstig uit meer dan 40 nederlandse musea.<br />

Programma<br />

Obrechtkerk<br />

grote liefdes<br />

16.00 uur ontvangst in de obrechtkerk<br />

16.15 uur inleiding over de obrechtkerk door Prof. dr Henk van os<br />

16.35 uur algemene Ledenvergadering<br />

met steun van de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

17.35 uur inleiding op de tentoonstelling 125 grote liefdes met steun van de<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> door Prof. dr <strong>Peter</strong> <strong>Hecht</strong>.<br />

17.55 uur einde van bijeenkomst in de obrechtkerk<br />

Van Gogh Museum<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

<strong>18</strong>.30 uur Van gogh museum, bezoek aan de tentoonstelling<br />

20.00 uur einde<br />

Het programma is alleen bestemd voor leden van de vereniging rembrandt (geen<br />

introducés). in verband met de organisatie verzoeken wij u vriendelijk zich vóór<br />

20 september aan te melden. u kunt hiervoor gebruik maken van de in dit Bulletin<br />

opgenomen antwoordkaart of per e-mail: bureau@verenigingrembrandt.nl<br />

u krijgt alleen bericht indien al 125 het jaar om capaciteitsredenen sponsor van het openbaar niet mogelijk kunstbezit<br />

blijkt uw<br />

aanmelding te honoreren.<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

V e r g e e t n i e t u w R e m b r a n d t k a a r t m e e t e n e m e n !<br />

Aanmelden vóór 20 september<br />

bereikbaarheid<br />

de obrechtkerk ligt op loopafstand van het<br />

concertgebouw en het Van gogh museum.<br />

Het adres van het Van gogh museum is<br />

Paulus Potterstraat 7.<br />

Openbaar vervoer<br />

de obrechtkerk en het Van gogh museum<br />

zijn gemakkelijk bereikbaar met de tram<br />

vanaf verschillende nS-stations in amsterdam.<br />

reisplanner openbaar vervoer:<br />

www.9292ov.nl<br />

Met de auto<br />

uit alle richtingen a10 afslag S108<br />

(amstelveen) of S109 (rai). Volg verder de<br />

borden centrum. Betaald parkeren kan in de<br />

omgeving rond het museumplein<br />

(museumkwartier noord en Stadsdeel<br />

oud-zuid) of in de parkeergarage eronder,<br />

ingang aan de Van Baerlestraat.<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

e-mail: bureau@verenigingrembrandt.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!