Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De<br />
<strong>van</strong> de<br />
<strong>van</strong> de<br />
Open Monumentendag <strong>Hoorn</strong><br />
Zaterdag 8 september 2012<br />
De<br />
<strong>van</strong> de<br />
<strong>Groen</strong><br />
<strong>van</strong><br />
<strong>Toen</strong>
Voorwoord<br />
Vandaag 8 september 2012 al weer de 26e Open Monumentendag, een niet meer weg<br />
te denken landelijk evenement met meer<br />
dan 800.000 bezoekers. Het thema <strong>van</strong> dit<br />
jaar GROEN VAN TOEN is ook op <strong>Hoorn</strong> <strong>van</strong><br />
toepassing, meer dan u wellicht vermoedt.<br />
Immers naast onze 395 monumentale bomen<br />
beschikken wij over stadsparken, tuinen,<br />
lanen, begraafplaatsen en niet te vergeten de<br />
Westfriese Omringdijk. Speciale aandacht zou<br />
ik willen vragen voor ons eigen 'kadetjesland'<br />
in Blokker (naast nr. 159).<br />
Peter Westenberg<br />
Ik hoop dat u <strong>van</strong>daag naast het bezoeken <strong>van</strong><br />
onze 'bekende' monumenten ook de stadsparken niet zult vergeten. Het artikel in<br />
dit boekje over de aanleg <strong>van</strong> onze stadsparken biedt u daarbij vast inspiratie. Ook<br />
treft u hierin een speciaal voor deze dag uitgezette themawandeling. U zult verrast<br />
worden door de fraaie binnenstadstuinen, die vaak verstopt als prachtige juwelen in<br />
de stad aanwezig zijn. Bent u met de fiets dan is er de speciale fietsroute met daarin<br />
opgenomen het kadetjesland, de historische fruitkwekerij in Blokker en de dikste<br />
boom <strong>van</strong> Noord-Holland, een ruim 200 jaar oude beuk.<br />
Zelf houd ik er<strong>van</strong> op zo’n dag gewoon met dit boekje in de hand wat rond te struinen<br />
en mij te laten verrassen.<br />
Kortom u merkt het al, er valt veel te genieten <strong>van</strong>daag. U zult begrijpen dat dit niet<br />
kan zonder de inzet <strong>van</strong> de eigenaren <strong>van</strong> onze monumenten en de vele vrijwilligers,<br />
die ik hiervoor ook namens u wil bedanken.<br />
Ik hoop dat dit boekje voor u een mooie gids zal zijn op uw ontdekkingstocht.<br />
Peter Westenberg<br />
Wethouder Erfgoed<br />
Inhoudsopgave<br />
• Voorwoord<br />
• Inleiding<br />
• Overzicht opengestelde panden<br />
• ’Tot verfraaying der stad‘. Plantsoenaanleg in <strong>Hoorn</strong> in de 19 e eeuw<br />
• Wandelroute <strong>Groen</strong> <strong>van</strong> <strong>Toen</strong><br />
• Kaart fietsroute<br />
• Fietsroute door <strong>Hoorn</strong>-Noord, Zwaag, Blokker en Risdam<br />
• Overzicht muziekoptredens<br />
2<br />
3<br />
5<br />
24<br />
39<br />
44<br />
46<br />
52
Inleiding<br />
De Open Monumentendag is bedoeld om de publieke belangstelling voor<br />
monumenten en het draagvlak voor monumentenzorg te vergroten. Traditiegetrouw<br />
zijn daarom op de tweede zaterdag <strong>van</strong> september veel monumentale gebouwen<br />
gratis opengesteld. Ook in <strong>Hoorn</strong>, Blokker en Zwaag staan op verschillende plaatsen<br />
de deuren open om u te ont<strong>van</strong>gen. U herkent de deelnemende panden aan de<br />
bekende Open Monumentendag-vlag. Zonder verdere vermelding bent u tussen<br />
11:00 uur en 17:00 uur welkom. De voormalige Engelbewaarderskerk in <strong>Hoorn</strong>-Noord<br />
is ook op zondag 9 september geopend (<strong>van</strong> 10.00 tot 16.00 uur).<br />
Dit jaar zijn naast de ‘klassiekers’ zoals de verschillende kerken ook weer enkele<br />
woonhuizen geopend. <strong>Hoorn</strong>s grootste monument, de voormalige staatsge<strong>van</strong>genis<br />
op het Oostereiland, is eveneens open voor het publiek. Het complex is recent geheel<br />
gerestaureerd.<br />
Vanwege het jaarthema ‘<strong>Groen</strong> <strong>van</strong> <strong>Toen</strong>’ is een wandelroute (circa twee kilometer<br />
lang) door de binnenstad uitgezet. Aan de hand <strong>van</strong> een historische stadskaart uit<br />
1890 voert deze u langs een aantal belangrijke monumenten en ook door enkele<br />
plantsoenen en binnenstadstuinen. Natuurlijk kunt u ook op eigen houtje de mooie<br />
plantsoenen rond de binnenstad verkennen. Tip: vooral het gedeelte tussen het<br />
Koepoortsplein en de Oosterpoort is zeer de moeite waard. Over de totstandkoming<br />
<strong>van</strong> de <strong>Hoorn</strong>se plantsoenen in de negentiende eeuw kunt u meer lezen in het<br />
thema-artikel in deze gids.<br />
Naast de monumenten in de binnenstad zijn er veel meer mooie gebouwen in onze<br />
gemeente het bekijken waard, maar niet alles is wandelend te bereiken. Daarom is in<br />
de gids een fietsroute <strong>van</strong> twaalf kilometer opgenomen die u langs het gebouwde<br />
en groene erfgoed buiten de binnenstad voert. Ook tijdens deze route door Blokker,<br />
Zwaag, Risdam en <strong>Hoorn</strong>-Noord is er speciale aandacht voor ‘<strong>Groen</strong> <strong>van</strong> <strong>Toen</strong>’: onder<br />
meer ziet u een zeldzaam perceel ‘kadetjesland’ waar<strong>van</strong> de oorsprong teruggaat tot<br />
de late middeleeuwen en een ruim 200 jaar oude bruine beuk, met een stamomtrek<br />
<strong>van</strong> zeven meter de dikste <strong>van</strong> Noord-Holland. Ook kunt u een bezoek brengen aan<br />
enkele historische fruitkassen die nog steeds in gebruik zijn.<br />
Op een aantal locaties zijn muzikale optredens en orgelconcerten. Hiervoor verwijzen<br />
wij u naar het activiteitenoverzicht op pagina 52.<br />
Ook dit jaar is de Open Monumentendag <strong>Hoorn</strong> weer mogelijk door financiële steun<br />
<strong>van</strong> de gemeente <strong>Hoorn</strong>, de Rabobank <strong>Hoorn</strong>-Midden Westfriesland, de adverterende<br />
bedrijven, en dankzij de medewerking <strong>van</strong> een groot aantal vrijwilligers, de eigenaars<br />
<strong>van</strong> de opengestelde panden, bureau Erfgoed gemeente <strong>Hoorn</strong> en het Comité Open<br />
Monumentendag <strong>Hoorn</strong>.<br />
Wij wensen u een monumentale dag toe.<br />
<strong>Groen</strong><br />
<strong>van</strong><br />
3<br />
<strong>Toen</strong>
K18_Adv. 135x225 NIEUW zonder v2_K18_Adv. 210x297 NIEUW zonder 14-04-11 11:04 Pagina 1<br />
Aannemingsmaatschappij<br />
Konst & <strong>van</strong> Polen bv<br />
Postbus 277<br />
1620 AG <strong>Hoorn</strong><br />
Binnenwijzend 21<br />
1617 KT Westwoud<br />
Tel.: 0228 - 562744<br />
Fax: 0228 - 562704<br />
info@konsten<strong>van</strong>polen.nl<br />
www.konsten<strong>van</strong>polen.nl<br />
KONST & VAN POLEN<br />
Restauratie, renovatie en nieuwbouw<br />
Konst & <strong>van</strong> Polen mag zich gerust een specialist noemen<br />
in oude en jonge monumenten.<br />
Momenteel mogen we dat laten zien op een aantal<br />
toonaangevende projecten zoals het museumgemaal<br />
De Cruquius, de Portugees-Israelietische synagoge en<br />
de Sibbelpanden op de Hoogte Kadijk Amsterdam.<br />
Want het bouwen zit in onze genen en we zijn trots op de<br />
projecten die we realiseren.<br />
Kortom:<br />
Bouwers met passie<br />
4
Opengestelde panden<br />
1. Achterom 15, 17<br />
2. Achterom 19<br />
3. Berkhouterweg 26<br />
4. Binnenluiendijk 2<br />
5. Binnenluiendijk 3-4<br />
6. Breed 38<br />
7. Dal 3<br />
7a. Dal 9<br />
8. Van Dedemstraat 8<br />
9. Drieboomlaan/Holenweg<br />
10. Gouw 7<br />
11. Grote Noord 15<br />
12. Grote Noord 31<br />
13. Grote Oost 2-4<br />
14. Grote Oost 28<br />
15. Grote Oost 43<br />
16. Grote Oost 53<br />
17. Grote Oost 58, 60<br />
18. Hoofd 2<br />
19. Johannes Poststraat 26<br />
20. Kerkelaan 8<br />
21. Kerkplein<br />
22. Kerkplein<br />
23. Kerkplein 39<br />
24. Kleine Noord 32<br />
25. Koewijzend 4<br />
26. Korte Achterstraat 2a<br />
27. Korte Achterstraat/Weeshuistuin<br />
28. Munnickenveld<br />
29. Nieuwstraat 23 / Nieuwsteeg<br />
30. Nieuwstraat/Wisselstraat/Kerkplein<br />
31. Noorderdracht 61<br />
32. Onder de Boompjes 22<br />
33. Oostereiland<br />
34. Oostereiland westoever<br />
35. Pakhuisstraat 10<br />
36. Pastoor Nuijenstraat 2<br />
37. Ramen 4<br />
38. Ramen 31a<br />
39. Roode Steen 1<br />
40. Roode Steen 8<br />
41. Roode Steen 9<br />
42. Roode Steen 15<br />
43. Westerblokker 125<br />
St.-Jozefhuis<br />
St.-Jozefschool<br />
Joodse begraafplaats<br />
Loge Vrijmetselarij<br />
Woon- en pakhuis<br />
De Gekroonde Jaagschuit<br />
Timmermansgildehuis<br />
St.-Pietershof<br />
Museumstoomtram<br />
R.-k. begraafplaats<br />
Herenhuis<br />
St.-Cyriacus- en Franciscuskerk<br />
De Vier Jaargetijden<br />
Drechterlandse Huis<br />
Post- en Telegraafkantoor<br />
Foreestenhuis<br />
Kantongerecht tot 15.00 uur<br />
Oosterkerk / Claes Joesthuys<br />
Hoofdtoren<br />
Engelbewaarderskerk<br />
Hervormde kerk<br />
Toren Grote Kerk<br />
Admiraliteitspoortje<br />
St.-Jansgasthuis<br />
Noorderkerk<br />
Historische fruittuin en kassen<br />
Mariakapel<br />
Mariaklooster/Burgerweeshuis<br />
Claes Stapelhof<br />
Statenlogement<br />
poortjes en tuin<br />
Molen De Krijgsman Oosterblokker<br />
VOC- pakhuizen<br />
Admiraliteitsgebouwen/Ge<strong>van</strong>genis<br />
Varend monument<br />
Speelgoedmuseum<br />
Lourdeskapel Zwaag<br />
Lutherse kerk<br />
Doopsgezinde kerk, verdieping<br />
Westfries Museum<br />
Waag<br />
Ridderikhof<br />
Rozenkruizers<br />
Monumentale bruine beuk<br />
5<br />
Activiteit<br />
Kunst<br />
Muziek<br />
Muziek<br />
Muziek<br />
Kunst<br />
Muziek<br />
Kunst<br />
Muziek<br />
Muziek<br />
Muziek
1<br />
Voormalig ‘R.K. Wees- en Oudeliedenhuis<br />
St. Jozef’ uit 1773. Het gebouw bestaat<br />
uit vier vleugels rondom een rechthoekig<br />
binnenhof. De zuilengalerij <strong>van</strong><br />
de achtervleugel is in 1884 dichtgezet.<br />
De voorgevel heeft een rijkversierde ingangspartij<br />
met lofwerk in Lodewijk XVstijl.<br />
In 1985 gerestaureerd en verbouwd<br />
tot 31 woningen. In het toegangsportaal<br />
een gedicht <strong>van</strong> Jan Bent. De regenten-<br />
en regentessenkamer ter weerszijden<br />
zijn nu vaste tentoonstellings- en voor-<br />
2<br />
Sint-Jozefhuis en museum Kaap <strong>Hoorn</strong>-vaarders<br />
Achterom 15, 17<br />
Sint-Jozefschool<br />
Achterom 19<br />
Voormalige katholieke lagere school<br />
voor jongens. Het ontwerp is <strong>van</strong> de<br />
Zaanse architect S. B. <strong>van</strong> Sante wat<br />
nog afleesbaar is op het tegeltableau in<br />
de gang op de begane grond. Ten behoeve<br />
<strong>van</strong> het schoolplein zijn in 1922<br />
twee woningen gesloopt, Achterom 17<br />
en 19. In 1951 is de school aan de westzijde<br />
uitgebreid met onder andere een<br />
gymnastieklokaal. Het interieur verkeert<br />
6<br />
lichtingsruimte <strong>van</strong> de Stichting Nederlandse<br />
Kaap <strong>Hoorn</strong>-vaarders. Door<br />
kaarten, prenten, scheepsmodellen,<br />
scheepsgerei, navigatie-instrumenten<br />
en andere voorwerpen wordt hier een<br />
duidelijk overzicht gegeven <strong>van</strong> de historische<br />
enerverende zeevaart om Kaap<br />
<strong>Hoorn</strong>, het uiterste zuidelijke puntje <strong>van</strong><br />
Zuid-Amerika. Oorspronkelijk heette<br />
het gebouw de ‘Barmhartigheid’. Het<br />
schoorsteenstuk in de regentessenkamer<br />
verwijst daar nog naar.<br />
nog grotendeels in oorspronkelijke staat<br />
met ruime gangen met tegelvloeren en<br />
tegellambriseringen. In deze lambriseringen<br />
zijn bijzondere tegeltableaus opgenomen<br />
met <strong>Hoorn</strong>se stadsgezichten<br />
en vergelijkingen tussen beroepen en<br />
leefomstandigheden in de oudheid en<br />
begin 20 e eeuw. De school wordt momenteel<br />
als atelierruimte verhuurd.
3<br />
De in 1778 officieel in gebruik genomen<br />
Joodse begraafplaats is in 1969 <strong>van</strong>wege<br />
de aanleg <strong>van</strong> de nieuwe wijk Grote Waal<br />
verplaatst <strong>van</strong> de Westersingel naar de<br />
noordoosthoek <strong>van</strong> de nieuwe algemene<br />
begraafplaats aan de Berkhouterweg.<br />
229 staande grafstenen, de oudste uit<br />
1762, twee liggende grafstenen, waar-<br />
4<br />
Joodse begraafplaats<br />
Berkhouterweg 26<br />
Voormalige Kamer <strong>van</strong> de Westindische<br />
Compagnie. De huidige voorgevel<br />
met verhoogde entree verving in 1784<br />
de gevels <strong>van</strong> de twee oorspronkelijke<br />
panden, die zich hierachter bevonden.<br />
Deze huizen waren vermoedlijk in 1689<br />
aangekocht door de West-Indische Compagnie<br />
(1621-1791) en ingericht tot haar<br />
“kamer” (kantoor). In het fronton het monogram<br />
GWCH (Geoctroyeerde West-Indische<br />
Compagnie <strong>Hoorn</strong>). Sinds 1872 in<br />
gebruik als loge ‘West-Friesland’ en loge<br />
‘De Eenhoorn’. Oude vrijmetselaarsalmanakken<br />
uit 1778 en 1780 maken melding<br />
<strong>van</strong> een loge in <strong>Hoorn</strong>: L’Esprit de Corps.<br />
Dit was een militaire loge, behorende bij<br />
het in <strong>Hoorn</strong> gelegerde regiment dat nu<br />
en dan <strong>van</strong> standplaats wisselde. Sommige<br />
gebruiken die nog in de loge in<br />
zwang zijn vinden daar hun oorsprong.<br />
5<br />
Logegebouw<br />
Binnenluiendijk 2<br />
Woon- en pakhuis<br />
Binnenluiendijk 3-4<br />
Binnenluiendijk 3 was een gecombineerd<br />
woon- en pakhuis. De gevel, waar<strong>van</strong> de<br />
top verdwenen is, heeft een in de 18e<br />
eeuw gedeeltelijk gewijzigde houten<br />
pui met gesneden consoles en puibalk.<br />
In het kalf <strong>van</strong> het getoogde deurtje is<br />
in een soort cartouche het jaartal 1624<br />
en een huismerk gesneden. Het interieur<br />
uit de bouwtijd is zeer gaaf bewaard<br />
gebleven en heeft nog het oorspronke-<br />
7<br />
<strong>van</strong> de grootste <strong>van</strong> de in 1796 overleden<br />
vooraanstaande rabbijn Süssman,<br />
en middenachter een verzamelgraf. Op<br />
de grafstenen naast algemene grafsymbolen<br />
(bijv. een treurboom) ook typisch<br />
Joodse symbolen zoals een opengeslagen<br />
thora tussen een besnijdenisklem<br />
en -mes. Naast volledig Hebreeuwse opschriften<br />
ook grafstenen met zowel Hebreeuwse<br />
als Nederlandse tekst en zes<br />
met geheel Nederlands opschrift.<br />
De vestibule met 18 e -eeuws stucwerk<br />
biedt toegang tot de ‘werkplaats’ of<br />
‘tempelruimte’.<br />
lijke houtskelet en een groot deel <strong>van</strong> de<br />
oude indeling. Binnenluiendijk 4 was tot<br />
ver in de vorige eeuw een (houten) visserijloods<br />
en werd door de vorige eigenaar<br />
met veel kennis en met behulp <strong>van</strong><br />
historische materialen uit andere huizen<br />
omgetoverd in een vroeg 18e-eeuws<br />
huis. (bron: jaarverslag Vereniging Hendrick<br />
de Keyser 2010)
6<br />
Winkelpand, in 1878 gebouwd in rijke<br />
neorenaissancestijl naar ontwerp <strong>van</strong><br />
de bekende <strong>Hoorn</strong>se architect A.C. Bleijs<br />
voor de <strong>Hoorn</strong>se koffiebranderij en handel<br />
in koffie, thee en tabak <strong>van</strong> de familie<br />
Kaag. Thans is hier een bakkerij gevestigd.<br />
Grotendeels nog oorspronkelijke<br />
winkelinrichting. De rijk bewerkte gevelsteen<br />
toont o.m. een voorstelling <strong>van</strong><br />
een trek- of jaagschuit. Mogelijk staat<br />
deze voorstelling hier in verband met de<br />
vertrek- en aankomstplaats <strong>van</strong> de trekschuit<br />
naar Amsterdam en Alkmaar. Deze<br />
bevond zich bij de 200 meter westelijker<br />
gelegen Westerpoort (gesloopt 1872),<br />
nabij de huidige schouwburg (2004).<br />
7<br />
De Gekroonde Jaagschuit<br />
Breed 38<br />
Timmermansgildehuis<br />
Dal 3<br />
Eenvoudig pand <strong>van</strong> baksteen, het enig<br />
overgebleven gildehuis <strong>van</strong> <strong>Hoorn</strong>, nu in<br />
gebruik bij het Westfries Genootschap.<br />
7a Sint-Pietershof<br />
Dal 9<br />
Van oorsprong een klooster <strong>van</strong> de Kruisherenbroeders.<br />
Na de hervorming is het<br />
'Oude Mannen- en Vrouwenhuis' geworden.<br />
Heeft ook als dolhuis en ge<strong>van</strong>genis<br />
dienst gedaan. Thans zijn hier 45<br />
woningen voor senioren ondergebracht.<br />
Het geheel bestaat uit drie binnenhoven,<br />
waar<strong>van</strong> de grootste toegankelijk is.<br />
Toegang via het hoofdgebouw <strong>van</strong> 1692<br />
in laat Hollands Classicisme. Links de<br />
wapenschilden <strong>van</strong> regenten en rechts<br />
8<br />
17de-eeuws schilderwerk op wanden,<br />
houtskelet en zoldering <strong>van</strong> de vergaderkamer<br />
<strong>van</strong> de gildevoogden op de<br />
eerste verdieping. Voorlichting en verkoop<br />
<strong>van</strong> boeken over de geschiedenis<br />
<strong>van</strong> Westfriesland.<br />
<strong>van</strong> burgemeesters. In het fronton op de<br />
voorgevel de eenhoorn <strong>van</strong> het <strong>Hoorn</strong>se<br />
wapenschild. De westelijke en oostelijke<br />
vleugels en het klokkentorentje <strong>van</strong> de<br />
binnenhof dateren <strong>van</strong> 1617, de galerijen<br />
zijn <strong>van</strong> iets latere datum. Monumentale<br />
regentenkamer met goudleerbehang<br />
uit 1768. Tuinaanleg ten dele in<br />
18de-eeuwse trand. Twee vroeg 19deeeuwse<br />
waterpompen. I.v.m. privacy bewoners<br />
is uitsluitend de binnenhof zelf<br />
toegankelijk, tenzij tijdens een rondleiding.<br />
Het complex is vorig jaar gerestaureerd.<br />
Er zijn regelmatig rondleidingen.
8<br />
Noordzijde station <strong>Hoorn</strong><br />
De 19de eeuw is een eeuw <strong>van</strong> industriële<br />
revolutie en technologische<br />
vernieuwingen, waar<strong>van</strong> het spoor en<br />
de stoomlocomotief heel belangrijke<br />
symbolen zijn. Een <strong>van</strong> de grootste<br />
collecties op dit gebied in ons land<br />
bevindt zich bij de Museumstoomtram<br />
<strong>Hoorn</strong>-Medemblik. Een museum waar<br />
de beroemde Bello en de andere locomotieven<br />
niet alleen prachtig worden<br />
onderhouden, maar bovendien nog<br />
steeds rijden op een kolenvuur om<br />
mensen te vervoeren. Op het emplacement<br />
kunnen ook een klein spoorwegmuseum,<br />
een oud seinhuis en de<br />
herstelplaats ‘de lange loods’ bezocht<br />
worden. Beleef de bijzondere sfeer <strong>van</strong><br />
9<br />
Museumstoomtram<br />
Van Dedemstraat 8<br />
R.-k. begraafplaats<br />
Drieboomlaan/Holenweg<br />
Rooms-katholieke begraafplaats uit<br />
1871 met kapel en gemetselde toegangsbrug<br />
waarop smeedijzeren hek.<br />
Het geheel is ontworpen door de bekende<br />
<strong>Hoorn</strong>se architect A.C. Bleijs. De neogotische<br />
kapel heeft een dakbedekking<br />
<strong>van</strong> zeldzame Oegstgeester pannen.<br />
Grafmonumenten <strong>van</strong> 1871 tot heden.<br />
Twee monumentaal beschermde platanen<br />
en een paardekastanje.<br />
10 Herenhuis<br />
Gouw 7<br />
Voornaam herenhuis uit 1753 met in de<br />
kroonlijst het alliantiewapen <strong>van</strong> de opdrachtgevers<br />
T. Velius en I. Codde <strong>van</strong><br />
der Burgh. Rijk geornamenteerd rond de<br />
deurpartij en de vensters op beide ver-<br />
9<br />
dit levende museum in de museumwerkplaats<br />
te <strong>Hoorn</strong>, die dit weekend<br />
gratis toegankelijk is.<br />
diepingen erboven. Het interieur bevat<br />
onder meer kamers in Lodewijk XIV- en<br />
Lodewijk XV-stijl (niet toegankelijk). De<br />
gang en het trappenhuis zijn verfraaid<br />
met Lodewijk XV stucwerk. De prachtige<br />
binnenstadstuin, bereikbaar via de<br />
gang, is opengesteld.
11 St. Cyriacus- en Franciscuskerk of Koepelkerk<br />
Grote Noord 15<br />
Driebeukige kruisbasiliek uit 1879-1882<br />
met twee elegante fronttorens en grote<br />
achthoekige vieringkoepel bekroond<br />
door een lantaarn. Baanbrekend ontwerp<br />
<strong>van</strong> de <strong>Hoorn</strong>se architect A.C. Bleijs in een<br />
combinatie <strong>van</strong> barokke, renaissance,<br />
romaanse en zelfs oosterse vormen. Van<br />
groot belang voor het stadsbeeld. Inwendig<br />
galerijen met bovenlichten, houten<br />
tongewelven met cassetten, deels houten<br />
binnenkoepel, zijbeukgewelven en binnenmuren<br />
<strong>van</strong> kunstzandsteen, kolommen<br />
en pilasters <strong>van</strong> Nassaus marmer.<br />
Muurschilderingen <strong>van</strong> Jan Dunselman<br />
e.a., kruiswegstaties, houten biechtstoelen,<br />
glas-in-loodramen <strong>van</strong> o.a. F. Nicolas<br />
& Zonen in Roermond. Door Bleijs ontworpen<br />
orgelkas <strong>van</strong> het Maarschalkerweerdorgel<br />
(1883) met de eerste open<br />
pijpopstelling in Nederland. De 15deeeuwse<br />
houten piëta (Maria met de dode<br />
Christus) en eikenhouten preekstoel (W.F.<br />
Krayenschot, 1756) zijn afkomstig uit de<br />
gesloopte voorganger, een schuilkerk.<br />
12 Lunchroom De Vier Jaargetijden<br />
Grote Noord 31<br />
Pand uit de 18de eeuw met rococo deuromlijsting.<br />
Hal en linker benedenkamer<br />
met Lodewijk XVI stucwerk. Medaillon<br />
13 Drechterlandse Huis<br />
Grote Oost 4, 6<br />
Herenhuis gebouwd in 1728 naar aanleiding<br />
<strong>van</strong> het huwelijk tussen Cornelis <strong>van</strong><br />
Foreest en Maria Everdina <strong>van</strong> Akerlaken.<br />
Naderhand samen met het rechter buurpand<br />
(nr. 2) gebruikt als Waterschapshuis<br />
voor het waterschap Westfriesland. Na<br />
het vertrek <strong>van</strong> de Duitse Ortskommandantur<br />
in mei 1945 is de benedenverdieping<br />
in neo-Lodewijk XVI-stijl opnieuw<br />
ingericht. Thans is hier het Nederlands<br />
Affichemuseum gevestigd.<br />
10<br />
met afbeelding <strong>van</strong> Hippocrates in de<br />
schoorsteenmantel.
14<br />
Post- en telegraafkantoor<br />
Grote Oost 28, 30<br />
Een mooi voorbeeld <strong>van</strong> een type overheidsgebouw<br />
zoals in het laatste kwart<br />
<strong>van</strong> de 19de eeuw veel gebouwd is.<br />
15 Foreestenhuis<br />
Grote Oost 43<br />
Voornaam woonhuis <strong>van</strong> de patriciërsfamilie<br />
Van Foreest, in 1724 ontstaan door<br />
samenvoeging <strong>van</strong> drie bestaande huizen<br />
waarvoor een nieuwe zandstenen<br />
voorgevel met attiek werd opgetrokken.<br />
De gevel wordt bekroond door vier beelden<br />
uit de Romeinse godenwereld: v.l.n.r.<br />
Minerva, Venus, Fides en Mars. De deurpartij<br />
en twee vensters erboven worden<br />
omlijst door Lodewijk XIV beeldhouwwerk.<br />
Het door twee atlanten gedragen<br />
balkon is voorzien <strong>van</strong> een smeedijzeren<br />
hek waarin het monogram <strong>van</strong> de opdrachtgever<br />
Nanning <strong>van</strong> Foreest. In de<br />
vestibule gestucte wanden en plafond<br />
met o.a. het oordeel <strong>van</strong> Paris, een <strong>van</strong>wege<br />
de drie schaars geklede mooie<br />
godinnen veelvuldig afgebeelde scène<br />
uit de Griekse mythologie. Gedeeltelijk<br />
oorspronkelijk smeedijzeren stoephek.<br />
Sinds 1815 in gebruik als remonstrantse<br />
16 Kantongerecht<br />
Grote Oost 53<br />
Een kenmerkend 18de-eeuws woonhuis<br />
met een sobere Lodewijk XV voorgevel.<br />
Het is een samenvoeging <strong>van</strong> twee panden.<br />
Lodewijk XV stucwerk, beschilderd<br />
behangsel met arcadische landschappen,<br />
18de-eeuwse lichtkoepel <strong>van</strong> gebrandschilderd<br />
glas in Lodewijk XV-stijl<br />
(rococo). Lodewijk XVI schouw.<br />
Tot 15.00 uur geopend.<br />
11<br />
Het ontwerp in neorenaissance-stijl is<br />
<strong>van</strong> rijksbouwmeester Peters. Gebouwd<br />
in 1876-'77 als Rijks Post- en Telegraafkantoor<br />
en als zodanig dienst gedaan<br />
tot 2004. Nu in gebruik als kunstuitleencentrum<br />
en appartementengebouw.<br />
kerk. De achtertuin is ingericht met bijbelse<br />
planten.
De restauratie <strong>van</strong> monumentale boerderijen, woon huizen en panden is een kostbaar en gecompliceerd<br />
proces. Daardoor wordt vaak besloten tot sloop en nieuwbouw. Niet helemaal onbegrijpelijk,<br />
maar wél jammer. Want met het verdwijnen <strong>van</strong> historische, beeldbepalende gebouwen gaat<br />
waardevol en onver<strong>van</strong>gbaar cultuurgoed verloren.<br />
IntermarisHoeksteen is een ondernemende woningcorporatie die werkt aan wonen in <strong>Hoorn</strong>,<br />
West- Friesland, Purmerend en Waterland. Wij ontwikkelen, realiseren en beheren niet alleen<br />
woningen maar restaureren ook historische, monumentale panden.<br />
www.intermarishoeksteen.nl<br />
Welkom in <strong>Hoorn</strong>!<br />
Kom genieten <strong>van</strong>....<br />
De lekkerste<br />
appeltaart<br />
<strong>van</strong><br />
Noord-Holland<br />
(AD-test)<br />
Gedempte Turfhaven 44 - <strong>Hoorn</strong> - 0229-270808<br />
www.detuynkamer.nl<br />
12<br />
De dagverse<br />
gerechten<br />
<strong>van</strong> onze<br />
dinerkaart<br />
Free wifi<br />
Onze<br />
uitgebreide<br />
lunchkaart<br />
Een mooie<br />
binnenstads-<br />
tuin!<br />
Parkeren na 18.00 gratis voor de deur<br />
m.u.v. koopzondag en koopavond
17<br />
Laatgotische kruiskerk met renaissance<br />
voorgevel uit 1616 naar ontwerp <strong>van</strong><br />
de bekende Amsterdamse architect en<br />
beeldhouwer Hendrick de Keyser. Vanouds<br />
vooral een schippers- en visserskerk.<br />
Prachtig Lodewijk XV snijwerk <strong>van</strong> Bätzorgelfront,<br />
kast voor klokgewichten, gebrandschilderde<br />
ramen, wenteltrap naar<br />
klokkenzolder. Het voorhuis <strong>van</strong> het naastgelegen<br />
17de- of mogelijk 16de-eeuwse<br />
Claes Joesthuys is <strong>van</strong>uit de kerk toegankelijk.<br />
De ruimtelijke structuur is nog intact:<br />
een 4,50 m hoog voorhuis met daarachter<br />
18<br />
Ooster- of Sint-Anthoniskerk en Claes Joesthuys<br />
Grote Oost 58, 60<br />
Hoofdtoren en Houten Hoofd<br />
Hoofd 2<br />
Als verdedigingstoren in 1532 gebouwd<br />
tegen aanvallen <strong>van</strong>uit zee. Laatgotische<br />
opzet. De bakstenen westgevel was oorspronkelijk<br />
voorzien <strong>van</strong> een trapgevel.<br />
De zeezijde is opgebouwd <strong>van</strong> lichte ledesteen.<br />
Als baken voor de scheepsvaart<br />
reeds <strong>van</strong> verre zichtbaar. Aan deze zijde<br />
is ook een z.g. lichtkooi te zien. De gevels<br />
zijn voorzien <strong>van</strong> een boogfries ter<br />
hoogte <strong>van</strong> de weergang. Het torentje<br />
met lantaarn uit 1750 is een kopie <strong>van</strong><br />
een verbrande voorganger uit 1651. Op<br />
de walmuur links <strong>van</strong> de toren, uitkijkend<br />
19 Engelbewaarderskerk<br />
Johannes Poststraat 26<br />
Za. 11.00-17.00 uur (behoudens uitvaarten)<br />
Zo. 10.00-16.00 uur<br />
Voormalige r.-k. kerk <strong>van</strong> de H.H. Engelbewaarders<br />
uit 1960-1961. De kerk met<br />
achterliggende sacristie en pastorie is gebouwd<br />
naar ontwerp <strong>van</strong> het architectenbureau<br />
Van Oerle-Schrama-Bos in Leiden.<br />
Aan<strong>van</strong>kelijk ontwierp het bureau in de<br />
stijl <strong>van</strong> de bekende architect Kropholler,<br />
maar eind jaren ’50 sloeg het bureau<br />
onder invloed <strong>van</strong> het Functionalisme ge-<br />
13<br />
twee verdiepingen. Ook het houtskelet en<br />
de hangkamer zijn nog aanwezig.<br />
over zee, de beeldengroep De scheepsjongens<br />
(Rolf, Hajo en Padde) <strong>van</strong> Bontekoe.<br />
Het daarachter gelegen Houten<br />
Hoofd dateert orspronkelijk uit 1464.<br />
heel nieuwe wegen in. De Engelbewaarderskerk<br />
in <strong>Hoorn</strong> is hier<strong>van</strong> een duidelijk<br />
voorbeeld. Onder meer in de betonnen<br />
klokkentoren met zijn afgeronde vormen<br />
is de invloed herkenbaar <strong>van</strong> de wereldberoemde<br />
kapel Nôtre Dame du Haut<br />
(1953-1955) in Ronchamps (Fr.) <strong>van</strong> architect<br />
Le Corbusier.
20 Hervormde kerk<br />
Kerkelaan 8, Zwaag<br />
Eenbeukige gotische kerk met een smaller<br />
en lager koor dat nog deels uitgevoerd<br />
is in tufsteen en kloostermoppen.<br />
Boven de noordelijke ingang tufstenen<br />
maaswerk. De voorgebouwde toren telt<br />
21 Grote Kerk<br />
Kerkplein<br />
Wonen en winkelen gaan tegenwoordig<br />
samen in deze uit 1881-1883 daterende<br />
voormalige hervormde kerk, gebouwd<br />
in neo-Hollandse renaissancestijl naar<br />
ontwerp <strong>van</strong> de Amsterdamse architect<br />
C. Muysken. Torenspits in 1939 in soberder<br />
vorm vernieuwd. Verbouwd in 1985<br />
22 Admiraliteitspoortje<br />
Kerkplein<br />
Rechts in de hoek <strong>van</strong> het Kerkplein het<br />
Admiraliteitspoortje, het enig overgebleven<br />
bouwdeel <strong>van</strong> het daarachter<br />
gestaan hebbende Admiraliteitsgebouw<br />
en Prinsenhof. Het poortje dateert <strong>van</strong><br />
1607. Het wapenschild draagt het wapen<br />
<strong>van</strong> de Westfriese Admiraliteit: het<br />
wapen <strong>van</strong> West-Friesland met twee gekruiste<br />
ankers en de letters PPP die staan<br />
voor Pugno Pro Patria (ik vecht voor het<br />
vaderland). De leeuwen- en mannenkoppen<br />
lijken afkomstig te zijn uit de<br />
14<br />
drie geledingen en wordt bekroond door<br />
een achthoekige gemetselde spits. Boven<br />
de toreningang een latei en boogvulling<br />
<strong>van</strong> rode zandsteen met gotische<br />
drie- en vierpasmotieven. Inwendig<br />
houten tongewelven, eiken preekstoel<br />
uit 1659 (achterschot 18de-eeuws) met<br />
snijwerk, ebben kussenpanelen en fraaie<br />
koperen Lodewijk XIV lezenaar (tweede<br />
kwart 18de eeuw), doophek met koperen<br />
voorzangerslezenaar, kaarsenarm, beide<br />
17de-eeuws, en fraaie koperen Lodewijk<br />
XIV doopboog uit 1748 bekroond door<br />
een pelikaan met jongen als symbool<br />
voor Christus, memoriebord uit hetzelfde<br />
jaar, twee psalmbordjes uit 1696, en een<br />
tweeklaviers Van-Damorgel (1881). Tussen<br />
kerk- en dienstruimte 18de-eeuws<br />
gemarmerd schot met vier deuren. De<br />
klok in de toren is in 1468 gegoten door<br />
de bekende Utrechtse klokkengieter Steven<br />
Butendiic.<br />
tot twee winkels en 32 woningen. In<br />
1838 is zijn gotische voorganger jammerlijk<br />
in vlammen opgegaan. Het was<br />
een bouwwerk <strong>van</strong> vergelijkbare statuur<br />
als de Grote Kerk in Haarlem en Alkmaar.<br />
Sinds de terugkeer <strong>van</strong> een carillon in<br />
1939 waaien weer regelmatig de feestelijke<br />
klanken <strong>van</strong> de beiaard over de<br />
stad. De toren kan tijdens Open Monumentdag<br />
beklommen worden.<br />
werkplaats <strong>van</strong> Hendrick de Keyser in<br />
Amsterdam.
23 Sint-Jansgasthuis<br />
Kerkplein 39<br />
Dit in vroeg-renaissancestijl gebouwde<br />
gasthuis uit 1563 diende oorspronkelijk<br />
voor verzorging <strong>van</strong> zieken en onderkomen<br />
<strong>van</strong> vreemdelingen. Tot 1841 was<br />
hier het gasthuis gevestigd en daarna<br />
deed het gebouw o.a. dienst als magazijn<br />
<strong>van</strong> het <strong>Hoorn</strong>se garnizoen en als<br />
botermarkt. Oorspronkelijke kleuren <strong>van</strong><br />
de koppen en maskers op de kraagstenen<br />
onder de eerste verdiepingsvloer.<br />
Nu tentoonstellingsruimte <strong>van</strong> Kunstenaarsvereniging<br />
<strong>Hoorn</strong> en omstreken.<br />
24 Noorder- of Vrouwekerk<br />
Kleine Noord 32<br />
Driebeukige gotische hallenkerk uit de 15de<br />
eeuw. De westgevel aan het Kleine Noord<br />
telt drie topgevels waar<strong>van</strong> de middelste<br />
met uithangende wijzerplaat. Het koor was<br />
na de hervorming eeuwenlang ingericht<br />
als ‘armenkerk’. Kansel (1635) en koorhek<br />
(1642) rijk voorzien <strong>van</strong> snijwerk, evenals<br />
de uit de afgebrande Grote Kerk afkomstige<br />
gotische eiken spiltrap. Beschildering balken<br />
en houten gewelven in gotisch trant. In de<br />
dakruiter hangen twee klokken uit 1606. De<br />
kerk is nog steeds in gebruik voor de eredienst,<br />
maar ook voor culturele activiteiten.<br />
25<br />
Historische fruitkwekerij<br />
Koewijzend 4, Blokker<br />
Een <strong>van</strong> de laatste fruitkwekerijen waar<br />
het gebied Bangert/Koewijzend sinds de<br />
15<br />
19de eeuw om bekend stond. Op dit bedrijf<br />
vindt u nog drie zogenaamde kniekassen<br />
(serres) uit het eind <strong>van</strong> de jaren<br />
’20 <strong>van</strong> de vorige eeuw. In een daar<strong>van</strong><br />
wordt nog steeds de Alicante-druif geteeld.<br />
Een in 1943 herplaatst warenhuis<br />
afkomstig uit Oudendijk is eveneens bewaard<br />
gebleven, met een naastgelegen<br />
ketelhuis uit hetzelfde jaar. Schuin achter<br />
het in 1930 gebouwde woonhuis een<br />
bewaarschuur voor appelen uit 1938. In<br />
de voortuin staat een beschermde hoogstamboom,<br />
een blonde goudreinet ‘Boskoop’.
26 Mariakapel<br />
Korte Achterstraat 2A<br />
Kapel uit 1508, onderdeel <strong>van</strong> het voormalige<br />
Mariaklooster. Het naastgelegen<br />
complex werd na de hervorming burgerweeshuis<br />
en de kapel zelf wapenarsenaal<br />
voor de Staten <strong>van</strong> Holland en Westfriesland.<br />
De gotische voorgevel is gepleisterd<br />
en na een brand in 1877 voorzien <strong>van</strong> een<br />
neoclassicistische toegangspartij. Het gotische<br />
uiterlijk <strong>van</strong> de kapel is goed waarneembaar<br />
<strong>van</strong>uit de vroegere weeshuistuin,<br />
via het poortje aan de kant <strong>van</strong> de<br />
Turfhaven te bereiken. De kapel is nu in<br />
gebruik als tentoonstellingsruimte <strong>van</strong> het<br />
kunstenaarsinitiatief Hotel Mariakapel en<br />
cultureel café.<br />
27 Mariaklooster/Burgerweeshuis<br />
Korte Achterstraat/Weeshuistuin<br />
Toegankelijk via poortje aan de Weeshuistuin.<br />
Dit is de voormalige binnentuin<br />
<strong>van</strong> het Mariaklooster. Vanaf het poortje<br />
gezien links de gotische kapel uit 1508<br />
en rechts de voormalige kloostergebouwen,<br />
die na de hervorming tot in de jaren<br />
1960, dus bijna vier eeuwen lang, als<br />
burgerweeshuis dienst deden. De gevels<br />
<strong>van</strong> deze gebouwen dateren grotendeels<br />
uit de 18de eeuw. Achter de kapel<br />
zijn de fundamenten <strong>van</strong> de vroegere<br />
28<br />
Claas Stapelhofje<br />
Munnickenveld 21<br />
Voormalig vrouwenhofje gesticht door<br />
Claas Stapel en twee vrienden in 1682.<br />
Twee historische waterpompen zijn nog<br />
16<br />
Catharinakapel boven het maaiveld opgetrokken.<br />
Hardstenen waterpomp in<br />
Lodewijk XV-stijl. Schuin daartegenover<br />
in de hoek <strong>van</strong> de muur is nog een vroegere<br />
wandpomp aanwezig. Een regenpijp,<br />
nog uit loden delen bestaand, voert<br />
het hemelwater naar een ondergrondse<br />
waterverzamelbak, waar het water uit<br />
opgepompt wordt. De plataan en de<br />
linde zijn als monumentale bomen beschermd.<br />
aanwezig. Het renaissance toegangspoortje,<br />
mogelijk uit de werkplaats <strong>van</strong><br />
Hendrick de Keyser, heeft in de Kruisstraat<br />
gestaan als toegang tot het terrein<br />
<strong>van</strong> het voormalige Ceciliaklooster, waar<br />
de Latijnse school was gevestigd.
29 Statenlogement en Ceciliakapel<br />
Nieuwstraat/Nieuwsteeg<br />
De ‘broeders <strong>van</strong> goeden wille’ hebben<br />
al in 1385 op deze plaats het Jeronymitenklooster<br />
gesticht. Een halve eeuw<br />
later gaven zij al hun bezittingen aan<br />
het nonnenklooster <strong>van</strong> St. Cecilia op<br />
voorwaarde dat de nonnen een nieuwe<br />
17<br />
kapel zouden bouwen. Deze kapel <strong>van</strong><br />
1453 staat er nog steeds. Na de reformatie<br />
veranderde de functie <strong>van</strong> de gebouwen:<br />
de Gecommitteerde raden <strong>van</strong><br />
Westfriesland en het Noorderkwartier<br />
gebruikten het als logement en de kapel<br />
werd als eetzaal gebruikt. Het grote<br />
schilderij <strong>van</strong> de slag op de Zuiderzee<br />
(de Spaanse vloot <strong>van</strong> admiraal Bossu<br />
tegen de Watergeuzen en de Westfriezen)<br />
is <strong>van</strong> Jan Blanckerhoff uit 1668.<br />
De houten lijst is gemaakt door Jan Kinnema<br />
voor een bedrag <strong>van</strong> ƒ 475, maar<br />
hij kreeg nog ƒ 100 extra <strong>van</strong>wege de<br />
buitengewone kwaliteit <strong>van</strong> het houtsnijwerk.<br />
De eetzaal kreeg de tegenwoordige<br />
inrichting in 1788 door architect<br />
Leendert Vier<strong>van</strong>t en acht jaar later<br />
werd het complex aangekocht door de<br />
stad <strong>Hoorn</strong> en ingericht als stadhuis, de<br />
eetzaal werd raadzaal.<br />
Breed 33, 1621 KA <strong>Hoorn</strong><br />
Telefoon: (0229) 21 27 17<br />
Fax: (0229) 21 10 22<br />
E-mail: info@keizerskroonhoorn.nl<br />
Website: www.keizerskroonhoorn.nl
30 Kloosterpoortjes en tuin<br />
Nieuwstraat, Wisselstraat,<br />
Kerkplein<br />
Vanaf de Nieuwstraat, tussen nrs. 18 en<br />
20, door het poortje de Wisselstraat in.<br />
Een eenvoudige, bakstenen poortomlijsting,<br />
die <strong>van</strong> zes natuurstenen blokjes<br />
is voorzien. Let op de ongebruikelijke<br />
toepassing <strong>van</strong> de houten sleutelstukken<br />
als console voor de houten zolderingbalken.<br />
Daarna, ongeveer 50 m.<br />
rechts in de Wisselstraat, het kloosterpoortje<br />
<strong>van</strong> het in 1606 gestichte Oude<br />
Vrouwenhuis, dat weer op het terrein<br />
<strong>van</strong> het in 1602 afgebrande Geertenklooster<br />
is gesticht. Boven de doorgang<br />
een fries met jaartalcartouche en leeuwenkoppen<br />
en hoger een door geblokte<br />
pilasters geflankeerde moderne gevelsteen,<br />
die geïnspireerd is op de sterk<br />
verweerde oorspronkelijke voorstelling<br />
<strong>van</strong> twee zittende met elkaar pratende<br />
vrouwen. In het gebouw links <strong>van</strong> het<br />
poortje was <strong>van</strong> 1639 tot 1885 de bank<br />
<strong>van</strong> lening gevestigd. Het poortje geeft<br />
via een gang die gedeeltelijk overwelfd<br />
is met een kruisribgewelf en deels met<br />
een houten tongewelf toegang tot een<br />
binnentuin. Deze binnentuin <strong>van</strong> het<br />
vroegere Oude Vrouwenhuis en Geertenklooster<br />
door, volgt een poortje met<br />
omlijsting <strong>van</strong> Namense steen met op<br />
de sluitsteen <strong>van</strong> de boog het wapen<br />
<strong>van</strong> <strong>Hoorn</strong>. Vervolgens, na een houten<br />
31 Molen De Krijgsman<br />
Noorderdracht 61, Oosterblokker<br />
De geschiedenis <strong>van</strong> molen De Krijgsman<br />
in Oosterblokker begint in 1602. Aan de<br />
overkant <strong>van</strong> de Noorderdracht werd een<br />
standerdmolen gebouwd. <strong>Toen</strong> deze in<br />
1862 geheel omwaaide werd een nieuwe<br />
achtkantige houten molen gebouwd,<br />
De Krijgsman. Deze molen verbrandde<br />
18<br />
overwelfde gang uitkomend op het<br />
Kerkplein, weer een poortje namelijk<br />
<strong>van</strong> ‘Het Oude Vrouwen Huys’. Dit<br />
poortje uit 1610 heeft een Dorische<br />
poortomlijsting tussen Ionische halfzuilen.<br />
Een bijzondere versiering vormen<br />
o.a. de ‘scharnieren’ rond de halfzuilen.<br />
In de bovenhoeken twee putti met een<br />
zandloper en doodshoofd als symbolen<br />
<strong>van</strong> vergankelijkheid, toepasselijk voor<br />
een oude-vrouwenhuis. Het fronton<br />
wordt doorbroken door het wapen <strong>van</strong><br />
<strong>Hoorn</strong> en geflankeerd door twee zittende<br />
vrouwenfiguren.<br />
in september 1896 door blikseminslag.<br />
Voor de herbouw zijn delen gebruikt <strong>van</strong><br />
een molen uit Zaandam-Oost. Omdat er<br />
in de omgeving veel fruitteelt was, werd<br />
de molen, om genoeg wind te <strong>van</strong>gen,<br />
op een vijf meter hoge onderbouw geplaatst.<br />
Hierdoor werd de nieuwe molen<br />
De Krijgsman, met een stellinghoogte<br />
<strong>van</strong> 10.40 meter de hoogste molen <strong>van</strong><br />
Noord-Holland.
32 VOC-pakhuizen<br />
Onder de Boompjes 22/Pakhuisstraat<br />
Twee voormalige pakhuizen <strong>van</strong> de<br />
<strong>Hoorn</strong>se kamer <strong>van</strong> de Verenigde Oostindische<br />
Compagnie. Het rechter pakhuis<br />
<strong>van</strong> 1606 (verlengd tussen 1630 en<br />
1639), het linker vermoedelijk <strong>van</strong> 1610.<br />
Eenvoudige renaissance trapgevels tegen<br />
hoog zadeldak. Boven de deur <strong>van</strong><br />
het rechter pakhuis een cartouche met<br />
het bouwjaar 1606 en een geopende<br />
baal met Oost-Indische specerijen. In de<br />
linker voorgevel een grote gevelsteen<br />
met 17de-eeuwse driemasters. Inpandig<br />
heeft het rechter pakhuis aan de Onder<br />
de Boompjeskant een schouw uit het<br />
laatste kwart <strong>van</strong> de 18de eeuw met in<br />
reliëf een tak <strong>van</strong> de nootmuskaatboom,<br />
Mercuriusstaf en twee specerijbalen met<br />
het monogram <strong>van</strong> de <strong>Hoorn</strong>se VOC. Dit<br />
gedeelte <strong>van</strong> het rechter pakhuis herbergt<br />
het onderkomen <strong>van</strong> de Vereniging<br />
Oud <strong>Hoorn</strong> met een voorlichtingsbalie<br />
over de geschiedenis <strong>van</strong> <strong>Hoorn</strong>. In<br />
het linker pakhuis is theater Het Pakhuis<br />
33 Admiraliteitsgebouwen/ge<strong>van</strong>genis<br />
Oostereiland<br />
Het Oostereiland is rond het midden <strong>van</strong><br />
de 17de eeuw aangelegd. Kort daarna<br />
liet koopman Cornelis Schuyt er enkele<br />
pakhuizen bouwen die het oudste deel<br />
vormen <strong>van</strong> het huidige gebouwencomplex.<br />
Vanaf 1692 was hier de Admiraliteit<br />
<strong>van</strong> Westfriesland en het Noorderkwartier<br />
gevestigd met een eigen scheepswerf<br />
en haven (de naastgelegen Grashaven).<br />
In 1814 heringericht tot militaire ge<strong>van</strong>-<br />
19<br />
voor amateurtoneel en toneelcursussen<br />
gevestigd.<br />
genis en daarna in gebruik als verbeteringsgesticht<br />
voor bedelaars, landlopers,<br />
alcoholisten, souteneurs, enz. Vervolgens<br />
weer ge<strong>van</strong>genis, o.a. na de Tweede<br />
Wereldoorlog voor 500 collaborateurs<br />
en kortgestrafte politieke ge<strong>van</strong>genen.<br />
In de loop der eeuwen vele malen verbouwd<br />
en uitgebreid. Sinds kort zijn hier<br />
o.a. Cinema Oostereiland en het Museum<br />
<strong>van</strong> de Twintigste Eeuw gevestigd.
Word lid <strong>van</strong> oud <strong>Hoorn</strong><br />
Al 95 jaar staat Vereniging Oud <strong>Hoorn</strong><br />
op de bres voor het behoud <strong>van</strong> cultureel<br />
en historisch erfgoed in <strong>Hoorn</strong>.<br />
Dat gebeurt op velerlei wijze. De vereniging<br />
heeft een zeer uitgebreide website,<br />
een documentatiecentrum en een<br />
beeldbank waarin meer dan 17.000<br />
opnames, organiseert wandelingen,<br />
lezingen en exposities in het<br />
verenigingsgebouw. Elk kwartaal komt in fullcolour<br />
het Kwartaalblad uit met een keur aan interessante artikelen.<br />
Oud <strong>Hoorn</strong> geeft ook boeken uit, zoals in november Hij komt <strong>van</strong><br />
<strong>Hoorn</strong>, de <strong>Hoorn</strong>se stadsgeschiedenis over de negentiende eeuw,<br />
geschreven door Jos Leenders, 800 pagina’s, rijk geïllustreerd.<br />
(Voorintekening tot 15 september met korting. Zie website).<br />
Nieuwe leden zijn zeer welkom. Meld u aan. U ont<strong>van</strong>gt dan de kaart<br />
<strong>van</strong> Blaeu als welkomstcadeau. Het lidmaatschap bedraagt e 22,50 per<br />
jaar. Aanmelden kan per telefoon, via de website, per e-mail of persoonlijk<br />
in het Oost-Indisch Pakhuis.<br />
Het Oost-Indisch Pakhuis, Onder de Boompjes 22, is geopend op dinsdag<br />
en donderdag <strong>van</strong> 10 tot 16 uur en op zaterdag <strong>van</strong> 10 tot 14 uur.<br />
Vereniging Oud <strong>Hoorn</strong>,<br />
Onder de Boompjes 22, 1621 GG <strong>Hoorn</strong>.<br />
Tel.: 0229 273570.<br />
E-mail: info@oudhoorn.nl<br />
(algemeen) en leden@oudhoorn.nl<br />
(ledenadministratie, aanmelding nieuwe<br />
leden). Website: www.oudhoorn.nl<br />
20
34 Varen met een monument<br />
Oostereiland westoever<br />
Aan de westoever <strong>van</strong> het Oostereiland<br />
is onlangs de nieuwe Museumhaven in<br />
gebruik genomen. Vanaf deze plek kunt<br />
u een zeiltochtje maken op het Markermeer<br />
met een Varend Monument. De<br />
vaartochtjes duren circa 40 minuten.<br />
Aan de nieuwe steiger is plaats voor onder<br />
andere authentieke botters, schouwen,<br />
een Wieringeraak en een Groninger<br />
zeetjalk. De Museumhaven is onderdeel<br />
<strong>van</strong> het Centrum Varend Erfgoed dat in<br />
het voorjaar <strong>van</strong> 2013 verrijst op de zuidpunt<br />
<strong>van</strong> het eiland. Hier was in de 18 e<br />
35 Historische speelgoedverzameling<br />
Pakhuisstraat 10<br />
Een 17de-eeuws woonhuis met grotendeels<br />
nog aanwezig houtskelet, dat gedeeltelijk<br />
is te zien in het opengestelde<br />
36 Lourdeskapel<br />
Pastoor Nuijenstraat 2, Zwaag<br />
De zeshoekige kapel daterend uit 1882<br />
met uitgebouwde Lourdesgrot is opgetrokken<br />
in neogotische stijl. Opdrachtgever<br />
voor de bouw was de toenmalige<br />
pastoor <strong>van</strong> Zwaag, Petrus Franciscus<br />
21<br />
eeuw een scheepswerf <strong>van</strong> de Admiraliteit<br />
gevestigd. Het nieuwe gebouw<br />
krijgt een museaal ingericht Bezoekerscentrum<br />
met historische documentatie<br />
en vaste en wisselende exposities over<br />
historische schepen, de Zuiderzeevisserij<br />
en de maritieme geschiedenis <strong>van</strong><br />
<strong>Hoorn</strong>. Vanuit dit Centrum zullen verschillende<br />
activiteiten worden ondernomen.<br />
Het nieuwe onderkomen herbergt<br />
voorts opslagruimte en werkplaatsen<br />
voor onderhoud en restauratie aan historische<br />
schepen.<br />
en als winkel ingerichte voorhuis. Hier<br />
bevindt zich een uitgebreide verzameling<br />
historisch speelgoed en attributen <strong>van</strong><br />
niet meer gedane spelen en spelletjes.<br />
Masker (1828-1906) die de kapel voor eigen<br />
rekening liet bouwen. Hij had Lourdes<br />
bezocht en wilde in navolging <strong>van</strong><br />
andere plaatsen in Zwaag een verkleinde<br />
kopie laten maken <strong>van</strong> de grot waar<br />
Bernadette Soubirous in 1858 Maria zag<br />
verschijnen. Zie ook pagina 49.
37 Lutherse kerk<br />
Ramen 4<br />
In sobere Lodewijk XV- of rococostijl gebouwde<br />
kerk uit 1769. Rijkelijk <strong>van</strong> rococo<br />
snijwerk voorziene mahoniehouten kansel.<br />
Dooptuin met messing doopboog.<br />
Oorspronkelijke banken.<br />
Het orgel gebouwd door Pieter Müller,<br />
zoon <strong>van</strong> de befaamde orgelbouwer Christiaan<br />
Müller, wordt regelmatig bespeeld.<br />
De middelste <strong>van</strong> de drie uitgebeelde figuren<br />
op het orgel stelt de harpspelende koning<br />
David voor. De herenbank onder het<br />
38<br />
Doopsgezinde kerk<br />
Ramen 31 en 31a<br />
Voormalige doopsgezinde kerk uit 1864-<br />
1865 gebouwd in rondboogstijl naar<br />
ontwerp <strong>van</strong> de <strong>Hoorn</strong>se civiel-ingenieur<br />
H. Linse. Kenmerkend zijn de rondboogvensters<br />
en de combinatie <strong>van</strong> rode baksteen<br />
met contrasterende gepleisterde<br />
onderdelen zoals vensteromlijstingen,<br />
pilasters en lijstwerk. De ingang wordt<br />
geaccentueerd door een rondboogportaal<br />
waarin hardstenen zuilen bekroond<br />
39<br />
Westfries Museum<br />
Roode Steen 1<br />
Op de plaats <strong>van</strong> het huidige Westfries Museum<br />
was <strong>van</strong>af de 15e eeuw het Proostenhuis,<br />
de zetel <strong>van</strong> de afgevaardigde<br />
<strong>van</strong> de bisschop <strong>van</strong> Utrecht. Nadat <strong>Hoorn</strong><br />
voor Willem <strong>van</strong> Oranje koos verdween de<br />
Proost uit <strong>Hoorn</strong> en in 1596 namen de Gecommitteerde<br />
Raden het gebouw in gebruik<br />
als vergaderplaats. Dit college werd<br />
ingesteld omdat de regio was afgesloten<br />
<strong>van</strong> de rest <strong>van</strong> het opstandige Nederland,<br />
Amsterdam was namelijk nog Spaans.<br />
De huidige gevel werd gebouwd in<br />
1631/32 in opdracht <strong>van</strong> de rekenmeester<br />
<strong>van</strong> West-Friesland en het Noorderkwartier.<br />
De gevel aan de binnenplaats dateert<br />
uit de 18e eeuw; de klok werd geluid als<br />
de vergadering begon. Bij de komst <strong>van</strong> de<br />
Fransen in 1795 werd het college opgehe-<br />
22<br />
orgel heeft een rijkgesneden opzetstuk in<br />
Lodewijk XV-stijl met klok.<br />
door zeldzame kapitelen <strong>van</strong> gegoten<br />
zink, een in de 19de eeuw nieuw bouwmateriaal.<br />
Het voorste gedeelte <strong>van</strong> de<br />
kerk werd tot 1935 bekroond door een<br />
achtkantig torentje op een koepelachtige<br />
onderbouw. Tot 1965 heeft het gebouw<br />
als kerk dienst gedaan. Bij een renovatie<br />
in 1995 is een verdiepingsvloer<br />
aangebracht. Op de eerste verdieping,<br />
bereikbaar via het buitentrappenhuis<br />
rechts, kunt u de oorspronkelijke gestucte<br />
wand- en plafondafwerking bekijken.<br />
ven, en pas in 1817 werd het gebouw gebruikt<br />
voor de arondissementsrechtbank.<br />
Vanaf 1879 kreeg het pas opgerichte<br />
Westfries Museum enige ruimtes in gebruik.<br />
Zie ook www.wfm.nl
40 Waag<br />
Roode Steen 8<br />
41 Restaurant Ridderikhoff<br />
Roode Steen 9 en Grote Oost 5<br />
Beide panden <strong>van</strong> eind 16de-eeuwse oorsprong<br />
en in 2001 grondig gerestaureerd<br />
en ingericht tot café/restaurant met inzet<br />
<strong>van</strong> mensen met een arbeidshandicap.<br />
Roode Steen 9 heeft o.a. een eind 19deeeuwse<br />
voorgevel en in de voorgang een<br />
houten tweelingpoortje. In de gang een<br />
stenen renaissance poortje. Alle verdiepingen<br />
tonen delen <strong>van</strong> het houtskelet.<br />
In 1882 toen hier café Dalmeijer gevestigd<br />
was, werd achter het pand een wintertuin<br />
gebouwd naar ontwerp <strong>van</strong> de<br />
<strong>Hoorn</strong>se architect A.C. Bleijs. Van 1924 tot<br />
1995 was hier de landelijk bekende kostuumverhuurderij<br />
‘de erven Ridderikhoff’<br />
42 Gebouw Rozenkruizers<br />
Roode Steen 15<br />
Patriciërswoning ontstaan in de 18 e<br />
eeuw na samenvoeging <strong>van</strong> drie be-<br />
23<br />
Het waaggebouw is in 1609 gebouwd<br />
naar ontwerp <strong>van</strong> de bekende Amsterdamse<br />
architect en beeldhouwer Hendrick<br />
de Keyser. Bij de restauratie <strong>van</strong><br />
1912-1914 is de aangetaste buitenschil<br />
<strong>van</strong> arduinsteen ver<strong>van</strong>gen door hardsteen.<br />
Thans ingericht tot café-restaurant.<br />
De weegschalen zijn op één na<br />
verwijderd, maar het mechaniek aan de<br />
zoldering dat de schalen naar buiten kon<br />
brengen, is nog aanwezig. Verder, ook de<br />
verdieping, nagenoeg authentiek. Aan<br />
de voorgevel beneden hangt nog het<br />
klokje dat de opening en sluiting <strong>van</strong> de<br />
waag aankondigde.<br />
gevestigd. Grote Oost 5 herbergt een dagactiviteitencentrum<br />
voor mensen met een<br />
beperking.<br />
staande huizen. Ruimtelijke structuur<br />
nog aanwezig. Op de bovenste verdieping<br />
en zolder (privé) is het houtskelet<br />
nog zichtbaar. Tuin geopend, ook toegankelijk<br />
via het Achterom<br />
Er worden lezingen gegeven om 11.00 uur, 12.30 uur en 14.00 uur.<br />
43 Monumentale bruine beuk<br />
Westerblokker 125, Blokker<br />
Ruim 200 jaar oude bruine beuk die <strong>van</strong><br />
gemeentewege beschermd is. Met een<br />
stamomtrek <strong>van</strong> ruim zeven meter is het<br />
de dikste bruine beuk in Noord-Holland.<br />
Lopend bereikbaar via de inrit naast het<br />
huis.
’Tot verfraaying der stad‘. Plantsoenaanleg in <strong>Hoorn</strong> in de 19 e eeuw<br />
In de zeventiende en achttiende eeuw trekken de inwoners <strong>van</strong> <strong>Hoorn</strong> op mooie zondagen de<br />
vaak stinkende stad uit voor een verfrissende wandeling. Populaire bestemmingen zijn de singels,<br />
de Koepoortsweg en de daarop aansluitende lanen. De Koepoortsweg heeft ten behoeve<br />
<strong>van</strong> de wandelaars naast de rijweg zelfs een afzonderlijke wandelweg. Tussen beide weggedeelten<br />
laat het stadsbestuur in 1684 een rij palen slaan, zodat wandelaars voortaan ongestoord<br />
kunnen flaneren, niet gehinderd door uitwijkende rijtuigen. Volgens een anonieme achttiendeeeuwse<br />
dichter kunnen de <strong>Hoorn</strong>se wandeldreven wedijveren met die <strong>van</strong> Haarlem, Den Haag<br />
en zelfs de hoofdstad: ’Maar wie eens Hoorens wandelweegen met een opmerkend oog beschouwt,<br />
roept weg nu Haags en Haarlems Hout. Hoe pragtig, fray of net geleegen, dees streeft<br />
het in vermaak voorby, ja zelfs het tempe [lieflijk oord] aan het Y.‘ De <strong>Hoorn</strong>se dominee Westerop<br />
is zo mogelijk nog enthousiaster over de ’voorstads wandelweegen‘ en wijdt er een gedicht aan<br />
<strong>van</strong> ruim honderd bladzijden. Een eeuw later hoeft de burger de stad niet meer uit voor een<br />
aantrekkelijke wandeling. In de loop <strong>van</strong> de negentiende eeuw zijn immers alle stadswallen omgevormd<br />
tot plantsoenen. Hierdoor is een fraaie, vrijwel aaneengesloten ’wandeling‘ ontstaan<br />
waar<strong>van</strong> nog grote delen bewaard zijn gebleven.<br />
Het omvormen <strong>van</strong> stadswallen die hun verdedigingsfunctie verloren hebben in wandelparken<br />
is een algemeen verschijnsel dat zich in Nederland voordoet <strong>van</strong>af het begin <strong>van</strong> de jaren twintig<br />
<strong>van</strong> de negentiende eeuw. Haarlem is in 1821-’22 de eerste met de omvorming <strong>van</strong> de noordelijke<br />
bolwerken in parken naar ontwerp <strong>van</strong> de bekende (landschaps)architect Jan David Zocher jr.<br />
Na Haarlem volgen Leeuwarden (<strong>van</strong>af 1825), Arnhem en Utrecht (beide <strong>van</strong>af 1829), Zaltbommel<br />
(<strong>van</strong>af 1834) en <strong>Hoorn</strong> (<strong>van</strong>af 1836). <strong>Hoorn</strong> behoort daarmee tot de vroege voorbeelden.<br />
Tientallen steden zouden nog volgen, vooral in de tweede helft <strong>van</strong> de eeuw (o.a. Alkmaar <strong>van</strong>af<br />
1863). De veelal in Engelse landschapsstijl aangelegde walplantsoenen zijn voor de gegoede<br />
burgerij een geliefd middel geworden om zich te verpozen.<br />
Hieronder wordt in chronologische volgorde ingegaan op de aanleg <strong>van</strong> de verschillende plantsoenen<br />
in <strong>Hoorn</strong> in de negentiende eeuw.<br />
Plantsoenen Baadland en Oude Doelenkade<br />
De eerste twee plantsoenen die het stadsbestuur laat aanleggen bevinden zich aan weerskanten<br />
<strong>van</strong> de huidige Binnenhaven, namelijk op het Baadland en langs de Oude Doelenkade, tussen<br />
Mallegomsteeg en Karperkuil. Op het Baadland waren aan<strong>van</strong>kelijk scheepswerven gevestigd<br />
en <strong>van</strong>af 1612 woningen en pakhuizen. Door de neergang <strong>van</strong> de stad na de zeventiende eeuw<br />
werden veel huizen gesloopt en op de kadastrale kaart <strong>van</strong> 1823 blijkt op het Baadland zelfs<br />
alle bebouwing verdwenen. Van de bebouwing tussen Mallegomsteeg en Karperkuil resteerden<br />
enkele huizen waarachter zich een gracht uitstrekte, de Lindengracht. De <strong>Hoorn</strong>se kroniekschrijver<br />
C.A. Abbing, rector <strong>van</strong> de Latijnse School, schrijft over de herinrichting <strong>van</strong> beide terreinen:<br />
“1837-1842. Huizen op<br />
de Linden-gracht afgebroken,<br />
de gracht zelve grootendeels<br />
gedempt, het terrein effen<br />
gemaakt en beplant; ook het<br />
Baadland, reeds in eene weide<br />
herschapen, tot eene wandeling<br />
aangelegd.” Op de stadsplattegrond<br />
uit 1890 (zie p. 36)<br />
zien we onder het midden de<br />
huidige Binnenhaven, toen<br />
’De Oude Doelen‘ geheten,<br />
en ter weerszijden daar<strong>van</strong><br />
de beide plantsoenen. Duidelijk<br />
herkenbaar is de natuurlijk<br />
Prentbriefkaart uit 1904 met rechts het plantsoen langs de Oude<br />
Doelenkade (collectie auteur)<br />
24
Stadsplattegrond uit 1869 waarop duidelijk herkenbaar de in Engelse landschapsstijl aangelegde walplantsoenen<br />
rond de binnenstad (collectie Westfries Museum)<br />
ogende asymmetrische aanleg met slingerpaden, kenmerkend voor de toen populaire Engelse<br />
landschapsstijl. Een eerdere stadsplattegrond uit 1869 laat een vergelijkbare aanleg zien en doet<br />
vermoeden dat de twee plantsoenen <strong>van</strong>af het begin zijn aangelegd in landschapsstijl. Wie de<br />
oorspronkelijke aanleg en beplanting ontworpen heeft, is niet bekend. Uit de notulen <strong>van</strong> burgemeester<br />
en wethouders blijkt dat het Baadland, voordat het als plantsoen werd ingericht,<br />
eerst is opgehoogd. In maart 1836 wordt namelijk aanbesteed het ophogen en ’applaneren‘ (effenen)<br />
<strong>van</strong> het Baadland. Het werk wordt na provinciale goedkeuring voor ƒ 1800,- gegund aan<br />
Jan Stader. De voor de ophoging benodigde grond wordt gevonden door een gedeelte <strong>van</strong> de<br />
binnenhavens uit te diepen. Hierdoor is het project ook financieel haalbaar, want de gemeente<br />
mag de kosten in mindering brengen op het <strong>Hoorn</strong>se aandeel in de totale kosten voor het uitdiepen<br />
<strong>van</strong> de havens. Onduidelijk blijft of het <strong>van</strong> meet af aan de bedoeling was het Baadland<br />
als plantsoen in te richten. Wellicht wilde de gemeente het aan<strong>van</strong>kelijk slechts als grasland verpachten.<br />
Dat het terrein eerst in een weide herschapen was, zoals Abbing schrijft, wijst in die<br />
richting. Het verfraaien <strong>van</strong> de stad door het planten <strong>van</strong> bomen en struiken is wel een idee dat<br />
al in 1836 leeft. In september dat jaar wordt namelijk door burgemeester en wethouders een<br />
voorstel ’tot het verfraayen der stad door beplantingen‘ om advies aangehouden. Het gaat hierbij<br />
om ’sommige ledige terreinen‘, maar welke staat niet vermeld. Overigens waren al eerder op<br />
leeggekomen erven bomen geplant; Kroon en Kapteyn melden in hun kroniek bij het jaar 1820:<br />
“<strong>Toen</strong> de erge koude voorbij was, begon men jonge boomen te planten op de plaatsen waar<br />
vroeger huizen gestaan hadden, tevens werden veel wegen opnieuw bestraat.”<br />
Van het plantsoen tussen de Mallegomsteeg en de Karperkuil is in 1902 een groot deel als bouwterrein<br />
verkocht aan drie particulieren met de verplichting hier binnen drie jaar zes herenhuizen<br />
te bouwen (Oude Doelenkade 27-37, nu rijksmonument). In de jaren twintig en dertig zou ook<br />
de rest <strong>van</strong> het plantsoen worden opgeofferd voor woningbouw en als bedrijfsterrein. Het Baadland<br />
is dit lot bespaard gebleven en na 175 jaar nog steeds als plantsoen in gebruik.<br />
25
Plantsoen Westerdijk en Zuiderplantsoen<br />
Volgens Abbing zijn het plantsoen langs de Westerdijk en het inmiddels verdwenen Zuiderplantsoen<br />
– dit lag ten Oosten en Zuiden <strong>van</strong> de Karperkuil - aangelegd in de periode 1837-1842. Hij<br />
schrijft hierover: “De Westerdijk, <strong>van</strong> de Westerpoort tot voorbij de Proostensteeg, door [het ambacht<br />
<strong>van</strong>] West-Vriesland [genaamd Drechterland] in beheer en onderhoud overgenomen, aanmerkelijk<br />
opgehoogd, verbreed, door eene steenen glooijing aan den zeekant versterkt en door<br />
plantzoen aan de binnenzijde verfraaid. (…) De Karperkuil aanmerkelijk verkleind en beschoeid,<br />
de grond <strong>van</strong> het A.B.C. en den Binnenluijendijk effen gemaakt, opgehoogd en tot wandeling<br />
aangelegd (…).” Voor de overdracht <strong>van</strong> het deel <strong>van</strong> de Westerdijk gelegen binnen de stad<br />
aan het ambacht Drechterland was in 1836<br />
een contract gesloten tussen de stad <strong>Hoorn</strong>,<br />
het ambacht Drechterland en de Hoofdingelanden<br />
<strong>van</strong> Westfriesland. Nog datzelfde jaar<br />
wordt door het dijkbestuur <strong>van</strong> Drechterland ƒ<br />
659,81 uitgegeven “voor de beplantingen <strong>van</strong><br />
dien dijk als voor het bepuinen <strong>van</strong> vier rijpaden.”<br />
Op grond <strong>van</strong> de bepalingen in het con-<br />
Het plantsoen langs de Westerdijk omstreeks 1920<br />
met duidelijk herkenbaar de toen nog aanwezige<br />
slingerpaden. Waar deze elkaar kruisen is een zitbank<br />
geplaatst (bron: J. <strong>van</strong> der Gulik en G. <strong>van</strong><br />
der Zel, <strong>Hoorn</strong> in oude ansichten deel 1)<br />
26<br />
tract declareert Drechterland dit bedrag begin<br />
1837 bij de stad. In november <strong>van</strong> het jaar daarop<br />
wordt door het dijkbestuur nogmaals een<br />
bedrag gedeclareerd, nu ƒ 1642,- voor in de<br />
loop <strong>van</strong> dat jaar gedane betalingen “wegens<br />
beplanting aan den Westerdijk en andere terreinen.”<br />
Welke andere terreinen wordt niet ver-<br />
meld. Het voorgaande doet vermoeden dat met de aanleg <strong>van</strong> het plantsoen langs de Westerdijk<br />
reeds in 1836 een begin is gemaakt en dat de werkzaamheden in 1838 zijn voltooid.<br />
De aanleg <strong>van</strong> het Zuiderplantsoen zal afgaande op Abbing gelijktijdig of kort daarna hebben<br />
plaatsgevonden. Renckens schijft over de aanleg <strong>van</strong> dit plantsoen het volgende: “In de jaren<br />
rondom 1840 verbeterde de stad de wegen op de Binnenluiendijk en ‘t ABC (…) en verfraaide de<br />
inmiddels bijna geheel braak liggende omgeving met een plantsoen (het Zuiderplantsoen).” Op<br />
de stadsplattegrond <strong>van</strong> 1869 zien we het plantsoen langs de Westerdijk en het Zuiderplantsoen<br />
duidelijk weergegeven (zie p. 25). Uit de getekende slingerpaden op de kaart valt af te leiden dat<br />
beide oorspronkelijk zijn aangelegd in Engelse landschapsstijl. In 1888 stelt de gemeenteraad<br />
de namen <strong>van</strong> de plantsoenen officieel vast. De gehele plantsoenstrook <strong>van</strong>af de Hoofdtoren<br />
tot aan het Keern krijgt de naam Westerplantsoen. Zowel het plantsoen langs de Westerdijk als<br />
het plantsoen op de Hoge Vest maakt daar deel <strong>van</strong> uit. De naam Zuiderplantsoen wordt toegekend<br />
aan de plantsoenaanleg <strong>van</strong>af de Oosterpoort tot aan de sluis bij de Hoofdtoren, dus<br />
inclusief het plantsoen op het Baadland. Op dit laatste gedeelte na is het Zuiderplantsoen in de<br />
loop <strong>van</strong> de twintigste eeuw geleidelijk opgeofferd om uiteindelijk geheel plaats te maken voor<br />
woningbouw. Het enige wat hier nog herinnert aan dit verdwenen plantsoen is een straatnaam.<br />
Het plantsoen langs de Westerdijk is nog wel<br />
herkenbaar, maar de vele parkeerplaatsen<br />
hebben het er niet mooier op gemaakt.<br />
Plantsoen Hoge Vest<br />
In 1510 wordt <strong>van</strong>wege de toenemende dreiging<br />
<strong>van</strong> de hertog <strong>van</strong> Gelre tussen de Noorderpoort<br />
en de Westerpoort een nieuwe vestinggracht<br />
gegraven, de Westerpoortsgracht,<br />
met daarachter een zwaardere verdedigingswal,<br />
de Hoge Vest. Oorspronkelijk lag de westelijke<br />
vestingwal met bijbehorende gracht<br />
meer oostelijk, langs het Scharloo, de noorde-<br />
Plantsoen op de Hoge Vest met de Westerpoortsgracht<br />
en de brug over de doorvaart naar de<br />
eerste vestinggracht, 1903 (collectie Westfries<br />
Archief))
Ontwerptekening <strong>van</strong> K.G. Zocher voor het plantsoen op de Hoge Vest (collectie Westfries Archief)<br />
lijke helft <strong>van</strong> de Dubbele Buurt en de Vale Hen. De Hoge Vest wordt in 1546 versterkt met een<br />
muur. Achter deze muur is in de eerste helft <strong>van</strong> de Gouden Eeuw een rij huizen gebouwd. De<br />
<strong>Hoorn</strong>se kroniekschrijver Velius meldt dat hiermee in 1618 wordt begonnen. De eerste kadastrale<br />
kaart (1823) laat nog steeds een rij huizen zien en ook de oorspronkelijke vestinggracht ter<br />
plaatse <strong>van</strong> de Vale Hen is nog aanwezig.<br />
Rond 1840 zijn er plannen om de Hoge Vest om te vormen in een fraai plantsoen. In de raadsvergadering<br />
<strong>van</strong> oktober dat jaar licht burgemeester Van de Blocquerij, mogelijk de initiatiefnemer,<br />
het “plan tot verfraaijing <strong>van</strong> de Hooge Vest bij de Westerpoort” toe. De kosten worden geraamd<br />
op ƒ 520,- à ƒ 530,-. “Zijn Edelachtbare betoogd het wenschelijke <strong>van</strong> deze verbetering, waarmede<br />
reeds voor een gedeelte zou worden uitgevoerd het grootere, door den architect Zocher<br />
vervaardigde plan, waar<strong>van</strong> insgelijks aan de leden inzage gegeven wordt (…)” Dit grotere plan<br />
is bewaard gebleven en bevindt zich in het Westfries Archief. Het is een ingekleurde ontwerptekening<br />
in vogelvlucht voor een plantsoen ter plaatse <strong>van</strong> de Hoge Vest en de vestinggrachten ter<br />
weerszijden. Ook dit ontwerp is evenals de twee eerdergenoemde plantsoenen vormgegeven in<br />
Engelse landschapsstijl. Het laat een schijnbaar natuurlijk gevormd landschap zien met een aantrekkelijke<br />
afwisseling <strong>van</strong> groepen heesters en/of bomen en open gazons waarin solitaire bomen.<br />
De twee rechte grachten zijn omgevormd tot fraaie waterpartijen met gebogen contouren<br />
en met elkaar in verbinding gebracht. Op dit punt bevindt zich een brug waar de slingerpaden<br />
samenkomen. Door de afwisseling <strong>van</strong> open stukken en hogere groenpartijen wordt de wandelaar<br />
schilderachtige doorkijkjes geboden op<br />
de waterpartijen en de omgeving. Rechtsonder<br />
is de tekening gesigneerd ’K.G. Zocher archit.<br />
Utrecht‘. Karel George Zocher was evenals<br />
zijn bekende broer Jan David jr. tuinarchitect<br />
en architect en had al eerder walplantsoenen<br />
ontworpen, voor Tiel en Purmerend (zie kadertekst<br />
op p. 29). De opdracht om de Hoge<br />
Vest in een wandelplantsoen te herscheppen<br />
had Karel George vermoedelijk te danken aan<br />
zijn al bestaande contacten met het gemeen-<br />
tebestuur in verband met de herbouw <strong>van</strong><br />
de in 1838 afgebrande Grote Kerk waarvoor<br />
hij het ontwerp leverde. De gemeente was als<br />
eigenaar <strong>van</strong> de toren nauw bij dit project be-<br />
27<br />
Prentbriefkaart uit 1916 met het door K.G. Zocher<br />
ontworpen plantsoen op de Hoge Vest gezien <strong>van</strong>af<br />
de Westerdijk (bron: www.inoudeansichten.nl).
De door K.G. Zocher ontworpen Grote Kerk na de<br />
brand <strong>van</strong> 1878. Kenmerkend voor de in die tijd<br />
populaire neoclassicistische stijl zijn de vier forse<br />
zuilen (collectie Westfries Archief).<br />
28<br />
trokken. Overigens wordt de in 1842-’44 herbouwde<br />
Grote Kerk (in 1878 afgebrand) met<br />
haar imposante zuilenfront vaak ten onrechte<br />
aan Jan David jr. toegeschreven. Uit de archiefstukken<br />
blijkt niet of Karel George zelf met het<br />
voorstel is gekomen om de Hoge Vest om te<br />
vormen in een wandelpark of dat dit gebeurde<br />
op uitnodiging <strong>van</strong> de burgemeester en/of de<br />
wethouders. Het zal hun niet ontgaan zijn dat<br />
de wallen <strong>van</strong> andere steden als Haarlem, Purmerend<br />
en Utrecht door de broers Zocher herschapen<br />
waren in fraaie plantsoenen.<br />
Omdat de gemeentefinanciën het niet toelaten<br />
om zelfs maar een begin te maken met de<br />
uitvoering <strong>van</strong> het plan, komt burgemeester<br />
Van de Blocquerij met het verrassende voor-<br />
stel om de eerste fase te betalen uit de presentiegelden <strong>van</strong> de raadsleden over 1840. De gemeentesecretaris<br />
en de plaatselijke belastingont<strong>van</strong>ger heeft hij al bereid gevonden ook een<br />
duit in het zakje te doen. De raad kan moeilijk achterblijven en het voorstel wordt bijna unaniem<br />
aangenomen. Eén raadslid is tegen omdat hij al schade lijdt door de sloop <strong>van</strong> panden voor de<br />
plantsoenaanleg. Bij de aanleg <strong>van</strong> het plantsoen in de jaren daarop wordt de bakstenen vestingmuur<br />
op de Hoge Vest afgebroken en de aarden stadswal gedeeltelijk geslecht. Kroon en<br />
Kapteijn melden in hun kroniek dat in 1844 aan 65 behoeftige gezinshoofden als werkverschaffing<br />
wordt opgedragen het plantsoen te voltooien. Met dit en andere gemeentelijke projecten<br />
verdienen ze vijftig à zestig cent per dag. Voor de financiering is in navolging <strong>van</strong> andere steden<br />
een vereniging opgericht die geld<br />
inzamelt onder de inwoners.<br />
De foto hiernaast uit omstreeks<br />
1930 geeft een mooi sfeerbeeld <strong>van</strong><br />
het plantsoen op de Hoge Vest. Twee<br />
jaar later, in 1932, zou het plantsoen<br />
worden afgegraven. Het water <strong>van</strong><br />
de eerste vestinggracht langs de<br />
Dubbele Buurt was al eerder, <strong>van</strong>af<br />
1902, geleidelijk gedempt met afval,<br />
puin en grond. Wat tegenwoordig<br />
resteert <strong>van</strong> het plantsoen <strong>van</strong><br />
Zocher is de Westerpoortsgracht<br />
en een smalle groenstrook direct<br />
ten oosten daar<strong>van</strong>. Wie goed kijkt<br />
herkent nog de gebogen contour<br />
<strong>van</strong> het oostelijke talud en de plaats<br />
waar zich de doorvaart naar de eerste<br />
vestinggracht bevond.<br />
Door K.G. Zocher ontworpen plantsoen op de Hoge Vest gezien<br />
richting Breed, circa 1930. Kenmerkend voor de Engelse<br />
landschapsstijl zijn onder meer het glooiende terrein en de<br />
slingerpaden. Rechts is de Westerpoortsgracht herkenbaar<br />
(collectie Westfries Archief).<br />
Plantsoen tussen Noorderpoort en Koepoort<br />
In de raadsvergadering <strong>van</strong> december 1842 komt aan de orde “een door heeren burgemeester<br />
en wethouderen ontworpen plan tot het verschaffen <strong>van</strong> werk aan een aantal behoeftige ingezetenen<br />
gedurende de wintermaanden, tot het verfraaijen <strong>van</strong> een gedeelte der stad, en tot<br />
verkoop <strong>van</strong> eenen steenen muur tusschen de Koepoort en Paardenmarkt met de op den wal<br />
staande boomen en een der oude torens aldaar, met welker provenu volgens daarbij gevoegde<br />
berekening de uitgaven zullen kunnen worden bestreden.” Uit de opmerking in de marge blijkt<br />
dat met het ’verfraaijen <strong>van</strong> een gedeelte der stad‘ bedoeld wordt de aanleg <strong>van</strong> een plantsoen
Karel George Zocher<br />
Architect Karel George Zocher (1796-1863), de ontwerper <strong>van</strong> het plantsoen op de Hoge Vest, is<br />
een telg uit een bekende Haarlemse familie <strong>van</strong> (landschaps)architecten. Zijn oudere broer Jan<br />
David jr. was zoals gezegd de eerste die in ons land een stadswal herschiep in een plantsoen<br />
(Haarlem 1821-‘22). Naderhand zou Jan, naast tientallen andere projecten waaronder de Amsterdamse<br />
Beurs (de voorganger <strong>van</strong> de Beurs <strong>van</strong> Berlage) en het Vondelpark, ook de walplantsoenen<br />
<strong>van</strong> Amersfoort, Delft, Schiedam en Utrecht aanleggen. Karel hield zich, nadat hij zich in<br />
1837 als zelfstandig architect gevestigd had, evenals zijn broer zowel met het ontwerpen <strong>van</strong><br />
gebouwen als tuin- en landschapsarchitectuur bezig. Immerzeel schrijft in zijn boek De levens<br />
en werken der Hollandsche en Vlaamsche kunstschilders, beeldhouwers, graveurs en bouwmeesters<br />
<strong>van</strong> het begin der vijftiende eeuw tot heden uit 1843 dat Karel mede door zijn vader als architect is<br />
opgeleid. “Door eigen studie zich verder bekwaamd en als bouwmeester te Utrecht zich nedergezet<br />
hebbende, werd aldaar onder zijne directie in 1840 en 1841 eene Roomsch Katholijke kerk<br />
[de Sint-Augustinuskerk] gebouwd, terwijl hij in de laatse drie jaren 4 nieuwe buitenplaatsen te<br />
Oostkappel, in de Province Zeeland, aangelegd, en de stadswallen <strong>van</strong> Middelburg, Tiel, <strong>Hoorn</strong><br />
en Purmerende op eene smaakvolle wijze in aangename wandelingen hervormd heeft. Ook is<br />
het onder zijn opzigt dat de herbouwing der over eenige jaren afgebrande Groote kerk te <strong>Hoorn</strong><br />
plaats heeft.”<br />
op de stadswal tussen Paardenmarkt (het terrein waar nu de Waterdrager staat) en Nieuwland,<br />
oftewel tussen de Noorderpoort en de Koepoort. Een creatief plan: met de plantsoenaanleg<br />
wordt niet alleen de stad verfraaid, maar ook een aantal behoeftige werklozen aan werk gehol<br />
pen, en dat zonder dat het de gemeentekas iets hoeft te kosten. De gemeenteraad gaat dan ook<br />
akkoord met het plan, maar wel op de uitdrukkelijke voorwaarde dat “in geen geval de uitgaven<br />
de ont<strong>van</strong>gsten te boven gaan.” Nadat ook Gedeputeerde Staten hun goedkeuring hebben verleend,<br />
worden begin 1843 de genoemde vestingmuur en kruittoren, de Gemene-Rederskruittoren,<br />
publiek voor afbraak verkocht. De opbrengst bedraagt ƒ 1305,-. De verkoop <strong>van</strong> de op<br />
de vest aanwezige bomen levert ƒ 493,65 op. Met de opbrengsten wordt in 1843 de vest tussen<br />
Noorderpoort en Koepoort herschapen in een aantrekkelijk wandelplantsoen. Dat hiervoor een<br />
historische vestingmuur en kruittoren moeten wijken, wordt in die tijd nog niet betreurd. Een<br />
tweede kruittoren, de Admiraliteitstoren in het verlengde <strong>van</strong> de Veemarkt, mag overigens wel<br />
blijven staan in het nieuwe plantsoen. Deze toren verkeert wellicht in betere staat, maar zou, na<br />
nog in 1868 verbouwd te zijn tot bergplaats voor petroleum, in 1879 alsnog het veld moeten ruimen<br />
in verband met de aansluiting <strong>van</strong> <strong>Hoorn</strong> op het spoorwegnet. <strong>Toen</strong> zou ook het walplantsoen<br />
zelf grotendeels verdwijnen, maar uiteindelijk kwam er een nieuw stadspark voor terug, het<br />
Noorderplantsoen (zie p. 33).<br />
Oosterplantsoen<br />
Het Oosterplantsoen is het gedeelte <strong>van</strong> het walplantsoen tussen de Oosterpoort en de Veliusbrug.<br />
In de negentiende eeuw wordt ook het plantsoen op de voormalige Koepoortsvest tussen<br />
Pakhuisstraat en Koepoortsbrug tot het Oosterplantsoen gerekend, maar voor de duidelijkheid<br />
is voor dit deel de huidige naam Achter de Vest aangehouden (zie verder). In het gemeenteverslag<br />
<strong>van</strong> 1864 wordt voor het eerst gesproken <strong>van</strong> “het plantsoen bij de Oosterpoort.” In oorsprong<br />
zal het Oosterplantsoen daarom dateren <strong>van</strong> vóór dat jaar. Wanneer het is aangelegd en<br />
door wie is vooralsnog onbekend. De kaart <strong>van</strong> 1869 laat een aanleg in Engelse landschapsstijl<br />
zien met een slingerpad.<br />
Zestien jaar later gaat bijna het hele plantsoen tussen de Oosterpoort en het bastion ter hoogte<br />
<strong>van</strong> de huidige Veliusbrug op de schop. In de raadsvergadering <strong>van</strong> 9 december 1884 wordt het<br />
college gemachtigd “tot het vellen en verkoopen <strong>van</strong> eenige boomen aan het bastion en de Oosterpoorts<br />
Vest; dat terrein door afgraving en verplaatsing <strong>van</strong> aardspecie voor te bereiden voor<br />
den aanleg <strong>van</strong> plantsoen en tot het doen <strong>van</strong> een beroep op de ingezetenen der gemeente, om<br />
uit de door deze te verstrekken vrijwillige bijdragen een fonds te verkrijgen, waaruit de kosten<br />
29
<strong>van</strong> bovenbedoelde werken zullen kunnen worden gevonden; een en ander met het doel om,<br />
op het voorbeeld <strong>van</strong> andere gemeenten, aan hen die zooals zoovelen, tijdelijk zonder werk zijn,<br />
voor zooveel en voor zoolang mogelijk eenig werk te verschaffen.” Het in 1933 aangelegde Wilhelminapark<br />
is dus niet het eerste als werkverschaffingsproject aangelegd plantsoen in <strong>Hoorn</strong>;<br />
ook in de negentiende eeuw is al sprake <strong>van</strong> de aanleg <strong>van</strong> plantsoenen om werklozen tijdelijk<br />
werk te bieden. De eerste keer dat dit gebeurde was zoals we zagen al in 1843 bij de aanleg <strong>van</strong><br />
het plantsoen tussen Noorderpoort en Koepoort.<br />
Eind 1884 wordt begonnen met het vellen <strong>van</strong> de bomen en het grondwerk voor het Oosterplantsoen.<br />
Voor het ontwerp <strong>van</strong> het nieuwe plantsoen neemt het college contact op met tuinarchitect<br />
Dirk Wattez in Bussum die eerder het Noorderplantsoen heeft ontworpen (voor meer<br />
informatie over hem zie p. 35). In februari 1885 keurt de raad een door hem ontworpen plan<br />
goed voor de aanleg en beplanting <strong>van</strong> de Oosterpoortsvest, <strong>van</strong> het bastion tot de brug bij het<br />
Watertje (zie prentbriefkaart). Ook wordt het college gemachtigd om “de boomen, welke alsnog<br />
aan een behoorlijke uitvoering<br />
<strong>van</strong> dat plan in den weg stonden,<br />
of waar<strong>van</strong> de wegruiming<br />
om andere redenen gewenscht<br />
werd, te doen vellen.<br />
Het werk werd toen met kracht<br />
aangevat en voortgezet, zoodat<br />
aanleg en beplanting nog<br />
vóór den aan<strong>van</strong>g <strong>van</strong> den<br />
zomer <strong>van</strong> 1885 geheel waren<br />
voltooid.” Vervolgens worden<br />
in het gemeenteverslag<br />
Oosterpoortsgracht met in de verte de Oosterpoort en rechts daar<strong>van</strong><br />
het Oosterplantsoen waarin een brug over het nu gedempte<br />
Watertje dat uitmondde in de gracht (collectie Westfries Archief).<br />
30<br />
enkele gloedvolle woorden<br />
gericht aan het adres <strong>van</strong> de<br />
gulle gevers: “Mogen we ons<br />
thans weder verheugen in den<br />
aanwinst <strong>van</strong> een fraai en naar<br />
den eisch aangelegd gedeelte plantsoen, den ingezetenen, die door hunne milde bijdragen tot<br />
werkschaffing de uitvoering <strong>van</strong> het werk bevorderden, strekke dat plantsoen als een blijvend<br />
bewijs <strong>van</strong> hun betoonden weldadigheidszin.” Na aftrek <strong>van</strong> de opbrengst <strong>van</strong> de verkoop <strong>van</strong><br />
de bomen bedroegen de totale kosten voor aanleg en beplanting <strong>van</strong> het Oosterplantsoen<br />
ƒ 5321,40. De opbrengst <strong>van</strong> de inzameling was ƒ 3529,93, zodat er ƒ 1791,46 overbleef voor<br />
rekening <strong>van</strong> de gemeente. Tuinarchitect Wattez zou ook later als adviseur betrokken blijven bij<br />
het <strong>Hoorn</strong>se groen. Zo worden mede op zijn advies <strong>van</strong>af 1888 de bestaande bomen langs de<br />
Draaf- en Westersingel ver<strong>van</strong>gen door jonge iepen.<br />
Plantsoen Achter de Vest<br />
Omdat de stadsmuur langs de Koepoortsvest (nu Achter de Vest) in bouwvallige staat verkeert,<br />
besluit de gemeenteraad begin 1872 deze voor afbraak te verkopen. Daarna is het voornemen<br />
om “genoemde vest voor zooveel noodig te slechten, opnieuw aan te leggen, en met heester-<br />
en andere gewassen te beplanten.” Van de bestaande bomen zullen er 42 worden gerooid en<br />
verkocht omdat ze merendeels hol zijn en regelmatig tijdens stormen zwaar beschadigd raken.<br />
Een maand later, op 4 februari, wordt de oude stadsmuur die zich uitstrekt <strong>van</strong> de gesloopte<br />
Koepoort tot aan de stadsfabriek op de hoek <strong>van</strong> Achter de Vest en Pakhuisstraat, openbaar<br />
voor afbraak verkocht (voor ƒ 551,- aan P. Broekman). “Het digtmaken en vaststampen der gaten<br />
<strong>van</strong> de geroode boomen op bovengenoemde vest, alsook het afgraven, verlagen en verhoogen<br />
<strong>van</strong> den grond en het maken <strong>van</strong> zinkstukken enz. op den 6 Maart daaraanvolgend in het openbaar<br />
aanbesteed, werd aangenomen door Klaas de Hart, aannemer te Schardam, voor ƒ 395,-.”<br />
In oktober <strong>van</strong> hetzelfde jaar machtigt de raad burgemeester en wethouders “om nog in dit jaar<br />
eenige gelden te besteden aan het verder in orde brengen, aanleggen en beplanten <strong>van</strong> de Vest
De singelgracht met links het plantsoen Achter de Vest, 1904. Duidelijk herkenbaar is het slingerpad dat<br />
ter plaatse <strong>van</strong> de Mariatoren daalt richting gracht (collectie Westfries Archief).<br />
naar de Stadsfabriek, waartoe volgens een door hem gevraagde opgaaf <strong>van</strong> den heer Leendertz<br />
(kweekeling <strong>van</strong> Linaeus) wonende te Medemblik, eene som <strong>van</strong> ongeveer ƒ 500,- zal gevorderd<br />
worden.” Deze Leendertz is blijkens het bevolkingsregister <strong>van</strong> Medemblik de 22-jarige Willem<br />
Leendertz, geboren op 15 juli 1850 in het Friese Woudsend als oudste zoon <strong>van</strong> de doopsgezinde<br />
predikant Pieter Leendertz en Janske Wagenaar. Het gezin vestigt zich in 1864 in Medemblik<br />
waar zijn vader tot aan zijn dood in 1880 als predikant werkzaam zal blijven. Willem heeft duidelijk<br />
een andere interesse en mag een opleiding gaan volgen aan de Tuinbouwschool Linnaeus<br />
in de Watergraafsmeer. Deze school is in 1866 opgericht door de Koninklijke Nederlandsche<br />
Tuinbouw Maatschappij Linnaeus en gevestigd in Huize Frankendael.<br />
In oktober 1871 keert Willem terug uit de Watergraafsmeer en gaat wonen in het ouderlijk<br />
huis in Medemblik. Als beroep wordt bij inschrijving achter zijn naam vermeld ’Bloemist‘. Vier<br />
jaar later vertrekt hij naar Naarden. Nader onderzoek kan meer gegevens over zijn leven en<br />
werk opleveren. Zeker is dat hij in juli 1899 op 48-jarige leeftijd vermoord wordt in Johannes-<br />
Ontwerp voor de aanleg <strong>van</strong> een plantsoen tussen de Koepoort en de Oosterpoort (collectie Westfries<br />
Museum)<br />
31
Leerlingen <strong>van</strong> de Tuinbouwschool Linnaeus op<br />
Frankendael, 1890 (bron: J.H. Kruizinga, 350 jaar<br />
Watergraafsmeer)<br />
32<br />
burg. Het aanleggen en beplanten <strong>van</strong> het<br />
plantsoen op de Koepoortsvest wordt aan<br />
Leendertz opgedragen en hij ont<strong>van</strong>gt voor<br />
zijn werkzaamheden ƒ 539,15. In 1873 worden<br />
ter afscheiding <strong>van</strong> het plantsoen nieuwe<br />
palen met gegal<strong>van</strong>iseerde draden geplaatst<br />
door de <strong>Hoorn</strong>se aannemer Maarten Godvliet<br />
(voor ƒ 214,-).<br />
Een ontwerp of beplantingslijst <strong>van</strong> Leendertz<br />
is voor zover bekend niet bewaard gebleven.<br />
Oude foto’s en de stadsplattegrond <strong>van</strong> 1890<br />
wijzen op een aanleg in Engelse landschaps-<br />
stijl. In het Westfries Museum bevindt zich een ingekleurde ontwerptekening voor een nieuw<br />
plantsoen op zowel de Koepoortsvest als het vervolg tot aan de Oosterpoort (zie p. 31). Dit ongesigneerde<br />
ontwerp zou <strong>van</strong> Leendertz kunnen zijn, maar omdat hierop nog de in 1871 gesloopte<br />
Koepoort is getekend lijkt dit minder waarschijnlijk. In de raadsvergadering <strong>van</strong> januari 1872<br />
wordt een plan <strong>van</strong> tuinman Caspar Schut, belast met het onderhoud <strong>van</strong> de plantsoenen, voor<br />
het beplanten <strong>van</strong> de Koepoortsvest besproken en afgewezen. Mogelijk is de ontwerptekening<br />
het plan <strong>van</strong> Schut, maar gezien het professionele handschrift en de tekenstijl lijkt dit onwaarschijnlijk.<br />
Raadslid J.A. Heule doet in genoemde vergadering de suggestie om de <strong>Hoorn</strong>se architect<br />
A.C. Bleijs een tekening te laten maken (Heule kende Bleijs goed: zijn herenhuis Grote Noord<br />
20 is door hem ontworpen). Dit idee vindt instemming, maar op voorstel <strong>van</strong> de burgemeester<br />
wordt besloten vooralsnog alleen een besluit te nemen over de verkoop <strong>van</strong> de 42 bomen en<br />
niet over de aanleg. Waarom voor het ontwerp hier<strong>van</strong> niet Bleijs maar Leendertz wordt aangetrokken,<br />
is onbekend. Architect Bleijs had zich overigens al eerder beziggehouden met de<br />
Koepoortsvest. In de collectie <strong>van</strong> het Westfries Museum bevindt zich een onuitgevoerde presentatietekening<br />
uit 1868 <strong>van</strong> zijn hand getiteld “Verfraaijing <strong>van</strong> de wandeling te <strong>Hoorn</strong>.” Hierop<br />
zijn twee varianten te zien om het gedeelte<br />
<strong>van</strong> de Koepoortsvest rond de Mariatoren om<br />
te vormen in een aantrekkelijk wandelpark in<br />
Engelse landschapsstijl. Opmerkelijk is vooral<br />
de linker variant (A) waarbij de Mariatoren veranderd<br />
is in een schilderachtige ruïne.<br />
Na de sloop <strong>van</strong> een deel <strong>van</strong> de gebouwen<br />
<strong>van</strong> de stadsfabriek in 1879 wordt met het<br />
vrijkomende terrein het bestaande plantsoen<br />
vergroot (uitgevoerd door tuinman K.C. Visser<br />
voor ƒ 80,-). In zijn openingsrede in de tweede<br />
raadsvergadering <strong>van</strong> 1880 spreekt burgemeester<br />
Van Dedem hierover zijn vreugde uit,<br />
omdat dit het verlies <strong>van</strong> groen elders in de<br />
stad compenseert: “Overigens is het terrein,<br />
Twee ontwerpen <strong>van</strong> architect A.C. Bleijs voor een<br />
plantsoen rond de Mariatoren, 1868 (collectie<br />
Westfries Museum)<br />
vroeger bij de stadsfabriek behoorende, door u bestemd om aan het wandelplantsoen te worden<br />
getrokken. Te meer reden bestaat er, geloof ik, om zich daarover te verblijden, omdat elders<br />
dat plantsoen eene inkrimping zal ondergaan. Immers, aan de eischen <strong>van</strong> het verkeer met het<br />
spoorwegstation en de behoefte aan bouwterrein in zijne nabijheid, moest het sierlijk gedeelte<br />
vest, dat aan de te dempen buitengracht belendt, worden opgeofferd.” Duidelijk is dat Van Dedem<br />
het groen in de stad een warm hart toedraagt.<br />
Plantsoen in de Ramen<br />
De verfraaijng <strong>van</strong> die sombere en weinig begaanbare straat door den aanleg <strong>van</strong> een plantsoen mag<br />
als weelde beschouwd worden, en werd dan ook door vrijwillige giften bekostigd; niettemin zal die verandering<br />
zeker als een aanwinst voor onze stad algemeen op prijs worden gesteld. (gemeenteverslag 1877)
Plantsoen in de Ramen op een ingekleurde prentbriefkaart<br />
uit circa 1900. In het midden het monument voor baron<br />
Van Dedem (collectie Westfries Archief)<br />
33<br />
In 1877 klaagt een aantal bewoners<br />
<strong>van</strong> de Ramen bij de gemeente over<br />
de toestand waarin de straat verkeert<br />
en verzoekt om deze, ’met behoud <strong>van</strong><br />
de noodige ruimte aan beide zijden<br />
voor de passage, in een wandelplantsoen<br />
te herscheppen‘. De straat hoeft<br />
immers voor het verkeer niet zo breed<br />
te zijn en bovendien levert een plantsoen<br />
’eene belangrijke verfraaiing‘<br />
op. Om de aanleg te financieren hebben<br />
zij zelf ƒ 449,- ingezameld onder<br />
de bewoners <strong>van</strong> de straat en enkele<br />
’notabele ingezetenen.‘ De gemeenteraad<br />
gaat akkoord met het plan op<br />
voorwaarde dat er aan weerszijden een doorgang <strong>van</strong> drie meter overblijft. Het plantsoen wordt<br />
aangelegd door de plaatselijke tuinman Frans Schut wiens offerte lager uitvalt dan die <strong>van</strong> de<br />
vaste stadstuinman Visser. Uit de bewaard gebleven beplantingslijst blijkt dat er twaalf verschillend<br />
beplante bloemvakken waren, daarnaast verspreid in het omringende gras 25 pioenrozen<br />
en enkele solitaire bomen: een treur-es, een hoogstamlijsterbes, twee bruine beuken, een hoge<br />
meidoorn met lijsterbesblad, een bloeiende acacia, een hoge sering en twee gouden regens.<br />
De <strong>Hoorn</strong>sche Courant <strong>van</strong> 1 juli 1877 meldt dat het plantsoen is voltooid. Een week later geeft<br />
het muziekkorps <strong>van</strong> de schutterij een openluchtconcert in het nieuwe plantsoen. “De uitvoering<br />
had eene groote menigte naar de nieuwe wandelplaats gelokt […] De orde onder de menigte<br />
was voorbeeldig, zoodat uit deze eerste proefneming reeds voldoende gebleken is, dat<br />
het nieuwe aangelegde plantsoen in alle opzichten eene der meest geschikte plaatsen in onze<br />
stad is voor de openbare uitvoeringen <strong>van</strong> het verdienstelijk muziekcorps onzer schutterij.” Na<br />
afloop <strong>van</strong> het optreden worden serenades gebracht bij de vijf bewoners <strong>van</strong> de Ramen die het<br />
initiatief hebben genomen en ook het benodigde geld ingezameld. Rond de langgerekte perken<br />
waarin het plantsoen is opgedeeld laat de gemeente in 1883 eiken paaltjes plaatsen waartussen<br />
ijzerdraad. Negen jaar later gaat het plantsoen geheel op de schop. Tuinman Schut is ook nu belast<br />
met de aanleg (voor ƒ 250,-). De eiken paaltjes maken plaats voor degelijke ijzeren boogjeshekken<br />
(geplaatst door Bockmann en Hildering voor ƒ 493,50). Op de prentbriefkaart zien we de<br />
nieuwe hekken en ook de in 1897 opgerichte gedenknaald voor de twee jaar eerder in Calcutta<br />
overleden baron W.K. <strong>van</strong> Dedem, oud-burgemeester <strong>van</strong> <strong>Hoorn</strong> (1875-1891) en daarna Minister<br />
<strong>van</strong> Koloniën. Uit het gemeenteverslag <strong>van</strong> 1886 valt op te maken dat de wandelpaden in het<br />
plantsoen begrind zijn.<br />
Eind jaren dertig zijn er plannen om het plantsoen <strong>van</strong>wege het toenemende verkeer te verwijderen.<br />
Voorlopig blijft het bij een versmalling, maar in 1972 heeft de heilige koe definitief<br />
gewonnen. Het monument voor Van Dedem verhuist naar de Van Dedemstraat en in 1991 naar<br />
het Noorderplantsoen.<br />
Noorderplantsoen<br />
De aansluiting <strong>van</strong> <strong>Hoorn</strong> op het landelijk spoorwegnet (1884) is niet alleen in economisch opzicht<br />
<strong>van</strong> belang, maar heeft ook ingrijpende stedenbouwkundige gevolgen. Nadat eind 1877<br />
de definitieve situering <strong>van</strong> het emplacement bekend is geworden, besluit de raad in 1878 tot de<br />
demping <strong>van</strong> een deel <strong>van</strong> de buitengracht en <strong>van</strong> de Turfhaven, <strong>van</strong>af de buitengracht tot aan<br />
Onder de Boompjes. Hierdoor wordt een betere ontsluiting <strong>van</strong> het station mogelijk en ontstaat<br />
ruimte voor uitbreiding <strong>van</strong> de veemarkt – de Noorderveemarkt en de Veemarkt - waaraan met<br />
het oog op het vermeerderde marktverkeer na aansluiting op het spoorwegnet dringend behoefte<br />
zal zijn. Op 9 oktober 1879 is de aanbesteding <strong>van</strong> het om<strong>van</strong>grijke project dat naast de<br />
demping <strong>van</strong> het gedeelte <strong>van</strong> de buitengracht en de Turfhaven tot aan Onder de Boompjes ook<br />
bestaat uit de gelijktijdige aanleg <strong>van</strong> een riool. Het werk wordt gegund aan de <strong>Hoorn</strong>se aan-
Noorderplantsoen op een prentbriefkaart uit circa 1900 (collectie Westfries Archief)<br />
nemer Jb. Zeilemaker voor ƒ 123.700,-, voor die tijd een enorm bedrag waarvoor de gemeente<br />
zich diep in de schulden moet steken. Met een half jaar vertraging zijn de werkzaamheden in<br />
juni 1881 voltooid.<br />
Aan<strong>van</strong>kelijk is het de bedoeling het gedempte deel <strong>van</strong> de buitengracht als bouwterrein te<br />
benutten. Burgemeester Van Dedem zegt hierover in zijn nieuwjaarsrede <strong>van</strong> 1880 dat “geschikt<br />
bouwterrein voor woningen hoe langer zoo moeielijker is te vinden, zoo men aan onze plantsoenen<br />
geen slopende hand wil slaan. Gelukkig daarom dat er, tengevolge <strong>van</strong> de demping <strong>van</strong><br />
onze buitengracht, nieuwe bouwgrond beschikbaar zal komen. Is het te hopen, ook voor het<br />
uiterlijk aanzien <strong>van</strong> onze gemeente, dat op dit terrein, tegenover het spoorwegstation gelegen,<br />
flinke gebouwen zullen komen te staan (…).” Een goed voorbeeld vindt hij de Groote Sociëteit,<br />
“een hecht en sierlijk gebouw” dat binnenkort op een deel <strong>van</strong> de resterende Noordervest gebouwd<br />
gaat worden. Tijdens de behandeling <strong>van</strong> de begroting voor 1884 komt raadslid Kroon<br />
met het idee om het terrein tegenover het station echter tot plantsoen in te richten. Burgemeester<br />
Van Dedem benadert vervolgens tuinarchitect Dirk Wattez in Bussum om een plantsoen te<br />
ontwerpen. Eind februari 1885 stuurt hij Van Dedem een ontwerp met daarbij “een lijstje der<br />
boomen, heesters enz. benodigd voor beplanting, getallen, vorm, hoogte en prijs waarvoor die<br />
zeeker in zeer goede exemplaaren geleverd kunnen worden.” Beide stukken heb ik helaas niet<br />
aangetroffen in het archief, wel het begeleidend schrijven. De maand daarop besluit de raad met<br />
enige moeite – in eerste instantie staken de stemmen – om het terrein inderdaad als plantsoen in<br />
te richten en het plan <strong>van</strong> Wattez uit te laten voeren. Over zijn werkzaamheden is men blijkbaar<br />
tevreden, want een jaar later krijgt Wattez ook opdracht een nieuw ontwerp te maken voor het<br />
Oosterplantsoen (zie p. 30).<br />
Het Noorderplantsoen wordt in 1885 verfraaid met een bloemperk. Het ongeveer in het midden<br />
<strong>van</strong> het plantsoen aangelegde perk is een geschenk <strong>van</strong> “de vereeniging ’Voor het Volk‘ afdeeling<br />
B ’Floralia‘.” Het jaar daarop laat het bestuur <strong>van</strong> ‘Floralia‘ weten niet meer bij machte te zijn<br />
om het bloemperk op een passende en waardige wijze te versieren en verzoekt de gemeente<br />
het voortaan te beplanten. Aldus geschiedt: er komen 125 maandrozen (rozen die meerdere<br />
keren in een jaar bloeien). Vanaf 1889 ziet ’Floralia‘ wél kans de beplanting te verzorgen <strong>van</strong><br />
twee op haar verzoek door de gemeente aangelegde perken op het voormalige bastion in het<br />
34
Dirk Wattez<br />
Over de ontwerper <strong>van</strong> het Noorderplantsoen en het Oosterplantsoen Dirk Wattez vermeldt<br />
Blog Noordwijk het volgende: “Dirk Wattez werd in 1833 geboren als zoon <strong>van</strong> een tuinman en<br />
hij ging ook zelf door in de branche <strong>van</strong> zijn vader. Rond 1882 gaf hij leiding aan een kwekerij in<br />
Bussum onder de naam ‘J.B. Wattez en Zoon’. Maar al in 1886 adverteerde Dirk Wattez als ‘tuinarchitect<br />
en boomkweker te Bussum’. Het bedrijf werd <strong>van</strong>af 1890 samen met zijn zonen Piet en<br />
Constant voortgezet als firma D. Wattez. Wattez was vermoedelijk al in 1866 begonnen met het<br />
ontwerpen <strong>van</strong> tuinen, in eerste instantie voor de grote Twentse textielbaronnen. Veel <strong>van</strong> zijn<br />
tuin- of parkontwerpen zijn uitgevoerd in een zgn. landschapsstijl, waarbij veel aandacht wordt<br />
gegeven aan detaillering en het gebruik <strong>van</strong> bloeiende heesters en perken.”<br />
Noorderplantsoen. Tot grote tevredenheid <strong>van</strong> het college: “Die beplanting droeg in den afgeloopen<br />
zomer veel bij tot verfraaiing <strong>van</strong> dat deel <strong>van</strong> ons gemeente-plantsoen.” Een jaar later<br />
krijgt de Floraliavereniging toestemming een derde bloemperk aan te leggen en te beplanten.<br />
Naderhand zorgt stadstuinman Visser in opdracht <strong>van</strong> de gemeente voor de beplanting <strong>van</strong> de<br />
drie bloemperken. Ter herinnering aan de inhuldiging <strong>van</strong> koningin Wilhelmina op 6 september<br />
1898 wordt in het Noorderplantsoen een lindeboom geplant. Het is een geschenk <strong>van</strong> de vereniging<br />
’Tuinbouw‘. De gemeente zorgt voor een ijzeren hek rond de boom.<br />
Onderhoud en toezicht<br />
Het onderhoud aan de <strong>Hoorn</strong>se plantsoenen wordt in de negentiende eeuw aan<strong>van</strong>kelijk jaarlijks<br />
onderhands aanbesteed. De eerste vermelding hierover komen we tegen in de notulen<br />
<strong>van</strong> burgemeester en wethouders <strong>van</strong> 8 mei 1839, waarin wordt besloten “het onderhoud der<br />
nieuw aangelegde plantsoenen voor dit jaar aan te besteden aan Herman <strong>van</strong> Dijk, tuinman alhier<br />
voor ƒ 275,-.” Vanaf de jaren zestig gaat het onderhoudswerk traditiegetrouw naar tuinman<br />
Casper Schut die hiervoor een jaarlijkse vergoeding <strong>van</strong> ƒ 875,- ont<strong>van</strong>gt, de aanschafkosten<br />
<strong>van</strong> nieuwe bomen en heesters niet inbegrepen. Raadslid Renssen laat in de vergadering <strong>van</strong><br />
oktober 1872 weten ontevreden te zijn over het onderhoud <strong>van</strong> de plantsoenen. Ook zijn er in<br />
de raad twijfels over de deskundigheid <strong>van</strong> Schut: “Met het bij gelegenheid <strong>van</strong> de behandeling<br />
der begrooting voor 1873 geopperd denkbeeld om het schoonhouden <strong>van</strong> paden en perken in<br />
de plantsoenen en hetgeen daartoe behoort en het inboeten en snoeijen in het vóór- en najaar<br />
<strong>van</strong> boomen en heesters, door een in dat vak meer kundig persoon te doen verrigten, zal in het<br />
begin <strong>van</strong> 1873 eene proeve worden genomen.” De ’proeve‘ bestaat hierin dat het werk niet<br />
onderhands, maar openbaar wordt aanbesteed. Financieel blijkt dit in ieder geval een succes:<br />
na de openbare aanbesteding op 8 februari worden de werkzaamheden gegund aan H. Spree<br />
en Co. te Schellinkhout voor ƒ 750,-. Ook het jaar daarop wordt gekozen voor een openbare<br />
aanbesteding en het werk gegund aan de <strong>Hoorn</strong>se tuinman K.C. Visser (voor ƒ 843,-). Vervolgens<br />
krijgt Visser het onderhoud jaarlijks onderhands opgedragen. Na zijn overlijden in 1893 mag zijn<br />
zoon C. Visser het stokje overnemen. Verzoeken <strong>van</strong> andere <strong>Hoorn</strong>se hoveniers om een openbare<br />
aanbesteding wijst de raad consequent af. De stukken gras in de verschillende plantsoenen<br />
worden jaarlijks per plantsoen verpacht aan een particulier. De pachters maaien het gras voor<br />
het hooi. Het onderhoud aan het plantsoen in de Ramen wordt ’met bijlevering <strong>van</strong> heesters en<br />
bloemen‘ afzonderlijk aanbesteed aan tuinman F. Schut die het plantsoen ook heeft aangelegd<br />
(voor ƒ 90,-).<br />
Raadslid Renssen pleit in de genoemde vergadering, behalve voor een beter onderhoud <strong>van</strong><br />
de plantsoenen, ook voor “een meer streng toezigt op het vernielen en beschadigen der plantsoenen,<br />
tot het zooveel mogelijk keeren waar<strong>van</strong> hij in overweging geeft, om behalve aanbeveling<br />
<strong>van</strong> een goed toezigt door de politie, een flink en krachtig beroep te doen op de burgerij<br />
35
Stadsplattegrond uit 1890 waarop de vrijwel ononderbroken keten <strong>van</strong> wandelplantsoenen rond de binnenstad<br />
duidelijk zichtbaar is (collectie Westfries Archief) .<br />
zelf (…)” Ook toen had het openbaar groen blijkbaar te lijden <strong>van</strong> <strong>van</strong>dalisme. Of dat flink en<br />
krachtig beroep op de burgerij er kwam is onduidelijk. Wel laat de gemeente drie jaar later, in<br />
1875, zes borden plaatsen in de plantsoenen “de algemeene medewerking tot bescherming <strong>van</strong><br />
deze inroepende.” Tegelijk worden veertien banken geplaatst en vijftig ’staketsels‘ om nieuw<br />
geplante bomen. Het gevraagde politietoezicht op de plantsoenen komt er uiteindelijk ook. Uit<br />
het gemeenteverslag <strong>van</strong> 1887 blijkt dat hiervoor speciaal een politieagent is aangesteld: “Tot<br />
bescherming der plantsoenen werd evenals vroeger een agent <strong>van</strong> politie 3e klasse door ons<br />
belast om gedurende het tijdvak <strong>van</strong> 15 mei tot ultimo september dagelijks toezicht te houden.<br />
Hij genoot hiervoor ƒ 1,25 per dag.”<br />
36
Het onderhoud aan de plantsoenen zou tot in het begin <strong>van</strong> de vorige eeuw worden uitbesteed.<br />
In 1916 besluit de gemeenteraad het onderhoud <strong>van</strong> de plantsoenen en het overige gemeentegroen<br />
met ingang <strong>van</strong> het volgende jaar in eigen beheer te nemen.<br />
Samenvatting<br />
In de negentiende eeuw laten veel Nederlandse steden hun stadswallen, die inmiddels geen verdedigingsfunctie<br />
meer hebben, omvormen tot aantrekkelijke wandelparken. De vaak in Engelse<br />
landschapsstijl aangelegde walplantsoenen zijn voor de burgerij een geliefd middel om zich te<br />
verpozen. In <strong>Hoorn</strong> gebeurt dit <strong>van</strong>af 1836 en daarmee behoort de stad tot de vroege voorbeelden.<br />
In de loop <strong>van</strong> de negentiende eeuw worden successievelijk alle <strong>Hoorn</strong>se stadswallen<br />
omgevormd tot plantsoenen. Hierdoor ontstaat een fraaie, vrijwel aaneengesloten ’wandeling‘<br />
rond de binnenstad waar<strong>van</strong> nog grote delen bewaard zijn gebleven. Behalve de walplantsoenen<br />
worden nog plantsoenen aangelegd langs de Oude Doelenkade en in de Ramen, het laatste<br />
op initiatief en voor rekening <strong>van</strong> de bewoners <strong>van</strong> die straat.<br />
Evenals elders zijn ook de <strong>Hoorn</strong>se walplantsoenen aangelegd in Engelse landschapsstijl. Voor<br />
het ontwerp worden door de gemeente externe deskundigen aangetrokken, waaronder gerenommeerde<br />
tuinarchitecten als K.G. Zocher (Utrecht) voor het plantsoen op de Hoge Vest en D.<br />
Wattez (Bussum) voor het Noorder- en Oosterplantsoen. De financiering <strong>van</strong> de aanleg noopt<br />
<strong>van</strong>wege de soms weinig rooskleurige gemeentefinanciën tot creatieve oplossingen, zoals uitvoering<br />
als werkverschaffingsproject waarvoor onder de burgers geld ingezameld wordt en<br />
zelfs het afzien <strong>van</strong> presentiegeld door de raadsleden.<br />
Het in goede staat houden <strong>van</strong> de vele plantsoenen is een terugkerend punt <strong>van</strong> zorg. Het onderhoud<br />
wordt in de negentiende eeuw jaarlijks uitbesteed. Om de plantsoenen mooi te houden<br />
en <strong>van</strong>dalisme tegen te gaan wordt allereerst een beroep gedaan op de inwoners. Daarnaast<br />
wordt er een speciale politieagent aangesteld die tussen mei en september toezicht houdt<br />
op de plantsoenen.<br />
In de twintigste eeuw zijn enkele plantsoenen in de binnenstad opgeofferd aan woningbouw<br />
en wegverbreding, maar gelukkig kunnen we <strong>van</strong> de meeste nog dagelijks genieten. Als groene<br />
longen rond de binnenstad dragen ze in belangrijke mate bij aan de kwaliteit <strong>van</strong> de leefomgeving.<br />
We mogen daarom dankbaar zijn voor wat onze voorouders met liefde voor de natuur en<br />
voor hun stad allemaal tot stand hebben gebracht. Reden ook om zuinig te zijn op het resterende<br />
groen rond de binnenstad, <strong>Hoorn</strong>s gordel <strong>van</strong> smaragd (met dank aan Multatuli).<br />
Jos <strong>van</strong> der Lee, bureau Erfgoed gemeente <strong>Hoorn</strong><br />
Bronnen:<br />
Bureau Erfgoed gemeente <strong>Hoorn</strong>, topografische dossiers<br />
Westfries Archief, Archief <strong>Gemeente</strong>bestuur <strong>Hoorn</strong>, gemeenteverslagen 1852-1902, ingekomen stukken, notulen<br />
raad en B&W<br />
Westfries Archief, Bevolkingsregister Medemblik 1860-1890<br />
C.A. Abbing, Geschiedenis der stad <strong>Hoorn</strong>, hoofdstad <strong>van</strong> West-Vriesland, gedurende het grootste gedeelte der XVII en<br />
XVIII eeuw, of Vervolg op Velius Chronyk, voortgezet tot op het jaar 1773, 2 delen, <strong>Hoorn</strong> 1841-1842<br />
P. Karstkarel, D. <strong>van</strong> der Meide en E. Cremers, “Van ontmanteling tot ’wandeling‘”, in: J. Sneep, H.A. Treu en M. Tydeman<br />
(red.), Vesting. Vier eeuwen vestingbouw in Nederland, Den Haag 1982<br />
H. Kroon Dz. En F. Kapteijn, Nieuwe Kroniek <strong>van</strong> <strong>Hoorn</strong>, <strong>Hoorn</strong> 1891<br />
R. Westerop, <strong>Hoorn</strong>s Buiten-singel, <strong>Hoorn</strong> 1728<br />
www.hetnoordwijkblog.wordpress.com/2010/11/04/af-en-toe-317-dirk-wattez<br />
www.historischetuinen.nl/zochers.html<br />
Met dank aan mijn collega Leo Hoogeveen<br />
37
38<br />
7a<br />
Stadskaart <strong>Hoorn</strong> anno 1890
Wandelroute <strong>Groen</strong><br />
<strong>Groen</strong> <strong>van</strong> <strong>Toen</strong><br />
Deze wandeling is ongeveer twee kilometer lang.<br />
De start <strong>van</strong> de wandeling is <strong>van</strong>uit het park, tegenover het station. Dit park is op het<br />
terrein <strong>van</strong> de oude stadswallen aangelegd. De singel is hier in 1878 ten behoeve <strong>van</strong><br />
de treinreizigers gedempt en de wallen zijn afgegraven toen ook het station werd<br />
gebouwd. Dat gebeurde in het kader <strong>van</strong> de werkverschaffing. De grote boom in het<br />
plantsoen is de Wilhelminaboom, een Hollandse linde geplant ter gelegenheid <strong>van</strong><br />
de inhuldiging <strong>van</strong> koningin Wilhelmina op 6 september 1898.<br />
U gaat langs de VVV/ANWB de Veemarkt<br />
op. Bij de laatste schilderbeurt <strong>van</strong> de hekken<br />
is daarvoor de (originele?) kleur Westfries<br />
<strong>Groen</strong> gebruikt. Opmerkelijk is de<br />
Noorder- of Mariakerk, halverwege aan de<br />
rechterkant die <strong>van</strong>af 1426 hier gebouwd<br />
is. Verderop aan de linkerkant staat een<br />
groot bankgebouw, oorspronkelijk als<br />
pesthuis gebouwd, later gebruikt als Huiszittende<br />
Armen Weeshuis, garage en nu<br />
als bank. Op de binnenplaats ziet u een klein bakstenen huis, ooit de werkplaats en<br />
vergaderruimte <strong>van</strong> het Timmermansgilde. Hier is nu het Westfries Genootschap gevestigd.<br />
Op het plafond <strong>van</strong> de verdieping is een fraaie roos afgebeeld met als motto:<br />
‘Al wat onder deese roos sal woorden gesprooken, dat moeter nader sijn beloocken.<br />
Anno 1635.’ Vandaag zijn zij geopend, ingang<br />
links om de hoek aan het Dal.<br />
Als u uit het Timmermansgildehuis komt,<br />
via het steegje terug naar het Dal en<br />
linksaf, dan bent u weer op het terrein<br />
<strong>van</strong> vroegere vestingwerken: daar liep tot<br />
1508 de stadswal <strong>van</strong> <strong>Hoorn</strong> die in dat jaar<br />
tot aan de plaats <strong>van</strong> het huidige treinstation<br />
werd uitgebreid. De naam Turfhaven<br />
39<br />
<strong>van</strong><br />
<strong>Toen</strong>
is ontstaan na de uitbreiding <strong>van</strong> de stad in 1508, toen de gracht de functie <strong>van</strong> vestinggracht<br />
verloor en de turfschepen hier hun aanlegplaats vonden. Pas in 1878 besluit<br />
men de voormalige verdedigingsgracht te dempen, de bomen dateren <strong>van</strong> vlak<br />
na de demping. Het parkje waar u langs<br />
loopt heeft gediend als de overtuinen<br />
<strong>van</strong> de woningen. Aan het eind is ook de<br />
tuin toegankelijk <strong>van</strong> het Oud Mannen en<br />
Vrouwenhuis De Pietershof.<br />
Als u uit de Pietershof komt de straat<br />
oversteken en rechtdoor de brede straat<br />
‘de Ramen’ in. Oorspronkelijk was dit een<br />
soort industriegebied, waar op grote rekken<br />
(= ramen) de voorbewerkte lakense stoffen werden opgehangen. De lakenindustrie<br />
kwam door o.a. zware Engelse concurrentie vóór 1565 tot zijn eind. Meteen<br />
aan het begin rechts ziet u een 19e-eeuwse kerk die nu als winkel wordt gebruikt.<br />
Tot in de zestiger jaren was in het midden <strong>van</strong> de straat<br />
een grasperkje, maar dat is ten behoeve <strong>van</strong> het autoverkeer<br />
gesneuveld. Op nummer 4 staat het gebouw <strong>van</strong> de<br />
Lutherse kerk uit 1768. Vandaag is de tuin <strong>van</strong> het pand<br />
Gouw 7 geopend: links <strong>van</strong> de Lutherse kerk kunt u de<br />
steeg in die toegang tot deze tuin geeft. Opmerkelijk: het<br />
huis <strong>van</strong> de dominee, rechts <strong>van</strong> de kerk is hoger dan de<br />
kerk zelf, maar het huis <strong>van</strong> de koster, links <strong>van</strong> de kerk is<br />
betrekkelijk klein.<br />
Meteen daarna <strong>van</strong>uit de Ramen linksaf, de Nieuwsteeg<br />
in. In de Middeleeuwen was dit een geheel groen gebied:<br />
het gehele huizenblok aan uw rechterhand was kloostergebied<br />
met kloostertuinen. De kapel bestaat nog, gaat u<br />
aan het einde <strong>van</strong> de steeg maar aan de linkerkant lopen<br />
en kijk naar boven, dan ziet u een ui-vormig torentje. Oorspronkelijk was hier de houten<br />
kapel <strong>van</strong> het Jeronymitenklooster (ook wel genoemd Broeders <strong>van</strong> den Goeden<br />
Wille), maar toen dit opgeheven werd in 1429 gaven de broeders het gebouw met<br />
alles wat erbij hoorde aan het vrouwenklooster <strong>van</strong> St. Cecilia, maar met de verplichting<br />
de kapel in steen te herbouwen.<br />
U gaat rechtsaf, de gevel meteen rechts laat zien dat de kloostergebouwen na de reformatie<br />
een nieuwe functie hebben gekregen.<br />
Delen <strong>van</strong> de gebouwen werden<br />
gebruikt als Latijnse school, huisvesting<br />
voor de Klapperwacht (een soort nachtpolitie),<br />
logement voor de Gecommitteerde<br />
Raden <strong>van</strong> West-Friesland en het Noorderkwartier<br />
en tot laat in de twintigste<br />
eeuw stadhuis <strong>van</strong> <strong>Hoorn</strong> met de kapel als<br />
vergaderplaats voor de gemeenteraad.<br />
U loopt door richting Grote Kerk (u kunt de toren al zien). Deze kerk uit 1883 is veel<br />
kleiner dan zijn middeleeuwse voorganger, maar ondanks de weinige ruimte was er<br />
voorheen toch een kerkhof omheen. Door terreinophogingen was in 1599 de kerkhofmuur<br />
zo laag geworden dat je er overheen kon klimmen, <strong>van</strong>daar dat er een groe-<br />
40
ne doornen-haag (haegdoren) omheen werd geplant. Eind negentiende eeuw werd<br />
ten noorden <strong>van</strong> de kerk de botermarkt gehouden, deze markt is later verplaatst naar<br />
het Sint Jans Gasthuis schuin tegenover de toren <strong>van</strong> de kerk.<br />
U gaat rechtdoor naar het centrale plein <strong>van</strong> de stad: de Roode Steen. Dit plein is<br />
nooit groen geweest: het werd al in 1420 door de stad bestraat. Het plein diende als<br />
vismarkt, varkensmarkt en tot in de twintigste<br />
eeuw als kaasmarkt. In de hardsteen<br />
<strong>van</strong> het plein kunt u nog zien waar<br />
het stadhuis heeft gestaan, totdat dit in<br />
1795 werd gesloopt. De belangrijkste<br />
bestaande gebouwen zijn hier de waag,<br />
gebouwd door Hendrick de Keyser en het<br />
Westfries Museum uit 1631/32. Ook de<br />
omstreden Jan Pieterszoon Coen heeft<br />
hier zijn standbeeld uit 1893.<br />
U gaat links <strong>van</strong> het museum het West op (niet de Proostensteeg) waar op nummer<br />
50 het huis ‘in de frahchtwage’ staat. De straat loopt aan het eind uit op het Westerplantsoen<br />
waar u linksaf gaat, de dijk op <strong>van</strong> de straat ‘Achter op ‘t Zand’. Tot het begin<br />
<strong>van</strong> de 17e eeuw bestond deze straat niet; pas op de kaart <strong>van</strong> Blaeu (1649) is hier<br />
een brede naar zee toe aflopende strook grond te zien met de naam Houtwallen. De<br />
oorspronkelijke dijk (dus iets meer stadinwaarts) werd <strong>van</strong>af 1647 in erven verkocht<br />
door de stad. De bewoners waren voornamelijk reders, schippers en boekhouders<br />
die handel dreven op de Le<strong>van</strong>t en Italië, <strong>van</strong>daar de naam Italiaanse zeedijk. Het<br />
raadsbesluit <strong>van</strong> toen: Eerstelijck dat de copers <strong>van</strong> de erven ende gronden streckende in<br />
't oosten allanges de breete <strong>van</strong> de Westerdijck gehouden zullen zijn d'selve gecochte erven<br />
te betimmeren, binnen de tijt <strong>van</strong> drie jaren nae mey deses jaers 1647 met steene gevels,<br />
zoo aen de west als aen de oostzijde, steenen wanden, ende harde daecken, latende<br />
aen wederzijden leggen vijff duymen voor<br />
de huysdrop ende watergangen, ten minsten<br />
twee ende twintich voeten uyt de bovencant<br />
<strong>van</strong> de onderste deurs drempel volgende de<br />
keure deser stede.<br />
De lage dijk <strong>van</strong> Achter op ’t Zand werd<br />
verhoogd in 1777 en 1825 en als dijkversterking<br />
in 1908-09 voorzien <strong>van</strong> de eerste<br />
praktische toepassing in <strong>Hoorn</strong> <strong>van</strong> gewapend<br />
beton.<br />
Aan het einde <strong>van</strong> de dijk ziet u het gebouwencomplex op het Oostereiland in de volksmond<br />
de Krententuin genoemd. De voormalige ’s Rijks Werkinrichting, bedelaarsgesticht,<br />
ge<strong>van</strong>genis, asielzoekerscentrum is de afgelopen jaren geheel opgeknapt. Nu<br />
zijn er gevestigd Cinema Oostereiland, het Museum voor de 20e eeuw, een hotel en<br />
een horecagelegenheid.<br />
Als u rechtsaf de brug over gaat ziet u links<br />
aan de overkant het Julianapark, aangelegd<br />
in het ondiepe gedeelte <strong>van</strong> de havens. Aan<br />
de westoever <strong>van</strong> het Oostereiland bevindt<br />
zich de nieuwe aanlegsteiger <strong>van</strong> de Stichting<br />
Varend Erfgoed. Vanaf deze plek kunt u<br />
een zeiltochtje maken op het Markermeer<br />
met een varend monument.<br />
41
Nieuw gebruik <strong>van</strong> een oude ge<strong>van</strong>genis<br />
het grootste monumentenproject <strong>van</strong> de laatste jaren in <strong>Hoorn</strong><br />
• overnachten in een <strong>van</strong> de voormalige cellen<br />
• wonen in de voormalige kapel <strong>van</strong> de ge<strong>van</strong>genis<br />
• <strong>van</strong> een spannende film genieten op de plaats waar de<br />
boeven sliepen<br />
• terugkijken naar de tijd <strong>van</strong> opa en oma, het kan ook in<br />
de slaapzalen <strong>van</strong> de ge<strong>van</strong>genis<br />
• genieten <strong>van</strong> een drankje, starend over de voormalige<br />
Zuiderzee<br />
Op het Oostereiland is het allemaal mogelijk. En voor wie deel wil<br />
uitmaken <strong>van</strong> deze bruisende omgeving zijn er nog woningen te koop.<br />
Elke woning is anders, heeft andere vergezichten of monumentale<br />
details.<br />
Kom kijken en laat u verrassen...<br />
Neem alvast een voorproefje op: www.oostereiland.nl<br />
42
‘Vertrouwen<br />
is de basis’<br />
Dienstverlening op een hoog niveau, maar met een laagdrempelig<br />
karakter; dát kenmerkt Abma Schreurs Advocaten Notarissen.<br />
AANNEMERSBEDRIJF WEST-FRIESLAND<br />
www.awfbouw.nl<br />
info@awfbouw.nl<br />
Dr. Nuyensstraat 20<br />
Nieuwbouw<br />
Verbouw<br />
Nooit moeilijker dan het is.<br />
www.abmaschreurs.nl<br />
Renovatie<br />
Restauratie<br />
43<br />
Emile Kühr<br />
Notaris<br />
Corien orien Jonker<br />
Notaris otaris<br />
Tel.:0228 56 17 33<br />
Fax.:0228 56 37 86<br />
1617 KC Westwoud<br />
Utiliteitsbouw<br />
Nieuw/Verbouw stolpboerderijen
Kaart fietsroute<br />
Binnenstad, <strong>Hoorn</strong>-Noord, Zwaag, Blokker en Risdam<br />
= opengesteld pand<br />
44
Fietsroute door <strong>Hoorn</strong>-Noord, Zwaag, Blokker en Risdam<br />
Deze fietsroute brengt u langs interessante objecten en wetenswaardigheden.<br />
De fietsroute begint bij de Rabobank, Gedempte Turfhaven 23 en is circa 15 kilometer<br />
lang.<br />
Voormalige openbare MULO-school<br />
Draafsingel 37<br />
Voormalige <strong>Gemeente</strong>school 3 ontworpen door gemeentearchitect Jakob Faber<br />
(geb. 1868 Groningen) in neorenaissancestijl. In het interieur zijn ook Berlagiaanse<br />
invloeden herkenbaar (o.a. de trap). De elf-klassige school werd gebouwd ter ver<strong>van</strong>ging<br />
<strong>van</strong> de eerste burgerschool voor jongens en die voor meisjes.<br />
Truydemanshof<br />
Commandeur Ravenstraat 49<br />
Het Truydemanshof is gebouwd in 1950 naar ontwerp <strong>van</strong> de toenmalige gemeentearchitect<br />
Cornelis Ruitenbeek. Het bevatte 45 woningen verdeeld over 4 vleugels,<br />
gebouwd om een gemeenschappelijk binnenhof. Particulieren en organisaties hielpen<br />
mee met de inrichting <strong>van</strong> het complex voor bejaarden, Truydemanshof, zoals<br />
het ging heten. In 1979 is het complex gerenoveerd. Het aantal woningen is teruggebracht<br />
naar 43 stuks.<br />
Engelbewaarderskerk<br />
Johannes Poststraat 26, <strong>Hoorn</strong> (opengesteld,<br />
zie tekst nr. 19 in de gids)<br />
Woningbouwcomplex Goed Wonen<br />
Drieboomlaan 202-208, 234-280 en Liornestraat<br />
2-12, 13-23<br />
In 1920-1921 in opdracht <strong>van</strong> de 'Coöperatieve<br />
Arbeiderswoningbouwvereeniging Goed Wonen' gebouwd gelijknamig woningbouwcomplex.<br />
Het door de Amsterdamse architecten Z. Gulden en M. Geldmaker<br />
ontworpen complex bestaat uit zes blokken <strong>van</strong> in totaal veertig arbeiderswoningen<br />
gesitueerd aan de zuidoostzijde <strong>van</strong> de Drieboomlaan<br />
en ter weerszijden <strong>van</strong> de Liornestraat. Het grootste blok telt<br />
twaalf woningen en is in een U-vorm rond een hof gelegen.<br />
De woningen tonen invloeden <strong>van</strong> de Amsterdamse School<br />
in onder meer de verticaal gemetselde plint en de expressief<br />
vormgegeven stijlen <strong>van</strong> de portieken. Dat ‘Goed Wonen’<br />
voor haar eerste woningbouwcomplex koos voor twee architecten<br />
uit Amsterdam zal verband houden met hun ruime<br />
ervaring op dit terrein: Gulden en Geldmaker hadden in de<br />
hoofdstad al enkele grote woningbouwprojecten op hun<br />
naam staan.<br />
R.-k. begraafplaats<br />
Drieboomlaan/Holenweg, <strong>Hoorn</strong> (opengesteld, zie tekst nr. 9 in gids)<br />
TSH<br />
Johannes Poststraat 71, <strong>Hoorn</strong><br />
Voormalige openbare lagere technische school, gebouwd in 1956-1959 in de stijl <strong>van</strong><br />
het Nieuwe Bouwen naar ontwerp <strong>van</strong> Architectenbureau Kuiper, Gouwetor, De Ranitz<br />
en Bleeker uit Rotterdam. De nieuwe school bood ruimte aan 450 leerlingen en ver-<br />
46
ving de te klein geworden Ambachtsschool uit 1912 op de hoek <strong>van</strong> het Keern en de<br />
Provinciale weg (in 1995 gesloopt). Het hoofdgebouw, waarachter een schoolplein<br />
met vrijstaande schoorsteen en de aan de Liornestraat gelegen praktijkvleugel met<br />
zaagtanddak zijn in 2011 verbouwd tot wijkcentrum. De westvleugel met fietsenkelder<br />
en het gymnastieklokaal annex stelloods daarachter hebben plaatsgemaakt voor<br />
een appartementengebouw. In de kelder onder het hoofdgebouw bevond zich de<br />
commandopost voor West-Friesland <strong>van</strong> de Bescherming Bevolking.<br />
De Nadorst<br />
Westerblokker 171, Blokker<br />
Tot restaurant en partyboerderij verbouwde<br />
stolpboerderij <strong>van</strong> het West-<br />
Friese type daterend uit omstreeks 1880.<br />
Kenmerkend voor een West-Friese stolp<br />
is dat de darsdeuren zich aan de voorzijde<br />
bevinden. De naam De Nadorst<br />
herinnert aan de op de hoek <strong>van</strong> de Westerblokker<br />
en de Holenweg gelegen gelijknamige<br />
uitspanning die eeuwenlang<br />
het klassieke eindpunt was <strong>van</strong> de zondagmiddagwandelingen <strong>van</strong> de inwoners <strong>van</strong><br />
<strong>Hoorn</strong>. In 1954 is deze gesloopt voor de aanleg <strong>van</strong> de Provinciale Weg.<br />
Kadetjesland<br />
tussen Westerblokker 159 en 161, Blokker<br />
Perceel weiland met een in oorsprong vermoedelijk uit de late middeleeuwen daterend<br />
profiel bestaande uit vier bolle stroken land (“kadetjes”) gescheiden door drie in<br />
de lengterichting <strong>van</strong> het perceel gegraven (voormalige) greppels. De kadetjesstructuur<br />
is ontstaan door het eeuwenlang uitbaggeren <strong>van</strong> de greppels en sloten en het<br />
met de baggerspecie ophogen <strong>van</strong> het land ter verbetering <strong>van</strong> de afwatering. Vroeger<br />
was een dergelijk microreliëf een algemeen verbreid landschapstype in Noord-<br />
Holland, maar door ruilverkavelingen en oprukkende nieuwbouw is het inmiddels<br />
een zeldzaam verschijnsel geworden. Binnen de gemeente <strong>Hoorn</strong> is dit perceel voor<br />
zover bekend het laatst resterende kadetjesland.<br />
Buitenrust<br />
Westerblokker 159, Blokker<br />
Stolpboerderij genaamd Buitenrust, in zijn huidige vorm daterend uit 1862. De stolp<br />
is <strong>van</strong> het zogenaamde gekeerde West-Friese type. Kenmerkend hiervoor is dat de<br />
darsdeuren zich in de zijgevel bevinden. De voorgevel heeft twee deuren: links de<br />
daagse voordeur die toegang gaf tot de<br />
koestal, de trots <strong>van</strong> de boer, en rechts<br />
<strong>van</strong> het midden de staatsiedeur voorzien<br />
<strong>van</strong> twee rijke gietijzeren deurroosters,<br />
een bovenlicht met dito rooster en<br />
ter weerszijden pilasters. De rieten kap<br />
heeft zowel aan de voor- als rechterzijde<br />
een pannenspiegel. Rechtsvoor een bijbehorend<br />
ijzeren damhek.<br />
Westerhout<br />
Westerblokker 125, Blokker<br />
Voormalige boerderij Westerhout bestaande uit een woonhuis uit 1917 waarachter<br />
een aangebouwde stolpschuur <strong>van</strong> ouder datum. Het in Jugendstil opgetrok-<br />
47
ken woonhuis verving een voorganger<br />
met klokgevel. Opdrachtgever voor de<br />
nieuwbouw waren veehouder Pieter<br />
Portegies en zijn vrouw Catharina Karsten.<br />
De stolpschuur is in 1917 verlengd.<br />
Onder de rechter helft <strong>van</strong> het woonhuis<br />
bevindt zich een grote kelder uit de<br />
17de of 18de eeuw met een vloer <strong>van</strong><br />
groene en gele plavuizen in schaakbordpatroon.<br />
Bijzonder zijn het zorgvuldig<br />
gedetailleerde metselwerk <strong>van</strong> de voorgevel<br />
en de rolluiken uit 1917 die nog steeds functioneren. Links <strong>van</strong> het pand staat<br />
een monumentale bruine beuk (zie hierna).<br />
Monumentale bruine beuk<br />
Westerblokker 125, Blokker<br />
Ruim 200 jaar oude bruine beuk die <strong>van</strong> gemeentewege beschermd is. Met een stamomtrek<br />
<strong>van</strong> ruim zeven meter is het de dikste bruine beuk in Noord-Holland. Lopend<br />
bereikbaar via de inrit naast het huis.<br />
Hervormde kerk Blokker<br />
Westerblokker 105, Blokker<br />
In oorsprong middeleeuwse kerk die in 1830 herbouwd<br />
is met behoud <strong>van</strong> de laatgotische toren en<br />
hergebruik <strong>van</strong> een deel <strong>van</strong> de oude bouwmaterialen<br />
waaronder de middeleeuwse kapspanten.<br />
Bij een verbouwing in 1863-1864 is achterin het<br />
schip een vergaderruimte gerealiseerd (in 1976-’78<br />
vergroot) en het driezijdig gesloten koor, tot dan<br />
smaller dan het schip, verbreed. De gepleisterde<br />
noordgevel <strong>van</strong> de kerk wordt geleed door steunberen,<br />
de overige gevels door pilasters die in combinatie<br />
met de kroonlijst en de rondboogvensters<br />
het kerkgebouw een neoclassicistische uitstraling<br />
geven, in de 19de eeuw een populaire bouwstijl.<br />
De toren heeft een ingesnoerde spits en telt drie geledingen met in de eerste de oorspronkelijke<br />
entree gevat in een hoge spitsboog en in derde aan elke zijde twee gekoppelde<br />
galmgaten. In de toren hangt een door Goebel Zael gegoten klok uit 1537.<br />
Westerblokker 71<br />
Westerblokker 71, Blokker<br />
Vrijstaand woonhuis daterend uit omstreeks 1910. De woning heeft een vooruitspringende<br />
middenpartij <strong>van</strong> twee bouwlagen en lagere flankerende zijdelen. In het begin<br />
<strong>van</strong> de vorige eeuw was dit een populair woningtype onder de beter gesitueerden<br />
in Blokker en Zwaag. Het dakoverstek boven de middenpartij wordt verfraaid door<br />
onder meer een makelaar en een sierspant dat de vorm volgt <strong>van</strong> de korfboog boven<br />
de balkondeuren. In het boogveld bruine en gele tegels in schaakbordpatroon.<br />
De Barmhartige Samaritaan<br />
Westerblokker 39, Blokker<br />
Stolpboerderij <strong>van</strong> het West-Friese type genaamd De Barmhartige Samaritaan, in het<br />
gesneden deurkalf gedateerd 1659. Kenmerkend voor een West-Friese stolp is dat<br />
de darsdeuren zich aan de voorzijde bevinden. Het niet uitstekende voorhuis links is<br />
48
uitgevoerd als een trapgevel met natuurstenen waterlijsten, dekplaten en een toppilaster<br />
op kopje. In de boogvelden boven de deur en het verdiepingvenster en in de<br />
schoorsteen siermetselwerk. Centraal<br />
in het deurkalf een voorstelling <strong>van</strong> de<br />
Barmhartige Samaritaan. In 1988-1989<br />
is de boerderij in opdracht <strong>van</strong> Stichting<br />
Stadsherstel <strong>Hoorn</strong> gerestaureerd en in<br />
1990 overgedragen aan de Vereniging<br />
Hendrick de Keyser.<br />
Schoorsteen<br />
achter Kolenbergstraat 49, Blokker<br />
De Bangert was vroeger een belangrijk centrum <strong>van</strong> fruitteelt en glastuinbouw. Deze<br />
beeldbepalende schoorsteen is hieraan een tastbare herinnering. Samen met een<br />
kleiner exemplaar achter Bangert 16 is het zelfs de laatste <strong>van</strong> de vele fabrieksschoorstenen<br />
voor kasverwarming die in dit gebied gestaan hebben. De circa 18,5 meter<br />
hoge schoorsteen behoorde bij een aan de Bangert 60 gelegen glastuinbedrijf met<br />
elf druivenkassen en is met het naastgelegen ketelhuis gebouwd in 1929 of 1930 in<br />
opdracht <strong>van</strong> tuinder Klaas Balk. Volgens overlevering is de schoorsteen met behulp<br />
<strong>van</strong> een vliegende steiger gemetseld door een Duitse metselaar die naderhand is<br />
omgekomen bij de bouw <strong>van</strong> een schoorsteen in Waalwijk. De radiaalstenen waaruit<br />
de schoorsteen is opgetrokken zijn vervaardigd door de NV Canoy-Herfkens Steenfabrieken<br />
in Venlo.<br />
Historische fruitkwekerij<br />
Koewijzend 4, Blokker (opengesteld,<br />
zie tekst nr. 25 in gids)<br />
Molen De Krijgsman<br />
Noorderdracht 61, Oosterblokker<br />
(opengesteld, zie tekst nr. 31 in gids)<br />
Lourdeskapel<br />
Pastoor Nuijenstraat 2, Zwaag<br />
Neogotische Lourdeskapel uit 1882 en daarmee een <strong>van</strong> de oudste Lourdeskapellen<br />
in Nederland. In de zeshoekige kapel een kopie <strong>van</strong> de grot in Lourdes waar Bernadette<br />
Soubirous in 1858 Maria zag verschijnen. Gebouwd voor rekening <strong>van</strong> de<br />
toenmalige pastoor Masker die Lourdes had bezocht en de grot ter plaatse door een<br />
deskundige exact had laten natekenen. Gebrandschilderde ramen met o.a. de Heilige<br />
Familie, votiefstenen en gedenkplaat <strong>van</strong> wit marmer. Naast de kapel de nieuw aangelegde<br />
tuin op het voormalige kerkhof (opengesteld).<br />
St. Martinuskerk Zwaag<br />
Pastoor Nuijenstraat 3, Zwaag<br />
Rooms-katholieke kruiskerk met hoektoren, in 1932-1933 gebouwd in de stijl <strong>van</strong><br />
de late Amsterdamse School naar ontwerp <strong>van</strong> de Haarlemse architect Jos. Bekkers.<br />
Links <strong>van</strong> de kerk twee beelden, een priester en een franciscaan, afkomstig uit de<br />
voorgevel <strong>van</strong> de gesloopte oude Martinuskerk die stond aan de Dorpsstraat.<br />
Raadhuis Zwaag<br />
Dorpsstraat 131, Zwaag<br />
Voormalig raadhuis <strong>van</strong> de gemeente Zwaag met onderwijzerswoning en achterliggend<br />
schoollokaal, in 1869 gebouwd naar ontwerp <strong>van</strong> de Purmerendse architect<br />
49
P. Mager. Tot de gemeentelijke herindeling<br />
in 1979 heeft het gebouw dienst<br />
gedaan als raadhuis. Het school- en<br />
woongedeelte waren al eerder bij het<br />
raadhuis getrokken. Bovenin de voorgevel<br />
bevindt zich het wapen <strong>van</strong> Zwaag,<br />
een ooievaar met een paling in zijn bek.<br />
Opvallend zijn de overhoekse pilasters<br />
op de eerste verdieping.<br />
Hervormde kerk<br />
Kerkelaan 8, Zwaag (opengesteld, zie<br />
tekst nr. 20 in gids)<br />
Beau Regard<br />
Dorpsstraat 111, Zwaag<br />
Voormalige tuinderswoning uit 1917 gebouwd in opdracht <strong>van</strong> tuinder P. <strong>van</strong> Kampen.<br />
Vergeleken met andere tuinderswoningen in Blokker en Zwaag is dit huis rijker<br />
uitgevoerd. Zo liggen op het dak geglazuurde dakpannen en zijn de lekdorpels onder<br />
de parterrevensters niet <strong>van</strong> hout, maar<br />
<strong>van</strong> hardsteen. De voorgevel wordt verfraaid<br />
door oranje siermetselwerk, geel<br />
gefigureerd glas in de bovenlichten <strong>van</strong><br />
de vensters, kleurig tegelwerk boven de<br />
balkondeuren, en een ruim dakoverstek<br />
met sierspant en makelaar. In de portiek<br />
links een Jugendstil paneeldeur met facetgeslepen<br />
ruitjes en een geëtst bovenlicht<br />
tonend een schaal met bloemen.<br />
Rechts <strong>van</strong> de portiek een witmarmeren<br />
eerste steen. De naam Beau Regard<br />
(mooi uitzicht) is oorspronkelijk.<br />
d’ Hofstede Swaegh<br />
Dorpsstraat 14, Zwaag<br />
Stolpboerderij <strong>van</strong> het West-Friese type daterend uit omstreeks 1840. Kenmerkend<br />
voor de bouwtijd zijn onder meer de negenruits schuifvensters in de voorgevel. De<br />
voordeur is uitgevoerd als een kussendeur verfraaid met gesneden ornament. Boven<br />
de deur een geprofileerd kalf en een gesneden bovenlicht. De houten topgevel<br />
wordt bekroond door een makelaar.<br />
Geertje-hoeve<br />
Dorpsstraat 7, Zwaag<br />
Stolpboerderij <strong>van</strong> het West-Friese type<br />
genaamd Geertje-hoeve, in 1970 na brand<br />
herbouwd met behoud <strong>van</strong> de 19deeeuwse<br />
voorgevel. Kenmerkend voor een<br />
West-Friese stolp zijn de darsdeuren aan<br />
de voorzijde. Links hier<strong>van</strong> heeft de voorgevel<br />
een symmetrische indeling met centraal<br />
een staatsiedeur. Deze door Ionische<br />
pilasters geflankeerde tweepaneelsdeur is<br />
50
verfraaid met een rond en puntig ovaal kussen en gesneden ornament. Boven de deur<br />
een kalf en eveneens fraai gesneden bovenlicht. De halsgevel is in 1970 aangebracht.<br />
Voormalig P.E.N.-kantoor<br />
Geldelozeweg 47-49<br />
In 1922 gebouwd kantoor <strong>van</strong> het Provinciaal Electriciteitsbedrijf met twee voormalige<br />
opzichterswoningen. Het gebouw is ontworpen door de <strong>Hoorn</strong>se architect H.J. Cramer<br />
in een door de Amsterdamse School en Frank Lloyd Wright (dak) beïnvloede bouwstijl.<br />
Het kantoorgedeelte is uitgebouwd ten opzichte <strong>van</strong> de flankerende woningen en heeft<br />
een hogere eerste verdieping. Tot 1925 was de begane grond <strong>van</strong> het kantoor deels in<br />
gebruik bij het Provinciaal Waterleidingbedrijf, daarna het gehele pand. Sinds 1997 is hier<br />
een wijnhandel en distilleerderij gevestigd. Achter en rechts <strong>van</strong> het gebouw lag het waterleidingcomplex<br />
met op de hoek <strong>van</strong> het Keern de beeldbepalende watertoren (1912-<br />
1913), in 1970 helaas gesloopt. Wel bewaard zijn de voormalige dienstwoningen Keern<br />
62 en 64.<br />
Koepoortsweg<br />
Veel <strong>Hoorn</strong>se regentenfamilies hadden<br />
in de 17de en 18de eeuw naast<br />
hun woonhuis in de binnenstad ook<br />
een buitenhuis aan de Koepoortsweg.<br />
Hier<strong>van</strong> zijn er slechts enkele<br />
bewaard gebleven, waaronder Koepoortsweg<br />
29, 51 en 73. Het laatste<br />
pand, dat de toepasselijke naam<br />
Buitenvreugd droeg, is in 2009 gerestaureerd<br />
en herbestemd tot zorghotel.<br />
De overige bebouwing aan de<br />
Koepoortsweg dateert grotendeels<br />
<strong>van</strong> na 1850 en laat een grote variatie<br />
zien in woningtypen en bouwstijlen. Om deze cultuurhistorisch waardevolle panden<br />
te behouden, zijn er de afgelopen jaren ruim zestig aangewezen als gemeentelijk monument.<br />
Door het uitrijden <strong>van</strong> de Koepoortsweg komt u weer in de binnenstad dat tevens<br />
het eindpunt <strong>van</strong> de fietsroute is.<br />
51
Overzicht <strong>van</strong> muziekoptredens op zaterdag 8 september 2012<br />
Locaties: Tijden: Optreden <strong>van</strong>:<br />
Noorderkerk 14.00-15.00 <strong>Hoorn</strong>s Harmonie Orkest<br />
Westfries Museum 14.00-14.30 Blokfluitensemble JG<br />
15.00-15.30<br />
Grote Kerk 13.00-13.30 Carillonconcert ism <strong>Hoorn</strong>se Brassband<br />
Oosterkerk 14.00 Martinus Cantorij (foto),<br />
15.00 Anglicaanse kathedrale muziek<br />
Lutherse kerk regelmatig Orgelspel door Rieuwert Blok<br />
Statenlogement 13.30 Mozart septet<br />
14.00 Mozart septet<br />
14.30 Mozart septet<br />
Foreestenhuis 14.30-16.00 Kleinkoor Camerata Liocorno<br />
regelmatig<br />
BELEEF HET GEVOEL VAN HOORN<br />
met het VVV dagarrangement!<br />
<strong>Hoorn</strong> moet je Voelen dagarrangement:<br />
Brochure VOC stadswandeling<br />
Koffie of thee met appelgebak<br />
Keuze uit entree Westfries Museum óf Museum <strong>van</strong> de Twintigste Eeuw<br />
Soep (diverse mogelijkheden) met stokbrood en kruidenboter<br />
Slechts Ð 17,50 p.p.<br />
Het arrangement kunt u het hele jaar<br />
dagelijks gebruiken, m.u.v. maandag,<br />
en is verkrijgbaar bij VVV <strong>Hoorn</strong> of te<br />
bestellen via www.vvvwebshop.nl<br />
VVV/ANWB <strong>Hoorn</strong> | Veemarkt 44, <strong>Hoorn</strong> | 0229- 218343 | info@vvvhoorn.nl<br />
52
Colofon<br />
Comité Open Monumentendag <strong>Hoorn</strong><br />
Eddy Boom, Joost Buchner, Sandra Deen-Sijm, Anna Eising, Carel de Jong,<br />
Cécile de Jong, Hans Lensink, Kees <strong>van</strong> Louvezijn, Dick <strong>van</strong> der Pijl, Harm Stumpel.<br />
De Open Monumentendag <strong>Hoorn</strong> 2012 wordt mede mogelijk gemaakt door:<br />
- <strong>Gemeente</strong> <strong>Hoorn</strong><br />
- Rabobank <strong>Hoorn</strong> - Midden Westfriesland<br />
- alle adverteerders in dit boekje<br />
Met dank aan:<br />
- Eigenaren, bewoners en beheerders <strong>van</strong> alle opengestelde panden<br />
- Alle vrijwilligers<br />
- Bureau Erfgoed <strong>Gemeente</strong> <strong>Hoorn</strong><br />
- Geo Informatie <strong>Gemeente</strong> <strong>Hoorn</strong><br />
Tekstbijdragen<br />
Jos <strong>van</strong> der Lee, Harm Stumpel<br />
Illustraties<br />
Bureau Erfgoed, Ronald Plak, Harm Stumpel, Westfries Archief<br />
Vormgeving en druk<br />
Van Vliet Printing<br />
PRONK BOUWT<br />
MET MEERWAARDE<br />
Restauratie Binnenluiendijk 3 te <strong>Hoorn</strong> in 2011<br />
PRONK RESTAURATIE BV<br />
monumentenonderhoud<br />
instandhouding<br />
restauratie<br />
Machinestraat 2, Postbus 20, 1749 ZG Warmenhuizen<br />
Telefoon (0226) 391374, fax (0226) 392032<br />
E-mail: info@pronkbouw.nl, website: www.pronkbouw.nl<br />
De Tuynkamer<br />
53<br />
brasserie - restaurant<br />
- huisgemaakt<br />
appeltaart<br />
- speciale broodje<br />
- brunch- en
onze monumenten....<br />
<strong>Hoorn</strong> - herbestemming-restauratie Edam - onderzoek herbestemming<br />
<strong>Hoorn</strong> - ingreep multifunctioneel gebruik<br />
<strong>Hoorn</strong> - restauratie - herbestemming <strong>Hoorn</strong> - restauratie<br />
<strong>Hoorn</strong> - restauratie<br />
54<br />
<strong>Hoorn</strong> - herbestemming - restauratie<br />
T P A<br />
H G<br />
T P A<br />
H G<br />
architecten<br />
TPAHG architecten<br />
restaureert, herbestemt en bouwt nieuw.<br />
www.tpahga.nl - www.herbestem.nl<br />
architecten<br />
WWW.
Uw bankzaken regelt u altijd<br />
en overal.<br />
Geniet u <strong>van</strong> Open Monumentendag en wilt u nog bankzaken regelen? Rabobank <strong>Hoorn</strong>-Midden<br />
Westfriesland is altijd dichtbij. U treft ons aan de Gedempte Turfhaven 23. Ook kunt u hier of bij onze<br />
automaat aan de Maelsonstraat 3 geld opnemen.<br />
Via uw telefoon kunt u ook 24/7 bankzaken regelen. Sms MOBIEL naar 7171 en ont<strong>van</strong>g een overzicht <strong>van</strong><br />
alle mobiele diensten en download direct de apps.<br />
www.rabobank.nl/hmwf of bel (0229) 28 08 08.<br />
Rabobank <strong>Hoorn</strong>-Midden Westfriesland<br />
altijd dichtbij, dat is het idee.<br />
Rabobank. Een bank met ideeën.
Kaart opengestelde panden binnenstad<br />
23<br />
7a<br />
= opengesteld pand