10.09.2013 Views

(2006) Professor Henk van Os - Vereniging Rembrandt

(2006) Professor Henk van Os - Vereniging Rembrandt

(2006) Professor Henk van Os - Vereniging Rembrandt

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

ulletin <strong>van</strong> de vereniging rembrandt Jaargang 16 no 3 naJaar <strong>2006</strong><br />

p <strong>Professor</strong> <strong>Henk</strong> <strong>van</strong> os: De kunst <strong>van</strong> het overleven<br />

p De <strong>Vereniging</strong> rembrandt 1953-1963


Beschermvrouwe H.M. de Koningin<br />

Bestuur<br />

Mr J.M. Boll, voorzitter<br />

Dr M. Sanders, vice-voorzitter<br />

Mevrouw Mr A.A. <strong>van</strong> Berge,<br />

secretaris<br />

Drs H.B. <strong>van</strong> Wijk, penningmeester<br />

Mr H.G. Boumeester<br />

Prof. Dr R.E.O. Ekkart<br />

Prof. Dr P.A. Hecht<br />

Prof. Drs R. de Leeuw<br />

Dr J.R. ter Molen<br />

Drs C.O.A. baron Schimmelpenninck<br />

<strong>van</strong> der Oije<br />

Mevrouw L.C.E. <strong>van</strong> Tets-<strong>van</strong><br />

Tienhoven<br />

Mr J.G. de Vries Robbé<br />

Jhr M.A. <strong>van</strong> Weede<br />

Bureau (9 – 13 uur)<br />

Drs H.M. Blankenberg, directeur<br />

Contacten Musea/Pr<br />

Mevrouw Drs F.M. Bijl de Vroe-<br />

Verloop<br />

Fondsenwerving<br />

Mevrouw Drs C.S. de Witt Wijnen-<br />

Jansen Schoonhoven<br />

Lange Voorhout 15,<br />

2514 EA Den Haag<br />

T: 070-4271720<br />

F: 070-4271940<br />

E: bureau@verenigingrembrandt.nl<br />

www.verenigingrembrandt.nl<br />

raaD Van aDViseurs<br />

Dr J.N.M. <strong>van</strong> Adrichem<br />

Prof. dr J. Th. M. Bank<br />

Prof. Dr C. Blotkamp<br />

Mevrouw Prof. Dr C.A. Cha<strong>van</strong>nes-<br />

Mazel<br />

Prof. Dr T.M. Eliëns<br />

Mevrouw Prof. Dr C.W. Fock<br />

J.A. de Gier<br />

Mr E. Groenewald<br />

Mr H.F. Heerkens Thijssen<br />

Drs J.H. <strong>van</strong> Heijningen Nanninga<br />

Drs B.F. <strong>van</strong> Ittersum<br />

Prof. Dr C.J.A. Jörg<br />

Mevrouw M. baronesse Lambert<br />

J.M.N. Leighton<br />

Mevrouw Drs D.H.A.C. Lokin<br />

Jhr G.E. Loudon<br />

Drs Ing. C. Maas<br />

Prof. Dr V. Manuth<br />

rekeningen<br />

Bank Mees Pierson, Amsterdam<br />

25 22 00 861 (voor betaling contributie)<br />

Bank Mees Pierson, Amsterdam<br />

21 33 99 385<br />

Postbank 11 71 21<br />

ten name <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong>, Den Haag<br />

Colofon:<br />

samenstelling en redactie: Marguerite tuijn<br />

ontwerp: <strong>van</strong> rosmalen & schenk,<br />

amsterdam<br />

Druk: Drukkerij onkenhout BV, almere<br />

Drs H.J.A.T. Meertens<br />

Drs R.C.J. Meijer<br />

P. <strong>van</strong> Minderhout<br />

Dr D. Overbosch<br />

Mevrouw Dr H.H. Pijzel-Dommisse<br />

Mr L. R. J. ridder <strong>van</strong> Rappard<br />

Mr S.A. Reinink<br />

M.J.M. <strong>van</strong> Rooy<br />

Prof. dr P. Schnabel<br />

Drs J.J.Th. Sillevis<br />

Mevrouw Dr M.F. Simon Thomas<br />

Mevrouw Dr N.C. Sluijter-Seijffert<br />

Dr C.B. Smithuijsen<br />

A.L. Stal<br />

A.G.L. Strengers<br />

Drs C. baron <strong>van</strong> Tuyll <strong>van</strong><br />

Serooskerken<br />

K. <strong>van</strong> Twist<br />

E.W. Veen<br />

Drs M.J.F. Weck<br />

klaCHtenCoMMissie<br />

FonDsenwerVing<br />

Mr S. Royer, voorzitter<br />

Mevrouw Mr A.M.C. Marius-<strong>van</strong><br />

Eeghen, secretaris<br />

Mevrouw Mr M.C. Scholten<br />

Dr J.M. de Groot<br />

Mr H. baron <strong>van</strong> Imhoff<br />

leden <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

kunnen bij het secretariaat extra<br />

Bulletins bestellen voor € 7,- per stuk<br />

(excl. portokosten).<br />

illustratie omslag:<br />

Koppel ivoren pistolen (detail)<br />

Jacob kosters (ca 1615-1689)<br />

ivoor, verguld messing, ijzer<br />

legermuseum, Delft


De <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

is een particuliere organisatie,<br />

opgericht in 1883. Zij heeft<br />

als doel door het beschikbaar<br />

stellen <strong>van</strong> geldelijke middelen<br />

musea en andere openbare<br />

verzamelingen effectieve hulp<br />

te bieden bij het verwerven<br />

<strong>van</strong> kunstvoorwerpen.<br />

4<br />

5<br />

28<br />

30<br />

32<br />

34<br />

36<br />

i n h O u d a a n w i n s t e n<br />

voorwoord<br />

Mr Jan Maarten Boll<br />

aanvullend archiefonderzoek<br />

Bert gerlagh<br />

Gemeentearchief Amsterdam.<br />

Portret <strong>van</strong> een oudere dame door Johannes<br />

Thopas.<br />

Over aanwinsten 1953-1963<br />

Fusien Bijl de Vroe<br />

Belangrijke gebeurtenissen in deze periode<br />

waren de 75ste verjaardag <strong>van</strong> de vereniging,<br />

gevierd met een feestweek; en de nauwe<br />

samenwerking met het Prins Bernhard Fonds<br />

<strong>van</strong>af 1960.<br />

Ogenblik: de kunst <strong>van</strong> het overleven<br />

Prof. Dr H.w. <strong>van</strong> os<br />

<strong>Henk</strong> <strong>van</strong> <strong>Os</strong> bladert met Frans Haks de catalogus door <strong>van</strong><br />

een recente tentoonstelling in Parijs en herontdekt de<br />

a<strong>van</strong>tgardisten <strong>van</strong> zijn jeugd.<br />

nieuws <strong>van</strong> de vereniging rembrandt<br />

algemeen<br />

aanwinsten 2005<br />

6<br />

9<br />

12<br />

15<br />

18<br />

22<br />

25<br />

MuseuMgouDa, gouDa<br />

de kroning <strong>van</strong> de heilige maagd<br />

Cornelis schut<br />

MauritsHuis, Den Haag<br />

Oude vrouw en jongen met kaarsen<br />

Peter Paul rubens<br />

legerMuseuM, DelFt<br />

Koppel ivoren pistolen<br />

Jacob kosters<br />

gorCuMs MuseuM, gorinCHeM<br />

vier gezichten op de tuin <strong>van</strong> martinus<br />

<strong>van</strong> barnevelt<br />

anoniem, achttiende eeuw<br />

riJksMuseuM, aMsterDaM<br />

Portret <strong>van</strong> marie Jeanette de lange<br />

Jan toorop<br />

geMeenteMuseuM, Den Haag<br />

vier glas-in-lood ramen<br />

Chris lebeau<br />

CoBra MuseuM Voor MoDerne kunst<br />

Fauna<br />

Constant


VoorwoorD<br />

eerst een nawoord: onze algemene<br />

ledenvergadering op 22 september verliep<br />

perfect. Het kröller-Müller Museum was<br />

een uiterst genereuze gastheer: de nieuwe<br />

inrichting is prachtig, de locatie in de schitterende<br />

beeldentuin was op die herfstdag<br />

op haar allermooist. De vergadering werd<br />

door meer dan 300 leden bezocht en is<br />

daarom door ons als bestuur zeer inspirerend.<br />

Dank in het bijzonder aan directeur<br />

evert <strong>van</strong> straaten en zijn collegae.<br />

sinds jaar en dag is het Bestuur <strong>van</strong> de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt samengesteld<br />

uit drie categorieën bestuursleden. in<br />

de eerste plaats zijn er de deskundigen:<br />

eminente, hooggeleerde kunsthistorici.<br />

De tweede categorie wordt gevormd door<br />

personen uit het ‘veld’; veelal museumdirecteuren.<br />

De bestuursleden uit de derde<br />

categorie zijn geen professionals op het<br />

gebied <strong>van</strong> de kunstgeschiedenis maar<br />

hebben wel een duidelijke affiniteit met<br />

kunst en verzamelen vaak ook zelf.<br />

Bij de besluitvorming wordt steeds gestreefd<br />

naar consensus opdat een breed<br />

draagvlak is gegarandeerd. Het gaat bij<br />

museale aanwinsten niet alleen om de<br />

kunsthistorische betekenis <strong>van</strong> een werk,<br />

ook het maatschappelijk belang wordt<br />

meegewogen.<br />

4 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt <strong>2006</strong><br />

tijdens de bestuursvergadering <strong>van</strong><br />

22 september jl. beleefde het Bestuur een<br />

gevoelige aderlating, toen – als gevolg <strong>van</strong><br />

de statutaire leeftijdsgrens <strong>van</strong> 70 jaar – de<br />

vice-voorzitter, Jhr Mr a.a. loudon – een<br />

vertegenwoordiger <strong>van</strong> de ‘liefhebbers <strong>van</strong><br />

kunst’ –, en Prof. Dr C. Blotkamp – kunsthistoricus<br />

<strong>van</strong> groot gezag, met specialisatie<br />

twintigste eeuw èn vooraanstaand eigentijds<br />

beeldend kunstenaar, deskundige bij<br />

uitstek – afscheid namen.<br />

aarnout loudon vertegenwoordigde<br />

niet alleen het maatschappelijk belang,<br />

hij betrok ook de maatschappij bij het<br />

belang <strong>van</strong> het openbaar kunstbezit.<br />

Mede dankzij zijn inzet participeerde het<br />

bedrijfsleven via de stichting nationaal<br />

Fonds kunstbezit in de aankoop <strong>van</strong> twee<br />

schilderijen <strong>van</strong> Monet voor het Van<br />

gogh Museum. De bijdragen <strong>van</strong> Carel<br />

Blotkamp laten zich samenvatten als puntige,<br />

ter zake doende mini-colleges, soms<br />

<strong>van</strong>uit een bevlogen betrokkenheid, maar<br />

altijd open voor de dialoog binnen het<br />

bestuur. Beiden hebben een belangrijke<br />

bijdrage aan de vitaliteit <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt geleverd. wij zien hen dan<br />

ook met leedwezen vertrekken en zijn hen<br />

buitengewoon dankbaar voor hun inzet<br />

ten behoeve <strong>van</strong> het openbaar kunstbezit.<br />

Carel Blotkamp zal gelukkig nog wel<br />

als lid <strong>van</strong> de raad <strong>van</strong> adviseurs bij de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt betrokken blijven.<br />

Met veel genoegen verwelkomen wij de<br />

heren Drs C.o.a. baron schimmelpenninck<br />

<strong>van</strong> der oije en Mr H.g. Boumeester als<br />

nieuwe leden <strong>van</strong> ons Bestuur.<br />

De uitdagingen voor Bestuur en Directie,<br />

met de 125ste verjaardag <strong>van</strong> onze vereniging<br />

(2008) in zicht, zijn misschien minder<br />

hevig dan in 1883 toen de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt werd opgericht om een halt<br />

toe te roepen aan de uittocht <strong>van</strong> kunstwerken<br />

uit nederland. Maar de strijd om<br />

de gunsten <strong>van</strong> het particuliere mecenaat<br />

stelt <strong>van</strong>daag de dag nieuwe hoge eisen.<br />

wij moeten steeds weer duidelijk maken<br />

waarom openbaar kunstbezit – in de vorm<br />

<strong>van</strong> nieuwe bijdragen aan de vele openbare<br />

museale collecties – voor iedereen in<br />

nederland <strong>van</strong> belang is. om <strong>van</strong> het belang<br />

voor degenen die ons land als toerist<br />

bezoeken nog maar niet te spreken. Juist<br />

daarom is het buitengewoon verheugend<br />

te kunnen constateren dat in de afgelopen<br />

periode liefst drie themafondsen en twee<br />

nieuwe Fondsen op naam het leven zagen.<br />

De initiatiefnemers hier<strong>van</strong> hebben duidelijk<br />

gemaakt dat zij steun via de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt aan een bloeiend openbaar<br />

kunstbezit ook in de 21ste eeuw als een<br />

groot maatschappelijk belang beschouwen.<br />

Moge hun voorbeeld <strong>van</strong> burgerzin navolging<br />

vinden!<br />

tot slot: doe u zelf en degenen met wie<br />

u zich verbonden voelt een plezier.<br />

Blijf enthousiast lid in 2007 en breng veel<br />

nieuwe leden aan. ons doel is meer dan<br />

10.000 rembrandtleden in 2007.<br />

Met alvast dank voor uw steun,<br />

Mr Jan Maarten Boll<br />

Voorzitter <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>


aanvulling bij het artikel uit het vorige nummer <strong>van</strong><br />

dit Bulletin over de tekening <strong>van</strong> Johannes thopas<br />

uit de collectie <strong>van</strong> het amsterdams gemeentearchief<br />

N o t e n<br />

1. over Hans Martens zie: oscar<br />

gelderblom, ‘Hans Martens.<br />

een antwerpse ‘cruydenier’<br />

in amsterdam’, in Jaarboek<br />

Oud-Utrecht 2002, pp. 15-<br />

33 en tevens pp. 222-223.<br />

Zie over de familieportretten<br />

(waarin dit portret niet vermeld<br />

wordt) F.g.l.o. <strong>van</strong><br />

kretschmar ‘De portretverzameling<br />

Martens <strong>van</strong> sevenhoven,<br />

een beeldkroniek<br />

<strong>van</strong> een utrechtse familie’,<br />

in Jaarboek <strong>van</strong> het Centraal<br />

Bureau voor Genealogie en<br />

het Iconographisch Bureau<br />

32 (1978), pp. 149-233.<br />

2. Met veel dank aan erik<br />

schmitz <strong>van</strong> het gemeentearchief<br />

amsterdam die met<br />

zijn speurwerk naar de afgebeelde<br />

huizen en de families<br />

Martens en Bacherus de geportretteerde<br />

heeft kunnen<br />

identificeren. tevens heeft<br />

hij mij geattendeerd op de<br />

bestaande literatuur over de<br />

familie Martens.<br />

De oudere dame is waarschijnlijk inderdaad<br />

Maaike Martens (1580-1635).<br />

Er zijn inmiddels meer details bekend<br />

geworden over de families Bacherus en<br />

Martens.<br />

Het grote pand links <strong>van</strong> de steeg<br />

op de portrettekening was in 1647 in<br />

bezit <strong>van</strong> Daniël Bacherus (eigenlijk:<br />

Baccher), koopman in drogerijen, die<br />

in 1639 was gehuwd met Catharina<br />

Hooft. Hij was de jongste zoon <strong>van</strong> de<br />

uit Vlaanderen afkomstige arts en kruidenier<br />

Stephanus Bacherus (ca. 1571-<br />

1636?) en diens vrouw Maaike Martens,<br />

die in 1601 getrouwd waren. Maaike was<br />

de oudste dochter uit het eerste huwelijk<br />

<strong>van</strong> Hans Martens de Oude (1555-<br />

1613), die in 1581 <strong>van</strong>uit Antwerpen<br />

naar Amsterdam gekomen was. Hij had<br />

hier zijn oude beroep <strong>van</strong> kruidenier<br />

voortgezet en zijn bedrijf tot een <strong>van</strong><br />

de belangrijkste <strong>van</strong> de stad gemaakt.<br />

Na het overlijden <strong>van</strong> zijn eerste vrouw<br />

Mayken Provoost in 1584 was hij hertrouwd<br />

met Mayken Bacherus. Zij was<br />

een oudere zuster <strong>van</strong> de al genoemde<br />

Stephanus, die later met haar stiefdochter<br />

zou trouwen. In 1590 of wat later<br />

verhuisde de familie <strong>van</strong> de Dam naar<br />

huis De Otter op het Damrak, de trapgevel<br />

die rechts op de tekening nog half<br />

te zien is en die in opdracht <strong>van</strong> Hans<br />

Martens gebouwd moet zijn. Het bedrijf,<br />

na zijn dood in 1613 door een aantal<br />

kinderen voortgezet, ging in 1639 failliet.<br />

Zoon Carel, advocaat <strong>van</strong> beroep,<br />

was toen al naar Utrecht verhuisd en<br />

<strong>van</strong> hem stammen alle nakomelingen af<br />

<strong>van</strong> deze familie die uiteindelijk in 1972<br />

zou uitsterven. Het Centraal Museum<br />

in Utrecht bewaart de om<strong>van</strong>grijke collectie<br />

familieportretten, die begint met<br />

de schilderijen die Hans Martens en zijn<br />

tweede vrouw in 1612 hadden laten vervaardigen.<br />

Drie kinderen uit het tweede<br />

huwelijk gaven in de jaren veertig <strong>van</strong><br />

de zeventiende eeuw eveneens portretopdrachten.<br />

1 Dit heeft Daniël Bacherus<br />

5 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

Portret <strong>van</strong> een oudere dame, waarschijnlijk maaike martens (1580-1635)<br />

Johannes thopas (voor ca. 1620-na ca. 1682)<br />

Ca. 1650-1660. gouache met sporen <strong>van</strong> grafiet, 240 x 191 mm<br />

geMeentearCHieF aMsterDaM<br />

wellicht op het idee gebracht alsnog een<br />

portret te laten maken <strong>van</strong> zijn inmiddels<br />

overleden moeder, die immers de<br />

oudste dochter <strong>van</strong> Hans Martens was<br />

en wier portret een logische aanvulling<br />

vormt op de toen al bestaande afbeeldingen<br />

<strong>van</strong> andere leden <strong>van</strong> deze familie.<br />

Van Daniël zelf, zijn vrouw en zijn<br />

broers, die, als arts of kruidenverkoper,<br />

in het voetspoor <strong>van</strong> hun vader traden,<br />

zijn geen portretten bekend. 2<br />

De identificatie <strong>van</strong> de geportretteerde<br />

als iemand die al twee decennia<br />

voor de vervaardiging <strong>van</strong> de tekening<br />

overleden was, werpt nieuw licht op<br />

de werkwijze <strong>van</strong> zowel Thopas als zijn<br />

opdrachtgevers. Tevens kan een tot nu<br />

toe onbekend portret worden toegevoegd<br />

aan de iconografie <strong>van</strong> de familie<br />

Martens en wel uit de relatief korte tijd<br />

dat zij in Amsterdam gevestigd was. Het<br />

illustreert ook iets <strong>van</strong> de belangrijke rol<br />

die Vlaamse immigranten rond 1600 in<br />

Amsterdam speelden s<br />

Bert gerlagh<br />

Conservator Prenten en tekeningen<br />

Gemeentearchief Amsterdam


museumgouda<br />

Gouda<br />

Gouda kent een rijke stadsgeschiedenis waarin diverse geloofsgenoot<br />

schappen een prominente rol spelen. Deze geschiedenis is zicht baar<br />

in de collectie <strong>van</strong> de gemeente Gouda, die wordt verzameld, beheerd<br />

en gepresenteerd door de Goudse Stedelijke Musea – tegenwoordig<br />

museumgoudA geheten. Zo worden de altaarstukken <strong>van</strong> de Sint Janskerk<br />

<strong>van</strong> voor de beeldenstorm in Het Catharina Gasthuis getoond.<br />

Sinds vorig jaar wordt de restauratie <strong>van</strong> de kartons <strong>van</strong> de gebrandschilderde<br />

ramen voor het publiek zichtbaar uitgevoerd in het museum.<br />

Verschillende Goudse geloofsgenootschappen hebben<br />

hun religieuze voorwerpen toevertrouwd aan het museum,<br />

waaronder de Remonstrantse gemeente en de<br />

Oud-katholieke Kerk H. Johannes de Doper. Zo maakt<br />

een belangrijke reeks schilderijen uit deze voormalige<br />

zeventiende-eeuwse schuilkerk, uitgevoerd door de<br />

locale schilder Wouter Crabeth de Jongere (Gouda<br />

1594 - 1644), deel uit <strong>van</strong> de collectie. Dankzij bijdragen<br />

<strong>van</strong> het Goudse Catharina Gilde en de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong> was het museum in staat om in <strong>2006</strong> een<br />

belangrijk schilderij <strong>van</strong> Cornelis Schut te verwerven.<br />

Het doek is hoogstwaarschijnlijk in de zeven tiende eeuw<br />

geschilderd in opdracht <strong>van</strong> de Goudse jezuïetenstatie.<br />

In ieder geval behoorde het in de negentiende eeuw tot<br />

de collectie <strong>van</strong> de O.L.V. Hemelvaart te Gouda, de opvolger<br />

<strong>van</strong> deze statie en toentertijd gevestigd in de voormalige<br />

Gasthuiskapel. Na restauratie zal het zijn vaste<br />

plek krijgen in deze kapel die tegenwoordig onderdeel<br />

is <strong>van</strong> museum Het Catharina Gasthuis.<br />

de schilder<br />

De Vlaamse schilder Cornelis Schut (1597 -1655) bracht<br />

het begin <strong>van</strong> zijn loopbaan in Italië door (1623 - 1627).<br />

Teruggekeerd in Vlaanderen bleef hij de uitgangspunten<br />

<strong>van</strong> de hoogbarok trouw, zoals deze zich ontwikkelde on-<br />

der invloed <strong>van</strong> schilders als Pietro da Cortona, Caravaggio<br />

en de Carracci. Na zijn terugkeer in zijn geboortestad<br />

Antwerpen eind jaren twintig was hij waarschijnlijk tot<br />

1635 werkzaam in het atelier <strong>van</strong> Peter Paul Rubens,<br />

maar zijn werk vertoont slechts oppervlakkige verwantschap<br />

met diens stijl. Hij werkte in 1635 mee aan de<br />

decoratiestukken voor de intocht te Antwerpen <strong>van</strong> de<br />

kardinaalinfant Ferdinand, alsmede als voornaamste<br />

kunstenaar aan die <strong>van</strong> diens intocht te Gent samen met<br />

kunstenaars als Gaspard de Crayer (Antwerpen 1584 -<br />

6 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

de kroning <strong>van</strong> de heilige maagd<br />

Cornelis schut (antwerpen 1597-1655)<br />

Ca. 1635-1640. olieverf op doek, 229,2 x 203,2 cm<br />

Herkomst: gouda, kerk onze lieve Vrouwe Hemelvaart (tot 1884); veiling ‘De Brakke grond’ C.F. roos &<br />

Co., amsterdam 13-14 mei 1884; aankoop amsterdam, reijntjes (13 mei 1884); amsterdam, collectie F.H.<br />

wente; amsterdam, rijksmuseum, 1898-1911 (bruikleen wente); onbekende nederlandse particuliere collectie,<br />

aangeboden door J. landaal, makelaar, aan Mauritshuis in 1942; wiesbaden, collectie Philipp de Beisac (in ieder<br />

geval in 1968); Duitsland, collectie dr H.C. en Mw. erich g. <strong>Henk</strong>el (in ieder geval tot <strong>2006</strong>).<br />

Gent 1669), Gerard Seghers (Antwerpen 1591 - 1651) en<br />

Theodoor Rombouts (Antwerpen 1597 - 1637). Schut was<br />

tevens verantwoordelijk voor het in prent brengen <strong>van</strong><br />

de decoraties <strong>van</strong> de laatstgenoemde intocht.<br />

Schuts vaardigheid in het weergeven <strong>van</strong> de thema’s<br />

<strong>van</strong> de Contrareformatie maakte hem tot een leidinggevende<br />

schilder in het Vlaanderen <strong>van</strong> na Rubens en Van<br />

Dyck in de jaren 1630 en de vroege jaren 1640. Hij ontving<br />

belangrijke opdrachten <strong>van</strong> kerken en kloosters, onder<br />

meer in Antwerpen, Brussel en Keulen. Ook zijn opdracht<br />

voor Gouda staat niet op zichzelf. Talrijke Antwerpse schilders<br />

werkten voor Noord-Nederlandse opdrachtgevers.<br />

Men hoeft maar te denken aan de warme belangstelling<br />

die Zuidnederlandse schilders als Antoon <strong>van</strong> Dyck (Antwerpen<br />

1599 - Blackfriars 1641), Peter Paul Rubens (Siegen<br />

1577 - Antwerpen 1640), Jacob Jordaens (Antwerpen<br />

1593 - 1677), Theodoor <strong>van</strong> Thulden (’s-Hertogenbosch<br />

1606 - 1669) en de jezuïeten schilder Daniël Seghers<br />

(Antwerpen 1590 - 1661) <strong>van</strong> het stadhouderlijke hof <strong>van</strong><br />

Frederik Hendrik en Amalia <strong>van</strong> Solms kregen. Met<br />

Seghers heeft Schut overigens veel samengewerkt.<br />

Enigszins analoog aan het werk <strong>van</strong> de caravaggisten,<br />

wier werk Schut in Rome zeker gezien zal hebben, legde<br />

hij een voorkeur aan de dag voor het hoogtepunt in dramatische<br />

scènes en paste hij graag heftige lichteffecten<br />

toe. Een portret <strong>van</strong> Schut is waarschijnlijk te zien op een<br />

blad uit een reeks <strong>van</strong> vijf met daarop de afbeeldingen <strong>van</strong><br />

een aantal Bentveughels (Rotterdam, Museum Boijmans<br />

Van Beuningen). Weliswaar is geopperd dat het hier om<br />

een naamgenoot <strong>van</strong> Cornelis Schut uit Antwerpen zou<br />

gaan, maar in de monografie over de kunstenaar wordt<br />

ondubbelzinnig gesteld dat het wel degelijk de schilder<br />

Cornelis Schut betreft. 1 Op een <strong>van</strong> de andere bladen<br />

is overigens de Goudse schilder en tijdgenoot Wouter<br />

Crabeth de Jongere weergegeven.<br />

het schilderiJ<br />

In het hier gepresenteerde schilderij worden Maria en<br />

Jezus aanbeden door talrijke uitsluitend vrouwelijke<br />

heiligen. Aangezien dit maar zelden voorkomt, is het<br />

opmerkelijk. Tegelijkertijd wordt Maria gekroond door<br />

twee engelen die temidden <strong>van</strong> vele andere engelen in<br />

de lucht zweven. Ongewoon in een dergelijke scène is<br />

de H. Jozef, die rechts <strong>van</strong> Maria het schilderij uit kijkt.<br />

De verschillende heiligen kunnen worden geïdentificeerd<br />

aan hun respectievelijke attributen. Rechts bevindt zich


7 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong>


N o t e n<br />

L i t e r a t u u r<br />

1. Zie guido Jansen en ger Xander <strong>van</strong> eck, Kunst, twist en<br />

luijten, Italianisanten en devotie. Goudse katholieke<br />

bamboccianten. Het italia - schuilkerken 1572-1795,<br />

ni serend landschap en genre z. pl. [gouda] 1994, pp. 91,<br />

door Nederlandse kunste- 169, 239 noot 33.<br />

naars uit de zeven tiende<br />

eeuw, cat. tent. rot terdam<br />

(Museum Boymans-<strong>van</strong><br />

Beuningen) 1988, p. 66 met<br />

afb.; res pec tievelijk wilmers<br />

1996, pp. 14, 252, 421 fig. 1.<br />

Xander <strong>van</strong> eck, ‘”Haar uitstekend<br />

huis, en hoge kerke.”<br />

enkele gegevens over de<br />

bouw, inrichting en aankleding<br />

<strong>van</strong> schuilkerken der<br />

jezuïeten in gouda en andere<br />

2. wilmers 1996, p. 101 onder cat. noordnederlandse steden’, in:<br />

no. a38 en p. 282 noot 185. Paul Dirkse (samenstel ling),<br />

de H. Cecilia met een klein portatief orgel. Achter haar<br />

is de H. Dorothea te zien die bloemblaadjes in een<br />

mand <strong>van</strong>gt. De H. Margaretha knielt op de voorgrond,<br />

terwijl zij een draak aan een riem vasthoudt. Links in de<br />

compositie leunt de H. Catharina op een groot rad, de<br />

H. Agnes hoedt een lam en de H. Catharina <strong>van</strong> Siena<br />

draagt een doornenkroon. De traditionele kroning <strong>van</strong><br />

Maria tot hemelkoningin heeft plaats door God de Vader<br />

of door Jezus Christus of door beide. In een tekening<br />

<strong>van</strong> Cornelis Schut in de National Gallery of Scotland,<br />

Edinburgh wordt de handeling eveneens verricht door<br />

engelen, al is de Madonna daar omgeven door een grotere<br />

groep, bestaande uit veelal mannelijke heiligen. Voor<br />

de Antwerpse Onze-Lieve-Vrouwekathedraal schilderde<br />

Schut een altaarstuk met de kroning <strong>van</strong> Maria, dat<br />

als wisselaltaarstuk voor het hoogaltaar werd gebruikt,<br />

alternerend met Rubens’ De wonderen <strong>van</strong> de H. Ignatius<br />

<strong>van</strong> Loyola en De kruisafneming <strong>van</strong> Gerard Seghers. Voor<br />

de koepel <strong>van</strong> de plaatselijke jezuïetenkerk H. Carolus<br />

Borromeus schilderde Schut eveneens de decoratie.<br />

Volgens biograaf Gertrude Wilmers wijst de techniek<br />

<strong>van</strong> het Goudse altaarstuk met zijn betrekkelijk brede<br />

penseelstreken, het rijke kleurenpalet en de zachte<br />

8 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

anite Haver kamp (red.), cat.<br />

tent. Jezuïeten in Nederland,<br />

utrecht (rijksmuseum Het<br />

Catharijneconvent) 1991,<br />

pp. 41-52, met name pp. 42,<br />

50 noot 16.<br />

J.C. <strong>van</strong> der loos, ‘Bouwstoffen<br />

voor onze vaderlandsche kerkgeschiedenis.<br />

Viii’, Bijdragen<br />

voor de Geschie denis <strong>van</strong><br />

het Bisdom Haarlem, 49<br />

(1932), pp. 412-482, met<br />

name p. 463.<br />

J.C. overvoorde, ‘korte beschrij -<br />

ving der goudsche monumenten’,<br />

Bulletin <strong>van</strong> den<br />

Nederlandschen Oudheidkundigen<br />

Bond, 2-iii, 1910,<br />

p. 98.<br />

gertrude wilmers, Cornelis<br />

Schut (1597-1655): A<br />

Flemish Painter of the High<br />

Baroque (=Pictura nova.<br />

Studies, 1) turnhout 1996,<br />

p. 100, cat. no. a38,<br />

p. 364 (afb.).<br />

vijfde tekening uit een reeks <strong>van</strong> vijf,<br />

met portretten <strong>van</strong> bentveughels.<br />

anoniem ca. 1623<br />

uiterst links: Cornelius scut alias brootsaken.<br />

alle Bentveughels kregen een bijnaam: schut<br />

werd Brootsaken genoemd.<br />

belichting op een datering in de late jaren dertig <strong>van</strong> de<br />

zeventiende eeuw. Een eigenhandige en contemporaine<br />

herhaling <strong>van</strong> het schilderij bevindt zich in de kerk <strong>van</strong><br />

de H. Nicolaas in Hemiksem bezuiden Antwerpen. Deze<br />

versie heeft evenwel kleinere afmetingen: 200 x 153 cm.<br />

Volgens Wilmers zou het Goudse schilderij echter duidelijk<br />

beter zijn uitgevoerd. Het modellé <strong>van</strong> de figuren is<br />

vakkundiger, de handen beter vormgegeven en de plooival<br />

<strong>van</strong> de kleding komt natuurlijker over en is minder stijf. Uit<br />

vergelijking blijkt al direct dat het schilderij te Hemiksen<br />

aan de boven- en vooral de onderzijde groter is. Het<br />

Goudse altaarstuk zal derhalve op enig moment zijn ingekort.<br />

Dit moet hebben plaatsgehad vóór 1884, toen de<br />

huidige afmetingen al werden vermeld. Daarbij is mogelijk<br />

een signatuur verloren gegaan, die bij een dergelijke<br />

belangrijke opdracht verwacht mag worden. Een veel<br />

kleinere variant <strong>van</strong> het Goudse stuk, waarschijnlijk een<br />

voorstudie in olieverf, werd in 1803 in Amsterdam geveild. 2<br />

Het schilderij <strong>van</strong> Schut is een belangrijke aanvulling<br />

op de Goudse collectie. Niet alleen is het altaarstuk<br />

afkomstig uit een Goudse kerk en verdient het alleen al<br />

op grond daar<strong>van</strong> een plaats in de collectie, het laat ook<br />

zien dat men in Gouda op een meer internationaal netwerk<br />

wist terug te vallen indien noodzakelijk. Blijkbaar<br />

wilde of kon men Wouter Crabeth, op dat moment de<br />

enige historieschilder <strong>van</strong> naam in Gouda, geen opdracht<br />

verlenen. Mogelijk vond dit zijn oorzaak in diens<br />

werkzaamheid voor de ‘concurrent’, de kerk <strong>van</strong> Petrus<br />

Purmerent met wie de Goudse jezuïeten regelmatig<br />

in conflict geraakten. Bovendien vielen de jezuïeten<br />

voor de aankleding <strong>van</strong> hun kerken in het missiegebied<br />

dat de Republiek toentertijd was regelmatig terug op<br />

Antwerpse ateliers.<br />

Werk <strong>van</strong> Cornelis Schut is vertegenwoordigd in musea<br />

over de gehele wereld. In Nederlandse musea ontbreekt<br />

het veelal, al bezit het Noordbrabants Museum in Den<br />

Bosch een grisaille, een Allegorie op Filips IV, die diende als<br />

voorontwerp <strong>van</strong> een prent. Voor het overige bevinden<br />

zich enkele tekeningen in de collecties <strong>van</strong> het Rijksprentenkabinet<br />

en Museum Boijmans Van Beuningen.<br />

De collectie <strong>van</strong> het laatstgenoemde museum telde ooit<br />

tevens een schilderij <strong>van</strong> Schut. Het stelde een gezelschap<br />

<strong>van</strong> Spelende kinderen in een landschap voor. Het is echter<br />

verloren gegaan bij de brand <strong>van</strong> 1864 s<br />

ewoud Mijnlieff<br />

Conservator oude kunst en kunstnijverheid, museumgoudA


koninklijk kabinet <strong>van</strong> schilderijen<br />

Mauritshuis, Den Haag<br />

Oude vrouw en jongen<br />

met kaarsen kon worden<br />

aangekocht met steun <strong>van</strong><br />

de Bankgiro loterij, de<br />

stichting Vrienden <strong>van</strong> het<br />

Mauritshuis, de Mondriaan<br />

stichting, de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt (mede dankzij<br />

het Prins Bernhard Cultuur<br />

fonds) en het legaat <strong>van</strong><br />

mejuffrouw a.a.w. schröder.<br />

nachtstuK<br />

Het schilderen <strong>van</strong> nachtstukken vormde voor schilders<br />

<strong>van</strong> oudsher een uitdaging. Reeds de antieke schrijver<br />

Plinius prees in zijn Naturalis historia kunstenaars die<br />

in staat waren de effecten <strong>van</strong> een brandende toorts of<br />

kaars op nachtstukken weer te geven. Zijn beschrijving<br />

<strong>van</strong> een werk met een jongen die in het vuur blaast,<br />

waarbij de weerkaatsing <strong>van</strong> het licht op zijn gezicht<br />

treffend was weergegeven, heeft heel wat kunstenaars in<br />

de zestiende en zeventiende eeuw geïnspireerd tot het<br />

evenaren <strong>van</strong> die prestatie.<br />

Een meer directe inspiratiebron voor Rubens zal<br />

zijn verblijf in Italië zijn geweest (1600-1608). In Italië<br />

leerde hij het werk <strong>van</strong> Caravaggio kennen, dat wordt<br />

gekenmerkt door een sterk contrast tussen licht en<br />

donker, krap in het beeldvlak geplaatste figuren en een<br />

sterk realisme. Het gebruik <strong>van</strong> een kaars als lichtbron<br />

is overigens niet een vinding <strong>van</strong> Caravaggio, maar werd<br />

vermoedelijk al eerder toegepast door Adam Elsheimer<br />

(1578-1610) die <strong>van</strong>af 1600 in Rome werkzaam was.<br />

Rubens, een vriend <strong>van</strong> de Duitse schilder, was zeer onder<br />

de indruk <strong>van</strong> zijn werk en wist later in Antwerpen vier<br />

<strong>van</strong> diens schilderijen voor zijn eigen collectie te verwerven.<br />

Een daar<strong>van</strong> was De bespotting <strong>van</strong> Ceres (Madrid,<br />

Museo Nacional del Prado), waar<strong>van</strong> de eigenhandigheid<br />

tegenwoordig overigens wordt betwijfeld. Dit schilderij<br />

komt op verscheidene punten overeen met het hier<br />

besproken schilderij <strong>van</strong> Rubens: het is een nachtstuk en<br />

9 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

Oude vrouw en jongen met kaarsen<br />

Peter Paul rubens (siegen 1577- 1640 antwerpen)<br />

Ca. 1616-1617. olieverf op paneel, 79 x 61 cm<br />

Herkomst: kunsthandel otto naumann ltd., new York; 2005<br />

Het Mauritshuis bezit een klein maar indrukwekkend ensemble Vlaamse<br />

zeventiende-eeuwse meesters. Onlangs kon een zeldzaam nachtstuk,<br />

dat Rubens omstreeks 1616-1617 schilderde, aan de collectie worden<br />

toegevoegd. Het schilderij toont een oude vrouw met naast haar een<br />

jongen. Terwijl hij over haar schouder leunt, probeert hij zijn kaars<br />

aan de bijna opgebrande kaars <strong>van</strong> de vrouw aan te steken. De vrouw<br />

schermt met haar linkerhand het kaarslicht af, waardoor het heldere<br />

licht wordt afgezwakt tot een rossige gloed die slechts de gezichten en<br />

een deel <strong>van</strong> de kleding <strong>van</strong> beide figuren verlicht. De rest <strong>van</strong> de voorstelling<br />

blijft halfduister. Het schilderij ontleent een groot deel <strong>van</strong><br />

zijn aantrekkelijkheid aan de fraai geschilderde lichteffecten. Het<br />

plezier waarmee Rubens de weerschijn <strong>van</strong> het kaarslicht op het doorgroefde<br />

gelaat <strong>van</strong> de oude vrouw suggereert, is <strong>van</strong> de uitstekend bewaard<br />

gebleven verflaag af te lezen. Het contrast tussen haar vaalbleke,<br />

ietwat gelige gezicht enerzijds en de meer doorbloede, rode huid <strong>van</strong><br />

de jongen anderzijds wordt door de belichting versterkt.<br />

de enige lichtbron is een kaars, die het gezicht <strong>van</strong> een<br />

oude vrouw belicht.<br />

Rubens begon kort na zijn terugkeer naar Antwerpen<br />

in 1608 ook nachtstukken te schilderen. Een <strong>van</strong> de<br />

vroegste voorbeelden is het monumentale werk Simson en<br />

Delila (Londen, National Gallery) dat Rubens omstreeks<br />

1609 vervaardigde voor de Antwerpse verzamelaar en<br />

latere burgemeester Nicolaas Rockox. Ongeveer acht<br />

jaar later ontstond het even dramatische schilderij Judith<br />

met het hoofd <strong>van</strong> Holofernes (Braunschweig, Herzog Anton<br />

Ulrich-Museum). In beide nachtelijke taferelen vallen niet<br />

alleen de sterke tegenstellingen tussen de lichte en donkere<br />

partijen op, maar ook het contrast tussen de zachte,<br />

voluptueuze vormen <strong>van</strong> de jonge vrouwen (Delila en<br />

Judith) en de uitgedroogde, rimpelige huid <strong>van</strong> de oude<br />

vrouwen. Die laatste tegenstelling is vergelijkbaar met die<br />

tussen de jongen en de oude vrouw op de aanwinst.<br />

herKOmst<br />

De oude vrouw en de jongen in ons schilderij komen<br />

meerdere keren voor op schilderijen die Rubens omstreeks<br />

1620 vervaardigde. Dit doet vermoeden dat<br />

Rubens dit werk mogelijk als een soort <strong>van</strong> prototype<br />

behield om het later als uitgangspunt voor andere voorstellingen<br />

te kunnen gebruiken. De vroegste herkomst<br />

<strong>van</strong> het schilderij lijkt deze gedachte te ondersteunen.<br />

Toen Rubens namelijk op 30 mei 1640 overleed, werd<br />

een inventaris opgesteld <strong>van</strong> alle schilderijen die zich op<br />

dat moment in zijn huis aan de Wapper in Antwerpen<br />

bevonden. De indrukwekkende lijst bevat maar liefst<br />

314 schilderijen. Onder nummer 125 vinden we Vne<br />

pourtrait d’vne vieille auec vn garçon à la nuict, oftewel een<br />

Portret <strong>van</strong> een oude vrouw met een jongen, een nachtstuk.<br />

Het is vrijwel zeker dat het hier het zojuist door het<br />

Mauritshuis verworven schilderij betreft.<br />

cOmPlexe drager<br />

Rubens’ Oude vrouw en jongen met kaarsen bestaat voor<br />

een paneel <strong>van</strong> vrij bescheiden afmetingen uit opmerkelijk<br />

veel planken: drie verticale en een horizontale,<br />

plus vier smalle latten aan alle zijden. Het is onduidelijk<br />

wat de functie is <strong>van</strong> de vier smalle latten rondom. Ook<br />

ongebruikelijk is dat bij het samenstellen <strong>van</strong> het paneel<br />

geen rekening is gehouden met de nerfrichting <strong>van</strong> de<br />

verschillende planken.<br />

Gewoonlijk zou een dergelijk zeventiende-eeuws<br />

paneel uit hoogstens twee planken bestaan, en zou bij<br />

de samenstelling er<strong>van</strong> getracht worden de meest


10 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong>


evenwichtige combinatie <strong>van</strong> planken te kiezen. Ook<br />

in Rubens’ oeuvre zien we dat zijn paneelmakers deze<br />

zorgvuldigheid in acht namen. De uitzondering daarop<br />

vormen de schilderijen op paneel die hij voor zichzelf<br />

maakte, zoals het monumentale Herfstlandschap met een<br />

gezicht op het Steen <strong>van</strong> omstreeks 1636 (Londen, National<br />

Gallery). Dit schilderij bestaat uit maar liefst 21 plankjes!<br />

Het is niet zeker wat de reden is voor deze werkwijze.<br />

Een plausibele verklaring, geopperd door Christopher<br />

Brown, is dat Rubens niet al te veel geld wilde uitgeven<br />

aan schilderijen die hij voor zichzelf hield of weggaf aan<br />

vrienden. Daarom zou Rubens de paneelmaker hebben<br />

gevraagd resthout te gebruiken. Rubens en/of de paneelmaker<br />

zullen zich gerealiseerd hebben dat die dragers<br />

extra gevoelig waren, want op sommige <strong>van</strong> deze panelen<br />

is op de achterzijde een dikke gronderingslaag aangebracht,<br />

vermoedelijk als buffer tegen invloeden <strong>van</strong><br />

buitenaf. Deze unieke werkwijze mag nadelen in zich<br />

dragen, zij is echter ook te beschouwen als een persoonlijk<br />

waarmerk <strong>van</strong> de kunstenaar. Men kan er bij deze<br />

panelen <strong>van</strong>uit gaan dat ze geheel eigenhandig zijn.<br />

beteKenis<br />

Als enige <strong>van</strong> Rubens’ nachtstukken is Oude vrouw en jongen<br />

met kaarsen in prent gebracht. De schilder is bij dat proces,<br />

vermoedelijk uitgevoerd door Paulus Pontius (1603-1658),<br />

nauw betrokken geweest. Mogelijk heeft hij zelf in 1617<br />

de eerste opzet op de plaat gezet. In ieder geval bracht<br />

hij correcties aan op een <strong>van</strong> de proefdrukken, en voorzag<br />

hij een volgende proef <strong>van</strong> een tweeregelig onderschrift<br />

in het Latijn. Dit luidt: Quis vetet apposito, lumen<br />

de lumine tolli / Mille licet capiant, deperit inde nihil (Wie zou<br />

verbieden licht te halen <strong>van</strong> licht dat nabij is, ook al zijn<br />

het er duizend die dat doen, het wordt er niet minder<br />

door). Men heeft wel gemeend dat Rubens met deze tekst<br />

heeft willen verwijzen naar het verspreiden <strong>van</strong> levenslicht,<br />

of het begrip levenswijsheid heeft willen uitbeelden.<br />

Ook werd gewezen op het bekende spreekwoord ‘Het<br />

schaadt der kaarsen niet, dat een ander <strong>van</strong> haar licht<br />

ziet’, dat ermee in verband zou staan. Het doorgeven <strong>van</strong><br />

licht dat in de voorstelling wordt uitgebeeld zou zelfs, in<br />

combinatie met het handgeschreven motto, kunnen betekenen<br />

dat Rubens dit motief tot persoonlijk devies had<br />

gekozen, het leven in geestelijke zin beschouwend als<br />

een onbeperkt geven en nemen.<br />

Ger Luijten publiceerde in de tentoonstellingscatalogus<br />

Spiegel <strong>van</strong> alledag: Nederlandse genreprenten 1550-1700<br />

(Amsterdam, Rijksmuseum, 1997) de bron <strong>van</strong> het<br />

onderschrift en daarmee een nieuw element in de interpretatie<br />

<strong>van</strong> de voorstelling. Het onderschrift bleek<br />

afkomstig te zijn uit Ovidius’ Ars Amatoria (De kunst <strong>van</strong><br />

de liefde), uit een passage die een aanmoediging bevat<br />

tot het benutten <strong>van</strong> jeugdige schoonheid waar het de<br />

11 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

liefde betreft. Ovidius schetst hierin het beeld <strong>van</strong> een<br />

oude vrouw die in de nacht terugziet op verkeken kansen<br />

in de liefde. Johan <strong>van</strong> Heemskerck, die in 1622 de tekst<br />

<strong>van</strong> Ovidius bewerkte, gebruikte de woorden: Als ghy, eer<br />

dat gy ’t weet, geworden een oud wijf, Sultop een eensaem<br />

bed zijn ... Met was-lust in ’t gemoet, met krevel [minneprikkeling]<br />

in de leden ... ’t vel met rimpelen doorploeght. Deze<br />

erotische context sluit wonderwel aan bij het beeld dat<br />

Rubens ons presenteert. De afwezige blik <strong>van</strong> de vrouw<br />

doet vermoeden dat zij in gedachten is verzonken. Het<br />

doorgeven <strong>van</strong> het licht aan de jongen kan haar manier<br />

zijn om hem aan te sporen <strong>van</strong> de liefde te genieten om<br />

later, wanneer hij ook oud en wellicht eenzaam is, niet op<br />

een in dit opzicht onvervuld leven te hoeven terugzien.<br />

een belangriJKe aanvulling<br />

De verwerving <strong>van</strong> dit topstuk past geheel in het beleid<br />

<strong>van</strong> het Mauritshuis om de Vlaamse zeventiende-eeuwse<br />

schilderijen meer voor het voetlicht te halen. Oude vrouw<br />

en jongen met kaarsen vormt een belangrijke aanvulling<br />

op deze deelcollectie. Bovendien zal het schilderij een<br />

zinvolle introductie vormen op de schilderijen <strong>van</strong><br />

Noord-Nederlandse meesters als Hendrick ter Brugghen<br />

en Gerrit <strong>van</strong> Honthorst, wier taferelen eveneens onder<br />

invloed <strong>van</strong> de vernieuwingen in de Italiaanse schilderkunst<br />

zijn ontstaan, slechts enkele jaren na het schilderij<br />

<strong>van</strong> Rubens. Dit geeft tevens het kunsthistorisch belang<br />

<strong>van</strong> het schilderij aan: het kan worden beschouwd als<br />

een <strong>van</strong> de allervroegste caravaggistische schilderijen die<br />

in de Nederlanden zijn vervaardigd s<br />

Peter <strong>van</strong> der Ploeg<br />

Hoofdconservator Mauritshuis, Den Haag<br />

Oude vrouw en<br />

jongen met kaarsen<br />

Paulus Pontius (1603-1658)<br />

naar Peter Paul rubens<br />

Ca. 1621?. ets (derde<br />

staat), opgewerkt met de<br />

burijn, 24,1 x 19,3 cm<br />

aMsterDaM, riJksMuseuM,<br />

riJksPrentenkaBinet


Foto’s: C. <strong>van</strong> Bruggen, legermuseum<br />

12 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

Het Legermuseum in Delft heeft onlangs een bijzonder<br />

koppel zeventiende-eeuwse ivoren pistolen kunnen<br />

verwerven. Er zijn op de hele wereld slechts vier<br />

vergelijkbare pistolen bekend, waardoor ze tot de<br />

absolute top <strong>van</strong> de Nederlandse zeventiende-eeuwse<br />

siervuurwapenkunst kunnen worden gerekend. Naast de<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> hebben ook het Ministerie <strong>van</strong><br />

Defensie, de Mondriaanstichting en een aantal andere<br />

fondsen bijgedragen aan de verwerving <strong>van</strong> de collectie<br />

Visser, waartoe de wapens behoorden.


legermuseum<br />

Delft<br />

Koppel ivoren pistolen<br />

Jacob kosters (wetzlar, Duitsland ca 1615 - 1689 Maastricht)<br />

Ca 1650-1675. ivoor, verguld messing beslag, ijzer, totaallengte: 48,9 respectievelijk 49 cm; looplengte 31,5, respectievelijk<br />

31,6 cm; kaliber 13,2, respectievelijk 13,0 cm.<br />

inscriptie: Iacob Kosters a Maestrich op de slotplaat en EIN GROSER HELT en ZIGT INS FELD op de middenplaten.<br />

Herkomst: collectie H.l. Visser, daarvoor in bezit <strong>van</strong> Dr Charles s. Hendricks. Verdere provenance onbekend.<br />

luxePrOducten<br />

In de zeventiende eeuw was het exotisme op zijn hoogtepunt.<br />

Koloniën werden veroverd en aldaar aangetroffen<br />

bijzondere grondstoffen werden over zee geïmporteerd<br />

in West-Europa. Meubelen met Cubaans wortelnotenhout,<br />

etuis <strong>van</strong> Aziatische roggenhuid, tabaksdozen <strong>van</strong><br />

schildpadfineer en Chinees porselein behoorden tot de<br />

inboedel <strong>van</strong> ieder welgesteld huishouden. De Republiek<br />

der Verenigde Nederlanden speelde uiteraard een grote<br />

rol bij de import <strong>van</strong> luxe producten door de eminente<br />

rol die de Verenigde Oost-Indische Compagnie innam<br />

in het wereldverkeer. In het kader <strong>van</strong> dit exotisme<br />

moeten we ook kijken naar het spectaculaire koppel<br />

pistolen met ivoren lades – het gedeelte <strong>van</strong> het wapen<br />

dat de loop ondersteunt – dat in het derde kwart <strong>van</strong> de<br />

zeventiende eeuw in Maastricht is vervaardigd en dat<br />

onlangs door het Legermuseum is verworven. Deze<br />

wapens zijn niet gemaakt om mee te vechten, maar<br />

dienden veeleer voor uiterlijk vertoon; ze toonden de<br />

welvaart aan <strong>van</strong> de trotse bezitter die zich dergelijke<br />

13 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

luxueuze stukken kon veroorloven. Ze behoren tot het<br />

topsegment <strong>van</strong> wat wapenmakers in de zeventiende<br />

eeuw konden leveren.<br />

De Republiek was tijdens de zeventiende eeuw een<br />

<strong>van</strong> de belangrijkste Europese centra voor de vervaardiging<br />

en verkoop <strong>van</strong> vuurwapens. Dat de Verenigde<br />

Nederlanden, en dan Maastricht in het bijzonder, zo’n<br />

grote rol speelden in de vuurwapenfabricage en -handel<br />

had een historische achtergrond. Door de langdurige<br />

strijd tegen de Spanjaarden en de koloniale veroveringsdrift<br />

was er een enorme behoefte aan vuurwapens voor<br />

het eigen leger. Ook buitenlandse vorsten en hande-<br />

laren kregen, geheel volgens de Nederlandse handelsgeest,<br />

volop de gelegenheid om soldaten te werven en<br />

oorlogsmaterieel in de lage landen aan te schaffen.<br />

Zodoende ontstond hier een <strong>van</strong> de grootste stapel-<br />

markten voor vuurwapens en andere oorlogsbehoeften,<br />

waaraan door enkele grote handelaren zoals bijvoorbeeld<br />

Louis de Geer en de familie Trip grof geld werd<br />

verdiend.


vaKmanschaP<br />

Naast oorlogswapens werden ook volop luxere produkten<br />

voor een rijke clientèle vervaardigd. Deze wapens waren<br />

<strong>van</strong> een hoge technische kwaliteit en hadden een ontwerp<br />

dat zich kenmerkte door ingetogen luxe. Ook werd hierbij<br />

vaak geëxperimenteerd met technische noviteiten<br />

door de wapens te voorzien <strong>van</strong> meerdere lopen of door<br />

ze uit te rusten met mechanismes zodat ze <strong>van</strong> achteren<br />

konden worden geladen. De Nederlandse vuurwapens<br />

waren wereldberoemd door de hoge kwaliteit <strong>van</strong> het<br />

vakmanschap. In vele vorstelijke wapenkamers komen<br />

we dan ook Nederlandse zeventiende-eeuwse pistolen en<br />

geweren tegen.<br />

Pistolen met ivoren lades – vaak in het kort ook wel<br />

aangeduid als ivoren pistolen – vormden een aparte klasse<br />

binnen het Maastrichtse assortiment. Ze hoorden tot de<br />

absolute top qua ivoorsnijkunst, afwerking en techniek.<br />

De kolven <strong>van</strong> de pistolen zijn veelal gesneden in de<br />

vorm <strong>van</strong> hoofden <strong>van</strong> klassieke krijgers of ramskoppen.<br />

Geen verbazingwekkend thema, gezien het classicisme<br />

dat in het midden <strong>van</strong> de zeventiende eeuw hoogtij vierde<br />

in de decoratieve kunsten. Omdat grote stukken ivoor<br />

kostbaar waren, werden de lades <strong>van</strong> dergelijke ivoren<br />

pistolen meestal uit twee delen vervaardigd. Er zijn slechts<br />

zes exemplaren bekend waarbij de kolf en de lade uit<br />

één stuk ivoor zijn gesneden. 1 Het aangekochte koppel<br />

pistolen valt hier ook onder. Dit, in combinatie met het<br />

vergulde beslag, maakt deze pistolen tot de mooiste ivoren<br />

pistolen ter wereld.<br />

details<br />

Als we het koppel pistolen nader beschouwen, zien we dat<br />

de lades en kolven <strong>van</strong> de pistolen <strong>van</strong> ivoor zijn, evenals<br />

de pompstokken die in de lade onder de loop zijn gemonteerd.<br />

De lopen zijn octagonaal, naar voren overgaand in<br />

een ronde vorm. Ze zijn voorzien <strong>van</strong> een Duitstalig opschrift.<br />

De slotplaat is gesigneerd Iacob Kosters a Maestrich.<br />

Op het opschrift op de lopen na, zijn de wapens identiek.<br />

Het belangrijkste deel <strong>van</strong> deze pistolen is de kolf. Deze<br />

14 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

is voorzien <strong>van</strong> verfijnd driedimensionaal snijwerk in de<br />

vorm <strong>van</strong> het hoofd <strong>van</strong> een besnord krijgs haftig manspersoon.<br />

Hij draagt een klassiek aandoende helm met<br />

veren en draken. De kwaliteit <strong>van</strong> het snijwerk is zeer hoog<br />

en gedetailleerd. Dit blijkt met name uit het verfijnde gezicht<br />

en de helmdecoratie, waar de veren en de draken<br />

als losse elementen op de helm lijken te zijn geplaatst. Wat<br />

ook vermeldenswaardig is bij deze pistolen, is het opschrift<br />

op de lopen. Op de vergulde middenband – die tevens<br />

dienst doet als richtmiddel – bovenop de lopen staat<br />

‘EIN GROSER HELT’ ‘ZIGT INS FELD’ (een grote held gaat ter<br />

velde). Dit zou erop kunnen duiden dat de wapens als<br />

geschenk aan een “grote held” zijn gegeven of dat ze zijn<br />

gedragen door iemand die zichzelf als zodanig zag.<br />

Volgens de voormalige eigenaar zouden deze wapens<br />

door de Pruisische koning Frederik de Grote (1712-<br />

1786) zijn geschonken aan de Duitse veldmaarschalk<br />

Graaf Schwerin. Dit is echter tot op heden een onbevestigd<br />

verhaal. Mogelijk dat onderzoek in de toekomst<br />

hier nog nader uitsluitsel over zou kunnen geven.<br />

Overigens was het geen uitzondering dat oudere luxe<br />

wapens als geschenk werden gebruikt, in plaats <strong>van</strong><br />

nieuwe produkten. De hoge kwaliteit maakt de waarde<br />

<strong>van</strong> dergelijke geschenken tijdloos.<br />

Van Jacob Kosters, de man die het wapen heeft gesigneerd,<br />

is weinig bekend. Hij werd rond 1615 geboren in<br />

Wetzlar (Duitsland) als Jakob Cüster of Köster en moet<br />

in of vlak voor 1651 in Maastricht zijn gaan wonen. Na<br />

een actief leven als koopman overleed hij in 1689. Hij<br />

was een zeer actief handelaar en werd in 1658 lid <strong>van</strong><br />

het koopmansgilde. Hoewel meerdere ivoren pistolen<br />

<strong>van</strong> zijn signatuur zijn voorzien, zou hij nooit als (wapen-<br />

)smid actief zijn; zijn naam moet dan ook veeleer worden<br />

gezien als handelaarsnaam, dan als daadwerkelijk<br />

signatuur <strong>van</strong> de vervaardiger. Wie de werkelijke makers<br />

<strong>van</strong> deze wapens waren - de slotenmakers en de lopensmeden<br />

- zal onbekend blijven. Over de ivoorsnijder <strong>van</strong><br />

de Maastrichtse vuurwapens, die vrijwel allemaal <strong>van</strong> dezelfde<br />

hand zijn, is in het verleden wel gespeculeerd,<br />

maar zijn identiteit is helaas nog niet boven water gekomen.<br />

2<br />

De pistolen zijn een toonbeeld <strong>van</strong> wat de<br />

Nederlandse vuurwapenkunst uit de gouden eeuw vermocht.<br />

Door de hoge kwaliteit behoort de nieuwe aanwinst<br />

tot de spectaculairste stukken kunstnijverheid binnen<br />

de rijkscollectie <strong>van</strong> het museum. Dit bijzondere<br />

koppel pistolen zal <strong>van</strong>af het najaar te zien zijn in de<br />

permanente expositie te Delft, waar momenteel gewerkt<br />

wordt aan de inrichting <strong>van</strong> een wapenzaal met ongeveer<br />

700 antieke Nederlandse vuurwapens die zijn verworven<br />

<strong>van</strong> wijlen de heer H.L. Visser. Door deze aanwinst<br />

heeft het museum in één klap een unieke collectie<br />

antieke wapens verworven waarmee zij nu behoort tot de<br />

top vijf <strong>van</strong> de wereld op dit gebied s<br />

Matthieu willemsen<br />

Conservator vuurwapens, legermuseum<br />

N o t e n :<br />

1. De andere vier vergelijkbare exemplaren<br />

met een eendelige lade<br />

bevinden zich de collectie <strong>van</strong><br />

het rijksmuseum (vervaardigd<br />

door Jean louroux, Maastricht<br />

ca 1665, inventarisnummer ng<br />

2002-2002-23-193) en in het<br />

legermuseum (vervaardigd door<br />

leonard Cleuter, Maastricht ca<br />

1665, inventarisnummer 018948).<br />

Het hier besproken koppel werd<br />

eerder tentoongesteld in de royal<br />

armouries, H.M. tower of london,<br />

<strong>van</strong> september 1988 tot 1996.<br />

2. Zie: a. Hoff, Dutch Firearms, london<br />

1978, pp. 220 en 221; e.H. <strong>van</strong> as,<br />

‘Christoph Maucher, ivoorsnijder’,<br />

in: Wapenfeiten 1 (2005), p. 8.


gorcums Museum<br />

Gorinchem<br />

vier gezichten op de tuin <strong>van</strong> martinus <strong>van</strong> barnevelt<br />

anoniem.<br />

Ca. 1760-1770. aquarel op papier. tuin in zuidwestelijk richting: 31,2 x 40,8 cm; tuin in noordoostelijke richting:<br />

32,8 x 48,5 cm; tuin in noordelijke richting: 35,8 x 51 cm; tuin in oostelijke richting: 36,5 x 52,5 cm.<br />

Herkomst: jhr H.C.H. <strong>van</strong> lennep, aerdenhout.<br />

In <strong>2006</strong> verwierf het Gorcums Museum, met steun <strong>van</strong><br />

de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong> en het Fonds A.H. Martens<br />

<strong>van</strong> Sevenhoven, een viertal aquarellen voorstellende de<br />

tuin <strong>van</strong> Martinus <strong>van</strong> Barnevelt (1691-1775). Ze vormen<br />

nu onderdeel <strong>van</strong> de vernieuwde historische presentatie<br />

in het museum.<br />

ParadiJs OP aarde<br />

De aquarellen, waar<strong>van</strong> de maker niet bekend is, geven<br />

een indruk <strong>van</strong> Van Barnevelts lusthof <strong>van</strong>uit vier<br />

15 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

wind richtingen: <strong>van</strong>uit zijn huis op de hoek <strong>van</strong> de<br />

Torenstraat/Nieuwstad in de richting <strong>van</strong> Bastion V,<br />

<strong>van</strong>af de andere kant met zicht op het monumentale<br />

huis, de tuin met vijver in noordelijke richting en het<br />

gedeelte in oostelijke richting genaamd ‘het toneel’<br />

of ‘de comedie’. Dankzij de bijzondere aanwinst is het<br />

museum nu in staat om te laten zien hoe de kunstzin ni ge<br />

aangelegde tuin er ooit heeft uitgezien. Want helaas, <strong>van</strong><br />

alle kunsten is de tuinkunst de meest vergankelijke en<br />

<strong>van</strong> Van Barnevelts creatie is, behalve in het museum,<br />

geen spoor meer terug te vinden.


tuinKunst<br />

Tuinieren is in het afgelopen decennium tot een ware<br />

kunst verheven. Tijdens ‘verborgen tuinen dagen’ stellen<br />

trotse tuinbezitters hun aardse paradijs open voor nieuwsgierige<br />

bezoekers. De gemiddelde tuin is tegenwoordig<br />

meer dan een stukje groen, omringd door een heg. De<br />

tuin functioneert als geheugen, als schatkamer <strong>van</strong> kleuren,<br />

beelden en gebeurtenissen, is een toneel <strong>van</strong> observatie en<br />

waarneming, plek <strong>van</strong> het verstrijken <strong>van</strong> de tijd. Tuinkunst<br />

vormt het meest directe raakvlak tussen natuur en cultuur.<br />

Eeuwen geleden konden alleen welgestelde burgers<br />

zich de bijzondere luxe <strong>van</strong> een aangelegde tuin veroorloven.<br />

Een <strong>van</strong> die Gorcumse burgers was Martinus <strong>van</strong><br />

Barnevelt. Hij bezat een groot stuk grond, binnen de<br />

vestingwal, ter hoogte <strong>van</strong> het huidige Wilhelminaplein.<br />

De welgestelde Martinus deed op zijn buitenlandse reizen<br />

inspiratie op voor het ontwerp <strong>van</strong> een bijzondere,<br />

on-Hollandse tuin. Zijn Frans-classicistisch aangelegde<br />

lusthof bezat lanen met hoge hagen, een kanaal, tuinbeelden,<br />

exotische planten, priëlen, een oranjerie en<br />

een menagerie.<br />

hOrtus cOnclusus<br />

Sinds de vijftiende eeuw kreeg de tuin in de verbeelding<br />

<strong>van</strong> Nederlandse kunstenaars een vaste plaats. Ook hielden<br />

zij zich bezig met tuinontwerpen. ‘Tuinportretten’<br />

werden ingezet als illustratie bij een tekst of als verbeelding<br />

<strong>van</strong> een abstract begrip zoals de Lente. Tot het<br />

einde <strong>van</strong> de achttiende eeuw werd de verbeelding <strong>van</strong><br />

de tuin sterk bepaald door bijbelse en klassieke ideeën.<br />

16 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

Strakke ordening en beheersing waren sleutelbegrippen.<br />

Rond 1770 veranderde het natuurbesef; de tuin werd<br />

niet langer geregeerd door wiskundige orde maar<br />

volgde de vrije natuur na.<br />

In de middeleeuwse symboliek werd de tuin als ‘hortus<br />

conclusus’ een symbool voor Maria. Ten tijde <strong>van</strong> de<br />

Republiek Holland maakte men graag gebruik <strong>van</strong> de<br />

metafoor dat de zeven provinciën samen de ‘Hollandse<br />

Tuin’ vertegenwoordigden, om daarmee de saamhorigheid<br />

ten opzichte <strong>van</strong> de Spaanse overheersing uit te<br />

drukken.<br />

Van alle omsloten tuinen sprak die <strong>van</strong> het bijbelse<br />

Paradijs het meest tot de verbeelding. Zozeer zelfs dat<br />

men tot in de zeventiende eeuw trachtte de oorspronkelijke<br />

ligging <strong>van</strong> het Paradijs te achterhalen. Het Paradijs<br />

heeft zich in de latere verbeelding vastgezet als een ideaal,<br />

een utopie, een plaats <strong>van</strong> eeuwige lente, waar dood<br />

en zonde niet bekend waren. Overigens was het woord<br />

‘paradijs’ afgeleid <strong>van</strong> het Oudperzische ‘pairidaeza’,<br />

dat ‘ommuurde tuin’ betekent.<br />

insPiratie<br />

Ter inspiratie keerden tuinontwerpers zich tot de beschrijvingen<br />

<strong>van</strong> landschappen en tuinen in de werken<br />

<strong>van</strong> schrijvers uit de klassieke Oudheid. Zij beschreven<br />

Arcadië, een ideaal land <strong>van</strong> herders en herderinnen,<br />

nimfen en saters, geregeerd door de bosgod Pan. In dit<br />

land heerste vrede en harmonie. In zijn Aeneas bezingt<br />

Vergilius het Elysium, de tuin waar gestorven helden na<br />

hun dood mogen leven. Het landschap is er een locus


amoenus, een lieflijk oord met water, bloemen en bomen.<br />

Ook het rijk <strong>van</strong> Venus wordt in de oudheid beschreven<br />

als zo’n heerlijke plek.<br />

Over de geschiedenis <strong>van</strong> de tuinkunst werd al vroeg<br />

geschreven en gepubliceerd. Zo is onder meer bekend<br />

hoe een tuin in Moskou, naar ontwerp <strong>van</strong> Nicolaas<br />

Bidloo (1673/74-1735), lijfarts <strong>van</strong> Tsaar Peter de Grote,<br />

er in detail uit zag. Om zijn tuin in beeld te brengen tekende<br />

hij eerst een plattegrond, voorzien <strong>van</strong> nummers,<br />

die in een legende op hetzelfde blad werden verklaard.<br />

De nummers vinden we terug op een perspectivische afbeelding<br />

<strong>van</strong> zijn landgoed in vogelvlucht en op verschillende<br />

deeltekeningen. De beschouwer kon zich zo goed<br />

oriënteren op de plaats <strong>van</strong> details in het grote geheel.<br />

Bidloo kon deze ruimtelijke voorstelling maken door<br />

zijn beheersing <strong>van</strong> het perspectief. Geometrie, meetkunde<br />

en architectuur stonden hem ten dienste, zowel<br />

bij het bedenken <strong>van</strong> de aanleg <strong>van</strong> de tuin als bij de<br />

weergave daar<strong>van</strong> op papier.<br />

veiling<br />

De vier aquarellen <strong>van</strong> de tuin <strong>van</strong> Van Barnevelt bieden,<br />

doordat ze <strong>van</strong>uit de vier windrichtingen zijn gemaakt,<br />

eveneens een goed zicht op het totaal. In 1757 werd<br />

Van Barnevelt, destijds heer <strong>van</strong> Krimpen aan de Lek,<br />

Noordeloos en Overslingeland, eigenaar <strong>van</strong> het complex<br />

waarop zijn privéparadijs verrees.<br />

De tuin is aangelegd langs centrale zichtassen, de<br />

opbouw langs de assen is symmetrisch. De lanen worden<br />

geflankeerd door bomen of hagen, waarachter hakhout-<br />

17 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

bossen lagen verscholen. De ‘Comedie’, gelegen tussen<br />

de Schuttersgracht en de Nieuwstad ontleende haar<br />

naam aan de coulissen-vorm en de tuinbeelden, geplaatst<br />

voor hoge hagen, hetgeen gelijkenis vertoonde met een<br />

toneel.<br />

Na zijn overlijden in 1775 werd de tuin <strong>van</strong> Van<br />

Barnevelt ontmanteld en werden onderdelen op een<br />

veiling verkocht. Uit de Catalogus <strong>van</strong> diverse capitale<br />

marmere en steene beelden, vasen, groepen ... blijkt dat Martinus<br />

zijn lusthof met vele tuinsieraden had verrijkt. De verkoopcatalogus<br />

bevat 65 grote en kleinere tuinbeelden,<br />

18 vazen en bloempotten, een zonnewijzer en een aantal<br />

geschilderde stukken. Deze waren verspreid in de tuin<br />

geplaatst: langs de lanen, in het sterrebos met hakhout,<br />

in de parterre voor het huis, nabij de vijver en bij de<br />

menagerie. De verschillende tuinbeelden stelden onder<br />

meer Bacchus, Neptunus en Diana voor. Een groep<br />

verbeeldde de handel, de landbouw en de bouwkunst<br />

en een Triton bewoonde het bassin bij de menagerie.<br />

De geschilderde stukken verbeeldden de vijf zinnen.<br />

De inboedel <strong>van</strong> het tuinprieel bestond uit een marmeren<br />

tafelblad op een stenen piedestal en twee houten<br />

geschilderde banken. De catalogus eindigt met de vermelding<br />

<strong>van</strong> talrijke oranjebomen, laurieren, aloë’s en<br />

granaatappels alsmede een biljart.<br />

Het was goed toeven in de tuin <strong>van</strong> Martinus <strong>van</strong><br />

Barnevelt s<br />

rob kreszner<br />

Conservator Gorcums Museum<br />

B r o n n e n :<br />

erik de Jong, Aardse<br />

paradijzen, de tuin<br />

in de Nederlandse<br />

kunst I, 15e tot 18e<br />

eeuw, noordbrabants<br />

Museum (Den Bosch)/<br />

Frans Halsmuseum<br />

(Haarlem) 1996<br />

a.J. Busch en Carla s.<br />

oldenburger-ebbers,<br />

Lusthoven in Gorcum,<br />

deel 3 in de historische<br />

reeks <strong>van</strong> de historische<br />

vereniging ‘oud-<br />

gorcum’ 1990


18 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong>


ijksmuseum<br />

Amsterdam<br />

Portret <strong>van</strong> marie Jeanette de lange<br />

Jan theodoor toorop (Poerworedjo (Java) 1858 - 1928 ’s gravenhage)<br />

1900. olieverf op doek, 70 x 77 cm<br />

gesigneerd en gedateerd, r.o. J. Toorop 1900<br />

Herkomst: familie <strong>van</strong> de geportretteerde, sinds 1900; veiling Christie’s amsterdam, 29 november 2005, lotnr. 244<br />

Het Rijksmuseum heeft een mooie collectie werk <strong>van</strong> Jan<br />

Toorop. Deze bestaat vooral uit tekeningen, het grafische<br />

werk en boekbanden, die samen een prachtig beeld geven<br />

<strong>van</strong> zijn oeuvre, in het bijzonder het symbolistische. De<br />

schilder Toorop was daarentegen tot voor kort minder goed<br />

vertegenwoordigd. Behalve het monumentale schilderij De<br />

Zee uit 1887, waren er slechts twee schetsen in olieverf in de<br />

collectie, Vrouwen aan Zee (ca. 1891) en De Schelpenvisser (1904).<br />

Nu is daar, met steun <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>, een be-<br />

langrijk schilderij bijgekomen, het Portret <strong>van</strong> Marie Jeanette<br />

de Lange uit 1900. Toorop de pointillist en Toorop de portrettist<br />

zijn hier beide op fenomenale wijze verenigd. Het portret<br />

is al die tijd in bezit <strong>van</strong> de familie gebleven en verkeert in<br />

uitstekende, vrijwel ongerepte conditie.<br />

Jan tOOrOP<br />

In februari 1900 schreef Jeanette de Lange (1865-1923)<br />

in haar dagboek: En nu na de derde pose staat kop, hals<br />

en hand al op het doek in volle gelijkenis en in oprechte<br />

menschelijke blankheid. Hij stippelt het portret, diviseeren<br />

heet het, in olieverf op glad blank doek. – “Dit is het”, zegt<br />

hij, “dit is het eenige, dit is de weg dien we allen op moeten<br />

om ware pure kunst te geven. De natuur, zoo getrouw mogelijk<br />

de natuur volgen, zoo voorzichtig en getrouw mogelijk; voel<br />

je het mooi, dan wordt het ook mooi”, zegt hij. Deze poseersessie<br />

had enige voeten in de aarde gehad: Toorop en<br />

Jeanette de Lange, die elkaar kenden uit het Haagse<br />

kunstcircuit, hadden al in de zomer <strong>van</strong> 1898 gesproken<br />

over een portret, maar Toorop stelde het steeds uit,<br />

opgehouden door ander werk en zijn verhuizing naar<br />

Katwijk in september 1899. De eerste poseersessies<br />

gingen verloren met het positioneren <strong>van</strong> Jeanette in<br />

haar kamer in de villa Vall’ di Rena in Den Haag, en het<br />

vinden <strong>van</strong> de juiste plek voor de petroleumlamp, die<br />

prompt omviel en vlam vatte. 1 Uit opnames met infraroodreflectografie<br />

blijkt bovendien dat Toorop enige<br />

moeite had met het tekenen <strong>van</strong> het hoofd.<br />

Toorop had al eerder in pointillistische stijl gewerkt.<br />

In navolging <strong>van</strong> wat hij in 1885 bij a<strong>van</strong>tgardistische<br />

kunstenaars in Brussel had gezien, in het bijzonder bij<br />

de schilder Théo <strong>van</strong> Rijsselberghe, maakte hij een<br />

aantal Hollandse polderlandschappen in deze stijl.<br />

Bloembollenvelden bij Oegstgeest uit 1885 is hier<strong>van</strong> een <strong>van</strong><br />

de mooiste voorbeelden. Het is meteen duidelijk dat<br />

Toorop zijn eigen opvatting <strong>van</strong> het pointillisme had,<br />

19 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

en het niet zo streng toepaste als bijvoorbeeld de eerste<br />

pointillisten, de Franse schilders Georges Seurat en Paul<br />

Signac. Hij combineerde het pointillé met omtreklijnen,<br />

zoals <strong>van</strong> de takken <strong>van</strong> de knotwilgen, en speelde met<br />

de verdichting <strong>van</strong> de stippen om een meer of minder<br />

gecondenseerd oppervlak weer te geven, zoals in de lucht<br />

linksboven, waar de stippen wijd uiteen staan. Ook bekeerde<br />

hij zich niet exclusief tot deze ene stijl, hoe zeer<br />

ook zijn uitroep tijdens Jeanettes poseersessie dit doet<br />

vermoeden. Naast een vrij monotoon pointillisme, dat<br />

hij in de jaren 1886-1889 toepaste in zijn sociaal-geëngageerde<br />

werk, werkt hij in die periode ook impressionistisch.<br />

Vanaf ongeveer 1890 ontwikkelde hij zijn lineaire,<br />

symbolistische werk en zijn getekende portretten. Pas in<br />

1899 nam hij de draad <strong>van</strong> het pointillisme weer op, na<br />

zijn verhuizing naar Katwijk, met gezichten op de duinen<br />

en de zee.<br />

In dat jaar begon hij ook aan De prentliefhebber. Portret<br />

<strong>van</strong> Aegidius Timmerman, dat bijna als een tegenhanger<br />

<strong>van</strong> het schilderij <strong>van</strong> het Rijksmuseum gezien kan<br />

worden. In het licht <strong>van</strong> de leeslamp bestuderen beide<br />

geportretteerden in stille aandacht hun boek of prent.<br />

Maar terwijl mevrouw De Lange naar de beschouwer is<br />

toegekeerd in al haar menschelijke blankheid, is Aegidius<br />

Timmerman <strong>van</strong> ons afgekeerd. Ook het kleurengamma<br />

is tegengesteld: de blonde pasteltinten <strong>van</strong> het vrouws-<br />

bloembollenvelden bij Oegstgeest<br />

Jan toorop<br />

1885. olieverf op doek, 65 x 77 cm<br />

geMeenteMuseuM Den Haag


de prentliefhebber. Portret<br />

<strong>van</strong> aegidius timmerman<br />

Jan toorop<br />

1900. olieverf op doek,<br />

66,5 x 76 cm<br />

MuseuM kröller-Müller,<br />

otterlo<br />

portret tegenover de veel soberder mauve en groene<br />

tinten bij Timmerman. Bij Timmerman zijn hoekige<br />

objecten zoals boeken en een schilderij verdeeld over<br />

de achtergrond, bij De Lange zijn het veelal ronde, in<br />

elkaar overlopende vormen, zoals bloemen en het gedessineerde<br />

behang.<br />

Toorop beschouwde het portret <strong>van</strong> Jeanette de Lange<br />

als een <strong>van</strong> zijn beste en vroeg het al snel weer te leen,<br />

zoals voor een expositie <strong>van</strong> zijn werk bij de Rotterdamse<br />

Kunstkring in 1901 en voor een tentoonstelling <strong>van</strong> de<br />

kunstenaarsvereniging La Libre Esthétique in Brussel<br />

(1902). Vanaf dan wordt het werk regelmatig ten toon<br />

gesteld tot 1910 en zijn de kritieken vrijwel altijd uiterst<br />

positief. Zo schrijft De Nieuwe Courant in 1909 naar aanleiding<br />

<strong>van</strong> een expositie bij de Larensche Kunsthandel:<br />

Het portret <strong>van</strong> Mevrouw Bouman-de Lange is gepointilleerd.<br />

Maar welk een blanke zuiverheid en malschheid is met het<br />

procédé bereikt, zooals men haar met een anderen schildertrant<br />

nauwlijks bereikbaar achten zou. Ook bij de opleving <strong>van</strong> de<br />

waardering <strong>van</strong> Toorops werk <strong>van</strong>af de late jaren zeventig<br />

zijn de oordelen unaniem lovend. 2<br />

Jeanette de lange<br />

Zoals gezegd ontmoetten Toorop en Jeanette de Lange<br />

elkaar in Den Haag. Jeanette was daar met haar man Jan<br />

Bouman (1853-1909) omstreeks 1897 komen wonen in het<br />

Van Stolkpark, een mooie villawijk aan de Scheveningse<br />

20 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

weg. Zij hadden elkaar leren kennen in Batavia, waar<br />

Jeanette geboren was, en waren daar in 1884 ook getrouwd.<br />

Vanaf ca. 1887 woonden zij in Nederland, eerst<br />

in Almelo, later in Amsterdam.<br />

In Amsterdam hadden de Boumans enige jaren gewoond<br />

aan de 1ste Parkstraat bij het Oosterpark. Daar<br />

was ook het atelier <strong>van</strong> George Hendrik Breitner, Isaac<br />

Isräels en Willem Witsen, later beroemd geworden als<br />

het Witsenhuis. Mogelijk kende zij deze schilders uit de<br />

buurt, maar het is waarschijnlijker dat zij bij hen geïntroduceerd<br />

werd door een oude vriend uit Almelo, de<br />

schilder Arnold Gorter. Deze kunstenaars kenden elkaar<br />

allemaal door hun lidmaatschap <strong>van</strong> de kunstenaarsvereniging<br />

Arti et Amicitiae. Met Isaac Israëls hield ze ook<br />

in Den Haag contact. Hij schilderde een aardig kleurig<br />

portretje <strong>van</strong> Jeanette en haar hond, rustend tijdens een<br />

wandeling in de duinen bij Scheveningen.<br />

Jeanette had zelf ook creatieve aspiraties, zij tekende<br />

en schilderde. Aan<strong>van</strong>kelijk kreeg zij les <strong>van</strong> Maurits <strong>van</strong><br />

der Valk, daarna <strong>van</strong> de etser Philippe Zilcken, die aan<br />

meer jonge dames <strong>van</strong> stand les gaf. Veel verder dan tekenen<br />

en schilderen naar stillevens kwam zij echter niet,<br />

al staan in het dagboek aardige passages waarin ze beschrijft<br />

hoe ze in snelle schetsen mensen op de Haagse<br />

tram natekende, voordat deze het door hadden. Helaas<br />

is <strong>van</strong> Jeanettes werk niets overgeleverd en heel lang<br />

lijken de schildersaspiraties ook niet stand gehouden te<br />

hebben. Uit correspondentie met Toorop in de jaren rond<br />

1900 blijkt dat ze zich later toelegde op het ontwerpen<br />

<strong>van</strong> haar eigen meubels. Toorop beval haar zijn eigen<br />

meubelmaker aan, en ze wisselden gedachten uit over<br />

de Engelse Arts and Crafts beweging.<br />

Een andere zaak die zij een warm hart toedroeg was<br />

de emancipatie <strong>van</strong> de vrouw. In 1898 werd in Den Haag<br />

de tentoonstelling over Vrouwenarbeid gehouden.<br />

Toorop verzorgde het omslag <strong>van</strong> de catalogus en het<br />

affiche. Jeanette was bij de organisatie betrokken en bezocht<br />

ook een aantal <strong>van</strong> de bijbehorende congressen,<br />

zoals het ‘dienstmeidencongres’ over de positie <strong>van</strong> de<br />

dienstbodes en een lezing <strong>van</strong> Dr Catharina <strong>van</strong><br />

Tussenbroek, over de psychische oorzaken <strong>van</strong> ‘een<br />

tekort aan levensenergie bij meisjes en jonge vrouwen’,<br />

waar<strong>van</strong> ze krantenknipsels bewaarde. Een <strong>van</strong> de resultaten<br />

<strong>van</strong> de tentoonstelling was de oprichting <strong>van</strong> de<br />

<strong>Vereniging</strong> tot verbetering <strong>van</strong> vrouwenkleding in 1899.<br />

Jeanette werd voorzitter. Deze vereniging pleitte voor<br />

het afschaffen <strong>van</strong> het corset en voor het dragen <strong>van</strong><br />

gezonde, ademende stoffen. Ook Toorop was geïnteresseerd,<br />

zoals uit een <strong>van</strong> zijn brieven aan Jeanette blijkt:<br />

U moet mij maar lid maken voor die vereeniging <strong>van</strong> dress<br />

Reforming. Ik ben bezig een zeer hygiënisch-aesthetische<br />

heeren-zomerjas te maken, die gedragen moet worden op een<br />

fietspantalon en wandelcostuum.


Foto <strong>van</strong> het atelier <strong>van</strong> Philippe Zilcken,<br />

met Zilcken achterin en middenvoor,<br />

achter de ezel, Jeanette Bouman-de lange<br />

anoniem<br />

PartiCuliere ColleCtie<br />

Later zette Jeanette de Lange zich behalve voor betere<br />

vrouwenkleding ook in voor de geneeswijze <strong>van</strong> dr Johann<br />

Georg Mezger. Net als de Toorops brachten de Boumans<br />

een aantal zomers in Domburg door en leerden daar<br />

deze arts kennen. 3 Domburg was zijn zomerresidentie,<br />

waar hij patiënten <strong>van</strong> stand voor verstuikingen, maag-<br />

en darmstoornissen behandelde door een methode <strong>van</strong><br />

zelfmassage met een speciale hamer. Het echtpaar<br />

Bouman propageerde actief Mezgers systeem: Jeanette<br />

gaf in 1901 veelbesproken lezingen over Mezger en zijn<br />

hamer, die men bij haar ook bestellen kon. Met haar belangstelling<br />

voor de creatieve en spirituele kant <strong>van</strong> het<br />

leven en haar nieuwsgierigheid naar en betrokkenheid<br />

bij initiatieven voor maatschappelijke verbetering, kan<br />

zij met recht een moderne vrouw worden genoemd.<br />

Het Portret <strong>van</strong> Marie Jeanette de Lange biedt de toekomstige<br />

bezoeker <strong>van</strong> het Rijksmuseum dus veel: een <strong>van</strong> de twee<br />

pointillistische portretten <strong>van</strong> Toorop en de fascinerende<br />

persoonlijkheid <strong>van</strong> Jeanette de Lange. Schilder en geportretteerde<br />

zullen daarom in het nieuwe Rijksmuseum,<br />

waar kunst en geschiedenis zij aan zij gaan, een <strong>van</strong>zelfsprekende<br />

plek innemen s<br />

Jenny reynaerts<br />

Conservator negentiende- en twintigste-eeuwse<br />

schilderijen Rijksmuseum Amsterdam<br />

21 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

ontwerp voor de omslag <strong>van</strong> de<br />

catalogus <strong>van</strong> de tentoonstelling<br />

<strong>van</strong> Vrouwenarbeid<br />

Jan toorop<br />

1898. lithografie<br />

riJksMuseuM aMsterDaM<br />

N o t e n<br />

1. De dagboeken <strong>van</strong> Jeanette Bouman-de<br />

lange en haar briefwisseling met Jan<br />

toorop en anderen bevinden zich in een<br />

particuliere collectie. Het familie-archief<br />

De lange bevindt zich in het regionaal<br />

archief, alkmaar.<br />

2. J. th. toorop, De jaren 1885 tot 1910,<br />

Museum kröller Müller 1978-’79;<br />

V. Hefting, Jan Toorop. Een kennismaking,<br />

amsterdam 1989; P. <strong>van</strong> der Coelen,<br />

k. <strong>van</strong> lieverloo (red.), Jan Toorop.<br />

Portrettist, Zwolle/nijmegen 2003.<br />

3. Francisca <strong>van</strong> Vloten, ‘Dromen <strong>van</strong> weleer.<br />

kunstenaars in Domburg 1898-1928’, in:<br />

i. spaander en P. <strong>van</strong> der Velde (red.),<br />

Reünie op ’t Duin. Mondriaan en<br />

zijn tijdgenoten in Zeeland, Zwolle,<br />

Middelburg 1994, pp. 11-72.


gemeentemuseum Den Haag<br />

22 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

Den Haag<br />

vier glas-in-lood ramen<br />

Chris lebeau (amsterdam 1878 - 1945 Dachau)<br />

1917-1920. glas-in-lood, grootste afmeting 33 x 29 cm.<br />

Herkomst: erven H. liefkes, Den Haag


Het Gemeentemuseum Den Haag heeft een viertal proeframen<br />

naar ontwerp <strong>van</strong> Chris Lebeau kunnen aankopen, dankzij het Jaap<br />

en Joanna <strong>van</strong> der Lee-Boersfonds. De doelstelling <strong>van</strong> dit fonds op<br />

naam <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong>, dat op 20 december 2000 werd<br />

ingesteld, is het verlenen <strong>van</strong> financiële steun voor de aankoop <strong>van</strong><br />

voorwerpen <strong>van</strong> glaskunst ten behoeve <strong>van</strong> openbare kunstcollecties<br />

in Nederland, met name het Gemeentemuseum Den Haag.<br />

<strong>van</strong> batiKKunstenaar tOt decOrOntwerPer<br />

De sierkunstenaar Chris Lebeau geldt als een <strong>van</strong> de<br />

meest veelzijdige Nederlandse ontwerpers <strong>van</strong> de eerste<br />

helft <strong>van</strong> de 20ste eeuw. Zijn grootste bekendheid heeft<br />

Lebeau te danken aan de geraffineerde unica die naar<br />

zijn ontwerp in 1925 bij de Glasfabriek Leerdam werden<br />

uitgevoerd en aan de meer dan 1500 unica die in de<br />

periode 1926-1929 werden gerealiseerd bij de Boheemse<br />

glasfabriek <strong>van</strong> L. Moser & Söhne in het voormalige<br />

Tsjechoslowakije. Deze huzarenstukjes in glas, die zonder<br />

onderscheid <strong>van</strong> een ongeëvenaarde kwaliteit zijn, behoren<br />

tot de beste voorbeelden <strong>van</strong> de vrije glaskunst uit het<br />

interbellum. Daarnaast is Lebeau een <strong>van</strong> de belangrijkste<br />

beoefenaren <strong>van</strong> de zogeheten batiktechniek geweest.<br />

Deze uit Indonesië afkomstige techniek voor het versieren<br />

<strong>van</strong> stoffen houdt in dat die delen <strong>van</strong> de drager die niet<br />

geverfd mogen worden, worden bedekt met was, een<br />

procédé dat kan worden herhaald afhankelijk <strong>van</strong> de verschillende<br />

kleuren verf die het decoratiepatroon vereist.<br />

Direct na zijn opleiding werkte Lebeau korte tijd in het<br />

batikatelier <strong>van</strong> de Haagse firma Arts & Crafts om vervolgens<br />

in 1901 met zijn vrouw Anna Baars-Leverington<br />

(1871-1954) in Haarlem een eigen atelier op te richten.<br />

Hier werden gebruiksvoorwerpen gebatikt als theemutsen,<br />

tafellinnen, kussenovertrekken en boekenleggers die eerst<br />

via het Amsterdamse verkooplokaal voor vernieuwende<br />

kunstnijverheid ’t Binnenhuis en later via de Amster damse<br />

firma De Woning werden verkocht.<br />

In 1914 vestigde Lebeau zich in Den Haag waar hij<br />

de huisontwerper werd <strong>van</strong> het toneelgezelschap Die<br />

Haghespelers <strong>van</strong> de beroemde acteur Eduard Verkade<br />

(1878-1961). Drie jaar zou Lebeau aan dit gezelschap<br />

verbonden blijven, gedurende welke periode hij thuis<br />

raakte in het Haagse culturele leven. Hoewel hij zich na<br />

zijn vertrek bij Die Haghespelers steeds meer als beeldend<br />

kunstenaar profileerde, bleef hij onverminderd actief<br />

op het gebied <strong>van</strong> de kunstnijverheid.<br />

het astatheater<br />

Een <strong>van</strong> de weinige ‘totaalopdrachten’ die Lebeau heeft<br />

gerealiseerd, betreft de aankleding <strong>van</strong> het Astatheater<br />

aan het Spui in Den Haag. Voor deze bioscoop, een ontwerp<br />

<strong>van</strong> de Haagse architect J.W. <strong>van</strong> der Weele, ontwierp<br />

23 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong>


affiche voor het<br />

astatheater, den haag<br />

ontwerp Chris lebeau,<br />

uitvoering drukkerij Luctor<br />

et Emergo, Den Haag<br />

1921. rood gekleurde litho,<br />

126 x 89 cm<br />

geMeenteMuseuM Den Haag<br />

de voetballers<br />

ontwerp Chris lebeau, uitvoering atelier<br />

Agathe Wegerif-Gravestein, apeldoorn<br />

1921. Batik op fluweel, ieder 212 x 125 cm<br />

geMeenteMuseuM Den Haag<br />

Lebeau in 1920-1921 decoratieve onderdelen als wandbespanningen,<br />

tapijtwerk, verlichtingselementen, glasin-loodramen<br />

en bouwsculptuur. Jammer genoeg is er<br />

<strong>van</strong> zijn ontwerpen nagenoeg niets bewaard gebleven,<br />

omdat al tien jaar na de opening het gehele interieur<br />

werd vernieuwd. Ook het exterieur <strong>van</strong> het gebouw, dat<br />

de naam draagt <strong>van</strong> de in die tijd zo beroemde Zweedse<br />

actrice Asta Nielsen (1881-1972), herinnert op geen enkele<br />

wijze meer aan de vele ontwerpen <strong>van</strong> Lebeau die de<br />

bioscoop ooit de bijnaam ‘Museum Lebeau’ bezorgden.<br />

Vandaar dat het Gemeentemuseum Den Haag bijzonder<br />

gelukkig is met de recente aankoop <strong>van</strong> een viertal<br />

proeframen die dankzij het Jaap en Joanna <strong>van</strong> der<br />

Lee-Boersfonds kon worden gerealiseerd. De raampjes<br />

zijn vervaardigd door het Haagse glazeniersbedrijf <strong>van</strong><br />

H. Liefkes via wiens nazaten de proeframen uiteindelijk<br />

in het Gemeentemuseum terechtkwamen. Het spreekt<br />

voor zich dat de firma Liefkes de uitvoering <strong>van</strong> de glasin-loodramen<br />

<strong>van</strong> het Astatheater werd gegund, omdat<br />

zij op dat moment tot de belangrijkste Haagse glasateliers<br />

behoorde. Het bedrijf hield zich niet alleen bezig<br />

met de vervaardiging <strong>van</strong> het zogenaamde confectiewerk,<br />

maar heeft evenzeer de ontwerpen uitgevoerd <strong>van</strong><br />

kunstenaars als Pieter Hofman (1885-1965), Max Nauta<br />

(1896-1957) en Henri <strong>van</strong> der Stok (1870-1946).<br />

Het ontwerp <strong>van</strong> de vier proefraampjes stelt een sterk<br />

geabstraheerde, symbolische figuur voor die is opgebouwd<br />

uit een kubistisch spel <strong>van</strong> gekleurde stukken glas. Ze<br />

zijn exemplarisch voor de ontwerpstijl <strong>van</strong> de verloren<br />

24 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

gegane ramen die alle een allegorische betekenis hadden.<br />

Zo bevond zich boven de ingangsdeuren <strong>van</strong> de bioscoop<br />

een driedelig raam met als thema De aanbidding <strong>van</strong> het<br />

gouden kalf. Andere ramen verbeeldden thema’s als<br />

Moederweelde, Vrouw in verschillende levensomstandigheden,<br />

Industriearbeider en Arbeiders in diverse beroepen. Het trappenhuis<br />

was beglaasd met ramen die in leeftijd opklimmende<br />

Menstypen voorstelden.<br />

Deze moralistische onderwerpen lijken weinig<br />

adequaat voor de versiering <strong>van</strong> een mondaine uitgaansgelegenheid<br />

als een bioscoopgebouw, waarvoor zij dan<br />

ook niet waren bedoeld. De ramen waren namelijk<br />

oorspronkelijk ontworpen voor het Volksgebouw <strong>van</strong> de<br />

Sociaal-Democratische Arbeiders Partij (S.D.A.P.) dat<br />

rond 1917 aan de Haagse Prinsegracht gerealiseerd had<br />

moeten worden.<br />

De vier proeframen vormen een waardevolle aanvulling<br />

op de andere ontwerpen <strong>van</strong> Lebeau voor het Astatheater<br />

die de collectie <strong>van</strong> het Gemeentemuseum Den Haag<br />

rijk is. Zo kent de verzameling een tweetal batiks voor de<br />

bioscoopzaal die na een omzwerving via de vlooienmarkt<br />

(!) uiteindelijk in het Gemeentemuseum terechtkwamen.<br />

De gebatikte, fluwelen panelen stellen De fluitspeler en<br />

De dood voor. Dankzij een particuliere schenking konden<br />

deze batiks enige jaren geleden worden aangevuld met<br />

een tweetal andere ontwerpen. Deze batiks, De voetballers,<br />

hebben hoogstwaarschijnlijk eveneens deel uitgemaakt<br />

<strong>van</strong> het interieur <strong>van</strong> het Astatheater. Niet alleen omdat<br />

zij een vergelijkbare maatverhouding hebben en eenzelfde<br />

materiaalkeuze kennen, maar ook omdat zij verwant zijn<br />

vormgegeven. De krachtig gemodelleerde figuren <strong>van</strong><br />

de voetballers zijn op meesterlijke wijze in het langwerpige<br />

paneel gevat.<br />

Afgezien <strong>van</strong> deze ontwerpen bewaart het Gemeentemuseum<br />

een gelithografeerd affiche dat Lebeau in deze<br />

zelfde periode ontwierp. Het in rode inkt uitgevoerde<br />

ontwerp bestaat uit een typografisch spel <strong>van</strong> meanderende<br />

vormen die het woord Asta verbeelden. Het affiche<br />

lijkt geïnspireerd te zijn op de voorgevel <strong>van</strong> het gebouw<br />

waarvoor Lebeau het beeldhouwwerk had ontworpen.<br />

De glas-in-loodramen, de batiks en het affiche vormen<br />

de schaarse, maar sterke getuigen <strong>van</strong> het rijke decoratieve<br />

programma dat Chris Lebeau voor het Astatheater<br />

heeft ontwikkeld s<br />

titus M. eliëns<br />

Hoofd collecties Gemeentemuseum Den Haag


Het schilderij Fauna <strong>van</strong><br />

Constant is aangekocht met<br />

steun <strong>van</strong> het titusfonds <strong>van</strong><br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt.<br />

Deze aankoop past bij de<br />

doelstelling <strong>van</strong> het titus<br />

Fonds, namelijk het ondersteunen<br />

<strong>van</strong> met name<br />

moderne en hedendaagse<br />

kunst. Het titusfonds is ingesteld<br />

door de titus Cirkel,<br />

een groep kunstliefhebbers<br />

onder de vijftig jaar die de<br />

doelstellingen <strong>van</strong> de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt een<br />

warm hart toedragen.<br />

Cobra Museum voor Moderne kunst<br />

Amstelveen<br />

De collectie <strong>van</strong> het Cobra Museum voor Moderne Kunst is verrijkt<br />

met een buitengewoon spontaan, brutaal en fantasierijk schilderij<br />

<strong>van</strong> Constant. Mede dankzij de genereuze steun <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong>, de Mondriaan Stichting, het VSB Fonds en de BankGiro<br />

Loterij is het doek Fauna uit 1949 verworven voor de Collectie<br />

Nederland. Na een langdurig verblijf in de privé-collectie <strong>van</strong> een<br />

verzamelaarsechtpaar keert het schilderij naar Nederland terug om<br />

permanent tentoon te worden gesteld in het Cobra Museum.<br />

Portret constant<br />

1949<br />

Foto door k.o. götz<br />

experimentele groep in<br />

holland [rechts]<br />

De leden bijeen op de<br />

zolder <strong>van</strong> karel appel,<br />

amsterdam 1948<br />

v.l.n.r.: appel, elburg,<br />

kouwenaar, wolvecamp,<br />

Corneille, Constant,<br />

J. nieuwenhuys, Brands,<br />

rooskens.<br />

Fotograaf onbekend<br />

het exPeriment<br />

Constant was een <strong>van</strong> de medeoprichters <strong>van</strong> CoBrA<br />

(Copenhagen-Brussel-Amsterdam), de kunstenaarsgroep<br />

die tussen 1948 en 1951 het experiment in de kunst voorop<br />

stelde en daarmee aan de wieg stond <strong>van</strong> een omwenteling<br />

in het nationale en internationale kunstklimaat.<br />

Zowel binnen de CoBrA-groep als haar Nederlandse<br />

voorganger, de Experimentele groep in Holland, nam<br />

Constant de rol <strong>van</strong> theoreticus op zich. 1 Hij was de<br />

aanjager <strong>van</strong> de ontwikkeling en verwoording <strong>van</strong> een<br />

revolutionaire opvatting over de aard <strong>van</strong> hedendaagse<br />

kunst en de maatschappelijke rol <strong>van</strong> de kunstenaar.<br />

In het manifest ter gelegenheid <strong>van</strong> de oprichting <strong>van</strong><br />

de Experimentele Groep in Holland zette hij zijn denkbeelden<br />

uiteen. 2 Een schilderij moest niet beoordeeld<br />

worden op zijn formele kwaliteiten, zoals lijnvoering en<br />

kleurgebruik, maar gezien worden in het licht <strong>van</strong> een<br />

natuurlijke drang naar expressie. De kunstenaar had de<br />

verantwoordelijke taak om de scheppende instincten<br />

die onbewust in ieder mens sluimerden tot ontwaken te<br />

brengen. De weg die leidde tot de bevrijding <strong>van</strong> de kunst<br />

was die <strong>van</strong> het experiment met uitdrukkingswijzen en<br />

materialen.<br />

Fauna kan in het licht <strong>van</strong> deze standpunten <strong>van</strong><br />

Constant worden beschouwd. Ondanks het relatief bescheiden<br />

formaat <strong>van</strong> het schilderij valt bij een eerste<br />

kennismaking de sterke zeggingskracht <strong>van</strong> de voorstelling<br />

onmiddellijk op. Pas in een later stadium verplaatst<br />

de aandacht zich naar de manier waarop Constant de<br />

compositie heeft opgebouwd, de heldere kleuren en de<br />

spontane lijnvoering. Deze primaire, welhaast universele<br />

impact is precies wat Constant nastreefde met zijn werk.<br />

Hij wilde de glorie <strong>van</strong> de schilderkunst tonen, in al haar<br />

opstandigheid, agressiviteit en bevrijdende kracht.<br />

Fauna is opgebouwd uit een beeldvullende voorstelling<br />

<strong>van</strong> een drietal fantasiewezens en een vorm die op<br />

een bloem of een plant lijkt. Als gevolg <strong>van</strong> de transparante<br />

en lichte achtergrond treden de vormen prominent<br />

25 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

Fauna<br />

Constant (anton nieuwenhuys) (amsterdam 1920-2005 utrecht)<br />

1949. verf op waterbasis op doek, 70 x 85 cm.<br />

Herkomst: collectie Hans en alice de Jong, Zwitserland<br />

op de voorgrond. Het stralende middelpunt <strong>van</strong> het<br />

schilderij is een heldere zon, getooid met een enkel oog<br />

en een mond, opgezet in een felle geel-groene kleur.<br />

Rechts <strong>van</strong> de zon bevindt zich een figuur die associaties<br />

oproept met een libelle. Het insect is hoofdzakelijk neergezet<br />

in blauwe tinten, afgewisseld met zacht roze en geel.<br />

In het onderste vlak <strong>van</strong> het doek bevindt zich een langgerekt<br />

dier in zwart en wit dat volledig ontsproten lijkt<br />

aan de fantasie <strong>van</strong> de kunstenaar. Kenmerkend voor de<br />

schilderwijze <strong>van</strong> Constant tijdens deze jaren is een sterke,<br />

op het eerste gezicht slordige lijnvoering. Als gevolg<br />

hier<strong>van</strong> ervaart de beschouwer de voorstelling als bijzonder<br />

levendig en spontaan. De libelle lijkt ieder moment<br />

<strong>van</strong> het doek af te kunnen vliegen en de vibraties <strong>van</strong> de<br />

stralende zon zijn bijna voelbaar. Al met al een vrolijk tafereel.<br />

Maar er wringt iets. Bij nadere beschouwing oogt<br />

het fantasiedier boosaardig. En de zon heeft met haar<br />

sliertige stralen en grijnzende blik iets weg <strong>van</strong> een<br />

hippie die in hogere sferen verkeert. 3 De combinatie <strong>van</strong><br />

agressie, brutaliteit en vrolijkheid in Fauna is bij uitstek<br />

een voorbeeld <strong>van</strong> de experimentele schilderkunst <strong>van</strong><br />

Constant gedurende de CoBrA-periode.<br />

herKOmst<br />

In de jaren tijdens en na CoBrA verliep de receptie <strong>van</strong><br />

het werk <strong>van</strong> de naoorlogse nieuwe generatie kunstenaars<br />

op zijn zachtst gezegd problematisch. Recensenten<br />

reageerden met krachttermen als geklieder, rotzooi en<br />

kinderachtig. Men voelde zich in het algemeen in het ootje


26 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong>


genomen door deze expressieve en fantasierijke kunst.<br />

Maar niet Hans en Alice de Jong. Gedreven door een<br />

aangeboren nieuwsgierigheid oriënteerde dit echtpaar<br />

zich naar hartelust op de nieuwste ontwikkelingen in de<br />

hedendaagse kunst. Van 1930 tot 1968 was Hans de Jong<br />

directeur <strong>van</strong> De Jong en Van Dam NV te Hengelo, beter<br />

bekend als Jo<strong>van</strong>da. In deze hoedanigheid verkeerde hij<br />

volop in de gelegenheid om tijdens zakenreizen naar het<br />

buitenland kennis te nemen <strong>van</strong> al het interessants dat<br />

de eigentijdse kunst te bieden had. Zijn vrouw deelde<br />

zijn interesse en samen brachten zij <strong>van</strong>af 1946 menig<br />

bezoek aan galeries en musea in binnen- en buitenland.<br />

In 1954 verwierven zij hun eerste werk <strong>van</strong> een oud<br />

CoBrA-lid, het schilderij Astre et animal <strong>van</strong> Corneille.<br />

Op basis <strong>van</strong> de vele ontmoetingen met bevriende<br />

adviseurs en kunstenaars ontstond een collectie die een<br />

onderkomen vond in de privé-woning <strong>van</strong> het echtpaar<br />

De Jong, eerst in Hengelo en later in Ascona, Zwitserland.<br />

Bij hun keuze om werk te kopen <strong>van</strong> relatief onbekende<br />

kunstenaars werden Hans en Alice de Jong overigens<br />

met argusogen door hun omgeving gevolgd. In de jaren<br />

<strong>van</strong> wederopbouw vond men het over het algemeen ongepast<br />

om geld aan hedendaagse, laat staan experimentele<br />

kunst te spenderen.<br />

Bij de aankoop <strong>van</strong> nieuw werk voor de collectie hanteerde<br />

de heer De Jong een uitstekend criterium: alvorens<br />

hij en zijn vrouw tot de koop overgingen wilden zij<br />

de kunstenaar in kwestie persoonlijk en intensief leren<br />

kennen. Of het nu Karel Appel, Asger Jorn, Jean<br />

Dubuffet of Willem de Kooning betrof, aan iedere aanwinst<br />

ging een heel traject <strong>van</strong> ontmoetingen, discussies<br />

en wikken en wegen vooraf. Zo raakte het echtpaar bevriend<br />

met de meeste kunstenaars <strong>van</strong> wie ze werk verzamelden,<br />

waaronder Theo Wolvecamp en Karel Appel.<br />

In 1958 vond na bemiddeling <strong>van</strong> wederzijdse vrienden<br />

de eerste ontmoeting tussen Constant en Hans de<br />

Jong plaats. De laatste bracht een bezoek aan de woning<br />

<strong>van</strong> Constant, gelegen aan de Henri Polaklaan te<br />

Amsterdam. In de herinnering <strong>van</strong> De Jong ontspon<br />

zich meteen een ingewikkelde discussie over de rol <strong>van</strong><br />

de kunstenaar in de maatschappij en het ontwaken <strong>van</strong><br />

de creatieve mens. 4 Constant hield zich op dat moment<br />

voornamelijk bezig met vlakke constructies, de voorlopers<br />

<strong>van</strong> zijn project Nieuw Babylon; een ‘hyperarchitectuur’<br />

voor de spelende mens. Maar de interesse <strong>van</strong><br />

De Jong ging voornamelijk uit naar de CoBrA-periode.<br />

Op zijn vraag of Constant nog werk uit die tijd had reageerde<br />

deze verbaasd: Cobra? Vind je daar wat aan?. Hij<br />

27 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

was echter bereid om een aantal doeken te laten zien en<br />

de keuze <strong>van</strong> Hans de Jong viel op twee schilderijen. In<br />

1959 volgde de aankoop <strong>van</strong> Fauna. Het feit dat privéverzamelaars<br />

als Hans en Alice de Jong reeds <strong>van</strong>af de<br />

vroege jaren vijftig de kwaliteit <strong>van</strong> CoBrA-werk hebben<br />

onderkend is <strong>van</strong> groot belang geweest voor de waardering<br />

<strong>van</strong> de beweging. Nederlandse en buitenlandse<br />

musea hadden in deze periode immers weinig tot geen<br />

interesse in het actief verwerven <strong>van</strong> CoBrA-werk.<br />

een verriJKing <strong>van</strong> de cOllectie<br />

Na zevenenveertig jaar deel te hebben uitgemaakt <strong>van</strong><br />

de collectie <strong>van</strong> De Jong verruilt het schilderij Fauna de<br />

privé-sfeer <strong>van</strong> de verzamelaar voor het publieke domein<br />

<strong>van</strong> het museum. Het werk werd weliswaar in de loop der<br />

jaren diverse malen geselecteerd voor belangwekkende<br />

tentoonstellingen, maar het grootste deel <strong>van</strong> de tijd<br />

hing het achter gesloten deuren.<br />

De verwerving <strong>van</strong> dit schilderij betekent niet alleen<br />

een verrijking <strong>van</strong> de collectie <strong>van</strong> het Cobra Museum.<br />

De aankoop is tevens <strong>van</strong> belang voor de Collectie<br />

Nederland. Vergelijkbaar sterk werk <strong>van</strong> Constant uit<br />

de CoBrA-periode bevindt zich hoofdzakelijk in buitenlandse<br />

collecties zoals die <strong>van</strong> Musée National d’Art<br />

Moderne te Parijs en de Tate Collection in Londen, en<br />

in besloten verzamelingen.<br />

Het Cobra Museum bezit een aantal sleutelwerken<br />

uit het oeuvre <strong>van</strong> Constant, waaronder De redenaar uit<br />

1949 en De rode vuist uit 1952. Fauna is echter door de<br />

kernachtige combinatie <strong>van</strong> boosaardige, brutale en<br />

fantasievolle elementen een absolute aanvulling voor de<br />

collectie <strong>van</strong> het museum. De verwerving er<strong>van</strong> komt in<br />

een bijzonder daglicht te staan door het overlijden <strong>van</strong><br />

Constant in augustus 2005. De permanente opstelling<br />

<strong>van</strong> Fauna is een hommage aan deze kunstenaar wiens<br />

betekenis voor de naoorlogse kunst springlevend is.<br />

Het Cobra Museum is de <strong>Vereniging</strong> <strong>Rembrandt</strong><br />

buitengewoon erkentelijk voor de genereuze bijdrage<br />

ter ondersteuning <strong>van</strong> de kapitale aankoop <strong>van</strong> Fauna s<br />

katja weitering<br />

Conservator Cobra Museum voor Moderne Kunst<br />

interieur familie De Jong,<br />

ascona, Zwitserland<br />

foto: J. de Jong<br />

N o t e n :<br />

1. De experimentele groep in Holland werd<br />

in 1948 in amsterdam opge richt door<br />

karel appel, Corneille en Constant. later<br />

werden ook theo wolvecamp, anton<br />

rooskens, eugène Brand en Jan<br />

nieuwenhuys, de broer <strong>van</strong> Constant, lid.<br />

2. Manifest, september 1948 gepubliceerd<br />

in Reflex i, orgaan <strong>van</strong> de experimentele<br />

groep in Holland.<br />

3. Deze vergelijking is afkomstig <strong>van</strong><br />

Dr willemijn stokvis.<br />

4. Zie de uitspraken <strong>van</strong> Hans de Jong in de<br />

catalogus Oog in oog met Hans en Alice<br />

de Jong behorende bij de gelijknamige<br />

tentoonstelling die <strong>van</strong> 28 juni tot en met<br />

6 september 1970 plaatsvond in het<br />

arnhems gemeentemuseum, het huidige<br />

Museum voor Moderne kunst arnhem.


O V E R A A N W I N S T E N<br />

18 8 3 – 18 9 3 – 19 0 3 – 191 3 – 19 2 3 – 19 3 3 – 19 4 3 – 19 5 3 – 19 6 3 – 19 7 3 – 19 8 3 – 19 9 3 – 2 0 0 3 – 2 0 0 8<br />

FuSIEN BIjl dE VROE<br />

‘Het stemt tot verheugenis en<br />

dankbaarheid, dat het de vereniging<br />

mogelijk is geweest thans reeds gedurende<br />

driekwart eeuw mede te werken aan<br />

behoud en vermeerdering <strong>van</strong> nederlands<br />

kunstbezit en niet minder, dat haar<br />

financiële positie zodanig is, dat zij – naar<br />

het zich laat aanzien – nog lange tijd<br />

daarmede zal kunnen voortgaan’, zo opent<br />

het verslag over de jaren 1956 en 1957.<br />

‘Maar’, zo schreef Hans redeker naar<br />

aanleiding <strong>van</strong> dit 75-jarig bestaan,<br />

‘aan de <strong>van</strong>zelfsprekendheid, waarmee<br />

het volk en de museumbezoeker de in<br />

besloten bescheidenheid door de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt verrichte<br />

wonderen <strong>van</strong> culturele weldaad aanvaard,<br />

aan die <strong>van</strong>zelfsprekendheid moet door<br />

de wijzigingen in onze samenleving en<br />

cultuur een einde komen. De taak <strong>van</strong><br />

<strong>Rembrandt</strong> kan in de wereld <strong>van</strong> nu<br />

niet meer door een elite worden vervuld<br />

maar wacht op ons gehele volk […]’<br />

28 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

Hoe u een moderne<br />

en vrije toegang tot 30 musea krijgt<br />

grOte belangstelling vOOr Kunst<br />

‘uitgestrooid over alle contreien <strong>van</strong> ons<br />

land staan de musea en behoeden hun<br />

aandeel in een onver<strong>van</strong>gbare erfenis’, zo<br />

schrijft redeker verder. ‘[…] Zij betekenen<br />

meer dan een plechtig verheven tijdverdrijf<br />

voor een culturele elite. Met de dag immers<br />

groeit de erkenning, dat kunst, speels of<br />

ernstig, oud of jong, een ontmoeting is<br />

met onszelf, ons als mens toespreekt en<br />

verandert omdat zij wezenskernen <strong>van</strong> ons<br />

eigen leven in geconcentreerde, verhevigde<br />

of gezuiverde vorm voor ons stelt. Musea<br />

zijn daarbij onmisbare behuizingen, waar<br />

kunstwerken het veiligst en voor heel het<br />

volk toegankelijk zijn. Minder algemeen,<br />

zelfs nauwelijks nog ontwaakt is de bezorgdheid<br />

om hun inhoud, nu en in de<br />

toe komst, de vraag naar het ontstaan en<br />

voortbestaan <strong>van</strong> wat wij ons nationaal<br />

kunstbezit noemen als gold het een <strong>van</strong>zelfsprekende<br />

grootheid. in werkelijkheid<br />

bestaat er een ontwikkeling, niet alleen <strong>van</strong><br />

het museum als instelling maar ook <strong>van</strong> de<br />

inhoud <strong>van</strong> ons openbaar kunstbezit.’ 1<br />

‘De grote belangstelling voor kunst wordt<br />

bewezen door het succes <strong>van</strong> Openbaar<br />

Kunstbezit. 2 wat aan deze belangstelling<br />

ontbreekt is een echte, eigen verantwoordelijkheid<br />

voor dit bezit, de behoefte<br />

persoonlijk deel te nemen aan behoud en<br />

uitbreiding, zelf aandeel te hebben in wat<br />

wij de trots <strong>van</strong> onze musea noemen. De<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt vormt daar<strong>van</strong> het<br />

instrument!’<br />

geheel in overeenstemming met deze<br />

woorden werd ook een folder uitgegeven<br />

met als wervende tekst: HOE U EEN<br />

MODERNE MAECENAS WORDT EN VRIJE<br />

TOEGANG TOT 30 MUSEA KRIJGT, om na<br />

de opsomming <strong>van</strong> een aantal belangrijke<br />

aankopen te eindigen HOE DEZE LIJST ER<br />

OVER WEER 70 JAAR ZAL UITZIEN HANGT<br />

OOK VAN U AF.<br />

in de eerste 75 jaar <strong>van</strong> haar bestaan was<br />

de positie <strong>van</strong> de vereniging al flink verstevigd.<br />

in 1958 werd door het bestuur besloten<br />

‘door de stijging <strong>van</strong> het ledental en<br />

aangezien mede door een aantal genereuze<br />

giften het vermogen <strong>van</strong> de vereniging<br />

– nog afgezien <strong>van</strong> het nationaal Fonds –<br />

thans de ƒ1.000.000,- is gepasseerd’, om<br />

de boeken der vereniging voortaan door<br />

een accountant te laten controleren.<br />

sinds de oprichting <strong>van</strong> de vereniging werd<br />

565 keer steun verleend aan 46 musea.<br />

in totaal werd een bedrag <strong>van</strong> ƒ 1.054.739<br />

geschonken en een bedrag <strong>van</strong> ƒ 3.275.919<br />

aan renteloze voorschotten verstrekt; ruim<br />

30 musea stelden inmiddels hun deuren<br />

gratis open voor de rembrandtleden.<br />

“vereeniging rembrandt weeK”<br />

aan<strong>van</strong>kelijk bedacht het bestuur het<br />

75-jarig bestaan te vieren met een overzichtstentoonstelling<br />

maar het zag daar<strong>van</strong><br />

af omdat het de musea ‘[…] niet gaarne,<br />

zelfs niet tijdelijk – <strong>van</strong> deze topstukken<br />

wilde beroven’. Het bestuur vroeg alle tot<br />

dan toe gesteunde musea mee te werken<br />

aan een “Vereeniging rembrandt week”.<br />

alle musea werd gevraagd in de week <strong>van</strong><br />

11 tot 18 oktober aandacht te geven aan<br />

de gesteunde werken en daarbij ook<br />

aandacht <strong>van</strong> pers, radio en wellicht ook<br />

televisie voor de vereniging te vragen. De<br />

meeste musea zegden hun medewerking<br />

toe, waarbij het eigenbelang soms duidelijk<br />

was. Zo voegde de directeur <strong>van</strong> het Frans<br />

Hals Museum in zijn brief toe: ‘ik hoop <strong>van</strong><br />

harte dat ik op dat tijdstip ook de aankoop<br />

<strong>van</strong> het Poppenhuis in verband zal kunnen<br />

brengen met de zegenrijke activiteiten <strong>van</strong><br />

de jubilerende <strong>Vereniging</strong>.’ een hoop die<br />

ook uitkwam!<br />

in een radiorede riep de heer Mr F.P.th.<br />

rohling <strong>van</strong> het Ministerie <strong>van</strong> onderwijs,<br />

kunsten en wetenschappen, ook niet<br />

geheel vrij <strong>van</strong> eigenbelang, de luisteraar<br />

op de <strong>Vereniging</strong> rembrandt te steunen:<br />

‘iedereen weet dat in nederland veel<br />

verenigingen bestaan die <strong>van</strong> de overheid<br />

subsidies ont<strong>van</strong>gen. Maar weinig mensen<br />

weten dat er een vereniging bestaat welke<br />

aan de overheid subsidies geeft. in dit opzicht<br />

is de <strong>Vereniging</strong> uniek. De <strong>Vereniging</strong>


maecenas wordt<br />

komt de overheid, met haar ontoereikende<br />

aankoopbudgetten, te hulp met aanzienlijke<br />

giften of met belangrijke voorschotten.’<br />

aanwinsten<br />

in de jaren 1953-1963 steunde de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt 121 aankopen, verdeeld<br />

over 38 musea uit tien <strong>van</strong> de toen elf<br />

provincies <strong>van</strong> nederland; alleen Drenthe<br />

ontbrak. ter vergelijking: in de eerste tien<br />

jaar <strong>van</strong> haar bestaan, <strong>van</strong> 1883 tot 1893,<br />

steunde de <strong>Vereniging</strong> 25 aankopen,<br />

waar<strong>van</strong> 20 voor het rijksmuseum en het<br />

rijksprentenkabinet, twee voor het<br />

Provinciaal Museum assen en drie voor<br />

respectievelijk het Frans Hals Museum, het<br />

groninger Museum en het Fries Museum<br />

in leeuwarden.<br />

Bij de gesteunde aankopen ging het soms<br />

niet om één kunstwerk maar ook om<br />

29 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

meerdere werken tegelijk. Zo kreeg het<br />

Prentenkabinet <strong>van</strong> de universiteit <strong>van</strong><br />

leiden steun bij de aankoop <strong>van</strong> vijf tekeningen<br />

uit de serie Scheppingsdagen <strong>van</strong><br />

H. goltzius, werd het museum de amstelkring<br />

in staat gesteld 22 penningen met<br />

amsterdamse personen aan te kopen.<br />

Het Haags gemeentemuseum kon zeven<br />

stuks Venetiaans glas uit de zestiende en<br />

zeventiende eeuw, alsook een collectie<br />

kantonees porselein uit de veertiende,<br />

zeventiende en achttiende eeuw aan haar<br />

collectie toevoegen, dankzij de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt.<br />

cOllectie lieFtincK<br />

De grootste collectie in de periode 1953-<br />

1963 toegevoegd aan het openbaar kunstbezit<br />

betrof de aankoop <strong>van</strong> de collectie<br />

F. lieftinck: voor het Museum voor Volken-<br />

kunde, leiden, 3000 Japanse tekeningen,<br />

schetsen, ontwerpen en albumbladen, en<br />

voor het rijksprentenkabinet 4125 losse<br />

bladen en 236 Japanse prenten. De verzamelaar<br />

Ferdinandus lieftinck (1879-1959)<br />

was oorspronkelijk geïnteresseerd in de<br />

Haagse school en in de schilder Hoytema,<br />

waar<strong>van</strong> hij veel werk verzameld had.<br />

wellicht was het zijn contact met Hoytema<br />

dat zijn interesse wekte voor Japanse houtsneden.<br />

in 1938 besloot lieftinck, mede<br />

geïnspireerd door de tentoonstelling Oude<br />

Japansche Prentkunst in het gemeentemuseum<br />

Den Haag in 1938 een uitgelezen<br />

collectie <strong>van</strong> Japanse houtsneden <strong>van</strong> topkwaliteit<br />

bijeen te brengen. in de jaren<br />

hierna breidde hij zijn collectie uit tot 236<br />

stuks.<br />

toen hij in 1956 besloot zijn inmiddels tot<br />

ver over de grenzen bekende verzameling<br />

over te willen doen aan het rijk maakte de<br />

ruime steun <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

dit ook mogelijk. ‘Het aesthetisch genoegen<br />

om in een rustige omgeving Japanse<br />

prenten te bekijken was tot voor kort de<br />

talrijke bezoekers <strong>van</strong> de studiezaal <strong>van</strong><br />

het Prentenkabinet ontzegd’, zo schreef de<br />

toenmalige conservator k.g. Boon in het<br />

Portret <strong>van</strong> een courtisane<br />

kitagawa utamaro (1754-1806)<br />

kleurenhoutsnede, papier, 37,6 x 24,6 cm<br />

VoorMalige ColleCtie lieFtinCk, nu ColleCtie<br />

riJksPrentenkaBinet aMsterDaM<br />

een courtisane <strong>van</strong> de ibarakiya houdt<br />

een voorbijganger staande<br />

suzuki Harunobu (1725-1770)<br />

kleurenhoutsnede, papier, 27,2 x 19,8 cm<br />

VoorMalige ColleCtie lieFtinCk, nu ColleCtie<br />

riJksPrentenkaBinet aMsterDaM


• O G E N B L I K •<br />

de kunst <strong>van</strong> het overleven<br />

P r O f. d r H . W . va N O s<br />

samen met Frans haks blader ik door de ca talogus <strong>van</strong> de tentoonstelling L’Envolée<br />

lyrique. Paris 1945-1956. <strong>van</strong> 26 april tot 6 augustus <strong>van</strong> dit jaar werden in het<br />

musée du luxem bourg in Parijs de schilders <strong>van</strong> wat ooit de ‘ecole de Paris’ heette<br />

opnieuw getoond. nicolas de staël, Jean Fautrier, alfred manessier, Pierre soulages,<br />

wols, Jean bazaine, roger bissière, hans hartung, serge Poliakoff en al die andere<br />

a<strong>van</strong>t-gardisten <strong>van</strong> onze jeugd, ze mochten weer worden gezien, vaak na decennia<br />

<strong>van</strong> schaam teloze verwaarlozing. want de voort durende zoektocht naar de dernier<br />

cri maakte, dat wat gisteren in de smaak viel, <strong>van</strong>daag wordt vergeten en verguisd.<br />

in nederland heeft vooral het <strong>van</strong> abbe museum ooit een prachtige collectie schilderijen<br />

<strong>van</strong> deze kunstenaars aangelegd. alom werd hun werk hier bewonderd.<br />

alfred manessier kreeg in nederland vrienden en nam hier zelfs een huis. maar toen<br />

was opeens new York in en Parijs uit. de verzamelaars hielden de Parijse meesters<br />

voor gezien en reisden af naar new York om bij te dragen aan de nieuwe mythologie<br />

<strong>van</strong> het amerikaanse abstract expressionisme. manessier verdween uit neder land,<br />

teleurgesteld in zijn vrienden <strong>van</strong> vroeger, die hem nu niet meer wilden kennen.<br />

Wat maakten ze prachtige schilderijen, roepen Frans en ik om beurten uit,<br />

terwijl we de afbeeldingen in de catalogus bekijken. nu ze niet meer de helden <strong>van</strong><br />

gisteren zijn, maar de meesters <strong>van</strong> eergisteren, nu willen we ze weer zien! Zo werkt<br />

nu eenmaal het herkauwingsmechanisme <strong>van</strong> de geschiedenis <strong>van</strong> kunst. dit spijsverteringsproces<br />

kent pijnlijke bijverschijnselen. bijna alle kunstenaars <strong>van</strong> de ‘ecole<br />

de Paris’ zijn inmiddels overleden. velen <strong>van</strong> hen zwaar gedesillusioneerd. maar<br />

ook heel veel <strong>van</strong> hun werk is verdwenen. alleen kunst die de moeite waard wordt<br />

gevonden, heeft immers kans op overleven. we herinneren ons de schilders <strong>van</strong> ‘de<br />

Ploeg’ in groningen, <strong>van</strong> wie we indertijd de werken bij vuilnisbakken of uit garages<br />

weg moesten halen. nu zijn ze de meesters <strong>van</strong> eergisteren en hun werken zijn vaak<br />

zo duur geworden, dat het zelfs de moeite loont om ze te vervalsen! hoeveel is er<br />

in de tussentijd niet verloren gegaan?!<br />

maar er is nog iets anders, waardoor we worden gefrappeerd. in de catalogus komt<br />

een flink aantal hele goede schilders voor, <strong>van</strong> wie we de namen niet eens kennen.<br />

Zo heb ik bijvoorbeeld nooit gehoord <strong>van</strong> gérard schneider, marie raymond,<br />

Jacques doucet, Pierre dmitrienko en louis armand nallard, kunstenaars die absoluut<br />

niet onder doen voor degenen, wier werken toen overal in europa te zien waren.<br />

die tentoonstelling in het musée du luxembourg deed dus iets heel bijzonders: niet<br />

alleen de helden <strong>van</strong> eergisteren opnieuw laten zien, maar ook de schilders die toen<br />

al ten onrechte werden overgeslagen en nu geheel en al vergeten zijn. waarom<br />

vergeten? Omdat de één niet de goede relaties had, de ander onmogelijk was of<br />

onhandig of de weg in Parijs niet wist of omdat zij niet een hij was of omdat hij te<br />

vroeg overleed. in elk geval ligt het bijna nooit aan zijn of haar artistieke kwaliteiten,<br />

dat kan je nu door vergelijken heel goed onderkennen. Zo ging het en zo gaat<br />

het en zo zal het altijd gaan. daar helpt geen moraliseren aan. Je kunt alleen wensen,<br />

dat onze vereniging bij al die aanvragen voor financiële steun bij aankopen <strong>van</strong><br />

kunst <strong>van</strong> <strong>van</strong>daag, gisteren en eergisteren zich bewust is <strong>van</strong> deze metabolismen<br />

<strong>van</strong> de kunstgeschiedenis.<br />

• O G E N B L I K •<br />

jaarverslag <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong>. ‘De strenge<br />

conceptie <strong>van</strong> de negentiende-eeuwse prentliefhebbers,<br />

die de prent alleen om haar zwart<br />

en wit bewonderden, keurde de frivole Japanse<br />

houtsneekunst geen plaats waardig in haar<br />

heiligdom. De opvattingen veranderden toen<br />

De toulouse-lautrec met zijn kleuren-litho’s<br />

kwam, die zo sterk door de Japanse voorbeelden<br />

geïnspireerd waren. Maar amsterdam<br />

bleef bij de klassieke opvatting. De oorlog veranderde<br />

veel in de waardering <strong>van</strong> de prentkunst.<br />

De kleurenprent kwam nog sterker dan<br />

vroeger op de voorgrond en de gehele belangstelling<br />

voor de grafiek herleefde op een<br />

andere basis. niet langer mocht thans die kunst<br />

ontbreken, die europa in het laatste kwart <strong>van</strong><br />

de negentiende eeuw zo sterk heeft helpen<br />

bevrijden <strong>van</strong> al te dodende schema’s en een<br />

te veel aan reproducerende kunst.’<br />

na de aankoop <strong>van</strong> de lieftinck-collectie is de<br />

verzameling Japanse prenten <strong>van</strong> het<br />

rijksprentenkabinet steeds verder uitgebreid,<br />

waarbij zijn criterium alleen de hoogste kwaliteit<br />

aan te kopen ook altijd het uitgangspunt is<br />

gebleven.<br />

Prins bernhard FOnds<br />

in het jaar 1960 opende zich ook een belangrijk<br />

nieuw perspectief, ‘[...] doordat het Prins<br />

Bernhard Fonds heeft besloten gelden (uit de<br />

opbrengst voetbalpool-gelden) ter beschikking<br />

<strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong> rembrandt te stellen voor<br />

de aankoop <strong>van</strong> beeldende kunst. Met het<br />

Prins Bernhard Fonds is nu een regeling getroffen<br />

krachtens welke alle aanvragen om steun<br />

voor beeldende kunst worden verwezen naar<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt, die de aanvragen<br />

beoordeelt en het Prins Bernhard Fonds over<br />

de toewijzing adviseert. naar het zich laat aanzien<br />

zal dit een belangrijke uitbreiding <strong>van</strong> de<br />

mogelijkheden der vereniging betekenen, terwijl<br />

de vereniging – meer dan tot dusver – haar<br />

zorgen ook zal uitstrekken over de moderne<br />

kunst.’ Hoewel deze regeling pas begin 1961<br />

definitief in werking trad, werden in 1960 al<br />

drie objecten aangekocht met een schenking<br />

<strong>van</strong> ƒ 40.000,- uit de Prins Bernhard Fondsgelden.


het poppenhuis <strong>van</strong> sara<br />

rothé, ca, 1740<br />

Frans Hals MuseuM, HaarleM<br />

De directeur <strong>van</strong> het Prins Bernhard Fonds,<br />

de heer siedenburg, verzocht het bestuur, in<br />

afwachting <strong>van</strong> een meer definitieve regeling<br />

voor de toekomst, op zeer korte termijn reeds<br />

een voorstel te doen voor de besteding <strong>van</strong> de<br />

nog dit jaar beschikbaar komende gelden.<br />

‘ofschoon wij in verband met de grote spoed<br />

die betracht moest worden, niet in staat waren<br />

de gebruikelijke procedure te volgen’, zo<br />

schreef de secretaris <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong> aan de<br />

heer siedenburg op 20 december 1960, ‘hebben<br />

wij – teneinde aan uw wens tegemoet te<br />

komen – onderzocht welke mogelijkheden zich<br />

voordeden’. Voorstel werd gedaan voor het<br />

rijksprentenkabinet de aankoop <strong>van</strong> een aantal<br />

schetsbladen door Jan <strong>van</strong> goyen en voor het<br />

Mauritshuis een Vanitasstilleven door Pieter<br />

Claesz. te ondersteunen.<br />

De derde aanvraag die gehonoreerd kon worden<br />

met deze nieuwe bron <strong>van</strong> inkomsten was de<br />

31 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

aankoop <strong>van</strong> een schilderij <strong>van</strong> eugène Delacroix<br />

voor Museum Boijmans-Van Beuningen.<br />

De toenmalige directeur <strong>van</strong> Boijmans-Van<br />

Beuningen J.C. ebbinge wubben schreef hierover<br />

aan de <strong>Vereniging</strong>: ‘onder de kunstwerken<br />

die ons museum op het oog heeft, maar<br />

waar<strong>van</strong> ik de aankoop tot nu toe niet heb kunnen<br />

verwezenlijken door gebrek aan middelen,<br />

bevindt zich een zeer expressief en karakteristiek<br />

schilderij <strong>van</strong> eugène Delacroix. Dit paneel,<br />

37 x 25 cm, is de voorstudie <strong>van</strong> het grote stuk<br />

in de walters art gallery te Baltimore, dat 1846<br />

gedateerd is. Het treffende <strong>van</strong> de kleinere en<br />

eerdere studie is de directheid en de kracht <strong>van</strong><br />

het sentiment, naast de grote picturale qualiteiten.<br />

De onloochenbare en evidente samenhang<br />

met rubens maakt de waarde <strong>van</strong> dit werk <strong>van</strong><br />

Delacroix voor onze verzameling, die zo veel<br />

olieverfschetsen <strong>van</strong> rubens bevat, waaronder<br />

zijn Drie Kruisen, des te groter. Mede gezien<br />

het feit dat Delacroix in de verzamelingen in<br />

ons land niet rijk is vertegenwoordigd, zou hier<br />

geloof ik inderdaad <strong>van</strong> een verrijking <strong>van</strong> het<br />

nationale kunstbezit kunnen worden gesproken.<br />

De prijs <strong>van</strong> dit stukje is, in vergelijking tot<br />

de huidige prijzen op veilingen, bijzonder redelijk.<br />

De huidige eigenaar, de kunsthandelaar<br />

Dr Vitale Bloch, is bereid dit aan het museum af<br />

te staan voor ƒ 30.000,-.’<br />

‘nu het vooroverleg met de heer siedenburg<br />

reeds tot een voorstel heeft geleid, dat naar alle<br />

waarschijnlijkheid bij het bestuur <strong>van</strong> het fonds<br />

in goede aarde zou vallen, stel ik voor dat wij in<br />

dit uitzonderingsgeval maar niet meer over dit<br />

onderwerp vergaderen en de kunstwerken ook<br />

niet meer bezichtigen, doch meteen de knoop<br />

doorhakken. wij krijgen door bemiddeling <strong>van</strong><br />

het Prins Bernhardfonds zulke ruime middelen,<br />

dat ik het fonds gaarne tegemoet kom in zijn<br />

wens op zeer korte termijn een voorstel <strong>van</strong>


christus aan het kruis<br />

eugène Delacroix<br />

(1798-1863)<br />

1846. olieverfschets op<br />

paneel, 37 x 25 cm<br />

BoiJMans Van<br />

Beuningen, rotterDaM<br />

ons te ont<strong>van</strong>gen’, zo schreef de secretaris<br />

tegelijkertijd aan zijn bestuur. Het bestuur was<br />

het eens met zijn secretaris, het Prins Bernhard<br />

Fonds ging akkoord met bovenstaand voorstel<br />

en zo openden deze drie aankopen de lange<br />

reeks <strong>van</strong> werken die de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt, mede met steun <strong>van</strong> het Prins<br />

Bernhard Fonds, heeft verworven voor het<br />

openbaar kunstbezit s<br />

N o t e n<br />

1. archief <strong>Vereniging</strong> rembrandt, gemeente archief amsterdam.<br />

2. Openbaar Kunstbezit werd opgericht in 1957. Het waren besprekingen<br />

op de radio <strong>van</strong> telkens een kunstwerk in een nederlandse<br />

openbare collectie, die vervolgens in gedrukte vorm<br />

werden uitgegeven.<br />

32 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

n i e u w s<br />

daan cevat Fonds<br />

Mevrouw e.t.r. Cevat-spijker nam ter nagedachtenis<br />

aan haar overleden echtgenoot, de kunsthandelaar en<br />

verzamelaar Daan Cevat, het initiatief tot het instellen <strong>van</strong> het Daan<br />

Cevat Fonds bij de <strong>Vereniging</strong> rembrandt. Het fonds is bestemd voor het<br />

verlenen <strong>van</strong> financiële steun aan de aankoop <strong>van</strong> werken <strong>van</strong> rembrandt<br />

en <strong>van</strong> kunstenaars die rembrandt hebben beïnvloed of die door rembrandt<br />

zijn beïnvloed, dan wel door hem werden geïnspireerd.<br />

onze vereniging is mevrouw Cevat bijzonder dankbaar voor dit initiatief.<br />

ina <strong>van</strong> doormaal Fonds<br />

uit een legaat <strong>van</strong> de heer ir Piet M. <strong>van</strong> Doormaal kon het Ina <strong>van</strong><br />

Doormaal Fonds bij de <strong>Vereniging</strong> rembrandt worden ingesteld. Het<br />

fonds is bestemd voor steun aan aankopen <strong>van</strong> werken uit de school <strong>van</strong><br />

Barbizon.<br />

een nieuw themafonds: Prenten en tekeningen<br />

in Bulletin nummer 1 <strong>van</strong> dit jaar konden wij de oprichting <strong>van</strong> ons<br />

themafonds Zilver aankondigen, mogelijk gemaakt door de nalatenschap<br />

<strong>van</strong> mevrouw l.l. sjoer.<br />

een <strong>van</strong> onze leden heeft, door dit initiatief geïnspireerd, laten weten<br />

graag de eerste aanzet te willen geven tot een themafonds Prenten en<br />

tekeningen. Door middel <strong>van</strong> een notariële akte is die aanzet inmiddels<br />

gerealiseerd. wij kunnen nu dus met trots melding maken <strong>van</strong> ons tweede<br />

themafonds en hopen natuurlijk dat velen er aan zullen bijdragen. uit de<br />

nalatenschap <strong>van</strong> de heer a.J.C. Molster, die een groot liefhebber en<br />

verzamelaar <strong>van</strong> tekeningen was, kon al meteen een substantieel bedrag<br />

aan het nieuwe fonds worden toegevoegd.<br />

nóg een nieuw themafonds: glas<br />

Het fenomeen themafonds werkt aanstekelijk. een <strong>van</strong> onze leden, wier<br />

ouders afkomstig zijn uit de glasstad leerdam, besloot een themafonds<br />

Glas bij de <strong>Vereniging</strong> rembrandt in te stellen. wij juichen dit initiatief<br />

<strong>van</strong>zelfsprekend ten zeerste toe.<br />

algemene ledenvergadering in het<br />

Kröller-müller museum<br />

op zaterdag 30 september vond de algemene<br />

ledenvergadering plaats in het kröller-Müller<br />

Museum in otterlo. De belangstelling <strong>van</strong> de leden<br />

voor deze bijeenkomst was zo groot dat op een bepaald<br />

moment een registratiestop moest worden ingevoerd. Daardoor<br />

moesten tientallen leden worden teleurgesteld. wij doen ons best om<br />

geschikte locaties te vinden met een grote capaciteit maar in combinatie<br />

met een aantrekkelijke expositie is dat niet altijd eenvoudig. De ruim 350<br />

leden die wel aanwezig konden zijn bezochten na de officiële vergadering<br />

en het welkomstwoord door de directeur <strong>van</strong> het kröller-Müller<br />

Museum Dr evert <strong>van</strong> straaten de prachtig gerenoveerde Van de Veldevleugel<br />

en de tentoonstelling Living Art - on the Edge of Europe, over<br />

levende kunst <strong>van</strong> oost-europese kunstenaars uit de jaren ‘60/‘70.


v a n d e v e r e n i g i n g<br />

bestuur en raad <strong>van</strong> adviseurs<br />

De algemene ledenvergadering <strong>van</strong> 30 september jl. is akkoord gegaan<br />

met de volgende mutaties in het Bestuur en de raad <strong>van</strong> adviseurs <strong>van</strong><br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt.<br />

Bestuur<br />

Jhr Mr a.a. loudon, vice-voorzitter en Prof. Dr C. Blotkamp traden<br />

terug uit het Bestuur.<br />

Dr M. sanders werd benoemd tot vice-voorzitter en de heren Mr H.g.<br />

Boumeester en Drs C.o.a. baron schimmelpenninck <strong>van</strong> der oije tot lid<br />

<strong>van</strong> het bestuur.<br />

De heren Drs H.B. <strong>van</strong> wijk ra, Prof. Dr P.a. Hecht en Mr J.g. de Vries<br />

robbé werden in het Bestuur herbenoemd.<br />

Raad <strong>van</strong> Adviseurs<br />

De heren Mr Drs l.C. Brinkman, Drs r.H. Fuchs en Mr r. groenink traden<br />

terug uit de raad <strong>van</strong> adviseurs.<br />

Mevrouw Dr H.H. Pijzel-Dommisse en de heren Dr J.n.M. <strong>van</strong> adrichem,<br />

Prof. Dr C. Blotkamp, Mr H.g. Boumeester, Mr H.F. Heerkens thijssen,<br />

Prof. Dr V. Manuth en a.g.l. strengers werden benoemd in de raad<br />

<strong>van</strong> adviseurs.<br />

De heer Boumeester werd aansluitend benoemd tot lid <strong>van</strong> het Bestuur<br />

en maakt daarom geen deel meer uit <strong>van</strong> de raad <strong>van</strong> adviseurs.<br />

Herbenoemd in de Raad <strong>van</strong> Adviseurs werden:<br />

Mevrouw Prof. Dr C.a. Cha<strong>van</strong>nes-Mazel en de heren Prof. Dr J.th.M.<br />

Bank, Drs J.H. Heijningen nanninga, Drs ing. C. Maas, Mr l.J.r. ridder<br />

<strong>van</strong> rappard, Mr s.a. reinink en a.l.stal.<br />

alle benoemingen gelden voor maximaal vier jaar. Voor een volledig<br />

overzicht <strong>van</strong> het Bestuur en de raad <strong>van</strong> adviseurs verwijzen wij naar<br />

pagina 2 <strong>van</strong> dit Bulletin.<br />

Het Bestuur dankt de teruggetreden Bestuursleden en adviseurs zeer<br />

voor hun inzet ten behoeve <strong>van</strong> het openbaar kunstbezit gedurende vele<br />

jaren.<br />

bijeenkomst in de westerkerk<br />

ter gelegenheid <strong>van</strong> het rembrandtjaar<br />

<strong>2006</strong> organiseerde de westerkerk, waar<br />

rembrandt begraven ligt, in samenwerking<br />

met het rijksmuseum, het<br />

rembrandthuis en de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt, op 15 oktober jl. een bijeenkomst<br />

met muziek uit rembrandts<br />

tijd en een lezing door taco Dibbits,<br />

hoofd schilderijen <strong>van</strong> het rijksmuseum,<br />

over rembrandts leven in de Jordaan.<br />

De activiteiten in het kader <strong>van</strong> het rembrandtjaar zijn volgens gegevens<br />

<strong>van</strong> het nederlands Bureau voor toerisme buitengewoon succesvol<br />

gebleken. Vooral de diverse aan rembrandt gewijde tentoonstellingen<br />

konden op grote bijval <strong>van</strong> een zeer breed publiek rekenen.<br />

33 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

titus cirkel<br />

De leden <strong>van</strong> de titus Cirkel werd op 25 september jl. op uitnodiging<br />

<strong>van</strong> de bekende fotograaf/verzamelaar willem Diepraam en het<br />

rijksmuseum ont<strong>van</strong>gen bij willem Diepraam thuis. De gastheer zelf en<br />

het hoofd <strong>van</strong> het rijksprentenkabinet ger luijten gaven, mede aan de<br />

hand <strong>van</strong> een gedeelte <strong>van</strong> de collectie Diepraam, een boeiende toelichting<br />

op het fenomeen fotoverzamelingen.<br />

op 12 november waren de titusleden met hun kinderen te gast in<br />

het nationaal Museum <strong>van</strong> speelklok tot Pierement te utrecht voor een<br />

muzikale rondleiding en aansluitende lunch.<br />

vereniging rembrandt op de pan<br />

Van 19 tot 26 november <strong>2006</strong> zal de <strong>Vereniging</strong><br />

rembrandt weer acte-de-présence geven op de<br />

pan kunst- en antiekbeurs in amsterdam. onze<br />

vereniging zal leden en kandidaat-leden graag<br />

ont<strong>van</strong>gen in de gecombineerde stand <strong>van</strong> de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt en de Collectorsgroup.<br />

Degene die zich op de pan als lid <strong>van</strong> de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt aanmeldt ont<strong>van</strong>gt gratis<br />

de fraaie rembrandtagenda 2007. Dit geldt ook<br />

voor degene die een nieuw lid aanbrengt.<br />

ledenaanbieding: rembrandt agenda 2007<br />

naar aanleiding <strong>van</strong> het rembrandtjaar stelt de Collectors group een<br />

speciale rembrandt agenda samen. in deze agenda worden alle werken<br />

<strong>van</strong> rembrandt opgenomen die verworven zijn met steun <strong>van</strong> de<br />

<strong>Vereniging</strong> rembrandt.<br />

De rembrandt agenda bevat, naast vele kleurrijke illustraties, ook het<br />

verhaal hoe de aankoop destijds tot stand is gekomen, waardoor de<br />

aandacht wordt gevestigd op het belang <strong>van</strong> particuliere schenkingen<br />

aan het openbaar kunstbezit.<br />

De fraai uitgevoerde agenda (157 pagina’s; 19,7 x 24 cm) heeft een hard<br />

cover, goud op snee en wordt geleverd in een bijpassende verzenddoos.<br />

leden <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong> rembrandt betalen de speciale prijs <strong>van</strong><br />

€ 34,95 (normale prijs: € 39,50)


algemeen<br />

De <strong>Vereniging</strong> rembrandt<br />

werd onder de naam<br />

Vereeniging <strong>Rembrandt</strong> tot<br />

behoud in Nederland <strong>van</strong><br />

kunstschatten opgericht op<br />

24 september 1883.<br />

Het doel <strong>van</strong> de vereniging is het behouden<br />

en uitbreiden <strong>van</strong> kunstschatten voor nederland,<br />

en het verrijken <strong>van</strong> het openbare bezit<br />

aan kunstschatten in nederland, het daartoe<br />

vergroten <strong>van</strong> de publieke belangstelling voor<br />

en het verhogen <strong>van</strong> de kennis <strong>van</strong> het roerend<br />

cultureel erfgoed, in het bijzonder in nederlandse<br />

openbare collecties. De vereniging is<br />

ingeschreven bij de kamer <strong>van</strong> koophandel te<br />

amsterdam, no. V40531186.<br />

Op welke wijze levert uw schenking meer op?<br />

p een gift is een schenking uit vrijgevigheid<br />

zonder dat daar op geld waardeerbare aanspraken<br />

tegen over staan. De <strong>Vereniging</strong> rembrandt is<br />

gebaat bij elke gift. De gift kan in geld of natura<br />

(w.o. kunstvoorwerpen) geschieden en als<br />

eenmalige of peri o -dieke schenking gedaan<br />

worden. Fiscaal is het het aantrekkelijkst voor u<br />

om de schenking in vijf of meer vaste termijnen<br />

te voldoen. Voor een dergelijke gift is, evenals bij<br />

erfstellingen of legaten, het inschakelen <strong>van</strong> een<br />

notaris nodig. De Vere ni ging rembrandt is bereid<br />

de notariële kosten voor haar rekening te nemen<br />

bij periodieke giften <strong>van</strong>af € 200,- per termijn.<br />

p Door erfstelling of legaat kunt u uw vermogen,<br />

een bedrag en/of kunstvoorwerpen nalaten aan<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt. De bestemming <strong>van</strong><br />

de kunstvoorwerpen kan worden bepaald in<br />

overleg met de <strong>Vereniging</strong> rembrandt. Hiervoor<br />

geldt onder bepaalde voorwaarden de genoemde<br />

vrijstelling <strong>van</strong> successierechten.<br />

p ten slotte noemen wij de bijzondere mogelijkheid<br />

dat erfgenamen het successierecht gedeelte-<br />

34 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

lidmaatschaP<br />

ingevolge besluit <strong>van</strong> de algemene leden ver -<br />

ga dering 2005 zijn de contributies met ingang<br />

<strong>van</strong> <strong>2006</strong> als volgt vastgesteld:<br />

p gewoon lidmaatschap:<br />

(tenminste) € 60,- per jaar<br />

p echtpaar/partners lidmaatschap (twee personen):<br />

(tenminste) € 85,- per jaar<br />

p jongerenlidmaatschap (t/m 25 jaar):<br />

(tenminste) € 20,- per jaar<br />

p lidmaatschap voor het leven:<br />

<strong>van</strong>af € 1.200,- (eenmalig)<br />

p partnerlidmaatschap voor het leven:<br />

<strong>van</strong>af € 2.000,- (eenmalig)<br />

p bedrijfslidmaatschap:<br />

(tenminste) € 1.000,- per jaar<br />

lijk voldoen door overdracht <strong>van</strong> kunstvoorwerpen<br />

aan de staat. u kunt ons hierover raadplegen.<br />

waaraan draagt u bij?<br />

u draagt bij aan de realisatie <strong>van</strong> de algemene<br />

doelstelling <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong> rembrandt: verrij -<br />

king <strong>van</strong> ons openbaar kunstbezit in algemene zin,<br />

of aan de verwerving <strong>van</strong> kunstwerken op een<br />

bepaald verzamelgebied. nieuwe mogelijkheden<br />

zijn: een rembrandtfonds op naam of een<br />

themafonds.<br />

wat is een rembrandtfonds op naam?<br />

een persoonlijke manier <strong>van</strong> schenken of nalaten.<br />

Het is een apart fonds, waar<strong>van</strong> de oprichter in<br />

samenspraak met de <strong>Vereniging</strong> rembrandt de<br />

naam bepaalt (bijvoorbeeld de naam <strong>van</strong> de<br />

stichter[s]), de doelstelling en de wijze <strong>van</strong><br />

besteding. Voor een rembrandtfonds op naam<br />

geldt een minimum bedrag <strong>van</strong> € 75.000.<br />

wat is een themafonds?<br />

Deze fondsen worden in het leven geroepen voor<br />

leden die in aanvulling op de contributie een<br />

gift <strong>van</strong> (tenminste) € 250,- doen, kunnen<br />

voor dat jaar de status <strong>van</strong> Donateur verkrijgen.<br />

De leden hebben op vertoon <strong>van</strong> hun lidmaatschapskaart<br />

gratis toegang tot de permanente<br />

collecties <strong>van</strong> de ruim honderd musea waaraan<br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt steun heeft verleend,<br />

alsmede tot de ledenvergaderingen en de bijzondere<br />

ledenbijeenkomsten. Voorts ont<strong>van</strong>gen<br />

de leden het Bulletin met actuele informatie en<br />

beschouwingen door experts en fraaie afbeeldingen<br />

<strong>van</strong> de kunstwerken die met steun <strong>van</strong><br />

de <strong>Vereniging</strong> rembrandt zijn verworven (echtpaar/partnersleden<br />

ont<strong>van</strong>gen één Bulletin).<br />

Voor nadere informatie kunt u contact opnemen<br />

met het bureau <strong>van</strong> de <strong>Vereniging</strong> rembrandt.<br />

g e v e n O m K u n s t ? d e K u n s t v a n h e t g e v e n !<br />

De <strong>Vereniging</strong> rembrandt steunt kunstaankopen <strong>van</strong> musea<br />

ten behoeve <strong>van</strong> ons openbaar kunstbezit. Van overheidswege<br />

wordt dit particulier initiatief fiscaal ondersteund. Voor giften<br />

<strong>van</strong> particulieren gelden onder bepaalde voorwaarden aftrek-<br />

mogelijkheden voor de inkomsten- en successiebelasting.<br />

De <strong>Vereniging</strong> rembrandt is geheel vrijgesteld <strong>van</strong> schenkings-<br />

en successierechten. Zo kan zij optimaal profiteren <strong>van</strong> uw<br />

gift tijdens uw leven of bij erfstelling.<br />

degenen die geïnteresseerd zijn in een<br />

bepaald verzamelgebied. u kunt bijdragen aan<br />

een afzonderlijk themafonds, bedoeld om<br />

bepaalde onderdelen <strong>van</strong> de openbare collecties<br />

te steunen, bijvoorbeeld 17de-eeuwse schilderkunst,<br />

religieuze kunst, prenten en tekeningen,<br />

beeldhouwkunst, kunstnijverheid of moderne<br />

kunst. op deze wijze kunt u daadwerkelijk<br />

bijdragen aan kunstaankopen in bepaalde<br />

richtingen. in een themafonds kunt u participeren<br />

<strong>van</strong>af € 5.000. in 2005 is bijvoorbeeld<br />

uit de nalatenschap <strong>van</strong> mevrouw l.l. sjoer het<br />

‘Zilverfonds’ gesticht.<br />

nadere informatie<br />

wij geven u graag nadere informatie over de<br />

vermelde mogelijkheden. Hiervoor is een speciale<br />

brochure geven om kunst? De kunst <strong>van</strong> het<br />

geven samengesteld, die wij u desgevraagd<br />

toezenden. wij nodigen u uit om hierover<br />

contact op te nemen met het Bureau (Drs<br />

H.M. Blankenberg, telefoon 070-427 17 20,<br />

e-mail: blankenberg@verenigingrembrandt.nl).


de leden <strong>van</strong> de vereniging rembrandt hebben op vertoon <strong>van</strong> het bewijs <strong>van</strong> lidmaatschap vrije toegang tot de vaste collecties <strong>van</strong> de<br />

musea die sinds de oprichting <strong>van</strong> de vereniging in 1883 zijn gesteund bij de aankoop <strong>van</strong> kunstwerken. dit zijn:<br />

alKmaar • stedelijk Museum<br />

amerOngen • kasteel amerongen<br />

amersFOOrt • Museum Flehite<br />

amstelveen • Cobra Museum<br />

amsterdam • allard Pierson Museum<br />

• amsterdams Historisch Museum<br />

• Bijbels Museum<br />

• Joods Historisch Museum<br />

• Museum amstelkring<br />

• Museum het rembrandthuis<br />

• Museum willet-Holt huysen<br />

• nederlands scheep vaartmuseum<br />

• Pijpenkabinet & smokania<br />

• rijksmuseum<br />

• stedelijk Museum<br />

• stedelijk Museum Bureau<br />

amsterdam<br />

• tropenmuseum<br />

• Van gogh Museum<br />

aPeldOOrn • Paleis Het loo-nationaal Museum<br />

aPPingedam • Museum stad appingedam<br />

arnhem • gemeentemusea<br />

assen • Drents Museum<br />

asten • Beiaard- en natuurmuseum asten<br />

berg en dal • afrika Museum<br />

bergen OP ZOOm • Het Markiezenhof<br />

beverwiJK • Museum kennemerland<br />

breda • Breda’s Museum<br />

brielle • Historisch Museum Den Briel<br />

delFt • Museum lambert <strong>van</strong> Meerten<br />

• legermuseum<br />

• stedelijk Museum Het Prinsen hof<br />

• Volkenkundig Museum nusan ta r a<br />

deventer • gemeentemusea<br />

dOrdrecht • Dordrechts Museum<br />

• Museum Mr. simon <strong>van</strong> gijn<br />

eindhOven • Museum kempenland<br />

• stedelijk Van abbemuseum<br />

enKhuiZen • stg rijksmuseum Zuiderzeemuseum<br />

enschede • rijksmuseum twenthe<br />

gOrinchem • gorcums Museum<br />

gOuda • museumgouda<br />

’s-gravenhage • gemeentemuseum Den Haag<br />

• Haags Historisch Museum<br />

• koninklijk kabinet <strong>van</strong><br />

35 <strong>Vereniging</strong> reMBranDt naJaar <strong>2006</strong><br />

schilderijen Mauritshuis<br />

• Museum Meermanno<br />

• Museum Mesdag<br />

grOningen • groninger Museum<br />

haarlem • Frans Halsmuseum<br />

• teylers Museum<br />

hattem • Voerman Museum<br />

’s-heerenberg • kasteel Huis Bergh<br />

helmond • gemeentemuseum Helmond<br />

’s-hertOgenb<strong>Os</strong>ch • sM’s<br />

• noordbrabants Museum<br />

heusden a/d maas • Het gouverneurshuis<br />

hilversum • goois Museum<br />

hOOrn • westfries Museum<br />

KatwiJK • katwijks Museum<br />

laren • singer Museum<br />

leeK • nationaal rijtuigenmuseum<br />

leens • Borg Verhildersum<br />

leerdam • nationaal glasmuseum<br />

leeuwarden • Fries Museum<br />

• Museum Het Princessehof<br />

nationaal keramiekmuseum<br />

leiden • Museum Boerhaave<br />

• Prenten ka binet der rijks-<br />

univer si teit<br />

• rijksmuseum Het koninklijk<br />

Penningkabinet<br />

• rijksmuseum <strong>van</strong> oudheden<br />

• rijksmuseum voor Volken kunde<br />

• stedelijk Museum De lakenhal<br />

lO<strong>Os</strong>drecht • kasteel-Museum sypesteyn<br />

maarssen • slot Zuylen<br />

maastricht • Bonnefantenmuseum<br />

marKen • Marker Museum<br />

middelburg • Zeeuws Museum<br />

niJmegen • Museum Het Valkhof<br />

OtterlO • kröller-Müller Museum<br />

• nederlands tegelmuseum<br />

Purmerend • Purmerends Museum<br />

ridderKerK • Huys ten Donck (alleen de tuinen)<br />

rOermOnd • stedelijk Museum roermond<br />

rOtterdam • atlas <strong>van</strong> stolk/Het schielandhuis<br />

(Historisch Museum rotterdam)<br />

• Maritiem Museum rotterdam<br />

• Museum Boijmans Van Beuningen<br />

• wereldmuseum rotterdam/<br />

Museum voor Volkenkunde<br />

• nai nederlands architec tuur-<br />

in sti tuut<br />

rOZendaal • kasteel rosendael<br />

de riJP • rijper Museum in ‘t Houten Huis<br />

riJswiJK (Zh) • Museum Het tollenshuis<br />

schiedam • stedelijk Museum<br />

schOOnhOven • goud-, Zilver-, en klokkenmuseum<br />

sluis • oudheidkundige Verzameling<br />

Belfort sluis<br />

sneeK • Fries scheepvaart Museum<br />

tiel • streekmuseum De groote<br />

sociëteit<br />

tilburg • De Pont, stichting voor<br />

hedendaagse kunst<br />

• textielmuseum<br />

uden • Museum voor religieuze kunst<br />

uithuiZen • Menkemaborg<br />

utrecht • Centraal Museum<br />

• nationaal Museum <strong>van</strong><br />

speelklok tot Pierement<br />

• Museum Catharijneconvent<br />

vaassen • kasteel de Cannenburch<br />

velsen-Zuid • Museum Beeckestijn<br />

vlissingen • Zeeuws maritiem muZeeum<br />

vOOrburg • Museum swaensteyn<br />

vOOrschOten • kasteel Duivenvoorde<br />

weesP • gemeentemuseum<br />

wiJhe • Museum de Fundatie/kasteel<br />

Het nijenhuis<br />

wOerden • stadsmuseum woerden.<br />

Zaandam • Museum <strong>van</strong> het nederlandse<br />

uurwerk<br />

ZaltbOmmel • Maarten <strong>van</strong> rossummuseum<br />

ZieriKZee • Maritiem Museum Zierikzee<br />

• stadhuismuseum<br />

ZutPhen • Museum Henriëtte Polak in<br />

De wildeman<br />

• stedelijk Museum<br />

zwolle • Museum de Fundatie/Paleis aan<br />

de Blijmarkt<br />

• stedelijk Museum


in 2005 met steun <strong>van</strong> de vereniging rembrandt aangekochte werken:<br />

aMsterDaM<br />

allard Pierson Museum<br />

veldheer te paard <strong>van</strong><br />

terracotta,<br />

ca 300 voor Chr.<br />

aMsterDaM<br />

rembrandthuis<br />

athalia verdreven uit<br />

de tenpel door Jojada,<br />

ca 1610-1620<br />

rombout <strong>van</strong> uylenburgh<br />

aMsterDaM<br />

rembrandthuis<br />

de ontmoeting <strong>van</strong> Jacob<br />

en rachel<br />

bij de bron<br />

Jan tengnagel<br />

aMsterDaM<br />

rijksmuseum<br />

Portret <strong>van</strong> een<br />

afrikaanse man,<br />

ca 1525-1530<br />

Jan Mostaert<br />

aMsterDaM<br />

rijksmuseum<br />

Zilveren kandelaar,<br />

1687<br />

adam loofs<br />

aMsterDaM<br />

rijksmuseum<br />

Kabinet, vervaardigd<br />

voor amalia <strong>van</strong> solms,<br />

1650-1660<br />

wilhelm de rots<br />

aMsterDaM<br />

rijksmuseum<br />

Portret <strong>van</strong> mevrouw<br />

de lange, 1900<br />

Jan toorop<br />

aPelDoorn<br />

Museum Paleis Het loo<br />

vivat Oraenge, ca 1670<br />

Jan Davidsz de Heem<br />

asten<br />

nationaal Beiaard<br />

Museum<br />

aardewerken<br />

Pien chung<br />

DelFt<br />

legermuseum<br />

Koppel ivoren<br />

pistolen, 1675-1680<br />

Jacob kosters<br />

Den Haag<br />

gemeentemuseum<br />

vier glas-in-lood<br />

ramen, 1917-1920<br />

Chris lebeau<br />

Den Haag<br />

Mauritshuis<br />

Oude vrouw en<br />

jongen met kaarsen,<br />

ca 1616-1617<br />

Peter Paul rubens<br />

Den Haag<br />

Mauritshuis<br />

gezicht op kasteel<br />

bentheim,<br />

ca 1652-1654<br />

Jacob <strong>van</strong> ruisdael<br />

DorDreCHt<br />

Dordrechts Museum<br />

stilleven met bloemen<br />

en vruchten en een<br />

dode haas,<br />

ca 1750-1780<br />

Joris Ponse<br />

DorDreCHt<br />

Dordrechts Museum<br />

serie <strong>van</strong> vijf<br />

behangsels, ca 1800<br />

Jacob en abraham<br />

<strong>van</strong> strij<br />

leeuwarDen<br />

Fries Museum<br />

amo te ama me, 1881<br />

lourens alma tadema<br />

leiDen<br />

stedelijk Museum<br />

De lakenhal<br />

collectie amphora<br />

keramiek,<br />

ca 1890-1920<br />

tilBurg<br />

nederlands textiel<br />

Museum<br />

dubbelportret <strong>van</strong> de<br />

heren <strong>van</strong> den bergh,<br />

1954<br />

Carel willink<br />

utreCHt<br />

nationaal Museum <strong>van</strong><br />

speelklok tot Pierement<br />

staande klok,<br />

ca 1785<br />

David roentgen en<br />

Peter kinzing

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!