Hoofdstuk 8 - Vlaamse Milieumaatschappij
Hoofdstuk 8 - Vlaamse Milieumaatschappij
Hoofdstuk 8 - Vlaamse Milieumaatschappij
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Tabel 8.3. : Beoordeling PCB126-depositiemetingen<br />
Depositie PCB126<br />
Verhoogd<br />
(> 26 pg TEQ/m2 .dag)<br />
matig verhoogd<br />
(> 6 pg TEQ/m2 .dag)<br />
niet verhoogd<br />
(≤ 6 pg TEQ/m2 .dag)<br />
Wanneer we de resultaten van 2006 vergelijken met<br />
waarden van voorgaande jaren, tekent zich een neerwaartse<br />
trend af. Een volledige vergelijking met de<br />
voorgaande jaren is echter niet vanzelfsprekend, gezien<br />
het meetprogramma jaarlijks wijzigt en er via de opstart<br />
van nieuwe meetposten gestreefd wordt naar het opsporen<br />
van ongekende bronnen.<br />
Figuur 8.1. geeft een grafische voorstelling van de procentuele<br />
overschrijding van de drempelwaarden van<br />
1993 tot 2006.<br />
8.4.2. PCB126<br />
Sedert 2002 wordt de depositie van de meest toxische<br />
congeneer PCB126 gemeten. In 2006 gebeurde dit op<br />
34 meetposten waar ook de dioxinedepositie gemeten<br />
werd.<br />
In tabel 8.3. worden de meetresultaten van PCB126 van<br />
de voor- en najaarscampagne van 2006 ingedeeld volgens<br />
de in Vlaanderen gehanteerde drempelwaarden<br />
voor dioxinedepositie.<br />
Uit de resultaten blijkt dat 53 % van de PCB126 deposities<br />
gemeten tijdens de voorjaarscampagne van 2006<br />
niet verhoogd zijn, tijdens de najaarscampagne was dit<br />
59 %. In 2005 was 39 % resp. 61 % van de metingen niet<br />
verhoogd.<br />
In 2006 werd er op minder locaties een verhoogde depositie<br />
gemeten: 15 resp. 6 % van de metingen waren<br />
verhoogd t.o.v. 25 resp. 11 % in 2005.<br />
Ook hier is de vergelijking tussen verschillende jaren niet<br />
zo eenvoudig aangezien de meetlocaties jaarlijks wijzigen.<br />
In een volgende paragraaf wordt er dieper ingegaan op<br />
de trends in PCB-depositie.<br />
80<br />
Voorjaar 2006<br />
34 meetresultaten<br />
Najaar 2006<br />
34 meetresultaten<br />
5 meetplaatsen: Genk, Gent, Gistel, Kallo, Wielsbeke 2 meetplaatsen: Gent, Melsele<br />
11 meetplaatsen 12 meetplaatsen<br />
18 meetplaatsen 20 meetplaatsen<br />
8.4.3. Deposities van dioxines in de omgeving<br />
van afvalverbrandingsinstallaties en industriële<br />
vestigingen<br />
We benadrukken dat depositiemetingen kunnen beïnvloed<br />
worden door meerdere bronnen in de buurt.<br />
Wanneer in Vlaanderen de eerste dioxinedepositiemetingen<br />
werden uitgevoerd, stelde men vast dat er hoge<br />
dioxinedeposities waren rond afvalverbrandingsinstallaties.<br />
Na 1993-1994 werd een belangrijke daling vastgesteld, niet<br />
alleen in de gemiddelde dioxinedepositie maar ook in de<br />
maximale deposities. Deze sterke dalingen zijn een gevolg<br />
van de saneringen die werden opgelegd door de milieu-inspectie<br />
van het departement Leefmilieu, natuur en energie<br />
en de betrokken ministers. Vanaf 1993 werden meerdere<br />
slecht functionerende huisvuilverbrandingsovens gesloten,<br />
de andere werden voorzien van een zuiveringsinstallatie.<br />
Momenteel moeten afvalverbrandingsinstallaties voldoen<br />
aan een zeer strenge emissienorm van 0,1 ng TEQ/Nm³.<br />
Daardoor zullen ze – bij een goede werking – geen belangrijke<br />
bijdrage aan de dioxinedepositie meer leveren.<br />
De dioxinedeposities gemeten in 2006 nabij de verbrandingsovens<br />
in Gent, Oostende en Roeselare zijn laag.<br />
De depositie van dioxines wordt nauw opgevolgd nabij<br />
de non-ferro installaties in Hoboken en Olen en in de<br />
nabijheid van de ferro industrie in Zelzate. In 2006 werden<br />
in Hoboken en Zelzate om de twee maand een staal<br />
gecollecteerd. In Olen werden enkel stalen genomen tijdens<br />
de voor- en najaarscampagnes.<br />
Figuur 8.2. geeft een overzicht van de dioxinedeposities<br />
gemeten in Hoboken en Zelzate in de periode februari<br />
2000 - maart 2007.