witte vrouw maastricht
witte vrouw maastricht witte vrouw maastricht
ouwhistorische verkenning DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN februari 2006 | drs. B.A.J.T. Dukers 4 BURO4 MONUMENT EN RUIMTE
- Page 2 and 3: 4 inhoudsopgave Inleiding 5 Geschie
- Page 4 and 5: 6 2 3 4 2 Scharn, Franse militaire
- Page 6 and 7: 8 5 6 bouwhistorische verkenning |
- Page 8 and 9: 10 8 9 8 voorgevel van het landhuis
- Page 10 and 11: 12 10 10 de zuidelijke zijgevel bou
- Page 12 and 13: 14 11 12 13 11 hoofdkelder richting
- Page 14 and 15: 16 15 16 17 18 15 begane grond scho
- Page 16 and 17: 18 19 20 21 19 kap richting zuiden
- Page 18 and 19: 20 22 23 24 25 bouwhistorische verk
- Page 20 and 21: 22 26 26 zuidelijk deel koetshuis,
- Page 22 and 23: 24 27 28 29 27 kapspant koetshuis 2
- Page 24 and 25: 26 bouwhistorische verkenning | DE
- Page 26 and 27: 28 30 1 31 32 33 30 Landhuis, monum
- Page 28: 30 beeldverantwoording Buro4 1,8-35
ouwhistorische verkenning<br />
DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
februari 2006 | drs. B.A.J.T. Dukers<br />
4<br />
BURO4 MONUMENT EN RUIMTE
4<br />
inhoudsopgave<br />
Inleiding 5<br />
Geschiedenis 7<br />
- achtergrond 7<br />
- historische kaarten 7<br />
- historische foto’s 9<br />
Beschrijving en waardering 11<br />
- exterieur landhuis 11<br />
- interieur landhuis 15<br />
- exterieur koetshuis 21<br />
- interieur koetshuis 23<br />
Conclusie bouwgeschiedenis 26<br />
Conclusie waardering 27<br />
Beeldverantwoording 30<br />
Bronnen 30<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN
inleiding<br />
Het landhuis met koetshuis aan de Wethouder van Caldenborghlaan 45 te<br />
Scharn, draagt nog steeds de naam 'Witte<strong>vrouw</strong>enhof', naar de religieuze<br />
orde die het landgoed tot de Franse tijd in bezit had. Sinds de jaren zestig<br />
hebben land- en koetshuis echter geen woonfunctie meer maar zijn in<br />
gebruik als kantoorruimte. In het kader van een geplande verbouwing tot<br />
schoonheidscentrum is Buro4 gevraagd een bouwhistorisch onderzoek te<br />
verrichten naar beide gebouwen. Hiertoe zal kort de voorgeschiedenis van<br />
het pand ter sprake komen, gevolgd door een beschrijving en waardering<br />
van de afzonderlijke onderdelen.<br />
redengevende omschrijving<br />
De redengevende omschrijving ten behoeve van de bescherming tot<br />
Rijksmonument luidt als volgt:<br />
"Landhuis, vroeger van het Witte<strong>vrouw</strong>enklooster te Maastricht. Uit baksteen<br />
gebouwd aan weerszijden van een binnenplaats. Woonvleugel, XIXA, met gebroken<br />
kap. In de gevel: geblokte lisenen en ingang en vensteromlijstingen van<br />
Naamse steen. Inwendig schoorsteen en stucplafond 1825."<br />
Hierbij moet worden opgemerkt dat de omschrijving gemaakt is in 1966,<br />
toen het pand als monument werd ingeschreven. Bij een grondige verbouwing<br />
in 1967 is genoemde schoorsteenmantel verdwenen en het stucplafond<br />
ofwel verborgen door een verlaagd plafond ofwel verwijderd.<br />
1<br />
1 voorgevel van de Witte<strong>vrouw</strong>enhof<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
5
6<br />
2<br />
3<br />
4<br />
2 Scharn, Franse militaire kaart uit 1748<br />
3 Scharn, detail Tranchotkaart ca.1805<br />
4 Scharn, kadastraalminuutkaart ca.1835<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN
geschiedenis<br />
Achtergrond<br />
De Witte<strong>vrouw</strong>enhof was vóór de negentiende eeuw in het bezit van de<br />
Witte<strong>vrouw</strong>en, die hun eigenlijke klooster aan het Vrijthof hadden. De hof<br />
diende eerst als winhof, later ook als buitenverblijf. Aan de hof waren grote<br />
stukken land verbonden, die dienden als inkomstenbron voor de <strong>vrouw</strong>en.<br />
Bij de komst van de Fransen in 1794 werd het landgoed tot nationaal<br />
domein verklaard. In 1797 is het verkocht aan de oud-pastoor van de<br />
St.Jacobskerk, Arnold François Roemers, voor een drietal (krankzinnige)<br />
Witte Vrouwen. In 1825 kwam het in het bezit van notaris Gulpen, die het<br />
door architect J.N. Bovi liet verbouwen tot landhuis voor zijn dochter. Zij<br />
was getrouwd met Leopold Joseph Duquesne en het echtpaar leidde een<br />
welvarend bestaan. Vermoedelijk is bij de verbouwing rond 1825 de huidige<br />
vormgeving van de buitengevels en het koetshuis tot stand gekomen.<br />
Nadat het overlijden van de laatste Duquesne die het landgoed bewoonde,<br />
worden de landerijen verkocht en het huis verhuurd. In 1967 komt het<br />
pand in het bezit van Handelsonderneming MOSAM, importeur van<br />
industriegrondstoffen. Het landhuis en koetshuis worden ingrijpend gerenoveerd<br />
tot kantoorruimte. 1 De naam van de nabijgelegen wijk<br />
'Witte<strong>vrouw</strong>enveld' verwijst heden ten dage nog steeds naar de daar gelegen<br />
landerijen in het bezit van de Witte<strong>vrouw</strong>en.<br />
Historische kaarten<br />
1748<br />
Op een Franse, militaire kaart uit 1748 is de Witte<strong>vrouw</strong>enhof afgebeeld<br />
als een aantal gebouwen die een vierkante binnenhof omringen. Aan de<br />
westzijde is een L-vormig gebouw, aan de oostzijde twee kleinere gebouwen<br />
op rechthoekig grondplan.<br />
Ca. 1805<br />
Op de Tranchotkaart uit het begin van de negentiende eeuw is de hof aangegeven<br />
als een carrévormig complex, met vier vleugels rondom een vierkante<br />
binnenhof. Tussen 1748 en 1800 hebben dus nog diverse aanbouwen<br />
plaats gevonden, die de losse gebouwen tot een volledige hof hebben<br />
verbonden.<br />
Kadastraalminuutkaart ca. 1835<br />
Op de eerste kadastrale kaart van het gebied staan het landhuis en het<br />
koetshuis afgebeeld in de huidige vorm, dat wil zeggen twee rechthoekige<br />
bouwvolumes parallel aan elkaar. Aan de noordoostzijde van het koetshuis<br />
is een smal aanbouwtje te zien, dat nu niet meer aanwezig is.<br />
1 De Maasgouw, 1880, p.371, Hees, 1979, p.152-154, Marres, Van Agt, 1972, p.229<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
7
8<br />
5<br />
6<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
5 Luchtfoto van het landhuis en<br />
koetshuis ca.1920<br />
6 Voorgevel van het landhuis in 1966<br />
7 Achtergevel van het landhuis in 1966
Historische foto’s<br />
ca.1920<br />
Op een luchtfoto uit ca. 1920 is te zien dat het landhuis aan de achterzijde<br />
een overkapping had boven de centrale toegang. De gevel was wit geschilderd<br />
en in het achterste dakschild zaten twee dakkapellen en een oeuil-deboeuf<br />
venster. De noordelijke zijgevel is blind. Het koetshuis had in de<br />
noordelijke zijgevel een centrale deur, geflankeerd door vensters, met<br />
daarboven een klein rond venster. In de achtergevel zijn tenminste twee<br />
vensters zichtbaar.<br />
1966<br />
Op twee foto's uit 1966 zijn de voor- en achterzijde van de<br />
Witte<strong>vrouw</strong>enhof te zien, vóór de grondige renovatie van 1967. De gevels<br />
hebben een vroegnegentiende-eeuws uiterlijk met een witgeschilderd metselwerk,<br />
hardstenen raamomlijstingen en T-ramen en bijpassende deuren.<br />
De voorgevel komt sterk overeen met de huidige situatie, al waren in 1966<br />
nog de negentiende-eeuwse kozijnen en dakkapellen aanwezig, die later<br />
zijn vervangen. De vensters hebben aan beide zijden luiken, behalve het<br />
meest noordelijke venster. De noordelijke zijgevel is een blinde gevel.<br />
De achtergevel heeft een onregelmatige verdeling van de vensters. Boven<br />
de centrale toegang is geen venster en de onderlinge afstand tussen de vensters<br />
is met name aan de noordzijde erg ongelijk. De westelijke zijgevel<br />
heeft twee vensters op de begane grond en één venster op de eerste verdieping,<br />
conform de huidige situatie.<br />
7<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
9
10<br />
8<br />
9<br />
8 voorgevel van het landhuis<br />
9 achtergevel van het landhuis<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN
eschrijving en waardering<br />
Exterieur Landhuis<br />
Voorgevel - De voorgevel van het landhuis is op het westen georiënteerd<br />
en is haaks op de Wethouder van Caldenborghlaan gelegen. De gevel is<br />
twee bouwlagen hoog en acht vensterassen breed. De verdeling van de vensters<br />
is echter onregelmatig. Aan de linkerzijde is één vensteras afgescheiden<br />
met een geblokte liseen, daarna volgen gevelvakken van resp. twee,<br />
drie en twee vensterassen breed, gescheiden door lisenen. Deze opzet is<br />
een gevolg van de aanwezigheid van een oudere kern (eerste drie vensterassen),<br />
die in de vroege negentiende eeuw zo symmetrisch mogelijk naar<br />
het zuiden is verlengd. De gevel is ontpleisterd.<br />
Op de begane grond zijn tuindeuren in de vijfde en achtste as. Onder de<br />
eerste drie vensters van de begane grond zijn kelderlichten. De venster- en<br />
deuropeningen zijn omgeven met omlijstingen in (geschilderde) Naamse<br />
steen. Op de begane grond zijn alle raamkozijnen (recentelijk) vervangen<br />
in kunststof, op de eerste verdieping zijn ze van hout, maar dateren vermoedelijk<br />
van de verbouwing in 1967. De gevel wordt afgesloten met een<br />
houten gootlijst. In het dakschild zijn drie dakkapellen (1967), symmetrisch<br />
verdeeld over de gevel.<br />
Waardering - De voorgevel is van hoge architectonische waarde, vanwege<br />
de achttiende-eeuwse opzet, die vrij gaaf is bewaard. De kunststof kozijnen<br />
op de begane grond doen afbreuk aan de uitstraling van de gevel. De dakkapellen<br />
refereren qua vorm aan oudere dakkapellen op dezelfde plek.<br />
Achtergevel - De achtergevel van het landhuis is aan de binnenplaats<br />
gelegen en vertoont een asymmetrische opzet. Er zijn negen vensterassen<br />
die (van links naar rechts) in groepen van resp. twee, drie en vier assen<br />
zijn verdeeld. Op de begane grond is een centrale entree, geflankeerd door<br />
hoge vensters en een secundaire toegang in de meest rechtse vensteras.<br />
Boven de entree en de vensters zijn hardstenen, moderne sculpturen aangebracht.<br />
De meeste vensteropeningen zijn origineel (achttiende-eeuws),<br />
behalve het middelste venster van de eerste verdieping, en de twee vensters<br />
in de derde vensteras van rechts. De centrale deur op de begane grond was<br />
vóór 1967 een vensteropening, de hoge vensters ernaast waren deuropeningen.<br />
Alle kozijnen zijn vervangen in 1967. In het dakschild is een centraal<br />
venster, een z.g. oeil-de-boeuf. Oorspronkelijk zat een soortgelijk<br />
venster één vensteras naar rechts en dit was geflankeerd door twee dakkapellen,<br />
die in 1967 verwijderd zijn.<br />
Waardering - De achtergevel van het landhuis heeft een redelijk hoge<br />
architectonische waarde, vanwege de vroegnegentiende-eeuwse vormgeving<br />
die nog grotendeels bewaard is gebleven. De toegevoegde vensters uit<br />
1967 zijn weliswaar niet origineel, maar verstoren de gevel niet. De gevel<br />
heeft zijn asymmetrische opzet min of meer behouden. De enige verstoring<br />
van het karakter zijn de glazen deuren bij de centrale entree; oorspronkelijk<br />
waren deze openingen niet transparant, maar gevuld met<br />
kozijnprofielen.<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
11
12<br />
10<br />
10 de zuidelijke zijgevel<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN
Zijgevels - De noordelijke zijgevel is een topgevel, bekroond met een<br />
schoorsteen (momenteel niet meer in functie). Op de begane grond en eerste<br />
verdieping zijn in 1967 en later vensteropeningen aangebracht; per<br />
bouwlaag één hoog venster en drie kleine venstertjes. In de top van de<br />
gevel is een oeil-de-boeuf, met achttiende-eeuwse vormgeving, maar daterend<br />
uit 1967. Oorspronkelijk was de gevel een blinde gevel.<br />
De zuidelijke zijgevel heeft drie vensters; twee op de begane grond en één<br />
op de eerste verdieping. Deze vensteropeningen waren vóór 1967 ook al<br />
aanwezig, maar zijn vermoedelijk niet origineel. Het venster op de eerste<br />
verdieping is namelijk loodrecht onder de schoorsteen gepositioneerd en<br />
zit dus op de plek van een (verwijderd) rookkanaal. De huidige raamkozijnen<br />
dateren uit 1967.<br />
Waardering - De noordelijke zijgevel is bij de renovatie van 1967 zwaar<br />
aangepakt, het gesloten karakter van deze gevel is hierbij volledig verloren<br />
gegaan. De vensters zijn functioneel gepositioneerd, afgestemd op interne<br />
veranderingen, waardoor de indeling van de gevel weinig architectonische<br />
waarde heeft.<br />
De zuidelijke zijgevel heeft nog dezelfde indeling als vóór 1967 en hoewel<br />
deze niet origineel is, heeft deze wel een redelijke kwaliteit.<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
13
14<br />
11 12<br />
13<br />
11 hoofdkelder richting noorden<br />
12 hoofdkelder richting zuiden<br />
13 dichtgezette doorgang in hoofdkelder<br />
14 doorkijk naar dwarskelder<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
14
Interieur landhuis<br />
Kelder - Het landhuis is aan de noordwestzijde onderkelderd. De kelder<br />
bestaat uit twee delen; een langgerekte hoofdkelder tegen de voorgevel en<br />
een smalle dwarskelder aan de zuidoostzijde hiervan, eindigend tegen de<br />
achtergevel. De hoofdkelder heeft een gedrukt, mergelstenen tongewelf en<br />
mergelstenen wanden. De (oorspronkelijke) toegang is aan de oostzijde,<br />
via een luik in de begane grondvloer. De toegangstrap heeft een mergelstenen<br />
kern, maar de treden zijn aangevuld met baksteen en stukken<br />
hardsteen. Ten westen van deze trap is een mergelstenen steekgewelf in de<br />
oostmuur, dat eindigt tegen een muurnis, die dichtgezet is in baksteen.<br />
Hiernaast is een secundaire muur onder het tongewelf aangebracht. Aan<br />
de andere zijde van deze muur is wederom een steekgewelf, met de doorgang<br />
naar de dwarskelder. Boven de doorgang is een houten lateibalk. De<br />
westmuur van de hoofdkelder is deels opgebouwd in mergel, maar heeft<br />
ook delen in handgevormde en machinale baksteen. In het mergelstenen<br />
deel is een bakstenen ontlastingsboog aangebracht. Vermoedelijk was de<br />
kelder oorspronkelijk dieper ( ca. 1,5m ) en is de oostwand later naar voren<br />
verplaatst. Bij de voorgevel zijn drie kelderlichten, waarvan het derde deels<br />
achter de zuidelijke zijmuur verdwijnt.<br />
De dwarskelder heeft eveneens een mergelstenen tongewelf en mergelstenen<br />
wanden. Bij de achtergevel is de wand in baksteen vervangen. Bij de<br />
toegang vanaf de hoofdkelder is aan de linkerzijde een bakstenen muurkast<br />
met gemetselde rondboog, waarvan de houten legplank is verdwenen.<br />
Daarachter is een mergelstenen inbouw, met kleine nis, vermoedelijk aangebracht<br />
ter ondersteuning van een bovengelegen muur. In de kelder zijn<br />
links en rechts (wijn-) rekken aangebracht in baksteen en iets uit het<br />
midden van de kelder is in de twintigste eeuw een ondersteuningsmuur in<br />
betonsteen gebouwd.<br />
Waardering - De kelders van het landhuis zijn van hoge bouwhistorische<br />
waarde. Ze zijn de enige duidelijke restanten van een oudere kern van het<br />
landhuis, die mogelijk nog teruggaat tot de late middeleeuwen. De kelders<br />
verkeren in een vrij gave staat, op enige kleine, latere aanpassingen na.<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
15
16<br />
15 16<br />
17 18<br />
15 begane grond schouw in de zuidelijke kamer (XX)<br />
16 begane grond, trap<br />
17 begane grond, entreehal<br />
18 eerste verdieping, vide en stucplafond<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN
Begane grond - De begane grond heeft van oudsher een indeling in drie<br />
delen, gescheiden door twee dikke, interne muren. De twee meest noordelijke<br />
delen hebben een scheiding in vóór en achter door een dikke scheidingsmuur<br />
in het midden van de diepte van het pand. Het zuidelijkste deel<br />
is één grote kamer van voor- tot achtergevel. Aan de noordzijde bevindt<br />
zich een oudere kern, die alleen aan de positie van de noordelijkste interne<br />
muur af te lezen is. In de voorste helft hiervan bevindt zich de toegang<br />
tot de kelder. De achterste helft is in 1967 opnieuw ingedeeld, o.a. met toiletruimten<br />
en een trappenhuis. Dit trappenhuis bestaat uit een staalconstructie<br />
met treden en armleuningen van hardhout en verkeerd in een<br />
goede staat. In het middelste deel van de begane grond is aan de achterzijde<br />
de toegangshal, met een fraaie vloer- en wandbekleding van <strong>witte</strong> marmer<br />
met zwarte strepen. Details, zoals de wandlampen, dateren eveneens<br />
uit 1967. De grote kamer in het zuidelijke deel is in 1967 van een nieuwe<br />
aankleding voorzien in een traditionalistische stijl. Er is een schouw tegen<br />
de zuidwand met een robuuste houten omtimmering, getorste, houten zuilen,<br />
beschilderde haardtegels en een gietijzeren kachel (alles XXB). In<br />
deze kamer was tot 1967 een stucplafond aanwezig, maar dit is ofwel verwijderd,<br />
of gaat schuil achter een verlaagd plafond.<br />
Volgens de bestektekeningen uit 1967 zijn de moerbalken van balklagen<br />
boven de begane grond nog grotendeels aanwezig. De kinderbinten zijn<br />
waarschijnlijk allemaal vervangen.<br />
Waardering - De oude indeling in twee helften en drie delen is van<br />
belang omdat deze duidelijk de oude kern en toegevoegde delen laat zien.<br />
De latere interne verdelingen zijn van indifferente waarde. De nog aanwezige<br />
moerbalken zijn van hoge bouwhistorische waarde. Er zijn geen historische<br />
afwerkingen van vóór 1967 bewaard gebleven. De interieurelementen<br />
uit 1967 zoals de marmeren aankleding van de hal, de trap, en de<br />
wandlampen zijn van een hoge esthetische kwaliteit en verkeren nog in<br />
een goede staat.<br />
Eerste verdieping - Op de eerste verdieping is eveneens een indeling in<br />
drie delen en twee helften. Overige invullingen zijn secundaire wanden uit<br />
1967. Het interieur stamt uit 1967. In het middelste deel is een vide boven<br />
de toegangshal, met een stalen balustrade met houten armleuning. Het<br />
plafond boven de hal is voorzien van een modern vormgegeven stucrozet,<br />
die qua vorm refereert aan de wandlampen op de begane grond.<br />
Ook op deze verdieping zijn, volgens de bestektekeningen uit 1967, de<br />
oude moerbalken van de balklagen nog aanwezig. De kinderbinten zijn<br />
vervangen.<br />
Waardering - Op de eerste verdieping is de indeling in drieën en twee<br />
helften van belang als referentie naar de oude, gegroeide situatie. De nog<br />
aanwezige moerbalklagen zijn van hoge bouwhistorische waarde. Er zijn<br />
geen bijzondere historische interieurafwerkingen, behalve de recente<br />
afwerkingen zoals de trap en de balustrade. Deze hebben een hoge esthetische<br />
kwaliteit.<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
17
18<br />
19 20<br />
21<br />
19 kap richting zuiden<br />
20 kapspant (XIXa)<br />
21 kap richting noorden<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN
Kapconstructie - Het landhuis heeft een mansardedak, gedragen door<br />
een drietal eikenhouten, achttiende-eeuwse spanten. Deze bestaan uit een<br />
paar schuine spantbenen met korbelen, waarop een dekbalk is gelegd. Op<br />
de dekbalk staat een nokstijl, die de nok ondersteunt, met aan twee zijden<br />
een schuine nokschoor. De nokschoren worden ieder op hun beurt ondersteund<br />
door een kleinere, schuine stijl. Een groot aantal van de gebruikte<br />
balken zijn hergebruikt uit oudere constructies, getuige onfunctionele<br />
pengaten. Op de uiteinden van de dekbalk zijn de eerste gordingen gelegd,<br />
de tweede gordingen zijn met een klos op de nokschoren gelegd. Tussen<br />
deze eiken gordingen zijn bij de laatste dakrenovatie nog twee grenen gordingen<br />
aangebracht om het dakvlak iets omhoog te brengen. Bij deze renovatie<br />
zijn de oude daksporen verzameld en opnieuw geplaatst bij het<br />
onderste dakschild aan weerszijden. De bovenste twee dakschilden zijn<br />
voorzien van nieuwe (grenen) daksporen en het dakbeschot is eveneens<br />
met grenenhouten planken vervangen. De spanten zijn voorzien van<br />
gekraste telmerken en dragen aan de voorzijde het telmerk '/' (1) en aan de<br />
achterzijde het telmerk '//' (2) met oplopend geen, één of twee gekraste<br />
gaatjes. Tegen de zuidelijke zijgevel is een rookkanaal, dat niet meer in<br />
functie is.<br />
Waardering - Van hoge bouwhistorische waarde zijn de gave achttiendeeeuwse<br />
onderdelen van de kap; de eikenhouten spanten, gordingbalken en<br />
daksporen van de onderste dakschilden. Het vervangen dakbeschot en de<br />
toegevoegde sporen hebben geen historische waarde, maar refereren wel<br />
aan de oude situatie.<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
19
20<br />
22<br />
23<br />
24 25<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
22 voorgevel koetshuis<br />
23 noordelijke zijgevel koetshuis<br />
24 zuidelijke zijgevel koetshuis<br />
25 zuidelijke zijgevel, dichtgezet venster
Exterieur koetshuis<br />
Voorgevel - De voorgevel van het koetshuis, aan de binnenplaats, is één<br />
bouwlaag hoog. Aan de oostzijde zijn twee deuropeningen en twee maal<br />
twee vensters, aan de westzijde is een koetspoort geflankeerd door twee<br />
vensters. De vensters en deuren hebben omlijstingen in hardsteen. Boven<br />
de tweede deur en de koetspoort zijn twee kapellen met laaddeuren, die<br />
oudere kapellen op die plek vervangen. De gevel is ontpleisterd.<br />
Waardering - De indeling van de gevel dateert van vóór 1967 en komt<br />
waarschijnlijk overeen met het ontwerp uit 1825, waardoor deze historisch<br />
waardevol is. De ramen, deuren en poort zijn van recentere datum en hebben<br />
geen bouwhistorische waarde. De laadluiken zijn vernieuwd, maar verwijzen<br />
wel naar de oude toestand.<br />
Zijgevels - De noordelijke zijgevel is een topgevel met vlechtingen. Op de<br />
begane grond zijn drie vensters met hardstenen omlijstingen, waarvan de<br />
middelste tot 1967 een deuropening was. Boven de omlijstingen zijn<br />
(oudere?) gemetselde ontlastingsbogen van de vensters zichtbaar. In de<br />
geveltop is een centrale oculus, met links en rechts daarvan een vierkant<br />
venster met hardstenen omlijstingen. Deze vensters zijn in 1967 toegevoegd.<br />
De zuidelijke zijgevel is een blinde gevel, op een venster in de geveltop na.<br />
Op de begane grond is een dichtgezet, vierkant venster. De zuidelijke zijgevel<br />
is niet gewijzigd in 1967 en dus nog in vroegnegentiende-eeuwse<br />
staat. De gevel heeft een gesloten karakter.<br />
Waardering - De gevelindeling van de noordelijke zijgevel is deels origineel,<br />
met uitzondering van de vierkante vensters in de geveltop, en heeft<br />
daarom een positieve monumentwaarde. De zuidelijke zijgevel is in originele<br />
staat en daarom van waarde.<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
21
22<br />
26<br />
26 zuidelijk deel koetshuis, boogopeningen<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN
Interieur koetshuis<br />
Begane grond - De begane grond van het koetshuis is opgedeeld in een<br />
aantal ruimtes, verdeeld over een noordelijk, zuidelijk en middendeel. In<br />
het noordelijke deel is een viertal kantoorruimtes, qua indeling daterend<br />
van de laatste grote renovatie. In het middendeel van het koetshuis, achter<br />
de tweede deur, is een open ruimte, in twee delen verdeeld door een dunne<br />
muur, opengewerkt met twee boogopeningen. Deze zijn tot stand gekomen<br />
bij de laatste verbouwing (zie bouwtekeningen 1967) en hebben zover<br />
bekend geen historische achtergrond. Deze bogen zijn ook aangebracht in<br />
de scheidingsmuur tussen het middendeel en het zuidelijke deel en in een<br />
scheidingswand in het zuidelijke deel. Het zuidelijke deel is daardoor één<br />
open ruimte die - door het ontbreken van de zoldervloerplanken - doorloopt<br />
tot in het dak. De balklaag van de zoldervloer is nog wel aanwezig en<br />
bestaat uit een drietal zware eiken balken in de lengterichting, die de spanten<br />
ondersteunen. In het midden van de ruimte worden de balken<br />
gesteund door de muur met de poortopeningen, maar door het aanbrengen<br />
van de openingen in 1967 is deze muur constructief aangetast. In de<br />
achtergevel van deze ruimte zijn drie dichtgezette vensteropeningen zichtbaar.<br />
Waardering - De indeling van het noordelijke deel van de begane grond<br />
dateert grotendeels uit 1967 en heeft daarom weinig historische waarde.<br />
De muren met de opengewerkte poorten in het middendeel en zuidelijke<br />
deel zijn van oudere oorsprong, maar verzwakt door de openingen en daarom<br />
slechts van positieve waarde. De muren dienden ooit ter ondersteuning<br />
van de balklagen. De poortopeningen zelf zijn van recente datum en daarom<br />
niet van historische waarde.<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
23
24<br />
27<br />
28 29<br />
27 kapspant koetshuis<br />
28 kap koetshuis richting zuiden<br />
29 interne topgevel koetshuis richting noorden<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN
Kapconstructie - Het dak van het koetshuis wordt gedragen door de centrale<br />
topgevel en de drie spanten aan weerszijden daarvan. De spanten aan<br />
de noordzijde zijn begin negentiende eeuw samengesteld, uit oudere balken.<br />
Ze bestaan uit schuine spantbenen met een voetschoor, waarop de<br />
dekbalk gelegd is. Op de dekbalk staat een nokstijl, met twee schuine nokschoren,<br />
die weer apart gesteund worden door een stijltje dat op de dekbalk<br />
rust. De nokstijl wordt extra ondersteund door een stijl onder de dekbalk.<br />
De nokgording is in grenen vervangen en er zijn nieuwe gordingen in grenen<br />
toegevoegd. De spanten zijn voorzien van latere (twintigste-eeuwse)<br />
toevoegingen, vanwege een ophoging van het dakvlak. De muurplaten zijn<br />
verdwenen, aan de achterzijde is de borstwering iets verhoogd.<br />
Ten zuiden van de interne topgevel is slechts één origineel spant bewaard<br />
gebleven. Aan weerszijden van dit spant is een nieuw grenen spant aangebracht.<br />
Ook hier zijn de gordingen en nokbalk in grenen vervangen.<br />
In de topgevel zijn in 1967 twee rondbogen aangebracht, waarvan de<br />
westelijke recent is dichtgezet en de oostelijke een deuropening heeft.<br />
Waardering - De originele spanten zijn van hoge monumentale waarde,<br />
de latere toevoegingen in grenen hebben geen historische waarde en zijn<br />
op sommige plekken zelfs storend. De toegevoegde spanten zijn van lage<br />
waarde en dus vervangbaar. De topgevel heeft waarde als scheidend element<br />
binnen het koetshuis maar is al aangetast door de openingen op de<br />
begane grond en eerste verdieping.<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
25
26<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
conclusie bouwgeschiedenis<br />
Oudste kern (ca. XV-XVI)<br />
Het landhuis van de Witte<strong>vrouw</strong>enhof heeft een oude kern, die vermoedelijk<br />
teruggaat tot de late middeleeuwen. Het belangrijkste relict hiervan is<br />
de mergelstenen kelder. De driedeling op de begane grond en de afwijkende<br />
richting van de balklagen laten zien dat het bestaande gebouw in fases<br />
tot stand is gekomen, met het meest oostelijke deel (boven de kelder) als<br />
oudste. Omdat de balklagen niet in het zicht waren tijdens het onderzoek<br />
is verdere informatie over de bouwfasen binnen het landhuis niet voorhanden.<br />
Volgens de Tranchotkaart was de hof begin negentiende eeuw groter<br />
dan nu en had deze een carrévorm. Mogelijk zijn hiervan nog resten in<br />
de bodem aanwezig.<br />
Ca. 1825<br />
Bij de grote modernisering van rond 1825 is een aantal gebouwen van de<br />
hof afgebroken. Het is mogelijk dat dit slechts schuur- of stalgebouwen<br />
betroffen of vleugels in vakwerk. Van de westelijke vleugel, het huidige<br />
landhuis, werd zo goed en zo kwaad mogelijk een voor die tijd modern<br />
huis gemaakt, vooral door de gevels opnieuw vorm te geven. Hoewel de<br />
vensters in voor- en achtergevel gestandaardiseerd werden, bleef de gefaseerde<br />
bouwgeschiedenis van het huis zichtbaar door de onregelmatige<br />
vensterasverdeling, met name in de achtergevel.<br />
De oostelijke vleugel werd verbouwd tot koetshuis, het is niet duidelijk of<br />
de vleugel hiervoor opnieuw werd opgebouwd of dat een bestaand gebouw<br />
werd aangepast. Het landhuis en het koetshuis kregen beide een nieuwe<br />
kapconstructie, deels bestaand uit hergebruikt eikenhout.<br />
1967<br />
In 1967 werden landhuis en koetshuis ingrijpend gerenoveerd. Alle ramen<br />
en deuren werden vervangen en in de achtergevel van het landhuis werden<br />
zelfs drie vensters toegevoegd. De oude dakkapellen werden vervangen, en<br />
aan de achterzijde van het landhuis zelfs verwijderd. De interne indeling<br />
van beide gebouwen werd veranderd, vrijwel alle historische afwerkingen<br />
werden verwijderd of weggewerkt, ondermeer door systeemplafonds. Het<br />
landhuis kreeg een representatieve hal met een moderne inrichting en de<br />
balklaag van de eerste verdieping werd hier doorbroken ten behoeve van<br />
een vide. De kaponderdelen werden opnieuw gerangschikt en de kaphellingen<br />
iets aangepast. Hiervoor werden, waar nodig, nieuwe gordingen en<br />
sporen toegevoegd.<br />
Interne wanden van het koetshuis, die ter ondersteuning van de langsgeplaatste<br />
moerbalken waren gebouwd, werden opengewerkt met poortopeningen,<br />
vermoedelijk om beter met voertuigen te kunnen manoeuvreren.
conclusie waardering<br />
De Witte<strong>vrouw</strong>enhof heeft een redelijk hoge architectuurhistorische<br />
waarde, vanwege de vroegnegentiende-eeuwse, luxueuze vormgeving van<br />
het landhuis en het koetshuis, die in redelijke mate bewaard is gebleven,<br />
ondanks de toevoeging van vensteropeningen in 1967.<br />
De bouwhistorische waarde van het landhuis is hoog. Het pand heeft een<br />
gefaseerde bouwgeschiedenis, vermoedelijk vanaf de late middeleeuwen<br />
tot op heden. Belangrijke elementen die bijdragen aan deze waarde zijn: de<br />
kelder, de delende muren en de balklagen op de begane grond en eerste<br />
verdieping en de originele kaponderdelen. Qua interieurafwerkingen is er<br />
weinig bewaard van vóór de twintigste eeuw. Hoewel de renovatie in 1967<br />
ingrijpend was ten opzichte van de historische afwerkingen, zijn de toen<br />
gerealiseerde afwerkingen van met name de hal en het trappenhuis van<br />
hoge esthetische waarde en op de lange termijn van belang voor de<br />
geschiedenis van het interieur in het algemeen.<br />
Het koetshuis heeft een redelijk hoge bouwhistorische waarde, die met<br />
name voorkomt uit de eiken balklaag en kapspanten. Qua indeling zijn de<br />
interne topgevel en de ondersteunende muren van belang, maar deze zijn<br />
qua bouwmassa reeds aangetast door het inbreken van de poorten in 1967.<br />
Samen met de tuinaanleg zijn landhuis en koetshuis sterk beeldbepalend<br />
voor de hoek van de Wethouder van Caldenborghlaan en de Vrijheidslaan.<br />
Samen met een paar andere panden in de omgeving vormt de<br />
Witte<strong>vrouw</strong>enhof het restant van de oudste bebouwing van Scharn. De stedenbouwkundige<br />
waarde van het complex is daarom hoog en verdient aandacht<br />
bij planvorming.<br />
De monumentale waarden van de gebouwen zijn aangegeven op de volgende<br />
kaarten. Hierbij is gebruikt gemaakt van een klassering in 'hoge<br />
monumentale waarde', waarvan behoud noodzakelijk is, 'positieve monumentale<br />
waarde', waarvan behoud wenselijk is en tenslotte 'indifferente<br />
monumentale waarde', waarvan vervanging of verwijdering vanuit monumentaal<br />
opzicht geen bezwaar is.<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
27
28<br />
30 1<br />
31<br />
32<br />
33<br />
30 Landhuis, monumentale waardenkaart kelder<br />
31 Landhuis, monumentale waardenkaart begane grond<br />
32 Landhuis, monumentale waardenkaart eerste verdieping<br />
33 Landhuis, monumentale waardenkaart kap<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
1<br />
Waardering<br />
hoge monumentale waarde,<br />
positieve monumentale waarde,<br />
lage of indifferente monumentale waarde
34<br />
35<br />
34 Koetshuis, monumentale waardenkaart begane grond<br />
35 Koetshuis, monumentale waardenkaart kap<br />
Waardering<br />
hoge monumentale waarde,<br />
positieve monumentale waarde,<br />
lage of indifferente monumentale waarde<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
29
30<br />
beeldverantwoording<br />
Buro4 1,8-35<br />
HVN architecten bna 5<br />
Müller-Miny 1967 3<br />
Rijksarchief Limburg 6,7<br />
Van Ermen 1985 2<br />
bouwhistorische verkenning | DE WITTEVROUWENHOF | SCHARN<br />
bronnen<br />
Literatuur<br />
De Maasgouw, 1880, p.371<br />
Marres, Van Agt, Nederlandse Monumenten van Geschiedenis en Kunst;<br />
Zuid-Limburg uitgezonderd Maastricht, Arnhem 1972<br />
Müller-Miny, Kartenaufnahme der Rheinlande durch Tranchot und von<br />
Müffling, 1803-1820, Keulen 1967-1971<br />
Van Bermen, Limburg in prent en kaart; historisch cartografisch overzicht van<br />
Belgisch en Nederlands Limburg, Weesp 1985<br />
Van Hees, Maastrichtse Monumententaal, Maasbree 1979<br />
HamersVoorveltNijssen architecten bna<br />
Bouwtekeningen verbouwing 1967<br />
(architecten- en ingenieursbureau de Wit en van Pelt, Maastricht)<br />
Bouwtekeningen bestaande toestand<br />
Rijksarchief Limburg<br />
Fotocollectie, negatiefnrs. 08578, 08579, 08620<br />
www.dewoonomgeving.nl<br />
kadastraalminuutkaart ca. 1835