12.09.2013 Views

Een geannoteerd overzicht van publicaties over de chemische ...

Een geannoteerd overzicht van publicaties over de chemische ...

Een geannoteerd overzicht van publicaties over de chemische ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

<strong>Een</strong> <strong>geannoteerd</strong> <strong><strong>over</strong>zicht</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>publicaties</strong> <strong>over</strong><br />

<strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling<br />

<strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Ed Buijsman<br />

Uitgeverij Tinsentiep<br />

LUVO reeks 11


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Bij <strong>de</strong> voorkant<br />

De karakterisering <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling<br />

<strong>van</strong> neerslag en lucht gebeur<strong>de</strong> in <strong>de</strong> jaren vijftig<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> twintigste eeuw vaak met <strong>de</strong> zogeheten<br />

<strong>de</strong>posit gauge (links) respectievelijk <strong>de</strong> Luikse bol<br />

(rechts). Op <strong>de</strong> achtergrond een <strong>de</strong>el <strong>van</strong> een kaart<br />

uit <strong>de</strong> publicatie De samenstelling <strong>van</strong> regenwater<br />

langs Hollands kust <strong>van</strong> Stuyfzand uit 1991.<br />

Foto collectie E. Buijsman<br />

<strong>Een</strong> <strong>geannoteerd</strong> <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>publicaties</strong> <strong>over</strong><br />

<strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in<br />

Ne<strong>de</strong>rland<br />

LUVO reeks nummer 11<br />

2011 © Uitgeverij Tinsentiep, Houten<br />

De LUVO reeks behan<strong>de</strong>lt on<strong>de</strong>rwerpen <strong>over</strong> luchtverontreiniging<br />

in <strong>de</strong> breedste zin <strong>van</strong> het woord. <strong>Een</strong> kritische blik is het<br />

kenmerk <strong>van</strong> <strong>de</strong> reeks. Vanzelfsprekendhe<strong>de</strong>n zal <strong>de</strong> lezer hier<br />

niet tegenkomen.<br />

‘Pollution monitoring is an expensive business and it should not<br />

be un<strong>de</strong>rtaken lightly. In a world of limited resources, any<br />

monitoring programme will probably have taken priority <strong>over</strong><br />

some other socially useful exercise’. Citaat <strong>van</strong> D.J. Moore uit<br />

1986. Moore was in leven on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re editor <strong>van</strong> het<br />

wetenschappelijke tijdschrift Atmospheric Environment.<br />

Uitgeverij Tinsentiep is een niet bestaan<strong>de</strong> uitgeverij die<br />

niettemin met uitgaven komt. Tinsentiep is in 2001 bedacht om<br />

ruimte te geven aan gedachten en uitingen die niet<br />

<strong>van</strong>zelfsprekend zijn. Tinsentiep beoogt te informeren daar waar<br />

dat hoognodig blijkt.<br />

Het logo <strong>van</strong> Tinsentiep symboliseert <strong>de</strong> klassieke straatlantaarn<br />

die een zacht maar niet opdringerig licht verspreidt, zodat we<br />

onze weg kunnen vin<strong>de</strong>n.<br />

Alle rechten voorbehou<strong>de</strong>n. Niets uit <strong>de</strong>ze uitgave mag wor<strong>de</strong>n<br />

verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd<br />

gegevensbestand, of openbaar gemaakt in enige vorm of op<br />

enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën,<br />

opnamen of enige an<strong>de</strong>re manier, zon<strong>de</strong>r voorafgaan<strong>de</strong><br />

schriftelijke toestemming <strong>van</strong> <strong>de</strong> uitgever.<br />

Voor het <strong>over</strong>nemen <strong>van</strong> ge<strong>de</strong>elten uit <strong>de</strong>ze uitgave in<br />

bloemlezingen, rea<strong>de</strong>rs en an<strong>de</strong>re compilatiewerken dient u zich<br />

te richten tot: E. Buijsman, p/a Uitgeverij Tinsentiep, Bovencamp<br />

57, 3992 RX Houten. Uitgeverij Tinsentiep is telefonisch niet<br />

bereikbaar.


Inhoudsopgave<br />

| 1 <strong>Een</strong> inlei<strong>de</strong>nd woord 5<br />

| 2 Lucht 7<br />

2.1 Inleiding 7<br />

2.2 Voor 1900 7<br />

2.3 De perio<strong>de</strong> 1900-1950 7<br />

2.4 De perio<strong>de</strong> 1950-1975 10<br />

2.5 De perio<strong>de</strong> 1975-1990 21<br />

2.6 Na 1990 23<br />

| 3 Neerslag 25<br />

3.1 Voor 1900 25<br />

3.2 De perio<strong>de</strong> 1900-1950 25<br />

3.3 De perio<strong>de</strong> 1950-1975 27<br />

3.4 De perio<strong>de</strong> 1975-1990 28<br />

3.5 Na 1990 33<br />

Colofon 34<br />

Literatuur 35<br />

Noten 45<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

3


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

4


| 1 <strong>Een</strong> inlei<strong>de</strong>nd woord<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Er bestaat tot op he<strong>de</strong>n geen <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> het werk dat is verricht op het terrein <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

kwantitatieve, <strong>chemische</strong> karakterisering <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland. Weliswaar bestaan er<br />

enige <strong>publicaties</strong> die aan dit on<strong>de</strong>rwerp raken, maar <strong>de</strong>ze betreffen meest <strong>de</strong>elaspecten. Zo geeft<br />

<strong>de</strong> Bibliography on precipitation chemistry: subject in<strong>de</strong>x een <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> neerslag gerelateerd<br />

on<strong>de</strong>rzoek (Asman & Conrads, 1975). Dit betreft echter alleen het (schaarse) Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

materiaal tot 1975. De publicatie Het <strong>chemische</strong> neerslagon<strong>de</strong>rzoek in Ne<strong>de</strong>rland, een kleine<br />

geschie<strong>de</strong>nis geeft een historisch <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> het chemisch on<strong>de</strong>rzoek in Ne<strong>de</strong>rland op<br />

neerslaggebied, maar besteed weinig aandacht aan <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetactiviteiten in<br />

Ne<strong>de</strong>rland (Buijsman, 2009). Daarnaast zijn een aantal artikelen verschenen die <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis<br />

<strong>van</strong> het Ne<strong>de</strong>rlandse luchton<strong>de</strong>rzoek of <strong>de</strong>elaspecten er<strong>van</strong> in vogelvlucht beschrijven (Brasser,<br />

1999; Buijsman, 2005). Deze <strong>publicaties</strong> geven soms wel een context en een historische<br />

achtergrond bij <strong>de</strong> metingen.<br />

De nu voorliggen<strong>de</strong> publicatie beoogt voor het eerst een <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>publicaties</strong> <strong>over</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland te geven. Het gaat dus om een<br />

inventarisatie <strong>van</strong> <strong>publicaties</strong> op basis waar<strong>van</strong> een uitspraak <strong>over</strong> <strong>de</strong> luchtkwaliteit of <strong>over</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag gedaan zou kunnen wor<strong>de</strong>n. De beschrijving in getallen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> luchtkwaliteit of <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag en <strong>de</strong> ontwikkelingen erin<br />

vormen echter niet het doel <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze publicatie.<br />

Er is ongetwijfeld meer on<strong>de</strong>rzoek uitgevoerd en meer gemeten dan in <strong>de</strong>ze publicatie aan <strong>de</strong><br />

or<strong>de</strong> komt. De nadruk ligt op activiteiten met een meer systematisch karakter; activiteiten <strong>van</strong><br />

kortere duur of activiteiten met een meer on<strong>de</strong>rzoekskarakter zijn zeker niet volledig in<br />

beschouwing genomen.<br />

Deze publicatie preten<strong>de</strong>ert dus niet om een volledig <strong><strong>over</strong>zicht</strong> te geven <strong>van</strong> alles wat ooit is<br />

gemeten in Ne<strong>de</strong>rland. Het moet veeleer wor<strong>de</strong>n beschouwd als een aanzet. De meeste resultaten<br />

<strong>van</strong> metingen zijn gepubliceerd in <strong>de</strong> grijze literatuur waartoe <strong>de</strong> toegang altijd lastig is geweest.<br />

De digitalisering heeft weliswaar verbetering in <strong>de</strong> toegankelijkheid gebracht, maar een an<strong>de</strong>r<br />

euvel kan daarmee helaas niet wor<strong>de</strong>n weggenomen. In het verle<strong>de</strong>n is namelijk niet altijd veel<br />

aandacht geschonken aan <strong>de</strong> archivering <strong>van</strong> meetresultaten. Het gevolg is dat er soms nog wel bij<br />

iemand bekend is dat ergens metingen zijn uitgevoerd, maar dat <strong>de</strong> resultaten daar<strong>van</strong> niet<br />

bewaard zijn gebleven of zijn zoek geraakt. Niettemin blijft het altijd mogelijk dat er in ou<strong>de</strong><br />

archieven of in bibliotheken nog eens iets zal wor<strong>de</strong>n gevon<strong>de</strong>n <strong>van</strong> wat verloren was gewaand.<br />

Dat zoiets zeker mogelijk is, blijkt bijvoorbeeld uit het on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> Stuyfzand. Hij trof in oud<br />

materiaal <strong>van</strong> <strong>de</strong> voormalige Gemeentewaterleiding Amsterdam originele analyseresultaten <strong>van</strong><br />

<strong>chemische</strong> on<strong>de</strong>rzoek in <strong>de</strong> neerslag in <strong>de</strong> jaren <strong>de</strong>rtig aan.<br />

Deze publicatie zal, zoals in het voorgaan<strong>de</strong> gesteld, zeker niet volledig zijn. De auteur zou het dan<br />

ook bijzon<strong>de</strong>r op prijs stellen om geatten<strong>de</strong>erd te wor<strong>de</strong>n op materiaal dat niet in <strong>de</strong>ze publicatie<br />

is genoemd, maar daar mogelijk wel een plaats in had verdiend.<br />

5


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

6


| 2 Lucht<br />

2.1 Inleiding<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Er is in Ne<strong>de</strong>rland kent weinig on<strong>de</strong>rzoek gedaan op het terrein <strong>van</strong> luchtverontreiniging in<br />

vroeger tij<strong>de</strong>n. Bijgevolg is dan ook weinig in <strong>de</strong>tail bekend <strong>over</strong> hoe het met luchtverontreiniging<br />

in Ne<strong>de</strong>rland in het verre verle<strong>de</strong>n was gesteld. Inci<strong>de</strong>ntele gevallen zijn die <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>over</strong>last door<br />

bierbouwers in Gouda in 1514 (Die<strong>de</strong>riks, 1970), door bierbrouwers in Haarlem in 1608 (Biersteker,<br />

1968) en door kalkovens in Lei<strong>de</strong>n in 1546 (Die<strong>de</strong>riks, 1970). Vroege ‘regelgeving’ tegen <strong>over</strong>last<br />

door stank en luchtverontreiniging is al bekend uit 1545 met een keur <strong>van</strong> <strong>de</strong> stad Brielle (Die<strong>de</strong>riks<br />

& Jeurgens, 1989) en uit <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw met <strong>de</strong> ‘Ordonnantie tegens d'infectie <strong>van</strong> <strong>de</strong> lucht’ uit<br />

Maastricht waren maatregelen wer<strong>de</strong>n afgekondigd (Anonymus, 1661).<br />

Van later datum is <strong>de</strong> <strong>over</strong>last door an<strong>de</strong>re vormen <strong>van</strong> nijverheid, zoals zeepfabrieken,<br />

aar<strong>de</strong>werkfabrieken, pannenbakkerijen, beenzwartfabrieken en soda-, salpeterzuur-, zwavelzuur-<br />

en zoutzuurfabrieken. Deze had<strong>de</strong>n een slechte naam en ston<strong>de</strong>n, ook vaak letterlijk, in een<br />

slechte reuk (Die<strong>de</strong>riks, 1970; Homburg, 1994, 1998).<br />

2.2 Voor 1900<br />

Van enig proefon<strong>de</strong>rvin<strong>de</strong>lijk on<strong>de</strong>rzoek naar het voorkomen <strong>van</strong> stoffen in lucht is in Ne<strong>de</strong>rland<br />

pas sprake is <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw. Dit on<strong>de</strong>rzoek gebeur<strong>de</strong> veelal in navolging <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rzoek in<br />

het buitenland, waarbij <strong>de</strong> aandacht toen vooral nog gericht was op <strong>de</strong> op dat moment courante<br />

phlogistontheorie. De eerste luchton<strong>de</strong>rzoeken in Ne<strong>de</strong>rland waren waarschijnlijk die <strong>van</strong> De<br />

Smeth, <strong>van</strong> Van Marum en <strong>van</strong> Deiman en Paets <strong>van</strong> Troostwyk (Snel<strong>de</strong>rs, 1972; Deiman en Paets<br />

<strong>van</strong> Troostwyk, 1781). Deze on<strong>de</strong>rzoeken waren er vooral op gericht om <strong>de</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

lucht te ontrafelen, was dus primair wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoek en behels<strong>de</strong> niet zo zeer een<br />

speurtocht naar het voorkomen <strong>van</strong> specifieke stoffen (Erisman, 2000). Eveneens uit <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong><br />

dateert het on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> Van Barneveld naar <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> vegetatie op <strong>de</strong> samenstelling <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> lucht (Van Barneveld, 1784; Van Barneveld & Mul<strong>de</strong>r, 1785; Van Barneveld & Mul<strong>de</strong>r, (1793). Van<br />

Barneveld <strong>de</strong>ed later nog on<strong>de</strong>rzoek naar het voorkomen <strong>van</strong> lood in luchtstof (Van Barneveld,<br />

1807).<br />

2.3 De perio<strong>de</strong> 1900-1950<br />

Metingen <strong>van</strong> concentraties <strong>van</strong> stoffen in lucht waren in <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> 190-1950 nog steeds<br />

bijzon<strong>de</strong>r schaars. Vrijwel al het on<strong>de</strong>rzoek was <strong>van</strong> korte duur en brongericht. De aanleiding lag<br />

meestal in (aanhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong>) klachten <strong>van</strong> omwonen<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> buurt <strong>van</strong> bronnen <strong>van</strong><br />

luchtverontreiniging. Buijsman (2003) meldt dat het Rijksinstituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid en<br />

diens voorloper het Centraal Laboratorium voor <strong>de</strong> Volksgezondheid in <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> 1917 tot en met<br />

1939 totaal elf on<strong>de</strong>rzoeken naar luchtverontreiniging uitvoer<strong>de</strong>. Het ging in vrijwel alle gevallen<br />

om lokale <strong>over</strong>last door industrieën (zie tekstbox On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> het Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid op luchtgebied en tekstbox Overlast door fabrieken in utrecht).<br />

Het on<strong>de</strong>rzoek betrof in <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> in veel gevallen stof, of ‘vliegasch’ zoals het vaak werd<br />

genoemd. <strong>Een</strong> voorbeeld is het on<strong>de</strong>rzoek dat in Den Haag werd ingesteld na jarenlange klachten<br />

<strong>van</strong> omwonen<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een elektriciteitscentrale (Anonymus, 1929).<br />

7


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> het Rijks Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid op luchtgebied<br />

1917 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> rookgassen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

glasfabriek <strong>van</strong> <strong>de</strong> Firma Philips in Eindhoven.<br />

On<strong>de</strong>rzoek naar zwaveldioxi<strong>de</strong>, zwaveltrioxi<strong>de</strong>,<br />

arseen en fluor.<br />

1920 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> ‘gassen en dampen’ <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

zoutzuurfabriek in Cuyk.<br />

1923 Opnieuw on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> ‘samenstelling <strong>van</strong><br />

gassen’ bij een zoutzuurfabriek in Cuyk en naar <strong>de</strong><br />

uitstoot <strong>van</strong> gassen bij een kunstzij<strong>de</strong>fabriek in E<strong>de</strong>.<br />

1925 On<strong>de</strong>rzoek naar ‘<strong>de</strong> mate <strong>van</strong> luchtbe<strong>de</strong>rf’ in<br />

het kantoor <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ont<strong>van</strong>ger <strong>de</strong>r Rijksbelastingen<br />

in Haarlem, een on<strong>de</strong>rzoek naar verspreiding <strong>van</strong><br />

chloor rondom een chloorkalkfabriek in<br />

Waddinxveen en een on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> rookgassen <strong>van</strong><br />

een vuilverbranding.<br />

1926 On<strong>de</strong>rzoek naar ‘<strong>de</strong> mate <strong>van</strong> luchtbe<strong>de</strong>rf’ in<br />

een bureau in Utrecht, een on<strong>de</strong>rzoek naar<br />

arsenicum in en bij <strong>de</strong> glasfabriek <strong>van</strong> <strong>de</strong> Firma<br />

Philips in Eindhoven. <strong>Een</strong> on<strong>de</strong>rzoeknaar <strong>de</strong><br />

samenstelling <strong>van</strong> stoffen die zich had<strong>de</strong>n afgezet<br />

op bla<strong>de</strong>ren in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> zinkwitfabriek in<br />

Eijs<strong>de</strong>n.<br />

8 <br />

1927 On<strong>de</strong>rzoeken naar <strong>de</strong> samenstelling <strong>van</strong><br />

rookgassen <strong>van</strong> <strong>de</strong> Vereenig<strong>de</strong> Chemische Fabrieken<br />

in Capelle aan <strong>de</strong> IJssel, <strong>van</strong> <strong>de</strong> Hollandse<br />

Kunstzij<strong>de</strong>fabriek in Breda en <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Spiritusmelassefabriek in Bergen op Zoom. Opnieuw<br />

een on<strong>de</strong>rzoek bij <strong>de</strong> zinkwitfabriek in Eijs<strong>de</strong>n.<br />

1928 Voortzetting <strong>van</strong> het on<strong>de</strong>rzoek bij Spiritusmelassefabriek<br />

in Bergen op Zoom.<br />

1929 Diverse on<strong>de</strong>rzoekingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> binnenlucht,<br />

on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re naar licht- en rioolgas. Opnieuw<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> samenstelling <strong>van</strong> rookgassen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Hollandse Kunstzij<strong>de</strong>fabriek in Breda.<br />

1932 On<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> samenstelling <strong>van</strong><br />

‘afgewerkte gassen’ <strong>van</strong> <strong>de</strong> salpeterzuur- en<br />

zwavelzuurfabrieken <strong>van</strong> <strong>de</strong> stikstofbedrijven in<br />

Sluiskil. On<strong>de</strong>rzoek naar zwavelwaterstof,<br />

zwavelkoolstof en mercaptanen rond <strong>de</strong><br />

kunstzij<strong>de</strong>fabriek in Breda.<br />

1933 Voortzetting <strong>van</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoekingen bij <strong>de</strong><br />

stikstofbedrijven in Sluiskil.<br />

1939 On<strong>de</strong>rzoek bij een fabriek die ‘<strong>de</strong> omgeving<br />

verontreinigt met scha<strong>de</strong>lijke stoffen’.<br />

Al <strong>de</strong>ze informatie is afkomstig uit <strong>de</strong> Verslagen <strong>van</strong> <strong>de</strong> Verrichtingen <strong>van</strong> het Centraal Laboratorium voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid (1917 t/m 1932) respectievelijk het Verslag <strong>over</strong> <strong>de</strong> Verrichtingen <strong>van</strong> het Rijks Instituut voor<br />

<strong>de</strong> Volksgezondheid (1939).<br />

Overlast door fabrieken in Utrecht<br />

Overlast door fabrieken in <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke<br />

woonomgeving bestond al op uitgebrei<strong>de</strong> schaal in<br />

<strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw (Homburg et al., 1998). De<br />

stad Utrecht vorm<strong>de</strong> daarop geen uitzon<strong>de</strong>ring. <strong>Een</strong><br />

voorbeeld was <strong>de</strong> beenzwartfabriek. Deze fabriek<br />

was in 1827 opgericht door A.W. Visser en lag toen<br />

nog ver buiten <strong>de</strong> stadsgrenzen ten noor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

stad Utrecht aan <strong>de</strong> Vecht. In <strong>de</strong> beenzwartfabriek<br />

Hooglan<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n aan<strong>van</strong>kelijk been<strong>de</strong>ren<br />

verbrand om er beenzwart <strong>van</strong> te maken; het<br />

beenzwart dien<strong>de</strong> voor het zuiveren <strong>van</strong> suiker.<br />

Later ging <strong>de</strong> fabriek ook <strong>over</strong> op <strong>de</strong> productie <strong>van</strong><br />

been<strong>de</strong>rmeel en been<strong>de</strong>rlijm. In 1835 verrees<br />

bovendien nog een fabriek voor <strong>de</strong> productie <strong>van</strong><br />

salpeterzuur, zwavelzuur en zoutzuur; later nog<br />

eens gevolgd door een fabriek voor sodaproductie.<br />

Het was alles bij elkaar een smerige bedoening die<br />

vaak gepaard ging met ondraaglijke stank<strong>over</strong>last.<br />

Het basismateriaal voor <strong>de</strong> beenzwartfabriek waren.<br />

Deze <strong>de</strong> been<strong>de</strong>ren gaven vaak aanleiding tot<br />

problemen: ‘Wanneer in <strong>de</strong>n ligtijd <strong>van</strong> zoo’n schuit<br />

een Zondag valt, of wanneer <strong>de</strong> inhoud niet terstond<br />

gebruikt kan wor<strong>de</strong>n, blijft <strong>de</strong> schuit rustig een paar<br />

dagen haar stank versprei<strong>de</strong>n…’. Stank en<br />

vliegen<strong>over</strong>last lever<strong>de</strong>n bij voortduring grote<br />

problemen op, waar <strong>de</strong> gemeente Utrecht <strong>over</strong>igens<br />

weinig genegen was iets aan te doen. De problemen<br />

wer<strong>de</strong>n nog verergerd toen ook nog een<br />

loodwitfabriek verrees. Na verloop <strong>van</strong> tijd kwamen<br />

<strong>de</strong> fabrieken door <strong>de</strong> uitbreiding <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

woonbebouwing tussen <strong>de</strong> bebouwing te liggen<br />

(afbeelding 1). In <strong>de</strong> zomer <strong>van</strong> 1901 was <strong>de</strong> situatie<br />

zo ernstig dat een nabijgelegen school enkele<br />

lokalen niet kon gebruiken ‘door <strong>de</strong>n ondraaglijken<br />

stank’ (De Bruin et al., 2000). De situatie met <strong>de</strong><br />

beenzwartfabriek in Utrecht zou tot 1965 blijven<br />

voortbestaan; toen verhuis<strong>de</strong> <strong>de</strong> fabriek naar Vuren.


Ook <strong>de</strong> fabriek <strong>van</strong> <strong>de</strong> N.V. Koninklijke<br />

Ne<strong>de</strong>rlandsche Lood- en Zinkpletterijen v/h A.D.<br />

Hamburger aan <strong>de</strong> Leidsche Vaart zorg<strong>de</strong> voor veel<br />

<strong>over</strong>last. Op het terrein <strong>van</strong> <strong>de</strong> fabriek bevon<strong>de</strong>n<br />

zich on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re een zink- en een loodsmelterij. In<br />

1888 ontston<strong>de</strong>n er problemen, toen een<br />

voorgenomen uitbreiding met twintig ovens én een<br />

steen- en pannenbakkerij op bezwaren stuitte bij<br />

een aantal belen<strong>de</strong>n<strong>de</strong> hoveniersbedrijven. Tot aan<br />

<strong>de</strong> Kroon toe werd <strong>de</strong> zaak uitgevochten, omdat,<br />

zoals een <strong>van</strong> <strong>de</strong> hoveniers opmerkte, ‘<strong>de</strong><br />

zinksmelterij allerna<strong>de</strong>eligst is voor <strong>de</strong> gezondheid<br />

<strong>van</strong> het vee dat gevoed wordt met gras of an<strong>de</strong>re<br />

planten, die in haar nabijheid groeien’. Nu had<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />

hoveniers wel een punt, want uit on<strong>de</strong>rzoek bleek<br />

dat <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> fabriek be<strong>de</strong>kt was met een<br />

laag zink- en loodhou<strong>de</strong>nd stof. Aan het eind <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

negentien<strong>de</strong> eeuw was <strong>de</strong> stad Utrecht zo<br />

uitgebreid dat <strong>de</strong> fabriek in <strong>de</strong> woonbebouwing was<br />

komen te liggen. Bij een volgen<strong>de</strong> voorgenomen<br />

uitbreiding in 1895 waren <strong>de</strong> protesten dan ook nog<br />

heviger. Hamburger wil<strong>de</strong> een nieuwe zinkwals en<br />

zinksmeltoven bouwen. Het waren nu <strong>de</strong> bewoners<br />

<strong>van</strong> aangrenzen<strong>de</strong> huizen die in verzet kwamen. Zo<br />

stel<strong>de</strong>n <strong>de</strong> klagers: ‘… <strong>van</strong> groenten en planten die<br />

on<strong>de</strong>r haren verpeste<strong>de</strong>n walm niet kon<strong>de</strong>n tieren<br />

en <strong>van</strong> konijnen die in <strong>de</strong> omtrek in groten getale<br />

omkwamen …’ en ‘.. rook die <strong>van</strong>wege <strong>de</strong><br />

neervallen<strong>de</strong> sintels en stof alles zwart maakt en<br />

be<strong>de</strong>rft, wanneer zij hun raam openzetten. Dat <strong>de</strong>ze<br />

rook zelfs, wanneer <strong>de</strong> ramen gesloten zijn in <strong>de</strong><br />

woningen doordringt en <strong>de</strong>ze met een zwartachtige<br />

stof be<strong>de</strong>kt.’ Toch kon <strong>de</strong> fabriek steeds uitbrei<strong>de</strong>n<br />

op voorwaar<strong>de</strong> dat maatregelen wer<strong>de</strong>n genomen<br />

tegen <strong>de</strong> geluids<strong>over</strong>last en <strong>de</strong> rook.<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Aan mogelijke gezondheidseffecten had blijkbaar<br />

niemand gedacht. De productie zou pas rond 1980<br />

gestaakt wor<strong>de</strong>n. Toen <strong>de</strong> gemeente Utrecht daarna<br />

het vrijgekomen terrein wil<strong>de</strong> gebruiken voor<br />

woningbouw, bleek <strong>de</strong> grond ernstig vervuild met<br />

zware metalen. Uitein<strong>de</strong>lijk werd Hamburger<br />

uitgekocht en draai<strong>de</strong> <strong>de</strong> gemeente Utrecht op voor<br />

<strong>de</strong> saneringskosten <strong>van</strong> het terrein.<br />

<strong>Een</strong> laatste voorbeeld zijn <strong>de</strong> Utrechtsche Asphaltfabrieken;<br />

<strong>de</strong>ze lagen aan <strong>de</strong> Gansstraat. Ze<br />

veroorzaakten veel <strong>over</strong>last en scha<strong>de</strong> in hun directe<br />

omgeving. Hoveniers en landbouwers klaag<strong>de</strong>n in<br />

1918 in een brief aan het gemeentebestuur <strong>over</strong><br />

‘scherpe dampen’ waardoor hun eigen planten maar<br />

ook <strong>de</strong> beplantingen op <strong>de</strong> graven op <strong>de</strong><br />

nabijgelegen begraafplaats ‘grooten<strong>de</strong>els wor<strong>de</strong>n<br />

verwoest’. Deze scherpe dampen werkten ook op <strong>de</strong><br />

a<strong>de</strong>mhaling; bovendien veroorzaakten zij ‘oog- en<br />

hoofdpijnen’. De directeur <strong>van</strong> <strong>de</strong> nabijgelegen<br />

begraafplaats schreef in een brief uit datzelf<strong>de</strong> jaar<br />

dat <strong>de</strong> hin<strong>de</strong>r soms zo groot is dat ‘het personeel<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> begraafplaats, <strong>de</strong> plantsoenendienst en<br />

tuinlie<strong>de</strong>n […] genoodzaakt wor<strong>de</strong>n zich te<br />

verwij<strong>de</strong>ren’. <strong>Een</strong> on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> Bouw- en<br />

Woningtoezicht bevestig<strong>de</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> situatie:<br />

‘<strong>de</strong> door <strong>de</strong> fabriek voornoemd versprei<strong>de</strong> dampen<br />

<strong>de</strong>n plantengroei in <strong>de</strong> omgeving zeer bena<strong>de</strong>len’,<br />

‘een groot aantal planten is geheel bruin gebrand,<br />

waardoor <strong>de</strong>ze zijn afgestorven’. De gemeente<br />

besloot daarop met <strong>de</strong> Hin<strong>de</strong>rwet als instrument<br />

maatregelen af te dwingen om tot een verbetering<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> situatie te komen.<br />

Afbeelding 1 De beenzwartfabriek en <strong>de</strong> loodwitfabriek aan <strong>de</strong> Hogelan<strong>de</strong>n ten noor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> Utrecht gezien in<br />

noordwestelijke richting op een aquarel <strong>van</strong> Antony Grolman <strong>van</strong> 4 juni 1915.<br />

9


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

2.4 De perio<strong>de</strong> 1950-1975<br />

De Inspecteur voor <strong>de</strong> Volksgezondheid Schuursma wees in <strong>de</strong> naoorlogse perio<strong>de</strong> met enige<br />

regelmaat op <strong>de</strong> gevaren <strong>van</strong> luchtverontreiniging. 1 Hij vorm<strong>de</strong> echter een uitzon<strong>de</strong>ring, want er<br />

was in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren vijftig in het algemeen weinig bezorgdheid <strong>over</strong> luchtverontreiniging.<br />

Zo stel<strong>de</strong> een commissie <strong>van</strong> <strong>de</strong>skundigen in 1951 dat emissiebeperkingen voor industriële<br />

installaties alleen voor vliegas behoef<strong>de</strong>n te gel<strong>de</strong>n en uitdrukkelijk niet voor koolmonoxi<strong>de</strong> of<br />

zwaveldioxi<strong>de</strong> (Anonymus, 1951). En een <strong>van</strong> <strong>de</strong> conclusies <strong>van</strong> een bijeenkomst <strong>van</strong> <strong>de</strong> Af<strong>de</strong>ling<br />

Gezondheidstechniek <strong>van</strong> het Koninklijk Instituut voor Ingenieurs en <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging<br />

tegen Water-, Bo<strong>de</strong>m- en Luchtverontreiniging <strong>over</strong> ‘Verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht’ in 1952<br />

was: ‘Luchtverontreiniging door rook, rookgassen en con<strong>de</strong>nsatiekernen, komt veel voor waar<br />

grote industrieconcentraties bestaan en kan last en gevaar opleveren. Bij voortschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />

industrialisatie is het gewenst hieraan aandacht te beste<strong>de</strong>n’. En zo citeer<strong>de</strong> Burger (1952) in een<br />

lezing tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>ze zelf<strong>de</strong> bijeenkomst Engels on<strong>de</strong>rzoek (Glaisyer et al., 1946) waarbij als<br />

belangrijkste vormen <strong>van</strong> <strong>over</strong>last door <strong>de</strong> industrie wor<strong>de</strong>n genoemd: ‘smell’, ‘noise’,<br />

‘unsightliness’ en ‘unsavouriness (taste and touch)’. Burger voegt hier nog aan toe: ‘De<br />

vergiftiging door gas komt in dit <strong><strong>over</strong>zicht</strong> wat op <strong>de</strong> achtergrond’ (Burger, 1952).<br />

De Commissie Bo<strong>de</strong>m, Water en Lucht in Rotterdam signaleer<strong>de</strong> niettemin aan het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

jaren vijftig in en om Rotterdam problemen door een <strong>over</strong>matige fluori<strong>de</strong>belasting, toegeschreven<br />

aan kunstmestfabrieken, en door zwaveldioxi<strong>de</strong>-uitstoot door elektriciteitscentrales en<br />

olieraffina<strong>de</strong>rijen. Om <strong>de</strong> problemen in kaart te brengen werd daarom al in 1951/52 brongericht<br />

luchton<strong>de</strong>rzoek nabij industrieën in <strong>de</strong> regio Rotterdam uitgevoerd. Dit leid<strong>de</strong> eind 1952 zelfs tot<br />

een meetnet voor zwaveldioxi<strong>de</strong> in dit gebied. Voor z<strong>over</strong> bekend is dit het allereerste meetnet<br />

voor luchtverontreiniging in Ne<strong>de</strong>rland dat er op gericht was om geduren<strong>de</strong> langere tijd <strong>de</strong><br />

luchtkwaliteit en <strong>de</strong> variatie erin vast te stellen. Dit meetnet, dat een jaar zou functioneren,<br />

bestond uit 18 meetstations. De metingen wer<strong>de</strong>n uitgevoerd met <strong>de</strong> Leclercmetho<strong>de</strong>, een<br />

passieve monsternemingsmetho<strong>de</strong> (afbeelding 2). Deze metho<strong>de</strong> gaf geen directe maat voor <strong>de</strong><br />

luchtconcentraties, maar verschaft wel informatie <strong>over</strong> <strong>de</strong> ruimtelijke ver<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

zwaveldioxi<strong>de</strong>concentraties in Rotterdam.<br />

Het Instituut voor Gezondheidstechniek <strong>van</strong> TNO was echter in Ne<strong>de</strong>rland <strong>de</strong> pionier op het<br />

terrein <strong>van</strong> het systematische on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> luchtverontreiniging (Brasser, 1952). Zo werd in 1953<br />

een grootschalig en langdurig on<strong>de</strong>rzoek gestart bij <strong>de</strong> Hoogovens. Aanleiding<br />

hiervoor waren klachten <strong>van</strong> kwekers in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> Hoogovens <strong>over</strong> beschadiging <strong>van</strong><br />

bolgewassen. In eerste instantie wer<strong>de</strong>n neerslag<strong>van</strong>gers ingezet (TNO, 1954; afbeelding 3). Men<br />

on<strong>de</strong>rzocht <strong>de</strong> neerslag on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re op chlori<strong>de</strong>, fluori<strong>de</strong> en sulfaat. In 1955 volg<strong>de</strong> <strong>de</strong> inzet <strong>van</strong><br />

Luikse bollen om een indruk te krijgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> stofbelasting. Dit on<strong>de</strong>rzoek liep door tot in 1960<br />

door en was daarmee een voorbeeld <strong>van</strong> één <strong>van</strong> <strong>de</strong> eerste systematische on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong><br />

luchtverontreiniging in Ne<strong>de</strong>rland. Het on<strong>de</strong>rzoek droeg ertoe bij dat een beter inzicht ontstond in<br />

hoe het met <strong>de</strong> luchtverontreiniging in dit gebied was gesteld, maar ook wat <strong>de</strong> gevolgen <strong>van</strong><br />

emissiebeperken<strong>de</strong> maatregelen kon<strong>de</strong>n zijn (Brasser, 1959).<br />

Het Rijksinstituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid (RIV) begon in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> helft <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren vijftig een<br />

luchtkwaliteitson<strong>de</strong>rzoek in het industriegebied in Amsterdam-Noord. Er bevon<strong>de</strong>n zich daar twee<br />

elektriciteitscentrales, zwavelzuurfabrieken, een vuilverbrandingsinstallatie en nog een aantal<br />

an<strong>de</strong>re <strong>chemische</strong> fabrieken. Het on<strong>de</strong>rzoek dien<strong>de</strong> om vast te stellen wat <strong>de</strong> luchtkwaliteit in het<br />

gebied was in het licht <strong>van</strong> voorgenomen uitbreiding <strong>van</strong> <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke bebouwing. Het on<strong>de</strong>rzoek<br />

richtte zich vooral op stof en zwaveldioxi<strong>de</strong> en werd uitgevoerd met Luikse bollen en<br />

neerslag<strong>van</strong>gers. Het on<strong>de</strong>rzoek duur<strong>de</strong> tot begin 1959. Bij <strong>de</strong> zwavelzuurfabrieken wer<strong>de</strong>n tevens<br />

schoorsteenmetingen uitgevoerd (Buurma, 1959, 1962).<br />

Luchtverontreiniging door puntbronnen bleef ook in <strong>de</strong> jaren zestig een belangrijk on<strong>de</strong>rzoeksveld<br />

<strong>van</strong> het RIV. In juli 1962 ging een on<strong>de</strong>rzoek bij <strong>de</strong> Koninklijke Maastrichtse Zinkwit Fabriek in<br />

Eijs<strong>de</strong>n, Limburg, <strong>van</strong> start. Aanleiding voor het on<strong>de</strong>rzoek waren klachten <strong>over</strong> stof- en<br />

stank<strong>over</strong>last. Het on<strong>de</strong>rzoek ken<strong>de</strong> een voor die tijd ambitieuze opzet. De ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

automatische monsternemingsmetho<strong>de</strong>n maakte het mogelijk om zogenoemd langdurig<br />

10


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

buitenluchton<strong>de</strong>rzoek te doen. Zo werd op halfuursbasis zwaveldioxi<strong>de</strong> en zwavelwaterstof<br />

gemeten. Daarnaast werd op dagbasis rook, barium en zink gemeten. Begin 1965 eindig<strong>de</strong> het<br />

on<strong>de</strong>rzoek (Buurma, 1967, 1967).<br />

Overlast zou nog lang een belangrijke aanleiding voor luchton<strong>de</strong>rzoek zijn. Overlast sloeg vrijwel<br />

altijd op <strong>de</strong> zichtbare en merkbare vormen <strong>van</strong> luchtverontreiniging zoals stof en roet<br />

respectievelijk stank. <strong>Een</strong> on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> het Instituut voor Gezondheidstechniek <strong>van</strong> TNO in<br />

Geleen in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren zestig was ingegeven door <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> argumentatie (Brasser en<br />

Joosting, 1964): ‘Op grond <strong>van</strong> regelmatig optre<strong>de</strong>n<strong>de</strong> klachten <strong>van</strong> hin<strong>de</strong>r, welke geweten<br />

wer<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> in <strong>de</strong> gemeente heersen<strong>de</strong> luchtverontreiniging, …’. 2 De ‘heersen<strong>de</strong><br />

luchtverontreiniging’ werd in dit geval ge<strong>de</strong>eltelijk toegeschreven aan activiteiten <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

nabijgelegen Staatsmijnen. Nieuw aan het on<strong>de</strong>rzoek was bovendien dat een ‘geneeskundig<br />

on<strong>de</strong>rzoek’ er <strong>de</strong>el <strong>van</strong> uitmaakte. Het was een vroeg voorbeeld <strong>van</strong> een geïntegreer<strong>de</strong> aanpak<br />

om <strong>de</strong> relatie tussen luchtverontreiniging en gezondheid te on<strong>de</strong>rzoeken. Het on<strong>de</strong>rzoek omvatte<br />

metingen <strong>van</strong> stof, zwaveldioxi<strong>de</strong> en stikstofdioxi<strong>de</strong>. Stikstofdioxi<strong>de</strong> was in dit geval voorwerp <strong>van</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoek, omdat <strong>de</strong> salpeterzuurfabriek <strong>van</strong> <strong>de</strong> Staatsmijnen stikstofdioxi<strong>de</strong> emitteer<strong>de</strong>. <strong>Een</strong><br />

beperkter on<strong>de</strong>rzoek zou <strong>over</strong>igens in 1969 en 1970 door Staatsmijnen zelf wor<strong>de</strong>n uitgevoerd<br />

(Meerman, zj).<br />

In <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> categorie valt het on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> luchtverontreiniging dat het RIV in 1964 begon in<br />

Sluiskil en Sas <strong>van</strong> Gent met metingen <strong>van</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong>, ‘nitreuze dampen’ 3 , standaardrook,<br />

zwavelzuur en fluori<strong>de</strong>n (afbeelding 4, 5). De resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> metingen wezen uit dat <strong>de</strong> emissies<br />

volgens <strong>de</strong> toen gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> inzichten tot onaanvaardbare concentraties in <strong>de</strong> omgeving leid<strong>de</strong>n.<br />

Het Rijks Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid <strong>de</strong>ed in <strong>de</strong>ze tijd ook nog regelmatig on<strong>de</strong>rzoek in<br />

situaties waarbij sprake was <strong>van</strong> stank (Huygen, 1966). En zo was bijvoorbeeld <strong>de</strong> belangrijkste<br />

motivatie voor een an<strong>de</strong>r uitgebreid luchton<strong>de</strong>rzoek in 1963 tot en met 1965 in Zuid-Limburg<br />

<strong>over</strong>last: ‘… omdat <strong>de</strong> klachten alle betrekking had<strong>de</strong>n op stofneerslag …’. In dit geval ging het<br />

om een on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> TNO naar <strong>de</strong> verspreiding <strong>van</strong> stof door <strong>de</strong> industrie in <strong>de</strong> mijnstreek TNO<br />

(Brasser, 1969). Het belangrijkste meetinstrument was bij dit on<strong>de</strong>rzoek nog steeds <strong>de</strong> Luikse bol.<br />

Daarnaast waren ook zwaveldioxi<strong>de</strong> en standaardrook voorwerp <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rzoek. De metingen <strong>van</strong><br />

zwaveldioxi<strong>de</strong> waren echter <strong>van</strong> korte duur. Men meen<strong>de</strong> dat <strong>de</strong>ze metingen ‘niet urgent’<br />

waren. 4<br />

Passieve monsternemers waren tot in <strong>de</strong> jaren zestig veel gebruikte meetapparatuur. Hieron<strong>de</strong>r<br />

vielen <strong>de</strong> hiervoor al genoem<strong>de</strong> apparaat als <strong>de</strong> Leclercmeter, maar ook <strong>de</strong> Luikse bol, <strong>de</strong><br />

‘standard <strong>de</strong>posit gauge’ voor stofmetingen en <strong>de</strong> loodperoxi<strong>de</strong>kaars voor zwaveldioxi<strong>de</strong>. Deze<br />

metho<strong>de</strong>s lever<strong>de</strong>n weliswaar geen directe maat voor <strong>de</strong> luchtconcentraties, maar ze verschaften<br />

wel informatie <strong>over</strong> <strong>de</strong> ruimtelijke ver<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> stoffen. Het waren dus in feite een soort<br />

ruimtelijk vergelijken<strong>de</strong> metingen (Buijsman, 2005). De voor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> toepassing <strong>van</strong> <strong>de</strong>rgelijke<br />

metho<strong>de</strong>s waren <strong>de</strong> goedkope apparatuur en <strong>de</strong> weinige menskracht die er voor nodig was. Wel<br />

vereisten <strong>de</strong> metho<strong>de</strong>s lange monsternemingsperio<strong>de</strong>s; gewoonlijk in <strong>de</strong> or<strong>de</strong> <strong>van</strong> een maand. Dit<br />

gold in die tijd echter niet als een bezwaar, omdat er meestal geen interesse was in informatie<br />

<strong>over</strong> concentraties op een korte tijdbasis. Het ging er immers meestal om om hin<strong>de</strong>r te<br />

kwantificeren. Toch was in het mid<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren zestig wel al dui<strong>de</strong>lijk dat bij on<strong>de</strong>rzoek naar<br />

<strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> luchtverontreiniging op <strong>de</strong> menselijke gezondheid an<strong>de</strong>re metho<strong>de</strong>s zou<strong>de</strong>n<br />

moeten wor<strong>de</strong>n toegepast. Zo stel<strong>de</strong> Buurma (1965): ’Als <strong>de</strong> luchtkwaliteit echter moet wor<strong>de</strong>n<br />

beoor<strong>de</strong>eld op grond <strong>van</strong> <strong>de</strong> mogelijke scha<strong>de</strong>lijke invloed op <strong>de</strong> gezondheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> mens, dan<br />

moet <strong>de</strong> bemonstering bij voorkeur niet langer duren dan 24 uur, …’.<br />

11


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

12 <br />

Afbeelding 2 Het Leclercapparaat was een<br />

passieve monsternemer voor<br />

zwaveldioxi<strong>de</strong>. Dit hield in dat het<br />

apparaat geen bewegen<strong>de</strong> – ‘actieve’-<br />

<strong>de</strong>len had. Zwaveldioxi<strong>de</strong> uit <strong>de</strong> lucht<br />

werd opge<strong>van</strong>gen doordat <strong>de</strong> lucht langs<br />

een geïmpregneer<strong>de</strong> zwachtel kwam. Het<br />

apparaat is vernoemd naar <strong>de</strong> Luikse<br />

hoogleraar Leclerc die het apparaat na <strong>de</strong><br />

oorlog in Ne<strong>de</strong>rland introduceer<strong>de</strong> (Gillet<br />

& Leclerc, 1936; Leclerc, 1953). Het<br />

oorspronkelijke i<strong>de</strong>e voor het apparaat is<br />

echter afkomstig <strong>van</strong> Duitse on<strong>de</strong>rzoekers<br />

(Liesegang, 1931).<br />

Foto collectie H. Sliepen.<br />

Afbeelding 3 De neerslag<strong>van</strong>gers die<br />

in <strong>de</strong> jaren vijftig in Ne<strong>de</strong>rland voor<br />

luchton<strong>de</strong>rzoek wer<strong>de</strong>n gebruikt,<br />

waren afgeleid <strong>van</strong> <strong>de</strong> Engelse<br />

'standard <strong>de</strong>posit gauge'. De <strong>van</strong>ger<br />

bestond uit een glazen, metalen of<br />

aar<strong>de</strong>werken trechter waaron<strong>de</strong>r<br />

een fles was geplaatst. Vaak was<br />

rond <strong>de</strong> trechter nog een scherm<br />

<strong>van</strong> ijzergaas aangebracht dat was<br />

bedoeld als vogelafweer. Dit<br />

apparaat was bedacht in Engeland<br />

in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> 20ste eeuw<br />

(Brasser, 1952; zie ook<br />

Brimblecombe, 1987).


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Afbeelding 4 Het industriegebied nabij Sluiskil, eerste helft <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren zestig. Dergelijke situaties met veelal<br />

hoge niveaus <strong>van</strong> luchtverontreiniging en veel hin<strong>de</strong>r voor <strong>de</strong> omgeving waren in die tijd regelmatig on<strong>de</strong>rwerp<br />

<strong>van</strong> on<strong>de</strong>rzoek.<br />

Foto collectie H. Boelhouwer.<br />

Afbeelding 5 Operationele opstelling <strong>van</strong> apparatuur waarmee in het industriegebeid nabij Sluiskil<br />

luchtverontreiniging werd gemeten.<br />

Foto collectie H. Boelhouwer.<br />

13


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

14 <br />

Afbeelding 6 Het on<strong>de</strong>rzoek<br />

<strong>van</strong> het Instituut voor<br />

Gezondheidstechniek <strong>van</strong> TNO<br />

in Geleen in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

jaren zestig bood <strong>de</strong><br />

mogelijkheid om <strong>de</strong><br />

verspreiding <strong>van</strong><br />

zwaveldioxi<strong>de</strong> in kaart te<br />

brengen. Hieruit bleek dat<br />

huisverwarming in <strong>de</strong> winter<br />

<strong>de</strong> belangrijkste bron <strong>van</strong><br />

zwaveldioxi<strong>de</strong> was (Brasser en<br />

Joosting, 1964). De<br />

concentraties zijn uitgedrukt<br />

in d.p.h.m. ‘d.p.h.m’ staat<br />

voor <strong>de</strong>len per hon<strong>de</strong>rd<br />

miljoen. 1 d.p.h.m. komt<br />

<strong>over</strong>een met 27,3 g/m 3 .<br />

Afbeelding 7 Luchton<strong>de</strong>rzoek<br />

was in <strong>de</strong> jaren vijftig <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

twintigste eeuw nog een<br />

kwestie <strong>van</strong> veel aandacht én<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong>skundigen. De<br />

afbeelding toont opstellingen<br />

in Europoort in 1958. Links op<br />

<strong>de</strong> voorgrond een<br />

windafhankelijke regen<strong>van</strong>ger<br />

voor chemisch on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong><br />

neerslag. Het apparaat was<br />

ontwikkeld door dr. De Graaf<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Keuringsdienst <strong>van</strong><br />

Waren in Rotterdam. Rechts<br />

op een tafeltje een apparaat<br />

voor stofmeting en links<br />

daarnaast mogelijk<br />

apparatuur voor <strong>de</strong> meting<br />

<strong>van</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong>.<br />

Foto Van Walsum (1972).


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Luchtverontreiniging was in <strong>de</strong> jaren zestig weliswaar al inci<strong>de</strong>nteel on<strong>de</strong>rzocht, maar dan toch<br />

vooral in ste<strong>de</strong>n en industriegebie<strong>de</strong>n. <strong>Een</strong> beeld voor geheel Ne<strong>de</strong>rland – waarbij dus ook <strong>de</strong><br />

luchtkwaliteit buiten <strong>de</strong> directe invloedssfeer <strong>van</strong> luchtverontreiniging was on<strong>de</strong>rzocht – was er<br />

niet. Zo kon het dus gebeuren dat op een congres <strong>over</strong> water- en luchtverontreiniging in 1965 na<br />

een lezing <strong>over</strong> luchtverontreiniging een discussie ontstond <strong>over</strong> het lan<strong>de</strong>lijke beeld <strong>over</strong> <strong>de</strong><br />

luchtverontreiniging in Ne<strong>de</strong>rland. Het bleek dat dat beeld op basis <strong>van</strong> metingen <strong>van</strong><br />

luchtverontreiniging niet te geven was (Eilers, 1965): ‘Er zijn nog te weinig analytische gegevens<br />

bekend om <strong>de</strong> vervuilingskaartjes <strong>van</strong> Ne<strong>de</strong>rland te geven’. De zaak werd (noodgedwongen)<br />

afgedaan met <strong>de</strong> presentatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> zogeheten epiphytenwoestijn <strong>van</strong> Barkman (afbeelding 8). De<br />

uitleg hierbij was: ‘<strong>Een</strong> eerste indruk geeft het kaartje dat dr. J.J. Barkman opgesteld heeft voor <strong>de</strong><br />

verspreiding <strong>van</strong> op <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m leven<strong>de</strong> korstmossen, een groep lagere planten die zeer gevoelig<br />

zijn voor zwaveldioxy<strong>de</strong>’.<br />

Medio jaren zestig <strong>van</strong> <strong>de</strong> twintigste eeuw was luchtverontreiniging inmid<strong>de</strong>ls uitgegroeid tot een<br />

fenomeen dat niet langer genegeerd kon wor<strong>de</strong>n (Brasser, 1965): ‘Helaas moet wor<strong>de</strong>n<br />

opgemerkt dat <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in Ne<strong>de</strong>rland z<strong>over</strong> is voortgeschre<strong>de</strong>n dat<br />

<strong>de</strong> gevolgen merkbaar zullen wor<strong>de</strong>n, zowel wat <strong>de</strong> invloed op <strong>de</strong> menselijke gezondheid, als wat<br />

het welzijn <strong>van</strong> dieren en planten betreft’. 5 Ook op politiek niveau was dit besef doorgedrongen,<br />

want begin 1966 kreeg het Rijksinstituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid opdracht <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

staatssecretaris voor Sociale Zaken en Volksgezondheid om een lan<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong>kkend meetnet voor<br />

<strong>de</strong> automatische meting <strong>van</strong> luchtverontreiniging te ontwerpen (Buijsman, 2002). De aandacht bij<br />

het meetnet ging in eerste instantie uit naar zwaveldioxi<strong>de</strong>. Het was weliswaar dui<strong>de</strong>lijk dat er vele<br />

an<strong>de</strong>re vormen <strong>van</strong> luchtverontreiniging voorkwamen – ook in Ne<strong>de</strong>rland (Spaan<strong>de</strong>r, 1963;<br />

Buurma, 1965; Brasser, 1965), maar zwaveldioxi<strong>de</strong> werd toch kwantitatief toch wel als het<br />

grootste probleem gezien. Bovendien leek zwaveldioxi<strong>de</strong> een goe<strong>de</strong> indicator voor het geheel aan<br />

(reduceren<strong>de</strong>) luchtverontreiniging (OMIL, 197. <strong>Een</strong> simplificatie die <strong>over</strong>igens nog tot in <strong>de</strong> jaren<br />

zeventig als argument naar voren werd gebracht (Schnei<strong>de</strong>r, 1973). 6<br />

Afbeelding 8 De zogeheten<br />

epiphytenwoestijn volgens<br />

Barkman. Barkman was een<br />

bioloog die bij gebrek aan<br />

meetgegevens <strong>over</strong> het niveau<br />

<strong>van</strong> luchtverontreiniging, <strong>de</strong><br />

resultaten <strong>van</strong> inventarisaties<br />

<strong>van</strong> korstmossen, ‘epiphyten’,<br />

in een kaartje zette. Het i<strong>de</strong>e<br />

was dat luchtverontreiniging<br />

slecht was voor korstmossen<br />

en dat dus het niveau <strong>van</strong><br />

luchtverontreiniging kon<br />

wor<strong>de</strong>n afgemeten aan het<br />

voorkomen <strong>van</strong> korstmossen.<br />

On<strong>de</strong>rzoek leer<strong>de</strong> dat<br />

korstmossen vooral in<br />

geïndustrialiseer<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n<br />

in Ne<strong>de</strong>rland niet (meer)<br />

voorkwamen; <strong>de</strong>ze zijn op <strong>de</strong><br />

kaart met grijs aangegeven.<br />

Barkman bedacht voor <strong>de</strong>ze<br />

korstmossenloze gebie<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />

term ‘epiphytenwoestijn’.<br />

15


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Begin jaren zestig kwamen voorzichtig aan meer systematische metingen <strong>van</strong> luchtverontreiniging<br />

op gang. De passieve metho<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n daarbij ingeruild voor actieve monsternemers. De<br />

waterstofperoxi<strong>de</strong>metho<strong>de</strong> was een voorbeeld <strong>van</strong> actieve metho<strong>de</strong> om concentraties <strong>van</strong><br />

zwaveldioxi<strong>de</strong> in <strong>de</strong> lucht te meten. In een veel gebruikte variant werd lucht geleid in een wasfles<br />

met oplossing <strong>van</strong> waterstofperoxi<strong>de</strong> waarbij het zwaveldioxi<strong>de</strong> werd tot zwavelzuur. In het<br />

laboratorium werd vervolgens <strong>de</strong> hoeveelheid omgezet zwaveldioxi<strong>de</strong> bepaald. Deze metho<strong>de</strong><br />

ken<strong>de</strong> al enige geschie<strong>de</strong>nis in Engeland (Brimblecombe, 1987). De metho<strong>de</strong> was echter niet erg<br />

gevoelig en ook niet specifiek, maar wel goedkoop. <strong>Een</strong> betere metho<strong>de</strong> voor zwaveldioxi<strong>de</strong> was<br />

<strong>de</strong> nat<strong>chemische</strong> metho<strong>de</strong> volgens West en Gaeke (1956). De eerste toepassing hier<strong>van</strong> in<br />

Ne<strong>de</strong>rland was door het RIV in het meetnet in Utrecht in 1966. De inzet <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze metho<strong>de</strong>n<br />

beteken<strong>de</strong> een aanzienlijke verbetering, maar het bleven ‘metingen voor experts’ (Clarenburg,<br />

1999). Feit is dat <strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n geschoold personeel verg<strong>de</strong>n; bovendien was veel menskracht en<br />

logistiek vereist om metingen uit te voeren (Buijsman, 2005).<br />

Kenmerkend voor <strong>de</strong> stand <strong>van</strong> zaken in het luchton<strong>de</strong>rzoek in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren zestig waren<br />

uitspraken <strong>van</strong> <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werkers <strong>van</strong> het Rijks Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid Spaan<strong>de</strong>r en<br />

Buurma. Zo zei Spaan<strong>de</strong>r in 1963 <strong>over</strong> luchtverontreiniging (Spaan<strong>de</strong>r, 1963): ‘… wanneer wij wat<br />

dieper proberen in te gaan op <strong>de</strong> hier liggen<strong>de</strong> problemen, dan blijkt onze kennis al spoedig op<br />

vele punten te kort te schieten’. 7 En Buurma stel<strong>de</strong> in 1965 (Buurma, 1965): ‘De meettechniek<br />

bevindt zich nog in een ontwikkelstadium […]. Vele meetmetho<strong>de</strong>n zijn nog te ingewikkeld en te<br />

tijdrovend voor routine doelein<strong>de</strong>n’. 8 Er was toen weliswaar al wel automatisch werken<strong>de</strong> en<br />

registreren<strong>de</strong> apparatuur, bijvoorbeeld voor koolmonoxi<strong>de</strong>, maar die werd nog niet geschikt<br />

geacht voor routinematige inzet. 9 Ook <strong>de</strong> discussie <strong>over</strong> welke luchtconcentraties <strong>van</strong><br />

luchtverontreiniging aanvaardbaar waren, was nog lang niet beslecht (Brasser et al., 1966;<br />

Joosting, 1966). En dan was er nog <strong>de</strong> vraag welke vormen <strong>van</strong> luchtverontreiniging eigenlijk<br />

gemeten zou<strong>de</strong>n moeten wor<strong>de</strong>n. Want ook daar<strong>over</strong> was nog geen dui<strong>de</strong>lijkheid (Eilers, 1966).<br />

Het is opmerkelijk dat stank nog lange tijd hoog op <strong>de</strong> agenda <strong>van</strong> het luchton<strong>de</strong>rzoek stond. De<br />

sterke industrialisatie <strong>van</strong> Ne<strong>de</strong>rland in <strong>de</strong> jaren vijftig en zestig speel<strong>de</strong> daarbij een belangrijke rol.<br />

Zo stel<strong>de</strong> Buurma (1968): ‘De enorme concentratie <strong>van</strong> aardolieraffina<strong>de</strong>rijen en petro<strong>chemische</strong><br />

en an<strong>de</strong>re industrieën heeft ertoe geleid dat thans grote woongebie<strong>de</strong>n. Die vlak bij <strong>de</strong><br />

industriecentra zijn gelegen, veel hin<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rvin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> stank <strong>van</strong> onwelrieken<strong>de</strong> stoffen <strong>van</strong><br />

verschillen<strong>de</strong> aard […] Deze stankhin<strong>de</strong>r […] wordt door <strong>de</strong> <strong>over</strong>heid en <strong>de</strong> bevolking in <strong>de</strong>ze<br />

gebie<strong>de</strong>n dan ook als het belangrijkste euvel <strong>van</strong> <strong>de</strong> luchtverontreiniging beschouwd’.Ver<strong>de</strong>r was<br />

dui<strong>de</strong>lijk gewor<strong>de</strong>n dag luchtverontreiniging in en om <strong>de</strong> grote ste<strong>de</strong>n vooral afkomstig was <strong>van</strong><br />

huisbrand en gemotoriseerd verkeer (Eilers, 1965; Buurma, 1968).<br />

Op lokaal niveau was er echter al in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren zestig een beweging op gang gekomen<br />

om luchtverontreiniging systematischer dan voorheen te on<strong>de</strong>rzoeken. Kortdurend on<strong>de</strong>rzoek<br />

aan het eind <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren vijftig en in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren zestig had uitgewezen dat<br />

bijvoorbeeld in Rotterdam en omgeving tij<strong>de</strong>ns ongunstige, meteorologische omstandighe<strong>de</strong>n<br />

zeer hoge concentraties aan luchtverontreiniging kon<strong>de</strong>n voorkomen (Burema et al., 1964;<br />

Buijsman, 2003). Zo wer<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>cember 1962 tij<strong>de</strong>ns een luchtverontreinigingsepiso<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />

Europese om<strong>van</strong>g concentraties <strong>van</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong> tot bijna 1600 µg/m 3 en <strong>van</strong> rook tot 500 µg/m 3<br />

waargenomen. Dit gevoegd bij uitkomsten <strong>van</strong> eer<strong>de</strong>re inci<strong>de</strong>ntele metingen leid<strong>de</strong> tot <strong>de</strong><br />

behoefte om meer systematisch meten. In 1962 ging daarop in Rotterdam on<strong>de</strong>r<br />

verantwoor<strong>de</strong>lijkheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> Keuringsdienst <strong>van</strong> Waren een meetnet voor zwaveldioxi<strong>de</strong> <strong>van</strong> start;<br />

Amsterdam volg<strong>de</strong> in 1964 met een meetnet voor eveneens zwaveldioxi<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r<br />

verantwoor<strong>de</strong>lijkheid <strong>van</strong> het Biologisch-Chemisch Laboratoium.<br />

En het RIV voer<strong>de</strong> in 1965 op verzoek <strong>van</strong> het gemeentebestuur <strong>van</strong> Utrecht een kort on<strong>de</strong>rzoek<br />

naar luchtverontreiniging door het verkeer in <strong>de</strong>ze stad uit (afbeelding 9). On<strong>de</strong>rzocht wer<strong>de</strong>n<br />

on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re koolmonoxi<strong>de</strong>, stikstofdioxi<strong>de</strong> en lood. Het was echter een steekproef en <strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoekers stel<strong>de</strong>n dan ook dat voor een volledig beeld eigenlijk ‘continu gemeten zou moeten<br />

wor<strong>de</strong>n’ (Buurma, 1966). Mogelijk is dit me<strong>de</strong> aanleiding geweest om in 1965 voor het eerst een<br />

systematisch on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke luchtkwaliteit in Utrecht uit te voeren. In Utrecht werd<br />

op acht meetstations op 24-uursbasis standaardrook gemeten. Later volg<strong>de</strong> een uitbreiding <strong>van</strong><br />

16


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

het on<strong>de</strong>rzoek met metingen <strong>van</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong>. De waargenomen concentraties bleken echter<br />

‘niet verontrustend’ en waren ‘vergelijkbaar met concentraties in an<strong>de</strong>re grote ste<strong>de</strong>n’ (Buurma,<br />

1967, 1968, 1970). Het on<strong>de</strong>rzoek werd tot 1970 voortgezet. Later volg<strong>de</strong> nog een beperkt<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar direct verkeersgerelateer<strong>de</strong> luchtverontreiniging. Overigens was <strong>de</strong> opinie dat <strong>de</strong><br />

ste<strong>de</strong>lijke luchtkwaliteit in Ne<strong>de</strong>rland aanzienlijk beter was dan in Engeland of <strong>de</strong> Verenig<strong>de</strong> Staten<br />

(Buurma, 1968).<br />

De staatssecretaris voor Sociale Zaken en Volksgezondheid, Bartels, gaf op 7 januari 1966 het RIV<br />

opdracht tot het ontwerpen <strong>van</strong> een lan<strong>de</strong>lijk meetnet voor het meten <strong>van</strong> luchtverontreiniging.<br />

Het RIV zou in dit lan<strong>de</strong>lijk meetnet <strong>de</strong> plaats <strong>van</strong> ‘centrale meld- en regelkamer’ innemen. Ver<strong>de</strong>r<br />

moest het een automatisch meetnet zijn (Buijsman, 2003). In <strong>de</strong> jaren zestig had echter niemand in<br />

Ne<strong>de</strong>rland ervaring met lands<strong>de</strong>kken<strong>de</strong> meetnetten. Automatische en operationeel inzetbare<br />

meetapparatuur beston<strong>de</strong>n nog niet. Wel had bijvoorbeeld het Instituut voor<br />

Gezondheidstechniek <strong>van</strong> TNO ervaring met ste<strong>de</strong>lijke en op industriële bronnen gerichte<br />

meetnetten: meetnetten in on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re het Rijnmondgebied, het Westland en op <strong>de</strong> Zuid-<br />

Hollandse eilan<strong>de</strong>n. Maar <strong>de</strong>ze meetnetten waren niet automatisch en werkten vaak nog met<br />

passieve monsternemingsmetho<strong>de</strong>n. Er werd daarom eerst besloten om een proefmeetnet op te<br />

zetten. Het doel hier<strong>van</strong> is ‘vast te stellen hoeveel meetstations per oppervlakte-eenheid on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

gegeven klimatologische, topografische en geografische omstandighe<strong>de</strong>n in het toekomstige<br />

lan<strong>de</strong>lijke meetnet nodig zullen zijn, om binnen re<strong>de</strong>lijke juistheidsgrenzen gegevens te krijgen<br />

omtrent <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> concentratie – <strong>over</strong> 24 uur – aan zwaveldioxi<strong>de</strong> en aan standaardrook<br />

(roet)’ (Buijsman, 2003).<br />

Het industriegebied rond Ensche<strong>de</strong> was het proefgebied. Dit meetnet, in <strong>de</strong> wan<strong>de</strong>ling ook wel<br />

het proefmeetnet Twente genoemd, ging medio 1967 <strong>van</strong> start met 39 meetstations in Ensche<strong>de</strong>.<br />

Er werd zwaveldioxi<strong>de</strong> gemeten op 24-uursbasis met <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> volgens West en Gaeke. In 1968<br />

volg<strong>de</strong> een uitbreiding <strong>van</strong> het meetnet met nog eens 24 meetstations in Ensche<strong>de</strong> en 18 in<br />

Hengelo. In Ensche<strong>de</strong> waren uitein<strong>de</strong>lijk 60 meetstations (afbeelding 10) in bedrijf op een<br />

oppervlak <strong>van</strong> 50 km 2 ; in Hengelo 18 op een oppervlak <strong>van</strong> 15 km 2 .<br />

Eind jaren zestig werd <strong>de</strong> noodzaak steeds dringen<strong>de</strong>r om metingen op een relatief korte tijdbasis<br />

te kunnen uitvoeren en dan liefst ook nog geautomatiseerd, zodat <strong>de</strong>ze apparatuur ook in het<br />

ontwikkeling zijn<strong>de</strong> lan<strong>de</strong>lijke meetnet zou kunnen wor<strong>de</strong>n ingezet. Er waren toen weliswaar al<br />

een aantal automatische meetsystemen bekend, maar al <strong>de</strong>ze metho<strong>de</strong>n had<strong>de</strong>n wel één of<br />

meer<strong>de</strong>re na<strong>de</strong>len. Door het Natuurkundig Laboratorium <strong>van</strong> Philips werd in samenwerking met<br />

<strong>de</strong> af<strong>de</strong>ling Scheikundige Technologie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Technische Hogeschool Eindhoven gewerkt aan <strong>de</strong><br />

ontwikkeling <strong>van</strong> een systeem gebaseerd op een coulometrisch meetprincipe.<br />

<strong>Een</strong> belangrijke impuls voor <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> meetmetho<strong>de</strong>n voor luchtverontreiniging in<br />

Ne<strong>de</strong>rland kwam echter uit een onverwachte hoek. Het Rijnmondgebied had in <strong>de</strong> jaren zestig een<br />

luchtverontreinigingprobleem maar ook een groot stankprobleem. De stank was afkomstig <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

vele <strong>chemische</strong> en petro<strong>chemische</strong> industrieën in het gebied. Clarenburg kwam op <strong>de</strong> gedachte<br />

dat <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> stankproblemen erger werd als <strong>de</strong> verdunnen<strong>de</strong> werking <strong>van</strong> <strong>de</strong> atmosfeer<br />

afnam. <strong>Een</strong> afname die bijvoorbeeld optrad, als <strong>de</strong> atmosfeer stabieler werd. Maar niet alleen <strong>de</strong><br />

stankconcentratie zou dan omhoog gaan, maar alles <strong>van</strong> alles dat zich in <strong>de</strong> lucht bevond, zou <strong>de</strong><br />

concentraties toenemen. Clarenburg kwam nu op het originele i<strong>de</strong>e om <strong>de</strong> concentratie <strong>van</strong><br />

zwaveldioxi<strong>de</strong> als indicator voor veran<strong>de</strong>ringen in <strong>de</strong> stabiliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> atmosfeer te gebruiken. Op<br />

basis <strong>van</strong> dit principe wil<strong>de</strong> Clarenburg een automatisch waarschuwingsnetwerk in het Rijngebied<br />

inrichten (Clarenburg, 1999; afbeelding 11). Daar was dan echter wel een automatische<br />

meetmetho<strong>de</strong> voor zwaveldioxi<strong>de</strong> voor nodig die bovendien concentraties op een korte tijdbasis<br />

kon bepalen. <strong>Een</strong> <strong>de</strong>rgelijke metho<strong>de</strong> was er nog niet, maar ze was wel - voor een an<strong>de</strong>r doel - in<br />

ontwikkeling (Buijsman, 2002). Clarenburg zag hier<strong>van</strong> het belang in en ontwierp een meetnet met<br />

<strong>de</strong> nieuwe apparaten. De staatsecretaris <strong>van</strong> Sociale Zaken en Volksgezondheid, dr. R.J.H.<br />

Kruisinga, open<strong>de</strong> op 17 oktober 1969 het meetnet in Rijnmond. Dit meetnet bestond uit <strong>de</strong>rtig<br />

meetpunten die waren uitgerust met door Philips ontwikkel<strong>de</strong> geheel automatische<br />

meetapparaten voor zwaveldioxi<strong>de</strong>.<br />

17


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

18 <br />

Afbeelding 9<br />

Apparatuur voor<br />

luchton<strong>de</strong>rzoek in<br />

het meetnet in <strong>de</strong><br />

stad Utrecht,<br />

twee<strong>de</strong> helft <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> jaren zestig.<br />

Foto collectie H.<br />

Boelhouwer.<br />

Afbeelding 10<br />

Opzet <strong>van</strong> het<br />

meetnet in<br />

Ensche<strong>de</strong> als<br />

on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> het<br />

proefmeetnet<br />

Twente (Buurma,<br />

1971). De afstand<br />

tussen <strong>de</strong><br />

meetstations<br />

bedroeg 1 km.<br />

Afbeelding 11 Het<br />

waarschuwingsmeetnet<br />

in<br />

Rijnmond, 1969.


De meting <strong>van</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong><br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

De meting <strong>van</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong> gebeur<strong>de</strong> in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren vijftig met het apparaat <strong>van</strong> Leclerc (zie ook<br />

figuur 1). Dit was een passieve monsternemer waar<strong>van</strong> een <strong>van</strong> <strong>de</strong> kenmerken een lange<br />

monsternemingsduur was. In <strong>de</strong> jaren zestig kwamen meer en meer actieve monsternemers in gebruik. Deze<br />

waren meestal gebaseerd op een principe waarbij lucht door een wasfles met absorptievloeistof werd geleid.<br />

Aan<strong>van</strong>kelijk was dit een waterstofperoxi<strong>de</strong>-oplossing (zie bijvoorbeeld Brimblecombe, 1987); later kwam<br />

ook <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> volgens West en Gaeke ook in zwang (zie bijvoorbeeld Buijsman, 2003). Actieve<br />

monsternemers nemen een monster in een veld, waarbij later in het laboratorium <strong>de</strong> analyse gebeurt.<br />

Voor<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> actieve monsternemer was dat meetresultaten met een hoger tijdsoplossend vermogen<br />

wer<strong>de</strong>n verkregen dan met <strong>de</strong> passieve monsternemers. Zo wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> actieve monsternemers voor<br />

zwaveldioxi<strong>de</strong> (en later rook) veelal zo gebruikt dat luchtconcentraties op dagbasis beschikbaar kwamen<br />

(afbeelding 12). Bezwaarlijk bleef dat <strong>de</strong> apparaten regelmatig moesten wor<strong>de</strong>n bezocht om monsters op te<br />

halen, waarna in het laboratorium <strong>de</strong> analyses moesten wor<strong>de</strong>n gedaan. De meetresultaten kwamen dus<br />

eerst met een aanzienlijke vertraging beschikbaar. Dit leid<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> vraag voor ver<strong>de</strong>r geautomatiseer<strong>de</strong><br />

apparatuur, waarmee sneller resultaten beschikbaar kon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n gemaakt. De opdracht <strong>van</strong> <strong>de</strong> minister<br />

<strong>van</strong> Sociale Zaken in 1966 om een lan<strong>de</strong>lijk meetnet voor luchtverontreiniging op te richten beteken<strong>de</strong> een<br />

versnelling in <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> volledig automatische meetapparatuur voor luchtverontreiniging.<br />

De door Philips, <strong>de</strong> Technische Universiteit Eindhoven en het Rijks Insituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid<br />

ontwikkel<strong>de</strong> automatische meetmetho<strong>de</strong> voor zwaveldioxi<strong>de</strong>, waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> eerste versie on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> naam<br />

PW9700 op <strong>de</strong> markt kwam, was zeker niet <strong>de</strong> eerste zwaveldioxi<strong>de</strong>monitor ter wereld (afbeelding 13; zie<br />

ook Leithe, 1968 en Buijsman, 2002), maar zeker wel één die veel is gebruikt. Het meetprincipe was weliswaar<br />

eenvoudig, maar het blijft verbazen dat <strong>de</strong>ze nat<strong>chemische</strong> bepaling zo succesvol in het veld heeft gewerkt.<br />

De werking <strong>van</strong> het apparaat was als volgt. Lucht werd aangezogen door een verwarmd glasvezelfilter om<br />

stof te verwij<strong>de</strong>ren. Vervolgens ging <strong>de</strong> lucht door een zilvergaasfilter dat on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re ozon – dat stoort bij<br />

bij <strong>de</strong> bepaling <strong>van</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong> - verwij<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. Tot slot werd <strong>de</strong> lucht in <strong>de</strong> eigenlijke meetcel gevoerd. Deze<br />

meetcel bevatte een oplossing <strong>van</strong> kaliumbromi<strong>de</strong> (KBr), broom (Br 2) en zwavelzuur (H 2SO 4). De meetcel<br />

bevatte twee elektro<strong>de</strong>n die <strong>de</strong> zogenoem<strong>de</strong> redoxpotentiaal maten. Deze redoxpotentiaal werd<br />

veroorzaakt door <strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong> broom en bromi<strong>de</strong>. In <strong>de</strong> lucht aanwezig zwaveldioxi<strong>de</strong> (SO 2)<br />

reageer<strong>de</strong> in <strong>de</strong> meetcel volgens <strong>de</strong> eenvoudige redoxreactie: SO 2 + 2H 2O + Br 2 SO 4 2- + 2Br - + 4H + . Door<br />

<strong>de</strong>ze reactie daal<strong>de</strong> <strong>de</strong> broomconcentratie en veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>de</strong> redoxpotentiaal. Met een coulometrische<br />

titratie ( = titratie met stroom) werd vervolgens het weggenomen broom weer aangevuld. De hoeveelheid<br />

verbruikte stroom was een maat voor <strong>de</strong> oorspronkelijke hoeveelheid zwaveldioxi<strong>de</strong>. De PW9700 bevatte<br />

ook een voorziening om te kalibreren. In <strong>de</strong> meetcel liep op elk moment een stroom die direct evenredig was<br />

met <strong>de</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong>concentratie. Via een aantal elektronische bewerkingen werd het signaal geschikt<br />

gemaakt voor transport via een telefoonlijn. Hiervoor wer<strong>de</strong>n in eerste instantie (gehuur<strong>de</strong>) vaste<br />

telefoonlijnen gebruikt; weliswaar duur maar ook betrouwbaar.<br />

Afbeelding 12 De zogeheten zwaveldagmeter <strong>van</strong> <strong>de</strong> Keuringsdienst<br />

<strong>van</strong> Waren in Rotterdam. Het apparaat bevatte tien wasflesjes, voor<br />

elke dag één. De lucht werd een dag lang door een wasflesje geleid;<br />

het zwaveldioxi<strong>de</strong> in <strong>de</strong> lucht werd geabsorbeerd door een<br />

absorptievloeistof. De uitein<strong>de</strong>lijke analyse gebeur<strong>de</strong> in het<br />

laboratorium. Het apparaat schakel<strong>de</strong> zelfstandig na een dag naar<br />

een volgen<strong>de</strong> wasfles.<br />

Foto collectie E. Buijsman.<br />

19


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Afbeelding 13 De PW9700, het automatische meetapparaat voor zwaveldioxi<strong>de</strong> dat door Philips in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />

helft <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren zestig werd ontwikkeld. Het on<strong>de</strong>rste ge<strong>de</strong>elte is <strong>de</strong> meeteenheid; het bovenste ge<strong>de</strong>elte bevat<br />

<strong>de</strong> elektronica en <strong>de</strong> pomp.<br />

Foto collectie DCMR.<br />

Het RIV zette <strong>de</strong> automatische ‘opnemers’, zoals ze in het begin wer<strong>de</strong>n genoemd, voor het eerst in<br />

<strong>de</strong> stad Utrecht waar in 1969 opnieuw een meetnet, nu <strong>van</strong> 12 meetstations, wordt ingericht. In mei<br />

1970 wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> automatische apparaten in het proefmeetnet in Twente in bedrijf gesteld om te<br />

on<strong>de</strong>rzoeken hoe ze on<strong>de</strong>r veldomstandighe<strong>de</strong>n functioneer<strong>de</strong>n. <strong>Een</strong> beperkt aantal meetstations<br />

met het ou<strong>de</strong> meetsysteem (<strong>de</strong> nat<strong>chemische</strong> TCM metho<strong>de</strong>) blijven voor vergelijkingsdoelein<strong>de</strong>n<br />

nog in bedrijf.<br />

Aanhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong> klachten <strong>van</strong> omwonen<strong>de</strong>n vorm<strong>de</strong>n in 1970 aanleiding voor het on<strong>de</strong>rzoek dat het<br />

RIV in Utrecht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> Demka staalfabrieken ging doen. Op drie meetpunten op korte<br />

afstand <strong>van</strong> <strong>de</strong> Demka-fabriek wer<strong>de</strong>n op uurbasis ijzer en zwarte rook gemeten. Daarnaast wer<strong>de</strong>n<br />

op vijf plaatsen monsternemingen met Luikse bollen verricht. Het on<strong>de</strong>rzoek liep tot in oktober 1970<br />

voor <strong>de</strong> luchtmetingen en nog tot in <strong>de</strong>cember 1970 voor <strong>de</strong> monsternemingen met <strong>de</strong> Luikse bollen.<br />

De belangrijkste doelstelling <strong>van</strong> het on<strong>de</strong>rzoek was om <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> <strong>de</strong> fabriek op <strong>de</strong> nabije<br />

leefomgeving aan te tonen. Het on<strong>de</strong>rzoek resulteer<strong>de</strong> in om<strong>van</strong>grijke rapportages (Buurma, 1970,<br />

1970, 1971, 1971, 1975).<br />

Het eerste ontwerp voor het Nationaal Meetnet voor Luchtverontreiniging dateert <strong>van</strong> 1969. Het<br />

was gebaseerd op <strong>de</strong> uitkomsten <strong>van</strong> het proefmeetnet in Twente, waarbij was vastgesteld dat <strong>de</strong><br />

invloed <strong>van</strong> een brongebied (stad, industrie) on<strong>de</strong>r gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> meteorologische omstandighe<strong>de</strong>n<br />

na 14 km niet meer waarneembaar is. Men stel<strong>de</strong> dat <strong>de</strong>ze 14 km <strong>de</strong> basismaat <strong>van</strong> het nieuwe meetnet<br />

moest wor<strong>de</strong>n. Bovendien moest het Ne<strong>de</strong>rlandse meetnet aansluiten op het toekomstige meetnet<br />

in Noordrijn-Westfalen, Duitsland. Daarom werd <strong>van</strong> een beoogd meetstation in Essen, Duitsland,<br />

een veelvoud <strong>van</strong> 14 km afgepast tot even <strong>over</strong> <strong>de</strong> grens met Ne<strong>de</strong>rland. Dit punt, het basispunt <strong>van</strong><br />

het Ne<strong>de</strong>rlandse meetnet, lag in Limburg nabij Broekhuizervorst (en dit zou het latere meetstation<br />

102 [Arcen] wor<strong>de</strong>n). Vanuit dit basispunt wer<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> noord-zuid- en in <strong>de</strong> oost-west-richting<br />

20


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

vierkanten <strong>van</strong> 28 km afgepast. In het zwaartepunt <strong>van</strong> elk vierkant werd een aanvullend meetstation<br />

geplaatst. Ver<strong>de</strong>r wer<strong>de</strong>n in elke stad met 100.000 inwoners drie stadspunten opgenomen.<br />

Met een aantal aanvullen<strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n erbij kwam het totaal aantal stations uit op 225.<br />

Begin jaren zeventig was <strong>de</strong> opbouw <strong>van</strong> het nationale meetnet in volle gang. Op 22 maart 1971 vond<br />

<strong>de</strong> eerste officiële opening in het luchtmeetnet plaats. Op die datum kwamen namelijk <strong>de</strong> twee<br />

eerste (zwaveldioxi<strong>de</strong>) meetstations in <strong>de</strong> regio Limburg in bedrijf. Op 8 februari 1973 volg<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

officiële start <strong>van</strong> het Nationaal Meetnet voor Luchtverontreiniging met <strong>de</strong> regio’s Limburg, Noord-<br />

Brabant, Zeeland en Noord-Holland. Eind 1974 waren er zes regio’s operationeel: Utrecht en<br />

Gel<strong>de</strong>rland waren erbij gekomen. In 1975 volg<strong>de</strong>n <strong>de</strong> laatste regio’s: Zuid-Holland, Overijssel en<br />

Friesland, Groningen en Drenthe (<strong>de</strong>ze laatste drie provincies vorm<strong>de</strong>n samen één regio). Daarmee<br />

was het meetnet voor zwaveldioxi<strong>de</strong> gereed: het was 26 mei 1975.<br />

2.5 De perio<strong>de</strong> 1975-1990<br />

In <strong>de</strong> jaren vijftig heerste <strong>de</strong> opvatting dat luchtverontreiniging i<strong>de</strong>ntiek was aan zwaveldioxi<strong>de</strong><br />

(en rook). In het mid<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren zestig was zwaveldioxi<strong>de</strong> hooguit nog een indicator of een<br />

‘gidsstof’ voor het geheel aan luchtverontreiniging. Eind jaren zestig realiseer<strong>de</strong> men zich dat het<br />

niet langer volstond om alleen zwaveldioxi<strong>de</strong> (en rook) te meten. Naarmate <strong>de</strong> kennis was<br />

toegenomen, groei<strong>de</strong> ook het besef <strong>van</strong> <strong>de</strong> complexiteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> luchtverontreiniging.<br />

De opkomst <strong>van</strong> aardgas ten koste <strong>van</strong> olie en kolen in Ne<strong>de</strong>rland leid<strong>de</strong> aan het eind <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren<br />

zestig en in <strong>de</strong> eerste helft <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren zeventig tot een spectaculaire vermin<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

uitworp <strong>van</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong> en daarmee <strong>van</strong> <strong>de</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong>niveaus. De<br />

luchtkwaliteitsproblemen waren daarmee echter niet uit <strong>de</strong> wereld. En een mogelijk nieuw<br />

probleem was ont<strong>de</strong>kt: smog met stikstofoxi<strong>de</strong>n en ozon, <strong>de</strong> foto<strong>chemische</strong> smog. Ook hier zou<br />

dus on<strong>de</strong>rzoek naar verricht moeten wor<strong>de</strong>n en liefst zo snel mogelijk. <strong>Een</strong> an<strong>de</strong>r probleem dat in<br />

om<strong>van</strong>g toenam, was <strong>de</strong> luchtverontreiniging door het verkeer. De metingen in <strong>de</strong> jaren zestig in<br />

Utrecht had<strong>de</strong>n al uitgewezen dat in verkeersbelaste situaties <strong>de</strong> zwarte rookconcentraties hoog<br />

kunnen oplopen. On<strong>de</strong>rzoek in an<strong>de</strong>re plaatsen, on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re in Amsterdam, wees uit dat ook<br />

an<strong>de</strong>re componenten in hoge concentraties kunnen voorkomen. Re<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> aandacht ook te<br />

richten op stoffen die door het verkeer wor<strong>de</strong>n geëmitteerd zoals lood, koolstofmonoxi<strong>de</strong> en<br />

stikstofoxi<strong>de</strong>n.<br />

De introductie <strong>van</strong> <strong>de</strong> meting <strong>van</strong> ozon, stikstofoxi<strong>de</strong>n en koolmonoxi<strong>de</strong> in het Nationaal Meetnet<br />

voor Luchtverontreiniging verg<strong>de</strong> een aantal jaren. Op 12 april 1978 is echter ook het uitgebrei<strong>de</strong><br />

meetnet gereed. <strong>Een</strong> bijzon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> het meetnet waren <strong>de</strong> veldjes <strong>van</strong> het Instituut voor<br />

Plantenziektenkundig On<strong>de</strong>rzoek (afbeelding 14). Op <strong>de</strong>ze veldjes werd met behulp <strong>van</strong><br />

zogeheten indicator-planten getracht <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> vast te stellen die luchtverontreiniging<br />

veroorzaakte. Als indicator-planten wer<strong>de</strong>n gebruikt: tabak voor ozonscha<strong>de</strong> en gladiool en tulp<br />

voor <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> door fluori<strong>de</strong>n; dit werd soms ook nog aangevuld met an<strong>de</strong>re planten.<br />

Ruimtelijk-statistische metho<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n benut om een beter inzicht te krijgen in ruimtelijke<br />

ver<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> luchtverontreiniging. Dit on<strong>de</strong>rzoek lever<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re informatie op <strong>over</strong> <strong>de</strong><br />

relatie tussen meetnetdichtheid en <strong>de</strong> nauwkeurigheid waarmee een ruimtelijk veld beschreven<br />

kon wor<strong>de</strong>n. De conclusie was, dat gegeven <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n en doelstellingen, het meetnet<br />

voor zwaveldioxi<strong>de</strong> aanzienlijk in om<strong>van</strong>g gereduceerd zou kunnen wor<strong>de</strong>n. Ook <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />

on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>van</strong> het meetnet wer<strong>de</strong>n kritisch bekeken: voorgesteld werd het<br />

stikstofoxi<strong>de</strong>nmeetnet flink uit te dunnen, maar het ozonmeetnet uit te brei<strong>de</strong>n. Resultaat <strong>van</strong> dit<br />

alles was dat het totaal aantal meetstations teruggebracht kon wor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> meer dan 200 naar<br />

ongeveer 90. Bovendien viel het besluit om <strong>de</strong> coulometrische zwaveldioxi<strong>de</strong>monitor te<br />

ver<strong>van</strong>gen door een op fysische principes (fluorescentie) gebaseerd instrument. In maart 1987 was<br />

het vernieuw<strong>de</strong> (en uitgedun<strong>de</strong>) meetnet gereed.<br />

21


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Afbeelding 14 <strong>Een</strong> veldje met gewassen voor on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> <strong>van</strong> luchtverontreiniging;<br />

locatie onbekend.<br />

Foto collectie H. Boelhouwer.<br />

Meetstations in ste<strong>de</strong>n waren <strong>van</strong>af het begin af aan on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> het nationale luchtmeetnet<br />

geweest. Zij waren echter vooral bedoeld om een algemeen beeld <strong>van</strong> <strong>de</strong> luchtverontreiniging in<br />

ste<strong>de</strong>n te krijgen. On<strong>de</strong>rzoek had echter geleerd dat in ste<strong>de</strong>n <strong>de</strong> niveaus <strong>van</strong><br />

luchtverontreiniging, die door het verkeer veroorzaakt wer<strong>de</strong>n, zeer variabel waren, zowel in<br />

ruimte als in tijd. Dit leid<strong>de</strong> tot het ontmoedigen<strong>de</strong> besef dat in straten met verkeer <strong>de</strong><br />

luchtverontreiniging wel te meten was, maar dat <strong>de</strong> ruimtelijke betekenis <strong>van</strong> die metingen zeer<br />

beperkt was. Toch was er informatie nodig <strong>over</strong> <strong>de</strong> luchtkwaliteit in ste<strong>de</strong>n. Men koos daarbij voor<br />

een voor die tijd ongewone oplossing: een verspreidingsmo<strong>de</strong>l dat aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> een aantal<br />

parameters <strong>de</strong> luchtkwaliteit in een straat zou kunnen beschrijven. De uitkomsten <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

berekeningen met <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>llen zou<strong>de</strong>n dan gecontroleerd moeten wor<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> metingen <strong>van</strong><br />

een beperkt aantal zorgvuldig gekozen zogeheten verkeers- of straatstations. En zo kwamen in<br />

Apeldoorn, Eindhoven, Nijmegen en Utrecht een aantal <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze straatstations te staan. In een<br />

aantal, <strong>de</strong>els an<strong>de</strong>re, ste<strong>de</strong>n kwamen ook nog zogenaam<strong>de</strong> stadsstations. Deze stadsstations<br />

leveren informatie <strong>over</strong> het achtergrondniveau <strong>van</strong> luchtverontreiniging in ste<strong>de</strong>n. In 1988<br />

kwamen al <strong>de</strong>ze ste<strong>de</strong>lijke stations in bedrijf. De gehele aanpak bij <strong>de</strong> beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

luchtkwaliteit was op dat moment hét voorbeeld <strong>van</strong> het principe ‘meten en mo<strong>de</strong>lleren’.<br />

Het uitgebrei<strong>de</strong> en kwantitatieve on<strong>de</strong>rzoek dat in <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> 1975-1990 vorm kreeg, maakt het<br />

mogelijk om <strong>de</strong> ontwikkelingen in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse luchtkwaliteit <strong>over</strong> langere termijn te<br />

beoor<strong>de</strong>len. Dit on<strong>de</strong>rzoek leer<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke luchtkwaliteit in Ne<strong>de</strong>rland sinds 1970<br />

spectaculair was verbeterd (afbeelding 15).<br />

22


Afbeelding 15 De verbetering <strong>van</strong> <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke luchtkwaliteit. Naar Buijsman (2008).<br />

2.6 Na 1990<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

In <strong>de</strong> eerste helft <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren negentig volg<strong>de</strong> opnieuw een optimalisatie <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>lijk<br />

Meetnet Luchtkwaliteit; <strong>de</strong>ze keer vooral ingegeven door kwalitatieve <strong>over</strong>wegingen (Buijsman,<br />

1994). Me<strong>de</strong> door het succes <strong>van</strong> het internationale beleid op het terrein <strong>van</strong> <strong>de</strong> emissiereducties<br />

kon het zwaveldioxi<strong>de</strong>meetnet sterk wor<strong>de</strong>n ingekrompen. Het resultaat was toen een meetnet<br />

met 30 regionale meetstations naast een twintigtal meetstations in een achttal ste<strong>de</strong>n. De<br />

gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> stationsafstand <strong>van</strong> <strong>de</strong> regionale meetstations in het meetnet was na <strong>de</strong>ze herziening<br />

inmid<strong>de</strong>ls bijna 50 x groter dan in het allereerste meetnet in Twente.<br />

De metingen voor ammoniak gingen in 1992 in het meetnet <strong>van</strong> start. Uitdrukkelijk was hierbij <strong>van</strong><br />

meet af aan gekozen voor <strong>de</strong> toepassing <strong>van</strong> het principe ‘meten en mo<strong>de</strong>lleren’. Er wer<strong>de</strong>n dan<br />

ook slechts acht meetstations voor ammoniak ingericht. Acht is verwaarloosbaar ten opzichte <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> ‘hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n’ meetstations die nodig geacht wer<strong>de</strong>n als het concentratieveld voor ammoniak<br />

<strong>over</strong> Ne<strong>de</strong>rland alleen met metingen zou moeten wor<strong>de</strong>n beschreven. Het mo<strong>de</strong>l zou dan<br />

vervolgens het volledige beeld <strong>over</strong> Ne<strong>de</strong>rland moeten geven. <strong>Een</strong> indicatie <strong>over</strong> hoe goed het<br />

mo<strong>de</strong>l presteert of hoe goed metingen en mo<strong>de</strong>lresultaten <strong>over</strong>komen, kan simpelweg afgeleid<br />

wor<strong>de</strong>n uit <strong>de</strong> meetresultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> acht meetstations en <strong>de</strong> door het mo<strong>de</strong>l voorspel<strong>de</strong><br />

concentraties op die meetstations.<br />

An<strong>de</strong>rs ging het met fijn stof. In 1994 volgen<strong>de</strong> <strong>de</strong> introductie <strong>van</strong> <strong>de</strong> meting <strong>van</strong> fijn stof in het<br />

Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit. Het zou later het begin blijken <strong>van</strong> een moeizaam proces om <strong>de</strong><br />

stofvormige luchtverontreiniging te karakteriseren. De meting <strong>van</strong> fijn stof en <strong>de</strong> bijbehoren<strong>de</strong><br />

meetstrategie was in verregaan<strong>de</strong> mate opgelegd door Europese regelgeving zon<strong>de</strong>r dat echter<br />

a<strong>de</strong>quate meetapparatuur voorhan<strong>de</strong>n was (Buijsman, 2007).<br />

Jarenlang wer<strong>de</strong>n met enige regelmaat door het RIVM <strong><strong>over</strong>zicht</strong>en gepubliceerd met wat er in het<br />

Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit aan meetactiviteiten werd ontplooid. Deze behulpzame<br />

gewoonte is blijkbaar in 2001 gestaakt (Van Elzakker, 2001). Het is daarom lastig om een volledig<br />

<strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> huidige meetactiviteiten in het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit te krijgen.<br />

Resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> metingen in het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit verschijnen in <strong>de</strong> reeks<br />

Jaar<strong><strong>over</strong>zicht</strong> Luchtkwaliteit. Deze rapportage behelst in veel gevallen ook rele<strong>van</strong>te<br />

meetresultaten <strong>van</strong> lokale instanties. Deze laatste instanties, zoals DCMR Milieudienst Rijnmond,<br />

<strong>de</strong> provincies Limburg en Noord-Holland en <strong>de</strong> GGD (Voorheen GG&GD) Amsterdam, brengen ook<br />

hun eigen rapportages <strong>van</strong> <strong>de</strong> metingen uit.<br />

23


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

24 <br />

Afbeelding 16 Het Lan<strong>de</strong>lijk<br />

Meetnet Luchtkwaliteit na <strong>de</strong><br />

herziening in 1986/1987.<br />

Afbeelding 17 Het Lan<strong>de</strong>lijk<br />

Meetnet Luchtkwaliteit (LML) na<br />

<strong>de</strong> herziening in 1993.


|3 Neerslag<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

3.1 Voor 1900<br />

Antonie <strong>van</strong> Leeuwenhoek was <strong>de</strong> eerste Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r <strong>van</strong> wie is <strong>over</strong>geleverd dat hij zich in<br />

wetenschappelijke zin met regenwater bezighield. Van Leeuwenhoek on<strong>de</strong>rzocht in 1703 on<strong>de</strong>r<br />

een <strong>van</strong> zijn zelf ontwikkel<strong>de</strong> microscopen het witte poe<strong>de</strong>r dat na een hevige storm op het raam<br />

<strong>van</strong> zijn woning in Delft was achtergebleven. Van Leeuwenhoek: ‘I viewed the particles with my<br />

microscope, and found they had the figure of common salt, but very small,..’. Hij conclu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> dat<br />

dit zout uit zee afkomstig moest zijn en dat het met <strong>de</strong> regen moest zijn meegevoerd (Van<br />

Leeuwenhoek, 1703, 1703).<br />

De eerste kwantitatieve analyses <strong>van</strong> regenwater in Ne<strong>de</strong>rland waren zeer waarschijnlijk <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

hand <strong>van</strong> Driessen en Paping. Zij on<strong>de</strong>rzochten rond 1790 regenwater op het voorkomen <strong>van</strong><br />

chlori<strong>de</strong> en zwavel (Driessen, 1822; Erisman, 2000). De Utrechtse chemicus Mul<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rzocht<br />

rond 1830 <strong>de</strong> neerslag in Utrecht. Mul<strong>de</strong>r gaf als re<strong>de</strong>n voor zijn on<strong>de</strong>rzoek dat hij wil<strong>de</strong> vaststellen<br />

of regenwater geschikt was als drinkwater (Mul<strong>de</strong>r, 1832). Maar eigenlijk was dat alles wat er <strong>over</strong><br />

chemisch regenwateron<strong>de</strong>rzoek, althans in Ne<strong>de</strong>rland, in die perio<strong>de</strong> valt te vertellen. Dit staat in<br />

schril contrast met het on<strong>de</strong>rzoek in an<strong>de</strong>re lan<strong>de</strong>n als Duitsland, Engeland en Frankrijk (Buijsman,<br />

2008). Het zou pas in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> twintigste eeuw zijn dat het on<strong>de</strong>rzoek in Ne<strong>de</strong>rland<br />

nieuwe impulsen kreeg <strong>van</strong>uit <strong>de</strong> hoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> landbouwproefstations.<br />

3.2 De perio<strong>de</strong> 1900-1950<br />

Het Ne<strong>de</strong>rlandse on<strong>de</strong>rzoek op regenwatergebied was ook in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> 20ste eeuw<br />

aan<strong>van</strong>kelijk nog steeds beschei<strong>de</strong>n. Het was fragmentarisch en <strong>van</strong> korte duur. Zo <strong>de</strong>ed Jorissen<br />

in 1905 en 1906 on<strong>de</strong>rzoek naar het chlori<strong>de</strong>gehalte <strong>van</strong> regenwater dat opge<strong>van</strong>gen werd in Den<br />

Hel<strong>de</strong>r (Jorissen, 1906). Van <strong>de</strong>r Sleen presenteer<strong>de</strong> als on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> zijn proefschrift <strong>over</strong> <strong>de</strong><br />

samenstelling <strong>van</strong> ‘duinwater’ <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> een waarnemingen in <strong>de</strong> duinen en op<br />

verschillen<strong>de</strong> an<strong>de</strong>re plaatsen in Ne<strong>de</strong>rland (Van <strong>de</strong>r Sleen, 1912).<br />

Interessanter was het on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> het Rijkslandbouwproefstation in Groningen. Dit instituut<br />

begon in 1900 een on<strong>de</strong>rzoek om stikstoffluxen op proefvel<strong>de</strong>n in Uithuizermee<strong>de</strong>n in Noord-<br />

Groningen te meten. Ook regenwater werd in het on<strong>de</strong>rzoek betrokken, want ‘toch is het<br />

quantum’ 10 groot genoeg om bij een on<strong>de</strong>rzoek als het on<strong>de</strong>rhavige in rekening te wor<strong>de</strong>n<br />

gebracht’. En zo startte het on<strong>de</strong>rzoek naar het voorkomen <strong>van</strong> nitraat, nitriet en ammonium in<br />

regenwater (Hudig en Welt, 1911). Het on<strong>de</strong>rzoek liep door tot in 1910. Hudig meld<strong>de</strong> echter dat<br />

door analytisch-<strong>chemische</strong> onvolkomenhe<strong>de</strong>n alleen gegevens <strong>over</strong> 1908 tot en met 1910<br />

beschikbaar waren: ‘De bepaling <strong>van</strong> het nitraatstikstof in <strong>de</strong>n aan<strong>van</strong>g verricht, kan niet op grote<br />

betrouwbaarheid bogen (Huidig en Welt, 1911) en ‘the results from 1900-1908 being not quite<br />

exact’ (Hudig, 1910). De voornaamste re<strong>de</strong>n voor dit falen lag in <strong>de</strong> gebruikte analysemetho<strong>de</strong><br />

voor nitraat. Aan<strong>van</strong>kelijk was dit <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> Schlösing die echter voor <strong>de</strong> lage<br />

nitraatconcentraties in regenwater niet erg geschikt bleek.<br />

In 1920 begon het Rijkslandbouwproefstation in Groningen opnieuw een regenwateron<strong>de</strong>rzoek<br />

(Maschaupt, 1941); dit keer bij het gebouw <strong>van</strong> het Rijkslandbouwproefstation in Groningen, maar<br />

ook dichtbij een stationsemplacement. Maschaupt merkte hier<strong>over</strong> op: ‘… dat <strong>de</strong> samenstelling<br />

<strong>van</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>rgelijke omstandighe<strong>de</strong>n opge<strong>van</strong>gen regenwater kan afwijken <strong>van</strong> die <strong>van</strong><br />

regenwater, dat ver <strong>van</strong> fabrieken en op voldoen<strong>de</strong> afstand <strong>van</strong> ste<strong>de</strong>n en dorpen werd<br />

verzameld.’ Ook constateer<strong>de</strong> hij ‘<strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong> meer dan normale hoeveelheid zweven<strong>de</strong><br />

vaste stoffen in <strong>de</strong> lucht <strong>de</strong>zer omgeving’. Het on<strong>de</strong>rzoek bestreek <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> 1920 tot en met<br />

1939. Maschaupt geeft geen <strong>de</strong>tails <strong>over</strong> zijn monstername-apparatuur en -metho<strong>de</strong>. De<br />

aanwezigheid <strong>van</strong> het stationsempacement met <strong>de</strong> treinen die kolen als brandstof gebruikten zal<br />

ongetwijfeld ook veel emissie <strong>van</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong> hebben veroorzaakt. <strong>Een</strong> sterke lokale<br />

beïnvloeding <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag moet daarom zon<strong>de</strong>r meer het gevolg geweest zijn.<br />

25


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Ver<strong>de</strong>r was in Ne<strong>de</strong>rland voor <strong>de</strong> Twee<strong>de</strong> Wereldoorlog nog <strong>de</strong> Gemeentewaterleidingen in<br />

Amsterdam actief. Bij <strong>de</strong>ze organisatie was het eerst <strong>de</strong> scheikundige-bacterioloog Heymann die<br />

zich voor regenwater interesseer<strong>de</strong>. Zijn eerste on<strong>de</strong>rzoek richtte zich vooral op het voorkomen<br />

<strong>van</strong> ‘jodium’ 11 en daarnaast <strong>van</strong> chlori<strong>de</strong> in neerslag (Heymann, 1927, 1927).<br />

In het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren <strong>de</strong>rtig begon Leeflang, die werkzaam was bij <strong>de</strong> het laboratorium <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Gemeentewaterleidingen <strong>van</strong> Amsterdam in Leiduin, een on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> <strong>chemische</strong><br />

samenstelling <strong>van</strong> neerslag in relatie tot <strong>de</strong> afstand tot <strong>de</strong> kust. Het on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> Leeflang was<br />

veel uitgebrei<strong>de</strong>r dan dat <strong>van</strong> Heymann: het omvatte meer meetpunten, meer componenten en<br />

besloeg een langere perio<strong>de</strong>. Componenten als sulfaat, nitraat, ammonium, chlori<strong>de</strong>, calcium en<br />

magnesium wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht. De on<strong>de</strong>rzoeksperio<strong>de</strong> <strong>van</strong> Leeflang’s on<strong>de</strong>rzoek liep <strong>van</strong> eind<br />

1932 tot eind 1936. Leeflang maakte ook gewag <strong>van</strong> eer<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rzoek: ‘In <strong>de</strong>n aan<strong>van</strong>g hebben<br />

zich moeilijkhe<strong>de</strong>n voorgedaan, waarbij gebleken is, dat het noodzakelijk is voor op<strong>van</strong>gtrechter<br />

en verzamelvat een chemisch indifferente stof als glas te gebruiken en <strong>de</strong> nabijheid <strong>van</strong> opgaand<br />

hout te vermij<strong>de</strong>n.’ Leeflang gaf geen <strong>de</strong>tails <strong>over</strong> <strong>de</strong> opstelling en procedures. Wel had hij<br />

aanzienlijke hoeveelhe<strong>de</strong>n water nodig voor zijn analyses. Het gevolg was dat <strong>de</strong> flessen<br />

gemid<strong>de</strong>ld drie maan<strong>de</strong>n in het veld ston<strong>de</strong>n.<br />

De resultaten <strong>van</strong> het Leeflangs on<strong>de</strong>rzoek wor<strong>de</strong>n ook tegenwoordig soms nog aangehaald als<br />

vergelijkingsmateriaal om aan te geven hoe sinds die tijd <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

neerslag in Ne<strong>de</strong>rland is veran<strong>de</strong>rd. De belangrijkste re<strong>de</strong>n voor het tegenwoordige gebruik <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> data <strong>van</strong> Leeflang ligt er waarschijnlijk in dat het bij velen het enige beken<strong>de</strong> materiaal <strong>van</strong> voor<br />

<strong>de</strong> oorlog is. 12 Deze aandacht is wel begrijpelijk, maar niet geheel terecht. De gegevens <strong>over</strong> het<br />

sulfaatgehalte zijn waarschijnlijk wel bruikbaar, omdat sulfaat zelfs bij <strong>de</strong>ze lage concentraties<br />

stabiel is. An<strong>de</strong>rs ligt het bij nitraat en ammonium. De lange standtijd <strong>van</strong> <strong>de</strong> monsters in het veld -<br />

tot drie maan<strong>de</strong>n - betekent waarschijnlijk dat <strong>de</strong> gerapporteer<strong>de</strong> ammonium- en nitraatconcentraties<br />

weinig betekenis hebben. Vooral ook omdat niets bekend is <strong>over</strong> eventuele<br />

maatregelen om het monster te stabiliseren. De door Leeflang vastgestel<strong>de</strong> relatie tussen het<br />

chlori<strong>de</strong>gehalte in neerslag en <strong>de</strong> afstand tot <strong>de</strong> zee zou echter nog tot in <strong>de</strong> jaren zestig<br />

veelvuldig wor<strong>de</strong>n aangehaald als illustratie <strong>van</strong> <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> <strong>de</strong> zee.<br />

Leeflang zette zijn on<strong>de</strong>rzoek na 1936 nog voort, zo blijkt uit on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> Stuyfzand (1991).<br />

Archiefon<strong>de</strong>rzoek bij <strong>de</strong> Gemeentewaterleidingen <strong>van</strong> Amsterdam heeft ook nog latere en niet<br />

eer<strong>de</strong>r gepubliceer<strong>de</strong> waarnemingen <strong>van</strong> Leeflang opgeleverd (Stuyfzand, 1991 13 ). Deze<br />

waarnemingen beslaan <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> 1937 tot en met januari 1940. Bij <strong>de</strong>ze waarnemingen kunnen<br />

echter <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> kanttekeningen wor<strong>de</strong>n gemaakt als bij <strong>de</strong> eer<strong>de</strong>re waarnemingen <strong>van</strong> Leeflang.<br />

Regenwater werd <strong>van</strong>af <strong>de</strong> jaren <strong>de</strong>rtig ook opge<strong>van</strong>gen om <strong>de</strong> verspreiding <strong>van</strong> luchtverontreiniging<br />

te on<strong>de</strong>rzoeken. Regenwateron<strong>de</strong>rzoek met <strong>de</strong>ze intentie werd dan ook lange tijd<br />

uitgevoerd als een vorm <strong>van</strong> brongericht on<strong>de</strong>rzoek. <strong>Een</strong> artikel <strong>over</strong> een on<strong>de</strong>rzoek rond een<br />

superfosfaatfabriek is exemplarisch voor een manier <strong>van</strong> <strong>de</strong>nken die nog tot in <strong>de</strong> jaren zeventig<br />

opgeld zou doen (Schuursma, 1941). Schuursma, Pharmaceutisch Inspecteur <strong>van</strong> <strong>de</strong> Volksgezondheid,<br />

zag het als zijn taak ‘acht te slaan op <strong>de</strong> invloe<strong>de</strong>n, die buiten fabrieken en<br />

werkplaatsen, scha<strong>de</strong> kunnen toebrengen aan <strong>de</strong> belangen <strong>van</strong> <strong>de</strong> hygiëne <strong>van</strong> bo<strong>de</strong>m, water en<br />

lucht’. Klachten in <strong>de</strong> nabijheid <strong>van</strong> een superfosfaatfabriek leid<strong>de</strong>n tot on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> het<br />

regenwater in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> fabriek, omdat ‘een belangrijk <strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> in <strong>de</strong> atmosfeer<br />

gebrachte verontreinigingen met <strong>de</strong>n regen weer wordt afgeschei<strong>de</strong>n’. Deze vorm <strong>van</strong> regenwateron<strong>de</strong>rzoek<br />

lever<strong>de</strong> echter geen informatie <strong>over</strong> absolute concentraties <strong>van</strong> stoffen in <strong>de</strong><br />

lucht.<br />

26


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

3.3 De perio<strong>de</strong> 1950-1975<br />

Het <strong><strong>over</strong>zicht</strong>swerk De verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> atmosfeer meen<strong>de</strong> <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>posit gauge, een<br />

apparaat voor het op<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> neerslag (afbeelding 1, Brasser, 1952): ‘Het is bruikbaar voor het<br />

bepalen <strong>van</strong> <strong>de</strong> grootte-or<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> verontreiniging door stof, <strong>van</strong> <strong>de</strong> aard <strong>de</strong>r<br />

verontreinigingen…’ Ook waren <strong>de</strong> problemen die zich kon<strong>de</strong>n voordoen bekend:<br />

‘Ammoniumconcentraties zijn niet stabiel door <strong>de</strong> ‘beïnvloeding <strong>van</strong> bacteriën’. <strong>Een</strong> remedie was<br />

echter ook bekend: ‘<strong>Een</strong> goed mid<strong>de</strong>l tegen <strong>de</strong> algen is het verven <strong>van</strong> <strong>de</strong> fles, zodat het<br />

opge<strong>van</strong>gen water in het donker komt’ (Hansen, 1927). <strong>Een</strong> an<strong>de</strong>r probleem was dat in <strong>de</strong> winter<br />

<strong>de</strong> flessen kon<strong>de</strong>n stukvriezen. Het was ondanks <strong>de</strong>ze bezwaren dat <strong>de</strong> <strong>de</strong>posit gauge door zijn<br />

eenvoud en gebruiksgemak veelvuldig werd ingezet.<br />

Het Instituut voor Gezondheidstechniek <strong>van</strong> <strong>de</strong> Organisatie voor Toegepast<br />

Natuurwetenschappelijk On<strong>de</strong>rzoek (TNO) was in Ne<strong>de</strong>rland <strong>de</strong> organisatie die <strong>de</strong> eerste stappen<br />

zette op het pad <strong>van</strong> het meer systematische on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> luchtverontreiniging (Brasser, 1952).<br />

Zo begon TNO in 1953 een om<strong>van</strong>grijk en vooral langdurig on<strong>de</strong>rzoek bij <strong>de</strong> Hoogovens. Aanleiding<br />

voor dit on<strong>de</strong>rzoek waren klachten <strong>van</strong> kwekers in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Hoogovens <strong>over</strong> beschadiging <strong>van</strong> hun bolgewassen. In eerste instantie wer<strong>de</strong>n bij het on<strong>de</strong>rzoek<br />

alleen neerslag<strong>van</strong>gers ingezet, later volg<strong>de</strong>n ook luchtmetingen (TNO, 1954). De neerslag werd<br />

on<strong>de</strong>rzocht op chlori<strong>de</strong>, fluori<strong>de</strong> en sulfaat. Het on<strong>de</strong>rzoek zou uitein<strong>de</strong>lijk doorlopen tot 1960; het<br />

was daarmee één <strong>van</strong> <strong>de</strong> eerste, systematische on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong> luchtverontreiniging in<br />

Ne<strong>de</strong>rland (Brasser, 1959). TNO zou in <strong>de</strong> jaren vijftig ook op an<strong>de</strong>re plaatsen op grote schaal<br />

regen<strong>van</strong>gers inzetten. Dit gebeur<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re in het Westland en in het Nieuwe<br />

Waterweggebied. TNO zette dit on<strong>de</strong>rzoek, in wisselen<strong>de</strong> om<strong>van</strong>g, tot in <strong>de</strong> jaren zeventig voort.<br />

De Keuringsdienst <strong>van</strong> Waren in Rotterdam reken<strong>de</strong> ook <strong>de</strong> leefomgeving tot zijn werkveld. Deze<br />

dienst begon daarom al in 1948 met reguliere meting <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> neerslag<br />

in Rotterdam. De dienst had 14 meetpunten ingericht. De regen<strong>van</strong>gers waren <strong>van</strong> het<br />

zogenaam<strong>de</strong> Hibernia-type. De trechters <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze apparaten waren <strong>van</strong> koper. De koperen<br />

trechters zorg<strong>de</strong>n er echter waarschijnlijk voor dat zwaveldioxi<strong>de</strong> dat zich tij<strong>de</strong>ns droge perio<strong>de</strong>s<br />

afzette op <strong>de</strong> trechter, efficiënt en snel werd omgezet in zwavelzuur en vervolgens in sulfaat. 14 En<br />

dit sulfaat werd uitein<strong>de</strong>lijk gemeten als ware het aanwezig in regenwater. Jaren later toen <strong>de</strong><br />

gegevens uit dit meetnet naast resultaten <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren wer<strong>de</strong>n gezet, kwamen <strong>de</strong> (grote)<br />

verschillen aan het licht (Rid<strong>de</strong>r, 1978). Het resultaat was uitein<strong>de</strong>lijk dat <strong>de</strong> sulfaatgegevens <strong>van</strong><br />

het meetnet <strong>van</strong> <strong>de</strong> Keuringsdienst <strong>van</strong> Waren onbruikbaar bleken. 15<br />

Het Rijksinstituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid (RIV) begon in 1956 op verzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> Pharmaceutisch<br />

Inspecteur een on<strong>de</strong>rzoek in Amsterdam-noord. Er bevon<strong>de</strong>n zich daar twee<br />

elektriciteitscentrales, zwavelzuurfabrieken, een vuilverbrandingsinstallatie en nog wat an<strong>de</strong>re<br />

<strong>chemische</strong> fabrieken. Het on<strong>de</strong>rzoek dien<strong>de</strong> om vast te stellen wat <strong>de</strong> luchtkwaliteit in het gebied<br />

was in het licht <strong>van</strong> voorgenomen ste<strong>de</strong>lijke uitbreiding.<br />

27


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

28 <br />

Afbeelding 18 De meethut <strong>van</strong> het<br />

Rossby-meetnet op meetveld <strong>van</strong><br />

het KNMI in De Bilt. Rechts<br />

bovenop zit <strong>de</strong> trechter voor het<br />

op<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag. De<br />

neerslag gaat vervolgens via een<br />

slangetje naar een polytheen<br />

verzamelfles (links). In het<br />

linker<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> behuizing<br />

bevindt zich ook apparatuur voor<br />

het bemonsteren <strong>van</strong> gasvormige<br />

bestand<strong>de</strong>len in lucht (rechts). De<br />

bedoeling was om op <strong>de</strong>ze wijze<br />

informatie <strong>over</strong> het voorkomen<br />

<strong>van</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong> (SO 2) en<br />

ammoniak in (NH 3) lucht te<br />

verzamelen. Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

meetgegevens <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze laatste<br />

componenten zijn - voor z<strong>over</strong><br />

bekend bij <strong>de</strong> auteur - nooit<br />

gepubliceerd.<br />

Foto collectie E. Buijsman.<br />

De Zweedse wetenschapper Egner nam in 1945 het initiatief om in Zwe<strong>de</strong>n en later geheel<br />

Scandinavië te komen tot een meetnet voor on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

neerslag. De interesse <strong>van</strong> Egner, een bioloog, ging vooral uit naar <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> kwestie <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

bijdrage <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag aan <strong>de</strong> stikstoftoevoer naar <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m (Emanuelsson et al., 1954; Rossby<br />

en Egner, 1955). Rossby, hoogleraar bij het Internationale Instituut voor Meteorologie <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Universiteit <strong>van</strong> Stockholm, breid<strong>de</strong> in 1952 het Scandinavische meetnet uit naar Europese schaal<br />

(Egner en Eriksson, 1955). Het doel werd nu ook an<strong>de</strong>rs: een beter inzicht te krijgen in <strong>de</strong><br />

verspreiding <strong>over</strong> grote afstan<strong>de</strong>n <strong>van</strong> verontreinigingen in <strong>de</strong> atmosfeer. Het meetnet werd in <strong>de</strong><br />

wan<strong>de</strong>ling naar zijn stichter vaak het Rossby-netwerk genoemd. 16 Er kwamen in Ne<strong>de</strong>rland in<br />

1956/57 drie meetpunten: De Bilt, Den Hel<strong>de</strong>r en Witteveen (afbeelding 13). Deze meetpunten<br />

waren in beheer bij het Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut in De Bilt. Van meet af aan<br />

werd het meetnet geplaagd door moeilijkhe<strong>de</strong>n op vooral analytisch-chemisch en<br />

dataverwerkinggebied. De resultaten <strong>van</strong> dit meetnet, in ie<strong>de</strong>r geval <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse, moesten dan<br />

ook achteraf groten<strong>de</strong>els als onbruikbaar wor<strong>de</strong>n beschouwd (Rid<strong>de</strong>r, 1978, 1985; Buijsman,<br />

2008). 17 Ook an<strong>de</strong>ren had<strong>de</strong>n hier eer<strong>de</strong>r al op gewezen (Paterson en Scorer, 1973). Het meetnet<br />

stierf halverwege <strong>de</strong> jaren zeventig een zachte dood. Helaas, want als concept was het zijn tijd ver<br />

vooruit.<br />

Regenwater stond aan het eind <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren zestig nog maar weinig in <strong>de</strong> belangstelling bij<br />

Ne<strong>de</strong>rlandse on<strong>de</strong>rzoekers op het gebied <strong>van</strong> luchtverontreiniging te staan. De veron<strong>de</strong>rstelling<br />

dat regenwater een integreren<strong>de</strong> maat was voor <strong>de</strong> luchtkwaliteit, bleek niet langer houdbaar.<br />

On<strong>de</strong>rzoek had geleerd dat er geen eenvoudige relatie bestond tussen <strong>de</strong> concentraties <strong>van</strong><br />

stoffen in <strong>de</strong> neerslag en <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> atmosfeer. Bovendien bleken lokale<br />

bronnen vaak maar in zeer beperkte mate bij te dragen tot <strong>de</strong> chemsiche samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

neerslag ter plaatse.<br />

3.4 De perio<strong>de</strong> 1975-1990<br />

De ont<strong>de</strong>kking <strong>van</strong> het fenomeen grens<strong>over</strong>schrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> luchtverontreiniging aan het eind jaren<br />

zestig en <strong>de</strong> daarmee samenhangen<strong>de</strong> ‘zure regen’ gaf een nieuwe impuls aan het<br />

regenwateron<strong>de</strong>rzoek. Zo kwam er in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren zeventig een on<strong>de</strong>rzoek on<strong>de</strong>r<br />

auspiciën <strong>van</strong> <strong>de</strong> Organisation for Economic Co-operation and Development (OECD) <strong>van</strong> <strong>de</strong> grond.<br />

De belangrijkste doelstelling <strong>van</strong> het on<strong>de</strong>rzoek was om een beter inzicht te krijgen in het<br />

langeafstandstransport <strong>van</strong> luchtverontreiniging. Het RIV <strong>de</strong>ed ten behoeve <strong>van</strong> het KNMI in<br />

eerste instantie vooral <strong>de</strong> analyse <strong>van</strong> <strong>de</strong> regenwatermonsters die op enkele punten in Ne<strong>de</strong>rland


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

ten behoeve <strong>van</strong> dit grootse opgezette internationale on<strong>de</strong>rzoek wer<strong>de</strong>n verzameld. Ook in<br />

an<strong>de</strong>re internationale projecten zou<strong>de</strong>n het KNMI en het RIV in <strong>de</strong> jaren zeventig participeren.<br />

Naast het KNMI en het RIV gebruikten ook <strong>de</strong> Keuringsdienst <strong>van</strong> Waren in Rotterdam, het al<br />

genoem<strong>de</strong> IMG-TNO en vele an<strong>de</strong>re instanties in Ne<strong>de</strong>rland <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong><br />

neerslag opnieuw ont<strong>de</strong>kt als bron <strong>van</strong> informatie. Rond het mid<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> zeventig waren er 25<br />

meetnetten verantwoor<strong>de</strong>lijkheid <strong>van</strong> 17 instanties in bedrijf. Totaal bedreven zij rond <strong>de</strong> 150<br />

meetpunten. Maar er was wel probleem: ‘Door alle verschillen in monster- en analysemetho<strong>de</strong>n<br />

[…] is on<strong>de</strong>rlinge vergelijking veelal moeilijk en soms onmogelijk.’ (Rid<strong>de</strong>r, 1978).<br />

Afbeelding 19 Het aantal meetnetten en meetpunten voor het on<strong>de</strong>rzoek naar en monitoring <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag rond 1975 laat zien dat het on<strong>de</strong>rzoek op lokale en regionale problemen is gericht. De<br />

meetpunten liggen vooral in ste<strong>de</strong>lijke en geïndustrialiseer<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n in Ne<strong>de</strong>rland aan. De om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> het<br />

on<strong>de</strong>rzoek in termen <strong>van</strong> meetnetten en aantallen meetpunten bereikt in <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> zijn hoogtepunt<br />

(Rid<strong>de</strong>r, 1978).<br />

29


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Halverwege <strong>de</strong> jaren zeventig begonnen het KNMI en het RIV na te <strong>de</strong>nken <strong>over</strong> het inrichten <strong>van</strong><br />

een lan<strong>de</strong>lijk meetnet voor systematisch on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

neerslag. Er waren op dat moment al lokale meetnetten voor het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> <strong>chemische</strong><br />

samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag in Noord-Holland, Zuid-Holland, Zeeland en Limburg. Deze waren<br />

echter geconcentreerd in geïndustrialiseer<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n. Maar het ontbrak aan een betrouwbaar<br />

lan<strong>de</strong>lijk beeld <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag. Ook het Rijksinstituut voor<br />

Drinkwatervoorziening (RID) had plannen om komen tot een lan<strong>de</strong>lijk meetnet voor on<strong>de</strong>rzoek<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> regenwater.<br />

Het KNMI/RIV-meetnet ging in 1978 <strong>van</strong> start met 12 meetpunten. De doelstelling <strong>van</strong> dit meetnet<br />

was: ‘Wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoek op het gebied <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag,<br />

in <strong>de</strong> eerste plaats gericht op het signaleren <strong>van</strong> trendmatige veran<strong>de</strong>ringen’ (KNMI/RIV, 1979).<br />

Ook het lan<strong>de</strong>lijke meetnet <strong>van</strong> RID ging in 1978 <strong>van</strong> start; dit meetnet bestond uit 27 meetpunten.<br />

Belangrijkste argumenten voor <strong>de</strong> opzet <strong>van</strong> dit meetnet waren: 1) <strong>de</strong> notie dat <strong>de</strong> ‘kwaliteit <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> neerslag een belangrijke factor kan zijn voor <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> waterbronnen’ en 2) <strong>de</strong> mogelijke<br />

invloed <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslagkwaliteit op <strong>de</strong> grondwaterkwaliteit (Brinkman, 1977). De doelstelling <strong>van</strong><br />

het RID-meetnet werd later omschreven als: ‘… inzicht krijgen in <strong>de</strong> belasting <strong>van</strong> het<br />

aardoppervlak met verontreinigingen, met name spoorelementen, <strong>van</strong>uit <strong>de</strong> atmosfeer’ (Van <strong>de</strong><br />

Meent et al., 1984).<br />

En zo waren er begin 1982 in Ne<strong>de</strong>rland 13 meetnetten voor on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong><br />

samenstelling <strong>van</strong> neerslag met totaal 89 meetpunten. De meetnetten zou<strong>de</strong>n nuttige informatie<br />

leveren <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> neerslag <strong>over</strong> Ne<strong>de</strong>rland. De twee lan<strong>de</strong>lijke<br />

meetnetten zou<strong>de</strong>n echter al snel, voornamelijk on<strong>de</strong>r politieke druk, fuseren en vervolgens<br />

saneren. Het resultaat was een lan<strong>de</strong>lijk meetnet met 21 meetpunten dat in 1983 in bedrijf kwam<br />

(Buijsman, 2003). Dit meetnet zou in <strong>de</strong> daaropvolgen<strong>de</strong> jaren nog ver<strong>de</strong>r inkrimpen.<br />

In 1984 verscheen een rapport waaruit dui<strong>de</strong>lijk naar voren kwam dat met open <strong>van</strong>gers <strong>de</strong> natte<br />

<strong>de</strong>positie <strong>van</strong> belangrijke stoffen fors <strong>over</strong>schat werd. Zo bleken <strong>de</strong> natte <strong>de</strong>posities <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

stoffen die bijdragen aan zure <strong>de</strong>positie – ammonium, nitraat, sulfaat – met open <strong>van</strong>gers 20-25%<br />

hoger te zijn in vergelijking met <strong>de</strong> <strong>de</strong>posities die wer<strong>de</strong>n gemeten met regen<strong>van</strong>gers die alleen<br />

tij<strong>de</strong>ns neerslagperio<strong>de</strong>s geopend waren (Rid<strong>de</strong>r et al., 1984). Deze resultaten waren echter<br />

verkregen met speciale experimentele regen<strong>van</strong>gers. Operationeel inzetbare apparatuur was nog<br />

niet voorhan<strong>de</strong>n. Het zou tot 1988 duren, voordat in het lan<strong>de</strong>lijk meetnet voor het on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> neerslag <strong>de</strong> zogeheten natte <strong>van</strong>gers operationeel wer<strong>de</strong>n. Deze<br />

natte <strong>van</strong>ger is een apparaat waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> trechter tij<strong>de</strong>ns droge perio<strong>de</strong>n is afgesloten met een<br />

<strong>de</strong>ksel (afbeelding 15). <strong>Een</strong> bij <strong>de</strong> regen<strong>van</strong>ger behoren<strong>de</strong> sensor geeft bij neerslag een signaal af<br />

waardoor het <strong>de</strong>ksel wordt verwij<strong>de</strong>rd en <strong>de</strong> monsterneming <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag kan beginnen. Is het<br />

weer droog gewor<strong>de</strong>n dan gaat het <strong>de</strong>ksel weer dicht. De nog bestaan<strong>de</strong> lokale meetnetten in<br />

Zuid-Holland en Limburg zou<strong>de</strong>n eveneens op <strong>de</strong>ze natte <strong>van</strong>ger <strong>over</strong>gaan.<br />

<strong>Een</strong> uitputtend <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> waarnemingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag aan<br />

<strong>de</strong> kust <strong>van</strong> Noord- en Zuid-Holland is gepubliceerd door Stuyfzand (1991). De publicatie bevat<br />

naast een <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> meten<strong>de</strong> instanties en componenten ook geaggregeer<strong>de</strong> informatie <strong>over</strong><br />

<strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> concentraties. Zo biedt <strong>de</strong> publicatie informatie <strong>over</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> concentraties in<br />

1975 op locaties in <strong>de</strong> kustprovincies 18 , maar ook <strong>over</strong> meetreeksen <strong>van</strong> <strong>de</strong> Provinciale Waterstaat<br />

Noord-Holland (1974-1988), <strong>van</strong> het Hoogovenmeetnet (1955-1977) en <strong>van</strong> een aantal meetpunten<br />

<strong>van</strong> het meetnet <strong>van</strong> het Instituut voor Gezondheidstechniek <strong>van</strong> TNO (1959-1978). Veel rapporten<br />

waaraan <strong>de</strong>ze geaggregeer<strong>de</strong> informatie is ontleend, zijn niet of nauwelijks nog te vin<strong>de</strong>n. 19<br />

30


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Afbeelding 20 De op<strong>van</strong>gapparatuur voor<br />

chemisch on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag uit <strong>de</strong><br />

begintijd <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwaterkwaliteit, met vogelafweer,<br />

ongeveer 1980 (KNMI, 1981). Aan<strong>van</strong>kelijk<br />

was er geen vogelafweer. Deze is pas<br />

geïntroduceerd, toen dui<strong>de</strong>lijk werd hoe<br />

catastrofaal <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> vogelpoep op <strong>de</strong><br />

samenstelling <strong>van</strong> het regenwater kon zijn<br />

(Asman et al., 1982). De vogelafweer<br />

bestond uit dunne nylondra<strong>de</strong>n, waardoor<br />

het voor vogels onmogelijk was om op <strong>de</strong><br />

rand <strong>van</strong> <strong>de</strong> trechter te gaan zitten. Deze<br />

voorziening werd in 1979 geïntroduceerd. Na<br />

<strong>de</strong>ze maatregelen was er nog maar<br />

inci<strong>de</strong>nteel sprake <strong>van</strong> contaminatie door<br />

vogeluitwerpselen. Dit type <strong>van</strong>ger was in<br />

gebruik tot begin 1988.<br />

Foto collectie E. Buijsman.<br />

Afbeelding 21 De zogeheten natte <strong>van</strong>ger uit<br />

het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling. Dit apparaat voor<br />

het op<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> regenwater voor chemisch<br />

on<strong>de</strong>rzoek is in het mid<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren<br />

tachtig ontwikkeld door het<br />

Energieon<strong>de</strong>rzoek Centrum Ne<strong>de</strong>rland (ECN)<br />

in Petten. Dit type <strong>van</strong>ger kwam begin 1988<br />

in het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling in bedrijf. De<br />

<strong>van</strong>ger zou tot 2006 in bedrijf blijven.<br />

Foto collectie E. Buijsman.<br />

31


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

De rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> RREK<br />

Opmerkelijk is <strong>de</strong> rol die een <strong>over</strong>legorgaan met <strong>de</strong><br />

cryptische naam RREK heeft gespeeld. De naam<br />

RREK was ontleend aan <strong>de</strong> beginletters <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

organisaties die aan <strong>de</strong> wieg ston<strong>de</strong>n <strong>van</strong> dit orgaan:<br />

het Rijksinstituut voor Drinkwatervoorziening, het<br />

Rijksinstituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid, het<br />

Energieon<strong>de</strong>rzoek Centrum Ne<strong>de</strong>rland (ECN) en <strong>de</strong><br />

KEMA. De RREK is in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren tachtig<br />

opgericht. In <strong>de</strong> RREK zaten na verloop <strong>van</strong> tijd<br />

vertegenwoordigers <strong>van</strong> alle instellingen die in<br />

Ne<strong>de</strong>rland iets te betekenen had<strong>de</strong>n op het gebied<br />

<strong>van</strong> regenwater. Dat waren, naast <strong>de</strong> al genoem<strong>de</strong><br />

instituten: <strong>de</strong> Dienst Centraal Milieubeheer<br />

Rijnmond 20 , het Instituut voor Meteorologie en<br />

Oceanografie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Rijksuniversiteit Utrecht, het<br />

KNMI, TNO en <strong>de</strong> provincies Drenthe en Limburg.<br />

Belangrijkste taak <strong>van</strong> <strong>de</strong> RREK was, zoals ze <strong>van</strong><br />

zichzelf zei, ‘het afstemmen <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rzoek en het<br />

elkaar informeren <strong>over</strong> elkaars bezighe<strong>de</strong>n op het<br />

gebied <strong>van</strong> regenwateron<strong>de</strong>rzoek’.<br />

Informeel echter zag <strong>de</strong> RREK het als haar taak om<br />

richting te geven en wildgroei, zoals in <strong>de</strong> jaren<br />

zeventig, tegen te gaan. Of in <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> Hans<br />

Reijn<strong>de</strong>rs, <strong>de</strong> jarenlange voorzitter <strong>van</strong> <strong>de</strong> RREK: ‘De<br />

RREK was ervoor om te zorgen dat het met het<br />

meten en monitoren <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong><br />

samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag in Ne<strong>de</strong>rland geen<br />

lappen<strong>de</strong>ken zou wor<strong>de</strong>n’.<br />

32 <br />

Afbeelding 22 De natte <strong>van</strong>ger <strong>van</strong> het merk<br />

Eigenbrodt die in 2006 in het Lan<strong>de</strong>lijk<br />

Meetnet Regenwatersamenstelling in bedrijf<br />

is genomen.<br />

Foto collectie D. <strong>van</strong> Straalen.<br />

Daarnaast probeer<strong>de</strong> <strong>de</strong> RREK dubbel werk op<br />

on<strong>de</strong>rzoeksgebied te voorkomen. Vooral instituten<br />

als ECN en IMOU, en in min<strong>de</strong>re mate KEMA, waren<br />

meer op on<strong>de</strong>rzoek en veel min<strong>de</strong>r of niet op<br />

monitoring gericht. Deze instituten had<strong>de</strong>n daarbij<br />

ook nogal eens <strong>de</strong> neiging om eer<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rzoek te<br />

herhalen, hetgeen <strong>van</strong>uit <strong>de</strong> RREK gepoogd werd in<br />

goe<strong>de</strong> banen te lei<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong>ze taak is <strong>de</strong> RREK<br />

won<strong>de</strong>rwel geslaagd.<br />

Feitelijk kon er op het terrein <strong>van</strong> het on<strong>de</strong>rzoek<br />

naar <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> neerslag in<br />

Ne<strong>de</strong>rland niet veel gebeuren zon<strong>de</strong>r dat het op zijjn<br />

minst in <strong>de</strong> RREK aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> was geweest. Dit was<br />

<strong>de</strong>s te opmerkelijker, omdat, zoals gezegd, <strong>de</strong> RREK<br />

geen an<strong>de</strong>re status had dan die ze zichzelf had<br />

toegekend. Toen <strong>de</strong> betekenis <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag als<br />

milieuprobleem in <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong> zure regen afnam,<br />

taan<strong>de</strong> ook <strong>de</strong> betekenis <strong>van</strong> <strong>de</strong> RREK.<br />

De RREK heeft zich in 1992 opgeheven; <strong>over</strong>igens<br />

ook op eigen initiatief. Het staat buiten kijf dat <strong>de</strong><br />

RREK, hoewel informeel <strong>van</strong> karakter en feitelijk<br />

zon<strong>de</strong>r status, een belangrijke, sturen<strong>de</strong> en positieve<br />

rol heeft gespeeld in het Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

neerslagon<strong>de</strong>rzoek.


3.5 Na 1990<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

De perio<strong>de</strong> na 1990 is een perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> consolidatie. De <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> neerslag is<br />

geen prioritair on<strong>de</strong>rzoeksveld meer (Buijsman, 2009). De i<strong>de</strong>eën <strong>over</strong> hoe een meetnet eruit<br />

moet zien, liggen vast (maar zijn niet per se juist). Er is een lan<strong>de</strong>lijk meetnet on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> paraplu <strong>van</strong><br />

het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit en er zijn twee lokale meetnetten, die in Zuid-Holland en in<br />

Limburg. Pogingen om in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> helft <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren negentig in het lan<strong>de</strong>lijk meetnet tot een<br />

kwaliteitsverbetering te komen waren niet succesvol (Buijsman & Dekkers, 1997; Dekkers &<br />

Buijsman, 1997). In 2006 is <strong>de</strong> natte <strong>van</strong>ger uit <strong>de</strong> jaren tachtig ver<strong>van</strong>gen door een mo<strong>de</strong>rner type.<br />

<strong>Een</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> grootste verbeteringen is dat <strong>de</strong> opge<strong>van</strong>gen neerslag nu in een gethermostatiseer<strong>de</strong><br />

omgeving wordt bewaard. <strong>Een</strong> voorstel dat <strong>over</strong>igens al in 1989 was gedaan (Buijsman, 1989). De<br />

nog steeds bestaan<strong>de</strong> lokale meetnetten in Zuid-Holland en Limburg hebben <strong>de</strong>ze zelf<strong>de</strong><br />

ver<strong>van</strong>ging eveneens doorgevoerd.<br />

De publicatie <strong>van</strong> meetresultaten uit het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Regenwatersamenstelling is in 2010 na<br />

een jarenlange stagnatie weer op gang gekomen.<br />

33


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Colofon<br />

<strong>Een</strong> aantal afbeeldingen in <strong>de</strong>ze publicatie is wel welwillend ter beschikking gesteld door W.A.H.<br />

Asman, H. C. Boelhouwer, J.C.T. Hollan<strong>de</strong>r (†), H. Sliepen en D. <strong>van</strong> Straalen. De auteur is hen daar<br />

zeer erkentelijk voor.<br />

Ed Buijsman (1948) is geïnteresseerd in <strong>de</strong> historische aspecten <strong>van</strong> luchtverontreiniging in<br />

Ne<strong>de</strong>rland. In 2003 publiceer<strong>de</strong> hij Er zij een meetnet, een geschie<strong>de</strong>nis <strong>van</strong> het luchtmeetnet <strong>van</strong><br />

het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Ook landschappelijke veran<strong>de</strong>ringen in<br />

Ne<strong>de</strong>rland en <strong>de</strong> oorzaken er<strong>van</strong> hebben zijn interesse. Zo verscheen in 2007 bij uitgeverij Matrijs<br />

en in samenwerking met het Natuurhistorisch Museum in Rotterdam het boek <strong>Een</strong> eersteklas<br />

landschap. Dit boek beschrijft <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis en on<strong>de</strong>rgang <strong>van</strong> een <strong>de</strong> meest bijzon<strong>de</strong>re<br />

natuurgebie<strong>de</strong>n die Ne<strong>de</strong>rland in <strong>de</strong> 20 ste eeuw heeft gekend, het natuurmonument De Beer.<br />

34


Literatuur<br />

Aben, J.M.M., Schutter, M.A.A. en On<strong>de</strong>r<strong>de</strong>lin<strong>de</strong>n, D.,<br />

1991. Jaar<strong><strong>over</strong>zicht</strong> Luchtkwaliteit 1990. Rapport<br />

222101015, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

Aben, J.M.M., Eerens, H.C., Noordijk, H., Schokkin,<br />

G.J.H., Schutter, M.A.A., Van Velze, K., Van <strong>de</strong>r Woerd,<br />

H.J., 1994. Milieurapportage 1993. III. Jaar<strong><strong>over</strong>zicht</strong><br />

Luchtkwaliteit 1992. Rapport 722101006, Rijksinstituut<br />

voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

Aben, J.M.M. en Laan, J.G.H., 1995. Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling 1991. Rapport 722101018.<br />

Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De<br />

Bilt, en Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

Aben, J.M.M., Frantzen, A.J., Van <strong>de</strong>r Veer, P.J.M. en<br />

Rentinck, E.C.M., 1995. Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling. Meetresultaten 1989.<br />

Rapport 722101016. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt, en Rijksinstituut<br />

voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

Aben, J.M.M., Laan, J.G.H., Frantzen, A.J. en Van <strong>de</strong>r<br />

Veer, P.J.M., 1995. Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling. Meetresultaten 1990.<br />

Rapport 722101017. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt, en Rijksinstituut<br />

voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

Anonymus, 1661. Ordonnantie tegens d'infectie <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

lucht. P. <strong>van</strong> Ouwen, Maastricht.<br />

Anonymus, 1929. Rapport <strong>van</strong> <strong>de</strong> Commissie tot<br />

on<strong>de</strong>rzoek inzake <strong>de</strong>n hin<strong>de</strong>r <strong>van</strong> vliegasch en<br />

kolenstof. Resultaten <strong>van</strong> een on<strong>de</strong>rzoek in opdarcht<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> burgemeester en wethou<strong>de</strong>rs <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

gemeente ’s-Gravenhage.<br />

, 1951 Voorlopige aanbevelingen inzake <strong>de</strong><br />

beperking <strong>van</strong> vliegashin<strong>de</strong>r uit fabrieksschoorstenen,<br />

De Ingenieur, Gezondheidstechniek 63, 1-3.<br />

Asman, W.A.H. en Conrads, L.A., 1975. Bibliography on<br />

precipitation chemistry: subject in<strong>de</strong>x. 21 Instituut voor<br />

Meteorologie en Oceanografie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Rijksuniversiteit<br />

Utrecht<br />

Asman, W.A.H., Rid<strong>de</strong>r, T.B., Reijn<strong>de</strong>rs, H.F.R. en Slanina<br />

J., 1982. Influence and prevention of bird-droppings in<br />

precipitation chemistry experiments. Water, Air, and<br />

Soil Pollution 17, 415-420.<br />

Beijk, R., Mooibroek, D. en Hoogerbrugge, R., 2007.<br />

Jaar<strong><strong>over</strong>zicht</strong> Luchtkwaliteit 2003-2006. Rapport<br />

680704002, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieu, Bilthoven.<br />

, 2008. Jaar<strong><strong>over</strong>zicht</strong> Luchtkwaliteit 2007. Rapport<br />

680704005, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieu, Bilthoven.<br />

, 2009. Jaar<strong><strong>over</strong>zicht</strong> Luchtkwaliteit 2008. Rapport<br />

680704008, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieu, Bilthoven.<br />

Berkhout, J.P.J., Mooibroek, D., Van Pul, W.A.J. en<br />

Hoogerbrugge, R., 2008. Herberekening historische<br />

concentraties fijn stof. Rapport 680704007,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,<br />

Bilthoven.<br />

Biersteker, K., 1968. Luchtverontreiniging in Haarlem in<br />

1608. Ne<strong>de</strong>rlands Tijdschrift voor Sociale<br />

Geneeskun<strong>de</strong> 112 nummer 1, 33-34.<br />

Blom, W.F., Buijsman, E. en On<strong>de</strong>r<strong>de</strong>lin<strong>de</strong>n, D., 1988.<br />

Luchtkwaliteit, jaarverslag 1987. Rapport 228702009,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,<br />

Bilthoven.<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Boschloo, D.J., Stolk, A.P., 1999. Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling. Meetresultaten 1995.<br />

Rapport 723101046. Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

, 1999. Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling. Meetresultaten 1996.<br />

Rapport 723101048. Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

, 1999. Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling. Meetresultaten 1997.<br />

Rapport 723101049. Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

, 1999. Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling. Meetresultaten 1998.<br />

Rapport 723101054. Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

Brasser, L.J., 1952. De verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> atmosfeer<br />

– een literatuurstudie. Rapport nummer 17. Af<strong>de</strong>ling<br />

Gezondheidstechniek TNO, ‘s Gravenhage.<br />

, 1959. Luchtverontreiniging in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

IJ-mond. III. De bepaling <strong>van</strong> luchtverontreinigingen.<br />

De Ingenieur 48, G82-90.<br />

, 1965. Luchtverontreiniging in Ne<strong>de</strong>rland. In: L.<br />

Herber, Stikken<strong>de</strong> ste<strong>de</strong>n. Becht, Amsterdam, 242 pp.<br />

, 1969. Verontreiniging buitenlucht Z.O. mijnstreek.<br />

Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

buitenlucht in <strong>de</strong> zuidoostelijke mijnstreek. Rapport<br />

37. Af<strong>de</strong>ling Buitenlucht TNO, ‘s Gravenhage.<br />

, 1999. Luchtverontreiniging in Ne<strong>de</strong>rland 1900-<br />

1960. Lucht, nummer 4, 100-103.<br />

Brasser, L.J. en Joosting, P.E., 1952. Luchtverontreiniging<br />

en <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> atmosfeer –<br />

een literatuurstudie. Rapport 17. Af<strong>de</strong>ling<br />

Gezondheidstechniek TNO, ‘s Gravenhage.<br />

Brasser, L.J., Joosting, P.E. en Van Zuilen, D., 1966. SO2 -<br />

in welke mate toelaatbaar? Werkrapport G 300.<br />

Instituut voor Gezondheidstechniek TNO, ‘s<br />

Gravenhage.<br />

Brinkmann, F.J.J., 1977. Meetnet regenwaterkwaliteit,<br />

H2O, 474-476.<br />

Buijsman, E., 1989. On<strong>de</strong>rbouwen<strong>de</strong> informatie <strong>over</strong> het<br />

Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit. I. Het Lan<strong>de</strong>lijk<br />

Meetnet Regenwatersamenstelling. Rapport<br />

2298703006, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

, 1989. Kwaliteitsaspecten <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>lijk<br />

Meetnet Regenwatersamenstelling. I.<br />

Hoofdcomponenten. Rapport 723101022,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne,<br />

Bilthoven.<br />

, 1989. De rele<strong>van</strong>tie <strong>van</strong> metingen <strong>van</strong><br />

orthofosfaat en totaal fosfor in het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling. Rapport 723103010,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne,<br />

Bilthoven<br />

, 1989. Meetactiviteiten in 1989 in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het<br />

Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit. Rapport 228702016,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,<br />

Bilthoven.<br />

, 1990. Mogelijke contaminatie bij het gebruik <strong>van</strong><br />

wet-only <strong>van</strong>gers voor chemisch<br />

regenwateron<strong>de</strong>rzoek. Rapport 228703013,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,<br />

Bilthoven.<br />

, 1990. Meetactiviteiten in 1990 in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het<br />

Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit. Rapport 222101005,<br />

35


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,<br />

Bilthoven.<br />

, 1994. <strong>Een</strong> kwaliteitscontrole on<strong>de</strong>rzoek in het<br />

Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Regenwatersamenstelling. Rapport<br />

228703006, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieu, Bilthoven.<br />

, 2004. Jaar<strong><strong>over</strong>zicht</strong> Luchtkwaliteit 2002. Rapport<br />

500037004, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieu, Bilthoven.<br />

, 2005. Er zij een meetnet…. Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

, 2007. <strong>Een</strong> boekje open <strong>over</strong> fijn stof. Zie<br />

http://www.inzichten.nl/reeksen/reeks_luvo_fijn_stof.<br />

htm.<br />

, 2008. Meten waar <strong>de</strong> mensen zijn. De<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke luchtkwaliteit in<br />

Ne<strong>de</strong>rland. Tijdschrift Lucht. Zie ook<br />

www.inzichten.nl/reeksen/reeks_luvo_ste<strong>de</strong>lijke_luch<br />

tkwaliteit.htm.<br />

, 2009. Het <strong>chemische</strong> neerslagon<strong>de</strong>rzoek in<br />

Ne<strong>de</strong>rland, een kleine geschie<strong>de</strong>nis. Jaarboek voor<br />

Ecologische Geschie<strong>de</strong>nis 2008. Zie ook<br />

www.inzichten.nl/reeksen/reeks_luvo_chemisch_neer<br />

slagon<strong>de</strong>rzoek.htm.<br />

Buijsman, E., Blom, W.F., en On<strong>de</strong>r<strong>de</strong>lin<strong>de</strong>n, 1989.<br />

Luchtkwaliteit, jaarverslag 1988. Rapport 228702015,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,<br />

Bilthoven.<br />

Buijsman, E., Blom, W.F., en On<strong>de</strong>r<strong>de</strong>lin<strong>de</strong>n, 1990.<br />

Luchtkwaliteit, jaarverslag 1989. Rapport 222101006,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,<br />

Bilthoven.<br />

Buijsman, E. en Stolk, A.P., 1995. Meetactiviteiten in<br />

1995 in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Luchtkwaliteit. Rapport 723101016, Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

Buijsman, E. en Van Elzakker, B.G., 1996.<br />

Meetactiviteiten in 1996 in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>lijk<br />

Meetnet Luchtkwaliteit. Rapport 723101022,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,<br />

Bilthoven.<br />

Buijsman, E., Dekkers, A.L.M., Aben, J.J.M. en Van<br />

Jaarsveld, J.A., 1998. <strong>Een</strong> nieuwe meetstrategie voor<br />

<strong>de</strong> metingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong><br />

neerslag in het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit.<br />

Rapport 723101033, Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

Buishand, T.A., Kempen, G.T., Frantzen, A.J., Reijn<strong>de</strong>rs,<br />

H.F.R. en Van <strong>de</strong>n Eshof, A.J., 1988. Trend and<br />

seasonal variation of precipitation chemistry data in<br />

the Netherlands. Atmospheric Environment 22, 339-<br />

348.<br />

Burema, L., Biersteker, K., De Graaf, H., 1964.<br />

Luchtverontreiniging en volksgezondheid in<br />

Rotterdam. Commissie Bo<strong>de</strong>m, Water en Lucht,<br />

Rotterdam.<br />

Burger Hzn., D., 1952. Luchtverontreiniging door<br />

industrialisatie en <strong>de</strong> gevolgen voor mens, dier en<br />

plant. De Ingenieur 64, no 26, G61-G62.<br />

Buurma, IJ., 1959. Betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Amsterdamnoord.<br />

Rapport Lu 11/59. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1960. Betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek op 17, 18, 20 en<br />

27 mei 1960 bij <strong>de</strong> N.V. Kon. Ned. Lood- en<br />

Zinkpletterijen v/h A.D.Hamburger te Utrecht.<br />

Rapport Lu 14/60. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1962. Betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek op 6 en 7 maart<br />

1962 bij <strong>de</strong> Koninklijke Zwavelzuurfabrieken v/h Ketjen<br />

36 <br />

NV te Amsterdam. Rapport Lu 55/62. Rijks Instituut<br />

voor <strong>de</strong> Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1962. Vijf jaar luchton<strong>de</strong>rzoek 1956-1961. In:<br />

Berichten uit het Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid 1961, 253-261. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1964. Betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> N.V. Koninklijke Ne<strong>de</strong>rlandsche Lood- en<br />

Zinkpletterijen v/h A.D.Hamburger te Utrecht.<br />

Rapport Lu 47/64. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1965. De meting <strong>van</strong> verontreiniging in <strong>de</strong><br />

buitenlucht. In: Lucht en water verontreiniging,<br />

MACHEVO congres 1964, p. 203-216.<br />

, 1966. Betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong><br />

luchtverontreiniging door uitlaatgassen op <strong>de</strong><br />

automarkt te Utrecht (veemarktterrein aan <strong>de</strong><br />

Croeselaan) op 2 februari en 9 november 1965 en in <strong>de</strong><br />

Lange Jansstraat te Utrecht op 28 <strong>de</strong>cember 1965.<br />

Rapport Lu 15/66. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1967. Betreffen<strong>de</strong> schoorsteenmetingen bij <strong>de</strong><br />

Koninklijke Maastrichtse Zinkwit Maatschappij te<br />

Eijs<strong>de</strong>n. Rapport Lu 11/67. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1967. Betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving<br />

<strong>van</strong> het fabriekscomplex <strong>van</strong> <strong>de</strong> Koninklijke<br />

Maastrichtse Zinkwit Maatschappij te Eijs<strong>de</strong>n.<br />

Rapport Lu 83/67. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1967. Betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Utrecht, <strong>van</strong><br />

april 1965 tot en met maart 1966. Rapport Lu 19/67.<br />

Rijks Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1968. Betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naaar <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Utrecht <strong>van</strong><br />

april 1966 tot en met maart 1967. Rapport Lu 10/68.<br />

Rijks Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1968. Vulie lucht. Recreatie-brochure no. 8. ANWB,<br />

’s Gravenhage.<br />

, 1970. Betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Utrecht <strong>van</strong><br />

oktober 1968 tot en met september 1969. Rapport Lu<br />

28/70. Rijks Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid,<br />

Bilthoven.<br />

, 1970. Voorlopig rapport betreffen<strong>de</strong> het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> DEMKA te Utrecht. Rapport Lu<br />

129/70. Rijks Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid,<br />

Bilthoven.<br />

, 1970. Betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar het<br />

loodgehalte <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong><br />

Wittevrouwenstraat te Utrecht <strong>over</strong> <strong>de</strong> maan<strong>de</strong>n<br />

november 1969, <strong>de</strong>cember 1969 en januari 1970.<br />

Rapport Lu 134/70. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1970. Rapport betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> DEMKA te Utrecht. Rapport Lu 136/70. Rijks<br />

Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1971. Het proefmeetnet voor luchtverontreiniging<br />

in Twente. In: Berichten uit het Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid 1970, 239-248. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1971. Rapport betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> DEMKA te Utrecht in <strong>de</strong> maan<strong>de</strong>n september,


oktober en november 1970. Rapport Lu 32/71. Rijks<br />

Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1971. Rapport betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> DEMKA te Utrecht. A. Concentratiemetingen in<br />

<strong>de</strong> perio<strong>de</strong> 1 januari 1971 – 12 februari 1971. B.<br />

Stofneerslagmetingen in <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> 4 <strong>de</strong>cmeber 1970<br />

– 2 mei 1971. Rapport Lu 110/71. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1971. Ons welzijn en <strong>de</strong> luchtverontreiniging.<br />

Recreatie-brochure no. 11. ANWB, ’s Gravenhage.<br />

, 1975. Eindrapport betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar<br />

<strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> N.V. Staalgietwerk S.M.D.K. (v.h. DEMKA) te<br />

Utrecht. Rapport 61/75 BWL. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1976. On<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

buitenlucht op <strong>de</strong> Luchthaven Schiphol.<br />

Interimrapport 1974. Rapport 81/76 LMO. Rijks<br />

Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

Buurma, IJ. en Min<strong>de</strong>rhoud, A., 1974. Oriënterend<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong> zware metalen<br />

in <strong>de</strong> buitenlucht te Ensche<strong>de</strong>, Hengelo en Utrecht.<br />

Rapport 189/74 BWL. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven<br />

CBS, 1982. Luchtverontreiniging, metingen buitenlucht<br />

april 1980-maart 1981. Centraal Bureau voor <strong>de</strong><br />

Statistiek, Voorburg.<br />

Clarenburg, L.A., 1999. Luchtverontreiniging in <strong>de</strong> jaren<br />

zestig. Lucht, nummer 4, <strong>de</strong>cember 1999, 104-106.<br />

Commissie Bo<strong>de</strong>m, Water en Lucht. 1954.<br />

Zwaveldioxy<strong>de</strong> in <strong>de</strong> atmosfeer. Overzicht <strong>van</strong> een<br />

oriënterend on<strong>de</strong>rzoek, te Rotterdam door <strong>de</strong><br />

Werkcommissie Bo<strong>de</strong>n, Water en Lucht ingesteld.<br />

Rotterdam.<br />

Commissie Bo<strong>de</strong>m, Water en Lucht, 1972. Verslag<br />

1971/1972 (1.1.171-1.4.72) Rotterdam. Commissie Bo<strong>de</strong>n,<br />

Water en Lucht, Rotterdam.<br />

Conrads, L.A. en Jonker, P.J., 1971. De regenmeter <strong>van</strong><br />

Krecke uit 1849 en zijn betekenis bij het on<strong>de</strong>rzoek<br />

naar <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> <strong>de</strong> stad Utrecht op <strong>de</strong> <strong>chemische</strong><br />

samenstelling <strong>van</strong> het regenwater. Hemel en<br />

Dampkring 69, 178-182.<br />

Conrads, L.A. en Buijsman, E., 1973. Chemie <strong>van</strong><br />

regenwater: <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> stad en industrie. KRP<br />

rapport nummer 34. Instituut voor Meteorologie en<br />

Oceanografie, Rijksuniversiteit Utrecht.<br />

Conrads, L.A. en Buijsman, E., 1973. Chemie <strong>van</strong><br />

regenwater. Hemel en Dampkring 71, 332-339.<br />

De Graaf, H., Heij, A.T., De Jong, T. en Koopmans, S.,<br />

1955. Regenwateron<strong>de</strong>rzoek, Water, Bo<strong>de</strong>m, Lucht 45<br />

(nummer4), 4.<br />

Decet, F. en Mosello, R., 1997. Studies on the chemistry<br />

of atmospheric <strong>de</strong>position in the eightteenth and<br />

nineteenth series. Ambix 11, 57-84.<br />

De Jonge, D., 2008. Datarapport Luchtkwaliteit<br />

Haarlemmermeer meetresultaten 2007. Rapport<br />

GGD/LO 08-1104, provincie Noord-Holland, Haarlem.<br />

De Jonge, D., 2009. Datarapport Luchtkwaliteit<br />

Haarlemmermeer meetresultaten 2008. Rapport<br />

GGD/LO 09-1103, provincie Noord-Holland, Haarlem.<br />

De Jonge, D., 2010. Rapportage Luchtmetingen in het<br />

Havengebied Amsterdam 2009. Rapport GGD/LO 10-<br />

1107, provincie Noord-Holland, Haarlem.<br />

De Jonge, D., 2010. Datarapport Luchtkwaliteit<br />

Haarlemmermeer meetresultaten 2009. Rapport<br />

GGD/LO 10-1113, provincie Noord-Holland, Haarlem.<br />

Deiman, J.R. en Paets <strong>van</strong> Troostwijk, A., 1781. De<br />

verhan<strong>de</strong>ling <strong>over</strong> <strong>de</strong> Vaste Lucht. Verhan<strong>de</strong>lingen<br />

<strong>van</strong> het Bataafsch Genootschap <strong>de</strong>r<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Proefon<strong>de</strong>rvin<strong>de</strong>lijke Wijsbegeerte te Rotterdam 5, 1-<br />

96.<br />

Die<strong>de</strong>riks, H.A., 1970. Luchtverontreiniging in het<br />

verle<strong>de</strong>n. Intermediair, 6 nummer 37, 45-51.<br />

Die<strong>de</strong>riks, H.A. en Jeurgens, C., 1989. Nijverheid versus<br />

milieu in Holland 1500-1990. Holland, regionaal-<br />

historisch tijdschrift 21, 190-208.<br />

Driessen, J.C., 1822. De Acidi Muriatici praesentia in aëre<br />

atmosphaerico. Schweigger’s Journal für Chemie und<br />

Physik 36, 139-156g.<br />

Eilers, H., 1960. Inleiding tot het symposium<br />

Verontreiniging <strong>van</strong> lucht en water gehou<strong>de</strong>n op 17<br />

juni 1960 te Rotterdam, Chemisch Weekblad 56, 645-<br />

648.<br />

, 1965. Luchtverontreiniging door burgerij en<br />

industrie. In: Lucht en water verontreiniging.<br />

Machevo congres 1965, 178-185.<br />

, 1968. Waakzaamheids- en alarmstelsels in enkele<br />

buitenlandse ste<strong>de</strong>n. Gezondheidstechniek 8 maart,<br />

G33-G38.<br />

Elskamp HJ (red.). 1989. National Air Quality Monitoring<br />

Network. Technical <strong>de</strong>scription. Rapport 228702017.<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne,<br />

Bilthoven.<br />

Erisman, J.W., 2000. De Vliegen<strong>de</strong> Geest. BetaText,<br />

Bergen, 271 pp.<br />

Friso, K., 1994. Spatial statistical analysis of wet<br />

<strong>de</strong>position patterns <strong>over</strong> the Netherlands. Rapport<br />

Technische Universiteit Utrecht.<br />

Gezondheidstechniek TNO, 1954. Voorlopig verslag <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> metingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

buitenlucht te Beverwijk en omstreken,<br />

Gezondheidstechniek TNO Werkrapport F402 (G9).<br />

, 1955. Verslag <strong>van</strong> <strong>de</strong> metingen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Beverwijk en<br />

omstreken geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> winter, lente en zomer <strong>van</strong><br />

1955, Gezondheidstechniek TNO Werkrapport F489<br />

(G27).<br />

, 1956. Verslag <strong>van</strong> <strong>de</strong> metingen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Beverwijk en<br />

omstreken geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> september 1955 tot<br />

en met september 1956, Gezondheidstechniek TNO<br />

Werkrapport F537 (G45).<br />

, 1957. Verslag <strong>van</strong> <strong>de</strong> metingen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Beverwijk en<br />

omstreken geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> september 1956 tot<br />

en met september 1957, Gezondheidstechniek TNO<br />

Werkrapport F591 (G60).<br />

, 1959. Verslag <strong>van</strong> <strong>de</strong> metingen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Beverwijk en<br />

omstreken geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> oktober 1957 tot en<br />

met september 1958, Gezondheidstechniek TNO<br />

Werkrapport F650 (G72).<br />

GGD Amsterdam, zj. Luchtverontreiniging Amsterdam.<br />

Meetresultaten 2004.<br />

GGD Amsterdam, 2006. Luchtverontreiniging<br />

Amsterdam. Meetresultaten 2005.<br />

GGD Amsterdam, 2007. Luchtverontreiniging<br />

Amsterdam. Datatrapport meetresultaten 2006.<br />

GGD Amsterdam, 2008. Luchtverontreiniging<br />

Amsterdam. Datatrapport meetresultaten 2007.<br />

GGD Amsterdam, 2009. Luchtverontreiniging<br />

Amsterdam. Datatrapport meetresultaten 2008.<br />

GG/GD Amsterdam, zj-1. Luchtverontreiniging<br />

Amsterdam. Meetresultaten 2002.<br />

GG/GD Amsterdam, zj-2. Luchtverontreiniging<br />

Amsterdam. Meetresultaten 2003.<br />

Gillet, A. en Leclerc, E., 1936. Sur une métho<strong>de</strong> simple <strong>de</strong><br />

dosage <strong>de</strong>s poussières ou <strong>de</strong>s impuretés dans l’air ou<br />

dans gaz en mouvement. Revue Universelle <strong>de</strong>s Mines<br />

79, 138-144.<br />

37


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Heymann, J.A., 1927. Over het jodiumgehalte <strong>van</strong> duin-<br />

en regenwater. Ne<strong>de</strong>rlands Tijdschrift voor<br />

Geneeskun<strong>de</strong> 71, 640-650.<br />

, 1927. Het jodiumgehalte <strong>van</strong> duin- en regenwater.<br />

Water en Gas 11, no 10, 91-94.<br />

Hogendoorn, E.A., De Jong, A.P.J.M., Van <strong>de</strong>r Heeft, E.,<br />

Den Engelsman, T., Van <strong>de</strong>r Hoff, G.R., Greve, P.A. en<br />

Van ’t Klooster, H.A., 1988. Bentazon in diverse<br />

monsters rein water, ruw water en regenwater.<br />

Rapport 748704012, Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

Homburg, 1994. ‘Schrikbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> scheikundiugen<br />

aard’: <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> industrie, <strong>chemische</strong> wetenschap<br />

en het milieu 1800-1975. Tijdschrift voor Geschie<strong>de</strong>nis<br />

107, 439-466.<br />

Homburg, E., 1998. Pollution and the Dutch Chemical<br />

Industry. In: Homburg, E., Travis, A.S. en Schrötert,<br />

H.G. (red.), The chemical industry in Europe, 1850-<br />

1914, 165-182. Kluwer, Dordrecht.<br />

Hudig, J., 1910. The amounts of nitrogen as ammonia<br />

and as nitric (and nitrous) acid in the rain-water<br />

collected at Uithuizermee<strong>de</strong>n, Groningen. Journal of<br />

Agricultural Science 4, 260-269.<br />

Hudig, J. en Welt, H., 1911. Het drainage proefveld te<br />

Uithuizermee<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> jaren 1900-1910. Verslagen <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> landbouwkundige on<strong>de</strong>rzoekingen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

rijkslandbouwproefstations 10, 123-133 en 188-198.<br />

Huygen, C., 1967. Verslag <strong>van</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar<br />

benzinestank te Sas <strong>van</strong> Gent op 27 <strong>de</strong>cember 1966.<br />

Rapport Lu 1/76. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

IMG-TNO, 1959. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Rotterdam <strong>van</strong> oktober 1957 tot<br />

en met september 1958, IMG-TNO Rapport G 73; ook<br />

bekend als F 651.<br />

, 1960. Absolute metingen met <strong>de</strong> draagbare C.E.A.<br />

SO2-meters in en rond Rotterdam, IMG-TNO rapport G<br />

7 (ook bekend als rapport F 754).<br />

, 1960. <strong>Een</strong> on<strong>de</strong>rzoek met het continu werken<strong>de</strong><br />

monsternemingsapparaat te Rotterdam, IMG-TNO<br />

rapport G 71 (ook bekend als rapport F 800).<br />

, 1960. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in het Westland <strong>van</strong> juli 1958 tot en<br />

met september 1959, IMG-TNO Rapport G 93; ook<br />

bekend als F 697.<br />

, 1960. Metingen met het semi-automatische<br />

monsternemingsapparaat te Schiedam, IMG-TNO<br />

rapport G 57 (ook bekend als rapport F 801).<br />

, 1960. Verslag <strong>van</strong> <strong>de</strong> metingen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Beverwijk en<br />

omstreken geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> oktober 1958 tot en<br />

met september 1959, Gezondheidstechniek TNO<br />

Werkrapport F...(G..).<br />

, 1961. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in het Westland, <strong>van</strong> oktober 1960 tot<br />

en met september 1961, IMG-TNO Rapport G 137; ook<br />

bekend als F 854.<br />

, 1961. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in het Westland, <strong>van</strong> oktober 1959 tot<br />

en met september 1960, IMG-TNO Rapport G 114; ook<br />

bekend als F 785.<br />

, 1961. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht te Rotterdam <strong>van</strong> oktober 1959 tot en<br />

met september 1960, IMG-TNO Rapport G 115; ook<br />

bekend als F 786.<br />

, 1961. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke oever<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Nieuwe Maas <strong>van</strong> oktober 1960 tot en met<br />

september 1961, IMG-TNO Rapport G 136; ook bekend<br />

als F 853.<br />

38 <br />

, 1961. Verslag <strong>van</strong> <strong>de</strong> metingen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Beverwijk en<br />

omstreken geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> oktober 1959 tot en<br />

met september 1960, Gezondheidstechniek TNO<br />

Werkrapport F787 (G116).<br />

, 1962. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke oever<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Nieuwe Maas, <strong>van</strong> oktober 1961 tot en met<br />

september 1962, IMG-TNO Rapport G 166; ook bekend<br />

als F 943.<br />

, 1962. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht te Delft, tot en met september 1961,<br />

IMG-TNO Rapport G 163 (ook bekend als Rapport F<br />

916).<br />

, 1962. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht te Delft, <strong>van</strong> oktober 1961 tot en met<br />

september 1962, IMG-TNO Rapport G 169 (F946).<br />

, 1963. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht op <strong>de</strong> Zuid-Hollandse eilan<strong>de</strong>n, <strong>van</strong> juni<br />

1962 tot en met september 1963, IMG-TNO Rapport G<br />

178.<br />

, 1963. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in het Westland, <strong>van</strong> oktober 1961 tot<br />

en met september 1962, IMG-TNO Rapport G 167; ook<br />

bekend als F 944.<br />

, 1963. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht te Delft, <strong>van</strong> oktober 1962 tot en met<br />

september 1963, IMG-TNO Rapport G 190.<br />

, 1963. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke oever<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Nieuwe Maas, <strong>van</strong> oktober 1962 tot en met<br />

september 1963, IMG-TNO Rapport G 188.<br />

, 1964. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in het Westland, <strong>van</strong> oktober 1963 tot<br />

en met september 1964, IMG-TNO Rapport G 217.<br />

, 1964. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in het Westland, <strong>van</strong> oktober 1962 tot<br />

en met september 1963, IMG-TNO Rapport G 189.<br />

, 1964. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht op <strong>de</strong> Zuid-Hollandse eilan<strong>de</strong>n, <strong>van</strong><br />

oktober 1963 tot en met september 1964, IMG-TNO<br />

Rapport G 215.<br />

, 1964. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke oever<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Nieuwe Maas, <strong>van</strong> oktober 1963 tot en met<br />

september 1964, IMG-TNO Rapport G 216.<br />

, 1965. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in het Westland, <strong>van</strong> oktober 1964 tot<br />

en met september 1965, IMG-TNO Rapport G 247.<br />

, 1966. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in het Westland, <strong>van</strong> oktober 1965 tot<br />

en met september 1966, IMG-TNO Rapport G 271.<br />

, 1966. Verontreiniging buitenlucht Delft. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

te Delft, <strong>van</strong> oktober 1964 tot en met september 1965,<br />

IMG-TNO Rapport G 248.<br />

, 1966. Verontreiniging buitenlucht Nieuwe Maas.<br />

Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke oever<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Nieuwe Maas, <strong>van</strong> oktober 1964 tot en met<br />

september 1965, IMG-TNO Rapport G 246.<br />

, 1966. Verontreiniging buitenlucht Z.H. eilan<strong>de</strong>n.<br />

Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

buitenlucht op <strong>de</strong> Zuidhollandse eilan<strong>de</strong>n, <strong>van</strong><br />

oktober 1964 tot en met september 1965, IMG-TNO<br />

Rapport G 245.<br />

, 1967. erontreiniging buitenlucht Delft. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

te Delft, <strong>van</strong> oktober 1965 tot en met september<br />

1966, IMG-TNO Rapport G 272.


, 1967. Verontreiniging buitenlucht Delft. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

te Delft, <strong>van</strong> oktober 1966 tot en met september 1967,<br />

IMG-TNO Rapport G 307.<br />

, 1967. Verontreiniging buitenlucht Nieuwe Maas.<br />

Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke oever<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Nieuwe Maas, <strong>van</strong> oktober 1965 tot en met<br />

september 1966, IMG-TNO Rapport G 270.<br />

, 1967. Verontreiniging buitenlucht Waterweg. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

voor het Nieuwe Waterweg-gebied met omgeving,<br />

IMG-TNO Rapport G 265.<br />

, 1967. Verontreiniging buitenlucht Z.H. eilan<strong>de</strong>n.<br />

Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

buitenlucht op <strong>de</strong> Zuidhollandse eilan<strong>de</strong>n, <strong>van</strong><br />

oktober 1965 tot en met september 1966, IMG-TNO<br />

Rapport G 269.<br />

, 1967. Verontreiniging buitenlucht Z.H. eilan<strong>de</strong>n.<br />

Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

buitenlucht op <strong>de</strong> Zuidhollandse eilan<strong>de</strong>n, <strong>van</strong><br />

oktober 1966 tot en met september 1967, IMG-TNO<br />

Rapport G 304.<br />

, 1968. De metingen met volumetrische SO2apparaten<br />

in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> Dordrecht in 1967.<br />

Bespreking <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetuitkomsten. Deel G., IMG-TNO<br />

Rapport G 303 G.<br />

, 1968. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in het Westland, <strong>van</strong> oktober 1966 tot<br />

en met september 1967, IMG-TNO Rapport G 306.<br />

, 1968. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> Dordrecht <strong>van</strong><br />

oktober 1966 tot en met september 1967, IMG-TNO<br />

Rapport G 338.<br />

, 1968. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> Dordrecht <strong>van</strong><br />

oktober 1967 tot en met september 1968, IMG-TNO<br />

Rapport G 356.<br />

, 1968. Verontreiniging buitenlucht Nieuwe Maas.<br />

Het on<strong>de</strong>rz verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong><br />

omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke oever <strong>van</strong> <strong>de</strong> Nieuwe<br />

Maas, <strong>van</strong> oktober 1966 tot en met september 1967,<br />

IMG-TNO Rapport G 305.<br />

, 1968. Verontreiniging buitenlucht Sloe-gebied.<br />

<strong>Een</strong> on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> het Sloe-gebied, IMG-<br />

TNO Rapport G 366.<br />

, 1968. Verontreiniging buitenlucht Sloegebied. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> het Sloegebied, IMG-TNO Rapport<br />

G 352.<br />

, 1969. De metingen met volumetrische SO2apparaten<br />

in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> Dordrecht. Bespreking<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> meetuitkomsten. Deel E., IMG-TNO Rapport G<br />

342 E.<br />

, 1969. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> Dordrecht <strong>van</strong><br />

oktober 1968 tot en met september 1969, IMG-TNO<br />

Rapport G 382.<br />

, 1969. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in het Nieuwe Waterweggebied met<br />

omgeving, IMG-TNO Rapport G 331.<br />

, 1969. SO2 metingen Dordrecht. De metingen met<br />

volumetrische SO2-apparaten in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong><br />

Dordrecht. Deel F: bespreking <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

meetuitkomsten., IMG-TNO Rapport G 360.<br />

, 1970. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> Dordrecht <strong>van</strong><br />

oktober 1969 tot en met september 1970, IMG-TNO<br />

Rapport G 383.<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

, 1970. Verontreiniging buitenlucht Waterweg. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in het Nieuwe Waterweg-gebied met omgeving, IMG-<br />

TNO Rapport G 364.<br />

, 1971. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> het Sloegebied,<br />

IMG-TNO Rapport G 423.<br />

, 1971. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> Dordrecht <strong>van</strong><br />

oktober 1970 tot en met september 1971, IMG-TNO<br />

Rapport G 424.<br />

, 1971. Verontreiniging buitenlucht Waterweg. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in het Nieuwe Waterweg-gebied met omgeving, IMG-<br />

TNO Rapport G 422.<br />

, 1972. SO2 metingen Dordrecht. De metingen met<br />

volumetrische SO2-apparaten in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong><br />

Dordrecht. Deel F: bespreking <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

meetuitkomsten., IMG-TNO Rapport G 386.<br />

, 1972. SO2 metingen Dordrecht. De metingen met<br />

volumetrische SO2-apparaten in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong><br />

Dordrecht. Deel F: bespreking <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

meetuitkomsten., IMG-TNO Rapport G 428.<br />

, 1972. Verontreiniging buitenlucht Sloegebied. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> het Sloegebied <strong>van</strong> 15-7-71 t/m 13-<br />

7-1972, IMG-TNO Rapport G 468.<br />

, 1972. Verontreiniging buitenlucht Waterweg. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in het Nieuwe Waterweg-gebied met omgeving, IMG-<br />

TNO Rapport G 450.<br />

, 1973. Verontreiniging buitenlucht Waterweg. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in het Nieuwe Waterweg-gebied met omgeving, IMG-<br />

TNO Rapport G 473.<br />

, 1974. Verontreiniging buitenlucht Sloe-gebied. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> het Sloegebied <strong>van</strong> 13-7-1972 t/m<br />

19-7-73, IMG-TNO Rapport G 507.<br />

, 1974. Verontreiniging buitenlucht Waterweg. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in het Nieuwe Waterweg-gebied met omgeving in<br />

1973, IMG-TNO Rapport G 550.<br />

, 1974. Verontreiniging buitenlucht Zeeland. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> het Zeeland <strong>van</strong> 19-7-1973 t/m 18-7-<br />

74, IMG-TNO Rapport G 549.<br />

Joosting, P.E., 1965. Toelaatbaarheidsaspecten <strong>van</strong><br />

luchtverontreiniging uit medisch-hygiënisch<br />

standpunt. In: Lucht en water verontreiniging.<br />

Machevo congres 1965, 1865-195.<br />

Joosting, P.E., 1967. Luchtverontreiniging. II.<br />

Toelaatbaarheid <strong>van</strong> luchtverontreinigingen,<br />

bena<strong>de</strong>rd <strong>van</strong>uit hygiënisch standpunt, De Ingenieur<br />

79, A739-A747.<br />

Jorissen, W.P., 1906. Het chloorgehalte <strong>van</strong> regenwater.<br />

Chemisch Weekblad 3, 647-649.<br />

Knipscheer., 1905. [Zon<strong>de</strong>r titel] Pharmaceutisch<br />

Weekblad 42, 1042.<br />

KNMI, 1978. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

meetresultaten <strong>van</strong> het eerste kwartaal 1978.<br />

Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De<br />

Bilt.<br />

1978. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het twee<strong>de</strong> kwartaal 1978. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1978. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> kwartaal 1978. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

39


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

, 1979. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het vier<strong>de</strong> kwartaal 1978. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1979. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het eerste kwartaal 1979. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1979. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het twee<strong>de</strong> kwartaal 1979. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1979. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> kwartaal 1979. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1980. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het vier<strong>de</strong> kwartaal 1979. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1980. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het eerste kwartaal 1980. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1980. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het twee<strong>de</strong> kwartaal 1980. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1980. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> kwartaal 1980. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1981. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het vier<strong>de</strong> kwartaal 1980. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1981. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het eerste kwartaal 1981. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1981. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het twee<strong>de</strong> kwartaal 1981. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1982. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> kwartaal 1981. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1982b. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

meetresultaten <strong>van</strong> het eerste kwartaal 1982.<br />

Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De<br />

Bilt.<br />

, 1982b. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

meetresultaten <strong>van</strong> het vier<strong>de</strong> kwartaal 1981.<br />

Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De<br />

Bilt.<br />

, 1982c. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

meetresultaten <strong>van</strong> het twee<strong>de</strong> kwartaal 1982.<br />

Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De<br />

Bilt.<br />

, 1983. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> kwartaal 1982. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1983. Voorlopige <strong><strong>over</strong>zicht</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetresultaten<br />

<strong>van</strong> het vier<strong>de</strong> kwartaal 1982. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

KNMI/RIV, 1979. Meetnet voor bepaling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag in<br />

Ne<strong>de</strong>rland. Jaar<strong><strong>over</strong>zicht</strong> 1978. KNMI-rapport 155-1,<br />

Rapport 117/79/LMC. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt, en Rijks Instituut<br />

voor Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1980. Meetnet voor bepaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong><br />

samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag in Ne<strong>de</strong>rland.<br />

Jaar<strong><strong>over</strong>zicht</strong> 1979. KNMI-rapport 156-2, Rapport<br />

86/80/LMC. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch<br />

Instituut, De Bilt, en Rijks Instituut voor<br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1981. Chemical composition of precipitation <strong>over</strong><br />

the Netherlands. Survey 1978-1980. KNMI-rapport 156-<br />

3, Rapport 217810-004. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

40 <br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt, en Rijksinstituut<br />

voor <strong>de</strong> Volksgezondheid, Bilthoven. 22<br />

, 1981. Meetnet voor <strong>de</strong> beplaing <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong><br />

samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag in Ne<strong>de</strong>rland.<br />

Jaar<strong><strong>over</strong>zicht</strong> 1980. KNMI-rapport 156-3, Rapport<br />

217810 003. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch<br />

Instituut, De Bilt, en Rijksinstituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1982. Chemical composition of precipitation <strong>over</strong><br />

the Netherlands. Annual report 1981. KNMI-rapport<br />

156-4, Rapport 217810005. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt, en Rijksinstituut<br />

voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

KNMI/RIVM, 1983 23 . Chemical composition of<br />

precipitation <strong>over</strong> the Netherlands. Annual report<br />

1982. KNMI-rapport 156-5, Rapport 217810006.<br />

Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De<br />

Bilt, en Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

, 1985. Chemical composition of precipitation <strong>over</strong><br />

the Netherlands. Annual report 1983. KNMI-rapport<br />

156-6, Rapport 217810009. ISSN 0169-1759. Koninklijk<br />

Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De Bilt, en<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne,<br />

Bilthoven.<br />

, 1986. Chemische samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag<br />

<strong>over</strong> Ne<strong>de</strong>rland. Jaarrapport 1984. KNMI-rapport 156-<br />

7, Rapport 218203003. ISSN 0169-1759. Koninklijk<br />

Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De Bilt, en<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne,<br />

Bilthoven.<br />

, 1987. Chemische samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag<br />

<strong>over</strong> Ne<strong>de</strong>rland. Jaarrapport 1985. KNMI-rapport 156-<br />

8, Rapport 228703001. ISSN 0169-1759. Koninklijk<br />

Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De Bilt, en<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne,<br />

Bilthoven.<br />

, 1988. Chemische samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag<br />

<strong>over</strong> Ne<strong>de</strong>rland. Jaarrapport 1986. KNMI-rapport 156-<br />

9, Rapport 228703004. ISSN 0169-1759. Koninklijk<br />

Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De Bilt, en<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne,<br />

Bilthoven.<br />

, 1988. Chemische samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag<br />

<strong>over</strong> Ne<strong>de</strong>rland. Jaarrapport 1987. KNMI-rapport 156-<br />

10, Rapport 228703005. ISSN 0169-1759. Koninklijk<br />

Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De Bilt, en<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne,<br />

Bilthoven.<br />

, 1989. Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Regenwateramenstelling.<br />

Meetresultaten 1988. Netherlands Precipitation<br />

Chemistry Network. Monitoring Results 1988. KNMIrapport<br />

156-11, Rapport 228703012. ISSN 0169-1759.<br />

Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De<br />

Bilt, en Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

Kruyt, H.A., 1976. Verontreiniging buitenlucht Zeeland.<br />

Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> het Zeeland <strong>van</strong> 18-7-<br />

1974 t/m 17-7-75, IMG-TNO Rapport G 591.<br />

Leclerc E. 1953. A propos <strong>de</strong> la dérmination du <strong>de</strong>gré <strong>de</strong><br />

pollution <strong>de</strong> l’atmosphère <strong>de</strong>s villes. Extrait <strong>de</strong> la<br />

Revue Universelle <strong>de</strong>s Mines, 801-808.<br />

Leeflang, K.W.H., 1938. De <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong>n neerslag in Ne<strong>de</strong>rland. Chemisch Weekblad 35,<br />

658-664.<br />

, 1938. De <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong>n<br />

neerslag in Ne<strong>de</strong>rland. Han<strong>de</strong>lingen <strong>van</strong> <strong>de</strong>n<br />

Hydrobiologische Club Amsterdam 1, 2-5.<br />

Leeuwenhoek, A. <strong>van</strong>., 1703. Part of a Letter from Mr<br />

Anthony <strong>van</strong> Leuwenhoek, F. R. S. Giving His


Observations on the Late Storm. Philosophical<br />

Transactions 24, 1535-1537. 24<br />

, 1703. Another Letter from the Same Mr<br />

Leewuenhoek, concerning His Observations on Rain<br />

Water. Philosophical Transactions 23, 1152-1155. 25<br />

Liesegang, W., 1931. Über die Verteilung<br />

schwefelhaltiger Abgase in freier Luft. Gesundheits-<br />

Ingenieur 54, 705-709.<br />

Maschaupt, J.G., 1941. Lysimeter-on<strong>de</strong>rzoekingen aan<br />

het Rijkslandbouw proefstation te Groningen en<br />

el<strong>de</strong>rs. Verslagen <strong>van</strong> <strong>de</strong> landbouwkundige<br />

on<strong>de</strong>rzoekingen <strong>de</strong>r landbouw proefstations 47, 165-<br />

528.<br />

Mayer, A., 1874. Stickstoffgehalt verschie<strong>de</strong>ner<br />

Wassesorten in <strong>de</strong>r Umgegend <strong>de</strong>r Versuchsstation<br />

Wageningen. Journal für Landwissenschaften, 37.<br />

Meerman, P.G., zj. Luchtverontreinging door stof,<br />

zwaveldioxy<strong>de</strong> en stikstofoxy<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> westelijke<br />

mijnstreek, DSM Rapport.<br />

Meijer, W., De Jonge, D., 2003. Datarapport<br />

Luchtkwaliteit Haarlemmermeer resultaten 2002.<br />

Provincie Noord-Holland, Haarlem.<br />

Meijerman, G.W., 1966. Ontwerp <strong>van</strong> een meetnet voor<br />

<strong>de</strong> bepaling <strong>van</strong> zwaveldioxi<strong>de</strong> in lucht. Rapport Nr.<br />

14/66 Anchem. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

Mooibroek, D., Beijk, R. en Hoogerbrugge, R., 2010.<br />

Jaar<strong><strong>over</strong>zicht</strong> Luchtkwaliteit 2009. Rapport<br />

680704011, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieu, Bilthoven.<br />

Mul<strong>de</strong>r, G.J., 1823. Quaeritur accurata Analysis Chemica<br />

aquarum pluviae, fontium et fluminum urbis Rheno-<br />

Trajectinae et agri suburbani: ut in<strong>de</strong> efficiatur, quales<br />

ad potum quotitidianum sint saluberrimae, qaules in<br />

artibus quibusdam usurpari pssint, quales evitandae<br />

sint. Annales Aca<strong>de</strong>miae Rheno-Trajectinae, 1823-1824.<br />

NEN, 1988. Regenwater. Monsterneming <strong>van</strong> natte<br />

<strong>de</strong>positie. Ne<strong>de</strong>rlandse Norm 6585. Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Normalisatie-instituut, Delft.<br />

Nguyen, P.L., Hoogerbrugge, R. en Van Arkel F., 2009.<br />

Evaluation of the representativeness of the Dutch<br />

national Air Quality Monitoring Network. Rapport<br />

680704010, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieu, Bilthoven.<br />

OMEGAM, zj. Meetresultaten 1999 Luchtverontreiniging<br />

Amsterdam. OMEGAM, Milieu en Geotechniek,<br />

Amsterdam.<br />

OMEGAM, zj. Meetresultaten 2000 Luchtverontreiniging<br />

Amsterdam. OMEGAM- Lucht, Amsterdam.<br />

OMEGAM, zj. Meetresultaten 2001 Luchtverontreiniging<br />

Amsterdam. OMEGAM- Lucht, Amsterdam.<br />

On<strong>de</strong>r<strong>de</strong>lin<strong>de</strong>n, D. en Blom, W.F., 1986. Luchtkwaliteit,<br />

jaarverslag 1984 en 1985. Rapport 228216052,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,<br />

Bilthoven.<br />

On<strong>de</strong>r<strong>de</strong>lin<strong>de</strong>n, D., Buijsman, E. en Blom, W.F., 1987.<br />

Luchtkwaliteit, jaarverslag 1986. Rapport 228703002,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,<br />

Bilthoven.<br />

Oosterbaan, W.E., zj. De <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> neerslag te Groningen in afhankelijkheid <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

windrichting. De jaarlijkse <strong>de</strong>positie. Rijksuniversiteit<br />

Groningen, Vakgroepe Fysische Geografie en<br />

Bo<strong>de</strong>mkun<strong>de</strong>, Groningen.<br />

Provinciale Waterstaat <strong>van</strong> Noord-Holland, 1973.<br />

On<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het regenwater in <strong>de</strong><br />

provincie Noord-Holland, 1e verslag, 1 oktober-31<br />

<strong>de</strong>cember 1973., Provinciale Waterstaat <strong>van</strong> Noord-<br />

Holland, Dienst Milieuhygiëne.<br />

, 1974. On<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het<br />

regenwater in <strong>de</strong> provincie Noord-Holland, 2e verslag,<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

1 januari-31 maart 1974, Provinciale Waterstaat <strong>van</strong><br />

Noord-Holland, Dienst Milieuhygiëne.<br />

, 1974. On<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het<br />

regenwater in <strong>de</strong> provincie Noord-Holland, 1e verslag,<br />

1 oktober-31 <strong>de</strong>cember 1973., Provinciale Waterstaat<br />

<strong>van</strong> Noord-Holland, Dienst Milieuhygiëne.<br />

, 1975. On<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het<br />

regenwater in <strong>de</strong> provincie Noord-Holland, 4e verslag,<br />

1 juli t/m 30 september 1974 en 1 oktober t/m 31<br />

<strong>de</strong>cember 1974., Provinciale Waterstaat <strong>van</strong> Noord-<br />

Holland, Dienst Milieuhygiëne.<br />

, 1975. On<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het<br />

regenwater in <strong>de</strong> provincie Noord-Holland, 5e verslag,<br />

1 januari t/m 31 maart 1975, Provinciale Waterstaat <strong>van</strong><br />

Noord-Holland, Dienst Milieuhygiëne.<br />

, 1975. On<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het<br />

regenwater in <strong>de</strong> provincie Noord-Holland, 3e verslag,<br />

1 april t/m 30 juni 1974., Provinciale Waterstaat <strong>van</strong><br />

Noord-Holland, Dienst Milieuhygiëne.<br />

Provincie Limburg, 2005. Luchtimmissiemetingen te<br />

Buggenum. Tussenrapportage (april – november<br />

2004). Rapport L05002TD, Provincie Limburg,<br />

Maastricht.<br />

, 2006. Luchtimmissiemetingen Vouershof<br />

(gemeente Sittard-Geleen). Rapport L06012TD,<br />

Provincie Limburg, Maastricht.<br />

, 2006. Luchtimmissiemetingen te Buggenum.<br />

Tussenrapportage (april 2004 – mei 2006). Rapport<br />

L06019TD, Provincie Limburg, Maastricht.<br />

Provincie Noord-Holland, 2003. Datarapport<br />

luchtkwaliteit IJmond. Resultaten 2002. Corus, Wijk<br />

aan Zee/Provincie Noord-Holland, Haarlem.<br />

, 2004. Datarapport luchtkwaliteit IJmond.<br />

Resultaten 2003. Corus, Wijk aan Zee/Provincie Noord-<br />

Holland, Haarlem.<br />

, 2005. Datarapport luchtkwaliteit IJmond.<br />

Resultaten 2004. Corus, Wijk aan Zee/Provincie Noord-<br />

Holland, Haarlem.<br />

, 2005. Rapportage Luchtkwaliteit 2004. Provincie<br />

Noord-Holland, Haarlem.<br />

, 2006. Datarapport luchtkwaliteit IJmond.<br />

Resultaten 2002. Corus, Wijk aan Zee/Provincie Noord-<br />

Holland, Haarlem.<br />

, 2006. Rapportage Luchtkwaliteit 2005. Provincie<br />

Noord-Holland, Haarlem.<br />

, 2007. Datarapport luchtkwaliteit IJmond.<br />

Resultaten 2006. Corus, Wijk aan Zee/Provincie<br />

Noord-Holland, Haarlem.<br />

, 2007. Rapportage Luchtkwaliteit 2006. Provincie<br />

Noord-Holland, Haarlem.<br />

, 2008. Datarapport luchtkwaliteit IJmond.<br />

Resultaten 2007. GGD, Amsterdam/Corus, Wijk aan<br />

Zee/Provincie Noord-Holland, Haarlem.<br />

Provincie Zuid-Holland, 1995. Verontreiniging neerslag in<br />

Zuid-Holland 1992. Provincie Zuid-Holland, Dienst<br />

Water en Milieu.<br />

Provincie Zuid-Holland, 1996. Verontreiniging neerslag in<br />

Zuid-Holland 1993. Provincie Zuid-Holland, Dienst<br />

Water en Milieu.<br />

Provincie Zuid-Holland, 1997. Verontreiniging neerslag in<br />

Zuid-Holland 1994. Provincie Zuid-Holland, Dienst<br />

Water en Milieu.<br />

Provincie Zuid-Holland, 1997. Verontreiniging neerslag in<br />

Zuid-Holland 1995. Provincie Zuid-Holland, Dienst<br />

Water en Milieu.<br />

Provincie Zuid-Holland, 1997. Verontreiniging neerslag in<br />

Zuid-Holland 1996. Provincie Zuid-Holland, Dienst<br />

Water en Milieu.<br />

41


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Provincie Zuid-Holland, 1998. Verontreiniging neerslag in<br />

Zuid-Holland 1997. Provincie Zuid-Holland, Directie<br />

Groen, Water en Milieu.<br />

Provincie Zuid-Holland, 1999. Verontreiniging neerslag in<br />

Zuid-Holland 1998. Provincie Zuid-Holland, Directie<br />

Groen, Water en Milieu.<br />

Provincie Zuid-Holland, 2002. Verontreiniging neerslag in<br />

Zuid-Holland 1999. Provincie Zuid-Holland, Directie<br />

Groen, Water en Milieu.<br />

Provincie Zuid-Holland, 2002. Verontreiniging neerslag in<br />

Zuid-Holland 2000. Provincie Zuid-Holland, Directie<br />

Groen, Water en Milieu.<br />

Provincie Zuid-Holland, 2003. Verontreiniging neerslag<br />

in Zuid-Holland 2001. Provincie Zuid-Holland, Directie<br />

Groen, Water en Milieu.<br />

Provincie Zuid-Holland, 2003. Verontreiniging neerslag<br />

in Zuid-Holland 2002. Provincie Zuid-Holland, Directie<br />

Groen, Water en Milieu.<br />

Pijnenburg, J., Hermans, M., 2009. Luchtkwaliteit in<br />

Limburg. Inventarisatie en <strong><strong>over</strong>zicht</strong> beschikbare<br />

gegevens tot en met 2008. Provincie Limburg,<br />

Maastricht.<br />

Rid<strong>de</strong>r, T.B., 1974. Schiermonnikoog of Witteveen als<br />

achtergrondstation, Memorandum 74-526.<br />

, 1974. Verschillen in meetresultaten bij<br />

regenmeters <strong>van</strong> het Rossby-, WMO- en OECD-net te<br />

Witteveen., KNMI memorandum 74-519.<br />

, 1975. Vergelijking <strong>van</strong> <strong>de</strong> sulfaat- en<br />

zuurgraadmetingen in <strong>de</strong> neerslag verricht door TNO<br />

met die, verricht door <strong>de</strong> Keuringsdienst <strong>van</strong> Waren te<br />

Rotterdam, KNMI-memorandum 75-527.<br />

, 1978. Over <strong>de</strong> chemie <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag. Vergelijking<br />

<strong>van</strong> meetresultaten. Wetenschappelijk rapport W.R.<br />

78-4. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut,<br />

De Bilt.<br />

, 1984. Meetnetten chemie en neerslag, 1956 t/m<br />

1983, KNMI memorandum FM-84-33. Koninklijk<br />

Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1985. Beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetreeksen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rlandse posten <strong>van</strong> het Rossbynet.<br />

Memorandum FM-85-32. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Meteorologisch Instituut, De Bilt.<br />

, 1985. Chemie <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag. Correctie <strong>van</strong><br />

maandwaar<strong>de</strong>n <strong>van</strong> H, NH4, pH en geleidbaarheid <strong>van</strong><br />

meetposten <strong>van</strong> het lan<strong>de</strong>lijk meetnet in het tijdvak<br />

januari 1978 t/m april 1981, KNMI memorandum FM-<br />

85-8. Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut,<br />

De Bilt.<br />

, 1985. Chemie <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag. Standaard open<br />

<strong>chemische</strong> neerslag<strong>van</strong>gers XV en K1 te <strong>de</strong> Bilt in het<br />

tijdvak 1978 t/m 1982, KNMI memorandum FM-85-9.<br />

Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De<br />

Bilt.<br />

, 1978. Acid preciptation in the Netherlands.<br />

Environmental Science and Technology 12, 1016-1021.<br />

Rid<strong>de</strong>r, T.B., Baard, J.H. en Buishand, T.A., 1984. De<br />

invloed <strong>van</strong> monsternamemetho<strong>de</strong>n en<br />

analysetechnieken op gemeten <strong>chemische</strong><br />

concentraties in regenwater. Technisch rapport TR-55.<br />

Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands Meteorologisch Instituut, De<br />

Bilt.<br />

Rid<strong>de</strong>r, T.B., Buishand, T.A., Reij<strong>de</strong>rs, H.F.R., ‘t Hart, M.J.<br />

en Slanina, J., 1985. Effects of storage on the<br />

composition of main components in rainwater<br />

samples. Atmospheric Environment 19, 759-762.<br />

Rid<strong>de</strong>r, T.B., Verzameling memo's, KNMI memorandum<br />

78-560 (1); KNMI memorandum 74-254 (2); notitie (3),<br />

1970, NL,, 1. 'Lossen <strong>de</strong> zinken roosters <strong>van</strong> het KNMI<br />

gebouw op in regenwater', 2.'Enkele aantekeningen<br />

bij metingen met High Volume Samplers (HVS)', 3.<br />

42 <br />

'Bespreking toekomst achtergrondstations op 26<br />

januari 1976'. Persoonlijk archief <strong>van</strong> <strong>de</strong> auteur.<br />

RIV. 1978. Nationaal Meetnet voor Luchtverontreiniging.<br />

Technische gegevens. Publikatiereeks NML-RIV nr. 10.<br />

Rijks Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

Römer, F.G. en Te Winkel, B.H., 1988. On<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong><br />

<strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> dauw en mist in <strong>de</strong><br />

perio<strong>de</strong> 1985-1987. Rapport 50583-MOL 87-3170. N.V.<br />

tot Keuring <strong>van</strong> Elektrotechnische Materialen,<br />

Arnhem.<br />

Römer, F.G., Slangewal, H.J. en Rietbergen, J.M., 1988.<br />

Invloed <strong>van</strong> <strong>de</strong> monsternamefrequentie op <strong>de</strong><br />

<strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> natte <strong>de</strong>positie<br />

verzameld in open <strong>van</strong>gers. Vergelijken<strong>de</strong> metingen<br />

<strong>van</strong> KEMA en LMR te Arnhem in <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> oktober<br />

1984-<strong>de</strong>cember 1985. Rapport 98370-MOL 88-3180.<br />

N.V. tot Keuring <strong>van</strong> Elektrotechnische Materialen,<br />

Arnhem.<br />

Schnei<strong>de</strong>r, T., 1973. Monitoring air pollution in the<br />

Netherlands. World Health, november 1973, 24-29.<br />

Schuursma, M.J.N., 1941. Fluoorvergiftiging tengevolge<br />

<strong>van</strong> luchtverontreiniging door een<br />

superphosphaatfabriek. Chemisch Weekblad 38, 583-<br />

584.<br />

, 1952. Verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht. I.<br />

Inleiding en <strong><strong>over</strong>zicht</strong>, De Ingenieur,<br />

Gezondheidstechniek 64, 53-55.<br />

Slanina, J., 1986. Standardized techniques for the<br />

collection and analysis of precipitation. In: W. Jaesche<br />

(ed.) Chemistry of multiphase atmospherci systms.<br />

Springer, Berlijn, pp. 91-116.<br />

Slanina, J., Baard, J.H. en Asman, W.A.H., 1984.<br />

Meetstrategie bij on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> neerslag: een<br />

meetstrategie voor <strong>de</strong> opsporing <strong>van</strong> trends in<br />

neerslagsamenstelling. In: E.H. A<strong>de</strong>ma, J. <strong>van</strong> Ham<br />

(red.). Zure regen - oorzaken, effecten en beleid.<br />

Pudoc, Wageningen, pp. 30-35.<br />

Slanina, J., Baard, J.H., Broersen, B.C., Möls, J.J. en<br />

Voors, P.I., 1986. The stability of precipation samples<br />

un<strong>de</strong>r field conditions. Rapport 86-057.<br />

Energieon<strong>de</strong>rzoek Centrum Ne<strong>de</strong>rland, Petten.<br />

Slanina, J., Baard, J.H., Zijp, W.L., Asman, W.A.H., 1983.<br />

Tracing the sources of the chemical composition of<br />

precipitation by cluster analysis. Water, Air, and Soil<br />

Pollution 20, 41- 45.<br />

Slanina, J., Möls, J.J. en Baard, J.H., 1990. The influence<br />

of outliers on results of wet <strong>de</strong>position measurements<br />

as a function of measurement strategy. Atmospheric<br />

Environment 24, 1843-1860.<br />

Slanina, J., Möls, J.J., Baard, J.H., Van <strong>de</strong>r Sloot, H.A.,<br />

Van Raaphorst, J.G. en Asman, W.A.H., 1979.<br />

Collection and analysis of rainwater; experimental<br />

problems and the interpretation of results. Intern.<br />

Jornalational Journal of Environmental Analytical<br />

Chemistry 7, 161- 176.<br />

Sleen, W.G.N. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r, 1912. Bijdrage tot <strong>de</strong> kennis <strong>de</strong>r<br />

<strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> het duinwater in<br />

verband met <strong>de</strong> geo-mineralogische gesteldheid <strong>de</strong>r<br />

bo<strong>de</strong>m. Proefschrift, Amsterdam.<br />

Snel<strong>de</strong>rs, H.A.M., 1972. Het on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> De<strong>de</strong>ricus <strong>de</strong><br />

Smeth <strong>over</strong> <strong>de</strong> vaste lucht (1772). Scientiarum Historia<br />

14, 181-200.<br />

Snij<strong>de</strong>r, A., 2004. Lucht in cijfers 2003. DCMR<br />

Milieudienst Rijnmond, Schiedam.<br />

Snij<strong>de</strong>r, A., 2005. Lucht in cijfers 2004. DCMR<br />

Milieudienst Rijnmond, Schiedam.<br />

Snij<strong>de</strong>r, A., 2006. Lucht in cijfers 2005. DCMR<br />

Milieudienst Rijnmond, Schiedam.<br />

Snij<strong>de</strong>r, A., 2007. Lucht in cijfers 2006. DCMR<br />

Milieudienst Rijnmond, Schiedam.


Snij<strong>de</strong>r, A., 2008. Lucht in cijfers 2007. Rapport<br />

20731273, DCMR Milieudienst Rijnmond, Schiedam.<br />

Snij<strong>de</strong>r, A., 2009. Lucht in cijfers 2008. Rapport<br />

20923824, DCMR Milieudienst Rijnmond, Schiedam.<br />

Snij<strong>de</strong>r, A.M., 2010. Lucht in cijfers 2009. Rapport<br />

21049503, DCMR Milieudienst Rijnmond, Schiedam.<br />

Somhorst, M.H.M., 1995. Validatie <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

neerslaghoeveelhe<strong>de</strong>n en hoofdcomponenten <strong>van</strong><br />

het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Regenwatersamenstelling:<br />

perio<strong>de</strong> 1992. Rapport 723101012. Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

, 1995. Validatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslaghoeveelhe<strong>de</strong>n en<br />

hoofdcomponenten <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>rlijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling: perio<strong>de</strong> 1993. Rapport<br />

723101013. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

Somhorst, M.H.M. en Stolk, A.P., 1996. Lan<strong>de</strong>lijk<br />

Meetnet Regenwatersamenstelling. Meetresultaten<br />

1994. Rapport 723101027. Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

Spaan<strong>de</strong>r, P., 1963. Algemene aspecten <strong>van</strong><br />

luchtverontreiniging. Rijks Instituut voor <strong>de</strong><br />

Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

, 1967. Betreffen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong><br />

verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht te Utrecht, <strong>van</strong><br />

april 1966 tot en met maart 1967. Rapport Lu 50/67.<br />

Rijks Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid, Bilthoven.<br />

Spierings, F., 1959. Luchtverontreiniging in <strong>de</strong> omgeving<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> IJmond. II. Beschadiging <strong>van</strong><br />

tuinbouwgewassen ten gevolge <strong>van</strong><br />

luchtverontreiniging, De Ingenieur,<br />

Gezondheidstechniek 71, 79-81.<br />

Steenvoor<strong>de</strong>n, J.H.A.M. en Oosterom, H.P, 1975. De<br />

<strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> neerslag te<br />

Wageningen (augustus ’73 t/m juli ’75). Instituut voor<br />

Cultuurtechniek en Waterhuishouding, Wageningen.<br />

Stolk, A.P., 2001. Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling. Meetresultaten 1999.<br />

Rapport 723101056. Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

, 2001. Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet<br />

Regenwatersamenstelling. Meetresultaten 2001.<br />

Rapport 723101057. Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

Stuyfzand, P.J., 193. Hydrochemistry and hydrology of<br />

the coastal dune area of the western Netherlands,<br />

KIWA rapport.<br />

, 1991. De samenstelling <strong>van</strong> regenwater langs<br />

Hollands kust. Rapport SWE91.010, KIWA,<br />

Nieuwegein.<br />

Swaan, P. en Buijsman, E., 1991. Meetactiviteiten in 1991<br />

in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit.<br />

Rapport 222104006, Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

Swaan, P. en Buijsman, E., 1992. Meetactiviteiten in 1992<br />

in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit.<br />

Rapport 223102001, Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

Swaan, P. en Buijsman, E., 1993. Meetactiviteiten in 1993<br />

in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit.<br />

Rapport 723102001, Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

Swaan, P. en Buijsman, E., 1994. Meetactiviteiten in 1994<br />

in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>lijk Meetnet Luchtkwaliteit.<br />

Rapport 723102004, Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

Van Barneveld, W. (1784) Proeve <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rzoek<br />

omtrend <strong>de</strong> herstelling <strong>van</strong> bedorven lucht door <strong>de</strong>n<br />

groei, op eenige boomen en heesters. In:<br />

Verhan<strong>de</strong>lingen <strong>van</strong> het Provinciaal Utrechtsch<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Genootschap <strong>van</strong> Kunsten en Wetenschappen 2, De<br />

Waal, Utrecht.<br />

Van Barneveld, W. (1807) Verhan<strong>de</strong>ling <strong>over</strong> het<br />

regenwater, 't welk met loodstof bezwangerd is :<br />

voorgeleezen, en met proefnemingen opgehel<strong>de</strong>rd, in<br />

<strong>de</strong> Maatschappij: Felix Meritis, 22 <strong>van</strong> Sprokkelmaand,<br />

1803, in het <strong>de</strong>partement Physica. Wed. G. Warnars,<br />

Amsterdam, 21 pp.<br />

Van Barneveld, W. en Mul<strong>de</strong>r, F. (1785) Antwoord op <strong>de</strong><br />

vraag, voorgesteld door het Provinciaal Utrechtsch<br />

Genootschap <strong>van</strong> Konsten en Wetenschappen, Wat<br />

heeft men te <strong>de</strong>nken aangaan<strong>de</strong> het planten <strong>van</strong><br />

Boomen, binnen en rondom <strong>de</strong> Ste<strong>de</strong>n? Is dit<br />

voor<strong>de</strong>elig of na<strong>de</strong>elig voor <strong>de</strong> gezondheid <strong>de</strong>r<br />

menschen? Wordt <strong>de</strong> Lugt door <strong>de</strong>rzelver<br />

uitwaseming gezuiverd, of besmet? En welke soort<br />

<strong>van</strong> Boomen is messt, of minst voor<strong>de</strong>elig of na<strong>de</strong>elig?<br />

In: Verhan<strong>de</strong>lingen <strong>van</strong> het Provinciaal Utregtsch<br />

Genootschap <strong>van</strong> Kunsten en Wetenschappen 3, De<br />

Waal, Utrecht.<br />

Van Barneveld, W. en Mul<strong>de</strong>r, F., 1793. Verhan<strong>de</strong>ling<br />

<strong>over</strong> het planten <strong>van</strong> boomen binnen en rondom <strong>de</strong><br />

ste<strong>de</strong>n. De Waal, Utrecht, 189 pp.<br />

Van <strong>de</strong> Meent, D., Van Oosterwijk, J., en Al<strong>de</strong>nberg, T.,<br />

1984. Bijlagen behorend bij ECOWAD-84-01 RID-VEWIN<br />

Meetnet Regenwater 1978-1982 Deel 1 De<br />

meetgegevens, Rijksinstituut voor Volksgezondheid<br />

en Milieu, Bilthoven.<br />

Van <strong>de</strong> Meent, D., Van Oosterwijk, J. en Al<strong>de</strong>nberg, T.,<br />

1984. RID-VEWIN Meetnet regenwater 1978-1982. Deel<br />

I. Samenvatting en statistische bewerking <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

meetresultaten. Rijksinstituut voor Volksgezondheid<br />

en Milieuhygiëne, Bilthoven.<br />

Van <strong>de</strong>n Elshout, S. en Snij<strong>de</strong>r, A., 2002. Lucht in cijfers<br />

2001. Rapport 8120101700, DCMR Milieudienst<br />

Rijnmond, Schiedam.<br />

Van <strong>de</strong>n Elshout, S., Voerman, J., Ameling, A. en Snij<strong>de</strong>r,<br />

A., 2003. Lucht in cijfers 2002. [Geen rapportnummer],<br />

DCMR Milieudienst Rijnmond, Schiedam.<br />

Van <strong>de</strong>r Zee, S.C. en Helmink, H.J.P., 2010.<br />

Luchtverontreiniging Amsterdam Datarapport<br />

meetresultaten 2009. Rapport GGD/LO 10-1108, GGD<br />

Amsterdam, Amsterdam.<br />

Van <strong>de</strong>r Swaluw, E., Asman, W.A.H. en Hoogerbrugge, R.<br />

(2010) The Dutch National Precipitation Chemistry<br />

Monitoring Network <strong>over</strong> the period 1992-2004.<br />

Rapport 680704009, Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

Van Ebbenhorst Tengbergen, H.J., 1952. Apparaten voor<br />

<strong>de</strong> meting <strong>van</strong> <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> atmosfeer.<br />

Beschrijving <strong>van</strong> diverse op<strong>van</strong>gvaten en <strong>van</strong> eigen<br />

ervaringen hiermee. De Ingenieur 62, nummer 26,<br />

G62-G68.<br />

Van Egmond, N.D., Kesseboom, H. en On<strong>de</strong>r<strong>de</strong>lin<strong>de</strong>n,<br />

D., 1985. Statistische optimalisatie <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>lijk<br />

Meetnet voor <strong>de</strong> Regenwaterkwaliteit. Rapport<br />

218203001, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieu, Bilthoven.<br />

Van Elzakker, B.G., 2001. Monitoring activities in the<br />

Dutch National Air Quality Monitoring Network in<br />

2000 and 2001. Rapport 723101055, Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.<br />

Van Elzakker, B.G. en Buijsman, E., 1999.<br />

Meetactiviteiten in 1999 in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het Lan<strong>de</strong>lijk<br />

Meetnet Luchtkwaliteit. Rapport 723101032,<br />

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,<br />

Bilthoven.<br />

Van Giezen, J.J., 1975. Verontreiniging buitenlucht<br />

Waterweg. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in het Nieuwe Waterweg-gebied<br />

met omgeving in 1974, IMG-TNO Rapport G 621.<br />

43


Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

, 1976. Verontreiniging buitenlucht Waterweg. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in het Nieuwe Waterweg-gebied met omgeving in<br />

1976, IMG-TNO Rapport G 670.<br />

, 1976. Verontreiniging buitenlucht Waterweg. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in het Nieuwe Waterweg-gebied met omgeving in<br />

1975, IMG-TNO Rapport G 622.<br />

, 1977. Verontreiniging buitenlucht Waterweg. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in het Nieuwe Waterweg-gebied met omgeving m.b.v.<br />

neerslag<strong>van</strong>gers en Luikse bollen in 1977, IMG-TNO<br />

Rapport G 771.<br />

, 1977. Verontreiniging buitenlucht Zeeland. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> het Zeeland m.b.v.<br />

neerslag<strong>van</strong>gers en Luikse bollen <strong>van</strong> 17-7-1975 t/m 15-<br />

7-76, IMG-TNO Rapport G 690.<br />

, 1978. Verontreiniging buitenlucht Zeeland. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> het Zeeland m.b.v.<br />

neerslag<strong>van</strong>gers en Luikse bollen <strong>van</strong> 15-7-1976 t/m 14-<br />

7-77, IMG-TNO Rapport G 729.<br />

, 1978. Verontreiniging buitenlucht Zeeland. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> het Zeeland m.b.v.<br />

neerslag<strong>van</strong>gers en Luikse bollen <strong>van</strong> 14-7-1977 t/m 13-<br />

7-78, IMG-TNO Rapport G 820.<br />

, 1979. Verontreiniging buitenlucht Waterweg. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht<br />

in het Nieuwe Waterweg-gebied met omgeving m.b.v.<br />

neerslag<strong>van</strong>gers en Luikse bollen in 1978, IMG-TNO<br />

Rapport G 841.<br />

, 1980. De verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong><br />

omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg in 1980 en in <strong>de</strong><br />

eerste vier maan<strong>de</strong>n <strong>van</strong> 1981, IMG-TNO Rapport G<br />

947.<br />

, 1980. De verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong><br />

omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg in 1979, IMG-TNO<br />

Rapport G 887.<br />

, 1980. De verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in<br />

Zeeland <strong>van</strong> 13-7-1978 t/m 12-7-79, IMG-TNO Rapport G<br />

834.<br />

, 1981. De verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in<br />

Zeeland <strong>van</strong> 12-7-1979 t/m 10-7-80, IMG-TNO Rapport G<br />

884.<br />

, 1981. De verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in<br />

Zeeland <strong>van</strong> 10-7-1980 t/m 30-6-81, IMG-TNO Rapport<br />

G 957.<br />

, 1981. Het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

buitenlucht te Delft met behulp <strong>van</strong> een<br />

neerslag<strong>van</strong>ger en een Luikse bol in 1981, IMG-TNO<br />

Rapport G 1032.<br />

, 1982. De verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in<br />

Zeeland. On<strong>de</strong>rzoek met neerslag<strong>van</strong>gers en Luikse<br />

bollen <strong>van</strong> 1 juli 1981 t/m 30 juni 1982, IMG-TNO<br />

Rapport G 1039.<br />

, 1984. De verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in<br />

Zeeland. On<strong>de</strong>rzoek met neerslag<strong>van</strong>gers en Luikse<br />

bollen <strong>van</strong> 1 juli 1982 t/m 30 september 1983, IMG-TNO<br />

Rapport G 1135.<br />

Van Lier, K., 1964. On<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> verontreiniging<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> buitenlucht in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> N.V.<br />

Koninklijke Ne<strong>de</strong>rlandsche Lood- en Zinkpletterijen<br />

44 <br />

(voorheen A.D. Hamburger) te Utrecht. Rapport Lu<br />

47/64. Rijks Instituut voor <strong>de</strong> Volksgezondheid,<br />

Bilthoven.<br />

Van Walsum, G.E. (red), 1972. Rotterdam/Europoort,<br />

1945-1970. Donker, Rotterdam.<br />

Van Zoonen, P., Buijsman, E., Baumann, R.A., ‘t Hart-<strong>de</strong><br />

Klein, V.M., De Jong, A.P.J.M. en Den Engelsman, G.,<br />

1988. On<strong>de</strong>rzoek naar het voorkomen <strong>van</strong> een aantal<br />

polaire bestrijdingsmid<strong>de</strong>len in regenwater. Rapport<br />

748704044, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en<br />

Milieu, Bilthoven.<br />

Van Zuilen, D., 1959. Luchtverontreiniging in <strong>de</strong><br />

omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> IJmond. I. Algemene beschouwing.,<br />

De Ingenieur, Gezondheidstechniek 71, 77-79.<br />

Veldkamp, A.A., 1989. Vergelijking <strong>van</strong> wet-only en<br />

normale open regen<strong>van</strong>gers op basis <strong>van</strong> hoeveelheid<br />

en <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> neerslag. Rapport<br />

90384-MOC 89-3259. N.V. tot Keuring <strong>van</strong><br />

Elektrotechnische Materialen, Arnhem.<br />

Veldstra, B., Van Dort, T. en Pijnenburg, J., 2005. Lucht<br />

kwaliteit in Limburg 2004. Inventarisatie beschikbare<br />

meetgegevens en ontwikkelingen mbt luchtkwaliteit.<br />

Rapport L05021.JP, Provincie Limburg, Maastricht.<br />

Verhoog, J.J., 1999. Het luchtbeleid in <strong>de</strong> jaren zeventig.<br />

Lucht, nummer 4, <strong>de</strong>cember 1999, 107-111.<br />

Vermeulen, A.J., 1977. Immissieon<strong>de</strong>rzoek met behulp<br />

<strong>van</strong> regen<strong>van</strong>gers. Opzet, ervaringen en resultaten.<br />

(perio<strong>de</strong> 1 jan. 1974- 1 jan. 1976), Provinciale<br />

Waterstaat <strong>van</strong> Noord-Holland, Dienst voor<br />

Milieuhygiëne.<br />

, 1978. Acid preciptation in the Netherlands.<br />

Provincie Noord-Holland, Haarlem, 37 pagina’s.<br />

Visser, J.H., Van <strong>de</strong>r Zee, S.C. en Helmink, H.J.P., 2009.<br />

Luchtverontreiniging Amsterdam Datarapport<br />

meetresultaten 2008. Rapport GGD/LO 09-1113, GGD<br />

Amsterdam, Amsterdam.<br />

Visser, W., 1959. Luchtverontreiniging in <strong>de</strong> omgeving<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> IJmond. V. Maatregelen ter vermin<strong>de</strong>ring <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> luchtverontreiniging en haar gevolgen in het<br />

gebied <strong>van</strong> <strong>de</strong> IJmond. De Ingenieur,<br />

Gezondheidstechniek, 71, 97-108.<br />

, 1969. Vaststelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> immissie <strong>van</strong><br />

luchtverontreinigen<strong>de</strong> stoffen in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Hoogovens. Rapport 30301, Hoogovens, IJmui<strong>de</strong>n.<br />

Volksgezondheid en Milieuhygiëne [Ministerie <strong>van</strong> -],<br />

1971. Advies inzake grenswaar<strong>de</strong>n SO2. Verslagen en<br />

me<strong>de</strong><strong>de</strong>lingen Jaargang 1971, nummer 22. Ministerie<br />

<strong>van</strong> Volksgezondheid en Milieuhygiëne,<br />

Leidschendam.<br />

Weijers, E. R. en Vugts, H. F., 1989. Compositon of bulk<br />

precipitation at an agricultural marine site in the<br />

Netherlands. Rapport 89-1, Instituut voor<br />

meteorologie, Vrije Universiteit, Amsterdam.<br />

Weijers, E. R. en Vugts, H. F., 1990. The composition of<br />

bulk precipitation on a coastal island with agriculture<br />

compared to an urban region. Atmospheric<br />

Environment 24, 3021-3031.<br />

Weijers, E. R. en Vugts, H. F., 1990. An observational<br />

study on precipitation chemistry data as a function of<br />

surface wind direction. Water, Air, and Soil Pollution<br />

52, 115-132.


Noten<br />

Publicaties <strong>over</strong> <strong>de</strong> <strong>chemische</strong> samenstelling <strong>van</strong> lucht en neerslag in Ne<strong>de</strong>rland<br />

1<br />

Zo schreef Schuursma in 1952: ‘Verontreiniging <strong>van</strong> <strong>de</strong> lucht wordt vaak beschouwd als een noodzakelijk<br />

kwaad. Maar zij kan ook wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rvon<strong>de</strong>n als ernstige hin<strong>de</strong>r en zij kan dan ook onaanvaardbare scha<strong>de</strong><br />

toebrengen’. (Schuursma, 1952).<br />

2<br />

Brasser en Joosting (1964), p. 1.<br />

3<br />

Nitreuse dampen was lange tijd een gebruikelijke aanduiding voor stikstofmono-oxi<strong>de</strong> (NO) en<br />

stikstofdioxi<strong>de</strong> (NO2) gezamenlijk. Later kwam <strong>de</strong> uitdrukking stikstofoxi<strong>de</strong>n in zwang met als afkorting NOx. 4<br />

Brasser (1969), p. 3.<br />

5<br />

Brasser (1965), p. 80.<br />

6<br />

Schnei<strong>de</strong>r (1973) stel<strong>de</strong>: ‘Because it is present in most air pollution, from both and small sources, this gas can<br />

be used as “tracer” for the genetal measurement of pollution’.<br />

7<br />

Spaan<strong>de</strong>r (1963), p. 2.<br />

8<br />

Buurma (1965), p. 213.<br />

9<br />

‘De ervaring heeft namelijk geleerd dat <strong>de</strong>ze apparaten vrij sterk on<strong>de</strong>rhevig zijn aan storingen, vooral in het<br />

veld en dat een geregeld toezicht en on<strong>de</strong>rhoud alleen door vakbekwame technici kan wor<strong>de</strong>n uitgevoerd’<br />

(Buurma, 1965, p. 213).<br />

10<br />

Met ‘quantum’ wordt hier bedoeld <strong>de</strong> hoeveelheid stikstof in <strong>de</strong> neerslag.<br />

11 -<br />

Men was in <strong>de</strong>ze gewoon te spreken <strong>van</strong> ‘jodium’; tegenwoordig zou<strong>de</strong>n we jodi<strong>de</strong> (I ) zeggen.<br />

12<br />

Zo is het werk <strong>van</strong> Hudig, Welt en Maschaupt is bij weten <strong>van</strong> <strong>de</strong> auteur behalve door Erisman nooit<br />

geciteerd.<br />

13<br />

Stuyfzand (1990), p. 27.<br />

14<br />

Het is onwaarschijnlijk dat voor stikstofoxi<strong>de</strong>n (NO, NO2) iets soortgelijks gebeurd is. Stikstofoxi<strong>de</strong>n lossen<br />

in vergelijking met zwaveldioxi<strong>de</strong> veel slechter op in water. De omzetting <strong>van</strong> stikstofoxi<strong>de</strong>n naar nitraat,<br />

bijvoorbeeld aan het vochtige oppervlak <strong>van</strong> <strong>de</strong> trechter, zal daarom waarschijnlijk veel min<strong>de</strong>r of zelfs<br />

afwezig zijn geweest.<br />

15<br />

Had<strong>de</strong>n ze in Rotterdam maar een an<strong>de</strong>re keuze gemaakt, dan had dat voor Ne<strong>de</strong>rland mogelijk unieke<br />

gegevens <strong>over</strong> het sulfaatgehalte in neerslag opgeleverd. Maar ook: had men dan maar op ammonium<br />

geanalyseerd dan zou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong>ze apparatuur <strong>de</strong> gegevens absoluut betrouwbaar zijn geweest. Koper lost<br />

een klein beetje op in het regenwater. Het opgeloste koper heeft namelijk een conserveren<strong>de</strong> werking.<br />

16<br />

Het Rossby-meetnet heette officieel het European Atmospheric Chemistry Network, maar werd ook wel<br />

IMI-meetnet genoemd naar het International Meteorological Institute in Stockholm.<br />

17<br />

<strong>Een</strong> volledige set <strong>van</strong> <strong>de</strong> originele data <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse meetpunten is bij <strong>de</strong> auteur op aanvraag<br />

verkrijgbaar.<br />

18<br />

Stuyfzand (1991), p. 54, 58.<br />

19<br />

Voor z<strong>over</strong> <strong>de</strong> auteur bekend bevin<strong>de</strong>n zich maar enkele rapporten <strong>van</strong> <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> instanties zich in<br />

bibliotheken; ook <strong>de</strong> bibliotheken <strong>van</strong> <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> instanties bezitten <strong>de</strong>ze rapporten veelal niet. De<br />

auteur heeft tot zijn spijt in 2010 moeten vaststellen dat TNO zijn centrale bibliotheek heeft opgeheven.<br />

Daarmee schijnen ook vele ou<strong>de</strong> rapporten <strong>van</strong> TNO verdwenen; in ie<strong>de</strong>r geval lijkt er binnen <strong>de</strong>ze organisatie<br />

geen kennis meer <strong>van</strong> een eventuele verblijfplaats te zijn.<br />

De bibliotheek <strong>van</strong> het voormalige Laboratorium voor Luchton<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> het Rijksinstituut voor<br />

Volksgezondheid en Milieu had een grote verzameling grijze literatuur. Deze verzameling blijkt echter bij een<br />

ongerichte opruimactie volledig verloren te zijn gegaan.<br />

20<br />

Tegenwoordig DCMR Milieudienst Rijnmond.<br />

21<br />

Rapport zon<strong>de</strong>r ver<strong>de</strong>re aanduiding.<br />

22<br />

In februari 1982 verscheen nog een ‘Corrigendum’ <strong>van</strong> één pagina op dit rapport.<br />

23<br />

Het rapport draagt het foute jaar <strong>van</strong> uitgave 1982.<br />

24<br />

De titel <strong>van</strong> het artikel bevat <strong>de</strong> foutief gespel<strong>de</strong> naam <strong>van</strong> Van Leeuwenhoek.<br />

25<br />

De titel <strong>van</strong> het artikel bevat <strong>de</strong> eveneens maar nu weer an<strong>de</strong>rs foutief gespel<strong>de</strong> naam <strong>van</strong> Van<br />

Leeuwenhoek.<br />

45

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!