Urotheelcelcarcinoom - Med-Info
Urotheelcelcarcinoom - Med-Info
Urotheelcelcarcinoom - Med-Info
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Algemeen<br />
Literatuurbespreking:<br />
Aanleiding<br />
Blaascarcinoom is een relatief veelvoorkomende vorm van kanker met wereldwijd meer dan ca 300.000<br />
nieuwe patiënten per jaar. In Nederland wordt jaarlijks bij ca. 4600 mensen deze diagnose gesteld<br />
(Nederlandse Kankerregistratie, 2003). Blaascarcinoom is daarmee de vierde meest voorkomende tumor<br />
bij mannen en de achtste bij vrouwen. Blaascarcinoom wordt vooral bij mensen ouder dan 60 jaar<br />
vastgesteld en komt vier maal zo vaak voor bij mannen als bij vrouwen. Bij een tumor van de blaaswand<br />
wordt onderscheid gemaakt tussen een niet-spierinvasief (ongeveer 70 % van de gevallen) en een<br />
spierinvasief groeiende blaastumor. Een spierinvasief groeiende tumor bevindt zich zowel in het<br />
blaasslijmvlies als in de blaasspier. Een oppervlakkig groeiende tumor bevindt zich alleen in het<br />
blaasslijmvlies, maar kan bij een niet tijdige behandeling doorgroeien in de blaasspier.<br />
Histologisch wordt het blaascarcinoom onderverdeeld in 3 types:<br />
- urotheelcarcinoom (overgangsepitheelcelcarcinoom) met papillaire of niet-papillaire bouw (90%)<br />
- plaveiselcelcarcinoom ( 8%)<br />
- adenocarcinoom (2%)<br />
De behandeling van het blaascarcinoom kan aanzienlijk variëren veelal door het ontbreken van goed<br />
uitgevoerd onderzoek van de diverse behandelingsmogelijkheden. Een landelijke richtlijn zou de<br />
professionals ondersteuning kunnen leveren om kwalitatief goede zorg te kunnen verlenen.<br />
Voor het blaascarcinoom bestond in Nederland nog geen landelijke richtlijn. De blaascarcinoom richtlijnen<br />
van de European Association of Urology (EAU, (zie bijlage 1): EAU richtlijnen) werden gebruikt ter<br />
ondersteuning van de klinische praktijk. De Nederlandse Vereniging voor Urologie (NVU) heeft daarom het<br />
initiatief genomen een multidisciplinaire, evidence-based richtlijn te ontwikkelen voor het blaascarcinoom.<br />
De richtlijn is ontwikkeld voor het subtype urotheelcarcinoom (UC), welke 90% van alle blaascarcinomen<br />
omvat. De EAU richtlijnen hebben voor deze Nederlandse richtlijn als leidraad gefungeerd. Hiertoe zijn<br />
knelpunten uit de EAU richtlijnen geïnventariseerd en, na een landelijke knelpunteninventarisatie, als<br />
uitgangsvragen volgens de evidence-based medicine methodiek beantwoord. De onderwerpen die niet in<br />
de uitgangsvragen behandeld zijn, zijn vertaald uit de EAU richtlijnen.<br />
Doelstelling<br />
Een richtlijn is een document met aanbevelingen, adviezen en handelingsinstructies ter ondersteuning van<br />
de besluitvorming van professionals in de zorg en patiënten. De aanbevelingen berusten op de resultaten<br />
van wetenschappelijk onderzoek met daarop gebaseerde discussie en aansluitende meningsvorming.<br />
Deze richtlijn beoogt een leidraad te geven voor het handelen in de dagelijkse praktijk en geeft<br />
aanbevelingen over de diagnose, behandeling, follow-up en begeleiding van patiënten met (verdenking op)<br />
urotheelcarcinoom van de blaas. Daarnaast biedt de richtlijn aanknopingspunten voor transmurale<br />
afspraken of lokale protocollen. Ook kan de richtlijn worden gebruikt bij het geven van informatie aan<br />
patiënten.<br />
Doelgroep<br />
Deze richtlijn is bestemd voor alle professionals die betrokken zijn bij de diagnostiek, behandeling,<br />
follow-up en begeleiding van patiënten met urotheelcarcinoom van de blaas zoals urologen,<br />
radiotherapeuten, medisch oncologen, pathologen, radiologen, huisartsen, oncologieverpleegkundigen,<br />
maatschappelijk werkers en psychologen. Tevens kan de richtlijn houvast bieden aan patiënten en hun<br />
naasten. Het KWF gebruikt deze richtlijn voor het maken van patiënten informatiemateriaal.<br />
Samenstelling werkgroep<br />
Voor het ontwikkelen van de richtlijn is begin 2007 een multidisciplinaire werkgroep ingesteld. <strong>Med</strong>isch<br />
specialisten werkzaam bij de diagnostiek en behandeling van het blaascarcinoom zijn afgevaardigd<br />
namens de wetenschappelijke- en beroepsverenigingen (bijlage 2: deelnemende verenigingen). Bij de<br />
samenstelling van de werkgroep is rekening gehouden met de geografische spreiding, inbreng van<br />
betrokkenen uit zowel academische als algemene ziekenhuizen en vertegenwoordiging van de<br />
verschillende disciplines. De werkgroepleden hebben onafhankelijk gehandeld en hebben van hun<br />
verenigingen het mandaat voor hun inbreng gekregen. Vertegenwoordigers van de patiëntenverenigingen<br />
‘Waterloop' en ‘Nederlandse Stomavereniging' waren als lid van de richtlijnwerkgroep verantwoordelijk voor<br />
09/17/12 Urotheelcarcinoom van de blaas (1.0) 1