Jaarverslag 2012 - Pensioenfonds Horeca & Catering
Jaarverslag 2012 - Pensioenfonds Horeca & Catering
Jaarverslag 2012 - Pensioenfonds Horeca & Catering
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Inhoud<br />
<strong>Jaarverslag</strong><br />
Voorwoord 4<br />
Kerngegevens 6<br />
Verslag van het bestuur 7<br />
Financiële situatie 7<br />
Vermogensbeheer 10<br />
Pensioenbeheer 15<br />
Risicobeleid 25<br />
Principes voor goed pensioenfondsbestuur 30<br />
Vooruitzichten 32<br />
Verslag van het verantwoordingsorgaan 33<br />
Verslag van de auditcommissie 35<br />
Organisatie 37<br />
Functies en nevenfuncties 40<br />
Jaarrekening<br />
Balans 48<br />
Staat van baten en lasten 49<br />
Kasstroomoverzicht 50<br />
Toelichting 51<br />
Overige gegevens<br />
Verklaring betreffende de jaarrekening 73<br />
Actuariële verklaring 74<br />
Resultaatbestemming 75<br />
Gebeurtenissen na balansdatum 75<br />
pagina
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
<strong>Jaarverslag</strong>
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Voorwoord<br />
Aandacht voor wat er speelt<br />
Als bestuur van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> moeten wij altijd weten wat er gebeurt op het gebied van wet- en regelgeving en<br />
economische trends. Maar ook van ontwikkelingen binnen de horeca en catering moeten wij op de hoogte zijn. En we moeten aandacht<br />
hebben voor de gevolgen die deze voor het fonds hebben of kunnen hebben. Zowel op de korte als de lange termijn. Tegelijkertijd<br />
moeten we oog hebben voor mogelijkheden en kansen voor het fonds. Door dit alles te combineren, dragen wij bij aan de kerntaak van<br />
het fonds: het uitvoeren van een oudedagsvoorziening voor deelnemers die werken in de bedrijfstakken horeca en catering. Nu en in<br />
de toekomst.<br />
Welke ontwikkelingen in <strong>2012</strong> de aandacht hadden van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> en hoe het fonds daarop inspeelde, leest u in dit<br />
jaarverslag.<br />
Financieel herstel zet door, maar blijft kwetsbaar<br />
In <strong>2012</strong> hadden wij uiteraard volop aandacht voor de financiële situatie van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> en het herstel<br />
daarvan. De dekkingsgraad steeg in <strong>2012</strong> van 101% naar 111,9% en daarmee was <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> een van de<br />
grootste stijgers onder de Nederlandse pensioenfondsen. Wij realiseren ons echter dat dit herstel kwetsbaar is en voor een deel<br />
voortkomt uit regelgeving en niet wordt veroorzaakt door economische omstandigheden. De verandering in <strong>2012</strong> van de<br />
rekenrente waarmee pensioenfondsen de dekkingsgraad moeten berekenen, is voor ons fonds, met vooral jonge deelnemers,<br />
gunstig geweest. Deze UFR-methodiek is echter niet onomstreden en wordt in opdracht van de minister in 2013 al weer<br />
geëvalueerd. Zonder deze UFR-methodiek zou de dekkingsgraad eind <strong>2012</strong> 102% zijn (in plaats van 111,9%). Daarmee liep het fonds<br />
iets voor op het herstelpad.<br />
Waar andere fondsen de pensioenen moeten verlagen, was dat in <strong>2012</strong> bij <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> niet aan de orde. Als<br />
bestuur blijven wij uiteraard aan het verdere herstel van de financiële situatie van het fonds werken. Want ook een dekkingsgraad<br />
van 111,9% is nog niet voldoende om in de toekomst economische schokken te kunnen opvangen.<br />
Volop aandacht voor pensioen vraagt om openheid<br />
Wij zijn ons ervan bewust dat pensioenen in het algemeen en pensioenfondsen in het bijzonder in <strong>2012</strong> onder een maatschappelijk<br />
vergrootglas lagen. Regelmatig en op verschillende manieren kwam pensioen in het nieuws. Deze aandacht voor pensioenen vraagt<br />
ook van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> om openheid en duidelijkheid.<br />
Bijvoorbeeld over de uitvoeringskosten. Niet alleen maatschappelijk gezien is openheid belangrijk, maar ook en juist voor ons eigen<br />
inzicht én daarmee in het belang van het fonds. Daarom maakte het fonds in <strong>2012</strong> de kosten voor de beleggingen, en in het<br />
bijzonder de transactiekosten daarvan, meer inzichtelijk. Dit deed het fonds aan de hand van de aanbevelingen die de<br />
pensioensector opstelde. Door inzicht te hebben in de kosten van het fonds kunnen wij deze beter beoordelen en vergelijken. En<br />
daarmee ook beter verantwoorden.<br />
Aandacht voor Europa en verhoging AOW-leeftijd<br />
Met veel belangstelling volgden wij in <strong>2012</strong> de ontwikkelingen binnen de Europese Monetaire Unie. Het uiteenvallen daarvan of het<br />
vertrek van een aantal landen uit de muntunie zou grote gevolgen kunnen hebben voor de financiële situatie van het fonds. Doordat de<br />
beleggingsportefeuille van het fonds eerder pro-actief was aangepast, hoefde het fonds in <strong>2012</strong> geen (aanvullende) maatregelen te<br />
nemen.<br />
Dat de steeds verdere vergrijzing en toenemende levensverwachting van de Nederlandse bevolking gevolgen heeft voor het Nederlandse<br />
pensioenstelsel is duidelijk. Om de stijging van de lasten daardoor (enigszins) te compenseren, verhoogt de Nederlandse overheid de<br />
AOW-leeftijd stapsgewijs. Uiteindelijk moet deze uitkomen op 67 jaar in 2021. Dit had in <strong>2012</strong> echter geen directe gevolgen voor<br />
(gewezen) deelnemers en gepensioneerden van het fonds; de ingangsdatum van de pensioenuitkering blijft gelijk. Wij besloten als bestuur<br />
wel om actieve deelnemers die in 2013 na hun 65 e doorwerken de mogelijkheid te bieden pensioen te blijven opbouwen tot de AOWingangsdatum.
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Duidelijke communicatie noodzakelijk én wenselijk<br />
Als bestuur vinden wij het belangrijk om deelnemers en werkgevers op een begrijpelijke, en tegelijkertijd kostenbewuste, manier te<br />
informeren. Wij zagen het belang voor ons fonds om duidelijk te communiceren over pensioen ook in onderzoek naar voren komen. Het<br />
fonds paste in <strong>2012</strong> het communicatiebeleid aan en zet daarin de lijn voort om in de communicatie aan te sluiten bij de beleving van<br />
deelnemers en werkgevers in de horeca en catering. Dit om hen open te stellen voor informatie over pensioen en pensioengerelateerde<br />
vraagstukken. Dit uitte zich onder andere in twee laagdrempelige campagnes voor deelnemers.<br />
U ziet: <strong>2012</strong> was een jaar vol ontwikkelingen én kansen. Eén daarvan is u, tot slot, natuurlijk niet ontgaan: ons jaarverslag in digitale vorm.<br />
Hiermee geven wij op een vernieuwende manier vorm aan openheid en duidelijkheid. Wij hopen, namens het hele bestuur, dat u ons<br />
jaarverslag nieuwe stijl met veel interesse leest én bekijkt.<br />
Eiko de Vries Paul Schoormans<br />
Voorzitter Plaatsvervangend voorzitter
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Kerngegevens<br />
Werkgevers en deelnemers (in aantallen)<br />
<strong>2012</strong> 2011 2010 2009 2008<br />
Aangesloten werkgevers in jaar 33.245 35.509 35.632 36.113 31.644 1<br />
Actieve deelnemers in jaar 300.739 280.116 283.035 287.756 286.858<br />
Actieve deelnemers ultimo jaar 247.605 235.885 234.006 222.427 219.157<br />
Gewezen deelnemers ultimo jaar 710.921 687.289 645.021 601.796 569.975<br />
Pensioengerechtigden ultimo jaar 33.062 30.955 28.291 27.022 25.454<br />
Totaal deelnemers ultimo jaar 991.588 954.129 907.318 851.245 814.586<br />
Premies<br />
Premies (in % van de pensioengrondslag)<br />
• Ouderdomspensioen 16,8 14,3 14,3 14,3 14,3<br />
Additionele (herstel)bijdrage 0,54 2<br />
2,5 3<br />
2,5 3<br />
- -<br />
Premies (in € mln.)<br />
• Ouderdomspensioen 289,2 257,7 258,0 254,0 230,2<br />
Additionele (herstel)bijdrage 22,2 2<br />
43,9 3<br />
42,5 3<br />
- -<br />
• Aanvullende regelingen 6,3 5,8 5,8 4,8 3,6<br />
• Individuele vrijwillige voortzetting 0,7 1,2 1,5 1,9 2,3<br />
Totaal premies 318,4 308,6 307,8 260,7 236,1<br />
Uitkeringen (in € mln.)<br />
Ouderdoms- en nabestaandenpensioen 48,9 41,6 32,4 29,5 25,0<br />
Vroegpensioen 2,9 6,4 5,7 4,8 4,3<br />
WAO-aanvullingsregeling 2,1 2,3 2,4 2,7 2,7<br />
WAO-gatverzekering 4,2 5,7 4,5 4,8 4,8<br />
Totaal uitkeringen 58,1 56,0 45,0 41,8 36,8<br />
Pensioenverbetering<br />
Actieven<br />
• Toeslag uit overrendement 4 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 3,00%<br />
• Toeslag uit opslag in de premie 5 0,70% 0,85% 1,00% 1,25% 1,00%<br />
Gewezen deelnemers en gepensioneerden 6 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 3,00%<br />
Pensioenvermogen en<br />
verplichtingen (in € mln.)<br />
Pensioenvermogen 5.284,6 4.337,9 3.597,7 3.085,4 2.569,2<br />
Pensioenverplichtingen 4.723,5 4.316,2 3.441,2 2.812,7 2.776,3<br />
Dekkingsgraad op basis van FTK (afgerond) 112% 101% 105% 110% 93%<br />
Beleggingen<br />
Belegd vermogen (in € mln.) 5.228,0 4.315,7 3.581,7 3.007,7 2.496,7<br />
Opbrengst beleggingen<br />
exclusief swap(tion)s (in € mln.) 509,3 25,6 321,3 493,8 -750,8<br />
Opbrengst swap(tion)s (in € mln) 201,6 492,4 -40,0 -180,1 311,5<br />
Opbrengst beleggingen<br />
inclusief swap(tion)s (in € mln.) 710,9 518,0 281,3 313,7 -439,3<br />
Opbrengst exclusief swap(tion)s in % 12,2% 1,2% 9,9% 21,5% -25,1%<br />
Opbrengst inclusief swap(tion)s in % 16,3% 14,4% 9,4% 12,2% -14,8%<br />
Z-score<br />
Z-score 0,02 0,65 8 0,53<br />
7<br />
0,45 -1,47<br />
Performancetoets 1,37 0,85 1,09 1,49 1,14<br />
- 6 -<br />
1 Geactualiseerd ten opzichte van jaarrekening 2008.<br />
2 In de contractcateringbranche dragen werkgevers en<br />
werknemers in <strong>2012</strong> en 2013 elk 0,27% van de<br />
pensioengrondslag af als additionele bijdrage voor<br />
de kostendekkendheid van de premie.<br />
3 In de horeca dragen sociale partners bij aan de<br />
herstelmaatregelen door een additionele storting in<br />
het fonds over 2010 en 2011, uit (een deel van) het<br />
overschot van middelen van de SOHOR. Werknemers<br />
en werkgevers in de horeca betalen daarom geen<br />
extra herstelbijdrage. In de contractcatering wordt<br />
de additionele bijdrage over 2010 en 2011 volledig in<br />
2011 geheven. Om deze reden dragen zowel<br />
werkgevers als werknemers in de contractcatering in<br />
2011 2,5% van de pensioengrondslag bij ten behoeve<br />
van herstel.<br />
4 Vanaf 2008 vindt (eventuele) toeslagverlening uit<br />
overrendement in het voorvorige jaar plaats<br />
per 1 januari van een kalenderjaar.<br />
5 Toeslag per 31 december van een kalenderjaar vanuit<br />
0,9%-punt opslag in de premie.<br />
6 Vanaf 2008 vindt (eventuele) toeslagverlening uit<br />
overrendement in het voorvorige jaar plaats<br />
per 1 januari van een kalenderjaar.<br />
7 Geactualiseerd ten opzichte van jaarrekening 2011.<br />
8 Geactualiseerd ten opzichte van jaarrekening 2010.
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Verslag van het bestuur<br />
Financiële situatie en herstel<br />
Financiële situatie ontwikkelt zich gunstig<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> werkte in <strong>2012</strong> verder aan het herstel van haar financiële situatie. Door de gevolgen van de kredietcrisis<br />
daalde de dekkingsgraad in 2008 tot onder het wettelijk vereiste niveau. In 2009 stelde het fonds daarom een herstelplan op. Eind <strong>2012</strong><br />
was de dekkingsgraad 111,9%. Daarbij is de rekenrente die fondsen moeten hanteren aangepast. Bij een rekenrente op basis van de<br />
marktrente bedroeg de dekkingsgraad eind <strong>2012</strong> 102%.<br />
Volgens het herstelplan moest de dekkingsgraad eind <strong>2012</strong> minimaal 101,8% zijn. Aan het einde van 2013 moet de dekkingsgraad van het<br />
fonds volgens het herstelplan minimaal 104,1% zijn. Het herstel van de financiële positie van het fonds verloopt dus beter dan verwacht.<br />
Maar de ontwikkeling van de dekkingsgraad laat in <strong>2012</strong> ook schommelingen zien. Daaruit blijkt dat het herstel kwetsbaar is. De financiële<br />
situatie van het fonds blijft dan ook een belangrijk aandachtspunt voor het bestuur.<br />
Dekkingsgraad stijgt in <strong>2012</strong><br />
Met een dekkingsgraad van 111,9% eind <strong>2012</strong> was sprake van een stijging ten opzichte van het jaar ervoor. Eind 2011 was de<br />
dekkingsgraad namelijk 100,5%. De stijging van de dekkingsgraad in <strong>2012</strong> kende twee belangrijke oorzaken:<br />
• de (hernieuwde) aanpassing van de te hanteren rekenrente in september <strong>2012</strong>. De Nederlandsche Bank vernieuwde de<br />
rentetermijnstructuur met gebruikmaking van een zogenoemde Ultimate Forward Rate (UFR)-methodiek. Invoering van de<br />
rentetermijnstructuur op basis van de UFR-methodiek compenseerde (gedeeltelijk) de lagere rekenrente ten opzichte van eind 2011.<br />
De daling van de rekenrente in <strong>2012</strong> had namelijk een sterk negatief effect op de dekkingsgraad;<br />
• de gunstige beleggingsopbrengsten, die voor een deel samenhangen met de genoemde daling van de rente. Het vermogen (inclusief<br />
renteafdekking) steeg van € 4,3 miljard eind 2011 naar € 5,3 miljard eind <strong>2012</strong>. Dit leidde tot een rendement van 12,2% exclusief<br />
renteafdekking (inclusief renteafdekking 16,3%).<br />
In <strong>2012</strong> had de stijging van de levensverwachting ook een lichte daling van de dekkingsgraad van het fonds ten gevolg.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> lag eind <strong>2012</strong> voor op het herstelpad zoals dit in het herstelplan vastligt. Volgens het herstelplan moest<br />
het fonds eind <strong>2012</strong> namelijk een dekkingsgraad van 101,8% hebben. Op dit moment zijn daarom geen aanvullende herstelmaatregelen<br />
nodig. De ontwikkeling in <strong>2012</strong> maakt echter duidelijk dat het ingezette herstel kwetsbaar blijft door de aanhoudende onrust op de<br />
financiële markten. De financiële positie van het fonds vraagt daarom permanente aandacht van het bestuur.<br />
De grafiek op de volgende pagina toont de ontwikkeling van de dekkingsgraad in <strong>2012</strong> (rode lijn). De oranje lijn staat voor het herstelpad<br />
volgens het gecombineerde lange en korte termijn herstelplan. Zo leidde een lage rente (op basis van het driemaandsgemiddelde) in de<br />
maanden juni en juli <strong>2012</strong> tot hogere technische voorzieningen. De grafiek laat zien dat het herstel in die maanden achterbleef bij het<br />
uitgezette herstelpad. De staafdiagrammen geven de ontwikkeling weer van het vermogen (donkerblauw) ten opzichte van de technische<br />
voorzieningen (lichtblauw). Een duidelijk afname van de technische voorzieningen na invoering van de vernieuwde rentetermijnstructuur<br />
vanaf september <strong>2012</strong> is duidelijk zichtbaar. De stippellijnen staan voor het vereist eigen vermogen en het minimaal vereist eigen<br />
vermogen.<br />
- 7 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Ontwikkeling van de dekkingsgraad in <strong>2012</strong><br />
De verschillende ontwikkelingen die van invloed waren op de hoogte van de dekkingsgraad in <strong>2012</strong> blijken uit de tabel ‘Globale analyse<br />
ontwikkeling dekkingsgraad <strong>2012</strong> in procentpunten’.<br />
Globale analyse ontwikkeling dekkingsgraad <strong>2012</strong> in procentpunten<br />
Dalende rente en aanpassing rekenrente<br />
Het herstel van de dekkingsgraad komt voor een belangrijk deel door de (hernieuwde) aanpassing van de rekenrente door de<br />
Nederlandsche Bank. Vanaf 31 december 2011 (de donkerblauwe lijn) rekenden pensioenfondsen met een driemaandsgemiddelde rente.<br />
De toezichthouder schreef deze middeling voor. Omdat de rente in <strong>2012</strong> verder daalde, daalde in de loop van <strong>2012</strong> ook de gemiddelde<br />
rente. De gemiddelde rente was in juni laag (de grijze lijn).<br />
De Nederlandse regering kwam in <strong>2012</strong> met een ‘Septemberpakket pensioenen’. Onderdeel hiervan is het besluit van de Nederlandsche<br />
Bank om een nieuwe rentetermijnstructuur in te voeren op basis van een driemaandsgemiddelde met een groei naar een Ultimate Forward<br />
Rate voor langere looptijden. Voor looptijden tot en met twintig jaar is de marktrente gelijk aan de waargenomen driemaandsgemiddelde<br />
marktrente. Voor looptijden vanaf 21 jaar beweegt de rente naar de Ultimate Forward Rate die op 4,2% is vastgesteld. Dit resulteert in een<br />
curve (de oranje lijn) die vanaf een looptijd van 21 jaar hoger ligt dan de driemaandsgemiddelde rentetermijnstructuur ultimo september<br />
<strong>2012</strong>. Bij looptijden vanaf 21 jaar laat de curve daarom een knik zien.<br />
- 8 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Het effect van het gebruik van de driemaandsgemiddelde rentetermijnstructuur met de methodiek van de Ultimate Forward Rate<br />
(lichtblauwe lijn) op de dekkingsgraad per 31 december <strong>2012</strong> bedroeg 10%-punt ten opzichte van de dekkingsgraad berekend op basis van<br />
de actuele marktrente (zonder driemaandsmiddeling en zonder UFR-methodiek). De technische voorzieningen daalden namelijk met € 431<br />
miljoen. In de onderstaande grafiek geeft de rode lijn de actuele rente weer per 31 december <strong>2012</strong>.<br />
Rentecurven <strong>2012</strong><br />
Effect stijgende levensverwachting in <strong>2012</strong> beperkt<br />
In september <strong>2012</strong> bleek uit de Prognosetafel <strong>2012</strong>-2062 van het Actuarieel Genootschap (AG) dat de levensverwachting van de<br />
Nederlandse bevolking verder toeneemt. Het bestuur besloot in december <strong>2012</strong> om de nieuwe prognose te gebruiken voor de berekening<br />
van de technische voorzieningen. In december <strong>2012</strong> namen de technische voorzieningen daardoor met 0,6% toe.<br />
Ook uit de prognose van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bleek dat de levensverwachting verder toeneemt. Het CBS publiceerde<br />
op 13 december <strong>2012</strong> een nieuwe prognose van de sterfteontwikkeling. Deze nieuwe CBS-prognose bestrijkt de jaren <strong>2012</strong>-2060. Het CBS<br />
publiceerde eerder in <strong>2012</strong> al de sterftestatistiek over het jaar 2010. De prognoses van het AG en het CBS verschillen weliswaar van elkaar,<br />
maar voor de waardering van de technische voorzieningen zijn die verschillen verwaarloosbaar klein.<br />
Om de gevolgen van de dalende sterftekansen voor de eigen technische voorzieningen zo goed mogelijk te kunnen onderkennen, voert het<br />
fonds jaarlijks een sterfteonderzoek uit. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> onderzocht daarom de waargenomen sterfte in 2007 tot en met<br />
2011. Het in <strong>2012</strong> uitgevoerde sterfteonderzoek bevestigde de conclusies uit eerdere sterfteonderzoeken van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> &<br />
<strong>Catering</strong>. De levensverwachting van de deelnemers in de regeling van het fonds ligt lager dan die van de hele bevolking. Het fonds past<br />
daarom correctiefactoren voor de zogenaamde fondsspecifieke ervaringssterfte toe op de landelijke sterftekansen. Op basis van het<br />
sterfteonderzoek over de jaren 2007 tot en met 2011 bleken deze correctiefactoren nog overeen te komen met de ervaringsgegevens. De<br />
resultaten van het sterfteonderzoek in <strong>2012</strong> en de CBS-sterftestatistiek leidden niet tot extra bijstelling van de technische voorzieningen.<br />
Waardeoverdracht twee maanden stopgezet<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> stopte in de maanden juli en augustus <strong>2012</strong> tijdelijk met waardeoverdrachten. De dekkingsgraad<br />
bedroeg eind juni namelijk 97%. Op grond van wettelijke bepalingen mag het pensioenfonds in dergelijke situaties niet meewerken aan<br />
inkomende en uitgaande waardeoverdrachten. Het wettelijk recht op waardeoverdracht van een (gewezen) deelnemer wordt opgeschort<br />
tot het moment dat een pensioenfonds de technische voorzieningen weer door waarden heeft gedekt. Eind augustus <strong>2012</strong> bedroeg de<br />
dekkingsgraad 101% en daarom hervatte het fonds vanaf september <strong>2012</strong> weer de verwerking van waardeoverdrachten.<br />
Waardeoverdracht vindt uiteraard alleen plaats naar die pensioenuitvoerders, die vanwege hun dekkingsgraad aan waardeoverdracht<br />
mogen meewerken.<br />
Gekozen herstelmaatregelen<br />
Eind 2008 bevond het fonds zich met een dekkingsgraad van 93% in een situatie van dekkingstekort. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong><br />
moest vanuit toezichtvereisten een minimale dekkingsgraad van 104,1% hebben. In verband met het dekkingstekort diende het fonds het<br />
wettelijk verplichte (gecombineerde) lange- en kortetermijnherstelplan in bij de Nederlandsche Bank. De Nederlandsche Bank stemde op<br />
30 juli 2009 in met dit herstelplan.<br />
- 9 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Inhoud herstelplan en uitvoering herstelmaatregelen<br />
De belangrijkste maatregelen die in het herstelplan zijn opgenomen, zijn:<br />
• In 2009 en 2010 vond geen toeslagverlening uit overrendement plaats.<br />
• Voor 2010 en 2011 geldt een additionele bijdrage om de kans op toeslagverlening na afloop van de pensioenovereenkomst (2007-2011)<br />
te laten toenemen. Het bestuur besloot hiertoe nadat sociale partners in de horeca en contractcatering het initiatief hadden genomen<br />
om vrijwillig en additioneel bij te dragen. Dit betekent dat zowel werkgevers als werknemers over 2010 en 2011 een additionele bijdrage<br />
wilden voldoen (omgerekend 2,5% van de pensioengrondslag als extra bijdrage). De bedrijfstakken horeca en contractcatering gaven<br />
hieraan elk op hun eigen wijze invulling. In 2010 respectievelijk 2011 kwam de totale bijdrage uit de beide bedrijfstakken neer op een<br />
positief effect van 2%-punt op de dekkingsgraad.<br />
• <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> vormde gedurende de resterende looptijd van de pensioenovereenkomst (tot en met 2011) geen<br />
bestemmingsreserve voor pensioenverbetering.<br />
Informatieverstrekking over herstel<br />
Maandelijks publiceert <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> de dekkingsgraad op de website van het fonds, www.phenc.nl. <strong>Pensioenfonds</strong><br />
<strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> evalueert het herstelplan jaarlijks per 31 december. Ook uit de evaluatie per 31 december <strong>2012</strong> volgde dat aanvullende<br />
maatregelen ten opzichte van het herstelplan niet nodig zijn.<br />
Vermogensbeheer<br />
Beleggen met aandacht voor risico én rendement<br />
Om de pensioenen nu en in de toekomst te kunnen betalen, belegt <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> de ontvangen pensioenpremies.<br />
Het fonds maakt daarbij een zorgvuldige afweging tussen risico en rendement. In <strong>2012</strong> behaalde het fonds exclusief renteafdekking een<br />
positief rendement op de beleggingen van 12,2% (16,3% inclusief renteafdekking). Dit had een positief effect op de dekkingsgraad.<br />
Het beleggingsbeleid van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> richt zich op de lange termijn. Tegelijk houdt het fonds ook de risico’s op de<br />
korte termijn nauwlettend in de gaten. Door actuele ontwikkelingen kan bijstelling van het beleid nodig zijn. Het fonds volgt de resultaten<br />
van haar vermogensbeheerders én de veranderingen in de markt daarom op de voet. Zo kan het bestuur zorgvuldig en tijdig reageren.<br />
Het bestuur besloot bijvoorbeeld in <strong>2012</strong> om de afdekking van het renterisico te verlagen om zo het liquiditeitsrisico te verminderen.<br />
Omdat hiermee het risicoprofiel van het fonds hoger zou worden, paste het bestuur ook de samenstelling van de beleggingsportefeuille<br />
aan.<br />
Rendement op de beleggingen<br />
Het rendement op de beleggingen bedroeg in <strong>2012</strong> 12,2% exclusief renteafdekking (16,3% inclusief renteafdekking.) De outperformance<br />
bedraagt 0,7% ten opzichte van de benchmark (11,5%). De rendementscijfers zijn onafhankelijk van de uitvoeringsorganisatie berekend<br />
door beleggingsadministrateur Bank of New York Mellon. In de tabel ‘Rendementen beleggingscategorieën <strong>2012</strong>’ staat een overzicht van<br />
de absolute en relatieve netto rendementen per beleggingscategorie.<br />
Rendementen beleggingscategorieën <strong>2012</strong><br />
- 10 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
De beleggingsportefeuille bestaat uit:<br />
• zakelijke waarden (aandelen, converteerbare obligaties, private equity en grondstoffen);<br />
• onroerend goed;<br />
• en vastrentende waarden (obligaties en hypotheken).<br />
De tabel ‘Verdeling vermogen ultimo <strong>2012</strong>’ zet de weging van de verschillende categorieën af tegen de normportefeuille. Uit de tabel blijkt<br />
dat aan het eind van het verslagjaar de vastrentende waarden en het onroerend goed licht overwogen zijn. De zakelijke waarden zijn licht<br />
onderwogen ten opzichte van de normportefeuille.<br />
Verdeling vermogen ultimo <strong>2012</strong><br />
Ten opzichte van 2011 is de gecombineerde waarde van de swaps gestegen van € 202 miljoen naar € 337 miljoen. Deze waardestijging is<br />
het gevolg van de daling van de langetermijnrente.<br />
De cijfers over het belegd vermogen in de tabel ‘Verdeling vermogen ultimo <strong>2012</strong>’ en de toelichting in de jaarrekening sluiten niet direct op<br />
elkaar aan. Dit komt doordat de beleggingscategorieën (vermogen en resultaat) in de kerncijfers en het bestuursverslag conform het<br />
(strategisch) beleggingsbeleid worden gepresenteerd. In de jaarrekening wijkt de toerekening van de beleggingen aan de verschillende<br />
beleggingscategorieën hiervan af.<br />
Z-score en performancetoets<br />
De z-score van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> over <strong>2012</strong> is 0,53%. Dit betekent dat de vermogensbeheerders van het fonds in het<br />
verslagjaar gemiddeld beter presteerden dan de vergelijkende benchmark. De z-score is een maatstaf voor het feitelijk behaalde<br />
rendement van de beleggingen ten opzichte van het normrendement. Bij de berekening van deze rendementen worden de<br />
uitvoeringskosten van het vermogensbeheer meegenomen, zodat het gaat om nettorendementen. Als het netto feitelijk rendement op de<br />
beleggingen van het fonds hoger is dan het netto normrendement, dan ontstaat een positieve z-score. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong><br />
hanteert voor alle onderdelen van de beleggingsportefeuille benchmarks en doelstellingen. De normportefeuille voor het totale fonds<br />
wordt hiervan afgeleid.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> voldoet over <strong>2012</strong> aan de norm voor de performancetoets. De uitkomst van de performancetoets voor<br />
het jaar <strong>2012</strong> is 1,37%. Als de uitkomst van de performancetoets lager is dan nul, dan is het fonds verplicht om werkgevers - als zij daarom<br />
vragen - vrijstelling van de verplichtstelling te verlenen. Dit volgt uit het Vrijstellings- en boetebesluit Wet Bpf 2000. De performancetoets<br />
wordt berekend door de z-scores van de afgelopen vijf jaar bij elkaar op te tellen, dit getal te delen door de wortel van dit aantal jaren en bij<br />
de uitkomst van die berekening 1,28 op te tellen.<br />
- 11 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Rendementen per beleggingscategorie<br />
Zakelijke waarden<br />
Aandelen maken een belangrijk onderdeel uit van de portefeuille zakelijke waarden. Voor aandelen was <strong>2012</strong> een goed jaar. De<br />
aandelenportefeuille van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> behaalde in het verslagjaar een rendement van 14,7%. De benchmark behaalde<br />
een totaalrendement van 14,5%.<br />
De aandelenbeurzen stegen ondanks de moeilijke economische omstandigheden in veel landen. De schuldencrisis bleef in <strong>2012</strong> dominant<br />
in het nieuws en beïnvloedde de koersbewegingen. Zorgen waren er met name over Spanje en Italië. De Europese Centrale Bank en de<br />
Amerikaanse Federal Reserve ondersteunden de markten door schuldpapier op te kopen. Deze stimuleringsmaatregelen bleken een<br />
belangrijke drijfveer voor de uiteindelijke koersstijgingen te zijn. De Europese aandelenmarkten sloten het jaar zeer verschillend af. Zo<br />
steeg de Duitse aandelenbeurs in <strong>2012</strong> met ruim 29%, terwijl de Spaanse aandelenbeurs met 4% daalde.<br />
Ook de ontwikkelingen in de Verenigde Staten hadden een gunstig effect op de aandelenbeurzen. Tot aan de laatste dag van het jaar was<br />
het de vraag of het zou lukken om de zogeheten ‘fiscal cliff’ af te wenden. Een begrotingsakkoord was nodig om te voorkomen dat een<br />
aantal belastingmaatregelen automatisch in werking zou treden die de economie van de Verenigde Staten mogelijk in een recessie zouden<br />
trekken. Uiteindelijk lukte het de politici om op het laatste moment een akkoord te bereiken en zo een crisis te voorkomen. De Amerikaanse<br />
indices sloten het jaar hoger af: een stijging van 11% ten opzichte van het jaar ervoor.<br />
De onderstaande figuur laat de regioverdeling van de aandelenportefeuille van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> zien.<br />
Regioverdeling aandelen ultimo <strong>2012</strong><br />
Het rendement op private equity bedroeg in <strong>2012</strong> 10,0%. Dat is 8,4% meer dan de benchmark die 1,6% rendeerde. De benchmark is het<br />
driemaands Euribor-tarief plus 1%. In het begin van het jaar was er weinig activiteit op de private equity markt. Pas aan het einde van <strong>2012</strong><br />
kwam hier verandering in. Dit uitte zich onder meer in positieve herwaarderingen binnen de diverse portefeuilles. Aan het eind van het<br />
verslagjaar bedroeg deze categorie 4,1% van de totale beleggingsportefeuille.<br />
De portefeuille converteerbare obligaties behaalde een rendement van 13,0% en daarmee 2,0% meer rendement dan de benchmark<br />
(11,0%). Dit gunstige resultaat was onder andere te danken aan de aantrekkende aandelenmarkten. Een goede selectie van converteerbare<br />
obligaties zorgde ervoor dat deze portefeuille beter presteerde dan de benchmark. De onderstaande figuur geeft de regioverdeling voor<br />
converteerbare obligaties weer.<br />
Regioverdeling converteerbare obligaties ultimo <strong>2012</strong><br />
- 12 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
De beleggingen in grondstoffen presteerden het minst van alle zakelijke waarden met een rendement van -2,6%. De rendementen van de<br />
verschillende grondstoffen lagen ver uiteen. Zo steeg gas met 12%, terwijl de olieprijs met 6% daalde. De goudprijs steeg in <strong>2012</strong> met 7%.<br />
Het rendement van de grondstoffenportefeuille was wel beter dan de benchmark, die -6,3% noteerde in <strong>2012</strong>. Daardoor bedroeg de<br />
relatieve outperformance 3,7%.<br />
Vastrentende waarden<br />
Het rendement op de portefeuille vastrentende waarden bedroeg in <strong>2012</strong> 9,6%. De benchmark behaalde een rendement van 9,9%. De<br />
portefeuille vastrentende waarden bestaat uit een obligatie- en een hypothekenportefeuille.<br />
De beleggingen in nominale staatsobligaties behaalden in het verslagjaar een rendement van 9,9%. Bij inflatie gerelateerde obligaties was<br />
dit 7,6%. In <strong>2012</strong> nam de vraag naar obligaties van veilige landen toe. Mede door deze vlucht naar veiligheid stegen de beleggingen in<br />
vastrentende waarden van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> fors in waarde. In 2011 koos <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> ervoor om het<br />
kredietrisico verder te beperken door binnen de portefeuille nominale staatobligaties enkel te beleggen in Nederland, Duitsland, Oostenrijk<br />
en Finland. Binnen de inflatie gerelateerde obligatieportefeuille belegt het fonds alleen in Duitsland en Frankrijk. De obligaties van deze<br />
veilige landen profiteerden van een toegenomen vraag naar obligaties van sterke debiteuren. Ook de overige delen van de<br />
obligatieportefeuille rendeerden goed. Obligaties in opkomende landen rendeerden namelijk 17,4% en high yield-obligaties 18,1%.<br />
Regioverdeling vastrentende waarden ultimo <strong>2012</strong><br />
In <strong>2012</strong> werd een rendement op de hypothekenportefeuille behaald van 2,0%. De benchmark boekte een resultaat van 5,0%. De<br />
hypothekenportefeuille bestaat geheel uit Nederlandse particuliere en zakelijke hypotheken. Particuliere hypotheken stegen met 4,0% in<br />
waarde, terwijl zakelijke hypotheken met 0,5% stegen. Door de dalende vastgoedprijzen werden er zowel bij zakelijke als bij particuliere<br />
hypotheken voorzieningen genomen. Hypotheken worden gewaardeerd tegen de risicovrije rentecurve plus een risico-opslag. Door een<br />
stijgende risico-opslag en de genomen voorzieningen, behaalde de hypothekenportefeuille een lager rendement dan de benchmark.<br />
Onroerend goed<br />
De portefeuille onroerend goed bestaat uit beleggingen in beursgenoteerd indirect vastgoed en niet-beursgenoteerde indirecte<br />
vastgoedbeleggingen. In <strong>2012</strong> behaalde <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> met de belegging in beursgenoteerd indirect vastgoed een<br />
rendement van 26,6%, nagenoeg in lijn met de benchmark (26,5%). De portefeuille wist te profiteren van de stijging van de<br />
aandelenbeurzen.<br />
De portefeuille niet-beursgenoteerd indirect vastgoed behaalde een rendement van 0,4% (benchmark: 1,3%). De beleggingen in kantoren<br />
en woningen daalden zowel relatief als absoluut in waarde. Bedrijfsruimten en winkels droegen daarentegen positief bij aan het resultaat.<br />
Portefeuille onroerend goed ultimo <strong>2012</strong><br />
- 13 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Afdekking rente- en valutarisico<br />
Het bestuur nam in <strong>2012</strong> het besluit om tot een tijdelijke aanpassing van het beleggingsbeleid over te gaan. Besloten is om de afdekking<br />
van het renterisico te verlagen naar 64%. De afdekking van het renterisico – het belangrijkste risico van het fonds – bedroeg sinds 2009<br />
75%. De reden voor het verlagen van de renteafdekking is om het liquiditeitsrisico van het fonds te verkleinen. Bij een oplopende rente<br />
vragen de tegenpartijen van de swaps namelijk meer onderpand, waardoor zich een liquiditeitsrisico kan voordoen als er onvoldoende<br />
onderpand beschikbaar is.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> dekt het renterisico af door 22,5% van het beheerd vermogen te beleggen in langlopende eurostaatsobligaties.<br />
Daarnaast belegt het fonds 5% van het vermogen in Nederlandse hypotheken. Om tot een afdekking van 64% te komen<br />
gebruikt <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> aanvullend swaps. Het fonds implementeert de swaps als overlay en deze maken daarom geen<br />
deel uit van de normportefeuille.<br />
Voor herbalancering hanteert het fonds een bandbreedte van 5% rondom de norm van 64%. Voor een goede aansluiting op de<br />
verplichtingen, hanteert <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> swaps in zes à acht verschillende looptijdsegmenten. De gecombineerde waarde<br />
van de swaps bedroeg ultimo <strong>2012</strong> € 337 miljoen. Dit is € 135 miljoen meer dan ultimo 2011. De belangrijkste reden voor de<br />
waardestijging van de swaps, is de daling van de langetermijnrente.<br />
Naast het renterisico dekt <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> ook het valutarisico van de beleggingsportefeuille strategisch af. Ongeveer<br />
50% van de beleggingen vindt plaats in valuta anders dan de euro. Circa 55% van dit valutarisico wordt afgedekt. Dit zorgt voor<br />
(kortetermijn)stabilisatie van de rendementen. Voor beleggingen in vreemde valuta waarbij het afdekken van het valutarisico praktisch<br />
zeer lastig en/of bijzonder kostbaar is, laat het fonds dit risico onafgedekt. Tevens wordt het valutarisico op de beleggingen in grondstoffen<br />
niet afgedekt. Het openlaten van het valutarisico betreft overigens nadrukkelijk niet de mogelijkheid om actief valutabeleid te voeren.<br />
Strategische beleggingsallocatie<br />
Aan de hand van de ALM-studie stelde het bestuur eind 2011 vast de beleggingsallocatie te handhaven op 50% zakelijke waarden, 40%<br />
vastrentende waarden en 10% vastgoed. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> streeft ernaar om eens in de twee à drie jaar het beleid te<br />
herijken door middel van een ALM- en een risicobudgetstudie.<br />
Het bestuur nam in april <strong>2012</strong> het besluit om het beleggingsbeleid tijdelijk aan te passen om het liquiditeitsrisico verder te beheersen. Het<br />
besluit hield in de renteafdekking terug te brengen van 75% naar 64%. Door een deel van de swaps te verkopen, werd deze verlaging<br />
bereikt. Door deze verlaging van de renteafdekking, stijgt het renterisico voor het fonds. Om dit toegenomen renterisico te compenseren is<br />
de weging zakelijke waarden verlaagd naar 46,5%, de weging vastgoed verlaagd naar 9% en de weging vastrentende waarden opgehoogd<br />
naar 44,5%. Het bestuur besloot tot een tijdelijke aanpassing in de verwachting dat een nieuw decentraal pensioenakkoord tot stand komt.<br />
Een dergelijk akkoord resulteert in een nieuwe pensioenregeling met een bijpassend strategisch beleggingsallocatie.<br />
In <strong>2012</strong> besloot het bestuur ook om een deel van het valutarisico niet meer af te dekken. Het ging hierbij om het valutarisico bij<br />
beleggingen in grondstoffen en om valuta’s waarin <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> beperkt belegt. Het bestuur nam dit besluit naar<br />
aanleiding van een risicobudgetstudie. Uit deze studie bleek dat het afdekken van de dollar in het grondstoffenmandaat geen toegevoegde<br />
waarde heeft. De doorgaans negatieve correlatie tussen grondstoffen en de Amerikaanse dollar zorgt voor een stabilisatie van het<br />
rendement in euro in scenario’s van stress. Ook bleek dat het afdekken van niet-materiële posities in valuta’s, zoals de Engelse pond of de<br />
Japanse Yen, meer na- dan voordelen heeft. Het openlaten van dit valutarisico heeft weinig tot geen invloed op het risicoprofiel van<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> of op de buffers die de Nederlandsche Bank voorschrijft. Bovendien heeft het openlaten van een deel van<br />
het valutarisico een diversificatievoordeel ten opzichte van de euro.<br />
Transparant en zorgvuldig beleggingsbeleid<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> maakte in <strong>2012</strong> de kosten voor vermogensbeheer inzichtelijk. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> vindt<br />
een inzichtelijke en voorspelbare kostenstructuur belangrijk ten aanzien van de uitbestede beleggingen. Zo kan het fonds invulling geven<br />
aan de wens de kosten van de beleggingen transparant te maken. In de paragraaf ‘Uitvoeringskosten’ in het hoofdstuk ‘Pensioenbeheer’<br />
wordt hier uitgebreid op ingegaan.<br />
Verder besteedde het bestuur expliciet aandacht aan een mogelijk uiteenvallen van de Europese Monetaire Unie of een mogelijk vertrek<br />
van een aantal landen uit de muntunie. Het bestuur constateerde dat de risico’s nadrukkelijk aanwezig zijn en tegelijkertijd dat de<br />
beleggingsportefeuille als gevolg van aanpassingen in 2011 al goed was gepositioneerd. Daarmee waren aanvullende maatregelen niet<br />
nodig.<br />
- 14 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Het bestuur concludeerde ook in <strong>2012</strong> dat private equity binnen de beleggingsportefeuille van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> een<br />
plaats verdient. Dit bleek uit een evaluatie naar de bijdrage van private equity aan de doelstellingen van het beleggingsbeleid van het<br />
fonds. Uit dit onderzoek kwam naar voren dat een belegging in private equity in de beleggingsportefeuille van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> &<br />
<strong>Catering</strong> leidt tot zowel diversificatie- als outperformancemogelijkheden ten opzichte van bijvoorbeeld aandelen. Wel bleek aanscherping<br />
van de invulling van het programma voor private equity mogelijk. Het bestuur besloot namelijk de balans te verbeteren tussen de omvang<br />
en complexiteit van de beleggingen enerzijds en het niveau van het risicomanagement en de aanwezige counterveiling power anderzijds.<br />
Ook had het bestuur aandacht voor het onderwerp Maatschappelijk Verantwoord Beleggen. Het bestuur analyseerde het beleid en de<br />
ontwikkelingen op dit gebied sinds de invoering van het huidige beleid in 2008. Het bestuur besloot een nieuw onderzoek te doen in 2013<br />
naar de wensen en standpunten van deelnemers en werkgevers. Daarnaast zal het bestuur inventariseren in hoeverre Maatschappelijk<br />
Verantwoord Beleggen bij de verschillende externe vermogensbeheerders is verankerd en geïmplementeerd. Verder deed het fonds in <strong>2012</strong><br />
een tweede investering in private equity, specifiek gericht op het investeren in schone technologieën.<br />
Na uitvoerig onderzoek stelde het bestuur in februari <strong>2012</strong> Northern Trust Global Investors aan als vermogensbeheerder voor een passief<br />
mandaat voor wereldwijd beursgenoteerd vastgoed. Daarmee is invulling gegeven aan het besluit naar aanleiding van de<br />
risicobudgetstudie 2010 om de allocatie naar beursgenoteerd vastgoed passief in te vullen in plaats van actief.<br />
Het bestuur stelde in het verslagjaar Principal Global Investors aan voor een mandaat voor aandelen in opkomende landen. Het bestuur<br />
besloot in 2011 de weging van deze beleggingscategorie te verhogen. Doordat er bij de bestaande vermogensbeheerder aandelen<br />
opkomende landen geen ruimte voor verdere uitbreiding bestond, ging het fonds in <strong>2012</strong> op zoek naar een tweede vermogensbeheerder<br />
voor aandelen in dit segment.<br />
Beleggingsadviescommissie<br />
Ook in <strong>2012</strong> was de beleggingsadviescommissie actief betrokken bij het beleggingsbeleid. De leden van de commissie adviseerden het<br />
bestuur onder meer over:<br />
• de verrichte risicobudgetstudie;<br />
• het terugbrengen van het liquiditeitsrisico in de beleggingsportefeuille van het fonds door de afbouw van de renteafdekking en het<br />
terugbrengen van de allocatie naar zakelijke waarden en onroerend goed ten gunste van vastrentende waarden;<br />
• evaluatie van de bijdrage private equity aan de doelstellingen van het fonds;<br />
• het aanstellen van nieuwe vermogensbeheerders.<br />
De gevolgen voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> van de invoering van de UFR-methodiek vormden eveneens een belangrijk<br />
aandachtspunt voor de beleggingsadviescommissie. Ook vervulde de beleggingsadviescommissie een adviserende rol voor het<br />
beleggingsplan 2013 en was betrokken bij de jaarlijkse strategische conferentie van het bestuur.<br />
Pensioenbeheer<br />
Focus op heldere communicatie en efficiënte administratie<br />
Duidelijke communicatie met deelnemers en werkgevers was een belangrijk aandachtspunt voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> in<br />
<strong>2012</strong>. Het fonds heeft daarbij twee doelen. Zorgen dat deelnemers weten waar zij later financieel aan toe zijn. En zorgen dat werkgevers<br />
weten hoe zij hun administratie zo gemakkelijk mogelijk kunnen doen. Daarnaast werkte het fonds aan het verbeteren van de eigen<br />
administratie. Efficiëntie en kostenbewustzijn waren daarbij belangrijk.<br />
Om deelnemers op een begrijpelijke manier uit te leggen hoe het zit met hun pensioen, lanceerde het fonds in <strong>2012</strong> twee campagnes.<br />
Deze sloten aan op de belevingswereld van deelnemers: ‘Vraag ons de kleren van het lijf’ en ‘Ontdek hoe ruim belegd jouw boterham straks<br />
is!’.<br />
Voor werkgevers startte het fonds in <strong>2012</strong> met de ontwikkeling van een werkgeversportaal. Dit online hulpmiddel maakt het voor<br />
werkgevers makkelijker om hun administratie bij te houden. En door bij het contact met werkgevers de digitale mogelijkheden zoveel<br />
mogelijk te benutten, geeft het fonds actief invulling aan het streven naar een kostenbewuste uitvoering.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> wil daarnaast gegevens volledig en zorgvuldig vastleggen en op een efficiënte en kostenbewuste manier<br />
administreren. Op basis van de bekend gemaakte uitkomsten van het project Quinto-P van de Nederlandsche Bank beoordeelde het fonds<br />
bijvoorbeeld de kwaliteit van de administratie van de pensioenen. Maar ook was er aandacht voor het verbeteren van de<br />
werkgeversadministratie, want dat blijft de basis voor de administratie van het fonds.<br />
- 15 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Premie en toeslag<br />
Premie naar 16,8%<br />
Het bestuur stelde de premie voor <strong>2012</strong> tot en met 2016 vast op 16,8% van de pensioengrondslag. Daarmee is de premie voor <strong>2012</strong><br />
kostendekkend. Meer dan voorheen vroegen de actuele ontwikkelingen om aandacht voor de kostendekkendheid van de premie. Sinds de<br />
invoering van de huidige pensioenregeling in 2007 was de premie 14,3% van de pensioengrondslag. Op basis van de rentestand in 2011 en<br />
de sinds 2007 aanzienlijk gestegen levensverwachting zou dit voor <strong>2012</strong> niet kostendekkend zijn. Dit leidde tot een noodzakelijke<br />
verhoging van de premie. Voor de jaren 2010 en 2011 was in het herstelplan van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> (op basis van een<br />
vrijwillig initiatief van sociale partners) al een aanvullende additionele herstelbijdrage van 2,5% van de pensioengrondslag vastgesteld.<br />
Eind 2010 constateerde het bestuur dat de premie voor 2011 op basis van de (destijds) actuele rentecurve niet geheel kostendekkend was.<br />
Het bestuur verzocht sociale partners in de contractcateringbranche een bijdrage voor de kostendekkendheid van de pensioenpremie over<br />
2011. Sociale partners in de contractcateringbranche spraken zich in 2010 positief uit over dit verzoek van het bestuur; het besluit volgde<br />
in 2011. In de contractcateringbranche betalen werkgevers en werknemers daarom elk 0,27% van de pensioengrondslag als additionele<br />
bijdrage voor de jaren <strong>2012</strong> en 2013. Vanuit de bedrijfstak horeca werd een additionele bijdrage in 2011 al geëffectueerd. Sociale partners<br />
restitueerden (een deel van) het overschot aan middelen van de SOHOR (de VUT-stichting voor de bedrijfstak horeca) aan de bedrijfstak<br />
door deze direct ter beschikking te stellen aan het pensioenfonds.<br />
Het bestuur bestemde de additionele bijdrage van de horeca- en contractcateringbranche uiteindelijk voor de kostendekkendheid van de<br />
premie in <strong>2012</strong>. De werkelijk benodigde premie voor 2011 was namelijk (achteraf bezien) ook zonder de extra bijdrage al kostendekkend.<br />
Geen toeslag vanuit overrendement<br />
Het bestuur besloot het overrendement over het boekjaar 2011 in te zetten voor herstel van de financiële positie van het fonds. De<br />
voorwaardelijke toeslagverlening van de opgebouwde aanspraken van actieve deelnemers, gewezen deelnemers en uitkeringen van<br />
pensioengerechtigden per 1 januari 2013 is om die reden vastgesteld op 0%. De financiële situatie van het fonds, de volatiliteit van de rente<br />
en de situatie op de financiële markten leidden tot dit besluit. Voor dergelijke voorwaardelijke toekomstige toeslagen wordt niet<br />
doelgericht geld gereserveerd. Voor toeslagverlening uit overrendement moet het vermogen groter zijn dan het minimaal vereist eigen<br />
vermogen. Verder moet het herstel voorlopen op het uitgezette herstelpad en moet sprake zijn van inflatie in het betreffende jaar. Het<br />
bestuur beoordeelt jaarlijks aan de hand van de jaarrekening of toeslagverlening mogelijk is per 1 januari van het jaar, volgend op de<br />
vaststelling van de jaarrekening.<br />
Toeslag van 0,70% voor actieve deelnemers vanuit premieopslag<br />
De toeslag vanuit de opslag in de premie per 31 december <strong>2012</strong> bedraagt 0,70% over de opgebouwde aanspraken van deelnemers die<br />
gedurende het boekjaar actief waren. De doorsneepremie bevat een opslag van 0,9%-punt voor de jaarlijkse onvoorwaardelijke<br />
toeslagverlening van de opgebouwde aanspraken van actieve deelnemers. Er is geen geld gereserveerd voor toekomstige jaren. Het bestuur<br />
stelt jaarlijks de hoogte van de toeslag vast.<br />
Pensioenregeling en communicatiebeleid geactualiseerd<br />
Hogere AOW-leeftijd en wijziging pensioenregeling<br />
Het bestuur besloot eind <strong>2012</strong> om pensioenopbouw tot de AOW-gerechtigde leeftijd mogelijk te maken voor werknemers die in 2013 65<br />
worden en tot de AOW-gerechtigde leeftijd bij een aangesloten werkgever blijven werken.<br />
In de komende jaren gaat de AOW-leeftijd stapsgewijs omhoog. In <strong>2012</strong> verschoof deze al van de eerste dag van de maand waarin iemand<br />
65 werd naar de 65 e verjaardag. In <strong>2012</strong> besloot de regering hoe dit verder gaat plaatsvinden. In 2013 stijgt de AOW-leeftijd naar 65 jaar en<br />
één maand. Ook de jaren erna stijgt de AOW-leeftijd jaarlijks. Uiteindelijk gaat de AOW in 2018 in op 66-jarige leeftijd en in 2021 bij 67<br />
jaar.<br />
Omdat in de huidige collectieve arbeidsovereenkomsten voor de horeca en contractcateringbranche staat dat een arbeidsovereenkomst<br />
automatisch eindigt op het moment dat een werknemer de AOW-leeftijd bereikt, hebben werknemers in de horeca en catering de<br />
mogelijkheid tot hun AOW-leeftijd door te werken. In de pensioenregeling van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is de ingangsdatum van<br />
het ouderdomspensioen vastgesteld op de eerste dag van de maand waarin (gewezen) deelnemers 65 jaar worden. Door de stijgende<br />
AOW-leeftijd komen de ingangsdata voor de AOW-uitkering en de ouderdomspensioenuitkering van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> uit<br />
elkaar te liggen.<br />
- 16 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Deelnemers kunnen de ingangsdatum van het ouderdomspensioen uitstellen naar de AOW-gerechtigde leeftijd. Door de verandering in<br />
het pensioenreglement van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> kunnen werknemers, die in 2013 na hun 65 e verjaardag bij een aangesloten<br />
werkgever werkzaam zijn, tot de AOW-gerechtigde leeftijd pensioen opbouwen. Het bestuur nam dit besluit na advies van het<br />
verantwoordingsorgaan en vooruitlopend op te verwachten wijzigingen in het pensioenstelsel.<br />
Representativiteitstoets uit te voeren<br />
De periodieke representativiteitstoets kwam voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> in <strong>2012</strong> aan de orde. De verplichtstellingsbeschikking<br />
van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is gewijzigd bij de wijziging van de werkingssfeer per 1 januari 2008. Daarbij werd de<br />
representativiteit aangetoond. De vijfjaarstermijn voor de periodieke representativiteitstoets ving aan op de datum van het besluit tot<br />
wijziging van de verplichtstellingsbeschikking en verstreek op 16 november <strong>2012</strong>.<br />
In juni <strong>2012</strong> sprak het bestuur van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> over een mogelijke wijziging in de (reikwijdte van de) verplichtstelling.<br />
Het bestuur stelde aan sociale partners voor om niets te wijzigen.<br />
Communicatiebeleid geactualiseerd<br />
Het bestuur evalueerde het communicatiebeleid en stelde een communicatieplan voor 2013-2015 vast. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong><br />
zet de lijn door om in de communicatie aan te sluiten bij de beleving van deelnemers en werkgevers in de horeca en catering met als doel<br />
hen open te stellen voor informatie over pensioen en pensioengerelateerde vraagstukken van het pensioenfonds.<br />
Onderzoeken die <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> in 2011 onder deelnemers en werkgevers hield, wezen uit dat deelnemers niet tot<br />
nauwelijks openstaan voor informatie over pensioen. Het versturen van schriftelijke startbrieven en uniforme pensioenoverzichten, zoals<br />
de Pensioenwet voorschrijft, blijkt niet bij te dragen aan pensioenbewustzijn. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> hanteert in het<br />
communicatieplan als uitgangspunt dat communicatie eraan moet bijdragen dat:<br />
• deelnemers mentale rust krijgen en (daarmee ook) pensioenbewuster worden;<br />
• werkgevers zich door het fonds ‘ontzorgd’ voelen.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> heeft een specifiek deelnemersbestand in vergelijking met andere pensioenfondsen. Veel jonge<br />
deelnemers stromen in die relatief vaak na een korte periode weer uitstromen. Om te blijven voldoen aan de communicatie-eisen uit de<br />
Pensioenwet, vraagt de naleving grote inspanningen (en daarmee hoge kosten) van het fonds. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> blijft (bij<br />
de wetgever en toezichthouder) aandacht vragen voor de doelmatigheid van voorgeschreven, schriftelijke informatieverstrekking.<br />
Gestart met verzenden van schriftelijke beëindigingsinformatie<br />
Het fonds biedt op veel manieren informatie aan over pensioen in de horeca en catering, bijvoorbeeld via de websites www.phenc.nl,<br />
Pensioencafe.nl, het pensioenoverzicht, brieven en brochures. In het verleden informeerde het fonds deelnemers op deze manier ook over<br />
(de gevolgen van) het stoppen van de pensioenopbouw.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> startte in <strong>2012</strong> met het versturen van beëindigingsinformatie. Dit gebeurde op aandringen van<br />
toezichthouder Autoriteit Financiële Markten. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> verstuurt de beëindigingsinformatie via een briefkaart in<br />
combinatie met een speciale webpagina. Het fonds overlegde met de Autoriteit Financiële Markten over de mogelijkheid van een briefkaart<br />
voor de beëindigingsinformatie. Op de briefkaart staat de meest belangrijke en urgente informatie over de gevolgen van het stoppen van de<br />
pensioenopbouw. Een briefkaart draagt bij aan het streven om informatie zo efficiënt en kostenbewust mogelijk te verstrekken.<br />
Twee deelnemersgerichte campagnes en het PensioenCafé<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> lanceerde in <strong>2012</strong> twee doelgroepgerichte campagnes:<br />
• ‘Vraag ons de kleren van het lijf’<br />
• ‘Ontdek hoe ruim belegd jouw boterham straks is’.<br />
Het fonds streeft ernaar om de communicatie te laten aansluiten op de beleving van deelnemers. Deze initiatieven pasten bij dit<br />
uitgangspunt. Zo beoogde de campagne ‘Vraag ons de kleren van het lijf’ deelnemers duidelijk te maken dat zij het pensioenfonds alles<br />
mogen/kunnen vragen over pensioen en hen te laten zien dat het pensioenfonds ver gaat om die uitleg op een begrijpelijke manier te<br />
geven. Met de campagne ‘Ontdek hoe ruim belegd jouw boterham straks is’, maakte het fonds het Uniform pensioenoverzicht <strong>2012</strong><br />
laagdrempeliger en gaf zo inzicht in (de relevantie van) de inkomenspositie bij pensionering.<br />
Om werkgevers te helpen hun werknemers over pensioen te informeren biedt het fonds - op verzoek van de werkgever - de mogelijkheid<br />
van een ‘PensioenCafé op Locatie’. Dit is een informatieve bijeenkomst in de sfeer van een café. Tijdens deze bijeenkomsten geeft het fonds<br />
een toegankelijke presentatie aan werknemers en daarmee sluit het concept aan bij de uitgangspunten van Pensioencafe.nl:<br />
pensioeninformatie op een leuke en makkelijke manier.<br />
- 17 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
De samenstelling van het deelnemersbestand eind <strong>2012</strong> blijkt uit de grafiek ‘Leeftijdsopbouw van het hele deelnemersbestand ultimo<br />
<strong>2012</strong>’. Inzicht in de samenstelling van het deelnemersbestand is belangrijk voor de keuzes die het fonds maakt.<br />
Leeftijdsopbouw van het hele deelnemersbestand ultimo <strong>2012</strong><br />
Kenmerkend voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is het groot aantal jonge deelnemers. De grafiek ‘Leeftijdsverdeling actieve deelnemers<br />
ultimo 2008-<strong>2012</strong>’ laat zien dat het aantal actieve deelnemers in de leeftijd tot 25 jaar jaarlijks wisselt. Vanaf 25 jaar is het aantal actieve<br />
deelnemers redelijk stabiel.<br />
Leeftijdsverdeling actieve deelnemers ultimo 2008-<strong>2012</strong><br />
- 18 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
De verlaging van de toetredingsleeftijd per 1 januari 2007 van 25 naar 21 jaar is zichtbaar in de grafiek ‘Leeftijdsverdeling gewezen<br />
deelnemers 2008-<strong>2012</strong>’: het aantal gewezen deelnemers in de leeftijdscategorie 25-30 jaar neemt jaarlijks toe. Omdat een groot aantal<br />
deelnemers de bedrijfstak verlaat koos het fonds voor een efficiënte manier om de beëindigingsinformatie te verstrekken.<br />
Leeftijdsverdeling gewezen deelnemers 2008-<strong>2012</strong><br />
De grafiek ‘Leeftijdsverdeling pensioengerechtigden 2008-<strong>2012</strong>’ laat een toename van het aantal pensioengerechtigden zien. Het aantal<br />
deelnemers dat de pensioengerechtigde leeftijd bereikt neemt toe. Deelnemers die in de jaren 60 en 70 van de vorige eeuw pensioen<br />
opbouwden bereiken de pensioengerechtigde leeftijd. Ook dit leidt tot een toename van het aantal toekenningen.<br />
Leeftijdsverdeling pensioengerechtigden 2008-<strong>2012</strong><br />
- 19 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Aandacht voor volledige en zorgvuldige administratie<br />
Good practises vanuit Quinto-P opgepakt<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is in <strong>2012</strong> gestart met het toepassen van de ‘good practices’ van Quinto-P. Doel van deze ‘good practices’<br />
is om een goede pensioenadministratie te waarborgen. De Nederlandsche Bank formuleerde deze ‘good practices’ naar aanleiding van een<br />
themaonderzoek naar de juistheid van geadministreerde pensioenaanspraken bij een tiental pensioenfondsen.<br />
De Nederlandsche Bank deelde de uitkomsten van het themaonderzoek in het voorjaar van <strong>2012</strong> met de pensioensector. De toezichthouder<br />
verwacht dat pensioenfondsen kunnen aantonen dat zij de pensioenadministratie kritisch onderzoeken op eventuele onvolkomenheden.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> onderschrijft het belang van een dergelijk eigen onderzoek. Dat is voor het fonds aanleiding om:<br />
• de inrichting van de gegevensstromen te beoordelen;<br />
• de beschikbaarheid van historische gegevens te analyseren;<br />
• de administratie steekproefsgewijs te controleren en<br />
• de inrichting van de administratie continue te monitoren.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> zet dit onderzoek in 2013 voort.<br />
Meer gegevens beschikbaar via Nationaal Pensioenregister<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> realiseerde in <strong>2012</strong> volgens planning een aansluiting bij plateau II van het Nationaal Pensioenregister.<br />
Het gaat bij deze volgende fase om een uitbreiding van gegevens die (gewezen) deelnemers meer inzicht biedt in:<br />
• het bruto- en ook het nettobedrag aan pensioen;<br />
• de verevende pensioenaanspraken en<br />
• de latente nabestaandenpensioenaanspraken bij een ingegaan ouderdomspensioen.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> ziet deze uitbreiding van het Nationaal Pensioenregister als een positieve ontwikkeling. Het bestuur<br />
verwacht dat de verdere doorontwikkeling bijdraagt aan een grotere efficiëntie vanwege de vermindering van de (wettelijk<br />
voorgeschreven) schriftelijke informatieverstrekking en zorgt voor blijvende aandacht van de deelnemer voor zijn of haar pensioen.<br />
Een toename van het aantal uitkeringsgerechtigden leidt tot een toename van het totaal aan uitkeringen. Ook het totaal aan<br />
afkoopbedragen van geringe pensioenaanspraken neemt daarom toe. De toename van het totaal aan uitkeringen blijkt uit de grafiek<br />
‘Uitkeringsvolume 2008-<strong>2012</strong>’.<br />
Uitkeringsvolume 2008-<strong>2012</strong><br />
- 20 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
De ontwikkeling van de gemiddelde hoogte van de uitkering blijkt uit de grafiek ‘Gemiddelde uitkering per pensioenvorm 2008-<strong>2012</strong>’. De<br />
hoogte van de ouderdomspensioenuitkering laat een geleidelijke stijging zien. Voor de vroegpensioenuitkeringen geldt een aanzienlijke<br />
stijging, terwijl in de grafiek ‘Uitkeringsvolume 2008-<strong>2012</strong>’ juist een duidelijke daling zichtbaar is van het uitkeringsvolume vroegpensioen.<br />
De gemiddelde vroegpensioenuitkering stijgt dan ook voornamelijk doordat deelnemers de vroegpensioenuitkering uitstellen, waardoor<br />
een (aanzienlijk) hogere vroegpensioenuitkering ontstaat.<br />
Gemiddelde uitkering per pensioenvorm 2008-<strong>2012</strong><br />
Actieve deelnemers blijken gemiddeld door de jaren heen meer pensioen op te bouwen. Het gemiddeld opgebouwde premievrije pensioen<br />
van gewezen deelnemers blijft vrijwel gelijk.<br />
Gemiddeld opgebouwd ouderdomspensioen 2008-<strong>2012</strong><br />
- 21 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Kwaliteit van werkgeversadministratie<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> besteedde in <strong>2012</strong> aandacht aan het verbeteren van verschillende administratieve processen. Het fonds<br />
verrichtte een onderzoek naar diverse processen en realiseerde waar mogelijk direct verbeteringen. Zo nam <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> &<br />
<strong>Catering</strong> het proces van het bekend worden en aanschrijven van nieuwe werkgevers onder de loep. Dit leidde tot een sterke verkorting van<br />
de tijd tussen het moment waarop het fonds gegevens van een nieuwe werkgever ontvangt en het moment waarop deze werkgever de<br />
eerste informatie van het pensioenfonds krijgt.<br />
Meer gemak voor werkgevers<br />
In <strong>2012</strong> zette het fonds een eerste stap in het realiseren van een werkgeversportaal. Dit online middel dient een informatie- en<br />
communicatiekanaal te worden voor werkgevers en hun administrateurs. Zij krijgen hierdoor online inzicht in de werkgeversadministratie<br />
en er ontstaat een laagdrempelig middel om digitaal informatie met het fonds uit te wisselen. Daarnaast krijgt het fonds door het<br />
werkgeversportaal meer mogelijkheden om het administratieve proces te optimaliseren en de kwaliteit van de administratie verder te<br />
verbeteren.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> beoogt de invoering van het werkgeversportaal te combineren met een geleidelijke invoering van de<br />
systematiek van voortschrijdend cumulatief rekenen (VCR). Deze systematiek houdt in dat de werkelijk te betalen premie over een periode<br />
direct wordt gefactureerd en geïnd. Nu betaalt de werkgever nog een voorschot en ontvangt hij na afloop van het jaar een eindafrekening.<br />
Harmonisatie eurobetalingen<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is gestart met het aanpassen van de systemen, administratieve organisatie en bedrijfsprocessen op de<br />
introductie van de Single Euro Payments Area (SEPA). De Europese Unie en gezamenlijke Europese banken willen daarmee het<br />
eurobetalingsverkeer binnen Europa harmoniseren. Nieuwe standaarden voor het rekeningnummer, de girale betalingen en de incasso’s<br />
moeten ervoor zorgen dat eurobetalingen in de Europese Unie straks overal op dezelfde manier plaatsvinden. Doel is dat <strong>Pensioenfonds</strong><br />
<strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> op 1 juli 2013 SEPA-proof is.<br />
Uitvoeringskosten<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> vindt lage uitvoeringskosten belangrijk. Het fonds voert daarom de pensioenadministratie zo efficiënt<br />
mogelijk uit. Doordat het fonds de pensioenregeling uitvoert voor een grote groep deelnemers levert dit door de schaalgrootte lagere<br />
uitvoeringskosten per deelnemer op. Het fonds heeft daarnaast geen winstoogmerk. Dat betekent dat het fonds alle premies en<br />
beleggingsopbrengsten, na aftrek van de uitvoeringskosten, direct aan pensioen kan besteden.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> wil de uitvoeringskosten presenteren volgens de Aanbevelingen Uitvoeringskosten 2011 en de Nadere<br />
uitwerking kosten vermogensbeheer <strong>2012</strong>, beide opgesteld door de Pensioenfederatie. Het fonds kon hieraan over 2011 nog niet geheel<br />
voldoen omdat niet alle informatie beschikbaar was. In <strong>2012</strong> voerde het fonds daarom een strikt beleid om de uitvoeringskosten<br />
inzichtelijker te maken. Zo sprak het fonds met de externe vermogensbeheerders af dat zij vanaf <strong>2012</strong> alle vermogensbeheerkosten<br />
aanleveren volgens de aanbevelingen van de Pensioenfederatie.<br />
Uitsplitsing van uitvoeringskosten<br />
De totale pensioenuitvoeringskosten van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> over <strong>2012</strong> bedragen € 43,1 miljoen. Dit bedrag bestaat uit drie<br />
kostensoorten:<br />
• De kosten pensioenbeheer bedragen € 16,7 miljoen (2011: € 18,7 miljoen). Hieronder vallen de kosten voor de (pensioen)administratie<br />
van en communicatie met deelnemers en werkgevers, inclusief het deel van de bestuurskosten dat is toe te rekenen aan pensioenbeheer.<br />
• De kosten van pensioenbeheer zijn € 60 per deelnemer (2011: € 70). Het aantal deelnemers is de som van het aantal actieve deelnemers<br />
en gepensioneerden aan het eind van het jaar. De daling van € 10 per deelnemer komt met name door een toename van het aantal<br />
deelnemers ten opzichte van 2011 en een daling van de uitvoeringskosten. Het jaar 2011 kende namelijk een aantal kosten voor<br />
eenmalige activiteiten.<br />
• De beheerkosten vermogensbeheer bedragen € 18,3 miljoen (2011: € 16,6 miljoen). Deze kosten betreffen met name de kosten van<br />
externe vermogensbeheerders en het deel van de uitvoerings- en bestuurskosten dat is toe te rekenen aan vermogensbeheer.<br />
• De beheerkosten van vermogensbeheer bedragen 0,38% van het gemiddeld belegd vermogen (2011: 0,44%).<br />
- 22 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
• De transactiekosten vermogensbeheer bedragen € 8,1 miljoen (schatting 2011: € 8,2 miljoen). Deze kosten zijn over <strong>2012</strong> voor het eerst<br />
vastgesteld terwijl de kosten over 2011 uitsluitend schattingen betreffen. Transactiekosten zijn direct gerelateerd aan de<br />
totstandkoming van beleggingstransacties.<br />
De transactiekosten van vermogensbeheer bedragen 0,17% van het gemiddeld belegd vermogen (schatting 2011: 0,22%).<br />
Door deze opsplitsing in kostensoorten, waarbij de bijbehorende kosten zijn vastgesteld volgens de aanbevelingen van de<br />
Pensioenfederatie, zijn de pensioenuitvoeringskosten van pensioenfondsen te vergelijken. Het fonds neemt reeds sinds boekjaar 2004<br />
periodiek deel aan het wereldwijde onderzoek van Cost Effectiveness Measurement (CEM) om op deze wijze de uitvoeringskosten te<br />
kunnen vergelijken met andere pensioenfondsen.<br />
Onderstaand overzicht toont de kosten pensioenbeheer per deelnemer van de afgelopen vijf jaar, vergeleken met de gemiddelde score van<br />
de CEM-vergelijkingsgroep. De CEM-vergelijkingsgroep in deze tabel bestaat uit zeven Nederlandse pensioenfondsen die van 2008 tot en<br />
met 2011 jaarlijks deelnamen.<br />
Kosten pensioenbeheer per deelnemer in euro ten opzichte van CEM-vergelijkingsgroep<br />
De beheerkosten vermogensbeheer als percentage van het gemiddeld belegd vermogen van de afgelopen vijf jaar is in onderstaand<br />
overzicht weergegeven en vergeleken met:<br />
• het gemiddelde van de CEM-vergelijkingsgroep (die in 2011 uit 44 Nederlandse pensioenfondsen bestaat); en<br />
• een specifieke CEM-benchmark voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> en <strong>Catering</strong>. In deze specifieke CEM-benchmark houdt CEM rekening met de<br />
omvang en samenstelling van het belegd vermogen. Dit zijn belangrijke factoren voor de totale kosten van vermogensbeheer.<br />
Beheerkosten vermogensbeheer als percentage gemiddeld belegd vermogen<br />
CEM heeft (nog) geen benchmark voor transactiekosten beschikbaar.<br />
Kosten vermogensbeheer toegelicht<br />
De totale kosten van het vermogensbeheer, bestaande uit beheerkosten en transactiekosten, bedroegen € 26,4 miljoen in <strong>2012</strong>. Dit is<br />
0,55% van het gemiddeld belegd vermogen. De hierna volgende tabel geeft een specificatie van deze kosten weer.<br />
- 23 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Kosten vermogensbeheer als percentage beheerd vermogen <strong>2012</strong> versus 2011<br />
Directe beheerkosten<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> laat het belegd vermogen beheren door externe vermogensbeheerders. De directe beheerkosten<br />
bevatten alle kosten van deze externe beheerders. Dit betreft hoofdzakelijk de beheervergoeding van de externe beheerders (inclusief<br />
onderliggende fondsen) en prestatievergoedingen (alleen bij private equity).<br />
Onder de totale kosten van vermogensbeheer vallen ook indirecte kosten, zoals uitvoerings- en bestuurskosten. Zo selecteert en monitort<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> de externe vermogensbeheerders; deze taak wordt ook wel fiduciair beheer genoemd. Ook een deel van<br />
de kosten van bijvoorbeeld het bestuur en de beleggingsadviescommissie is toe te rekenen aan het vermogensbeheer.<br />
Onderstaande tabel geeft per beleggingscategorie een overzicht van de directe beheerkosten en transactiekosten. De directe beheerkosten van het<br />
vermogensbeheer zijn niet separaat te beoordelen en moeten onder andere worden geplaatst in de context van de onderstaande twee factoren:<br />
• Voor beleggingen met een gunstige combinatie van risico en rendement kan een hoger kostenniveau aanvaardbaar zijn. <strong>Pensioenfonds</strong><br />
<strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> maakt deze afweging op basis van de ALM-studie. In deze studie bepaalt het bestuur de gewenste beleggingsmix op<br />
basis van de financiële positie van het fonds en de verhouding tussen rendement en risico van elke beleggingscategorie.<br />
• De mate van actief of passief beheer beïnvloedt de omvang van de kosten. Actief beheer brengt hogere kosten met zich mee dan passief<br />
beheer. Hiertegenover staat bij actief beheer een hoger verwacht rendement.<br />
Directe beheerkosten, transactiekosten en netto rendement<br />
- 24 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Uit de tabel volgt dat zowel de directe beheerkosten als de transactiekosten van private equity relatief hoog zijn in verhouding tot de<br />
kosten van de overige beleggingscategorieën. Daar tegenover staat echter een relatief hoge positieve bijdrage aan de doelstellingen van<br />
het beleggingsbeleid van het fonds. De volgende factoren beïnvloeden het kostenniveau van private equity:<br />
• Bij private equity wordt de vergoeding gebaseerd op de toezeggingen (commitments) in plaats van daadwerkelijk belegd vermogen.<br />
Daarnaast zijn de kosten in de opstartfase van een private equity-programma relatief hoog.<br />
• <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> belegt in private equity door middel van een aantal extern beheerde fund-of-funds. Deze fondsen<br />
beleggen onderliggend in verschillende private equity-fondsen. De directe beheerkosten bevatten ook de beheervergoedingen van de<br />
onderliggende private equity-fondsen.<br />
• Bij private equity-fondsen wordt gewerkt met prestatievergoedingen. Deze prestatievergoedingen van zowel de fund-of-funds als de<br />
onderliggende private equity-fondsen maken onderdeel uit van de directe beheerkosten.<br />
Van de totale kosten vermogensbeheer van € 26,4 miljoen is € 8,9 miljoen berekend op basis van de Nadere uitwerking kosten<br />
vermogensbeheer <strong>2012</strong> van de Pensioenfederatie dan wel gebaseerd op directe opgaves van de externe vermogensbeheerders; dit is 34%<br />
van de totale vermogensbeheerkosten. Van de directe beheerkosten is € 4,4 miljoen (30%) op die wijze berekend. Dit betreft alle fund-offundskosten<br />
waarvoor nog geen accountantsverklaring is ontvangen en alle overige gerapporteerde kosten van de externe<br />
vermogensbeheerders waarvoor nog geen accountantsverklaringen zijn ontvangen. Van de transactiekosten is € 4,4 miljoen (55%)<br />
berekend op basis van de Nadere uitwerking kosten vermogensbeheer <strong>2012</strong> van de Pensioenfederatie. Voor transactiekosten geldt in het<br />
algemeen dat zij voor een groot deel zijn verwerkt in de transactieprijs. Daarom is een berekening noodzakelijk.<br />
Risicobeleid<br />
Aandacht voor risico’s en de juiste maatregelen<br />
Voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is het erg belangrijk om de risico’s in kaart te hebben. Het fonds keert pensioenen namelijk niet<br />
alleen op dit moment uit, maar ook in de (verre) toekomst. Met een goed beeld van de risico’s op de korte én lange termijn kan het fonds<br />
bepalen wanneer welke beheersmaatregelen nodig zijn.<br />
Het fonds legde mogelijke risico’s vast in het Raamwerk Risicomanagement. Daarbij gaat het niet alleen om het benoemen van de risico’s,<br />
maar het fonds houdt bijvoorbeeld ook rekening met de gevolgen van een risico en de kans dat een risico zich daadwerkelijk voordoet.<br />
Daarnaast staat in dit document wat het fonds doet om een risico te voorkomen. En wat het kan doen als een van de risico’s aan de orde is.<br />
Een voorbeeld hiervan is het financieel crisisplan, dat <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> in <strong>2012</strong> opstelde. In dat plan staan alle<br />
maatregelen die het fonds bij een financiële crisis kan nemen. In dit plan staat ook wat het effect is van de maatregelen en of deze<br />
gevolgen hebben voor (voormalige) deelnemers, gepensioneerden of werkgevers in de horeca en catering. Zo beheerst <strong>Pensioenfonds</strong><br />
<strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> de risico’s en kan zij altijd tijdig en passend reageren als dat nodig is.<br />
Integraal risicomanagement nader ingevuld<br />
Het bestuur verrichtte in <strong>2012</strong> een zelfevaluatie om vast te stellen op welk niveau de beheersing van het Integraal Risicomanagement zich<br />
bevindt. Doelstelling is dat het bestuur dit periodiek evalueert zodat een steeds hoger niveau van beheersing ontstaat. Het bestuur<br />
constateerde dat het niveau van het Integraal Risicomanagement in totaliteit voldoende tot sterk is.<br />
Het bestuur gebruikte bij de zelfevaluatie de vragenlijst van de Nederlandsche Bank. Deze vragenlijst maakt onderdeel uit van het<br />
Referentiekader Integraal Risicomanagement, dat de Nederlandsche Bank in 2011 opstelde naar aanleiding van de uitkomsten van haar<br />
themaonderzoek naar integraal risicomanagement. De toezichthouder gaf aan te verwachten dat pensioenfondsen zich spiegelen aan het<br />
door de Nederlandsche Bank opgestelde kader. Met de vragenlijst stelde het bestuur het volwassenheidsniveau op verschillende<br />
onderdelen vast, zoals risicocultuur en governance, risicostrategie en -beleid en risicomanagementprocessen.<br />
Het bestuur sprak af om in 2013 onder meer de evaluatie van de risicomanagementfunctie en de risicomanager in te plannen. Dit past in<br />
het algemene uitgangspunt om beleid periodiek te evalueren. Omdat de rol van risicomanager is ingesteld in 2011, was een evaluatie niet<br />
eerder aan de orde. Om tot een complete periodieke evaluatie van het risicomanagementbeleid te komen, staat dit nu voor 2013 gepland.<br />
Verder besloot het bestuur om de zelfevaluatie te gebruiken in de verdere besprekingen over een toekomstig bestuurlijk ‘in control<br />
statement’.<br />
Eind 2011 gaf het bestuur al nader invulling aan Integraal Risicomanagement met de vaststelling van het Raamwerk Risicomanagement.<br />
Hierin herijkte het bestuur onder meer de eerder opgestelde strategische risicokaarten. Het Raamwerk Risicomanagement beschrijft<br />
kernachtig hoe <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> invulling geeft aan de beheersing van strategische, financiële en operationele risico’s.<br />
- 25 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Integraal risicomanagement is bij <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> gestructureerd en geformaliseerd. In de praktijk komt dit onder meer<br />
tot uiting door:<br />
• De manier waarop invulling van risicomanagement binnen het fonds plaats vindt. Dit is helder en in beleid vastgelegd.<br />
• De besluitvorming bevat nadrukkelijk de onderkende en te onderkennen risico’s. Dit legt <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> ook<br />
aantoonbaar vast.<br />
• De besluitvorming op het onderdeel vermogensbeheer bevat nadrukkelijk een afweging tussen rendement en risico. De voorbereidende<br />
notities en notulen van vergaderingen leggen dit aantoonbaar vast.<br />
• De risicomanager van het fonds heeft de bevoegdheid om onafhankelijk aan het bestuur te rapporteren over geïdentificeerde risico’s.<br />
• Het bestuur bespreekt rapportages periodiek en aantoonbaar tijdens de vergaderingen.<br />
• De verklaring risicobereidheid verwoordt de risicostrategie van het fonds.<br />
Risicothema’s en risicokaarten<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> onderscheidt de volgende soorten risicothema’s:<br />
• Strategische risico’s ziet <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> als risico’s die op voorhand niet te normeren zijn en (grote) invloed kunnen<br />
hebben op het fonds. Deze risico’s zijn wel te kwalificeren, maar niet te kwantificeren.<br />
• Financiële risico’s ziet <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> als risico’s die (grote) invloed kunnen hebben op het fonds. Op basis van wet- en<br />
regelgeving en eigen normen zijn deze risico’s te normeren en te kwantificeren (Besluit FTK en eigen modellen).<br />
• Operationele risico’s ziet <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> als risico’s die invloed kunnen hebben op <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong>.<br />
Op basis van wet- en regelgeving en eigen normen (richtlijnen uitbesteding/contractual requirements) zijn deze risico’s te kwalificeren<br />
en (over het algemeen) te kwantificeren. Het gaat om risico’s met betrekking tot de eigen uitvoeringsorganisatie en de uitbestede<br />
werkzaamheden.<br />
Een uitwerking van deze thema’s, en de bijbehorende geïdentificeerde risico’s, is samengevat in zeven verschillende risicokaarten. Deze<br />
risicokaarten bevatten een beschrijving van het risico en de context. Waar mogelijk is een inschatting van het risico gegeven. Dit gebeurt<br />
aan de hand van de kans (laag, middel of hoog) versus de impact (laag, middel of hoog). Daarnaast besteedt elke kaart aandacht aan de<br />
beheersing en het beleid rondom het risico en de wijze van rapportage en evaluatie.<br />
- 26 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Missie, kernwaarden, uitgangspunten, beginselen, overtuigingen, integriteit, risicobereidheid<br />
Strategische risicoanalyse door bestuur <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong><br />
Strategische risico’s<br />
1 Externe<br />
omgeving<br />
1.1 Wet- en<br />
regelgeving<br />
1.2 Sociale<br />
partners<br />
1.3 Publiciteit<br />
negatieve<br />
media<br />
1.4 Afhankelijkheid<br />
UWV<br />
2 Bestuur 3 Solvabiliteit<br />
pensioenfonds<br />
2.1 Deskundig en<br />
competent<br />
bestuur<br />
2.2 Besturingsmiddel<br />
2.3 Visie en<br />
strategie<br />
2.4 Focus<br />
Financiële risico’s Operationele risico’s<br />
3.1 Dekkingsgraad<br />
3.2 Verplichtingen<br />
3.3 Beleggingen<br />
3.4 Renterisico<br />
3.5 Liquiditeitsrisico<br />
3.6 Marktrisico<br />
3.7 Grondstoffen-<br />
risico<br />
3.8 Kredietrisico<br />
3.9 Valutarisico<br />
3.10 Verzekeringstechnisch<br />
risico<br />
4 Deelnemers-<br />
en werk-<br />
geversbestand<br />
4.1 Leeftijdsopbouw<br />
deelnemers<br />
4.2 Aantal<br />
deelnemers<br />
4.3 Ervaringssterfte<br />
4.4 Overlap of<br />
ontduiking<br />
werkingsfeer<br />
4.5 Wegvallen<br />
verplichtstelling<br />
4.6 Economische<br />
malaise<br />
- 27 -<br />
5 Uit vo erings-<br />
organisatie<br />
6 Communicatie<br />
met<br />
deelnemers<br />
5.1 SLA 6.1 Wet- en<br />
regelgeving<br />
5.2 Intern<br />
beheersingssysteem<br />
5.3 Deskundig-<br />
heid<br />
5.4 ICT<br />
5.5 Compliance<br />
5.6 Aansturing<br />
organisatie<br />
7 Uitbesteding<br />
7.1 Vermogensbeheer<br />
6.2 Boodschap 7.2 Debiteuren<br />
6.3 Kosten 7.3 IT
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
1. Externe omgeving<br />
Deze kaart beschrijft het risico dat externe partijen de strategie van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> negatief beïnvloeden.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong>en verkeren in een turbulente omgeving. Het Nederlandse pensioenstelsel staat onder druk, de economische crisis drukt<br />
zwaar op de dekkingsgraden. Deelnemers worden zich bewust van het feit dat pensioenen niet zeker zijn.<br />
De komende jaren worden verschillende wijzigingen in de wet- en regelgeving verwacht. Op de sociale partners rust een grote druk om<br />
(mogelijk) nieuwe keuzes te maken voor een nieuw pensioenstelsel. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> verkrijgt (tot op heden als enig<br />
pensioenfonds in Nederland) de gegevens voor de werkgevers- en deelnemersadministratie via UWV uit de Loonaangifteketen. Hiermee<br />
borgt het fonds een efficiënte werkwijze.<br />
Het bestuur volgt per kwartaal de externe ontwikkelingen en de wijze waarop zij de geïdentificeerde risicogebieden raken, door middel van<br />
de bestuursrapportage. Relevante onderwerpen worden geagendeerd voor een bestuursvergadering of tussentijds voorgelegd aan het<br />
bestuur.<br />
2. Bestuur<br />
Het risico dat de slagkracht van het bestuur negatief wordt beïnvloed en de langetermijnstrategie van het fonds in gevaar komt valt onder<br />
de risicokaart ‘bestuur’. Een beheerste en integere bedrijfsvoering realiseren, begint met inzicht in pensioenen en de taken en<br />
verantwoordelijkheden van het pensioenfondsbestuur. Daarom is het essentieel dat het bestuur het eigen functioneren optimaal<br />
organiseert. Het beleid met betrekking tot benoeming, deskundigheidsbevordering en evaluatie van het functioneren ligt vast in een apart<br />
document.<br />
3. Solvabiliteit pensioenfonds<br />
Het belangrijkste risico voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is het solvabiliteitsrisico. De pensioenopbouw en -uitkeringen kunnen dan<br />
niet volledig worden gefinancierd, doordat de ontwikkeling van de technische voorzieningen afwijkt van de ontwikkeling van de<br />
bezittingen. De ontwikkeling van het solvabiliteitsrisico wordt gemeten aan de hand van de dekkingsgraad. Gezien het belang van de<br />
solvabiliteit worden de relevante risico’s die de solvabiliteit beïnvloeden continu gemeten en gemonitord. Daarbij gaat het om:<br />
• het renterisico (s1)<br />
• aandelen- en vastgoedrisico (s2)<br />
• valutarisico (s3)<br />
• grondstoffenrisico (s4)<br />
• kredietrisico (s5)<br />
• verzekeringstechnische risico (s6)<br />
• het liquiditeitsrisico.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> beheerst dit risico met de periodieke ALM-studies, risicobudgetonderzoeken en continuïteitsanalyses.<br />
Het fonds kwantificeert per week, maand en kwartaal de gevoeligheid van de technische voorziening en de beleggingen.<br />
4. Deelnemers- en werkgeversbestand<br />
De risicokaart ‘deelnemers- en werkgeversbestand’ betreft het risico dat de deelnemers- en/of werkgeverspopulatie van <strong>Pensioenfonds</strong><br />
<strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> wijzigingen ondergaan met impact op de uitgangspunten die de basis vormen voor het financiële beleid. <strong>Pensioenfonds</strong><br />
<strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> heeft een specifieke opbouw van het deelnemersbestand. Met bijvoorbeeld veel jongeren in de horeca met kortdurende<br />
en wisselende dienstverbanden. En specifieke verschillen tussen deelnemers in de horeca en in de catering.<br />
De verplichtstelling van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is bepalend voor het deelnemers- en werkgeversbestand. Overnames van<br />
bedrijfsactiviteiten, fusies en faillissementen kunnen het werkgeversbestand beïnvloeden. Via de bestuursrapportage volgt het bestuur de<br />
ontwikkelingen in het deelnemers- en werkgeversbestand. Jaarlijks stelt het fonds een intern actuarieel rapport op en iedere twee tot drie<br />
jaar vindt een uitgebreid deelnemersonderzoek plaats.<br />
5. Uitvoeringsorganisatie<br />
Het risico dat interne processen, menselijk gedrag en ICT-systemen de optimale uitvoering van de pensioenregeling en het fiduciair<br />
vermogensbeheer verstoren valt onder de risicokaart ‘uitvoeringsorganisatie’. De eigen uitvoeringsorganisatie verzorgt de werkgevers-,<br />
deelnemers- en uitkeringsadministratie. Ook ondersteunt zij het bestuur (strategisch, beleidsmatig, juridisch en secretarieel). Verder<br />
verzorgt de uitvoeringsorganisatie de fiduciaire taak (beheer van het proces selecteren, aanstellen, monitoren en ontslaan van<br />
vermogensbeheerders).<br />
- 28 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Door middel van een intern beheersingssysteem, waarin risico’s en beheersmaatregelen zijn geïdentificeerd en periodiek worden getoetst,<br />
beheerst <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> dit risico. Jaarlijks legt de uitvoeringsorganisatie verantwoording af aan het bestuur via het ‘in<br />
control statement’. De bestuursrapportage geeft ieder kwartaal inzicht in (de ontwikkelingen van) de uitvoering.<br />
6. Communicatie met deelnemers<br />
Deze risicokaart betreft het risico dat <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> niet in staat is de deelnemers tijdig en adequaat te informeren. Het<br />
deelnemersbestand van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> kent veel jongeren in de horeca met kortdurende en wisselende<br />
dienstverbanden. Deelnemers zijn weinig pensioenbewust. De wetgever verplicht pensioenfondsen via de Pensioenwet om uitgebreid en<br />
tijdig informatie te verstrekken. De aansluiting van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> op de loonaangifteketen (via de polisadministratie<br />
van UWV) brengt met zich mee dat het fonds niet altijd kan voldoen aan de tijdigheid die de wetgever voorschrijft.<br />
Daarnaast is het de vraag of de kosten van de vereiste communicatiemiddelen in relatie staan tot de pensioenopbouw en kenmerken van<br />
de (passerende) deelnemer. Verdere doelgroepsegmentaties, campagnes en het voeren van de lobby voor aanpassing van de Pensioenwet<br />
dan wel uitbreiding van de functionaliteiten van het Pensioenregister zijn maatregelen om dit risico te beheersen.<br />
7. Uitbesteding<br />
Het risico dat de partners waarmee een overeenkomst is aangegaan de afspraken niet correct uitvoeren, waardoor er geen sprake meer is<br />
van een beheerste en integere bedrijfsvoering, maakt onderdeel uit van de risicokaart ‘Uitbesteding’. Uitbesteding is het op structurele<br />
basis laten uitvoeren van werkzaamheden, waaronder processen of delen van processen, door onafhankelijke derden. Bij uitbesteding blijft<br />
het fonds zelf verantwoordelijk voor de beheersing van de bedrijfsprocessen. Daarom is het cruciaal om de uitvoering van de uitbestede<br />
taken te beoordelen. Daarvoor zijn toereikende procedures, maatregelen en deskundigheid nodig.<br />
Vermogensbeheerders, de beleggingsadministrateur en de bewaarnemers, de incassobureaus en de gerechtsdeurwaarders werken op basis<br />
van volmachten, mandateringen en andere bevoegdheden. Deze liggen vast in overeenkomsten van opdracht en in de (jaarlijkse)<br />
beleggingsplannen. Door het continu monitoren van de prestaties en periodieke gesprekken, vindt constante evaluatie van de uitbesteding<br />
plaats.<br />
Financieel crisisplan opgesteld<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> stelde begin <strong>2012</strong> een financieel crisisplan op. Aanleiding hiertoe vormde de Beleidsregel financieel<br />
crisisplan pensioenfondsen die eind 2011 van kracht werd. <strong>Pensioenfonds</strong>en zijn hierdoor verplicht om volgens voorschriften van de<br />
Nederlandsche Bank een financieel crisisplan op te stellen en actueel te houden.<br />
Het fonds ziet een financiële crisis als de situatie waarin het fonds een kritische dekkingsgraad bereikt. Dit is de grens waarbij de<br />
doelstelling van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> in gevaar komt. Als het fonds deze grens bereikt, is het (vooraf bekeken) niet mogelijk<br />
om zonder de pensioenen te korten binnen de wettelijke termijn uit dekkingstekort te komen.<br />
De kritische dekkingsgraad is geen vast gegeven. Zo is van belang of er al een kortetermijnherstelplan van toepassing is. In dat geval loopt<br />
de termijn om uit dekkingstekort te komen immers al. Ook is het niveau van de kritische dekkingsgraad afhankelijk van de marktrente<br />
volgens de te hanteren rentetermijnstructuur. Eind <strong>2012</strong> stelde het fonds de kritische dekkingsgraad vast op 98,6%. De vaststelling van de<br />
kritische dekkingsgraad vond plaats op basis van de rentetermijnstructuur van de Nederlandsche Bank per 31 december <strong>2012</strong>. Ook is<br />
rekening gehouden met het kortetermijnherstelplan dat van kracht is met als einddatum 31 december 2013. De kritische dekkingsgraad<br />
voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> zonder kortetermijnherstelplan bedraagt eind <strong>2012</strong> 87,8% (op basis van de rentetermijnstructuur<br />
per 31 december <strong>2012</strong>).<br />
Het financieel crisisplan bevat een beschrijving van de besluitvormingsprocedure en in te zetten (sturings)maatregelen, inclusief het effect<br />
daarvan en de wijze van communicatie, als er sprake is van een financiële crisis. Met het plan:<br />
• neemt het bestuur tijdens een financiële crisissituatie alle mogelijkheden in ogenschouw;<br />
• weet het bestuur welke middelen het kan inzetten;<br />
• beseft het bestuur welk effect de maatregelen hebben;<br />
• houdt het bestuur op evenwichtige wijze rekening met de belangen van alle belanghebbenden.<br />
Uiteindelijk weegt het bestuur bij het bepalen van de inzet van concrete maatregelen de aard van de financiële crisis en de<br />
omstandigheden op dat moment mee.<br />
- 29 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Principes voor goed pensioenfondsbestuur<br />
Aandacht voor kwaliteit en versterking pensioenfondsbestuur<br />
De laatste jaren is er veel aandacht voor de kwaliteit, zorgvuldigheid en openheid van pensioenfondsen. Daardoor worden<br />
verantwoording, intern toezicht, deskundigheid en communicatie steeds belangrijker bij het besturen van een pensioenfonds. Daarom zijn<br />
er de Principes voor Goed <strong>Pensioenfonds</strong>bestuur en ook <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> leeft deze principes na.<br />
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid werkte in <strong>2012</strong> aan verschillende bestuursmodellen om de besturen van<br />
pensioenfondsen te versterken. De minister stuurde het afgelopen jaar een wetsvoorstel over deze bestuursmodellen ter goedkeuring naar<br />
de Tweede Kamer. Het bestuur van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> volgde de ontwikkelingen op dit vlak op de voet. Voordat het bestuur<br />
hierover een besluit kan nemen, is het aan het parlement om het wetsvoorstel verder af te handelen.<br />
Ontwikkelingen toekomstige bestuursmodellen in het vizier<br />
Het bestuur had in <strong>2012</strong> aandacht voor de verschillende ontwikkelingen rond de toekomstige bestuursmodellen voor pensioenfondsen.<br />
Voordat het bestuur echter een besluit kan nemen over welk model toe te passen, dient het parlement de verdere behandeling van het<br />
Wetsvoorstel versterking bestuur pensioenfondsen af te handelen. In dat wetsvoorstel zijn de mogelijke toekomstige bestuursmodellen<br />
geformuleerd.<br />
De nieuwe bestuursmodellen beogen de deskundigheid en het interne toezicht binnen pensioenfondsen te versterken en een adequate<br />
vertegenwoordiging van alle risicodragers te realiseren. In <strong>2012</strong> stond het bestuur stil bij dit wetsvoorstel en de verschillende<br />
bestuursmodellen.<br />
Per 1 juli 2013 treedt de Wijzigingswet Pensioenwet ‘evenwichtige samenstelling van en de medezeggenschap in pensioenfondsbesturen’<br />
(Koşer Kaya en Blok) in werking. Deze wijzigingswet wil een evenwichtige bestuurssamenstelling waarborgen. Als het parlement echter<br />
het Wetsvoorstel versterking bestuur pensioenfondsen aanvaardt, dan komt deze in de plaats van de Wijzigingswet Pensioenwet zoals<br />
ingediend door Koşer Kaya en Blok.<br />
Het bestuur van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> spreekt in 2013 verder over het toekomstige bestuursmodel.<br />
Geschikt en integer<br />
Waarborgen van zorgvuldige besluitvorming<br />
Op verzoek van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> voerde een externe partij in <strong>2012</strong> een bestuursevaluatie uit, nadat het bestuur in 2011 al<br />
een zelfevaluatie op het gebied van deskundigheid en competenties verrichtte. Aan de hand van interviews met alle individuele<br />
bestuursleden, maakte deze externe partij een analyse die het bestuur vervolgens gezamenlijk besprak. Het bestuur sprak naar aanleiding<br />
van deze evaluatie de wens uit om het besluitvormingsproces verder te structuren, om aldus een zorgvuldige besluitvorming te (blijven)<br />
waarborgen. Het belang van een cultuur, waarin ruimte is voor een open dialoog waarin alle belangen kunnen worden meegewogen, is<br />
onderstreept.<br />
Integriteitregeling nageleefd<br />
De externe compliance officer stelde geen afwijkingen van de vastgestelde integriteitregeling vast. Alle betrokken leden van organen en<br />
commissies ondertekenden de nalevingsverklaring <strong>2012</strong> die bij de Integriteitregeling hoort. Hiermee verklaren zij te hebben voldaan aan<br />
de gedragsregels over onder meer:<br />
• vertrouwelijkheid van informatie;<br />
• het aanvaarden/geven van relatiegeschenken en uitnodigingen;<br />
• het aanvaarden van nevenfuncties.<br />
De gedragsregels zijn vastgelegd in de Integriteitregeling. Deze regeling bevat bepalingen over (potentiële) belangenconflicten en<br />
voorwetenschap evenals specifieke regels voor (beperkte) insiders.<br />
Regeling vergoedingen aangepast<br />
De Regeling vergoedingen werd in <strong>2012</strong> herzien. Dit leidde tot een hogere vergoeding per 1 januari <strong>2012</strong> als gevolg van de toegenomen<br />
tijdsbesteding. Het bestuur hecht eraan de hoogte van de vergoedingen vast te stellen op basis van redelijke grondslagen. Daarbij maakt<br />
het bestuur een afweging wat in de (pensioen-)markt gebruikelijk is, maar houdt daarbij ook rekening met het eigen beleid waar<br />
kostenbewustheid een belangrijke uitgangspunt is.<br />
- 30 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Alle leden van het bestuur, verantwoordingsorgaan, auditcommissie en beleggingsadviescommissie ontvangen een vergoeding voor hun<br />
werkzaamheden ter compensatie van de tijd en de middelen die nodig zijn voor de invulling van hun taken en bevoegdheden. Voor<br />
bestuursleden werd de vergoeding tien procent hoger in verband met de hogere (en naar verwachting blijvende) inspanning voor de<br />
uitoefening van deze functie. Al langer was sprake van een (aantoonbaar) hogere inspanning, ten opzichte van het oorspronkelijke<br />
uitgangspunt van de vergoedingsregeling in 2007.<br />
In het kader van openheid en transparantie vanuit goed pensioenfondsbestuur publiceert <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> de Regeling<br />
vergoedingen op de website van het fonds.<br />
Klachten, geschillen en bezwaren<br />
Het aantal klachten, geschillen en bezwaren liet over <strong>2012</strong> een redelijk vergelijkbaar beeld zien ten opzichte van 2011. In het verslagjaar<br />
bleef het aantal ingediende geschillen gelijk ten opzichte van het vorig verslagjaar. Van de zes geschillen, is in de geschillenprocedure bij<br />
vijf dossiers het oorspronkelijke besluit bevestigd. De herbeoordeling van één besluit leidde tot aanpassing van het oorspronkelijke besluit.<br />
In vergelijking met vorig verslagjaar daalde het aantal via de Ombudsman Pensioenen ingediende klachten. Het aantal klachten dat<br />
rechtstreeks bij het fonds werd ingediend, steeg echter licht. Daardoor bleef het totale aantal klachten nagenoeg gelijk.<br />
Evenals in 2010 en 2011, werd in <strong>2012</strong> één bezwaar op een vrijstellingsbesluit, waarin een vrijstellingsverzoek werd afgewezen, ingediend.<br />
- 31 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Vooruitzichten<br />
Vooruitzicht<br />
Ook in de (nabije) toekomst zullen er ontwikkelingen zijn die gevolgen hebben voor pensioen in het algemeen en pensioenfondsen in het<br />
bijzonder. Standpunten wijzigen door voortschrijdende inzichten. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> heeft alle aandacht nodig om goed op<br />
deze nieuwe situatie te kunnen inspelen.<br />
Aandachtspunten in 2013 zijn:<br />
• overleg met en/of ondersteuning van sociale partners inzake een nieuwe pensioenovereenkomst;<br />
• bespreking van een nieuw bestuursmodel;<br />
• de evaluatie van beleggingsmandaten en de herijking van (meerjarige) uitgangspunten.<br />
Overleg over een pensioenovereenkomst<br />
De verhoging van de AOW-leeftijd en invoering van het nieuwe Financieel Toetsingskader zijn belangrijke ontwikkelingen voor de regeling<br />
van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong>. Het nieuwe Financieel Toetsingskader beschrijft twee verschillende pensioencontracten. Een (nieuw)<br />
reëel contract dat het risico van inflatie en beleggen bijeen wenst te brengen, waarbij de kans op toeslagverlening maar ook het risico van<br />
korten toeneemt. En het (huidige) nominale contract dat vooral het (mogelijk) korten van nominale aanspraken wil voorkomen en over het<br />
algemeen geen waarde- of welvaartsvastheid nastreeft. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> informeerde sociale partners over onderdelen<br />
die op basis van maatschappelijke discussies in een mogelijke pensioenovereenkomst zouden kunnen worden opgenomen. Het bestuur<br />
ziet de uitkomst van deze ontwikkeling voor de pensioenregeling aandachtig tegemoet.<br />
Een nieuw bestuursmodel<br />
Het wetsvoorstel Koşer Kaya en Blok wordt in 2013 van toepassing. Dit wetsvoorstel gaat in op de samenstelling van en medezeggenschap<br />
in pensioenfondsbesturen. In de tussentijd besprak de Tweede Kamer het Wetsvoorstel versterking bestuur pensioenfondsen, dat het<br />
wetsvoorstel Koşer Kaya en Blok vervangt en een breder kader biedt. De wet beoogt de deskundigheid en het intern toezicht verder te<br />
versterken, de vertegenwoordiging van alle risicodragers te verbeteren en de taken en organen te stroomlijnen. Het bestuur verwacht dat<br />
de mogelijke consequenties voor de organisatie van het fonds in de loop van 2013 duidelijk worden.<br />
Evaluatie beleggingsmandaten<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> analyseerde de toekomstbestendigheid en robuustheid van de beleggingsportefeuille in de afgelopen<br />
jaren. Mede op basis daarvan zal het fonds de uitgangspunten voor de diverse beleggingsmandaten voor de nabije toekomst evalueren.<br />
Het fonds weegt daarbij mee:<br />
• de destijds gebruikte uitgangspunten en<br />
• de feitelijke realisatie daarvan.<br />
Overige aandachtspunten<br />
Naast de hierboven genoemde ontwikkelingen, blijft het bestuur de komende periode zeker ook aandacht houden voor het verbeteren van<br />
de kwaliteit van de pensioenadministratie, het (vergroten van) pensioenbewustzijn van deelnemers en administratief gemak voor<br />
werkgevers. Daarnaast vindt in opdracht van de minister in 2013 de evaluatie van de rentetermijnstructuur plaats. Het bestuur ziet ook de<br />
uitkomst van deze evaluatie aandachtig tegemoet.<br />
- 32 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Verslag van het verantwoordingsorgaan<br />
Verantwoordingsorgaan bij <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong><br />
Sinds 1 januari 2008 heeft <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> een verantwoordingsorgaan. Dit verantwoordingsorgaan beschikt ook over<br />
de taken en bevoegdheden van een deelnemersraad. Door de bundeling van taken en bevoegdheden (advisering en oordeelsvorming) in<br />
één orgaan kan het verantwoordingsorgaan zich een volledig oordeel vormen van het handelen van het bestuur en de daarbij gemaakte<br />
keuzes.<br />
Het verantwoordingsorgaan komt vier keer per jaar bijeen. Daarnaast vindt twee keer per jaar een overlegvergadering met de voorzitters<br />
van het bestuur plaats. Als hiertoe aanleiding is, overleggen het bestuur en het verantwoordingsorgaan tussentijds over actuele<br />
onderwerpen.<br />
Samenstelling verantwoordingsorgaan per 1 januari <strong>2012</strong><br />
Per 31 december 2011 liep de benoemingstermijn af van een aantal leden van het verantwoordingsorgaan. Met de benoeming van een<br />
aantal nieuwe leden in het verantwoordingsorgaan per 1 januari <strong>2012</strong> is het aantal jonge leden toegenomen. Daarmee sluit de<br />
samenstelling van het verantwoordingsorgaan beter aan op het deelnemersbestand van het fonds. Omdat ongeveer de helft van de leden<br />
van het verantwoordingsorgaan is herbenoemd, is daarnaast ook kennis en ervaring in het verantwoordingsorgaan behouden.<br />
In <strong>2012</strong> investeerde het verantwoordingsorgaan in opleiding. Zo besteedde het verantwoordingsorgaan aandacht aan de ontwikkelingen<br />
rond het Wetsvoorstel versterking bestuur pensioenfondsen. Het verantwoordingsorgaan volgt dit onderwerp met grote belangstelling en<br />
brengt het regelmatig ter sprake in bijeenkomsten met het bestuur. Tijdens de opleiding ontving het verantwoordingsorgaan in verband<br />
met de nieuwe samenstelling verder een uitgebreide toelichting op de pensioenregeling die geldt voor de bedrijfstakken horeca en<br />
catering. Daarnaast werd aandacht besteed aan de organisatie van en taakverdeling binnen het pensioenfonds.<br />
Werkzaamheden verantwoordingsorgaan <strong>2012</strong>: advisering<br />
In het jaar <strong>2012</strong> adviseerde het verantwoordingsorgaan over de wijzigingen in een aantal fondsdocumenten, zoals het pensioenreglement,<br />
de statuten, het directiestatuut, de regeling vergoedingen, de actuariële en bedrijfstechnische nota (inclusief het financieel crisisplan) en<br />
de parameters. Het verantwoordingsorgaan adviseerde ook over het jaarwerk. De rapportage intern toezicht van de auditcommissie en de<br />
rapportages van de externe accountant en actuaris vormen hierbij belangrijke aanvullende informatie. Het verantwoordingsorgaan<br />
gebruikt deze informatie bij de beoordeling van het handelen van het bestuur.<br />
Oordeelsvorming<br />
Het verantwoordingsorgaan beoordeelt:<br />
• het handelen van het bestuur in het verslagjaar<br />
• het door het bestuur gevoerde beleid in het verslagjaar en<br />
• de beleidskeuzes voor de toekomst.<br />
Uitgangspunt hierbij is de vraag of het bestuur op evenwichtige wijze rekening heeft gehouden met de belangen van alle bij het fonds<br />
betrokken belanghebbenden. De beoordeling door het verantwoordingsorgaan komt mede tot stand op basis van het jaarverslag, de<br />
jaarrekening en andere informatie zoals de bevindingen van het interne toezicht.<br />
Financiële positie<br />
Ook in <strong>2012</strong> had de financiële positie van het fonds de volle aandacht van het verantwoordingsorgaan. Het verantwoordingsorgaan<br />
signaleert dat het hanteren van de driemaandsgemiddelde rentetermijnstructuur, inclusief Ultimate Forward Rate een gunstig effect heeft<br />
op de dekkingsgraad van het fonds. Eind <strong>2012</strong> bevond de dekkingsgraad zich dan ook boven het herstelpad uit het herstelplan. Dit<br />
betekent dat aanvullende maatregelen bovenop de maatregelen uit het herstelplan vooralsnog niet nodig zijn.<br />
Wijzigingen pensioenregeling per 1 januari 2013<br />
Het verantwoordingsorgaan constateert dat de omgeving waarin het pensioenfonds optreedt verandert. Een voorbeeld is het verschuiven<br />
van de AOW-leeftijd. Hoewel dit geen direct gevolg heeft voor de pensioenregeling, merken werknemers die doorwerken tot de AOWingangsdatum<br />
wel de gevolgen van het uiteen lopen van de AOW-ingangsdatum en de pensioeningangsdatum. Het bestuur heeft<br />
aandacht voor de gevolgen voor deze groep deelnemers. Om deze gevolgen te beperken besloot het bestuur in <strong>2012</strong> voor actieve<br />
deelnemers die in 2013 65 jaar worden en tot de AOW-gerechtigde leeftijd doorwerken de pensioenregeling per 1 januari 2013 aan te<br />
passen. Het verantwoordingsorgaan is gevraagd advies uit te brengen over dit besluit. Het verantwoordingsorgaan heeft positief<br />
geadviseerd over het besluit en waardeert het optreden van het bestuur om ook na het bereiken van de 65-jarige leeftijd pensioenopbouw<br />
mogelijk te maken voor actieve deelnemers die in 2013 tot de AOW-gerechtige leeftijd doorwerken.<br />
- 33 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Oordeel verantwoordingsorgaan <strong>2012</strong><br />
Het verantwoordingsorgaan komt tot het oordeel dat het bestuur in <strong>2012</strong> bij de totstandkoming van besluiten en vaststelling van beleid<br />
op evenwichtige wijze rekening heeft gehouden met de belangen van alle bij het fonds betrokken belanghebbenden.<br />
Toekomst<br />
De komende jaren staan er veel veranderingen voor pensioenfondsen op de agenda. Het verantwoordingsorgaan volgt met belangstelling<br />
de ontwikkelingen over de aanpassing van wet- en regelgeving voor pensioenfondsen. Want die aanpassingen hebben uiteraard gevolgen<br />
voor de pensioenregeling in de bedrijfstakken horeca en catering, die wordt uitgevoerd door <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong>. Het<br />
verantwoordingsorgaan vertrouwt erop dat het bestuur tijdig aandacht zal vragen voor eventuele besluitvorming hierover bij de betrokken<br />
sociale partners.<br />
Zoetermeer, 6 juni 2013<br />
Sjoerd Barbier<br />
Fred van Belzen<br />
Dirk Breedveld<br />
Freddy van Brenk<br />
Cees van Ekelenburg<br />
Martien de Haan<br />
Hans van Heel, plaatsvervangend voorzitter<br />
Sven van der Hoorn, voorzitter<br />
Fred Klinkhamer<br />
Ricardo Lubbes<br />
Jeroen Mout Taylor<br />
Peter Sonneveld<br />
Rene Striezenau<br />
Ronald van der Weele<br />
- 34 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Verslag van de auditcommissie<br />
Het fonds heeft intern toezicht ingericht<br />
Sinds 1 januari 2007 kent <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> een auditcommissie die de functie van intern toezicht volgens de principes van<br />
goed pensioenfonds bestuur uitoefent. Op de website www.phenc.nl is meer informatie te vinden over de taken, bevoegdheden en<br />
verantwoordelijkheden van de auditcommissie. In de navolgende tekst doet de auditcommissie verslag over <strong>2012</strong>.<br />
Kritische reflectie is daarbij het doel<br />
Het doel van intern toezicht is om te beoordelen of sprake is van zorgvuldig bestuur. De uitgangspunten die het pensioenfonds gebruikt<br />
moeten zorgvuldig bestuur (procesmatig) mogelijk maken. De auditcommissie stelt zich daarom kritisch op richting het bestuur. Kritisch<br />
betekent volgens het pensioenfonds dat de auditcommissie bekijkt of het bestuur oog heeft voor de (veranderende) omgeving en dat de<br />
auditcommissie beoordeelt of deugdelijke analyses, rationele overwegingen, weldoordachte besluitvormingsprocessen, open besprekingen en/<br />
of vernieuwende benaderingswijzen door het bestuur worden gehanteerd om het doel van het fonds binnen de gestelde kaders te bereiken.<br />
Intern toezicht richt zich op de formele toets van goed bestuur. Dit betekent dat de auditcommissie beoordeelt of beleid al dan niet is<br />
vastgesteld en hoe dit tot stand komt. Met andere woorden: het hoe.<br />
De auditcommissie doorloopt een meerjarenplanning<br />
Uitgaande van de meerjarenplanning behandelde de auditcommissie in <strong>2012</strong> met name:<br />
• het risicomanagement van het fonds<br />
• de rol en taakopvatting van de certificerend accountant en waarmerkend actuaris (mede in het licht van risicomanagement)<br />
• het communicatiebeleid<br />
• de benoeming, deskundigheidsontwikkeling en evaluatie van het bestuur.<br />
De auditcommissie neemt zich voor om in het jaar 2013 de volgende onderwerpen nader te onderzoeken:<br />
• Op welke wijze gaat het bestuur om met (het vaststellen van) de scope van het informatie- en technologie beleid en formuleert het<br />
bestuur de doelen voldoende concreet?<br />
• Hoe gaat het bestuur om met het vermogensbeheer, met name de complexiteit en de risico’s van de beleggingen en het aansturen van<br />
vermogensbeheerders?<br />
• Hoe gaat het bestuur om met de aansturing van de pensioenadministratie, met name ten aanzien van de volledigheid van de<br />
basisgegevens 2013 en de berekening van de pensioenaanspraken?<br />
Ten behoeve van de meerjarenplanning neemt de auditcommissie zich voor om in het jaar 2014 nader in te gaan op de volgende onderwerpen:<br />
• Op welke manier geeft het bestuur invulling aan het in- en excasso beleid (bruto-netto proces)?<br />
• Op welke wijze gaat het bestuur om met (de principes inzake) het beloningsbeleid en de monitoring daarvan?<br />
• Op welke manier geeft het bestuur invulling aan scenario denken en scenarioanalyses?<br />
• De auditcommissie bespreekt daarnaast actuele, relevante onderwerpen. In 2013 zal daarbij aandacht besteed worden aan de nieuwe<br />
wetgeving rondom pension fund governance en het nieuwe FTK.<br />
- 35 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Een samenvatting van de bevindingen van de auditcommissie in <strong>2012</strong><br />
De auditcommissie constateerde dat het pensioenfonds zich in de eerste fase van risicomanagement bevindt. Het door de<br />
uitvoeringsorganisatie opgestelde raamwerk is een goede uitgangspositie. Het risicobewustzijn van het bestuur is door de inrichting van<br />
de rapportages verder vergroot. De auditcommissie constateerde dat de aanpak van het interne actuariaat getuigt van professionaliteit.<br />
Verdere professionalisering van de diverse onderdelen van risicomanagement ziet de auditcommissie als volgende stap.<br />
Ten aanzien van deskundigheids- en competentieontwikkeling van het bestuur constateert de auditcommissie dat het bestuur op serieuze<br />
wijze aandacht besteedt aan dit onderwerp. Het bestuur geeft blijk van een kritische aanpak.<br />
Het laatste speerpunt van de auditcommissie in <strong>2012</strong> is het communicatiebeleid van het pensioenfonds. De auditcommissie constateerde<br />
dat gezien de bijzondere deelnemersgroep van het pensioenfonds het niet eenvoudig is om volledig te voldoen aan alle wet- en<br />
regelgeving omtrent communicatie. Daarnaast constateerde de auditcommissie dat de diverse documenten aangaande het<br />
communicatiebeleid een gebrek aan samenhang hebben. Het in onderlinge samenhang op een effectieve wijze inzetten van (moderne)<br />
communicatiemiddelen ziet de auditcommissie als belangrijke uitdaging voor het bestuur in 2013.<br />
Zoetemeer, 21 mei 2013<br />
Willy Biewinga<br />
Jo van Engelen<br />
René van de Kieft, voorzitter<br />
- 36 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Organisatie<br />
- 37 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Bestuur<br />
Het bestuur van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> bestaat uit vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemersorganisaties. Zij<br />
benoemen een gelijk aantal vertegenwoordigers. Zo benoemt Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland vier bestuursleden en ook FNV <strong>Horeca</strong>bond en<br />
CNV Vakmensen benoemen vier bestuursleden. Daarnaast kan elke organisatie een plaatsvervangend bestuurslid benoemen. Koninklijke<br />
<strong>Horeca</strong> Nederland vult een van de bestuurszetels in op voordracht van Veneca. De werkgevers- en werknemersorganisaties vervullen<br />
afwisselend de functie van voorzitter en plaatsvervangend voorzitter. Ook kan het bestuur toehoorders toelaten tot de<br />
bestuursvergadering.<br />
Samenstelling van het bestuur op 31 december <strong>2012</strong><br />
Bestuursleden<br />
Jeu Claes, Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland (herbenoemd per 1 juli <strong>2012</strong>)<br />
Frank Jansen, FNV <strong>Horeca</strong>bond (herbenoemd per 1 juli <strong>2012</strong>)<br />
Maarten Markus, Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland (herbenoemd per 1 juli <strong>2012</strong>)<br />
Paul Schoormans, Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland, plaatsvervangend voorzitter<br />
Marco van Straten, CNV Vakmensen (herbenoemd per 1 juli <strong>2012</strong>)<br />
Hans Veltkamp, Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland, voorgedragen door Veneca<br />
Eiko de Vries, FNV <strong>Horeca</strong>bond, voorzitter<br />
Harry de Wit, FNV <strong>Horeca</strong>bond<br />
Plaatsvervangende bestuursleden<br />
De benoemende organisaties vullen de vacatures van plaatsvervangende bestuursleden weloverwogen niet in.<br />
Toehoorder<br />
John Spruijt, De Unie<br />
Auditcommissie<br />
De auditcommissie van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> bestaat sinds 1 januari 2007. De auditcommissie richt zich op intern toezicht op<br />
het bestuur. De auditcommissie bestaat uit drie externe leden.<br />
Samenstelling auditcommissie op 31 december <strong>2012</strong><br />
Willy Biewinga<br />
Jo van Engelen (benoemd per 15 maart <strong>2012</strong>)<br />
René van de Kieft, voorzitter<br />
Verantwoordingsorgaan<br />
Het verantwoordingsorgaan van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> voert de taken en bevoegdheden uit van zowel het<br />
verantwoordingsorgaan als de deelnemersraad. Het verantwoordingsorgaan bestaat sinds 1 januari 2008. Het verantwoordingsorgaan<br />
bestaat uit vijftien leden:<br />
• acht vertegenwoordigers van actieve deelnemers;<br />
• twee leden voor de vertegenwoordiging van gepensioneerden en gewezen deelnemers;<br />
• vijf werkgeversvertegenwoordigers.<br />
De organisaties die de bestuursleden benoemen, zorgen ook voor de benoeming van de leden van het verantwoordingsorgaan. In verband<br />
met het aflopen van de benoemingstermijn van een aantal leden, heeft in <strong>2012</strong> benoeming van nieuwe leden plaatsgevonden.<br />
- 38 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Samenstelling verantwoordingsorgaan op 31 december <strong>2012</strong><br />
Sjoerd Barbier, FNV <strong>Horeca</strong>bond (herbenoemd per 1 januari <strong>2012</strong>)<br />
Fred van Belzen, FNV <strong>Horeca</strong>bond (herbenoemd per 1 januari <strong>2012</strong>)<br />
Pim Bijleveld, Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland (benoemd per 1 januari <strong>2012</strong>)<br />
Dirk Breedveld, FNV <strong>Horeca</strong>bond (herbenoemd per 1 januari <strong>2012</strong>)<br />
Freddy van Brenk, CNV Vakmensen<br />
Cees van Ekelenburg, Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland (benoemd per 1 juli <strong>2012</strong>)<br />
Martien de Haan, FNV <strong>Horeca</strong>bond (benoemd per 16 februari <strong>2012</strong>)<br />
Hans van Heel, Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland, voorgedragen door Veneca, plaatsvervangend voorzitter<br />
Sven van der Hoorn, FNV <strong>Horeca</strong>bond (herbenoemd per 1 januari <strong>2012</strong>), voorzitter<br />
Fred Klinkhamer, Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland<br />
Ricardo Lubbes, Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland<br />
Jeroen Mout-Taylor, FNV <strong>Horeca</strong>bond (benoemd per 1 januari <strong>2012</strong>)<br />
Peter Sonneveld, FNV <strong>Horeca</strong>bond (benoemd per 18 april <strong>2012</strong>)<br />
René Striezenau, FNV <strong>Horeca</strong>bond (benoemd per 1 februari <strong>2012</strong>)<br />
Ronald van der Weele, FNV <strong>Horeca</strong>bond (benoemd per 1 januari <strong>2012</strong>)<br />
Beleggingsadviescommissie<br />
De beleggingsadviescommissie van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> bestaat sinds 1 juli 2009. De beleggingsadviescommissie adviseert<br />
het bestuur over het gehele beleggingsbeleid en stelt zich ook kritisch op over de uitvoering daarvan. De beleggingsadviescommissie<br />
bestaat uit drie externe leden.<br />
Samenstelling beleggingsadviescommissie op 31 december <strong>2012</strong><br />
Kees Koedijk, voorzitter<br />
Gerard Sirks<br />
Dick Wenting<br />
Directie<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> heeft een eigen uitvoeringsorganisatie. De volgende taken voert het fonds uit in eigen beheer:<br />
• bestuursondersteuning, inclusief beleidsvoorbereiding en -uitvoering;<br />
• communicatiebeleid, inclusief beleidsvoorbereiding en -uitvoering;<br />
• IT-beheersing, inclusief beleidsvoorbereiding en -uitvoering;<br />
• financiën, inclusief monitoring van de vermogensbeheerders;<br />
• fiduciair vermogensbeheer, bestaande uit strategische advisering van het bestuur, ondersteuning van de beleggingsadviescommissie en<br />
de selectie en aansturing van externe vermogensbeheerders;<br />
• werkgeversadministratie (registratie van werkgevers, premievaststelling en incasso);<br />
• deelnemersadministratie (registratie van deelnemers, beheer van aanspraken en uitkeringen).<br />
Ten minste twee natuurlijke personen voeren het dagelijks beleid uit om zo te borgen dat de uitvoering overeenstemt met het strategisch<br />
beleid. De directeur is medebeleidsbepaler volgens de bepalingen van de Pensioenwet en moet voldoen aan de geschiktheids- en<br />
betrouwbaarheidseisen van de Nederlandsche Bank. De directeur van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is verantwoordelijk voor het<br />
formeren van een betrouwbaar en deskundig managementteam.<br />
Directeur op 31 december <strong>2012</strong><br />
Paul Braams<br />
Uitbestede taken<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> besteedt het daadwerkelijke vermogensbeheer uit. Het fiduciair vermogensbeheer vindt in eigen beheer<br />
plaats. Het fonds heeft overeenkomsten met verschillende vermogensbeheerders waarin vastligt dat zij het vermogen op zorgvuldige,<br />
professionele en efficiënte wijze beheren en beleggen. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> heeft volmachten, mandateringen en andere<br />
bevoegdheden aan de vermogensbeheerders verleend. Deze liggen vast in overeenkomsten en in de jaarlijkse beleggingsplannen.<br />
Voor de beleggingsadministratie en -bewaarneming is een aparte organisatie aangesteld, die niet verbonden is met de door <strong>Pensioenfonds</strong><br />
<strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> aangestelde vermogensbeheerders.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> besteedt de werkzaamheden voor de voortgezette incasso van premienota’s uit aan incassobureaus en<br />
gerechtsdeurwaarders. Aan de incassobureaus en de gerechtsdeurwaarders zijn volmachten, mandateringen en andere bevoegdheden<br />
verleend. Deze liggen vast in overeenkomsten van opdracht.<br />
- 39 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Functies en nevenfuncties bestuur, organen en commissies<br />
naar de situatie per 31 december <strong>2012</strong><br />
Bestuur<br />
M.J.H. (Jeu) Claes<br />
Beroep:<br />
Bestuurder/Commissaris<br />
Nevenfuncties:<br />
• Voorzitter Vereniging van Payroll Ondernemingen (VPO)<br />
• Voorzitter Raad van Commissarissen van Rabobank West-Brabant Noord<br />
• Lid Kringbestuur Rabobank Zuidwest-Nederland<br />
• Lid Centrale Kring Rabobank Nederland<br />
• Lid Spoedcommissie Rabobank Nederland<br />
• Lid Raad van Commissarissen TOM BV ‘s-Hertogenbosch<br />
• Lid bestuur Stichting Overgangsregeling vervroegd uittreden voor het <strong>Horeca</strong>bedrijf (SOHOR)<br />
F.B.P. (Frank) Jansen<br />
Beroep:<br />
Beleids- en projectmedewerker Pensioenen bij FNV <strong>Horeca</strong>, FNV <strong>Catering</strong> en FNV Recreatie<br />
Zelfstandig pensioenconsultant<br />
Nevenfuncties:<br />
• Lid bestuur Stichting Overgangsregeling vervroegd uittreden voor het <strong>Horeca</strong>bedrijf (SOHOR)<br />
• Plaatsvervangend lid bestuur Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden voor de Contractcateringbranche (SUCON)<br />
• Lid bestuur Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> Recreatie<br />
M.J.M. (Maarten) Markus<br />
Beroep:<br />
Managing Director NH Hoteles<br />
Nevenfuncties:<br />
• Lid bestuur Stichting Overgangsregeling vervroegd uittreden voor het <strong>Horeca</strong>bedrijf (SOHOR)<br />
P.A. (Paul) Schoormans<br />
Beroep:<br />
Beleidsmedewerker Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland<br />
Nevenfuncties:<br />
• Beleidsmedewerker Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland met representatie in diverse beleidscommissies VNO-NCW<br />
• Lid bestuur Stichting Overgangsregeling vervroegd uittreden voor het <strong>Horeca</strong>bedrijf (SOHOR)<br />
• Lid onderhandelingsdelegatie Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland arbeidsvoorwaarden<br />
• Lid beroepscommissie functiewaardering horeca<br />
• Lid adviescommissie subsidies van bedrijfschap <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong><br />
- 40 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
M.W. (Marco) van Straten<br />
Beroep:<br />
Bestuurder CNV Vakmensen<br />
Nevenfuncties:<br />
• Lid bestuur Stichting Overgangsregeling vervroegd uittreden voor het <strong>Horeca</strong>bedrijf (SOHOR)<br />
• Lid bestuur Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> Recreatie<br />
• Lid bestuur Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden Bad- en Zweminrichtingen<br />
• Lid bestuur bedrijfspensioenfonds voor het Bakkersbedrijf<br />
J.D.W. (Hans) Veltkamp<br />
Beroep:<br />
Consultant/Principal Actuarieel Adviesbureau<br />
Nevenfuncties:<br />
n.v.t.<br />
E.P. (Eiko) de Vries<br />
Beroep:<br />
Lid Dagelijks Bestuur en Hoofdbestuur FNV <strong>Horeca</strong>bond met de gekozen functie van<br />
penningmeester/secretaris met daaruit voortvloeiend lid bestuur Stichting Right4You en lid dagelijks en algemeen bestuur Stichting<br />
Projecten FNV <strong>Horeca</strong>bond<br />
Nevenfuncties:<br />
• Plaatsvervangend voorzitter bestuur Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> Recreatie<br />
• Secretaris/penningmeester bestuur Stichting Fonds voor Toeslagen Pensioenen en VUT FNV <strong>Horeca</strong>bond<br />
• Plaatsvervangend voorzitter bestuur Stichting Overgangsregeling vervroegd uittreden voor het <strong>Horeca</strong>bedrijf (SOHOR)<br />
• Plaatsvervangend voorzitter bestuur Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden in de Contractcateringbranche (SUCON)<br />
• Voorzitter bestuur Stichting Sociaal Fonds voor het <strong>Horeca</strong>bedrijf (SFH)<br />
• Lid adviescommissie subsidie Bedrijfschap <strong>Horeca</strong> en <strong>Catering</strong> (BHenC)<br />
• Voorzitter bestuur Stichting Fonds Bevordering Arbeidsverhoudingen Contractcatering (FBA) / Stichting Bevordering Sociale<br />
verhoudingen Contractcatering (FBS)<br />
• Plaatsvervangend voorzitter bestuur Stichting Sociaal Fonds Recreatie (SFR)<br />
• Lid bestuur Gemeenschappelijk Beleggingsfonds FNV<br />
• Lid algemeen Secretarissenoverleg FNV<br />
• Lid Financiële Adviescommissie FNV<br />
• Lid werkgroep pensioenregelingen FNV<br />
H.Z. (Harry) de Wit<br />
Beroep:<br />
Sectorbestuurder FNV <strong>Catering</strong><br />
Nevenfuncties:<br />
• Plaatsvervangend lid bestuur Stichting Overgangsregeling vervroegd uittreden voor het <strong>Horeca</strong>bedrijf (SOHOR)<br />
• Lid bestuur Stichting Vakraad voor de Contractcateringbranche<br />
• Lid bestuur Stichting Fonds Bevordering Arbeidsverhoudingen Contractcatering (FBA)<br />
• Lid bestuur Stichting Kwaliteit van de Arbeid (SKA)<br />
• Lid bestuur Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden in de Contractcateringbranche (SUCON)<br />
• Lid bestuur Stichting Fonds Bevordering Sociale Verhoudingen Contractcatering (FBS)<br />
• Lid Toetsingscommissie Compass Group<br />
• Lid Toetsingscommissie Sodexo<br />
• Lid Toetsingscommissie Prorest <strong>Catering</strong><br />
• Lid Toetsingscommissie SAB <strong>Catering</strong><br />
• Plaatsvervangend lid Toetsingscommissie Albron<br />
• Lid onderhandelingsdelegatie CAO Contractcateringbranche FNV <strong>Catering</strong><br />
• Voorzitter Stichting opleidingen Contractcateringbranche (OCC)<br />
- 41 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
J.A. (John) Spruijt<br />
Toehoorder<br />
Beroep:<br />
Adviseur Pensioenen De Unie<br />
Nevenfuncties:<br />
• Toehoorder Stichting Overgangsregeling vervroegd uittreden voor het <strong>Horeca</strong>bedrijf (SOHOR)<br />
• Lid bestuur Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen (Hibin)<br />
• Lid bestuur Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Drankindustrie<br />
• Lid bestuur Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie<br />
• Lid bestuur Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor Mode, Interieur, Tapijt & Textiel (MITT)<br />
• Plaatsvervangend lid bestuur Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor Banden en Wielenbranche<br />
• Plaatsvervangend lid bestuur Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor Architectenbureaus<br />
• Plaatsvervangend lid bestuur Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor Particuliere Beveiliging<br />
• Plaatsvervangend lid bestuur Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor Textielgoederen en Aanverwante Artikelen<br />
• Lid beleggingscommissie Bedrijfstakpensioenfonds Dranken<br />
• Lid beleggingscommissie Bedrijfstakpensioenfonds MITT<br />
• Lid Klantenraad AZL<br />
• Lid Raad van Advies Syntrus Achmea<br />
Auditcommissie<br />
drs. W.A. (Willy) Biewinga<br />
Beroep:<br />
Directeur-grootaandeelhouder Fenera BV<br />
Nevenfuncties:<br />
• Commissaris Caransa BV<br />
• Voorzitter Raad van Commissarissen Koning & Hartman BV<br />
• Voorzitter Raad van Commissarissen Martin Schilder Holding BV<br />
• Voorzitter Raad van Commissarissen Kloosbeheer BV<br />
• Voorzitter Raad van Commissarissen Biesheuvel Techniek BV<br />
• Lid Raad van Commissarissen Vancis BV<br />
• Lid Raad van Toezicht Heliomare<br />
• Voorzitter Raad van Commissarissen 4+ Bouwmaterialen<br />
• Lid Raad van Commissarissen Floronet Holding BV<br />
Prof. dr. ir. J.M.L. (Jo) van Engelen<br />
Beroep:<br />
Directeur Van Engelen BV<br />
Hoogleraar Business Development aan de Rijksuniversiteit Groningen (Faculteit Bedrijfskunde)<br />
Hoogleraar Integrated Sustainable Solutions aan de faculteit Industrieel Ontwerpen van de Technisch Universiteit Delft<br />
Nevenfuncties:<br />
• Lid Raad van Toezicht Open Universiteit Nederland<br />
• Lid Raad van Toezicht Drents Museum, Assen<br />
• Lid Raad van Toezicht Unigarant<br />
• Lid Raad van Toezicht UVM NV Hoogeveen<br />
• Lid Raad van Toezicht Reis- & Rechtshulp NV, Den Haag<br />
• Extern lid bestuur ICS Graduate School Groningen<br />
- 42 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
drs. L.C. (René) van de Kieft<br />
Beroep:<br />
Adviseur<br />
Nevenfuncties:<br />
• Lid bestuur ABP<br />
• Lid bestuur PME<br />
• Lid Raad van Commissarissen Woningbouwcorporatie Portaal<br />
• Lid Raad van Commissarissen Woningbouwcorporatie Patrimonium<br />
• Voorzitter bestuur stichting AGH (servicekantoor voor enkele bedrijfstakpensioenfondsen)<br />
• Redactielid TIEM<br />
• Voorzitter Raad van Advies VRC<br />
• Lid Raad van Toezicht Tear<br />
Verantwoordingsorgaan<br />
S. (Sjoerd) Barbier<br />
Beroep:<br />
Gepensioneerd<br />
Nevenfuncties:<br />
n.v.t.<br />
F. (Fred) van Belzen<br />
Beroep:<br />
Administratieve projectcoördinator Service en Onderhoud Wagenvoorde Lastechniek<br />
Parttime administrateur Hotel Brasserie De Leugenaar<br />
Nevenfuncties:<br />
• Penningmeester voetbalvereniging VC Vlissingen<br />
P. (Pim) Bijleveld<br />
Beroep:<br />
Zelfstandig ondernemer<br />
Nevenfuncties:<br />
n.v.t.<br />
D.C. (Dirk) Breedveld<br />
Beroep:<br />
Assistent bedrijfsleider Taverne de Twaalf Balcken te Den Burg<br />
Nevenfuncties:<br />
• Lid CAO-commissie FNV <strong>Horeca</strong>bond<br />
• Lid Ledenparlement FNV <strong>Horeca</strong>bond<br />
• Lid paritaire commissie HTV onderwijs bij Kenwerk namens FNV <strong>Horeca</strong>bond<br />
• Lid Examencommissie <strong>Horeca</strong> Ondernemersvaardigheden (SVH) + leermeester<br />
• Lid Landelijke Examencommissie SVH<br />
• Lid van valideringscommissie SHE<br />
• Lid Sub Examen Commissie (SEC) Leermeester en Ondernemersvaardigheden<br />
• Interim voorzitter Landelijke Examen Commissie (LEC)<br />
- 43 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
F.J. (Freddy) van Brenk<br />
Beroep:<br />
Night Auditor Hotel ibis Veenendaal<br />
Nevenfuncties:<br />
• Barman Hockey Club HIC Amstelveen<br />
C.A. (Cees) van Ekelenburg<br />
Beroep:<br />
Zelfstandig <strong>Horeca</strong>ondernemer (VOF Bar Meneer Jansen)<br />
Nevenfuncties:<br />
• Lid Algemeen Bestuur bedrijfschap <strong>Horeca</strong> en <strong>Catering</strong> (BHenC)<br />
• Vicevoorzitter Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland afdeling Eemsmond<br />
• Vicevoorzitter Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland regio Groningen<br />
• Voorzitter <strong>Horeca</strong>vereniging Appingedam<br />
• Lid landelijke ledenraad Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland<br />
• Vicevoorzitter Sector Café-Barbedrijven<br />
• Raadslid gemeenteraad Appingedam<br />
M. (Martien) de Haan<br />
Beroep:<br />
Zelfstandig werkend kok<br />
Nevenfuncties:<br />
• Cao-commissie Contractcatering FNV <strong>Catering</strong><br />
• Bedrijfscontactpersoon FNV <strong>Catering</strong><br />
• Bedrijfsledengroep Compass Group (Eurest)<br />
• Lid ledencongres FNV <strong>Horeca</strong>bond<br />
• Voorzitter bewoners commissie Ouderkerk Zuid/Waven vestiging Ouder-Amstel (Woningstichting Eigen Haard)<br />
J.C. (Hans) van Heel<br />
Beroep:<br />
Directeur SAB CATERING Zwanenburg<br />
Nevenfuncties:<br />
• Algemeen directeur FM at Work<br />
• Bestuurslid Stichting SAB<br />
• Bestuurslid Stichting Sociaal Fonds SAB<br />
• Bestuurslid SUCON I en SUCON II<br />
• Voorzitter Cercat (Stichting certificatie Contractcatering)<br />
S. P. (Sven) van der Hoorn<br />
Beroep:<br />
Rayonmanager Eurest <strong>Catering</strong><br />
Nevenfuncties:<br />
• Lid CAO-commissie <strong>Catering</strong> FNV<br />
• Voorzitter Platform Ondernemingsraden Contractcatering (POCC)<br />
• Voorzitter ondernemingsraad Compass Group Nederland<br />
• Voorzitter VUT-stichtingen Compass Group Nederland Holding BV<br />
• Lid European Workcouncil Compass Group Plc.<br />
• Lid CAO-commissie FNV <strong>Horeca</strong><br />
- 44 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
F. J. (Fred) Klinkhamer<br />
Beroep:<br />
Ondernemer<br />
Nevenfuncties:<br />
n.v.t.<br />
R. (Ricardo) Lubbes<br />
Beroep:<br />
Ondernemer<br />
Nevenfuncties:<br />
n.v.t.<br />
J. (Jeroen) Mout Taylor<br />
Beroep:<br />
Groepswerker/ Hoofd voeding Stichting Hermes Huis te Bosch en Duin<br />
Nevenfuncties:<br />
n.v.t.<br />
M.P.W. (Peter) Sonneveld<br />
Beroep:<br />
Clubmanager Sociëteit Vereeniging te Haarlem<br />
Nevenfuncties:<br />
n.v.t.<br />
R. (René) Striezenau<br />
Beroep:<br />
Chef-kok Sprookjeshof Zuidlaren<br />
Nevenfuncties:<br />
n.v.t.<br />
R. (Ronald) van der Weele<br />
Beroep:<br />
Bedrijfsleider Pannenkoekenhuis Oosterpark te Ridderkerk<br />
Nevenfuncties:<br />
n.v.t.<br />
- 45 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Beleggingsadviescommissie<br />
Prof. dr. C.G. (Kees) Koedijk<br />
Beroep:<br />
Hoogleraar<br />
Nevenfuncties:<br />
• Decaan TIASNIMBAS Business School en hoogleraar financieel management Universiteit van Tilburg<br />
• Adviseur/partner Finance Ideas (parttime)<br />
• Lid Beleggingsadviescommissie TKP Pensioenen<br />
• Commissaris Woningnet BV<br />
• Commissaris ASN Beleggingsfonds<br />
• Lid Beleggingsadviescommissie <strong>Pensioenfonds</strong> DSM Nederland<br />
• Extern adviseur Stichting ABP<br />
drs. G.L. (Gerard) Sirks<br />
Beroep:<br />
Zelfstandig interim manager en consultant<br />
Algemeen directeur a.i. Stichting Notarieel <strong>Pensioenfonds</strong><br />
Nevenfuncties:<br />
• Extern lid ALMC bij De Friesland Zorgverzekering<br />
• Lid Raad van Toezicht beleggingsfondsen van Kempen Capital Management<br />
D. (Dick) Wenting<br />
Beroep:<br />
Onafhankelijk adviseur<br />
Nevenfuncties:<br />
• Beleggingsadviseur bij <strong>Pensioenfonds</strong> Witteveen + Bos<br />
• Voorzitter beleggingscommissie bij De Eendragt Verzekeringen<br />
• Speciaal adviseur bij het bestuur van <strong>Pensioenfonds</strong> Xerox<br />
• Lid bestuur Pensioenstichting van Lunen<br />
• Voorzitter visitatiecommissie VisitatieOpMaat<br />
• Lid van de visitatiegroep PF Support<br />
• Lid van de visitatiepool AON Consulting<br />
• Lid Raad van Toezicht <strong>Pensioenfonds</strong> Tandartsen<br />
- 46 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Jaarrekening
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Balans<br />
* De toelichting op de nummers 1 tot en met 16 vindt u bij Toelichting op de te onderscheiden posten op de balans.<br />
- 48 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Staat van baten en lasten<br />
* De toelichting op de nummers 17 tot en met 25 vindt u bij Toelichting op de te onderscheiden posten op de staat van baten en lasten.<br />
- 49 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Kasstroomoverzicht<br />
- 50 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Toelichting op de balans, de staat van baten en lasten en het kasstroomoverzicht<br />
Algemeen<br />
Activiteiten<br />
1 . <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> heeft als doel, overeenkomstig de statuten en pensioenreglementen, werknemers, gewezen<br />
werknemers en overige belanghebbenden te beschermen tegen geldelijke gevolgen van arbeidsongeschiktheid, ouderdom en<br />
overlijden.<br />
2 . <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> tracht dit doel te bereiken:<br />
• door conform de in de pensioenreglementen te stellen regels uitkeringen toe te kennen bij arbeidsongeschiktheid, ouderdom en<br />
overlijden;<br />
• via andere wettige middelen, die het bereiken van het doel kunnen bevorderen.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is statutair gevestigd te Zoetermeer.<br />
Overeenstemmingsverklaring<br />
De jaarrekening van Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is opgesteld volgens de wettelijke bepalingen die Titel 9 van Boek 2<br />
van het Burgerlijk Wetboek voorschrijft en met inachtneming van de Richtlijnen voor de <strong>Jaarverslag</strong>geving, in het bijzonder<br />
Richtlijn 610 <strong>Pensioenfonds</strong>en.<br />
Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening<br />
Algemene waarderingsgrondslagen<br />
Tenzij anders vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Verder geldt dat het fonds:<br />
• baten en lasten toerekent aan het jaar waarop ze betrekking hebben;<br />
• winsten slechts opneemt voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd;<br />
• verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar in acht neemt indien zij voor het opmaken van<br />
de jaarrekening bekend werden.<br />
De jaarrekening is opgesteld op basis van het uitgangspunt van de continuïteitsdoelstelling.<br />
Schattingsmethodiek<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is voor de vaststelling van de premies en de technische voorziening afhankelijk van de opgaven<br />
van de loonsommen per werknemer door UWV. De in het verslagjaar 2011 opgenomen premies zijn herrekend met gebruikmaking<br />
van de laatst bekende UWV-gegevens. Het verschil in premie is in dit verslagjaar in de cijfers opgenomen. De premies over het<br />
kalenderjaar <strong>2012</strong> zijn geschat op basis van de definitieve opgelegde premies over 2011, aangepast voor verwachte<br />
loonontwikkeling en bedrijfstakgegevens.<br />
De mutatie van de technische voorziening in <strong>2012</strong> uit hoofde van pensioenopbouw wordt vastgesteld met behulp van enerzijds de<br />
totaal geschatte premies over <strong>2012</strong> en anderzijds de deelnemerkarakteristieken van het voorgaande verslagjaar. De verschillen<br />
tussen de geschatte bedragen met betrekking tot het huidige verslagjaar en de definitieve uitkomsten volgens de hierna<br />
beschreven grondslagen worden in het volgende verslagjaar in de cijfers verwerkt.<br />
Omrekening vreemde valuta<br />
Activa en passiva in vreemde valuta worden omgerekend tegen de valutakoers per balansdatum. Voor zover valutarisico’s zijn<br />
afgedekt door middel van valutatermijncontracten, wordt het daaruit per balansdatum resulterende ongerealiseerde<br />
koersresultaat in de waarde van de beleggingen in aanmerking genomen. In de staat van baten en lasten zijn de transacties<br />
omgerekend tegen de op het moment van de transactie geldende koers. Overige valutaverschillen komen ten gunste dan wel ten<br />
laste van de staat van baten en lasten.<br />
Presentatiewijziging<br />
Conform de aanbeveling van de Pensioenfederatie worden de kosten van vermogensbeheer in mindering gebracht op de<br />
beleggingsresultaten. Deze kosten betreffen met name de kosten van externe vermogensbeheerders, transactiekosten en het deel<br />
van de uitvoerings- en bestuurskosten van het fonds dat is toe te rekenen aan beleggingen. De vergelijkende cijfers over 2011 zijn<br />
in deze jaarrekening aangepast. Dat betreft € 11,9 miljoen aan kosten waarvan het grootste deel vermogensbeheerkosten betreft<br />
die gesaldeerd waren met de beleggingsopbrengsten. In de aangepaste cijfers zijn die kosten verschoven van<br />
beleggingsopbrengsten naar kosten vermogensbeheer.<br />
- 51 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Grondslagen voor waardering van activa en passiva<br />
Beleggingen<br />
Beleggingen worden gewaardeerd tegen actuele waarde. De waardering van participaties in beleggingsinstellingen geschiedt tegen<br />
marktwaarde. Voor beursgenoteerde beleggingsinstellingen is dit de marktnotering per balansdatum.<br />
Vastgoedbeleggingen<br />
Niet-beursgenoteerde indirecte vastgoedbeleggingen<br />
Dit betreft vastgoedbeleggingen via besloten beleggingsfondsen. Deze beleggingen worden gewaardeerd op actuele waarde. Dit is de<br />
geschatte opbrengstwaarde bij onderhandse verkoop in verhuurde staat. Vastgoed wordt jaarlijks getaxeerd. Er vinden geen periodieke<br />
afschrijvingen plaats.<br />
Beursgenoteerde indirecte vastgoedbeleggingen<br />
Vastgoedbeleggingen in beursgenoteerde beleggingsinstellingen worden gewaardeerd tegen de beurskoers per balansdatum.<br />
Aandelen<br />
Beursgenoteerde aandelen en de participaties in beursgenoteerde beleggingsinstellingen worden gewaardeerd tegen de beurskoers per<br />
balansdatum.<br />
Vastrentende waarden<br />
Onder vastrentende waarden worden obligaties en participaties in beleggingsinstellingen verstaan.<br />
Obligaties<br />
De obligaties worden gewaardeerd tegen actuele waarde, zijnde de beurskoers per balansdatum. De waarde is exclusief opgelopen rente,<br />
welke onder de “Vorderingen uit hoofde van beleggingen” wordt verantwoord.<br />
Participaties in beleggingsinstellingen<br />
De participaties in beleggingsinstellingen betreffen hypothecaire leningen die worden gewaardeerd op actuele waarde. Deze waarde<br />
wordt vastgesteld op basis van de contante waarde van de met vervroegde aflossing aangepaste kasstromen, verdisconteerd tegen de<br />
rente op staatsobligaties met vergelijkbare looptijden inclusief eventuele opslagen, behorende bij het risicoprofiel van de leningen.<br />
Derivaten<br />
Dit betreft onder andere beleggingen in rentederivaten die het fonds afsloot om de renterisico’s op de dekkingsgraad te beperken. Verder<br />
vallen onder deze post de valutatermijncontracten. De derivaten zijn uit te splitsen in positieve en negatieve posities. De negatieve posities<br />
verantwoordt <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> in de balans onder de ‘Schulden uit hoofde van beleggingen’.<br />
Derivaten worden gewaardeerd op reële waarde, te weten de relevante marktnotering of - indien deze ontbreekt - de waarde die wordt<br />
bepaald met behulp van marktconforme en toetsbare waarderingsmodellen.<br />
Overige beleggingen<br />
Onder de overige zakelijke waarden behoren de beleggingen in private equity en grondstoffen.<br />
Private equity<br />
Private equity beleggingen worden gewaardeerd op actuele waarde. Voor zover dit betrekking heeft op de fund-of-fundmanagers is dit de<br />
intrinsieke waarde die wordt ontleend aan de rapportages van de fund-of-fundmanagers. De fund-of-fundmanagers hanteren bij de<br />
bepaling van de waarde van hun belangen de internationale richtlijnen van de sector, waaronder die van de European Private Equity &<br />
Venture Capital Association (EVCA).<br />
Grondstoffen<br />
De beleggingen in grondstoffen worden gewaardeerd op marktwaarde.<br />
Deelnemingen<br />
Deelnemingen worden gewaardeerd tegen intrinsieke waarde, tenzij anders vermeld.<br />
Immateriële vaste activa<br />
Met ingang van <strong>2012</strong> worden de uitgaven voor investeringen geactiveerd en over de gebruiksduur afgeschreven. Software wordt<br />
gewaardeerd op aanschafwaarde, verminderd met lineair berekende afschrijvingen, gebaseerd op de verwachte economische levensduur<br />
van vier jaar. In het jaar van investeren wordt tijdsgelang afgeschreven.<br />
- 52 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Materiële vaste activa<br />
Met ingang van <strong>2012</strong> worden de uitgaven voor investeringen geactiveerd en over de gebruiksduur afgeschreven. De materiële vaste activa<br />
worden gewaardeerd op aanschafwaarde, verminderd met lineair berekende afschrijvingen, gebaseerd op de verwachte economische<br />
levensduur. De verwachte economische levensduur voor kantoorinrichting en IT apparatuur is respectievelijk zeven en vier jaar. In het jaar<br />
van investeren wordt tijdsgelang afgeschreven.<br />
Premievorderingen<br />
De premievorderingen bepaalt het fonds door de openstaande posten te verminderen met een voorziening voor oninbaarheid. Hierbij<br />
hanteert <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> de volgende aannames voor oninbaarheid.<br />
• Vorderingen niet ouder dan 1 jaar:<br />
• 2% indien het geen overgedragen vorderingen betreft<br />
• 50% indien het aan incassopartners overgedragen vorderingen betreft<br />
• Alle vorderingen van 1-2 jaar oud: 50%<br />
• Alle vorderingen van 2-3 jaar oud: 75%<br />
• Alle vorderingen ouder dan 3 jaar:100%<br />
Technische voorzieningen<br />
De technische voorzieningen worden opgenomen tegen actuele waarde (marktwaarde). De actuele waarde wordt bepaald op basis van de<br />
contante waarde van de beste inschatting van toekomstige kasstromen die samenhangen met de op balansdatum onvoorwaardelijke<br />
pensioenverplichtingen. Bij de berekening hanteert het fonds de volgende grondslagen en veronderstellingen:<br />
Rente<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> bepaalt de contante waarde van de pensioenverplichtingen op basis van de rentetermijnstructuur die de<br />
Nederlandsche Bank publiceert. Deze is per 31 december <strong>2012</strong> vergelijkbaar met een rekenrente van 2,65% (2011: 2,75%). Bij het<br />
vaststellen van de rentetermijnstructuur maakt de Nederlandsche Bank met ingang van 30 september <strong>2012</strong> gebruik van de zogenaamde<br />
Ultimate Forward Rate.<br />
De gemiddelde looptijd van de verplichtingen is 25 jaar (primo jaar) en 23 jaar (ultimo jaar).<br />
Overlevingsgrondslagen<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> stelt de technische voorzieningen met ingang van 31 december <strong>2012</strong> vast op basis van de AG<br />
Prognosetafel <strong>2012</strong>-2062. Daarbij houdt het fonds rekening met de branchespecifieke ervaringssterfte. Per 31 december 2011 was de<br />
voorziening vastgesteld op basis van de AG Prognosetafels 2010-2060, waarbij eveneens rekening werd gehouden met de<br />
branchespecifieke ervaringssterfte.<br />
Voor wezen zijn geen sterftekansen in aanmerking genomen. De pensioenverplichtingen voor niet-ingegaan wezenpensioen zijn<br />
vastgesteld op 6% van de contante waarde van de nabestaandenpensioenen, behorende bij ouderdomspensioen van deelnemers jonger<br />
dan 65 jaar.<br />
Meeverzekerde partner<br />
De partner van een mannelijke deelnemer wordt drie jaar jonger verondersteld. De partner van een vrouwelijke deelnemer wordt drie jaar<br />
ouder verondersteld.<br />
De veronderstelde gehuwdheidsfrequentie voor mannen:<br />
• loopt op van 22% op 21 jaar tot 90% op 35 jaar; en,<br />
• blijft daarna gelijk tot 65 jaar.<br />
De veronderstelde gehuwdheidsfrequentie voor vrouwen:<br />
• loopt op van 35% op 21 jaar tot 85% op 30 jaar;<br />
• blijft gelijk tot 50 jaar; en,<br />
• neemt daarna af tot 70% op 65 jaar.<br />
Vanaf de 65-jarige leeftijd neemt de veronderstelde gehuwdheidsfrequentie af met de sterftekans van de meeverzekerde partner.<br />
- 53 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Arbeidsongeschiktheid<br />
Voor deelnemers aan wie vrijstelling van premiebetaling wegens arbeidsongeschiktheid is verleend, is de voorziening gelijk aan de<br />
contante waarde van de tot pensioendatum te verwerven pensioenaanspraken.<br />
Opslag percentage voor kosten<br />
Voor toekomstige kosten met betrekking tot de administratie en uitbetaling van de pensioenen na ingang is de netto technische<br />
voorziening verhoogd met 4,0% (2011: 4,0%).<br />
Toeslagen<br />
Toeslagverlening vindt plaats aan:<br />
• actieve deelnemers, omdat in de premievaststelling een opslag van 0,9% van de premiegrondslag voor dit doel is opgenomen;<br />
• alle deelnemers voor zover er voldoende middelen zijn.<br />
Toeslagverlening actieve deelnemers<br />
Deelnemers die gedurende het boekjaar actief waren, hebben per 31 december van dat jaar een onvoorwaardelijk recht op een toeslag op<br />
de opgebouwde pensioenaanspraken. Per 31 december <strong>2012</strong> kent het fonds aan de deelnemers die in <strong>2012</strong> actief waren een toeslag toe<br />
ter grootte van 0,70% (2011: 0,85%).<br />
Toeslagverlening alle deelnemers<br />
Het bestuur kan jaarlijks besluiten om op de per 1 januari van enig kalenderjaar vastgestelde opgebouwde pensioenaanspraken van alle<br />
deelnemers een toeslag te verlenen indien de financiële situatie van het pensioenfonds zodanig is dat deze toeslagverlening niet ten koste<br />
gaat van de pensioenrechten en pensioenaanspraken en het fonds over vrij eigen vermogen beschikt. Het bestuur heeft de mogelijkheid<br />
om te bepalen dat de pensioenaanspraken van actieve deelnemers met een ander percentage worden verhoogd dan de vastgestelde<br />
aanspraken op ingegane pensioenen en premievrije aanspraken op pensioen van gewezen deelnemers. Gezien de financiële positie van het<br />
fonds besloot het bestuur om de opgebouwde pensioenaanspraken van alle deelnemers per 1 januari niet te verhogen.<br />
Toekomstige ontwikkelingen in het salarisniveau<br />
Bij de vaststelling van de voorziening is geen rekening gehouden met toekomstige ontwikkelingen en toeslagen, met uitzondering van de<br />
toeslag per 1 januari van het komende boekjaar, indien het bestuur in het verslagjaar het besluit tot toeslagverlening nam.<br />
Langlopende schulden<br />
De oprenting van de uitstaande depots geschiedt op basis van een rente van 4%. Aan de depots worden de verschuldigde premies<br />
onttrokken.<br />
Overig<br />
De overige activa en passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.<br />
Grondslagen voor de staat van baten en lasten<br />
Premiebijdragen<br />
Als premiebijdragen zijn opgenomen de aan het boekjaar toe te rekenen bijdragen van werkgevers en werknemers. Daarbij horen ook de<br />
bijdragen van de Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering (FVP) en UWV. De in het jaarverslag 2011 opgenomen premies<br />
zijn herrekend met gebruikmaking van de laatst bekende UWV-gegevens. Het verschil in premie is in dit verslagjaar in de cijfers<br />
opgenomen. De premies over het kalenderjaar <strong>2012</strong> zijn geschat op basis van de definitieve opgelegde premies over 2011, aangepast voor<br />
loonontwikkeling en bedrijfstakgegevens.<br />
Waardeoverdrachten<br />
De bij overdrachten van pensioenen bepaalde overdrachtswaarden baseert <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> op de<br />
berekeningsgrondslagen volgens het Besluit reken- en procedureregels waardeoverdrachten. De waardeoverdrachten worden toegerekend<br />
aan het verslagjaar waarin het fonds de bijbehorende pensioenaanspraken verwerkte.<br />
Beleggingsresultaten<br />
Directe beleggingsopbrengsten<br />
De directe beleggingsopbrengsten hebben betrekking op de aan het verslagjaar toe te rekenen interest en in het verslagjaar gedeclareerde<br />
dividenden en overige opbrengsten.<br />
Indirecte beleggingsopbrengsten<br />
De indirecte beleggingsopbrengsten hebben betrekking op gerealiseerde en ongerealiseerde waardestijgingen of waardedalingen.<br />
- 54 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Kosten toe te rekenen aan beleggingen<br />
De kosten van vermogensbeheer worden in mindering gebracht op de som van de directe en indirecte beleggingsopbrengsten. Deze kosten<br />
betreffen met name de kosten van externe vermogensbeheerders, transactiekosten en het deel van de uitvoerings- en bestuurskosten van<br />
het fonds dat is toe te rekenen aan beleggingen.<br />
Pensioenuitkeringen<br />
Onder pensioenuitkeringen worden opgenomen de uitkeringen die ten laste van het verslagjaar komen inzake ouderdoms-,<br />
nabestaanden-, wezen- en vroegpensioen en uitkeringen in het kader van de WAO-aanvullings- en gatregeling. Ook zijn hierin opgenomen<br />
de eenmalige uitkeringen als gevolg van afkoop ingeval de hoogte van het pensioen onder het wettelijke minimum ligt.<br />
Herverzekering<br />
De risico’s behorende bij het nabestaandenpensioen in de aanvullende pensioenregeling, inclusief de premievrijstelling hiervoor in geval<br />
van volledige en duurzame arbeidsongeschiktheid in de zin van de IVA, zijn volledig herverzekerd. Dit op risicobasis gesloten<br />
herverzekeringscontract is tot en met 2011 ondergebracht bij de Algemene Levensherverzekerings Maatschappij NV (dochteronderneming<br />
van Swiss RE Europe S.A.). Met ingang van <strong>2012</strong> treedt Elips Life (eveneens een dochteronderneming van Swiss RE Europe S.A.) op als<br />
herverzekeraar van deze risico’s.<br />
Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht<br />
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode. Kasstromen in vreemde valuta’s worden omgerekend tegen een<br />
geschatte gemiddelde koers.<br />
De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit het saldo liquide middelen. Transacties waarbij geen ruil van geldmiddelen<br />
plaatsvindt worden niet in het kasstroomoverzicht opgenomen.<br />
- 55 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Toelichting op de te onderscheiden posten op de balans<br />
Onder de waardeontwikkeling van de beleggingen vallen ook de beheerkosten van externe vermogensbeheerders die rechtstreeks ten laste van<br />
het belegd vermogen zijn gebracht.<br />
- 56 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Onder de waardeontwikkeling van de beleggingen vallen ook de beheerkosten van externe vermogensbeheerders die rechtstreeks ten laste van<br />
het belegd vermogen zijn gebracht.<br />
- 57 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Door de positieve marktwaarde van de rentederivaten ultimo <strong>2012</strong> ontving <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> € 355 miljoen aan collateral<br />
in stukken (staatsobligaties) (2011: € 216 miljoen).<br />
Een deel van de beleggingsportefeuille is beschikbaar voor in bruikleen gegeven effecten. Van dat deel van de portefeuille heeft<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> alleen het economisch eigendom. Per 31 december <strong>2012</strong> zijn beleggingen met een waarde van circa<br />
€ 178 miljoen (2011: € 139 miljoen) in bruikleen gegeven. Dit bedrag bestaat uit € 45 miljoen in aandelen (2011: € 63 miljoen) en<br />
€ 133 miljoen in obligaties (2011: € 76 miljoen). Voor het risico dat de tegenpartij de in bruikleen gegeven effecten niet teruglevert,<br />
zijn zekerheden gesteld. Deze zekerheden zijn niet in de balans opgenomen.<br />
Het fonds heeft een belang van 33,33% in Klantenconsortium Innovact B.V. gevestigd te Utrecht. Deze vennootschap houdt 100% van de<br />
aandelen in Innovact B.V., de leverancier van de software waarin het fonds de deelnemersadministratie vastlegt. De waardering van de<br />
deelneming is in 2009 op nihil gesteld gegeven de intrinsieke waarde van de onderliggende entiteit.<br />
- 58 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
De banktegoeden zijn ter vrije beschikking. De liquide middelen ten behoeve van vermogensbeheer betreffen de liquide middelen die bij de<br />
externe vermogensbeheerders beschikbaar zijn.<br />
Passiva<br />
Stichtingskapitaal en reserves<br />
Het fonds kent geen stichtingskapitaal en statutaire reserves.<br />
Op grond van de Pensioenwet, en het daaruit voortvloeiende Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen, dient het vermogen van<br />
het pensioenfonds ten minste gelijk te zijn aan de technische voorzieningen plus het minimaal vereiste eigen vermogen. Het minimaal<br />
vereiste vermogen bedraagt circa 4,1% van de technische voorzieningen. Per 31 december <strong>2012</strong> is het minimaal vereiste vermogen gelijk<br />
aan € 194 miljoen.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> dient buffers aan te houden voor de risico’s die het loopt. Dit betreft buffers voor:<br />
• het renterisico;<br />
• het risico van zakelijke waarden;<br />
• het valutarisico;<br />
• het grondstoffenrisico;<br />
• het kredietrisico;<br />
• het verzekeringstechnisch risico.<br />
Door deze risico’s te kwantificeren wordt het vereiste eigen vermogen berekend. Dit is het vermogen dat hoort bij de evenwichtssituatie<br />
van het pensioenfonds. In de evenwichtssituatie is het eigen vermogen zodanig vastgesteld dat met de wettelijk vastgestelde<br />
zekerheidsmaat van 97,5% wordt voorkomen dat het fonds voor de als onvoorwaardelijk aangemerkte onderdelen van de<br />
pensioenovereenkomst binnen één jaar over minder middelen beschikt dan de hoogte van de technische voorzieningen.<br />
- 59 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Op basis van het strategische beleggingsbeleid bedraagt het vereiste eigen vermogen voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> op<br />
balansdatum 19,5% van de technische voorzieningen. Per 31 december <strong>2012</strong> bedraagt het vereiste eigen vermogen, inclusief het<br />
eerdergenoemde minimaal vereiste vermogen, € 919 miljoen.<br />
Het verschil tussen het totale eigen vermogen en het vereiste eigen vermogen is het vrij eigen vermogen. Dit vrij eigen vermogen is per 31<br />
december <strong>2012</strong> gelijk aan € 355 miljoen negatief.<br />
Bij de vaststelling van de technische voorzieningen wordt de mutatie in de voorzieningen gebaseerd op de rentetermijnstructuur begin<br />
boekjaar. Vervolgens worden de technische voorzieningen einde boekjaar vastgesteld op basis van de dan geldende rentetermijnstructuur.<br />
Het verschil tussen de rente begin en einde boekjaar is verantwoord als wijziging marktrente. De rentetoevoeging is gebaseerd op de<br />
1-jaarsrente van 1,544% (2011: 1,296%). De wijziging actuariële grondslagen betreft de overgang naar de nieuwe AG-Prognosetafel<br />
<strong>2012</strong>-2062.<br />
- 60 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Niet in de balans opgenomen verplichtingen<br />
Private equity<br />
Ten aanzien van beleggingen in niet-beursgenoteerde private equity-beleggingsfondsen is <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> verplichtingen<br />
aangegaan waarvan de betalingen pas in de komende jaren plaatsvinden. Per 31 december <strong>2012</strong> bedragen deze verplichtingen<br />
€ 140 miljoen (2011 € 92 miljoen).<br />
Meerjarige huurovereenkomst<br />
In 2004 ging het fonds een huurovereenkomst aan voor het pand dat <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> als kantoorruimte gebruikt. De<br />
overeenkomst heeft een looptijd tot 30 juni 2017. De jaarhuur bedraagt circa € 526.000. De huur wordt jaarlijks geïndexeerd op basis van<br />
de algemene prijsontwikkeling. In verband met deze overeenkomst verstrekte het fonds een bankgarantie aan de verhuurder voor een<br />
bedrag van € 125.000.<br />
In maart 2013 ging het fonds een huurovereenkomst aan voor het pand dat <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> met ingang van 1 oktober<br />
2013 als kantoorruimte gaat gebruiken. Dit betreft een andere vleugel in hetzelfde kantorencomplex. De jaarhuur bedraagt circa<br />
€ 337.000. De overeenkomst heeft een looptijd tot en met 30 september 2023. De huur wordt jaarlijks geïndexeerd op basis van de<br />
algemene prijsontwikkeling. In verband met deze overeenkomst wordt de bankgarantie aan de verhuurder verhoogd naar een bedrag van<br />
€ 126.000. In de nieuwe overeenkomst is bepaald dat de oude huurovereenkomst eindigt per ingangsdatum van de nieuwe<br />
huurovereenkomst.<br />
- 61 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Toelichting op de te onderscheiden posten op de staat van baten en lasten<br />
Baten<br />
De premie voor de basispensioenregeling bedraagt in <strong>2012</strong> 16,8% van de premiegrondslag. De premies voor heffingsjaar <strong>2012</strong> zijn geschat<br />
op basis van de eindafrekening 2011 waarbij rekening is gehouden met de (loon)ontwikkelingen in de bedrijfstak. Tevens zijn opgenomen<br />
de premies voortvloeiend uit eindafrekeningen over vorige heffingsjaren.<br />
Werkgevers en werknemers dragen gezamenlijk bij aan de premies voor de basispensioenregeling. De premies voor aanvullende regelingen<br />
betreffen zowel individuele verzekeringen als collectieve contracten. Onder ‘Bijdrage kostendekkendheid’ is de additionele bijdrage<br />
opgenomen die sociale partners in het horecabedrijf respectievelijk in de contractcateringbranche ter beschikking stelden voor de<br />
kostendekkendheid van de premie over 2011 (uiteindelijk <strong>2012</strong>).<br />
- 62 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Lasten<br />
De wijziging actuariële grondslagen in <strong>2012</strong> heeft betrekking op de overgang naar de nieuwe AG-Prognosetafel <strong>2012</strong>-2062.<br />
Pensioenuitvoeringskosten bestaan uit de kosten van de uitvoeringsorganisatie, tezamen met de kosten van het bestuur en andere<br />
organen en de algemene kosten van het fonds.<br />
Personeelskosten (in- en extern) bestaan uit de salariskosten van het eigen personeel en de kosten van inhuur van extern personeel.<br />
De overige kosten bestaan onder andere uit de kosten van vacatiegelden voor het bestuur, het verantwoordingsorgaan, de<br />
auditcommissie, de beleggingsadviescommissie en het honorarium van de externe accountant. Verder zijn ook de kosten voor<br />
automatisering, de huisvestingskosten, de kosten voor communicatie en andere algemene kosten onder ‘Overige kosten’ opgenomen.<br />
Ultimo <strong>2012</strong> had <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> 144 fte in dienst (2011 151 fte).<br />
- 63 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Bestuur<br />
De totale vacatiegelden voor bestuursleden bedroegen in <strong>2012</strong> € 154.734 (2011 € 144.265). Per 1 januari <strong>2012</strong> wijzigde de<br />
vergoedingsregeling: vanaf deze datum krijgen bestuursleden een hogere vergoeding als gevolg van de toegenomen tijdsbesteding. In<br />
<strong>2012</strong> betaalde het fonds ten behoeve van beide voorzitters een vaste vergoeding van € 34.727 per persoon per jaar (2011 € 31.560). Voor<br />
de overige bestuursleden gold een vast bedrag van € 13.530 aan vacatiegeld per jaar (2011 € 12.600). Indien een plaatsvervangend<br />
bestuurslid een afwezig bestuurslid verving bij een bestuursvergadering gold een vergoeding, overeenkomstig de richtlijnen van de SER,<br />
van € 420 per dagdeel (2011 € 410).<br />
In het kader van de deskundigheidsbevordering en ondersteuning van de beide voorzitters is aan FNV <strong>Horeca</strong>bond en Koninklijke <strong>Horeca</strong><br />
Nederland – als benoemende organisaties van de beide voorzitters - in <strong>2012</strong> een bedrag van € 32.972 (FNV) respectievelijk € 20.000 (KHN)<br />
als voorschot ter beschikking gesteld (2011 € 29.600).<br />
Verantwoordingsorgaan<br />
Voor de leden van het verantwoordingsorgaan bedroeg in <strong>2012</strong> het totale vacatiegeld € 29.320 (2011 € 21.320).<br />
Auditcommissie<br />
Het totale vacatiegeld voor de leden van de auditcommissie bedroeg in <strong>2012</strong> € 35.341 (2011 € 34.040).<br />
Beleggingsadviescommissie<br />
Het totale vacatiegeld voor de leden van de beleggingsadviescommissie bedroeg in <strong>2012</strong> € 37.383 (2011 € 33.805).<br />
Directie<br />
De bezoldiging van de directie bedroeg in <strong>2012</strong> € 281.820 (2011 € 277.568). Met ingang van 1 januari <strong>2012</strong> bevat de bezoldiging<br />
uitsluitend een vast salaris inclusief de pensioenlasten, de sociale en overige werkgeverslasten.<br />
Accountant<br />
Het honorarium voor de externe accountant met betrekking tot de wettelijke controle van de jaarrekening en verslagstaten bedroeg in<br />
<strong>2012</strong> € 100.000 (2011 € 189.400). Het honorarium voor de certificerend actuaris met betrekking tot de wettelijke controle bedroeg in <strong>2012</strong><br />
€ 60.000 (2011 € 50.000). Voor verrichte werkzaamheden inzake Quinto P aanpak bedroeg het honorarium in <strong>2012</strong> € 36.300.<br />
De herverzekeringspremie betreft de herverzekering van de risico’s verbonden aan de aanvullende collectieve en individuele verzekeringen.<br />
Op basis van de grondslagen voor de vaststelling van oninbare vorderingen vond in <strong>2012</strong> een dotatie aan de voorziening voor oninbare<br />
premies plaats van € 7,7 miljoen. Hiervan heeft € 2,7 miljoen betrekking op een extra dotatie voor de in <strong>2012</strong> afgeboekte vorderingen en<br />
€ 5 miljoen op de aanpassing van de voorziening met betrekking tot de openstaande vorderingen per 31 december <strong>2012</strong>.<br />
- 64 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Actuariële en bedrijfstechnische analyse over <strong>2012</strong><br />
Uit de rekening van baten en lasten blijkt dat boekjaar <strong>2012</strong> met een saldo van € 539,7 miljoen (2011 € 134,9 miljoen negatief) is<br />
afgesloten. Dit saldo wordt als volgt verklaard:<br />
- 65 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Premie <strong>2012</strong><br />
De huidige pensioenregeling is van kracht vanaf 1 januari 2007. In deze basispensioenregeling wordt ouderdomspensioen opgebouwd<br />
over de pensioengrondslag, zijnde het gemaximeerde pensioengevende salaris verminderd met een franchise. De premie wordt uitgedrukt<br />
als een percentage van deze pensioengrondslag. De totale doorsneepremie is gelijk aan 16,8% van de pensioengrondslag ofwel circa<br />
€ 292 miljoen 1 over het jaar <strong>2012</strong>.<br />
De kostendekkende premie voor <strong>2012</strong> is berekend op basis van de door de Nederlandsche Bank gepubliceerde rentetermijnstructuur per<br />
31 december 2011. De kostendekkende premie is als volgt 2 :<br />
De totale kostendekkende premie voor <strong>2012</strong> bedraagt 16,4% van de pensioengrondslag ofwel circa € 287 miljoen.<br />
Eind 2010 constateerde het bestuur dat de premie voor 2011 niet geheel kostendekkend zou zijn door de toenmalige rentestand. Sociale<br />
partners in het horecabedrijf stelden daarop een bedrag van € 20 miljoen ter beschikking door (een deel) van het overschot van middelen<br />
bij SOHOR aan te wenden. Sociale partners in de contractcateringbranche hebben in oktober 2011 aangegeven in gelijke mate te willen<br />
bijdragen aan de kostendekkendheid van de premie over 2011. Dit leidde tot de toezegging dat werkgevers en werknemers in de<br />
contractcateringbranche in <strong>2012</strong> en 2013 elk 0,27% van de pensioengrondslag (1,08% in totaal) afdragen als additionele bijdrage. De<br />
totale toezegging ad € 22,2 miljoen (horeca en contractactering tezamen) is verantwoord als premiebate <strong>2012</strong>. De reden hiervan is dat de<br />
feitelijke premie over 2011 uiteindelijk toch kostendekkend bleek te zijn. Het bestuur bestemde daarom de ontvangen (en toegezegde)<br />
bijdragen ter dekking van de kostendekkendheid van de premie over <strong>2012</strong>.<br />
1 Het betreft hier premie uitsluitend inzake premiejaar <strong>2012</strong>.<br />
2 De kostendekkende premie voor <strong>2012</strong> is berekend op basis van de salarisgegevens van 2011 omdat de definitieve salarisgegevens van <strong>2012</strong> nog niet beschikbaar zijn<br />
op balansdatum<br />
Risicoparagraaf<br />
Risicoparagraaf<br />
Het bestuursverslag licht toe welke risico’s <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> op strategisch en operationeel gebied signaleert en welk<br />
beleid het fonds voert ter beheersing van die risico’s. De onderstaande tekst licht de kwantitatieve aspecten van de risico’s nader toe.<br />
Solvabiliteitsrisico<br />
Het belangrijkste risico voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is het solvabiliteitsrisico. Dat is het risico dat <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> &<br />
<strong>Catering</strong> niet beschikt over voldoende vermogen om de pensioenverplichtingen te kunnen nakomen. De ontwikkeling van het<br />
solvabiliteitsrisico wordt gemeten aan de hand van de dekkingsgraad. Dit is de verhouding tussen het pensioenvermogen en de<br />
pensioenverplichtingen. Het verloop daarvan blijkt uit de grafiek ‘Ontwikkeling dekkingsgraad in <strong>2012</strong>’ in het hoofdstuk ‘Financiële<br />
situatie en herstel’. Als de solvabiliteit zich negatief ontwikkelt, bestaat het risico dat er geen ruimte is voor (voorwaardelijke)<br />
toeslagverlening. Ook kunnen dan aanvullende maatregelen nodig zijn om de solvabiliteit op korte(re) termijn te verbeteren.<br />
Toezichthouder de Nederlandsche Bank hanteert op basis van de Pensioenwet en het Financieel Toetsingskader (FTK) een<br />
gestandaardiseerde methode om te toetsen of het pensioenfonds voldoende vermogen heeft om risico’s te kunnen opvangen. Bij deze<br />
FTK-standaardtoets wordt het benodigde vermogen voor elk risico berekend aan de hand van een aantal risicoscenario’s. De uitkomsten<br />
worden mede bepaald door marktomstandigheden en het risicoprofiel van de beleggingen. Voor het risicoprofiel van de beleggingen<br />
ultimo <strong>2012</strong> is de normportefeuille 2013 als uitgangspunt genomen. Sommige risico’s doen zich simultaan voor terwijl dat voor andere<br />
risico’s juist niet geldt (mate van correlatie). Daarom wordt bij de vaststelling van het benodigde vermogen ook rekening gehouden met<br />
diversificatie-effecten.<br />
- 66 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Er is sprake van voldoende eigen vermogen als de reserves hoger zijn dan het zogenoemde vereist eigen vermogen. Dit vereist eigen<br />
vermogen omvat het vermogen dat nodig is om het totale effect van de risico’s te kunnen opvangen. De hierna volgende tabel toont<br />
de uitkomsten van de FTK-standaardtoets voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> uitgaande van het strategische beleggingsbeleid:<br />
Op basis van de FTK-standaardtoets dient <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> eind <strong>2012</strong> minimaal 19,5% van de technische voorzieningen<br />
aan reserves te hebben. Uit de tabel blijkt dat ook eind <strong>2012</strong> sprake is van een reservetekort. Het tekort ontstond in 2008 en als gevolg<br />
hiervan stelde <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> een herstelplan op. Dit herstelplan bevat maatregelen om dit tekort op te heffen. In juli<br />
2009 stemde de Nederlandsche Bank in met het ingediende herstelplan. Het vereist eigen vermogen uitgedrukt in dekkingsgraad (volgens<br />
het FTK) nam in <strong>2012</strong> toe van 119,0% naar 119,5%. Dit is met name het gevolg van aanpassingen in het beleggingsbeleid in <strong>2012</strong>:<br />
• Op basis van de risicobudgetstudie, die in <strong>2012</strong> plaatsvond, besloot het bestuur om een deel van het valutarisico niet langer af te<br />
dekken. Na deze wijziging bestaat circa 77,5% van de beleggingsportefeuille uit beleggingen in euro en beleggingen in vreemde valuta<br />
waarvan het valutarisico is afgedekt naar euro. Het openlaten van de resterende posities in vreemde valuta heeft geen significante<br />
invloed op het risicoprofiel van het fonds en het vereist eigen vermogen.<br />
• In april <strong>2012</strong> besloot het bestuur het liquiditeitsrisico verder te beheersen door een (tijdelijke) aanpassing van het beleggingsbeleid en<br />
een verlaging van de renteafdekking naar 64% van de technische voorzieningen. Hiertoe werd een deel van de renteswaps verkocht.<br />
Door deze lagere renteafdekking, steeg het renterisico voor het fonds. Om dit te compenseren, wijzigde de beleggingsallocatie naar<br />
46,5% zakelijke waarden, 44,5% vastrentende waarden en 9% vastgoed. Het vereist eigen vermogen voor het risico zakelijke waarden<br />
nam hierdoor als percentage van de technische voorziening af.<br />
Deze veranderingen in het beleggingsbeleid veroorzaken een toename in het diversificatie-effect.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> onderkent onder meer de risico’s uit de FTK-standaardtoets en licht die hieronder nader toe: Renterisico<br />
(S1), Zakelijke waardenrisico (S2), Valutarisico (S3), Grondstoffenrisico (S4), Kredietrisico (S5) en Verzekeringstechnisch risico (S6).<br />
Daarnaast onderkent het fonds een liquiditeitsrisico.<br />
Renterisico (S1)<br />
Het renterisico is het risico dat de waarde van het vastrentende deel van het belegde vermogen en van de technische voorzieningen<br />
verandert als gevolg van wijzigingen in de marktrente. De rentegevoeligheid die voor <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> ultimo <strong>2012</strong> geldt<br />
is in de hierna volgende tabel gespecificeerd naar pensioenverplichtingen, vastrentende waarden en rentederivaten (swaps overlay). Deze<br />
tabel toont de rentegevoeligheid ultimo <strong>2012</strong> door zowel het effect op het vermogen als op de dekkingsgraad weer te geven bij een<br />
verandering van de rente met 1-procentpunt.<br />
- 67 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
In de bovenstaande tabel is de rentegevoeligheid van de pensioenverplichtingen gebaseerd op de driemaandsgemiddelde<br />
rentetermijnstructuur met de Ultimate Forward Rate (UFR)-methodiek. De Nederlandsche Bank besloot in <strong>2012</strong> de rentetermijnstructuur<br />
voor de bepaling van de technische voorzieningen aan te passen door de introductie van een UFR voor langere looptijden. Dit betekent een<br />
aanpassing van de rentetermijnstructuur voor looptijden vanaf 21 jaar. Voor looptijden tot en met 20 jaar is de rente nog steeds gelijk aan<br />
de waargenomen driemaandsgemiddelde rente. Voor looptijden vanaf 21 jaar wordt de rente aangepast door marktrente steeds minder<br />
zwaar te wegen en de zogenoemde UFR van 4,2% steeds zwaarder te laten wegen. DNB publiceert deze rentecurve.<br />
De technische voorzieningen zijn ultimo <strong>2012</strong> op basis van de DNB rentetermijnstructuur € 431 lager dan de technische voorzieningen op<br />
basis van de swapcurve per 31 december <strong>2012</strong>. Door de aanpassing van de rentetermijnstructuur met de UFR-methodiek neemt ook de<br />
rentegevoeligheid van de technische voorzieningen af. Toepassing van de UFR-methodiek leidt ertoe dat het renterisico ultimo <strong>2012</strong> voor<br />
77% is afgedekt. Het beleid van het fonds is erop gericht om het renterisico op basis van de swapcurve voor 64% af te dekken, waarbij een<br />
bandbreedte van 59% tot 69% toegestaan is. Het verschil tussen de renteafdekking van 77% bij toepassing van de UFR en het beleid is het<br />
gevolg van de UFR-methodiek. Op basis van de swapcurve is de feitelijke renteafdekking conform het beleid.<br />
Zakelijke waardenrisico (S2)<br />
Het zakelijke waardenrisico omvat het risico op een afname van de marktwaarde van de zakelijke waarden (zoals aandelen en<br />
vastgoedbeleggingen). Een koersdaling van de zakelijke waarden met 10% veroorzaakt een afname van de dekkingsgraad van 4,7%. De<br />
marktwaarde kan wijzigen door factoren die specifiek zijn gerelateerd aan een individuele belegging of door algemene factoren.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> beperkt dit risico door diversificatie, ofwel het spreiden van de zakelijke waarden over verschillende<br />
beleggingscategorieën, sectoren en regio’s. De hierna volgende tabellen geven een overzicht van de verdeling van aandelen over regio’s<br />
respectievelijk sectoren.<br />
- 68 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Valutarisico (S3)<br />
Om risico’s te spreiden is een aanzienlijk deel van de beleggingen gedaan in landen buiten het eurogebied, waardoor deze beleggingen in<br />
vreemde valuta luiden. Hierdoor loopt <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> valutarisico’s. De belangrijkste valuta’s voor het pensioenfonds<br />
zijn de Amerikaanse dollar, het Britse pond en de Japanse yen. Als uitvloeisel van het strategisch beleid om valutarisico’s - waar mogelijk -<br />
volledig af te dekken zet het fonds valutatermijncontracten in.<br />
Onderstaande tabel toont de valutaposities van het fonds voor en na afdekking door valutaderivaten ultimo <strong>2012</strong>. Onder ‘Overige’ zijn<br />
tevens de valuta’s van opkomende landen opgenomen.<br />
Grondstoffenrisico (S4)<br />
Het grondstoffenrisico omvat het risico op fluctuaties in grondstoffenprijzen. Ultimo <strong>2012</strong> loopt <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong><br />
grondstoffenrisico over € 198 miljoen.<br />
Kredietrisico (S5)<br />
Het kredietrisico omvat het risico dat <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> verlies lijdt door faillissement of betalingsonmacht van<br />
tegenpartijen op wie het fonds vorderingen heeft. Ook betreft dit het risico dat partijen waarmee het fonds transacties is aangegaan niet<br />
meer in staat zijn hun tegenprestatie te verrichten. Het kredietrisico wordt beperkt door het stellen van eisen aan de kredietwaardigheid<br />
van tegenpartijen, door voldoende spreiding of door het verlangen van extra zekerheden.<br />
De navolgende tabel toont de verdeling naar kredietwaardigheid (uitgedrukt in rating categorieën) van de vastrentende waarden. Uit<br />
prudentiële overwegingen classificeert <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> de vastrentende waarden op basis van de laagste ratingcategorie<br />
van de volgende drie internationale kredietbeoordelaars: Standard & Poor’s, Moody’s en Fitch.<br />
- 69 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Beleggingen in de categorie No rating betreffen met name Nederlandse particuliere en zakelijke hypotheken waarin <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong><br />
& <strong>Catering</strong> via fondsen belegt. Deze hypothekenfondsen hebben geen rating.<br />
In <strong>2012</strong> nam de kredietwaardigheid van Oostenrijk en Frankrijk af. Dit leidde tot de afname in <strong>2012</strong> in de rating categorie AAA.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> belegt een deel van het vermogen in Europese staatsobligaties en kiest bewust om alleen te beleggen in<br />
Europese landen met de hoogste kredietwaardigheid. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de landenverdeling binnen de<br />
vastrentende waarden.<br />
Naast kredietrisico bij beleggingen in vastrentende waarden loopt <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> tegenpartijrisico bij derivaten,<br />
securities lending en positieve saldi op betaalrekeningen. Tegenpartijrisico is het risico dat een tegenpartij niet meer aan zijn<br />
verplichtingen kan voldoen. Bij derivatentransacties betreft dit het risico dat tegenpartijen van swaps, commodities- en valutaderivaten<br />
(dit zijn zogenaamde ‘over the counter’ (OTC) derivaten, waarbij een afspraak wordt gemaakt zonder tussenkomst van een beursinstantie)<br />
niet aan hun verplichtingen kunnen voldoen. Bij uitgeleende effecten betreft dit het risico dat tegenpartijen waaraan <strong>Pensioenfonds</strong><br />
<strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> stukken heeft uitgeleend niet aan hun verplichtingen kunnen voldoen. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> beheerst het<br />
tegenpartijrisico door middel van het zogenaamde ‘collateral management’, waarbij effecten worden gebruikt als onderpand ter<br />
bescherming tegen het tegenpartijrisico. Met de tegenpartijen van swap contracten en binnen het securities lending-programma wordt<br />
op dagbasis collateral uitgewisseld. Hierbij worden alleen staatsobligaties en bedrijfsobligaties geaccepteerd, mits deze aan een aantal<br />
criteria voldoen. Daarnaast worden transacties in OTC derivaten pas uitgevoerd nadat de kredietwaardigheid van tegenpartijen is<br />
beoordeeld. Tevens spreidt <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> het tegenpartijrisico over meerdere tegenpartijen. Bij positieve saldi op<br />
betaalrekeningen betreft het tegenpartijrisico het risico dat de tegenpartij deze saldi niet kan voldoen. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong><br />
dekt dit risico af door positieve saldi op betaalrekeningen te herbeleggen in liquiditeitsfondsen. Deze fondsen hebben een AAA-rating.<br />
Verzekeringstechnisch risico (S6)<br />
Het verzekeringstechnisch risico bestaat uit de risico’s op negatieve resultaten op de verzekeringstechnische (actuariële) grondslagen die<br />
worden gebruikt voor de vaststelling van de technische voorzieningen en de hoogte van de premie. De belangrijkste actuariële risico’s voor<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> zijn het langlevenrisico en het arbeidsongeschiktheidsrisico, waarbij eerstgenoemde naar verwachting<br />
het meest materieel is en tot uitdrukking komt in het verzekeringstechnisch risico (S6).<br />
Het (negatieve) langlevenrisico betreft het risico dat deelnemers langer blijven leven dan verondersteld bij de vaststelling van de<br />
technische voorzieningen. Hierdoor zouden de getroffen technische voorziening niet toereikend kunnen zijn om alle toegezegde<br />
pensioenaanspraken en pensioenrechten in de toekomst te kunnen uitkeren. Door de AG-Prognosetafel <strong>2012</strong>-2062 toe te passen,<br />
anticipeert het fonds reeds op stijgende levensverwachtingen, zodat het langlevenrisico wordt beperkt. Indien de levensverwachtingen<br />
- 70 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
zich ontwikkelen conform deze prognoses dan is de verwachte gemiddelde levensverwachting in 2062 voor een 65-jarge man 22,3 jaar (nu<br />
19,2 jaar) en voor een 65-jarige vrouw 23,7 jaar (nu 22,1 jaar).<br />
Het (negatieve) arbeidsongeschiktheidsrisico betreft het risico dat het fonds onvoldoende voorzieningen heeft getroffen voor<br />
premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid en het toekennen van een WAO-gatuitkering of een WAO-aanvullingsuitkering.<br />
Liquiditeitsrisico<br />
Het liquiditeitsrisico is het risico dat <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> op korte termijn over onvoldoende middelen beschikt om aan de<br />
directe verplichtingen te kunnen voldoen. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> kent een positief saldo van premie-inkomsten en<br />
pensioenuitkeringen. Tevens beschikt het fonds over snel liquide te maken beleggingen (ongeveer 80% van de totale portefeuille). Het<br />
liquiditeitsrisico is verder gereduceerd doordat binnen elke beleggingscategorie (met uitzondering van private equity) een liquide mandaat<br />
beschikbaar is zodat het fonds via liquide beleggingen kan bijsturen. Ook besloot het bestuur in <strong>2012</strong> om het liquiditeitsrisico te<br />
verminderen door de renteafdekking van de pensioenverplichtingen terug te brengen van 75% naar 64% door een deel van de renteswaps<br />
te verkopen. Mede hierdoor is het liquiditeitsrisico voor het fonds zeer beperkt.<br />
Zoetermeer, 20 juni 2013<br />
Het bestuur<br />
Jeu Claes<br />
Frank Jansen<br />
Maarten Markus<br />
Paul Schoormans, plaatsvervangend voorzitter<br />
Marco van Straten<br />
Hans Veltkamp<br />
Eiko de Vries, voorzitter<br />
Harry de Wit<br />
De directie<br />
Paul Braams, directeur<br />
- 71 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Overige gegevens
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Verklaring betreffende de jaarrekening<br />
Aan: het bestuur van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong><br />
Wij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening <strong>2012</strong> van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> te Zoetermeer gecontroleerd. Deze<br />
jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december <strong>2012</strong>, de staat van baten en lasten over <strong>2012</strong> met de toelichting, waarin zijn<br />
opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.<br />
Verantwoordelijkheid van het bestuur<br />
Het bestuur van het pensioenfonds is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw<br />
dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het bestuursverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in<br />
Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW). Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het<br />
noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude<br />
of fouten.<br />
Verantwoordelijkheid van de accountant<br />
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht<br />
in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons<br />
geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt<br />
verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.<br />
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de<br />
jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van<br />
het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten.<br />
Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken<br />
van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de<br />
omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de<br />
interne beheersing van het pensioenfonds. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen<br />
voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van het pensioenfonds gemaakte schattingen, alsmede een<br />
evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening.<br />
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te<br />
bieden.<br />
Oordeel betreffende de jaarrekening<br />
Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> &<br />
<strong>Catering</strong> per 31 december <strong>2012</strong> en van het resultaat over <strong>2012</strong> in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW.<br />
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen<br />
Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek<br />
of het bestuursverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1<br />
onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het bestuursverslag, voor zover wij dat kunnen<br />
beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW.<br />
Den Haag, 20 juni 2013<br />
Ernst & Young Accountants LLP<br />
Was getekend:<br />
drs. J. Niewold RA<br />
- 73 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Actuariële verklaring<br />
Opdracht<br />
Door <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> te Zoetermeer is aan Ernst & Young Actuarissen B.V. de opdracht verleend tot het afgeven van een<br />
actuariële verklaring als bedoeld in de Pensioenwet over het boekjaar <strong>2012</strong>.<br />
Gegevens<br />
De gegevens waarop mijn onderzoek is gebaseerd, zijn verstrekt door en tot stand gekomen onder de verantwoordelijkheid van het bestuur<br />
van het pensioenfonds. Voor de toetsing van de fondsmiddelen en voor de beoordeling van de vermogenspositie heb ik mij gebaseerd op<br />
de financiële gegevens die ten grondslag liggen aan de jaarrekening. In overeenstemming met de richtlijn ‘Samenwerking tussen<br />
accountant en actuaris ter zake van de controle van verantwoordingen van verzekeringsinstellingen’ heeft de accountant van het<br />
pensioenfonds mij geïnformeerd over zijn bevindingen ten aanzien van de betrouwbaarheid en de volledigheid van de administratieve<br />
basisgegevens en de overige uitgangspunten die voor mijn oordeelsvorming van belang zijn.<br />
Werkzaamheden<br />
Ter uitvoering van de opdracht heb ik onderzocht of is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. De door het<br />
pensioenfonds verstrekte administratieve basisgegevens zijn zodanig dat ik die gegevens als uitgangspunt van de door mij beoordeelde<br />
berekeningen heb aanvaard. Als onderdeel van de werkzaamheden voor de opdracht:<br />
• heb ik onder meer onderzocht of de technische voorzieningen, het minimaal vereist eigen vermogen en het vereist eigen vermogen<br />
toereikend zijn vastgesteld, en<br />
• heb ik mij een oordeel gevormd over de vermogenspositie van het pensioenfonds.<br />
Mijn onderzoek heb ik zodanig uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de resultaten geen onjuistheden van<br />
materieel belang bevatten. Ik heb mij een oordeel gevormd over de waarschijnlijkheid waarmee het pensioenfonds de tot balansdatum<br />
aangegane verplichtingen kan nakomen, mede in aanmerking nemend het financieel beleid van het pensioenfonds. De beschreven<br />
werkzaamheden en de uitvoering daarvan zijn in overeenstemming met de binnen het Actuarieel Genootschap geldende normen en<br />
gebruiken, en vormen naar mijn mening een deugdelijke grondslag voor mijn oordeel.<br />
Oordeel<br />
De technische voorzieningen zijn, overeenkomstig de beschreven berekeningsregels en uitgangspunten, als geheel bezien, toereikend<br />
vastgesteld.<br />
Het eigen vermogen van het pensioenfonds is op de balansdatum lager dan het wettelijk vereist eigen vermogen, maar niet lager dan het<br />
wettelijk minimaal vereist eigen vermogen. Gemeten naar de wettelijke maatstaf is ten aanzien van de verplichtingen, aangegaan tot<br />
balansdatum, sprake van een reservetekort.<br />
Met inachtneming van het voorafgaande heb ik mij ervan overtuigd dat is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet<br />
met uitzondering van artikel 132. De vermogenspositie van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is naar mijn mening niet voldoende,<br />
vanwege het reservetekort.<br />
Amsterdam, 20 juni 2013<br />
Was getekend:<br />
drs. C.D. Snoeks AAG<br />
verbonden aan Ernst & Young Actuarissen B.V.<br />
- 74 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Resultaatbestemming volgens statuten<br />
In de statuten is geen bepaling opgenomen over de wijze waarop het saldo van baten en lasten moet worden verdeeld. Het saldo wordt<br />
echter jaarlijks geheel ten gunste dan wel ten laste van de overige reserves gebracht, met inachtneming van eventueel te vormen<br />
bestemmingsreserves.<br />
Gebeurtenissen na balansdatum<br />
Na balansdatum deden zich geen voor de jaarrekening relevante gebeurtenissen voor.<br />
- 75 -
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> | <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><br />
Colofon<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> presenteert haar<br />
jaarverslag <strong>2012</strong> online op www.phencjaarverslag.nl.<br />
Deze (officiële en volledige) PDF-versie van het online<br />
jaarverslag van <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> is hier<br />
te downloaden: www.phencjaarverslag.nl/downloads.<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong><br />
Postbus 7308<br />
2701 AH Zoetermeer<br />
I www.phenc.nl<br />
E info@phenc.nl<br />
T (079) 363 14 00<br />
Voorbehoud<br />
<strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> besteedt de grootst mogelijke zorg<br />
aan de samenstelling van het jaarverslag. Toch kan het voorkomen dat<br />
deze tekst (druk- of zet)fouten bevat. Aan fouten kunt u geen rechten<br />
ontlenen. <strong>Pensioenfonds</strong> <strong>Horeca</strong> & <strong>Catering</strong> behoudt zich ook het<br />
recht voor fouten te herstellen.<br />
- 76 -