’Veehouden zit in ons bloed’
Opgegroeid op een veebedrijf wilden Monique en Dijan Bruins uit Daarle naast
hun werk bij Countus Accountants weer vee houden. “Heerlijk om zo naast alle
cijfers en kantoorwerk te ontstressen.” Na rosé’s schakelden ze zo’n 5 jaar geleden
over op Blonde d’Aquitaines. “Als we de staatsloterij winnen, gaan we fulltime
boeren.”
Gezellig knisperend staan de drie Blonde
‘d Aquitaine pinken van Monique en
Dijan Bruins aan het voerhek te vreten.
“Een prachtig geluid”, vertelt het echtpaar over
de tevreden Blonde d’ Aquitaines die ze vorig
jaar aankochten. “We kunnen eigenlijk niet
zonder vee”, vertelt Monique in de oude stal
waar ze tot een paar jaar geleden nog rosé
kalveren in afmesten.
“We kochten deze boerderij in 1999”, vult Dijan
haar aan. “Juist ook vanwege de stal, we wilden
naast ons werk als hobby vee erbij houden.”
Zo’n 9 jaar lang mesten ze kalveren af tot rosé’s,
zo’n 300 dieren hadden ze in hun stal. “Eerst ging
het puur om het afmesten, maar later kregen we
ook jongere kalveren die we er bij opfokten.”
Starten met rosé’s
Zowel Monique als Dijan zijn geboren en getogen
op een veebedrijf. Monique haar ouders hadden
een melkveebedrijf, bij Dijan thuis hadden ze
34 Boerenvee 2-2013
melkvee en varkens. “Door onze opleiding zijn
we eigenlijk vanzelfsprekend in het werk gerold,
maar het bloed kruipt toch waar het niet gaan
kan: we wilden wel vee houden.”
Zij gingen de rosés in , en ook beide ouderlijke
bedrijven schakelden om naar rosé’s. “Dat is
een veehouderij tak die vrij goed te combineren
is met buitenshuis werken”, vertelt Dijan.
“Voor en na de werktijden kun je de dieren
verzorgen en voeren.” Beide echtelieden werken
bij Countus accountants. Dijan is directeur
advies agro (regio zuid-oost), Monique werkt
twee dagen per week bij de salarisadministratie
op het kantoor in Zwolle.
“Pas toen Dijan een zwaardere functie kreeg,
werd het lastiger combineren met de rosé’s”,
vertelt Monique “We wilden het wel goed doen,
maar merkten dat we er met ons hoofd niet altijd
bij waren. We konden het zo niet meer blijven
doen, concludeerden we en mestten we de
laatste kalveren af”, vertelt Dijan.
Een prachtige boerderij, 1 hectare grond, maar
een lege stal. “Dat voelde ook niet goed”, zegt
Dijan lachend. “Onze twee kinderen Jan Martijn
(7) en Lieke (5) beleefden ook veel plezier aan
de dieren op de boerderij. “Zie hielpen zaterdags
altijd mee in de stal, groeiden er als het ware
mee op. Zoals wij de liefde voor het vee mee-
kregen van onze ouders, zo geven wij de liefde
voor vee weer door aan onze kinderen”, aldus
Monique. “De kinderen vroegen dan ook ‘wan-
neer komt de stal weer vol?’”
Letten op karakter
En zo kochten ze een tweetal Blonde d’ Aquitaine
vaarskalveren via een handelaar. “Geen succes”,
blikt Dijan terug. “Eéntje was zo wild dat ze de
stal bijna afbrak toen we ze in het najaar op stal
wilden zetten”, herinnert hij zich nog. “Dan
kwamen we uit het werk en liep die pink in de
mais bij de buren”, herinnert Monique zich. In
eerste instantie bleven ze proberen het dier mak
Niet alle Blonde d’Aquitaines hebben een rustig karakter. Foto: Stockpaard
monique en Dijan Bruins: “Zorg ervoor dat je begint met dieren die een goed karakter hebben”
te krijgen. Dat lukte echter niet en ze konden niet
anders dan de dieren weer verkopen.
“Maar we maakten wel een doorstart, we hadden
toch onze zinnen gezet op een koppeltje koeien
waar we met het hele gezin veel plezier van
konden hebben”, aldus Dijan. “Via een klant van
mij kwamen we aan rustiger Blonde d’Aquitaines.
Ja, wel weer hetzelfde ras. Het zijn zulke
prachtige dieren, ze hebben massa en zijn met
hun luxe uitstraling ook nog eens heel mooi om
naar te kijken”, geeft Dijan aan. Het rustige
karakter is een aanrader. “Dat is echt een tip voor
mensen die vleesvee willen gaan houden, zorg
ervoor dat je begint met dieren die een goed
karakter hebben.”
Inmiddels staan er nu drie leuke pinken op stal,
dieren die samen zijn opgegroeid en gewend
zijn aan de omgang met mensen. Een goede
aankoop. “In de wei komen ze zo naar ons toe,
ze zijn nieuwsgierig en handzaam”, weet
Monique.
Zo droog mogelijke eerste snee
In de zomer lopen ze op de grond rond hun
boerderij, in de winter krijgen ze hooi/kuilvoer.
“We maaien de eerste snede, de dieren blijven
dan tot eind mei op stal”, vertelt Dijan. “We
hebben wat natte grond, dus ze kunnen toch
niet heel vroeg in het voorjaar naar buiten.”
De eerste snee is bovendien het voer met de
meeste voederwaarde, brok hoeven ze dan niet
bij te voeren.
“Ze krijgen wel wat krachtvoer, maar vooral om
ze mak te houden. Het kuilvoer proberen we
trouwens wel zo droog mogelijk te oogsten in
grote pakken. Hoe droger het is, hoe minder
broeigevoelig het in de winter is als de balen
opengaan. Ook zo’n kleine koppel kunnen we
met grote pakken voeren.”
In de stal, bestaande uit hokken met volledig
roostervloer, heeft het echtpaar inmiddels één
hok aangepast voor hun Blondes. De roostervloer
heeft Dijan gedeeltelijk dicht gelegd zodat
de dieren een droge, warme ligplek hebben.
“Dit jaar gaan ze bij de stier”, zo kijkt hij
verwachtingsvol vooruit. “Dan zijn ze ruim twee
jaar oud, een mooie leeftijd om te dekken,
want ik vind dat ze wel een beetje uitgegroeid
moeten zijn wanneer ze gaan kalven.”
Het duurt dus nog wel tot 2014 voordat de
koeien met kalveren rond de boerderij zullen
lopen. “Maar dat lijkt ons wel een prachtig
plaatje”, zegt Monique. “Ja, we kijken daar echt
naar uit”, vult Dijan aan. “De kalveren houden
we daarna ook aan: met de vaarsjes fokken we
door en de stieren gaan we zelf afmesten, we
weten hoe dat moet. En voor je het weet hebben
we de stal zo weer vol.”
Alice Booij
monique en Dijan hopen dat hun drie pinken de basis vormen van een mooie Blonde d’Aquitaine veestapel
op hun hobbyboederij.
Boerenvee 2-2013 35