"Loonvorming bij volkomen concurrentie" in PDF-formaat
"Loonvorming bij volkomen concurrentie" in PDF-formaat
"Loonvorming bij volkomen concurrentie" in PDF-formaat
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
2.3. Prijselasticiteit van de arbeidsvraag<br />
2.3.1. Def<strong>in</strong>itie<br />
∆Q<br />
a<br />
De loonelasticiteitscoëfficiënt van de arbeidsvraag ( ) is een kengetal dat weergeeft<br />
∆ P a<br />
<strong>in</strong> welke mate de gevraagde hoeveelheid naar arbeid zal wijzigen procentueel ten gevolge<br />
van een procentuele wijzig<strong>in</strong>g <strong>in</strong> het loon .<br />
Dit kengetal is steeds negatief aangezien er een negatief verband bestaat tussen de prijs van<br />
de arbeid en de gevraagde hoeveelheid arbeid. We beschouwen enkel de absolute waarde :<br />
- abs. waarde (loonelasticiteitscoëff.) > 1 => elastische arbeidsvraag<br />
- abs. waarde (loonelasticiteitscoëff.) < 1 => <strong>in</strong>elastische arbeidsvraag<br />
- abs. waarde (loonelasticiteitscoëff.) = 1 => unitaire arbeidsvraag<br />
2.3.2. Factoren die de prijselasticiteit van de arbeidsvraag beïnvloeden<br />
De prijselasticiteit van de productvraag<br />
We nemen een product waarvan de prijselasticiteit van de vraag kle<strong>in</strong> is bv.<br />
elektriciteit. Dit betekent dat een wijzig<strong>in</strong>g van de prijs van dat product we<strong>in</strong>ig <strong>in</strong>vloed<br />
heeft op de vraag ernaar. De vakbonden <strong>in</strong> de sector van de elektriciteitsproductie<br />
hebben een loonsverhog<strong>in</strong>g kunnen afdw<strong>in</strong>gen. De elektriciteitsproducenten rekenen<br />
deze loonsverhog<strong>in</strong>g door <strong>in</strong> hun prijzen. De prijzen stijgen dus. Dit wil zeggen dat de<br />
consumenten hun gevraagde hoeveelheid elektriciteit zullen verm<strong>in</strong>deren, maar met<br />
niet veel. Als er m<strong>in</strong>der elektriciteit gevraagd wordt, zijn er immers ook iets m<strong>in</strong>der<br />
arbeiders nodig.<br />
De kle<strong>in</strong>e prijselasticiteit van de vraag naar het e<strong>in</strong>dproduct leidt dan tot een kle<strong>in</strong>e<br />
prijselasticiteit van de arbeidsvraag (loonelasticiteit).<br />
Bekijken we nu eens de <strong>in</strong>vloed van de loonselasticiteit van de vraag naar fastfood op<br />
de loonselasticiteit. De prijselasticiteit van de vraag naar fast-food is relatief groot. Als<br />
er zich <strong>in</strong> de fast-food-sector een loonsverhog<strong>in</strong>g voordoet en ten gevolge daarvan een<br />
prijsverhog<strong>in</strong>g zullen de klanten verkiezen thuis te eten. De vraag naar fast-food zal<br />
dus enorm afnemen en er zullen veel ontslagen vallen. Ten gevolge van de relatief<br />
grote prijselasticiteit van de vraag naar fast-food zal een loonsverhog<strong>in</strong>g <strong>in</strong> deze sector<br />
een grote weerslag hebben op de tewerkstell<strong>in</strong>g.<br />
Hoe groter de prijselasticiteit van de vraag naar het e<strong>in</strong>dproduct, hoe groter de<br />
prijselasticiteit van de arbeidsvraag (loonelasticiteit).<br />
Het aandeel van de factor arbeid <strong>in</strong> de totale productiekosten<br />
De loonkosten vormen een deel van de productiekosten.<br />
We aanschouwen twee situaties :<br />
A : loonkosten maken 90% deel uit van de totale productiekosten<br />
B : loonkosten maken 10% deel uit van de totale productiekosten<br />
Er doet zich een loonsverhog<strong>in</strong>g van 10% voor :<br />
A : stijg<strong>in</strong>g van de productiekosten met 9% (10% van 90%)<br />
B : stijg<strong>in</strong>g van de productiekosten met 1% (10% van 10%)<br />
6