Modi - Centrum Persoonlijkheidsstoornissen Jelgersma
Modi - Centrum Persoonlijkheidsstoornissen Jelgersma Modi - Centrum Persoonlijkheidsstoornissen Jelgersma
Nieuwe onderzoek schemagerichte therapie Jill Lobbestael Universiteit Maastricht
- Page 2 and 3: Overzicht Therapie-effect studies
- Page 4 and 5: Afgeronde studies Giesen-Bloo et a
- Page 6 and 7: Mode assessment
- Page 8 and 9: SMI 1 Schema Mode Inventory 124 i
- Page 10 and 11: Coping modi overgave vermijding ove
- Page 12 and 13: Gezonde volwassene
- Page 14 and 15: Psychometrie SMI 1 Factor analyse:
- Page 16 and 17: SMI 1 vs SMI 2 SMI 2 (Bamelis & Ar
- Page 18: GEZONDE VOLWASSENE ONTHECHTE BESCHE
- Page 21: Resultaten APS-patiënten en hun t
- Page 24 and 25: Klinische aanpak modi afhankelijke
- Page 26 and 27: Waarom inducties? Test mode-switch
- Page 28 and 29: Methode N=148 - borderline, antiso
- Page 30 and 31: Anne links rechts
- Page 32 and 33: geliefd links rechts
- Page 34 and 35: Anne links rechts
- Page 36 and 37: misbruikt links rechts
- Page 38 and 39: Resultaten misbruik-gerelateerde in
- Page 40 and 41: Modi Emoties Fysiologie Impliciete
- Page 42 and 43: Woede inductie neutraal Modi Emotie
- Page 44 and 45: kwaad links rechts
- Page 46 and 47: Modi: *woedende kind *razende kind
- Page 48 and 49: Antisociaal neutraal woede
- Page 50 and 51: Antisociaal neutraal woede fysiolog
Nieuwe onderzoek<br />
schemagerichte<br />
therapie<br />
Jill Lobbestael<br />
Universiteit Maastricht
Overzicht<br />
Therapie-effect studies<br />
Mode assessment<br />
<strong>Modi</strong> bij persoonlijkheidsstoornissen<br />
- borderline<br />
- antisociaal: patient + therapeut<br />
- afhankelijk<br />
Stemmingsinductie<br />
- misbruik<br />
- woede
Therapie effect<br />
studies
Afgeronde studies<br />
Giesen-Bloo et al (2006):<br />
- RCT: SFT vs TFP<br />
- N= 88 BPS<br />
- SFT superieur BPS- en algemene pathologie, QOL, kosten, dropout<br />
Nordahl (2005):<br />
- Single case serie<br />
- N=6 BPS<br />
- 5/6 klinische verbetering, 3/6 niet langer BPS<br />
Farell et al (2009):<br />
- RCT: SFT vs TAU<br />
- N= 32 BPS, groepstherapie<br />
- SFT superieur in recovery en drop-out
Lopende studies<br />
Bamelis & Arntz:<br />
- Cl C (afkl) ea: niet-bps<br />
- SFT vs CCT vs TAU<br />
- eerste indicatie: even effectief<br />
Bernstein et al:<br />
- forensisch<br />
- SFT vs TAU<br />
- eerste indicatie: SFT superieur<br />
Arntz et al:<br />
- groepstherapie BPS, internationaal<br />
- pas in opzet
Mode assessment
Toestandsbeelden<br />
State<br />
Switch<br />
<strong>Modi</strong><br />
Gedachten, emoties, gedrag<br />
soorten: kind, ouder, coping, gezond
SMI 1<br />
Schema Mode Inventory<br />
124 items<br />
Frequentie: 6-punten<br />
14 modus schalen
Kinder modi<br />
kwetsbaarheid<br />
woede<br />
gebrek discipline<br />
geluk<br />
Kwetsbare kind<br />
Woedende kind<br />
Razende kind<br />
Impulsieve kind<br />
Ongedisciplineerde kind<br />
Blije kind
Coping modi<br />
overgave<br />
vermijding<br />
overcompensatie<br />
Willoze inschikkelijke<br />
Onthechte beschermer<br />
Onthechte zelfzusser<br />
Zelfverheerlijker<br />
Pest-aanval
Ouder modi<br />
Straffende ouder<br />
Veeleisende ouder
Gezonde volwassene
Voorbeeld items<br />
Kwetsbare kind:<br />
`Ik voel me verloren`<br />
Razende kind:<br />
`Ik heb woede uitbarstingen`<br />
Onthechte beschermer:<br />
`Ik voel me onverschillig`<br />
Gezonde volwassene:<br />
`Ik ben in staat voor mezelf te zorgen`
Psychometrie SMI 1<br />
Factor analyse: 14 factoren<br />
Interne betrbh schalen: goed<br />
Matige-sterke correlaties modi<br />
Lineaire trend: gezond - as 1 – as 2<br />
Goede test-hertest
Psychometrie SMI 1<br />
Factor analyse: 14 factoren<br />
Interne betrbh schalen: goed<br />
Matige-sterke correlaties modi<br />
Lineaire trend: gezond - as 1 – as 2<br />
Goede test-hertest<br />
psychometrie = goed!
SMI 1 vs SMI 2<br />
SMI 2 (Bamelis & Arntz):<br />
- cluster-C, paranoïde, narcistische, theatrale Pst<br />
- nieuw: Afhankelijke kind, Vermijdende beschermer,<br />
Perfectionistische overcontroleerder, Wantrouwende<br />
overcontroleerder, Aandachts/bevestigings-zoeker<br />
SMI 1 beschikbaar<br />
SMI 2 wordt niet vrijgegeven<br />
SMI 3 in ontwikkeling!
<strong>Modi</strong> persoonlijkheids-<br />
stoornissen
GEZONDE<br />
VOLWASSENE<br />
ONTHECHTE<br />
BESCHERMER<br />
STRAFFENDE<br />
OUDER<br />
KWETSBARE KIND<br />
WOEDENDE KIND<br />
RAZENDE KIND<br />
IMPULSIEVE KIND<br />
BORDERLINE
Patiënt versus therapeut<br />
doel = bepalen overeenkomst<br />
deelnemers: 96 ptn, 96 therapeuten<br />
3 groepen ptn: APS, BPS, Cl C<br />
patiënten en hun therapeuten vullen SMI in
Resultaten<br />
APS-patiënten en hun therapeuten oneens<br />
APS-therapeuten meer negatieve modi<br />
dan APS-patiënten<br />
mogelijk ontkennen de APS-patiënten de<br />
sterkte van hun negatieve modi
GEZONDE<br />
VOLWASSENE<br />
WILLOZE<br />
INSCHIKKELIJKE<br />
STRAFFENDE<br />
OUDER<br />
(straft<br />
autonomie)<br />
AFHANKELIJKE<br />
KIND<br />
&<br />
MISBRUIKT/VERLATEN<br />
KIND<br />
AFHANKELIJK
Klinische aanpak modi afhankelijke<br />
Pst.<br />
Pak Straffende Ouder aan:<br />
Benadruk belang ontwikkelen autonomie<br />
Benadruk recht fouten maken<br />
Empatische Confrontatie Willoze Inschikkelijke:<br />
Empathiseer met overlevingsfunctie<br />
Confronteer met nadelen en overbodigheid nu<br />
Trauma verwerking verlaten/misbruikte kind<br />
Push afhankelijke kind:<br />
Ontwikkelen autonomie<br />
Uiten van boosheid, opstandigheid<br />
Limited Reparenting gericht pushen autonomie (angst<br />
en frustratie leren doorstaan)
Stemmingsinducties
Waarom inducties?<br />
Test mode-switch<br />
State-assessment<br />
Ecologische validiteit<br />
Assessment verschillende niveaus mogelijk<br />
Specifieke emoties:<br />
- misbruik<br />
- woede
Misbruik-gerelateerde inductie<br />
neutraal<br />
<strong>Modi</strong><br />
Emoties<br />
Fysiologie<br />
Impliciete cognities<br />
MISBRUIK<br />
positief<br />
<strong>Modi</strong><br />
Emoties<br />
Fysiologie<br />
Impliciete cognities
Methode<br />
N=148<br />
- borderline, antisociaal, cluster C, gezonden<br />
- Ambulant, klinisch, forensisch<br />
Misbruik-gerelateerde emoties: film<br />
Impliciete cognities<br />
- SC-IAT computertaak<br />
- `ik` en `misbruikt`
links rechts
Anne<br />
links rechts
misbruikt<br />
links rechts
geliefd<br />
links rechts
links rechts
Anne<br />
links rechts
geliefd<br />
links rechts
misbruikt<br />
links rechts
Doel ST-IAT<br />
Snelheid vergelijken deel 1 en 2<br />
Als sneller `misbruikt` + `ik`<br />
Impliciet zelfbeeld misbruik-gerelateerd
Resultaten misbruik-gerelateerde<br />
inductie
<strong>Modi</strong>:<br />
*onthechte beschermer<br />
*verlaten/misbruikt kind<br />
*straffende ouder<br />
neutraal misbruik
<strong>Modi</strong><br />
Emoties<br />
Fysiologie<br />
Impliciete Cognitie<br />
neutraal misbruik
Besluit misbruik stimuli<br />
Misbruik stimuli verhogen specifieke modi<br />
Alle ppn vertonen stijging alle niveaus<br />
Borderline ptn reageren sterkst op misbruik<br />
stimuli op alle niveaus
Woede inductie<br />
neutraal<br />
<strong>Modi</strong><br />
Emoties<br />
Fysiologie<br />
Impliciete cognities<br />
WOEDE<br />
positief<br />
<strong>Modi</strong><br />
Emoties<br />
Fysiologie<br />
Impliciete cognities
Methode<br />
N=148<br />
- borderline, antisociaal, cluster C, gezonden<br />
- Ambulant, klinisch, forensisch<br />
Woede-inductie: woede-interview<br />
Impliciete cognitie:<br />
- SC-IAT computertaak<br />
- `ik` en `woede`
kwaad<br />
links rechts
kalm<br />
links rechts
<strong>Modi</strong>:<br />
*woedende kind<br />
*razende kind<br />
*pest-aanval<br />
neutraal woede
Borderline<br />
Cluster C<br />
Niet-patient<br />
neutraal woede
Antisociaal<br />
neutraal woede
Antisociaal<br />
neutraal woede<br />
fysiologie
Antisociaal<br />
neutraal woede<br />
fysiologie
Besluit woede stimuli<br />
Zelfrapportages normaal<br />
Daling fysiologie<br />
Sterkere stijging impliciete cognities<br />
Voorbereidingsfase aanval
Besluit woede stimuli<br />
Zelfrapportages normaal<br />
Daling fysiologie<br />
Sterkere stijging impliciete cognities<br />
Voorbereidingsfase aanval
Besluit woede inducties<br />
Woede verhoogd specifieke woede-modi<br />
Antisocialen rapporteren normale stijging<br />
woede modi na woede inductie<br />
MAAR: impliciet wel sterkere stijging!<br />
zou voorbereidingsfase aanval kunnen<br />
maskeren!
Klinische implicatie inducties<br />
Mode-switch bewijs<br />
Bij meeste groepen komt expliciet en impliciet<br />
overeen<br />
Niet bij antisocialen<br />
- Liegen<br />
- Gebrek inzicht<br />
Vooral antisociaal impliciet beter beeld<br />
complexiteit<br />
Impliciete maten als effectmaten therapie
Take-home message<br />
SFT goede therapie-resultaten BPS,<br />
lopend onderzoek<br />
SMI goede psychometrie<br />
BPS: veel modi<br />
APS: alternatieve assessment nodig<br />
Stemmingsinducties verhogen modi
Vragen?