20.09.2013 Views

Lees de brochure - Assuralia

Lees de brochure - Assuralia

Lees de brochure - Assuralia

SHOW MORE
SHOW LESS

Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!

Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.

HUIS DER VERZEKERING<br />

<strong>de</strong> Meeûsplantsoen, 29<br />

B-1000 Brussel<br />

Tel.: 02/547.56.11<br />

Fax: 02/547.56.01<br />

E-mail: info@bvvo.be<br />

website: www.bvvo.be<br />

BVVO<br />

Texte français sur <strong>de</strong>man<strong>de</strong><br />

cia@upea.be<br />

Uitgegeven door <strong>de</strong> BVVO<br />

Beroepsvereniging <strong>de</strong>r Verzekeringson<strong>de</strong>rnemingen<br />

werkzaam in België<br />

D-2003-0377/8<br />

Grafisch concept en gedrukt in België<br />

door Rectoverso<br />

Beroepsvereniging <strong>de</strong>r Verzekeringson<strong>de</strong>rnemingen<br />

EEUWFEEST VAN DE<br />

ARBEIDSONGEVALLENWET<br />

EN 50 JAAR PREVENTIE<br />

HET BELGISCH MODEL:<br />

EEN VOORBEELD MET EEN EIGEN MEERWAARDE<br />

BVVO<br />

Beroepsvereniging <strong>de</strong>r Verzekeringson<strong>de</strong>rnemingen


ARBEIDSONGEVALLEN<br />

INLEIDING<br />

EEN SPECIFIEKE VERZEKERING<br />

EEN DUBBELE RECHTSVERHOUDING<br />

EEN MODEL DAT STROOKT MET DE EUROPESE GEEST VAN OPENHEID<br />

HET BELGISCH MODEL, EEN VOORBEELD MET EEN EIGEN MEERWAARDE<br />

CONCENTRATIE IN EEN STABIELE MARKT<br />

STRENG TOEZICHT OP DE ARBEIDSONGEVALLENVERZEKERAARS<br />

DE VERZEKERING ARBEIDSONGEVALLEN : EEN TAK IN EVENWICHT DIE<br />

BIJDRAAGT IN DE FINANCIERING VAN DE GLOBALE SOCIALE ZEKERHEID<br />

ALGEMENE VOORSTELLING VAN DE ARBEIDSONGEVALLENVERZEKERING<br />

9.1. Analysegebied<br />

9.2. Incasso 2001-2002<br />

9.3. Terugkeer naar een technische orthodoxie<br />

9.4. Een gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> premievoet van 2,95% voor <strong>de</strong> werkgever<br />

9.5. Een gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> vergoeding van 4.523 euro voor het slachtoffer<br />

EEN ACTIEF PREVENTIEBELEID<br />

10.1. De eigen preventiediensten van <strong>de</strong> verzekeraars<br />

10.2. De collectieve wijze: Prevent<br />

VERZEKERAARS BETROKKEN BIJ DE MODERNISERING<br />

VAN DE SOCIALE ZEKERHEID<br />

11.1. Een nieuwe kijk van <strong>de</strong> verzekeraars op <strong>de</strong> sociale zekerheid<br />

11.2. Het EVA-project, of <strong>de</strong> Elektronische Verbinding Arbeidsongevallen<br />

11.3. Principiële draagwijdte<br />

11.4. Toepassingsgebied<br />

11.5. Praktische uitvoering<br />

1


INLEIDING<br />

De Belgische arbeidsongevallenverzekering is een heel opmerkelijk mo<strong>de</strong>l, want het gaat om een tak van<br />

<strong>de</strong> sociale zekerheid waarvan het beheer sinds 1903 toevertrouwd is aan <strong>de</strong> particuliere verzekeraars.<br />

Zij staan on<strong>de</strong>r het waakzaam toezicht van <strong>de</strong> overheid die borg staat voor zowel <strong>de</strong> vrijwaring van <strong>de</strong><br />

belangen van <strong>de</strong> slachtoffers als voor <strong>de</strong> financiële controle van <strong>de</strong> tak.<br />

Die situatie is vrij zeldzaam in Europa waar <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekering groten<strong>de</strong>els beheerd wordt<br />

door openbare socialezekerheidsinstellingen. Alleen Finland, Denemarken en Portugal hebben een stelsel<br />

dat min of meer vergelijkbaar is met het Belgische mo<strong>de</strong>l. Daarin kunnen <strong>de</strong> verzekeraars ten volle hun<br />

sociale rol spelen, wat hen toelaat hun knowhow ten gunste van hun socialezekerheidsopdracht te benutten<br />

voor het beheer van het massarisico en <strong>de</strong> overeenkomstige vorming van reserves via kapitalisatie.<br />

Zo is het mogelijk om twee werel<strong>de</strong>n met elkaar te verzoenen waar dat op het eerste gezicht onmogelijk<br />

is : het particuliere beheer door <strong>de</strong> verzekeraars dat contractueel en concurrentieel van aard is, en <strong>de</strong><br />

sector van <strong>de</strong> sociale zekerheid die <strong>de</strong> slachtoffers onaantastbare rechten toekent.<br />

Deze synergie biedt voor<strong>de</strong>len voor zowel slachtoffers als werkgevers : doordat er concurrentie speelt,<br />

krijgen <strong>de</strong> werkgevers een a<strong>de</strong>quaat tarief dat overeenstemt met het verzeker<strong>de</strong> risico. De controle vanwege<br />

<strong>de</strong> overheid garan<strong>de</strong>ert enerzijds een voldoen<strong>de</strong> solvabiliteit en an<strong>de</strong>rzijds <strong>de</strong> bescherming van <strong>de</strong><br />

rechten en <strong>de</strong> belangen van <strong>de</strong> slachtoffers, een bescherming die staat on<strong>de</strong>r een specifiek, paritair toezicht.<br />

Bovendien herinneren we eraan dat <strong>de</strong> aan <strong>de</strong> slachtoffers uitgekeer<strong>de</strong> vergoedingen strikt geregeld<br />

zijn in een wet van openbare or<strong>de</strong> (wet van 10 april 1971).<br />

EEN SPECIFIEKE VERZEKERING<br />

In een arrest van 18 mei 2000 heeft het Europees Hof van<br />

Justitie in Luxemburg het statuut van <strong>de</strong> verzekeraars<br />

bevestigd, maar tegelijkertijd gesteld dat <strong>de</strong> tak van <strong>de</strong><br />

arbeidsongevallenverzekering volwaardig <strong>de</strong>el uitmaakt<br />

van <strong>de</strong> sociale zekerheid.<br />

De arbeidsongevallenverzekering is bij het grote publiek vrij onbekend. Nochtans hebben zowat twee miljoen<br />

vierhon<strong>de</strong>rdduizend werknemers er mee te maken. Terwijl <strong>de</strong> begunstig<strong>de</strong>n altijd <strong>de</strong> werknemers<br />

en hun gezinsle<strong>de</strong>n zijn, is <strong>de</strong> exclusieve verzekeringsnemer <strong>de</strong> werkgever. Met die verzekering verzekert<br />

hij zijn personeelsle<strong>de</strong>n tegen ongevallen die zich op <strong>de</strong> werkplaats of op <strong>de</strong> woon-werkweg voordoen.<br />

Deze aparte verzekering on<strong>de</strong>rscheidt zich op drie punten van <strong>de</strong> “klassieke”<br />

verzekeringen:<br />

• het gaat om een verplichte verzekering: alle werkgevers, tenminste in <strong>de</strong> privé-sector, hebben <strong>de</strong><br />

verplichting hun volledig personeel te verzekeren;<br />

• het gaat om een vergoedingsregime dat niet gestoeld is op het zoeken naar een fout (<strong>de</strong> werknemer<br />

zal <strong>de</strong> schuld van zijn werkgever niet moeten bewijzen);<br />

• <strong>de</strong> scha<strong>de</strong>loosstelling gebeurt volgens forfaitaire grondslagen en <strong>de</strong> vergoeding wordt berekend op<br />

een wettelijk begrensd loon (zon<strong>de</strong>r afbreuk te doen aan eventuele bovenwettelijke waarborgen).<br />

EEN DUBBELE RECHTSVERHOUDING<br />

Het stelsel voor <strong>de</strong> vergoeding van arbeidsongevallen stoelt op een dubbele rechtsverhouding waarin <strong>de</strong><br />

filosofie van <strong>de</strong>ze verzekering perfect tot uiting komt :<br />

• <strong>de</strong> relatie “slachtoffer – verzekeraar” past in een vergoedingslogica van <strong>de</strong> sociale zekerheid, die geregeld<br />

wordt in een wet van openbare or<strong>de</strong> (wet van 10 april 1971). Hierin zijn <strong>de</strong> rechten van <strong>de</strong> slachtoffers<br />

nauwkeurig vastgelegd. Het Fonds voor Arbeidsongevallen (FAO) – een socialezekerheidsinstelling die<br />

beheerd wordt door een comité dat paritair samengesteld is uit vertegenwoordigers van <strong>de</strong> werkgevers en<br />

<strong>de</strong> werknemers – oefent een technisch, medisch en sociaal toezicht op <strong>de</strong> tak uit. Het staat aldus borg voor<br />

<strong>de</strong> bescherming van <strong>de</strong> rechten van <strong>de</strong> slachtoffers en voor <strong>de</strong> correcte toepassing van <strong>de</strong> wettelijke bepalingen<br />

van “sociale” aard.<br />

• De relatie “werkgever – verzekeraar” berust op een contractuele verhouding (wet van 25 juni 1992<br />

op <strong>de</strong> landverzekeringsovereenkomst), waarvan het financiële en pru<strong>de</strong>ntiële toezicht uitgeoefend<br />

wordt door <strong>de</strong> Controledienst voor <strong>de</strong> Verzekeringen (CDV). Deze dienst zal op 1 januari 2004 opgenomen<br />

wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> Commissie voor het bank-, financie-<br />

en assurantiewezen.<br />

Dit systeem maakt een gezon<strong>de</strong> concurrentie tussen <strong>de</strong><br />

verzekeraars mogelijk – wat in het voor<strong>de</strong>el speelt van <strong>de</strong><br />

werkgevers – en biedt <strong>de</strong> waarborg dat het recht van het<br />

slachtoffer op een correcte vergoeding strikt wordt nageleefd.<br />

De overheidssector van zijn kant heeft een bijzon<strong>de</strong>r stelsel<br />

dat geregeld wordt door <strong>de</strong> wet van 3 juli 1967. Rekening hou<strong>de</strong>nd met een aantal specifieke kenmerken,<br />

voorziet dit regime in een gelijkaardig vergoedingsstelsel als voor werknemers uit <strong>de</strong> particuliere<br />

sector. De verzekering van <strong>de</strong>ze risico’s is facultatief. Tenslotte kunnen zelfstandigen kiezen voor bijkomen<strong>de</strong><br />

waarborgen die vallen buiten het wettelijk stelsel dat <strong>de</strong> wet van 1971 ingevoerd heeft.<br />

EEN MODEL DAT STROOKT MET DE EUROPESE GEEST VAN OPENHEID<br />

Jarenlang ston<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Belgische Staat en <strong>de</strong> Europese Commissie lijnrecht tegenover elkaar in een<br />

geschil over <strong>de</strong> aard zelf van <strong>de</strong> arbeidsongevallen<strong>de</strong>kking en het statuut van <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeraars.<br />

Het arrest van 18 mei 2000 van het Europees Hof van Justitie in Luxemburg heeft aan die<br />

polemiek een ein<strong>de</strong> gemaakt.<br />

De Belgische regering was van mening dat <strong>de</strong> arbeidsongevallen<strong>de</strong>kking, als een wettelijke tak van <strong>de</strong><br />

sociale zekerheid, uitgesloten was van het toepassingsgebied van <strong>de</strong> Europese richtlijnen. Bijgevolg kon<br />

het arbeidsongevallenstelsel naar eigen goeddunken wor<strong>de</strong>n georganiseerd, met inachtneming evenwel<br />

van bijzon<strong>de</strong>re toezichtsregels. De Belgische overheid had <strong>de</strong> Commissie er ook op gewezen dat het openstellen<br />

van <strong>de</strong>ze tak voor <strong>de</strong> Europese concurrentie <strong>de</strong> sociale bescherming voor <strong>de</strong> slachtoffers en hun<br />

naasten kon bedreigen, wat onverenigbaar was met <strong>de</strong> bij uitstek “sociale” aard van <strong>de</strong> <strong>de</strong>kking.<br />

De Commissie heeft niet betwist dat het arbeidsongevallenstelsel volwaardig <strong>de</strong>el uitmaakt van <strong>de</strong> sociale<br />

zekerheid. Wel heeft ze geoor<strong>de</strong>eld dat België besloten had om het beheer ervan toe te vertrouwen aan<br />

particuliere on<strong>de</strong>rnemingen: vrije keuze van <strong>de</strong> verzekeraar, vrije premie berekend volgens het risico, geen<br />

overheidsinterventie, oprichting van een waarborgfonds dat uitein<strong>de</strong>lijk gestijfd wordt door <strong>de</strong><br />

verzekeraars. België mocht <strong>de</strong>ze tak dan ook niet langer afschermen van <strong>de</strong> Europese markt die <strong>de</strong><br />

2 3


Europese richtlijnen tot stand wil<strong>de</strong>n brengen. Bijgevolg was het zaak <strong>de</strong> richtlijnen na te leven die <strong>de</strong><br />

eenmaking van <strong>de</strong> verzekeringsmarkt beogen, en buitenlandse marktspelers <strong>de</strong> mogelijkheid te bie<strong>de</strong>n<br />

om via <strong>de</strong> vrije dienstverrichting arbeidsongevallen<strong>de</strong>kkingen aan te bie<strong>de</strong>n. Voor het financiële toezicht<br />

blijven ze wel on<strong>de</strong>rworpen aan <strong>de</strong> regels van hun land van vestiging (“home country control”).<br />

Het Hof van Justitie van <strong>de</strong> Europese Gemeenschappen heeft <strong>de</strong> argumenten van <strong>de</strong> Commissie over <strong>de</strong> hele<br />

lijn gevolgd : <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeringen die <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingen aanbie<strong>de</strong>n, vallen on<strong>de</strong>r het toepassingsgebied<br />

van <strong>de</strong> richtlijnen, ook al maken die verzekeringen volwaardig <strong>de</strong>el uit van het stelsel van <strong>de</strong><br />

verplichte sociale zekerheid. Het gaat hier om <strong>de</strong> volle bekrachtiging van het principe van <strong>de</strong> dubbele rechtsverhouding:<br />

<strong>de</strong> relatie “verzekeraar-slachtoffer” die ressorteert on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> sociale zekerheid, en <strong>de</strong> relatie<br />

“verzekeraar-werkgever” die on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> particuliere verzekering valt en on<strong>de</strong>rworpen is aan <strong>de</strong> marktregels.<br />

België heeft uitein<strong>de</strong>lijk haar wetgeving in overeenstemming gebracht met het Europees arrest (wet van<br />

10 augustus 2001). De omzetting van <strong>de</strong> richtlijnen “niet-leven” heeft het mogelijk gemaakt <strong>de</strong> rechten van<br />

<strong>de</strong> slachtoffers te vrijwaren en te versterken, en tegelijkertijd te beantwoor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> vereiste dat <strong>de</strong><br />

markt opengesteld wordt voor spelers uit an<strong>de</strong>re lidstaten. Ook heeft ze geleid tot een dui<strong>de</strong>lijkere en<br />

nauwkeurigere ver<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> bevoegdhe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> controleautoriteiten: het sociale toezicht wordt<br />

uitgeoefend door het FAO, onafhankelijk van <strong>de</strong> nationaliteit van <strong>de</strong> marktspeler; het financiële toezicht is<br />

in han<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> CDV voor <strong>de</strong> verzekeringson<strong>de</strong>rnemingen die in België gevestigd zijn.<br />

HET BELGISCH MODEL, EEN VOORBEELD MET EEN EIGEN MEERWAARDE<br />

Het Belgisch mo<strong>de</strong>l van <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekering biedt talrijke voor<strong>de</strong>len voor zowel werkgevers<br />

als slachtoffers:<br />

• Een meer dan behoorlijke scha<strong>de</strong>loosstelling<br />

De vergoedingen waar <strong>de</strong> slachtoffers op kunnen rekenen, zijn in veel gevallen interessanter dan die<br />

welke wor<strong>de</strong>n uitgekeerd in <strong>de</strong> meeste Europese lan<strong>de</strong>n waar <strong>de</strong> tak in het algemeen beheerd wordt door<br />

<strong>de</strong> Staat. Bovendien biedt het feit dat <strong>de</strong> voorzieningen wor<strong>de</strong>n gevormd via kapitalisatie – en niet via<br />

repartitie zoals in <strong>de</strong> meeste an<strong>de</strong>re takken van <strong>de</strong> sociale zekerheid – <strong>de</strong> slachtoffers en hun rechthebben<strong>de</strong>n<br />

<strong>de</strong> zekerheid dat ze levenslang een vergoeding krijgen.<br />

• De garantie van een juiste tarifering<br />

De tariefgrondslagen in <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekering combineren een a<strong>de</strong>quate segmentering<br />

(risicobeoor<strong>de</strong>ling) met het behoud van een on<strong>de</strong>rlinge risicover<strong>de</strong>ling of een interne compensatie, zodat<br />

verzekering en solidariteit hand in hand gaan. De werkgevers hebben zo <strong>de</strong> zekerheid dat ze een premie<br />

betalen die volgens <strong>de</strong> regels van <strong>de</strong> verzekering correct is. Omdat <strong>de</strong> verzekering door particuliere<br />

verzekeraars beheerd wordt, is een risicobeschrijving en een service op maat mogelijk.<br />

• Een actief preventiebeleid<br />

De verzekeraars hebben op eigen initiatief en vrijwillig grote inspanningen gedaan inzake preventie (naar<br />

schatting meer dan 11,5 miljoen euro in 2001). Ze doen dus meer dan ze volgens <strong>de</strong> wet van 1971 strikt<br />

genomen moeten doen. Volgens die logica dient <strong>de</strong> verzekeringsinstelling noch scha<strong>de</strong> te voorkomen noch<br />

<strong>de</strong> situatie te verbeteren van mensen die hun werk hebben moeten stopzetten. Toch hebben <strong>de</strong> meeste<br />

gemachtig<strong>de</strong> verzekeraars hun eigen preventiediensten op touw gezet, die in samenwerking met <strong>de</strong><br />

verzeker<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingen (preventieadviseurs en diensten voor preventie en bescherming op het werk), in<br />

<strong>de</strong> praktijk tot een doeltreffend preventiebeleid bijdragen.<br />

Naast die interne diensten trekken <strong>de</strong> particuliere<br />

verzekeraars ook nog geld uit voor en zijn betrokken bij het<br />

beheer van Prevent, een multidisciplinaire instelling die<br />

opgericht is door <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeraars en die<br />

actief is op het gebied van <strong>de</strong> preventie van beroepsrisico’s.<br />

Dit zeer actieve beleid – getuige <strong>de</strong> algemene preventiecampagnes<br />

en <strong>de</strong> afzon<strong>de</strong>rlijke acties in bedrijven – is<br />

wellicht niet vreemd aan <strong>de</strong> aanzienlijke daling van het aantal aanvaar<strong>de</strong> ongevallen tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> afgelopen<br />

jaren (meer dan 295.000 in 1990, zowat 226.000 in 2001).<br />

• De responsabilisering van <strong>de</strong> werkgevers inzake ongevallen<br />

De logica van <strong>de</strong> sociale zekerheid vereist dat <strong>de</strong> bijdragen forfaitair wor<strong>de</strong>n vastgelegd, onafhankelijk van<br />

het risico. Daarentegen is in arbeidsongevallen <strong>de</strong> premie die <strong>de</strong> werkgever betaalt, niet alleen afhankelijk<br />

van het risico dat hij wegens <strong>de</strong> aard van zijn activiteit (NACE-co<strong>de</strong>) uitmaakt, maar ook gebon<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong><br />

eigen scha<strong>de</strong>last van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming. Werkgevers die een doeltreffend preventiebeleid voeren, kunnen<br />

dankzij een verbetering van hun veiligheidsniveau een flinke vermin<strong>de</strong>ring van hun arbeidsongevallenpremie<br />

verkrijgen.<br />

Het Europees Agentschap voor Veiligheid en Gezondheid op het Werk erkent overigens dat financiële stimuli<br />

(subsidies, boetes of premiesegmentering) nog altijd <strong>de</strong> aangewezen weg lijken om on<strong>de</strong>rnemingen aan te<br />

zetten tot arbeidsongevallenpreventie.<br />

• Een bre<strong>de</strong> waaier van diensten<br />

Om aan klantenbinding te doen – <strong>de</strong> contracten kunnen in <strong>de</strong> meeste gevallen jaarlijks wor<strong>de</strong>n<br />

opgezegd – hebben <strong>de</strong> verzekeraars, naast <strong>de</strong> tarifering, zich forse inspanningen getroost om <strong>de</strong><br />

kwaliteit van hun dienstverlening te verbeteren. Sommige hebben bijkomen<strong>de</strong> “bijstandsdiensten”<br />

ontwikkeld die in <strong>de</strong> richting gaan van een globale <strong>de</strong>kking, zoals hulp bij administratieve formaliteiten,<br />

<strong>de</strong> inschakeling van callcenters die <strong>de</strong> klok rond bereikbaar zijn, of het ter beschikking stellen van<br />

een uitzendkracht om het slachtoffer te vervangen zolang hij arbeidsongeschikt is, …<br />

• Mogelijkheid van aanvullen<strong>de</strong> <strong>de</strong>kkingen<br />

Naast <strong>de</strong> wettelijk verplichte <strong>de</strong>kking bie<strong>de</strong>n sommige verzekeraars aanvullen<strong>de</strong> <strong>de</strong>kkingen aan, zoals <strong>de</strong><br />

“aanvulling–wet” waarbij het slachtoffer meer krijgt dan het wettelijke plafond, of <strong>de</strong> <strong>de</strong>kking uitgebreid<br />

wordt tot privé-ongevallen, … Hier vullen <strong>de</strong> verzekeraars <strong>de</strong> algemene sociale zekerheid uitstekend aan.<br />

4 5


CONCENTRATIE IN EEN STABIELE MARKT<br />

Op het moment van het in voege tre<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 had<strong>de</strong>n<br />

84 verzekeraars <strong>de</strong> machtiging om <strong>de</strong> werkgevers een arbeidsongevallenverzekering aan te bie<strong>de</strong>n. Als<br />

gevolg van <strong>de</strong> vele fusies en opslorpingen die er sindsdien plaatsvon<strong>de</strong>n, is dit aantal aanzienlijk<br />

vermin<strong>de</strong>rd. In 2002 zijn er nog maar 17 verzekeraars die een machtiging van <strong>de</strong> CDV hebben. Sinds 1998<br />

hebben er belangrijke herstructureringen plaatsgevon<strong>de</strong>n, meer bepaald in <strong>de</strong> groepen Axa-Royale<br />

Belge, KBC, Mercator & Noordstar en Winterthur. Het resultaat van <strong>de</strong>ze bewegingen is een concentratie<br />

van <strong>de</strong> arbeidsongevallenmarkt, die nu in han<strong>de</strong>n is van een beperkt aantal verzekeraars.<br />

Tegelijkertijd blijft het incasso sinds 1994 rond 875 miljoen euro schommelen. De arbeidsongevallenmarkt<br />

is verzadigd omwille van <strong>de</strong> begrens<strong>de</strong> loonsom van <strong>de</strong> werknemers in <strong>de</strong> privé-sector. In die loonsom<br />

zijn <strong>de</strong> stijging van het loonplafond en <strong>de</strong> toename van het aantal werknemers <strong>de</strong> enige elementen<br />

die voor groei kunnen zorgen. Deze markt groeit evenwel bijna niet aangezien enerzijds een aanhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong>,<br />

lage inflatiegraad het eraan gekoppel<strong>de</strong> loonplafond nauwelijks doet evolueren, en an<strong>de</strong>rzijds het<br />

tewerkstellingsniveau in België praktisch constant blijft. Ook een har<strong>de</strong> concurrentie tussen <strong>de</strong> verzekeraars<br />

remt een stijging van het incasso af.<br />

STRENG TOEZICHT OP DE ARBEIDSONGEVALLENVERZEKERAARS<br />

De omzetting in onze wetgeving door <strong>de</strong> wet van 10 augustus 2001 van het arrest van het Europees Hof<br />

van Justitie heeft aldus dui<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> theorie van <strong>de</strong> dubbele rechtsverhouding bevestigd (zie hierboven),<br />

en het sociale toezicht op <strong>de</strong> tak toevertrouwd aan het FAO dat over <strong>de</strong> bescherming van <strong>de</strong> slachtoffers<br />

waakt, en het financiële toezicht op <strong>de</strong> verzekeringson<strong>de</strong>rnemingen aan <strong>de</strong> CDV als waakhond van <strong>de</strong> solvabiliteit<br />

in <strong>de</strong> sector. De wetgever heeft een dui<strong>de</strong>lijke en nauwkeurige bevoegdheidsver<strong>de</strong>ling tussen <strong>de</strong><br />

controleautoriteiten vastgelegd, die in overeenstemming is met <strong>de</strong> Europese bepalingen en <strong>de</strong> vrijmaking<br />

van <strong>de</strong> verzekeringsmarkt.<br />

• Het Fonds voor Arbeidsongevallen (FAO)<br />

Het FAO oefent een technisch, medisch en sociaal toezicht op <strong>de</strong> tak uit en moet toezien op <strong>de</strong> toepassing<br />

van <strong>de</strong> wet op <strong>de</strong> arbeidsongevallen.<br />

Deze socialezekerheidsinstelling, waar bijna 300 mensen werken, is een overheidsinstelling die on<strong>de</strong>r<br />

toezicht staat van <strong>de</strong> minister van Sociale Zaken en die beheerd wordt door een beheerscomité dat<br />

paritair is samengesteld uit vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers. Het staat borg voor <strong>de</strong><br />

bescherming van <strong>de</strong> rechten van <strong>de</strong> slachtoffers en voor <strong>de</strong> correcte toepassing van <strong>de</strong> wettelijke bepalingen<br />

van sociale aard. In dat opzicht is één van <strong>de</strong> belangrijkste taken van het Fonds ongetwijfeld <strong>de</strong><br />

bekrachtigingsprocedure waarmee het Fonds het akkoord tussen <strong>de</strong> partijen over <strong>de</strong> arbeidsongevalvergoeding<br />

goedkeurt. Geen enkel akkoord tussen verzekeraar en slachtoffer kan immers zon<strong>de</strong>r<br />

voorafgaand akkoord van het FAO wor<strong>de</strong>n uitgevoerd. Deze procedure dient om <strong>de</strong> slachtoffers een correcte<br />

vergoeding te waarborgen. Zo heeft het Fonds in 2001 6.823 akkoor<strong>de</strong>n bekrachtigd, waarvan<br />

slechts een miniem aantal (196, ofwel 2,87%) aangevochten is.<br />

Met het oog op het waarborgen van <strong>de</strong> rechten van <strong>de</strong> slachtoffers ingeval <strong>de</strong> verzekeringsovereenkomst<br />

gesloten wordt via <strong>de</strong> vrije dienstverrichting met een marktspeler uit een an<strong>de</strong>re lidstaat, heeft <strong>de</strong> wetgever<br />

zich beroepen op <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> richtlijn “niet-leven” (art. 55) om alle bepalingen “van sociale aard” op<br />

te leggen aan alle verzekeraars, zowel Belgische als Europese. Het betreft hier alle bepalingen die <strong>de</strong><br />

relaties regelen tussen <strong>de</strong> verzekeraar en het slachtoffer: eenvormige scha<strong>de</strong>vergoeding, gebruik van<br />

een officiële landstaal, organisatie van het medisch toezicht, vergoedingstermijn,… Ook gaat het hier om<br />

<strong>de</strong> administratieve verplichtingen die voor <strong>de</strong> Belgische arbeidsongevallenverzekeraars gel<strong>de</strong>n, zoals <strong>de</strong><br />

bepalingen in verband met <strong>de</strong> wet op <strong>de</strong> kruispuntbank van <strong>de</strong> sociale zekerheid, <strong>de</strong> wet op het handvest<br />

van <strong>de</strong> sociaal verzeker<strong>de</strong>, alsook <strong>de</strong> regels voor <strong>de</strong> overdracht van <strong>de</strong> kapitalen van <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeraars<br />

ten behoeve van het globale beheer van <strong>de</strong> sociale zekerheid.<br />

De wetgever heeft <strong>de</strong>ze omvangrijke bescherming van <strong>de</strong> slachtoffers nog aangevuld met twee<br />

bijkomen<strong>de</strong> waarborgen:<br />

• enerzijds <strong>de</strong> verplichting om een bankgarantie ten gunste van het FAO neer te leggen, zodat <strong>de</strong> betaling<br />

van <strong>de</strong> sociale prestaties aan <strong>de</strong> slachtoffers op elk ogenblik gewaarborgd is. Het Beheerscomité van<br />

het FAO kan bovendien een bijkomen<strong>de</strong> waarborg eisen indien het FAO belangrijke tekortkomingen<br />

vanwege <strong>de</strong> verzekeraar vaststelt;<br />

• an<strong>de</strong>rzijds moeten <strong>de</strong> buitenlandse verzekeraars die vanuit een an<strong>de</strong>re lidstaat opereren, een vaste<br />

vertegenwoordiger in België aanwijzen, zodat <strong>de</strong> inspecteurs en <strong>de</strong> sociale controleurs van het FAO <strong>de</strong><br />

scha<strong>de</strong>dossiers kunnen controleren. Die persoon moet <strong>de</strong> verzekeringson<strong>de</strong>rneming kunnen vertegenwoordigen<br />

voor <strong>de</strong> Belgische rechtbanken en autoriteiten.<br />

• De Controledienst voor <strong>de</strong> Verzekeringen (CDV)<br />

De CDV oefent voortaan het financiële en pru<strong>de</strong>ntiële toezicht op <strong>de</strong> Belgische arbeidsongevallenverzekeraars<br />

uit, alsook op <strong>de</strong> verzekeringson<strong>de</strong>rnemingen uit an<strong>de</strong>re lan<strong>de</strong>n waarvan <strong>de</strong> maatschappelijke<br />

zetel gevestigd is buiten <strong>de</strong> Europese Economische Ruimte. Een verzekeraar die vanuit een an<strong>de</strong>re lidstaat<br />

via <strong>de</strong> vrije dienstverlening (VDV) zijn activiteiten uitoefent, zou overeenkomstig het beginsel van <strong>de</strong><br />

“home country control” on<strong>de</strong>rworpen zijn aan het financiële toezicht door <strong>de</strong> autoriteiten in zijn land van<br />

herkomst. De CDV controleert aldus <strong>de</strong> solvabiliteit en <strong>de</strong> rendabiliteit van <strong>de</strong> verzekeraars. Het ziet toe<br />

6 7


op <strong>de</strong> vorming van <strong>de</strong> technische voorzieningen en <strong>de</strong> <strong>de</strong>kkingsactiva voor die voorzieningen, die <strong>de</strong><br />

verplichtingen van <strong>de</strong> verzekeraars jegens <strong>de</strong> sociaal verzeker<strong>de</strong>n moeten waarborgen. In 2002 waren die technische<br />

reserves goed voor 5,9 miljard euro, d.i. 6,6 maal zoveel als het jaarlijkse premie-inkomen van <strong>de</strong> tak.<br />

De overdracht van het volledige financiële toezicht naar <strong>de</strong> CDV (voordien ge<strong>de</strong>eltelijk uitgeoefend door<br />

het Ministerie van Sociale Zaken) heeft voor <strong>de</strong> verzekeraars <strong>de</strong> verplichting meegebracht om aanvullen<strong>de</strong><br />

voorzieningen te vormen, tenein<strong>de</strong> rekening te hou<strong>de</strong>n met een daling van <strong>de</strong> rentevoet (maximum<br />

3,75% zoals in <strong>de</strong> tak Leven) en met <strong>de</strong> overdracht van het inflatierisico uitsluitend naar <strong>de</strong> verzekeraars<br />

(voordien ge<strong>de</strong>eltelijk gedragen door <strong>de</strong> werkgevers).<br />

Die bevoegdheidsoverdracht was ook <strong>de</strong> re<strong>de</strong>n voor het sluiten van een protocol tussen <strong>de</strong> CDV en het<br />

FAO om tussen bei<strong>de</strong> instellingen een gegevensuitwisseling te organiseren en <strong>de</strong> respectieve bevoegdhe<strong>de</strong>n<br />

van hun toezicht dui<strong>de</strong>lijk af te bakenen.<br />

DE VERZEKERING ARBEIDSONGEVALLEN : EEN TAK IN EVENWICHT DIE<br />

BIJDRAAGT IN DE FINANCIERING VAN DE GLOBALE SOCIALE ZEKERHEID<br />

De tak Arbeidsongevallen draagt op twee manieren bij in <strong>de</strong> financiering van <strong>de</strong> globale sociale zekerheid :<br />

enerzijds door <strong>de</strong> bijdrage van <strong>de</strong> verzekeraars die via het FAO wordt doorgestort, en an<strong>de</strong>rzijds via <strong>de</strong><br />

socialezekerheidsbijdrage die <strong>de</strong> werkgevers aan het FAO betalen.<br />

De directe bijdrage van <strong>de</strong> verzekeraars wordt door het FAO geraamd op 206 miljoen euro in 2002, wat<br />

meer dan 23% uitmaakt van het jaarlijkse incasso. Het betreft diverse vormen van overdrachten die elk<br />

een verschillen<strong>de</strong> wettelijke basis hebben en die overeenstemmen met <strong>de</strong> diverse taakuitbreidingen die<br />

aan het FAO in <strong>de</strong> loop <strong>de</strong>r jaren wer<strong>de</strong>n toevertrouwd.<br />

Naast een hele reeks kleine posten zijn <strong>de</strong> 5 belangrijkste bijdragen in 2002:<br />

• een bijdrage van 4% ten laste van <strong>de</strong> gemachtig<strong>de</strong> verzekeraars op <strong>de</strong> door hen gevestig<strong>de</strong> <strong>de</strong>finitieve<br />

wiskundige reserves voor <strong>de</strong> ongevallen van vóór 1 januari 1988 (33,6 miljoen euro). Deze bijdrage dient voor<br />

<strong>de</strong> in<strong>de</strong>xering van <strong>de</strong>ze renten, maar aangezien <strong>de</strong> inflatiegraad al enkele jaren on<strong>de</strong>r 2% ligt, is een<br />

bijdrage van 4% overdreven;<br />

• <strong>de</strong> overdracht van kapitalen die overeenstemmen met <strong>de</strong> rente voor <strong>de</strong> bloedverwanten in opgaan<strong>de</strong><br />

lijn wanneer het slachtoffer niet als <strong>de</strong> belangrijkste kostwinner erkend is (7,8 miljoen euro);<br />

• <strong>de</strong> overdracht van rentekapitalen die overeenstemmen met het ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> rente dat niet met<br />

een pensioen mag samengevoegd wor<strong>de</strong>n (29,6 miljoen euro). Tot voor kort was het zo dat <strong>de</strong><br />

verzekeraars het ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> uit te keren rente dat niet met een pensioen cumuleerbaar was, aan<br />

het FAO doorstortten. Voortaan dragen zij het overeenstemmend rentekapitaal ineens aan het FAO over;<br />

• <strong>de</strong> overdracht van rentekapitalen voor <strong>de</strong> ongevallen van na 1 januari 1988 en vergoed vanaf<br />

1 januari 1994 met een blijven<strong>de</strong> arbeidsongeschiktheidsgraad van min<strong>de</strong>r dan 10% (63,6 miljoen<br />

euro). Oorspronkelijk keer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> verzekeraars het rentekapitaal rechtstreeks aan <strong>de</strong> getroffene uit; nu<br />

storten zij dit door aan het FAO, dat <strong>de</strong> getroffene zelf vergoedt in <strong>de</strong> vorm van een rente;<br />

• <strong>de</strong> overdracht van rentekapitalen voor ongevallen vergoed vanaf 1 januari 1997 met een blijven<strong>de</strong><br />

arbeidsongeschiktheidsgraad tussen 10% en 16% (65,8 miljoen euro). Tot eind 1996 keer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> verzekeraars<br />

een geïn<strong>de</strong>xeer<strong>de</strong> rente aan <strong>de</strong> getroffene uit; nu storten zij het geïn<strong>de</strong>xeerd rentekapitaal<br />

door aan het FAO, dat <strong>de</strong> getroffene zelf vergoedt in <strong>de</strong> vorm van een constante rente. Afhankelijk van<br />

zijn/haar leeftijd betekent dit dat hij/zij nu twee tot drie keer min<strong>de</strong>r ontvangt;<br />

Er zij bovendien op gewezen dat <strong>de</strong> socialezekerheidsbijdrage van 0,30% van <strong>de</strong> niet begrens<strong>de</strong> loonsom die<br />

<strong>de</strong> werkgevers moeten betalen, sinds 1996 opgenomen is in <strong>de</strong> globale bijdrage van 24,87%. Die bijdrage, die<br />

vooral dient om <strong>de</strong> uitbetaling van geïn<strong>de</strong>xeer<strong>de</strong> renten door<br />

het Fonds voor Arbeidsongevallen te financieren, werd niet<br />

herzien, terwijl <strong>de</strong> in<strong>de</strong>xering van <strong>de</strong> renten door het koninklijk<br />

besluit nr. 530 van 31 maart 1987 werd toegekend aan <strong>de</strong><br />

particuliere verzekeraars. Die bijdrage brengt <strong>de</strong> sociale<br />

zekerheid jaarlijks 180 miljoen euro op.<br />

ALGEMENE VOORSTELLING VAN DE ARBEIDSONGEVALLENVERZEKERING<br />

9.1. Analysegebied<br />

De controleautoriteiten verplichten alle verzekeraars ertoe een jaarlijks verslag uit te brengen dat<br />

on<strong>de</strong>r meer toelaat uit te maken of <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> solvabiliteitsmarge van <strong>de</strong> verzekeraar groot genoeg<br />

is om zijn toekomstige verbintenissen na te komen.<br />

Het verslag van het afzon<strong>de</strong>rlijk beheer arbeidsongevallen dat jaarlijks voor het FAO moet opgemaakt<br />

wor<strong>de</strong>n, heeft betrekking op <strong>de</strong> verzekeringsactiviteiten in het ka<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> arbeidsongevallenwet van<br />

10 april 1971, die elke werkgever verplicht een arbeidsongevallenverzekering te sluiten ten behoeve<br />

van zijn werknemers. Deze wet is niet van toepassing op <strong>de</strong> overheidssector: zoals hoger reeds<br />

vermeld, geldt voor ambtenaren een afzon<strong>de</strong>rlijke maar gelijkaardige wettelijke regeling die vastgelegd<br />

is in <strong>de</strong> wet van 3 juli 1967.<br />

Het verslag splitst <strong>de</strong> gegevens van boekhoudkundige aard uit <strong>de</strong> verplichte rapportering van <strong>de</strong><br />

verzekeringsactiviteiten met betrekking tot <strong>de</strong> wet van 10 april 1971 in technisch-financiële parameters<br />

op. Zo wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r meer <strong>de</strong> contracten naar werknemerscategorie en <strong>de</strong> ge<strong>de</strong>kte risico's<br />

naar risicotype opge<strong>de</strong>eld. Naast <strong>de</strong> dienstbo<strong>de</strong>n (al dan niet on<strong>de</strong>rworpen aan <strong>de</strong> RSZ) en <strong>de</strong><br />

zogenaam<strong>de</strong> uitbreidingen van <strong>de</strong> wet van 10 april 1971 (essentieel occasionele werknemers en<br />

stu<strong>de</strong>nten), <strong>de</strong>kt <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekering voor werknemers traditioneel drie soorten risico’s:<br />

het beroepsrisico arbei<strong>de</strong>rs, het beroepsrisico bedien<strong>de</strong>n en het woon-werkwegrisico.<br />

De enquêteresultaten van <strong>de</strong>ze drie risico's wor<strong>de</strong>n in dit rapport geanalyseerd. Deze resultaten<br />

hebben betrekking op 100% van <strong>de</strong> markt.<br />

9.2. Incasso 2001-2002<br />

Het totaalincasso voor 2002 bedraagt meer dan 892 miljoen euro (890 miljoen euro voor 2001). Het<br />

leeuwen<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> premies dient voor <strong>de</strong> <strong>de</strong>kking van <strong>de</strong> drie traditionele risico’s, namelijk het beroepsrisico<br />

voor arbei<strong>de</strong>rs enerzijds en bedien<strong>de</strong>n<br />

an<strong>de</strong>rzijds, en het risico “werkweg”. Aangezien Verdien<strong>de</strong> premies 2001 (in miljoenen euro)<br />

<strong>de</strong> opsplitsing van <strong>de</strong> gegevens pas een jaar Beroepsrisico “arbei<strong>de</strong>rs” 511,4<br />

later bekend is, wor<strong>de</strong>n hier <strong>de</strong> ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong><br />

cijfers voor 2001 vermeld.<br />

Beroepsrisico “bedien<strong>de</strong>n”<br />

Werkwegrisico (arbei<strong>de</strong>rs + bedien<strong>de</strong>n)<br />

100,4<br />

238,9<br />

8 9


Uit een meer ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong> analyse van <strong>de</strong> ontwikkeling tussen 2001 en 2002 van het incasso van <strong>de</strong> 15<br />

verzekeringsgroepen blijkt het volgen<strong>de</strong>:<br />

• <strong>de</strong> grootste verzekeraar, AXA Belgium, heeft bijna twee keer zoveel marktaan<strong>de</strong>el als <strong>de</strong> twee<strong>de</strong>,<br />

Fortis AG;<br />

• <strong>de</strong> eerste drie verzekeraars zijn goed voor <strong>de</strong> helft van het incasso;<br />

• <strong>de</strong> tien grootste verzekeraars palmen 90 % van <strong>de</strong> markt in.<br />

Ontwikkeling van het globaal incasso 2001-2002 (in duizen<strong>de</strong>n euro)<br />

Opslorping van an<strong>de</strong>re verzekeraars is één manier om marktaan<strong>de</strong>el te verwerven; een an<strong>de</strong>re is<br />

contracten van <strong>de</strong> concurrentie afsnoepen. Dit is niet evi<strong>de</strong>nt in een verzadig<strong>de</strong> markt en meer dan<br />

enkele tien<strong>de</strong>n van een procentpunt verschuift er niet van <strong>de</strong> ene verzekeraar naar <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re.<br />

9.3. Terugkeer naar een technische orthodoxie<br />

Een maatstaf voor <strong>de</strong> kwaliteit van<br />

<strong>de</strong> tarifering is <strong>de</strong> verhouding<br />

scha<strong>de</strong> op premie. Sinds 1996<br />

vertoont die ratio een stijgen<strong>de</strong><br />

trend, met globaal 106% voor<br />

2002. Deze trend houdt wellicht<br />

nog enkele jaren aan.<br />

Premie Marktaan<strong>de</strong>el Premie Marktaan<strong>de</strong>el<br />

2001 (in %) 2001 2002 (in %) 2002<br />

Axa Belgium 244.200 27,4 235.724 26,4<br />

Fortis AG 122.339 13,7 130.789 14,7<br />

Winterthur (+ CGU) 91.063 10,2 84.785 9,5<br />

Assubel 81.938 9,2 84.158 9,4<br />

KBC (+ Fi<strong>de</strong>a) 64.034 7,2 63.647 7,1<br />

Fe<strong>de</strong>rale Verzekeringen 60.886 6,8 59.826 6,7<br />

APRA 38.533 4,3 42.226 4,7<br />

Zurich 38.135 4,3 36.609 4,1<br />

Mercator 37.609 4,2 33.035 3,7<br />

OMOB (+ Mauretus) 33.101 3,7 37.169 4,2<br />

ING 30.114 3,4 31.570 3,5<br />

Securex 17.332 1,9 19.127 2,1<br />

P & V 14.698 1,7 15.533 1,7<br />

Generali Belgium 10.142 1,1 9.961 1,1<br />

DVV 6.575 0,7 7.876 0,9<br />

TOTAAL 890.699 100 892.035 100<br />

■ scha<strong>de</strong>/premie<br />

Tegenover 947 miljoen euro aan vergoedingen die <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeraars provisioneer<strong>de</strong>n of aan<br />

<strong>de</strong> slachtoffers of <strong>de</strong> rechthebben<strong>de</strong>n uitkeer<strong>de</strong>n, hebben zij in 2002 voor slechts 892 miljoen euro premies<br />

ontvangen. De gevraag<strong>de</strong> premie is dus onvoldoen<strong>de</strong> om <strong>de</strong> financiële gevolgen van <strong>de</strong> opgetre<strong>de</strong>n arbeidsongevallen<br />

op te vangen. Hierbij wordt dan nog geen rekening gehou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> exploitatiekosten van <strong>de</strong><br />

verzekeraar (gemid<strong>de</strong>ld 19% van <strong>de</strong> premie), inclusief <strong>de</strong> commissielonen voor <strong>de</strong> tussenpersonen (6,5% van<br />

<strong>de</strong> premie).<br />

Zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> extra financiële opbrengsten die het beheer van <strong>de</strong> gevorm<strong>de</strong> provisies van alle voorgaan<strong>de</strong> jaren<br />

genereert, zou het saldo negatief geweest zijn. De jongste jaren neigt dit positieve saldo naar nul en in 2002<br />

wordt het juist negatief. Dit jaar bedraagt het financieel ren<strong>de</strong>ment van <strong>de</strong> voorzieningen nog slechts 4,17%,<br />

een heel stuk min<strong>de</strong>r dus dan <strong>de</strong> contractuele rentevoet van 4,75% (verlaagd tot 3,75% vanaf 2003) waartegen<br />

<strong>de</strong> voorzieningen gekapitaliseerd wor<strong>de</strong>n. Dat betekent dat <strong>de</strong> verzekeraars hun eigen vermogen aanspreken<br />

om hun toekomstige verplichtingen te kunnen nakomen. Aangezien <strong>de</strong> grootte van <strong>de</strong>ze opbrengsten<br />

van externe factoren afhangt, moet <strong>de</strong> verzekeraar in <strong>de</strong> eerste plaats trachten zijn technisch beheer in evenwicht<br />

te hou<strong>de</strong>n.<br />

Scha<strong>de</strong> / Premie 2001 arbeidsongevallen (in %)<br />

Beroepsrisico “arbei<strong>de</strong>rs” 123,6<br />

Beroepsrisico “bedien<strong>de</strong>n”<br />

Werkwegrisico<br />

99,7<br />

(arbei<strong>de</strong>rs + bedien<strong>de</strong>n) 79,0<br />

GEMIDDELDE (alle risico’s samen) 108,3<br />

De enige manier waarop <strong>de</strong> verzekeraar het evenwicht kan herstellen, is terugkeren naar een technische<br />

orthodoxie. Hoewel <strong>de</strong> verzekeraars sinds <strong>de</strong> aanpassing van <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekering aan <strong>de</strong><br />

Europese richtlijnen niet meer verplicht zijn om hun tarieven op te stellen volgens een structuur die het<br />

Ministerie van Sociale Zaken oplegt, volgen ze ze nog altijd om praktische re<strong>de</strong>nen. Die structuur <strong>de</strong>elt alle<br />

te verzekeren risico’s in klassen en groepen in. Die verzamelingen maken het mogelijk om relevante statistieken<br />

uit te werken, waarbij een toereiken<strong>de</strong> risicospreiding of interne compensatie gevrijwaard blijft.<br />

De aanvaarding van die tariefstructuur heeft meegebracht dat elke verzekeraar voor het vaststellen van<br />

zijn eigen commercieel tarief is uitgegaan van <strong>de</strong> door <strong>de</strong> BVVO bereken<strong>de</strong> tariefreferentie, die <strong>de</strong> risicopremie<br />

of technische kostprijs van <strong>de</strong> verzekering aangeeft. Die tarieven steunen op gegevens die<br />

representatief zijn voor bijna 90% van <strong>de</strong> markt en hebben betrekking op <strong>de</strong> jaren 1992 tot 1996. De jaarlijkse<br />

actualisering van <strong>de</strong>ze studie heeft <strong>de</strong> stabiliteit van <strong>de</strong> BVVO-tariefreferentie bevestigd.<br />

Voor het beroepsrisico “arbei<strong>de</strong>rs” is <strong>de</strong> premie in <strong>de</strong> eerste plaats afhankelijk van <strong>de</strong> aard van <strong>de</strong><br />

activiteit van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming. Zo wer<strong>de</strong>n iets meer dan duizend verschillen<strong>de</strong> activiteiten on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld<br />

in een hiërarchische structuur met meer<strong>de</strong>re niveaus, bestaan<strong>de</strong> uit 307 groepen, op hun beurt samengevoegd<br />

in 30 afzon<strong>de</strong>rlijke klassen. Voor het vaststellen van <strong>de</strong> commerciële premie zal <strong>de</strong> verzekeraar<br />

niet alleen rekening hou<strong>de</strong>n met zijn beheers- en distributiekosten, maar ook met een zogeheten credibiliteitsformule<br />

die <strong>de</strong> scha<strong>de</strong>last van <strong>de</strong> te verzekeren on<strong>de</strong>rneming in aanmerking neemt.<br />

Ook voor het beroepsrisico “bedien<strong>de</strong>n” is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> uitsplitsingstechniek toegepast, wat geleid heeft tot<br />

een on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>ling in 9 klassen.<br />

10 11


Tot in 1998 bestond er voor het woon-werkwegrisico slechts één tarief voor arbei<strong>de</strong>rs en bedien<strong>de</strong>n. Uit<br />

een grondige analyse van <strong>de</strong> gegevens is echter gebleken dat het risico voor <strong>de</strong> arbei<strong>de</strong>rs erg verschilt<br />

van dit van <strong>de</strong> bedien<strong>de</strong>n. De nieuwe aanpak splitst dat risico dan ook in twee afzon<strong>de</strong>rlijke categorieën.<br />

Als gevolg van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerping van <strong>de</strong> “arbeidsongevallenverzekeringen-wet van 1971” aan <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />

verzekeringsrichtlijn “niet-leven”, wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> verzekeraars sinds 2000 geconfronteerd met een aantal<br />

externe factoren waarop zij geen invloed hebben en die hun technische lasten bij eenzelf<strong>de</strong> scha<strong>de</strong>last<br />

aanzienlijk verzwaren.<br />

Daar zijn vijf cumulatieve verklaringen voor:<br />

De samenloop van die factoren heeft <strong>de</strong> meeste on<strong>de</strong>r<br />

hen ertoe aangezet bij <strong>de</strong> Prijzencommissie een tariefhausse<br />

aan te vragen. Gemid<strong>de</strong>ld hebben ze een lineaire<br />

en uniforme verhoging verkregen van 7% voor het<br />

volledige arbeidsongevallentarief.<br />

• Toepassing van het pru<strong>de</strong>ntieel toezicht op <strong>de</strong> tak Arbeidsongevallen in het ka<strong>de</strong>r van <strong>de</strong><br />

omzetting van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> richtlijn niet-leven<br />

Het zogeheten “economisch” koninklijk besluit van 16 januari 2002 dat <strong>de</strong> overgang van het financiële<br />

toezicht van <strong>de</strong> arbeidsongevallentak naar <strong>de</strong> CDV regelt, legt <strong>de</strong> verzekeraars extra kosten op:<br />

Wijziging van <strong>de</strong> technische referentierentevoet<br />

De CDV heeft <strong>de</strong> tak arbeidsongevallen een parallellisme met <strong>de</strong> tak Leven opgelegd, waardoor <strong>de</strong><br />

arbeidsongevallenverzekeraars vanaf 2003 een nieuwe maximale technische rentevoet van 3,75% (in<br />

plaats van 4,75%) moeten invoeren. Het is <strong>de</strong> rentevoet waartegen <strong>de</strong> verzekeraars hun toekomstige<br />

verplichtingen kapitaliseren.<br />

Vorming van een aanvullen<strong>de</strong> voorziening<br />

Sinds 2002 eist <strong>de</strong> CDV <strong>de</strong> vorming van een aanvullen<strong>de</strong> voorziening die gefinancierd wordt volgens een<br />

knipperlichtenprocedure – geïnspireerd op <strong>de</strong> techniek die in Leven wordt gebruikt – om niet alleen rekening<br />

te hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> vermin<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> rentevoeten voor <strong>de</strong> reeds gevorm<strong>de</strong> voorzieningen, maar<br />

ook met <strong>de</strong> toegenomen levensverwachting van <strong>de</strong> rentebegunstig<strong>de</strong>n. Dit laatste aspect is specifiek voor<br />

<strong>de</strong> arbeidsongevallenverrichtingen. De verzekeraars nemen <strong>de</strong> samenstelling van <strong>de</strong> aanvullen<strong>de</strong><br />

voorziening voor <strong>de</strong> scha<strong>de</strong>gevallen uit het verle<strong>de</strong>n op zich.<br />

Vorming van een in<strong>de</strong>xeringsvoorziening<br />

Dat koninklijk besluit verplicht <strong>de</strong> verzekeraars ertoe om vanaf 2002 het niveau van <strong>de</strong> in<strong>de</strong>xeringsvoorziening<br />

van 6,5% te verhogen tot minstens 12,5% van het ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> scha<strong>de</strong>voorziening dat<br />

betrekking heeft op <strong>de</strong> geïn<strong>de</strong>xeer<strong>de</strong> renten. Dit wordt gerechtvaardigd door het feit dat <strong>de</strong> verzekeraars<br />

vroeger <strong>de</strong> mogelijkheid had<strong>de</strong>n om, bij een ontsporen<strong>de</strong> inflatie en bij negatieve reële rentevoeten, <strong>de</strong><br />

daaruit voortvloeien<strong>de</strong> last door <strong>de</strong> werkgevers te laten dragen. Die mogelijkheid werd afgeschaft in het<br />

ka<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> omzetting van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> richtlijn.<br />

• Weigering vanwege <strong>de</strong> overheid om <strong>de</strong> bijdrage op <strong>de</strong> wiskundige reserves te herzien voor<br />

<strong>de</strong> ongevallen van vóór 1 januari 1988<br />

In tegenstelling tot het akkoord tussen werkgevers, vakbon<strong>de</strong>n en overheid heeft <strong>de</strong> regering <strong>de</strong><br />

afschaffing van die bijdrage om zuiver budgettaire re<strong>de</strong>nen niet bekrachtigd. Voor 2002 betekent die<br />

bijdrage een overdracht van bijna 34 miljoen euro naar het FAO – sociale zekerheid globaal beheer.<br />

Het bedrag van die bijdrage zou niettemin neerwaarts herzien moeten wor<strong>de</strong>n vanaf 2003. De werkgevers<br />

blijven ijveren voor <strong>de</strong> afschaffing op termijn van <strong>de</strong> bijdrage.<br />

• Verhoging van <strong>de</strong> herverzekeringspremies na <strong>de</strong> terreuraanslagen van 11 september 2001<br />

Vanaf 2002 hebben <strong>de</strong> herverzekeraars hun herverzekeringstarieven fors verhoogd als gevolg van<br />

<strong>de</strong> spectaculaire verstrenging van <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> herverzekeringsmarkt en <strong>de</strong> capaciteitsproblemen<br />

die ontstaan zijn na <strong>de</strong> aanslagen van 11 september.<br />

• Ongunstige financiële markten<br />

Aangezien <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeraars voorzieningen beheren die meer dan zes keer groter zijn<br />

dan het incasso van <strong>de</strong> tak, zijn <strong>de</strong> financiële inkomsten een belangrijke bron van inkomsten. De ongunstige<br />

ontwikkeling van die inkomsten weegt dan ook zeer zwaar op <strong>de</strong> resultaten van <strong>de</strong> tak.<br />

• Evolutie van <strong>de</strong> rechtspraak inzake arbeidsongevallen en medische en technologische ontwikkelingen<br />

De evolueren<strong>de</strong> reglementering en rechtspraak keren steeds hogere vergoedingen uit aan <strong>de</strong> slachtoffers<br />

van arbeidsongevallen en hun rechthebben<strong>de</strong>n. Sommige uitspraken slaan evenwel op zaken<br />

die betrekking hebben op het verle<strong>de</strong>n. Het probleem hierbij is dat <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeraars<br />

dit niet in hun premiestelling hebben kunnen integreren. De stijgen<strong>de</strong> evolutie van <strong>de</strong> kosten<br />

die gepaard gaan met <strong>de</strong> ontwikkelingen op medisch en technologisch vlak, zorgen vooral voor nieuwe<br />

medicamenten, nieuwe prothesen, die allemaal beter zijn, maar ook duur<strong>de</strong>r.<br />

9.4. Een gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> premievoet van 2,95% voor <strong>de</strong> werkgever<br />

Er bestaan meer dan 550.000 <strong>de</strong>kkingen in het ka<strong>de</strong>r van<br />

bestaan<strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeringen. De inhoud van<br />

<strong>de</strong> <strong>de</strong>kking kan zeer uiteenlopend zijn: het ene contract biedt<br />

<strong>de</strong>kking voor <strong>de</strong> schoonmaakster of <strong>de</strong> tuinman die enkele<br />

uren per week bij een particulier klust, het an<strong>de</strong>re contract<br />

verzekert alle werknemers (arbei<strong>de</strong>rs en/of bedien<strong>de</strong>n) van<br />

<strong>de</strong> grootste privé-on<strong>de</strong>rneming in België. Het eerste contract<br />

kost slechts een paar euro; het laatste loopt op in <strong>de</strong> miljoenen<br />

euro. Hoewel <strong>de</strong> kleine contracten 40% van het totaal aantal uitmaken, vertegenwoordigen zij niet eens 1%<br />

van het totaalincasso. Het zijn integen<strong>de</strong>el <strong>de</strong> contracten die het beroeps- en het woon-werkwegrisico van tientallen<br />

werknemers <strong>de</strong>kken, die voor het leeuwen<strong>de</strong>el van het incasso instaan.<br />

De verzekerings<strong>de</strong>kking tegen arbeidsongevallen is per werknemer begrensd door een minimum en een<br />

maximum basisloon dat jaarlijks in<strong>de</strong>xeerbaar is. Zo bedraagt <strong>de</strong> loongrens voor 2001 4.977,75 euro minimum<br />

en 24.888,76 euro maximum. Bij <strong>de</strong> bepaling van het basisloon wordt rekening gehou<strong>de</strong>n met het totale brutoloon,<br />

met het volledige vakantiegeld, evenals met alle an<strong>de</strong>re financiële voor<strong>de</strong>len die aan <strong>de</strong> werknemers in<br />

bepaal<strong>de</strong> bedrijfstakken zijn toegekend.<br />

12 13


Verzeker<strong>de</strong> begrens<strong>de</strong> loonsom in 2001 (in miljoenen euro)<br />

Arbei<strong>de</strong>rs (beroepsrisico) 20.991<br />

Bedien<strong>de</strong>n (beroepsrisico) 24.392<br />

TOTAAL<br />

(werkwegrisico arbei<strong>de</strong>rs + bedien<strong>de</strong>n)<br />

45.383<br />

De voor <strong>de</strong> ganse markt<br />

verzeker<strong>de</strong> begrens<strong>de</strong> loonsom<br />

“arbei<strong>de</strong>rs” bedraagt<br />

in 2001 ongeveer 21 miljard<br />

euro; voor <strong>de</strong> bedien<strong>de</strong>n<br />

gaat het om iets meer dan<br />

24 miljard euro. Het zijn<br />

evenwel voorlopige, geschatte bedragen op basis van gegevens van het vorige jaar. Pas bij <strong>de</strong> eindafrekening<br />

in <strong>de</strong> loop van 2002 is <strong>de</strong> <strong>de</strong>finitieve loonsom bekend. Ter vergelijking: in 2000 bedraagt <strong>de</strong><br />

totale bruto niet begrens<strong>de</strong> loonsom arbei<strong>de</strong>rs 22,6 miljard euro; dit komt erop neer dat het eventueel<br />

verlies aan beroepsinkomsten van een arbei<strong>de</strong>r door een arbeidsongeval voor gemid<strong>de</strong>ld 94% ge<strong>de</strong>kt is.<br />

Voor <strong>de</strong> bedien<strong>de</strong>n is <strong>de</strong> totale bruto niet begrens<strong>de</strong> loonsom gelijk aan 37,5 miljard euro, zodat<br />

gemid<strong>de</strong>ld slechts 65% van <strong>de</strong> beroepsinkomsten gevrijwaard zijn. Er bestaan evenwel verzekeringscontracten<br />

op <strong>de</strong> markt die het complement volgens een gelijkaardige regeling <strong>de</strong>kken.<br />

Voor het beroepsrisico<br />

Gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> toegepaste premievoet 2001 arbeidsongevallen (in %)<br />

“arbei<strong>de</strong>rs” hebben <strong>de</strong><br />

arbeidsongevallenverzeke- Beroepsrisico “arbei<strong>de</strong>rs” 2,35<br />

raars in 2001 gemid<strong>de</strong>ld Beroepsrisico “bedien<strong>de</strong>n” 0,40<br />

2,35% van <strong>de</strong> begrens<strong>de</strong> Werkwegrisico (arbei<strong>de</strong>rs + bedien<strong>de</strong>n) 0,53<br />

loonsom gevraagd. Dit is<br />

goed voor een incasso van 511,4 miljoen euro, of 60% van <strong>de</strong> totale premie. De kostprijs van het beroepsrisico<br />

“bedien<strong>de</strong>n” bedraagt gemid<strong>de</strong>ld 0,40% van <strong>de</strong> begrens<strong>de</strong> loonsom (100,4 miljoen euro of 12% van het<br />

incasso). Ten slotte is <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> premievoet voor het werkwegrisico gelijk aan 0,53% van <strong>de</strong> totale<br />

begrens<strong>de</strong> loonsom van alle werknemers of 938,9 miljoen euro incasso, wat overeenstemt met 28% van <strong>de</strong><br />

totale premie. Aangezien het werkwegrisico voor een arbei<strong>de</strong>r ongeveer 50% duur<strong>de</strong>r uitvalt dan voor een<br />

bedien<strong>de</strong>, betaalt een on<strong>de</strong>rnemer gemid<strong>de</strong>ld 2,95% van <strong>de</strong> begrens<strong>de</strong> loonsom “arbei<strong>de</strong>rs” voor <strong>de</strong> <strong>de</strong>kking<br />

van het arbeidsongevalrisico. Voor <strong>de</strong> bedien<strong>de</strong>n bedraagt dat gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> 0,80% van <strong>de</strong> begrens<strong>de</strong> loonsom.<br />

.<br />

9.5. Een gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> vergoeding van 4.523 euro voor het slachtoffer<br />

De arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 beoogt <strong>de</strong> bescherming van <strong>de</strong> werknemers of hun rechthebben<strong>de</strong>n<br />

tegen gebeurtenissen die hun beroepsinkomen aantasten. Zij zijn aldus beschermd tegen <strong>de</strong><br />

na<strong>de</strong>lige gevolgen van arbeidsongevallen en ongevallen op <strong>de</strong> weg naar en van het werk. Als arbeidsongeval<br />

wordt elk ongeval beschouwd dat een werknemer tij<strong>de</strong>ns en door het feit van <strong>de</strong> uitvoering van <strong>de</strong><br />

arbeidsovereenkomst overkomt en dat een letsel veroorzaakt. Het letsel, zowel lichamelijk als mentaal, kan<br />

arbeidsongeschiktheid en overlij<strong>de</strong>n tot gevolg hebben.<br />

De verzekeraars staan dus in voor <strong>de</strong> volledige financiële vergoeding (binnen zekere forfaitaire grenzen) van<br />

<strong>de</strong> gevolgen van een arbeidsongeval dat een werknemer overkomt en dat zijn lichamelijke integriteit aantast.<br />

Deze aantasting kan tij<strong>de</strong>lijk of blijvend zijn. In het geval van een tij<strong>de</strong>lijk letsel kan het gaan om <strong>de</strong> terugbetaling<br />

van medische en verplaatsingskosten, plus het eventueel gele<strong>de</strong>n loonverlies. Als het letsel een<br />

permanent karakter aanneemt, kunnen daar nog vergoedingen voor het on<strong>de</strong>rhoud en <strong>de</strong> hernieuwing van<br />

prothesen en <strong>de</strong> uitkeringen van een invaliditeitsrente bijkomen. Ten slotte wor<strong>de</strong>n bij overlij<strong>de</strong>n van het<br />

slachtoffer, naast <strong>de</strong> uitkering van een overlevings- en/of een wezenrente, ook <strong>de</strong> begrafeniskosten vergoed.<br />

Er wor<strong>de</strong>n twee soorten van invaliditeitsrenten on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n : enerzijds een constante rente als <strong>de</strong> graad<br />

van blijven<strong>de</strong> arbeidsongeschiktheid min<strong>de</strong>r dan 16% is, en an<strong>de</strong>rzijds een geïn<strong>de</strong>xeer<strong>de</strong> rente wanneer <strong>de</strong><br />

graad van blijven<strong>de</strong> arbeidsongeschiktheid minstens 16% bedraagt. In het geval van een constante rente<br />

wordt niet <strong>de</strong> rente zelf, maar het met <strong>de</strong> rente overeenstemmend kapitaal ineens uitgekeerd. Een<br />

geïn<strong>de</strong>xeer<strong>de</strong> rente daarentegen wordt levenslang uitbetaald. De getroffene kan wel op elk ogenblik vragen<br />

dat ten hoogste 1/3 van <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> van <strong>de</strong> hem toekomen<strong>de</strong> geïn<strong>de</strong>xeer<strong>de</strong> rente in kapitaal wordt uitgekeerd.<br />

Van zodra zich een arbeidsongeval voordoet, dient <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeraar een eerste financiële<br />

reserve aan te leggen. Deze wordt reserve voor nog te regelen ongevallen genoemd.<br />

Wanneer <strong>de</strong> toestand van <strong>de</strong> letsels gestabiliseerd is en <strong>de</strong> ongeschiktheidsgraad bepaald wordt, herziet <strong>de</strong><br />

arbeidsongevallenverzekeraar <strong>de</strong>ze reserve in functie van <strong>de</strong> toegeken<strong>de</strong> graad van bestendige arbeidsongeschiktheid,<br />

en legt hij een voorlopige wiskundige reserve aan.<br />

Als bij het verstrijken van <strong>de</strong> herzieningstermijn<br />

van drie jaar <strong>de</strong> graad van bestendige<br />

arbeidsongeschiktheid <strong>de</strong>finitief gewor<strong>de</strong>n<br />

is, legt <strong>de</strong> verzekeraar een <strong>de</strong>finitieve<br />

wiskundige reserve aan met het oog op het<br />

betalen van <strong>de</strong> rente die levenslang aan <strong>de</strong><br />

getroffene toegekend zal wor<strong>de</strong>n.<br />

Bij ernstige letselscha<strong>de</strong> voorziet <strong>de</strong> verzekeraar<br />

ook reserves voor het on<strong>de</strong>rhoud en <strong>de</strong><br />

hernieuwing van <strong>de</strong> prothesen en <strong>de</strong> orthopedische toestellen.<br />

Bovendien legt <strong>de</strong> verzekeraar nog een in<strong>de</strong>xreserve aan om <strong>de</strong> jaarlijkse in<strong>de</strong>xering van <strong>de</strong> renten en<br />

vergoedingen te kunnen waarborgen en vanaf 2003 stelt hij een aanvullen<strong>de</strong> voorziening samen om rekening<br />

te hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> ongunstige ontwikkeling van <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> betrokken technische factoren (zoals <strong>de</strong><br />

technische rentevoet en <strong>de</strong> sterftetafels) die aan <strong>de</strong> grondslag liggen van <strong>de</strong> voorzieningen voor blijven<strong>de</strong><br />

arbeidsongeschiktheid en do<strong>de</strong>lijke ongevallen.<br />

Ten slotte vormt <strong>de</strong> verzekeraar een zogeheten IBN(E)R-reserve die <strong>de</strong> financiële gevolgen moet opvangen van<br />

reeds overkomen ongevallen die echter nog niet aangegeven zijn, of van scha<strong>de</strong>gevallen waarvoor onvoldoen<strong>de</strong><br />

voorzieningen gevormd wer<strong>de</strong>n.<br />

De bij <strong>de</strong> verzekeraars uitstaan<strong>de</strong> provisies voor <strong>de</strong> <strong>de</strong>kking van hun toekomstige verplichtingen beliepen<br />

eind 2001 in totaal 5,84 miljard euro, hetgeen bijna 6,5 maal zo veel is als het totale jaarlijkse incasso. In geen<br />

enkele verzekeringstak is <strong>de</strong>ze verhouding zo groot. Dit komt door het “lichamelijk” karakter van <strong>de</strong> tak en<br />

wegens <strong>de</strong> belangrijkheid van <strong>de</strong> levenslange renten die door <strong>de</strong> verzekeraars aan <strong>de</strong> slachtoffers of <strong>de</strong><br />

rechthebben<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n uitgekeerd.<br />

In 2001 hebben alle verzekeraars samen meer<br />

dan 226.000 arbeidsongevallen aanvaard. In<br />

vergelijking met 2000 is dat een lichte daling.<br />

Deze dalen<strong>de</strong> trend <strong>de</strong>ed zich in 2002 nog<br />

sterker voor. Volgens <strong>de</strong> eerste indicaties zou<br />

<strong>de</strong> daling meer dan 9% bedragen. Van het aantal<br />

aangegeven ongevallen wer<strong>de</strong>n er door <strong>de</strong><br />

verzekeraars bijna 7% geweigerd omdat het<br />

geen arbeidsongevallen waren.<br />

Detail van <strong>de</strong> vereiste reserves op 31 <strong>de</strong>cember 2001 (in miljoenen euro)<br />

Reserve voor nog te regelen ongevallen 2.538<br />

Voorlopige wiskundige reserve 530<br />

Definitieve wiskundige reserve 2.063<br />

Prothesenreserve 115<br />

In<strong>de</strong>xreserve 219<br />

IBN(E)R-reserve* 375<br />

TOTAAL 5.840<br />

Overzicht van het aantal opgetre<strong>de</strong>n arbeidsongevallen in 2000-2001<br />

2000 2001<br />

Zon<strong>de</strong>r gevolg 97.115 87.347<br />

Met tij<strong>de</strong>lijke ongeschiktheid 119.827 122.231<br />

Met blijven<strong>de</strong> ongeschiktheid 15.521 16.354<br />

Do<strong>de</strong>lijk 259 232<br />

Totaal aanvaar<strong>de</strong> ongevallen 232.722 226.164<br />

Geweiger<strong>de</strong> ongevallen 14.530 16.230<br />

TOTAAL (aangegeven ongevallen) 247.252 242.394<br />

14 15<br />

* IBN(e)R: incurred but not<br />

(enough) reported:<br />

nog niet aangegeven ongevallen<br />

of on<strong>de</strong>rschat


Zon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rscheid naar type van ongeval of van risico kost een arbeidsongeval in 2001 gemid<strong>de</strong>ld<br />

4.523 euro.<br />

Detail van <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> kostprijs naar ongeval en risico (in euro)<br />

Beroepsrisico Beroepsrisico Werkweg Gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />

arbei<strong>de</strong>rs bedien<strong>de</strong>n (arbei<strong>de</strong>rs +<br />

bedien<strong>de</strong>n)<br />

Do<strong>de</strong>lijke 249.382 385.911 211.666 243.918<br />

Blijven<strong>de</strong> ongeschiktheid 41.469 34.050 60.836 43.506<br />

Tij<strong>de</strong>lijke ongeschiktheid 1.399 1.353 1.751 1.427<br />

Zon<strong>de</strong>r gevolg 226 197 525 241<br />

GEMIDDELDE 4.258 2.812 9.654 4.523<br />

Van <strong>de</strong> 226.164 arbeidsongevallen in 2001, met in totaal 967 miljoen euro scha<strong>de</strong>, zijn er 232 met een<br />

do<strong>de</strong>lijke afloop. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> vergoeding per do<strong>de</strong>lijk ongeval bedraagt 244.000 euro. Er wer<strong>de</strong>n<br />

16.354 arbeidsongevallen met blijven<strong>de</strong> arbeidsongeschiktheid opgetekend. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> vergoeding<br />

bedraagt hier 43.500 euro. Daarnaast waren er 122.231 arbeidsongevallen met tij<strong>de</strong>lijke arbeidsongeschiktheid.<br />

Gemid<strong>de</strong>ld kosten zij 1.427 euro. Ten slotte zijn er nog 87.347 arbeidsongevallen zon<strong>de</strong>r gevolg.<br />

Dit zijn ongevallen zon<strong>de</strong>r arbeidsongeschiktheid waarvoor <strong>de</strong> vergoeding uitsluitend bestaat uit <strong>de</strong><br />

terugbetaling van <strong>de</strong> medische en verplaatsingskosten en/of van het loonverlies voor <strong>de</strong> dag van het<br />

ongeval. Deze vergoeding bedraagt gemid<strong>de</strong>ld 241 euro.<br />

Het risicoprofiel is niet alleen verschillend voor een arbei<strong>de</strong>r en voor een bedien<strong>de</strong>, maar hangt ook nog<br />

af van <strong>de</strong> omgeving: <strong>de</strong> werkplaats of <strong>de</strong> werkweg. Zo overkomt jaarlijks bijna 1 arbei<strong>de</strong>r op 6 een<br />

arbeidsongeval; voor een bedien<strong>de</strong> daarentegen bedraagt <strong>de</strong>ze verhouding zowat 1 op 27. Een arbei<strong>de</strong>r<br />

loopt dus vier keer meer risico op een arbeidsongeval dan een bedien<strong>de</strong>. Meestal zijn <strong>de</strong> financiële<br />

gevolgen ook ernstiger: een arbeidsongeval dat een arbei<strong>de</strong>r overkomt, vertegenwoordigt gemid<strong>de</strong>ld<br />

4.258 euro; voor een bedien<strong>de</strong> bedraagt <strong>de</strong> last voor <strong>de</strong> verzekeraar zo’n 34% min<strong>de</strong>r (2.812 euro). Het<br />

beroepsrisico “arbei<strong>de</strong>rs” is dus veruit het belangrijkste te verzekeren risico.<br />

Daarnaast loopt elke werknemer (arbei<strong>de</strong>r of bedien<strong>de</strong>) jaarlijks iets meer dan 1% risico op een arbeidsongeval<br />

op weg naar of van het werk. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> vergoeding van een werkwegongeval bedraagt bijna<br />

9.654 euro; dit is meer dan 2 maal zoveel als een ongeval op <strong>de</strong> arbeidsplaats.<br />

Preventief optre<strong>de</strong>n is <strong>de</strong> enige manier om zowel <strong>de</strong> frequentie van het aantal als <strong>de</strong> ernst van <strong>de</strong><br />

arbeidsongevallen naar bene<strong>de</strong>n te halen. Het is op dit vlak dat <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeraars een<br />

belangrijke rol spelen.<br />

Gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> ongevallenfrequentie en kostprijs per werknemer in 2001<br />

Frequentie Kostprijs<br />

(in %) (in euro)<br />

Beroepsrisico “arbei<strong>de</strong>rs” (A) 17,60 4.258<br />

Beroepsrisico “bedien<strong>de</strong>n” (B) 3,63 2.812<br />

Werkwegrisico 1,07 9.654<br />

(arbei<strong>de</strong>rs + bedien<strong>de</strong>n)<br />

GEMIDDELDE 18,67 (A) 4.523<br />

(beroeps- + werkwegrisico) 4,70 (B)<br />

EEN ACTIEF PREVENTIEBELEID<br />

16 17<br />

Inleiding<br />

Het voorkomen van ongevallen en het streven naar een vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> scha<strong>de</strong>last, zowel wat <strong>de</strong> frequentie<br />

als <strong>de</strong> ernst ervan betreft, dient <strong>de</strong> belangen van alle betrokken partijen: werknemers, werkgevers,<br />

overheid – als ver<strong>de</strong>diger van het algemeen belang – en … verzekeraars zelf.<br />

De verzekeraars investeren dan ook al vele jaren in <strong>de</strong> preventie van arbeidsongevallen. Die inspanningen<br />

krijgen op twee manieren concreet gestalte: <strong>de</strong> individuele wijze en <strong>de</strong> collectieve wijze.<br />

• Op individuele wijze: preventiedienst<br />

De meeste verzekeraars hebben preventiediensten opgezet die, in samenwerking met <strong>de</strong> verzeker<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingen<br />

(veiligheidshoof<strong>de</strong>n, comités voor preventie, bescherming en welzijn op het werk), bijdragen tot het<br />

voeren van een doeltreffend preventiebeleid op het terrein. Het inzetten van preventie<strong>de</strong>skundigen (ingenieurs<br />

en technici) die op verzoek of uit eigen beweging han<strong>de</strong>len, biedt een aanzienlijke meerwaar<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> aangebo<strong>de</strong>n<br />

diensten en houdt voor <strong>de</strong> verzekeraars een onbetwistbaar concurrentievoor<strong>de</strong>el in.<br />

• Op collectieve wijze: instituut Prevent<br />

Als aanvulling op <strong>de</strong> individuele acties hebben <strong>de</strong> verzekeraars op het niveau van <strong>de</strong><br />

sector een actief preventiebeleid uitgewerkt, dat voornamelijk vertaald wordt in hun<br />

steun aan Prevent. Deze instelling beschikt op het vlak van <strong>de</strong> preventie van beroepsrisico’s<br />

over een uitsteken<strong>de</strong> knowhow en geniet een zeer goe<strong>de</strong> reputatie.<br />

10.1. De eigen preventiediensten van <strong>de</strong> verzekeraars<br />

De meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> verzekeraars beschikt over een eigen preventiedienst inzake<br />

arbeidsongevallen die actief is op het terrein, m.a.w. binnen <strong>de</strong> verzeker<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingen zelf. Die diensten<br />

bestaan in het algemeen uit een hon<strong>de</strong>rdtal experts, hoofdzakelijk ingenieurs en/of <strong>de</strong>skundigen in veiligheid<br />

en gezondheid op het werk. Zij kunnen bogen op een rijke ervaring en een concrete knowhow en dragen bij<br />

tot een doeltreffend beleid inzake ongevallenpreventie in samenwerking met <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingen in kwestie.<br />

Die technici, die op eigen initiatief of op verzoek van <strong>de</strong> verzeker<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingen of <strong>de</strong> makelaars han<strong>de</strong>len,<br />

bezoeken <strong>de</strong> bedrijven regelmatig en beperken zich daarbij niet tot het controleren of <strong>de</strong> gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> reglementering<br />

wordt nageleefd. Die opdracht wordt doorgaans door <strong>de</strong> technische inspectie uitgevoerd. Aangezien zij<br />

rechtstreeks (dus zon<strong>de</strong>r tussenpersonen) in contact staan met <strong>de</strong> verzeker<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingen om ze bij te<br />

staan, hebben zij vaak een bevoorrechte relatie met het veiligheidshoofd van het bedrijf. Daardoor wor<strong>de</strong>n zij<br />

soms als expert uitgenodigd op verga<strong>de</strong>ringen van het comité voor preventie, bescherming en welzijn op het<br />

werk van die on<strong>de</strong>rneming om hun kennis en ervaring ten dienste te stellen van <strong>de</strong> sociale partners.<br />

Door in verschillen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingen werkzaam te zijn, kunnen zij daarenboven hun ervaringen uitwisselen<br />

en el<strong>de</strong>rs toepassen, wat alle partijen ten goe<strong>de</strong> komt. Zo voeren zij vooraf een meer algemene analyse uit die<br />

het hen mogelijk maakt om een algemeen beeld te krijgen van <strong>de</strong> risico’s van het bedrijf en bijgevolg om <strong>de</strong><br />

arbeidsongevallen in een ruimer perspectief te plaatsen. Daarbij staat <strong>de</strong> mens altijd centraal.<br />

Omdat veiligheid ie<strong>de</strong>reen aangaat, hechten <strong>de</strong> preventie<strong>de</strong>skundigen bijzon<strong>de</strong>re aandacht aan opleiding.<br />

Zij dragen bij, soms in samenwerking met beroepsverenigingen, tot <strong>de</strong> vorming van technici binnen <strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rneming, of het nu gaat om een nieuwe ontwikkeling van een specifieke technische reglementering<br />

(bepalingen i.v.m. scha<strong>de</strong>lijke of kankerverwekken<strong>de</strong> stoffen, mobiele werkplaatsen…) of om snel evolueren<strong>de</strong><br />

preventietechnieken als gevolg van <strong>de</strong> vooruitgang van bepaal<strong>de</strong> fabricatietechnieken. Door almaar


meer personen op te lei<strong>de</strong>n op dat gebied of hen van die problematiek bewust te maken, wordt een zeer<br />

doeltreffend “hefboomeffect” verkregen.<br />

Wanneer zich een ongeval voordoet, werken die specialisten samen met <strong>de</strong> leidinggeven<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming<br />

om er <strong>de</strong> oorzaken van te analyseren en na te gaan welke maatregelen moeten wor<strong>de</strong>n genomen om<br />

herhalingen te voorkomen.<br />

Die bijzon<strong>de</strong>r bekwame diensten, die dicht bij <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingen staan en erg beschikbaar zijn, bevor<strong>de</strong>ren<br />

<strong>de</strong> ontwikkeling, in nauwe samenwerking met <strong>de</strong> betrokken werkgevers, van een goed on<strong>de</strong>rbouwd preventiebeleid,<br />

waar ie<strong>de</strong>reen bij gebaat is.<br />

In dit ka<strong>de</strong>r is het interessant te wijzen op een Europese vergelijking van het aantal ernstige werkongevallen.<br />

Dit is namelijk één van <strong>de</strong> 42 structurele indicatoren die jaarlijks door <strong>de</strong> Europese Commissie wor<strong>de</strong>n<br />

gepubliceerd. Bij <strong>de</strong> werkgelegenheidsindicatoren stipt het VBO een gevoelige verbetering aan op het vlak<br />

van arbeidsongevallen. Het betreft met name een gunstige evolutie van het aantal ernstige ongevallen op het<br />

werk, “wat vooral een verdienste is van werkgevers en werknemers op het terrein”. Bovendien is België op<br />

dit vlak één van <strong>de</strong> beste leerlingen van <strong>de</strong> Europese klas.<br />

bron Infor VBO<br />

(maart 2003)<br />

10.2. De collectieve wijze: Prevent<br />

Om <strong>de</strong> activiteiten van hun preventiediensten aan te vullen, hebben <strong>de</strong> verzekeraars een multidisciplinair<br />

preventie-instituut opgericht, dat er in <strong>de</strong> eerste plaats naar streeft om <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingen en <strong>de</strong><br />

preventieadviseurs (<strong>de</strong> vroegere veiligheidshoof<strong>de</strong>n) alle nuttige hulpmid<strong>de</strong>len ter beschikking te stellen,<br />

zoals documentatie, affiches, vi<strong>de</strong>ocassettes, cd-rom’s,… meer bepaald via <strong>de</strong> webstek http://www.prevent.be.<br />

Zo hebben <strong>de</strong> verzekeraars geduren<strong>de</strong> bijna 50 jaar <strong>de</strong> Nationale Vereniging ter Voorkoming van<br />

Arbeidsongevallen (NVVA) gesteund, die op hun initiatief werd opgericht. Die vzw werd in 1997 grondig<br />

herzien en omgevormd tot een nieuwe preventie-instelling, Prevent. De verschuiving van een vrijwel<br />

mechanische bekommering om <strong>de</strong> werknemer naar een meer algemene bena<strong>de</strong>ring, waarbij rekening<br />

gehou<strong>de</strong>n wordt met <strong>de</strong> wet van 6 augustus 1996 betreffen<strong>de</strong> het welzijn van <strong>de</strong> werknemers tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />

uitoefening van hun werk, komt ook tot uiting in <strong>de</strong> nieuwe samenstelling en <strong>de</strong> uitbreiding van <strong>de</strong> activiteiten<br />

van die instelling.<br />

Prevent kan nog altijd bogen op <strong>de</strong> ervaring van <strong>de</strong> NVVA op het gebied van ongevallenpreventie, maar<br />

streeft tevens nieuwe doelstellingen na, met name een meer open beleid inzake ergonomie, stressbeheersing,<br />

kwaliteit van <strong>de</strong> leefomgeving, enz.<br />

Die nieuwe activiteiten die <strong>de</strong> preventie, <strong>de</strong> bescherming en het welzijn op het werk moeten on<strong>de</strong>rsteunen,<br />

hebben ertoe geleid dat <strong>de</strong> samenstelling van Prevent is uitgebreid. Terwijl <strong>de</strong> NVVA vroeger<br />

uitsluitend uit verzekeraars bestond, zijn voortaan ook verenigingen en instellingen die actief zijn op het<br />

vlak van het welzijn op het werk, opgenomen in <strong>de</strong> algemene verga<strong>de</strong>ring van Prevent, dat zo een<br />

structureel ontmoetingsforum gewor<strong>de</strong>n is. Prevent moet immers fungeren als een katalysator die <strong>de</strong><br />

inspanningen van <strong>de</strong> werkgevers, verzekeraars en overheid versterkt.<br />

Vandaag hebben <strong>de</strong> autoriteiten – en in het bijzon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg<br />

– gezien <strong>de</strong> nieuwe dynamiek die Prevent uitstraalt, aan <strong>de</strong>ze laatste een aantal nieuwe taken op<br />

internationaal vlak toevertrouwd. Daaron<strong>de</strong>r vallen <strong>de</strong> nationale coördinatie van <strong>de</strong> inzameling en<br />

verspreiding van gegevens van het Europees Agentschap voor <strong>de</strong> Veiligheid en Gezondheid op het Werk in<br />

Bilbao (http://europe.osha.eu.int/), het voorberei<strong>de</strong>nd werk om <strong>de</strong> toepassing van <strong>de</strong> Europese richtlijnen<br />

in België te evalueren, <strong>de</strong> wetenschappelijke en technische bijstand bij <strong>de</strong> opstelling van <strong>de</strong> voorontwerpen<br />

van indicatieve richtlijnen, enz.<br />

Het integreren van aspecten zoals <strong>de</strong> tertiaire preventie (employability) – waarbij initiatieven wor<strong>de</strong>n<br />

gesteund die tot doel hebben <strong>de</strong> arbeidsongeschiktheidsduur van een slachtoffer te verkorten of een<br />

herwaar<strong>de</strong>ringsbeleid te volgen en, in het algemeen, elk (medisch of niet-medisch) initiatief dat het<br />

slachtoffer een beter herstel garan<strong>de</strong>ert – alsook van een belangrijk <strong>de</strong>el “bevor<strong>de</strong>ring en ontwikkeling”<br />

ten behoeve van het lerarenkorps van <strong>de</strong> technische scholen, illustreert <strong>de</strong> ontwikkeling van het preventieconcept<br />

voor <strong>de</strong> verzekeraars, dat zich niet langer uitsluitend beperkt tot het “opsporen van een<br />

risico”, maar nu ook van een meer algemene bena<strong>de</strong>ring <strong>de</strong>el uitmaakt.<br />

Die ontwikkeling weerspiegelt <strong>de</strong> overgang van een preventiebegrip dat op het technische en het machinale<br />

was gericht, naar een beleid waarin <strong>de</strong> “mens” centraal staat.<br />

In <strong>de</strong> nabije toekomst wensen <strong>de</strong> verzekeraars Prevent ver<strong>de</strong>r uit te bouwen in een geest van openheid<br />

en er voor België <strong>de</strong> onbetwistbare lei<strong>de</strong>r voor preventieaangelegenhe<strong>de</strong>n en het natuurlijke aanspreekpunt<br />

met <strong>de</strong> Europese instanties van te maken.<br />

Dit lea<strong>de</strong>rship is hoogstnoodzakelijk, te meer omdat <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingen op het terrein wor<strong>de</strong>n<br />

geconfronteerd met een echt “patchwork” aan betrokken preventie-instanties (interne preventiediensten,<br />

externe diensten voor preventie en bescherming op het werk, technische inspectie van het<br />

Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid, …). Alle betrokkenen zullen op zijn minst moeten samenwerken<br />

om <strong>de</strong> efficiëntie te vergroten en synergieën tot stand te brengen. In dat opzicht streeft <strong>de</strong> recente wet<br />

van 23 februari 2003 hou<strong>de</strong>n<strong>de</strong> maatregelen ter versterking van <strong>de</strong> preventie inzake het welzijn van <strong>de</strong><br />

werknemers tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> uitvoering van hun werk (<strong>de</strong> zogeheten wet-Onkelinx) weliswaar een lovenswaardig<br />

en door ie<strong>de</strong>reen erkend doel na, namelijk het voorkomen van opeenvolgen<strong>de</strong> zware arbeidsongevallen,<br />

maar lijkt ze niet <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> richting in te slaan. Deze wet voorziet meer bepaald <strong>de</strong> tussenkomst<br />

van een bijkomen<strong>de</strong> expert op kosten van <strong>de</strong> verzekeraars.<br />

18 19


(1) Zie ook:<br />

B. Van Crombrugghe,<br />

"La mo<strong>de</strong>rnisation <strong>de</strong>s<br />

échanges d’informations<br />

intervenant entre les<br />

assureurs AT et le mon<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong> la sécurité sociale : le<br />

projet LEA, une révolution",<br />

Tijdschrift voor<br />

Verzekeringen,<br />

dossier nr. 8-2002.<br />

(2) Zie hierboven punt 4.<br />

(3) FAO = Fonds voor<br />

Arbeidsongevallen – KSZ =<br />

Kruispuntbank van <strong>de</strong> Sociale<br />

Zekerheid (netwerk tussen<br />

alle sectoren van <strong>de</strong><br />

Belgische sociale zekerheid<br />

en <strong>de</strong> vele instellingen die<br />

eron<strong>de</strong>r ressorteren) – ISZ =<br />

instellingen van sociale<br />

zekerheid (instellingen in <strong>de</strong><br />

toepassingssfeer van <strong>de</strong><br />

sociale zekerheid).<br />

(4) Sociale controle van<br />

<strong>de</strong> tak, beheer van een<br />

sectorale gegevensbank,<br />

statistieken, overname van<br />

scha<strong>de</strong>regeling, waarborg in<br />

geval van niet-verzekering,<br />

schakel in <strong>de</strong> alternatieve<br />

financiering van <strong>de</strong> sociale<br />

zekerheid.<br />

LE<br />

E<br />

V<br />

A<br />

20<br />

WETSVERZEKERAARS BETROKKEN BIJ DE MODERNISERING VAN<br />

DE SOCIALE ZEKERHEID<br />

Het EVA-project: een netwerkverbinding tussen 17 arbeidsongevallenverzekeraars en <strong>de</strong><br />

sociale zekerheid (1)<br />

De arbeidsongevallenverzekering on<strong>de</strong>rscheidt zich van alle an<strong>de</strong>re bedrijfsverzekeringen door één specifieke<br />

eigenschap: door <strong>de</strong> wettelijke scha<strong>de</strong>loosstelling die ze waarborgt aan <strong>de</strong> werknemers die het<br />

slachtoffer wor<strong>de</strong>n van een arbeidsongeval, maakt <strong>de</strong>ze verplichte verzekering <strong>de</strong>el uit van het Belgische<br />

stelsel van sociale bescherming. Dat specifieke karakter verklaart <strong>de</strong> talrijke gegevensuitwisselingen tussen<br />

<strong>de</strong> ongeveer twintig particuliere verzekeraars die <strong>de</strong>ze verzekering beoefenen, en <strong>de</strong> socialezekerheidsinstellingen.<br />

Deze uitwisselingen gebeuren nog altijd op papier en in het beste geval per magneetband.<br />

11.1. Een nieuwe kijk van <strong>de</strong> verzekeraars op <strong>de</strong> sociale zekerheid<br />

De arbeidsongevallenverzekeraars hebben hun gegevensuitwisseling met <strong>de</strong> sociale zekerheid opnieuw<br />

bekeken en werken actief aan een reorganisatie op lange termijn. Daar liggen verschillen<strong>de</strong> factoren aan ten<br />

grondslag: <strong>de</strong> positieve ontwikkeling van het Europese geschil (2) , <strong>de</strong> sterke toename van <strong>de</strong> technologische<br />

mogelijkhe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Kruispuntbank van <strong>de</strong> sociale zekerheid, <strong>de</strong> ontegensprekelijke politieke wil om van<br />

“e-government” een regeringsprioriteit te maken, wat perspectieven opent voor grootschalige uitwisselingen.<br />

De beslissing om het voortouw te nemen, werd in juni 2000 genomen op basis van een haalbaarheidsstudie<br />

die het FAO en <strong>de</strong> verzekeraars via hun beroepsvereniging samen had<strong>de</strong>n laten uitvoeren.<br />

11.2. EVA-project, <strong>de</strong> Elektronische Verbinding Arbeidsongevallen<br />

Het EVA-project is een grootschalig vernieuwend sectorproject. Het vormt een volwaardig en veelbelovend<br />

alternatief voor <strong>de</strong> huidige organisatie van <strong>de</strong> relaties tussen <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeraars en <strong>de</strong><br />

Belgische sociale zekerheid. Het voorziet in <strong>de</strong> invoering van een netwerkverbinding “AO-Verzekeraars ↔ FAO<br />

↔ KSZ ↔ ISZ” (3) waardoor <strong>de</strong> verzekeraars over een krachtig geïntegreerd instrument beschikken voor <strong>de</strong><br />

communicatie met <strong>de</strong> sector van <strong>de</strong> sociale zekerheid.<br />

Het EVA-project stoelt op globale en rationele overwegingen die passen in <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>rnisering van <strong>de</strong> sociale<br />

zekerheid die <strong>de</strong> regering nastreeft, en maakt komaf met het verle<strong>de</strong>n. De bestaan<strong>de</strong> uitwisselingen wor<strong>de</strong>n<br />

drastisch gerationaliseerd en men maakt ten volle gebruik van <strong>de</strong> uitwisselingsmogelijkhe<strong>de</strong>n die het<br />

netwerk van <strong>de</strong> sociale zekerheid biedt. Op dit netwerk berusten ook <strong>de</strong> regeringsprojecten DMFA (multifunctionele<br />

RSZ-aangifte) en ASR (elektronische aangifte sociaal risico), waarop het EVA-project afgestemd<br />

werd en waar het nauw bij aansluit.<br />

Het EVA-project stoelt op een overdracht en een invoer van betrouwbare gestructureer<strong>de</strong> gegevens, zodat<br />

een geautomatiseer<strong>de</strong> verwerkingsprocedure mogelijk wordt. Voor alle betrokkenen levert dat het voor<strong>de</strong>el<br />

op van vereenvoudiging, een dynamischer beheer en lagere algemene kosten.<br />

11.3. Principiële draagwijdte<br />

Met het EVA-project stelt <strong>de</strong> particuliere verzekering zich open voor <strong>de</strong> sector van <strong>de</strong> sociale zekerheid. Het<br />

is <strong>de</strong> sterkst <strong>de</strong>nkbare uitdrukking van <strong>de</strong> erkenning van een hele sector voor <strong>de</strong> particuliere verzekering,<br />

van haar plaats en haar rol in <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> werking van het Belgische stelsel van <strong>de</strong> sociale bescherming. In dat<br />

opzicht strookt het volledig met <strong>de</strong> conclusies van het arrest van Europees Hof van Justitie van 18 mei 2000<br />

en met <strong>de</strong> daarop volgen<strong>de</strong> Belgische wet van 10 augustus 2001 die dat arrest omzet, wat bevestigt dat in<br />

<strong>de</strong>ze verzekering het particuliere karakter en het aspect van sociale zekerheid hand in hand gaan.<br />

11.4. Toepassingsgebied<br />

Het EVA-project beslaat een uitzon<strong>de</strong>rlijk groot domein van gegevensuitwisselingen. Het omvat zowel <strong>de</strong><br />

informatiestromen “Verzekeraars ↔ FAO” in het ka<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> opdrachten van het Fonds (4) , als <strong>de</strong> informa-<br />

tiestromen “Verzekeraars ↔ Socialezekerheidsinstellingen” in het ka<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> vrijwaring van <strong>de</strong> rechten<br />

van <strong>de</strong> slachtoffers van een arbeidsongeval in an<strong>de</strong>re takken van <strong>de</strong> sociale zekerheid (kin<strong>de</strong>rbijslag,<br />

jaarlijkse vakantie, ziekenfonds), alsook <strong>de</strong> informatiestromen “Verzekeraars ↔ Verzeker<strong>de</strong> werkgevers” in<br />

het ka<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> regeringsprojecten DMFA en ASR voor <strong>de</strong> aangifte van arbeidsongevallen en het verstrekken<br />

van <strong>de</strong> loongegevens die nodig zijn om <strong>de</strong> premie of <strong>de</strong> vergoeding te berekenen, en ten slotte <strong>de</strong> informatiestromen<br />

“RSZ ↔ Verzekeraars” die het contractbeheer dynamischer maken.<br />

Deze gegevensuitwisselingen zijn van <strong>de</strong> meest uiteenlopen<strong>de</strong> aard: gewone overdracht van statistiekgegevens,<br />

overdracht of invoer van dossiergegevens, uitvoering van wettelijke en soms ook contractuele<br />

verplichtingen van verzekeraars of werkgevers.<br />

Vandaag gaan die uitwisselingen gepaard met brieven, formulieren, fiches, listings, rapporten of an<strong>de</strong>re<br />

papieren attesten met een overvloed aan overbodige gegevens. Morgen verlopen die informatiestromen<br />

volledig rationeel en elektronisch en wor<strong>de</strong>n ze via het netwerk van <strong>de</strong> sociale zekerheid tot op hun bestemming<br />

geleid. Dankzij die informatiestromen zal <strong>de</strong> arbeidsongevallensector kunnen beschikken over een<br />

volledigere en krachtigere gegevensbank, die dagelijks volledig elektronisch zal wor<strong>de</strong>n bijgewerkt.<br />

11.5. Praktische uitvoering<br />

Door <strong>de</strong> omvang van het project werd het on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld in <strong>de</strong>elprojecten zodat <strong>de</strong> analyse en <strong>de</strong> inwerkingtreding<br />

ervan gelei<strong>de</strong>lijk aan verlopen. De verschillen<strong>de</strong> <strong>de</strong>elprojecten tre<strong>de</strong>n in werking tussen januari 2003<br />

en januari 2006.<br />

• De sectorale repertoria<br />

Om <strong>de</strong> informatiestromen tussen <strong>de</strong> arbeidsongevallenverzekeraars en <strong>de</strong> sociale zekerheid a<strong>de</strong>quaat te sturen,<br />

moesten er voor het project twee sectorale repertoria wor<strong>de</strong>n aangelegd die bij het FAO beheerd wor<strong>de</strong>n :<br />

- het repertorium van <strong>de</strong> arbeidsongevallencontracten, dat eind 2002 <strong>de</strong> productiefase ingegaan is;<br />

- het repertorium van <strong>de</strong> slachtoffers en rechthebben<strong>de</strong>n van een arbeidsongeval, waarbij<br />

<strong>de</strong> elektronische stromen <strong>de</strong>ze gegevens automatisch zullen integreren in <strong>de</strong> repertoria<br />

van het KSZ-netwerk. Het geheel moet begin november 2003 <strong>de</strong> productiefase ingaan.<br />

• Functionaliteiten<br />

Eind 2002 zijn <strong>de</strong> informatiestromen met <strong>de</strong> bijgewerkte stand van <strong>de</strong> contracten<br />

(opzegging, opschorting, hervatting) die het FAO nodig heeft voor het toezicht op <strong>de</strong><br />

verzekeringsverplichting, <strong>de</strong> productiefase ingegaan. Op datzelf<strong>de</strong> ogenblik zijn ook <strong>de</strong><br />

retourstromen van <strong>de</strong> RSZ naar <strong>de</strong> verzekeraar in productie getre<strong>de</strong>n, met nuttige bedrijfsgegevens voor het<br />

polisbeheer (stopzetting/overdracht van activiteiten, overname van personeel, wijziging rechtsvorm/RSZ-nummer/i<strong>de</strong>ntificatiegegevens,<br />

bijkomen<strong>de</strong> RSZ-categorie, ...).<br />

Sinds begin 2003 kan <strong>de</strong> werkgever arbeidsongevallen elektronisch aangeven via het KSZ-netwerk. Het<br />

betreft hier <strong>de</strong> ASR arbeidsongevallen, <strong>de</strong> eerste van <strong>de</strong> elektronische ASR's die <strong>de</strong> regering in het<br />

vooruitzicht stelt.<br />

Eind 2003 is <strong>de</strong> productiefase voorzien van <strong>de</strong> elektronische arbeidsongevallenattesten die <strong>de</strong> verzekeraars<br />

moeten bezorgen aan <strong>de</strong> sectoren van <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>rbijslag en <strong>de</strong> jaarlijkse vakantie.<br />

2004 wordt het jaar van <strong>de</strong> verwerking van <strong>de</strong> DMFA-loongegevens die <strong>de</strong> RSZ beheert en die <strong>de</strong> verzekeraar<br />

nodig heeft voor <strong>de</strong> berekening van <strong>de</strong> premie en <strong>de</strong> vergoeding van het slachtoffer. De werkgever hoeft die<br />

gegevens dan niet meer apart mee te <strong>de</strong>len aan zijn verzekeraar. In 2005 is <strong>de</strong> start voorzien van <strong>de</strong> productiefase<br />

van een eerste ge<strong>de</strong>elte van informatiestromen Scha<strong>de</strong>gevallen ter attentie van het FAO en van<br />

een attest voor <strong>de</strong> ziekte- en invaliditeitssector (met retourstroom in geval van subrogatoir verhaal). Het<br />

twee<strong>de</strong> ge<strong>de</strong>elte is gepland voor begin 2006. ■<br />

21

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!