Tennis & Coach nr 4 aug 2009 - SportKaderServices
Tennis & Coach nr 4 aug 2009 - SportKaderServices
Tennis & Coach nr 4 aug 2009 - SportKaderServices
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
John Yandell hielp McE<strong>nr</strong>oe in 1990 om zijn service weer terug te vinden.<br />
rijker, het zo identificeren dat de speler het zelf volledig kan begrijpen.<br />
Omdat het natuurlijke leerproces vooral visueel is gericht, zijn mondelinge<br />
omschrijvingen zoals die bij tennislessen normaal zijn – ‘je draait<br />
niet genoeg’, ‘je raakt de bal te laat’ – niet effectief.<br />
Een duidelijke afwijking<br />
Bij John zat het probleem in een verandering van de achterzwaai van zijn<br />
servicebeweging. Hoewel zijn zijwaartse stand en de extreme lichaamsdraai<br />
die daaruit voortkwam een verdere ontwikkeling te zien gaven van<br />
de biomechanica van de service, was zijn servicebeweging volledig klassiek.<br />
Zijn schouders en heupen stonden bijna parallel aan de baseline bij het<br />
begin van de beweging, maar in zijn goede tijd bleven arm en racket in<br />
lijn met zijn lichaam, gedurende de voorbereiding van de slag. Voor de<br />
gemiddelde speler betekent dit dat de arm en het racket richting het hek<br />
wijzen. Voor John betekent dit de arm in het verlengde van de schouderlijn<br />
een perfecte vloeiende beweging maakte naar de nek toe. Dit was de<br />
beweging die ik kende bij het maken van The Winning Edge.<br />
John bleek nu een duidelijke afwijking te hebben in zijn achterzwaai. In<br />
plaats van parallel aan de baseline te zwaaien ging zijn arm nog verder<br />
door, voorbij het lichaam en eindigde in de baan. Op het uiterste punt<br />
waren zijn arm en racket wel een meter over de baseline, in het veld.<br />
Beeldanalyse toonde aan dat deze afwijking zorgde voor een vertraging<br />
van zijn beweging van ongeveer eenderde van een seconde, vergeleken<br />
met zijn servicebeweging zeven jaar eerder. Vanuit deze lastige houding<br />
moest hij zijn armspieren extra aanspannen om zijn racket op tijd naar<br />
de bal te krijgen, waardoor het ritme van zijn service werd verstoord en<br />
zijn schouderspieren extra druk ondervonden.<br />
Sprakeloos<br />
Het eerste wat ik moest doen was John exact laten zien er gebeurde. In<br />
plaats van te vertellen wat er anders was aan de servicebeweging, liet ik<br />
hem een warming up doen en toen serveren, waarbij ik opnamen maakte<br />
met het draagbare hogesnelheidsvideosysteem.<br />
John had geen idee wat er gebeurde met zijn achterzwaai. Toen ik hem<br />
in slow motion de beweging liet zien, was dat ook de enige keer dat ik<br />
meemaakte dat hij geen weerwoord had. We bekeken de beweging nog<br />
eens op normale snelheid en toen beeld voor beeld, zodat John precies<br />
kon zien wat en hoeveel er veranderd was aan zijn beweging.<br />
Nu het probleem was geïdentificeerd was de volgende stap het creëren<br />
van een correctief model. In dit geval konden we geen betere bron hebben,<br />
namelijk de slow motion beelden van zijn service in de instructie-<br />
video. Deze beelden uit 1984 toonden aan dat John een mooie ronde<br />
slingerbeweging maakte. Tijdens de beweging bleven zijn arm en racket<br />
parallel aan de baseline en stond het racketblad loodrecht op de baan.<br />
We kozen enkele beelden uit deze video: zijn achterzwaai met het racket<br />
parallel aan de baseline. John koos voor zichzelf een beeld van juist dat<br />
moment. Toen liet ik hem een servicebeweging maken, heel langzaam,<br />
tot het moment dat juist dat ene beeld aan de beurt was. Ik vroeg<br />
hem zijn ogen dicht te doen en een kinetisch beeld van zichzelf op dat<br />
moment te creëren, met andere woorden om te visualiseren wat deze<br />
positie, deze houding voorstelde en hoe dat in zijn lichaam aanvoelde. Ik<br />
vroeg om dit mentale beeld achter zich in de ruimte te projecteren, als<br />
een soort blauwdruk. Daarna moest hij weer de servicebeweging maken<br />
en bewegen volgens de blauwdruk die hij zelf had gemaakt.<br />
John begreep het onmiddellijk. Ik liep achteruit, hield mijn adem in en<br />
keek. Bij de eerste service die hij daarna sloeg, was de helft van de te<br />
verre uitzwaai in de achterzwaai al verdwenen. Ik wist op dat moment<br />
dat Visueel <strong>Tennis</strong> voor John zou werken.<br />
Gedurende twee dagen op de baan herhaalden we het bovengenoemde<br />
proces. John serveerde, ik maakte opnames. Deze vergeleken we met het<br />
ideale model van zijn service uit 1984. Dan maakte hij weer een beeld<br />
in zijn geest van de achterzwaai op de juiste plek en visualiseerde dit<br />
als hij weer ging serveren. Na in totaal vier uur op de baan bezig te zijn<br />
geweest, bleek de afwijking in zijn beweging bijna volledig verdwenen.<br />
De echte test<br />
Zijn arm bleef parallel aan de baseline met het racketblad loodrecht op<br />
het veld. Bij het raken van de bal klonk een duidelijk krachtiger geluid<br />
dan voorheen. Het resultaat, zoals toernooien duidelijk maakten, was een<br />
snelheidsvermeerdering van zijn service van zeker 30 k/u.<br />
Nu we tevreden waren met zijn achterzwaai gingen we verder en werkten<br />
aan zijn kniebuiging. Door iets meer door de knieën te gaan benaderde<br />
John weer het model uit de instructievideo.<br />
De echte test kwam pas in maart, toen John zijn eerste toernooi speelde<br />
na de training. De resultaten waren zo goed als ik maar kon hopen. De<br />
servicebeweging bleek nog steeds in orde te zijn. Zijn servicepercentage<br />
lag rond 60 procent en de servicesnelheid lag gedurende het hele toernooi<br />
tussen 175 en 185 k/h. In de finale sloeg hij 15 aces en versloeg zijn<br />
broer Patrick. Ik was er van overtuigd dat de methode voor hem werkte,<br />
helemaal toen ik tijdens die finale hem zag terugstappen uit het veld en<br />
hij zijn servicebeweging droog herhaalde, vlak voor een belangrijk punt.<br />
Een maand later gingen we naar Malibu en herhaalden het tweedaagse<br />
trainingsproces. Er bleek voor mij weinig te doen, behalve opnames<br />
maken, me staande houden tijdens de pesterijtjes en genieten van de<br />
trainingen met zijn broer op het gravel van de country club.<br />
Het was daarna geweldig om te zien hoe John doorstootte naar zijn laatste<br />
halve finale op Wimbledon, waarin hij verloor van Agassi, en later dat<br />
jaar naar de kwartfinale van de US Open. John was zo galant om onze rol<br />
in zijn terugkeer te onderstrepen.<br />
Ik heb altijd geloofd dat de Visueel <strong>Tennis</strong>methode zou werken, op elk<br />
niveau van het spel. Nu wist ik het zeker.<br />
John Yandell heeft naam gemaakt met zijn highspeed-video opnamen die te<br />
zien zijn op www.tennisplayer.net waar dit verhaal ook eerder verscheen. Hij<br />
deed individuele tennisanalyses voor o.a. Justine Henin en John McE<strong>nr</strong>oe. Hij<br />
is naast editor van deze website ook schrijver van het boek Visual <strong>Tennis</strong> en<br />
directeur van de Yandell <strong>Tennis</strong> School in San Francisco.<br />
13