Digitale uitgave van:
Digitale uitgave van:
Digitale uitgave van:
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
een paar woorden tot het — klaarblijkelijk nog jonge meisje richt en dit een<br />
welkomstkus geeft. Het blijkt hier echter allerminst gediend <strong>van</strong>. In Frankrijk<br />
mag dit zede zijn, in Duitsland is het dat niet, zegt het 1); klaarblijkelijk zó<br />
parmantig, dat de<br />
1)Gelijk had ze; cf. H., Kruse, Wilhelm von Oranien und Anna von Sachsen (1934) S. 37.<br />
[15]<br />
Prins in een gulle lach schiet en... de nog maar nauwelijks gesloten ader opnieuw<br />
openspringt 1). De juistheid <strong>van</strong> dit verhaal zou ik niet graag verdedigen. Het<br />
lijkt mij vrij apocrief. Maar dat het ten opzichte <strong>van</strong> de Prins in omloop kon<br />
komen is, dunkt mij, ter kenschetsing <strong>van</strong> zijn aard als monter en goedlachs,<br />
toch zeker niet zonder betekenis.<br />
Is het deze houding <strong>van</strong> te verbergen wat er in hem omging misschien<br />
geweest, die de Prins die reputatie <strong>van</strong> zekere nonchalance bezorgde, die hij bij<br />
een enkele schrijver blijkt te hebben? Inderdaad maakt hij in de eerste periode<br />
<strong>van</strong> zijn volwassen mannelijke leeftijd nu en dan de indruk zich <strong>van</strong> de dingen<br />
niet veel aan te trekken en om zijn goede naam niet veel te geven. Ik denk hier<br />
aan hetgeen hij in 1558 te Frankfort a. d. Main tegenover de keurvorst <strong>van</strong><br />
Saksen en de hertog <strong>van</strong> Wurtemberg verklaard heeft : dat het huwelijk slechts<br />
bestaansrecht had opdat er geen twijfel zou kunnen rijzen in zake de vraag wie<br />
iemands wettige erfgenamen zijn, maar dat overigens in een concubinaat geen<br />
zonde stak. En aan die andere uitspraak, waarmee hij in 1561 de keurvorstin <strong>van</strong><br />
Saksen zo diep gegriefd heeft, toen hij deze, op haar verzoek om in zijn straks te<br />
sluiten tweede huwelijk zijn jonge vrouw, overeenkomstig de opvoeding, die<br />
deze had gekregen, toch in Godsvrucht voor te gaan, ten antwoord gaf : met<br />
zulke melancholieke dingen zal ik mij niet ophouden; liever dan de Bijbel geef ik<br />
haar de Amadis de Gaules en andere dergelijke boeken, die de geheimen der<br />
liefde bespreken, in handen. Maar waren deze lichtzinnige opmerkingen werkelijk<br />
wel meer dan<br />
1) Zeitschrift des Vereins für hessische Geschichte und Landeskunde Bnd. XXXIII (1898) S. 292.<br />
[16]<br />
„renommistische Prahlereien”, zoals Rachfahl ze noemt; voor zover de eerste<br />
betreft dan — naar hij veronderstelt — bovendien nog slechts „in der Weinlaune”<br />
geuit? Ik wil er graag rekenschap <strong>van</strong> geven, waarom mij voor deze opvatting<br />
er<strong>van</strong> inderdaad wel wat te zeggen schijnt. Wat die uitspraak over het huwelijk<br />
betreft grondt zich dit gevoelen vooral op de overweging, dat de bronnen ons wel<br />
<strong>van</strong> verscheiden onwettige verhoudingen <strong>van</strong> de Prins vertellen, — de namen Eva<br />
Eliver, Barbara <strong>van</strong> Lier, Mademoiselle de Maudripont en de aanduidingen „die<br />
jungfrau im weissen rock” en in 't algemeen „les maykens de Bruxelles” komen<br />
in zulk verband bijvoorbeeld voor, zoals ook die <strong>van</strong> zijn bekende bastaard,<br />
Justinus 1) — maar dat die, voorzover is na te gaan, toch alleen maar voor zijn<br />
gekomen in enige perioden, waarin Oranje òf in het geheel niet òf louter formeel<br />
als een getrouwd man te beschouwen was : gedurende zijn weduwnaarschap<br />
tussen de dood <strong>van</strong> Anna <strong>van</strong> Buren en zijn huwelijk met Anna <strong>van</strong> Saksen en in<br />
de jaren, dat dit laatste volkomen doodgelopen was. En voor wat aangaat die<br />
opmerking omtrent de Amadis de Gaules : hadden wij hierbij werkelijk met<br />
lichtzinnigheid <strong>van</strong> imborst te doen, dan had toch slecht voor kunnen komen, dat