22.09.2013 Views

docentenhandleiding groep 1-4 - De streek centraal

docentenhandleiding groep 1-4 - De streek centraal

docentenhandleiding groep 1-4 - De streek centraal

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Leerlijn erfgoededucatie Hengelo<br />

Docentenhandleiding <strong>groep</strong> 1 t/m 4


Inleiding<br />

<strong>De</strong>ze lessen voor <strong>groep</strong> 1 t/m 4 zijn onderdeel van de leerlijn erfgoededucatie<br />

Hengelo.<br />

• <strong>De</strong> leerlijn erfgoededucatie Hengelo maakt de geschiedenis van Hengelo<br />

zichtbaar. Leerlingen komen op deze manier in aanraking met authentiek erfgoed<br />

in hun eigen omgeving.<br />

• Voor ieder leerjaar is een uniek onderwerp geselecteerd. Het zijn de<br />

erfgoedonderwerpen die bepalend zijn voor Hengelo en waarmee leerlingen leren<br />

over de cultuurhistorische waarden in hun eigen omgeving. <strong>De</strong> onderwerpen zijn<br />

gerelateerd aan de collectie, plekken, personen of gebeurtenissen in Hengelo.<br />

• Kennis over en het beleven van het erfgoed in Hengelo staat <strong>centraal</strong>.<br />

• Het gaat om een systematische overdracht van kennis, vaardigheden en attituden<br />

met betrekking tot het erfgoed dat optimaal is afgestemd op de inhoud en de<br />

praktijk van het onderwijs.<br />

• <strong>De</strong> leerlijn bestaat uit kant-en-klare lessen. <strong>De</strong> lessen zijn praktisch, volgens<br />

onderwijskundige principes opgezet en zorgen voor een volwaardig leerproces.<br />

• <strong>De</strong> lessen voor <strong>groep</strong> 1 t/m 4 zijn net als de lessen voor <strong>groep</strong> 5 t/m 8 opgezet<br />

vanuit het Theoretisch kader voor erfgoededucatie: het activeren van voorkennis,<br />

het beleven van het erfgoed en reflecteren op dat wat geleerd en beleefd is.<br />

<strong>De</strong> opzet van de lessen voor 1 t/m 4 is echter aangepast aan de leeftijd en het<br />

kennisniveau van leerlingen uit de onderbouw. <strong>De</strong> nadruk ligt daarom op het<br />

beleven van het erfgoed in de klas of in de directe omgeving van de school en<br />

minder op kennisoverdracht.<br />

• Uiteraard bent u vrij om de lessen aan te vullen en uit te voeren op de manier<br />

waarop u dat wenst. Ook kunt u de benodigde tijd zelf bepalen en afstemmen op<br />

het niveau van uw leerlingen.<br />

In deze handleiding vindt u:<br />

- Lessen voor <strong>groep</strong> 1 en 2: Weven en Proaten en zingen in het Twents.<br />

- Lessen voor <strong>groep</strong> 3 en 4: Zout in Hengelo en Kunst uit Hengelo.


Weven<br />

Lessen voor <strong>groep</strong> 1-2<br />

<strong>De</strong>ze lessen zijn onderdeel van de Leerlijn Erfgoededucatie Hengelo.<br />

Leerdoelen<br />

<strong>De</strong> leerling leert:<br />

• wat weven is.<br />

• dat (textiel)stoffen zijn geweven.<br />

• zelf te weven.<br />

• dat in Hengelo grote weverijen en katoenfabrieken hebben gestaan.<br />

Aansluiting bij het leerplan:<br />

<strong>De</strong> lessen over Weven sluiten aan bij de kerndoelen van het leergebied ‘Oriëntatie<br />

op jezelf en de wereld’. In dit leergebied oriënteren leerlingen zich onder andere op<br />

de natuurlijke omgeving en op verschijnselen die zich daarin voordoen. Leerlingen<br />

oriënteren zich ook op de wereld, dichtbij, veraf, toen en nu en maken daarbij gebruik<br />

van cultureel erfgoed.<br />

Kerndoelen:<br />

1. <strong>De</strong> leerlingen leren informatie te verwerven uit gesproken taal. Ze leren tevens die<br />

informatie, mondeling of schriftelijk, gestructureerd weer te geven.<br />

2. <strong>De</strong> leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van<br />

cultureel erfgoed.<br />

Download bij deze lessen de achtergrondinformatie “<strong>De</strong> industrieën” van de website<br />

www.de<strong>streek</strong><strong>centraal</strong>.nl: .<br />

Hierin vindt u een stukje tekst over de Koninklijke Weefgoederenfabriek C.T. Stork en<br />

co en de Koninklijke Nederlandse Katoen Spinnerij.<br />

“<strong>De</strong> industrieën” komt uit “Hengelo (O.) van gehucht tot…”, een uitgave van Bureau<br />

voorlichting gemeente Hengelo, 1978. Hierin leest u meer over de industrieën in<br />

Hengelo.


Les 1: Wat is weven? (voorkennis activeren)<br />

Tijd: 25 minuten<br />

Benodigdheden: verschillende soorten lapjes stof.<br />

• Introduceer het woord weven.<br />

Stel de volgende vragen:<br />

- Wat betekent weven?<br />

- Met welke letter begint dit woord?<br />

- Wat is de laatste letter?<br />

- Wat rijmt op weven?<br />

- Maak een aantal zinnen met daarin het woord weven. Laat de leerlingen<br />

in hun handen klappen als ze het woord weven horen.<br />

• <strong>De</strong>el de lapjes stof uit. Vraag de leerlingen te vertellen over hun eigen lapje<br />

stof:<br />

- Welke kleur heeft het?<br />

- Is het zacht? Is het hard?<br />

- Welke figuren/patronen staan erop?<br />

• Vertel wat een lapje stof met weven heeft te maken.<br />

Alle (textiel)stoffen zijn geweven. Rafel de randjes van het lapje stof af om<br />

dit te laten zien. Laat de leerlingen ook naar hun eigen kleren kijken. Ook die<br />

kleding is geweven.<br />

Les 2: Zelf weven (erfgoed beleven)<br />

Tijd: 30 minuten<br />

Benodigdheden: materialen voor het maken van weefgetouwtjes (plankjes, liniaal en<br />

potlood, hamers, spijkers, wol en platte naalden).<br />

• Ga zelf weven met uw leerlingen. Kijk op de volgende website voor een<br />

korte, leuke en doeltreffende instructie:<br />

http://www.schooltv.nl:80/beeldbank/clip/20040414_weven01<br />

- Vraag eventueel of kinderen uit <strong>groep</strong> 8 de weefplankjes willen maken tijdens<br />

een les handvaardigheid.<br />

- Met papieren stroken kunt u ook ‘weven’.<br />

- Tip: maak van alle weeflapjes een lapjesdeken voor in de poppenhoek. Goed<br />

te gebruiken in de volgende les over Kroamschuddn en Weegeleedjes.


Les 3: Weverijen in Hengelo (reflecteren)<br />

Tijd: 30 minuten<br />

Benodigdheden: foto’s, constructiematerialen uit de bouwhoek en verschillende<br />

lapjes stof uit les 1.<br />

• Vertel dat in Hengelo grote fabrieken hebben gestaan voor het weven van<br />

stoffen.<br />

- Laat de foto’s zien. Stel een aantal vragen: Wat zie je? Wat doen de mensen<br />

op de foto’s? Zijn het oude of nieuwe foto’s?<br />

• Laat de leerlingen zelf een eigen weeffabriek bouwen met<br />

constructiematerialen uit de bouwhoek. Gebruik de lapjes stof uit les 1.<br />

• Vraag wat de leerlingen hebben geleerd.<br />

Suggesties voor uitbreiding van de lessen:<br />

- Kleurplaat met (weef)patronen.<br />

Koninklijke Weefgoederen Fabriek Weverijkantoor. Op de voorgrond de geweven lappen (bonte) stof.<br />

Hoofdzakelijk voor uitvoer naar Nederlands-Indië.<br />

Het kaarden van garen in de Koninklijke Nederlandse Katoen Spinnerij (ca. 1955).


Proaten en zingen in het Twents<br />

Lessen voor <strong>groep</strong> 1-2<br />

<strong>De</strong>ze lessen zijn onderdeel van de Leerlijn Erfgoededucatie Hengelo.<br />

Leerdoelen<br />

<strong>De</strong> leerling leert:<br />

• over het begrip ‘taal’.<br />

• dat er <strong>streek</strong>talen zijn en dat er in deze <strong>streek</strong> ook Twents wordt gesproken.<br />

• over een Twents gebruik: ‘Kroamschuddn’.<br />

• een Twents ‘Weegeleedje’.<br />

Aansluiting bij het leerplan:<br />

<strong>De</strong> lessen over Proaten en zingen in het Twents sluiten aan bij de kerndoelen<br />

Nederlands en van het leergebied ‘Oriëntatie op jezelf en de wereld’. In dit<br />

leergebied oriënteren leerlingen zich onder andere op de natuurlijke omgeving en op<br />

verschijnselen die zich daarin voordoen. Leerlingen oriënteren zich ook op de wereld,<br />

dichtbij, veraf, toen en nu en maken daarbij gebruik van cultureel erfgoed.<br />

Kerndoelen:<br />

1. <strong>De</strong> leerlingen leren beelden, taal, muziek,spel en beweging gebruiken, om er<br />

gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren.<br />

2. <strong>De</strong> leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van<br />

cultureel erfgoed.


Les 1: Kringgesprek over taal en <strong>streek</strong>taal (voorkennis<br />

activeren)<br />

Tijd: 25 minuten<br />

Benodigdheden: Jipke en Jannöaken verhaaltje<br />

• Begin met een stukje fantasietaal.<br />

Stel de volgende vragen:<br />

- Wat voor taal zou dit zijn?<br />

- Waarom is er taal?<br />

- Taal is om elkaar te verstaan en te begrijpen. Kun je ook zonder woorden<br />

elkaar begrijpen?<br />

- Wat voor taal (talen) spreek jij? Ken je ook woorden uit andere talen?<br />

• Bespreek het volgende: in Nederland spreken we Nederlands. Toch praten<br />

we niet overal hetzelfde. In het noorden praten de mensen weer anders dan<br />

in het zuiden in het westen of in het oosten. Wij wonen in het oosten van<br />

Nederland. In de provincie Overijssel, in de <strong>streek</strong> Twente. In Twente wordt<br />

ook Twents gesproken. Wie kent Twentse woorden?<br />

- Verzamel Twentse woorden die leerlingen kennen.<br />

• Lees een verhaaltje van Jipke en Jannöaken voor. Of een ander verhaal dat<br />

geschikt is voor kleuters in het Twents.<br />

- Waar ging dit verhaaltje over? Welke woorden kende je niet? Wat<br />

zouden ze betekenen?


Les 2: Kroamschuddn en Weegeleedjes (erfgoed beleven)<br />

Tijd: 30 minuten<br />

Benodigdheden: tekst wiegeliedje, spullen uit de poppenhoek, eventueel een<br />

Krentewegge.<br />

• Zet in de kring een wieg / bedje met daarin een pop. Vertel dat we gaan<br />

Kroamschuddn. Stel de volgende vragen:<br />

- Wie weet wat Kroamschuddn is?<br />

- Wie is er wel eens gaan Kroamschuddn? Bij wie was dat? Hoe vond je<br />

dat? Wat doe je dan?<br />

- Leg uit dat bij Kroamschuddn een Krentewegge hoort. Wie heeft er wel<br />

eens een Krentewegge op?<br />

In Twente was het de gewoonte dat de buurt, bij de geboorte van<br />

een eerste kind, een Krentewegge aanbood. Het was een blijk van<br />

‘naoberschap’ (gemeenschapszin). Het lange brood werd bij de bakker<br />

opgehaald en met een ladder naar het kraambed gebracht. Daar<br />

toonde de vader zijn ‘kleine wich’ de buurt. Zo werd het kindje feestelijk<br />

in de gemeenschap opgenomen. Daarna ging iedereen gezellig mee<br />

naar binnen om te eten en te drinken.<br />

• Leer de leerlingen een Twents Weegeleedje. Vroeger lagen baby’s vaak in een<br />

schommelwiegje, vandaar de term: wiegeliedjes. Bijvoorbeeld Slaop Kindjen<br />

slaop:<br />

Slaop Kindjen slaop<br />

daor boeten geet ’n schaop<br />

‘n schaop met witte veutjes<br />

dat drinkt de melk zo zeutjes<br />

slaop kindje slaop<br />

daor boeten geet ‘n schaop<br />

Slaop kindjen slaop<br />

dien vaar den hodt de schaop<br />

dien moor dee hodt de bonte koo<br />

kindjen doo dien eigkes too<br />

slaop kindjen slaop<br />

dien vaar dien hodt de schaop<br />

• Speel een toneelstukje Kroamschuddn. Verdeel de rollen. Wie is de moeder?<br />

Wie is de vader? Wie zijn broertjes en zusjes? Wie komt op bezoek?<br />

<strong>De</strong>el eventueel Krentewegge uit.


Les 3: Noaberschap in de klas (reflecteren)<br />

Tijd: 30 minuten<br />

• Organiseer een Twents half uurtje aan het eind van de middag. Nodig ook de<br />

ouders, opa’s en oma’s uit in de klas. <strong>De</strong> leerlingen spelen hun toneelstukjes<br />

‘Kroamschuddn’, zingen het Weegeleedje en delen Krentewegge uit.<br />

• Vraag ‘de gasten’ in de klas om zelf iets te vertellen over Kroamschuddn.<br />

• Tot slot: vraag de leerlingen wat ze hebben geleerd.<br />

Suggesties voor uitbreiding van de lessen, ook voor hogere <strong>groep</strong>en:<br />

• Twents volkslied instuderen.<br />

• Lied van Herman Finkers voor Amusing 2012.<br />

• Bands die in het Twents zingen: Krang (Gluut 2002) en André Manuel, etc.<br />

• Maak zelf een lied in het Twents!


Zout in Hengelo<br />

Lessen voor <strong>groep</strong> 3-4<br />

<strong>De</strong>ze lessen zijn onderdeel van de Leerlijn Erfgoededucatie Hengelo.<br />

Leerdoelen<br />

<strong>De</strong> leerling leert:<br />

• dat zout uit de grond wordt gewonnen.<br />

• over het ontstaan van de zoutindustrie in het gebied Hengelo, Boekelo en<br />

<strong>De</strong>lden.<br />

• tastbare sporen van de zoutwinning rondom Hengelo te herkennen.<br />

Aansluiting bij het leerplan:<br />

<strong>De</strong> lessen over Zout uit Hengelo sluiten aan bij de kerndoelen van het leergebied<br />

‘Oriëntatie op jezelf en de wereld’. In dit leergebied oriënteren leerlingen zich onder<br />

andere op de natuurlijke omgeving en op verschijnselen die zich daarin voordoen.<br />

Leerlingen oriënteren zich ook op de wereld, dichtbij, veraf, toen en nu en maken<br />

daarbij gebruik van cultureel erfgoed.<br />

Kerndoelen:<br />

1. <strong>De</strong> leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen,<br />

zoals aanwezig in ons cultureel erfgoed, en ze leren aanduidingen van tijd en<br />

tijdsindeling te hanteren.<br />

2. <strong>De</strong> leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van<br />

cultureel erfgoed.<br />

Onderwerpen in de methodes aardrijkskunde en geschiedenis waar deze lessen bij<br />

aansluiten: klimaat en landschap; waterbeheer (waterschap), hoog en laag land, strijd<br />

tegen het water.<br />

Download bij deze lessen de achtergrondinformatie “<strong>De</strong> industrieën” van de website:<br />

www.de<strong>streek</strong><strong>centraal</strong>.nl.<br />

Hierin vindt u een stukje tekst over AKZO Zout Chemie.<br />

“<strong>De</strong> industrieën” komt uit “Hengelo (O.) van gehucht tot…”, een uitgave van Bureau<br />

voorlichting gemeente Hengelo, 1978. Hierin leest u meer over de industrieën in<br />

Hengelo.


Les 1: Een zoute geschiedenis (introductieles)<br />

Tijd: 45 minuten<br />

Benodigdheden: schaaltjes met smaakstoffen, blinddoek.<br />

• Doe een proef met verschillende smaakstoffen in schaaltjes: zout,<br />

suiker, peper, kaneel, kerrie. Laat de leerlingen (of een aantal leerlingen)<br />

geblinddoekt proeven van de schaaltjes met een lepeltje.<br />

• Bespreek de volgende vragen:<br />

- Welke smaken heb je geproefd?<br />

- Waarvoor gebruiken we deze smaakstoffen? Waarvoor gebruiken we<br />

zout?<br />

• Vertel op basis van onderstaande informatie het verhaal over de Baron<br />

van Twickel die per ongeluk zout boorde en zo eigenlijk het begin van de<br />

zoutindustrie rond Hengelo inluidde.<br />

<strong>De</strong> eerste keer dat er zout werd ontdekt in Nederland was in 1886 in<br />

<strong>De</strong>lden. Baron van Heeckeren van Wassenaer op Kasteel Twickel in <strong>De</strong>lden<br />

ging naar schoner drinkwater boren in de grond. Het water, dat naar boven<br />

kwam, was niet te drinken: het was veel te zout. Zo werd ontdekt, dat er<br />

zout zat in de Twentse grond!<br />

Tot dan kwam het zout vooral uit Duitsland, maar door de Eerste<br />

Wereldoorlog werd dat te moeilijk en te duur en dus besloot men om zelf in<br />

Nederland zout te winnen. Een Zaanse zoutzieder herinnerde zich dat er in<br />

het oosten van ons land in 1886 zout in de bodem was gevonden. Zo werd<br />

direct na de Eerste Wereldoorlog, in 1918, in Boekelo de “Zoutindustrie”<br />

opgericht. Voor het vervoer van zout lag er al een spoorlijn bij Hengelo.<br />

Maar toen vóór de Tweede Wereldoorlog het Twentekanaal klaar was, werd<br />

er een zoutfabriek in Hengelo gebouwd. Nu kon het zout niet alleen per<br />

trein maar ook per schip worden vervoerd.<br />

In en rond Hengelo zijn de klassieke boortorens nog wel te zien, maar ze zijn<br />

niet meer in gebruik, het zijn nu voorbeelden van industriële monumenten.<br />

Tegenwoordig gebeurt de zoutwinning met de zouthuisjes, die overal in<br />

het landschap rond Hengelo te zien zijn. <strong>De</strong> methode om zout uit de grond<br />

te halen is echter nauwelijks veranderd. Er worden in de grond buizen<br />

aangebracht die door de tussenliggende lagen steken en uitkomen in de<br />

zoutlaag. Door deze kilometers lange buizen wordt lauw water gepompt.<br />

Het zout lost in het lauwe water op en het ontstane pekelwater wordt door<br />

de buizen naar boven gepompt en naar de fabriek gevoerd, waar het water<br />

in kookketels wordt verdampt. Het zout blijft over maar moet nog gedroogd<br />

worden in een centrifuge.<br />

<strong>De</strong> zoutfabriek in Hengelo bestaat nog steeds en staat aan het<br />

Twentekanaal. Het adres van de zoutfabriek is grappig genoeg (maar<br />

waarschijnlijk niet toevallig) de ‘boortorenweg’ in Hengelo.


• Zout komt dus uit de grond rondom Hengelo. Bespreek met de leerlingen de<br />

vraag: Hoe kun je zout uit de grond halen? Hoe wordt zout gewonnen?<br />

• Laat de foto’s zien van de zoutfabriek in Hengelo en de zoutboortorens en<br />

foto’s van Akzo Nobel nu. Bespreek daarbij de volgende vragen:<br />

- Wat zijn de verschillen tussen de oude boortoren en het nieuwe<br />

zouthuisje?<br />

- Wat doet de man met de schep?<br />

- Wat zou er met die grote berg zout gebeuren?<br />

- Waarom ligt de zoutfabriek aan het water?


Les 2: Zoutexpeditie (beleven van het erfgoed)<br />

Tijd: 60 minuten<br />

Benodigdheden: Papier, potloden (voor tekening) en de kijkopdrachten bij de<br />

boortoren voor uzelf.<br />

Tip: Maak een keuze of deel deze les eventueel op in twee lessen!<br />

• Oude boortoren<br />

Ga naar één van de boortorens die nog te zien zijn in Hengelo. (Bijvoorbeeld:<br />

Industriestraat, Twekkelerweg Waarbeek, net buiten Hengelo)<br />

Beantwoord met de leerlingen de volgende kijkvragen over de oude boortoren:<br />

- Welke vorm heeft de boortoren? Welke kleur? Waarom zou de boortoren<br />

deze vorm hebben?<br />

- Wordt de boortoren nu ergens anders voor gebruikt?<br />

- Kun je er omheen lopen?<br />

- Maak een tekening van de boortoren.


Les 3: Zo zout hebben we het nog nooit gegeten<br />

(reflectieles in de klas)<br />

Tijd: 45 minuten<br />

Benodigdheden: constructiematerialen voor boortoren, verf, tekenspullen.<br />

• Terugblik op vorige lessen: Wat heb ik geleerd?<br />

Bespreek wat de leerlingen gezien en geleerd hebben over zout en de boortoren.<br />

Verzamel met de klas drie dingen die ze nu wel weten die ze eerst niet wisten over<br />

zout.<br />

• Kies een verwerkingsopdracht:<br />

Bouw zelf een zoutboortoren met constructiematerialen of met wasknijpers/<br />

ijsstokjes.<br />

Laat de leerlingen op basis van hun tekening uit de vorige les zelf een zoutboortoren<br />

bouwen. Verf de boortoren ook.<br />

Maak een tekening / stripverhaal over de Baron van Twickel.<br />

<strong>De</strong> leerlingen verbeelden het verhaal van de Baron van Twickel die per ongeluk zout in<br />

de grond ontdekte toen hij ging boren naar schoner drinkwater.


Kunst uit Hengelo<br />

Lessen voor <strong>groep</strong> 3-4<br />

<strong>De</strong>ze lessen zijn onderdeel van de Leerlijn Erfgoededucatie Hengelo.<br />

Leerdoelen<br />

<strong>De</strong> leerling leert:<br />

• wat een schilder is en wat schilderkunst inhoudt.<br />

• dat Theo Wolvecamp en Eef de Weerd beroemde schilders uit Hengelo<br />

waren.<br />

• waar de schilderijen van deze twee schilders nog te zien zijn.<br />

Aansluiting bij het leerplan:<br />

<strong>De</strong> lessen over Kunst uit Hengelo sluiten aan bij de kerndoelen van het leergebied<br />

‘Oriëntatie op jezelf en de wereld’. In dit leergebied oriënteren leerlingen zich onder<br />

andere op de natuurlijke omgeving en op verschijnselen die zich daarin voordoen.<br />

Leerlingen oriënteren zich ook op de wereld, dichtbij, veraf, toen en nu en maken<br />

daarbij gebruik van cultureel erfgoed.<br />

Kerndoelen:<br />

1. <strong>De</strong> leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen,<br />

zoals aanwezig in ons cultureel erfgoed, en ze leren aanduidingen van tijd en<br />

tijdsindeling te hanteren.<br />

2. <strong>De</strong> leerlingen leren beelden, taal, muziek,spel en beweging gebruiken, om er<br />

gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren.<br />

3. <strong>De</strong> leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren.<br />

4. <strong>De</strong> leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van<br />

cultureel erfgoed.


Les 1: Beroemde schilders uit Hengelo (introductieles)<br />

Tijd: 60 minuten<br />

Benodigdheden: internet om via google afbeeldingen van schilderijen te bekijken.<br />

• Start de les met een leergesprek over het begrip: Wat is een schilder? Wat is<br />

een kunstschilder? Welke kunstschilders kennen de kinderen?<br />

• Vertel dat er beroemde kunstschilders uit Hengelo komen: Theo Wolvecamp<br />

en Eef de Weerd.<br />

Vertel in uw eigen woorden iets over deze schilders. Gebruik de volgende<br />

wist-je-datjes.<br />

Wist je dat:<br />

- Theo Wolvecamp een wereldbekende schilder was en dat hij uit<br />

Hengelo kwam?<br />

- hij in 1925 in Hengelo is geboren?<br />

- hij na de tweede wereldoorlog in Amsterdam ging wonen om te<br />

schilderen? Hij was toen 22 jaar oud.<br />

- hij samen met andere bekende schilders zoals Karel Appel, Constant en<br />

Corneille een kunst<strong>groep</strong> oprichtte met andere schilders uit de wereld?<br />

Dit was de CoBrA <strong>groep</strong>. Hij werkte toen in Parijs.<br />

- deze <strong>groep</strong> zo heette omdat dit de plaatsnamen waren waar de schilders<br />

vandaan kwamen: Copenhagen (<strong>De</strong>nemarken), Brussel (België) en<br />

Amsterdam.<br />

- deze <strong>groep</strong> kunstenaars wilden experimenteren met kunst? Dat betekent<br />

dat ze op andere en nieuwe manieren wilden schilderen dan ze op school<br />

hadden geleerd.<br />

- Theo Wolvecamp weer terugkeerde naar Hengelo omdat hij de natuur<br />

van Twente miste in Amsterdam.<br />

- niet alle schilderijen van Theo bewaard zijn gebleven? Hij was soms zo<br />

ontevreden over het schilderij dat hij het kapot maakte.<br />

- Theo Wolvecamp zelf de schilderijen bewonderde van: Kandinsky, Picasso<br />

en Miro.<br />

- er nu een ‘Wolvecamp-prijs is die iedere twee jaar wordt uitgereikt aan<br />

kunstenaars?<br />

- Theo Wolvecamp heel lang gewoond en gewerkt heeft in het<br />

Lambooyhuis in de Langestraat in Hengelo? Dat is nu een kunstcentrum<br />

waar kunstenaars samenkomen, schilderijen hangen en muziekoptredens<br />

zijn.<br />

- de wereldberoemde Cobra-schilder uit Hengelo 67 jaar is geworden.<br />

- de schilderijen van Theo over de hele wereld zijn verspreid.


Wist je dat:<br />

- Eef de Weerd een buurjongen was van Theo Wolvecamp?<br />

- zij vrienden waren en samen gingen schilderen als andere jongens gingen<br />

voetballen?<br />

- hij in 1926 in Zutphen is geboren en is opgegroeid in Hengelo.<br />

- hij in het begin van de jaren vijftig in Twente een schilder was die hele<br />

nieuwe kunst maakte?<br />

- zijn schilderijen nu mooi worden gevonden, maar dat was niet meteen<br />

zo, ook in Hengelo niet. Daardoor kon hij niet leven van de schilderkunst.<br />

- Eef de Weerd ook in een metaalfabriek in Hengelo heeft gewerkt? Daar<br />

moest hij zwaar lichamelijk werk doen.<br />

- hij daarna toch weer ging tekenen en schilderen. Hij ging toen ook weer<br />

op stap met Theo Wolvecamp: kunst kijken in Nederland en andere<br />

landen.<br />

- zijn kinderen: Marianne en Pieter de Weerd, heel veel van de schilderijen<br />

van hun vader aan het Historisch Museum Hengelo hebben gegeven?<br />

- het museum nu in één keer meer dan honderd schilderijen van Eef de<br />

Weerd in bezit heeft.<br />

• Laat via google afbeeldingen zien van deze schilders en hun schilderijen.<br />

• Bespreek met de leerlingen de waarde van bewaren.<br />

- Waarom bewaren we de schilderijen van deze twee schilders?<br />

- Hoe bewaar je kunstschilderijen? Hoe bewaar je jouw tekeningen?<br />

- Waar kun je deze schilderijen nu nog zien in het echt?


Les 2: Bekijk het! (beleven van het erfgoed)<br />

Tijd: 60 / 90 minuten<br />

Tip: Maak een afspraak met het Historisch Museum Hengelo voor een bezoek.<br />

• Bezoek aan het Historisch Museum Hengelo<br />

In het museum hangt een schilderij van Theo Wolvecamp en Eef de Weerd.<br />

Ga met de leerlingen deze schilderijen in het echt bekijken.<br />

Bespreek de volgende vragen tijdens het bezoek:<br />

- Wat zie je op de schilderijen?<br />

- Welke kleuren zie je?<br />

- Hoe zijn de schilderijen opgehangen?<br />

- Welk gevoel hoort bij de schilderijen? Vrolijk? Verdriet? Boosheid? Een ander<br />

gevoel?<br />

- Wat zijn de verschillen tussen de schilderijen?<br />

- Wat zijn de overeenkomsten?<br />

- Waarom zouden juist deze twee schilderijen hier hangen?


Les 3: Ben jij de volgende beroemde schilder uit Hengelo?<br />

(reflectieles in de klas)<br />

Tijd: 60 minuten<br />

Benodigdheden: verfspullen, papier, eventueel google voor een afbeelding van een<br />

schilderij.<br />

• Terugblik op vorige lessen: Wat heb ik geleerd?<br />

Bespreek wat de leerlingen gezien en geleerd hebben over deze twee beroemde<br />

schilders uit Hengelo en de schilderijen die ze hebben gezien. Verzamel met de<br />

klas drie wetenswaardigheden die ze nu wel weten en die ze eerst niet wisten.<br />

• Maak zelf moderne kunst<br />

Laat de leerlingen zelf een schilderij maken.<br />

Stel vooraf de volgende vragen:<br />

- Welke kleuren wil je gebruiken?<br />

- Welke vormen gebruik je?<br />

- Wat wil je laten zien?<br />

- Welk gevoel hoort hierbij? Verdriet? Vrolijk? Boosheid? Een ander gevoel?<br />

U kunt ook een schilderij van één van deze twee bekende schilders uit Hengelo<br />

laten naschilderen en de leerlingen daar een eigen interpretatie aan laten geven.<br />

Bespreek met de leerlingen de schilderijen die ze hebben gemaakt. Wat valt hen<br />

op aan de schilderijen? Zit er een nieuwe beroemde schilder uit Hengelo bij?<br />

Maak een tentoonstelling van deze zelfgemaakte schilderijen.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!