25.09.2013 Views

Odeon 89 (PDF) - start - De Nederlandse Opera

Odeon 89 (PDF) - start - De Nederlandse Opera

Odeon 89 (PDF) - start - De Nederlandse Opera

SHOW MORE
SHOW LESS

Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!

Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.

ODEON<br />

Magazine van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

23ste jaargang / nr. <strong>89</strong> juni/juli 2013<br />

<strong>89</strong><br />

8<br />

Sunken Garden<br />

Michel van der Aa<br />

12 Die Meistersinger<br />

von Nürnberg<br />

Richard Wagner<br />

22 <strong>De</strong>ath in Venice<br />

Benjamin Britten


Seizoen 2013 2014<br />

Wagner<br />

Siegfried<br />

Gluck<br />

Armide<br />

Wagner<br />

Götterdämmerung<br />

Prokofjev<br />

<strong>De</strong> speler<br />

Wagner<br />

<strong>De</strong>r Ring des Nibelungen<br />

www.dno.nl<br />

u bent geïnteresseerd in opera?<br />

u bent een regelmatig bezoeker van dno?<br />

u wilt daarom graag meer betrokken zijn bij dno?<br />

<strong>De</strong> Vereniging Vrienden van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> biedt u<br />

daartoe de gelegenheid. <strong>De</strong> Vereniging is nauw betrokken bij<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>, steunt DNO op allerlei manieren en<br />

wil de belangstelling voor opera in het algemeen bevorderen.<br />

Contributie per seizoen:<br />

Individueel lidmaatschap € 35,-<br />

Gezinslidmaatschap (2 personen) € 65,-<br />

Donateur (minimaal) € 100,-<br />

Fidelio (t/m 29 jaar) € 20,-<br />

ABN Amro: 43.40.57.207<br />

Vrienden van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Waterlooplein 22<br />

1011 PG Amsterdam<br />

telefoon: (020) 5518282<br />

fax: (020) 6250920<br />

e-mail: vrienden@dno.nl<br />

www.vriendenvdopera.demon.nl<br />

2<br />

Donizetti<br />

Lucia di Lammermoor<br />

Strauss<br />

Arabella<br />

Gounod<br />

Faust<br />

Padding<br />

Laika<br />

Verdi<br />

Falstaff<br />

Het lidmaatschap van<br />

de Vrienden biedt u:<br />

* Exclusief Vriendenabonnement<br />

* Voorbespreking plaatskaarten<br />

* <strong>Opera</strong>filmavonden<br />

* Literaire avonden<br />

* Eendaagse operareizen<br />

* Meerdaagse operareizen<br />

* Vriendenbulletin<br />

* Prix d’Amis | Kerstmatinee<br />

* Fotojaarboek DNO<br />

vrienden van de nederlandse opera<br />

Fidelio, dé vereniging voor jonge<br />

operafans<br />

Jonge mensen t/m 29 jaar kunnen<br />

lid worden van Fidelio, Jonge<br />

Vrienden van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong>. Voor deze groep worden<br />

speciale activiteiten georganiseerd.<br />

Column<br />

Durf te genieten…<br />

Je hebt mensen, u kent ze misschien<br />

wel, die alleen maar klagen. ‘Het weer<br />

is niet meer zoals vroeger, de kinderen<br />

zijn vervelend, televisie is niks, we<br />

hebben een kabinet dat luiert en van<br />

de nieuwe koning verwacht ik ook niks.’<br />

Het zijn mensen die zin hebben om<br />

te klagen, zin hebben in een negatieve<br />

kijk, zin hebben om zuur door het leven<br />

te sjokken. Onder het operapubliek heb<br />

je ook dat soort mensen. Tijdens het<br />

aanschouwen van een indrukwekkende<br />

operavoorstelling hoor je ze kniezen:<br />

‘Het orkest is niet in vorm en die<br />

sopraan bakt er ook niks van. En wat<br />

een bespottelijk decor. Heb jij het ook<br />

zo warm? Het is hier óf te koud, óf te<br />

warm. Was Truze Lodder nog maar de<br />

baas.’<br />

Die klaagmensen klagen de god-<br />

ganse dag en hebben geen zin om<br />

te luisteren. Maar willen wel van hun<br />

medemens een bevestiging van hun<br />

gelijk! En als die bevestiging uitblijft,<br />

dan deugt de medemens niet. ‘Jij hoort<br />

toch ook dat hij ernaast zingt! Nee, hoor<br />

je dat niet? Nou, dan moet je je oren uit<br />

laten spuiten want het is zo verschrikkelijk<br />

vals!’ Terwijl je ook mensen hebt<br />

die door zogenaamde valsheid heenkijken<br />

en de schoonheid van een<br />

ontroerend geheel tot zich door laten<br />

dringen.<br />

In het dagelijks leven heb je soms<br />

ook te maken met mensen die zich<br />

focussen op de oneffenheden in de<br />

maatschappij en geen oog hebben voor<br />

een soms schitterend geheel. Mag ik<br />

een voorbeeld geven? Graag! Als mijn<br />

vrouw Geurtie thuis komt van een bezoek<br />

aan de Bijenkorf en trots een, in haar<br />

ogen, prachtige jurk aan mij toont, ga<br />

ik niet zeggen: ‘Het is een ordinaire<br />

soepjurk, leuk voor een achterbuurtvrouw!’<br />

Zoiets zeg ik niet terwijl ik<br />

het wel vind. Weet u wat ik wel doe?<br />

Ik kijk door de soepjurk heen en zie de<br />

schoonheid van haar enthousiasme.<br />

Ik begin te zeggen dat het zo fijn is<br />

dat ze de in haar ogen juiste keus heeft<br />

gemaakt en een paar uur later begin<br />

ik wellicht over de minpuntjes. En nog<br />

weer later vraag ik waar haar smakeloosheid<br />

zijn oorsprong vindt. Ik hou<br />

er van om positief te beginnen terwijl<br />

veel mensen juist de minpuntjes meteen<br />

naar voren schuiven. Je hebt mensen<br />

die duidelijk willen maken dat ze<br />

én verstand van dit en dat hebben én<br />

dat ze eerlijk zijn.<br />

Weet u dat ik helemaal niet van dat<br />

soort eerlijkheid hou? Het is egoïstische<br />

eerlijkheid, het gaat de persoon<br />

om zijn eigen ik. Kijk eens hoe eerlijk<br />

ik ben. Ik wantrouw altijd mensen die<br />

zeggen dat ze altijd precies zeggen<br />

wat ze vinden, ja, want zo ben ik nou<br />

eenmaal. Het zijn vaak irritante ijdeltuiten<br />

die in wezen enorm oneerlijk zijn.<br />

3<br />

In de journalistiek heb je ook van die<br />

zogenaamd eerlijke journalisten, die<br />

zogenaamd kritische vragen stellen.<br />

Tegen een politicus zeggen: ‘<strong>De</strong>nkt u<br />

echt dat uw achterban u nog kan volgen?’<br />

Of tegen een wat oudere zanger:<br />

‘Bent u niet te oud om nog te zingen?’<br />

Het gaat in zo’n geval niet om het antwoord<br />

– want de geïnterviewde klapt<br />

dicht of gaat zich verdedigen – nee, het<br />

gaat om de vraag. Het is de ijdeltuiterij<br />

van de interviewer die centraal staat.<br />

Soms word je misselijk van het egoïstische<br />

negativisme.<br />

En toch... zin om te genieten. Terwijl<br />

de crisis om zich heen grijpt, terwijl<br />

veel mensen nog nauwelijks geld<br />

hebben om hun gat te krabben, toch<br />

de kracht opbrengen om te genieten.<br />

En wellicht de voordelen inzien van<br />

een financiële ramp. Aan de ene kant<br />

is het erg als je gedwongen wordt om<br />

een groot huis te verkopen en aan de<br />

andere kant kun je het ook opvatten als<br />

een ware bevrijding. Je laat je prachtige<br />

huis, zo schitterend ingericht, met<br />

prachtige schilderijen van oude meesters,<br />

een huis met een ruim binnenzwembad,<br />

dat huis, laat je achter en<br />

ervoor in de plaats komt een etagewoning<br />

van geringe omvang. En dan<br />

maar lekker genieten van de eenvoud.<br />

Geen zorgen meer om zakkende aandelen,<br />

geen zorgen meer over duurder<br />

wordende bewaking, geen vrienden<br />

meer die op je geld uit zijn, maar alleen<br />

nog zuivere eenvoud.<br />

Misschien wat moeilijk om van woede<br />

en verongelijktheid over te stappen op<br />

berusting en aanvaarding. Maar als het<br />

lukt, weet ik zeker, word je een beter<br />

mens. En als je dan van je laatste geld<br />

een mooie plaats in de opera hebt, dan<br />

is je geluk compleet. En je weet dat je<br />

daarna weer droog brood moet eten<br />

maar wat geeft het als je de kunst<br />

verstaat om op het juiste moment<br />

met volle teugen te genieten? Als je<br />

de kunst van het incasseren verstaat<br />

en als je hebt geleerd om met beide<br />

benen op de grond te staan? Zo zullen<br />

de Russen die hun geld op een van de<br />

gevallen banken van Cyprus hebben<br />

gezet ook opgelucht adem halen. Eindelijk<br />

geen zorgen meer maar rust en<br />

eenvoud.<br />

Durf te genieten. Niet met het vliegtuig<br />

naar Australië maar met de fiets<br />

naar Oostende. Ik denk dat door de<br />

crisis het beste in ons boven gaat<br />

komen en dat de wereld er idealistischer<br />

uit gaat zien. Ik wens u een<br />

sobere maar oprechte zomer en veel<br />

operaplezier. Geniet ervan!<br />

Dominee Eppe Gremdaat


Rob Streevelaar (l) en Marc Albrecht (Foto: Hans van den Bogaard)<br />

Nederlands Philharmonisch Orkest | Nederlands Kamerorkest<br />

Michel Khalifa<br />

Een dubbele passie<br />

Eén organisatie, twee orkesten, drie pijlers: het Nederlands Phiharmonisch Orkest en het<br />

Nederlands Kamerorkest, vaste partners van DNO, verdelen hun tijd tussen operavoorstellingen,<br />

symfonische concerten en educatieve projecten. Algemeen directeur Rob Streevelaar en chefdirigent<br />

Marc Albrecht zien het als hun missie om excellentie en laagdrempeligheid te combineren:<br />

‘We maken onze orkesten zichtbaar.’<br />

<strong>De</strong> Stichting Nederlands Philharmonisch<br />

Orkest, waarin het gelijknamige gezelschap<br />

en het Nederlands Kamerorkest verenigd<br />

zijn, is van oudsher de belangrijkste orkestpartner<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>. Bij<br />

elkaar verzorgen beide orkesten elk seizoen<br />

ruim de helft van alle DNO-producties. <strong>De</strong><br />

aanstelling van Marc Albrecht als de gedroomde<br />

chef-dirigent van zowel NedPhO|<br />

NKO als DNO met ingang van het seizoen<br />

2011-2012 heeft de band tussen de twee<br />

orkesten en het nationale opera-gezelschap<br />

nog versterkt. Zijn tweevoudige betrekking<br />

biedt Albrecht veel ruimte om de artistieke<br />

ambities van beide orkesten waar te maken,<br />

zowel op het concertpodium als in de orkestbak.<br />

‘<strong>De</strong> musici en ik delen een dubbele passie<br />

voor opera en symfonische muziek,’ stelt de<br />

energieke chef. ‘Bovendien creëren we raakvlakken<br />

tussen wat wij bij DNO spelen en<br />

het repertoire dat wij op het concertpodium<br />

brengen. In maart voerde ik met het NedPhO<br />

de monumentale Alpensinfonie van Richard<br />

Strauss uit in het Concertgebouw en op<br />

tournee in Duitsland. Tijdens de repetities<br />

konden we voortbouwen op de opera-ervaring<br />

die we samen de afgelopen jaren hebben<br />

opgedaan met Die Frau ohne Schatten en<br />

Elektra. Omgekeerd zou een operaorkest<br />

nooit het voor Amsterdam hoge vereiste<br />

niveau kunnen bereiken wanneer het zich<br />

niet op het concertpodium kon ontwikkelen.’<br />

Algemeen directeur Rob Streevelaar van<br />

het NedPhO|NKO vult zijn chef-dirigent<br />

aan: ‘In de opera vervult het orkest een<br />

hoofdrol. Het instrumentale samenspel,<br />

de interactie met solisten en de grote<br />

instrumentale solo’s verlangen een excellent<br />

spelniveau. Die kwaliteit ontwikkelt<br />

een orkest niet in de moeilijke akoestische<br />

omgeving van een orkestbak maar op het<br />

concertpodium. Dat geldt voor alle grote<br />

operaorkesten.’ Albrecht, met breed gebaar:<br />

‘Ervaring in het grote symfonische repertoire<br />

geeft een orkest de energie van een Ferrari.<br />

Op het concertpodium moet je echt durven,<br />

je kunt je nergens verstoppen.’<br />

<strong>De</strong>sgevraagd trekt Albrecht een verge-<br />

lijking met zijn geboorteland, waarin elke<br />

middelgrote stad een eigen operahuis met<br />

bijbehorend orkest heeft: ‘Zo’n operaorkest<br />

is beperkt in zijn groeimogelijkheden. Maar<br />

een toporkest als de Staatskapelle Dresden<br />

heeft een gloedvolle klank en een grote<br />

wendbaarheid omdat ze naast hun taken in<br />

de Semperoper ook concerten geven en op<br />

tournee gaan.’<br />

<strong>Opera</strong> van topklasse<br />

NedPhO|NKO en DNO zijn blij dat de<br />

banden weer zijn aangetrokken. Tussen het<br />

vertrek van Hartmut Haenchen in 2003 en<br />

de komst van Marc Albrecht in 2011 had het<br />

‘orkestloze’ operahuis aan de Amstel chefdirigenten<br />

(Edo de Waart en vervolgens Ingo<br />

Metzmacher) zonder een vaste verbintenis<br />

met het NedPhO, terwijl de chef-dirigent<br />

van het NedPhO (wijlen Yakov Kreizberg)<br />

prachtige concerten met zijn orkest gaf<br />

maar haast nooit in de orkestbak van het<br />

Muziektheater te vinden was: voor alle<br />

partijen een ongemakkelijke situatie.<br />

‘In artistiek opzicht is de samenwerking<br />

tussen NedPhO|NKO en DNO altijd heel<br />

goed gebleven,’ relativeert Rob Streevelaar,<br />

‘maar de komst van een gezamenlijke chef<br />

van dit kaliber betekende een grote stap<br />

vooruit. We zijn er trots op dat we als ervaren<br />

operaorkest een wezenlijke bijdrage aan<br />

de producties van DNO mogen leveren.<br />

<strong>Opera</strong> in Amsterdam is van internationale<br />

topklasse, met relevante solisten en aansprekende<br />

regisseurs.’<br />

Gemiddeld zal Marc Albrecht bij DNO drie<br />

opera’s per seizoen dirigeren. In 2013-2014<br />

zijn het er slechts twee omdat Hartmut<br />

Haenchen dan de hele Ring voor zijn rekening<br />

neemt, in 2014-2015 maakt de nieuwe chef<br />

een inhaalslag met vier producties. Tot nu<br />

toe profileerden Albrecht en het NedPhO<br />

zich vooral met Duitstalige opera’s uit de<br />

twintigste eeuw: tweemaal Strauss, <strong>De</strong>r<br />

Schatzgräber van Schreker en de bejubelde<br />

wereldpremière van Manfred Trojahns Orest.<br />

Daar kwam nog <strong>De</strong> legende van de onzichtbare<br />

stad Kitesj van de Rus Rimski-Korsakov<br />

bij. In juni volgt een nieuwe productie van<br />

Wagners Meistersinger von Nürnberg, waarmee<br />

de chef-dirigent een belangrijke bijdrage<br />

aan het Wagner-jaar levert.<br />

4 5<br />

Het zal geen toeval zijn dat Albrecht,<br />

gepokt en gemazeld in het laatromantische<br />

repertoire voor groot orkest, concertprogramma’s<br />

samenstelt waarin dezelfde componistennamen<br />

met enige regelmaat terugkeren.<br />

Is het NedPhO hard op weg een<br />

Wagner- en Straussorkest te worden, zoals<br />

door sommige buitenstaanders wordt<br />

gesuggereerd?<br />

Albrecht, vriendelijk als altijd maar licht<br />

gepikeerd: ‘Maar het NedPhO ís al een<br />

Wagner- en Straussorkest! Gelukkig is het<br />

ook veel méér dan dat: we programmeren<br />

relatief weinig Wagner en Strauss op het<br />

concertpodium en kiezen voor een breed<br />

palet van muzikale handschriften en stijlen.<br />

Mijn fans bij de opera hoeven niet teveel<br />

Duitse laatromantiek te vrezen: dit seizoen<br />

hebben we met groot plezier Mozarts Zauber-<br />

flöte gebracht, in het komend seizoen dirigeer<br />

ik Prokofjevs <strong>De</strong> speler en ik verheug<br />

me op mijn eerste Verdi bij DNO in seizoen<br />

2014-2015. Het allerbelangrijkste is: het<br />

NedPhO en het NKO zijn flexibel en avontuurlijk;<br />

de musici hebben een brede belangstelling,<br />

net als ik.’<br />

‘Bij DNO zullen we in de toekomst ook<br />

oude muziek spelen,’ vult Rob Streevelaar<br />

aan. ‘Oude muziek is niet langer meer een<br />

exclusief domein van zogenaamde “gespecialiseerde<br />

ensembles”. Artistiek leider<br />

Gordan Nikolić leidde het NKO in spraakmakend<br />

mooie concertproducties rondom<br />

Händel en Vivaldi. Met die expertise kunnen<br />

we in de opera onze grenzen verleggen.<br />

DNO huurde daar voorheen buitenlandse<br />

ensembles voor in.’<br />

Ontmoetingsplek<br />

<strong>De</strong> afgelopen twee jaar is er veel ten goede<br />

veranderd voor het NedPhO en het NKO.<br />

Zo heeft Marc Albrecht ervoor gekozen zich<br />

in Amsterdam te vestigen, terwijl de meeste<br />

toporkesten een chef-dirigent hebben die<br />

uit de koffer leeft en slechts in zijn concertweken<br />

aanwezig is. ‘We zijn blij dat we geen<br />

“luchthavendirigent” hebben,’ zegt Rob<br />

Streevelaar. ‘Als ik buiten de repetitieperioden<br />

met Marc wil overleggen, kan hij meestal<br />

de volgende dag al langskomen. Op de<br />

fiets, ja dát is luxe.’<br />

Albrechts fysieke aanwezigheid in de stad<br />

maakt ook een wereld van verschil in de<br />

omgang met de orkestleden. ‘Ik heb jarenlang<br />

veel gereisd en in hotelkamers geleefd,’<br />

zegt de chef-dirigent. ‘Nu ik meer tijd in de<br />

stad doorbreng, zijn de contacten met de<br />

musici intensief en tegelijk meer ontspannen.<br />

Het was een zeer bewuste keuze om<br />

hier te komen wonen. Dit grote avontuur met<br />

DNO en NedPhO|NKO heeft alleen zin wanneer<br />

ik alles aus der Tiefe kan doen, met een<br />

andere puls.’<br />

Naast zijn twee banen in Amsterdam<br />

heeft Albrecht geen tijd voor een vaste<br />

betrekking elders. Hij blijft wel als gastdirigent<br />

optreden, onder meer bij enkele hem<br />

vertrouwde gezelschappen, waaronder de<br />

Scala in Milaan, de Wiener Symphoniker en<br />

de opera van Zürich.<br />

Eind 2012 verruilden het NedPhO en het<br />

NKO de statige maar wat sombere Beurs<br />

van Berlage voor de lichtovergoten<br />

NedPhO-koepel aan het Obiplein in<br />

Amsterdam-Oost. Na een grondige verbouwing<br />

van de voormalige Majellakerk beschikt<br />

het orkest over een uniek eigen huis en ontmoetingsplek.<br />

Er zijn openbare repetities,<br />

kleinschalige buurtconcerten en haast<br />

wekelijks ontvangt het orkest er schoolklassen.<br />

Het is de laagdrempelige insteek waarmee<br />

hun verre voorganger, het Kunstmaand<br />

Orkest onder dirigent Anton Kersjes, al ruim<br />

een halve eeuw geleden grote groepen<br />

Amsterdammers in aanraking bracht met<br />

de wereld van het orkest.<br />

Al jaren spelen musici van het NedPhO|<br />

NKO onder de noemer NedPhO GO! op uiteenlopende<br />

plekken in Amsterdam zoals<br />

op scholen, in buurthuizen en ziekenhuizen.<br />

Ze bereiken hiermee met succes Amsterdammers<br />

die niet vanzelfsprekend een concertzaal<br />

bezoeken. <strong>De</strong> nieuwe huisvesting<br />

biedt daartoe meer mogelijkheden. Meer<br />

dan ooit zijn educatie en gastvrijheid speerpunten<br />

van beide orkesten.<br />

Rob Streevelaar: ‘Ons publiek is veel groter<br />

dan het aantal bezoekers dat zich meldt<br />

aan de kassa van het Muziektheater en het<br />

Concertgebouw. Er bestaat een groot, nieuw<br />

publiek dat wij opzoeken en enthousiast<br />

maken. Het is een voorrecht dat we dat in<br />

Nederland zo kunnen doen. Een verantwoordelijkheid<br />

vooral, die we graag dragen. Een<br />

kind vraagt niet uit zichzelf om Mozart, maar<br />

kan de waarde en betovering ervan ontdekken<br />

wanneer we het aanbieden. Wekelijks<br />

zien onze musici dat gebeuren, in de wijk en<br />

op scholen. Ons product klopt, dat weten we.<br />

Kinderen voelen dat ook. We werken met de<br />

overheid en de Gemeente Amsterdam aan<br />

toegankelijk muziekonderwijs. We zijn ervoor<br />

beschikbaar: 120 musici kunnen veel betekenen<br />

voor de stad.’<br />

Een nieuw profiel<br />

Volgens Marc Albrecht gaan artistieke<br />

excellentie en toegankelijkheid nauw samen:<br />

‘We maken onze orkesten zichtbaar. Het is<br />

onze maatschappelijke verantwoordelijkheid<br />

om steeds meer mensen te bereiken en te<br />

inspireren met onze muziek. Ik zie met veel<br />

voldoening dat onze musici over de grenzen<br />

van het concertpodium heen kijken. Zij nemen<br />

verantwoordelijkheid voor de toekomst.’<br />

Bij die doelstelling hoort een moderne<br />

profielschets van de orkestmusicus. Hij/zij<br />

moet uiteraard uitblinken in de artistieke en<br />

technische beheersing van het instrument.<br />

Daarnaast wordt de sociale interactie met<br />

de omgeving steeds belangrijker. Een orkest-<br />

musicus bij het NedPhO|NKO is een communicator<br />

en inspirator.<br />

Neem bijvoorbeeld de NedPhO/CvA-<br />

Orkestacademie, die dit seizoen van <strong>start</strong><br />

is gegaan. Geselecteerde masterstudenten<br />

van het Conservatorium van Amsterdam<br />

krijgen de kans als stagiair mee te spelen<br />

bij enkele producties. Zo kunnen de musici<br />

van morgen alvast vertrouwd raken met de<br />

klankcultuur en het samenwerkingsproces<br />

binnen een toporkest. Tijdens de stage wordt<br />

elke student persoonlijk begeleid door een<br />

mentor binnen de eigen instrumentensectie.<br />

Ook de chef-dirigent is betrokken. Studen-<br />

ten van de internationale Masteropleiding<br />

Orkestdirectie van de conservatoria van<br />

<strong>De</strong>n Haag en Amsterdam wonen zijn repetities<br />

bij. ‘Onze deuren staan open,’ aldus<br />

Marc Albrecht. ‘Ik verzorg ook een openbare<br />

masterclass. Als student in Wenen heb ik<br />

zelf enorm geprofiteerd van dat soort mogelijkheden.<br />

Ik ging naar alle repetities van de<br />

Wiener Philharmoniker.’ Streevelaar, droogjes:<br />

‘Marc zat vaker in de Musikverein dan in<br />

de Musikhochschule’. Albrecht: ‘<strong>De</strong> praktijk,<br />

daar draait alles om.’<br />

NedPhO-koepel (Foto: Simone van Es)


Talentontwikkeling en Belvedère <strong>Opera</strong>concours<br />

Eric Korsten<br />

Talentontwikkeling<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> (DNO) neemt, met<br />

name door de afsluiting van een ‘convenant’<br />

medio 2012, in Nederland een leidende en<br />

coördinerende rol op zich, waar het gaat<br />

om het tot ontwikkeling brengen van jonge<br />

talenten en jonge professionals in het amalgaam<br />

aan disciplines dat de kunstvorm<br />

opera rijk is. Daarvoor werkt DNO samen<br />

met tal van kunstvakopleidingen, in het bijzonder<br />

conservatoria en de Dutch National<br />

<strong>Opera</strong> Academy, met de Nationale Reisopera<br />

en <strong>Opera</strong> Zuid, VocaalLAB en anderen.<br />

‘Er bestaat hier,’ concludeert Jesús<br />

Iglesias Noriega, hoofd artistieke zaken bij<br />

DNO, ‘maar elders vaak net zo, een gapend<br />

gat tussen opleiding en beroepspraktijk.’<br />

Hij legt uit dat de grote internationale opera-<br />

huizen in het buitenland uit pure noodzaak al<br />

eerder zijn gaan investeren in jong talent.<br />

‘Dat is voor opera-instellingen, ook de onze,<br />

op de lange duur een investering in zichzelf,<br />

en daarmee een gouden belegging in het<br />

veiligstellen van de toekomst van de opera,’<br />

brengt Jesús naar voren. Dat geldt voor<br />

buitenlandse operahuizen die over een eigen<br />

ensemble beschikken zelfs in sterkere mate<br />

dan voor DNO, dat immers volgens het stagionesysteem<br />

te werk gaat.<br />

‘<strong>De</strong> essentie is,’ voegt Tanja Mlaker, zakelijk<br />

leider bij DNO, toe, ‘dat het internationale<br />

concurrentieveld enorm competitief is.<br />

Als je erachter wilt komen hoe een talent<br />

zich staande houdt op het podium of op de<br />

werkvloer, dan moet je bereid zijn om kansen<br />

te creëren. Uiteindelijk kan alleen door ervaringskansen<br />

een talent rijpen en groeien,<br />

begrijpen wat er nodig is om de top te bereiken.<br />

We moeten de deur openzetten voor een<br />

jonge generatie kunstenaars – regisseurs<br />

en musici, maar ook ontwerpers en librettoschrijvers<br />

– en specialistisch vakmanschap<br />

tot bloei brengen voor een hongerige groep<br />

van jonge mensen die er blijk van geven de<br />

kneepjes van het vak te kennen en die bij<br />

ons verder tot ontwikkeling willen brengen.<br />

Met een actief stagebeleid voor artistieke<br />

beroepen geven we hun de mogelijkheid<br />

ervaring op te doen in een professionele<br />

omgeving. We willen mensen zien groeien.’<br />

Kopernikus<br />

DNO <strong>start</strong> in de loop van 2013 zangtrainingen<br />

op het gebied van modern repertoire.<br />

Voor 2014 staat een kleinschalige productie<br />

met jonge zangers op stapel. Een opera van<br />

Claude Vivier, Kopernikus, wordt in het voorjaar<br />

2014 gepresenteerd. In twee afzonderlijke<br />

workshops vooraf en tijdens de repetities<br />

krijgen de zangers specialistische coaching.<br />

Het project wordt geleid door Romain Bischoff,<br />

die de muzikale leiding en coaching voor zijn<br />

rekening neemt, en Marcel Sijm, die voor de<br />

Van de redactie<br />

Belvedère <strong>Opera</strong>concours<br />

Amsterdam krijgt een operaconcours en<br />

wel het gerenommeerde en grootste concours<br />

voor jonge operazangers ter wereld, het<br />

Belvedère <strong>Opera</strong>concours. Dit concours<br />

werd al 32 jaar in Wenen gehouden, maar<br />

krijgt nu een ‘reizende’ opzet en zal elke<br />

twee jaar in de eerste week van juli Amsterdam<br />

gaan aandoen, voor het eerst in 2013<br />

(29 juni tot en met 6 juli).<br />

Amsterdam heeft een der belangrijkste<br />

operahuizen van Europa, <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> (DNO). Maar tot nu toe kende Amster-<br />

dam geen evenement gericht op jonge mensen<br />

en opera, geen concours, wedstrijd of<br />

anderszins. In samenhang met het concours<br />

zullen workshops en masterclasses worden<br />

georganiseerd. Ook wordt samenwerking<br />

gezocht met het Grachtenfestival. Via het<br />

concours en aansluitende activiteiten wil<br />

de Stichting Belvedère nieuwe, jonge doelgroepen<br />

aanspreken, de belangstelling voor<br />

opera intensiveren en jong talent kansen<br />

bieden.<br />

<strong>De</strong> ondernemers Jan Meulendijks en Bart<br />

Schuil, stichters van het Staetshuys Fonds,<br />

dat jong, klassiek geschoold zangtalent<br />

financieel ondersteunt, zijn erin geslaagd<br />

het beroemde concours naar Amsterdam<br />

te halen. Daartoe is de Stichting Belvedère<br />

<strong>Opera</strong> Concours Amsterdam opgericht, die<br />

een samenwerking is aangegaan met DNO,<br />

Het Muziektheater Amsterdam en <strong>De</strong> Kleine<br />

Komedie. <strong>De</strong> Gemeente Amsterdam heeft<br />

medewerking toegezegd en levert een<br />

financiële bijdrage in het kader van 400 jaar<br />

grachten.<br />

Naar Amsterdam<br />

Door middel van voorronden in talloze<br />

landen worden uit 3.000 zangers 150 zangers<br />

geselecteerd die naar Amsterdam komen.<br />

Circa 20 juryleden, intendanten van grote<br />

operahuizen als Metropolitan <strong>Opera</strong>, Staats-<br />

oper Berlin, Teatre del Liceu Barcelona,<br />

Opéra Bastille Parijs, ROH Covent Garden<br />

Londen en DNO beoordelen de zangers hier<br />

in voorronden en halve finales.<br />

Er blijven na de halve finales 15 zangers<br />

over, die in de finale zingen voor publiek en<br />

jury. Er is een 1ste prijs, een publieksprijs en<br />

vele andere prijzen. Een jury van muziekjournalisten<br />

zal de finalisten beoordelen voor de<br />

mediaprijs. <strong>De</strong> voorronden worden gehouden<br />

in <strong>De</strong> Kleine Komedie van 30 juni tot 5 juli.<br />

Tijdens de halve finales is het concours<br />

toegankelijk voor het publiek. In de Belvedère-<br />

week is het de bedoeling in <strong>De</strong> Kleine Komedie<br />

operavoorstellingen op te voeren met jonge<br />

talenten. Op 6 juli is de grote finale in het<br />

Muziektheater met Het Gelders Orkest o.l.v.<br />

Ed Spanjaard.<br />

Impresario’s, mediabedrijven, muziekrecensenten<br />

uit de hele wereld komen tijdens<br />

de voorronden en finales naar Amsterdam<br />

om de jonge zangers te horen, zodat zij zich<br />

kunnen presenteren aan een groot en<br />

invloedrijk gezelschap.<br />

6<br />

7<br />

regie tekent. Jesús: ‘Zie dit project als een<br />

“talentenjacht”, waarbinnen begaafde jonge<br />

zangers en ontwerpers gezamenlijk een<br />

artistieke teamprestatie kunnen leveren.<br />

Daarbij gaat het met name om afgestudeerden<br />

die een volgende stap willen zetten.’<br />

ENOA<br />

DNO is sinds 2012 lid van het European<br />

Network of <strong>Opera</strong> Academies (ENOA), een<br />

langjarige samenwerking van opleidingsinstituten,<br />

festivals en operagezelschappen<br />

uit diverse Europese landen dat wordt gecoördineerd<br />

door het festival van Aix-en-<br />

Provence. Als internationaal toonaangevend<br />

gezelschap kan DNO voor talenten de toegang<br />

ontsluiten naar een breed internationaal<br />

netwerk van opera-academies, -gezelschappen<br />

en -festivals. <strong>De</strong> activiteiten van ENOA<br />

omvatten workshops en coproducties; door<br />

lid van de community te worden kunnen<br />

artiesten contacten opbouwen met leeftijdgenoten<br />

elders in Europa. Het project wordt<br />

ondersteund door het cultuurprogramma<br />

van de Europese Commissie. Tanja: ‘<strong>De</strong><br />

opleidingspraktijk en de beroepspraktijk<br />

verschillen van land tot land aanzienlijk.<br />

Het is dus goed om jonge kunstenaars in<br />

gezamenlijkheid een duidelijk kader aan<br />

te bieden.’<br />

Bestuur en<br />

Comité van Aanbeveling<br />

Het bestuur: mr. Oscar Hammerstein<br />

(voorzitter), Jan Meulendijks (secretaris),<br />

drs. Kees Bakker (penningmeester),<br />

Marcel van den Heuvel en Bart Schuil; het<br />

Comité van Aanbeveling: de burgemeester<br />

van Amsterdam mr. Eberhard van der Laan,<br />

mr. Martine van Loon-Labouchere,<br />

drs. Neelie Kroes, Tania Kross, Truze Lodder,<br />

mr. Laetitia Griffith, Pierre Audi,<br />

jhr. mr. Reinhard van Tets en Victor Halberstadt.<br />

Contactinformatie<br />

Jan Meulendijks<br />

Belvedère <strong>Opera</strong> Concours Amsterdam<br />

Staetshuys<br />

Herengracht 460<br />

1017 CA Amsterdam<br />

020-520 0000<br />

06-533 60 272<br />

www.belvedereamsterdam.com<br />

opera@amsterdambelvedere.com<br />

Wagner 200<br />

In 2013 is het 200 jaar geleden dat Richard Wagner werd geboren. <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

viert dit op gepaste wijze. Zo presenteert DNO een nieuwe productie van Die Meistersinger<br />

von Nürnberg en gaat de inmiddels legendarische productie van de cycus <strong>De</strong>r Ring des<br />

Nibelungen voor het laatst in reprise. Bovendien wordt er een internationaal Wagner Congres<br />

georganiseerd en vindt op verschillende locaties in Amsterdam een groot cultureel evenement<br />

plaats: <strong>De</strong> Groene Ring. Hieronder een overzicht.<br />

Komische opera van Wagner<br />

Die Meistersinger von Nürnberg is (afgezien<br />

van het jeugdwerk Das Liebesverbot) de<br />

enige komische opera van Wagner: een<br />

liefdesverhaal, maar ook een geestige parodie<br />

op het muziekleven in het 19de-eeuwse<br />

Duitsland. Een zangwedstrijd zorgt voor<br />

hilarische en virtuoze momenten. Marc<br />

Albrecht leidt het Nederlands Philharmonisch<br />

Orkest. Van regisseur David Alden<br />

mogen we een sprankelende nieuwe enscenering<br />

verwachten. Voorstellingen in juni<br />

2013. Zie p. 12 e.v.<br />

<strong>Opera</strong> bij ondergaande zon<br />

DNO houdt samen met het Holland Festival<br />

een mooie traditie warm en presenteert<br />

wederom: <strong>Opera</strong> in het Park! Op 20 juni<br />

wordt Die Meistersinger von Nürnberg live<br />

uitgezonden vanuit het Muziektheater op<br />

een grootscherm in het Amsterdamse<br />

Oosterpark. Zie p. 20.<br />

Rheingold op de Rijn<br />

Het Utrechts Studenten Concert combineert<br />

in juli – een samenwerking met o.a. DNO, de<br />

Nationale Reisopera en <strong>Opera</strong> Zuid – zijn<br />

eigen 190-jarig jubileum met het Wagnerjaar<br />

in een bijzondere productie: Rheingold op de<br />

Rijn. Zie p. 20.<br />

<strong>De</strong>r Ring des Nibelungen<br />

Augustus/september 2013:<br />

Siegfried<br />

– een held, een draak en een slapende<br />

jonkvrouw<br />

November 2013;<br />

Götterdämmerung<br />

– tragische, maar grandioze apotheose<br />

Januari/februari 2014:<br />

<strong>De</strong>r Ring des Nibelungen<br />

– de hele cyclus in een week: een onvergetelijke<br />

ervaring!<br />

Meer informatie:<br />

www.derring.nl.<br />

Wagner Congres<br />

‘Conflict en compassie’<br />

Op 28, 29, 30 november en 1 december 2013<br />

organiseert DNO een internationaal Wagner<br />

Congres in samenwerking met het Goethe<br />

Institut, de Universiteit van Amsterdam en<br />

het Wagnergenootschap. Wagners vele<br />

geschriften en opera’s zijn een blijvende<br />

bron van inspiratie én irritatie voor vele kunstenaars,<br />

schrijvers en politici. Het congres<br />

belicht de invloed van Wagners werken op<br />

de culturele, maatschappelijke en politieke<br />

domeinen en hun relevantie voor de 21ste<br />

eeuw.<br />

Meer informatie volgt op:<br />

www.derring.nl.<br />

<strong>De</strong> Groene Ring<br />

Van november 2013 tot en met februari 2014<br />

organiseert DNO onder de titel <strong>De</strong> Groene<br />

Ring een groot cultureel evenement gerelateerd<br />

aan <strong>De</strong>r Ring des Nibelungen. Terwijl de<br />

Ring ons een wereld toont die gedoemd is<br />

ten onder te gaan, laat <strong>De</strong> Groene Ring zien<br />

hoe de mensheid de verantwoordelijkheid<br />

voor de geschonden wereld op haar schouders<br />

neemt. <strong>De</strong> Groene Ring bestaat net als<br />

Wagners Ring-cyclus uit vier delen, die elk<br />

op een eigen wijze ‘natuur en duurzaamheid’<br />

koppelen aan de kunstvorm opera. Op diverse<br />

locaties in Amsterdam vinden presentaties<br />

plaats met uiteenlopende muzikale vormen:<br />

van korte opera’s tot grootse koorstukken,<br />

melodrama’s en liederen:<br />

<strong>De</strong>el één (naar Das Rheingold)<br />

2 en 3 nov 2013 – Muziektheater<br />

<strong>De</strong>el twee (naar Die Walküre)<br />

13 en 14 dec 2013 – IJburg<br />

<strong>De</strong>el drie (naar Siegfried)<br />

jan/feb 2014 – omgeving Muziektheater,<br />

Bos en Lommer en IJburg<br />

<strong>De</strong>el vier (naar Götterdämmerung)<br />

8 feb 2014 – diverse locaties in Bos en<br />

Lommer<br />

Meer informatie:<br />

www.dno.nl/degroenering.


Sunken Garden (Foto’s: Joost Rietdijk)<br />

Sunken Garden<br />

List, bedrog, manipulatie en mystiek in Michel van der Aas nieuwste multimediale opera<br />

Wat hebben de verdwijningen van een<br />

softwareontwikkelaar (Simon Vines)<br />

en een glamourgirl (Amber Jacquemain)<br />

te maken met een neurotische filmmaker<br />

(Toby Kramer) en een vrouwelijke<br />

mecenas (Zenna Law)? Welke misdaad komt<br />

er aan het licht en wie is de dader?<br />

8<br />

Zijn de gemeenschappelijke dromen over<br />

een verzonken, ommuurde tuin tussen leven<br />

en dood – een plaats waar schuld en verdriet<br />

niet binnen kunnen komen – alleen<br />

maar dromen of zou zo’n tuin echt kunnen<br />

bestaan? En zo ja, wat is dan de toegangsprijs<br />

die je moet betalen?<br />

ma 3 jun 2013 première<br />

20.00 uur<br />

di 4 jun 20.00 uur<br />

do 6 jun 20.00 uur<br />

vr 7 jun 20.00 uur<br />

za 8 jun 20.00 uur<br />

zo 9 jun 15.00 uur<br />

Stadsschouwburg Amsterdam, Rabozaal<br />

Alle voorstellingen zijn reeds uitverkocht. U kunt<br />

zich via de website van het Holland Festival op een<br />

wachtlijst plaatsen. Kijk op www.hollandfestival.nl/<br />

nl/programma/2013/sunken-garden/<br />

Inleidingen<br />

19.15 uur / zo 9 jun 14.15 uur<br />

Meet the artist<br />

di 4 jun, na afloop van de voorstelling<br />

met Michel van der Aa<br />

9<br />

Michel van der Aa 1970<br />

Sunken Garden<br />

A 3D Film <strong>Opera</strong><br />

libretto<br />

David Mitchell<br />

muzikale leiding<br />

André de Ridder<br />

regie<br />

Michel van der Aa<br />

scenografie/licht<br />

Theun Mosk<br />

Toby Kramer<br />

Roderick Williams<br />

Zenna Law<br />

Katherine Manley<br />

Iris Marinus<br />

Claron McFadden<br />

Simon Vines<br />

Jonathan McGovern<br />

Amber Jacquemain<br />

Kate Miller-Heidke<br />

Amsterdam Sinfonietta<br />

<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 1 uur en 50 minuten.<br />

Er is geen pauze.<br />

Een Holland Festival-productie i.s.m. English<br />

National <strong>Opera</strong> en The Barbican, Londen,<br />

Luminato, Toronto Festival of Arts Culture<br />

and Creativity en Opéra national de Lyon.<br />

Holland Festival presenteert


Kostuumontwerp voor Die Meistersinger von Nürnberg (Ontwerpschets: Jon Morrell)<br />

Afdeling Fondsenwerving en Relatiebeheer<br />

Abonnementhouders schenken<br />

massaal btw-verschil<br />

In 2012 werd de btw-verhoging op kaarten<br />

voor podiumkunsten teruggedraaid. Veel<br />

abonnementhouders hadden al tegen het<br />

hoge tarief een abonnement voor het huidige<br />

seizoen besteld. Het verschil met het lage<br />

tarief is door velen van u geschonken aan<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>: gezamenlijk hebben<br />

abonnementhouders €167.000 gedoneerd.<br />

<strong>De</strong>ze giften worden besteed aan de volgende<br />

projecten:<br />

1) <strong>De</strong>coratelier: installaties<br />

geschikt maken voor aansluiting<br />

op warmtenet<br />

Het gerenoveerde <strong>De</strong>coratelier wordt aangesloten<br />

op het duurzame restwarmtenet<br />

van Nuon. Om de aansluiting te realiseren<br />

moeten alle achterliggende installaties en<br />

apparatuur in het <strong>De</strong>coratelier geschikt<br />

worden gemaakt. Alle gasleidingen moeten<br />

worden vervangen door warmwaterleidingen,<br />

alle gasgestookte verwarmingstoestellen<br />

door toestellen die verwarmen door middel<br />

van warm water.<br />

2) Kostuums voor<br />

Die Meistersinger von Nürnberg<br />

Met uw bijdrage kunnen de volgende onderdelen<br />

van de kostuumproductie voor<br />

Die Meistersinger von Nürnberg (juni 2013)<br />

worden bekostigd:<br />

- de vervaardiging van 30 paar historische<br />

schoenen, die eerst in het decor staan<br />

en later worden aangedaan op het toneel<br />

door het koor;<br />

- de aankoop van grote carnavalshoofden<br />

en decoraties voor de dansers en<br />

figuratie in de 3de akte;<br />

- de vervaardiging van de kostuums van<br />

de Lehrbuben, een groep van 20 personen<br />

(solisten, koor en dansers) die in de hele<br />

opera aanwezig zijn.<br />

3) Educatie- en participatieproject<br />

<strong>De</strong> Groene Ring<br />

Van november 2013 tot en met februari 2014<br />

presenteert <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> <strong>De</strong><br />

Groene Ring, een grootschalig opera-evenement<br />

in Amsterdam. <strong>De</strong> Groene Ring is geïnspireerd<br />

op Richard Wagners operacyclus<br />

<strong>De</strong>r Ring des Nibelungen, die DNO in het<br />

kader van het 200ste geboortejaar van<br />

Wagner in januari en februari 2014 voor het<br />

laatst herneemt. <strong>De</strong> Groene Ring bestaat net<br />

als Wagners Ring-cyclus uit vier delen, die<br />

elk op een eigen wijze het thema duurzaamheid<br />

koppelen aan de kunstvorm opera.<br />

10 Achtergrond Sunken Garden<br />

11<br />

Het eerste evenement, gebaseerd op Das<br />

Rheingold, vindt plaats op 2 en 3 november<br />

2013. In verschillende ruimtes van het<br />

Muziektheater en het Stadhuis vormen de<br />

Ring-personages Wotan, Brünnhilde en Erda<br />

de rode draad. Een wandeling leidt bezoekers<br />

langs inspirerende sprekers over duurzaamheid<br />

en composities van Calliope Tsoupaki<br />

en Wim Hendrickx, uitgevoerd door het Koor<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> en koren van het<br />

Conservatorium van Amsterdam.<br />

Kijk voor meer informatie op:<br />

www.dno.nl/degroenering.<br />

Namens alle medewerkers voor en<br />

achter de schermen heel veel dank<br />

voor uw steun!<br />

Meer weten over schenken<br />

aan DNO?<br />

Wilt u meer weten over schenken aan<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>, neem dan contact<br />

op met de afdeling Fondsenwerving en<br />

Relatiebeheer, via support@dno.nl of<br />

per telefoon +31 (0)20 551 8312, of vraag<br />

de donateursbrochure aan op:<br />

www.dno.nl/steunons.<br />

Van de redactie<br />

Multimediale opera met 3D-film<br />

Op 3 juni 2013 komt het nieuwe muziektheaterwerk van Michel van der Aa, Sunken Garden,<br />

naar het Holland Festival. Het is tekenend voor het internationale succes van Van der Aa, die<br />

onlangs nog de prestigieuze Grawemeyer Award for Music Composition ontving, dat Sunken<br />

Garden twee maanden eerder bij de English National <strong>Opera</strong> zijn wereldpremière beleefde in<br />

het Londense Barbican Theatre. Van der Aas tweede opera After Life was in 2006 de opening<br />

van het Holland Festival en is sindsdien in meer dan tien landen herhaald.<br />

‘Een van de meest betekenisvolle jonge<br />

componisten die Europa momenteel kent,’<br />

schreef de Engelse krant The Guardian over<br />

Van der Aa. ‘Met zijn vermogen om muziek,<br />

tekst en beelden te integreren tot een volkomen<br />

organisch geheel, onderscheidt hij zich<br />

van bijna al zijn tijdgenoten.’ Van der Aa is<br />

het tegenovergestelde van het romantische<br />

cliché van de componist op zijn zolderkamer:<br />

om zo rijk mogelijk werk te creëren combineert<br />

hij zijn noten regelmatig met visuele<br />

kunst of zoekt hij de samenwerking met<br />

kunstenaars uit andere disciplines.<br />

Voor zijn vierde muziektheaterwerk ging<br />

Van der Aa de samenwerking aan met de<br />

gevierde Engelse romanschrijver David<br />

Mitchell. In het libretto verbindt Mitchell op<br />

voor hem kenmerkende wijze een keur aan<br />

levens en verhalen in een dwingende compositie.<br />

<strong>De</strong> multimediale opera met 3D-film<br />

Sunken Garden gaat over mystificaties<br />

en duistere waarheden, bescherming en<br />

manipulatie, het virtuele en reële, de isolatie<br />

van het internettijdperk, en de menselijke<br />

oerdrift om tot elke prijs aan de dood te<br />

willen ontsnappen.<br />

Net als bij After Life zal Van der Aa zelf de<br />

regie voeren en de filmbeelden verzorgen.<br />

<strong>De</strong> muzikale leiding ligt in handen van de<br />

jonge Duitse dirigent André de Ridder, een<br />

graag geziene gast in het Holland Festival,<br />

die vorig jaar onder andere de succesvolle<br />

vertoning van 2001: A Space Odyssey met live<br />

muziek dirigeerde.<br />

Michel van der Aa<br />

Michel van der Aa (1970) studeerde aan<br />

het Koninklijk Conservatorium in <strong>De</strong>n Haag<br />

muziekregistratie en vervolgens compositie<br />

bij Diderik Wagenaar, Gilius van Bergeijk<br />

en Louis Andriessen. In 2002 studeerde hij<br />

filmregie aan de New York Film Academy en<br />

in 2007 nam hij deel aan het Lincoln Center<br />

Theater Director’s Lab, een intensieve cursus<br />

toneelregie. Zijn werk kenmerkt zich<br />

door interdisciplinariteit en nauwe samenwerking<br />

met andere musici, zoals Sol Gabetta,<br />

Barbara Hannigan, Janine Jansen en<br />

Christianne Stotijn, maar ook met acteurs<br />

als Klaus Maria Brandauer en schrijvers als<br />

David Mitchell.<br />

<strong>De</strong> muziek van Van der Aa wordt wereldwijd<br />

gespeeld door gerenommeerde ensembles<br />

en orkesten, en in festivals als de<br />

Berliner Festspiele, de Donaueschinger<br />

Musiktage, het Huddersfield Festival, de<br />

Herfst van Warschau en de Biënnale van<br />

Venetië. Van der Aas muziektheaterwerken<br />

zijn in meer dan tien landen uitgevoerd, en<br />

After Life (2006/2009) en The Book of Disquiet<br />

(2008) werden verschillende keren hernomen.<br />

Ook zijn composities voor het concertpodium<br />

zijn vaak multimediaal, zoals de liedcyclus<br />

voor mezzosopraan, orkest en tape Spaces<br />

of blank (2007) en Up-Close voor cello,<br />

strijkensemble en video (2010).<br />

In 1999 won Van der Aa de Gaudeamusprijs.<br />

Zijn werk werd voorts bekroond met<br />

de Matthijs Vermeulenprijs (2004) voor de<br />

kameropera One, de Ernst von Siemens<br />

Muziekprijs (2005), de Charlotte Köhler<br />

Prijs (2005) en de Paul Hindemith Prijs<br />

(2006). In 2013 ontving hij de prestigieuze<br />

Grawemeyer Award for Music Composition<br />

voor Up-Close. Sinds 2011 is Van der Aa<br />

huiscomponist van het Koninklijk Concertgebouworkest.<br />

Daarnaast heeft hij hechte<br />

banden met het Barbican Centre in Londen.<br />

David Mitchell<br />

David Mitchell (1969) is een Britse schrijver.<br />

Hij publiceerde vijf romans, waarvan Cloud<br />

Atlas (2004) en The Thousand Autumns of<br />

Jacob de Zoet (2010) de bekendste zijn. Hij<br />

woonde lange tijd in Japan en is getrouwd<br />

met een Japanse vrouw; veel van zijn boeken<br />

hebben al dan niet zijdelings iets met Japan<br />

te maken. Tegenwoordig woont hij in Ierland.<br />

Zijn werk kenmerkt zich door een grote<br />

verscheidenheid aan stijlen en vormen<br />

waarmee hij verschillende verhaallijnen in<br />

elkaar vlecht. Dat was al zo in zijn debuut<br />

Ghostwritten uit 1999, dat werd bekroond<br />

met de John Llewellyn Rhys Prize en genomineerd<br />

voor de Guardian First Book Award.<br />

Zijn volgende twee romans number9dream<br />

(2001) en Cloud Atlas stonden beide op de<br />

shortlist voor de Man Booker Prize. Cloud<br />

Atlas werd in 2012 verfilmd door Tom Tykwer,<br />

met in de hoofdrollen Tom Hanks en Halle<br />

Berry. Een uitzondering op deze mozaïekstijl<br />

is Black Swan Green (vertaald als <strong>De</strong>rtien)<br />

uit 2006, een semi-autobiografische roman<br />

over een stotterende dertienjarige jongen.<br />

The Thousand Autumns of Jacob de Zoet<br />

werd vertaald als <strong>De</strong> niet verhoorde gebeden<br />

van Jacob de Zoet en betekende in 2010<br />

Mitchells doorbraak bij het <strong>Nederlandse</strong><br />

publiek. <strong>De</strong> roman vertelt het verhaal van<br />

het kunstmatige eiland <strong>De</strong>shima, de<br />

Hollandse vrijhaven bij Nagasaki, in de<br />

periode dat het Japanse keizerrijk hermetisch<br />

van de buitenwereld was afgegrendeld.<br />

In 2003 werd Mitchell opgenomen op de<br />

lijst met Best of Young British Novelists van<br />

het tijdschrift Granta en in 2007 stond hij op<br />

de lijst met de honderd meest invloedrijke<br />

mensen ter wereld van Time. Mitchell<br />

schreef het libretto voor de opera Wake van<br />

Klaas de Vries over de vuurwerkramp in<br />

Enschede, die in 2010 in première ging bij<br />

de Nationale Reisopera.<br />

Michel van der Aa (Foto: Marco Borggreve), David Mitchell (Foto: Leo van der Noort)


Illustratie uit de Kronieken van Neurenberg, kostuumontwerpschets: Jon Morrell<br />

Die Meistersinger<br />

von Nürnberg<br />

Minacht de meesters niet en eer hun kunst! (Hans Sachs)<br />

I<br />

<strong>De</strong> jonge ridder Walther von Stolzing is<br />

verliefd op Eva Pogner. Als hij hoort dat<br />

zij de bruid wordt van de winnaar van een<br />

zangwedstrijd, besluit Walther mee te doen.<br />

Voor het proefzingen legt David, leerling<br />

van schoenmaker/dichter Hans Sachs,<br />

hem de regels van het prijszingen uit.<br />

Stads grif fier Beckmesser is echter niet<br />

blij met een nieuwe rivaal om Eva’s hand.<br />

Als ‘scheidsrechter’ van Walthers lied overtuigt<br />

hij de meesterzangers ervan dat diens<br />

proefzingen gefaald heeft. Alleen Sachs<br />

herkent Walthers ware kunstenaarschap.<br />

II<br />

Als Eva hoort dat Walther voor het prijs-<br />

zingen is afgewezen, vraagt zij Sachs om<br />

raad en stelt hem voor ook aan de wedstrijd<br />

mee te doen. Maar Sachs wijst dit af.<br />

Samen met Walther maakt Eva plannen om<br />

de stad te ontvluchten. Beckmesser brengt<br />

Eva een serenade, maar Sachs maakt hem<br />

het zingen onmogelijk door schoenen te<br />

repareren, waarbij hamerslagen de fouten<br />

in Beckmessers lied aangeven. Het lawaai<br />

wekt alle buren en er ontstaat een massale<br />

vechtpartij. Als Walther en Eva in het tumult<br />

willen vluchten, grijpt Sachs in.<br />

III<br />

Sachs schrijft voor Walther diens droom<br />

van de afgelopen nacht op: een lied waarmee<br />

Walther toch aan het prijszingen kan<br />

12<br />

13<br />

meedoen. Beckmesser denkt dat het lied,<br />

dat hij bij Sachs ziet liggen, van Sachs’<br />

hand is en eigent het zich heimelijk toe.<br />

Verzekerd van de overwinning gaat hij naar<br />

de feestweide, waar de handwerksgilden<br />

en meesterzangers hun entree maken. Maar<br />

Beckmesser verhaspelt de woorden van het<br />

lied, zodat allen in lachen uitbarsten. Sachs<br />

wil dat een goede zanger dit lied op de juiste<br />

melodie zingt. Walther treedt naar voren<br />

en wordt na zijn glorieuze zang tot winnaar<br />

aangewezen. Maar als hij de Koning Davidketting<br />

trots weigert, houdt Sachs hem voor<br />

dat de kunst van de meesterzangers in tijden<br />

van tegenspoed een symbool is van de<br />

oprechte en ware Duitse geest. Allen eren<br />

Sachs en de Duitse kunst.<br />

di 4 jun 2013 première 17.30 uur<br />

vr 7 jun 17.30 uur<br />

ma 10 jun 17.30 uur<br />

do 13 jun 17.30 uur<br />

ma 17 jun 17.30 uur<br />

do 20 jun 17.30 uur<br />

zo 23 jun 13.30 uur<br />

Het Muziektheater Amsterdam<br />

Kaartverkoop is reeds begonnen.<br />

Bij het ter perse gaan van deze <strong>Odeon</strong> zijn er<br />

nog kaarten verkrijgbaar.<br />

Bel het Kassa-bespreekbureau: 020-625 5455<br />

Online reserveren: www.dno.nl<br />

Inleidingen door Stephan Heber<br />

Plaats: Muziektheater (foyer 2de balkon)<br />

Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere<br />

voorstelling, dus 16.45 uur (avond)/12.45 uur<br />

(matinee)<br />

Lengte: ± 30 minuten<br />

Toegang: gratis op vertoon van een plaatsbewijs<br />

voor de voorstelling van die dag<br />

Met steun van de Vereniging Vrienden<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Dinerbuffetten<br />

Bij elke avondvoorstelling van DNO kunt u<br />

ge nie ten van een diner buffet in de foyer van<br />

het Muziektheater. Zo bent u gegarandeerd op<br />

tijd voor de opera. Reserveren: 020-625 5455<br />

of via www.muziektheater.nl/kaarten.<br />

Richard Wagner 1813 -1883<br />

Die Meistersinger<br />

von Nürnberg<br />

Oper in drei Aufzügen<br />

libretto<br />

Richard Wagner<br />

muzikale leiding<br />

Marc Albrecht<br />

regie<br />

David Alden<br />

decor<br />

Gideon Davey<br />

kostuums<br />

Jon Morrell<br />

licht<br />

Adam Silverman<br />

choreografie<br />

Jonathan Lunn<br />

Hans Sachs<br />

James Johnson<br />

Veit Pogner<br />

Alastair Miles<br />

Kunz Vogelgesang<br />

Pascal Pittie<br />

Konrad Nachtigall<br />

Mattijs van de Woerd<br />

Sixtus Beckmesser<br />

Adrian Eröd<br />

Fritz Kothner<br />

Thomas Oliemans<br />

Balthasar Zorn<br />

Brian Galliford<br />

Ulrich Eisslinger<br />

Marcel Beekman<br />

Augustin Moser<br />

Reinhard Alessandri<br />

Hermann Ortel<br />

Frans Fiselier<br />

Hans Schwarz<br />

Tom Haenen<br />

Hans Foltz/Ein Nachtwächter<br />

Tijl Faveyts<br />

Walther von Stolzing<br />

Roberto Saccà<br />

David<br />

Thomas Blondelle<br />

Eva<br />

Agneta Eichenholz<br />

Magdalene<br />

Sarah Castle<br />

Nederlands Philharmonisch Orkest<br />

Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

instudering Thomas Eitler<br />

In het kader van het Holland Festival 2013<br />

<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 5 uur en 30 minuten.<br />

Er zijn 2 pauzes.<br />

<strong>De</strong> opera wordt in het Duits gezongen,<br />

Nederlands en Engels boventiteld.<br />

Het operaboek Die Meistersinger von Nürnberg<br />

is verkrijgbaar in het Muziek theater.<br />

Daarin staan onder meer een uitgebreide<br />

synopsis en het libretto in het Duits en het<br />

Neder lands. <strong>De</strong> prijs is 8.<br />

Nieuwe productie


Walther von der Vogelweide (Miniatuur uit de Manesse Codex, een 14de-eeuws manuscript)<br />

Achtergrond Die Meistersinger von Nürnberg<br />

Piet <strong>De</strong> Volder<br />

‘Het klonk zo oud,<br />

maar was toch zo nieuw’<br />

Richard Wagner twijfelde tussen omschrijvingen als ‘komische Oper’ of ‘große komische Oper’ voor<br />

Die Meistersinger von Nürnberg maar hield het uiteindelijk bij ‘Oper’. Betrof het een terugkeer naar<br />

de traditionele Duitse Spieloper of een komedie in de lijn van Das Liebesverbot uit het begin van zijn<br />

carrière? Schijn bedriegt. Wat oorspronkelijk bedoeld was als een komisch tegengewicht voor Tannhäuser,<br />

een soort saterspel na de tragedie, groeide uit tot een veelkantig en ambitieus werk met de geïdealiseerde<br />

stad Neurenberg als kader. Die Meistersinger is behalve een liefdeskomedie, een allegorie, een kunstfilosofische<br />

reflectie in dramatische vorm en een thesewerk over de verhouding tussen kunst en maatschappij.<br />

Dit alles doordrongen van de lyrische adem van het historische Meistergesang in Wagners<br />

creatieve, romantische hertaling en met een betoverende midzomer als zinderende achtergrond.<br />

Een mythische plek<br />

Waarom Neurenberg? Neurenberg was vooreerst<br />

de stad van de keizerlijke rijksdagen<br />

en de stad waar de rijksjuwelen van het<br />

Heilige Roomse Rijk der Duitse Natie werden<br />

bewaard tot in het begin van de 19de<br />

eeuw. <strong>De</strong> stad van een rijke en kunstminnende<br />

burgerij, de woon- en werkplek van<br />

Albrecht Dürer. <strong>De</strong> stad waar de traditie van<br />

het Meistergesang floreerde tot in de 18de<br />

eeuw; biotoop van Hans Sachs – de meest<br />

illustere Meesterzanger, die van beroep<br />

schoenmaker was. In Wagners visie op het<br />

historisch roemrijke Neurenberg, dat<br />

omstreeks het midden van de 16de eeuw<br />

naast Keulen en Augsburg een van de grootste<br />

steden van Duitsland was, vloeiden verleden<br />

en toekomst, traditie en utopie samen.<br />

Wagner zag Neurenberg als een centrum<br />

voor de kunst en kunstenaars en hij droomde<br />

ervan om er een artistieke onderwijsinstelling<br />

in te richten.<br />

In de opera groeit Neurenberg uit tot een<br />

mythische, utopische plek waar kunst het<br />

openbare leven en de maatschappelijke verhoudingen<br />

tussen de inwoners regelt.<br />

Politiek is bij Wagner opvallend afwezig in<br />

de stad; we krijgen geen burgemeester of<br />

wethouders te zien en politie is er in geen<br />

velden of wegen te bespeuren. Wanneer aan<br />

het einde van het tweede bedrijf een geschil<br />

ontaardt in een wilde vechtpartij, waarbij<br />

steeds meer mensen betrokken raken, grijpt<br />

niemand in. Het hoorngeschal van de nachtwaker<br />

is genoeg om de bevolking weer tot<br />

rede te brengen. <strong>De</strong> nachtwaker zelf schudt<br />

alleen het hoofd en waarschuwt: ‘Behoed u<br />

voor spoken en schimmen, opdat geen boze<br />

geest uw ziel betovert!’ Het is de Wahn<br />

waarover Sachs nadien reflecteert in zijn<br />

beroemde monoloog in het begin van het<br />

derde bedrijf.<br />

Overmoed, illusie, droom...<br />

Is het niet Wahn – lees: illusie, overmoed<br />

of gekte – die Walther von Stolzing ertoe<br />

drijft om een opleiding en praktijkervaring<br />

als Meesterzanger vlotjes aan zijn laars te<br />

lappen – om in Sachs’ jargon te blijven – en<br />

winnaar te worden van een zangwedstrijd<br />

met alleen specialisten in de jury?<br />

<strong>De</strong> ridder Walther is een nieuwkomer in<br />

de burgermaatschappij van Neurenberg.<br />

Om de hand van Eva te winnen, het meisje<br />

waarop hij zijn zinnen heeft gezet, is er<br />

geen andere keuze dan de eerste prijs te<br />

veroveren. Omdat Eva ook verliefd is op<br />

Walther, heeft zij er alle belang bij dat hij<br />

een meer dan goede beurt maakt.<br />

<strong>De</strong>zelfde Wahn die de mens tot zinloze<br />

conflicten en bloedvergieten verleidt, fluistert<br />

hem grootse dromen in en voert hem<br />

naar sublieme artistieke hoogten; zo betoogt<br />

Wagner door de hele opera heen via<br />

zijn spreekbuis en alter ego, Hans Sachs.<br />

Sachs is het die een geniale vonk ontdekt<br />

in het proeflied waarmee Walther zich voor<br />

het eerst aan de sceptische Meesterzangers<br />

voorstelt – een lied dat tegen alle regels lijkt<br />

in te druisen en waarmee hij jammerlijk<br />

afgaat.<br />

Niet toevallig ontstaat het latere Prijslied,<br />

Morgenlich leuchtend im rosigen Schein, in<br />

een droom. Met deze nieuwe creatie weet<br />

Walther de hele bevolking van Neurenberg<br />

én de Meesterzangers, verenigd op de feest-<br />

14 15<br />

weide, te overtuigen en bezegelt hij het<br />

happy end van de monumentale opera.<br />

Sachs leert Walther om zijn lyrische<br />

visioenen te vertalen in een liefdeslied<br />

dat zowel getuigt van kennis van de regels<br />

van de kunst als van authentieke inspiratie<br />

die de traditie nieuw leven inblaast. Als<br />

Walthers gids en mentor maakt Sachs de<br />

bevlogen, verliefde jongeling duidelijk dat<br />

kunst een evenwichtsoefening is tussen<br />

een objectieve, overdraagbare basis en<br />

een persoonlijke stem.<br />

In het voetspoor van<br />

de Minnesänger<br />

Walther von Stolzing is duidelijk gemodelleerd<br />

naar de bekende Minnesänger uit de<br />

Duitse, middeleeuwse traditie – Walther<br />

von der Vogelweide (ca. 1170-1230) – die hij<br />

in de opera als zijn leermeester aanhaalt.<br />

In één adem noemt hij de vogelzang als zijn<br />

leerschool – een knipoog naar de natuurpoëzie<br />

die zo centraal stond in het Minnegesang.<br />

In de confrontatie van Walther met de<br />

eerbiedwaardige kring van de Neurenbergse<br />

Meesterzangers speelt Wagner twee tijdperken<br />

tegen elkaar uit: de feodale tijd van<br />

de aristocratische Minnezangers en de<br />

Nieuwe Tijden die bepaald worden door<br />

een zelfbewuste burgerij. Die kunstminnende<br />

burgers hebben zich tot doel gesteld de<br />

traditie van het ooit adellijke Minnegesang<br />

in een burgerlijke en stedelijke context<br />

voort te zetten. Met de verschijning van<br />

Walther op het Neurenbergse toneel worden<br />

de conservatieve Meesterzangers herinnerd<br />

aan de creatieve oorsprong van hun kunst<br />

waarvan ze door vele regels vervreemd zijn.<br />

Vanaf de 14de eeuw dook het Meistergesang<br />

op in verschillende Duitse steden.<br />

<strong>De</strong> Meesterzangers werden geselecteerd<br />

uit diverse beroepsklassen en ambachtslui<br />

van een stad en waren verenigd in een gilde.<br />

Behalve beschrijvingen van de natuur en<br />

het seizoen, die vaak de aanhef van een lied<br />

vormden, hadden liefdesliederen en religieuze<br />

poëzie een bevoorrechte plaats in<br />

hun kunst. Met de Reformatie ging meer<br />

en meer de nadruk liggen op het moraliserende<br />

element in de liederen. Martin Luther<br />

had immers de helende en versterkende<br />

werking van de muziek als morele kracht<br />

benadrukt.<br />

Sixtus Beckmesser en<br />

de dictatuur van de regels<br />

Wagner baseerde zich voor zijn eigenhandig<br />

geschreven libretto hoofdzakelijk op een<br />

traktaat van Johann Christoph Wagenseil<br />

– Von der Meister-Singer Holdseligen Kunst –<br />

dat gepubliceerd werd in 1697. Niet alleen<br />

bevatte het werk een schat aan historische<br />

informatie over de praktijk van het Meistergesang<br />

in het gereformeerde Neurenberg,<br />

ook ontleende de componist aan Wagenseil<br />

de namen van de twaalf Meesterzangers.<br />

Eén van deze oorspronkelijke, historische<br />

figuren moest als ‘Merker’ fungeren – de<br />

Meesterzanger die bij het proefzingen<br />

inbreuken op de Tabulatur noteerde.<br />

<strong>De</strong> Tabulatur was een lijst met kunstregels<br />

die vanaf de 16de eeuw werd opgetekend om<br />

op een ordelijke en gedisciplineerde manier<br />

kunst te bedrijven en het Meistergesang<br />

van verloedering te vrijwaren. Niet alleen<br />

de kennis van deze regels werd beoordeeld;<br />

ook waren er ‘Merkers’ die andere domeinen<br />

nauwlettend controleerden: vers, ritme en<br />

Ton (samenhang tussen melodie en het aantal<br />

versregels). <strong>De</strong> oorspronkelijke Merkers,<br />

vier in aantal, werden door Wagner samengevoegd<br />

tot één Meesterzanger-Merker met<br />

hoogst pedante trekjes, die op de koop toe<br />

Walthers concurrent is in de liefde: Sixtus<br />

Beckmesser.<br />

Wagner wou met deze ‘regelneef’ een<br />

persoonlijke vete met Eduard Hanslick<br />

uitvechten – de meest gezaghebbende<br />

en meest gevreesde muziekcriticus in het<br />

Wenen van die dagen. Hanslick was een<br />

groot voorstander van het formalisme en<br />

van een heropleving van klassieke vormen<br />

binnen de 19de-eeuwse muziek. Wagners<br />

unendliche Melodie ervoer hij als door en<br />

door vormeloos. Niet Wagner maar Johannes<br />

Brahms was voor Hanslick een lichtbaken<br />

in de eigentijdse muziek.<br />

Gelukkig oversteeg de componist zijn<br />

persoonlijke rancune tegenover Hanslicks<br />

scherpe kritieken door Beckmesser – een<br />

figuur die in komische situaties belandt<br />

maar zelf niet komisch is – deel te laten<br />

uitmaken van een groter betoog over kunst<br />

en regelgeving. Met de figuur van de overijverige<br />

en gefrustreerde Merker mocht<br />

Wagner wel waarschuwen voor een ver-<br />

warring van het doel en de middelen in de<br />

omgang met regels, wezenlijker was voor<br />

hem een pleidooi voor een combinatie van<br />

wijsheid en opstandigheid in ‘de ware<br />

muziek’. Regels moeten door beginnende<br />

kunstenaars worden geassimileerd om vervolgens<br />

ter discussie te worden gesteld,<br />

en om mogelijk nieuwe, subjectieve regels<br />

voort te brengen. <strong>De</strong> wijze Hans Sachs, die<br />

als geen ander het vak van het Meistergesang<br />

kent en toch openstaat voor vernieuwing,<br />

straalt dit bewustzijn ten volle uit. Mijmerend<br />

onder de geurige vlier voor zijn atelier stelt<br />

hij over Walthers proeflied: ‘Hoe zou ik ook<br />

willen meten wat mij onmetelijk scheen?’<br />

In ogenschijnlijke vormeloosheid en gebrek<br />

aan regels zit misschien een eigen, verfrissende<br />

logica?<br />

Retro-opera?<br />

In Die Meistersinger von Nürnberg vinden we<br />

behalve liederen met archaïsche wendingen<br />

traditionele vormen die fundamenteel onverzoenbaar<br />

lijken met het muziekdrama dat<br />

Wagner op dat moment beoefende: plechtige<br />

marsen, protestantse koralen, koorscènes en<br />

ensembles, waaronder een prachtig kwintet<br />

waarmee Walthers meesterlied ten doop<br />

wordt gehouden. In samenhang met de diatonische<br />

taal waarvan Wagner zich ingenieus<br />

en gedoseerd bedient, wordt de indruk<br />

gewekt van een traditionele romantische<br />

opera met aparte zangnummers. Retroopera<br />

die terug lijkt te vallen op het recept<br />

van de grand opéra met zijn massascènes<br />

en extraverte lyriek. Modellen van opera<br />

waartegen Wagner zich juist fel had afgezet<br />

en die hij intussen ver achter zich had gelaten.<br />

Maar de vele verwijzingen naar vroeger<br />

hadden hun kader in een welbewuste<br />

muziekdramatische strategie. Wagner wou<br />

ons overtuigen van de levensvatbaarheid<br />

van de traditie en meer nog van het ‘progres-<br />

sieve muzikale potentieel’ (Goehr) van de<br />

overgeleverde vormen. <strong>De</strong> ‘toekomstmuziek’<br />

waarvan Wagner droomde en die hij in vervulling<br />

zag gaan in zijn eigen oeuvre, kreeg<br />

als het ware een eigen stamboom in Die<br />

Meistersinger von Nürnberg.<br />

‘Het klonk zo oud, maar was toch zo<br />

nieuw’ (‘Es klang so alt, und war doch so<br />

neu’), zo typeerde Sachs het teruggefloten<br />

eerste lied van Walther. Het is de artistieke<br />

moraal van de hele opera, de sleutel tot<br />

Wagners kunstfilosofische agenda en de<br />

bestaansreden van de ingenieuze verstrengeling<br />

van oude vormen en muzikaal modernisme<br />

die Wagners Die Meistersinger von<br />

Nürnberg zo uniek maakt.<br />

Richard Wagner


Marc Albrecht (Foto: Monika Rittershaus)<br />

Interview Die Meistersinger von Nürnberg<br />

Michel Khalifa<br />

<strong>De</strong> melodie van de taal<br />

Marc Albrecht heeft veel ervaring met Wagner, maar dirigeert voor het eerst Die Meistersinger<br />

von Nürnberg. ‘Ik verlang naar de fonkeling van kleur die deze partituur zo speciaal maakt,’ zegt<br />

hij. ‘Meistersinger heeft een Mendelssohn-achtige lichtheid en glans. Wagner keert hier terug<br />

naar een bescheiden orkestbezetting, wat dit werk romantisch maakt in de originele betekenis<br />

van het woord.’<br />

Wat een contrast met de monumentale<br />

en zwaarmoedige uitstraling van de Ring,<br />

Parsifal en vooral Tristan und Isolde, een<br />

muziekdrama dat Albrecht heel vaak heeft<br />

gedirigeerd! ‘Tristan en Meistersinger verhouden<br />

zich tot elkaar als yin en yang. In<br />

chronologisch opzicht vormen ze een tweeling,<br />

maar Tristan roept een geheel andere<br />

wereld op, een wereld van duisternis en<br />

schaduwen. Dit is al in het orkest te horen<br />

met een ver doorgevoerde chromatiek, het<br />

gebruik van lage registers en bijzondere<br />

instrumenten als de basklarinet en de althobo<br />

die in Meistersinger geheel ontbreken.<br />

Meistersinger is veel zonniger en heeft een<br />

ongecompliceerde muzikale taal, althans<br />

aan de oppervlakte.’<br />

Want Meistersinger is moeilijker te dirigeren,<br />

benadrukt Albrecht. ‘Het vereist<br />

constant manoeuvreren, gas terugnemen,<br />

schakelen. Als Tristan een snelweg is, dan<br />

is Meistersinger een bochtige bergweg. In<br />

Tristan is de taal een muzikaal gestructureerde<br />

symfonische taal, in Meistersinger<br />

moet je veel meer op de tekst reageren.<br />

Het libretto van Meistersinger vraagt om<br />

een andere tekstvoordracht en een zeer<br />

flexibel tempo. Hier is sprake van een<br />

“Konversationston”, eigenlijk een reeks<br />

gebonden recitatieven die in elkaar overgaan.<br />

Richard Strauss heeft zich hierdoor<br />

laten inspireren: hij wees zijn librettist<br />

Hofmannsthal expliciet op Meistersinger<br />

voordat ze samen aan <strong>De</strong>r Rosenkavalier<br />

begonnen.’<br />

Kleine adempauzes<br />

‘Een andere uitdaging voor de dirigent is om<br />

de begeleiding van de zangers licht en fris te<br />

houden. Het orkest is uitgedaagd zich soms<br />

discreet op te stellen om een kamermuziekachtige<br />

sfeer te laten ontstaan. Bij Meistersinger-uitvoeringen<br />

die overwegend ‘wagneriaans’<br />

klinken ga ik me vervelen. Meistersinger<br />

is een komedie; daarin hoort de XXLklank<br />

niet te domineren.’<br />

Bij Wagner bestudeert Marc Albrecht de<br />

partituur altijd eerst vanuit de tekst, op zoek<br />

naar de duiding en betekenis van elk zinsdeel.<br />

‘Een Wagnerdirigent moet de melodie<br />

van de taal heel goed aanvoelen. Het helpt<br />

uiteraard dat Duits mijn moedertaal is,<br />

maar dat mag geen voorwaarde zijn. Neem<br />

bijvoorbeeld Janáček, ook zo’n componist<br />

bij wie het ritme van de tekst bepalend is<br />

voor de muzikale voortgang. Ik spreek geen<br />

Tsjechisch, maar als ik een opera van<br />

Janáček voorbereid, zorg ik ervoor dat ik de<br />

betekenis en de uitspraak van elk afzonderlijk<br />

woord ken.’<br />

‘Wagner vermeldt geen precieze tempoaanduidingen<br />

in de partituur. In zijn jonge<br />

jaren gaf hij nog wel metronoomcijfers aan<br />

maar hij is er na Tannhäuser mee opgehouden.<br />

16<br />

Wat Wagner wel heel precies meecomponeert,<br />

zijn de plekken in de tekst waar kleine<br />

adempauzes komen. Als dirigent beweeg je<br />

met de tekst mee. Dat is de beste manier om<br />

dramatische situaties vorm te geven.’<br />

Albrecht tekent golven met zijn handen,<br />

alsof hij onhoorbare muziek aan het dirigeren<br />

is. Ontwikkelt hij dan zijn gestiek thuis<br />

achter de werktafel?<br />

‘Nee, ik denk nooit na over gebaren voordat<br />

ik met het orkest begin te repeteren. Ik<br />

probeer me elk detail in de partituur plastisch<br />

voor te stellen en ik sta stil bij de betekenis,<br />

de kleuren, de spanning, de balans en<br />

de bijzondere harmonische wendingen.<br />

Tijdens de repetities ontstaan mijn gebaren<br />

vanuit mijn voorstellingsvermogen én vanuit<br />

de klank van de musici. Ik streef naar een<br />

evenwicht tussen wat ik zelf denk en wat ik<br />

hoor.’<br />

Twee alter ego’s<br />

<strong>De</strong> chef-dirigent van het Nederlands<br />

Philharmonisch Orkest prijst zich gelukkig<br />

dat zijn orkest zo vertrouwd is met Wagners<br />

muziek. Hij vindt het een extra voordeel dat<br />

een lyrisch werk als Meistersinger op de lessenaars<br />

staat nadat zijn musici zich in april<br />

hebben gemeten met de dramatische en<br />

groots opgezette Walküre. Maar waar gaat<br />

Meistersinger uiteindelijk over?<br />

‘Meistersinger is in de eerste plaats een<br />

werk over kunst. Hans Sachs en Walther von<br />

Stolzing zijn uiteraard twee alter ego’s van<br />

Wagner. <strong>De</strong> beheersing die de avant-gardist<br />

Stolzing zichzelf moet aanleren doet denken<br />

aan de muzikale beperkingen die Wagner<br />

zichzelf in Meistersinger oplegt na het wilde<br />

muziekdrama Tristan. Creatief omgaan met<br />

de regels, daar komt het op neer. Stolzing<br />

moet hier aanvankelijk erg aan wennen,<br />

maar bewijst in zijn slotlied dat hij een<br />

betere kunstenaar is geworden.’<br />

‘Sachs, met al zijn levenservaring en<br />

kunstbesef, leert Stolzing hoe hij een meester<br />

kan worden en hoe hij zijn eigen leven in<br />

goede banen kan leiden. <strong>De</strong> ridder Walther<br />

von Stolzing maakt een interessante ontwikkeling<br />

door. Eerst moet hij zich als het ware<br />

verlagen tot het sociale niveau van Sachs en<br />

zijn gezellen, die allemaal burgers zijn.<br />

Daarna kan hij weer geestelijk groeien en<br />

wordt hij een completer mens. Dat laatste is<br />

in wezen wat Hans Sachs aan het eind van<br />

ons allemaal verlangt: koester wat je hebt,<br />

wees zuinig op kunst en cultuur! <strong>De</strong>ze boodschap<br />

lijkt me erg actueel.’<br />

Interview Die Meistersinger von Nürnberg<br />

Kasper van Kooten<br />

Walther: gepassioneerd<br />

en impulsief<br />

Roberto Saccà staat al jarenlang te boek als een van dé Mozarttenoren van zijn generatie, zong<br />

Verdi’s lyrische partijen en maakt inmiddels ook furore in Strauss- en Wagnerrollen. In juni debuteert<br />

hij in Amsterdam als Walther in Die Meistersinger. Een gesprek met deze Duits-Italiaanse zanger<br />

over zijn muzikale wortels, de partij van Walther en Wagners ‘italianità’.<br />

Het interview vindt een dag voor de première<br />

van Idomeneo in Frankfurt plaats, waarin<br />

Saccà de titelrol zal zingen. Spannend<br />

genoeg, maar door een ongelukje heeft de<br />

zanger een blessure aan zijn voet opgelopen,<br />

waardoor hij de voorstelling met krukken zal<br />

moeten zingen. Gaat dat lukken?<br />

‘Het komt goed, het is natuurlijk niet ideaal,<br />

maar aangezien ik in deze productie als<br />

oorlogsveteraan word neergezet, en ik aan<br />

het eind sowieso in een rolstoel het toneel<br />

op moet, gaat het nog. Als ik Alfredo in La<br />

traviata had moeten zingen, was het onmogelijk<br />

geweest. Het is natuurlijk ietwat nadelig<br />

voor het zingen, maar we komen er wel uit.’<br />

Hoewel Idomeneo wel vaker gezongen<br />

wordt door tenoren die het Mozartvak al een<br />

beetje ontgroeid zijn, vraagt het waarschijnlijk<br />

toch een andere techniek dan bijvoorbeeld<br />

Walther? ‘Ik heb in mijn carrière heel<br />

veel Mozart gezongen, maar in de laatste<br />

jaren heb ik mijn aandacht verlegd naar<br />

ander repertoire. Op zich kan een rijpere<br />

zanger ook best Tamino’s blijven zingen,<br />

maar de hedendaagse smaak neigt er naar<br />

om Mozart met lichtere stemmen te bezetten.<br />

En je merkt dat je stem zich ontwikkelt.<br />

Coloraturen zingen kan ik nog steeds, maar<br />

het gaat minder vanzelfsprekend. Dat is echter<br />

een natuurlijke, organische ontwikkeling.<br />

Er komen mooie partijen voor in de plaats,<br />

zoals Wagners Walther en Lohengrin,<br />

Strauss-rollen en Don José uit Carmen.<br />

Bij deze rollen moet je echter net zo goed<br />

slank en gezond zingen, dus zo groot is het<br />

verschil nu ook weer niet. Ook wanneer ik<br />

Duits repertoire instudeer, probeer ik eerst<br />

het legato en de ‘dolcezza’ van O sole mio<br />

te krijgen, en vervolgens de tekst in deze<br />

zanglijn in te passen.’<br />

Winbergh en Gedda<br />

Onze laatste Stolzing in 2000 was Gösta<br />

Winbergh, een tenor die net als Saccà langdurig<br />

Mozart en belcanto heeft gezongen,<br />

en pas laat de overstap naar Wagnerrollen<br />

heeft gemaakt. Voorzag Saccà dat zijn carrière<br />

zich ook zo zou ontwikkelen? ‘Op jonge<br />

leeftijd had ik eerder de verwachting dat ik<br />

naar het Italiaans repertoire toe zou groeien.<br />

In Zürich kwamen we enkele jaren geleden<br />

op het idee om Strauss te proberen, en zo<br />

ben ik langzaam meer naar het Duitse vak<br />

getrokken. Dat kun je maar gedeeltelijk<br />

plannen. Ik had ook best Trovatores en Aida’s<br />

willen zingen, maar dit is eenvoudig hoe het<br />

loopt. Mijn carrière lijkt inderdaad op die van<br />

Winbergh, die ik zeer bewonder en met wie<br />

ik ook nog op de bühne gestaan heb. Hij is<br />

tot in zijn Wagnerperiode Mozart blijven<br />

zingen, en hij vormt, net als Neil Shicoff,<br />

een model waaraan ik me kan spiegelen.<br />

Een ander groot voorbeeld is Nicolai Gedda,<br />

17<br />

van wie ik enkele lessen heb genoten. Wat<br />

mij betreft is hij een van de grootste en<br />

meest veelzijdige tenoren ooit.’<br />

Saccà is zoon van een Siciliaanse vader<br />

en een Duitse moeder, een vanuit muzikaal<br />

perspectief bijzondere combinatie. Hoe ziet<br />

hij zijn muzikale identiteit? ‘Ik ben in Duitsland<br />

opgegroeid en heb daar ook mijn zangopleiding<br />

genoten, waardoor ik meer Duitser<br />

dan Italiaan ben. Anderzijds heb ik natuurlijk<br />

wel het een en ander van de Italiaanse<br />

cultuur meegekregen.’<br />

Belcanto-achtig<br />

Opvallend aan Die Meistersinger is dat<br />

deze opera een viering van de Duitse cultuur<br />

en muziek is, terwijl de partij van Walther<br />

eigenlijk Italiaans gezongen moet worden,<br />

en zijn karakter bovendien wel iets weg<br />

heeft van dat van een Italiaanse tenor:<br />

‘Zeker! Ondanks Wagners verheerlijking van<br />

Duitse cultuur was hij immers ook verknocht<br />

aan Italië. <strong>De</strong> partij is heel belcanto-achtig<br />

geschreven. Mijn roldebuut maakte ik in<br />

Zürich onder de Italiaanse dirigent Daniele<br />

Gatti, die me hielp om het vloeiende, lyrische<br />

in de partij te leggen. Walther heeft inderdaad<br />

een zeer gepassioneerd en impulsief<br />

karakter, zoals een Italiaan. Aan het begin<br />

van de opera is hij een soort Napolitaanse<br />

zanger, die vol overtuiging zijn lied ten<br />

gehore brengt. Door de lessen van Sachs<br />

leert hij geleidelijk om ook het beschouwelijke,<br />

introspectieve in zijn kunst te ontwikkelen.<br />

In het Prijslied komen deze twee<br />

componenten, spontaniteit en reflectie, die<br />

je inderdaad als Italiaans en Duits zou kunnen<br />

beschouwen, tot een ultieme symbiose.’<br />

In de loop van het jaar zal Saccà de partij<br />

van Walther ook in Salzburg en Zürich zingen,<br />

maar eerst is het tijd voor zijn debuut bij <strong>De</strong><br />

<strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>: ‘Ik heb wel enkele keren<br />

in Nederland gezongen, maar nooit in dit<br />

theater. Ik verheug me erop. Marc Albrecht<br />

heeft een grote reputatie, en Amsterdam en<br />

David Alden ken ik van de zeer geslaagde<br />

Ercole amante-productie uit 2009. En jullie<br />

hoeven niet te vrezen dat Walther zijn<br />

Prijslied vanuit een rolstoel voordraagt,<br />

hoor. Binnen drie weken ben ik waarschijnlijk<br />

weer helemaal fit!’<br />

Roberto Saccà (Foto: Luca Zanier)


David Alden (Foto: Mikhail Rashkovsky)<br />

Interview Die Meistersinger von Nürnberg<br />

Klaus Bertisch<br />

Niet al te letterlijk<br />

David Alden wist in de afgelopen seizoenen vooral met zijn humoristische interpretaties van barokopera’s<br />

het Amsterdamse publiek te overtuigen. Maar ook al had hij juist met werken uit de begintijd<br />

van het genre veel succes aan vele andere internationale operahuizen, toch is hij als regisseur<br />

niet vast te pinnen op één enkele stijlperiode of één bepaald genre. Vooral Wagner, Verdi (200ste<br />

geboortedag) en Britten (100ste geboortedag), die in 2013 worden geëerd, behoren tot de belangrijkste<br />

componisten in zijn zeer gevarieerde regie-oeuvre.<br />

Net nu hij zich na Ercole amante van Cavalli<br />

en <strong>De</strong>idamia van Händel bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> lijkt te ontwikkelen tot barokspecialist,<br />

verrast David Alden de operabezoekers met<br />

een nieuwe enscenering van Richard Wagners<br />

Die Meistersinger von Nürnberg. Toch is het<br />

regisseren van een Wagneropera voor hem<br />

geen onbekend gebied. Meer dan eens ensceneerde<br />

hij Tristan und Isolde al, en bij de<br />

Bayerische Staatsoper was zijn Tannhäuser<br />

te zien. Daar sprong hij ook in om de door<br />

Herbert Wernicke begonnen Ring des<br />

Nibelungen na Das Rheingold te voltooien,<br />

toen de Duitse regisseur onverwacht was<br />

gestorven. ‘Ik moest zo ongeveer van de ene<br />

op de andere dag beslissen om dit door een<br />

collega begonnen mammoetproject voort te<br />

zetten.’ Binnen twee tot drie maanden moest<br />

een concept worden bedacht voor de grootste<br />

operaonderneming die men zich kan<br />

voorstellen. Samen met Gideon Davey, die<br />

ook de decorontwerper voor de Meistersinger<br />

is, kwamen onder enorme tijdsdruk<br />

Die Walküre, Siegfried en Götterdämmerung<br />

tot stand. Voor zijn ontwikkeling als regisseur<br />

en voor zijn benadering van Wagner ziet<br />

Alden de kleinzoon van de componist als<br />

toonaangevend: Wieland Wagners nieuwe<br />

Bayreuther ensceneringsstijl uit de jaren<br />

’50 en ’60 maakte op de jonge Amerikaan<br />

zo’n indruk dat hij besloot operaregisseur<br />

te worden, net als overigens zijn tweelingbroer<br />

Christopher.<br />

Lachen bij Wagner<br />

Dat Wagner en humor niet mijlenver uit<br />

elkaar hoeven te liggen, bewees David<br />

Alden later als inmiddels ervaren en succes-<br />

vol regisseur juist bij dat Ring-project in<br />

München met zijn enscenering van Siegfried.<br />

Hij toonde de banaliteiten van alle dag op<br />

zo’n pittig-komische wijze dat al het heroïsche<br />

en edele, dat zo sterk aanwezig is in de Ring<br />

en bij Wagner in het algemeen, meteen<br />

ruimte ging bieden aan een schelmse humor.<br />

Als je Aldens Siegfried had gezien, wist je<br />

ook meteen waarom juist deze opera vaak<br />

wordt aangeduid als het scherzo van de<br />

tetralogie.<br />

‘Je moet niet alles zo bloedserieus nemen,’<br />

stelt de Amerikaan kort voor het begin van<br />

de repetities van de Meistersinger in Amster-<br />

dam. ‘In Wagner zit ook heel veel ironie. Die<br />

wil ik zichtbaar maken. Natuurlijk is zijn<br />

muziek zwaar en romantisch. Dat blijf je<br />

merken, maar er moet iets tegenover worden<br />

gesteld. Terwijl in Tristan und Isolde alles<br />

echt diep wordt gevoeld, moet je de Wagner<br />

van Meistersinger niet al te letterlijk nemen.<br />

En natuurlijk is Wagner de beste verkoper<br />

van zichzelf. Hij wist hoe hij zijn publiek en<br />

zijn weldoeners tot zijn slaven kon maken.<br />

Daarom is het voor een regisseur vaak ook<br />

goed om een zekere afstand tot de muziek,<br />

tot het stuk te bewaren. <strong>De</strong> muziek heeft een<br />

boodschap maar de ware betekenis vind je<br />

vaak pas wanneer je een bepaalde distantie<br />

creëert.’<br />

Scepsis<br />

Daar komt natuurlijk bij dat het bij Meistersinger<br />

gaat om Wagners enige echte komische<br />

opera (als we het vroege Liebesverbot buiten<br />

beschouwing laten). Toen hij tijdens Siegfried<br />

in een creatieve crisis was geraakt, onderbrak<br />

de componist het werken aan dit deel<br />

van de Ring voor enkele jaren en schiep twee<br />

opera’s die aanvankelijk gepland waren als<br />

klein, licht en overzichtelijk: Tristan en<br />

Meistersinger. Hierbij wordt duidelijk dat de<br />

twee ‘humoristische’ Wagneropera’s dicht<br />

bij elkaar liggen en dat als contrast juist de<br />

diepe ernst ook niet ver weg is.<br />

Maar net zoals je bij de Ring misschien de<br />

humoristische elementen achter de serieuze<br />

façade zou moeten blootleggen, wil David<br />

Alden ook bij Meistersinger de sceptische<br />

ondertoon van de getoonde maatschappij in<br />

het historische Neurenberg aan het licht<br />

brengen. ‘Wagner is een componist die altijd<br />

probeert zijn publiek voor zich in te nemen.<br />

Precies daarom moet je sceptisch blijven<br />

ten opzicht van wat hij ons aan het oppervlak<br />

wil vertellen.’ Dat slaat niet alleen op de<br />

Neurenbergse maatschappij, waarmee de<br />

18<br />

19<br />

toeschouwer wordt geconfronteerd – volgens<br />

Alden een soort Disneyland-versie van een<br />

ideale Duitse stad – maar ook op de figuur<br />

van Hans Sachs. Misschien wilde Wagner<br />

hier een geïdealiseerd beeld van zichzelf<br />

schilderen: een individuele kunstenaar, een<br />

buitenstaander die steeds meer tot vertegen-<br />

woordiger van een maatschappij wordt en<br />

die zich steeds meer thuisvoelt in die rol.<br />

Hij wordt binnengetrokken in een discussie<br />

over oud en nieuw. Voor Alden is het daarbij<br />

belangrijk om te benadrukken dat het naar<br />

zijn mening in dit stuk veel meer gaat om de<br />

kunst dan om politieke achtergronden.<br />

Sachs<br />

In zijn beroemde slottoespraak voelt Sachs<br />

zich geroepen tot het geven van een politiek<br />

statement over de kunst. Een man in een<br />

midlifecrisis, die bang is dat invloeden van<br />

buiten te veel terrein winnen en daardoor de<br />

geest van de kunst gaan beheersen. ‘Daarbij<br />

wilde ik ook de strijd laten zien die in de<br />

man zelf woedt. Hoe hij probeert het goede<br />

te doen en te zeggen. In mijn ogen overwint<br />

hij in zijn slottoespraak, die zo veel en zo fel<br />

bediscussieerd en bekritiseerd is, zijn eigen<br />

ijdelheid. Voor mij gaat het daarin vooral<br />

over de kunst, maar ook spreekt er de hele<br />

paranoia uit waaronder de kunstenaar Sachs<br />

gebukt gaat. Er is de druk van buiten en de<br />

gevaarlijke krachten die daarbij een onge-<br />

wenste en vreselijke uitwerking kunnen uitoefenen.<br />

Aan deze druk dragen ook de<br />

Meesters het hunne bij: mensen met geld,<br />

succesvolle zakenlieden die iets in de melk<br />

te brokkelen hebben en dat ook laten merken.<br />

Sachs is de enige die dat in een groter<br />

verband brengt.’ Daarbij interesseert Alden<br />

zich ook zeer voor de rol van het volk. Wie is<br />

deze massa werkelijk? Welke macht kan ze<br />

uitoefenen? En hoe kan men bij dit volk<br />

belangstelling voor kunst opwekken en die<br />

belangstelling levend houden? Dit is voor de<br />

regisseur een centraal thema en bovendien<br />

ook voor de toeschouwers van nu heel actueel.<br />

In de derde akte komen al deze elementen,<br />

die al eerder in het stuk worden aangeduid,<br />

bij elkaar.<br />

Nieuwe tijd<br />

Daarbij komt de figuur van Walther von<br />

Stolzing de functie van een katalysator toe.<br />

Alden: ‘Zijn muziek is inspirerend en brengt<br />

een soort chemische reactie tot stand. Hij<br />

raakt daarmee een zwakke plek van zijn tijd<br />

en zijn onconventionele lied maakt duidelijk<br />

dat er ook in de maatschappij een nieuwe<br />

tijd aanbreekt. Toch moet je op dit nieuwe<br />

niet zomaar blind vertrouwen. <strong>De</strong> chemische<br />

reactie kan iets heel afschrikwekkends hebben,<br />

zoals je ook niet blind moet vertrouwen<br />

op het C-groot van de finale, op de schijnbare<br />

harmonie. Het stuk opende ook in C-groot,<br />

waarna de problemen pas begonnen. Aan<br />

het einde zijn we aangekomen bij een nieuwe<br />

tijd, maar hoe alles zich verder zal ontwikkelen,<br />

moet je eerst nog maar afwachten. In<br />

ieder geval is Sachs, ook al richt hij zich aan<br />

het eind van het stuk tot iedereen, in mijn<br />

ogen toch eigenlijk een zeer eenzame figuur.’<br />

Dit brengt ons gesprek op Beckmesser,<br />

de andere eenzame buitenstaander in deze<br />

opera. Ook hij is in Aldens ogen een bevoorrecht<br />

man in een hoge positie, die een sar-<br />

casme heeft ontwikkeld – zowel in zijn omgang<br />

met regels en wetten als in zijn omgang<br />

met de mensen. ‘Hij heeft een merkwaardige,<br />

haast bizarre verhouding tot Sachs. Je zou<br />

bijna denken dat ze ooit iets met elkaar hebben<br />

gehad.’ Wagner schiep met zijn Beckmesser<br />

de karikatuur van een criticus en hij<br />

had daarbij zijn felste tegenstander Eduard<br />

Hanslick voor ogen, die in zijn recensies<br />

over Wagners muziek geen goed woord<br />

overhad voor de uit Leipzig afkomstige<br />

componist. Voor de regisseur is Beckmesser<br />

geen figuur die bereid is de smaad die men<br />

hem aandoet te vergeven en hij ziet in de<br />

stadsschrijver ook trekken van Wagner zelf.<br />

Culturele utopie<br />

Al met al beschouwt David Alden Die<br />

Meistersinger als een sociale komedie, aan<br />

de ene kant humoristisch en geestig, aan de<br />

andere kant politiek en scherp. ‘<strong>De</strong> opera<br />

heeft iets van het sarcasme van Molière,<br />

toont ons geraffineerde sociale lagen, die<br />

met culturele wapens een concurrentiestrijd<br />

uitvechten. Dat is gevaarlijk en inspirerend<br />

tegelijk.’ Daarbij vertegenwoordigen voor<br />

hem de persoonlijke verhalen die in het stuk<br />

worden verteld slechts één niveau. <strong>De</strong> sociale<br />

structuur is de tweede laag. ‘Het gaat om<br />

een culturele utopie die hier wordt ontwikkeld<br />

en waarbij je duidelijk merkt dat de<br />

politiek op alles invloed heeft en dat kunst<br />

zo ook voor politieke doeleinden kan worden<br />

ge- en misbruikt.’<br />

Hiermee duidt de regisseur concreet op<br />

wat er na de wereldpremière met dit stuk is<br />

gebeurd. Het nationaalsocialisme misbruikte<br />

Meistersinger tijdens de ontwikkelingen<br />

van de jaren ‘30 van de 20ste eeuw voor politieke<br />

doeleinden. Maar wat zijn enscenering<br />

betreft, maakt Alden heel duidelijk dat hij<br />

die níét in de nazitijd wil laten spelen: ‘Ik wil<br />

mijn eigen Neurenberg scheppen!’ verklaart<br />

hij gedecideerd. En in dit Neurenberg wordt<br />

het einde niet één groot feest der integratie.<br />

Het zal een open einde zijn, waarbij er twijfel<br />

heerst of de kunst en de gemeenschap werkelijk<br />

nader tot elkaar zijn gekomen. Dat er<br />

niettemin tijdens deze lange Wagneravond<br />

zeker mag worden gelachen, gefantaseerd<br />

en geglimlacht, wordt voor de toeschouwer<br />

alleen al gegarandeerd door de naam van<br />

de regisseur, die in het verleden zulke amusante<br />

en dromerig-speelse producties wist<br />

te creëren als de barokopera’s waaraan het<br />

Amsterdamse publiek zoveel plezier heeft<br />

beleefd. Daarbij zal hij zich Wagners humor,<br />

die de in Saksen geboren componist beslist<br />

ook bezat, op zijn zeer persoonlijk wijze<br />

eigen maken, om deze vervolgens te delen<br />

met het publiek in het Muziektheater.<br />

Vertaald door Frits Vliegenthart<br />

Op maandag 27 mei om 20.00 uur vindt<br />

in het Goethe Institut Amsterdam,<br />

Herengracht 470, een boekpresentatie<br />

plaats naar aanleiding van Wagners<br />

200ste verjaardag (22 mei). Voor het eerst<br />

verschijnt een <strong>Nederlandse</strong> vertaling van<br />

Wagners geschrift Das Kunstwerk der<br />

Zukunft, waarin hij het fundament legt<br />

voor zijn ideeën omtrent het ‘Gesamtkunstwerk’:<br />

Richard Wagner<br />

Het kunstwerk van de toekomst<br />

Vertaald, ingeleid en geannoteerd door<br />

Dr. Philip Westbroek<br />

Met een voorwoord van Klaus Bertisch<br />

Uitgeverij IJzer<br />

<strong>De</strong>idamia (Foto: Ruth Walz)


<strong>Opera</strong> in het park 2011 (Foto: Marjolijn Vis)<br />

<strong>Opera</strong> in het Park 2013<br />

Rheingold op de Rijn<br />

In 2013 is de 200ste geboortedag van<br />

Richard Wagner, en het 190ste jubileum van<br />

het oudste symfonieorkest van Nederland:<br />

het Utrechts Studenten Concert. Om deze<br />

gelegenheden te vieren vindt in juli 2013<br />

een revolutionaire muziektheaterproductie<br />

plaats: Rheingold op de Rijn.<br />

In samenwerking met o.a. <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong>, de Nationale Reisopera en <strong>Opera</strong> Zuid<br />

brengt deze productie Wagners Rijngoud<br />

terug naar zijn artistieke oorsprong: de rivier<br />

de Rijn.<br />

Twee muziektheatervoorstellingen, Wagners<br />

opera Das Rheingold en de symfonische<br />

show The Wagner Experience, worden in<br />

hun geheel ingescheept in het ruim van<br />

een vrachtschip en op het water van de<br />

Rijn uitgevoerd.<br />

Binnen in het schip vindt de bezoeker een<br />

volwaardig theater met een cast van 14<br />

topzangers uit Nederland en buitenland,<br />

het 80-koppige USConcert-symfonieorkest,<br />

en plaats voor 500 man publiek.<br />

20<br />

Het Rheingold-theater zal de loop van de Rijn<br />

volgen en uitvoeringen geven in verschillende<br />

steden in Nederland en Duitsland: Koblenz,<br />

Duisburg, Arnhem, Utrecht, Amsterdam,<br />

Rotterdam.<br />

Beleef opera bij ondergaande zon!<br />

DNO houdt samen met het Holland Festival<br />

een mooie traditie warm en presenteert<br />

wederom: <strong>Opera</strong> in het Park!<br />

Op 20 juni wordt Wagners Die Meistersinger<br />

von Nürnberg live uitgezonden vanuit het<br />

Muziektheater, op een grootscherm in het<br />

Amsterdamse Oosterpark.<br />

Wees welkom en geniet gratis van deze<br />

indrukwekkende opera! Kom met vrienden<br />

of familie, een gevulde picknickmand en een<br />

warm kleed.<br />

Donderdag 20 juni 2013<br />

Oosterpark Amsterdam<br />

Van 17.30 tot 22.55 uur<br />

Toegang gratis<br />

Kijk voor meer informatie op:<br />

www.dno.nl/operainhetpark<br />

Ervaar Wagner op het water van de Rijn<br />

in juli 2013. Voor meer informatie kijk op<br />

www.rheingold2013.com.<br />

CMS – Europees partner van DNO<br />

<strong>De</strong> reis van je leven<br />

en drie sinaasappels<br />

Onder deze wat vreemde titel wil ik u graag<br />

deelgenoot maken van onze bijzondere<br />

<strong>Opera</strong>Lounge-bijeenkomst voor young<br />

professionals rondom de opera L’amour des<br />

trois oranges. In een prachtig gedecoreerde<br />

lounge op de entresol van het Muziektheater<br />

kwam in maart namelijk een zeer diverse<br />

groep jonge mensen samen om na te denken<br />

over de reis van hun leven, in letterlijke en<br />

figuurlijke zin.<br />

Zowel jonge juristen van CMS als medewerkers<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> hadden<br />

voor deze avond relaties uitgenodigd tussen<br />

de 30 en 40 jaar, wat een groep met een interessante<br />

mix van achtergronden opleverde:<br />

zestig young professionals afkomstig van<br />

banken, accountancykantoren, gemeenten,<br />

spoorwegen, de media, ontwerpbureaus,<br />

musea en andere culturele instellingen;<br />

allemaal op hun manier bezig met het vinden<br />

van hun weg in hun zakelijke en persoonlijke<br />

leven.<br />

Om dit thema in te leiden hadden wij<br />

Chris Zegers bereid gevonden om die avond<br />

te vertellen over de reis van zijn leven. <strong>De</strong>ze<br />

succesvolle acteur, presentator en muzikant,<br />

onder meer bekend van het reisprogramma<br />

3 op Reis van BNN, studeerde economie,<br />

woonde en werkte in het buitenland en<br />

maakt reportages op de meest uiteenlopende<br />

plekken op aarde. Zijn reizen hebben hem<br />

veel geleerd over het leven en de invloed die<br />

je zelf hebt op het verloop daarvan.<br />

21<br />

In een wervelend verhaal met veel mooie<br />

anekdotes vertelde hij ons over de zeer<br />

uiteenlopende stappen in zijn carrière: van<br />

accountmanager kaas in Azië, profvoetballer<br />

in Singapore, (vroeger) stotterende TV-acteur,<br />

zanger in een rockband met zijn moeder als<br />

grootste fan, tot presentator van reisprogramma’s<br />

en acteur in uiteenlopende films.<br />

Hoewel een aantal stappen in zijn loopbaan<br />

volgens Chris ook te maken hadden<br />

met puur geluk, gaf hij ons mee dat je vooral<br />

zelf aan zet bent. Een factor van groot belang<br />

daarbij is onbevangenheid. Wanneer je de<br />

kansen die op je pad komen vooral bekijkt<br />

vanuit beperkingen in plaats van vanuit<br />

mogelijkheden, beperk je op voorhand je<br />

kansen op (meer) geluk. Dit geluk kun je<br />

zowel in je zakelijke als in je persoonlijke<br />

leven vinden, of in de ultieme situatie in<br />

allebei. Vaak is er echter meer aandacht<br />

voor de zakelijke kant van een persoon.<br />

Zo is de eerste vraag bij een ontmoeting<br />

vaak “Wat doe je?” en niet “Wie ben je?”<br />

Mooi om te zien dat de aanwezigen na zijn<br />

verhaal elkaar juist die laatste vraag stelden<br />

en meer vanuit de gedachte van de persoon<br />

achter de baan kennismaakten. Dit leverde<br />

zeer geanimeerde gesprekken op. Dat de<br />

prins uit L’amour des trois oranges uiteindelijk<br />

ook zijn eigen pad volgde en onbevangen<br />

zijn geluk vond bij een prinses die geboren<br />

werd uit een sinaasappel, paste goed bij het<br />

thema. Ik hoop dan ook dat de aanwezige<br />

young professionals van deze <strong>Opera</strong>Loungeavond<br />

hebben genoten en dat wij hun ‘food<br />

for thought’ hebben meegegeven voor de<br />

reis van hun leven.<br />

Dolf Segaar<br />

Managing Partner<br />

Chris Zegers (Foto: J. Koopmanschap)


Scènes uit <strong>De</strong>ath in Venice (Foto’s: Johan Jacobs)<br />

<strong>De</strong>ath in Venice<br />

Prijs, prijs mijn macht,<br />

schoonheid is de spiegel van de geest. (Stem van Apollo)<br />

<strong>De</strong> Duitse schrijver Gustav von Aschenbach<br />

wordt steeds meer gekweld door twijfels<br />

over zijn kunst en reist af naar Venetië in de<br />

hoop daar inspiratie op te doen. Hier raakt<br />

hij totaal in de ban van Tadzio, een beeldschone<br />

jongen van Poolse afkomst. In hem<br />

ontdekt hij de pure en perfecte schoonheid<br />

waar hij zijn hele leven naar heeft gezocht.<br />

Zelfs wanneer Venetië wordt getroffen door<br />

een cholera-epidemie, beslist Aschenbach<br />

om daar te blijven, om maar dicht bij Tadzio<br />

te kunnen zijn.<br />

22<br />

23<br />

wo 3 jul 2013 première 19.30 uur<br />

vr 5 jul 19.30 uur<br />

zo 7 jul 13.30 uur<br />

Het Muziektheater Amsterdam<br />

Kaartverkoop is reeds begonnen.<br />

Bij het ter perse gaan van deze <strong>Odeon</strong> zijn er<br />

nog kaarten verkrijgbaar.<br />

Bel het Kassa-bespreekbureau: 020-625 5455<br />

Online reserveren: www.dno.nl<br />

Inleidingen door Chris Engeler<br />

Plaats: Muziektheater (foyer 2de balkon)<br />

Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere<br />

voorstelling, dus 18.45 uur (avond)/12.45 uur<br />

(matinee)<br />

Lengte: ± 30 minuten<br />

Toegang: gratis op vertoon van een<br />

plaatsbewijs voor de voorstelling van die dag<br />

Met steun van de Vereniging Vrienden<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Dinerbuffetten<br />

Bij de avondvoorstellingen van <strong>De</strong>ath in Venice kunt<br />

u ge nie ten van een diner buffet in de foyer van<br />

het Muziektheater. Zo bent u gegarandeerd op<br />

tijd voor de opera. Reserveren: 020-625 5455<br />

of via www.muziektheater.nl/kaarten.<br />

Benjamin Britten 1913-1976<br />

<strong>De</strong>ath in Venice<br />

An <strong>Opera</strong> in Two Acts, op. 88<br />

libretto<br />

Myfanwy Piper<br />

gezelschap<br />

ENO Chorus and<br />

Technical/Production team<br />

muzikale leiding<br />

Edward Gardner<br />

regie<br />

<strong>De</strong>borah Warner<br />

decor<br />

Tom Pye<br />

kostuums<br />

Chloe Obolensky<br />

licht<br />

Jean Kalman<br />

choreografie<br />

Kim Brandstrup<br />

Gustav von Aschenbach<br />

John Graham-Hall<br />

The Traveller/The Elderly Fop/<br />

The Old Gondolier/The Hotel Manager/<br />

The Hotel Barber/The Leader of the Players/<br />

The Voice of Dionysus<br />

Andrew Shore<br />

The Voice of Apollo<br />

Tim Mead<br />

Rotterdams Philharmonisch Orkest<br />

Productie van English National <strong>Opera</strong> 2007<br />

Coproductie met de Brusselse Muntschouwburg<br />

<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 2 uur en 50 minuten.<br />

Er is 1 pauze.<br />

<strong>De</strong> opera wordt in het Engels gezongen,<br />

Nederlands en Engels boventiteld.<br />

Het operaboek <strong>De</strong>ath in Venice is verkrijgbaar<br />

in het Muziek theater. Daarin staan onder meer<br />

een uitgebreide synopsis en het libretto in het<br />

Engels en het Neder lands. <strong>De</strong> prijs is 8.<br />

Het Muziektheater Amsterdam presenteert


Benjamin Britten en Peter Pears<br />

Achtergrond <strong>De</strong>ath in Venice<br />

Frits Vliegenthart<br />

Brittens laatste opera<br />

Bij de titel <strong>De</strong>ath in Venice zullen meer mensen denken aan de beroemde film van Luchino Visconti<br />

dan aan de laatste opera van Benjamin Britten. Voor beide meesterwerken, die onafhankelijk van<br />

elkaar tot stand kwamen, vormde Thomas Manns novelle <strong>De</strong>r Tod in Venedig het gegeven.<br />

‘Ik hoopte vurig dat ik dit stuk nog zou kunnen<br />

afmaken voordat er iets gebeurde. Het<br />

zou waarschijnlijk de laatste grote operarol<br />

voor Peter [Pears] zijn. Al een hele tijd had<br />

ik over deze opera nagedacht en het project<br />

was al eens uitgesteld. Ik moest nu flink<br />

doorwerken.’ Aldus Benjamin Britten, terugblikkend<br />

naar de jaren 1971-1973, in een<br />

interview voor The Times (30 december ’74).<br />

Britten leed aan een ernstige hartkwaal, die<br />

uiteindelijk zijn dood zou betekenen. Zozeer<br />

was hij echter gebrand op het voltooien van<br />

de opera in kwestie, <strong>De</strong>ath in Venice, dat<br />

hij een operatie, die in de herfst van ’72 al<br />

dringend noodzakelijk was, doorschoof tot<br />

na het voltooien van de partituur, voorjaar<br />

’73. Tijdens de ingreep, die maar liefst zes<br />

uur duurde, kreeg de componist een lichte<br />

beroerte, waarna hij zijn rechterhand niet<br />

meer goed kon gebruiken. Pianospelen<br />

behoorde definitief tot het verleden en<br />

slechts met de grootste moeite kon hij nog<br />

zelf muziek noteren.<br />

Hoewel Britten op 1 juni uit het ziekenhuis<br />

werd ontslagen, was hij nog veel te zwak om<br />

op de 16de de wereldpremière van <strong>De</strong>ath in<br />

Venice tijdens het Aldeburgh Festival bij te<br />

wonen. Het eerste wat hij daarvan meekreeg,<br />

was een live via de radio uitgezonden voorstelling<br />

op 22 juni. Pas tijdens een min of<br />

meer besloten uitvoering – net als de<br />

wereldpremière in de voormalige moutverwerkingsfabriek<br />

The Maltings in Snape – kon<br />

hij op 12 september zijn stuk zien worden<br />

opgevoerd. Later die maand was hij aanwezig<br />

toen <strong>De</strong>ath in Venice in Royal <strong>Opera</strong><br />

House Covent Garden werd gepresenteerd.<br />

Groot geluk putte Britten uit de lof die Peter<br />

Pears, zijn levensgezel, kreeg voor de vertolking<br />

van de hoofdrol, die speciaal voor diens<br />

stem was geschreven.<br />

Een stevige uitdaging<br />

Hoe was Britten eigenlijk op het idee gekomen<br />

om de novelle <strong>De</strong>r Tod in Venedig van<br />

Thomas Mann als basis te gebruiken voor<br />

een opera? In ieder geval niet, zoals vaak<br />

wordt beweerd, door Luchino Visconti’s<br />

beroemde film uit 1971, want de componist<br />

liep, naar eigen zeggen, al eerder rond met<br />

plannen in die richting. Eerder een ongelukkig<br />

toeval dus, temeer omdat in de film de<br />

mooie beelden van Venetië volmaakt samengaan<br />

met de prachtige muziek van Gustav<br />

Mahler, op wie Visconti zijn hoofdpersoon –<br />

subliem gespeeld door Dirk Bogarde – heeft<br />

geënt: ‘Ik denk dat dit Manns werkelijke<br />

bedoeling was, er zijn duidelijke aanwijzingen<br />

voor,’ aldus de geniale regisseur. <strong>De</strong><br />

voornaam is wellicht zo’n aanwijzing en ook<br />

het feit dat Mahler in 1911 was gestorven; de<br />

novelle ontstond in de jaren 1911-1912. Hoe<br />

dan ook, hier lag een stevige uitdaging voor<br />

iemand die hetzelfde gegeven tot een opera<br />

wilde bewerken.<br />

In Manns verhaal staat Gustav von<br />

Aschenbach centraal, een schrijver van<br />

middelbare leeftijd die zich in een artistieke<br />

crisis bevindt. Aangemoedigd door een mysterieuze<br />

reiziger vertrekt hij uit München<br />

naar Venetië om daar inspiratie op te doen.<br />

Aldaar raakt hij in de ban van een mooie<br />

Poolse knaap, Tadzio, die voor hem de personificatie<br />

van de Schoonheid is. Ondanks<br />

de gevaren van een cholera-epidemie blijft<br />

Aschenbach in Venetië, waar hij aan die<br />

ziekte zal sterven met een laatste beeld van<br />

Tadzio op zijn netvlies.<br />

Naar Manns eigen zeggen was de novelle<br />

grotendeels gebaseerd op echte gebeurtenissen<br />

uit zijn eigen leven, terwijl hij zich<br />

gewoonlijk liever achter anderen verschool:<br />

‘Niets is verzonnen: de reiziger op het<br />

Noorderkerkhof in München, het sombere<br />

schip vanuit Pola, de oude fat, de onbetrouwbare<br />

gondelier, Tadzio en zijn familie,<br />

het door verwarring met de bagage verhinderde<br />

vertrek, de cholera, de openhartige<br />

medewerker van het reisbureau, de onheilspellende<br />

straatzanger.’ Hoewel Mann zijn<br />

homoseksualiteit nooit zelf naar buiten<br />

bracht, gaf hij zich voor wie hem beter ken-<br />

24 25<br />

den ongewild bloot door de voor zijn doen<br />

opvallend liefdevolle manier waarop hij<br />

Tadzio schilderde. Door de ironische en<br />

nuchtere manier van vertellen in de derde<br />

persoon nam Mann echter enige afstand ten<br />

opzichte van zijn Aschenbach.<br />

Personificatie<br />

Bij Britten was het omgekeerde het geval:<br />

hij identificeerde zich duidelijk in sterke<br />

mate met de naar inspiratie zoekende kunstenaar<br />

en met de man. Terwijl Mann bij het<br />

schrijven van zijn novelle nog maar 36 jaar<br />

was, lag Brittens leeftijd veel dichter bij die<br />

van Aschenbach, een vijftiger. Britten woonde<br />

openlijk samen met de tenor Peter Pears,<br />

geenszins vanzelfsprekend in die tijd. In<br />

opera’s als Albert Herring, A Midsummer<br />

Night’s Dream, Peter Grimes, Billy Budd en<br />

The Turn of the Screw wordt homoseksualiteit,<br />

respectievelijk pederastie, wel aangeduid<br />

maar niet met zoveel woorden benoemd.<br />

In de novelle, de film en de opera moet<br />

Aschenbach, die eerder niet in staat was<br />

tot zelfkennis en daardoor als kunstenaar<br />

vastliep, wel bekennen dat hij van de jongen<br />

houdt. Zoals gezegd is Tadzio – althans in<br />

eerste instantie – met zijn al schoonheid<br />

een personificatie, geen lustobject maar<br />

een symbool. Pas later (in de opera aan het<br />

eind van Akte I) geeft Aschenbach aan zichzelf<br />

toe dat hij de knaap fysiek begeert: de<br />

apollinische kant van de kunstenaar wordt<br />

dan verdrongen door het dionysisch-erotische,<br />

dat hij tot dusver diep had weggestopt.<br />

Fijnzinnige vondst<br />

<strong>De</strong> librettiste Myfanwy Piper, met wie<br />

Britten ook The Turn of the Screw en Owen<br />

Wingrave had gemaakt, reageerde niet meteen<br />

enthousiast op het voorstel: ‘Het eerste<br />

wat ik dacht toen ik over dit onderwerp hoorde,<br />

was dat het onmogelijk zou zijn, maar<br />

het tweede dat het toch zou moeten kunnen<br />

– omdat Britten dat zei.’ Ze maakte zich<br />

vooral zorgen over de lange monologen en<br />

het volgens haar ontoegankelijke proza.<br />

Piper bewerkte het verhaal tot een reeks<br />

van zeventien korte, in elkaar overvloeiende<br />

scènes, verdeeld over twee akten. In feite<br />

vormt het stuk één lange scena voor Aschenbach,<br />

die de hele tijd op het toneel is.<br />

Britten deed in <strong>De</strong>ath in Venice een aantal<br />

opmerkelijke dingen. Zo zijn de openingswoorden<br />

‘My mind beats on...’ van de protagonist<br />

gezet op een twaalftoonsreeks, als<br />

om aan te geven dat de kunstenaar zijn<br />

gevoel voor richting is kwijtgeraakt. Zijn<br />

recitatieven, waarin hij voornamelijk tot<br />

zichzelf spreekt, worden begeleid door<br />

een piano. Aschenbachs alter ego’s, die<br />

zijn meer duistere, dionysische kanten<br />

vertegenwoordigen, worden alle gezongen<br />

door één bariton: The Traveller, The Elderly<br />

Fop, The Hotel Manager, The Hotel Barber,<br />

The Leader of The Players, en The Voice of<br />

Dionysus. Apollo heeft daarentegen de<br />

stem van een countertenor, wat goed past<br />

bij het verheven, onaardse karakter van de<br />

god.<br />

Het was een fijnzinnige vondst van Britten<br />

om de onbereikbare Tadzio juist níét te laten<br />

zingen maar deze in de persoon van een<br />

danser ten tonele te voeren. Muzikaal krijgt<br />

de jongeling zijn eigen kleur doordat slagwerk,<br />

met name de vibrafoon, telkens gamelanachtige<br />

motieven speelt wanneer hij<br />

verschijnt. Dankzij transcripties door<br />

de componist en ethnomusicoloog Colin<br />

McPhee vond Britten al sinds 1939 inspiratie<br />

in muziek uit India, Japan en Indonesië.<br />

Tijdens een reis naar Bali in de jaren ’50<br />

maakte het horen van de gamelan in zijn<br />

natuurlijke omgeving een onvergetelijke<br />

indruk op hem. Hij was gefascineerd door<br />

de klankkleur en de vormen van de gamelanmuziek.<br />

Een resultaat daarvan was de<br />

muziek voor het ballet The Prince of the<br />

Pagodas.<br />

Ook door middel van toonsoorten krijgen<br />

Aschenbach en Tadzio een eigen signatuur:<br />

voor de eerste (en voor Dionysus) is dat<br />

E-groot, voor de tweede (en voor Apollo)<br />

A-groot.<br />

In het repertoire<br />

Met zijn rijke gelaagdheid (realisme-psychologie-allegorie-mythologie)<br />

is <strong>De</strong>ath in Venice<br />

zowel voor Benjamin Britten als voor zijn<br />

partner Peter Pears een stralende kroon op<br />

de carrière gebleken. Na de uitvoeringen in<br />

Engeland vond het indrukwekkende werk<br />

snel zijn weg naar (uiteraard!) Venetië, New<br />

York, Berlijn, Graz, Düsseldorf, Kassel, Kiel,<br />

München en Bern.<br />

Na Brittens dood nam de belangstelling<br />

tijdelijk af, maar sinds 1980 is de opera volop<br />

teruggekeerd in het repertoire, met voorstellingen<br />

in onder meer Adelaide, Genève, Glas-<br />

gow, Antwerpen, Toronto, Glyndebourne,<br />

Tokio, Genua, Chicago, Buenos Aires, en<br />

in kleinere huizen in Duitsland en Oostenrijk.<br />

Het Muziektheater Amsterdam vertoont<br />

de enscenering die <strong>De</strong>borah Warner in 2007<br />

voor English National <strong>Opera</strong> maakte, een co-<br />

productie met de Brusselse Muntschouwburg.<br />

<strong>De</strong>ath in Venice (Foto: Johan Jacobs)


Kom mee op een prikkelende ontdekkingsreis. Met <strong>Opera</strong>Flirt beleef je een exclusieve<br />

opera-avond. Maak kans op een van de veelgevraagde plaatsen die we voor dit bijzondere<br />

programma gereserveerd hebben. Samen met anderen geniet je van een unieke voorstelling.<br />

<strong>Opera</strong>Flirt-avonden 2013 - 2014<br />

Armide (okt 2013), <strong>De</strong> speler (dec 2013), Lucia di Lammermoor (mrt/apr 2014),<br />

Faust (mei 2014), Falstaff (jun 2014)<br />

Mijn eerste opera-ervaring…<br />

Fred Lingen<br />

Artistiek adviseur DNO,<br />

tevens erelid van de<br />

Vereniging Vrienden van<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Wat was uw eerste opera?<br />

Toen ik elf jaar was, ging ik voor het eerst met mijn ouders naar de opera in<br />

de Stadsschouwburg Amsterdam. We bezochten La bohème van Puccini.<br />

Mijn ouders waren grote operaliefhebbers en omdat ik het erg leuk vond,<br />

namen ze me die week meteen nog een keer mee naar de opera Lohengrin<br />

van Wagner.<br />

Hoe heeft u het ervaren?<br />

Ik was meteen verkocht. Ik was voor het eerst in een schouwburg en vond<br />

het een volkomen nieuwe, en vooral overweldigende ervaring. Sindsdien<br />

heb ik een cultureel huwelijk gesloten met <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>.<br />

Wat zijn uw lievelingscomponisten?<br />

Dat is moeilijk kiezen, maar als ik een selectie moet maken, kies ik voor<br />

Wagner, Strauss, Verdi, Puccini, Tsjaikovski en Janáček. Door een aantal<br />

van hun opera’s kan ik echt emotioneel geraakt worden. Voorbeelden van<br />

mijn favoriete opera’s zijn Die Frau ohne Schatten, Götterdämmerung,<br />

Elektra en Jenu˚ fa.<br />

Waarom vindt u opera zo’n bijzondere kunstvorm?<br />

<strong>Opera</strong> is voor mij een totale podiumkunst die alle verschillende aspecten<br />

van theater tot een eenheid smeedt. Ik vind de partituur in een opera het<br />

belangrijkste element. Voor mij komt de enscenering op de tweede plaats.<br />

Maar als beide elementen samenkomen, beleef je opera op het hoogste<br />

niveau.<br />

26 Interview <strong>De</strong>ath in Venice<br />

27<br />

Bart Boone<br />

<strong>De</strong>borah Warner zoekt schoonheid<br />

Wagner hier, Verdi daar, Wagner en Verdi everywaar! Geen enkel operahuis met enig fatsoen kan dit<br />

jaar hun jubileumdansen ontspringen. Maar bij het royaal fêteren van de twee operareuzen vergeet<br />

Het Muziektheater Amsterdam niet dat 2013 ook Benjamin Brittens honderdste geboortedag markeert.<br />

In juli prijkt daarom een reeds bestaande <strong>De</strong>ath in Venice-productie van <strong>De</strong>borah Warner (Dido and<br />

Aeneas bij DNO, 2009) op het Amsterdamse affiche, vol adembenemende visuele poëzie. Vloekt die<br />

esthetiek niet met de vuige passie van de held voor een knaap of zijn aftakeling in een door cholera<br />

geteisterd Venetië? ‘Onzin!’ meent de Britse ‘theatergoeroe’.<br />

<strong>Opera</strong> regisseren? Daar had <strong>De</strong>borah<br />

Warner lange tijd geen zin in. <strong>De</strong> in 1959 in<br />

Oxford geboren regisseur mag anno 2013<br />

een kleine twintig operaproducties op haar<br />

naam hebben staan, eerst focuste ze zich<br />

uitsluitend op toneel. Als twintiger stampte<br />

ze de KICK Theatre Company uit de grond.<br />

Pijlsnel werkte ze zich daar nationaal in de<br />

kijker met haar dwarse, soms omstreden<br />

blik op het repertoire. En zie: na zes jaar<br />

KICK stroomden er reeds regieopdrachten<br />

binnen van de twee beroemdste ensembles<br />

in Groot-Brittannië, de Royal Shakespeare<br />

Company (RSC) en het National Theatre<br />

(NT). Tot op heden maakt Warner daar nog<br />

geregeld furore.<br />

Mijlpaal 1? Shakespeares Titus Andronicus<br />

bij de RSC in 1988, waarna de Britse pers<br />

Warner naar eigen zeggen ‘zowat doodknuffelde<br />

als nieuwe theatergoeroe’. Bij<br />

de RSC vond ze ook een sister in arms in<br />

Fiona Shaw. Ruim twintig jaar al voedt de<br />

Ierse actrice Warners toneelwerk als een<br />

muze. Dat bleek onder meer tijdens het<br />

Holland Festival van 2009. Shaw schitterde<br />

toen als Winnie in het zonnig-komisch<br />

geregisseerde Happy Days van de wrange<br />

Beckett. Met Shaw brak Warner ook door in<br />

Europa. Haar vernuftige Shakespeare-lezing<br />

van Richard II voor het NT, met Shaw fascinerend<br />

genoeg in de titelrol, deed in 1996<br />

namelijk ook de Salzburger Festspiele aan.<br />

Zo kon een massa internationale artistiek<br />

leiders haar bruisende regietalent beoordelen.<br />

Van toen af openden vele Europese<br />

theaters, festivals en operabazen een ware<br />

jacht op de in eigen land reeds gelauwerde<br />

regisseur.<br />

Affaire met de opera<br />

Nicholas Payne was echter al in 1988 begonnen<br />

met hardnekkig bij <strong>De</strong>borah Warner te<br />

zeuren dat ze de sprong naar de opera moest<br />

wagen. Slotsom? In 1993 deed ze Bergs<br />

Wozzeck bij Paynes <strong>Opera</strong> North in Leeds –<br />

maar alleen omdat ze bij KICK de basis van<br />

Bergs libretto al geregisseerd had, Büchners<br />

toneelstuk Woyzeck. Vanwaar toch Warners<br />

langdurig verzet tegen opera?<br />

Haar eerste hobbel was ‘de reeds presente<br />

schoonheid’. In iedere opera schuilt steeds<br />

de hand van een ‘regisseur’ die elk regiewerk<br />

vóór is: de componist. Anders dan acteurs<br />

in het gesproken theater beschikken zangers<br />

dankzij de muziek al tijdens de eerste repetities<br />

over een psychologisch, emotioneel<br />

of ritmisch patroon, wat, aldus Warner, ‘meteen<br />

een vorm van schoonheid present stelt’.<br />

Wat moest ze dááraan nog toevoegen?<br />

Verder vreesde ze dat zangers haar improvisatietechniek<br />

uit het gesproken theater niet<br />

zouden slikken. Niet ten onrechte, want na één<br />

week Wozzeck-repetities was de Britse de<br />

wanhoop nabij. ‘Godzijdank,’ grapte Payne<br />

droog, ‘was ik dat weekend het huis uit en<br />

waren er nog geen mobieltjes. <strong>De</strong>borah kon<br />

dus het project niet afbellen en ’s maandags<br />

zette ze haar werkwijze dan maar koppig<br />

door.’ Mét overrompelend resultaat.<br />

Zo begon haar intrigerende – en vooral:<br />

blijvende – affaire met de opera. Warner<br />

leerde ‘de reeds presente schoonheid’<br />

telkens om te smeden in ‘een nieuwe, heel<br />

eigen schoonheid’. Net als in het theater<br />

doet ze dit met dwarse lezingen die vaak<br />

verrassend nieuwe of actuele inhouden onthullen,<br />

zónder de waarheid van de originele<br />

opera te schaden. Ook het nemen van risico’s<br />

qua vorm en ruimte ondersteunt die schoonheid,<br />

die bij de toeschouwer de deur naar<br />

zijn gevoelswereld moet openen, eerder dan<br />

identificaties met de figuren uit te lokken.<br />

Ook de hobbel der personenregie nam Warner.<br />

Stilaan ervoer ze het patroon dat zangers<br />

fixeert als een veiligheid, waarin zangers<br />

– juist omdát het een comfort zone is –<br />

zichzelf kunnen verliezen om zich met hun<br />

verbeelding des te beter in hun rol in te<br />

leven. Recent stelde ze ook vast dat verse<br />

zangersgeneraties zich fysiek totáál willen<br />

engageren, wat het verschil tussen haar<br />

werk als toneel- en dat als operaregisseur<br />

zelfs opheft. En dat die opheffing dan weer<br />

kruisbestuivingen schiep, bewees haar<br />

recente theaterwerk, dat baadt in een operateske<br />

spektakelzucht. In 2009 typeerde Warner<br />

haar NT-regie van Brechts Mother Courage<br />

zelf als ‘een bont uitbundig rockconcert dat<br />

film, sound effects en muziek mixt, precies<br />

zoals een opera expressies mixt.’<br />

Visueel glissando<br />

Warner zoekt schoonheid? Ook in haar<br />

<strong>De</strong>ath in Venice uit 2007 vond ze die. In<br />

interviews over deze productie voor English<br />

National <strong>Opera</strong> en de Brusselse Munt<br />

hamerde ze vurig op het feit dat de opera<br />

niet over seks of pedofilie gaat, maar over<br />

de dood: ‘Aschenbach wordt zich bewust<br />

van wat voorbij is, van zijn ouderdom. En<br />

in een poging om zich nu te richten op de<br />

essentials of life cultiveert hij een destructief<br />

verlangen naar zijn jongere ik, naar de<br />

wereld van de jeugd, die beide voorgoed<br />

voorbij zijn. Bovendien jaagt de artistiek<br />

verdwaalde schrijver op een muze, Tadzio.<br />

<strong>De</strong>ze knaap verbeeldt, naast de onschuld<br />

en de jeugd, de idéé van de perfecte schoonheid,<br />

níét haar fysieke belichaming. Het stuk<br />

is dus ook een essay over esthetische perfectie.<br />

En zo is Aschenbachs dood iets moois:<br />

wat heel zijn leven werd buitengesloten,<br />

wordt dan binnengelaten. Hij sterft in een<br />

staat van pure bliss, van inzicht, van rust<br />

in perfectie. Daarom moet deze roadmovie<br />

over de illusie van een herwonnen jeugd en<br />

de ideale schoonheid zélf mooi zijn.’<br />

Die belofte hield ze. <strong>De</strong> staties in<br />

Aschenbachs innerlijke reis ontrolde ze<br />

in een fluïde keten van verbluffend mooie<br />

beelden. Zoals de operascènes zelf vloeien<br />

die naadloos in elkaar: een visueel glissando<br />

dat nooit Venetië zelf toont, maar het sonore<br />

landschap van de Dogenstad in Brittens<br />

muziek helpt op te roepen. Virtuoos is ook<br />

de personenregie. Wonderlijk legt die de<br />

thematische complexiteit van het meeslepend<br />

vertelde verhaal bloot. Een grootse seizoens-<br />

afsluiter!<br />

<strong>De</strong>borah Warner (Foto: Paul Rogers)


28<br />

CONCERTO<br />

uw specialist in opera,<br />

klassieke muziek en nog veel meer<br />

www.concertomania.nl<br />

DNO abonnementhouders 10% korting<br />

in Concerto en de Plato winkels.<br />

CONCERTO Utrechtsestraat 52-60 1017 VP Amsterdam 020-6235228<br />

PLATO • Apeldoorn • <strong>De</strong>venter • Enschede • Groningen • Leiden • Rotterdam • Utrecht • Zwolle<br />

Amstelhoeck kunt u gewoonweg niet missen!<br />

Ons grand café bevindt zich namelijk op één van de mooiste<br />

plekjes van Amsterdam: op de hoek langs de Amstel, direct onder<br />

het stadhuis en pal naast het Muziektheater. Een bijzondere plek<br />

met enorm veel historie en een grote hoeveelheid dynamiek vandaag<br />

de dag. Bij Amstelhoeck kunt u heerlijk eten en drinken in<br />

een moderne, huiselijke sfeer. Met uitzicht op de gezellige Amstel<br />

en de prachtige Munttoren. Prima vertoeven dus!<br />

ONTBIJTEN LUNCHEN DINEREN BORRELEN<br />

Interview <strong>De</strong>ath in Venice 29<br />

Hein van Eekert<br />

Een heel eigentijdse opera<br />

Bij DNO kennen we de Britse tenor John Graham-Hall van scherp getekende karakterrollen in<br />

Het sluwe vosje, Tosca en Le nozze di Figaro. Elders zong hij bijna alle hoofdrollen in opera’s van<br />

Benjamin Britten: een sensationele titelrol in Albert Herring en – zeer recent – Peter Grimes aan<br />

de Milanese Scala. We geven onze Aschenbach in <strong>De</strong>ath in Venice alvast een monoloog in <strong>Odeon</strong>.<br />

‘Zelfbewustzijn is voor mij de sleutel voor de<br />

hoofdrollen in de opera’s van Britten: exact<br />

weten wat je probleem is. Het geldt voor<br />

Albert Herring, voor kapitein Vere in Billy Budd<br />

en zeker ook voor Aschenbach in <strong>De</strong>ath in<br />

Venice: ze zijn zich enorm bewust van hun<br />

problemen. Dat is hun tragedie. Neem bijvoorbeeld<br />

Peter Grimes: hij kan zichzelf niet<br />

stoppen bij het geweld dat hij gebruikt tegen<br />

de jongen die hij in dienst heeft. Hij beseft<br />

ook dat hij steeds meer de gewelddadige<br />

man wordt die de dorpelingen van hem maken.<br />

Albert Herring weet dat hij een idioot is: hij<br />

heeft geen succes bij de meisjes en hij kan<br />

zich niet losmaken van zijn moeder. Aschenbach<br />

kent zijn probleem ook en hij ziet het<br />

zelf als een heel groot probleem: het feit dat<br />

hij valt voor een jongen.’<br />

‘<strong>De</strong>ath in Venice is een heel eigentijdse<br />

opera: we zijn tegenwoordig geobsedeerd<br />

door zelfontdekking, seksualiteit en dingen<br />

die vroeger niet besproken mochten worden.<br />

<strong>De</strong>ze opera gaat echter niet zozeer over<br />

homoseksualiteit, maar over het vinden van<br />

jezelf. Het wondermooie aan Aschenbach<br />

is daarbij dat zijn hele gedachtegang uitgespeeld<br />

wordt voor het publiek. Het is een<br />

perfecte partij. <strong>De</strong> pijn die door de perceptie<br />

van zijn problemen wordt veroorzaakt, wordt<br />

volledig opengelegd in zijn alleenspraken.<br />

Grappig genoeg klinkt het voeren van een<br />

intellectueel debat met jezelf of met het<br />

publiek als het saaiste schouwspel ter<br />

wereld, maar in werkelijkheid is het fascinerend.<br />

Benjamin Britten geeft al die monologen<br />

namelijk briljant weer: de muzikale<br />

inhoud lijkt heel klein, maar de motieven<br />

worden zo slim toegepast door Britten en<br />

de harmonieën werken zo mooi dat ze een<br />

fantastische illustratie zijn van wat er in<br />

Aschenbachs hoofd omgaat. Er zit geen<br />

noot te veel in deze opera, geen enkele vorm<br />

van opvulling. <strong>De</strong> taak van de vertolker van<br />

Aschenbach is dat je voldoende afstand<br />

neemt om het verhaal zich als vanzelf te<br />

laten ontvouwen. Tegelijkertijd moet je<br />

zo glashelder zijn binnen het karakter en<br />

binnen het drama, dat het publiek volledig<br />

meegesleept wordt. Ik wéét dat deze opera<br />

meeslepend is zolang je die connectie maar<br />

maakt met het publiek.’<br />

Vanuit de verstilling<br />

‘<strong>De</strong> beginscène is in zekere zin de moeilijkste<br />

om te spelen. Op dat moment in de opera<br />

heb je te maken met iemand die lijdt aan<br />

writer’s block. Het is een ramp voor Aschenbach<br />

dat hij niet kan schrijven: niet alleen<br />

op professioneel gebied, maar ook financieel.<br />

Ik weet zelf als freelance artiest dat het een<br />

catastrofe is als je ineens niet meer datgene<br />

kunt doen waarop je carrière gebouwd is of<br />

waarmee je je geld verdient. Aschenbachs<br />

brein maakt overuren en daardoor wordt hij<br />

fysiek heel erg moe. Britten is briljant in die<br />

scène: de muzikale begeleiding is heel<br />

miniem. Je hoort daarin het verschrikkelijke<br />

dat zich in Aschenbachs hoofd afspeelt:<br />

alles is zo stil en kleinschalig. Je komt de<br />

opera niet binnen met een grootse opening<br />

zoals in Verdi’s Otello of Strauss’ <strong>De</strong>r<br />

Rosenkavalier, waarin meteen een enorm<br />

muzikaal statement wordt gemaakt. Het<br />

tegengestelde gebeurt juist bij <strong>De</strong>ath in<br />

Venice: die opera <strong>start</strong> vanuit de verstilling<br />

en bloeit later open.’<br />

‘Ik voel me bij het repeteren van de rol als<br />

artiest altijd een beetje schuldig. <strong>De</strong> andere<br />

zangers moeten in <strong>De</strong>borah Warners prachtige<br />

productie heel hard werken. <strong>De</strong> complexiteit<br />

van het acteren en de karakter-<br />

ontwikkeling, juist ook binnen het koor en de<br />

kleinere solorollen, is enorm gedetailleerd.<br />

Zij zijn daar heel intens mee bezig. Het lijkt<br />

alsof Aschenbach alles overkomt in plaats<br />

van dat híj iets laat gebeuren, dus als vertolker<br />

van die rol haal je veel uit het werk van<br />

al die andere rollen. <strong>De</strong> inzet van al die<br />

anderen vindt zijn resultaat in je eigen<br />

karakterisering. Ik ken geen werk waarvoor<br />

dat zozeer geldt als voor <strong>De</strong>ath in Venice.<br />

Het is een enorm privilege om dat mee te<br />

mogen maken.’<br />

‘Visueel is het een buitengewoon mooie<br />

productie: Venetië wordt voor je ogen opgeroepen.<br />

<strong>De</strong> belichting is zo adembenemend<br />

dat je die stad echt op het podium voor je<br />

ziet en dat zal goed tot zijn recht komen op<br />

het brede toneel van het Muziektheater.<br />

John Graham-Hall (Foto: Stu Williamson)<br />

<strong>De</strong>borah is een genie waar het gaat om het<br />

doordringen in de hoofden van de karakters.<br />

In psychologisch en dramatisch opzicht is<br />

het briljant. Ik klink nu als een luvvy [een<br />

Britse term voor pretentieuze, ons-kent-onsachtige<br />

acteur], maar ik meen echt wat ik<br />

zeg. Het is het hoogtepunt van mijn carrière<br />

en het is een stuk waar het publiek totaal in<br />

betrokken zal raken. En als dit níét het hoogtepunt<br />

van mijn carrière wordt, dan zal ik<br />

enorm teleurgesteld zijn...’


HOLLAND FESTIVAL<br />

QUARTETT<br />

opening holland festival<br />

luca francesconi<br />

heiner müller<br />

teatro alla scala<br />

Vernieuwende opera gebaseerd op<br />

Les Liaisons Dangereuses, in een spectaculaire<br />

enscenering van Àlex Ollé (La<br />

Fura dels Baus).<br />

1-2 juni, Westergasfabriek, Gashouder<br />

Taal: Engels met <strong>Nederlandse</strong> boventiteling<br />

TROPARION &<br />

SUSTER BERTKEN<br />

rob zuidam<br />

Double bill van Rob Zuidam vol hoop, weemoed<br />

en devotie. Muziektheater in nieuwe<br />

regie van Pierre Audi.<br />

18-19 juni, Muziekgebouw aan ’t IJ<br />

Taal: Oudnederlands en Oudgrieks met<br />

<strong>Nederlandse</strong> boventiteling<br />

Rob Zuidam © Karoly Effenberger<br />

DESDEMONA<br />

toni morrison<br />

peter sellars<br />

rokia traoré<br />

Toni Morrisons antwoord op Shakespeares<br />

Othello behandelt racisme, oorlog en onderdrukking.<br />

11-13 juni, Muziekgebouw aan ’t IJ<br />

Taal: Engels en Bambara met <strong>Nederlandse</strong><br />

boventiteling<br />

INTERNATIONAAL<br />

OPERA IN HET<br />

PARK:<br />

DIE MEISTER-<br />

SINGER VON<br />

NÜRNBERG<br />

richard wagner<br />

de nederlandse opera<br />

Poëzie en muziek versmelten tot<br />

een muziekdramatische dialoog vol<br />

komische hoogtepunten.<br />

20 juni: Live vertoning op groot<br />

scherm. Gratis entree.<br />

Die Meistersinger von Nürnberg<br />

4-23 juni, , Het Muziektheater<br />

Amsterdam<br />

Taal: Duits met <strong>Nederlandse</strong> en<br />

Engelse boventiteling<br />

PODIUMKUNSTEN<br />

TRAGEDY OF A<br />

FRIENDSHIP<br />

jan fabre, moritz eggert<br />

vlaamse opera<br />

Jan Fabre verbeeldt vriendschap en vete tussen<br />

Wagner en Nietzsche in nieuwe opera.<br />

15-16 juni, Stadsschouwburg Amsterdam<br />

Taal: Engels en Duits met <strong>Nederlandse</strong><br />

boventiteling<br />

VOLLEDIG PROGRAMMA & TICKETVERKOOP WWW.HOLLANDFESTIVAL.NL<br />

© Mark Allan / Barbican<br />

WHEN THE<br />

MOUNTAIN<br />

CHANGED ITS<br />

CLOTHING<br />

heiner goebbels<br />

vocal theatre<br />

carmina slovenica<br />

Heiner Goebbels verkent het dreigende<br />

niemandsland van de puberteit.<br />

25-26 juni, Westergasfabriek<br />

Zuiveringshal West<br />

Taal: diverse met <strong>Nederlandse</strong> boventiteling<br />

Prix d’Amis 2012<br />

Eerder dit jaar kende de Vereniging Vrienden<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> de Prix d’Amis<br />

2012 toe. In de rubriek solisten was de winnares<br />

Olga Peretyatko voor haar vertolking<br />

van Fiorilla in Il turco in Italia (april 2012).<br />

Zij nam die met de volgende woorden in ontvangst:<br />

‘Ik dank jullie heel hartelijk en ik ben<br />

er erg blij mee. Bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

zing ik met veel plezier, want het is een van<br />

de beste operahuizen in Europa. Ze maken<br />

prachtige producties, waarvan ik er vier heb<br />

gezien, die grote indruk op mij maakten. En<br />

het publiek heeft veel kennis van zaken. Een<br />

grote eer om deze prijs te krijgen, dank dat<br />

jullie mij hebben uitgekozen.’<br />

Glaskunstenaar Menno Jonker geeft als<br />

uitleg bij de trofee: ‘Olga Peretyatko in haar<br />

schitterende en kleurrijke vertolking van<br />

Fiorilla in Il turco in Italia gaf mij als inspiratie<br />

voor het ontwerp van de Prix d’Amis<br />

begrippen als “gelaagdheid, kleur, verleidelijkheid,<br />

projectie en reflectie”. Ik maakte er<br />

een soort flacon van: als van een exotisch<br />

bedwelmend parfum dat de mannen in het<br />

verhaal het hoofd op hol brengt.’<br />

<strong>De</strong> verkiezing ‘beste productie’ is gewonnen<br />

door <strong>De</strong> legende van de onzichtbare stad<br />

Kitesj en het meisje Fevronja (februari 2012).<br />

<strong>De</strong> goede ontvangst van deze productie was<br />

eerder aanleiding om er de omslag van het<br />

fotojaarboek 2011-2012 mee te sieren.<br />

(bron: Vrienden BULLETIN januari 2013)<br />

Muziektheaterwinkel<br />

Cd/dvd-aanbevelingen<br />

Die Meistersinger von Nürnberg<br />

Dvd<br />

Die Meistersinger von<br />

Nürnberg<br />

componist: Richard Wagner<br />

met Donald Mcintyre,<br />

Paul Frey, Helena Döse<br />

The Elizabethan Philharmonic<br />

Orchestra<br />

o.l.v. Charles Mackerras<br />

regie: Michael Hampe<br />

Arthaus € 29,95<br />

Cd<br />

Die Meistersinger von<br />

Nürnberg<br />

componist: Richard Wagner<br />

met Hannelore Bode,<br />

Kurt Rydl, Kurt Moll<br />

Wiener Philharmoniker<br />

o.l.v. Georg Solti<br />

<strong>De</strong>cca € 49,95<br />

Cd/dvd-aanbevelingen<br />

<strong>De</strong>ath in Venice<br />

31<br />

Dvd<br />

<strong>De</strong>ath in Venice<br />

componist: Benjamin Britten<br />

met Robert Tear, Alan Opie,<br />

Michael Chance,<br />

Gerald Finley<br />

London Sinfonietta,<br />

Glyndebourne Chorus<br />

o.l.v. Graeme Jenkins<br />

regie: Stephen Lawless,<br />

Martha Clarke<br />

Arthaus € 29,95<br />

Cd<br />

<strong>De</strong>ath in Venice<br />

componist: Benjamin Britten<br />

met Philip Langridge,<br />

Michael Chance<br />

City of London Sinfonia,<br />

BBC Singers<br />

o.l.v. Richard Hickox<br />

Chandos € 29,95<br />

Cd/dvd-aanbevelingen<br />

Sunken Garden<br />

Cd<br />

Spaces of Blank,<br />

Mask & Imprint<br />

componist:<br />

Michel van der Aa<br />

met Christanne Stotijn,<br />

Gottfried von der Goltz<br />

KCO, Asko|Schönberg,<br />

Freiburger Barockorchester<br />

o.l.v. Ed Spanjaard,<br />

Otto Tausk<br />

Disquiet € 17,95<br />

Dvd<br />

One (chamber opera<br />

for soprano)<br />

componist:<br />

Michel van der Aa<br />

met Barbara Hannigan<br />

o.l.v. Carlo Rizzi<br />

regie: Michel van der Aa<br />

Disquiet € 17,95<br />

Bovenstaande cd’s en dvd’s zijn ver krijgbaar in de Muziek theaterwinkel en bij alle vesti gingen van Concerto/Plato. Op vertoon van hun abonne ments kaart krijgen<br />

DNO-abonnees 10% korting bij Concerto/Plato en in de Muziektheaterwinkel. Alle prijzen zijn onder voorbehoud.<br />

Olga Peretyatko (Foto: Ing Yoe Tan, Vrienden van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>)


Wereldsterren in de Grote Zaal<br />

wo 12 juni Rolando Villazón tenor<br />

hommage aan Verdi<br />

i.s.m. Universal Arts & Entertainment<br />

di 24 sept Angela Gheorghiu sopraan<br />

aria’s van o.a. Mozart, Massenet en Puccini<br />

i.s.m. Universal Arts & Entertainment<br />

ma 11 nov Joyce DiDonato mezzosopraan<br />

aria’s van o.a. Händel, Cesti en Porta<br />

vr 22 nov Cecilia Bartoli mezzosopraan<br />

Gluck en de Weense Klassieken<br />

Alles klinkt mooier in<br />

Het Concertgebouw Al 125 jaar<br />

32 33<br />

Bestel op<br />

concertgebouw.nl<br />

Zowel voor als na de voorstelling serveren wij speciaal voor u het theatermenu<br />

a € 32,50. U bent uiteraard ook van harte welkom voor de lunch.<br />

Tegen inlevering van deze advertentie ontvangt u<br />

één glas bubbels in combinatie met het theater menu.<br />

Één glas per persoon. Geldig tot 31-3-2013.<br />

Openingstijden keuken: Lunch: maandag t/m vrijdag van 12.00 - 15.00 uur zondag vanaf 13.00 uur. | Diner: zondag t/m woensdag van 17.30 - 23.30 uur donderdag t/m zaterdag van 17.30 - 24.00 uur.<br />

Brasserie FLO Amsterdam | Amstelstraat 9, 1017 DA Amsterdam | Tel.: +31 (0)20 <strong>89</strong>0 4757 | Mail: info@fl oamsterdam.nl | www.fl oamsterdam.nl<br />

FLO-theatermenu-odeon-april.indd FLO-theatermenu-odeon-17okt.indd 11 24-04-13 18-10-12 15:05 11:19<br />

foto: Ronald Knapp<br />

Pierre Audi ontvangt Amsterdam<br />

Cultural Business Award 2013<br />

Pierre Audi heeft de Amsterdam Cultural<br />

Business Award 2013 ontvangen. <strong>De</strong> prijs<br />

werd op donderdagavond 28 maart uitgereikt<br />

tijdens het vierde Business Award Gala in<br />

Grand Hotel Krasnapolsky. Pierre Audi is<br />

sinds 1988 artistiek directeur van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong>. Sinds 2004 vervult hij deze<br />

functie tevens bij het Holland Festival.<br />

<strong>De</strong> jury sprak haar waardering uit voor de<br />

energie en de toewijding waarmee Audi <strong>De</strong><br />

<strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> heeft laten uitgroeien<br />

tot één van de meest toonaangevende opera-<br />

huizen van Europa.<br />

Uit het juryrapport:<br />

‘Audi zoekt de artistieke grenzen op […]<br />

Als echte ondernemer en inspirerend leider<br />

is hij een voorbeeld voor toekomstige generaties.’<br />

Els van der Plas, algemeen directeur<br />

Het Muziektheater Amsterdam:<br />

‘Namens de gefuseerde stichting van <strong>De</strong><br />

<strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>, Het Nationale Ballet<br />

en Het Muziektheater Amsterdam ben ik<br />

zeer trots dat Pierre Audi deze prijs heeft<br />

ontvangen. Het verheugt ons dat zijn 25 jaar<br />

lange inspanningen voor <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> ook door het bedrijfsleven worden<br />

gewaardeerd.’<br />

Met de Amsterdam Cultural Business<br />

Award onderstreept organisator<br />

MeerBusiness het belang van culturele<br />

organisaties en ondernemers die zonder<br />

winstoogmerk bijdragen aan de positieve<br />

operaoplocatie.nl | 033 2020929<br />

20 juni - 13 juli<br />

op Fort Rijnauwen<br />

Pierre Audi (Foto Monique Kooijmans)<br />

uitstraling van de stad. Vorig jaar ging de<br />

prijs naar Ivo van Hove van Toneelgroep<br />

Amsterdam.<br />

Meer informatie is te vinden op:<br />

www.amsterdambusinessaward.nl<br />

in samenwerking met<br />

BB2013 odeon advert.indd 1 12/04/13 11:53


Persstemmen<br />

L’amour des trois oranges<br />

In het rijk der regisseurs is de Fransman<br />

Laurent Pelly koning. Zonder zware concepten<br />

of onbegrijpelijke verdraaiingen<br />

van het origineel weet Pelly met moderne<br />

middelen steeds een voor het oog<br />

heerlijke en tegelijkertijd boeiende<br />

wereld te herscheppen. L’amour des<br />

trois oranges overtuigt wederom moeite-<br />

loos. In het rijk der aanstormende dirigenten<br />

is de Tsjech Tomásˇ Netopil een<br />

opvallende kroonprins. Met het fantastisch<br />

spelende Residentie Orkest raast<br />

hij heerlijk koel en precies door de partituur<br />

en pareert daar in de bak met<br />

gemak de scenische wervelwinden op<br />

het toneel. Er zijn nog genoeg kaarten:<br />

ga dus kijken! ****<br />

Peter van der Lint, Trouw<br />

(4 maart 2013)<br />

(Foto: Hans van den Bogaard)<br />

Die Walküre<br />

Het blijft indrukwekkend: de tegenstelling<br />

tussen de mythische dimensies<br />

van het decor en de fysieke nabijheid<br />

van de goden, Walküren en mensen op<br />

het podium van het Amsterdamse<br />

Muziektheater. <strong>De</strong> warmste noten zijn<br />

voor Christopher Ventris (Siegmund).<br />

Aan het einde van de avond, na vijf uur<br />

spanning en immense muzikale prestaties,<br />

breekt de aarde open. Uit een wolk<br />

van stoom schuiven kolossale plexiglas-<br />

blokken het speelvlak op. Siegfried kondigt<br />

zich aan, de zoon van Siegmund en<br />

Sieglinde, naamgever van de aflevering<br />

van <strong>De</strong>r Ring des Nibelungen waarmee<br />

eind augustus de cyclus wordt vervolgd.<br />

****<br />

Biëlla Luttmer, de Volkskrant<br />

(22 april 2013)<br />

34 35<br />

(Foto: Marco Borggreve)<br />

Die Walküre is dankzij de grandioze<br />

muziek en de personenregie een hoogtepunt<br />

in Audi’s visie op Wagners tetralogie.<br />

Geweldig is dat de zangers, door de ver<br />

in de zaal reikende houten cirkel, vaak<br />

heel dicht op het publiek zingen en<br />

acteren. Heel goed is de Sieglinde van<br />

Catherine Naglestad, in de smachtende<br />

duetten met haar tweelingbroer Siegmund<br />

overtuigend terzijde gestaan door<br />

Christopher Ventris als Siegmund.<br />

Günther Groissböck was sterk als een<br />

zeer enge Hunding. Het Nederlands<br />

Philharmonisch Orkest speelde onder<br />

Hartmut Haenchen weer vervoerend.<br />

****<br />

Erik Voermans, Het Parool<br />

(22 april 2013)<br />

<strong>De</strong>ze recensies zijn ingekort.<br />

Zie ook www.dno.nl/archief<br />

International <strong>Opera</strong> Award 2012<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> is tijdens de uitreiking<br />

van de prestigieuze International <strong>Opera</strong><br />

Awards in de prijzen gevallen. <strong>De</strong> Award<br />

voor beste nieuwe productie werd toegekend<br />

aan <strong>De</strong> legende van de onzichtbare stad Kitesj<br />

en het meisje Fevronja van de Russische<br />

componist Rimski-Korsakov. <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> is coproducent van deze opera en<br />

presenteerde de première in februari 2012<br />

in het Muziektheater. Dmitri Tcherniakov<br />

tekende voor de regie. Hij ontving bovendien<br />

de International <strong>Opera</strong> Award voor beste<br />

regisseur.<br />

Namens <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> nam directeur<br />

Pierre Audi de International <strong>Opera</strong> Award<br />

voor beste nieuwe productie op maandagavond<br />

22 april in ontvangst tijdens de feestelijke<br />

uitreikingsceremonie in het Londense<br />

Hilton Park Lane Hotel.<br />

Pierre Audi: ‘Het is geweldig dat <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> deze belangrijke prijs heeft<br />

ontvangen, temeer omdat de concurrentie<br />

in deze categorie zeer sterk was. Ons koor<br />

was bovendien genomineerd in de categorie<br />

beste operakoor. Ik ben enorm trots op alle<br />

medewerkers die van <strong>De</strong> legende van Kitesj<br />

zo’n groot succes hebben gemaakt. Het<br />

vormt de bevestiging dat ons operagezelschap<br />

en ons koor tot de absolute wereldtop<br />

behoren.’<br />

<strong>De</strong> International <strong>Opera</strong> Award voor beste<br />

nieuwe opera van 2012 ging naar George<br />

Benjamins opera Written on Skin, waarvan<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> coproducent is. Na<br />

de wereldpremière in Aix-en-Provence was<br />

Written on Skin in oktober 2012 te zien bij<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>.<br />

<strong>De</strong> International <strong>Opera</strong> Awards, de ‘Oscars’<br />

van de operawereld, zijn een initiatief van<br />

John Allison, hoofdredacteur van het<br />

Engelse magazine <strong>Opera</strong>. <strong>De</strong> internationale<br />

jury bestaat uit onder anderen Peter Alward<br />

(voormalig CEO van EMI Classics en sinds<br />

2010 intendant van de Salzburger Osterfestspiele),<br />

Joan Matabosch (voorzitter van<br />

koepelorganisatie <strong>Opera</strong> Europa), Dame<br />

Anne Evans (Wagner-sopraan) en Guus<br />

Mo<strong>start</strong> (voormalig intendant van de<br />

Nationale Reisopera).<br />

Andere prijswinnaars zijn onder meer<br />

Jonas Kaufman (beste zanger), Nina Stemme<br />

(beste zangeres), Antonio Pappano (beste<br />

dirigent) en Oper Frankfurt (beste operagezelschap).<br />

Alle nominaties en prijswinnaars zijn te<br />

vinden op www.operaawards.org.<br />

(Foto: Marco Borggreve)<br />

Kitesj (Foto: Monika Rittershaus)<br />

Prijzen losse kaarten<br />

Seizoen 2012-2013<br />

Stadsschouwburg Amsterdam, Rabozaal<br />

Sunken Garden<br />

Algemene informatie<br />

standaard studenten/<br />

CJP<br />

1ste rang 60 17,50<br />

2de rang 50 17,50<br />

Seizoen 2012-2013<br />

Het Muziektheater Amsterdam<br />

Die Meistersinger von Nürnberg<br />

maandag tot en vrijdag t/m zondag|<br />

met donderdag feestdagen<br />

standaard CJP/ standaard CJP/<br />

Stadspas Stadspas<br />

1ste rang 130 120 140 130<br />

2de rang 105 95 115 105<br />

3de rang 90 80 100 90<br />

4de rang 75 70 85 80<br />

5de rang• 60 55 70 65<br />

6de rang 45 40 55 50<br />

7de rang• 30 30 40 40<br />

8ste rang 15 15 25 25<br />

<strong>De</strong>ath in Venice<br />

maandag tot en vrijdag t/m zondag|<br />

met donderdag feestdagen<br />

standaard CJP/ standaard CJP/<br />

Stadspas Stadspas<br />

1ste rang 105 95 115 105<br />

2de rang 85 75 95 85<br />

3de rang 65 55 75 65<br />

4de rang 50 45 60 55<br />

5de rang• 40 35 45 40<br />

6de rang 30 25 35 30<br />

7de rang• 20 15 25 20<br />

8ste rang 15 15 15 15<br />

• Plaatsen die geen zicht op de boventiteling bieden<br />

Colofon<br />

O<strong>De</strong>ON<br />

Magazine van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Nummer <strong>89</strong> jun / jul 2013<br />

ISBN: 0926-0684<br />

Oplage 25.000 exemplaren<br />

<strong>Odeon</strong> is een uitgave van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Afdeling Communicatie<br />

Waterlooplein 22, 1011 PG Amsterdam.<br />

telefoon 020-551 <strong>89</strong>22<br />

e-mail info@dno.nl<br />

advertenties 020-551 <strong>89</strong>53<br />

abonnementen 020-625 5455<br />

internet www.dno.nl<br />

<strong>Odeon</strong> is gratis verkrijgbaar in het Muziektheater.<br />

Verkoop kaarten<br />

Precies drie maanden vóór de première<br />

van een productie gaan alle voor stellingen<br />

daarvan in de verkoop. U kunt kaarten kopen:<br />

– online via www.dno.nl;<br />

– bij het Kassa-bespreekbureau van<br />

Het Muziektheater Amsterdam: Amstel 3,<br />

Amsterdam, 020-625 5455. Openingstijden:<br />

maandag t/m vrijdag 12:00-18:00 of aanvang<br />

voorstelling; zaterdag, zon- en feestdagen<br />

12:00-15:00 of aanvang voorstelling; zon- en<br />

feestdagen zonder voorstelling gesloten.<br />

Studentenkorting<br />

Voor niet-uitverkochte voorstellingen kunnen<br />

studenten vanaf anderhalf uur voor aanvang<br />

op vertoon van een geldige college-/studentenkaart<br />

voor 15 een plaatskaart aan de<br />

kassa kopen.<br />

Uitverkocht?<br />

Bij uitverkochte voorstel lingen kunt u vanaf<br />

een uur vóór aanvang een volgnummer afhalen<br />

bij het Kassa-bespreekbureau. Van af een<br />

halfuur vóór aanvang worden niet-afgehaalde<br />

kaarten te koop aangeboden. Per volgnummer<br />

kunt u maxi maal twee kaarten voor de betreffende<br />

voorstelling kopen.<br />

Boventiteling<br />

<strong>De</strong> voorstellingen van DNO worden Nederlands<br />

en Engels boventiteld. Plaatsen in de<br />

5de en 7de rang in het Muziektheater bieden<br />

echter geen zicht op de boventiteling. Wilt u<br />

verzekerd zijn van zicht op de boventiteling,<br />

informeer dan bij het Kassa-bespreekbureau.<br />

Hoofdredactie<br />

Sandra Eikelenboom<br />

Eindredactie, vertalingen en plotteksten<br />

Frits Vliegent hart<br />

Bijdragen<br />

Klaus Bertisch, Bart Boone,<br />

Piet <strong>De</strong> Volder, Hein van Eekert,<br />

Paul Haenen, Michel Khalifa,<br />

Kasper van Kooten, Eric Korsten,<br />

Dolf Segaar en Frits Vliegenthart<br />

Ontwerp en omslag<br />

Lex Reitsma<br />

Opmaak<br />

Bibi de Bruijn<br />

Productie en advertenties<br />

Marjolijn Vis, Sander van der Duin,<br />

Salwa Jabli<br />

Lithografie<br />

MediaTraffic Press, Amsterdam<br />

Druk<br />

SDA Print+Media<br />

<strong>Odeon</strong> 90 verschijnt op 27 augustus 2013<br />

Openbaar vervoer<br />

Vanaf Amsterdam Centraal Station of<br />

Amsterdam Amstel brengen metro’s 53 en<br />

54 en sneltram 51 u naar het Water loo plein.<br />

Tot en met 21 juni is het Muziektheater<br />

(halte Waterlooplein) niet te bereiken met<br />

de tram. <strong>De</strong> dichtstbijzijnde halte is die van<br />

een omgeleide lijn 9 op het Muntplein.<br />

Parkeren bij het Muziektheater<br />

Onder het Muziektheater bevindt zich de<br />

parkeer garage ‘Het Muziektheater’. <strong>De</strong>ze<br />

is echter vaak al vroeg vol. Andere parkeergarages<br />

in de buurt: ‘Waterlooplein’ aan de<br />

Valkenburgerstraat en ‘Markenhoven’ tegenover<br />

politiebureau IJtunnel.<br />

Rechthebbenden die menen aan deze uitgave aan-<br />

spraken te kunnen ontlenen, wordt verzocht contact<br />

op te nemen met de uitgever. Niets uit deze uitgave<br />

mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar<br />

ge maakt zonder voorafgaande toestemming van<br />

de uitgever.<br />

Abonnementhouders van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

krijgen <strong>Odeon</strong> gratis thuisgestuurd. Wilt u <strong>Odeon</strong><br />

ook ontvangen? Voor 15 ontvangt u alle vier<br />

nummers van het betreffende seizoen thuis.<br />

Losse nummers kosten 4 incl. porto per stuk.<br />

Geef uw naam, adres, postcode en woonplaats<br />

op per (brief)kaart, e-mail of telefonisch. Zie linkerkolom.


For more information, please contact:<br />

Roman Tarlavski, partner Corporate,<br />

T +31 20 3016 312, roman.tarlavski@cms-dsb.com.<br />

CMS_LawTax_CMYK_from101.eps<br />

CMS EuropEan M&a STudy 2013<br />

— 1,700 deals analyzed<br />

— Insight into deal points in<br />

M&A contracts<br />

— Comparison across<br />

Europe and the US<br />

— Market trends<br />

— Sector statistics<br />

Aberdeen | Algiers | Amsterdam | Antwerp | Barcelona | Beijing | Belgrade | Berlin | Bratislava | Bristol | Brussels | Bucharest | Budapest | Casablanca | Cologne<br />

| Dresden | Duesseldorf | Dubai | Edinburgh | Frankfurt | Hamburg | Kyiv | Leipzig | Lisbon | Ljubljana | London | Luxembourg | Lyon | Madrid | Milan | Moscow |<br />

Munich | Paris | Prague | Rio de Janeiro | Rome | Sarajevo | Seville | Shanghai | Sofia | Strasbourg | Stuttgart | Tirana | Utrecht | Vienna | Warsaw | Zagreb | Zurich<br />

www.cms-dsb.com

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!