Een schrijnwerker met een handletsel
Een schrijnwerker met een handletsel
Een schrijnwerker met een handletsel
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De ergoloog geeft<br />
meestal <strong>een</strong> procentuele<br />
schatting van het aantal<br />
arbeidsposten dat<br />
ingevolge de arbeidson-<br />
geschiktheid niet meer<br />
toegankelijk is voor de<br />
getroffene. Dit cijfer mag<br />
niet worden gelijkgesteld<br />
<strong>met</strong> de graad van<br />
blijvende arbeidsonge-<br />
schiktheid. Het is<br />
trouwens de door de<br />
rechtbank aangestelde<br />
deskundige die de<br />
rechtbank <strong>een</strong> advies<br />
moet verstrekken.<br />
Arbeidsongeschiktheid is<br />
in de professionele-risi-<br />
coverzekeringen <strong>een</strong><br />
economisch begrip. Het<br />
voomerp van de verze-<br />
kering is de "verminde-<br />
ring van het verdienver-<br />
mogen". Om de graad<br />
van blijvende arbeidson-<br />
geschiktheid vast te<br />
stellen moet men in<br />
principe <strong>een</strong> schatting<br />
maken van het loon dat<br />
de getroffene op lange<br />
termijn nog kan (of zou<br />
kunnen) verdienen,<br />
daarbij abstractie<br />
makend van andere<br />
factoren, zoals <strong>een</strong> hoge<br />
of geringe werkloos-<br />
heidsgraad.<br />
- de leeftijd en de beperkte herscholingsmo-<br />
gelijkheden beperken de kans op herinscha-<br />
keling in het arbeidsproces.<br />
Als eindbesluit oordeelt de ergoloog dat de<br />
economische schade aanzienlijk is. Hij stipu-<br />
leert dat het verlies aan taegang tot de<br />
arbeidsmarkt niet mag worden gelijkgesteld<br />
<strong>met</strong> de graad van blijvende arbeidsonge-<br />
schiktheid en raamt de reele economische<br />
schade op 55 i 65 %.<br />
c. Advies van de deskundige<br />
De geneesheer-deskundige, die uiteindelijk<br />
het advies aan de rechtbank moet formuleren,<br />
beaamt de opmerking van de ergoloog m.b.t.<br />
de relatie tussen het verlies aan toegankelijke<br />
arbeidsposten en de blijvende arbeidsonge-<br />
schiktheid en besluit als volgt : "Ook wordt<br />
bij de uiteindelijke raming van de blijvende<br />
arbeidsongeschiktheid acht geslagen op de<br />
professionele activiteit welke betrokkene toch<br />
nog binnen <strong>een</strong> reeel bestaand beroepsaanbod<br />
zou kunnen vervullen en waarvoor de<br />
blijvende arbeidsongeschiktheid, wanneer<br />
deze op 50 % wordt geraamd, de meest<br />
correcte waardering lijkt."<br />
Alvorens commentaar te geven bij deze casus<br />
is het nuttig even stil te staan bij de noties<br />
"fysieke ongeschiktheid" en "economische<br />
arbeidsongeschiktheid".<br />
a. Grondslagen van de arbeidsongeschiktheids-<br />
schatting<br />
De ontstaansgeschiedenis van de arbeidson-<br />
gevallenwet (1903) werd in MEDI-IUS reeds<br />
geschetst door Van St<strong>een</strong>berge (2). Het doe1<br />
was op de eerste plaats <strong>een</strong> loondervingsver-<br />
(2) Van St<strong>een</strong>berge, J.. "Historisch overzicht van het<br />
professioneel risico: arbeidsongevallen- en beroeps-<br />
ziektenverzekering", Medi-/us. 199 113.6-8.<br />
Voor <strong>een</strong> rneer uitgebreid overzicht zie: Van St<strong>een</strong>-<br />
berge, J.. Schade aan de mem. Dee1 I. Evaluatie van<br />
de arbeidsongeschikrheid in her recht. Maten<br />
Kluwer, Antwerpen. 1975.<br />
zekering: het waarborgen van het inkomen<br />
van de slachtoffers stond centraal. <strong>Een</strong><br />
kwarteeuw later (in 1927) volgde de beraeps-<br />
ziektewet, die qua opzet zeer dicht bij de<br />
arbeidsongevallenwet aanleunt.<br />
Zowel de arbeidsongevallen- als de beraeps-<br />
ziektewet maken <strong>een</strong> onderscheid tussen<br />
"tijdelijke" en "blijvende" arbeidsongeschikt-<br />
heid. Gedurende de tijdelijke arbeidsonge-<br />
schiktheid is het werkelijke loonverlies de<br />
maatstaf voor de vergaeding. Wanneer<br />
evenwel de blijvende arbeidsongeschiktheid<br />
aanvangt, moet <strong>een</strong> uitspraak worden gedaan<br />
over de toekomstige schade, en dat raept heel<br />
wat meer problemen op.<br />
Volgens <strong>een</strong> rechtsleer die teruggaat tot in de<br />
negentiende eeuw wordt de schade in geval<br />
van blijvende arbeidsongeschiktheid gevormd<br />
door het "verlies van verdienvermogen". Het<br />
onbeschadigde verdienvermogen werd gelijk-<br />
gesteld <strong>met</strong> het loon dat de getroffene v66r<br />
het arbeidsongeval of de beroepsziekte<br />
verdiende. In de mate dat het slachtoffer niet<br />
meer in staat was dat loon te verdienen, was<br />
er sprake van (volledige of gedeeltelijke)<br />
arbeidsongeschiktheid (3).<br />
Deze uitgangspunten zijn nog steeds van<br />
toepassing. De wetteksten hebben <strong>met</strong>tertijd<br />
vele wijzigingen ondergaan, de vergaedingen<br />
werden verruimd, maar aan de basisprincipes<br />
werd nooit geraakt.<br />
Dat ook in geval van blijvende arbeidsonge-<br />
schiktheid <strong>een</strong> - weliswaar taekomstige -<br />
loonschade moet worden opgespoord, blijkt<br />
uit het zeer leerrijke verslag dat Van Cleem-<br />
putte in 190 1 aan de parlementaire bespre-<br />
king van de eerste arbeidsongevallenwet<br />
heeft gewijd. Wij citeren slechts de meest<br />
markante passages (4):<br />
"De rechtbanken hebben re schatten war her<br />
slachtoffer voortoan winnen kan, gezien zijnen<br />
(3) De redenering is eigenlijk verkeerd. Schade is<br />
irnrners niet het verschil voor en na het optreden van<br />
de schade. rnmr het verschil tussen de beschadigde<br />
toestand en de toestand die zou ontstaan zijn indien er<br />
g<strong>een</strong> schade was opgetreden.<br />
(4) Karner van Volhvenegenwoordigers, 1901-1902,<br />
nr. 302.89- 175 (in het bijzonder 130- 132).<br />
MEDI-IUS - jaargang 1997 - 3