26.09.2013 Views

HUFAG Nieuwsbrief Nr.8

HUFAG Nieuwsbrief Nr.8

HUFAG Nieuwsbrief Nr.8

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>HUFAG</strong> <strong>Nieuwsbrief</strong> 9<br />

Inhoud<br />

1 Van de voorzitter<br />

2 Datalink<br />

5 Datalink in Maastricht<br />

UAC<br />

6 Verkeersleiders en<br />

vliegers en hun rol in<br />

veiligheidsanalyses<br />

<strong>HUFAG</strong><br />

Human Factors Advisory Group<br />

Stichting <strong>HUFAG</strong><br />

Postbus 75654<br />

1118 ZS Schiphol<br />

Fax: 050 309 46 75<br />

t.a.v. Dhr. A. Droog<br />

Internet: www.hufag.nl<br />

E-mail: info@hufag.nl<br />

Van de voorzitter<br />

In deze om verschillende redenen vertraagde<br />

<strong>HUFAG</strong> <strong>Nieuwsbrief</strong> vraag ik<br />

uw aandacht voor twee onderwerpen.<br />

Het eerste is data link. Data link is een<br />

alternatief voor het klassieke radioverkeer<br />

tussen vliegtuigbemanningen en<br />

‘de grond’. In het eerste artikel hierover<br />

beschrijft Bert Ruitenberg wat data link<br />

precies is, welke toepassingen voor de<br />

luchtvaart belangrijk zijn en welke<br />

human factor aspecten er aan data link<br />

toepassingen zitten. Vervolgens laat Kris<br />

Vermeiren ons in het tweede artikel zien<br />

wat data link voor de verkeersleider in<br />

de praktijk betekent.<br />

Het tweede onderwerp betreft de rol die<br />

Herfst 2004<br />

luchtverkeersleiders en verkeersvliegers<br />

kunnen spelen in de veiligheidsanalyse<br />

van luchtverkeersoperaties. Het<br />

ontdekken en inschatten van de risicoís<br />

van een bepaalde, nog in het ontwerpstadium<br />

verkerende, luchtvaartoperatie<br />

en het bedenken van mogelijke verdedigingen<br />

tegen die risicoís is een complexe<br />

zaak die goede inschattingen vereist.<br />

Het blijkt dat mensen die de praktijk<br />

van de operatie door en door kennen<br />

daar een belangrijke en gewaardeerde<br />

bijdrage aan kunnen leveren. Het artikel<br />

van de hand van Hans de Jong, Sybert<br />

Stroeve en Henk Blom geeft ons inzicht<br />

hoe dit in zijn werk gaat.<br />

Datalink Bert Ruitenberg, Gilde van Luchtverkeersleiders<br />

Data link is het verzenden van gegevens via een verbinding tussen twee of meer punten.<br />

De betekenis die in de dagelijkse praktijk aan het begrip data link wordt toegekend,<br />

behelst doorgaans het draadloos verzenden van gegevens tussen twee punten. In ons<br />

gewone leven komen we verschillende voorbeelden van data link gebruik tegen die al<br />

zo zijn ingeburgerd dat veel mensen waarschijnlijk zich niet eens realiseren dat het om<br />

data link technologieÎn gaat. Het meest voor de hand liggende voorbeeld is de mobiele<br />

telefoon (zowel spraak als SMS), maar ook de tekstberichtcommunicatie systemen van<br />

taxicentrales en dergelijke gebruiken een data link. Hierbij worden voor de data link<br />

verschillende golflengten en technische protocollen gebruikt; de telefoon en het communicatiesysteem<br />

zijn de toepassingen.<br />

Welke data link toepassingen zijn<br />

belangrijk voor de luchtvaart?<br />

ACARS<br />

Het Aircraft Communications and<br />

Reporting System (ACARS) is ontwikkeld<br />

als alternatief voor de HF (High<br />

Frequency) of VHF (Very High<br />

Frequency) spraak-verbindingen die<br />

luchtvaartmaatschappijen gebruiken om<br />

contact te houden met hun vliegtuigen<br />

op de route. ACARS stelt een maatschappij<br />

in staat om een tekstbericht<br />

aan een bemanning te sturen, die dat<br />

dan op een papiertje (maat: flinke kassarol)<br />

krijgt uitgeprint in de cockpit. Ook<br />

kunnen bemanningen via ACARS een<br />

bericht naar de maatschappij sturen, bijvoorbeeld<br />

een verzoek om een rolstoel<br />

voor een passagier bij de gate, of informatie<br />

over technische problemen met<br />

het vliegtuig. De integriteit van ACARS<br />

is per definitie niet hoog, wat betekent<br />

dat een letter of cijfer door de verzender<br />

ingetikt niet altijd hetzelfde is als wat<br />

door de ontvanger wordt gelezen.<br />

Omdat de berichten die via ACARS wor-


den verzonden in principe niet safetycritical<br />

zijn, is de lage integriteit ervan<br />

acceptabel.<br />

CPDLC<br />

Controller - Pilot Data Link Communications<br />

(CPDLC) wordt door velen<br />

gezien als dÈ oplossing voor de overbelasting<br />

van VHF spraak-frequenties.<br />

Bovendien kan door het gebruik van<br />

CPDLC een aantal nadelen van HF-communicatie<br />

vermeden worden. CPDLC is<br />

niet bedoeld als vervanger van spraakcommunicatie<br />

maar als een aanvullende<br />

mogelijkheid.<br />

(Pre-)Departure Clearance is een variant<br />

van CPDLC die op vliegvelden gebruikt<br />

kan worden. Hierdoor worden vliegers<br />

in staat gesteld om al in de preflightfase<br />

per data link hun klaring voor de te<br />

volgen vertrekroute op te vragen. (De<br />

VHF frequentie waarop dit traditioneel<br />

per R/T gebeurt, is vaak overbelast op<br />

tijden waarop er veel vluchten willen<br />

vertrekken. Met (P)DC kan deze overbelasting<br />

worden vermeden).<br />

ADS<br />

Automatic Dependent Surveillance<br />

(ADS) is een systeem waarbij de navigatiegegevens<br />

uit een vliegtuig worden<br />

gebruikt om op een beeldscherm op de<br />

grond de positie van het vliegtuig af te<br />

beelden. Hierdoor kan een radar-achtig<br />

beeld van het luchtverkeer in een<br />

bepaald gebied worden verkregen.<br />

Er bestaan van ADS twee varianten: de<br />

eerste is die waarbij de uitgezonden<br />

ADS informatie slechts door één<br />

(grond)station ontvangen kan worden;<br />

de tweede is er een waarbij de ADS<br />

informatie als ‘broadcast’ wordt uitgezonden<br />

en door elk geschikt station kan<br />

worden ontvangen. Deze laatste variant<br />

staat bekend als ADS-B (broadcast); ter<br />

onderscheid wordt de eerste versie<br />

tegenwoordig ook wel aangeduid met<br />

ADS-C (contract, naar de benaming<br />

voor het opzetten van de verbinding tussen<br />

de twee stations).<br />

Met ADS-B wordt het mogelijk om ook<br />

in de cockpit een display te presenteren<br />

waarop gegevens zoals positie, hoogte,<br />

snelheid en route van andere vliegtuigen<br />

te zien zijn (CDTI - Cockpit Display of<br />

Traffic Information). Dit kan op termijn<br />

mogelijkheden bieden om de vereiste<br />

separatie tussen vliegtuigen door de<br />

vliegers te laten regelen in plaats van<br />

door de verkeersleiding. Hiervoor worden<br />

zogeheten Airborne Separation<br />

Assistance Systems (ASAS) ontwikkeld.<br />

Voordat het zover is, dienen er echter nog<br />

vele juridische en praktische aspecten te<br />

worden onderzocht.<br />

DFIS<br />

Tot de categorie Digital Flight Information<br />

Service (DFIS) behoren D-ATIS<br />

en D-VOLMET. Met behulp van Digital<br />

ATIS en/of Digital VOLMET kunnen vliegers<br />

te allen tijde een actueel weerbericht<br />

van een gewenste locatie op een<br />

beeldscherm gepresenteerd krijgen, of<br />

dit uitprinten. Zij hoeven daarvoor geen<br />

spraak-uitzending meer uit te luisteren.<br />

Deze twee toepassingen zullen waarschijnlijk<br />

als eerste op grote schaal worden<br />

ingevoerd.<br />

Tot de mogelijke DFIS toepassingen<br />

behoren verder o.a. NOTAM service,<br />

Runway Visual Range (RVR) service en<br />

windshear report service.<br />

Welke data link technologieën zijn er?<br />

Voor toepassingen in de luchtvaart zijn<br />

de volgende vier data link technologieën<br />

beschikbaar:<br />

VHF of HF analoog<br />

Deze systemen worden gebruikt voor<br />

ACARS berichten. Er vliegen bijvoorbeeld<br />

momenteel zo’n 300 vliegtuigen<br />

rond die zijn uitgerust met HF data link<br />

en die samen maandelijks meer dan<br />

400.000 berichten verzenden. Het<br />

ACARS netwerk is door Boeing en<br />

Airbus ook gebruikt voor de eerste<br />

(experimentele) generatie vliegtuigen<br />

die CPDLC en ADS berichten kunnen<br />

ontvangen en versturen. Deze generatie<br />

avionics heet respectievelijk FANS/1 en<br />

FANS/A. Het grote nadeel van FANS/1<br />

en FANS/A apparatuur is dat het niet<br />

voldoet aan de standaards die ICAO<br />

heeft opgesteld voor het Aeronautical<br />

Telecommunication Network (ATN).<br />

VHF Digital Link (Mode 1 t/m 4)<br />

Deze VDL Modes voldoen elk wél aan de<br />

ICAO ATN standaards, maar het is nog<br />

steeds onduidelijk welke van de vier er<br />

zal of zullen komen. Hier volgt een overzicht<br />

van de verschillen:<br />

• VDL Mode 1: digitale versie van het<br />

ACARS netwerk; wordt vrijwel zeker<br />

niet ontwikkeld.<br />

• VDL Mode 2: geschikt voor data; sneller<br />

en nauwkeuriger dan ACARS.<br />

• VDL Mode 3: geschikt voor data en<br />

gedigitaliseerd spraakverkeer. Kan<br />

alleen worden gebruikt voor verbindingen<br />

tussen twee stations.<br />

• VDL Mode 4: geschikt voor data in<br />

‘broadcast’ versie (d.w.z. te ontvangen<br />

door elk daarvoor geschikt station).<br />

Met VDL Mode 4 is ADS-B mogelijk.<br />

VDL Mode 2 en Mode 4 lijken op dit<br />

moment de belangrijkste kandidaten<br />

voor verdere toekomstige ontwikkelingen.<br />

SSR Mode S Extended Squitter<br />

Dit is een tamelijk complexe techniek<br />

waarbij gebruikt wordt gemaakt van het<br />

Mode S transpondersignaal dat door<br />

moderne vliegtuigen wordt uitgezonden.<br />

In de vrije ruimte van dit signaal<br />

kunnen data worden meegezonden in<br />

‘broadcast’, vergelijkbaar met VDL Mode 4.<br />

De 11e ICAO Air Navigation Conference<br />

(september 2003) heeft Mode S ES aangewezen<br />

als de technologische standaard<br />

voor ADS-B.<br />

Deze keuze van de Air Navigation<br />

Conference is deels ingegeven door de<br />

wens van de luchtvaartmaatschappijen<br />

om niet te hoeven investeren in nieuwe<br />

boordapparatuur. De International<br />

Federation of Air Traffic Controllers’<br />

Associations (IFATCA) heeft als bezwaar<br />

tegen deze keuze aangevoerd dat het<br />

gebruik van de Mode S transponder<br />

voor zowel ADS-B als TCAS (het antibotsingsysteem<br />

in vliegtuigen) de onafhankelijke<br />

werking van TCAS kan aantasten.<br />

Universal Access Transceiver (UAT)<br />

De techniek achter de UAT is nog complexer<br />

dan bij Mode S ES, en speelt zich<br />

ook af in een ander deel van het<br />

frequentiespectrum. De UAT is qua<br />

mogelijkheden vergelijkbaar met (en<br />

dus een concurrent van) VDL Mode 4 en<br />

Mode S ES. Het is een in Amerika ontwikkeld<br />

alternatief dat voorlopig alleen<br />

binnen Amerika experimenteel wordt<br />

toegepast.<br />

Op de <strong>HUFAG</strong> website is een uitgebreider<br />

artikel te vinden over de voor- en nadelen<br />

van deze technologieën. (‘Age of<br />

Consent’, door Kim O’Neill, gepubliceerd<br />

in Air Traffic Technology<br />

International 2004)<br />

Hoe ziet de CPDLC interface er uit in de<br />

cockpit?<br />

Er zijn grote verschillen tussen de systemen<br />

die de vliegtuigfabrikanten hebben<br />

ontwikkeld voor het gebruik van CPDLC.<br />

Hieronder volgt een korte beschrijving<br />

van de CPDLC interfaces van de Boeing<br />

747-400, de Boeing 777 en de Airbus 340.<br />

2 <strong>HUFAG</strong> | <strong>Nieuwsbrief</strong>


Boeing 747-400<br />

In de Boeing 747-400 moest de CPDLC<br />

functionaliteit worden toegevoegd aan<br />

een bestaand instrumentarium in een al<br />

tamelijk volle cockpit. Er is daarom<br />

gekozen voor het integreren van CPDLC<br />

in de Multifunction Control-Display Unit<br />

(MCDU), ofwel het bedieningspaneel<br />

voor de Flight Management Computer.<br />

Beide vliegers hebben een MCDU tot<br />

hun beschikking op het horizontale<br />

paneel tussen de stoelen. Het MCDU<br />

beeldscherm is monochroom en vrij<br />

klein (zie figuur). Bovendien worden er<br />

twee verschillende formaten gebruikt<br />

voor zowel tekst als cijfers.<br />

Figuur 1<br />

Bij het operationele gebruik van CPDLC<br />

dat al enige jaren plaatsvindt boven de<br />

Stille Oceaan (Pacific) zijn er een paar<br />

incidenten geweest doordat B747-400<br />

vliegers alleen het in het grote formaat<br />

afgebeelde deel van de tekst lazen en<br />

uitvoerden, en niet het kleiner afgebeelde<br />

deel zagen waar een bepaalde voorwaarde<br />

stond genoemd waaraan moest<br />

worden voldaan alvorens de instructie<br />

uitgevoerd mocht worden. Naar aanleiding<br />

van deze incidenten heeft Boeing<br />

een modificatie in de beeldschermen<br />

uitgevoerd: alle tekst en cijfers worden<br />

nu in één formaat gepresenteerd (zie<br />

figuren, figuur 2 de oorspronkelijke versie,<br />

figuur 3 de gemodificeerde versie).<br />

Boeing 777<br />

Omdat bij het ontwerpen van de Boeing<br />

777 er al rekening kon worden gehouden<br />

met het gebruik van CPDLC, is er<br />

een totaal andere oplossing toegepast<br />

dan bij de B747. De CPDLC functionaliteit<br />

is een onderdeel van het Multi-<br />

Functional Display (MFD), waarvan er in<br />

totaal drie beschikbaar zijn: één recht<br />

vóór elke vlieger en één tussen hen in.<br />

De MFD schermen zijn grote kleurenschermen<br />

met uitgebreide menukeuzes,<br />

o.a. voor CPDLC.<br />

De figuur 4 toont het menu voor CPDLC<br />

Figuur 2<br />

Figuur 3<br />

richting verkeersleiding (ATC). Op figuur<br />

5 is een bericht te zien waarin een klaring<br />

voor het volgen van een routesegment<br />

wordt gegeven en waarin tevens een<br />

instructie wordt gegeven om op een<br />

bepaalde positie naar een hoger flightlevel<br />

(FL350) te klimmen en te melden<br />

wanneer dit flightlevel is bereikt.<br />

Figuur 4<br />

Figuur 5<br />

Airbus 340<br />

Ook voor de CPDLC interface in de cockpit<br />

van de Airbus 340 konden tijdens de<br />

ontwerpfase van het vliegtuig al keuzes<br />

worden gemaakt. Men is uitgekomen op<br />

een kleurendisplay dat alleen wordt<br />

gebruikt voor CPDLC berichten, waarvan<br />

beide vliegers er één tot hun<br />

beschikking hebben in het vertikale deel<br />

van het instrumentenpaneel. Naast het<br />

gebruik van kleur wordt er ook gebruik<br />

gemaakt van ‘inverted’ tekstblokken om<br />

bepaalde acties duidelijker te laten<br />

opvallen (zie figuur 6).<br />

Figuur 6<br />

Waar worden data link toepassingen in<br />

de luchtvaart gebruikt?<br />

Data link toepassingen lenen zich per<br />

definitie het best voor gebruik in gebieden<br />

waar de conventionele infrastructuur<br />

(VHF spraakcommunicatie, radar,<br />

navigatiebakens) ontbreekt of slecht<br />

functioneert. De eerste toepassingen<br />

worden dan ook al sinds een aantal<br />

jaren op betrekkelijk grote schaal<br />

gebruikt boven de Stille Oceaan en in<br />

Azië. Maar ook dichter bij huis worden<br />

data link toepassingen in de luchtvaart<br />

gebruikt. Op de vliegvelden Brussel en<br />

Charles de Gaulle wordt op bescheiden<br />

schaal gewerkt met pre-departure clearance,<br />

en het Eurocontrol verkeersleidingscentrum<br />

in Maastricht gebruikt<br />

CPDLC om bepaalde informatie uit te<br />

wisselen met daartoe geschikte vliegtuigen<br />

(zie artikel in deze nieuwsbrief).<br />

Data Link Human Factors Issues<br />

Hieronder volgen een aantal aandachtspunten<br />

op Human Factor gebied die<br />

gerelateerd zijn aan het gebruik van<br />

data link toepassingen. De lijst is niet<br />

volledig en er worden geen oplossingen<br />

aangedragen. Het is slechts bedoeld om<br />

de lezer inzicht te geven in misschien<br />

onbekende problematiek, en mogelijk<br />

ook hierover aan het denken te zetten.<br />

• Omdat er verschillende data link technologieën<br />

worden ontwikkeld, ontstaat<br />

er een potentieel compatibiliteitsprobleem<br />

waardoor vliegtuigen niet<br />

Nr. 9 | Herfst 2004 3


overal hun data link mogelijkheden<br />

kunnen benutten, of waardoor in een<br />

bepaald gebied niet alle vliegtuigen in<br />

staat zijn data link toepassingen te<br />

gebruiken. Daarnaast zijn er verschillende<br />

aanbieders van de data link netwerken<br />

(bijv. SITA, AIRINC). Als een<br />

vliegtuig geen klant is van het netwerk<br />

dat beschikbaar is, worden berichten<br />

soms met vertraging verzonden.<br />

• De nu al operationele FANS 1/A systemen<br />

van respectievelijk Boeing en<br />

Airbus maken gebruik van het ACARS<br />

netwerk, dat hier echter niet oorspronkelijk<br />

voor ontworpen was. Vooral de<br />

lage integriteit en de trage verbindingssnelheid<br />

van dit netwerk kunnen<br />

onverwachte problemen opleveren<br />

voor CPDLC toepassingen.<br />

• De verschillen in de CPDLC interfaces<br />

in de cockpits maken het voor de verkeersleiding<br />

belangrijk om te weten<br />

hoe een bericht aan de bemanning zal<br />

worden gepresenteerd. Met name zullen<br />

verkeersleiders voorzichtigheid<br />

moeten betrachten bij het zenden van<br />

lange of complexe berichten aan<br />

Boeing 747-400 bemanningen.<br />

• Ten behoeve van CPDLC zijn er standaard<br />

‘message sets’ ontwikkeld, vergelijkbaar<br />

met de standaard fraseologie<br />

die in de radiotelefonie wordt<br />

gebruikt. Aan de standaard message<br />

sets is in de systemen in de vliegtuigen<br />

een aantal (semi-)automatische<br />

acties gekoppeld, zoals bijvoorbeeld<br />

het laden van de ontvangen instructies<br />

in de Flight Management Computer.<br />

De FMC genereert dan op zijn beurt<br />

weer automatische antwoord- of<br />

bevestigingsberichten die de bemanning<br />

kan versturen. Niet elk grondstation<br />

heeft echter de volledige set in zijn<br />

systeem geïmplementeerd, net als niet<br />

elke luchtvaartmaatschappij dat heeft<br />

gedaan. Om in die gevallen waarin de<br />

standaard set niet voorziet toch via<br />

Datalink of CPDLC, wat voor Controller<br />

Pilot DataLink Communication staat, is<br />

ontwikkeld om een alternatief te bieden<br />

voor de klassieke radiotelefonie tussen de<br />

verkeersleider en de piloot. In plaats van<br />

een spraakbericht wordt een elektronisch<br />

bericht de ether in gestuurd.<br />

CPDLC te kunnen communiceren is er<br />

een ‘free text’ optie, welke vooral door<br />

onervaren gebruikers veelvuldig<br />

wordt benut. De berichten die als ‘free<br />

text’ worden verzonden, kunnen echter<br />

niet in de FMC worden geladen of<br />

automatisch (uit de standaard set)<br />

worden beantwoord. Hierdoor zijn al<br />

een aantal vervelende misverstanden<br />

tussen verkeersleiding en vliegers ontstaan.<br />

• In de benaming van het ADS systeem<br />

staat de letter ‘D’ voor ‘Dependent’,<br />

oftewel Afhankelijk. Hiermee wordt<br />

aangegeven dat ADS voor de bepaling<br />

van de te presenteren positie van een<br />

vliegtuig afhankelijk is van het navigatiesysteem<br />

van dat vliegtuig. Radar is<br />

in vergelijking met ADS onafhankelijk,<br />

want er worden eigen signalen<br />

gebruikt om de vliegtuigpositie te<br />

bepalen. Als er dus een fout zit in het<br />

navigatiesysteem van een vliegtuig,<br />

kan dit leiden tot de volgende situaties:<br />

1) het vliegtuigsymbool wordt op<br />

het display op de verwachte positie<br />

gepresenteerd, maar in het echt<br />

bevindt het vliegtuig zich ergens<br />

anders; of 2) het vliegtuigsymbool<br />

wordt op het display op een onverwachte<br />

positie gepresenteerd, terwijl<br />

het vliegtuig zich in het echt wÈl op de<br />

juiste plaats bevindt. In beide gevallen<br />

kan dit tot ernstige problemen leiden<br />

v.w.b. de separatie met andere vliegtuigen.<br />

• Om ADS berichten van het vliegtuig<br />

naar de grond te zenden, dient een<br />

zogenaamd ‘contract’ te worden overeengekomen<br />

tussen de twee stations.<br />

In zo’n contract (dat in feite een technisch<br />

protocol is) wordt o.a. geregeld<br />

hoe vaak of bij welke bijzondere parameters<br />

(hoogte, positie) er een bericht<br />

zal worden verzonden. De term<br />

‘contract’ heeft niet toevallig ook een<br />

zakelijke klank, want voor elk verzon-<br />

Datalink in Maastricht UAC<br />

Wat biedt datalink aan de verkeersleiding?<br />

De initiële motivatie voor de ontwikkeling<br />

van datalink is het vrijmaken van<br />

tijd op de radiofrequentie. Wanneer het<br />

druk is in een ATC-sector, is het gebruik<br />

van radiocommunicatie inderdaad vaak<br />

een bottleneck. De controller heeft ver-<br />

den bericht dient een bescheiden<br />

bedrag te worden betaald aan de data<br />

link service provider. Voor een vlucht<br />

in Oceanic Airspace wordt de updatefrequentie<br />

doorgaans op 15 minuten<br />

gezet, waardoor toch al gauw enkele<br />

tientallen dollars naar de provider<br />

mogen worden overgemaakt. In de<br />

testfase was dit voor de meeste maatschappijen<br />

geen probleem, maar<br />

zodra er structureel gebruik gemaakt<br />

gaat worden van ADS en er mogelijk<br />

kortere update-frequenties noodzakelijk<br />

worden, kan dit wel eens anders<br />

worden. Er is reeds een discussie<br />

gaande over wie de kosten voor ADS<br />

moet betalen: de luchtvaartmaatschappijen<br />

of de verkeersleidingsinstanties.<br />

(Ter vergelijking: de updatefrequentie<br />

voor radarbeelden is in de<br />

grootte van 4-10 seconden). ■<br />

Documentatie en Informatie<br />

Manual of Air Traffic Services Data Link<br />

Applications. ICAO Doc. 9694. ICAO,<br />

Montreal, Canada (1999)<br />

Human Factors Guidelines for Air<br />

Traffic Management Systems. ICAO<br />

Doc. 9758. ICAO, Montreal, Canada<br />

(2000)<br />

‘Age of Consent’. Artikel geschreven<br />

door Kim O'Neill (Advanced Aviation<br />

Technology Ltd, UK) in Air Traffic<br />

Technology International 2004.<br />

In dit artikel worden de voor- en nadelen<br />

van de verschillende data link technologieën<br />

uitgebreid behandeld. Het<br />

artikel is in PDF formaat te vinden op<br />

de <strong>HUFAG</strong> website.<br />

Eurocontrol data link website:<br />

www.eurocontrol.int/link2000/<br />

Kris Vermeiren (België), Luchtverkeersleider Eurocontrol Upper Area Control Centre Maastricht.<br />

schillende acties gepland, maar nu moet<br />

alles ook nog eens gezegd worden.<br />

Algemeen wordt zelfs een radiogebruik<br />

van 40% (in tijd) aangenomen als de<br />

grens naar overload. Als de radiofrequentie<br />

voor meer dan deze hoeveelheid<br />

tijd gebruikt wordt, is het te druk.<br />

4 <strong>HUFAG</strong> | <strong>Nieuwsbrief</strong>


Het is echter niet de bedoeling dat datalink<br />

in de toekomst spraakinstructies<br />

geheel zou gaan vervangen. Het werken<br />

met de stem heeft ook zijn voordelen.<br />

De communicatie is heel direct, en er<br />

wordt heel wat context meegegeven.<br />

Die kan bestaan uit een verklarend<br />

woordje, of door de toon waarop het<br />

bericht gesproken wordt. En op een<br />

instructie met de stem wordt onmiddellijk<br />

door de piloot gereageerd met een<br />

herhaling van de instructie.<br />

Als men de huidige radiocommunicatie<br />

met het bellen met een mobieltje zou<br />

vergelijken, dan is een datalink bericht<br />

duidelijk het equivalent van een SMSbericht.<br />

Deze beide dingen hebben een<br />

verschillend gebruik. Als ik met iemand<br />

een afspraak voor morgenavond wil<br />

maken, is het gebruik van een SMSbericht<br />

heel geschikt. Wanneer ik echter<br />

aan iemand wil vragen of ik nu kan<br />

langs komen, dan kan ik die persoon<br />

beter bellen.<br />

Zo ook in de verkeersleiding. Instructies<br />

die tijd-kritisch zijn (separatie van twee<br />

vliegtuigen) moeten over de radio<br />

gebeuren. Niet tijd-kritische instructies<br />

kunnen via datalink gestuurd worden.<br />

Voorbeelden hiervan zijn het vragen om<br />

de code van de transponder te veranderen,<br />

een vliegtuig naar de volgende sector<br />

oversturen, etc. En hier kan tijd gewonnen<br />

worden. Vooral voor de radar controller,<br />

diegene die in radioverbinding<br />

met de piloten is. Want hij kan deze<br />

taken nu delegeren naar de planning<br />

controller, die voor de komst van datalink<br />

geen enkele verbinding met de<br />

vliegtuigen had. Ook voor lange repetitieve<br />

instructies zal datalink winst betekenen.<br />

Een voorbeeld uit het luchtruim<br />

van Maastricht UAC. Alle inbounds<br />

Frankfurt die uit het noorden komen, en<br />

dat zijn er nogal wat, krijgen de volgende<br />

instructie: ‘Descend to flight level twothree-zero<br />

to be level six-zero miles<br />

north of Gedern’. Eén druk op de knop<br />

voor de standaard klaring voor vluchten<br />

naar Frankfurt neemt veel minder tijd in<br />

beslag, en is bovendien niet zo vervelend<br />

voor de controller die anders zoveel<br />

keer per uur hetzelfde liedje moet zingen.<br />

Het gebruik van datalink zorgt ook voor<br />

meer veiligheid. In het geval van een<br />

geblokkeerde radiofrequentie kan men<br />

via datalink toch nog de nodige instructies<br />

doorsturen. Later zal het ook mogelijk<br />

zijn de route van een vliegtuig zoals<br />

men die bij de verkeersleiding kent te<br />

vergelijken met de route die in het Flight<br />

Management System van het vliegtuig<br />

zit. De verkeersleider wordt dan verwittigd<br />

van eventuele inconsistenties tussen<br />

beide vluchtplannen.<br />

Nu we toch vluchtplan-informatie aan<br />

het uitwisselen zijn, kunnen we dat ook<br />

gebruiken voor het uitbreiden van service<br />

verlening. Piloten kunnen hun gewenste<br />

vluchtprofiel doorsturen naar de grond,<br />

waar de planning verfijnd kan worden<br />

rekening houdend met de voorkeur van<br />

de gebruiker.<br />

Niet te vergeten zijn de voordelen die<br />

het downlinken van vluchtparameters<br />

met zich meebrengt. Momenteel zien<br />

controllers hoogtemeter-informatie op<br />

het scherm door middel van klassieke<br />

secundaire radarinformatie. Bijkomende<br />

beschikbaarheid van koers- en snelheidsgegevens<br />

uit de cockpit op het<br />

radarscherm zou heel wat gevraag vermijden,<br />

dus een directe controle en een<br />

duidelijke tijdswinst opleveren.<br />

Hoe zit dat nu in Maastricht?<br />

Maastricht heeft heel wat ervaring met<br />

datalink, want het UAC werd al sinds<br />

1995 gebruikt voor de voorlopige proeven<br />

(PETAL), waarbij een hele waaier<br />

van datalink berichten beschikbaar was.<br />

Sinds 18 juni 2003 is Maastricht ook officieel<br />

datalink operationeel. De set<br />

instructies is initieel kleiner dan bij de<br />

PETAL proeven.<br />

Welke boodschappen worden vandaag<br />

uitgewisseld? Dit zijn de volgende<br />

berichten, geïnitieerd op de grond:<br />

• Check microphone, gebruikt in het<br />

geval van een geblokkeerde frequentie.<br />

• Change SSR code<br />

• Squawk ident<br />

• Change frequency<br />

• Direct flight to a point<br />

Aircrew beantwoord de gegeven<br />

instructies ook via datalink, en kan ook<br />

zelf directe routes aanvragen.<br />

Geen van de bovenstaande instructies<br />

behoeven een readback. Binnenkort<br />

(her)introduceert Maastricht de positionele<br />

klaringen: heading en level changes.<br />

Ofschoon het zeker de bedoeling is dat<br />

ook die uiteindelijk volledig via datalink<br />

afgehandeld kunnen worden, wordt er<br />

eerst toch een readback over de radio<br />

van de gelinkte klaring gevraagd.<br />

De acceptatie bij de verkeersleiders<br />

wordt niet als vanzelfsprekend aangenomen.<br />

Zeer recent nog werd een<br />

enquête gehouden over het herintroduceren<br />

van de heading en level instructies.<br />

Tot nu toe heeft 40% van de verkeersleiders<br />

geantwoord, wat een hoge<br />

respons is. Daarvan verklaarde 92% dat<br />

ze datalink gebruiken als dit beschikbaar<br />

is met een vlucht. 86% van die positieve<br />

antwoorders (of 79% van de gehele respons)<br />

vermeldde ook blij te zijn met de<br />

uitbreiding van de set instructies tot<br />

heading en level klaringen.<br />

Ook het gebruiksgemak wordt nog verbeterd.<br />

Op het moment kan men zien of<br />

een vliegtuig uitgerust is met datalink<br />

en of het bij Maastricht ingelogd is via<br />

het positiesymbool op de radar.<br />

Datalink instructies zelf gebeuren via<br />

een datalink window. Dat window op<br />

het radarscherm is wel duidelijk en<br />

overzichtelijk, maar het is wenselijk alle<br />

instructies via het radar-label te kunnen<br />

doen. Aan deze verbetering wordt<br />

momenteel gewerkt.<br />

Tot slot wordt ook het Flight Data<br />

Processing System vervangen door een<br />

geavanceerd FDPS dat in November<br />

2007 operationeel zal zijn. Dit nieuwe<br />

FDPS voorziet in meer ingewikkelde<br />

datalink toepassingen zoals het uplinken<br />

van route informatie, het vergelijken<br />

van vliegplanversies op de grond en<br />

in het vliegtuig, het downlinken van<br />

gewenste vluchtprofielen etc. ■<br />

Kris Vermeiren (België) is luchtverkeersleider<br />

bij het Eurocontrol Upper Area<br />

Control Centre in Maastricht. Hij behaalde<br />

het licentiaatsdiploma psychologie<br />

(drs. in NL; MSc. voor Engelsen) in '86<br />

aan de Rijksuniversiteit Gent. In '88<br />

kwam hij in dienst bij Maastricht UAC. In<br />

1998 werd hij aangesteld als Expert<br />

Human Factors in het CRDS in Budapest.<br />

Na een aantal jaren keerde hij terug naar<br />

MUAC, nu in de functie van Expert<br />

Systems Planning and Implementation.<br />

Dit is een afdeling van de Operations<br />

Division, waarbinnen hij zich vooral op<br />

de HMI concentreert en waar hij dus nog<br />

steeds met HF issues te maken heeft.<br />

Nr. 9 | Herfst 2004 5


Verkeersleiders en vliegers en hun rol in veiligheidsanalyses<br />

Hans de Jong, Sybert Stroeve en Henk Blom, Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium<br />

Voor effectieve ontwikkeling van complexe<br />

luchtverkeersoperaties worden<br />

veiligheidsanalyses steeds belangrijker.<br />

Vanwege de cruciale rol die verkeersleiders<br />

en vliegers spelen in de veiligheid<br />

van zulke operaties, vormen zij een<br />

essentieel onderwerp van zulke analyses.<br />

Daarnaast leveren verkeersleiders<br />

en vliegers onmisbare kennis bij de uitvoering<br />

van de analyses. In dit artikel<br />

worden de verschillende rollen van verkeersleiders<br />

en vliegers in veiligheidsanalyses<br />

besproken aan de hand van de<br />

analyse van een kruisingsoperatie langs<br />

de Zwanenburgbaan (18C/36C) op<br />

luchthaven Schiphol.<br />

Operatieontwikkeling<br />

In deze kruisingsoperatie wordt op de<br />

Zwanenburgbaan gestart of geland, terwijl<br />

er ook taxiënd verkeer, onderweg<br />

van of naar de Polderbaan (18R/36L),<br />

langs moet. Vanwege de grote afstand<br />

tussen de Polderbaan en het centrum<br />

van Schiphol hebben Luchtverkeersleiding<br />

Nederland (LVNL) en Luchthaven<br />

Schiphol bij de operatie- en infrastructuurontwikkeling<br />

in eerste instantie<br />

gekeken naar kruisingen over de<br />

Zwanenburgbaan, zodat lange taxitijden<br />

zo veel mogelijk beperkt zouden kunnen<br />

worden. Uit de veiligheidsanalyse voor<br />

deze operatie kwamen potentieel<br />

gevaarlijke situaties (hazards) naar<br />

boven, die tot dan toe geen rol hadden<br />

gespeeld bij de ontwikkeling van de<br />

operatie. De identificatie van deze<br />

hazards werd dan ook als zeer waardevol<br />

beschouwd door de operatieontwikkelaars.<br />

Mede naar aanleiding van deze<br />

bevindingen is de kruisingsoperatie<br />

daarna door de LVNL verder ontwikkeld.<br />

In de huidige kruisingsoperatie vindt<br />

het taxiën van en naar de Polderbaan<br />

plaats via een zuidelijke taxibaan (figuur<br />

1). Dit taxiën kan niet onafhankelijk<br />

gebeuren wanneer verkeer vanuit het<br />

zuiden op de Zwanenburgbaan landt, of<br />

naar het zuiden start. De verkeersleider<br />

voor de Zwanenburgbaan is verantwoordelijk<br />

voor het veilig laten kruisen<br />

en geeft daarvoor toestemming aan het<br />

kruisende vliegtuig met een instructie<br />

aan de vliegers, in combinatie met het<br />

uitschakelen van een rode stopbar.<br />

Figuur 1: Zwanenburgbaan (18C/36C)<br />

met taxibaanstructuur, juni 2003<br />

Stappen in de veiligheidsanalyse<br />

In opdracht van LVNL heeft het NLR de<br />

veiligheidsanalyse voor de voorgestelde<br />

operatie uitgevoerd. Een dergelijke<br />

analyse vindt plaats in een aantal stappen.<br />

Binnen een groot aantal van deze<br />

stappen wordt menselijk handelen<br />

beschreven of geëvalueerd. De veiligheidsanalyse<br />

voor de kruisingsoperatie<br />

langs de Zwanenburgbaan omvatte de<br />

volgende stappen.<br />

• Afbakening. Welke soorten risico worden<br />

wel en welke worden niet geëvalueerd?<br />

• Operatiebeschrijving. Beschrijving in<br />

voldoende detail van de voorgestelde<br />

operatie (onder andere context, menselijke<br />

rollen en verantwoordelijkheden,<br />

procedures, technische systemen).<br />

• Hazardidentificatie. Identificatie van<br />

potentieel gevaarlijke situaties<br />

(hazards) en hun rol in verschillende<br />

scenarioís in de operatie.<br />

• Conflictscenario’s. De hazards worden<br />

gerelateerd aan conflictsoorten en<br />

geordend met betrekking tot tijd, en<br />

oorzaak en gevolg. De resulterende<br />

hazardstructuren heten conflictscenario’s.<br />

Hieraan gerelateerd wordt een risico<br />

opgedeeld in subrisico’s, zodat efficiënte<br />

en overzichtelijke evaluatie van het<br />

risico mogelijk wordt.<br />

• Argumentatiegebaseerde evaluatie.<br />

De veiligheidsrisico’s worden geëvalueerd<br />

op basis van een eenvoudig<br />

rekenmodel. In dit model wordt vooral<br />

gebruik gemaakt van interviews met<br />

operationele experts en waar mogelijk<br />

van statistische gegevens uit bijvoorbeeld<br />

incidenten-databases.<br />

• Simulatiegebaseerde evaluatie.<br />

Potentieel veiligheidskritieke risico’s die<br />

moeilijk met voldoende zekerheid te<br />

evalueren zijn middels een argumentatiegebaseerde<br />

aanpak, worden geëvalueerd<br />

op basis van Monte Carlo simulaties<br />

met een model van de operatie.<br />

• Beoordeling van aannames.<br />

Beoordeling van het effect op het risico<br />

in de operatie van het verschil tussen<br />

aannames gemaakt in het model<br />

en de werkelijkheid. Hierbij worden<br />

zowel afwijking en onzekerheid van het<br />

risico in kaart gebracht, onder meer<br />

middels een gevoeligheidsanalyse.<br />

• Risicocriteria. Het risico van de operatie<br />

en de onzekerheid hierin worden<br />

bepaald en de voornaamste risicofactoren<br />

worden geïdentificeerd. LVNL<br />

vergelijkt de behaalde resultaten met<br />

risicocriteria en beslist mede op basis<br />

hiervan over invoeren of verder ontwikkelen<br />

van de operatie.<br />

Identificatie van hazards<br />

Een voorwaarde voor een goede veiligheidsanalyse<br />

is dat zo veel mogelijk<br />

hazards worden geïdentificeerd.<br />

Immers, hazards die niet worden geïdentificeerd<br />

kunnen leiden tot een te<br />

optimistisch beeld van de veiligheid.<br />

Het meest bekend is de functionele aanpak<br />

van hazardidentificatie. Met deze<br />

6 <strong>HUFAG</strong> | <strong>Nieuwsbrief</strong>


aanpak wordt getracht alle mogelijkheden<br />

van falen en de gevolgen daarvan<br />

te bepalen voor iedere functie die een<br />

rol speelt bij de operatie, inclusief de<br />

operatortaken. Helaas kunnen met<br />

behulp van deze aanpak niet alle aan de<br />

operator(s) gerelateerde hazards worden<br />

geïdentificeerd. Een belangrijke<br />

reden hiervoor is, dat de handelingen<br />

van een vlieger of een luchtverkeersleider<br />

afhankelijk zijn van hun (subjectieve)<br />

situational awareness. Vanuit het<br />

(beperkte) perspectief van een verkeersleider<br />

of vlieger kan een bepaalde handeling<br />

logisch zijn, terwijl er vanuit een<br />

totaal perspectief gezien sprake is van<br />

een foutieve of nagelaten handeling.<br />

Dergelijke handelingen worden vaak<br />

aangeduid als ‘errors of commission’<br />

(Ref. 1). Een voorbeeld in de kruisingsoperatie:<br />

vanwege de ingewikkelde taxistructuur<br />

denkt de vlieger ver van de<br />

landingsbaan aan het taxiën te zijn, terwijl<br />

hij in werkelijkheid de baankruising<br />

oprijdt.<br />

Een andere bekende techniek van hazardidentificatie<br />

is de HAZOP (HAZard and<br />

OPerability)-methode. Deze methode<br />

houdt in, dat er in een sessie met operationele<br />

experts hazzards worden geïdentificeerd<br />

en geanalyseerd. Tevens<br />

bedenken de experts tijdens de sessie<br />

potentiële oplossingen en maatregelen<br />

(Ref. 2). Het voordeel van HAZOP ten<br />

opzichte van de systems engineering<br />

aanpak is, dat ook niet-functionele<br />

hazards boven water worden gebracht.<br />

Bij de toepassing van HAZOP moet er<br />

voor worden gewaakt, dat de analyseen<br />

oplossingsactiviteiten het hazardidentificatieproces<br />

niet verstoren, wat als<br />

gevolg zou kunnen hebben dat bepaalde<br />

hazards niet worden geïdentificeerd.<br />

Men moet er ook op bedacht zijn dat<br />

mogelijke oplossingen nieuwe hazards<br />

met zich mee kunnen brengen.<br />

Met de ervaring van een groot aantal<br />

veiligheidsanalyses voor LVNL en op<br />

basis van kennis uit andere veiligheidskritieke<br />

industrieën, heeft het NLR een<br />

eigen manier van hazardidentificatie<br />

voor luchtverkeersoperaties ontwikkeld:<br />

door middel van een pure brainstormsessie<br />

met verkeersleiders en vliegers<br />

(Ref 3). Tijdens zo’n sessie wordt er niet<br />

geanalyseerd en ook niet aan oplossingen<br />

gedacht. EUROCONTROL erkent<br />

inmiddels ook de waarde van deze pure<br />

brainstormmethodiek, waardoor Versie<br />

2.0 van EUROCONTROL’s Safety<br />

Assessment Methodology (SAM) naast<br />

de functionele aanpak ook de pure<br />

brainstormaanpak van het NLR zal<br />

bevatten (Ref. 3).<br />

Expertkennis in argumentatiegebaseerde<br />

veiligheidsanalyse<br />

De geïdentificeerde hazards worden<br />

gegroepeerd tot conflictscenario’s en er<br />

wordt bepaald in welke situaties deze<br />

scenario’s gevolgen voor de veiligheid<br />

kunnen hebben. Deze aanpak maakt ook<br />

analyse van hazards gerelateerd aan<br />

‘errors of commission’ mogelijk.<br />

Operationele experts spelen opnieuw<br />

een cruciale rol in de veiligheidsanalyse<br />

bij het beantwoorden van vragen als:<br />

• Hoe vaak komt een gegeven potentieel<br />

gevaarlijke situatie voor? (In de kruisingsoperatie<br />

bijvoorbeeld runwayincursions<br />

of take-offs zonder klaring); en<br />

• Hoe waarschijnlijk is het dat zo’n situatie<br />

uitmondt in een incident? (Hoe groot is<br />

bijvoorbeeld de kans dat een verkeersleider<br />

een dreigende runway incursion<br />

opmerkt en weet tegen te houden?).<br />

Dergelijke vragen zijn lastig. Immers:<br />

• Het gaat over een operatie waar nog<br />

geen ervaring mee is;<br />

• Een operatie bestaat uit veel elementen<br />

die met elkaar in wisselwerking<br />

staan, zodat de uitkomst van de operatie<br />

als geheel moeilijk te voorspellen<br />

valt; en<br />

• Gevaarlijke situaties komen zelden<br />

voor zodat er weinig ervaring mee is.<br />

Operationele experts kunnen daarom<br />

meestal geen precieze getallen geven.<br />

Ze geven inschattingen aan de hand van<br />

hoe vaak ze iets in hun loopbaan hebben<br />

meegemaakt (vliegers) of hun ervaring<br />

met het tijdig opmerken en corrigeren<br />

van conflicten (verkeersleiders).<br />

Verschillende experts zullen verschillende<br />

inschattingen geven. De vraag is hoe je<br />

antwoorden van verschillende experts<br />

het best kunt combineren; de ene expert<br />

zal waarschijnlijk betere schattingen<br />

leveren dan de andere, en sommige<br />

experts zullen misschien te optimistisch<br />

zijn en anderen juist niet.<br />

In recent onderzoek (Ref. 4) wordt een<br />

aanpak gegeven voor het gebruik van<br />

expert-oordelen. Centraal in die aanpak<br />

is het ‘ijken’ van de operationele experts<br />

met vragen waarop het antwoord<br />

bekend is, bijvoorbeeld uit statistieken.<br />

Op deze manier kan rekening worden<br />

gehouden met experts die systematisch<br />

te hoog of te laag schatten en kan aan<br />

experts die doorgaans redelijk in de<br />

buurt zitten een groter gewicht worden<br />

toegekend dan aan experts die soms<br />

veel te hoog of veel te laag schatten.<br />

Deze aanpak levert betere schattingen<br />

met onderbouwde onzekerheidsmarges.<br />

Simulatiegebaseerde veiligheidsanalyse<br />

Zoals hierboven al werd opgemerkt<br />

bestaat een operatie uit veel elementen<br />

die met elkaar in wisselwerking staan. In<br />

zulke gevallen wordt gebruik gemaakt<br />

van een wiskundig model van de luchtverkeersoperatie<br />

en worden risico’s met<br />

simulaties geëvalueerd. Dit wiskundige<br />

model representeert een groot aantal<br />

aspecten van de operatie, waaronder<br />

vliegtuigbewegingen, technische systemen,<br />

relevante procedures, alsmede<br />

activiteiten van vliegers en luchtverkeersleiders.<br />

Hierbij worden zowel<br />

nominale als niet-nominale situaties<br />

weergegeven, waarbij voor de laatstgenoemde<br />

categorie gebruik gemaakt<br />

wordt van kennis uit de hazardbrainstorm.<br />

Het wiskundige model is dynamisch<br />

en stochastisch, dat wil zeggen,<br />

het beschrijft de ontwikkeling van de<br />

operatie in de tijd en incorporeert allerlei<br />

toevallige variaties middels kansprocessen.<br />

Beschouw als voorbeeld de analyse van<br />

de kans op een botsing tussen een<br />

vliegtuig dat vertrekt van een startbaan<br />

terwijl er een taxiënd vliegtuig naar de<br />

baan beweegt (bijvoorbeeld als gevolg<br />

van het inslaan van een verkeerde taxibaan).<br />

In het model voor deze analyse<br />

voert de torenverkeersleider een aantal<br />

taken uit. Als gevolg hiervan kan hij<br />

binnen een bepaalde tijd het conflict<br />

detecteren. In dat geval zal hij veelal de<br />

betreffende vliegers instrueren na een<br />

tijd die onder andere afhangt van de<br />

communicatiesystemen. In reactie op<br />

een dergelijke instructie zullen de vliegers<br />

trachten een mogelijk ongeluk te<br />

voorkomen, bijvoorbeeld door te remmen.<br />

In aanvulling op conflictdetectie<br />

via de verkeersleider observeren de<br />

vliegers ook zelf de verkeersituatie en<br />

kunnen ze aldus het conflict herkennen<br />

en hierop reageren. Deze processen van<br />

de luchtverkeersleiders en vliegers worden<br />

parallel uitgevoerd en hangen af<br />

van de actuele verkeerssituatie en de<br />

toestand van relevante technische<br />

systemen in het model. De Monte Carlo<br />

simulaties op basis van dit model geven<br />

aldus informatie over de botsingskans.<br />

Simulatie van activiteiten van vliegers<br />

en luchtverkeersleiders<br />

De activiteiten van een vlieger of lucht-<br />

Nr. 9 | Herfst 2004 7


verkeersleider die passen bij een<br />

bepaald verkeersbeeld in de simulaties<br />

zijn gebaseerd op een analyse van de<br />

taken van de operator, een clustering<br />

van taken voor het model, en een identificatie<br />

van prioriteiten en mogelijkheden<br />

tot gelijktijdig afwerken van taakclusters<br />

(Ref. 5). Voorbeelden van taakclusters<br />

voor een luchtverkeersleider zijn:<br />

• Monitoring: observatie van de verkeerssituatie;<br />

• Communication: communicatie van<br />

een klaring; en<br />

• Co-ordination: coördinatie met andere<br />

luchtverkeersleiders.<br />

In het model worden aspecten weergegeven<br />

als: condities om een activiteit te<br />

beginnen, duur van activiteiten, de<br />

effecten ervan, en de afhankelijkheid<br />

van werkdruk en verkeerssituatie.<br />

Bij de simulatiegebaseerde veiligheidsanalyse<br />

wordt dit probleem aangepakt<br />

door representatie in de simulaties van<br />

gewaarwording van de verkeerssituatie<br />

en hieraan gerelateerde technische<br />

systemen, operators en hun interactie.<br />

Deze gewaarwording omvat waarneming<br />

en interpretatie van de huidige en toekomstige<br />

verkeerssituatie en hieraan<br />

gerelateerde aspecten. Als gevolg van<br />

de interactie tussen de diverse operators<br />

en technische systemen in de simulaties,<br />

via processen zoals observatie en communicatie,<br />

kunnen er inconsistenties<br />

ontstaan tussen de verkeersbeelden van<br />

de operators en technische systemen.<br />

Deze inconsistenties zijn typische voorbeelden<br />

van veroorzakers van errors of<br />

commission, aangezien elke operator<br />

en elk technisch systeem handelt volgens<br />

zijn eigen verkeersbeeld.<br />

Expertkennis in simulatiegebaseerde<br />

veiligheidsanalyse<br />

Een model is een vereenvoudigde weergave<br />

van de werkelijkheid. Tijdens de<br />

modelontwikkeling zijn aannames<br />

geformuleerd. Onderdeel van de veiligheidsanalyse<br />

is een beoordeling van de<br />

onzekerheid en mogelijke afwijkingen in<br />

het werkelijke risico als gevolg van deze<br />

aannames.<br />

Bij een eerste analyse van het mogelijk<br />

effect van de aannames voor het risico<br />

in de kruisingsoperatie, bleek dat een<br />

groot deel van de aannames die een<br />

meer dan verwaarloosbaar effect zouden<br />

kunnen hebben, gerelateerd is aan taakafhandeling,<br />

conflictherkenning en conflictreactie<br />

van vliegers en verkeersleiders.<br />

Bij de beoordeling van de aannames<br />

is gebruik gemaakt van gestructu-<br />

reerde interviews met vliegers en torenverkeersleiders.<br />

De vragen behandelden<br />

bijvoorbeeld de duur van afhandeling<br />

van taken, reactietijden, de grootte<br />

van gezichtshoeken en de effecten van<br />

botsingvoorkomende acties. Op basis<br />

van de antwoorden van de operationele<br />

experts, statistische gegevens en additionele<br />

Monte Carlo simulaties is een<br />

evaluatie gegeven van het verwachte<br />

ongevalrisico en de onzekerheid hierin.<br />

Terugkoppeling naar de operatieontwikkeling<br />

Is de uitkomst van een veiligheidsanalyse<br />

dat er niet-verwaarloosbare risico’s aan<br />

de operatie verbonden zijn dan hebben<br />

de ontwikkelaars van de operatie<br />

behoefte aan aanknopingspunten voor<br />

het veiliger maken van de operatie. De<br />

ervaring heeft geleerd dat ook voor het<br />

effectief mitigeren van veiligheidskritieke<br />

punten de inbreng van verkeersleiders<br />

en vliegers onontbeerlijk is.<br />

Conclusie<br />

In dit artikel is een systematische aanpak<br />

beschreven voor het uitvoeren van<br />

veiligheidsanalyses voor luchtverkeersoperaties.<br />

Daarbij is met name uitgelegd<br />

dat verkeersleiders en vliegers per<br />

stap in de veiligheidsanalyse een duidelijk<br />

te onderscheiden rol hebben.<br />

• Identificatie van niet-functionele<br />

hazards;<br />

• Inbreng van expertkennis bij argumentatiegebaseerde<br />

aanpak;<br />

• Inbreng van expertkennis t.b.v. het<br />

simulatiemodel;<br />

• Beoordeling van simulatiemodelaannames;<br />

en<br />

• Identificatie van potentiële hazardmitigerende<br />

maatregelen. ■<br />

Referenties<br />

1. Sträter O, Dang V, Kaufer B, Daniels A<br />

(2004). On the way to assess errors of<br />

commission. Reliability Engineering<br />

and System Safety 83:129-138<br />

2. Kirwan B, Ainsworth LK (1992). A<br />

guide to task analysis, edited by B.<br />

Kirwan and L.K. Ainsworth, Taylor and<br />

Francis, 1992<br />

3. De Jong HH (2004). Guidelines for the<br />

identification of hazards; How to<br />

make unimaginable hazards imaginable?<br />

NLR Contract report voor EURO-<br />

CONTROL, NLR-CR-2004-094, March<br />

2004<br />

4. Cooke RM, Goossens LJH (2000).<br />

Procedure guide for structured expert<br />

judgement. Project report for EUR-<br />

Colofon<br />

De <strong>HUFAG</strong> <strong>Nieuwsbrief</strong> wordt uitgegeven<br />

door de Stichting Human<br />

Factors Advisory Group en verschijnt<br />

in een oplage van 750 exemplaren.<br />

De <strong>HUFAG</strong> <strong>Nieuwsbrief</strong> wordt gratis<br />

toegezonden aan belangstellenden.<br />

Alle informatie uit deze uitgave<br />

mag worden overgenomen mits<br />

volledig en met bronvermelding.<br />

Aan dit nummer werkten mee:<br />

Bert Ruitenberg, Kris Vermeiren,<br />

Hans de Jong, Sybert Stroeve en<br />

Henk Blom.<br />

Eindredactie: André Droog<br />

Meningen en opvattingen in gesigneerde<br />

artikelen van niet <strong>HUFAG</strong>leden<br />

worden niet noodzakelijk<br />

gedeeld door de Stichting <strong>HUFAG</strong>.<br />

Het bestuur van de Stichting<br />

<strong>HUFAG</strong> bestaat uit:<br />

Jurgen van Avermaete (voorzitter),<br />

Hans Sypkens (vice-voorzitter),<br />

André Droog (secretaris),<br />

Lilian Biber-Klever (penningmeester),<br />

Robert van Gelder, Hans Huisman,<br />

Simone Oudakker, Wouter Kunz,<br />

Rommert Soetendal en Klaas Zwart.<br />

ATOM, European Commission EUR<br />

18820 EN<br />

5. Daams J, Blom HAP, Nijhuis HB<br />

(2000). Modelling Human Reliability<br />

in Air Traffic Management. Proc. of<br />

Fifth Probabilistic Safety Assessment<br />

and Management Conference, Osaka,<br />

Japan, Nov 27 - Dec 1, 2000: 1193-1198<br />

6. Blom HAP, Stroeve SH, Everdij MHC,<br />

Van der Park MNJ (2003). Human cognition<br />

performance model to evaluate<br />

safe spacing in air traffic. Human<br />

Factors and Aerospace Safety 3(1): 59-<br />

82<br />

7. Stroeve SH, Blom HAP, Van der Park<br />

MNJ (2003). Multi-agent situation<br />

awareness error evolution in accident<br />

risk modelling. Proc. 5th USA/Europe<br />

ATM R&D Seminar, Budapest,<br />

Hungary, 23-27 June 2003<br />

8. Everdij MHC and Blom HAP (2002),<br />

Bias and uncertainty in accident risk<br />

assessment, Report TR-2002-137, NLR,<br />

A’dam, 2002<br />

8 <strong>HUFAG</strong> | <strong>Nieuwsbrief</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!