27.09.2013 Views

VOORLEZING VAN PAULUS's BRIEF AAN DE GALATEN,1531

VOORLEZING VAN PAULUS's BRIEF AAN DE GALATEN,1531

VOORLEZING VAN PAULUS's BRIEF AAN DE GALATEN,1531

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

INLEIDING TOT <strong>DE</strong> <strong>BRIEF</strong> <strong>AAN</strong> <strong>DE</strong> <strong>GALATEN</strong><br />

In de Naam van God hebben wij nog al eens weer ondernomen, de Brief van Paulus<br />

aan de Galaten te ontvouwen. Niet omdat wij nieuwe of onbekende zaken willen<br />

voortbrengen, daar door Gods genade nu de gehele Paulus voor ons bekend en<br />

gemeen is; maar aangezien, zoals ik dikwijls waarschuw, dit grote en naderend<br />

gevaar voorhanden is, dat de satan, met wegneming van de zuivere Leer des Geloofs,<br />

weer in zal voeren leringen van eigen werken en menselijke overleveringen. Het is<br />

dus hoogst nodig en nuttig, dat deze Geloofsleer in openbare en gedurige beoefening,<br />

door lezen en horen, bewaard en levend gehouden wordt. En hoe nabij ook die Leer<br />

gekend, en door en door geleerd wordt, toch is de satan onze vijand, ons altoos<br />

omwandelende en ons zoekende te verslinden, niet dood. Daarenboven leeft ons<br />

vlees ook nog. Voorts allerlei verzoekingen kwellen en drukken ons van alle kant.<br />

Daarom kan deze Geloofsleer nooit genoeg behandeld en ingescherpt worden.<br />

Wanneer die Leer vervalt en vernietigd wordt, vervalt en gaat tegelijk alle kennis<br />

verloren. Doch deze Leer stand houdende, komt al het goede tegelijk ook weer voor<br />

de dag. Dan bloeit de ware Godsvrucht en Godsdienst, de Ere Gods, een gegronde<br />

kennis van alle toestanden en zaken. Opdat wij dus niet ijdel zouden zijn, zullen wij<br />

daar weer beginnen, waar wij opgehouden waren. Volgens het gezegde: wanneer een<br />

mens alles verricht zal hebben, moet hij weer van voren af aan beginnen.<br />

Eerst moet voor alles gesproken worden van de voorname inhoud, waarover Paulus<br />

in deze Brief handelt; welke daarin bestaat: Paulus heeft voor, onwrikbaar vast te<br />

stellen, en te bevestigen die Leer des geloofs, genade en vergeving der zonden, of van<br />

de Christelijke gerechtigheid, opdat wij een volkomen kennis en onderscheiding<br />

zouden hebben tussen de gerechtigheid Christi en alle andere gerechtigheden.<br />

Want de Gerechtigheid is van verschillende soort. De ene is Politiek of burgerlijk,<br />

welke de keizer, de vorsten der wereld, wijsgeren en rechtsgeleerden behandelen. De<br />

andere is ceremonieel, of plechtig, welke de menselijke Overleveringen leren. Bij<br />

voorbeeld: bevelen van de Paus en dergelijke. Daarover handelen zonder gevaar de<br />

huisvaders en leermeester, omdat zij aan die Gerechtigheid geen kracht toeschrijven,<br />

om voor de zonden te voldoen, om God te verzoenen, en genade te verdienen. Maar<br />

zij stellen die Ceremoniën voor, als alleen maar noodzakelijk tot beoefening der<br />

zeden en zekere onderhouding. Behalve deze is er nog een andere Gerechtigheid der<br />

wet of der Tien Geboden, welke Mozes leert; daarvan doen ook wij onderrichting na<br />

de Leer des geloofs.<br />

Boven en behalve alle deze, is er nog een Geloofs- of Christelijke Gerechtigheid,<br />

welke met grote oplettendheid moet onderscheiden worden van de andere, hierboven<br />

gemeld. Want die voornoemde zijn aan deze geheel tegengesteld, zo, omdat zij<br />

voortkomen uit de wetten der keizers, overleveringen van de Paus, en de Geboden<br />

Gods, alsook dewijl zij met onze eigen werken gemeenschap hebben, en door ons<br />

kunnen verricht worden, hetzij uit de zuivere natuurstaat, hetzij door de gave Gods.<br />

Maar deze aller voortreffelijkste Gerechtigheid des Geloofs, welke God ons door<br />

Christus zonder de werken toerekent, is noch burgerlijk, noch plechtig, noch de<br />

gerechtigheid van Gods wet; heeft ook gans geen plaats in onze eigen werken, maar<br />

is geheel onderscheiden, dwz.: zij is te enenmale een lijdelijke Gerechtigheid. Want<br />

hierin werken wij niets, of geven aan God niets wederom. Doch wij ontvangen<br />

alleenlijk, en laten een ander in ons werkende, nl. God.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!