Een referentiebuffer voor huishoudens, onderzoek naar het ... - Nibud
Een referentiebuffer voor huishoudens, onderzoek naar het ... - Nibud
Een referentiebuffer voor huishoudens, onderzoek naar het ... - Nibud
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Inhoudsopgave<br />
Samenvatting<br />
1. Inleiding<br />
2. Het spaargedrag van<br />
<strong>huishoudens</strong><br />
3. Het vermogen van<br />
Nederlandse <strong>huishoudens</strong><br />
4. Referentiebuffer<br />
Literatuurlijst<br />
Bijlagen<br />
Samenvatting<br />
In 2008 heeft <strong>het</strong> <strong>Nibud</strong> de BufferBereke<strong>naar</strong> ontwikkeld om <strong>huishoudens</strong> een richtbedrag te geven wat vergelijkbare<br />
<strong>huishoudens</strong> op hun spaarrekening hebben staan. Deze BufferBereke<strong>naar</strong> was gebaseerd op cijfers uit 2006. De crisis van<br />
de afgelopen jaren heeft <strong>het</strong> financiële gedrag van <strong>huishoudens</strong> waarschijnlijk veranderd. Dat was de reden om <strong>het</strong><br />
referentiebedrag <strong>voor</strong> de spaarrekening van <strong>huishoudens</strong> opnieuw te schatten, met behulp van de meest actuele gegevens.<br />
Tegelijkertijd is <strong>het</strong> spaargedrag van <strong>huishoudens</strong> onderzocht.<br />
Voor onderhavig <strong>onderzoek</strong> is gebruik gemaakt van drie datasets: de ING BudgetBarometer 2 e kwartaal 2012, de DNB<br />
Household Survey 2011 en de data ten behoeve van <strong>het</strong> <strong>onderzoek</strong> Geldzaken in de Praktijk.<br />
De meeste <strong>huishoudens</strong> (circa 40 procent) zeggen onregelmatig te sparen, dat wil zeggen alleen als er geld overblijft of met<br />
wisselende bedragen. Ongeveer een kwart van de <strong>huishoudens</strong> spaart een vast bedrag per maand. <strong>Een</strong> op de zeven<br />
<strong>huishoudens</strong> geeft aan niet te sparen. Vooral onder alleenstaanden en <strong>huishoudens</strong> met een laa g inkomen zijn deze niet-<br />
spaarders te vinden. De vaste spaarders leggen gemiddeld zo’n 9 procent van hun inkomen per maand in.<br />
Ongeveer 20 procent van de <strong>huishoudens</strong> zeggen geen enkele financiële buffer te hebben en nog eens 20 procent geeft<br />
een bedrag aan van minder dan 2.000 euro. Van de mensen die moeite hebben met rondkomen, geeft de helft aan geen<br />
buffer te hebben.<br />
Ongeveer 85 procent van de <strong>huishoudens</strong> zou een buffer willen hebben. Alleen bij de laagste inkomens, bij jongeren onder<br />
25 en bij ouderen boven de 65 is de behoefte iets kleiner.<br />
Er zijn drie dimensies te onderscheiden bij de motieven om te sparen. De eerste heeft te maken met de buffer en is <strong>voor</strong>al<br />
gericht op de korte en middellange termijn. Deze dimensie hangt <strong>voor</strong>al samen met de motiev en om on<strong>voor</strong>ziene uitgaven te<br />
kunnen doen en niet afhankelijk te zijn van anderen. De tweede dimensie hangt samen met de aanwezigheid van kinderen,<br />
de derde met eenmalige grote uitgaven, zoals de aankoop van een woning of <strong>het</strong> starten van een bedrijf. Bij de eerste<br />
dimensie valt op dat er weinig kenmerken van <strong>het</strong> huishouden zijn die samenhangen met dit motief. Blijkbaar is <strong>het</strong> streven<br />
<strong>naar</strong> een buffer een universele wens.<br />
Tussen 2006 en 2011 bleek er weinig verandering te zijn opgetreden in <strong>het</strong> wel of niet a anhouden van een bepaalde<br />
vermogensvorm. Alleen <strong>het</strong> verdwijnen van de spaarloonregeling heeft duidelijk zijn uitwerking gehad.<br />
4