29.09.2013 Views

opportuun - Openbaar Ministerie

opportuun - Openbaar Ministerie

opportuun - Openbaar Ministerie

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

01<br />

tijdschrift van<br />

het openbaar<br />

ministerie<br />

jaargang 16<br />

nummer 01<br />

januari 2010<br />

‘Goldfinger-fraude mooiste<br />

zaak’<br />

Scheidend PG Rieke Samson in Alles Afwegende<br />

Geweldpleger de deur uit<br />

‘Het OM-concern stáát’


2 HOEK VAN JAN<br />

Sint<br />

Soms kom je verhalen tegen die<br />

je fantasie op hol brengen. Zo<br />

vertelde een man in de kroeg<br />

eens over zijn aanvaring met<br />

de Sint. Hij was eind november<br />

twee dozen wijn gaan kopen.<br />

Bij een echte wijnhandel in de<br />

“Stad”. Voor niet-noordelingen:<br />

Groningen dus. Toen hij de<br />

dozen in de kofferbak plaatste,<br />

passeerde net de intocht van<br />

Sinterklaas. Op zich geen probleem.<br />

Totdat hij met een klap<br />

de klep dicht gooide. Want daar<br />

schrok de schimmel van. Het<br />

beest maakte een rare sprong<br />

en even later zat er een flinke<br />

deuk in de auto. De man bleef<br />

verbouwereerd achter. Want<br />

toen Sint de knol weer onder<br />

controle had, reed die gewoon<br />

door.<br />

Gelukkig reden achteraan de<br />

stoet twee agenten, dus de man<br />

sprak hen aan. Vertelde van de<br />

schade en dat de Sint zomaar<br />

doorgereden was. Hij kreeg het<br />

advies aangifte te doen. Vanaf<br />

dat moment begonnen mijn<br />

gedachten af te dwalen. Ik luisterde<br />

nauwelijks nog naar de<br />

verteller. In mijn hoofd ontspon<br />

zich het volgende gesprek op<br />

het bureau.<br />

Agent: ‘Dus u doet aangifte van<br />

doorrijden na ongeval. Wat was<br />

het kenteken van de vlerk die<br />

niet stopte?’<br />

Man: ‘Geen. Er zat geen kenteken<br />

op.’<br />

Agent (mompelend, terwijl hij<br />

schrijft): ‘Kenteken niet waargenomen’.<br />

Man: ‘Nee, er zat helemaal<br />

geen kenteken op.’<br />

Agent (kijkt bedenkelijk op):<br />

‘Wat was dan het merk, type en<br />

kleur van het voertuig. Of zaten<br />

die er ook niet op?’<br />

Man (geïrriteerd): ‘Merrie van<br />

het type schimmel, kleur wit<br />

en de bestuurder had een witte<br />

baard, mijter, staf, tabberd en<br />

er liep een zooi vrienden achter<br />

met snoep te gooien.’<br />

Agent (fronsend): ‘En dat was<br />

nadat u alcohol had gekocht,<br />

zei u?’<br />

Op dat moment merkte ik dat<br />

de man zweeg. Hij keek mij verwachtingsvol<br />

aan. Belachelijk<br />

toch? Die bejegening door de<br />

politie. ‘Valt wel mee,’ flapte<br />

ik eruit. ‘Als ik die agent was<br />

geweest, had ik je laten blazen.’<br />

Jan Hoekman<br />

OPPORTUUN<br />

tijdschrift van het<br />

openbaar ministerie<br />

jaargang 16<br />

nummer 1<br />

januari 2010<br />

Opportuun is het personeels- en<br />

relatiemagazine van het <strong>Openbaar</strong><br />

<strong>Ministerie</strong>. Het blad wordt gratis<br />

verstrekt aan de medewerkers van het<br />

OM en andere geïnteresseerden. Het<br />

blad verschijnt twaalf keer per jaar.<br />

De redactie is verantwoordelijk voor<br />

de inhoud van het blad. Aan de in<br />

Opportuun verstrekte informatie<br />

kunnen geen rechten worden<br />

ontleend. Overname van artikelen met<br />

bronvermelding is toegestaan.<br />

Abonnementenadministratie<br />

Wijzigingen? Stuur de adreswikkel<br />

met de aangebrachte wijzigingen<br />

naar het redactieadres, of mail de<br />

wijzigingen, onder vermelding van<br />

het nummer op de adreswikkel, naar<br />

<strong>opportuun</strong>@om.nl.<br />

NB: inhoudelijke opmerkingen<br />

en suggesties melden aan de<br />

eindredacteur (zie hieronder).<br />

Redactieadres<br />

Afdeling Communicatie,<br />

Parket-Generaal, kamer 5.19,<br />

Prins Clauslaan 16, Postbus 20305,<br />

2500 EH Den Haag.<br />

Telefoon: 070 – 3399840.<br />

Eindredactie<br />

Pieter Vermaas, 070 – 3399840 of<br />

p.vermaas@om.nl.<br />

Vaste medewerkers<br />

Thea van der Geest, Jan-Willem<br />

Grimbergen, Mary Hallebeek,<br />

Jan Hoekman, Petra Sprado.<br />

Aan dit nummer werkten verder mee<br />

Babeth Knol, Olga Hoekstra, Vera<br />

Schijve, Ronald Leenders<br />

Foto omslag<br />

Peter van der Struijs<br />

Foto inhoudsopgave<br />

Loes van der Meer<br />

Ontwerp<br />

Fabrique, Delft<br />

Druk<br />

Zijlstra Drukwerk, Rijswijk<br />

Oplage:<br />

8.000


OPPORTUUN · 01 / 2010 3<br />

Januari 2010<br />

06<br />

Rieke Samson<br />

Als zaaksofficier stuit ze eind jaren tachtig<br />

op een megafraude. Samen met Fiodrechercheurs<br />

jaagt ze op de goudsmokkelaar<br />

en btw-fraudeur Jan L. In de rubriek<br />

Alles Afwegende blikt scheidend PG Rieke<br />

Samson-Geerlings terug op een van haar<br />

mooiste zaken.<br />

10<br />

Bewijs verzamelen<br />

Bewijs maakt het verschil tussen een vermoeden<br />

en een zaak. Tussen wel of niet<br />

vervolgen. En tussen vrijspraak of straf.<br />

‘Hoe verleidelijk ook, verzamel bewijs niet<br />

in het wilde weg.’<br />

14<br />

Huisverbod<br />

In Rotterdam worden geweldplegers het<br />

huis uit gezet. In de tien dagen die het<br />

tijdelijk huisverbod duurt, bundelen OM,<br />

politie en GGD de krachten. ‘Het huisverbod<br />

dwingt de hulpverlening om snel op<br />

gang te komen.’<br />

18<br />

Omslag bij reclassering<br />

Zorg voor de dader, dat was het doel<br />

van reclasseringswerk. Wás. Want met<br />

“Redesign Toezicht” werkt de reclassering<br />

nu aan een veiligere samenleving.<br />

22<br />

‘Concern stáát’<br />

‘Nu de operatie “Het OM Verandert” als<br />

project is afgerond, stáát het OM-concern’,<br />

zeggen procureur-generaal Henk van<br />

Brummen en OM-organisatieadviseur Eric<br />

Jan van der Steege.<br />

Afscheid Rieke<br />

Samson-Geerlings<br />

PG blikt terug op fraudezaak, pag.6<br />

rubrieken<br />

02 Hoek van Jan<br />

‘Sint’<br />

04 KortOM<br />

13 Handig met GPS<br />

17 Omgeslagen<br />

25 Grombergen<br />

‘Feest’<br />

26 Internationaal<br />

27 Ut Recht<br />

‘Vrouwen’<br />

28 AchterOM


4 KORTom<br />

NFI: 90 procent op tijd<br />

leveren<br />

In 2009 namen de NFIlevertijden<br />

al af. Voor<br />

2010 zal het NFI negentig<br />

procent van de door het<br />

NFI geaccepteerde onderzoeken<br />

op tijd leveren. Dat<br />

is afgesproken door OM,<br />

politie en NFI.<br />

In december hebben Rieke<br />

Samson-Geerlings, Hans<br />

Vissers en Kees Möhring<br />

namens hun organisaties<br />

een overeenkomst getekend,<br />

waarin is afgesproken wat OM<br />

en politie in 2010 aan producten<br />

en diensten kunnen aanvragen<br />

bij het Nederlands Forensisch<br />

Instituut (NFI).<br />

In nauwe onderlinge samenwerking<br />

hebben OM en de<br />

politie met het NFI deze zogenaamde<br />

service level agreement<br />

(SLA) opgesteld. Hierin<br />

staan de aantallen producten<br />

die het NFI beschikbaar heeft<br />

voor 2010 en de levertijden<br />

daarvan. OM, politie en NFI<br />

hebben die gezamenlijk vastgesteld<br />

op basis van ervaringen<br />

in afgelopen jaren en ontwikkelingen<br />

in de criminaliteit.<br />

De levertijden van die producten<br />

en diensten zijn in 2009<br />

aanzienlijk afgenomen. In de<br />

SLA voor 2010 zijn de levertijden<br />

verder naar beneden<br />

bijgesteld. NFI heeft in de SLA<br />

2010 de afspraak gemaakt dat<br />

het NFI over de gehele linie in<br />

90% van de onderzoeken op tijd<br />

levert. In 2009 was dit 85%.<br />

Dit jaar zullen veel zogenaamde<br />

sprintproducten een<br />

bijzonder korte levertijd hebben.<br />

Bovendien is de capaciteit<br />

hiervoor nagenoeg verdubbeld<br />

ten opzichte van 2009. Ook is de<br />

capaciteit verruimd voor vrijwel<br />

alle producten waarvoor<br />

in 2009 nog een tekort was.<br />

Daarmee kan het NFI beter aan<br />

de vraag van de opdrachtgevers<br />

voldoen.<br />

Het werken met een service<br />

level agreement vergroot de<br />

efficiency en effectiviteit in de<br />

strafrechtsketen, door de betere<br />

afstemming tussen vraag en<br />

aanbod.<br />

Alle producten en diensten<br />

van het NFI voor 2010 staan<br />

gedetailleerd beschreven in<br />

Het forensisch boek, producten-<br />

en dienstencatalogus van<br />

het NFI. Het forensisch boek is<br />

te verkrijgen door een e-mail<br />

te sturen naar accountmanagement@nfi.minjus.nl.<br />

Energiediefstal door<br />

hennep 150 miljoen<br />

Energiediefstal levert,<br />

behalve levensgevaarlijke<br />

situaties rondom gemanipuleerdeelektriciteitmeters,<br />

jaarlijks een schadepost<br />

op van zo’n 150<br />

miljoen euro.<br />

Dat schadebedrag berekenen<br />

de energiebedrijven vervolgens<br />

door aan de klanten.<br />

Tegelijkertijd voeren deze<br />

bedrijven steeds vaker een<br />

actief beleid voor het opsporen<br />

van energiediefstal, dat in de<br />

praktijk vaak gerelateerd is aan<br />

de teelt van hennep.<br />

Ook banken en verzekeringsmaatschappijen<br />

zinnen op<br />

maatregelen, en wensen niet<br />

langer in verband te worden<br />

gebracht met hennepgerelateerde<br />

cliënten, zo klonk het op<br />

2 december in het Eindhovense<br />

PSV-stadion.<br />

Op de Themadag Aanpak<br />

Georganiseerde Hennepteelt<br />

ontmoetten vertegenwoordigers<br />

van het OM, politie,<br />

openbaar bestuur en belastingdienst<br />

hun collega’s uit de<br />

private sector: de energie-,<br />

transport-, verzekerings- en<br />

bancaire wereld. De publieke en<br />

private partners lieten zien dat<br />

de georganiseerde hennepteelt<br />

inmiddels wordt ervaren als een<br />

gezamenlijk maatschappelijk<br />

probleem. Elke partner voelt<br />

zich op zijn terrein medever-<br />

antwoordelijk voor de aanpak<br />

van deze lucratieve criminele<br />

bedrijfstak.<br />

Samen met de partners wil het<br />

OM komen tot vernieuwende<br />

ideeën om de zware georganiseerde<br />

criminaliteit achter de<br />

hennepteelt op diverse fronten<br />

aan te pakken. In publieke en<br />

private gezamenlijkheid komen<br />

tot innovatieve barrières, was<br />

het motto van deze conferentie.<br />

‘In dit speelveld’, sprak de<br />

Maastrichtse professor in de<br />

criminologie Hans Nelen, ‘moet<br />

je met vele partners de strijd<br />

met de criminele henneporganisaties<br />

aanbinden. Kennen,<br />

kunnen en willen zijn daarbij<br />

van doorslaggevend belang.’<br />

De ochtend werd benut voor<br />

diverse presentaties en discussie.<br />

In de middag zochten<br />

de deelnemers in kleine<br />

groepjes naar vernieuwende<br />

manieren om de georganiseerde<br />

hennepteelt vanuit alle<br />

invalshoeken aan te pakken.<br />

De resultaten van deze workshops<br />

worden aangeboden<br />

aan de Taskforce Aanpak<br />

Georganiseerde Hennepteelt en<br />

waar mogelijk doorontwikkeld<br />

binnen de proeftuin Aanpak<br />

Georganiseerde Hennepteelt<br />

Zuid 6/5.<br />

Tekst: Ronald Leenders


OPPORTUUN · 01 / 2010<br />

Team Verkeer stapt in<br />

bij LP<br />

Het Bureau Verkeershandhaving<br />

<strong>Openbaar</strong><br />

<strong>Ministerie</strong> (BVOM) krijgt<br />

een nieuwe naam. Vanaf<br />

januari 2010 gaat het verder<br />

als Team Verkeer van<br />

het Landelijk Parket.<br />

Daarmee komt een eind aan<br />

ruim tien jaar BVOM, dat het<br />

laatste jaar onder leiding stond<br />

van Peter Muijen. Het Team<br />

Verkeer van het LP wordt nu<br />

geleid door Willebrord Freijsen,<br />

hiervoor hoofd Beleid en<br />

Strategie bij het arrondissementsparket<br />

in Amsterdam.<br />

Het Team Verkeer lijkt op het<br />

eerste gezicht misschien een<br />

vreemde eend in de bijt van<br />

LP-teams, waar (inter)nationaal<br />

georganiseerde criminaliteit en<br />

grote zaken de boventoon voeren.<br />

Maar verkeer is net als de<br />

andere LP-onderdelen ook een<br />

landelijk onderwerp. Bovendien<br />

is door de samenvoeging de<br />

gezagvoering van de “blauwe<br />

diensten” van het KLPD in één<br />

hand belegd.<br />

De doelen en werkzaamheden<br />

van het Team Verkeer veranderen<br />

niet. Als landelijk expertisecentrum<br />

adviseert het team<br />

het College van procureursgeneraal<br />

over wet- en regelgeving<br />

op verkeersgebied. Ook de<br />

ondersteuning van de regionale<br />

verkeershandhavingsteams<br />

in alle politieregio’s blijft een<br />

kerntaak. Het Team Verkeer<br />

streeft een zo groot mogelijke<br />

naleving van de verkeersregels<br />

na, met als doel minder<br />

verkeersslachtoffers, minder<br />

milieubelasting en een betere<br />

doorstroming op de weg. De<br />

functie van verkeersvraagbaak<br />

voor andere OM-onderdelen<br />

gaat uiteraard door. De helpdesk<br />

Verkeer en Vervoer is<br />

bereikbaar via e-mailadres<br />

helpdesk.lptv@om.nl.<br />

Het Team Verkeer in<br />

Soesterberg loopt voorop<br />

in het doorvoeren van de<br />

landelijke OM-huisstijl. Het<br />

gebouw, het drukwerk en alle<br />

(digitale) uitingen zijn in een<br />

nieuw jasje gestoken. Voorlopig<br />

blijft het team gehuisvest in<br />

Soesterberg. Naar alle waarschijnlijkheid<br />

volgt in 2011 een<br />

verhuizing naar een meer centraal<br />

gelegen locatie die goed<br />

bereikbaar is per openbaar<br />

vervoer.<br />

Standaardprocessen<br />

regio’s in Mavim<br />

Het OM gaat steeds meer<br />

structuur aanbrengen in<br />

procesmatig werken.<br />

De huidige beschreven lokale<br />

processen krijgen steeds<br />

meer een landelijk karakter.<br />

Daarnaast gaan de processen,<br />

door de komst van GPS en de<br />

regionalisering, ook in detail<br />

steeds meer op elkaar lijken.<br />

Het gebruik van het softwarepakket<br />

Mavim wordt verbeterd.<br />

Mavim is binnen het OM de<br />

standaard voor het vastleggen<br />

en publiceren van onder andere<br />

de procesbeschrijvingen, formulieren,<br />

AO/IC-vragen, doorlooptijden<br />

en werkinstructies.<br />

De Mavim-kenniskring (contactpersonen<br />

van verschillende<br />

OM-onderdelen) richten<br />

de nieuwste Mavim-versie in.<br />

Hierin worden de processen<br />

eenmalig centraal vastgelegd<br />

en er worden standaarden<br />

voor procesbeschrijvingen en<br />

publicaties op OMtranet ontwikkeld.<br />

Deze standaarden worden<br />

getest in samenwerking met<br />

DVOM/i. DVOM/i wordt ook verantwoordelijk<br />

voor het centraal<br />

beheer van de landelijke processen.<br />

De lokale ontwikkelaar<br />

op de OM-onderdelen kan eigen<br />

werkinstructies toevoegen aan<br />

de landelijke gestandaardiseerde<br />

processen (o.a. werkwijze<br />

GPS). Aan de landelijke “procesboom”<br />

kunnen dus kleinere<br />

“procestakken” worden toegevoegd.<br />

Alle medewerkers van het OM<br />

kunnen straks via OMtranet<br />

de eigen processen bekijken.<br />

Daarnaast zijn er zestig licenties<br />

afgesloten voor lokale<br />

ontwikkelaars (ongeveer twee<br />

per OM-onderdeel). Deze ontwikkelaars<br />

volgen jaarlijks een<br />

Mavim-opleiding en worden zij<br />

op de hoogte gehouden van de<br />

laatste procesontwikkelingen.<br />

In februari en maart 2010<br />

worden de voorbereidingen<br />

om met Mavim te werken<br />

afgerond. De eerste landelijke<br />

database wordt geïnstalleerd<br />

en waar nodig wordt de<br />

laatste standaardversie van<br />

Mavim beschikbaar gesteld.<br />

De functioneel beheerders<br />

van DVOM/i zorgen ervoor dat<br />

de techniek lokaal in orde is.<br />

De OM-onderdelen kunnen<br />

hiermee een werkplan opstellen<br />

voor het aanvul len van de<br />

standaarddatabase van landelijke<br />

processen met de eigen<br />

(bestaande) regionale processen.<br />

De Mavim-kenniskring<br />

is hierbij aanspreekpunt voor<br />

adviezen in de praktijk.<br />

Meer informatie en contactpersonen<br />

Mavim- Kenniskring<br />

wop OMtranet: Organisatie><br />

Procesarchitectuurbureau<br />

>Mavim<br />

5


6 ALLES AFWEGENDE<br />

De zaak-Goldfinger<br />

Rieke Samsons jacht op de goudmiljoenen<br />

Als ze als zaaksofficier eind jaren tachtig met haar Fiod-team<br />

aan een draadje begint te trekken, worden de contouren van een<br />

megafraude zichtbaar. Dan begint de jacht op goudsmokkelaar<br />

Jan L., de “denker” die een kippenboer als katvanger gebruikte<br />

in een btw-carrousel. Scheidend PG Rieke Samson-Geerlings<br />

over een van haar mooiste zaken.<br />

‘Fraudeur Jan L. was gewiekst hoor. Ik kan<br />

me de zittingsdag nog goed herinneren. Zit<br />

die bedenker van de btw-carrousel ineens<br />

met een groot verband om zijn oor. Bij<br />

elke vraag die hem door de rechter wordt<br />

gesteld, zegt hij: “Wat zegt u?”. Hij liet zich<br />

al weinig ontvallen, en met deze truc wint<br />

hij nog meer tijd om na te denken over<br />

zijn antwoord. In de raadszaal laat een<br />

rechercheur expres een paar muntjes vallen.’<br />

Rieke Samson-Geerlings schiet in de<br />

lach als ze eraan terugdenkt. ‘Dát gerinkel<br />

hoorde hij wel direct.’<br />

Op 16 december nam procureur-generaal<br />

Rieke Samson –misschien wel definitief-<br />

afscheid van het OM. Gebruik makend van<br />

de levensloopregeling, vertrekt ze naar<br />

Frankrijk, waar ze met haar echtgenoot al<br />

vaker korte periodes vertoeft. In haar werkkamer<br />

blikt ze terug op een zaak die ze als<br />

fraudeofficier draaide. Een btw-carrousel<br />

met gesmokkelde goudbaren. Het was<br />

eind jaren 80, de tijd dat de Berlijnse Muur<br />

viel, het OM nog geen Compas-systeem<br />

had, en requisitoiren ook bij megazaken<br />

alleen in steekwoorden op kladjes werden<br />

uitgeschreven.<br />

Een tijd ook waarin het strafvonnis nog<br />

niet digitaal op rechtspraak.nl werd gezet.<br />

‘Uit het hoofd dan maar!’, had de PG van te<br />

voren opgewekt gezegd. En als tijdens het<br />

interview de herinnering even is vervaagd,<br />

pakt Samson de gsm. ‘Even Gerard Bakker<br />

bellen, destijds Fiod-rechercheur in de<br />

zaak.’ Het gezag is er nog: tien minuten<br />

later belt Bakker terug, de gegevens paraat.<br />

‘Ja, mevrouw Samson, de Goldfinger-zaak,<br />

hè…. Het was CIE-informatie waarmee<br />

de zaak aan het rollen kwam… Jan L. is<br />

inmiddels overleden, wist u dat?’ Even<br />

later legt Samson de telefoon neer. Met bij<br />

haar zélf een schittering in de ogen, zegt<br />

ze: ‘Dit was zo’n zaak waarvan bij terugblikkende<br />

rechercheurs de ogen weer gaan<br />

schitteren.’<br />

Zoals “denker” Jan L. het heeft uitgedacht,<br />

zo gebeurt het ook. Eind jaren tachtig rijden<br />

zijn handlangers heen en weer tussen<br />

Luxemburg en Amsterdam. Bij een reguliere<br />

bank in Luxemburg kopen ze goud,<br />

laden de baren in de kofferbak en rijden<br />

naar Nederland. Ze smokkelen de staven<br />

over de grens, waardoor ze geen btw hoeven<br />

af te dragen aan de Nederlandse douane.<br />

Voor het goud dat ze in Luxemburg<br />

hebben ingeslagen, hebben ze ook geen<br />

btw hoeven afdragen: Luxemburg kent<br />

dan een nulprocents btw tarief op goud.<br />

In Nederland is dat echter zes procent.<br />

Dus als de criminelen het goud bij een<br />

Amsterdamse bank verkopen, brengen ze<br />

wél btw in rekening – en de btw gaat als<br />

illegale winst in eigen zak. Samson: ‘Goud<br />

was natuurlijk een handige koopwaar: de<br />

baartjes zijn veel waard en makkelijk vervoerbaar.<br />

Fiod-rechercheurs brachten in<br />

kaart dat de winst zo’n 50 miljoen gulden<br />

bedroeg, waarvoor dus zo’n 800 miljoen<br />

verhandeld moest worden.’<br />

‘Met deze belastingontduiking plukten<br />

deze fraudeurs de hele samenleving. Dat<br />

schokte mij toen. Alle mensen die netjes<br />

volgens de regels handelen, worden gedupeerd<br />

door dit soort lieden. Dat is ontwrichtend<br />

voor de maatschappij.’<br />

Bij Fiod-team Goldfinger komt de naam<br />

Jan L. op zich vrij snel in beeld. Bij de<br />

Criminele inlichtingeneenheid van de<br />

recherche zijn signalen binnengekomen<br />

over geweld en intimidatie binnen de<br />

goudhandel in Zuid-Nederland. En binnen<br />

de destijds bestaande NMB-bank vinden<br />

registrerende medewerkers het opmerkelijk<br />

dat er zoveel dezelfde goudbaren (die<br />

genummerd zijn) circuleren. Bovendien<br />

zijn er zijn tal van BV’tjes bij betrokken,<br />

terwijl het een markt van grote spelers is.<br />

Men kaart het aan bij leidinggevenden,<br />

maar er gebeurt niets. Ontevreden medewerkers<br />

melden zich bij de CIE.<br />

‘Dat was het moment dat je begint met<br />

het trekken aan een draadje’, zegt Rieke<br />

Samson, pratend in rechercheurstaal.<br />

‘Op het parket Rotterdam was er gelukkig<br />

capaciteit: ik was er vrijgesteld als fraudeofficier<br />

en officier Lida de Jonge “liep”<br />

de zaak mee. De Belastingdienst –waar de<br />

FIOD is ondergebracht – had ook belang<br />

bij de zaak: er waren aanwijzingen dat het<br />

een onderzoek betrof waarin er veel viel na<br />

te vorderen.’<br />

In het onderzoek valt de naam Jan L.<br />

steeds vaker . Maar in de justitiële documentatie<br />

levert zijn naam geen treffers<br />

van antecedenten op. ‘Toen we daarnaar<br />

zochten konden we niets vinden. Maar de<br />

rechercheurs dachten toch te weten dat<br />

>


OPPORTUUN · 01 / 2010<br />

‘We dachten:<br />

de rechter<br />

móét die<br />

kippenboer<br />

zien’ Foto: Peter van der Struijs<br />

7


8 ALLES AFWEGENDE<br />

><br />

‘De Fiod-rechercheurs<br />

twijfelden: die vrouwen<br />

aanhouden? En hun kinderen<br />

dan?’<br />

Jan eerder veroordeeld was. Toen hebben<br />

ze van alles geprobeerd en uiteindelijk<br />

bleek dat Jan L. goed op de hoogte was van<br />

de zwakke punten die het systeem destijds<br />

kende. Hij had een ander geboortejaar<br />

opgegeven. Tegenwoordig kennen we<br />

het integer persoonsbeeld, maar destijds<br />

werden gegevens genoteerd in boeken en<br />

kaartsystemen. Er ging geen alarmbelletje<br />

af als namen, woonplaatsen of geboortedata<br />

verkeerd werden ingevoerd.’<br />

Het onderzoeksteam zet de telefoontap in.<br />

De contacten van Jan L. worden gemakkelijk<br />

blootgelegd. In die tijd communiceren<br />

verdachten niet via meerdere mobieltjes.<br />

En L. spreekt wel wat versluierd, maar niet<br />

genoeg. Samson: ‘We merkten dat Jan nog<br />

woonde bij de vrouw van wie hij op papier<br />

gescheiden was. Op die manier kon het<br />

stel ook de bijstandkering van de vrouw<br />

incasseren. Hij verzon van alles om aan<br />

geld te komen. Als hij al zijn creatief talent<br />

had aangewend voor legale zaken, dan zou<br />

hij wellicht ook succesvol zijn geworden,<br />

maar ja, dat duurde hem natuurlijk te lang.<br />

Enfin, omdat Jan L, als grote regelaar, veel<br />

op stap was, kregen bellers vaak zijn vriendin<br />

aan de lijn. De vrouw bleek volop mee<br />

te doen met de goudfraude. Ze gaf de bellers<br />

instructies als: “Nee, je moet nu naar<br />

een parkeerplaats in Vianen komen.” Ook<br />

de vrouw van een tweede hoofddader werd<br />

getapt.’<br />

De modus operandi van Jan L. wordt<br />

Samson en haar Fiod-team steeds duidelijker.<br />

L. is de grote regelaar op de achtergrond.<br />

Niet degene die met goudbaren<br />

over de wegen tuft. Tussen Luxemburg<br />

en Amsterdam wordt de smokkelwaar<br />

meerdere keren van kofferbak naar kofferbak<br />

overgedragen. Ook op papier creeert<br />

L. een doolhofspoor. De scheidend<br />

PG: ‘Tussen goudkoper in Luxemburg en<br />

goudverkoper in Amsterdam waren tal van<br />

BV’tjes geplaatst. Baartjesvervoerders én<br />

BV-directeuren: niemand behalve Jan had<br />

zicht op het hele proces. Als één van de uit-<br />

voerders gepakt zou worden en zou doorslaan<br />

tegen de recherche, zou alleen een<br />

fractie van het hele fraudetraject boven<br />

water komen.’<br />

Maar het Goldfingerteam gaat door:<br />

financieel rechercheren, tappen en observeren<br />

van verdachten. Een kippenboer uit<br />

Barneveld komt in beeld als katvanger. Hij<br />

is directeur van een van de BV’s die meedraaien<br />

in de btw-carrousel. En is degene<br />

die uiteindelijk als laatste van de opkopende<br />

bank de in rekening gebrachte btw<br />

ontvangt. ‘Ook deze kippenboer –waarvan<br />

we toen nog niet wisten dat ie kippenboer<br />

was- kwam op de tap. Hij nam opdrachten<br />

van Jan L in ontvangst en uit de gesprekken<br />

bleek dat het geen hoogontwikkeld man<br />

was. Het was geen harde crimineel, maar<br />

een katvanger. Net als andere mensen<br />

uit de organisatie van L. was hij een eenvoudig<br />

man, met een gezin en een klein<br />

bedrijfje dat het hoofd boven water moest<br />

zien te houden. Voor een paar hondertjes<br />

deed hij mee, zonder volledig te beseffen<br />

wat hij deed. “Ik dacht dat het wel goed<br />

zat”, vertelde hij de recherche over zijn<br />

transacties met de hoofdverdachte.’<br />

Samson acht de tijd dan nog niet rijp om<br />

tot aanhouding van de hoofdverdachte<br />

over te gaan. ‘We waren ervan overtuigd<br />

dat het geen zin had om Jan L. met alle<br />

aanwijzingen en bewijs te confronteren.<br />

Hij zou ons met zijn verklaringen toch niet<br />

wijzer maken, en we moesten vaststellen<br />

dat hij er op papier voor had gezorgd dat<br />

hij er vrij schoon uitzag. Dus werd het tijd<br />

voor D-day, de dag waarop de zaak moest<br />

“klappen”.’<br />

Tal van rechercheurs gaan op pad.<br />

Huiszoekingen op tien plekken tegelijk.<br />

Speuren naar geld, papieren en<br />

administraties van betrokken BV’s. ‘Één<br />

Fiod-rechercheur had een laptop bij zich<br />

– dat wás toen wat, hoor. Er werd gefouilleerd,<br />

gearresteerd. Tijdens de actie zat<br />

ik in het “commandocentrum” op parket<br />

Rotterdam, waar ik steeds gebeld werd.<br />

Zo belde een rechercheur dat er tijdens<br />

de zoeking iemand kwam aangereden.<br />

Ik kon melden dat die automobilist ook<br />

aangehouden kon worden, want die kwam<br />

van een woning vandaan die ook doelwit<br />

van de zoeking was. In de auto van een<br />

verdachte vonden we twee ton, verstopt<br />

tussen de achterbank. Een ander liep rond<br />

met twee rolletjes duizendjes in zijn broek<br />

zak. Op zo’n moment is een officier net zo<br />

gelukkig als een rechercheur: yes, we zitten<br />

op goed spoor!’<br />

Terwijl de financiële kluwen verder wordt<br />

ontward, neemt de zaaksofficier een<br />

besluit waarvan Fiod-rechercheurs wat<br />

schrikken. De vriendin en echtgenote<br />

van de twee hoofdverdachten moeten<br />

worden aangehouden. Op verdenking van<br />

medeplegen en van deelname aan een criminele<br />

organisatie (dat laatste is dan net<br />

strafbaar gesteld). ‘De heren van de Fiod<br />

moesten wat weerstand overwinnen. Zij<br />

twijfelden: “Aanhouden en vasthouden?<br />

Dit zijn vrouwen met kinderen; wat moet<br />

daar mee gebeuren?” Maar Lida de Jonge<br />

en ik vonden dat het kon. We waren niet<br />

van plan de vrouwen lang vast te houden,<br />

en tapgesprekken hadden uitgewezen dat<br />

de betreffende kinderen altijd wel bij hun<br />

oma’s terecht konden.’<br />

Vier dagen worden de “fraudevrouwen”<br />

verhoord, tijdens twee keer twee dagen<br />

inverzekeringstelling. Samson: ‘Ze hebben<br />

ons keurig verteld wat ze wisten. En ze wisten<br />

heel veel, want de vrouwen vormden<br />

de “centrale telefoonpost”. Het was een<br />

doorbraak. We hadden al de administratie,<br />

en tegenover die papieren werkelijkheid<br />

konden we nu de feitelijke werkelijkheid<br />

plaatsen. Opnieuw bleek hoe sluw Jan L<br />

het had geregeld. Op papíer klopte het<br />

wel: de manier waarop de kippenboer de<br />

geïncasseerde btw uiteindelijk afdroeg aan<br />

Jan L.’<br />

‘Inmiddels wisten we wel dat die katvanger<br />

kippenboer was. Op enig moment heb-


OPPORTUUN · 01 / 2010<br />

ben we gedacht: de rechter-commissaris<br />

en de rechter moeten die man met eigen<br />

ogen zien. Want Jan L. kan wel bewéren<br />

dat deze BV-directeur een zakenrelatie<br />

van hem is. Maar wie L. (slim, netjes in het<br />

pak) en de kippenboer (niet de slimste,<br />

dagelijks gekleed in overall en rubber laarzen)<br />

samen zag, wist het direct: dit is geen<br />

normale relatie tussen zakenpartners. Ik<br />

denk dat dat zijn effect voor de rechter niet<br />

miste.’<br />

Dan komt de zitting. Welke straf nu te<br />

eisen? Welke stafmaat is, alles afwegende,<br />

op zijn plaats voor hoofdverdachte Jan L.?<br />

‘Dat was volstrekt nattevingerwerk’, glimlacht<br />

Samson als ze er aan terug denkt.<br />

Dan afgewogener: ‘Bedenk dat we destijds<br />

– het BOS/Polarissysteem was er nog niet<br />

– nauwelijks richtlijnen voor de strafvordering<br />

hadden. Op het parket hadden<br />

we in die tijd als houvast bedacht dat we<br />

één jaar gevangenisstraf voor één miljoen<br />

wederrechtelijk verkregen guldens wel een<br />

mooie norm vonden. Maar dan zouden<br />

we in dit geval vijftig jaar hebben moeten<br />

eisen… Ik heb vijf jaar celstraf voor Jan L<br />

gevorderd.’<br />

‘L. kreeg van de rechter vier jaar onvoorwaardelijk.<br />

De rechtbank motiveerde dat<br />

de verdachte langdurig en geraffineerd<br />

gefraudeerd had. Dat het om veel geld<br />

ging, waardoor de samenleving substantieel<br />

benadeeld was.’<br />

Voor de kippenboer tonen officier en<br />

rechtbank zich genadiger. ‘Hij kreeg een<br />

paar maanden voorwaardelijk.’ De zaak is<br />

zo groot dat Rieke Samson tot eind 1991, ze<br />

is dan inmiddels AG in Arnhem, nog steeds<br />

verdachten uit de Goldfinger zaak voor de<br />

rechter zal brengen.<br />

Voor wie de scheidend PG zo hoort en ziet<br />

praten, dringt de vraag zich op. Was het<br />

destijds, als zaaksofficier, allemaal niet<br />

veel leuker dan de laatste jaren waarin de<br />

PG landelijke beleidsportefeuilles mocht<br />

trekken?<br />

‘Officier ís het mooiste vak dat er is. Dáár<br />

haal je als PG je motivatie uit: om voor hen<br />

wat te kunnen betekenen.’<br />

‘Die btw-carrouselzaak herinner ik me niet<br />

alleen maar zo goed, omdat het spannend<br />

was om Jan L een slag voor te zijn, omdat<br />

het Fiod-onderzoek en de samenwerking<br />

met Lida de Jonge als een trein liep. Maar<br />

óók omdat fraude en bijvoorbeeld milieuzaken<br />

de maatschappij zo schaden. Dit is<br />

geen gemodder in de marge, dit is echte<br />

criminaliteit. Tegen wie dat niet ziet zeg<br />

ik: gooi je er nou eens tegenaan. Verdiep je<br />

erin. Als je dat doet en op goed spoor raakt,<br />

dan wórd je ook enthousiast.’<br />

Tekst: Pieter Vermaas<br />

Foto: Peter van der Struijs<br />

9


10 WETTIG & OVERTUIGEND<br />

‘STOP! Begin<br />

niet lukraak’<br />

Verzamel bewijs bewust<br />

Bewijs maakt het verschil tussen een vermoeden en een zaak.<br />

Tussen wel of niet vervolgen. En tussen vrijspraak of straf. ‘Hoe<br />

verleidelijk ook, verzamel bewijs niet in het wilde weg.’<br />

Is er een groot verschil tussen wetenschappelijk<br />

bewijs en bewijs in strafzaken?<br />

Rechtspsycholoog en hoogleraar Peter van<br />

Koppen, verbonden aan de Universiteit<br />

van Maastricht en de VU in Amsterdam,<br />

vindt van niet. Of het nu gaat om een<br />

strafzaak of om een wetenschappelijk<br />

onderzoek, het gaat om hetzelfde: scenario’s<br />

vergelijken. In wetenschappelijk<br />

onderzoek wordt een hypothese getoetst<br />

aan verzamelde data. Situaties worden<br />

met elkaar vergeleken en de wetenschapper<br />

komt tot een stelling in zijn onderzoek.<br />

In strafzaken worden ook scenario’s vergeleken<br />

en komt de rechter tot een uitspraak.<br />

‘Het scenario dat de verdachte het heeft<br />

gedaan, is alleen te bewijzen als het wordt<br />

vergeleken met het scenario: de verdachte<br />

heeft het niet gedaan’, legt van Koppen uit.<br />

Tijdens de praktijkdag “Feitenonderzoek<br />

en bewijs in strafzaken” van studiecentrum<br />

Kerckeboschtijdens spreekt hij tegen<br />

wetenschappers, politiemensen, advocaten<br />

en officieren.<br />

Hoewel er tegenwoordig wel meer aandacht<br />

aan lijkt te worden besteed, worden<br />

rechtenstudenten minder dan hun collega’s<br />

op andere faculteiten ingewijd in<br />

wetenschapschappelijk onderzoek. ‘De<br />

hele universiteit houdt zich bezig met<br />

wetenschapsleer, behalve de rechtenfaculteit’,<br />

stelt Van Koppen, wellicht ietwat<br />

gechargeerd, om zijn punt te benadrukken.<br />

Idealiter zou bewijs in strafzaken volgens<br />

hem hetzelfde moeten worden opgebouwd<br />

als de empirische cyclus waarvan<br />

in de wetenschap gebruik van wordt<br />

gemaakt. ‘De bewijsbeslissing in strafzaken<br />

is een wetenschappelijke beslissing,<br />

en anders zou die dat snel moeten worden’,<br />

stelt de hoogleraar. Nadat bij een wetenschappelijk<br />

model de onderzoeksvraag<br />

is geformuleerd, wordt data verzameld,<br />

geordend en daar waar nodig aangevuld<br />

met aanvullende data. Vervolgens wordt er<br />

op basis van de verzamelde gegevens een<br />

hypothese geformuleerd en deze wordt<br />

getoetst. Na deze toetsing volgt het resultaat.<br />

Een strafzaak kan op basis van hetzelfde<br />

model worden opgebouwd. Er is een vermoeden,<br />

de onderzoeksvraag. Op basis<br />

daarvan moet bewijs worden verzameld,<br />

geordend en waar nog lacunes zitten,<br />

wordt het aangevuld. De hypothese zou<br />

met een beetje fantasie de tenlastelegging<br />

met de strafeis worden, de toetsing de<br />

rechtzaak en het uiteindelijke resultaat het<br />

vonnis.<br />

‘Wees je bewust<br />

van het kwaad<br />

van niet-blind<br />

onderzoeken’<br />

Hoogleraar Ton Broeders


OPPORTUUN · 01 / 2010<br />

Illustratie: Linda van Bruggen<br />

Hectiek en paniek<br />

Een logische opbouw van een strafdossier,<br />

zo lijkt het. Maar gaat het in de praktijk<br />

ook altijd zo netjes volgens een vooraf<br />

bepaald en gestructureerd stappenplan?<br />

Nee helaas, zo stelt officier van justitie<br />

Monique Klinkenbijl van het Functioneel<br />

Parket ‘s-Hertogenbosch in haar lezing<br />

“Do’s en don’ts bij de leiding van het<br />

onderzoek”. Klinkenbijl bepleit een werkwijze<br />

waarbij vanaf het eerste moment<br />

gericht wordt gezocht naar bewijs dat bij<br />

één bepaald strafbaar feit hoort. Hiervoor<br />

is noodzakelijk dat in een zo vroeg mogelijk<br />

stadium direct al het strafbare feit<br />

wordt geformuleerd, waarvoor bewijs verzameld<br />

moet worden. ‘We werken op basis<br />

van welk strafbaar feit we gaan onderzoeken.<br />

Dat is de boodschap die ik mee wil<br />

geven: maak zo vroeg mogelijk de keuze in<br />

de strafbare feiten die je wilt onderzoeken.’<br />

De officier schetst een beeld van hoe het<br />

niet moet: een onderzoek waarin politie<br />

en justitie door elkaar heen druk doende<br />

zijn met het welhaast lukraak verzamelen<br />

van welk bewijs dan ook. ‘De hectiek, de<br />

paniek, bij een grootschalig onderzoek.<br />

Iedereen die door elkaar heen loopt. Ik<br />

zeg: niet doen. Stop! Begin niet in het<br />

wilde weg, hoe verleidelijk dit soms ook<br />

is.’ Voor alle elementen uit de tenlastelegging<br />

moet op een verstandige wijze bewijs<br />

zijn verzameld. Niet meer en niet minder.<br />

Klinkenbijl krijgt bijval van een toehoorder<br />

uit de zaal, een advocaat: ‘Dat doe ik precies<br />

zo bij een pleidooi, dan loop ik puntsgewijs<br />

de tenlastelegging na.’<br />

Kogel en wapen<br />

Door stapsgewijs het bewijs op te bouwen<br />

op basis van de elementen uit de<br />

tenlastelegging, is het volgens Klinkenbijl<br />

ook beter duidelijk wanneer er welke<br />

deskundige moet worden ingeschakeld.<br />

Wordt in het wilde weg bewijs verzameld<br />

en wordt achteraf alles geordend omtrent<br />

een strafbaar feit, dan is het risico dat pas<br />

(te) laat in het traject duidelijk wordt dat<br />

er toch behoefte is aan een deskundige.<br />

‘Bedenk op tijd welke deskundigen in het<br />

onderzoek een bijdrage kunnen leveren<br />

en bedenk welke deskundigen moeten<br />

worden ingeschakeld’, is het advies van<br />

Klinkenbijl. ‘Formuleer heel precies wat je<br />

wilt weten en schrijf de vraagstelling op.’<br />

Maar dat er ook bij deskundigen nog wel<br />

het één en ander verbeterd kan worden,<br />

vertelt hoogleraar Ton Broeders, verbonden<br />

aan de Universiteiten van Leiden en<br />

Maastricht en medeoprichter van The<br />

Maastricht Forensic Institute (TMFI).<br />

Broeders werkte als onderzoeker bij het<br />

NFI en is fervent pleitbezorger van de<br />

methode van “blind onderzoeken” als het<br />

gaat om bewijs in strafzaken. ‘Het blijft mij<br />

verbazen en teleurstellen dat blind onderzoek<br />

nog niet serieus genomen wordt’, is<br />

de conclusie van Broeders.<br />

Blind onderzoeken houdt in dat een deskundige<br />

zonder of met zo min mogelijk<br />

voorkennis zijn onderzoeksopdracht ><br />

11


12 WETTIG & OVERTUIGEND<br />

><br />

‘De bewijsbeslissing is<br />

een wetenschappelijke<br />

beslissing, en anders moet<br />

die dat snel worden’<br />

Rechtspsycholoog Peter van Koppen<br />

uitvoert. Dus niet: ‘past deze kogel uit<br />

het lichaam van het slachtoffer bij dit<br />

moordwapen’ en dan alleen dat ene wapen<br />

onderzoeken, maar ‘past deze kogel bij<br />

dit wapen’ en ook andere wapens ter<br />

onderzoek geven, om maar een simpel<br />

voorbeeld te noemen. Denk ook aan de<br />

ervaren effecten van placebo’s in medisch<br />

en psychologisch onderzoek.<br />

Door de deskundige zo min mogelijk voorinformatie<br />

te geven, wordt voorkomen<br />

dat de onderzoeksresultaten – al dan niet<br />

bewust – worden gekleurd. ‘Last hebben<br />

van confirmation bias’, noemt Broeders<br />

dat. Kennis van achtergrondinformatie<br />

over een zaak kan een bepaalde verwachting<br />

bij de onderzoeker opwekken en deze<br />

verwachting kan de waarnemingen van<br />

een onderzoek, hoe objectief hij ook te<br />

werk probeert te gaan, nu eenmaal beïnvloeden.<br />

Volgens Broeders heeft blind<br />

onderzoeken twee grote voordelen: ‘De<br />

OM-congres “Snelrecht”<br />

onderzoeker wordt niet geleid door informatie<br />

die niet ter zake doet, en hierover is<br />

dan ook geen discussie. Ten tweede is het<br />

een vorm van kalibratie: het stelt mogelijke<br />

afwijkingen vast. Als een onderzoeker<br />

bijvoorbeeld geen vat heeft op het onderzoek,<br />

komt dit ook in het rapport te staan.’<br />

Wat is tegen confirmation bias te doen?<br />

Broeders heeft daar een duidelijk antwoord<br />

op: ‘We moeten een begin maken<br />

met blind onderzoeken waar dat kan en<br />

we moeten ons meer bewust zijn van het<br />

kwaad van niet blind onderzoeken.’<br />

Plausibel<br />

Hoewel in het forensisch onderzoek en het<br />

proces van het verzamelen en ter rechter<br />

brengen van bewijs nog wat te verbeteren<br />

lijkt, is er één onderdeel waarover alle partijen<br />

het eens zijn. De rechter moet overtuigd<br />

zijn van het bewijs. Deze overtuiging<br />

maakt het verschil tussen veroordeling<br />

Snelrecht heeft de wind in de zeilen. Politici eisen dat raddraaiers en veelplegers<br />

zo snel mogelijk voor de rechter komen. Het <strong>Openbaar</strong> <strong>Ministerie</strong> en de<br />

Rechtspraak experimenteren met snelrecht- en supersnelrechtprocedures.<br />

Maar er zijn nog vele onbeantwoorde vragen. Wat houdt snelrecht precies in?<br />

Wat is de juridische grondslag van de toepassing van (super)snelrecht? Welk<br />

doel streeft men eigenlijk na met snelrecht?<br />

Tijdens het OM Congres “Snelrecht: hoe sneller, hoe beter?” op 5 februari<br />

2010 in de Van Nelle Fabriek in Rotterdam wordt naar de antwoorden gezocht.<br />

Met bijdragen van strafrechtjurist Paul Mevis en criminoloog Gerben<br />

Bruinsma. Harm Brouwer opent het congres.<br />

Geïnteresseerden en professionals op het terrein van het strafrecht uit de<br />

journalistiek, de politie, de advocatuur, de wetenschap en justitie kunnen<br />

zich tot 11 januari 2010 inschrijven via www.om.nl/omcongres2010.<br />

en vrijspraak. En daar ligt dan ook meteen<br />

de moeilijkheid van het strafproces,<br />

uitgezonderd die zaken die klip en klaar<br />

gepresenteerd kunnen worden omdat een<br />

ander scenario dan ‘de verdachte heeft het<br />

gedaan’, simpelweg niet mogelijk is.<br />

In al die andere zaken moet aan de rechter<br />

een zo plausibel mogelijk scenario worden<br />

geboden, terugredenerend vanaf de uitkomst<br />

van het delict, tot aan de oorzaak.<br />

En dan komt het scenariodenken weer<br />

terug. Voor een veroordeling moet de rechter,<br />

in de volgorde van de materiële vragen,<br />

er op basis van het aangedragen bewijs van<br />

overtuigd zijn dat het scenario dat de verdachte<br />

het heeft gedaan, plausibeler is dan<br />

het alternatieve scenario: dat de verdachte<br />

het niet heeft gedaan.<br />

Tekst: Olga Hoekstra


OPPORTUUN · 01 / 2010<br />

GPS in 2010: méér en maatwerk<br />

Aan de slag met GPS in de eerste lijn, dat was het motto van<br />

2009. 2010 staat in het teken van de uitbreiding van de zaken en<br />

zaakstromen in GPS, inclusief de maatwerkzaken.<br />

Gestage groei in 2009<br />

Begin 2009 waren de GPS productiecijfers<br />

nog bescheiden. Maar<br />

door forse inspanningen van de<br />

OM-onderdelen en het landelijke<br />

project GPS groeide het aantal zaken<br />

dat in GPS werd beoordeeld (en<br />

dus geregistreerd) gestaag. Vanaf<br />

september werd een forse stijging<br />

ingezet, en begin december stond de<br />

GPS-teller voor 2009 op een totaal<br />

van 81.996 zaken, tegenover 331.155<br />

in Compas. Daarbij speelt natuurlijk<br />

mee dat in Compas zowel standaard-<br />

als maatwerkzaken worden ingevoerd,<br />

en in GPS alleen standaardzaken.<br />

De regelmaat in de onderstaande<br />

groeicurve werd op twee momenten<br />

verstoord: in het voorjaar, door<br />

technische problemen, en in de<br />

zomermaanden, door de vakantieperiode.<br />

Inmiddels heeft het eerste<br />

OM-onderdeel de mijlpaal “100%<br />

standaardzaken in GPS” voor overtredingen<br />

bereikt: de CVOM. Dat is<br />

een trofee waard, en die ontvingen de<br />

CVOM-ers dan ook op 10 december<br />

2009 uit handen van opdrachtgever<br />

Henk van Brummen. Nu is de vraag<br />

wie beslag weet te leggen op de<br />

tweede en derde plaats.<br />

Zaken en zaakstromen erbij in<br />

2010<br />

Na de zomer van 2010 zal GPS naar<br />

verwachting zo ver ontwikkeld zijn<br />

dat het OM en de Rechtspraak het<br />

systeem kunnen gebruiken voor<br />

zaken waarin sprake is van onderzoek,<br />

preventieve hechtenis en/of<br />

de Meervoudige Kamer. Maar het<br />

is zonde en onnodig om tot die tijd<br />

de uitbreiding van zaken in GPS op<br />

te schorten. Het OM kent namelijk<br />

nog verschillende zaakstromen die<br />

formeel in de categorie maatwerkzaken<br />

vallen, maar die nu al met GPS<br />

afgehandeld zouden kunnen worden.<br />

Er bestaan plannen om deze “standaardmatige<br />

maatwerkzaken” al<br />

vanaf het voorjaar met GPS te gaan<br />

verwerken: zaken waarbij onderzoek,<br />

preventieve hechtenis en de<br />

Meervoudige Kamer geen rol spelen.<br />

Jeugdzaken lijken bijvoorbeeld een<br />

logische kandidaat voor dit invoeringsscenario.<br />

Het GPS project in<br />

Utrecht onderzoekt voor welke extra<br />

zaakstromen GPS nu al klaar is.<br />

Spreiding geeft lucht<br />

Met deze aanpak kan het gebruik van<br />

GPS dus ook vóór de zomer van 2010<br />

al verder groeien. Uit berekeningen<br />

Percentage zaken kanton + PR<br />

Som van Aantal parketnrs<br />

100 %<br />

90 %<br />

80%<br />

70%<br />

60%<br />

50%<br />

40%<br />

30%<br />

20%<br />

10%<br />

0%<br />

93%<br />

91%<br />

87%<br />

GPS<br />

Verwerking zaken GPS v.s. COMPAS (percentage)<br />

89%<br />

86%<br />

81%<br />

blijkt dat het OM het merendeel van<br />

alle zaken met GPS kan verwerken<br />

zonder een beroep te hoeven doen<br />

op de gebruiksmogelijkheden voor<br />

Onderzoek, Preventieven en MK.<br />

Spreiding van de verdere invoering<br />

van GPS over het jaar verlicht ook<br />

de inspanning voor de parketten. De<br />

medewerkers die GPS-opleidingen<br />

nodig hebben voor “standaardmatige<br />

maatwerkzaken” kunnen bijvoorbeeld<br />

al in het voorjaar van 2010 hun<br />

training krijgen. Een gedetailleerde<br />

planning van de aanpak in 2010 is<br />

nu in de maak. De oorspronkelijke<br />

ambitie blijft echter nog steeds overeind:<br />

eind 2010 alle zaken verwerken<br />

met GPS.<br />

32%<br />

38%<br />

43%<br />

7%<br />

9%<br />

13% 11% 14%<br />

19% 19%<br />

21%<br />

200901 200902 200903 200904 200905 200906 200907 200908 200909 200910 200911<br />

Instroom per maand<br />

Herkomst<br />

COMPAS<br />

GPS<br />

Figuur: Het percentage beoordeelde zaken in COMPAS en in GPS in 2009, per<br />

maand. Nota bene: de Compas-cijfers betreffen zowel standaard- als maatwerkzaken;<br />

de GPS-cijfers hebben alleen betrekking op standaardzaken! De<br />

cijfers over december waren bij het ter perse gaan van deze Opportuun nog<br />

niet beschikbaar.<br />

81%<br />

79%<br />

68%<br />

62%<br />

57%<br />

13


14 HUISELIJK GEWELD<br />

Geweldpleger<br />

buiten de deur<br />

Casusoverleg in Rotterdam over tijdelijk huisverbod<br />

In de tien dagen die het huisverbod duurt, wordt het allemaal<br />

geregeld. Hulpverlening voor slachtoffer, dader en eventuele<br />

kinderen. Huisbezoeken. Rapportages van de casemanagers.<br />

De start van de eventuele strafrechtelijke procedure. En<br />

eventuele betrokkenheid van Jeugdzorg. Medewerkers van de<br />

Rotterdamse politie, GGD en OM vertellen over hun gemeenschappelijke<br />

aanpak van huiselijk geweld.<br />

Meer dan driehonderdvijftig tijdelijke<br />

huisverboden zijn er sinds begin 2009<br />

opgelegd in politieregio Rotterdam-<br />

Rijnmond. Ruim honderd keer werden die<br />

overtreden, en dan is het OM aan zet. Over<br />

één voordeel ervan zijn alle ketenpartners<br />

het eens: bij elk van die huisverboden is<br />

het beeld nu veel completer. Sara Etty,<br />

(GGD, ketenregisseur tijdelijk huisverbod),<br />

ziet zeker in de huisbezoeken een sterke<br />

meerwaarde. ‘Het is heel anders om in de<br />

woning te zitten, de stapels met rekeningen<br />

en de wanhoop te zien, dan wanneer<br />

je hier bij de GGD op een schoon kamertje<br />

in het rapport bladert. Zo was ik laatst bij<br />

een gezin. Er was in dat huis ook een kind,<br />

maar dat hele huis stond vol met dure dingen<br />

– in elke kamer een flatscreen, maar<br />

er was nergens speelgoed. Niks. Helemaal<br />

steriel. Als je binnenkomt vraag je je direct<br />

af, wat is hier aan de hand? Dat weet je niet<br />

als je niet in het huis komt.’<br />

Marijke Kaptein, officier van justitie in<br />

Rotterdam met de portefeuille huiselijk<br />

geweld, heeft diezelfde ervaring. Zij denkt<br />

bovendien dat de veelheid aan hulpverleners,<br />

afspraken en informatie voorkomt<br />

dat het slachtoffer de situatie kan bagatelliseren.<br />

‘De ervaring leert dat straffen<br />

alleen niet werkt. Boetes worden gewoon<br />

betaald uit de huishoudportemonnee’,<br />

vertelt Kaptein uit ervaring. ‘Nu wordt het<br />

moment van crisis aangegrepen om het<br />

traject van hulpverlening te starten, zowel<br />

voor dader als voor slachtoffer. Het precieze<br />

effect kun je na bijna een jaar amper<br />

nog vaststellen. Maar politie, GGD, reclassering,<br />

jeugdzorg, Jan en alleman komt<br />

over de vloer bij het gezin. Daardoor valt<br />

het probleem haast niet meer te ontkennen.<br />

En dat is wat je wilt – onderkenning<br />

van het probleem.’<br />

‘Het is een fantastisch instrument, waardoor<br />

de hulpverlening en justitieketen<br />

beter op elkaar worden aangesloten’, vindt<br />

Sjoerd Top, portefeuillehouder huiselijk<br />

geweld voor de politieregio Rotterdam-<br />

Rijnmond. ‘Soms gedwongen. De verplichting<br />

van het snel inzetten van hulpverlening<br />

is een van de sterke kanten van het<br />

huisverbod. Het dwingt de hulpverlening<br />

om snel op gang te komen.’<br />

Veel verlengingen<br />

Tien dagen is niet veel. Vooral als je<br />

bedenkt dat daar vaak ook nog twee<br />

weekenden in zitten. In ongeveer zestig<br />

procent wordt een verlenging van achttien<br />

aanvullende dagen opgelegd door de burgemeester,<br />

op advies van de casemanager<br />

en de juridisch beleidsadviseur. Verlengen<br />

gebeurt als de situatie (nog) niet veilig<br />

genoeg is om terug te keren. En dat is vaak<br />

niet het geval.<br />

Officier Marijke Kaptein kijkt kritisch naar<br />

de categorie plegers die het huisverbod<br />

krijgen opgelegd. ‘Een voorvraag bij de wet<br />

op het tijdelijk huisverbod is wat je moet<br />

doen bij de heel schrijnende gevallen. Is<br />

daar het huisverbod nu wel het middel<br />

voor?’ Politiefunctionaris Sjoerd Top geeft<br />

aan dat wat hem betreft aan het huisverbod<br />

nog een mogelijkheid ontbreekt om<br />

op korte termijn bij de rechter een permanente<br />

vorm van contactverbod af te dwingen.<br />

‘Nu kun je het huisverbod maximaal<br />

één keer verlengen met achttien dagen.<br />

Na 28 dagen staat de pleger dus gewoon<br />

weer op de stoep. Wij zouden graag zien<br />

dat het slachtoffer de mogelijkheid had om<br />

binnen de termijn van het huisverbod een<br />

rechterlijke toetsing op een permanent<br />

contactverbod te organiseren.’ Gevraagd<br />

naar een voorbeeld beschrijven de vertegenwoordigers<br />

van OM, politie en GGD<br />

stuk voor stuk dezelfde casus. De man in<br />

kwestie kreeg in januari zijn eerste huisverbod<br />

opgelegd, dat met achttien dagen<br />

werd verlengd. Daarna keerde hij terug<br />

naar zijn vrouw en twee minderjarige<br />

kinderen. In september ging het opnieuw<br />

mis, en kreeg hij een tweede huisverbod<br />

opgelegd. Op de dag waarop de verlenging<br />

van dat tweede huisverbod af zou lopen,<br />

heeft hij zich via zijn minderjarige dochter<br />

toegang tot woning verschaft en zijn vrouw


OPPORTUUN · 01 / 2010<br />

vreselijk bedreigd met een mes. Daarvoor<br />

kreeg hij voor de derde maal een huisverbod<br />

opgelegd. ‘Zijn vrouw besluit steeds<br />

opnieuw hem te verlaten, tenzij hij hulp<br />

zoekt. Dat doet hij wel, maar helpt het niet’,<br />

vertelt Sara Etty (GGD). ‘Er zit weliswaar<br />

geen limiet op huisverboden, maar als<br />

iemand voor de derde keer een huisverbod<br />

opgelegd krijgt, dan moet je toch een keer<br />

met elkaar om tafel gaan en je afvragen:<br />

gaan we voor de honderd, of gaan we het<br />

anders aanpakken?’<br />

Voorgeleiden, tenzij<br />

De afspraak toen het huisverbod op 1<br />

januari van start ging was dat bij overtre-<br />

ding van het huisverbod, het OM zou voorgeleiden<br />

bij de rechter-commissaris om<br />

de inbewaringstelling van de verdachte<br />

te vragen. Tenzij er gegronde redenen<br />

zijn om dit niet te doen. “Voorgeleiden,<br />

tenzij…”. Maar juist in die “tenzij” zit<br />

een belangrijk discussiepunt. <strong>Openbaar</strong><br />

aanklager Kaptein geeft aan hoe dit punt<br />

voor interne én externe afstemmingsproblemen<br />

heeft gezorgd. ‘Alle zesenzestig<br />

officieren kunnen tijdens hun piketdienst<br />

gebeld worden met een geval waarin een<br />

tijdelijk huisverbod is overtreden. Hoe zorg<br />

je dat het kennisniveau goed is en aan de<br />

gemaakte afspraken naar buiten toe wordt<br />

gehouden?’ Ook de beoordeling door de ><br />

Foto: Blauweluchten fotografie<br />

‘Het huisverbod<br />

dwingt de<br />

hulpverlening<br />

om snel op<br />

gang te komen’<br />

Sjoerd Top, politie Rotterdam-<br />

Rijnmond<br />

15


16 HUISELIJK GEWELD<br />

><br />

‘Straffen alleen werkt niet:<br />

boetes worden betaald uit de<br />

huishoudportemonnee’<br />

Marijke Kaptein, officier van justitie<br />

rechter-commissaris speelt een rol. Welke<br />

tendens is er zichtbaar in diens oordeel<br />

over de voorgeleide overtreders?<br />

Een huisverbod betekent dat je geen contact<br />

op mag nemen. Dat bestaat enerzijds<br />

uit een aanwezigheidsverbod, anderzijds<br />

uit een contactverbod. Wanneer iemand<br />

met een huisverbod ineens weer in huis<br />

staat, is het duidelijk. Als diegene dan ook<br />

nog begint te slaan, helemaal. Maar wat<br />

doe je als iemand alleen een sms’je stuurt?<br />

Of vanaf straat naar de kinderen zwaait?<br />

Afspraak is afspraak, vindt GGD’er<br />

ketenregisseur Sara Etty. Juist omdat het<br />

slachtoffer niet sterk staat, moet je tegen<br />

álle overtredingen optreden. ‘Er wordt in<br />

praktijk echter onderscheid gemaakt tussen<br />

zaken waarbij mevrouw zelf contact<br />

had gezocht, of met meneer in gesprek<br />

was gegaan als hij belde. Anderzijds wordt<br />

er onderscheid gemaakt tussen fysiek de<br />

woning binnengaan of contact via een<br />

telefoontje, sms, msn, skype... Dat onderscheid<br />

mag er niet zijn. Een telefoontje kan<br />

Burgemeester legt huisverbod op<br />

net zo bedreigend zijn als die man aan de<br />

deur hebben.’ Een uitgangspunt dat voor<br />

het OM moeilijk in de praktijk te brengen<br />

is. Kaptein: ‘Een rechter-commissaris zal<br />

niet snel akkoord gaan met in bewaringstelling<br />

om een verzonden sms bericht.’<br />

Samenwerking en informatie-uitwisseling<br />

tussen de ketenpartners is essentieel in<br />

de overbrugging van dit punt. Zo blijkt uit<br />

het voorbeeld dat zowel Etty als Kaptein<br />

aanhalen. ‘In één casus kreeg ik een overtreding<br />

van een huisverbod voorgelegd.<br />

Deze man was tegen de regels de woning<br />

binnengekomen. Maar dat was omdat<br />

de vrouw de man smeekte om weer terug<br />

te komen. Ik besloot op dat moment om<br />

hem niet voor te geleiden. Want hoe groot<br />

is in zo’n geval de opzet?’, vertelt officier<br />

Kaptein. ‘Wat ik toen niet wist, is dat die<br />

vrouw een ernstige verstandelijke beperking<br />

had. Toen het daarna helaas voor de<br />

tweede keer mis ging, heb ik hem uiteraard<br />

niet meer naar huis gestuurd. Die extra<br />

informatie wil je hebben, en op het juiste<br />

Het huisverbod is een veiligheidsmaatregel, waarmee een huiselijkgeweldpleger<br />

voor tien dagen de toegang tot zijn of haar woning en contact met<br />

gezin wordt ontzegd. De burgemeester, die officieel ook degene is die het<br />

huisverbod uitreikt, kan besluiten het huisverbod te verlengen tot maximaal<br />

vier weken.<br />

In Rotterdam waren tot 1 november 357 huisverboden opgelegd. Daarvan<br />

werden er 217 verlengd. In ongeveer dertig procent van de gevallen werd het<br />

huisverbod en / of contactverbod overtreden. Wanneer een uit huis geplaatste<br />

het huisverbod overtreedt, kan een taakstraf of maximaal twee jaar gevangenisstraf<br />

worden opgelegd.<br />

In ieder arrondissement is de uitvoering van het huisverbod, dat zowel<br />

bestuursrechtelijke als strafrechtelijke elementen kent, op een eigen manier<br />

georganiseerd.<br />

De wet op het tijdelijk huisverbod werd ingevoerd op 1 januari 2009.<br />

Voorafgaand aan de invoer van die wet is in 2007 in de arrondissementen<br />

Amsterdam, Groningen en Venlo een pilot tijdelijk huisverbod uitgevoerd.<br />

moment.’ Etty (GGD) geeft aan dat dit<br />

geval haar erg heeft gefrustreerd. ‘Wij hadden<br />

alle informatie over deze casus klaarliggen.<br />

Maar die informatie is nooit op de<br />

juiste plek terechtgekomen.’<br />

Casusoverleg<br />

Hoe netjes je de samenwerking ook<br />

op papier zet, het kost tijd voordat die<br />

praktisch vorm krijgt. Dat moet gemakkelijker<br />

worden, nu in het Rotterdamse<br />

Veiligheidshuis sinds half oktober een<br />

wekelijks casusoverleg plaatsvindt tussen<br />

OM, politie, GGD, Centrum voor<br />

Dienstverlening (CVD, een maatschappelijke<br />

opvang- en welzijnsorganisatie in<br />

Rotterdam), Bureau Jeugdzorg, ArosA (een<br />

opvangorganisatie bij huiselijk geweld)<br />

en de Reclassering. Door zo’n overleg kan<br />

bijvoorbeeld in een vroeg stadium worden<br />

nagedacht over eventuele recidive. Samen<br />

kun je de scenario’s doornemen om de<br />

kans op slagen zo groot mogelijk maken.<br />

De wens om een casusoverleg huiselijk<br />

geweld bestond al langer, laat de<br />

Rotterdamse ketenofficier Cora de Jong<br />

weten. Maar met drieduizend of vierduizend<br />

huiselijkgeweldzaken per jaar is dat<br />

bijna niet te overzien. Met het huisverbod<br />

gaat het waarschijnlijk om rond de vierhonderd<br />

zaken – een aantal dat beter te<br />

behappen is. Het casusoverleg is begonnen<br />

als wekelijks contactmoment, maar<br />

de partners willen toe naar een frequentie<br />

van twee keer per week. ‘Ook omdat je met


OPPORTUUN · 01 / 2010<br />

je termijnen zit’, geeft De Jong aan ‘Als je<br />

iemand hebt aangehouden, moet je hem<br />

binnen drie dagen voorgeleiden. Je kunt<br />

dan niet een week wachten om het met je<br />

ketenpartners te bespreken.’<br />

Etty: ‘Om echt samen te werken moet je op<br />

elkaars deskundigheid en professionaliteit<br />

gaan vertrouwen. Dat vertrouwen moet<br />

groeien.’ Dat is lastig, geeft ook Kaptein<br />

aan. ‘De hoge mate van samenwerking<br />

plaatst je als officier in een andere rol. Je<br />

moet, veel meer dan in een eigen onderzoek,<br />

vertrouwen op de mening van andere<br />

professionals.’ De eerste ervaringen<br />

met het casusoverleg zijn buitengewoon<br />

positief. Informatie die eerder niet in het<br />

dossier te vinden was wordt gedeeld, het<br />

handelen wordt op elkaar afgestemd en<br />

zo ontstaat samenhang. De ketenpartners<br />

hebben er alle vertrouwen in dat het<br />

casusoverleg dit proces in een stroomversnelling<br />

zal brengen. ‘Het heeft wat voeten<br />

in aarde gehad voor we met elkaar om tafel<br />

konden, maar nu is het zover. Ik droom<br />

hier echt al maanden van’, lacht Etty. ‘Nu<br />

we met elkaar kunnen praten over waar we<br />

tegenaan lopen, weet ik zeker dat de rest<br />

vanzelf wel komt.’<br />

Het eerdergenoemde geval van de man,<br />

die keer op keer zijn huisverbod overtrad,<br />

werd tijdens het eerste casusoverleg<br />

uitgebreid besproken. Tijdens de zitting<br />

op 5 november, waarbij verschillende<br />

ketenpartners aanwezig waren, bleek dat<br />

de samenwerking nu al resultaat heeft<br />

opgeleverd: de rechter legde de man vijf<br />

maanden voorwaardelijke gevangenisstraf<br />

op, plus verplichte opname in een verslavingskliniek,<br />

agressieregulatietherapie en<br />

een zes maanden durend contactverbod<br />

met zijn echtgenote, waarbij contact met<br />

zijn twee kinderen alleen mag in overleg<br />

met de reclassering en Bouman GGZ.<br />

Tekst: Babeth Knol<br />

OMgeslagen<br />

‘Veel mensen denken dat valse bekentenissen altijd door<br />

schreeuwende en meppende politiemensen worden afgedwongen.<br />

Weliswaar niet helemaal methode-Guantanamo Bay, maar iets<br />

dat wel in die richting gaat. Dat hoeft niet. Ten eerste staan de<br />

meeste verdachten al behoorlijk onder druk. Daaraan hoeft in de<br />

verhoorkamer niets te worden toegevoegd. Ten tweede zijn de meeste<br />

verhoren niet onvriendelijk, ook niet die tot valse bekentenissen leiden.<br />

Ten derde lijkt de veronderstelling dat alleen de zwakke broeders vals<br />

bekennen onjuist. Als de politie genoeg tijd zou hebben, zou men van<br />

veel mensen een valse bekentenis kunnen krijgen. Gelukkig heeft de<br />

politie het daarvoor te druk.’<br />

Rechtspsycholoog Peter van Koppen<br />

Koud bloed, nr. 7<br />

‘Maar uiteindelijk loont misdaad wel, want aan het ontnemen werd<br />

weinig aandacht geschonken. Wil je met beperkte middelen een<br />

optimaal effect bereiken, dan moet je je daar juist op richten. Veel<br />

mensen interesseert het minder of een drugslijn is opgerold, maar ze<br />

vinden het prachtig als een crimineel zijn vermogen kwijtraakt en zijn<br />

dure auto’s worden weggesleept.’<br />

Ko Schilder, chef van de dienst Rechercheondersteuning politie Kennemerland over<br />

de pilot Financieel Rechercheren<br />

Blauw, 5 december 2009<br />

‘Jongeren denken bijvoorbeeld zo nu en dan dat een overval cool is en<br />

ze er gemakkelijk afkomen met een taakstrafje. We moeten dus naar<br />

de jongeren communiceren dat een overval een serieus delict is waar<br />

forse gevangenisstraffen op staan. Dat gebeurt nu te weinig.’<br />

Korpschef Frans Heeres van Midden- en West-Brabant is lid van de landelijke<br />

taskforce Overvallen. De taskforce moet eraan bijdragen dat de overvalcriminaliteit<br />

eind 2010 met minimaal twintig procent is afgenomen.<br />

Blauw, 5 december 2009<br />

‘De toestroom van fout vuurwerk uit Oost-Europa groeide al een paar<br />

jaar, maar is dit jaar nog prominenter dan anders.’<br />

Woordvoerder van VROM<br />

Algemeen Dagblad, 4 december 2009<br />

‘Levenslang opsluiten is niet echt een optie, met zo’n leven zonder<br />

uitzicht. Je kan niet zeggen: “we sluiten pedoseksuelen op, gooien de<br />

sleutel weg en dan is de samenleving veilig”. Een samenleving zonder<br />

kwaad is een illusie.’<br />

Rooms-katholiek theoloog Erik Borgman<br />

Trouw, 9 december<br />

17


18 BIJZONDERE VOORWAARDEN<br />

Omslag bij reclassering<br />

“Risico voor maatschappij” nu het uitgangspunt<br />

Zorg voor de dader, dat was het doel van reclasseringswerk.<br />

Wás. Want met “Redesign Toezicht” werkt de reclassering nu<br />

aan een veiligere samenleving.<br />

‘Als ik gebruik, ben ik de duivel.’ Saïd<br />

schijnt zelf heel goed te weten waar het<br />

mis ging. Onder invloed belandde hij op<br />

het centraal station. Met een mes in zijn<br />

handen. Iedereen moest dood...<br />

Aangehouden, veroordeeld en inmiddels<br />

met een pakket bijzondere voorwaarden<br />

weer op vrije voeten. Saïd woont tijdelijk<br />

bij zijn moeder en laat staan wat slecht<br />

voor hem is. Hij wil graag gaan samenwonen<br />

met zijn nieuwe liefde, een ideale plek<br />

is al gevonden. Weg uit de grote stad, in een<br />

dorpje. Daar verhuurt een oudere dame<br />

een deel van haar woning. Perfect, zo stelt<br />

Saïd. Hij ziet het helemaal zitten. Het lijkt<br />

een ideaal scenario: Saïd die een lang en<br />

gelukkig leven tegemoet gaat. Met zijn<br />

geliefde, in zijn nieuwe huisje in het dorp.<br />

Maar wat als hij een terugval krijgt? Na een<br />

ruzie, of door stress. Of gewoon, omdat<br />

Saïd niet zonder kan? ‘Als ik gebruik, ben ik<br />

de duivel...’ Die met een mes in zijn hand<br />

door het huis zwerft, de huisbazin tegenkomt,<br />

en haar te lijf gaat. Gewoon omdat<br />

het een keertje (weer) mis ging.<br />

In Utrecht breekt de testunit Redesign<br />

Toezicht zicht het hoofd over de casus-<br />

Saïd. Wat te doen met diens woonwens? En<br />

moet de particuliere verhuurster geïnformeerd<br />

worden over die duistere kant van<br />

Saïd? De reclasseringsmedewerkers wegen<br />

de risico’s.<br />

Risicoanalyse<br />

In deze testunit wordt al anderhalf jaar<br />

het werken met een nieuwe manier van<br />

toezicht getoetst. Vanaf 2010 verandert<br />

namelijk de manier waarop de drie reclasseringsorganisaties<br />

toezicht houden op<br />

het naleven van bijzondere voorwaarden.<br />

De nieuwe werkwijze houdt in dat op<br />

basis van een risicoanalyse per indivi-<br />

dueel geval, de mate van toezicht (controle<br />

en begeleiding) wordt ingedeeld in<br />

één van drie vastgestelde niveaus. Het<br />

niveau wordt bepaald met behulp van<br />

het diagnostisch instrument Recidive<br />

InschattingsSchalen (RISc), waarbij drie<br />

vragen worden beantwoord. Eén: wat is de<br />

kans op recidive, schade en letsel. Twee:<br />

welke criminogene factoren spelen een<br />

rol. En drie: hebben interventies bij deze<br />

verdachte zin? Niveau één betreft gevallen<br />

waarin weinig risico verwacht wordt<br />

en waarbij ook minder intensief toezicht<br />

nodig is. Bij niveau drie is het risico dusdanig<br />

hoog, dat veel en intensief toezicht<br />

noodzakelijk is. Plegers van levensdelicten<br />

of verdachten van ernstige zedenzaken<br />

zijn veelal ingedeeld in niveau drie. (zie<br />

tekstkader “Toezicht per niveau”).<br />

Na indeling in het risiconiveau, volgt toezicht<br />

op naleving van de bijzondere voorwaarden.<br />

Zonder bijzondere voorwaarden<br />

geen toezicht, lijkt de optelsom. Essentieel<br />

is dus dat het <strong>Openbaar</strong> <strong>Ministerie</strong> in de<br />

strafeis bijzondere voorwaarden formuleert<br />

en dat de rechter deze ook daadwerkelijk<br />

oplegt.<br />

Kans op letsel<br />

De gedachte achter de nieuwe werkwijze<br />

is dat intensievere controle en begeleiding<br />

wordt aangewend, daar waar dit het meest<br />

nodig is. Situaties waarin een reclasseringswerker<br />

relatief veel tijd besteedt aan<br />

een onder toezicht gestelde met weinig<br />

risico en waardoor er minder tijd overblijft<br />

voor een onder toezicht gestelde met hoog<br />

risico, worden voorkomen. Voor reclasseringswerkers<br />

vergt het een omslag in<br />

denken, stelt testunit-manager Jos ter<br />

Voert. ‘Wij zijn gewend te denken in doelgroepen,<br />

maar bij Redesign Toezicht denken<br />

we in risiconiveau.’ Dit bevordert een<br />

eenduidige manier van reclasseringstoezicht,<br />

zo is het idee. Er wordt niet meer van<br />

geval tot geval gekeken wat het beste is en<br />

hoeveel toezicht nodig is. Per risicocategorie<br />

staat vast hoeveel uur toezicht kan<br />

worden gegeven. ‘Je bevordert zo dat de<br />

inzet van de middelen naar de juiste mensen<br />

gaat’, vult reclasseringsmedewerker<br />

Ewout Altena aan. Ook hij neemt deel aan<br />

de Utrechtse testunit. ‘Eerder was het zo<br />

dat er nog wel eens veel aandacht uitging<br />

naar zaken met maar een heel kleine risico,<br />

omdat er bijvoorbeeld problemen waren<br />

met huisvesting.’ Dit kon ten koste gaan<br />

van het toezicht in zaken waar het risico op<br />

bijvoorbeeld recidive of de kans op schade<br />

of letsel groter was.<br />

Volgens reclasseringsmedewerker Floor<br />

Couprie leidt de nieuwe werkwijze tot<br />

meer standaardisatie. ‘Voor de betrokken<br />

partijen is het hele proces zo veel<br />

duidelijker en transparanter. Het hele<br />

reclasseringsmodel heeft een ontwikkeling<br />

doorgemaakt en de inzet is wat mij betreft<br />

professioneler.’<br />

Plicht<br />

Waarom vond de reclassering het nodig<br />

om zijn werkwijze om te gooien? Was de<br />

huidige manier van toezichthouden niet<br />

goed? Sjef van Gennip, algemeen directeur<br />

Reclassering Nederland, nuanceert direct.<br />

Verandering betekent niet automatisch<br />

dat een eerdere situatie slecht was. Van<br />

Gennip stelt dat de aanpassingen zijn<br />

ingegeven door een verschuiving in denken<br />

van zijn organisatie. Was de reclassering<br />

eerder met name gericht op het “verzorgen”<br />

van de dader, tegenwoordig ligt de<br />

verantwoording op het mede creëren van<br />

een veiligere samenleving. ‘Vroeger stond<br />

de dader veel meer centraal, het overkwam<br />

hem als het ware. De reclassering had een


OPPORTUUN · 01 / 2010<br />

toezichthoudende rol. Nu ligt de focus<br />

meer op het voorkomen van recidive en op<br />

het vervullen van een maatschappelijke<br />

plicht, namelijk een essentiële bijdrage<br />

leveren aan een veiligere samenleving.’<br />

Die bijdrage wordt volgens de algemeen<br />

directeur onder meer geleverd door het<br />

nieuwe reclasseringstoezicht. Een en<br />

ander hangt tevens samen met het doel<br />

van het kabinet, om volgend jaar te komen<br />

tot 25 procent minder criminaliteit, inclusief<br />

een recidivedaling van 10 procent, ten<br />

opzichte van 2002. Van Gennip vindt dit<br />

een “hoge ambitie”. ‘Maar hoge ambities<br />

moet je ook hebben op het vlak van veiligheid.<br />

Ik ben ervan overtuigd dat de nieuwe<br />

aanpak zal leiden tot een vermindering<br />

van recidive. De reclassering levert zo<br />

direct een bijdrage aan de ambitie van het<br />

kabinet.’<br />

OM moet mee<br />

Noodzakelijk daarbij is een strakke samenwerking<br />

tussen reclassering en <strong>Openbaar</strong><br />

<strong>Ministerie</strong>. De betrokken officier moet bij<br />

terugmelding van een zaak, bijvoorbeeld<br />

wegens overtreding of niet-naleving van de<br />

bijzondere voorwaarden, deze snel oppakken.<br />

Van Gennip pleit voor een sterk likop-stukbeleid.<br />

‘Hou jij je als onder toezicht<br />

gestelde niet aan de voorwaarden en blijkt<br />

dit tijdens het toezicht? Dan wordt de zaak<br />

teruggekoppeld naar de officier en geeft<br />

de reclassering advies hoe nu verder met<br />

het toezicht. De officier onderneemt dan<br />

direct actie. Anders is het het failliet van de<br />

nieuwe toezichtvariant. Gebeurt dit niet,<br />

dan zijn we onze geloofwaardigheid kwijt’,<br />

voorspelt Van Gennip. De directeur benadrukt<br />

dat de verantwoordelijkheid voor het<br />

toezicht niet ligt bij de reclassering alleen.<br />

Unitmanager Ter Voert hangt dezelfde<br />

zienswijze aan. ‘De reclassering en het OM<br />

hebben ieder een eigen domein, waarin<br />

zij verantwoordelijkheid moeten nemen.<br />

Het kan niet zo zijn dat het OM alles maar<br />

goed vindt wat de reclassering voorstelt,<br />

om maar te voorkomen dat de zaak wordt ><br />

19


20 BIJZONDERE VOORWAARDEN<br />

><br />

teruggestuurd. Dat is verantwoordelijkheid<br />

nemen. Het is absoluut noodzakelijk<br />

dat het OM mee gaat in de nieuwe werkwijze.<br />

Anders gaat het drie of vier keer goed<br />

en daarna gebeurt er verder niets meer.’<br />

Hoe het contact tussen reclassering en OM<br />

loopt, verschilt in het land. Een nauwere<br />

samenwerking draagt bij aan het succes<br />

van het toezicht, stelt Van Gennip. ‘Als die<br />

er nog niet overal is, moet dat veranderen.’<br />

Maatwerk<br />

Officier Maarten Vuylsteke is vanuit het<br />

parket Utrecht als vaste OM -vertegenwoordiger<br />

betrokken bij de pilot Redesign<br />

Toezicht. Hij kent de verhalen van zaken<br />

die worden teruggekoppeld vanuit de<br />

reclassering en die onderop de stapel “af<br />

te handelen” belanden. Volgens Vuylsteke<br />

zijn er thans nog genoeg voorbeelden<br />

waarbij de reclassering gedwongen is op<br />

eigen houtje het toezicht uit te oefenen.<br />

‘Bij terugmelding hoop je als reclasseringsmedewerker<br />

dat het rapport niet kwijtraakt,<br />

dat het binnen de administratie van<br />

het parket niet zoek raakt; en als het dan<br />

uiteindelijk bij de officier komt, dan hoop<br />

je op een snelle reactie.’<br />

In de pilot is bewust gekozen voor een vast<br />

aanspreekpunt bij het parket. Vuylsteke<br />

bepleit dit ook, als de nieuwe werkwijze<br />

volgend jaar in heel het land wordt uitgerold.<br />

De executieofficier of parketsecretaris<br />

zou in zijn opinie belast moeten<br />

worden met het reclasseringscontact.<br />

‘Leg het bij maatwerk neer, dit is ook mijn<br />

advies aan de projectgroep.’ Het College<br />

van procureurs-generaal zou hiervoor wat<br />

hem betreft een formatieclaim moeten<br />

indienen.<br />

De betrokken officier of secretaris zou<br />

scherper kunnen aansturen op zaken: hoe<br />

staat het met zaak X, is er al een zitting<br />

voor zaak Y gepland? Het risico dat terugmeldingen<br />

tijdelijk “verdwijnen” wordt<br />

hiermee geminimaliseerd. En ook het risico<br />

dat het tijdens zo’n “zwart gat” misgaat<br />

met een onder toezicht gestelde wordt<br />

idealiter hierdoor ook minder. Vuylsteke:<br />

‘Als je het proces beter op orde hebt, als<br />

dit proces beter op elkaar aansluit, dan is<br />

het risico dat er gaten vallen ook geminimaliseerd.<br />

De zaak moet vrij vlot weer op<br />

zitting komen.’<br />

Illustratie: Erwin Suvaal<br />

Saïd<br />

Terug naar Saïd. Aan de lange tafel in de<br />

projectruimte in Utrecht is een discussie<br />

losgebarsten. Wat te doen met de<br />

woonwens van Saïd? Voor Floor Couprie<br />

is het duidelijk. ‘Moeten wij niet bij deze<br />

verhuurster op bezoek gaan? Stel, hij krijgt<br />

een terugval en gaat met een schaar achter<br />

mevrouw aan? Als we zijn achtergrond<br />

aan deze mevrouw vertellen, kan hij die<br />

woning wel vergeten.’ Het is het dilemma<br />

van de reclasseringsmedewerker dat niet<br />

verandert in de nieuwe werkwijze: welke<br />

beslissing is de juiste?<br />

Collega Ewout Altena vindt het nogal wat...<br />

om de verhuurster te bezoeken en het<br />

criminele doopceel van Saïd te lichten.<br />

De kans dat Saïd weer terugvalt, schat hij<br />

anders in. Nu woont hij in de drukke stad,<br />

alleen met zijn moeder. In het dorp zal hij<br />

wellicht meer rust vinden.<br />

Argumenten voor en tegen gaan over de<br />

tafel. De discussie blijft om die ene vraag<br />

heendraaien: moet de reclasseringswerker<br />

in dit geval de verhuurster inlichten<br />

over de achtergrond van Saïd. Terwijl het<br />

onderwerp al dan niet zelfstandig wonen,


OPPORTUUN · 01 / 2010<br />

niet als bijzondere voorwaarde in het vonnis<br />

is opgenomen.<br />

Unitmanager Jos ter Voert maakt een einde<br />

aan de discussie. Feit is dat Saïd in het<br />

hoogste risiconiveau is ingedeeld. Dit is<br />

niet voor niets gebeurd. ‘Gelet op het risico<br />

zou de verhuurder moeten weten wie zij in<br />

huis haalt. Stel dat het mis gaat? Dan krijgen<br />

wij het verwijt: wat is die reclassering<br />

toch aan het doen? Die stopt een gevaarlijke<br />

man in het huis van de verhuurder,<br />

Toezicht per niveau<br />

In het nieuwe reclasseringstoezicht worden zaken ingedeeld in drie risiconiveaus.<br />

Per niveau verschilt de intensiteit van het toezicht. Intensief toezicht<br />

vindt plaats in zaken die op basis van een risico-inschatting zijn ingedeeld in<br />

niveau drie. Toezicht van zaken met een classificatie ‘niveau 1’ kennen een<br />

lagere intensiteit,<br />

Of een zaak wordt ingedeeld in niveau 1, 2 of 3, hangt af van een aantal<br />

elementen en de hoogte waarop het risico wordt ingeschat. Deze<br />

inschatting gebeurt volgens het diagnose-instrument RISc (Recidive<br />

InschattingsSchalen), waarmee de reclassering al langer werkt.<br />

Niveau één hangt samen met motiveren en adviseren, niveau twee met<br />

ondersteunen en gedragsverandering en niveau drie met ‘regisseren’.<br />

Niveau 1<br />

Geen drugs- of alcoholverbod.<br />

Geen locatiegebod of –verbod.<br />

Geen inzet van elektronische middelen.<br />

Geen noodzaak tot contact in thuissituatie.<br />

Toezicht:<br />

Elke drie weken een meldplicht (contact).<br />

Niveau 2<br />

Minimaal elke twee weken meldplicht (contact).<br />

In het begin minstens elke twee maanden huisbezoek.<br />

Indien als bijzondere voorwaarde opgelegd, maandelijks onaangekondigde<br />

alcohol- en/of drugscontrole.<br />

Formele en informele netwerken rondom onder toezicht gestelde worden<br />

ingeschakeld.<br />

Eventueel elektronische controle (RFid of GPS).<br />

Niveau 3<br />

zonder dit te vertellen...’ Hij richt zich<br />

tot Floor Couprie, die de zaak onder zich<br />

heeft. ‘De vraag die je jezelf moet stellen is:<br />

vind ik dit verantwoord? Zo niet, dan moet<br />

je tegen Saïd zeggen: “Nee broeder, dit<br />

gaan we niet doen.” Als ik deze particuliere<br />

verhuurder was, zou ik het de reclassering<br />

buitengewoon kwalijk nemen als zij mij<br />

niet informeerden, terwijl ze het wisten.<br />

We hebben het hier niet over een simpel<br />

diefstalletje.’<br />

Wekelijkse meldplicht en wekelijks contact.<br />

Iedere maand huisbezoeken.<br />

Indien als bijzondere voorwaarde opgelegd, wekelijkse alcohol- en/of drugscontrole.<br />

Formele en informele netwerken worden ingeschakeld.<br />

Eventueel elektronische controle (RFid of GPS).<br />

Elke drie maanden evaluatie en rapportage aan het OM.<br />

(bron: “Advies en Toezicht”, Reclassering Nederland en “Planevaluatie<br />

Reclasseringstoezicht” van Impact R&D)<br />

De uiteindelijke conclusie? De verhuizing<br />

van Saïd gaat vooralsnog niet door. Het<br />

risico is simpelweg te hoog.<br />

Om privacyredenen is de naam Saïd gefingeerd<br />

en is informatie die herleidbaar zou<br />

kunnen zijn, aangepast.<br />

Tekst: Olga Hoekstra<br />

21


22 AFSLUITING HOMV<br />

‘Het concern staat’<br />

OM kan effectievere en efficiënte organisatie nu “uitnutten”<br />

Megaoperatie “Het OM Verandert” kampte hier en daar met<br />

tegenslag. PG Henk van Brummen en “houtskoolschetser” Eric<br />

Jan van der Steege behielden hun geloof in één OM dat wint aan<br />

efficiency en kwaliteit. En zeggen nu optimistisch: ‘De uitdaging<br />

is geworden: uitnutten, uitnutten en nog eens uitnutten.’<br />

Of ze wel eens over Het OM Verandert<br />

getwijfeld hebben? Weleens hebben<br />

geroepen: waarom zijn we toch in vredesnaam…<br />

‘Geen moment!’, reageren<br />

procureur-generaal Henk van Brummen<br />

en OM-organisatieadviseur Eric Jan van<br />

der Steege direct. ‘Natuurlijk hebben we<br />

ook met tegenvallers te kampen gehad. Bij<br />

de CVOM, de DVOM, GPS, de regionalisering.<br />

Er zijn incidenten geweest die blootlegden<br />

dat we nog niet zo ver waren als we<br />

dachten.’<br />

Maar twijfel is er nooit geweest, zegt Van<br />

der Steege, die destijds een van de scribenten<br />

was van de Houtskoolschets (zomer<br />

2003) over het nieuwe OM. ‘Er zijn heel wat<br />

verzuchtingen over het proces geweest<br />

- maar nóóit over het concept. Daarin<br />

hebben we altijd ons geloof behouden, en<br />

daaruit hebben we onze vasthoudendheid<br />

geput.’<br />

Die HOMV-plannen ontstonden na een<br />

periode van een aantal jaar waarin parketten<br />

dé centrale OM-eenheden waren<br />

gebleven, die vooral met “horizontale<br />

samenwerking” hadden geprobeerd hun<br />

kwetsbare schaalgrootte op te vangen om<br />

beter te kunnen inspelen op de omgeving.<br />

Die horizontale samenwerking was<br />

niet onsuccesvol. De conclusie binnen<br />

het College van PG’s was daarom dat de<br />

samenwerking nog veel intenser en breder<br />

moest om geen kansen te missen.<br />

Bijna dodelijk<br />

Tegenslagen brachten hem nooit van de<br />

wijs. Maar met de wijsheid van achteraf<br />

wil Henk van Brummen wel aangeven wat<br />

anders had gekund. ‘Een geleerde les is<br />

toch dat je altijd gefaseerd moet werken.<br />

Het is de kunst om grip te krijgen op grote<br />

“veranderingsbrokken” door ze op te<br />

knippen. Tegelijkertijd is dat faseren lastig<br />

omdat je weet dat tal van ontwikkelingen<br />

en organisatieveranderingen samenhangen.<br />

We zijn vooral met tegenslagen geconfronteerd<br />

doordat ontwikkelingen gingen<br />

samenlopen. Alles was veel gemakkelijker<br />

geweest als ondersteunende programma’s<br />

zoals Phoenix, dat managementinformatie<br />

genereert, en het bedrijfsprocessensysteem<br />

GPS eerder waren gerealiseerd.<br />

Zo was er een relatie tussen beginnen<br />

met GPS en de overdracht van zaken<br />

naar de CVOM, dat als een van de eerste<br />

OM-onderdelen zijn standaardzaken in<br />

GPS zou verwerken. Dat de CVOM de eerste<br />

tijd nog met het oude Compassysteem<br />

moest werken, is bijna dodelijk voor de<br />

CVOM geweest.’<br />

Uitnutten<br />

Nu constateren Van Brummen en Van der<br />

Steege dat het goed is gekomen. HOMV<br />

kan, als programma, worden afgesloten.<br />

Niet omdat het OM niet meer zal veranderen,<br />

zegt de PG: ‘De beweging is nooit<br />

voorbij. HOMV was het vliegwiel, die<br />

beweging houden we erin. Maar we komen<br />

nu in een nieuwe fase, waarin je voor verandering<br />

kunt overstappen naar reguliere<br />

lijnsturing, die door de regiovorming tussen<br />

diensthoofden en college ook beter<br />

sluit. Immers, het concern stáát nu, nadat<br />

we eerst de parketten op gelijke wijze heb-<br />

ben opgebouwd, landelijke onderdelen<br />

hebben gecreëerd en OM-regio’s hebben<br />

gevormd. Die regio-indeling wordt<br />

nagevolgd in de buitenwereld: politie en<br />

rechtspraak schalen op langs dezelfde<br />

lijnen en vanuit dezelfde behoeften. Met<br />

de Landelijke Ressortelijke Organisatie<br />

hebben we nu ook één “regio” voor alle vijf<br />

ressortsparketten.’<br />

‘De scheiding tussen de verwerking van<br />

standaardzaken en maatwerkzaken<br />

is binnen die structuur doorgevoerd.<br />

Elk OM-onderdeel kent bovendien<br />

een afdeling Beleid & Strategie. Ook<br />

de ondersteunende systemen kunnen<br />

we in die structuur implementeren.<br />

De intensiveringsprogramma’s en het<br />

Versterkingsprogramma kunnen erin. En<br />

deze week nog is de HRM-visie vastgesteld.<br />

Lange tijd was het voor medewerkers<br />

abstract: kwetsbaarheid verminderen,<br />

kwaliteit verbeteren, de goede schaal<br />

zoeken. Dat is concreet geworden. Nu het<br />

concern staat, komt er een andere fase:<br />

die van verbeteren. Iedere leidinggevende<br />

weet wat er nu moet gebeuren. Uitnutten,<br />

uitnutten en nog eens uitnutten.’<br />

Een andere structuur is geen garantie<br />

voor beter werk. De éénconcerngedachte<br />

zal ook gevóéld moeten worden. Van der<br />

Steege meent dat dat is gebeurd, dat de<br />

HOMV-ideeën inmiddels omarmd zijn.<br />

‘De aanvankelijke terughoudendheid is<br />

verdwenen. Een echt omslagpunt is niet te<br />

geven, maar vooral in het laatste jaar hebben<br />

we het enthousiasme zien ontstaan,<br />

getuige ook de Opportuun-interviews


OPPORTUUN · 01 / 2010<br />

van de laatste tijd. Op alle niveaus pakken<br />

mensen dóór met de regionalisering en<br />

de formalisering daarvan. Dat lézen we<br />

niet alleen in Opportuun, dat zien we ook<br />

terug in alle producten en plannen waarin<br />

OM’ers die ambities omzetten. Er wordt<br />

niet meer vanuit het eigen parket, maar<br />

OM-breed gedacht.’<br />

Betere cultuur<br />

Van Brummen: ‘OM-breed denken zie<br />

je niet alleen aan de komst van sharedserviceorganisaties<br />

als de CVOM en de<br />

DVOM, de héle culturele focus is gewijzigd.<br />

Tijdens de laatste OM-conferentie<br />

hebben we met zijn allen – college, hoofdofficieren,<br />

hoofdadvocaten-generaal en<br />

de plaatsvervangers – volwassen kunnen<br />

praten over de consequenties die de bezuinigingen<br />

voor het OM hebben. Nog nooit<br />

heb ik een OM-conferenties meegemaakt<br />

waarin ik zo vaak het woord “samen” heb<br />

horen vallen. We handelen er naar. We lossen<br />

elkaars capaciteitsproblemen op. Den<br />

Bosch doet nu zittingen voor Rotterdam,<br />

dat problemen met de zittingscapaciteit<br />

><br />

Foto: Gerhard van Roon<br />

‘De DVOM geeft<br />

het concern<br />

een verborgen<br />

winst’<br />

23


24 AFSLUITING HOMV<br />

><br />

‘Het oude Compas-systeem<br />

is bijna dodelijk voor de<br />

CVOM geweest’<br />

heeft. Alle parketten helpen ressortsparket<br />

Amsterdam om daar de megazaken te kunnen<br />

wegwerken.’<br />

Van der Steege: ‘De samenwerking tussen<br />

deze eerste en tweede lijn is enorm verbeterd,<br />

zowel wat betreft communicatie als<br />

samenwerking. Men informeert elkaar en<br />

helpt om de zaken te laten slagen.<br />

‘Belangrijk binnen HOMV is de samenwerking<br />

met Medezeggenschap Raad OM<br />

geweest. Hun visie op cultuur en leiderschap<br />

delen we. De MROM heeft zich<br />

kritisch opgesteld, maar altijd vanuit het<br />

belang van de organisatie en haar medewerkers;<br />

nooit hebben we echt tegenover<br />

elkaar gestaan.’<br />

Meer kwaliteit<br />

De kwaliteit verbetert, zegt Van Brummen.<br />

Hij wijst er op dat bij de groei van het OM<br />

is het aantal officieren relatief het meest<br />

is gestegen. Binnen die groep zijn er meer<br />

senior-officieren gekomen en is specialisatie<br />

en expertiseopbouw gegroeid. ‘Zo<br />

zijn er nu bijvoorbeeld TGO-officieren<br />

voor grootschalige opsporingsonderzoeken.<br />

FO-officieren voor betere kwaliteit<br />

van forensische opsporing en vervolging.<br />

Cybercrime- , kwaliteits-, en rechercheofficieren.<br />

Op die manier hebben stevige<br />

maatwerkafdeling kunnen ontstaan. Maar<br />

veronderstel niet dat je de vruchten van<br />

kwaliteitsverbetering direct plukt. Als je<br />

gisteren cybercrime-officier bent geworden,<br />

betekent dat niet dat je daarin vandaag<br />

al helemaal geschikt bent. Het vraag<br />

tijd om dat “in te leren”. Maar dat behoort<br />

nu tot de mogelijkheden. In de recente<br />

visie op HRM wordt dat mooi uitgewerkt.’<br />

‘En de regionalisering geeft daarvoor de<br />

basis’, zegt Van der Steege. ‘De dynamiek<br />

van de specialismen is nu in de regio<br />

geconcentreerd. Parketten zijn nu min-<br />

der kwetsbaar en je kunt breder ervaring<br />

opdoen op een terrein. De aandacht voor<br />

het primair proces, ons echte werk, is in<br />

handen gegeven van één PG, voor mij een<br />

bewijs van focus op wat er toe doet in het<br />

OM: streven naar zo goed mogelijk werk<br />

leveren.’<br />

Meer efficiency<br />

De concernvorming biedt ook de mogelijkheid<br />

tot efficiënter werken, zegt Van<br />

Brummen. ‘Zo zijn alle Mulderzaken naar<br />

de CVOM gegaan, die centrale verwerking<br />

scheelt heel veel. Een groot stuk efficiëntie<br />

zal pas ontstaan als GPS, met alle digitale<br />

mogelijkheden ervan, echt ten volle worden<br />

uitgenut. Ook de DVOM is nu goedkoper<br />

dan de optelsom van alle kosten die<br />

gemaakt werden toen al deze taken nog<br />

afzonderlijk, op elk parket, werden uitgevoerd.<br />

Die DVOM-winst valt niet zo op,<br />

maar bekijk het eens zó: in de afgelopen<br />

vijf jaar is het personeelsbestand van het<br />

OM met twintig procent gegroeid, terwijl<br />

het aantal mensen dat in de ondersteuning<br />

werkzaam is, gelijk is gebleven. Het is ook<br />

een verborgen winst.’<br />

‘De afgelopen jaren is er eerst gebouwd<br />

aan standaardisatie en uniformering’,<br />

zegt Eric Jan van der Steege. ‘Allemaal hetzelfde<br />

doen en op dezelfde wijze. Pas als<br />

de afzonderlijke onderdelen “compatibel”<br />

zijn, kun je goed opschalen en samenwerken.<br />

Dat gaat zich nu uitbetalen. Door de<br />

regionalisering worden de regio’s een personele<br />

unie. De budgetten worden sinds<br />

2009 ook per regio verdeeld. Dat is de eerste<br />

keer wennen, het moet inslijten. Maar<br />

in zijn algemeenheid verloopt dat goed. De<br />

bedrijfsvoering heeft een impuls gekregen<br />

door de komst van de directeur bedrijfsvoering,<br />

die als medebestuurder in de<br />

regio is gepositioneerd. Het is nog vroeg,<br />

maar daarover horen we positieve geluiden.<br />

De lijn wordt doorgetrokken naar een<br />

PG met als portefeuille bedrijfsvoering.’<br />

Van der Steege pakt de besluitenlijst van de<br />

Collegevergadering van 28 september 2004<br />

er eens bij. ‘Tijdens die collegevergadering<br />

nam het college 65 samenhangende<br />

HOMV-besluiten. Zoals het besluit over<br />

de komst van landelijke vestigingsplaatsen.<br />

Of het besluit dat de invoer van GPS<br />

leidend is voor HOMV. Het besluit tot<br />

oprichting een centrale verwerkingseenheid<br />

(toen CVE geheten, nu CVOM). De<br />

aanwijzing van de regio’s en regioparketten.<br />

Aanwijzing van FP-vestigingen. De<br />

komst van een shared service organisatie<br />

(later DVOM). Het apart organiseren van<br />

PIOFAH-taken. De concentratie van specialismen<br />

in de tweede lijn. Het is állemaal<br />

gebeurd. De medewerkers in het land hebben<br />

er allemaal aan bijgedragen.’<br />

‘Er is door hen ook wel eens gezucht’, zegt<br />

Henk van Brummen. ‘Maar ik moet zeggen:<br />

OM’ers gáán er vervolgens wel voor.’<br />

Tekst Pieter Vermaas


OPPORTUUN · 01 / 2010 GRomBERGEN<br />

Feest<br />

Voor veel Nederlanders gaat er – zuinig als<br />

we zijn – maar één ding boven feest vieren:<br />

gratis feest vieren. Een mooie illustratie<br />

daarvan las ik onlangs in een kranteninterview<br />

met zangeres Wende Snijders. Op de<br />

vraag wat ze op een avond uitgaan ongeveer<br />

uitgaf luidde het antwoord: “als ik het handig<br />

aanpak: niks.” Om daar overigens aan<br />

toe te voegen dat ze graag vrienden mee uit<br />

eten nam. Of ik van haar muziek houd weet<br />

ik nog niet, maar Wende lijkt me wel een<br />

leuke vrouw.<br />

Gratis feest vieren: het kan op vele manieren,<br />

zo blijkt maar weer. Legaal, maar ook<br />

illegaal. Voor de Utrechtse rechtbank stond<br />

onlangs een stel terecht dat de bloemetjes<br />

buiten zette van achterover gedrukte geldbedragen.<br />

Onder het motto “als je iets doet<br />

moet je het ook goed doen” waren ze maar<br />

gelijk gegaan voor de hoofdprijs: in totaal<br />

werd meer dan 100.000 euro buit gemaakt.<br />

De man werkte in dienst van een bewakingsbedrijf<br />

dat de beveiliging van het<br />

gebouw van de opsporingsdienst van<br />

het <strong>Ministerie</strong> van Volkshuisvesting,<br />

Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer voor<br />

zijn rekening nam. Een vertrouwelijke functie<br />

dus, want de man opende deuren die<br />

voor anderen gesloten bleven. En wel heel<br />

letterlijk. In de kluis van de opsporingsdienst<br />

werden, in enveloppen, in beslag<br />

genomen geldbedragen bewaard. Van de<br />

kluisdeur wist de beveiliger de sleutel te<br />

bemachtigen. Waaruit hij vervolgens, uit de<br />

enveloppen, geld haalde.<br />

En toen kon het feestvieren beginnen. De<br />

man en zijn vrouw bezochten casino’s en<br />

boekten van het gestolen geld hotelovernachtingen.<br />

Maar ook een vakantie naar<br />

Aruba en een auto konden er nog vanaf. Tot<br />

uiteraard het onvermijdelijke gebeurde:<br />

het stel liep tegen de lamp. Nadat ze waren<br />

aangehouden legden beiden een bekennende<br />

verklaring af: de man over het<br />

wegnemen van het geld, de vrouw gaf de<br />

opzetheling toe.<br />

Beide verdachten kozen ervoor om op de<br />

dag van de inhoudelijke behandeling van<br />

de zaak niet aanwezig te zijn, maar zich te<br />

laten vertegenwoordigen door een gemach-<br />

tigd raadsman. Die een aantal juridische<br />

verweren voerde die uiteindelijke allemaal<br />

werden verworpen. Op zijn beurt koos de<br />

raadsman ervoor zich te beperken tot die<br />

juridische verweren en niet in te gaan op<br />

de persoonlijke omstandigheden van verdachte.<br />

Daar zat de rechtbank mee, met<br />

name bij de beantwoording van de vraag<br />

naar de strafmaat: “nu de raadsman van<br />

verdachte geen nadere uiteenzetting heeft<br />

gegeven omtrent de persoonlijke omstandigheden<br />

van verdachte, en verdachte er<br />

voor heeft gekozen om niet te verschijnen<br />

ter zitting van 2 november 2009 en daardoor<br />

geen nadere informatie heeft gegeven over<br />

zijn huidige persoonlijke omstandigheden,<br />

ziet de rechtbank in het opleggen van een<br />

verplicht reclasseringscontact geen meerwaarde”.<br />

De geëiste gevangenisstraf van 12 maanden<br />

werd desondanks niet opgelegd: de rechtbank<br />

vond een werkstraf van 240 uur en een<br />

voorwaardelijke gevangenisstraf van zes<br />

maanden voor de man voldoende. De vrouw<br />

kwam er van af met een werkstraf van 150<br />

uur en drie maanden voorwaardelijk. Maar<br />

wat misschien nog het hardste telt: de man<br />

moet aan de staat de weggenomen ruim<br />

107.000 euro terugbetalen. Dit feestje eindigde<br />

dus met een dikke, rode kater!<br />

Tekst: Jan-Willem Grimbergen, offi cier van<br />

justitie, parket Utrecht<br />

25


26 INTERNATIONAAL<br />

Internationaal<br />

Jurisprudentie<br />

De regeling voor vervolgings–<br />

en executieoverlevering van<br />

Nederlanders is op basis<br />

van artikel 6, lid 5 van de<br />

Overleveringswet (OLW) ook van<br />

toepassing op vreemdelingen,<br />

voor zover die vreemdeling zijn<br />

verblijfsrecht niet zal verliezen<br />

en voor zover die vreemdeling<br />

in Nederland kan worden vervolgd<br />

voor de feiten die aan het<br />

Europees Aanhoudingsbevel<br />

ten grondslag liggen. Dit laatste,<br />

het zg. rechtsmachtvereiste,<br />

kan een Nederlander niet<br />

worden tegengeworpen.<br />

De achterliggende gedachte<br />

bij dit onderscheid is, dat artikel<br />

5 Wetboek van Strafrecht<br />

voorziet in de mogelijkheid<br />

Nederlanders voor bijna alle<br />

strafbare feiten gepleegd in het<br />

buitenland te vervolgen. Voor<br />

vreemdelingen bestaat een dergelijke<br />

rechtsmachtbepaling in<br />

de Nederlandse strafwetgeving<br />

slechts voor een beperkt aantal<br />

strafbare feiten.<br />

In een recente uitspraak is aan<br />

de orde gekomen of dit onderscheid<br />

op basis van nationaliteit<br />

discriminerend, en dus in strijd<br />

met artikel 12 EG-verdrag en<br />

artikel 1 van het 12e protocol bij<br />

het EVRM, is.<br />

Rechtbank Amsterdam, 3 juli<br />

2009, LJN BJ 1773<br />

Polen vraagt de overlevering ter<br />

vervolging van een vreemdeling,<br />

die zijn verblijfstatus als<br />

gevolg van het vonnis, niet zou<br />

verliezen. De opgeëiste persoon<br />

wordt verdacht van opzetheling.<br />

De raadsman acht de<br />

overlevering van de opgeëiste<br />

persoon aan Polen alleen toelaatbaar<br />

indien door de Poolse<br />

autoriteiten een dubbele terugkeergarantie<br />

ex artikel 6, lid 1<br />

OLW wordt verstrekt, omdat het<br />

vereiste van rechtsmacht naar<br />

zijn mening strijdig is met de<br />

eerder genoemde regels van<br />

hogere orde (te weten artikel 12<br />

EG-Verdrag en artikel 1 van het<br />

12e protocol bij het EVRM).<br />

Om te beoordelen of met de eis<br />

van rechtsmacht een ongeoorloofd<br />

onderscheid op basis van<br />

nationaliteit wordt gemaakt,<br />

heeft de Rechtbank allereerst<br />

bekeken met welk doel de wetgever<br />

de eis van rechtsmacht<br />

heeft gesteld.<br />

De ratio van de eis van<br />

Nederlandse rechtsmacht,<br />

zoals eerder overwogen in een<br />

uitspraak van<br />

23 januari 2007 (LJN: AZ7032),<br />

volgt uit de parlementaire<br />

behandeling van het EUV ten<br />

aanzien van de verklaring<br />

en het voorbehoud bij artikel<br />

6, eerste lid van het EUV<br />

(Kamerstukken II, 1964-1965,<br />

8054, nr. 6, p. 29). Zij beoogt te<br />

voorkomen dat personen die<br />

zich op het grondgebied van<br />

Nederland bevinden zich aan de<br />

tenuitvoerlegging van een hen<br />

in een andere lidstaat opgelegde<br />

vrijheidsstraf onttrekken en<br />

daarmee straffeloos blijven.<br />

In het voorkomen van straffeloosheid<br />

wordt naar het oordeel<br />

van de rechtbank een rechtvaardiging<br />

voor voornoemd<br />

onderscheid op basis van nationaliteit<br />

gevonden. Dit raadsman<br />

stelt dit ook, maar alleen als de<br />

opgeëiste persoon zonder het<br />

rechtsmachtvereiste te stellen<br />

ook daadwerkelijk straffeloos<br />

blijft. In casu zou hier geen<br />

sprake van zijn, nu de opgeëiste<br />

persoon op grond van de WOTS<br />

en het VOGP na overlevering<br />

en veroordeling in Polen naar<br />

Nederland volgenskan terugkeren<br />

om hier zijn straf te ondergaan.<br />

Volgens de rechtbank berust<br />

deze stelling op een onjuiste<br />

aanname over het systeem<br />

van de Overleveringwet en is<br />

deze slechts gestoeld op de<br />

mogelijkheden die de WOTS<br />

biedt. De dubbele terugkeergarantie<br />

is een voorwaarde die de<br />

Overleveringswet stelt aan de<br />

toelaatbaarheid van de overlevering<br />

voor bepaalde groepen<br />

personen. Indien de garantie<br />

door de uitvaardigende justitiele<br />

autoriteit niet wordt afgegeven,<br />

dient ingevolge het wettelijk<br />

systeem weigering van de<br />

overlevering te volgen. Indien<br />

sprake is van rechtsmacht<br />

kan vervolgens de opgeëiste<br />

persoon in Nederland worden<br />

vervolgd en hoeft hij niet straffeloos<br />

te blijven. In deze zaak is<br />

dat niet mogelijk, nu Nederland<br />

geen rechtsmacht heeft voor de<br />

door hem in Polen gepleegde<br />

opzetheling. De stelling van de<br />

raadsman miskent dit gegeven.<br />

De overlevering wordt (zonder<br />

terugkeergarantie) toegestaan.<br />

Jenneke Blanken, AIRS<br />

Tel. 070 – 370 7138


OPPORTUUN · 01 / 2010<br />

Vrouwen<br />

Zoveel zelfinzicht,<br />

waren mannen<br />

maar vaker zo<br />

Vrouwen zijn anders dan mannen. Dat<br />

zie je ook in de rechtszaal. Niet alleen zijn<br />

vrouwelijke verdachten heel sterk in de<br />

minderheid, ze plegen ook niet de zwaarste<br />

feiten. Sociale zekerheidsfraude en<br />

dronken rijden komt wel voor. Als ze een<br />

winkeldiefstal plegen, stelen ze kinderkleren,<br />

cosmetica of gewoon eten omdat<br />

de uitkering op was maar de maand nog<br />

niet om. En als ze geweld plegen dan is dat<br />

soms na jarenlange mishandeling door<br />

die rotkerel van ze, die nu ook de kinderen<br />

dreigt te gaan slaan.<br />

Vrouwen zijn immers gericht op de<br />

instandhouding van de soort; ze voeden<br />

en verplegen, troosten, bewaken en sussen.<br />

Zelf was ik verbaasd wat het moederschap<br />

ooit met me deed. Kon ik daarvoor<br />

de klok ondergeschikt maken aan de gezelligheid<br />

en stof laten liggen tot het zich niet<br />

verder ophoogde, opeens waren regelmaat<br />

en hygiëne belangrijk. En o wee, wie te<br />

dicht in de buurt van mijn pasgeboren<br />

baby kwam. Dat kloekige krijg je zomaar<br />

in de schoot geworpen en welbeschouwd,<br />

is het een prachtig mechanisme. Hoeveel<br />

doodsmakken of verdrinkingen zijn niet<br />

voorkomen door oplettende moeders? En<br />

wie anders let op snotneuzen, gymkleren,<br />

schoenen die te klein worden of vreemde<br />

gedragswisselingen.<br />

Vol ongeloof zag ik dan ook dat er een<br />

moeder voor de rechter moest verschijnen<br />

omdat ze haar dochter bij de haren had<br />

gepakt, tegen de grond had gewerkt, langdurig<br />

op haar had ingetrapt en uiteindelijk<br />

met een honkbalknuppel langdurig en<br />

hard op het hoofd had proberen te slaan.<br />

Dat doet een moeder toch niet! Hoe kwam<br />

dit: een langlopend conflict, gestoorde<br />

agressieregulatie, een overmaat aan testosteron<br />

of een ander soort persoonlijkheidsstoornis?<br />

Op de zitting blijkt het een incident onder<br />

invloed van alcohol te zijn geweest. Nooit<br />

eerder was er wat voorgevallen. De vrouw,<br />

heftig aangeslagen, bekent schuld tegenover<br />

de rechter en is gelijk bereid wat voor<br />

straf dan ook te aanvaarden. Ze heeft op<br />

verschillende manieren hulp gezocht. Bij<br />

UT RECHT 27<br />

Centrum Maliebaan heeft ze een behandeling<br />

doorlopen voor het drankprobleem<br />

en sindsdien drinkt ze niet meer. Ze heeft<br />

hulp van een psycholoog en ze heeft er<br />

alles aan gedaan om de relatie met haar<br />

dochter te herstellen, wat gelukt is. Verder<br />

heeft ze de schorsingsvoorwaarden nauwgezet<br />

nageleefd en toont ze volop inzicht<br />

in haar situatie. ‘Ik wou dat ik het kon<br />

terugdraaien’, is haar hartenkreet.<br />

Ze heeft zo haar best gedaan haar fout<br />

goed te maken, dat Reclassering verder<br />

contact niet nodig acht. En dan gebeurt<br />

er iets bijzonders. De officier, die een straf<br />

toch op zijn plaats vindt, eist een werkstraf<br />

en een voorwaardelijke gevangenisstraf<br />

maar geen Reclasseringscontact. De<br />

raadsvrouw, in plaats van tegen de eis in<br />

te gaan, juicht de taakstraf toe. ‘Dat zou<br />

een goede manier zijn om weer eens te<br />

wennen aan een gewone dagactiviteit.’<br />

Daarnaast vraagt ze de rechter juist wel<br />

reclasseringscontact op te leggen want<br />

het is van belang dat de hulpverlening<br />

doorloopt. Wat normaal gesproken wordt<br />

gezien als een strafverzwaring, ontpopt<br />

zich nu als een waardevolle steun in de rug.<br />

De rechter legt alles op: de voorwaardelijke<br />

gevangenisstraf, de werkstraf en het<br />

reclasseringcontact en alle partijen knikken<br />

en doen gelijk afstand. Voor de vrouw<br />

breekt een nieuwe periode aan. Ik hoop<br />

dat ze het redt.<br />

Vrouwen zijn echt anders, denk ik. Zagen<br />

we dit maar vaker: zoveel zelfinzicht, eigen<br />

initiatief om weer op het goede pad te<br />

komen en te blijven en bereidheid mee te<br />

gaan in het oordeel van de rechter. Waren<br />

mannen maar vaker zo.<br />

Tekst: Mary Hallebeek,<br />

persvoorlichter parket Utrecht

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!