Integraal risicomanagement - VvAA
Integraal risicomanagement - VvAA
Integraal risicomanagement - VvAA
Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!
Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.
<strong>Integraal</strong> <strong>risicomanagement</strong><br />
Onderzoeksrapport<br />
<strong>Integraal</strong> <strong>risicomanagement</strong><br />
in 40 Nederlandse ziekenhuizen
Inhoudsopgave<br />
Inleiding 3<br />
Leeswijzer 5<br />
Managementsamenvatting 6<br />
1. Onderzoeksvraag 12<br />
1.1. De meerwaarde van integraal <strong>risicomanagement</strong>: formulering<br />
onderzoeksvraag 12<br />
1.2. Theoretische toelichting bij centrale onderzoeksvraag 13<br />
1.2.1. Wat is <strong>risicomanagement</strong>? 13<br />
1.2.2. Wat is IRM? 14<br />
1.2.3. Wat zijn de belangrijkste elementen van IRM in<br />
2 | Jaarverslagenonderzoek<br />
relatie tot de volwassenheid? 16<br />
2. Onderzoeksmethodiek en opzet 17<br />
2.1 Onderzoeksvraag en doelstelling 17<br />
2.2 Onderzoekstechniek 18<br />
2.3 Datacollectie 18<br />
2.4 Wijze van analyseren 18<br />
2.4.1 Beoordelingscriteria voor IRM 19<br />
2.5 Wegingsfactoren en scoringsmethodiek 21<br />
2.6 Beperkingen 23<br />
3. Onderzoeksresultaten en bevindingen 24<br />
3.1. Totaalbevindingen van de scores per subonderzoeksvraag 1 tot en<br />
met 10 aan de hand van de beoordelingscriteria IRM 24<br />
3.2.1. Toelichting per subonderzoeksvraag 25<br />
3.2.2. Samenvattend totaaloverzicht resultaten per<br />
subonderzoeksvraag 1 tot en met 10 28<br />
3.3. Totaalbevindingen van de scores per beoordelingscriterium<br />
(breedte, systematisch, structuur, meet- en toetsbaarheid) 39<br />
3.4. Samenvattend overzicht van scores en bevindingen van alle onderzochte<br />
ziekenhuizen, per subonderzoeksvraag en per beoordelingscriterium 45<br />
3.5. Resultaten per ziekenhuis, per beoordelingscriteria 46<br />
4. Eindconclusie en aanbevelingen 49<br />
4.1.1. Eindconclusie onderzoeksvraag 49<br />
4.1.2. Aanbevelingen op basis van de conclusies bij de<br />
subonderzoeksvragen 40<br />
4.2 Aanbevelingen op basis van de beoordelingscriteria 56<br />
5. Over <strong>VvAA</strong> en ConQuaestor 59<br />
Begrippen- en afkortingenlijst 60
Inleiding<br />
Waardecreatie voor patiënten en de maatschappij is van groot belang voor ziekenhuizen.<br />
Risicomanagement is een essentieel onderdeel van de totale besturing en inrichting (hierna:<br />
governance) van ziekenhuizen.<br />
Sinds de totstandkoming van de Zorgbrede Governance Code in 2005 staat bij steeds meer<br />
Nederlandse ziekenhuizen <strong>risicomanagement</strong> op de agenda van de Raden van Bestuur en<br />
Raden van Toezicht. Een goede inrichting van de governance is maar één voorwaarde om<br />
de organisatie op koers te houden. Het opzetten van een goed functionerend risicobeheer-<br />
en controlesysteem is een complex proces, en dat geldt ook voor ziekenhuizen. Een goed<br />
<strong>risicomanagement</strong>proces gaat uit van een lerende organisatie. Het verbetert de transparantie<br />
en zorgt voor meer inzicht en verbinding, waardoor de kwaliteit en veiligheid van de<br />
zorg worden verhoogd. Daarnaast vragen de publieke opinie en de maatschappelijke<br />
verantwoording om steeds meer transparantie over veilige zorg. Dit sluit aan bij de speerpunten<br />
van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid.<br />
De zorgmarkt bevindt zich in een turbulente omgeving. Social media vormen een omgeving<br />
waarin steeds sneller moet worden gereageerd. De diversiteit van de risico’s neemt toe,<br />
maar daarnaast vertonen de risico’s die op zorgorganisaties afkomen ook steeds meer<br />
onderlinge samenhang. Deze ontwikkelingen versterken de behoefte aan een <strong>risicomanagement</strong><br />
dat alle risico’s en bedreigingen beheersbaarder kan maken. Gezien de geschiedenis<br />
van de governancecode, de maatschappelijke ontwikkelingen en de huidige zorgmarkt<br />
roept dit anno 2013 de vraag op in hoeverre ziekenhuizen er in geslaagd zijn om <strong>risicomanagement</strong><br />
te integreren in de dagelijkse bedrijfsvoering. Dit is voor ons de reden om de<br />
ziekenhuisjaarverslagen van 2010 en 2011 aan een onderzoek te onderwerpen.<br />
Dit onderzoek is een gezamenlijk initiatief van <strong>VvAA</strong> en ConQuaestor. <strong>Integraal</strong> <strong>risicomanagement</strong><br />
komt pas volledig tot zijn recht als de totale zorgorganisatie in al haar facetten<br />
wordt meegenomen. De term ‘integraal’ benadrukt dat het gaat om het management van<br />
alle verschillende risicogebieden met betrekking tot de strategie, het zorgproces, de operationele<br />
bedrijfsvoering en wet- en regelgeving, in hun onderlinge samenhang. Daarom heeft<br />
het onderzoek (deskresearch) zich gericht op de mate waarin de ziekenhuizen hun integraal<br />
<strong>risicomanagement</strong> hebben beschreven in de jaarverslagen van 2010 en 2011. Daarnaast is<br />
bij het onderzoek een aantal belangrijke kernelementen van IRM meegenomen die worden<br />
gehanteerd in de subonderzoeksvragen en in de onderzoekscriteria. Deze zijn weliswaar<br />
indirect opgenomen in de governancecode (de wat-vraag), maar moeten door de ziekenhuizen<br />
expliciet gemaakt worden om IRM echt te laten werken (de hoe- vraag).<br />
Risicomanagement in het algemeen legt een belangrijke focus op het creëren van samenhang<br />
en verbinding tussen alle organisatiedisciplines. Een analyse van de mate waarin deze<br />
verbinding tot stand is gekomen, is van belang voor het succesvol creëren van waarde en<br />
hiermee de voorspelbaarheid van die waarde voor een ziekenhuis.<br />
IRM bestaat uit veel elementen, waaronder belangrijke als risicobereidheid, de strategische<br />
beleidsdoelstellingen in relatie tot <strong>risicomanagement</strong>, compliance, governance,<br />
Jaarverslagenonderzoek | 3
auditing en de planning- & controlcyclus. De mate waarin deze elementen tot wasdom<br />
komen is een aanwijzing voor de ‘volwassenheid’ van IRM. Die volwassenheid kan op een<br />
schaal worden uitgedrukt. In dit onderzoek vormen de kernelementen van IRM, en de<br />
mate waarin deze beschreven zijn in de jaarverslagen, een indicatie voor de mate van<br />
volwassenheid.<br />
We zijn ons ervan bewust dat de jaarverslagen een beperkte kijk kunnen geven op het<br />
onderzoeksonderwerp; anderzijds geven ze wel inzicht in het beeld dat ziekenhuizen van<br />
zichzelf willen presenteren op het gebied van <strong>risicomanagement</strong> in het algemeen en IRM in<br />
het bijzonder. De meerwaarde van het onderzoek is, dat inzicht verkregen wordt in de mate<br />
waarin IRM beschreven is. Dit geeft tevens een indicatie van de volwassenheid van het<br />
IRM-proces in de ziekenhuizen. Dit betreft dan de mate waarin een organisatie profiteert<br />
van het proces van <strong>risicomanagement</strong> en met recht tegen de maatschappij, de toezichthouders,<br />
de financiers en haar patiënten kan zeggen dat zij ‘in control’ is.<br />
Utrecht, juni 2013<br />
Lilian Knol - Risicomanagement voor de Gezondheidszorg - <strong>VvAA</strong><br />
Thomas A. Ros - Vakgroep Governance, Audit, Risk & Compliance - ConQuaestor<br />
4 | Jaarverslagenonderzoek
Leeswijzer<br />
1. Onderzoeksvraag<br />
In dit hoofdstuk wordt toegelicht hoe de onderzoeksvraag tot stand is gekomen. Een aantal<br />
elementaire onderwerpen komen aan de orde, zoals: wat is <strong>risicomanagement</strong>, wat is<br />
integraal <strong>risicomanagement</strong> (IRM), wat is IRM-volwassenheid en wat zijn daarvan de<br />
belangrijkste kenmerken?<br />
2. Onderzoeksmethodiek en opzet<br />
Het onderzoek is kwalitatief van aard en gedaan op basis van deskresearch. De opzet, de<br />
keuze van de populatie en de gehanteerde onderzoeksmethodiek worden in dit hoofdstuk<br />
verder uitgewerkt en geëxpliceerd.<br />
3. Onderzoeksresultaten en bevindingen<br />
In dit hoofdstuk worden de onderzoeksresultaten en bevindingen weergegeven. In eerste<br />
instantie gaan we in op de totaalscore van de tien subonderzoeksvragen, aan de hand van<br />
de vier beoordelingscriteria voor IRM. Vervolgens geven we per subonderzoeksvraag een<br />
toelichting , resulterend in een totaaloverzicht. Voorts komen de totaalbevindingen van de<br />
scores per IRM-beoordelingscriterium aan de orde. Tot slot wordt, aan de hand van een<br />
totaaloverzicht, ingegaan op de geanonimiseerde resultaten per ziekenhuis.<br />
4. Conclusies en aanbevelingen<br />
In dit hoofdstuk geven we antwoord op de centrale onderzoeksvraag in de vorm van een<br />
eindconclusie. Deze eindconclusie betreft een indicatie van de IRM-volwassenheidsfase van<br />
de 40 onderzochte ziekenhuizen voor 2010 en 2011. Op basis van deze eindconclusie hebben<br />
we algemene aanbevelingen geformuleerd. De tien onderzoeksvragen en de vier beoordelingscriteria<br />
leidden tot een aantal conclusies. Op basis van die conclusies doen we een aantal<br />
aanbevelingen teneinde IRM, zowel inhoudelijk als voor de weergave in het jaarverslag,<br />
kwalitatief beter te beschrijven en te implementeren in de ziekenhuisorganisatie.<br />
Jaarverslagenonderzoek | 5
Managementsamenvatting<br />
Nederlandse ziekenhuizen zijn nog onvoldoende in staat om integraal <strong>risicomanagement</strong><br />
optimaal toe te passen. Sommige risico’s krijgen niet de aandacht die ze verdienen. Risico’s<br />
die samenhangen met financiën en met de veiligheid van patiënten worden doorgaans wel<br />
onderkend, maar ook dan blijft de onderlinge samenhang van die risico’s vaak buiten beeld.<br />
In 2010 en 2011 heeft vrijwel geen enkel ziekenhuis aangegeven in control te zijn op het<br />
gebied van <strong>risicomanagement</strong>. Bovendien is onvoldoende transparant hoe de Zorgbrede<br />
Governance Code in de praktijk wordt toegepast.<br />
Dit zijn de voornaamste conclusies van een onderzoek naar het integraal <strong>risicomanagement</strong><br />
(IRM) van Nederlandse ziekenhuizen. Onderzoekers van ConQuaestor en <strong>VvAA</strong> analyseerden<br />
de jaarverslagen van veertig Nederlandse algemene ziekenhuizen over 2010 en 2011,<br />
en bekeken of en in hoeverre IRM in die jaarverslagen wordt behandeld. Op basis van dit<br />
onderzoek stellen zij vast dat ziekenhuizen weliswaar voortgang hebben geboekt in hun<br />
pogingen om IRM een volwaardige plaats te geven in hun organisaties, maar dat de professionaliteit<br />
en transparantie nog verbeterd kunnen worden.<br />
Een belangrijke aanbeveling is dat ziekenhuizen zelf vaststellen hoe volwassen hun IRM<br />
zou moeten zijn, en hoeveel transparantie nodig is om te voldoen aan de behoeften van hun<br />
stakeholders. In plaats van beleid op te stellen voor afzonderlijke risico’s, zou het <strong>risicomanagement</strong>beleid<br />
zodanig moeten worden vormgegeven dat risico’s in de hele organisatie in<br />
hun samenhang worden bekeken.<br />
Meerwaarde onderzoek en centrale onderzoeksvraag<br />
Dit onderzoek beschrijft de mate waarin IRM beschreven is in de jaarverslagen van Nederlandse<br />
ziekenhuizen. Deze mate is een indicatie van de volwassenheid van IRM en het daaraan<br />
ten grondslag liggende proces. Dit onderzoek kan de discussie aanzwengelen over de wijze<br />
waarop IRM voor de ziekenhuizen naar een hogere graad van volwassenheid kan worden opgetild,<br />
zodat elk ziekenhuis optimaal van IRM kan profiteren en met recht tegen de maatschappij,<br />
de toezichthouders, de financiers en de patiënten kan zeggen ‘wij zijn in control’.<br />
<strong>VvAA</strong> en ConQuaestor hebben onder 40 ziekenhuizen onderzoek gedaan naar de huidige<br />
status van IRM, aan de hand van de volgende centrale vraag:<br />
In welke mate wordt integraal <strong>risicomanagement</strong> kwalitatief beschreven in de jaarverslagen<br />
2010 en 2011 van de Nederlandse algemene ziekenhuizen?<br />
Onderzoeksopzet en aanpak<br />
Ten behoeve van het onderzoek heeft het onderzoeksteam steekproefsgewijs een veertigtal<br />
ziekenhuizen geselecteerd. Er zijn in Nederland 81 algemene ziekenhuizen (NVZ 2011); er<br />
is een evenredige keuze gemaakt uit grote, gemiddelde en kleine ziekenhuizen. De academische<br />
ziekenhuizen zijn buiten beschouwing gelaten, vanwege hun specifieke positie op<br />
gebieden als financiering, universitair onderzoek, internationale scope, omvang en wijze<br />
van organisatie.<br />
6 | Jaarverslagenonderzoek
De jaarverslagen over de boekjaren 2010 en 2011 zijn in hun totaliteit in de analyse meegenomen.<br />
Alle jaardocumenten zijn in digitale vorm publiekelijk vrij beschikbaar.<br />
Om de centrale onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden heeft het onderzoeksteam een<br />
set van subonderzoeksvragen geformuleerd, alsmede een viertal beoordelingscriteria:<br />
Subonderzoeksvragen<br />
1. Is er een hoofdstuk <strong>risicomanagement</strong> aanwezig in het jaarverslag?<br />
2. Is de risicobereidheid benoemd?<br />
3. Is <strong>risicomanagement</strong> in relatie gebracht met de strategische doelstellingen?<br />
4. Wordt er een <strong>risicomanagement</strong>beleid geformuleerd?<br />
5. Is er een governancestructuur aanwezig voor het <strong>risicomanagement</strong>?<br />
6. Is compliance een onderdeel van het <strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
7. Is operational audit een onderdeel van, of maakt het gebruik van, het<br />
<strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
8. Wordt een in-controlverklaring afgegeven?<br />
9. Is <strong>risicomanagement</strong> een onderdeel van de planning- & controlcyclus?<br />
10. Blijkt uit de jaarcijfers een specifieke risicoreservering?<br />
Beoordelingscriteria Omschrijving<br />
Breedte De mate waarin IRM in de gehele organisatie ingevoerd is<br />
in alle organisatielagen en in de strategische en operationele<br />
processen (het zorgproces en de operationele bedrijfsvoering)<br />
Systematisch De mate waarin specifieke <strong>risicomanagement</strong>modellen of<br />
-methoden worden toegepast om het IRM-proces in de organisatie<br />
te borgen<br />
Structureel De mate waarin het IRM-proces, of de onderdelen daarvan,<br />
met een bepaalde frequentie en in samenhang met de<br />
bedrijfsvoering aan de orde komen<br />
Meet- en toetsbaarheid De mate waarin de input en de uitkomsten van het IRM-proces<br />
dusdanig gemeten kunnen worden dat er sprake is van<br />
expliciete resultaten<br />
Elk ziekenhuis is vervolgens kwalitatief beoordeeld aan de hand van de volgende tabel,<br />
waarbij elk ziekenhuis een kwantitatieve score heeft gekregen van 1, 2 of 3. Hieruit volgt<br />
een indicatie van de fase van IRM- volwassenheid waarin elk ziekenhuis verkeert. Het<br />
meten van de volwassenheid is gedaan op basis van een volwassenheidsmodel:<br />
Jaarverslagenonderzoek | 7
Constatering en beoordeling<br />
voldoende, aanwezig, volledig, transparant<br />
in ontwikkeling, deels aanwezig, niet<br />
volledig, onduidelijk, voor verbetering<br />
vatbaar<br />
onvoldoende, niet aanwezig, niet<br />
transparant<br />
8 | Jaarverslagenonderzoek<br />
Kleurcode<br />
IRM-<br />
Score<br />
Relatie met volwassenheidsfase IRM<br />
3 Volwassenheidsfase 4 en 5<br />
2 Volwassenheidsfase 2 en 3<br />
1 Volwassenheidsfase 1<br />
Voornaamste uitkomsten onderzoek<br />
Het gezamenlijke onderzoek van ConQuaestor en <strong>VvAA</strong> heeft de volgende voornaamste<br />
uitkomsten opgeleverd, als antwoord op de centrale vraag in welke mate de veertig<br />
onderzochte Nederlandse algemene ziekenhuizen integraal <strong>risicomanagement</strong> kwalitatief<br />
beschrijven in de jaarverslagen over 2010 en 2011:<br />
Constatering en<br />
Beoordeling<br />
voldoende, aanwezig, volledig,<br />
transparant<br />
in ontwikkeling, deels aanwezig,<br />
niet volledig, onduidelijk, voor<br />
verbetering vatbaar<br />
onvoldoende, niet aanwezig, niet<br />
transparant<br />
Kleurcode<br />
IRM-<br />
Score<br />
3<br />
2<br />
1<br />
Relatie met volwassenheidsfase<br />
IRM<br />
Volwassenheidsfase<br />
4 en 5<br />
Volwassenheidsfase<br />
2 en 3<br />
Volwassenheidsfase<br />
1<br />
Onderzochte<br />
ziekenhuizen<br />
2010 2011<br />
15% 18%<br />
28% 27%<br />
57% 55%<br />
- Op basis van de kwalitatieve uitgangspunten van het onderzoek laat de tabel zien dat, van<br />
de onderzochte ziekenhuizen, 85% voor 2010 en 82% voor 2011 nog in volwassenheidsfase<br />
1, 2 of 3 verkeren.<br />
- Meer dan de helft van de 40 onderzochte ziekenhuizen heeft IRM nog onvoldoende<br />
beschreven in de jaarverslagen over 2010 en 2011.<br />
- Het onderzoek laat zien dat een klein percentage van de ziekenhuizen (15% in 2010 en<br />
18% in 2011) zich in volwassenheidsfase 4 bevindt. Geen enkel ziekenhuis haalde de hoogste<br />
totaalscore op alle onderzoeksvragen en alle beoordelingscriteria. Dat wil zeggen dat<br />
geen enkel onderzocht ziekenhuis zich in volwassenheidfase 5 bevindt.
- Ziekenhuizen besteden veel aandacht aan de risico’s die samenhangen met patiëntveiligheid<br />
en financiën. De onderlinge samenhang van deze risico’s wordt echter niet of<br />
nauwelijks door de ziekenhuizen in beschouwing genomen.<br />
- In 82% voor 2010 en 88% voor 2011 van de onderzochte jaarverslagen wordt geen melding<br />
gemaakt van risicobereidheid. Het proces van IRM zou idealiter moeten starten met<br />
de definitie van risicobereidheid. Alleen door toleranties en risicolimieten expliciet te<br />
benoemen en vast te leggen kunnen meetbare en acceptabele risicobeheersmaatregelen<br />
worden gekomen. Mede gelet op de antwoorden op de subonderzoeksvragen 3 en 4 kan<br />
worden geconcludeerd dat nog niet wordt voldaan aan de randvoorwaarden voor een<br />
effectief IRM-proces. Daarbij moeten alle risicogebieden met betrekking tot de strategie,<br />
het zorgproces, de operationele bedrijfsvoering en wet- en regelgeving worden<br />
gehanteerd en in samenhang worden beschouwd. Het bepalen en specifiek maken van de<br />
risicobereidheid, in relatie tot strategische doelstellingen, is noodzakelijk om die samenhang<br />
te borgen.<br />
- De Zorgbrede Governance Code blijft een punt van aandacht. Ondanks een verbetering<br />
van de score met 4% in 2011 ten opzichte van 2010, ontbreekt het aan voldoende transparantie<br />
over de wijze waarop de Zorgbrede Governance Code wordt doorvertaald. Vooral<br />
het bestuurlijke aspect uit de Zorgbrede Governance Code krijgt de aandacht van de<br />
Raden van Bestuur. De focus op inbedding van een governancestructuur voor <strong>risicomanagement</strong><br />
in de ziekenhuizen is daarentegen onvoldoende.<br />
- De Zorgbrede Governance Code schrijft niet expliciet voor hoe het proces van IRM moet<br />
worden ingericht. Het is en blijft echter noodzakelijk om hieraan vorm te geven.<br />
Ziekenhuizen moeten vaststellen en vastleggen hoe de taken, verantwoordelijkheden en<br />
bevoegdheden in de eigen organisatie worden ingezet. Het strekt tot aanbeveling om dit<br />
op te nemen in het <strong>risicomanagement</strong>beleid.<br />
- Met 86% voor 2011 wordt compliance door de ziekenhuizen niet of onvoldoende beschreven<br />
als onderdeel van het proces van <strong>risicomanagement</strong>. Compliance vormt echter een<br />
essentieel onderdeel van IRM. Daarnaast is de compliancefunctie veelal niet ingericht.<br />
Ziekenhuizen kunnen veel winnen door compliancerisico’s efficiënt te beheersen, en zo<br />
doublures in activiteiten en maatregelen te voorkomen.<br />
- De ziekenhuizen geven in hun jaarverslagen over 2010 en 2011 (95%) zelden of nooit<br />
een in-controlverklaring af in het kader van het <strong>risicomanagement</strong>beleid. Het expliciet<br />
maken van de verantwoording over het gevoerde beleid ten aanzien van de risico’s van<br />
de organisatie maakt nog geen onderdeel uit van de communicatie door ziekenhuizen.<br />
Risicomanagement zou in deze een continu proces moeten zijn, met als eerste aanzet het<br />
benoemen en definiëren van de risicobereidheid als onderdeel van het <strong>risicomanagement</strong>beleid.<br />
De uitgangspunten daarvan zouden moeten worden verankerd in de planning-<br />
& controlcyclus. Daarmee kan het management een verantwoording afleggen die<br />
past bij de governance, de organisatiecultuur en de behoefte van stakeholders (w.o. Raad<br />
van Toezicht, IGZ, Waarborgfonds Zorgsector, NVZ, financiers, et cetera). In het kader<br />
Jaarverslagenonderzoek | 9
van transparantie en de verantwoording over het gevoerde risicobeleid zou een heldere<br />
communicatie over de mate van risicobeheersing gewenst zijn.<br />
- Op het beoordelingsscriterium Structureel is voor ziekenhuizen nog veel winst te behalen.<br />
- Op onderdelen wordt structureel gerapporteerd over <strong>risicomanagement</strong>. Het gaat dan<br />
echter vooral over de financiële kant van de organisatie, de kwaliteit van de zorg en de<br />
patiëntveiligheid. In ongeveer de helft van de gevallen wordt aangegeven dat er een<br />
verband bestaat met de planning- & controlcyclus. In andere gevallen kan worden<br />
vastgesteld dat deze relatie ontbreekt. Bij de beoordelingscriteria Breedte en<br />
Systematisch is geconcludeerd dat ziekenhuizen hun risico’s traditioneel benaderen<br />
vanuit een silo aanpak en niet in onderlinge samenhang beschouwen. Deze samenhang is<br />
echter noodzakelijk om IRM in de organisatie te borgen. De aanbevelingen luiden als<br />
volgt:<br />
• Laat de organisatie, als geheel en per onderdeel, periodiek verantwoording afleggen<br />
over het gevoerde <strong>risicomanagement</strong>beleid.<br />
• Verrijk het informatieprotocol met uitgangspunten die betrekking hebben op risicobereidheid,<br />
risicobeleid en risicoprofiel per resultaatverantwoordelijke eenheid.<br />
• Zorg voor borging van IRM in de lijnorganisatie (het zorgproces en de operationele<br />
bedrijfsvoering) als de ‘first line of defense’ (onderdeel van de ‘three lines of defense’).<br />
• Laat IRM-rapportagelijnen en -frequentie gelijk lopen met de planning - & con trol -<br />
cyclus.<br />
- Op het beoordelingscriterium Meet- en toetsbaar is voor de ziekenhuizen eveneens nog<br />
veel winst te behalen. Ruim de helft van de onderzochte jaarverslagen scoren op dit<br />
criterium een onvoldoende. Dit duidt erop dat er geen sprake is van een expliciet geformuleerd<br />
normenkader. Dit kader is noodzakelijk om de metingen (input en resultaten) in<br />
het IRM- proces op een zinvolle wijze te toetsen, opdat kan worden tegemoetgekomen<br />
aan de eisen van de stakeholders (zoals toezichthouders en kapitaalverstrekkers).<br />
Hierdoor worden de ziekenhuizen steeds meer getriggerd om het IRM- proces goed neer<br />
te zetten in de organisatie, waarbij de volgende punten in acht worden genomen:<br />
• Maak IRM-uitgangspunten expliciet en meetbaar door gebruik te maken van risicobereidheid.<br />
Hieraan gerelateerd worden niet alleen de te kwantificeren doelstellingen<br />
(in cijfers), maar ook de kwalitatieve doelstellingen op het vlak van reputatie en<br />
bedrijfscultuur meegenomen.<br />
• Maak de kostenefficiëntie van beheersmaatregelen expliciet in relatie tot de risico’s.<br />
• Baseer risicoreserves op onderbouwde risico- en rendementsafwegingen.<br />
• Optimaliseer de weergave van IRM in het jaarverslag ten behoeve van transparantie<br />
voor alle stakeholders.<br />
• Ontwikkel <strong>risicomanagement</strong> verder op een manier die past bij de volwassenheid van<br />
de organisatie, en begin met hetgeen er al aanwezig is.<br />
10 | Jaarverslagenonderzoek
Uit deze uitkomsten valt af te leiden dat ziekenhuizen een stap hebben gezet op weg naar<br />
de volgende volwassenheidsfase van IRM. Het bereiken van een verder geprofessionaliseerde<br />
en transparantere organisatie is echter niet vanzelfsprekend. De beste motivatie is<br />
een intrinsieke. Zodra er aandacht wordt gevraagd voor <strong>risicomanagement</strong> door wet- of<br />
regelgeving of door toezichthouders, ligt het gevaar van bureaucratie op de loer. Dit resulteert<br />
vaak in een fragmentarische aanpak, in plaats van een integrale aanpak. Een ruime<br />
meerderheid van de onderzochte groep ziekenhuizen kent op dit moment onvoldoende<br />
transparantie over de verantwoording van de risicobeheersing.<br />
Belangrijkste aanbevelingen<br />
Ziekenhuizen zouden voor zichzelf het ambitieniveau voor IRM moeten vaststellen en dat<br />
expliciet maken in IRM-beleid. Met de stakeholders moet worden vastgesteld hoe groot de<br />
behoefte is aan transparantie over <strong>risicomanagement</strong> en hoe het ziekenhuis zich daarmee<br />
kan onderscheiden. Daarbij is het van belang vast te stellen welke samenhang met de strategische<br />
doelstellingen verwacht wordt, passend bij de huidige integrale bedrijfsvoering en<br />
cultuur. Daarnaast moet samenhang worden aangebracht in de toepassing van IRM op de<br />
verschillende risicogebieden met betrekking tot de strategie, het zorgproces, de operationele<br />
bedrijfsvoering (inclusief IT) en wet- en regelgeving. Dit heeft tot gevolg dat de risico’s<br />
niet vanuit traditionele silo’s worden beschouwd, maar organisatiebreed.<br />
Een meerjarig groeimodel zal de meest effectieve aanpak zijn om de diverse fases van<br />
IRM-volwassenheid te doorlopen. Een goede start is het in beeld brengen van de huidige<br />
IRM-volwassenheid, waarbij optimaal gebruik wordt gemaakt van wat er al aanwezig is.<br />
Elk ziekenhuis kan volgens het groeimodel kiezen hoe het IRM wil ontwikkelen. Daarbij is<br />
zowel een top-down- als een bottom-upbenadering mogelijk. Een top-downbenadering<br />
wordt geïnitieerd door de Raad van Bestuur en de medische staf, op basis van een gemeenschappelijk<br />
en strategisch draagvlak. Een bottom-upbenadering maakt daarentegen<br />
gebruik van datgene wat er al ligt (meestal op het vlak van patiëntveiligheid) als basis voor<br />
een verdere doorontwikkeling.<br />
Tot slot<br />
Vanuit de visie op de integrale bedrijfsvoering biedt IRM kansen voor de zorgsector. Door<br />
afstemming te zoeken tussen intern IRM- beleid en de uitvoering daarvan en de externe<br />
toetsing door toezichthouders en zorgautoriteiten, ontstaat een gedeeld normenkader voor<br />
IRM. Dit gezamenlijk normenkader zal leiden tot efficiëntere toetsing, een ‘level playing<br />
field’ voor alle marktpartijen en transparantie voor alle stakeholders.<br />
Jaarverslagenonderzoek | 11
1. Onderzoeksvraag<br />
De vraag die dit onderzoek beantwoordt, is de volgende:<br />
In welke mate wordt integraal <strong>risicomanagement</strong> kwalitatief beschreven in de jaarverslagen<br />
2010 en 2011 van de Nederlandse algemene ziekenhuizen?<br />
De directe aanleiding om te onderzoeken in welke mate ziekenhuizen IRM in hun<br />
jaarverslagen hebben beschreven, zijn diverse maatschappelijke ontwikkelingen, in<br />
combinatie met de ontwikkelingen rond de Zorgbrede Governance Code. In dit hoofdstuk<br />
zetten we uiteen hoe de onderzoeksvraag tot stand is gekomen en geven we antwoord op<br />
een aantal voorafgaande vragen, zoals: wat is <strong>risicomanagement</strong>, wat is integraal <strong>risicomanagement</strong><br />
(IRM), wat is IRM volwassenheid en wat zijn daarvan de belangrijkste<br />
kenmerken?<br />
1.1. De meerwaarde van integraal <strong>risicomanagement</strong>:<br />
formulering onderzoeksvraag<br />
Dit onderzoek geeft aan in hoeverre algemene ziekenhuizen IRM in hun jaarverslagen hebben<br />
beschreven. Dit geeft tevens een indicatie van de volwassenheid van het IRM-proces in<br />
de ziekenhuizen, ofwel de mate waarin een organisatie profiteert van het proces van <strong>risicomanagement</strong><br />
en met recht tegen de maatschappij, toezichthouders, financiers en patiënten<br />
kan zeggen dat zij vanuit een intrinsieke motivatie ‘in control’ is.<br />
De Inspectie voor de GezondheidsZorg (IGZ) oefent risicogestuurd toezicht uit, en gebruikt<br />
daarvoor veiligheids- en kwaliteitsindicatoren. Deze indicatoren geven aan waar risico’s<br />
bestaan voor de kwaliteit van de zorg. Ze worden ook gehanteerd in het merendeel van de<br />
publiek beschikbare informatie in jaarverslagen, maatschappelijke jaarverslagen, websites<br />
en dergelijke (IGZ, 2012). Ziekenhuizen gebruiken die indicatoren om de kwaliteit van hun<br />
zorg te meten en te verbeteren, en om zichzelf te profileren. Zorgverzekeraars gebruiken<br />
de kwaliteitsindicatoren bij het inkopen van zorg.<br />
De veiligheids- en kwaliteitsindicatoren zijn gedefinieerd voor specialistische zorgprocessen.<br />
Andere, niet-zorggerelateerde, risico’s blijven daardoor onderbelicht, en worden soms<br />
zelfs helemaal niet onderkend. Dat kan leiden tot een silobenadering van risicogebieden in<br />
ziekenhuisorganisaties. Risico’s op het gebied van de strategie, het zorgproces, de operationele<br />
bedrijfsvoering en wet- en regelgeving lijken vaak onafhankelijk van elkaar te worden<br />
bekeken. Dit levert binnen ziekenhuizen mogelijk inefficiëntie op in het toepassen van de<br />
beheersmaatregelen, in zoverre beheersmaatregelen (onbewust) dubbel worden genomen<br />
of tegenstrijdig aan elkaar zijn. Maar bovenal worden door de siloaanpak de risico’s niet of<br />
onvoldoende in beeld gebracht, omdat de onderlinge afhankelijkheid van risico’s in de totale<br />
zorgketen niet transparant is. Ook de manier waarop risico’s de zorgprocessen beïnvloeden<br />
is onduidelijk.<br />
12 | Jaarverslagenonderzoek
Om in een complexe organisatie als een ziekenhuis te komen tot een goede risicobeheersing<br />
in de hele zorgketen is een integrale aanpak nodig. Recent is immers meer dan eens aangetoond<br />
dat een kleine trigger genoeg is om het vertrouwen te verliezen. Als dat gebeurt kan<br />
een ziekenhuis worden geconfronteerd met onverwachte kosten; dat gebeurde bijvoorbeeld<br />
bij het Maasstad Ziekenhuis, het Medisch Spectrum Twente en het Ruwaard van Putten<br />
Ziekenhuis. De risico’s en de onderlinge afhankelijkheden van functies en processen werden<br />
in die gevallen niet tijdig erkend of herkend. Deze incidenten hebben vaak niet alleen de<br />
zorg en de betrokken patiënten, specialist(en) en bestuurders geraakt, maar de gehele<br />
organisatie en de publieke opinie.<br />
Het zelfvertrouwen van een ziekenhuis, én het vertrouwen dat publiek en toezichthouders<br />
in een ziekenhuis hebben, wordt voor een groot deel bepaald door de transparantie waarmee<br />
het ziekenhuis communiceert over de manier waarop het met risico’s omgaat. IRM kan<br />
daarbij helpen, omdat het een totaaloverzicht biedt van de risico’s die de doelstellingen van<br />
het ziekenhuis bedreigen, en van hun onderlinge samenhang. Er zou zelfs gesteld kunnen<br />
worden dat zonder IRM geen werkelijk transparante externe communicatie mogelijk is.<br />
Voor het onderhavige onderzoek is gebruik gemaakt van jaardocumenten en jaarrekeningen.<br />
Dit zijn publiek beschikbare gegevens, waarmee ziekenhuizen verantwoording<br />
afleggen over hun risicobeheersing.<br />
1.2. Theoretische toelichting bij centrale onderzoeksvraag<br />
De centrale onderzoeksvraag is gebaseerd op een theorie over <strong>risicomanagement</strong>, die we<br />
hieronder uiteenzetten.<br />
1.2.1. Wat is <strong>risicomanagement</strong>?<br />
Over <strong>risicomanagement</strong> wordt tegenwoordig veel gezegd, geschreven en nagedacht. Het<br />
ligt voor de hand dat <strong>risicomanagement</strong> allereerst draait om het zien of vinden van relevante<br />
risico’s en het bedenken van de daarbij behorende beheersmaatregelen. Voor een volwaardig<br />
<strong>risicomanagement</strong>proces is echter meer nodig. Goed <strong>risicomanagement</strong> staat in dienst<br />
van de strategische organisatiedoelstellingen, en gaat uit van de risicobereidheid en de<br />
cultuur van de organisatie. Dit zijn twee belangrijke elementen van <strong>risicomanagement</strong><br />
waarmee een organisatie tot meetbare en acceptabele risicobeheersmaatregelen kan<br />
komen. Hierbij moet worden opgemerkt dat <strong>risicomanagement</strong> altijd een middel is om een<br />
doel te bereiken, en nooit een doel op zichzelf kan en mag zijn. COSO ERM (Enterprise Risk<br />
Management) geeft de volgende definitie van <strong>risicomanagement</strong>:<br />
Ondernemings<strong>risicomanagement</strong> is een proces dat bewerkstelligd wordt door<br />
het bestuur van de onderneming, het management en ander personeel en wordt<br />
toegepast bij het formuleren van de strategie en binnen de gehele onderneming, ontworpen<br />
om potentiële gebeurtenissen die invloed kunnen hebben op de onderneming<br />
te identificeren en om risico’s te beheersen zodat deze binnen de risico-acceptatiegraad<br />
vallen, om een redelijke zekerheid te bieden ten aanzien van het behalen van<br />
de ondernemingsdoelstellingen.<br />
Jaarverslagenonderzoek | 13
De COSO ERM-definitie en de verdieping ervan bevatten een aantal fundamentele elementen<br />
en ideeën over <strong>risicomanagement</strong>:<br />
• het is een continu proces, uitgevoerd door bestuur, management en alle medewerkers;<br />
• het is van invloed op de strategiebepaling en raakt alle mensen in alle lagen en op alle<br />
niveaus van de organisatie;<br />
• het wordt daarom door de hele organisatie toegepast;<br />
• het is gericht op het identificeren van potentiële problemen en risico’s;<br />
• het past bij de volwassenheid en cultuur van de organisatie;<br />
• als risico’s zich voordoen en de organisatie raken, worden ze gemanaged binnen de risicobereidheid<br />
van de organisatie. Het gaat hierbij om de beheersing die de organisatie<br />
wenselijk vindt, met als einddoel het behalen van de organisatie doelstellingen op een<br />
verantwoorde wijze.<br />
Hiermee is <strong>risicomanagement</strong> een manier van managen die organisatiebreed toepasbaar is<br />
en de organisatie op koers brengt en houdt. Risicomanagement voegt waarde toe aan de<br />
organisatie en de systemen en/of methoden die al gebruikt worden, zoals LEAN, kwaliteitsmanagement,<br />
verandermanagement et cetera.<br />
Voor de zorgsector is <strong>risicomanagement</strong>, zoals hiervoor beschreven, doorvertaald in de<br />
Zorgbrede Governance Code (BOZ,2011). Deze code verplicht de leden tot het uitvoeren<br />
van aantoonbare risicobeheersing en controles. In de code wordt vermeld dat de Raad van<br />
Bestuur en de Raad van Toezicht verantwoordelijk zijn voor kwaliteit, veiligheid en risk<br />
management.<br />
De Code stelt: “Risk Management betreft niet alleen financiële risico’s van de<br />
zorgorganisatie, maar handelt ook over risico’s als kwaliteit van de zorg, patiëntveiligheid,<br />
imago- en marktrisico’s, bouwinvesteringen en fusietrajecten.”<br />
1.2.2. Wat is IRM?<br />
IRM is geen statisch, maar een dynamisch en interactief proces. Dit proces wordt continu<br />
doorlopen, zodat op het gebied van <strong>risicomanagement</strong> een zelflerende en zelfsturende<br />
zorgorganisatie ontstaat, die zich bewust is van de impact van de verschillende risico’s en<br />
hun onderlinge samenhang, alsook van de opties voor beheersing en de verschillende consequenties<br />
hiervan, inclusief de belegging van verantwoordelijkheden in de organisatie.<br />
Het integrale karakter van IRM komt tot uiting doordat er een verbinding wordt gelegd<br />
tussen strategie en operatie, en doordat de daarmee gepaard gaande processen in onderlinge<br />
samenhang worden beschouwd. Zo worden kansen en bedreigingen geïdentificeerd<br />
die van invloed kunnen zijn op het uitvoeren van de strategie en het behalen van de daaraan<br />
gerelateerde doelstellingen. Bedreigingen worden vertaald in risico’s waarvoor beheersmaatregelen<br />
worden geïmplementeerd op zodanige wijze, dat deze passen bij de risicobereidheid<br />
van het ziekenhuis.<br />
14 | Jaarverslagenonderzoek
De term ‘integraal’ benadrukt dat het gaat om het management van alle verschillende<br />
risico gebieden met betrekking tot de strategie, het zorgproces, de operationele bedrijfsvoering<br />
en wet- en regelgeving in onderlinge samenhang. Hierbij wordt volledigheid<br />
nagestreefd door de organisatie.<br />
Voor dit onderzoek is in eerste instantie uitgegaan van de algemene definitie van IRM,<br />
afgeleid van COSO ERM, aangevuld met de uitgangspunten die opgenomen zijn in de<br />
Zorgbrede Governance Code en de kennis van <strong>VvAA</strong> en ConQuaestor. Ten behoeve van<br />
de analyse moeten de belangrijkste elementen van deze definitie echter verder worden<br />
uitgewerkt. Hierdoor wordt de definitie geoperationaliseerd en praktisch hanteerbaar.<br />
Op basis van ervaringen in alle bedrijfssectoren met IRM, hebben ConQuaestor en <strong>VvAA</strong><br />
de volgende aanvullingen (met bijbehorende resultaten) op de definitie vastgesteld:<br />
• Risicomanagement is een gestructureerde en systematische aanpak om relevante<br />
risico’s, die het behalen van de organisatiedoelstellingen bedreigen, expliciet te kunnen<br />
identificeren, prioriteren analyseren en beheersen.<br />
• <strong>Integraal</strong> <strong>risicomanagement</strong> gaat uit van de samenhang van (cummulatie)risico’s, daarbij<br />
rekening houdend met de doelstellingen van de organisatie.<br />
• Aantoonbaar <strong>risicomanagement</strong> vergroot de transparantie en leidt tot toenemend<br />
vertrouwen van financiers en toezichthouders, patiënten en samenwerkingspartners.<br />
• <strong>Integraal</strong> <strong>risicomanagement</strong> geeft inzicht in zichtbare én onzichtbare kosten. De organisatie<br />
kan vervolgens concrete, doordachte en samenhangende maatregelen nemen die<br />
bijdragen aan kostenbeheersing en de juiste inschatting van mogelijke kansen en bedreigingen<br />
(denk ook aan kosten verspilling, herstelkosten, imagoschade, personeelsverloop<br />
etc.)<br />
• <strong>Integraal</strong> <strong>risicomanagement</strong> brengt onderwerpen structureel en expliciet onder de<br />
aandacht van alle lagen van de organisatie.<br />
• <strong>Integraal</strong> <strong>risicomanagement</strong> creëert draagvlak en wederzijds begrip van elkaars werkvelden;<br />
het verbindt organisatieonderdelen.<br />
• Een organisatie die risico’s proactief en continu in kaart brengt is beter voorbereid op de<br />
toekomst en kan sneller reageren op veranderingen. Hierdoor wordt de concurrentiepositie<br />
versterkt.<br />
Jaarverslagenonderzoek | 15
1.2.3. Wat zijn de belangrijkste elementen van IRM in relatie tot de volwassenheid?<br />
In een volwaardig IRM-proces zijn drie belangrijke elementen uitgeschreven die alle dienen<br />
te worden bekrachtigd door de Raad van Bestuur en Raad van Toezicht:<br />
• De (strategische) doelstellingen van de organisatie.<br />
• De expliciete risicobereidheid in relatie tot de doelstellingen van de organisatie.<br />
• Het <strong>risicomanagement</strong>beleid en de structuur (risicofunctie, governance, compliance,<br />
audit en control) om de doelen te realiseren op basis van de risicobereidheid.<br />
Hierbij dient te worden opgemerkt dat de ‘tone at the top’ onmiskenbaar van invloed is op<br />
de kwaliteit van het <strong>risicomanagement</strong>. De risicocultuur is de som van alle individuele en<br />
bedrijfswaarden, houdingen en gedragspatronen die bepalen of en hoe de zorgorganisatie<br />
is gecommitteerd aan integraal <strong>risicomanagement</strong> en het <strong>risicomanagement</strong>beleid dat<br />
hiertoe is opgesteld. Het bestuur moet in woord en daad het belang van <strong>risicomanagement</strong><br />
uitdragen. Vervolgens moet dit op alle niveaus geïntegreerd worden in de (dagelijkse) werkzaamheden.<br />
Daarnaast is er de vraag hoe de risico’s gemanaged worden en of dit in overeenstemming<br />
is met de strategie, risicobereidheid en het risicoprofiel van het ziekenhuis.<br />
De hiervoor geformuleerde IRM-elementen kunnen vertaald worden naar een volwassenheid<br />
die kan worden uitgedrukt in vijf opeenvolgende fasen. Model 1 is een visualisatie<br />
hiervan. Het onderzoeksteam hanteert deze schaalverdeling voor zowel de score als de<br />
analyse van de mate waarin de algemene ziekenhuizen in de jaarverslagen blijk geven IRM<br />
te hebben ingevoerd.<br />
Model 1. Volwassenheid IRM<br />
Relatie met de strategie<br />
Fase 1<br />
Ad hoc en<br />
reactief. Externe<br />
normen dominant<br />
Fase in ontwikkeling van integraal <strong>risicomanagement</strong><br />
© ConQuaestor<br />
16 | Jaarverslagenonderzoek<br />
Fase 2<br />
Risico identificatie<br />
en classificatie.<br />
Externe normen<br />
dominant, beperkt<br />
in samenhang met<br />
interne normen<br />
Fase 3<br />
Verankering.<br />
Constante<br />
identificatie,<br />
meeting<br />
vastlegging en<br />
beheersing van<br />
risico’s in risico<br />
register.<br />
Fase 4<br />
Risico/maatregel<br />
optimalisatie.<br />
Ook kwantificering<br />
van risico’s en<br />
kosten/baten<br />
analyses bij<br />
beheersing van<br />
risico’s. Interne<br />
norm in balans met<br />
externe norm.<br />
Fase 5<br />
Risico integratie in<br />
de strategische<br />
planning: constante<br />
afstemming<br />
van risico’s tussen<br />
business model<br />
en strategie en<br />
doorvertaling van<br />
risico’s/beheersing<br />
naar tactisch en<br />
operationeel
2. Onderzoeksmethodiek en opzet<br />
De opzet van het onderzoek, de keuze van de populatie en de gehanteerde onderzoeksmethodiek<br />
worden in dit hoofdstuk verder uitgewerkt en geëxpliceerd.<br />
2.1. Onderzoeksvraag en doelstelling<br />
Het onderzoek is gericht op de algemene ziekenhuizen in Nederland, en tracht op basis van<br />
de jaardocumenten over 2010 en 2011 inzicht te krijgen in de mate waarin IRM wordt toegepast.<br />
Dit levert tevens een indicatie op van de mate van volwassenheid van de toepassing<br />
van IRM door de Nederlandse ziekenhuizen. Het verkrijgen van inzicht in de mate van<br />
volwassenheid is essentieel voor ziekenhuizen die willen aantonen dat hun gebruik van IRM<br />
groei vertoont. Daarnaast is inzicht in de mate van IRM-volwassenheid noodzakelijk om een<br />
discussie aan te kunnen gaan over de wijze waarop IRM voor elk ziekenhuis kan toegroeien<br />
naar een hogere graad van volwassenheid. Het centrale doel van het onderzoek is dan ook<br />
het verkrijgen van inzicht in de mate van volwassenheid van de toepassing IRM door de<br />
Nederlandse ziekenhuizen. De onderzoeksvraag is als volgt opgesteld:<br />
In welke mate wordt integraal <strong>risicomanagement</strong> kwalitatief beschreven in de jaarverslagen<br />
2010 en 2011 van de Nederlandse algemene ziekenhuizen?’<br />
Om een antwoord te krijgen op de onderzoeksvraag, en daarbij deze onderzoekvraag<br />
ondersteuning te bieden, heeft het onderzoeksteam een tiental subonderzoeksvragen<br />
geformuleerd:<br />
Subonderzoeksvragen<br />
1. Is er een hoofdstuk <strong>risicomanagement</strong> aanwezig in het jaarverslag?<br />
2. Is de risicobereidheid benoemd?<br />
3. Is <strong>risicomanagement</strong> in relatie gebracht met de strategische doelstellingen?<br />
4. Wordt er een <strong>risicomanagement</strong>beleid geformuleerd?<br />
5. Is er een governancestructuur aanwezig voor het <strong>risicomanagement</strong>?<br />
6. Is compliance een onderdeel van het <strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
7. Is operational audit een onderdeel van, of maakt het gebruik van, het<br />
<strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
8. Wordt een in-controlverklaring afgegeven?<br />
9. Is <strong>risicomanagement</strong> een onderdeel van de planning- & controlcyclus?<br />
10. Blijkt uit de jaarcijfers een specifieke risicoreservering?<br />
Jaarverslagenonderzoek | 17
2.2. Onderzoekstechniek<br />
De toepassing van Risicomanagement is een element dat prominent naar voren komt in<br />
de Zorgbrede Governance Code. Volgens deze code dienen de leden van deelnemende<br />
brancheorganisaties (waaronder de Nederlandse ziekenhuizen), de principes na te leven die<br />
in de code beschreven zijn, en dienen zij hierover verantwoording af te leggen in de jaarverslaglegging.<br />
Vandaar dat in het onderzoek gebruik wordt gemaakt van de jaarverslagen<br />
van de ziekenhuizen om de onderzoeksvraag te beantwoorden.<br />
Voor het onderzoek is een kwalitatieve analyse uitgevoerd van jaarverslagen van<br />
Nederlandse ziekenhuizen over 2010 en 2011. Dit zijn publiek beschikbare gegevens,<br />
waarmee ziekenhuizen verantwoording afleggen over hun risicobeheersing. De analyse<br />
schetst een duidelijk beeld van het volwassenheidsniveau van de toepassing van IRM door<br />
Nederlandse ziekenhuizen.<br />
2.3. Datacollectie<br />
Het onderzoek is gericht op algemene ziekenhuizen in Nederland. Nederland heeft in totaal<br />
81 van zulke ziekenhuizen (NVZ 2011). De categorie topklinische opleidingsziekenhuizen<br />
valt integraal in de onderzoekspopulatie van algemene ziekenhuizen.<br />
Daarnaast kent Nederland acht universitaire medische centra. Deze zijn in dit onderzoek<br />
buiten beschouwing gelaten vanwege hun specifieke financiering, verantwoordingeisen,<br />
toezichtsystemen en complexiteit.<br />
Om tot een gedragen conclusie te kunnen komen, is de omvang van de steekproef op 40<br />
gezet; bijna de helft van de totale populatie van algemene ziekenhuizen in Nederland.<br />
Op grond van dit relatief grote aantal kan worden aangenomen dat er tot op zekere hoogte<br />
uitspraken gedaan kunnen worden over de gehele populatie.<br />
De steekproef betreft een niet a-selecte steekproef. Van de 81 ziekenhuizen is namelijk een<br />
evenredige keuze gemaakt uit grote, gemiddelde en kleine ziekenhuizen, op basis van de<br />
productiegegevens en het aantal specialisten/FTE’s . Tevens is rekening gehouden met een<br />
optimale geografische spreiding van de ziekenhuizen. Op deze manier is een adequate<br />
verdeling van de ziekenhuizen op grootte en geografische verspreiding geborgd.<br />
2.4. Wijze van analyseren<br />
Twee onderzoekers hebben de jaarverslagen van de ziekenhuizen geanalyseerd. Om tot<br />
eenduidige zoekresultaten te kunnen komen, is gebruik gemaakt van vaste zoekcriteria (zie<br />
Model 2: beoordelingscriteria IRM, hieronder).<br />
Iedere onderzoeker maakte gebruik van dezelfde criteria en onderzocht een vastgesteld<br />
aantal jaarverslagen. Daarna wisselden de onderzoekers hun gegevens uit, waarna zij<br />
opvallende scores bespraken en de beoordelingen toetsten. Tevens beoordeelden de onderzoekers<br />
onafhankelijk van elkaar steekproefsgewijs een identiek tiental jaarverslagen,<br />
waarna de verschillen in beoordeling werden onderzocht en bijgesteld. De beoordelings-<br />
18 | Jaarverslagenonderzoek
verschillen in deze steekproef waren minimaal en verwaarloosbaar; een aanwijzing dat de<br />
beoordeling consistent verliep.<br />
De jaarverslagen van de ziekenhuizen zijn in hun totaliteit in de analyse meegenomen, dus<br />
inclusief jaarrekeningen en (sociale) jaarverslagen. Alle jaardocumenten zijn in digitale<br />
vorm publiekelijk vrij beschikbaar. Uit respect voor de individuele ziekenhuizen is ervoor<br />
gekozen om het onderzoeksrapport te anonimiseren.<br />
2.4.1. Beoordelingscriteria voor IRM<br />
Aan de hand van vier criteria is vastgesteld in hoeverre algemene ziekenhuizen blijkens hun<br />
jaarverslagen IRM hebben ingevoerd, en in welk stadium van volwassenheid hun <strong>risicomanagement</strong><br />
verkeert. De gehanteerde zoekcriteria zijn uitgewerkt in model 2.<br />
Criteria Omschrijving Relatie met volwassenheidsfase IRM<br />
Breedte De mate waarin IRM in<br />
de gehele organisatie is<br />
ingevoerd in alle organisatie<br />
lagen en binnen de<br />
strategische en operationele<br />
processen<br />
Systematisch De mate waarin specifieke<br />
<strong>risicomanagement</strong> modellen<br />
of methoden worden<br />
toegepast om het IRM<br />
proces in de organisatie te<br />
borgen<br />
Structureel De mate waarin het IRM<br />
proces, of de onderdelen<br />
daarvan, met een<br />
bepaalde frequentie en in<br />
samenhang met de<br />
bedrijfsvoering aan de<br />
orde komen<br />
Meet- en<br />
toetsbaar<br />
Model 2. Beoordelingscriteria IRM<br />
De mate waarin de input<br />
en de uitkomsten van het<br />
IRM proces dusdanig<br />
gemeten kunnen worden<br />
dat sprake is van expliciete<br />
resultaten<br />
* Organisatie onderdelen in bereik van IRM<br />
* Hiërarchische lagen betrokken bij IRM<br />
* Expliciet verantwoordelijken voor IRM<br />
* Overige stakeholders<br />
(accountant, interne audit, leveranciers,<br />
financiers, patiënten etc.)<br />
* Gebruik van <strong>risicomanagement</strong> methoden,<br />
technieken<br />
* Gebruik van risico categorieën/classificatie<br />
* Gehanteerde modellen<br />
(COSOII, ISO 31000, M_o_R)<br />
* Rapportagevormen<br />
* Risk Management tooling/IT<br />
* Externe databronnen<br />
* Aantal keer per periode<br />
* Gekoppeld aan standaardrapportages<br />
* Agenda onderwerp in diverse lagen<br />
* Samenhang met planning en control<br />
* Gebruik van wegingen, indicatoren<br />
* Specifieke onderbouwing van risicobereidheid<br />
en reserve<br />
* Transparantie over verantwoording<br />
(in-control verklaring)<br />
Jaarverslagenonderzoek | 19
Deze vier criteria zijn gekozen omdat zij multidimensionaal inzicht geven in de mate waarin<br />
ziekenhuizen integraal met <strong>risicomanagement</strong> omgaan. Het integrale karakter betekent in<br />
deze context dat een organisatie volledig stuurt op de strategie, doelstellingen, werkprocessen,<br />
medewerkers en middelen. Daarnaast stuurt de organisatie in de bedrijfsvoering op<br />
de aansluiting tussen afdelingen of bedrijfsonderdelen (resultaatverantwoordelijke eenheden).<br />
Door het centrale bestuur worden de standaarden bepaald en beheerd voor die<br />
aansluiting.<br />
IRM focust op volledigheid wat betreft de risico’s die samenhangen met strategie, doelstellingen,<br />
werkprocessen, medewerkers en middelen. De organisatiecontext is dus bepalend<br />
voor de mate van volledigheid van IRM. Die context kent vier dimensies, die als criteria<br />
worden gebruikt in de analyse.<br />
De breedte waarmee IRM wordt ingezet in de organisatie is te bepalen aan de hand van de<br />
bedrijfsonderdelen waarop het van toepassing is en de relatie met bestuurlijke en operationele<br />
processen.<br />
Hoe systematisch IRM wordt ingezet in de organisatie is te herleiden uit het gebruik van<br />
specifieke <strong>risicomanagement</strong>modellen, -methoden (bijvoorbeeld COSO II, ISO 31000,<br />
M_o_R ) en IT-tooling.<br />
Hoe structureel IRM in de organisatie wordt toegepast is op te maken uit de frequentie<br />
waarmee zowel input als output van het <strong>risicomanagement</strong>proces aan bod komen bij de<br />
aansturing van de organisatie. Dat komt tot uiting in de wijze en timing van de aansluiting<br />
tussen bedrijfsonderdelen, bijvoorbeeld de samenhang met de planning- & controlcyclus.<br />
De meet- en toetsbaarheid van de input, throughput en uitkomsten van het IRM-proces<br />
zijn zowel kwantitatief als kwalitatief van aard (of kunnen dat zijn). Meet- en toetsbaar<br />
betreft in deze context: expliciet. Kwantitatieve factoren zijn te herleiden uit risicobereidheid,<br />
het sturen op risicolimieten en -indicatoren en de uiteindelijk expliciete financiële<br />
vertaling naar risicoreserves. Daarnaast kan kwalitatief worden vastgesteld dat IRM leidt<br />
tot expliciete verantwoording over het gevoerde beleid en de betrouwbaarheid van de<br />
resultaten.<br />
De toepassing van deze beoordelingscriteria op de jaarverslagen van de algemene ziekenhuizen<br />
geeft inzicht in de mate waarin IRM is toegepast. Aan de hand van dat gegeven kunnen<br />
de tien onderzoeksvragen worden beantwoord. De jaarverslagen van de onderzochte<br />
ziekenhuizen zijn beoordeeld aan de hand van deze criteria. Aan de im- of expliciete invulling<br />
die de ziekenhuizen aan IRM geven is een factor toegekend; aan de hand van deze factor<br />
kan de mate waarin verschillende ziekenhuizen IRM toepassen worden vergeleken.<br />
20 | Jaarverslagenonderzoek
2.5. Wegingsfactoren en scoringsmethodiek<br />
De analyse van de jaarverslagen bestaat uit het doorlopen van de beschrijvingen die direct<br />
of indirect aan IRM-activiteiten kunnen worden toegekend op basis van de subonderzoeksvragen.<br />
De beoordeling vindt plaats aan de hand van model 3. Hierbij is een directe vertaling<br />
gemaakt naar de volwassenheidsfase van IRM.<br />
Constatering en Beoordeling<br />
voldoende, aanwezig, volledig, transparant<br />
in ontwikkeling, deels aanwezig, niet<br />
volledig, onduidelijk, voor verbetering<br />
vatbaar<br />
onvoldoende, niet aanwezig, niet<br />
transparant<br />
Model 3. Beoordelingscriteria IRM<br />
Kleurcode<br />
IRM-<br />
Score<br />
Relatie met volwassenheidsfase IRM<br />
3 Volwassenheidsfase 4 en 5<br />
2 Volwassenheidsfase 2 en 3<br />
1 Volwassenheidsfase 1<br />
Om de analyse niet onnodig complex te maken, heeft het onderzoeksteam ervoor gekozen<br />
om geen wegingsfactoren toe te kennen per criteria of per subonderzoeksvraag. Daardoor<br />
is de feitelijke uitkomst van de analyse: een score van 1, 2 of 3 per criterium, per subonderzoeksvraag<br />
en per ziekenhuis. Daaruit volgt een totale score op basis van kwalitatieve en<br />
kwantitatieve oordelen te herleiden voor de onderzoeksvraag voor elk ziekenhuis, voor de<br />
steekproef en voor de populatie van de algemene ziekenhuizen in Nederland. Deze score<br />
geeft inzicht in de mate waarin IRM in de jaarverslagen over 2010 en 2011 tot uitdrukking<br />
komt. Al deze gegevens werden samengebracht in een totaaltabel, waaruit alle bevindingen<br />
en conclusies werden afgeleid. Tezamen vormden deze gegevens tevens een indicatie voor<br />
het volwassenheidsfase van IRM in de onderzochte ziekenhuizen. Dit kan geïllustreerd<br />
worden aan de hand van model 4.<br />
Jaarverslagenonderzoek | 21
Subonderzoeksvragen<br />
per ZKH<br />
1. Is een hoofdstuk<br />
<strong>risicomanagement</strong><br />
aanwezig?<br />
2. Is de risicobereidheid<br />
benoemd?<br />
3. Is <strong>risicomanagement</strong><br />
in relatie gebracht<br />
met strategische<br />
doelstellingen?<br />
4. Wordt <strong>risicomanagement</strong>beleidgeformuleerd?<br />
5. Is een <strong>risicomanagement</strong><br />
Governance Structuur<br />
aanwezig?<br />
6. Is compliance een onderdeel<br />
van het <strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
7. Is audit een onderdeel<br />
van het <strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
8. Wordt een In Control<br />
verklaring afgegeven?<br />
9. Is <strong>risicomanagement</strong><br />
een onderdeel van<br />
P&C- cyclus?<br />
10. Blijkt uit de jaarcijfers<br />
een specifieke risicoreservering?<br />
22 | Jaarverslagenonderzoek<br />
Mate waarin Risicomanagement als <strong>Integraal</strong> wordt<br />
beschreven in het jaarverslag<br />
Breedte Systematisch<br />
Model 4. Totaaloverzicht subonderzoeksvragen en beoordelingscriteria<br />
Structureel Meet- en<br />
toetsbaarheid<br />
1 2 3 Kwalitatief<br />
oordeel<br />
Kwalitatief oordeel en kwantitatief oordeel<br />
TOTAAL<br />
Score<br />
IRM
De volgende stappen zijn doorlopen in de scoringsmethodiek:<br />
1. Alle 40 ziekenhuizen hebben over 2010 en 2011 een eigen score gekregen voor alle tien<br />
de subonderzoeksvragen (zie 3.2) en alle vier de beoordelingscriteria (zie 3.3).<br />
2. Vervolgens zijn de scores van de ziekenhuizen bij elkaar gebracht in een totaaltabel (zie<br />
tabel 16 3.4)<br />
3. De totalen van alle rode, oranje en groene scores werden opgeteld.<br />
4. Vervolgens werden deze scores omgezet naar gewogen percentages in grafieken<br />
2.6. Beperkingen<br />
De analyse is kwalitatief van aard. Dit heeft als consequentie dat de score onderhevig is aan<br />
de kwalitatieve beoordeling van de individuele teamleden. Om hun individuele beoordelingen<br />
meer te objectiveren, hebben de onderzoekers hun analyses onafhankelijk van elkaar<br />
uitgevoerd. Vervolgens zijn de scores van de individuele onderzoekers vergeleken. De afwijkingen<br />
werden nogmaals bekeken en besproken, om te komen tot een gezamenlijke consensus.<br />
Hiermee is de subjectieve oordeelsvorming ingeperkt. Daarnaast is gebruik gemaakt<br />
van eenduidige zoekcriteria; dit vermindert de kans op verschillen in de codering. De onderzoekers<br />
hebben met dit kwalitatieve onderzoek niet als doel om causale verbanden te leggen<br />
of om waarheden bloot te leggen voor de gehele populatie. Hun doel is om inzicht te ver krijgen<br />
in de mate van volwassenheid van het <strong>risicomanagement</strong> van Nederlandse zieken huizen.<br />
Door de analyse van de jaarverslagen van 40 ziekenhuizen kunnen uitspraken gedaan<br />
worden over de mate van volwassenheid van <strong>risicomanagement</strong> van deze ziekenhuizen. Er<br />
is een waarschijnlijkheid dat deze uitkomsten ook van toepassing zijn op de gehele sector,<br />
al valt dit op grond van dit onderzoek niet te concluderen.<br />
Jaarverslagenonderzoek | 23
3. Onderzoeksresultaten en bevindingen<br />
In dit hoofdstuk worden de onderzoeksresultaten en bevindingen weergegeven. In eerste<br />
instantie zal, aan de hand van de vier beoordelingscriteria voor IRM, worden ingegaan<br />
op de totaalscore van de tien subonderzoeksvragen. Vervolgens zal per subonderzoeksvraag<br />
een toelichting worden gegeven, resulterend in een totaaloverzicht. Voorts komen<br />
de totaalbevindingen van de scores per beoordelingscriterium voor IRM aan de orde. Tot<br />
slot gaan we, op geanonimiseerde basis, in op de resultaten per ziekenhuis.<br />
3.1. Totaalbevindingen van de scores per subonderzoeksvraag 1 tot en met 10<br />
aan de hand van de beoordelingscriteria IRM<br />
Zoals weergegeven in hoofdstuk 2 ‘Onderzoeksmethodiek en opzet’ leidt de kwalitatieve<br />
en kwantitatieve beoordeling van de tien subonderzoeksvragen aan de hand van de vier<br />
beoordelingscriteria tot een totaaloordeel, uitgedrukt in de totale IRMscore. De scores<br />
zijn omgezet in percentages per kleurcode per jaar.<br />
Scoretabellen<br />
Totaaltabel 1. Subonderzoeksvragen 1 t/m 10 aan de hand van de 4 beoordelingscriteria<br />
IRM: Breedte, Systematiek, Structureel, Meet- en toetsbaar:<br />
Totaalscore Beoordelingscriteria<br />
Jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en toetsbaar<br />
2010 20% 27% 53% 16% 27% 57% 20% 25% 55% 5% 33% 62%<br />
2011 26% 25% 49% 19% 25% 56% 23% 24% 53% 4% 33% 63%<br />
Totaalscores totaaltabel 1 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
10 subonderzoeksvragen<br />
en<br />
4 beoordelingscriteria<br />
15%<br />
24 | Jaarverslagenonderzoek<br />
28%<br />
57%<br />
Totaalscore 2011<br />
10 subonderzoeksvragen<br />
en<br />
4 beoordelingscriteria<br />
18%<br />
27%<br />
55%
Bevindingen<br />
Rood: In meer dan de helft van de onderzochte jaarverslagen voor zowel 2010 als 2011 wordt<br />
er in totaliteit een onvoldoende gescoord op de mate waarin IRM is beschreven. Indicatief<br />
kan derhalve gesteld worden dat uit deze jaarverslagen blijkt dat men nog in volwassenheidsfase<br />
1 verkeert. Dit betekent dat er nog te vaak IRM-elementen ontbreken in de<br />
verslaglegging, met opvallend lage scores voor Meet- en toetsbaar.<br />
Oranje: Van de onderzochte jaarverslagen heeft 28% in 2010 en 27% in 2011 een oranje score<br />
gekregen. Enerzijds is sprake van een toename van 1% (van de rode naar oranje score).<br />
Anderzijds is sprake van een afname van 3% (van de rode naar de oranje naar de groene<br />
score) Kortom, er is een zeer lichte ontwikkeling in <strong>risicomanagement</strong> vastgesteld.<br />
Groen: Van de onderzochte jaarverslagen heeft 15% in 2010 en 18% in 2011 een groene score<br />
gekregen. Daarbij moet worden opgemerkt dat de daadwerkelijke IRM-volwassenheidsfase<br />
nog relatief laag is, omdat de score per criterium per ziekenhuis nergens de hoogste is, zoals<br />
de tabellen 17 en 18 laten zien (3.5. Resultaten per ziekenhuis). De meeste ziekenhuizen<br />
voeren hun IRM-activiteiten nu uit in de IRM-volwassenheidsfasen 1, 2 of 3.<br />
Conclusies<br />
Gelet op bovenstaande bevindingen kan gesteld worden dat het overgrote gedeelte van de<br />
ziekenhuizen qua IRM nog een weg te gaan heeft in het groeien naar een hogere volwassenheidsfase.<br />
Met name op het gebied van verslaggeving omtrent risicobeheersing zijn er<br />
over vrijwel heel de linie nog verbeteringsslagen te maken.<br />
Er zijn slechts relatief kleine verschillen waarneembaar tussen de jaren 2010 en 2011. Rood<br />
en oranje nemen af ten gunste van de groene score in 2011. Hierbij zien we een toename van<br />
de groene score met 3%.<br />
Een toelichting op de resultaten per subonderzoeksvraag aan de hand van de vier beoordelingscriteria<br />
wordt gegeven in paragraaf 3.2.1.<br />
3.2.1. Toelichting per subonderzoeksvraag<br />
De onderstaande toelichtingen per subonderzoeksvraag zijn opgebouwd uit de totaalscore<br />
van alle ziekenhuizen per vraag. De totaalscore is vertaald in percentages. Voor de scoringsmethodiek<br />
verwijzen we naar paragraaf 2.2.3. Daarnaast zijn de bevindingen per subonderzoeksvraag<br />
weergegeven.<br />
Jaarverslagenonderzoek | 25
Subonderzoeksvraag 1: Is een hoofdstuk <strong>risicomanagement</strong> aanwezig?<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 2. Subonderzoeksvraag 1, uitgesplitst per criterium<br />
Vraag 1 Beoordelingscriteria<br />
Jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en toetsbaar<br />
2010 50% 10% 40% 33% 20% 47% 45% 13% 42% 5% 25% 70%<br />
2011 55% 13% 32% 45% 12% 43% 50% 20% 30% 5% 23% 72%<br />
Totaalscores tabel 2. in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
Subonderzoeksvraag 1:<br />
Is een hoofdstuk<br />
<strong>risicomanagement</strong><br />
aanwezig?<br />
33%<br />
26 | Jaarverslagenonderzoek<br />
17%<br />
50%<br />
Totaalscore 2011<br />
Subonderzoeksvraag 1:<br />
Is een hoofdstuk<br />
<strong>risicomanagement</strong><br />
aanwezig?<br />
Bevindingen<br />
Rood: Hoewel de Zorgbrede Governance Code de ziekenhuizen motiveert om een hoofdstuk<br />
<strong>risicomanagement</strong> op te nemen in hun jaarverslagen, kan in 2010 voor 50% en in 2011 voor<br />
45% van de gevallen het hoofdstuk <strong>risicomanagement</strong> niet achterhaald worden in het jaarverslag.<br />
Met name de meet- en toetsbaarheid hebben hierin een belangrijk aandeel.<br />
Oranje: Bij 17% van de onderzochte jaarverslagen voor 2010 en 2011 is het hoofdstuk<br />
<strong>risicomanagement</strong> in ontwikkeling, deels aanwezig, niet volledig, onduidelijk en voor<br />
verbetering vatbaar. Elementen van IRM zijn fragmentarisch terug te vinden in de<br />
jaar verslagen.<br />
Groen: In 2010 en 2011 is in respectievelijk 33% en 38% van de onderzochte jaarverslagen<br />
expliciet een <strong>risicomanagement</strong>hoofdstuk opgenomen. Afgezien van het onderzoekscriterium<br />
Meet- en toetsbaar is er duidelijk waarneembare vooruitgang geboekt.<br />
Conclusie<br />
Het ontbreken van het hoofdstuk <strong>risicomanagement</strong> leidt ertoe dat de overige subonderzoeksvragen<br />
moeilijker te scoren zijn, voor zover aanwezig, versnipperd aanwezig is in heel<br />
het jaarverslag. Toch blijkt uit een vergelijking van de jaren 2010 en 2011 een zichtbare<br />
38%<br />
17%<br />
45%
vooruitgang van 5%, hoewel nog steeds in ongeveer de helft van de gevallen in 2011 het<br />
hoofdstuk <strong>risicomanagement</strong> geheel ontbreekt.<br />
Subonderzoeksvraag 2: Is de risicobereidheid benoemd?<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 3. Subonderzoeksvraag 2, uitgesplitst per criterium<br />
Vraag 2 Beoordelingscriteria<br />
Jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en toetsbaar<br />
2010 3% 22% 75% 7% 8% 85% 10% 8% 82% 3% 12% 85%<br />
2011 5% 10% 85% 5% 5% 90% 10% 3% 87% 0% 10% 90%<br />
Totaalscores tabel 4. in %:<br />
Totaalscores tabel 3 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
Subonderzoeksvraag 2:<br />
Is de risicobereidheid<br />
benoemd ?<br />
6%<br />
12%<br />
82%<br />
Totaalscore 2011<br />
Subonderzoeksvraag 2:<br />
Is de risicobereidheid<br />
benoemd ?<br />
Bevindingen<br />
Rood: In 2010 wordt in 82% van de onderzochte jaarverslagen geen melding gemaakt van<br />
risicobereidheid; in 2011 geldt dit voor 88% van de jaarverslagen. Opvallend is dat met<br />
betrekking tot alle onderzoekscriteria er weinig verschuiving waar te nemen is. Wel valt<br />
over heel de linie van rode scores een verslechtering waar te nemen van 6% in 2011 ten<br />
opzichte van 2010.<br />
Oranje: In 2010 wordt in 12% en in 2011 wordt in 7% van de onderzochte jaarverslagen in<br />
enige mate iets gemeld over risicobereidheid. Voor zover de risicobereidheid expliciet wordt<br />
benoemd, vertoont deze bereidheid meestal een raakvlak met de financiële doelstellingen<br />
en is het kwalitatieve aspect onderbelicht.<br />
Groen: Een zeer klein deel van de ziekenhuizen, 6% in 2010 en 5% in 2011, heeft de risicobereidheid<br />
duidelijk herkenbaar vastgelegd en gerapporteerd.<br />
5%<br />
7%<br />
88%<br />
Jaarverslagenonderzoek | 27
Conclusie<br />
Gesteld kan worden dat het vertrekpunt voor IRM, de risicobereidheid, in meer dan 80%<br />
van de ziekenhuizen van dit onderzoek ontbreekt of niet formeel is beschreven en bevestigd<br />
door de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht. Daarmee ontbreekt de doorvertaling<br />
van de risicobereidheid in risicolimieten voor de operationele afdelingen of resultaatverantwoordelijke<br />
eenheden. Ook is de meetbaarheid van de mate van risicobeheersing moeilijker<br />
aantoonbaar te maken. Er valt over de hele linie een verslechtering waar te nemen van 6%<br />
in 2011 ten opzichte van 2010. De scores op oranje zijn met name verschoven richting<br />
rode scores. Daarmee is er sprake van een algehele verslechtering op het onderdeel<br />
risicobereidheid.<br />
Subonderzoeksvraag 3: Is <strong>risicomanagement</strong> in relatie gebracht met strategische<br />
doelstellingen?<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 4. Subonderzoeksvraag 3, uitgesplitst per criterium<br />
Vraag 3 Beoordelingscriteria<br />
Jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en toetsbaar<br />
2010 30% 32% 38% 23% 32% 45% 35% 25% 40% 10% 43% 47%<br />
2011 33% 37% 30% 28% 32% 40% 35% 32% 33% 3% 42% 55%<br />
Totaalscores tabel 4. in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
Subonderzoeksvraag 3:<br />
Is <strong>risicomanagement</strong><br />
in relatie gebracht<br />
met strategische<br />
doelstellingen?<br />
24%<br />
28 | Jaarverslagenonderzoek<br />
33%<br />
43%<br />
Totaalscore 2011<br />
Subonderzoeksvraag 3:<br />
Is <strong>risicomanagement</strong><br />
in relatie gebracht<br />
met strategische<br />
doelstellingen?<br />
Bevindingen<br />
Rood: Het totaalbeeld laat zien dat in 2010 43% en in 2011 40% van de ziekenhuizen onvoldoende<br />
transparant maken wat de relatie is tussen de strategische doelstellingen en het<br />
toepassen van <strong>risicomanagement</strong> bij het realiseren van de organisatiedoelstellingen. De<br />
verbetering van 3% in 2011 ten opzichte van 2010 kan als niet noemenswaardig worden<br />
gekenschetst.<br />
24%<br />
36%<br />
40%
Oranje: In een aantal gevallen, 33% in 2010 en 36% in 2011, werd geconstateerd dat de<br />
relatie tussen strategische doelstellingen en <strong>risicomanagement</strong> aanwezig is, maar nog niet<br />
vanuit een integraal perspectief wordt weergegeven. Er heeft een lichte verschuiving<br />
plaatsgevonden van de rode scores ten gunste van de oranje scores. Dit betekent dat de<br />
ziekenhuizen dit onderdeel iets beter zijn gaan weergeven in hun jaarverslagen, hoewel ook<br />
dit niet als een grote sprong voorwaarts kan worden beschouwd.<br />
Groen: Slechts 24% van de onderzochte jaarverslagen behaalde in 2010 en 2011 een voldoende<br />
score. Over de gehele linie blijft het beeld bestaan dat ziekenhuizen er in beperkte<br />
mate in slagen om in hun jaarverslag een transparante koppeling te leggen tussen <strong>risicomanagement</strong><br />
en de strategische doelstellingen.<br />
Conclusie<br />
De relatie tussen een integrale aanpak van de risicobeheersing en de strategische doelstellingen<br />
is onvoldoende om van IRM te spreken. Dit geldt voor beide jaren. Indien <strong>risicomanagement</strong><br />
niet over de gehele breedte van de organisatie wordt toegepast, zal de integraliteit<br />
van de risicobeheersing minimaal zijn. Dit heeft als consequentie dat de onderdelen kwaliteit<br />
en (patiënt)veiligheid (door de ziekenhuizen vaak in relatie gebracht met <strong>risicomanagement</strong>)<br />
eigenlijk een minimaal raakvlak hebben met het integrale <strong>risicomanagement</strong>proces.<br />
Hiermee wordt het silodenken ten aanzien van risicobeheersing van de onderzochte ziekenhuizen<br />
bevestigd.<br />
Subonderzoeksvraag 4: Wordt <strong>risicomanagement</strong>beleid geformuleerd?<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 5. Subonderzoeksvraag 4, uitgesplitst per criterium<br />
Vraag 4 Beoordelingscriteria<br />
Jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en toetsbaar<br />
2010 30% 38% 32% 25% 38% 37% 27% 33% 40% 5% 50% 45%<br />
2011 48% 30% 22% 35% 35% 30% 45% 30% 25% 10% 50% 40%<br />
Jaarverslagenonderzoek | 29
Totaalscores tabel 5 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
Subonderzoeksvraag 4:<br />
Wordt <strong>risicomanagement</strong><br />
beleid<br />
geformuleerd?<br />
22%<br />
30 | Jaarverslagenonderzoek<br />
39%<br />
39%<br />
Totaalscore 2011<br />
Subonderzoeksvraag 4:<br />
Wordt <strong>risicomanagement</strong><br />
beleid<br />
geformuleerd?<br />
Bevindingen<br />
Rood: Voor beide jaren kan geconstateerd worden dat bij ongeveer een derde van de<br />
ziekenhuizen het <strong>risicomanagement</strong>beleid ontbreekt of niet valt te herleiden uit het<br />
jaarverslag.<br />
Oranje: Met een score van 39% in 2010 en 36% in 2011 lijkt <strong>risicomanagement</strong>beleid in<br />
ontwikkeling te zijn, waarbij het beleid op IRM op onderdelen is terug te vinden. Het<br />
<strong>risicomanagement</strong>beleid dat op onderdelen aanwezig is, is vooral gericht op de risico’s die<br />
samenhangen met patiëntveiligheid en kwaliteit. Het beleid is niet zozeer gericht op de<br />
organisatie als geheel en op de onderlinge samenhang van de risico’s.<br />
Groen: Ten opzichte van 2010 kan een verbetering van 12% in 2011 worden vastgesteld,<br />
waarbij in ca. een derde van de onderzochte ziekenhuisjaarverslagen het geformuleerde<br />
<strong>risicomanagement</strong>beleid duidelijk is neergezet.<br />
Conclusie<br />
Risicomanagementbeleid is randvoorwaardelijk voor een goede implementatie van IRM.<br />
Dit beleid zou minimaal elementen moeten bevatten als systematiek, structuur en het meetbaar<br />
maken van de effecten van de risicobeheersing. Hoewel een duidelijke sprong voorwaarts<br />
is gemaakt, is het merendeel (oranje + rood = 66% in 2011) van de ziekenhuizen<br />
hierover niet of niet voldoende transparant. Daarbij wordt er geen of een minimale toelichting<br />
gegeven over hoe het beleid concreet is vertaald naar de operationele eenheden.<br />
34%<br />
36%<br />
30%
Subonderzoeksvraag 5: Is een governancestructuur aanwezig voor <strong>risicomanagement</strong>?<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 6: Subonderzoeksvraag 5, uitgesplitst per criterium<br />
Vraag 5 Beoordelingscriteria<br />
Jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en toetsbaar<br />
2010 25% 60% 15% 30% 50% 20% 25% 58% 17% 8% 65% 27%<br />
2011 40% 45% 15% 28% 52% 20% 25% 58% 17% 13% 65% 22%<br />
Totaalscores tabel 6 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
Subonderzoeksvraag 5:<br />
Is een <strong>risicomanagement</strong><br />
Governance<br />
Structuur aanwezig?<br />
22%<br />
58%<br />
20%<br />
Totaalscore 2011<br />
Subonderzoeksvraag 5:<br />
Is een <strong>risicomanagement</strong><br />
Governance<br />
Structuur aanwezig?<br />
Bevindingen<br />
Rood: Met uitzondering van het beoordelingscriterium Meet- en toetsbaarheid zijn de<br />
scores bij de beoordelingscriteria in de jaren 2010 en 2011 gelijk gebleven. In 2010 wordt in<br />
20%, en in 2011 wordt in 19% van de onderzochte jaarverslagen geen melding gemaakt van<br />
de aanwezigheid van een governancestructuur voor <strong>risicomanagement</strong>.<br />
Oranje: De hoge oranje scores, 58% in 2010 en 55% in 2011, kunnen verklaard worden uit<br />
het feit dat veel ziekenhuizen op bestuurlijk niveau een slag aan het maken zijn om de<br />
Zorgbrede Governance Code in te voeren.<br />
De daling van het percentage tussen 2010 en 2011 met 3% heeft twee oorzaken. Enerzijds<br />
kan worden vastgesteld dat in 2010 een aantal ziekenhuizen eenmalig melding hebben<br />
gemaakt van de governancestructuur voor <strong>risicomanagement</strong>, maar dit in 2011 achterwege<br />
hebben gelaten. Anderzijds scoren 4% van de ziekenhuizen in 2011 een groene score, waar<br />
zij in 2010 een oranje score haalden.<br />
Groen: Met een groei van 4% in 2011 ten opzichte van 2010 is een zichtbare verbetering<br />
te constateren. Deze verbetering wordt met name getriggerd op de beoordelingscriteria<br />
Breedte en Meet- en toetsbaar.<br />
26%<br />
55%<br />
19%<br />
Jaarverslagenonderzoek | 31
Conclusie<br />
De Zorgbrede Governance Code blijft een punt van aandacht. Ondanks een verbetering van<br />
de score met 4% in 2011 ten opzichte van 2010, ontbreekt het aan voldoende transparantie<br />
over de wijze waarop de Zorgbrede Governance Code wordt toegepast. Vooral het bestuurlijke<br />
aspect uit de Zorgbrede Governance Code krijgt de aandacht van de Raden van<br />
Bestuur. De focus op inbedding van een governancestructuur voor <strong>risicomanagement</strong> in de<br />
ziekenhuizen is daarentegen onvoldoende.<br />
Subonderzoeksvraag 6: Is compliance een onderdeel van het <strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 7. Subonderzoeksvraag 6, uitgesplitst per criterium<br />
Vraag 6 Beoordelingscriteria<br />
Jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en toetsbaar<br />
2010 10% 10% 80% 5% 15% 80% 8% 12% 80% 3% 15% 82%<br />
2011 3% 15% 82% 3% 12% 85% 3% 12% 85% 0% 10% 90%<br />
Totaalscores tabel 7 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
Subonderzoeksvraag 6:<br />
Is compliance een<br />
onderdeel van het<br />
<strong>risicomanagement</strong><br />
proces?<br />
6%<br />
32 | Jaarverslagenonderzoek<br />
13%<br />
81%<br />
Totaalscore 2011<br />
Subonderzoeksvraag 6:<br />
Is compliance een<br />
onderdeel van het<br />
<strong>risicomanagement</strong><br />
proces?<br />
Bevindingen<br />
Rood: Compliance, het voldoen aan wet- en regelgeving, scoort opvallend veel rood met 81%<br />
in 2010 en 86% in 2011, terwijl het op een goede manier voldoen aan wet- en regelgeving<br />
voor ziekenhuizen juist een belangrijk speerpunt zou moeten zijn. Over de hele linie valt<br />
tussen 2010 en 2011 een verslechtering waar te nemen van in totaal 5%.<br />
Oranje: De scores met betrekking tot compliance laten een zeer lichte afname zien van 1%<br />
in 2011. Desondanks kan compliance, als onderdeel van het <strong>risicomanagement</strong>proces,<br />
slechts bij enkele ziekenhuizen op onderdelen in het jaarverslag worden teruggevonden.<br />
2%<br />
12%<br />
86%
Groen: Met 6% in 2010 en 2% in 2011 is het aantal ziekenhuizen dat het onderwerp compliance<br />
in relatie tot het proces van <strong>risicomanagement</strong> goed heeft kunnen weergeven in de<br />
jaarverslagen afgenomen met 4%.<br />
Conclusie<br />
Met 86% voor 2011 wordt compliance door de ziekenhuizen niet of in onvoldoende mate<br />
beschreven als onderdeel van het proces van <strong>risicomanagement</strong>. Compliance is echter een<br />
essentieel onderdeel van IRM. Daarnaast is de compliancefunctie veelal niet ingericht.<br />
Ziekenhuizen hebben veel te winnen als zij compliancerisico’s op een efficiënte manier<br />
beheersen, en zo doublures in activiteiten en maatregelen voorkomen.<br />
Subonderzoeksvraag 7: Is operational audit een onderdeel van, of maakt het gebruik<br />
van, het <strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 8. Subonderzoeksvraag 7, uitgesplitst per criterium<br />
Vraag 7 Beoordelingscriteria<br />
Jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en toetsbaar<br />
2010 20% 40% 40% 10% 50% 40% 15% 45% 40% 3% 52% 45%<br />
2011 25% 40% 35% 10% 50% 40% 25% 35% 40% 3% 52% 45%<br />
Totaalscores tabel 8 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
Subonderzoeksvraag 7:<br />
Is operational audit<br />
een onderdeel van het<br />
<strong>risicomanagement</strong><br />
proces?<br />
12%<br />
47%<br />
41%<br />
Totaalscore 2011<br />
Subonderzoeksvraag 7:<br />
Is operational audit<br />
een onderdeel van het<br />
<strong>risicomanagement</strong><br />
proces?<br />
16%<br />
44%<br />
40%<br />
Jaarverslagenonderzoek | 33
Bevindingen<br />
Rood: Uit de onderzochte jaarverslagen blijkt dat operational audit in 2010 voor 41% en in<br />
2011 voor 40% van de ziekenhuizen geen onderdeel uitmaakt van het <strong>risicomanagement</strong>proces.<br />
Opvallend is dat niet in alle gevallen getoetst wordt op eigen afspraken of op meetbaarheid<br />
van het <strong>risicomanagement</strong>proces.<br />
Oranje: In 2010 kan bij 47% van de ziekenhuizen worden vastgesteld dat op onderdelen<br />
auditprocessen of functies aanwezig zijn. In 2011 geldt dit voor 44%. Een financiële reden<br />
om auditprocessen geheel of gedeeltelijk op hun plaats te hebben wordt allereerst gegeven<br />
door de huisaccountant. Daarnaast is audit sterk zorgspecifiek georganiseerd, enerzijds om<br />
te voldoen aan de eisen van de IGZ, NIAZ en VMS, en anderzijds om de kwaliteit en veiligheid<br />
van het zorgproces in beeld te brengen.<br />
Groen: In 2010 is audit bij 12% van de ziekenhuizen in voldoende mate aanwezig als duidelijk<br />
onderdeel van het <strong>risicomanagement</strong>proces, met een brede inzet binnen de organisatie;<br />
in 2011 geldt dit voor 16% van de ziekenhuizen.<br />
Conclusie<br />
Weliswaar worden bij de meeste ziekenhuizen kwaliteitsaudits uitgevoerd in het kader van<br />
de NIAZ-accreditatie, maar die worden voor het grootste deel niet gezien als een onlosmakelijk<br />
onderdeel van het integraal <strong>risicomanagement</strong>proces. Een duidelijke positionering<br />
van de rol en functie van audit, als onderdeel van de Three Lines of Defense, is absoluut<br />
noodzakelijk om te komen tot een volwaardig IRM. Een volwassen audit kijkt ook naar de<br />
operationele bedrijfsvoering, de financiën en IT.<br />
Subonderzoeksvraag 8: Wordt een in-controlverklaring afgegeven?<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 9. Subonderzoeksvraag 8, uitgesplitst per criterium<br />
Vraag 8 Beoordelingscriteria<br />
Jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en toetsbaar<br />
2010 5% 10% 85% 3% 10% 87% 7% 8% 85% 3% 10% 87%<br />
2011 8% 20% 72% 3% 12% 85% 8% 10% 82% 3% 12% 85%<br />
34 | Jaarverslagenonderzoek
Totaalscores tabel 9 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
Subonderzoeksvraag 8:<br />
Wordt een In Control<br />
verklaring afgegeven?<br />
4%<br />
10%<br />
86%<br />
Totaalscore 2011<br />
Subonderzoeksvraag 8:<br />
Wordt een In Control<br />
verklaring afgegeven?<br />
Bevindingen<br />
Rood: In de onderzochte jaarverslagen voor 2010 en 2011 is in respectievelijk 86% en 81%<br />
geen in-controlverklaring terug te vinden.<br />
Oranje: In 2010 kan in 10% en in 2011 kan in 14% van de onderzochte jaarverslagen iets<br />
worden gevonden wat lijkt op een in-controlverklaring, zij het fractioneel.<br />
Groen: In 4% van de onderzochte jaarverslagen over 2010 is een in-controlverklaring<br />
aangetroffen; voor 2011 geldt dit voor 5% van de jaarverslagen.<br />
Conclusie<br />
Buiten een accountantsverklaring die standaard is opgenomen in alle jaarverslagen, geven<br />
ziekenhuizen in hun jaarverslagen van 2010 en 2011 zelden of nooit een eigen in-controlverklaring<br />
af in het kader van het <strong>risicomanagement</strong>beleid. In samenhang met het vrijwel<br />
overal ontbreken van een expliciet gemaakte risicobereidheid geeft dit aan dat het expliciet<br />
maken van het gevoerde risicobeleid nog geen deel uitmaakt van de communicatie met<br />
externe stakeholders.<br />
Gezien alle overige scores en de ontwikkeling die de ziekenhuizen doormaken of nog moeten<br />
doormaken op weg naar volwassenheid van IRM is een in-controluitspraak mogelijk een<br />
brug te ver voor veel Raden van Bestuur en Raden van Toezicht. Indien wel tot een in-<br />
controluitspraak gekomen kan worden op basis van een gedegen <strong>risicomanagement</strong>beleid<br />
en een goed geïmplementeerd <strong>risicomanagement</strong>proces, maakt het de communicatie met<br />
externe stakeholders, waaronder de accountant, makkelijker vanuit een sterkere positie.<br />
5%<br />
14%<br />
81%<br />
Jaarverslagenonderzoek | 35
Subonderzoeksvraag 9: Is <strong>risicomanagement</strong> een onderdeel van de planning- &<br />
controlcyclus?<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 10. Subonderzoeksvraag 9, uitgesplitst per criterium<br />
Vraag 9 Beoordelingscriteria<br />
Jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en toetsbaar<br />
2010 28% 25% 47% 20% 27% 53% 30% 25% 45% 8% 37% 55%<br />
2011 43% 15% 42% 30% 25% 45% 35% 22% 43% 3% 52% 45%<br />
Totaalscores tabel 10 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
Subonderzoeksvraag 9:<br />
Is <strong>risicomanagement</strong><br />
een onderdeel van de<br />
Planning & Control<br />
cyclus?<br />
21%<br />
36 | Jaarverslagenonderzoek<br />
29%<br />
50%<br />
Totaalscore 2011<br />
Subonderzoeksvraag 9:<br />
Is <strong>risicomanagement</strong><br />
een onderdeel van de<br />
Planning & Control<br />
cyclus?<br />
Bevindingen<br />
Rood: Uit de onderzochte jaarverslagen blijkt dat 50% van de ziekenhuizen in 2010 en 44%<br />
van de ziekenhuizen in 2011 geen beschrijving hebben opgenomen van <strong>risicomanagement</strong><br />
in relatie tot de planning- & control cyclus.<br />
Oranje: Voor beide jaren kan gesteld worden dat iets minder dan een derde van de ziekenhuizen<br />
in de planning- & controlcyclus werkt met scorecards. Een expliciete benoeming van<br />
risico-elementen ontbreekt echter.<br />
Groen: Uit de onderzochte jaarverslagen blijkt een toename van 6% in 2011 ten opzichte<br />
van 2010, waarbij sprake is van een voldoende beschrijving van <strong>risicomanagement</strong> in relatie<br />
tot de planning- & controlcyclus.<br />
Conclusie<br />
Een planning- & controlcyclus is bij alle ziekenhuizen gemeengoed. Ondanks een lichte verbetering<br />
in 2011 ten opzichte van 2010 met 6%, vindt sturing voor ongeveer 73% (rood en<br />
oranje) in 2011 kennelijk nog steeds op een traditionele wijze plaats. Deze wijze is reactief<br />
van aard op basis van de cijfers en productiedoelstellingen, en niet proactief (vooraf) op<br />
27%<br />
29%<br />
44%
asis van risk assessments, waarbij de planning- & controlcyclus vooral sterk gericht is op<br />
de financiële component en in mindere mate op de werking, effecten en kosten van de<br />
beheersmaatregelen om de geïdentificeerde risico’s beheersbaar te maken.<br />
Subonderzoeksvraag 10: Blijkt uit de jaarcijfers een specifieke risicoreservering?<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 11. Subonderzoeksvraag 10, uitgesplitst per criterium<br />
Vraag 10 Beoordelingscriteria<br />
Jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en toetsbaar<br />
2010 5% 23% 72% 0% 20% 80% 0% 23% 77% 0% 20% 80%<br />
2011 0% 23% 77% 0% 15% 85% 0% 15% 85% 0% 15% 85%<br />
Totaalscores tabel 11 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
Subonderzoeksvraag<br />
10: Blijkt uit de<br />
jaarcijfers een<br />
specifieke<br />
risicoreservering?<br />
1%<br />
21%<br />
78%<br />
Totaalscore 2011<br />
Subonderzoeksvraag<br />
10: Blijkt uit de<br />
jaarcijfers een<br />
specifieke<br />
risicoreservering?<br />
Bevindingen<br />
Rood: Met 78% voor 2010 en 83% in 2011 kan worden vastgesteld dat in de onderzochte jaarverslagen<br />
niet of sporadisch (en dan nog summier) wordt gesproken van een specifieke<br />
risicoreservering.<br />
Oranje: Elementen over risicoreservering zijn terug te vinden in 21% van de onderzochte<br />
jaarverslagen over 2010 en in 17% van de jaarverslagen over 2011.<br />
Groen: Ziekenhuizen maken in 2010 met 1% slechts sporadisch een duidelijke risicoreservering<br />
in hun jaarrekeningen; in 2011 is zelfs dit lage percentage niet waarneembaar.<br />
Conclusie<br />
In 2011 is in 100% geen sprake van een specifieke risicoreservering. Dit komt de transparantie<br />
en verantwoording niet ten goede en maakt onduidelijk hoe er integraal met de<br />
risico’s wordt omgegaan in het kader van het financieel beleid.<br />
0%<br />
17%<br />
83%<br />
Jaarverslagenonderzoek | 37
3.2.2. Samenvattend totaal overzicht resultaten per subonderzoeksvraag 1 tot en met 10<br />
Om de onderzoeksvraag, in welke mate IRM beschreven is in de jaarverslagen 2010 en 2011,<br />
te kunnen beantwoorden, is per subonderzoeksvraag in 3.2.1. een kwalitatief oordeel<br />
gegeven. De onderstaande diagrammen 1 en 2 laten, samenvattend, de verdeling over<br />
de subonderzoeksvragen zien in relatie tot de volwassenheid zoals blijkt uit de<br />
jaar verslagen:<br />
Diagram 1. Totaaloverzicht 2010: subonderzoeksvragen en mate van volwassenheid<br />
38 | Jaarverslagenonderzoek<br />
1. Is een hoofdstuk risico mgt aanwezig?<br />
2. Is de risicobereidheid benoemd?<br />
3. Is risico mgt in relatie gebracht met strategische doelstellingen?<br />
4. Wordt er een risico mgt beleid geformuleerd?<br />
5. Is een governancestructuur aanwezig voor risico mgt?<br />
6. Is compliance een onderdeel van het risico mgt proces?<br />
7. Is audit een onderdeel van het risico mgt proces?<br />
8. Wordt een in-controlverklaring afgegeven?<br />
9. Is risico mgt een onderdeel van de P&C-cyclus?<br />
10. Blijkt uit de jaarcijfers een specifieke risicoreservering?<br />
10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%<br />
Diagram 2. Totaaloverzicht 2011: subonderzoeksvragen en mate van volwassenheid<br />
1. Is een hoofdstuk risico mgt aanwezig?<br />
2. Is de risicobereidheid benoemd?<br />
3. Is risico mgt in relatie gebracht met strategische doelstellingen?<br />
4. Wordt er een risico mgt beleid geformuleerd?<br />
5. Is een governancestructuur aanwezig voor risico mgt?<br />
6. Is compliance een onderdeel van het risico mgt proces?<br />
7. Is audit een onderdeel van het risico mgt proces?<br />
8. Wordt een in-controlverklaring afgegeven?<br />
9. Is risico mgt een onderdeel van de P&C-cyclus?<br />
10. Blijkt uit de jaarcijfers een specifieke risicoreservering?<br />
10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
Opvallend is, voor zowel 2010 als 2011, de relatief lage score voor de hoogste volwassenheidsfasen<br />
4 en 5 (3) per subonderzoeksvraag (groen) en het relatief grote aandeel van<br />
niveau 1 (rood) en 2 en 3 (oranje). Het overzicht over beide jaren laat zien dat er weinig<br />
substantiële verschuivingen hebben plaatsgevonden. Dit betekent dat de implementatie<br />
van IRM bij de ziekenhuizen relatief weinig progressie maakt. Dit is mogelijk een indicatie<br />
dat de ziekenhuizen niet weten hoe ze IRM kunnen implementeren en in hun organisatie<br />
kunnen borgen. Het kan ook zijn dat ziekenhuizen het hoofdstuk <strong>risicomanagement</strong> nog<br />
onvoldoende belang toekennen, en dat de accenten in de jaarverslagen daardoor anders<br />
worden gelegd, bijvoorbeeld op patiëntveiligheid, VMS en kwaliteit. Dit algemene beeld<br />
lichten we hieronder per beoordelingscriterium toe.<br />
3.3. Totaal bevindingen van de scores per beoordelingscriterium (breedte,<br />
systematisch, structuur, meet- en toetsbaarheid)<br />
In 3.2.1 is, aan de hand van de tien subonderzoeksvragen, een kwalitatief oordeel gegeven<br />
waarbij per subonderzoeksvraag integraal rekening werd gehouden met breedte, systematisch,<br />
structuur en meet- en toetsbaarheid als gehanteerde beoordelingscriteria. In deze<br />
paragraaf zal per beoordelingscriterium een kwalitatief oordeel worden gepresenteerd,<br />
waarbij de subonderzoeksvragen integraal zijn meegenomen. Hiernavolgend worden de<br />
toelichtingen per criterium opgebouwd uit de totaalscore van alle ziekenhuizen.<br />
Per criterium wordt een tabel gepresenteerd met een omschrijving van het beoordelingscriterium.<br />
Onder de zoekcriteria in jaarverslagen staan voorbeelden waarop de jaarverslagen<br />
zijn gescreend. Daarnaast zijn de bevindingen per beoordelingscriterium<br />
weergegeven:<br />
1. Breedte<br />
2. Systematisch<br />
3. Structureel<br />
4. Meet- en toetsbaar<br />
Ad 1. Beoordelingscriterium Breedte<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 12. Beoordelingscriterium Breedte in aantallen<br />
Breedte Omschrijving Zoekcriteria in jaarverslagen<br />
De mate waarin IRM in de gehele organisatie<br />
is ingevoerd in alle organisatielagen<br />
en binnen de strategische en operationele<br />
processen<br />
* Organisatie-onderdelen in bereik van<br />
IRM<br />
* Hiërarchische lagen betrokken bij IRM<br />
* Expliciet verantwoordelijken voor IRM<br />
* Overige stakeholders (accountant,<br />
interne audit, leveranciers, financiers,<br />
patiënten etc.)<br />
Jaarverslagenonderzoek | 39
Beoordelingscriterium Breedte tabel 12 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
beoordelingscriterium<br />
BREEDTE 52%<br />
21%<br />
40 | Jaarverslagenonderzoek<br />
27%<br />
Totaalscore 2011<br />
beoordelingscriterium<br />
BREEDTE 50%<br />
Bevindingen<br />
Rood: Van het aantal onderzochte ziekenhuizen scoort 52% in 2010 en 50% in 2011 onvoldoende;<br />
IRM ontbreekt bij deze ziekenhuizen als onderdeel in de jaarverslagen. Daarmee<br />
is IRM niet ingevoerd in alle lagen, noch in de strategische en operationele processen.<br />
Oranje: In 2011 blijkt een afname van 3% ten opzichte van 2010 waarbij IRM nog in ontwikkeling<br />
is en derhalve voor verbetering vatbaar is. Dit betekent ook dat er wel delen van IRM<br />
aanwezig zijn, maar dat de onderlinge samenhang ontbreekt.<br />
Groen: In 2010 heeft slechts 21% van de ziekenhuizen IRM in de volle breedte ingevoerd en<br />
geborgd in de organisatie. Met een verbetering naar 26% (een stijging van 5%) in 2011 valt<br />
hierin een duidelijke ontwikkeling waar te nemen.<br />
Conclusie<br />
IRM speelt zich in ziekenhuizen hoofdzakelijk af op bestuurlijk niveau. De doorvertaling<br />
naar de andere organisatielagen in de volle breedte is matig tot onvoldoende. Dit is gebleken<br />
uit 79% van de onderzochte jaarverslagen in 2010, en uit 74% van de jaarverslagen<br />
in 2011. Hiermee is er een verbetering opgetreden van 6%. Desondanks blijkt uit de jaarverslagen<br />
dat een expliciet gemaakte verantwoordelijke voor IRM, zoals een riskmanager,<br />
een compliance officer of een auditor, in de meeste gevallen ontbreekt. Deze score maakt<br />
inzichtelijk dat de ziekenhuizen hun risico’s traditioneel benaderen vanuit een siloaanpak,<br />
of zelfs helemaal niet proberen om hun risico’s in samenhang te beschouwen.<br />
26%<br />
24%
Ad 2. Beoordelingscriterium Systematisch<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 13. Beoordelingscriterium Systematisch in aantallen<br />
Systematische Omschrijving Zoekcriteria in jaarverslagen<br />
De mate waarin specifieke <strong>risicomanagement</strong>-<br />
modellen of methoden worden toegepast<br />
om het IRM proces in de organisatie<br />
te borgen<br />
Beoordelingscriterium Systematisch tabel 13 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
beoordelingscriterium<br />
SYSTEMATISCH<br />
15%<br />
27%<br />
58%<br />
* Gebruik van <strong>risicomanagement</strong> methoden,<br />
technieken<br />
* Gebruik van risico categorieën/<br />
classificatie<br />
* Gehanteerde modellen (COSOII, ISO<br />
31000, M_o_R)<br />
* Rapportagevormen<br />
* Risk Management tooling/IT<br />
* Externe databronnen<br />
Totaalscore 2011<br />
beoordelingscriterium<br />
SYSTEMATISCH<br />
Bevindingen<br />
Rood: Bij 58% van de onderzochte ziekenhuizen worden in 2010 geen specifieke <strong>risicomanagement</strong>modellen<br />
toegepast. In 2011 betreft dit nog 56%. Modellen zoals COSO II, ISO<br />
31000 en M_o_R worden onvoldoende gebruikt of niet benoemd in de jaarverslagen.<br />
Oranje: 27% van de onderzochte ziekenhuizen noemt in 2010 het gebruik van een <strong>risicomanagement</strong>model<br />
of risk tooling. In 2011 neemt dit aandeel af tot 25%. De oranje score is<br />
ook gegeven aan ziekenhuizen die het gebruik van HFMEA rapporteren in het kader van<br />
prospectieve risico-onderzoeken. Dit is slechts een onderdeel van het totale IRM-proces en<br />
doet geen recht aan het woord ‘integraal’.<br />
Groen: In 15% van de onderzochte jaarverslagen voor 2010 en 19% voor 2011 was het<br />
gebruik van de tooling en/ of <strong>risicomanagement</strong>modellen wel te achterhalen of goed<br />
ingevoerd.<br />
19%<br />
25%<br />
56%<br />
Jaarverslagenonderzoek | 41
Conclusie<br />
Er zijn slechts geringe verschuivingen waarneembaar over de jaren 2010 en 2011. De<br />
afname van de oranje score met 2% en de afname van de rode score met eveneens 2% zijn<br />
daarvan de meest opvallende. De <strong>risicomanagement</strong>modellen geven richting aan het invoeren<br />
van IRM in de organisatie. Dat de <strong>risicomanagement</strong>modellen en IT- tooling ontbreken<br />
of slechts op onderdelen aanwezig zijn, duidt erop dat IRM in de ziekenhuizen zich nog op<br />
een laag volwassenheidsniveau bevindt. Voor zover sprake is van tooling wordt die weliswaar<br />
vaak ingezet voor thema’s op het gebied van kwaliteit en patiëntveiligheid, maar niet<br />
systematisch in de volle breedte van de organisatie. Ook vanuit het beoordelingscriterium<br />
Systematisch kan worden geconcludeerd dat ziekenhuizen hun risico’s traditioneel benaderen<br />
vanuit een siloaanpak, en niet in hun onderlinge samenhang beschouwen.<br />
Ad 3. Beoordelingscriterium Structureel<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 14. Beoordelingscriterium Structureel in aantallen<br />
Structueel Omschrijving Zoekcriteria in jaarverslagen<br />
De mate waarin het IRM- proces, of de<br />
onderdelen daarvan, met een bepaalde<br />
frequentie en in samenhang met de<br />
bedrijfsvoering aan de orde komen<br />
Beoordelingscriterium Structureel tabel 14 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
beoordelingscriterium<br />
STRUCTUREEL<br />
20%<br />
42 | Jaarverslagenonderzoek<br />
25%<br />
55%<br />
* Aantal keer per periode<br />
* Gekoppeld aan standaardrapportages<br />
* Agenda-onderwerp in diverse lagen<br />
* Samenhang met planning en control<br />
Totaalscore 2011<br />
beoordelingscriterium<br />
STRUCTUREEL<br />
Bevindingen<br />
Rood: In meer dan de helft van de onderzochte jaarverslagen is niets terug te vinden over<br />
de frequentie van <strong>risicomanagement</strong>rapportages binnen de organisatielagen. Ook ontbreekt<br />
een duidelijke relatie met de planning- & controlcyclus. Dit percentage is in 2010 en<br />
in 2011 nagenoeg gelijk.<br />
24%<br />
23%<br />
53%
Oranje: In 2010 is bij 25% van de onderzochte jaarverslagen op onderdelen zichtbaar dat er<br />
een structurele plaats is ingeruimd voor IRM. De focus ligt met name op het gebied van<br />
financiën en kwaliteit/patiëntveiligheid. In een aantal gevallen kan een duidelijke relatie<br />
worden gelegd met de planning- & controlcyclus. In 2011 is sprake van een daling van 2%.<br />
Groen: In 2010 scoren ziekenhuizen met 20% relatief sterk als het gaat om het structureel<br />
terug laten keren van IRM in de rapportagelijnen. De score ligt hoger dan die van de<br />
overige beoordelingscriteria. Ook in 2011 blijft dit een relatief sterk onderdeel; de score<br />
stijgt licht met 4%.<br />
Conclusie<br />
Aan de hand van de bevindingen kan geconcludeerd worden dat tenminste op onderdelen<br />
structureel wordt gerapporteerd over <strong>risicomanagement</strong>. Het zwaartepunt ligt echter<br />
bij de financiële kant van de organisatie en bij de kwaliteit/patiëntveiligheid. Slechts in<br />
ongeveer de helft van de gevallen bestaat er een duidelijk relatie met de planning- & controlcyclus.<br />
Hier valt dus nog winst te behalen. Bij de beoordelingscriteria Breedte en<br />
Systematisch is al geconcludeerd dat ziekenhuizen hun risico’s traditioneel benaderen vanuit<br />
een siloaanpak, zonder ze niet in hun onderlinge samenhang te beschouwen. Dat laatste<br />
is echter noodzakelijk om IRM te borgen in de organisatie.<br />
Ad 4. Beoordelingscriterium Meet- en toetsbaar<br />
Scoretabellen<br />
Tabel 15. Beoordelingscriterium Meet- en toetsbaar in aantallen<br />
Meetbaar & Toetsbaar<br />
Omschrijving<br />
De mate waarin de input en de uitkomsten<br />
van het IRM proces dusdanig gemeten<br />
kunnen worden dat sprake is van expliciete<br />
resultaten<br />
Zoekcriteria in jaarverslagen<br />
* Gebruik van wegingen, indicatoren<br />
* Specifieke onderbouwing van risicobereidheid<br />
en reserve<br />
* Transparantie over verantwoording (incontrol<br />
verklaring)<br />
Jaarverslagenonderzoek | 43
Beoordelingscriterium Meet- en toetsbaar tabel 15 in %:<br />
Totaalscore 2010<br />
beoordelingscriterium<br />
MEETBAAR EN<br />
TOETSBAAR<br />
4%<br />
44 | Jaarverslagenonderzoek<br />
33%<br />
63%<br />
Totaalscore 2011<br />
beoordelingscriterium<br />
MEETBAAR EN<br />
TOETSBAAR<br />
Bevindingen<br />
Rood: In 2010 is bijna twee derde (63%) van de onderzochte ziekenhuizen niet transparant<br />
over de uitkomsten van het IRM-proces. Dit kan erop duiden dat er geen sprake is van een<br />
expliciet geformuleerd normenkader (zoals bijvoorbeeld risicobereidheid). In 2011 blijft het<br />
percentage gelijk.<br />
Oranje: Bij 33% van de onderzochte jaarverslagen is de verantwoording over de uitkomsten<br />
van het IRM-proces deels aanwezig of herkenbaar in het jaarverslag. Dit percentage is in<br />
2010 en in 2011 identiek.<br />
Groen: In zowel 2010 als 2011 heeft slechts 4% van de ziekenhuizen de meet- en toetsbaarheid<br />
van de uitkomsten van het IRM-proces redelijk tot goed op orde.<br />
Conclusie<br />
Op het beoordelingscriterium Meet- en toetsbaar is voor de ziekenhuizen nog veel winst te<br />
behalen. Ruim de helft van de onderzochte jaarverslagen scoort op dit criterium een onvoldoende.<br />
Dit duidt erop dat er geen sprake is van een expliciet geformuleerd normenkader.<br />
Dit kader is noodzakelijk om de metingen (input en resultaten) van het IRM-proces op een<br />
zinvolle wijze te toetsen en tegemoet te komen aan de eisen van de stakeholders (zoals<br />
toezichthouders en kapitaalverstrekkers). Druk van de stakeholders dwingt ziekenhuizen<br />
meer en meer om het IRM-proces in hun organisatie naar behoren vorm te geven.<br />
4%<br />
33%<br />
63%
3.4. Samenvattend overzicht van de scores en bevindingen van alle onderzochte<br />
ziekenhuizen, per subonderzoeksvraag en per beoordelingscriterium<br />
De scores kunnen nu per subonderzoeksvraag en per beoordelingscriterium in tabel 16<br />
worden samengevat:<br />
Scanvragen per<br />
ziekenhuis<br />
Is een hoofdstuk<br />
risico management<br />
aanwezig?<br />
Is de risicobereidheid<br />
benoemd?<br />
Is <strong>risicomanagement</strong><br />
in relatie gebracht<br />
met strategische<br />
doelstellingen?<br />
Wordt er een <strong>risicomanagement</strong>beleid<br />
geformuleerd?<br />
Is er een gover -<br />
nance structuur<br />
aanwezig voor<br />
<strong>risicomanagement</strong>?<br />
Is compliance een<br />
onderdeel van het<br />
<strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
Is audit een<br />
onderdeel van het<br />
<strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
Wordt een in-<br />
control verklaring<br />
afgegeven?<br />
Is <strong>risicomanagement</strong><br />
een onderdeel van<br />
P&C- cyclus?<br />
Blijkt uit de jaarcijfers<br />
een specifieke<br />
risicoreservering?<br />
jaar Breedte Systematisch Structureel Meet- en<br />
toetsbaar<br />
Totaal groen,<br />
oranje, rood<br />
2010 50% 10% 40% 33% 20% 47% 45% 13% 42% 5% 25% 70% 33% 17% 50%<br />
2011 55% 13% 32% 45% 12% 43% 50% 20% 30% 5% 23% 72% 38% 17% 45%<br />
2010 3% 22% 75% 7% 8% 85% 10% 8% 82% 3% 12% 85% 6% 12% 82%<br />
2011 5% 10% 85% 5% 5% 90% 10% 3% 87% 0% 10% 90% 5% 7% 88%<br />
2010 30% 32% 38% 23% 32% 45% 35% 25% 40% 10% 43% 47% 24% 33% 43%<br />
2011 33% 37% 30% 28% 32% 40% 35% 32% 33% 3% 42% 55% 24% 36% 40%<br />
2010 30% 38% 32% 25% 38% 37% 27% 33% 40% 5% 50% 45% 22% 39% 39%<br />
2011 48% 30% 22% 35% 35% 30% 45% 30% 25% 10% 50% 40% 34% 36% 30%<br />
2010 25% 60% 15% 30% 50% 20% 25% 58% 18% 8% 65% 27% 22% 58% 20%<br />
2011 40% 45% 15% 28% 52% 20% 25% 58% 17% 13% 65% 22% 26% 55% 19%<br />
2010 10% 10% 80% 5% 15% 80% 8% 12% 80% 3% 15% 82% 6% 13% 81%<br />
2011 3% 15% 82% 3% 12% 85% 3% 12% 85% 0% 10% 90% 2% 12% 86%<br />
2010 20% 40% 40% 10% 50% 40% 15% 45% 40% 3% 52% 45% 12% 47% 41%<br />
2011 25% 40% 35% 10% 50% 40% 25% 35% 40% 3% 52% 45% 16% 44% 40%<br />
2010 5% 10% 85% 3% 10% 87% 7% 8% 85% 3% 10% 87% 4% 10% 86%<br />
2011 8% 20% 72% 3% 12% 85% 8% 10% 82% 3% 12% 85% 5% 14% 81%<br />
2010 28% 25% 47% 20% 27% 53% 30% 25% 45% 8% 37% 55% 21% 29% 50%<br />
2011 43% 15% 42% 30% 25% 45% 35% 22% 43% 3% 52% 45% 27% 29% 44%<br />
2010 5% 23% 72% 0% 20% 80% 0% 23% 77% 0% 20% 80% 1% 21% 78%<br />
2011 0% 23% 77% 0% 15% 85% 0% 15% 85% 0% 15% 85% 0% 17% 83%<br />
Totaal 2010 20% 27% 53% 16% 27% 57% 20% 25% 55% 5% 33% 62% 15% 28% 57%<br />
Totaal 2011 26% 25% 49% 19% 25% 56% 23% 24% 53% 4% 33% 63% 18% 27% 55%<br />
Kwalitatief oordeel en kwantitatief oordeel<br />
Tabel 16. Samenvattend overzicht van de scores in percentages van alle onderzochte ziekenhuizen, per subonderzoeksvraag en per<br />
beoordelingscriterium<br />
Jaarverslagenonderzoek | 45
3.5. Resultaten per ziekenhuis, per beoordelingscriterium<br />
De centrale onderzoeksvraag, in welke mate integraal <strong>risicomanagement</strong> kwalitatief is<br />
beschreven in de jaarverslagen 2010 en 2011, is generiek gesteld voor de algemene ziekenhuizen<br />
in Nederland. In de voorgaande paragrafen is ingegaan op de mate waarin IRM is<br />
beschreven in de jaarverslagen. In de methodiek is aangenomen dat dit een indicatie is van<br />
de IRM-volwassenheidsfase.<br />
Het is interessant om daarnaast de resultaten per ziekenhuis te zien, waarbij per ziekenhuis<br />
de mate van volwassenheid wordt uitgedrukt in scores op het vlak van de beoordelingscriteria<br />
de Breedte, Systematisch, Structureel, Meet- en toetsbaarheid.<br />
Hiertoe zijn per ziekenhuis en per beoordelingscriterium drie stappen doorlopen:<br />
1. Per ziekenhuis zijn alle scores van alle onderzoeksvragen bij elkaar opgeteld per<br />
beoordelingscriterium.<br />
2. De scores zijn vervolgens per ziekenhuis, per beoordelingscriterium, afgezet tegenover<br />
de volgende tabel van volwassenheid:<br />
Constatering en beoordeling<br />
voldoende, aanwezig, volledig, transparant<br />
in ontwikkeling, deels aanwezig, niet<br />
volledig, onduidelijk, voor verbetering<br />
vatbaar<br />
onvoldoende, niet aanwezig, niet<br />
transparant<br />
46 | Jaarverslagenonderzoek<br />
Kleurcode<br />
IRM-<br />
Score<br />
Relatie met volwassenheidsfase IRM<br />
3 Volwassenheidsfase 4 en 5<br />
2 Volwassenheidsfase 2 en 3<br />
1 Volwassenheidsfase 1<br />
3. Een ziekenhuis heeft per beoordelingscriterium minimaal een IRM-score van 10 (10<br />
onderzoeksvragen x 1) en kan maximaal een IRM-score hebben van 30 (10 onderzoeksvragen<br />
x 3). Afhankelijk van de gescoorde waarden (die in de praktijk tussen de 10 en de<br />
30 liggen), kan de volwassenheid per ziekenhuis en per beoordelingscriterium worden<br />
aangeduid met de IRM- scores 1, 2 of 3. Een ziekenhuis kan dus voor alle beoordelingscriteria<br />
samen minimaal 4 punten scoren en maximaal 12.<br />
De tabellen 17 en 18 zijn tot stand gekomen op basis van de scores per ziekenhuis. De tabellen<br />
17 en 18 representeren op de verticale as het aantal onderzochte ziekenhuizen. De<br />
horizontale as representeert de totale IRM-score (en derhalve de mate van volwassenheid)<br />
op alle beoordelingscriteria tezamen. Zo kan aan een ziekenhuis een IRM-score worden<br />
toegekend, die van 1 tot 12 punten kan variëren.<br />
Gezien de aard van het onderzoek is ervoor gekozen om in de volgende jaartabellen, tabel<br />
17 en tabel 18, de namen van de individueel onderzochte ziekenhuizen niet weer te geven:
Tabel 17. Totaal IRM-score van alle beoordelingscriteria per ziekenhuis in 2010<br />
Onderzochte ziekenhuizen<br />
40<br />
39<br />
38<br />
37<br />
36<br />
35<br />
34<br />
33<br />
32<br />
31<br />
30<br />
29<br />
28<br />
27<br />
26<br />
25<br />
24<br />
23<br />
22<br />
21<br />
20<br />
19<br />
18<br />
17<br />
16<br />
15<br />
14<br />
13<br />
12<br />
11<br />
10<br />
9<br />
8<br />
7<br />
6<br />
5<br />
4<br />
3<br />
2<br />
1<br />
0<br />
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11<br />
Totaal IRM-score<br />
Tabel 18. Totaal IRM-score van alle beoordelingscriteria per ziekenhuis in 2011<br />
Onderzochte ziekenhuizen<br />
40<br />
39<br />
38<br />
37<br />
36<br />
35<br />
34<br />
33<br />
32<br />
31<br />
30<br />
29<br />
28<br />
27<br />
26<br />
25<br />
24<br />
23<br />
22<br />
21<br />
20<br />
19<br />
18<br />
17<br />
16<br />
15<br />
14<br />
13<br />
12<br />
11<br />
10<br />
9<br />
8<br />
7<br />
6<br />
5<br />
4<br />
3<br />
2<br />
1<br />
0<br />
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11<br />
Totaal IRM-score<br />
12<br />
12<br />
Breedte<br />
Systematisch<br />
Structureel<br />
Meetbaar<br />
Breedte<br />
Systematisch<br />
Structureel<br />
Meetbaar<br />
Jaarverslagenonderzoek | 47
Acht ziekenhuizen hebben in 2010 en in 2011 een gelijke score gehaald op alle beoordelingscriteria.<br />
Dit betekent dat deze ziekenhuizen in hun jaarverslagen geen ontwikkeling hebben<br />
doorgemaakt ten aanzien van IRM. Daarnaast kan worden geconstateerd dat de scores van<br />
acht ziekenhuizen met een daling respectievelijk stijging van -1 of +1 nagenoeg gelijk zijn<br />
gebleven. Hier is dus een minimale vooruitgang of achteruitgang geboekt. Van de totale<br />
onderzochte populatie hebben drie ziekenhuizen een zichtbare vooruitgang geboekt met +2<br />
of meer. Er is één ziekenhuis met een totaalscore van -4, dat op alle beoordelingscriteria in<br />
2011 is achteruitgegaan ten opzichte van 2010.<br />
Conclusie<br />
Afgezien van drie positieve uitzonderingen laat het onderzoek het beeld zien dat de onderzochte<br />
ziekenhuizen niet of nauwelijks een echte ontwikkeling doormaken in de mate waarin<br />
zij IRM weergeven in hun jaarverslagen. Dit is tevens een indicatie dat de (gemiddelde)<br />
volwassenheid ten aanzien van IRM op een laag niveau blijft steken. Het is opvallend dat<br />
geen enkel ziekenhuis de hoogste totaalscore (van 12) heeft behaald.<br />
48 | Jaarverslagenonderzoek
4. Eindconclusie en aanbevelingen<br />
In dit hoofdstuk geven we de eindconclusie op de onderzoeksvraag, gevolgd door een aantal<br />
aanbevelingen voor de Nederlandse algemene ziekenhuizen. De eindconclusie betreft<br />
een indicatie van de IRMvolwassenheidsfase waarin de onderzochte ziekenhuizen in<br />
2010 en 2011 verkeerden. Met de aanbevelingen geven we de ziekenhuizen een advies om<br />
IRM, zowel inhoudelijk als voor de weergave in het jaarverslag, in de toekomst op een<br />
hoger niveau te brengen.<br />
4.1.1. Eindconclusie onderzoeksvraag<br />
Eindconclusie<br />
De beantwoording van de centrale onderzoeksvraag in welke mate integraal <strong>risicomanagement</strong><br />
kwalitatief wordt beschreven in de jaarverslagen 2010 en 2011 van de Nederlandse<br />
algemene ziekenhuizen, volgt direct uit de score per onderzoekscriterium en de resultaten<br />
per ziekenhuis. Het onderzoek en de voorgenoemde resultaten leiden tot de onderstaande<br />
eindconclusies voor 2010 en 2011:<br />
2010<br />
De mate waarin integraal <strong>risicomanagement</strong> kwalitatief wordt beschreven in de<br />
jaarverslagen 2010 van de Nederlandse algemene ziekenhuizen, is in 15% van de<br />
gevallen voldoende en in 28% van de onderzochte jaarverslagen slechts gedeeltelijk<br />
voldoende. In 57% van de onderzochte jaarverslagen wordt integraal <strong>risicomanagement</strong><br />
in onvoldoende mate beschreven<br />
2011<br />
De mate waarin integraal <strong>risicomanagement</strong> kwalitatief wordt beschreven in de<br />
jaarverslagen 2011 van de Nederlandse algemene ziekenhuizen, is in 18% van de<br />
gevallen voldoende en in 27% van de onderzochte jaarverslagen slechts gedeeltelijk<br />
voldoende. In 55% van de onderzochte jaarverslagen wordt integraal <strong>risicomanagement</strong><br />
in onvoldoende mate beschreven.<br />
Tabel 19 vat deze eindconclusies samen. Uit deze eindconclusies valt af te leiden dat ziekenhuizen<br />
nog een weg te gaan hebben, willen zij IRM voldoende toepassen. Opvallend is dat<br />
voor een ruime meerderheid van de onderzochte ziekenhuizen de noodzakelijke transparantie<br />
op het gebied van de verantwoording van de risicobeheersing nog niet voldoende is,<br />
of nog in ontwikkeling is.<br />
Jaarverslagenonderzoek | 49
Tabel 19. Mate van IRM-volwassenheid van de onderzochte ziekenhuizen<br />
Constatering en<br />
Beoordeling<br />
voldoende, aanwezig, volledig,<br />
transparant<br />
in ontwikkeling, deels aanwezig,<br />
niet volledig, onduidelijk, voor<br />
verbetering vatbaar<br />
onvoldoende, niet aanwezig, niet<br />
transparant<br />
50 | Jaarverslagenonderzoek<br />
Kleurcode<br />
IRM-<br />
Score<br />
3<br />
2<br />
1<br />
Relatie met volwassenheidsfase<br />
IRM<br />
Volwassenheidsfase<br />
4 en 5<br />
Volwassenheidsfase<br />
2 en 3<br />
Volwassenheidsfase<br />
1<br />
Onderzochte<br />
ziekenhuizen<br />
2010 2011<br />
15% 18%<br />
28% 27%<br />
57% 55%<br />
Vertaald naar het eerder benoemde IRM-volwassenheidsmodel kunnen we concluderen dat<br />
dat de volwassenheid van IRM, op basis van de onderzochte jaarverslagen, zich hoofdzakelijk<br />
in de fasen 1 t/m 3 bevindt. Daarnaast kan geconcludeerd worden dat, naarmate de<br />
ziekenhuizen explicieter inzicht geven in de IRM-activiteiten aan de hand van het jaarverslag,<br />
ook meer inzicht ontstaat in de IRM-volwassenheidsfase. Het onderzoek maakt tot slot<br />
duidelijk dat er nog veel in ontwikkeling is, zowel met betrekking tot de IRM-activiteiten<br />
als met de weergave daarvan in het jaarverslag.<br />
Algemene aanbeveling<br />
Vanuit de visie op integrale bedrijfsvoering biedt IRM een kans voor de zorgsector. Door<br />
afstemming te zoeken tussen het interne IRM-beleid, de uitvoering daarvan en de externe<br />
toetsing door toezichthouders en zorgautoriteiten, ontstaat een gedeeld normenkader voor<br />
IRM. Dit gezamenlijk normenkader zal leiden tot efficiëntere toetsing, een ‘level playing<br />
field’ voor alle marktpartijen en transparantie voor alle stakeholders.<br />
Ziekenhuizen zouden voor zichzelf een ambitieniveau voor IRM moeten vaststellen en dat<br />
expliciet maken in IRM-beleid. Met hun stakeholders moet worden vastgesteld welke<br />
behoefte er is aan transparantie over <strong>risicomanagement</strong>, en hoe het ziekenhuis zich daarmee<br />
kan onderscheiden. Daarbij is het van belang om vast te stellen welke samenhang met<br />
de strategische doelstellingen verwacht wordt, passend bij de huidige integrale bedrijfsvoering<br />
en cultuur. Ook is het van belang om samenhang aan te brengen in de toepassing<br />
van IRM in het ziekenhuis tussen afdelingen, specialismen, processen en risicogebieden.<br />
Dit houdt in dat risico’s niet vanuit de traditionele silo’s worden beschouwd, maar<br />
organisatiebreed.<br />
IRM is een randvoorwaarde voor een transparante communicatie en het afleggen van<br />
verantwoording over de risicobeheersing door ziekenhuizen. Voorwaarde is evenwel om een<br />
groei te bewerkstelligen naar een hogere IRM-volwassenheidsfase. De voornaamste<br />
aanbeveling is om te streven naar hogere IRM-volwassenheidsfasen. Er moet een visie
worden ontwikkeld op IRM, die moet worden omgezet in IRM-beleid dat ook daadwerkelijk<br />
geïmplementeerd moet worden. Het toepassen van IRM op minimaal niveau 4 zal leiden tot:<br />
• meer transparantie in verantwoording tegenover maatschappij, financiers en<br />
toezichthouders;<br />
• meetbaarheid van de risicobeheersing, hetgeen meer efficiënt en kostenbewust kiezen<br />
voor beheersmaatregelen mogelijk maakt;<br />
• zelf meer in control komen, een verbeterd inzicht in de eigen organisatie, het beter<br />
kunnen anticiperen op veranderingen en problemen en het benutten van kansen;<br />
• een IRM dat past bij de volwassenheid en cultuur van de organisatie.<br />
Een meerjarig groeimodel zal de meest effectieve aanpak zijn om de diverse fases van IRMvolwassenheid<br />
te doorlopen. Het in beeld brengen van de huidige IRM-volwassenheid,<br />
waarbij optimaal gebruik wordt gemaakt van wat er al aanwezig is, vormt een goede start.<br />
Elk ziekenhuis kan in het groeimodel kiezen op welke wijze IRM ontwikkeld kan worden.<br />
Daarbij is zowel een top-down- als een bottom-upbenadering mogelijk. Een top-downbenadering<br />
wordt geïnitieerd door de Raad van Bestuur en de medische staf, op basis van een<br />
gemeenschappelijk en strategisch draagvlak. Een bottom-upbenadering maakt daarentegen<br />
gebruik van datgene wat er al ligt (meestal op het vlak van patiëntveiligheid) als basis<br />
voor een verdere doorontwikkeling.<br />
Het verrijken van de Zorgbrede Governance Code met IRM-standaarden of een normenkader<br />
is een optie om de weergave en transparantie van IRM in de jaarverslagen te<br />
bevorderen en tevens IRM verder te ontwikkelen in de ziekenhuisorganisaties. Er kan dan<br />
gedacht worden aan methodiek, systematiek, organisatie en governance en mogelijke<br />
relevante risicogebieden.<br />
In de volgende paragrafen hebben we de aanbevelingen op basis van de subonderzoeksvragen<br />
en onderzoekscriteria beschreven. We hebben dat gedaan door steeds per subonderzoeksvraag<br />
en per criterium de conclusie te herhalen, gevolgd door de bijbehorende<br />
aanbeveling.<br />
Definieer voor de zorgsector een gezamenlijk en gespecificeerd IRM-normenkader,<br />
dat als leidraad kan dienen voor de sector. Het normenkader omvat minimaal de<br />
volgende onderdelen:<br />
- Standaarden voor IRM-methodiek en -systematiek<br />
- Standaarden voor IRM-organisatie en governance<br />
- Standaarden voor alle relevante risicogebieden<br />
- Standaarden voor specifieke IRM-gerelateerde competenties van bestuurders en<br />
toezichthouders<br />
- Standaarden voor verantwoording in publieke uitingen met betrekking tot IRM<br />
Jaarverslagenonderzoek | 51
4.1.2. Aanbevelingen op basis van de conclusies bij de subonderzoeksvragen<br />
1. Is er een hoofdstuk <strong>risicomanagement</strong> aanwezig in het jaarverslag?<br />
Conclusie op basis van de bevindingen:<br />
Het ontbreken van het hoofdstuk <strong>risicomanagement</strong> leidt ertoe dat de overige subonderzoeksvragen<br />
soms moeilijker te scoren zijn, voor zover aanwezig, versnipperd aanwezig is<br />
in heel het jaarverslag. Toch blijkt uit een vergelijking van de jaren 2010 en 2011 een zichtbare<br />
vooruitgang van 5%, hoewel nog steeds in iets minder dan de helft van de gevallen in<br />
2011 het hoofdstuk <strong>risicomanagement</strong> geheel ontbreekt.<br />
Aanbeveling<br />
De Zorgbrede Governance Code hecht er veel belang aan dat de ziekenhuizen hun risicobeheerssysteem<br />
op orde hebben. Om hieraan tegemoet te komen zullen ziekenhuizen het<br />
hoofdstuk <strong>risicomanagement</strong> specifieker en concreter moeten maken. Ze zullen moeten<br />
aangeven wat het proces van <strong>risicomanagement</strong> inhoudt en hoe ze het vormgeven als onderdeel<br />
van de bedrijfsvoering. Hiermee wordt ook de transparantie vergroot. De beste<br />
motivatie om aan <strong>risicomanagement</strong> te doen is een intrinsieke. Het implementeren van<br />
<strong>risicomanagement</strong> zou niet alleen moeten plaatsvinden vanwege externe druk.<br />
2. Is de risicobereidheid benoemd?<br />
Conclusie op basis van de bevindingen:<br />
Gesteld kan worden dat het vertrekpunt voor IRM, de risicobereidheid, in meer dan 80%<br />
van de ziekenhuizen van dit onderzoek ontbreekt of niet formeel is beschreven en bevestigd<br />
door de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht. Daarmee ontbreekt de doorvertaling<br />
van de risicobereidheid in risicolimieten voor de operationele afdelingen of resultaatverantwoordelijke<br />
eenheden. Ook is de meetbaarheid van de mate van risicobeheersing moeilijker<br />
aantoonbaar te maken. Er valt over de hele linie een verslechtering waar te nemen van 6%<br />
in 2011 ten opzichte van 2010. De scores op oranje zijn met name verschoven richting<br />
rode scores. Daarmee is er sprake van een algehele verslechtering op het onderdeel<br />
risicobereidheid.<br />
Aanbeveling<br />
Risicomanagement begint met de bepaling van de risicobereidheid. Koppel de risicobereidheid<br />
direct aan de strategische doelstellingen van de organisatie. Formuleer de risicobereidheid<br />
in zowel kwalitatieve als kwantitatieve uitspraken. Daarbij verdient het sterke<br />
aanbeveling deze uitspraken expliciet vast te leggen, met instemming van de Raad van<br />
Bestuur en de Raad van Toezicht. Vervolgens zal deze risicobereidheid organisatiebreed<br />
moeten worden doorvertaald naar het zorgproces en de operationele bedrijfsvoering.<br />
52 | Jaarverslagenonderzoek
3. Is <strong>risicomanagement</strong> in relatie gebracht met de strategische<br />
doelstellingen?<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
De relatie tussen een integrale aanpak van de risicobeheersing en de strategische doelstellingen<br />
is onvoldoende om van IRM te spreken. Dit geldt voor beide jaren. Indien <strong>risicomanagement</strong><br />
niet over de gehele breedte van de organisatie wordt toegepast, zal de integraliteit<br />
van de risicobeheersing minimaal zijn. Dit heeft als consequentie dat de onderdelen kwaliteit<br />
en (patiënt)veiligheid (door de ziekenhuizen vaak in relatie gebracht met <strong>risicomanagement</strong>)<br />
eigenlijk een minimaal raakvlak hebben met het integrale <strong>risicomanagement</strong>proces.<br />
Hiermee wordt het silodenken ten aanzien van risicobeheersing van de onderzochte ziekenhuizen<br />
bevestigd.<br />
Aanbeveling<br />
Door het expliciet definiëren van de functie van <strong>risicomanagement</strong> in de organisatie, wordt<br />
voor het ziekenhuis duidelijk welke behoefte eraan bestaat voor de bedrijfsvoering. Daarbij<br />
moeten alle risicogebieden met betrekking tot de strategie, het zorgproces, de operationele<br />
bedrijfsvoering en wet- en regelgeving worden gehanteerd en in hun samenhang worden<br />
beschouwd. Om die samenhang te borgen moet de risicobereidheid worden bepaald en<br />
specifiek gemaakt in relatie tot de strategische doelstellingen.<br />
4. Wordt <strong>risicomanagement</strong>beleid geformuleerd?<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
Risicomanagementbeleid is randvoorwaardelijk voor een goede implementatie van IRM.<br />
Dit beleid zou minimaal elementen moeten bevatten als systematiek, structuur en het meetbaar<br />
maken van de effecten van de risicobeheersing. Hoewel een duidelijke sprong voorwaarts<br />
is gemaakt, is het merendeel (oranje + rood = 66% in 2011) van de ziekenhuizen<br />
hierover niet of niet voldoende transparant. Daarbij wordt er geen of een minimale toelichting<br />
gegeven over hoe het beleid concreet is vertaald naar de operationele eenheden.<br />
Aanbeveling<br />
Een uitgeschreven <strong>risicomanagement</strong>beleid is een voorwaarde om IRM daadwerkelijk in<br />
de organisatie te kunnen doorvoeren. Dit beleid zal expliciet tot uitdrukking moeten brengen<br />
wat de toegevoegde waarde is van IRM voor:<br />
1. De koppeling tussen strategie, zorgproces en operationele bedrijfsvoering;<br />
2. het in samenhang brengen van de performance met de risico’s op alle organisatielagen;<br />
3. het doorbreken van het welhaast traditionele silodenken;<br />
4. het in onderlinge samenhang beschouwen van de risico’s;<br />
5. het uit hoofde van IRM een juiste allocatie vaststellen van taken, verantwoordelijkheden<br />
en bevoegdheden.<br />
Jaarverslagenonderzoek | 53
5. Is er een governancestructuur aanwezig voor <strong>risicomanagement</strong>?<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
De Zorgbrede Governance Code blijft een punt van aandacht. Ondanks een verbetering van<br />
de score met 4% in 2011 ten opzichte van 2010, ontbreekt het aan voldoende transparantie<br />
over de wijze waarop de Zorgbrede Governance Code wordt toegepast. Vooral het bestuurlijke<br />
aspect uit de Zorgbrede Governance Code krijgt de aandacht van de Raden van<br />
Bestuur. De focus op inbedding van een governancestructuur voor <strong>risicomanagement</strong> in de<br />
ziekenhuizen is daarentegen onvoldoende.<br />
Aanbeveling<br />
De Zorgbrede Governance Code schrijft niet expliciet voor hoe het proces van IRM moet<br />
worden ingericht. Het is echter wel noodzakelijk om hieraan vorm te geven. Ziekenhuizen<br />
moeten vaststellen en vastleggen hoe de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden in<br />
de eigen organisatie worden ingezet. Het strekt tot aanbeveling om dit op te nemen in het<br />
<strong>risicomanagement</strong>beleid.<br />
6. Is Compliance een onderdeel van het <strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
Met 86% voor 2011 wordt compliance door de ziekenhuizen niet of in onvoldoende mate<br />
beschreven als onderdeel van het proces van <strong>risicomanagement</strong>. Compliance is echter een<br />
essentieel onderdeel van IRM. Daarnaast is de compliancefunctie veelal niet ingericht.<br />
Ziekenhuizen hebben veel te winnen als zij compliancerisico’s op een efficiënte manier<br />
beheersen, en zo doublures in activiteiten en maatregelen voorkomen.<br />
Aanbeveling<br />
Zet compliance op de agenda in relatie tot risicobeheersing. Definieer compliance als<br />
risicogebied, in samenhang met alle andere risicogebieden met betrekking tot de strategie,<br />
het zorgproces en de operationele bedrijfsvoering. Benoem voor dit onderdeel specifiek de<br />
rollen en verantwoordelijkheden van betrokkenen in de organisatie en draag zorg voor<br />
eigenaarschap.<br />
7. Is operational Audit een onderdeel van, of maakt gebruik van, het<br />
<strong>risicomanagement</strong>proces?<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
Weliswaar worden bij de meeste ziekenhuizen kwaliteitsaudits uitgevoerd in het kader van<br />
de NIAZ-accreditatie, maar die worden voor het grootste deel niet gezien als een onlosmakelijk<br />
onderdeel van het integraal <strong>risicomanagement</strong>proces. Een duidelijke positionering<br />
van de rol en functie van audit, als onderdeel van de Three Lines of Defense, is absoluut<br />
noodzakelijk om te komen tot een volwaardig IRM. Een volwassen audit kijkt ook naar de<br />
operationele bedrijfsvoering, de financiën en IT.<br />
54 | Jaarverslagenonderzoek
Aanbeveling<br />
Maak duidelijk welke rol audit speelt in het IRM-proces, en maak de auditafdeling verantwoordelijk<br />
voor het monitoren van de voortgang. Maak duidelijk wat de rol is van de eerste,<br />
tweede en derde lijn in de risicobeheersing van het ziekenhuis.<br />
8. Wordt een in-controlverklaring afgegeven?<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
Buiten een accountantsverklaring die standaard is opgenomen in alle jaarverslagen, geven<br />
ziekenhuizen in hun jaarverslagen van 2010 en 2011 zelden of nooit een eigen in-controlverklaring<br />
af in het kader van het <strong>risicomanagement</strong>beleid. In samenhang met het vrijwel<br />
overal ontbreken van een expliciet gemaakte risicobereidheid geeft dit aan dat het expliciet<br />
maken van het gevoerde risicobeleid nog geen deel uitmaakt van de communicatie met<br />
externe stakeholders.<br />
Gezien alle overige scores en de ontwikkeling die de ziekenhuizen doormaken of nog moeten<br />
doormaken op weg naar volwassenheid van IRM is een in-controluitspraak mogelijk een<br />
brug te ver voor veel Raden van Bestuur en Raden van Toezicht. Indien wel tot een in-<br />
controluitspraak gekomen kan worden op basis van een gedegen <strong>risicomanagement</strong>beleid<br />
en een goed geïmplementeerd <strong>risicomanagement</strong>proces, maakt het de communicatie met<br />
externe stakeholders, waaronder de accountant, makkelijker vanuit een sterkere positie.<br />
Aanbeveling<br />
Definieer <strong>risicomanagement</strong> als een continu proces voor het ziekenhuis. Begin met vast te<br />
leggen dat de risicobereidheid een onderdeel is van het <strong>risicomanagement</strong>beleid. Integreer<br />
die uitgangspunten in de planning- & controlcyclus en laat het management daarover verantwoording<br />
afleggen, op een manier die past bij de governance, de organisatiecultuur en<br />
de behoefte van de stakeholders. In het kader van transparantie en de verantwoording over<br />
het gevoerde risicobeleid is een heldere communicatie over de mate van risicobeheersing<br />
gewenst.<br />
9. Is <strong>risicomanagement</strong> een onderdeel van de planning- & controlcyclus?<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
Een planning- & controlcyclus is bij alle ziekenhuizen gemeengoed. Ondanks een lichte verbetering<br />
in 2011 ten opzichte van 2010 met 6%, vindt sturing voor ongeveer 73% (rood en<br />
oranje) in 2011 kennelijk nog steeds op een traditionele wijze plaats. Deze wijze is reactief<br />
van aard op basis van de cijfers en productiedoelstellingen, en niet proactief (vooraf) op<br />
basis van risk assessments, waarbij de planning- & controlcyclus vooral sterk gericht is op<br />
de financiële component en in mindere mate op de werking, effecten en kosten van de<br />
beheersmaatregelen om de geïdentificeerde risico’s beheersbaar te maken.<br />
Aanbeveling<br />
Benoem en definieer eerst de risicobereidheid en de risicolimieten, en leg vervolgens de<br />
Jaarverslagenonderzoek | 55
elatie met de planning- & controlcyclus. Maak het proces pro-actief door de RVE’s met<br />
regelmaat en structureel riskassessments te laten uitvoeren op de jaarplannen en de daarin<br />
gestelde doelen.<br />
10. Blijkt uit de jaarcijfers een specifieke risicoreservering?<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
In 2011 is in 100% geen sprake van een specifieke risicoreservering. Dit komt de transparantie<br />
en verantwoording niet ten goede en maakt onduidelijk hoe er integraal met de<br />
risico’s wordt omgegaan in het kader van het financieel beleid.<br />
Aanbeveling<br />
Bepaal de behoefte aan kwantitatieve risicoinformatie van het management en de verschillende<br />
stakeholders. Stel de methode vast op basis waarvan risico’s kwantitatief worden<br />
gemaakt. Leg structureel de overwegingen vast voor de keuzes met betrekking tot de<br />
omvang van risicoreserves. Deze moeten in samenhang zijn met de risicobereidheid.<br />
4.2. Aanbevelingen op basis van de beoordelingscriteria<br />
De aanbevelingen, op basis van de conclusies naar aanleiding van de scores op de beoordelingscriteria,<br />
luiden als volgt:<br />
Beoordelingscriterium Breedte<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
IRM speelt zich in ziekenhuizen hoofdzakelijk af op bestuurlijk niveau. De doorvertaling<br />
naar de andere organisatielagen in de volle breedte is matig tot onvoldoende. Dit is gebleken<br />
uit 79% van de onderzochte jaarverslagen in 2010, en uit 74% van de jaarverslagen in<br />
2011. Hiermee is er een verbetering opgetreden van 6%. Desondanks blijkt uit de jaarverslagen<br />
dat een expliciet gemaakte verantwoordelijke voor IRM, zoals een riskmanager,<br />
een compliance officer of een auditor, in de meeste gevallen ontbreekt. Deze score maakt<br />
inzichtelijk dat de ziekenhuizen hun risico’s traditioneel benaderen vanuit een siloaanpak,<br />
of zelfs helemaal niet proberen om hun risico’s in samenhang te beschouwen.<br />
Aanbevelingen<br />
• Definieer organisatiebreed IRM-beleid.<br />
• Breng risico’s in kaart voor alle organisatieonderdelen in relatie tot de<br />
organisatiedoelstelling.<br />
• Beoordeel risico’s en maatregelen in onderlinge samenhang.<br />
• Vertaal risicodoelstellingen zowel naar strategische als operationele activiteiten.<br />
• Wijs ‘<strong>risicomanagement</strong> -champions’ aan zowel op managementniveau als operationeel<br />
niveau.<br />
• Pas risicobereidheid toe vanuit organisatiedoelstellingen, als uitgangspunt voor<br />
resultaatverantwoordelijke eenheden.<br />
56 | Jaarverslagenonderzoek
Beoordelingscriterium Systematisch<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
Er zijn slechts geringe verschuivingen waarneembaar over de jaren 2010 en 2011. De<br />
afname van de oranje score met 2% en de afname van de rode score met eveneens 2% zijn<br />
daarvan de meest opvallende. De <strong>risicomanagement</strong>modellen geven richting aan het invoeren<br />
van IRM in de organisatie. Dat de <strong>risicomanagement</strong>modellen en IT- tooling ontbreken<br />
of slechts op onderdelen aanwezig zijn, duidt erop dat IRM in de ziekenhuizen zich nog op<br />
een laag volwassenheidsniveau bevindt. Voor zover sprake is van tooling wordt die weliswaar<br />
vaak ingezet voor thema’s op het gebied van kwaliteit en patiëntveiligheid, maar niet<br />
systematisch in de volle breedte van de organisatie. Ook vanuit het beoordelingscriterium<br />
Systematisch kan worden geconcludeerd dat ziekenhuizen hun risico’s traditioneel benaderen<br />
vanuit een siloaanpak, en niet in hun onderlinge samenhang beschouwen.<br />
Aanbevelingen<br />
• Maak gebruik van bestaande ERM-modellen voor zowel het <strong>risicomanagement</strong>proces als<br />
de inhoudelijke samenhang.<br />
• Koppel de gebruikte modellen aan de planning- & controlsystematiek.<br />
• Hanteer bewezen risicoassessmentmethodieken voor risicoinventarisatie.<br />
• Breng de <strong>risicomanagement</strong>activiteiten in lijn met gerelateerde functies: toezicht,<br />
compliance, auditing, finance, planning & control en lijnmanagement.<br />
Beoordelingscriterium Structureel<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
Aan de hand van de bevindingen kan geconcludeerd worden dat tenminste op onderdelen<br />
structureel wordt gerapporteerd over <strong>risicomanagement</strong>. Het zwaartepunt ligt echter bij<br />
de financiële kant van de organisatie en bij de kwaliteit/patiëntveiligheid. Slechts in ongeveer<br />
de helft van de gevallen bestaat er een duidelijk relatie met de planning- & controlcyclus.<br />
Hier valt dus nog winst te behalen. Bij de beoordelingscriteria Breedte en Systematisch is<br />
al geconcludeerd dat ziekenhuizen hun risico’s traditioneel benaderen vanuit een siloaanpak,<br />
zonder ze niet in hun onderlinge samenhang te beschouwen. Dat laatste is echter noodzakelijk<br />
om IRM te borgen in de organisatie.<br />
Aanbevelingen<br />
• Laat de organisatie, als geheel en per onderdeel, periodiek verantwoording afleggen<br />
over het gevoerde <strong>risicomanagement</strong>beleid.<br />
• Verrijk het informatieprotocol met uitgangspunten over risicobereidheid, risicobeleid<br />
en risicoprofiel per resultaatverantwoordelijke eenheid.<br />
• Borg IRM in de lijnorganisatie (zorgproces en operationele bedrijfsvoering) als de<br />
‘first line of defense’.<br />
• Laat IRM-rapportagelijnen en de frequentie van rapportages gelijk lopen met de<br />
planning- & controlcyclus.<br />
Jaarverslagenonderzoek | 57
Beoordelingscriterium Meet- en toetsbaar<br />
Conclusie op basis van de bevindingen<br />
Op het beoordelingscriterium Meet- en toetsbaar is voor de ziekenhuizen nog veel winst te<br />
behalen. Ruim de helft van de onderzochte jaarverslagen scoort op dit criterium een onvoldoende.<br />
Dit duidt erop dat er geen sprake is van een expliciet geformuleerd normenkader.<br />
Dit kader is noodzakelijk om de metingen (input en resultaten) van het IRM-proces op een<br />
zinvolle wijze te toetsen en tegemoet te komen aan de eisen van de stakeholders (zoals toezichthouders<br />
en kapitaalverstrekkers). Druk van de stakeholders dwingt ziekenhuizen<br />
meer en meer om het IRM-proces in hun organisatie naar behoren vorm te geven.<br />
Aanbevelingen<br />
• Maak <strong>risicomanagement</strong>uitgangspunten expliciet en meetbaar door gebruik van risicobereidheid<br />
voor kapitaalmanagement, product/marktoverwegingen, cultuur, HR en<br />
imago/reputatie.<br />
• Maak de kostenefficiëntie van beheersmaatregelen expliciet in relatie tot de risico’s.<br />
• Baseer risicoreserves op onderbouwde risico- en rendementsafwegingen.<br />
• Optimaliseer de weergave van IRM in het jaarverslag ten behoeve van transparantie<br />
voor alle stakeholders.<br />
58 | Jaarverslagenonderzoek
5. Over <strong>VvAA</strong> en ConQuaestor<br />
<strong>VvAA</strong><br />
<strong>VvAA</strong> is een ledenorganisatie en dienstverlener die opereert in het hart van de gezondheidszorg,<br />
in dienst van meer dan 110.000 professionals: medici, paramedici, studenten en<br />
zorginstellingen. <strong>VvAA</strong> biedt hen verzekeringen, financiële diensten, integraal <strong>risicomanagement</strong>,<br />
juridisch advies, praktijkadvies, belastingadvies, praktijkfinanciering, vestigingsbegeleiding,<br />
opleidingen, een eigen reisbureau en ‘Arts en Auto’, het maandelijkse<br />
magazine. <strong>VvAA</strong> is gevestigd in Utrecht en heeft regiokantoren door het hele land. <strong>VvAA</strong><br />
Risicomanagement voor de Gezondheidszorg B.V. is een 100% dochter van de <strong>VvAA</strong> Groep<br />
en richt zich volledig op het adviseren en implementeren van integraal <strong>risicomanagement</strong><br />
bij Nederlandse zorginstellingen & -ondernemingen en medische professionals.<br />
ConQuaestor<br />
ConQuaestor is een onafhankelijke adviesorganisatie voor de CFO. Meer dan 400 consultants<br />
en interim-managers lossen problemen op die op de agenda van financieel managers<br />
en financieel bestuurders staan. Die oplossingen bestaan uit inzicht in cijfers, control over<br />
processen, optimale bedrijfsvoering, advies over beslissingen en een heldere visie op de toekomst.<br />
ConQuaestor is een zelfstandig en onafhankelijk adviseur voor de publieke en de<br />
private sector. Wij verbeteren organisaties door exclusief de CFO-thema’s te ondersteunen.<br />
Wij werken al sinds 2004 onafhankelijk van andere accountantsdiensten, en zijn ook onafhankelijk<br />
van andere aanbieders van oplossingen. Wij zijn een zelfstandige onderneming<br />
met partners die een achtergrond hebben in het finance- en riskvak. En omdat we zelf sinds<br />
2004 ondernemer zijn weten wij als geen ander wat bouwen, groeien en beheersen echt betekent.<br />
ConQuaestor is lid van Grant Thornton International Ltd.<br />
Contactgegevens<br />
Voor vragen over dit onderzoek kunt u contact opnemen met:<br />
<strong>VvAA</strong>, Lilian Knol, +31 6 51608066, lilian.knol@vvaa.nl<br />
ConQuaestor, Thomas A. Ros, +31 6 13360734, thomas.ros@conquaestor.nl<br />
www.vvaa.nl/<strong>risicomanagement</strong><br />
www.conquaestor.nl<br />
Jaarverslagenonderzoek | 59
Begrippen- en afkortingenlijst<br />
Lijst van veel gebruikte afkortingen:<br />
ERM Enterprise Risk Management<br />
IRM <strong>Integraal</strong> Risicomanagement<br />
RM Risicomanagement<br />
Lijst van belangrijkste begrippen<br />
Compliance Met compliance wordt aangeduid dat een persoon of organisatie werkt<br />
in overeenstemming met de geldende wet- en regelgeving. Het gaat<br />
over het nakomen van normen of het zich er naar schikken.<br />
IGZ De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) bevordert de volksgezondheid<br />
door effectieve handhaving van de kwaliteit van zorg, preventie<br />
en medische producten. De inspectie adviseert de bewindspersonen<br />
en maakt ten opzichte van de zorgaanbieders gebruik van advies, stimulans,<br />
drang en dwang als bijdrage aan verantwoorde zorg. De inspectie<br />
onderzoekt en oordeelt onpartijdig, deskundig, zorgvuldig en onafhankelijk<br />
van politieke kleur of heersend zorgstelsel.<br />
Input/<br />
throughput Input staat voor deskundigheid van medisch specialisten en andere<br />
zorgverleners.<br />
Throughput staat voor het concrete oplossen van het patiëntprobleem<br />
door medisch specialisten en zorgverleners.<br />
NIAZ Het Nederlands Instituut voor Accreditatie in de Zorg (NIAZ) levert<br />
een bijdrage aan de borging en verbetering van de kwaliteit van de<br />
gezondheidszorg. Dat doet het door het ontwikkelen van kwaliteitsnormen<br />
en het toepassen daarvan in de toetsing van zorginstellingen en<br />
zorgprocessen. Dit resulteert in een oordeel (judicium) waaraan derden<br />
- zorgconsumenten, zorgverzekeraars, samenwerkingspartners, overheden<br />
en samenleving - het vertrouwen kunnen ontlenen dat de zorg<br />
reproduceerbaar op een adequate en veilige manier wordt voort -<br />
gebracht.<br />
60 | Jaarverslagenonderzoek
NVZ De Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) is een vereniging<br />
die de collectieve belangen behartigt van de Nederlandse ziekenhuizen<br />
en andere organisaties die medisch-specialistische zorg aanbieden. De<br />
NVZ doet dat onder meer via beleidsontwikkeling, lobby en overleg<br />
met andere partijen in het veld. Daarnaast ondersteunt de vereniging<br />
individuele leden door informatieverstrekking over onderwerpen die<br />
betrekking hebben op de medische zorg. Ook kunnen leden individuele<br />
vraagstukken voor advies voorleggen aan de NVZ. Verder wordt minimaal<br />
twee keer per jaar een algemene ledenvergadering gehouden en<br />
organiseert de NVZ voor haar leden discussiebijeenkomsten.<br />
Onderzoeksraad<br />
Voor Veiligheid De Onderzoeksraad Voor Veiligheid (OVV) is een zelfstandig bestuursorgaan<br />
in Nederland dat na rampen, grote ongevallen of andersoortige<br />
incidenten onderzoek kan doen naar de oorzaken en gevolgen van het<br />
betreffende incident. De OVV heeft zorg over het niveau van veiligheid<br />
in de bouw, de gezondheidszorg en de chemische industrie.<br />
Risicobereidheid Risicobereidheid is de mate waarin een organisatie bereid is om, bij het<br />
behalen van de (strategische) doelstellingen, risico’s te nemen.<br />
Risicoreservering Risicoreservering betreft de reservering binnen het eigen vermogen<br />
van de ondernemingsbalans, als buffer om schade als gevolg van<br />
mogelijk optredende risico’s, die vooraf zijn geïdentificeerd en in geld<br />
kwantitatief zijn gemaakt, op te kunnen vangen.<br />
Three lines of<br />
defense Met three line of defense wordt beoogd om een vangnet te creëren voor<br />
de organisatie rondom het proces van <strong>risicomanagement</strong>. Bij de ‘first<br />
line of defense’ gaat het om de borging van <strong>risicomanagement</strong> in de lijn<br />
(zorgproces en operationele bedrijfsvoering). De ‘second line of defense’<br />
gaat over de afdeling Risicomanagement & Compliance, die een<br />
‘management service functie’ vervult voor de ‘first line of defense’. De<br />
‘third line of defense’ betreft een professionele Audit- afdeling dat<br />
gezien wordt als ‘management oversight’. Deze afdeling controleert en<br />
houdt toezicht op de processen binnen de ‘first’ en ‘second line of defense’.<br />
Tone at the top ‘Tone at the top’ staat voor de beïnvloeding van het gedrag van medewerkers<br />
door het topmanagement teneinde de strategische doelstellingen<br />
van de onderneming te behalen.<br />
Jaarverslagenonderzoek | 61
Waarborgfonds<br />
Zorgsector Zoals meer sectoren heeft ook de Zorgsector een Waarborgfonds, opgericht<br />
in 1999, voor het geval dat bijvoorbeeld ziekenhuizen failliet gaan.<br />
Dit Waarborgfonds Wfz en de WfZ-gegarandeerde leningen hebben de<br />
triple A status. Het Waarborgfonds voor de zorgsector, WfZ, verstrekt<br />
garanties voor leningen aan zorginstellingen, waardoor de instellingen<br />
goedkoper kunnen lenen. Het WfZ garandeert de geldverschaffers de<br />
betaling van rente en aflossingen. Het financiële voordeel van deze<br />
garanties mogen de zorginstellingen zelf houden. Momenteel staan € 7<br />
miljard aan leningen uit in de zorgsector die door het WfZ worden gegarandeerd.<br />
Het fonds heeft een eigen financiële buffer van € 211 miljoen.<br />
Zorgwetten Het Nederlandse zorgverzekeringstelsel bestaat uit twee zorgwetten.<br />
Deze zorgwetten zijn doorvertaald in de volgende zogenoemde volks-<br />
verzekeringen:<br />
62 | Jaarverslagenonderzoek<br />
- Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)<br />
- Zorgverzekeringswet (Zvw)<br />
De indeling wordt soms samengevat als respectievelijk care en cure. De Zorgverzekeringswet<br />
bepaalt dat elke Nederlands ingezetene verplicht verzekerd is op de basisverzekering,<br />
welke kosten de basisdekking vergoedt en waaraan de verzekeraars moeten voldoen. In een<br />
aparte wet, de Wet op de zorgtoeslag, wordt geregeld dat de overheid bijdraagt in de<br />
premies voor ingezetenen met een laag inkomen.
ONDERZOEKSRAPPORT<br />
INTEGRAAL RISICOMANAGEMENT<br />
BINNEN 40 NEDERLANDSE ZIEKENHUIZEN<br />
Jaarverslagenonderzoek | 63
64 | Jaarverslagenonderzoek