EEN LEVEN - Jozef Schellekens
EEN LEVEN - Jozef Schellekens EEN LEVEN - Jozef Schellekens
ouwmeester-kunstschilder weet als de beste, dat het doorbreken van de wand, het ’ trompe l’oeuel’ schilderen, de rangorde in de kunsten schaadt (de paragone). Naast de compositorische en monumentale aanpak van de thema’s is de verwerking van de figuratie, in en met de (binnen)architectuur bij Schellekens, analoog aan het werk van Schlemmer. Hoe de figuren zich laten opgaan in het interieur of hoe ze een eenheid vormen met deze kunstvorm noem ik hier ’in ergonomie zijn’. Het vakkundig opgaan van het menselijk wandelen en zijn ‘zijn’. De creaties van Schellekens staan op één lijn met de filosofische onderbouwing van de theorie van het Bauhaus die, vanuit sociale overwegingen, een betere wereld wilde scheppen. Deze evolutionaire gedachte was spek voor de bek van Schellekens. Op welke manier kon hij beter wegdromen in zijn werken, in zijn schilderijen, dan in deze visionaire werkelijkheid waarin hij zijn figuren laat functioneren in ergonomie met zijn moderne steden. Het spelen met vormen. Het jongleren met de vorm van de vrouwelijke figuur dient ook enige aandacht. Picasso en Miro waren de leermeesters die hem hier in vooraf gingen. De taal der metamorfose van de vorm, heeft hij fel kunnen waarderen bij deze grootmeesters. In meerdere tekeningen en schilderijen zien we Schellekens op -Picasso ‘wijze- zijn vrouwelijke basisvormen reduceren tot een eigenzinnig soort wezen. Het zinnebeeld, tot waar zijn reductie toe lijdt, is een voorstelling van een identiteit-loos mensbeeld. Het decor waarin het geheel zich afspeelt is de ruimtelijke suggestie van de visionaire architect. Het enigma of raadselachtige, doet ook denken aan de mens(pop)-architectuur verhouding in het werk van de schilder George de Chirico, de voorman van de ‘Pittura Metafysica’. Schellekens kan met zijn beste werken uit deze invalshoek als Vlaamse tegenpool functioneren. Een wondere wereld van geestelijke vereenzaming of melancholie, in verstrengelde metamorfose van mens en architectuur. pagina 44 van 48
Pablo Picasso Jozef Schellekens Jozef Schellekens We hebben het al gehad over de sublimatie in de schilderkunst van Schellekens en de manier waarop hij met de verschillende kunstuitdrukkingen uit die tijd anticipeert. We zien het metafysische van de gesloten ruimte. De substituerende illusie, van het gereduceerde vrouwenlichaam, tot een popachtig skelet. Het ‘in ergonomie zijn’ met zijn architectuur: daar draait het bij Schellekens allemaal om. De meester benadrukt met dit huis, waar je vanuit alle hoeken verschillende ruimtes ontwaart, het menselijke isolement van ‘het zijn’. Hij leeft, als je dat zo zou kunnen zeggen, als een existentialist in zijn zelf uitgehouwen omgeving. De suggesties die hij meegeeft via zijn schilderijen (het beeld dat hij je voorzet), werkt tot een in ‘innige ergonomie’ met de ruimte. Een ruimte, waarvan hij zelf deel uitmaakte en een ruimte die in zijn volledigheid werd opgenomen. De ruimte van architect Jozef Schellekens. Giorgio De Chirico: ’the enigma of the hour’ Jozef Schellekens pagina 45 van 48
- Page 1 and 2: JOZEF SCHELLEKENS 1909 - 1963 EEN L
- Page 3 and 4: 1. INLEIDING Hoe komt het dat ieman
- Page 5 and 6: uitgezet, zonder enige vorm van dis
- Page 7 and 8: Ignaas Schellekens, een nobele onbe
- Page 9 and 10: 3. VAN TOEVALLIGE ONTMOETING TOT LO
- Page 11 and 12: 4. VAN ONTGRENDELING TOT ONTPLOOING
- Page 13 and 14: Het jaar 1933 moet voor mijn vader
- Page 15 and 16: Hoewel men doorheen dit huis duidel
- Page 17 and 18: Portret van Theo Op de Beeck Zo had
- Page 19 and 20: 7. VAN NOODLOT TOT OMMEKEER (1942 -
- Page 21 and 22: Maar Maria weigert. En terecht. “
- Page 23 and 24: 8. TWIJFELS Mijn vader had vele tal
- Page 25 and 26: 9. DE HEROPBOUW (1946 - 1949) Na de
- Page 27 and 28: 10. DE CATHARSIS (1950 -1963) Ik de
- Page 29 and 30: Vrouwenfiguren Olieverf op doek Vro
- Page 31 and 32: Hij was gelovig maar zeker niet fan
- Page 33 and 34: Voorbeelden van deze langgerekte en
- Page 35 and 36: periode ontwierp hij een woning in
- Page 37 and 38: 14. ARTISTIEK-HISTORISCHE PLAATSING
- Page 39 and 40: Max Beckmann ‘Zelfportret in tuxe
- Page 41 and 42: Invloed van het boek “het 25e uur
- Page 43 and 44: Rode periode 1956. Idem. Stadsbeeld
- Page 45: Georgio De Chirico Oscar Schlemmer
- Page 49 and 50: 16. REFERENTIES [1] “Bouwen in Be
Pablo Picasso <strong>Jozef</strong> <strong>Schellekens</strong> <strong>Jozef</strong> <strong>Schellekens</strong><br />
We hebben het al gehad over de sublimatie in de schilderkunst van <strong>Schellekens</strong> en de manier waarop hij met<br />
de verschillende kunstuitdrukkingen uit die tijd anticipeert. We zien het metafysische van de gesloten ruimte.<br />
De substituerende illusie, van het gereduceerde vrouwenlichaam, tot een popachtig skelet. Het ‘in ergonomie<br />
zijn’ met zijn architectuur: daar draait het bij <strong>Schellekens</strong> allemaal om. De meester benadrukt met dit huis, waar<br />
je vanuit alle hoeken verschillende ruimtes ontwaart, het menselijke isolement van ‘het zijn’. Hij leeft, als je dat<br />
zo zou kunnen zeggen, als een existentialist in zijn zelf uitgehouwen omgeving. De suggesties die hij meegeeft<br />
via zijn schilderijen (het beeld dat hij je voorzet), werkt tot een in ‘innige ergonomie’ met de ruimte. Een ruimte,<br />
waarvan hij zelf deel uitmaakte en een ruimte die in zijn volledigheid werd opgenomen. De ruimte van architect<br />
<strong>Jozef</strong> <strong>Schellekens</strong>.<br />
Giorgio De Chirico: ’the enigma of the hour’ <strong>Jozef</strong> <strong>Schellekens</strong><br />
pagina 45 van 48