OM Opportuun_2009_nr7_08.indd - Openbaar Ministerie
OM Opportuun_2009_nr7_08.indd - Openbaar Ministerie
OM Opportuun_2009_nr7_08.indd - Openbaar Ministerie
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
07 ‘Kijken waar we barrières<br />
tijdschrift van<br />
het openbaar<br />
ministerie<br />
jaargang 15<br />
nummer 7<br />
juli <strong>2009</strong><br />
kunnen opwerpen’<br />
Heleen Rutgers bestrijdt Wallen-criminaliteit<br />
Audiovisueel requisitoir<br />
Geweld tegen publieke functionarissen
2 HOEK VAN JAN<br />
Virtueel dronken<br />
Lies. Damn lies. And statistics.<br />
Zo was het toch? In de rangorde<br />
van leugens, zijn statistieken<br />
de ergste. Die waarheid schoot<br />
me onlangs weer eens door het<br />
hoofd. Ik kreeg namelijk een<br />
overzicht onder ogen. Daar had<br />
ik zelf om gevraagd. Het ging<br />
over cybercrime. Het komt er<br />
op neer dat ik benieuwd was<br />
of die zaken ook geregistreerd<br />
worden.<br />
Dat bleek dus zo te zijn. Anders<br />
was er geen overzicht geweest.<br />
Kennelijk is er een “evenementcode”<br />
waaronder computercriminaliteit<br />
wordt geregistreerd.<br />
Nou heb ik wel eens gehoord<br />
van grote hackersbijeenkomsten.<br />
Dat zijn inderdaad heuse<br />
evenementen. Voornaamste<br />
partydrug is daar trouwens<br />
cola. Verder snapte ik de benaming<br />
“evenementcode” niet<br />
helemaal. Maar dat terzijde.<br />
Volgens het overzicht is het<br />
aantal feiten dat te maken heeft<br />
met cybercrime tussen 2004 en<br />
2008 verdubbeld. Ha, een trend!<br />
En nog wel eentje die ik verwacht<br />
had. Maar toch klopte er<br />
iets niet. In absolute aantallen<br />
ging het van 110 zaken in 2004<br />
naar 213 in 2008. Beetje weinig,<br />
vond ik dat. Erg weinig, zelfs.<br />
Nou was dat nog niet het ergste.<br />
Want als ik de statistieken mag<br />
geloven deden we in 2005 al aan<br />
verhoren onder ede via internet.<br />
Of zoiets. Er waren namelijk<br />
in dit jaar drie meineedzaken<br />
die volgens het overzicht onder<br />
cybercrime vielen. Het kon echter<br />
nog fraaier. Of gekker, zo u<br />
wilt. Want in 2004 verkeerden<br />
kennelijk tenminste twee lieden<br />
digitaal in staat van openbare<br />
dronkenschap en in 2005 deed<br />
iemand virtueel aan straatschenderij.<br />
Er is een intensiveringsprogramma<br />
cybercrime. Dat weet<br />
ik. Daar doe ik zelfs aan mee.<br />
Als ik de cijfertjes mag geloven,<br />
heb ik dus vooral baat bij<br />
een emmer en een zwabber.<br />
Waarom? Om de digitale kots<br />
op te ruimen van de virtueel liegende<br />
dronken straatschender<br />
in Cyberspacecity!<br />
Jan Hoekman<br />
OPPORTUUN<br />
tijdschrift van het<br />
openbaar ministerie<br />
jaargang 15<br />
nummer 7<br />
juli <strong>2009</strong><br />
<strong>Opportuun</strong> is het personeels- en<br />
relatiemagazine van het <strong>Openbaar</strong><br />
<strong>Ministerie</strong>. Het blad wordt gratis<br />
verstrekt aan de medewerkers van het<br />
<strong>OM</strong> en andere geïnteresseerden. Het<br />
blad verschijnt twaalf keer per jaar.<br />
De redactie is verantwoordelijk voor<br />
de inhoud van het blad. Aan de in<br />
<strong>Opportuun</strong> verstrekte informatie<br />
kunnen geen rechten worden<br />
ontleend. Overname van artikelen met<br />
bronvermelding is toegestaan.<br />
Abonnementenadministratie<br />
Wijzigingen? Stuur de adreswikkel<br />
met de aangebrachte wijzigingen<br />
naar het redactieadres, of mail de<br />
wijzigingen, onder vermelding van<br />
het nummer op de adreswikkel, naar<br />
opportuun@om.nl.<br />
NB: inhoudelijke opmerkingen<br />
en suggesties melden aan de<br />
eindredacteur (zie hieronder).<br />
Redactieadres<br />
Afdeling Communicatie, Parket-<br />
Generaal, kamer 5.19, Prins Clauslaan<br />
16, Postbus 20305, 2500 EH Den Haag.<br />
Telefoon: 070 – 3399840.<br />
Eindredactie<br />
Pieter Vermaas, 070 – 3399840 of<br />
p.vermaas@om.nl.<br />
Vaste medewerkers<br />
Thea van der Geest, Jan-Willem<br />
Grimbergen, Mary Hallebeek,<br />
Jan Hoekman, Willem Hoogendoorn,<br />
Petra Sprado.<br />
Aan dit nummer werkten verder mee<br />
Olgo Hoekstra, Marcel van der Horst,<br />
Louis Cornelisse, Gerard Trentelman,<br />
Anna Italianer<br />
Foto omslag<br />
Vincent Boon<br />
Ontwerp<br />
Fabrique, Delft<br />
Druk<br />
Zijlstra Drukwerk, Rijswijk<br />
Oplage:<br />
7.950
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
De verborgen<br />
wereld van<br />
postcode 1012<br />
Wallen-project Emergo, p. 22<br />
Inhoud<br />
Juli <strong>2009</strong> rubrieken<br />
6<br />
Verkeerstragedie<br />
Een achtjarige jongen wordt in Maastricht<br />
aangereden door een auto en… verdwijnt<br />
van de aardbodem. Pas de volgende dag<br />
wordt het slachtoffertje gevonden. In de<br />
garage van de automobiliste die het kind<br />
blijkt te hebben overreden. Openbare aanklager<br />
Anneke Rogier analyseert in Alles<br />
Afwegende een zeer curieus verkeersdrama<br />
en licht haar besluit tot een sepot toe.<br />
10<br />
Nico Meijering<br />
In en buiten de rechtszaal gaat hij vol overgave<br />
de confrontatie aan als hem dat uitkomt<br />
of als hij er zich toe gedwongen voelt.<br />
De spraakmakende raadsman praat vrijuit<br />
over politie, <strong>OM</strong>, integriteit, scoren en zijn<br />
angsten. Interview met Nico Meijering.<br />
14<br />
Audiovisueel requisitoir<br />
Een moord, een ingestorte steiger en een<br />
schrijver van kogelbrieven. Drie zaaksoffi<br />
cieren vertellen over het audiovisueel<br />
requisitoir dat zij bij deze geruchtmakende<br />
zaken hielden. Over sfeerbeelden, beïnvloeding<br />
en bewijsmateriaal.<br />
19<br />
Agressie tegen hulpverleners<br />
De themazittingen waarop agressievelingen<br />
tegen politie en hulpverleners met<br />
een publieke taakterecht stonden, trokken<br />
landelijke aandacht. Het <strong>OM</strong> eiste dubbele<br />
straffen. Een impressie van de twee dagen,<br />
met een terugblik van pers- en zittingsoffi<br />
cier Otto van der Bijl.<br />
22<br />
Emergo op de Wallen<br />
Offi cier Heleen Rutgers en gemeentelijk<br />
projectleider Bart de Graaf forceerden<br />
een blik achter de deur van Amsterdams<br />
bekendste buurt. ‘We konden er niet goed<br />
een vinger achter krijgen, maar de optelsom<br />
van alle gegevens schiep een duister<br />
beeld.’<br />
26<br />
Arbeidsmarktcampagne<br />
Speurders en doorbijters binnenhalen,<br />
met affi niteit voor moderne criminaliteitsbestrijding.<br />
Dat was de opdracht voor<br />
een arbeidsmarktcampagne voor het <strong>OM</strong>.<br />
Terugblik op de creatie van een campagne,<br />
vormgegeven in de look and feel van de<br />
campagne zelf.<br />
02 Hoek van Jan<br />
‘Virtueel dronken’<br />
04 Kort<strong>OM</strong><br />
13 Handig met GPS<br />
‘Overlappende vensters’<br />
25 <strong>OM</strong>geslagen<br />
28 Lijn 2<br />
‘Kansen’<br />
29 Verkeer<br />
30 Internationaal<br />
31 Column<br />
‘Verdacht gesprek’<br />
32 Achter<strong>OM</strong><br />
3
4 KORTom<br />
BOS/Schade geeft<br />
eenduidige normen<br />
Wat is het schadebedrag<br />
van een fi ets? BOS/Schade<br />
biedt een éénduidig normenstelsel<br />
voor de behandeling<br />
van civiele vorderingen<br />
in strafzaken.<br />
Een eigen <strong>OM</strong>-normenstelsel<br />
voor schadevorderingen in<br />
strafzaken. Dat was een element<br />
uit het visiedocument<br />
“<strong>OM</strong> slachtofferzorg, van<br />
bijzaak naar hoofdzaak”. Een<br />
werkgroep onder leiding van<br />
Charles Wiegant (plaatsvervangend<br />
hoofdoffi cier Maastricht)<br />
heeft vanuit de Commissie<br />
Slachtofferzorg <strong>OM</strong> een<br />
BeslissingsOndersteunend<br />
Systeem ontwikkeld waarmee<br />
op gestandaardiseerde, transparante<br />
en uniforme wijze tot<br />
de vaststelling van de schade in<br />
een strafzaak (alléén eenvoudige<br />
misdrijven) kan worden<br />
gekomen. Voor de bedragen is<br />
aansluiting gezocht bij normbedragen<br />
zoals deze onder andere<br />
door het NIBUD voor de bijzondere<br />
bijstand zijn ontwikkeld.<br />
Om voorspelbaar en betrouwbaar<br />
te werken, moet de (schade)beoordelaar<br />
snel toegang<br />
hebben tot een geautomatiseerd<br />
bestand (zoals bij BOS/<br />
Polaris), dat inzicht geeft tot<br />
welk bedrag de civiele vordering<br />
in de individuele strafzaak<br />
door het <strong>OM</strong> wordt onderschreven.<br />
Het normenstelsel maakt<br />
onderscheid tussen materiële<br />
en immateriële schade.<br />
Zodra een slachtoffer zich<br />
voegt in het strafproces, geldt<br />
voor het <strong>OM</strong> dat de schade<br />
conform het normenstelsel<br />
wordt beoordeeld. Tenzij het<br />
slachtoffer aannemelijk maakt<br />
dat de opgelopen schade hoger<br />
of lager ligt. Het <strong>OM</strong> zal overeenkomstig<br />
de uitkomst van dit<br />
normenstelsel de vordering van<br />
het slachtoffer ondersteunen.<br />
Uiteindelijk beslist de rechter<br />
welk schadebedrag het slachtoffer<br />
krijgt toegewezen.<br />
Op dit moment werkt de werkgroep<br />
aan een implementatieplan.<br />
BOS/Schade is een stelsel<br />
in ontwikkeling. Op grond van<br />
ervaringen tijdens de implementatie<br />
of na de daadwerkelijke<br />
invoering kan het stelsel<br />
verder worden verfi jnd.<br />
Anne Hoeksema<br />
Vijf tips voor<br />
social networking<br />
Wel of niet meedoen met<br />
social networking? Vijf<br />
tips van Jeroen Heuving,<br />
informatiebeveiligingsfunctionaris<br />
van parket<br />
Groningen.<br />
Een social network is een<br />
website met afzonderlijke<br />
persoonlijkheidsprofi elen die<br />
aan elkaar gekoppeld kunnen<br />
worden. Het koppelen van deze<br />
profi elen wordt Social networking<br />
genoemd. Social networking<br />
kan leuk zijn en lijkt heel<br />
onschuldig. De vraag is echter<br />
of dat wel zo is. Jeroen Heuving<br />
heeft de risico’s in kaart<br />
gebracht en geeft vijf tips.<br />
1. Jouw informatie op een<br />
social network site<br />
Wees je bewust van de informatie<br />
die anderen van jou op het<br />
internet zien en de risico’s die<br />
dat met zich mee kan brengen.<br />
Er kan gemakkelijk misbruik<br />
worden gemaakt van de informatie<br />
die je over jezelf publiceert.<br />
2. Populaire vrienden<br />
Wees, net als in het dagelijkse<br />
leven, zorgvuldig in het uitkiezen<br />
van je vrienden. Voeg vrienden<br />
alleen toe als je hen jouw<br />
informatie toevertrouwt.<br />
3. ‘I don’t mind’<br />
Mensen die actief zijn in social<br />
networking vinden het vaak niet<br />
erg, persoonlijke informatie te<br />
publiceren. Ze beseffen echter<br />
onvoldoende dat anderen dan<br />
hun vrienden ook toegang tot<br />
deze informatie kunnen krijgen.<br />
Stel nu dat ze op een sollicitatiegesprek<br />
komen en naast<br />
hun CV ligt een uitdraai van hun<br />
social network site met daarin<br />
informatie en foto’s die niet<br />
bedoeld waren voor de werkgever.<br />
Zouden ze het dan nog<br />
steeds niet erg vinden?<br />
4. Anonimiteit<br />
Anonimiteit is op het internet<br />
ver te zoeken. Google maar<br />
eens op je eigen naam! Wil je<br />
enige regie houden over de<br />
informatie die over jou persoonlijk<br />
op het internet staat, wees<br />
dan zorgvuldig met de informatie<br />
die je over je zelf op social<br />
network sites zet.<br />
5. Social Engineering<br />
Social engineering is de verzamelnaam<br />
van de diverse<br />
methodes waarop waardevolle<br />
informatie kan worden gestolen.<br />
Bij alle methodes geldt dat<br />
het slachtoffer zelf onbedoeld<br />
(gevoelige) informatie geeft.<br />
Hiermee kan hij worden gemanipuleerd<br />
of zelfs gechanteerd.<br />
Meer informatie is te vinden in<br />
de “Social Network Special”<br />
die te vinden is op het <strong>OM</strong>tranet<br />
van parket Groningen.
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
Uitstel Wet deskundige<br />
in strafzaken<br />
De inwerkingtreding van<br />
de Wet deskundige in<br />
strafzaken is uitgesteld tot<br />
1 januari 2010. Dit heeft<br />
minister van Justitie Ernst<br />
Hirsch Ballin besloten<br />
op verzoek van het <strong>OM</strong>.<br />
Eerder zou de Wet per 1<br />
juli <strong>2009</strong> in werking treden.<br />
De wet verplicht het <strong>OM</strong> in<br />
bepaalde gevallen de verdediging<br />
in kennis te stellen van<br />
het deskundigenonderzoek<br />
dat tegen een cliënt is gestart.<br />
De verdediging krijgt hierdoor<br />
eerder de gelegenheid aanvullende<br />
onderzoeksvragen in te<br />
brengen. Het <strong>OM</strong> werkt nog aan<br />
een aanwijzing, waarin voor<br />
offi cieren van justitie en politie<br />
wordt geregeld in welke gevallen<br />
de verdediging in kennis<br />
moet worden gesteld. Het <strong>OM</strong><br />
heeft de minister om uitstel<br />
van inwerkingtreding van de<br />
wet verzocht, omdat er meer<br />
tijd nodig is om die aanwijzing<br />
goed te kunnen afronden en<br />
invoeren.<br />
Het uitstel heeft geen grote<br />
gevolgen voor het deskundigenregister.<br />
Het Nederlands<br />
Register Gerechtelijk<br />
Deskundigen (NRGD) in oprichting<br />
zal zijn bestaande activiteiten<br />
voortzetten. Bijvoorbeeld op<br />
het gebied van normering/toetsing.<br />
Daar toetst het NRGD met<br />
behulp van vakdeskundigen of<br />
kennis en ervaring voldoen aan<br />
de vastgestelde norm, waarna<br />
opname in het register mogelijk<br />
is. Op dit moment zijn twee<br />
commissies actief, één is in<br />
voorbereiding. De commissies<br />
DNA en handschrift zijn gestart.<br />
De commissie van forensisch<br />
psychiaters en psychologen<br />
wordt voorbereid. Het register<br />
wordt geleidelijk met nieuwe<br />
deskundigheidsgebieden uitgebreid.<br />
Meer informatie: <strong>OM</strong>tranet<br />
› JKS › Wetgeving ›<br />
Strafprocesrecht › Lopende<br />
trajecten › Deskundigen in<br />
strafzaken<br />
‘Jeugd vergt<br />
specialisatie’<br />
Jeugd moet prioriteit<br />
nummer 1 hebben. En om<br />
jeugdcriminaliteit goed<br />
aan te pakken moet het<br />
<strong>OM</strong> kiezen voor specialisatie.<br />
Dat betoogde Linda<br />
Dubbelman, voorzitter van<br />
het Landelijk overleg van<br />
jeugdoffi cieren, tijdens de<br />
4 juni gehouden Landelijke<br />
Communicatiedag van het<br />
<strong>OM</strong>.<br />
Jeugdzaken trekken veel<br />
belangstelling. In de media is<br />
er veel ophef over zware jeugdzaken,<br />
en de roep om meer<br />
repressie en het verlagen van<br />
de leeftijdsgrens waarop kinderen<br />
stafbaar zijn – nu: 12 jaar<br />
– wint terrein. Offi cier Linda<br />
Dubbelman relativeert allereerst.<br />
‘Over de hele linie lijkt er<br />
geen toename te zijn van jeugdcriminaliteit.<br />
Jeugdcriminaliteit<br />
hangt samen met de puberteit<br />
waarin zij op straat hangen,<br />
grenzen verkennen en risico’s<br />
nemen. Dat is zelfs nodig om<br />
nieuwe dingen te leren en vaardigheden<br />
te ontwikkelen. Om<br />
jongeren die alleen maar thuiszitten,<br />
zou je je meer zorgen<br />
moeten maken. Bijna alle jongeren<br />
die een of twee keer een<br />
delict plegen, zien we daarna<br />
niet meer terug.’<br />
Maar Dubbelman signaleert<br />
wel een zorgelijke ontwikkeling<br />
bij een kleine groep. Een groep<br />
die ernstige geweldsdelicten<br />
pleegt en zware problematiek<br />
kent. ‘Ook de oververtegenwoordiging<br />
van bepaalde groepen<br />
allochtonen jongeren is<br />
zorgelijk.’<br />
Jeugdcriminaliteit vraagt om<br />
verdere specialisatie van de<br />
functie van jeugdoffi cier binnen<br />
het <strong>OM</strong>, meent Dubbelman.<br />
‘Jeugdoffi cieren moet niet<br />
alleen de aparte regels en interventies<br />
van het jeugdstrafrecht<br />
kennen. Zij moeten ook kennis<br />
hebben van gewetensontwikkeling<br />
en psychische problematiek.<br />
Ze moeten weten welke<br />
bevoegdheden een gezinsvoogd<br />
heeft, en welke niet. Niet<br />
voor niets heeft de offi cier de<br />
bevoegdheid om zelf een ondertoezichtstelling<br />
te vorderen. Bij<br />
de rechtbanken is er een ontwikkeling<br />
om bij Kinderrechters<br />
straf- en civiel recht weer bij<br />
elkaar te brengen. Jeugdzaken<br />
blijven maatwerk. We moeten in<br />
staat zijn ze snel en consequent<br />
af te handelen.'<br />
5
6 ALLES AFWEGENDE<br />
Spookachtige<br />
verkeerstragedie<br />
in Maastricht<br />
Een macabere, bijna spookachtige verkeerstragedie. Zo staat in<br />
de dossiers van het parket Maastricht vermoedelijk het dodelijke<br />
ongeval gekwalifi ceerd dat daar in november 2007 plaatshad.<br />
Een achtjarige jongen wordt aangereden door een auto en…<br />
verdwijnt van de aardbodem. Pas de volgende dag wordt het<br />
slachtoffertje gevonden. In de garage van de automobiliste die<br />
het kind blijkt te hebben overreden. Openbare aanklager Anneke<br />
Rogier analyseert een zeer curieus verkeersdrama en licht haar<br />
besluit tot een sepot toe.<br />
Een schemerdonkere, door miezerig<br />
weer geplaagde namiddag van de laatste<br />
novemberdag van 2007. Bij een voetgangersoversteekplaats<br />
aan de Ruttensingel<br />
in Maastricht moet rond vijf uur een automobiliste<br />
vol op de rem voor een kind dat<br />
rennend uit een zijstraat komt en wil oversteken.<br />
Zij en haar passagier zien direct<br />
na de noodstop echter geen kind meer en<br />
denken dat ze zich, in hun schrikreactie,<br />
hebben vergist.<br />
Maar een fi etsster ziet het rennende jongetje<br />
ook. Zij vreest een welhaast onvermijdelijke<br />
aanrijding, omdat een (uit de andere<br />
rijrichting dan de genoemde getuigen<br />
komende) auto het zebrapad in het natte<br />
wegdek gevaarlijk dicht is genaderd. Maar<br />
omdat die personenwagen enkele seconden<br />
later doorrijdt en een kind in geen velden<br />
of wegen is te bekennen, denkt ook zij<br />
aan een vergissing of inschattingsfout.<br />
Zoekactie<br />
Toch belt de vrouw later voor de zekerheid<br />
nog wel even de politie. Die heeft<br />
geen melding van een ongeval aan deze<br />
drukkere uitvalsweg van Maastricht binnengekregen.<br />
Maar als rond half acht ’s<br />
avonds vanuit de buurt van het “ongeval”<br />
de melding binnenkomt dat het achtjarige<br />
Somalische jongetje Amir I. wordt vermist,<br />
wordt op het bureau groot alarm geslagen<br />
en onmiddellijk een zoekactie gestart. Die<br />
levert in de loop van de nacht, op ongeveer<br />
150 meter afstand van de bewuste oversteekplaats,<br />
slechts één schoen van het<br />
vermiste kind op.<br />
Zaterdag 1 december wordt de zoekactie<br />
voortgezet en aan het begin van de middag<br />
is er resultaat. De oplossing van het<br />
bijna spookachtige mysterie blijkt te liggen<br />
in het bij Maastricht gelegen Eijsden.<br />
Daar, twaalf kilometer verwijderd van de<br />
plaats van het “ongeval”, heeft de 61-jarige<br />
mevrouw J. haar auto voor een poetsbeurt<br />
uit de garage willen rijden en tot haar<br />
ontzetting moeten constateren “dat er<br />
onder/voor mijn auto een kind hangt/<br />
ligt…” Geheel overstuur belt zij, zonder<br />
haar voertuig nog aan te raken, de politie,<br />
waarna het slachtoffer al snel wordt<br />
geïdentifi ceerd als Amir I. Stante pede<br />
wordt een diepgaand onderzoek gestart<br />
naar de oorzaak van de tragedie, waarvan<br />
automobiliste J. volgens haar uitdrukkelijke<br />
verklaringen niets anders heeft meegekregen<br />
dan “een plofje” dat zij ergens op<br />
de Ruttensingel heeft gehoord.<br />
Geschokt<br />
‘Soms is de werkelijkheid curieuzer, harder<br />
en meer bizar dan alles wat de mens kan<br />
verzinnen,’ stelt Anneke Rogier, sinds 2002<br />
arrondissementsoffi cier in Maastricht,<br />
nuchter vast. ‘Níets is wat het ogenschijnlijk<br />
lijkt.’ De 53-jarige aanklager kreeg de<br />
zaak-Ruttensingel c.q. de casus-Amir in de<br />
herfst van 2007 op haar bureau en nam de<br />
niet geringe taak op zich klaarheid te brengen<br />
in deze dramatische, uiterst gecompliceerde<br />
verkeerstragedie.<br />
‘Voor alles en iedereen was dit een volstrekt<br />
unieke zaak. Zo uniek als zaken in<br />
de meest extreme gevallen maar kunnen<br />
zijn. Nergens anders, in heel Europa niet,<br />
had men zoiets al eens meegemaakt. En<br />
het is toeval dat we in 2008 werden benaderd<br />
door de politie in Duitsland, die was >
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
‘Soms is de<br />
werkelijkheid<br />
curieuzer dan<br />
een mens kan<br />
verzinnen’<br />
Offi cier van justitie<br />
Anneke Rogier<br />
Foto: CL-studio, Jo Houben<br />
7
8<br />
ALLES AFWEGENDE<br />
><br />
geconfronteerd met een min of meer<br />
vergelijkbaar ongeval. De verbalisanten<br />
van de Maastrichtse case hebben dus hun<br />
Duitse collega’s analytisch kunnen schetsen<br />
hoe wij hier tewerk zijn gegaan.’<br />
Anneke Rogier – vanaf 1996 verbonden<br />
aan het parket Maastricht, waar zij nu<br />
vier jaar participeert in het team Zware<br />
Criminaliteit – hoorde het trieste nieuws<br />
over het raadselachtige ongeluk op de<br />
radio. ‘Net als ieder ander mens was<br />
ik geschokt. Ik bedoel dat voor mij het<br />
totáálbeeld van deze gebeurtenis erg<br />
schokkend was: het verongelukte, twaalf<br />
kilometer onder de auto meegesleepte<br />
kind, de nabestaanden van de jongen, de<br />
verdachte, oudere dame in Eijsden die<br />
de verschrikkelijke ontdekking doet…<br />
Traumatische ervaringen. Maar dan denk<br />
je als ovj al snel aan “een bijzondere, uit-<br />
‘Iederéén vroeg<br />
zich af hoe zo’n<br />
ongeluk toch<br />
mogelijk was’<br />
zonderlijke verkeerszaak.” Omdat ik als<br />
aanklager jarenlang de verkeersportefeuille<br />
heb beheerd en die voor Limburg-Zuid<br />
nog steeds onder me had, werd de casus<br />
aan mij toegewezen,’ legt zij begin mei<br />
<strong>2009</strong> in het paleis van justitie in Maastricht<br />
uit. De ingewikkelde verkeerszaak is dan<br />
juridisch offi cieel afgesloten met het oordeel<br />
van het gerechtshof in Den Bosch,<br />
dat offi cier van justitie Rogier de strafzaak<br />
tegen automobiliste J. terecht heeft geseponeerd.<br />
Ondanks het feit dat haar tijd<br />
kostbaar is – de aanklager heeft nét een<br />
grootschalig onderzoek in haar arrondissement<br />
toegewezen gekregen – schetst<br />
Anneke Rogier in extenso de ontwikkelingen<br />
in de casus-Amir.<br />
Is er sprake van dood door schuld? Van<br />
aanmerkelijk verwijtbaar en onvoorzichtig<br />
verkeersgedrag met de dood tot gevolg? Of<br />
van onvoorzichtig verkeersgedrag waardoor<br />
gevaar op de weg is ontstaan? Treft de<br />
verdachte schuld in de zin van respectievelijk<br />
artikel 307 Sr, artikel 6 WVW of artikel<br />
5 WVW? De juridische voorvragen zijn in<br />
feite niet complex en ook het tactische<br />
onderzoek levert geen grote problemen<br />
op. Maar hoe moet vooral op het technische<br />
vlak informatie worden verkregen om<br />
te onderzoeken of een verdachte verwijtbare<br />
fouten heeft gemaakt?<br />
De aanklager werkt met een team van<br />
specialisten om alle mogelijke aspecten<br />
van het verkeersdrama te onderzoeken.<br />
De politie heeft inmiddels vastgesteld dat<br />
er geen aanrijding of botsing heeft plaatsgevonden<br />
tussen de auto en de jongen.<br />
Op het voertuig zijn daarvan geen sporen<br />
te vinden. Op de plaats van het ongeval<br />
worden die, omdat het die nacht heeft<br />
geregend, evenmin aangetroffen.<br />
Meegesleurd<br />
Rogier: ‘Ik deed een beroep op de mensen<br />
van verkeersondersteuning en –analyse<br />
van de technische recherche Limburg-<br />
Zuid. Kan de bestuurster iets hebben<br />
gezien voordat het kind onder haar auto<br />
kwam, heeft zij (ernstig) verwijtbaar<br />
rijgedrag vertoond en kan zij iets hebben<br />
gemerkt van een menselijk lichaam<br />
dat onder haar auto wordt meegesleurd?<br />
Nadat er sectie op het lichaam was verricht<br />
en na overleg tussen <strong>OM</strong>, politie en forensische<br />
opsporing werd besloten experts<br />
van het TNO in Delft in te schakelen. Fysici<br />
die trillingen kunnen meten en geluidsspecialisten.<br />
Om een perfecte technische<br />
analyse te verkrijgen, een stuk waarmee<br />
strafrechtelijk onderzoek kan worden<br />
ondersteund. Overigens betrof het hier<br />
ook voor de TNO’ers een unieke zaak.’<br />
In maart 2008 wordt het verkeersdrama<br />
op een speciaal terrein zo nauwkeurig als<br />
maar enigszins mogelijk was gereconstrueerd.<br />
Wegdek, nat en bochtig, voertuig<br />
en omstandigheden zijn identiek aan de<br />
“situatie-Ruttensingel” en het lichaam<br />
dat onder de auto wordt geplaatst is qua<br />
botstructuur en huid gelijksoortig aan een<br />
menselijk lichaam. De uitkomst is zonneklaar<br />
en onomkeerbaar: de decibellen<br />
(van geluid en trillingen) die door de automobiliste<br />
konden worden waargenomen,<br />
verschillen mét en zónder lichaam onder<br />
het voertuig zo weinig van elkaar, dat níet<br />
kan worden gesteld, dat zij had moeten<br />
opmerken dat er iets onder haar auto werd
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
meegesleept…<br />
Het <strong>OM</strong> ontvangt het dossier op 28 juli<br />
2008. Daarin staat als meest waarschijnlijke,<br />
bepaald unieke toedracht vermeld:<br />
‘Het slachtoffer is over een VOP de rijbaan<br />
opgerend en op de weghelft waarover de<br />
verdachte reed ten val gekomen. Vervolgens<br />
is de auto over het kind heengereden, waarop<br />
het slachtoffer klem is komen te zitten in<br />
een open, holle ruimte onder de motor van<br />
de auto. De wagen had geen bodemplaat<br />
en dat was voor dit type ook niet verplicht.<br />
Omdat er nadien nog twaalf kilometer mee<br />
is gereden en de wagen die zaterdagmorgen<br />
achteruit nog de garage is uitgereden, kon<br />
niet (meer) worden vastgesteld hóe het<br />
slachtoffer precies is komen klem te zitten.’<br />
‘Nog diezelfde week heb ik besloten de<br />
zaak te seponeren,’ verklaart Anneke<br />
Rogier gedecideerd. ‘Omdat er in deze<br />
tragedie geen wettig en overtuigend bewijs<br />
voor het plegen van enig strafbaar feit<br />
voorhanden was. Meteen na dat besluit<br />
heb ik m’n agenda laten aanpassen, zodat<br />
ik al kort daarna – op dezelfde dag – de<br />
verdachte én de nabestaanden persoonlijk<br />
op de hoogte kon brengen van alle achtergronden<br />
van dit sepot. Nadat het schokkende<br />
voorval in december 2007 door de<br />
media naar buiten was gebracht, had ik<br />
ook al gesprekken gevoerd met beide partijen,<br />
die werden bijgestaan door naaste<br />
familieleden en/of een advocaat. Bewust,<br />
ook louter professioneel, heb ik mij gedurende<br />
het onderzoek beperkt tot deze contacten<br />
met hen.’<br />
Emoties<br />
De Limburgse aanklager heeft die gedetailleerde<br />
gesprekken over een diepmenselijk<br />
drama met de betrokkenen niet als loodzwaar<br />
ervaren. ‘Ik werk in zoveel zware,<br />
dramatische zaken, dat ik die gesprekken<br />
niet moeilijk maar wel noodzakelijk vind…<br />
Dan ben ik een en al concentratie en aandacht.<br />
Wij worden, onder andere hierin,<br />
ook permanent geschoold door de SSR,’<br />
licht zij toe. ‘Ik acht het buiten de orde om<br />
tijdens zo’n moeilijk onderhoud de eigen<br />
emoties prominent naar voren te laten<br />
komen. Mijn inlevingsvermogen toon ik<br />
zeker, maar naar de betrokkenen toe vind<br />
ik het niet van respect getuigen wanneer ’t<br />
erop lijkt dat ik net zo aangeslagen ben als<br />
zij… Koste wat kost wil ik dat voorkomen…<br />
Zo wil ik niet zijn.’<br />
De zaak-Ruttensingel heeft bijna anderhalf<br />
jaar lang, ook buiten Limburg, nogal<br />
gevoelig gelegen bij publieke opinie en<br />
pers. Bij vlagen leek zelfs een heel land de<br />
wijsheid in pacht te hebben over de mysterieuze<br />
verkeerstragedie. Heel primair (en<br />
prematuur) werd er schande gesproken<br />
over “die automobiliste” en “het onbegrijpelijke<br />
seponeren van zo’n raar ongeluk”.<br />
Anneke Rogier heeft “er allicht alles van<br />
meegekregen”, maar zij stelt zakelijk vast<br />
dat ze zich niet onheus bejegend heeft<br />
gevoeld, laat staan dat ze aan het wankelen<br />
is gebracht. Haar visie: ‘Dat er negatieve<br />
geluiden op je afkomen, ligt eigenlijk<br />
voor de hand in zo’n uitzonderlijke case.<br />
Iedereen zit op het puntje van z’n stoel.<br />
Iederéén vraagt zich af hoe zo’n ongeluk<br />
toch mogelijk is, hoe zo’n vrouw in godsnaam<br />
rustig kan doorrijden, waarom er<br />
geen straf wordt uitgedeeld, etc. Maar<br />
mensen die het dossier niet exact kennen,<br />
kunnen mij met hun oordeel gevoelsmatig<br />
niet raken. Ook hun suggesties zijn voor<br />
mij emotioneel onbelangrijk. Dit is zeker<br />
geen trial by media geworden, maar de<br />
publieke opinie wordt nou eenmaal wél<br />
beïnvloed als “iedereen” met zijn mening<br />
naar buiten treedt. Dat vereist op het juiste<br />
moment een reactie van degene die wél<br />
kennis van zaken heeft. Die exacte informatie<br />
komt wanneer de casus openheid<br />
toelaat en daardoor wordt het vertrouwen<br />
in de rechtsstaat vervolgens gediend.<br />
Hiermee bedoel ik niet dat zestien miljoen<br />
Nederlanders inspraak krijgen, maar dat<br />
de vervolgingsbeslissing moet blijven waar<br />
hij volgens de wet ligt: bij het <strong>OM</strong>, de offi -<br />
cier van justitie.’<br />
In haar – minutieuze - terugblik wenst<br />
de ovj nog twee aspecten aan te stippen<br />
die haar deugd hebben gedaan in de<br />
afhandeling van een unieke strafzaak.<br />
Over de afwijzing van de klacht van Amirs<br />
nabestaanden tegen niet-vervolging van<br />
automobiliste J., eind maart van dit jaar,<br />
door het Hof: ‘Na mijn laatste gesprek met<br />
de nabestaanden had ik de indruk dat ze<br />
geen artikel 12-procedure zouden opstarten,<br />
maar ik vond het niet onlogisch dat ze<br />
toch een klacht indienden. Ik was hooguit<br />
verrast dat het klaagschrift zo laat binnenkwam.<br />
En dat ik in het gelijk werd gesteld<br />
stemde mij positief, maar was - eerlijk<br />
gezegd - ook voorspelbaar. Het standpunt<br />
van het Hof was: ‘Beklaagde had rekening<br />
moeten houden met de mogelijkheid dat<br />
op de VOP mensen konden oversteken. Zij<br />
is in de stroom van het verkeer meegereden<br />
en heeft zich daarom zodanig gedragen dat<br />
gevaar op de weg werd veroorzaakt of kon<br />
worden veroorzaakt. In het onderhavige<br />
geval echter is deze overtreding zozeer verbonden<br />
met de dood van het slachtoffer, dat<br />
door vervolging op grond van overtreding<br />
van artikel 5 WVW de indruk kan ontstaan<br />
dat beklaagde daarmee ook schuldig is<br />
aan overtreding van artikel 6 WVW. Onder<br />
deze bijzondere omstandigheden acht het<br />
Hof vervolging terzake artikel 5 WVW niet<br />
opportuun.’ Sec gezien stelt het gerechtshof<br />
in ’s-Hertogenbosch dus – anders dan<br />
de offi cier van justitie - dat overtreding van<br />
artikel 5 WVW aan de rechter had kunnen<br />
worden voorgelegd, maar dat vervolging<br />
voor dit artikel in casu niet opportuun<br />
was.’<br />
Verkeersrecht<br />
En Rogier, charmant stralend, over haar<br />
onderzoeksteam: ’t Was zéér lastig geworden<br />
als ik niet zulke kundige mensen om<br />
me heen had gehad. Parketsecretaris Ton<br />
Dorren, de mensen van de forensische<br />
opsporing van de politie Limburg-Zuid,<br />
(politie)teamleider Paul Reijntjes en de<br />
experts van het TNO… Klasse! Ook ben ik<br />
blij dat ik ook als verkeersoffi cier altijd heb<br />
kunnen werken met goede specialisten.<br />
Dat vond en vind ik absoluut onontbeerlijk,<br />
omdat het niet zelden over leven en<br />
dood gaat. Vooral complexe zaken verdienen<br />
álle faciliteiten. Verkeersrecht vormt<br />
voor het merendeel “eenvoudig” ordeningsrecht,<br />
reden waarom die portefeuille<br />
vaak aan beginnende offi cieren wordt<br />
toegewezen, maar ík heb nooit luchtig over<br />
“verkeer” gedacht… In complexe zaken is<br />
immers vaak intensief onderzoek aan de<br />
orde en spelen juridische overwegingen<br />
over bijvoorbeeld de mate van schuld een<br />
belangrijke rol. Dit onderzoek heeft mijn<br />
eigen visie op die vaak onderschatte portefeuille<br />
bevestigd.’<br />
Tekst: Gerard Trentelman<br />
9
10 BUITEN<strong>OM</strong><br />
Volgens strafpleiter Nico Meijering leidt de druk op het<br />
<strong>OM</strong> tot ontoelaatbaar gedrag<br />
‘Bewaak het<br />
eerlijke proces’<br />
Advocaat Nico Meijering neemt geen blad voor de mond. In<br />
en buiten de rechtszaal gaat hij vol overgave de confrontatie<br />
aan als hem dat uitkomt of als hij er zich toe gedwongen voelt.<br />
De spraakmakende raadsman praat vrijuit over politie, <strong>OM</strong>,<br />
integriteit, scoren en zijn angsten.<br />
Meijering aarzelt geen ogenblik. Een<br />
gesprek met <strong>Opportuun</strong> van het <strong>Openbaar</strong><br />
<strong>Ministerie</strong>? Daar maakt hij tijd voor vrij.<br />
In zijn twintigjarige praktijk als advocaat<br />
heeft hij een indrukwekkende reeks “akkefi<br />
etjes” met het <strong>OM</strong> gehad. Beschuldigd<br />
van corruptie, aangeklaagd bij de deken,<br />
afgeluisterd, is maar een greep. ‘Het kan<br />
zijn dat ik dat over me afroep door mijn<br />
aanpak. Ik doe grote zaken, waar veel van<br />
afhangt. Ook voor het <strong>OM</strong>. Laat ik het zo<br />
zeggen: ik sta niet als de meeste collega’s<br />
zeggen achter mijn cliënt, maar pal vóór<br />
ze. Om ze te beschermen tegen een steeds<br />
machtiger wordende overheid.’<br />
In zijn zwierige crèmekleurige jasje en snel<br />
gesneden shirt heeft Meijering iets weg van<br />
een scherpe analyticus in een praatshow.<br />
Meijering is uitgesproken over de manier<br />
van werken van het <strong>OM</strong> en zijn eigen<br />
beroepsgroep. ‘Mijn stelling is: er zijn overal<br />
goede en slechte mensen. Advocaten<br />
moeten zich aan de regels houden. Bij de<br />
overheid geldt dat dubbel en dwars.’<br />
Meijering heeft van jongs af aan iets met<br />
het recht en rechtvaardigheid. Als eindexamen-kandidaat<br />
van zeventien droomt<br />
Meijering van een carrière bij de politie.<br />
Hij geeft zich op voor de Politie Academie.<br />
‘Concreet iets doen om de criminaliteit<br />
te bestrijden, daar wilde ik voor gaan.’<br />
Meijering wordt afgekeurd vanwege een<br />
geringe oogafwijking. De politie laat hem<br />
niet los. Als hij in de fase van afstuderen<br />
zit, loopt hij stage bij de Amsterdamse<br />
Narcotica-brigade. Zijn scriptie gaat er ook<br />
over. Als er sprake is van een vacature bij<br />
de politietop dingt Meijering mee. Zover<br />
komt het uiteindelijk niet. Het kantoor Van<br />
Asperen, De Roos en Pen waar hij eerder<br />
stage heeft gelopen, biedt hem een plek.<br />
‘Het sprak me uiteindelijk toch meer aan,<br />
het vrije beroep. Tijdens mijn studie was ik<br />
al geboeid door het strafrecht en de gevolgen<br />
daarvan voor mensen persoonlijk. Het<br />
ergste wat een mens kan overkomen na<br />
ziekte en dood is vrijheidsberoving. Die<br />
passie, me in te zetten voor mensen die<br />
daar mee te maken krijgen, sloot meer aan<br />
bij mij op dat moment, denk ik.’<br />
Criminaliteitsbestrijding? Dan ligt een<br />
loopbaan bij het <strong>OM</strong> toch veel meer voor<br />
de hand? ‘Ja dat is zo. Daar heb ik ook aan<br />
gedacht. Als er in de advocatuur geen<br />
plek was geweest, had ik daar zeker voor<br />
gegaan. Het klinkt misschien raar, maar<br />
mijn hart gaat nog steeds voor de politie<br />
harder kloppen. Dat geldt ook voor het<br />
werk van een offi cier van justitie. Prachtige<br />
beroepen. Het zit er niet meer in, vrees<br />
ik’, zegt hij met een glimlach, ‘Ze zien me<br />
bij het <strong>OM</strong> aankomen. En mijn cliënten<br />
zouden er ook heel vreemd van opkijken,<br />
denk ik.’<br />
Tijd om noten te kraken. Meijering houdt<br />
een uitvoerig exposé over de drugshandel.<br />
De aandacht die politie en justitie<br />
voor deze vorm van criminaliteit hebben<br />
is zwaar overdreven, vindt hij. En werkt<br />
averechts: ‘Het is in mijn ogen de grootste<br />
“beschaafde” misstand ter wereld. De jacht<br />
op drugs levert zoveel ellende op. Doordat<br />
het middel schaars en duur wordt, worden<br />
mensen juist aangezet tot stelen, geweld<br />
en prostitutie. Er komt troep op de markt,<br />
het is zo zonde van het geld en de inspanning.’<br />
Meijering heeft een eigen theorie, waarom<br />
de “oorlog” aan drugs is verklaard. ‘Na<br />
de val van de Berlijnse Muur in 1989 was<br />
er behoefte aan een nieuwe vijand. Het<br />
communisme als dreigend spook was weggevallen<br />
en daarvoor in de plaats kwam de<br />
internationaal georganiseerde misdaad.<br />
De onderwereld van vooral drugshandelaren<br />
zou zich een weg verschaffen naar<br />
de bovenwereld. Niet voor niets schakelde<br />
de inlichtingendienst AIVD over van het<br />
gevaar uit het oosten naar vermeende<br />
internationaal opererende criminele bendes.<br />
Met als argument destabilisering van<br />
de rechtsstaat.’<br />
De IRT-affaire was in Meijerings beleving<br />
de eerste eye opener wat de overheid<br />
bedoelde met “oorlog aan de drugshandel”.<br />
Hij laat daar indringend op volgen:<br />
‘De gevolgen van de IRT-affaire zijn tot op<br />
de dag voelbaar. De druk op het <strong>Openbaar</strong><br />
<strong>Ministerie</strong> is gigantisch. Ik heb begrepen<br />
dat rond de vijf procent van de tips kan<br />
worden opgepakt. Voor de rest is geen<br />
geld, zijn er geen mensen beschikbaar.<br />
Dat betekent dat wat wel door mag gaan,<br />
een succes móét worden. Met als gevolg<br />
dat men de randen van het toelaatbare<br />
opzoekt. Of er overheen gaat.’<br />
Voorbeelden te over, zegt Meijering. ‘Kijk<br />
naar de Schiedammer Parkmoord of de<br />
Acroniem-zaak waar ik zelf bij betrokken<br />
was. Dan hoor ik: “Ja joh, die dingen<br />
gebeuren niet expres. Je moet niet zo para- >
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
‘U mag uw ogen<br />
droog houden,<br />
maar vindt u<br />
het gek dat ik<br />
paranoïde ben<br />
geworden?’<br />
Nico Meijering<br />
Foto: Kick Smeets<br />
11
12 BUITEN<strong>OM</strong><br />
><br />
‘De <strong>OM</strong>-top moet zowel intern als<br />
naar de buitenwereld laten zien dat<br />
onheus opsporen en vervolgen niet<br />
geaccepteerd wordt’<br />
noïde reageren”. Paranoïde? Ja, van het<br />
achterhouden van relevante informatie en<br />
stukken, word ik paranoïde. Zeker als het<br />
gaat om stukken ter ontlasting van mijn<br />
cliënt.’ Meijering kijkt fel door zijn brillenglazen.<br />
‘Paranoïde, ja. Ik moet regelmatig<br />
tegen me zelf zeggen: het leeuwendeel van<br />
politie en justitie is integer. Want dat is zo.<br />
Maar omdat je met zulke grote zaken bezig<br />
bent, wordt je beeld vertekend. De noodzaak<br />
om te scoren is zo groot dat er dingen<br />
gebeuren die niet mogen gebeuren.’<br />
Meijering zit in een stroomversnelling.<br />
In zaken als die van de landelijke vervolging<br />
van de Hells Angels (Acroniem), de<br />
zaak tegen Mink K. en de roemruchte<br />
Vancouver-zaak met de lekkende De Pet,<br />
ontpopte hij zich als een pitbull. ‘Keer op<br />
keer is de verdediging niet juist, onvolledig<br />
of te laat geïnformeerd en moesten wij<br />
daar bij toeval achter komen.’ Even ligt er<br />
een dam in de spraakwaterval. Meijering<br />
denkt na en weegt zijn woorden: ‘Harm<br />
Brouwer zei over de Acroniemzaak waarin<br />
geheimhoudersgesprekken structureel<br />
niet vernietigd waren: ‘het is niet met opzet<br />
gedaan’. Dan gaat hij voorbij aan voorwaardelijke<br />
opzet. Heel wat burgers gaan<br />
er met boter en suiker in als ze langdurig<br />
inkomsten verzwijgen. “Per ongeluk?” Met<br />
dat excuus maakt zowel de gemiddelde<br />
offi cier als rechter korte metten.’<br />
Meijering gaat nog preciezer en langzamer<br />
praten: ‘De <strong>OM</strong>-top moet zowel intern<br />
als naar de buitenwereld laten zien dat<br />
onheus opsporen en vervolgen niet geaccepteerd<br />
wordt. Doet men dat niet dan<br />
zullen crimefi ghters hun ruimte blijven<br />
nemen en zal de buitenwereld vertwijfeld<br />
achterblijven’. Hij wijt de door hem gesignaleerde<br />
selectieve informatievoorziening<br />
vooral aan de druk die bij het <strong>OM</strong> ligt om<br />
een zaak tot een goed einde te brengen. ‘Ik<br />
hou niet van de versleten term “tunnelvisie”<br />
maar die dekt wel de lading. In die zelfverklaarde<br />
oorlog tegen de georganiseerde<br />
misdaad moet Barbertje iets te vaak hangen.<br />
Men wil zich niet altijd realiseren dat<br />
in een rechtsstaat nu eenmaal criminelen<br />
soms de dans ontspringen.’ De vaart komt<br />
er weer in te zitten: ‘Stel je voor dat je als<br />
maatschappij je verlies op alle terreinen<br />
niet wilt nemen. Dat is onhoudbaar. Er zullen<br />
altijd mensen zijn die door de mazen<br />
van de wet glippen. Of dat nu het sociale<br />
stelsel, ons belastingstelsel of ons strafrecht<br />
is. Dat zou in een serieuze rechtsstaat<br />
all in the game moeten zijn. Zo niet, dan<br />
gaat het onherroepelijk ten koste van het<br />
(onschuldige) individu’.<br />
De zogenaamde oorlog tegen de georganiseerde<br />
criminaliteit heeft volgens<br />
Meijering het eerder genoemde type crimefi<br />
ghter-offi cier voortgebracht: net iets<br />
te veel het vizier gericht op een veroordeling<br />
en daarbij de andere taak van het <strong>OM</strong>,<br />
het bewaken van een eerlijk proces, uit het<br />
oog verliezend.<br />
Meijering steekt ook zijn hand in eigen<br />
boezem. De advocatuur is voor een deel<br />
meegegaan in het wapengekletter van<br />
Justitie en politiek. ‘Hij die zonder zonden<br />
is werpe de eerste steen’, roept hij plechtig.<br />
Met de start van de “oorlog” is ook de strafrecht-advocatuur<br />
opgestuwd. ‘Er valt wat<br />
te scoren en te verdienen, dus daardoor<br />
hebben steeds meer advocaten zich op het<br />
strafrecht gestort.’ Advocaten beperken<br />
zich allang niet meer tot een optreden in<br />
de rechtszaal. ‘Qua media – en als ik kijk<br />
naar het verleden ga ik ook niet vrijuit –<br />
zouden advocaten zich moeten beperken<br />
tot belangenbehartiging van cliënten en<br />
niet die van zichzelf. Daardoor is het beeld<br />
ontstaan van snelle jongens die je wel uit<br />
de bak zullen houden. Of erger: het beeld<br />
van advocaten die zich vereenzelvigen met<br />
hun cliënten.’<br />
Er volgt een trommelend gebaar op het<br />
bureau. ‘Mede daardoor zijn wij als advocaten<br />
kwetsbaar geworden. Ook op dat<br />
gebied ben ik paranoïde geworden. In<br />
het afstand houden tot mijn cliënten. Ik<br />
heb nooit moeite gehad de verleiding te<br />
weerstaan om met een cliënt in een club<br />
te gaan zitten of de Middellandse zee op te<br />
gaan met een iets te grote boot. Maar we<br />
durven nu ook nauwelijks meer onderweg<br />
een broodje met ze te eten: voor je het weet<br />
wordt dat ook weer verkeerd uitgelegd.’<br />
Meijering schiet een zwarte bladzijde in<br />
zijn loopbaan te binnen. ‘In de Vancouver-<br />
zaak heb ik toch een aardig portie meegekregen.<br />
Het “minst” erg was het voegen<br />
van vertrouwelijke gesprekken met mijn<br />
cliënt in het dossier. Griezeliger was al het<br />
feit dat onder verantwoordelijkheid van<br />
het <strong>Openbaar</strong> <strong>Ministerie</strong> naar voorpagina’s<br />
van de media de beschuldiging was gelekt<br />
dat ik de Hells Angels zou hebben gewaarschuwd<br />
voor op handen zijnde invallen. Of<br />
wat dacht u van een opgezette val met als<br />
doel te “bewijzen” dat ik politie-informatie<br />
zou doorspelen naar het milieu. Ik memoreer<br />
nog de hardnekkige pogingen om mij<br />
te horen als getuige tegen mijn eigen cliënt<br />
waarbij ik de dreiging van gijzeling daadwerkelijk<br />
lange tijd gevoeld heb. U mag uw<br />
ogen droog houden, maar vindt u het gek<br />
dat ik paranoïde ben geworden? Je loopt<br />
als advocaat in grote zaken wat dat betreft<br />
steeds meer op eieren.’<br />
De achterdocht gaat ver. Volgens Meijering<br />
wordt de verharding in het strafproces<br />
zwaar onderschat door de top van het<br />
openbaar ministerie. ‘Neem het voorbeeld<br />
van de aanslagdreiging op offi cier<br />
van justitie Koos Plooij in 2003. Daarvan<br />
werd een cliënt van mij verdacht. Slechts<br />
één kant van die medaille is belicht en<br />
dat was dat de criminaliteit steeds harder<br />
wordt en daartegen opgetreden moet<br />
worden. Daarna hebben we nooit meer<br />
wat gehoord. Is die dreiging nu daadwerkelijk<br />
reëel geweest? Zo ja, moet er dan niet<br />
ook eens diepgaand onderzoek komen<br />
naar het waarom van een dergelijke dreiging?<br />
Voorkomen is beter dan genezen.<br />
Hetzelfde geldt voor de raketaanslag op de<br />
bunker in de zaak Holleeder. Alléén roepen<br />
dat het een aanslag is op de rechtsstaat en<br />
dat er harder moet worden opgetreden is<br />
niet genoeg. Boeven zijn kennelijk getriggerd<br />
om grenzen te overschrijden die tot<br />
voor kort niet werden overschreden. Ik<br />
moet er niet aan denken dat het nog verder<br />
uit de hand gaat lopen. Probeer de oorzaken<br />
bloot te leggen voordat het te laat is.<br />
Ik houd me graag aanbevolen om mee te<br />
denken.’<br />
Tekst: Louis Cornelisse
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong> GPS-TIPS<br />
Deze maand: Alle vensters in beeld?<br />
Handig met GPS<br />
GPS is een jong systeem, dat nog niet vlekkeloos draait.<br />
Structurele verbeteringen zijn in de maak. Maar het kan ook<br />
voorkomen dat het lijkt alsof een werksessie vastzit, terwijl dat<br />
niet het geval is. Daarom een belangrijke tip.<br />
GPS werkt met meerdere deelvensters<br />
(Windows). Een voorbeeld hiervan is het<br />
scherm “Raadplegen Zitting”. Klik je in<br />
dat scherm op de knop “Voorbereiden<br />
<strong>OM</strong>”, dan verschijnt er een vervolgscherm.<br />
Op dat moment zijn er 2 GPS-vensters<br />
geopend: het venster “Raadplegen-zitting”<br />
en het venster “Voorbereiden zittingsbehandeling”.<br />
Het laatste is zichtbaar en<br />
actief, het eerste ligt er precies achter en is<br />
niet actief. Alsof er op je bureau 2 A4-tjes<br />
precies op elkaar liggen.<br />
Nu kan het voorkomen dat het actieve venster<br />
(te herkennen aan de donkerblauwe<br />
kop) achter het niet-actieve venster (met<br />
lichtblauwe kop) terecht is gekomen. Dit<br />
gebeurt bijvoorbeeld als men per ongeluk<br />
de knop “Voorbereiden <strong>OM</strong>” 2x aanklikt<br />
terwijl 1x voldoet. Het gevolg is dat de<br />
gebruiker het niet-actieve venster ziet en<br />
dus niet in staat is om gegevens in te voeren<br />
of af te sluiten. Dan lijkt de werksessie<br />
vast te zitten. Maar door het zichtbare<br />
venster te verschuiven of kleiner te maken,<br />
wordt het actieve venster zichtbaar en kun<br />
je daarin verder werken. Ook het tegelijk<br />
indrukken van de toetsen Alt + Tab kan<br />
helpen. Een derde mogelijkheid is de<br />
optie “Vensters” in het GPS-menu: als je<br />
daarop klikt, zie je alle vensters die je open<br />
hebt staan. Daaruit kies je vervolgens het<br />
gewenste venster.<br />
Dit is een voorbeeld dat op veel meer<br />
plaatsen in GPS kan voorkomen, ook<br />
met bijvoorbeeld het PDF-scherm.<br />
Bijvoorbeeld bij het overtikken van gegevens<br />
uit een PDF naar het GPS-scherm: het<br />
PDF-scherm komt achter het GPS-scherm<br />
te liggen. In dit geval zijn er niet twee GPSvensters,<br />
maar twee Windows-vensters<br />
geopend. Het achterliggende venster<br />
wordt onderaan het scherm verkleind<br />
weergegeven en kan daar eenvoudig geactiveerd<br />
worden. Dit probleem is overigens<br />
te voorkomen door ervoor te zorgen dat<br />
zowel van het GPS-scherm als van het<br />
PDF-scherm de drie formaat-knoppen<br />
zichtbaar zijn:<br />
Kortom, als de GPS-sessie lijkt vast te zitten,<br />
check dan of het actieve venster wel<br />
zichtbaar is. Biedt dit geen soelaas, bel dan<br />
de Servicedesk van ICTRO.<br />
13
14 SFEER EN BEWIJS<br />
Audiovisueel Requisitoir<br />
Drie geruchtmakende zaken in beeld<br />
Een moord, een ingestorte steiger en een schrijver van<br />
kogelbrieven: drie zaken die op het eerste gezicht weinig<br />
met elkaar gemeen hebben. Toch hebben ze wel degelijk een<br />
overeenkomst: een audiovisueel requisitoir. De zaaksoffi cieren<br />
vertellen over de manier waarop zij de geruchtmakende zaken<br />
–letterlijk– in beeld hebben gebracht en hun ervaringen met het<br />
gebruik van audiovisuele middelen op de zitting. Een gesprek<br />
over sfeerbeelden, beïnvloeding en bewijsmateriaal.<br />
De zaak:<br />
de moord<br />
op Jesse<br />
Dingemans<br />
Niemand is ooit te weten gekomen waarom<br />
Julien C. de 8 jarige Jesse Dingemans<br />
op 1 december 2006 in het klaslokaal op<br />
de basisschool in Hoogerheide om het<br />
leven bracht. Wel is komen vast te staan<br />
dat de dader het niet specifi ek op Jesse had<br />
gemunt. De 8-jarige scholier mocht van<br />
zijn juf een extra computerwerkje uit de<br />
kast in de klas halen, terwijl de rest van de<br />
klas zich op dat moment in de aula bevond<br />
voor een computerles. Na enkele minuten<br />
realiseert de leerkracht zich dat de computerwerkjes<br />
hoog in de kast liggen en<br />
Jesse er niet bij kan. Zij gaat hem achterna<br />
en komt Julien tegen die na het plegen<br />
van de moord op weg naar buiten is. De<br />
dader had het dus nooit voor elkaar kunnen<br />
krijgen dat Jesse juist op dat moment<br />
in de klas zou zijn. Wat er precies in het<br />
klaslokaal van het slachtoffer is gebeurd,<br />
is nooit helemaal duidelijk geworden. Wel<br />
zijn de gangen van de dader voor en na de<br />
moord niet alleen in woord maar ook in<br />
beeld door zaaksoffi cier Paul Emmen volledig<br />
inzichtelijk gemaakt. De rechtbank in<br />
Breda achtte doodslag bewezen en veroordeelde<br />
Julien tot 12 jaar gevangenisstraf<br />
en TBS. In hoger beroep werd hem wegens<br />
moord een levenslange gevangenisstraf<br />
opgelegd. De dader heeft tegen de uitspraak<br />
van het Hof cassatie ingesteld.<br />
De audiovisuele presentatie:<br />
geen schokkende beelden<br />
‘We hadden heel veel informatie in deze<br />
zaak’ vertelt Paul Emmen. Een groot aantal<br />
getuigenverklaringen van mensen uit<br />
Hoogerheide, veel plaatsen delict en uitgebreid<br />
technisch onderzoek. Aan de andere<br />
kant waren de motieven van de dader<br />
onbekend en wisten we niet precies wat er<br />
in het klaslokaal is gebeurd. De moord op<br />
Jesse heeft heel veel media-aandacht gegenereerd,<br />
maar er is weinig informatie naar<br />
buiten gekomen. De meeste getuigen uit<br />
Hoogerheide hebben alle pers buiten de<br />
deur gehouden en de verdachte ontkende,<br />
dus zijn advocaat voelde zich ook niet<br />
geroepen naar buiten te treden.<br />
Om die redenen wisten we dat we op de<br />
zitting een heel goed en met name een<br />
heel duidelijk verhaal moesten vertellen,<br />
ook aan de pers, daarom hebben we ervoor<br />
gekozen het onderzoek te visualiseren. We<br />
hebben er een sfeerverhaal van gemaakt in<br />
die zin dat de informatie uit het requisitoir<br />
aan de hand van beelden werd toegelicht.’<br />
Alles wat Julien C. op de bewuste dag heeft<br />
gedaan is in beeld gebracht. Een grote<br />
luchtfoto van Hoogerheide, gemaakt<br />
naar aanleiding van de getuigenverklaringen,<br />
toont de looproute van de dader<br />
voor de moord tot aan zijn aanhouding.<br />
PANO-scans laten onder andere zien waar<br />
de dader voor de moord zijn sigaretten<br />
kocht, waar hij in de school de leerkracht<br />
tegenkwam en waar de prullenbak staat<br />
waar hij zijn bebloede kleding in heeft<br />
verstopt. Foto’s zijn getoond van de dader,<br />
zijn kleding, de bloedsporen en het (vermoedelijke)<br />
moordwapen.. De hele zaak<br />
is door middel van beelden nagespeeld.<br />
‘De visualisatie was geen reconstructie’<br />
benadrukt zaaksoffi cier Emmen, ‘maar<br />
een presentatie van de feiten, onze show,<br />
onze manier om het requisitoir te houden.<br />
Het was geen bewijs en daarom waren we<br />
ook van mening dat we de visualisatie niet<br />
met de verdediging hoefden te bespreken.<br />
Overigens heb ik van te voren de kamervoorzitter<br />
en Spong, de advocaat van
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
Julien, wel op de hoogte gesteld van mijn<br />
plannen. Ik heb de rechtbank en Spong<br />
verteld dat ik geen stemming wilde maken<br />
en er geen schokkende en onsmakelijke<br />
beelden in mijn presentatie voorkwamen.<br />
De ervaringen: aansluiten bij<br />
de inhoud en de persoon<br />
Offi cier Emmen voerde tijdens de zitting<br />
zelf de regie over zijn presentatie.<br />
Behoudens één hapering (de accu van de<br />
laptop raakte leeg) liet de techniek hem<br />
niet in de steek. Emmen lacht: ‘Toen het<br />
beeld zwart was heb ik aangegeven dat<br />
dit mij een goed moment leek voor een<br />
natuurlijke pauze en heb ik het woord aan<br />
de voorzitter gegeven die vervolgens een<br />
schorsing inlaste. Ik heb me er niet druk<br />
over gemaakt. Laat het maar gebeuren. Ik<br />
wilde de presentatie graag zelf doen, ik ben<br />
niet bang voor computers en bovendien<br />
kon ik niet helemaal inschatten of de verdachte<br />
tijdens de zitting niet alsnog een<br />
verklaring zou afl eggen en dan hadden we<br />
de presentatie veel sneller kunnen doorlopen.<br />
Om dat dan nog te bespreken met<br />
iemand van de techniek, werkt voor mij<br />
niet. Op deze manier presenteren past bij<br />
mij en daar moet je wel even bij stilstaan<br />
wanneer je een audiovisuele presentatie ><br />
‘Ik heb de sectiefoto’s<br />
van Jesse<br />
bewust buiten<br />
de presentatie<br />
gehouden’<br />
Zaaksoffi cier Paul Emmen<br />
15
16 SFEER EN BEWIJS<br />
><br />
houdt. Een offi cier die heel zakelijk, formeel<br />
en magistratelijk is, moet je niet mijn<br />
presentatie laten doen. Het moet aansluiten<br />
bij de inhoud van de zaak maar ook bij<br />
de persoon van de offi cier.<br />
Sinds ik de presentatie over deze zaak een<br />
paar keer getoond heb merk ik dat er veel<br />
discussie ontstaat over de vraag hoe ver je<br />
moet gaan met het tonen van beelden. In<br />
mijn geval was het makkelijk, omdat het<br />
geen bewijs was, omdat ik het verder niet<br />
nodig had en omdat het om een jongetje<br />
van acht ging. Iedereen was het met me<br />
eens dat je het in dit geval niet anders<br />
kunt doen. Maar er zijn ook collega’s die<br />
zeggen: “als iemand een slachtpartij heeft<br />
aangericht dan wil ik dat laten zien en dan<br />
wil ik ook een PANO scan maken terwijl de<br />
slachtoffers nog op de plaats delict liggen.<br />
Juist om later nog te kunnen reconstrueren”.<br />
Ik heb de sectiefoto’s van Jesse bewust<br />
buiten de presentatie gehouden maar<br />
ik weet bijna zeker dat er collega’s gaan<br />
komen die deze beelden wel zullen gaan<br />
tonen. Ik kan me ook wel zaken voorstellen<br />
waarin je dat gaat doen, maar in deze zaak<br />
niet.’<br />
Verder moet je je heel erg bewust van zijn<br />
dat het tonen van beelden een zekere<br />
beïnvloeding met zich meebrengt. Als je<br />
bijvoorbeeld eerst een fi lm ziet en daarna<br />
het boek leest, dan heb je daar altijd de<br />
fi lmbeelden bij. Mensen zijn heel visueel<br />
ingesteld. Op het moment dat ik een foto<br />
van een gevonden mes laat zien, wordt dit<br />
meteen het mes dat mensen projecteren<br />
in de hals van het slachtoffer. Als ik advocaat<br />
zou zijn zou ik daar toch een punt van<br />
maken. Als offi cier weet ik wel dat je er<br />
voorzichtig mee moet omgaan.<br />
Emmen houdt nog één keer een presentatie<br />
over het gebruik van audiovisuele<br />
middelen in de zaak Jesse Dingemans en<br />
dan stopt hij ermee. ‘Het was goed voor mij<br />
en deze zaak, maar ik wil het nu afsluiten.<br />
Laat de volgende maar aantreden.’<br />
De zaak: de<br />
Rotterdamse<br />
kogelbrievenschrijver<br />
“Edelachtbare, Hoogwelgeboren<br />
Jonkvrouwe”. Zo luidde de aanhef van een<br />
brief aan Annemarie Jorritsma. Het vervolg<br />
van dit schrijven was echter beduidend<br />
minder vriendelijk: gedreigd werd haar<br />
met kogels te doorzeven. Om deze woorden<br />
kracht bij te zetten werden de kogels<br />
alvast meegestuurd. En Jorritsma was niet<br />
de enige. Voetbaltrainers, soapsterren en<br />
tv-presentatoren, advocaten en rechtbankpresidenten:<br />
ongeveer twintig min of<br />
meer bekende Nederlanders kregen deze<br />
kogelbrieven toegestuurd.<br />
‘We namen de dreiging uiterst serieus, met<br />
name in de onzekere, dreigende sfeer die er<br />
heerste in Nederland na de moord op Pim<br />
Fortuyn’ vertelt zaaksoffi cier Dedy Woei-A-<br />
Tsoi van het Rotterdamse parket. ‘De meest<br />
vreselijke bedreigingen werden geuit: ik<br />
schiet een kogel door je kop, ik krijg je kinderen<br />
ook wel te pakken en we schieten je<br />
hersens tot een enorme garnalenmassa.’<br />
Het was dus zaak de schrijver van de kogelbrieven<br />
zo snel mogelijk op te sporen.<br />
Maar hoe het brein achter deze bedreigingen<br />
te vinden?<br />
‘We zijn begonnen de brieven, kogels en<br />
enveloppen op vingersporen en DNA te<br />
onderzoeken’, zegt Woei-A-Tsoi. ‘Het lukte<br />
ons het forensisch materiaal eraf te krijgen,<br />
maar we hadden geen match. Een professor<br />
in de Nederlandse Taal- en Letterkunde<br />
in Leiden bracht uitkomst. Aan de hand<br />
van het taalgebruik in de brieven maakte<br />
hij een soort daderprofi el. Het zou gaan<br />
om een man, afkomstig uit Rotterdam,<br />
ongeveer vijftig jaar oud met een<br />
Indonesische achtergrond en een HAVOopleiding.<br />
Een bevolkingsonderzoek leek<br />
de aangewezen weg. Maar het College, aan<br />
wie voor een dergelijk onderzoek toestemming<br />
moest worden gevraagd, vond dit<br />
een te vergaande inbreuk op de privacy. Er<br />
zouden namelijk om te beginnen ongeveer<br />
3000 mannen bevraagd moeten worden…’<br />
Aldus leek de zoektocht naar de kogelbrievenschrijver<br />
op een dood spoor te zijn<br />
terecht gekomen. Ook de stroom brieven<br />
was plotseling gestopt. Het <strong>OM</strong> stond op<br />
het punt te stoppen met het onderzoek.<br />
Tot opeens na het proces tegen de moordenaar<br />
van Pim Fortuyn de rechtbankpresident<br />
en Koos Plooij een kogelbrief<br />
ontvingen.<br />
Opnieuw werd een aanvraag voor een<br />
bevolkingsonderzoek ingediend en werd<br />
het toenmalige TPG Post benaderd met<br />
het verzoek om poststukken uit de regio<br />
Rotterdam te mogen scannen. De toestemming<br />
werd verleend en het werd een<br />
omvangrijke operatie: zo’n drie maanden<br />
lang werden er bijna elke avond 500.000<br />
poststukken met een mobiele scanner<br />
doorgelicht.<br />
Deze methode had succes. Een aantal<br />
poststukken werd onderschept en kon<br />
worden terug gerechercheerd naar een<br />
brievenbus in Rotterdam Zuid. In de buurt<br />
van deze brievenbus werd een cameraauto<br />
neergezet. Bij de volgende kogelbrief<br />
die uit de scan kwam was het raak. De<br />
camera-opnamen van de brievenbus in<br />
Rotterdam Zuid werden afgedraaid en de<br />
beelden toonden een man met één grote<br />
witte enveloppe die werd gepost.<br />
‘Hier hadden we wel geluk mee’ meent<br />
zaaksoffi cier Woei-A-Tsoi. ‘Deze man<br />
postte de enige grote witte enveloppe die<br />
op die dag in de brievenbus terecht was<br />
gekomen. Hij kwam aanrijden in zijn auto<br />
dus aan de hand van het kenteken hadden<br />
we ook meteen zijn persoonsgegevens.<br />
Alle puzzelstukjes vielen op zijn plaats; het<br />
daderprofi el klopte als een bus: een man<br />
van 49 jaar oud, met een Indonesische<br />
achtergrond en een HAVO-opleiding.<br />
Binnen één week werd hij aangehouden.<br />
Een zielige, eenzame fi guur die meteen<br />
bekende. Hij had geen strafblad en er<br />
waren geen aanwijzingen dat hij echt<br />
agressief zou worden, maar hij had wel<br />
de mogelijkheden zijn dreigingen waar<br />
te maken. Er zijn vuurwapens en een kast<br />
vol munitie bij hem thuis aangetroffen.<br />
Ik had drie jaar gevangenisstraf geëist<br />
waarvan zes maanden voorwaardelijk. We<br />
wilden toch wel duidelijk maken dat iedere<br />
andere gek die zoiets wil proberen erop
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
kan rekenen dat justitie hard uithaalt. De<br />
rechtbank kwam uit op 24 maanden waarvan<br />
8 voorwaardelijk. Geen van de partijen<br />
is in hoger beroep gegaan.’<br />
De presentatie: het tonen van nog<br />
niet betreden paden<br />
Bekende Nederlanders, een serieuze dreiging<br />
en een spannende zoektocht naar de<br />
dader: de zaak van de Rotterdamse kogelbrievenschrijver<br />
zou het bijzonder goed<br />
doen als fi lmscenario. De gebruikte onderzoeksmethoden,<br />
het verhoor van de dader<br />
en de uitspraak van de rechtbank zijn<br />
inderdaad gefi lmd en vastgelegd op een<br />
DVD, uiteraard met een ander oogmerk<br />
dan er volle zalen mee te trekken.<br />
‘Het initiatief tot het maken van de DVD<br />
ging uit van de politie’ vertelt Dedy Woei-<br />
A-Tsoi. ‘Zij wilden graag beeldend maken<br />
hoe het onderzoek is gegaan voor opleidings-<br />
en presentatiedoeleinden. Ik heb<br />
de DVD op de zitting gebruikt om de nog<br />
niet betreden paden te laten zien. Hoe<br />
worden de kogels in de machine van TNO<br />
onderzocht? Hoe wordt het DNA afgenomen<br />
van de achterkant van het plakband?<br />
Al deze beelden bevonden zich op de DVD.<br />
Ik zag wel aankomen dat de verdediging<br />
een punt zou maken van het scannen en<br />
het recht op briefgeheim. Daarom hebben<br />
we ook het scannen gefi lmd, zodat de<br />
rechtbank een oordeel kon vormen over de<br />
zorgvuldigheid van het scanproces.<br />
De ervaringen: bewijs of<br />
toelichting?<br />
‘Ik vond het heel prettig gebruik te maken<br />
van audiovisueel materiaal ter terechtzitting<br />
en ik kan het iedereen aanraden, maar<br />
het vergt een behoorlijke voorbereiding<br />
en het moet er netjes uitzien’, vindt Woei-<br />
A-Tsoi. ‘Je moet er ook heel goed over<br />
nadenken hoe je het beeldend materiaal<br />
gebruikt. Er zit een verschil in uitleggende<br />
beelden die duidelijk maken hoe het<br />
onderzoek is gelopen en beelden waarmee<br />
je iets wil bewijzen. Dat laatste ligt wat<br />
ingewikkelder want als je niet uitkijkt kan<br />
‘Je moet niet<br />
in de sensatie<br />
gaan zitten’<br />
Zaaksoffi cier Dedy Woei-A-Tsoi<br />
je doorschieten naar beïnvloeding en daar<br />
zijn rechters nogal op gespitst. Je moet niet<br />
in de sensatie gaan zitten.’<br />
Tijdens de presentatie die ik aan collega’s<br />
heb gehouden over het gebruik van audiovisuele<br />
middelen in deze zaak hebben<br />
we hier ook over gediscussieerd. Moet<br />
je audiovisuele middelen gebruiken als<br />
bewijs of als toelichting en waar ligt de<br />
grens tussen beïnvloeding en uitleg?<br />
Voor veel collega’s was het inzetten van<br />
beeldmateriaal tijdens het requisitoir<br />
wel een eye-opener. We zijn in de eerste<br />
lijn nu wel bezig met het gebruik van<br />
audiovisuele middelen ter terechtzitting,<br />
maar in de tweede lijn gaat het vaak als<br />
een nachtkaars uit, dat vind ik wel jammer.<br />
De tweede lijn is weliswaar de meer<br />
bedachtzame lijn,maar dat betekent niet<br />
dat je geen taak hebt om de zaak goed voor<br />
het voetlicht te brengen met alle middelen<br />
die je ter beschikking staan. Misschien<br />
juist wel omdat er in de tweede lijn wat<br />
meer afstand van de maatschappij lijkt te<br />
zijn. Het <strong>OM</strong> heeft daar volgens mij een<br />
belangrijke taak in en moet daar een beetje<br />
proactief in zijn. Er kan nog een heleboel<br />
gedaan worden op audiovisueel gebied.’<br />
17
18 SFEER EN BEWIJS<br />
De zaak: de<br />
Amercentrale<br />
De steiger die in ketel 9 in de Amercentrale<br />
als een kaartenhuis in elkaar stortte, waardoor<br />
vijf mensen om het leven kwamen,<br />
was enorm: 77,5 meter hoog en 17 meter<br />
breed, vergelijkbaar met een fl atgebouw<br />
van 25 verdiepingen. Ook de strafzaak, die<br />
naar aanleiding van dit ongeval werd aangespannen,<br />
was bijzonder omvangrijk. TNO<br />
en het NFI hebben uitgebreid onderzoek<br />
gedaan naar technische oorzaken van het<br />
ineenstorten van de steiger. De ontwerper,<br />
de beide steigerbouwbedrijven en de hoofdaannemer<br />
werden vervolgd voor dood door<br />
schuld. Zaaksoffi cier Huibert Donker heeft<br />
zeker anderhalf jaar bijna full time aan deze<br />
zaak gewerkt. ‘Een bouwkundige achtergrond<br />
heb ik niet,’ vertelt Donker, ‘ik ben<br />
zelfs heel slecht in wiskunde, maar ik heb<br />
zo uitgebreid met deskundigen, waaronder<br />
TNO, overlegd dat ik mijn eerste collegejaar<br />
bouwkunde wel achter de rug heb. Het<br />
was voor mij een duidelijke keuze niet de<br />
spierballenjongens die de steiger gebouwd<br />
hebben te vervolgen, maar de mensen en<br />
bedrijven die het oog hadden op het economisch<br />
gewin, waardoor zij heel slordig met<br />
het bouwproces waren omgegaan om snel<br />
geld te verdienen.’<br />
Donkers aanpak had succes: de rechtbank<br />
in Breda veroordeelde de architect die de<br />
steiger had ontworpen tot een jaar gevangenisstraf,<br />
de overige betrokken bedrijven<br />
kregen forse geldboetes opgelegd. De rechtbank<br />
en later ook het Hof, achtten dood<br />
door schuld overtuigend bewezen.<br />
De audiovisuele presentatie:<br />
lastige materie<br />
‘Om de lastig materie in deze zaak op de zitting<br />
goed neer te zetten zou ik twee dagen<br />
aan het woord zijn’, zegt Huibert Donker. ‘Ik<br />
vroeg me af wat ik kon doen om de mensen<br />
nog een beetje wakker te houden. Om die<br />
reden ben ik de zaak begonnen met een<br />
samenvatting: ik heb de hele zaak op één<br />
A4tje geperst, zodat ik de kern van de zaak<br />
in vier minuten kon vertellen. Dat had een<br />
enorm effect; zeker de pers was daar blij<br />
mee. Verder heb ik via powerpointdia’s continu<br />
laten zien op welk punt in mijn requisitoir<br />
ik was aangeland. Wanneer iemand<br />
– bij wijze van spreken – even wegsukkelt<br />
en weer wakker wordt kon hij in één oogop-<br />
slag zien waar ik gebleven was. Daarnaast<br />
heb ik mijn betoog doorspekt met foto’s en<br />
fi lmpjes, bijvoorbeeld van een op schaal<br />
gemaakte doorsnede van de steiger die kan<br />
ronddraaien en op elk gewenst moment kan<br />
worden stilgezet. Aan de dwarsdoorsnede<br />
van de steiger kon je meteen zien dat de<br />
steiger, door het ontbreken van veel diagonale<br />
steigerpijpen, veel te weinig ondersteuning<br />
bood, hetgeen -kort gezegd- de voornaamste<br />
oorzaak was van het ongeluk.’<br />
Niet alleen de ingewikkelde technische kant<br />
van de zaak werd door Donker zichtbaar<br />
gemaakt. Hij toonde ter zitting ook sfeerbeelden<br />
van het ongeluk uit het NOS journaal,<br />
NOVA en foto’s van de slachtoffers. De<br />
rechtbank had hier, volgens Donker, geen<br />
enkele moeite mee .<br />
‘Ik wilde voorkomen dat we alleen maar<br />
over steigerpijpen en gritstralen zouden<br />
praten. Het was voor mij belangrijk te laten<br />
zien waar het eigenlijk om draait: de slachtoffers.’<br />
De ervaringen: sfeerbeelden<br />
moeten mogelijk zijn<br />
‘Er zit een aantal aspecten aan een audiovisuele<br />
presentatie ter terechtzitting’, legt<br />
Huibert Donker uit. ‘Het beeld kan bewijsmiddel<br />
zijn, dan moet je het ook als zodanig<br />
benoemen en dan is het ook een onderdeel<br />
van het procesdossier. Het kan ook zijn dat<br />
je slechts een ingewikkelde situatie wilt<br />
uitleggen, beeldend wilt maken, dan is het<br />
geen bewijs. Wat ook mogelijk is, maar daar<br />
is wel kritiek op, is dat het beeld een stukje<br />
sfeer neerzet, zoals ik heb gedaan in deze<br />
zaak. Er zijn naar mijn smaak nog steeds<br />
veel te veel collega’s die daar een punt van<br />
maken, maar ik vind dat het heel goed kan.<br />
Wij zijn niet voor niets ook geselecteerd<br />
op betrouwbaarheid en integriteit. Je weet<br />
wanneer je te ver gaat en als je daaraan twijfelt<br />
zijn er altijd mensen om je heen die je<br />
kunnen helpen met het onderscheid tussen<br />
een huilverhaal of een functioneel verhaal.<br />
Je kunt vaak op een kilometer afstand al zien<br />
wanneer iemand te ver gaat. Bovendien is<br />
Strafrecht is nu eenmaal emotie, dat hoef<br />
je niet helemaal uit te schakelen. Als er vijf<br />
mensen zijn overleden door de val van een<br />
steiger, moet dat dan zonder enige emotie<br />
worden behandeld? Ik vind van niet.’<br />
‘Strafrecht is<br />
emotie, dat<br />
hoef je niet uit<br />
te schakelen’<br />
Zaaksoffi cier Huibert Donker<br />
Donker raadt aan de technische kant van de<br />
presentatie op de zitting aan anderen over<br />
te laten en dit tijdig te regelen. ‘Mijn beleidsmedewerker<br />
heeft alle apparatuur bediend.<br />
Ik hoefde alleen maar mijn requisitoir te<br />
houden. Verder was er iemand van het KLPD<br />
in de zaal aanwezig om toe te snellen in<br />
geval van een technisch mankement en dat<br />
is er bijna altijd tijdens zo’n langdurig requisitoir.<br />
Dankzij de man van het KLPD was dit<br />
mankement zo verholpen. Ik had er niet aan<br />
moeten denken dit zelf te moeten oplossen.’<br />
Er kan binnen het <strong>OM</strong> meer gebeuren op<br />
audiovisueel gebied volgens Donker. Een<br />
collega offi cier uit Breda vervolgde onlangs<br />
een jager die vanuit zijn jachthut een vrouw<br />
had doodgeschoten. Het KLPD maakte een<br />
audiovisuele presentatie van de plek van de<br />
hut, het zicht en schootsveld van de jager.<br />
‘Fantastisch’ vindt Donker. ‘Ter zitting werden<br />
de droge feiten die je op papier maar<br />
moeilijk kan inschatten, zichtbaar gemaakt.<br />
Dat vind ik echt een voorbeeld van een grote<br />
meerwaarde van audiovisuele middelen.<br />
Het juridische aspect moet een cruciale<br />
rol blijven spelen, natuurlijk, maar je komt<br />
tegenwoordig niet meer weg met alleen het<br />
juridische woord. Je moet mensen ook op<br />
een andere manier weten te boeien en dit<br />
moet je als <strong>OM</strong> kunnen organiseren.’<br />
Tekst: Anna Italianer
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
Geweld tegen publieke<br />
functionarissen<br />
De nuance van de dubbele eis<br />
De themazittingen waarop agressievelingen tegen politie en<br />
hulpverleners met een publieke taakterecht stonden, trokken landelijke<br />
aandacht. Het <strong>OM</strong> eiste dubbele straffen. Een impressie van de twee<br />
dagen, met een terugblik van pers- en zittingsoffi cier Otto van der Bijl.<br />
Op de gang draaien camera’s al overuren.<br />
Dinsdag 26 mei, het is nog geen 9 uur in de<br />
ochtend. De rechtbank Amsterdam maakt<br />
zich op voor de eerste themazitting “agressie<br />
en geweld tegen personen met een<br />
publieke taak”. Persoffi cier Otto van der<br />
Bijl legt uit waarom het <strong>OM</strong> bij vergrijpen<br />
tegen juist deze hulpverleners een dubbele<br />
straf zal eisen. ‘Het belangrijkste is dat we<br />
duidelijk willen maken dat dit gedrag niet<br />
normaal is. Mensen gaan te snel en te vaak<br />
over op agressie. Vooral tegen politieagenten<br />
en medewerkers van het openbaar vervoer.<br />
We accepteren dit niet, want zonder al<br />
deze mensen functioneert de maatschappij<br />
niet. We willen de daders afschrikken en<br />
de slachtoffers steun bieden.’<br />
De eerste verdachte die voor politierechter<br />
Falger verschijnt, is de 42-jarige B.. Eind<br />
oktober 2007 verzet hij zich heftig tegen<br />
zijn aanhouding. B. voegt de agenten<br />
bedreiging toe als ‘Ik onthoud je gezicht.<br />
Ik kom je nog wel eens tegen, dan schiet<br />
in drie kogels in je bast.’ Hij werkt politiemensen<br />
tegen de grond, deelt kopstoten<br />
uit en probeert te bijten. Hij moet zich voor<br />
nog meer gewelddadigheden verantwoor-<br />
Illustraties: Erwin Suvaal<br />
den. Op 12 februari dit jaar gaat het weer<br />
mis. Twee politiemensen houden hem aan.<br />
B. probeert zich los te knokken, waarbij de<br />
agenten gewond raken. In zijn woede vernielt<br />
ook nog een fi ets.<br />
Tegen B. wordt zoals aangekondigd, het<br />
dubbele geëist: 80 in plaats van 40 uur<br />
werkstraf. De rechter denkt even na en<br />
komt tot een uitspraak. Ze komt op 60<br />
uur. De rechter gaat tussen de “doorsnee”<br />
eis en de “dubbele” eis inzitten. B. lijkt<br />
niet onder de indruk. Hij is al zovaak in<br />
het Gerechtsgebouw geweest en kent het ><br />
19
20 THEMAZITTINGEN<br />
><br />
‘We willen<br />
de daders<br />
afschrikken en<br />
de slachtoffers<br />
steun bieden’<br />
Offi cier Otto van der Bijl<br />
klappen van de zweep. Alleen de mediabombarie<br />
op de gang is nieuw voor hem.<br />
Als er wordt gesproken van respect voor<br />
gezagsdragers kijkt hij glazig naar de politierechter.<br />
Er volgen in snel tempo nog elf zaken. De<br />
18-jarige B.Z. heeft een straatcoach uitgescholden:<br />
‘Motherfucker. Flikker, Ja fl ikker,<br />
door jou heb ik de vorige keer vastgezeten,<br />
zemmel ! (Marokkaans voor homo, LC).’<br />
Hij heeft de straatcoach ook toegevoegd<br />
dat hij moet ‘oprotten van het plein.’ Er<br />
komen zaken voorbij waar politiemensen,<br />
surveillanten en controleurs grove beledigingen<br />
naar hun hoofd geslingerd hebben<br />
gekregen. Soms met bedreigingen en<br />
een enkeling heeft daadwerkelijk geweld<br />
gepleegd.<br />
De vonnissen laten steeds hetzelfde<br />
patroon zien: dubbele eis; straf anderhalf<br />
keer de “normale” eis. De politierechter<br />
legt ook uit waarom ze niet mee gaat in de<br />
dubbele eis. Omgaan met soms angstaanjagend<br />
gedrag, hoort volgens Falger bij het<br />
werk van de agenten en straatcoaches. In<br />
zulke beroepen moet je een dikkere huid<br />
hebben. Expliciet noemt de politierechter,<br />
dat het anders ligt bij hulpverleners als<br />
ambulancepersoneel. Die hebben geen<br />
agressie-opwekkende taak, zijn dan ook<br />
niet getraind om geweld te beteugelen.<br />
Maar zo’n zaak staat pas over een week, op<br />
de tweede themazitting, op de rol.<br />
De buitenwereld is razend benieuwd<br />
naar de “uitslagen” van de zittingen.<br />
Burgemeester Cohen van Amsterdam<br />
reageert meteen op de woorden van de<br />
rechter dat agenten en andere publieke<br />
hulpverleners tegen een stootje moeten<br />
kunnen. Met alle respect voor de onafhankelijke<br />
rechter, zegt de burgemeester, ‘De<br />
norm is gewoon dat het niet kan. Agenten<br />
en straatcoaches zouden zich op straat<br />
juist gesteund moeten voelen.’ Hij hoopt<br />
dat het <strong>OM</strong> in beroep zal gaan tegen de<br />
uitspraken.<br />
Ondertussen dringt ook tot de Tweede<br />
Kamer de reeks uitspraken van de eerste<br />
themazitting door. Kamerlid Griffi th (VVD)<br />
richt zich tijdens het vragenuurtje tot<br />
minister Ter Horst van BZK. In Amsterdam<br />
worden de laatste zaken nog behandeld<br />
als Griffi th van Ter Horst wil weten wat ze<br />
vindt van de ‘lage straffen’. Gaat daar niet<br />
een verkeerd signaal van uit, wil ze weten.<br />
De minister haast zich te zeggen dat ze<br />
natuurlijk niet wil tornen aan de onafhankelijkheid<br />
van de rechter. Ze zegt wat<br />
geïrriteerd: ‘Ik ga er vanuit dat rechters ook<br />
de problematiek volgen, dat is haast niet te<br />
missen.’ In het tv-programma Knevel&Van<br />
den Brink herhaalt de minister dat rechters<br />
hun eigen verantwoordelijkheid hebben.<br />
‘Wat ik van belang vind is dat we met<br />
Justitie hebben afgesproken dat dubbele<br />
straffen worden geëist voor agressie tegen<br />
politie, brandweer en ambulancepersoneel.<br />
Dat geeft aan welk belang wij hechten<br />
als het gaat om dit soort geweld.’<br />
Van den Brink: ‘De rechter zei erbij: de<br />
politie moet er maar tegen kunnen.’ Ter<br />
Horst: ‘Dat vind ik niet. Dat vind ik een<br />
denkfout. Het feit dat politieagenten vaak<br />
in situaties komen dat er op ze gescholden<br />
worden, of dat er geweld tegen ze wordt<br />
gebruikt, wil nog niet zeggen dat dat ook<br />
gelegitimeerd is. Dat moet je niet door<br />
elkaar halen.’ Er verschijnt een glimlach<br />
om de mond van Ter Horst als ze erop laat<br />
volgen ‘geen oordeel over de uitspraken te<br />
hebben.’<br />
In het Gerechtsgebouw heeft Otto van der<br />
Bijl ook gemerkt dat erbuiten de “anderhalve<br />
vonnissen” worden gezien als een<br />
nederlaag. In pers wordt de nadruk gelegd<br />
op ‘politieagenten die tegen een stootje<br />
moeten kunnen’. Het beeld van de uitspraken<br />
is onvolledig. Daarom wijst Van der<br />
Bijl in een nieuw persbericht wijst op de<br />
“nuancering” die de rechter heeft aangebracht.<br />
De agressievelingen zijn op de themazitting<br />
wel degelijk zwaarder gestraft<br />
dan in vergelijkbare zaken tegen mensen<br />
die geen publieke taak hebben. De politierechter<br />
heeft in het vooruitzicht gesteld<br />
dat ambulancebroeders op een 100% verhoging<br />
kunnen rekenen.<br />
De volgende dag wordt met een persbericht<br />
bekend dat hoger beroep wordt<br />
aangetekend: ‘Verbaal en fysiek geweld<br />
tegen alle personen met een publieke taak<br />
moeten even zwaar worden bestraft, ongeacht<br />
of het om een politieman of ambulancebroeder<br />
gaat. In beide gevallen wordt<br />
het slachtoffers immers ernstig gehinderd<br />
om zijn publieke taak uit te oefenen. Dit<br />
is een uitvoering van beleid dat al in 2006<br />
door het college van procureurs-generaal
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
in Den Haag is ingezet. Het <strong>OM</strong> vraagt<br />
daarom om een hoger rechterlijk oordeel.’<br />
Op het Binnenhof blijft de roep om “hardere<br />
straffen” rondspoken. Met meer dan<br />
gewone belangstelling wordt uitgekeken<br />
naar de tweede themazitting, precies<br />
een week later. CDA-fractieleider Van<br />
Geel geeft alvast een schot voor de boeg.<br />
Mochten de straffen van de politierechter<br />
in hoger beroep overeind blijven, dan<br />
komt zijn fractie met een initiatiefwet die<br />
onderscheid tussen agenten en andere<br />
hulpverleners onmogelijk maakt.<br />
Dinsdagmiddag half twee start de tweede<br />
zitting. Het merendeel van de verdachten<br />
wordt fysieke mishandeling van publieke<br />
medewerkers ten laste gelegd. Slachtoffers<br />
zijn agenten, een maatschappelijk werker<br />
en een medewerker van de dienst<br />
Werk en Inkomen. Het meest in het oog<br />
springend is de zaak tegen S. De 20-jarige<br />
man heeft de publiciteit gehaald toen hij<br />
in september vorig jaar ambulancepersoneel<br />
in Geuzenveld-Slotermeer met de<br />
dood heeft bedreigd. Zijn broertje van tien<br />
is neergestoken. Ambulancepersoneel<br />
vraagt de omstanders een stapje achteruit<br />
te doen. ‘Aan de kant gaan, anders kan hij<br />
doodgaan’, of woorden van die strekking,<br />
zegt één van hen. S. komt dreigend op de<br />
broeders af, duwt ze meerdere keren en<br />
zegt: ‘Als hij dood gaat, maak ik jou dood.’<br />
Het traumateam voelt zich zo in het nauw<br />
gedreven dat ze hals over kop met het<br />
slachtoffer in de ambulance racen. Tijdens<br />
een bijeenkomst van boos personeel van<br />
de ambulancedienst, spreekt Cohen de<br />
medewerkers toe. ‘Het is absoluut schandelijk<br />
wat hier is gebeurd; het gaat alle perken<br />
te buiten’, zei Cohen toen. ‘Je blijft met<br />
je poten van het personeel van de overheid<br />
af.’ Politierechter is dit keer D. Radder. Otto<br />
van der Bijl is zittingsoffi cier. Hij eist dubbele<br />
straffen. In vijf zaken wordt gevonnist<br />
conform de eis. Die varieert van 30 tot 80<br />
uur werkstraf. Drie zaken worden aangehouden.<br />
Tegen S. is 30 dagen cel geëist,<br />
waarvan 14 voorwaardelijk.<br />
Op het moment dat de tweede themazitting<br />
vordert, spreekt de president van de<br />
Hoge Raad de pers toe. In het statige pand<br />
van ’s lands hoogste rechtscollege aan het<br />
Haagse Lange Voorhout hekelt Corstens<br />
de ‘opgewonden reacties’ op rechterlijke<br />
uitspraken. Vooral politici zouden meer<br />
zelfbeheersing moeten opbrengen. ‘Kritiek<br />
op de rechtspraak mag, maar moet niet<br />
uitmonden in ondermijning van de rechtspraak.’<br />
Corstens realiseert zich dat tijden<br />
veranderen en uitspraken niet onvoorwaardelijk<br />
geaccepteerd worden.<br />
Ondertussen hoort de 41-jarige H. 50 uur<br />
werkstraf tegen zich eisen. Een dubbele<br />
portie omdat hij een winkelmanager zich<br />
na bedreiging van een winkelmanager heftig<br />
heeft verzet tegen zijn aanhouding door<br />
te rukken en te slaan. De politierechter legt<br />
ook 50 uur werkstraf op, conform de dubbele<br />
eis.<br />
Otto van der Bijl is meer dan tevreden over<br />
de twee themazittingen. ‘Het was goed<br />
om voor ons zelf en de rechtbank al die<br />
zaken achter elkaar te zetten. Dan krijg je<br />
een beeld van het grote probleem dat deze<br />
vaak op zichzelf kleine zaken oplevert.<br />
Klein in vergelijking wat we normaal op<br />
het parket krijgen. De media zijn vaak creatief<br />
bezig geweest met de zittingen.’ Van<br />
der Bijl noemt een voorbeeld dat hem aanspreekt.<br />
‘Een radiozender heeft alle verwensingen<br />
die in de tenlastelegging naar<br />
voren kwamen achter elkaar gemonteerd.<br />
Met als commentaar: dit moet een politieagent<br />
over zich heen laten komen.’<br />
De enorme media-aandacht heeft hij<br />
als positief ervaren. ‘Er is veel discussie<br />
ontstaan. Het is goed dat op deze manier<br />
het strafrecht midden in de samenleving<br />
wordt geplaatst. Op één beledigingzaak<br />
komt natuurlijk geen journalist af. Hier<br />
in Amsterdam hebben we per jaar 23.000<br />
zaken, waarvan 2000 zaken die te maken<br />
hebben met agressief gedrag tegen politiemensen.<br />
Dat is al acht procent. Dan tellen<br />
we al de zaken tegen hulpverleners en<br />
andere mensen met een publieke taak nog<br />
niet mee.’<br />
Tekst: Louis Cornelisse<br />
21
22<br />
INTENSIVERINGSPROGRAMMA<br />
Verborgen wereld achter historische gevels<br />
Emergo wil<br />
Wallenproblemen<br />
te boven komen<br />
Foto: Vincent Boon
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
Met “Emergo” bestrijden gemeente, <strong>OM</strong>, politie en de<br />
Belastingdienst samen de criminaliteit op de Amsterdamse<br />
Wallen. Tegen de onderwereld in postcoderegio 1012 die daarin<br />
naar boven komt, ontwikkelen zij een effectieve en effi ciënte<br />
aanpak. Niet alleen zaak voor zaak, maar met uiteindelijk met<br />
een geduchte blauwdruk in de hand. Offi cier Heleen Rutgers en<br />
gemeentelijk projectleider Bart de Graaf forceerden een blik<br />
achter de deur van Nederlands bekendste buurt. ‘We konden er<br />
niet goed een vinger achter krijgen, maar de optelsom van alle<br />
gegevens schiep een duister beeld.’<br />
Postcode 1012 is waarschijnlijk de meest<br />
bekende buurt van Nederland. Want<br />
wie heeft er nog nooit gehoord van de<br />
Amsterdamse Wallen? De rosse buurt van<br />
de hoofdstad - die naast de Achterburgwal<br />
ook de Oudezijds Voorburgwal en de<br />
Nieuwezijds Voorburgwal en de Spuistraat<br />
omvat - is zelfs ver over de grens bekend.<br />
Om tien uur ‘s ochtends overheerst een<br />
levendige kakofonie op de Oudezijds<br />
Achterburgwal, veroorzaakt door een<br />
groep luidruchtige Italiaanse toeristen,<br />
druk zwaaiend met hun fotocamera’s.<br />
Achter hen loopt een petieterige jonge<br />
vrouw de wal over. Ze heeft een prachtige<br />
donkere huidskleur en dito wapperend<br />
haar. De Italianen gepasseerd, steekt ze<br />
een sleutel met een zware houten sleutelhanger<br />
in het slot. Ze stapt de deur in en<br />
verdwijnt niet zoals normaal gesproken<br />
in een halletje, onttrokken aan het straatbeeld.<br />
De vrouw is direct na binnenkomst<br />
zichtbaar achter het glas van het raam<br />
waartoe de deur leidt. Secuur stalt ze zes<br />
blikjes energydrank uit in de vensterbank.<br />
Een paar deuren verderop is het internationale<br />
perscentrum van de gemeente<br />
Amsterdam. Het prachtige pand staat<br />
zo goed als leeg. Op een paar kamers na.<br />
Die worden tijdelijk door de gemeente<br />
gebruikt voor persconferenties omtrent<br />
de projecten “1012” en “Emergo”. ‘De<br />
vorige eigenaren van het pand wilden<br />
voorkomen dat het na verkoop werd<br />
gebruikt als plaats voor prostitutie. Door<br />
het aan de NV Stadsgoed, een partner van<br />
de gemeente Amsterdam, te verkopen<br />
konden ze hier zeker van zijn’, legt Bart<br />
de Graaf uit. Samen met afgevaardigden<br />
van de Belastingdienst, de politie en het<br />
<strong>Openbaar</strong> <strong>Ministerie</strong> neemt De Graaf<br />
vanuit de gemeente deel aan het project<br />
Emergo: een samenwerkingsverband tussen<br />
de vier organisaties, om de criminaliteit<br />
in het Wallengebied in kaart te brengen.<br />
En gericht gezamenlijk aan te pakken.<br />
De partners worden hierin gesteund door<br />
de ministeries van Justitie, Financiën en<br />
BZK. Wetenschapper van het WODC zijn<br />
verantwoordelijk voor de uiteindelijke<br />
eindevaluatie en analyseren momenteel<br />
verschillende strafrechtelijke, fi scale en<br />
bestuurlijke dossiers. Ze vergelijken mensenhandelzaken<br />
met elkaar, om mogelijke<br />
gemeenschappelijke determinanten te<br />
ontdekken.<br />
Vanuit het <strong>OM</strong> neemt offi cier Heleen<br />
Rutgers, voorheen onder meer offi cier in<br />
Utrecht en teamleider in Den Bosch, sinds<br />
maart <strong>2009</strong> deel aan Emergo. Het idee achter<br />
het project? Rutgers legt uit: ‘We wilden<br />
meer inzicht krijgen in de problematiek in<br />
dit gebied. En we wilden de bestuurlijke,<br />
preventieve en strafrechtelijke aanpak<br />
versterken.’<br />
Red Light Fashion<br />
Emergo loopt parallel aan het project<br />
“1012”, dat is opgericht naar aanleiding<br />
van het rapport ‘Grenzen aan de handhaving’<br />
van het Van Traa-team (2007). Met<br />
1012 wil de gemeente door ruimtelijke<br />
ingrepen in het gebied dammen opwerpen<br />
tegen de georganiseerde criminaliteit. Zij<br />
doet dat onder meer door het aantal coffeeshops<br />
en raambordelen op de Wallen<br />
terug te dringen. Een bekende actie was<br />
het opkopen van de bordelen van Charles<br />
Geerts. In plaats van prostituees werden<br />
de ramen onder meer tijdelijk beschikbaar<br />
gesteld aan modeontwerpers, die hun<br />
kleding tentoonstellen achter het glas: Red<br />
Light Fashion.<br />
‘In de Bibob-dossiers zagen we veel strafrechtelijke<br />
informatie, die eigenlijk nooit<br />
uitgerechercheerd was, of in elk geval niet<br />
direct gelegenheid gaf tot bestuurlijke<br />
aanpak’, vertelt De Graaf. Er waren vermoedens<br />
van georganiseerde criminaliteit,<br />
mensenhandel en witwaspraktijken. ‘We<br />
konden er niet goed een vinger achter krijgen,<br />
maar de optelsom van alle gegevens<br />
schiep een duister beeld. Er gaat een hele<br />
wereld schuil achter de Wallen. Met 1012<br />
willen we bestuurlijk een fl inke slag slaan.<br />
Het gebied werd echter wat verwaarloosd<br />
in de zin van de klassieke opsporing. Door<br />
onder meer de IRT-affaire uit het verleden,<br />
was de aandacht van de recherche voor<br />
het gebied wat minder. Dit is overigens<br />
geen verwijt, maar een constatering.’ De<br />
Graaf vult aan: ‘Die constatering gaat wel<br />
gepaard met het vaststellen dat ook de<br />
controles door de gemeente en door de<br />
Belastingdienst niet op orde waren.’<br />
Conclusie: er was weinig afstemming tussen<br />
de overheidspartijen over het optreden<br />
in dit gebied. Het samen optrekken en het<br />
gedeelde gevoel van urgentie van de deelnemende<br />
partijen in Emergo moet hier<br />
verandering in brengen.<br />
Convenant<br />
De eerste stappen van de samenwerking<br />
zijn inmiddels gezet. Zo is er een formeel<br />
convenant getekend en zijn de eerste<br />
onderzoeken gedaan. En Rutgers werd<br />
vanuit het <strong>OM</strong> aangesteld als aanspreekpunt,<br />
zowel voor de interne organisatie, als<br />
voor de partners. Want bij de Wallen gaat<br />
het niet alleen om zaken die spelen bij het<br />
Parket Amsterdam. Ook het Functioneel<br />
Parket kan betrokken zijn, of het Landelijk<br />
Parket of Bureau Ontnemingen. Dat<br />
Rutgers aanspreekpunt is, levert tijdwinst ><br />
23
24 INTENSIVERINGSPROGRAMMA<br />
><br />
op. Informatie wordt minder fragmentarisch<br />
gedeeld. ‘Ik probeer onder andere de<br />
verbinding te leggen en te houden tussen<br />
alle <strong>OM</strong>-onderdelen, de partners, en de<br />
zaken die verband houden met het gebied.<br />
Dat biedt de zaaksoffi cieren de mogelijkheid<br />
om zich de focussen op de zaak die ze<br />
behandelen. Ze blijven wel betrokken bij<br />
de ontwikkelingen, maar zijn minder tijd<br />
kwijt aan beleidszaken.’<br />
Volgens De Graaf was er ook vanuit de<br />
externe partijen belang bij één centraal<br />
aanspreekpunt binnen het <strong>OM</strong>. ‘Die<br />
behoefte was er heel sterk. Er zijn veel offi -<br />
cieren bezig met dit deel van de stad. Die<br />
zijn elk afzonderlijk bezig met zaken die<br />
er spelen, waardoor het moeilijk was om<br />
informatie te krijgen en te delen. Nu er één<br />
aanspreekpunt is, gaat dat makkelijker.’<br />
De informatie wordt volgens De Graaf nu<br />
meer gestructureerd gedeeld, waardoor<br />
alle partijen hier baat bij hebben.<br />
Criminogeene<br />
Maar het idee achter de uitwisselingen van<br />
gegevens gaat verder. Het is de bedoeling<br />
om een analyse te maken van de problematiek<br />
die speelt in het gebied. Er zijn drie<br />
deelprojecten in Emergo, die ieder weer<br />
leiden tot het verzamelen van informatie,<br />
leggen beide betrokkenen uit. ‘We hebben<br />
een straat in het gebied als voorbeeldstraat<br />
genomen en deze onderzocht. Ook heb-<br />
ben we een specifi eke branche onderzocht<br />
en zijn politie en <strong>OM</strong> een strafrechtelijk<br />
onderzoek gestart naar zware criminaliteit.<br />
Dit onderzoek, in de context van het<br />
project Emergo, is als proeftuin ingebracht<br />
in het Intensiveringsprogramma’, aldus<br />
Rutgers. Om welke straat en branche het<br />
precies gaat, kan het tweetal niet zeggen,<br />
omdat het project nog loopt. Beide zijn<br />
echter niet willekeurig gekozen. De Graaf<br />
verduidelijkt: ‘We hebben gekeken naar<br />
een straat en branche waarvan we met<br />
enige zekerheid wisten dat er iets uit te<br />
halen viel. Dat er criminogene functies in<br />
zitten.’ Pand voor pand werden gegevens<br />
vergeleken: Wie staat op het adres ingeschreven?<br />
Wie wonen er daadwerkelijk?<br />
Zijn er antecedenten? Zijn er gegevens<br />
bekend bij de Belastingdienst? Welke vergunning<br />
zit er op het pand?<br />
Waan<br />
Als Emergo is afgerond, moet er in 2011<br />
een evaluatierapport liggen. Rutgers gaat<br />
nog een stapje verder. ‘Als <strong>OM</strong> willen we<br />
kijken naar wat de meest effectieve manier<br />
is om interventies te plegen. De strafrechtelijke<br />
problematiek in kaart te brengen.<br />
We willen een effectieve methodiek ontwikkelen<br />
en verder kijken dan alleen naar<br />
een concrete zaak.’<br />
Deze ambitie lijkt te impliceren dat de<br />
offi cieren op dit moment inderdaad niet<br />
verder kijken dan de afwikkeling van hun<br />
eigen, individuele zaken? Volgens De Graaf<br />
zit hier een kern van waarheid in. ‘Dat is<br />
ook wel een beetje zo, door de waan van alle<br />
dag ren je amechtig van zaak naar zaak.’<br />
Rutgers nuanceert het beeld. ‘Het opmaken<br />
van een bestuurlijke rapportage is nog niet<br />
heel oud. We hebben nu de wetenschap,<br />
met de opgedane gegevens kun je meer<br />
doen dan alleen straffen. Daar moeten we<br />
meer aandacht voor hebben. Dat doen we<br />
‘Pand voor pand vergelijken we:<br />
Wie staat op het adres ingeschreven?<br />
Wie wonen er daadwerkelijk? Zijn<br />
er antecedenten? Zijn er gegevens<br />
bekend bij de Belastingdienst? Welke<br />
vergunning zit er op het pand?’<br />
Offi cier Heleen Rutgers en gemeentelijk projectleider Bart de Graaf<br />
in het project Emergo. We gaan met elkaar<br />
op zoek naar de meest effectieve manier<br />
om de criminaliteit in Amsterdam aan te<br />
pakken.’ De aanpak moet volgens Rutgers<br />
uiteindelijk een blauwdruk opleveren voor<br />
de <strong>OM</strong>-organisatie.<br />
Ze verwijst in dit kader naar het barrièremodel.<br />
Dit model gaat ervan uit dat<br />
er verschillende hindernissen moeten<br />
worden genomen voordat een crimineel<br />
doeleinde wordt bereikt. ‘We leren nu waar<br />
we barrières kunnen opleggen, niet meer<br />
bij de laatste stap, maar al in een eerder<br />
stadium. Bijvoorbeeld door scherpere<br />
voorwaarden te stellen bij het verkrijgen<br />
van benodigde papieren. Prostituees worden<br />
nu beschouwd als zelfstandig ondernemers<br />
en moeten een inschrijving bij<br />
de Kamer van Koophandel hebben.’ In de<br />
praktijk is die zelfstandigheid vaak schijn<br />
en worden veel vrouwen door pooiers<br />
achter de ramen gezet. ‘Een barrière kan<br />
bijvoorbeeld worden opgelegd door bij<br />
de inschrijving verplicht te stellen dat een<br />
prostituee persoonlijk moet verschijnen<br />
bij de KvK, met haar identiteitspapieren<br />
bij zich. Dan heb je al een eerste controle<br />
op mogelijke dwang. Alleen door samen te<br />
werken, kunnen we zo ontdekken waar we<br />
welke barrières kunnen opwerpen.’<br />
De Graaf stelt dat het hierbij belangrijk is<br />
om elkaars organisatie en elkaars mogelijkheden<br />
en onmogelijkheden te leren<br />
kennen. ‘Bij de opsporing kan de politie nu<br />
bijvoorbeeld ook kijken met een bestuurlijke<br />
bril. Als er in een situatie sprake is<br />
van een illegaal hotel, dan weten ze dat de<br />
gemeente daar wat aan kan doen. Zo leren<br />
we van elkaar.’<br />
Techniek<br />
Het lijkt het ei van Columbus: de samenwerking<br />
tussen belastingdienst, politie, <strong>OM</strong><br />
en de gemeente. Een criticaster zou opmerken<br />
dat het anno <strong>2009</strong> toch redelijk laat is<br />
om deze ontdekking te doen? Rutgers en<br />
De Graaf verduidelijken: ‘Hiervoor was<br />
het heus niet zo dat iedereen op zijn eigen<br />
eiland werkte. Sinds jaar en dag zijn er<br />
veel overlegstructuren en wordt er tussen<br />
partijen met elkaar afgestemd: “Als jij dit<br />
oppakt, doe ik dat.” Maar bij Emergo wordt<br />
er vanaf het begin afgestemd en informatie<br />
gedeeld. De privacyregels zijn heel strikt.<br />
Daarom moet je je samenwerking vanaf<br />
het begin zo inrichten, dat je de informatie<br />
mag delen. Dit is een ontwikkeling die<br />
maatschappelijk en politiek heel actueel<br />
is’, stelt Rutgers. Ze refereert aan de oprichting<br />
van de Veiligheidshuizen, waarin ook<br />
al door verschillende organisaties wordt<br />
samengewerkt. ‘En dat we moeten samenwerken,<br />
was iets dat we op de werkvloer<br />
allang wisten’, vult De Graaf aan. ‘Nu is de<br />
tijd hiervoor ook op hoger niveau rijp. De<br />
politie Amsterdam-Amstelland levert vanuit<br />
het project Informatie Gestuurde Politie<br />
expertise op onder ander het gebied van<br />
data-mining. Doordat we informatie met
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
elkaar mogen delen, zien we nu dingen die<br />
we voorheen niet te zien kregen. Dat levert<br />
een meerwaarde op voor alle betrokken<br />
partners.’<br />
Hoewel de ambitie er is en het politieke<br />
klimaat gunstig lijkt, merkt De Graaf op<br />
dat samenwerkende organisaties vaak nog<br />
wel stuitten op problemen op technisch<br />
vlak. Zo heeft iedere organisatie zijn eigen<br />
systeem en hanteren partners eigen – en<br />
daarmee vaak verschillende - codes voor<br />
het verwijzen naar data. Het is technisch<br />
gewoon uitermate ingewikkeld om alle<br />
bestanden aan elkaar te koppelen.’ De<br />
gegevens die in het project zijn verzameld<br />
uit de proefstraat en de onderzochte branche,<br />
zijn daarom tot nu toe nog allemaal<br />
handmatig vergeleken. ‘We waren gemiddeld<br />
zo’n drie dagen bezig met één pand’,<br />
weet De Graaf. ‘Na de zomer zijn deze problemen<br />
als het goed is verholpen en kunnen<br />
we tempo gaan maken. De gang van<br />
zaken relativeert overigens mooi de angst<br />
voor Big Brother: zelfs als het lukt om alles<br />
te koppelen, dan nog is er geen capaciteit<br />
om alles te onderzoeken.’<br />
De betrokken partners laten zich echter<br />
niet uit het veld slaan door afwijkende<br />
systemen. Rutgers en De Graaf hebben het<br />
volste vertrouwen in het project. De ambitie<br />
om door het project inzicht te krijgen<br />
op criminele samenwerkingsverbanden<br />
is uitgebreid met de wens om ook zicht te<br />
krijgen op de criminele infrastructuur in<br />
de Wallen. ‘En daaropvolgend willen we<br />
met elkaar een methode ontwikkelen hoe<br />
we effectief en effi ciënt kunnen optreden<br />
en waar we barrières het beste kunnen<br />
opwerpen’, stelt Rutgers. De Graaf vult<br />
aan: ‘We wilden eerst weten: “waar zijn de<br />
boeven, wie zijn het en wat doen ze?” Nu<br />
willen we vooral ook zicht krijgen op de<br />
criminele infrastructuur: wat maakt dat dit<br />
gebied criminaliteit aantrekt, van welke<br />
faciliteiten maken criminelen gebruik?’<br />
Zover is het nog niet. ‘We zitten nu in de<br />
fase dat we zicht krijgen op complexe problemen.<br />
Zo hebben we de proefstraat doorgelicht<br />
en kwamen veel gerotzooi achter de<br />
gevels tegen’, geeft De Graaf aan. Met “rotzooi”<br />
doelt hij op mogelijkheden van mensenhandel<br />
en op verdachte geldstromen<br />
die nader onderzoek verdienen. Kortom: de<br />
eerste klop op de deur is geweest, nu is het<br />
tijd om de voet er verder tussen te zetten.<br />
Tekst: Olga Hoekstra<br />
<strong>OM</strong>geslagen<br />
‘Ik heb me altijd als een aap vermaakt met mijn<br />
professie en er alles voor gedaan. Tomeloze inzet. Ik<br />
raasde maar door. ’s Ochtends om vijf uur was Doedens<br />
in topvorm. Dan zat hij hier bij het open raam. Ideeën<br />
op te doen, alles tot in de fi nesses voorbereiden. En de<br />
vogels zongen mij dan toe. Perfecte inspiratie. Vraag<br />
mij naar Het Succes van Piet Doedens en ik antwoord<br />
plechtig: iedereen kon zien en horen dat ik mijn werk<br />
met liefde deed. Met mijn vak de liefde bedreef.’<br />
Advocaat Piet Doedens. Koud Bloed, nr.5 <strong>2009</strong>.<br />
‘Ik ben mezelf een boerenlullenadvocaat blijven<br />
noemen, omdat ik oprecht van mening ben dat je je<br />
status en je succes als raadsman niet moet opblazen.<br />
Want wat is de essentie van een zaak die stukloopt? Dat<br />
de man/vrouw die als offi cier optreedt de zaak heeft<br />
verprutst. En dat dan de advocaat slim een graantje<br />
meepikt van een voor zijn cliënt gunstig vonnis…oké.<br />
Heb ik ook gedaan, want je moet je winkel draaiende<br />
houden. Maar je moet niet met de borst vooruit gaan<br />
staan, reppen van een “wereldzaak” en onzin uitkramen<br />
als: “Na intens speurwerk van mij.” Dat is echt theater.’<br />
Opnieuw Piet Doedens. Koud Bloed<br />
‘We komen heel schrijnende situaties tegen. Sommige<br />
meisjes hebben we uiteindelijk teruggevonden in<br />
de daklozenopvang. Anderen zitten weer vast. Onze<br />
bevindingen overtreffen onze ergste angsten.’<br />
Kinder- en jeugdpsychiater Anne Krabbendam constateert dat het<br />
verblijf in justitiële jeugdinrichting de meeste meisjes geen goed<br />
doet. Nederlands Dagblad, 18 juni<br />
‘Ik geloof niet dat het illegaal downloaden snel voorbij<br />
zal zijn. Je moet dan een stuk privacy op willen heffen.<br />
Dat betekent dat je als overheid achter de gordijnen<br />
gaat kijken, en dat is de reden waarom het tot nu toe<br />
niet werd aangepakt. Daarnaast is het in de praktijk<br />
onmogelijk goed te bestrijden. Driekwart van de<br />
Nederlanders plukt wel eens iets van internet. Dan zul<br />
je al die mensen moeten volgen. Vergelijk het er maar<br />
mee dat de overheid elke stap die je op een dag zet<br />
controleert door vlak achter je te lopen.’<br />
ICT-jurist Arnoud Engelfriet. De Telegraaf, 18 juni.<br />
25
26<br />
<strong>OM</strong> ALS WERKGEVER<br />
Rik Blokland: ‘Er klopt iets niet, wat gebeurt hier? Precies de psychologie die ook in een zaak overheerst!’ foto: emilio brizzi<br />
OP ZOEK NAAR CREATIEVE<br />
SPEURDERS EN DOORBIJTERS<br />
Arbeidsmarktcampagne maakt <strong>OM</strong> zichtbaar als werkgever
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong><br />
peurders en doorbijters binnenhalen,<br />
met affi niteit voor moderne crimina-<br />
liteitsbestrijding. Dat was de opdracht<br />
voor een arbeidsmarktcampagne voor het <strong>OM</strong>.<br />
Terugblik op de creatie van een campagne,<br />
vormgegeven in de look and feel van de cam-<br />
pagne zelf.<br />
Offi cieren, parketsecretarissen en andere <strong>OM</strong>’ers, creatieve<br />
dóórzetters zijn het. Speurders. Zoekers. Lézers ook. Dat was<br />
Rik Blokland opgevallen in zijn intensieve contacten met<br />
<strong>OM</strong>’ers. Maar hoe moest hij, de creative director van het bureau<br />
voor arbeidsmarktcampagne ACA/JES, dat nu verwerken in<br />
een campagne? Een campagne waarin het <strong>OM</strong> zich presenteert<br />
als werkgever, en die precies díe geïnteresseerde specialisten<br />
bereikt waar het <strong>OM</strong> de komende jaren om zit te springen.<br />
Welke “campagne-mechanismen” moet Blokland aanbrengen<br />
en wat zou de look and feel gaan worden. En om de clou vast weg<br />
te geven: dit <strong>Opportuun</strong>-artikel is opgemaakt in de sfeer van de<br />
campagne-vormgeving. De campagne start in september.<br />
Procureur-generaal Marc van Nimwegen had een<br />
aantal wensen geuit aan ACA/JES. Het werk van het <strong>OM</strong> én<br />
het <strong>OM</strong>-als-werkgever moeten zichtbaarder worden. Een informatieve<br />
site zou het hart van de werving gaan vormen.<br />
‘De campagne’, zegt Van Nimwegen, ‘moet zich niet slechts<br />
richten op “klassieke” <strong>OM</strong>-taken, zoals het vervolgen van<br />
inbrekers, verkeersovertreders en moordenaars. We willen<br />
straks mensen kunnen binnenhalen die geëquipeerd zijn voor<br />
de aanpak van cybercrime, fi nancieel-economische criminaliteit<br />
en georganiseerde criminaliteit – de drie thema’s van de intensiveringsprogramma’s.<br />
We zoeken experts/juristen met een<br />
ander profi el. Die anders naar de buitenwereld kijken en vanuit<br />
die buitenwereld anders naar ons kijken.’<br />
In zijn bureau in Amsterdam ging Blokland aan de<br />
slag. ‘Er is grote aandacht voor crime’, zegt hij. ‘Op tv: CSI,<br />
Law and Order, Hof van Joosten, Peter R. de Vries, natuurlijk.<br />
In kranten, bladen en bijlagen. Er bestaat een maand van het<br />
spannende boek. Omdat <strong>OM</strong>’ers vaak verwoede lezers zijn,<br />
kozen we voor de stijl van de literaire thriller. We hebben ons<br />
laten inspireren door de <strong>Opportuun</strong>-rubriek Alles Afwegende<br />
waarin de offi cier over zijn zaak vertelt. Het <strong>OM</strong> kent natuurlijk<br />
veel meer functies, maar voor de buitenwacht is de offi cier het<br />
gezicht van de organisatie, de kernfunctie.’<br />
Dus vertelt in een advertentie – waarin geen informatie<br />
over vacatures staat – een offi cier over zijn zaak. Over mensenhandel,<br />
of gehackte computernetwerken vanuit Rusland,<br />
of fraude. De aanklager vertelt hoe hij, samen met <strong>OM</strong>-collega’s<br />
en rechercheurs, hemel en aarde bewoog om de waarheid<br />
te achterhalen. Toch: geen happy end aan het einde van de<br />
advertentie. Neem het slot van cybercrimezaak Vodka-Virus:<br />
“Boos maar machteloos keerden we dezelfde avond nog<br />
terug naar Nederland. De zaak leek hiermee gesloten.” Wat nu,<br />
denkt de lezer. Die lezer resteert nog één strohalm onder aan de<br />
advertentie: “Wordt Vervolgd op offi ciervanjustitie.nl”, staat<br />
daar in hoofdletters (als de campagne in september start).<br />
Op die site wordt het verhaal vervolgd. Maar nu via<br />
een fi lm waarin we de zaaksoffi cier horen spreken. Switchen<br />
van papier naar site, werpt dat geen hoge drempel op voor de<br />
lezer? ‘Een bewust campagne-mechanisme’, zegt Blokland,<br />
‘want het past bij het campagne-motto “Wordt Vervolgd”. Het<br />
<strong>OM</strong> zóekt juist mensen die een zaak ontrafeld willen zien. Die<br />
zelf willen doorlezen en verder speuren. De mensen die de drive<br />
hebben om verder te zoeken, zijn de mensen die het <strong>OM</strong> zoekt.’<br />
Dat element van speuren en zoeken keert terug in de stijl van<br />
de campagnefoto’s (zie de foto bij dit artikel). Blokland: ‘Met<br />
de “pinhole” foto- en fi lmtechniek krijg je het mysterie cadeau.<br />
In de foto’s is het licht en het perspectief vertekend; de werkelijkheid<br />
wordt wat verdraaid. En dat doet iets in je hoofd. Het<br />
creëert nieuwsgierigheid: er klopt iets niet; wat gebeurt hier?<br />
Precies de psychologie die ook in een zaak overheerst!’<br />
WORDT VERVOLGD<br />
op offi ciervanjustitie.nl<br />
de site gaat in september de lucht in<br />
27
28 LIJN 2<br />
Kansen<br />
De technologische vooruitgang biedt volop<br />
kansen. Was je tot een aantal jaren geleden<br />
op een kansloze missie als je als verstokte<br />
vrijgezel van in de zestig op zoek was naar<br />
een leuke vrouw van in de twintig, het internet<br />
biedt nu de oplossing. Neem de identiteit<br />
aan van een ander, zet er een leuke<br />
foto bij en het eerste contact is zo gelegd.<br />
Dat het daarbij uiteindelijk (voor ten minste<br />
één van de partijen) op een teleurstelling<br />
uitloopt, zal duidelijk zijn.<br />
Toch weerhoudt dat menigeen er niet van<br />
om zich op het web anders voor te doen dan<br />
hij werkelijk is. Bij het Arnhemse hof verscheen<br />
onlangs een man, die contact krijgt<br />
met een toen vijftienjarig meisje. Omdat<br />
hij vreest dat zijn leeftijd – op dat moment<br />
vijfentwintig – haar af zal schrikken, presenteert<br />
hij zichzelf als een negentienjarige<br />
leerling van 5-HAVO. Het contact verloopt<br />
dermate leuk, dat het tot een ontmoeting<br />
komt. Dat smaakt naar meer en het meisje<br />
loopt zelfs van huis weg om bij haar nieuwe<br />
liefde in te trekken. De romance is echter<br />
van korte duur: een bezorgde moeder meldt<br />
zich bij de politie en die weet het duo al de<br />
volgende dag te traceren. Al gauw blijkt dat<br />
de twee in de tussentijd seksueel contact<br />
hebben gehad. Waarbij zij er dus van uit<br />
ging dat haar geliefde negentien jaar was,<br />
in plaats van vijfentwintig.<br />
De man wordt vervolgd voor het handelen<br />
in strijd met artikel 245 van het Wetboek<br />
van Strafrecht, kort gezegd het hebben van<br />
seksueel contact met een persoon van tussen<br />
de twaalf en zestien jaar. Niet doorslaggevend<br />
daarbij is of de seks op vrijwillige<br />
basis heeft plaats gevonden. En dat die<br />
vrijwilligheid er was, daar was in dit geval<br />
geen twijfel over. Wel verklaarde het meisje<br />
dat ze, als ze had geweten hoe oud de man<br />
was, ze er niet aan was begonnen. Mede<br />
daaruit trok de verdediging de conclusie<br />
dat aan het contact het ontuchtige karakter<br />
ontbrak, zodat de man zou moeten worden<br />
vrijgesproken.<br />
Een opvatting die het hof niet deelde:<br />
“Onder voormelde omstandigheden is het<br />
hof van oordeel dat de handelingen als<br />
omschreven in de tenlastelegging in strijd<br />
zijn met de sociaal-ethische norm en derhalve<br />
als ontuchtig kunnen worden aangemerkt.<br />
Juist doordat verdachte zich welbewust<br />
anders heeft gepresenteerd, uit angst<br />
anders geen relatie met het meisje te kunnen<br />
krijgen, hetgeen kennelijk naar later<br />
is gebleken niet ongegrond was, maakt<br />
dat niet kan worden gezegd dat sprake is<br />
geweest van een geheel vrijwillig contact<br />
tussen het meisje en verdachte waaraan<br />
het ontuchtige karakter heeft ontbroken.”<br />
Overigens maakte onze verdachte niet<br />
alleen gebruik van de kansen die internet<br />
hem bood: ook de mogelijkheden van lawinepijlen<br />
bleek hij te hebben onderzocht.<br />
Als tweede feit stond namelijk op zijn<br />
dagvaarding het opzettelijk veroorzaken<br />
van een ontploffi ng. Met ducktape had hij<br />
het explosief geplakt tegen een ruit van de<br />
woonkamer van het huis waar zijn voormalige<br />
vriendinnetje woonde. Uit frustratie<br />
over de relatiebreuk meende hij tot actie<br />
over te moeten aan. Deze twee feiten bij<br />
elkaar waren goed voor een werkstraf van<br />
100 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf<br />
van 2 maanden. De gevorderde<br />
bijzondere voorwaarde in de vorm van een<br />
verplicht reclasseringscontact en behandeling<br />
werd door het hof niet overgenomen.<br />
Een gemiste kans?<br />
Jan-Willem Grimbergen,<br />
Offi cier van justitie te Utrecht
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong> VERKEER<br />
Verkeer<br />
Verkeerde rijstrook en door<br />
rood Gerechtshof Leeuwarden<br />
11 mei <strong>2009</strong> WAHV 108.004.729<br />
De betrokkene geeft toe dat<br />
hij over het voorsorteervak<br />
voor rechtdoor de kruising<br />
is opgereden en alsnog naar<br />
rechts is afgeslagen terwijl het<br />
verkeerslicht voor rechtdoor op<br />
rood stond. Hij moest eigenlijk<br />
rechtsaf maar had geen kans<br />
gehad om in te voegen op de<br />
goede voorsorteerstrook. Hij is<br />
het er niet eens dat hij in feite<br />
voor één gedraging tweemaal<br />
wordt gesanctioneerd. De<br />
verbalisant was blijkens het<br />
opgemaakte PV van mening dat<br />
gezien het rijgedrag bewust de<br />
autofi le op de rechterrijstrook<br />
voor rechtsaf links werd gepasseerd<br />
op de middelste rijstrook<br />
voor rechtdoor om aldaar een<br />
groot deel van die fi le te passeren.<br />
Het hof overweegt dat de<br />
omstandigheid dat de betrokkene<br />
als gevolg van hetzelfde<br />
feitencomplex eveneens een<br />
sanctie heeft gekregen voor het<br />
negeren van het rode licht, geen<br />
aanleiding geeft het sanctiebedrag<br />
te matigen. Het betreft<br />
immers twee afzonderlijke<br />
gedragingen. Dat in dit geval de<br />
beide gedragingen zijn voortgekomen<br />
uit hetzelfde feitencomplex<br />
en verband met elkaar<br />
houden, maakt de gedragingen<br />
niet minder sanctiewaardig.<br />
Volgt bevestiging van de beslissing<br />
van de kantonrechter tot<br />
ongegrond verklaring van het<br />
ingestelde beroep.<br />
“Slapend” kenteken?<br />
Gerechtshof Leeuwarden 28<br />
april <strong>2009</strong> WAHV 200.014.065<br />
De betrokkene ontving uit<br />
een registercontrole van de<br />
RDW een sanctie voor het<br />
niet hebben van een geldig<br />
APK-bewijs. Hij stelt dat hij<br />
het voertuig niet heeft laten<br />
schorsen omdat hem door de<br />
PTT is verteld dat het kenteken<br />
“slapend” was gemaakt en dat<br />
hij niets meer hoefde te doen.<br />
Het hof overweegt dat de term<br />
“slapend kenteken” geen wettelijke<br />
grondslag heeft. De<br />
betrokkene kon dan ook als<br />
kentekenhouder slechts van de<br />
keuringsplicht worden bevrijd<br />
door schorsing van de geldigheid<br />
van het kentekenbewijs<br />
aan te vragen bij de RDW of<br />
daartoe aangewezen postvestiging<br />
van Postkantoren BV (art.<br />
1 Regeling schorsing geldigheid<br />
kentekenbewijs). Dat het<br />
postkantoor is aangewezen<br />
om bepaalde handelingen te<br />
verrichten m.b.t. kentekenbewijzen<br />
brengt echter niet mee<br />
dat door betrokkenen in alle<br />
gevallen zonder enig nader<br />
onderzoek op door medewerkers<br />
van het postkantoor verstrekte<br />
juridische informatie<br />
mag worden afgegaan. Dat de<br />
betrokkene toch is afgegaan op<br />
de onjuiste mededelingen van<br />
de medewerker van het postkantoor<br />
dient daarom in beginsel<br />
voor zijn rekening en risico<br />
te komen. Volgt (om een andere<br />
reden) vernietiging van de<br />
beslissing van de kantonrechter<br />
en gedeeltelijke gegrondverklaring<br />
van het ingestelde beroep.<br />
Niet stellen van zekerheid;<br />
vertrouwensbeginsel en<br />
art. 6 EVRM Gerechtshof<br />
Leeuwarden 25 maart <strong>2009</strong><br />
WAHV 200.020.694<br />
In hoger beroep is niet bestreden<br />
dat de betrokkene niet<br />
binnen de in art. 11, derde lid<br />
WAHV gestelde termijn zekerheid<br />
heeft gesteld. Hij voert aan<br />
dat hij bij brief van 20 augustus<br />
2008 uitvoerig heeft betoogd dat<br />
het vereiste van zekerheidstelling<br />
buiten toepassing dient te<br />
blijven. Tevens heeft hij aangevoerd<br />
dat deze zich niet verdraagt<br />
met het vertrouwensbeginsel<br />
dat de verhouding tussen<br />
de overheid en de burger dient<br />
te beheersen. Art. 11 WAHV zou,<br />
volgens de betrokkene, derhalve<br />
buiten toepassing gelaten<br />
moeten worden. Verder is hij<br />
van mening dat die verplichte<br />
zekerheidstelling in strijd is<br />
met art. 6 EVRM. Het hof overweegt<br />
dat het beroep door de<br />
betrokkene in vele zaken aan<br />
het hof is voorgelegd en in even<br />
zovele zaken verworpen. Nu<br />
de betrokkene geacht wordt te<br />
weten wat de opvatting van het<br />
hof dienaangaande is, vergt het<br />
belang van de betrokkene niet<br />
meer dat de verwerping van dit<br />
beroep opnieuw wordt gemotiveerd.<br />
De kantonrechter heeft<br />
derhalve terecht dit beroep verworpen.<br />
Het hof zal de beslissing<br />
van de kantonrechter dan<br />
ook bevestigen.<br />
Noodsituatie bij niet-handsfree<br />
bellen? Gerechtshof<br />
Leeuwarden 7 april <strong>2009</strong> WAHV<br />
200.006.746<br />
De betrokkene erkent tijdens<br />
het rijden een mobiele telefoon<br />
te hebben vastgehouden, maar<br />
beroept zich op een noodsituatie.<br />
Haar dochter had op school<br />
een astma-aanval gekregen<br />
en zij kreeg een telefoontje van<br />
haar school om haar met spoed<br />
op te halen en haar naar de<br />
huisarts te brengen. Onderweg<br />
zag zij op haar telefoon dat haar<br />
dochter zelf belde en zij heeft<br />
toen te telefoon aangenomen,<br />
hetgeen zij normaal nooit zou<br />
doen. Het hof overweegt dat, in<br />
aanmerking nemend dat reeds<br />
op grond van het telefoontje<br />
van de school het spoedeisend<br />
karakter van het bezoek van<br />
haar dochter aan de huisarts<br />
vast stond, de telefonische<br />
oproep van haar dochter daaraan<br />
niet kon bijdragen en er om<br />
die reden geen noodzaak was<br />
om tijdens het rijden die oproep<br />
te beantwoorden. Het hof<br />
neemt aan dat bij de betrokkene<br />
geen rationele afweging ten<br />
grondslag heeft gelegen aan<br />
het begaan van de gedraging,<br />
maar de emotionele behoefte<br />
het door de zieke dochter<br />
gezochte contact meteen tot<br />
stand te doen brengen zonder<br />
de rit naar de school te hoeven<br />
onderbreken. Volgt gelet op de<br />
omstandigheden waaronder de<br />
gedraging heeft plaatsgevonden<br />
en op de fi nanciële situatie<br />
waarin de betrokkene verkeert<br />
een sanctiematiging.<br />
Tekst: Bureau Verkeershandhaving<br />
<strong>OM</strong>, Willem Hoogendoorn.<br />
Voor complete teksten,<br />
bel: 0346 - 333310<br />
29
30 INTERNATIONAAL<br />
Internationaal<br />
Jurisprudentie<br />
Uitleveringen en dubbele strafbaarheid<br />
Rechtbank Haarlem, 29 december<br />
2008 (niet gepubliceerd)<br />
De rechtbank heeft de uitlevering<br />
van opgeëiste persoon aan<br />
de VS gedeeltelijk toelaatbaar<br />
verklaard. Uitlevering wordt<br />
verzocht voor drie feiten die naar<br />
Nederlands recht verkrachting<br />
en feitelijke aanranding<br />
van de eerbaarheid opleveren.<br />
Uitlevering wordt eveneens<br />
verzocht voor een ander feit,<br />
omschreven als “electronic<br />
solicitation.” Het betrof hierbij<br />
“soliciting sex from an undercover<br />
police offi cer in an internet<br />
chat room.” Deze undercover<br />
deed zich voor als een vijftienjarig<br />
meisje. Ondanks dat de<br />
opgeëiste persoon hiervan op de<br />
hoogte was gesteld, volhardde<br />
hij in zijn verzoek om ‘het meisje’<br />
te ontmoeten. Bij aankomst op<br />
de nader afgesproken locatie is<br />
de opgeëiste persoon gearresteerd.<br />
Het genoemde feit is echter<br />
naar Nederlands recht niet<br />
strafbaar en uitlevering voor dit<br />
feit wordt dan ook ontoelaatbaar<br />
verklaard.<br />
Hoge Raad, LJN BH9032,<br />
12 mei <strong>2009</strong><br />
Canada heeft uitlevering verzocht<br />
van betrokkene voor het<br />
feit dat zij in maart 2005 haar<br />
dochter heeft meegenomen<br />
naar het buitenland zonder dat<br />
door een Canadese rechter een<br />
beschikking over de voogdij<br />
over het kind was afgegeven. De<br />
moeder bezat op dat moment<br />
de voogdij, de vader had een<br />
omgangsregeling. De rechtbank<br />
heeft haar uitlevering toelaatbaar<br />
verklaard. Ten aanzien<br />
van het verdragsvereiste van<br />
dubbele strafbaarheid haalt de<br />
rechtbank een arrest van de<br />
Hoge Raad (HR) (LJN AR8250)<br />
aan waarin de HR heeft geoordeeld<br />
dat onder art. 279 Sr ook<br />
begrepen wordt het onttrekken<br />
van een kind aan het gezag van<br />
een ander door zich niet aan<br />
een bij rechterlijke beslissing<br />
vastgestelde omgangsregeling<br />
te houden. Daarnaast stelt de<br />
rechtbank vast dat de opgeëiste<br />
persoon bij beschikking van de<br />
Canadese rechter weliswaar het<br />
ouderlijk gezag had gekregen,<br />
maar dat die beslissing slechts<br />
tot 24 oktober 2005 gold. Het is<br />
in Canada een ouder verboden<br />
om hangende een procedure<br />
over het (defi nitieve) gezagsrecht<br />
samen met het kind het land te<br />
verlaten.<br />
De opgeëiste persoon heeft<br />
cassatie ingesteld. Het middel<br />
klaagt dat de dubbele strafbaarheid<br />
ontbreekt omdat betrokkene<br />
op het moment dat zij Canada<br />
verliet de voorlopige ouderlijke<br />
macht over het kind toegewezen<br />
had gekregen en gerechtigd was<br />
om met het kind te reizen. Pas op<br />
24 maart 2005 verkreeg de vader<br />
de voogdij en mocht de opgeeiste<br />
persoon Canada niet meer<br />
verlaten. De HR oordeelt dat er<br />
niet kan worden gezegd dat de<br />
opgeëiste persoon het kind heeft<br />
onttrokken aan het in art.279 Sr<br />
bedoelde gezag of opzicht door<br />
op of omstreeks 18 maart 2005<br />
(dus voor de toewijzing van de<br />
voogdij aan de vader bij beslissing<br />
van de Canadese rechter<br />
van 24 maart 2005) met het kind<br />
Canada te verlaten. De HR verklaart<br />
de gevraagde uitlevering<br />
ontoelaatbaar aangezien de dubbele<br />
strafbaarheid ontbreekt.<br />
Rechtbank Haarlem, 13 mei <strong>2009</strong><br />
De rechtbank heeft uitlevering<br />
van betrokkene aan de VS ontoelaatbaar<br />
verklaard wegens het<br />
ontbreken van dubbele strafbaarheid.<br />
Uitlevering is verzocht<br />
in verband met de tenuitvoerlegging<br />
van een resterende vrijheidstraf,<br />
én ter fi ne van strafvervol-<br />
ging in verband met overtreding<br />
van de voorwaarden voor voorwaardelijke<br />
invrijheidstelling van<br />
de opgeëiste persoon (“supervised<br />
release”). Ten aanzien van<br />
de resterende tenuitvoerlegging<br />
stelt de rechtbank dat deze na de<br />
voorwaardelijke invrijheidstelling<br />
van de opgeëiste persoon op<br />
2 februari 2007 reeds is uitgezeten.<br />
Uit de toepasselijke wettekst<br />
blijkt dat een VI pas aan de orde<br />
is nadat de opgelegde straf is<br />
uitgezeten, en daarom gaat de<br />
rechtbank er vanuit dat geen<br />
sprake is van een strafrestant.<br />
Ten aanzien van de overtreding<br />
van de voorwaarden overweegt<br />
de rechtbank dat het feit, nl. niet<br />
voldoen aan de voorwaarden<br />
voor VI danwel vluchten en/of het<br />
zich onttrekken aan supervisie<br />
van het gevangeniswezen of de<br />
reclassering of iets dergelijks,<br />
niet is opgenomen in het bilaterale<br />
uitleveringsverdrag en<br />
geen zelfstandig strafbaar feit<br />
naar Nederlands recht oplevert.<br />
Uitlevering wordt ontoelaatbaar<br />
verklaard.<br />
Rechtbank Rotterdam, LJN<br />
BI2865, 29 april <strong>2009</strong><br />
Ook bij de WOTS-procedure<br />
speelt dubbele strafbaarheid.<br />
Hier betreft het een WOTSverzoek<br />
vanuit het VK waarbij<br />
aan betrokkene een vrijheidsstraf<br />
van 12 jaar is opgelegd<br />
wegens “conspiracy” met<br />
betrekking tot overtreding van<br />
de opiumwet. Ter zitting voert<br />
de raadsman aan dat de tenuitvoerlegging<br />
ontoelaatbaar<br />
dient te worden verklaard omdat<br />
het bewezenverklaarde naar<br />
Nederlands recht niet kwalifi -<br />
ceerbaar is en geen strafbaar<br />
feit oplevert. De rechtbank overweegt<br />
dat zij gebonden is aan de<br />
vaststelling van de feiten voor<br />
zover deze uitdrukkelijk of impliciet<br />
blijken uit het Britse vonnis<br />
en stelt vast dat op grond van<br />
het vonnis van de Britse rechter<br />
voldoende is komen vast te staan<br />
dat de bewezenverklaarde “conspiracy”<br />
bij een overeenkomstige<br />
inbreuk op de Nederlandse<br />
rechtsorde strafbaar gesteld kan<br />
worden als deelname aan een<br />
criminele organisatie krachtens<br />
artikel 140 Sr. De rechtbank leidt<br />
uit het Britse vonnis af dat de<br />
organisatie een oogmerk had<br />
gericht op het plegen van meerdere<br />
misdrijven.<br />
Rechtbank Rotterdam, 2 juli<br />
2007 (niet gepubliceerd)<br />
In tegenstelling tot bovengenoemde<br />
zaak oordeelde de<br />
rechtbank hier dat er geen<br />
sprake was van een oogmerk<br />
gericht op het plegen van meerdere<br />
misdrijven. Het betreft een<br />
WOTS-verzoek waarbij een vrijheidsstraf<br />
van 16 jaar was opgelegd<br />
wegens “conspiracy to supply<br />
drugs” en “being knowingly<br />
concerned in the fraudulent<br />
evasion of a prohibition on the<br />
importation of goods.” De rechtbank<br />
overweegt dat de feiten niet<br />
kunnen worden aangemerkt als<br />
naar Nederlands recht strafbaar<br />
gesteld bij art. 11A OW, nu deze<br />
bepaling pas na het plegen van<br />
het delict in Nederland in werking<br />
is getreden. De rechtbank<br />
overweegt verder dat de feitomschrijving<br />
geen aanwijzingen<br />
bevat dat er meer dan één invoer<br />
heeft plaatsgevonden. Evenmin<br />
is er een aanwijzing dat de organisatie<br />
een oogmerk had op het<br />
plegen van meerdere misdrijven.<br />
Art.140 Sr is daarom ook niet<br />
van toepassing. De rechtbank<br />
oordeelt vervolgens dat de feiten<br />
moeten worden aangemerkt als<br />
het medeplegen van het opzettelijk<br />
binnen het Nederlandse<br />
grondgebied brengen van heroine,<br />
strafbaar gesteld bij art. 2A<br />
OW. Derhalve is er wel sprake<br />
van dubbele strafbaarheid.<br />
Nina Janssen<br />
AIRS, 070 370 3033
OPPORTUUN · 07 / <strong>2009</strong> COLUMN<br />
Verdacht<br />
gesprek<br />
In het postkantoor heeft zich voor het loket een<br />
kleine rij gevormd. Voor mij staat een sombere<br />
man in een grijze regenjas. Hij wacht achter een<br />
oudere, geheel in het zwart opgetrokken dame,<br />
die in de slag is met de lokettiste, een jonge<br />
blonde vrouw die levens- noch arbeidsvreugde<br />
uitstraalt. Met een verveelde blik schuift ze een<br />
formulier onder het loket door.<br />
‘Even tekenen’, zegt ze op vlakke toon.<br />
‘Afrekenen!?’, roept de vrouw onthutst. ‘Ik heb u<br />
net al geld gegeven toch?’<br />
‘Nee, u moet even uw handtekening zetten’, antwoordt<br />
het loket geërgerd.<br />
‘Oh, tekenen. Ik verstond u verkeerd.’ Ze produceert<br />
een verontschuldigend lachje.<br />
Achter mij schuiven twee jonge mannen aan.<br />
Een is licht getint, draagt een strak lichtpaars<br />
trainingspak en een honkbalpetje, de ander is<br />
geheel in spijkertenue gestoken en heeft een<br />
puistig gezicht.<br />
‘Ze hebben me drie dagen op het bureau verhoord.<br />
Uiteraard heb ik niks losgelaten. Wel ’n<br />
beetje meepraten natuurlijk, maar als het lastig<br />
werd beriep ik mij op m’n zwijgplicht’, zegt de<br />
man met de pet stoer.<br />
‘Ja, ja, begrijp ik’, reageert zijn puistige maat<br />
geïmponeerd.<br />
‘Kijk,’ vervolgt de pet, ‘ze komen wel met argumenten,<br />
maar bewijs hebben ze niet. En geen<br />
bewijs, geen zaak, zei m’n advocaat.’<br />
‘En toen?’, vraagt het spijkerpak.<br />
‘Na drie dagen lieten ze me vrij. Ik werd niet eens<br />
aan justitie voorgeleid. Kun je nagaan hoe zwak<br />
ze tegen me stonden’, pocht de pet verder.<br />
‘Ben je er mooi tussenuit gesprongen’, stelt de<br />
puist vast. Hij fl uit bewonderend door zijn tanden.<br />
‘Ja, dat wel. Voorlopig hou ik mij gedeisd. Want<br />
ze blijven op me loeren. Ze zijn natuurlijk hartstikke<br />
gefrustreerd dat ze me hebben moeten<br />
laten gaan. Je had dat gezicht van die inspecteur<br />
moeten zien toen ik naar huis kon.’ Hij stoot een<br />
harde schampere lach uit.<br />
Ik ben zo in beslag genomen door dit gesprek dat<br />
ik niet in de gaten heb dat ik inmiddels aan de<br />
beurt ben.<br />
‘Menee-heer’, hoor ik luid voor mij. ‘U moet wel<br />
opletten hoor’, voegt het loket er bestraffend aan<br />
toe.<br />
Ik bestel postzegels en enkele briefkaarten. Als<br />
de transactie voltooid is doe ik een pas naar links<br />
om de aankoop in m’n portefeuille op te bergen.<br />
De honkbalpet is nu aan de beurt. Ik bekijk hem<br />
van opzij. Zijn niet onvriendelijke gezicht komt<br />
mij vaag bekend voor.<br />
‘Wilt u kijken of m’n uitkering al op mijn rekening<br />
is bijgeschreven?’, hoor ik hem vragen.<br />
Als hij zijn naam noemt kan ik hem ineens plaatsen.<br />
Een jaar geleden is hij door het hof tot achttien<br />
maanden gevangenisstraf veroordeeld. Hij<br />
behoorde tot een bende die zich bezighield met<br />
het stelen van dure auto’s.<br />
Als ik het postkantoor uitloop overweeg ik de<br />
politie te bellen. Wellicht komt wat ik zojuist<br />
gehoord heb nog wel van pas. Later besluit ik er<br />
toch maar van af te zien. Want ik heb alleen maar<br />
argumenten. En géén bewijs. En geen bewijs,<br />
geen zaak. Dat had die jongen z’n advocaat ook<br />
al gezegd.<br />
Marcel van der Horst<br />
Advocaat-generaal bij ressortsparket<br />
‘s-Gravenhage<br />
31