30.09.2013 Views

Eten - De Drie Ballonnen

Eten - De Drie Ballonnen

Eten - De Drie Ballonnen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

3. Pedagogisch beleid 1d eten 1 van 5<br />

<strong>Eten</strong><br />

Natuurlijk is eten ook zorgen voor jezelf. We eten op onze kinderopvang gezonde<br />

voeding. Het voedsel wordt bij binnenkomst altijd gecontroleerd op houdbaarheid en<br />

temperatuur en maandelijks op houdbaarheid en opslag .Bij het bereiden van de<br />

maaltijden wordt rekening gehouden met de individuele behoefte van de kinderen (<br />

bijvoorbeeld: echt niet lusten van bepaalde etenswaren, dranken, diëten,<br />

geloofsovertuiging e.d.)<br />

<strong>Eten</strong> wordt nooit gedwongen naar binnen gewerkt. Een kind wordt gestimuleerd om<br />

korsten te eten, maar het hoeft niet. Gebruik steeds het ZaaiGoed. Leg uit dat het goed<br />

is voor het lichaam. Dat je er sterk van wordt. Als het kind niet wil eten, dan kun je dit<br />

proberen te stimuleren door liedje en ander trucs. Als het kind meerdere dagen niet wilt<br />

eten of drinken bespreek dit dan met de ouders.<br />

Het eten is een rustmoment voor de groep. <strong>De</strong> pedagogisch medewerker maakt hier een<br />

gezamenlijk geheel van. Er wordt begonnen met liedjes zingen ( ook bij de baby’s is dit<br />

een goed moment om voor de kinderen te zingen) en geëindigd met liedjes, zodat het<br />

een afgerond geheel is. <strong>De</strong>nk aan Focus en wees in aandacht. Zorg dat er altijd één<br />

pmer aan tafel zit om het geheel in sfeer te begeleiden. <strong>De</strong> maaltijd wordt gezellig met<br />

elkaar afgerond. Het is dus niet de bedoeling dat je al gaat schoonmaken en zuigen<br />

terwijl de kinderen nog zitten te eten. Betrek de kinderen als je na het eten aan het<br />

schoonmaken bent, des te rustiger zijn ze.<br />

Hier vind je alle overige werkinstructies omtrent het eten.<br />

ALGEMENE WERKWIJZE ETEN<br />

• Nooit eten of drinken in zwembadjes. Laat kinderen geen zwemwater drinken.<br />

• Er wordt niet gelopen tijdens eten en drinken.<br />

• Buiten drinken met een rietje.<br />

• Let goed op dat kinderen niet eten van elkaars bestek, fles of beker. Iedereen heeft<br />

zijn eigen spullen. Flessen hebben een naam van het kind erop. Tuitbekers krijgen<br />

ze van ons. Namen op spenen worden gegraveerd.<br />

• Wij hebben ervoor gekozen om de pedagogisch medewerkers niet met de kinderen<br />

mee te laten eten. Hiervoor hebben wij de volgende redenen:<br />

- <strong>De</strong> pedagogisch medewerker begeleidt de maaltijd, waardoor er weinig rust voor<br />

haarzelf is om te eten. Hierdoor kunnen er gezondheidsproblemen ontstaan.<br />

- <strong>De</strong> pedagogisch medewerker moet altijd mee eten met wat de kinderen eten: dus<br />

als er een dieet wordt gehouden of ze eens iets anders willen eten is dit niet<br />

mogelijk.<br />

- Wij zien meer waarde in het gezellig maken van de maaltijd op andere manieren,<br />

dan in zelf mee te eten.<br />

• Wanneer er op de groep een kind zit met een sterke allergische reactie op pinda’s<br />

zal de pindakaas van de groep worden weggehaald.<br />

• <strong>De</strong> dreumesen, ukken en peuters eten aan de hand van een menulijst. <strong>De</strong>ze<br />

menulijst wordt elke week gewisseld zodat er variatie in het voedingschema ontstaat.<br />

Aangepast door de instelling op datum: Juni 2013


3. Pedagogisch beleid 1d eten 2 van 5<br />

WERKWIJZE ETEN BABY’S EN DREUMESEN<br />

o Borstvoeding moet gekoeld aangeleverd worden, anders mag het niet gegeven<br />

worden in verband met het risico op ziektekiemen. Er is een speciale brief voor<br />

ouders hierover.<br />

o Melk van thuis mag alleen in poedervorm worden aangeleverd, dus niet<br />

aangemaakt.<br />

o Flessenwater gewoon uit de kraan, hoeft niet meer worden voorgekookt.<br />

o Flessenvoeding mag alleen worden klaargemaakt als de handen volgens instructies<br />

gewassen zijn<br />

o Flessenvoeding mag niet langer dan 1 uur van te voren klaargemaakt worden.<br />

o Flessen en spenen worden dagelijks gewassen in de vaatmachine. Fopspenen 1x<br />

per week. Het staat op de schoonmaaklijst zodat het niet vergeten kan worden.<br />

Tuitbekers worden aan het einde van de dag in de vaatwasser afgewassen.<br />

<strong>De</strong> baby’s en dreumesen eten volgens de voedingslijst. Op deze lijst staat precies met<br />

tijd en naam aangegeven wat het kind moet eten. Als je het kind eten hebt gegeven<br />

streep je dit weg. Op deze manier kan niks vergeten worden. LET OP HEEL<br />

BELANGRIJK WANT DIT GAAT WEL EENS MIS. JE STREEPT PAS AF ALS JE DE<br />

VOEDING HEBT GEGEVEN EN DUS NIET ERVOOR!!!!!!!!! ZO WEET JE ZEKER DAT<br />

HET GOED GAAT.<br />

<strong>De</strong> lijst met bijzonderheden en voedingslijst moet worden ingevuld en in de invalmap<br />

worden bewaard. <strong>De</strong>ze lijst moet regelmatig bijgewerkt worden met relevante gegevens.<br />

Op het voedingslijstveranderingen formulier schrijf je de veranderingen in voeding die je<br />

van de ouders doorkrijgt en op het bijzonderhedenlijstveranderingen formulier die van de<br />

bijzonderheden, om ze later in de computer te verwerken.<br />

Fruithap<br />

<strong>De</strong> fruithap bestaat uit appel, peer, banaan. Het fruit is altijd vers en de kleintjes krijgen<br />

een gemalen fruithap ( met staafmixer) van, appel, peer en banaan. <strong>De</strong>ze wordt s’<br />

morgens vroeg klaargemaakt en in de koelkast gezet in een afgesloten kom. Zo nodig<br />

wordt voor de middag vers gemaakt.<br />

In verband met eventuele allergische reacties krijgen de baby’s geen kiwi, aardbeien<br />

e.d. <strong>De</strong> ouders geven weer aan wanneer het kind toe is aan een fruithap. <strong>De</strong> eerste<br />

fruithap bestaat vaak uit één soort fruit. <strong>De</strong>ze dus apart klaarmaken.<br />

Als het fruit nog niet rijp is, wordt het niet aan de kinderen gegeven, ook niet aan de<br />

oudere. Geef dit aan degene die de boodschappen doet door en laat het een paar<br />

dagen liggen totdat het wel goed is.<br />

<strong>De</strong> fruithap wordt gegeven in een kommetje met een klein lepeltje. Als het kind net<br />

begint met een fruithap geef je hele kleine hapjes. Het fruit bij de dreumesen wordt in<br />

een kommetje in kleine stukjes gegeven, waarna de kinderen dit met een vork opeten.<br />

<strong>De</strong> broodmaaltijd<br />

Het broodbeleg kan bestaan uit: Hartig: (smeer)kaas, boterhamworst, gekookte worst,<br />

ham enz. en pindakaas.<br />

Zoet: appelstroop, jam en pure chocopasta<br />

<strong>De</strong> boterham met worst wordt besmeerd met margarine.<br />

Aangepast door de instelling op datum: Juni 2013


3. Pedagogisch beleid 1d eten 3 van 5<br />

We smeren het brood en het beleg niet te dik. <strong>De</strong> kinderen vinden dit vaak niet lekker en<br />

de kleintjes krijgen het met dik beleg moeilijker weg. Smeerkaas wat open is, moet<br />

worden bewaard met het plastic dekseltje. <strong>De</strong> worst wordt in de originele verpakking<br />

bewaard.<br />

Wij hebben er voor gekozen om de kinderen lichtbruin brood te geven. Het is ook handig<br />

om met korsten brood te beginnen. <strong>De</strong>ze zijn makkelijk vast te houden en het bevordert<br />

een goede kaak- en gebitsontwikkeling. Snel daarna kan al met stukjes brood worden<br />

begonnen. <strong>De</strong> boterham met hartigheid wordt altijd in 16 stukjes gesneden en met de<br />

vork gegeven. <strong>De</strong> boterham met pindakaas mag dichtgeklapt door vieren ( wij noemen<br />

dit vuistjesbrood).<br />

Bij de babygroep wordt geen vuistjesbrood gegeven!<br />

Bij de dreumesgroep mag bij de tweede boterham het bordje weggehaald worden,<br />

omdat de kinderen daarmee gaan spelen. Het brood moet de kinderen worden<br />

aangegeven in de handjes.<br />

Het brood wordt ’s morgens uit de vriezer gehaald, zodat het kan ontdooien. Als er tekort<br />

is, kun je het brood ontdooien in de magnetron alhoewel dit geen voorkeur geniet. Het<br />

brood dat over is wordt bewaard in een broodtrommel.<br />

Tussendoortje<br />

Het tussendoortje kan bestaan uit een soepstengel, rijstwafel, plak ontbijtkoek, cracker,<br />

beschuit of een koekje.<br />

Het tussendoortje kan niet worden gezien als een ontbijt of avondmaal. Het moet<br />

worden gezien als een rustmoment voor de kinderen. Ze beginnen samen de dag en<br />

sluiten deze ook weer gezamenlijk af met een tussendoortje. Dit ritueel begint bij de<br />

dreumesgroep. <strong>De</strong> baby’s mogen op aanreiken van de ouders ook tussendoortjes gaan<br />

krijgen.<br />

<strong>De</strong> rijstewafel, de cracker en de soepstengel en zoete koek worden bij de jongere ( 0-2)<br />

door de helft gedaan.<br />

Het drinken<br />

Kan bestaan uit melk, diksap, siroop, appelsap, sinaasappelsap, water, bouillon, thee.<br />

Bij de broodmaaltijd wordt melk gedronken. Vanaf de dreumesgroep stimuleren wij de<br />

kinderen om over te gaan op een tuitbeker en zelfs al op een beker. Dit in verband met<br />

het tandbederf en de mondmotoriek. Door te lang op een fles te blijven zuigen, kunnen<br />

de tanden bederven en/ of vergroeien. <strong>De</strong> mondspieren blijven ook slap en dit kan weer<br />

spraakproblemen veroorzaken.<br />

<strong>De</strong> kinderen drinken halfvolle melk. Schenk halve bekers i.v.m. morsen. Kinderen<br />

mogen zoveel drinken als ze willen. Hou goed in de gaten of elk kind voldoende drinkt.<br />

Bij warm weer extra drinken geven. Siroop is dan het beste om de dorst te lessen. Maak<br />

de siroop niet te zoet, Anders krijgen ze juist dorst.<br />

Bij de babygroep worden de fles op schoot gegeven. Als je 2 baby’s tegelijk moet<br />

voeden, dan liggen de kinderen een wipstoel en zit je als medewerker tussen de beide<br />

wipstoelen en geef je de fles. <strong>De</strong>nk hierbij weer goed aan het ZaaiGoed: blijf bij jezelf en<br />

focus. Zorg dat je goed bij jezelf bent en in aandacht als je een kind de fles geeft.<br />

WERKWIJZE ETEN UKKEN EN PEUTERS<br />

<strong>De</strong> broodmaaltijd<br />

Voor het begin van de maaltijd wordt bij de peuter en de BSO leeftijd een moment van<br />

stilte geboden voor als kinderen willen bidden.<br />

Aangepast door de instelling op datum: Juni 2013


3. Pedagogisch beleid 1d eten 4 van 5<br />

Het broodbeleg kan bestaat uit: Hartig: (smeer)kaas, boterhamworst, gekookte worst<br />

enz. en pindakaas.<br />

Zoet: pure chocolade pasta, jam en appelstroop.<br />

<strong>De</strong> boterham met worst wordt besmeerd met halvarine. <strong>De</strong> kinderen mogen zelf kiezen<br />

of ze worst of kaas willen. Het brood wordt aan tafel gesmeerd.<br />

We smeren het boter en het beleg niet te dik. <strong>De</strong> kinderen vinden dit vaak niet lekker en<br />

krijgen het met dik beleg moeilijker weg.<br />

Ook bij de oudere kinderen wordt gestimuleerd om korsten te eten, het bevordert een<br />

goede kaak- en gebitsontwikkeling.<br />

<strong>De</strong> boterham met hartigheid wordt altijd in 12 stukjes gesneden en met de vork gegeten,<br />

voor de ontwikkeling van de motoriek. <strong>De</strong> boterham met zoet mag dichtgeklapt door<br />

vieren<br />

( wij noemen dit vuistjesbrood).<br />

<strong>De</strong> oudere kinderen krijgen tijdens hun boterham met hartigheid eerst een halve beker<br />

melk. We doen hem niet helemaal vol, omdat de buik dan misschien te vol raakt. Hierna<br />

mogen ze een boterham met zoet. Je haalt met een lepel het zoet uit de pot en vanaf<br />

deze lepel laat je ze smeren. Dit moet van de GGD zodat er geen broodkruimels in de<br />

pot komen en i.v.m. allergieën van kinderen. <strong>De</strong> peuters ( 3 – 4 jaar ) smeren deze<br />

boterham zelf. En eventueel nog een halve beker melk. Kinderen gaan hier al uit een<br />

gewone beker drinken.<br />

Het brood wordt ’s morgens uit de vriezer gehaald, zodat het kan ontdooien. Als er tekort<br />

is, kun je het brood ontdooien in de magnetron alhoewel dit geen voorkeur geniet. Het<br />

brood dat over is wordt bewaard in een broodrommel.<br />

Fruit<br />

Het fruit bestaat uit appel, peer, banaan, druiven en rozijnen. Als het fruit nog niet rijp is,<br />

wordt het niet aan de kinderen gegeven, ook niet aan de oudere. Geef dit aan degene<br />

die de boodschappen doet door en laat het een paar dagen liggen totdat het wel goed is.<br />

Het fruit bij de ukken en peuters wordt in een kommetje in kleine stukjes gegeven,<br />

waarna de kinderen uit de hand opeten of met een vorkje.<br />

Het tussendoortje<br />

Het tussendoortje kan bestaan uit een soepstengel, rijstwafel met of zonder smeerkaas,<br />

plak ontbijtkoek, cracker of een koekje, komkommer, tomaatjes of paprika.<br />

Het tussendoortje kan niet worden gezien als een ontbijt of avondmaal. Het moet<br />

worden gezien als een rustmoment voor de kinderen. Ze beginnen samen de dag en<br />

sluiten deze ook weer gezamenlijk af met een tussendoortje.<br />

Het eten wordt door de helft gedaan, maar aangeboden naar behoefte. Op deze manier<br />

voorkom je dat er eten moet worden weggegooid omdat ze het niet op kunnen.<br />

Het drinken<br />

Kan bestaan uit melk, diksap, siroop, appelsap, sinaasappelsap, water, thee of bouillon.<br />

Bij de broodmaaltijd wordt melk gedronken. Vanaf de ukkengroep wordt er gestimuleerd<br />

om uit een gewone beker te drinken. Flessen worden bij voorkeur niet meer gegeven in<br />

deze groep . Dit in verband met het tandbederf en de mondmotoriek. Door te lang op<br />

een fles te blijven zuigen kunnen de tanden bederven en/ of vergroeien. <strong>De</strong><br />

mondspieren blijven ook slap en dit kan weer spraakproblemen veroorzaken.<br />

Aangepast door de instelling op datum: Juni 2013


3. Pedagogisch beleid 1d eten 5 van 5<br />

Kinderen krijgen halfvolle melk. Schenk halve bekers i.v.m. morsen. Kinderen mogen<br />

zoveel drinken als ze willen. Hou goed in de gaten of elk kind voldoende drinkt. Bij warm<br />

weer extra drinken geven. Siroop is dan het beste om de dorst te lessen. Maak de siroop<br />

niet te zoet, Anders krijgen ze juist dorst.<br />

Aangepast door de instelling op datum: Juni 2013

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!