Verslag - Buitenlandse Zaken - Belgium
Verslag - Buitenlandse Zaken - Belgium
Verslag - Buitenlandse Zaken - Belgium
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ervaringen met CV. Een beperkt aantal NNGO’s investeren duidelijk in kennisopbouw<br />
en hervorming van hun beleid/praktijk, mede op het gebied van CV. Personeel en<br />
middelen worden hiervoor vrijgemaakt.<br />
27. Op het gebied van de adaptieve capaciteit van DGOS kan een spanning vastgesteld<br />
worden tussen de evolutie van het beleidskader inzake partnerschap en CV enerzijds<br />
en de operationele vertaling van deze nieuwe beleidskeuzes (in strategische kaders,<br />
richtlijnen, formats, rapportage-verplichtingen, beoordelingscriteria) anderzijds. Dit<br />
zorgt ervoor dat dossiersbeheerders moeite hebben om een goed zicht te krijgen op<br />
de invulling van partnerschap en CV op het terrein en de daarbijhorende<br />
kwaliteitstoets te kunnen doorvoeren.<br />
28. De evaluatoren stellen tot slot vast dat de operationalisering van andere<br />
beleidslijnen 6 van DGOS een spanningsveld kan opleveren tov een beleid dat meer<br />
aandacht wil krijgen voor CV.:<br />
• Om te kunnen antwoorden op verhoogde druk om tastbare en meetbare<br />
resultaten aan te tonen bij de finale doelgroepen (in kader van RBM, MDG’s,<br />
armoedebestrijding), ervaren NNGO’s druk om meer op dat niveau te focussen<br />
met het risico dat dat ten koste gaat van de ondersteuning van CV processen<br />
• Een verhoogde druk op het afleggen van rekenschap (accountability) doet NNGO’s<br />
kiezen voor sterkere partners en mogelijk ook voor minder innovatieve<br />
programma’s (omdat die minder risisco’s opleveren).<br />
• In de beleidsdialoog worden veel NNGO’s aangesproken op de lange looptijd van<br />
hun partnerschappen. Langs de andere kant blijkt CV beter te aarden in een<br />
continu en lang partnerschap.<br />
• Tenslotte bestaat het risico dat de druk om meer coherentie te hebben in de<br />
portefeuille van een NNGO, ervoor zorgt dat thema’s of benaderingen worden<br />
opgedrongen aan de partners en daardoor ten koste gaan van de coherentie in<br />
het programma van de zuidelijke partner.<br />
1.3 Conclusies<br />
29. Voortbouwend op de bevindingen uit de 4 hierboven onderzochte clusters formuleert<br />
het evaluatieteam zes conclusies met bijhorende aanbevelingen:<br />
(1) Kwalititeit van het partnerschap als bepalende factor voor effectieve steun aan CV<br />
30. De evaluatie bevestigt de link tussen de kwalteit van de partnerrelatie en de ruimte<br />
voor effectieve CV, mede omdat het initiatief- en beslissingsrecht hierdoor (meer) bij<br />
de zuidelijke organisaties komt te liggen. Drie aanbevelingen vloeien hieruit voort:<br />
• NNGO’s zouden partnerovereenkomsten kunnen afsluiten die expliciet ingaan op<br />
gedeelde waarden en visie op CV en hierin een langetermijn perspectief inbouwen<br />
• NNGO’s dienen meer doordachte exit strategieën uit te werken<br />
6 Het is daarbij belangrijk om te benadrukken dat die andere beleidslijnen niet noodzakelijk<br />
problematisch zijn, maar dat er dient gezorgd te worden naar een implementatie die niet ten koste<br />
gaat van ownership en aandacht voor CV processen.<br />
15