26.03.2014 Views

een psychoanalytisch concept van de angst - Psychoanalyse Lacan ...

een psychoanalytisch concept van de angst - Psychoanalyse Lacan ...

een psychoanalytisch concept van de angst - Psychoanalyse Lacan ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Inwit nr. 1, 2005, pp. 139-154<br />

HET STADIUM VAN DE ANGST 1<br />

François Leguil<br />

Zoals we hem ontmoeten in <strong>de</strong> kliniek, bij mensen die klagen dat ze eron<strong>de</strong>r lij<strong>de</strong>n en<br />

erover spreken als 'het verschrikkelijkste lij<strong>de</strong>n' (das schrecklichstes Lei<strong>de</strong>n), is <strong>de</strong> <strong>angst</strong><br />

onnut – aldus Freud in zijn Inleiding tot <strong>de</strong> <strong>Psychoanalyse</strong> (1960 [1916-1917], p. 407). Dit<br />

kenmerk <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> kan vreemd lijken; <strong>de</strong> i<strong>de</strong>e komt niet spontaan op om zo <strong>een</strong><br />

onaangenaam affect te klasseren bij wat wel of niet ten dienste staat <strong>van</strong> <strong>de</strong> economie <strong>van</strong> het<br />

sprekend subject. Deze verbijzon<strong>de</strong>ring komt nochtans <strong>van</strong> Freud zelf, hij stelt ze zelfs <strong>van</strong><br />

meet af aan, daarmee brekend met <strong>de</strong> psychologie <strong>van</strong> zijn tijd, meer bepaald James en Lange<br />

([1916-1917], p. 411). Freud bekritiseert in<strong>de</strong>rdaad hun vraag: moet ik nu <strong>de</strong>nken "Ik zie <strong>een</strong><br />

beer, ik ben bang, en dus beef ik!" of eer<strong>de</strong>r "Ik zie <strong>een</strong> beer, ik beef, en dus ik ben bang!"?<br />

Dit is in<strong>de</strong>rdaad niet zo <strong>een</strong> dwaze vraag, daarmee pogen ook zij op hun manier af te rekenen<br />

met finalistische perspectieven in <strong>de</strong> logica <strong>van</strong> wat leeft, met <strong>de</strong> intentionaliteit die <strong>de</strong> dingen<br />

zin geeft als nuttig en onnuttig, met psychologische naïviteiten. Bij Freud is <strong>de</strong>ze beweging<br />

bijna constant: <strong>de</strong> zaak niet op haar zin maar op haar oorzaak bevragen. En in dat opzicht is <strong>de</strong><br />

<strong>angst</strong> of <strong>de</strong> <strong>angst</strong>ontwikkeling (Angstenwicklung) nooit iets nuttig, opportuun, a<strong>de</strong>quaat,<br />

doelmatig (etwas Zweckmässiges).<br />

<strong>de</strong> oorzaak <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong><br />

Om dat te kunnen begrijpen moeten we vertrekken <strong>van</strong> Freuds ontleding (zerlegen)<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong>situatie (Angstsituation) in twee luiken, zijn<strong>de</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong>bereidheid<br />

(Angstbereitschaft) en <strong>de</strong> <strong>angst</strong>ontwikkeling (Angstentwicklung).<br />

Vanuit metapsychologisch standpunt komt eerst <strong>een</strong> "staat <strong>van</strong> waakzaamheid<br />

tegenover het gevaar", die tot actie aanzet en die <strong>een</strong> verklaring vormt <strong>van</strong> <strong>de</strong> tonaliteit <strong>van</strong><br />

het beleef<strong>de</strong>, <strong>van</strong> zijn gevoelswaar<strong>de</strong>. Dit eerste <strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong>situatie is nodig, het<br />

wegvallen (Wegfall) daar<strong>van</strong> kan ernstige gevolgen of effecten hebben. An<strong>de</strong>rzijds is dit<br />

eerste <strong>de</strong>el voor Freud slechts <strong>de</strong>nkbaar op voorwaar<strong>de</strong> dat het klinisch fenom<strong>een</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>angst</strong> zelf zich beperkt (einschränken) tot <strong>een</strong> loutere aanzet (einen blossen Ansatz), <strong>een</strong><br />

signaal (Signal) (1960 [1916-1917], p. 410). Een <strong>de</strong>cennium later, in Remming, Symptoom en<br />

Angst, blijft dat <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>: ook dan geldt nog altijd dat het fenom<strong>een</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong><br />

beperkt, omschreven, ingeperkt (beschränkt) moet blijven, wil <strong>een</strong> functie <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> zelfs<br />

maar <strong>de</strong>nkbaar zijn (1960 [1926d], p. 176).<br />

Het <strong>angst</strong>signaal zet dus enkel <strong>de</strong> symptoomvorming (Symptombildung) in gang als<br />

het klinisch fenom<strong>een</strong> zich beperkt tot <strong>een</strong> loutere aanzet. Laten we dit nog even scherper<br />

stellen: <strong>de</strong> essentie <strong>van</strong> het fenom<strong>een</strong>, het wezen (Wesen) <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> is <strong>een</strong> functie<br />

(Funktion), maar <strong>de</strong> expressie <strong>van</strong> dit wezen, het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> symptoomvorming, <strong>de</strong><br />

klinische realisatie <strong>van</strong> dit wezen, lijkt antithetisch indien niet met <strong>de</strong> manifestatie <strong>van</strong> het<br />

fenom<strong>een</strong> zelf dan toch minstens met het minste exces daar<strong>van</strong> (Freud, 1960 [1916-1917], p.<br />

1 Leguil, F. (2005). Le sta<strong>de</strong> <strong>de</strong> l'angoisse. La Cause freudienne, 59, pp. 23-32. Deze vertaling is <strong>van</strong> <strong>de</strong> hand <strong>van</strong><br />

Stefan Verlin<strong>de</strong>n en werd nagezien door <strong>de</strong> redactie.<br />

1


Inwit nr. 1, 2005, pp. 139-154<br />

162). De <strong>angst</strong> zou zijn signaalfunctie slechts uitoefenen wanneer g<strong>een</strong> of slechts weinig <strong>angst</strong><br />

wordt ervaren. Jacques-Alain Miller wees erop dat <strong>Lacan</strong> in zijn Seminarie X over <strong>de</strong> <strong>angst</strong><br />

op <strong>een</strong>zelf<strong>de</strong> theoretische lijn staat, wanneer hij, in navolging <strong>van</strong> Freuds opmerking bij <strong>de</strong><br />

twee<strong>de</strong> beweging in <strong>de</strong> constructie <strong>van</strong> het fantasma "Een kind wordt geslagen", bij <strong>de</strong><br />

constitutie <strong>van</strong> het verlangen, stelt dat <strong>de</strong> tijd <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> niet noodzakelijkerwijs terug te<br />

vin<strong>de</strong>n moet zijn, daar het niet onontkoombaar is om hem te beleven (<strong>Lacan</strong> 2004 [1962-<br />

1963], p. 204; Miller, 2004 [2004], p. 72).<br />

Wat we in <strong>de</strong> kliniek meestal ontmoeten, is niet <strong>de</strong>ze signaal<strong>angst</strong>, maar het twee<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong>situatie, uit Freuds analyse, zijn<strong>de</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong>ontwikkeling (Angstentwicklung).<br />

Freud stelt dat <strong>de</strong>ze <strong>angst</strong>ontwikkeling nooit iets doelmatig is (etwas Zweckmässiges), maar<br />

integen<strong>de</strong>el <strong>een</strong> ondoelmatigheid (eine Zweckwidrigkeit) (1960 [1916-1917], p. 410).<br />

<strong>de</strong> vlucht voor <strong>een</strong> gevaar<br />

Dat on<strong>de</strong>rscheid tussen doelmatige functie en ondoelmatig fenom<strong>een</strong> maakt Freud<br />

even<strong>een</strong>s bij … het dier: a<strong>de</strong>quaat of doelmatig is <strong>de</strong> vlucht; ina<strong>de</strong>quaat of ondoelmatig is het<br />

feit zelf <strong>van</strong> door <strong>de</strong> <strong>angst</strong> gegrepen te zijn, het zich be<strong>angst</strong>igen zelf (sich ängstigen) (1960<br />

[1916-1917], p. 409). Laten we niet meewarig glimlachen om <strong>de</strong> exportatie <strong>van</strong> dit<br />

metapsychologisch on<strong>de</strong>rscheid naar onze vrien<strong>de</strong>n <strong>de</strong> beesten! <strong>Lacan</strong> doet dit ook, op zijn<br />

manier, wanneer hij op verschillen<strong>de</strong> plaatsen in Seminarie X verwijst naar <strong>de</strong> anticipatie<br />

zoals die tot uiting komt in <strong>de</strong> wil<strong>de</strong> vlucht <strong>van</strong> kud<strong>de</strong>dieren bij <strong>de</strong> minste aardbeving, of bij<br />

<strong>de</strong> ratten die het zinkend schip verlaten. Deze vlucht, die anticipeert op dreigend gevaar, lijkt<br />

<strong>een</strong> bepaald antwoord op <strong>een</strong> veran<strong>de</strong>ring in <strong>de</strong> Umwelt – in <strong>de</strong> vertrouwdheid <strong>van</strong> <strong>een</strong><br />

homogene omgeving doet die veran<strong>de</strong>ring even <strong>een</strong> An<strong>de</strong>r oord verschijnen, kondigt ze even<br />

<strong>de</strong> kloof <strong>van</strong> <strong>een</strong> El<strong>de</strong>rs aan.<br />

In <strong>Lacan</strong>s on<strong>de</strong>rwijs is <strong>de</strong> vlucht, die beantwoordt aan <strong>de</strong> signaalfunctie <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong>,<br />

radicaal verschillend <strong>van</strong> <strong>de</strong> motorische verlamming <strong>van</strong> dat "blind konijn temid<strong>de</strong>n <strong>de</strong> weg,<br />

dat <strong>de</strong> leegte <strong>van</strong> zijn in blik veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> ogen naar <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgaan<strong>de</strong> zon opheft". Dit arme<br />

beest, dat ongetwijfeld <strong>de</strong> myxomatose heeft, vindt <strong>Lacan</strong> menselijk op het tragische af"<br />

(1966 [1953], p. 280). Deze korte nota is één <strong>de</strong>r meest beknopte en flitsen<strong>de</strong> beschrijvingen<br />

<strong>van</strong> het <strong>angst</strong>fenom<strong>een</strong> bij het dier, in zijn on<strong>de</strong>rscheid met <strong>de</strong> vluchtfunctie. Wanneer ze niet<br />

weten wat aan<strong>van</strong>gen met <strong>een</strong> organisch verlies of met iets dat heterog<strong>een</strong> is aan <strong>de</strong><br />

automatische voorschriften <strong>van</strong> het weten waaruit hun leven zelf bestaat, lijken <strong>de</strong> niet<br />

spreken<strong>de</strong> dieren weer af te zakken naar <strong>de</strong> territoria <strong>de</strong>r spreken<strong>de</strong> dieren, alsof ze erop<br />

vertrouw<strong>de</strong>n dat wij wél raad zou<strong>de</strong>n weten met <strong>de</strong> last <strong>van</strong> <strong>een</strong> ondraaglijke scheur.<br />

Talrijk zijn <strong>de</strong> voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze onmogelijke geborgenheid in <strong>de</strong> wereld. Denken<br />

we aan <strong>de</strong> kat Minos <strong>van</strong> Marcel Jouhan<strong>de</strong>au (1942), die in <strong>de</strong> put zit omwille <strong>van</strong> <strong>een</strong><br />

vermoor<strong>de</strong> tortelduif. Maar dat komt toch nog altijd veel sterker tot uiting in <strong>Lacan</strong>s nota, die<br />

wijst op <strong>de</strong> "kloof <strong>van</strong> het individuele wezen tot zijn essentie". In Remming, symptoom en<br />

<strong>angst</strong> m<strong>een</strong>t Freud dat <strong>de</strong> <strong>angst</strong> als fenom<strong>een</strong> samenhangt met al wat leeft. <strong>Lacan</strong> volgt hem<br />

niet zover, maar breidt <strong>de</strong> mogelijkheid tot <strong>angst</strong> toch ook wel uit tot bijna voorbij <strong>de</strong><br />

zoogdieren. En in Saint Glinglin stelt zijn vriend Raymond Queneau (1997 [1948]) zich met<br />

<strong>de</strong> grootst mogelijke ernst – en dus met perfecte geestigheid – vragen over <strong>de</strong> <strong>angst</strong> <strong>de</strong>r<br />

kreeften. Hou<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze grote geesten ons dan voor <strong>de</strong> gek? Ze verlossen ons eer<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het<br />

onverbeterlijk spiritualisme dat <strong>de</strong> reflectie over <strong>de</strong> <strong>angst</strong> bemoeilijkt door die te bezwaren<br />

met al die antropocentrische ij<strong>de</strong>lhe<strong>de</strong>n die <strong>de</strong> amateurs <strong>van</strong> <strong>de</strong> menselijke soort zo lief zijn.<br />

Aan hen danken we die klinische teratologie die ons wil doen geloven aan het nut <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>angst</strong>, aan <strong>de</strong> noodzaak om die te ervaren en daar doorh<strong>een</strong> te passeren als <strong>de</strong> mens <strong>de</strong><br />

2


Inwit nr. 1, 2005, pp. 139-154<br />

essentie <strong>van</strong> zichzelf wil vin<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> zijn bestaan binnen het scheppingsplan wil<br />

begrijpen. Net zoals Bernardin <strong>de</strong> Saint-Pierre m<strong>een</strong><strong>de</strong> dat <strong>de</strong> God <strong>van</strong> Adam en Eva het<br />

schuim had bedacht, opdat <strong>de</strong> matrozen <strong>de</strong> rotsen zou<strong>de</strong>n opmerken, klampen zij zich vast aan<br />

<strong>de</strong> <strong>angst</strong> <strong>van</strong>uit <strong>de</strong> overtuiging dat <strong>de</strong> exquise kwaliteit <strong>van</strong> zijn kwellingen het eigene <strong>van</strong> het<br />

menselijk lot zou prijsgeven.<br />

<strong>de</strong> <strong>angst</strong> is zekerheid<br />

Met <strong>Lacan</strong> stellen dat <strong>de</strong> <strong>angst</strong> zekerheid is, betekent dat daarbij g<strong>een</strong> sprake is <strong>van</strong><br />

authenticiteit. Als affect on<strong>de</strong>rgaat <strong>de</strong> <strong>angst</strong> wat alle affecten on<strong>de</strong>rgaan, wanneer ze<br />

geverifieerd moeten wor<strong>de</strong>n; en <strong>de</strong> <strong>angst</strong> verifiëren doen wij in<strong>de</strong>rdaad, vermits <strong>de</strong> analyse<br />

<strong>van</strong> <strong>een</strong> <strong>angst</strong>ig iemand erop neerkomt dat we zijn zekerheid toetsen aan <strong>de</strong> waarheid. Daarbij<br />

gaan wij omgekeerd te werk aan <strong>de</strong> gelovige of <strong>de</strong> <strong>de</strong>nker, voor wie <strong>de</strong> <strong>angst</strong> <strong>de</strong> waarheid is<br />

over <strong>een</strong> vraag die tot <strong>een</strong> zekerheid moet gebetonneerd wor<strong>de</strong>n. Voor ons is <strong>de</strong> <strong>angst</strong> niet<br />

authentiek, maar zeker; ware hij authentiek, dan zou hij zijn verschijningsvorm niet ontlenen<br />

aan <strong>de</strong> theatralisatie, die hem zo eigen is en die dus nooit ontbreekt, en waarmee het subject<br />

wanhopig poogt om zijn <strong>angst</strong> binnen <strong>de</strong> perken te hou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> scène waarop hij zich<br />

manifesteert, als wou het voorkomen dat <strong>de</strong> dreiging over <strong>de</strong> wereld uit<strong>de</strong>inen zou.<br />

Men zou kunnen stellen dat <strong>de</strong> <strong>angst</strong> nooit doelmatig is of nuttig, om dan <strong>van</strong> daaruit<br />

<strong>een</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> te rechtvaardigen die daar<strong>van</strong> niets wil weten. Zulks getuigt<br />

helaas niet <strong>van</strong> <strong>een</strong> betere inspiratie dan te gokken op <strong>de</strong> fictie <strong>van</strong> zijn nuttigheid. Nochtans<br />

doen <strong>de</strong> geneesheren dat; voor hen is <strong>angst</strong> nutteloos en dat laat zich verifiëren via meting <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> psycho-organische functies die daardoor wor<strong>de</strong>n verstoord. Dergelijke re<strong>de</strong>nering dateert<br />

niet <strong>van</strong> gisteren: begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren 1900 beschreef <strong>een</strong> leerling <strong>van</strong> Charcot <strong>de</strong> <strong>angst</strong> als<br />

"<strong>een</strong> universele stilstand in het hart <strong>van</strong> <strong>de</strong> werking <strong>van</strong> <strong>de</strong> natuur". Dat was tenminste nog<br />

goed geformuleerd. He<strong>de</strong>n bekommeren opstellers <strong>van</strong> evaluatieve vragenlijsten zich in elk<br />

geval al niet meer om dat soort zwier en fijngevoelighe<strong>de</strong>n, maar <strong>de</strong> geest blijft wel <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>:<br />

tussen <strong>de</strong> heilzame functies <strong>van</strong> <strong>de</strong> schrik en <strong>de</strong> disfunctie <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> zou <strong>een</strong> kwantitatieve<br />

toename <strong>van</strong> <strong>de</strong> 'emotie' <strong>een</strong> kwalitatieve sprong verklaren.<br />

Uiteraard zijn ook voor ons intensiteitkwesties niet gesp<strong>een</strong>d <strong>van</strong> elk belang. In het<br />

begin <strong>van</strong> Seminarie X heeft <strong>Lacan</strong> het over 'paranormale' <strong>angst</strong> (2004 [1962-1963], p. 27); en<br />

in zijn samenvatting <strong>van</strong> Seminarie XV over <strong>de</strong> analytische act on<strong>de</strong>rscheidt hij impliciet<br />

<strong>angst</strong> en <strong>angst</strong>igheid, zon<strong>de</strong>r daarbij <strong>de</strong> opvatting over te nemen <strong>van</strong> <strong>de</strong> zeer aca<strong>de</strong>mische<br />

Juliette Favez-Boutonnier (1963), die bei<strong>de</strong> praktisch door elkaar haalt (2001 [1969], pp. 377<br />

en 381). Freuds originaliteit schuilt noch in <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ntificatie noch in <strong>de</strong> doorgedreven<br />

differentiatie <strong>van</strong> <strong>angst</strong>igheid en <strong>angst</strong>. Wel on<strong>de</strong>rscheidt hij bei<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> schrik, waar hij<br />

aantoont dat bei<strong>de</strong> het subject niet doen verstijven tegenover het gevaar dat tot schrik leidt.<br />

Zijn radicale originaliteit schuilt er dan in dat hij zich bedient <strong>van</strong> die intensiteitkwestie om<br />

vooreerst vatbaar te maken dat <strong>de</strong> <strong>angst</strong> in<strong>de</strong>rdaad <strong>een</strong> functie heeft, maar vervolgens ook om<br />

<strong>van</strong> die <strong>angst</strong> <strong>een</strong> oorzaak te maken, <strong>een</strong> oorzaak <strong>van</strong> … het subject dat daarop het antwoord<br />

is.<br />

Een zeebries en <strong>een</strong> cycloon zijn allebei wind, maar bei<strong>de</strong>r gevolgen zijn niet gelijk:<br />

het bouwsel, dat <strong>de</strong> bries maar even streelt, wordt door <strong>de</strong> cycloon met <strong>de</strong> grond gelijk<br />

gemaakt. Volgens Freud kan men zich nu in<strong>de</strong>rdaad beroepen op dit or<strong>de</strong>verschil qua<br />

gevolgen en effecten om daaruit zowel <strong>de</strong> i<strong>de</strong>e <strong>van</strong> <strong>de</strong> oorzaak als <strong>de</strong> i<strong>de</strong>e <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

signaalfunctie <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> af te lei<strong>de</strong>n: "De ervaren schipper kijkt met ontzetting naar <strong>een</strong><br />

wolkje aan <strong>de</strong> hemel dat <strong>de</strong> passagier onbedui<strong>de</strong>nd toeschijnt, terwijl het hem <strong>een</strong> na<strong>de</strong>ren<strong>de</strong><br />

orkaan voorspelt" (1960 [1916-1917], p. 409).<br />

Vanuit <strong>een</strong> specifieke verhouding met "<strong>de</strong> stand <strong>van</strong> ons weten" sme<strong>de</strong>n wij dus als<br />

3


Inwit nr. 1, 2005, pp. 139-154<br />

subject uit <strong>een</strong> miniem gebeuren het signaal <strong>van</strong> <strong>een</strong> storm (1960 [1916-1917], p. 408). Van<br />

<strong>een</strong> intensiteitverschil maken wij het reële <strong>van</strong> <strong>een</strong> functie, waarop we dan antwoor<strong>de</strong>n als<br />

subject door dat te beoor<strong>de</strong>len, door dat te behan<strong>de</strong>len als <strong>de</strong> mogelijkheid <strong>van</strong> <strong>een</strong><br />

mogelijkheid, als <strong>de</strong> mogelijkheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> mogelijkheid niet <strong>van</strong> <strong>de</strong> vrijheid maar <strong>van</strong> <strong>een</strong><br />

ondraaglijke onlust. Het zij toegestaan om even op ironische wijze te kierkegaardiseren, nu<br />

we begrijpen dat het enkel door zijn antwoord is dat het subject aan het reële <strong>een</strong> functie<br />

onttrekt die 'signaal' genoemd wordt. In hoofdstuk negen <strong>van</strong> Remming, symptoom en <strong>angst</strong> is<br />

Freud even welbespraakt als precies inzake <strong>de</strong> <strong>de</strong>licate dosering <strong>van</strong> die metapsychologische<br />

verban<strong>de</strong>n.<br />

<strong>de</strong> <strong>angst</strong> in gevaar<br />

Geneesheren stellen dus dat bij behoorlijke meting blijkt dat <strong>de</strong> <strong>angst</strong> net als het lij<strong>de</strong>n<br />

nutteloos is. Dit lijkt met<strong>een</strong> al sympathieker, en ruikt al <strong>een</strong> stuk min<strong>de</strong>r muf dan het<br />

dolorisme <strong>van</strong> <strong>de</strong> gelovige. Het schijnt ook realistischer dan het gekakel <strong>de</strong>r filosofen. In<br />

enkele vermaar<strong>de</strong> regels stak Freud bei<strong>de</strong> partijen echter in <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> zak: <strong>de</strong> achterhaal<strong>de</strong><br />

levensgidsen (Lebensführer), het gekrakeel (Poltern) <strong>van</strong> <strong>de</strong> filosofen, dat zijn allemaal maar<br />

vruchteloze pogingen om die ou<strong>de</strong>, 'zo gerieflijke en zo volledige catechismus' te ver<strong>van</strong>gen<br />

(1960 [1926d], p. 123).<br />

Als disfunctie <strong>van</strong> <strong>de</strong> alarminstallatie en complete verstoring <strong>van</strong> het aangepast<br />

karakter <strong>van</strong> <strong>de</strong> schrik moet <strong>de</strong> <strong>angst</strong> volgens <strong>de</strong> aca<strong>de</strong>mische geneeskun<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ld wor<strong>de</strong>n<br />

via <strong>een</strong> toenemen<strong>de</strong> precisie <strong>van</strong> <strong>van</strong> langsom topischer moleculen. Voorwaar <strong>een</strong> mooi<br />

project; jammer genoeg is het op mid<strong>de</strong>llange termijn al even ontgoochelend: <strong>de</strong> opheffing<br />

(Wegfall) <strong>van</strong> <strong>de</strong> signaalfunctie heeft ernstige gevolgen.<br />

Dat is toch wat wij beweren, in navolging <strong>van</strong> Freud. Hebben we echter wel echt <strong>een</strong><br />

poot om op te staan, om <strong>de</strong> slimme jongens uit te hangen en zo zelfingenomen te doen?<br />

Uitein<strong>de</strong>lijk hebben we slechts weinig kaarten in han<strong>de</strong>n. Ik kan U zelfs verklappen dat we<br />

slechts één kaart trekken, die <strong>van</strong> Freud namelijk, met <strong>de</strong> signaalfunctie die <strong>de</strong> oorzaak <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

verdringing is en als dusdanig aan <strong>de</strong> basis ligt <strong>van</strong> <strong>de</strong> symptoomvorming. Het gaat hier<br />

overigens wel om <strong>een</strong> merkwaardige functie: <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> het <strong>angst</strong>fenom<strong>een</strong><br />

on<strong>de</strong>rdrukt haar en <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> het <strong>angst</strong>fenom<strong>een</strong> heft haar op! Dat is ongetwijfeld<br />

<strong>een</strong> dilemma. Laten we er echter niet met<strong>een</strong> <strong>Lacan</strong> bij betrekken, en eerst nagaan hoe Freuds<br />

argumentatie ook langs <strong>een</strong> an<strong>de</strong>re lijn kan afgewikkeld wor<strong>de</strong>n.<br />

In 1916 maakt Freud aanstalten om te stellen dat <strong>de</strong> neurose <strong>de</strong> <strong>angst</strong> is en <strong>de</strong> <strong>angst</strong> <strong>de</strong><br />

neurose. Uitein<strong>de</strong>lijk doet hij dat toch niet, omdat hij vaststelt dat ie<strong>de</strong>r<strong>een</strong> weet wat <strong>angst</strong> is,<br />

ook al is niet ie<strong>de</strong>r<strong>een</strong> <strong>angst</strong>ig. Er bestaan symptomen zon<strong>de</strong>r <strong>angst</strong>en en <strong>angst</strong>en zon<strong>de</strong>r<br />

symptomen. Met <strong>een</strong> pastiche op <strong>een</strong> alexandrijn uit Animaux mala<strong>de</strong>s <strong>de</strong> la peste <strong>van</strong> La<br />

Fontaine – "niet ie<strong>de</strong>r stierf, hoewel ie<strong>de</strong>r was getroffen" 2 – zou<strong>de</strong>n we in twaalf versvoeten<br />

<strong>een</strong> samenvatting kunnen geven <strong>van</strong> <strong>de</strong> problematiek die Freud afleidt uit <strong>de</strong>ze verrassen<strong>de</strong><br />

'verbreiding' <strong>van</strong> het fenom<strong>een</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> Angstentwicklung: "Niet ie<strong>de</strong>r ervaart haar, hoewel<br />

ie<strong>de</strong>r haar kent". Wat is het statuut <strong>van</strong> dit soort kennis <strong>van</strong> <strong>een</strong> intieme ervaring, die men kan<br />

hebben terwijl men er<strong>van</strong> gevrijwaard is? Wat is <strong>de</strong>ze universele kennis <strong>van</strong> <strong>een</strong> niet<br />

algemene ervaring?<br />

Indien <strong>de</strong> <strong>angst</strong> zijn signaalfunctie <strong>de</strong>s te beter vervult naarmate hij zich niet<br />

ontwikkelt als fenom<strong>een</strong>, dan kan je hem logischerwijs als universeel <strong>de</strong>nken. Alhoewel, op<br />

het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> Remming, symptoom en <strong>angst</strong> lijkt <strong>de</strong> ont<strong>de</strong>kking <strong>van</strong> en het accent op die<br />

signaalfunctie te lei<strong>de</strong>n tot <strong>een</strong> verdubbeling <strong>van</strong> het enigma dat Freud daarin tracht op te<br />

2 "Ils ne mouraient pas tous, mais tous étaient frappés"<br />

4


Inwit nr. 1, 2005, pp. 139-154<br />

lossen: indien <strong>de</strong> <strong>angst</strong> oorzaak <strong>van</strong> verdringing is, wat is dan <strong>de</strong> oorzaak <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze oorzaak?<br />

Het kan niet om <strong>een</strong> zelfbehoudsdrift gaan; het gaat immers niet over <strong>een</strong> vooraf bepaald<br />

weten maar eer<strong>de</strong>r over <strong>een</strong> toestand die bijzon<strong>de</strong>r ambigue relaties heeft met het weten, en<br />

zelfs met "het meerweten, waardoor <strong>de</strong> <strong>angst</strong> bevor<strong>de</strong>rd wordt" (das Mehrwissen, was die<br />

Angst beför<strong>de</strong>rt) (1960 [1916-1917], p. 409).<br />

<strong>de</strong> schrik voor <strong>de</strong> schrik<br />

Dat was Freud in 1916, in zijn Inleiding tot <strong>de</strong> <strong>Psychoanalyse</strong>; maken we thans <strong>een</strong><br />

sprong naar 1974, met <strong>Lacan</strong>, in <strong>een</strong> interview met het Italiaanse tijdschrift Panorama. Ook<br />

hij zegt niet "<strong>de</strong> neurose is <strong>de</strong> <strong>angst</strong>" of "<strong>de</strong> <strong>angst</strong> is <strong>de</strong> neurose", maar op <strong>een</strong> oneindig<br />

verbluffen<strong>de</strong>r wijze "<strong>de</strong> neurose is <strong>de</strong> schrik".<br />

Op <strong>de</strong> vraag "Wat zet mensen ertoe aan om zich te laten analyseren?" antwoordt<br />

<strong>Lacan</strong>: "De schrik. Wanneer hem iets overkomt dat hij niet begrijpt, krijgt <strong>de</strong> mens schrik. Hij<br />

lijdt on<strong>de</strong>r het niet begrijpen, en beetje bij beetje raakt hij in <strong>een</strong> staat <strong>van</strong> paniek. Dat is <strong>de</strong><br />

neurose." (2004 [1974], p. 26). Men zou ongetwijfeld kunnen geneigd zijn om in het<br />

achterhoofd te hou<strong>de</strong>n dat <strong>Lacan</strong> tegen journalisten praat, waarschijnlijk algemene<br />

journalisten, en voor het groot publiek. En dus hakt hij er maar op los, wil hij treffen<strong>de</strong><br />

uitspraken doen. Zo <strong>de</strong>nken levert echter weinig op en vermin<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> mogelijke vruchten <strong>van</strong><br />

<strong>een</strong> lezing. Volgen we hier liever het advies <strong>van</strong> Miller in <strong>een</strong> seminarie dat hij juist aan<br />

Freuds Inleiding tot <strong>de</strong> <strong>Psychoanalyse</strong> wijd<strong>de</strong>: "De ver<strong>een</strong>voudiging […], <strong>de</strong> versnelling <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> theoretische uit<strong>een</strong>zetting, onthullen uitein<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> krachtlijnen, het skelet <strong>van</strong> <strong>de</strong> theorie<br />

[…] De ver<strong>een</strong>voudiging heeft zo haar eigen voor<strong>de</strong>el; je moet thema’s met elkaar in verband<br />

brengen die an<strong>de</strong>rs apart bestu<strong>de</strong>erd wor<strong>de</strong>n." (1998 [1997], p. 20).<br />

Centraal in zijn interview plaatst <strong>Lacan</strong> <strong>een</strong> term die Freud noch verwaarloosd noch<br />

aan <strong>de</strong> kant geschoven heeft, <strong>een</strong> term die hij overigens bij zijn <strong>de</strong>monstratie heeft gebruikt,<br />

maar waar<strong>van</strong> hij uitein<strong>de</strong>lijk m<strong>een</strong>t dat er voldoen<strong>de</strong> 'consensus' bestond rond het probleem<br />

dat hij stelt om er niet al te lang bij stil te moeten staan: <strong>de</strong> schrik. Als op <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s oor<strong>de</strong>els<br />

in <strong>de</strong> universele cultuur überhaupt nog iets moet bovendrijven <strong>van</strong> dit hele <strong>de</strong>bat – wat kan<br />

men stellen tegenover wat het sprekend dier <strong>de</strong> daver op het lijf jaagt, neerslaat of weer<br />

overeind helpt, wat moet men <strong>de</strong>nken over hetg<strong>een</strong> dit menselijke dier afstopt, voortdrijft,<br />

doet rillen of verhit? – als iets zal bovendrijven dan zal het dit zijn: enkel <strong>de</strong> psychoanalyse<br />

doet ons <strong>de</strong> smaak te pakken krijgen, met <strong>de</strong> waardigheid <strong>van</strong> haar <strong>concept</strong>uele mid<strong>de</strong>len, om<br />

<strong>angst</strong> <strong>van</strong> schrik te on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n of te schei<strong>de</strong>n, om die in elkaar te laten grijpen en te<br />

versmelten, om ze te differentiëren en te vergelijken, om tij<strong>de</strong>ns hun bestu<strong>de</strong>ring <strong>een</strong> lange en<br />

geduldige omgang met hun articulatie te hebben die <strong>de</strong> hoop wettigt dat we <strong>de</strong> <strong>angst</strong> achter<br />

ons zullen kunnen laten en dat we bijgevolg zullen kunnen verdragen wat we met <strong>de</strong> schrik te<br />

maken hebben, die toelaat om ons <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> te bevrij<strong>de</strong>n en uitein<strong>de</strong>lijk te weten te komen<br />

wat we moeten <strong>de</strong>nken <strong>van</strong> onze schrik.<br />

Hernemen we <strong>Lacan</strong>: <strong>de</strong> neurose is lij<strong>de</strong>n, lij<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r het niet begrijpen, en dat wordt<br />

schrik genoemd. "Maar wat is dan <strong>de</strong> <strong>angst</strong> volgens <strong>de</strong> psychoanalyse?", vraagt Panorama.<br />

<strong>Lacan</strong>s antwoord: "Dat is iets dat zich buiten ons lichaam situeert, <strong>een</strong> schrik, maar voor niets<br />

dat het lichaam, <strong>de</strong> geest inbegrepen, kan motiveren. Kortom, <strong>de</strong> schrik voor <strong>de</strong> schrik."<br />

(<strong>Lacan</strong>, 2004 [1974], p. 29). Deze formule, <strong>de</strong> schrik voor <strong>de</strong> schrik, haalt <strong>Lacan</strong> ongetwijfeld<br />

bij <strong>de</strong> psychiaters die hem als dokter in <strong>de</strong> geneeskun<strong>de</strong> hebben gevormd, bij zijn meesters en<br />

<strong>de</strong> meesters <strong>de</strong>zer meesters. Ze vormt in elk geval <strong>de</strong> kern <strong>van</strong> enkele werken <strong>van</strong> één <strong>van</strong><br />

hen, hoofdgeneesheer <strong>van</strong> <strong>de</strong> Infirmerie <strong>van</strong> het Huis <strong>van</strong> Bewaring <strong>van</strong> het<br />

Hoofdcommissariaat <strong>van</strong> Politie en groot fotograaf in het Aanschijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> Eeuwigheid,<br />

Henri Legrand du Saule, die tevens geneesheer was in <strong>de</strong> Salpetrière en stierf in het jaar dat<br />

5


Inwit nr. 1, 2005, pp. 139-154<br />

Freud in Parijs aankwam.<br />

De psychiatrische 'schrik voor <strong>de</strong> schrik' was <strong>de</strong> schrik om schrik te hebben; <strong>Lacan</strong>s<br />

'schrik voor <strong>de</strong> schrik' lijkt iets an<strong>de</strong>rs. Het is evenmin <strong>een</strong> schrik in het kwadraat, <strong>een</strong> schrik<br />

tot <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> macht, <strong>een</strong> grotere schrik; daaraan heeft <strong>Lacan</strong> immers <strong>een</strong> naam gegeven,<br />

namelijk <strong>de</strong> staat <strong>van</strong> paniek – die hij overigens niet erkent als <strong>angst</strong>toestand stricto sensu.<br />

<strong>een</strong> klinisch voorbeeld<br />

Nemen we het voorbeeld <strong>van</strong> <strong>een</strong> analysant die nog niet al te ver staat in zijn kuur. In<br />

<strong>een</strong> sfeer <strong>van</strong> acting out stort hij zich op <strong>de</strong> beoefening <strong>van</strong> <strong>een</strong> gevaarlijke en<br />

indrukwekken<strong>de</strong> sport. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> analyse raakt hij snel bekend met <strong>de</strong><br />

betekenaarscoördinaten, <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ntificaties die meespelen, en dat volstaat voor <strong>de</strong> vaststelling<br />

<strong>van</strong> zowel <strong>de</strong> onbewuste <strong>de</strong>termineringen als <strong>de</strong> evi<strong>de</strong>nte plaats <strong>van</strong> dit verlangen en zijn<br />

nietigheid binnen zijn familieroman. De beoefening <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze sport blijft hem niettemin<br />

aantrekken; in het ver<strong>de</strong>r verloop <strong>van</strong> zijn analyse verschijnen repetitieve elementen die hem<br />

niet zon<strong>de</strong>r verband lijken met enkele symptomatische eigenaardighe<strong>de</strong>n. De schrik die hij<br />

twintig à <strong>de</strong>rtig minuten voor ie<strong>de</strong>re beoefening in <strong>de</strong> buik gewaarwordt, draagt nog bij tot het<br />

aanzwengelen <strong>van</strong> het gezochte plezier.<br />

Op <strong>een</strong> avond, als hij zijn zak en het materiaal voor het opschepperig gedoe <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

volgen<strong>de</strong> dag klaar maakt, komt <strong>de</strong> <strong>angst</strong> opzetten. Deze keer is het an<strong>de</strong>rs. Wat hem afschrikt<br />

is niet het gevaar <strong>van</strong> het naken<strong>de</strong> gebeuren noch <strong>de</strong> ondoorgron<strong>de</strong>lijkheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> re<strong>de</strong>ns<br />

waarom hij zich moet blootstellen aan die compleet overbodige beproeving, maar hij wordt<br />

bekropen door <strong>een</strong> intiem, heimelijk terug<strong>de</strong>inzen, dat hem treft door <strong>de</strong> mysterieuze<br />

duisterheid <strong>van</strong> <strong>een</strong> afstand die juist lijkt toe te nemen met <strong>de</strong> na<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> wat hem tussen <strong>de</strong><br />

vingers glipt. Het zit niet in zijn lichaam, juist omdat zijn lichaam in dit alles zit. Het is niet<br />

langer die exquise schrik die <strong>van</strong>uit <strong>de</strong> holte <strong>van</strong> het epigastrium <strong>de</strong> hypochon<strong>de</strong>r doorstraalt<br />

tenein<strong>de</strong> <strong>de</strong> buste <strong>de</strong> hoffelijke en paradoxale stut <strong>van</strong> <strong>een</strong> voorlopige sokkel te bie<strong>de</strong>n. Dit<br />

keer heeft hij zijn bekomst.<br />

Hoewel hij heeft kunnen vatten dat <strong>de</strong> <strong>angst</strong> <strong>de</strong> voortzetting <strong>van</strong> het fantasme met<br />

an<strong>de</strong>re mid<strong>de</strong>len is, blijft het toch opmerkelijk dat <strong>de</strong> ervaring zelf hem toch niet onthult dat<br />

<strong>de</strong> drijfveer daar<strong>van</strong> seksueel te begrijpen is: g<strong>een</strong> meerweten (Mehrwissen) als beloning. Dat<br />

<strong>een</strong> <strong>angst</strong> tot bedaren komt, is uiteraard <strong>een</strong> goe<strong>de</strong> zaak, maar dat betekent nog altijd g<strong>een</strong><br />

opheffing <strong>van</strong> <strong>de</strong> verdringing, noch <strong>een</strong> winst aan weten, noch <strong>een</strong> triomf over het reële, noch<br />

<strong>een</strong> buitenkansje voor <strong>de</strong> waarheid. Deze mid<strong>de</strong>lmatig belangrijke crisis, gevormd door <strong>de</strong><br />

erotisering <strong>van</strong> <strong>de</strong> schrik die hij ont<strong>de</strong>kte toen hij zich dat fysiek risico (in zijn sport) op <strong>de</strong><br />

hals haal<strong>de</strong>, stond dus op het punt om over te gaan in <strong>een</strong> onbegrip dat symptomatische<br />

afmetingen aannam. De <strong>angst</strong> was dus wel <strong>de</strong>gelijk <strong>de</strong> schrik voor <strong>de</strong> schrik die zich<br />

aankondig<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re voortekenen dan <strong>de</strong>ze waartegen hij zich wil<strong>de</strong> beschutten om zich<br />

zodoen<strong>de</strong> te verzekeren <strong>van</strong> <strong>een</strong> fluti<strong>de</strong>alisering. Deze <strong>angst</strong> bezegel<strong>de</strong> niet meer <strong>een</strong><br />

lichamelijk risico, maar on<strong>de</strong>rvroeg het enigma <strong>van</strong> <strong>een</strong> fantasmatische conjunctuur.<br />

<strong>een</strong> obstakel tot het weten overwonnen door <strong>de</strong> overdracht<br />

Een functie is <strong>een</strong> structuur binnenin <strong>een</strong> structuur. Voor <strong>de</strong> functie die ons hier<br />

bezighoudt, merkt Freud op dat zijn hypothese <strong>van</strong> het signaal <strong>de</strong> <strong>angst</strong> on<strong>de</strong>rscheidt <strong>van</strong> het<br />

symptoom, aangezien ze <strong>de</strong> notie <strong>van</strong> het gevaar tussen bei<strong>de</strong> schuift (1960 [1926d], p. 176).<br />

Signaal-gevaar-verdringing-symptoom: dat soort algoritme <strong>van</strong> vier termen heeft <strong>een</strong><br />

bepaal<strong>de</strong> waar<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> klinische oriëntatie, maar het is tevens <strong>van</strong> <strong>een</strong> gekunsteldheid die<br />

6


Inwit nr. 1, 2005, pp. 139-154<br />

door <strong>de</strong> pathologische <strong>angst</strong> makkelijk aan diggelen wordt geslagen. Die <strong>angst</strong> bestempelen<br />

als <strong>de</strong> schrik voor <strong>de</strong> schrik oriënteert in Freuds dilemma <strong>van</strong> functie en fenom<strong>een</strong>.<br />

Als <strong>de</strong> schrik <strong>een</strong> uiting is <strong>van</strong> het lij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het subject dat niet begrijpt wat hem<br />

overkomt, dan kent Freuds <strong>angst</strong>signaal (<strong>de</strong> <strong>angst</strong> beperkt tot zijn functie <strong>van</strong> aangeven <strong>van</strong><br />

het reële) aan die schrik het vermogen toe om meer <strong>de</strong>nsiteit te verlenen aan het symptoom<br />

dat terzelf<strong>de</strong>r tijd met die schrik gepaard gaat en die schrik motiveert. De schrik voor die<br />

schrik, of <strong>de</strong> <strong>angst</strong> zoals <strong>Lacan</strong> hem behan<strong>de</strong>lt in het interview met Panorama, gaat meestal in<br />

tegen dat soort transfusie <strong>van</strong> consistentie, die <strong>de</strong> mogelijkheid om in het symptoom te<br />

geloven doet toenemen door het subject te versterken in zijn wil om het te analyseren doordat<br />

"zich in het subject iets zodanig aftekent dat hem wordt gesuggereerd dat er daarvoor <strong>een</strong><br />

oorzaak is" (<strong>Lacan</strong> 2004 [1962-1963], p. 325).<br />

Dat het fenom<strong>een</strong> <strong>de</strong> functie on<strong>de</strong>rdrukt, of dat <strong>de</strong> toevalligheid niet om haar essentie<br />

maalt, verklaart dat <strong>de</strong> analyticus meer rekent op <strong>de</strong> overdracht en zijn hantering dan op het<br />

verlangen om te weten <strong>van</strong> <strong>de</strong> analysant, verlangen dat immers zwaar geïntimi<strong>de</strong>erd is door <strong>de</strong><br />

<strong>angst</strong>. Die analyticus moet dan nog wel kunnen geven wat hij heeft, zoals <strong>de</strong> mooiste bruid<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> wereld, en dat is <strong>een</strong> verlangen. Wanneer wij dit verlangen <strong>van</strong> <strong>de</strong> analyticus, in<br />

navolging <strong>van</strong> Miller in <strong>een</strong> <strong>van</strong> zijn vroegere seminaries, bena<strong>de</strong>ren als <strong>een</strong> verlangen om te<br />

weten, dan ver<strong>van</strong>gt of bestrijdt dit verlangen wat onmogelijk te mobiliseren valt bij <strong>de</strong><br />

be<strong>angst</strong>ig<strong>de</strong>, en dat in <strong>de</strong> mate dat <strong>de</strong> <strong>angst</strong> zich <strong>van</strong> nature presenteert als tegengesteld aan en<br />

onverzoenbaar met <strong>de</strong> verwerving <strong>van</strong> <strong>een</strong> nieuw weten. Freud zegt niets an<strong>de</strong>rs wanneer hij<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> <strong>een</strong> oorzaak <strong>van</strong> <strong>de</strong> verdringing maakt.<br />

"Wee <strong>de</strong> psychoanalyticus die het stadium <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> niet zou hebben<br />

getraverseerd", stelt <strong>Lacan</strong> (2004 [1974], p. 29). Deze verwijzing naar <strong>een</strong> stadium wordt<br />

voldoen<strong>de</strong> verhel<strong>de</strong>rd door <strong>de</strong> commentaar <strong>van</strong> Miller die Seminarie X situeert als keerzij<strong>de</strong><br />

<strong>van</strong> het spiegelstadium (2004 [2004], p. 67). Zo wor<strong>de</strong>n we eraan herinnerd dat <strong>de</strong> <strong>angst</strong><br />

evenzeer - en misschien vooral - <strong>een</strong> kwestie is <strong>van</strong> gezichtshoek, <strong>van</strong> subjectieve positie. Dit<br />

stadium <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong>, als <strong>een</strong> an<strong>de</strong>re subjectieve positie, veron<strong>de</strong>rstelt in<strong>de</strong>rdaad <strong>een</strong><br />

overschrijding en <strong>de</strong> realisatie <strong>van</strong> <strong>een</strong> 'klinische' situatie waarin <strong>de</strong> functie <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong>, als<br />

aanwijzing <strong>van</strong> het reële, niet langer bezwaard en gecompromitteerd wordt door het fenom<strong>een</strong><br />

zelf.<br />

Wat <strong>de</strong> juist vermel<strong>de</strong> 'wee' betreft, is met<strong>een</strong> dui<strong>de</strong>lijk dat die niet ontl<strong>een</strong>d is aan het<br />

vocabularium <strong>de</strong>r grote vervloekingen, maar, veel sober<strong>de</strong>r, aan <strong>de</strong> fenomenologie <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>angst</strong> waarin <strong>de</strong> tijd wegtikt in afwachting <strong>van</strong> het absolute kwaad. Wee <strong>de</strong> psychoanalyticus,<br />

want het kwaad dat door <strong>de</strong> <strong>angst</strong> wordt aangekondigd, is niets an<strong>de</strong>rs dan die <strong>angst</strong> zelf. De<br />

analyticus die niet is toegekomen aan <strong>de</strong> traversering <strong>van</strong> dit stadium, zijn<strong>de</strong> het logische<br />

moment waarin <strong>de</strong> functie <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> zijn re<strong>de</strong>n vindt, zal zelf het fenom<strong>een</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong><br />

ervaren in <strong>een</strong> praktijk die voor hem eer<strong>de</strong>r symptomatisch zal wor<strong>de</strong>n; die <strong>angst</strong> infiltreert<br />

immers al wat klinisch is en zal daar<strong>van</strong> ondraaglijke realiteiten maken omdat het voortdurend<br />

openstaat voor <strong>de</strong> besmettelijkheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> pijn. Ofwel <strong>de</strong> <strong>angst</strong> ofwel het verlangen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

analyticus: er moet in elk geval gekozen wor<strong>de</strong>n.<br />

<strong>Lacan</strong> heeft niet gezegd: "Wee <strong>de</strong> psychoanalyticus die <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> niet<br />

zou gekend hebben!" De zekerheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> is immers niet <strong>de</strong>ze die wordt verwacht in <strong>de</strong><br />

overgang <strong>van</strong> analysant tot analyticus. Bestaat er dan <strong>een</strong> goe<strong>de</strong> en <strong>een</strong> slechte zekerheid? Dat<br />

zou verkeerd gezegd zijn. Er bestaat wel <strong>een</strong> subjectpositie die ondraaglijk en onvruchtbaar is,<br />

en <strong>een</strong> an<strong>de</strong>re waarin <strong>een</strong> bezegeling mogelijk is <strong>van</strong> het akkoord met wat voor het subject<br />

zeker is gewor<strong>de</strong>n. De <strong>angst</strong> is het teken <strong>van</strong> <strong>de</strong> intre<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> zekerheid in <strong>de</strong> subjectiviteit<br />

langs <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur <strong>van</strong> het lij<strong>de</strong>n. De <strong>angst</strong> is niet vruchtbaar als hij anticiperen<strong>de</strong> zekerheid en<br />

contemplatief pessimisme <strong>van</strong> het ergste is – wel als hij geanticipeer<strong>de</strong> zekerheid is die leidt<br />

tot <strong>de</strong> act.<br />

De positie <strong>van</strong> het subject, <strong>de</strong> pijnlijke positie <strong>van</strong> zijn zekerheid, proberen we dan ook<br />

7


Inwit nr. 1, 2005, pp. 139-154<br />

te verbeteren via <strong>een</strong> geloof dat wij 'overdracht' noemen (<strong>Lacan</strong> 2004 [1962-1963], p. 70). In<br />

dat verband mogen we graag verwijzen naar <strong>een</strong> uitspraak, toegeschreven aan Madame du<br />

Châtelet, die min<strong>de</strong>r geestig dan diepzinnig is: "Ik geloof niet in spoken, maar ik ben er wel<br />

bang voor!". Vat zij daarmee in<strong>de</strong>rdaad niet dat het g<strong>een</strong> kwestie is <strong>van</strong> al dan niet in spoken<br />

te geloven, die overigens niet spookachtiger zijn dan <strong>de</strong> schijnsels (semblants), maar <strong>van</strong> te<br />

geloven in zijn schrik, en er genoeg in te geloven om er <strong>een</strong> symptoom <strong>van</strong> te maken dat <strong>de</strong><br />

kans biedt om daar<strong>van</strong> iets te leren?<br />

<strong>een</strong> reële dat zich signaleert aan het subject<br />

Freud leert dat <strong>angst</strong> <strong>een</strong> signaal is, wat betekent dat hij g<strong>een</strong> boodschap is, dat die<br />

<strong>angst</strong> g<strong>een</strong> weten achter <strong>de</strong> hand houdt dat niet <strong>de</strong>nkbaar zou zijn zon<strong>de</strong>r zijn verdwijning. Dit<br />

signaal geeft <strong>een</strong> teken <strong>van</strong> het reële aan het subject, wat wil zeggen dat het g<strong>een</strong> teken geeft<br />

aan <strong>de</strong> An<strong>de</strong>r. Elke semiologie <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> die in <strong>de</strong> An<strong>de</strong>r wordt bekokstoofd tenein<strong>de</strong> daar<br />

<strong>een</strong> omgangswijze met die <strong>angst</strong> te installeren, klinkt dan ook als <strong>een</strong> totale en lege<br />

onteigening <strong>van</strong> het meest onuitsprekelijke <strong>van</strong> het subject - zoals het geval is met <strong>de</strong> veertien<br />

of zestien items <strong>van</strong> <strong>de</strong> DSM-IV. De <strong>angst</strong> kan uiteraard gebaat zijn bij <strong>een</strong> dui<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />

tussenkomst; hij is niet verdrongen of onbewust, maar omdat hij verschoven of<br />

getransformeerd is, verschijnt hij soms als verborgen en zelfs als miskend door het subject.<br />

De 'interpretatie' heeft dan slechts <strong>een</strong> <strong>de</strong>iktische ambitie. Soms kan het in<strong>de</strong>rdaad opluchten<br />

en richting geven, als men te horen krijgt dat datgene waaron<strong>de</strong>r men lijdt op te gebroken en<br />

verteken<strong>de</strong> manier om nog overzienbaar te zijn, niets an<strong>de</strong>rs dan <strong>angst</strong> is.<br />

In Seminarie X heeft <strong>Lacan</strong> het over <strong>een</strong> 'catatonie <strong>van</strong> het subject', het subject dat in<br />

<strong>de</strong> <strong>angst</strong> niets verwacht dat het zich niet moet voorstellen met grote inspanningen tot<br />

'pejoratieve amplificatie' (<strong>Lacan</strong>, 2004 [1962-1963], p. 301; Ey 1950, p. 380). De zekerheid<br />

verdubbelt <strong>de</strong>ze <strong>angst</strong>ige afwachting niet: ze is die afwachting zelf. In <strong>de</strong> <strong>angst</strong> vallen<br />

zekerheid en verwachting <strong>van</strong> het gevaar samen. Bij <strong>de</strong> <strong>angst</strong> is <strong>de</strong> dreiging <strong>de</strong> <strong>angst</strong>, <strong>de</strong> <strong>angst</strong><br />

die het subject dwingt om <strong>van</strong> die dreiging zo snel mogelijk <strong>een</strong> voorstelbare thematisering te<br />

maken. Wie <strong>angst</strong>ig is, verwacht niet zozeer als dat hij zelf verwacht wordt. Bedreigend is dat<br />

het maar niet ophoudt. Dat is het drama <strong>van</strong> het subject dat verwacht wordt door <strong>een</strong> An<strong>de</strong>re<br />

waaraan het wanhoopt, daar het zelf op het punt staat om niet meer te geloven aan die An<strong>de</strong>r.<br />

De pijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> bestaat uit dit geloof dat in het hart werd getroffen en onbekwaam is<br />

gewor<strong>de</strong>n om <strong>een</strong> gat in <strong>de</strong> zekerheid te slaan.<br />

Vandaar ook <strong>de</strong> poging om dit traject om te keren, zoals bij <strong>een</strong> boemerang, en <strong>de</strong><br />

<strong>angst</strong> te beschouwen als <strong>de</strong> bron <strong>van</strong> <strong>een</strong> protestschreeuw die <strong>de</strong> vitale aanspraken <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

mens zou vieren, als <strong>de</strong> uiting <strong>van</strong> het op zich nemen <strong>van</strong> het tragisch levensgevoel. U weet<br />

dat dit <strong>een</strong> verwijzing is naar <strong>de</strong> titel <strong>van</strong> <strong>een</strong> boek <strong>van</strong> <strong>de</strong> grote Miguel <strong>de</strong> Unamuno, <strong>een</strong><br />

overtuigend boek (2000 [1912]). Desondanks gebiedt <strong>de</strong> kliniek ons om <strong>de</strong>ze hymne aan <strong>de</strong><br />

<strong>angst</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> meester <strong>van</strong> Salamanca krachtig <strong>van</strong> <strong>de</strong> hand te wijzen; die kliniek maakt voor<br />

ons tevens onaanvaardbaar dat hij <strong>de</strong> <strong>angst</strong> verwart met <strong>een</strong> beproeving <strong>van</strong> niet-weten die, uit<br />

hoof<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>een</strong> atheïstische mystiek, bruikbaar zou zijn als prope<strong>de</strong>use voor <strong>de</strong> onmid<strong>de</strong>llijke<br />

en directe kennis <strong>de</strong>r dingen, zoals <strong>een</strong> Georges Bataille die verkrijgt in <strong>de</strong> extase <strong>van</strong> zijn<br />

innerlijke ervaring.<br />

Met <strong>de</strong>ze laatste weerhou<strong>de</strong>n we niettemin dat het kwalijkste niet zozeer <strong>de</strong> <strong>angst</strong> zelf<br />

is, maar zijn omzeiling (élusion), zijn ontwijking. Vanuit <strong>een</strong> ongetwijfeld an<strong>de</strong>re inspiratie<br />

heeft ook <strong>Lacan</strong> het over het 'trotseren' (affrontement) <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>angst</strong> (2004 [1962-1963], p.<br />

389). Aangezien daarbij elk i<strong>de</strong>aal uit <strong>de</strong>n boze is, komt dit trotseren neer op <strong>een</strong> strijd zon<strong>de</strong>r<br />

<strong>de</strong> heroïek <strong>van</strong> oorlogszuchtige confrontaties, zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> moed <strong>van</strong> spirituele avonturen.<br />

Een subject helpen om zich te ont<strong>angst</strong>en betekent noch dat we <strong>de</strong> realiteit <strong>van</strong> zijn<br />

8


Inwit nr. 1, 2005, pp. 139-154<br />

ervaring te lijf gaan met <strong>de</strong> schan<strong>de</strong>lijke en stompzinnige terugkeer <strong>van</strong> suggestietechnieken,<br />

noch dat we daar<strong>van</strong> gebruik maken door het <strong>angst</strong>ige subject te on<strong>de</strong>rwerpen aan <strong>de</strong><br />

halfzachte autoriteit <strong>van</strong> zijn therapeut. Het is wel zaak om, mid<strong>de</strong>ls <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

overdracht, het subject toe te laten om zich te ontworstelen aan <strong>de</strong> pijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> zekerheid dat<br />

het hem enkel betreft omdat <strong>de</strong> An<strong>de</strong>r niet opgewassen is tegen zijn taak.<br />

Een subject <strong>van</strong> zijn <strong>angst</strong> verlossen, of liever het subject helpen om zich daar<strong>van</strong> te<br />

verlossen, zal het niet wapenen tegen zijn schrik, maar zal het wel toelaten er iets <strong>van</strong> te leren<br />

door het te laten weten op welke manier het daarin geïmpliceerd zit. <strong>Lacan</strong> vertrouwt<br />

Panorama toe dat het enige reële waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> toegang voor ons <strong>de</strong>nkbaar is, erin bestaat "<strong>de</strong><br />

dingen <strong>een</strong> zin te geven (…) an<strong>de</strong>rs zou <strong>de</strong> mens g<strong>een</strong> <strong>angst</strong> kennen" (2004 [1974], p. 29). De<br />

zin <strong>de</strong>r dingen staat net zo min los <strong>van</strong> het nut dat we hen toeschrijven als <strong>van</strong> het nutteloze<br />

dat we betreuren. Iemand helpen om zich te ont<strong>angst</strong>en, is hem openstellen voor <strong>de</strong><br />

openbaring dat wat in het geding is niet <strong>de</strong> zin is, theologisch of teleologisch, maar <strong>de</strong><br />

effectiviteit <strong>van</strong> wat hij echt vraagt; het is hem tevens openstellen voor <strong>de</strong> ont<strong>de</strong>kking <strong>van</strong> wat<br />

<strong>van</strong> hem te verwachten valt.<br />

BIBLIOGRAFIE<br />

Ey, H. (1950). Etu<strong>de</strong>s psychiatriques. Aspects séméiologiques, tome II, Paris: Desclée <strong>de</strong><br />

Brouwer.<br />

Favez-Boutonnier, J. (1963). L’angoisse, Paris: PUF.<br />

Freud, S. (1960 [1916-1917]). Vorlesungen zur Einführung in die <strong>Psychoanalyse</strong>,<br />

Gesammelte Werke 11, Frankfurt am Main: Fischer.<br />

Freud, S. (1960 [1926d]. Hemmung, Symptom und Angst, Gesammelte Werke 14, Frankfurt<br />

am Main: Fischer, pp. 113 ev.<br />

Jouhan<strong>de</strong>au, M. (1942), Minos et Moi ou Le Carnet du Chat, Bruxelles: Édition <strong>de</strong> la<br />

Nouvelle Revue Belgique.<br />

<strong>Lacan</strong>, J. (1966 [1953]). Fonction en champ <strong>de</strong> la parole et du langage en psychanalyse. In:<br />

Ecrits, Paris: Le Seuil, pp. 237-322.<br />

<strong>Lacan</strong>, J. (2001 [1969]). L'acte psychanalytique. Compte-rendu du Séminaire 1967-1968. In:<br />

Autres Ecrits, Paris: Seuil, pp. 375-383.<br />

<strong>Lacan</strong>, J. (2004 [1962-1963]). Le Séminaire Livre X (texte établi par J.-A. Miller): L'angoisse,<br />

Paris: Seuil.<br />

<strong>Lacan</strong>, J. (2004 [1974]). "Il ne peut pas y avoir <strong>de</strong> crise <strong>de</strong> la psychanalyse", Magazine<br />

Littéraire, 428 (février 2004), pp. 24-29.<br />

Miller J.-A. (1998 [1997]. Le séminaire <strong>de</strong> Barcelone sur 'Die Wege <strong>de</strong>r Symptombildung', in:<br />

J. Miller, Le symptôme-charlatan. Textes réunis par la Fondation du Champ Freudien, Paris:<br />

Seuil, pp. 11-52.<br />

9


Inwit nr. 1, 2005, pp. 139-154<br />

Miller, J.-A. (2005 [2004]). Introduction à la lecture du Séminaire <strong>de</strong> l'angoisse <strong>de</strong> Jacques<br />

<strong>Lacan</strong> (texte en notes établis par C. Bonningue à partir <strong>de</strong> L'orientation lacanienne III, 6,<br />

enseignement dans le cadre du Département <strong>de</strong> Psychanalyse <strong>de</strong> Paris VIII et <strong>de</strong> la section<br />

clinique <strong>de</strong> Paris-Saint–Denis, leçons <strong>de</strong>s 28 avril et 5 et 12 mai 2004), la Cause freudienne,<br />

58, pp. 61-102.<br />

Queneau, R. (1997 [1948]). Saint Glinglin, Paris: Gallimard.<br />

Unamuno, M. <strong>de</strong> (2000 [1912]). Del sentimiento trágico <strong>de</strong> la vida, Bolsillo.<br />

10

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!