08.04.2014 Views

Eerst denken en dan doen - Hogeschool Zuyd

Eerst denken en dan doen - Hogeschool Zuyd

Eerst denken en dan doen - Hogeschool Zuyd

SHOW MORE
SHOW LESS

Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!

Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.

<strong>Eerst</strong> <strong>d<strong>en</strong>k<strong>en</strong></strong><br />

<strong>en</strong> <strong>dan</strong> do<strong>en</strong><br />

Over het versterk<strong>en</strong> van<br />

de eig<strong>en</strong> kracht van<br />

gezinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> het beter<br />

b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van het sociale<br />

netwerk<br />

Dr. Mr. Goos Cardol<br />

3


<strong>Eerst</strong> <strong>d<strong>en</strong>k<strong>en</strong></strong><br />

<strong>en</strong> <strong>dan</strong> do<strong>en</strong><br />

over het versterk<strong>en</strong> van de eig<strong>en</strong><br />

kracht van gezinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> het beter<br />

b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van het sociale netwerk<br />

dr. mr. Goos Cardol<br />

bijzonder lector ‘Opvoed<strong>en</strong> in het Publieke Domein’<br />

aan de <strong>Zuyd</strong> <strong>Hogeschool</strong>, Faculteit Sociale Studies Sittard 1<br />

1 Met <strong>dan</strong>k aan Nol Reverda, Jos van Rooij <strong>en</strong> Wim Theuniss<strong>en</strong> voor hun kritisch<br />

comm<strong>en</strong>taar.


Inhoudsopgave<br />

1 Introductie 4<br />

2 Het gezin 8<br />

3 De sociale omgeving van het gezin 15<br />

4 De staat als opvoeder 22<br />

5 De professional 25<br />

6 Dit lectoraat 29<br />

Literatuur 33<br />

3


1<br />

Introductie<br />

‘Schijnbaar begint m<strong>en</strong>s-zijn met nieuwsgierigheid’<br />

Sandor Marai, Vrede op Ithaca<br />

Vandaag, 26 januari 2012, is het precies 6 jaar geled<strong>en</strong> dat de moeder van Savanna<br />

werd veroordeeld tot zes jaar det<strong>en</strong>tie <strong>en</strong> tbs (www.rechtspraak.nl: LJN AV0466<br />

Gerechtshof D<strong>en</strong> Haag). Savanna was niet het eerste slachtoffer wier dood in<br />

verband werd gebracht met het handel<strong>en</strong> van de jeugdzorg <strong>en</strong> de jeugdbescherming.<br />

En na het overlijd<strong>en</strong> van Savanna volgd<strong>en</strong> er meer incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waar<br />

kinder<strong>en</strong> overled<strong>en</strong> én waar jeugdzorg betrokk<strong>en</strong> was bij de hulpverl<strong>en</strong>ing aan<br />

het gezin. Overig<strong>en</strong>s k<strong>en</strong>t niet ieder incid<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> dodelijke afloop; ook poging<strong>en</strong><br />

tot suïcide, vermoed<strong>en</strong>s van fysiek <strong>en</strong> seksueel geweld word<strong>en</strong> door de Inspectie<br />

Jeugdzorg tot incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gerek<strong>en</strong>d (Inspectie Jeugdzorg 2010). Werd<strong>en</strong> in 2009<br />

nog 363 incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bij h<strong>en</strong> gemeld, in 2010 bedroeg dit aantal 413. Het b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> registrer<strong>en</strong> van incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong> heeft in de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> meer aandacht gekreg<strong>en</strong>.<br />

Mocht ik hiermee het beeld hebb<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong> dat er e<strong>en</strong> directe relatie ligt<br />

tuss<strong>en</strong> bemoei<strong>en</strong>is van jeugdzorg <strong>en</strong> incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, <strong>dan</strong> wil ik dat bij deze mete<strong>en</strong><br />

ontkracht<strong>en</strong>. Het is mijn stellige overtuiging dat er altijd incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zijn,<br />

ook in de toekomst, hoeveel geld er ook naar de jeugdzorg toegaat <strong>en</strong> ongeacht<br />

het aantal ur<strong>en</strong> begeleiding dat e<strong>en</strong> gezin ontvangt.<br />

Voor alle duidelijkheid: als ik in deze bijdrage over jeugdzorg spreek, versta ik daar<br />

in de context van deze rede naast de jeugdzorg gemakshalve ook het jeugdwelzijn<br />

onder, ev<strong>en</strong>als de jeugdhulpverl<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> de jeugdbescherming onder, t<strong>en</strong>zij<br />

anders aangegev<strong>en</strong>.<br />

4


De dood van Savanna kan wel word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> markering in het <strong>d<strong>en</strong>k<strong>en</strong></strong><br />

over zorg voor kinder<strong>en</strong>. De ideeën <strong>en</strong> ontwikkeling<strong>en</strong> over wat goede zorg is<br />

volgd<strong>en</strong> elkaar na 2004 snel op in de politiek, in de sam<strong>en</strong>leving <strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de<br />

jeugdzorg.<br />

Met als resultaat dat hulpverl<strong>en</strong>ing aan jeugdig<strong>en</strong> nu als onderwerp op de<br />

politieke ag<strong>en</strong>da staat, mede door de to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de druk op met name de zwaardere<br />

jeugdzorg, terwijl het aantal jeugdig<strong>en</strong> in Nederland niet noem<strong>en</strong>swaardig is<br />

gesteg<strong>en</strong> (Hermanns 2009). Het Programmaministerie voor Jeugd <strong>en</strong> Gezin<br />

pres<strong>en</strong>teerde in haar korte bestaan haar visie op de toekomst van de zorg voor<br />

jeugd in het docum<strong>en</strong>t ‘Alle kans<strong>en</strong> voor alle kinder<strong>en</strong>’. Zij zette vaart achter de<br />

herzi<strong>en</strong>ing van de kinderbeschermingsmaatregel<strong>en</strong>, waardoor kinder<strong>en</strong> eerder<br />

hulp zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>, <strong>en</strong>tameerde de invoering van de meldcode kindermishandeling,<br />

de transitie naar de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> de vorming van de C<strong>en</strong>tra voor<br />

Jeugd <strong>en</strong> Gezin. Niet in de laatste plaats ontwikkelde het ministerie plann<strong>en</strong> voor<br />

de professionalisering van werkers, waaronder het invoer<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> tuchtrecht<br />

<strong>en</strong> registratie van professionals.<br />

De sam<strong>en</strong>leving werd kritischer op het functioner<strong>en</strong> van organisaties <strong>en</strong> werkers.<br />

Er was e<strong>en</strong> roep om eerder <strong>en</strong> meer effectief ingrijp<strong>en</strong>. De media rapporteerd<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> rapporter<strong>en</strong> met regelmaat over misstand<strong>en</strong> in de jeugdzorg. Met, wat mij<br />

betreft, als negatieve uitschieter de zaak Laura Dekkers. De hectiek over het al<br />

<strong>dan</strong> niet mog<strong>en</strong> uitzeil<strong>en</strong> maakte duidelijk dat iedere Nederlander met of zonder<br />

visie zich (mijns inzi<strong>en</strong>s onterecht) ev<strong>en</strong>tjes pedagoog achtte. Voorts deed de<br />

Nationale onderzoeksraad voor de Veiligheid onderzoek of de veiligheid van<br />

kinder<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de jeugdbescherming voldo<strong>en</strong>de werd gewaarborgd. Er was<br />

maatschappelijke onrust over het mogelijk toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> aantal uithuisplaatsing<strong>en</strong><br />

na het overlijd<strong>en</strong> van Savanna (Boersema 2009).<br />

In de zeer nabije toekomst krijgt diezelfde sam<strong>en</strong>leving middels de stelselherzi<strong>en</strong>ing<br />

e<strong>en</strong> belangrijke taak toebedeeld van de overheid, namelijk bijdrag<strong>en</strong> aan het<br />

versterk<strong>en</strong> van de kracht<strong>en</strong> van het gezin, onder meer door het beter b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong><br />

van het sociale netwerk.<br />

Maar ook binn<strong>en</strong> de jeugdzorg was <strong>en</strong> is er volop beweging. Ik noem het opzett<strong>en</strong><br />

van de C<strong>en</strong>tra voor Jeugd <strong>en</strong> Gezin, de ontwikkelde <strong>en</strong> geïmplem<strong>en</strong>teerde<br />

Deltamethodiek bij de Bureaus Jeugdzorg <strong>en</strong> de nieuwe methodiek die door de<br />

Raad voor de Kinderbescherming werd ontwikkeld.<br />

De conclusie kan niet anders luid<strong>en</strong> <strong>dan</strong>, naar analogie in het recht, dat de<br />

jeugdzorg ge<strong>en</strong> rustig bezit is.<br />

5


Cadeau voor de toekomst van onze jeugd<br />

“Jeugdbeleid <strong>en</strong> jeugdzorg hebb<strong>en</strong> één doel: jonger<strong>en</strong><br />

help<strong>en</strong> om weer e<strong>en</strong> gewoon lev<strong>en</strong> te gaan<br />

leid<strong>en</strong>. Problem<strong>en</strong> behandel<strong>en</strong> is nuttig, maar vooraleerst<br />

moet<strong>en</strong> jeugdig<strong>en</strong> opgevoed word<strong>en</strong> door<br />

opvoeders die zich bij dat opvoed<strong>en</strong> zeker voel<strong>en</strong>.<br />

Het bijzonder lectoraat geeft aan die ontwikkeling<br />

e<strong>en</strong> stevige impuls. Daarmee is het lectoraat e<strong>en</strong><br />

provinciaal cadeau voor de toekomst van onze<br />

jeugd.”<br />

Peter Boon<strong>en</strong> Programmaleider jeugdzorg, Provincie Limburg<br />

Het lectoraat ‘Opvoed<strong>en</strong> in het publieke domein’ richt zich op e<strong>en</strong> belangrijk deel<br />

van de zojuist g<strong>en</strong>oemde ontwikkeling<strong>en</strong>: het versterk<strong>en</strong> van de eig<strong>en</strong> kracht van<br />

gezinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> het beter b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van het sociale netwerk rondom het gezin. En<br />

dat bij voorkeur in e<strong>en</strong> zo vroeg mogelijk stadium, als er nog ge<strong>en</strong> opvoedproblem<strong>en</strong><br />

zijn, maar nog slechts opvoedvrag<strong>en</strong>. Het lectoraat wil e<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong><br />

aan het onderbouw<strong>en</strong> van het belang hiervan <strong>en</strong> hand<strong>en</strong> <strong>en</strong> voet<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan de<br />

gevolg<strong>en</strong> van deze b<strong>en</strong>adering voor hulpverl<strong>en</strong>ers <strong>en</strong> beleidsmakers. Dit alles<br />

zoveel mogelijk in sam<strong>en</strong>spraak met de Limburgse sam<strong>en</strong>leving, waaronder ik<br />

zowel de niet professionele instelling<strong>en</strong>, organisaties <strong>en</strong> werkers als de professionele<br />

organisaties versta. Met elkaar beweg<strong>en</strong> wij ons in het spanningsveld van<br />

het gezin (ouder <strong>en</strong> kind), sam<strong>en</strong>leving <strong>en</strong> overheid.<br />

In mijn bijdrage zal ik de positie van deze drie spelers in g<strong>en</strong>oemde volgorde aan<br />

de orde stell<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s inzoom<strong>en</strong> op wat dit betek<strong>en</strong>t voor dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> die<br />

met het gezin werk<strong>en</strong>.<br />

Ik zal betog<strong>en</strong> dat de ingezette process<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> <strong>dan</strong> kunn<strong>en</strong> slag<strong>en</strong> als er e<strong>en</strong><br />

goede basis ligt, dat wil zegg<strong>en</strong>: dat we goed moet<strong>en</strong> na<strong>d<strong>en</strong>k<strong>en</strong></strong>, niet alle<strong>en</strong> over<br />

de vorm, maar vooral ook over de bodem waarop gebouwd wordt. Zo is het in<br />

mijn optiek belangrijk te wet<strong>en</strong> wat we verstaan onder de gehanteerde begripp<strong>en</strong><br />

als versterk<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> kracht <strong>en</strong> inzett<strong>en</strong> van sociaal netwerk <strong>en</strong> op welke<br />

wijze maatschappelijke vraagstukk<strong>en</strong> als veiligheid hierin e<strong>en</strong> plaats krijg<strong>en</strong>. Er<br />

di<strong>en</strong>t duidelijkheid te zijn over hoe e<strong>en</strong> <strong>en</strong> ander gefaciliteerd wordt <strong>en</strong> wat dit<br />

6


etek<strong>en</strong>t voor professionals <strong>en</strong> voor opleiding<strong>en</strong> als de <strong>Zuyd</strong> <strong>Hogeschool</strong>. Gebeurt<br />

dat onvoldo<strong>en</strong>de, <strong>dan</strong> bestaat het gevaar dat in de snelheid van de verandering<strong>en</strong><br />

de begripp<strong>en</strong> te weinig omlijning krijg<strong>en</strong>, er ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>duidigheid gaat ontstaan<br />

over de betek<strong>en</strong>is <strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>. En in dat geval durf ik nu al te voorspell<strong>en</strong> dat<br />

binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beperkt aantal jar<strong>en</strong> we zull<strong>en</strong> concluder<strong>en</strong> dat ‘het’ niet gewerkt<br />

heeft. Dit lectoraat wil e<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong> aan het wel lat<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> van deze<br />

b<strong>en</strong>adering, in sam<strong>en</strong>spraak <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werking met de Faculteit Sociale Studies,<br />

als onderdeel van CESRT, het onderzoeksc<strong>en</strong>trum van <strong>Zuyd</strong> <strong>Hogeschool</strong> op dit gebied.<br />

De rede is volgt opgebouwd: allereerst zal ik ingaan op de betek<strong>en</strong>is van het gezin<br />

<strong>en</strong> de wijze waarop opvoeding is veranderd t<strong>en</strong> opzichte van <strong>en</strong>kele dec<strong>en</strong>nia<br />

geled<strong>en</strong>. Vervolg<strong>en</strong>s zoom ik in op de sociale omgeving van het gezin. Wat<br />

verstaan we hieronder, is de begripsdefinitie eig<strong>en</strong>lijk wel duidelijk? En: wat kan<br />

de waarde van de sociale omgeving zijn voor het gezin? Daarna besteed ik kort<br />

aandacht aan de rol van de overheid. Hoe verhoudt de overheid zich tot het gezin,<br />

welke verwachting<strong>en</strong>, of misschi<strong>en</strong> meer dwing<strong>en</strong>d geformuleerd, welke eis<strong>en</strong><br />

stelt de overheid aan het gezin? Ik vertaal de betek<strong>en</strong>is hiervan voor dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> die<br />

met het gezin werk<strong>en</strong>, waarbij ik mij zal richt<strong>en</strong> tot de professional. Tot slot geef<br />

ik aan hoe ik in dit lectoraat aan de g<strong>en</strong>oemde aspect<strong>en</strong> invulling zal word<strong>en</strong><br />

gegev<strong>en</strong>.<br />

7


2<br />

Het gezin<br />

2.1 De betek<strong>en</strong>is van het gezin<br />

De w<strong>en</strong>s van de overheid om meer aandacht te bested<strong>en</strong> aan het versterk<strong>en</strong> van<br />

de eig<strong>en</strong> kracht van gezinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> het beter b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van het sociale netwerk<br />

rondom het gezin, veronderstelt dat dit aspect in de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> geminimaliseerd<br />

was. Ik d<strong>en</strong>k dat dit, vanuit de optiek van de jeugdzorg, juist is, want het<br />

beeld is altijd geweest <strong>en</strong> is nog steeds dat het gezin de hoekste<strong>en</strong> van de<br />

sam<strong>en</strong>leving is.<br />

Het gezin neemt al eeuw<strong>en</strong> e<strong>en</strong> promin<strong>en</strong>te positie in onze sam<strong>en</strong>leving in. Ook<br />

op dit mom<strong>en</strong>t is het gezin nog steeds één van de meest dominante sam<strong>en</strong>levingsvorm<strong>en</strong><br />

in de maatschappij (Sociaal <strong>en</strong> Cultureel Planbureau 2011). Alhoewel<br />

onderzoek uitwijst dat het perc<strong>en</strong>tage gezinn<strong>en</strong> in ons land in de afgelop<strong>en</strong><br />

dec<strong>en</strong>nia wel is gedaald van 44% in 1981 naar 28% in 2010, bestaat nog steeds<br />

tweederde van de huishoud<strong>en</strong>s in de leeftijdsfase van 35 tot 50 uit e<strong>en</strong> gezin met<br />

kinder<strong>en</strong>. Uit het gegev<strong>en</strong> dat de leeftijd waarop jonger<strong>en</strong> het huis verlat<strong>en</strong><br />

gemiddeld ruim bov<strong>en</strong> de 18 jaar ligt (jong<strong>en</strong>s rond de 22 jaar, meisjes iets eerder,<br />

tuss<strong>en</strong> de 20 <strong>en</strong> 21 jaar), kan mede word<strong>en</strong> afgeleid dat het gezin voor jonger<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> prettige plek is om te verblijv<strong>en</strong> (Sociaal <strong>en</strong> Cultureel Planbureau 2011).<br />

Critici die m<strong>en</strong><strong>en</strong> dat het gezin als sam<strong>en</strong>levingsvorm heeft afgedaan hebb<strong>en</strong><br />

ongelijk. Hierbij moet wel word<strong>en</strong> aangetek<strong>en</strong>d dat de vraag wat precies onder<br />

e<strong>en</strong> gezin moet word<strong>en</strong> verstaan naar de achtergrond is verschov<strong>en</strong>. Of m<strong>en</strong><br />

gehuwd of ongehuwd is, ongeacht het gaat om heteroseksuele <strong>dan</strong> wel homoseksuele<br />

opvoeders, of m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> één ouder gezin vormt, e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gesteld gezin<br />

of e<strong>en</strong> gescheid<strong>en</strong> gezin is niet meer zo relevant, de vorm van het gezin is als het<br />

ware elastisch geword<strong>en</strong>; de nadruk ligt op de functie van het gezin (Gre<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

Parker 2006; Hoek 2008).<br />

8


Maar wat is <strong>dan</strong> de functie van het gezin?<br />

In de eerste plaats is het de plek waar kinder<strong>en</strong> grootgebracht <strong>en</strong> opgevoed<br />

word<strong>en</strong>. Het gezin is de plek waar overtuiging<strong>en</strong>, beeld<strong>en</strong>, waard<strong>en</strong> <strong>en</strong> norm<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> geleerd aan jeugdig<strong>en</strong>. Marja van Bijsterveldt, minister van Onderwijs,<br />

b<strong>en</strong>adrukte dat rec<strong>en</strong>t in haar campagne om ouders meer bij het onderwijs te<br />

betrekk<strong>en</strong>. Hierbij zij opgemerkt dat het overdrag<strong>en</strong> van waard<strong>en</strong> <strong>en</strong> norm<strong>en</strong> aan<br />

jonger<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>richtingsverkeer is; jonger<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s eig<strong>en</strong> keuzes<br />

welke waard<strong>en</strong> zij belangrijk vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> beïnvloed<strong>en</strong> hun ouders. Het opvoedingsklimaat<br />

bepaalt echter wel de spanwijdte die jonger<strong>en</strong> hierin krijg<strong>en</strong>.<br />

Het gezin is volg<strong>en</strong>s Hoek (2008) de bakermat voor goed burgerschap. In de<br />

literatuur vind<strong>en</strong> we terug dat zelfontplooiing <strong>en</strong> autonomie, <strong>en</strong> afhankelijk van<br />

het opleidingsniveau van ouders, ook adaptatie als belangrijke waard<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

gezi<strong>en</strong> (Furedi 2008; Cleaver, Cawson <strong>en</strong> Gorin 2009; Vansieleghem 2010).<br />

Jonger<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> in het gezin sociale relaties aan te gaan; de eerste affectieve band<br />

wordt binn<strong>en</strong> het gezin ontwikkeld <strong>en</strong> deze di<strong>en</strong>t als basis voor de wijze waarop<br />

jonger<strong>en</strong> in de toekomst relaties zull<strong>en</strong> aangaan. Dit gebeurt over het algeme<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sfeer van gelijkwaardigheid <strong>en</strong> vri<strong>en</strong>dschappelijkheid, met e<strong>en</strong><br />

voortdur<strong>en</strong>de reflectie op de kwaliteit van de relaties. Het gezin biedt emotionele<br />

<strong>en</strong> affectieve geborg<strong>en</strong>heid, weliswaar in e<strong>en</strong> veeleis<strong>en</strong>de sociale omgeving<br />

(Komter, Burgers & Engbers<strong>en</strong> 2000).<br />

In deze context maakt het kind zich vaardighed<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> waardoor m<strong>en</strong> leert<br />

controle te hebb<strong>en</strong> over het eig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat levert weer meer veerkracht op<br />

om teg<strong>en</strong>slag<strong>en</strong> op te vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> m<strong>en</strong> leert om met teleurstelling<strong>en</strong> om te gaan<br />

(Gro<strong>en</strong>huijs<strong>en</strong> 2008; Sociaal <strong>en</strong> Cultureel Planbureau 2011). Goleman (1995) heeft<br />

in zijn boek geconcludeerd dat zelfdiscipline <strong>en</strong> empathie zelfs belangrijker zijn<br />

voor het latere functioner<strong>en</strong> in de sam<strong>en</strong>leving <strong>dan</strong> bijvoorbeeld het IQ van e<strong>en</strong><br />

jeugdige.<br />

Gre<strong>en</strong> <strong>en</strong> Parker (2006) bundel<strong>en</strong> de bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde aspect<strong>en</strong> in hun visie hoe zij<br />

de functies van het gezin zi<strong>en</strong>. Zij b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> vier aspect<strong>en</strong>:<br />

• Het ler<strong>en</strong> van emotionele veerkracht (vertrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> controle, veiligheid <strong>en</strong><br />

zelfontplooiing)<br />

• Het bied<strong>en</strong> van basisbehoeft<strong>en</strong> (hygiëne, gezondheid, onderdak, voeding)<br />

• Het aanler<strong>en</strong> van sociale relaties binn<strong>en</strong> <strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het gezin (liefde, vertrouw<strong>en</strong>,<br />

ouderschap <strong>en</strong> burgerschap)<br />

• Het ler<strong>en</strong> zich aan te pass<strong>en</strong> (educatie, gedrag, werk, lev<strong>en</strong>svaardighed<strong>en</strong>)<br />

9


De kracht van de gezinn<strong>en</strong><br />

“De kern van de leeropdracht van het lectoraat<br />

sluit aan op onze visie. Kracht<strong>en</strong> in de gezinn<strong>en</strong><br />

b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> is precies datg<strong>en</strong>e wat wij als Raad voor<br />

de Kinderbescherming ook will<strong>en</strong>. Het mobiliser<strong>en</strong><br />

van het pot<strong>en</strong>tieel binn<strong>en</strong> de gezinn<strong>en</strong> is e<strong>en</strong><br />

belangrijke voorwaarde om succesvol te kunn<strong>en</strong><br />

zijn. Famili<strong>en</strong>etwerkberad<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook onze nieuwe<br />

werkwijze, het versterkt methodisch werk<strong>en</strong>, gaan<br />

uit van deze eig<strong>en</strong> kracht van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.”<br />

Tine van Wijk Regiodirecteur Raad voor de Kinderbescherming Limburg<br />

In mijn optiek zijn deze functies niet exclusief belegd bij het gezin <strong>en</strong> drag<strong>en</strong> vele<br />

andere professionele <strong>en</strong> niet-professionele individu<strong>en</strong> <strong>en</strong> organisaties hier aan bij.<br />

Ik kom op dit aspect terug bij de bespreking van de betek<strong>en</strong>is van de sociale<br />

omgeving van het gezin.<br />

Ouders hebb<strong>en</strong> van de wetgever veel ruimte gekreg<strong>en</strong> om de opvoeding naar<br />

eig<strong>en</strong> inzicht vorm te gev<strong>en</strong>. De wetgever heeft alle<strong>en</strong> de buit<strong>en</strong>gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> geformuleerd<br />

(ge<strong>en</strong> geweld in de opvoeding, leerplicht <strong>en</strong>z.). Dat is maar goed ook,<br />

want vele weg<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> naar Rome leid<strong>en</strong>, met andere woord<strong>en</strong>: er bestaan vele<br />

opvoedingswaard<strong>en</strong> <strong>en</strong> opvoedingsnorm<strong>en</strong> naast elkaar in onze sam<strong>en</strong>leving <strong>en</strong><br />

deze kunn<strong>en</strong> op ev<strong>en</strong> zo vele manier<strong>en</strong> word<strong>en</strong> overgedrag<strong>en</strong> aan de jongere.<br />

E<strong>en</strong> programma als ‘Jouw vrouw, mijn vrouw’ toont dit mooi aan, ev<strong>en</strong>als het<br />

programma ‘EHBO: <strong>Eerst</strong>e Hulp bij Opvoed<strong>en</strong>’. Wat m<strong>en</strong> ook van deze vorm van<br />

televisie mag vind<strong>en</strong>, de programma’s mak<strong>en</strong> duidelijk dat er verschill<strong>en</strong>de weg<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bewandeld in de opvoeding <strong>en</strong> dat er verschill<strong>en</strong>de opvatting<strong>en</strong><br />

over ouderschap <strong>en</strong> opvoed<strong>en</strong> bestaan. Terzijde wil ik opgemerkt hebb<strong>en</strong> dat als<br />

we over opvoed<strong>en</strong> prat<strong>en</strong>, we het wel heel vaak hebb<strong>en</strong> over vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet<br />

over mann<strong>en</strong>.<br />

Binn<strong>en</strong> de ruimte die de opvoeder heeft, di<strong>en</strong><strong>en</strong> de juiste condities aanwezig te<br />

zijn om alle g<strong>en</strong>oemde functies goed te kunn<strong>en</strong> uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>. Voor deze condities<br />

verwijs ik graag naar Kalverboer <strong>en</strong> Zijlstra (2006); zij b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> onder meer e<strong>en</strong><br />

10


veilige fysieke directe omgeving als belangrijke opvoedingsconditie, ev<strong>en</strong>als e<strong>en</strong><br />

affectief klimaat, e<strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong>de opvoedingsstructuur, adequaat voorbeeldgedrag<br />

<strong>en</strong> interesse in het kind. Als deze opvoedingscondities niet of onvoldo<strong>en</strong>de<br />

aanwezig zijn, kan er schade ontstaan in de ontwikkeling van het kind, met soms<br />

verstrekk<strong>en</strong>de gevolg<strong>en</strong> (Perry & Szalavitz 2006).<br />

Naast opvoedingscondities is tev<strong>en</strong>s aandacht voor het ouderschap noodzakelijk.<br />

Ik bedoel <strong>dan</strong> niet de ouder als opvoeder, maar de ouder als persoon. Ouderschap<br />

stelt in iedere ontwikkelingsfase van het kind andere eis<strong>en</strong> aan de persoon van de<br />

ouder. Voorts is het niet alle<strong>en</strong> de ouder die het kind beïnvloedt, maar ook het<br />

kind dat invloed heeft op het ouderschap van de ouder. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is het ouder<br />

zijn <strong>en</strong> tegelijkertijd ook partner, werknemer, vri<strong>en</strong>d(in) <strong>en</strong> vrijwilliger e<strong>en</strong> grote<br />

opgave. Aandacht voor de persoon van de ouder is <strong>dan</strong> ook noodzakelijk. De<br />

ouder is namelijk de cruciale factor waar het om draait in de opvoeding. Het<br />

welbevind<strong>en</strong> van de ouder bepaalt in substantiële mate de kwaliteit van de<br />

opvoeding. Vooruitlop<strong>en</strong>d op het analyser<strong>en</strong> van de betek<strong>en</strong>is van de sociale<br />

omgeving, past het om hier al te b<strong>en</strong>adrukk<strong>en</strong> dat de sociale omgeving als e<strong>en</strong><br />

belangrijke buffer kan funger<strong>en</strong> als opvoedingsvrag<strong>en</strong> de druk op de persoon van<br />

de ouder te zwaar mak<strong>en</strong> (van der Pas 2006).<br />

2.2 Veranderd ouderschap<br />

De gevolg<strong>en</strong> van het hebb<strong>en</strong> van verschill<strong>en</strong>de roll<strong>en</strong>, naast de rol van opvoeder,<br />

moet niet onderschat word<strong>en</strong>. Van ouders wordt verwacht dat zij economisch<br />

actief zijn én tegelijkertijd gelukkige zelfredzame burgers grootbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> (Sociaal<br />

<strong>en</strong> Cultureel Planbureau 2011). Opleiding <strong>en</strong> carrière zijn vele mal<strong>en</strong> belangrijker<br />

geword<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat leidt onder meer tot het op latere leeftijd krijg<strong>en</strong> van kinder<strong>en</strong>:<br />

Nederlandse moeders behor<strong>en</strong> <strong>dan</strong> ook tot de oudste moeders ter wereld<br />

(Boekhoorn <strong>en</strong> De Jong 2008). De vele roll<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ouder mak<strong>en</strong> dat, meer <strong>dan</strong><br />

voorhe<strong>en</strong>, functies word<strong>en</strong> uitbesteed. D<strong>en</strong>k aan de oppas, opa’s <strong>en</strong> oma’s, de<br />

huiswerkbegeleiding, crêches <strong>en</strong> naschoolse opvang. Toch wijst onderzoek uit dat<br />

opvoeders mom<strong>en</strong>teel meer aandacht aan hun kinder<strong>en</strong> bested<strong>en</strong> <strong>dan</strong> ooit<br />

tevor<strong>en</strong> (Sociaal <strong>en</strong> Cultureel Planbureau 2011).<br />

Dat is niet alles: opvoederschap is op meer fundam<strong>en</strong>tele wijze veranderd. Ik doel<br />

<strong>dan</strong> op de professionalisering <strong>en</strong> de toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> invloed van de technologie op<br />

het ouderschap. Vanaf de jar<strong>en</strong> ‘70 is langzamerhand afscheid g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> van het<br />

beeld dat opvoeding slechts overdracht van waard<strong>en</strong> <strong>en</strong> norm<strong>en</strong> inhield, slechts<br />

e<strong>en</strong> vorm van disciplinering inhield. Dit beeld, waar overig<strong>en</strong>s ook wel wat op af<br />

te ding<strong>en</strong> valt, komt voort uit het idee dat geloof, gewoonte <strong>en</strong> traditie e<strong>en</strong><br />

minder promin<strong>en</strong>te plaats in onze sam<strong>en</strong>leving hebb<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong>, waardoor het<br />

houvast voor ouders verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>, of in ieder geval verminderd is (Smeyers 2010).<br />

11


Doordat daarnaast het kind in de opvoeding e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale plaats heeft gekreg<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> iedere ouder de opdracht heeft om het beste uit het kind naar bov<strong>en</strong> te hal<strong>en</strong>,<br />

is opvoed<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> leerproces voor ouders geword<strong>en</strong>. Immers, ieder kind is<br />

anders <strong>en</strong> stelt eig<strong>en</strong> eis<strong>en</strong> aan de opvoeder. Het kind als object van zelfactualisatie<br />

(Vansieleghem 2010). Vanwege de uniciteit van het kind kan e<strong>en</strong> ouder nog<br />

maar beperkt te rade gaan bij zijn eig<strong>en</strong> ouders; want als het ontwikkelingsproces<br />

van dat unieke kind c<strong>en</strong>traal staat, zijn de grootouders ge<strong>en</strong> expert meer <strong>en</strong><br />

zijn zij zelfs meer buit<strong>en</strong>staander geword<strong>en</strong>. De nadruk is steeds nadrukkelijker<br />

kom<strong>en</strong> te ligg<strong>en</strong> op het verwez<strong>en</strong>lijk<strong>en</strong> van de mogelijkhed<strong>en</strong> van dat <strong>en</strong>e unieke<br />

kind. Daarin kan m<strong>en</strong> ook doorslaan. Zo pleit Lister (2003) voor e<strong>en</strong> child c<strong>en</strong>tred<br />

social investm<strong>en</strong>t strategy voor ieder kind. Dat gaat mij te ver <strong>en</strong> getuigt niet van<br />

realiteitzin. Het gewone van opvoed<strong>en</strong> <strong>en</strong> de spontaniteit in de relatie tuss<strong>en</strong><br />

ouder <strong>en</strong> kind verdwijn<strong>en</strong> daarmee wel erg naar de achtergrond.<br />

Kort sam<strong>en</strong>gevat is de kern van het bov<strong>en</strong>staande dat ouders zich vanwege de<br />

uniciteit van hun kind in algem<strong>en</strong>e zin minder kunn<strong>en</strong> verlat<strong>en</strong> op de norm<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

waard<strong>en</strong> van de omgeving t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van opvoeding. Algem<strong>en</strong>e opvoedingsnorm<strong>en</strong><br />

zijn niet altijd meer de norm<strong>en</strong> die voor hun kind het meest optimaal zijn.<br />

Veel norm<strong>en</strong> word<strong>en</strong> niet breed gedrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn minder e<strong>en</strong>duidig in hun<br />

betek<strong>en</strong>is. Vansieleghem (2010) formuleert het als volgt: dat <strong>en</strong>e unieke kind is de<br />

norm <strong>en</strong> daarmee is het bijzondere de norm geword<strong>en</strong>. Met als gevolg dat de<br />

ander, de omgeving, e<strong>en</strong> vreemde kan word<strong>en</strong> met betrekking tot de opvoeding.<br />

Opvoed<strong>en</strong> wordt <strong>dan</strong> steeds meer e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>zame exercitie, omdat de relatie met<br />

de omgeving aan betek<strong>en</strong>is dreigt te verliez<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo ook de relatie tuss<strong>en</strong><br />

g<strong>en</strong>eraties. Dat is niet de weg die we moet<strong>en</strong> bewandel<strong>en</strong>, lijkt mij. Want,<br />

‘the healthy developm<strong>en</strong>t of any community dep<strong>en</strong>ds on the quality of the bond that links<br />

differ<strong>en</strong>t g<strong>en</strong>erations’ (Furedi 2008, p. 37). Kinder<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> deel uit van Furedi’s<br />

‘community’ <strong>en</strong> profiter<strong>en</strong> dus ook van e<strong>en</strong> goede verbinding met de omgeving in<br />

zowel verticale als in horizontale lijn. Net als ouders.<br />

Dan de toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> invloed van de technologie op de opvoeding. Informatie is<br />

e<strong>en</strong> cruciale factor geword<strong>en</strong> in de opvoeding: k<strong>en</strong>nisvergaring door advies in te<br />

winn<strong>en</strong>. Adviez<strong>en</strong> van experts wel te verstaan. Dat begon misschi<strong>en</strong> wel bij het in<br />

1940 versch<strong>en</strong><strong>en</strong> boek over kinderverzorging van dr. Spock, waarna, tot op hed<strong>en</strong>,<br />

in steeds sterkere mate e<strong>en</strong> <strong>en</strong>orme stroom aan tips, adviez<strong>en</strong>, verbod<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

gebod<strong>en</strong> is gevolgd. Onzekerheid bij ouders kan hiervan het gevolg zijn als zij zoek<strong>en</strong><br />

naar het antwoord op vrag<strong>en</strong> als: Kan mijn kind wel e<strong>en</strong> maaltijd overslaan<br />

als hij niet wil et<strong>en</strong>? Mag ik mijn kind bij mij in bed lat<strong>en</strong> slap<strong>en</strong> als hij angstig is?<br />

Hoe straf ik mijn kind? De antwoord<strong>en</strong> van experts zijn vaak niet e<strong>en</strong>duidig <strong>en</strong><br />

tips <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> elkaar soms in hoog tempo opvolg<strong>en</strong> of zelfs<br />

teg<strong>en</strong>gesteld aan elkaar zijn. De onzekerheid bij ouders kan nog verder word<strong>en</strong><br />

12


Voorkom pleisters plakk<strong>en</strong><br />

“Prev<strong>en</strong>tief werk<strong>en</strong> is beter <strong>dan</strong> curatief pleisters<br />

plakk<strong>en</strong>. Het is de uitdaging te voorkom<strong>en</strong> dat pleisters<br />

geplakt moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Het is zaak er zo vroeg<br />

mogelijk bij te zijn <strong>en</strong> te conc<strong>en</strong>trer<strong>en</strong> op de tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> kracht<strong>en</strong> van jeugdig<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun opvoeders. Dit<br />

bijzondere lectoraat conc<strong>en</strong>treert zich hierop. Dat<br />

levert de meerwaarde voor de professional, voor het<br />

werkveld <strong>en</strong> voor het onderwijs. Want door de wisselwerking<br />

tuss<strong>en</strong> onderwijs <strong>en</strong> lectoraat kunn<strong>en</strong><br />

doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met de lector onderzoek<strong>en</strong>,<br />

ontwikkel<strong>en</strong> <strong>en</strong> del<strong>en</strong>.”<br />

Chantal van Lieshout Doc<strong>en</strong>t Social Work <strong>en</strong> lid k<strong>en</strong>niskring CESRT<br />

vergroot doordat impliciet de boodschap kan doorklink<strong>en</strong> dat fout<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> tot<br />

beschadiging van het kind kan leid<strong>en</strong>. En: dat je als ouder eig<strong>en</strong>lijk nooit g<strong>en</strong>oeg<br />

kunt do<strong>en</strong> voor je kind. Weer haal ik Vansieleghem (2010) aan, die me<strong>en</strong>t dat de<br />

ouder is geword<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> persoon ‘without cont<strong>en</strong>t, that is as someone who is<br />

perman<strong>en</strong>tly in need of information, knowledge, compet<strong>en</strong>cies and advice’. Met andere<br />

woord<strong>en</strong>: de behoefte van het kind lijkt het gewonn<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> van de norm.<br />

Opvoed<strong>en</strong> is vele mal<strong>en</strong> meer technologisch geword<strong>en</strong>: het gaat om vaardighed<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> techniek<strong>en</strong> van de opvoeder, het gaat om de juiste informatie op het juiste<br />

mom<strong>en</strong>t (Smith 2010). Tegelijkertijd di<strong>en</strong>t opvoed<strong>en</strong> wel op e<strong>en</strong> leuke, ontspann<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> speelse manier plaats te vind<strong>en</strong>: de fun morality (Furedi 2008).<br />

De opkomst van de technologie heeft tot gevolg gehad dat we problem<strong>en</strong> van<br />

kinder<strong>en</strong> ook meer technologisch b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>. Ik chargeer: we k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

rotkinder<strong>en</strong> meer <strong>en</strong> etterbakk<strong>en</strong> zijn verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. We hebb<strong>en</strong> wel adhd kinder<strong>en</strong>,<br />

kinder<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> aandachtsdeficit, of kinder<strong>en</strong> met pdd-nos stoornis.<br />

Alle eis<strong>en</strong> die aan ouders word<strong>en</strong> gesteld <strong>en</strong> de taak waar zij voor staan, mak<strong>en</strong><br />

ouderschap niet tot iets wat je er ev<strong>en</strong> bij doet. De verwachting<strong>en</strong> van ouderschap<br />

kunn<strong>en</strong> zelfs onrealistische <strong>en</strong> onw<strong>en</strong>selijke vorm<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>. Furedi<br />

13


spreekt in deze van e<strong>en</strong> culture of paranoia. Hij zet daar teg<strong>en</strong>over dat ‘par<strong>en</strong>ting not<br />

a complex sci<strong>en</strong>ce is, it is not sci<strong>en</strong>ce at all. It is actually quite a natural undertaking’<br />

(Furedi 2008). Ander<strong>en</strong> reager<strong>en</strong> soortgelijk. Smith b<strong>en</strong>adrukt bijvoorbeeld dat<br />

we het zijn verget<strong>en</strong> zijn. Ouderschap impliceert namelijk ook e<strong>en</strong> vorm van<br />

passiviteit. Het gewoon met je kind op de bank zitt<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> spelletje spel<strong>en</strong>,<br />

zonder te <strong>d<strong>en</strong>k<strong>en</strong></strong> aan het kind als object van opvoeding (Smith 2010).<br />

Niet alle<strong>en</strong> ouderschap <strong>en</strong> opvoeding zijn professioneler geword<strong>en</strong> <strong>en</strong> meer<br />

technologisch, ook de positie van het kind is veranderd, hetge<strong>en</strong> consequ<strong>en</strong>ties<br />

heeft voor de opvoeding. Het kind is subject van recht<strong>en</strong> geword<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt niet<br />

geacht automatisch te vind<strong>en</strong> wat zijn ouders vind<strong>en</strong>. Dit wordt ook in het recht<br />

erk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> met name het Internationale Verdrag inzake de Recht<strong>en</strong> van het Kind<br />

(IVRK) geeft invulling aan het kind als rechtssubject (Cardol <strong>en</strong> Theuniss<strong>en</strong> 2007).<br />

Volg<strong>en</strong>s Smith is deze gedachte zelfs wat doorgeslag<strong>en</strong> als kinder<strong>en</strong>, in de<br />

queeste om hun veiligheid te verhog<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> aangespoord om naar hun<br />

ouders te kijk<strong>en</strong> als mogelijke risicofactor<strong>en</strong>, om informatie te verzamel<strong>en</strong> die het<br />

eig<strong>en</strong> proces van zelfactualisatie kan frustrer<strong>en</strong> (Smith 2010; Smeyers 2010b). Dat<br />

is naar mijn m<strong>en</strong>ing niet waar de verdragsopstellers naar streefd<strong>en</strong> to<strong>en</strong> zij het<br />

IVRK concipieerd<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> te zwaar acc<strong>en</strong>t op deze uitwass<strong>en</strong>, vertroebelt de blik<br />

op de waarde van de boodschap die de verdragsopstellers uitdrag<strong>en</strong>. En dat zou<br />

jammer zijn.<br />

Na deze beschouwing over het gezin <strong>en</strong> de verander<strong>en</strong>de opvoeding, wil ik<br />

aandacht bested<strong>en</strong> aan de tweede speler van de driehoek die eerder noemde: de<br />

sociale omgeving voor het gezin.<br />

14


3<br />

De sociale omgeving van het gezin<br />

‘There is no such thing as society, there are only individuals and their families’, zo stelde<br />

de Britse oud-premier Margaret Thatcher ooit (RMO 2011). Deze stelling behoeft<br />

wel <strong>en</strong>ige nuancering. Thatcher heeft gelijk voor zover we constater<strong>en</strong> dat de<br />

sam<strong>en</strong>leving niet kan bestaan zonder individu<strong>en</strong> <strong>en</strong> gezinn<strong>en</strong>. Maar dé sam<strong>en</strong>leving<br />

bestaat wel degelijk. Individu<strong>en</strong> <strong>en</strong> gezinn<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> die sam<strong>en</strong>leving <strong>en</strong><br />

deze heeft grote betek<strong>en</strong>is voor de opvoeding <strong>en</strong> het welzijn van jeugdig<strong>en</strong>.<br />

Immers, als er voldo<strong>en</strong>de binding, solidariteit <strong>en</strong> wederkerigheid in e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving<br />

aanwezig is, vormt dit tezam<strong>en</strong> het sociaal kapitaal dat bijdraagt aan e<strong>en</strong><br />

ongestoorde ontwikkeling van jeugdig<strong>en</strong>. Putnam formuleert het als volgt: ‘Child<br />

developm<strong>en</strong>t is powerfully shaped by social capital’ <strong>en</strong> ‘social capital keeps bad things<br />

from happ<strong>en</strong>ing to good kids’ (Putnam 2000). Sociaal kapitaal verwijst naar de<br />

capaciteit van e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving om zinvolle interacties <strong>en</strong> netwerk<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> haar<br />

led<strong>en</strong> te ontwikkel<strong>en</strong>, waarbij wederzijds vertrouw<strong>en</strong> e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale rol speelt<br />

(Reverda 2004). Het biedt de burger de ruimte om zich te ontwikkel<strong>en</strong> <strong>en</strong> schept<br />

tev<strong>en</strong>s de contour<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong> dat moet gebeur<strong>en</strong>. Bij voldo<strong>en</strong>de sociaal<br />

kapitaal neemt de kans op maatschappelijk succes voor burgers toe <strong>en</strong> neemt de<br />

kans op kindermishandeling <strong>en</strong> jeugdcriminaliteit af (De Winter 2011). De aanwezigheid<br />

van sociaal kapitaal is tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> voorwaarde voor goed ouderschap.<br />

Want, zoals al eerder opgemerkt in deze bijdrage, inbedding in e<strong>en</strong> sociale<br />

context biedt ouders e<strong>en</strong> buffer voor h<strong>en</strong>zelf <strong>en</strong> voor de opvoeding (Van der Pas<br />

2006).<br />

Naast al deze lofuiting<strong>en</strong> op de waarde van sociaal kapitaal, past echter wel e<strong>en</strong><br />

kanttek<strong>en</strong>ing. Sociaal kapitaal is niet altijd positief, het kan ook tot negatieve<br />

inkleuring krijg<strong>en</strong>, d<strong>en</strong>k aan pest<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitsluiting binn<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>. D<strong>en</strong>k<br />

aan de katholieke kerk, die als veronderstelde bind<strong>en</strong>de factor in de sam<strong>en</strong>leving<br />

heeft lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> dat binding kon leid<strong>en</strong> tot excess<strong>en</strong>, met voor de slachtoffers<br />

soms langdurige negatieve gevolg<strong>en</strong>.<br />

15


K<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong> om met ouders te werk<strong>en</strong><br />

“Als hulpverl<strong>en</strong>er will<strong>en</strong> wij naast de ouders staan,<br />

de dialoog met ze aangaan. Sam<strong>en</strong> kijk<strong>en</strong> naar<br />

ouderschap <strong>en</strong> opvoeding zodat hun eig<strong>en</strong> kracht<br />

<strong>en</strong> die van de kinder<strong>en</strong> wordt vergroot. Voor onze<br />

persoonlijke ontwikkeling als professional zijn zowel<br />

de minor als het afstudeerproject dat we voor het<br />

lectoraat gaan do<strong>en</strong>, belangrijk. Ze reik<strong>en</strong> ons<br />

k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong> aan om op deze manier<br />

met ouders <strong>en</strong> gezinn<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>.”<br />

Laurie Stoffels <strong>en</strong> Milva Kobb<strong>en</strong> Vierdejaars stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> Social Work<br />

Voorts wordt sociaal kapitaal niet alle<strong>en</strong> gevormd door m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, maar tev<strong>en</strong>s<br />

door onder meer de kwaliteit van huisvesting <strong>en</strong> het opleidingsniveau van<br />

burgers. De aanwezigheid van armoede <strong>en</strong> werkgeleg<strong>en</strong>heid beïnvloed<strong>en</strong><br />

ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s het sociaal kapitaal. Deze factor<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> effect op de<br />

ontwikkeling van kinder<strong>en</strong>. Zo leidt armoede bijvoorbeeld (6,4% van de Nederlandse<br />

kinder<strong>en</strong> leeft in armoede) tot stress <strong>en</strong> overbelasting van ouders (Sociaal<br />

<strong>en</strong> Cultureel Planbureau 2011, p. 87). Armoede levert niet alle<strong>en</strong> financiële<br />

beperking<strong>en</strong> op, maar heeft tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> verlaging van het zelfvertrouw<strong>en</strong> van<br />

ouders tot gevolg (Cleaver, Cawson, Gorin et.al 2009). De relatie tuss<strong>en</strong> sociaaleconomische<br />

factor<strong>en</strong> <strong>en</strong> het welzijn van kinder<strong>en</strong> was al eerder b<strong>en</strong>oemd door<br />

Belsky in zijn ecologische risicomodel (Belsky 1984).<br />

Terug naar het sociaal kapitaal. In de literatuur wordt nog al e<strong>en</strong>s b<strong>en</strong>adrukt dat<br />

de sam<strong>en</strong>leving verschraald is, dat er minder sociaal kapitaal aanwezig is. De<br />

oorzaak daarvan zou <strong>dan</strong> gezocht moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in de toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> individualisering,<br />

waardoor onder meer de omgeving als steunbron voor ouders is weggevall<strong>en</strong><br />

(Komter, Burgers & Engbers<strong>en</strong> 2004). Onderzoek wijst ook uit dat verbinding<strong>en</strong><br />

in gezinn<strong>en</strong> zijn afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat de sociale context minder expliciet<br />

aanwezig is waardoor het informele pedagogische netwerk van ouders is<br />

uitgedund (Sociaal <strong>en</strong> Cultureel Planbureau 2011). Voor Limburg blijkt dit in nog<br />

sterkere mate te geld<strong>en</strong> <strong>dan</strong> voor de andere provincies, zo blijkt uit ander<br />

onderzoek (Schmeets <strong>en</strong> Aarts 2010). Dit acc<strong>en</strong>tueert nog maar e<strong>en</strong>s het belang<br />

16


van het besluit van de provincie Limburg om dit lectoraat in te stell<strong>en</strong> als één van<br />

middel<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> bijdrage te lever<strong>en</strong> aan het versterk<strong>en</strong> van de eig<strong>en</strong> kracht van<br />

gezinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> het beter b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van het sociale netwerk. Juist in Limburg is er<br />

veel werk te verzett<strong>en</strong>.<br />

Dat het sociaal netwerk is veranderd is onteg<strong>en</strong>zeglijk waar: verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn kleiner geword<strong>en</strong> <strong>en</strong> word<strong>en</strong> minder bepaald door stand, verstand <strong>en</strong><br />

welstand <strong>en</strong> sterker door persoonlijke voorkeur<strong>en</strong> (RMO 2011a). Relaties kunn<strong>en</strong><br />

van kortere duur zijn, meer flexibel <strong>en</strong> daardoor meer kwetsbaar. Zekerhed<strong>en</strong> in<br />

de familie, in de lokale geme<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> in de arbeidssituatie zijn minder vanzelfsprek<strong>en</strong>d.<br />

Al is het maar omdat geografische gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> weggevall<strong>en</strong> zijn, waardoor<br />

onder meer de directe fysieke beschikbaarheid verminderd is. Ook is de verhouding<br />

tuss<strong>en</strong> ouders <strong>en</strong> kinder<strong>en</strong> veranderd van e<strong>en</strong> bevelshuishouding naar e<strong>en</strong><br />

onderhandelingshuishoud<strong>en</strong>. Voor de jeugdzorg heeft dit geleid tot e<strong>en</strong> professionalisering<br />

van de caritas, waardoor onder meer de vrijwillige inzet van burgers<br />

verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> is. De Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling spreekt in dit<br />

verband over het verdwijn<strong>en</strong> van burgerkracht (RMO 2011a).<br />

Ander<strong>en</strong>, waartoe ik mijzelf rek<strong>en</strong>, zijn van m<strong>en</strong>ing dat individualisering <strong>en</strong><br />

solidariteit elkaar niet per definitie uitsluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat er in de loop van de tijd<br />

andere vorm<strong>en</strong> van solidariteit zijn ontstaan, niet per definitie bepaald door<br />

geografische of fysieke gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>. Solidariteit kan immers op kilometers afstand<br />

gevoeld word<strong>en</strong> <strong>en</strong> ‘meeting doesn’t always lead to mating’ (Ruonavaara <strong>en</strong> Kouvo<br />

2009). E<strong>en</strong> uitingsvorm hiervan is dat m<strong>en</strong> zelfs e<strong>en</strong> buurt als positief kan<br />

waarder<strong>en</strong>, zonder dat m<strong>en</strong> is ingebed in de sociale structuur. Peter Mann (1954)<br />

toonde dit in zijn onderzoek aan. Hij maakt onderscheid tuss<strong>en</strong> twee vorm<strong>en</strong> van<br />

nabuurschap, zoals hij dat noemde: manifest <strong>en</strong> lat<strong>en</strong>t nabuurschap. Manifest<br />

nabuurschap in de zin van bij elkaar op bezoek gaan, gezam<strong>en</strong>lijk activiteit<strong>en</strong><br />

ondernem<strong>en</strong> <strong>en</strong> lat<strong>en</strong>t nabuurschap als e<strong>en</strong> vorm die aanduidt dat m<strong>en</strong> pas tot<br />

actie overgaat in tijd<strong>en</strong> van crisis, bij nood. Tuss<strong>en</strong> deze twee vorm<strong>en</strong> zit e<strong>en</strong><br />

continuüm met e<strong>en</strong> positieve <strong>en</strong> e<strong>en</strong> negatieve pool. Zijn onderzoek toont aan<br />

hoe misleid<strong>en</strong>d manifest nabuurschap kan zijn, terwijl m<strong>en</strong> op eerste gezicht<br />

g<strong>en</strong>eigd is deze vorm te overschatt<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> laat zijn onderzoek zi<strong>en</strong> dat<br />

binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sociale omgeving behoeft<strong>en</strong> per individu kunn<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>. Zijn<br />

bevinding<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> naar mijn m<strong>en</strong>ing na 60 jaar aan relevantie niets verlor<strong>en</strong>.<br />

Komter me<strong>en</strong>t ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s dat individualisering <strong>en</strong> solidariteit elkaar niet uitsluit<strong>en</strong>.<br />

‘Individualisering moet veeleer beschouwd word<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> nieuwe sociaal-culturele<br />

context, waarbinn<strong>en</strong> nieuwe typ<strong>en</strong> afhankelijkheidsrelaties tuss<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ontstaan <strong>en</strong><br />

nieuwe vorm<strong>en</strong> van solidariteit tot ontwikkeling kom<strong>en</strong>’ (Komter, Burgers & Engbers<strong>en</strong><br />

2004). Solidariteit in de sam<strong>en</strong>leving is in haar visie e<strong>en</strong> multi-dim<strong>en</strong>sionaal<br />

17


egrip, e<strong>en</strong> conglomeraat van diverse uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de sociale verschijnsel<strong>en</strong> die<br />

niet zonder meer bij elkaar gevoegd kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om vervolg<strong>en</strong>s te concluder<strong>en</strong><br />

hoe het gesteld is met de solidariteit in de sam<strong>en</strong>leving (Komter, Burgers &<br />

Engbers<strong>en</strong> 2004). Wel is door de individualisering de vanzelfsprek<strong>en</strong>dheid van het<br />

ontwikkel<strong>en</strong> van solidariteit veranderd. Met als gevolg dat alle<strong>en</strong> <strong>dan</strong> binding kan<br />

ontstaan indi<strong>en</strong> m<strong>en</strong> daarvoor de juiste vaardighed<strong>en</strong> bezit. Dat zou onder meer<br />

de focus moet<strong>en</strong> zijn van de jeugdzorg: het versterk<strong>en</strong> van vaardighed<strong>en</strong> waardoor<br />

de eig<strong>en</strong> kracht van de opvoeder wordt versterkt.<br />

De verandering<strong>en</strong> in de sociale context van het gezin hebb<strong>en</strong> beleidsmakers <strong>en</strong><br />

wet<strong>en</strong>schappers do<strong>en</strong> pleit<strong>en</strong> voor het versterk<strong>en</strong> van de eig<strong>en</strong> kracht <strong>en</strong> het<br />

beter b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van de mogelijkhed<strong>en</strong> van de omgeving van het gezin. Hermanns<br />

(2009) stelde in zijn inaugurele rede dat de bal teruglegg<strong>en</strong> bij de burger de <strong>en</strong>ige<br />

manier is om problem<strong>en</strong> op te loss<strong>en</strong>. Ter Horst (2006) pleitte eerder al voor<br />

herstel van het gewone lev<strong>en</strong>. Graas <strong>en</strong> Janss<strong>en</strong> (2011) b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> de noodzaak om<br />

dagelijkse opvoedsituaties te ontzorg<strong>en</strong>, waardoor deze weer word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ormaliseerd.<br />

In het rec<strong>en</strong>te advies van de RMO (2011a) wordt ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s gepleit voor het<br />

versterk<strong>en</strong> van de civil society, omdat de sociale omgeving van het gezin teveel<br />

naar de achtergrond verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> is. De RMO is van m<strong>en</strong>ing dat gezinn<strong>en</strong> weer<br />

onderdeel moet<strong>en</strong> zijn van e<strong>en</strong> sociale structuur. Want, als dat gerealiseerd kan<br />

word<strong>en</strong>, is er minder zware hulpverl<strong>en</strong>ing nodig <strong>en</strong> wordt hulpverl<strong>en</strong>ing goedkoper.<br />

En dat is één van de problem<strong>en</strong> in de jeugdzorg: e<strong>en</strong>voudige problem<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> te vaak met zware vorm<strong>en</strong> van hulpverl<strong>en</strong>ing aangepakt, terwijl waakvlambegeleiding<br />

voldo<strong>en</strong>de kan zijn als de sociale context beter wordt b<strong>en</strong>ut<br />

(Graas <strong>en</strong> Janss<strong>en</strong>s 2011). Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> rijz<strong>en</strong> de kost<strong>en</strong> voor hulpverl<strong>en</strong>ing de pan<br />

uit.<br />

De vraag die onder meer in dit lectoraat moet word<strong>en</strong> beantwoord, is in welke<br />

vorm sociaal kapitaal in de huidige sam<strong>en</strong>leving betek<strong>en</strong>is kan krijg<strong>en</strong>, met<br />

inachtneming van de maatschappelijke ontwikkeling<strong>en</strong>. De beantwoording is van<br />

belang opdat de sociale omgeving voor de ouder de buffer kan zijn waar Van der<br />

Pas over spreekt <strong>en</strong> voor kinder<strong>en</strong> in positieve zin kan bijdrag<strong>en</strong> aan hun ontwikkeling.<br />

Maar aan de beantwoording van de vraag gaat e<strong>en</strong> andere vraag vooraf:<br />

klopt het dat opvoed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>zame exercitie is geword<strong>en</strong>, ouders er alle<strong>en</strong> voor<br />

staan <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> sociaal lev<strong>en</strong> meer hebb<strong>en</strong>?<br />

Het antwoord is minder somber <strong>dan</strong> verondersteld kan word<strong>en</strong> op grond van het<br />

eerder geschetste beeld. Onderzoek laat zi<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> dergelijke conclusie te kort<br />

door de bocht is. Komter toonde aan dat in 1994 in Nederland op grote schaal<br />

18


Aanpakk<strong>en</strong> vanuit oplossing<strong>en</strong><br />

“Niet vanuit problem<strong>en</strong> <strong>d<strong>en</strong>k<strong>en</strong></strong> maar zak<strong>en</strong><br />

aanpakk<strong>en</strong> vanuit de oplossing<strong>en</strong>. Die verandering<br />

maakt de jeugdzorg door. Het is belangrijk dat de<br />

social worker ook vanuit deze empowerm<strong>en</strong>t<br />

gedachte opgeleid wordt. Doordat het bijzonder<br />

lectoraat e<strong>en</strong> vaste plaats krijgt binn<strong>en</strong> de opleiding<br />

Social Work, kunn<strong>en</strong> doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> participer<strong>en</strong><br />

in onderzoek om vanuit deze visie het<br />

onderwijs op e<strong>en</strong> adequate manier vorm te gev<strong>en</strong>.<br />

Stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> vanuit deze<br />

nieuwe visie.”<br />

Laetitia Gard<strong>en</strong>iers Doc<strong>en</strong>te Social Work, <strong>Zuyd</strong> <strong>Hogeschool</strong><br />

informele zorg (breder <strong>dan</strong> opvoeding alle<strong>en</strong>) werd verle<strong>en</strong>d: één op de ti<strong>en</strong><br />

Nederlanders bood zorg aan hulpbehoev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> 20% van de Nederlanders deed<br />

dit zowel binn<strong>en</strong>s- als buit<strong>en</strong>shuis <strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> bij ziekte. Onderzocht werd ook<br />

of het bied<strong>en</strong> van zorg in de tijd is afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> concludeerde dat tuss<strong>en</strong> 1975<br />

<strong>en</strong> 1990 de omvang van de zorg buit<strong>en</strong>shuis aan familie <strong>en</strong> ander<strong>en</strong> niet wez<strong>en</strong>lijk<br />

veranderd is (Komter, Burgers <strong>en</strong> Engbers<strong>en</strong> 2004). Meer rec<strong>en</strong>t onderzoek laat<br />

zi<strong>en</strong> dat ouders de weg wet<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong> als zij opvoedingsvrag<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. In het<br />

informele netwerk blijk<strong>en</strong> zij hun vrag<strong>en</strong> voor te legg<strong>en</strong> aan hun ouders, schoonouders<br />

of aan andere familieled<strong>en</strong> (Sociaal <strong>en</strong> Cultureel Planbureau 2011; WESP<br />

2006). Ik veronderstel dat vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> collega’s van ouders hier ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong><br />

bijdrage in lever<strong>en</strong>, helaas geeft het onderzoek van het SCP ge<strong>en</strong> informatie over<br />

hun rol. Het laat wel zi<strong>en</strong> dat 80% van de ouders t<strong>en</strong>minste <strong>en</strong>kele ker<strong>en</strong> per<br />

maand met iemand uit hun sociale netwerk praat over de opvoeding van de<br />

kinder<strong>en</strong>. De 20% die zeld<strong>en</strong> tot nooit contact heeft over de opvoeding is gemiddeld<br />

iets zekerder over de opvoeding <strong>dan</strong> ouders die e<strong>en</strong> paar keer per maand<br />

steun vrag<strong>en</strong>. Als het gaat om formele netwerk<strong>en</strong>, b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong> ouders de instanties<br />

waar zij toch al contact mee hebb<strong>en</strong>, zoals school, huisarts, peuterspeelzaal<br />

<strong>en</strong> kinderopvang. Opvall<strong>en</strong>d is dat bur<strong>en</strong> nauwelijks word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als ondersteuningsbron<br />

(Sociaal <strong>en</strong> Cultureel Planbureau 2011).<br />

19


Uit hetzelfde onderzoek komt naar vor<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong>oudergezinn<strong>en</strong> meer behoefte<br />

blijk<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> aan ondersteuning <strong>en</strong> dat lager opgeleide ouders in algem<strong>en</strong>e<br />

zin minder steun ontvang<strong>en</strong>. Hoe dat komt is niet helder (Sociaal <strong>en</strong> Cultureel<br />

Planbureau 2011). Deze groep<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong> substantieel deel van de cli<strong>en</strong>tèle<br />

van de jeugdzorg.<br />

Gezinn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> dus wel degelijk deel uit van e<strong>en</strong> sociale omgeving. Er pass<strong>en</strong><br />

echter wel twee kanttek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>: beide bevinding<strong>en</strong> zijn gebaseerd op onderzoek<br />

naar alle gezinn<strong>en</strong> in Nederland. De resultat<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> anders kunn<strong>en</strong> luid<strong>en</strong> als<br />

alle<strong>en</strong> de gezinn<strong>en</strong> met opvoedvrag<strong>en</strong> naar hun sociale netwerk gevraagd zoud<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. En e<strong>en</strong> tweede kanttek<strong>en</strong>ing: wellicht is het ‘the eye of the beholder’, is<br />

het de professional die zich teveel heeft gericht op het kind <strong>en</strong> het opvoedprobleem.<br />

Waarbij de ouder <strong>en</strong> de bredere context van het gezin in de loop van de<br />

jar<strong>en</strong> uit het oog zijn verlor<strong>en</strong>. Ik noemde dit al aan het begin van deze bijdrage.<br />

Deze vrag<strong>en</strong> zijn <strong>dan</strong> ook onderwerp van onderzoek in het lectoraat.<br />

Feit is dat ondersteuning <strong>en</strong> hulp veelal pas word<strong>en</strong> gebod<strong>en</strong> als de opvoedvraag<br />

e<strong>en</strong> opvoedprobleem is geword<strong>en</strong>. Niet geheel onbegrijpelijk, als uitgegaan wordt<br />

van de uniciteit van het kind <strong>en</strong> uitgaande van e<strong>en</strong> veranderde omgeving van het<br />

gezin. En dat alles in e<strong>en</strong> context waarin de vuile was niet gemakkelijk buit<strong>en</strong><br />

gehang<strong>en</strong> wordt; voor je het weet gaan ander<strong>en</strong> er mee aan de haal.<br />

Mocht m<strong>en</strong> het idee hebb<strong>en</strong> dat m<strong>en</strong> van nul af aan zou moet<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong> bij het<br />

realiser<strong>en</strong> van het versterk<strong>en</strong> van het sociaal netwerk, <strong>dan</strong> lat<strong>en</strong> de aangehaalde<br />

onderzoek<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> dat dit niet zo is. Dat biedt kans<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> maakt<br />

de uitdaging groot om hier binn<strong>en</strong> het lectoraat e<strong>en</strong> bijdrage aan te lever<strong>en</strong>.<br />

Sociaal netwerk is ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>duidig begrip. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is de optiek waar vanuit<br />

m<strong>en</strong> het begrip b<strong>en</strong>adert bepal<strong>en</strong>d voor de wijze waarop het begrip wordt<br />

gedefinieerd <strong>en</strong> hoe gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> word<strong>en</strong> getrokk<strong>en</strong>. Met andere woord<strong>en</strong> het<br />

door<strong>d<strong>en</strong>k<strong>en</strong></strong> van begripp<strong>en</strong> is belangrijk. Waar hebb<strong>en</strong> we het over als sociale<br />

netwerk<strong>en</strong> beter b<strong>en</strong>ut gaan word<strong>en</strong>? Betreft dit de buurvrouw, de wijk, e<strong>en</strong><br />

digitale omgeving? In het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk zijn bijvoorbeeld goede ervaring<strong>en</strong><br />

opgedaan met e<strong>en</strong> website voor moeders, www.netmums.com, waar én informatie<br />

te hal<strong>en</strong> is, kookrecept<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> waar m<strong>en</strong> kan chatt<strong>en</strong>. Geografische<br />

gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> daarmee te vervall<strong>en</strong>. Betreft het sociale netwerk ook de<br />

carnavalsver<strong>en</strong>iging, Jong Nederland Limburg <strong>en</strong> de fanfare? Moet<strong>en</strong> zij opvoeder<br />

word<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat verstaan we daar <strong>dan</strong> onder? Wat wordt verwacht van de sociale<br />

omgeving. In ieder geval lijk<strong>en</strong> daar de mogelijkheid om praktische adviez<strong>en</strong> te<br />

kunn<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong> deel van uit te mak<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>als hulp in tijd<strong>en</strong> van crisis <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

basale vorm van solidariteit met andere ouders. De noodzaak om deze discussie<br />

te voer<strong>en</strong> wordt nog versterkt door de onrust binn<strong>en</strong> de jeugdzorg, onrust door<br />

20


de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> stelselherzi<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> door de herzi<strong>en</strong>ing van de kinderbeschermingswetgeving.<br />

Maar onrust schept kans<strong>en</strong>, het biedt mogelijkhed<strong>en</strong> om<br />

wez<strong>en</strong>lijke verandering<strong>en</strong> door te voer<strong>en</strong>, niet alle<strong>en</strong> in vorm, maar ook in inhoud.<br />

Dat kan leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> systeem waar e<strong>en</strong> goede basis de grondslag van vormt<br />

voor het werk<strong>en</strong> met gezinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> jeugdig<strong>en</strong>; met betrekking tot de basis zie ik de<br />

verbinding met het lectoraat. Ik pleit daarbij voor e<strong>en</strong> ecologische b<strong>en</strong>adering:<br />

naast de omgeving van het gezin, zoud<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s sociaal economische aspect<strong>en</strong><br />

(waaronder huisvesting, gezondheidszorg, onderwijs, werkgeleg<strong>en</strong>heid)<br />

‘meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>’ di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong> (Cleaver, Cawson, Gorin et.al 2009). Geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zijn hier bij uitstek de geëig<strong>en</strong>de speler voor, omdat deze voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> tot hun<br />

verantwoordelijkheid behor<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> sluit de gedachte van de Wmo<br />

naadloos aan op de w<strong>en</strong>s de eig<strong>en</strong> kracht van het gezin te versterk<strong>en</strong>: eig<strong>en</strong><br />

verantwoordelijkheid van de burger stimuler<strong>en</strong>. Om dit te realiser<strong>en</strong> is in mijn<br />

optiek e<strong>en</strong> duidelijke overheid nodig, e<strong>en</strong> faciliter<strong>en</strong>de <strong>en</strong> controler<strong>en</strong>de overheid,<br />

weliswaar op afstand. Over die overheid gaat het in de volg<strong>en</strong>de paragraaf.<br />

21


4<br />

De staat als opvoeder<br />

Aanvankelijk had de overheid vooral als opdracht de burger te bescherm<strong>en</strong> teg<strong>en</strong><br />

gevar<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong>af <strong>en</strong> teg<strong>en</strong> gevar<strong>en</strong> van medeburgers (Reverda 2004). In de<br />

neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> twintigste eeuw kwam<strong>en</strong> daar als tak<strong>en</strong> bij het l<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> van<br />

materiële nood <strong>en</strong> bescherming teg<strong>en</strong> sociale gevar<strong>en</strong> (Bouttelier 2005). In dat<br />

licht moet<strong>en</strong> ook de eerste kinderwett<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>, die in 1905 tot stand<br />

kwam<strong>en</strong>. De Staat was to<strong>en</strong> e<strong>en</strong> overheid op ruime afstand van het gezin (Sociaal<br />

<strong>en</strong> Cultureel Planbureau 2011). Haar taak beperkte zich tot <strong>en</strong>erzijds het faciliter<strong>en</strong>,<br />

in de vorm van wett<strong>en</strong>, beleidsregels, subsidieverstrekking <strong>en</strong> anderzijds<br />

ingrijp<strong>en</strong> als de ontwikkeling van kinder<strong>en</strong> ernstig in gevaar dreigde te gerak<strong>en</strong>.<br />

En dat laatste alle<strong>en</strong> onder strikte condities. Deels kan deze opstelling van de<br />

Staat verklaard word<strong>en</strong> vanuit de sterke positie van het ouderlijk gezag, deels ook<br />

vanuit de verzuilde sam<strong>en</strong>leving, waar iedere zuil liefdadigheid <strong>en</strong> zorg voor de<br />

hulpbehoev<strong>en</strong>de medem<strong>en</strong>s op eig<strong>en</strong> wijze invulling had gegev<strong>en</strong> (Hoek 2008).<br />

Vanaf de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig kreeg het gezin meer <strong>en</strong> meer politieke aandacht (Smith<br />

2010; Hoek 2008). De insteek was in eerste instantie het bied<strong>en</strong> van begeleiding<br />

<strong>en</strong> ondersteuning (Baartman 2006). Vervolg<strong>en</strong>s werd gezinsondersteuning<br />

synoniem voor het acc<strong>en</strong>tuer<strong>en</strong> van ontplooiing van ouders, voor gelijke kans<strong>en</strong><br />

voor allochtone kinder<strong>en</strong>, naar prev<strong>en</strong>tie van jeugdproblem<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> sterke<br />

controler<strong>en</strong>de houding ter voorkoming van crimineel gedrag (Hoek 2008). Dat<br />

laatste elem<strong>en</strong>t is nog steeds dominant, maar wordt aangevuld met de nadruk op<br />

veiligheid voor kinder<strong>en</strong>. Gesteld kan word<strong>en</strong> dat de Staat, naast de rol van het<br />

faciliter<strong>en</strong> <strong>en</strong> het ingrijp<strong>en</strong> in voor kinder<strong>en</strong> ernstig bedreigde opvoedingssituaties,<br />

steeds meer die van opvoeder is geword<strong>en</strong>. Opvoeder in de zin van het<br />

vaststell<strong>en</strong> van de uitkomst<strong>en</strong> van de opvoeding, in de zin van het formuler<strong>en</strong> van<br />

norm<strong>en</strong>. Niet vastgelegd in wett<strong>en</strong>, maar in tijdgebond<strong>en</strong> norm<strong>en</strong> die politiek<br />

word<strong>en</strong> ingekleurd. Meer actief <strong>en</strong> minder vrijblijv<strong>en</strong>d (Sociaal <strong>en</strong> Cultureel<br />

Planbureau 2011). Nu is voor de instandhouding van de sam<strong>en</strong>leving het functioner<strong>en</strong><br />

van de burger van ess<strong>en</strong>tieel belang. Vanuit die optiek is het in het liberale<br />

<strong>d<strong>en</strong>k<strong>en</strong></strong> over het functioner<strong>en</strong> van de staat vanzelfsprek<strong>en</strong>d dat díe overheid <strong>dan</strong><br />

22


ook eis<strong>en</strong> stelt aan ouders, opdat jonger<strong>en</strong> straks als burger in de sam<strong>en</strong>leving<br />

adequaat kunn<strong>en</strong> functioner<strong>en</strong> (Boermans 2009). Deze b<strong>en</strong>adering staat mijns<br />

inzi<strong>en</strong>s <strong>en</strong>igszins op gespann<strong>en</strong> voet met de boodschap die het Burgerlijk<br />

Wetboek <strong>en</strong> Kinderrecht<strong>en</strong>verdrag uitdrag<strong>en</strong>, waar gesteld wordt dat de ouder,<br />

binn<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van de wet, het kind naar eig<strong>en</strong> inzicht opvoedt <strong>en</strong> het gezin<br />

daarbij alle bescherming <strong>en</strong> ondersteuning verdi<strong>en</strong>t (Van Yper<strong>en</strong> 2010; Smeyers<br />

2010).<br />

Steeds meer wordt in de sam<strong>en</strong>leving het acc<strong>en</strong>t gelegd op wat van ouders wordt<br />

verwacht. Van alle ouders wel te verstaan, want de veiligheidsinsteek heeft tot<br />

gevolg dat de Staat zich niet alle<strong>en</strong> meer richt tot probleemkinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun<br />

ouders, maar alle kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun ouders aanspreekt (Ayre 1998; Munro <strong>en</strong><br />

Calder 2005; Smith 2010). De focus is namelijk gericht op het vergrot<strong>en</strong> van<br />

veiligheid <strong>en</strong> het uitsluit<strong>en</strong> van risico’s, zonder dat we steeds precies wet<strong>en</strong> wat<br />

de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van risico’s zijn (Baartman 2006). Risico <strong>en</strong> veiligheid zijn containerbegripp<strong>en</strong><br />

geword<strong>en</strong>, waarvan het maar zeer de vraag is of de bestaande instituties<br />

binn<strong>en</strong> de bestaande sociale structur<strong>en</strong> in staat kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geacht e<strong>en</strong> goed<br />

antwoord te formuler<strong>en</strong> op het bied<strong>en</strong> van veiligheid (Bouttelier 2005). Het<br />

proces van begeleid<strong>en</strong> <strong>en</strong> ingrijp<strong>en</strong> is namelijk veel te ingewikkeld om de uitkomst<strong>en</strong><br />

van overheidsingrijp<strong>en</strong> goed te kunn<strong>en</strong> voorspell<strong>en</strong> (Ayre 1998). Smeyers<br />

vindt zelfs dat er meer aandacht zou moet<strong>en</strong> zijn voor de collateral damage die<br />

overheidshandel<strong>en</strong> veroorzaakt in de privé sfeer van het gezin (Smeyers 2010),<br />

on<strong>dan</strong>ks dat diezelfde overheid tegelijkertijd faciliteert is <strong>en</strong> subsidies verstrekt.<br />

Prat<strong>en</strong>d over het uitsluit<strong>en</strong> van risico’s <strong>en</strong> het vergrot<strong>en</strong> van veiligheid, moet<br />

opgemerkt word<strong>en</strong> dat het veelal gaat om e<strong>en</strong> gevoel van onveiligheid, want<br />

vergelek<strong>en</strong> met vroeger is onze directe leefwereld aanzi<strong>en</strong>lijk veiliger. De paradox<br />

is echter dat naarmate de graad van veiligheid hoger is, het gevoel zich bedreigd<br />

te voel<strong>en</strong> to<strong>en</strong>eemt (Bouttelier 2005). Risico’s <strong>en</strong> veiligheid zijn verword<strong>en</strong> tot<br />

geïndividualiseerde begripp<strong>en</strong>. In dit verband wordt er nu makkelijker gesprok<strong>en</strong><br />

over tekortschiet<strong>en</strong>de opvoeders (Hermanns 2009). Taal is in dit proces e<strong>en</strong><br />

belangrijk instrum<strong>en</strong>t: door andere taal te gebruik<strong>en</strong> krijgt het raamwerk van de<br />

opvoeding e<strong>en</strong> andere invulling (Smeyers 2010). Dat gebeurt niet alle<strong>en</strong> met<br />

betrekking tot opvoeding, maar bijvoorbeeld ook t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van minderjarige<br />

vreemdeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> overlastgev<strong>en</strong>de jonger<strong>en</strong> (Cardol 2005; Cardol 2009). E<strong>en</strong><br />

voorbeeld van het effect van taal is bijvoorbeeld het onderzoek van Slagman, dat<br />

zij uitvoerde in opdracht van het Ministerie van Veiligheid <strong>en</strong> Justitie, waarin zij<br />

veiligheid als e<strong>en</strong> rechtsstatelijke waarde b<strong>en</strong>oemt, terwijl het in mijn optiek e<strong>en</strong><br />

conditie is (Slagman 2011). E<strong>en</strong> dergelijke paradigmawijziging legitimeert de<br />

overheid om eerder in te grijp<strong>en</strong>. De burger verwacht vaak ook niet anders, al<br />

wordt dit overheidsoptred<strong>en</strong> niet door iedere<strong>en</strong> gewaardeerd. Kinneging (2007)<br />

23


spreekt in dit verband over kurier<strong>en</strong> am Symptom (Kinneging 2007) <strong>en</strong> Furedi (2008)<br />

heeft het over e<strong>en</strong> nanny state culture (Furedi 2008).<br />

Sociale interacties lat<strong>en</strong> zich moeilijk standaardiser<strong>en</strong> <strong>en</strong> misbruik <strong>en</strong> drama’s<br />

kunn<strong>en</strong> niet vermed<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, stelt Munro, omdat onzekerheid inher<strong>en</strong>t<br />

is aan werk<strong>en</strong> met kinder<strong>en</strong> (Munro 2009, p.1019). Met de huidige focus op het<br />

versterk<strong>en</strong> van de eig<strong>en</strong> kracht van gezinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> het b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van het sociaal netwerk,<br />

wordt dit niet anders. De paradox van deze focus is dat de kracht van het gezin,<br />

als hoekste<strong>en</strong> van de sam<strong>en</strong>leving, versterkt moet word<strong>en</strong>, het sociaal netwerk<br />

beter b<strong>en</strong>ut, terwijl tegelijkertijd datzelfde gezin tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> mogelijke bedreiging<br />

vormt voor de ontwikkeling van het kind <strong>en</strong> risico’s zoveel mogelijk moet<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> veiligheid in het gezin optimaal moet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

gewaarborgd. Lastig is dat de overheid ge<strong>en</strong> greep heeft op wat binn<strong>en</strong> de mur<strong>en</strong><br />

van het gezin wordt meegegev<strong>en</strong> aan het kind. Toch is het concept van het<br />

versterk<strong>en</strong> van eig<strong>en</strong> kracht <strong>en</strong> de inzet van de sam<strong>en</strong>leving, van het sociaal<br />

netwerk belangrijk. In de volg<strong>en</strong>de paragraaf werk ik dit uit.<br />

Het versterk<strong>en</strong> van de kracht van het gezin <strong>en</strong> het stimuler<strong>en</strong> van de verantwoordelijkheid<br />

van de burger, opdat er in e<strong>en</strong> vroeg stadium aandacht kan zijn voor<br />

opvoedingsvrag<strong>en</strong> stelt eis<strong>en</strong> aan de wijze waarop hulpverl<strong>en</strong>ers hun werk do<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> aan de opleiding<strong>en</strong> waar professionals word<strong>en</strong> opgeleid. Het stelt eis<strong>en</strong> aan<br />

beleid, aan e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>telijke zorgstructuur. Nog te vaak is de professional<br />

g<strong>en</strong>eigd problem<strong>en</strong> over te nem<strong>en</strong>, het probleem én de oplossing te formuler<strong>en</strong>.<br />

Nog te vaak is de professional g<strong>en</strong>eigd voor <strong>en</strong> over m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te <strong>d<strong>en</strong>k<strong>en</strong></strong>, te<br />

besliss<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor h<strong>en</strong> te handel<strong>en</strong>. In de volg<strong>en</strong>de paragraaf werk ik uit wat deze<br />

‘nieuwe’ b<strong>en</strong>adering vraagt van de professional, zowel op uitvoer<strong>en</strong>d niveau als<br />

op beleidsniveau. Vervolg<strong>en</strong>s zal ik dit toespits<strong>en</strong> op wat dit lectoraat in deze kan<br />

betek<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

24


5<br />

De professional<br />

Het acc<strong>en</strong>t op het versterk<strong>en</strong> van het gezin <strong>en</strong> het beter inzett<strong>en</strong> van het sociale<br />

netwerk is onder meer onderdeel van de herzi<strong>en</strong>ing van het jeugdzorgstelsel.<br />

Ondersteuning <strong>en</strong> hulp dicht bij het gezin, met het gezin, binn<strong>en</strong> bepaalde<br />

marges, als regievoerder. Als professionele hulp noodzakelijk is, di<strong>en</strong>t dit vroegtijdig<br />

plaats te vind<strong>en</strong>, laagdrempelig te zijn <strong>en</strong> gericht op het weer kunn<strong>en</strong> voer<strong>en</strong><br />

van de eig<strong>en</strong> regie.<br />

E<strong>en</strong> herzi<strong>en</strong>ing van het stelsel alle<strong>en</strong> kan echter nimmer leid<strong>en</strong> tot het versterk<strong>en</strong><br />

van de eig<strong>en</strong> kracht van het gezin <strong>en</strong> het beter b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van het sociale netwerk.<br />

Het werk van e<strong>en</strong> professional in de jeugdzorg laat zich namelijk niet vang<strong>en</strong> in<br />

e<strong>en</strong> goed ingericht stelsel. Er is meer <strong>dan</strong> dat, al is het stelsel wel e<strong>en</strong> belangrijke<br />

voorwaarde om goed werk af te kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong>. Er di<strong>en</strong>t tev<strong>en</strong>s aandacht te zijn<br />

voor het meest wez<strong>en</strong>lijke k<strong>en</strong>merk van het werk van de professional: de sociale<br />

interactie tuss<strong>en</strong> cliënt <strong>en</strong> professional. Sociale interactie kan maar moeilijk<br />

word<strong>en</strong> gevat in e<strong>en</strong> systeem, noch in organisaties, protocoll<strong>en</strong> of beleidsregels.<br />

Dat kan niet, onder meer omdat de leefwereld van de cliënt zich snel kan wijzig<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> omdat opvoedproblematiek dynamisch van aard is. E<strong>en</strong> vandaag gemaakte<br />

inschatting kan morg<strong>en</strong> niet meer adequaat zijn, omdat zich <strong>dan</strong> e<strong>en</strong> nieuwe<br />

werkelijkheid voordoet. Van de professional wordt gevraagd hier telk<strong>en</strong>s de juiste<br />

afweging<strong>en</strong> in te mak<strong>en</strong> op basis van de <strong>dan</strong> beschikbare informatie. De wisselwerking<br />

tuss<strong>en</strong> de persoon van de werker, de persoon van de cliënt <strong>en</strong> hun onderlinge<br />

relatie is van grote invloed op het verloop van het proces <strong>en</strong> op de uitkomst<strong>en</strong><br />

hiervan. Om deze red<strong>en</strong> kan evid<strong>en</strong>ce-based werk<strong>en</strong> ook nimmer de <strong>en</strong>ige<br />

manier van werk<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> method<strong>en</strong> niet pas <strong>dan</strong> professioneel zijn als zij<br />

evid<strong>en</strong>ce based zijn (Van Montfoort 2008). Van Luitgaard<strong>en</strong> liet in zijn promotieonderzoek<br />

zi<strong>en</strong> dat het met name de interactionele-contextuele elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn<br />

die er in de praktijk toe do<strong>en</strong> <strong>en</strong> die het verschil (kunn<strong>en</strong>) mak<strong>en</strong> (Van Luitgaard<strong>en</strong><br />

2011). Zo kan de persoon van de werker beïnvloed word<strong>en</strong> door de bedrijfscultuur<br />

die als afrek<strong>en</strong>cultuur ervar<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>. De w<strong>en</strong>s om ge<strong>en</strong> fout<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>,<br />

25


de w<strong>en</strong>s om het goed te do<strong>en</strong> kan <strong>dan</strong> doorwerk<strong>en</strong> in de wijze waarop beslissing<strong>en</strong><br />

al <strong>dan</strong> niet word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Het effect van sociale interactie wordt op fraaie wijze beschrev<strong>en</strong> in het boek<br />

over Anita Leeser, oud kinderrechter te Amsterdam (De Fauwe 2008). Zij beschrijft<br />

dat e<strong>en</strong> soms kleine opmerking, of e<strong>en</strong> bepaalde houding van de gezinsvoogd,<br />

maar ook van haar als kinderrechter, verandering<strong>en</strong> kon bewerkstellig<strong>en</strong>.<br />

De impact hiervan had in e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel geval zelfs na jar<strong>en</strong> nog effect. E<strong>en</strong> aantal van<br />

de jonger<strong>en</strong> kon zich dat nog heel precies herinner<strong>en</strong>. Met andere woord<strong>en</strong>:<br />

sociale interactie is e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijk <strong>en</strong> belangrijk onderdeel van het werk van de<br />

professional. Pasklare antwoord<strong>en</strong> zijn in het werk<strong>en</strong> met gezinn<strong>en</strong> veelal niet<br />

voorhand<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat maakt het werk zo complex. Dat wil echter niet zegg<strong>en</strong> dat<br />

het werk zonder regels kan. Beid<strong>en</strong> aspect<strong>en</strong> zijn onderdeel van het werkveld.<br />

Het is e<strong>en</strong> combinatie van, zoals Munro dat kernachtig beschreef, knowledge based<br />

behavior <strong>en</strong> rule based behavior (Munro 2009). De k<strong>en</strong>niskant hiervan b<strong>en</strong>adrukt dat<br />

kant <strong>en</strong> klare oplossing<strong>en</strong> niet voorhand<strong>en</strong> zijn, je kunt niet volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> bepaald<br />

recept gezinn<strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong>, altijd is de sociale interactie van invloed op het<br />

proces <strong>en</strong> op de uitkomst<strong>en</strong> van dat proces. Oftewel, ‘you can deliver a pizza, but not<br />

a child protection service’ (Munro 2009, p.1019).<br />

Sociale interactie moet leid<strong>en</strong> tot sam<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>, in de werkelijke betek<strong>en</strong>is van<br />

het begrip. Met de w<strong>en</strong>s de eig<strong>en</strong> kracht van gezinn<strong>en</strong> te versterk<strong>en</strong> is dit aspect<br />

wellicht nog wez<strong>en</strong>lijker om tot resultat<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>.<br />

Wat maakt sociale interactie effectieve sociale interactie?<br />

Om tot sam<strong>en</strong>werking te kom<strong>en</strong> zijn respect <strong>en</strong> erk<strong>en</strong>ning ess<strong>en</strong>tiële voorwaard<strong>en</strong>.<br />

In het kinderrecht<strong>en</strong>verdrag wordt dit erk<strong>en</strong>d door het beginsel van m<strong>en</strong>selijke<br />

waardigheid c<strong>en</strong>traal te stell<strong>en</strong>. M<strong>en</strong>selijke waardigheid van de cliënt <strong>en</strong> van<br />

de professional. Weill stelt dat kinder<strong>en</strong> pas geholp<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als ouders<br />

beter begrep<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Zij boort nog e<strong>en</strong> andere laag van sam<strong>en</strong>werking aan als<br />

zij stelt dat we nog te weinig wet<strong>en</strong> van het wez<strong>en</strong> van wat ouderschap inhoudt<br />

<strong>en</strong> nog te vaak bezig zijn met de maatschappelijke w<strong>en</strong>s dat ouders kinder<strong>en</strong><br />

moet<strong>en</strong> controler<strong>en</strong> in plaats van h<strong>en</strong> te help<strong>en</strong> met family preservation (Weill<br />

2011). In haar visie kunn<strong>en</strong> er pas resultat<strong>en</strong> geboekt word<strong>en</strong> als de ouder niet als<br />

verl<strong>en</strong>gstuk van het kind gezi<strong>en</strong> wordt maar als e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> persoon. Weill pleit <strong>dan</strong><br />

ook voor e<strong>en</strong> herzi<strong>en</strong>ing van de maatschappelijke constructie die er over ouders<br />

bestaat. Empathie is in haar optiek e<strong>en</strong> conditio sine qua non om dit beeld te<br />

kunn<strong>en</strong> verander<strong>en</strong>.<br />

Respect <strong>en</strong> erk<strong>en</strong>ning zijn waard<strong>en</strong> die niet alle<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot sam<strong>en</strong>werking, maar<br />

zijn tev<strong>en</strong>s voorwaard<strong>en</strong> om te kunn<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> kan pas ler<strong>en</strong> als er sprake is<br />

van wederzijds respect. Vaak is zelfs het gevoel gesteund te word<strong>en</strong> belangrijker<br />

26


Creatief gebruik van alle kracht<strong>en</strong><br />

De dec<strong>en</strong>tralisatie van alle jeugdzorg naar<br />

geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vraagt om creatief gebruik van alle<br />

kracht<strong>en</strong> die bij de jeugd betrokk<strong>en</strong> zijn. Het<br />

lectoraat Opvoed<strong>en</strong> in het publieke domein kan<br />

de plaats word<strong>en</strong> in Limburg voor uitdag<strong>en</strong>de <strong>en</strong><br />

waardevolle ondersteuning in dit proces.<br />

Mieke Damsma Wethouder onderwijs, welzijn <strong>en</strong> zorg Geme<strong>en</strong>te Maastricht<br />

<strong>dan</strong> de daadwerkelijk gebod<strong>en</strong> hulp. Ook het gevoel dat er niet mete<strong>en</strong> wat terug<br />

gedaan hoeft te word<strong>en</strong>, is belangrijk. Dit houdt e<strong>en</strong> opdracht aan professionals<br />

in <strong>en</strong> aan organisaties die professionals opleid<strong>en</strong> <strong>en</strong> begeleid<strong>en</strong>. Ook hier is er<br />

verbinding met het lectoraat, nu de professional e<strong>en</strong> belangrijk instrum<strong>en</strong>t is om<br />

het gew<strong>en</strong>ste doel te bereik<strong>en</strong>. Met andere woord<strong>en</strong>: het invester<strong>en</strong> in attitud<strong>en</strong>,<br />

het invulling kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan begripp<strong>en</strong> als respect <strong>en</strong> m<strong>en</strong>selijke waardigheid<br />

is e<strong>en</strong> voorwaarde om de eig<strong>en</strong> kracht van gezinn<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> vergrot<strong>en</strong>.<br />

De RMO stelt het als volgt: ‘Jeugdzorgwerkers moet<strong>en</strong> respect kunn<strong>en</strong> ton<strong>en</strong> naar<br />

ouders, kunn<strong>en</strong> luister<strong>en</strong>, vrag<strong>en</strong> durv<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> <strong>en</strong> durv<strong>en</strong> doorvrag<strong>en</strong>, erk<strong>en</strong>ning<br />

kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>, interesse ton<strong>en</strong> in de ander, e<strong>en</strong> zekere mate van inlevingsvermog<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong>, de relativiteit van eig<strong>en</strong> waard<strong>en</strong> <strong>en</strong> norm<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> inzi<strong>en</strong> <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> reflecter<strong>en</strong><br />

op het eig<strong>en</strong> handel<strong>en</strong>. Van belang is dat m<strong>en</strong> ouders kan lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> dat zij er toe do<strong>en</strong>, dat<br />

zij voor het kind belangrijk zijn <strong>en</strong> als onderdeel van het systeem (social inclusion) deel van<br />

de oplossing zijn’. En, ‘human beings are happier, more cooperative and productive, and<br />

more likely to make positive changes in their behavior wh<strong>en</strong> those in positions of authority<br />

do things with them, rather than to do things for them’ (Wachtel & McCold 2004).<br />

Als nu gedacht wordt dat ik pleit voor e<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de opstelling van de professional,<br />

is dat e<strong>en</strong> misvatting. Daarmee wordt de eig<strong>en</strong> kracht van gezinn<strong>en</strong> niet<br />

versterkt. Wel als de sociale interactie tuss<strong>en</strong> cliënt <strong>en</strong> professional zich k<strong>en</strong>merkt<br />

door e<strong>en</strong> hoge mate van betrokk<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> ondersteuning én door e<strong>en</strong> hoge mate<br />

van controle. Door hard te zijn <strong>en</strong> e<strong>en</strong> hart te hebb<strong>en</strong>, door compassie <strong>en</strong><br />

controle.<br />

27


Ik zie in deze beweging wel e<strong>en</strong> mogelijke paradox tuss<strong>en</strong> de w<strong>en</strong>s om de eig<strong>en</strong><br />

kracht van het gezin te versterk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het sociaal netwerk beter te b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> anderzijds de sterke focus op veiligheid. Baartman wijst terecht op<br />

de begr<strong>en</strong>zing die dit met zich meebr<strong>en</strong>gt voor het kunn<strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong> van<br />

ouders (Baartman 2010). Hij stelt dat de gerichtheid vanuit de sam<strong>en</strong>leving op de<br />

fysieke veiligheid van het kind de angst van de jeugdzorgwerker om fout<strong>en</strong> te<br />

mak<strong>en</strong> des te groter maakt. Dat kan nog meer wring<strong>en</strong> als het contact met de<br />

ouder int<strong>en</strong>siever of nauwer is. Zijn oplossing ligt in het voortdur<strong>en</strong>d kunn<strong>en</strong><br />

ton<strong>en</strong> van respectful uncertainty. Dit impliceert e<strong>en</strong> houding waarin m<strong>en</strong> kritisch is<br />

<strong>en</strong> blijft, zich telk<strong>en</strong>s blijft afvrag<strong>en</strong> of het beeld dat m<strong>en</strong> heeft van de cliënt nog<br />

wel klopt met de werkelijkheid <strong>en</strong> de cliënt daarop voortdur<strong>en</strong>d, met respect,<br />

bevraagd wordt. Naarmate m<strong>en</strong> langer contact heeft met cliënt<strong>en</strong> wordt het<br />

goed kunn<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> steeds moeilijker. Professionals hebb<strong>en</strong> <strong>dan</strong> de neiging om te<br />

gelov<strong>en</strong> dat datg<strong>en</strong>e wat zij in gezinn<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> niet ernstig g<strong>en</strong>oeg is om in te<br />

grijp<strong>en</strong>. Het gaat in de interactie tuss<strong>en</strong> cliënt <strong>en</strong> professional telk<strong>en</strong>s om het<br />

vind<strong>en</strong> van de juiste balans tuss<strong>en</strong> professionele distantie <strong>en</strong> het op vri<strong>en</strong>dschappelijke<br />

voet verker<strong>en</strong> met m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in probleemsituaties. Volg<strong>en</strong>s Baartman<br />

behoort e<strong>en</strong> goede balans de focus te zijn, de balans tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong>gagem<strong>en</strong>t met<br />

ouders <strong>en</strong> normatieve helderheid inzake het belang <strong>en</strong> de veiligheid van het kind.<br />

E<strong>en</strong> mogelijke andere paradox, maar in het verl<strong>en</strong>gde van de eerder g<strong>en</strong>oemde,<br />

kan zijn dat professionals die word<strong>en</strong> opgeleid tot hulpverl<strong>en</strong>er wellicht sneller<br />

g<strong>en</strong>eigd zijn om verantwoordelijkheid van ouders over te nem<strong>en</strong>. Dit zou nog<br />

sterker kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> in de huidige tijd waar, zo beargum<strong>en</strong>teert Hermanns,<br />

zorg<strong>en</strong> over de opvoedsituatie sneller vertaald word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> behoefte aan<br />

professionele hulp <strong>en</strong> belangrijker, zo stelt hij, in e<strong>en</strong> vorm van toezicht (Hermanns<br />

2009). Hermanns pleit voor het ‘weer opvoed<strong>en</strong> van kinder<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> ‘op herstel<br />

van het gewone lev<strong>en</strong>’. Dat sluit aan bij de politieke w<strong>en</strong>s om de eig<strong>en</strong> kracht van<br />

gezinn<strong>en</strong> te versterk<strong>en</strong>. In dit verband pleit Sarneel nog voor e<strong>en</strong> meer gelijkwaardige<br />

relatie tuss<strong>en</strong> cliënt <strong>en</strong> de door de professional verteg<strong>en</strong>woordigde<br />

instelling door het opstell<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> cliënt<strong>en</strong>statuut (Sarneel 2011). Want, e<strong>en</strong><br />

hulpverl<strong>en</strong>ingsrelatie kan volg<strong>en</strong>s hem niet meer vrijblijv<strong>en</strong>d zijn. Middels e<strong>en</strong><br />

statuut wordt de gelijkwaardigheid b<strong>en</strong>adrukt tuss<strong>en</strong> ouder <strong>en</strong> instelling. De<br />

cliënt verplicht zich middels het statuut tot participatie, het nakom<strong>en</strong> van<br />

afsprak<strong>en</strong> <strong>en</strong> tot aanwezigheid.<br />

Hoe het ook zij, in de transitie van de provincie naar de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zal, wil m<strong>en</strong><br />

werkelijk verschil kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, aandacht moet<strong>en</strong> zijn voor de positie van de<br />

professional, nu de persoon van de werker, de persoon van de cliënt <strong>en</strong> hun onderlinge<br />

relatie zo bepal<strong>en</strong>d zijn voor het proces <strong>en</strong> de uitkomst<strong>en</strong>. Ik zal in de navolg<strong>en</strong>de<br />

paragraaf aangev<strong>en</strong> op welke wijze dit in het lectoraat e<strong>en</strong> plek krijgt.<br />

28


6<br />

Dit lectoraat<br />

Ik heb gesprok<strong>en</strong> over het gezin, de sam<strong>en</strong>leving <strong>en</strong> de overheid. Ik heb aangegev<strong>en</strong><br />

welke belangrijke ontwikkeling<strong>en</strong> er voor deze actor<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong>,<br />

op dit mom<strong>en</strong>t plaatsvind<strong>en</strong> <strong>en</strong> welke verandering<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> in de<br />

nabije toekomst. Vervolg<strong>en</strong>s heb ik b<strong>en</strong>oemd wat e<strong>en</strong> <strong>en</strong> ander betek<strong>en</strong>t voor de<br />

rol van professional, zowel in het werkveld als voor e<strong>en</strong> opleiding.<br />

Ik heb aangegev<strong>en</strong> dat het van belang is begripp<strong>en</strong> als eig<strong>en</strong> kracht van het gezin<br />

<strong>en</strong> het inzett<strong>en</strong> van het sociale netwerk goed te door<strong>d<strong>en</strong>k<strong>en</strong></strong> om te voorkom<strong>en</strong><br />

dat het mythische begripp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> of metafor<strong>en</strong> van iets wat in de kern<br />

onduidelijk is geblev<strong>en</strong> (Levitas 2003). Eig<strong>en</strong> kracht veronderstelt dat de sam<strong>en</strong>leving<br />

e<strong>en</strong> beeld heeft van wat goed is, maar dat beeld is niet geëxpliciteerd.<br />

Datzelfde geldt voor het sociale netwerk. Netwerk<strong>en</strong> zijn niet geografisch<br />

begr<strong>en</strong>sd <strong>en</strong> zijn niet per definitie altijd positief voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Om kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

hun gezinn<strong>en</strong> goed te kunn<strong>en</strong> begeleid<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong> is het van belang dat<br />

we wet<strong>en</strong> waarover we prat<strong>en</strong>. Daar wil dit lectoraat e<strong>en</strong> bijdrage aan lever<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

in deze paragraaf geef ik aan hoe dit gestalte krijgt in het lectoraat Opvoed<strong>en</strong> in<br />

het Publieke Domein.<br />

In het lectoraat onderscheid ik drie lijn<strong>en</strong>, te wet<strong>en</strong> (1) de maatschappelijke lijn, (2)<br />

de onderwijslijn <strong>en</strong> (3) de werkveldlijn. In onderzoek, compet<strong>en</strong>tieontwikkeling, ,<br />

lesprogramma’s, artikel<strong>en</strong> <strong>en</strong> boek<strong>en</strong>, themadag<strong>en</strong> <strong>en</strong> werkconfer<strong>en</strong>ties zull<strong>en</strong> de<br />

resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> bevinding<strong>en</strong> van dit lectoraat hun neerslag krijg<strong>en</strong>.<br />

Zo zal binn<strong>en</strong> de maatschappelijke lijn aandacht besteed word<strong>en</strong> aan de effect<strong>en</strong><br />

van maatschappelijke ontwikkeling<strong>en</strong> op het versterk<strong>en</strong> van de eig<strong>en</strong> kracht van<br />

gezinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> het beter b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van sociale netwerk<strong>en</strong>. Bijvoorbeeld naar de<br />

vraag welke gevolg<strong>en</strong> het thema veiligheid heeft voor de handelingsruimte van<br />

de professional. Biedt het kans<strong>en</strong> of word<strong>en</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong> van de professional<br />

hierdoor beperkt? En, op welke wijze kan de professional het begrip ‘veilig-<br />

29


Opvoed<strong>en</strong>, dat doe je sam<strong>en</strong>!<br />

Wij will<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong> kracht van jeugdig<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

gezinn<strong>en</strong> versterk<strong>en</strong> door in te zett<strong>en</strong> op sociale<br />

netwerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> positieve aandacht te gev<strong>en</strong>. Alles<br />

wat aandacht krijgt, groeit. Opvoed<strong>en</strong> moet weer<br />

iets van ons allemaal word<strong>en</strong>. Opvoed<strong>en</strong> doe je<br />

sam<strong>en</strong> <strong>en</strong> moet weer iets vanzelfsprek<strong>en</strong>ds word<strong>en</strong>.<br />

De instelling van het bijzondere lectoraat bevestigt<br />

onze visie.<br />

Marlou Absil Wethouder Jeugd, gezin, zorg <strong>en</strong> ontwikkeling<br />

Geme<strong>en</strong>te Peel <strong>en</strong> Maas<br />

heid’ e<strong>en</strong> hanteerbaar begrip lat<strong>en</strong> zijn in het versterk<strong>en</strong> van eig<strong>en</strong> kracht van het<br />

gezin? Voorts vind ik het van belang om zicht te krijg<strong>en</strong> op welke norm<strong>en</strong> de<br />

sam<strong>en</strong>leving hanteert t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de opvoeding. Want als we sprek<strong>en</strong> over<br />

het versterk<strong>en</strong> van de eig<strong>en</strong> kracht van het gezin, is het belangrijk te wet<strong>en</strong> wat<br />

we onder opvoedingskracht verstaan. Gaat het <strong>dan</strong> om breed gedeelde norm<strong>en</strong>?<br />

Te vaak zijn norm<strong>en</strong> ook nog impliciete norm<strong>en</strong>. Maar als we werkelijk de<br />

gestelde doel<strong>en</strong> will<strong>en</strong> behal<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> deze norm<strong>en</strong> geëxpliciteerd <strong>en</strong> doordacht<br />

moet<strong>en</strong> zijn, temeer daar deze e<strong>en</strong> grote rol spel<strong>en</strong> bij het beoordel<strong>en</strong> van<br />

opvoedingssituaties. Verder zal binn<strong>en</strong> deze lijn invulling word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> aan het<br />

toepass<strong>en</strong> van het kinderrecht<strong>en</strong>verdrag. In dit verdrag zijn tal van norm<strong>en</strong>, richtlijn<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> beginsel<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> die juist binn<strong>en</strong> de context van het versterk<strong>en</strong><br />

van de eig<strong>en</strong> kracht <strong>en</strong> het beter b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van het sociaal netwerk e<strong>en</strong> grotere<br />

rol kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> <strong>dan</strong> dat deze nu do<strong>en</strong>. Zowel voor de professional, als voor de<br />

niet-professional. Juridische tekst<strong>en</strong> zijn echter voor niet-jurist<strong>en</strong> niet e<strong>en</strong>voudig<br />

te begrijp<strong>en</strong>, laat staan toe te pass<strong>en</strong>. Beoogd wordt ‘e<strong>en</strong> vertaling’ te schrijv<strong>en</strong><br />

die de inhoud van het kinderrecht<strong>en</strong>verdrag in voor de (niet)professional begrijpelijke<br />

taal hand<strong>en</strong> <strong>en</strong> voet<strong>en</strong> geeft binn<strong>en</strong> de kaders van dit lectoraat. Tot slot<br />

zal onderzoek gedaan word<strong>en</strong> naar de betek<strong>en</strong>is van het sociale netwerk voor<br />

gezinn<strong>en</strong>. Het belang van het betrekk<strong>en</strong> van de sociale omgeving ter versterking<br />

van de eig<strong>en</strong> kracht van gezinn<strong>en</strong> is in onderzoek voldo<strong>en</strong>de aangetoond,<br />

alhoewel in mijn visie meer nuancering vereist is in de interpretatie van het<br />

begrip, zodat we wet<strong>en</strong> wat we ermee bedoel<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat de beperking<strong>en</strong> zijn. In<br />

30


sam<strong>en</strong>werking met doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> afstudeerkring<strong>en</strong> zal dit word<strong>en</strong><br />

uitgewerkt. Voor dit onderdeel wordt verbinding gemaakt met de werkveldlijn.<br />

Binn<strong>en</strong> de onderwijslijn gaat het met name om wat het betek<strong>en</strong>t voor de<br />

professional om kracht<strong>en</strong> in het gezin te versterk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het sociale netwerk beter<br />

in te zett<strong>en</strong>. Vraagt dit van de werker e<strong>en</strong> andere attitude, andere k<strong>en</strong>nis, andere<br />

vaardighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo ja welke? De meeste professionals will<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> help<strong>en</strong>,<br />

will<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> oploss<strong>en</strong>. De eig<strong>en</strong> kracht van het gezin vereist echter dat<br />

problem<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong> overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, uitzondering<strong>en</strong> daargelat<strong>en</strong>, maar gestart<br />

wordt daar waar het gezin is, wat het gezin kan <strong>en</strong> wil. Maatschappelijke<br />

discussies over veiligheid <strong>en</strong> de angst om fout<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> <strong>dan</strong> mogelijk<br />

als drempels ervar<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De ruimte voor de professional lijkt verkleind door<br />

de risicoag<strong>en</strong>da. Dat maakt dat handel<strong>en</strong> onder e<strong>en</strong> vergrootglas wordt gelegd.<br />

De resultat<strong>en</strong> van onderzoek op dit gebied di<strong>en</strong><strong>en</strong> e<strong>en</strong> plaats te krijg<strong>en</strong> in het<br />

curriculum van de opleiding Sociale Studies. Literatuurstudie zal vanzelfsprek<strong>en</strong>d<br />

e<strong>en</strong> onderdeel van dit onderzoek zijn. De resultat<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> onder meer in het<br />

onderwijsprogramma e<strong>en</strong> plek moet<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>, wellicht in de vorm van e<strong>en</strong><br />

less<strong>en</strong>cyclus.<br />

In de werkveldlijn wordt verbinding gemaakt met het werkveld middels onderzoek,<br />

b<strong>en</strong>chmarking <strong>en</strong> training. Zo is onderzoek in gang gezet om na te gaan of<br />

laagdrempelige toegang tot e<strong>en</strong> C<strong>en</strong>trum voor Jeugd <strong>en</strong> Gezin met e<strong>en</strong> zelfsturingconcept<br />

als uitgangspunt leidt tot versterking van de eig<strong>en</strong> kracht van<br />

gezinn<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s zal onderzocht word<strong>en</strong> waar het sociale netwerk van gezinn<strong>en</strong><br />

in de hulpverl<strong>en</strong>ing uit bestaat <strong>en</strong> welke mogelijkhed<strong>en</strong> dit biedt voor de ondersteuning<br />

van gezinn<strong>en</strong>. Immers, eerder onderzoek wijst uit dat gezinn<strong>en</strong> hun<br />

opvoedvrag<strong>en</strong> wel degelijk voorlegg<strong>en</strong> aan familie. In het lectoraat zal word<strong>en</strong><br />

nagegaan of dit ook opgaat voor gezinn<strong>en</strong> in de hulpverl<strong>en</strong>ing.<br />

Op sommige plaats<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land is al de nodige ervaring opgedaan met<br />

het beter inzett<strong>en</strong> van het sociale netwerk t<strong>en</strong> behoeve van gezinn<strong>en</strong>. Onder<br />

meer in het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk, Scandinavië <strong>en</strong> in de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong>. Daar<br />

wordt onder meer sam<strong>en</strong>gewerkt met jeugdzorginstelling<strong>en</strong>, huisvesting, schuldsanering<br />

<strong>en</strong> buurtver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> <strong>en</strong> clubs om gezinn<strong>en</strong> te ondersteun<strong>en</strong>. Mogelijk<br />

bied<strong>en</strong> deze ervaring<strong>en</strong> kans<strong>en</strong> voor de Nederlandse situatie. Onderzocht zal<br />

word<strong>en</strong> welke mogelijkhed<strong>en</strong> tot sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisuitwisseling er zijn met<br />

universiteit<strong>en</strong>, hogeschol<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitvoeringsorganisaties in binn<strong>en</strong>- <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>land.<br />

Rest mij e<strong>en</strong> woord van <strong>dan</strong>k. In de eerste plaats <strong>dan</strong>k ik de provincie Limburg die<br />

dit lectoraat aanbiedt aan de Limburgse geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als gesch<strong>en</strong>k, als bron van<br />

ondersteuning in het transitieproces van provincie naar geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> mij deze<br />

31


functie toevertrouwt. Het getuigt van inzicht om middels dit lectoraat in het<br />

transitieproces niet alle<strong>en</strong> te kijk<strong>en</strong> naar vormgeving, maar ook naar onderbouwing.<br />

Pas <strong>dan</strong> kan werkelijk e<strong>en</strong> slag gemaakt word<strong>en</strong>. Natuurlijk gaat mijn <strong>dan</strong>k<br />

uit naar de <strong>Zuyd</strong> <strong>Hogeschool</strong>, het College van bestuur, de faculteit Sociale Studies,<br />

in de persoon van de directeur Ell<strong>en</strong> Laev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de wet<strong>en</strong>schappelijk directeur van<br />

CESRT, Nol Reverda voor het vertrouw<strong>en</strong> dat zij in mij hebb<strong>en</strong> om aan dit<br />

lectoraat invulling te gev<strong>en</strong>. Dit bijzondere lectoraat kan echter ge<strong>en</strong> vorm<br />

krijg<strong>en</strong> zonder de inzet van doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van de <strong>Zuyd</strong> <strong>Hogeschool</strong>.<br />

Dank b<strong>en</strong> ik aan h<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s verschuldigd voor de gebod<strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> tot<br />

sam<strong>en</strong>werking tot op hed<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor de toekomst. Niet in de laatste plaats <strong>dan</strong>k<br />

ik de directie van mijn andere werkgever, de Raad voor de Kinderbescherming,<br />

Marie-Louise van Kleef <strong>en</strong> Peter Siebers <strong>en</strong> het hoofd Juridische Zak<strong>en</strong>, Els<br />

Bokhorst. Mede door hun opstelling b<strong>en</strong> ik in staat de twee functies te combiner<strong>en</strong>.<br />

Vanzelfsprek<strong>en</strong>d zijn er vele ander<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> bijdrage hebb<strong>en</strong> geleverd aan het<br />

lectoraat <strong>en</strong> nog steeds lever<strong>en</strong> middels discussie, kritische vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> zinvolle<br />

opmerking<strong>en</strong>. Ook h<strong>en</strong> b<strong>en</strong> ik <strong>dan</strong>k verschuldigd. Ik hoop met h<strong>en</strong> all<strong>en</strong> <strong>en</strong> met de<br />

Limburgse geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, met het Limburgse expertisec<strong>en</strong>trum voor maatschappelijke<br />

ondersteuning EMOL, <strong>en</strong> de andere organisaties <strong>en</strong> instelling<strong>en</strong> op e<strong>en</strong><br />

vruchtbare, constructieve sam<strong>en</strong>werking, waarbij idealiter aan het do<strong>en</strong> het<br />

<strong>d<strong>en</strong>k<strong>en</strong></strong> voorafgaat, zodat de transitie e<strong>en</strong> stevige basis meekrijgt.<br />

32


Literatuur<br />

Ayre, P., Significant Harm: Making Professional Judgem<strong>en</strong>ts. In: Child Abuse Review<br />

1998, vol. 7, p. 330-342;<br />

Baartman, H., Zorg voor veiligheid van kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> de m<strong>en</strong>selijke factor. In: Ouderschap<br />

& Ouderbegeleiding 2006, vol. 9, p. 248-257;<br />

Baartman, H., Werk<strong>en</strong> met angst, in: Ouderschapsk<strong>en</strong>nis 2010, jrg. 13, p. 125-141;<br />

Boekhoorn, P., Jong, T. de, Gezinn<strong>en</strong> van de toekomst, cijfers <strong>en</strong> tr<strong>en</strong>ds. D<strong>en</strong> Haag,<br />

Equality 2008;<br />

Boermans, M.J.G.H., Vroegtijdige gezinsinterv<strong>en</strong>tie door de overheid in e<strong>en</strong> liberale staat,<br />

academisch proefschrift. Amsterdam, Vrije Universiteit 2009,<br />

http://hdl.handle.net/1871/13110;<br />

Boersema, Th.Th.M.L. et al, Op<strong>en</strong> brief van bezorgde jeugdrechtadvocat<strong>en</strong>,<br />

in: Proces 2009 (88) 1, p. 28-35;<br />

Bouttelier, H., Dr<strong>en</strong>th von Februar, M., Gude, R. et al, Lev<strong>en</strong> in de risicosam<strong>en</strong>leving.<br />

Amsterdam: University Press 2005;<br />

Cardol, G., Ontheemd, vreemd <strong>en</strong> minderjarig. Tilburg: Wolf Legal Publishers 2005;<br />

Cardol, G., Theuniss<strong>en</strong>, W., Het kind: bijzonder belangrijk, Amsterdam: SWP 2007;<br />

Cardol, G., Gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van meerderjarigheid, in: Dohm<strong>en</strong>, J.G.C., Draaisma, M.C.E.M.,<br />

E<strong>en</strong> kwestie van gr<strong>en</strong>soverschrijding. Tilburg: Wolf Legal Publishers 2009;<br />

Cleaver, H., Cawson, P., Gorin, S., Safeguarding childr<strong>en</strong>, a shared responsibility.<br />

Chichester: John Wiley& Sons Ltd. 2009;<br />

Furedi, F., Paranoid Par<strong>en</strong>ting. London: Continuum Books 2008;<br />

Garss<strong>en</strong>, J., De Nederlandse demografie in zev<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Haag: CBS 2007,<br />

www.cbs.nl ;<br />

Goleman, D., Emotionele intellig<strong>en</strong>tie, Amsterdam: Olympus Uitgevers 2006;<br />

Graas, D., Janss<strong>en</strong>s, R., Minder jeugdzorg, meer zelfredzaamheid. D<strong>en</strong> Haag, Raad voor<br />

Maatschappelijk Ontwikkeling, april 2011, www.adviesorgaan-rmo.nl;<br />

Gre<strong>en</strong>, H., Parker, S., The Other Glass Ceiling. London: Demos 2006,<br />

www.demos.co.uk;<br />

Hearn, J., Poso T., Smith, C., What is Child Protection? Historical and methodological<br />

issues in comparative research on last<strong>en</strong>suojelu/child protection. In: International<br />

Journal of Social Welfare 2004, 13, p. 28-41;<br />

Hermanns, J., Het opvoed<strong>en</strong> verleerd. Amsterdam: Vossiuspers/Universiteit van<br />

Amsterdam, 2009;<br />

33


Hoek, Margreth, Ontheemd ouderschap. Betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van zorg <strong>en</strong> verantwoordelijkheid<br />

in beleidstekst<strong>en</strong> opvoedingsondersteuning 1979-2002. Amsterdam, SWP 2008;<br />

Inspectie Jeugdzorg, Jaarbericht 2010. D<strong>en</strong> Haag, Inspectie Jeugdzorg, april 2011;<br />

Kalverboer, M., Zijlstra, E., Het belang van het kind in het Nederlands recht.<br />

Amsterdam: SWP 2006;<br />

Kinneging, A., D<strong>en</strong>k eerst aan je kinder<strong>en</strong> voordat je jezelf wilt ontplooi<strong>en</strong>.<br />

In: NRC Handelsblad, 21/22 april 2007;<br />

Komter, A.E., Bugers, J., Engbers<strong>en</strong>, G., Het cem<strong>en</strong>t van de sam<strong>en</strong>leving. E<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>de<br />

studie naar solidariteit <strong>en</strong> cohesie. Amsterdam: Amsterdam University Press<br />

2004;<br />

Levitas, R., The idea of Social Inclusion, paper gepres<strong>en</strong>teerd op de Social Inclusion<br />

Research Confer<strong>en</strong>ce 2003, www.ccsd.ca/ev<strong>en</strong>ts/inclusion/paper/rlevitas.htm;<br />

Lister, R., Investing in the Citiz<strong>en</strong>-workers of the Future: Transformations in Citiz<strong>en</strong>ship<br />

and the State under New Labour. In: Social Policy & Administration 2003, vol. 37,<br />

nr. 5, p. 427-443;<br />

Marai, Sandor, Vrede op Ithaca. Amsterdam: Wereldbibliotheek 2011;<br />

Mann, P.H., The Concept of Neighborliness. In: American Journal of Sociology 1954,<br />

vol. 60, no 2, p. 163-168;<br />

McCarthy, P., Laing, K., Walker, J., Off<strong>en</strong>ders of the Future? Assessing the Risk of<br />

Childr<strong>en</strong> and Young People Becoming Involved in Criminal or Antisocial Behavior.<br />

London: DfES 2004;<br />

Munro, Eile<strong>en</strong>, Calder, Martin, Where Has Child Protection Gone?, in: The Political<br />

Quarterly Oxford, vol. 76, nr. 3, p. 439-445;<br />

Munro, Eile<strong>en</strong>, Managing Societal and Institutional Risk in Child Protection.<br />

In: Risk Analysis, vol. 29, nr. 7, 2009;<br />

Pas, A. van der, Handboek Methodische Ouderbegeleiding, Naar <strong>en</strong> psychologie van<br />

ouderschap. Amsterdam: SWP 2006;<br />

Perry, B.D. & Szalavitz, M., The boy who was raised as a dog and other stories from<br />

a child psychiatrist’s notebook; What traumatized childr<strong>en</strong> can teach us about loss,<br />

love and healing. New York: Basic Books, 2006;<br />

Putnam, R.D., Bowling alone. New York: Simon & Schuster 2000;<br />

Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling, Burgerkracht. De toekomst van het<br />

sociaal werk in Nederland. D<strong>en</strong> Haag, RMO 2011a;<br />

Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling, Briefadvies ‘Bevrijd<strong>en</strong>d kader voor de<br />

jeugdzorg’. D<strong>en</strong> Haag: RMO 2011b;<br />

Reverda, Nol, Regionalisering <strong>en</strong> mondialisering. Delft: Eburon 2004;<br />

Ruonavaara, H., Kouvo, A., Neighbour Relations in Contemporary Society.<br />

Turku: University of Turku, Finland 2009, www.gla.ac.uk/media/media.;<br />

Hans Schmeets <strong>en</strong> Koos Aarts, CBS, Limburg blijft in sociaal kapitaal achter bij<br />

de rest van Nederland, bevolkingstr<strong>en</strong>ds 3e kwartaal 2010, www.cbs.nl;<br />

34


Slagman, Sanne, In beeld: dilemma’s in de praktijk van de Raad voor de Kinderbescherming.<br />

Over de invloed van maatschappelijk ontwikkeling<strong>en</strong> op rechtsstatelijke<br />

dilemma’s. Rapport Ministerie van Veiligheid <strong>en</strong> Justitie. Amsterdam, Universiteit<br />

van Amsterdam 2011;<br />

Smeyers, Paul, State Interv<strong>en</strong>tion and the Technologization and Regulation of Par<strong>en</strong>ting.<br />

In: Educational Theory 2010, vol. 60, nr. 3, p. 265-270;<br />

Smeyers, Paul, Child rearing in the “ Risk” Society: on the Discourse of Rights and the<br />

“Best Interests of a Child”. In: Educational Theory, vol. 60, nr. 3, p. 271-284, 2010;<br />

Smith, Richard, Total Par<strong>en</strong>ting. In: Educational Theory, vol. 60, nr. 3, p. 357-369,<br />

2010;<br />

Sociaal <strong>en</strong> Cultureel Planbureau, Gezinsrapport 2011: E<strong>en</strong> portret van het gezinslev<strong>en</strong> in<br />

Nederland. D<strong>en</strong> Haag: Sociaal <strong>en</strong> Cultureel Planbureau 2011;<br />

Vansieleghem, N., The resid<strong>en</strong>tial par<strong>en</strong>t to come: on the need for par<strong>en</strong>tal expertise and<br />

advice. In: Educational Theory, vol. 60, nr. 3, p. 341-355, juni 2010;<br />

Winter, M. De, Verbeter de wereld, begin bij de opvoeding. Amsterdam: SWP 2011;<br />

Yper<strong>en</strong>, prof.dr. T.A. van, Stam, drs. P.M., Opvoed<strong>en</strong> versterk<strong>en</strong>, onafhankelijk advies in<br />

opdracht van de Ver<strong>en</strong>iging van Nederlandse Geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Haag: Ver<strong>en</strong>iging van<br />

Nederlandse Geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, 2010.<br />

35


<strong>Zuyd</strong> Onderzoek<br />

Lectoraat ‘Opvoed<strong>en</strong> in het Publieke Domein’<br />

Postbus 550<br />

6400 AN Heerl<strong>en</strong><br />

www.zuyd.nl<br />

info@zuyd.nl<br />

Colofon<br />

Tekst dr. mr. Goos Cardol<br />

Eindredactie Di<strong>en</strong>st Marketing <strong>en</strong> Communicatie<br />

Basisontwerp Zuiderlicht, Maastricht<br />

Vormgeving Lücker Design, Sittard<br />

Druk Schrij<strong>en</strong>-Lippertz, Voer<strong>en</strong>daal<br />

© Goos Cardol 2012<br />

Alle recht<strong>en</strong> voorbehoud<strong>en</strong>. Behalve de uitdrukkelijk bij wet<br />

bepaalde uitzondering<strong>en</strong> mag niets uit deze uitgave word<strong>en</strong><br />

verveelvoudigd, opgeslag<strong>en</strong> of op<strong>en</strong>baar gemaakt zonder de<br />

voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur of<br />

<strong>Zuyd</strong> Onderzoek.<br />

36

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!