Handboek Vergunningvrij bouwen - Sdu
Handboek Vergunningvrij bouwen - Sdu
Handboek Vergunningvrij bouwen - Sdu
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
TEKSTEN EN COMMENTAAR<br />
ALLE VOORSCHRIFTEN PER BOUWWERK TOEGELICHT<br />
HANDBOEK<br />
VERGUNNINGVRIJ BOUWEN<br />
IR. R. BLEEKER<br />
IR. H.C.M. VAN EGMOND<br />
EDITIE 2011
<strong>Handboek</strong> <strong>Vergunningvrij</strong> <strong>bouwen</strong><br />
ir. R. Bleeker<br />
ir. H.C.M. van Egmond<br />
Meer informatie over deze en andere publicaties vindt u op www.sdu.nl of bij onze<br />
afdeling Klantenservice:<br />
<strong>Sdu</strong> Klantenservice<br />
Postbus 20025<br />
2500 EA Den Haag<br />
tel.: 070 - 378 9880<br />
www. sdu.nl/service<br />
<strong>Sdu</strong> Uitgevers BV<br />
Den Haag, 2011
Vormgeving omslag: SD Communicatie, Rotterdam<br />
Zetwerk: www.az-gsb.nl, Den Haag<br />
VOORWOORD<br />
Tot 1 oktober 2010 moest voor iedere uitbreiding aan een bedrijfspand een bouwvergunning<br />
1 worden aangevraagd, moest een beetje schuur op 1 meter afstand van de<br />
buren gebouwd worden en was een vlaggenmast bouwvergunningplichtig. Een uitbouw<br />
mocht je soms zonder vergunning <strong>bouwen</strong>, terwijl voor het vergroten van een<br />
kozijn in dezelfde gevel wel een vergunning nodig was. Het vergunningsvrij <strong>bouwen</strong><br />
dat in 2003 is ingevoerd was een hele verbetering ten opzichte van de situatie daarvoor,<br />
maar kende toch nog aardig wat (soms vreemde) knelpunten.<br />
ISBN 978-90-12-57309-2<br />
NUR 955<br />
© 2011 <strong>Sdu</strong> Uitgevers BV, Den Haag<br />
Alle rechten voorbehouden.<br />
Behoudens de door de Auteurswet gestelde uitzonderingen, mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd (waaronder<br />
begrepen het opslaan in een geautomatiseerd gegevensbestand) en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie,<br />
microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.<br />
De bij toepassing van art. 16b en 17 Auteurswet wettelijk verschuldigde vergoedingen wegens fotokopiëren, dienen te worden<br />
voldaan aan de Stichting Reprorecht, Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, tel.: 023-7997810.<br />
Voor het overnemen van een gedeelte van deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken op grond van<br />
art. 16 Auteurswet dient men zich te wenden tot de stichting PRO, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, tel.: 023-7997809.<br />
Voor het overnemen van een gedeelte van deze uitgave ten behoeve van commerciële doeleinden dient men zich te wenden<br />
tot de uitgever.<br />
Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, kan voor de afwezigheid van eventuele<br />
(druk)fouten en onvolledigheden niet worden ingestaan en aanvaarden de auteur(s), redacteur(en) en uitgever deswege<br />
geen aansprakelijkheid voor de gevolgen van eventueel voorkomende fouten en onvolledigheden.<br />
All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted in any form<br />
or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise, without prior written permission from the<br />
publisher.<br />
While every effort has been made to ensure the reliability of the information presented in this publication, <strong>Sdu</strong> Uitgevers<br />
neither guarantees the accuracy of the data contained herein nor accepts responsibility for errors or omissions or their consequences.<br />
Met de inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)<br />
zijn ook de regels rondom het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> veranderd. Op het eerste gezicht<br />
lijkt het alsof er niet veel is veranderd. Niets is echter minder waar! Naast de oude vertrouwde<br />
bouwwerken uit het Besluit bouwvergunningsvrije en licht bouwvergunningplichtige<br />
bouwwerken (Bblb) vindt de lezer veel nieuwe bouwwerken en een geheel<br />
nieuwe systematiek. Een kleine greep uit de wijzigingen laat zien dat vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong>:<br />
– ook is toegestaan bij bedrijven en andere ge<strong>bouwen</strong>,<br />
– ook is toegestaan tijdens de (nieuw)bouw,<br />
– in sommige gevallen wel getoetst wordt aan het bestemmingsplan, en<br />
– soms afhangt van het welstandsbeleid van een gemeente.<br />
Allemaal zaken die voor 1 oktober 2010 geen rol speelden. De nieuwe regels voor vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong> zijn weliswaar ruimer dan de oude, maar zeker niet eenvoudiger.<br />
Dit handboek beschrijft, uitgaande van de te <strong>bouwen</strong> bouwwerken, aan welke randvoorwaarden<br />
moet worden voldaan om vergunningvrij te mogen <strong>bouwen</strong> en wat daarbij<br />
aandachtspunten zijn. De verschillende bouwwerken zijn toegelicht met voorbeelden,<br />
afbeeldingen en foto’s. Het handboek is daarmee zowel voor gebouweigenaren,<br />
architecten, aannemers als ook voor gemeenteambtenaren een praktisch hulpmiddel in<br />
hun dagelijkse praktijk.<br />
Een deel van de illustraties uit dit handboek is afkomstig uit het voorlichtingsmateriaal<br />
en met toestemming van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties<br />
geplaatst. Deze afbeeldingen zijn terug te vinden via de supportsite van de Helpdesk<br />
Bouwregelgeving en Brandveilig gebruik. De overige foto’s en illustraties zijn van de<br />
auteurs zelf, tenzij specifiek naar een bron wordt verwezen.<br />
Waar u ook begint met lezen in dit boek, te allen tijde geldt dat ‘vergunningvrij’ slechts<br />
wil zeggen dat u mag <strong>bouwen</strong> zonder dat vooraf door de gemeente naar het bouwplan<br />
is gekeken. Eens te meer wordt daarmee duidelijk dat de opdrachtgever er zelf voor<br />
1. Met de inwerkingtreding van de Wabo per 1 oktober 2010 is de term ‘bouwvergunning’ komen te<br />
vervallen. We spreken nu van een ‘omgevingsvergunning voor het <strong>bouwen</strong>’.<br />
5
moet zorgen dat aan alle voorschriften wordt voldaan. Ook kunnen er nog andere toestemmingen<br />
nodig zijn naast de omgevingsvergunning voor het <strong>bouwen</strong>. <strong>Vergunningvrij</strong><br />
is niet regelvrij!<br />
Maart 2011,<br />
Rick Bleeker<br />
Hajé van Egmond<br />
INHOUD<br />
Voorwoord 5<br />
DEEL I ALGEMEEN 11<br />
1 Inleiding 13<br />
1.1 Lastig, die vergunning! 13<br />
1.2 Hoe is de nieuwe regeling tot stand gekomen? 14<br />
1.3 Leeswijzer 15<br />
2 De systematiek van het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> 17<br />
2.1 Inleiding 17<br />
2.2 Wettelijk kader 17<br />
2.2.1 Definities 18<br />
2.2.2 <strong>Vergunningvrij</strong> <strong>bouwen</strong> volgens artikel 2 19<br />
2.2.3 <strong>Vergunningvrij</strong> <strong>bouwen</strong> volgens artikel 3 19<br />
2.2.4 Bijzondere bepalingen 20<br />
2.2.5 Overgangsrecht 21<br />
2.2.6 Samenhang tussen de artikelen 21<br />
2.3 Toetsen van een bouwwerk 23<br />
2.4 Niet ‘shoppen’ in de regels 23<br />
2.5 <strong>Vergunningvrij</strong> = vergunningvrij 23<br />
2.6 Nieuwe voorwaarden voor vergunningvrij <strong>bouwen</strong> 24<br />
2.6.1 Geen redelijke eisen van welstand van toepassing 24<br />
2.6.2 Omgevingsloket online 25<br />
2.7 Toekomstige ontwikkelingen vergunningvrij <strong>bouwen</strong> 26<br />
3 Aandachtspunten bij het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> 29<br />
3.1 Inleiding 29<br />
3.2 <strong>Vergunningvrij</strong> <strong>bouwen</strong> tijdens nieuwbouw 29<br />
3.2.1 Nieuwbouw en het Besluit bouwvergunningsvrije en licht bouwvergunningplichtige<br />
bouwwerken 29<br />
3.2.2 Nieuwbouw en het Besluit omgevingsrecht, bijlage II 29<br />
3.2.3 <strong>Vergunningvrij</strong> <strong>bouwen</strong> tijdens de nieuwbouw en het Bouwbesluit 30<br />
3.2.4 <strong>Vergunningvrij</strong>e bouwwerken en de aanvraag omgevingsvergunning 32<br />
3.3 Overige vergunningen en toestemmingen 33<br />
3.3.1 <strong>Vergunningvrij</strong>, niet regelvrij 33<br />
3.3.2 Bouwtechnische voorschriften: het Bouwbesluit 33<br />
3.3.3 Bestemmingsplan 34<br />
3.3.4 Welstand 35<br />
3.3.5 Bouwverordening 36<br />
6<br />
7
inhoud<br />
3.3.6 <strong>Vergunningvrij</strong> <strong>bouwen</strong> en de buren 37<br />
3.3.7 Monumenten 38<br />
3.3.8 Overige vergunningen: brandveilig gebruik, aanleg, milieu, waterwet, inrit,<br />
reclame, flora en fauna, slopen 38<br />
4 Definities 42<br />
4.1 Inleiding 42<br />
4.2 Openbaar toegankelijk gebied 42<br />
4.2.1 Groen 42<br />
4.2.2 Wegen 44<br />
4.2.3 Openbaar water 45<br />
4.3 Hoofdgebouw 46<br />
4.3.1 Wat hoort niet bij het hoofdgebouw 46<br />
4.3.2 Enige aanwezige bouwwerk, toch geen hoofdgebouw 46<br />
4.3.3 Meerdere ge<strong>bouwen</strong> aanwezig, en dan? 47<br />
4.4 Erf en achterfgebied 48<br />
4.4.1 Erf 48<br />
4.4.2 Achtererfgebied 49<br />
4.4.3 Snippergroen in relatie tot openbaar toegankelijk gebied 50<br />
4.5 Bijbehorend bouwwerk 51<br />
4.5.1 Functionele verbondenheid 51<br />
4.6 Meten van vergunningvrije bouwwerken 52<br />
4.6.1 Oppervlakte 52<br />
4.6.2 Hoogte 52<br />
DEEL II VERGUNNINGVRIJE BOUWWERKEN 55<br />
0 Inleiding 57<br />
0.1 Opzet van deel II 57<br />
0.2 Wat als een bouwwerk niet genoemd wordt? 57<br />
0.3 Monumenten en beschermde stads- en dorpsgezichten 58<br />
0.4 Overige voorwaarden voor vergunningvrij <strong>bouwen</strong> 58<br />
0.5 Combinatie van bouwwerken of een deel van een bouwwerk <strong>bouwen</strong> 58<br />
1 Gewoon onderhoud 60<br />
2 Bouwen naar aanleiding van handhaving 63<br />
3 Bijbehorend bouwwerk 65<br />
4 Dakkapel 73<br />
inhoud<br />
7 Kozijn of gevelpaneel plaatsen of veranderen 84<br />
8 Zonwering, rolluik of rolhek 87<br />
9 Privacyscherm 89<br />
10 Tuinmeubilair 92<br />
11 Sport- of speeltoestel 94<br />
12 Erf- of perceelafscheiding 97<br />
13 Grondkering of damwand 100<br />
14 Vlaggenmast 103<br />
15 GSM-antenne 106<br />
16 C2000-antenne-installatie 110<br />
17 Schotel- en overige antennes 112<br />
18 Infrastructurele of openbare voorzieningen 115<br />
18.1 Bouwwerken ten behoeve van verkeer, infrastructuur of openbare voorziening 115<br />
18.2 Bouwwerken, geen gebouw zijnde ten behoeve van verkeer of infrastructuur 116<br />
18.3 Ondergrondse buis- en leidingstelsels 118<br />
18.4 Container voor inzamelen van huishoudelijk afval 120<br />
18.5 Elektronische sirene voor het waarschuwen van de bevolking 121<br />
18.6 Straatmeubilair 122<br />
19 Magazijnstelling 123<br />
20 Hulpconstructies bij de bouw 125<br />
21 Klein bouwwerk op een erf 128<br />
22 Bouwwerken voor recreatief nachtverblijf 130<br />
23 Zwembad, whirlpool, jacuzzi of vijver 132<br />
24 Bouwwerk met agrarische functie 134<br />
25 Overige veranderingen van een bouwwerk 136<br />
5 Daglichtvoorziening 78<br />
6 Zonnepaneel of -collector 81<br />
8<br />
9
inhoud<br />
DEEL III WET- EN REGELGEVING EN JURISPRUDENTIE 141<br />
1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht 143<br />
Artikel 2.1 143<br />
Artikel 2.2 146<br />
Artikel 2.3 148<br />
Artikel 2.3a 149<br />
2 Besluit omgevingsrecht (Bor) 150<br />
Artikel 2.3. Bouwen en planologische gebruiksactiviteiten 150<br />
Deel I<br />
Algemeen<br />
3 Bijlage II van het Bor 151<br />
4 Het Burenrecht in het Burgerlijk Wetboek 192<br />
Burgerlijk Wetboek – Boek 5: Zakelijke rechten 192<br />
Titel 4 Bevoegdheden en verplichtingen van eigenaars van naburige erven 192<br />
Titel 5 Mandeligheid 196<br />
Titel 6 Erfdienstbaarheden 197<br />
Over de auteurs 201<br />
TREFWOORDENREGISTER 203<br />
10
1 Inleiding<br />
1.1 Lastig, die vergunning!<br />
Als je, zoals wij, voor je werk ‘iets’ doet in de bouwregelgeving dan gaat er geen verjaardag<br />
voorbij zonder dat er stevig gemopperd wordt over een bouwplan dat niet door<br />
mocht gaan of over de aanbouw van de buren die zo belachelijk dicht tegen de tuin is<br />
aangebouwd. Over bouwregelgeving en vergunningvrij 1 <strong>bouwen</strong> heeft iedereen een<br />
mening en iedereen vindt dat hij of zij toch zelf wel kan bepalen wat er nu wel of niet<br />
gebouwd mag worden. “Het is tenslotte mijn eigen tuin!”<br />
Wat veel mensen inmiddels zijn vergeten is dat het nog niet zo heel lang geleden is dat<br />
het niet of nauwelijks toegestaan was om vergunningvrij te <strong>bouwen</strong>. De Woningwet<br />
maakt het vanaf 1962 voor gemeenten zelf mogelijk om in hun bouwverordening categorieën<br />
van bouwwerken aan te wijzen die ‘ondergeschikt van aard’ waren en daarmee<br />
bouwvergunningvrij. Eind 1992 kwam daar het Besluit meldingplichtige bouwwerken<br />
(Bmb) bij en werd er in de Woningwet, in artikel 43, een landelijk geldende lijst van<br />
bouwwerken van ondergeschikte aard opgenomen. Het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> bleef<br />
onder de Woningwet beperkt tot bouwwerken lager dan 1 meter en kleiner dan 2 m 2 ,<br />
carports, schotelantennes, beperkte verbouwingen en enkele andere bouwwerken. Het<br />
Bmb bestond uit een meldingsplicht voor kleine bouwwerken, zoals aan- of uit<strong>bouwen</strong>,<br />
bijge<strong>bouwen</strong>, dakkapellen en nutsvoorzieningen. Ondanks dat het Bmb een ‘melding’<br />
was, werden de bouwwerken getoetst aan welstand en kon in bepaalde gevallen ook het<br />
bestemmingsplan het ‘meldingplichtige’ <strong>bouwen</strong> nog verhinderen. Het idee achter het<br />
Bmb leek erg veel op de lichte bouwvergunning, die in 2003 werd ingevoerd.<br />
Sinds 2003 heeft het (voormalige) Ministerie van VROM de vergunningvrije bouwmogelijkheden<br />
fors uitgebreid. Een grote stap is gemaakt in 2003, waar de introductie van<br />
het Besluit bouwvergunningsvrije en licht bouwvergunningplichtige bouwwerken<br />
(Bblb) niet alleen een fors aantal bouwwerken bouwvergunningvrij maakte, maar ook<br />
een categorie licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken introduceerde. Het Bblb<br />
was niet alleen een forse verruiming, maar betekende (noodzakelijkerwijs) ook de<br />
intrede van de automatisering in de uitleg van de wetgeving. Door Bouwvergunning<br />
Online (oorspronkelijk nog op cd-rom aan alle gemeenten in Nederland verspreid)<br />
werd de complexe regelgeving van het Bblb redelijk eenvoudig toepasbaar.<br />
Bmb<br />
Bblb<br />
Dit handboek beschrijft de regels zoals ze gelden vanaf 1 oktober 2010 onder de Wet<br />
algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en zijn vastgelegd in het Besluit omgevingsrecht<br />
(Bor), in bijlage II. Deze regels zijn de volgende stap in het vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong>. De lichte bouwvergunning is komen te vervalen en er is een striktere splitsing<br />
gemaakt tussen <strong>bouwen</strong> (veiligheid, gezondheid) en planologisch gebruik (ruimtelijke<br />
1. De lezer is het inmiddels wellicht opgevallen dat <strong>bouwen</strong> zonder vergunning onder het Bblb vergunningsvrij<br />
werd genoemd, terwijl we onder het Bor spreken van vergunningvrij <strong>bouwen</strong>.<br />
13
1.2 deel i algemeen<br />
inleiding 1.3<br />
Uitkomsten<br />
evaluatieonderzoek<br />
kwaliteit). Eenvoudiger is het zeker niet geworden, wel biedt de huidige regeling beduidend<br />
meer ruimte dan de oude regeling. Met dit handboek hopen wij aan de lezer duidelijk<br />
te kunnen maken hoe de complexe regels werken en welke bouwwerken dus zonder<br />
vergunning gebouwd mogen worden.<br />
1.2 Hoe is de nieuwe regeling tot stand gekomen?<br />
Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel Bblb in de Eerste Kamer is toegezegd om<br />
vijf jaar na inwerkingtreding (in 2008) een grootschalig evaluatieonderzoek uit te voeren<br />
naar de ervaringen met het vergunningsvrij <strong>bouwen</strong>. De evaluatie bestond uit een<br />
enquête over de ervaringen met het Bblb onder architecten, aannemers en bouwers.<br />
Daarnaast is gebruikgemaakt van de vragen (en klachten) die waren binnengekomen<br />
bij de Helpdesk Bouwregelgeving en Brandveilig gebruik.<br />
De belangrijkste punten die uit de evaluatie naar voren kwamen, zijn:<br />
1. De regeling werkt, er is geen sprake van een (vooraf gevreesde) toename van het<br />
aantal burenruzies of schadegevallen.<br />
2. Het Bblb heeft nauwelijks geleid tot een afname van het aantal aangevraagde bouwvergunningen.<br />
Enerzijds komt dit door de toename van het aantal bouwprojecten,<br />
maar kennelijk vielen die dus allemaal buiten de regels voor vergunningvrij <strong>bouwen</strong>.<br />
3. De markt heeft behoefte aan een verruiming van de regeling als het om de afmetingen<br />
gaat. Er moet naar de mening van de geënquêteerden te vaak vergunning worden<br />
aangevraagd voor voldoende praktische bruikbaarheid: “In een aanbouw van<br />
2,5 meter buitenmaat passen net geen 4 keukenkastjes.”<br />
4. <strong>Vergunningvrij</strong> <strong>bouwen</strong> bij niet-woningen wordt gemist.<br />
5. Een aantal aspecten is (mede als gevolg van jurisprudentie) nauwelijks meer uit te<br />
leggen: wat is bijvoorbeeld nog het verschil tussen een aanbouw en een bijgebouw,<br />
en waarom mag wel een groot gat gemaakt worden in een gevel voor een doorbraak<br />
ten behoeve van een aanbouw, maar mag een kozijn niet groter worden gemaakt?<br />
6. Een analyse van de ‘juridische houdbaarheid’ van de regeling laat zien dat het verbod<br />
op vergunningsvrij <strong>bouwen</strong> tijdens de bouw niet of nauwelijks handhaafbaar is<br />
en dat de ‘verandering van niet ingrijpende aard’ steeds ruimer wordt uitgelegd.<br />
Tevens bleek vergunningsvrij <strong>bouwen</strong> bij illegale woningen een probleem op te kunnen<br />
leveren.<br />
Jurisprudentie en de regels voor vergunningvrij <strong>bouwen</strong><br />
De nieuwe regels voor vergunningvrij <strong>bouwen</strong> zijn deels tot stand gekomen door aanpassingen<br />
als gevolg van rechterlijke uitspraken. Een bijgebouw werd uitgelegd als een op<br />
zichzelf staand bouwwerk, zonder directe verbinding met een hoofdgebouw:<br />
– Uitspraak 1: een bijgebouw mag ook tegen een hoofdgebouw worden gebouwd.<br />
– Uitspraak 2: een bijgebouw hoeft in architectonisch opzicht niet afwijkend te zijn van<br />
het hoofdgebouw.<br />
– Uitspraak 3: een bijgebouw mag een verbinding hebben met een hoofdgebouw.<br />
– Uitspraak 4: een bijgebouw mag fundering en dak delen met een hoofdgebouw.<br />
Resultaat van deze uitspraken is dat er juridisch geen verschil meer bestaat tussen een bijgebouw<br />
en een aanbouw. In het Bor is dat verschil dan ook niet meer aanwezig.<br />
Rigide toepassing van regels<br />
Uit informatie van de Helpdesk Bouwregelgeving bleek dat sommige gemeenten de regels<br />
wel heel letterlijk interpreteerden:<br />
– Het Bblb stond bijge<strong>bouwen</strong> tot 30 m 2 en 3 meter hoog toe.<br />
– Het Bblb kende een categorie ‘kleine bouwwerken’: 1 meter hoog en 2 m 2 groot.<br />
Een aantal gemeenten stond op grond hiervan klikobak-om<strong>bouwen</strong> van 1,20 hoog niet toe.<br />
Die zijn immers hoger dan 1 meter en zijn niet voor mensen toegankelijk, dus geen bijgebouw.<br />
Op basis van de resultaten van de evaluatie en een wensenlijstje vanuit de politiek en de<br />
markt, is een nieuwe regeling ontworpen die in het voorjaar van 2008 in concept gepubliceerd<br />
is. Kern van de regeling was dat bij ieder oorspronkelijk hoofdgebouw maximaal<br />
100 m 2 gebouwd zou mogen worden en de maten voor vergunningvrije bouwwerken<br />
zouden worden ‘opgerekt’ van 2,5 naar 4 meter. De genoemde 100 m 2 was<br />
gebonden aan een aantal strikte randvoorwaarden en omvatte het totaal aan alle bouwwerken<br />
op een erf (vergunningvrij en vergunningplichtig). Ondanks deze randvoorwaarden<br />
is de regeling naar buiten toe vertaald als ‘iedereen mag 100 m 2 vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong>’. De discussie die dit losmaakte, heeft uiteindelijk geleid tot de motie<br />
Boelhouwer / Wiegman. Zij verzochten de regering om meer aan te sluiten bij de regels<br />
van het Bblb en het bestemmingsplan leidend te laten zijn bij de eventuele verruiming<br />
van het vergunningvrije <strong>bouwen</strong>:<br />
Overwegende dat,<br />
… verzoekt de regering de voorgestelde verruiming van vergunningvrij <strong>bouwen</strong><br />
mogelijk te maken waarbij de in het bestemmingsplan geboden mogelijkheden qua<br />
oppervlakte en maatvoering het maximum zijn,<br />
en gaat over tot de orde van de dag.<br />
De motie is met algemene stemmen aangenomen en heeft ertoe geleid dat het Ministerie<br />
van VROM de regeling heeft aangepast tot wat nu in bijlage II van het Besluit omgevingsrecht<br />
is opgenomen. De uitbreidingen naar niet-woningen en de nieuwe bouwwerken<br />
zijn gebleven. De 4 meter diepe aanbouw en de maximaal 100 m 2 aan<br />
bouwwerken zijn vervangen door de 2,5 meter en 30 m 2 vergunningvrije bouwwerken<br />
uit het Bblb. Er is nog wel een verruiming doorgevoerd, die is opgenomen in artikel 3,<br />
van bijlage II van het Bor. Deze bouwwerken moeten passen binnen de voorschriften<br />
van het bestemmingsplan. Zie hoofdstuk 2 voor de uitleg van de nieuwe systematiek.<br />
1.3 Leeswijzer<br />
Het handboek bestaat uit drie delen:<br />
In deel I wordt de systematiek van het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> onder de Wabo uitgelegd.<br />
Hoofdstuk 2 beschrijft het wettelijk kader en de verschillen tussen ‘artikel 2’ vergunningvrij<br />
en ‘artikel 3’ vergunningvrij. Hoofdstuk 3 gaat in op enkele belangrijke<br />
aandachtspunten die voortvloeien uit de nieuwe regeling: hoe om te gaan met vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong> tijdens de bouw, de relatie met andere wet- en regelgeving en de voor-<br />
Motie Boelhouwer /<br />
Wiegman<br />
14<br />
15
1.3 deel i algemeen<br />
Betekenis<br />
vergunningvrij<br />
waarden waaraan vergunningvrij <strong>bouwen</strong> moet voldoen. Hoofdstuk 4 bespreekt de<br />
definities uit bijlage II van het Bor.<br />
Deel II beschrijft per bouwwerk de voorschriften die gelden voor het vergunningvrij<br />
mogen <strong>bouwen</strong> van die bouwwerken. Hierbij hebben wij gekozen om geen onderscheidt<br />
naar artikel te maken maar alle voorschriften te koppelen aan de bouwwerken.<br />
Bij ieder bouwwerk zijn technische en ruimtelijke aandachtspunten opgenomen die<br />
relevant zijn voor het betreffende bouwwerk.<br />
Deel III bevat de voor het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> relevante wetgeving. Bijlage II van<br />
het Bor is volledig, inclusief de toelichting opgenomen. Ook zijn enkele artikelen uit<br />
het Burgerlijk Wetboek, het zogenoemde ‘Burenrecht’, opgenomen. In het Burenrecht<br />
zijn de regels opgenomen waarmee rekening gehouden moet worden bij het <strong>bouwen</strong><br />
op of nabij de erfgrens.<br />
We willen de lezer als laatste nog meegeven dat de term ‘vergunningvrij’ onder de<br />
Wabo al snel tot spraakverwarring leidt. Daar waar in dit handboek gesproken wordt<br />
over ‘vergunningvrij’ wordt bedoeld vergunningvrij voor het onderdeel <strong>bouwen</strong> en soms<br />
voor het onderdeel ‘bestemmingsplan’ 2 . <strong>Vergunningvrij</strong> op grond van de voorschriften<br />
voor <strong>bouwen</strong> wil niet zeggen dat de overige wettelijke kaders (zowel binnen als buiten<br />
de Wabo) niet van toepassing zijn. Ook al is er geen omgevingsvergunning nodig voor<br />
het <strong>bouwen</strong>, vaak is alsnog een omgevingsvergunning nodig voor een andere activiteit.<br />
De kruimelgevallen op grond van artikel 2.7 van het Besluit omgevingsrecht en artikel 4<br />
van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht worden in dit handboek verder buiten<br />
beschouwing gelaten.<br />
2 De systematiek van het vergunningvrij <strong>bouwen</strong><br />
2.1 Inleiding<br />
Voor al het <strong>bouwen</strong> is op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wet algemene<br />
bepalingen omgevingsrecht (Wabo) in principe een vergunning nodig. Bouwen<br />
zonder of in afwijking van een verkregen vergunning is dus niet toegestaan. Op deze<br />
regel uit de Wabo wordt in artikel 2.3 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) een uitzondering<br />
gemaakt. Op het moment dat een bouwwerk voldoet aan de voorwaarden uit<br />
bijlage II van het Bor, is geen omgevingsvergunning voor het <strong>bouwen</strong> nodig.<br />
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het wettelijk kader: hoe zijn de regels voor vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong> opgenomen in de wetgeving, welke verschillende vormen van vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong> zijn er en hoe grijpen de regels hiervoor in elkaar. Ofwel: de systematiek<br />
van het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> wordt uitgelegd. Dat er geen vergunning nodig is<br />
voor het <strong>bouwen</strong>, houdt niet in dat er verder geen regels zijn waar het bouwwerk aan<br />
moet voldoen. Hier gaat hoofdstuk 3 verder op in onder de kop ‘vergunningvrij, niet<br />
regelvrij’.<br />
2.2 Wettelijk kader<br />
Figuur 2.1 geeft het wettelijk kader voor het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> schematisch weer.<br />
Uit dit schema valt af te lezen dat het bij vergunningvrij <strong>bouwen</strong> niet alleen om het<br />
<strong>bouwen</strong> gaat, maar ook om het ruimtelijk kader (bestemmingsplan, beheersverordening,<br />
etc.). Bij het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> onder de Wabo is het namelijk soms wel en<br />
soms niet toegestaan om vergunningvrij te <strong>bouwen</strong> in strijd met het ruimtelijk kader.<br />
In de volgende paragrafen wordt de systematiek nader uitgelegd.<br />
2. De Wabo spreekt van het ‘handelen in strijd met de regels van de ruimtelijke ordening’. In dit boek<br />
wordt het ruimtelijk kader aangeduid met de term ‘bestemmingsplan’.<br />
16<br />
17
2.2.1 deel i algemeen<br />
de systematiek van het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> 2.2.3<br />
Figuur 2.1:<br />
Schema wettelijk kader vergunningvrij <strong>bouwen</strong><br />
2.2.2 <strong>Vergunningvrij</strong> <strong>bouwen</strong> volgens artikel 2<br />
Alle bouwwerken die in artikel 2 genoemd staan, zijn vergunningvrij voor zowel het<br />
<strong>bouwen</strong> (artikel 2.1, eerste lid, onderdeel a, van de Wabo) als het handelen in strijd met<br />
het ruimtelijk kader 3 (artikel 2.1, eerste lid, onderdeel c, van de Wabo). Een bouwwerk<br />
dat voldoet aan alle voorwaarden die genoemd staan bij het betreffende bouwwerk mag<br />
zonder omgevingsvergunning gebouwd worden, ook al past dat bouwwerk niet binnen<br />
het bestemmingsplan. Deze vorm van vergunningvrij <strong>bouwen</strong> komt overeen met het<br />
vergunningvrij <strong>bouwen</strong> zoals dat voor het inwerkingtreden van de Wabo was opgenomen<br />
in het Besluit bouwvergunningsvrije en licht bouwvergunningplichtige bouwwerken<br />
(Bblb).<br />
Bij een bijbehorend bouwwerk (zie Deel II, hoofdstuk 3) wordt een maximum gesteld<br />
aan de vergunningvrij te <strong>bouwen</strong> oppervlakte. Dit is inclusief de oppervlakte aan vergunningvrij<br />
gebouwde bouwwerken dat voor 1 oktober 2010 gebouwd is. Dus als<br />
onder het Bblb een schuur van 10 m 2 gebouwd is, dan mag onder bijlage II van het Bor<br />
nog maximaal 20 m 2 aan bijbehorende bouwwerken gebouwd worden.<br />
Bij de voorwaarden voor het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> van bouwwerken is een aantal<br />
veranderingen doorgevoerd ten opzichte van het Bblb. Deze veranderingen worden<br />
behandeld bij de bouwwerken in deel II van het boek. De volgende bouwwerken zijn<br />
geheel nieuw:<br />
– grondkering of damwand;<br />
– vlaggenmast;<br />
– bouwketen en andere bouwplaatsinrichting.<br />
2.2.3 <strong>Vergunningvrij</strong> <strong>bouwen</strong> volgens artikel 3<br />
Artikel 3 van bijlage II van het Bor introduceert een geheel nieuwe categorie van vergunningvrije<br />
bouwwerken. Bouwwerken die in dit artikel genoemd worden zijn vergunningvrij<br />
voor het <strong>bouwen</strong>, maar moeten wel binnen het bestemmingsplan passen.<br />
2.2.1 Definities<br />
Het eerste artikel van bijlage II van het Bor bevat drie leden. Het eerste lid bevat alle<br />
definities die van toepassing zijn op het vergunningvrij <strong>bouwen</strong>. Het tweede en het<br />
derde lid beschrijven de wijze waarop vergunningvrije bouwwerken gemeten moeten<br />
worden. In hoofdstuk 4 wordt nader ingegaan op de belangrijkste definities en de<br />
meetwijze.<br />
Met deze nieuwe vorm van vergunningvrij <strong>bouwen</strong> is het dus aan de gemeente om te<br />
bepalen wat de ruimte voor vergunningvrij <strong>bouwen</strong> is. Het bestemmingsplan bepaalt<br />
namelijk of een bouwwerk al dan niet geheel vergunningvrij gebouwd mag worden. Op<br />
het moment dat een bouwwerk voldoet aan alle voorwaarden die in artikel 3 genoemd<br />
staan, is geen vergunning nodig voor het <strong>bouwen</strong>. Als het bouwplan niet binnen het<br />
bestemmingsplan past, is wel een omgevingsvergunning nodig voor het handelen in<br />
strijd met de regels van de ruimtelijke ordening. Daarbij zal het mede afhankelijk zijn<br />
van het gemeentelijke beleid of deze vergunning wel of niet verleend zal worden. Als de<br />
vergunning niet verleend wordt, mag er niet gebouwd worden. Voordat met de bouw<br />
mag worden gestart, moeten namelijk alle vereiste toestemmingen zijn verkregen.<br />
Omdat deze nieuwe categorie afhankelijk is van de ruimte die het bestemmingsplan<br />
biedt, lijkt het voordeel misschien beperkt. Het is daarbij echter belangrijk om te beseffen<br />
dat voor het bouwwerk in artikel 3 geen vergunning voor het <strong>bouwen</strong> aangevraagd<br />
3. In de meeste situaties bestaat het ruimtelijk kader alleen uit het bestemmingsplan of een beheersverordening.<br />
18<br />
19
2.2.4 deel i algemeen<br />
de systematiek van het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> 2.2.6<br />
Indieningsvereisten<br />
strijdig gebruik<br />
Verbod<br />
vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong><br />
hoeft te worden. Mocht een vergunning nodig zijn voor het handelen in strijd met de<br />
regels van de ruimtelijke ordening, dan geldt een beperkte lijst met indieningsvereisten.<br />
De gemeente mag het bouwplan namelijk niet bouwtechnisch toetsen.<br />
Voor een omgevingsvergunning voor het handelen in strijd met de regels van de ruimtelijke<br />
ordening gelden de volgende indieningsvereisten, naast de algemene indieningsvereisten<br />
als naam, adres, etc.:<br />
– het toekomstige en het huidige gebruik van de gronden en de bouwwerken;<br />
– de gevolgen van het toekomstige gebruik voor de ruimtelijke ordening;<br />
– als het bestemmingsplan dit vereist: een rapport waarin de archeologische waarde<br />
van het terrein is vastgesteld;<br />
– een situatietekening van de bestaande toestand en een situatietekening van de<br />
nieuwe toestand met daarop de afmetingen van het perceel en bebouwd oppervlak,<br />
de situering van bouwwerken ten opzichte van de perceelsgrenzen en de wegzijde,<br />
de wijze waarop het terrein ontsloten wordt, de aangrenzende terreinen en de<br />
daarop voorkomende bebouwing en het beoogd gebruik van het terrein behorende<br />
bij het voorgenomen bouwwerk;<br />
– als wordt afgeweken van het exploitatieplan: de reden waarom en de mate waarin<br />
wordt afgeweken.<br />
2.2.4 Bijzondere bepalingen<br />
In artikel 5 t/m 7 staan een aantal bijzondere bepalingen die van toepassing zijn bij het<br />
vergunningvrij <strong>bouwen</strong>. De meeste van de bijzondere bepalingen houden in dat in een<br />
bepaalde situatie het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> niet is toegestaan.<br />
5. In risicozones. Deze uitzondering is alleen van toepassing op bijbehorende bouwwerken<br />
in artikel 2. Een risicozone is altijd aangegeven in het bestemmingsplan of de<br />
beheersverordening. Daarin staat dan meestal aangegeven dat er sprake is van een<br />
A-zone, een B-zone, een zone rondom een munitieopslag of een zone rondom een<br />
inrichting met ontplofbare stoffen. In geval van twijfel of er sprake is van een risicozone<br />
of niet is het altijd raadzaam om te informeren bij de gemeente.<br />
6. bij een bestemmingsplan met regels in het kader van de archeologische monumentenzorg.<br />
Deze uitzondering is van toepassing op bijbehorende bouwwerken en<br />
bouwwerken voor recreatief nachtverblijf groter dan 50 m 2 . Op het moment dat het<br />
bouwwerk groter is dan 50 m 2 en in het bestemmingsplan zijn regels opgenomen in<br />
het kader van de archeologische monumentenzorg, dan is een omgevingsvergunning<br />
voor het <strong>bouwen</strong> nodig. Via deze vergunningplicht kan er dan voor gezorgd<br />
worden dat er, indien nodig, maatregelen getroffen worden om de archeologische<br />
monumenten te beschermen.<br />
Artikel 6<br />
Artikel 6 bevat een tweetal specifieke voorwaarden rond het bepalen van het achtererfgebied<br />
bij agrarische percelen. Dit artikel wordt verder behandeld in paragraaf 4.4 (Erf<br />
en achterfgebied)<br />
Artikel 7<br />
Artikel 7 bevat een bepaling die alleen van toepassing is op het bijbehorende bouwwerk<br />
en aangeeft welke voorwaarden van toepassing zijn op bijbehorende bouwwerken<br />
gebouwd binnen en buiten de ‘2,5 meter zone’. Zie Deel III, hoofdstuk 3 van dit boek<br />
voor een nadere toelichting.<br />
Artikel 5<br />
Artikel 5 bevat een aantal algemene bijzondere bepalingen die op vrijwel alle vergunningvrij<br />
te <strong>bouwen</strong> bouwwerken uit artikel 2 en 3 van toepassing zijn. <strong>Vergunningvrij</strong><br />
<strong>bouwen</strong> is niet toegestaan:<br />
1. Als het aantal woningen niet hetzelfde blijft. Een verbouwing waarbij twee woningen<br />
worden samengevoegd is dus altijd vergunningplichtig voor het <strong>bouwen</strong>. Ook<br />
het splitsen van een woning in meerdere woningen (appartementen) is altijd vergunningplichtig.<br />
2. Bij illegale bouwwerken. Dit betreft ‘illegaal’ in ruime zin en niet alleen illegaal als<br />
het gaat om de bouwvoorschriften. Ook bij illegaal gebruik is sprake van een verbod<br />
op vergunningvrij <strong>bouwen</strong>.<br />
3. Op, aan of bij rijks-, proviciaal- en gemeentelijk beschermde monumenten en voorbeschermde<br />
monumenten. 4<br />
4. In door het Rijk aangewezen beschermde stads- en dorpsgezichten. Op deze bijzondere<br />
bepaling geldt een uitzondering bij inpandige verbouwingen die niet van buitenaf<br />
zichtbaar zijn. Deze uitzondering heeft alleen betrekking op ‘overige veranderingen<br />
aan een bouwwerk’, artikel 3, onderdeel 8, van bijlage II van het Bor. Alle<br />
andere bouwwerken zijn nooit volledig inpandig.<br />
2.2.5 Overgangsrecht<br />
In artikel 8 van bijlage II van het Bor is het overgangsrecht voor het vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong> opgenomen. Dit overgangsrecht had alleen nog kort na het in werking treden<br />
van de Wabo nut. Het overgangsrecht ziet namelijk alleen op bouwwerken waarvan de<br />
bouw al was begonnen voor het in werking treden van de Wabo. De meeste van deze<br />
bouwwerken zullen naar verwachting inmiddels voltooid zijn.<br />
Het overgangsrecht is met name relevant voor die gevallen waarin gebouwd wordt op<br />
een deel van een erf dat gekeerd is naar openbaar toegankelijk water. Onder het Bblb<br />
was het toegestaan om op een dergelijk erfdeel te <strong>bouwen</strong>. Het Bor schaart openbaar<br />
water onder ‘openbaar toegankelijk gebied’, wat er toe leidt dat <strong>bouwen</strong> op een naar<br />
openbaar water gekeerd zijerf niet meer zonder vergunning is toegestaan. Dit is de<br />
enige situatie waarbij iets wat vergunningvrij was onder het Bblb vergunningplichtig is<br />
geworden onder de Wabo.<br />
2.2.6 Samenhang tussen de artikelen<br />
Voor het toetsen of een bouwwerk vergunningvrij gebouwd kan worden of niet, kan<br />
gebruik worden gemaakt van het schema zoals in figuur 2.2 is weergegeven.<br />
Beperking<br />
vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong> t.o.v. Bblb<br />
4. Op het moment van het schrijven van dit boek is een voorstel voor wijziging van het Bor in voorbereiding<br />
dat het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> bij monumenten en in rijksbeschermde stads- en dorpsgezichten<br />
aanzienlijk moet vergroten. Op dit moment is echter nog niet duidelijk wanneer en in welke<br />
vorm deze wijziging plaats zal gaan vinden.<br />
20<br />
21
2.2.6 deel i algemeen<br />
de systematiek van het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> 2.5<br />
Figuur 2.2:<br />
Schema samenhang artikelen Bor bijlage II<br />
2.3 Toetsen van een bouwwerk<br />
Een bouwwerk dient altijd in zijn geheel getoetst te worden aan de voorwaarden voor<br />
het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> uit het betreffende artikel. Alleen als er duidelijk sprake is<br />
van twee afzonderlijke bouwwerken kunnen deze los van elkaar getoetst worden. Op<br />
het moment dat er bijvoorbeeld sprake is van het <strong>bouwen</strong> van een dakkapel op het achterdakvlak<br />
en het vervangen van kozijnen in de zijgevel, is sprake van twee afzonderlijke<br />
bouwwerkzaamheden die los getoetst mogen worden.<br />
Wat onder het Bor wel is toegestaan, maar onder het Bblb niet was toegestaan, is het<br />
vergunningvrij <strong>bouwen</strong> tijdens de nieuwbouw. Het is dus mogelijk om bijvoorbeeld<br />
een vergunningvrije dakkapel te <strong>bouwen</strong> op een nieuw te <strong>bouwen</strong> dakopbouw. Dit<br />
wordt verder toegelicht in paragraaf 3.2<br />
Opknippen<br />
werkzaamheden<br />
Voorbeeld: een dakkapel op een voordakvlak.<br />
1. Eerst wordt getoetst aan artikel 2. Daarin blijkt de dakkapel niet te passen. Een dakkapel<br />
op een voordakvlak wordt namelijk niet genoemd in artikel 2, onderdeel 4 van<br />
bijlage II van het Bor.<br />
2. Vervolgens wordt doorgekeken naar artikel 3, onderdeel 3 van bijlage II van het Bor,<br />
waarin de dakkapel op het voordakvlak wel wordt genoemd 5 . De dakkapel voldoet<br />
aan alle voorwaarden van artikel 3.<br />
3. Voor toepassing van artikel 3 moet getoetst worden aan het ruimtelijk kader<br />
(bestemmingsplan). De dakkapel blijkt te passen binnen het bestemmingsplan.<br />
4. Als laatste moet dan nog naar de bijzondere voorwaarden uit artikel 5 t/m 7 worden<br />
gekeken. Wordt de dakkapel gebouwd ten behoeve van het splitsen van een pand in<br />
appartementen, dan wordt niet voldaan aan de voorwaarde dat het aantal woningen<br />
niet wijzigt. Het plaatsen van de dakkapel is in dat geval dus vergunningplichtig<br />
voor het <strong>bouwen</strong>.<br />
2.4 Niet ‘shoppen’ in de regels<br />
In artikel 2 en artikel 3 staan een aantal bouwwerken specifiek genoemd en is ook nog<br />
een restcategorie opgenomen: de ‘verandering van een bouwwerk’. Op het moment dat<br />
duidelijk is in welke categorie een bouwwerk valt, dan mag het bouwwerk alleen aan de<br />
voorwaarden uit die categorie getoetst worden. Als niet aan de voorwaarden voldaan<br />
wordt, mag niet alsnog naar de restcategorie gekeken worden of het bouwwerk dan<br />
mogelijk wel vergunningvrij zou kunnen zijn. Een op zich vergunningplichtige wijziging<br />
van een kozijn kan dus nooit vergunningvrij zijn op grond van de ‘verandering<br />
van een bouwwerk’.<br />
2.5 <strong>Vergunningvrij</strong> = vergunningvrij<br />
Op het moment dat een bouwplan voldoet aan alle voorwaarden voor het vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong>, dan is geen vergunning voor het <strong>bouwen</strong> nodig. Dit houdt in dat alle<br />
werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van een vergunningvrij<br />
bouwplan zonder vergunning uitgevoerd mogen worden.<br />
Een voorbeeld: een woning wordt vergunningvrij uitgebouwd. De uitbouw voldoet aan<br />
alle voorwaarden voor vergunningvrij <strong>bouwen</strong> van een bijbehorend bouwwerk. 6 Bij de<br />
bouw wordt ook de dragende achtergevel verwijderd. Dit zorgt er echter niet voor dat<br />
het bouwplan toch weer vergunningplichtig wordt. De dragende gevel mag in deze<br />
situatie dus ook zonder vergunning worden verwijderd, terwijl het los verwijderen van<br />
een dragende binnenmuur wel vergunningplichtig is. De doorbraak moet natuurlijk<br />
wel zo worden uitgevoerd dat het geheel aan het Bouwbesluit voldoet.<br />
Constructieve<br />
ingrepen<br />
5. Het betreffende voorschrift kent ook nog een bepaling inzake welstand. Hier komen we in<br />
paragraaf 2.6 op terug.<br />
6. Een aanbouw valt onder het Bor in de categorie ‘bijbehorende bouwwerken’, zie ook paragraaf 4.5.<br />
22<br />
23
2.6 deel i algemeen<br />
Om te controleren of een bouwwerk voldoet aan deze voorwaarde moet dus in de welstandsnota<br />
van de gemeente gekeken worden. In veel welstandsnota’s zijn algemene<br />
bepalingen opgenomen die niet specifiek aan een bouwwerk gekoppeld zijn. Op het<br />
moment dat een bouwwerk niet specifiek genoemd staat, maar er zijn wel algemene<br />
welstandseisen van toepassing, dan gelden die voorwaarden voor alle bouwwerken.<br />
Vrijwel altijd zal er dus een specifieke uitzondering voor een bouwwerk moeten worde<br />
systematiek van het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> 2.6.2<br />
Figuur 2.3:<br />
De gevel achter deze vergunningvrije aanbouw mag zonder vergunning<br />
worden verwijderd<br />
den gemaakt wil een bouwwerk aan deze voorwaarde kunnen voldoen. Als de welstandsnota<br />
niet helder is op dit punt, is het raadzaam met de gemeente te overleggen of<br />
het bouwwerk al dan niet vergunningvrij gebouwd kan worden.<br />
2.6.2 Omgevingsloket online<br />
Op grond van artikel 7.6 van de Wabo is de minister van Infrastructuur en Milieu verplicht<br />
om een voorziening te verzorgen waarmee aanvragen om omgevingsvergunning<br />
kunnen worden ingediend bij het bevoegd gezag: het Omgevingsloket online. Via<br />
www.omgevingsloket.nl kunnen alle toestemmingen onder de Wabo digitaal worden<br />
aangevraagd. Het omgevingsloket bestaat uit de vergunningcheck, een aanvraagmodule<br />
voor het indienen van een aanvraag en een behandelmodule voor het bevoegd<br />
gezag.<br />
Vergunningcheck<br />
Figuur 2.4:<br />
Openingsscherm Omgevingsloket online<br />
2.6 Nieuwe voorwaarden voor vergunningvrij <strong>bouwen</strong><br />
2.6.1 Geen redelijke eisen van welstand van toepassing<br />
Welstand<br />
Deze voorwaarde houdt in dat op de locatie waar gebouwd gaat worden geen redelijke<br />
eisen van welstand van toepassing zijn op het betreffende bouwwerk. Deze voorwaarde<br />
is opgenomen zodat de gemeente bepaalde bouwwerken wel of niet vrij kan geven op<br />
basis van de gewenste beeldkwaliteit. Deze nieuwe vorm van voorschriften is van toepassing<br />
op dakkapellen, erf- of perceelafscheidingen en bijbehorende bouwwerken.<br />
Om de bouwwerken vergunningvrij te laten zijn, heeft de gemeente twee mogelijkheden:<br />
1. een gebied geheel welstandsvrij verklaren;<br />
2. het bepaalde type bouwwerk expliciet uitsluiten van welstand, bijvoorbeeld: “op een<br />
erf- of perceelafscheiding zijn geen redelijke eisen van welstand van toepassing”.<br />
De vergunningcheck biedt de mogelijkheid om via vraag en antwoord te bepalen of een<br />
vergunning nodig is voor een bepaalde activiteit. Als blijkt dat inderdaad een omgevingsvergunning<br />
moet worden aangevraagd, dan kan dat direct digitaal worden<br />
gedaan. Als de aanvrager niet digitaal wil indienen is het ook mogelijk om een aanvraagformulier<br />
op papier uit te draaien. Bij een digitale aanvraag wordt de aanvrager<br />
een maatwerkformulier voorgelegd, waarna de benodigde gegevens kunnen worden<br />
toegevoegd en de aanvraag kan worden ingediend.<br />
24<br />
25
2.7 deel i algemeen<br />
de systematiek van het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> 2.7<br />
Gevaarlijke stoffen<br />
Modernisering<br />
monumentenzorg<br />
Het grote voordeel van gebruik van het Omgevingsloket online boven indienen op<br />
papier is de eenvoud (alleen de van toepassing zijnde vragen worden getoond) en het<br />
feit dat direct wordt ingediend, waardoor de termijnen meteen gaan lopen.<br />
Het Omgevingsloket online is nog lang niet gereed. Op dit moment bekende geplande<br />
toevoegingen zijn: het in<strong>bouwen</strong> van de watervergunning, de melding op grond van<br />
het Activiteitenbesluit en de koppeling aan diverse basisregistraties. Voordat het zo ver<br />
is, zullen eerst de kinderziektes en performanceproblemen moeten worden opgelost.<br />
2.7 Toekomstige ontwikkelingen vergunningvrij <strong>bouwen</strong><br />
In de komende tijd zijn een aantal aanpassingen gepland in de voorschriften voor vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong>. Dit betreft, naast een correctie van fouten in de huidige regeling,<br />
aanpassingen in het kader van verdere deregulering. De belangrijkste worden hieronder<br />
toegelicht.<br />
Buisleiding<br />
Het Besluit externe veiligheid buisleidingen wijzigt per 1 juli 2011 de voorschriften op<br />
grond waarvan ondergrondse buis- en leidingstelsels zonder omgevingsvergunning<br />
voor het <strong>bouwen</strong> mogen worden gebouwd. De wijziging betreft het schrappen van<br />
buis- en leidingstelsels bestemd of gebruikt voor het vervoer van gevaarlijke stoffen,<br />
met de daarbij behorende voorzieningen uit artikel 2. In artikel 3, van bijlage II van het<br />
Bor, wordt een nieuw onderdeel 7 ingevoegd dat dit soort leidingstelsels vergunningvrij<br />
maakt indien het bestemmingsplan dit toelaat. Deze wijziging is bij het ter perse gaan<br />
van dit boek al gepubliceerd en daarom al meegenomen in de toelichting op artikel 2,<br />
onderdeel 18.<br />
Modernisering Monumentenzorg<br />
Op 1 februari 2011 heeft de Tweede Kamer het Wetsvoorstel wijziging Monumentenwet<br />
1988 en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht i.v.m. modernisering monumentenzorg<br />
aangenomen. Dit wetsvoorstel betekent een verruiming voor het vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong> op, aan of bij monumenten en in door het Rijk aangewezen stads- of<br />
dorpsgezichten. De belangrijkste voorgenomen wijzigingen zijn:<br />
– Voor gewoon onderhoud is niet langer een omgevingsvergunning voor het veranderen<br />
van een monument nodig. Dit ‘gewoon onderhoud’ kent wel een andere definitie<br />
dan het gewone onderhoud bij het vergunningvrij <strong>bouwen</strong> (zie Deel II, hoofdstuk<br />
1): niet alleen het uiterlijk mag niet veranderen, het materiaal moet ook<br />
identiek zijn.<br />
– Interne verbouwingen van niet-monumentale delen worden vergunningvrij voor<br />
zowel <strong>bouwen</strong> als het veranderen van het monument.<br />
– Verbouwingen en veranderingen in door het Rijk aangewezen beschermde stads- en<br />
dorpsgezichten worden vergunningvrij voor het onderdeel <strong>bouwen</strong> indien de bouwwerkzaamheden<br />
niet zichtbaar zijn vanaf het openbaar toegankelijk gebied.<br />
De geplande wijzigingen leiden tot behoorlijk wat discussie, omdat er een discrepantie<br />
lijkt te zijn tussen de bedoeling van het Ministerie van OCW en de letterlijke tekst van<br />
het Bor na inwerkingtreding van deze wijziging. Daar waar OCW voorbeelden geeft<br />
van het aanlassen van rotte kozijnen etc., geeft de tekst van het Bor de mogelijkheid om<br />
monumentale onderdelen door identieke (nieuwe) onderdelen te vervangen. Daarnaast<br />
stelt OCW dat bouwactiviteiten die ‘zichtbaar’ zijn, niet vergunningvrij zijn. Dit<br />
terwijl de tekst van het wetsvoorstel uitgaat van dezelfde uitgangspunten als het huidige<br />
vergunningvrij <strong>bouwen</strong> (voor-en-achterkantbenadering, waarbij het achtererfgebied<br />
wel degelijk zichtbaar mag zijn vanaf het openbaar toegankelijk gebied). Naar de<br />
mening van de auteurs zal er nog behoorlijk geschaafd moeten worden aan het wetsvoorstel<br />
om de wet aan te laten sluiten bij de bedoelingen van OCW.<br />
De geplande inwerkingtreding van deze wijziging is 1 januari 2012. De wijzigingsvoorstellen<br />
en de factsheet van OCW zijn terug te vinden in de module Wabo op<br />
www.omgevingindepraktijk.nl/wabo.<br />
Mantelzorgwoningen<br />
Een mantelzorgwoning is een kleine, zelfstandige woning, die geplaatst kan worden bij<br />
een bestaande woning. Een mantelzorgwoning maakt het mogelijk om bijvoorbeeld<br />
dichtbij huis voor je ouders te zorgen, terwijl ze toch zelfstandig blijven wonen. Een<br />
aantal leveranciers levert kant en klare mantelzorgwoningen van ca. 50 m 2 .<br />
In het oorspronkelijke wetsvoorstel vergunningvrij <strong>bouwen</strong> (april 2009) was het mogelijk<br />
om zonder omgevingsvergunning voor het <strong>bouwen</strong> een mantelzorgwoning bij een<br />
woning te plaatsen. Door de aanpassingen als gevolg van de motie Boelhouwer / Wiegman<br />
werd het aantal vierkante meters vergunningvrij te plaatsen bouwwerk teruggedraaid<br />
naar 30 m 2 . De mantelzorgwoning werd daardoor vergunningplichtig, tenzij<br />
een dergelijke woning past binnen artikel 3 van bijlage II van het Bor. In de meeste<br />
gevallen is op een perceel slechts één woning toegestaan, zodat een omgevingsvergunning<br />
voor strijdig gebruik vrijwel altijd noodzakelijk is. Dit leidt tot zeer veel vertraging,<br />
terwijl mantelzorg vaak op korte termijn noodzakelijk is.<br />
De motie Pieper c.s. 7 en de motie Linhard c.s. 8 roepen beide de regering op om in deze<br />
situatie snel verandering te brengen, hetzij door aanpassing van de mogelijkheden voor<br />
‘ontheffing’ van het bestemmingsplan, hetzij door aanpassing van de regels voor vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong>. Het is de verwachting dat per 1 januari 2012 de voorschriften<br />
hierop zullen zijn aangepast en dat een mantelzorgwoning vergunningvrij mogelijk<br />
wordt.<br />
Overige wijzigingen<br />
De komende jaren zal, onder druk van verdere deregulering en lastenverlichting, het<br />
vergunningvrij <strong>bouwen</strong> naar verwachting verder worden verruimd. Op dit moment<br />
zijn hiervoor nog geen plannen bekend. Wel zullen naar alle waarschijnlijkheid een<br />
aantal ‘schoonheidsfoutjes’ in bijlage II van het Bor worden hersteld. Naar de mening<br />
van de auteurs komen de volgen punten in ieder geval voor herstel in aanmerking:<br />
– In de voorschriften bij artikel 2, onderdeel 5 (daglichtvoorzieningen) wordt gesproken<br />
van een afstand van 0,5 meter vanaf de zijkant. Hiermee wordt ook bedoeld de<br />
onder en bovenzijde in geval van een hellend dak.<br />
– Artikel 2, onderdeel 7 (kozijn en gevelpaneel) staat toe dat de kozijnen van een bijbehorend<br />
bouwwerk zonder omgevingsvergunning vervangen mogen worden. Een<br />
bijbehorend bouwwerk kan echter ook een erker of een ander bouwwerk aan de<br />
voorzijde zijn. De bedoeling van de wetgever was om kozijnwijzigingen aan de achterzijde<br />
vergunningvrij te maken, dus achter de voorgevel. Ook was het de bedoeling<br />
7. Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123 XI, nr. 34<br />
8. Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123 XI, nr. 38<br />
Mantelzorg<br />
‘Schoonheidsfoutjes’<br />
26<br />
27
2.7 deel i algemeen<br />
IR. R. BLEEKER<br />
IR. H.C.M. VAN EGMOND<br />
om kozijnwijzigingen in bijge<strong>bouwen</strong> vergunningvrij te laten. De introductie van<br />
EDITIE 2011<br />
het bijbehorend bouwwerk heeft hier volgens de auteurs tot een onbedoelde samenloop<br />
van regels geleid. Herstel op dit punt is te verwachten.<br />
– Op grond van artikel 3, onderdeel 1 is het mogelijk om een vergunningvrij dakterras<br />
te maken op een bijbehorend bouwwerk. Dit zou in theorie ook een parkeerdek op<br />
de uitbouw van een supermarkt kunnen zijn. Het lijkt verstandig om de voorschriften<br />
voor <strong>bouwen</strong> onder artikel 3 op dit punt gelijk te stellen aan die in artikel 2.<br />
TEKSTEN EN COMMENTAAR<br />
Of en wanneer deze (en andere) punten worden hersteld is op het moment van schrijven<br />
van dit boek nog niet bekend. De voorschriften in dit boek zijn derhalve gebaseerd<br />
op de regelgeving zoals die per 1 juli 2011 geldt.<br />
HANDBOEK VERGUNNINGVRIJ BOUWEN<br />
Met de komst van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) per 1 oktober 2010 zijn de regels voor vergunningvrij <strong>bouwen</strong><br />
veranderd. Het Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken is vervallen. De regels voor vergunningvrij<br />
<strong>bouwen</strong> zijn nu opgenomen in bijlage II van het Besluit omgevingsrecht.<br />
De nieuwe regels bieden meer ruimte om vergunningvrij te <strong>bouwen</strong>. Twee belangrijke veranderingen zijn dat vergunningvrij <strong>bouwen</strong> nu ook<br />
is toegestaan bij andere ge<strong>bouwen</strong> dan woningen en dat vergunningvrij <strong>bouwen</strong> tijdens de nieuwbouw meteen mag worden meegenomen.<br />
Daarnaast is een nieuwe categorie vergunningvrij <strong>bouwen</strong>, die past binnen de grenzen van het ruimtelijk kader, aan de regeling toegevoegd.<br />
De nieuwe regeling is op onderdelen behoorlijk complex geworden. Zonder voorbeelden en aanvullende toelichting zijn de regels vaak<br />
moeilijk te doorgronden. De lezer vindt in dit boek een duidelijke toelichting op de regels per bouwwerk, aangevuld met voorbeelden. Ook<br />
worden tips en aandachtspunten bij het <strong>bouwen</strong> gegeven.<br />
Dit boek is geschreven door Hajé van Egmond en Rick Bleeker, die nauw betrokken zijn (geweest) bij de totstandkoming van de regeling, het<br />
Omgevingsloket online en de Helpdesk bouwregelgeving en brandveilig gebruik.<br />
BLEEKER<br />
VAN EGMOND<br />
HANDBOEK VERGUNNINGVRIJ BOUWEN<br />
TEKSTEN EN COMMENTAAR<br />
ALLE VOORSCHRIFTEN PER BOUWWERK TOEGELICHT<br />
HANDBOEK<br />
VERGUNNINGVRIJ BOUWEN<br />
IR. R. BLEEKER<br />
IR. H.C.M. VAN EGMOND<br />
ISBN 9789012573092<br />
EDITIE 2011<br />
EDITIE 2011<br />
ISBN 978 90 12 57309 2<br />
€ 27,83 (excl. btw)<br />
Bestel nu<br />
<strong>Sdu</strong> Klantenservice<br />
Postbus 20014, 2500 EA Den Haag<br />
Telefoon: 070 – 378 98 80<br />
Fax: 070 – 378 97 83<br />
E-mail: <strong>Sdu</strong>@sdu.nl<br />
28