Veerman: 'Ruimte voor creativiteit' - Kivi Niria
Veerman: 'Ruimte voor creativiteit' - Kivi Niria
Veerman: 'Ruimte voor creativiteit' - Kivi Niria
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
V I S I E & P R A K T I J K<br />
V I S I E & P R A K T I J K<br />
46<br />
ARCADIS reageert op rapport Deltacommissie<br />
'Rijksoverheid<br />
moet belang zien<br />
van lokale coalities'<br />
Tekst: IJdo Groot<br />
De Deltacommissie presenteerde in september<br />
haar eindrapport ‘Samen werken met water’<br />
aan het kabinet. In dit veelbesproken geschrift<br />
worden aanbevelingen gedaan <strong>voor</strong> het vergroten<br />
van de waterveiligheid en zoetwater<strong>voor</strong>raad in<br />
Nederland. De zet is nu aan de overheid. Harm<br />
Albert Zanting van ARCADIS ziet hierin zowel<br />
kansen als gevaren.<br />
In het rapport staan twaalf aanbevelingen om het<br />
Nederlandse delta- en waterbeheer <strong>voor</strong> te bereiden op<br />
de klimaatverandering en zeespiegelstijging. De commissie<br />
heeft deze problematiek verdeeld over vijf regio’s: de<br />
Noordzee, de Wadden, de zuidwestelijke delta, het<br />
rivierengebied en het IJsselmeer. ‘De kracht van dit rapport<br />
is dat per regio duidelijke keuzes zijn gemaakt,’ zegt Harm<br />
Albert Zanting, directeur Delta’s & Rivieren bij ARCADIS.<br />
‘Het risico dat we nu lopen is dat de rijksoverheid top<br />
down een blauwdruk gaat opleggen aan lokale uitvoerders,<br />
ruimtelijke ordenaars en waterbeheerders. Nationaal doelen<br />
stellen is goed, er een beetje dwang achter zetten ook,<br />
maar we gaan niet de goede kant op als maatregelen met<br />
betrekking tot de waterveiligheid en zoetwater<strong>voor</strong>raad<br />
worden doorgedrukt ten koste van alle overige lokale<br />
belangen. Het is niet gezegd dat dit ook nu gebeurt, maar<br />
in het verleden zijn al vaker rapporten zo vertaald en<br />
geïmplementeerd.’<br />
Coalities<br />
In plaats van het top down doordrukken van plannen<br />
lijkt het Zanting veel beter lokale coalities ideeën te<br />
laten ontwikkelen. ‘Een coalitie is een doegemeenschap.<br />
Mensen die samen iets willen. Zij kunnen de wateropgave<br />
combineren met andere lokale belangen. Op een creatieve<br />
manier. In Nederland hebben we bij<strong>voor</strong>beeld prachtige<br />
waterkanten. Mooie plekken om te wonen of te recreëren.<br />
Als overheid ben je niet goed bezig als je stelt dat niets met<br />
die waterkanten mag gebeuren omdat de veiligheid dat<br />
vereist.’<br />
Een lokale coalitie kan bij<strong>voor</strong>beeld bestaan uit de<br />
waterbeheerder, een projectontwikkelaar, een adviesbureau<br />
en een milieuorganisatie. ‘In de zuidwestelijke delta neemt<br />
al een dergelijke coalitie initiatieven. De rijksoverheid zou<br />
deze initiatieven niet moeten overrulen , maar juist moeten<br />
stimuleren en ondersteunen. De Deltacommissie suggereert<br />
1,5 miljard euro per jaar uit te geven aan de waterveiligheid<br />
en zoetwater<strong>voor</strong>raad. Ik stel me <strong>voor</strong> dat een deel van dit<br />
geld – op nader te stellen <strong>voor</strong>waarden – via die coalities<br />
gaat. Lokale belangenpartijen kunnen geld aan een project<br />
toevoegen. Bij<strong>voor</strong>beeld de projectontwikkelaar die<br />
woningen op een waterrijke plek wil neerzetten.’<br />
Communicatie<br />
De commissie adviseert verder een zogenaamde<br />
deltaregisseur aan te stellen. Deze deltaregisseur moet het<br />
nationale beleid vertalen in regionaal beleid en erop toezien<br />
dat de maatregelen ook daadwerkelijk worden uitgevoerd.<br />
Zanting ziet wel wat in deze functie en vergelijkt de rol<br />
van een deltaregisseur met die van voetbalcoach Hiddink.<br />
‘Hiddink bespreekt met zijn spelers een bepaalde tactiek<br />
en stuurt ze vervolgens het veld in. De spelers moeten<br />
het verder doen. De deltaregisseur kan net zo een tactiek<br />
ontwikkelen, de snelheid erin houden, coachen.’<br />
Om een lokaal plan te kunnen maken, zijn goede<br />
communicatie en begrip <strong>voor</strong> elkaars belang<br />
basis<strong>voor</strong>waarden, meent Zanting. ‘Waterbeheerders kijken<br />
nogal eens naar de waterveiligheid alleen. Het is ‘hun’ dijk<br />
en daar dient ieder ander vanaf te blijven. Wil je meerdere<br />
lokale belangen verweven tot één breed gedragen plan, dan<br />
is een omslag in denken nodig. Waterbeheerders kunnen<br />
beter niet blijven roepen ‘blijf af’, maar ‘ik doe mee’. Dus in<br />
die coalitie gaan zitten.’<br />
Zanting constateert dat de laatste jaren waterbeheerders<br />
en ruimtelijke ordenaars beter samenwerken. Maar er valt<br />
nog steeds een slag te maken. ‘Er wordt nog teveel naast<br />
elkaar gepraat. Als normen te strikt worden gesteld, zet je<br />
initiatieven op slot. Er moet meer gezamenlijk worden<br />
gewerkt aan ruimtelijke opgaven. De herinrichting van<br />
de Scheveningse boulevard is een geslaagd <strong>voor</strong>beeld. De<br />
boulevard moet worden aangepast aan de zeespiegelstijging,<br />
maar in de plannen is tevens rekening gehouden met overige<br />
lokale belangen van onder meer bewoners en middenstand.<br />
Dit principe moet ook op grotere schaal worden toegepast.’<br />
De kracht van het rapport is dat per regio<br />
duidelijke keuzes zijn gemaakt<br />
47