Het Vlaams Parlement
Het Vlaams Parlement
Het Vlaams Parlement
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
4
Het Vlaams Parlement:
het politieke hart
van Vlaanderen
Het Vlaams Parlement is het politieke hart van
Vlaanderen. Al gaat er vaak meer aandacht
naar de ministers die Vlaanderen dagelijks
besturen, en al is hun directe macht groter, uiteindelijk
heeft het Vlaams Parlement in
Vlaanderen het laatste woord. In dit hoofdstuk
leiden we de lezer binnen in de wereld van de
Vlaamse politiek, zoals die in het open en aantrekkelijke
kader van het Vlaams Parlementsgebouw
dag na dag bedreven wordt.
110
124 Vlaamse volksvertegenwoordigers
Op 21 mei 1995 werd het Vlaams Parlement voor de eerste maal rechtstreeks
verkozen. Zoals toegelicht in hoofdstuk 1, was de Vlaamse parlementaire
assemblée voordien samengesteld uit de rechtstreeks verkozen Nederlandstalige
leden van het federale, Belgische parlement. De volgende rechtstreekse
verkiezingen voor het Vlaams Parlement zullen samenvallen met de verkiezingen
voor het Europese en het federale parlement in juni 1999. Daarna zijn
er slechts om de vijf jaar verkiezingen voor het Vlaams Parlement.
Het Vlaams Parlement kan niet ontbonden worden voordat de zittingsperiode
- legislatuur - is verstreken. Daarom noemt men het Vlaams Parlement
een legislatuurparlement.
Het Vlaams Parlement telt 124 Vlaamse volksvertegenwoordigers. Hiervan
worden er 118 rechtstreeks verkozen door de inwoners van het Vlaamse
Gewest. Voor de organisatie van de verkiezingen worden de vijf provincies
De Koepelzaal, met het wapen van de Vlaamse
Gemeenschap geweven in het tapijt voor het
voorzitterschap.
▼
Koepelzaal
In de Koepelzaal vinden de plenaire vergaderingen van het Vlaams Parlement
plaats. De plenaire vergadering is het hoogste orgaan van het Vlaams Parlement.
Hier vergaderen de 124 Vlaamse volksvertegenwoordigers, en hier vallen de politieke
beslissingen waarvan de Vlamingen de concrete gevolgen zien. Zo benoemt
en, desgevallend, ontslaat de plenaire vergadering de Vlaamse regering en stemt
zij over de door de Vlaamse regering ingediende ontwerpen en de door haar eigen
leden ingediende voorstellen van decreet.
De plenaire vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van het Vlaams
Parlement, die vooraan plaats neemt. Naast hem zitten de secretarissen van het
Parlement, die onder meer verantwoordelijk zijn voor de registratie van de stemuitslagen.
Leden die het woord wensen te voeren, gaan naar het spreekgestoelte.
In de Koepelzaal heeft elke fractie haar gereserveerde plaatsen. Elke volksvertegenwoordiger
heeft zijn/haar vaste plaats.
De Vlaamse Leeuw, het symbool van de Vlaamse Gemeenschap, is vooraan
in het tapijt ingeweven.
112 het vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen
van het Vlaamse Gewest ingedeeld in elf kieskringen die ieder een bepaald aantal
volksvertegenwoordigers, afhankelijk van hun bevolkingsdichtheid, mogen
afvaardigen. Daarnaast zetelen in het Vlaams Parlement nog de zes eerst verkozen
Nederlandstalige leden van het Brusselse parlement. Op die manier zijn
ook de Brusselse Vlamingen vertegenwoordigd in het Vlaams Parlement.
Om zich verkiesbaar te stellen voor het Vlaams Parlement gelden dezelfde
voorwaarden als voor het federale parlement, met dien verstande dat men op
het grondgebied van het Vlaamse Gewest moet wonen. Zo kan een inwoner
van Luik zich niet verkiesbaar stellen voor het Vlaams Parlement. Voor de
Brusselse Vlamingen werd, zoals toegelicht, een speciale regeling uitgedokterd.
Wanneer het Vlaams Parlement na verkiezingen voor de eerste maal samenkomt,
wordt in eerste instantie onderzocht of de leden wel volgens de
wettelijke regels verkozen zijn. Dat noemt men het onderzoek van de
geloofsbrieven. Na dat onderzoek leggen de wettig verkozen Vlaamse volksvertegenwoordigers
de eed af.
Het Vlaams Parlement vaardigt tien leden af naar de Senaat - gemeenschapssenatoren
- die samen met de gemeenschapssenatoren van de overige
regionale parlementen de band tussen de federale staat en de deelstaten moeten
garanderen.
De 124 Vlaamse volksvertegenwoordigers zijn in principe lid van een politieke
partij. Op dit ogenblik zijn er zeven politieke partijen vertegenwoordigd
in het Vlaams Parlement: de Christelijke Volkspartij (cvp), de Vlaamse
Liberalen en Democraten (vld), de Socialistische Partij (sp), het Vlaams Blok
(vb), de Volksunie (vu), Agalev en de Union des Francophones (uf). Leden die
Een spel met vormen van het warmhouten
meubilair in de James Ensorzaal.
het vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen 113
geen lid zijn van een politieke partij zetelen als onafhankelijke.
Leden van eenzelfde partij vormen een fractie. Elke fractie kiest een fractievoorzitter,
die optreedt als woordvoerder. De fracties houden wekelijks
fractievergaderingen waar ze de politieke toestand evalueren en waar ze de
politieke strategie bepalen. Hier worden ook de sprekers voor de aangekondigde
debatten aangewezen en wordt het stemgedrag bepaald. Indien een fractie
ten minste zeven leden telt, krijgt zij middelen om een fractiesecretariaat
met eigen personeel op te richten.
De taken van de Vlaamse volksvertegenwoordigers
De Vlaamse volksvertegenwoordigers hebben vier grote opdrachten. In de eerste
plaats benoemen zij de Vlaamse regering die Vlaanderen dagelijks bestuurt.
Vervolgens bepalen zij, samen met de Vlaamse regering, de ontwikkeling van
de Vlaamse samenleving. Dat gebeurt door het aannemen van Vlaamse wetten
- decreten - die door alle Vlamingen nageleefd moeten worden. Voor de
uitvoering van die decreten stelt het Vlaams Parlement de nodige financiële
middelen ter beschikking. Dat gebeurt door de jaarlijkse goedkeuring van de
begroting, een derde belangrijke parlementaire opdracht. En ten slotte controleren
de Vlaamse volksvertegenwoordigers de Vlaamse regering, die de decreten
moet uitvoeren en toepassen.
114 het vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen
Ministerbanken
Ministers zijn geen lid van het parlement. Toch is de aanwezigheid van de leden
van de Vlaamse regering in het Vlaams Parlement grondwettelijk geregeld: de
ministers kunnen er hun beleid toelichten en verdedigen, en de volksvertegenwoordigers
kunnen ze steeds ter verantwoording roepen voor het gevoerde beleid.
In de commissiezalen gaat de minister gewoonlijk naast de commissievoorzitter
zitten. In de Koepelzaal zijn er speciale ‘ministerbanken’ naast de stoel
van de voorzitter, helemaal vooraan in de zaal. Zo kunnen de ministers op een
soepele manier in dialoog treden met de volksvertegenwoordigers.
Alleen de Vlaamse volksvertegenwoordigers hebben stemrecht en nemen deel
aan de stemmingen: de ministers dus niet.
HET VLAAMS PARLEMENT BENOEMT DE VLAAMSE REGERING
Na de verkiezingen, en na de samenstelling van het Vlaams Parlement,
benoemt het Vlaams Parlement, op voordracht van een meerderheid van
Vlaamse volksvertegenwoordigers, maximaal elf ministers. Samen vormen
die de Vlaamse regering. Maar de huidige Vlaamse regering telt slechts negen
ministers. De Vlaamse ministers worden gekozen door, maar niet noodzakelijk
uit, de Vlaamse volksvertegenwoordigers. Ten minste één Vlaams minister
moet in het Brusselse Gewest wonen; op die manier wordt de band tussen
Vlaanderen en de Brusselse Vlamingen opnieuw bevestigd.
Onmiddellijk na hun benoeming leggen de ministers van de Vlaamse regering
de eed af in handen van de voorzitter van het Vlaams Parlement. Alleen
de voorzitter van de Vlaamse regering, de minister-president, legt ook de eed
af in handen van de Koning.
De leden van de Vlaamse regering zijn geen lid van het Vlaams Parlement.
Een Vlaams volksvertegenwoordiger die een ministerportefeuille aanvaardt,
neemt ontslag als lid van het Vlaams Parlement en wordt voor de duur van
zijn mandaat vervangen door zijn opvolger.
Na de eedaflegging legt de Vlaamse regering in het Vlaams Parlement een
regeringsverklaring af waarin zij de krachtlijnen van het beleid voor de duur
van de regeerperiode toelicht. Als de regering van een meerderheid van de
Vlaamse volksvertegenwoordigers het vertrouwen krijgt, kan zij aan de uitvoering
van haar regeringsprogramma beginnen.
De Koepelzaal met links vooraan het spreekgestoelte,
in het midden het voorzitterschap en
rechts vooraan de ministerbanken.
De Vlaamse regering vormt samen met het Vlaams Parlement de motor van
het maatschappelijk beleid dat in Vlaanderen wordt gevoerd. Zij bereidt
samen met het parlement de Vlaamse decreten voor, en voert ze, eenmaal
goedgekeurd, uit. Voor de uitvoering en de controle op de naleving van de
decreten kan de Vlaamse regering ministeriële besluiten uitvaardigen en
beschikt zij over de ambtenaren van het ministerie van de Vlaamse
Gemeenschap en van de Vlaamse openbare instellingen.
Stembord
Als het Vlaams Parlement, verenigd in plenaire vergadering, een beslissing moet
nemen - bijvoorbeeld het al dan niet aannemen van een ontwerp of voorstel van
decreet - nodigt de voorzitter de vergadering uit zich hierover bij stemming uit
te spreken. Als een meerderheid - dat wil zeggen de helft plus één - van de aanwezige
leden vóór stemt, is de voorliggende tekst aangenomen. Als een meerderheid
van de aanwezige leden tegen stemt, is de tekst verworpen. Slechts in uitzonderlijke
gevallen zijn er bijzondere meerderheden - bijvoorbeeld twee derde
van de uitgebrachte stemmen - vereist.
De plenaire vergadering kan op verschillende manieren over een voorliggende
tekst stemmen. De eenvoudigste manier is bij zitten en opstaan. Dan vraagt de
voorzitter eerst aan de voorstanders op te staan, daarna aan de tegenstemmers.
Is de uitslag niet onmiddellijk duidelijk, dan worden beide groepen geteld. Die
stemprocedure is echter niet voor alle aangelegenheden toegestaan.
De meest gebruiksvriendelijke stemmethode is de elektronische hoofdelijke
stemming. Elk lid beschikt op zijn zitplaats over een toetsenbord met daarop een
groene toets voor een ja-stem, een rode toets voor een neen-stem en een witte
toets voor een onthouding. Op uitnodiging van de voorzitter drukken de leden de
toets van hun voorkeur in. Daarbij lichten op het stembord links vooraan in de
Koepelzaal de ja-stemmen groen op, de neen-stemmen rood en de onthoudingen
wit. Publiek en pers kunnen dus nagaan hoe een volksvertegenwoordiger heeft
gestemd. Bij een geheime stemming lichten alle toetsen wit op, en kan men niet
nagaan hoe de individuele leden hebben gestemd. De geheime stemming wordt
echter enkel in uitzonderlijke omstandigheden toegepast. Om geldig hoofdelijk
of geheim te kunnen stemmen, moet de helft van de volksvertegenwoordigers
aanwezig zijn (het zogenaamde quorum). Onthoudingen tellen mee voor het
quorum, maar niet voor de meerderheid van stemmen.
De zetelverdeling in het Vlaams Parlement
na de eerste rechtstreekse verkiezingen van 21 mei 1995
CVP 37
VLD 27
SP 26
VB 17
VU 9
AGALEV 7
UF 1
124
118 het vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen
HET VLAAMS PARLEMENT KEURT DECRETEN GOED
Een Vlaams beleid door Vlaamse decreten
De Vlamingen zijn er zich misschien niet altijd van bewust dat het Vlaams
Parlement beslist over belangrijke aspecten van ons dagelijkse leven. Het
regelt in grote mate in welke maatschappij wij morgen zullen leven. Zo wordt
in het Vlaamse halfrond bepaald hoe het Vlaamse onderwijs wordt georganiseerd,
hoe we de milieuvervuiling aanpakken, hoe we het toenemend aantal
bejaarden opvangen, en welke weg we met onze ruimtelijke ordening op willen,
om slechts enkele voorbeelden te geven. Het Vlaams Parlement is bezig
met die aspecten van het beleid die het dichtst bij de burger staan.
Het Vlaamse beleid krijgt vorm door de goedkeuring van decreten,
Vlaamse wetten die voor alle Vlamingen gelden en waaraan de Vlamingen
zich ook moeten houden. Het Vlaams Parlement kan decreten aannemen voor
alle aangelegenheden die tot zijn bevoegdheid horen. Die bevoegdheden zijn
door de staatshervormingen van 1970, 1980, 1988 en 1993 systematisch toegenomen.
Momenteel is het Vlaams Parlement bevoegd inzake het taalgebruik
in Vlaanderen en inzake het geheel of delen van de sectoren cultuur,
het vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen 119
onderwijs, economie, werkgelegenheid en energiebeleid, ruimtelijke ordening,
huisvesting en landinrichting, leefmilieu en waterbeleid, openbare werken en
verkeer en wetenschapsbeleid. Ook de zogenaamde ‘persoonsgebonden’ aangelegenheden
als jeugdbescherming, gezinsbeleid en kinderopvang,
gehandicaptenbeleid, gelijke-kansenbeleid en integratie van migranten kan
het Vlaams Parlement bij decreet regelen. Het is ook bevoegd voor het administratief
toezicht op de Vlaamse gemeenten, provincies en intercommunales.
Het decreetgevend initiatief kan zowel uitgaan van de Vlaamse regering als
van één of verschillende leden van het Vlaams Parlement. In het eerste geval
spreken we van een ontwerp van decreet, in het tweede geval van een voorstel
van decreet. Daarom kunnen we stellen dat Vlaams Parlement en
Vlaamse regering samen het Vlaams beleid voorbereiden.
In praktijk is het zelfs zo dat er meer ontwerpen dan voorstellen van
decreet worden goedgekeurd. Dat komt onder meer omdat de Vlaamse regering,
om ontwerpen van decreet voor te bereiden, over een administratie met
meer dan 10.000 ambtenaren beschikt, terwijl de Vlaamse volksvertegenwoordigers
hiervoor op zichzelf, op de medewerkers van de fracties en op de
beperkte personeelsformatie van het Vlaams Parlement zijn aangewezen.
Het Vlaams Parlement streeft ernaar om zo dicht mogelijk bij de voorbereiding
van de ontwerpen van decreet te worden betrokken. Daarom legt de
minister-president van de Vlaamse regering bij de aanvang van een nieuwe
zittingsperiode een uitvoerige beleidsnota voor aan het Vlaams Parlement.
Die beleidsnota kondigt aan hoe het beleid in de verschillende bevoegdheidsdomeinen
gevoerd zal worden. En jaarlijks schrijven alle ministers één of
meerdere beleidsbrieven waarin ze hun beleid voor hun eigen bevoegdheidsdomein(en)
meer in detail toelichten. Zo schrijft de minister die bevoegd is
voor onderwijs een Beleidsbrief Onderwijs, de minister bevoegd voor cultuur
een Beleidsbrief Cultuur. Die beleidsbrieven worden dan in de bevoegde commissies
van het Vlaams Parlement uitvoerig besproken.
De totstandkoming van een decreet
Op het moment dat een voorstel of ontwerp van decreet bij het Vlaams
Parlement wordt ingediend, oordeelt de voorzitter of het voorstel of ontwerp
wel ontvankelijk is. Het moet over een aangelegenheid gaan waarvoor het
Vlaams Parlement bevoegd is, en het mag ook niet in strijd zijn met de
Belgische Grondwet.
Dan verwijst het Bureau het voorstel of ontwerp naar een commissie.
Parlementaire commissies zijn de technische werkorganen van het parlement.
Parlementaire commissies
Momenteel telt het Vlaams Parlement dertien commissies die geregeld vergaderen:
Commissie voor Binnenlandse Aangelegenheden, Stadsvernieuwing en Huisvesting
Commissie voor Buitenlandse en Europese Aangelegenheden
Commissie voor Cultuur en Sport
Commissie voor Financiën en Begroting
Commissie voor Leefmilieu en Natuurbehoud
Commissie voor Mediabeleid
Commissie voor Onderwijs, Vorming en Wetenschapsbeleid
Commissie voor Reglement en Samenwerking
Commissie voor Ruimtelijke Ordening, Openbare Werken en Vervoer
Commissie voor Staatshervorming en Algemene Zaken
Commissie voor Vervolgingen
Commissie voor Welzijn, Gezondheid en Gezin
Commissie voor Werkgelegenheid en Economische Aangelegenheden
Een aparte commissie is de Interparlementaire
Commissie van de Nederlandse Taalunie. Ze
bestaat uit elf leden van het Vlaams Parlement
en elf leden van de Staten-Generaal, het
Nederlandse parlement. In de Taalunie, die in
1980 werd opgericht, werken Vlaanderen en
Nederland samen aan de ontwikkeling en
bevordering van de Nederlandse taal en letteren.
Onder meer de nieuwe spelling werd in
die commissie besproken.
In het Advies- en Overlegcomité Brussel
en Vlaams-Brabant plegen de leden van het
Vlaams Parlement overleg over specifiek
Brusselse en Vlaams-Brabantse aangelegenheden.
Sinds de reglementswijziging van 10 juli
1996 zijn de vergaderingen van de commissies
in principe openbaar.
het vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen 121
De Hans Memlingzaal.
De Antoon Van Dyckzaal, één van de
grootste commissiezalen.
122 het vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen
Het zijn als het ware ‘mini-parlementen’, die elk uit vijftien vaste en vijftien
plaatsvervangende leden bestaan, verdeeld volgens de sterkte van de fracties.
Volksvertegenwoordigers die geen lid zijn van de commissie, kunnen de
besprekingen wel bijwonen, maar hebben er geen stemrecht.
Momenteel telt het Vlaams Parlement dertien commissies, die elk gespecialiseerd
zijn in een bepaalde materie. Zo wordt een voorstel of ontwerp van
decreet dat over onderwijs gaat besproken in de commissie voor Onderwijs,
De James Ensorzaal
het vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen 123
Vorming en Wetenschapsbeleid, een voorstel of ontwerp van decreet over
economische aangelegenheden in de commissie voor Werkgelegenheid en
Economische Aangelegenheden.
De commissies bestuderen de tekst van het voorstel of ontwerp van
decreet. Ook de bevoegde minister neemt aan die besprekingen deel. Tijdens
de commissiebesprekingen kan die tekst nog aangepast - geamendeerd - worden
als een meerderheid van de leden daarmee instemt. Een commissie kan
ook hoorzittingen organiseren om zich beter te informeren over de inhoud
van een voorstel of ontwerp van decreet. Tot besluit van de besprekingen
wordt over het voorstel of ontwerp van decreet gestemd. Bij het begin van de
besprekingen wijst de commissie een verslaggever aan die, samen met de
ambtelijke secretaris van de commissie, een syntheseverslag maakt van de
vergaderingen.
In de plenaire vergadering, het hoogste orgaan van het Vlaams Parlement,
wordt de eindstemming over het voorstel of ontwerp gehouden. De Brusselse
Vlamingen, die tot de Vlaamse Gemeenschap maar niet tot het Vlaamse
Gewest behoren, nemen niet deel aan de stemmingen over voorstellen of ontwerpen
van decreet die gewestaangelegenheden regelen.
Als een voorstel of ontwerp van decreet door de plenaire vergadering is aangenomen,
moet het nog bekrachtigd en afgekondigd worden door de Vlaamse
regering. Dan wordt het decreet, met een Franse vertaling, gepubliceerd in het
Belgisch Staatsblad. Zodra een decreet is gepubliceerd en in werking is getreden,
worden alle Vlamingen verondersteld dat decreet te kennen en het na te leven.
De Pieter Bruegelzaal heeft een heel aparte sfeer
door Narcisse Tordoirs, ‘zonder titel’: tweeëndertig
streng gerangschikte, veelkleurige paneeltjes,
met evenveel motieven op een achtergrond van
wit en zwart.
124 het vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen
HET VLAAMS PARLEMENT KEURT DE BEGROTING GOED
Een van de belangrijkste parlementaire prerogatieven betreft het recht om de
begroting goed te keuren. Hiermee stelt het parlement aan de regering de
nodige financiële middelen ter beschikking om het voorgestelde beleid uit te
voeren.
De Vlaamse regering heeft veel financiële middelen nodig om een goed
Vlaams beleid te kunnen voeren. Denken we maar aan de financiering van het
onderwijs, de begeleiding van gehandicapten en de bouw van cultuur- en
sportcentra. Elk jaar beslist het Vlaams Parlement hoeveel middelen het ter
beschikking stelt van de Vlaamse regering, en in welke sectoren die middelen
besteed moeten worden. Daartoe neemt het twee begrotingsdecreten aan:
decreten waarin alle inkomsten en uitgaven voor het volgende kalenderjaar zijn
opgenomen. Aan de goedkeuring van die decreten gaan uitgebreide begrotingsbesprekingen
in de schoot van de Vlaamse regering en de verschillende parlementaire
commissies vooraf.
Vlaanderen is voor zijn inkomsten nog grotendeels aangewezen op de middelen
die de federale staat ter beschikking stelt. Het beschikt maar in beperkte
mate over de mogelijkheid om zelf belastingen te heffen. In die zin is de
Belgische staatshervorming nog niet voltooid: in een volwaardige federale staat
hebben de deelstaten, veel meer dan momenteel in België het geval is, de
mogelijkheid om eigen inkomsten te verwerven.
HET VLAAMS PARLEMENT CONTROLEERT DE VLAAMSE REGERING
Een belangrijk onderdeel van het dagelijkse werk van de Vlaamse volksvertegenwoordigers
bestaat erin de werkzaamheden van de Vlaamse regering te
controleren. Het Vlaams Parlement kijkt er dag na dag op toe of de regering
het vertrouwen dat zij gekregen heeft niet beschaamt. Hiervoor beschikt het
parlement over verschillende parlementaire controlemiddelen.
Zowel in de plenaire vergadering als in een commissie kunnen de volksvertegenwoordigers
een mondelinge vraag stellen aan een minister. Het stellen en
beantwoorden van zo’n mondelinge vraag, bedoeld om informatie in te winnen,
mag slechts enkele minuten in beslag nemen en moet betrekking hebben op
een actuele probleemsituatie.
De volksvertegenwoordigers kunnen een minister ook een schriftelijke
vraag stellen. De minister heeft twintig dagen om te antwoorden. Vraag en
antwoord worden gepubliceerd in het Bulletin van Vragen en Antwoorden
Persloges
In de hedendaagse democratieën speelt de pers een belangrijke rol. De pers wordt
daarom ook wel de vierde macht genoemd. Het is dan ook van essentieel belang
dat de geschreven én audiovisuele pers in het Vlaams Parlementsgebouw over
alle faciliteiten beschikt om de Vlamingen over de dagelijkse werking van het
Vlaams Parlement te informeren.
Momenteel heeft het Vlaams Parlement veertig geaccrediteerde journalisten.
Dat zijn journalisten die te allen tijde van de persinfrastructuur van het Vlaams
Parlement gebruik kunnen maken. In de Koepelzaal zijn er voor de pers speciale
loges en werkcellen. Daar beschikken zowel de journalisten van de geschreven
pers als de audiovisuele media over alle faciliteiten - tot datalijnen toe - om op
een snelle manier hun verslagen en beschouwingen door te sturen. Voor de televisiecamera’s
zijn er speciale loges.
van het Vlaams Parlement. Maar als de minister de antwoordtermijn met
meer dan tien dagen voorbij laat gaan, wordt de schriftelijke vraag op verzoek
van de indiener omgezet in een mondelinge vraag, die dan onmiddellijk op de
agenda komt.
Door de techniek van de vragen kunnen praktische toepassingen of interpretatiemoeilijkheden
van decreten met de bevoegde ministers ter sprake
komen.
Een volksvertegenwoordiger die een uitgebreider probleem ter sprake wil
brengen, kan een interpellatie houden. Zo kan de interpellant de minister ter
verantwoording roepen in verband met handelingen die hij heeft verricht of die
hij verzuimd zou hebben. Een interpellatie kan zowel in de plenaire vergadering
als in een commissie. Ze groeit meestal uit tot een ruim debat waaraan
alle volksvertegenwoordigers kunnen deelnemen. Het interpellatierecht geeft
met name de oppositie de mogelijkheid om één of meer ministers in het
publiek aan de tand te voelen.
De Frans Masereelzaal, de persconferentiezaal
waar men nooit het noorden zal verliezen...
De dagelijkse leiding van het Vlaams Parlement - een groot bedrijf met een
speciale taak: het bedrijven van politiek - is geen sinecure. Alle Vlaamse
volksvertegewoordigers, of zij tot de meerderheid of de oppositie
behoren, moeten op het politieke forum aan bod kunnen komen.
Daarom worden alle politieke fracties bij de leiding van het Vlaams
Parlement betrokken.
Bij het begin van elk zittingsjaar, op de vierde maandag van september,
kiest de plenaire vergadering een voorzitter, vier ondervoorzitters
en drie secretarissen die samen het dagelijks bestuur of het
Bureau vormen. Die benoemingen gebeuren volgens de regel van de
evenredige vertegenwoordiging, waardoor alle fracties in principe in
het Bureau vertegenwoordigd zijn. Maar in de praktijk is de benoeming
van de voorzitter van het Vlaams Parlement geen louter parhet
vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen 127
Als het antwoord van de minister de interpellant of een andere volksvertegenwoordiger
geen voldoening geeft, kan die een motie van wantrouwen
indienen. In zo’n motie wordt het beleid van de minister of de regering afgekeurd.
Als zo’n motie door een meerderheid van de volksvertegenwoordigers
wordt aangenomen, treedt de betrokken minister af of valt de regering. In dat
geval moet er een andere minister of een andere regering komen.
De interpellant of een andere volksvertegenwoordiger kan zich ook beperken
tot aanbevelingen. Hij kan dan een met redenen omklede motie indienen.
Als zo’n motie door een meerderheid wordt aangenomen, is dat een politiek
signaal. De regering wordt verondersteld rekening te houden met de aanbevelingen
van het Vlaams Parlement.
Het Vlaams Parlement heeft bovendien het recht van onderzoek: het kan
een parlementaire onderzoekscommissie met gerechtelijke bevoegdheden
oprichten. In 1993 heeft zo’n onderzoekscommissie de besteding van het overheidsgeld
bestemd voor de sluiting van de Kempense Steenkoolmijnen onderzocht.
Ook de jaarlijkse begrotingsbesprekingen zijn een belangrijk moment van
politieke controle. Als een fractie de begroting niet aanneemt, keurt ze daarmee
feitelijk ook het gevoerde beleid af.
De leiding van het Vlaams Parlement:
Voorzitter, Bureau en Uitgebreid Bureau
Publicaties van het Vlaams Parlement
Sinds 1971 publiceert de Vlaamse parlementaire assemblée vier belangrijke
reeksen van documenten.
De Handelingen bevatten de integrale tekst van de toespraken in de plenaire
vergadering. Omdat die Handelingen pas na enkele weken worden gepubliceerd,
verschijnt er onmiddellijk na elke plenaire vergadering ook een Beknopt Verslag.
De voorstellen en ontwerpen van decreet, amendementen en andere gedrukte
parlementaire teksten vormen de zogenaamde Stukken. Ten slotte is er het
Bulletin van Vragen en Antwoorden, dat de schriftelijke vragen van de leden aan
de ministers en de antwoorden van de ministers op die vragen bundelt.
Detailzichten van het gerestaureerde kantoor van
de voorzitter.
lementaire aangelegenheid: die benoeming maakt deel uit van het politiek
akkoord dat de meerderheidspartijen bij de aanvang van de zittingsperiode bij
de vorming van de Vlaamse regering sluiten. Een gewoonte die de oppositiepartijen
niet erg appreciëren.
De voorzitter neemt de belangrijkste politieke taken in het Vlaams
Parlement op zich. Hij zit de plenaire vergadering voor, hij oordeelt over de
ontvankelijkheid van de ingediende stukken, hij waakt over de naleving van
het reglement, hij is verantwoordelijk voor de uitvoering van alle door het
parlement, het Bureau en het Uitgebreid Bureau genomen beslissingen en vertegenwoordigt
het parlement naar buiten. De voorzitter heeft de specifieke
taak strikt onpartijdig te zijn. Protocollair is de voorzitter van het Vlaams
Parlement de eerste burger van Vlaanderen.
In de uitoefening van zijn ambt wordt de voorzitter bijgestaan door het
Bureau en eventueel het Uitgebreid Bureau, dat hij tevens voorzit. Het Bureau
vergadert vaak, en treft belangrijke beslissingen van administratieve en
organisatorische aard inzake personeelsaangelegenheden, onderhoud van de
gebouwen en budgettaire aangelegenheden. Voor de organisatie van zuiver
politieke aangelegenheden als het vastleggen van de datum en de agenda van de
plenaire vergadering, wordt het Bureau uitgebreid met de voorzitters van de
erkende fracties. Samen vormen zij dan het Uitgebreid Bureau.
De diensten van het Vlaams Parlement zorgen voor de administratieve
ondersteuning van het politieke bedrijf en zij zorgen voor de uitvoering van de
beslissingen van de Voorzitter, het Bureau en het Uitgebreid Bureau. Aan het
hoofd van de diensten van het Vlaams Parlement staat een griffier met de rang
van secretaris-generaal die buiten de leden van het Vlaams Parlement wordt
benoemd door de plenaire vergadering. Momenteel telt het Vlaams Parlement
zo’n 190 ambtenaren, verdeeld over het secretariaat-generaal, het directoraatgeneraal,
de stafdienst externe relaties en de directies Decreetgeving, Informatie,
Studie en Advies en Intern Beheer en Logistiek.
Daarnaast kunnen de Vlaamse volksvertegenwoordigers een beroep doen
op hun persoonlijke medewerkers en op de medewerkers van hun fractie.
130 het vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen
Het eigen profiel van het
Vlaams Parlement in het federale België
Zoals blijkt uit hoofdstuk 1, bestaan er in het federale België, naast het
Vlaams Parlement, nog vijf andere parlementen. Het federale parlement,
bestaande uit de Kamer van Volksvertegenwoordigers en de Senaat, neemt
wetten aan die voor alle Belgen gelden, bijvoorbeeld inzake defensie en justitie.
De parlementen van de Franse Gemeenschap, van de Duitstalige
Gemeenschap en van het Waalse Gewest nemen respectievelijk decreten aan
voor de leden van de Franse Gemeenschap - met inbegrip van de Franstalige
instellingen in Brussel - de Duitstalige Gemeenschap en Wallonië. Het
Brusselse parlement ten slotte, officieel Brusselse Hoofdstedelijke Raad
genoemd, vaardigt ordonnanties voor het Brusselse Gewest uit.
Het recente verleden toont aan dat de regionale parlementen van België
niet noodzakelijk een soortgelijk beleid voeren. Zo is het bijvoorbeeld duidelijk
dat het Franse Gemeenschapsparlement inzake onderwijs andere politieke
opties neemt dan het Vlaams Parlement, wat meteen verklaart waarom het
Vlaamse en Franstalige onderwijs steeds verder uit elkaar groeien. Die ontwikkeling
ligt besloten in de logica van het federale model.
Het is duidelijk dat de regionale parlementen in de toekomst meer en meer
een eigen politieke richting zullen kiezen, waardoor de verschillende gemeenschappen
en gewesten nog meer dan vandaag het geval is verschillende wegen
zullen opgaan. Het Vlaams Parlement heeft op dat vlak zijn eigenheid reeds
bewezen: tussen 1971 en 1996 heeft Vlaanderen stilaan maar zeker een eigen
maatschappelijke identiteit in het Belgische staatsverband verworven.
Het Vlaams Parlement wil zich echter niet alleen beleidsmatig als een
typisch Vlaams parlement profileren. Door de manier waarop het zijn werkzaamheden
organiseert, blijkt nu al dat het zich ook qua werking een eigen
Vlaams profiel wil aanmeten. Het neemt afstand van oude en dikwijls minder
goede gewoonten die in het unitaire parlement waren gegroeid, en het wil de
promotor zijn van een nieuwe politieke cultuur in Vlaanderen: een open en
transparante politiek, die het steriele politieke spel van meerderheid versus
oppositie overstijgt, en die van het Vlaams Parlement een voorbeeld van een
efficiënt en modern werkend parlement moet maken. Onlangs getroffen
maatregelen als openbaarheid van commissievergaderingen, werkbezoeken op
het terrein en een nauwere betrokkenheid van het Vlaams Parlement bij het
beleidsvoorbereidend werk zijn slechts enkele voorbeelden van de inspanningen
die concreet vorm geven aan die nieuwe politieke cultuur.
het vlaams parlement: het politieke hart van vlaanderen 131
De bezoekerstoegang van het Vlaams
Parlementsgebouw aan de Leuvenseweg.
Het ligt in de logica van het in 1970 begonnen federaliseringsproces dat de
bevoegdheden van de deelstaten in de toekomst nog zullen toenemen. De politieke
partijen aan beide zijden van de taalgrens groeien uit elkaar, en de rechtstreekse
verkiezing van de regionale parlementen brengt een nieuwe communautaire
dynamiek op gang. Het debat over de regionalisering van de sociale
zekerheid en de fiscale autonomie voor de deelstaten zijn daarvan de meest
recente voorbeelden.
Ongetwijfeld zal het Vlaams Parlement in de toekomst een nog belangrijker
rol spelen dan vandaag het geval is. Met de frisse en vernieuwende geest die
momenteel door het Vlaams Parlementsgebouw waait, en rekening houdend
met de vele moeilijkheden die de Vlaamse parlementaire assemblée in zijn
jonge verleden met succes heeft doorstaan, kan Vlaanderen die toekomst met
vertrouwen tegemoetzien. Nieuwe, vandaag nog onbekende uitdagingen, zullen
nooit te groot zijn.
133
134
CONGRESKOLOM
Madouplein
Sint-Michielskerk
Koloniënstraat
Koningsstraat Koningsstraat
Leuvense
Plein
SENAAT
IJzeren Kruisstraat
Leuvense Weg
Beyaert-Binnenhof
KAMER VAN
VOLKSVERTEGEN-
WOORDIGERS
Wetstraat
De Warande
Park van Brussel
Drukpersstraat
HUIS VAN DE
VLAAMSE
VOLKSVERTEGEN-
WOORDIGERS
(in renovatie)
VLAAMS
PARLEMENT
Federale Eerste
Minister
Hertogstraat Hertogstraat
27
Wetstraat
Regentlaan
(kleine ring)
Kunstlaan
Centraal
Station
135
Praktische informatie
over het Vlaams Parlement
Als u wilt weten wat de Vlaamse volksvertegenwoordigers gaan doen, dan
vindt u elke dag alle nuttige informatie op Teletekst van de openbare omroep.
Pagina 775 geeft de agenda van de plenaire vergadering van het Vlaams
Parlement. Pagina 776 geeft de agenda van de commissies.
Als u uw Vlaamse volksvertegenwoordiger aan het werk wilt zien, dan
kunt u een plenaire vergadering of een commissievergadering bijwonen. Het
Vlaams Parlement is een open huis. Als er een vergadering plaatsvindt, dan
kunt u zich gewoon aanmelden aan de balie van de bezoekersingang,
Leuvenseweg 27 in Brussel. Reserveren hoeft niet.
Als u wilt weten welke mening uw Vlaamse volksvertegenwoordiger vertolkt
in het Vlaams Parlement, dan kunt u de publicaties van het Vlaams
Parlement lezen. Op die publicaties kunt u een jaarabonnement nemen. Het
Beknopt Verslag kost 500 frank per jaar. De Handelingen kosten 1000 frank per
jaar. Het Bulletin van Vragen en Antwoorden kost 1000 frank per jaar. U stort
het gepaste bedrag op rekeningnummer 000-0724244-42 van het Vlaams
Parlement, Abonnementenbeheer, 1011 Brussel. Wilt u wel duidelijk vermelden
welke uitgave(n) u wenst
Als u een rondleiding wenst in het Vlaams Parlementsgebouw, kunt u een
groepsbezoek aanvragen. Op een rondleiding krijgt u een omstandige toelichting
over hoe het Vlaams Parlement werkt en hoe onze democratie ineen zit. Voor
een groepsbezoek kunt u een aanvraagformulier krijgen bij de dienst Externe
Relaties van het Vlaams Parlement: tel. (02)552 11 11, fax (02)513 74 80. Houdt
u er wel rekening mee dat een groepsbezoek twee maanden vooraf aangevraagd
moet worden. Vooraf even bellen is de beste manier om te weten te komen of
de datum waarop u wenst te komen, nog vrij is.
Vlaams Parlement, 1011 Brussel. Tel. (02)552 11 11 Fax (02)552 11 22
137
Technische fiche Vlaams Parlementsgebouw
B OUWHEER: VLAAMS PARLEMENT & REGIE DER GEBOUWEN
WERKGROEP HUISVESTING VAN HET VLAAMS PARLEMENT
Voorzitters
Frans Grootjans, Jean Pede, Louis Vanvelthoven, Eddy Baldewijns,
Norbert De Batselier
Leden
Ward Beysen, André De Beul, Alfons Laridon, Marc Olivier, Eric Pinoie, Luc Van
Nieuwenhuysen
Coördinatie en Technische controle
Architectuur en Binnenhuis
Studie Stabiliteit
Studie Electriciteit
Studie Verwarming -Ventilatie en koeling
Studie Liften
Studie Akoestiek
Ruwbouw - ramen - koepel zittingzaal
Afwerking en sanitair
Restauratie
Vast en los meubilair
Beheerssysteem
Sterkstroom
Telefonie
Klank- en steminstallatie
Beveiligingsinstallatie
Videodistributie
Installatie HVAC
Heftoestellen
Communicatie
Gordijnen
Regie der Gebouwen
Jozef Fuyen,
architectenbureau Fuyen/Antwerpen
Willy Verstraete,
studiebureau Arrow/Gent
Studiebureau Peeters/Hasselt
Ingenium nv/Brugge
Studiebureau Talboom/Puurs
Groep Varendonck/Gent
Professor dr. ir. G. Vermeir/kul
Cauberg en Verbeemen/Hasselt
Johan Delaere/Antwerpen
nv Cordeel/Temse
nv Van Laere/Burcht
Vandekerckhove nv/Ingelmunster
Potteau Labo/Kortrijk-Heule
Landis en Gyr nv/Brussel
eni nv/Aartselaar
Philips Professional Systems nv/Brussel
cei Electrotec nv/Zaventem
Ditech bvba/Aalst
Philips Professional Systems nv/Brussel
Daeninck en Deweerdt bvba/Brugge
Schindler nv/Brussel
Alcatel bbs en icn/Zaventem
Servio nv/Roeselare
138
Bibliografie
HOOFDSTUK 1
In hoofdorde
goossens, m., Ontstaan en groei van het Vlaams Parlement, 1970-1995.
Brussel/Kapellen, 1995.
In bijkomende orde
dedeurwaerder, j., ‘De kulturele autonomie: een ontgoochelend experiment’.
In: Vlaanderen Morgen, 1980, pp. 21-29.
pede, J., ‘De Vlaamse Raad: terugblik en bezinning’. In: De Vlaamse Gids,
1983, pp. 69-75.
rimanque, k., ‘Wordt de twintigjarige Vlaamse Raad meerderjarig ’
In: Ons Erfdeel, jg.34, 1991, pp. 681-690.
vandekerckhove, r., ‘De groei van de cultuurautonomie in België: van idee
tot instelling’. In: Tijdschrift voor Bestuurswetenschappen en Publiekrecht,
jg. 27, 1972, pp. 235-242.
van impe, h., De Cultuurraad voor de Nederlandse cultuurgemeenschap.
Brussel, 1973.
van impe, h. en baeteman, m., De Vlaamse Raad. Het ontstaan, de groei en
de betekenis van het Vlaamse parlement. Antwerpen, 1985.
HOOFDSTUKKEN 2 EN 3
In hoofdorde
braeken, j., ‘Het Vlaams Parlement’. In: Monumenten en Landschappen,
jg. 15, nr. 2, 1996, pp. 21-44.
bral, g.j., Concert Noble. Brussel, 1990.
139
In bijkomende orde
bral, g.j., ‘De Waux-Hall in Brussel’. In: Monumenten en Landschappen,
jg. 5, nr. 3, 1986, pp. 35-53.
celis, m.m., De egyptiserende maçonnieke tempels van de Brusselse loges
‘Les Amis Philanthropes’ en ‘Les Vrais Amis de l’Union et de Progrès Réunis’.
In: Monumenten en Landschappen, jg. 3, nr. 3, 1984, pp. 25-41.
van de steene, w., Het Paleis der Natie. Brussel, 1981.
victoir, j. en vanderperren, j., Hendrik Beyaert. Van classicisme tot Art
Nouveau. Sint-Martens-Latem, 1992.
wauters, a. en henne, a., Histoire de la Ville de Bruxelles (nouvelle édition
du texte original de 1845, augmentée de nombreuses reproductions de documents
choisis par M. Martens, archiviste de la ville). Bruxelles, 1975, 4 dln.
HOOFDSTUK 4
Vlaams Parlement. Brussel, Vlaams Parlement, s.d. (brochure).
141
Herkomst van de illustraties en foto’s
Illustraties
blz. 32
Studiebureau Arrow, Gent.
blz. 48-49 Prent door Lucas Vorstermans jr. van 1659 (Österreichische
Nationalbibliothek, Wenen, Atlas Blaeau-van der Hem).
blz. 50-51 Plan opgemaakt door Joachim Zinner, te dateren in 1779.
(Algemeen Rijksarchief, Brussel, Kaarten en plannen in manuscript 41).
blz. 52-53 Algemeen Rijksarchief, Brussel, Kaarten en plannen in manuscript 520.
blz. 59
Académie Royale de Bruxelles, Kunstbibliotheek van Brussel,
Fonds Beyaert, plan 46.
blz. 61 Travaux d’architecture exécutés en Belgique par Henri Beyaert, 11,
Ministère des Chemins de fer, plan 1.
blz. 62
blz. 63
blz. 64
Académie Royale de Bruxelles, Kunstbibliotheek van Brussel,
Fonds Beyaert, plan 13.
Académie Royale de Bruxelles, Kunstbibliotheek van Brussel,
Fonds Beyaert, plan 35.
Académie Royale de Bruxelles, Kunstbibliotheek van Brussel,
Fonds Beyaert, plan 8.
blz. 65 Stadsarchief Brussel, Openbare Werken, dossier 10.331.
blz. 74-76 Studiebureau Arrow, Gent.
Foto’s
Marnix Van Esbroeck, behalve de foto’s op:
blz. 29, 34-35
blz. 56-57, 60
blz. 68, 69
Joris Luyten.
Oswald Pauwels.
Museum van Post en Telecommunicatie, Brussel.
143
Colofon
Fotografie
marnix van esbroeck
Redactie
martine goossens
Coördinatie
kris van esbroeck
Vormgeving
studio lannoo
Onderzoek
martine goossens (hoofdstuk 1)
jo braeken (hoofdstuk 2)
jo lefebure (hoofdstuk 3)
Taaladvies
joris dedeurwaerder
© Uitgeverij Lannoo, Tielt
d/1997/45/242 - isbn 90 209 2083 9 - nugi 672
Gedrukt en gebonden bij
Drukkerij Lannoo, Tielt - 1997
printed in Belgium
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd
en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie,
microfilm of op welke wijze ook zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van de uitgever.